text
stringlengths
181
1.69M
label
stringclasses
11 values
num_pages
float64
1
502
split
stringclasses
4 values
De besluitvormende vergadering begint om 22.30 uur. In deze vergadering neemt de bestuurscommissie besluiten die voortkomen uit het debat. U kunt in deze vergadering NIET inspreken. Wilt u alsnog uw mening geven over inhoud en manier waarop de bestuurscommissie de gemeenteraad adviseert? Dan kunt u altijd inspreken bij de raadscommissies van de gemeenteraad. Agenda Datum 01-02-2017 Aanvang 22:30 Griffier Rob van der Velden Voorzitter Coby van Berkum 1. Opening 2. Mededelingen 3. Vaststellen agenda 4. Vaststellen verslag en besluitenlijst van de laatste bijeenkomst 5. Ingekomen stukken 6. Mondelinge Vragen 7. Rapportage cie voor de geloofsbrieven WORDT TER PLEKKE UITGEDEELD 8. Benoeming mevr. A.E. de Graaff (D66) tot buitengewoon commissielid 9. Adviesaanvraag AB Conceptnota Parkeernormen 10. Adviesaanvraag AB over ontwerpwijzigingsplan NDSM-werf West 1e wijziging 11. Algemene moties 12. Sluiting
Agenda
1
train
VN2021-016623 N% Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en RO Ortwikkeing % Amsterdam Marineterrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 08 september 2021 Ter kennisneming Portefeuille Grondzaken Ruimtelijke Ordening (30) Agendapunt 12 Datum besluit College van B&W 25 mei 2021 Onderwerp Tijdelijke invulling gebiedsontwikkeling Sixhaven De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief, waarin de raad wordt geïnformeerd over het collegebesluit tijdelijke invulling gebiedsontwikkeling Sixhaven. Het college heeft besloten om: 1. De planvorming voor het gebied Sixhaven en omgeving op te schorten totdat er duidelijkheid is over de aanleg van het metrostation en/of de voetgangerstunnel tussen het Centraal Station en Noord. 2. Het deelgebied IJplein-west ambtelijk en bestuurlijk onder te brengen bij de ontwikkelbuurten IJplein/Vogelbuurt. 3. De directie G&O opdracht te geven de verdere (tijdelijke) invulling van het deelgebied Willemsluizen tot medio 2023 te blijven begeleiden. 4. Kennis te nemen van het voortzetten van tijdelijke maatregelen in het Tolhuistuingebied 5 Inte stemmen met de financiële dekking van de kosten voor de organisatie en realisatie van tijdelijke inrichting/activiteiten en kleinschalige ingrepen in het gebied Sixhaven. Het gaat daarbij om € 600.000 vanuit het Stedelijk Mobiliteitsfonds (SMF) en €700.000 vanuit het Vereveningsfonds (VEF). 6. Geen planvorming te starten voor het Laanwegkwartier. Wettelijke grondslag Artikel 169 Gemeentewet Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Bestuurlijke achtergrond Het gebied Sixhaven en omgeving bestaat uit drie deelgebieden: het Tolhuistuingebied, het Willemslvizengebied en IJplein-west. In maart 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders de Principenota Sixhaven en omgeving vastgesteld. Daarmee is het startsein gegeven voor een haalbaarheidsonderzoek naar de meest gewenste inrichting van de verschillende deelgebieden. Om de integraliteit van de plannen te waarborgen is ervoor gekozen om voor de drie deelgebieden één samenhangend plan op te stellen dat zou moeten resulteren in een door het college van B&W vast te stellen Projectnota. Metrostation De ontwikkeling van het gebied hangt nauw samen met het al dan niet realiseren van het metrostation Sixhaven in het gebied. Op 5 janvari 2021 heeft het college van B&W besloten de planvorming voor het metrostation Sixhaven op te schorten. Omgevingsvisie 2050 Het College van B&W heeft in januari 2021 de concept-Omgevingsvisie 2050 vrijgegeven voor inspraak. In de concept-omgevingsvisie staat over het Sixhavengebied het volgende: “Het Gegenereerd: vl.8 1 VN2021-016623 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en R Grond en % Amsterdam ‚ ‚ ‚ nm er: Marineterrein, Energietransitie ontwikkeling % Voordracht voor de Commissie RO van 08 september 2021 Ter kennisneming Sixhavengebied krijgt een groene inrichting. Als in de toekomst wordt besloten een metrostation te realiseren, wordt opnieuw gekeken naar de gewenste inrichting van het gebied.” De concept- Omgevingsvisie zal in junijjuli 2021 door de gemeenteraad worden vastgesteld. Ruimte voor groen en buurtinitiatieven Nu de Coronapandemie en de daarbij behorende beperkende maatregelen afnemen wil het college van B en W de Amsterdammers ruimte geven om gebruik te maken van open, groene plekken in de stad. Het terrein tussen de Willemsluizen in het Sixhavengebied is zo'n plek. Hier kunnen bewoners elkaar ontmoeten en samen activiteiten organiseren. Dit tijdelijk gebruik is in 2019 gestart en is, gezien de landelijk geldende coronamatregelen, op een laag pitje voortgezet. Het opschorten van de gebiedsontwikkeling biedt een kans om de komende jaren deze tijdelijke invulling langer voort te zetten en het gebied samen met de buurt verder te vergroenen. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies In 2018 en 2019 is een uitgebreid participatietraject doorlopen met bijeenkomsten en ontwerpateliers, waarvan de resultaten zouden worden meegenomen in de vast te stellen Projectnota. Uit het participatietraject kwam een sterke wens naar voren om het Sixhavengebied, en dan met name het Willemsluizengebied, als groengebied te behouden en in te richten als park. Het gebied is op dit moment al tijdelijk in gebruik voor buurtactiviteiten onder de naam “Buurthaven”. Nu de planvorming wordt stilgelegd is langer tijdelijk gebruik met deze en andere activiteiten mogelijk en kan ook de inrichting van het gebied een impuls krijgen. Samen met de buurt zal een plan worden vitgewerkt om hier invulling aan te geven. Geheimhouding n.v.t Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nvt. Welke stukken treft v aan? Meegestuurd Registratienr. | Naam | AD2021-061167 Commissie RO Voordracht (pdf) AD2021-074567 GETEKEND Raadsinformatiebrief tijdelijke invulling GO Sixhaven.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. | Naam Gegenereerd: vl.8 2 VN2021-016623 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Grond en % Amsterdam > ontwikkeling % Marineterrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 08 september 2021 Ter kennisneming Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Grond & Ontwikkeling, Dilia Schouten, 06-4,6014872, [email protected] Gegenereerd: vl.8 3
Voordracht
3
train
x Gemeente Amsterdam BWK % Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, x Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Tijd 09.00 tot 17.00 uur en zonodig vanaf 19.30 uur Locatie Rooszaal 0239, Stadhuis PORTEFEUILLE WETHOUDER OSSEL 09.00 — 12.30 UUR Procedureel gedeelte van 09.00 uur tot 09.15 uur 1 __ Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergaderingen van de Raadscommissie BWK d.d. 5 december 2012 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieBWK@raadsgriffie. amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar e De lijst van schriftelijke vragen wordt de maandag voorafgaande aan de vergadering per mail toegestuurd aan de raadsleden en contactpersonen. 6 _Tkn-lijst Inhoudelijke gedeelte vanaf 09.15 uur 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Programma Maatschappelijke Investeringen 11 Vaststellen Verdeelbesluit 2013 voor Programma Maatschappelijke Investeringen Nr. BD2012-010789 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013). Zeehaven en Westpoort 12 Windvisie Westpoort Nr. BD2012-012746 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van commissielid Blommers (CDA) e Wat Tkn 3 in de raadscommissie BWK, d.d. 14 november 2012 e _ Uitgesteld in de raadscommissie BWK, d.d. 5 december 2012 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 13 Wijzigingen in de Algemene voorwaarden zeehaven-, kade-, boeien- en palengeld 2013 Haven Amsterdam Nr. BD2012-012984 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Volkshuisvesting 14 besluit splitsingsquotum particulieren 2012 Nr. BD2012-011553 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Openbare Ruimte en Groen 15 Stand van zaken Amsterdamse Bos Nr. BD2012-012742 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van commissieleden Van Raan (PvdD) en Van Drooge (CDA) e Wat Tkn 14 in de raadscommissie BWK, d.d. 05 december 2012 16 Verdeelvoorstel fysieke infrastructuur Amsterdamse Bos Nr. BD2012-012743 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van commissieleden Van Raan (PvdD) en Van Drooge (CDA) e Wat Tkn 15 in de raadscommissie BWK, d.d. 05 december 2012 Wijkaanpak en Stedenbeleid 17 Rapportage bewonersparticipatie 2012 Nr. BD2012-010359 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 3 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 PORTEFEUILLE WETHOUDER VAN POELGEEST 13.30 — 17.00 UUR Procedureel gedeelte van 13.30 uur tot 13.45 uur 18 Opening 19 Mededelingen 20 Vaststellen agenda 21 Conceptverslag van de openbare vergaderingen van de Raadscommissie BWK d.d. 5 december 2012 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieBWK@raadsgriffie. amsterdam.nl 22 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar e De lijst van schriftelijke vragen wordt de maandag voorafgaande aan de vergadering per mail toegestuurd aan de raadsleden en contactpersonen. 23 Tkn-lijst Inhoudelijke gedeelte vanaf 13.45 uur 24 Opening inhoudelijke gedeelte 25 Inspreekhalfuur Publiek 26 Actualiteiten en mededelingen 27 Rondvraag 4 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 Ruimtelijke Ordening 28 Inte stemmen met Scopewijziging Oostelijke Ontsluiting IJburg ten behoeve van busbaan Diemerpolderweg Nr. BD2012-010975 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 29 Financieel Perspectief Zuidas Flanken 2012 Nr. BD2012-009693 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 30 instemmen met ruil Scheepsbouwloods en hellingen NDSM-werf Nr. BD2012- 012728 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 31 vaststellen investeringsbesluit NDSM-werf Nr. BD2012-012726 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 32 Opschorten van de benoeming van meerdere (plaatsvervangend) leden van de Commissie voor Welstand en Monumenten Nr. BD2012-011770 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 33 Benoemen voor een tweede termijn van meerdere leden als (plaatsvervangend) lid van de Commissie voor Welstand en Monumenten Nr. BD2012-011959 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 34 Verlenen van eervol ontslag aan drie leden van de Commissie voor Welstand en Monumenten Nr. BD2012-011641 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 5 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 35 Iníitiatiefvoorstel Van Lammeren 'Bouwen aan de hoofdgroenstructuur'’ Nr. BD2012-012747 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e _ Uitgesteld in de raadscommissie BWK, d.d. 5 december 2012 36 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van de Partij voor de Dieren “Bouwen aan de Hoofdgroenstructuur” Nr. BD2012-012748 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e _ Uitgesteld in de raadscommissie BWK, d.d. 5 december 2012 Grondzaken 37 Adviesteam grondexploitaties en stedelijke ontwikkeling Nr. BD2012-012835 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Klimaat en Energie 38 Instemmen met de strategie en werkwijze voor de inzet van middelen vanuit het 20%-deel van de pijler KDL van het AIF en voorstel tot de inrichting van twee compartimenten: Initiatieven uit de stad en Amsterdams energiebeleid Nr. BD2012-008706 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 23 januari 2013) 39 Iníitiatiefvoorstel van het raadslid Manuel, getiteld: Zonvisie Nr. BD2012-011862 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 6 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 9 januari 2013 40 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van raadslid Manuel D66: Zonvisie Nr. BD2012-013022 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 41 Initiatiefvoorstel van het raadslid de heer Van Lammeren, getiteld: AMsterdam gifvrij Nr. BD2012-013119 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 42 Stand van zaken Energiebesparing Datacenters Nr. BD2012-011823 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen BESLOTEN DEEL 7
Agenda
7
train
Gemeente Amsterdam Bestuurscommissie Oost Voordracht en besluit D B = AB Registratienummer Z-17-35955 / INT-17-12552 Afdeling Bestuur en Organisatie Onderwerp Conceptreactie op de Uitwerking van het Hoofdlijnenbesluit bestuurlijk stelsel Portefeuille Algemene Zaken DB lid Ivar Manuel Gebied Alle Datum DB N.v.t. Datum AB voorbereidend 5 september 2017 Datum AB besluitvormend 19 september 2017 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Derk Logemann [email protected] 020 253 4394 *ZOO5D4ABAS2 Pagina 1van5 Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: 1. bijgevoegde conceptreactie op de uitwerking van het Hoofdlijnenbesluit bestuurlijk stelsel ter bespreking voor te leggen aan het Algemeen Bestuur. Tekst van openbare Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: besluiten wordt gepubliceerd 1. bijgevoegde conceptreactie op de Uitwerking van het Hoofdlijnenbesluit bestuurlijk stelsel vast te stellen. Ondertekening Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost, Sjoukje Alta, Ivar Manuel, secretaris voorzitter Pagina 2 van 5 Bevoegdheid Bestuurlijke achtergrond Op 4 juli jl. heeft het College ingestemd met voorstel voor de inrichting van een nieuw bestuurlijk stelsel vanaf 2018 en dit vrij te geven voor inspraak. Dit besluit is de vitwerking van het besluit dat het college op 16 februari jl. heeft genomen over de hoofdlijnen van een nieuw bestuurlijk stelsel per maart 2018. De inspraak loopt van 5 juli tot 6 september. Na verzending van de adviesaanvraag is bepaald dat de consultatie voor de stadsdelen verlengd wordt tot 21 september. Tijdens de vergadering van het Algemeen Bestuur van 18 juli jl. is verkend of het mogelijk is om als AB, een gezamenlijk advies uit te brengen. Tijdens deze vergadering is gebleken dat dat voor wat dit onderwerp betreft niet mogelijk is. De bijgevoegde reactie is een weergave van deze bespreking. Onderbouwing besluit Beoogd effect <invullen indien van toepassing> Argumenten <invullen indien van toepassing> Kanttekeningen <invullen indien van toepassing> Risico's / Neveneffecten Geen. Uitkomsten ingewonnen adviezen Juridisch bureau N.v.t. Financiën Nvt. Communicatie Nvt. Overige <invullen indien van toepassing> Financiële paragraaf Financiële gevolgen? Nee Indien ja, <structureel / incidenteel> (hieronder nader specificeren) Indien ja, dekking aanwezig? N.v.t. Indien nee, hieronder dekking aangeven Indien ja, welke kostenplaats? Toelichting Nvt. Voorlichting en communicatie Geen. Uitkomsten inspraak N.v.t. Pagina 3 van 5 Uitkomsten maatschappelijk overleg (participatie) Nvt. Pagina4 van 5 Geheimhouding <invullen en indien van toepassing, motiveren o.g.v. art. 10 Wob> Einde geheimhouding <datum invullen> Stukken Meegestuurd Conceptreactie aan B en W Ter inzage gelegd <datum invullen> Parafen Manager Portefeuillehouder <naam manager> <naam portefeuillehouder> Besluit dagelijks bestuur N.v.t. Pagina 5 van 5
Besluit
5
train
VN2021-011195 issi i > 4 Gemeente vaadscommse voor oe ef Or, W B lerenwelzijn, enbdar imt 1 % Amsterdam ij penbare Ruimte en Groen, Reiniging Voordracht voor de Commissie WB van 19 mei 2021 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Bouwen en Wonen Agendapunt 12 Datum besluit B&W 16 maart 2021 Onderwerp Raadsbrief goed verhuurderschap De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsbrief goed verhuurderschap, waarvan de belangrijkste onderdelen zijn: * Een overzicht van de gemeentelijke inzet op goed verhuurderschap * Het college starten met het vitwerken van een verhuurvergunning zodra de wettelijke basis die door de mininster wordt voorbereid, is vastgesteld. e Het college start met het voorbereiden van een opkoopbescherming, maar kan nog geen zekerheid geven over de termijn waarbinnen deze kan worden ingevoerd. Wettelijke grondslag Gemeentewet, artikel 169: Lid a: het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur; Lid 2: zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond Pilot beheerovername: In het kader van de aanpak goed verhuurderschap van de minister is het college een pilot gestart met de beheerovername van panden waar de eigenaar bij herhaling de regels overtreedt. Het college heeft per brief (2 juli 2019) aan de gemeenteraad toegezegd hen te informeren over de resultaten van de pilot beheerovername en bestuurlijke boete Woningwet, die is uitgevoerd in het kader van de aanpak goed verhuurderschap van de minister. Met de voorliggende brief aan de raad over goed verhuurderschap wordt deze toezegging afgedaan. Verhuurvergunning: De gemeenteraad heeft in motie 208 (Moorman PvdA cs, 21 feb 2018) het college verzocht een verhuurvergunning voor particuliere verhuurders naar Gronings model in te voeren. In het coalitieakkoord is opgenomen dat voor bestaande bouw de mogelijkheden voor een verhuurvergunning worden onderzocht. Het college heeft de raad op 20 november 2019 geinformeerd over het onderzoek naar het invoeren van een verhuurvergunning in Amsterdam. Reden bespreking Op verzoek van de fractie van GL. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Gegenereerd: vl.l 1 VN2021-011195 % Gemeente Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, % Amsterdam ‚ , ‚ Oe % Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Voordracht voor de Commissie WB van 19 mei 2021 Ter bespreking en ter kennisneming Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Welke stukken treft v aan? AD2021-04,0638 Commissie WB (1) Voordracht (pdf) AD2021-04,0637 Raadsbrief inzet goed verhuurderschap_16mrt2021. pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Maarten Versluijs, o6 10550455, m.versluijs @amsterdam.nl Gegenereerd: vl.l 2
Voordracht
2
train
> < Gemeente Amsterdam Ô $ Motie Datum raadsvergadering gen 10 november 2022 Ingekomen onder nummer 453 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van lid Garmy inzake onderzoek naar impact Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden Onderwerp Onderzoek naar impact Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: — _Ersinds 1 augustus 2022 een nieuwe Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden is bekrachtigd* — Deze richtlijn onder andere gaat over uitbreiding van informatieverplichting, kosteloze scholing, meer voorspelbare arbeidsvoorwaarden en de inperking van het verbod op nevenwerkzaamheden Overwegende dat: — Deze richtlijn van grote impact kan zijn op de gemeentelijke organisatie van de Gemeente Amsterdam — Deze richtlijn grote financiële risico's met zich mee kan brengen, denk hierbij aan de stijging van kosten door ‘Kosteloze opleiding’ — Deze richtlijn grote operationele risico's met zich mee kan brengen, denk hierbij aan het verzoek aan meer voorspelbare arbeidsrelatie voor uitvoer diensten — _Dezerichtlijn van grote impact kan zijn op de gemeentelijke deelnemingen, leveranciers en organisaties die subsidies ontvangen van de gemeente door de stijging van personeelskosten voor deze organisaties 1 https://www.rijksoverheid.nl/documenten/brochures/2022/06/28/richtlijn-transparante-en- voorspelbare-arbeidsvoorwaarden Gemeente Amsterdam Status Ingetrokken Pagina 2 van 1 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders — Te onderzoeken wat de financiële impact is van de aangenomen Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden voor de eigen organisatie van de Gemeente Amsterdam — Te onderzoeken wat de operationele impact is van de aangenomen Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden op de dienstverlening van de Gemeente Amsterdam — Te onderzoeken wat de financiële impact is van de aangenomen Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden via de gemeentelijke deelnemingen, leveranciers en organisaties die subsidies ontvangen van de gemeente op de Gemeente Amsterdam Indiener |. Garmy
Motie
2
discard
Bezoekadres x Gemeente gaal Amste rda m 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > 4 amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad Datum 7 februari 2020 Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door Milanne Mulder Kopie aan Bijlage 1. Motie ‘Een veilige stad voor queer vrouwen’ (1591. 19) 2. Motie ' Toevoegen concrete actiepunt bij de prioriteit veiligheid’ (1605.19) 3. Motie ‘Inzet lokagenten’ (160719) Onderwerp Reactie op drie moties over veiligheid ingediend bij vaststelling Nota Regenboogbeleid oktober 2019 Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 9 oktober 2019 heeft vw raad drie moties aangenomen inzake veiligheid bij de behandeling van de Nota Regenboogbeleid. Namelijk ‘Een veilige stad voor queer vrouwen’ (1591. 19) van het lid De Fockert (GroenLinks); ‘Toevoegen concrete actiepunt bij de prioriteit veiligheid’ (1605.19) van de leden Poot (VVD), Nanninga (Forum voor Democratie en Boomsma (CDA) en ‘Inzet lokagenten’ (160719) van de leden Nanninga (Forum voor Democratie), Poot (VVD), Van Lammeren (Partij voor de Dieren) en Van Soest (Partij van de Ouderen). In deze brief wil ik v graag informeren over de uitwerking van de moties. Motie ‘Een veilige stad voor queer vrouwen’ (1591. 19) Onderzoek te doen naar de aard en de omvang van intimidatie en geweld tegen queer vrouwen; Het tegengaan van intimidatie van en geweld tegen queer vrouwen tot een speerpunt van het beleid te maken en daar op gepaste momenten, waaronder tijdens de Pride 2020, actief over te communiceren; De Raad hierover door middel van een jaarlijkse voortgangsrapportage te informeren. In het kader van de Veiligheidsindex die door OIS wordt opgesteld, wordt elke 4 maanden in kaart gebracht hoe het met de veiligheid in de regio Amsterdam-Amstelland per buurt is. Ook wordt onderzocht wat de aard en omvang van intimidatie en geweld tegen lesbische en biseksuele vrouwen in Amsterdam is. De informatie die dit oplevert wordt gebruikt voor het stellen van Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum 7 februari 2020 Kenmerk Pagina 2 van 2 prioriteiten in het veiligheidsbeleid. Tijdens de Pride 2020 wordt een bredere publicatie over intimidatie en geweld tegen LHBTO+-personen uitgebracht met specifieke aandacht voor geweld tegen qveer vrouwen. Motie * Toevoegen concrete actiepunt bij de prioriteit veiligheid’ (1605.19) In samenspraak met vertegenwoordigers van de Ihbti-gemeenschap en horeca-ondernemers te inventariseren of er Ihbti-uitgaansgebieden gebaat zijn bij het instellen van cameratoezicht ter voorkoming van intimidatie of geweld en ter opsporing van eventuele daders; De raad uiterlijk voor het einde van het eerste kwartaal van 2020 te informeren over de uitkomst van deze inventarisatie. Op 4 december 2019 heeft de burgemeester het instellen van cameratoezicht besproken met vertegenwoordigers van Koninklijke Horeca Nederland (KHN). KHN gaf aan dat er in de betreffende uitgaansgebieden in principe voldoende vaste camera's aanwezig zijn. KHN gaf daarnaast aan na te denken over het toerusten van portiers van vitgaansgelegenheden met bodycams om bijvoorbeeld deurbeleid vast te leggen. De burgemeester heeft aangegeven dit een zeer interessante gedachte te vinden en in vervolggesprekken met KHN te onderzoeken of dit ook een bijdrage kan leveren aan de veiligheid van LHBTI-ers op straat. Dit gaat de burgemeester verder bespreken met vertegenwoordigers van de LHBTI-gemeenschap in een driehoek in het voorjaar van 2020. Motie ‘Inzet lokagenten’ (1607.19) Te onderzoeken of de politie lokagenten kan inzetten bij de bestrijding van geweld en intimidatie gerelateerd aan seksuele geaardheid/gerichtheid. De reden daarvoor is dat over de inzet van lokagenten als opsporingsmiddel niet het College, maar het Openbaar Ministerie beslist. De inzet geschiedt op grond van de algemeen taakstellende artikelen 3 Politiewet en 141 Wetboek van Strafvordering en betreft altijd maatwerk en is context afhankelijk. Het OM past opsporingsmiddelen altijd toe met inachtneming van wettelijke vereisten, de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit, eventuele aanvullende eisen vanuit de jurisprudentie en afbreukrisico. Over de inzet van opsporingsmiddelen wordt in voorkomende gevallen verantwoording afgelegd aan de strafrechter. Het college bedankt de raadsleden voor de aandacht voor de veiligheid van LHBTIO+ Amsterdammers en beschouwt de moties hiermee als afgehandeld. Hoogachtend, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, 7 - _ Luyke) et Wassitik” CL \WigbGder Sociale Zaken, Diversiteit en Democratisering
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 85 Publicatiedatum 20 februari 2015 Ingekomen onder N Ingekomen op 11 februari 2015 Behandeld op 11 februari 2015 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Roosma en de heer Poorter inzake de Nadere regels en het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 (maatschappelijke opvang — motivatie cliënt). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Nadere regels en het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 51); Overwegende dat: — paragraaf 4.6.2 stelt dat de regio waar iemand toegang krijgt tot de maatschappelijke opvang wordt bepaald op basis van een beoordeling waar diegene de meeste kans heeft op een succesvol traject; — succesvol traject wordt gedefinieerd met binding, waarbij drie aspecten evenredig worden meegewogen: sociale netwerk, zorgkader en regiobinding; — in de bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van de raadsleden mevrouw Roosma en de heer Groot Wassink, getiteld: ‘Een toegankelijke opvang voor dak- en thuislozen II’, het college stelt: “ín de beoordeling of sprake is van binding is er gelegenheid voor de cliënt om zijn wensen voor opvang in een bepaalde gemeente of regio kenbaar te maken en te motiveren. Die motivatie is een van de aspecten die betrokken wordt bij het bepalen van de gemeente waar de kans op een succesvol traject het grootst is” — de gemotiveerde wensen van de cliënt nu niet worden genoemd in de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning, terwijl zij volgens het college wel deel uit maken van de beoordeling waar de kans op succesvol traject het grootst is; — het wenselijk is dit alsnog in de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2015 op te nemen, 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 85 Moti Datum _ 20februari2015 “ete Draagt het college van burgemeester en wethouders op: aan de Nadere Regels Maatschappelijke Ondersteuning 2015 paragraaf 4.6.2 een aspect toe te voegen op basis waarvan succesvolle uitstroom wordt vastgesteld, namelijk de gemotiveerde wensen van de cliënt voor opvang in een bepaalde gemeente of regio. De leden van de gemeenteraad, F. Roosma M.F. Poorter 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1727 Publicatiedatum 6 januari 2017 Ingekomen onder R Ingekomen op woensdag 21 december 2016 Behandeld op woensdag 21 december 2016 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Boutkan en Nuijens inzake Experimenten Stad in Balans (Bezint eer ge begint: uitstel pilot 24-uursopening’). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de invulling van de tweede tranche van de prioriteit Experimenten Stad in Balans (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1659). Overwegende dat: — De binnenstad op dit moment onder druk staat vanwege het grote aantal bezoekers; — De gemeenteraad zich inzet om monocultuur in de binnenstad te bestrijden er nog geen sluitende aanpak voor heeft gevonden; — De binnenstad al een overheersend aanbod heeft van ijswinkels, nutellawinkels, wafelwinkels en de zogenaamde eat-to-go formules; — Negen bewoners- en ondernemersverenigingen ernstige bezwaren hebben neergelegd bij de gemeente voor de 24uurs pilot; — Kleine winkeliers onder druk staan vanwege huurverhogingen. Voorts overwegende: — Vrijstelling van detailhandel voor 24 uurs openingstijden in binnenstad leidt tot een nog sterkere stijging van onroerend goed prijzen en daarmee huur; — Een pilot van 2 jaar minder onschuldig is dat het lijkt, in een oververhitte onroerend goed markt leidt de verruiming van openingstijden al tot hogere huurprijzen; — Een verruiming naar 24uurs openingstijden vooral goed is voor winkels die zich exclusief richten op toeristen; — Het initiatiefvoorstel van VVD D66 voor 24 uurs opening in een andere tijd is opgesteld, waarin de binnenstad minder onder druk stond. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — De pilot voor openstelling van 24 uurs voorlopig uit te stellen. 4 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1713 Motie Datum <datum onbekend> De leden van de gemeenteraad D.F. Boutkan J.W. Nuijens 2
Motie
2
discard
D Motie Datum raadsvergadering 10 mei 2023 Ingekomen onder nummer 219 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Von Gerhardt inzake binding met Amsterdam hetzelfde voor jongeren als voor kwetsbaren. Onderwerp Binding met Amsterdam hetzelfde voor jongeren als voor kwetsbaren. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over raadsinformatiebrief over de verdeling van de 1800 woningen van het Programma Huisvesting Kwetsbare Groepen in 2023. Constaterende dat: -_Amsterdam veel voorrangs- en urgentieregelingen kent in de sociale huursector, waar- door reguliere woningzoekenden er niet meer tussenkomen: in heel 2021 kwamen slechts 23 van de in totaal 7ooo sociale huurwoningen vrij zonder voorrangsregeling of urgentie- verklaring; -__Eén van de voorwaarden voor een vrgentieverklaring is dat men met zijn of haar huishou- den minimaal vier jaar onafgebroken in Amsterdam moet hebben gewoond”. Overwegende dat: -_ Amsterdamse jongeren voorrang kunnen krijgen op een jongerenwoning als zij de afgelo- pen 10 jaar minimaal 6 jaar onafgebroken in Amsterdam hebben gewoond>; -_De woningnood, naast fors bijbouwen en het stimuleren van de doorstroom, Amsterdam ertoe noopt de voorrangs- en urgentieregelingen aan te scherpen, omdat het geven van voorrang aan velen er uiteindelijk toe leidt dat niemand meer voorrang heeft; -__ Heteerlijk is dezelfde definiete van binding met de stad Amsterdam te hanteren voor Am- sterdamse (reguliere) jongeren als voor Amsterdamse kwetsbaren. * Zie Huisvestingsverordening Amsterdam 2020, artikel 2.10.5., https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR635511/10 2 Met vitzondering van enkele vrgentiecategorieën, zoals statushouders, slachtoffers van huiselijk geweld, mantelzorgers en aanvragers met één of meer schoolgaande kinderen die tijdelijk elders wonen wegens relatiebreuk of echtscheiding. 3 https://www.amsterdam.nl/veelgevraagd/?productid=%7BEE1B341A-0759-4853-A7D8-EEFC40BA3FEB%7D#case_%7B8503F4FF-013A- 499F-99B1-8,BC9304,A3A0%7D Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders De definitie voor binding met de stad Amsterdam voor een urgentieverklaring, zoals opgenomen in de Huisvestingverordening Amsterdam 2020, gelijk te trekken met die voor Amsterdamse jon- geren, te weten: in een periode van 10 jaar minimaal 6 jaar onafgebroken ingeschreven staan in de gemeente Amsterdam. Indiener, M.S. Von Gerhardt
Motie
2
discard
Xx Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1281 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 Onderwerp Motie van het lid van Soest inzake de Begroting 2021 (Inspraakavond geen wassen neus) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021. Constaterende dat: — inspraakavonden ter participatie van inwoners, vaak plaatsvinden op het moment dat de bestuurlijke besluitvorming al in een vergevorderd stadium is. Van mening dat: =— bewoners hierdoor het idee krijgen dat er geen inspraak meer mogelijk is op voor hen belangrijke onderwerpen; =— democratie van onderop moet komen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Ervoor te zorgen dat inspraakavonden in een vroeger stadium van de besluitvorming plaatsvinden zodat bewoners ook daadwerkelijk inspraak kunnen uitoefenen op het uiteindelijke besluit. Het lid van de gemeenteraad W. van Soest 1
Motie
1
discard
Vergadering stadsdeelcommissie Agenda Datum 05-04-2023 Aanvang 19:30 Locatie stadsdeel 1. Welkom Starttijd 19:30 Eindtijd 19:30 2. Vaststellen agenda Starttijd 19:30 Eindtijd 19:35 3. Vaststellen besluitenlijst Starttijd 19:30 Eindtijd 19:35 4. Bewoners aan het woord Starttijd 19:35 Eindtijd 19:35 Bewoners en ondernemers krijgen de gelegenheid om iets met de stadsdeelcommissie te delen. Maximale spreektijd is 3 minuten. 5. Agendapunt vervallen: Presentatie overzicht grootonderhoudsprojecten Starttijd 19:35 Eindtijd 19:35 6. Adviezen ter vaststelling 6.1 Ongevraagd advies 'Benut leegstand om mensen een (tijdelijk) thuis te geven’. Starttijd 19:35 Eindtijd 19:50 Op initiatief van Kirsten Zimmerman 6.2 Ongevraagd advies statiegeld op batterijen Starttijd 19:50 Eindtijd 20:05 Op initiatief van Kirsten Zimmerman 6.3 Adviesaanvraag beleidsregel geluid Amsterdam 2023 Starttijd 20:05 Eindtijd 20:20 6.4 Bespreking adviesaanvraag openbaar vervoer in een 30km per uur stad Starttijd 20:20 Eindtijd 20:35 Vaststelling tijdens de vergadering van 19 april 7. Mededelingen Starttijd 20:35 Eindtijd 20:50 Het dagelijks bestuur en de stadsdeelceommissie informeren elkaar over bestuurlijke zaken. 8. Vragen aan het DB Starttijd 20:50 Eindtijd 21:20 9. Adviesaanvragen ter kennisname Starttijd 21:20 Eindtijd 21:25 9.1 Adviesaanvraag Nota deelvervoer 2023 9.2 Adviesaanvraag vergunning windtubines Noorder IJ-plas / Cornelis Douwes Op 7 april zijn toegevoegd: Conceptadvies B&W Raadscommissievoordracht bij conceptadvies B&W Raadsinformatiebrief over conceptadvies B&W 9.3 Reactie op het Vervoerplan 2023/2024. Reactie wordt vastgesteld in de vergadering van 19 april. 10. Informatie ter kennisname Starttijd 21:25 Eindtijd 21:30 10.1 Definitief maaiveldontwerp Buiksloterham&Co aan de Distelweg in Buiksloterham 10.2 Overige informatie ter kennisname Onderwerpen 1. Jongerencentrum Waterlandpleinbuurt 2. Uitnodiging JEN 3. Besluit gedenkteken Atatürk 4. RIB Elzenhagen Zuid 5. ragen aan het DB van Jos de Krieger voor volgende vergadering (op verzoek toegevoegd aan de ter kennisname stukken). 6. Raadsinformatiebrief tijdelijke initiatieven De Ceuvel en Asile Flottant 7. Advies kindercommissie Noord over veiligheid 11. Toezeggingenlijst Starttijd 21:30 Eindtijd 21:35 12. Termijnagenda Starttijd 21:35 Eindtijd 21:40 13. Sluiting Starttijd 21:40 Eindtijd 21:45
Agenda
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1485 Publicatiedatum 23 november 2016 Ingekomen onder BE Ingekomen op donderdag 10 november 2016 Behandeld op donderdag 10 november 2016 Status Ingetrokken en vervangen door BE’ Onderwerp Motie van de leden Ernsting en Van den Berg inzake het Kunstenplan 2017-2020 (evaluatie uitwerking Kunstenplansystematiek). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Kunstenplan 2017-2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1418). Overwegende dat: — de tweedeling in het Kunstenplan het voor de gemeenteraad lastiger heeft gemaakt het Kunstenplan te beoordelen bij aanvang er van; — de besluiten van het college en het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) reêle gevolgen hebben voor de Amsterdamse Kunstwereld; — de integraliteit vanwege de gekozen systematiek moeilijker te volgen is. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: een grondige evaluatie van de nieuwe systematiek uit te voeren, onder andere middels een uitgebreide enquête onder alle instellingen die een aanvraag hebben gedaan, waarbij meenemend: — de gevolgde procedures en de inzichtelijkheid daarvan; — transparantie van het proces; — de bruikbaarheid én de inzet van de gekozen beoordelingscriteria; — de spreiding over de stad van de toegekende AFK subsidies; — de positie van autonome kunst in relatie tot de projectsubsidies van het AFK; — volgorde van besluitvorming en bezwaarprocedures; — de rol van eigen vermogen en verdienkracht bij het al dan niet toekennen van subsidies. De leden van de gemeenteraad Z.D. Ernsting P.J.M. van den Berg 4
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 984 Publicatiedatum 19 november 2014 Ingekomen op 5 november 2014 Ingekomen onder 744’ Behandeld op 6 november 2014 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Shahsavari-Jansen, de heer Blom, de heer Flentge, de heer Paternotte en de heer Toonk inzake de begroting voor 2015 (ruimte voor initiatieven vanuit scholen bij de kwaliteitsverbetering van het onderwijs). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — het nieuwe college qua kwaliteitsverbetering van het onderwijs vooral lijkt in te zetten op het investeren in leerkrachten middels lerarenbeurzen en dit ook zeker toe te juichen is; — andere geschikte middelen om in te zetten op kwaliteitsverbetering van het onderwijs zoals bijvoorbeeld lestijdverlenging of huiswerkbegeleiding vanuit de school hiermee echter buiten de boot lijken te vallen; — er ook (financiële) ruimte vanuit de gemeente zou moeten zijn voor scholen zelf om met initiatieven te komen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — naast het investeren in leerkrachten middels lerarenbeurzen, ook financiële mogelijkheden vanuit de gemeente aan scholen te bieden voor andere initiatieven om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren zoals bijvoorbeeld lestijdverlenging of huiswerkbegeleiding; — initiatieven vanuit scholen hierbij leidend te laten zijn en scholen ook uit te nodigen om met voorstellen te komen; — de benodigde financiële middelen hiertoe te dekken uit het onderwijsbudget; — hierover aan de raad te rapporteren. De leden van de gemeenteraad, M.D. Shahsavari-Jansen S.R.H. Blom EA. Flentge J.M. Paternotte W.L. Toonk 1
Motie
1
discard
ON en RAPPORTAGE MARKTVERKENNING SCENARIO'S RAAMPROSTITUTIE - GEMEENTE AMSTERDAM 08-09-2020 zip 1. Aanleiding 6 2. Vraagstelling aan SITE 8 3. Werkwijze 10 3.1 Verkenning 11 3.1 Informele marktconsultatie 12 4. Resultaat van de informele marktconsultatie 13 4.1 Preambule: prostitutie is maatschappelijk niet 14 geaccepteerd 4.2 Bevindingen scenario prostitutiehotel (PH) 15 4.2.1 Investeringsbereidheid 4.2.2 Effect op overlast wallen 4.2.3 Effect op positie sekswerkers 4.2.4 Effect op voorkomen misstanden bij prostitutie 4.2.5 Snelheid van realisatie 4.2.6 Rol gemeente, gestelde voorwaarden; 4.3 Bevindingen erotisch centrum (EC) 4.3.1 Investeringsbereidheid 18 4.3.2 Effect op overlast wallen 4.3.3 Effect op positie sekswerkers 4.3.4 Effect op voorkomen misstanden bij prostitutie 4.3.5 Snelheid van realisatie 4.3.6 Positie gemeente, randvoorwaarden; 5. Conclusies en aanbevelingen 21 Matrix bevindingen 25 Bijlage 1 : Toegezonden informatie voorafgaand aan de gesprekken Bijlage Il: Verbeelding scenario’s gehanteerd bij gesprekken 4 5 AANLEIDING j m SITE is gevraagd om een marktconsultatie uit te voeren naar een zogeheten Deelconclusies in raadsbrief met betrekking tot locatie: ’prostitutiehotel’ en een ‘erotisch centrum’. Aanleiding voor dit verzoek is . Goed bereikbaar met OV, bijvoorbeeld langs Noord-Zuidlijn als volgt geweest. Het college van B&W heeft in juli 2019 en op 17 februari . Bereikbaar voor toezicht en diensten als politie etc. jl. de Raad geïnformeerd over een nadere uitwerking van scenario’s voor alternatieven voor de raamprostitutie op de Wallen en het Singelgebied. De Deelconclusies in raadsbrief met betrekking tot omvang: scenario’s betreffen varianten voor werkplekken op een nieuwe locatie. De . Minimale omvang van ca 30-40 werkplekken nodig in verband met aanleiding hiervoor was de overlast door de grote drukte in de binnenstad, levensvatbaarheid en impact op bestaande raamprostitutie op de het respectloze gedrag van bezoekers naar sekswerkers en bewoners en het Wallen belang van het tegengaan van misstanden rond raamprostitutie. Daarnaast . Een interessant en breed aanbod bevordert aantrekkingskracht speelde ook de sterke groei van de onvergunde prostitutie mee. Ook is de — zekere massa noodzakelijk; maximale omvang nodig in verband met discussie over de toekomst van de raamprostitutie onderdeel van de Aanpak beheersbaarheid Binnenstad. . Uitgangspunt 100 werkplekken. Het college heeft voor de uitwerking van de scenario’s drie uitgangspunten geformuleerd die leidend en niet-onderhandelbaar zijn. Elk scenario moet Deelconclusies in raadsbrief met betrekking tot exploitatiemodel: voldoen aan: . Klassiek exploitatiemodel is meest voor de hand liggend; gemeente blijft in haar rol als toezichthouder en vergunningverlener; dat model . Waarborgen mensenrechten met meerdere exploitanten uit te voeren met het oog op continuïteit en . Voorkomen en bestrijden ondermijning om monopolieposities te voorkomen. . Voorkomen en bestrijden overlast in de binnenstad. De raadsbrief is besproken in de Gie AZ en dit heeft geleid tot twee nader te In november 2019 is een technische sessie voor de gemeenteraad onderzoeken varianten: een prostitutiehotel (model D, met interne ramen en georganiseerd, waarin onder andere is gesproken met betrokkenen en ook open voor internetwerkers) en een erotisch centrum (model E). ketenpartners. Daar kwam onder meer naar voren het belang van zichtbaarheid en vindbaarheid, langjarig contact, de zorgen over de groei van de onvergunde Een van de genoemde vervolgstappen in de raadsbrief is het uitvoeren van branche en de kwetsbaarheid van bepaalde groepen sekswerkers. een marktconsultatie: zijn er partijen die willen ontwikkelen en partijen die willen exploiteren, gelet op de tot nu toe bekende uitgangspunten (zie hiervoor In de raadsbrief wordt ingegaan op enkele basale keuzes (deelconclusies) voor samengevat) van de gemeente? werkplekken op een nieuwe locatie: type, locatie, grootte en exploitatiemodel. SITE is gevraagd om die marktconsultatie uit te voeren. De gekozen werkwijze wordt toegelicht in hoofdstuk 2 en 3. Deelconclusies in raadsbrief met betrekking tot het type: . Beperk de toegankelijkheid en zorg voor beslotenheid . Combineren inpandige ramen en internetwerving . Toevoegen diverse gebruiksfuncties nodig om aantrekkelijk te zijn voor zogenaamde feesttoerist . Hoge kwaliteit, redelijke huurprijzen en mindervaliden toegankelijk, zijn voorwaarden. 7 VRAAGSTELLING AAN SITE 2 m 2.1 Hoofdvraag aan SITE Uitgangspunt bij deze opdracht aan SITE is dat de gemeente overweegt één De geformuleerde scenario’s betreffen een niet alledaags project. Om die reden van de varianten in de markt te zetten. De achterliggende vraag is welk proces is besloten om voorafgaand aan een eventueel formeel selectieproces van doorlopen moet worden om tot een succesvolle selectie van partijen te komen (markt)partijen een informele marktverkenning te houden. Dit rapport is daar de voor de verdere ontwikkeling en realisatie van het te kiezen alternatief voor de weerslag van. raamprostitutie op de Wallen. De opdracht aan SITE behelst derhalve het uitbrengen van een advies over het vormgeven van genoemde partijselectie. Dit op basis van een marktverkenning en een informele marktconsultatie. Hoewel het aantal varianten nu beperkt is tot twee, is het speelveld nog zeer breed. Er is nog geen specifiek gebied\locatie\pand genoemd door de gemeente. Zowel bestaande gebouwen als nieuwbouw komen in aanmerking. Combinaties met andere functies moeten ook niet op voorhand worden uitgesloten. Verschillende rolverdelingen tussen investeerder/exploitant zijn mogelijk en dienen in het onderzoek betrokken te worden. 2.2 Subvragen die SITE hanteert in haar onderzoek . Welk type marktpartij is mogelijk geïnteresseerd als belegger, ontwikkelaar, of exploitant (hierna kortheidshalve aangeduid als ‘de markt’) in het investeren in een van de alternatieven? . Hoe kijkt de markt naar het scenario waarbij de raamprostitutie in een prostitutiehotel of in een erotisch centrum wordt gerealiseerd? . Hoe wordt door de markt aangekeken tegen de geformuleerde uitgangspunten van de gemeente? . Welke randvoorwaarden stellen partijen voor het ontwikkelen van een dergelijk hotel of centrum? . Welke voorwaarden en zekerheden moeten volgens de markt ingevuld zijn om tot investeringsbereidheid te kunnen komen? . Welke rol en taken heeft de gemeente in dit proces volgens respondenten? . Hoe wordt aangekeken tegen eventuele locaties? . Aan welke eisen moeten gegadigden voor het ontwikkelen, investeren of exploiteren voldoen? 9 WERKWIJZE 3 m Het onderzoek van SITE is gesplitst in 2 fases: een verkenningsfase en een De verkennende gesprekken met vastgoed adviseurs en vastgoedpartijen informele marktconsultatie. leverde de volgende eerste reacties: . De vastgoedmarkt zal zeer terughoudend zijn en niet snel geneigd mee 3.1 Verkenning te werken aan dit initiatief; . Institutionele beleggers zullen vanuit hun eigen MVO-beleid Deze fase bestond uit verkenning van de opgave, inlezen in relevante stukken, waarschijnlijk niet willen participeren; een oriëntatie op het type te bevragen marktpartijen en een oriëntatie op . Vanuit private beleggers wordt er wel animo voor een nieuwe locatie internationale voorbeelden. verwacht. Hier zullen wel een aantal belangrijke voorwaarden bij horen die de risico’s enigszins afdekken; Er zijn enkele gesprekken gevoerd in deze fase van de marktverkenning. SITE . Internationale partijen, of partijen die voor funding afhankelijk zijn van heeft gesproken met: internationale partijen zullen niet willen participeren . Ambtelijk vertegenwoordigers Amsterdam; . Partijen voorzien veel problemen bij de financiering en verwachten dat . Ambtelijk vertegenwoordigers aanbesteding prostitutie Utrecht; banken niet willen participeren; . Twee vooraanstaande financieel vastgoed adviesbureaus . Partijen voorzien een groot risico in procedures, langdurige trajecten . Een belegger/ontwikkelaar van retail vastgoed uit Amsterdam met veel weerstand op planologische stappen en vergunningverlening; . Een institutionele belegger uit Amsterdam . Partijen zien onvoorziene wijzigingen in wet- en regelgeving als een . Een conceptueel projectontwikkelaar van commercieel vastgoed uit groot risico; Amsterdam . De risico’s zullen door vastgoedpartijen als zeer hoog ingeschat . Een internationale (Vlaams/Amerikaans) vastgoedinvesteerder worden; . Een nationaal opererende bank die vastgoedfinanciering doet in . Denk buiten de vastgoedpartijen om en ga in gesprek met bijvoorbeeld Amsterdam grote horecaboeren en exploitanten van stripclubs of gokhallen. Zij zullen mogelijk willen investeren, maar gaan naar waarschijnlijkheid Naast verdieping in de achtergronden van de opgave is op deze wijze ook een niet vooraf in gesprek; eerste inzicht verkregen ten behoeve van het samenstellen van de groslijst voor mogelijke gesprekspartners. Op basis van deze verkenningen is in overleg met de opdrachtgever een groslijst van ca. 50 personen\partijen opgesteld voor de te voeren gesprekken Vanuit ambtelijk betrokkenen bij de gemeente Amsterdam is er goede kijk in de informele marktconsultatie. Gezien de eerste reacties in het voortraject op de diverse modellen die momenteel voorkomen: grofweg vooral eigenaar is besloten vooral verschillende soorten partijen te bevragen om de trefkans te exploitant of aparte eigenaar en exploitant. Men constateert een spanningsveld vergroten en diversiteit van opvattingen te kunnen oogsten. Ook zijn adviseurs over mogelijke toevoeging van ramen na zoveel jaren werk aan terugdringen. bevraagd om oplossingsrichtingen voor genoemde risico’s te vinden. Oriëntatie bij ambtelijk betrokkenen bij initiatieven in Utrecht en Den Haag gaf aan dat het vinden en selecteren van partijen voor een dergelijk initiatief heel veel hindernissen kent. Het betreft dan vooral onbekendheid met deze branche, afdekking van mogelijke risico’s en de eventuele rol van de gemeente in zo’n project. 11 3.2 Informele marktconsultatie gemaakt. Om die reden zijn de verslagen geanonimiseerd en ook niet ter goedkeuring aan de geïnterviewden voorgelegd. De resultaten in hoofdstuk 4 Er zijn circa 40 uitnodigingen voor een gesprek verzonden. De respons was en de conclusies en aanbevelingen in hoofdstuk 5 van deze rapportage vormen boven verwachting, zeker in vakantietijd. Zodra een afspraak was gemaakt is een door SITE veralgemeniseerde weergave van de uitkomsten van alle een korte toelichting op de achtergrond van de vraagstelling toegezonden (zie gesprekken, inclusief de inzichten uit de verkenning. bijlage 1). Uiteindelijk zijn ruim 20 gesprekken gevoerd, die als volgt verdeeld zijn: . 1 bank . 2 institutionele beleggers . 5 beleggers . 4 (project)ontwikkelaars . 2 (hotel)ontwikkelaars . 2 maatschappelijke organisaties . 1 ondernemer in erotisch entertainment (*seksbranche) . 2 exploitanten in de Wallen (*seksbranche) . 1 vertegenwoordiger sekswerkers (“seksbranche) . 3 gemeentelijke informanten in kader hotelbeleid, voorbeeld Den Haag en mogelijke locaties (“adviseurs) . 1 horecaondernemer (*adviseurs) . 2 vastgoedadviseurs (“adviseurs) “In de matrix (H.5. Conclusies & aanbevelingen) zijn de respondenten onderverdeeld in werkbare categorieën, waardoor de verdeling niet altijd direct correspondeert met de benamingen in het rapport. De categorie wordt hier toegelicht tussenhaakjes toegelicht. 2 corporaties en 3 beleggende partijen hebben gemotiveerd afgezegd. Overige partijen waren in deze periode niet in de gelegenheid om deel te nemen. Er is geen verdere noodzaak om deze partijen alsnog te benaderen, omdat er een breed spectrum aan partijen is gesproken. De gesprekken zijn gevoerd in juli en augustus 2020. Vanwege corona waren dat voornamelijk zoomgesprekken. De gesprekken hadden een open en informeel karakter (en derhalve niet als formele enquête te zien). SITE heeft voor eigen gebruik gespreksverslagen gemaakt. Deze verslagen zijn louter gebruikt voor het maken van dit rapport en zullen verder niet openbaar worden 12 RESULTAAT VAN DE INFORMELE MARKTCONSULTATIE m In de gesprekken zijn de volgende onderwerpen steeds aan de orde gesteld: projectontwikkelaars aangeven bij voorbaat te moeten afhaken: bij gebrek aan financiering via een bank of institutionele belegger zullen ze uit eigen vermogen Kernvraag: is er investeringsbereidheid in één of beide alternatieven en onder moeten investeren. Daarvoor is voor hen het marktrisico te groot en het welke condities zou dat het geval zijn. voorziene rendement te laag. Wat vindt u van het initiatief om een PH of een EC? Omgekeerd bleek ook uit de gesprekken dat, ondanks het gegeven dat prostitutie maatschappelijk niet geaccepteerd is, verschillende vastgoedpartijen Denkt u dat het initiatief: aangaven vanuit maatschappelijke betrokkenheid juist wel een bijdrage te willen leveren aan de verbetering van die situatie. . Effect zal hebben op de (in de toekomst verwachte groei van de) drukte en overlast op de Wallen? Helaas is volgens veel respondenten de sector ook daadwerkelijk aantrekkelijk . Bij zal dragen aan een betere positie van sekswerkers? voor personen of organisaties, die zich niet zo nauw aan de wet willen houden. . Bij zal dragen aan het voorkomen van misstanden? Met misstanden als mogelijk gevolg. . Gesteund zal worden door voldoende vraag”? . Met een rendabele business case te realiseren zijn? Dat maakt veel vastgoedpartijen ook huiverig om in een dergelijke functie te willen investeren. . Onder welke condities zou dat haalbaar zijn?** . Zou uw organisatie een rol willen spelen in dit initiatief? Een groot deel van de respondenten ziet de problemen\misstanden in\rond de . Welke partijen\organisaties zouden hier een rol in moeten spelen? Hoe prostitutiesector en op de Wallen (positie sekswerkers, criminaliteit, overlast in zou de rolverdeling dan moeten zijn?** centrum, etc) als een maatschappelijk probleem waaraan het initiatief tot een . Hoe ziet u de rol van de gemeente? prostitutiehotel of erotisch centrum een bijdrage tot verbetering kan en zelfs zou . Wat zouden volgens u eventueel geschikte locaties zijn?** moeten leveren. De resultaten van de verkenning zijn samengevat in een matrix; de vragen De in deze paragraaf genoemde context is nadrukkelijk in de gevoerde voorzien van ** zijn niet in die matrix opgenomen, maar tekstueel verwoord. gesprekken meegenomen. Kunnen de beide scenario’s naar de mening van de respondenten een bijdrage leveren aan de verbetering van de hiervoor beschreven situatie? 4.1 Preambule: Prostitutie is maatschappelijk niet geaccepteerd In vrijwel alle gesprekken komt aan bod dat prostitutie weliswaar niet verboden is, maar maatschappelijk nog geheel niet geaccepteerd. Dat aspect speelt in een eventuele investeringsbereidheid een grote rol. Zo laten respondenten vanuit banken en institutionele beleggers weten dat voor ondernemingen\projecten, waarbij prostitutie is betrokken, geen financiering kan worden verstrekt. In de regels en uitgangspunten van deze organisaties is dat eenduidig vastgelegd. Het betekent bovendien, dat de meeste 14 4.2 BEVINDINGEN SCENARIO PROSTITUTIEHOTEL (PH) In de gesprekken is uitgegaan van de voorlopige beschrijving van een PH Corporaties vanuit de gemeente: geschikt voor ca 100 ramen\sekswerkplekken met Ook corporaties mogen een dergelijke investering niet meer ter hand nemen. bijbehorende gemeenschappelijke ruimtes, ruimte voor zorgverleners en Twee genodigde partijen wezen zelfs een gesprek hierover gemotiveerd af. beperkte ontvangst\horeca ruimte. Er zijn 2 soorten werkplekken: voor face to face werving en voor werving via internet. Exploitanten/ondernemers Vanuit de exploitanten, die nu op de Wallen gevestigd zijn verwachten we geen 42.1 Investeringsbereidheid investeringsbereidheid. Een exploitant die wij spraken stelde: ‘van de Wallen kun je niet winnen’. Met andere woorden: zij zien niet in dat op een nieuwe Beleggers locatie een vergelijkbaar rendement zou kunnen Bij de meeste respondenten is er geen investeringsbereidheid. Alle worden bereikt. Ondernemers in de seks- en/of horecabranche buiten de respondenten vanuit banken, institutionele beleggers en partijen, die (mede) Wallen zijn niet direct geïnteresseerd in de exploitatie van een prostitutiehotel. namens dergelijke partijen geld beleggen, geven aan dat een initiatief tot een Er wordt wel positief gekeken naar een alternatieve ontwikkeling, maar een PH bij voorbaat op principiële en morele gronden af wordt gewezen. combinatie van functies wekt meer interesse dan enkel een PH. Door een beleggingsinstantie is aangegeven, dat voor dit initiatief mogelijk ook Algemene reacties van meerdere respondenten meerdere particuliere beleggers bij elkaar kunnen worden gebracht. In algemene zin wordt de prostitutiebranche door respondenten vanuit vastgoedpartijen zakelijk risicovol gevonden. Er zijn grote marktfluctuaties en Ontwikkelaars de invloed van eventuele overheidsbemoeienis via regelgeving wordt zeer groot geacht. Projectontwikkelaars Enkele projectontwikkelaars zouden wel bereid zijn om te participeren in Daartegenover staat de overtuiging bij respondenten vanuit vastgoedpartijen een initiatief tot een PH. Echter, omdat banken en beleggers niet staan te dat met een dergelijk risicovol initiatief wel degelijk een goed rendement te trappelen, geven zij aan dat het voor hen daarom ook moeilijk wordt: zij behalen valt. In het algemeen wordt niet getwijfeld aan de marktkansen voor moeten na realisatie inmers een koper\belegger vinden. Daarbij komt dat 100 plekken, mits op een goede locatie en aantrekkelijk voor de potentiele deze projectontwikkelaars (en ook de hotelexploitanten) aangeven bang te klanten, want dan is het voor de sekswerkers ook een aantrekkelijk alternatief. zijn hun goede naam in diskrediet te brengen. Bij eventueel participeren in het initiatief tot een PH eisen zij daarom een grote zorgvuldigheid, zoveel mogelijk Respondenten van verschillende achtergrond geven aan, dat particuliere anonimiteit en het niet ‘aan de grote klok hangen’ van het project. beleggers bereid zouden kunnen worden gevonden om in een PH te investeren, indien er door een projectontwikkelaar of een initiatiefnemer Hoteliers eerst een concreet concept en business case wordt uitgewerkt. Een concreet Vanuit de respondenten vanuit hotelketens is aangegeven, dat er geen plan, op een concrete plek, met zekerheid van goedkeuring op planologische bereidheid bestaat om te investeren in een initiatief tot een PH. Zij achten dit procedures, zou wel een ticket tot investeringsbereidheid kunnen zijn. niet passend bij de aard van hun onderneming. Men is juist sterk gemotiveerd Zie Hoofdstuk 5. Conclusies en aanbevelingen. om prostitutie in hotels tegen te gaan. 15 Subconclusies PH te direct gericht op haar klanten. Een PH zal volgens de seksbranche en Ondanks de vele reserves die wij te horen gekregen hebben van de adviseurs de feesttoerist niet of nauwelijks aantrekken. respondenten, concluderen wij dat er 2 alternatieven zijn, die wel degelijk kansrijk zijn bij het zoeken naar investeringsbereidheid in een PH: 4.2.3 Effect op positie sekswerkers . Vastgoedpartijen (beleggers/ontwikkelaars) die gewend zijn projecten met diverse functies te realiseren en te beheren. Er zijn partijen die ook Randvoorwaarde 1 bij de scenario’s is het waarborgen van de zonder financiering door derden flinke projecten aankunnen. Hier wordt mensenrechtenverbetering in de positie van de sekswerkers. Onderdeel prostitutie opgevat als ‘gewoon een functie’ die een goed rendement daarvan is het tegen gaan van de huidige overlast voor sekswerkers op de kan opleveren en die best in te passen valt. Maar ook hun naam en Wallen. Maar het gaat ook om betere mogelijkheden voor sekswerkers om faam moet niet onnodig ter discussie staan in de aanloop. Zij vragen op een vergunde plek te kunnen werken in goede omstandigheden, minder van de gemeente aan de voorkant van het proces een stevige inzet, zo afhankelijkheid van louter de exploitanten op de Wallen, mogelijkheden voor dat een locatie en de bestemming geregeld is. Een heftig voortraject trans- en mannelijke werkers die nu niet achter een raam terecht kunnen. met bezwaarmakers en grote voorinvesteringen zou hen afschrikken. . Potentiele ondernemers\exploitanten die een goed businessplan Een PH geeft volgens vrijwel alle respondenten goede mogelijkheden voor het kunnen maken voor een bepaalde locatie, kunnen in contact gebracht creëren van goede werkomstandigheden voor de sekswerkers. Ongewenst worden met particuliere beleggers\investeerders. gedrag van bezoekers kan beter worden gecontroleerd en in de hand gehouden. Wij werken deze alternatieven nader uit in de voorstellen in hoofdstuk 5, waar de verschillende overwegingen in samenhang worden bezien. Door controle bij de toegang kunnen ongewenste gasten geweerd worden. 4.2.2 Effect op (voorziene groei van) overlast wallen Vanuit maatschappelijke organisaties en adviseurs is aangegeven, dat ‘het zetten van een nieuwe norm’ met betrekking tot werkomstandigheden en De raamprostitutie is een onderdeel van de Aanpak Binnenstad. Deze aanpak veiligheid, een goede uitstraling zou kunnen hebben op de hele branche. Vooral zal niet alleen de Wallen betreffen, maar de gehele binnenstad, die met de als sekswerkers zelf ook voor een dergelijke omgeving zouden kiezen kan het maatregelen klaar moet zijn voor een toekomst waarin het aantal bezoekers effect groot zijn. Daarvoor zal de mogelijk te behalen omzet ook aantrekkelijk mogelijk gaat verdubbelen. moeten zijn. Diverse respondenten wezen erop dat het verder sluiten van ramen parallel 42.4 Effect op voorkomen van misstanden bij de prostitutie aan de realisatie van een PH zou moeten worden overwogen. Daarmee zou volgens hen een groter effect op de overlast in het Wallengebied te bereiken Op zichzelf kan volgens respondenten het effect op de misstanden in de zijn. prostitutie als geheel vanuit dit initiatief maar beperkt zijn. Uiteraard kunnen in een PH goede condities worden geschapen, waardoor missstanden beter Vrijwel geen van de respondenten schat in, dat de realisatie van een PH te voorkomen zijn. Dat vergt extra controle en toezicht, dat mogelijk een daadwerkelijk zou leiden tot het terugbrengen van de drukte op de Wallen. negatief effect heeft op de anonimiteit, die de klanten juist zoeken. Ook wijzen Danwel dat het een aanmerkelijke rol zou kunnen spelen in het verkleinen van respondenten vooral op de groei van het maken van afspraken via internet. de effecten van de voorziene groei in toerisme. ‘Als het PH goed loopt, zou het Het betreft dan geen raamprostitutie, maar afspraken op allerlei plekken. Deze een klein hapje uit die enorme stroom nemen’. Daarvoor is volgens hen een sector is sterk groeiend. Respondenten ondersteunen het voornemen van de 16 gemeente, dat in het PH ook mogelijkheden worden gecreëerd voor die tak van Als een belangrijke rol van de gemeente om vertrouwen in het project en de de branche. Juist daar kan een goed voorbeeld een enorme uitstraling hebben. betrokkenen te vergroten, wordt door beleggers en ontwikkelaars screening van potentiele exploitanten vaak als essentiële voorwaarde genoemd. Ook zou Een snellere realisatie in nieuwbouw dan over ca. 3 jaar acht men niet volgens hen het project aan goodwill winnen, als voorkomen kan worden dat haalbaar. hier slachtoffers van mensenhandel werken. Als suggestie is ook de mogelijkheid van een tijdelijke huisvesting geopperd. Men vraagt in ieder geval om duidelijke keuzes en een langjarig commitment aan deze opgave Sommige beleggers zijn zelfs van mening dat de gemeente Enkele projectontwikkelaars hebben aangegeven eventueel mogelijkheden te de financiering voor haar rekening zou moeten nemen. Dit om te voorkomen zien bij reeds lopende projecten. Zo is er een partij die via een gemeentelijke dat ‘ongewenste elementen op het toneel verschijnen’. ‘Want er is geen tender een groot project ontwikkelt. Voor een onderdeel van dat project zou de toegang tot bankgeld. Dan krijg je dus fout geld’. voorziene studentenhuisvesting mogelijk omgezet kunnen worden in een PH. Een andere partij werkt aan de transformatie van bestaand winkelvastgoed en Initiatieven die gebruik maken van bestaand grondposities of bestaande geeft aan dat een PH een serieuze optie kan zijn. gebouwen, zouden ook door de gemeente moeten worden overwogen. Een aantal respondenten is van mening, dat parallel aan een PH initiatief 4.2.6 Rol gemeente, gestelde randvoorwaarden duidelijk moet worden gemaakt, dat het verminderen van het aantal ramen in de Wallen een beleidsdoel van de gemeente is. In de gesprekken is er steeds verbazing over de achtergrond van dit scenario. ‘Gaat de gemeente 100 ramen toevoegen na 20 jaar verwoed proberen de raamprostitutie in de Wallen terug te dringen?” De seksbranche op de Wallen ziet het risico dat de ontwikkeling van een PH als excuus wordt gebruikt om de situatie op de Wallen niet daadwerkelijk te verbeteren. ‘Laat de gemeente eerst hier gewoon hun werk eens doen: criminelen oppakken, bezoekersstromen beheersen en de rommel opruimen!’ De gemeente heeft op dit moment aangegeven dat het doel is dat de gemeente niet als ontwikkelaar zal optreden, maar haar rol beperkt tot het vinden van de locatie, bevorderen planologische inpassing en het bevorderen van een omgevingsvergunningverlening. Met daarbij een proactieve rol in het vormgeven van een proces, waarbij de juiste partijen elkaar kunnen vinden. De zakelijke respondenten, die dan misschien, eventueel toch zouden overwegen om in een dergelijk initiatief te stappen, verwachten echter juist veel meer van de gemeente omdat de maatschappij het een dergelijk project moeilijk zal blijven maken. 17 4.3 BEVINDINGEN EROTISCH CENTRUM (EC) Uitgegaan is van de voorlopige beschrijving van de gemeente Amsterdam Commercieel wordt er meer heil in dit scenario gezien. De menging van van een Erotisch Centrum (EC). Het onderscheidt zich van het PH doordat functies zou makkelijk verder kunnen worden uitgebreid. Daarmee wordt de het veel omvangrijker horeca\vermaak functies kan bevatten, waaronder prostitutie eerder een bijzaak dan hoofdzaak. Daarmee kan het voor particuliere ook erotisch entertainment. In het EC bevinden zich 100 werkplekken, beleggers een interessante propositie worden. Het stigma speelt dan een bijkomende gezamenlijke ruimtes en een kantoor. Daarnaast is er ruimte kleinere rol en de opgave valt beter binnen het eigen ‘kennis en kunde’ domein. voor 2 grootschalige horeca gelegenheden, een restaurant, bistro, nachtclub, sekstheater, seksclub en een sekswinkel. Ontwikkelaars 43.1 Investeringsbereidheid Projectontwikkelaars Projectontwikkelaars zien in dit model kansen om gebieden, die tot stedelijk Het enthousiasme voor dit concept was in vrijwel alle gesprekken groter dan leven moeten worden gewekt op de kaart te zetten. Een ervan refereert voor het PH. Menigmaal ontstond er haast een creatieve sessie: en dan kun als voorbeeld aan Havenstad of de omgeving van station Duivendrecht. je ook nog dit; en dan kun je ook nog dat! Ook bij de interne sessie bij SITE Projectontwikkelaars vinden een tender voor een EC, waarbij behoorlijk vlogen de ideeën en de mogelijkheden binnen de kortste keren over tafel. moet worden voorgeïnvesteerd te risicovol. Voor het deelnemen aan een dialoog, waarin het concept (gezamenlijk/in dialoog met de gemeente) verder Vrijwel steeds ontstond de overtuiging dat van dit scenario ‘iets leuks’ te maken wordt uitgewerkt, is bereidheid en zelfs enthousiasme waargenomen in de valt, een toevoeging aan de stad. Een dergelijke ontwikkeling wordt door gesprekken. respondenten met diverse achtergrond als verrijking van de stad gezien en kan aantrekkelijk zijn voor dagjesmensen, toeristen en zakelijke bezoekers. Hoteliers Vanuit de respondenten vanuit hotelketens is aangegeven dat een EC als Beleggers kansrijker wordt bezien dan een PH, maar nog steeds is er geen bereidheid Voor banken, institutionele beleggers en zij, die namens die partijen geld om te investeren. Zij achten dit niet passend bij de aard van hun onderneming. beleggen, verandert er feitelijk niet veel: prostitutie blijft niet acceptabel. Gek Men is juist sterk gemotiveerd om prostitutie in hotels tegen te gaan. genoeg bleek bij het doorpraten over dit concept juist de kans om de positie van de seksbranche en daarin vooral die van de sekswerkers te verbeteren Corporaties voor die partijen belangrijker dan het mogelijke rendement. Partijen voelen ook Corporaties mogen een dergelijke investering niet meer ter hand nemen. Twee belangrijke sociale verantwoordelijkheden en willen daar ook best op worden genodigde partijen wezen zelfs een gesprek hierover gemotiveerd af. aangesproken. Exploitanten/ondernemers Bij de respondenten bestaat de overtuiging, dat voor een dergelijk initiatief Vanuit de exploitanten, die nu op de Wallen gevestigd zijn verwachten we particuliere beleggers gevonden kunnen worden, die bereid zouden zijn hierin geen investeringsbereidheid. Zoals ook bij een PH werd gesteld, geldt het te investeren. De particuliere beleggers die wij in deze informele consultatie ‘van de Wallen kun je niet winnen’ in hun ogen ook voor een EC. Zij zien niet spraken, zijn vooralsnog niet geïnteresseerd. dat er op een nieuwe locatie een vergelijkbaar rendement zou kunnen worden bereikt. Ondernemers in de seks- en/of horecabranche buiten de Wallen zien De gevraagde investering in een EC zal ook per definitie groter zijn dan bij een het scenario van een EC daarentegen positief in. Zij zijn ook bereid om na te PH, omdat de omvang tenminste het dubbele zal zijn. denken over een vervolg met voor hen een rol weggelegd als exploitant in het EC. 18 4.3.2 Effect op de (voorziene groei van de) overlast op de Wallen 4.3.3. Effect op positie sekswerkers Hierover zijn de meningen zeer verdeeld. Sommige adviseurs zien prima Randvoorwaarde 1 bij de scenario’s is het waarborgen van de kansen om de fotograferende feesttoerist te verkassen naar het EC: een soort mensenrechtenverbetering in de positie van de sekswerkers. Onderdeel ‘nepwallen’. Daar kun je dan ook de overlast beter managen. ’Dat is beter, dan daarvan is het tegen gaan van de huidige overlast voor sekswerkers op de die nauwe straatjes in de Wallen; die kunnen dat gewoon niet aan!” Wallen. Maar het gaat ook om betere mogelijkheden voor sekswerkers om op een vergunde plek te kunnen werken in goede omstandigheden, minder Vooral de prostitutiebranche is overtuigd van de blijvende aantrekkingskracht afhankelijkheid van louter de exploitanten op de Wallen, mogelijkheden voor van de Wallen als buurt: historisch, waanzinnig goed gelegen t.o.v. openbaar trans- en mannelijke werkers die nu niet achter een raam terecht kunnen. vervoer en omringd door hotels en kantoren en andere functies waar veel klanten werken. Overlast zal er dus blijven, ook als elders in de stad een EC Vanuit de branche en door maatschappelijke organisaties worden in dit zou komen. scenario ook kansen gezien om (voormalige) sekswerkers ook in andere functies en rollen in te zetten. Daarmee kunnen zich maatschappelijk Vastgoedpartijen zijn geneigd de drukte te relativeren: “bij een wereldstad hoort gezien interessante perspectieven openen. Zowel een hotelexploitant, een nou eenmaal drukte”. Zij leggen er de nadruk op dat voor een goede omzet ook horecaondernemer en een maatschappelijke organisatie zagen mogelijke rollen veel passanten gewenst zijn. in educatie, rondleidingen, werk in horeca. ‘Je moet natuurlijk voorkomen, dat er 2 plekken met overlast ontstaan’. 43.4 Effect op voorkomen van misstanden bij prostitutie De meeste respondenten zien ook in dit scenario echter geen groot effect uitgaan op de huidige, laat staan de toekomstige drukte en overlast op de Algemeen wordt gewaarschuwd voor te veel naïviteit: zolang de Wallen. Bovendien, ‘als het je lukt om de feesttoeristen erheen te trekken, maatschappelijke acceptatie van prostitutie tekortschiet, zal het netwerk rond verplaats je dezelfde ellende’. Anderen zien dat genuanceerder; je kunt een de prostitutie moeilijk grijpbaar willen blijven. EC natuurlijk inrichten op dergelijke doelgroepen. ‘Dat is snel beter dan in die nauwe straatjes in de Wallen, die kunnen dat gewoon niet aan’. In het EC zelf kunnen goede omstandigheden en een goede rolverdeling worden gecreëerd. Ook op dit aspect zijn respondenten positiever dan bij PH. Een belegger: ‘Het aantal bezoekers van EC zal aanmerkelijk hoger zijn dan in PH, dus de hap die je mogelijk neemt uit het aantal bezoekers, zal derhalve ook groter zijn’. Door diverse respondenten is gesuggereerd om het terugdringen van de raamprostitutie nadrukkelijk aan dit scenario te verbinden. Dat zou de slagingskans van het prostitutie-element in het concept vergroten. 19 4.3.5 Snelheid van realisatie In het algemeen is volgens adviseurs en projectontwikkelaars een gemengd project groter, ingewikkelder en vraagt dus meer voorbereidingstijd, ook in het vastleggen van alle mogelijkheden in een bestemmingsplan. Inpassing in lopende plannen voor bv. winkelcentra die aan upgrading toe zijn, werd door respondenten afgewezen omdat juist een groot en breed publiek incl. kinderen en jongeren daar toegang moeten hebben. Een eigenstandig gebied voor een EC zou volgens respondenten beter zijn. In dat geval kan het management van de verschillende onderdelen optimaal worden afgestemd met onder meer positieve effecten op het voorkomen van mogelijke overlast. 4.3.6 Positie van de gemeente, randvoorwaarden Voor het EC kan enthousiasme aangeboord worden. Daardoor kan in dit scenario de gemeente zich makkelijker beperken tot haar normale taken: het bevorderen en juridisch/planologisch mogelijk maken van een gronduitgifte met voorwaarden. Er is immers meer belangstelling te verwachten van partijen, die ervaring hebben met gemengde vastgoedprojecten.De nadruk op prostitutie verkleint, wat de maatschappelijke acceptatie mogelijk ook kan vergroten. Vanuit de reacties van respondenten is duidelijk dat voor een dergelijk initiatief in ieder geval 3 partijen nodig zijn: gemeente, investeerder en exploitant. Mogelijk ook nog sekswerker. Op die basis zou ook het gebiedsontwikkelingsproces ingericht moeten worden. Volgens een maatschappelijke organisatie zou voor de gemeente ’het tegengaan van misstanden en de empowerment van sekswerkers voorop moeten staan’. 20 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 0 m 1. Zijn er investeerders geïnteresseerd in een PH? en zullen eventuele tendercontracten, genomen besluiten, andere a. Groep geïnteresseerde marktpartijen is klein. Er is veel overeenkomsten moeten worden herzien. terughoudendheid. c. Snelheid proberen te maken zou kunnen leiden tot valse hoop en b. Er zijn wel kansen bij particuliere beleggers die voornamelijk met veel vertraging later in het proces. SITE denkt dat een normale eigen geld kunnen werken. Deze groep is overigens naar zorgvuldige procedure met goede participatie van stakeholders verwachting ook niet groot. uiteindelijk toch ook het snelste traject zal zijn. c. Een concreet plan, op een concrete plek met zekerheid van goedkeuring op planologische procedures zou wel een ticket tot die 4, Waar moet een marktpartij en selectieproces vanuit de gemeente altijd bereidheid kunnen bieden. Een potentiële aan voldoen? initiatiefnemer/ontwikkelaar met een kant en klaar plan zou in contact a. Zorgvuldigheid in proces en communicatie. gebracht kunnen worden (matching proces) met een particuliere b. Borgen van zoveel mogelijk anonimiteit van betrokkenen. belegger. c. Gemeente dient helderheid aan voorkant te geven over potentiële locatie(s). 2. Zijn er investeerders geïnteresseerd in een EC? d. Gemeente draagt zorg voor het planologisch proces (omgevingsplan a. Bereidheid is groter dan bij PH en omgevingsvergunning). b. Ook hier is het vinden van particuliere beleggers die met eigen geld e. Altijd zorgen voor tijdige participatie en communicatie met werken kansrijk. omgeving, kans op bezwaren en tegenstand is erg groot. Kans dat c. In mindere mate is het vinden van ontwikkelaars kansrijk. Wil dit bezwaarmakers de pers betrekken is erg groot. Project heeft het lukken, dan zal er vanuit de gemeente veel aan de voorkant grote risico om groot in de pers te verschijnen, dit schrikt geregeld moeten zijn. Naast locatie en bestemming wordt door hen vastgoedpartijen af. gedacht aan vormen van financiële garantsteliing. f. Zowel het PH als het EC lenen zich in de ogen van SITE niet voor d. Er blijken ook exploitanten/ondernemers vanuit de seksbranche en een traditioneel aanbestedings/tender proces. Een proces vanuit horecabranche geïnteresseerd te zijn. Hier is enthousiasme te een onderhandelingsgerichte dialoog ligt veel meer voor de hand. vinden. e. De marktkansen voor een EC worden relatief hoog ingeschat. 5. De gemeente zou er goed aan doen om haar doelstellingen met dit initiatief heel scherp te stellen en goed te communiceren. Indien het 3. Kan er snelheid gemaakt worden? terugbrengen van drukte en overlast op de Wallen een doelstelling a. Uit alles blijkt dat zorgvuldigheid bovenaan de prioriteitenlijst moet is, dan dient de oplossing daar ook feitelijk aan bij te dragen. Of die staan. Vastgoedpartijen willen een zorgvuldig proces, willen geen doelstelling kan worden bereikt door het realiseren van een PH / EC grote bekendheid van het project, willen liefst anoniem blijven en wordt door veel ondervraagden sterk betwijfeld. Zeker met het PH geen negatieve publiciteit en imagoschade hiermee oplopen. concept en ook, hoewel in mindere mate, met het EH concept. b. Op de meest korte termijn zou het mogelijk zijn om bestaanden gebouwen/lopende projecten die nog om invulling van functies vragen, in te zetten. Echter zal ook bij deze projecten er eerst een nieuwe procedure moeten worden doorlopen m.b.t. het bestemmingsplan, m.b.t. zorgvuldige communicatie met de omgeving, zullen er vrijwel zeker bezwaarprocedures gaan lopen 22 6. Bij het terugdringen van drukte en overlast in de Wallen hoort in feite 12. Bijzondere aandacht is nodig voor de positie van de gemeente in het ook het actief sluiten van ramen op de Wallen. vervolg van dit proces. In veel gesprekken wordt de gemeente als “kop van Jut” gebruikt. Grotendeels is dat te verklaren uit de zeer 7. Voor de sekswerkers in PH of EC kan de overlast worden beperkt, verschillende rollen, die de gemeente in deze problematiek omdat het toezicht en de controle op bezoekers veel beter en passend speelt. Vanuit deze benadering adviseren wij de uiteindelijke kan worden georganiseerd. Dit kan zeker een positieve uitstraling betrokkenheid van de gemeente bij de totstandkoming te beperken tot hebben op de situatie op de Wallen. haar gangbare rollen van locatieselectie, gronduitgifte en bevorderen bestemming en vergunningverlening. Op dit moment zal de gemeente 8. (Raam)prostitutie is maatschappelijk niet voldoende geaccepteerd. wel het initiatief moeten nemen om partijen te interesseren en waar die Bij een initiatief tot PH en/of EC dient hier rekening mee elkaar aanvullen, bij elkaar te brengen. gehouden te worden. Bijvoorbeeld door de nadrukkelijke eis van partijen om anoniem te blijven te respecteren. Tegelijkertijd is er een sterke roep om langjarig bestuurlijk commitment van de gemeente om een dergelijk controversieel project daadwerkelijk van de grond 9. De voorwaarde dat de gemeente de planologische procedures op orde te krijgen. Wij adviseren dit commitment in de governance van het project te heeft en zorgt voor nodige draagvlak bij de omgeving is uiterst relevant. verankeren. Denk daarbij aan een contractueel verankerd orgaan, dat na totstandkoming van overeenkomsten kan toezien op het nakomen van de 10. Daarentegen kan juist de maatschappelijke problematiek aansluiten wederzijdse verplichtingen van gecontracteerde partijen. Op deze wijze bij de wens van grotere meer institutionele partijen om aan MVO te kan ook het voorkomen van misstanden, de positie van sekswerkers, het doen. Dan zal juist dit aspect in de aanloop naar het initiatief veel verhogen van de maatschappelijke acceptatie van prostitutie langjarig worden nadruk moeten krijgen. gezekerd zonder het teveel in beton te gieten. (Als voorbeeld is verwezen naar totstandkoming “AMS: Amsterdam Metropolitan solutions) 11. Er staan potentiële ondernemers uit de horeca- en seksbranche te trappelen om een concept verder uit te werken. Het Erotisch Gentrum 13. Op dit moment is de spontane belangstelling onvoldoende om te spreekt daarbij het meest tot de verbeelding, maar ook voor het PH is kunnen starten met een kansrijke ‘selectie marktpartijen’. Eerst zullen creatieve denkkracht aan te boren. partijen door enthousiasme en kennis van de sector vertrouwen moeten krijgen. Vanuit het proces van de gronduitgifte adviseren wij Een dergelijk initiatief zou in kracht winnen, wanneer daar ook potentiële om te koersen op een onderhandsgunningsproces. In dat proces investeerders aan worden gekoppeld en afhankelijk van de achtergrond van de dienen ook de onderliggende doelen van het prostitutiebeleid expliciet initiatiefnemer eventueel ook ervaren exploitanten. Tevens kunnen wensen en te worden benoemd en uitgewerkt in gemeentelijke voorwaarden. behoeftes van sekswerkers in elke fase worden ingebracht. Mogelijk biedt de route van een “concessie voor het recht om een dienst te verrichten” daarvoor handvatten. Mogelijk zullen zich ook Wij menen, dat de gemeente een dergelijke consortiumvorming zou situaties voordoen, waarin partijen zich melden met een eigen gebouw kunnen bevorderen om de haalbaarheid van PH/EC nader te kunnen bepalen. of grondpositie. Het is zaak ook in die situatie diezelfde helderheid te Wij doen daarvoor voorstellen in onderstaande punten. Essentieel is dat ook kunnen verschaffen. de doelstellingen ten aanzien van de positie van de sekswerker in de nadere uitwerking wordt betrokken. 23 14. De eerstvolgende stap in dit proces zou ons inziens zijn het organiseren van een dialoog fase Wij adviseren de gemeente om: * actief de markt te benaderen en partijen uit te nodigen om combinaties te vormen, die een degelijk businessplan voor een PH en\of een EC kunnen opstellen. In de combinaties zou zowel financieel commitment, kennis van de branche, als ondernemingszin geborgd moeten zijn. Zowel enthousiaste ondernemers, projectontwikkelaars, als mogelijke exploitanten kunnen hiertoe in eerste instantie worden uitgenodigd. De gemeente zou naast publicatie op oa Tendernet een “verkenner” kunnen aanwijzen, die partijen aanspoort om combinaties te vormen (matching proces). Deze combinaties kwalificeren zich door de aantoonbare kennis van deze branche, ervaring in projectontwikkeling en financieel commitment. Voor een dergelijke uitvraag is het bevorderlijk, maar niet noodzakelijk, dat al locaties door de gemeente zijn aangewezen. De dialoog kan daar immers ook nieuwe inzichten in bieden. Er zouden vervolgens (bijvoorbeeld) 3 combinaties kunnen worden geselecteerd, die vervolgens betaald een businessplan opstellen (indicatie vergoeding circa 50.000,- Euro per combinatie). In de gesprekken is voldoende enthousiasme gesignaleerd om een dergelijke route te gaan bewandelen. * _ Vanuit de gemeente worden de beleidsuitgangspunten tijdens en door de dialoog vertaald in voorwaarden, die later kunnen worden benut bij de beoordeling van de voorstellen. Tevens worden, mede gevoed door de informatie uit de dialogen, door de gemeente de juiste selectiecriteria opgesteld om tot een afweging en keuze te komen. 24 MATRIX BEVINDINGEN PROSTITUTIEHOTEL 5 Ps en - es EN A EN 8 Bee 13 EG ke BANKEN BELEGGERS ONTWIKKELAARS NNT NT: SEKSBRANCHE LEGENDA ORGANISATIES o o ee ee e. e® - @ ENIGEFFECT (AFH. VAN GROOTTE) 1 2 3 2 3 3 1 1 3 1 2 4 ® GEEN EFFECT ® e e G D ® ® @ ee ® wer errect @ BEPERKT EFFECT i Er 3 3 3 2 @® GEEN Errect BIJDRAGE © ® ® ee ge @ BELANGRIJKE BIJDRAGE VOORKOME @ BEPERKTE BIJDRAGE en 1 2 1 11 3 1 ® GEEN BUDRAGE ) ° © eo ee. ee ee :::- SNELHEID A Zi C.A. 3 JAAR ANR AID ® 1 2 2 3 3 21 2 2 2 3 3 ® LANGERDAN 3 JAAR ® TD ® ® ® ® ® NVT. @ seren @ ONDER VOORWAARDEN 1 2 A1 4 2 2 2 2 @ nier eereiD ZOU UW ® ® ® ® ® ® ® ® ® JA ORGANISATIE OO CD © woeLuk EEN ROL WILLE SPELEN? 1 2 3 11 1 1 4 2 4 2 3 3 © nee ® ® ® CD ® @ HEEL BELANGRIJK @ NIET MEER DAN NORMAAL ONBELANGRIJK 1 2 > 3 ® * VOOR DE EXACTE VERDELING VAN DE PARTIJEN IN DEZE MATRIX, ZIE PARAGRAAF 3.2 26 EROTISCH CENTRUM 5 PN = co 4 N PN €) KA DEN (E) ee AK = BANKEN BELEGGERS ONTWIKKELAARS NAT NT: SEKSBRANCHE LEGENDA ORGANISATIES © ® @e ® © 8 © ® CD © CD 0 ® wer errect @ ENIGEFFECT (AFH. VAN GROOTTE) 1 2 3 1 1 2 3 1 2 3 1 3 3 ® GEEN EFFECT © ® e © ® TD © ® wer errect @ BEPERKT EFFECT 1 2 1 4 1 2 3 1 ® GEEN errecT BIJDRAGE ® ® GO D ® ® C 0 @ BELANGRIJKE BIJDRAGE VOORKOME @ BEPERKTE BIJDRAGE MISSTANDE 1 3 s 5 2 S > 2 3 3 @® GEEN BIJDRAGE ® © ® © © ® ® ® @ BINNEN 3 JAAR SNELHEID DEE ANSA Zn 1 D 4 1 4 2 2 2 2 i ® LANGERDAN 3 JAAR © ® e ® ® ® NVT. ® zereD @ ONDER VOORWAARDEN 1 2 4 1 1 4 1 2 4 @ nier eereiD PZ C ® ® ®@ « ORGANISATIE © Ad ®® © © ee © vocrk EEN ROL WILLE SPELEN? 1 11 3 1 1 1 4 1 2 2 11 © nee © ® O ® ® ® CD ® @ HEEL BELANGRIJK @ NIET MEER DAN NORMAAL 1 2 3 2 2 4 2 3 @® oNBELANGrIJK VOOR DE EXACTE VERDELING VAN DE PARTIJEN IN DEZE MATRIX, ZIE PARAGRAAF 3.2 27 BIJLAGEN BIJLAGE |I: Toegezonden informatie voorafgaand aan de gesprekken u gg me 1 Betreft: Informatie marktverkenning scenario’s Wallengebied te Amsterdam Datum: 20-juli-2020 1. AANLEIDING De gemeente Amsterdam heeft een aantal scenario’s geschetst voor de toekomst van de raamprostitutie op de Wallen en in het Singelgebied. De aanleiding hiervoor is de overlast door grote drukte in de binnenstad, het respectloze gedrag van bezoekers naar sekswerkers en bewoners en het belang van tegengaan van misstanden rond raamprostitutie. Uit de mogelijke scenario’s zijn een tweetal concrete scenario’s geselecteerd, om aan die problematiek beter het hoofd te kunnen bieden. Deze alternatieven zijn: een prostitutiehotel en een erotisch centrum (naast functies prostitutiehotel ook andere gebruiksfuncties zoals sekstheaters en met name ook ‘zware horeca’). De gemeente heeft besloten deze beide varianten verder uit te werken en de haalbaarheid ervan te bepalen. 2. VERVOLGSTAPPEN Om tot een voorstel te komen, dat klaar is voor besluitvorming worden de volgende vervolgstappen genomen: e Uitwerken type en omvang met het oog op randvoorwaarden e Quickscan door Ruimte en Duurzaamheid naar geschikte locaties (deze is reeds voltooid en een vervolgonderzoek is gestart naar de eerste selectie van mogelijke locaties); e Uitwerken exploitatiemodel; e _Marktconsultatie: zijn er partijen die willen ontwikkelen en partijen die willen exploiteren gelet op de randvoorwaarden, die de gemeente stelt; e Opstellen business case voor de gemeente: onder meer inzicht in kosten en de tol voor de gemeente bij het ontwikkelen van een nieuwe locatie. Aan SITE urban development is gevraagd de marktconsultatie vorm te geven. 3. OPDRACHT INFORMELE MARKTVERKENNING SITE heeft de gemeente voorgesteld een informele marktconsultatie uit te voeren, die vooral tot doel heeft om de eventuele interesse van marktpartijen voor de beide varianten te peilen; tevens kan op basis hiervan een strategische koers worden uitgezet hoe een eventuele tender\aanbesteding verder vorm dient te worden gegeven. 4. VORMGEVING MARKTCONSULTATIE SITE zal contact leggen met een breed scala van marktpartijen en zal met hen, anoniem, in gespreksvorm in ieder geval de volgende vragen aan de orde stellen: SITE urban development bv Gedempt Hamerkanaal 91, 1021 KP Amsterdam T +31 20 6231 459 || [email protected] || www.site-ud.nl || IBAN: NL54 INGB 0005 6993 50 EN on Er SE 1 e Bent u of uw type van marktpartij mogelijk geïnteresseerd als belegger, ontwikkelaar, of exploitant in het investeren in een van de varianten? e Hoe kijkt u aan naar het scenario waarbij de raamprostitutie in een gebouw (prostitutiehotel) of in een erotisch centrum wordt gerealiseerd? e Hoe wordt aangekeken tegen de randvoorwaarden, die de gemeente stelt, cq zou moeten stellen? e Welke randvoorwaarden stellen partijen voor het ontwikkelen van een dergelijk hotel of centrum? e Welke voorwaarden en zekerheden moeten ingevuld zijn om tot een geslaagde aanbesteding te komen? e Aan welke eisen moeten inschrijvers voor het ontwikkelen, investeren of exploiteren voldoen? Alle vormen van verslaglegging en conclusies daaruit zullen anoniem zijn. 5. UITGANGSPUNTEN GEMEENTE AMSTERDAM e Twee varianten voor alternatieve locatie: prostitutiehotel en erotisch centrum e Een omvang van circa 100 werkplekken wordt gezien als een goed werkbaar uitgangspunt e Voorkeur wordt gegeven aan een klassiek exploitatiemodel van eigenaar\exploitant\sekswerkers, waarin de gemeente in haar rol blijft als bevoegd gezag als toezichthouder en vergunningverlener; e Erwordt geen direct verband gelegd of verwacht van dit initiatief met de omvang van het aantal ramen op de Wallen en in het Singelgebied; e De locatie moet goed bereikbaar zijn met in ieder geval het openbaar vervoer. Daarnaast moet de locatie goed bereikbaar zijn voor gemeentelijke toezichthouders, politie, zorgpartners en hulpdiensten; in het kader van bereikbaarheid kan een ligging in de buurt van bijvoorbeeld de Noord-Zuidlijn een voordeel zijn”. Om u een beeld te kunnen geven heeft de gemeente onderstaande (visuele) schets van de varianten gegeven. Uit 82 van de Raadsbrief op 17-02-2020: SITE urban development bv Gedempt Hamerkanaal 91, 1021 KP Amsterdam T +31 20 6231 459 || [email protected] || www.site-ud.nl || IBAN: NL54 INGB 0005 6993 50 | nn SE Gemeente Amsterdam Datum 27 februari 2020 Pagina 21 van 16 2.1 Prostitutiehotel met inpandige ramen face to face werving én internetwerving Dit hotel is exclusief ingericht voor sekswerk. In dit hotel zijn twee soorten werkplekken: voor ‘face-to-face’ werving, en voor werven via internet. De face-to-face werving gebeurt door sekswerkers die in de devropening van een hotelkamer of een raam zitten. Dit lijkt op de huidige raamprostitutie in Amsterdam, maar in het hotel wordt de toegankelijkheid tot de prostitutie- zone beperkt doordat je via een entree de inpandige zone (met sekswerkers in de devropeningen) of een afgesloten hof binnenkomt. Voor de louter ‘kijktoerist’ is het betreden van het gebouw een forse drempel in vergelijking met raambordelen die aan de openbare weg grenzen. Dit geldt ook voor de ‘beschikbaar aanbod- klant’. Daarnaast hebben sekswerkers de mogelijkheid vanuit een hotelkamer klanten te werven via het internet. Het hotel biedt werkplekken aan zowel vrouwelijke, mannelijke als trans-sekswerkers. Zij kunnen van beide manieren van werven gebruik maken. De werkplekken van deze groepen zijn op aparte verdiepingen om de verschillende klanten te scheiden en ook relatieve anonimiteit te bieden. pen En En ER 0 De Dn RS zE leen 0 4 Zl 3 Ee de en geen Er ii Ï zp EL Bett a De 2 B | gel fi zj et ED ME Ö Rn NE B AS B OR dee € Ee ed. NS U | | s U ve If En B Ee Á 8 NE À Impressie inpandige ‘raamprostitutie’, gebaseerd op situatie Pascha in Keulen Afgeschermde raamprostitutie in Villa Tinto in Antwerpen SITE urban development bv Gedempt Hamerkanaal 91, 1021 KP Amsterdam T +31 20 6231 459 || [email protected] || www.site-ud.nl [| IBAN: NL54 INGB 0005 6993 50 = Ë 1 Gemeente Amsterdam Datum 17 februari 2020 Pagina 12 van 16 Horeca: Op de begane grond zorgt een kleine bistro voor enige levendigheid. NB Het gaat hier slechts om kleinschalige horeca; het hotel is niet bedoeld om de feesttoerist te trekken. Het hotel is zeer ruimtelijk ingericht, met heldere zichtlijnen en kwalitatief hoogwaardig interieur. Openheid staat centraal: er zijn geen smalle, donkere, doodlopende gangen. Elke verdieping bestaat uit een grote plaza waardoor er een goede oriëntatie en overzicht is en ook sociale controle. Alle kamers grenzen direct aan deze plaza die gelijkmatige en toch intiem verlicht is. De kamers zelf zijn ruim en licht, mede door de ramen aan de buitenkant van het gebouw. Op de bovenste verdieping zorgt een groot glazen dak voor veel daglicht of uitzicht op een sterrenhemel. Door het ruimtelijke ontwerp en intensief beheer van de ruimte én de kamers wordt een norm gesteld waaraan bezoekers zich onbewust conformeren; criminaliteit en overlast worden op deze manier (deels) voorkomen. Er is ook een huiskamer voor sekswerkers en een ruimte van waaruit desgewenst ketenpartners als politie en zorgpartijen (GGD, P&G, vertrouwenspersoon voor sekswerkers) kunnen werken. Er zijn beheerders en security aanwezig die kunnen reageren op een alarm via de noodknoppen die op alle kamers aanwezig zijn. Door toegangsregulering kunnen zij bij de ingang ongewenste bezoekers als dronken groepen toeristen tegenhouden. Het hotel is tenslotte uitsluitend bedoeld voor klanten. Ook bij respectloze bejegening kan een beheerder ingrijpen aan de hand van huisregels. Via een digitaal systeem loggen sekswerkers in en doen zij betalingen voor de kamerhuur. De | exploitant heeft toegang voor het ophalen van zijn bedrijfsgegevens en controleurs van gemeente of politie kunnen op elk moment zien wie er in het gebouw aan het werk zijn. Hierdoor zijn de | sekswerkers gezien de omstandigheden zo goed mogelijk vindbaar en zichtbaar. Vanwege het naar binnen gerichte karakter van het gebouw (aan de buitenkant zie je niet veel bijzonders, je moet weten dat het hier zit) is er beperkte impact op de openbare ruimte rondom het hotel. Via goede aansluiting op het openbaar vervoer/ parkeerfaciliteiten wordt de overlast door komst en vertrek van bezoekers gereguleerd. | 2.2 Het Erotisch centrum | Het erotisch centrum is een ‘prostitutiehotel plus plus plus’: de plussen zijn een seksclub, een | sekstheater en niet-seksgerelateerde functies zoals uitgebreide horeca, een beautysalon, een kapper, een zonnestudio en een B&B voor sekswerkers. | Het centrum biedt door de verschillende soorten werkplekken mogelijkheden voor veel verschillende typen sekswerkers. Door de aanwezigheid van erotisch entertainment als sekstheaters en door de aanwezigheid van veelsoortige horeca is het ook aantrekkelijk voor de niet op sekswerk gerichte bezoekers en trekt alle groepen klanten/ bezoekers. Via het reguleren van de bezoekersstroom en huisregels wordt | overlast beperkt. | De functies zijn verdeeld over vijf verdiepingen: op de bovenste verdieping is het sekstheater en een seksclub. Op de begane grond zitten de meer laagdrempelige functies als de beautysalon, de | zonnestudio, het restaurant, de huiskamer voor sekswerkers en op de tussenliggende verdiepingen zijn gescheiden delen ingericht voor vrouwelijke, mannelijke en trans-sekswerkers. Deze verdiepingen zijn ontworpen zoals het prostitutiehotel. Er is een optimale bereikbaarheid vanuit het OV en goede parkeerfaciliteiten, waar mogelijk | ondergronds. | | SITE urban development bv Gedempt Hamerkanaal 91, 1021 KP Amsterdam T +31 20 6231 459 || [email protected] || www.site-ud.nl [| IBAN: NL54 INGB 0005 6993 50 u En 8 EF SE Gemeente Amsterdam Datum 17 februari 2020 Pagina 13 van 16 B Í Ù ül get es 5 we K 5 On Ee zc Ln TE ne TN | nn Erotisch centrum in Hamburg Contactpersonen SITE: Robert Dijckmeester — [email protected] Nikita Kuipers — [email protected] SITE urban development bv Gedempt Hamerkanaal 91, 1021 KP Amsterdam T +31 20 6231 459 || [email protected] || www.site-ud.nl || IBAN: NL54 INGB 0005 6993 50 BIJLAGE Il: Verbeelding scenario’s gehanteerd bij gesprekken ° Entertainment : ° (bijzaak) ° seeeseeeseseseseseseseseseseseseseseseseseseseseses se ' —_ Jen en ed È £ df rn í + eh ; ok E _ E's led cn Ee WR ovg NO TO STIEMA! at in Tj kant Sien L, NO TO VIOLENCE! Se (hoofdfunctie) 7 EE zt al PA , dee!! Ë | ko p o l Er E ! ee BE, KE Positie van de sekswerker 5 B de an | En PN op NR.1 EE , YI \ El PR EN ef - Veiligheid werkplek - Bl END NE EN [8 - Prostitutiebranche versterken A se FA 1 " PA eee \ ARL On Mr a - Stedelijk probleem sie EN NO aanpakken 5 4 a En es ii SS | - Educatie PA CV daam ee, | RN. - Zorgvoorziening / coaching Z A Oa MT Aas - Respect voor de sekswerker EET mf. nn ASN ex DANS ke E il \ à ata € L Ze zel j j FE ij 4 É J at Î | | > en 1 ‚ u 0 [ 31 eeeeeseseseseessesesesessseseses sees ® . ° ® ° ® ’ Sekswerk : ° (bijzaak) ° p er ek e e heen JWIPe Ald ee VS if = 4 biz pel „eccscecceccsececcecessesececsccseseceseesesesesese iaht ZO, Tan Te ek N Ge en LE hEE UNO EE A ne tt t gk} 9 p‚ EN KBR Td an i party _… IC he in eam dic EXCLUSIVE TINDER COCKTAILS ee ke B ©) 7 Ne (hoofdfunctie) WEE OZ arl | Ee 7 ‘Sex sells’ U Dn ie BS 1” dl Des a Re A l a f S Ü en ke | hk a Dn . . DBE Rn Pl LE And bee R5 ard - Gericht op beleving en 57 Kl N EN ee Pd kl ON Ë Á vermaak van de klant / 4 bn NS N { KA A Á. - Mix van functies, denk aan: B GU LN \ | vm } burlesque/paaldans show, : | Ver mn en asen TEA horeca, club, casino, film, VR, | 5 Ee nn 2 D muziek, theater MEE k a aeg he P| - Mix van bezoekers Wi PN, in f enen Berra ae e | PCOS ij ERSA eN ES ae BN mn | \ EN Á KAN kn fe li E EN fl a 5 Ke wf 1 an h | N ij kj Hil ed } Î RE ie, Wa UE | N ke Fam N LN Ù , 5 E id Ps ring AR VW ere ES " R DE NEA, - d BA ve ee PEA Ak 7 ni Det) me Et pn Baar Ex 4 hd! ie Î ds 3 . : Là Ee ee Js LN jn EEn staks Ps 32 33 Opdrachtgevers Verantwoording en contactpersonen Gemeente Amsterdam De marktverkenning is uitgevoerd door SITE urban development in opdracht van de Gemeente Amsterdam Team SITE Geurt van Randeraat Juli - augustus 2020 Robert Dijckmeester Nikita Kuipers SITE urban development: Marlein van der Linden Martinez Geurt van Randeraat, [email protected] Auteursrechten +31 651 546 BT! Een deel van de gebruikte beelden is afkomstig uit Robert Dijckmeester, robert @site-ud.nl de beeldenbank van SITE. Deze zijn expliciet in +31 651 120 280 de tekst benoemd. Daarnaast heeft SITE diverse beelden met auteursrechten opgenomen zonder Nikita Kuipers, [email protected] deze specifiek te benoemen. +31 633 901 133 Een ieder die meent recht te hebben op een of meer beelden kan dit kenbaar maken aan SITE Marlein van der Linden Martinez, urban development bv. site @sute-ud.nl +31 628 757 077 Dit boek is opgesteld voor interne doeleinden voor het project Marktverkenning alternatief raamprostitutie. Gemeente Amsterdam Noortje Dickhoff, Copyrioht [email protected] SITE urban development bv, september 2020 Floor Frank floor.frank@ amsterdam.nl 34 X Gemeente % Amsterdam bl SITE urban development Gedempt Hamerkanaal 91 1021 KP Amsterdam www.site-ud.nl 35 LS ha Ë is L SITE urban development Gedempt Hamerkanaal 91 IEA NU EE CEL CC EEL Wwww.site-ud.nl
Onderzoeksrapport
41
train
> 4 Gemeente Stadhuis, Amstel 1 Amste rdam 1011 PN Amsterdam > < Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon o20 552 2900 Faxo20 552 3223 www.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van Raadscommissie Wonen en Bouwen Datum 14 juni 2019 Ons kenmerk 2019-6492 Behandeld door Laura Uittenbogaard en Rosa de Jong Onderwerp Afhandeling moties 485 en 486 inzake de uitwerking van de bouw van middeldure koopwoningen Geachte leden van de Raadscommissie Wonen en Bouwen, In de raadsvergadering van 8/9 mei 2019 zijn twee moties aangenomen inzake de uitwerking van de bouw van middeldure koopwoningen: motie 485 over het anti-speculatiebeding en motie 486 over het tegengaan van speculatie en snelle doorverkoop. In deze brief informeer ik v over de wijze van afhandelen van beide moties. Motie 485 anti-speculatiebeding In motie 485 van lid De Jong wordt het college gevraagd: 1. Te inventariseren of en op wat voor manieren in andere gemeenten is gezorgd dat nieuwbouwwoningen niet snel doorverkocht zijn, middels een anti-speculatiebeding of op andere wijze, en of dit bij de middeldure koopwoningen toe te passen zou zijn. 2. Tevenste onderzoeken of huurkoop hierbij een goede manier zou zijn om te garanderen dat middeldure koopwoningen geen onderwerp van snelle doorverkoop worden. 3. Ende raad hier voor de behandeling van de Begroting 2020 over te informeren. De uitvoering van deze motie wordt belegd bij een externe partij. Zij zal een onderzoek starten naar de mogelijkheden van een anti-speculatiebeding en de voor- en nadelen ervan. Door het zomerreces is het niet mogelijk de vitkomsten van dit onderzoek voorafgaand aan de eerste commissiebehandeling van de Begroting 2020 te agenderen voor de commissie Wonen en Bouwen. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat interviews deel vit maken van het onderzoek en in de zomerperiode de meeste deskundigen moeilijk te bereiken zijn. De vitkomsten van het onderzoek zullen geagendeerd worden voor de raadscommissie Wonen en Bouwen van 30 oktober 2019, dat is nog wel voorafgaand aan de raadsbehandeling van de begroting. Motie 486 tegengaan speculatie en snelle doorverkoop In motie 486 van de leden Mbarki, De Jong, Ceder, Kilig, Simons, Bakker en Flentge wordt het college gevraagd: 1. Bijdete realiseren middeldure koopwoningen een maatregel(en) op te nemen die 2) speculatie en 2) hoge winstmarges bij snelle doorverkoop tegengaat. 2. Deze maatregel(en) te richten op een woonplicht van drie jaar. Gemeente Amsterdam 14 juni 2019 Pagina 2 van 2 3. Te onderzoeken welke sanctiemaatregel(en) geïmplementeerd kan worden wanneer de woning verkocht wordt binnen de bovengenoemde drie jaar en over deze sanctiemaatregel(en) het gesprek aan te gaan met de commissie en raad voor 1 januari 2020. 4. Hierbij een hardheidsclausule op te nemen voor schrijnende gevallen. 5. In de marktverkenning naar het verhuurverbod, ook te verkennen of deze inschrijfduur maatregel generiek opgenomen kan worden bij nieuwbouw koop om speculatie in generieke zin te ontmoedigen. De uitvoering van deze motie wordt gekoppeld aan de uitwerking van het verhuurverbod: de zelfbewoningsplicht wordt meegenomen in de marktconsultatie en wordt een onderdeel van de beleidsnotitie die in het eerste kwartaal van 2020 aan de gemeenteraad wordt voorgelegd. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Laurens Ivens Wethouder Bouwen en Wonen 2
Motie
2
discard
OL | -Amsterdam De Federatie van Samenwerkende Bewonersorganisaties in Amsterdam www. wij-amsterdam.eu [email protected] Mr. E.E. van der Laan, burgemeester van Amsterdam en overige leden College B&W De leden van de Amsterdamse Gemeenteraad Postbus 202 1000 AE AMSTERDAM Amsterdam, 26 oktober 2016 Betreft: Voorstel stevige maatregelen om veiligheid, drukte en balans te beheersen Geachte Burgemeester en overige leden van het College, geachte leden van de gemeenteraad, Op 27 oktober 2016 staat op de agenda van de Raadscommissie Algemene Zaken het onderwerp “De uitspraken van de politie Amsterdam gevolgen drukte voor de stad”. Zoals de afgelopen tijd is gebleken, zijn de tot nu toe voorgestelde maatregelen volstrekt onvoldoende gebleken om de situatie in delen van het Centrum weer beheersbaar te maken en de leefbaarheid voor de bewoners te herstellen. Integendeel: de situatie verergert steeds meer. Het Coalitieakkoord uit 2014 zegt: “Amsterdam is van iedereen”. Het Herzien Coalitieakkoord uit mei 2016: “Amsterdam blijft van iedereen”. Trek de parallel met verantwoordelijkheden: als iedereen verantwoordelijk is, blijkt uiteindelijk dat niemand zich verantwoordelijk voelt. En welke plek nemen de bewoners en hun leefomgeving hierin als Amsterdam van iedereen is? Amsterdam (Centrum) wás een functionerende stad, maar nu zijn er straten en buurten in het centrum die steeds minder als volwaardig deel van de stad functioneren. Amsterdammers zelf zijn centrum- mijders geworden. Het gaat om de balans tussen wonen, werken en recreëren. Het ging nooit beter met de lokale economie (werken) en de horeca (recreëren) draait als zeer goed. Alleen de woonfunctie (wonen) staat sterk onder druk. Deze dient dan ook beschermd te worden. WIJ-Amsterdam, de Federatie van bewonersverenigingen in Amsterdam, reikt u onderstaande mogelijkheden aan om met krachtige maatregelen in te grijpen, paardenmiddelen zogezegd, want alleen die zullen nog effectief blijken. Het gaat om de volgende maatregelen: -_Het aanbod schept de vraag. De bezoekers (toeristen) komen alleen als ze tevoren een slaapplaats geboekt hebben. Kunnen ze die niet vinden, dat komen ze een andere keer, of gaan naar een andere stad als “citytrip”. Dus: limiteer het aantal overnachtingsplaatsen, óók in de regio want al die toeristen willen echt allemaal tenminste 1 dag naar Amsterdam-Centrum, meer in het bijzonder vaak naar het Wallengebied. Verminder het aantal dagen vakantie- verhuur naar 30 voor hele woningen in plaats van de huidige 60 dagen want meer vakantiedagen hebben de meeste mensen niet. -__ Zorg dat het Wallengebied (postcode 1012) veel minder aantrekkelijk wordt voor toeristen: ná 2:00 uur geen alcoholhoudende dranken meer schenken. En een veel repressiever beleid op straatdealers voeren. Volgens het Trimbos-instituut is er in 90% van de geweldsdelicten sprake van alcohol en/of drugs. -___De-pretparkiseer het centrum van Amsterdam: leg alle nadruk op de ontstaansgeschiedenis en stedelijke structuur, de monumenten, de musea en de cultuur. Pretparkfuncties gericht op vermaak terugdringen en bestaande vergunningen niet verlengen. De handel zal altijd naar nieuwe mogelijkheden zoeken en die laten ontstaan, maar dan binnen de nieuwe regels. Maak een einde aan alle “experiences”. Kortom: maak Amsterdam-Centrum weer wat “saaier”. De slogans “Amsterdam is van iedereen” (coalitieakkoord) en “Amsterdam blijft van iedereen” (herzien coalitieakkoord, mei 2016) hoeven niet in te houden dat Amsterdam een vermaakscentrum moet zijn voor heel Nederland en de rest van de wereld. Daar zijn nu juist de échte pretparken voor. Maak het niet zozeer saaier, maar kies thema’s (cultuur!) die een ander soort gasten aantrekken. En versterk die. -_ Toeristenbelasting centrum verhogen tot 8% à 10% en de precario voor terrassen en overige zaken weer invoeren om daarmee alle extra reinigings- en handhavingskosten te kunnen betalen die ontstaan door het toegenomen aantal bezoekers (dagjesmensen en toeristen). Extra inzet op onderhoud en schoonmaak intensief gebruikte gebieden in en om het Centrum. Eén terrasstoel levert ca. €20.000 omzet per seizoen. Het is de openbare ruimte. Laat ondernemers voor het gebruik hiervan betalen. -_ Alle commerciële gebruik van de openbare ruimte in Amsterdam dient vergunningplichtig en beprijst te zijn zodat deze activiteiten beheersbaar zijn en begrenst/beperkt kunnen blijven. Vergunningen altijd voor maximaal 5 jaar, waarbij bestaande vergunninghouders niet méér recht op een nieuwe vergunning hebben als nieuwe aanvragers. Monopolisering van activiteiten door één aanbieder bewust voorkomen. Stel duidelijke regels op voor wat betreft geluidsversterking en groepsgrootte. Zorg dat die regels niet vrijblijvend zijn en maak de vergunningverlening afhankelijk van naleving. -__Amsterdam moet zich niet richten op het “backpackerspubliek” maar op de toerist van 35 à 40-plus. Deze zijn rustiger, in het algemeen niet op de drugs en de prostitutie en de vermaaksmogelijkheden uit, hebben meer te besteden en overnachten in het algemeen in hotels. Eveneens dient het beleid zich te richten op de zakelijke reiziger en gezinnen. Ontmoedigen de komst van groepen. Groepen die zich verplaatsen zorgen voor opstoppingen en blokkades. -_ Prostitutie en gokbedrijven gedeeltelijk verplaatsen van het Wallengebied naar het Westelijk Havengebied of Amstel-Ill. Uitsterfbeleid coffeeshops en andere drugsgerelateerde activiteiten voor de oude Binnenstad, maar met behoud van zeer beperkt aantal coffeeshops want die toeristen komen toch wel en wat we zeker niet willen is de handel in drugs, ook softdrugs weer op straat. Het komt neer op het verminderen van de concentratie grote publiekstrekkers midden in het centrum. De concentratie levert grote problemen op wat betreft overlast, leefbaarheid, vervuiling en veiligheid. Het gecontroleerd laten ontstaan van kleinere centra met soortgelijke functies verspreid over de gehele gemeente met gelijktijdige vermindering met dezelfde ordegrootte in de oude binnenstad/het centrum zal deze problemen oplossen. Het is een illusie gebleken dat het probleem met een beleid van concentratie in één gebied, het 1012-postcodegebied, beheersbaar is. Het tegendeel is gebleken en bewezen. -_ Zet in binnen-en buitenland een heel gerichte promotiecampagne op die er voor zorgt dat Amsterdam van het imago af komt dat er “alles kan en alles mag”. Zorg er dan ook voor dat het voor de bezoekers en toerist als die eenmaal in de stad zijn duidelijk is dat inderdaad niet “alles kan en alles mag”. -__ Benoem de sterke en te versterken kanten van Amsterdam (ze staan op de website van de gemeente en in diverse beleidsstukken), en benadruk en versterk deze in alle beleid, zolang ze maar werkelijk gericht zijn op het behoud van de balans tussen wonen, werken en recreëren. -__ Benoem de vormen van recreatie die ongewenst zijn in de binnenstad van Amsterdam en zorg dat deze op middellange termijn hier uitsterven. -___De Algemene Plaatselijke Verordening bestaat op tal van artikelen alleen op papier. Schrap deze artikelen als er toch niet op wordt gehandhaafd, of handhaaf er daadwerkelijk op, bijvoorbeeld met wisselende halfjaars- of kwartaalacties. -__Legaliseer en gedoog geen ongewenste vormen van recreatie en vermaak meer. - Het meest erge dat bewoners van het centrum te horen kunnen krijgen is de opmerking: “dan moet je hier maar niet gaan wonen”, of de internationale variant want toeristen weten er ook raad mee: “then you shouldn't live here”. Op de een of andere manier moet de bezoekers en toeristen duidelijk worden gemaakt dat dit een zeer ongepaste opmerking is. -__ Versterk de woonfuncties in het Centrum en bescherm deze (nachtrust, openbaar groen, afval en vuilnis, veiligheid, winkelaanbod, bereikbaarheid, sociale cohesie, gemengde straten en wijken wat betreft leeftijd, inkomen, achtergrond etc). -__Pak het (nep)drugsdealersprobleem ook aan de kant van de kopers aan nu blijkt dat aanpak van de verkopers niet goed werkt. Geef duidelijk aan dat het gebruik van drugs, ook softdrugs, in de openbare ruimte niet gewenst is. -__Food-to go zorgt voor een enorm afvalprobleem in de openbare ruimte: geen nieuwe vergunningen afgeven en bestaande vergunningen na afloop niet verlengen. Eten doet men zittend binnen of hooguit op een terras. Minder eetmogelijkheden in het centrum zal er ook voor zorgen dat deze meer buiten het centrum ontstaan. -__Verbied alcoholverkoop door andere zaken als kroegen (mini-supermarkten, wafelwinkels, snackbars) en reguleer en controleer alcoholverkoop door supermarkten in de binnenstad. Geef duidelijk aan in de binnenstad dat alcoholgebruik in de openbare ruimte verboden is, en handhaaf hier streng op. Wijs de horecaondernemers op hun verantwoordelijkheid voor het beheer van de openbare ruimte en het tegengaan van overlast in die publieke ruimte. Handhaaf daar actief, dus niet reactief, op. - Wees coulant ten opzichte van goede ondernemers die een meerwaarde voor de buurt hebben en wees keihard tegen ondernemers die voor verloedering zorgen. Zorg voor maatwerk in samenspraak met de ondernemers —en bewonersverenigingen. -_Stel zo nodig noodverordeningen in voor buurten/straten. -__Dring de vakantieverhuur terug. De huidige landelijke regeling blijkt in Amsterdam niet te werken en verwoest de sociale structuur in straten en wijken. Amsterdam heeft de grootste troef in handen, namelijk de stad zelf. De vakantieverhuurbedrijven zullen veel water in de wijn willen doen om Amsterdam in hun portefeuille te kunnen houden. Buit dat uit als gemeente bij het stellen van regels. Maak ook bemiddelaars strafbaar. -__Pas het city-marketingbudget aan: zorg ervoor dat de juiste toeristen worden aangetrokken (en dus de anderen wegblijven) en zorg ervoor dat ze weten dat niet alles kan in Amsterdam. -__ Meer toerisme leidt automatisch tot een toenemende noodzaak aan handhaving en opruimen. Zorg voor voldoende handhavers, zorg ervoor dat ze hun werk beter doen en zorg voor budgetten die “meeademen” met de ontwikkeling van het toerisme. Graag willen wij de maatregelen in een persoonlijk gesprek toelichten. Met vriendelijke groeten, == e Peter Taks Isabelle Blekxtoon Jacob Stroet bestuurslid bestuurslid bestuurslid / TZ / de Teun van Hellenberg Hubar Eddy Appels Bestuurslid bestuurslid
Raadsadres
4
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 791 Publicatiedatum 8 juli 2016 Ingekomen op 7 juli 2016 Ingekomen in raadscommissie ZS Te behandelen op 13/14 juli 2016 Onderwerp Motie van het lid Roosma inzake de Voorjaarsnota 2016 (afschaffen eigen bijdrages ambulante ondersteuning/dagbesteding). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449). Overwegende dat: — eigen bijdrages in de zorg zijn ingesteld om onnodige vraag naar zorg te remmen:; — het innen van eigen bijdrages een bureaucratisch proces is waarmee zorgaanbieders en cliënten belast worden; — bij bepaalde vormen van zorg geen remming op de vraag te verwachten is, zoals waarschijnlijk het geval is bij ambulante begeleiding en dagbesteding; — het onderscheid tussen algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen bij ambulante begeleiding (individueel en groep) vaak lastig te maken is; — het vanuit juridisch oogpunt logischer is om ambulante begeleiding en dagbesteding als maatwerkvoorziening te leveren, vanwege het voor de cliënt op maat gemaakte individuele ondersteuningsplan:; — het afschaffen van eigen bijdrages voor deze typen zorg meer voordelen dan nadelen kan hebben (in financiële en materiële zin); — de inkomsten van eigen bijdrages voor ambulante begeleiding en dagbesteding nog niet in de begroting zijn opgenomen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — vanaf 2017 geen eigen bijdrages meer te heffen bij ambulante begeleiding en dagbesteding; — dit als zodanig aan te passen in het WMO-beleid en hiertoe een gewijzigde WMO Verordening aan de raad ter besluitvorming voor te leggen, waarin ambulante begeleiding en dagbesteding voortaan alleen worden geleverd als maatwerkvoorziening. Het lid van de gemeenteraad F. Roosma 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1725 Publicatiedatum 6 januari 2017 Ingekomen onder P Ingekomen op woensdag 21 december 2016 Behandeld op woensdag 21 december 2016 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Ernsting, Nuijens en Boutkan inzake Experimenten Stad in Balans (versnelling van het opheffen van parkeerplaatsen waartoe reeds besloten is in het ‘Plan Wiebes’). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de invulling van de tweede tranche van de prioriteit Experimenten Stad in Balans (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1659). Constaterende dat: — Raad en college in het Plan Wiebes en de Agenda Mobiliteit het Plan Wiebes hebben vastgesteld, hetwelk drie doelen diende: het creëren van ruimte op straat, het verlagen van de parkeerdruk en het verkorten van de wachtlijst; — De realisatie van de laatste twee doelen aanmerkelijk voorloopt op de realisatie van het eerste doel. Overwegende dat: — Het opheffen van parkeerplaatsen een van de snelste manieren is om de druk op de openbare ruimte aanmerkelijk te verlichten en meerdere locaties in het Centrum, West, Zuid en Oost kampen met een behoefte aan ruimte voor voetgangers en fietsers. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in samenspraak met betrokken stadsdelen een versnellingsplan voor te leggen voor het opheffen van de minimaal 1700 plekken uit het 'Parkeerplan Wiebes' op die plekken waar de behoefte aan verblijfsruimte, voetgangersruimte en ruimte voor fietsers het grootst is. De leden van de gemeenteraad Z.D. Ernsting J.W. Nuijens D.F. Boutkan 4
Motie
1
discard
A 10 DE PE SEE en Pe shed TC Ls Es a il Ks in AAL At OR ie IN WEE En nt ES EDE) ld sterde "IN pAn Se \ Hi it bal á Bik Ii bijt Î y u zj à Á if er EN by 1 NS u hi ng AA EE Das LN Ee ale ebr en eh i : 3 8 jn mf A dal kN Pe NK: N Jd ® cl Ens, ij Kn TN if Ei mjs Bla 4 Vid En eid kN E ol tie ziene (on a UA eeN u A ih MO Ln ur EEE Ied PM nem 7 AN BE ze Ni If Rn NR hel CTED, aa: MTN DN MEE EERE | IK es | A hese ei OR EE EEEN de EE EA A" TR A iS \F - e ne | Ai 4 nd | NID de, il | an Î PNR it p : 4 : j UE rr PEET É | | en En I Ehh | E m ark Jeng ensen B ai mn Er Wina aan Dana) BEE nad: n | OE in in Peen __ | etn EERS 4 SEE an jaa RED) sa m | am Tl EEN EN mn oil OD IR n } KE: E mm om eN ti Ih Li 5 - od Re IAN - Le! n iid | Reen Eon IN 0 ä mi 4 Wer DE Á AN rl A ET ERTL ENE NE SEK Th À | | Monitor Amsterdams Ondernemers Programma | s fe Ruimte voor Ondernemers 2015-2018’ nl Meting december 2017 TEE ENE age A 4 sh Dn Ade Ouds ek sd É Dat ke n Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 In opdracht van: Economie Projectnummer: 17263 Tanja Fedorova Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon 020 251 0433 Postbus 658, 1000 AR Amsterdam Wwww.ois.amsterdam.nl [email protected] Amsterdam, februari 2018 Foto voorzijde: Uitzicht Westertoren, fotograaf Cecile Obertop (2014) 2 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Inhoud Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Inspanningen en randvoorwaarden AOP 2015-2018 8 1.1 Structurele en incidentele inspanningen en aangepaste planning 8 1.2 Aantal inspanningen per randvoorwaarde 9 2 Voortgang AOP december 2017 10 2.1 74 inspanningen definitief afgerond 10 2.2 88% inspanningen volgens planning 11 Bijlage Inspanningen AOP 2015-2018, meting december 2017 12 3 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Samenvatting Het Amsterdams Ondernemers Programma 2015-2018 ‘Ruimte voor ondernemers!’ (AOP) beschrijft concrete inspanningen van de gemeente om het ondernemersklimaat in Amsterdam te verbeteren. De huidige rapportage is een verslag van 26 rapporteurs van de gemeente over de 128 AOP-inspanningen. In deze meting wordt gekeken naar de situatie in december van 2017. Dit is de vijfde AOP-meting in de beleidsperiode 2015-2018. Totaal beeld AOP-agenda in december van 2017 Van de 128 AOP-inspanningen' zijn er 74 definitief afgerond en is het doel van vier (structurele) inspanning voor dit jaar gehaald. Dit komt samen neer op 61% van alle AOP-inspanningen (zie Figuur 1). Bijna alle inspanningen verlopen volgens planning (88%). Figuur 1 Monitor AOP-inspanningen: totaal beeld agenda 2015 agenda 2016 agenda 2017 124 inspanningen }_127 inspanningen | 128 inspanningen AA On DD 2015 2016 2017 dec dec dec afgerond/ doel voor dit B 17% 57% 61% jaar gehaald volgens planning OT 0” 0 Structurele en incidentele inspanningen Van de 128 AOP-inspanningen zijn er 84 geformuleerd met een einddatum wanneer ze definitief worden afgerond (incidentele inspanningen). De overige 44 inspanningen worden gedurende de hele beleidsperiode uitgevoerd en elk jaar opnieuw beoordeeld (structurele inspanningen). Van de 84 incidentele inspaninningen zijn er 70 definitief afgerond (83%). Van de 44 structurele inspanning zijn er 4 definitief afgerond (9%) en bij 4 structurele inspanningen is het jaarlijkse doel gehaald (9%, zie figuur 2). 87% van de incidentele en 90% van de structurele inspanningen verloopt volgens planning. Vijf incidentele en twee structurele inspanningen liggen in 2017 achter op schema. In de voorgaande jaren waren er nog drie projecten met vertraging afgerond. Alle inspanningen die in 2017 zijn gemonitord staan beschreven in bijlage 1. 'pe eerste rapportage (2015) ging over 124 AOP-inspanningen. In 2016 zijn er 4 nieuwe inspanningen geformuleerd, waardoor het totaal aantal inspanningen in de monitor op 128 komt. ? Eén incidentele inspanning is in 2017 veranderd in structurele. Het aantal structurele en incidentele inspanningen in deze rapportage is hierdoor anders dan in de vorige rapportages. 4 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Figuur 2 Monitor AOP-inspanningen: incidentele en structurele inspanningen december 2017 84 incidentele inspanningen 44 structurele inspanningen 83% afgerond 18% doel gehaald /afgerond afgerond uitvoering 5% 110 doel 2017 gehaald 9% afgerond 83% uitvoer 68% 87% volgens planning 90% volgens planning achter op achterop planning planning 10 volgens volgens lenning planning 0% 87% 5 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Inleiding Het Amsterdams Ondernemers Programma (AOP) ‘Ruimte voor ondernemers! is een nieuw actieprogramma dat staat voor het verbeteren van het ondernemingsklimaat in Amsterdam in de periode 2015-2018. Dit is een opvolging van het AOP ‘Amsterdam Onderneemt! 2011-2014’. OIS monitort in opdracht van Economie hoe de inspanningen, opgenomen in het AOP 2015- 2018, door de betrokken partijen worden uitgevoerd. Ook heeft OIS het vorige programma gemonitord. AOP 2015-2018 In het AOP ‘Ruimte voor ondernemers!’ zijn de beleidsdoelen en acties opgenomen van gemeentelijke organisaties tot eind 2018. De belangrijkste doelstellingen van het AOP zijn betere dienstverlening, minder regels en meer ruimte voor experimenten en initiatieven. Daarbij gaat het om drie randvoorwaarden op drie schaalniveaus: Ken 1. Dienstverlening en ondernemerschap: Wat doet de gemeente voor de individuele ondernemer? ev 2. Economisch gebruik van ruimte: Wat organiseren en stemmen we af op stedelijk of heen? regionaal niveau om goed te kunnen ondernemen? NX 3. Gereedschap gebiedsgericht werken: Wat zijn de instrumenten voor ’ ondernemersverenigingen en de gemeente om gebiedsgericht te kunnen werken? Situatie december 2017 Om de AOP-doelstellingen te realiseren, zijn er concrete acties (inspanningen) geformuleerd. In 2015 ging het om 124 acties. In 2016 is de AOP-agenda aangevuld met vier nieuwe acties waardoor het totaal aantal op 128 komt. De huidige meting beschrijft hoe deze 128 inspanningen er voor staan eind 2017. Structurele en incidentiele inspanningen in de monitor De meeste AOP inspanningen hebben een einddatum tussen 2015 en 2018 wanneer ze definitief afgerond moeten zijn. Dit zijn de zogenaamde incidentele inspanningen. Sommige inspanningen zijn geformuleerd zonder einddatum. Ze worden gedurende de hele beleidsperiode uitgevoerd (tot 2018). Aan het eind van elk peiljaar wordt gekeken of de doelstelling voor dat jaar gehaald is. In de rapportage worden ze structurele inspanningen genoemd. In 2016 zijn er 3 van deze structurele inspanningen afgerond omdat de afspraken zijn gehaald of juist losgelaten. Ze worden niet langer gemonitord. Aangepaste doorlooptijd Voor sommige acties is de doorlooptijd verlengd en het einddatum in de planning is aangepast van bijvoorbeeld 2016 naar 2017. In de bijlage zijn deze projecten gemarkeerd met een ster (2017*). Eén incidenteel project is veranderd in structureel na het verlengen van de doorlooptijd tot 2018. 6 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Online monitor en respons Om te kunnen meten in hoeverre de uitvoering volgens de planning verloopt, is een digitaal instrument ontwikkeld. In 2017 heeft Economie 26 AOP-projectleiders (rapporteurs) aangewezen om de monitor in te vullen. Het veldwerk vond plaats in de periode december 2017-januari 2018. De bij de uitvoering betrokken projectleiders vullen online in of de inspanningen in de voorbereidings- of uitvoeringsfase verkeren (status) en of dit volgens de planning verloopt (voortgang). Voorbeeld van ingevulde informatie in de AOP- monitor x Gemeente Amsterdam > Onderzoek, Informatie en Statistiek e Help Contact Drug 2.2.06 Factsheets warenmarkten x Einddatum 2016 Inspanning in het AOP: Om markten goed te kunnen evalueren en met elkaar te vergelijken zijn er in 2016 factsheets van alle warenmarkten in Amsterdam. Status: In welke fase van uitvoering verkeerde deze inspanning eind 2015? nog niet gestart voorbereiding ® uitvoering afgerond gaat niet door anders, nl Voortgang: Hoe verliep deze inspanning in 2015? met voorsprong op planning ©® volgens planning achter op planning anders, nl Concrete voorbeelden en toelichting: Geef hieronder een beknopte toelichting en voorbeelden van concrete acties en prestaties In 2615 is er een feitelijke inventarisatie gemaakt van alle markten in Amsterdam. Omzetting in factsheets volgt medio 2016. 7 Vorige Volgende Leeswijzer Deze rapportage is als volgt opgebouwd. In Hoofdstuk 1 wordt gekeken naar de absolute aantallen inspanningen per randvoorwaarde. Hier wordt ook ingegaan op de aantallen structurele en incidentele inspanningen. Hoofdstuk 2 is toegewijd aan de status en de voortgang van de geplande inspanningen. Hier wordt gekeken hoeveel inspanningen vit de AOP-agenda gestart, in uitvoering of afgerond zijn, geaggregeerd per randvoorwaarde. Ook wordt hier gekeken hoeveel inspanningen zijn uitgevoerd volgens de planning. In de bijlage is een overzicht van alle inspanningen met een beknopte toelichting te vinden. 7 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 1 Inspanningen en randvoorwaarden AOP In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het aantal en type AOP-inspanningen. Daarnaast wordt gekeken naar de absolute aantallen inspanningen per randvoorwaarde. 1.1 Structurele en incidentele inspanningen en aangepaste planning In de huidige AOP-agenda zijn er in totaal 128 inspanningen opgenomen. 84 van deze inspanningen zijn geformuleerd met een einddatum en 44 zonder einddatum. Het is de bedoeling dat de inspanningen met een einddatum binnen de afgesproken periode worden afgerond. In de rapportage worden ze incidenteel genoemd. Een voorbeeld van een incidentele inspanning is Pilot alcoholvrije mengformules. Deze inspanning is geformuleerd met een einddatum in 2016: In 2016 wordt in Centrum een experiment gestart met mengformules in een of twee winkelstraten. De overige 44 inspanningen worden gedurende de hele beleidsperiode uitgevoerd (tot 2018). Aan het eind van elk peiljaar wordt opnieuw gekeken of de doelstelling voor dat jaar gehaald is (zie schema 1.1). In de rapportage worden ze structurele inspanningen genoemd. Een voorbeeld van een structurele inspanning is Dienstverlening Expatcenter aan MKB: het Expatcenter biedt actief zijn dienstverlening aan middelgrote en kleine bedrijven in de regio Amsterdam aan. Schema 1.1 Structurele en incidentiele inspanningen in 2017° 128 AOP- totaal AOP B 5 i 5 einddatum: einddatum: GINKEL: Nd 5 84 incidentele ja/nee hen heen 1 afgerond per KK eindstatus Chatel Ee peiljaar * Sommige van deze inspanningen worden in de monitor wel definitief afgerond, bijvoorbeeld wanneer afspraken los worden gelaten. ® Het aantal structurele en incidentele inspanningen is in 2017 aangepast. In de vorige metingen ging het om 85 incidentele en 43 structurele inspanningen. 8 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Aangepaste planning De doorloopperiode en het moment waarop elke inspanningen afgerond moet zijn, is aan het begin van de AOP-periode vastgesteld. In enkele gevallen is de situatie in de loop van de beleidsperiode zodanig veranderd dat de oorspronkelijke planning aangepast moest worden. Het gaat om in totaal 9 inspanningen die in de bijlage zijn gemarkeerd met een *. 1.2 Aantal inspanningen per randvoorwaarde De 128 inspanningen zijn verdeeld over de drie AOP-randvoorwaarden. Het aantal inspanningen per randvoorwaarde staat in tabel 1.2. Deze tabel laat ook zien hoeveel incidentiele en structurele inspanningen er per randvoorwaarde zijn geformuleerd. Dit heeft consequenties voor de interpretatie van het aandeel afgeronde inspanningen binnen elke randvoorwaarde. Tabel 1.2 Structurele en incidentiele inspanningen per randvoorwaarde incidentele inspanningen structurele inspanningen (geen randvoorwaarde á 6 einddatum/wordenelk jaar _ totaal (worden afgerond per einddatum) $ ne opnieuw beoordeeld) Dienstverlening en ondernemerschap 45 16 61 Economisch gebruik van ruimte 23 13 36 Gereedschap voor gebiedsgericht 16 15 31 werken totaal 84 44 128 *Sommige van deze inspanningen worden wel definitief afgerond, bijvoorbeeld wanneer de oorspronkelijke afspraken los worden gelaten. 9 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 2 Voortgang AOP december 2017 In augustus-oktober van 2017 is de vierder meting van het AOP 2015-2018 uitgevoerd. 26 projectleiders van de gemeente hebben gerapporteerd over de voortgang van de 128 AOP- inspanningen. Het gaat telkens over de stand van zaken in december van 2017. 2.1 74 inspanningen definitief afgerond Als er wordt gekeken naar alle 128 inspanningen samen, dan zijn er 74 definitief afgerond (58%). Van de 84 incidentele inspaninningen zijn er 70 definitief afgerond (83%). De structurele inspanningen worden telkens opnieuw beoordeeld of het doel voor dit jaar gehaald is, tenzij de afspraken veranderen. Eind 2017 is bij 4 structurele inspanningen het jaarlijkse doel gehaald (9%). Daarnaast zijn 4 structurele inspanningen afgerond (9%) omdat de afspraken gehaald zijn of juist losgelaten (zie tabel 2.1 en figuur 2.1a). Alle inspanningen die in 2017 zijn gemonitord staan beschreven in bijlage 1. Tabel 2.1 Status van 128 inspanningen in AOP 2015-2018, december 2017 doelstelling nog gaat afgerond voor 2017 uitvoering voorbereiding niet niet anders a en gehaald gestart door 0 fl totaal 58% 3% 30% 4% 1% 4% 0% 100% 128 per randvoorwaarde Dienstverlening en ondernemerschap 67% 5% 20% 2% 2% 5% 0% 100% 61 Economisch gebruik van ruimte 58% 0% 31% 8% 0% 3% 0% 100% 36 Gereedschap voor gebiedsgericht werken 39% 3% 52% 3% 0% 3% 0% 100% 31 incidenteel/ structureel incidenteel 83% 0% 11% 1% 1% 4% 0% 100% _ 84 structureel 9% 9% 68% 9% 0% 5% 0% 100% 44 Figuur 2.1a Status van 128 inspanningen in AOP 2015-2018, december 2017 g, g, 1% 1% 4% m afgerond m doelstelling voor 2017 gehaald = uitvoering 30% voorbereiding 58% nog niet gestart gaat niet door 3% 10 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 2.2 88% inspanningen volgens planning De meeste AOP-inspanningen (88%) verlopen volgens planning (zie tabel 2.2 en figuur 2.2a). In 2017 hebben 7 projecten vertraging opgelopen. Ze staan beschreven in bijlage 1 en zijn oranje gemarkeerd. Daarnaast zijner drie projecten, die in de voorgaande jaren met vertraging zijn afgerond. Meer inhoudelijke informatie over de projecten is te vinden in bijlage 1. Tabel 2.2 Voortgang van 128 inspanningen in AOP 2015-2018, december 2017 Ì id Besl ee ) ek anders _totaal(%) totaal (abs) planning planning totaal 88% 8% 4% 100% 128 per randvoorwaarde Dienstverlening en 89% 7% 5% 100% 61 ondernemerschap Economisch gebruik van ruimte 83% 14% 3% 100% 36 Gereedschap voor ‚ ° 94% 3% 3% 100% 31 gebiedsgericht werken incidenteel structureel incidenteel 87% 10% 4% 100% 84 structureel 91% 5% 5% 100% 44 Figuur 2.2a Voortgang van 128 inspanningen in AOP 2015-2018, december 2017 % 8% en = volgens (aangepaste) planning* = achter op planning anders 88% * De doorloopperiode van 9 inspanningen is verlengd en het einddatum is aangepast. 11 Bijlage Inspanningen AOP 2015-2018, meting december 2017 Bijlage 1 Voortgang inspanningen AOP-agenda 2015-2018, meting december 2017 nm volgens planning B achter op planning anders B afgerond * planning aangepast voortgang pAa Voor deze doelstelling is door middel van een door een extern bureau uitgevoerde analyse alle gemeentelijke regelgeving gescreend. In het kader van de nut-en- noodzaak-vraag is daarbij enerzijds gekeken in hoeverre ook andere (grote) In 2017 zijn alle vergunningen waar gemeenten een vergunnings- of ontheffingsstelsel hanteren en anderzijds zijn alle ondernemers mee te maken kunnen inhoudelijke en procedurele verplichtingen gescreend en zijn risicoanalyses 11.01 Vergunningen beoordelen op ‚ hebben beoordeeld op nut en 2017 afgerond gemaakt. Daarnaast zijn rondom clusters vergunningen die onderling 7 nut en noodzaak noodzaak. De bijbehorende procedures samenhangen, ketensessies georganiseerd met de hele ambtelijke keten van beleid zijn, waar mogelijk, eenvoudiger en tot uitvoering. Ook in deze sessies is de vraag naar nut en noodzaak aan de orde sneller geworden. geweest, waarbij de analyse van de regelgeving mede als input diende. Hierover is de raad geïnformeerd op 22 februari in de commissie AZ, met de ‘evaluatie programma Minder Regeldruk’, waarin is geconcludeerd dat elf van de twaalf doelstellingen zijn gehaald. Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 . . In 2016 is het aantal actieve gebruikers , Het ondernemersdossier is door het Rijk omgezet naar Mijn Overheid voor 2017 gaat niet door ne bedrijven. Verdere ontwikkelingen zijn stil gelegd en stimulering is daarmee niet Ondernemingsdossier horeca . gestopt minste verdubbeld. meer aan de orde. Zodra een branche of activiteit wordt toegevoegd aan het landelijke ondernemingsdossier, gaan we in gesprek met de Amsterdamse De ondernemers over de door hen Het ondernemersdossier is door het Rijk omgezet naar Mijn Overheid voor Aansluiting branches op . n . anders: … dr: Re . a . 1.1.06 . . gewenste toepassingen. Als blijkt dat 2018 gaat niet door bedrijven. Verdere ontwikkelingen zijn stil gelegd en stimulering is daarmee niet Ondernemingsdossier en gestopt een branche gebruik wil maken van het meer aan de orde. dossier en het landelijke project voorziet hierin niet, dan bespreken we dit met het verantwoordelijke ministerie. Van april 2016 tot april 2017 heeft Amsterdam meegedaan aan een proef, geïnitieerd vanuit de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), waarin op kleine schaal combinaties van retail en horeca mét alcohol werd toegestaan. In Amsterdam deden zes ondernemers in de freezones (Rijnstraat, Osdorpplein en Jan Evertsenstraat) mee. De VNG pleit na evaluatie van de proef voor aanpassing Pilot alcoholvrije In 2016 wordt in Centrum een van de Drank- en Horecawet om mengvormen van horeca en retail met alcohol 1.1.07 mengformules experiment gestart met mengformules 2016 afgerond mogelijk te maken. Dit in de vorm van een ‘kan-bepaling’, waardoor de afweging of in een of twee winkelstraten. en hoe het mag lokaal gemaakt kan worden. Amsterdam vindt het een goed idee als gemeenten voortaan zelf mogen bepalen of en onder welke voorwaarden deze mengvormen worden toegestaan. Door dit lokaal af te wegen, kan onnodige regeldruk voor ondernemers worden weggenomen, handhaving gericht worden ingezet en kan tegelijkertijd ervoor worden gezorgd dat de verkrijgbaarheid van alcohol in Amsterdam niet toeneemt. 13 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 De uitvoering is achter op planning. Uit de testfase zijn kwaliteitsproblemen naar In 2015 worden de eerste 6 . Pp 6 ] . br . . . . . . voren gekomen die eerst moeten zijn opgelost voordat de applicatie in productie . vergunningen in een informatiesysteem . : … 1.1.09 Vergunningensysteem . 2018 uitvoering kan worden genomen. Testen zijn afgerond en er wordt gewerkt aan het oplossen voor alle vergunningen opgenomen en Nn : " van de geconstateerde bevindingen. Het inrichten van het proces Horeca is nog stapsgewijs volgen er meer. gaande. Amsterdam biedt de mogelijkheid aan ondernemers om kwijtschelding van privé- belastingen (in de praktijk afvalstoffenheffing) aan te vragen. Voor wat betreft de voorwaarden voor kwijtschelding is de gemeente gebonden aan landelijke Onderzocht wordt of en hoe het doel regelgeving waardoor het recht op kwijtschelding (nog) niet op dezelfde wijze kan Verbeterin van de huidige regeling Verruimen van worden vastgesteld als bij de gemeentelijke voorzieningen voor minima of voor de … . 6 …, | de kwijtschelding voor ondernemers . . volgens Participatiewet/het Bbz. Bij de voorjaarsnota 2018 is een motie aangenomen om 11.11 « kwijtscheldingsregeling privé Dz . , 2017 uitvoering } . . … . . belastingen van privé-belastingen’ op een meer planning de lobby voor meer ruimte in de landelijke regelgeving op dit punt voort te zetten. doelmatige en doeltreffende wijze Op gemeentelijk niveau worden de klanten die vrijstelling hebben gekregen van bereikt kan worden. het betalen van gemeentebelastingen meegenomen in het aanschrijfbestand voor de minimavoorzieningen. Momenteel wordt onderzocht of bijstandsklanten en mogelijk Bbz-klanten via dataverrijking bij het Inlichtingenbureau automatisch voor kwijtschelding in aanmerking kunnen komen. 14 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Het Expatcenter biedt actief zijn Dienstverlening Expatcenter «dienstverlening aan middelgrote en . . . . . . ee . 1.3.01 5 p . 6 . . 5 2016 uitvoering De dienstverlening aan (internationale) startup ondernemers is in uitvoering. aan MKB kleine bedrijven in de regio Amsterdam aan. 15 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Het Expatcenter neemt knelpunten voor internationals weg en zet zich bij doelstellin De City Deal Warm Welkom (ondernemend) talent heeft een rapport met Wegnemen knelpunten de rijksoverheid in voor 6 . volgens aanbevelingen opgeleverd. Deze aanbevelingen worden nu omgezet in 1.3.04 . . aa . 2018 gehaald voor dit , . . . . internationals wetswijzigingen en nieuwe procedures aar planning beleidsacties en beleidsvoorstellen. Sommige verbetervoorstellen worden door die het vestigingsklimaat ten goede J organisaties nu al opgepakt, voor anderen is er kabinetsbesluit nodig. komen. De gemeente richt zich met voorlichting en presentaties in het bijzonder op de ondernemers in de delen die tot medio 2015 nog een . hee Aanvullend aanbod stads 6 & volgens De vraag naar ondersteuning van ondernemers komt onder andere tot uiting in d 1.4.01 … aanvullend aanbod kenden. We 2017 afgerond , . . . . bedrijfsadvisering oe planning gebiedsplannen. De afdeling Ondersteuning ondernemers organiseert het aanbod. brengen de specifieke behoeften van ondernemers in kaart en zo nodig zorgen we voor een passend aanvullend aanbod. Eigen Werk begeleidt jaarlijks 300 volgens Eigen Werk levert in 2017 een combinatie van deelname in groepen als puur 1.4.03 Eigen Werk startende ondernemers vanuit een 2016 afgerond kan nin individuele begeleiding (maatwerk). Instroom regulier programma Eigen Werk is Participatiewet-uitkering en nuggers p 6 3% boven doelstelling. 16 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 De Amsterdamse Ondernemersprijs, ie we vanaf 2008 jaarlijks uitreiken doelstellin . … Amsterdamse die . J . Ö . 6 . Op 22 november is voor de 10de keer de Amsterdamse Ondernemersprijs 14.12 … aan de meest innovatieve, creatieve en 2018 gehaald voor dit . . . … Ondernemersprijs . uitgereikt, deze keer aan Bianca van der Lee van het bedrijf Chaud Devant. betrokken ondernemer van de stad, jaar wordt gecontinueerd 17 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 OIS heeft een enquête uitgevoerd onder zzp'ers om na te gaan hoe groot de behoefte is om door te groeien en waar zij informatie daarover zoeken. Informatie over doorgroeien wordt voornamelijk ingewonnen in het zzp-netwerk, bij de , , Het initiatiefvoorstel 'van zzp'er naar . . volgens Belastingdienst en de Kamer van Koophandel. Ongeveer een vijfde van de 1.4.13 Van zzp er naar zmp er vr . 2018 uitvoering , . . ae zmp'er' wordt uitgewerkt. planning respondenten gaf aan behoefte te hebben aan informatievoorziening van de gemeente Amsterdam. De afdeling Ondersteuning Ondernemers heeft in hun communicatie meer bekendheid gegeven dat zzp'ers met vragen hierover bij hen terechtkunnen. Ook het Werkgeversservicepunt voorziet hierin. De site Externe Inhuur wordt gebruikt volgens 1.5.02 Externe Inhuur voor het inhuren van tijdelijke 2018 uitvoering kan nin Hierover wordt gerapporteerd in het jaarverslag. arbeidskrachten p 8 Onderzoek omzetpercentage Het omzetpercentage en het volgens 1.5.03 p 8 omzetvolume bij MKB-bedrijven wordt 2018 uitvoering 5 ’ Hierover wordt gerapporteerd in het jaarverslag. en - volume . planning jaarlijks gemonitord. 18 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Voor aanvang van het kalenderjaar wordt het Uitvoeringsprogramma voor werkzaamheden in de openbare ruimte . . door de Stadsregisseur besproken met Jaarlijks biedt de stadsregisseur aan het college van B en W zijn Uitvoeringsprogramma . … . . . oe het georganiseerd bedrijfsleven. Uitvoeringsprogramma{UP) aan. In het UP staat de planning van de ingrijpende werkzaamheden openbare . oe: . ker: … … 1.6.04 ruimte bespreken met Halverwege het jaar wordt de 2018 voorbereiding projecten op de hoofdnetten. Vóór indiening spreekt hij met het bedrijfsleven over … p voortgang beoordeeld en aan het einde deze planning. Hun reacties worden waar mogelijk verwerkt en meegenomen in bedrijfsleven . n van ieder jaar wordt de werkwijze het UP. geëvalueerd en zo nodig aangescherpt. Hierbij zal ook de werking van de AVN worden geagendeerd. Naast de winkels en bedrijven in de stad wordt met ‘bedrijfsleven’ ook de nuts-en telecombedrijven en uitvoerende aannemers van wegwerkzaamheden bedoeld. Overleg vindt plaats binnen het Coördinatiestelsel van Amsterdam en is gericht op . . . het zo doelmatig mogelijk en n zo | mogelijk (m h lijk h Stadsregisseur De Stadsregisseur is de structurele 6 . 6e tegen zo laag mogelijk (maatsc appe jke) schade . . werkzaamheden uit te voeren. In dat kader stuurt de stadsregisseur steeds sterker 1.6.05 gesprekpartner voor gesprekspartner voor het 2018 uitvoering … . . . … . … op lange termijn en gebiedsgerichte planning van werkzaamheden. Het tegengaan bedrijfsleven georganiseerd bedrijfsleven. . . ee: . van hinder door wegwerkzaamheden kan zich immers niet uitsluitend richten op één project, maar moet zich richten op de gevolgen van meerdere werkzaamheden in een gebied. Door deze benadering ontstaat ook meer inzicht voor bedrijven wat zij over een langere periode kunnen verwachten in hun omgeving. Het optimaliseren van de aanvr r re voor den lcompensatieregelin In 2017 wordt de aanvraagprocedure oe p , aagprocedu e voor de nadee co) pe jsat Srese ng en . « . is ‘on hold’ gezet tot er meer duidelijkheid is over de (her}positionering van het 1.6.06 Procesoptimalisatie AVN van de AVN en nadere regelingen 2017 nog niet gestart . ie: Schadeloket Nadeelcompensatie. Dit is in eerdere voortgangsrapportages van het transparanter gemaakt. AOP gemeld. 19 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Het is een doorlopende activiteit. In 2017 zijn onder andere afspraken gemaakt De gemeente maakt afspraken over n n . . … on: met musea (14 december feestelijke bijeenkomst met wethouder duurzaamheid, Duurzaamheidsafspraken met | bijdragen aan de duurzaamheid in de . . volgens . 1.7.02 … 2018 uitvoering , vanwege de goede resultaten rond BREEAM), cultuurpanden (op basis van bedrijven stad met grote spelers, zoals recent planning . . energiescans met ze in overleg over maatregelen) en hotels: met een met het GVB en de ArenA. . . . Koplopergroep Circulaire Hotels worden voorstellen ontwikkeld. . De gemeente gaat door met het ee . boren A: - . . Energiescans en 6e 6 . . . volgens Dit is een continue activiteit. Dit jaar onder andere bij cultuurinstellingen en MKB- 1.7.03 " aanbieden van energiescans en de 2018 uitvoering } … … . . . milieubarometer … planning bedrijven. Bij cultuurinstellingen betrof het een advies op maat. milieubarometer. Onder meer door het regelen van een cursus circulair inkopen voor aannemers, het 17.04 Kennismakelaar duurzame De gemeente is kennismakelaar voor 2018 uitvoerin volgens stimuleren van de circulaire economie in de haven via kennisoverdracht en Te bedrijven bedrijven met ambitie. 6 planning uitwisseling. Diverse bedrijven hebben daardoor maatregelen getroffen om hun bedrijfsprocessen te verduurzamen. 20 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 De gemeente gaat vanaf 2015 intensiever handhaven op het De ambitie is dat er met nagenoeg alle grootgebruikers van energie uiterlijk Handhaven energievoorschrift uit de wet doelstellin 31 december 2018 afspraken zijn gemaakt over te realiseren energiebesparing. Bij . . Milieubeheer, dat voorschrijft dat 6 . volgens middelgrote gebruikers van energie wordt energiebesparing meegenomen bij de 1.7.08 energievoorschrift wet . . 2018 gehaald voor dit , . . . . . ae Milieubeheer middelgrote en grootverbruikers van jaar planning integrale controle. Door de inwerkingtreding van de Energie efficiency energie alle energiemaatregelen met Directive in 2015 gecombineerd met de Wet milieubeheer liggen de een terugverdientijd tot vijf jaar werkzaamheden die betrekking hebben op deze ambitie goed op schema. moeten doorvoeren. 21 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Om het gebruik van elektrisch vervoer verder te stimuleren worden 1.7.11 « Stimuleren elektrisch vervoer verschillende voertuigcategorieën 2018 uitvoering gesubsidieerd en wordt het aantal openbare elektrische oplaadpunten uitgebreid naar 4.000. Bedrijven met technische en . … … | inhoudelijke vragen over het slimmer Ondersteuning bedrijven bij ) 6 . en schoner organiseren van hun . . 1.713 slimmer en schoner 2018 uitvoering . vervoer kunnen een beroep doen op de organiseren vervoer gemeente om ze een stap verder te helpen. 22 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 De winkelplannen blijven regionaal afgestemd, om een gelijk speelveld Ï inkelpl meenten rgen en . . 21.02 Afstemming win e plannen tussen gemeenten te bo ge e te 2018 uitvoering met de regio zorgen voor voldoende variatie en een evenwichtige spreiding van het winkelaanbod. 23 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Het vigerende afwegingskader voor het omzetten van winkelruimte buiten de 21.06 Kader Selectief behoud winkelconcentratiegebieden naar 2017* uitvoerin achter op Het betreft een afwegingskader dat gebaseerd is op bestaand beleid. Naar Te kleinschalige bedrijfsruimte | andere functies van voormalig 6 planning verwachting wordt dit medio 2018 ter vaststelling voorgelegd. stadsdeel West vigeert tot het is verankerd in stedelijk beleid. Monitor | n rlijkse monitor van | and in . . en … . 2.1.09 on to eegsta d Jaa Se . onitor van de leegst 2018 uitvoering De monitor is op de gemeentelijke website geplaatst. winkelgebieden winkelgebieden rlijkse monitor van . . en … . 2.1.10 Monitor winkelhuurprijzen Jaa je Mo Nito an de 2018 uitvoering De monitor is op de gemeentelijke website geplaatst. winkelhuurprijzen 24 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 De Verordening op de Staanplaatsen en De verordening is in twee delen geknipt. Het Marktverordening is in 2016 Venten (VSV) treedt in 2016 in vastgesteld. Voor de overige verkooppunten in de openbare ruimte (kiosken en Opstellen verordening op de « werking. Een stedelijke regeling voor « oe: achter op venters) is een ruimtelijk economisch kader opgesteld dat waarop de 2.2.02 . 2017 voorbereiding . De . . staanplaatsen en venten de verkoop van oliebollen en planning bestuurscommissies in het eerste kwartaal van 2018 geadviseerd hebben. Dit kerstbomen maakt hiervan onderdeel kader wordt eind 2018, gelijktijdig met regelgeving, geagendeerd voor de uit. gemeenteraad. 25 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 . Er is een startnotitie Markt op afstand opgesteld en met de bestuurscommissies Na de vaststelling van de . . en: . besproken. Daarin wordt beschreven hoe nieuwe initiatieven beoordeeld gaan . Marktverordening gaan we markten a . _. Begeleiden markten naar " In worden. In de Marktvisie is aangegeven dat een beleidskader nodig is voor 2.2.09 waarbij de marktondernemers een 2018 voorbereiding Dar . markt op afstand . . markten op afstand, daarmee kunnen ook de bestaande initiatieven tegen het licht markt op afstand willen organiseren In . . De . gehouden worden. De Marktvisie wordt in 2018 ter vaststelling aan de raad hierbij begeleiden. aangeboden. Meewerken aan het opzetten van p * . . Een beheerreglement word opgesteld door het Marktbureau en vastgesteld door 2.2.10 | Beheerreglementen markten | beheerreglementen voor de 2018 uitvoering an de bestuurscommissie. warenmarkten De portfoliobenadering warenmarkten . . . p 5 . Het OlS-onderzoek naar het functioneren van de markten is in 2017 afgerond. Op De portfoliobenadering betreft een stadsbreed beleidskader op . . . In . . . . . basis van dit onderzoek is de concept Marktvisie opgesteld. Deze wordt begin 2018 22.11 warenmarkten basis waarvan besluiten over 2017 uitvoering . . aen nn … . ter inspraak gelegd en voor advies aan de bestuurscommissies aangeboden. In (Marktvisie) afzonderlijke markten in samenhang an . 2018 wordt de Marktvisie ter vaststelling aangeboden aan de gemeenteraad. genomen kunnen worden. In 2016 starten we met het actualiseren . . … . . Op 13 maart 2018 heeft het college de bestuursopdracht Gebiedsgericht horeca en van het stedelijk horecabeleid. Dit . Dn: . : … . terrassenbeleid vastgesteld. De actualisatie van het beleid is derhalve niet gereed Actualisatie stedelijk beleid moet voorzien in het oe: . . . . B … 23.03 . . . 2018 voorbereiding in 2018. De raad is over de vertraging op de planning geïnformeerd bij de horecabeleid gebiedsgericht toepassen van de ee voortgangsrapportage over de eerste helft van 2017. regelgeving in de lokale uitvoeringsplannen. 26 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Jaarlijks monitoren we de volgens 2.4.02 | Monitor hotelontwikkelingen « hotelontwikkelingen in de stadsdelen, 2018 uitvoering 5 , De monitor is in oktober gepubliceerd op amsterdam.nl . planning stad en regio. Indien nodig aanpassin Als er op grond van de monitor volgens 24.03 5 p 6 aanleiding is om de strategie aan te 2018 uitvoering 5 , Geen reden om strategie aan te passen. hotelstrategie planning passen doen we dat. 25.02 Productontwikkeling van de Productontwikkeling van de 2018 uitvoerin volgens Onder meer door het regionale sloepennetwerk en het verbeteren van de ae focusgebieden focusgebieden 6 planning bewegwijzering naar de focusgebieden. . . . . | In all indrichti , Zui Ni -West is dit j 24 H 2.5.04 24H Het continueren van het project 24H 2018 uitvoering vo gens n alle windric ting van de stad, Zuidoost en Nieuw-West is dit jaar een planning georganiseerd. 27 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Jaarlijks Plabeka-monitor om 26.02 Monitor leegstand bedrijven- | inzichtelijk te maken hoe de leegstand 2018 uitvoerin De eerste helft van 2017 is gecombineerd met het 2016 en de tweede helft van Te en kantorenterreinen op de bedrijven- en kantorenterreinen 8 2017 wordt gecombineerd met 2018. in de MRA zich ontwikkelt. De gemeente gaat in gesprek met on eeMerVereniEEen o Eind 2017 is door de gemeenteraad voor 17 BlZ'en een BIZ-verordening 3.1.01 Opstarten BlZ'en … 6 6 6 ú ‚p 2018 uitvoering vastgesteld. April 2018, na de draagvlakmeting onder de beoogde deelnemers aan bedrijventerreinen en kantorenlocaties . , … . … de BIZ, is bekend of deze BlZ'en daadwerkelijk worden opgericht. om te bespreken of ze geïnteresseerd zijn in het starten van een BIZ. De gemeente ondersteunt ondernemers en/of vastgoedeigenaren 31.02 Ondersteunen opzetten BIZ | die zich willen verenigen in een BIZ 2018 uitvoering met informatie met informatie. Deze informatie is gebundeld in de BIZ-toolkit op amsterdam.nl/biz. Als een ondernemersvereniging besluit . . tot de oprichting van een BIZ, dan stelt ie: : … . In Financieel ondersteunen . . . Alle BlZ'en in oprichting zijn op de hoogte van de mogelijkheid subsidie aan te 3.1.03 de gemeente maximaal €5.000,- 2018 uitvoering opzetten BIZ . en: vragen voor het opzetten van een BIZ. beschikbaar om capaciteit in te huren voor de oprichtingswerkzaamheden. De gemeente overlegt structureel met Structureel overleg met BIZ- « de BIZ-gebieden en de BlZ-verenigingen . . De gebiedsteams betrekken de BIZ-verenigingen bij de het opstellen van de 3.1.04 ne … 2018 uitvoering . verenigingen worden betrokken bij het opstellen van gebiedsplannen. de gebiedsplannen. 28 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Jaarlijks toetsen we de BIZ-plannen en ee zee . ) . . p Dit is een voortdurende activiteit voor het BIZ-team. Alle verantwoordingen de -verantwoordingen in het kader van . . volgens 3.1.05 Toetsen BIZ-plannen . … 2018 uitvoering , worden getoetst en de BIZ-besturen ontvangen daarna een de toekenning van de geïnde BIJZ- planning . or: vaststellingsbeschikking. gelden. 31.07 Faciliteren kennisdeling De gemeente faciliteert de kennisdeling 2018 uitvoerin volgens Op 30 oktober heeft bijvoorbeeld de bijeenkomst ‘the future of retail’ 7 tussen BlZ'en tussen de BIZ-verenigingen. 6 planning plaatsgevonden, daarbij waren circa 60 personen aanwezig. . . De gemeente stimuleert de . . . ie . Stimuleren samenwerking . . . . volgens Vier keer per jaar organiseert de gemeente een zogenaamde ‘buitenlui- 3.1.08 , samenwerking tussen BlZ-verenigingen 2018 uitvoering , … , . tussen BlZ'en onderling planning bijeenkomst’ voor onder meer straatmanagers en gebiedsmakelaars. Het laatste halfjaar van 2017 kreeg de ‘maatwerkaanpak op straat’ aanpak gestalte in de vier pilotgebieden. CentrumXL heeft de onafhankelijke aanjagende en verbindende rol in dit proces met uiteenlopende stakeholders. - CentrumXL heeft in verschillende gebieden en BlZ'en externe marktpartijen binnengebracht om te onderzoeken hoe deze zouden kunnen bijdragen aan De gemeente werkt samen met het . . volgens er R 3.2.02 Centrum XL … . 2018 uitvoering , collectief inzamelen van bedrijfsafval. bedrijfsleven in Centrum XL. planning n on . . rr - Bij onderwerpen die bij uitstek een publiek-privaat karakter hebben, initieerde CXL gesprekken of werd het uitgenodigd als gesprekspartner. Voorbeelden zijn ondernemersparticipatie voor een schone stad, kennisinbreng voor het functieprofiel van de retailloods, opzetten BlZ-expertcentrum, scenario- ontwikkeling bedrijfsafval gemeente Amsterdam. 29 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Jaarlijks monitoren we de objectieve nee ee. a . on De ) on: ne ) oe: De politie cijfers zijn niet meer conform de Amsterdamse gebiedsindeling nu deze 3.3.01 Index Veilig ondernemen veiligheid in de Index Veilig 2018 voorbereiding via de nationale politie gaan. Hierdoor heeft de IVO vertraging opgelopen Ondernemen (IVO). p gaan. Sm opse'open. We analyseren welke gebieden relatief laag scoren op veiligheid. Het RPCAA Het RPCAA stimuleerde ondernemers(verenigingen) in gebieden waar de veiligheid Stimuleren veili stimuleert ondernemers in deze relatief laag is om hier projecten op te zetten om de samenwerking te stimuleren 3.3.02 ondernemen 6 gebieden om samen met de gemeente 2018 uitvoering met o.a. politie en gemeente. Dit is onder andere gebeurd in Nieuw-West, er is een en politie een KVO-traject te starten of samenwerkingspilot gestart in Zuid en in verschillende gebieden is gestart met een ander samenwerkingsverband aan Compaan (zie 3.3.03). te gaan om de veiligheid te vergroten. Uit de evaluatie van de proef in de drie gebieden door Hogeschool van Amsterdam on: (het Centre voor Market Insights) in oktober 2017 blijkt dat de onderlinge Op initiatief van ondernemers doen we ANN . . earn: . samenwerking in alle drie de gebieden duidelijk is toegenomen, hoewel deze in 2016 een proef met een . . . ee . . . . toename in het gebied Waterlandplein kleiner is dan de overige twee gebieden. 3.3.03 Proef alternatief KVO samenwerking tussen ondernemers, 2017 afgerond . . … . . ven: . Cruciale succesfactoren voor de samenwerking zijn een actief bestuur vanuit het gemeente en politie. Dit als instrument . . Ni ondernemerscollectief, ondersteuning door bijvoorbeeld een straatmanager en naast het KVO. . . … . een actieve betrokkenheid van de wijkagent. Compaan wordt nu doorontwikkeld voor bedrijventerreinen op de Schinkel en Sloterdijk 2. Het keurmerk veilig ondernemen (KVO) wordt samen met de BIZ geëvalueerd en is . In 2016 evalueren we het vernieuw . . — zoal Id - | land. D luati f k 33.04 Evaluatie KVO 016 evalueren we het vernieuwde 2017* uitvoering zoals gemeld - daardoor ater gestart dan gep and e evaluatie gee t stra s een KVO. beeld van hoe het gaat met de diverse samenwerkingen en waar verbetering mogelijk is. 30 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Jaarlijks organiseren de RPCAA-partners samen met het ministerie van De week van de veiligheid heeft plaatsgevonden in de week van 9 oktober, de 3.3.05 Veiligheidsweek Veiligheid en Justitie de 2018 uitvoering landelijke aftrap vond dit jaar plaats in Amsterdam. Deze ochtend is georganiseerd veiligheidsweek (in week 41) met acties door de diverse partijen die dagelijks bezig zijn met het dossier veilig ondernemen. in de (KVO-)gebieden. In de gehele regio is er voor ondernemers het Nazorgplan . De: . . . . Het Nazorgplan is aangepast en het procesboek dat door alle stadsdeelorganisaties 3.3.06 Nazorgplan overvallen Overvallen, dat is gericht op herstel van « 2018 uitvoering 5p . sep p 6 oe wordt gebruikt is opgeleverd. het veiligheidsgevoel en het voorkomen van herhaling. Uitvoering van drie pilots freezone . . . . . . . . Op 1 januari 2018 stopt na twee jaar de pilot freezone Jan Evertsenstraat. De Freezone winkelgebieden en winkelgebieden en horeca over een . . . . . : 8 Ne 3.4.01 . . . . 2018 uitvoering freezones in de pilotgebieden Osdorpplein en Rijnstraat lopen nog door tot 1 juli horeca periode van twee jaar. De pilot wordt in 2018 2018 geëvalueerd. ' In 201 r ilot Maatwerkzon Dn . n 2016 start de pilot Maatwerkzone Het Plug & Play-concept voor Vlothaven is uitgewerkt. Prodock in de Westhaven haven (voorheen genoemd freezone . . er . . . ne 7: 3.4.02 Maatwerkzone Haven . 2020 uitvoering voor het faciliteren van startups in de maakindustrie met label ‘biobased’ is haven) en deze wordt in 2018 . n succesvol en wordt gecontinueerd. geëvalueerd. 31 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Deze actie bleek een grote overlap te hebben met het project Greenlane van het … Havenbedrijf en is daar opgenomen. In het project Greenlane werken de . . Het verkorten van de doorlooptijden . . … Vergunningstrajecten . . . . Omgevingsdienst, het Havenbedrijf en de gemeente Amsterdam samen om de 3.4.03 van vergunningstrajecten in de pilot 2018 afgerond . . . . . En Maatwerkzone vergunningverlening proces in het havengebied te versoepelen. Hiertoe zijn in Maatwerkzone. . . . 2017 drie producten opgeleverd: een leaflet, een procesintegratie en een interactieve plannenkaart. Daarmee is deze actie afgerond. 32 Gemeente Amsterdam Onderzoek, Informatie en Statistiek Monitor AOP meting december 2017 Als voor de uitvoering van de ebiedsplannen in de komende jaren . . n . Opstellen aanvullende 6 p . . Ja . . Vanuit de gebieden zijn geen verzoeken gekomen om een aanvullende regeling op 3.7.03 oe . een aanvullende regeling nodig lijkt, 2018 uitvoering subsidieregelingen 2 . . te stellen. stellen we een subsidieregeling op die de uitvoering ondersteunt. Bij het financieel ondersteunen van een bewonersinitiatief worden ook de Gelijk speelveld bij belangen van bestaande . . 3.8.01 ) pe oe: J 6 . 2018 uitvoering bewonersinitiatieven ondernemingen meegewogen. Deze afweging is goed onderbouwd en transparant. 33
Onderzoeksrapport
33
train
Van: | Verzonden: donderdag 29 oktober 2020 15:44 Aan: Info gemeenteraad <[email protected]> Onderwerp: Vuilnisophoping Vaartstraat/Veerstraat Geacht raadslid Op de hoek van de Vaartstraat/Veerstraat bevinden zich drie containers die vrijwel dagelijks het aanzicht van een “Napolitaanse” vuilnisbelt laten zien, met alle smerigheid en vunzigheid die daarbij hoort. Erboven wonen mensen, vlak ernaast bevindt zich een huiswerkklas voor jonge kinderen en er ligt een toegang tot de parkeerkelder voor de bewoners. De aanblik is de stad Amsterdam én het stadsdeel Zuid bepaald onwaardig en bovendien zijn de eerste twee ratten al gesignaleerd. Dat kan zo niet doorgaan. Mijn suggestie: plaats een aantal extra containers aan de Amstelveenseweg nabij deze straten of halverwege opdat de bewoners aldaar hun vuil kwijt kunnen. Zie de foto’s voor deze smerige en mens en stad onwaardige toestand. Met de meeste hoogachting ee, u, T - Er JE En Re ei Ee; Je Ln 7 et a 5 RN ee je . me B: ee ET: a Ee nl Aert | ar T r 4 ‚ ij ed = s EL F ek = î ï a en ee pa ‚_ En ni Ke ÍE : gn ik | zi Ì _— - qe JE 1 | E , | en « e jan … | ee r —_E ee Ee emd Te MA | NS / L | Ee _— ie = l | | EE, ei je LE A Eg jn | | ma | il Mm 6 Î Í ha | it Î Î | | Ij | | | Kk IE rl Í H L | Ed El [kk fi EES | en NE ( . — Dn HiRes | ! | HA ’ EH | El | Mn Ke | 1 s — Ie U Ü | Ee | nn | lik L | k = d Ï | s In - 4 Ï Ì 1 n 5 H CER | = U we 1 LE a Ï en — II ES 8 | TTE ld nd \ Mm E K— | | : = Î à | L at M__ zij n jen En == Er el ns … nn 3 ie ike _k / Ee | r Er Esa F en pmm /i á Hr mn / Ee _ L | ns RE pl n = Râ. „R+ k B « | k | ij Ke Ri | Pl en Li T - | er me vann ER EE & En ie ee B Eelen ee Î el Ee En, _ s RE le En dn eri | Td en a ee + 5 E en a en ib is ed ER t| En Ee EE | ee Og En, NE EE SN OO 7 : En # r J mi Pa eend i: E en nr e, Lg Ee / E, E Le 0 É = EN nk mr, „ Me ee rin r nee nT f erik WE = Fa EE = Ed El EA rg ie zr" Eene ne _— nk en Te pe E f Rr ze 2, En en jd Td ee En Een een ej 5 Fn E s Ey an En El Ls E E 1 * Ä mt Es PE, N= - zr Ee ii , k ee ie Ei B AN rk 3} - Ir ie EEK en E Eper zi ri di # É É PE er ai zl Pe pu re „er } mk Fn, NEE Nim ú Nl edn ï N KANE RE eve en: NE | On nä EN A | ee al , re ik ' ee, 0 ; Ô L tg. vile de. RE 2 df NN 1 E hein Eh a nk & m Ì & in ë maes de vil GD | Net 4e | dl | 5 oe | 8 ie ie di | | | : LN Li} me | pe za kk N \ | | | | ik Hs ke dk ei Al | | md B Aa We | NAi: " LE Lt EM | | t LRM _ Zeik |I He Sik: | BA AE vaer Hd AI ï | IA taz El: SNL Lak | \ | Á B. Fn rie HAR Kl | He | Ì | Í | | | ef ee nn p= eN Ü ir „al k Lik | BIN hi ee | | | | hk = Lak | of | \ Wiiie iN lek Vr ä | | El UE ee en e | Ì Ï ME mi en zj RE Ez Mi jm Ak Te > PS DE eN WA - es , f een | AR f Ad Ri Pd er Pe Ls Tb en 1 nd el ES. Per” Ee kn DN Oee . oe Fe EES — el Es el … Í rd . P an En | u Ì | \ E | Ì [ee : E | ed 7 k pm” == | == ee sn = E B k TE ee nn s ee ee B ke va | En mmm fi = end ms Ì p TES = ze EE : r 8 NE in. nn U ne 5 a Te _ er en se B DT ef É _ en en el Me | me a d | ld En ee % 4 p = : a __ in ia Dd 5 ET Etn \ E nn ar BE ' Dt 5 _ El nr in s e 5 à ea | Ee il En ee Ee = En me rl … ED er a me == : p ar lj 2 5 ne ied rine he 5 5 - Se an DS Ei nr PRT Er ee EN T- nj eh a ee _E # sn sE ee A Ee D re ET rl e B Ee . en Ed Pee E En! K e Ap rj Dee =: , EE p ee Ee ij ks ET nen MK ES a NE Ea … A En ET En. 2 eed de r Eid B pl Eh - 5 : Ee ne Ee En Pre an , PF Te nn RE, nn Be N Ge en ì Ie, GE be s Ld r he rie
Raadsadres
4
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 699 Datum akkoord 17 juni 2016 Publicatiedatum 20 juni 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Groot Wassink van 8 september 2015 inzake bedreigingen aan het adres van de heer Gario. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 28 augustus 2015 verscheen in De Volkskrant een interview met kunstenaar en activist de heer Gario, getiteld: Mensen schrijven dat ze mijn strot gaan doorsnijden’. In dat interview geeft de heer Gario aan stelselmatig bedreigd te worden. Naar eigen zeggen heeft hij in één jaar 770 beledigingen en bedreigingen ontvangen. Ook stelt hij dat hij de burgemeester om beveiliging heeft verzocht maar dat deze hem naar de politie heeft doorverwezen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Groot Wassink, namens de fractie van GroenLinks, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college kennisgenomen van het hierboven genoemde interview”? Antwoord: Ja. 2. Hoe beoordeelt het college de beledigingen en bedreigingen waar de heer Gario melding van maakt? Antwoord: Gario heeft de figuur van ‘Zwarte Piet aangegrepen als startpunt voor een bredere kritische kijk op discriminatie en racisme in Nederland. Dat doet hij in zijn artistieke werk, op sociale media, op opiniesites en in traditionele media. Op met name de sociale media — waar een zekere anonimiteit speelt — gaat deze discussie er soms hard en oneerlijk aan toe. Samen met anderen is Gario er desondanks in geslaagd op een opvallende, onconventionele manier een onderwerp maatschappelijk en politiek te agenderen. Sinterklaas blijft voor veel burgers een traditioneel kinderfeest. Een sprookje en een toneelstuk, waaraan vrijwel iedereen meedoet. Het bevreemdt het college dan ook niet dat er over de figuur ‘Zwarte Piet’ in de maatschappij blijvend veel discussie is en het is de mening van het college dat deze discussie ook juist daar plaats moet vinden. Die discussie moet in vrijheid kunnen plaatsvinden. Dat betekent niet dat alles kan tijdens een discussie. Het op enige wijze discrimineren, 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam Neeing doo Gemeenteblad R Datum 20 juni 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 8 september 2015 beledigen of bedreigen van deelnemers van de discussie rondom de figuur ‘Zwarte Piet' is uiteraard volstrekt onacceptabel. Sommige uitingen aan het adres van onder meer de heer Gario zijn daarom ook meerdere keren onderwerp van gesprek geweest in het driehoeksoverleg tussen de Burgemeester, Hoofdofficier van Justitie (HOvJ) en de hoofdcommissaris van politie. De HOvJ is als bevoegd gezag op het gebied van het strafrecht verantwoordelijk voor de beoordeling, opsporing en vervolging van strafbare feiten, waaronder belediging en bedreiging. De uitingen die onder meer richting de heer Gario zijn gedaan, komen voornamelijk via de eerder genoemde sociale media. Het achterhalen van de identiteit van deze afzenders van de berichten is daarbij een tijdrovende kwestie. De diversiteit en hoeveelheid aan de door de heer Gario gemelde uitingen (770) enerzijds en de toepassing van het opportuniteitsbeginsel anderzijds hebben geresulteerd in een uitnodiging aan de heer Gario om gezamenlijk tot een prioritering te komen. Aan de heer Gario is gevraagd om een focus aan te brengen, welke feiten hem het meest hebben gegriefd. Het onderzoek naar de uitingen, die gedaan zijn op sociale media in het kader van de discussie rondom de figuur ‘Zwarte Piet’, loopt nog. In het belang van dat onderzoek kunnen daar geen mededelingen over gedaan worden. De HOvJ is binnen het 'Stelsel bewaken en beveiligen’ tevens verantwoordelijk voor de aanvullende maatregelen ten behoeve van de veiligheid van personen. Wanneer de dreiging daartoe aanleiding geeft kan de HOvJ opdracht geven voor aanvullende maatregelen. Gezien bovenstaande verantwoordelijkheidsverdeling en het feit dat het strafrechtelijk onderzoek nog loopt, is het niet wenselijk om als College tot een nadere beoordeling, opvatting of conclusie te komen, laat staan deze te communiceren. Over beveiligingsmaatregen wordt überhaupt nooit gecommuniceerd. 3. Waren deze beledigingen en bedreigingen bekend bij het college en de politie en zijn deze besproken? Zo ja, wat waren de conclusies? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 2. 4. Deelt het college de opvatting van ondergetekende dat, ongeacht hoe men het optreden van personen beoordeelt, deze in geval van serieuze bedreiging aanspraak zou moeten kunnen maken op beveiliging? Antwoord: Mensen zijn volgens het College allereerst zelf verantwoordelijk voor hun eigen veiligheid. Ze mogen echter van de overheid verwachten dat zij hen te hulp schiet als hun veiligheid bedreigd wordt en zij aan die dreiging op eigen kracht geen weerstand meer kunnen bieden. De HOvJ beoordeelt in zo een geval hoeverre de dreiging om (aanvullende) maatregelen vraagt. Dit doet de HOvJ altijd op advies van politie. 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer 20 juni 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 8 september 2015 5. Klopt de uitspraak van de heer Gario met betrekking tot de brief van de burgemeester waar de heer Gario in het interview over spreekt? Antwoord: In het interview wordt gesuggereerd dat de politie het niet serieus neemt en wordt gesteld dat de heer Gario enkel de politie moet bellen als er echt iets aan de hand is. Dit is een weergave, die door het College niet kan worden gevolgd en geenszins ondersteund wordt door bovengenoemde feiten. Het verzoek van de heer Gario is dusdanig serieus opgevat dat deze onverwijld met politie en het OM is gedeeld. Vervolgens is in afstemming met Politie en OM een brief opgesteld aan de heer Gario met handelingsperspectieven. De heer Gario is onder meer middels deze brief verwezen naar zijn contactpersoon binnen de politie om zijn hulpvraag nader te formuleren. Voorafgaand is contact gelegd met de politie en het OM zodat is zeker gesteld dat de heer Gario daar daadwerkelijk terecht kan. Met de heer Gario is daarnaast recentelijk weer gedeeld dat de Gemeente Amsterdam altijd aanspreekbaar blijft, om te helpen in het leggen van contact richting partners. 6. Deelt het college de opvatting van de indiener dat ten tijde van het schrijven van de brief er aanwijzingen waren dat ‘er echt iets aan de hand is’? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 2. 7. Binnen het nieuwe 'Stelsel bewaken en beveiligen’ heeft de lokale overheid de verantwoordelijkheid met betrekking tot eventuele beveiligingsmaatregelen. Is op enig moment met of zonder de politie besproken of maatregelen in de context van dit stelsel zinvol en noodzakelijk waren? Antwoord: Zoals toegelicht bij antwoord 2 is de casus in de driehoek besproken. De HOvJ draagt zoals gesteld hierover het lokale gezag. Hij is in deze gevallen verantwoordelijk voor de aanvraag van een dreigingsinschatting, het besluit tot het treffen van maatregelen en het laten informeren van de betreffende persoon. De HOvJ beoordeelt telkens op advies van de politie. 8. Heeft het college het verzoek om beveiliging van de heer Gario opgevat als een verzoek in het kader van het stelsel? Zo ja, welke consequentie is daar aan verbonden. Zo nee, waarom niet? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 2. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
N Gemeente Amsterdam Gemeenteraad # Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1414 Te behandelen op 16 en 17 december 2020 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 “Onderwerp Motie van de leden Veldhuyzen, Nadif, Boomsma, Ceder, Biemold, Van Soest, Kilig en Bosman inzake de Begroting 2021 (Help kleine Instellingen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021 (Help kleine Instellingen). Constaterende dat: — Erin het afgelopen decennium flink is bezuinigd op de culturele sector; — De culturele sector zwaar wordt geraakt door de corona-crisis; — Het college een aantal bezuinigingen in verband met de besparingsopgave doorvoert die verschillende delen van de culturele sector ook raken; — Verschillende (kleinschalige) culturele instellingen (in de stadsdelen buiten het centrum) tot nu toe niet of nauwelijks aanspraak hebben kunnen maken op coronasteun vanuit de noodkas, met name in de niet gesubsidieerde sector, en dreigen om te vallen. Overwegende dat: — Het wenselijk is om zoveel mogelijk van de culturele infrastructuur te behouden, waarbij het gezien de beleidsdoelen van dit college vooral ook belangrijk is om instellingen buiten het centrum te ondersteunen; — Het belangrijk is dat het college ook (kleinschalige) instellingen, in het bijzonder instellingen die buiten het centrum zijn gevestigd en/of geen onderdeel uitmaken van het Kunstenplan, meeneemt in het volgende pakket aan noodsteun vanuit de gemeente. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: (Kleinschalige) instellingen, in het bijzonder instellingen die buiten het stadsdeel centrum zijn gevestigd en/of die geen onderdeel uitmaken van het Kunstenplan, mee te nemen in de uitwerking van het ‘breed herstelplan’ voor de culturele sector. De leden van de gemeenteraad J. A. Veldhuyzen |. Nadif D.T. Boomsma D.G.M. Ceder H.J.T. Biemond W. van Soest A. Kilig 1 A.M. Bosman 2
Motie
2
discard
Bezoekadres 2% Gemeente ede Am ste rda m 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 € amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 24-02-2020 Ons kenmerk __2019/101 Behandeld door P, Lans —p. [email protected] — 06-5333.1146 Bijlage Onderwerp Reactie op motie 1577 van raadslid Taimounti van Denk + c.s. getiteld versnellen van de aanvragen van vergunningen voor ondernemers Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 9 oktober 2019 heeft uw raad bij de behandeling van het Amsterdams Ondernemers Programma 2019-2022 ‘Naar een sterke buurteconomie’ motie 1577 van raadslid Taimounti van Denk + c.s. aangenomen waarin het college gevraagd wordt te onderzoeken hoe de aanvragen van vergunningen voor ondernemers aanzienlijk versneld kunnen worden om daarmee de kosten voor de ondernemer te verminderen en het MKB-klimaat van Amsterdam te verbeteren. In de motie zelf worden ‘winkelpanden’ genoemd. Tijdens de bespreking van de motie is echter voornamelijk aandacht gevraagd voor de vergunningverlening van horecazaken. Ook vanuit de horecabranche zelf is bij het college meermaals aandacht gevraagd voor de doorlooptijden. De aanpak van ondermijning is een bestuurlijke prioriteit van dit college, en daarbinnen is de horecabranche als een branche aangemerkt die kwetsbaar is voor ondermijnende activiteiten. Mede vanwege het grote aandeel onderhandse leningen in de horecabranche wordt er bijvoorbeeld scherp op gelet of transparant is wie de uiteindelijke financiers zijn van de horeca. Wanneer die transparantie niet blijkt vit de stukken kan dat betekenen dat aan horecaondernemers aanvullende vragen worden gesteld over hun ondernemings- en financieringsconstructie en doorlooptijden langer worden. De vragen uit de Bibob-formulieren — waarmee wordt gevraagd om bepaalde informatie en documenten — worden continu geëvalveerd. Het aanvragen van een horecavergunning verloopt per 11 november 2019 in alle stadsdelen uniform en digitaal (via Decos-join), waarbij ook de Bibob- Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum Kenmerk 2019/1021 Pagina 2 van 2 vragen in de in te vullen digitale vragenlijst zijn opgenomen. Bij deze recente digitalisering zijn de Bibob-vragen verbeterd en aangepast ter verduidelijking teneinde de vergunningaanvraag eerder compleet te krijgen waardoor minder aanvullende vragen hoeven worden gesteld. Hierbij wordt samengewerkt met ondernemers en Koninklijke Horeca Nederland. Het college is voornemens dit de komende periode te blijven doen. De snelheid van de afhandeling van vergunningaanvragen is van meerdere factoren afhankelijk. Recent is een nieuw horecavergunningensysteem in gebruik genomen, waarmee in de komende maanden beter inzichtelijk wordt welke stappen in het proces van invloed zijn op de lange doorlooptijden en waar dus op gestuurd moet worden. Het college blijft in gesprek met de horecabranche over de door te voeren verbeteringen, die na het in kaart brengen van het probleem vanaf het tweede kwartaal 2020 doorgevoerd zullen worden. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, Femke Halsema burgemeester
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad x Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 944 Publicatiedatum 9 oktober 2015 Ingekomen onder w Ingekomen op woensdag 30 september 2015 Behandeld op woensdag 30 september 2015 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Groen inzake de Agenda Groen (openbaarheid van parken bij evenementen). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Groen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 806); Constaterende dat: — de druk op stadsparken in toeneemt, en veel parken niet berekend zijn op het intensievere gebruik dat daar het gevolg van is; — de Agenda Groen als actie benoemt dat parken worden heringericht om intensiever gebruik te accommoderen; — de meerwaarde van parken in elke buurt nu juist is dat het groen ‘om de hoek! ligt voor alle Amsterdammers; — het voor veel Amsterdammers geen (aantrekkelijke) optie is om hun rust te zoeken in een park in een ander stadsdeel, maar juist een park om de hoek willen kunnen benutten; — de Agenda Groen als aandachtspunt voor het evenementenbeleid noemt; ‘De openbaarheid van het groen tijdens, voor en na een evenement’; — de Agenda Groen deze inbreng niet specificeert. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: bij de uitwerking van het evenementenbeleid ten aanzien van het aandachtspunt ‘Openbaarheid van het groen tijdens, voor en na een evenement’ in te brengen dat: — in het park waarin een evenement plaatsvindt zelf voldoende ruimte beschikbaar blijft voor regulier gebruik tijdens dat evenement. Het lid van de gemeenteraad RJ. Groen 1
Motie
1
discard
VN2022-027446 De raadscommissie voor MBO-agenda, Jongerenwerk, Sport en Griffie % Gemeente Recreatie, Economische Zaken sociale Zaken oevan Gemeentelijk SED % Amsterdam Ord OENE Vastgoed, Volwasseneneducatie, Democratisering Voordracht voor de Commissie SED van o7 september 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Opvang (MO/BW, Ongedocumenteerden en Vluchtelingen) Agendapunt 10 Datum besluit Nvt. Onderwerp Initiatiefvoorstel ‘Meer ruimte voor zeggenschap en zelfbeheer in de maatschappelijke opvang’ van de voormalig leden Grooten en Roosma (GL) van 21 december 2021 De commissie wordt gevraagd kennis te nemen van bijgaand initiatiefvoorstel en de bestuurlijke reactie daarop Wettelijke grondslag Art. 147a lid 1 Gemeenteraad Art. 76 RvO Bestuurlijke achtergrond Het initiatiefvoorstel stond geagendeerd in de Tijdelijke Algemene Raadscommissie en is op verzoek van de fractie van GroenLinks doorgeschoven naar de reguliere commissie waarin dit initiatiefvoorstel thuishoort. Sinds deze bestuursperiode vallen Maatschappelijke Opvang en Beschermd wonen (onderdeel van de Wmo) onder portefeuillehouder Groot Wassink. Reden bespreking Geagendeerd o.v.v. de fractie van GroenLinks. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.15 1 VN2022-027446 % Gemeente De raadscommissie voor MBO-agenda, Jongerenwerk, Sport en Griffie % Amsterdam i % Recreatie, Economische Zaken, Sociale Zaken, Opvang, Gemeentelijk Vastgoed, Volwasseneneducatie, Democratisering Voordracht voor de Commissie SED van o7 september 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Bestuurlijke reactie IV Meer ruimte voor zeggenschap en zelfbeheer in de AD2022-078601 maatsch opvang.pdf (pdf) AD2022-078595 Commissie SED Voordracht (pdf) Initiatiefvoorstel Meer ruimte voor zeggenschap en zelfbeheer in de AD2022-078602 maatsch opvang.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Nadere informatie bij de fractie van GroenLinks. Gegenereerd: vl.15 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1359 Datum indiening 18 september 2017 Datum akkoord 2 november 2017 Publicatiedatum 3 november 2017 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Ernsting inzake touringcars buiten verplichte touringcarroutes. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 17 september 2017 verscheen op AT5 het bericht “Fietser geschept door touringcar bij Nassaukade” (http://www.at5.nl/artikelen/1 731 35/fietser-geschept-door- touringcar-bij-nassaukade). Op de foto's bij het artikel lijkt het alsof de bewuste touringcar van de verplichte touringcarroute afwijkt door vanuit de Nassaukade rechtsaf de Tweede Hugo de Grootstraat op te rijden richting Marnixstraat. Hoewel dit nog niet zeker is en het onderzoek nog loopt, sluit dit vermoeden aan bij meerdere observaties dat er heel vaak touringcars richting of op de Marnixstraat rijden, wat dus buiten de verplichte routes ligt. Ook in andere delen van de binnenstad zijn vaak touringcars buiten de verplichte touringcarroutes te zien; soms zelfs op grachten. Die touringcars moeten vervolgens gevaarlijke capriolen uithalen om zich door die smalle straten en grachten te wringen. Tegelijkertijd is het vermoeden dat hier niet of nauwelijks op gehandhaafd wordt door politie of gemeentelijke handhavers en lijken er ook weinig verbodsborden ‘gesloten voor bussen’ (Bord CO7a) geplaatst. Gezien het vorenstaande heeft het lid Ernsting, namens de fractie van GroenLinks, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Wat is eigenlijk de status van de verplichte touringcarroutes? Klopt het dat touringcars niet buiten die routes mogen komen? Antwoord: De verplichte touringcarroutes in Stadsdeel Centrum zijn dezelfde aangewezen routes voor vrachtverkeer dat zwaarder is dan 7,5 ton. Touringcars mogen niet buiten deze routes komen en er worden geen ontheffingen versterkt. 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer Ke ember 2017 Schriftelijke vragen, maandag 18 september 2017 2. Wordt er op gehandhaafd dat touringcars niet buiten de routes mogen komen? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Uiteraard handhaven de Politie en de gemeentelijke handhavers als onderdeel van de reguliere surveillance, wanneer een overtreding van de geslotenverklaring op heterdaad wordt geconstateerd. Daarnaast let het stadsdeel extra op de meldingen die bewoners maken van touringcars die rijden in straten waar dat niet zou moeten, en probeert op de door hen aangegeven plaatsen extra alert te zijn. Ook wordt er op verschillende wijze geïnvesteerd in preventieve aanpak door de regels zo goed mogelijk te communiceren met en binnen de touringcarbranche. 3. Hoeveel boetes zijn er in 2015 en 2016 uitgedeeld aan touringcars die zich niet aan de verkeersregels houden? Antwoord: In heel Amsterdam hebben gemeentelijke handhavers in 2015 297 en in 2016 326 boetes uitgeschreven op autobus voertuigen door de gemeentelijke handhaving voor overtreding van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV). Dit betrof verschillende overtredingen uit het RVV. Uit de systemen van Politie en CJIB kan niet worden nagegaan of er expliciet een boete aan een touringcar(chauffeur) is uitgeschreven. Wij hebben hierover dan ook geen gegevens. 4. Hoeveel van die boetes zijn door de politie uitgedeeld en hoeveel door gemeentelijke handhavers? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 3. 5. Waarom wordt het verkeersbord C07a (‘gesloten voor bussen’) niet vaker gebruikt op plekken en straten waar vaak touringcars inrijden en ze niet mogen komen? Denk aan de Museumbrug, Tweede Hugo de Grootstraat en Jodenbreestraat / Sint Antoniesbreestraat. Antwoord: Binnen Stadsdeel Centrum is er geen sprake van een ‘gesloten verklaring voor bussen’ (CO7a), maar van een ‘7,5 ton beperking’ waarmee zwaar verkeer en dus ook grote bussen (touringcars, categorie M3) verboden worden. Dit wordt aangegeven met een C21-zonebord. Een apart verkeersbesluit nemen voor een inrijverbod voor bussen ( CO7a bord) is op zich mogelijk, maar omdat touringcars op basis van het 7,5tons-verbod toch al niet zijn toegestaan, zou dit een besluit zijn dat alleen gevolgen heeft voor kleinere busjes van minder dan 7,5 ton. 2 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Neng Las0 Gemeenteblad Datum 3 november 2017 Schriftelijke vragen, maandag 18 september 2017 6. Het college is voornemens touringcars uit de binnenstad te ‘weren’. Hoe wordt dat uitgevoerd? Is ‘weren’ hetzelfde als ‘verbieden’? Hoe gaat dat gehandhaafd worden? Antwoord: Weren is hetzelfde als verbieden, maar het voornemen is om dat gefaseerd te doen in de periode 2018-2019, in samenhang met het beschikbaar komen van alternatieve halteerlocaties buiten de binnenstad (De Ruijterkade). Doorgaande touringcars en winkelen/wandelen worden in de plannen als eerste geweerd vanaf start toeristenseizoen 2018. En met een overgangsperiode tot en met 2019 geldt dat ook voor concrete bestemmingen. De handhaving gebeurt middels prikacties en verbaliseren op straat en uiteindelijk ook met kentekencamera’s. Met flankerend een goede communicatie en bewegwijzering naar waar touringcars wel naar toe kunnen. Voor het weren van de touringcars uit de binnenstad wordt begin december het Touringcar Transitieplan voorgelegd aan het college. 7. Hoe groot wordt het gebied waar ze dan niet meer mogen komen? Blijven daarbuiten de verplichte touringcarroutes in stand? Hoe gaat daar dan op gehandhaafd worden? Antwoord: De touringcars worden geweerd uit de binnenstad, welke is gedefinieerd als alles binnen de S100: de ring van Stadhouderskade, Nassaukade, Houtmankade, Van Diemenstraat, Westerdoksdijk naar De Ruijterkade en Piet Heinkade, Panamalaan, Mauritskade. De noord/zuid corridor met de IJtunnel blijft toegankelijk, evenals — onder voorwaarden - de ontsluiting van de touringcarparkeerterreinen aan de Plantage Kerklaan (Artis, alleen via Plantage Middenlaan - Nassaukade) en de Nieuwe Uilenburgerstraat (Gassan Diamonds). Buiten de binnenstad is alleen de S100 zelf een verplichte route in het kader van de 7,5 tons verbodszone. In principe mogen touringcars zich daarbuiten vrij bewegen en mensen in/uit laten stappen, mits de doorstroming en veiligheid niet op het spel staan. 8. Is het gezien de geringe capaciteit tot handhaving niet veel beter om touringcars überhaupt uit de stad te weren en af te vangen aan de ring? Antwoord: Het college is voornemens tot het aanleggen van extra touringcarplekken buiten het centrum, o.a. bij Station Sloterdijk en in Duivendrecht en aan de Zuidelijke IJ-oever (Transferpunt Touringcar — Rondvaart / Ruijterkade-oost). Om de binnenstad verder touringcarluw te maken is het noodzakelijk dat deze voorzieningen beschikbaar zijn voor touringcars. Dit zal in 2018-2019 plaatsvinden waarna, conform het Touringcar Transitieplan, touringcarlocaties in het centrum worden opgeheven. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E. van der Burg, locoburgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 722 Ingekomen op 10 juni 2020 Behandeld op 11 juni 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake het functioneren van Tram 26 (Alternatieve verbindingen IJburg) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de beraadslaging over het functioneren van Tram 26, Overwegende dat: - door de geïsoleerde ligging in het netwerk, Tram 26 kwetsbaar is voor uitval; -__ wanneer Tram 26 uitvalt, het ongemak en de gevolgen voor de IJburgers groot zijn vanwege het gebrek aan alternatieven; - er tevens zorgen zijn over de capaciteit van Tram 26 in de toekomst, gegeven de groei van IJburg; -__ alternatieve verbindingen richting het centrum omwille hiervan gewenst zijn; - deze alternatieve verbindingen idealiter richting een ov-knooppunt gaan, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Onderzoek te doen naar het verlengen van de buslijn Bijlmer ArenA — IJburg richting a) Station Muiderpoort via de Amsterdamsebrug en b) Station Amstel via de Ring A10. Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma 1
Motie
1
discard
Van: Verzonden: woensdag 22 oktober 2014 17:34 ’ | : Aan: Info gemeenteraad - Onderwerp: Namenmonument in Wertheimpark . | Formulier raadsadres Naam ' E-mail — Adres ne Postcode Plaats . nn Telefoon A Uw bericht RAADSADRES ‚ Amsterdam 22.10.2014 Betreft: Namenmonument in Wertheimpark Geachte Raad, Het kan niemand ontgaan zijn, dat er de afgelopen tijd op drie plaatsen in de Plantage-Weesperbuurt verregaande beveiligingsmaatregelen genomen zijn bij gebouwen en functies met joodse signatuur. (En eveneens bij drie synagoges in Amsterdam-Zuid.) Wij waarderen het als buurt vanzelfsprekend dat de Gemeente Amsterdam “haar verantwoordelijkheden neemt in het beveiligen en beschermen van burgers tegen mogelijke aanslagen of andere calamiteiten. Tegelijkertijd nemen bij buurtbewoners de gevoelens van onbehagen toe door de dreiging . die hiervan uitgaat en daarmee aantasting van de kwaliteit van hun leefklimaat. Wij realiseren ons dat er blijkbaar zwaarwegende redenen moeten zijn, waarom deze politieposten, betonnen drempels en versperringen nodig zijn. Wij schrijven u nu in de wetenschap dat er binnenkort een besluit moet worden genomen over het al dan niet plaatsen van een namenmonument van de hand van architect Libeskind in het Wertheimpark. . Wij wijzen u er, wellicht ten overvloede, nogmaals op dat er grote . weerstand is tegen de komst van dit monument op deze plek. De argumentatie daarvoor is u wellicht bekend. Voor nadere informatie | - | omtrent voornoemde argumentatie verwijzen wij u graag naar: Voorbereidende AB-vergadering bestuurscommissie centrum van 3 juni 2014, agendapunt 3 (spreekrecht belangstellenden) en 4, AB-vergadering bestuurscommissie van 17 juni 2014, agendapunt 4 Holocaustnamenmonument. Wij vragen uw waakzaamheid voor het feit dat als gevolg van de plaatsing van dit Namenmonument vrijwel zeker de noodzaak voor nog meer veiligheidsmaatregelen in de Plantage-Weesperbuurt zal toenemen. Met alle gevolgen van dien: een deel van de stad dat onder voortdurende en verscherpte bewaking moet staan. Dat lijkt ons voor iedere betrokkene, zowel bewoners als bezoekers die willen herdenken, maar ook toeristen, een onwenselijke en zelfs contraproductieve situatie. Wij vragen daarom uw aandacht voor de het stuk van GR dat wij u als bijlage sturen waarin een pleidooi voor een waardige en goede locatie voor het namenmonument uiteen wordt gezet. Deze locatie is Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Bij navraag ís gebleken dat Gj OE; directer van dit herinneringscentrum, de komst van een herdenkingsmonurment verwelkomt. In een telefoongesprek wees hij er op dat in een vroeg stadium hierover gesprekken zijn gevoerd met GEE CEB, voorzitter ven het Auschwitz comité, die zich toen ook een groot voorstander voor deze locatie toonde. Wij verwijzen u derhalve graag naar voornoemd stuk in bijlage. Met de meeste hoogachting, : Vrienden van het Wertheimpark, = Holocaustnamenmonument: gepasseerd station? De controverse over het reusachtige holocaustnamenmonument dat in het kleine, met __ historie beladen Wertheimpark te Amsterdam zou dienen te verrijzen, beperkt zich tot op heden tot een vinnige twist omtrent de beoogde plek en de gevreesde overschaduwing van het daar al aanwezige Auschwitz-monument van Jan Wolkers. Pas na de “buurtinspraak” werd het ontwerp gepresenteerd van “de beroemde Amerikaanse, van oorsprong Pools-Joodse architect Daniel Libeskind”, aldus wervend de website van het stadsdeel-Centrum. De betiteling “namenwand” bleek ergerlijk misleidend: het gaat om negen achter elkaar geplaatste donkere betonnen muren, het geheel 1000 m? openbare ruimte in beslag nemend en met een hoogte waarvoor je in eerste instantie alleen maar kunt terugdeinzen. Het claustrofobisch aandoende pad tussen al die hoge muren wordt door Libeskind “Path of Light” genoemd, ook al ongelukkig omdat deze benaming associaties oproept met de beruchte Peruviaanse terreurbeweging ‘Lichtend Pad’ (Sendero Luminoso). Of de volgens het stadsbestuur “zorgvuldige” inspraakprocedure onbeholpen dan wel geraffineerd was, kan hier in het midden blijven omdat zich andere vragen opdringen. Vragen die in de “inspraak” lapidair werden weggewoven: het monument zelf stond niet ter discussie. “Dat is een gepasseerd station. De komst van een monument in de vorm van een namenmonument is een gegeven.” Wonderlijk wel, dat machtswoord ‘een gegeven’. In dit ‚geval is het fait accompli ontstaan door een vertrouwelijk besluit van het college van B&W. Het college-Van der Laan dumpte in november 2012 (waarom vertrouwelijk?) het besluit van april 2009 van zijn voorganger, het college-Cohen, om géén medewerking te verlenen aan dit initiatief van het Nederlands Auschwitz Comité (NAC). Zoals bekend besloot het college-Van der Laan vervolgens op 18 maart 2014, voor zover valt na te gaan zonder raadpleging van de gemeenteraad, “ín te stemmen met het voornemen het Holocaustnamenmonument in het Wertheimpark te vestigen”. Het Auschwitz Comité zegt te verwachten dat het Amsterdamse _ college van B&W nu binnen enkele weken een definitief besluit gaat nemen. Ì Maar is het monument zelf dus een gegeven? Het gaat per slot om een nationaal monument, dus om een “nationaal belang”, volgens woordvoerder Oranje van het stadsdeel- Centrum, Het is zeer de vraag of een locale overheid het principebesluit daarover zomaar naar zich kan toetrekken. Een nationaal monument behoeft allereerst een nationale discussie, terwijl we voor zoiets belangrijks als een nationaal belang een nationaal parlement hebben. Het is de hoogste tijd voor een paar vragen die tot nu toe publiekelijk niet aan bod zijn gekomen. “Den tragen tot spoorslag”, maant een inscriptie op het Wertheimmonument in het park. Om te beginnen: wat betekent dat, een nationaal monument? Er was een tijd waarin : men heeft geprobeerd in de wildgroei van oorlogsherdenkingsmonumenten enige ordening aan te brengen. Niet alleen werd in oktober 1945 van regeringswege een Centrale Commissie … _… in het leven geroepen die de Minister moest adviseren over vormgeving en ruimtelijke inpassing van elk op te richten oorlogsmonument, ook werd in 1946 van rijksoverheidswege de Nationale Monumenten Commissie voor Oorlogsgedenktekens geïnstalleerd. Bij die nationale monumenten ging het om de herdenking niet zozeer van plaatselijk of regionaal, maar van nationaal leed c.q. verzet. Er werd dan ook, overigens met onvoldoende baten als resultaat, in heel het land geld ingezameld voor het nationaal monument op de Dam; voor 50 - ets kon eenieder een vierkante centimeter van het toenmalige Damplantsoen kopen. Zo kan men nu vanuit het hele land een of meer namen op het voorgestelde monument “adopteren” à raison van € 50 per naam. Dat blijkt minder evident symbolisch te zijn dan een vierkante … centimeter, nu adoptanten nogal eens vrezen dat anders hun dierbaren niet op het namenmonument zullen verschijnen - weliswaar ten onrechte, maar het misverstand kon niet uitblijven. Over een in de Kamerstukken anoniem gemaakt verzoek — ongetwijfeld afkomstig van het Auschwitz Comité (waarom anoniem?) - om rijkssubsidie voor dit namenmonument deelde in april jl. de staatssecretaris van VWS (Directie Maatschappelijke Ondersteuning Oorlogsgetroffenen en [sic] Herinnering WOII) aan de Tweede Kamer mee geen rol voor de overheid te zien weggelegd bij dit “goede particulier initiatief”, Nu kent Nederland talloze gedenktekens voor de vermoorde joodse landgenoten, maar sinds de jaren negentig worden die voornamelijk door gemeenten en andere overheden geïnitieerd en in de openbare ruimte geplaatst. Het nationale monument Westerbork en de herschepping in 1981 tot Herinneringscentrum Kamp Westerbork berustten allebei op een besluit van de Tweede Kamer. Het voormalige Kamp Westerbork ontvangt een structurele subsidie van het ministerie van VWS. Het is dus bezijden de waarheid wat Van Rijn, van regeringswege verantwoordelijk voor de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog, gemakzuchtig schrijft: “De geschiedenis van [oorlogs]monumenten in Nederland wordt gekenmerkt door grote terughoudendheid van de zijde van de overheid.” Weinig terughoudend ook is zijn kwalificatie als “een goed particulier initiatief dat helemaal past in de geschiedenis van Nederlandse oorlogsmonumenten”. Dat is niets minder dan een warme aanbeveling. De overheid ontbreekt evenmin in het Comité van Aanbeveling dat het NAC heeft weten te recruteren. Allereerst treffen we daarin de Amsterdamse burgemeester Van der Laan aan. Menigeen vermoedt het: de revenuen van het te verwachten Libeskindtoerisme zijn blijkbaar een te aantrekkelijk vooruitzicht, de reeds thans vrijwel onbeheersbare toeristentoevloed naar de binnenstad ten spijt. Verder in het Comité van Aanbeveling: onder meer de burgemeesters van Rotterdam en Maastricht, eveneens in hun hoedanigheid van ambtsdragers, en de voormalige staatssecretaris van VWS. En, verrassend, de directeur van - het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, wetenschappelijk instituut van historici in overheidsdienst. Want juist ook aan het NIOD de prangende vraag: wie komen er op het monument te staan? Aan wie moet het blijvend herinneren? Dat heeft veel voeten in de aarde gehad. In een door de Joodse Omroep tn 2010 uitgezonden interview met Jacques Grishaver, sinds 1998 voorzitter van het Auschwitz Comité, verzekerde deze dat ook de omgebrachte verzetsstrijders op het namenmonument zouden komen. Na hooglopende discussies en zelfs een bemiddelingsgesprek in des burgemeesters ambtswoning onder leiding van de ex-voorzitter van de Tweede Kamer, Gerdi Verbeet, besloten de organisaties van het voormalig verzet geen namen ter beschikking te stellen. Niet lang daarna trok het Auschwitz Comité, momenteel zelf in een bestuurscrisis verwikkeld, zich terug uit het Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtoffers. Toen begin dit jaar de fondsenwerving van start ging, kondigde het NAC een monument aan met daarop de namen van “alle Nederlandse slachtoffers van de nazi-terreur”. Die alomvattende formulering is pas een half jaar later geruisloos van de website verwijderd. Het was dan ook niet — of misschien niet langer - de bedoeling ook de namen in te beitelen van de omgekomen of omgebrachte niet-joodse geëxecuteerden, verzetsmensen, gijzelaars, concentratie- en vernietigingskampgevangenen, krijgsgevangenen, politieke gevangenen, dwangarbeiders, militairen, bombardements- en andere burgeroorlogsslachtoffers, zeelieden, hongersnoodslachtoffers of bij het Rode Kruis geregistreerde vermisten, naar de gangbare ruwe schattingen in totaal nòg eens zo’n honderdduizend à honderdvijftigduizend doden, Op de website van het NAC is te lezen dat het om de namen zal gaan van “alle 102.000 Nederlandse slachtoffers van de Holocaust, ook van hen die in andere kampen dan Auschwitz zijn omgebracht”. Voluit luidt het mission statement, in kreupel Nederlands: “Alle namen van Joden, Sinti en Roma die vanuit Nederland zijn vervolgd en gedeporteerd, alsmede gedeporteerde Nederlandse Joden woonachtig in andere landen, die tn naziconcentratie- en vernietigingskampen zijn vermoord, alsook zij die zijn omgekomen door honger of uitputting tijdens transporten en dodenmarsen en waar geen graf van bekend is. Daarmee krijgt Nederland eindelijk een tastbaar gedenkteken waar 102.000 Joden en 220 Sinti en Roma zowel individueel als collectief kunnen worden herdacht.” : Eindelijk? Het Auschwitz Comité opent in kapitalen zijn holocaustnamenmonumentwebsite met: “In Nederland is geen monument met de namen van alle Nederlandse slachtoffers van de Holocaust.” Dat is driemaal onjuist. In Kamp Westerbork worden meer dan honderdduizend namen van de slachtoffers in het museum aldaar continu geprojecteerd. Daarnaast is er op loopafstand van het Wertheimpark nog een ander monument waarbij de namen van alle individuele slachtoffers worden gememoreerd, de Hollandsche Schouwburg, Umschlagplatz voor de weg te voeren joden. De 6700 familienamen die hier op een gedenkwand zijn te lezen, “symboliseren alle vermoorde joden van Nederland: ruim 104.000 mensen, 104.000 joden, vermoord door de nazi’s”, zo geeft de Hollandsche - Schouwburg aan. Reden waarom burgemeester Cohen, net als de Hollandsche Schouwburg (opvallend afwezig in het Comité van Aanbeveling), een nieuw nabijgelegen namenmonument niet wenselijk had bevonden. Nadien, in 2010, is in de Hollandsche Schouwburg de integratie van de familienamen met de gegevens uit het Digitaal Monument Joodse Gemeenschap gerealiseerd door middel van iPods waarmee de bezoekers achter de familienamen verder kunnen zoeken. (Deze uitbreiding is de journalist Max Arian ontgaan, blijkens zijn pleidooi in het Auschwitz Bulletin.) Bij elke familienaam kunnen alle tot nu toe beschikbare gegevens van iedere individuele drager van die familienaam worden opgeroepen en herdacht. - Het Digitaal Monument is op zijn beurt een indrukwekkend namermonument, waarop ’ informatie over leven en dood van ieder van de joodse slachtoffers van de nazi's - interactief — nog steeds wordt aangevuld, tot en met foto’s uit familiealbums aan toe. Dezelfde opzet kent het digitale project WesterborkPortretten. Toch poneert het NAC: “Tot nog toe kent Nederland geen monument waar elk individueel slachtoffer van de Holocaust met naam en toenaam wordt genoemd.” Is dat de coryfeeën in het Comité van Aanbeveling ontgaan? Vanwaar dit brandend verlangen naar 1000 m? beton, als het zoveel informatiever en educatiever kan? Zijn we getuige van een botsing van generaties in de herdenkingscultuur of de beeldtaal van de 21ste eeuw? En dan: dat pijnlijke verschil tussen 102.000 en 104.000 slachtoffers. Een te groot verschil om niet beklemmend te zijn, vooral waar het gaat om het fixeren in beton van de namen van “alle” indtviduele slachtoffers. Toch al gauw twee extra Libeskindmuren. Het beruchte, welhaast conisch geworden getal van 102.000 staat voor het aantal joden — volgens de nazi-definitie — dat vanuit Nederland is gedeporteerd ‘naar het oosten’ en dat dat niet heeft overleefd. Volgens de voor Eichmann in Berlijn angstvallig bijgehouden boekhouding zijn er vanuit Nederland 107.000 mensen gedeporteerd, met 97 transporten, waarvan 93 vanuit Westerbork. Van hen zouden 5000 mensen het er levend van afgebracht hebben. (Onder wie, terzijde, een kleinzoon van de naamgever van het Wertheimpark, de beeldhouwer Jobs Wertheim, die het monument van de “Joodse erkentelijkheid” ontwierp dat al sinds 1950 aan de Amsterdamse Weesperstraat staat.) Naast het gedenkteken in Westerbork met de omgebogen spoorrails zijn vier extra bielzen aangebracht ter herinnering aan de vier andere transporten vanuit Nederland. In het Monument Kamp Westerbork moeten 102.000 stenen op de voormalige appèlplaats de slachtoffers symboliseren. Desgevraagd verklaart een medewerker van de Hollandsche Schouwburg het verschil vanuit het feit dat er ook ongeveer 2000 vanuit België gedeporteerde Nederlandse joden zijn vermoord. Dat werpt licht op de 102.000 van Westerbork, maar niet op die van het Auschwitz Comité dat, als gezegd, claimt dat het monument ook de namen zal bevatten van gedeporteerde Nederlandse joden die vanuit andere landen in concentratie- en vernietigingskampen zijn vermoord. Dus bij voorbeeld vanuit het Franse Drancy, waar Nederlandse vluchtelingen die verder zuidelijk of in Zwitserland veiligheid hoopten te vinden, hun Durchgangslager vonden. Hoe moet dat nou? Komen de namen van 2000 andere doden niet op het beoogde monument? Het gaat toch ook om hun nabestaanden? Het getal 102.000 roept nog een andere vraag op. Vanuit Westerbork zijn ook vele Duitse en Oostenrijkse joodse vluchtelingen gedeporteerd en vermoord. Zij zijn inbegrepen in het bedoelde aantal slachtoffers. Het Auschwitz Comité spreekt steeds van “alle Nederlandse slachtoffers van de Holocaust”. Dat kan en moet duidelijker, wil men de geschiedenis geen geweld aandoen. Deze door het Hitler-regime staatloos gemaakte vluchtelingen werden sinds 1939 door de Nederlandse overheid ondergebracht in Westerbork, waar men op kosten van de joodse gemeenschap een barakkenkamp voor hen had doen verrijzen. In 1942 nam de bezetter Lager Westerbork over, waarna ook de Nederlandse joden er geïnterneerd werden. Het heeft er alle schijn van dat het NAC en het Comité van Aanbeveling een rare hang naar volledigheid paren aan de pretentie na 70 jaar een monumentale streep te zetten, pretentie die tot uitdrukking komt in de keuze voor een musealisering in beton, en in de herhaalde verzuchting: “eindelijk”. Nogmaals: hoezo eindelijk? De database voor de namen bestaat uit de gegevens van de Oorlogsgravenstichting, het Herinneringscentrum Kamp Westerbork en het Digitaal Monument Joodse Gemeenschap. Het Auschwitz Comité: “Geen van deze lijsten is compleet. De bouw van het Holocaust Namenmonument Nederland biedt de kans omissies en fouten in deze lijsten te herstellen.” Hoe dan? Wel, het Auschwitz Comité roept op om _ omissies te melden. Het Rode Kruis, de International Tracing Service en de archeologen in Sobibor, nog altijd bezig met het zoeken naar vermisten, kunnen voor Nederlandse joden, Roma en Sinti hun activiteiten dus gevoeglijk staken nadat het bouwwerk is verrezen. Inderdaad, er zijn grenzen aan het plaveien van het groen in het Wertheimparkje. De onterechte reductie van de discussie tot een louter plaatselijke kwestie doet intussen de kwaliteit van de argumenten geen goed. “Ik heb niets tegen joden, maar…”, ook dat geluid viel, zij het sporadisch, in de buurt toch alweer van verschillende kanten te beluisteren. Het Auschwitz Comité tracht momenteel het buurtprotest melodramatisch te pareren: “Driekwart eeuw geleden woonden er andere mensen rondom het park. Zij maakten - er ook hun wandelingetje, zaten er in de zon en keuvelden wat met de buren. Toen was het Wertheimpark hun pack. Verdienen zij het niet, samen met al die anderen die zo wreed uit hun huizen zijn gehaald, nu alsnog een plek in het park te krijgen?” In meer algemene zin een andere vraag. Gaat het nu om een monument waar nabestaanden kunnen herdenken, of om een normatief, moraliserend monument? Het Auschwitz Comité zegt: “Bovendien laat een monument met meer dan 102.000 namen toekomstige generaties zien waar de waanzin van racisme en discriminatie uiteindelijk toe kan leiden.” Misschien — maar misschien ook niet. Is er wel eens onderzoek naar gedaan onder de jongere generaties? Moet dit apocalyptisch geloofsartikel langzamerhand niet een vrome mantra worden genoemd, met het aanjagen van schrik aan scholieren als onderliggend en achterhaald pedagogisch beginsel? Een voorbeeld daarvan biedt het in samenwerking met het Auschwitz Comité bedachte lesmateriaal (http://fissuu.com/yardmen/does/testboekje), helemaal toegespitst op het nagestreefde namenmonument. En, kinderen: “Geld inzamelen kan ook!” Zou de leidraad van ‘holocausteducatie’ niet veeleer de vraag moeten zijn waar die DO waanzin vandaan komt? Is het 70 jaar na dato niet eindelijk tijd dat in het onderwijs vanaf het eerste jaar basisschool tot en met het laatste jaar voortgezet onderwijs, van welke schoolsoort dan ook, verplichte curricula rechtsstaat en democratie worden ingevoerd? Het lijkt urgenter dan ooit, Tot nu toe heeft vrijwel niemand van de spraakmakende gemeente zich principieel uitgesproken tegen dit nieuwe namenmonument. Als het er dus van moet komen, dan pleit alles ervoor om het nationale monument met de ruim 102.000 namen niet in Amsterdam, maar in het Herinneringscentrum Kamp Westerbork neer te zetten. Daar is een nijpende behoefte aan een verdere zinvolle invulling van de naoorlogse kaalslag die er heeft plaatsgevonden, daar is alle ruimte, ook. voor 2000 extra namen en voor uitbreidingen met namen van weer nieuwpetraceerde vermisten, daar, leden van de Tweede Kamer, kunnen de noordelijke provincies profiteren van het Libeskindtoerisme en daar is voor Duitsers de schandplek vlak over de grens te bezoeken. Bovenal: Westerbork was voor bijna al die 102.000 mensen het eindstation op Nederlandse bodem. Durchgangslager, goederenwagons linea recta naar gruwelen als de gaskamers. Precies daaraan wil dit namenmonument refereren. Niet aan huu leven in Amsterdam, zoals de stille ‘Schaduwkade?’ (2013) aan de Nieuwe Keizersgracht, noch aan dat van de velen die vanuit de provincie in Amsterdam bijeengedreven werden (daar hebben we in. Amsterdam de Hollandsche Schouwburg al voor), maar aan hun dood. Het doodvonnis van de overgrote meerderheid van de ruim 102.000 gedeporteerde joden, Roma en Sinti werd juist in Westerbork definitief bezegeld. Westerbork was hun laatste gepasseerde station. ee
Raadsadres
7
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1961 Publicatiedatum 4 december 2019 Ingekomen onder B Ingekomen op 27 november 2019 Behandeld op 27 november 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Timman en De Heer inzake de E-buurt-Oost (maximumprijzen voor koopwoningen) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het stedenbouwkundig plan E-buurt-Oost en instemmen met het herziene investeringsbesluit E-buurt Oost en het beschikbaar stellen van een aanvullend krediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1937). Constaterende dat: — het voorgestelde programma in de E-buurt Oost heeft een groot aandeel ruime, middeldure koopwoningen heeft; — het college recentelijk heeft vastgesteld dat er ook middeldure koopwoningen gebouwd mogen worden, hetgeen inhoudt dat de ontwikkelaar een maximumprijs bij eerste verkoop moet rekenen (maximaal € 297.000, jaarlijks aan te passen aan de inflatie) — _op dit moment niet kan worden gegarandeerd dat we kunnen voorkomen dat de eerste koper woningen eenvoudig in korte tijd door met veel winst kan doorverkopen. Overwegende dat — het onwenselijk is woningen voor een kunstmatig laag gehouden prijs in de markt te zetten zonder dat we zeker weten dat ze op korte termijn worden doorverkocht. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. In de E-buurt Oost afdoende antispeculatiemaatregelen te nemen voor de middeldure koopwoningen met een gemaximeerde verkoopprijs die daar gerealiseerd worden; 2. Over deze maatregelen de raad te informeren, voordat de tenders voor de koopwoningen beginnen waarbij we maximumprijzen willen hanteren. De leden van de gemeenteraad D. Timman A.C. de Heer 1
Motie
1
train
D Gemeente Amsterdam K S B % Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop % Gewijzigde Agenda, donderdag 7 juni 2007 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Tijd 13.30 tot 17.30 uur Locatie 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 Vragenhalfuur publiek 5 Actualiteiten 6a Conceptverslag van de openbare extra vergadering van de Raadscommissie KSB d.d. 11.05.2007 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven (CommissieKSB @raadsgriffie. amsterdam.nl} 6b Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSB d.d. 24.05.2007 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven (CommissieKSB @raadsgriffie.amsterdam.nl} 6c Conceptverslag van de besloten vergadering van de Raadscommissie KSB d.d. 24.05.2007 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven (CommissieKSB @raadsgriffie. amsterdam.nl} Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de Raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “vragenhalfuur”geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.amsterdam.nl/gemeenteraad. Voor algemene informatie: info @ raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Gewijzigde Agenda, donderdag 7 juni 2007 7 Openstaande toezeggingen e De toezeggingenlijst wordt nagezonden 8 Termijnagenda e De termijnagenda wordt nagezonden 9 ACAM Rapporten inzake de controle van de jaarrekening 2006 van diensten & bedrijven e Bijgevoegd (voor zover aangeleverd bij de griffie). -__ Facilitair Bedrijf Amsterdam -__ GVB - Veren - Dienst Historisch Musea -__ Dienst Stadstoezicht -__GVB -__Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling -__ Ingenieursbureau Amsterdam -__ ProjectManagement Bureau te Amsterdam -__ Afval Energie Bedrijf e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ACAM- Rapporten gevoegd behandelen met agendapunt 11 Jaarverslag /-rekening 2006. 10 Rondvraag Kunst en Cultuur 11 Jaarverslag en jaarrekening 2006 commissie KSB Nr. BD2007-002877 e De Gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. e _Verslag/ rekening gevoegd behandelen met agendapunt 9 ACAM-Rapporten e _Jaarverslag/-rekening is u reeds separaat toegezonden e De jaarverslagen van de diensten/bedrijven liggen ter inzage ( voorzover deze zijn aangeleverd bij de Raadsgriffie); Afval Energie Bedrijf Bedrijven 12 Principebesluit externe verzelfstandiging Amsterdams Historisch Museum Nr. BD2007-002749 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was TKN-1 in de raadscommissievergadering van 29 maart 2007, geagendeerd op verzoek van raadslid Hoogerwerf 2 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Gewijzigde Agenda, donderdag 7 juni 2007 Sport en Recreatie 13 2007 Herbenoeming van sportraadslid en- in afwijking op de verordening op de Amsterdamse Sportraad- verlenging van de benoemingstermijn van de huidige voorzitter voor de duur van één jaar Nr. BD2007-002870 e __De gemeenteraad adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN Sport en Recreatie 14 Jubileum Toernooi ATC Kadoelen: waarderingssubsidie Nr. BD2007-003515 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 1, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd e Agendapunten 14 tot en met 20 worden gevoegd behandeld 15 Amsterdam Panthers: waarderingssubsidie paastoernooi 5, 6, 7 en 8 april 2007 Nr. BD2007-003516 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 2, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd 16 Multiculturele Avondvierdaagse; Waarderingssubsidie Jubileum organisatie 2007 Nr. BD2007-003517 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 3, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd 17 SC Nieuw Sloten: waarderingssubsidie paasvoetbaltoernooi 2007 Nr. BD2007- 003518 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 4, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd 3 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Gewijzigde Agenda, donderdag 7 juni 2007 18 Studenten Korfbal Vereniging Amsterdam: waarderingssubsidie 2007 Nr. BD2007-003519 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 5, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd 19 Roeivereniging Skoll; Waarderingssubsidie 2007 tbv Skoll Cup 2007 op de Bosbaan Nr. BD2007-003520 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 6, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd 20 Stichting Capoeira Berimbau de Ouro: waarderingssubsidie 2007 tbv Capoeira Paasontmoeting Nr. BD2007-003521 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 7, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid De Goede geagendeerd Deelnemingen en Inkoop 21 Duurzaam inkopen stavaza Nr. BD2007-003522 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Uitgesteld in de vergadering van 19.04.2007 en 24.05.2007 e Was TKN in de vergadering van 29.03.07 © Op verzoek van commissielid Hoogerwerf geagendeerd 22 Oprichting NV Hoog Rendement Centrale Nr. BD2007-003523 e De gemeenteraad te adviseren het voorgenomen besluit van B&W in de gemeenteraadsvergadering te bespreken en haar wensen en bedenkingen aan B&W ter kennis te brengen e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen van de collegebesluiten e Uitgesteld in de vergadering van 24.05.2007 23 Fusie NuonEssent- Notitie SP Nr. BD2007-003526 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen van de notitie van raadslid Van der Pligt van de SP e Uitgesteld in de vergadering van 24.05.2007 4 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Gewijzigde Agenda, donderdag 7 juni 2007 Kunst en Cultuur 24 besluit programma creatieve industrie Nr. BD2007-003524 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Was Tkn 13, d.d. 24.05.2007 e Op verzoek van commissielid Graumans geagendeerd 5
Agenda
5
train
1 Onze conclusies p- 2 Het onderzoek p- 3 Eerste golf: sterfte, ziekenhuisopnames en infecties p- 4 Na de tweede golf: meer infecties en ziekenhuisopnames p- 5 Bekendheid met preventiemaatregelen p- Covid-19 en etniciteit Onderzoek door Amsterdam UMC, GGD Amsterdam en Pharos 6 Hogere COVID-19-cijfers hebben vele oorzaken p- Amsterdam, april 2021 7 Lagere vaccinatiebereidheid p- 8 Verschillen tussen bevolkingsgroepen D- 9 _ Conclusies en aanbevelingen D- 10 Tot slot: onderzoek, registraties en migrantengroepen D- Verantwoording p- an | ER 2 % a 4 se ” nn (C rk JD Ne | ' S ir | ï 5 rm Ml ä ES en EN rn a) Ë ane BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 INHOUD 1 VAN 14 BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 ONDERZOEKERS DOEN OPROEP OM MIGRANTENGROEPEN BETER TE BESCHERMEN 1 Onze conclusies Met deze briefing informeren wij u over de resultaten van ons onderzoek Covid-19 en etniciteit, uitgevoerd door het Amsterdam UMC, de GGD Amsterdam en Pharos. De studie toont aan dat mensen met een migratieachtergrond in Nederland onevenredig zwaar worden getroffen door het coronavirus. Bij deze bevolkingsgroepen lag in de drie grote steden tijdens de eerste golf het aantal overlijdensgevallen als gevolg van COVID-19 per 100.000 personen bijna 1,5 keer hoger dan bij de bevolking van Nederlandse herkomst. Ook werden zij relatief vaker opgenomen in het ziekenhuis. Tijdens de tweede golf lagen de infecties bij deze groepen twee tot vier maal hoger. Tevens blijkt dat de vac- cinatiebereidheid onder deze groepen lager is. De extra maatregelen die voor specifieke bevolkingsgroepen vanaf het begin van de pandemie zijn genomen, hebben niet kunnen voorkomen dat zij harder zijn geraakt. Daarom doen wij een dringend beroep op bestuurders, beleid- smakers, professionals en politici om in actie te komen. Er zijn meer inspan- ningen nodig om nieuwe infecties, ernstige ziekte en hogere sterfte bij deze reeds zwaar getroffen groepen te voorkomen, en om zorg te dragen voor een hogere vaccinatiebereidheid. Tevens moet er na afloop van de pandemie extra aandacht blijven voor mensen met een migratieafkomst, ook met het oog op de toekomst, bijvoorbeeld als het virus, net als bij de griep, jaarlijks terugkeert. 2 Het onderzoek Het onderzoek Covid-19 en etniciteit wordt verricht door het Amsterdam UMC, de GGD Amsterdam en Pharos. Het is gebaseerd op diverse bronnen: de HELIUS-studie (een lopend gezondheidsonderzoek onder migrantengroepen in Amsterdam); registraties (sterfte, ziekenhuisopnames) en groepsinterviews. De studie toont de impact van COVID-19 op de grootste bevolkingsgroepen met een migratieachtergrond; mensen van Marokkaanse, Turkse en Surinaamse herkomst en van diverse kleinere groepen. Het betreft zowel de mensen die zelf naar Nederland gemigreerd zijn (eerste generatie) als hun kinderen (tweede generatie). Terwijl dergelijke onderzoeken in andere landen al eerder zijn gedaan, is dit het eerste onderzoek in Nederland met deze focus. De resultaten die in deze briefing worden gepresenteerd, hebben betrekking op ziekte, ziekenhuisopnames en sterfte als gevolg van COVID-19, het risico op infectie, het naleven van de preventieve maatregelen en de vaccinatiebe- reidheid. Een aantal andere belangrijke thema’s — de bereidheid om te testen, het beloop van de ziekte bij een infectie en de effecten van de maatregelen op het welzijn van de bevolking — volgt in latere rapportages. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 2VAN 14 3 Eerste golf: sterfte, ziekenhuisopnames en infecties De cijfers over sterfte en ziekenhuisopnames tijdens de eerste golf in Nederland bevestigen het beeld uit buitenlandse studies dat COVID-19 mensen met een migratieachtergrond afkomstig uit lagere inkomenslanden, zwaarder treft. LANDELIJK: VERSCHILLEN IN STERFTE (FEBRUARI - MEI 2020) Mm _Bijmensen met een migratieachtergrond in de drie grote steden lag tijdens de eerste golf het aantal overlijdensgevallen als gevolg van COVID-19 per 100.000 personen bijna 1,5 keer hoger dan bij de bevolking van Nederlandse herkomst. MB De sterfte was vooral hoger onder mensen van Turkse en Surinaamse herkomst. Meer lezen, klik hier AMSTERDAM: VERSCHILLEN IN ZIEKENHUISOPNAME (FEBRUARI - MEI 2020) B _InAmsterdam was het aantal mensen dat als gevolg van COVID-19 in het E » ziekenhuis werd opgenomen relatief gezien 2 tot 3 keer zo hoog onder Á ee Amsterdammers met een migratie-achtergrond uit lagere inkomenslanden ‚ | Da 6 (gemiddeld: 99 per 100.000 inwoners) als onder Amsterdammers van Ns Nederlandse herkomst (gemiddeld: 42 per 100.000 inwoners). B Het risico op ziekenhuisopname per 100.000 inwoners was het hoogst onder Amsterdammers van Turkse en Ghanese herkomst, gevolgd door Amsterdammers van Surinaamse en Marokkaanse herkomst. Meer lezen, klik hier Tijdens de eerste golf waren er geen grote verschillen in doorgemaakte infecties tussen groepen van Nederlandse herkomst en groepen met een migratie- achtergrond. De infectiepercentages waren in alle bevolkingsgroepen ongeveer even hoog. Dar blijkt uit de eerste resultaten van een onderzoek binnen de HELIUS-studie. Amsterdammers met een Turkse, Marokkaanse of Surinaamse herkomst hadden percentueel vrijwel net zo vaak COVID-19-antistoffen in het bloed als Amsterdammers van Nederlandse komaf. Alleen bij de bevolkingsgroep van Ghanese herkomst lag dit percentage aanzienlijk hoger, waarbij opvallend was dat bij hen werk buitenshuis en het bezoeken van religieuze bijeenkom- sten samenhingen met het hebben van antistoffen. Meer lezen, klik hier BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 3 VAN 14 3 Eerste golf: sterfte, ziekenhuisopnames en infecties PERCENTAGE VAN DE BEVOLKINGSGROEP MET ANTISTOFFEN TEGEN HET CORONAVIRUS IN HET BLOED NA DE EERSTE GOLF emo HERKOMST 5.5% RE SURINAAMSE HERKOMST 4,8% Bron: Onderzoek onder 2500 respondenten ermm HERKOMST 8.2% (25-75 jaar) van de HELIUS-studie naar corona-antistoffen in de periode juni-oktober 2020. ame HERKOMST 7.0% Aan het begin van de pandemie was de kans op infectie voor de grootste migrantengroepen dus vergelijkbaar met die van de bevolking van Nederlandse herkomst. Dat suggereert dat de hogere sterfte en ziekenhuisopnames als gevolg van COVID-19 vooral veroorzaakt worden dooreen ernstiger beloop van de infectie bij deze groepen. De ziekte pakt zwaarder uit. Dit kan bijvoorbeeld samenhangen met het vaker voorkomen van onderliggende aandoeningen in die groepen, zoals ernstig overgewicht en diabetes, of een minder adequaat gebruik van de gezondheidszorg. Of dat zo is, wordt op dit moment verder onderzocht. Bij mensen van Ghanese herkomst speelt wel mee dat een groter percentage een infectie met het coronavirus heeft gehad. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 4 VAN 14 4 Na de tweede golf: meer infecties en ziekenhuisopnames Na de tweede golf van de pandemie geven de infectiecijfers echter een heel ander beeld. Het percentage mensen dat een corona-infectie heeft doorge- maakt, is dan bij alle onderzochte groepen met een migratieachtergrond fors hoger, zo blijkt uit de HELIUS-studie. PERCENTAGE VAN DE BEVOLKINGSGROEP MET ANTISTOFFEN TEGEN HET CORONAVIRUS IN HET BLOED NA DE TWEEDE GOLF Bron: Onderzoek onder 2500 respondenten (25-75 jaar) van de HELIUS-studie naar corona-antistoffen in de periode van wms OO Registraties van de GGD Amsterdam tonen aan dat deze bevolkingsgroepen relatief vaker in het ziekenhuis werden opgenomen. Onder Amsterdammers met een migratieachtergrond was in de periode van juni 2020 tot januari 2021 het aantal ziekenhuisopnames als gevolg van COVID-19 per 100.000 perso- nen ruim viermaal hoger dan bij Amsterdammers van Nederlandse herkomst. De ziekenhuisopnames waren relatief het hoogst onder Amsterdammers van Marokkaanse en Turkse herkomst, gevolgd door Amsterdammers van Surinaamse en Antilliaanse herkomst. ZIEKENHUISOPNAMES PER 100.000 INWONERS OE con HERKOMST: GEMIDDELD 61 PER 100.000 INWONERS Ì Bron: GGD Amsterdam, infectieziekten surveillance. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 5 VAN 14 5 Bekendheid met preventiemaatregelen De hogere COVID-19-cijfers bij deze bevolkingsgroepen lijken niet veroor- zaakt te worden door een lagere bekendheid met de preventieve maatregelen of minder steun daarvoor. De HELIUS-studie toont aan dat mensen goed op de hoogte waren van deze voorschriften. De onderstaande gegevens hebben betrekking op alle respondenten in de betreffende groepen. Bij nadere ana- lyses blijken binnen de migrantengroepen overigens ook geen verschillen te zijn naar bijvoorbeeld opleidingsniveau of een minder goede beheersing van het Nederlands. PERCENTAGE MENSEN DAT ZICH AAN DE RICHTLIJN HOUDT PAPIEREN ZAKDOEKJES HOESTEN/NIEZEN HANDEN WASSEN GEBRUIKEN IN ELLEBOOG BIJ THUISKOMEN 4000 respondenten (25-75 jaar) van de HELIUS-studie PERCENTAGE MENSEN DAT EFFECTIVITEIT VAN MAATREGELEN (HEEL) HOOG INSCHAT 20 SECONDEN GEEN HANDEN 1,5 METER ZOVEEL MOGELIJK THUIS BLIJVEN HANDEN WASSEN SCHUDDEN AFSTAND HOUDEN THUIS WERKEN BIJ VERKOUDHEID Hoewel er geen aanwijzingen zijn dat de kennis over maatregelen in migranten- groepen veel lager is, blijkt er wel sprake van gebrek aan begrip over het doel en de werking van de maatregelen. Dat kan de uiteindelijke naleving van de maatregelen bemoeilijken. We komen daar in de volgende paragraaf op terug. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 6 VAN 14 6 Hogere COVID-19-cijfers hebben vele oorzaken Vaak wordt gezegd dat de coronapandemie als een vergrootglas werkt, omdat deze de bestaande ongelijkheden in de samenleving blootlegt en mogelijk ook vergroot. Dat geldt zeker voor de positie van groepen met een migratie- achtergrond. Deze bevolkingsgroepen verkeren vaak in een kwetsbaardere situatie, hetgeen vele oorzaken heeft. Al langere tijd is uit onderzoek bekend dat veel van deze groepen gemiddeld een relatief minder goede gezondheid hebben. Zo komen gezondheidsproblemen als suikerziekte, depressie of obesitas veel vaker (tot wel vier à vijf keer) voor. Deze slechtere gezondheid heeft er waarschijnlijk mede aan bijgedragen dat mensen uit deze bevolkingsgroepen, nadat ze met het coronavirus geïnfecteerd waren, vaker in het ziekenhuis terecht kwamen of overleden. Daarnaast hebben mensen in deze groepen gemiddeld een minder hoge sociaal- economische status, wat hen op zichzelf al kwetsbaarder maakt voor ziekten of overlijden. Dat was ook tijdens de pandemie het geval: de kans om te over- lijden aan COVID-19 tijdens de eerste golf was voor de armste 20 procent van de bevolking twee keer zo hoog als voor de rijkste 20 procent. EEE. Verder lezen, klik hier Bovendien spelen ook factoren die meer specifiek zijn voor migrantengroepen, 5 E zoals genetische verschillen, discriminatie en chronische stress door migratie, een rol. De boxen op de volgende pagina's geven nadere uitleg over factoren die samen- hangen met de sociaaleconomische positie in het algemeen, en factoren die kenmerkend zijn voor bepaalde bevolkingsgroepen. Dit zijn factoren die het risico op een corona-infectie of ernstig beloop van de ziekte beïnvloeden, zoals: een beroep dat niet thuis kan worden uitgevoerd, klein wonen, cultuur, religie, taboe, stigmatisering, de perceptie van coronaklachten, een minder goed begrip van de werking van de maatregelen en een minder goede beheersing van de Nederlandse taal. De citaten die erin op zijn genomen zijn afkomstig uit groeps- interviews, gehouden onder een aantal groepen met een migratieachtergrond. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 7 VAN 14 6 Hogere COVID-19-cijfers hebben vele oorzaken WERKEN Werkzaam zijn in beroepen waarbij thuiswerken en het houden van 1,5 meter afstand niet (altijd) mogelijk zijn. Voorbeelden zijn beroepen inde schoonmaak en de zorg. Zowel het werk als het woon-werkverkeer per openbaar vervoer vergroten de kans op infectie. WONEN Met veel mensen in kleine huizen wonen. Dit maakt het bijvoorbeeld minder goed mogelijk afstand te houden als een huisgenoot besmet is. Het feit dat veel infecties in de thuissituatie plaatsvinden, werd in ons onderzoek bevestigd. HET ERVAREN VAN KLACHTEN Deelnemers van Ghanese herkomst in de HELIUS-studie gaven vaker dan andere groepen aan dat ze dachten dat ze geen infectie hadden doorgemaakt, ‚ omdat ze geen symptomen hadden ervaren. Terwijl in deze groep het per- Li centage mensen dat een infectie had doorgemaakt, juist het hoogst bleek. Mogelijk heeft dit te maken met verschillen tussen bevolkingsgroepen in de manier waarop ze klachten ervaren, of waarop de infectie verloopt. Geen klachten ervaren maakt het lastig om de maatregelen bij klachten (testen, thuis blijven etc.) op te volgen. Het niet zien of ervaren van klachten bij anderen kan er bovendien toe leiden dat de ernst van COVID-19 onderschat wordt en ook preventieve maatregelen zoals afstand houden, minderworden nageleefd. BEHEERSING VAN DE NEDERLANDSE TAAL Hoewel materialen zijn vertaald door organisaties als Pharos, kan een minder goede beheersing van de Nederlandse taal een barrière zijn voor het naleven van een aantal maatregelen, zoals het testen bij klachten. é De belangrijkste reden waarom vluchtelingen testen vermijden is, dat zij niet weten waar en hoe zij dit voor elkaar moeten krijgen. Zij kunnen slecht communiceren en de taalbarrière helpt ook niet. Het is ook moeilijk voor hen om grip te krijgen op een testcentrum. Als er afspraken voor hen gemaakt zijn, dienen ze lang op de uitslag te wachten. Dit wordt ook als lastig ervaren, omdat de aandacht dan kan afzwakken of zij denken dat zij al beter zijn. ) BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD _ 8VAN 14 6 Hogere COVID-19-cijfers hebben vele oorzaken RELIGIE Het bezoeken van religieuze bijeenkomsten, waar ook veel sociale contacten plaatsvinden, vergroot de kans op infectie. CULTUUR In sommige culturen is het naleven van maatregelen lastiger dan in andere, bijvoorbeeld wanneer fysiek contact en sociale samenkomsten een belangrijk onderdeel zijn van de cultuur. Er zijn zorgen of het naleven van maatregelen, zoals geen handen schudden of het beperken van bezoeken in andermans huis, in die context wel geaccepteerd wordt. é Kijk, Ghanezen zijn ontzettend religieus. Ghanezen gaan graag naar kerkelijke bijeenkomsten. Niet alleen om ter kerke te gaan, ook al denken veel van ons dat, maar het is niet alleen dat. Voor sommigen is het ‘t enige moment om vrienden uit hun geboortedorp te ontmoeten, vrienden van waar ze zijn geboren en getogen. Het is een moment voor sociaal contact, voor het delen van persoonlijke informatie en zo. ) é Ik ben een jongvolwassene en ik kom uit Zuidoost, en als ik dan kijk naar de oudere Eritrese gemeenschap - als ik hun dan zag, voelde ik mij enorm bezwaard. Hoe zal ik ze begroeten? Gaan ze mij wel goed begrijpen? Gelukkig waren zij heel behulpzaam door zelf al afstand te houden en op een bepaalde manier te groeten zoals de comedian Yonas Minus deed in zijn shows. Ik zag de show van de comedian en het was erg goed voor de Eritrese gemeenschap om te zien dat je elkaar veilig kan groeten. Hij heeft dat echt heel mooi neergezet. ) BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 9 VAN 14 6 Hogere COVID-19-cijfers hebben vele oorzaken TABOE EN STIGMATISERING In sommige bevolkingsgroepen heerst een taboe op het kenbaar maken dat je een infectie hebt. Dit kan bijvoorbeeld de bereidheid tot testen vermin- deren, waardoor het risico op besmetting van anderen toeneemt. Daarbij speelt ook een gevoel van stigmatisering van de eigen bevolkingsgroep, of de angst daarvoor, een rol. GEBREKKIG BEGRIP VAN WERKING MAATREGELEN Hoewel er geen aanwijzingen waren in de HELIUS-survey dat de kennis van preventieve maatregelen in migrantengroepen veel minder is dan gemid- deld, blijkt er wel sprake van een gebrek aan begrip van het precieze doel en de werking van deze maatregelen. Dat kan de uiteindelijke naleving van de voorschriften bemoeilijken. Ook een minder goede beheersing van het Nederlands kan daarbij uiteraard een rol spelen. é In Zuidoost, weet je in Zuidoost hebben we altijd een slechte N reputatie, voor elk slecht gegeven. Want, ze zeggen dat Top 5 … een positieve corona heeft. Ze hebben een gigantisch testcentrum opgetrokken nabij het politiestation in Zuidoost, hier in het Bijlmerpark. j C Maar, ik denk, na het testen, wat dan? We worden toch verteld om thuis te blijven. Dus het testen, denk ik, is alleen om het te weten. Daarna, of dat ik me goed voel of dat ik me niet goed voel, ik word toch verteld om thuis te blijven. Dus testen, ja ik weet m’n status, en dan? … Dus het idee om het huis uit te gaan wanneer ik me niet goed voel om te gaan testen is veel gevraagd. Want ik wil thuis blijven en drie, vier dagen aankijken of ik beter word. Wanneer het erger wordt, dan denk ik erover om te gaan testen. Maar in eerste instantie is testen niet de optie. 9 BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 10 VAN 14 7 Lagere vaccinatiebereidheid Ook in het vaccinatiebeleid is extra aandacht nodig voor groepen met een migratieachtergrond. De voorlopige resultaten van een vragenlijst onder de respondenten van de HELIUS-studie (november 2020 - maart 2021) laten zien dat de vaccinatiebereidheid het hoogst was onder Amsterdammers van Nederlandse herkomst, en dat die soms flink lager lag onder Amsterdammers met een migratieachtergrond. VACCINATIEBEREIDHEID AFKOMST _ HOGE VACCINATIEBEREIDHEID EEDEIDIID NEDERLANDS Bron: Vragenlijst onder de respondenten (25-75 jaar) van de HELIUS-studie die in de periode SURINAAMS november 2020 — maart 2021 meededen aan GHANEES 45% ry . TURKS het onderzoek naar corona-antistoffen. Verder onderzoek is nodig naar de onderliggende factoren voor deze lagere bereidheid, zodat het vaccinatiebeleid daarop kan inspelen en de zorgen die mensen hebben op een goede manier geadresseerd worden. Het is aannemelijk dat een aantal van de genoemde factoren die van invloed zijn op de kans op infectie of het beloop van de ziekte, ook van invloed is op de bereidheid tot vaccineren. Denk aan de beheersing van de Nederlandse taal, taboe en stigmatisering, en het niet goed begrijpen van de informatie over maatregelen. 8 Verschillen tussen bevolkingsgroepen Niet alle bevolkingsgroepen met een migratieachtergond zijn hetzelfde. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat er verschillen zijn in doorgemaakte infecties, ziekenhuisopnames of sterfte. Ook de uiteenlopende factoren die hiermee samenhangen maken aannemelijk dat de ziektelast of het kunnen naleven van maatregelen, per groep verschilt. Zo is een minder goede beheersing van de Nederlandse taal in sommige groepen wel aan de orde, maar in andere hele- maal niet. Ook verschilt de mate waarin de infectie als een taboe wordt ervaren per groep, en zijn er grote verschillen in de beroepen waarin men werkzaam is, De acties die nodig zijn om te voorkomen dat mensen met een migratie- achtergrond zo zwaar worden getroffen, moeten dan ook worden afgestemd op de specifieke bevolkingsgroep. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 11 VAN 14 9 Conclusies en aanbevelingen De resultaten van het onderzoek COVID-19 en etniciteit laten zien dat de coronapandemie bevolkingsgroepen met een migratieachtergrond veel zwaar- der treft dan de bevolking van Nederlandse herkomst. Dat verschil is voor een deel een afspiegeling van hun gemiddeld minder goede gezondheid en minder hoge sociaaleconomische positie, maar er zijn ook andere oorzaken. Vanaf het begin van de pandemie zijn voor specifieke groepen met name op lokaal niveau specifieke maatregelen genomen, zoals vertaalde informatie, samenwer- king tussen GGD'en en het inschakelen van sleutelfiguren uit specifieke groe- pen. Toch heeft dit niet kunnen voorkomen dat deze groepen harder geraakt zijn door de pandemie. De cijfers laten zien dat nog veel meer inspanningen nodig zullen zijn om hen beter te beschermen. De uiteenlopende factoren die een rol spelen, maken duidelijk dat er geen one-size-fits-all-aanpak mogelijk is. Het kader hieronder schetst oplossingsrichtingen waarmee verschillen in ziektelast tussen bevolkingsgroepen in de huidige (of mogelijke toekomstige) pandemie kunnen worden verkleind of voorkomen. B Het bewustzijn vergroten (bij de gemeenschappen, Voorbeelden van specifieke maatregelen zijn: het algemene publiek, beleidsactoren, professionals in m het laagdrempeliger aanbieden van testen, zoals de zorg etc.) dat groepen met een migratieachtergrond bijvoorbeeld in Rotterdam en Amsterdam gebeurt. zowel voor als tijdens de coronapandemie zwaarder m_hetinzettenvan community leaders bij voorlichtings worden getroffen, en ook dat deze hogere ziektelast zeilen meer oorzaken heeft dan alleen hun gemiddeld minder Ri nn” , Bels m investeren in begrijpelijke uitleg en voorlichting, hoge sociaaleconomische positie. , waarbij gebruik wordt gemaakt van eenvoudige B Onderzoek naar verklaringen voor de verschillen in materialen die indien nodig vertaald worden. hoe zwaar de pandemie bevolkingsgroepen raakt, om m werkgevers aanspreken om geen drang uit te oefe- vervolgens gerichte maatregelen te kunnen nemen. nen op werknemers met gezondheidsklachten om Voorbeelden van mogelijke verklaringen zijn: woon- toch te komen werken. en werkomstandigheden, aandoeningen zoals ern- stig overgewicht, diabetes of hart- en vaatziekten, Mm Er zijn meer inspanningen nodig om de algehele ziektebeleving, taboe en (angst voor) stigmatisering gezondheidstoestand van deze groepen te verbeteren, en beheersing van de Nederlandse taal. bijvoorbeeld gericht op preventie van overgewicht. Het recente advies ‘Een eerlijke kans op een gezond leven’ B Bijeenkomsten waar de resultaten van studies met ‚ ‚ ‚ ‚ van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving bevolkingsgroepen worden gedeeld, bieden een goede . ‚ . , ‚ laat zien dat integraal beleid vereist is. Dat behelst gelegenheid om verklaringen te exploreren en oorza- : extra inspanningen in het zorgsysteem. Zo zouden ken aan te pakken. Gerichte vervolgbijeenkomsten/ 8 8 8 8 zorgverleners extra aandacht kunnen besteden aan groepsinterviews kunnen dienen voor verdere verdie- ping en het ontwikkelen van concrete activiteiten per patiënten met een migratieachtergrond met onderlig- bevolkingsgroep. gende aandoeningen. Dergelijk integraal beleid moet zich ook uitstrekken over andere sectoren, zoals onder- en wijs, sociale zekerheid, arbeid en huisvesting. Het moet maatregelen nodig zijn. Cruciaal is het betrekken van tevens langdurig worden volgehouden. vertegenwoordigers van de betreffende bevolkings- groepen om in te kunnen spelen op specifieke behoef- ten. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 12 VAN 14 10 Tot slot: onderzoek, registraties en migrantengroepen Eerder lieten cijfers uit vooral het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten al snel na de start van de pandemie zien dat er in bepaalde bevolkingsgroepen, ook veelal met een migratieachtergrond, meer coronabesmettingen zijn en dat de ziekte COVID-19 bovendien ernstiger verloopt. In Nederland heeft het een tijdje geduurd voordat dit soort gegevens beschikbaar kwamen. Dat komt omdat in veel onder- zoek in Nederland deze groepen niet vertegenwoordigd zijn of omdat gegevens over migratieachtergrond niet (volledig) zijn opgenomen in registraties van testen en ziekten. Zo slaan ziekenhuizen in hun registraties niet automatisch informatie over het geboorteland op. En deze bevolkingsgroepen zijn vrijwel niet vertegenwoordigd in het onderzoek naar het naleven van coronamaatregelen dat de gedragsunit van het RIVM samen met GGD GHOR Nederland uitvoert. Mensen met een migratie- achtergrond blijven daardoor onzichtbaar in rapportages over de gezondheidstoe- stand van de bevolking en de daaraan gerelateerde factoren. Met dit onderzoek hebben wij als onderzoekers in relatief korte tijd veel kennis kun- nen verkrijgen over de specifieke situatie van bevolkingsgroepen met een migratie- achtergrond in de coronacrisis. Dit was deels mogelijk doordat het onderzoek werd ingebed in de HELIUS-studie, en dankzij de nauwe samenwerking van Amsterdam UMC, GGD Amsterdam en Pharos. Overigens moet benadrukt worden dat in de HELIUS-studie ook een fors aantal groepen met een migratieachtergrond buiten beeld is gebleven. Wel hebben we voor ons onderzoek Covid-19 en etniciteit ook groepsinterviews georganiseerd met andere dan de grootste migrantengroepen, met name mensen uit Eritrea. Om de informatievoorziening voor alle bevolkings- groepen te verbeteren, moet de inclusie van deze groepen in alle onderzoeken en registraties verbeterd worden. Dit is geen nieuw gegeven, maar de COVID-crisis heeft het belang hiervan nog duidelijker gemaakt. BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 13 VAN 14 Verantwoording HET ONDERZOEK Het onderzoek Covid-19 and ethnicity: epidemiology and control measures wordt WW Amsterdam UMC verricht door het Amsterdam UMC, de GGD Amsterdam en Pharos. De studie is On gefinancierd door ZonMw. % GGD X Amsterdam Het onderzoek is gebaseerd op diverse onderzoeksbronnen: x 7 B _HELIUS-studie: een lopend gezondheidsonderzoek onder een aantal grote bevol- PH Ê R EL 3 S kingsgroepen in Amsterdam, met name groepen van Surinaamse, Marokkaanse, VEE Turkse en Ghanese herkomst. Meer informatie: www.heliusstudie.nl "rj ZonMw Ten behoeve van dit onderzoek naar COVID-19 is een substudie uitgevoerd onder ongeveer 2500 respondenten van de HELIUS-studie, ter bepaling van corona-antistoffen. Ook is een online vragenlijst ingevuld door ongeveer 4000 respondenten, over coronamaatregelen. De respondenten waren 25-75 jaar oud. Mm Registraties: CBS doodsoorzakenstatistiek, GGD Amsterdam infectieziekten surveillance. B Groepsinterviews, specifiek opgezet voor dit onderzoek onder een aantal specifieke bevolkingsgroepen, met name van Eritrese en Ghanese herkomst. AUTEURS Karien Stronks, Maria Prins en Charles Agyemang, met medewerking van Liza Coyer, Maria van den Muijsenbergh, Marieke Torensma en Fatima El Fakiri, namens het onderzoeksconsortium Covid-19 en etniciteit. MET DANK AAN Astrid van den Broek (ZonMw), Yvonne van Duijnhoven en Tjalling Leenstra (GGD Amsterdam), leden van de TEKSTREDACTIE begeleidingscommissie van ZonMw, en leden van de Tjitske Lingsma adviescommissie die ten behoeve van dit onderzoek is samengesteld. EINDREDACTIE Annette Wiesman MEER INFORMATIE Prof. Karien Stronks VORMGEVING e-mail: [email protected] Helma Timmermans BEVOLKINGSGROEPEN MET MIGRATIEACHTERGROND ZWAARDER GETROFFEN DOOR COVID-19 TERUG NAAR INHOUD 14 VAN 14
Factsheet
14
test
31 juli 2017 Geachte DAMES en HEREN, Tegen ‘'genderneutraal' taalgebruik Geachte NS, geachte gemeente Amsterdam, Wij, ondergetekenden, menen dat u helemaal het spoor bijster bent met uw nieuwe ‘genderneutrale' taalgebruik. Wij wensen iedereen het beste toe, maar alle mensen voortaan anders aanspreken omwille van een extreem kleine minderheid, die zich niet identificeert als man óf vrouw, is waanzin. Gemeentes en semipublieke bedrijven als de NS horen zich ideologisch neutraal op te stellen, In plaats van te buigen voor de wensen van een kleine groep activisten die het contact met de realiteit blijkbaar verloren is. Wij willen niemand beledigen, maar de woorden ‘dames en heren’ tot discriminatie verklaren, raakt kant noch wal. Wij verzoeken u dan ook zich te herbezinnen op dit beleid en het terug te draaien. Met vriendelijke groet, Zeg ‘nee’ tegen genderwaanzin NS en gemeente
Raadsadres
1
train
Van: ì 5 . EL Uy Verzonden: dinsdag 23 april 2013 14:58 Aan: Raadsgriffie Onderwerp: op- en afstapvoorziening rondvaartboten Prinsengracht 592 tot en met 606 vergunningaanvraag no. 789117 Opvolgingsmarkering: Opvolgen Markeringsstatus: Gemarkeerd Geachte leden van Deelraad Centrum, Hierbij bericht ik u dat ik als belanghebbende wil worden gehoord met betrekking tot de hierboven vermelde aanvraag. Hoogachtend, 1
Raadsadres
1
val
WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM Buurt [Aantalwonngen [Fase [Ontwikkelingen | Totaal: Verkenningsfase Uit de verkenningsfase die breed met de buurt is den, 4.605 woningen doorlopen, bleek dat de meeste appartementei- CEN NE 2.929 corporatie- Voor deze buurt is genaren in de afgelopen jaren geïnvesteerd heb- BO Er woningen nog geen tempera- ben in nieuwe ketels en soms ook in rookgasaf- Sns { ME tuurkeuze gemaakt. voerkanalen. Die belangrijke bevinding leidt tot ve = en, herziening van de strategie: we werken nu toe Ed zE weren naar aardgasvrij over tien jaar. In de komende ja- Ent Ee SE ren ondersteunen we VvE's die dat nodig hebben nn Ees om hun organisatie en besluitvormingsprocessen CBS-buurten: op orde te krijgen. We helpen de VvE's bij het ma- -Venserpolder Oost ken van verduurzamingsplannen en helpen bewo- -Venserpolder West ners met besparing. Deze verandering van zwaar- tepunt wordt nu organisatorisch en inhoudelijk vormgegeven, binnen de gemeente en met de meedenkgroep en WOON. Communicatie en participatie -_ Februari ‘21 - Bewonersenquête; houding t.o.v. AGV (opties) — promotie via social media, flyer bij iedereen in de brieven- bus, artikel in nieuwsbrief ZO. -__Juni*22 - Startbijeenkomst met meedenkgroep om het buurtproces vorm te geven; Gemeente en meedenkgroep zoeken samen uit met welke info ze de achterban (eigenaar-bewoners) kunnen informeren over warmteopties, kosten e.d. -_Aug - Zomer programma Venserpolder met o.a. elektrische bus ‘Karel’ en info over elektrisch koken door WOON -__Sept'22 - bijeenkomst meedenkgroep; vervolg op startbijeenkomst en afspraken in gang gezet. -__Jan- mei ‘22, woningschouw door REL > oplevering energiebespaarrapporten voor 4 typen woningen, mogelijkheden ver- duurzamingsmaatregelen inzichtelijk voor bewoners. -___Mei’22 >meedenkgroep betrekken voor plan delen van energiebespaarrapporten, organiseren van besparing en verster- ken VvE's, gevolgd door informatiemoment buurtbreed. Verspreiding folder over eenvoudig energie besparen in Zuid- oost, door buurtwerkkamer. -__ Vernieuwen buurtpagina Totaal: Verkenningsfase en De K-buurt is een complexe buurt met veel diver- ree see | 2.290 corporatie-wo- | haalbaarheidsfase. siteit in gebouwtypologie en bouwjaar. De plan- Den en S= | ningen vorming in de te onderscheiden deelbuurten is ee Voor deze buurt is verschillend. Het merendeel van deze buurt zit SEEN rear, ze nog geen tempera- nog in de verkenningsfase. Voor enkele buurten is Sn : nn en tuurkeuze gemaakt. | in de haalbaarheidsfase een totale ketenkosten en EE en zr (TKK) berekening gemaakt om te bepalen wat ge- CeS-Bourten. et zien de gebouwtypologie, de mogelijk warmte- ‘Kantershof technieken, de laagst maatschappelijke kosten en . betaalbaarheid voor bewoners de voorkeursop- -K-Buurt Zuidoost . ie ‘K-Buurt Zuidwest lossing Is. Inmiddels zijn in twee buurtne na een -K-Buurt Midden perticiaptie ronde AGV werkgroepen van bewo- Bijlmer Museum Zuid ners aan de slag(Koninghoef en Zuidoost) pagina 1 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -Kelbergen K midden is éen van de eerste vier Warm Amster- -Kortvoort dam buurten en Kortvoort mogelijk een buurt -Grunder/Koningshoef voor de tweede tranche. Het buurtintiatief Kan- tershof verloopt traag maar gestaag. Zie voor Kantershof over particuliere initiatieven Zuidoost. Communicatie en participatie -__20 jan: Informatiebijeenkomst Kantershof -___Mei: Laag Kralenbeek en Koninghoef poll/ophalen of buurt behoefte heeft aan TKK -__Mei: telefonische & online inloopspreekuren voor bewoners laag kralenbeek en koningshoef -__ 6 juli: grote K-buurt bijeenkomst HvdK-buurt. Waarin ik info heb gegeven over stand van zaken en komende activiteiten in de verschillende K-buurtjes -___4sept-11 sept: week van de K-buurt met o.a. info over AGV -_ Sept: Enquête Kortvoort, mening over AGV en duurzaamheid in het algemeen -__ Gesprekken over social return in energietransitie met o.a. VF en HvdK -__21/12/21: Bijeenkomst Laag Kralenbeek en Koningshoef over TKK. -__25 /2/22: Verdiepingsbijeenkomst voor Laag Kralenbeek over TKK en Woonlastenvergelijking. Naderhand fag gedeeld. -__27/1/22: Verdiepingsbijeenkomst voor Koningshoef over TKK en Woonlastenvergelijking. Naderhand fag gedeeld. -__ April ‘22: Kortvoort: resultaten enquête (MOVE 2030) gedeeld met bewoners via HvdK -__ Vernieuwen buurtpagina Totaal Haalbaarheidsfase Kookgastransitie is hier verregaand in voorberei- À Pe 3.711 woningen kookgastransitie ding voor Rechte H-buurt. Daar zijn alle acht com- «% Pe Pa 2.437 corporatie-wo- | Rechte H-buurt plexen inmiddels via stadsverwarming verwarmd. NN ig ningen (complexen zijn al Aardgas wordt enkel en alleen nog gebruikt om te Nee Sa, (1.705 Rochdale deels | warmtenet aangeslo- | koken. De volgende partijen zijn hierbij betrok- ee a A in VvE's, 587 Ymere, | ten). ken: gemeente, Rochdale, WOON, Liander en A PAS Ld 145 Eigen Haard, rest een eerste actieve VvE. Oe 4 or overig / particulier) Hakfort en Huigenbos CBS-Buurten: haalbaarheidsfase In de buurt Hoptille doet een VvE-onderzoek naar -Rechte H-Buurt Warm Amsterdam warmtetransitie en verduurzaming van het com- -Hoptille plex. Ymere onderzoekt haar panden hier. -Huntum Hoptille Verkennings- -Hakfort/Huigenbos (incl. fase Hakfort & Huigenbos en Heesterveld zijn onder- Heesterveld) deel van Warm Amsterdam. Intentieovereen- komst tussen corporaties en Vattenfall is begin 2022 ondertekend. April 2022 start overleg inclu- sief gemeente over planning en verdere uitwer- king. Communicatie en participatie -__ Eerste helft 2021: Samenstellen kookboek samen met bewoners en Buurtwerkkamer, uitdelen ervan juli ‘21, eigen artike- len hierover en artikel in o.a. Volkskrant; -__ Begin 2021: VVE Haardstee startte traject naar verduurzaming inclusief aardgasvrij, samen met Eigen Haard, WOON en gemeente, loopt door in 2022 2022: -__ Ontwikkelen aanpak collectieve overstap naar elektrisch koken voor en met VvE Hoogoord-West, Rochdale en WOON pagina 2 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -_ Verspreiding folder over eenvoudig energie besparen in Zuidoost, door buurtwerkkamer. -__ Kookworkshops via buurtwerkkamer -__ Vernieuwen buurtpagina -__ Vanuit Warm Amsterdam start traject aansluiting Hakfort en Huigenbos en Heesterveld op stadsverwarming inclusief bijbehorende participatie en communicatie Totaal Haalbaarheidsfase Voor Holendrecht Oost en West geldt dat de ver- ale | 1.679 corporatie- kenningsfase van de WAM! is afgerond. In de Br ll FSE woningen Voor deze buurt is haalbaarheidsfase wordt het alternatief groengas T nog geen tempera- van bewonersinitiatief Groen Gas Gaasperdam 5 SUL? tuurkeuze gemaakt. | vergeleken met andere warmteoplossingen als EE warmtenet en all-electric oplossingen. Groengas CBS-Buurten: opgewekt met restproducten uit de buurt kan -Holendrecht West echter maar een zeer beperkte hoeveelheid wo- -Holendrecht Oost ningen van gas voorzien. Daarom wordt voor de -Reigersbos Noord gestapelde bouw in Holendrecht West en Reigers- bos Noord gekeken naar de haalbaarheid van col- lectieve warmtenet oplossingen. Voor de twee Senso VvE's in Reigersbos Noord wordt momen- teel een collectief warmte alternatief voor gas af- gewogen. Voor de grondgebonden woningen (veel particu- lieren) geldt dat hier mogelijk eerst een isolatie- programma van toepassing kan zijn, dit Vooruitlopend op latere keuze van een alterna- tieve warmteoplossing. Totaal Verkenningsfase en De verkenningsfase toont dat Reigerbos op basis 7 4.039 woningen haalbaarheidsfase van de aanwezige gebouwtypologieën een zeer ES AN 57% is in bezit corpo- divers gebied is en dat er aan meerdere warmte- Nee A Nm Í raties Voor deze buurt is oplossingen kan worden gedacht. NEN 4 0n nog geen tempera- Ne NN ij tuurkeuze gemaakt. | Voor het deel van de woningen met een zeer tn ee slechte isolatie wordt de toepassing van Deep Re- CBS-Buurten: trofit-aanpak onderzocht (twee complexen boven - Reigersbos Midden de winkelcentra). Hierbij wordt gekeken naar 40 -Reigersbos Zuid graden aanlevering middels collectieve lucht- -Gaasperdam Zuid warmtepompen, gekoppeld met zonnepanelen. -Gaasperdam Noord Voor de laagbouw gebieden, Reigersbos Zuid, wordt onderzocht of ook daar Deep Retrofit een mogelijk traject is. In april bleken de VvE's akkoord te gaan met de Deep Retrofit aanpak van de woningen boven de winkelcentra. Voor de hoogbouw zien we kansen in de warnet- ten die gevoed worden door restwarmte van de pagina 3 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Nr Deal buurten © MAKEN AMSTERDAM Diemer centrale of datacenterwarmte die opge- werkt wordt tot minimaal een middentempera- tuur. De grondgebonden (laagbouw) woningen van voornamelijk particulieren zijn ongeveer de helft van Reigersbos. Hiervoor geldt dat mogelijk ook een isolatieprogramma van toepassing kan zijn (collectieve inkoop). Dit vooruitlopend op latere keuze voor een (collectieve) warmteoplossing. Totaal: In de E-buurt betreft het nieuwbouw (altijd aard- CBS-Buurten: 951 corporatie-wo- n.v.t. Zit al op warm- | gasvrij). In de G-buurt Noord gaat het om een re- -G-Buurt Noord ningen. tenet. novatie van de woningen. De woningen zijn al op -E-buurt (stukje) warmtenet aangesloten en de hoofdopgave in dit gebied is het verwijderen van kookgas, wat door Rochdale als onderdeel van de renovatie wordt meegenomen. Nog niet gestart Verkenningsfase en Bewonersinitiatief Groen Gas Gaasperdam. Zie CBS-Buurten: haalbaarheidsfase Holendrecht. -Holendrecht West . -Holendrecht Oost -Reigersbos Noord Totaal Geerdinkhof: In de buurt Geerdinkhof heeft de bewonersver- CBS-Buurten: 5oo laagbouwwonin- | Verkenningsfase eniging Groot Geerdinkhof het initiatief genomen -G-Buurt Oost gen per buurt, alleen om te onderzoeken hoe het aardgasvrij maken particulier Voor deze buurt is van hun buurt eruit kan zien (80% van de bewo- nog geen tempera- ners is lid van de bewonersvereniging). tuurkeuze gemaakt. De vereniging heeft met subsidie ‘Ruimte voor duurzaam initiatief” van de gemeente een uitge- breide aanpak gericht op eenvoudige besparings- maatregelen uitgevoerd, met grote deelname. Nu volgt onderzoek naar alternatieven voor aard- gas. Kanterhof: In Kantershof heeft de bewonersvereniging Kan- Verkenningsfase tershof het initiatief genomen om te onderzoeken Voor deze buurt is hoe het aardgasvrij maken van hun buurt eruit nog geen tempera- kan zien. tuurkeuze gemaakt De vereniging heeft ook een subsidie ‘Ruimte voor duurzaam initiatief van de gemeente ont- vangen voor de eerste verkenning. De stuurgroep is aan de slag. E zijn nog geen concrete resulta- ten. pagina 4 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten @ MAKEN april 2022 AMSTERDAM Buurt [Aamtalwonngen [Fase [omwikkelngen Totaal Ontwerpfase Er is zomer ’21 een Buurtuitvoeringsplan gereed- 1.771 corporatie-wo- gekomen met een fasering voor het stapsgewijs & ningen Corporaties (voor ge- | aardgasvrij maken van de woningen en aanleggen ON “a 5og koopapparte- stapelde bouw) heb- | van het warmtenet in Banne Noord. Onderdeel SS e 9 menten ben voorkeur voor van dit plan is het Investeringsvoorstel voor Fase 9, / Sn 230 grondgebonden | aansluiting van hun |L. In Fase l worden 158 woningen aardgasvrij ge- B & woningen woningen op het maakt. De inspanning is om ultimo 2031 alle wo- SN WPW-warmtenet ningen in Banne Noord op een warmteoplossing eN met 7o graden toe- te hebben aangesloten. De verwachting is dat de CBS-Buurten: voer naar de woning. | corporatiewoningen vanaf 2026 in fasen op het -Banne Noord-Oost 1 VvE is voornemens | warmtenet worden aangesloten. -Banne Noord-West om de gevels en ko- zijnen te vervangen Afstemming met plannen voor herontwikkeling maar nog niet om Banne Noord en herinrichting openbare ruimte. over te stappen op Het in november ‘21 vastgestelde Buurtuitvoe- warmtelevering van ringsplan is het onderliggende document voor de WPW. In mei is ereen | subsidieregeling Aardgasvrij, het hoofdstuk alv, Energiesprongal- | Banne Noord. In het Klimaatfonds is een reserve- liantie ondersteund, ring gemaakt voor de gebiedsgerichte aardgasvrij update van de woon- | subsidie. lastenvergelijking is noodzakelijk. Najaar 2021 is een advies- en begeleidingstraject gestart voor eigenaarfbewoners over het verduur- zamen van de eigen woning met het oog op een aardgasvrije toekomst. In dit traject wordt sa- mengewerkt met het Regionaal energieloket en de directie Wonen. 75 van de 230 bewoners heb- ben zich voor dit traject aangemeld. In de isolatie aanpak koopt afdeling Wonen col- lectief maatregelen in in de Banne Noord in het Buurt Energieproject (samen met Gaasperdam). Communicatie en participatie 2021: -__ Bezorging flyer vitnodiging informatiebijeenkomst in maart -__ Informatiebijeenkomst 18 maart -_1informatiebijeenkomst op 18 maart, waar het buurtenergieproject werd aangekondigd. -__ Bezorging flyer uitnodiging Buurtenergieproject in mei -_ Twee informatiebijeenkomsten in september en oktober 2021, georganiseerd samen met het Regionaal Energieloket. De thema’s zijn verduurzamingsmaatregelen (isolatie, ventilatie, opwek energie), de link tussen isolatieniveau en warmte- alternatief, en financiering en kosten. Het Energiebespaarrapport, die alle deelnemers hebben ontvangen, dient als basis voor de bijeenkomsten. pagina 5 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -_In voorbereiding op het buurtenergieproject zijn deze zomer 4 woningen in de buurt geselecteerd (bewoners konden hun woning hiervoor aanmelden) om een Energiebespaarrapport te maken. Hierin staan voor 4, representatieve modelwonin- gen hoe deze kunnen worden verduurzaamd. Alle deelnemers van het Buurtenergieproject hebben deze ontvangen. Het rapport is door het Regionaal Energieloket gemaakt. -__ Sociale media inzet via stadsdeel Noord 2022: -__ Aanwezig bij inloopbijeenkomst met team ETGO, stichting WOON en het REL. -__ Vernieuwen buurtpagina Totaal Verkenningsfase In Banne Zuid-West wordt gestart met de verken- 1.958 corporatie-wo- ning van een gebiedsgerichte aanpak en het gefa- SN ningen seerd aansluiten van complexen van Stadgenoot, ZR be S Rochdale, een aantal VvE-complexen en wonin- en gen van particuliere eigenaren. CBS-Buurten: -Banne Zuid-Oost -Banne Zuid-West -Buiksloterbeek -Marjoleinterrein Totaal Verkenningsfase Eerste verkenning met partners heeft plaatsge- vonden. Corporaties hebben op korte termijn Voor deze buurt is geen plannen om hun woningen de komende ja- nog geen tempera- ren aardgasvrij te maken. Dit heeft te maken met tuurkeuze gemaakt. de hoge onrendabele top per woning. Echter om- dat er de komende jaren grootschalige ingrepen in de openbare ruimte en ondergrond gaan plaatsvinden, zijn er kansen om ‘werk met werk! te maken en de overlast in de buurt te beperken. Het komend jaar (in de haalbaarheidsfase) moet duidelijk worden of er in de ondergrond ruimte wordt gereserveerd voor de aanleg van een warmtenet die later wordt aangelegd of dat direct aanleggen opweegt tegen overlast en eventueel extra kosten op termijn. Totaal Haalbaarheidsfase De principenota van de Kleine Wereld is gereed. CBS-Buurten: 436 corporatie-wo- (einde) Op dit moment hebben de corporaties voor de -De Kleine Wereld ningen overige delen in de Kleine Wereld geen plannen Zie Buikslotermeer voor renovatie of groot onderhoud waarbij AGV Noord. kan aansluiten. De plannen voor AGV in de Kleine Wereld reiken nu dan ook niet verder dan aanslui- ten bij de pilot Buikslotermeer-Noord. pagina 6 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM Totaal Initiatief/ verken- Aardgasvrij maken van de buurt is onderdeel van 6.436 woningtotaal ningsfase de principenota Waterlandpleinbuurt. Op dit mo- /) 2.947 corporatie-wo- ment hebben de corporaties geen plannen voor A ningen Voor deze buurt is renovatie of groot onderhoud waarbij AGV kan ZelS zh nog geen tempera- aansluiten. en tuurkeuze gemaakt. Le De buurt zit al deels Wel vinden er de komende jaren grootschalige in- En op het warmtenet grepen in de openbare ruimte en ondergrond van WPW. plaats die kans bieden om ‘werk met werk’ te ma- ken. Tevens zijn er enkele VvE's die de komende CBS-Buurten: jaren hun bezit aardgasvrij willen maken. -Werengouw Noord -Werengouw Midden -Werengouw Zuid -Markengouw Noord -Markengouw Midden -Markengouw Zuid Totaal Ontwerpfase /uitvoe- | In mei 2022 leveren de betrokken VvE's o.l.v. 1400 woningen ring Buurkracht een buurtplan op. Hierin staat ï 1.168 corporatie-wo- wat aardgasvrij betekent voor hun panden, wat ze : Ga ningen De woningen in het hebben uitgezocht en welke stappen ze (nog) te | 100% bezit van de zetten hebben. In overleg met de VvE worden nn | corporaties (helft van | vervolgstappen bepaald. | ! lan de wijk) worden gere- ! noveerd in de periode | Het buurtuitvoeringsplan Molenwijk is in Qa 2022 7 _ 2021-2023. De corpo- | vastgesteld. Eigen Haard heeft voor een van de CBS-Buurten: raties hebben in Q3 flats 70% draagvlak opgehaald. Hier start op korte -Molenwijk 2021 hun plannenge- | termijn de uitvoering van de plannen. Voor de an- presenteerd aan de dere flats moet de draagvlakmeting nog door de huurders en gaan in corporatie uitgevoerd worden. Q4 2021 - Q3 2022 de draagvlakmeting Aqvathermie blijft een mogelijke verduurzamings doen. bron om in de toekomst aan het warmtesysteem van Molenwijk toe te voegen. De andere helft zijn VvE's. Daar is men druk bezig de voors en tegens van ver- schillende warmte al- ternatieven tegen el- kaar af te zetten om daarna één v.d. opties te verdiepen. Communicatie en participatie 2021: -__ September: Bezorging Energiekrant -__ Twee middagen aardgasvrij bus als informatiepunt n.a.v. Energiekrant in september pagina 7 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -__ Sociale media Stadsdeel Noord in september -__ Informatiebijeenkomst(en) met VvE's over vergelijking warmte oplossingen. 2022: -_ Februari: Bewonersbrief gezamenlijke afzender gemeente, corporaties en Vattenfall over plaatsing tijdelijke warmtecen- trale Vattenfall. -__ Mei: Participatiebureau Buurkracht oplevering buurtplan met particuliere woningeigenaren -__ Vernieuwen buurtpagina Totaal Van der Pekbuurt Investeringsnota is vastgesteld door de gemeen- buurt 2.603 woningen en Ontwerpfase. teraad eind 2021 voor deelgebied Gentiaan. Pro- Re 151 overige gebou- jectnota is gereed en ondertekend door de be- | B wen (winkels, ho- Gebouweigenaren trokken partijen in 21. We hebben een start ge- (NS Be reca, schoolgebou- hebben in ruime maakt met het informeren van particuliere eige- EG me wen, hotels en ove- meerderheid gekozen | naren, VvE’s en commerciële verhuurders. Zij PA = rige voorzieningen) | voor 7o graden warm- | wensen een duidelijk aanbod/{prijsopgave van een PS B: | Ymere:1.899, Eigen | tenet(WPW). Gezien | aansluiting op het stadswarmtenet en een duide- 7 Haard: 172, De Key: aansluittempo en iso- | lijk periode waarin hun deel van de buurt ‘aan de CBS-Buurten: 102, De Alliantie: 72 | latiegraad kunnen beurt is’. De grootste corporatie herziet momen- -Van der Pekbuurt Particulier bezit (ook | sommige nog niet ge- | teel haar renovatieplan. Eind 2021 heeft Ymere in VvE’s) 358 wonin- | renoveerde woningen | een ontwerpplan gemaakt waarin ze aangeeft de gen. tijdelijk go graden ge- | noordelijke vd Pekbuurt (1200 woningen) te gaan leverd krijgen. renoveren tussen 2024 en 2036. In 2023 moet het BUP gemaakt worden voor deze tweede fase. Gentiaanbuurt: Buurt valt mogelijk in de tweede tranche van Uitvoeringsfase. Warm Amsterdam. Keuze is gemaakt Zuidelijk deel van de vd Pekbuurt krijgt geen aan- voor 7o graden WPW- | bod voor het warmtenet. Mei 2023 moet er ge- warmte. communiceerd worden met deze buurt over hoe en waarom van het uitblijven van dit aanbod. Vat- tenfall levert tekst en uitleg (vooralsnog is het al- leen een gerucht). In de Gentiaanbuurt zijn de werkzaamheden me- dio 2022 gereed aan het 2° + 3°, 4° en 5° blok. Communicatie en participatie 2021: -__ Buurttraject particuliere eigenaren met de volgende onderdelen: -__ Bezorging flyer uitnodiging reeks informatiebijeenkomsten in maart. -___ Reeks van 5 informatiebijeenkomsten in maart — juni. Deze zijn georganiseerd in samenwerking met het Regionaal Ener- gieloket en Stichting WOON. Er zijn ook 13 kosteloze telefonische energiescans aangeboden door REL. De thema’s van de vijf bijeenkomsten waren: 1) startbijeenkomst 2) geen-spijt-maatregelen 3) warmteoplossingen 4) kosten en financie- ring 5) uitkomsten energiescans en vooruitblik proces buurt. -__ Bezorging flyer herinnering reeks informatiebijeenkomsten in mei. -__ Via webpagina op gemeentewebsite zijn de verslagen en de opgenomen webinars van het buurttraject terug te vinden. Overige communicatie en participatie pagina 8 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -__ Belrondes langs verschillende ondernemers om hen te vragen over hun wensen en zorgen wat betreft verduurzaming en aardgasvrij. -__ Belrondes bij verschillende particuliere verhuurders (van meer dan één woning) om hen te informeren over aardgasvrij worden en hen uit te nodigen voor het buurttraject. -_ April: artikel in nieuwsbrief Volewijck 2022: -_ Artikel in nieuwsbrief Volewijck over aardgasvrij maken van bezit Ymere -_ Opzetten kookworkshops ism buurtcentrum -__ Vernieuwen buurtpagina Totaal Initiatief Opstellen van principenota voor Vogelbuurt/IJ- buurt Verkenningsfase plein en verkenning van de mogelijkheden om DL TE buurt aardgasvrij te maken. Naar verwachting Voor deze buurt is wordt de plannen om de Vogelbuurt/IJ-plein aard- nog geen tempera- gasvrij te maken later in de tijd (na 2025) opge- 3 Sie) tuurkeuze gemaakt. | steld. CBS-Buurten: -Vogelbuurt Noord -Vogelbuurt Zuid-Ijplein Totaal Haalbaarheids- De haalbaarheid van het bronnet (riothermie) 871 woningen fasefvoorbereiding wordt door De Key, Waternet en Firan onder- uitvoering. zocht voor 871 woningen van de Key (deel van de buurt). De vergelijking van deze specifieke warm- Plan: Woningen krij- | tetechniek met overige warmtetechnieken (TKK- gen ineerste instan- | Totale Keten Kostenberekening) is gereed. Ge- tie go graden aange- | meente heeft een second opinion uitgevoerd. leverd. Na circa tien Aan het einde van de haalbaarheidsfase. Er is ge- jaar is er geïsoleerd, sproken met de VvE's en na afronding projectnota waardoor de tem- zal naar de ontwerpfase kunnen worden overge- peratuur kan dalen gaan. naar 7o graden. Investeringsnota is gereed voor de eerste fase Indeeerstefaseiser | (100% bezit De Key) en kan ter besluitvorming riothermie met col- worden aangeboden aan de nieuwe gemeente- lectieve warmtepomp | raad (planning nog onbekend, naar verzwachting en aardgas voor de september 2022). Uitvoering tussen 2023 en piekvoorziening. Na 2024. Informatieavonden gepland half april 2022. isolatie kan de gas- piek er uit. pagina 9 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Nr Deal buurten © MAKEN AMSTERDAM Buurt [Aamtalwonngen [Fase [omwikkeingen Totaal Uitvoeringsfase Na vaststellen van het bestedingsvoorstel zijn er 1 7 758 corporatie-wo- 132 woningen aardgasvrij gemaakt. Onderzocht nj =i=!| | ningen Op dit moment zijn wordt op welke termijn er sprake moet zijn van + aan eerst 132 gereno- een 2° fase aardgasvrij maken van de woningen in mie Bi veerde woningen van | de Bernard Loder. 1 / A het gas. Gebouweige- 5 naren hebben in CBS-Buurten: ruimte meerderheid -Buurt 4 Oost gekozen voor 7o gra- -Buurt 3 (West) den warmtenet (WPW). Totaal Haalbaarheidsfase De Couperus buurt is onderdeel van de ontwikke- Onderdeel van Sloter- Couperusbuurt on- lingen langs Burgemeester Roellstraat. De uit- meer-Zuid derdeel van Sloter- Voor deze buurt is vraag naar de fasering (renovatie en/of Kansenkaart Dichters-&Couperusbuurt meer-Zuid nog geen tempera- sloop/nieuwbouw) van de corporaties is nagenoeg Ea tuurkeuze gemaakt. | afgerond. lr MS CBS-buurten: -Slotermeer Zuid (Oost) Totaal Verkenning In 2022 wordt voor deze buurt een buurtuitvoe- / 834 corporatie ringsplan opgesteld. Duidelijk is dat Ymere en | woningen Voor deze buurt is Stadgenoot plannen hebben om te renoveren en nog geen tempera- naar aardgasvrijwoningen over te gaan. Ymere ml 1 tuurkeuze gemaakt. start met de uitvoering in september 2022. Ook de particuliere eigenaren zullen bij het op- zt zi ' mee stellen van het buurtuitvoeringsplan worden be- ia trokken. Deze buurt is een Warm Amsterdam buurt, eerste tranche. In april gaan we met par- CBS-buurten tijen bespreken hoe de planning en de fasering er- vit gaan zien dit jaar. Streven is een vastgesteld BUP december 2023. Communicatie & participatie -__ Opstart buurtteam Warm Amsterdam, in overleg communicatie en participatie optuigen -__Startbrief bewoners, intentie/interesse bewoners in aardgasvrij ophalen pagina 10 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM Totaal Verkenning De Dichtersbuurt is onderdeel van de ontwikkelin- Onderdeel van Sloter- 1.592 corporatie-wo- gen langs Burgemeester Roellstraat. De uitvraag ningen Voor deze buurt is naar de fasering (renovatie en/of sloop/nieuw- len ane LU misten nog geen tempera- bouw) van de corporaties is nagenoeg afgerond. Ea tuurkeuze gemaakt. lr MS meer-Zuid CBS-Buurten: -Slotermeer Zuid (West) Totaal Uitvoeringsfase deel 1 | Renovatie en aansluiting woningen op warmte in Ca. 1.760 corporatie- | + ontwerpfase2 deelgebied 1 is voltooid. Voor deelgebied 2 is de et woningen voorbereiding op de uitvoering door de techni- rene Gebouweigenaren sche werkgroep in volle gang. Er is een besluit ge- Gl hebben in ruimte nomen over hoe door te steken onder de Burg. ed SE 7 meerderheid gekozen | Vlughtlaan en over de WOS-strategie. Met de be- CBS-Buurten: voor 70 graden warm- | drijven in de buurt zijn gesprekken gestart. VvE -Buurt 3 tenet (WPW). Gezien | gesprekken lopen. WPW heeft een aanbod klaar aansluittempo en iso- | voor de VvE's. latiegraad kunnen sommige nog niet ge- renoveerde woningen tijdelijk go graden ge- leverd krijgen. Communicatie en participatie -__ Ronde langs winkels /kennismakingen en gesprekken ondernemers in hun eigen onderneming -__Participatieavond/informatiebijeenkomst ondernemers -_ Op termijn: VvE-informatiebijeenkomst Totaal Haalbaarheidsfase Fasering van de corporaties ontvangen. Toetsen EE ca 1.700 totaal Roch- werkzaamheden in de ondergrond met betrokken EE Sinan dale, waarvan 1.100 partijen. TKK is afgerond. De uitkomst is dat een Ee, ra sociaal en 6oo parti- middentemperatuur warmtenet de meest betaal- ú peul, jg culier. Ook een an- bare warmteoplossing voor zowel de nieuwbouw CBS-Buurten: dere groep particu- als de bestaande bouw is. De uitkomst van de -Buurt 5 Noord lieren. TKK is verwerkt in de projectnota. Rochdale moet nu besluiten over de techniek- keuze. Daarna volgt ontwerpfase en het opstellen van het Buurtuitvoeringsplan Totaal Uitvoeringsfase Na alle besluitvorming is de uitvoering voor 270 1.404 woningen to- woningen gestart en afgerond. De woningen zijn rek taal Voor de eerste fase gerenoveerd en aangesloten op het warmtenet. \À 1.286 corporatie- wo- | gerenoveerde wonin- | WPW heeft een aanbod klaar voor één van de ningen gen hebben gebouw- | VvE's in de buurt. AN eigenaren in ruimte meerderheid gekozen pagina 11 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM CBS-Buurten: voor 7o graden warm- den |E Totaal Uitvoeringsfase2 Fase 1: kerbuurt 2.450 totaal (90% Een deel van de woningen zijn inmiddels gereno- corporatiebezit, me- | Gebouweigenaren veerd en aardgasvrij geworden. rendeel Stadgenoot) [| voorhet gedeelte in Voor een ander deel (vijf galerijflats met collec- uitvoering hebben in tieve ketels) wordt de uitvoering voorbereid. Elke ruimte meerderheid flat heeft eigen opgave. Focus werk-met-werk gekozen voor 7o gra- | maken. De kookgastransitie wordt gezamenlijk den warmtenet voorbereid. Sommige flats worden niet of nauwe- (WPW). lijks gerenoveerd, maar toch aardgasvrij ge- CBS-Buurten: maakt. -Wildeman Aanlevertemperatuur | Voor het restant van de buurt zijn in het kader bij het deel dat in van Warm Amsterdam afspraken gemaakt. Het is voorbereiding is, isgo | de bedoeling dat de corporaties voor de warmte- graden — met moge- | transitie akkoord ophalen bij hun huurders. lijkheid voor latere Er speelt echter het nodig in de Wildeman verlaging naar 7o gra- | rondom de woningkwaliteit. Er is consensus tus- den. sen partijen over de gedachte dat het gesprek over duurzaamheid niet kan plaatsvinden zonder dat de problematiek van de woningkwaliteit vol- doende geadresseerd is. Communicatie en participatie -_ Opstart buurtteam Warm Amsterdam -__ Kookgastransitie VvE Boutenburg en Osdorper Ban — samenwerking -_ Artikel in wijkkrant -_ ATs5 item huurder Stadgenoot Blomwijckerpad over comfort aardgasvrij Totaal Ontwerpfase De haalbaarheidsstudie is afgerond en het is dui- Kansenkaart Jacob Geelbuurt (AWM buurt) 1365 woningen, delijk dat warmtenet de voor de hand liggende on hen. waarvan 876 corpo- | Warmtenet ligt al in oplossing is voor de buurt. Nu wordt gewerkt aan La im ratie-woningen deze buurt. Gebouw- | een investeringsnota . Zeer gemêleerde wijk, di- me bn eigenaren hebben in | verse functies en opgave en verschillende fase- ee L ruimte meerderheid _ | ring. Kansen benutten zoals kookgastransitie met en gekozen voor7ogra- | belegger/woningeigenaar DVM. (WPW). Gezien aan- Deze buurt wordt onderzocht voor de tweede CBS-Buurten: sluittempo en isola- tranche Warm Amsterdam buurt. -Jacob Geelbuurt tiegraad kunnen som- | Mogelijk kan de Hemsterhuis buurt aansluiten mige nog niet gereno- | (het witte driehoekige gedeelte op de kaart). veerde woningen tij- delijk go graden gele- verd krijgen. Communicatie en participatie 2021: -__ Informatieavonden VvE De wijze mannen (eind oktober- februari) pagina 12 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM -__ Straatgesprekken met eigenaren grondgebonden woningen, maatschappelijke organisaties, scholen, leger des heils 2022: -__ Aankondiging informatiebijeenkomsten (zeer kleinschalig, mogelijk flyers uitdelen) -__ Vernieuwen buurtpagina -_ Informatieavond maatschappelijke organisaties, scholen, leger des heils etc (nog geen data) Buurt TAantelwonngen [Fase Jomwikkelngn Totaal Haalbaarheidsfase Gaat om aantal grote partijen zoals Artis, UvA, CBS-Buurten: 5oo weg aan grote KIT, etc. in de Plantagebuurt die naar een geza- -Plantage (Artis) panden Mede-gestuurd door | menlijke energieoplossing zoeken voor hun ge- de koelingsvraag van | bouwen en waarvoor het energieverbruik verge- de grote gebouwen, lijkbaar is met ca. 5oo woningen. Daarnaast kun- wordt gekeken naar nen de plannen effecten hebben op aantal wo- een vijfde generatie ningen in de buurt. De partijen hebben de ver- warmtenet, gevoed kenning afgerond en zijn nu de haalbaarheids- met aquathermie. fase aan het afronden. De keuze voor een warm- tenet waar gebruikers ook onderling tekorten en Voor woningen in de overschotten uitwisselen (vijfde generatie warm- buurt wordt gekeken | tenet) is gemaakt. Er wordt nu onderzocht welke naar een 7o graden scope en fasering in het ontwerp als vitgangs- warmtenet dmv col- punt moet worden meegenomen. lectieve warmtepomp. Totaal Verkenningsfase Masterplan voor het gebied in de maak en AGV is Kansenkaart UK 173 corporatie-wo- hierin opgenomen. Universiteitskwartier heeft p Ein ningen Er wordt gekeken naar | voorkeur voor open WKO-traject. De Key en 5 MCS gerevert raain een systeem vergelijk- | Ymere en de vier grote hotels lijken in aanleg ge- S genua baar met boven- interesseerd om mee te denken en samen te wer- gr staande Artis. Dege- | ken op het gebied van de energie-transitie. Stu- teng renoveerde UvA-pan- | ren op betere samenwerking met gemeente en den zouden op LT be- | formele samenwerking met partners in de buurt. CBS-Buurten: leverd kunnen wor- Procesafspraken zijn gemaakt. Relatie met het -BG-Terrein (UK, UvA) den. Green Light District traject is gelegd. Een concept Bodemenergieplan(BEP) gereed. Totaal Ontwerpfase WG-initiatief is een landelijke proeftuin. Er vin- 1.443 woningen, den tussen gemeente en initiatiefnemers overleg waarvan 834 corpo- | Aquathermie, met col- | plaats over de vervolgstappen. Maart 2021 heeft ratie-woningen lectieve warmtepom- | de gemeente ingestemd met een subsidie van tot pen en aardgas voor 3 miljoen voor WG-terrein, voor het verder ont- piekvoorziening krij- wikkelen van hun plannen. Uit te betalen in drie gen woningen zo gra- | voorwaardelijke stappen. Eerste betaling wordt den beleverd. gebruik voor het technisch ontwerp van het warmtenet. Een eerste miljoen is door WG in 2021 gebruikt. Begin 2022 is van een tweede mil- joen een voorschot van € 650.000 uitgekeerd. Per pagina 13 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM raadsinformatiebrief bent vu daar in maart van op LEET Ee ment | Totaal Haalbaarheidsfase De verkenningsfase is met het project Leren & CBS-Buurten: Heel Middenmeer ca. Exploiteren afgerond. Bewonerscoöperatie Mee- -Middenmeer Noord 5.000 woningen. Het concept streeft rEnergie spreekt haar voorkeur vit voor het ex- -Middenmeer Zuid naar datacenterrest- | ploitatiescenario waarin zij in samenwerking met Middenmeer Noord: | warmte met collec- partner Firan een coöperatief warmtebedrijf op- 1.650 woningen; tieve warmtepompen | richt. Dit voorkeursscenario lijkt haalbaar binnen vnl. particulier en gaspiek. Woningen | de uitgangspunten Leren & Exploiteren; 1) juri- 660 corporatie-wo- worden beleverd op disch haalbaar en 2) financieel haalbaar mits het ningen 7o graden. warmtebedrijf in Middenmeer Noord en Midden- (250 Alliantie, meer Zuid kan opereren. 250 Eigen Haard, 100 Ymere, De haalbaarheidsfase van de WAM is inmiddels 5o Rochdale, gestart. MeerEnergie werkt in deze fase aan aan- 10 De Key) toonbare positieve intenties van klanten (via een klantonderzoek) en financiers. Ook leveren zij Middenmeer Zuid: een plan van aanpak op om tot een finaal onder- 3.200 woningen nemingssplan (resultaat eind ontwerpfase) te ko- men. Gezien het vollooprisico in Middenmeer verwachten we dat een vorm van publiek/private samenwerking nodig is om het financierings- vraagstuk op te lossen. Oostelijk Havengebied Verkenning en deels Vanuit de buurtcoöperatie en met subsidie vanuit begin met haalbaar- Ruimte voor Duurzaam Initiatief is een goed ge- heid organiseerde groep bewoners bezig met het in- formeren en organiseren van heel OHG over energietransitie en het maken van plannen. Stu- dies zijn gedaan naar onder meer aquathermie en warmtenet, gesprekken met relevante corpora- ties en warmtebedrijven lopen. Weesperzijde 1.000 woningen Verkenning Bewonersgroepen werken samen aan energie- transitie, hebben studie laten verrichten waaruit een warmtenet met aquathermie als kansrijk naar voren komt. Nu is het vinden van energie- partijen aan de orde. Combinatie met het initia- tief van Artis & Co is in beeld. pagina 14 van 16 WAM! 5 AARDGASVRIJ Update City Deal buurten © MAKEN april 2022 AMSTERDAM Oostoever 1.000 woningen Verkenning Een snel groot geworden buurtcoöperatie, on- dersteund door Westerlicht en o2025, werkt met Waternet, Alliander en gemeente aan verkenning van opties voor aardgasvrij en energieneutraal. Coalitievorming is hier nu belangrijk. Er zijn verder ontwikkelbuurten waar we nog niet zijn gestart met het proces om tot aardgasvrije woningen te komen. Soms is dit omdat de corporaties geen plannen voor renovaties of groot on- derhoud in de desbetreffende buurten hebben en soms omdat de geplande renovaties en groot onderhoud door de corporaties verder in de tijd liggen. Deze buurten zijn niet in deze bijlage opge- nomen. Over Wijken Aardgasvrij Maken Amsterdam De WAM! werkwijze zorgt voor de benodigde afstemming van de vele interne (besluitvormings)pro- cessen bij partijen, zowel binnengemeentelijk als met en bij externe betrokken partijen. De WAM! is techniek neutraal — het proces sorteert niet a priori voor op een bepaalde techniek. Goed om te benadrukken is dat het in de regel niet de gemeente is die investeert in aardgasvrij worden van gebouwen. De gemeente is vooral als procesregisseur betrokken en subsidieert stich- ting Woon om bewoners te ondersteunen. De gebouweigenaar kiest viteindelijk met welke tech- niek hij het bezit aardgasvrij wil maken. De gebouweigenaar doet vervolgens de vereiste investe- ringen in het gebouw. Als er gekozen wordt voor een warmtenet, doet de warmteleverancier de investeringen voor de uitbreiding van zijn netwerk. Middels de Aardgasvrij subsidieregeling kan de gemeente gebouweigenaren subsidiëren. pagina 15 van 16 Update City Deal buurten WAM © MAKEN april 2022 AMSTERDAM 7 P Ol EIO RI ZIEINENS EIJZIJS IJS | [ee sle lle Ie ls [OQ o @ SIENESE NB INEIZ IE 6 DIENEN NS ENE NENS ISIS NELE ENNE NE NE Ne He NE NENE ® LOE NNE | je [[o B IIENIE le Ne IE NZ NS NEL 5 ee 2 (NZ IE NS le | IS {fel s (N93 So 5. BENEN KS Hal & 8 ENEN NB NE NB NE Ee Ee NE NR IE Sl EINE Ne (ZIENS (8 2 5 D =|& kr] zI0 5 |D ®d 5 EUR Nels INZ ENE NEN NEN NI NE NE ENE NE Nel EN RENE NS SNE (2 |Z ® | ls a Se o Oo Eloi lE NEE: 6 Ee Ss |= 5 SIEN lp (se NSS (EE “|| zE N38 ie lere le FIE IS (Ne (Is [B je (EIS 5 D Ole TD DIS = ole a a 4) SIE 8 IIS IIS 7 Bl le HEIEN a EelIS ENEN [EN R (NE IS SIISI® [[S le ee Ze 5 |E SENS IE Ne EZ He HIS (IS A | me | |Z D ®||e sliollE Be |= IE sil IS ||S 5 EI 5 Ia ONE NES IES 8 DIS |= lo c cls u A o a Kl 0 © S |= 2E le 0 s[I8 2o EERE ENE 5 ONS IS IS D @ = »ll= ce VISIE o =: D c wijle Z Le [0 = 5 5 m OE INI = = 5 3 5 ba To 8 le le 5 s ® ë 5 E a lS se a ® + < @ c sie D = a 5 5 5 we 5 © zt 5 2 Z Z 9 D E Û z8 8 D = 5 o ®|S ö 2 2 - 5 SI a © zE 5 ZI 2 5 3 7 5 8 a D ®, Lo 6 9, z Ss a za eee je Nn [BP [A [Ee ES Pe IN Ee DE Ee UN HNE EE HE IN Ee Ss wl fuel [tl [ee | ulloljeijellsjju feijen [ele Ee El [eel [Sl el {eel oel elle [Nee RD Ole fjafllOl | |oo pj fj wijAlNEllfllellelfjE=lieel =O jelj=[ijiNfjeljLwlfe 5 SSIOlWIID| [Ee |A DIN joelle ijNje jj ||| [vj oel reef ja fl rweffernwiIljelfaAfjwIijelles a 8 S 23E =| = [ee (fe Jee | ee „ijle fe =| [Ee =lfelle lees 8 3 =| |oo [Ie | IS jelfd oo | fol [ie | [oo fo | [ele liel rele fel el fe] foo [ [a | [a | [se | Ee IS (Jel 8 ® & ml | FGO FIN | df [UI | [UI S | [Ul [Of furl [ON |E [eef foefje re jee Neree elfje kileljeijs = = Wijsje ja f[@ Il ferfjvjjol foe loeli || foorleel je loliNljeljoelinifelijelj jen 0 5 52 SEE w - - - - - - sea °lloffel le al dl 5 [ea [w |D lul |= |n “niels =R 5d Naf Ef [We |W Ls IND AS [OC NIOD ml | EN | |U is 5 7 Biofl Aa Willow lijN|fje jw OliNo || Ut oo ho] z ni) ER: Lm cs & È &l 83 D 5 n on elle nd pagina 16 van 16
Onderzoeksrapport
16
train
x Gemeente Amsterdam WP A % Raadscommissie voor Werk, Inkomen en Participatie, Diversiteit en Integratie, Inburgering, Armoede, Programma Maatschappelijke Investeringen % Gewijzigde agenda, donderdag 10 januari 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Werk, Inkomen en Participatie, Diversiteit en Integratie, Inburgering, Armoede, Programma Maatschappelijke Investeringen Tijd 09:00 tot 12:30 uur en zo nodig van 19:30 tot 22:30 uur Locatie De Rooszaal Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte (09.00 — 09.15) 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de commissie Werk, Participatie en Armoede van 6 december 2012. e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWPA@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _Tkn-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte (09.15 — 12.30) 8 _Inspreekhalfuur Publiek Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Werk, Inkomen en Participatie, Diversiteit en Integratie, Inburgering, WPA Armoede, Programma Maatschappelijke Investeringen Gewijzigde agenda, donderdag 10 januari 2013 9 Actualiteiten en mededelingen e _ Actualiteit geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP) inzake de bestrijding van Armoede in Amsterdam. e Actualiteit geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Poot (VVD) over de kliklijn van de sociale dienst. 10 Rondvraag Armoede 11 Brief inzake ontwikkelingen Eropaf en Vroeg Eropaf, 1e helft 2012 Nr. BD2012- 012695 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). e Was TKN 7 in de vergadering van 06.12.2012, 12 Initiatiefvoorstel Malafide Schuldhulpbureaus De Stad uit Nr. BD2012-012737 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Werk, Inkomen en Participatie 13 Jaarverslag 2011 Cliëntenraad DWI en Evaluatie 2012 Cliëntenraad DWI Nr. BD2012-012694 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). e Was TKN 2 in de vergadering van 06.12.2012. 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Werk, Inkomen en Participatie, Diversiteit en Integratie, Inburgering, WPA Armoede, Programma Maatschappelijke Investeringen Gewijzigde agenda, donderdag 10 januari 2013 Diversiteit en Integratie 14 Initiatiefvoorstel van raadslid Ulichki (GroenLinks), getiteld: “Amsterdam zegt nee tegen achterlating vrouwen”. Nr. BD2012-011917 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met het initiatiefvoorstel. e Gevoegd behandelen met agendapunt 15. 15 Bestuurlijke reactie initiatiefvoorstel Ulichki (GL) ‘Amsterdam zegt Nee tegen achterlating’ Nr. BD2012-012593 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Gevoegd behandelen met agendapunt 14, TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Werk, inkomen en Participatie 16 Brief wethouder Van der Burg inzake ontwikkelingen Participatiebudget Nr. BD2012-013200 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). 3
Agenda
3
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1356 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 Onderwerp Amendement van het lid Martens inzake de Begroting 2021 (Investeer extra in imago stad en binnenhalen congressen). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021. Constaterende dat: — De economie van Amsterdam harder dan de rest van Nederland wordt getroffen door de coronacrisis en dat met name de sectoren horeca en reisbemiddeling een flink aandeel hebben in deze economische krimp. Overwegende dat: — _ Het aantrekken van de toeristische sector, het binnenhalen van congressen en het verbeteren van het vestigingsklimaat om bedrijven aan te trekken de komende jaren onontbeerlijk zullen zijn voor economisch herstel in de stad; — __De opvatting dat Amsterdam zich uit deze crisis moet investeren breed wordt gedragen en het daarom zinvol is hier extra in te investeren. Besluit: 1. Jaarlijks 1,5 miljoen euro extra te besteden aan het promoten van de stad als bestemming voor kunst, cultuur, architectuur, goede restaurants en topmusea; 2. Hierbij nadrukkelijk in te zetten op het aantrekken van grote congressen; 3. Tevens jaarlijks 0,8 miljoen euro te investeren in het verbeteren van het vestigingsklimaat en het aantrekken van (medische) bedrijven naar Amsterdam en de regio; 4, Ditte dekken conform de financiële voorstellen uit de tegenbegroting van de Amsterdamse VVD ‘met keuzes door de crisis’, Het lid van de gemeenteraad C. Martens 1
Motie
1
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 17 mei 2022 Portefeuille(s) Bouwen en Wonen (15) Grondzaken (31) Portefeuillehouder(s): Jakob Wedemeijer, Marieke van Doorninck Behandeld door Frank Bonfrer, [email protected] Onderwerp Rapportage 1° kwartaal 2022 over het Woningbouwplan 2018-2025 Geachte leden van de gemeenteraad, Er is een enorm tekort aan betaalbare woningen in onze stad. Daarom zet het college in op de bouw van zoveel mogelijk (betaalbare) woningen. Het streven is om in de periode 2018-2025 gemiddeld minimaal 7.500 woningen per jaar in aanbouw te nemen, uitgaande van gunstige economische ontwikkelingen. De gemeente voert regie en werkt intensief samen met marktpartijen, woningcorporaties, zelfbouwers en coöperatieven om projecten tot uitvoering te brengen. In de periode 2018-2021 zijn in Amsterdam 29.106 woningen in aanbouw genomen. Hierbij ontvangt v de 1° kwartaalrapportage woningbouw over 2022 met de stand van zaken per 31 maart 2022. De rapportage schetst kort en bondig de feitelijk de voortgang, waarbij de focus ligt op de bouw van middeldure huurwoningen en sociale huurwoningen door corporaties. Er is een paragraaf toegevoegd over de woninggrootte van de projecten die in 2021 in aanbouw zijn genomen. Het was technisch niet mogelijk om dit mee te nemen in de laatste grote woningbouwrapportage met de stand van zaken per 1 januari 2022. De 1° kwartaalrapportage bevat de volgende hoofdpunten 1. _Inheteerste kwartaal van 2022 zijn 1.262 permanente zelfstandige woningen in aanbouw genomen. De productie weerspiegelt de planvoorraad. Een substantieel deel van de woningen betreft sociale huur en dure huur en koop. De middeldure huur blijft in het 21° kwartaal relatief wat achter na de groeispurt van eind 2021. 2. De planvoorraad voor de periode april-december 2022 omvat 10.972 woningen. De woningcorporaties hebben 35 projecten met 3.591 sociale huurwoningen en 96 tijdelijke woningen in hun planning staan. De gemeente faciliteert 26 projecten met 2.245 middeldure huurwoningen van marktpartijen en corporaties. 3. De gemiddelde woninggrootte van de in aanbouw genomen projecten is de afgelopen jaren gedaald van 69 ma in 2017 naar 60 ma in 2021. Dat komt vooral doordat ontwikkelaars kleinere koopwoningen realiseren. De gemiddelde woninggrootte voor de middeldure huurwoningen is in 2021 met 58 m2 versus 5o m2 in 2020 licht toegenomen. Dit is in lijn met het beleid om op gemeentelijke locaties meer te sturen op grotere middeldure huurwoningen, geschikt voor gezinnen. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 mei 2022 Pagina 2 van 2 Het bouwcijfer voor het eerste kwartaal ligt lager dan dat van vorig jaar (1.262 versus 1.694) maar de planvoorraad voor de komende drie kwartalen wat hoger (10.972 versus 10.838). Er zijn in beginsel voldoende ver gevorderde plannen om ook in 2022 in de buurt van de 7.500 woningen te komen. Voor de meeste projecten is een omgevingsvergunning verleend of aangevraagd. Op dit moment zijn er wel toenemende zorgen over de aanbesteding van projecten in het licht van de economische ontwikkelingen en in samenhang met de oorlog in de Oekraïne. De bouwkosten zijn al enige tijd sterk aan het stijgen en er is schaarste aan bouwmaterialen en personeel. Aannemers proberen het (prijs)risico neer te leggen bij de ontwikkelaar. Het is mede daardoor voor ontwikkelaars lastig om de lopende aanbestedingen tijdig en succesvol af te ronden. Waar voorheen het verlenen van een omgevingsvergunning een laatste mijlpaal was om te kunnen bepalen of er daadwerkelijk met de bouw wordt gestart, is dit nu veelal de overeenkomst met de aannemer. Er zijn op dit moment nog geen woningbouwprojecten stilgelegd of gestopt, maar op grond van signalen van marktpartijen en corporaties is de verwachting dat meerdere projecten die nu in de aanbestedingsfase zitten, in de knel zullen komen. Hoeveel is nu nog niet te zeggen. De gemeente kan in dit stadium weinig betekenen. De regietaken voor de projecten zijn vervuld en er liggen bindende afspraken met de ontwikkelende partijen. Het is aan deze ontwikkelaars om de aanbesteding tot een goed einde te brengen. De onderhandelingen lopen nog. De gemeente is in gesprek met marktpartijen, corporaties en bouwers over de ontwikkelingen op de markt. Voor woningbouwprojecten met nog vast te stellen grondprijzen gelden per definitie geactualiseerde grondprijzen op basis van indexcijfers van het voorafgaande kwartaal, waarin hogere bouwkosten worden verdisconteerd. De tijdelijke regeling transformatie-impuls is een recent genomen stimuleringsmaatregel die de bouw verder moet helpen aanjagen. Het gesprek met de markt en andere overheden loopt door om te bezien of en welke extra maatregelen zinvol en haalbaar zijn. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Kr EE Jakob Wedemeijer Marieke van Doorninck Wethouder Bouwen en Wonen Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid Bijlage Rapportage 1° kwartaal 2022, over Woningbouwplan 2018-2025 (s.v.z. per 31 maart 2022). Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
train
Gemeente Amsterdam Bestuurscommissie Oost Voordracht en besluit D B = AB Registratienummer Z-16-30709 / INT-16-10094 Afdeling - Onderwerp Principebesluit initiatief AM, voormalige Chubb-locatie, Cruguius deelgebied 4 Portefeuille Wonen en grote projecten DB lid Thijs Reuten Gebied Oostelijk Havengebied Datum DB 22 november 2016 Datum AB voorbereidend 20 december 2016 Datum AB besluitvormend 17 januari 2017 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ingrid Spikmans / Hester Ombre 06 3094 6961 / 06 1330 1424 [email protected] /[email protected] | | | I | | I | | | | | | Pagina1 van8 xZO0OO0O2F5EADe2 7 Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: 1. het initiatiefdocument Cruguiuswerf, ingediend door AM op 14 september 2016 ter besluitvorming aan het AB voor te leggen. Tekst van openbare Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: besluiten wordt gepubliceerd 1. in principe akkoord te gaan met het initiatiefdocument Cruguiuswerf, ingediend door AM op 14 september 2016 onder de volgende voorwaarden: a. de initiatiefnemer werkt het initiatief binnen 1 jaar vit tot een ontwerp- bestemmingsplan; b. de initiatiefnemer draagt de kosten van de benodigde onderzoeken, procedures en alle andere activiteiten die benodigd zijn om dit initiatief tot realisatie te kunnen brengen; c. voorafgaand aan de start van de benodigde juridisch planologische procedure wordt met de initiatiefnemer een samenwerkingsovereenkomst afgesloten, waarin onder andere afspraken worden vastgelegd over erfpacht, anterieure kosten, beheer en onderhoud van openbare ruimte, duurzaamheid, planning en communicatie; d. de initiatiefnemer informeert in overleg met de gemeente de omliggende buurt binnen 4 weken na een positief besluit van het Algemeen Bestuur schriftelijk over het initiatief en het verder informatie- en participatietraject door de initiatiefnemer; 2. akkoord te gaan met het opstellen van een nieuw bestemmingsplan ‘Cruguius - deelgebied 4’ op basis van het initiatiefdocument en op voorwaarde dat alvorens het ontwerp bestemmingsplan ter visie wordt gelegd met de initiatiefnemers nadere afspraken worden gemaakt en vastgelegd over: a. De inpassing van de beoogde verdiepte parkeergarage; b. de aansluiting tussen het maaiveld bovenop de verdiepte parkeergarage en het omliggende openbare ruimte; c. De eigendomsgrenzen tussen de toekomstige openbare ruimte, het openbaar toegankelijk terrein en de privé buitenruimtes en daarmee samenhangend de taken en verantwoordelijkheden van de eigenaren; d. Het voorgestelde woningbouw programma met middensegment huurwoningen, kleine koopwoningen en deelwoningen; 3. de initiatiefnemer van dit besluit middels een brief op de hoogte te brengen. Ondertekening Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost, Sjoukje Alta, Ivar Manuel, secretaris voorzitter Pagina 2 van8 Bevoegdheid Het voorbereiden en uitvoeren van de besluiten van het algemeen bestuur (artikel 25 ing op de bestuurscommissies). Bestuurlijke achtergrond Overwegende dat: -_hetstadsdeel voor de ontwikkeling van het Cruguiusgebied tot een andere procesaanpak dan tot nu toe gebruikelijk heeft besloten; -__ binnen de procesaanpak eerst een principebesluit over een initiatief genomen wordt, waarna de initiatiefnemer zijn plan verder uitwerkt en de haalbaarheid onderzoekt waarbij de initiatiefnemer verantwoordelijk is voor het uitvoeren van de benodigde onderzoeken om deze haalbaarheid aan te tonen; -_ het initiatief Cruguiuswerf niet binnen het huidige juridisch planologische regime past en de initiatiefnemer daarom voornemens is een bestemmingsplan voor Cruquius — deelgebied 4, op te stellen; -__de gemeente haar verantwoordelijkheid ten aanzien van het publiekrechtelijke besluitvormingsproces behoudt. -_ het voorliggende initiatiefdocument Cruguiuswerf tevens als startnotitie dient voor het nieuwe (ontwerp)bestemmingsplan Cruquius — deelgebied 4; -_Het voorliggende initiatiefdocument geen inrichtingsplan betreft. De inrichting van de openbare ruimte dient nader vitgewerkt te worden in de vervolgfase. Gelet op: -__de structuurvisie Amsterdam 2040; -__destrategienota Cruguiuswerkgebied en Zeeburgerpad, vastgesteld door stadsdeel Zeeburg in 2010; -_de notitie Aanpak Cruquius vastgesteld door de Stadsdeelraad Oost op 5 juli 2011; -__de ambitie, spelregels en spelregelkaart Cruguiusweg e.o. vastgesteld door de Stadsdeelraad Oost op 31 januari 2012; -_ het bestemmingsplan Cruguius, zoals vastgesteld op 9 april 2013. -_ het raamwerk Openbare Ruimte Cruquius, vastgesteld op 5 juli 2016; -__de brief d.d. 7 oktober 2016 met de stand van zaken ontwikkeling Cruquius Onderbouwing besluit Beoogd effect Initiatiefnemers werken, in overleg met de gemeente en belanghebbenden, het initiatief ‘Cruguiuswerf’ verder uit tot een gedragen plan en een nieuw bestemmingsplan op basis van het initiatiefdocument en de bijbehorende randvoorwaarden. Ten behoeve van deze ontwikkeling dienen de initiatiefnemers vervolgens een aanvraag omgevingsvergunning in. Toelichting Het Cruguiusgebied is een transformatiegebied waarbij het gebied transformeert van werk gebied naar gemengd werk/woongebied. Het voorliggende initiatief van AM en belegger a.s.r geeft hier uitvoering aan. Het initiatief voorziet in de realisatie van circa 300 woningen en 2.500 m2 BVO bedrijfsruimte op het voormalige terrein van (Ajax) Chubb Fire & Security B.V. Deze locatie is gesitueerd tussen Nieuwe Vaartweg, Cruguiusweg en het Amsterdam-Rijnkanaal. Het initiatief gaat uit van een aantal bouwblokken op een (bijna geheel) verdiepte parkeergarage waarbij, de ambitie is om de openbaar (toegankelijke) ruimte tussen de gebouwen zo veel mogelijk autoluw te maken. Het initiatief laat een variatie in de uiterlijk en de hoogte van de geplande bouwblokken, gepositioneerd in de waaiervorm, zien. De blokken zijn zodanig gesitueerd op het perceel dat zicht naar het water en bezonning van Pagina 3 van 8 de blokken gemaximaliseerd zijn. De optimale uitzicht naar Amsterdam Rijnkanaal wordt vooral bereikt door het opnemen van extra snedes/doorzichten in het plan. In de ruimtelijke uitwerking is aangesloten bij het initiatief op de naastgelegen kavel, initiatief Berkhout. Er nt ‚ Vn 1 | he Titel 4 ol A 5 on HI je 4 Hi Kd 2 Je EE sit en Ln S E rn LN rn had ern ie Ee Er 5 st en Mn a Oh fe Ni Dee AE 208 à / mm K herl mn lj N n x a ie Nd Le ‚ir ij __ Ll _= en E Pc E Plangebied: in donkerblauwe kader AM - Ajax Chubb-locatie Argumenten 1.12 Het initiatief past binnen de kaders gesteld in de spelregels, spelregelkaart en raamwerk openbare ruimte. Het initiatief past binnen de spelregels, spelregelkaart en raamwerk openbare ruimte. Het initiatief voldoet aan de Floor Space Index (FSI), footprint en het percentage bedrijfsruimte. 1.2 De voorgestelde bouwhoogte past binnen de spelregels en levert extra kwaliteit. Voor een aantal blokken wordt voorgesteld de maximale bouwhoogte uit de spelregels van 21 meter te overschrijden. Dit is binnen de spelregels toegestaan indien dit goed wordt onderbouwd. De hogere bouwhoogte is voor twee situaties voorgesteld. Allereerst ter plaatse van de realisatie van bedrijfsruimtes in de plint. In verband met de hoger verdiepingshoogte (drie meter) van de bedrijfsruimte op de begane grond is de bouwhoogte, ter plaatse van deze bedrijfsruimte, in vijf bouwblokken circa een halve meter hoger. Dat resulteert in de bouwhoogte van 21,5 meter in plaats van 21 meter. Dit is een kwalitatieve afweging, door een hogere verdiepingshoogte van begane grond ontstaat er een kwalitatieve plint wat doorwerkt in de totale bouwhoogte. Daarnaast verzoekt de ontwikkelaar om ter plaatse van vier van de twaalf bouwblokken de maximale bouwhoogte met 2,5 meter aan te verhogen. De toekomstige kopers kunnen zo de keuzemogelijkheid krijgen om voor een hogere verdiepingshoogte te kiezen. Dit levert hoogwaardige woonkwaliteit. Met deze flexibiliteit wordt de maximale bouwhoogte van deze vier bouwblokken 23,5 meter, het aantal verdiepingen blijft zeven. 1.3 Er wordt voldoende bedrijvigheid in het initiatief gerealiseerd De vierkante meters bedrijvigheid bedraagt circa 50% van de begane grondoppervlakte van de geplande nieuwbouwblokken. Een deel van de bedrijvigheid zal gesitveerd worden op de begane grond van de nieuwbouwblokken die grenzen aan de Cruguiusweg en de Nieuwevaartseweg. De resterende bedrijvigheid zal gerealiseerd worden op de hogere verdiepingen van een blok gesitveerd aan de Cruguiusweg. De reden daarvoor is het beoogde autoluwe, rustige en residentiele karakter van het gebied die lastig te combineren is met benodigde expeditie, bevoorrading en Pagina 4 van8 bezorging en gemotoriseerd bezoek. Om dit autoluwe karakter te bewaken worden de bedrijvigheid en de commerciële functies aan de Cruquiusweg en de Nieuwvaartseweg gesitveerd. Voor de invulling van deze ruimtes wordt gedacht aan de buurt gerelateerde commerciële functies en aan andere soorten bedrijvigheid zoals creatieve bedrijvigheid of dienstverlenende bedrijvigheid die goed te combineren zijn met de functie wonen. De bouwblokken met bedrijfsruimte krijgen een hogere verdiepingshoogte in de plint. 1.4 Het initiatief gaat vit van een gedifferentieerd woningbouw programma Uitgangspunt van de spelregels is dat het initiatief voor de transformatie bij de markt ligt. Het woningbouwprogramma dat een initiatiefnemer kan ontwikkelen is daarmee ook vrij. Ondanks dat er geen ‘dwingende instrumenten’ zijn om een betaalbaar woningbouwprogramma op te leggen, is het wel het streven om een betaalbaar programma in het Cruguiusgebied te realiseren. Dit is ook de inzet in de gesprekken met marktpartijen over de initiatieven. In dit initiatief is de vraag om ruimte te geven voor experimenten met betaalbare woningen als volgt opgepakt: -_ Koopwoningen 129 -_Markthuurwoningen 72 -_Middensegment huurwoningen 25 -__ Deelwoningen 25 -_ Kleine koopwoningen 49 De 25 deelwoningen zijn, zgn. friendswoningen. Dit zijn woningen die door twee (jonge) bewoners gezamenlijk gehuurd kunnen worden en waarbij faciliteiten zoals woonkamer en keuken gedeeld worden. Hierdoor blijven de woonlasten van elke individuele huurder lager dan als zij zelfstandig een woning huren (tussen € goo en € 6oo, prijspeil 2016). Daarnaast zet AM, in goed overleg met de belegger a.s.r., in op middensegment woningen met een huur tot € 950 (prijspeil 2016). Ook is er ruimte voor kleine betaalbare koopwoningen (circa 30-40 m°). Daarnaast wordt er ook veel variatie aangeboden in de duurdere koop- en huurwoningen segment in het plan. De afspraken over de betaalbaarheid van de woningen worden vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst en erfpachtaanbieding. 1.5 Duurzaamheid Het groene karakter van het binnengebied draagt bij aan biodiversiteit en natuur- inclusief bouwen conform de elementen die het Raamwerk voor de Openbare ruimte aanreikt. Dit komt onder meer tot uiting in het toepassen van insectlokkende beplanting, nestgelegenheden in gebouwen en eetbare vruchtbomen. Het ontwerp stimuleert de flora en fauna en werkt als regenwaterbuffer. De gebouwen zijn goed geïsoleerd, compact gebouwd en goed op de zon georiënteerd. Daarnaast is het voor duurzame leefomgevingen belangrijk de bewoner en de bezoeker actief bij zijn of haar leefomgeving te betrekkend. Dit is mogelijk binnen dit plan. Het stedenbouwkundig ontwerp nodigt bewoners vit om met de buren in contact te komen en zo een gemeenschapsgevoel te creëren. 2.1 Het initiatief past niet binnen het huidige bestemmingsplan Het initiatief is niet passend binnen de huidige bestemming ‘Bedrijf-3'. Toegestaan zijn bedrijven (totenmetcategorie4.1) „creatieve functies en ondergeschikte detailhandel. De maximale bouwhoogte bedraagt thans 15 meter.De initiatiefnemers willen via een planologisch-juridische procedure o.a. woonfuncties mogelijk maken. Hiervoor moet het vigerende bestemmingsplan worden herzien. Uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan is het initiatiefdocument met inachtneming van de genoemde voorwaarden. Het initiatiefdocument is tevens startnotitie voor het opstellen van dit bestemmingsplan. Het initiatiefdocument ‘Cruguiuswerf’ zal na besluitvorming door het AB ter kennisname worden gestuurd naar de Wethouder Ruimtelijke ordening van Paginas van8 de gemeente Amsterdam. Het bestemmingsplan zal procedure 3 (reguliere weg) van het ‘Procesvoorstel bestemmingsplannen stadsdeel Oost’ doorlopen. Het verzoek tot stedelijke besluitvorming voor vrijgave van het ontwerpbestemmingsplan zal ter besluitvorming worden voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. 2.2 Aan het op te stellen bestemmingsplan worden randvoorwaarden verbonden Het initiatiefdocument is door de verschillende afdelingen binnen het stadsdeel en betrokken diensten beoordeeld. In de gegeven adviezen staat een aantal aandachtspunten en aanbevelingen (o.a. ten aanzien van bereikbaarheid o.a. voor nood -en hulpdiensten en expeditie, aansluiting van de parkeergarage op de maaiveld en aansluiting tussen de openbare ruimte en de openbaar toegankelijke maaiveld in het beheer van vve). Hierover worden met de initiatiefnemers, voor de ter visie legging van het ontwerpbestemmingsplan, nadere afspraken gemaakt en vastgelegd. Dit betreft de onderstaande aandachtspunten; a. inpassing van de beoogde verdiepte parkeergarage; Gezien de verschillen in maaiveld hoogte en de voorgestelde verdiepte parkeeroplossing, vraagt de aansluiting tussen parkeergarage en maaiveld in de uitwerking extra aandacht. Uitgangspunt is dat de verdiepte garage maximaal 25cm boven aanliggend maaiveld van de kadeconstructie wordt aangelegd. b. De aansluiting tussen het maaiveld bovenop de verdiepte parkeergarage en het omliggende openbare ruimte; Belangrijke kwaliteit van het initiatief is de ambitie om het gebied, op de sneden na, autovrij te maken. Dit heeft ook gevolgen voor de toegankelijkheid van het gebied voor bezorgdiensten en nood- en hulpdiensten. In de vitwerking dient hier een goede balans in gevonden te worden waarbij de toegankelijkheid voor de nood- en hulpdiensten ten alle tijden prioriteit heeft. c. De exacte grenzen tussen de toekomstige openbare ruimte, het openbaar toegankelijk terrein en de privé buitenruimtes worden nader vitgewerkt. Kracht van het plan is dat er veel maaiveld tussen de bouwblokken gerealiseerd wordt. Dit maaiveld ligt deels op een parkeergarage. In de huidige situatie (voor transformatie) is het hele plangebied in erfpacht uitgegeven. Uitgangspunt is dat de sneden en de kade toegevoegd worden aan het openbaar gebied (met uitzondering van de locatie Kamerbeek). Het streven is het maaiveld rondom de bouwblokken en ook op de op de garage zo veel mogelijk openbaar toegankelijk te maken. Voor de speelvoorzieningen in het gebied is dit een harde voorwaarde. De exacte grenzen tussen openbare ruimte en toekomstige openbaar terrein zijn nog niet bepaald. In de vitwerking wordt de balans gezocht tussen de toegankelijkheid van het gebied, het voorkomen van obstakels en logische routes en de draagkracht van de parkeergarage. Hierbij worden ook de taken, verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden, alsmede de gevolgen voor beheer betrokken. De eigendomsverhoudingen worden op basis hiervan aangepast. d. Het voorgestelde woningbouw programma met middensegment huurwoningen, kleine koopwoningen en deelwoningen; Dit betreft het aanhouden van de maximale huur voor de middensegment huurwoningen (€ 950,-prijspeil 2016), betaalbare koopwoningen en deelwoningen tot aan de realisatie van het initiatief. In het geval van de huurwoningen worden tevens afspraken gemaakt over de periode waarin de betaalbaarheid van de huurwoningen gegarandeerd blijft. In het geval van koopwoningen wordt uitgegaan van kleine koopwoningen (<30 m2 of tussen de 30 en „om?) welke marktconform worden verkocht. Dit zodat de bestuurlijke afweging over dit initiatief gebaseerd wordt op vaste uitgangspunten. Pagina 6 van 8 Voorafgaand aan het vrijgeven van het ontwerp bestemmingsplan worden met de initiatiefnemers nadere afspraken gemaakt en vastgelegd over de randvoorwaarden zoals benoemd in het voorgelegde besluit. Kanttekeningen nvt. Risico's / Neveneffecten Ten aanzien van initiatief Cruguiuswerf is de samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente Amsterdam en AM nog in voorbereiding. Hierin worden afspraken vastgelegd over o.a. plangrens, grondprijs/erfpacht, anterieure kosten (waaronder bijdrage aan de proceskosten), bestemmingsplan, eventuele planschade, programma, bouw- en woonrijpmaken, beheer en onderhoud openbare ruimte, planning en communicatie. Op hoofdlijnen is er overeenstemming tussen AM en de gemeente Amsterdam over de grondprijs/erfpacht. De samenwerkingsovereenkomst dient voor vrijgave Ontwerpbestemmingsplan deelgebied 4 gereed te zijn. Voor Cruguiuswerf wordt een nieuwe exploitatie opgesteld, waarin de opbrengsten en de (proces)kosten en kosten voor openbare ruimte zijn opgenomen. Transformatie van bedrijventerreinen naar een werk- woongebied betekent waarschijnlijk een uitbreiding van het beheerareaal voor stadsdeel Oost. Het is van belang dat hiervoor op tijd extra beheergelden worden aangevraagd bij de Centrale Stad. Uitkomsten ingewonnen adviezen Juridisch bureau Rve Juridisch Bureau Financiën Rve Grond & Ontwikkeling Communicatie Rve Communicatie Overige Beheer OR, Vergunningen, WABO, Buurtregie en Participatie, rve Ruimte en Duurzaamheid, rve Verkeer en Openbare Ruimte, rve Parkeren, rve Economie Financiële paragraaf Financiële gevolgen? Nee Indien ja, dekking aanwezig? Indien ja, welke kostenplaats? Toelichting Nvt. Voorlichting en communicatie De initiatiefnemers worden per brief geïnformeerd over het besluit van het Algemeen Bestuur en voorwaarden die daarbij horen. Deze brief geeft toelichting over de voorwaarden voor de uitwerking van het initiatief tot een concreet plan en de status van het initiatief. Daarnaast zullen de aanbevelingen, aandachtspunten en tips uit de adviezen van de verschillende afdelingen aan de initiatiefnemers worden toegelicht, zodat de initiatiefnemers ook hiermee rekening kunnen houden bij de verdere uitwerking. Daarnaast wordt het besluit gepubliceerd op de website van het Cruguiusgebied. Na besluitvorming over het initiatiefdocument, dat tevens dient als startnotitie zal het besluit aan de wethouder Ruimtelijke ordening van de gemeente Amsterdam worden gestuurd. Vervolgens zal conform artikel 1.3.1 Bro het voornemen bekend worden gemaakt dat een bestemmingsplan wordt voorbereid. Pagina 7 van 8 Uitkomsten inspraak Elk initiatief kan tot bezwaren vanuit de omgeving en tot overlast leiden. Het is de verantwoordelijkheid van de initiatiefnemers om goede communicatie en inspraak over het initiatief te organiseren en de opmerkingen en aanbevelingen vanuit de buurt in hun initiatief te verwerken. De initiatiefnemer heeft een buurtbrede informatiebijeenkomst voor omwonenden gehouden op 6 april 2016. Deze bijeenkomst is bekend gemaakt door het huis-aan-huis verspreiden van een vitnodigingsbrief in een breed verspreidingsgebied. Ook het AB was uitgenodigd voor deze avond via digitale BCOost-nieuwsbrief. Bij de verdere concretisering van de plannen is/wordt de opgehaalde informatie meegenomen. Uitkomsten maatschappelijk overleg (participatie) Het eerste concept van het initiatiefdocument is op 14 maart 2016 ontvangen. Geheimhouding N.v.t. Einde geheimhouding Stukken Meegestuurd 1. Initiatiefdocument Cruguiuswerf van 14 september 2016 inclusief kadastrale gegevens voormalige Ajax Chubb-locatie 2. Visiedocument Cruguiuswerf van 14 september 2016 Ter inzage gelegd N.v.t. Parafen Manager Portefeuillehouder Igor Roovers Thijs Reuten Besluit dagelijks bestuur Akkoord. Pagina8 van8
Besluit
8
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 6 september 2023 Portefeuille(s) Woningbouw, Grond en Ontwikkeling, Ruimtelijke Ordening en Deelnemingen Portefeuillehouder(s): Renier van Dantzig Behandeld door Directie Onderwijs, Jeugd en Zorg Onderwerp Afdoening toezegging AAN LID Alberts (SP) over huisvesting Waggelmannetjes (TA2023-000777) Geachte commissieleden, Met deze brief informeer ik u over de huisvestingsvraag van de Waggelmannetjes zoals in de raadscommissie van 5 juli door mij toegezegd aan lid Alberts. De gemeente Amsterdam is een aantal jaren terug voor het eerst benaderd om te helpen met de huisvestingsvraag van De Waggelmannetjes. Gezien de specifieke eisen is er nog geen oplossing gevonden die voldoet. Het is belangrijk dat wij actief verder blijven onderzoeken welke mogelijkheden er zijn ook al is De Waggelmannetjes een instelling die wordt gefinancierd vanuit de Wet langdurige zorg. De Wlz levert intensieve zorg aan mensen die blijvend 24 vur per dag zorg in de nabijheid, of permanent toezicht nodig hebben. Door het rijk is deze taak bij het zorgkantoor belegd. Het zorgkantoor is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wlz en heeft de zorgplicht. De Waggelmannetjes zorgt voor dagopvang voor kinderen en jongvolwassenen met een zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperking (ZEVMB) en biedt deze kinderen en jongvolwassenen een logeeradres en hoogwaardige individuele verpleegkundige zorg. De huisvesting van De Waggelmannetjes en de zoektocht naar mogelijke andere locaties kent een geschiedenis die duidelijk maakt dat het vinden van een andere locatie niet eenvoudig is. In 2014 is door het stadsdeel Nieuw-West een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een vrijstaande woning met praktijkruimte op de locatie Osdorperweg 189. De woning maakt onderdeel vit een klein inpassingsplan ‘het Terpje' met een omvang van zes vrijstaande woningen. Op deze locatie is door de eigenaar het bedrijf De Waggelmannetjes opgericht. In oktober 2021 wordt op verzoek van De Waggelmannetjes bij het zoeken naar huisvesting door de gemeente ondersteuning geboden bij het vinden van een alternatieve plek voor de voorziening. De huidige locatie betreft de woning van de directeur en deze woning, aan de Osdorperweg 189, kan op grond van de afgegeven bestemming wonen en de hieraan verbonden vergunning niet volledig als zorgvoorziening worden gebruikt. Om deze reden is er ook in 2021 al sprake van een vraag om te onderzoeken wat de mogelijkheden voor andere huisvesting zijn. De ondersteuning resulteert uiteindelijk niet in het vinden van een geschikte locatie. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 6 september 2023 Pagina 2 van 3 In september 2022 is door stadsdeel Nieuw-West een tijdelijke omgevingsvergunning verleend voor de huidige locatie op de Osdorperweg 189, voor een periode van twee jaar. Het vinden van een andere locatie blijkt om verschillende redenen moeilijk. Zo is er in 2021 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning aan de Lutkemeerweg 298. De aanvraag is vervolgens ingetrokken omdat de locatie niet geschikt blijkt te zijn voor een maatschappelijke functie. De locatie ligt onder de aanvliegroute van Schiphol en grenst aan een bedrijventerrein. In oktober 2022 is door het stadsdeel Nieuw-West een conceptaanvraag ontvangen voor het realiseren van een pand ten behoeve van De Waggelmannetjes op de locatie Zuiderakerweg 110A. De locatie Zuiderakerweg 220 lijkt uiteindelijk financieel niet haalbaar en de aanvraag is medio maart 2023 door de aanvrager weer ingetrokken. In recent overleg tussen het stadsdeel Nieuw-West en de directie van de Waggelmannetjes is gesproken over de mogelijkheid om de huidige tijdelijk omgevingsvergunning voor De Waggelmannetjes te verlengen. Het stadsdeel wil deze tijdelijke vergunning verlengen. Dit zorgt ervoor dat de geboden zorg op de huidige locatie kan worden gecontinueerd. Op dit moment wordt in opdracht van de Waggelmannetjes door zorgvastgoed specialist Estea gezocht naar een alternatieve locatie aan de rand van Amsterdam Nieuw-West, Noord of Zuid. Een andere locatie moet voldoen aan een aantal specifieke eisen. Estea heeft ten behoeve van de Waggelmannetjes een profielkaart opgesteld waarin de eisen met betrekking tot de gewenste locatie zijn beschreven. Zo moet er bij de entree ruimte zijn voor tien rolstoelen, moeten er vijf slaapkamers, vier toiletten, een huislift, en een mogelijkheid voor een zwembad aanwezig zijn. Ook moet er bij het gebouw voldoende parkeergelegenheid aanwezig zijn. Het gaat in totaal om rond de 5oo tot 750 bruto vloeroppervlak. Hoewel deze eisen voor de uitvoering van de zorgtaken relevant zijn maakt dit het vinden van een geschikte locatie in de bestaande stad erg moeilijk. Er wordt nu onderzocht of in het gebied Slotervaart en de verdere ontwikkeling van het Centrum voor Zorg in het voormalige Slotervaartziekenhuis aan de Louwesweg 6 er mogelijkheden zijn voor de huisvesting van De Waggelmannetjes. Met Zadelhoff die verantwoordelijk is voor de verdere projectontwikkeling, volgt een gesprek om de mogelijkheden te verkennen. In combinatie met het verlengen van de tijdelijke omgevingsvergunning kan dit zorgen voor nieuwe perspectieven voor De Waggelmannetjes. Er is ook afgesproken dat wanneer er gemeentelijk vastgoed beschikbaar komt waarop nog geen claims zijn gedaan, en dit geschikt is voor de huisvesting van de Waggelmannetjes, Maatschappelijk Voorzieningen van de Gemeente Amsterdam daarover in gesprek gaat met De Waggelmannetjes. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 6 september 2023 Pagina 3 van 3 Zoals gezegd is een oplossing niet snel gevonden maar werkt de gemeente waar mogelijk mee bij het vinden van geschikte ruimte. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Reinier van Dantzig Wethouder Woningbouw en Stedelijke Ontwikkeling Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 792 Publicatiedatum 29 juli 2016 Ingekomen op 7 juli 2016 Ingekomen in raadscommissie FIN Behandeld op 14 juli 2016 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Duijndam inzake de Voorjaarsnota 2016 (bestrijd digibetisme). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449). Overwegende dat: — het internet in de 21ste eeuw een essentieel communicatiemiddel is; — 40%tot 50% van de kwetsbare en/of oudere Amsterdammers geen computer of tablet hebben, niet beschikt over een internetaansluiting, of een eigen e-mailadres; — dit kan leiden tot digitale uitsluiting van deze groep Amsterdammers. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken of het hebben van een eigen computer of tablet bijdraagt aan volwaardige(r) deelname aan het digitale verkeer: — hierbij ook de inkomenspositie van de desbetreffende Amsterdammers te betrekken; — hierover te rapporteren voor het eind van 2016. Het lid van de gemeenteraad P.J.M. Duijndam 1
Motie
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 276 Datum indiening 13 februari 2018 Datum akkoord 6 maart 2018 Publicatiedatum 8 maart 2018 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Flentge inzake onderhoudsproblemen in Slotermeer in stadsdeel Nieuw-West. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: In het gebied Slotermeer in Nieuw-West liggen een aantal buurten die te lang verwaarloosd zijn en daardoor kampen met serieuze onderhoudsproblemen. De SP is in een aantal van die buurten de afgelopen jaren vaak op bezoek geweest om met bewoners te praten over wat er aan de hand is, en samen met bewoners te strijden voor fatsoenlijk onderhouden woningen waar bewoners en hun gezinnen veilig en gezond onderdak hebben. Eén van de buurten is de Dobbebuurt, tussen de Burgemeester de Vlugtlaan en het Gerbrandypark in. Bewoners hebben veel last van vocht- en onderhoudsproblemen. Eigenaar Rochdale wil een onderhoudsbeurt doen, maar bewoners vinden het te lang duren en zien veel liever een grootschalige renovatie. Een andere buurt waar veel problemen spelen is de Deysselbuurt, ten westen van de Slotermeerlaan, en ten noorden van de Burgemeester Roëllstraat. Ook hier zijn veel huizen in slechte staat en wordt menig bewoner ziek van de huizen. Voor een noordelijke rand van de buurt worden op dit moment samen met bewoners plannen gemaakt voor een renovatie, maar voor grote stukken van de buurt zijn er vooral lange termijn plannen die doorlopen tot eind 2025. In de tussentijd is er voor kleine mankementen een klussenbus in de buurt. Gezien het vorenstaande heeft het lid Flentge, namens de fractie van de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met de problemen in de bovengenoemde buurten? Deelt het college de mening dat het zeer ongewenst is dat een deel van de bewoners van de Dobbebuurt en de Lodewijk van Deysselbuurt al jaren in slecht onderhouden huizen leven en zij mogelijk nog jaren moeten wachten op een opknapbeurt of volwaardige renovatie van hun huizen? Antwoord: Het college is bekend met de problematiek in bovengenoemde buurten. Het college vindt het onwenselijk dat een deel van de bewoners van de Dobbebuurt 4 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nmmer Sr 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 februari 2018 en de Lodewijk van Deysselbuurt al jaren in slecht onderhouden huizen leven en zij mogelijk nog jaren moeten wachten op een opknapbeurt of volwaardige renovatie van hun huizen. 2. Kan het college aangeven wat de concrete plannen zijn en op welke termijn in beide buurten? Welke belemmeringen zijn er opdat stadsdeel en corporatie snel tot een oplossing kunnen komen? Antwoord: De Dobbebuurt Rochdale werkt reeds een aantal jaren aan plannen voor de renovatie van de woningen in de Dobbebuurt-Oost. De overstap van plannen maken naar uitvoering duurt te lang. Mede als reactie op acties van de bewoners heeft Rochdale toegezegd zo snel mogelijk te starten met de renovatie van de 450 woningen in de Dobbebuurt. Om meer grotere woningen voor gezinnen te realiseren worden bij een aantal blokken in de Dobbebuurt de zolderkappen verbouwd en toegevoegd aan de derde verdieping. Ook worden de plintwoningen omgebouwd tot gezinswoningen met tuinen. Het realiseren van grotere gezinswoningen in dit complex kan bijdragen aan de doorstroming en herhuisvesting binnen de buurt. De renovatie kan alleen in onbewoonde staat worden uitgevoerd. Dit betekent dat de bewoners tijdelijk of definitief moeten verhuizen. In overleg met de bewoners werkt Rochdale nu aan een Sociaal Plan conform de Amsterdamse Kaderafspraken. Zodra bewoners zich kunnen vinden in het Sociaal Plan en de voorgestelde renovatieaanpak, kan Rochdale een peildatum aanvragen voor stadsvernieuwingsurgentie. Dat kan naar verwachting halverwege 2018. De feitelijke start van de renovatie zal vanwege de herhuisvesting niet eerder zijn dan halverwege 2019. Van Deysselbuurt Voor de Van Deysselbuurt heeft het stadsdeel samen met Rochdale en bewoners een gebiedsvisie opgesteld. De Noordstrook van de Van Deysselbuurt wordt als eerste aangepakt. De woningen krijgen groot onderhoud en de start hiervan is in april 2018. Rochdale neemt in maart 2018 een besluit over de aanpak van de woningen aan de Du Perronstraat. De aanpak wordt waarschijnlijk hoogniveau renovatie, die start in 2019. Het aanbod van voldoende wisselwoningen is in deze buurt een punt van zorg. De plannen voor het midden en zuidelijk deel worden nu verder parallel uitgewerkt. De bewoners van de Van Deysselbuurt worden eind maart 2018 geïnformeerd over de aanpak van de buurt en hun woningen. Tijdelijke maatregelen In beide buurten komen op korte termijn beheerloketten met beheerteams, die problemen in de buurt op het gebied van onderhoud en leefbaarheid proactief gaan oppakken. Deze gaan anders te werk dan de klussenbussen die Rochdale in het verleden in deze buurten heeft ingezet. Daarnaast heeft Rochdale de huurders een gratis onderhoudsabonnement aangeboden voor het huurdersonderhoud zodat die kosten voor huurders geen belemmering meer zijn om onderhoudsklachten aan te kaarten. Rochdale pakt ook het planmatig onderhoud weer op in complexen waar renovatie te lang op zich laat wachten. Belemmeringen De herhuisvesting gaat in de komende jaren voor een groot deel de voortgang van de vernieuwing bepalen. Met het afgeven van de peildatum is het probleem van de herhuisvesting nog niet opgelost. Als alle huishoudens in deze twee buurten in de komende jaren tijdelijk naar een wisselwoning gaan of anders 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Neng en Gemeenteblad R Datum 8 maar 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 februari 2018 geherhuisvest moeten worden, zal dat een groot beslag leggen op de vrijkomende woningen in de voorraad sociale huurwoningen. Bovendien is Rochdale niet de enige corporatie die de komende jaren haar woningen in Geuzenveld-Slotermeer gaat aanpakken. Ook van andere corporaties komen er de komende jaren veel stadsvernieuwingsurgenten op de markt. Dit probleem wordt door corporaties gezamenlijk met het stadsdeel en Woon opgepakt. 3. Wat vindt het college ervan dat een deel van de bewoners van de Deysselbuurt zelfs als er geen verdere vertraging optreedt, soms nog bijna 8 jaar moet wachten tot het achterstallig onderhoud aan de huizen wordt aangepakt? Antwoord: Het college ziet ook dat sommige bewoners nog heel lang moeten wachten totdat hun woningen gerenoveerd worden. Het college heeft er bij Rochdale op aangedrongen om de renovatie van de woningen zo snel als mogelijk uit te voeren. Het gaat hier echter om een groot aantal woningen en de herhuisvesting zal in grote mate de voortgang bepalen. Daarom is het goed dat Rochdale in de tussentijd blijft investeren in het onderhoud van de woningen (zie antwoord vraag 2). Het College zal er op toezien dat dit ook gebeurt. 4. Kan het college in het kader van de aanpak van de ontwikkelbuurten een rol spelen in het verbeteren van de leefsituatie van de bewoners van de Dobbebuurt en de Van Deysselbuurt? Welke opties zijn er om — vanuit die ontwikkelbuurtenaanpak — de steeds maar vertraagde besluitvorming voor een grondige en betaalbare renovatie van deze buurten te versnellen? Hoe kunnen de corporatie en het stadsdeel geholpen en ondersteund worden zodat een oplossing sneller in het verschiet ligt? Antwoord: Stadsdeel Nieuw-West en corporaties werken samen om de woonsituatie in de Ontwikkelbuurten zo snel mogelijk te verbeteren. Het stadsdeel en Rochdale stemmen in dit kader werkzaamheden in de Dobbebuurt en de Van Deysselbuurt op elkaar af. De mogelijkheden om het proces te versnellen vanuit de gemeente zijn beperkt. De voortgang hangt in de Dobbebuurt en in de Van Deysselbuurt af van de besluitvorming door Rochdale en vervolgens de snelheid waarmee de herhuisvesting verloopt. Bijdragen aan oplossingen Het College kan bewoners in deze buurten helpen door samen met de corporaties de problematiek van de herhuisvesting op te pakken. Het is op dit moment vooral belangrijk dat er hierover een goede afstemming komt tussen de corporaties onderling. Door vanuit de 40-40-20 meer sociale huurwoningen (ook grotere) en meer middeldure huurwoningen te realiseren, kan een bijdrage geleverd worden aan de herhuisvestingsopgave. De gemeente ondersteunt de corporaties bij de renovatie van woningen van corporaties via de subsidieverordening stedelijke vernieuwing Amsterdam. Door deze subsidieregeling ook de komende jaren in stand te houden, kan de gemeente grootschalige renovatie van woningen blijven stimuleren. 3 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Ndeing en Gemeenteblad ummer - …. . : Datum 8 maar 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 februari 2018 Het college ziet dat Rochdale — mede gestimuleerd door de acties van bewoners — hard aan de slag is om de woonsituatie van haar huurders in deze buurten te verbeteren door het versnellen van een ingrijpende renovatieaanpak van de woningen en tijdelijk extra onderhoud aan de woningen. Het college blijft aandringen om de renovatie zo spoedig mogelijk te starten en controleert in de tussentijd of de woningen goed worden onderhouden. In de toekomst mag het niet meer voorkomen dat huurders zo lang zonder noemenswaardig onderhoud op een renovatie van hun woningen moeten wachten. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris J.J. van Aartsen, waarnemend burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1673 Publicatiedatum 29 december 2017 Ingekomen onder AO Ingekomen op donderdag 21 december 2017 Behandeld op donderdag 21 december 2017 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Geenen inzake het Ontwikkelperspectief Amstel III (woningbouwprogramma'’s nader doorgelicht). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Ontwikkelperspectief Amstel Il met bijbehorende grondexploitaties (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1475). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Verschillende opties voor woningbouwprogramma's de wijken van Amstel Ill door te rekenen en voor te leggen aan de raad bij besluitvorming over deze gebieden, zodat er meer inzicht ontstaat in effecten van de ‘knoppen’ waar de raad aan kan draaien; 2. Hiertoe verschillende scenario's op te nemen, waarin in ieder geval inzichtelijk is wat de effecten zijn aan van het draaien van de volgende ‘knoppen’: e Grotere of kleinere woningen e Meer of minder studentenwoningen binnen de sociale huur e Relatief meer of minder woningen met 1-, 2-, 3-, of 4+kamerwoningen e Meer of minder koop binnen middenhuur Meer of minder betaalbare middenwoningen (< 800 euro) e Meer of minder sociale huurwoningen (bandbreedte: 0-100%) e Meer of minder middenwoningen (bandbreedte: 0-100%) e Meer of minder dure woningen (bandbreedte: 0-100%); 3. In ieder geval inzicht te bieden in de effecten van het draaien aan de verschillende knoppen op: e Het aantal en type woningen (ook in bvo/gbo) e De exploitatie e De mate waarin voldaan wordt aan de vraag of behoefte e De vastgestelde uitgangspunten van Amstel III. Het lid van de gemeenteraad T.A.J. Geenen 1
Motie
1
discard
EK: mee % E | ee — a xt Beleidskad nn. eleidskader ik AGT in a TENS | nn: Gemeente Amsterdam, december 2017 _ He he 5 ne | OE a DE ANG hl Se ed fe ES Ie) Ni pdr nn EL EN nn Ba AN Ee EBEN \ N lane ee DN ED = El Ì Ten En | 8 n clef rat ed in | al | | . TT : 5 Ne ( i ;/ 8 4 a L u | _ En mm ET en - er ji kn 3 | “ | rf aal id Î iN ANN ralf : Jd zm zl …N Rd | IE vd HRA | n EE ik : ven head es. | 3 el kb A2 5 ik en a r TE Ki me A) if /— je ER. Een T ‚4 E e, lk Ee BARS tf —_ En med Oe 5 NE | Te Es Am im - — > ade En en el 5 Auto 30 kala 5 5.2 Definities autonetwerk 32 5.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden 33 Ki Inleiding ed 5.4 Kaart Plusnet en Hoofdnet auto met toelichting 34 5.5 Belangrijkste wijzigingen auto 35 1.1 Waarom een Beleidskader Verkeersnetten? 7 1.2 Uitgangspunten hiërarchie in netwerken 8 va Hoofdprincipes elf ELST T kT 1.3 Relatie met andere beleidsdocumenten 10 6.1 Inleiding 37 2 Voetganger UP 6.2 Hoofdprincipes 38 6.3 Tijdstipafhankelijke afwegingen en flexibel medegebruik 40 2.1 Inleiding 13 6.4 Toetsing op het hanteren van hoofdprincipes 41 2.2 Definities voetgangersnetwerk 14 2.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden 15 7 Procedure aanpassing Plus- en Hoofdnetten W. 2.4 Kaart Plusnet en Hoofdnet voetganger met toelichting 16 2.5 Belangrijkste wijzigingen voetganger 17 7.1 Inleiding 43 7.2 Procedure aanpassing Plus- en Hoofdnetten 44 EEKE 7 poceere in het eci van de wet lokaal spoor 45 3.1 Inleiding 19 3.2 Definities fietsnetwerk 20 3.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden 21 3.4 Kaart Plusnet en Hoofdnet fiets met toelichting 22 3.5 Belangrijkste wijzigingen fiets 23 9 Bijlagen Ly) 4 Openbaar Vervoer Vd, 9.1 Begrippenlijst en nuttige links 53 9,2 Calamiteitenroutes nood- en hulpdiensten 56 4.1 Inleiding 25 4.2 Definities netwerk openbaar vervoer 26 4.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden 27 4.4 Kaart Plusnet en Hoofdnet openbaar vervoer met toelichting 28 4,5 Belangrijkste wijzigingen openbaar vervoer 29 Beste Amsterdammer, Voor u ligt het nieuwe Beleidskader Verkeersnetten. Hierin staat op welke plekken in de stad we prioriteit geven aan voetgangers, fietsers, openbaar vervoer of auto's en welke eisen we stellen aan de infrastructuur. We maken hierbij per vervoerwijze onderscheid in drie netwerken: Plusnet, Hoofdnet en Basisnet. Deze keuzes zijn nodig om de snel groeiende stad nu en in de toekomst bereikbaar en aantrekkelijk te houden. Het Beleidskader Hoofdnetten uit 2005 volstaat niet doen aan de veranderende verkeersstromen. Het is op andere routes, zoals op de Rode Loper, meer. Dat komt omdat er sindsdien 80.000 inwoners de verantwoordelijkheid van de gemeente om een teruggebracht. zijn bijgekomen, het toerisme is verdubbeld en mede goede afweging te maken. Het Plusnet voetganger is daardoor de aandelen van de verschillende vervoer- toegevoegd aan het Beleidskader, zodat het belang Dit beleidskader biedt de basis voor het maken van wijzen zijn verschoven. Het aantal voetgangers (+19%) van de voetganger meer wordt meegenomen in de verdere keuzes maar is geen blauwdruk voor de en fietsers (+11%) is de laatste 10 jaar gestegen. Het afwegingen. Het netwerk voor de fiets is het grootste inrichting van de stad. Per geval is een zorgvuldige gebruik van het openbaar vervoer is gegroeid onder Plusnet, om zo het belang van een fijnmazig fietsnet afweging en maatwerk nodig. De stad en haar de bezoekers en gedaald onder de Amsterdammers. te benadrukken. Met de komst van de Noord/Zuidlijn omgeving ontwikkelen zich. Dit betekent dat in de De stad blijft ook de komende jaren flink groeien. wordt het metronetwerk de ruggengraat van het loop van de tijd de netwerken uit het beleidskader openbaar vervoer. Het goed aantakken van tram- en mee zullen ontwikkelen. Bijvoorbeeld vanwege Deze veranderingen vragen om scherpe keuzes zoals buslijnen hierop is van groot belang. Daarom wordt maatregelen die kunnen volgen uit de analyse van het ook omschreven in de UitvoeringsAgenda Mobiliteit de Binnenring belangrijker in het tramnetwerk en Kentekenonderzoek s100. Het gaat om een goede (2015): meer ruimte voor voetganger en fiets in krijgen de bovengrondse noord-zuidroutes minder bereikbaarheid van en in de stad voor de centrumgebieden, betere doorstroming voor auto en prioriteit. Een goede autobereikbaarheid, ook voor verschillende verkeersstromen, nu en in de toekomst. openbaar vervoer in het gebied daaromheen. Straten het goederenvervoer, blijft essentieel voor het Dit kader is een handvat daarvoor. waar verkeersstromen elkaar in de weg zitten functioneren van de stad. Door deze autostromen verdienen een andere inrichting. Voorrangsregelingen te concentreren op geschikte routes, zoals de Pieter Litjens op kruisingen moeten worden aangepast om recht te Wibautstraat, wordt het ruimtegebruik van de auto Wethouder Verkeer en Vervoer 4 Beleidskader Verkeersnetten In het Beleidskader Verkeersnetten zijn de netwerken voor voetganger, fiets, openbaar vervoer en auto in kaart gebracht. Het beleidskader geeft richting aan de wijze waarop Amsterdam de komende jaren werkt aan de verbetering van de bereikbaarheid en van de kwaliteit van de openbare ruimte van de stad. In het beleidskader staan eisen en toetswaarden modaliteit actief prioriteit. In de Hoofdnetten ligt het van nieuwe inzichten of wettelijke eisen. waaraan de verschillende onderdelen van de accent op het behouden van voldoende capaciteit en ldealiter overlappen de plusroutes elkaar zo weinig Amsterdamse verkeersinfrastructuur moeten voldoen. kwaliteit, gerelateerd aan de functie(s) die het heeft in mogelijk. Waar dit niet te voorkomen is, zoals in Het is de basis voor investeringen, herinrichtings- het netwerk. Voor de voetganger zijn de Plus- en relatief smalle straten en waar de netwerken elkaar plannen en andere maatregelen om de doorstroming Hoofdnetten niet alleen gekoppeld aan doorstroming kruisen, gelden afwegingsprincipes. Uitgangspunt van verkeer te verbeteren, en het is een toetsings- maar ook aan de gewenste verblijfskwaliteit (denk aan daarbij is dat plusroutes boven hoofd- en basisroutes kader voor ruimtelijke plannen. Vlek n gaan. Daarnaast spelen de omvang van verkeersstromen en de mate waarin voldaan wordt Het Beleidskader Verkeersnetten is gebaseerd De toetswaarden en inrichtingseisen voor de Plus- en aan toetswaarden een rol bij het toedelen van op het Beleidskader Hoofdnetten uit 2005, de Hoofdnetten kunnen verschillen per gebiedstype schaarse ruimte in straten en van prioriteit op MobiliteitsAanpak Amsterdam (2013) en de (centrum, binnen en buiten de ring). We monitoren de kruisingen. Uitvoeringsagenda Mobiliteit (2015). De toetswaarden zodat eventuele knelpunten tijdig aan Plusnetwerkkaarten uit de MobiliteitsAanpak het licht komen. Als structureel niet voldaan wordt Er zijn meerdere aanleidingen denkbaar voor Amsterdam zijn geactualiseerd. In de kaarten hebben aan de toetswaarden, kan dat een reden zijn om in te aanpassing van het beleidskader, zoals onderdelen we de ontwikkelingen van de afgelopen tien jaar en grijpen in de inrichting, het snelheidsregiem of de van het Plusnet of Hoofdnet. De aanpassingen van de reeds gemaakte bestuurlijke keuzes meegenomen. voorrangssituatie. Ook kunnen investeringen in netwerkkaarten wordt gebaseerd op bestuurlijke nieuwe verbindingen of gebieden aanleiding zijn om besluitvorming over ruimtelijke of infrastructurele Voor de vier modaliteiten: voetganger, fiets, openbaar het Plus- en Hoofdnet op onderdelen te wijzigen. ontwikkelingen waarbij daadwerkelijk zicht is op vervoer en auto is een Plusnet en een Hoofdnet Voor specifieke inrichtingseisen verwijzen we onder concrete uitvoering. De gemeente, in de rol van gedefinieerd. Alle overige straten behoren tot het andere naar de Leidraad Centrale Verkeerscommissie, functioneel, juridisch en technisch wegbeheerder, is Basisnet. In de Plusnetten krijgt de betreffende waarin regelmatig aanpassingen plaatsvinden op basis verantwoordelijk voor de benodigde afwegingen. en a) Rn MN MN OER ol me Ee B INKN | | | En _i hij tl) A 7 Ene oe À EE | Ten | ai e | An - kh En | d ae | | P hi NIR En en Ì EER Ei Dj em, PK EE | | 1 vid ì | E Î E , zn pmm 0 | ú ad Se el AEN Nene En ee rE | ER ELIEN ID OI REE | | REI IE EED PENS E 5 Ee. vi E, : | Jk tk Ë Hf 4 Ë re El | | Ì od : d 5 ed Ii | B Ra } ein Re Es: | ER ER EB B É p | tE EK MIELE zE REE ER j / Vond 4 | nn Ì oa Bn Ee mk 8 Nr =d ll pe El il l s | fr. Ids] mn Or Te | har zl Ee ‚ T ë mm Pa ie ik | n ze en | Ì Tee Rs el mie 7 k Ë __ dr br] Á je: WE ek : ns de en ms MN - - Ee be IE an == == > lcall ee en a Ï Maeva en VU ee Sire en am — (RN NN "| Knippen GE | k Í r ie Ö 1 | jj T j : ft mn ä = _… L LEN Î | gh en _ SE KA \ IJ Í ë ' TS df 1 IN Ee sa f o | meen T Ei er / TNS eenn id Î Fe De mn | Ô | n= | | | mm 3 nn. q IK IN òke : ed Ek e Ea E | 4 / en ge Aers ei / je: Real \ L NN, 7 + el A E n = . he £ a” E ee ; U en 5 Ja ù In or MRS A EE i ï 1 | k Í Ee | m 4 n KEU | = En RE | 4 > ___ IRA EP - VN ber hed f mm r ij | d î MSR) | : GPU 37UAP» as BZT 26 i / | Dh Fa - Ln Ld á 1 47 Ì | L r kk vn ú ENT | Pen een en | nme pr ee mr gh z en rn 5 ns gee | Sn hi 5 ee peen Ì ET ze en 5 es BE en ni Ee En == Mei = ie B ln en 1.1 Waarom een Beleidskader Verkeersnetten? In 2015 is de UitvoeringsAgenda Mobiliteit vastgesteld waarin we voortbouwen op de principes Mobiliteit is belangrijk voor de Amsterdamse economie en voor de ontplooiing _ van de MobiliteitsAanpak en keuzes maken voor van mensen in de stad. Infrastructuur verbindt verschillende gebieden binnen ruimte en kwaliteit voor alle vervoersvormen in de en buiten de stad en heeft een belangrijke ruimtelijk structurerende invloed. stad. In de Uitvoeringsagenda gaat het onder meer . . . ore . om veranderingen door de ingebruikname van de Maar verkeer neemt relatief veel ruimte in, kan voor overlast en onveiligheid NoordZuidlijn (minder streekbussen in de binnenstad), zorgen en vormt soms ook een barrière tussen gebieden. om vervanging van parkeerplaatsen op straat door parkeergarages, minder auto’s in het Centrum en om andere prioriteiten op kruisingen. Dit alles is een goede reden om een beleidskader vastgesteld als beleidskader voor het mobiliteitsbeleid voor de verschillende verkeersnetten in Amsterdam te tot 2025. Naast bereikbaarheid en veiligheid is Verder zijn in samenwerking met de Vervoerregio formuleren. Dat geeft richting aan het beleid om een aantrekkelijkheid toegevoegd aan de hoofddoelen van Amsterdam ambities geformuleerd in de Lijnennetvisie goede bereikbaarheid van en in de stad te garande- het verkeers- en vervoerbeleid. In deze lijn past ook de Openbaar Vervoer en de Investeringsagenda's Fiets, ren en overlast en nadelen van grote verkeersstromen keuze om, naast netwerken voor auto, openbaar Openbaar Vervoer en Weg. In het Regionale Verkeer- te beperken vervoer en fiets, een voetgangersnetwerk te en VervoerPlan (RVVP) van de Vervoerregio benoemen. Hiermee geven we invulling aan de ambitie Amsterdam staan de regionale beleidsdoelen In 2005 is er voor het eerst een beleidskader om voldoende en aantrekkelijke loop- en verblijfsruimte voor de fiets, het openbaar vervoer en autoverkeer. Hoofdnetten vastgesteld. Dit vloeide voort uit een te creëren in de drukste delen van de stad. Omdat we Deze zijn de basis voor medefinanciering vanuit Bestuursakkoord Stad en Stadsdelen. Daarin was scherpere keuzes moeten maken in de toewijzing van de Vervoerregio Amsterdam. afgesproken dat de centrale stad concrete voorstellen ruimte, is een deel van de infrastructuur aangewezen zou doen voor de stedelijke regie op de hoofdnetten als Plusnet. Een Plusnet heeft de hoogste prioriteit bij Alle bovengenoemde documenten vormen de voor de auto, de fiets en het openbaar vervoer. Vóór de verdeling van de (schaarse) ruimte in (smalle) straten basis voor dit Beleidskader Verkeersnetten. Het 2005 werden de hoofdnetten vastgesteld in en bij de toekenning van voorrang op kruisingen waar beleidskader wordt zo nodig herzien op basis van Structuurplannen. de verschillende netwerken van de auto, het openbaar bestuurlijke besluiten (zie hoofdstuk 7). Het vervoer, de fiets of de voetganger elkaar tegenkomen. Beleidskader Verkeersnetten vervangt het Scherpere keuzes Zo is de Stadhouderskade bedoeld om het autoverkeer Beleidskader Hoofdnetten uit 2005 en de Amsterdam is sinds het vaststellen van het om het centrum te leiden, is de Weesperzijde een netwerkkaarten vervangen de Plusnetkaarten uit de Beleidskader Hoofdnetten in 2005 flink gegroeid en belangrijke noord-zuidfietsverbinding, is de MobiliteitsAanpak Amsterdam die is vastgesteld op ook het bezoek aan de stad is sterk toegenomen. Rozengracht een belangrijke oost-westtramverbinding 13 juni 2013. Daarom is in 2013 de MobiliteitsAanpak Amsterdam en zijn de Negen Straatjes bedoeld voor voetgangers. GG 7 1.2 Uitgangspunten hiërarchie in netwerken Amsterdam heeft enkele duizenden kilometers wegen, straten en pleinen waar verschillende vormen van verkeer plaatsvinden. Lopen en fietsen gebeurt vrijwel overal. Autogebruik is, met uitzondering van autovrije zones, in een groot deel van de stad mogelijk, maar concentreert zich op doorgaande wegen. En openbaar vervoer blijft beperkt tot een aantal daarvoor aangewezen en geschikte routes. Beleidskader Op het basisniveau van straten en pleinen in de Dit vraagt vaak dure infrastructurele ingrepen woonwijken is er meestal sprake van gemengd zoals bruggen en tunnels. Bovendien is de In het beleidskader is de indeling van gebruik, zijn de snelheden laag en is — afgezien van scheiding van verkeersstromen niet overal straten en pleinen naar Plusnetten, een voor de gebruikers duidelijke inrichting — weinig bevorderlijk voor de sociale veiligheid. Immers, Hoofdnetten en Basisnetten voor regulering nodig om de verschillende soorten verkeer wie 's avonds laat alleen naar huis fietst, komt voetganger, fiets, openbaar vervoer en in goede banen te leiden. Het zijn de ‘haarvaten’ van graag andere weggebruikers tegen. auto vastgelegd. Ook is het doel van de het stedelijke verkeerssysteem die de basis vormen verkeersnetten opgenomen en aan welke voor de ‘hoofd- en slagaders’, de meer doorgaande Als we verkeersstromen niet van elkaar scheiden, eisen en toetskwaliteiten ze ten minste wegen. Op die doorgaande wegen is vanwege de moeten we hiërarchie in de netwerken aanbrengen moeten voldoen. Het beleidskader is grotere stromen en de hogere snelheden wel om het aantal situaties waarin verkeersdeelnemers geen investeringsprogramma maar dient regulering nodig. Dit om te voorkomen dat elkaar in de weg zit te beperken. De Plus- en vanuit de regierol van de gemeente als verkeerssoorten elkaar teveel hinderen, wat leidt tot Hoofdnetten, zijn bedoeld om die hiërarchie en basis voor investeringen, herinrichtings- onveiligheid en een slechte en/of onbetrouwbare structuur aan te brengen in het complexe netwerk van plannen en andere maatregelen om de doorstroming van verkeer. wegen en straten in de stad. De Plus- en Hoofdnetten doorstroming van verkeer te verbeteren. vergemakkelijken de grote verkeersstromen en zijn Verbetering in de doorstroming leidt Volledige scheiding van verkeersstromen kan op de bedoeld om de stad bereikbaar te houden en om de over het algemeen ook tot een wat langere termijn een optie zijn en is op sommige bereikbaarheid tussen de verschillende gebieden te verbetering van de luchtkwaliteit. Het plekken in de stad zelfs de enige toekomstvaste garanderen. Omdat Plus- en Hoofdnetten ruimte Beleidskader Verkeersnetten zelf is oplossing voor doorstroomproblemen. Echter, in een kosten, kunnen ze in smalle straten slechts beperkt geen ‘plan’ waar direct effecten op oude stad als Amsterdam, waarvan een groot deel worden gecombineerd. luchtkwaliteit, congestie, veiligheid of nooit ontworpen is voor gemotoriseerd verkeer, is geluidscontouren aan te verbinden zijn. volledige scheiding van verkeerssoorten alleen op enkele plaatsen een optie. nel el 5) Onderscheid Plus- en Hoofdnetten van het fietsverkeer op de parallel lopende verplaatsing een deel te voet wordt afgelegd. Ook We maken een onderscheid tussen Plus- en Weesperzijde. Door wegen en straten optimaal in te de combinatie fiets en openbaar vervoer komt vaak Hoofdnetten. In de Plusnetten krijgt de betreffende richten voor de belangrijkste gebruiker, vergroten we voor en maakt het nodig om netwerken op elkaar af modaliteit; de voetganger, de fiets, het openbaar de leefbaarheid in gebieden waar verblijf belangrijker te stemmen. vervoer of de auto, actief prioriteit. Dit gebeurt met is dan verplaatsing, en wordt de verkeersveiligheid toetswaarden voor de doorstroming (snelheden op voor de verkeersdeelnemer versterkt. De andere \dealiter overlappen de Plus- en Hoofdroutes elkaar zo trajectniveau) waaraan minimaal voldaan moet gebruikers van de straat zijn dan meer te zien als min mogelijk in te smalle straten. Toch gebeurt dit af worden. Ook waar we al voldoen aan de toetswaarde ‘gast’. Een geschikte inrichting is nodig, maar voor en toe, vooral in drukke winkelstraten binnen de ring, kan verbetering van de huidige kwaliteit gewenst zijn, hen geldt minder prioriteit. Bijvoorbeeld de Damstraat zoals de Overtoom en de Linnaeusstraat. Dit zijn bijvoorbeeld omdat het onderdeel uitmaakt van een is Plusnet voor de voetganger en Hoofdnet voor de voorbeelden van stadsstraten die tot bloei zijn investeringsagenda. Randvoorwaarde daarbij is dat fiets. In de ochtendspits is de fiets daar dominant, gekomen omdat het drukke invalswegen voor auto en andere plusnetten daardoor niet onder hun 's middags en in de weekenden moeten fietsers openbaar vervoer zijn, historisch zo gegroeid dus. toetswaarden uitkomen of onevenredig verslechteren. rekening houden met toeristen die wegens de drukte Voor fietsers en voetgangers is de aanwezigheid van ook wel op de weg lopen. veel winkels, voorzieningen enzovoorts juist de reden In de Hoofdnetten leggen we het accent meer op het van voorkeur voor deze routes. Vooral in dit type behouden van voldoende capaciteit en kwaliteit, De toetswaarden en inrichtingseisen voor de Plus- straten is een zorgvuldige afweging van de gerelateerd aan de functie(s) die het heeft in het en Hoofdnetten kunnen verschillen per gebiedstype. verschillende belangen nodig (zie hoofdstuk 6). netwerk. Als we voor beter functionerende Plusnetten Immers, in de (oude) binnenstad zijn de mogelijkhe- maatregelen moeten nemen, ontzien we de den anders dan in (naoorlogse) gebieden buiten de Voor Plus- en Hoofdnetten gelden hele specifieke Hoofdnetten zoveel mogelijk. Als dat niet kan, zoeken ring. We monitoren de toetswaarden eens per twee eisen vooral van belang voor de stad als geheel we naar compensatie voor de verslechtering elders op jaar op basis van verschillende metingen zodat en soms van lokaal belang. Op het Basisnet gelden de hoofdnetroute. Voor de voetganger is de eventuele knelpunten tijdig aan het licht komen. Als minimumeisen voor de ontsluiting van adressen, onderverdeling in Plus- en Hoofdnet gekoppeld aan structureel niet voldaan wordt aan de toetswaarden, inrichting en veiligheid, maar stedelijke kaders in doorstroming en aan type gebruik zoals winkelen. kan dat een reden zijn om in te grijpen in de inrich- de vorm van toetskwaliteiten op het gebied van ting, het snelheidsregiem of de voorrangssituatie. doorstroming en betrouwbaarheid zijn hier niet Het stelsel van Plus- en Hoofdnetten biedt de Investeringen in nieuwe verbindingen of gebieden van toepassing. Het gaat in het Basisnet vooral weggebruiker doorlopende routes over de kunnen de aanleiding zijn om het Plus- en/of Hoofd- om woonstraten en ontsluitingswegen in kleinere stadsdeelgrenzen heen. En het verdeelt verschillende net op onderdelen te wijzigen. werkgebieden. In dit type straten staan de verkeerssoorten zodanig dat de doorstroming van leefkwaliteit en veiligheid centraal. het verkeer versterkt wordt, zonder dat verkeers- Uiteraard kunnen we de netwerken van Plus- en deelnemers elkaar in de weg zitten. Een goed Hoofdnetten niet los van elkaar zien. Het voorbeeld daarvan is de concentratie van het voetgangersnetwerk is in belangrijke mate de basis autoverkeer op de Wibautstraat en de concentratie voor alle andere netwerken, omdat bij vrijwel elke GG 9 1.3 Relatie met andere beleidsdocumenten Het Beleidskader Verkeersnetten bouwt voort op het Beleidskader Hoofdnetten en vervangt dit beleidskader uit 2005. Het Beleidskader Verkeersnetten Amsterdam komt voort uit eerder door de gemeente vastgestelde beleidsdocumenten en heeft invloed op andere documenten. Het schema op de volgende pagina laat deze relatie tussen de documenten zien, maar is niet limitatief. Structuurvisie Amsterdam Agenda Mobiliteit, Duurzaamheid en Centrale Verkeerscommissie Economisch sterk en Duurzaam Balans in de stad Voor de actuele technische inrichtingseisen verwijst Het ruimtelijk beleid van Amsterdam voor de langere Het huidig college heeft in 2015 drie agenda's het Beleidskader Verkeersnetten naar de Leidraad termijn is vastgelegd in de Structuurvisie Amsterdam vastgesteld: Mobiliteit, Duurzaamheid en Balans in Centrale Verkeerscommissie (CVC). Ook hierin Economisch sterk en Duurzaam uit 2011. Deze visie de stad. Deze agenda's bevatten programma’s en worden steeds nieuwe inzichten en wettelijke kijkt vooruit naar 2040. maatregelen waarmee aan urgente opgaven op het voorschriften verwerkt. gebied van bereikbaarheid, leefbaarheid en openbare De MobiliteitsAanpak Amsterdam ruimte gewerkt gaat worden. Ook deze agenda's Verordening op de bestuurscommissies 2013 De MobiliteitsAanpak Amsterdam is in 2013 liggen direct of indirect aan de basis voor het In de Verordening op de bestuurscommissies 2013 vastgesteld en de hoofdlijnen hiervan passen binnen Beleidskader Verkeersnetten. wordt verwezen naar het Beleidskader Verkeersnetten. de uitgangspunten van de Structuurvisie. Samen Hierin wordt de taakverdeling tussen de centrale stad met het Regionale Verkeer en VervoerPlan en de Afwegingsleidraad en Monitorrapportage en de stadsdelen ten aanzien van de verschillende Investeringsagenda’s Openbaar Vervoer, Weg en Naast het Beleidskader Verkeersnetten wordt een netwerken vastgelegd. Fiets van de Vervoerregio Amsterdam, vormt de Afwegingsleidraad ontwikkeld. Deze leidraad biedt MobiliteitsAanpak Amsterdam het beleidskader voor praktische ondersteuning aan projectleiders bij het Nota Stedelijke Assets mobiliteitsbeleid tot 2025. maken van keuzes ten aanzien van verkeersnetten. In de Nota Stedelijke Assets zijn de meer In een Monitorrapportage wordt beschreven hoe de praktische werkafspraken tussen de verschillende netweken functioneren. De Afwegingsleidraad wordt dienstonderdelen binnen de gemeente vastgelegd. regelmatig aangepast als daar aanleiding toe is. Na vaststelling van dit Beleidskader zullen deze De Monitorrapportage wordt elke twee jaar aan documenten worden aangepast aan de nieuwe de gemeenteraad gestuurd om in beeld te brengen netwerken. hoe de verschillende netwerken functioneren. GG 10 Beleidskader Verkeersnetten De positionering van het Beleidskader Verkeersnetten (niet limitatief) Structuurvisie Amsterdam 2040 Visies De Puccini hod 1 Amsterdam e Puccinimetnode Heel & Schoon Stedelijke kaders Beleidskader Beleidskader ATEA Verlichting Uitvoeringsagenda Agenda Mobiliteit Duurzaamheid Agenda's Agenda Groen Stad in Balans vogramma's EE Ee Hand boeken Afwegingsleidraad en Monitor Verkeersnetten GG u en mk 4 Ì ä ä\ ë al ì 4 Ei a Ï \ td el Um dj IJ | Fi bn sh ene on nn Nn ng En a EN DT EE IN 0 ia ta be haelen Es T E ik Hr n A ven Ii = In ks Ù iN N= Ì De Ì 5 TET E 7 KT oro (Ors \ NE dn nb | ä dei in Hi 0 LEN | — PSE rr 0 eN Me RU EL El En ES keke bied Ae me LE k k af EH } | Sin hek eN wit ir » On OE Á. jd ä d & dal 5 ae AE 19 rn li | i kk Ld df , Ee f F Ì | Ni | Kr an dr Pd ei id a Wei ee EEn + be EE ED: ES EE O0 KE iS IN [ARE ESS iik AN ALS in Te m5 Fr W De í HNE OV Ei TEE a = PONNE AE NEN ENE rn A . n | | 5 eel A a at NO 7 Te ap : PA sid A TEA 0 EN iid ATEA nil Tek te Tee | dmt Pu Zn gr en rn (Er EA eee tT en , DS Le LN Pe Ki Wen Aka mn een en rn Ul Ï 1e i J > k B ir KA EN ie | \ | EAN Lm Er En De RT Ee Ie et | r a Dek hi f eh ——— ke | ET 4 KI: ET ; 2 mi T Dea md zt an el E Î er An Kn e Bi ae IR ir ij al a Po fn an me aap en | nm Eg GE. wr mmm OL Pe Pe DE ien | Û El == je ee Ö Ì u Ns Ì EA an mn Pp Á L 7 A enden ii ne | e aren” wi | | _ Ee K| h 3 e 3 1 BRE # F 5 mf el | ' | | | na | # | ’ be a DR An \ ä | pe ln | & EN KE ä | Vi | | en yv ee ee Mi | | sin | en í hf É Ae VN : Ed ad Ï | ai i j É mma Ee Te bn Si en: EE MT mm | rr DE LRT ANA, Fi Ke B a As É | ï y/ rn dd ; E 4 | E Ef zal ne — 5, bill ï \ ER ar ere m8, OE Aa MES oe rn ANN nn ke en me 4 ' \ Fr Á k \ & Pi - Ea | & \ Pe AN ak 1e Kk he, - zi Ì EN 5, a et NOESIN TR N in == Ï ai il A - € hd U ik Le he a en Had Ë NE. ke en 2.1 Inleiding Vrijwel elke (stedelijke) verplaatsing begint en eindigt met een stukje lopen. Of het nu naar de openbaar vervoerhalte is of naar de geparkeerde auto of fiets: de eerste en laatste meters worden meestal te voet afgelegd. Daarnaast zijn er ook nogal wat verplaatsingen die (recreatief) verblijf, bijvoorbeeld winkelen. Lang niet geheel te voet worden afgelegd, door bewoners, elke verplaatsing heeft tot doel om zo snel mogelijk maar ook door toeristen en andere bezoekers van de van À naar B te gaan en voor een aantrekkelijke route stad. De laatste jaren neemt het aantal voetgangers in is een deel van de voetgangers bereid een stukje om de stad toe. Naast een reis van A naar B zijn veel te lopen. Daarmee wijkt de voetganger enigszins af voetgangersverplaatsingen ook een vorm van van de auto, het openbaar vervoer en de fiets. ® Gm 13 2.2 Definities voetgangersnetwerk Het voetgangersnetwerk binnen Amsterdam bestaat uit een samenhangend en fijnmazig netwerk van voetgangersroutes te onderscheiden op twee niveaus: Het Plusnet voetganger zijn straten en Het Hoofdnet voetganger is het Basisnet pleinen die zowel een doorgaande functie netwerk van vooral doorgaande routes Het Basisnet voetganger bestaat uit alle overige (een route) als een verblijfsfunctie hebben. van en naar drukke knooppunten. Het straten met woon- en werkadressen en zorgt voor Op dit Plusnet met veel publieksfuncties op gaat bijvoorbeeld om looproutes tussen de bereikbaarheid van alle adressen in Amsterdam. de begane grond is het de hele dag druk, of zijn er grote onderwijsinstellingen en trein- en op bepaalde momenten van de dag duidelijk pieken metrostations. Omdat er over loopstromen in de stad aanzienlijk in het aantal voetgangers. Door het wisselende minder informatie is dan over OV-, auto- en gedrag van de voetganger vraagt het Plusnet om fietsverkeer heeft de selectie van plus- en relatief meer ruimte, comfort en kwaliteit. Omdat hoofdnetroutes anders plaatsgevonden dan bij de de verschillen in aantallen voetgangers nogal groot andere netwerken. Voor het Plusnet is per straat kunnen zijn, is er een grote diversiteit aan eisen bekeken waar, over een lengte van tenminste 50 waaraan het Plusnet moet voldoen. Deze worden de meter, relatief veel publiektrekkende voorzieningen komende tijd uitgewerkt en daarna in de Leidraad (detailhandel, horeca, vrijetijd en maatschappelijk) CVC opgenomen. aanwezig zijn. De hoofdnetroutes bestaan in aanvulling daarop uit de logische verbindingen tussen, van en naar grote publiekstrekkers zoals musea, parken, ziekenhuizen, OV-knooppunten, schoolcomplexen, universiteitscampussen, winkelconcentraties en evenemententerreinen. Gm 14 Beleidskader Verkeersnetten 2.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden Plusnet Voetganger Hoofdnet Voetganger Doelen van het Plusnet en Hoofdnet voetganger zijn: Karakteristiek Verbinden en verblijven Verbinden en toegang geven = het garanderen van voldoende en aantrekkelijke loop- en verblijfsruimte tot OV in de drukste del de stad; moe draste de'en van de Sla ' ‚ Ambitie Aantrekkelijke en comfortabele Rechtstreekse en comfortabele = aanbod van een betere bereikbaarheid in de omgeving van: looproutes looproutes > permanente grote publiekstrekkers, zoals musea, parken, en verblijfsruimtes ziekenhuizen, nd en ov-knooppunten; Toetswaarde Voorkomen knellende voetgangersstromen > evenemententerreinen; snelheid door het bieden van: en Obstakelvrij en zie Leidraad Centrale Verkeerscommissie = effectieve voetgangersruimte; » voetgangerszones, waarin de voetganger de hoogste prioriteit heeft; Gewenste Breedte Maten vrije breedte naar druktegraad, zie: Leidraad CVC m een logisch opgebouwd voetgangersnetwerk; Comfortabel Vlak dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden: e toegankelijk, zonder hinder van obstakels en moeilijk te overbruggen Eisen Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie* hoogteverschillen; Toegankelijk (maten vrije breedte naar druktegraad nog vast te leggen) = oversteekbaar, zonder verkeersveiligheidsrisico door verschil in snelheid Eisen sociaal veilig Zie: Richtlijn Openbare verlichting NSW en leidraad CVC met ander verkeer; = logisch verbonden, met aansluitende looproutes; Herkenbaar Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC e sociaal veilig, zowel subjectief als objectief; e mooi, schoon en heel; n . On . . ‚ _ on ‚ _ Verkeersveilig Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC = met goede zichtlijnen, waardoor de oriëntatie gemakkelijk gaat. Goed Zie: Beleidskader Beheer; Richtlijn Openbare verlichting NSVV onderhouden Gm 15 2.4 Kaart Plusnet en 0e Hoofdnet voetganger À met toelichting 4 # RF Eek An À tt . el Re Srl xm. 8 Het Plus- en Hoofdnet voetganger is gebaseerd op en fi agenin. SRA Se # $ he, het percentage aanwezigheid van bezoekersfuncties ie fed TIA nn | (Plusnet) en aanvullende logische routes tussen hed B 3 Al > DEN Ps \ belangrijke attracties en OV-knooppunten. Over het el ï men Ep: DP SÁL actuele gebruik i Ï ‚\ / ZN EN gebruik van voetgangersroutes in de stad P; hek U ECH | is, in vergelijking tot de andere netwerken in dit ew, ; Oe beleidskader, weinig bekend. PP j SEEN Do df ie Aad Leen Ee Kk Met gegevens uit het monitorprogramma zal dit \ | ” aen \ A ENEN ne netwerk verder aangescherpt worden. Dat kan leiden et de A Laeken $ Ô ” An gn, tot een update van bijgaande kaart. Daarnaast zullen ' | ADA | Zl \ De Fn N de consequenties van (grootschalige) ruimtelijke On h ; | ij â k 2 Be ontwikkelingen op de kaart worden gezet als daar ant ed | U AT. … … # Ea Ull Pe ik: jd. 8 concrete bestuurlijke keuzes over zijn gemaakt en Á _& A | D Ne Er, Ke besloten is tot realisatie. B B Som he ed mf esloten is tot realisatie _ Ze ba ernie Sen se ee à en ej dj e A ‚ NE 4 Ee Tee Plusnet en hoofdnet e De en @ Voetganger 5 ig Dr — Plusnet Voetganger mn ho $ a " „| mm Plusnet voetganger, ij u ie je k se DE Fat verkiijfsfunctie Ne en Pe mm Plusnet voetganger, park Ei, pr —- Hoofdnet vn E 5 Pd ge Ee Nee 3 — Veren ij rm, ud ie À |L © OV Knooppunten B Gm 16 Beleidskader Verkeersnetten 2.5 Belangrijkste wijzigingen TTT \ BER Se a In het beleidskader van 2005 was geen voet- ij R a: DN gangersnet opgenomen. Inmiddels is duidelijk dat ES 4 mede door de toename van het toerisme in de stad het aandeel van de voetganger in de dagelijkse 1 k verplaatsingen toeneemt. Alleen al onder inwoners en 4 e/ B Nederlandse bezoekers is het aantal verplaatsingen te 4 & voet in Amsterdam de afgelopen 10 jaar met bijna en 20% toegenomen. Met bijna 600.000 verplaatsingen en per werkdag is het aandeel van de voetganger in de Ô verplaatsingen van, naar en binnen de stad nu zo’n 22%. LL o In de Mobiliteitsaanpak Amsterdam van 2013 is mede A « met het oog op de te verwachten verdere groei voor het eerst ook een Plusnet voetganger opgenomen. A > Dit is deels gedaan in de vorm van concrete routes in Q, straten met veel bezoekersfuncties en deels in de A vorm van gebieden in de belangrijkste centra met Ce veel bezoekers. Ee In dit beleidskader is dit Plusnet voetganger, gezien OS C het groeiende belang van kwalitatief goede d ee o, © voetgangersruimte, verder uitgewerkt en verfijnd. \x Bijgaande kaart laat zien hoe het uitgewerkte Plusnet af” * voetganger in het centrumgebied is aangescherpt ten s opzichte van het netwerk in de MobiliteitsAanpak Veranderingen plusnet ENEN Amsterdam. Buiten het centrumgebied zijn meer voetganger Centrum . \ © A subcentra toegevoegd en zijn drukke routes tussen O, attractiepunten en openbaar vervoerknooppunten t 5 A 1 ij aangevuld. De toetswaarden voor kwalitatief goede ai Plusnet voetganger 2013 ( voetgangersroutes zijn nog in ontwikkeling. 0 \ Gm 17 | NS OR _ et Y. Ls ie En, mi Ue . DS ee 5 Sn | | —— | 4 | [ie 28 Ce Td u bi 9) , Rf a ú là he, g Vs Peel, Ms | re Nd of RE t Tk RE & rt / Nas ff ek 8 TNA) "SE en / Ll EN A n DE Ee TA EM | 4 DEAN) em) | Rei NER 4 di En 4 es / A Ja pe TE iS lk” 5 2 | FMR Ee Nes Sk 2 Ì AN EE Eg = tee ie En _ \ : als / EN | U ld 2 Ee ne , AS A ain ue fd Se 5 RE tn VE RN See Ä AE * & _ En 4 (Mk ABA ei TO nes Na Ne B ens ie MM Rh Ee EE EE me 5 Dn Kn pe Pi, En ES iS Ed n in en ee | ie Ke ne | TD is en = 3 Ns 3 Bn: = 3.1 Inleiding Het fietsgebruik is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen, vooral in het gebied binnen de Ring A10 ten zuiden van het IJ. De komst van de e-bike vergroot de actieradius van de fiets, waardoor ook het fietsverkeer buiten de ring en van en naar de buurgemeenten toeneemt. Een fijnmazig samenhangend netwerk van kwalitatief goede, comfortabele aaneengesloten en veilige fiets- routes is een belangrijke voorwaarde voor verdere groei van het fietsgebruik, zowel binnen als buiten de Ring A10. en 19 3.2 Definities fietsnetwerk Het fietsnetwerk binnen Amsterdam bestaat uit een samenhangend en fijnmazig netwerk van veilige fietspaden, fietsstroken of fietsstraten waar snel, veilig en comfortabel gefietst kan worden. Het Plusnet fiets is het netwerk met de Het Hoofdnet fiets is een fijnmazig Basisnet belangrijkste doorgaande fietsverbindingen fietsnetwerk dat intensief wordt gebruikt. De overige fietsroutes maken deel uit van het die zeer intensief worden gebruikt. Het ontsluit de woon- en werkgebieden en Basisnet. Dit zijn minder intensief gebruikte routes. Het zijn de belangrijkste verbindingen voorzieningen in Amsterdam. Het netwerk Het zijn geen doorgaande routes, maar routes die tussen stadsdelen en met de regionale fietsroutes bestaat uit vrijliggende fietspaden en, als dat niet zorgen voor de toegankelijkheid van buurten. Vaak naar aangrenzende gemeenten en de groen- en mogelijk is, uit fietsstroken van voldoende breedte zijn het buurtstraten zonder specifieke infrastructuur recreatiegebieden rondom de stad. Fietsers moeten gecombineerd met margestroken. voor fietsers. Randvoorwaarde in deze straten is dat snel, veilig en comfortabel van A naar B kunnen fietsers hier veilig kunnen fietsen. Dit betekent onder fietsen. Voorwaarde daarbij is dat fietsers weinig andere dat er relatief weinig ander verkeer is. hinder hebben van overige verkeersdeelnemers, snel kunnen doorstromen bij kruispunten en dat er voor fietsers voldoende ruimte is om elkaar te passeren. Denk aan vrijliggende fietspaden of fietsstraten waar de auto te gast is. en 20 Beleidskader Verkeersnetten 3.3 Doelen, criteria en randvoorwaarden Karakteristiek Doorfietsroutes Hoofdroutes Ambitie Snel en comfortabel Comfortabel door de stad door de stad Toetswaarde Trajectsnelheid km/u Doelen van het Plusnet en Hoofdnet Fiets zijn: gehele Binnen Rinc A16 innen Rin , m stimuleren van het dagelijkse fietsgebruik; excl. Noord = 151 me garanderen van de bereikbaarheid van de stad, de stadsdelen Buiten Ring A10 en en aangrenzende gemeenten; Noord: > 16 = garanderen van de bereikbaarheid van stedelijke bestemmingen Wensbeeld Gebiedsontsluitingswegen, Gebiedsontsluitingswegen, en de belangrijkste treinstations; inrichting afhankelijk van intensiteiten: afhankelijk van intensiteiten: ‚ / ‚ Fietspaden Fietspaden m gebruik van de plusnetroutes als recreatieve en toeristische Visueel van het autoverkeer Visueel van het autover- verbindingen vanuit de stad naar de groengebieden; gescheiden stroken keer gescheiden stroken Erftoegangswegen Erftoegangswegen met door het bieden n met relatief veel fietsers relatief veel fietsers ne tl 7 Fietsstroken Fietsstroken m snelle en comfortabele fietsroutes; Autoluwe fietsstraat Autoluwe fietsstraat m een logisch, herkenbaar en samenhangend netwerk; Autoluwe 30km/u-straat Autoluwe 30km/u-straat dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden: me het is verkeersveilig (met name voor fietsers); Gewenste Breedte Zie: Leidraad CVC = het is sociaal veilig; = hetis goed te beheren en te onderhouden. Eee ok Eisen Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie, Toegankelijk normen Hoofdnet Eisen sociaal veilig Zie: Richtlijn Openbare verlichting NSWV en leidraad CVC Herkenbaar Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC Voldoet technisch Zie: Leidraad CVC Verkeersveilig Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC Goed Zie: Beleidskader Beheer; Richtlijn Openbare verlichting NSVV onderhouden Gladheids- Zie: Beleidskader gladheidsbestrijding Amsterdam 2012 bestrijding en 21 KE Re ff ï 4 Sed / SEA / EN Plusnet en dr AN Kaart t fiets Gen sn BIS NS Hoofdnetfets TE ON met toe kan snel, veilig nde SDR oofdnet fiets monsngen van: STE DE A AS Áo NN nn ne ee DE comfortab worden over zi genomen Gere RE ES le A Susie sed Samen van | en TE a En Bae SE NN) Soeperman Kaart verw b St HE N A ee a Ne AG SN brive) voltooid xl et \ Ne Pes \ EE \ GE | jb ge SD 3.5 Belangrijkste . Ie 7 wijzigingen fiets AR, fl VU In het beleidskader van 2005 is een fijnmazig Hoofdnet t GA NELD fiets opgenomen. Aan dit netwerk waren toetswaarden NEET Di DEAD verbonden van 12 tot 15 km/u in de vooroorlogse stad re | en 15 tot 18 km/u in de naoorlogse stad. Ad | VA Nt ke DE DZ Vh Sinds 2005 is het aandeel van de fiets in het totale ESE NJ LOOK d IN NIG AZS aantal verplaatsingen van, naar en binnen de stad met NE LEREN IN N 11 % toegenomen. Dagelijks gaat het om zo'n 670.000 ss / TED En EE verplaatsingen, exclusief de fietsritten in het voor- en we ACERA eN, natransport voor het openbaar vervoer. De fiets heeft es ESAT Ae B LA SN daarmee een marktaandeel van 25%. ETE eN N En 9 El Ed Ee SN dr In de MobiliteitsAaanpak Amsterdam is een Plusnet Ne OE RN 7 fiets aangewezen dat ongeveer 60% van de het 5 \ AE en EER S Ng > Hoofdnet uit 2005 besloeg. d De En \ b KE k iN B L/ SE SO Voor dit nieuwe beleidskader is het Plusnet fiets vooral BER = ON \ buiten het centrumgebied uitgebreid en aangepast e Se C aan de regionale routes van de Vervoerregio . 7 . ee SE Amsterdam. En op basis van de uitkomsten van de Veranderingen plusnet fiets Dn Ae nationale Fietstelweek (een grootschalig onderzoek — Plusnet nu én hoofdnet 2005 oe es naar het dagelijkse fietsgedrag van Nederlanders) is de — Plusnet nu, geen hoofdnet 2005 en NG nt toetswaarde binnen de Ring verhoogd naar 16 km/u — Geen plusnet nu, wél hoofdnet 2005 4 Ae om daarmee invulling te geven aan de ambitie om de I% SS doorstroming van de fiets te verbeteren. Bijgaande kaart geeft weer hoe het nieuwe Plusnet fiets zich verhoudt tot het oude Hoofdnet fiets Het Plusnet fiets is veel groter dan de andere plusnetten omdat de fietser het beste gediend is met een fijnmazig netwerk om onnodig omrijden te voorkomen. en 23 Landen ne TA k Hi ne Se Ì ot ;: | ‚ rr er ki Fe! î Pe ge, N di AAN f 4 Dn ae Di NE BRA Ek ‚ VW een: Eron | | | \ We en | PE ie | B A A Lg et : kh EN 1 if ) ] - à 1 8 / Ee] Ge pe |" 0 IE y À a, 2) A | \ k je Ei " | s Á | 5 ee uns: 47 v/a VW K p hid } 4 Ä Ál ded EÀ NC SA | En | Ep in k 24 eN is ont Á | ian WIN KAR EN A Pp, ! je 7 r donde / Á A Het ge Pe Pr N JRE Ae Ll EE EN Ton AR | ii ' JAG ENEN | en B E K Ee 4 zi 4 FA dl ej JA Re == U En Ef zr ON 4 BL Ns ge ed A maen ee vi ‚im hmnee Ti Í Une nn Hi a zn A 4 h £ td RN Te es Á R A il | & \ ki TIEN al Wo Ok u, " ER 1 A | L $ ij ijs LJ - We, á p ie N " nin 1 , Í E k B l | kh nr hr ; K } 2 st | | 4 dm is | =n | ! en me B> nn kas f E | K pe Zecve Ì \ | Al 4 © 2008 8 ee TS —=—n 4 Zi d eN NE Î En r | | | | DE En _ PA | AR é | 5 Ee af 4 _ZAaun aM If IN ì T Aen 5 Er WM 4 Le £ B Ee Ii ij Ki ï er be ' = Ld = Re zn me JN LI mn re î in Ne NE ij TI en end EE mn nn es a mm | je À Dm == : “e en nn ne - ef 8 men 'e 5 Dn mi en Ei En a À a e Ne - ee ane rp re SE NN mn ee fs se M= í ten =k; rei an : rn e Ee … k en Clin: BEE like EN De Tet Berden bee À R Ee en Ee 3 EE Ln ORE ar tin lande TE we er Eer A je geen NEEN ee: ne OE / TE GAAT re BRR ie Ki 7 , „ EA Di de NEN 4.1 Inleiding Openbaar vervoer is een ruimte-efficiënte en schone vorm van vervoer voor grote stromen mensen in de stad. Het openbaar vervoer speelt in Amsterdam een belangrijke rol in de spits, maar door het toenemende toerisme in de stad zeker ook daarbuiten en ook in het weekend. Verbetering van het openbaar vervoer is nodig om de stad in de toekomst, bij verdere groei van inwoners en bezoekers, bereikbaar te houden. Daarnaast ligt er een bezuinigingsopgave van het Rijk De trajecten waar nog niet voldaan wordt aan de op de exploitatiesubsidie voor het openbaar vervoer. toetswaarde voor snelheid of betrouwbaarheid Deze twee opgaven vormen de basis voor de in de hebben een hoge prioriteit in de Investeringsagenda Investeringsagenda Openbaar Vervoer beschreven Openbaar Vervoer, maar ook op andere trajecten ambitie om het openbaar vervoer in de stad te streven we naar een betere doorstroming en versnellen en de betrouwbaarheid te verbeteren. betrouwbaarheid. De gemeente Amsterdam is als wegbeheerder en als beheerder van de lokale spoorinfrastructuur medeverantwoordelijk voor de kwaliteit van het stedelijke openbaarvervoernetwerk. Door de benoeming van een Plus- en Hoofdnet openbaar vervoer laat de gemeente zien waar welk kwaliteitsniveau voor de Amsterdamse infrastructuur minimaal gewenst is. GG 25 4.2 Definities netwerk openbaar vervoer Het totale openbaarvervoernetwerk binnen Amsterdam bestaat uit een samenhangend stelsel van spoorwegen, metrolijnen, tram- en busroutes, die gezamenlijk voorzien in een goede OV-bereikbaarheid in en van en naar de stad. De trein- en metrotracés bieden snelle, betrouwbare verbindingen voor de grootste reizigersstromen. Omdat ze volledig kruisingsvrij zijn ten opzichte van stedelijke wegen, straten en pleinen vallen ze buiten dit Beleidskader Verkeersnetten. Voor het metrosysteem en het tramnet is de gemeente beheerder binnen de kaders die de Vervoerregio Amsterdam in onder meer de Visie Lokaal Spoor gesteld heeft. De intensief gebruikte tram- en busroutes vormen Het Hoofdnet openbaar vervoer bestaat Basisnet samen het overige stedelijk openbaar vervoernetwerk uit alle overige tram- en busroutes waar De routes waar bussen met een frequentie van minder dat naast die van metro en trein twee niveaus kent. minstens zes keer per drukste spitsuur per dan zes keer per uur per richting (drukste spitsuur) richting gereden wordt. Voor dit Hoofdnet rijden en de straten met tramrails waar alleen Het Plusnet openbaar vervoer bestaat ligt het accent op het behouden en waar mogelijk incidenteel trams rijden (routes naar remises, uit de belangrijkste tram- en busroutes die, verhogen van de betrouwbaarheid en het behoud van calamiteitenroutes en omrijroutes bij evenementen) aanvullend op het spoor- en metronetwerk, rijsnelheden op routeniveau. behoren tot het Basisnet. de hoofdstromen tussen de verschillende stadsdelen met elkaar en met het spoor- en metronetwerk verbinden. Het accent binnen dit Plusnet ligt op het mogelijk maken van hoge rijfrequenties, goede doorstroming en een hoge mate van betrouwbaarheid. GG 26 Beleidskader Verkeersnetten 4.3 Doelen, criteria en EN Hoofdnet OV randvoorwaarden Karakteristiek Snelle doorgaande routes Ontsluitende en toeleidingsroutes Ambitie Snel, betrouwbaar en Betrouwbaar en efficiënt door de stad Doelen Plusnet en Hoofdnet OV: efficiënt in en van/naar/door de stad m ontsluiting en verbinding van Toetswaarde snelheid Bruto trajectsnelheid km/u)': Handhaven snelheid op trajectniveau de belangrijkste herkomst- en m Centrum (s100 en daarbinnen) > 15 bestemmingslocaties, waaronder trein m Binnen Ring A10, excl. Noord, en metrostations; excl. Centrum > 18 / = Buiten Ring A10 en Noord > 20 door het bieden van: Toetswaarde Betrouwbaarheidsgetal)? < 1,25 Behoud en waar mogelijk verhogen be- betrouwbaarheid trouwbaarheid op trajectniveau m een tram- en busnetwerk waarop een frequent, snel en betrouwbaar OV- Wensbeeld Inrichting Vrije baan Vrije baan of (beperkt) mengen met aan- aanbod mogelijk is dat voorziet in dacht voor betrouwbaarheid/ , veiligheid de behoefte van verschillende typen reizigers; Gewenste Breedte Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie dat voldoet aan de volgende Comfortabel Alleen OV-vriendelijk snelheidsremmende maatregelen en zie: Leidraad Centrale Verkeers- randvoorwaarden: commissie m duurzaam verkeersveilig; Eisen Toegankelijk Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie m sociaal veilig en toegankelijk; m goed te beheren en te onderhouden; Eisen sociaal veilig Zie: Richtlijn Openbare verlichting NSVV en leidraad CVC m duurzaam exploiteerbaar. Herkenbaar Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie Voldoet technisch Zie: Leidraad CVC, Integraal Programma van eisen tram Verkeersveilig Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC Goed onderhouden \PVE-tram, Beleidskader Beheer, Richtlijn Openbare verlichting NSVV 1 Bruto snelheid is inclusief halteren 2 Het betrouwbaarheidsgetal geeft weer in welke mate . nn . . . an de snelheid afwijkt van het gemiddelde en is gebaseerd Gladheidsbestrijding Zie: Beleidskader gladheidsbestrijding Amsterdam 2012 op de (‘netto’) snelheid tussen de haltes. el 27 4.4 Kaart Plusnet en / peen Hoofdnet openbaar 7 / ke De vervoer met / dn toelichtin / AD : 9 4 \ A Bij de kaart voor het Plus- en Hoofdnet openbaar En SEEN dE 5 Ge E ; vervoer is geanticipeerd op het toekomstige lijnennet ale ij 9 ZD Nt door de ingebruikname van de Noord-Zuidlijn. hbs En Ook de voorziene route van de Westtangent is al Fn Í) SO Een opgenomen op de kaart. Eventuele nieuwe openbaar | AE Ó SIE Gn vervoer tracés die samenhangen met toekomstige en Á Mid í ruimtelijke ontwikkelingen, worden pas op de C\ Er kaart gezet als daar bestuurlijke besluiten over zijn LA Ze Sn Y A = genomen. Eed 5 OO OD eee, Cd RG SER A Ë ER En EN « PS me mk, | Ns N med Plusnet en hoofdnet ON DA Openbaar Vervoer N — Plusnet OV Tram ® % —- Hoofdnet OV Tram ks, 7 > en ‚A — Basisnet OV Tram aff “| Plusnet OV Bus —- Hoofdnet OV Bus — Plusnet en gemeentegrens Amsterdam eN er € —- Hoofdnet buiten gemeentegrens Amsterdam En An N == Metronet Nn Ä \ Bij het beschikbaar komen van een overzicht van het Basisnet openbaar vervoer wordt bovenstaande kaart met dit Basisnet aangevuld. GG 28 Beleidskader Verkeersnetten 4,5 Belangrijkste HNE wijzigingen openbaar / DN vervoer / CEN / 4 Á In het beleidskader van 2005 was een uitgebreid p 3 Ge Hoofdnet openbaar vervoer opgenomen, bestaande En : Bd dl Var uit deelnetwerken voor tram en bus. Aan dit netwerk en > ) = - zijn minimum toetswaarden voor snelheid verbonden Ln = A GE \ van 15 km/u in de vooroorlogse stad en 20 km/u in Ne En de naoorlogse stad. Voor betrouwbaarheid is destijds 4 ee // DA) En geen toetswaarde vastgesteld. : EE | Q en Sinds 2005 is het aandeel van het openbaar vervoer TSL Ee (inclusief trein en streekvervoer) van, naar en binnen | C _—_ ; Ge Amsterdam min of meer stabiel gebleven. Dagelijks \ heen NN gaat het om 590.000 verplaatsingen. Het openbaar ale Ï Ee ee 5 vervoer heeft daarmee een marktaandeel van 22%. De De a DE In het Amsterdamse bus- en tramnet heeft er een A B s en verschuiving plaatsgevonden, waarbij Amsterdammers A Ne wat minder gebruik maken van bus, tram en metro ad T en toeristen juist steeds meer. Per saldo leidt dat de me } laatste jaren weer tot een toename van het openbaar ble vervoergebruik in de stad. AR 5 Veranderingen plusnet OV Á Ee In het kader van de MobiliteitsAanpak Amsterdam — Plusnet nu én hoofdnet 2005 B is in 2013 in samenwerking met de Vervoerregio eeh anne a NN Amsterdam een selectiever Plusnet aangewezen — Geen plusnet nu, wél hoofdnet 2005 Ll. B om daarop de verwachte groei zo goed en efficiënt eel mogelijk te realiseren en op andere routes meer Me ruimte te maken voor andere modaliteiten. tussen de Ring A10 en de S100 verhoogd van Noord/Zuidlijn zijn er bovengronds minder Dit Plusnet is opgenomen in dit Beleidskader. 15 naar 18 km/u. Bijgaande kaart laat zien wat de plusroutes dan voorheen. Dit zijn vrijwel Daarbij is met het oog op de Investeringsagenda verschillen met het oude hoofdnet zijn. Met name altijd hoofdroutes. Openbaar Vervoer de toetswaarde in het gebied in het Centrum en in het invloedsgebied van de GG 29 pi be me ea ae EA) lid: Ee } SM Bie 2 RRS OP ie, ak We rat eb hek le nnn 4 ie Pa He B, en ree Aen e ee i NE - 7 Hel es” RR 5 sd i ane hAl Ee te en ke nf kj Ee Kie ie wi 4 Ì m El ' Bt, Ee LME CE NE agen n ien kr ae ahd en de. A Ee El Ee ern f il e ni kj B HNG, RR: - Pa st sf É En aka n KEN IJ, . Se ü k LOE, de 4 L Es af 7 Ln WM En A | ke Ep ef u de BOL he is, E 5 Ke % EE ne, ls ks ES : ge Me : pn je Rek ' eed wt kre RR en EN B id he BW d NED CAD kr à gi NR ie Be ie ej hd k Ei Me lr il E} À Ee g ada ak : 5 gs be ï FS ze + al, ” ’ „5 en Pr Ee Ë EN A, Bree ERS de de de EN Zin, ON EE ade iK í a ne pe 3 a Ke kts DENN Narai Ee EI RN: sr Pan Wee [> OE os a a Se: IAN EN ve A ALI a D Ì nd Ne . , Li de: Ei E, n , : uE ij EN Cn Asi Ps A d En | m 5 ej 2 , cie fi her sli, Oe ‚ ut ie F id LJ e A p - Ld 5 [ El ' Ht Sa Pik ie \ À x | k Eede ka k ee Á Olne wr R ki hi 5 kt ek ad 7 pn a Áe 1 k he mk ik n a LN. rk £ 7 Zok Te Û L B On: " «a. : N 4 P LN, 1 al , El eer B En hi is = fi E : ' KI NE e, F _ HI f= Ee == A : N k ! h RE | pm ze En Nt al hd ee ST nn ee ein TT lk ds iter er d u EN en k Raos “ NR Os tf ee k Je ir RE Ki) | ns ae: = a HM Lp | de: Ban zi 4 En gn ke AFR — zel. > A rn … a ns emma Een Siepel ) | bs er È Fi mm hq ì Ü \ : - mn ki ij je F k eten ie hd EN wikke. Eck | „Ar Ì - on ze ] — | fe == E 4 — AN. W nr arl ll et - / _—_ es aen (lisa B 7 ES | KT TT a it p 9. zn | En Kn EK A | _ henna he NE Ì Fl À | ik nà nF an n he pee Flu / pr ei If En in ij PT | Een | er Nm il nn | Ka '4 EEEN ® 7 A MO’ pr En in | TE Eeen ELL d Dd i en zr À. 5 5 „ il - 8 En Pe on ale 3 ede Ks KEEr n - | (s ä al Snicheierdd ” & | AD ON B Ll - ï Î ie Sal p En = : he & he an e el ane == j mn ej a agt he mi gin, E _— nl En al een Eend nr ee 5 „3 ) k ne ee e ie == Ees e : eni s ; Ez à \ pn " EE En ann jie d m { sjoen B pe ank e en En GU me EE: n pe Seen F eh. zn 5 se je Fm Et ed, -. en NE Ee A mt EO tan Mh Ee ee gn Ee ï = e zin iK en en ee nn ril In Kk eter en Ee rk « Fr Nn _ gn 5.1 Inleiding Het gebruik van de personenauto in Amsterdam neemt in relatieve zin af, maar het absolute aantal verplaatsingen per auto van, naar en in Amsterdam zal verder toenemen. Een goede bereikbaarheid per auto blijft noodzakelijk voor het maatschappelijk en economisch functioneren van de stad. Met name de stedelijke distributie is voor een groot deel afhankelijk van het autonetwerk. Maar ook de nood- en hulpdiensten zijn voor het uitvoeren van hun (wettelijke) taken afhankelijk van de weg. De bereikbaarheid van plekken in de stad kan evenementenlocaties als RAI en in op niveau blijven door het autoverkeer zoveel Zuidoost (robuust netwerk). Het beschikbare mogelijk te concentreren op een beperkt aantal autonetwerk wordt steeds beter benut door wegen met een goede doorstroomkwaliteit. Het de inzet van (regionaal) verkeersmanagement. Plusnet en het Hoofdnet van de auto dragen bij Hierbij hebben vooral de Pluscorridors een aan de scheiding van verkeers- en verblijfsfuncties essentiële rol. Deze aspecten spelen een rol en bevorderen de verkeersveiligheid. Hoe beter bij de afwegingen die gemaakt moeten worden. de doorstroming op het Plusnet auto en Hoofdnet auto is, hoe rustiger de overige wegen zijn. Dit betekent dat voor met name de corridors gestreefd wordt naar zo min mogelijk kruisingen, aansluitingen en afslagbewegingen. Het gaat hierbij niet alleen om een goede doorstroming overdag of in de reguliere spitsperioden, maar ook om een acceptabele doorstroming in situaties waarbij delen van het autonetwerk niet beschikbaar zijn of wanneer er extra verkeer is door evenementen op Gm 31 5.2 Definities autonetwerk Het Amsterdamse autonetwerk bestaat uit een samenhangend stelsel van gebiedsontsluitingswegen en erftoegangswegen dat aansluit op het rijkswegennet, provinciale wegen en belangrijke wegen van aangrenzende gemeenten. Dit autonetwerk voorziet in een goede autobereikbaarheid in en van de stad. De Amsterdamse wegen waar veel autoverkeer Het Plusnet auto bestaat uit drukke wegen Een aantal overige wegen van stedelijk gebruik van maakt en waar ook veel verkeer tussen de met veel doorgaand autoverkeer en sluit aan belang zoals de de Middenweg en de verschillende stadsdelen gebruik van maakt, vormen op het rijkswegennet en de hoofdroutes van Zuiderzeeweg vormt het Hoofdnet auto. Dit het Plusnet en het Hoofdnet auto. omliggende gemeenten. Bij het Plusnet auto zijn wegen met een hoge verkeersintensiteit ligt het accent op een goede doorstroming. Het bevat en een hoog percentage doorgaand verkeer, maar de belangrijkste routes voor het goederenvervoer, iets lager dan de wegen van het Plusnet auto. Het bestaat uit wegen met weinig andere functies en Hoofdnet is gericht op het behouden van capaciteit vormt een sluitend netwerk. en doorstroomkwaliteit passend bij de functie van het betreffende deel van het netwerk. Deze wegen Binnen het Plusnet auto hebben een aantal trajecten worden geacht een functie te kunnen vervullen bij een extra belangrijke verzamel- en verdeelfunctie: stremmingen op het Plusnet auto. de Pluscorridors auto. Om ze hiervoor aantrekkelijk genoeg te maken worden strengere eisen gesteld aan Basisnet de doorstroming dan de rest van het Plusnet auto. Alle andere gebiedsontsluitingswegen (maximum- snelheid 50 km/h of meer) en de erftoegangswegen (maximumsnelheid 30 km/h of minder) behoren tot het Basisnet. Gm 32 Beleidskader Verkeersnetten 5.3 Doelen criteria en randvoo aarden Karakteristiek Snelle doorgaande routes Aanvullende doorgaande routes Ambitie Snel en efficiënt in en Bieden robuuste capaciteit van/naar de stad Doelen van het Plusnet en Toetswaarde snelheid Trajectsnelheid km/u Handhaven snelheid op trajectniveau Corridors: (gerelateerd aan de functie in het netwerk) … m Centrum (s100 en daarbinnen) > 20 Hoofdnet auto zijn: = Binnen Ring A10, excl. Noord, m het garanderen van de bereikbaarheid excl. Centrum > 30 8 ‚ m Buiten Ring A10 en Noord > 40 in de stad en van en naar de stad; Overi erig plus m het concentreren van het doorgaande = Binnen Ring A10, excl. Noord, autoverkeer op de daarvoor meest excl. Centrum> 15 geschikte wegen; m Buiten Ring A10 en Noord > 25 Toetswaarde door het bieden van: betrouwbaarheid m een logisch opgebouwd netwerk Wensbeeld Inrichting Vrije rijstroken, inrichting overeenkomstig Vrije stroken of (beperkt) mengen met openbaar van autoroutes; snelheidsregiem 50 km/u of meer, zie ook: vervoer, vrijliggende infrastructuur m meteen goede doorstroming en Leidraad CVC. on Pluscorridor: (minimaal) 2 x 2 rijstroken betrouwbare reistijden. Gewenste Breedte Zie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden: Comfortabel Geen drempels = duurzaam verkeersveilig; Eisen T keliik TG le Verk n het eoeed te beheren en onderhouden. isen Toegankelij ie: Leidraad Centrale Verkeerscommissie Eisen sociaal veilig Zie: Richtlijn Openbare verlichting NSVWV en leidraad CVC Herkenbaar Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC Voldoet technisch Zie: Leidraad CVC Verkeersveilig Zie: Inrichtingseisen Leidraad CVC Goed onderhouden Zie: Beleidskader Beheer; Richtlijn Openbare verlichting NSVV Gladheidsbestrijding Beleidskader gladheidsbestrijding Amsterdam 2012 Gm 33 2 8 5.4 Kaart Plusnet en / Hoofdnet auto VS met toelichting Á fe, f Een goed functionerend Plus- en Hoofdnet auto zorgt = EEN Ht voor een goede autobereikbaarheid in, van en naar EE: \ de stad. Aanpassingen van de netwerken worden kes pas op de kaart gezet als daar bestuurlijke besluiten over zijn genomen. Gezien de lange bouwtijd van | i el grootschalige infrastructurele werken, zoals de P ondertunneling van de A9 Gaasperdammerweg en d ZuidasDok, worden de wijzigingen pas op de kaart verwerkt als de realisatie (vrijwel) voltooid is. ee rn nf oe lin \k a | Í Ne _- ei 8 / SAN ZN ZA BEA OS a ee zal en Plusnet en hoofdnet A Auto ì in — Plusnet Auto zN == Plusnet corridor —- Hoofdnet Auto ir Rel \ == Plusnet corridor buiten gemeentegrens En in in —- Plusnet buiten gemeentegrens 3 5 Gm 34 Beleidskader Verkeersnetten 5.5 Belangrijkste A wijzigingen auto AC Het Hoofdnet auto was ook in 2005 al een grofmazig Ô { netwerk om het autoverkeer zo goed mogelijk te NEET A concentreren op daarvoor geschikte routes. Ne En Binnen dit Hoofdnet werd een aantal corridors re SA onderscheiden waar de doorstroming aan hogere \ kwaliteitseisen moeten voldoen. In de vooroorlogse ben stad gold de toetswaarde 15 km/u (20 km/u op 1 d Ez | corridors). In de naoorlogse stad was dit 30 km/u (40 km/u op corridors). 4 EP Sinds 2005 is het personenautogebruik van, naar en binnen Amsterdam met 16% afgenomen. Met 780.000 À tael ‘ verplaatsingen per werkdag is de auto echter nog Ee Í steeds de meest gebruikte modaliteit (aandeel 29%). AG ij, Behalve personenautoverplaatsingen zijn er uiteraard E £ EEEN Bi EL ook goederenverplaatsingen per vrachtauto en DA B L bestelbussen, die gebruik maken van het Plusnet en En Hoofdnet. A A In de MobiliteitsAanpak Amsterdam is in Amsterdam Veranderingen plusnet auto Noord en in Zuidoost een Plusroute toegevoegd — Plusnet nu én hoofdnet 2005 en vanwege de Rode Loper is de Stadshartlus als — Plusnet nu, geen hoofdnet 2005 PL EA prioritaire route geschrapt. Verder zijn toen de — Geen plusnet nu, wél hoofdnet 2005 : ik toetswaarden op de corridors binnen de ring, buiten 7 het centrumgebied verhoogd van 20 naar 30 km/u en is de toetswaarde op gewone plusnetroutes buiten vastgehouden aan de meest prioritaire routes uit Transformatorweg. Deze route maakt wel deel uit van de ring verlaagd van 30 naar 25 km/u. het oude beleidskader. Uitzondering vormt de het nieuwe Hoofdnet. Verder zijn de veranderingen Haarlemmerwegroute in verband met gewenst rond de Westrandweg verwerkt in de kaart. Hoewel In dit Beleidskader is met het oog op de blijvende ruimtelijke ontwikkelingen rond Sloterdijk en met niet zichtbaar op bovenstaande kaart zijn de noodzaak tot concentratie van het autoverkeer op het oog op de verwachte verschuiving van het wijzigingen als gevolg van de opening van de Michiel de daarvoor meest geschikte routes grotendeels doorgaande verkeer naar de Seineweg — Basisweg — de Ruijtertunnel en de Spaarndammertunnel verwerkt. Gm 35 kl} | ed EE kak | el En Sk el! gm ien Ld AE a L Pr re 4 Lr bwa & a k pi ho Dede MT _ t ie + en sr A AE OE gt an | ml jer | TME ken Er Ne nd A kr el, 8 : ee \ vhn re Bs : a q eb Á Dn ed is 6e «ARS k br 10 ee „A ME h rar F. Li il 4 TL „„r El hi ne ed Dr k, k ii Ie E . L kj et Nn rs ' EJ en “ ; ek tre hf E Et en 7 ij je “ pr gr 8 EN Je Mn Ar Vr je Er, EE EE! Le e n ed » ad «dek Ke 4 AE Ra n à Bee Ì de { PT pe dE IRCE | pek ks të EEn ere EN EE Eg ats ET Bee WEI ee on À onl K: K : N En 8 e Bel en le = ne 4 L ke FT _; mn n Et \ \ Er Me ge _ " ê Ten í d H Ee N k a Ì ROE DN B | ms pe 5 Â6' Be ar PE B Ent oi an DA, , eral Ee ts Er PE, P ii ke ä A ze hae ha hd kh | d El \e we | Y Ji gn zint ko add j am k ee pe er ï en Er lk Re ZD (\N NS OA 5 Bj P/ el E/, | Ve kn bf {re A ‚# hk | MN : A a L br ids Gd Ee A , ek \ id \ wát - k EN bk 4 De À mr La in | Neil Tr EE Ma ke B EN KI es TE: BEEWAE Ue he Ke TA WR | 7 Wars al hik nne (|, EE É IN äk cah 5 f rj: hj OL hink . | L | H 4 È EN rdf EE Ii hel Fil | The Na ke TE 4 | Hg Li Î ú ii de fi „ f L ei dE, 2 be je Pa 3 ten L NE ej PE pe Lt EDT. B me ke | REE Ze n a | Í ee ì me 4 n TEN IJ _& n ú | re Am —_ 3 Ï Ji | ee el — Nl k k in en h Ï E kn Ve ied N oe r Es dj n B K : ie s EE en VE Pie =it N 4 E : . ke | Dn En es — re : Re 5 oe e am en Ee 5 kik : L NN En ed 3 me ne ke Tek Eet ke À 1 EE, RTE 6.1 Inleiding Bij de benoeming van de verschillende netwerken is, waar dat mogelijk was, ‘stapeling’ van meerdere Plusnetten vermeden. De stad en dus ook de netwerken zijn historisch gegroeid en zeker voetgangers- en fietsstromen laten zich slechts beperkt sturen. Daardoor is niet te vermijden dat meerdere netwerken met een hoge prioriteit, ruimte moeten delen in straten die te smal zijn om aan alle toetswaarden en eisen te voldoen. Daarnaast kruisen de belangrijkste netwerken elkaar is geen ‘plan’ waar direct effecten op luchtkwaliteit, veelvuldig op kruisingen. Zo is het Weesperplein een congestie, veiligheid of geluidscontouren aan belangrijke kruising tussen Plusnet(corridor) auto en te verbinden zijn. Bij de uitwerking van concrete Plusnet openbaar vervoer en fiets. projecten moet altijd getoetst worden aan vigerende regelgeving op die aspecten. In dit hoofdstuk beschrijven we de hoofdprincipes voor de afwegingen tussen netwerken onderling. In de De Afwegingsleidraad Verkeersnetten is een praktijk kunnen er altijd extra overwegingen spelen, hulpmiddel voor projectleiders die de belangen zoals de aanwezigheid van goede alternatieven. Ook van verschillende netwerken tegen elkaar moeten argumenten buiten het domein van het verkeer en de afwegen. In de Leidraad wordt uitgebreider ingegaan openbare ruimte zijn relevant. Voorbeelden daarvan op de manier waarop afwegingen gemaakt kunnen zijn de monumentale status van een (deel van een) worden en op basis van welke gegevens. In de straat, de aanwezigheid van bomen of de conditie Leidraad zijn ook voorbeelden en te gebruiken van de ondergrond. Het Beleidskader Verkeersnetten informatiebronnen opgenomen. GG 37 6.2 Hoofdprincipes De noodzaak om afwegingen te maken komt voort uit drie zaken: 1. Beperkte ruimte om aan alle kwaliteitswensen te Het eerste hoofdprincipe is dat 'Plusnet' Een tweede hoofdprincipe bij de afweging voldoen. boven ‘Hoofdnet' en ‘Hoofdnet' boven tussen gelijkwaardige (Plus- of Hoofdnet-) 2. Beperkte tijd om binnen acceptabele tijd iedereen ‘Basisnet’ gaat. Uiteraard gaat dit niet tot niveaus is, dat een Plusnet waar op over een drukke kruising te leiden. elke prijs. Zo is een stoep, de basismaat routeniveau het minst voldaan wordt aan 3. Beperkte middelen om, waar niet voldaan wordt voor voordeurtoegankelijkheid een ondergrens bij de de toetswaarden, prioriteit krijgt bij de toedeling aan toetswaarden en eisen, te investeren in verdeling van ruimte in een straat. Randvoorwaarden van ruimte en tijd. Het gaat hier uitdrukkelijk om een verbeteringen. bij kruisingen met verkeerslichten zijn: maximaal beoordeling op routeniveau en niet op het niveau acceptabele wachttijden en geloofwaardigheid voor van een wegvak of één kruising. Als een klein deel Overal waar een of meer van deze vormen van de verkeersdeelnemers met het oog op veiligheid van de route niet voldoet aan de toetswaarde voor beperking aanwezig is, is het maken van afwegingen (voorkomen roodlichtnegatie) en het vermijden van doorstroming kan dat gecompenseerd worden door noodzakelijk. Hierbij worden de volgende blokkades. Hiervoor zijn normen vastgesteld, die te een betere doorstroming verderop. hoofdprincipes gehanteerd. vinden zijn in de Afwegingsleidraad Verkeersnetten. GG 38 Beleidskader Verkeersnetten Een derde hoofdprincipe bij de afweging tussen gelijkwaardige netwerkniveaus is dat grotere verkeersstromen, in de verdeling van (rest-) ruimte en -tijd, meer voorrang verdienen dan kleinere verkeersstromen. Het gaat daarbij om het aantal personen en niet om het aantal voertuigen. In principe zijn de actuele vervoersstromen leidend. Als op basis van reële verwachtingen, voorspeld kan worden dat er grote veranderingen plaatsvinden, heeft het bij inrichtingsmaatregelen voor langere tijd de voorkeur om uit te gaan van (model-)prognoses. Zo is het verstandig om bij voetgangersstromen al rekening te houden met toekomstige metrohaltes en bij autobewegingen alvast rekening toe houden met eventuele aangekondigde circulatiemaatregelen. Bij de prioritering van investeringen is het ook van belang dat de uitvoering van werkzaamheden gecombineerd kan worden. Dit is efficiënter en beperkt de overlast. Als in een straat de vervanging van de riolering gecombineerd kan worden met de herinrichting van de straat (meer conform de wensen en eisen vanuit de Plus- en Hoofdnetten) kost dat relatief minder geld en het scheelt overlast. 6.3 Tijdstipafhankelijke afwegingen en flexibel medegebruik We kunnen verkeersstromen steeds beter en actueler meten. Hierdoor kunnen we ook flexibeler omgaan met prioriteiten. De dagelijkse fietsstromen zijn het grootst in de ochtendspits op werk- en schooldagen; de voetgangersstromen van toeristen en dagjesmensen komen pas later op de dag op gang en zijn het grootst in de weekenden en tijdens vakantieperioden. Het stedelijk openbaar vervoer kent zijn hoogste Een laatste voorbeeld van tijdstipafhankelijk en/ spitspiek op zaterdagmiddag. Dit biedt dan ook of flexibel gebruik is medegebruik door taxi's van mogelijkheden om in de tijd flexibel om te gaan met bus- en trambanen op routes en tijdstippen waarop prioriteiten. Regelingen op kruisingen kunnen meer het openbaar vervoer hier geen of weinig hinder van flexibel worden ingericht als we beter weten wat het ondervindt. Voor het in stand houden van kwalitatief te verwachten verkeersaanbod is, bijvoorbeeld op hoogwaardige taxiroutes door het medegebruik van basis van ervaringen met evenementen. bus-/trambanen geldt een ‘ja, tenzij'-overweging. Waarbij de tenzij gebaseerd kan zijn op: Flexibiliteit geldt ook voor het gebruik van de ruimte. m de aanwezigheid van een goed alternatief Een route als de Damstraat/Oude en Nieuwe Hoogs- (Plus- of Hoofdnet auto); traat kan 's ochtends een plusroute voor de fiets zijn m het belang en huidig functioneren van de bus- en ’s middags een plusroute voor de voetganger. Een trambaan (voldoet de route aan de toetswaarden?); laad- en losplek in een winkelstraat kan buiten de m de aanwezigheid van veel voetgangers. venstertijden worden gebruikt als voetgangersruimte, ‘s middags als terras en ’s avonds als parkeerruimte Bij toepassing van tijdstipafhankelijk en flexibel of taxistandplaats. En naast flexibel gebruik van de gebruik zijn duidelijkheid van de regels en ruimte is ook gemengd gebruik van straten mogelijk mogelijkheden tot handhaving ervan een door een ‘shared-space' inrichting voor fiets en voet- belangrijk aandachtspunt. ganger, wat een oplossing kan bieden voor de soms sterk wisselende verkeersstromen. GG 40 Beleidskader Verkeersnetten 6.4 Toetsing op het hanteren van hoofdprincipes De initiatiefnemer van wijzigingen in prioriteiten (de wegbeheerder of een projectorganisatie) moet in het projectvoorstel op de volgende pagina genoemde principes hanteren of hier beargumenteerd van afwijken. Deze keuzes van de wegbeheerder of de projectorganisatie komen aan bod in de verschillende planfasen van elk project en worden verantwoord in Nota's van Uitgangspunten en Voorlopige en Definitieve Ontwerpdocumenten. In de Centrale Verkeerscommissie, waaronder ook de Werkgroep Verkeerslichten Amsterdam valt, wordt bij het geven van advies gelet op de manier waarop dergelijke keuzes - verwijzend naar onder meer dit kader - zijn onderbouwd. De eindverantwoordelijkheid voor het hanteren van de hoofdprincipes ligt bij de gemeenteraad. | a1 via Ee: |E ain „_m i ef El er Rae EH EI nd mn, k =S e a a DT he T, Tris n NN te oge n ae pr e zg Ka de + : Á 5 ; a ie É En » eh | 1 : = he Pr Ed Î zj pe 3 ak JR er rn me Dz Bras „ie k ro à E — Ee ri SK wi ze A Ed LP ne fs ea N e k) 7 hi \ 5 k mi ted Eek A = de Het oe 4 | ee La Er EN ; | ERP DE 5 TA EE EA f ee Bie 1 ek ng ET ie , id Be et tE | LE il hee rt Gr ADE -, Rn is hi es U B | we oes, En sh A. E pen Ei us F vn kl à Á é Ì nn ne df P : mn fn a t° ï n | en f Ten e ' If wi, en E f DEE ê Ea 4 } en 4 In S Ei Dn n Te e 8 k ' E Dn G 4 gn A: Sj | EL ES. 8 pri ams pe rn eee WM Sn ijk: ee i ET + R : E, - p apr 5 ee Re 0 Ü @: ï | vn KE ek | k er k DE e amen, nt En ; ij = mnd e bs En ART T Et nie E Hie, 4 ka ed DN k he „- ï El k Ln El / ü Pf de | d rn Y ii baie Keen = n k N oe a B, ar Í d De, F/ 8 4 / Í Ne Dn LN / en Nn AN Pe A le | te. AI _ vR ze h NEF ERGE | u mm 5 a _. k'. E: ‚ 5 | , 8 == FE Î TT ——_ en IN nT AS II EE Ven fas Min 4 nmmr A. aes he he ee es an in ETE \ d Li Lj | A keten Ek . EEN De en = E en. e 8 en ein _ Ie d] B, nl 4 ei e En en U ee 2 A 4 ee _ S u m 5 4 mer md aid mn es > = dik ns is a ” wm ke on dee rn en Ee _e vee A An — e e = ï } k k é E 7.1 Inleiding Dit beleidskader biedt de basis voor het maken van verdere keuzes en is geen blauwdruk voor de inrichting van de stad. Per geval is een zorgvuldige afweging en maatwerk nodig. Het beleidskader heeft geen einddatum. De stad en haar omgeving ontwikkelen zich en dit betekent dat in de loop van de tijd het beleidskader mee zal ontwikkelen ten behoeve van een goede bereikbaarheid van en in de stad voor de verschillende verkeersstromen. Nieuwe ontwikkelingen of inzichten kunnen tot te passen of in het verlengde te liggen van de aanpassingen van het beleidskader leiden. In principe redeneerlijn van het beleidskader. Per 1 december is het aan de gemeenteraad om het beleidskader 2015 is de Wet Lokaal Spoor in werking getreden met aan te passen, maar de raad heeft het college de een nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden voor bevoegdheid gegeven om de netwerkkaarten of wijzigingen in het lokale tramnetwerk. Daarom geldt de verwijzigingen naar documenten aan te passen. een afwijkende procedure voor alle maatregelen die Dit is het geval als in de praktijk een gewijzigde het functioneren van het tramnetwerk raken. verkeerssituatie hierom vraagt of wanneer op basis van gewijzigde wetgeving of bestuurlijke (project) besluiten hiertoe aanleiding is. De wijziging dient Gm 43 7.2 Procedure aanpassing Beleidskader Verkeersnetten Er zijn meerdere aanleidingen denkbaar voor de aanpassing van onderdelen van het Hoofd- of Plusnet. Bijvoorbeeld een ruimtelijke ontwikkeling in de stad vergt een extra aansluiting op één of meer Plus- of Hoofdnetten of is juist gebaat bij een afwaardering van een doorgaande route tot basisnet omdat elders een alternatief is gerealiseerd. Maar het kan ook zijn dat een aanpassing in een netwerk van een hogere orde (rijkswegen, provinciale wegen, hoofdrailnet, metronet) een aangepaste aansluiting vereist. In beide gevallen moet er een raadsbesluit worden aangegeven wat de argumentatie is, wat de genomen om de aanpassing door te voeren, zodat eventuele vervangende route is of in hoeverre het de nieuwe situatie van kracht gaat. Dit kan een een bestaande andere route vervangt. Wanneer de investerings- of kredietbesluit zijn. Hieraan kan aanpassing is vastgesteld, wordt deze ook op de een beslispunt worden toegevoegd om de status kaarten in dit beleidskader opgenomen. van een route te wijzigen. Hierbij moet worden Gm 44 Beleidskader Verkeersnetten 7.3 Procedure in het kader van de Wet Lokaal Spoor De Wet Lokaal Spoor (WLS) is sinds 1 december 2015 in werking. Vanaf deze datum is het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam bestuurlijk eindverantwoordelijk voor de metro- en traminfrastructuur. Het dagelijks bestuur heeft de zorgplicht voor de aanleg en het beheer (inclusief onderhoud) van de lokale spoorweginfrastructuur, in de gemeenten Amsterdam, Amstelveen, Diemen en Ouder-Amstel. Als een aanpassing van het tramnet gepaard gaat het gaat om tramrails die in de wegverharding liggen case’. Ook moet zijn voldaan aan de vereisten uit met een fysieke ingreep in de traminfrastructuur (er (en dus medegebruik van ander wegverkeer kennen). de Wet Lokaal Spoor en de beleidsregels van de wordt nieuwe railinfrastructuur aan het bestaande net Vervoerregio Amsterdam bij het delegeren van de toegevoegd of railinfrastructuur binnen het bestaande De Vervoerregio Amsterdam beslist over het toestaan bevoegdheid. net wordt aanmerkelijk gewijzigd en/of verwijderd) van medegebruik waar het openbaar vervoer een dan is, voorafgaand aan het B&W-besluit, vrijliggende trambaan heeft. Elders is dit de Hoewel de nieuwe Wet Lokaal Spoor een extra toestemming van het dagelijks bestuur van de bevoegdheid van de gemeente (mits dit medegebruik besluitvormingsstap vraagt, is het uitdrukkelijk niet Vervoerregio Amsterdam nodig. kan plaatsvinden zonder fysieke aanpassing van de de intentie van de Vervoerregio Amsterdam om met betreffende railinfrastructuur). deze vergunningsverleningsbevoegdheid wijzigingen Daarnaast stelt de Vervoerregio Amsterdam de onmogelijk te maken. Wel is het verstandig om maximumsnelheid vast voor de verschillende Om nieuwe of aanmerkelijk gewijzigde Vervoerregio Amsterdam tijdig te betrekken bij tramtracés binnen het tramnet. Dat gebeurt aan de railinfrastructuur in gebruik te nemen, is een maatregelen die het functioneren van het tramnet hand van het Besluit Lokaal Spoor (art. 6), waarbij vergunning voor indienststelling noodzakelijk. De beïnvloeden. vooraf aan de gemeente advies gevraagd wordt. Het vergunning wordt verleend als er een compleet advies van de gemeente moet gevolgd worden als informatiedossier is overlegd, inclusief een ‘safety Gm 45 zE à AIN ARN AAN AEN Katt EE ES Ee \ ï NN î ï Pa | ib \ De ie Ï in Zi ei de TPN | Mii jan TE OR DEB -— E | EIN iele At LN € jha stane nk enlkek y Et Ton re kt $ Tha NE Ee dit hj kr i Er nne ; ck | | | | [ A WilF se A SR U 2 ik, ii er, PEPE | 1E-Srr IN (Ne RU pe OUTE 4 JUS | PED TEN ne On EN & re Î NE RE T 65 B ” aaan AL 4 Ak : en | ik ik ik 4 Fie | B ii FN fe tiEg N57 Et ans hann p KA … Buik: ra eenn mm Le Ee kh £ Bhik le Al NE it” lem! 1 APOEL TEK VA, EEEN — ° = Î v v , | ESE 1 i (8 pe f tl Dn A Ke ALT rr weik ii 4 en Tl i a a IË B ' / IT | we HK Tan pad NE 4 ld es BR er onl (7 TAD EG gr EN, tE [NSA | nil | mi A Tie hand | | 7 NT veen pr | | hele Nd zi. : Suf ei ik 7 En f a ij RN. Í rl CTR ee IE DA em SO DN went at il | ER A IS At tet Meek Ei » P 5 er a | aen. | Û We ei hj à kk ' - Ä N rr ár ie Kk : he Pl MS: H El ak’ ne a k ie Sr el nk A PR Ee ai NE AN NN En Re eh jk 3 A ee aj me / A kh and TER dl oiters CTRRNE en et. An d et RE Ki Ì d Eis Ad à ik, AE ide in De | N D EN ea etek Ih HEK à 5 SKI EES Bd 1 …_ el) ie á' Wi 8 \ iN eig net ek n= el RAS KN il Bes 2: Sial en if ern baan | ee ne Tk ten Ke rr pee AEN all Tm As hed E er Pe al asen Nin | Ka be / Lt ‚ ‘ \ B, ik lee EN } 3 PER en F p / nn 5 ane en ig hr Es | Ge | De d CN A Er / el mm ee VD (Ny ES a: Be Je EE Pe d iK | | En mn KE y pn WW, B Es LTN / | a SEAN kh ee ed f Pf Ni | oe WE as > ie: 8 ei lS 1. wb d d | | ij Me pr 4 L an A E LN ; „ As En of | A A el | Xt | nl k dn \ \ kh “ _ Ld : a S & t te Rs % ke es S E C b I t I | 6 t icht | ichtlij In de bijgaande combinatiekaart zijn de Plusnetten samengevoegd. Zoals Het overzicht van toetswaarden, wensen en eisen laat te zien is, ligt in het Centrum en het noordelijke deel van stadsdeel Zuid de kaders zien waarbinnen keuzes moeten worden een sterk accent op het fijnmazige voetgangersnetwerk. Het fietsnetwerk gemaa Bj hernrehtngspannen 5 eatwerk nadi. is - iets minder fijnmazig - verspreid over geheel Amsterdam. De plusroutes In de afweging moet altijd ruimte blijven om hier, openbaar vervoer en auto zijn minder fijnmazig. De meeste ‘stapeling’ van beargumenteerd, van af te wijken. Belangrijk daarbij Plusnetten is te vinden in winkelstraten. Hier liggen de grootste keuze- is dat dit op een transparante wijze gebeurt. vraagstukken waarop de afwegingsprincipes moeten worden toegepast. Ook ligt hier de grootste uitdaging om de verschillende belangen van manieren van vervoer zo goed mogelijk met elkaar te combineren. GG 47 Combinatiekaart Plusnetten voetganger, fiets, openbaar vervoer en auto ATS Î Zj EN Sr rs a Te sd SN ) ERE Rn Ne Ee B 5 N NSA ee) Se in | Oer ‚ Plusnet Hoofdnet Plusnet fiets Hoofdnet Plusnet OV Hoofdnet OV | Plusnet auto Hoofdnet auto | Basis- voetganger | voetganger LS le Karakteristiek Verbinden en Verbinden en Doorfietsroutes Hoofdroutes Snelle doorgaande __Ontsluitende en Snelle doorgaande Aanvullende Ontsluitend verblijven toegang geven routes toeleidingsroutes routes doorgaande routes tot OV Ambitie Aantrekkelijke Rechtstreekse Snel en Comfortabel Snel, betrouwbaar Betrouwbaar en Snel en efficiënt in en Bieden robuuste Garanderen en comfortabe- en comfortabele comfortabel door de stad en efficiënt door efficiënt door de van/naar de stad capaciteit basisbereikbaar- le looproutes looproutes door de stad de stad stad heid adressen Toetswaarde Voorkomen knellende voetgangers- _ Trajectsnelheid Bruto trajectsnel- Handhaven Trajectsnelheid km/u Handhaven snelheid stromen op drukke momenten km/u heid km/u) ! snelheid op Corridors: snelheid op = Binnen Ring m Centrum (S100en _trajectniveau = Centrum (s100 en trajectniveau, A10, excl. daarbinnen) > 15 daarbinnen) > 20 gerelateerd aan Noord >= 15,1 = Binnen Ring A10, = Binnen Ring A10, de functie in = Buiten Ring A10 excl. Noord, excl. excl. Noord, excl. het netwerk en Noord >16 Centrum > 18 Centrum > 30 m Buiten Ring A10 m Buiten Ring A10 en en Noord > 20 Noord > 40 Overig plus: = Binnen Ring A10, excl. Noord, excl. Centrum > 15 m Buiten Ring A10 en Noord > 25 Toetswaarde Betrouwbaar- Behoud en betrouwbaar- heidsgetal netto waar mogelijk heid snelheid) 2 verhogen be- < 1,25 trouwbaarheid * Bruto snelheid is inclusief halteren 2 Netto snelheid is exclusief halteren en 49 Plusnet Hoofdnet Hi Hoofdnet Hoofdnet 9 Plusnet fiets 7 Plusnet OV Hoofdnet OV | Plusnet auto Basisnetten voetganger | voetganger fiets auto Wensbeeld Obstakelvrij en zie: Leidraad CVC Gebiedsont- Gebiedsont- Vrije baan Vrije baan of Vrije rijstroken Vrije rijstroken of Gemengd Inrichting sluitingswegen, sluitingswegen, (beperkt) Pluscorridor: (beperkt) mengen afhankelijk van afhankelijk van mengen met (minimaal) 2 x 2 met vrijliggende intensiteiten: intensiteiten: aandacht voor rijstroken, inrichting infrastructuur Fietspaden, visueel Fietspaden betrouwbaar- overeenkomstig openbaar vervoer van het autoverkeer visueel van het heid/veiligheid snelheidsregiem 50 gescheiden stroken autoverkeer ge- km/u of meer, zie ook: Erftoegangswe- scheiden stroken Leidraad CVC gen metrelatief _Erftoegangswe- veel fietsers: gen met relatief Fietsstroken, veel fietsers: autoluwe fietsstraat, Fietsstroken, autoluwe 30km/h- autoluwe fiets- straat straat, autoluwe 30km/h-straat Gewenste Maten vrije breedte naar drukte- Zie Leidraad CVC Zie: Leidraad CVC Zie Leidraad CVC Zie Leidraad Breedte graad, zie Leidraad CVC Integraal Programma van Eisen tram CVC Comfortabel Vlak Alleen OV-vriendelijk Geen drempels snelheidsremmende maatregelen Eisen Leidraad Centrale Verkeerscommissie Toegankelijk Eisen sociaal Zie: Richtlijnen Openbare verlichting NSWV en Leidraad CVC veilig Herkenbaar Zie: Leidraad CVC Voldoet Zie: Leidraad CVC, Integraal Programma van eisen tram, Beleidskader Beheer technisch Verkeersveilig Zie: Leidraad CVC (inrichtingseisen) Goed Beleidskader Beheer; Richtlijn Openbare verlichting NSVV Zie: Beleidskader Beheer, Richtlijn Beleidskader Beheer; Richtlijn Openbare verlichting NSVV onderhouden Openbare verlichting NSVV, Integraal Programma van eisten tram, Visie Lokaal Spoor van de Vervoerregio Amsterdam Gladheids- Zie: Beleidskader gladheidsbestrijding Amsterdam 2013 bestrijding nl 50 Beleidskader Verkeersnetten IJ ee ' mie : De : _ Ee | Ea _ Sá Dee : | Es - = Pe p-| en nf _ — 5 Ns pn 4 Ka Dn NL if ee : pr p ns mn rn: DS 3 p= ete d - Bs Ee P an pen _— mn a De ke « Di ep ee FS _ kn pf En dl ij a ak ae es nan DN Î U Á ST AAS Ca te pt he ll nn he AR. DT _ 5 Ln 1 a Dn ef me À : En le ip - e Lt [ = En : Rn ne £ en ef RS. nn 4 Te t es Rd « , Î EI é n ns = EE _ nn al T a he > Ee: jn Ee a. 5 ee p he ee rt OE # id, é u í ï Ì - f San Bes AN 4 Ì Ì 4 RE WE É Ce a … SS Ons KE 5 Ee) | En ke 5 „A ei k f El ij Mi en } RS he di 4 « Sn | Re, p ei | EE De Sen | Me, En | j Eme Í | | ij en 5 | RE ee Ef OO 5 wt Ö ET) Pj N : Ei Ke G Ave E. 4 Ô AEN zn 4 hj en à IN Bijlagen Definities Plus-, Hoofd- en Basisnet gemeentebestuur gevraagd en ongevraagd te m Voorschriften snelheidsremmende maatregelen. We onderscheiden drie kwaliteitsniveaus per adviseren over voorgenomen ingrepen op of binnen m Rijbaanbreedtes, doorrijhoogtes, bochten en modaliteit: de directe invloedssfeer van de Plusnetten en de hellingen voor auto’s. 1 Plusnet: routes met de hoogste prioriteit waar actief Hoofdnetten. Het doel van de Leidraad CVC is m Voorrangsregelingen binnen de bebouwde kom. gestuurd wordt op verbetering van de kwaliteit om aan derden informatie te verschaffen waar de m Parkeer- en laad- en losvoorzieningen. 2 Hoofdnet: routes met een hoge prioriteit waar CVC (verkeerstechnisch) op toetst. De Leidraad m Verkeerslichten en kruispuntontwerpen. de (bestaande) kwaliteit, gezien de functie in het moet gezien worden als een handreiking aan de m Taxistandplaatsen. netwerk, op orde moet blijven wegbeheerders binnen de gemeente Amsterdam om, =m Openbare verlichting. 3 Basisnet: de overige wegen. De standaard- voorafgaand aan een behandeling in de CVC, inzicht = Maatvoering uit Handreiking Bluswatervoorziening (inrichtings)eisen zijn hier van toepassing. te krijgen in de toetsing. en Bereikbaarheid (Brandweer). Toetswaarden In de leidraad CVC zijn eisen en richtlijnen Onderdeel van de Leidraad CVC zijn de richtlijnen Toetswaarden zijn criteria waar op zijn minst aan opgenomen voor onder meer: van CROW en ASVV (Aanbevelingen voor verkeers- voldaan moet worden. Als er niet aan voldaan wordt, = Duurzaam veilige inrichting van verschillende typen voorzieningen binnen de bebouwde kom). kan dit de aanleiding zijn om de inrichting van de wegen en straten. De eisen en richtlijnen worden periodiek aangepast betreffende straat te wijzigen of iets te doen aan m Doorloopbreedtes en toegankelijkheid voor aan nieuwe inzichten en wetgeving. Van de in de de voorrangsituatie. Als er al wel aan wordt voldaan, voetgangers. Leidraad CVC genoemde eisen kan (binnen wettelijke kan er nog steeds aanleiding zijn om de kwaliteit = Geleidelijnen, hellingen en oversteekvoorzieningen kaders) alleen beargumenteerd afgeweken worden. te verbeteren. voor voetgangers. = Inrichting en breedte van fietspaden en —stroken. Centrale Verkeerscommissie m Oversteekvoorzieningen/kruisingen, paaltjes en De Centrale Verkeerscommissie (CVC) is een ambtelijk hellingen voor fietsers. adviesorgaan van de Gemeente Amsterdam dat m Bus- en railvoorzieningen, waaronder tot taak heeft om via de wethouder Verkeer het (toegankelijke) haltes. 53 Duurzaam veilig Medegebruik Bus-/trambanen Parkeerplan(gebied) In 1977 hebben alle wegbeheerders het convenant Het toestaan van medegebruik van bus-/trambanen In 2012 is het Parkeerplan vastgesteld waarmee Duurzaam Veilig ondertekend. De verkeersveiligheids- door taxi's is geregeld in het Lijnbusbaanbeleid 2013 de gemeente het parkeren in de stad makkelijker visie Duurzaam Veilig is gebaseerd op vijf principes. www.amsterdam.nl/parkeren-verkeer/taxi/betere- wil maken en de openbare ruimte gaat verbeteren Deze vijf principes betreffen de functionaliteit van taximarkt/nieuwe-regeling door meer ruimte op straat te creëren. Dit gebeurt wegen, de homogeniteit van massa en/of snelheid en gebiedsgewijs met een mix van maatregelen, richting, fysieke en sociale vergevingsgezindheid, Nood- en Hulpdiensten waaronder het compenseren van parkeerplaatsen. herkenbaarheid en voorspelbaarheid van wegen en De weg- en railinfrastructuur zijn essentieel om de Hierbij is het toepassen van maatwerk leidend. De gedrag en statusonderkenning. (wettelijk) opgedragen taken van de brandweer opheffingsnorm van 1:3 is daarbij een richtlijn en www.swov.nl binnen de bestuurlijk vastgestelde kaders te kunnen geen doel op zich. Per situatie wordt deze richtlijn uitvoeren. Voor ambulances en politie geldt dit meegenomen en worden de consequenties bekeken. Gladheidsbestrijding eveneens. www.amsterdam.nl/parkeerplan De prioritaire strooiroutes staan weergegeven op: www.amsterdam.nl/parkeren-verkeer/ Landelijk is een Handreiking Bluswatervoorziening Openbare verlichting gladheidbestrijding/strooiroutekaart/ en Bereikbaarheid uitgegeven waarin onder meer De Richtlijn Openbare Verlichting 2011 (ROVL- voor de bereikbaarheid een handreiking staat die de 2011) is opgesteld door de Nederlandse Stichting De kaart is alleen beschikbaar tijdens het Brandweer Amsterdam-Amstelland ook hanteert. voor Verlichtingskunde en tot stand gekomen op strooiseizoen. De Handreiking Bluswatervoorziening en verzoek van de Taskforce Verlichting ondersteund Bereikbaarheid van Brandweer Nederland is te vinden door Agentschap NL. Deze richtlijn is bedoeld Investeringsagenda's Openbaar Vervoer, op: www.brandweer.nl/media/1359/121116_hr_ voor beheerders (eigenaren), zoals Rijkswaterstaat, Fiets en Weg bluswatervoorziening.pdf provincies, gemeenten, waterschappen en overige Gemeenten zijn eindverantwoordelijk voor de te beheerders van openbare terreinen en wegen, dan maken afwegingen en voor de uitvoering van wel personen en organisaties die deze beheerders projecten en maatregelen op hun grondgebied. ondersteunen. Het maken van een keuze tot De Vervoerregio Amsterdam heeft in nauwe verlichten, dan wel niet verlichten, dan wel te samenwerking met de inliggende gemeenten, besluiten tot een alternatieve maatregel is een waaronder Amsterdam Investeringsagenda'’s beleidsafweging. opgesteld om te werken aan verbeteringen in de regionale bereikbaarheid. De investeringsagenda'’s laten zien waarin de Vervoerregio Amsterdam investeert, wanneer dat gebeurt en wat dat oplevert. www.vervoerregio.nl ] 54 Beleidskader Verkeersnetten Deze richtlijn geeft handreikingen voor het maken van Structuurvisie Amsterdam 2040: Economisch een dergelijke beleidskeuze. Dit onderdeel is nieuw, sterk en duurzaam ten opzichte van de voorganger van deze richtlijn, de In februari 2011 heeft de Gemeenteraad haar visie op NPR13201-1, die standaard uitgaat van het verlichten het ruimtelijk beleid tot 2040 vastgesteld. Het bevat van een situatie. De ROVL-2011 is ter vervanging van visiekaarten met betrekking tot gewenste ruimtelijke de NPR13201-1. ontwikkelingen en onder meer kaarten met betrekking www.nsvv.nl/publicaties/richtlijn-voor-openbare- tot: verlichting-rovl-2011-ov-09 =m Hoofdbomenstructuur (pagina 113) m Ruimtelijke reserveringen (vanaf pagina 261) Stadsstraten www.amsterdam.nl/structuurvisie Stadsstraten en -pleinen zijn in de Structuurvisie Amsterdam gedefinieerd als ruimere, drukkere Wet Lokaal spoor straten en pleinen in of tussen buurten met een Sinds 1 december 2015 is de Wet Lokaal Spoor belangrijke winkel- of horecafunctie en meestal ook van kracht. Vanaf deze datum is het dagelijks een belangrijke verkeersfunctie. Er worden daarbij bestuur van de Vervoerregio Amsterdam bestuurlijk 21 volwaardige stadsstraten en -pleinen benoemd en eindverantwoordelijk voor zowel het regionale 35 straten en pleinen met potentie om uit te groeien verkeer- en vervoerbeleid als de daarbij horende tot een volwaardige stadsstraat. metro- en traminfrastructuur. Het dagelijks bestuur heeft de zorgplicht voor de aanleg en Op de pagina’s 115 /116 van de Structuurvisie is de het beheer (inclusief onderhoud) van deze lokale lijst met verschillende categorieën stadsstraten te spoorweginfrastructuur in de gemeenten Amsterdam, vinden. Amstelveen, Diemen en Ouder-Amstel. Meer www.amsterdam.nl/structuurvisie informatie is te vinden op: www.amsterdam.nl/ gemeente/organisatie/ruimte-economie/metro-en- tram/wetlokaalspoor/ruimtelijk-profiel 55 © nood- en hulpdiensten Noord — Zuidoost gekoppeld aan BovenlJ — OLVG - AMC NZuid — West gekoppeld aan St. Lucas Andreas Cornelis Douwesweg — Klaprozenweg — Johan van Hasseltweg — Nieuwe Europaboulevard — Europaplein — Schelderstraat — Ferdinand Bolstraat — Ceintuurbaan Leeuwarderweg — IJtunnel — Valkenburgerstraat — Mr. Visserplein — Weesperstraat — — Roelof Hartstraat — Roelaf Hartplein — Van Baerlestraat — Eerste Constantijn Weesperplein — Rhijnspoorplein — Wibautstraat — Prins Bernhardplein — Gooisweg — A9 Huygensstraat — Overtoom — Nassaukade — Tweede Hugo de Grootstraat — Jan van — Holterbergweg — Meibergdreef — AMC v.v. Galenstraat v.v. Noord — Zuidoost gekoppeld aan BovenlJ Zuid — Oost gekoppeld aan OLVG Cornelis Douwesweg — Klaprozenweg — Ridderspoorweg — Asterweg — Bundlaan — Ceintuurbaan — Nieuwe Amstelbrug — Weesperzijde — Ruyschstraat — Linnaeustraat v.v. Overhoeksparkplaan — Dienstweg EYE v.v. Zuid — gekoppeld aan VU Europaboulevard — Boelelaan — Parnassusweg — Strawinskylaan — Beethovenstraat — De Boelelaan — Scheldeplein — Scheldestraat — Churchilllaan — Stadionweg — Van Oost — Centrum gekoppeld aan OLVG Hillegaertstraat — Ferdinand Bolstraat v.v. Middenweg — Linnaeusstraat — Mauritskade — Alexanderplein — Plantage Middenlaan — Plantage Parklaan — Anne Frankstraat — IJtunnel — Valkenburgerstraat — Mr. Visserplein Zuid — Centrum gekoppeld aan VU — Jodenbreestraat — St. Antoniebreestraat — Nieuwmarkt — Geldersekade — Prins Hartstraat — Hobbemakade — Stadhouderskade — Weteringcircuit — Weteringschans — Hendrikkade Vijzelgracht — Vijzelstraat — Muntplein v.v. Oost — gekoppeld aan OLVG Cityring gekoppeld aan route 5 Linnaeustraat — Wijttenbachstraat — Domselaerstraat v.v. Rokin — Dam — Damrak — Prins Hendrikkade — Martelaarsgracht — Nieuwezijds Voorburgwal — Spui — Singel — Muntplein ] 56 Beleidskader Verkeersnetten en ee ziijn ' me West gekoppeld aan Slotervaartziekenhuis _ mn Oude Haagseweg — Johan Huizingalaan — Robert Fruinlaan — Postjesweg — 4 NS pn Kinkerstraat — Nassaukade v.v. ij Ô ie. UGS 1 ve, el Á J West gekoppeld aan Slotervaartziekenhuis ga Basisweg — Radarweg — Orlyplein — Basisweg — Transformatorweg — Spaarndammerdijk bal f UGS 1 — Tasmanstraat — Van Diemenstraat — Westerdoksdijk — Ijburglaan v.v. Tp X Verbindingsroute 3 en route 4 hi \ Westelijke Onderdoorgang — Odebrug — Prins Hendrikkade v.v. ; É ROUTE 6 f UGS 2 (7 UGS 7 da Zuid gekoppeld aan VU E Amstelveenseweg — De Boelelaan — Stadionplein — Stadionweg — Hobbemakade v.v. l Í ze el, Í Á Ld 1 Í Ring Jordaan gekoppeld aan route 3 en 5 E Es Rozengracht — Raadhuisstraat — Nieuwezijds Voorburgwal — Martelaarsgracht — Prins | UGS 5 UGS 3 Hendrikkade — Nieuwe Westerdoksstraat — Haarlemmerhouttuinen — Haarlemmerplein id Ugs ali e — Marnixstraat — Rozengracht v.v. _= ET egel wf UITGANGSSTELLINGEN (zie kaart) Sl UGS 1 —- Displaystraat / T.T. Vasumweg (NDSM) L UGS 2 —- Marnixstraat (parkeergarage / Jordaan) UGS 3 —- Gelrestraat (RAI) UGS 4 —- Skutsjespad (Olympisch Stadion / RAI / Station Zuid) ë UGS 5 —- Fred Roeskestraat (Olympisch Station) 8 : i kn UGS 6 —- Spaarndammerdijk thv de begraafplaats (Houthavens) el " ; UGS 7 —- Piet Heinkade (Nabij Panama) \ _ 57 f Kel Pk “ Te KE We WP Dn - EE ET A ek er A Jed en N= Var TK MRT EN à ij AAN bte We ME en CA toe ON BEN EE B EAP ed . E ad F ke ea d hee Mine ret E en A des, be Aert” Pie ding EN An eee n ê Hel a el dt TN case Art Ek 7 3 of : ; 7 ' Ae en mare hd A ed k en Ì Ed EN Bk E53 Ë ed Se & He en 0 ' Nî Kn Db Hd B BEL k its {rz Er ni 5 u 8 “ Fi Nan Ae d ke en A PEA ke af Ë sj - Te en =d ike U BEL as IE = ng d } he ie elk. - ee er Wk Î : me tn, ren bed È : ze A ; ue eN at kn eN ' ez ä hi Tal | Bl Ee ni Ks k Ee, el ' As hl Ni = Ee d Ee en k À À tien Per > Fe, rn d | “, il Ù is it Ì 8 U | ä d 4e A vis AN je. EE … 4 „is | ‘ 7 % Ei \ | 1 Eea | | 4 pl ed he Rel, z Ed f ein L, fi hk ies De | Fr rd E | L] Ì DP ì Í se Il Ge: en A in : _ 4 gen make = hiene 2 ne ï E jh dd , ln î ei U, an ks kh, E AN Re oe ir Ef an El Ld En … “ff es en mas p : De . held BE n en mi Ts epen , En een k he | z : a B ï el ’ neh hage Ke en % he hjse" . mn „ 4 nde p | ä k | nd kenen N Ear en ie : Ne N Ê | _— : en en" d "en ki En ", rn - y: \ j ra E | ee | f ed, ne nn. hi et, | ef Pd A pe En ek _—_ me d pe in us = Ni 4 Een amd | Ls ei E nn l Kad | nr f Be 8 , | 4 Bin 4 : E Fer 7 e 4 4 Ee: À ete | at ek | en VS A 7 zn si ki Ee jr | 8 Er ’ DE ae z | A ers / ï ee - en md Ep En on zn: — | = j Se se A pan | De Dn HO , Tg f- … ik an Pe iN EFA ti r4 rn as ) nn enn pa 7 e á er ee De 4 ze ke 5 A) ri sr nn kes Eee ee sk be ee ne Ee Ee ne er ee een E Ls, on nn î ; nh %
Onderzoeksrapport
58
train
x Gemeente Amsterdam WB % Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn % Agenda, woensdag 28 oktober 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Tijd 09.00 tot 12.30 uur Locatie De Rooszaal 0239, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie WB d.d. 23 september 2015 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissie WB@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn WB Agenda, woensdag 28 oktober 2015 6 TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Bouwen en Wonen 11 Financieren en realiseren tijdelijke woonunits “Het Startblok”, Riekerhaven Nr. BD2015-013583 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad, d.d. 4 november 2015) e _Deleden van de raadscommissie RO zijn hierbij uitgenodigd 12 Initiatiefvoorstel van het raadslid Van Dantzig (D66), getiteld 'Studenten maken het mogelijk’ Nr. BD2015-015177 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 13 13 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel ter instemming van het raadslid de heer Van Dantzig (D66) getiteld: ‘Studenten maken het mogelijk’ Nr. BD2015- 013079 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 13 14 Toeristische verhuur van woonboten Nr. BD2015-015174 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Moorman (PvdA) e Was Tkn 2 in de raadscommissie WB, d.d .24 juni 2015 e Deleden van de Raadscommissie FIN zijn hierbij uitgenodigd e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 2 september 2015 2 Gemeente Amsterdam W B Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Agenda, woensdag 28 oktober 2015 15 Brief voortgang huisvesting erkende vluchtelingen (statushouders) Nr. BD2015- 014933 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3
Agenda
3
train
Bezoekadres Amstel 1 x G emee nte 2011 PN Amsterdam Amsterdam | Postbus 202 1000 AE Amsterdam | Telefoon 14 020 amsterdam.nl | Ï 2x Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam | ED | | | | | | Datum 17 februari 2016 | | Onskenmerk BDA2016/525 | Behandeld door Ronald Kersbergen, [email protected] Kopie aan commissie AZ | Onderwerp _ Voorstel handhavingsverzoeken Geacht | Op 23 januari jl, heeft v een raadsadres ingediend met een voorstel om op de website informatie te | | plaatsen over de juridische status van een handhavingsverzoek en het verschil vit te leggen tussen | een melding en een handhavingsverzoek. Amsterdam hecht er aan om burgers en ondernemers goed te informeren en probeert dat in alle | communicatie zo helder mogelijk te doen. | De gemeente heeft gekozen voor een programmatische benadering van de handhaving omdat Ì | niet alle handhavingstaken gelijktijdig met dezelfde intensiteit vitgevoerd kunnen worden. Dat wil zeggen dat de jaarlijks geselecteerde handhavingsprioriteiten met voorrang worden aangepakt. | Door flexibel en informatiegestuurd te handhaven, kunnen problemen zo efficiënt en effectief | mogelijk worden aangepakt. Met de programmatische aanpak zal onze handhavingstaak zich | ontwikkelen van reactief naar proactief, van incidentgestuurd naar planmatig. | Daarmee verdwijnt de reactieve handhaving niet vit beeld, want signalen, handhavingsverzoeken | | en meldingen blijven aanknopingspunten voor onze handhavingsactiviteiten. | Inmiddels is aan uw verzoek voldaan. Op 45 februari jl, heeft u in een telefoongesprek aangegeven vooralsnog tevreden te zijn met de afhandeling. bj Hoogachtend; | } { Jeevan der Laan | Burgemeester van Amsterdam | | Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl.
Raadsadres
1
train
VN2023-012751 N% Gemeente Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare M OW Ruimte en ‚ Ruimte en Groen, Water Duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie MOW van 06 juli 2023 Ter kennisneming Portefeuille Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit Agendapunt 9 Datum besluit 30 mei 2023, college van B&W Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief met betrekking tot de vaststelling door het college van de Geluidskaart Amsterdam 2021. De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief met betrekking tot de vaststelling door het college van de Geluidskaart Amsterdam 2021. Wettelijke grondslag Artikel 11.6, vierde lid Wet milieubeheer. Het college is bevoegd tot vaststelling van geluidsbelastingkaarten Gemeentewet Artikel 169 van de Gemeentewet Bestuurlijke achtergrond Op basis van Europese regelgeving dient het college van B&W 5-jaarlijks geluidbelastingkaarten van haar grondgebied op te stellen. Het gaat om de geluidbelasting, geluidhinder en slaapverstoring als gevolg van wegverkeer, railverkeer, industrie en luchtvaart in het jaar 2021. Het college heeft op 30 mei 2023 de nieuwe geluidskaart voor Amsterdam vastgesteld. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.8 1 VN2023-012751 % Gemeente Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare Ruimte en % Amsterdam Rui G Wat Duurzaamheid % uimte en Groen, Water Voordracht voor de Commissie MOW van 06 juli 2023 Ter kennisneming AD2023-038573 Commissie MOW Voordracht (pdf) AD2023-04,9850 raadsinformatiebrief geluidskaart.pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte en Duurzaamheid, Carlo Schoonebeek, [email protected] Gegenereerd: vl.8 2
Voordracht
2
train
% Amsterdam % à @& e FER EN AA Voortgangsrapportage 2021 gangsrapp g Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) U w Ws UD ® ® ® Rp Sie zor Inhoud Inleiding 3 Uitgelicht 2021 4 Belangrijkste inspanningen 2021 5 1. Versterken samenwerking en (hulp)aanbod dat er is 6 2. Bewustwording en agendering 9 3. Inzicht en innovatie 12 4. Aanpak complexe casuïstiek 15 Tot slot 21 2 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Inleiding In februari 2020 is het programma tegen Seksuele 3. Inzicht in de problematiek vergroten en op basis Leeswijzer Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) gestart, omdat daarvan innovatieve interventies ontwikkelen In deze voortgangsrapportage wordt teruggeblikt het college van burgemeester en wethouders zorgen 4. ROSA: signaleren van en regie voeren op com- op de inspanningen van het programma SISG in het had dat veel meiden en jonge vrouwen in Amsterdam plexe meidencasuïstiek tweede programmajaar 2021. Bij de aanvang van te maken hebben met seksueel grensoverschrijdend het programma is gekozen voor een structuur van gedrag, seksuele intimidatie en seksueel geweld. In Intensieve samenwerking acht maatregelen. De praktijk leert echter dat er veel 2021 was de urgentie van dit probleem nog onvermin- _ Het programma SISG wordt uitgevoerd door het Actie- _ overlap is tussen deze maatregelen. Ook is de maat- derd actueel. Zo is de stad dit jaar opgeschrikt door centrum Veiligheid en Zorg (AcVZ). Het AcVZ is gespeci- schappelijke impact van elke afzonderlijke maatregel een aantal ernstige incidenten gerelateerd aan (online) aliseerd in regievoeren in de meest complexe casuïstiek of inspanning moeilijk in cijfers te vatten of nog niet seksueel geweld. De problematiek is complex en voor op het snijvlak van veiligheid, zorg en sociaal domein. beschikbaar. In deze tweede rapportage is er daarom de aanpak ervan is zodoende een lange adem nodig. En creëert in nauwe samenwerking met haar netwerk- voor gekozen om te rapporteren over de belangrijkste partners en op basis van wetenschappelijke inzichten gerealiseerde inspanningen en de (voorlopige) resul- Doel van het programma innovatieve beweging in programma's met bestuurlijke _ taten hiervan uit te lichten. Ten slotte wordt ingegaan Het programma SISG is een veelomvattende aanpak prioriteit op het snijvlak van veiligheid en zorg. op de prioriteiten en geplande activiteiten binnen het om seksuele intimidatie en seksueel geweld in de stad programma voor 2022. tegen te gaan, zowel offline als online. Het program- Het programma SISG werkt intensief samen met ver- ma heeft als doel om seksuele intimidatie en seksueel schillende partners. Zo wordt er gezorgd voor goede geweld beter te voorkomen en te bestrijden, slachtof- aansluiting op de programma's Weerbaar Amsterdam fers effectiever te helpen, meer inzicht te krijgen inde (voorheen bekend onder de titel Weerbare Mensen, problematiek en Amsterdammers bewuster te maken Weerbare Wijken), Top600, Positief Perspectief, Re- van het probleem en de hulpmogelijkheden. Om deze __gioaanpak Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, doelen te bereiken wordt er vanuit het programma Schoolveiligheid en de Digitale Stad. Daarnaast werkt SISG ingezet op: het programma nauw samen met allerlei (lokale) zorg- 1. Het versterken van de samenwerking en en veiligheidspartners. Het uitgangspunt is om voort het bestaande (hulp)aanbod te bouwen op bestaande samenwerkingsrelaties en 2. Bewustwording vergroten en agenderen van de _ (effectieve) activiteiten, die zo goed mogelijk op elkaar problematiek aan te laten sluiten en daarnaast gezamenlijk op te zetten wat extra nodig is. 3 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Uitgelicht 2021 Het programma SISG heeft een dynamische opzet Effecten van covid-19 maatregelen en kan waar nodig worden bijgesteld om de grootste Covid-19 en de contactbeperkende maatregelen heb- impact voor (potentiële) slachtoffers van seksuele inti- ben effect gehad op de SISG-problematiek. Zo blijkt midatie en seksueel geweld te bereiken. In het eerste uit onderzoek! dat jongeren tijdens de periode van jaar is gewerkt aan de opbouw van het programma, de avondklok meer (online) seksueel geweld hebben het verkrijgen van meer zicht op de problematiek en meegemaakt. Mogelijk waren de omstandigheden bij op wat er nodig is om meiden en jonge vrouwen in het afspreken met een date minder veilig en brachten Amsterdam te beschermen. Het tweede jaar is op ba- jongeren in deze periode meer tijd online door. Ook sis van deze inzichten en de urgentie rondom trends en waren scholen voor langere tijd gesloten of minder incidenten extra ingezet op het tegengaan van online toegankelijk. Hierdoor was er minder zicht op de seksueel geweld. doelgroep en was deze ook moeilijker te bereiken. Tegelijkertijd zijn er ook signalen dat het loslaten van Actieplan tegen Online Seksueel Geweld de maatregelen heeft geleid tot meer meldingen van Gezien de ernstige incidenten gerelateerd aan online seksueel geweld. seksueel geweld (OSG) begin 2021 hebben de burge- meester (verantwoordelijk voor het programma SISG De coronamaatregelen hebben ook invloed gehad op en voor het thema veiligheid en zorg) en de wethouder de uitvoering van het programma SISG en daarmee op Jeugd (verantwoordelijk voor de preventie van jeugd- de voortgang van de verschillende activiteiten. Enkele problematiek) de handen ineengeslagen door het projecten zijn later van start gegaan of de invulling van ‘Actieplan OSG! te lanceren. Het actieplan levert een deze projecten is aangepast. extra bijdrage aan het vergroten van de bewustwor- ding (gericht op jongeren, ouders en professionals), het ondersteunen van slachtoffers, het bestrijden van online seksueel geweld en het tegengaan van dader- schap. 1 Seksuele gezondheid van jongeren in Nederland tijdens de coronacrisis. Rutgers/Soa Aids Nederland (2021). 4 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Belangrijkste inspanningen 2021 Voorkomen van slachtofferschap Signaleren en stoppen van bestaand Hulp aan slachtoffers slachtofferschap UM eer Tanat- ine leYlfelge1-J BB Meiden en jonge vrouwen die (nog) geen Meiden en jonge vrouwen die slachtoffer zijn maar Meiden en jonge vrouwen die slachtoffer zijn slachtoffer zijn nog niet in beeld 1. Versterken samenwer- Voorlichting aan jongeren en ouders over online Samenwerking met hotels: ontwikkeling Laagdrempelige informatieve film king en (hulp)aanbod leefwereld en seksualiteit. instrument ter voorkoming en signalering voor slachtoffers. dat er is van misstanden Preventieve activiteiten voor uiteenlopende doel- Deskundigheidsbevordering bij Centrum Seksueel groepen vanuit Aanpak Straatintimidatie Geweld Amsterdam-Amstelland om slachtoffers van online seksueel geweld te kunnen helpen Bewustwordingscampagne #jijstaatnietalleen Organiseren van de Week tegen Seksueel Geweld Orange the World: campagne om met oranje uitlichten van gebouwen aandacht te vragen voor geweld tegen vrouwen 3. Inzicht en innovatie Onderzoek naar online gedrag, online Focusgroepen met meiden en interviews met Pilot opvang en wonen: tijdelijke opvang en incidenten en digiwijsheid onder Amsterdamse slachtoffers om hun behoeften in kaart te brengen. actieonderzoek scholieren. Schoolbezoeken en bekend maken van vriendin- Inclusieve buurtschouwen: beruchte plekken neninitiatief om meiden te ondersteunen straatintimidatie ROSA-regisseur adviseert scholen i.h.k.v. Ontwikkelen netwerkaanpak meiden in stadsdelen _Persoonsgerichte aanpak ROSA schoolveiligheid West, Nieuw-West en Noord. -7 casussen in regie -Advisering op casuïstiek van partnerorganisaties Training aan professionals binnen netwerkaanpak meiden in West. Pilot ambassadeurs bij de politie 5 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) ® 1. Versterken samenwerking en (hulp)aanbod dat er is In Amsterdam is de afgelopen jaren al veel kennis, ex- __m Het online hulpaanbod van Helpwanted.nl wordt pertise en aanbod ontwikkeld in de aanpak van seksue- voor jongeren, ouders en professionals in 2022 INGESPREK Qpia” le intimidatie en seksueel geweld. Dit neemt niet weg beschikbaar in de talen Turks, Arabisch en Engels. = dat de betrokken organisaties erkennen dat de pro- blematiek ernstig is en dat het ontzettend belangrijk is Rol van ouders vergroten Praten a LAS je kind over de komende jaren op dit onderwerp nog meer actie te Ouders hebben een belangrijke rol in de bescherming en Ë ondernemen. Het programma SISG versterkt daarom van hun kinderen tegen (online) seksuele intimidatie seksualiteit lt online (lokale) samenwerking en het (hulp)aanbod, met het en seksueel geweld. Ouders dienen daarvoor de juiste kiik op i ’ A, ‚ 7 : ijk op ingesprek.amsterdam doel om seksuele intimidatie en seksueel geweld in de handvatten te krijgen. In september 2021 is de cam- stad gezamenlijk nog beter tegen te gaan. pagne ‘In gesprek’ van Opido gestart. Het doel van de campagne is om ouders bewust te maken van het Aanvullend voorlichtingsaanbod aan jongeren belang om met hun kinderen te praten over seksuali- Om zo veel mogelijk jongeren te bereiken en hen te teit en online (o.a. (ongewenste) sexting), ouders tips informeren over veiligheid online, is er naast het al te geven hoe ze dat het beste kunnen doen en waar je ern Dn ingekochte voorlichtingsaanbod en in samenwerking hulp kunt zoeken als je dat nodig hebt. Door middel Ld md E- met het programma Positief Perspectief gezorgd voor van sociale media zijn meer dan 280.000 Amsterdam- lm ER © aanvullend voorlichtingsaanbod: mers bereikt. De Ouder Kind Teams (OKT’s), buurt- in Je r he m De voorlichtingsmethode ‘SnAppje' van Opido teams en scholen in het primair onderwijs hebben af Bz is uitgebreid. Deze methode heeft tot doel het posters en flyers ontvangen om deze op te hangen. vergroten van kennis over en bewustzijn van de Deze verwijzen naar de website ingesprek.amsterdam E | zt ee risico’s van sociale media. Er zijn 35 extra groeps- waar ouders meer informatie in het Nederlands, Turks, ed MA be voorlichtingen voor groep 7 en 8 van het primair Arabisch en Engels kunnen vinden. f el | « en speciaal onderwijs ingekocht. AN é m Met de theatervoorstelling ‘Shame on You’ van Deskundigheidsbevordering van professionals Ä Ö | k Helpwanted.nl zijn meer dan 500 leerlingen in het Als onderdeel van het Actieplan OSG is er extra / voorgezet onderwijs bereikt. Op een interactieve geïnvesteerd in de mogelijkheden om slachtoffers Geef je kinderenimee ef: zij geen manier zijn de gevolgen van ongewenste sexting van online seksueel geweld te kunnen helpen. Zo is enter ele amie Ri VTS besproken en advies gegeven over wat je kan er aanvullend ingezet op het vergroten van expertise n doen als zoiets jou of een vriend(in) overkomt. van de hulpverleners en de verbetering van het 6 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) registratiesysteem bij het Centrum Seksueel Geweld Aanpak Straatintimidatie = Meer dan 100 jongeren bereikt met trainingen (CSG) Amsterdam-Amstelland. Bovendien is het Sinds 2021 wordt de gemeentelijke Aanpak Straatin- door Emancipator over gender, mannelijkheid en belangrijk dat slachtoffers van online seksueel geweld timidatie uitgevoerd door het programma SISG. De het voorkomen van seksueel geweld. Daarnaast weten dat zij ook bij het CSG hiervoor hulp kunnen besteding van de voor Amsterdam beschikbare midde- 100 jongerenwerkers, docenten en professionals krijgen. Hier is onder andere aandacht aan besteed in len vanuit het landelijke programma Veilige Steden is getraind in betrekken van jongens bij het voorko- de bewustwordingscampagne #jijstaatnietalleen. hier onderdeel van. Binnen de aanpak werken we met men van geweld. verschillende uitvoerende organisaties samen om de m __ Online workshops over intersectionaliteit en Laagdrempelige informatie voor slachtoffers veiligheid van (in het bijzonder) meiden en vrouwen in straatintimidatie met Amsterdamse vrouwen van Uit onderzoek? naar de behoeften van meiden komt de openbare ruimte en in het uitgaansleven te vergro- kleur door Fairspace. 1033 mensen zijn via sociale naar voren dat hulpverlening toegankelijker moet ten. Ook wordt binnen deze aanpak aandacht besteed media bereikt. zijn. De gemeenteraad heeft hiervoor ook aandacht aan het voorkomen van daderschap. m Samen metde eerste 4 deelnemende clubs is gevraagd. Samen met de stichting Together We Rise Club Ethics gelanceerd, een initiatief van wordt daarom een interactieve film gemaakt om op De belangrijkste resultaten van de Aanpak Nachtburgemeester en Sexmatters om het Am- een laagdrempelige manier slachtoffers, professionals Straatintimidatie sterdamse nachtleven veiliger en inclusiever te en omstanders te informeren over de keuzemoge- = 1000 Amsterdammers namen deel aan omstan- maken. lijkheden voor hulpverlening. Door de interactieve derinterventie workshops door Stichting Fairspace, wm 160 medewerkers, teammanagers en eigena- opbouw van de film krijgt de kijker de kans om keuzes waarin zij kennis en praktische tools kregen om ren van uitgaansgelegenheden hebben een Safer te maken die het beste passen en worden de gevolgen te werken aan een veilige openbare ruimte voor Clubbing training gevolgd van Sexmatters. van de verschillende keuzes zichtbaar. In 2022 is de iedereen. m 30 jongeren betrokken bij ontwikkeling nieuwe film gereed en wordt deze breed gedeeld via onder m 300 mbo-studenten kregen Gender & Consent peer-to-peer interventie ‘Ey Schatje’ van Opido. andere de politie, het Openbaar Ministerie en het trainingen van Sexmatters. Hierbij is o.a. aan- Op interactieve wijze leren jongeren seksueel CSG. dacht voor verbale en non-verbale communicatie, gedrag te interpreteren en krijgen zij meer inzicht onderling vertrouwen en respect hebben voor de in elkaars gedrag, gedachten en gevoelens. grenzen van een ander. m 50 docenten en jongerenwerkers namen deel aan Sexmatters trainingen over gesprekvoering 2 Van straatintimidatie tot seksueel misbruik. Het perspectief van met jongeren over gender, seksualiteit en consent. meisjes en jonge vrouwen op seksueel grensoverschrijdend gedrag. DSP-groep (2021). 7 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Signalerende functie van hotels De gemeente ontvangt met regelmaat meldingen van Vooruitblik overlast in de hotelkamers door jongeren, soms met Verschillende incidenten hebben laten zien dat extra seksueel grensoverschrijdend gedrag, waarbij af en inzet op het tegengaan van slachtofferschap van toe ook minderjarige meisjes worden aangetroffen. seksueel geweld onverminderd nodig is in de stad. Om de Amsterdamse hotelbranche zo goed mogelijk Ook in 2022 is het programma SISG daarom gericht te ondersteunen om die misstanden tegen te gaan, is op het organiseren van aanvullende acties om de door de Koninklijke Horeca Nederland, de politie, het problematiek rondom seksuele intimidatie en seksu- Openbaar Ministerie en de gemeente Amsterdam een eel geweld aan te pakken en het staande aanbod te lijst met aanbevelingen gemaakt. Met dit instrument TEL lan kunnen hotels mogelijk grensoverschrijdend gedrag door hotelgasten, illegale prostitutie en mensenhandel De Aanpak Straatintimidatie wordt voortgezet om eerder en beter signaleren en kan hier beter tegen de veiligheid in de openbare ruimte te vergroten en worden opgetreden. (potentieel) daderschap te voorkomen. Daarnaast worden in samenwerking met de stadsdelen meer- Systeemfouten aanpakken dere laagdrempelige bijeenkomsten georganiseerd In 2021 hebben de ROSA-regisseur en verschillende om ouders nog beter te bereiken en te motiveren partners, zoals Veilig Thuis en de Blijf Groep, aan de om het gesprek met kinderen en jongeren aan te hand van complexe casuïstiek knelpunten en systee- gaan over de (online) leefwereld. Ook wordt de missues aangedragen waarvoor bestuurlijke door- interactieve film voor slachtoffers, professionals en braakkracht nodig is. Tijdens verschillende sessies en omstanders breed verspreid door partners. In 2022 bijeenkomsten worden deze issues geanalyseerd en vindt tevens de eerste Bestuurlijke Doorbraaksessie van oplossingsrichtingen voorzien. In het najaar van Seksueel Geweld plaats. 2021 heeft de eerste Bestuurlijke Doorbraaksessie Huiselijk Geweld plaatsgevonden met de Burgemees- ter en Wethouder Zorg en Jeugd. De besproken oplos- singsrichtingen worden momenteel uitgewerkt en/of uitgevoerd. 8 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) ® ® 2. Bewustwording en agendering ES EE Se Ki KN ON Amsterdam oe Uit onderzoek naar de behoeften van meiden? wordt Bewustwordingscampagne #jijstaatnietalleen Gabe ES wi eN TRE duidelijk dat er meer aan preventie gedaan moet Eind juni 2021 ging de herlancering van bewust- AP an eed ers ik: worden. Zo benadrukken de meiden het belang om wordingscampagne #jijstaatnietalleen van start. De Og ú Ur id pe he meer in te zetten op seksuele vorming en voorlichting campagne was te zien door de hele stad en via soci- EE Eid — N over sociale media. Ook hebben zij behoefte aan een ale media als Instagram, Facebook en Snapchat. De WN DE d kr ps laagdrempelige plek om te praten over seksualiteit en doelstelling van de campagne is om het bewustzijn bej zt Bis he ae vs ARE meer inzicht in het beschikbare hulpaanbod. Een ander onder Amsterdammers over (online) seksuele intimida- le tend k É ka lk aandachtspunt is dat ook ouders en andere profes- tie en seksueel geweld te vergroten en om (potentiële) NE pa ed ezel Á PA DE sionals meer moeten weten over het signaleren en slachtoffers hulp te bieden. Hierbij wordt samenge- ann SG ae bl doorverwijzen naar de juiste hulp. werkt met het Centrum Seksueel Geweld (CSG) Am- a ) A IN 5 KG, sterdam-Amstelland. . | NL Bij de totstandkoming en uitvoering van de verschillen- 8 id | pe 5 Ì if de inspanningen wordt zo veel mogelijk aangesloten Vriendinneninitiatief \ fi ef es EIA bij de behoeften van de doelgroep en de inzichten uit In 2020 is het vriendinneninitiatief #jijstaatnietalleen t Pp NN ed 4 & zowel onderzoek als de praktijk. Om bewustwording van start gegaan. Dat is gericht op het vroegtijdig N a B Ve over de problematiek te vergroten en handelingsper- bereiken van meiden en jonge vrouwen die behoefte spectieven te bieden voor slachtoffers, professionals hebben aan een luisterend oor of een sterke schouder. en omstanders zoals ouders, zijn onder andere de In 2021 heeft de gemeente Amsterdam de handen in- ES volgende inspanningen gedaan. eengeslagen met ELANCE Academy. ELANCE Acade- eN 4 a my is een coachingsacademie met veel expertise over RTR maken met de leefwereld van meiden en jonge vrouwen. Binnen Heb JIJ ne exposing? Hjijstaatnietalleen worden meiden die behoefte heb- it Ti ben aan laagdrempelig advies of een sterke schouder Bve, door ELANCE gekoppeld aan een vriendin. Met een ml . tour van dialoogsessies langs zes Amsterdamse scho- me ) len is meer bewustwording en bekendheid over de Cen. | PJ 3 Van straatintimidatie tot seksueel misbruik. Het perspectief van thematiek en het vriendinneninitiatief gecreëerd. Begin Ems Sen ) meisjes en jonge vrouwen op seksueel grensoverschrijdend gedrag. 2022 wordt de invulling van dit initiatief geëvalueerd. JE en DSP-groep (2021). Ki fe Par 9 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Week tegen seksueel geweld / In juni 2021 hebben het CSG Amsterdam-Amstel- land, de GGD en het programma SISG de themaweek ‘Seksueel geweld raakt ons allemaal’ georganiseerd. f Ni p De week richtte zich zowel op professionals als inwo- ners van de gemeenten Amsterdam-Amstelland. Het r | LO vergroten van de kennis(uitwisseling) en bewustwor- ding rondom de thematiek stonden centraal. Tijdens En - RAAKT de week vonden uiteenlopende activiteiten plaats, zoals een panelgesprek met burgemeester Halsema in EL N S Pakhuis de Zwijger, webinars, stadswandelingen voor EKS VE ; p Ò professionals, bioscoopvertoningen en het vijfjarig S jubileum van het CSG. Ge W E LD / ALLE N / Lr N 8 N | \ En ; Á ZN \ | /A “Het was een belangrijk gesprek, een belangrijke / af N ER ontmoeting. Elkaar en elkaars vakgebied leren Á Í N Î kennen en begrijpen is van cruciaal belang om de | | KN Î grootste kans van slagen te creëren, om slachtoffers | k N ä | uit een situatie van (online) seksueel geweld Á | ‚N Ô te kunnen halen.” | | NN L Deelnemende professional stadswandelingen Week tegen ‚ seksueel geweld ; f | 10 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Technische sessie met de raad In april 2021 heeft een technische sessie plaatsge- vonden voor raadsleden over het programma SISG. Daar is het gesprek gevoerd over het voeren van regie op complexe casuïstiek van slachtoffers van seksueel geweld, ook is uitgebreid gesproken over het onder- werp online seksueel geweld. Partners als Opido, CSG, Helpwanted.nl en de politie hebben hier een bijdrage aan geleverd. Orange the world Orange the world is de internationale campagne van UN Women tegen gender gerelateerd geweld, die elk jaar op 25 november van start gaat. De dag is tevens het startsein van de ‘16 days of action against gender based violence’. Net als voorgaande jaren deed de ge- meente Amsterdam mee aan de campagne. Zo werd ter ere hiervan in samenwerking met de gemeente Amsterdam het Eye filmmuseum oranje uitgelicht. Ook de A'DAM toren en de Heineken Experience lichtten hun gebouwen oranje uit. 11 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) ® ® ® 3. Inzicht en innovatie Inzicht in de (ontwikkelingen van de) problematiek, de mm Focusgroepen met meiden en interviews met In 2021 is daarom gestart met de tweejarige pilot behoeften van de doelgroep en bestaand (hulp)aan- slachtoffers? OpAdem’. De pilot is gericht op de tijdelijke opvang bod is nodig om de aanpak van seksuele intimidatie en Het regelmatig bevragen van de doelgroep van jongvolwassen vrouwen (18+) met problematiek seksueel geweld op passende wijze in te richten, aan naar hun behoeften en ervaringen op het die raakt aan seksuele intimidatie en seksueel geweld te vullen of bij te sturen. Op basis van deze inzichten gebied van SISG is een belangrijk onderdeel en (dreigende) dakloosheid. De doelstelling van wordt bepaald welke (al dan niet innovatieve) inspan- van het programma. OpAdem is tweeledig. De pilot speelt in op signalen ningen nodig zijn. m Onderzoek naar online gedrag, -incidenten en uit het veld, waaruit de noodzaak voor meer (laag- digitale wijsheid onder Amsterdamse scholieren? drempelige) opvangplekken naar voren komt. Onderzoeken die in 2021 zijn uitgevoerd: Gelijktijdig is de pilot een actieonderzoek waarmee m _Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland* Pilot opvang en wonen de behoeften van de doelgroep nog preciezer in Om het jaar worden hierin vragen gesteld Sinds de start van het programma SISG is gewerkt aan kaart gebracht worden. over (seksuele) straatintimidatie een inventarisatie om de behoeften onder de brede In 2020 zijn extra vragen over (online) seksue- doelgroep (potentiële) slachtoffers en het werkveld Er zijn ten behoeve van de pilot vier opvangplekken le intimidatie en seksueel geweld opgenomen _ in kaart te brengen. Een belangrijke bevinding is de gecreëerd bij Kamers met Kansen (Combiwel) voor Vanaf 2021 zijn vragen over SISG standaard behoefte aan tijdelijke plekken voor jonge vrouwen tijdelijke opvang van maximaal drie maanden. Tijdens toegevoegd aan de veiligheidsmonitor om tot rust en op adem te komen en te werken aan deze periode wordt de jongvolwassen vrouw begeleid waardoor monitoring van deze thematiek op opbouw. en wordt met haar bekeken wat een passende vervolg- hoofdlijnen mogelijk blijft. plek is. De resultaten en inzichten binnen de pilot wor- den doorlopend gemonitord en waar nodig bijgesteld. 5 Van straatintimidatie tot seksueel misbruik. Het perspectief van meisjes en jonge vrouwen op seksueel grensoverschrijdend ge- LL drag. DSP-groep (2021). 7 _OpAdem is een samenwerking tussen het programma SISG en de LL 6 Cyberwijs?! Onderzoek naar online gedrag, -incidenten en wijs- Maatschappelijke Opvang Jongvolwassenen (afdeling Zorg). Van- 4 Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland. Gemeente heid onder Amsterdamse scholieren. NHL Stenden Hogeschool uit de Centrale Toegang MOJ is de GGD Amsterdam aangehaakt. Amsterdam (2021). (2021). Kamers met Kansen (Combiwel) is uitvoerend partner. 12 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Meiden uit focusgroepen noemen OO En toen het belang van voorlichting over pSN 9 Am ste rdam seksualiteit en sociale media aan ns ® meiden én jongens op jonge leeftijd. Er moet ingezet worden op de toegankelijkheid g” Oo ® en vindbaarheid van hulp, en dat ouders en ver- 4 4 5 Vvro uwen schillende soorten professionals beter getraind Oo moeten worden in het signaleren en doorverwij- 2 5 ma n n e n zen van slachtoffers. Ook geven zij aan dat er meer gebruik gemaakt geeft aan ooit een ongewenste seksuele handeling kan worden van lotgenotencontact De meeste slachtoffers vertelden een te hebben meegemaakt. en de inzet van ervaringsdeskundigen. vriend of een vriendin over hun onge- wenste seksuele ervaring (59%), d . . d gevolgd door een familielid (33%) of 1op de 5 jongeren is meer dan 8 hun partner (30%). uur per dag online, en ze besteden © met name tijd aan; Minder vaak spraken zij over hun ervaring van de meiden en 8 uur met een hulpverlener (14%) of de poli- tonge vrouwen online 1. filmpjes kijken tie (12%). Drie op de vijf slachtoffers met Jong 2. chatten met anderen klachten geeft aan na een ongewenste heeft de afgelopen 12 © 3. of voor school. seksuele ervaring daar geen professione- maanden te maken gehad le hulp voor te hebben gehad. met straatintimidatie. Een kwart van de leerlingen heeft in de A 4 0% Vvro uwen afgelopen drie maanden een blootfilmpje van een medeleerling gezien en/of een 4% ma n ne n bin filmpje waarop een medeleerling wordt , gepest of mishandeld. maakten online ongewenste er- 5 ” Homo- en biseksuele Ongeveer 1 op de 5 leerlingen stuurt zo'n compro- roede mee. Ook geven Ai Amsterdammers zijn vaker mitterend filmpje van een medeleerling weer door aken enten (tot en nen 3 jaan) enn aan anderen (18%). vaker aan een ongewenste online slachtoffer van straatintimidatie ervaring te hebben gehad dan dan heteroseksuele Amsterdam- respondenten van 35 jaar en mers (respectievelijk 50% en 40%). |) ouder (10% tegenover 6%). mn 13 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) > Gemeente % Amste „dam Inclusieve buurtschouwen Straatintimidatie X Vanuit de Aanpak Straatintimidatie zijn eind 2021 drie Vooruitblik Ë inclusieve buurtschouwen op wijkniveau in verschillen- Om het programma SISG verder vorm te geven en de stadsdelen geïnitieerd. In verband met de corona- bij te sturen waar nodig, blijven nieuwe inzichten : ' maatregelen is de uitvoering hiervan verplaatst naar uit de praktijk en onderzoek belangrijk. Om zicht A Eye: : (begin) 2022. Het doel van de schouwen is om de vei- te blijven houden op de behoeften van meiden en En _ e ligheidsbeleving van bewoners en bezoekers in kaart jonge vrouwen (waaronder slachtoffers) worden zij = NN te brengen, met bijzondere aandacht voor seksuele regelmatig bevraagd of betrokken bij de ontwikke- hs ë En straatintimidatie. Door de betrokkenen worden aan- ling van verschillende inspanningen. NN ä bevelingen gedaan om de veiligheid(sbeleving) in de el — A8 | kN mm publieke ruimte te bevorderen. De schouwen worden De bredere inventarisatie naar de behoeften en Ì i uitgevoerd door DSP-groep, in nauwe samenwerking de noodzaak op het gebied van opvang en wonen sq 8 d met bewoners, lokale organisaties en de gemeente. wordt in 2022 voortgezet. Op basis van de bevin- = Kp P A dingen die voortkomen uit de pilot OpAdem wordt Id Á een advies opgesteld voor het reguliere aanbod om p Á) de doelgroep van vrouwen (18+) structureel en op S | | passende wijze te voorzien van (tijdelijke) opvang. eee gnietalleen In aanvulling op de huidige pilot komt volgend jaar #1) staa ook specifiek aandacht voor meiden (18-). Waar no- dig en waar mogelijk speelt het programma SISG in 3 ed club? op de nieuwe bevindingen, bijvoorbeeld als er nood ern ii Niel LAlS in De is aan aanvullend tijdelijk aanbod. _ De ESRO Ade Er Naar AAG 14 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) mm e. ® 4. Aanpak complexe casuïstiek Een van de doelen van het programma is het eerder Noord (operationeel): bereiken en helpen van slachtoffers van seksueel +/- 15 meiden/jonge vrouwen in beeld. grensoverschrijdend gedrag. Daarbij is er speciale aandacht voor meiden en jonge vrouwen met com- plexe problematiek. Hiervoor is in samenwerking met de stadsdelen en het programma Positief Perspectief een netwerkaanpak gestart, en is vanuit het AcVZ een persoonsgerichte aanpak (de 'ROSA-aanpak’) opgezet. Netwerkaanpak Meiden en jonge vrouwen in kwetsbare posities komen vaak moeizaam of (te) laat in beeld. Lokale organisa- ties en professionals (zoals jeugdbescherming, jonge- renpunt, jongerenwerk of politie) kennen het meisje of de jonge vrouw in een kwetsbare positie en ook . . . . Stadsdeel Zuid-Oost en het gezin en de omgeving waarin zij opgroeien vaak Centrum (startende fase): wel. Onderlinge samenwerking door deze betrokken In het eerste kwartaal van 2022 partijen is cruciaal om signalen zo vroeg mogelijk met West (operationeel): vindt er een kick-off plaats om elkaar te delen. Daarom is/wordt op stadsdeelniveau +/- 11 meiden/jonge vrouwen in beeld. de problematiek en de meiden een lokale aanpak opgezet waar vroegsignalering, de in kaart te brengen. vertrouwensrelatie en de juiste hulp en doorverwijzing Nieuw-West (operationeel): van de meiden en jonge vrouwen (tot 24 jaar) die in +/- 12 meiden/jonge vrouwen in beeld. beeld zijn, centraal staan. Wanneer de problematiek van een casus te zwaar is voor de netwerkaanpak, dan kan de jonge vrouw doorverwezen worden naar de persoonsgerichte aanpak ROSA (zie volgende pagina). Ongeveer een derde van de jonge vrouwen die binnen de ROSA aanpak in regie is, werd door partners van de netwerkaanpak aangemeld. 15 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Op dit moment staat de netwerkaanpak in de stadsde- Pilot ambassadeurs bij de politie len West, Nieuw-West en Noord. De urgentie om een In samenwerking met het programma SISG is het “Voor de start van de netwerkaanpak maakten gezamenlijke aanpak voor deze doelgroep te hebben politiedistrict West een pilot gestart waar politieagen- verschillende partijen uit het veld zich zorgen om wordt in elk stadsdeel gevoeld. In 2021 is een stede- ten als ambassadeurs slachtoffers van seksueel ge- de meiden op straat, alleen wisten wij dat niet van lijk projectleider gestart om de netwerkaanpak verder weld beter helpen en binnen de politie bijdragen aan elkaar. Nu de netwerkaanpak er is zie je dat partijen uit te breiden. Begin 2022 start de netwerkaanpak in bewustwording over slachtofferschap. De pilot wordt elkaar kunnen vinden, beter samenwerken en dat de stadsdelen Zuid-Oost en Centrum. De ambitie is om geëvalueerd en op basis van de bevindingen mogelijk meiden de zorg krijgen die ze nodig hebben.” de netwerkaanpak de komende twee jaar in elk stads- uitgebreid. Inmiddels hebben verschillende politie- deel te implementeren. agenten in stadsdeel Noord het thema omarmd. Frojecilseler dleugel an Wel helle Training aan professionals In de stadsdelen waar de netwerkaanpak operationeel is zijn jongerenwerkers, straatcoaches en politieagen- ten met affiniteit met de doelgroep getraind door Opido. In deze interactieve training gaat het over nor- men en waarden, het signaleren van de problematiek, risico’s en beschermende factoren. Ook is er aandacht voor de manier waarop er contact gemaakt wordt met de doelgroep en hoe je het beste met hen kan praten. 16 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Selina (24 jaar) Persoonsgerichte aanpak: ROSA Sinds de start is er gewerkt aan het ontwikkelen, uit- De complexe problematiek waarmee sommige jonge bouwen en monitoren van de ROSA-aanpak: vrouwen te maken hebben, is de afgelopen twee jaar m Eris actief verbinding gelegd met de relevante steeds zichtbaarder geworden. Het gaat om jonge zorg- en veiligheidspartijen. vrouwen die bijvoorbeeld op straat leven, seksuele m Eriseen werkwijze opgezet, met bijbehorende handelingen verrichten in ruil voor geld of onderdak, regeling gegevensverwerking. met verslavingsproblematiek kampen, geen veilige m De GGD Amsterdam heeft een screeninginstru- thuishaven hebben (gehad), en ook regelmatig slacht- ment ontwikkeld om te beoordelen op welke offer zijn van seksueel geweld. Vaak is hierbij sprake leefgebieden een jonge vrouw met SISG-proble- van multiproblematiek. Om uit deze veelal uitzichtloze matiek hulp nodig heeft. omstandigheden te komen en (herhaald) slachtoffer- = Inhet eerste jaar had de ROSA-regisseur zeven schap van seksueel geweld te voorkomen, hebben casussen in regie (zie tabel). deze jonge vrouwen intensieve hulp en een vertrou- m De casuïstiek en de werkwijze worden continu wensband nodig om dit te doorbreken. gemonitord en waar nodig wordt de aanpak bijge- stuurd. De aanpak wordt in 2022 na een periode In januari 2020 is daarom de ROSA-aanpak gestart. In van een jaar geëvalueerd. deze persoonsgerichte aanpak krijgt een jonge vrouw (18+) een ROSA-regisseur toegewezen die de inzet van betrokken partijen coördineert. Samen met die partijen en de jonge vrouw wordt een integraal plan van aanpak gemaakt om de jonge vrouw een beter toekomstperspectief te bieden. 17 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Leeftijd Betrokken hulp- en veiligheidspartijen (en Hulp op leefgebieden Voortgang aanmelders) 19 Politie (aanmelder), projectleider J&V, Seksualiteit, huisvesting, psychiatrie, In regie GGD, Inforsa, UWV. zorg, financiën, veiligheid, dagbesteding 21 Politie (aanmelder), GGD, HvO Querido, Seksualiteit, huisvesting, veiligheid, In regie Jongerenpunt WPI, schuldhulpverlening, emotioneel welzijn, financiën, Arkin dagbesteding 24 Politie (aanmelder), GGD Amsterdam, Seksualiteit, huisvesting, veiligheid, In regie hulpverlening door IFA, behandeling emotioneel welzijn, financiën, Inforsa, schuldhulpverlening dagbesteding 18 Lewvel (aanmelder), JBRA, politie, Seksualiteit, huisvesting, veiligheid, In regie Wilskracht, Jongerenpunt WPI. emotioneel welzijn, financiën, dagbesteding 20 WSS (reclassering) (aanmelder), politie Seksualiteit, veiligheid, financiën, Positief uitgestroomd dagbesteding B 21 Veilig Thuis (aanmelder), politie Huiselijk geweld Uitgestroomd* 21 Lewvel (aanmelder), OKT Seksualiteit, huisvesting, In regie innen de ROSA-aanpak. middelengebruik, financiën 18 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Inzichten uit casuïstiek Op basis van deze behoefte wordt de ROSA-regisseur Vooruitlopend op de evaluatie bevestigen het casuïs- ook ingezet om hierover advies te geven. “De informatie die de ROSA-regisseur mij heeft tiekonderzoek? en casuïstiek binnen de ROSA-aanpak = In samenwerking met het Operationeel Team gegeven, was echt van waarde. Ik wist daardoor dat veel jonge vrouwen met SISG-problematiek van Schoolveiligheid (OTSV) is de ROSA-regisseur op precies waar ik mijn leerling naar moest door- jongs af aan op meerdere leefgebieden problemen zeven verschillende middelbare scholen actief. verwijzen voor de juiste hulp.” ervaren. Het meemaken van seksueel geweld lijkt De samenwerking tussen de ROSA-regisseur en daarmee een gevolg van de kwetsbare situatie waarin de scholen heeft geresulteerd in advisering bij nen de jonge vrouw verkeert, en zorgt tegelijkertijd voor verschillende casussen, een betere verbinding meer negatieve gevolgen. Om deze opeenstapeling en doorverwijzing naar (hulp)organisaties en het van problemen te doorbreken, blijken deze jonge bevorderen van deskundigheid op de scholen. vrouwen in de eerste plaats baat te hebben bij een m Ook biedt de ROSA-regisseur de politie consul- moment van rust. Belangrijke factoren hierbij zijn ver- tatie rondom zaken van seksueel geweld tegen trouwen en ondersteuning bij praktische hulpvragen. jonge vrouwen en wordt de expertise van de RO- Als deze basis is gelegd kan stapsgewijs en in geza- SA-regisseur geregeld ingezet bij overleggen van menlijkheid verder worden gewerkt aan een toekomst- zorg- en veiligheidspartijen. perspectief. = Door de uitbreiding van de netwerkaanpak, groeit de bekendheid en toegankelijkheid van de RO- Vraagbaak in de stad SA-regisseur binnen de stadsdelen. Verschillende organisaties hebben een rol in het (vroeg)signaleren van meiden en jonge vrouwen die Op deze manier draagt het programma SISG bij aan te maken hebben met problematiek rondom seksuele de bewustwording rondom de problematiek, de intimidatie, seksueel geweld en -grensoverschrijdend versterking van de samenwerking en de deskundig- gedrag. Hiervoor zijn betrokken organisaties op zoek heidsbevordering op het gebied van hulp aan jonge naar meer informatie en deskundigheid. vrouwen in kwetsbare situaties. 8 Vertrouwen in Veerkracht: een casuïstiekonderzoek naar (de aanpak van) seksueel geweld tegen jonge vrouwen in Amsterdam. Nationaal Rapporteur (2020). 19 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) Vooruitblik Uit de kennis en ervaring die tijdens de eerste twee jaar van het programma SISG zijn opgedaan, blijkt dat het vroegtijdig in beeld brengen en helpen van meiden en jonge vrouwen van cruciaal belang is. Hoe sneller iemand uit een kwetsbare situatie gehaald kan worden, hoe beter erger voorkomen kan worden. Hiervoor zijn twee zaken cruciaal: een volledig beeld en kennis van de problematiek en doelgroep, en de mogelijkheid om doeltreffend te handelen bij specifieke casuïstiek. De netwerkaanpak en persoonsgerichte ROSA-aanpak wor- den door de betrokken professionals en de doelgroep zodoende als zeer waardevol ervaren. De netwerkaanpak wordt daarom in de komende jaren verder uitgebreid. In 2022 wordt gestart met de stadsdelen Zuid-Oost en Centrum. Ook wordt de netwerkaanpak in elk stadsdeel doorlopend gemonitord en geëvalueerd. De bevindingen worden tussen stadsdelen en de stedelijk projectleider uitgewisseld om van elkaar te kunnen blijven leren. De ROSA-aanpak is volop in ontwikkeling en draagt zo ook bij aan een steeds duidelijker beeld van de com- plexe problematiek van de jonge vrouwen die hiermee te maken hebben. Daarmee wordt ook de toegevoeg- de waarde van persoonsgerichte regie voor deze doelgroep steeds meer evident. Het begeleiden van jonge vrouwen in deze complexe omstandigheden is cruciaal. Begin 2022 start de tweede ROSA-regisseur. Het streven is om ongeveer 25 jonge vrouwen in 2022 in regie te hebben. De pilot van de ROSA-aanpak wordt in het voorjaar van 2022 geëvalueerd, waarbij wordt gereflecteerd op de werkwijze en de casuïstiek. Op basis van deze evaluatie wordt de aanpak verder bijgestuurd. Ook volgend jaar blijft de ROSA-regisseur actief op verschillende Amsterdamse scholen en inzetbaar voor andere hulpvragen. 20 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) NN Tot slot Sinds de start in 2020 is vanuit het programma SISG op verschillende manieren gewerkt aan de voorkoming en bescherming van (potentiële) slachtoffers van seksuele intimidatie en seksueel geweld. Vanuit verschillende invalshoeken zijn inzichten opgedaan over de problematiek en wat er nodig is in de aanpak. De eerste stappen hiervoor zijn gezet. Een belangrijke conclusie is echter ook dat de problematiek weerbarstig en complex is, en dat een lange adem nodig is om hier een sluitende aanpak voor vorm te geven. Ook is duidelijk dat veel (lokale) organisaties een belangrijke rol in de signalering en de aanpak hebben en intensieve samenwerking cruciaal blijft. Het programma SISG is een aanvulling op het bestaande aanbod. Het wordt wel steeds duidelijker dat deze aanvullende focus op meiden en jonge vrouwen in een kwetsbare positie van meer structurele aard moet zijn. In 2022 wordt daarom met onze partners verder aan het programma gebouwd om licht te blijven schijnen op een doelgroep die structurele aandacht verdient. Daarbij wordt binnen het programma onder andere gericht op het volgende: Versterken samenwerking en Bewustwording en agendering Inzicht en innovatie hulpaanbod In 2022 gaat het programma SISG door met het In 2022 blijft het onverminderd belangrijk Binnen het programma SISG worden continu organiseren van aanvullende inspanningen om om het bewustzijn van SISG-problematiek lessen uit wetenschap en praktijk gehaald. Ook de SISG-problematiek in de stad aan te pakken te vergroten en de SISG-problematiek en in 2022 zal op innovatieve wijze worden inge- em het bestaande beleid en zenbedl te verster mogelijkheden voor hulp te blijven agenderen. speeld op nieuwe inzichten en actualiteiten. ken. Er is een noodzaak om het hulpaanbod Deze inspanningen zijn gericht op (potentiële) voor jongeren uiteindelijk in grotere omvang en slachtoffers, ouders, professionals en inwoners Zo wordt de inventarisatie naar de behoeften Erea Vlen VIERT Re OTE ENA van Amsterdam. en noodzaak op het gebied van wonen en op- vang voortgezet, met oog voor zowel meiden In samenwerking met partners worden in- Reeds gestarte initiatieven worden herhaald en (18-) als vrouwen (18+). De bevindingen van de spanningen gedaan om jongeren, ouders en gericht ingezet. Bijvoorbeeld door een vervolg pilot OpAdem worden ter advisering gebruikt professionals beter te bereiken en de proble- van de bewustwordingscampagne #jijstaatnie- om het reguliere aanbod structureel aan te matiek bespreekbaar te maken. Ook wordt talleen, toegespitst op online seksueel geweld laten sluiten bij de behoeften van de doelgroep extra ingezet op deskundigheidsbevordering en/of scholieren en studenten. van meiden en jonge vrouwen met SISG-pro- om slachtoffers van online seksueel geweld op ek de juiste wijze te helpen. 21 Voortgangsrapportage 2021 Programma tegen Seksuele Intimidatie en Seksueel Geweld (SISG) nn EN — JK ® ® ®
Onderzoeksrapport
22
train
VN2023-018217 Raadscommissie voor Duurzaamheid, Circulaire Economie, Afval en Facilitair Bureau % Gemeente Reiniging, Voedsel en Dierenwelzijn DC % Amsterdam ' Voordracht voor de Commissie DC van o7 september 2023 Ter kennisneming Portefeuille Duurzaamheid, Energietransitie en Circulaire Economie Agendapunt 8 Datum besluit B&W 4 juli 2023 Onderwerp Kennisnemen van de Verduurzamingsrapportage over 2022 over de voortgang op de Uitvoeringsagenda 2020-2030 Naar een Duurzame Organisatie De commissie wordt gevraagd 1. _Kenniste nemen van de bijgevoegde Raadsinformatiebrief. 2. Kennis te nemen van de Verduurzamingsrapportage over 2022. 3. _Kenniste nemen van de Nulmeting Circulariteit en Klimaatvoetafdruk van de gemeentelijke organisatie en van het Handelingskader Duurzaam inkopen. Wettelijke grondslag Artikel 169 van de Gemeentewet Lid 2: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. Lid 2: Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft. Lid 3: Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang. Artikel 108 jo artikel 147, tweede lid, van de Gemeentewet De gemeenteraad is bevoegd tot regeling en bestuur inzake de huishouding van de gemeente. Bestuurlijke achtergrond Bij de vaststelling van de Uitvoeringsagenda Duurzame Organisatie 2020-2030 in maart 2020 door de raad, is afgesproken dat het college de gemeenteraad jaarlijks informeert over de voortgang van de verduurzaming van de gemeentelijke organisatie. Aan de hand van indicatoren zoals de energie- en CO2-voetafdruk én de uitgevoerde maatregelen wordt de voortgang op de 5 verduurzamingsdoelen jaarlijks in kaart gebracht. Verantwoordelijk wethouders Pels, Van Buren en Groot Wassink hebben ingestemd met het advies om over 2022 geen uitgebreide Verduurzamingsrapportage op te stellen, omdat de maatregelen uit de Uitvoeringsagenda vit 2020 zijn verouderd en worden herijkt. Een deel van de maatregelen is al uitgevoerd en we weten inmiddels dat de hierin opgenomen maatregelen onvoldoende zijn om de doelen te behalen. De rapportage over 2022 is daarom beknopt. In 2023 worden aangescherpte doelen en maatregelen geformuleerd en wordt de herijkte Uitvoeringsagenda opgesteld. Op basis van deze aangescherpte doelen en maatregelen kunt u over het jaar 2023 weer een volledige Verduurzamingsrapportage verwachten. Bij deze rapportage Gegenereerd: vl.l1 1 VN2023-018217 % Gemeente Raadscommissie voor Duurzaamheid, Circulaire Economie, Afval en D Facilitair Bureau % Amsterdam , ‚ _ % Reiniging, Voedsel en Dierenwelzijn Voordracht voor de Commissie DC van o7 september 2023 Ter kennisneming ontvangt v gelijktijdig de Klimaatrapportage 2023. De Klimaatrapportage betreft de voortgang op de energietransitie in de stad Amsterdam. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee. Welke stukken treft v aan? Meegestuurd Registratienr. Naam 2023-09-07 1. RIB Duurzaamheid Energietransitie en Circulaire Economie AD2023-061268 2023-07-04.pdf (pdf) AD2023-061269 2023-09-07 2. Verduurzamingsrapportage 2023. pdf (pdf) 2023-09-07 3. Samenvatting_Nulmeting circulariteit en klimaatvoetafdruk AD2023-061266 gemeente Amsterdam_20220803_lowres.pdf (pdf) AD2023-061265 | 2023-09-07 4. Handelingskader_duurzaam_inkopen.pdf (pdf) AD2023-061263 Commissie DC Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Green Office, Facilitair Bureau, Sanne Loijens, 06 41 34 61 76, [email protected] Gegenereerd: vl.l1 2
Voordracht
2
train
AGENDA (concept) Raadscommissie SOCIALE ZAKEN Datum: Dinsdag 1 oktober 2013 Aanvang: 20.00 uur Zaal: Raadzaal Stadsdeelhuis, Buikslotermeerplein 2000 Blok A Procedureel Nr. [Onderwerp _____________________\Nadereinfo Opening/Mededelingen DO Vaststellen agenda Ter vaststelling 3. Vragenkwartiertje Vrije inspraak op niet-geagendeerde onderwerpen Verslag 10 september 2013 Ter vaststelling Openstaande toezeggingen 6. _ [Mededelingen portefeuillehouder(s Blok B Bespreking beleidsonderwerpen ‚Nr. [Onderwerp _______________________\Nadereinfo _|Regnr. 7. {Presentatie voorschoolse voorzieningen in Ter informatie Amsterdam Noord En Presentatie Jaarverslag en jaarrekening SOON 2012 Ter informatie | Blok C Algemeen ‚Nr. [Onderwerp 9. [Rondvraag Belanghebbenden die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur vóór de vergadering zich aanmelden bij de Raadsgriffie, tel. 020-6349924 of raadsgriffie @noord.amsterdam.nl. De raads- en commissievergaderingen worden live uitgezonden via internet. De uitzending is ook achteraf te raadplegen. www.noord.amsterdam.nl/deelraad
Agenda
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 197 Ingekomen onder C Ingekomen op woensdag 12 februari 2020 Behandeld op woensdag 12 februari 2020 Status Verworpen Onderwerp Motie van lid Nanninga inzake het initiatiefvoorstel “Voorbereiding Amsterdamse excuses voor het slavernijverleden" van de leden Taimounti, Blom, Simons, Ceder, La Rose, Timman, Temmink (geen excuses voor slavernijverleden). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het initiatiefvoorstel "Voorbereiding Amsterdamse excuses voor het slavernijverleden" Constaterende dat: -__op 25 juni 2019 een initiatiefvoorstel is ingediend door DENK, GroenLinks, Bijl, ChristenUnie, PvdA, 066 en de SP; -_in dit initiatiefvoorstel wordt opgeroepen onderzoek te doen naar de rol van de gemeente Amsterdam in de slavernijgeschiedenis van Nederland; - in het voorstel daarnaast wordt opgeroepen de uitkomst van dit onderzoek een opmaat te laten zijn om op 1 juli 2020 namens de gemeente formele excuses aan te bieden voor de rol in het slavernijverleden; - de juridische gevolgen van het aanbieden van excuses nog onderzocht worden; - het college heeft aangegeven welwillend tegenover het plan te staan en de burgemeester al heeft aangegeven dat de stad een historische verantwoordelijkheid heeft, en dat we die moeten nemen. Overwegende dat: -__ het om uiteenlopende redenen schier onmogelijk is van alle Amsterdammers precies te achterhalen wie er wel en niet van de transatlantische slavenhandel heeft geprofiteerd; - het aanbieden van excuses namens alle Amsterdammers daarmee alle Amsterdammers onterecht tot een groep zou reduceren die als geheel een collectieve schuld draagt; -__dit juist tot wij-zij-denken leidt, groepen tegen elkaar opzet en tot polarisatie leidt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:: Geen excuses voor de rol van het gemeentebestuur in het Amsterdamse slavernijverleden aan te bieden Het lid van de gemeenteraad A. Nanninga 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Amendement Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1213 Publicatiedatum 12 oktober 2016 Ingekomen onder F Ingekomen op 5 oktober 2016 Behandeld op 5 oktober 2016 Status Verworpen Onderwerp Amendement van het lid Ernsting inzake de tweede parkeervergunning (prijsstelling). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de uitwerking van het coalitieakkoord met betrekking tot de tweede bewoners(parkeer)vergunning en het beleidsuitgangspunt om de tarieven voor tweede en derde bewoners(parkeer)vergunning te verhogen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1156). Constaterende dat: — het college voorstelt in een aantal gebieden een tweede parkeervergunning mogelijk te maken voor 150% van de prijs van een eerste parkeervergunning Overwegende dat: — autobezit ontmoedigd dient te worden in een drukke stad; — de kosten van een parkeervergunning in geen verhouding staan tot het ruimtebeslag. Besluit: — de kosten van een tweede parkeervergunning niet op 150% van een eerste parkeervergunning te brengen, maar op 300%; — alle onderliggende stukken als zodanig te wijzigen. Het lid van de gemeenteraad Z.D. Ernsting 1
Motie
1
discard
> Gemeente Amsterdam > Amendement Datum raadsvergadering 23 december 2021 Ingekomen onder nummer 859 Status Aangenomen Onderwerp Amendement van de leden Grooten, Biemond en Vroege inzake Verordening van de raad van de gemeente Amsterdam houdende regels over referenda, alternatieve burgervoorstellen en volksinitiatieven (de Referendumverordening Gemeente Amsterdam 2022) Onderwerp Verordening van de raad van de gemeente Amsterdam houdende regels over referenda, alterna- tieve burgervoorstellen en volksinitiatieven (de Referendumverordening Gemeente Amsterdam 2022) — wijzigen artikel 1 sub f en sub q en artikel 2 lid 2 sub a, titel hoofdstuk 3 en de toelichting Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Vaststellen van de nieuwe referendumverordening gemeente Amster- dam 2022 Overwegende dat: — de term ‘correctief referendum’ in de Referendumverordening Gemeente Amsterdam 2022 verwarring kan oproepen; — _ het advies van de Initiatief en Referendumcommissie is de term “correctief” te schrappen uit artikel 2 sub f en sub g; — en het advies van de Initiatief en Referendumcommissie is de term “correctief referendum” in artikel 2 lid 2 sub a van de Referendumverordening gemeente Amsterdam 2022 te vervangen door “referendum over een ontwerp raads- of collegebesluit; — de term “correctief” ook geschrapt wordt uit de titel van hoofdstuk 3; — ende term “correctief” geschrapt wordt uit de toelichting die als bijlage aan de Referendum- verordening is toegevoegd, zodat in de toelichting enkel gesproken wordt over “referendum” en “referenda”. Besluit: de Referendumverordening gemeente Amsterdam 2022 vast te stellen met inachtneming van de volgende wijzigingen: Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 3 — Artikel subfen sub g Mf. initiatiefnemers: de initiatiefnemers van een correctief referendum, alternatief burgervoorstel of volksinitiatief; g. correctief referendum: volksraadpleging over een ontwerp raads- of collegebesluit;” te wijzigen in: Mf. initiatiefnemers: de initiatiefnemers van een referendum, alternatief burgervoorstel of volksini- tiatief; g. referendum: volksraadpleging over een ontwerp raads- of collegebesluit;” — Artikel 2 lid 2 suba “Drie vormen van referenda zijn mogelijk: a. correctief referendum b. referendum alternatief burgervoorstel c. referendum op volksinitiatief” te wijzigen in: “Drie vormen van referenda zijn mogelijk: a. referendum over een ontwerp raads- of collegebesluit b. referendum alternatief burgervoorstel c. referendum op volksinitiatief” — Detitel van hoofdstuk 3 “Correctief referendum” te wijzigen in: “Referendum over een ontwerp raads- of collegebesluit” — De bijlage ‘Toelichting bij referendumverordening Amsterdam’ te wijzigen door de termen “correctief” en “correctieve” overal te schrappen — De bijlage ‘Toelichting bij referendumverordening Amsterdam’ te wijzigen door de zin “Hiermee kunnen de initiatiefnemers een besluit van de raad of het college tegenhouden” te vervangen door: Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 3 van 3 “Hiermee kunnen de initiatiefnemers voorstellen een besluit van de raad of het college tegen te houden, waarna de raad uiteindelijk beslist.” Indieners L. Grooten H.J.T. Biemond J.S.A. Vroege N. Yilmaz
Motie
3
discard
| | | | Amsterdam, 21 november 2014 Betreft coffeeshop Boerejongens, Utrechtsestraat Geachte Raad, Ik verwijs u naar mijn schrijven d.d. 30 juli 2014. Inmiddels is het november 2014 en ik constateer dat er niet veel is veranderd ten aanzien van de overlast veroorzaakt door klanten van de coffeeshop. | Zij wanen zich onaantastbaar en hebben lak aan de regels. Mooi gebaar van de exploitanten van de shop om gastheren in te zetten, in 1° instantie in witte apothekersjassen en nu in uniform inclusief “bolhoed”. Het is mijn mening dat deze maatregel DUS bevestigd dat er problemen zijn, zouden deze niet bestaan dan was deze maatregel niet nodig. ij Verder valt mij op dat deze gastheren zeer bekent zijn met de klanten van de shop wat | telkens blijkt uit de begroetingen, 'n soort van ouwe jongens krentenbrood. Klanten | blijven hangen bij deze gastheren er worden uitgebreid praatjes gehouden en wat | daarbij dan opvalt er geen aandacht wordt geschonken aan over de stoep rijdende scooters, foutparkeerders etc. U geeft aan in uw antwoord van 5 augustus dat u gesproken heeft met de exploitanten die naar uw mening er alles zullen doen om de overlast te beperken en dat u daar vertrouwen in beeft. Ik kom tot de conclusie dat er mi. niets is veranderd, de situaties blijven bestaan, zoals | bedreigingen, homo discriminatie, spugen en schelden. | Er hangt een ernstig bedreigende sfeer die niet prettig aanvoelt kan ik u verzekeren. | Ik heb begrepen dat de exploitanten van mening zijn dat er geen problemen zijn. Laten we wel wezen, zij hebben een business waar veel geld in omgaat dus het is in hun belang zoete broodjes te bakken. Het getuigd ook wel van 'n soort arrogantie om te blijven beweren dat er niets aan de hand is en voorbij te gaan aan de overlast die hun klanten veroorzaken. Tevens, ik heb mij laten informeren, houden zij zich niet aan de voorgeschreven AHOY- G regels, b.v. het aanwezig zijn van zitjes waar plaatsgenomen kan worden en een softdrink besteld kan worden, geen klanten w.c. etc. Het is puur een counter met kassa's om af te halen. | Ik voel mij zeer beknot in mijn vrijheid en leefgenot! | Met vriendelijke groeten, | | | |
Raadsadres
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1660 Publicatiedatum 29 december 2018 Ingekomen onder AG Ingekomen op donderdag 21 december 2017 Behandeld op donderdag 21 december 2017 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Torn en Boomsma inzake de Parkeerverordening 2013 (verkorten van de parkeerduurbeperking in de Prinses Irenebuurt). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Parkeerverordening 2013 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1595). Constaterende dat: — Het college aangeeft voornemens te zijn de parkeerduurbeperking in de Prinses lrenebuurt van maximaal 3 uur terug te brengen naar maximaal 2 uur. Overwegende dat: — Een parkeerduurbeperking van 1 uur in plaats van 2 uur ervoor zorgt dat de Prinses Irenebuurt minder geschikt is als parkeerlocatie voor korte bezoeken. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: In plaats van de voorgenomen parkeerduurbeperking van maximaal 2 uur in de Prinses Irenebuurt te kiezen voor een parkeerduurbeperking van maximaal 1 uur. De leden van de gemeenteraad R.K. Torn D.T. Boomsma 1
Motie
1
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 7 september 2021 Portefeuille(s) Grondzaken Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door Claudia Brinkmann, Grond & Ontwikkeling ([email protected]) 0622631796 Onderwerp Rapportage toepassing hardheidsclausvule selectiebeleid bij gronduitgifte in het eerste halfjaar van 2021 Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief informeert het college v over het volgende. Het college heeft op 13 oktober 2009 de Beleidsregels over selectieprocessen voor gebiedsontwikkeling vastgesteld. Het vitgangspunt van deze beleidsregels is om marktpartijen via een meervoudige, openbare procedure te selecteren. Van dit vitgangspunt kan alleen in een aantal vitzonderingsgevallen of met gebruik van een hardheidsclausule worden afgeweken. Bij de herijking van de beleidsregels door het college op 6 september 2016 is het uitgangspunt van openbaar meervoudig selecteren bij gebiedsontwikkeling gehandhaafd; geconstateerd werd dat het openbaar, meervoudig selecteren bij gronduitgifte leidt tot marktconforme prijsvorming, gelijkheid en transparantie. Daarnaast zijn bij deze herijking de uitzonderingen op dit uitgangspunt van meervoudig openbaar selecteren beperkt tot een limitatieve lijst met functies op het gebied van cultuur & ontspanning en voor bedrijfsruimten op bedrijfsterreinen met eindgebruiker. Tevens is de hardheidsclausule herbevestigd; per geval wordt bekeken of er zwaarwegende redenen zijn om een uitzondering te maken op het vereiste van openbaar meervoudig selecteren. De bevoegdheid om af te wijken van het beginsel van meervoudige openbare selectie van marktpartijen voor gebiedsontwikkeling is d.m.v. het Bevoegdhedenbesluit ambtelijke organisatie Amsterdam gemandateerd aan de directeur Grond & Ontwikkeling. Dit geldt zowel voor in het beleid benoemde uitzonderingen als voor het gebruik van de hardheidsclausule. Uitzonderingen op het beleid en verzoeken tot gebruikmaking van de hardheidsclausule moeten ruim voorafgaand aan de start van precontractuele onderhandelingen of contractvorming (schriftelijk) gemotiveerd voorgelegd worden aan de directeur Grond & Ontwikkeling. Het Adviesteam Selectie Marktpartijen dat binnen Grond & Ontwikkeling is ingesteld, levert schriftelijk advies aan de directeur over de voorgenomen uitzondering en de directeur neemt vervolgens een besluit. Bij politieke of bestuurlijke gevoeligheid wordt de voorgenomen afwijking voorgelegd aan het college hetgeen in het eerste half jaar van 2021 niet aan de orde is geweest. De rapportages over de toepassing van de hardheidsclausule worden halfjaarlijks aan de raadscommissie RO aangeboden. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 7 september2021 Pagina 2 van 2 Hieronder treft u de rapportage over het eerste halfjaar van 2021 aan: Afgeronde afwijking op basis van de hardheidsclausule van 1 janvari 2021 t/m 30 juni 2021: El EE directeur G&O eindgebruiker 1. | 04-02-2021 Uitbreiding J.C Stadion De uitbreiding is in 2017 al toegekend, maar Stadion- en Arena Amsterdam nadere studie van R&D zorgde voor een niet-stadion CV. beperking op een deel waardoor de uitbreiding | gerelateerde op het andere kavel noodzakelijk was (mede kantoorruimte door de eisen van Welstand). 2. | 16-04-2021 Blok 1-N Noord Media Uitbreiding bestaande erfpachtrecht past Onderwijs, Sloterdijk Zuid College, binnen de vastgestelde kaders voor dit Woningen en Wonam en transformatiegebied en betekent een aanvullende Eigen Haard optimalisering van het gebruik van de kavel. voorzieningen Tevens voldoet de uitbreiding aan voor dit gebied geformuleerde programma en stedenbouwkundige wensen bij transformatie. 3. | 24-06-2021 Verpleeghuis Woonzorg De beoogd eindgebruiker en het gebruiksdoel Wissellocatie Centrum Eiland Nederland is politiek en bestuurlijk gewenst (opdracht en wethouder en wens OJZ). Daarnaast hebben de | zorginstelling overige leden van de AFWC aangegeven geen voor interesse te hebben in de ontwikkeling van intramurale deze zorglocatie, zorg A. | 28-06-2021 Klaprozenweg 40 | Fabric Four Uitbreiding bestaande erfpachtrecht past Supermarkt, binnen de vastgestelde kaders voor dit woningen transformatiegebied en betekent een optimalisering van het gebruik van de kavel. Op deze wijze kan er herinrichting van het gebied plaatsvinden en is er ruimte voor het gewenste programma Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, CAS Gr Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2018 Vergaderdatum 19 en 20 december 2018 Afdeling 1 Agendapunt 31B Nummer 1373 Publicatiedatum 17 december 2018 Onderwerp Actualiteit van het lid Simons inzake de woonbootbewoners van het ADM-terrein. Aan de gemeenteraad Op 16 december 2018 ontvingen wij een brandbrief van de bewoners van de woonboten van de ADM-gemeenschap. Op 27 december moeten zij het ADM-terrein verlaten, maar sinds de alternatieve locatie in de ringvaart bij de Nieuwe Meer vervallen is, hebben zij geen plaats meer om met hun boten naartoe te gaan. De bewoners hebben nu twee opties: 1) ze gaan met de boten zwerven, met het risico op overlast in de stad en haar omgeving, 2) ze plaatsen hun boten in een ‘bewaarhaven’, waardoor ze dakloos worden. De bewoners leven al lange tijd in Amsterdam, sommige wel 21 jaar, wat de gemeente een verantwoordelijkheid geeft alsnog een passende oplossing te vinden. Reden van spoedeisendheid Als niet voor het winterreces een alternatieve locatie wordt gevonden voor de ADM- woonbootbewoners, is er gerede kans dat zij dakloos worden. Het lid van de gemeenteraad, S.H. Simons (BIJ1) 1
Actualiteit
1
test
® ® J Deze factsheet beschrijft hoe het gaat met de demografische staat van Amsterdamse alleenstaande ouders met minimaal één thuiswonend minderjarig kind. Daarnaast wordt er beschreven hoe het met hen gaat op het gebied van inkomen, armoede en gezondheid. LJ 5 ® ® 0 ” EN AN AAD Als Demografie Inkomen D/ Armoede B Gezondheid | 5% van de vaker een E © NNT Even vaak goede Amsterdamse lage SES dan niet- behoort tot de ervaren gezondheid als eee alleenstaande ouders minima niet-alleenstaande uit eenoudergezinnen ouders Merendeel Minima vaker een Even vaak alleenstaande ouders Een kwart heeft een migratieachtergrond psychische klachten is vrouw en tussen 35 bijstandsuitkering Nee als niet-alleenstaande en 49 jaar oud ouders Vaker kwetsbaar Vaker een laa A Tweederde heeft een inkomen dan at. Minima vaker En migratieachtergrond momen dan nie laagopgeleid dan i i 3 9 alleenstaande ouders bovenminima gebied dan niet- alleenstaande ouders . Vaker een Vaker een stapeling in Eme EB hege betalingsachterstand Minima vaker een zorg-, jeugd en/of Amsterdam Zuidoost dan niet-alleenstaande bijstandsuitkering dan inkomensvoorzieningen (10%) ouders bovenminima dan niet-alleenstaande ouders inder vaan Minima vaker 2 of 30% is laagopgeleid zelfstandia dan niet- meer kinderen dan 3 bovenminima alleenstaande ouders Minder vaak 16% heeft 3 of meer financieel kinderen onafhankelijk dan niet-alleenstaande ouders FT - ke, dd 9 ‚ € se ”3 E - 3 s TS LE mj d Á en d dr / Zj k Ee en 5 N 4 d ih Ì f EN EZ $ e LV | a ee hel z „] RN e E ke f Li Bi eel B rna en Ds werd FT pe H >, Pi | B PA RR ir i ] | n ‚ Ns As 3 need RS RA s en j f 5 en be En Mn Pr} ET Rr 6 =d he nn — - me n 4 eel n Ee mn EN ' eN Ne 6 Achtergrondkenmerken en spreiding over de stad In 2017 telt Amsterdam 24.537 eenoudergezinnen met tenminste één thuiswonend minderjarig kind, en zonder andere inwonende(n). In 2012 waren dit er 25.442. Deze pagina gaat kort in op de achtergrondkenmerken, zoals geslacht, leeftijd en herkomst, van de alleenstaande ouders in Amsterdam. Amsterdamse alleenstaande ouders zijn vaak vrouw, tussen 35 en 49 jaar oud, en hebben vaak een migratieachtergrond. Deze kenmerken zijn weergegeven voor de jaren 2012 en 2017, en dit laat zien dat de samenstelling van de groep alleenstaande ouders in deze periode niet is veranderd. Daarnaast wordt de spreiding in 2017 van de alleenstaande ouders over de stad weergegeven: het aandeel alleenstaande ouders is het hoogst in Amsterdam Zuidoost. 5% van alle huishoudens zijn eenoudergezinnen 2012 2 2017 man 9 e In 2017 bestaat 5% van de vrouw 91 Amsterdamse huishoudens uit “ 15-24 jaar 32 eenoudergezinnen. In 2012 was dit 8 25-29 jaar 8 6%.* o 30-34 Jaar 13 *__ Het merendeel van de 5 35-39 Jaar 18 S LO jaar 22 alleenstaande ouders is vrouw 8 45-49 jaar 20 0%) en heeft een leeftijd tussen J 5 50-54 jaar 11 Ï 60% ö 55-59 jaar 3m, 35 en 49 jaar (60%). c 60-65 jaar 11 * _ Tweederde van alleenstaande UÚ X Nn ouders heeft een € Surinaams/Antilliaans 25 ‚ . h d Ee Marokkaans 5 migratieachtergrond. x Turks 5 * Erzijn geen veranderingen tussen overig niet-westers 15 de jaren 2012 en 2017 in overig westers 12 % geen migratieachtergrond 34 9 achtergrondkenmerken van 100 80 60 40 20 o 20 40 60 80 2100 alleenstaande ouders. Bron: CBS 2017, bewerking OIS In Amsterdam Zuidoost bevinden zich de meeste alleenstaande ouders e Inde stadsdelen Zuidoost, Noord en Nieuw- West is het aandeel alleenstaande ouders 4 (t.o.v. alle huishoudens) hoger dan gemiddeld EN in Amsterdam. ° __ Op gebiedsniveau is het aandeel alleenstaande ouders het hoogst in Bijlmer- Tet Centrum, Bijlmer-Oost en Gs en Gaasperdam/Driemond. * _ Kijken we naar het aandeel alleenstaande ouders t.o.v. alle huishoudens met kinderen, dan scoren de stadsdelen Zuidoost, Noord en West hoger dan gemiddeld in Amsterdam. ® Ee * _ Kijken we naar de absolute aantallen, dan ® @g bevinden zich de meeste alleenstaande g ouders in Zuidoost (n=4.770). Gemiddelde Amsterdam: 5% Bron: CBS 2017, bewerking OIS *Let op: het gaat om eenoudergezinnen met minimaal één thuiswonend minderjarig kind. Kijken we naar het aandeel eenoudergezinnen met minimaal één minder-of 2 meerderjarig thuiswonend kind, dan bestaat 9% van de Amsterdamse huishoudens uit eenoudergezinnen. In Nederland ligt dit aandeel iets lager, namelijk 7%. 6 Achtergrondkenmerken en kenmerken kind(eren) Het merendeel van de alleenstaande ouders is een eerste generatie migrant (4,6%). Deze eerste generatie migranten hebben vaak een Surinaams/Antilliaans, of een overig niet-westers achtergrond. Van de alleenstaande ouders heeft 30% een laag opleidingsniveau, 34% een middelbaar opleidingsniveau en 35% een hoog opleidingsniveau. Alleenstaande ouders zijn vaker laagopgeleid dan de gemiddelde Amsterdammer.* + Op deze pagina wordt ook gekeken naar het aantal kinderen in een eenoudergezin, en de gemiddelde leeftijd van kind(eren).** Van de alleenstaande ouders heeft 84,% 1 of 2 kind(eren), en 38% heeft (een) kind(eren) met een gemiddelde leeftijd tussen 12 en 17 jaar. 46% van de alleenstaande ouders is een eerste ” j j at 30% van de alleenstaande ouders is laagopgeleid generatie migrant * Eerste generatie migranten hebben vaak een °_ Vande alleenstaande ouders heeft 30% een laag Surinaams/Antilliaanse, of een overig niet- opleidingsniveau. westerse achtergrond. ee . . 9 A DN] Dé ° 35% van de alleenstaande ouders is hoogopgeleid. NY Dit is veel lager dan gemiddeld in Amsterdam 8 eerste generatie migranten | 16 (53%) en onder paren met kinderen (60%). 5e 8 3 tweede generatie migranten | 21 eenoudergezin U = geen migratieachtergrond | 33 U Surinaams/Antilliaans EN 5 kind 5e Marokkaans __ B paar met inderen UÜ ik 5 Turk 5 & UrKs N. Ë 5 overig niet-westers | 32 gemiddelde 9 Amsterdam À overig westers _ MK 0% e & o 20 40 6o 80 100 MA o 20 40 60 80 100 % Bron: CBS 2017, bewerking OIS mlaag =middelbaar mhoog Bron: CBS 2017, bewerking OIS . 8% heeft (een) kind(eren) met een gemiddelde Alleenstaande ouders hebben vaak 1 of 2 kind(eren) len Gab, ' k ) g leeftijd tussen 12 en 17 jaar ° 51% van de alleenstaande ouders heeft één kind en ° _ 25% van de alleenstaande ouders heeft (een) 33% heeft 2 kinderen. 16% heeft 3 of meer kind(eren) met een gemiddelde leeftijd tussen o en kinderen. 5 jaar. ° 32% heeft (een) kind(eren) met een gemiddelde leeftijd tussen 6 en 11 jaar en 38% tussen 12 en 17 jaar. EN: 3 MN- ë es EN oJ 5 3 zon NN 8 4 1 5 5 5 2 nn 3 | 5 eK R > 8 on EN 6 of meer e 18-19 mn: 0% 20 jaar of ouder E 2 % o 20 40 60 80 100 o 10 20 30 40 Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS *voor paren met kinderen is gekeken naar het opleidingsniveau van de hoofdkostwinner. ** Let op: het gaatom eenoudergezinnen met minimaal één thuiswonend minderjarig kind. teen ‘laag opleidingsniveau’ = lbo/vbofvmbo, mulo{mavo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo en het laagste niveau van het beroepsonderwijs; een ‘middelbaar opleidingsniveau'= 3 bovenbouw havo/vwo en opleidingen vergelijkbaar met mbo 2, 3en 4; en een ‘hoog opleidingsniveau'= een hbo- en een universitaire opleiding. Informatie over inkomen komt uit het Integrale Inkomens- en Vermogensonderzoek van CBS. Bij het toetsen van het inkomen wordt gekeken naar de hoogte van het belangrijkste huishoudinkomen. De grens voor een laag inkomen ligt in Amsterdam op 120% van het wettelijk sociaal minimum (WSM). 38% van de alleenstaande ouders heeft een laag inkomen. Dit kan onder andere komen doordat een groot deel van de alleenstaande ouders een bijstandsuitkering heeft als belangrijkste inkomstenbron (26%). lets meer dan de 2x helft van de alleenstaande ouders met een bijstandsuitkering zit zeven jaar of langer in de bijstand. Amsterdammers die langer dan zes maanden hun zorgverzekeringspremie niet hebben betaald en niet reageren op herinneringen, worden door de zorgverzekeraar aangemeld bij het Centraal Administratie Kantoor (CAK) voor de wanbetalersregeling.* In 2017 heeft bijna 10% van de alleenstaande ouders een betalingsachterstand die was aangemeld bij het CAK. Alleenstaande ouders vaker laag inkomen dan Een kwart heeft een bijstandsuitkering als gemiddeld in Amsterdam belangrijkste inkomstenbron * _ 38% van de alleenstaande ouders heeft een laag ° 49% van de alleenstaande ouders heeft een inkomen (<120% WSM). Dit is veel hoger dan loondienst als belangrijkste inkomstenbron. emiddeld in Amsterdam (21%) en onder paren _ … J 0 Pp » * _26% heeft een bijstandsuitkering als belangrijkste met kinderen (10%). ne . . inkomstenbron. Dit is veel hoger dan gemiddeld in | Amsterdam (7%). © 5 û eenoudergezin paar met gemiddelde kinderen NASI KO F La0 eenoudergezin 26 2 11 hoogte inkomen abs vz vz % 0-99% WSM 3494 15 5 10 100-109% WSM 3.934 17 3 8 ‚ gemiddeld 110-119% WSM 1.509 6 2 3 Amsterdam 7 18 8 120-129% WSM 1.208 5 2 3 5% 130% of meer 13.194 57 87 76 totaal 23.339 100 100 100 ° 20 40 bo Bo 100 A, B loondienst m eigen bedrijf — bijstand pensioen = anders (incl. andere uitkering) Bron: CBS 2017, bewerking OIS . Bron: CBS 2017, bewerking OIS Meer dan de helft met een bijstandsuitkering zit .: ' . 2 , Bijna 1 op de 10 heeft een betalingsachterstand zeven jaar of langer in de bijstand * _ Vande alleenstaande ouders met een * 10% van de alleenstaande ouders zit in een bijstandsuitkering zit 52% al zeven jaar of langer in wanbetalersregeling. Dit is hoger dan gemiddeld in de bijstand. Amsterdam (3%) en onder paren met kinderen (5%).* sm: c : E 2 nm 9 eenoudergezin 10 8 So ‚MN: 5 5 2e Mm: kind ss paar met kinderen 5 EL _: 8 5e 5 > 7 of meer | 52 gemiddelde Amsterdam 3 % % o 20 40 60 80 100 o 10 20 30 40 Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CAK 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS * In deze regeling betaalteen Amsterdammer een hogere, ‘bestuursrechtelijke!, premie aan het CAK i.p.v. de gebruikelijke premie aan de zorgverzekeraar. De eventuele aanvullende verzekering van de wanbetaler vervalt. 4 “*yoor paren met kinderen is gekeken naar een betalingsachterstand van de hoofdkostwinner. > < Economische zelfstandigheid en socio-economische status Economisch zelfstandig wil zeggen dat iemand door arbeidsinkomen in het eigen levensonderhoud kan voorzien. Dit is geoperationaliseerd als een inkomen van minimaal 70% van het wettelijke minimumloon, oftewel de landelijke lage inkomensgrens voor een alleenstaande (in 2017: €950 per maand). Van de alleenstaande ouders is 53% economisch zelfstandig. 2x Er is ook een andere maat gebruikt: financiële onafhankelijkheid. Dit betekent dat het inkomen uit arbeid, eigen onderneming en uit sociale verzekeringen (maar niet vit sociale voorzieningen) hoger is dan de lage inkomensgrens voor een alleenstaande. 57% van de alleenstaande ouders is financieel onafhankelijk. Socio-economische status (SES) is gebaseerd op het inkomen en opleidingsniveau van Amsterdammers tussen 18 en 65 jaar. 35% van de alleenstaande ouders heeft een lage SES. Dit percentage is veel hoger dan gemiddeld in Amsterdam (22%). Alleenstaande ouders zijn minder vaak economisch Alleenstaande ouders zijn minder vaak financieel zelfstandig onafhankelijk ° _ 53% van de alleenstaande ouders is economisch ° 57% van de alleenstaande ouders is financieel zelfstandig. Dit is lager dan gemiddeld in onafhankelijk. Dit is lager dan gemiddeld in Amsterdam (61%) en veel lager dan onder paren Amsterdam (65%) en veel lager dan onder paren met kinderen (87%). * met kinderen (90%).* paar met t En gemiddelde iddel % % o 20 40 6o 80 100 o 20 40 60 80 100 Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS Alleenstaande ouders vaker een lage socio-economische status dan gemiddeld in Amsterdam * Meer dan een derde van de alleenstaande ouders heeft een lage eenoudergezin SES (35%). Alleenstaande ouders hebben vaker een lage SES dan paren met kinderen (21%). paar met kinderen e _ Alleenstaande ouders hebben minder vaak een hoge SES (20%) dan paren met kinderen (41%). gemiddelde Amsterdam B % o 20 40 6o 80 100 Blaag =midden m hoog Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS *voor paren is gekeken naar economische zelfstandigheid en financiële onafhankelijkheid van de hoofdkostwinner. 5 Op deze pagina worden de achtergrondkenmerken van alleenstaande ouders in armoede vergeleken met alleenstaande ouders die behoren tot de bovenminima. Dit is gedaan bij eenoudergezinnen met tenminste één minderjarig kind, met of zonder andere inwonende(n) en waarvan het inkomen het een heel jaar bekend is (vergelijkbaar met de Amsterdamse Armoedemonitor 2017, OIS). Armoede is vastgesteld door te kijken naar de inkomens-en vermogenspositie van de alleenstaande ouders. Een alleenstaande ouder behoort tot de minima bij een inkomen tot 120% van het wettelijk sociaal minimum (WSM) en een vermogen tot de bijstandsnorm. In 2017 behoort 35% van de alleenstaande ouders tot de minima. In 2012 was dit aandeel hoger (41%). 1 op de 3 alleenstaande ouders behoort tot de minima bovenminima e= minima . mannen 12 ° In Amsterdam wonen ruim 8.200 vrouwen 88 í alleenstaande ouders in armoede. 15-24 |aar 172 0 . 25-29 jaar , 29% van de minima heeft een 5-selaar 7 leeftijd tussen 15 en 34 jaar (14% bij hO-4h jaar 23 bovenminima). -49 Jaar 2 sat Eo-E4 Jaar 4 6 _ 81% van de minima heeft een 55-59 Jaar 54 i i i ê5-ês laar An migratieachtergrond. Dit ‚ a percentage ligt veel hoger dan bij Surinaams/Antilliaans 22 : Marokkaans 7 de bovenminima (58%). Turks 3 ir : overig niet-westers EE *_ Erzijn geen veranderingen tussen …_ overig westers 15 de jaren 2012 en 2017 in geen migratieachtergrond 42 achtergrondkenmerken van eerste generatie migranten 39 II d d . d tweede generatie migranten 19 % da eenstaan e OU ers In armoe e. geen migratieachtergrond 42 ’ 100 80 60 40 20 o 20 40 60 80 100 Bron: CBS 2017, bewerking OIS Alleenstaande ouders in armoede vaak laag Alleenstaande ouders in armoede vaker 2 of meer opgeleid thuiswonende kinderen dan de bovenminima *__De minima is lager opgeleid (46%) dan de °_De minima heeft vaker 2 of meer thuiswonende bovenminima (14%).* kinderen (48%) dan de bovenminima (34%). *_De minima heeft vaker een bijstandsuitkering als *__ Kinderen in minima eenoudergezinnen zijn jonger belangrijkste inkomstenbron (64%) dan de dan kinderen in bovenminima eenoudergezinnen. bovenminima (5%). ** Oe bovenminima = minima Oe bovenminima = minima ® 1 66 2 laag 14 8 8 - > 5 2 middelbaar 25 ë 8 25 3 6 5 hoo ESE 4 1 5 9 39 2E * 5ofmeer ola Z onbekend 22 o 2 o-1 11 8 23 9 Ol ö 4-5 10 © E loondienst 69 5 6-7 EN “2 & Xa eigen bedrijf 15 2 8-9 10 55 S, 10-11 11 ER bijstand 5 2, 12-13 12 & E . . 5 14-15 13 andere uitkering 7 % — 16-17 15 % 100 80 60 40 20 o 20 40 60 80 100 100 80 60 40 20 o 20 40 60 80 100 Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS Bron: CBS 2017, bewerking OIS *een ‘laag opleidingsniveau’ = lbo/vbo/vmbo, mulo/mavo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo en het laagste niveau van het beroepsonderwijs; een ‘middelbaar opleidingsniveau'= bovenbouw havo/vwo en opleidingen vergelijkbaar met mbo 2, 3en 4; en een ‘hoog opleidingsniveau'= een hbo- en een universitaire opleiding. 6 ** andere inkomstenbronnen, zoals pensioen, niet gerapporteerd vanwege te kleine aantallen > < Spreiding van alleenstaande ouders in armoede over de stad 2x Op deze pagina wordt de spreiding over de stad van de volgende twee groepen alleenstaande ouders weergegeven: -_ Alleenstaande ouders in armoede t.o.v. alle alleenstaande ouders. 2x -_ Alleenstaande ouders in armoede met een migratieachtergrond (eerste generatie) t.o.v. alle alleenstaande ouders. In de kaarten hieronder is het aandeel per stadsdeel vergeleken met het Amsterdamse gemiddelde. In Amsterdam Zuidoost bevinden zich de meeste alleenstaande ouders in armoede ° Inde stadsdelen Noord, Zuidoost, Nieuw- OS West en West is het aandeel alleenstaande ouders in armoede hoger dan gemiddeld in N p Amsterdam. IJ Ee ° __ Op gebiedsniveau is het aandeel 4E = alleenstaande ouders in armoede het | Ze SZ hoogst in Geuzenveld-Slotermeer- In. PO Dn Sloterdijken, Oud-Noord en Bijlmer- 0 — NJ Centrum. =| * _ Kijken we naar de absolute aantallen, dan bevinden zich de meeste alleenstaande minder dan gemiddeld ouders in armoede in Zuidoost (n=1.860). Cliets minder van gemiddeld rond het gemiddelde Wiets meer dan gemiddeld Ml meer dan gemiddeld Gemiddelde Amsterdam: 35% Spreiding over de stad van alleenstaande ouders in armoede met een migratieachtergrond (eerste generatie) e Inde stadsdelen Zuidoost, Nieuw-West en Noord is het aandeel alleenstaande ouders ; in armoede met een migratieachtergrond À, (eerste generatie) hoger dan gemiddeld in Amsterdam. Á * _ Op gebiedsniveau is het aandeel ne AE alleenstaande ouders in armoede met een ) he 5 migratieachtergrond (eerste generatie) het eN NEN hoogst in Bijlmer-Centrum, Bijlmer-Oost en Sh nm er Geuzenveld-Slotermeer-Sloterdijk. Se ° _ Kijken we naar de absolute aantallen, dan Le | bevinden zich de meeste alleenstaande . L minder dan gemiddeld ouders in armoede met een Diets minder dan gemiddeld migratieachtergrond (eerste generatie) in B mee dan gemiddeld Zuidoost (n=21.390). B meer dan gemiddeld | Gemiddelde Amsterdam: 21% Bron: CBS 2017, bewerking OIS 7 Gezondheid en kwetsbaarheid Om de gezondheid van alleenstaande ouders in beeld te brengen, zijn gegevens afkomstig uit de Amsterdamse Gezondheidsmonitor (AGM) 2016 gebruikt. Dit is een grootschalige gezondheidsenquête van de GGD Amsterdam onder Amsterdammers van 19 jaar en ouder. Hierin is o.a. gevraagd naar de ervaren gezondheid en naar psychische klachten. Hieronder worden cijfers vit AGM 2016 gepresenteerd over alleenstaande ouders tussen 19 en 64 jaar met thuiswonende minderjarige kind(eren) en vergeleken met cijfers 2x over niet-alleenstaande ouders tussen 19 en 64 jaar met thuiswonende minderjarige kind(eren). Op basis van CBS data in 2017 is een Kwetsbaarheidsscore berekend voor Amsterdammers tussen 18 en 65 jaar. De Kwetsbaarheidsscore laat zien hoeveel Amsterdammers kwetsbaar zijn op minimaal drie van de volgende vier factoren: inkomen, opleiding, werk en zorgkosten. Met een getal tussen o en 4 wordt aangegeven op hoeveel van deze factoren een persoon kwetsbaar is. Bij een score van 3 of 4 wordt iemand tot de meest kwetsbaren gerekend. Geen verschil in ervaren gezondheid tussen Geen verschil in voorkomen van psychische klachten alleenstaande en niet-alleenstaande ouders tussen alleenstaande en niet-alleenstaande ouders * _ 79% van de alleenstaande ouders van 19-64 jaar * _ 8% van de alleenstaande ouders van 19-64 jaar ervaart eigen gezondheid als (zeer) goed. heeft ernstige psychische klachten. B minder dan goed m (zeer) goed . . . . m ernstige psychische klachten m geen of matige psychische klachten alleenstaande alleenstaande ouder (n=137) ouder (n=135) niet- niet- alleenstaande alleenstaande ouder (n=729) % ouder (n=714,) % o 20 40 6o 80 100 o 20 40 60 80 100 Bron: Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2016, GGD Amsterdam, bewerkig OIS Bron: Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2016, GGD Amsterdam, bewerkig OIS Alleenstaande ouders vaker kwetsbaar op ot Spreiding kwetsbare alleenstaande ouders over de sociaaleconomisch gebied dan gemiddeld in stad Amsterdam ° 15% van de alleenstaande ouders van 18-65 jaar e Inde stadsdelen Noord, Zuidoost, Nieuw-West en heeft een Kwetsbaarheidsscore van 3 of 4. Dit is West is het aandeel kwetsbare alleenstaande hoger dan gemiddeld in Amsterdam (9%) en onder ouders hoger dan gemiddeld in Amsterdam. aren met kinderen (8%). . p (8%) ° _ Kijken we naar de absolute aantallen, dan bevinden zich de meeste kwetsbare alleenstaande ouders in Zuidoost (n=2.090). eenoudergezin 15 1} r met MO. ed paa e 8 en 15 E20} kinderen a ZR Er Pe | a nt EN 13 od gemiddelde vO , 15 E has Amsterdam 9 i | LÛ ai % en 0 10 20 30 40 Sd Bron: CBS 2017, bewerking OIS _ Gemiddelde Amsterdam: 15% Bron: Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2016, GGD Amsterdam, bewerking OIS 8 Bron kwetsbaarheidsscore: CBS 2017, bewerking OIS % Gemeentelijk ienì In het project Zicht en Grip op Sociaal worden de toekenningen van gemeentelijke voorzieningen en de overlap van deze voorzieningen in kaart gebracht. De voorzieningen zijn onderverdeeld in de domeinen zorg, jeugd en inkomen. De cijfers betreffen toegekende voorzieningen op huishoudniveau, ongeacht of deze huishoudens daadwerkelijk van de voorziening gebruik hebben 2x gemaakt. Dit is o.a. gedaan bij eenoudergezinnen met tenminste één minder-of meerderjarig thuiswonend kind. 35% van de alleenstaande ouders kreeg een voorziening in één domein en 13% (een) voorziening(en) in meerdere domeinen. Bij paren met kinderen kreeg 17% een voorziening in één domein en 4% (een) voorziening(en) in meerdere domeinen. Van alle alleenstaande ouders maakt 11% gebruik Alleenstaande ouders stapelen relatief vaak van een jeugdvoorziening voorzieningen ° 11% van alle alleenstaande ouders heeft een * _ Vande alleenstaande ouders met één of meer jeugdvoorziening. voorzieningen maakt 66% gebruik van meer dan 2 . voorzieningen. Dit is hoger dan onder paren met * __ Vande alleenstaande ouders in de bijstand heeft gen. 9 oncer p 0 0 . o. a kinderen met één of meer voorzieningen (51%). 15% een jeugdvoorziening. Dit is hoger dan onder paren met kinderen in de bijstand (11%). 40 % m eenoudergezinnen (n= 19.350) = paren met kinderen (n=15.475) % 100 30 80 6o 20 49 11 40 34 33 10 27 7 20 17 14 be o o Be ml 2 2 eenoudergezinnen paren met kinderen 1 2 3 4 5 6 7+ Bron: OIS/Zicht en Grip op Sociaal, 2017 Bron: OIS/Zicht en Grip op Sociaal, 2017 Overlap in gemeentelijke zorg-, jeugd en/of inkomensvoorzieningen onder alleenstaande ouders Inkomen SURE * Vande alleenstaande Jeugd ouders met één of meer me voorzieningen maakt 13% zo gebruik van een inkomens- se ze za én zorgvoorziening, 9% 9% . 1 ex van een inkomens- én ar, jeugdvoorziening en 1 % is 10% a van zorg- én ne = jeugdvoorziening. ° _ 3% van de alleenstaande ae ouders met één of meer 7% : . | voorzieningen maakt Zorg Zorg gebruik van een voorziening in alle drie de Eenoudergezinnen Paren met kinderen domeinen. (n=19.350) (n=15.475) Bron: OIS/Zicht en Grip op Sociaal, 2017 g ENE Or 4 n (3 te em PD f | DE à - | | | | 8 5 k - fi whs 5 i 8 | EEE A Re ‚ à x m— . a =i ha ! : En ge, jr B S k | ed | hk | p ki rj | 15 Id 4 | S PN ‘ Í á 8 B
Factsheet
10
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1944 Datum indiening 3 oktober 2019 Datum akkoord 18 november 2019 Publicatiedatum 19 november 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Boomsma inzake ernstige beschadiging van glas-in-lood van de Oude Kerk. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 1 en 2 oktober respectievelijk deden zowel Het Parool als De Telegraaf verslag van beschadigingen aan de Oude Kerk (Eeuwenoud glas-in-lood Oude Kerk ernstig beschadigd (Het Parool) en Spoedoperatie ramen Oude Kerk (De Telegraaf). Hierin wordt geschreven over restauratiewerkzaamheden in de Oude Kerk waarbij een glaswerk uit 1555 ernstig beschadigd werd aangetroffen. De glas-in-lbodpanelen zouden zo snel mogelijk gedemonteerd en opgeslagen moeten worden, alvorens besloten wordt wat er mee gaat gebeuren. De Oude Kerk stelt dat er niet gewacht kan worden op de uitkomst van een vergunningstraject hiervoor. De Stichting tot Behoud van de Oude Kerk (SbOK) beweert dat zij Stichting de Oude Kerk (StOK) — de beheerder van het gebouw - eerder gewaarschuwd hadden voor deze beschadigingen, maar toen ‘gebeurde er niks.’ De fractie van het CDA maakt zich ernstig zorgen om de staat van de Oude Kerk, mede naar aanleiding van eerdere berichtgeving. Gezien het vorenstaande heeft het lid Boomsma, namens de fractie van het CDA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Klopt deze berichtgeving? Antwoord: De berichtgeving klopt. Echter zijn de beschadigingen niet bij toeval ontdekt maar waren bekend. Pas recent kon de omvang van de beschadigingen in beeld worden gebracht. 2. Hoe is het mogelijk dat zo'n uniek glaswerk in het oudste monument van Amsterdam zo beschadigd is geraakt? Hoe kon deze beschadiging optreden? Gebeurde dat inderdaad tijdens een versteviging van de fundering van het glaswerk? Op welke manier? Wanneer is dit aan het licht gekomen? Antwoord: Het glas-in-lood-raam is door de ongelijke verzakking van het gebouw beschadigd geraakt. De kerk heeft verzakkingsproblemen. Deze worden veroorzaakt door het 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Tous Gemeenteblad R Datum 19 november 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 3 oktober 2019 funderingsherstel uit de jaren 50. Toen is de kerk plaatselijk opnieuw gefundeerd. De verzakking zijn dan ook plaatselijk daar waar niet gefundeerd is. De verzakking is beheersbaar en wordt door de architect en gemeente gemonitord en daarmee onder controle gehouden. De beschadiging van de ramen was eerder bekend. Tijdens de plaatsing van een steiger tijdens de restauratiewerkzaamheden kon de ernst van de beschadiging worden onderzocht zodat meteen passende maatregelen genomen konden worden. 3. Watis de status van het glaswerk? Kan het worden gerestaureerd en kan deze op den duur worden teruggeplaatst? Antwoord: Het raam maakt een onlosmakelijk onderdeel uit van het rijksmonument. Het is uitgenomen en zal na restauratie worden teruggeplaatst. 4. Watis de status van het vergunningstraject? Is het nodig hiervoor een vergunning te vragen? Kan het glaswerk worden veiliggesteld? Antwoord: Stadsdeel Centrum heeft opdracht gegeven om het raam uit te plaatsen en zeker te stellen. Deze procedure heet een noodvoorziening: er hoeft in dit geval geen vergunningtraject te worden ingezet, maar er kan onmiddellijke actie ondernomen worden door het bevoegd gezag. 5. Kan het college nagaan of de SbOK of andere erfgoeddeskundigen inderdaad eerder gewaarschuwd hebben voor de slechte staat van het raamwerk? Welke actie is daarop ondernomen? Is het college het eens met de indiener dat het een ernstige verzaking is van de plicht om het monument te onderhouden, indien op deze waarschuwingen te weinig actie is gevolgd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke gevolgen geeft het college hieraan? Antwoord: De beschadiging was eerder bekend bij zowel de restauratiearchitect, Monumenten en Archeologie (MenA) en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Daarom is gebruik gemaakt van de opgebouwde steigers in het lopende restauratietraject. Hierdoor kon voor het eerst de ernst van de beschadiging vast worden gesteld. Vervolgens zijn meteen maatregelen getroffen om het raam veilig te stellen. Het raam is met een noodvoorziening uitgenomen en veilig in de kerk opgeslagen. Er worden nu plannen gemaakt voor de herplaatsing van het raam door de restauratiearchitect. 6. Is het college het met de fractie van CDA eens dat dit aanleiding biedt voor een uitgebreide controle van de Oude Kerk door bijvoorbeeld Bureau Monumentenzorg, om te zien of andere onderdelen van het kerkgebouw beschadigd zijn of risico lopen op beschadigingen? Antwoord: MenA is betrokken bij de restauratie van de Oude Kerk en wordt door de restauratiearchitect van de Oude Kerk op de hoogte gehouden van de gevolgen van de verzakkingen. Daarnaast is er regulier overleg tussen de MenA, 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R weing Tous Gemeenteblad ummer - en Datum 19 november 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 3 oktober 2019 de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de restauratiearchitect van de Oude Kerk en de aannemer over de lopende restauratie van de Oude Kerk. 7. Welke acties onderneemt het college naar aanleiding van deze berichtgeving? Antwoord: Voorafgaand aan de berichtgeving was er al actie ondernomen. Er is van een noodvoorziening gebruik gemaakt. Dit houdt in dat het raam zonder vergunning kon worden uitgenomen omdat de staat van het raam dusdanig was dat er zo snel mogelijk moest worden gehandeld. Het college is van mening dat voor het behoud en de restauratie van het raam met de betrokkenheid van MenA voldoende zekerheden zijn in gebouwd. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 1223 Datum akkoord 9 december 2014 Publicatiedatum 10 december 2014 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer J.F.W. van Lammeren van 23 oktober 2014 inzake prikkeldraad in natuurgebieden. Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller. De fractie van de Partij voor de Dieren vindt natuur belangrijk en zet zich in voor meer groen en natuur in en om de stad. De gemeente Amsterdam heeft direct en indirect verschillende natuurgebieden in beheer, of is vertegenwoordigd in bestuursconstructies zoals recreatieschappen. Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 23 oktober 2014, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Welke natuurgebieden vallen direct of indirect (bijvoorbeeld via vertegenwoordi- ging in een recreatieschap) onder het beheer van de gemeente Amsterdam? Antwoord: Amsterdam is betrokken bij het beheer van: a) het Amsterdamse Bos; b) Recreatiegebied Twiske (onderdeel van Twiske-Waterland); c) Groengebied Amstelland; d) Recreatiegebied Spaarnwoude; e) Geuzenbos; f) Amsterdamse Waterleidingduinen; g) Goois Natuurreservaat; h) Recreatieschap Vinkeveense plassen. Prikkeldraad wordt in de agrarische bedrijfsvoering gebruikt. Omdat de vragen gaan over natuurgebieden is hier verder niet op ingegaan. 2. Wordt er in deze natuurgebieden prikkeldraad gebruikt? Antwoord per gebied: a. Nee, behoudens een kleine en tijdelijke uitzondering. b. Nee. c. Nee, maar het wordt wel gebruikt door pachters, in het agrarisch gebied. 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Neeing 1523 Gemeenteblad Datum 10 december 2014 Schriftelijke vragen, donderdag 23 oktober 2014 d. Ja in het Westhoffbos rondom begrazingspercelen. Binnenkort wordt het vervangen door gaas. Verder bij enkele percelen van de boerderij Zorgvrij (agrarisch gebied). Daarnaast gebruiken agrarische pachters in Spaarnwoude prikkeldraad vaak in combinatie met schrikdraad om direct contact te voorkomen. e. Ja, recent heeft de beheerder prikkeldraad toegevoegd aan een afrastering. f. In de Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) zijn in de afgelopen jaren vrijwel alle rasters vervangen door rasters met glad draad. Op een paar plaatsen in het duin staat nog prikkeldraad. Ook deze zullen nog worden vervangen door glad draad. Voor de begrazingsprojecten wordt uitsluitend Gallagher raster gebruikt. In de AWD wordt niet gemeten of prikkeldraad schade oplevert voor de fauna (prikkeldraad is juist vervangen vanwege mogelijk negatieve effecten voor de fauna). g. Zeer terughoudend gebruik, afgestemd op het tegenhoud van landbouwhuisdieren maar juist doorlaten van wilde dieren. Het gebruik wordt afgebouwd. h. Nee. Dieren kunnen het gevaar van prikkeldraad niet altijd goed inschatten. Zo komt het voor dat dieren, zoals grotere zoogdieren en vogels, zich hieraan verwonden. Deze verwondingen leiden soms tot de dood. 3. Is het college bekend met verwondingen van dieren door prikkeldraad, in natuurgebieden die (mede) door de gemeente Amsterdam worden beheerd? a. Zijn hier cijfers over beschikbaar? En welke zijn dat? b. Zoniet, is het college bereid om het komende jaar te monitoren of en waar prikkeldraad leidt tot verwondingen bij dieren? Antwoord: a. Het college is niet bekend met de verwonding van dieren door prikkeldraad, onze ecologen kennen geen casussen waarin dieren werkelijk verwond zijn geraakt, onze beheerders ook niet, behoudens de beheerder van het Gooise natuurreservaat die verwondingen aan reeën heeft waargenomen. b. Uw vraag heeft geleidt tot een actualisatie van het overzicht van gebruik van prikkeldraad in de gebieden waarbij Amsterdam betrokken is. Uit de inventarisatie blijkt dat de beheerders prikkeldraad vervangen hebben of aan het vervangen zijn door alternatieven. Dit wordt veroorzaakt door de aansprakelijkheid van de eigenaar van het prikkeldraad voor schade aan derden en zorg om dierenwelzijn. Uitzondering op de afnemende trend is het nieuwe prikkeldraad bij het relatief kleine Geuzenbos. Gezien de trend bij beheerders is het eenvoudiger om prikkeldraad in natuurgebieden te weren dan om verwondingen te monitoren. 2 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer wdncember 2014 Schriftelijke vragen, donderdag 23 oktober 2014 4. Is het college bereid om overal waar Amsterdam betrokken is bij natuurbeheer te pleiten voor prikkeldraadvrije, dier- en milieuvriendelijke omheiningen? a. Zo ja, kan het college de raad van de voortgang op de hoogte houden? b. Zo nee, waarom niet? Antwoord: a. Nee omwille van onderstaand antwoord. b. Het college constateert dat de hoeveelheid prikkeldraad die nu wordt toegepast al klein is en afneemt. Gezien de trend bij de beheerders is het blijkbaar mogelijk om prikkeldraad te vervangen door alternatieven. De vraag of prikkeldraad wel of niet tot verwondingen bij dieren leidt, kan daarmee vermeden worden. De beheerders wijzen wel op hogere kosten. Het college is zeker bereid om beheerders te verzoeken om geen prikkeldraad toe te passen. Monitoring van de voortgang van het weren van prikkeldraad is in de ogen van het college hierdoor niet nodig. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
VN2023-018249 N% Gemeente Raadscommissie voor Duurzaamheid, Circulaire Economie, Afval en DC Afval en Reiniging, Voedsel en Dierenwelzijn Grondstoffen N Amsterdam Voordracht voor de Commissie DC van o7 september 2023 Ter kennisneming Portefeuille Afval en Reiniging Agendapunt 10 Datum besluit - Onderwerp Afdoening toezegging over de CROW waarden van zwerfafval en containers op gebiedsniveau en cijfers beleving van inwoners t.a.v. schoon en rommel op gebiedsniveau De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over de afdoening toezegging over de CROW waarden van zwerfafval en containers op gebiedsniveau en cijfers beleving van inwoners t.a.v. schoon en rommel op gebiedsniveau Wettelijke grondslag Artikel 160, eerste lid, onder a Gemeentewet, Art 169 Gemeentewet Artikel 79 en 80 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam Bestuurlijke achtergrond Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? je, het gaat om de afdoening van toezegging (TA2023-000666) over de CROW waarden van zwerfafval en containers op gebiedsniveau en cijfers beleving van inwoners t.a.v. schoon en rommel op gebiedsniveau Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.5 1 VN2023-018249 % Gemeente Raadscommissie voor Duurzaamheid, Circulaire Economie, Afval en Afval en % Amsterdam Reiniai Voedsel Di lii Grondstoffen % einiging, Voedsel en Dierenwelzijn Voordracht voor de Commissie DC van o7 september 2023 Ter kennisneming AD2023-061386 Commissie DC Voordracht (pdf) raadsinformatiebrief voor afdoening toezegging cijfers op AD2023-061389 ‚ ‚ gebiedsniveau.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Timothy Veenboer, Directie Afval en Grondstoffen, 06-53106261 Gegenereerd: vl.5 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam W B % Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging % Gewijzigde agenda, woensdag 12 september 2018 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Tijd 09:00 tot 12:30 uur en van 19:30 tot 22:30 uur Locatie De Commissiezaal Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag (niet aanwezig) 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam W B Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Gewijzigde agenda, woensdag 12 september 2018 Bouwen en Wonen 11 Het uiten van wensen en bedenkingen inzake het conceptbesluit van het college over het aangaan van individuele achtervangovereenkomsten met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw ten behoeve van Habion Nr. BD2018- 007265 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 19.09.2018). e De commissie FEZ is hierbij uitgenodigd. 12 Subsidieregeling Stedelijke Vernieuwing 2018 Nr. BD2017-012757 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 19.09.2018). 13 Motie 1185 van lid Flentge (SP) inzake de Begroting 2018 (in actie tegen achterstallig onderhoud) en eerste resultaten programma woningkwaliteit 2017 Nr. BD2018-009154 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 14 Voortgangsrapportage Programma Woningkwaliteit 2017 Nr. BD2018-009151 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 15 Bestuurlijke reactie op motie 211 d.d. 14 februari 2018 van de leden Hammelburg (D66) en Dijk (VVD) betreffende taakstelling zelfbouw Nr. BD2018-009156 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 16 Rapport CBRE Woningbeleid Amsterdam Nr. BD2018-009163 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 17 Krakers bezetten pand in Zuid Nr. BD2018-009166 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 18 BRIEF Resultaten handhaving woonfraude eerste helft 2018 en inning bestuurlijke boetes woonfraude Nr. BD2018-007372 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 19 Afhandeling moties 205 206 208 buy to let Nr. BD2018-009160 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 2 Gemeente Amsterdam W B Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Gewijzigde agenda, woensdag 12 september 2018 20 Afdoening motie 1288, Flentge (SP), Moorman (PvdA), Groot Wassink (GroenLinks) en Van Soest (PvdO) , Als ik iets voor de stad kan doen, zal ik het doen Nr. BD2018-010448 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de vergadering van 07.03.2018. 21 Afdoening motie 1245 van de leden Nuijens (GroenLinks) en Poorter (PvdA), extra realisatie van woningen in nieuwbouwprojecten voor Kwetsbare Groepen Nr. BD2018-010441 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de vergadering van 07.03.2018. 22 Afdoening motie 925 van raadslid Boomsma (CDA) (onderzoek vertrek van gezinnen uit de stad) en de motie 1540 van de leden Moorman (PvdA), Nuijens (GroenLinks), van Lammeren (PvdD) en van Soest (PvdO) (gezinswoningen binnen 40-40-20) Nr. BD2018-010442 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de vergadering van 07.03.2018. 23 Afdoening motie 740 van raadslid Groot wassink (GroenLinks) gemeentelijke wooncooperaties Nr. BD2018-010447 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de vergadering van 07.03.2018. Dierenwelzijn 24 Voorstel pilot vossenraster in Amsterdam Noord Nr. BD2018-009966 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD). e Was TKN 2 in de vergadering van 07.03.2018. 25 Dierenverkooppunten stimuleren te gaan voldoen aan kwaliteitseisen dierenwelzijn Nr. BD2018-009958 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD). e Was TKN 1 in de vergadering van 07.03.2018. 26 Analyse van de kostprijs per rit van Dierenambulance Amsterdam Nr. BD2018- 010174 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD). e Was TKN 74 in de TAR vergadering van 23.05.2018. 3 Gemeente Amsterdam W B Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Gewijzigde agenda, woensdag 12 september 2018 Openbare Ruimte en Groen 27 Tussenrapportage Synergie wegwerken achterstallig onderhoud “Een verzorgde buurt voor alle Amsterdammers” Nr. BD2018-009131 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Boomsma. 28 Verkennend onderzoek beprijzing OR Nr. BD2018-009147 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD). e Was TKN 26 in de TAR vergadering van 23.05.2018. 29 Beantwoording motie Van Lammeren (PvdD): Rainproof plannen toetsen aan klimaatverandering Nr. BD2018-009837 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 30 Afdoening motie 1265 lid Van Lammeren inzake ‘bladeren niet onnodig weghalen’ Nr. BD2018-009412 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de TAR vergadering van 23.05.2018. 31 Informatie over bestedingsvoorstel en de subsidieregeling Herplantfonds Nr. BD2018-008132 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Was TKN 23 in de TAR vergadering van 23.05.2018. 32 Toezegging m.b.t. bomenkap camping zonder vergunning Nr. BD2018-008130 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Ernsting (GL). e Was TKN 28 in de TAR vergadering van 23.05.2018. 33 Kennisnemen van de geactualiseerde subsidieregeling Groen in de Buurt en Stadslandbouw-Voedselinitiatieven Nr. BD2018-008088 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bloemberg-Issa (PvdD). e Was TKN 19 in de TAR vergadering van 25.04.2018. e _ Uitgesteld in de TAR vergadering van 23.05.2018. 4 Gemeente Amsterdam W B Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging Gewijzigde agenda, woensdag 12 september 2018 34 Kennisnemen van de geactualiseerde subsidieregeling Groene daken en gevels Amsterdam 2017 Nr. BD2018-008090 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bloemberg-Issa (PvdD). e Was TKN 18 in de TAR vergadering van 25.04.2018. e _ Uitgesteld in de TAR vergadering van 23.05.2018. 35 Afhandeling motie 566 d.d. 20 juli 2017 van de raadsleden Kaya, Duijndam, Roosma, Poorter, Boomsma en Van Soest inzake de Voorjaarsnota 2017 - toegankelijk Amsterdam met stadsergonoom Nr. BD2018-007843 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN Dierenwelzijn 36 Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Nadif inzake de hondenshows World Dog Show en Benelux Winner Show Nr. BD2018-010831 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Nadif (GL). Bouwen en Wonen 37 Evaluatie woningdelen 2017 en bestuurlijke reactie Nr. BD2018-006702 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 5
Agenda
5
val
2025109 X Gemeente Raadscommissie voor MBO-agenda, Jongerenwerk, Sport en Recreatie, S EF D port en Bos ‚ ‚ " Economische Zaken, Sociale Zaken, Opvang, Gemeentelijk Vastgoed, % Amsterdam Pee ORO 500 Volwasseneneducatie, Democratisering Voordracht voor de Commissie SED van 13 december 2023 Ter kennisneming Portefeuille Sport en Bewegen Agendapunt 2 Datum besluit 7 november 2023 Onderwerp Subsidieregelingen: subsidieregeling sterke sportclubs 2023 en subsidieregeling noodsteun energiekosten Amsterdamse Sportaanbieders 2023-2024 De commissie wordt gevraagd Kennisnemen van de subsidieregelingen: subsidieregeling sterke sportclubs 2023 en subsidieregeling noodsteun energiekosten Amsterdamse Sportaanbieders 2023-2024 Wettelijke grondslag e Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023, artikelen 3 (bevoegdheid college) en 4 (subsidieplafond), zie Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023 | Lokale wet- en regelgeving (overheid.nl) * Gemeentewet, artikel 169: 1. Hetcollege en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. 2. Zijgeven de raad alle inlichtingen die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond nvt Reden bespreking nvt Uitkomsten extern advies nvt Geheimhouding nvt Uitgenodigde andere raadscommissies nvt Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nvt Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.12 1 VN2023-025109 % Gemeente Raadscommissie voor MBO-agenda, Jongerenwerk, Sport en Recreatie, EF D Sport en Bos % Amsterdam ‚ ‚ _ % Economische Zaken, Sociale Zaken, Opvang, Gemeentelijk Vastgoed, Volwasseneneducatie, Democratisering Voordracht voor de Commissie SED van 13 december 2023 Ter kennisneming Bijlage 1. Besluit subsidieregeling sterke sportclubs 2023 college_b_en_w AD2023-088211 (oo2). pdf (pdf) Bijlage 2 - cijfers en resultaten Subsidieregeling sterke sportclubs 2022. pdf AD2023-088212 (pdf) Bijlage 3. Besluit_noodsteun energiekosten Amsterdamse Sportaanbieders AD2023-088213 2023-2024_college_b_en_w.pdf (pdf) AD2023-088207 Commissie SED Voordracht (pdf) Raadsinformatiebrief subsidieregelingen sterke sportclubs en noodsteun AD2023-088214 ‚ energie.pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Sport en Bos, Bertram Bouthoorn, B.bouthoorn@&amstedam.nl, 06-83642979 Sport en Bos, Lucinda Schuurman, L.schuurman@®amsterdam.nl, 06-46334413 Gegenereerd: vl.12 2
Voordracht
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 142 Publicatiedatum 22 maart 2013 Ingekomen onder N Ingekomen op woensdag 13 maart 2013 Behandeld op woensdag 13 maart 2013 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het raadslid de heer Van Lammeren inzake het Ganzenbeheerplan Schiphol (zienswijze voor oplossing problematiek rondom birdstrikes). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van het raadslid de heer Van Lammeren van 11 maart 2013 inzake het Ganzenbeheerplan Schiphol (Gemeenteblad afd. 1, nr. 123); Constaterende dat: — het Ganzenbeheerplan Schiphol momenteel ter inzage ligt in de provincie Noord-Holland; — _ het Ganzenbeheerplan bedoeld is om birdstrike te verlagen en het risicio op ongelukken te verminderen; — bij aanname van het Ganzenbeheerplan de provincie Noord-Holland voornemens is om ganzen in een straal van 20 km rondom Schiphol weg te vangen en te vergassen; — de gemeente Amsterdam grotendeels ligt in de 20-km-zone; Overwegende dat: — _heteffectief aanpakken van het gevaar van birdstrike voornamelijk berust op de aanpak van landbouw rondom Schiphol, zoals het direct omploegen van de akkers na een oogst; — deze aanpak ondersteund wordt door de Nederlandse Regiegroep Vogelaanvaringen, 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 142 Moti Datum _ 22 maart 2013 ome Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: een zienswijze in te dienen namens de gemeente Amsterdam waarin wordt gevraagd om de problematiek rondom birdstrikes op te lossen via de efficiëntere en diervriendelijke methode van het direct omploegen van de akkers na een oogst en het aanpassen van het landbouwaanbod rondom Schiphol. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 2
Motie
2
discard
2017 Documenten intern - 1031 Gem ee nte Bezoekadres Plein ‘40 '45 1 Am ste rd a m 1064 SW Amsterdam Nieuw-West Pastijsants 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 | | amsterdam.nl/nieuwwest Voordracht en besluit DB 7 AB Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Afdeling Onderwerp Ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat | Portefeuille Ruimtelijke ordening, project Centrum Nieuw-West. DB lid E. Bobeldijk en A. Baâdoud Gebied Osdorp | Vergaderdatum DB 30 januari 2018 | Piepprocedure Ja | Agenderen College / Voorbereidende commissie 31 janvari 2018 | Gemeenteraad AB 7 februari 2018 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Rinse Bakker / Roelof van Essen [email protected] / [email protected] 0627090606 / 0622730746 gebiedspool Pagina 1 van5 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 1 van 10 2017 Documenten intern - 1031 : t Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 2 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Bezoekadres Plein ‘40 '45 1 1064 SW Amsterdam Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 amsterdam.nl/nieuwwest Datum 7 februari 2018 Onderwerp Ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat ne, Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West besluit: 1. Het algemeen bestuur voor te stellen het definitieve ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat vast te stellen overeenkomstig het ontwerp dat als bijlage is opgenomen. | jm Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West besluit: 1. Het definitieve ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas | Anslijnstraat vast te stellen overeenkomstig het ontwerp dat als bijlage is | opgenomen. | Ondertekening | | ee . | het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West, ei OL E Ef Lj DN rr ee . Mevrouw E‚J.M. Plasmêijer, de heer A. Baddoud, stadsdeelsecretaris | berner Gelprd Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 2 van 5 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 3 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 4 van 10 2017 Documenten intern - 1031 eN Bevoegdheid Mandatenregister B. 32: vaststellen van ontwerpen voor de (herinrichting van de openbare ruimte (waaronder een programma van eisen), voor zover de vaststelling van deze plannen een feitelijke handeling betreft. De machtiging is beperkt tot die gevallen waarin de uitvoering aan de bestuurscommissies is opgedragen. Het algemeen bestuur geeft middels een piepsysteem aan over het ontwerp voor de herinrichting te willen besluiten. Indien de voorgestelde herinrichting van de openbare ruimte afwijkt van de vastgestelde kaders, zal dit worden voorgelegd aan het algemeen bestuur. Ten behoeve hiervan ontvangt de bestuurscommissie het definitief ontwerp via de e-mail. Indien minimaal drie leden binnen één week bij de bestuursondersteuning aangeven het te willen bespreken zal de definitieve besluitvorming via het algemeen bestuur verlopen. (AB besluit 2014/int/1545 26-11-2014). nne Bestuurlijke achtergrond In 2005 is het Vernieuwingsplan Centrum Nieuw-West vastgesteld als kader voor de | planontwikkeling, gevolgd in 2007 door het “Regieplan Centrum Nieuw-West”. In deze documenten zijn de uitgangspunten vastgelegd om het bestaande winkelgebied Osdorpplein, de daar omliggende woongebieden en de oever aan de Sloterplas te vernieuwen door zowel stedelijke voorzieningen als woningen toe te voegen. Op 26 juni 2013 is het bestemmingsplan ‘Osdorpplein en omgeving’ vastgesteld door de deelraad Nieuw-West. In de toekomstige structuur van Centrum Nieuw-West gaat veel veranderen. Door het wegvallen van de zuidelijke autoroute tussen de Meer en Vaart en Tussenmeer, en door de aanleg van een gracht tussen de Nicolaas Anslijnstraat en Hoekenes, verandert de verkeerssructuur. Door het wegvallen van de Don Boscostraat als autorroute komt er een ontsluitingsroute te vervallen tussen de Meer en Vaart en de wijk ten zuiden van de (nog te graven) Nieuwe Osdorpergracht. Hiervoor in de plaats wordt er een nieuwe ontsluitingsroute gerealiseerd via Overleg naar de Nicolaas Anslijnstraat. De Anslijnstraat wordt hiermee een wijkontsluitingweg tussen Meer en Vaart en Overleg. Het ontwerp openbare ruimte dat is bijgevoegd is tot stand gekomen in overleg met de bewoners. | Inmiddels is, zoals afgestemd in de staf van Baâdoud en Bobeldijk van 4 september 2017, het ontwerp grotendeels gerealiseerd. Dit was nodig om de bereikbaarheid en veiligheid van de de wijk ten zuiden van het Hoekenespad (Overleg) te kunnen garanderen. In verband met de bouwwerkzaamheden ter plaatse van de Don Boscostraat is deze verbinding namelijk komen te vervallen. Door het vervallen van de Don Boscostraat was er namelijk met spoed een nieuwe verbindingsweg met de buurt Overleg nodig. Uiteraard zullen eventuele wijzigingen in het ontwerp door de Bestuurscommissie, in de huidige inrichting aangepast worden. nen Onderbouwing besluit Argumenten Risico's / Neveneffecten n.v.t. nenns Maatschappelijke effecten Selecteer de maatschappelijke [Jongeren aan het werk effecten waarhet besluitaan [Jeugd benut talent bijdraagt (Goed veiligheidsgevoel XPrettig wonen (lledereen doet en telt mee t Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 3 van 5 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 5 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 8 van 10 2017 Documenten intern - 1031 mm (Prettig samenleven (Gezonde leefstijl Maatschappelijke Centrum Nieuw-West groeit en wordt steeds meer het centrum van Amsterdam Nieuw-West, effecten een levendig stadscentrum gelegen aan de Sloterplas. Met nieuwe woningen, winkels, horeca, een nieuwe gracht en mooie pleinen. Dit besluit draagt bij aan de bereikbaarheid en ontsluiting van het centrumgebied. Dit maakt dat het prettig wonen is en blijft in en rondom Centrum Nieuw-West. ef Uitkomsten ingewonnen adviezen Juridisch bureau Er is een kleine strijdigheid geconstateerd met het bestemmingsplan. Hiervoor wordt een kruimelgevalprocedure doorlopen. Financiën Zie financiële paragraaf Communicatie zie communicatieparagraaf. Overige n.v.t. nend Financiële paragraaf Financiële gevolgen? Ja De uitvoering van het hier voorliggende ontwerp openbare ruimte wordt gedekt uit de grondexploitatie 222.01 CNW Osdorpplein SuHa. De inrichtingskosten van het ontwerp passen binnen het reeds beschikbaar gestelde budget vanuit de grondexploitatie. Van het definitieve ontwerp is een beheerkostentoets gedaan. De beheerkostentoets is per abuis alleen uitgevoerd voor het deel van het ontwerp met een definitief karakter en niet voor het deel met het tijdelijke karakter. Een beheerkostentoets voor het tijdelijke deel zal alsnog worden opgesteld en indien gewenst worden nagestuurd aan de Bestuurscommissie. De afdeling Beheer heeft voor de beheerkostentoets van het definitieve deel van het ontwerp inmiddels akkoord gegeven. Indien ja, dekking aanwezig? Ja Indien ja, welke Grondexploitatie 222.01 CNW Osdorpplein SuHa. kostenplaats? Toelichting Voorlichting en communicatie Eisen publicatie n.v.t. Na vaststelling van het ontwerp openbare ruimte worden betrokkenen hierover geïnformeerd via Communicatiestappen een bericht op de website, een bericht in de nieuwsbrief Nieuw-West en een bericht in de nieuwsbrief Centrum Nieuw-West. Bewoners die actief hebben deelgenomen aan de participatie en de betrokken VvE’s ontvangen een email met een toelichting en link naar het bericht op de website. nnn, Uitkomsten inspraak n.v.t. mmm Uitkomsten maatschappelijk overleg (participatie) Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 dais Pagina 4 van 5 À Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 7 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 8 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Op 20 juni 2017 heeft er een informatiebijeenkomst plaatsgevonden voor de N. Anslijnstraat en W. Bladergroenstraat. Op 12 september 2017 is er ook een algemene informatieavond geweest over het hele project waarbij na afloop een informatiemarkt plaatsvond en een meedenksessie voor de bewoners van de N. Anslijnstraat en W. Bladergroenstraat over het ontwerp openbare ruimte. Een aantal bewoners hebben opmerkingen gemaakt op het ontwerp en hebben vervolgens in oktober 2017 een eigen bijeenkomst georganiseerd waarna suggesties zijn gedaan voor het ontwerp. Op 19 december 2017 is er een inloopavond geweest om het definitieve ontwerp te presenteren en bespreken. De belangrijkste vragen zijn genoteerd en zijn een O&A document op de website geplaatst. www.amsterdam.nl/projecten/centrum-nieuw- west/publicaties-centrum/. Op 18 januari 2018 heeft een bewoonster van de N. Anslijnstraat in de voorbereidende commissie ingesproken om aandacht te vragen voor fietsnietjes en scooter- opstelplaatsen. Eventuele wijzigingen in het ontwerp die hieruit voortkomen zullen worden nagestuurd. Stukken Meegestuurd Ontwerp openbare ruimte Nicolaas Anslijnstraat. Toelichting op het ontwerp openbare ruimte zuidelijk deel Nicolaas Anslijnstraat. Beheerkostentoets Ter inzage gelegd n.v.t. Te verzenden stukken n.v.t. Aangetekend versturen n.v.t. Akkoord agendering Datum voorbereidendestaf 11 december 2017 Portefeuillehouder E. Bobeldijk en A. Baâdoud Portefeuillehouder akkoord? Ja Verantwoordelijk manager _Nabila Bovabbouz Manager akkoord? Ja Besluit dagelijks bestuur <Conform; conform met aanpassing; aangehouden. In te vullen door bestuursadviseur DB> Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 5 van5 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 9 van 10 2017 Documenten intern - 1031 Scan nummer 2 van 2 - Scanpaaina 10 van 10
Besluit
10
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1566 Datum indiening 18 april 2019 Datum akkoord 9 oktober 2019 Publicatiedatum 9 oktober 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Martens inzake de telefoonkosten van de gemeente. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: De telefoonkosten van werknemers voor mobiel internet of mobiel internet en/of bellen en sms'en vanuit het buitenland kunnen binnen bedrijven of ambtelijke organisaties soms flink oplopen. Geregeld verschijnen er berichten over excessen als het gaat om telefoonkosten, vaak veroorzaakt door datagebruik vanuit het buitenland. In mei 2018 kwam het nieuws naar buiten dat een ambtenaar van het ministerie van Binnenlandse Zaken voor 175.000 euro aan data had verbruikt in het buitenland. Het ministerie zou naderhand maatregelen hebben getroffen tegen buitensporige bel- of internetkosten.! Op 17 april 2019 berichtte het Parool over de internet- en belkosten bij hetzelfde ministerie in 2018. Meer dan 10 ambtenaren zouden tussen de 628 en 14.000 euro aan kosten hebben gemaakt bij het gebruik van telefoon en internet voor privédoeleinden. Uitschieter was een ambtenaar die zelfs voor 211.000 euro aan data had verbruikt.” De fractie van de VVD zou graag inzicht willen krijgen in de kosten die de gemeente maakt voor het gebruik van mobiele data en bellen en sms'en vanuit het buitenland en de regels die hiervoor gelden. Gezien het vorenstaande heeft het lid Martens, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Hoeveel mobiele abonnementen heeft de gemeente afgesloten? Antwoord 1 In maart 2019 had de gemeente 23.705 abonnementen bij Provider T-Mobile afgesloten en 421 bij KPN. 2. Hoeveel van deze abonnementen zitten er nog bij KPN en hoeveel zijn er inmiddels overgestapt naar T-Mobile? Antwoord 2 Zie antwoord op vraag 1. De gemeente Amsterdam is in maart 2018 overgegaan naar een nieuwe mobile provider; T-Mobile. De 421 abonnementen bij KPN zijn 1 https://www.telegraaf.nl/nieuws/2042464/privedatagebruik-ambtenaren-aan-banden-gelegd-na-rekening-van- 175-000 ? https://www.parool.nl/binnenland/ambtenaar-verbrast-tonnen-aan-telefoonkosten—a4626116/ 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer ber 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 april 2019 de restabonnementen van de migratie van de ruim 23.000 abonnementen. Deze worden individueel uitgezocht dan wel opgeschoond. 3. Kunnen alle abonnementen gebruik maken van mobiel internet in het buitenland? Antwoord 3 Nee, zoals vastgesteld in het mobiele beleid van de gemeente Amsterdam, moet een leidinggevende opdracht geven om een mobiel abonnement open te stellen voor gebruik in het buitenland. Standaard heeft een abonnement geen bel- en internetmogelijkheden in het buitenland. 4. Hoeveel basiskosten maakt de gemeente jaarlijks voor de abonnementen met onbeperkt bellen en sms'en? Antwoord 4 Op jaarbasis is dit gemiddeld € 362.772. 5. Hoeveel aanvullende kosten maakt de gemeente jaarlijks voor mobiel internet? Welk deel hiervan is afkomstig van dataverbruik vanuit het buitenland? Antwoord 5 Dat is gemiddeld € 173.064, waarvan € 54.072 aan detaverbruik vanuit het buitenland. 6. Hebben er excessen plaatsgevonden waarbij individuele gebruikers buitensporige kosten hebben gemaakt? Zo ja, kan het college deze gevallen toelichten? Antwoord 6 Bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken (de aanleiding van deze raadsvragen) werden telefoonkosten beschouwd als een ‘exces’ bij een overschrijding van € 628,-. Bij het hanteren van deze norm hebben zich het afgelopen halfjaar acht gevallen van buitensporig dataverbruik binnen de gemeente voorgedaan, te weten: 1xE 2.800 AxE 900 t/m € 1.200 3x 750t/meE 800 Hierbij moet worden opgemerkt dat daarmee niet per se sprake is van buitensporige kosten. Het verbruik kan het gevolg zijn van noodzakelijke werkzaamheden behorend bij het takenpakket van de medewerker. Het is de verantwoordelijkheid van manager van de medewerker om dit te beoordelen en toe te zien of er geen buitensporige kosten worden gemaakt. Maandelijks worden hiervoor verbruiksrapportages verstrekt. Bij vermoeden van integriteitsschendingen (bijvoorbeeld misbruik) doet Bureau Integriteit onderzoek. Voor bovenstaande gevallen zijn gesprekken gevoerd met medewerkers en waar sprake was van buitensporig verbruik, zijn medewerkers hier op aangesproken en zijn passende maatregelen getroffen. 7. De regels voor dataverbruik verschillen per stadsdeel en per directie. Kan het college de verschillende regels toelichten? Antwoord 7 De regels voor datagebruik worden conform het gemeentelijk beleid gehanteerd. Directies en stadsdelen hebben een eigen mobiele budget en keuzevrijheid in besteding, waarbij een afweging wordt gemaakt in nut en noodzaak in relatie tot de uit te voeren werkzaamheden. Afspraken tussen leidinggevende en 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer ber 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 april 2019 medewerker over het toekennen en aanschaffen van hardware en abonnementen, worden op een zo laag mogelijk niveau binnen de organisatie gemaakt. Immers alleen de leidinggevende kan beoordelen of de medewerker de hardware en het abonnement nodig heeft om het werk uit te kunnen voeren. Vastgesteld is dat een medewerker gemiddeld € 20 verbruikt om zijn of haar taak te kunnen uitvoeren. Omdat dit een gemiddelde is en er ook hogere werk gerelateerde kosten voorkomen, gaat een telefoon na verbruik van € 20 niet “op slot” en blijft verbruik van MB's en bellen/sms-en gewoon mogelijk. Alle overschrijdingen worden standaard aan de verantwoordelijke directie of stadsdeel gemeld. 8. Kan het college aangeven of, en zo ja hoe deze regels worden gehandhaafd’? Zijn er consequenties bij het overschrijden van deze regels? Zo ja, welke? En hoe vaak zijn deze toegepast? Zo nee, waarom niet? Antwoord 8 Regels worden gehandhaafd volgens de gemeentelijke basisprincipes van de gemeente Amsterdam, te weten: e Alles wat ik doe, doe ik voor Amsterdam; e Ik geef en neem verantwoordelijkheid voor resultaten; e Ikleeren verbeter dagelijks, fouten maken mag; e Bespreken, afspreken, aanspreken; e Ik vertrouw op andermans vakmanschap. De leidinggevenden ontvangen maandelijks een kosten controle rapportage, waaruit overschrijdingen naar voren komen. Uitgangspunt is dat overschrijdingen worden besproken tussen medewerker en leidinggevende. Indien een leidinggevende en een medewerker het niet eens zijn over de gemaakte kosten, kan Bureau Integriteit ingeschakeld worden. Alleen Bureau Integriteit heeft inzage in het gedetailleerde verbruik van een medewerker. 9. Worden te hoge en onterechte bel- of internetkosten verhaald op de gebruikers? Zo ja, hoe vaak is dit gebeurd en voor welk deel is er terugbetaald? Zo nee, waarom niet? Antwoord 9 Het is aan de manager om te bepalen of de medewerker hoge bel- of internetkosten moet terugbetalen. Het uitgangspunt is daarbij dat alle kosten zakelijk zijn, waarbij beperkt privégebruik is toegestaan. Zoals in de beantwoording van vraag 6 al is uitgelegd, zijn er gesprekken over buitensporig verbruik gevoerd met de betrokken medewerkers. Dit heeft in één geval geleid tot een terugbetalingsregeling. 10. Kan de gemeente zien of er voor zakelijke of voor privédoeleinden data wordt gebruikt en/of gebeld en ge-sms'’t vanuit het buitenland? Zo ja, hoe? Zo nee, zou het college dit wenselijk vinden? Antwoord 10 De gemeente kan niet zien of een medewerker zakelijk of privé gebruik maakt van mobiele data. Bij twijfel kan de leidinggevende Bureau Integriteit vragen dit te onderzoeken. 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer ber 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 april 2019 11. Heeft de gemeente in de contracten met providers afspraken gemaakt over het voorkomen van buitensporige telefoonkosten? Zo ja, hoe? Zo nee, zou het college dergelijke afspraken wenselijk achten? Antwoord 11 Met de provider is afgesproken dat zodra 800 MB aan data is verbruikt, automatisch een notificatie via SMS wordt verstuurd naar de gebruiker. Hetzelfde gebeurt als de 1000 MB wordt overschreden. Buitenlandgebruik wordt alleen geactiveerd na toestemming van een leidinggevende. Sinds 1 mei 2019 zijn er bij de provider nieuwe technische mogelijkheden om dataverbruik per buitenlandzone te beperken. Op dit moment wordt onderzocht of dit binnen de gemeente kan worden toegepast. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
VN2023-024767 N% Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D Digitalisering, en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), nnovatie en % Amsterdam ee en Informatie Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, % Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 Portefeuille Ker kerdisnelmbtgd Agendapunt 5 Datum besluit Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over het gesprek met de Autoriteit Persoonsgegevens De commissie wordt gevraagd 1. _Kenniste nemen van de raadsinformatiebrief over het gesprek met de Autoriteit Persoonsgegevens. Wettelijke grondslag Artikel 169 van de Gemeentewet. Bestuurlijke achtergrond In de vergadering van de raadscommissie FKD van 22 juni 2023 heeft wethouder Scholtes op een vraag van raadslid Garmy (Volt) toegezegd u nader te informeren over de vitkomst van het gesprek met de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) op 13 juli 2023. Dat gesprek vond plaats naar aanleiding van de melding die de Ombudsman Metropool Amsterdam had gedaan over de tijdelijke vervulling van de rol van Functionaris Gegevensbescherming (FG) door een gemeentelijke Privacy Officer. Met de bijgevoegde raadsinformatiebrief wordt deze toezegging afgedaan. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, toezegging TA2023-000702 Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.7 1 VN2023-024767 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit Digitalisering, % Amsterdam Oi . en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), Innovatie en % Informatie Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 isnemirrg vrjaand AD2023-086647 Commissie FKD Voordracht (pdf) AD2023-086656 Raadsinformatiebrief over het gesprek met de AP_def.pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Directie Digitale Strategie & Informatie: Dick de Maa (bestuurszaken. DI @amsterdam.nl) Gegenereerd: vl.7 2
Voordracht
2
val
MONITOR DUURZAME STAD, DUURZAME BANEN ERK alef AP ACP % 1.Achtergrond en doel Achtergrond De monitor presenteert in samenhang met de voortgangsrapportage De monitor wordt eenmaal per half jaar uitgebracht en volgt een iteratief de belangrijkste trends, cijfers en werkgelegenheidsontwikkelingen in proces waarbij beschikbare en relevante indicatoren stapsgewijs worden de technische sectoren(met in het bijzonder de duurzaamheidssector) toegevoegd om zo een actueel en compleet mogelijk beeld te schetsen. en de voortgang van het programma Duurzame Stad, Duurzame Banen. Deze monitor geeft inzicht in het tempo van de stedelijke investeringen die werk genereren. Aan de hand van kwantitatieve indicatoren wordt de groei van banen, de toeleiding naar opleiding en de begeleiding naar werk in de technische sectoren inzichtelijk gemaakt. En kwalitatieve indicatoren laten de voortgang en Werkwijze ontwikkeling van samenwerkingsverbanden, afspraken met werkgevers en onderwijsinstellingen zien. Tot slot worden de In dit document staat het volgende: knelpunten in de uitvoering van de programma's in kaart gebracht en * Laatste stand van zaken aan de hand van een samenvatting van de mogelijke nieuwe interventies die hieruit voortvloeien. data in het dashboard Dit gebeurt langs drie lijnen: «Interpretatie van de data 1. De voortgang van de afspraken rondom de zes motoren voor *_ Trends en ontwikkelingen: prognoses en vooruitblik duurzaam herstel * Wat zijn mogelijke vraagstukken als gevolg van de crisis 2. Macro-economische ontwikkelingen, en in het bijzonder de ontwikkelingen? 3 gevo werkgelegenheid. 3. De (werkgelegenheid)ontwikkeling van de technische sectoren(in het bijzonder de duurzaamheidssector) | Voortgang zes duurzame motoren % 1. Voortgang motoren (2) % Indicatoren Voortgang Toelichting oe: . . Subsidieregeling is gepubliceerd in juni 2021. Vijf corporaties vroegen subsidie aan. Voorbereiding en vitvoering © Tot en met oktober 2022 worden 19.770 extra zonnepanelen gelegd, 6.555 kWp Zonmotor Bestedingen ® Het beschikbare subsidiebedrag is € 4 miljoen. In de eerste ronde Is voor €2,3 miljoen aan subsidie aangevraagd en toegekend. De 2° ronde opent half januari 2022. Met AmsterdamWerkt!, Installatiewerk-Noord Holland, WijTechniek en werkgevers is een Afspraken omscholing en werkgelegenheid ® omscholingstraject voor de functies van zonnepaneelinstallateur en werkvoorbereider ontwikkeld. In januari is de eerste groep van 8-10 kandidaten gestart aan het omscholingstraject. Mantelovereenkomst voor lange termijn samenwerking getekend op 29 november 2021 In vier buurten gestart met informatie voor en gesprekken met bewoners. Momenteel worden Voorbereiding en uitvoering © buurtuitvoeringsplannen opgesteld voor het aardgasvrij maken van de eerste buurten. Voorde buurten die de stap zetten, kunnen de kosten worden opgenomen in de monitor die halverwege 2022 verschijnt. Warmtemotor Bestedingen Er is nog geen budget besteed. Dit is bestemd voor het daadwerkelijk geschikt maken van 9 woningen en aanleggen van de warmtenetten. Start hiervan in 2022. . . In de mantelovereenkomst is vastgelegd dat de Warmtebedrijven en Corporaties bijdragen aan Afspraken omscholing en werkgelegenheid © de Intentieverklaring Duurzame Werkgelegenheid Amsterdam. Nu de mantelovereenkomst is ondertekend wordt dit geconcretiseerd. 3 panden volledig uitgevoerd. Voorbereiding en uitvoering {j In 8 panden is de uitvoering van de werkzaamheden gestart Voor 12 panden is de voorbereiding aanbesteding gestart (opstellen bestek, PvE) . Er is tot nu toe tussen € 1 miljoen aan projecten aanbesteed en € 1,5 miljoen verplicht Vastgoedmotor . ' 9 Bestedingen © De zonprojecten worden geclusterd aanbesteed (ruim € 150.000). Afspraken omscholing en werkgelegenheid © Met opdrachtnemers, Bouwmensen en Bouwend NL wordt gewerkt aan het ontwikkelen van een omscholingstraject voor zij-instromers. ® = conform planning C} = achter op planning ® = knelpunt = nog niet van toepassing 4 % 2. Voortgang motoren (2) % Indicatoren Voortgang Toelichting Lijst met 100 locaties in kaart gebracht. 5 plekken afgerond. 28 plekken gestart met Voorbereiding en uitvoering ® voorbereiding van uitvoering en worden naar verwachting in het eerste kwartaal van 2022 opgeleverd. Klimaat- Bestedingen ® non nu toe s €209,000,. besteed. Kosten voor voorbereiding, advies en toezicht vallen adaptatiemotor oger vit dan begroot bij kleinere projecten (€5.00o tot € 50.000). Samen met groenaannemers die een raamcontract hebben met de gemeente, is het Afspraken omscholing en werkgelegenheid ® scholingstraject Klimaatadaptatie opgezet om duurzame instroom van personeel te ontwikkelen. De werving hiervoor is gestart in november 2021. Voorbereidingen voor aanbestedingen van collectieve inkoop, (nieuwe) aanbieder Voorbereiding en uitvoering ® energieadviezen, Start-up-in-Residence, Scale-up programma gestart. 225 Energieadviezen voor bedrijven en instellingen . B i i iet grootschalig, vanwege voorbereiding aanbestedingen. MKB-motor Bestedingen estedingen op dit moment nog niet groo g, g il g g Met name bestedingen aan energieadviezen (contract externe partij). Volgt na aanbestedingen. Afspraken omscholing en werkgelegenheid Voor innovatief deel (Start-up-in-Residence, Scala-up en Innovatielab) betreft het voornamelijk Se ____baanbehd Ter voorbereiding op collectieve inkooptrajecten is het onderzoek naar isolatie van verschillende . ‚ ® woningtypen in Banne-Noord gestart. Pilot Reigersbos (grondige renovatie) geëvalueerd Voorbereiding en uitvoering Gesprekken met corporaties over methode en financiering isolatie 10.000 woningen, gestart. p p g gen, g Aanbesteding voor faciliterende partij collectieve inkooptrajecten in oktober 2021. Eerste Renovatie- en collectieve inkoopactie start in februari 2022 isolatiemotor Bestedingen Nog in voorbereidingsfase. Bij uitvoering en engineering vinden investeringen plaats. Afspraken omscholing en werkgelegenheid Werkgelegenheidskansen doen zich voor zodra projecten van isolatie en renovatie van start gaan. Hierover maken we afspraken met corporaties en aannemers of gegunde partijen ® = conform planning ® = achter op planning ® = knelpunt = nog niet van toepassing 5 | Macro-economische ontwikkelingen x u mn u % 1. Macro-economische ontwikkelingen Amsterdam Indicatoren Nu Trend C# Trend Toelichting Nieuwe cijfers 2020 2020 . Sinds jan 2021 daalt de werkloosheid per kwartaal, maar nog niet op Aantal WW-uitkearingen 9 maanen zon Werkloosheid (O2 2021) 4,9% a 6,5% al niveau pre-corona(3,7%). Werkloosheid A'dam hoger dan landelijk(3,3%) 8 : : Sinds maart 2021 daalt het aantal mensen met een ww uitkering met n= - 12.278 21.018 g Eten. Aantal ww-uitkeringen (nov) 7 A | gemiddeld 5% per maand. en [so … . . -Sinds april 2021 daalt het aantal bijstandsuitkeringen elke maand Í Aantal bijstandsuitkeringen (nov) 37-907 à 40.443 Kal -Het aantal uitkeringen ligt 1,8% lager dan februari 2020 nn i 1 Het aantal ZZP'ers dat beroep doet/ het recht heeft op de TOZO 0 en te et ar etn a sep ot var de 11.980 21. TOZO 5 toekenningen (okt) 9 a 794 el vitkerng neemt af . : 26.58 14.8 Vanaf het derde kwartaal 2020 neemt het aantal vacatures weer fors aam, DE bijstandsutkeringen Economie Online vacatures (okt) 573 a, 4595 à toe. In okt 2021 zijn er 69% meer online vacatures dan in okt 2020 a & In li - : : i dale _ 2 3 A n lijn met de afname van corona besmettingen en versoepelingen liep wao ï Arbeidsmarkt NOW 4 toekenningen ({ul-aug-sep 2021) 2800 A 8.920 het aantal NOW aanvragen en toekenningen af. zooo r de tai : Het totaal aantal bedrijfsvestigingen op 1 jan 2021 is met 0,5% sto. Aantal bedrijfsvestigingen (jan) 129.900 130.552 gedaald ten opzichte van 1 jan 2020 = < In 2020 226 faillissementen, 100 meer dan in 2019. Hierbij verloren SEEN REE 220 ! Faillissementen (t/m okt2021) 97 A n 2.054 personen hun baan. Tot nu toe minder faillissementen in 2021 kann In 2020 zijn er 24% meer opheffingen zonder faillissement dan in on een ï 14.078 vin dn Aantal opheffingen (2020) 4-07 A nvt A 2021.In q1 van 2021 is het aantal opheffingen 8% minder dan q1 2020 pe … -In 2020 zijn er 5% minder bedrijven gestart dan in 2021. en ze RTR Aantal startende bedrijven (2020) 18.674 Kal nvt A -In q1 van 2021 is aantal startende bedrijven 16% hoger dan q1 2020 zl 2.340 aanvragen De economie van de MRA kromp in 2020 met 7,1 procent en werd daarmee substantieel harder geraakt dan de Nederlandse economie el (een krimp van 3,8 procent) en de EU27 (een krimp van 6,0 procent). De coronacrisis heeft in de MRA, Nederland en de EU27 tot een Ne . unieke economische krimp geleid. Maar het herstel blijkt ook relatief krachtig en dient zich veel sneller aan dan na de Grote Recessie. Eel RA Signalen: Se sgr Mede door de inzet van massale steunpakketten van de Nederlandse overheid, zijn de gevolgen voor de arbeidsmarkt in Nederland en ie be de MRA beperkt gebleven en veerde de economie in de loop van 2021 weer krachtig op. De huidige verwachting is dat in de tweede me ON helft van 2022 de omvang van de economie van de MRA weer terug is op het niveau van vlak voor het uitbreken van de coronacrisis. 1 Tozo 3 toekenningen 2 peildatum 31 augustus 2021 . . 3 Row 3.1 oekenningen ® = Positieve trend ® = negatieve trend = Stabiele trend De (werkgelegenheid)ontwikkeling van de technische sectoren In het bijzonder de duurzaamheidssector % . . X 1. Afbakening duurzaamheidssector Definitie: ‚ . , ‚ kat ‚ , ‚ Figuur 1: Overzicht benaderingen voor activiteiten conventionele en hernieuwbare energie De duurzaamheidssector= energiesector — alle activiteiten omtrent de productie, GL . distributie en verkoop van conventionele energie alsmede de productie conventioneel energie- gerelateerde producten en diensten. De energiesector: * omvat alle activiteiten omtrent de productie, distributie en „RER ‚ verkoop van energie alsmede de productie van energie-gerelateerde producten en diensten’. Energie-gerelateerde producten en diensten zijn meestal de EE investeringen die worden gedaan voor de productie, distributie en verkoop van een ‚ energie. : De activiteiten bestaan uit: md , (zie 4.1} * _ Exploitatie: Dit betreft de winning, productie, distributie en verkoop van - . . . Ll elen Netwerken energieproducten, als het hernieuwbare energie betreft. Hieronder vallen onder EE NE, andere, de energiebedrijven, de opslag van energie en de decentrale opwekking EEEN van energie. ke , *_ Activiteiten uit investeringen: breed scala aan activiteiten, meestal gerelateerd zijn aan investeringen voor exploitatie van energie, o.a. productie van Km » energiesystemen, de bouw en installatie van energiesystemen en infrastructuur, isolatiewerkzaamheden, R&D en aan energie gerelateerde consultancy, overheidsdiensten en onderwijs. [tee + EEE A A8 tt En dl Dl Investeringen* [ER] DN. . En . . . . mm Binnen scope | Buiten scope Bron: CBS Economische indicatoren energie-gerelateerde activiteiten 2020 (onderdeel van Klimaat en Energieverkenning (KEV) x% nn n n n u X 2. Bedrijfsvestigingen en banen in de duurzaamheidssector n Trend - 8 Indicatoren ST: KLE Le Aantal banen duurzaamheidssector In de periode 2010 -2021 is het aantal banen(auur+) met 30% gestegen van 12.800 naar 16.100 in Amsterd 16.700 | 16.100 Nl De banen in duurzaamheidssector als aandeel van het totaal aantal banen is constant gebleven in Amsterdam (2021) met 2.3% Aad amedee ) n.v.t. 18.200 In de periode 2010 -2020 is het totaal aantal banen(1 uur+) afgenomen met 1,1% in excl a’dam 2020 . . Sinds juni 2020 is het aantal vacatures toegenomen met 65% van 2.666 naas 4.286 . * Werkgelegenheid Technische vacatures online (nov) 4.286 a, 2.900 « Het aantal technische vacatures online is 9,9 % hoger dan het niveau pre-corona(feb 2020) in duurzaamheids … n erna : Aantal bed rijfsvestigingen 8 Pl o In de periode 2010 -2020 is het aantal bedrijfsvestigingen in duurzaamheidssector met 9,35% sector in Amsterdam (2020) 3990 3.97 gestegen van 2.310 naar 3.450. In 2020 is het aantal bedrijven minimaal toegenomen Aandeel zzp'ers in totaal 45% a Het aandeel zzp'ers in totaal bedrijfsvestigingen is gestegen van 48,05% in 2010 naar 51,3% bedrijfsvestigingen (2020) AVE n.V.L in 2020 Aantal bed rijfsvestigingen 6 6.310 Het aantal bedrijfsvestigingen is sinds 2014 met 25,4% gestegen. Met name in 2019 en 2020 in MRA (2021) 720 Nn Kl is er een forse toename geweest en zijn er 740 bedrijfsvestigingen bijgekomen De werkgelegenheid in de duurzaamheidssector neemt toe, met name op het vlak van bouw en installatie van hernieuwbare energiesystemen, maar het aandeel in de totale werkgelegenheid van Amsterdam en de MRA blijft met circa 2% gering. Het Signalen aantal banen is in de afgelopen 11 jaar met 30% gestegen, van 12.800 naar 16.700. De groei in aantal vestigingen is niet per se gekoppeld aan een sterke groei in het aantal banen omdat de groei vooral onder kleine bedrijven plaatsvindt, 45% van de bedrijven betreft zzp'ers, terwijl 49,5% van de bedrijven 2 tot werknemers in dienst heeft. 1. Trend op basis van 2010 t/m 2020/21 ® = Stijging ®- Lichte stijging ® = Daling =geen significant verschil x% u u u X 3. Krapte in de technische sector(en) en technische beroepen B Trend re Indicatoren Nu Trend: Toelichting 2020 Spanning duurzaamheidsberoepen De krapte is toegenomen naar een spanningsindicator van 11,67, waarmee de krapte groter is p 9 p Zeer krap No Ne dan inde pre-corona periode. In 2020 is de krapte tijdelijk afgenomen maar vanaf q3 2020 is de (O3 2021) krapte fors toegenomen , N De spanningsindicator voor de beroepsgroep architecten laat in q3 2021 voor het eerst in jaren een Architecten krap IJ mdf krappe spanning zien. Voor corona was de spanning gemiddeld en in 2020 daalde het kort naar ruim : Zeer kra N/ De krapte nam in q2 2020 af, maar steeg daarna in een rap tempo zodat de krapte in q2 2021 weer Bouwarbeiders afbouw p Ka, op het niveau van q1 2020 lag. De stijging zet niet door, en in q3 2021 is er sprake van een daling En . Zeer kra N/ De krapte nam in q2 2020 af, maar steeg daarna in een rap tempo zodat de krapte in q2 2021 Elektriciens en elektronicamonteurs Pp Kal hoger was dan in q1 2020. De stijging zet niet door, en in q3 2021 is er sprake van een daling , , , De krapte bleef gedurende de coronaperiode stabiel, maar steeg in q4 2020 weer. De krapte is in Elektrotechnisch mgenieurs Zeer krap d 4 q2 2021 hoger dan in q1 2020. De stijging zet door. Krapteberoepen . . De krapte nam in q2 2020 fors af van krap naar ruim. In q4 2020 trad herstel op en was er sprake (Groot. p Hulpkrachten bouw en industrie Zeer krap Nn \ van een gemiddelde spanning. Inmiddels is de spanning voor het eerst in jaren zeer krap : Zeer kra N/ De krapte nam in q2 2020 af, maar steeg daarna in een rap tempo zodat de krapte in q2 2021 weer Amsterdam) Machinemonteurs p al op het niveau van q1 2020 lag. De stijging zet niet door, en in q3 2021 is er sprake van een daling i De krapte nam in q2 2020 af naar een krappe spanning. In q3 bleef het stabiel. Vanaf q2 2021 Metaalbewerkers/constructiewerkers Zeer krap / p d ppe spanning. ng q neemt de krapte fors toe en is zij hoger dan in q1 2020. Productcontroleurs Zeer krap Do N / De krapte nam in q2 2020 af naar een krappe spanning. In q3 bleef het stabiel. Vanaf q2 2021 neemt de krapte fors toe en is zij hoger dan in q1 2020. Productieleiders industrie en bouw Zeer krap P | N/ De krapte nam in q2 2020 af, maar steeg daarna in een rap tempo zodat de krapte in q2 2021 hoger dan het niveau van q1 2020 lag. De stijging zet niet door, in q3 2021 is er een daling ii De krapte nam in q2 2020 af naar een krappe spanning. In q3 bleef het stabiel. Vanaf q2 2021 Technici bouwkunde en natuur Zeer krap Po / p q ppe spanning. In q3 q neemt de krapte fors toe en is zij hoger dan in q1 2020. i i De krapte nam in q2 2020 af naar een krappe spanning. In q3 bleef het stabiel. Vanaf q2 2021 Timmerlieden Zeer krap / p q ppe spanning. nq q neemt de krapte fors toe en is zij hoger dan in q1 2020. De krapte in de technische sector is, na een tijdelijke dip in 2020, gestegen tot een recordhoogte op de spanningsindicator. Gedurende en na de eerste si lockdown in 2020 nam de krapte in alle sectoren af. In de technische sector was er voor het eerst in jaren geen sprake meer van een zeer krappe, maar van een ignalen krappe arbeidsmarkt. Vanaf q3 2020 neemt de vraag naar werknemers toe en daarmee ook de krapte. In het bijzonder bij de technische en technologische beroepen. Alhoewel de krapte sectorbreed stijgt, zien we dat bij de meest krappe beroepen(o.a. bouwarbeiders, elektriciens, machinemonteurs) een daling optreden. 1. Eentrend op vanaf q3 2020 11 n u u X 4. Uitstroom naar werk in de technische en groensectoren Indicatoren NM Saen Uitstroom Werkgeversservicepunt (2021°) 244 naar bouw en techniek plaatsingen Uitstroom WSP Uitstroom Werkgeversservicepunt (2020) 233 naar bouw en techniek plaatsingen 300 Gerealiseerde Uitstroom Werkgeversservicepunt (20212) 102 200 uitstroom naar naar groen plaatsingen technische en Uitstroom Werkgeversservicepunt (2020) 57 100 groensectoren naar groen plaatsingen mn (Groot- . rn 0 Amsterdam) Uitstroom uit bijstand naar (2016-2018) 120 Uitstroom WSP naar Bouw en Uitstroom WSP naar Groen duurzaamheidssector Plaatsingen? Techniek Begeleiding van werk naar werk (2020) 5 M2020 M2021 Regionaal Werkcentrum trajecten Zij-instromers aangenomen (2021) 1484 bij bedrijven aangesloten bij PPS'en5 Potentiële Mensen in bijstand & ww met (feb 2021) 430 Aansluiting van het profiel van werkzoekenden bij de energietransitie (%) : werkervaring in duurzaamheidssector EN uitstroom naar - recent ingestroomden in de WW , 20 duurzaamheidsse Mensen in bijstand & ww met (feb 2021) 1600 1 ctor opleidingsrichting gerelateerd aan duurzame banen bt nn en (Groot- Mensen in bijstand & ww met (feb 2021) 630 visendonnaness os me Amsterdam) Werkervaring in sector gerelateerd aan duurzame sector "eneen 1. Onvoldoende historische data om de trend op dit moment te duiden. Dit zal opgebouwd worden en meegenomen worden in latere versies van de monitor 2. Toten met week 5o van 2021 3. Waarvan 25% vrouw 4.Op basis van eerste respons uitgezette enquête, de verwachting is dat dit getal hoger uitvalt. 5. Publiek Private Samenwerkingen, o.a. Vakschool Technische Installaties en de BouwAcademie Amsterdam x% nn n nn u u X 5. Onderwijsinschrijvingen in het mbo Amsterdamse onderwijsvolgenden Indicatoren 2019/20 % 2018/19 Trend Elektrotechniek 105 : 10 Inschrijvingen in het mbo Productietechniek 235 1 210 Do 3000 Techniek, industrie en bouw 850 5 745 | 2500 Instroom in het . . Installatietechniek 20 o 45 a 2 mbo 1500 (Technische Bouw 285 2 215 R | opleidi 1000 pleidingen) Werktuigbouwkunde 20 o 30 « 500 Proces- en chemische laboratoriumtechniek 75 o 75 o : Technische Overige relevante Metaalproductie <10 0 <10 opleidingen opleidingen Auto- vliegtuig en scheepvaart industrie 385 2 395 Totaal 1985 11 1835 P | 2018/19 M2o19/20 "2020/21 Grond- weg-, en waterbouw 25 o 25 Veiligheid en milieu 455 3 555 A Pa Instroom in het : Landbouw en natuurlijke omgeving 70 o 90 & 2019/20 mbo* (Overige opleidingen Logistiek 230 1 255 A die relevant zijn voor de ICT 1100 7 1060 P | beroepen in de . . . . Dn duurzaamheidssector } Secretarieel werk en informatiedienstverlening 185 1 305 = Technische opleidingen Boekhouding en bedrijfsadministratie 315 2 345 = Overige relevante opleidingen Totaal 2380 25 2635 Overige opleidingen 1. Op basis van de opleidingsachtergrond van werkenden in de duurzaamheidssector ® = Stijging ® = Daling =geen significant verschil 13 x% nn n un u u X 6. Onderwijsinschrijvingen in het hbo Amsterdamse onderwijsvolgenden Indicatoren 2019/20 % 2018/19 Trend Instroom in het Architectuur en bouwkunde 1095 2 1070 hbo . Techniek en technische dienstverlening 1335 3 1300 (Technische opleidingen) Totaal 2430 5 2370 Bedrijfskunde en administratie 8855 17 9180 A Informatica 3580 7 3460 Pl J Sociale wetenschappen 8720 17 8765 Ml Instroom in h n on . Foro et Kunstonderwijs en audiovisuele techniek 2875 6 2975 U (Overige opleidingen Milieubescherming 410 1 420 die relevant zijn voor de beroepen in de Land- en bosbouw 50 0 45 : jn : . = Technische opleidingen duurzaamheidssector } Fysische wetenschappen 890 2 875 n = Overige relevante opleidingen Gezondsheidszorg 6310 12 6375 IN Overige opleidingen Vervoerswetenschappen en logistiek 355 1 390 A Totaal 32.045 63 32.485 « 1. Op basis van de opleidingsachtergrond van werkenden in de duurzaamheidssector (} = Stijging ® = Daling =geen significant verschil X 7. Wie werken er in de Amsterdamse duurzaamheidssector Wie werken er in de Amsterdamse duurzaamheidssector?* Profiel ‘gemiddelde’ werknemer: man, leeftijd tussen 27-45 jaar, hoog of middelbaar opgeleid, technisch opgeleid of opleiding recht/administratie/handel, werkt fulltime en heeft contract voor onbepaalde tijd fe) . ij 75% î 25%? Achtergrond personeel met mbo diploma Achtergrond personeel met hbo 45% van werknemers heeft een technische studie gevolgd 82% van mensen met een mbo diploma is en/of wo diploma B” werkzaam in technisch beroep 61% van mensen met een hbo/wo diploma is werkzaam in een C 55% werknemers hoogopgeleid, 36% middelbaar opgeleid 2% van de werkenden met een mbo diploma technisch beroep heeft een niveau 1 diploma 58% van de vrouwen werkzaam in sector is hoogopgeleid 48% heeft een studieachtergrond 17% van de werkenden met een mbo diploma in de techniek, industrie of heeft een niveau 2 diploma bouwkunde 59% van werknemers komt uit de MRA (25% uit Amsterdam) 13% heeft natuurwetenschappen, Ws 38% van de werkenden met een mbo diploma wiskunde of informatica . heeft een niveau 3 diploma gestudeerd KARAF 40% vande werknemers is 45 jaar of ouder —O 44% van de werkenden met een mbo diploma heeft een niveau 4 diploma 1 Inzage op basis van meest recente cijfers van het jaar 2019 2. Een stijging van 2% in vergelijking met 2018 X 8. Hoe zien de banen in de duurzaamheidssector eruit De Amsterdamse duurzaamheidssector bestaat uit type banen (> 57% van de banen in de duurzaamheidssector zijn technische banen. B 43% van de banen betreft overige functies zoals Ei verkoop,marketing, pr-professionals en kantoormedewerkers ® 37% van werknemers heeft een bruto uurloon tussen 20 en “> 30 euro; (landelijk gemiddeld bruto vurloon in 2019 = 23,14) 30% van de werknemers heeft een uurloon tussen 10 en 20 euro; (dit heeft wellicht te maken met leeftijd en beroepsniveau) EN 65% van werknemers heeft een vast contract ‚P _ 81% van de banen zijn fulltime banen (van35+ vur per week)
Onderzoeksrapport
16
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R Gemeenteblad % Amendement Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 625 Publicatiedatum 17 juni 2016 Ingekomen op 16 juni 2016 Ingekomen in raadscommissie FIN Te behandelen op 13/14 juli 2016 Onderwerp Amendement van het lid Groen inzake de Voorjaarsnota 2016 (verduurzaming vastgoed). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449). Constaterende dat: — gemeentelijke vastgoed voor het gemeentelijk vastgoed duurzame meerjarige onderhoudsplannen (DMOPS) heeft laten opstellen, in overeenstemming met de ‘Leidraad verduurzamen meerjarig onderhoud’ van Agentschap NL van het Ministerie van Binnenlandse zaken; — om deze duurzame maatregelen te dekken is een verhoging van de dotatie aan de voorziening groot onderhoud bij gemeentelijk vastgoed nodig van € 4,5 miljoen; — deze kosten voor duurzame maatregelen op termijn worden terugverdiend via de huurinkomsten of een lagere energierekening bij de eigen huisvesting; — in de voorjaarsnota vanaf 2019 € 2,3 miljoen extra wordt gedoteerd aan de voorziening Groot Onderhoud, maar dat om alle gebouwen te onderhouden op niveau 3 (sober en doelmatig) en het vastgoed te verduurzamen, voor 2016, 2017 en 2018 dus onvoldoende budget beschikbaar is. Overwegende dat: — de gemeentelijke organisatie waar het duurzaamheid betreft het goede voorbeeld moet geven; — de gemeente via de Wet Milieubeheer maatregelen aan Amsterdamse bedrijven oplegt, waar de gemeente blijkens deze voorjaarsnota zelf niet aan voldoet; — deze maatregelen een kosteneffectieve investering zijn, die zichzelf niet alleen maatschappelijk maar ook financieel terugverdient; — vertraging van de maatregel er toe leidt dat de komende drie jaar kansen gemist worden om panden te verduurzamen, die daarna voor jaren niet worden hersteld; — in 2015 de bij de klimaattop in Parijs is afgesproken dat de mondiale opwarming tot 1,5 graad Celsius beperkt moet blijven, wat een extra inspanning vergt. Besluit: — de dotatie aan de voorziening groot onderhoud per 2017 te verhogen met € 4,5 miljoen; 1 — daartoe op pagina 89, tabel 7.5 de regel: Duurzaamheid (dubbel glas)’ met € 2,3 miljoen per 2019 te vervangen door: ‘Duurzaamheid’ (DMOPS) met € 4,5 miljoen per 2017; — als dekking daarvoor de opbrengsten verkoop vastgoed te gebruiken. Het lid van de gemeenteraad RJ. Groen 2
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1686 Behandeld op 17 december 2020 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 21 december 2020 Onderwerp Motie van de leden Van Schijndel, Boomsma, Naoum Néhmé, Kilig, Van Soest, Ceder en Bloemberg-lssa inzake de narekenbaarheid van erfpachtoverstapaanbiedingen Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het raadsadres William Barlowlaan; Overwegende: dat de WOZ-waardes 2014 inmiddels landelijk door de Waarderingskamer openbaar zijn gemaakt; dat er geen wettelijke belemmeringen bestaan voor de verstrekking van alle overige relevante gegevens, inclusief de gehanteerde referentiewoningen en aannames over herbouwwaarden, teneinde de overstapaanbiedingen van de gemeente Amsterdam te kunnen controleren; dat het een fundamentele eis van rechtsstatelijkheid is dat burgers zich kunnen beschermen tegen de overheidsmacht, ook in privaatrechtelijke verhoudingen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Om erfpachters desgevraagd alle informatie te verschaffen die nodig is om de canon of afkoopsom die de gemeente heeft vastgesteld voor hun erfpachtrecht te berekenen, dus inclusief de gehanteerde herbouwwaarden, referentiewoningen en overige gegevens die zijn gebruikt voor het vaststellen van de daar geldende Buurt- Straat-Quote (BSQ), zodat zij de geoffreerde bedragen van afkoopsommen of canonverplichtingen kunnen narekenen en controleren. De leden van de gemeenteraad A.H.J.W. van Schijndel D.T. Boomsma H. Naoum Néhme A. Kilig W. van Soest D.G.M. Ceder J.F. Bloemberg-lssa 1
Motie
1
train
> < Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum x Publicaties Stadsdeelbestuur 2014 Algemeen bestuur van de bestuurscommissie 2x Besluiten | 3 juni 2014-3 Besluit over de aanwijzing als beschermd gemeentelijk monument van het object “Amstelzicht” bestaande uit Amstel 135 A t/m G, 137, 137 A t/m F, 139, 139 At/m F, 141 en 141 A t/m F Toelichting te vinden in Publicaties Stadsdeelbestuur 2014, Bestuurskalender, Besluitvormende AB- vergadering 3 juni 2014, bij agendapunt 3 De bestuurscommissie heeft op 3 juni 2014 het volgende besluit genomen: De bestuurscommissie, Besluit: Het object “Amstelzicht” bestaande uit Amstel 135 A t/m G, 137, 137 A t/m PF, 139, 139 At/m F‚ 141 en 141 A t/m F aan te wijzen als beschermd gemeentelijk monument. Suze Duinkerke Secretaris Boudewijn Oranje Voorzitter Verschenen op 4 juni 2014 1
Besluit
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 385 Publicatiedatum 10 april 2019 Ingekomen onder N Ingekomen op woensdag 3 april 2019 Behandeld op woensdag 3 april 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Rooderkerk inzake de Lerarenagenda 2019-2023 (kennisplatform voor Amsterdams (burgerschaps)onderwijs) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Lerarenagenda 2019-2023 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 326). Constaterende dat — Lesgeven in een grote stad als Amsterdam andere vaardigheden van een leraar vraagt. — Leraren te maken hebben met kinderen van zeer veel verschillende achtergronden, zo wel sociaal economisch als cultureel. — De gemeente op dit gebied actief samenwerkt met kennisinstellingen en lerarenopleidingen. Overwegende dat — Uit onderzoek van het Kohnstamminstituut naar lerarenbeurzen blijkt dat de kennisdeling tussen scholen laag is. — De gemeente fors investeert in de professionalisering van teams. — Een vande eisen die gesteld worden aan de regelingen is dat de opgebouwde kennis wordt gedeeld in de eigen onderwijsteams, scholen, maar ook daarbuiten met de onderwijsteams van andere scholen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Te onderzoeken op welke wijze een kennisplatform voor Amsterdams (burgerschaps)onderwijs ontwikkeld kan worden, waarop leraren lesmaterialen, cursussen en informatie kunnen uitwisselen om kennisdeling te bevorderen. Het lid van de gemeenteraad |. Rooderkerk 1
Motie
1
discard
VN2023-006925 G Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten emeente ' Gronden D en Erfgoed WV Ontwikkeling X Amsterdam Voordracht voorde Commissie WV van 22 maart 2023 Ter bespreking @n ter kennisneming . E Portefeuille Woningbouw G 2 h 25 m Agendapunt 7 | Datum besluit B&W 31 janvari 2023 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief inzake afdoening toezegging over voortgang haalbaarheidsonderzoeken tijdelijke huisvesting en stand van zaken flexwoningen. De commissie wordt gevraagd 1. _Kenniste nemen van de raadsinformatiebrief waarmee de raad wordt geïnformeerd over een tweetal zaken betreffende tijdelijke huisvesting in Amsterdam zijnde: 1.1. Afdoening toezegging aan de raadscommissie Wonen en Bouwen over de voortgang van de haalbaarheidsstudies van 8 mogelijke locaties voor tijdelijke huisvesting van kwetsbare groepen. 1.2. Stand van zaken van de planuitwerking van de eerste 1.000 flexwoningen in Amsterdam in het kader van versnellen tijdelijke huisvesting. 2. Kennis te nemen van de geheimhouding die op grond van artikel 25, tweede lid van de Gemeentewet is opgelegd. Dit in verband met de belangen genoemd in artikel 5.1, tweede lid onder b van de Wet open overheid. De tijdelijke geheimhouding geldt tot uiterlijk 13 april 2023 en zo mogelijk eerder, zodra en onder de voorwaarde dat de raad heeft ingestemd met het opheffen van de geheimhouding op de bijlagen behorend bij het collegebesluit d.d. 6 april 2021 inzake voortgang mogelijke locaties voor tijdelijke woningbouw en omwonenden van de mogelijke locaties zijn geïnformeerd over de voortgang van de haalbaarheidsstudies naar de locaties. 3. _Kenniste nemen van het verzoek om de opgelegde geheimhouding op grond van artikel 25, derde lid van de Gemeentewet tijdens de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad na aanlevering bij de raadsgriffie te bekrachtigen. Wettelijke grondslag Artikel 169 Gemeentewet juncto artikel 11 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam: het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Artikel 25 lid 2 Gemeentewet: Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door het college, de burgemeester en een commissie, ieder ten aanzien van de stukken die zij aan de raad of aan leden van de raad overleggen. Artikel 25 lid 3 van de Gemeentewet: De krachtens het tweede lid opgelegde verplichting tot geheimhouding met betrekking tot aan de raad overgelegde stukken vervalt, indien de oplegging niet door de raad in zijn eerstvolgende vergadering die blijkens de presentielijst door meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is bezocht, wordt bekrachtigd. Bestuurlijke achtergrond Gegenereerd: vl.7 1 62923006925 % Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten WV Ontwikkeling % en Erfgoe Voordracht voor de Commissie WV van 22 maart 202 Ter bespreking @n ter kennisneming In de zoektocht naar tijdelijke huisvesting kwets gr is in 2020 een inventarisatie gedaan en zijn 8 locaties aangewezente nie Haalbaarheid. Deze locatielijsttis in april 2021 vertrouwelijk gedeeld met de Raad. Met de raadsinf@rmatiebrief d.d. 14 december 2021 (nr. VN2022-001899, voor kennisgeving aangenomen in de raadscommissie WB van g februari 2022) heeft het college de raad geïnformeerd over de uitkomst van de haalbaarheidsstudies Keynesplein en Riekerpark (alternatief voor Keynesplein). Naar aanleiding van de raadsbrief heeft de toenmalige wethouder Bouwen en Wonen in de commissie Wonen en Bouwen d.d. 8 februari 2022 toegezegd met een voortgang van de andere haalbaarheidsonderzoeken te komen. Op 30 augustus 2022 heeft de gemeente met het Rijk afspraken gemaakt inzake de realisatie vluchtelingenschip en flexwoningen. Reden bespreking O.v.v. het lid Von Gerhardt (VVD) Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding In bijgaande raadsinformatiebrief zijn tijdelijke locaties vermeld die ook waren opgenomen in de bijlagen bij het collegebesluit van 6 april 2021 over de voortgang van mogelijke locaties voor tijdelijke woningbouw (ZD 2021-003938 / VN2021-007895). Deze stukken waren onder geheimhouding aangeleverd voor de commissie Wonen en Bouwen van 19 mei 2021 (ter kennisneming). Geheimhouding was opgelegd tot het moment dat over alle genoemde locaties een besluit genomen is over het al dan niet bestemmen voor tijdelijke woningbouw, in ieder geval tot en met 31 december 2024. De grondslag voor de geheimhouding op de bijlagen vit 2021 is inmiddels komen te vervallen, echter de raad moet eerst wel instemmen met het opheffen van de in 2021 opgelegde geheimhouding, voordat de hier voorliggende voordracht en de raadsinformatiebrief openbaar kunnen worden gemaakt. De raadsvoordracht over het opheffen van die geheimhouding is geagendeerd voor de commissievergadering van 22 februari 2023, ter advisering aan de raad. De tijdelijke geheimhouding op de hier voorliggende voordracht en raadsinformatiebrief wordt opgelegd in verband met de belangen genoemd in artikel 5.2 lid 2 onder b van de Wet open overheid (de financiële en economische belangen van de gemeente), conform het oorspronkelijke collegebesluit van 6 april 2021 en en tevens in verband met de belangen genoemd in artikel 5.1 lid van de Wet open overheid (het belang dat omwonenden van de locaties hebben om als eerste kennis te kunnen nemen van de informatie). De geheimhouding geldt tot het moment dat de raad heeft ingestemd met het opheffen van de geheimhouding op de bijlagen bij het collegebesluit van 6 april 2021 en de omwonenden van de locaties zijn geïnformeerd over de voortgang van de haalbaarheidsstudies. Uitgenodigde andere raadscommissies Gegenereerd: vl.7 2 VN2023-006925 9 Gemeente Raadscommissie vaor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten Grond en % Amsterdam Erf d Ontwikkeling % en Erfgoe Voordracht voor de Commissie WV van 22 maart 202 Ter bespreking @n ter kennisneming 7 Geheim Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja: de toezegginGgraan dslid Rooderkerk inde commissie Bouwen en Wonen d.d. g februari 2022 over de voortgang van de haalbaarheidsonderzoeken tijdelijke huisvesting kwetsbare groepen (TA2022-000166). Welke stukken treft v aan? AD2023-016850 GEHEIM - Commissie WV (2) Voordracht (pdf) GEHEIM - bijlage 1. Raadsinformatiebrief tijdelijke locaties en AD2023-016849 flexwonen.pdf (pdf) Ter Inzage gs en Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Allyson Mannsur, Grond en Ontwikkeling, 0634164214, [email protected] Sonja van Heuvelen, Grond en Ontwikkeling, 0651553125, s.van.heuvelen®amsterdam.nl Gegenereerd: vl.7 3
Voordracht
3
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 830 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 9 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie AZ/FIN Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Amendement van de raadsleden mevrouw Shahsavari-Jansen en de heer Boutkan inzake de begroting voor 2015 (niet bezuinigen op het prostitutiebeleid). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — het recent ingevoerde nieuwe gemeentelijke prostitutiebeleid een aantal successen laat zien en dat tegelijkertijd uit het recentelijk besproken jaarrapport 2013 nog geen definitieve conclusies kunnen worden getrokken; — meer duidelijke effecten van het beleid pas op langere termijn zichtbaar worden; — de groep prostituees nog steeds een kwetsbare groep is met betrekking tot vrouwenhandel, misbruik en gezondheid; — het college zelf aangeeft serieus werk te willen maken van de strijd tegen mensenhandel en meer aandacht wil geven aan het helpen van prostituees; — er dus geen reden is om in 2015 € 100.000 minder aan prostitutiebeleid uit te geven dan in 2014, Besluit: — in 2015 de uitgaven ten bate van het prostitutiebeleid minimaal op hetzelfde peil te houden als in 2014; — de benodigde middelen (£ 100.000) hiertoe te dekken uit de ‘Reserve ambities coalitieakkoord’ (nr. 1019, pagina 477). De leden van de gemeenteraad, M.D. Shahsavari-Jansen D.F. Boutkan 1
Motie
1
discard
X Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Oost Commissie Wonen Agenda datum 30 augustus 2010 aanvang 20.00 uur plaats stadsdeelkantoor Oranje-Vrijstaatplein 2, raadzaal voorzitter Ardine Nicolaï ( Groenlinks) griffier Cindy Heusingveld 1. Opening / vaststelling agenda 2. Insprekers 3. Commissieweergave 14-06-2010 4. Bestuurlijke jaar-termijnagenda | Ter advies aan de raad 5. Projectbesluit bouwplan bouwveld | en Il Eenhoorngebied Il Bespreekpunten 6. Overzicht projecten 7. Actualiteiten 8. Sluiting Commissie Wonen versie 19-04-2010
Agenda
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 884 Datum akkoord college van b&w van 15 september 2015 Publicatiedatum 18 september 2015 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer A.J.M. Bakker van 7 mei 2015 inzake het jaarverslag 2014 van de Amsterdam Economic Board. Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller. Onlangs publiceerde de Amsterdam Economic Board (hierna te noemen: Board) haar online jaarverslag over 2014. Verdeeld over acht zgn. clusters van bedrijvigheid en vier thema’s geeft het een overzicht van de belangrijkste activiteiten van de Board en de hoogtepunten daarvan in 2014, met daarbij een niet persé volledige lijst van projecten, ruim zestig in 2014, plus een bericht over de financiën. Het is een veelkleurig en dynamisch document. Het document creëert behalve enthousiasme ook makkelijk misverstanden. Want is de Board nu mede-oprichter en als zodanig ook verantwoordelijk voor bijvoorbeeld de Amsterdam Innovation Exchange of het Amsterdam Health & Technology Institute? Of zijn beide instellingen slechts agendapunt geweest op een clustervergadering? Is de Future Internet Challenge eHealth een eigen activiteit of is het slechts het informeren van de achterban over een Call for Projects door een ander? En in welke ontwikkelingsfase verkeren projecten als HST Cargo, Amsterdam Smart City, WASTECOSMART, het Proof of Concept Fonds en House of Hospitality? Zijn zij in voorbereiding, zijn zij op zoek naar financiering, Zijn ze in uitvoering, in afbouw of zijn zij verkocht? Dat laatste is gebeurd met het project Bio Port Europe en wat was de rol, c.q. de verantwoordelijkheid van de Board hierbij? Het jaarverslag geeft geen uitsluitsel. Ook het financieel bericht geeft nul inzicht in de mate van betrokkenheid en de verplichtingen van de Board bij haar projecten en activiteiten. Het financieel bericht geeft evenmin enig inzicht in de continuïteit van de organisatie. Terwijl toch bekend mag worden verondersteld dat de bijdrage van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) eind 2014 afloopt. Concluderend: het jaarverslag van de Board geeft niet wat men van een jaarverslag mag verwachten. Het geeft onvoldoende en op projectniveau zelfs geen enkel inzicht in de financiële stand van zaken, de aard van de activiteiten en de verplichtingen die men daarbij is aangegaan, en het geeft geen antwoord op de vraag wat de verwachtingen zijn op basis van de huidige kennis voor het lopende jaar. En dat is jammer. Want de Board vervult een spilfunctie in het economisch beleid van de gemeente Amsterdam. De Board bepaalt de kaders voor economische investeringen en sluit met haar beleid nauw aan op de ambities van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam. De Board is bovendien een bij de gemeente aangesloten organisatie, die zowel financieel als in personele zin nauw 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing Zeu Gemeenteblad Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 verweven is met de gemeentelijke organisatie. Dit maakt het des te noodzakelijker een jaarverslag te publiceren waarin klip en klaar duidelijk wordt gemaakt waar de organisatie wél en niet op aangesproken kan worden. Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 7 mei 2015, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Acht het college zich verantwoordelijk voor de inhoud van het jaarverslag 2014 van de Board? Antwoord: Het college acht zich niet verantwoordelijk voor de inhoud van het online jaarverslag 2014 van de stichting Amsterdam Economic Board waarnaar in de vragen wordt verwezen. Dit jaarverslag, dat een beeld geeft van de belangrijkste activiteiten en resultaten voor 2014, heeft geen formele juridische status en is geen onderdeel van het verantwoordingstraject van de stichting. Het is vooral bedoeld als marketinginstrument en om (potentiële) partners te informeren, te enthousiasmeren en te mobiliseren. Het is aanvullend op het reguliere financiële jaarverslag dat de juridische verantwoording vormt m.b.t. de activiteiten en middelen van de stichting. De verantwoordelijkheid voor het jaarverslag ligt primair bij de directie van de Boardorganisatie. De gemeente Amsterdam is één van de deelnemende partijen in de Stichting Amsterdam Economic Board en bestuurders van de gemeente Amsterdam zijn — evenals bestuurders van andere deelnemende partijen — statutair aangewezen als bestuurders van de stichting. Gezamenlijk vormen deze bestuurders de Amsterdam Economic Board, die behalve als stichtingsbestuur, ook fungeert als overlegtafel. De Amsterdam Economic Board wordt ondersteund door de Boardorganisatie. Het college vindt het overigens wel van groot belang dat de Boardorganisatie via haar online jaarverslag, maar ook via haar financiële jaarverslag een getrouw beeld van haar activiteiten geeft. Als daar aanleiding toe is stuurt de gemeente hierin haar rol als deelnemende partij ook op. Tevens is dit een specifiek aandachtspunt bij de subsidievaststelling. De Boardorganisatie heeft in aanvulling op het gepubliceerde jaarverslag een activiteitenoverzicht opgesteld ten behoeve van de eindevaluatie van het werkplan 2014. Deze eindrapportage van het werkplan 2014 is door de gemeente op 2 juli 2015 ontvangen. 2. Zo ja, zou het college dan antwoord kunnen geven op de volgende vragen en, zo nee, zou het college dan navraag willen doen bij de Board over het antwoord op de volgende vragen? Antwoord: In lijn met het bovenstaande is het college vanzelfsprekend bereid antwoord te geven op deze vragen, waarbij op een aantal punten gebruik is gemaakt van informatie afkomstig van de Boardorganisatie. De directie van de Boardorganisatie is overigens te allen tijde bereid om desgewenst aanvullende informatie te verschaffen aan haar partners, zoals de gemeente Amsterdam. 2 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing Zeu Gemeenteblad Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 3. Bij welke projecten draagt de Board een financiële (mede-)verantwoordelijkheid? Antwoord: De Stichting Amsterdam Economic Board verstrekt in beginsel zelf geen financiering voor projecten. Toch draagt de stichting voor de onderstaande projecten financiële (mede)verantwoordelijkheid, doordat de Boardorganisatie een expliciete rol heeft in deze projecten (bijv. als penvoerder of projectleider) en als uitvloeisel daarvan (mede)zeggenschap heeft gekregen over middelen die in verband daarmee zijn overgedragen door andere partijen. De projecten waarvoor de stichting in 2014 financiële (mede-)verantwoordelijkheid droeg zijn: e Amsterdam Smart City 2.0 e _TKI Smart Grid V2X e _Commons4Europe e Life Sciences Center Amsterdam e Green Metropole e Integratie Kennis, Kunde, Kassa (IK3) e _BioBased Connections e Open Data Exchange II e _ECIA Platform e _CityZen e _WasteEcoSmart e FICHe e _ Amsterdam Connects e _ Cross Innovation e _ Amsterdam Human Capital e _ Amsterdam Biomed Cluster e [TEA (International Talent Event Amsterdam) De vorm en mate van betrokkenheid en de mate van financiële (mede) verantwoordelijkheid verschillen per project. Overigens is door een aantal partijen in de regio (gemeenteraad Amsterdam, het MR brede overleg binnen het Platform Regionaal Economische Structuur of PRES) een positief advies van de Amsterdam Economic Board als voorwaarde gesteld voor het verlenen van financiering aan projecten. De Amsterdam Economic Board draagt voor de financiering van dergelijke projecten geen formele (mede)verantwoordelijkheid. 4. Bij welke projecten kan de Board worden aangesproken op het mogelijk mislukken ervan? Antwoord: Voor de projecten die genoemd zijn bij het antwoord op vraag 3 geldt dat de stichting daar financiële (mede-)verantwoordelijkheid voor droeg in 2014. Indien deze projecten zouden mislukken (lees: indien de beoogde resultaten niet zouden worden behaald waardoor de beoogde opbrengsten niet zouden worden gerealiseerd c.q. indien er hogere kosten zouden worden gemaakt dan was begroot) dan kan de Boardorganisatie daarop (naar rato van haar verantwoordelijkheid) worden aangesproken. 3 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam Neeing Zeu Gemeenteblad R Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 Voor de projecten waarvoor de stichting geen financiële (mede-) verantwoordelijkheid draagt, maar waarbij de stichting wel bijdraagt met capaciteit die beschikbaar is via de basisfinanciering, geldt dat de stichting niet in financiële zin kan worden aangesproken. 5. Welke activiteiten en projecten lopen gevaar als de bijdrage van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling niet wordt opgevangen door nieuwe financiering? Antwoord: Het jaar 2015 is voor de Boardorganisatie een overgangsjaar. De kernactiviteiten van de Boardorganisatie zullen daardoor in dat jaar ongeveer dezelfde blijven. Deze worden gefinancierd uit de basisfinanciering. Op dit moment is de Boardorganisatie bezig om samen met de leden van de Amsterdam Economic Board en haar partners de strategische focus en de opdracht voor de Amsterdam Economic Board en — in het verlengde daarvan — die van de Boardorganisatie vanaf 2016 te bepalen. De strategiedag van de Amsterdam Economic Board van 25 september a.s. is een cruciaal moment in dat proces. Naar verwachting zal de Board op die dag beslissingen nemen over de focus en opdracht van de Boardorganisatie en de daarbij behorende meerjarenbegroting. Welke activiteiten tot de kernactiviteiten gaan behoren wordt aldus bepaald door de partners die zijn vertegenwoordigd binnen de Board (c.q. de beoogde medefinanciers van de Boardorganisatie. De nieuwe financiële realiteit vormt hierbij uiteraard een van de uitgangspunten. 6. Waaruit bestaat de nieuwe financiering of — indien nog niet gerealiseerd — wat is het plan? Antwoord: Vanaf 2016 zal de basisfinanciering van de Boardorganisatie niet meer afhankelijk zijn van middelen uit het EFRO budget. De basisfinanciering wordt vanaf dat jaar volledig opgebracht via een bijdrage vanuit het Regionaal Budget — een budget dat is samengesteld uit bijdragen van in de PRES verzamelde regionale overheden (maximaal £1,4 miljoen per jaar toegezegd per 2016), het bedrijfsleven en de kennisinstellingen (naar verwachting in totaal circa €1 miljoen in 2016). Zoals in het antwoord op vraag 5 is weergegeven, zal in de loop van 2015 de Boardorganisatie worden aangepast en zal een nieuwe meerjarenbegroting worden opgesteld. 7. Wat is de ontwikkelingsfase, de mate van betrokkenheid, het financieel commitment en het toekomstperspectief van de volgende in het jaarverslag genoemde projecten: — Play2Work; — Stichting Zorginc; — eHealth Fund; — Amsterdam Works; — Proof of Concept Fund; — ZZP Academy; — Innovation Exchange Amsterdam; — Open Data Exchange; 4 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing Zeu Gemeenteblad Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 — OV Greenport; — House of Hospitality; — [TEA; — Bio Port Europe. Antwoord: e _Play2Work: Project is een uitvloeisel van de door de gemeente Amsterdam en Boardorganisatie georganiseerde Mayors Challenge. De Boardorganisatie heeft door inzet van uren en netwerk geholpen om dit winnende projectidee verder te ontwikkelen. De Boardorganisatie heeft daarnaast geholpen dit project op te nemen in het regioplan Werk maken van Talent waarvoor subsidie is ontvangen van het ministerie van SZW. De gemeente Amsterdam is uitvoerder van het project. Momenteel wordt er een inkoopstrategie ontwikkeld om de uitvroeg zo goed mogelijk in de markt te zetten. Het ontwikkeltraject moet begin 2017 gereed zijn. e Stichting Zorginc: De stichting Zorginc richt zich op het opschalen van startups op het terrein van de digitale zorg door kennis, ervaringen en netwerken te delen. De Boardorganisatie heeft de stichting door inzet van uren ondersteund o.a. bij het opzetten van een speciale incubator voor dit soort startups en van een eHealth fund, Via het FICHe programma is verbinding gelegd met eHealth innovaties in Europa. Vanwege het — op dit moment - niet doorgaan van eHealth fund is Zorginc bezig met het genereren van vervangende financiering. e eHealth Fund: De Boardorganisatie heeft via inzet in uren en netwerk geprobeerd de initiatiefnemers te helpen hun plannen te realiseren. Door onvoldoende interesse vanuit de markt is de gemeente Amsterdam ook niet bereid hierin te investeren en is het eHealth Fund (nog) niet gestart. e Amsterdam Works: Door Boardorganisatie ontwikkeld programma dat beoogt om internationaal talent (studenten en kenniswerkers) naar de MRA te halen, te binden en te boeien. De Boardorganisatie werkt in dit programma samen met Economie Amsterdam, Expat Center en kennisinstellingen. De gemeente Amsterdam is tot dusver de belangrijkste financier van dit programma. De komende tijd wordt inzet op het ook in financiële zin verbinden van het bedrijfsleven aan dit programma. De komende maanden wordt daartoe business plan uitgewerkt. e Proof of Concept Fund: Initiatief ontwikkeld door VU en UvA om impuls te geven aan valorisatie. De Boardorganisatie heeft in beperkte mate via de inzet van uren ondersteuning geboden om dit initiatief van de grond te krijgen. De gemeente Amsterdam heeft middelen beschikbaar gesteld voor dit fonds. De verwachting is dat het fonds binnenkort gelanceerd kan worden. e ZZP Academy: De Boardorganisatie heeft via inzet van uren en een kleine financiële bijdrage geholpen om de globale opleidingsbehoefte van ZZP'ers in kaart te brengen en daarmee mede de basis gelegd voor dit project. De Boardorganisatie heeft daarnaast geholpen dit project op te nemen in het regioplan Werk maken van Talent waarvoor subsidie is ontvangen van het ministerie van SZW. Het project kan daardoor worden uitgevoerd. Er wordt momenteel een onderzoek gedaan onder 500 ZZP'ers om de opleidingsbehoeften op te halen. Op basis daarvan worden er modules ontwikkeld. 5 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing Zeu Gemeenteblad Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 e Innovation Exchange Amsterdam: Samenwerkingsverband tussen AMC, UvA, HvA, VU en VUmc dat is gericht op het versterken van technology transfer. IXA is wel samenwerkingspartner van de Boardorganisatie, maar de Boardorganisatie is geen formele partner in dit samenwerkingsverband. e Open Data Exchange: project is enkele jaren geleden ontwikkeld door en gestart vanuit de Boardorganisatie, maar inmiddels overgedragen aan de gemeente Amsterdam/ CTO-office. Het project is gefinancierd vanuit het regionaal economisch budget van de PRES. e OLV Greenport: De Ongestoord Logistieke Verbinding Greenport heeft als doel om het transport tussen de bloemenveiling in Aalsmeer en Schiphol efficiënter te maken. De Boardorganisatie is slechts in beperkte mate en indirect betrokken bij dit project. e House of Hospitality: Een deel van het project is onderdeel van het regioplan Werk maken van Talent waarvoor subsidie is ontvangen van het ministerie van SZW. Dit project gaat over instromers en doorstromers binnen de branche. Het House of Hospitality is breder en wordt samen met de branche, onderwijsinstellingen en Economie (actieplan innovatief vakmanschap) ontwikkeld. De Boardorganisatie is bij dit project betrokken via de clustermanager toerisme die het heeft helpen vormgeven en heeft ingebracht in het regioplan. e [TEA: Door de Boardorganisatie, gemeente Amsterdam en kennisinstellingen georganiseerd evenement gericht op het verbinden van internationaal talent aan bedrijven in de MRA. De Boardorganisatie draagt behalve in uren in beperkte mate ook financieel bij aan ITEA. Zeer succesvolle editie van 2015 heeft plaatsgevonden op 17 april jl. en zal de komende jaren vermoedelijk worden herhaald. e BioPortEurope: BioPortEurope is in 2010 gestart als een project van de Amsterdamse Innovatie Motor (opgegaan in de Boardorganisatie) met als doel buitenlandse Life Sciences bedrijven te helpen de Europese markt te betreden via de Amsterdamse Metropoolregio. Dit project is o.a. gefinancierd door het rijk en de gemeente Amsterdam. In 2013 is BioPortEurope overgenomen door de twee voormalige partners IJS Global en Seijgraaf Advies Groep en voortgezet als commercieel consortium. Mazars en Rabobank zijn partners. Het doel van de activiteiten en projecten die de Boardorganisatie initieert is overigens steeds om deze bestendig te maken door daarvoor in de markt een eigenaar te vinden. Bij bewezen succes moet e.e.a. ook zonder projectsubsidies of overheidsmiddelen voortgezet kunnen worden. De verkoop is BioPortEurope dus niet overkomen maar was een strategisch doel dat succesvol is behaald. 8. Welke producten c.q. wat voor soort producten worden bedoeld in de mededeling dat de cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening op zoek is naar innovatieve producten in de sfeer van FinTech? Antwoord: In augustus 2014 is een convenant gesloten tussen de Board, vertegenwoordigers van de financiële en zakelijke dienstverleners in de MRA, kennisinstellingen en vakorganisaties over de toekomstige ontwikkeling van de financiële sector. Eén van de actiepunten uit het convenant was om na te gaan of de MRÀ zich internationaal zou kunnen profileren als kenniscentrum op het terrein van betrouwbaar, stabiel en veilig betalingsverkeer. Dit idee kwam van FNV Finance. 6 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing Zeu Gemeenteblad Datum 18 september 2015 Schriftelijke vragen, donderdag 7 mei 2015 FNV Finance zag hier mogelijkheden omdat Nederland sterk is in betalingsverkeer en omdat we een sterk ICT-cluster hebben en natuurlijk de AMSIX (internet exchange). Met verschillende stakeholders is besproken of dit actiepunt uitvoerbaar is. Conclusie was en is dat er inderdaad kansen liggen voor de MRA als het gaat om de combinatie van Finance en ICT. Deze gaan echter verder dan alleen het betalingsverkeer. Ongeveer gelijktijdig met het tekenen van het convenant werd de Boardorganisatie benaderd door verschillende mensen uit de markt die zich in wilden zetten om Fin Tech in de Amsterdamse regio te stimuleren en op de kaart te zetten. Deze initiatiefnemers zagen dat in Amsterdam sprake was (en is) van een krimpende sector en negatief sentiment over de sector, terwijl in andere landen (met name de VS en het VK) juist gekeken wordt naar kansen en deze ook worden benut. En deze kansen liggen — zoals hierboven beschreven — op het snijvlak van ICT en Finance. Vanuit het cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening is de Boardorganisatie overigens niet zozeer zelf direct op zoek naar innovatieve producten in de sfeer van Fin Tech. De ondersteuning vanuit de Boardorganisatie bestaat er met name uit dat activiteiten van marktpartijen onder de aandacht worden gebracht van het netwerk van de Boardorganisatie en daar waar mogelijk partijen aan elkaar worden verbonden. En als er interessante producten ontstaan brengt de Boardorganisatie deze natuurlijk onder de aandacht. Een voorbeeld is crowdfunding; de afgelopen jaren heeft de Boardorganisatie op verschillende manieren bijgedragen aan een grotere bekendheid van crowdfunding o.a. door bij te dragen aan de Crowdfunding Day 2013 en 2015. Maar ook door crowdfundingplatforms een podium te geven tijdens de Financieringsbeurzen die vanuit het cluster FZD worden georganiseerd (zie www.mkbfinancieringsbeurs.nl). 9. Hoe en in welke mate wordt de financiële sector ondersteund in het creëren van belasting-gerelateerde vestigingsvoorwaarden? Antwoord: De financiële sector wordt door de Boardorganisatie niet ondersteund in het creëren van belasting-gerelateerde vestigingsvoorwaarden. Wel heeft de Boardorganisatie in meer algemene zin een zekere rol bij het monitoren van ontwikkelingen in het Nederlandse vestigingsklimaat. Een sterk vestigingsklimaat is een belangrijk speerpunt van de regionale overheden en daarop wordt o.a. vanuit Amsterdam inBusiness en het Expatcenter stevig ingezet. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 7
Schriftelijke Vraag
7
discard
VN2021-032701 Raadscommissie voor Kunst en Cultuur Monumenten en Erfgoed, Kunst en Cultuur x Gemeente . en eta . EE 9 n KD D Amsterdam Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk D Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en % Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop Voordracht voor de Commissie KDD van 12 januari 2022 Ter kennisneming Portefeuille Kunst en Cultuur, Monumenten en Erfgoed Agendapunt 1 Datum besluit nvt Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief voortgang overdracht Bibliotheek van Weesp De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over de voortgang van de overdracht van de bibliotheek van Weesp. Wettelijke grondslag Artikel 169 gemeentewet Bestuurlijke achtergrond U heeft bijgaande raadsinformatiebrief reeds ontvangen in de dagmail van donderdag 2 december 2021. De bibliotheek van Weesp wordt als gevolg van de bestuurlijke fusie tussen de gemeente Weesp en de gemeente Amsterdam overgedragen van de Bibliotheek Gooi en meer (hierna Gooi en meer) aan de Openbare Bibliotheek Amsterdam (hierna OBA). Het college van Weesp, het college van Amsterdam, Gooi en meer en de OBA hebben de wens uitgesproken om tot een warme overdracht te komen. In de afgelopen periode hebben de wethouders Kunst en Cultuur van de gemeente Amsterdam en de gemeente Weesp, en de directies van de OBA en Gooi en meer afspraken gemaakt over de overdracht en de financiering van de kosten die hieruit voortvloeien. Deze afspraken zijn vastgelegd in overeenkomsten. Deze overeenkomsten zijn op 9 november jl. vastgesteld door beide colleges en op 16 november ondertekend door alle vier de partijen. De activiteiten voor de overdracht zijn inmiddels opgestart. Via de bijgevoegde raadsinformatiebrief wordt u geïnformeerd over de voortgang van de overdracht. Reden bespreking nvt Uitkomsten extern advies nvt Geheimhouding Uitgenodigde andere raadscommissies nvt Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.8 1 VN2021-032701 % Gemeente Raadscommissie voor Kunst en Cultuur Monumenten en Erfgoed, Kunst en Cultuur % Amsterdam ‚ ee On ‚ „ % Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop Voordracht voor de Commissie KDD van 12 januari 2022 Ter kennisneming hee Welke stukken treft v aan? Meegestuurd Registratienr. Naam AD2021-130347 | Brief voortgang overdracht bibliotheek van Weesp. pdf (pdf) AD2021-125189 Commissie KDD Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) EZC, Kunst en Cultuur, Almar Krancher, a.krancher@®amsterdam.nl, 06 13549659 Gegenereerd: vl.8 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2018 Vergaderdatum 14 en 15 maart 2018 Afdeling 1 Agendapunt 31B Nummer 292 Publicatiedatum 12 maart 2018 Onderwerp Actualiteit van de leden Boomsma, Van Osselaer en Dijk inzake de vertraging van en verwarring omtrent de uitvoering van de overstapregeling op eeuwigdurende erfpacht Aan de gemeenteraad Sinds 1 november kunnen erfpachters een aanvraag indienen om over te stappen op eeuwigdurende erfpacht. Het verwerken van die aanvragen kampt echter met vertraging en het overstapportaal met aanhoudende technische klachten, zo blijkt opnieuw uit de derde voortgangsrapportage. Die spreekt bijvoorbeeld van een nieuwe technische storing, waarvan de oorzaak nog onduidelijk is. Inmiddels zijn er ruim 700 aanbiedingen gedaan. Tegelijkertijd geeft het college aan dat de behandeltijd dreigt op te lopen omdat de andere aanvragen niet automatisch kunnen worden gegenereerd omdat gegevens ontbreken en handmatig moeten worden ingevuld. Veel erfpachters zijn in verwarring, kampen met vragen, maar weten vaak niet waar ze aan toe zijn. De overstapregeling is zo opgesteld dat op dit moment geldt dat wie niet voor 1 januari 2020 de aanvraag tot overstap doet, niet meer onder de nu geldende voorwaarden valt waardoor men te maken krijgt met kostenstijgingen. Dit alles maakt het zeer urgent om op korte termijn orde op zaken te stellen opdat de informatievoorziening verbetert en de afhandeling van aanvragen op dit voor veel Amsterdammers zo cruciale gebied op schema komt te liggen. Reden van spoedeisendheid Dit is actueel en spoedeisend omdat de beslissing om wel of niet over te stappen op eeuwigdurende erfpacht grote financiële gevolgen heeft voor heel veel Amsterdammers. De leden van de gemeenteraad D.T. Boomsma J.P.D. van Osselaer T.W. Dijk 1
Actualiteit
1
test
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1752 Ingekomen op 6 november 2019 Ingekomen onder X Behandeld op 7 november 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Geen extra kosten voor rekeningen per post) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2020. Constaterende dat: - inwoners van Amsterdam die hun jaarafrekening van Waternet per post willen ontvangen daarvoor 1,59 euro (inclusief BTW) moeten betalen; Overwegende dat: - niet alle inwoners van Amsterdam actief zijn op internet; Van mening zijnde dat; - inwoners nooit 'gestraft' mogen worden voor het feit dat zij niet actief zijn op internet Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Organisaties die namens de gemeente Amsterdam zorgdragen voor de basisvoorzieningen zoals de uitvoering van waterlevering, geen extra kosten meer in rekening te laten brengen voor het versturen van een (afrekeningen per post. Het lid van de gemeenteraad W. van Soest 4
Motie
1
discard
> Gemeente Amsterdam Actualitert voor de raadsvergadering van 11 oktober 2023 Van Khan, Ahmadi en Kabamba Datum 11 oktober 2023 Portefeuille Algemene Zaken Agendapunt 2ÀÂ Onderwerp De ongelijkwaardige herdenking van de slachtoffers van het recent opgelaaide geweld in Israël en Palestina Aan de gemeenteraad In de afgelopen dagen zijn honderden slachtoffers gevallen aan beide zijden van het Israël-Pales- tina conflict. Desondanks heeft het college ervoor gekozen om alleen de Israëlische vlag te hijsen en niet óók de Palestijnse vlag. De fracties van DENK, Lijst Anhmadi-Veldhuyzen en Lijst Kabamba zijn van mening dat er sprake is van een ongelijkwaardige herdenking, met als mogelijk gevolg dat de spanningen in de stad kunnen toenemen. Reden van spoedeisendheid Het conflict is nu gaande en zal waarschijnlijk de komende dagen verder gaan escaleren. De span- ningen kunnen in de stad mogelijk toenemen. Het is daarom belangrijk om in debat te gaan over de keuze voor een ongelijkwaardige herdenking en hoe deze hersteld kan worden.
Actualiteit
1
train
VN2021-034747 X Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, AZ oractie Veoh 5 Amsterdam Juridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugderiminaliteit, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving % en Toezicht Voordracht voor de Commissie AZ van 13 janvari 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Openbare Orde en Veiligheid Agendapunt 9 Datum besluit n.v.t. Onderwerp Kennisnemen van het evaluatierapport van de proef gerichte wapencontroles en de bevindingen van de driehoek. De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van het evaluatierapport van de proef gerichte wapencontroles en de raadsbrief waarin de burgemeester de raad informeert over de bevindingen van de driehoek. Wettelijke grondslag Artikel 169 Gemeentewet Het college en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. Artikel 151b Gemeentewet: De raad kan bij verordening de burgemeester de bevoegdheid verlenen om bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, aan te wijzen als veiligheidsrisicogebied. In een veiligheidsrisicogebied kan de officier van justitie de bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 5o, derde lid, 51, derde lid, en 52, derde lid, van de Wet wapens en munitie toepassen. Artikel 2.6 APV: De burgemeester kan bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, wegen en daaraan gelegen voor publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied. Bestuurlijke achtergrond In september 2021 heeft de proef gerichte wapencontroles plaatsgevonden. De burgemeester heeft de gemeenteraad onder andere per brieven van 1 april 2020, 19 maart 2021, 6 juli 2021 en 30 augustus 2021 over deze proef geïnformeerd en het onderwerp is tevens onder andere besproken in de commissie AZ en raad van 2 september 2021, 26 mei 2021, 8 april 2021, 4/5 november 2020 en 27 mei 2020. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.17 1 VN2021-034747 % Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Directie Openbare 9 Amsterdam Juridische Zaken. C icatie. Raad heden, P ti Orde en veiligheid _% uridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugderiminaliteit, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving en Toezicht Voordracht voor de Commissie AZ van 13 janvari 2022 Ter bespreking en ter kennisneming n.v.t. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, hiermee wordt de toezegging van de burgemeester om de uitkomsten over de proef gerichte wapencontroles te agenderen wanneer de uitkomsten van de proef beschikbaar zijn, afgedaan (TAO2021-001199) Welke stukken treft v aan? AD2021-132881 | Bijlage bij evaluatierapport onderzoek wapencontroles.pdf (pdf) AD2021-132863 Commissie AZ Voordracht (pdf) AD2021-132879 Evaluatierapport onderzoek wapencontroles.pdf (pdf) AD2021-132880 | Raadsbrief evaluatie proef gerichte wapencontroles.pdf (pdf) Ter Inzage | Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) OOV, secretariaatOOV@ amsterdam.nl Gegenereerd: vl.17 2
Voordracht
2
train
> Gemeente % Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 19 en 20 juli 2023 Ingekomen onder nummer 252 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Boomsma en Heinhuis inzake de Voorjaarsnota (Wederopbouw Paleis voor Volksvlijt) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota, Overwegende dat, -_Het Paleis voor Volksvlijt op initiatief van o.a. Samuel Sarphati in 1859 is gebouwd, nadat de Amsterdamse gemeenteraad in 1855 met de plannen had ingestemd, met onder meer een theaterzaal, expositieruimte, horeca, winkels en ruimte voor kunst en ontmoeting; -__ Het gebouw extreem geliefd was en door veel Amsterdammers werd beschouwd als het mooiste en meest markante gebouw van de stad; -_ Het in april 1929 door brand werd verwoest en nooit is herbouwd en naast die locatie waar het stond op het Frederiksplein nu de Nederlandsche Bank is gevestigd en gerenoveerd; -__ Aldecennia tal van Amsterdammers pleiten en hopen op wederopbouw van het Paleis; -_ Voormalig burgemeester Van der Laan, na een oproep van verschillende Amsterdammers om het Paleis te herbouwen al in een documentaire zei: “dit is de toekomst!” -__ Met het aannemen van het coalitieakkoord is besloten tot de bouw van een OBA-next in Amsterdam Zuidoost; -__De wederopbouw van het Paleis van Volksvlijt mogelijk een geschikte locatie is voor de OBA-next maar ook ruimte kan bieden voor andere maatschappelijke instellingen en kunst; -__ De groei van de stad niet in alle stadsdelen in gelijke mate hand in hand is gegaan met de groei van kunst, cultuur en maatschappelijke voorzieningen, en juist in stadsdeel Zuidoost hieraan behoefte is; -_ Pit prachtige gebouw een enorme publiekstrekker zou worden, en veel bezoekers zou trekken, wat ook bijdraagt aan de spreiding van het toerisme en extra investeringen zou betekenen in het stadsdeel. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders -__ Te onderzoeken wat de kosten en mogelijkheden zijn om het Paleis voor Volksvlijt te herbouwen in Amsterdam Zuidoost, mogelijk niet als exacte kopie maar naar idee en met de grandeur en schoonheid ervan, als locatie voor maatschappelijke voorzieningen; -_ Daarbij ook de wensen en behoeften van de bewoners in stadsdeel Zuidoost te betrekken; -_ Daarbij de mogelijkheid te betrekken om particuliere of crrowdfunding aan te spreken om het te realiseren, waarbij nadrukkelijk het doel is dat de invulling van het gebouw bijdraagt aan publieke belangen; Gemeente Amsterdam Status - Pagina 2 van 2 - Daarover terug te rapporteren aan de gemeenteraad Indieners, D.T. Boomsma L.E. Heinhuis
Motie
2
discard
1.1.1 Formulier raadsadres Naam E-mail Adres Onderwerp: Parkeerbeleid in Zuidoost Mijn zoon woont inmiddels twee jaar in Amsterdam Zuidoost, | Sinds verleden jaar is hier plotseling betaald parkeren ingesteld. Hierdoor is mijn zoon zeer gedupeerd omdat hij geen parkeervergunning kan krijgen voor de auto die hij voor zijn werk en straks voor zijn stage in Amersfoort nodig heeft. De auto staat n.l. op mijn naam hetgeen een probleem blijkt. Hij kan zich als armlastige student zelf geen auto veroorloven. Dus we zijn erg gebaat bij een parkeervergunning, al is het b.v. slechts voor een half jaar (zijn stageperiode van febr. t/m.juli). Wij vinden het eigenlijk niet kunnen dat we in de problemen zijn gekomen door een plotselinge verandering van de gemeente ten aanzien van het parkeerbeleid. We hebben aangegeven voor een parkeervergunning te willen betalen maar toch lukt dit niet. Na een klacht ingediend te hebben bij het parkeerbeleid kregen wij nul op het rekest. Wij volgden het advies van de ombudsman op om een zogenaamd raadsadres in te dienen, hetgeen we bij deze doen in de hoop we als burger toch nog worden gezien!
Raadsadres
1
test
x Gemeente Amsterdam AZ % Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en % Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 1 september 2016 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Tijd 13.30 tot 17.00 uur en zo nodig van 19:30 tot 22:30 uur Locatie de Boekmanzaal Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ, d.d. 30 juni 2016 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieAZ @raadsgriffie.amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar 6 _Tkn-lijst 7 Opening inhoudelijke gedeelte Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam AZ Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 1 september 2016 8 _Inspreekhalfuur Publiek ga Actualiteiten Raadsleden e _ Actualiteit van het lid Yesilgöz-Zegerius inzake 'De gevolgen van de ontwikkelingen in Turkije voor de veiligheid in Amsterdam’. 9b Actualiteiten Burgemeester 10 Rondvraag Juridische Zaken 11 Vaststellen verordening tot wijziging van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam Nr. BD2016-011615 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 14 september 2016). Openbare Orde en Veiligheid 12 Rapport Internationaal recht en cannabis Il van Professor Van Kempen over reguleren wietteelt in het kader van mensenrechtenverdragen. Nr. BD2016- 011336 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Paternotte (D66) en Groot Wassink (GL). e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 30 juni 2016. 13 Aanbieding Voortgangsrapportage Project 1012 en Bestuurlijke Monitor 2015 Programma Prostitutie Nr. BD2016-011468 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 14. 14 Modelverordening APV voor sekswerkers. Opgesteld door PROUD. Nr. BD2016- 008874 e _Terbespreking en voor kennisgeving e Geagendeerd op verzoek van het lid Verheul (D66). e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 13. Algemene Zaken 15 Voorstel stadsregio voor omvorming naar vervoerregio Nr. BD2016-006611 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 14 september 2016). 2 Gemeente Amsterdam AZ Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 1 september 2016 16 Initiatiefvoorstel van het raadslid Ruigrok (VVD): Bruggen slaan naar een Amsterdams verleden. Nr. BD2016-010391 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Ruigrok (VVD). e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 30 juni 2016. e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 17. 17 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van het raadslid mevrouw Ruigrok van VVD, getiteld: ‘Bruggen slaan naar een Amsterdams verleden’ Nr. BD2016- 010392 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 30 juni 2016. e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 16. 18 Initiatiefvoorstel van het lid Ernsting: Open raadsinformatie en open data voor politieke transparantie. Nr. BD2016-011594 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Ernsting (GL). e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 19. CT 19 Bestuurlijke reactie initiatiefvoorstel Open Raadsinformatie en open data voor politieke transparantie Nr. BD2016-010907 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 19. 3
Agenda
3
discard
VN2021-018526 Raadscommissie voor Kunst en Cultuur Monumenten en Erfgoed, Grifie % Gemeente comme voor KUn en on ee KDD Amsterdam Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk x% Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en % Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop Voordracht voor de Commissie KDD van o1 september 2021 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Democratisering (inclusief Bestuurlijk Stelsel) Agendapunt 9 Datum besluit N.v.t. 18 juni 2019 Onderwerp Initiatiefvoorstel d.d. 18 juni 2019 van de leden Grooten (GL) en Biemond (PvdA) getiteld Hup Lokale Lobby De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van het initiatiefvoorstel en de bestuurlijke reactie Wettelijke grondslag Art. 147a, lid 1 Gemeentewet Art. 76 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam Bestuurlijke achtergrond Nvt. Reden bespreking Geagendeerd o.v.v. de indieners. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.l 1 VN2021-018526 % Gemeente Raadscommissie voor Kunst en Cultuur Monumenten en Erfgoed, Griffie % Amsterdam ‚ On ‚ ‚ … % Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop Voordracht voor de Commissie KDD van o1 september 2021 Ter bespreking en ter kennisneming AD2021-068381 Bestuurlijke reactie op initiatiefvoorstel Hup lokale lobby. pdf (pdf) AD2021-068383 Commissie KDD (8) Voordracht (pdf) Initiatiefvoorstel van leden Grooten (GL) en Biemond (PvdA) van 28 juni AD2021-068382 ‚ 2019 getiteld Hup Lokale Lobby. pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Nadere informatie bij de indieners. Gegenereerd: vl.l 2
Voordracht
2
train
as / Comité il Walbewoners J ' d Prinsengracht E-mail: [email protected] Website: www.walbewonersprinsengracht.nl Gemeente Amsterdam t.a.v. het College van Burgemeester en Wethouders | en de leden van de Gemeenteraad DD 1000 AE AMSTERDAM Datum: 23.09.2016 Uw kenmerk: = Ons kenmerk: e Betreft: kwaliteit leefmilieu Prinsengracht Geachte leden van het college en van de gemeenteraad, De laatste 3 jaar is het (verkeers)geluid op de Prinsengracht door niet-noodzakelijk verkeer ofwel re- creatief "pretvervoer" op de Prinsengracht en de daarmee gepaard gaande overlast aanzienlijk toege- nomen. Wij willen ook de lawaaiige rolkoffertjes van toeristen hieronder scharen. Dagelijks rijden er motoren met zgn. sportuitlaten rondjes over de Prinsengracht, die meer dan het maximum toegestane aantal decibel produceren. Vooral de stille ochtend- en avonduren lijken daarbij de voorkeur te hebben. “Even lekker knallen” langs de huizen, waarbij de 70 km per uur waarschijnlijk wel wordt gehaald. Verder neemt het aantal verhuurbrommers en/of -scooters/snorfietsen toe die in groepjes rondrijden evenals tuc-tucs (meestal met 2 of 3). Ook zijn steeds zwaardere vrachtwagens te zien. Zoals u weet zijn de meeste huizen historisch en oud, en slecht geluidgeisoleerd. Bovendien heeft de gezondheid van de bewoners onder de slechte luchtkwaliteit (ook door verbrandingsmotoren van boten) te lijden. Wij dringen er bij de gemeente sterk op aan deze overlast terug te dringen, ten gunste van de leefbaarheid en het herstel van de balans. Dit kan met eenvoudige maatregelen: -__handhaaf (door politie) op motoren die te veel geluid produceren; -_sta alleen elektrische verhuur-scooters, -snorfietsen en -brommers toe; -_sta alleen elektrisch aangedreven tuc-tucs toe en streef naar elektrisch vervoer op het water (wij menen dat hieraan al wordt gewerkt); - maak een aantal knips in de Prinsengracht zodat recreatief rondrijden niet meer aantrekkelijk is. Via de S100 blijven bewoners en bedrijven wel goed bereikbaar. Op het water is de geluidsoverlast inmiddels goeddeels teruggedrongen. Dit moet op de weg ook moge- lijk zijn. Wij horen graag van u welke plannen u in deze richting heeft of wilt gaan ontwikkelen. Dat drukte bij een binnenstad hoort kan zijn, maar met lawaai en geluidsoverlast hoeft dat zéker niet gepaard te gaan. Recent stond al een en ander over de motoren in de berichtgeving van de pers. Met vriendelijke groeten, | Comité Walbewoners Prinsengracht bestuurder Vereniging Comité Walbewoners Prinsengracht Zetel: Amsterdam Handelsregister: Amsterdam nr. 64355667
Raadsadres
2
train
> < gemeente Raadsinformatiebrief | msterdam Afdoening motie Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 16 januari 2024 Portefeuille(s) Openbare Orde & Veiligheid en Verkeer en Vervoer Portefeuillehouder(s): Femke Halsema en Melanie van der Horst Behandeld door OOV en Verkeer & Openbare Ruimte, Bestuurlijke. Zaken. [email protected] Onderwerp Afdoening moties Commissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Water en Algemene Zaken en planning en update Amsterdamse Taxi Aanpak Geachte leden van de raad, Met de vaststelling van de Agenda Taxi 2020-2025 in november 2019 heeft de gemeenteraad besloten een nieuw gemeentelijk taxibeleid te introduceren waarbij vier doelen centraal gesteld worden: betrouwbaar, veilig, bonafide taxivervoer in een leefbare stad. Uitgangspunt van de Agenda Taxi 2020-2025 is één Amsterdamse straattaximarkt voor opstapvervoer én besteld vervoer en gelijke normen voor alle chauffeurs. De in de Agenda Taxi 2020-2025 opgenomen maatregelen zijn verwerkt in de Amsterdamse Taxi Aanpak (ATA) die eind 2021 aan u is gepresenteerd. De ATA omschrijft maatregelen die voor een deel gebieds- en tijdsafhankelijk kunnen worden ingezet waaronder de gebiedsgerichte aanpak met de taxiluwzone en de taxihotspotzone ('taxizones'). Met deze brief wordt u geïnformeerd over de belangrijke rol die de taxi heeft binnen de mobiliteitsketen, de huidige stand van zaken met betrekking tot de evaluatie van de landelijke taxiregelgeving en de ATA. Vervolgens worden de moties afgedaan die tijdens de vergadering van de gemeenteraad van 26 januari 2022 bij de behandeling van agendapunten 21 ‘Kennisnemen van de Amsterdamse Taxi Aanpak! en 22 ‘Kennisnemen van het rapport Taxi! een onderzoek naar malafide activiteiten en (ondermijnende) criminaliteit in de Amsterdamse taxibranche (rapport Beke), zijn aangenomen. De afdoening van deze moties heeft enige tijd op zich laten wachten vanwege de evaluatie van de landelijke taxiwet en regelgeving en ontwikkelingen op het gebied van de herijking van de huidige ATA. Eris in de tussentijd wel regelmatig (bestuurlijk) contact geweest met de branche. Positionering taxi Het afgelopen jaar is door de taxibranche op verschillende manieren aandacht gevraagd over onder meer het verdwijnen van taxistandplaatsen en het niet doorlaten van taxivervoer bij herinrichtingen en aanpassingen aan de weg. In het kader van Amsterdam maakt ruimte en Autoluw is de functie van de taxi binnen de mobiliteitsketen opnieuw tegen het licht gehouden. De juiste positionering van de taxi binnen de mobiliteitsketen biedt duidelijke kaders, om de Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 2 van 13 aankomende jaren afwegingen te kunnen maken over ruimte en faciliteiten voor de taxi (zoals taxi(stand)plaatsen, toegang autoluwe gebieden en gebruik lijnbusbanen). In het koersdocument Amsterdam maakt ruimte is benoemd dat taxi's een essentieel en volwaardig onderdeel van de mobiliteitsmix zijn. Ze dragen bij aan een toegankelijke stad en zijn een belangrijke aanvulling op tijden en plekken waar het openbaar vervoer niet rijdt. Het is daarbij altijd zoeken naar de juiste balans. Daar waar veel taxi's en mensen bij elkaar komen, worden maatregelen getroffen in het kader van de leefbaarheid. Uitgangspunt is dat taxi’s overal moeten kunnen komen voor een fijnmazige dienstverlening, waarbij veiligheid voorop staat en de taxi niet altijd sneller zal zijn dan het openbaar vervoer. Om hier verder invulling aan te geven, werken we aan een routenetwerkkaart voor taxi's zodat een samenhangend systeem behouden blijft waarin taxi haar rol in de toegankelijke stad goed kan vervullen. Op deze wijze laten we taxi's integraal onderdeel vitmaken van een verbonden en bereikbaar Amsterdam, waarbij ook rekening wordt gehouden met de autoluwe ambities van de stad. WP2000 Onder de huidige landelijke wetgeving, de Wet Personenvervoer 2000 (WP 2000) mag Amsterdam alleen lokale kwaliteitsregels stellen aan chauffeurs die opstapritten verzorgen (de TTO-taxi's) waardoor alle overige taxivoertuigen zónder daklicht (naar schatting ongeveer 85% van de taxiritten) hun ritten vitvoeren zonder lokale regulering en handhaving op het gebied van betrouwbaarheid en veiligheid (o.a. onnodig ophouden rondom de standplaatsen, ritweigering (te kort ritje voor de chauffeur) en discriminatie). Chauffeurs mogen zowel opstap- als bestelritten verzorgen, en de meeste chauffeurs combineren dit ook. Hierdoor is het voor lokale handhavers niet mogelijk om te zien wat voor rit wordt uitgevoerd en of ze kunnen handhaven. Vooropgesteld dat het grootste deel van de taxichauffeurs zich aan de regels houdt en op een positieve manier haar bijdrage aan de mobiliteit van de stad levert, is er ook een groep taxichauffeurs met name actief op de bestelmarkt die zich ervan bewust is dat onze BOA's in veel gevallen geen handhavingsbevoegdheden hebben. De gevolgen hiervan zijn zowel op straat als voor de welwillende taxichauffeur en de klant merkbaar. Deze groep taxichauffeurs waant zich onaantastbaar en voelt zich ook niet gebonden aan reguliere omgangsvormen. Het leidt onder meer tot ruzie, oponthoud en (geluids) overlast rondom de (drukke) standplaatsen, alleen voor exorbitante tarieven een korte rit willen uitvoeren en illegale opstapritten (niet-TTO chauffeur die toch een opstaprit uitvoert). Amsterdam kan onder de huidige landelijke wetgeving alleen de opstapritten reguleren en handhaven. Ook is er op dit moment geen lokale bevoegdheid om de toegang voor taxichauffeurs op de straattaximarkt in de drukke gebieden te beperken tot de chauffeurs die voldoen aan kwaliteitsregels op het gebied van betrouwbaarheid en veiligheid. Hierdoor wordt Amsterdam ernstig beperkt in het reguleren van taxivervoer rond de drukke vitgaanspleinen, de evenementenlocaties en de treinstations. Als we willen dat de taxi een effectieve en kwalitatieve bijdrage levert aan de mobiliteitstransitie en een autoluwe stad, dan moeten we de gehele straattaximarkt kunnen reguleren, ongeacht hoe een rit tot stand is gekomen. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 3 van 13 Voor Amsterdam is het dan ook noodzakelijk dat er aanpassingen worden gedaan in de huidige WP2000, om zo een taxistelsel in de stad te kunnen realiseren met veilig en betrouwbaar taxivervoer in een leefbare stad. Het ministerie van I&W heeft in 2023 een evaluatie uitgevoerd van de taxiwet- en regelgeving, onderdeel van de WP 2000. Begin 2024 zal de evaluatie naar verwachting naar de Tweede Kamer worden gestuurd. In deze evaluatie wordt ingegaan op de vragen of de doelstellingen van de wet- en regelgeving worden behaald, of de wet nog aansluit bij de huidige praktijk en of er wijzigingen of aanscherpingen nodig zijn in de landelijke wetgeving om bijvoorbeeld richting de toekomst ook uit de voeten te kunnen met de wetgeving. Indien deze evaluatie geen urgente aanbevelingen bevat voor aanpassingen in de huidige regelgeving om lokale bevoegdheden uit te breiden naar de gehele straattaximarkt, gaan we, eventueel met andere gemeenten, ons hard maken om de huidige wetgeving aangepast te krijgen om de ernstige problemen op het gebied van betrouwbaar en veilig taxivervoer in de gehele straattaximarkt aan te kunnen pakken. Amsterdamse Taxi Aanpak (ATA) Met het opzetten en uitvoeren van de ATA is gebleken dat herijking van de ATA nodig is. Dit komt omdat er andere uitdagingen spelen dan ten tijde van de vaststelling van de Agenda Taxi 2020- 2025. De taximarkt is de afgelopen tijd — mede door de coronapandemie - behoorlijk veranderd en er is een verschuiving gaande van de opstap- naar de bestelmarkt. We vinden het van belang om de tijd te nemen voor de herijking van de ATA, ook om de taxibranche en de klanten een duidelijk perspectief te kunnen geven welke maatregelen de aankomende jaren worden uitgerold om het uiteindelijke doel te bereiken, veilig en betrouwbaar taxivervoer in een leefbare stad met gelijke normen voor alle taxichauffeurs. Vanwege de gewijzigde omstandigheden en de herijking van de ATA, is het wenselijk de huidige taxiverordening voorlopig (ongewijzigd) in stand te houden. Ondertussen wordt er, samen met betrokken belanghebbenden, gewerkt aan een nieuwe planning en een mogelijke herindeling van het maatregelenpakket vit de ATA. In Q2 2024 wordt u hier verder over geïnformeerd. Inwerkingtreding taxizones In 2024 wordt u tevens geïnformeerd over de planning rondom de inwerkingtreding van taxizones. Zoals al eerder aan u is medegedeeld zijn de beoogde taxizones nog niet ingericht en van kracht, onder meer vanwege de evaluatie van de huidige taxiregelgeving. Bovendien zal — aan de hand van een pilot met intelligente toegang op de Sloterweg - worden onderzocht of een dergelijk systeem oplossingen voor de taxisector kan bieden of dat de zones op een andere manier ingericht kunnen worden. Voortzetting Toegelaten Taxi Organisaties In Amsterdam hebben op dit moment zes TTO's een (lokale) vergunning waarmee hun chauffeurs vervoer kunnen aanbieden op de opstapmarkt. Het college heeft op 18 juli 2023 besloten de huidige TTO vergunningen ambtshalve te verlengen tot en met uiterlijk 30 april 2026, omdat het huidige TTO stelsel voorlopig ongewijzigd blijft gelden. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 4 van 13 In februari 2023 heeft het college al besloten de twoxivergunningen van de chauffeurs die zijn aangesloten bij een TTO en een daaraan gekoppelde lijnbusbaanontheffingen, ambtshalve te verlengen tot en met uiterlijk 30 april 2026. Als de TTO's geen geldige vergunning meer hebben, dan vervallen ook de taxxxivergunningen van de aangesloten chauffeurs en kunnen zij niet meer werkzaam zijn op de opstapmarkt. Afdoening moties In de vergadering van de gemeenteraad van 26 januari 2022 heeft uw raad bij de behandeling van agendapunten 21 ‘Kennisnemen van de Amsterdamse Taxi Aanpak’ en 22 ‘Kennisnemen van het rapport Taxi! een onderzoek naar malafide activiteiten en (ondermijnende) criminaliteit in de Amsterdamse taxibranche (rapport Beke)’ de volgende moties aangenomen: 1. Motie nummer 18 van raadslid Vroege (D66), waarin het college wordt gevraagd om bij de nadere uitwerking van de taxiluwzones zorg te dragen voor goed en veilig taxiverkeer aan de buitenranden van een taxiluwzone en aldaar zorg te dragen voor strenge handhaving van illegale praktijken zoals snorders (‘Denk aan omgeving taxiluwzone!). 2. Motie nummer 19 van raadsleden J.S.A. Vroege (D66) en N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om in de omgeving van iedere taxishotspotzone op acceptabele loopafstand taxi's - die niet in de digitale rij willen of mogen aansluiten - de mogelijkheid te geven hun werk uit te kunnen voeren (‘Genoeg ruimte voor anderen’). 3. Motie nummer 20 van raadsleden J.S.A. Vroege (D66) en N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om bij de nadere uitwerking van de taxiluwzones en de taxihotspotzones zoveel als fysiek mogelijk is, zorg te dragen dat het systeem niet sturend is ten aanzien van de keuzevrijheid van de klant voor een bepaalde taxichauffeur en/of bemiddelaar noch beperkend ten aanzien van bestaande en reguliere administratieve systemen tussen klant en taxi (‘Klant kiest zelf taxi’). 4. Motie nummer 21 van raadsleden J.S.A. Vroege (D66), A.A.M. Marttin (VVD) en N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om bij de verdere uitwerking van de taxiplannen met voorstellen te komen dat klanten voor, tijdens en na een rit de identiteit van een chauffeur gemakkelijk kunnen achterhalen, ten einde in geval van misstanden adequaat te kunnen handelen (‘ledere taxichauffeur herkenbaar en herleidbaar’). 5. Motie nummer 22 van raadsleden E.C. IJmker (GroenLinks), 5. Mbarki (PvdA), E.A. Flentge (SP) en N. Yilmaz (DENK) aangenomen waarin het college wordt gevraagd om: a. Aanvullend onderzoek uit te voeren naar de impact van platforms op de taximarkt. b. Bij landelijke lobby in te zetten op aanpassing van WP2000 waarbij gemeentes bevoegdheid krijgen om regelgeving op te stellen voor de gehele taximarkt in Amsterdam. c. Te onderzoeken welke juridische mogelijkheden er zijn om platforms zoals Uber die actief zijn in Amsterdam te verplichten hun data te delen met de gemeente. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 januari 2024 Pagina 5 van 13 6. Motie nummer 62 van raadslid N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om in G4-verband een brandbrief te sturen naar de minister (van I&W) met de oproep om de Wet personenvervoer 2000 zo spoedig mogelijk te moderniseren. 7. Motie nummer 63 van raadslid N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om extra taxistandplaatsen voor taxichauffeurs te realiseren. 8. Motie nummer 65 van raadslid N. Yilmaz (DENK), waarin het college wordt gevraagd om het nieuwe taxibeleid uitgebreid te evalveren in vergelijking met het rapport Beke en deze naar de raad te sturen voor de zomer van 2024. Tevens heeft uw raad in de gemeenteraadsvergadering van 4 november 2020 bij de behandeling van agendapunt 20 ‘Vaststellen van de Agenda Taxi 2020-2025’ de volgende motie aangenomen: g. Motie nummer 1273 van raadslid Vroege (D66), waarin het college wordt gevraagd om bij de maatregelen om de veiligheid van de klant te verbeteren, waaronder het voorkomen van discriminatie en intimidatie, nadrukkelijk ook antisemitisme mee te nemen bij de te nemen maatregelen bijvoorbeeld door het inzetten van mystery quests. Deze was nog niet beantwoord en wordt ook in deze brief afgedaan. Hieronder volgt de afdoening van de betreffende moties. Ad 1. Motie nummer 18 van raadslid Vroege (D66) inzake ‘Denk aan omgeving taxiluwzone’. We willen met de taxiluwzone de overlast voor de lokale belanghebbenden (bewoners en ondernemers) beperken. Dit betekent dat een taxi alleen in de taxiluwzone mag komen met een aantoonbare bestemming in het gebied. Bij de uitwerking van een specifieke taxiluwzone zal rekening worden gehouden met het faciliteren van in- en vitstapmogelijkheden in de betreffende zone, én aan de randen om het leeg rondrijden van taxi's zoveel mogelijk te voorkomen. Daarnaast gaan we uitvoerig in gesprek met bewoners en ondernemers in het betreffende gebied, en met handhaving en de branche om de behoeften en zorgen op te halen. Er zal voortdurend worden gemonitord op het effect van de maatregelen zowel in de zones als aan de randen en de omgeving van de gebieden. Indien vit de monitoringsresultaten blijkt dat de taxiluwzone niet leidt tot het gewenste resultaat of wanneer de neveneffecten aan de randen en/of in de omgeving ongewenst groot zijn, kunnen extra maatregelen worden ingezet. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) is verantwoordelijk voor de handhaving van de landelijke regels omtrent taxivervoer, waaronder snorders. De gemeente heeft deze bevoegdheid niet. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 6 van 13 Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 2. Motie nummer 19 van raadsleden J.S.A Vroege (D66) en N. Yilmaz (DENK) inzake ‘Genoeg ruimte voor anderen’. De taxizones worden ontwikkeld om de leefbaarheid te verbeteren op plekken waar de taxioverlast het grootst is. De taxihotspotzone wordt ingezet op specifieke locaties, zoals drukke OV-punten, vitgaanspleinen en evenementlocaties, om de taxivraag tijdens piekuren op te vangen. Op die locaties wordt gezorgd voor een snelle, efficiënte en eerlijke afvoer van bezoekers via de taxiplaats, zowel door opstap- als bestelde taxi's. Taxi's zonder ontheffing voor de hotspotzone kunnen aan de rand of de omgeving van de taxihotspotzone terecht, voor zover de verkeersregels dit toelaten. Bezoekers die liever een taxi bestellen die (nog) geen ontheffing heeft voor de taxihotspotzone kunnen dus naar de rand van de zone lopen, om daar door de bestelde taxi opgehaald te worden. We monitoren op de effecten van de taxihotspotzone zowel in de zone zelf als in de omgeving daarvan, en indien daar aanleiding toe is kunnen extra maatregelen worden ingezet om eventuele negatieve effecten aan te pakken. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 3. Motie nummer 20 van raadsleden J.S.A Vroege (D66) en N. Yilmaz (DENK) inzake klant kiest zelf. In de ATA heeft de klant altijd keuzevrijheid, ook in de taxizones. Een taxihotspotzone wordt ingezet op drukke OV-locaties, vitgaanspleinen en evenementlocaties om de taxivraag tijdens piekuren op te vangen en problemen op het gebied van leefbaarheid te voorkomen. De prioriteit ligt hier bij het efficiënt vervoeren van de klant om overlast, verkeersonveilige situaties en opstopping te beperken. De klant die zelf op straat een taxi wil aanhouden heeft altijd de mogelijkheid om te wachten tot een taxi naar keuze in de taxihotspotzone beschikbaar is. We zorgen ervoor dat — als de ruimte dat toelaat — een door de klant gekozen taxi de fysieke wachtrij kan verlaten. Bij een bestelde rit is keuzevrijheid per definitie geregeld. De klant kan op deze manier altijd zelf kiezen, mits de betreffende taxi beschikt over een ontheffing voor de taxizone. Een taxiluwzone wordt ingesteld op locaties en momenten waar de leefbaarheid in het geding komt. Het doel is om taxi-overlast voor bewoners te beperken en het verkeer terug te dringen door het aantal auto’s in het gebied te beperken. Daarom worden taxi's alleen toegelaten als ze aantoonbaar een lokale bestemming in het gebied hebben. Toegankelijkheid voor mindervaliden wordt geregeld via het aanvullend openbaar vervoer. Het aanvullend openbaar vervoer zal altijd toegang hebben tot de zones. De vaste taxi's van de AOV- aanbieders hebben automatisch een ontheffing. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 7 van 13 Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 4. Motie nummer 21 van raadsleden J.S.A. Vroege (D66), A.A.M. Marttin (VVD) en N. Yilmaz (DENK) inzake iedere taxichauffeur herkenbaar en herleidbaar. Het college deelt de wens dat taxichauffeurs herkenbaar, herleidbaar en aanspreekbaar moeten zijn en er wordt gekeken hoe hiermee omgegaan kan worden in het nieuwe stelsel, ook in samenwerking met de branche. Voor de besteld vervoermarkt via een platform geldt dat de chauffeur al bekend is bij de klant en de klant bekend bij de chauffeur. Voor opstapvervoer geldt een wettelijke verplichting dat de chauffeur zich kenbaar moet maken aan de klant. Chauffeurs moeten een taxi-informatiekaart voeren en de klant een ritbewijs overhandigen aan het eind van de rit. Op deze informatiekaart en op het ritbewijs moeten onder andere de contactgegevens van het taxibedrijf staan, net als de tarieven en de gegevens waar een eventuele klacht kan worden ingediend. Hierdoor is een taxi te achterhalen indien er sprake is van een misdraging of bijvoorbeeld verkeersonveilig gedrag. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 5. Motie nummer 22 van raadsleden E.C. IJmker (GroenLinks), S. Mbarki (PvdA), E.A. Flentge (SP) en N. Yilmaz (DENK) aangenomen waarin het college gevraagd wordt om: a. Aanvullend onderzoek uit te voeren naar de impact van platforms op de taximarkt. In het kader van het Social Charter heeft de Universiteit Maastricht (ROA) in opdracht van Uber onafhankelijk onderzoek gedaan naar onder meer de tevredenheid, inkomsten en werktijden van de chauffeurs die de Uber-app gebruiken. Het eerste deel van het onderzoek naar de verdiensten van chauffeurs is in 2021 aan u voorgelegd, met een analyse van onder andere de werktijden en verdiensten van chauffeurs die de Uber-app gebruiken. Hiervoor is gebruikgemaakt van Uber-data over de periode 2016-2019. Het tweede deel van het onderzoek, waarin onder meer de motieven van chauffeurs worden gedeeld om voor Uber te werken, is in maart 2023 gepubliceerd (bijlage 2, tevens eindrapport). In dit onderzoek is onder meer ingegaan op de tevredenheid van de chauffeurs over het werk via Uber, de impact van de coronacrisis op het werk- en privéleven en de motieven om via Uber te werken. Dit is onderzocht op basis van een enquête die is uitgestuurd naar alle chauffeurs die minstens vier ritten per maand in Amsterdam via de Uber-app hebben gereden, in de periode tussen juni 2022 tot en met augustus 2022. Tevens is in dit eindrapport op basis van een dataset van Uber een analyse gemaakt van de gemiddelde verdiensten en werktijden van de Uberchauffeurs tot en met augustus 2022. Conclusie tweede ROA onderzoek De coronacrisis heeft grote gevolgen gehad op de vraag naar taxi en de tevredenheid en financiële situatie van taxichauffeurs. De resultaten uit het ROA rapport bevestigen deze conclusies. Uit de resultaten blijkt ook dat de bruto-inkomsten per vur sinds 2022 sterk zijn toegenomen en Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 8 van 13 inmiddels gemiddeld 4,1% hoger liggen dan in 2019 (pré-corona). Wel zijn er grote verschillen per chauffeur in de gemiddelde bruto-inkomsten per vur en het in gemiddelde aantal uren online. Ook wordt geen inzicht gegeven in de gemiddelde kosten van een chauffeur. De kosten van de chauffeur hebben een groot effect op de uiteindelijke nettowinst en kunnen per chauffeur behoorlijk verschillen. Om deze reden kan op basis van dit onderzoek niet de conclusie worden getrokken of een gemiddelde taxichauffeur meer of minder overhoudt dan in de Taxi CAO staat aangegeven. Ook is er een groot verschil in de inkomsten tussen chauffeurs, zo verdiende een kwart van de chauffeurs minder dan €24,27 per vur en een kwart verdiende meer dan €38,36 per uur. Het verschil in het gemiddelde uurtarief ligt volgens Uber aan drie variabelen: 1) het percentage van de aangeboden ritten dat de chauffeur accepteert; 2) de dienst die de chauffeurs via Uber aanbieden; 3) waar, wanneer en hoeveel de chauffeur rijdt. Het aantal chauffeurs dat in Amsterdam gebruik maakt van de Uber-app is sinds de piek in december 2019 gedaald van ruim 5.200 chauffeurs naar 4.000 chauffeurs in augustus 2022. Eerder heeft het College onderzoeker de heer Joost Poort opdracht gegeven om onderzoek te doen naar het netto verdienvermogen van een gemiddelde Uberchauffeur. De resultaten van dat onderzoek zijn in de raadsbrief van 7 april 2022 met v gedeeld. De heer Poort concludeerde in zijn onderzoek dat een zelfstandige chauffeur die fulltime actief is via de Uber-app, net iets meer overhoudt dan een chauffeur in loondienst, vanwege de fiscale voordelen die het zelfstandig ondernemerschap met zich meebrengt. De jaarlijkse nettowinst van een fulltime zelfstandige Uber-chauffeur (€24,.233), in 2019, die gebruikmaakte van een tweedehands Toyota Prius en geld reserveerde voor zijn pensioen en arbeidsongeschiktheid kwam op jaarbasis €2.000 hoger uit dan de netto jaarinkomsten van een gemiddelde chauffeur in loondienst (€22.197). De heer Poort concludeerde ook dat de inkomsten van zelfstandige ondernemers doorgaans onvoldoende buffer bieden in tijden van tegenspoed. Werktijden De bruto verdiensten per maand verschillen afhankelijk van het aantal vren online en het moment van rijden. De verdiensten zijn het hoogst in de vroege ochtenden en in het weekend. Gemiddeld zijn de chauffeurs 25 vur per week online via de Uber-app. Chauffeurs kunnen tegelijk ook via andere taxiplatforms of taxiorganisaties taxiritten uitvoeren of er een ander beroep op nahouden. Uit de enquêteresultaten (onderdeel van het ROA onderzoek) blijkt dat 4,9% van de respondenten aangeeft naast hun inkomen via Uber nog andere verdiensten als werknemer of zelfstandige te hebben. Het aantal vur dat chauffeurs online zijn via de Uber-app verschilt daarom sterk. Van de chauffeurs die gebruikmaken van de Uber-app is 25% meer dan 32 vur per week online. 27% van de chauffeurs is maximaal twaalf vur online via de Uber-app. Tevredenheid chauffeurs over werken via de Uber-app Uit het onderzoek blijkt dat de coronacrisis en de bijhorende maatregelen een grote impact hebben gehad op het beschikbare werk voor chauffeurs in het jaar 2020. Tevens blijkt dat de coronacrisis grotere negatieve invloed heeft gehad op de werktevredenheid. De helft van de chauffeurs die heeft deelgenomen aan de enquête uit het ROA onderzoek geeft aan veel negatieve gevolgen te hebben ervaren van de coronacrisis, zoals stress bij het werk, angst voor verlies van werk, stress thuis, financiële zorgen en zorgen over de gezondheid. Van deze groep is 41% (zeer) ontevreden met het werk via de Uber-app. Daarentegen geeft 63% van de groep Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 9 van 13 chauffeurs die weinig negatieve gevolgen heeft ervaren van de coronacrisis aan juist (zeer) tevreden te zijn met het werk via de Uber-app. De tevredenheid met het werk hangt ook samen met de verdiensten, des te meer men verdient, des te groter de werktevredenheid. Grote groei in het gebruik van de Uber-app 2016 — 2022 Verder valt uit het onderzoek te concluderen dat Uber met haar app voorziet in de behoefte van zowel klant als chauffeur. De klant beoordeelt de ritten van Uber gemiddeld met een 4.83 op 5. Het totale aantal ritjes per maand via de Uber-app lag in februari 2022 zes keer hoger dan in februari 2016. Ook het aantal chauffeurs is sinds 2016, met uitzondering van de coronaperiode, sterk toegenomen. Met de oplevering van dit onderzoek zijn de afspraken die gemaakt zijn in het Social Charter afgerond. Daarnaast heeft ook FNV een onderzoek gepubliceerd over de inkomsten van Uber-chauffeurs en de rol van Uber als opdrachtgever (“Witboek Taxi zonder daklicht”). Onderzoek naar impact van alle platforms is ingewikkeld, omdat we richting de platforms geen enkele bevoegdheid hebben qua gegevenslevering. Daarnaast hebben we evenmin bevoegdheden om dit gedeelte van de markt te reguleren. Op vragen van het Tweede Kamerlid Kathmann (PvdA) n.a.v. het rapport van onderzoeksbureau Beke d.d. 25 januari 2023, heeft de Minister van Justitie en Veiligheid geantwoord dat uit rapport Beke niet volgt dat het indammen van grote taxiplatforms de georganiseerde criminaliteit tegengaat. De onderzoekers constateren dat de taxibranche aantrekkelijk is voor criminele organisaties. Dit betekent dat er gekeken moet worden, zowel op bedrijfsniveau als individueel chauffeursniveau, waar knelpunten zitten en hoe deze kunnen worden aangepakt. Door Openbare Orde en Veiligheid (OVV) wordt met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W), het ministerie van Justitie en Veiligheid (J&V), de ILT, het Openbaar Ministerie, de politie, het Regionale Informatie en Expertise Centrum Amsterdam-Amstelland en de Belastingdienst naar aanleiding van rapport Beke verkend welke maatregelen er kunnen worden getroffen. b. Bij landelijke lobby in te zetten op aanpassing van WP20o0o waarbij gemeentes bevoegdheid krijgen om regelgeving op te stellen voor de gehele taximarkt in Amsterdam. De huidige problematiek op de straattaximarkt op het gebied van betrouwbaar en veilig taxivervoer en grip op aantallen taxi's in drukke gebieden kan met de huidige wetgeving niet opgelost worden voor de gehele straattaximarkt. Zoals in de inleiding is aangegeven heeft het ministerie van I&W een evaluatie vitgevoerd naar de huidige taxiwet- en regelgeving. In Q1 2024 wordt de evaluatie naar verwachting naar de Tweede Kamer gestuurd. Om in de toekomst wel lokale regels te kunnen stellen voor betrouwbaar en veilig vervoer op de hele Amsterdamse straattaximarkt, zet het college in op actieve samenwerking met het Rijk bij herziening van de WP 2000. Hierbij wordt zo mogelijk samen opgetrokken met ketenpartners en met gemeenten die zijn aangesloten bij de Gemeentelijk Instituut voor Mobiliteit en Infrastructuur Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 10 van 13 (GNMI) en de Koninklijke Nederlands Vervoer organisatie (KNV). Naast de G4 zijn ook enkele middelgrote gemeenten bij het GNMI aangesloten. c. Te onderzoeken welke juridische mogelijkheden er zijn om platforms zoals Uber die actief zijn in Amsterdam te verplichten hun data te delen met de gemeente. Bedrijven zoals Uber zijn op dit moment niet verplicht om data te delen met de gemeente. In het kader van de Amsterdamse voorwaarden/{digitale mobiliteitsdiensten bekijken we in hoeverre we kunnen realiseren dat bedrijven desondanks meer data met ons delen. Zoals gezegd, ontbreekt het ons aan juridische gronden om dit verplicht te stellen. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 6. Motie nummer 62 van raadslid N. Yilmaz (DENK) inzake het in G4-verband sturen van een brandbrief naar de minister (van I&W) met de oproep om de Wet personenvervoer 2000 zo spoedig mogelijk te moderniseren. Zoals in de inleiding van deze raadsinformatiebrief is beschreven, heeft het ministerie van I&W een evaluatie uitgevoerd naar de taxiwet- en regelgeving, onderdeel van de WP 2000. Deze evaluatie wordt naar alle waarschijnlijkheid in Q1 gedeeld met de Tweede Kamer. Amsterdam is al enige tijd met de ministeries van I&W en J&V in gesprek over de taxi-uitdagingen die in de stad spelen en is betrokken bij de evaluatie. Het doel van de gezamenlijke brandbrief zoals vermeld in vw motie is dat de WP20oo wordt gemoderniseerd. Met de evaluatie van de WP2000 door het ministerie van I&W, is hier al mee gestart. Amsterdam trekt hierin op met de bij het GNMI aangesloten gemeenten en de KNV. Daarnaast hebben op 22 mei en 7 september jl. sessies plaatsgevonden met de gehele taxibranche waarin we hebben gezocht naar mogelijkheden voor een gezamenlijke inbreng over onze visies voor een toekomstig taxistelsel richting het ministerie van I&W. Mocht uit de evaluatie niet voldoende blijken dat de landelijke wetgeving zodanig wordt aangepast dat de gemeente voldoende grip krijgt op de gehele straattaximarkt in Amsterdam, zal er een (gezamenlijke) lobby opgezet worden. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 7. Motie nummer 63 van raadslid N. Yilmaz (DENK) inzake het realiseren van méér taxistandplaatsen voor taxichauffeurs. De huidige taxistandplaatsen zijn voorbehouden aan TTO-chauffeurs. De afgelopen jaren is het aantal TTO-chauffeurs afgenomen door de opkomst van het besteld vervoer. Hierdoor is het aandeel chauffeurs dat gebruik mag maken van de taxistandplaatsen geslonken. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 11 van 13 Daarnaast is de rol van de taxistandplaatsen de laatste jaren behoorlijk veranderd. Waar de taxistandplaats voorheen de voornaamste plek was waar vraag naar en aanbod van taxi bij elkaar kwamen, worden taxi's tegenwoordig steeds vaker besteld. De behoefte van taxichauffeurs om gebruik te maken van taxiplaatsen in de stad ontstaat niet alleen gedurende het aanbieden van opstaptaxivervoer. Ook taxichauffeurs voor besteld vervoer hebben behoefte aan pauzef/wacht plekken, in- en uitstapplekken en laadplekken. Een van de maatregelen uit de ATA is om nieuw taxiplaatsbeleid met een afwegingskader op te stellen voor de hele straattaximarkt, waarin de verschillende typologieën en functies van taxiplaatsen worden gedefinieerd (standplaatsen, in- en vitstapplekken, pop-up plekken, laad- en bufferplekken). Aan de hand van het taxiplaatsbeleid wordt de wijze herzien waarop taxiplaatsen in Amsterdam worden ingericht en gebruikt. Na vaststelling van het nieuwe taxiplaatsbeleid kan onder meer op basis van monitoringsresultaten worden bepaald op welke locaties taxiplaatsen aangewezen, aangepast of verwijderd moeten worden. Dit nieuwe taxiplaatsbeleid wordt naar verwachting in 2024 vastgesteld. Het college wil in ieder geval meer in- en uitstapmogelijkheden faciliteren in gebieden en op tijdstippen met veel vraag naar taxi. Voor deze plekken geldt dat een taxi er kort mag staan voor het laten in- of uitstappen van een passagier. Tevens wil het college de leefbaarheid op de drukke aandachtlocaties verbeteren door leeg rondrijdende taxi's zoveel mogelijk te voorkomen, onder meer door de inzet van taxizones en het realiseren van bufferplekken op locaties die daar (wel) de ruimte voor bieden. Deze plekken kunnen door taxichauffeurs worden gebruikt om te pauzeren of te wachten op een volgende rit. De openbare ruimte is schaars en dient zo effectief en efficiënt als mogelijk gebruikt te worden. In de binnenstad is vanwege de grote druk op de openbare ruimte slechts beperkt ruimte voor de taxistandplaatsen die 24/7 toegankelijk zijn. Er zal meer ruimte worden gemaakt voor gemengd functiegebruik van plekken. Afhankelijk van de vraag en behoefte per gebied zal worden nagegaan of taxiplaatsen, touringcarhaltes, laad- en losplekken en andere parkeerplekken gemengd gebruikt kunnen worden, bijvoorbeeld door invoering van venstertijden. Verder streeft het college naar een uitstootvrije taxizone binnen de ring Azo vanaf 2025, met een overgangsregeling voor bepaalde niet-uitstootvrije taxi's. In het Zero Emissie (ZE) Convenant uit 2016 is al eerder afgesproken dat het aantal vitstootvrije taxiplaatsen gefaseerd wordt uitgebreid om de taxibranche te stimuleren tot een uitstootvrije markt. Dit is bekrachtigd in het lokale convenant van september 2022. Tegelijkertijd houdt het college rekening met de financieel zware jaren voor de taxichauffeurs in verband met de corona pandemie. Daarom zal de uitbreiding van het aantal vitstootvrije taxiplaatsen voorlopig niet ten koste gaan van bestaande niet-uitstootvrije taxiplaatsen. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 8. Motie nummer 65 van raadslid N. Yilmaz (DENK) inzake uitgebreide evaluatie van het nieuwe taxibeleid in vergelijking met rapport Beke en deze naar de Raad te sturen voor de zomer van 2024. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 12 van 13 De ATA is een adaptieve aanpak. Monitoring en evaluatie staan centraal. De effecten van de genomen maatregelen worden voortdurend onderzocht, en de voortgang op de doelstellingen wordt gemonitord. Indien de monitoringsresultaten daarom vragen worden maatregelen aangepast, extra ingezet of juist afgeschaald. De taxizones zijn nog niet van kracht. Ik heb u middels een raadsinformatiebrief op 11 januari 2023 hierover geïnformeerd. Daarnaast is de taximarkt de afgelopen tijd behoorlijk veranderd. Er vindt een verschuiving plaats van de opstapmarkt naar de bestelmarkt en de chauffeurs hebben door de gevolgen van de coronacrisis minder financiële ruimte voor investeringen. Tevens heeft het ministerie van I&W een evaluatie uitgevoerd naar de huidige taxiwet en regelgeving, onderdeel van de WP 2000. Het college zal v in Q2 2024 informeren over de huidige stand van zaken met betrekking tot de ATA. Na inwerkingtreding van de eerste taxizones zullen we u regelmatig informeren over de voortgang van de uitvoering van de Agenda Taxi. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Ad 9. Motie nummer 1273 van raadslid Vroege (D66) inzake het meenemen van antisemitisme bij de veiligheidsmaatregelen voor taxivervoer. Het college wil benadrukken dat elke vorm van discriminatie, intimidatie of bejegening onaanvaardbaar is. Helaas is discriminatie een probleem dat speelt in de gehele samenleving en op allerlei terreinen, niet alleen in de taxibranche. Het bestrijden van discriminatie heeft blijvend onze aandacht. In juli 2019 is de intentieverklaring ‘Discriminatievrije Taximarkt Amsterdam’ getekend om discriminatie in de taximarkt tegen te gaan. In de intentieverklaring spreken alle Amsterdamse TTO'S, Uber, ViaVan en Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) samen met de gemeente en het MDRA zich uit tegen discriminatie in de taxibranche. De intentieverklaring is in opdracht van de gemeente Amsterdam in 2021 door IZI Solutions geëvalveerd. De conclusies en aanbevelingen zijn terug te lezen in het meegestuurde evalvatieonderzoek (bijlage 2). Uit het evaluatierapport blijkt dat er te weinig zicht is op de daadwerkelijke aard en omvang van discriminatie in de taxiwereld. Bij de taxiorganisaties komen bovendien weinig meldingen binnen van discriminatie. Uit de evaluatie blijkt voorts dat het college weinig bevoegdheden heeft om discriminatie in de taxibranche preventief tegen te gaan. Het college gaat daarom in het kader van het samenwerkingsplatform Taxio20 samen met de taxibranche aan de slag. Medio 2021 is een nieuw 'Mystery quest’ onderzoek opgestart. Mystery guests geven een beeld hoe klanten taxiritten ervaren. Ze worden ingezet om te beoordelen of de taxichauffeurs hun werk op een kwalitatief goede manier uitvoeren. Ook wordt gekeken naar discriminatie in de taxibranche. De mystery quest beoordeelt onder meer of de chauffeur verkeersveilig rijdt, een eerlijke prijs hanteert en netjes en niet discriminerend handelt. In de periode juli 2021 tot en met Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 16 janvari 2024 Pagina 13 van 13 juni 2023 zijn 360 ritten uitgevoerd. In ca. 2,5% van de gevallen (9 ritten) heeft de mystery quest aangegeven dat deze niet netjes en/of discriminerend is bejegend. Het is lastig onderscheid aan te brengen tussen niet netjes behandeld worden of discriminerende gedragingen. In een deel van deze g ritten zou het mogelijk om discriminerend gedrag kunnen gaan. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. In Q2 2024 komen we bij u terug over een nieuwe planning en een mogelijke herindeling van het maatregelenpakket uit de ATA. Tegen die tijd zal er ook meer bekend zijn over de planning rondom de inwerkingtreding van taxizones. Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, Met vriendelijke groet, / A) A Fn EN | (A TREEDN LA EE D- rn Femke Halsema Melanie van der Horst Burgemeester Wethouder Verkeer en Vervoer Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
13
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1404 Datum akkoord college van b&w van 25 oktober 2016 Publicatiedatum 26 oktober 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de leden Groen en Ernsting (beiden GroenLinks) inzake vervuiling door zeecruises. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: Op 21 mei 2016 meldde het Parool dat in Amsterdam de MS Koningsdam welkom werd geheten door wethouder Ollongren. De MS Koningsdam is het nieuwste en grootste cruiseschip van rederij Holland America Line krijgt ten minste in 2016 en in 2017 Amsterdam als thuishaven, met per jaar dertien afvaarten. Op diezelfde dag publiceerde The Guardian een artikel over de milieubelasting door de cruisevaart. Op 23 mei 2016 kwam in Rotterdam deze Harmony of Seas aan, een nog (groter) cruiseschip dan de MS Koningsdam. Die prachtige rustgevende naam kan niet verhullen dat het 362 meter lange schip zes grote dieselmotoren aan boord heeft, die op vol vermogen per dag in totaal 250.000 liter zware stookolie van de meest vervuilende soort verbranden, aldus een nieuwsbericht op nos.nl. Op vol vermogen op open zee, stoot de Harmony of the Seas volgens The Guardian net zoveel CO2 uit als 84.000 auto's, net zoveel stikstofoxide als ruim 400.000 auto's, zoveel fijnstof als ruim 1 miljoen auto's en zoveel zwaveldioxide als 376 miljoen auto's. In de buurt van Europa en de VS en in havens moet het schip brandstof gebruiken met minder zwaveldioxide of de uitstoot beperken met een soort katalysator in de schoorsteen. Maar ook in rust verstookt een groot cruiseschip zo'n 700 liter brandstof per uur, net zoveel als honderden vrachtwagens, om elektriciteit op te wekken, aldus de NOS. De uitstoot van een kleiner schip als de MS Koningsdam is weliswaar lager dan die van een schip als Harmony of the Seas, maar nog altijd erg groot. De aanlegplek voor de MS Koningsdam bij de Passenger Terminal Amsterdam (PTA) ligt bovendien ín de milieuzone vrachtverkeer en de voorgestelde overige milieuzones, omdat er in de directe omgeving gewoond wordt en de luchtkwaliteit er sowieso al niet best is. De fractie van GroenLinks vindt dat de belasting van de binnenstad ten gevolge van zeecruise zoveel mogelijk beperkt moet worden. Bij de investering in de zeesluis is daarnaast in de raadsvergadering van 26 november 2014 motie nr. 1156 (van de leden Groen en De Heer) aangenomen, waarin het college wordt opgeroepen om bij zeecruise de mogelijkheden van walstroom en (bio)Ing te onderzoeken en verder ook de afvalstromen van de zeecruise zo duurzaam mogelijk te verwerken. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer ke Ektober 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 Gezien het vorenstaande hebben de leden Groen en Ernsting, namens de fractie van GroenLinks, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met het artikel op nos.nl en met het artikel van The Guardian? Antwoord: Ja, het college is hiermee bekend. 2. Kloppen de cijfers van die artikelen over de uitstoot? Antwoord: De herkomst van de cijfers is onbekend. Om uw vraag te beantwoorden hebben wij informatie ingewonnen binnen de eigen gemeentelijke diensten en bij het Havenbedrijf Amsterdam NV (Hb NV). Van HbA NV hebben wij de volgende informatie ontvangen: Om de milieubelasting van het varen en het verblijf in de haven te beperken zijn en worden internationaal maatregelen genomen. HbA NV heeft een actieve rol in het aanscherpen van de internationale regelgeving op het gebied van schone scheepvaart, zoals bijv. m.b.t. het beperken van het zwavelgehalte. Vanaf 1 januari 2015 behoort de Noordzee, Baltische zee en Noord-Amerika tot het SECA-gebied (Sulphur Emission Control Area). In dit gebied mogen schepen alleen varen op brandstoffen met een maximaal zwavelgehalte van 0,1%. Dit geldt ook voor de cruiseschepen die Amsterdam aandoen. De cijfers lijken uit te gaan van de situatie dat 24-uur op vol vermogen wordt gevaren, hetgeen in de praktijk niet of nauwelijks voorkomt. 3. Doen schepen van de omvang van de Harmony of the Seas de PTA aan? Zo nee, wat is de maximale omvang van cruise schepen die in Amsterdam kunnen aanleggen? Antwoord: Nee, de Harmony is 362 x 66 meter en in Amsterdam bij de PTA past max. ca. 340 x 40 meter. 4. Wat zijn voor de MS Koningsdam de cijfers qua brandstofverbruik en uitstoot van stoffen als CO2, NOx, fijnstof en Zwaveldioxode op zowel volle zee, als in de haven? Antwoord: Het college en het Havenbedrijf Amsterdam beschikken niet over deze informatie. De kentallen voor de scheepvaart zijn wel bekend. De emissiekentallen van NOx en fijnstof (PM10) van zeeschepen, waaronder passagiersschepen, zijn beschreven in een TNO rapport uit 2013 (Bron: TNO 2013 R-11211 Kentallen zeeschepen ten behoeve van emissie- en verspreidingsberekeningen AERIUS). De tabel met emissiekentallen vindt u ter volledigheid in de bijlage. 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 De zeeschepen die Amsterdam aandoen dienen aan de internationale regelgeving ten aanzien van milieuaspecten te voldoen. Hierin is uiteraard ook de uitstoot van de genoemde stoffen geregeld. De Inspectie Leefomgeving en Transport (lLenT) controleert op het gebruik van de juiste brandstoffen door en de uitstoot van (zee)schepen. De inspecteurs gevaarlijke stoffen van de Divisie Havenmeester voeren controles uit aan boord van (zee)schepen. Daarnaast wordt in de buurt van de eilanden in de stad (Java- eiland etc) gecontroleerd op de naleving van het generatorverbod, als binnenvaartschepen daar afgemeerd zijn. Het college en Hb NV volgen nauwgezet de ontwikkelingen op nationaal en internationaal niveau omtrent de verduurzaming van de maritieme sector. Op 31 mei 2016 zijn in de Tweede Kamer twee moties ingediend die het belang van inzet vanuit de regering voor verduurzaming van de maritieme sector onderstrepen. De motie van de D66-kamerleden Van Veldhoven en Belhaj en van PvdA-Kamerlid Jacobi samen met GroenLinks-Kamerlid Van Tongeren, passen bij de lijn van Netherlands Maritime Technology (NMT) waarin duurzaamheid centraal staat. De moties zijn aangenomen. Het college kijkt met belangstelling uit naar de uitwerking van de op 31 mei 2016 aangenomen moties. 5. Hoe wekt de MS Koningsdam stroom op als zij in de haven ligt? Antwoord: De Koningsdam wekt tijdens het verblijf in de haven stroom op via 1 generator (hulpmotor), vermogen 12 Megawatt. Het schip is uitgerust met een uitlaatgassenwasser (een zogeheten scrubber), waardoor de uitstoot van zwavel voldoet aan de norm van 0,1% en de uitstoot van fijnstof tot ca. 90% wordt verminderd (Bron: RH-DHV, 14 september 2010, rapport Haalbaarheidsstudie walstroom en AMECS voor zeevaart in Haven Amsterdam par. 5.1, p.31). Het waswater van de scrubber voldoet aan de strengste normen voor de waterkwaliteitseisen. De Koningsdam is verder uitgerust met walstroom- aansluiting en is daarmee voorbereid op eventuele mogelijkheden voor aansluiting op walstroom. 6. Wordt de luchtkwaliteit in de omgeving gemeten als er een cruiseschip ligt? Zo ja, wat zijn de meetresultaten? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Nee, de luchtkwaliteit wordt niet specifiek gemeten op het moment dat er een cruiseschip ligt. Wel wordt de luchtkwaliteit in Amsterdam het hele jaar door gemeten op een groot aantal locaties in de stad, ook in de buurt van de PTA. De metingen geven een beeld van de luchtkwaliteit op plekken waar mensen wonen; die luchtkwaliteit wordt bepaald door talloze bronnen binnen en buiten Amsterdam. 3 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 Op de stations uit het Automatisch Luchtmeetnet van de gemeente Amsterdam (beheerd door de GGD) worden de metingen continu, op uurbasis, 24/7 uitgevoerd. Onder andere op de Oudeschans op ruim 1 km afstand van de PTA, waar continu de concentratie NOx wordt gemeten. De actuele en historische meetresultaten zijn online te bekijken en te downloaden (www.luchtmeetnet.nl). Het meetnet is echter niet bedoeld (en ook niet geschikt) voor bronherkenning. De vraag ‘wat is de bijdrage van cruiseschepen aan de luchtkwaliteit en tot op welke afstand van de bron is deze bijdrage van invloed? * kan niet vanuit het meetnet, maar wel met modelberekeningen worden beantwoord, eventueel aangevuld met meetresultaten ter validatie. Hoewel metingen dus niet geschikt zijn voor bronherkenning, zou een hogere concentratie NOX in de buurt van PTA wel kunnen duiden op een relatie tussen de uitstoot van de cruiseschepen en verminderde luchtkwaliteit. Dit blijkt echter niet het geval te zijn: vorig jaar werd op de Javakade een jaargemiddelde NO2 concentratie van 30,9 microgram/m3 gemeten. Ter vergelijking: op ‘achtergrond’station Oudeschans — gelegen op ruim 1 km afstand van de PTA - was dit 29,2 microgram/m3, in de Spuistraat 38,1 microgram/m3 en op de Prins Hendrikkade 52,4 microgram/m3. De jaargemiddelde norm voor NO2 is 40 microgram/m3. 7. Hoe verhoudt deze uitstoot zich tot de door de milieuzones verminderde uitstoot van het wegverkeer? Antwoord: Deze twee soorten uitstoot zijn qua effect moeilijk vergelijkbaar. De uitstoot van zeeschepen vindt in Amsterdam namelijk plaats op relatief grote hoogte (tot tientallen meters). Hierdoor is het verspreidingspatroon van en de blootstelling aan de uitgestoten stoffen anders dan bij voertuigen. De uitstoot bij bijvoorbeeld personenauto's vindt plaats op een hoogte van slechts 20 â 30 centimeter boven het maaiveld. Wat betreft uitstoot van zeeschepen kunnen hooggeplaatste luchtbehandelingsinstallaties de verontreinigde lucht aanzuigen, hetgeen door filtering kan worden geneutraliseerd. De milieuzone in Amsterdam zorgt voor gezondere lucht op drukke straten waar de luchtkwaliteit echt onvoldoende is. Op deze straten zorgt verkeer voor een groot deel van de roetuitstoot. De scheepvaart heeft op deze straten een veel kleinere bijdrage aan de slechte lucht. De milieuzone draagt juist op drukke straten bij aan een substantiële vermindering van de uitstoot van roet door verkeer. Amsterdam werkt overigens door verschillende maatregelen aan gezondere lucht voor iedereen. Het Havenbedrijf werkt mede in het kader van de Visie 2030 aan schone scheepvaart en het stimuleren van internationale initiatieven voor o.a. schonere brandstoffen in de scheepvaart, waarbij er ook naar wordt gestreefd de milieueffecten verder te beperken dan wettelijk is toegestaan. Zeeschepen, incl. cruise, krijgen bijv. lagere haventarieven als de uitstoot (zwavel, NOx, CO2) onder de wettelijke norm ligt. In 2016 zal Havenbedrijf Amsterdam haar Visie op schone scheepvaart finaliseren. 4 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 8. Is ereen gevaar voor de volksgezondheid of voor mensen met een zwakke longfunctie in de directe omgeving als er een cruiseschip is aangemeerd bij de Passenger Terminal? Antwoord: Het RIVM heeft voor de agglomeratie Amsterdam-Haarlem berekend wat de (gemiddelde) bijdrage is van de zeescheepvaart — dus niet alleen cruiseschepen. De bijdrage van de internationale scheepvaart aan de NO2 en PM10 concentratie was in 2014 (meest recente cijfers) respectievelijk 1,9 en 1,1 microgram/m3. Specifiek voor Amsterdam beschikt het RIVM niet over cijfers. Wel heeft het RIVM als gemiddelde voor heel Nederland berekend dat de bijdrage van de internationale scheepvaart 1,2 microgram/m3 aan de NO2 concentratie en 0,8 microgram/m3 aan de PM10 concentratie is (bron: RIVM, GCN rapportage 2015). De jaargemiddelde norm voor PM10 is 40 microgram/m3. De bijdrage van de internationale scheepvaart is derhalve relatief gering. Uit de berekeningen van het RIVM (zie vraag 6) volgt dat de bijdrage van de scheepvaart aan de luchtkwaliteit relatief gering is. Daarbij is van belang dat de uitstoot van zeecruise plaatsvindt op grote hoogte en warm is, waardoor verontreinigingen eerst hoger in de lucht terechtkomen. Daar vindt verdunning door de wind plaats, waardoor de concentraties dalen. Op straatniveau zijn de effecten daarom minder dan op de hoogte waarop de uitstoot plaats vindt. Er is dan ook geen aanleiding aan te nemen dat er voor de volksgezondheid van een gevaarlijke situatie sprake is. Dit neemt niet weg dat vermindering van de uitstoot (van zowel zeecruise als wegverkeer en andere bronnen) altijd tot gezondheidswinst leidt, hetgeen aanleiding is schonere scheepvaart te blijven bevorderen. 9. Wanneer kunnen cruiseschepen gebruik maken van walstroom bij de Passenger Terminal? Antwoord: Het verduurzamen van de cruise is een belangrijk doel van HbA NV, zoals ook vastgelegd in de Visie 2030. De toepasbaarheid van walstroom is echter afhankelijk van internationale regelgeving en technologische ontwikkelingen. De veranderende houding van de markt opent mogelijkheden voor het vaststellen van duidelijke vervolgstappen voor de verduurzaming van de cruise. Hieronder zullen we op enkele aspecten van de toepasbaarheid van walstroom ingaan. Gelet op de internationale regelgeving opteren veel rederijen voor andere maatregelen dan walstroom om de milieueffecten te beheersen. In hoofdlijnen gaat het om (í) installaties van zogeheten gaswassers in de uitlaat om uitlaatgassen te reinigen — nabehandeling uitlaatgassen — of (ii) om het gebruiken van LNG als brandstof. Beide maatregelen hebben — anders dan walstroom — effect bij het varen én bij het verblijf in havensteden; ze hebben dus niet alleen lokaal effecten. Per 1-1-2021 zal mede op initiatief van de Europese zeehavens incl. HbA NV, voor zogeheten NECA-gebieden (de Noordzee, Het Kanaal en de Baltische Zee) de verplichting gelden de uitstoot van NOx (stikstof) voor nieuwe schepen terug te dringen door toepassing van uitlaatgasreiniging (katalysatoren 5 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 of andere rookgasreiniging) of door te varen op LNG. Bij het gebruik van LNG in bebouwd gebied zal rekening moeten worden gehouden met externe veiligheidsfactoren. In 2008 en 2010 zijn in opdracht van HbA NV haalbaarheidsonderzoeken naar de toepassing van walstroom uitgevoerd. M.b.t. zeecruise is geconcludeerd dat: — een walstroominstallatie bij de PTA voor 1 ligplaats ca. € 5 miljoen en voor 2 ligplaatsen ca £8 miljoen kost (prijspeil 2008); — kosten voor aanpassingen aan boord van 1 zeecruiseschip € 1 tot € 1,5 miljoen bedragen (prijspeil 2008); — de walstroominstallatie voornamelijk in het cruiseseizoen van april t/m oktober gebruikt zal worden, in de overige maanden wordt de installatie niet gebruikt; — _na aankomst, respectievelijk voor vertrek kost het ca. 1 uur om aan te sluiten en de motoren af te zetten, respectievelijk de motoren weer op te starten en af te koppelen van de walstroom; — er nog onvoldoende zeecruiseschepen aangepast zijn om walstroom te kunnen ontvangen; — toentertijd onvoldoende draagvlak bij rederijen aanwezig was om hun schepen aan te passen. Langzaam aan komen er echter meer zeecruiseschepen in de vaart die geschikt gemaakt zijn voor walstroom. HbA NV zal daarom bij de dit jaar te finaliseren Visie op schone scheepvaart het aspect van walstroom opnieuw onderzoeken en bezien in hoeverre het realiseren van walstroom voor zeecruise een realistische optie kan worden. HbA NV sluit daarbij aan bij het Europese Green Cruise Port project. In dit project wordt een actieplan 2030 voorbereid over het vergroenen van zeecruise. Dit omvat o.a. nader onderzoek naar maatregelen voor de reductie van de uitstoot door middel van walstroom, nabehandeling van uitlaatgassen en het gebruik van (bio)LNG. Hb NV participeert in dit project en volgt nauwgezet de internationale ontwikkelingen. 10. Hoeveel verkeersbewegingen genereert een groot cruiseschip met touringcars, toeleveringsvrachtwagens en ander gemotoriseerd verkeer op een dag? Wat is de uitstoot die daarbij komt kijken? Antwoord: Dit varieert sterk, afhankelijk van de grootte van het schip en het type passagier. Bij een grote turnaround (begin en einde van de reis in Amsterdam) kan het max. om ca. 50 á 60 bus- en ca. 400 taxibewegingen (heen en weer) gaan. De laatste jaren stimuleren rederijen de verkoop van tickets van het schip naar Schiphol per bus. De ligging van de PTA t.o.v. het CS maakt dat een aantal mensen lopend naar het station gaat, de ligging nabij het centrum heeft sowieso een beperkende invloed op het aantal verkeersbewegingen. Transit-passagiers maken weinig gebruik van taxi's. Mensen gaan lopend de stad in, richting Zouthaven voor de rondvaart, of boeken een tour via het schip (vaak per bus). Toelevering zit in de orde van grootte van ca. 15 vrachtwagens. De gemeente stuurt beleidsmatig op het verduurzamen van de taxi's (elektrische taxi's) in Amsterdam. 6 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 Ten behoeve van het vaststellen van de luchtkwaliteit stelt TNO jaarlijks emissiefactoren vast voor het gemotoriseerde wegverkeer. Dit zijn officiële schattingen van de gemiddelde praktijkemissies van voertuigen, uitgesplitst per voertuigtype, Euroklasse, weg type en verkeerssituatie. Meer informatie is te vinden op de website van TNO: https://www.tno.nl/nl/aandachtsgebieden/leefomgeving/mobility-logistics/schone- mobiliteit/emissiefactoren-voor-het-wegverkeer/ Het transport van mensen en goederen van en naar de zeecruiseschepen gaat gepaard met de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen. Het college wil deze uitstoot de komende periode terugdringen. Op 22 juni heeft de gemeenteraad ingestemd met het voorstel “Schone lucht voor Amsterdam: naar een uitstootvrij 2025.” Dit voorstel behelst onder meer de invoering van milieuzones voor touringcars, bestelvoertuigen, taxi's, en brom- en snorfietsen. De PTA ligt (ruim) binnen het gebied van deze milieuzones en dit betekent dat (na invoering van de milieuzones) alleen nog maar schonere voertuigen van en naar de schepen mogen rijden. Die voertuigen zijn dan dus schoner dan de door TNO vastgestelde emissiefactoren. 11. Welke maatregelen worden er door Holland America Line aan boord van de MS Koningsdam genomen om CO2-uitstoot te beperken? Antwoord: De Koningsdam is gebouwd conform de nieuwste IMO-eis (Energy Efficiency Design Index) , waardoor de CO2-uitstoot zo beperkt mogelijk is. Dit wordt gerealiseerd door de weerstand van het schip zo laag mogelijk te houden. Het hotelbedrijf van het schip is slim en milieuvriendelijk uitgevoerd door het gebruik van ledverlichting - energiezuinig -, automatische aan / uit switches van de verlichting, een innovatieve airco-bediening - naar behoefte en dus niet constant aan -, elektrische apparatuur van A-label - wasmachines / koelkasten etc. -, en door monitoring van het energiegebruik. Verder is bewustwording en training van de bemanning een belangrijk onderwerp. Aan boord is 1 dedicated- officier voor milieu aangesteld: de environmental officer. 12. Zijn er met de eigenaar van de MS Koningsdam afspraken gemaakt in lijn met motie 1156: dus betreft gebruik van walstroom of (bio)LNG en wat betreft het duurzaam verwerken van de afvalstromen van het schip? Antwoord: Nee, Hb NV richt zich op de scheepvaart als geheel en niet op één schip in het bijzonder. Dit betekent dat over de hele linie wordt ingezet op schone scheepvaart, o.a. door het geven van kortingen op het havengeld voor schonere zeeschepen (Environmental Ship Index). In internationaal verband (zoals het World Port Climate Initiative) bepleit HbA NV samen met andere Europese zeehavens het nemen van maatregelen voor schone brandstof, LNG en walstroom. Voor binnenvaart zijn eveneens kortingen op het havengeld mogelijk (Green Award), wordt het gebruik van walstroom - dat technisch voor binnenvaartschepen aanzienlijk beter te realiseren is dan voor schepen met de omvang van een zeecruiseschip - gestimuleerd, en is er een faciliteit LNG te tanken. Zoals bij vraag 7 en 9 is aangegeven zal HbA NV in 2016 de Visie schone scheepvaart finaliseren. 7 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 Verder geldt qua scheepsafval dat sinds 1 januari 2016 zeeschepen in de havens van Amsterdam en Rotterdam gratis en onbeperkt plastic scheepsafval — gescheiden en schoon — kunnen afgeven. Dit maakt deel uit van de Green Deal Scheepsafvalketen die het ministerie van Infrastructuur en Milieu in september 2014 met de sector heeft gesloten. Wat de Koningsdam betreft: zoals bij vraag 11 is uiteengezet is voor de rederij milieu een belangrijk issue. Op het gebied van afvalstromen richten zij zich op het minimaliseren van de hoeveelheid afval en op het scheiden van afval aan boord. 13. Welke andere maatregelen neemt het college om de milieuschade van de cruisevaart te beperken? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 12. 14. Waarom moeten deze varende mini-steden met alle bijbehorende vervuiling zo diep in het stedelijk weefsel doordringen? Antwoord: Het college volgt de met de gemeenteraad besproken Visie 2030 van Havenbedrijf Amsterdam. Daarin is geen grens gesteld aan het aantal zeecruiseschepen dat naar Amsterdam komt. Voor de positie van Amsterdam als cruisebestemming is de centrale ligging een belangrijke aantrekkingsfactor, een unique selling point. Vanuit de beleving van de stad voor cruiseschip-passagiers en rederijen - het Amsterdamgevoel -, en de beleving van het IJ als onderdeel van de grote Amsterdamse haven (voor Amsterdammers) is de huidige PTA onderscheidend van concurrerende havens. Positionering van de PTA verder van het centrum betekent langere transportafstanden en kent daarmee weer andere milieueffecten. De havengebonden toegevoegde waarde in het Noordzeekanaalgebied (in miljarden) was in 2014 in totaal 6,67 en direct 4,04. De havengerelateerde werkgelegenheid in het Noordzeekanaalgebied was in 2014 in totaal 68.335 en direct 34.157, aldus het jaarverslag 2015 van Hb NV. 15. Is er wat het college betreft een grens aan het aantal zeecruiseschepen dat naar Amsterdam kan komen? Antwoord: De Visie 2030 van HbA NV is voor wensen en bedenkingen besproken in de gemeenteraad, waarna deze is vastgesteld door de aandeelhouder. Over cruise in 2030 is op blz. 39 de volgende tekst opgenomen: “Haven 2030 In 2030 is de Amsterdamse havenregio verreweg de belangrijkste zeecruisebestemming van Nederland en één van de top-tien bestemmingen in Noordwest Europa. Bij cruise komt de diversiteit van de Metropoolregio in al haar facetten prachtig samen. De internationale bereikbaarheid (denk aan Schiphol), toeristische attracties, maar ook de trainingsfaciliteiten voor varend personeel. 8 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Los Gemeenteblad Datum 26 oktober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 De Metropoolregio heeft in 2030 een stevige positie als internationale frainingslocatie voor cruise. Amsterdam is dan ook vaak de zogeheten ‘turn-around’ haven voor de cruiseschepen, waar de reis aanvangt en eindigt. Voor de regio levert dit extra inkomsten op van passagiers die voor of na de cruise in Amsterdam verblijven. Tot 2030 verwachten we een groei van het aantal zeecruiseschepen van 137 in 2013 naar 250 in 2030 in Amsterdam en een stijging van het aantal passagiers van 300.000 in 2013 tot 450.000 in 2030. Aanvullend wordt in IJmuiden een groei van zeecruiseschepen van 39 naar 70 verwacht. Bij de riviercruise gaat het om een stijging van 350.000 passagiers nu tot 450. 000 in 2030. Om de verwachte groei na oplevering van de sluis te accommoderen is de terminal capaciteit voor zeecruise en riviercruise in 2030 uitgebreid. Cruise is dan regionaal georganiseerd (zeecruise met IJmuiden en de riviercruise met Zaanstad). Dit maakt het ook mogelijk om een breed scala aan cruisesegmenten aan de metropoolregio te binden. Van luxe cruises in het hoogste segment, tot stedentrips. Dit bereiken we samen met onze regionale partners PTA, Felison Terminal in IJmuiden, Amsterdam Cruise Port, overige nautische dienstverleners en de toeristische sector in de stad en omliggende gemeentes.” Bij het faciliteren van de hierboven genoemde groei wordt uiteraard goed gekeken naar randvoorwaarden met betrekking tot onder meer leefbaarheid, milieu en gezondheid (zie beantwoording van een aantal van vorenstaande vragen). 16. Is er wat het college betreft een grens aan de omvang van de zeecruiseschepen die in de Amsterdamse binnenstad kunnen afmeren? Antwoord: De grenzen aan de omvang van een zeecruiseschip worden bepaald door de grootte van de sluis, de grootte van de draaicirkel in de nabijheid van de Passenger Terminal Amsterdam en de lengte van de kade. Omdat de verwachting is dat de groei van cruise zal doorzetten, wordt vanuit Stad in Balans nagedacht over maatregelen om de druk op het centrum te ontlasten. Hierbij wordt o.a. gekeken naar mogelijkheden om het toerisme beter te spreiden over stad en regio. 17. Is het college op termijn bereid, schepen die niet voldoen aan (nader te specificeren) duurzaamheidseisen te weren uit Amsterdam? Welke middelen zijn daartoe geëigend? Antwoord: Het college is niet voornemens om lokale Amsterdamse duurzaamheidseisen aan zeecruiseschepen te gaan stellen. Deze schepen varen over de hele wereld. Om de sector zo te veranderen dat de milieusituatie daadwerkelijk verbeterd, is het daarom van groot belang dat het toepassingsbereik van Europese en mondiale regels wordt vergroot en de regelgeving verder wordt 9 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer ke Ektober 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 aangescherpt. Het havenbedrijf voert in overleg met andere havenbeheerders, lokale overheden en de rijksoverheid hiervoor een actieve lobby zoals bij vraag 12 is toegelicht. Het Havenbedrijf NV stimuleert zelf de schone scheepvaart door vermindering van havengeld. 18. Is het college bereid, met de verdere schaalvergroting in de cruisevaart in het vooruitzicht, versneld een passagiersterminal in Westpoort te onderzoeken? Zo nee, waarom niet? Wat zouden de voordelen zijn qua milieubelasting voor de Amsterdamse lucht? Antwoord: In het kader van het project Sprong over het IJ vindt er een haalbaarheidsstudie Ontwikkeling Zeecruise plaats. Hierbij worden ook andere locaties dan de huidige onderzocht. Bij het onderzoek worden de mogelijke effecten op het milieu meegenomen. Het onderzoek hiernaar loopt. 10 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer ke Ektober 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 24 mei 2016 Bijlage: A Emissiekentallen 2011 ho leu Stlliggen | Varen in |Varenop | Stilliggen | Varen in | Varen op {kafuur) | haven zeeiNCP |íkgfuur) | haven zeelNCP {kafkm) | (ko/km) (kafkm) | (kafkm) FEES Oletaners, oveigetankers |seoozes | os} os) or} oo) oom} oor sooossss | 15} 14) 13} oml ooes| oo sooossse | 2s| 17| 17} ooo) oo} oo |oooozsses|__ ze} 28) zo} oser| otus| ons leoooossesel zso| sol ssl oes} ozel oz) zsooooo | e12l voel asl vst) osil os) bonerep? loose | oi} os osl ome\ oon| oon) lseoozses | 02} oel or} omsl oon| one sooossss | os} 15) 14} oo3| oosr| opoe lsoooozsese | 47| zel 33) ooo} oso| ons| soooossese) z5| sol asl oore) oval om) leoooossses| 75} eel se} oml oail ozes ztooooo | 107} zel za} o2sol oxsl os Gukgoed) Foro |seoozoes | os| os) o7| oon) oon) oo) 3ooossss | 07 12l 11} omsl oos| ops sooosese | s2| zo| sol oom) oml oz) soooozsese | z4| z4| 32} oost) ovl os) lsoooosssen| 122) os) sz} osil os| os zsooooo | zel s52l s2sl oer} ozasl _ oscs| telos | ol o2l asl oml carl oor) seooasse | os| o7| oel oon} oos| oo) sooossss | osf 14} oef ooo} oel oon) sooossss | 15) 1e) 1e} omsl ovl oor ltoooozeses| Bol 32) 37} omsl ots| oa soooossses| <03} 47) 47} ozsl ozel o2ss leoooossese | +85} asl zal ozel os} oss) ztooooo | zs4| sl rel oes) oral os) mmm Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 11
Schriftelijke Vraag
11
discard
Woe008179 N% Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie TA R % Amsterdam Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter kennisneming Portefeuille Bouwen en Wonen Agendapunt 92 Datum besluit 1 maart 2022 Onderwerp Afdoening van de motie 703: Leegstand in tijden van wooncrisis: onacceptabel De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief ter afdoening van motie 703: leegstand in tijden van wooncrisis: onacceptabel. In de raadsinformatiebrief wordt ondermeer gesteld: e eris onderzocht welke mogelijkheden de Crisis- en Herstelwet biedt om woningleegstand in Amsterdam effectiever en doelmatiger te bestrijden; * op 17 februari 2022 is een nieuwe concept leegstandverordening met daarin opgenomen de antileegstandsmaatregelen vit de Crisis- en Herstelwet, vrij gegeven voor inspraak. Wettelijke grondslag Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, Artikel 79 en 80. Gemeentewet, artikel 169: e lida: het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur; e lid 2: zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft; e lid 3: Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang. Leegstandwet artikel 2 Crisis- en Herstelwet (eenentwintigste tranche). Bestuurlijke achtergrond Door de indieners van de motie, de leden Flentge (SP) en Van Renssen (GL), wordt gevraagd: e te onderzoeken welke mogelijkheden de crisis- en herstelwet biedt om woningleegstand in Amsterdam effectiever en doelmatiger te bestrijden; * op korte termijn met voorstellen te komen om het gemeentelijke instrumentarium uit de leegstandsverordening met die effectieve en doelmatige antileegstandsmaatregelen vit de Crisis- en Herstelwet te versterken. De huidige Leegstandwet biedt gemeenten te weining concrete instrumenten om met name hardnekkige woningleegstand effectief te bestrijden. Zo is in de wet bepaald dat de gemeente na 12 maanden leegstand een gebruiker kan voordragen voor een leegstaande woning. De zogenaamde ‘verplichte voordracht’. Dat instrument blijkt in praktijk niet goed uitvoerbaar te zijn. Dit komt doordat de eigenaar zich tijdens de voordracht afwachtend kan opstellen, terwijl het college zich moet inspannen om gebruikers aan te dragen bij de eigenaar voor bewoning. De praktijk leert dat woningeigenaren in dit scenario net zo lang kunnen afwachten tot een gebruiker wordt voorgedragen die bereid is de gevraagde, soms meer dan de marktconforme huurprijs, te betalen. En dan nog kunnen eigenaren op het allerlaatste moment zelf met een kandidaat op de proppen komen. Daardoor blijven andere kandidaten tot op het laatste moment in onzekerheid of ze de woning kunnen betrekken of niet. Veel door de gemeente benaderde partijen met mogelijke Gegenereerd: vl.14 1 VN2022-008179 G t seal Wonen % Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie TAR % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter kennisneming kandidaathuurders zijn door deze constructie, nog los van de huurstelling, afgehaakt. In deze constructie krijgt de gemeente, met het aandragen van gebruikers, bovendien een makelaarsrol toebedeeld die niet past bij haar primaire taken. In het experiment op grond van de Crisis- en Herstelwet wordt de bal dan ook uitdrukkelijk bij de eigenaar neerglegd. Daarnaast worden in het experiment een aantal termijnen ingekort zodat de gemeente eerder kan optreden. Dankzij het experiment kan de gemeente ondermeer een bindende termijn vastleggen van ten minste een maand waarin de eigenaar de voor bewoning geschikte woonruimte in gebruik geeft voor bewoning. Het experiment geldt in eerste instantie voor vijf jaar en kan alleen worden toegepast als de huidige Leegstandverordening wordt aangepast. Voor een effectievere bestrijding van de woningleegstand is het daarom noodzakelijk dat de huidige leegstandverordening wordt aangepast. Het inspraakvoorstel om de leegstandverordening aan te passen is op 1 februari 2022 behandeld in het college en is vanaf 17 februari 2022, gedurende zes weken, vrijgegeven voor inspraak. De leegstandverordening heeft zowel betrekking op woningleegstand als op leegstaande kantoren. Het experiment heeft echter alleen betrekking op leegstand van woningen. Daarom wordt nu alleen wijzigingen voorgesteld van de verordening die betrekking hebben op leegstaande woningen. Reden bespreking Niet van toepassing Uitkomsten extern advies Niet van toepassing Geheimhouding Niet van toepassing Uitgenodigde andere raadscommissies Niet van toepassing Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Er wordt een motie afgedaan. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.14 2 VN2022-008179 % Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie Wonen % Amsterdam % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter kennisneming 703.21.Motie Flentge c.s. leegstand in tijden van wooncrisis AD2022-028484 onacceptabel. docx (mswa2) Raadsinformatiebrief - afdoening motie 703 Leegstand in tijden van AD2022-028485 mn wooncrisis onacceptabel Flentge c.s.pdf (pdf) AD2022-028472 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Directie Wonen, A. van der Leeuw, 06 22920521; [email protected] Gegenereerd: vl.14 3
Voordracht
3
discard
Amsterdam, 23 mei 2017 Onderwerp: aandacht voor veiligheid Geachte gemeenteraadsleden, Graag vestig ik uw aandacht op de volgende berichtgeving van vandaag in het kwaliteitsblad euobserver.com. De link vindt u hier: https://euobserver.com/foreign/137990 Omdat deze zaak partijbelangen overstijgt, meen ik er goed aan te doen uw raad als geheel te benaderen. Op grond van deze berichtgeving wil ik u vragen: e de sportscholen en -clubs in de gemeente regelmatig aan een screening te willen onderwerpen e indien systema-elementen (zie artikel) gevonden worden de sportschool te sluiten en de identiteit van de betreffende personen en zo nodig van de oprichters en eigenaren aan de binnenlandse veiligheidsdienst over te dragen e een beleid te ontwikkelen rond eventueel nu of in de toekomst binnen gemeentegrenzen opererende, aan Rusland gelieerde knokploegen en hierover met het rijk contact te onderhouden e de sfeer in en om en de aanloop naar asielhoudersopvang te bewaken e in het kader van de Jeugdzorg een ontmoedigingsbeleid richting jongeren m.b.t. deze knokploegen (zie artikel) te ontwikkelen e de burgers in de gemeente bekend te maken met dit beleid en manen waakzaam te zijn. Deze vragen zijn ontstaan uit de volgende zorgen, blijkend uit het, uiteraard niet op zichzelf staande, goed onderbouwde artikel: Het is o.a. niet ondenkbaar dat Rusland achter recente moslim-aanslagen zit. De Russische inmenging in West-Europa is veel brutaler dan wij burgers denken. Zij richten al zeven jaar een vijfde kolonne combats op via vechtclubs in alle Europese landen. Deze combats zijn nu nog ‘slapend’. Recruten geven ‘slechts’ informatie en materiaal door. En er wordt, via de Russische maffia, omgekocht. Zonder Russische ‘vingerafdrukken’ op de herkomst van het geld. Maar de combats kunnen elk moment andere orders krijgen. Bijv gevechtshandelingen van binnenuit (militaire objecten, luchthavens), bijv. als de Navo in oorlog met Rusland zou komen. Of in vredestijd: om mensen uit de weg te ruimen. Of een atmosfeer van onveiligheid en verdachtmakingen onder burgers creëren. Ook worden moslim-cellen in het westen bevoorraad en beïnvloed. Gewelddadige provocaties voorafgaand aan verkiezingen behoort tot de strategieën. Groot-Brittannie moet binnenkort naar de stembus en wordt beïnvloed door zo’n ‘welkome’ moslim-aanslag. Duitsland heeft in september verkiezingen en kan dus ook radicale moslim-aanslagen verwachten. Of juist een molotov-cocktail naar een moskee of vluchtelingenopvang. Om het radicalisme aan te vuren. De combatgroepen leren een “systema” (en heten vaak ook zo: Systema Ryabko, Systema Wolf, Systema RMA, maar ook Night Wolves). Een systema is een aanvallende vechtstijl, die ontwikkeld is in Rusland en Tsjetsjenie. De leden in West- Europa zijn soms ook trots op hun Russische connecties en krijgen insignes etc. Er is een relatie met neo-nazis. En de lijnen met de GRU (Russische militaire geheime dienst) en FSB (Russische binnenlandse geheime dienst, voorheen KGB), zijn kort. Zodanig, dat naar het westen gevluchte vijanden van Putin en zijn netwerk zich in het westen niet beschermd voelen. En ook niet zijn: kijk naar de gifdoden (zie het artikel). Alleen al in Duitsland zouden er 315 rekruten zijn, verspreid over 63 clubs in 30 Duitse steden. En er wordt gerecruteerd binnen Duitslands veiligheidsdiensten en speciale politie. Sommige Tsjetsjeense combats zijn als vluchtelingen Duitsland binnengekomen. De Tsjetsjeense ‘slapers’ kunnen elk soort order van de GRU aannemen. De GRU beschouwt Duitsland als een thuisland. Maar ze zitten ook hier. Het hacken, wat de GRU ook doet, is eigenlijk niets vergeleken bij deze zogeheten ‘speciale operaties’. Laat men ook letten op demonstraties en uitingen gericht tegen de eigen overheid en regering (denk aan zoiets als het verhaal en de website van “Forum voor Democratie” en haar aanhangers). Deze uitingen dragen de kenmerken van een ‘speciale operatie’ door de Russische geheime dienst, bedoeld om onze politiek te beïnvloeden. Geef burgers mee: ga uit van onze democratie, wees ervan overtuigd dat ons politieke systeem het beste ter wereld 1s. Laten we hopen dat dat zo mag blijven en dat ons systeem zich kan uitbreiden naar zoveel mogelijk andere landen. Stel belanghebbenden op de hoogte van dit artikel. Spoor systema-vechtclubs op. Hier nogmaals de link: https://euobserver.com/foreign/137990 Ik dank u voor uw aandacht, met een vriendelijke groet, mn (als voormalig student aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en vanwege het belang van de zaak, heb ik gemeend uw raad te mogen benaderen; uiteraard heb ik ook een bericht aan de gemeenteraad van Bloemendaal verzonden)
Raadsadres
2
train
VN2022-008744 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Onderwijs, Jeugd en x Gemeente Jee 9 TAR Zorg % Amsterdam Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter advisering aan de raad Portefeuille Ruimtelijke Ordening Agendapunt 9 Datum besluit College B&W 15 maart 2022 Onderwerp Afwijken Hoofdgroenstructuur ten behoeve van huisvesting van een MO/BW ‘special’ op de Provincialeweg 23 ‘boerderij Langerlust’ De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren in te stemmen met bijgevoegde raadsvoordracht waarin wordt gevraagd: 1. Kennis te nemen van het besluit van het college d.d.3 november 2020, om boerderij Langerlust (Provincialeweg 23) te verbouwen tot een voorziening voor Maatschappelijke Opvang/Beschermd Wonen, waarmee huisvesting wordt geboden aan een kwetsbare groep mensen die dak- en thuisloos zijn en te maken hebben met complexe problematiek. 2. Kennis te nemen van het onderzoek naar mogelijke alternatieve locaties voor deze voorziening en de conclusie dat tot op heden geen kansrijkere alternatieve locatie is gevonden. 3. _Kenniste nemen van het negatieve advies van de Technische Advies Commissie Hoofdgroenstructuur (TAC) over de beoogde verbouwing van boerderij Langerlust tot Maatschappelijke Opvang/Beschermd Wonen. 4. Kennis te nemen van het standpunt van stadsdeel Zuidoost en de verhouding tot het vastgestelde Toekomstplan Gaasperplas. 5 Intestemmen met het afwijken van de hoofdgroenstructuur (HGS) ten behoeve van een Maatschappelijke Opvang/Beschermd Wonen (MO/BW) ‘special’. Wettelijke grondslag Artikel 108 jo artikel 14,7, tweede lid, van de Gemeentewet. De gemeenteraad is bevoegd tot regeling en bestuur inzake de huishouding van de gemeente. Bestuurlijke achtergrond In november 2020 heeft het college besloten om Boerderij Langerlust in Zuidoost te gebruiken voor het huisvesten van een MO/BW ‘special’, maar ook om tot de onherroepelijke omgevingsvergunning te blijven zoeken naar alternatieve locaties voor deze functie. Op 16 december jl. heeft het college de nieuwe Hoofdgroenstructuur inclusief toetsingskader, vrijgegeven voor inspraak. De inspraak liep t/m 213 februari 2022 Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.12 1 VN2022-008744 % Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie Onderwijs, Jeugden 9 Amsterdam Jee 9 TAR Zorg % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter advisering aan de raad De technische adviescomissie Hoofdgroenstructuur heeft een negatief advies uitgebracht. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee Welke stukken treft v aan? Bijlage Raadsvoordracht Langerlust Verkenning locatie zorgfunctie Z.O. AD2022-030594 DEF 290921.pdf (pdf) Bijlage Raadsvoordracht definitief advies tac langerlust.pdf (pdf) AD2022-030593 Raadsvoordracht Afwijking TAC Langerlust.pdf (pdf) AD2022-030590 | Tijdelijke Algemene Raadscommissie Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Gaby van Dam, OJZD (Maatschappelijke Voorzieningen), 06-300 996 97, [email protected] Gegenereerd: vl.12 2
Voordracht
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief % Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 29 juni 2021 Portefeuille(s) Gemeentelijk Vastgoed Portefeuillehouder(s): _ Touria Meliani Behandeld door Gemeentelijk Vastgoed [email protected] Onderwerp Voortgang maatwerkregeling corona huurders gemeentelijk vastgoed Geachte leden van de gemeenteraad, Op 10 maart jl. heb ik u geïnformeerd over het besluit van het college om huurders van gemeentelijk vastgoed die getroffen zijn door de coronacrisis verder tegemoet te komen met het geven van huurkorting. Het college heeft hiervoor een bedrag van € 10 miljoen gereserveerd. Met deze brief informeert het college u over de tussenstand en doet daarmee tevens de toezegging op 20 mei van wethouder Everhardt aan de commissie FED af om te informeren over het aantal aanvragen voor huurkorting. Ook informeert het college u over de besluiten die zij heeft genomen ten aanzien van een verlenging van de maatwerkregeling in verband met de aanhoudende crisis. Als verhuurder willen we onze verantwoordelijkheid blijven nemen en huurders die zwaar zijn getroffen door de coronacrisis langer ondersteunen. Het is voor de gemeente niet mogelijk om alle verliezen door de coronacrisis op te vangen, maar met een verlenging van de maatwerkregeling voor de huurders van gemeentelijk vastgoed hoopt het college haar huurders te ondersteunen in deze ingewikkelde tijd. De maatwerkregeling in het kort De Maatwerkregeling Corona voor huurders van gemeentelijk vastgoed bestaat vit meerdere maatregelen waarmee we onze huurders vanaf het begin van de crisis tegemoetkomen: e Uitstel van betaling en geen incassotrajecten voor getroffen huurders e Eenrentevrije betalingsregeling van 6 jaar voor het afbetalen van corona-gerelateerde huurschulden e (Gedeeltelijke) kwijtschelding van de huur bij dreigend faillissement e __Huurkorting voor huurders die het gehuurde niet of nauwelijks hebben kunnen gebruiken als gevolg van de door de Rijksoverheid opgelegde coronamaatregelen: o 50% huurkorting voor de maanden van verplichte/noodgedwongen sluiting. o 20% huurkorting voor de maanden waarin beperkingen golden (zoals m.b.t. groepsgrootte of de anderhalve meter-regel). Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 29 juni 2021 Pagina 2 van 3 Voor de huurkorting gelden de volgende uitgangspunten: e _Huurkorting kan worden aangevraagd sinds 29 maart 2021 en wordt met terugwerkende kracht verleend. e De oorspronkelijke periode waarvoor huurkorting kon worden aangevraagd liep van 15 maart 2020 tot en met 15 maart 2021. Deze periode wordt verlengd tot 2 juli (zie ook verder). e Aanvragen worden getoetst aan de hand van de door de Rijksoverheid opgelegde coronamaatregelen en de periodes waarin deze van kracht waren. e _Huurkorting wordt in beginsel verleend indien de huurder een TOGS of TVL-toekenning kan laten zien. Voor huurders die geen TOGS/TVL hebben aangevraagd/toegekend gekregen (bijvoorbeeld eenmanszaken of startende ondernemers) is het ook mogelijk een aanvraag te doen. Tussenstand maatwerkregeling Huurkorting Voorafgaand aan het instellen van de regeling is geïnventariseerd welke huurderscategorieën mogelijk getroffen zouden zijn door de coronacrisis. Op basis hiervan was de inschatting dat maximaal 1300 huurders potentieel in aanmerking zouden kunnen komen voor huurkorting. De voorlopige tussenstand (peildatum 16 juni 2021) van de aanvragen voor huurkorting is als volgt: e Tussen 29 maart (startdatum) en 16 juni 2021 hebben 268 huurders een aanvraag ingediend voor huurkorting. © Inmiddels zijn 236 aanvragen toegewezen. e 16 aanvragen zijn afgewezen omdat deze huurders al vanuit andere regelingen (bv. Sport, Kunst & Cultuur en Welzijn) van de gemeente voldoende compensatie hebben ontvangen. Huurkorting zou leiden tot overcompensatie. De afwijzingen zijn tot stand gekomen in nauw overleg met de betreffende beleidsdirecties. e _Intotaal is nu voor circa € 1,2 miljoen aan huurkorting verleend. De meeste aanvragen zijn ingediend in de categorie ateliers (32% van het totaal). De meeste huurkorting is tot nu toe verleend in de categorie horeca (circa € 0,5 miljoen). Over de mogelijkheden van huurkorting zijn huurders zijn driemaal per brief of e-mail persoonlijk geïnformeerd en vitgenodigd om een aanvraag in te dienen. Met een aantal huurders waarvan we weten dat ze zwaar getroffen zijn door de crisis is ook persoonlijk contact geweest. De website om huurkorting aan te vragen is eenvoudig van opzet en er hoeven geen documenten te worden toegestuurd. Er zijn geen signalen vanuit huurders en brancheorganisaties dat de regeling onbekend is, te complex is of het aanvraagproces te ingewikkeld. Van enkele huurders weten we dat zij nog een aanvraag zullen indienen. Wij houden vinger aan de pols en zullen huurders er op blijven wijzen dat een aanvraag kan worden ingediend. Betalingsregelingen en huurachterstand In totaal hebben tot 16 juni 66 huurders voor 97 huurcontracten een betalingsregeling aangevraagd. Dit aantal is sinds eind april nagenoeg stabiel maar dat zal zeker nog fors oplopen omdat huurders het betalen van hun huur al sinds vorig jaar april kunnen uitstellen en daardoor het aanvragen van een betalingsregeling nog niet aan de orde is. Huurders worden opnieuw Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 29 juni 2021 Pagina 3 van 3 geattendeerd op de mogelijkheid om een betalingsregeling aan te vragen voor huurschulden. Ook zodra gestart kan worden met de betalingsregelingen worden huurders hierover actief geïnformeerd. Dit is na afloop van de periode waarop uitstel van betaling wordt verleend. De totale huurachterstand bedraagt op dit moment circa € 16 miljoen. Huurders die na toekenning van huurkorting nog een huurschuld hebben openstaan kunnen conform de maatwerkregeling een rentevrije betalingsregeling van zes jaar aanvragen. Verlenging maatwerkregeling Op dit moment is het nog onzeker hoe de coronasitvatie zich in de komende maanden zal ontwikkelen en welk effect dit zal hebben op onze huurders en hun bedrijfsvoering. Hoewel er sprake is van verdergaande versoepelingen sinds april, zijn er nog steeds huurders die getroffen zijn door de situatie. Daarom heeft het college besloten om de huurkortingsregeling en de mogelijkheid om huurbetalingen uit te stellen te verlengen. Verlenging huurkortingsregeling tot 1 juli 2021 De huidige huurkortingsregeling geldt van 15 maart 2020 tot 15 maart 2021 en kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd. Om huurders verder tegemoet te komen heeft het college besloten om de huidige huurkortingsregeling te verlengen van 16 maart tot 1 juli 2021 (met terugwerkende kracht). Hierbij gelden verder dezelfde voorwaarden als voor de eerste periode van huurkorting. Deze verlenging kan naar verwachting volledig worden gedekt vit de beschikbare € 10 miljoen voor de huurkortingsregeling. Verlenging uitstel van betaling tot 1 oktober 2021 De huidige termijn voor uitstel van betaling loopt tot 2 juli 2021. Hoewel er sprake is van versoepelingen en bedrijven weer deels kunnen opstarten, is het op dit moment nog te vroeg om na 1 juli weer incasso's op te starten en de openstaande huurschuld op te gaan eisen bij de huurders die zijn getroffen door de coronacrisis. Daarom heeft het college besloten de termijn voor uitstel van betaling voorlopig te verlengen tot 1 oktober 2021 voor huurders die door de crisis zijn getroffen. In september bekijken we de situatie opnieuw. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, fee Touria Meliani Wethouder Gemeentelijk Vastgoed Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 144 Publicatiedatum 28 februari 2014 Ingekomen onder L Ingekomen op woensdag 12 februari 2014 Behandeld op woensdag 12 februari 2014 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het raadslid de heer Toonk inzake het uitvoeringsbesluit Rokin (bereikbaarheid van de Zuidelijke Burgwallen voor autoverkeer). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 17 december 2013 tot vaststellen van het uitvoeringsbesluit Rokin op basis van het definitief ontwerp, onderdeel van de Rode Loper (Gemeenteblad afd. 1, nr. 46); Constaterende dat in het definitief ontwerp Rokin en Oude Turfmarkt als onderdeel van Project Rode Loper de Langebrugsteeg geheel wordt afgesloten voor autoverkeer; Overwegende dat: — door afsluiting van de Langebrugsteeg de Zuidelijke Burgwallen zeer moeilijk bereikbaar worden voor bestemmingsverkeer zoals leveranciers en vergunninghouders, maar ook voor bezoekers; — _ het risico bestaat dat in samenhang met andere (toekomstige) plannen de Zuidelijke Burgwallen (vrijwel) onbereikbaar dreigen te worden voor autoverkeer, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in de toekomst niet meer toegangswegen tot de Zuidelijke Burgwallen af te sluiten voor autoverkeer, maar wanneer dat om enige reden gewenst lijkt, eerst een integraal plan aan de gemeenteraad voor te leggen zodat de Zuidelijke Burgwallen ook in de toekomst bereikbaar blijven per auto. Het lid van de gemeenteraad, W.L. Toonk 1
Motie
1
discard
KD 1 24 mei 2016 | Portefeuillehouder Vyent September 2016 Gaat n.a.v. berichten over leegstaande panden in de Amsterdamse Poort in gesprek met de eigenaar, CBRE. 2. 7 juni 2016 Portefeuillehouder Dalgliesh September 2016 Zegt een vervolg toe op de presentatie Sociaal Domein/Jeugd d.d. 7 juni 2016 aan het AB waarbij bewoners meer ruimte krijgen te participeren. 3. 5 juli 2016 Secretaris Van Berkel Augustus 2016 Zegt toe de transcriptie van de raadscommissievergadering Werk&Economie d.d. 29 juni 2016 m.b.t. het onderdeel actualiteit over Kansrijk, aan het AB te doen toekomen. b. 12 jan 2016 Portefeuillehouder Vyent Juli 2016 en PM Doet terugkoppeling aan het AB van relevante ontwikkelingen m.b.t. de World of Food 15-9-2016
Actualiteit
1
train
neee A ennen 5 Bezoekadres tt Gemeente Amsterdam : Stadhuis, Amstel 5 EE 4 2011 PN AMSTERDAM Sn À Postbus 202 Wethouder F. Ossel 5 1609 AE AMSTERDAM ve Portefeuille Wonen en Wijken, Grote stedenbeleid, Armoedebeleid, : Telefoon 020 552 7208 4 Openbare Ruimte en Groen en Haven 5 Fax 020 552 7266 sh ö www.amsterdam.nl 5 5 Retouradres: B&W, Postbus 202, 1000 AE AMSTERDAM À Datum 17 november 2011 À Ons kenmerk WZS/2011. 14 63 5 Behandeld door À. Eefting 2 Doorkiesnummer 020 552 7250 ; E-mail a eefting@wzs amsterdam.nl ä Onderwerp Uw brief over het voorstel woonruimteverdeling 5 Geacht. U heeft per email de gemeenteraad een vraag gesteld over het voorstel 7 Woonruimteverdeling. De gemeenteraad heeft op 21 september 2011 het college van 5 burgemeester en wethouders verzocht deze brief te beantwoorden. Als verantwoordelijk ä wethouder Wonen zal ik uw brief beantwoorden. 4 Uw vraag is wat uw kansen nog zijn op de woningmarkt. Dit naar aanleiding van een . 8 artikel in Het Paroot over het voorstel voor een nieuw systeem van woonruimteverdeling. À Het voorstel van het college van B&W lijkt u juist ingewikkelder. À De heer Eefting van de dienst Wonen, Zorg en Samenleven heeft u naar aanleiding van À uw emait gebeld en een toelichting gegeven op het voorstel. Daarbij is tevens wat ä specifieker ingegaan op uw situatie, 5 ik besef dat het heel moeilijk kan zijn om in Amsterdam een woning te vinden die aansluit à bij de persoonlijke wensen. Wachttijden zijn lang en er ís vaak veel woonduur nodig om ë hoog op de wachtlijst te kunnen komen. Het nieuwe systeem moet eraan bijdragen dat ä minder mensen een bijzondere voorrangsstatus Krijgen waardoor er meer ruimte komt ä voor woningzoekenden in het algemeen, Woonruimteverdeling is echter maar één aspect 2 van de gehele woningmarkt en deze markt zit momenteel behoorlijk vast. Door de ë economische crisis is er weinig nieuwbouw en mensen stromen weinig door naar een Ë andere woning. En dus kan het voorkomen dat u steeds opnieuw oo woningen reageert en toch niet stijgt op de wachtlijst. Want iedere keer opnieuw is uw kans afhankelijk van Ë . het aantal anderen dat reageert en er zijn in Amsterdam veei mensen met een lange À woonduur. 5 Uw probleem is dan ook niet eenvoudig op te lossen. Ik heb begrepen dat u elke week 5 reageert op het aanbod in WoningNet. Ik adviseer u om dat vooral te blijven doen. Uit à Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen 8 en 14), halte Waterlooptein Scan nummer Ì van 1 «Scanpagina t van 2 eeen GE REGER vre A6 varens WEEREENS TE À 11 november 2011 Gemeente Amsterdam ze Kenmerk: WZS/2011 : Pagina 2 van 2 î onderzoeken, ook in andere regio's in Nederland, blijkt keer op keer dat à woningzoekenden die actief zoeken en veel reageren op aanbodsites van de corporaties ä of andere verhuurders, het snelst aan een woning komen. Het kan enige tijd duren, maar 5 uiteindelijk lukt het. Bovendien is het aantal weigeringen vrij groot. Ook ais u nummer 10 5 staat, betekent dat niet dat u kansloos bent. Daarbij is het belangrijk dat u zoveel mogelijk ze uw selecties spreidt over de stad en het type woningen. Hoe selectiever u zoekt, hoe Z lager uw slaagkansen. 7 Tenslotte, richt u niet alleen op corporaties. Ook grote particuliere verhuurders zoals 5 bijvoorbeeld AHAM en Rappange, hebben woningen rond de door u gewenste € 856 en 2 bij hen zijn er minder voorrangskandidaten. Omdat zij hun woningen doorgaans niet 7 publiceren (zij benaderen mensen op hun wachtlijst meestal zelf) kan het helpen als u ook 5 bij deze verhuurders inschrijft en regelmatig informatie bij hen inwint. El Ik heb vernomen dat u bij het wooninformatiecentrum van de dienst WZS hebt : geïnformeerd naar uw mogelijkheden, maar dat u vond dat u daar niet behoorlijk bent . Z behandeld. Dat betreur ik, want de gemeente streeft naar een goed contact met de burger. Ik heb uw klacht doorgegeven aan de desbetreffende afdeling en heb deze : we verzocht contact met u op te nemen. 5 Ik begrijp dat u met dit antwoord niet meteen een andere woning heeft, maar hoop zi desondanks dat u binnenkort een woning naar wens zult vinden. Ì À va groet, ; ä Freëk Ossel | : Wethouder Wonen : à : Sean nummer 4 van 1 - Scanpagina 2 van 2
Raadsadres
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 28 september 2021 Portefeuille(s) Verveer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Portefeuillehouder(s): Egbert J. de Vries Behandeld door V&OR, Jeroen Schutter ([email protected]) Onderwerp Start Experiment autodelen met bewonersvergunningen Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief wordt u geïnformeerd over de start van het experiment autodelen met bewonersvergunningen. In de Agenda Autodelen (15 februari 2019) staat in maatregel 5 opgenomen dat “De gedeelde parkeervergunning (n.a.v. de motie 976 Autodelen particulieren, Vroege, D66, 20 juli 2017) wordt mogelijk gemaakt in de vorm van een experiment”. Met dit experiment wordt het mogelijk voor twee bewoners uit twee verschillende vergunninggebieden om hun actieve bewonersvergunningen te gebruiken om één auto te parkeren in twee vergunninggebieden. Het experiment neemt één van de drempels voor particulier autodelen weg en geeft inzicht in de vraag naar het geleverde product en in hoeverre het leidt tot vermindering van autobezit onder huidige vergunninghouders. Nadat is gekozen om de motie uit te voeren in de vorm van een experiment, hebben complicaties in de vitvoering helaas meermaals voor vertraging gezorgd. Zo moest de uitvoerende partij (Egis Parking Services) vanwege de corona-pandemie tweemaal prioriteit geven aan de uitgifte van noodparkeervergunningen voor zorgverleners en is lang onduidelijkheid geweest over de technische uitvoering en vervolgens over de vroegst mogelijke startdatum. We betreuren het dat we niet eerder met het experiment hebben kunnen starten. Het experiment start begin november 2021; dat wil zeggen met bekendmaking en werving. Na verwerking van de inschrijving gaat de looptijd van de vergunningsregeling in op 1 januari 2022. Experiment autodelen met bewonersvergunningen Met dit experiment wordt het mogelijk voor twee bewoners van twee verschillende vergunninggebieden om hun actieve bewonersvergunningen of milieuvergunningen voor bewoners te gebruiken om één auto te parkeren in twee verschillende vergunninggebieden. Tijdens het experiment blijven beide bewonersvergunningen of milieuvergunningen voor bewoners in stand. Het kenteken van de vergunning van één van de twee bewoners in het koppel wordt gewijzigd naar het kenteken van de auto die gedeeld zal gaan worden en waarvoor aan de Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 28 september 2021 Pagina 2 van 3 andere bewoner een vergunning is verleend. Deze auto kan dan geparkeerd worden in beide vergunninggebieden. Bij aanmelding geeft het bewonerskoppel aan welke auto gedeeld zal gaan worden. De andere auto zal niet langer op straat (fiscaal parkeergebied) geparkeerd kunnen worden met een bewonersvergunning of milieuvergunning voor bewoners. Deelnemers worden zo gestimuleerd om de auto te verkopen, weg te doen of ergens onder te brengen. Aangezien beide bewonersvergunningen of milieuvergunningen voor bewoners in stand blijven, verandert het totaal uitgegeven parkeervergunningen per vergunninggebied niet. Wel heeft dit als gevolg dat per deelnemend koppel naar verwachting één auto van straat verdwijnt gedurende het experiment. Tijdens het experiment wordt geëvalveerd wat het koppel doet met de auto die niet langer geparkeerd kan worden met de bewonersvergunning of milieuvergunning voor bewoners. De technische uitwerking van dit experiment maakt een aantal handmatige handelingen noodzakelijk in het aanvraagproces. Daarom is het maximaal aantal deelnemende koppels op 100 vastgesteld. Op basis van ervaring bij andere gemeenten met een soortgelijke vergunning wordt verwacht dat we met maximaal 100 deelnemende koppels aan de verwachte vraag kunnen voldoen. Goedkoper tarief In 2020 is een nieuw vergunningtarief ontwikkeld voor dit experiment. Tijdens het experiment wordt alleen het tarief van het duurste vergunninggebied van het bewonerskoppel in rekening gebracht. Het goedkoopste tarief hoeft dus niet betaald te worden. Het nieuwe tarief biedt extra stimulans voor vergunninghouders om deel te nemen aan het experiment en één auto weg te doen. Wanneer het tarief van de vergunninggebieden van beide deelnemers gelijk is, kunnen de deelnemers zelf aangeven wie van de twee bewoners het tarief zal blijven betalen. Het nieuwe tarief wordt opgenomen in de Verordening parkeerbelastingen Amsterdam 2022 onder Hoofdstuk 6A: Tarieven van parkeerrechten in het kader van experimenten. Tussentijds stoppen met het experiment Gedurende het experiment kunnen beide deelnemers vit een koppel op elk moment stoppen met het experiment. Wanneer één van de deelnemers vit een koppel besluit te stoppen met het experiment zal ook de andere deelnemer automatisch niet langer meedoen aan het experiment. Beide deelnemers kunnen, wanneer ze daarvoor kiezen, weer terug naar de situatie zoals hij voor deelname aan het experiment was. De actieve bewonersvergunningen kunnen weer gebruikt worden onder de voorwaarden die voor deze vergunningen gelden. Wanneer een deelnemer de auto tijdens het experiment heeft weggedaan, maar besluit om na afloop van het experiment toch gebruik te willen maken van de bewonersvergunning met een nieuw voertuig, dan kan deze deelnemer middels een kentekenwisseling het nieuwe voertuig op de actieve vergunning zetten. Een deelnemer die ervoor kiest om zijn of haar auto definitief weg te doen zal na afloop van het experiment geen gebruik meer kunnen maken van de bewonersvergunning of milieuvergunning Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 28 september 2021 Pagina 3 van 3 voor bewoners die zij voor aanvang van het experiment gebruikten. Dit zal duidelijk worden gecommuniceerd naar potentiele deelnemers. Voorwaarden voor deelname Omdat de bewonersvergunning en milieuvergunning voor bewoners tijdens het experiment juridisch gezien in stand blijven, zijn de juridische voorwaarden voor deze vergunningen ook voorwaarden voor deelname aan dit experiment. Wanneer een deelnemer niet langer voldoet aan de voorwaarden voor een bewonersvergunning of milieuvergunning voor bewoners — bijvoorbeeld door te verhuizen naar een adres buiten gemeente Amsterdam — dan stopt de deelname aan dit experiment. Communicatie Begin november 2021 zal de communicatie van start gaan. Deelnemers worden geworven middels een mediacampagne, bestaande uit een persbericht, een social mediacampagne, de inzet van gemeentelijke nieuwsbrieven, de Amsterdam Krant en webpagina's. Deelnemers kunnen vanaf 1 januari 2022 gebruik gaan maken van de regeling. Vanaf twee weken voor de aanvang van de regeling kunnen bewoners zich aanmelden. De regeling heeft een looptijd van 2 jaar: van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023. Aanmelden blijft gedurende het experiment mogelijk. Evaluatie De evaluatie van het experiment bestaat vit drie momentopnamen. Tijdens de start van het experiment worden deelnemers gevraagd om een enquête in te vullen (nulmeting). Na 6 maanden vindt een eerste evaluatie plaats. Eén jaar na start van het experiment wordt nogmaals een enquête rondgestuurd waarbij deelnemers ook kunnen aangeven mee te willen doen in een focusgroep voor verdiepende vragen over het mobiliteitsgedrag. De uitkomsten van de enquêtes en focusgroep worden opgenomen in een eindrapportage. Op basis van deze rapportage wordt een advies uitgebracht over het al dan niet omzetten van dit experiment naar staand beleid. Ik vertrouw u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, \ | { Egbert J. de Vries, Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Bijlage 1. Besluit Experiment autodelen met bewonersvergunningen Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
VN2023-011270 issi í í í Wonen X Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monenten WV en oe % Amsterdam S Voordracht voor de Commissie WV van 24 mei 2023 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Volkshuisvesting Agendapunt 6 Datum besluit nvt Onderwerp Raadsinformatiebrief bij de beantwoording raadsadres VondelHelmers inzake stadsdorpen, Ouderenzorg De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de tweede beantwoording van het raadsadres op het verzoek van stadsdorp VondelHelmers om een nog te organiseren Inspiratie conferentie de status van “pilot” te geven. Wettelijke grondslag * Raadsadres: artikel 55, lid 3 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam e Artikel 160, eerste lid, onder a Gemeentewet: Het college is bevoegd om het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren. * Artikel 169 Gemeentewet: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Bestuurlijke achtergrond Programmaplan Ouderenhuisvesting 2019-2022. Dit is een bewonersinitiatief. Reden bespreking O.v.v. de leden Van Pijpen (GL) en Heinhuis (PvdA) Uitkomsten extern advies Inmiddels is de conferentie georganiseerd op 14 november 2022. De opbrengst ervan is gebundeld in Buurtverslag VondelHelmers Wonen nu en later (zie bijlage) Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.8 1 VN2023-011270 % Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten Wonen % Amsterdam % en Erfgoed Voordracht voor de Commissie WV van 24 mei 2023 Ter bespreking en ter kennisneming nee Welke stukken treft v aan? AD2023-033058 2022 maart 17 Raadsadres AANGEPAST.pdf (pdf) 2022 mei 12 Beantw_raadsadres Stadsdorp VondelHelmers GETEKEND.pdf AD2023-033057 (pdf) 2023 03 28 raadsinformatiebrf_bij_beantw_ raadsadres AD2023-033059 ‚ VondelHelmers_inz_stadsdorpen_ouderenzorg.pdf (pdf) 2023 mrt 23 Brief Stadsdorp VondelHelmers antwoord AD2023-033055 raadsadresAANGEPAST(ES).pdf (pdf) AD2023-033060 Commissie WV (a) Voordracht (pdf) AD2023-033056 Verslag Buurtconferentie Wonen Nu & Later.pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Directie Wonen; Jeanette ter Braak, 06-10311788, [email protected] Gegenereerd: vl.8 2
Voordracht
2
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 27 mei 2021 Ingekomen onder nummer 399 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Khan inzake voorbereiden pilot positief veiligheidsbeleid Onderwerp Voorbereiden pilot positief veiligheidsbeleid Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de brief inzake de uitwerking proef gerichte wapencontroles Constaterende dat: — _ Amsterdamse veiligheidsproblematieken vooral worden bekeken vanuit een negatief veilig- heidsperspectief, waardoor er met name repressieve maatregelen worden voorgesteld zoals preventief fouilleren; — Er ook positief veiligheidsbeleid bestaat zoals inspraakavonden voor burgers waarbij ze in- vloed kunnen uitoefenen op het lokale veiligheidsbeleid; — Beide vormen van veiligheidsbeleid elkaar aanvullen en gezocht moet worden naar een gewo- gen balans om de problemen adequaat aan te pakken. Overwegende dat: — De huidige problemen met betrekking tot (on)veiligheid van weerbarstige aard zijn en er ook gekeken moet worden naar andere maatregelen, zoals positieve veiligheidsbeleid; — Onderzoek aantoont dat positief veiligheidsbeleid leidt tot meer betrokkenheid van burgers bij het veiligheidsbeleid en daardoor een verbeterde informatiepositie van de politie. Bijko- mend voordeel is dat de zwijgcultuur kan worden doorbroken. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Een pilot ingestoken vanuit positief veiligheidsbeleid voor te bereiden waarbij politie, gemeente en bewoners samenwerken ten behoeve van de lokale veiligheid. Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 Indiener S.Y. Khan
Motie
2
discard
Gemee nte Bezoekadres A d Amstel 4 mster am 1011 PN Amsterdam x Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > 4 amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Datum 30 april 2018 Ons kenmerk _ V&OR/UIT/2018004974 Uw kenmerk Behandeld door |, Lapperre, 06-82983469, [email protected] Kopie aan Bijlage(n) Onderwerp Verlengen termijn afhandelen motie Middenmeer Noord - kansen voor warmte Zeer geachte leden, In vw vergadering van 14 maart jl. heeft v de motie van het raadslid Groen inzake Kansen voor warmte in Middenmeer Noord aangenomen. In de motie wordt het college verzocht om “in overleg te treden met het DB van stadsdeel Oost om te onderzoeken of het mogelijk en wenselijk is de vervangingsinvesteringen aan te houden teneinde bij de werkzaamheden meteen ook - in overleg met stakeholders in de buurt — het gebied van het gas af te halen”. Met deze brief verzoeken wij v toestemming om de termijn van afhandeling van de motie te verlengen tot eind september 2018. Om de koers van het project te bepalen worden momenteel drie scenario’s vitgewerkt: 1. Het project zoals voorbereid wordt integraal aanbesteed en gerealiseerd, er zijn geen zaken om rekening mee te houden voor de energietransitie; 2. Het project zoals voorbereid wordt integraal aanbesteed en gerealiseerd, en hierbij worden maatregelen opgenomen om toekomstige energievoorziening(en) eenvoudig op te kunnen nemen in de openbare ruimte; 3. Het project wordt opnieuw voorbereid met daarin speciale aandacht voor het energietransitie vraagstuk. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 23 februari 2018 Kenmerk V&OR/UIT/2018004974 Pagina 2 van 2 Voor de scenario's beschrijven we in samenwerking met de partners Liander en Waternet de technische en financiële aspecten, inclusief de kansen en risico’s. Dit proces neemt zeker nog 2 maanden in beslag. De uitkomst is naar verwachting eind juli 2018 bekend, waarna wij v kunnen informeren over de wijze van afhandeling van de motie. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met de meeste hoogachting, college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, | | gee IMM \ / (u AD, ©: J.J. van Aartsen A.H.P. van N \ « | . waarnemeyfd burgemeester gemeente \ aris Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 197 Publicatiedatum 24 maart 2017 Ingekomen onder D Ingekomen op woensdag 15 maart 2017 Behandeld op woensdag 15 maart 2017 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Groot Wassink en Mbarki inzake stadsnomaden. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van het lid Groot Wassink inzake de verplaatsing van een groep stadsnomaden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 191). Overwegende dat: — de beoogde locatie voor de herhuisvesting van de stadsnomaden te klein is; — de politie negatief over de nieuwe locatie heeft geadviseerd; — verplaatsing naar de beoogde locatie een grote kans op nieuwe problemen geeft. Draagt het college van burgemeester en wethouders op: in overleg met alle betrokkenen een locatie voor de herhuisvesting van de stadsnomaden te vinden die groot genoeg en geschikt is (qua voorzieningen) voor alle stadsnomaden die op het huidige terrein verblijven. De leden van de gemeenteraad B.R. Groot Wassink S. Mbarki 1
Actualiteit
1
test