text
stringlengths
181
1.69M
label
stringclasses
11 values
num_pages
float64
1
502
split
stringclasses
4 values
Bezoekadres Gemeente Amstel 1 Amste rda m 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 2x amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Raadscommissie KDD Datum 17 juli 2018 Behandeld door Ger Baron, [email protected] Kopie aan Bijlage Onderwerp Afhandeling moties 798 en 882 en toezeggingen over connectiviteit Geachte leden van de raadscommissie, Op woensdag 13 september 2017 heeft de raadscommissie Werk en Economie de voortgangsbrief over het connectiviteitsbeleid van de Gemeente Amsterdam van 27 juni 2017 besproken. Ook bevatte deze brief een terugkoppeling over de moties die naar aanleiding van de visie op het connectiviteitsbeleid zijn ingediend. Met deze brief informeer ilk uw commissie over de uitvoering van de moties over connectiviteit die nog open stonden en de huidige stand van zaken op een aantal toezeggingen die de wethouder gedaan had. Motie 796 ingediend door het lid N.T. Bakker bij de voorjaarsnota 2016 (TA2016-000985). Hierin wordt het college verzocht om de mogelijkheden te verkennen om te komen tot gratis Wi-Fi plekken of andere vormen van gratis connectiviteit, vitgevoerd door grote internetondernemingen. Het CTO Innovatieteam heeft een verkenning afgerond die gehouden is onder meerdere marktpartijen. Deze heeft een aantal inzichten opgeleverd. Er bestaat geen vorm van gratis connectiviteit. Marktpartijen zijn terughoudend om openbare connectiviteit gratis aan te bieden in verband met hun commerciële doelstellingen en diensten op de markt. Als er wel gratis connectiviteit wordt aangeboden gebeurt dit vaak door een (lokale) ondernemer, zoals bijvoorbeeld in horecagelegenheden. Hier zit meestal een ander verdienmodel van derden achter, doordat gebruikers eerst hun gegevens moeten delen met de externe exploitant om vervolgens toegang te krijgen tot het internet. Mobiel internet via een dataverbinding (4G) is vanwege de bandbreedte en de dekking veel efficiënter dan via Wi-Fi op locatie. In 2020 zullen de eerste diensten op het nieuwe 5G mobiele datanetwerk beschikbaar komen. Op dat moment zullen gebruikers een internettoegang kunnen hebben die 10ox zo snel is als 4G. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum 27 juli 2018 Kenmerk Pagina 2 van 3 Om te borgen dat alle Amsterdammers toegang tot internet hebben, stelt de gemeente Amsterdam in haar gebouwen en in de locaties van de OBA gratis internet ter beschikking. “Gratis” wifi in de openbare ruimte is kostbaar. De initiële en jaarlijkse exploitatiekosten om bijvoorbeeld 30 voorgeselecteerde locaties in Amsterdam te voorzien van openbare Wi-Fi lopen in de miljoenen. Als lokale overheid zien wij het niet als onze taak om een dergelijke dienst in de openbare ruimte te faciliteren en te beheren, te meer omdat er verschillende 4G netwerken in de stad beschikbaar zijn. Motie 882 ingediend door het lid N.T. Bakker bij de voorjaarsnota 2017 (TA2017-001017 en TA 2017-001488). De motie verzoekt het college te onderzoeken of het mogelijk is om het glasvezelnetwerk waar de gemeente in samenwerking met publieksinstellingen aan werkt (het zogeheten network of networks) niet alleen beschikbaar te stellen aan bedrijven en instellingen maar ook aan alle Amsterdammers. De digitale netwerkinfrastructuur van Amsterdam is het digitale wegennet voor bewoners, bezoekers en ondernemers, analoog aan het fysieke wegennet. In opdracht van de Gemeente Amsterdam en Alliander heeft PwC in 2017 onderzoek gedaan naar de digitale infrastructuur, hieruit kwam onder meer als vitkomst dat het huidige digitale wegennet in Amsterdam onveilig is. Het is niet vitgerust voor het te verwachten exponentieel groeiend datatransport als gevolg van de toename van digitale diensten en digitale voorzieningen in de stad. Om die reden is er begin 2017 begonnen aan een programma ‘Digitale Infrastructuur openbare ruimte stad Amsterdam’ (Dlo20) dat gericht is op de verbetering van de connectiviteit voor publieke diensten. Doel van het programma is om de komende vier jaar een veilig en goed functionerend digitaal netwerk te realiseren dat voldoet aan de eisen van nu én van de nabije toekomst. Dlo2o is een samenwerking van zes (publiek en private) deelnemende organisaties en zal als ‘network of networks!’ in eerste instantie beschikbaar komen voor de deelnemende organisaties. Ontsluiting voor consumenten en private diensten zien we niet als onze taak, Gemeente Amsterdam is geen internetaanbieder en mag conform de wet- en regelgeving van de Autoriteit Consument en Markt geen commerciële diensten aanbieden. Toezegging mobiele ontvangst in openbare ruimte (TA2017-001234) In vervolg op de vragen van het raadslid Vroege is onder andere toegezegd aan de voormalige commissie WE om een overzicht toe te sturen met welke acties zijn ondernomen om de slechte draadloze (2G en 4G) ontvangst op bepaalde locaties in de openbare ruimte te verbeteren. Het college heeft via het CTO innovatieteam locaties geïnventariseerd waar dit speelt. Dit zijn vaak gebieden waar (tijdelijk) gebouwd wordt en of waar gewerkt wordt aan gebiedsontwikkeling. Telecomaanbieders werken via een vereniging, genaamd Monet, om de plaatsing van antennes met de gemeente af te stemmen. De plaatsing van antennes wordt gepubliceerd in het antenneregister. Jaarlijks worden de individuele wensen en wijzigingen per telecomaanbieder in een plaatsingsplan aan de gemeente voorgelegd. De gemeente denkt mee om opstelpunten te vinden en stelt haar gebouwen ter beschikking. Het daadwerkelijk plaatsen van antennes is een Gemeente Amsterdam Datum 27 juli 2018 Kenmerk Pagina 3 van 3 zaak van private partijen. Uit een analyse van de verantwoordelijkheden van de verschillende partijen in dit domein blijkt dat wij als gemeente bij het verbeteren van de bereikbaarheid alleen kunnen faciliteren en signaleren, en verder geen rol spelen in deze private verantwoordelijkheid. De enige uitzondering is als de veiligheid in het geding komt, door bijvoorbeeld gebrekkige ontvangst en het niet kunnen bereiken van nooddiensten, dan wordt met marktpartijen zo snel mogelijk ingegrepen, maar op dit moment zijn deze gevallen niet bekend. De actuele status van de blackspots in de openbare ruimte is concurrentiegevoelige informatie en wordt niet gedeeld met derden. Aanbieders van mobiele netwerken zijn op de hoogte van zwakke bereikbaarheid en werken aan de verbetering van de dekking door het plaatsen van extra tijdelijke steunzenders en het efficiënter inrichten van het draadloze spectrum van Wi-Fi. Toezegging overleg met KPN (TA2017-001486) In de commissie van 6 december 2017 heeft wethouder Kock in vervolg op vragen van het raadslid Bakker een toezegging gedaan over het starten van overleg met KPN om te kijken welke mogelijkheden er zijn voor de versnelling van de aanleg van glasvezel in Amsterdam. Uit overleg met KPN komt naar voren dat zij op dit moment haar VDSL netwerk (de snellere opvolger van ADSL) uitrolt in Amsterdam. Naar verwachting zal KPN dit eind 2018 afronden. Tot die tijd wordt er alleen geïnvesteerd in glasvezel tot aan de verdeelkasten in de straat. Daarna zal (ook samen met de gemeente) gekeken worden naar nieuwe plaatsen waar eventueel glasvezel kan worden uitgerold. Met de komst van VDSL is de ambitie om overal in Amsterdam een snelheid van 200 Mbps (Megabit per seconde) te kunnen aanbieden. Toezegging aansluitingen op glasvezel (TA2017-001487) Ook heeft wethouder Kock een toezegging gedaan aan het raadslid Vroege om de raadsleden te informeren over hoeveel straten sinds april 2016 op glasvezel zijn aangesloten. In Amsterdam zijn sinds 2016 alle nieuwe gebieden op glasvezel aangesloten. Dit betreft ongeveer 10.000 woningen verdeeld over de wijken Nieuw Sloten, de Aker, IJburg, Indische buurt, Oostelijk havengebied, Oosterpark, Dapperbuurt en Osdorp. Hiermee worden de moties 796 en 882 als afgehandeld beschouwd. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, Het We van burgemeester en wethouders van Amstegfan, Femke Halsema Wil Rutten burgemeester waarnemend gemeentesecretaris
Motie
3
train
> < Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 22 april 2021 Ingekomen onder nummer 231 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 26 april 2021 Onderwerp Motie van de leden Kuiper en Kreuger inzake van enkel naar dubbelglas Onderwerp Zoveel mogelijk corporatiewoningen voorzien van dubbelglas Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebbende eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over het onderzoek Energiearmoede. Constaterende dat: — Ergeen concrete afspraken zijn met corporaties over bij hoeveel woningen het enkel glas ver- vangen wordt door dubbel glas; — De overgang van enkel naar dubbelglas een belangrijke isolatiestap is in het kader van CO2- bespraing en daarnaast ook de energierekening van de huurder drukt; Overwegende dat: — De nieuwe investeringen in het kader van de renovatiemotor een kans bieden om met corpo- raties afspraken te maken over een concreet aantal woningen waarbijhet enkel glas vervan- gen wordt door dubbel glas; Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Met corporaties afspraken te maken over een concreet aantal woningen waarbij nog dit jaar het enkel glas vervangen wordt door dubbel glas. Indieners, T. Kuiper K.M. Kreuger
Motie
1
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 31 Datum indiening 20 december 2018 Datum akkoord 17 januari 2019 Publicatiedatum 18 januari 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Poot inzake de vorderingen bij de Aanpak straatintimidatie. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Op 19 december 2018 heeft in Rotterdam de eerste veroordeling voor straatintimidatie plaatsgevonden. De officier van justitie aldaar eiste tweemaal een boete van 190,00 euro tegen een man die tweemaal vrouwen seksueel had geïntimideerd op straat.’ De fractie van de VVD vindt dat deze veroordeling een krachtig signaal afgeeft. Bovendien gaat er van een veroordeling een preventieve werking uit. Daarom laat Amsterdam wat de fractie van de VVD betreft dezelfde voortvarendheid zien als Rotterdam. In juni 2018 heeft het college naar aanleiding van een aantal vragen van ondergetekende een brief naar de raad gestuurd waarin wordt ingegaan op de toenmalige stand van zaken inzake de uitvoering Amsterdamse Aanpak straatintimidatie.” De fractie van de VVD wordt graag geïnformeerd over de vorderingen die er sindsdien zijn gemaakt. Gezien het vorenstaande heeft het lid Poot, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Wil het college ingaan op de vorderingen die er in 2018 zijn gemaakt met de Aanpak straatintimidatie en hierbij aandacht besteden aan de volgende punten: a. De publiekscampagne (en het effect daarvan) die dit jaar is gevoerd, via onder andere posters, digitale schermen op scholen en sociale media; b. Het aanspreken en waarschuwen door gemeentelijke handhavers; c. De voorlichtingen en trainingen en het invoeren van straatintimidatie als een onderdeel van het scholingsprogramma voor handhavers; d. Het uitreiken van waarschuwingsbrieven, door handhavers (in burger); e. Het experiment met gedragsverandering, in Noord, Oost en West? 1 https://www.om.nl/actueel/nieuwsberichten/@ 104740/hey-psssst-schatie/ ? https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/8740049/1/0901 2f9782573c04 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng 1 Gemeenteblad R Datum 18 januari 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 20 december 2018 Antwoord vraag 1: De onderdelen van het plan van aanpak tegen straatintimidatie zijn in 2017 en 2018 uitgevoerd. Het probleem vergt echter - zoals bij aanvang ook geschetst - een lange adem. Het artikel in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) blijkt - zoals bij de strafbaarstelling ook ingeschat - zeer lastig te handhaven. Hieronder geeft het college op de door u gevraagde punten een toelichting. Ten slotte wordt ingegaan op de uitvoering van buurtschouwen in het kader van deze aanpak, zoals toegezegd door de burgemeester in de commissievergadering Algemene Zaken van 6 september 2018. In de zomer van 2018 is een breed zichtbare publiekscampagne gevoerd via de inzet van (177) grote posters op straat, in (4) metrostations en op een festival, digitale schermen op (27) middelbare scholen en mbo's en via de inzet van sociale media van de gemeente en partners. Een redactioneel artikel op de gemeentelijke website werd opvallend vaak (meer dan 15.000 keer) gelezen. Er is geen inzicht in het effect van de campagne op houding en gedrag van doelgroepen, omdat hiertoe geen meting is verricht. Training van handhavers vond plaats via het scholingsprogramma ‘veiligheid en weerbaarheid in de openbare ruimte en de organisatie’, inclusief videomateriaal met uitleg over het handelingsperspectief bij het APV-artikel tegen straatintimidatie. Met betrekking tot het aanspreken en waarschuwen door gemeentelijke handhavers zijn er in 2018 enkele gevallen van eigen waarnemingen van handhavers op basis van het artikel tegen straatintimidatie geregistreerd. Het valt niet uit te sluiten dat er daarnaast ook enkele waarschuwingen zijn gegeven die niet in het registratiesysteem zijn opgenomen. Uit navraag blijkt dat de opgestelde waarschuwingsbrieven voor het Westerpark en Oost (bij laatstgenoemde ook voor handhavers zonder uniform) niet zijn toegepast; er deden zich hier in deze periode geen situaties voor waarbij handhavers straatintimidatie in de zin van de APV van burgers onderling constateerden. Het gedragsveranderingsexperiment met gebruik van persoonlijke normatieve feedback ten aanzien van (straatintimidatie gerelateerde) omgangsnormen op een aantal scholen in Noord vindt plaats in het eerste kwartaal 2019, zodat de mogelijkheid bestaat hier met een lesprogramma op voort te borduren in het voorjaar van 2019. In samenwerking met adviesbureau DSP-groep is in 2018 het instrument “inclusieve buurtschouw’ ontwikkeld. Hiermee wordt de sociale omgeving en de fysieke ruimte op locaties onder de loep genomen. Naast kwalitatieve informatie over (veiligheids)beleving komen hierbij gewenste aanpassingen in de openbare ruimte in beeld. De schouw is gehouden in stadsdeel Noord (nabij de pont), Nieuw-West (Slotervaart), Centrum (Rembrandtplein en Reguliersdwarsstraat) en Zuidoost (Amsterdamse Poort). De uitkomsten hebben geleid tot zowel enkele fysieke maatregelen, zoals een al dan niet tijdelijke afsluiting, het beter gaan reguleren van fietsparkeren, schoonmaak in de nacht, als aanknopingspunten voor het versterken van het sociaal toezicht via bijvoorbeeld portiers en het GVB. Ook worden de bevindingen in Centrum en Zuidoost meegenomen in ruimtelijke plannen. Begin 2019 volgt een bijeenkomst in Zuid en een schouw op een nog nader te bepalen locatie. De stadsdelen zijn hierna zelf aan zet om dit instrument waar gewenst toe te passen. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng 1 Gemeenteblad Datum 18 januari 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 20 december 2018 2. Heeft de gemeente Amsterdam ambtelijke contacten met de gemeente Rotterdam om best practices uit te wisselen als het gaat om de eerste veroordelingen en wat zijn hier de learnings van? Is het college bereid om de meldingsapp die in Rotterdam wordt gebruikt ook in Amsterdam te introduceren? Zo ja, wanneer? Zo nee, waarom niet of wat moet er aangepast worden om de app alsnog te introduceren in Amsterdam? Antwoord vraag 2: Ja, er is regelmatig ambtelijk contact met de gemeente Rotterdam. Er is kennisdeling met betrekking tot de strafbaarstelling en handhaving, maar ook op het gebied van onderzoek, monitoring en preventie. Afgelopen december deelden beide gemeenten hun ervaringen in de integrale aanpak gezamenlijk op een bijeenkomst, georganiseerd door het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid. Ook de parketten in Amsterdam en Rotterdam onderhouden nauw contact. Het college is niet voornemens een meldingsapp te introduceren. De meldingsapp in Rotterdam maakt weliswaar het melden van situaties van (seksuele) straatintimidatie toegankelijker, maar de primaire opbrengst van de app is dat hotspots in beeld komen en handhaving vervolgens gerichter ingezet kan worden. In Amsterdam komen de hotspots al in beeld via de Veiligheidsmonitor. Op basis daarvan wordt een factsheet gepubliceerd door Onderzoek, Informatie en Statistiek. Ook worden er aan de hand van de Veiligheidsmonitor kaarten opgemaakt met locaties in de stad waar het probleem zich voordoet. Melding maken van een voorval kan via amsterdam.nl/overlast, het telefoonnummer 14 020 en bij acute dreiging of gevaar via 112. 3. Het college heeft eerder aangegeven dat er in 2018 nog geen strafbeschikkingen volgen en dat per 1 januari 2019 begonnen zal worden met handhaven en beboeten. De fractie van de VVD gaat ervan uit dat dit nog steeds het geval is. Kan het college dit bevestigen? Mocht er niet per 1 januari 2019 beboet gaan worden, kan het college dan aangeven waarom de raad hier niet van op de hoogte is gesteld en welke concrete acties in welk tijdspad genomen gaan worden om alsnog te kunnen gaan handhaven en beboeten? Antwoord vraag 3: De waarnemend burgemeester heeft aangegeven dat de waarschuwingsperiode in ieder geval tot eind 2018 geldt. De driehoek spreekt medio januari over het onderwerp straatintimidatie en in het bijzonder over het onderdeel strafbaarstelling en handhaving. Hierdoor kan de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 19 december 2018 meegewogen worden bij verdere besluitvorming. De burgemeester informeert u vervolgens per brief over het gevolg van deze uitspraak voor de strafbaarstelling en het besluit van de driehoek ten aanzien van het vervolg. Naar verwachting wordt deze brief geagendeerd voor de commissie Algemene Zaken van 28 februari 2019. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R weing 1 Gemeenteblad ummer wees: Datum 18 januari 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 20 december 2018 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 30 november 2022 Ingekomen onder nummer 518 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake echte kosten Lutkemeerpolder zichtbaar maken Onderwerp Echte kosten Lutkemeerpolder zichtbaar maken Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de motie van stadsdeelcommissie Nieuw West om de financiële moge- lijkheden te verkennen om de Lutkemeerpolder op te kopen en daar een voedselpark te ontwikke- len. Constaterende dat: -__de Lutkemeerpolder de laatste biologische akkerbouwpolder is van Amsterdam, met een belangrijke rol voor biodiversiteit en klimaatadaptatie; -__er nu nog geen distributiehallen staan en we de ecologische schade nog kunnen tegen- houden; -_in het coalitieakkoord staat dat dit college de mogelijkheden van true pricing gaat onder- zoeken; -_ Wageningen University & Research onderzoek heeft gedaan naar de waarde van de eco- systeemdiensten die de Lutkemeerpolder levert en deze heeft geschat op een bedrag tus- sen de 1,5 en 8,6 miljoen euro per jaar, met potentie om dit te verhogen in de toekomst. Overwegende dat: -__de Lutkemeerpolder een vitgelezen kans biedt om het principe van true pricing te onder- zoeken vanwege de grote diversiteit aan sociaal-maatschappelijke aspecten die ermee verweven zijn; -_de verwachtte indirecte kosten van de ontwikkeling van de Lutkemeerpolder zoals bij- voorbeeld het aanleggen van infrastructuur in de vorm van wegen en bruggen groot zijn; 1 Amsterdams Akkoord, p. 43. 2 https://www.wur.nl{nl/Waardecreatie-Samenwerking/Show-Waardecreatie-Samenwerking/De-waarde-van-ecosysteemdiensten-in-de- Lutkemeerpolder.htm Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 -_de verwachtte effecten van het bebouwen van de Lutkemeerpolder voor de biodiversiteit, het klimaatadaptieve vermogen, de luchtkwaliteit, de leefomgeving van dieren, de ge- zondheid van Amsterdammers en de groenbeleving in de stad ook zeer groot zijn; -__eente nauw geformuleerde financiële overweging daarom ook geen recht doet aan de waarde die het gebied heeft voor de Amsterdammers. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders De werkelijke kosten van de plannen in de Lutkemeerpolder inzichtelijk te maken door: -_ enerzijds te onderzoeken welke kosten er allemaal gemaakt moeten worden voor de ont- wikkeling van de Lutkemeerpolder, zoals bijvoorbeeld de vervanging en aanleg van wegen en bruggen, maar ook de sociaal-maatschappelijke kosten zoals meer gezondheidsschade door extra luchtvervuiling vanwege toenemend vrachtverkeer; -_anderzijds te onderzoeken wat het oplevert als de plannen niet doorgezet worden en daarin sociaal-maatschappelijke kosten zoals meer groen en biodiversiteit, betere lucht- kwaliteit en minder gezondheidsschade en -kosten mee te nemen; en hierover te rapporteren aan de raad. Indiener(s), J.F. Bloemberg-Issa
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1565 Datum indiening 25 juni 2019 Datum akkoord 29 oktober 2019 Publicatiedatum 30 oktober 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Kreuger inzake de samenwerking van OSVO met ‘Wit aan Zet’ Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 22 mei 2019 is een bericht aan het bestuur van het OSVO verstuurd met daarin het verzoek om op 25 juni in Pakhuis de Zwijger het door ‘Wit aan Zet’ opgesteld manifest te ondertekenen namens de Amsterdamse schoolbesturen. Het manifest, gericht op het via onderwijs uitbannen van kansenongelijkheid, is in 2018 al ondertekend door de fracties van GroenLinks, D66, PvdA, SP, CU en BIJ. Er zou een vertaling van het manifest voor de schoolbesturen zijn gemaakt. Tevens wordt in het bericht gemeld dat het OSVO het platform ‘Wit aan Zet’ als belangrijk partner ziet om kansengelijkheid te stimuleren en segregatie tegen te gaan. De fractie van Forum voor Democratie vindt samenwerking met de organisatie Wit aan Zet en de uitvoering van bovengenoemd manifest een zorgelijke ontwikkeling. Wie het manifest leest krijgt de indruk dat ons Amsterdamse onderwijs moedwillig segregatie in de hand werkt, onze Amsterdamse leraren een onjuiste versie van de vaderlandse geschiedenis doceren en dat ons lesmateriaal bol staat van “schadelijke stereotyperingen” en “eurocentrisme”. De overtuiging van de fractie van Forum voor Democratie is dat de maatregelen in het manifest polarisatie, segregatie en wij/zij denken juist aanwakkeren in plaats van ze tegen te gaan. Wij roepen het college en de schoolbesturen daarom op het manifest niet onverkort uit te voeren en de samenwerking met organisaties zoals Wit aan Zet te stoppen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Kreuger, namens de fractie van Forum voor Democratie, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met het manifest van ‘Wit aan Zet' en de “vertaalde” versie voor de schoolbesturen? Kan het college de vertaalde versie aan de raad versturen? Antwoord: Ja, het college is bekend met het Manifest Kansengelijkheid in het basis- en voortgezet Onderwijs. Ja, het college is bekend met het voornemen van Wit aan Zet om met schoolbesturen in gesprek te gaan en hen te vragen een aangepaste versie (gericht op schoolbesturen) van het manifest te ondertekenen. Voor zover bij het college bekend is de (aangepaste) versie van het manifest niet getekend door de schoolbesturen in Amsterdam. Het college is niet in het bezit van een aangepaste versie. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1565 Schriftelijke vragen Datum 30 oktober 2019 2. Is het college bekend met de mogelijke samenwerking tussen het OSVO en ‘Wit aan Zet’? Antwoord: Het OSVO is de vereniging van schoolbesturen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs." Een groot deel van de schoolbesturen is lid van het OSVO. Het OSVO is een zelfstandig orgaan en geen gemeentelijke organisatie. Voor zo ver bij het college bekend is er op dit moment geen sprake van een samenwerking tussen het OSVO en Wit aan Zet. Via een open brief in het Parool (dd. 24 juni 2019) heeft Wit aan Zet de Amsterdamse schoolbesturen uitgenodigd om aanwezig te zijn bij een door Wit aan Zet georganiseerd event. Tijdens dit ‘Onderwijsmanifest: Waar staan we?’ op 25 juni 2019 in Pakhuis de Zwijger zijn de schoolbesturen uitgenodigd het manifest te ondertekenen? Voor zo ver bij het college bekend was het OSVO niet aanwezig bij het event en heeft op dit moment geen van de schoolbesturen het manifest ondertekend. Het college is bekend met de uitnodiging van de voorzitters van het OSVO en BBO om in gesprek te gaan over de onderwerpen kansengelijkheid en segregatie met de initiatiefnemers van Wit aan Zet en de gemeente in september 2019". 3. Klopt het dat het OSVO de samenwerking met ‘Wit aan Zet’ als middel beschouwt om kansengelijkheid en segregatie tegen te gaan en hoe kijkt het college naar de samenwerking tussen deze twee partijen? Antwoord: Er is op dit moment geen sprake van specifieke samenwerking tussen het OSVO en Wit aan Zet. Zie antwoord 2. Het college weet dat kansengelijkheid en tegengaan van segregatie onderwerpen zijn die hoog op de agenda van het OSVO staan. Dat blijkt uit de onderwijsagenda van het OSVO.* Het OSVO deelt in deze agenda haar visie om segregatie en kansenongelijkheid in het onderwijs te verminderen. Onderdeel hiervan is om met allerlei partijen, zoals Wit aan Zet, in gesprek te gaan en waar het kan van elkaar te leren. Het tegengaan van kansenongelijkheid is de topprioriteit van dit college en het college vindt het daarom ook goed dat de Amsterdamse schoolbesturen de dialoog aangaan met al hun stakeholders en met belangengroepen. Toelichting door vragensteller: In het manifest van “Wit aan Zet” staat onder actiepunt 8 het volgende: “Dring onderadvisering op de basisschool terug. Meervoudige eindadviezen (bijv. vmbo-t/havo) worden de norm. Ouders worden geïnformeerd over de mogelijkheid een second opinion te krijgen” | https://www.verenigingosvo.nl/ ? https://www.parool.nl/columns-opinie/vwo-leerlingen-hyperion-wij-willen-gelijke- kansen-b30e212e/ ® De uitnodiging van de voorzitters van het OSVO en BBO is verstuurd op 25 juni 2019, de dag van het event ‘Onderwijsmanifest: Waar staan we?’ van Wit aan Zet. Inmiddels heeft op 18 september een informele kennismaking tussen afgevaardigden van Wit aan Zet, BBO en OSVO plaatsgevonden. f https://www.verenigingosvo.nl/wp-content/uploads/2018/04/Onderwijsagenda-OSVO-003.pdf 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1565 Schriftelijke vragen Datum 30 oktober 2019 4. Welke redenen ziet het college voor onderadvisering en wat zijn hierin de factoren? Antwoord: Uit onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs blijkt dat impliciete aannames van leraren over ‘zachte’ factoren als motivatie, gedrag en thuissituatie een rol spelen bij advisering.” Dit komt voor bij zowel over- als onderadvisering. Zo blijkt het opleidingsniveau van ouders een rol te spelen bij de advisering. In de Staat van het Onderwijs 2019 concludeert de Inspectie dat leerlingen met hoger opgeleide ouders hogere schooladviezen krijgen dan leerlingen van lager opgeleide ouders. Volgens de Inspectie is dit deels te verklaren vanuit verschillen in (aangeboren) aanleg, maar zij ziet op basis van de cijfers wel aanwijzingen dat inschatting op basis van afkomst mogelijk reden is voor een hoger advies. De Inspectie onderstreept daarom dat alertheid op onbewuste aannames bij schooladvisering cruciaal blijft in het bieden van gelijke kansen.® 5. vraag nummer 5 ontbreekt in de schriftelijke vragen- 6. Hoe bepaal je wanneer er sprake is van onderadvisering? Antwoord: Voor onderadvisering hanteert het College de definitief van de Inspectie van het Onderwijs: er is sprake van onder advisering als een advies van de basisschool dat ten minste een half schooltype lager is dan de score op de eindtoets aangeeft.” Ondergeadviseerde leerlingen krijgen een lager basisschooladvies dan leerlingen met vergelijkbare schoolprestaties. Onderadvisering kan worden vastgesteld door een objectief meetmoment. Er is sprake van onderadvisering indien het basisschooladvies lager is dan de score op de eindtoets. 7. Kan het college een schatting geven van de omvang van het probleem? Antwoord: Onder- en overadvisering vindt jaarlijks plaats bij de overgang tussen het PO en het VO. Op basis van open data van DUO zien we dat op elke school onder- en overadvisering voorkomt.” 1247 van de 6646 Amsterdamse leerlingen heeft in 2018 een hogere toetsscore gekregen op de eindtoets dan het basisschooladvies. Dat is iets meer dan 18%. Dit wil niet zeggen dat dit de omvang van het probleem is, want een basisschooladvies kan om goede redenen lager zijn dan de score op de eindtoets. Bij 11,6% van de leerlingen (773) wordt het advies herzien nadat de ° Onderzoeksverslag kansen(on)gelijkheid bij de overgangen PO-VO (pag.9) via https://www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/2018/06/13/onderzoeksverslag- kansenongelijkheid-bij-de-overgangen-po-vo Inspectie van het Onderwijs (2019). De Staat van het Onderwijs 2019. Onderwijsverslag over 2017/2018 (pag. 77) via https://www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/201 9/04/10/rapport-de-staat- van-het-onderwijs-2019 7 Inspectie van het Onderwijs (2019). De Staat van het Onderwijs 2019. Onderwijsverslag over 2017/2018 (pag. 94) via https://www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/201 9/04/10/rapport-de-staat- van-het-onderwijs-2019 ® Dit is in de meeste gevallen de Centrale Eindtoets (voormalige Cito-toets), maar scholen kunnen ook kiezen voor een andere toets. ° https://duo.nl/open_onderwijsdata/databestanden/po/leerlingen-po/bo-sbo/bijstelling.jsp 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 1 Gemeenteblad R Nummer 1565 Schriftelijke vragen atum 30 oktober 2019 eindtoetsscore bekend is. Ter vergelijking, landelijk is het percentage leerlingen dat onderadvies krijgt 33,5% waarbij bij slechts 7,9% wordt herzien nadat de eindtoets bekend is. Deze cijfers zijn berekend op basis van het jaarlijkse bestand per school dat DUO publiceert op open onderwijsdata. In de Staat van de Stad 2019'° geeft het college een overzicht van het aantal onder- en overadviseringen op stadsdeelniveau. Daarnaast zal de Staat van de Stad 2019 een vergelijking geven tussen Amsterdam, Utrecht, Den Haag, Rotterdam en Nederland. Het college informeert de raad in het najaar over het onderzoek door OIS naar onder- en overadvisering. Sommige schoolbesturen zetten al extra in op het thema onderadvisering. Zo heeft schoolbestuur Amos samen met OIS onderzoek uitgevoerd naar onderadvisering binnen de eigen scholen. Eén van de uitkomsten was dat leraren soms te veel de thuissituatie of het opleidingsniveau van de ouders meewegen in het schooladvies. Met intensieve aandacht hiervoor binnen het schoolbestuur wordt er nu evenwichtiger geadviseerd. Het college is van mening dat dit voor elk bestuur gewoon moet worden. Het is van belang dat docenten en directeuren van verschillende scholen elkaar over dit onderwerp kunnen vinden. 8. In hoeverre is naar inzicht van het college de advisering van leerlingen een zaak van de leraren, ouders en scholen, en in hoeverre heeft het gemeentebestuur bevoegdheden hier invloed over uit te oefenen”? Antwoord: De advisering van individuele leerlingen is een zaak van leraren, ouders en scholen. Het is aan leraren om een professionele, weloverwogen afweging te maken. De gemeente heeft hierin geen rol. Het college heeft geen bevoegdheden om invloed uit te oefenen op het basisschooladvies en het college heeft ook geen invloed op het aantal enkelvoudige of meervoudige adviezen. Het is aan de basisscholen en - leerkrachten om het basisschooladvies te bepalen. Onderadvisering kan niet alleen veel persoonlijk leed veroorzaken, maar zorgt er ook voor dat potentieel onbenut blijft voor de samenleving. Bovendien zien we dat onderadvisering niet gelijk verdeeld is, maar sommige groepen meer raakt. Onderadvisering versterkt daarmee ongelijkheid in de samenleving. Het college heeft zich tot doel gesteld ongelijkheid tegen te gaan, waar zij kan. Daarom willen we ons sterk maken om te helpen onderadvisering te voorkomen, ook al hebben we geen officiële rol of bevoegdheid. Het college vindt het belangrijk dat alle Amsterdamse leerlingen een passend en juist advies krijgen. Het college vindt het daarom belangrijk om de kwaliteit van de basisschooladviezen in de gemeente Amsterdam te verhogen. In de beleidsbrief ‘Amsterdammerschap in het onderwijs’, waarmee de gemeenteraad op 19 september heeft ingestemd, is opgenomen onder actielijn 1: ‘Amsterdamse leraren en schooldirecteuren zijn bekwaam in het lesgeven in de grote stad: zij beheersen het ‘Amsterdams meesterschap’, op welke manier de gemeente hierop gaat inzetten. Het college kan gesprek over onder- en overadvisering en kennisdeling faciliteren. Daarom zet het college fors in op het faciliteren van kennisnetwerken en kennisoverdracht binnen de stad. De onderwijsinspectie heeft afgelopen jaar een interactieve simulatie basisschooladvies ontwikkeld om bewustwording bij 10 Naar verwachting wordt de Staat van de Stad 2019 in september 2019 gepubliceerd. 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1565 Schriftelijk Datum _ 30 oktober 2019 “ermee vragen basisschoolleerkrachten over onder- en overadvisering te stimuleren.’ 9. In hoeverre zijn de aangedragen oorzaken van segregatie e.d. gedragen door bevindingen uit statistisch en/of wetenschappelijk onderzoek, en als dit zo is, kan het college de resultaten uit deze onderzoeken met de raad delen? Antwoord: Het manifest van Wit aan Zet verwijst naar de Staat van het Onderwijs 2018, onderwijsverslag over 2016/2017 van de Onderwijsinspectie. '° 10. Is het college bekend met door het CBS gepubliceerde cijfers in zowel 2017 als 2018 over onderwijsprestaties van niet-westerse migranten? Antwoord: Ja, het college is hiermee bekend. 11. Is het college het met de indieners eens, dat de uitkomsten van dit onderzoek bewijzen dat de term ‘niet-westerse migranten’ niet veralgemeniseerd kan worden gezien onderlinge verschillen qua onderwijsprestaties tussen verschillende groepen niet-westerse migranten: en er dus geen algemene uitspraken gedaan kunnen worden over leerlingen met een niet-westerse achtergrond? Antwoord: In onderzoek naar onderwijsprestaties acht het college het inderdaad verstandig om nauwkeuriger te kijken dan alleen het onderscheid tussen westerse achtergrond en niet-westerse achtergrond. Dat doet het college ook, bijvoorbeeld in de jaarlijkse monitor onderwijssegregatie, waarin de grootste groepen naar migratieachtergrond in Amsterdam onderscheiden worden. Bovenstaande neemt niet weg dat we zien dat onderadvisering bij sommige groepen leerlingen meer voorkomt dan bij anderen. 12. Ook staat in het manifest dat kansenongelijkheid binnen het onderwijs gelijk staat aan afkomst en dat dit blijkt uit onderzoek. Welk onderzoek? Hoe verhoudt dit onderzoek zich tot de cijfers van het CBS? Antwoord: Zie antwoord op vraag 9. De cijfers uit deze twee rapporten gaan over verschillende onderwerpen, verschillende periodes in de tijd en onderzoeken op basis van verschillende achtergrondkenmerken. 1 via https://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/overgang/interactieve-simulatie- basisschooladvies Via https://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/staat-van-het- onderwijs/documenten/rapporten/2018/04/1 1/rapport-de-staat-van-het-onderwijs 5 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 1 Gemeenteblad R Nummer 1565 Schriftelijke vragen atum 30 oktober 2019 13. In het manifest van Wit aan Zet wordt gesproken over moedwillige segregatie. Is het college met de opstellers van het manifest van mening dat ons onderwijs moedwillig segregatie en ongelijkheid veroorzaakt”? Antwoord: Het college is het niet eens met de opstellers dat het onderwijs moedwillige segregatie en ongelijkheid veroorzaakt. Het college is het met de opstellers eens dat segregatie en ongelijkheid in het onderwijs onacceptabel is. Het college heeft de ambitie dat alle kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen, ongeacht hun achtergrond. Het tegengaan van kansenongelijkheid is de topprioriteit van dit college. 14. Wat voor kansen biedt het leerlingen “om te ontdekken wat het is om te leven in een multiculturele stad” zoals geschreven staat in het manifest? Antwoord: De exacte duiding van de woorden van het manifest Wit aan Zet laat het college liever aan de opstellers. Dit college staat in ieder geval voor het belang van “het bevorderen van een ambitieuze en weerbare samenleving, waar iedereen zichzelf kan zijn. Waar individuen leren omgaan met verschillen, zich in elkaar kunnen verplaatsen en werken aan hun ontwikkeling en talenten”, zoals valt te lezen in de beleidsbrief Amsterdammerschap in het Onderwijs die op 19 september 2019 door de gemeenteraad is vastgesteld. 15. Is het college van mening dat scholen in alle lagen van de organisatie “divers” zouden moeten zijn? Zo ja, hoe wordt bepaald wanneer een school “divers” genoeg is? Deelt het college dat diversiteit aan politieke opvatting ook wenselijk zou zijn? Antwoord: Ja, het college vindt dat scholen een afspiegeling moeten zijn van onze samenleving, die in vele opzichten divers is. Het is aan schoolbesturen, de werkgevers, om hier in hun personeelsbeleid gestalte aan te geven. Vanuit de gemeentelijke taak als toezichthouder op het primair openbaar onderwijs wordt aandacht gevraagd voor diversiteit bij de werving en benoeming van de leden van de raad van toezicht van het bestuur. Het toezichtkader is in overeenstemming met het onderwijsveld tot stand gekomen en op 25 januari 2017 vastgesteld’'®. Hierin zijn de wettelijke taken en bevoegdheden van de gemeenteraad omschreven en de wijze waarop de Raden van Toezicht zich tot de gemeenteraad verhouden. Zowel het primair openbaar onderwijs als het bijzonder onderwijs wordt gevraagd om aandacht te blijven vragen voor diversiteit en pluriformiteit op instellingsniveau. Het onderwerp komt aan bod tijdens de jaarlijkse toezichthoudende gesprekken met de Raden van Toezicht van het openbaar onderwijs. 13 De raadscommissie Jeugd& Cultuur is geïnformeerd op 20 maart 2017 over de uitvoering moties toezicht openbaar onderwijs. Het betreft de motie van de raadsleden Toonk, Timman en Flentge (552.15, dd. 10-06-2015) en de motie van raadslid Blom (72.17, dd 25-01-2017) inzake het vaststellen van het Gemeentelijke Toezichtkader op het primair onderwijs. 6 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 1 Gemeenteblad R Nummer 1565 Schriftelijke vragen Datum 30 oktober 2019 16. Is het college van mening dat het huidige geschiedenisonderwijs aan onze scholen niet genoeg aandacht biedt aan de koloniale geschiedenis van het westen? Zo ja, wat zou anders moeten”? Antwoord: Het college heeft onderzoek laten doen naar hoe er wordt lesgegeven in het Amsterdamse onderwijs over het slavernijverleden. Wethouder Moorman heeft dit onderzoeksrapport en de aanbiedingsbrief ‘rapport onderzoek over slavernijverleden in het Amsterdamse onderwijs’ met u gedeeld via de dagmail van 28 juni 2019. Het college vindt het pijnlijk om anno 2019 te concluderen dat het slavernijverleden, dat tot op de dag van vandaag invloed heeft op het leven van groepen Amsterdammers, over het algemeen nog weinig en eenzijdig wordt belicht. Het college hecht grote waarde aan inclusief onderwijs. Dat betekent dat er ook aandacht is voor de onaangename bladzijdes van onze geschiedenis. Het onderzoek onderstreept de noodzaak het onderwerp slavernijverleden, inclusief aandacht voor slavernijverleden in de oost, steviger op te nemen in de Canon van Nederland, zodat het slavernijverleden meer aandacht krijgt in het curriculum en in de lesmethodes. 17. Is het college van mening dat er sprake is van vooroordelen bij docenten”? Antwoord: Ja, dit kan voorkomen. Het college is van mening dat haast niemand vrij is van vooroordelen. In de beleidsbrief ‘Amsterdammerschap in het onderwijs’ waarmee de gemeenteraad op 19 september heeft ingestemd, gaat actielijn 1 ‘Amsterdams Meesterschap’ in op de kwaliteiten die lesgeven in Amsterdam van docenten vraagt. Bewustzijn van eigen vooroordelen is een van de onderdelen die wordt opgenomen in de leergang grootstedelijk onderwijs en in het programma van kennisdeling tussen docenten en instellingen. 18. Is het college van mening dat het huidige onderwijs “eurocentrisch” is? Wat verstaat het college onder “eurocentrisch onderwijs”? Is het college het met de indieners eens dat het geen gemeentelijke taak is “eurocentrisch onderwijs” tegen te gaan? Antwoord: Uit het onderzoek ‘Lessen over slavernijverleden in het Amsterdamse onderwijs’ kwam naar voren dat een deel van de docenten vindt dat het onderwijs eurocentrisch en/of te eenzijdig vanuit West-Europees perspectief is. De gemeente heeft geen formele rol ten aanzien van het curriculum. Wel kan de gemeente agenderend zijn, door het onder de aandacht brengen van bijvoorbeeld de poster ‘Tien keer meer geschiedenis’, waarover u bent geïnformeerd in de aanbiedingsbrief bij het bovengenoemde onderzoeksrapport via de dagmail op 28 juni 2019. Zie ook antwoord op vraag 16. 19. Zijn er middelen nodig voor de uitvoering van het manifest en gaan er subsidieregelingen voor de uitvoering geïntroduceerd worden? Zo ja, om welke bedragen gaat het dan? Antwoord: Nee, het manifest is geen onderdeel van het gemeentelijk beleid. Uiteraard zijn er wel ambities die in het manifest opgenomen zijn, ook door het college benoemd in het coalitieakkoord. Voor deze ambities geldt dat het college in de onderwijsvisie en in diverse beleidsbrieven heeft uiteengezet hoe wij deze ambities willen realiseren. 7 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1565 Schriftelijke vragen Datum _ 30 oktober 2019 I 9 20. Zijn scholen straks verplicht (onderdelen uit) het manifest uit te voeren? Zo ja, komen er sancties (zoals het mislopen van bepaalde subsidies) te staan op het niet uitvoeren of niet mee te willen werken aan de nieuwe maatregelen? Antwoord: Nee, zie antwoord op vraag 19. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 8
Schriftelijke Vraag
8
discard
D Gemeente Bezoekadres Amste rd a m 1011 PN Amsterdam 2x Postbus 202 | 1000 AE Amsterdam | Telefoon 14 020 > 4 amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam | Dhr. R. Kaufmann en M. Groenewegen | Zoet & Hartig | Haarlemmerdijk 158 winkel | 1013 JK Amsterdam | | | Datum 22 juli 2016 Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door J. Rothierf E. Hamelink | Geachte heren Kaufmann en Groenewegen, | Op 6 mei 2016 heeft u zich, namens een aantal ondernemers, tot het college gewend omdat u zich zorgen maakt over de openbare orde en veiligheid in de Haarlemmerstraat en Haarlemmerdijk. U geeft aan dat klanten wegblijven door o.a. drugsoverlast, overlast van fietsen en vuil op straat. U ziet een toename van budget toerisme, toeristen die afkomen op de coffeeshops en verblijven in | illegale tijdelijke verhuurlocaties. U verzoekt het college om maatregelen te treffen. | | Ook het college hecht er waarde aan dat de Haarlemmerbuurt en Haarlemmerdijk zijn diverse | functies voor de buurt en verschillende type bezoekers behoudt en dat overlast wordt aangepakt. Uw brief is besproken met de stadsdeelvoorzitter van Centrum en de politie. Hieronder zal op de verschillende punten vit vw brief ingegaan worden. Vuil op straat en fietsparkeren U geeft aan een toename te zien van viezigheid op straat, onder andere grofvuil blijft te lang liggen. Vanuit stadsdeel centrum wordt veel aandacht besteed aan reiniging van de straten. ledere dag worden de straten schoongespoten en geveegd. Bovenop de reguliere reiniging wordt er vier keer in de week een interventieteam ingezet op zwerfvuil. Dit team is actief op die plekken in de buurt waar veel zwerfvuil ligt. Ook wordt de buurt extra schoongehouden door de veegploeg van het Koffiehuis van de Volksbond. Ondanks intensieve reiniging kan het natuurlijk voorkomen dat er soms afval op straat ligt en ook komt het helaas voor dat er illegaal grofvuil wordt gedumpt. Indien dit laatste wordt geconstateerd, dan wordt geprobeerd dit binnen een werkdag af te handelen. Indien v merkt dat er ondanks alle reiniging vuil blijft liggen, verzoeken wij u dit vooral te melden bij de gemeente (meer informatie vindt u hierover op www.amsterdam.nl/mor). | | | Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum | Kenmerk | Pagina 2 van 3 Bij evenementen zoals Koningsdag is het onoverkomelijk dat er meer afval op straat terecht komt. | De gemeente zet in op snelle reinging van de stad om o.a. overlast zoveel mogelijk te beperken. Wat Koningsdag 2016 betreft, zijn de Haarlemmerstraat en Haarlemmerdijk nog in dezelfde nacht gereinigd. Ook bij de Canal Parade op 6 augustus wordt hier extra op ingezet. Zo worden er 800 | vuilnisbakken langs de route geplaatst en is de inzet van de gemeente dat de straten binnen een | dag weer schoon zijn. De overlast van het fietsparkeren die u in uw brief beschrijft is herkenbaar en speelt op meerdere plekken in Amsterdam. Ook in de Haarlemmerstraat zijn al diverse maatregelen getroffen, zoals het verwijderen van fietswrakken, meer fietsvakken en grotere laad- los havens. Zowel het stadsdeel als de politie geven aan dat de situatie sindsdien aanzienlijk is verbeterd. Daarnaast geldt sinds 2 mei 2016 in Centrum de zeswekenregel: een fiets mag niet langer dan zes weken ongebruikt op straat staan. Fietsen die langer blijven staan worden verwijderd. De focus van de handhaving ligt in eerste instantie op het gebied Nieuwmarkt, Lastagebuurt, postcodegebied 1012 en de Burgwallen en zal daarna worden uitgebreid naar andere prioriteitsgebieden waaronder de Haarlemmerdijk en Haarlemmerstraat. Overlast op straat U geeft aan overlast te ervaren van criminelen, dronken personen, dealers en groepen personen die coffeeshops bezoeken. Het college herkent de problematiek (die overigens ook in andere delen van de binnenstad speelt) en zet verschillende instrumenten in om de problematiek aan te pakken. De Haarlemmerbuurt is in 2015 aangesteld als algemeen overlastgebied. Dit betekent dat personen voor bepaalde overlastgevende gedragingen (waaronder openlijk voor handen hebben harddrugs) direct verwijderd kunnen worden uit het gebied voor een bepaalde periode. Ook is het alcoholverbod in de Haarlemmerbuurt opnieuw verlengd. Meerdere dagen per week zijn er gemeentelijke handhavers actief in de Haarlemmerbuurt en door handhaving zijn in 2016 tot op heden circa 560 verbalen uitgeschreven voor onder andere overlast, verkeer, afval en andere overtredingen. Om de (nep)drugsoverlast in de binnenstad, waaronder de Haarlemmerbuurt, terug te dringen | heeft de gemeente samen met de politie en het Openbaar Ministerie het plan “Aanpak intimidatie | (nep)drugsdealers stadsdeel Centrum” opgesteld. In de aanpak worden vanuit drie invalshoeken maatregelen genomen: informeren van (buitenlandse) toeristen middels een campagne; | maatwerk in zorg en straf voor de meest actieve dealers; en het efficiënter maken van vervolging ij en opsporing van dealers. Deze maatregelen zijn onlangs van start gegaan en moeten de komende maanden tot verbetering leiden. Meer informatie over deze aanpak kunt v vinden op < https://www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/veiligheid/openbare-ordef/overlastgebieden/aanpak- intimidatie/ > U geeft tevens aan overlast te ervaren van overvolle stoepen met grote groepen bezoekers van de coffeeshop en last te hebben van de wietlucht. U stelt dat dit komt door het praktisch sluiten van alle coffeeshops in het postcodegebied 1012. Hierbij dient opgemerkt te worden dat slechts een deel van de coffeeshops is gesloten als gevolg van het project 1012. In postcodegebied 1012 zijn Gemeente Amsterdam Datum | Kenmerk | Pagina 3 van 3 | | nog steeds 36 coffeeshops over. In de hele stad zijn op dit moment nog ongeveer 170 coffeeshops; | bijna twee keer meer dan in Rotterdam, Den Haag en Utrecht bij elkaar. Dit alles neemt niet weg | dat het vervelend is als er overlast wordt ervaren van wietlucht op straat van bezoekers van | coffeeshops. Indien wordt geconstateerd dat dit voor de deur van een coffeeshop plaatsvindt, dan | zal de exploitant hierop worden aangesproken en kan dit leiden tot bestuurlijke maatregelen. Wij verzoeken u daarom ook vooral om melding te maken van overlast die u van coffeeshops ervaart. Ten aanzien van de smartshops en (souvenir)shops die in de Haarlemmerstraat zijn gevestigd geldt dat het aantal is gemaximeerd en vastgelegd in het bestemmingsplan Haarlemmerbuurt / Westelijke Eilanden. Toename van dit soort zaken is niet toegestaan. Illegale verhuur Ten slotte noemt u overlast als gevolg van illegale toeristische verhuur. Het college en het stadsdeel zetten al geruime tijd stevig in op de handhaving van alle vormen van illegale verhuur. De Haarlemmerbuurt is hierbij op dit moment één van de prioriteitsgebieden. Extra controles in de Haarlemmerbuurt hebben geleid tot elf gevallen waarin woningen illegaal werden verhuurd aan toeristen. Twee van de woningen zijn gesloten wegens brandonveilige omstandigheden. In totaal bezochten de handhavers 45 adressen. Naast het sluiten van twee woningen werd in vijf gevallen een voornemen tot een boete opgelegd wegens het gebruik van de woning als illegaal hotel. Verschillende adressen in de buurt boden ruimte voor grote groepen, tot soms wel tien personen. Ook de vergunning voor een short-stay appartement is ingetrokken en vier short-stay verhuurders ij kregen een waarschuwing. De resultaten van deze gebiedsgerichte aanpak zijn dusdanig positief dat deze ook ingezet zal worden in andere buurten waar veel woningen worden verhuurd aan toeristen. Ook in de Haarlemmerbuurt zullen de komende weken de controles nog doorgaan. Tot slot Het college en stadsdeel Centrum nemen vw signalen serieus. Stadsdeel Centrum is bezig met een | bredere inventarisatie van de problematiek. Er is regelmatig overleg met het bestuur van vw BIZ vereniging Haarlemmerbuurt en uw winkelstraatmanager over genoemde problematiek. Uiteraard wordt altijd gekeken welke maatregelen en verbeteringen er nog meer mogelijk zijn. De voorzitter van de bestuurscommissie Centrum, de heer Oranje, wil graag met v en het BIZ bestuur in gesprek hierover en nodigt u na de zomer uit mee te denken over oplossingen. Wij hopen uw brief hiermee voldoende te hebben beantwoord. Met vriendelijke groet, CO Zie | E.E. van der Laan À. i Burgemeester Gemeentesecretaris
Raadsadres
4
val
> Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid L Agenda van de openbare Commissie Dienstverlening, Financiën & Veiligheid van 11 april 2012 Vergaderdatum woensdag 11 april 2012 Tijd 20:00 - 23.00 Locatie Raadszaal President Kennedylaan 923 Voorzitter Mw. W. Pelt Griffier Mw. M. Hoogendoorn 1. Opening en vaststellen agenda 2. Mededelingen en vragen over actualiteiten aan het DB 3. Vaststellen verslag van de vergadering van 8 februari 2012 4. Toezeggingen en termijnagenda 5. Leges (presentatie en bespreking) Stukken worden nagezonden 6. Burgerinitiatief en referendum (advisering ter besluitvorming) 7. Gedragscode deelraad (advisering ter besluitvorming) 8. Modelgedragscode voor dagelijks bestuur (advisering ter besluitvorming) 9. Kredietaanvraag kunstgrasveld voetbalvereninging RAP (advisering ter besluitvorming) 10. Voorbereidingskrediet bouw kleedaccommodatie clubgebouw Swift (advisering ter besluitvorming) 11. Stand van zaken: Eén stad één opgave 1 Commissie Dienstverlening, Financiën & Veiligheid - woensdag 11 … (informatief) 12. Sluiting Ter kennisname stukken De ter kennisname stukken zijn digitaal in te zien. Zie de website www.zuid.amsterdam.nl, tevens liggen ze ter inzage bij de griffie en op beide stadsdeelkantoren. A. Productenbegroting B. Zomeraanpak Vondelpark Inzet handhaving en toezicht 2012 C. Vervolgonderzoek sociaal vertrouwen Eindrapportage D. Handhavingprogramma 2012 E. Besturen zonder Ballast F. Onderzoek klanttevredenheid dienstverlening 2
Agenda
2
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1624 Publicatiedatum 9 december 2016 Ingekomen onder Ingekomen op woensdag 30 november 2016 Behandeld op woensdag 30 november 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Glaubitz, Groen, N.T. Bakker, De Heer en Van Lammeren inzake de export van giftige brandstoffen vanuit de haven van Amsterdam naar Afrika. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van de leden Groen, Glaubitz, De Heer, N.T. Bakker en Van Lammeren inzake de export van giftige brandstoffen vanuit de haven van Amsterdam naar Afrika (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1610). Kennis genomen hebbende van: — het rapport van de Zwitserse NGO Public Eye "Dirty Diesel — How Swiss Traders Flood Africa with Toxic Fuels" (Lausanne, september 2016); — de conclusie van dit rapport dat door in de Amsterdamse haven actieve bedrijven in de olie- en gassector brandstoffen worden gemengd die een gehalte van zwavel en andere voor de volksgezondheid schadelijke stoffen bevatten die de binnen de EU voor gebruik toegestane mengpercentages verre overstijgen; — de conclusie dat deze brandstoffen ook vanuit Amsterdam worden geëxporteerd naar landen waar minder strenge normen worden’ gehanteerd dan in de EU — voornamelijk maar niet uitsluitend in West Afrika — waar de verbranding van deze brandstoffen in het wegverkeer in belangrijke mate bijdraagt aan de zeer schadelijke gevolgen voor de volksgezondheid in de importerende landen; — de schriftelijke vragen die in de Tweede Kamer zijn gesteld door leden van D66, SP en CU, en de antwoorden daarop van minister Ploumen (PvdA) van 15 november 2016 (Aanhangsel van de Handelingen van de Tweede Kamer Vergaderjaar 2016-2017, nrs 480, 481 en 484). Van mening zijnde dat: — _een oplossing voor dit probleem bestaat uit meerdere lagen van lokale, nationale en internationale afspraken en samenwerking; — bedrijven die in de Amsterdamse haven c.q. het Noordzeekanaalgebied activiteiten ontplooien in de olie- en gassector zich te allen tijde dienen te houden aan nationale en internationale regels, aanbevelingen en praktijken m.b.t. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, zoals neergelegd o.m. in het Nationaal Actieplan Bedrijfsleven en Mensenrechten, de UN Guiding Principles on Business and Human Rights, de OECGD-richtlijnen voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, het Partnership for Clean Fuels and Vehicles, de Climate and Clear Air Coalition, om slechts de belangrijkste voor dit onderwerp 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam Afdeling 1 Gemeenteraad R Nummer 1624 Motie Datum 9 december 2016 relevante instrumenten te noemen waaraan de Nederlandse overheid zich heeft gecommitteerd. Veroordeelt ten stelligste dat: — in strijd met de hiervoren genoemde regels, aanbevelingen en praktijken binnen de Amsterdamse haven c.q. het Noordzeekanaalgebied bedrijven zich bezighouden met het “blenden” van brandstoffen die een gehalte van zwavel en andere voor de volksgezondheid schadelijke stoffen bevatten die de binnen de EU voor gebruik toegestane mengpercentages ver overstijgen; — deze brandstoffen vervolgens worden geëxporteerd naar landen met zwakkere milieuregelgeving, waar het gebruik daarvan in het wegverkeer zeer schadelijke gevolgen heeft voor de volksgezondheid. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — in zijn hoedanigheid van enig aandeelhouder van het Havenbedrijf Amsterdam, het Havenbedrijf op te dragen op de kortst mogelijke termijn in gesprek te gaan met de in de haven van Amsterdam actieve bedrijven in de olie- en gassector teneinde in een convenant bindende afspraken te maken over een verbod op de productie (blending) op het grondgebied van de Amsterdamse haven c.q. binnen het Noordzeekanaalgebied van brandstof met een gehalte van zwavel en andere voor de volksgezondheid schadelijke stoffen hoger dan binnen de EU maximaal is toegestaan voor gebruik, alsmede op een verbod van de uitvoer vanuit Amsterdam c.q. het Noordzeekanaalgebied van dergelijke producten; — bij de minister aan te dringen op internationale samenwerking, specifiek in de ARA (Amsterdam, Rotterdam, Antwerpen) regio, die leidt tot een geharmoniseerde standaard voor de samenstelling van brandstoffen die internationaal verscheept en verhandeld worden. De leden van de gemeenteraad B. Glaubitz RJ. Groen N.T. Bakker A.C. de Heer J.F.W. van Lammeren 2
Motie
2
discard
Westerstraat 187 1015 MA Amsterdam Aes ATELIER SANNE t020-4210151 „Ô kunstzinnige activiteiten ne e: [email protected] w: www.ateliersanne.nl Amsterdam, 26 september 2007 Zeer geachte deelraadsleden, U heeft in Maart dit jaar het voormalig schoolgebouw aan de Westerstraat verkocht aan Westerhuis vof, een samengaan van Wanders Studio en Aedes Vastgoed. Sinsdien ben ik in gesprek met hun zakelijke uitvoerders over een nieuw huurcontract. Dat gaat niet goed. Westerhuis wijkt niet van haar standpunt om van mij een hoge commerciële i.pv een sociaal- maatschappelijk verantwoorde huurnorm te verlangen en is tevens niet bereid vooralsnog langer dan 3 jaar een contract aan te bieden, welke tot april 2010 zou zijn. Dan willen ze opnieuw bezien of ik nog in hun ambitieuze internationale uitstraling als designpand pas. Westerhuis rekent mijn gehele subsidie door in mijn eerste huurjaar en hanteert een uiteindelijke huur van 140,- euro/ m2, waarbij tevens een groot aandeel in gangen en gemeenschappelijke ruimten wordt doorgerekend (excl. 40,- euro/ m2 aan service kosten en excl. 19% BTW). Ondanks een hoog aantal deelnemers, professionele reputatie en interne financiering maken de opbrengsten van onze culturele activiteiten het onmogelijk deze huursommen te kunnen voldoen; de aard van onze activiteiten vereist nu eenmaal een ander soort ruimtegebruik dan de meeste commerciële bedrijven. Bovendien is het niet haalbaar om het nog op te leveren casco te verbouwen met de noodzakelijke ateliervoorzieningen op basis van nog maar 2 1/2 jaar zekerheid. Extra kosten aan de ateliers zijn te verwachten voor nieuwe vloeren, en een aanbouw voor een balkon voor buitenruimte voor kinderen die creatieve naschoolse activiteiten volgen (mits ik daar uiteraard een bouwvergunning voor krijg). Westerhuis voelt zich niet verplicht aan Atelier Sanne. Conclusie is dan ook dat Westerhuis mij geen uitzicht kan bieden op een redelijke en voor mij commercieel verantwoorde huursom voor een redelijke termijn. Het Dagelijks Bestuur heb ik voor de zomer mijn problemen voorgelegd. Ik heb Wethouder Codrington verzocht om ofwel een hogere huurgewenningssubsidie opdat ik die aan het Westerhuis kan doorgeven, ofwel mij een vergelijkbare ruimte aan te bieden. Zij heeft laat weten geen financiele middelen beschikbaar te stellen. Hoewel u als deelraad meermaals heeft aangegeven dat Atelier Sanne in het Westerhuis moet kunnen blijven, heb ik na jaren nog steeds met inmiddels prangende huisvestingsproblemen te maken. U heeft het pand, welke een sociaal-maatschappelijke bestemmingsplan heeft, verkocht aan een eigenaar, waarvan bekend was dat zij vooral de (internationale) commerciële belangen behartigt. Ik meen dat Atelier Sanne hiervan niet de dupe mag worden en uiteindelijk kan vertrekken. Ik doe hierbij een uiterste beroep op u als deelraad uw verantwoordelijkheid te nemen en te behoeden dat Atelier Sanne wordt weggedrukt. Dat kunt u doen door mij het enorme tekort aan huurbedrag volledig aan te vullen (zie bijlage). Dat kunt u eventueel ook doen door Wanders nog eens op zijn sociaal maatschappelijke plicht te wijzen. Wellicht kunt u mij vergelijkbare ateliers aanbieden welke wel binnen een passende huurnorm valt. Inmiddels heb ik zelf al diverse akties ondernomen geschikte herhuisvesting te zoeken, maar dat is, zoals u wellicht zult inschatten, een bijna onmogelijke opgave. Mijn uitdrukkelijke wens is te blijven voortbestaan op mijn eigen plek en onderdeel uit te maken van het pand waarvan ik ooit de initiatiefnemer van was.\ Vriendelijke groet, Sanne Verdult Westerstraat 187 1015 MA Amsterdam AP AT F | | FE R SA N N F t: 020-4210151 „Ô kunstzinnige activiteiten ne ON e: [email protected] w: www.ateliersanne.nl Toelichting In bijgaand overzicht treft u een overzicht aan dat uit 3 onderdelen bestaat: 1. Het voorstel van Westerhuis: Westerhuis wil minder m2 verhuren aan Atelier Sanne dan dat ik de afgelopen 10 jaren heb gebruikt. Ze hebben me verzocht in te dikken, waaraan ik voorlopig, gedurende de ‘onderhandelingen’ gehoor heb gegeven, totdat duidelijk is hoe ik aan hun huurnorm kan voldoen. Helaas blijkt dat de hoeveelheid m2 te weinig is voor de activiteiten. Tevens rekent Westerhuis een groot aantal m2 aan gang en gemeenschappelijke ruimten door. Deze m2 zijn niet te gebruiken als werkruimte; de m2-prijs voor de effectieve werkruimte wordt hierdoor nog hoger. Westerhuis biedt vooralsnog een contract aan voor 3 jaar, welke tot april 2010 zou zijn. Dan wil Westerhuis opnieuw bezien of ik nog in hun ambitieuze internationale uitstraling als designpand pas. Uiteraard zal ik alles in het werk stellen om er voor te zorgen dat dit slaagt. Achter de dikke lijn (na de drie jaar) zijn de huurkosten dan ook doorgerekend; immers, indien Atelier Sanne geen huisvesting heeft in een pand van het stadsdeel zelf met een sociaal-culturele huurnorm, zal Atelier Sanne de komende jaren ofwel in het Westerhuis ofwel op een andere lokatie te maken hebben met een commerciële huurnorm. Zoals u ziet rekent Westerhuis de door u toegekende huurgewenningssubsidie in het geheel in het eerste jaar toe (D. 2. Het voorstel behoud ruimten van Atelier Sanne: Atelier Sanne wil juist de hoeveelheid aan m2 voor haar ateliers behouden. Een van de ateliers zal na de verbouwing tot kinderatelier worden aangepast, zodat de langgekoesterde wens voor creatieve naschoolse activiteiten hier gestalte kan krijgen. Ook dienen onze 3-D activiteiten, waar gewerkt wordt met stof als gips en klei, in een seperate ruimte te worden gehouden. Westerhuis rekent gangen en gemeenschappelijke ruimten door; het aantal m2 waarop de eerdere gewenningssubsidie is aangevraagd moet daarom worden aangepast. 3. Subsidie voor een sociaal-culturele huur: In dit blokje leest u het benodigde bedrag af om aan Westerhuis door te spelen welke nodig is om Atelier Sanne te behouden binnen een sociaal- culturele huur. Hieruit afgeleid is het bedrag dat tekort is en de hoogte van de benodigde subsidie is, Bijlage benodigde huursubsidie Atelier Sanne: _: Voorstel Westerhuis | | | | | | A eea ee gegegeven evening amie eed gj eere EE DO ek ek oan nn aan aka ving eaf ndgn ggf gegegeten A Aeg gg gg gegeven A en dE OTE EERE ee ere ee Bee
Raadsadres
3
train
VN2023-025251 Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit Rekenkamer x Gemeente bras . . . FKD en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), % Amsterdam en en Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, % Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 Portefeuille Ker edOsgitialg Sàadde raad Agendapunt 12 Datum besluit Onderwerp Kennisnemen van het onderzoeksrapport en het bestuurlijk rapport van het onderzoek “Algoritmen, hoe Amsterdam algoritmen beter kan toepassen” van de rekenkamer en de aanbevelingen overnemen. De commissie wordt gevraagd De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren, Lì Kennis te nemen van het rapport van de rekenkamer, getiteld Algoritmen, hoe Amsterdam algoritmen beter kan toepassen IL De vijf aanbevelingen vit het rapport over te nemen. II. Het college van burgemeester en wethouders te vragen om deze aanbevelingen uit te voeren. IV. Het college van burgemeester en wethouders te vragen om: a. een plan van aanpak te maken voor de opvolging van de aanbevelingen en dit plan van aanpak binnen een half jaar aan te bieden aan de gemeenteraad; b. te rapporteren over de resultaten als de aanbevelingen zijn vitgevoerd; c. jaarlijks tussentijds te rapporteren over de stand van zaken van de uitvoering van de aanbevelingen als dit langer dan een jaar duurt. Wettelijke grondslag Gemeentewet artikel 185 lid 4. Bestuurlijke achtergrond Bestuurlijke achtergrond Algoritmen zijn regels die een computer volgt bij het maken van berekeningen om een probleem op te lossen of een vraag te beantwoorden. Amsterdam gebruikt veel algoritmen. Bijvoorbeeld om nummerborden te scannen voor parkeercontroles of om de WOZ-waarde van woningen te berekenen. Het college van B en W wil grip krijgen op algoritmen en algoritmen eerlijker en transparanter maken voor burgers. Om dit te realiseren zijn ambtenaren begin 2022 begonnen met het maken van een beheerskader voor algoritmen. De Rekenkamer Metropool Amsterdam (hierna: de rekenkamer) heeft onderzocht in hoeverre het Amsterdamse beheerskader voor algoritmen toereikend is voor een verantwoorde toepassing van algoritmen en welke lessen getrokken kunnen worden over het toepassen van algoritmen in de Amsterdamse praktijk. De rekenkamer concludeert dat het college met het Amsterdamse beheerskader voor algoritmen stappen heeft gezet om meer grip te krijgen op algoritmen en om eerlijker en transparanter te zijn over algoritmen. Het beheerskader - dat nog in ontwikkeling is - draagt in theorie al in redelijke mate bij aan het verantwoord toepassen van algoritmen. Het beheerskader wordt echter nog weinig toegepast. Verbeteringen zijn mogelijk en noodzakelijk om de waarde van het beheerskader te vergroten, de collegedoelen te bereiken en algoritmen verantwoord toe te passen. Op verschillende vlakken behoeft het beheerskader verdere vitwerking. Dit geldt voor de samenhang en kwaliteit van de individvele onderdelen van het beheerskader, de risicogerichte Gegenereerd: vl.7 1 VN2023-025251 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D msterdam Rekenkamer % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 denpekisedewaan de gaaten vroegtijdig stadium kan worden bepaald of het ontwikkelen van een algoritme haalbaar is. Daarnaast heeft het beheerskader voor een aantal thema's relatief weinig aandacht. Op drie thema’s is ook de uitvoering nog van onvoldoende niveau: 1. de omgang met het complexe vraagstuk van bias, 2. het beschermen van privacy van burgers, en 3. de openbaarheid en transparantie met betrekking tot algoritmen. Naast het beheerskader heeft de rekenkamer ook drie algoritmen onderzocht om een beeld te krijgen van de toepassing van algoritmen in de praktijk. Dat heeft verschillende lessen opgeleverd: Zolang er geen eenduidige definitie van de term ‘algoritme! wordt gehanteerd, zal er discussie blijven bestaan over de vraag of en wanneer het beheerskader van toepassing is. Ook blijkt het belangrijk om in een vroegtijdig stadium na te gaan of de ontwikkeling van algoritmen haalbaar is in termen van doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid en vanuit ethisch oogpunt. Zo kan worden voorkomen dat de ontwikkeling van het algoritme strandt. Verder is onvoldoende duidelijk wanneer de betrokkenheid van het college verplicht en gewenst is. Het is van belang dat het college daadwerkelijk wordt betrokken bij besluitvorming. Dit is zeker relevant als het gaat om bias. Beslissingen over de wenselijkheid, rechtvaardigheid en de potentiële ernst van mogelijke systematische afwijkingen in of door de algoritmen zijn in de onderzochte casussen alleen op ambtelijk niveau genomen. Andere lessen zijn dat de privacy van burgers tot op heden te weinig wordt beschermd, dat beslissingen te weinig worden gedocumenteerd en dat de transparantie over algoritmen tekortschiet. De openbare algoritme- en verwerkingsregisters zijn niet volledig en burgers worden weinig geïnformeerd over het gebruik van hun gegevens. Ook worden burgers vooralsnog nauwelijks betrokken bij de ontwikkeling van algoritmen. Naar aanleiding van dit onderzoek doet de rekenkamer vijf aanbevelingen die bijdragen aan de realisatie van de collegedoelstellingen: beter grip krijgen op de algoritmen die de gemeente gebruikt (aanbevelingen 1 en 2), eerlijker maken van algoritmen (aanbevelingen 3 en 4) en transparanter maken van algoritmen voor haar inwoners (aanbeveling 5): 1. Blijf het beheerskader ontwikkelen met inachtneming van nieuwe kennis. 2. Bevorder toepassing van het beheerskader in de praktijk. 3. Verbeter de omgang met bias. 4. Breng de privacybescherming van burgers bij algoritmen op orde. 5. Wees opener en transparanter over het gebruik van algoritmen. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies nvt. Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Gegenereerd: vl.7 2 VN2023-025251 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D Rekenkamer % Amsterdam On ‚ ‚ ‚ % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 Ter dvisering aan de raad Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? n.v.t. Welke stukken treft v aan? AD2023-088870 oo Gemeenteraad Voordracht (5). pdf (pdf) AD2023-088868 o2 Bestuurlijk rapport Algoritmen DEF.pdf (pdf) AD2023-088869 | 03 Onderzoeksrapport Algoritmen DEF. pdf (pdf) AD2023-088871 Commissie FKD (1) Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) A. Kok, telefoonnummer 06-82 41 80 98 of e-mail [email protected] Gegenereerd: vl.7 3
Voordracht
3
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1333 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 Onderwerp Amendement van het lid Boomsma inzake de Begroting 2021 (Extra capaciteit monumenten en archeologie). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021. Overwegende dat: — Het Amsterdam Erfgoed Overleg namens zeven organisaties aan de bel heeft getrokken over de soms gebrekkige bescherming van Amsterdams erfgoed; — Door capaciteitsgebrek bij Monumenten en Archeologie de toekenning van monumentale status aan een pand lang kan duren, evenals de beoordeling van bouwplannen en het opstellen van rapporten; — Er nog altijd veel wordt verbouwd in de stad; — Volgens het Amsterdam Erfgoed Overleg worden beleidsvoornemens maar langzaam tot uitvoering komen; — Blijkens pag. 100 van de begroting de komende jaren ook nog wordt bezuinigd op de uitgaven aan de bescherming van erfgoed; — Monumentaal erfgoed van onschatbare waarde is voor Amsterdam, Besluit: De Begroting 2021 als volgt aan te passen: — Op pag. 100 toe te voegen: “We investeren in de bescherming van erfgoed in de stad. Daartoe breiden we de capaciteit uit van Monumenten en Archeologie.” — Inde tabel ‘Financiële Toelichting’ op diezelfde bladzijde de lasten van € 3,2 miljoen voor 2021 te wijzigen naar € 3,6 miljoen en voor 2022 naar € 3,6 miljoen. — Ditte dekken door het in mindering te brengen op het budget dat is gereserveerd voor de bestuursopdracht diversiteit (tot. € 4,7 miljoen) en alle bijdehorende teksten en bedragen conform te wijzigen. Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma
Motie
1
train
ME en Agenda vergadering Stadsdeelcommissie x Nieuw-West Plein 40-45, nr. 1 x 7 december 2021 Start om 19.30 uur Vergadering Stadsdeelcommissie Voorzitter SDC: Alexander Grassi Secretaris SDC: Ilse Plasmeijer 1. Opening 2. Mededeling 3. Vaststelling afsprakenlijst SDC van 23 november 2021 4. Ingekomen stukkenlijst 5. Insprekers 6. Mondelinge vragen 7. Adviesaanvraag Gebiedsplannen Nieuw-West 2022 8. Adviesaanvraag Beleidsvoorstel opkoopbescherming en bijbehorend wijzigingsvoorstel in de Huisvestingsverordening 9. Ongevraagd advies Wildemanbuurt 10. Sluiting Mocht u willen inspreken dan kunt u zich tot maandag 12.00 vur aanmelden via [email protected] Dit is een conceptagenda. De agenda kan wijzigen. De meest actuele versie kunt u vinden op: https://nieuw-west.notubiz.nl/
Agenda
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1648 Ingekomen op 15 oktober 2019 Ingekomen in raadscommissie WIO Te behandelen op 6/7 november 2019 Onderwerp Motie van het lid Flentge inzake de Begroting 2020 (Taaleis expats) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2020. Overwegende dat: — veel expats voor langere tijd in Nederland zitten, maar de taal niet goed kennen; — voor statushouders wel een taaleis geldt; — arbeidsmigranten die te maken hebben met veiligheidsregels op de werkvloer taalles aangeboden krijgen via hun werkgever; — het voor goed meedoen in de samenleving taalbeheersing van belang is; — _arbeidsmigranten/expats die niet te maken hebben met veiligheidsregels geen taalles krijgen, maar dit wel om bovengenoemde redenen wenselijk is. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Naar voorbeeld van het Taalakkoord te overleggen met werkgevers en maatschappelijke organisaties over activiteiten en taalcursussen die bijdragen aan de integratie van arbeidsmigranten en expats en, waar mogelijk, hun gezinnen in de Nederlandse samenleving. Het lid van de gemeenteraad E.A. Flentge 4
Motie
1
discard
Xx Gemeente Gemeente Amsterdam % Amsterdam Bestuurscommissie Oost AB Besluit van het algemeen bestuur van x Oost 21 juni 2016 Jaar 2016 Registratienummer Z-16-26708 / INT-16-08694, Onderwerp: Ontwerp bestemmingsplan Zeeburgerpad Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost, gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d. 17 mei 2016, overwegende dat: -__het doel van het nieuwe bestemmingsplan Zeeburgerpad het mogelijk maken van vernieuwing en intensivering van het gebruik is, door binnen een ruimtelijke contour functiemenging en verdichting toe te staan; -_ het concept-bestemmingsplan en het welstandskader beschikbaar is gesteld aan betrokkenen via de website van de gemeente Amsterdam. Tevens is het tijdens een informatieavond aan de buurt en belanghebbenden gepresenteerd en toegelicht; -___de voorkeursgrenswaarden voor geluid voor geluidsgevoelige functies (zoals aangegeven in de Wet geluidhinder) overschreden worden door het wegverkeer, spoorverkeer en industrielawaai; -__ het welstandskader bijdraagt aan de borging van de ruimtelijke kwaliteit; gelet op: -_ het ‘voorbereidingsbesluit bestemmingsplan Cruquius’ gepubliceerd op 13 juli 2015; -__de uitspraak van de Raad van State (d.d.11 juni 2014); -__ het besluit van het algemeen bestuur d.d. 22 september 2015 ‘startnotitie bestemmingsplan Zeeburgerpad!; -__de brief (d.d. 11 december 2015) van de portefeuillehouder Bouwen en Wonen aan het algemeen bestuur; -_het besluit van het algemeen bestuur d.d. 15 december 2015 ‘keuzenotitie bestemmingsplan Zeeburgerpad!; -__de notitie participatie concept-bestemmingsplan Zeeburgerpad d.d. 11 mei 2016; besluit: 1. kenniste nemen van de notitie ‘participatie concept-bestemmingsplan Zeeburgerpad’; 2. inte stemmen met het ontwerp bestemmingsplan Zeeburgerpad. (planidentificatienummer: NL.IMRO.0363.M1516BPSTD-OWo1) en het bijbehorende ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden Wet geluidhinder; 3. Geen exploitatieplan (ex. artikel 6.12, lid 2 van de Wet ruimtelijke ordening) bij het bestemmingsplan vast te stellen. 4. Inte stemmen met het welstandskader ‘gebied 9A — verstedelijkt havengebied met niveau bijzonder’ vit de welstandsnota ‘De Schoonheid van Amsterdam’ voor het Zeeburgerpad; BA | 5. het ontwerpbestemmingsplan Zeeburgerpad, het bijbehorende ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden Wet geluidhinder en het welstandskader Zeeburgerpad met een positief advies aante bieden aan de wethouder Ruimtelijke Ordening en dezen ter visie te laten leggen. Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost Kees Rozemeijer, Ivar Manuel, secretaris wnd. voorzitter Afschrift: 2
Besluit
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 613 Publicatiedatum 16 juni 2017 Ingekomen onder BM Ingekomen op donderdag 8 juni 2017 Behandeld op donderdag 8 juni 2017 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Moorman en Nuijens inzake het actieplan ‘meer middeldure huur” (beperking uitpondtermijn). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het actieplan ‘meer middeldure huur’ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 433). Overwegende dat: — Er grote behoefte is aan betaalbare woningen in het middensegment met name met een huur tussen de 710-971 euro per maand, — Het daarom belangrijk is om eisen te stellen aan de betaalbaarheid (icm grootte van woning) van woningen in het middensegment om deze bereikbaar te houden voor bv/ starters, mensen met en middeninkomen en senioren als ook eisen te stellen aan de duur van die betaalbaarheid, — In het actieplan meer middeldure huur is opgenomen dat door een verbod op uitponden gedurende 25 jaar, de nieuw te bouwen woningen ten minste 25 jaar worden verhuurd als middeldure huurwoningen en daardoor beschikbaar blijven voor het mensen met een middeninkomen. — Eerdere projecten met een restrictie op de uitpondtermijn laten zien dat na afloop van die periode de huurwoningen direct in het dure segment terecht komen Van mening dat: — Ook op langere termijn dan 25 jaar het van belang is dat er voldoende woningen zijn voor mensen met een middeninkomen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in het actieplan meer middeldure huur de beperking van de uitpondtermijn van middeldure huurwoningen te wijzigen van 25 jaar in eeuwigdurend. De leden van de gemeenteraad M. Moorman J.W. Nuijens 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 514 Publicatiedatum 26 juni 2013 Ingekomen onder AP Ingekomen op donderdag 13 juni 2013 Behandeld op donderdag 13 juni 2013 Status Ingetrokken Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Toonk inzake de mobiliteitsaanpak Amsterdam (aanwijzing van de Amstelveenseweg als Plusnet Auto). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 16 april 2013 inzake de mobiliteitsaanpak Amsterdam, getiteld: ‘Amsterdam Aantrekkelijk Bereikbaar (Gemeenteblad afd. 1, nr. 422); Overwegende dat: — stadsdeel Zuid expliciet verzocht heeft om de Amstelveenseweg toe te voegen aan het Plusnet Auto en dit nog niet in het plan verwerkt is; — de hele Amstelveenseweg in de mobilieitsaanpak Amsterdam als Plusnet OV aangemerkt wordt, terwijl op het deel van de Amstelveenseweg tussen de Overtoom en de Zeilstraat al jaren geen reguliere dienstregeling voor de tram meer is; — de Amstelveenseweg voor de afwikkeling van het autoverkeer wél een belangrijke functie vervult, Besluit: ontwerp-voordracht nr. 422 van 2013, de mobiliteitsaanpak Amsterdam als volgt te wijzigen: het deel van de Amstelveenseweg tussen de Overtoom en de Stadionweg toe te voegen aan het Plusnet Auto en het deel tussen de Overtoom en de Zeilstraat te schrappen uit het Plusnet OV. Het lid van de gemeenteraad, W.L. Toonk 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 De burgemeester van Amsterdam nodigt de leden van de gemeenteraad uit voor de raadsvergadering. Datum en tijd woensdag 11 maart 2020 13.00 uur en 19.30 uur donderdag 12 maart 2020 13.00 uur. Locatie Raadzaal Algemeen 1 Mededelingen. 2 Vaststellen van de notulen van de raadsvergadering op 12 en 13 februari 2020. 3 Vaststellen van de agenda. 4 Mededeling van de ingekomen stukken. 5 _Mondelingevragenuur. Benoemingen 6 Benoemen van leden van de Rekeningencommissie. 7 _Herbenoemen van de plaatsvervangend ombudsman in de Gemeenschappelijke Regeling Ombudsman Metropool Amsterdam. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 277) Financiën 8 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Opvolging en uitvoering aanbevelingen met betrekking tot Duurzaamheid uit de Duisenbergrapportage bij de Jaarrekening 2018’ van het lid Marttin en kennisnemen van de bestuurlijke reactie. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 148) Gevoegd te behandelen met agendapunten 9 en 10. 9 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Opvolging en uitvoering aanbevelingen met betrekking tot Jeugd & Jeugdhulp uit de Duisenbergrapportage bij de Jaarrekening 2018’ van de leden De Grave-Verkerk en Boomsma en kennisnemen van de bestuurlijke reactie. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 158) Gevoegd te behandelen met agendapunten 8 en 10. 1 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 10 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Opvolging en uitvoering aanbevelingen met betrekking tot Parkeren uit de Duisenbergrapportage bij de Jaarrekening 2018 van het lid Marttin en kennisnemen van de bestuurlijke reactie. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 163) Gevoegd te behandelen met agendapunten 8 en 9. Economische Zaken 11 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Proeftuin duurzame en slimme stadsoplossingen’ van het lid Kat en kennisnemen van de bestuurlijke reactie. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 258) Verkeer 12 Kennisnemen van de eindrapportage programma Centrale Object Bediening en instemmen met scopeverkleining en budgetoverdrachten. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 272) Duurzaamheid en Circulaire economie 13 Uiten van wensen en bedenkingen over de Amsterdamse bijdrage aan de Concept Regionale Energie Strategie Noord-Holland Zuid. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 265) Grondzaken 14 Instemmen met het investeringsbesluit Amstelkwartier 3e fase en het beschikbaar stellen van twee uitvoeringskredieten. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 268) 15 Vaststellen van het bedrag aan gemaakte kosten samenhangend met het opsporen en ruimen van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog in 2019. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 269) Zorg 16 Instemmen met het uitvoeringsbesluit en inkoopstrategie aanvullende ondersteuning Wmo 2021-2027. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 270) 17 Instemmen met de nadere uitwerking Buurtteams Amsterdam. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 271) Algemene Zaken 18 Vaststellen van de Verordening Compensatieregeling Johan Cruijff Boulevard. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 274) 2 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 Juridische Zaken 19 Niet-ontvankelijk verklaren van het bezwaar gericht tegen de reactie op het verzoek om in te spreken tijdens de vergadering van de commissie AZ op 30 januari 2020. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 275) Democratisering 20 Vaststellen van de Bijzondere subsidieverordening ondersteuning fracties stadsdeelcommissies. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 279) 21 Wijzigen van de Verordening op het lokaal bestuur en de Verordening voorzieningen leden dagelijks bestuur en stadsdeelcommissies. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 280) ACTUALITEITEN Er zijn (nog) geen verzoeken ingediend voor het houden van actualiteiten. TER KENNISNAME STUKKEN Onderwijs 22 Kennisnemen van de brieven van de wethouder en de minister naar aanleiding van de uitspraak van de rechtbank inzake het Cornelius Haga Lyceum. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 260) Armoedebestrijding en Schuldhulpverlening 23 Kennisnemen van de discussienota ‘Neem een aparte paragraaf op over Spookjongeren in de pilot Jongeren Schuldenvrije Start’ van het duoraadslid Khan. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 261) Gevoegd te behandelen met agendapunt 24. 24 Kennisnemen van de brief over de aanpak Jongeren Schuldenvrije Start. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 262) Gevoegd te behandelen met agendapunt 23. Bouwen en Wonen 25 Kennisnemen van de brief over de uitspraak Raad van State inzake vakantieverhuur. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 263) 3 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 Verkeer 26 Kennisnemen van het afwegingskader fietsstraten, fietspaden & fietsstroken. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 273) Grondzaken 27 Kennisnemen van de brief inzake de toelichting op de procedure "Bedenkingen op de onbezwaarde waarde". (Gemeenteblad afd. 1, nr. 266) Personeel en Organisatie 28 Kennisnemen van de brief inzake de stand van zaken en aanvullende informatie vertrekregelingen. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 164) Handhaving en Toezicht 29 Kennisnemen van de beantwoording van het raadsadres inzake onrechtmatig verwijderen fietsen. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 278) Sociale Zaken 30 Kennisnemen van de brief over het versterken van de positie van sociale firma’s in Amsterdam. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 281) 31 Kennisnemen van de brief inzake het nieuwe beleidskader terug- en invordering bijstandsschulden. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 282) 32 Kennisnemen van de brief over de voortgang van Meer kans op werk en de stand van zaken over uitvoering van de motie Green New Deal. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 283) VERGADERING ACHTER GESLOTEN DEUREN Algemeen 33 Vaststellen van de notulen van de besloten raadsvergadering op 12 februari 2020. Juridische Zaken 34 Bekrachtigen van de geheimhouding. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 276) Vluchtelingen en Ongedocumenteerden 35 Geheim. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 284) Deelnemingen 36 Geheim. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 259) 4 Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 Duurzaamheid en Circulaire Economie 37 Geheim. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 264) Grondzaken 38 Geheim. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 267) 5 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 Ingekomen stukken 1 Brief van S. Simons, fractievoorzitter van BIJ1, van 11 februari 2020 inzake terugtreding van het duolid Veldhuyzen en benoeming van het duolid Verkerke als lid van de Rekeningencommissie. Voorgesteld wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 6, Benoemen van leden van de Rekeningencommissie. 2 Brief van F. Roosma, fractievoorzitter van GroenLinks, van 25 februari 2020 inzake terugtreding van het lid Blom als lid en benoeming van het lid Van Pijpen als lid van de Rekeningencommissie. Voorgesteld wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 6, Benoemen van leden van de Rekeningencommissie. 3 Raadsadres van Bewonersvereniging Zijkanaal H-weg van 25 februari 2020 inzake het concept Regionale Energie Strategie Plan Noord-Holland Zuid. Voorgesteld wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 13, Uiten van wensen en bedenkingen over de Amsterdamse bijdrage aan de Concept Regionale Energie Strategie Noord-Holland Zuid. 4 Raadsadres van de Damesbende van Buiksloot van 21 februari 2020 inzake de uitkomst van het onderzoek naar de bestrating van 30 km-wegen naar aanleiding van aangenomen motie 56.18. Voorgesteld wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij agendapunt 26, Kennisnemen van het afwegingskader fietsstraten, fietspaden & fietsstroken. 5 Raadsadressen van diverse burgers van 6-12 februari 2020 inzake het verzoek om Huize Lydia open te houden. Voorgesteld wordt deze raadsadressen in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Zorg, Jeugdsport en Sport. 6 Raadsadres van een burger van 22 februari 2020 inzake ongewenste detailhandel en verwijdering van lelijke uithangborden. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 6 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 7 _Raadsadres van Broedplaats De Vlugt van 12 februari 2020 inzake de extreme huurverhoging van Broedplaats De Vlugt. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Kunst, Diversiteit en Democratisering. 8 Raadsadres van Newomij VvE Beheer van 5 februari 2020 inzake levensgevaarlijke verkeerssituatie bij de ingang van het Vondelpark aan de Stadhouderskade. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 9 _Raadsadres van een burger van 14 februari 2020 inzake bescherming van bewoners van de Marnixkade tegen schadelijke stoffen bij de aanleg van de Singelgrachtgarage. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 10 Raadsadres van het Comité Westelijke Grachtengordel van 25 februari 2020 inzake parkeerdruk. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 11 Raadsadres van een burger van 18 februari 2020 inzake overlast in het Centrum door toerisme, bijvoorbeeld door Madame Tussauds. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Financiën en Economische Zaken. 12 Raadsadres van een burger van 22 februari 2020 inzake commerciële druk op de luchtvaart. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Financiën en Economische Zaken. 13 Raadsadres van een burger van 8 februari 2020 inzake vernietiging van de vergunningbesluiten van de HVV wegens schending van het 12m2-vereiste. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 7 Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 14 Raadsadres van een burger van 25 februari 2020 inzake het herplanten van twee bomen in de Argonautenstraat. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 15 Raadsadres van het Bewonersplatform Vogelbuurt en IJplein van 25 februari 2020 inzake het uitblijven van de voortgangsrapportage van het beleid voor ontwikkelbuurten. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 16 Raadsadres van HBR Advocaten, namens 2 cliënten van 14 februari 2020 inzake een nota van reactie op de zienswijzen van het ontwerpbestemmingsplan Willemspark-Vondelpark. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. 17 Raadsadres van een burger van 7 februari 2020 inzake aanpak van coffeeshops in de binnenstad in verband met de overlast door het toerisme. Voorgesteld wordt dit raadsadres te betrekken bij de door het college van burgemeester en wethouders in te dienen voorstellen ter zake. 18 Raadsadres van een burger van 16 februari 2020 inzake de vergeten corridor Amsterdam - Groningen - Bremen - Hamburg. Voorgesteld wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 19 Raadsadres van een burger van 16 februari 2020 inzake onnodig extra vliegverkeer boven Centrum door storm. Voorgesteld wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 20 Brief van IVN Twiske van 20 februari 2020 inzake een artikel in het Noord Hollands Dagblad naar aanleiding van een uitspraak van minister Schouten op 19 februari 2020 met betrekking tot overnachten in Het Twiske. Voorgesteld wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 8 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 11 en donderdag 12 maart 2020 21 Afschrift van een brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, gericht aan het college van burgemeester en wethouders van 12 februari 2020 inzake het voornemen voor de indeplaatsstelling taakstelling voor huisvesting van verblijfsgerechtigden. Voorgesteld wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 22 Brief van de gemeente Almelo van 14 februari 2020 inzake de aanbieding van de door de gemeenteraad van Almelo aangenomen motie over het behoud van autonomie lokale rekenkamer(functie)s. Voorgesteld wordt deze motie voor kennisgeving aan te nemen. 23 Raadsadres van een burger van 18 februari 2020 inzake preventief fouilleren. Voorgesteld wordt dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 24 Brief van de Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland van 20 februari 2020 inzake de aanbieding van het visitatierapport van de Stichting Stadgenoot 2015-2018. Voorgesteld wordt dit rapport voor kennisgeving aan te nemen. 25 Raadsadres van een burger van 21 februari 2020 inzake mensenrechtenschendingen en oorlogsmisdaden van Nederland en de Genocide van Indonesië op voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Voorgesteld wordt dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 26 Afschrift van een brief van de Bewonerscommissie Bouwmeester, gericht aan de Stichting Woonzorg Nederland, van 23 februari 2020 inzake tijdelijke invulling van het voormalig verzorgingshuis De Drie Hoven. Voorgesteld wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 27 Raadsadres van de Stichting Kinderarmoede van 14 februari 2020 inzake bestrijding van kinderarmoede. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling. 28 Raadsadres van een burger van 10 februari 2020 inzake een klacht over weigering bij de winterkoudeopvang. Voorgesteld wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling. 9
Agenda
9
train
Gemeente X Amsterdam % Zuidoost Overlegvergadering stadsdeelcommissie Zuidoost Datum : dinsdag 31 mei 2022 Aanvang : 19.00 UUr Locatie : raadzaal, 1° verdieping stadsdeelkantoor Voorzitter : Michel Idsinga Secretaris : Jochem Oostveen Agenda 1. Opening en vaststellen agenda 19.00 2. Bewoners aan het woord 19.05 3. Mededelingen 19.15 4. Vaststellen (concept) besluitenlijst 17 mei 2022 19.25 5. Vaststellen uitgebreide reglement van orde en deadlines instrumenten 19.30 6. Mondelinge vragen 19.35 7. Ingekomen stukken 20.05 BESPREEKPUNTEN 8. Notitie huis van de democratie 20.10 9. Rondvraag en Sluiting 20.30
Agenda
1
discard
Bruggen en Kademuren PAL C _& PP dt U ar 1 a 5 TIN LIL TTT | ak A ” / Vo OO FWO OO rd Daar komt de opdracht bij om de vernieuwing te versnellen en zo het areaal op orde te krijgen. Gezien de verwevenheid met tal van Al functies in de stad is de opgave breder dan Amsterdam is een stad die wereldwijd bekend _ binnen de gemeente. Over de afstemming alleen veiligheid en vernieuwing. Samen met - staat om haar grachten. De honderden van de werken in de openbare ruimte en over _ partners werken we aan de verbetering van D bruggen en kades zijn voor Amsterdammers de gemeentelijke functies die geraakt worden onze werkwijzen. Het programma kan een & meer dan bouwwerken alleen. Ze definiëren door de werkzaamheden. Het vraagt om vliegwiel zijn voor verandering. We geven D de stad en hebben een emotionele waarde. samenwerking met bewoners, ondernemers richting om de benodigde versnelling mogelijk 5 Het zijn verbindingen die onze stad levend, en partners om de stad bereikbaar en leefbaar te maken en maken moeilijke keuzes inzichtelijk 2 dynamisch en aantrekkelijk maken. De bouw te houden en uiteindelijk mooier te maken. voor het bestuur. Bijvoorbeeld over het wel 5 van de grachten is historisch gezien een of niet combineren van de vernieuwing met 2 ongeëvenaarde operatie geweest. Nu staan De opgave raakt ons allemaal. Vandaag, andere ambities, zoals verduurzaming, autoluw ® we voor een grote opdracht om onze bruggen maar ook de komende jaren. Of je nu naar je en andere vormen van logistiek. Het biedt v en kades te herstellen en te behouden voor werk fietst, door de stad loopt, het openbaar kansen om samen te werken aan een nieuwe, 8 volgende generaties. Dit is een opdracht van vervoer neemt of een winkel bevoorraadt: de mooie stad. We nodigen de Amsterdammers 8 de lange adem. Voor de stad, haar bewoners, bereikbaarheid en leefbaarheid zullen onder uit om dit samen met ons te doen. 3 bezoekers en ondernemers. druk komen te staan. Daarom investeren 0 we als stad flink in de opgave. Niet alleen Met dit programmaplan presenteren we onze 5 Het herstel van onze bruggen en kademuren financieel en in de vernieuwingsopgave, maar _ zorgvuldig gekozen strategie en aanpak. Met 5 heeft met recht veel aandacht gekregen ook in nieuw beleid om overbelasting van deze aanpak geven we richting, maken we 8 de afgelopen periode. Het is een opgave bruggen en kademuren te voorkomen. We meters en ondertussen leren we. Wij kijken 5 waar we niet alleen in staan, een opgave die investeren in betere dienstverlening en in ernaar uit om met elkaar te bouwen aan het 5 vraagt om samenwerking. Samenwerking nieuwe werkwijzen, die maken dat we deze fundament van de stad. 5 met marktpartijen en kennisinstellingen om opgave slagvaardig ter hand kunnen nemen. B inzicht te krijgen in de staat van de bruggen ir: & Jan Dijstelbloem 2 en kademuren, om de vernieuwingsopgave te Om de bruggen en kademuren in de stad op Á en Programmadirecteur ® versnellen en hier innovatieve methoden in te grote schaal en versneld te onderzoeken en Á | Ô Bruggen en ontwikkelen. We zoeken ook de samenwerking te herstellen, is er vorig jaar een programma t , Kademuren met de markt waar het gaat om een ander ingericht, waarvan u hier de nadere aanpak gebruik van de bruggen en kademuren. terugleest. We richten ons op het borgen Si: Andere, lichtere vormen van transport en van het veilig gebruik van de bruggen en | ì bijvoorbeeld bouwlogistiek over water. De kademuren in een situatie waarin we nog 8 opgave vergt ook goede samenwerking weinig weten over de staat van de constructies. Sam | amenvatting Oe onsrenn Om het inzicht in de staat van de bruggen en kademuren te vergroten ligt het zwaartepunt De opgave aan een seriematige aanpak en zoeken naar nu op het uitvoeren van risicogestuurd - Amsterdam staat voor een grote opgave om het optimale productieproces voor brug- en onderzoek. De constructies waar we zorgen D de bruggen en kades in de stad te herstellen. __ kademuurvernieuwingen. Hiervoor benutten bij hebben komen als eerst aan de beurt. & Van de in totaal ongeveer 1800 bruggen en we de uitvoerings- en innovatiekracht van Gaandeweg komen we steeds meer te D 600 kilometer kades, oevers en glooiingen de markt. We waken voor het stapelen van weten en kunnen we daarnaar handelen. 5 van de gemeente richt het programma ambities die leiden tot vertraging, maar Ook ontwikkelen we steeds meer kennis over 2 Bruggen en Kademuren zich op de 829 passen succesvolle innovaties toe. We zijn de draagkracht van constructies, waardoor 5 verkeersbruggen en de circa 205 km op kritisch op onze eigen processen en bestaande we onze rekenmodellen en normen kunnen 2 diepere grondlagen gefundeerde kademuren. _ regels, bijvoorbeeld hoe we omgaan met het verbeteren. ® Dit zijn de bruggen en kademuren die belang dat we hechten aan bomen en hoe we v belangrijk zijn voor het functioneren van de de besluitvorming over projecten inrichten. Dit pi 8 stad of waarbij de risico’s op constructieve geven we vorm in een verordening. B Bewaken 8 gebreken hoog wordt ingeschat. Het monitoren van bruggen en kademuren 3 or geeft belangrijk inzicht in de stabiliteit van een 0 De aanpak Verbinden constructie. De bruggen en kademuren uit 5 We kiezen voor een brede en zorgvuldige Onze werkzaamheden hebben gevolgen de hoogste risicocategorie worden het meest 5 aanpak en vertrouwen erop dat we hiermee de voor de bereikbaarheid, leefbaarheid en de frequent gemonitord. We zoeken ondertussen 8 opgave voortvarend aanpakken. Tegelijkertijd uitvoerbaarheid van andere gemeentelijke naar nieuwe methoden om monitoring te 5 realiseren we ons dat we overlast, verassingen ambities. Daarom houden we continu oog verbeteren en te vereenvoudigen. Daarnaast S en moeilijke keuzen niet kunnen voorkomen. voor de effecten van ons handelen en zijn de gebruikers van de stad onze ‘ogen 5 Samen met onze partners werken we aan zorgen we dat cruciale logistieke processen, en oren’: hun meldingen over bruggen of B een robuust beheerprogramma voor de bijvoorbeeld rondom bevoorrading, reiniging kademuren zijn erg waardevol voor ons, dus 2 toekomst en een functionerende stad met en afvalinzameling, doorgang kunnen vinden. dit stimuleren we en nemen we zeer serieus. ® toekomstbestendige bruggen en kademuren. We zoeken de verbinding op inhoud, kennis en organisatie. We vertellen wat we weten, & (Gee maar ook wat we niet weten. We delen EB ‘Afwegen en besluiten Versnellen dilemma's en afwegingen, betrekken onze Bij keuzes over veiligheidsmaatregelen en We richten ons op het significant verhogen partners bij keuzes die we maken en kansen vernieuwingsprojecten wegen we veiligheid, van onze productie. We kiezen voor die we kunnen benutten. We delen bereikbaarheid en leefbaarheid tegen elkaar standaardiseren en innoveren. We werken onze successen. af. Hierbij zetten we veiligheid voorop, vervolgens bereikbaarheid en leefbaarheid. QQ Vernieuwen Het programma is klaar wanneer ten minste de Veiligheidsmaatregelen worden met Gebaseerd op een theoretische levensduur staat van het areaal bekend is, het risico van gepaste spoed genomen als onderzoek daar van constructies van ongeveer 100 jaar en de zwakke constructies is beheerst, de productie a aanleiding toe geeft. Bij de programmering omvang van het areaal, moeten we toe naar significant is verhoogd en als de programmering van vernieuwingsprojecten, werken we een stabiel vernieuwingstempo van circa 8 voor de vernieuwing is vastgesteld. Maar bovenal - vooral vanuit bereikbaarheid. We plannen bruggen en 2 kilometer kademuur per jaar. wanneer de beheer- en uitvoeringsorganisatie D de projecten gebiedsgericht en werken aan Om het achterstallig onderhoud in te lopen, in staat zijn om werkzaamheden over te nemen & robuuste routes en corridors. moeten we tijdelijk zelfs nog meer vernieuwen. en het stabiele vernieuwingstempo te realiseren. D Op elkaar afgestemde ontwikkeling, transitie en 5 (ZZA overdracht is een continu gezamenlijk proces. 2 Beperken 4 Beheersen 5 Het beperken van het gebruik van bruggen Bij een langjarige en veelzijdige opgave Ten slotte 2 en kademuren is een effectieve manier om als deze is het borgen van samenhang Met dit plan stellen we een kader voor de ® de belasting op een constructie te verlagen tussen de verschillende werkzaamheden aanpak van de opgave, waarbij een aantal v en de levensduur te verlengen. We werken en integrale sturing en verantwoording voorwaarden cruciaal zijn voor het succes: 8 aan generiek beleid om overbelasting te een belangrijk onderdeel van de opgave. m structurele financiering met voldoende 8 voorkomen, door het aanscherpen van de Eenduidig en zorgvuldig beheer van alle flexibiliteit; 3 regels voor zwaar verkeer. Daarnaast beperken verkregen informatie is cruciaal voor een m een kritische blik op eigen processen en 0 we het gebruik van constructies op specifieke beheerste uitvoering én voor een robuust werkwijzen en een open houding om 5 locaties als onderzoek hier aanleiding toe geeft. beheerprogramma in de toekomst. bestaande regels aan te passen, onder 5 andere ten aanzien van flora en fauna, 8 mm \ De organisatie inkoop en inhuur, en participatie; 5 m Versterken We bouwen aan een organisatie die gesteld m organisatorische randvoorwaarden, zoals S Door het versterken van een brug of staat om deze aanpak uit te voeren. De een heldere en stabiele organisatie, een 5 kademuur met een spoedreparatie of een programmadirectie is verantwoordelijk directie met mandaat en een partnerschap B veiligheidsconstructie, waar mogelijk of voor het geheel van de opgave en met de beheer- en uitvoeringsorganisatie. 2 noodzakelijk, stabiliseren we de constructies. rapporteert rechtstreeks aan de wethouder. ® Zo kunnen we de vernieuwing van het object De opgave vraagt om een proactieve We werken momenteel aan de invulling van op een geschikt moment inplannen. In de programmaorganisatie die nauw samenwerkt deze voorwaarden, maar dit zal gedurende tussentijd kunnen parkeerplaatsen vaak met de beheer- en uitvoeringsorganisatie de looptijd van het programma continu om weer gebruikt worden en kan verkeer weer en continu leert, verbetert en tegenspraak aandacht blijven vragen. doorgang vinden. Samen met marktpartijen en _ organiseert. De identiteit van de organisatie kennisinstellingen werken we aan het uitbreiden kleurt onze aanpak: onze kernwoorden zijn van het aantal versterkingsconstructies en aan open, voortvarend en grensverleggend. het versnellen van de uitvoering. Aanbevelingen voor het programma ij IE # ij B k ] F 4 : : À 8 ; & rt ï Ki zj RN ï en dE Î Ì „ hed 5 5 dE ed in r' alan rf n ' De - en EY | d , ITT r Ì ‚Nl LE pe 3 \ ARR: AE Ke ie pr Ald UNE it la | | e kan Dv a bj ï hi pn à d en À | Tr | Ro p 5 voorzitter Commissariaat =| ‚ P , Ta dn directeur Vervanging & Renovatie, KEN P N, 8 6 À A _ - Ê he fr - Hail, | ER mk KE Le ô iviele Constructies Ei dt: me \ Rijkswaterstaat Dj! 5 Vv „iz td Pe je ee, if | | Rij k eN s 3 es ANN TAI 0 DR ; ANH Lee | 3 B NA | ABN A ih AL c Rd Ea. gn ET & ae wi se hel sir 5 r RE y : TIENEN ï | Tear et R i p Re 6 6 Ht df phi LN _ en | / | Ó 4 ND NE nt El Sp u. 2 k : n 8 IP Je dE IN LN LET 7 EE d _— Z pre El 8 = e == | í [é- ij p 3 IER L | n k | | el Í TT Ik k Û en ms en: = : | EH | ij. || v | ij |’ E } EER | ES De directeur Stadsbeheer, | h ä 5 Ak | ak Í Gemeente Den Haag | | a PE 1 5 directeur Beheer en Í ee} Ë 1 Uitvoering Provincie Noord Holland, in ME : = : 3 5 \ lid Adviesraad Ì Nn î , | Bme Pdrlik UID) vS df ' nl - : a hi L Dh | Ter We k TT Ë 5 en dee a dà ne nn Me 7 5 men u ë : ree p . je « ne tr en : pn in nn En Voorwoord 2 ihn ie Ik , 2 Samenvatting 3 k Kz] sk ® 5 1. De opgave 7 ee 5 1.1. Een omvangrijke en complexe uitdaging 8 2 1.2. Scope van het programma 10 mmm 4 5 1.3. _Programmadoelen 10 le 5 1.4. _ Programmaplan Herstellen en verbinden 12 f | a Pi 1 A ; ENE, 5 : : B v 2. De aanpak 15 mk EE Af j & 2.1. Inzicht, prioritering en uitvoering 16 Kaf 2 Kij f ki y 2.2. Versnellen 18 AN uik AE 3 2.3. Verbinden 26 Aa 2 Lig % Arden hes F4 EN a | 4 Panis = | © 24. Onderzoeken 32 bel Lam) x cle HR LA en | le 5 2.5. Bewaken 35 Klm» ETE a ANN wo ea AE Br e 2.6. Afwegen en besluiten 37 Ë a B NL GN: 8 27. Beperken 40 It pre LE kl kite chat AA (5 5 2.8. Versterken 42 Jarl RT ik 5 ‚y dj zf EN 4 9 2.9. Vernieuwen 44 Í Bb 5 2.10. Beheersen 46 ASEAN URE ain ens B nen 2 3. De organisatie 47 AR FMG en En Ee ze ® 3.1. Organisatie passend bij de opgave 48 AMA 1 laks & 3.2. _Proactieve werkwijze 4 TARS SS E 5 he 3.3. Randvoorwaarden voor een slagvaardige organisatie 56 ZENNE Es \ kmh ke Xe 34. Geleidelijke overdracht van de opgave 58 Nes em ; et Bijlage 1: Begrippenlijst 61 =S. = En E En z Colofon 6 Fene pn ed En en EE Bl ä ok pk Ee end De an ee ge, … = E in mg Q Ee Nie EE et a AP e= DE r En _l' T = Ea rd T er 3 En erf 5 FE ne AE er er a a En ern ze EE if ri E Bane et gd Aka, ee Er L ea en ed in ï ms 7 Î mn Ere en =, - — ek He PD EA en ef En AEN Pd ek ars er er ee EN a ee ln le, ate IJ nr Lr as eg en EN TT n z Eken EEN rn Ae Ek a EN Ll en el | osb ide n pg _ er BED ; 5 Kie el Er ee r zi art AT ME VEN mi Ad zn hi ps en en: d rg ik er n = ld a ee n Da El ht Pe} ee Ll n _ iiet p Ei } RAS is ii. ei Pr D Tr En sen en es eN 1E rd Ts = u ® zr vk ere e jee Te NS dns Tee Lee SE mi End nn ae Perge - en tn — a FF War ae Ta * ä > ee nl ra en ei Pr Heee Le Se nit el bE he hf Te Eer hs. EN: tedere en kn Ti EE ee et eek Ee Er ME Ê- Eid ke DE id eh El ren Pd Ef es Ke doel ad Ô en ere PE Ge Pd Pr el} Fm 8 EE ee ‚n r dd Me Te Een ol Fi r EE e= dn Pie Take Te eek PE DE ne TT ge ke eg en Eh ie En de End ES EN en ee fl nnn et Eed DE Mn 2 dgn dE in Pe En ne Er al ed zen red Ar er) En # Pa Lier Fa j Le En: | A kg => Fn kT af Fn Ee er Ee n mm LE rt E Fn mr Lr de AN gn Mer A enn dn ET grt ee Ee ret Re Te ee en nr ES hdd plee tr ad, Kel er ae AR: EF E eld ii li he % fr eN EE, a | à sE he ra ne er Fel aa Be: ee rt nn id en iig FE re | Er B “ | =R En ke LAT Je Nae HZ H lei r Hi; eni, Ee re be rn F, al Ee ek ei. 0 E. Ee eN EE EE OP EN ER me) en de ed eK ed PEEN ee TAN Er AK] Te as Jl ht er 9 ete eN NRK A eN RR ER IE Li A ri ee W@ le ar wart ‚ rl % % EE kt Nien EP ld EE nd ee Ee nd d 5 af Í 5 eene AT ik 6 Ö et A LE FER tee en k en gee ri id is kj Pom Î @) Es ker er EEE Zi r 1 Ei lj IE pe Ae et EN at ee NE A We pak eN Eel r ol Tei - 3 ed MN ET NN DE df NN heet ee : teln haf ar a 5 nn elk AE he, er ee Et et RN ENE al - ke me, p wf ns PUTT. Ji ed nn le EE el 4 vd È ee en Ek: en se Ë Eikar Bn gf sf À = a ged, re. 5 jet Ee Aen Md in Ee ka Te tte er per e Tib See ll Ein Td ER AE Ns 5 Er Wend A ne en a tn at) nn a A: miek AAE 3 amat E ï grat ob en nn f wo het ENE hed Rd SET edge te a rr Pd de dr c en ee, eid Ke a tE | te a 195 B en haf ij olet aen nl ed ae ledi ie E ei eeN Mt En. OE L ei BE - ., an Ee ; Er re js fr en ee E r , a - ar En F el 8 EN gi a ee hide li ei rt ie A ô Er er B rn » iS pe Pa ne ad es en je ar ci e atrt mt lt Ei ijf E : d 5 Ke 4 K er Pd een zn haet Ee Er ind ee ed nat ere a EP Hd eN Ef af gene amai den LD Ee Fr á r Es he 5 : de er ht mn hs ae vi eh ed rg nge St end ALE ta rn ee ah Fe a , TE de = 7 n rd, Den Pe Td EN ie Ere, in N ger Rn Paes Ee a ee del 8 Ee bn nf ai nf Re Heen Pli) WE at Er ma En ee 7 ; Ne si Fi D Ee . Ve ge 8 IJ FS han be ef rem | E, Er, Ae gen -- a er wed la PE EL be he Ni Ed } re 3 bt Ee dk pn Pr tn ld en 7 B pe er á Erne zi Kler Ait Es 2 Ef er en ee AEN ED 5 ent it, B ON er U jr En gren en egte” à ri en p Lj md : he a n en Ô rl rate ee Pe ie EN E er Dm d am) 5 br mt Re WE npe ET tert er had E) ae En RS 6 TN een. hat Nen zl han ee a ge vett Ne ze El PS eer d E: El Er PN, di zi deli p Lg ee Be — - EN Ee eene DE r rl EE er Er ke a a Li 1e E En n Eer E pe ge ï - 7 tn nde ed 5 f nti , TE en en De nd gk 3 en ee: ee * 5 art en Karen A al ee en, IN Eek | met A ik r_n ne 2 ri eli EA te Wm Pr dm krin ed : ee tijen. | d Ee É ns p CEN p- on mn nd : E p Ts — mn Me Ra ie 4 nn red MV TEE ie x 3 nt & NE ee mad | aert e l. EN lk TEN 5 ee ge Ed De f ef Kd sr A AE Nie Tt rake A nn rn rt net ne El ea OE WE ef OE ei A EE er wd en EN ge rr PE" i ï N 1 Ô k hen e an ai L À FS lk ES End Pd je 8 lj Ne 4 : ad : ad eN ee me E id 4 Pl ed SN 8 ri een En Er D FE ® ne iP pe | N E ren be me el Ë ai De e LE Pi, E B in Ea hf | d war NE : ni en Nerd Er eis 3 En El LL re af ETEN il d 4 ú ik Aer [ol i # rt feld rd hee El el r i En a at ne eN bi rn ME eer, } Pa ed ha ee 4 Ef Ee Ee ed ej ee ek ee, ON pal at el A ci ee 5 j é ï Pe, We dd 5e bs Hi nd eaf Re ï Pa L | 5 ge, : el er 5 rd Pf  4 ï er à ene ie | P l dl En hi ‚ We / Ee E : E ä ca he e É dl ol d Er E “ ja :, Pa ee la À =k Pl al el Te el 8 he al Cs E & rr ee td “ % a ar et if , s F': kt En : r nd p fs TEE AS GPAC Nar Ke LT EM 47 Ki el pat 4 ir p hi a it Ed Me : k, ai EN ’ ee A nik. , E 1.1. Een omvangrijke en leefbaarheid in de stad hebben. Inwoners versnellen, zoals afval over water en slimmere complexe uitdaging en gebruikers gaan de overlast en gevolgen (bouw)logistiek. in toenemende mate voelen. Tegelijkertijd 8 Amsterdam is van oudsher verbonden met het _ biedt de opgave ook kansen en kunnen Versneld en programmatisch herstellen water en heeft honderden veelal historische de werkzaamheden slim gecombineerd en verbinden - bruggen en kades. Veel van de bruggen worden met andere Amsterdamse opgaven De complexiteit en omvang van de opgave D en kades zijn ontworpen en gebouwd voor en ambities. Om met de consequenties van vragen om een andere, proactieve en & aanzienlijk minder zwaar (vracht)verkeer dan de werkzaamheden om te gaan en gebruik programmatische aanpak voor het versneld D er tegenwoordig gebruik van maakt. Het te maken van de kansen die het biedt, is veiligstellen en herstellen van ons bruggen- 5 resultaat is dat een groot deel van de bruggen samenwerking, begrip en een actieve inbreng en kademurenerfgoed. Om de bruggen en 2 en kademuren in slechte staat is. Hoe slecht van de stad en al haar bewoners, bedrijven en kademuren versneld, met slagkracht en in 5 en welk gebruik de constructies nog wel of bezoekers een belangrijke voorwaarde voor verbinding met de omgeving te herstellen, 3 juist niet meer aankunnen, weten we vaak nog succes. We spannen ons in om dit zo goedals is een langjarig programma ingericht. ® niet. Dat maakt het inschatten van de exacte mogelijk te faciliteren en werken daarin samen Aangezien de beheerorganisatie uiteindelijk v omvang en impact van de opgave complex. met onze partners. verantwoordelijk is om het areaal structureel 8 op het gewenste kwaliteitsniveau te houden, 8 We onderzoeken daarom de staat van de Signaleren en handelen werken we nauw samen. De opgave vraagt 3 bruggen en kademuren in de hele stad. De bereikbaarheid en leefbaarheid in de stad om samen doen, samen leren en samen 0 De komende maanden en jaren wordt staat al langer onder druk. Amsterdam werkt ontwikkelen. Alleen op deze manier komen 5 daardoor steeds meer bekend over de aan het realiseren van vele projecten, ambities we tot een proactieve beheerorganisatie, die 5 opgave, maar zeker is dat de opgave en doelstellingen in de openbare ruimte. Amsterdam ook in de toekomst vitaal houdt. 8 die voor ons ligt groot, langdurig en We werken aan het herinrichten van straten, 5 kostbaar zal zijn. Ondertussen voeren pleinen en groen, we renoveren tunnels en D we op basis van onderzoeksuitkomsten, wegen, we bouwen woningen, en we werken 5 waar nodig, veiligheidsmaatregelen en ondertussen aan diverse ambities rondom 2 vernieuwingswerkzaamheden uit. Daarbij mobiliteit, luchtkwaliteit en duurzaamheid. 2 vertellen we wat we gaan doen en zijn we Een belangrijk deel van onze opgave is om ® open over wat we niet weten en voor welke de raakvlakken en knelpunten tussen de vraagstukken we staan. verschillende belangen te signaleren en ons handelen hierop af te stemmen. In sommige Consequenties en kansen voor de stad gevallen zal het nodig zijn om een ambitie De veiligheidsmaatregelen en of een project uit te stellen om de stad vernieuwingsprojecten zullen grote en bereikbaar of een gebied leefbaar te houden. langdurige invloed op de bereikbaarheid en En soms biedt het juist kansen om ambities te De woorden met een * zijn terug te vinden in de begrippenlijst achterin dit document Scope van het programma Bruggen en Kademuren | N 4 re / Nd Ja ; : Ê, in: Legenda mr ’ EO Mans ° en hs A sine F ®- Bruggen binnen scope el à ze 5 G Be Ke: Ì u — - Kademuren binnen scope TI \ fe Á Arn [T dk ( | D E nh AIT aje rl 5 En Ee Zie 5 ijd N ® Es k zi il i / \ L NS vd N KS in de / 5 4 Seer 1 A LN Ïr RS ee 2 e : á JS \ J lin # ® Een Ù 3 } . Hi ve ee | | Dr AAN KPT v | | di INZ <(- bg nne o 3 0) BE < Ne de f \ een ( ) À 4 Z & On A A « \ À E 3 P Ì a 7 re N Nel es ve i N 3 » ï kf EN fais } d r if " == X Pe NS ; 8 8 A Ï Er \ zi. ì . : o xe an es / mm et \ sn rs 4 A Se SON GN > 4, IJ í Mikes si) el rf A EE L | d KE EN A 3 rp es. î P Ë 5 en eN en: 2 Bruggen Bruggen. … _ Kades Kades _ ik 8 5 (in totaal 1792) in scope programma (in totâal 640,6 Km) inscope programma __ ï 5 E \ 3 | En Le ke = E = F, „rt A Ì $ fes Di " 8 ie ee KE WE Dee E e : 3 iN 3 de, AE AN Eek ' ú a KE : \ Wv £ e An Bn scope beheerorgansatie B vaste bruggen … : En scope beheerorgansatie B walmuur rj zn end Ee Î k En scope programma nm Beweegbare bruggen En scope Programma B damwand ke " e 5 f b N 7 Ì 7 Ö en B viaducten en onderdoorgangen nm Glooiing \ Se en | ) Jk aen | ie ‘ en ä . üe À es con elk ck ai ' € k T B % 5 - NE 8 1.2. Scope van het programma gezamenlijk over eventuele wijzigingen in i er: deze scope via de Assetmanagementtafel* de ed Amsterdam heeft in totaal ongeveer 1800 (zie Resultaatstafels, pagina 53). 5 EE ti bruggen en 600 kilometer kades, oevers en mit: ey Ne IJ ì hik …l glooiingen* in beheer. Vanuit de noodzaak A OE } - om te prioriteren, legt het programma 1.3. Programmadoelen mii KN Ô We REM , D Bruggen en Kademuren de focus op de | u Ì bi) d VOIE | & objecten met een relatief hoog risicoprofiel. Het programma Bruggen en Kademuren is ek ud al. Wi ip er zal 5 Dit zijn objecten die belangrijk zijn voor het meer dan de optelling van de uitvoering van ene AR Ù di Zi ir 5 functioneren van de stad of waarbij de kans vele maatregelen. De inspanningen die we r. Ì rd eh EEn | 2 op veiligheidsproblemen groot is. We richten leveren, zoals het onderzoeken, bewaken, ed BE Er NL a 5 ons op de 829 verkeersbruggen* en de circa beperken, versterken en vernieuwen, worden ” pr |} „b ki bt, HUE 2 205 km op diepere grondlagen gefundeerde in onderlinge samenhang uitgevoerd en EARN Ei ver. Le Ald da, 0 kademuren. dragen gezamenlijk bij aan het in stand houden b dek . . . . nk hi Hi Es S v van onze historische stad. Onze missie luidt: hs R 8 Binnen deze scope heeft het programma | Ee AN | 8 de taak om de constructies te onderzoeken, “Een functionerende stad met veilige en AE 5 Ë 3 veilig te houden en te vernieuwen waar nodig, _toekomstbestendige bruggen en kademuren Am 5 | PP DO met grote aandacht voor bereikbaarheid voor huidige en volgende generaties.” EN EES | K er S en leefbaarheid in de stad. Het dagelijks en | PO e Tiel 5 groot onderhoud aan deze objecten blijft Het programma stuurt daarbij op de volgende Pe | 8 een taak die wordt uitgevoerd door de vier doelen, zoals ook vastgesteld door r 5 beheerorganisaties* van Verkeer en Openbare het college in het actieplan Bruggen en TE S Ruimte en Stadswerken. Het programma en Kademuren. En 5 de beheerorganisaties trekken hierin nauw nen ar k B samen op - zie hoofdstuk 3 voor een verdere = Het waarborgen van de veiligheid E en ne i 2 toelichting. en functionaliteit van de bruggen EM Me ® en kademuren. EE Voor de circa 950 (fiets- en voetgangers) Prioriteit heeft het verkleinen van het risico op ain ER bruggen en circa 400 km kades, oevers en incidenten door preventie en het beperken rt 3 glooiingen die niet tot deze scope behoren, van de gevolgen bij calamiteiten door Te blijft de beheerorganisatie het geheel aan adequaat en snel handelen. Ook sturen we zi beheer- en onderhoudstaken uitvoeren. Het op het voorkomen van overbelasting om zo : programma en de beheerorganisatie besluiten de levensduur te verlengen. Een snelle en Vernieuwde kade aan de Recht Boomssloot zorgvuldige afweging op basis van beperkt = Het optimaliseren, innoveren en binnen de aanpak moeten we versnellen en inzicht in de bruggen en kademuren en het evalueren van processen en werkwijzen. opschalen: in een significant hoger tempo tijdig informeren en voorbereiden van de stad Deze opgave is niet haalbaar wanneer de kennis over de objecten op orde brengen zijn een belangrijk onderdeel van de aanpak. we alleen de bestaande gemeentelijke en sneller in staat zijn tot het uitvoeren van werkwijze hanteren. Er is inzet nodig van alle veiligheidsmaatregelen. Hiervoor moeten - = Het zorgen voor een functionerende stad betrokken partijen om (onderbouwd) af te we werkwijzen en processen innoveren en D gedurende de gehele opgave. kunnen wijken van standaard procedures, optimaliseren, en nauw samenwerken met & We stellen de stad, haar bewoners, bezoekers, beleid en werkwijzen, en bestaande onze partners binnen en buiten de gemeen- 5 gebruikers en ondernemers zo goed als cultuurpatronen te doorbreken. We te. Daar staat factor 20 voor. 5 redelijkerwijs mogelijk is, in staat te blijven werken daarom aan de vereenvoudiging 2 functioneren tijdens de ingrijpende opgave. en optimalisatie van de voorbereiding en 5 Onder meer door oog te hebben voor uitvoering van de veiligheidsmaatregelen en Sturen op de doelen 2 bereikbaarheid en leefbaarheid in onze vernieuwingsprojecten om zo versnelling en We concretiseren doelen en sturen aan de ® afwegingen, door actief en laagdrempelig opschaling van de aanpak mogelijk te maken hand van ‘prestatie-indicatoren*’ op tastbare v contact, open communicatie en de bereidheid en hinder zo veel mogelijk te beperken. We resultaten. De indicatoren worden regelmatig 8 om te helpen bij het creëren van alternatieve hebben lef en een proactieve cultuur nodig geëvalueerd en indien nodig bijgesteld, zodat 8 oplossingen en verzachtende maatregelen om te optimaliseren, innoveren en evalueren. ze de juiste sturingsinformatie geven, die op 3 voor belangen van derden. dat moment nodig is. Presentaties worden 0 De missie en de vier programmadoelen in andere fases namelijk anders beoordeeld: 5 = Het maken van een realiseerbare sluiten aan bij de overkoepelende doelen van nu is 2 kilometer kademuurvernieuwing 5 programmering voor de de gemeente: Amsterdam is voor iedereen veel, maar over enkele jaren streven we naar 8 vernieuwingsopgave. bereikbaar op een veilige en duurzame manier een significant hoger aantal. We laten onze 5 We werken aan een realiseerbaar, herleidbaar en en daarom beheren en onderhouden we onze prestaties op de programmadoelen onder 5 voorspelbaar vernieuwingsprogramma, waarbij assets. (Doelenboom Gemeente Amsterdam, andere zien in het dashboard (zie pagina 52). 5 veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid in 21 mei 2019) In het tekstkader is per programmadoel een 5 balans zijn. Op basis van de huidige kennis van eerste beeld van deze concretisering gegeven. 2 de opgave, richten we ons in eerste instantie op Wat is factor 20? Dit is niet uitputtend en verandert mee met de ® de realisatie van robuuste, toekomstbestendige In het advies van commissie Cloo over de opgave. In de huidige fase van het programma corridors, routes en gebieden. We starten met aanpak van de bruggen, kades en tunnels (fe- en gelet op de dynamiek van de opgave, is de belangrijkste bruggen en kademuren. De bruari 2019) wordt gesproken over een nood- _ het niet altijd mogelijk om doelen meetbaar te resultaten van de technische onderzoeken zakelijke versnelling en opschaling met een maken. Daarnaast laten sommige onderwerpen kunnen aanleiding zijn tot het bijstellen van het _ factor 20. Dit moet ruimer geïnterpreteerd zich minder goed concretiseren en meten. Dan vernieuwingsprogramma. worden dan strikt het realiseren van 20 keer werken we met kwalitatieve afwegingskaders zoveel vernieuwingsprojecten. Op alle vlakken om onze keuzes navolgbaar te maken. Concretiseren van doelen dienstverlenend op te stellen; m nieuwe methoden en slimmere werkwijzen We waarborgen de veiligheid en functio- m ons bij gebruiksbeperkingen niet alleen te testen en te implementeren; naliteit van de stad, onder andere door: te richten op handhaving, maar vooral op m een proactieve cultuur binnen de pro- m ons inzicht te vergroten, door meer bewustwording en gedragsverandering grammaorganisatie te bevorderen, waarin bruggen en kademuren te onderzoeken, (zie Naleving, pagina 41). tegenspraak organiseren vanzelfsprekend is. te bewaken en te stimuleren dat kennis _ . . D wordt gedeeld (zachte signalen); We zorgen voor een realiseerbare program- & m een actuele en passende veiligheids- mering voor de vernieuwingsopgave, onder 1.4. Programmaplan Herstellen en D beoordeling te hanteren, zodat we de andere door: verbinden 5 juiste besluiten nemen over veiligheids- m ons inzicht in de bereikbaarheid en 2 maatregelen (zie plaatsen veiligheidscon- leefbaarheid van de stad te vergroten We bouwen aan een organisatie die 5 structie Prinsengracht pagina 39); (zie Prioriteren van bruggen in de stad gesteld staat om het benodigde inzicht te 3 em meer en sneller veiligheidsmaatregelen pagina 34); verwerven, werkzaamheden te prioriteren ® te treffen; m ons inzicht in wat een realistisch vernieu- en de noodzakelijke veiligheids- en v m meer en sneller te vernieuwen. wingstempo is te vergroten. Dit drukken vernieuwingsmaatregelen uit te voeren. In dit 8 Dit drukken we uit in het aantal kilometers we uit in het aantal vernieuwingsprojecten programmaplan beschrijven we: 8 vernieuwde kademuur en het aantal dat we parallel uit kunnen voeren en de m in hoofdstuk 2 de breedte van de aanpak 3 vernieuwde bruggen per jaar (zie doorlooptijd van deze projecten; en in het bijzonder de wijze waarop we de 0 Vernieuwen paragraaf 2.9). m te zorgen voor een zorgvuldige afstem- noodzakelijke versnelling en de verbinding 5 ming met andere ambities en projecten met de stad vormgeven; 5 We zorgen dat de stad blijft functioneren in de stad; m in hoofdstuk 3 welke organisatie 8 gedurende de gehele opgave, onder m ons inzicht in de bruggen en kademuren we hiervoor inrichten en welke 3 andere door: te vergroten (meer onderzoeken en randvoorwaarden cruciaal zijn voor het S = het effect op bereikbaarheid en leefbaar- bewaken). slagen van de aanpak. 5 heid in al onze afwegingen en besluiten 5 mee te nemen; We optimaliseren, innoveren en evalueren, Het programma Bruggen en Kademuren is een 2 = hinder door gebruiksbeperkingen en onder andere door: lerende organisatie die streeft naar veerkracht, ® bouw waar mogelijk te minimaliseren, m de doorlooptijd van projecten te ver- maximale betrokkenheid van medewerkers bijvoorbeeld door het plaatsen van een korten (zie onder andere LEGOlisering en partners, en continue verbetering. Om versterkende maatregel in plaats van pagina 20); een effectief sturingsmiddel te blijven, wordt een gebruiksbeperking (zie voorbeeld = de levensduur van de bruggen en dit plan in de toekomst, wanneer nieuwe Bullebakssluis pagina 42); kademuren te verlengen; inzichten dat nodig maken, geactualiseerd. m te werken in verbinding met de stad, m de marktcapaciteit effectief aan te open en actief te communiceren en ons spreken; Voorwaarden voor succes zijn over de aanpak. We stellen onenigheid ae et et pe ep. : We kiezen voor een zorgvuldige en brede expliciet aan de orde, organiseren GE Beh. eu aanpak en vertrouwen erop dat we hiermee besluitvorming hierover waar nodig en 4] F de de opgave voortvarend aanpakken. Maar er evalueren gezamenlijk, zodat de aanpak er | he Pe Je zal zeker sprake zijn van overlast, moeilijke sterk van wordt. KAn B BIT - keuzes, lastig te beheersen risico's en ER ; RER D verrassingen. De breedte van onze aanpak Programmaplan in de tijd en relatie tot k k heh Hs Je Ar & vormt tegelijk ook een uitdaging; de zwakste andere documenten sten K mi D schakel bepaalt immers het tempo. We zien Het programmaplan Herstellen en verbinden Arie EA 7 dt @ ke 5 daarbij het prioriteren van de verschillende staat niet op zichzelf. Het bouwt voort op eN hen. e ee | ET p: 2 werkzaamheden en beleidsambities in de stad het actieplan Bruggen en Kademuren. Waar Ee be’ TJ 4 ej 5 als één van de grote uitdagingen. Daarnaast in het actieplan de focus lag op veiligheid, B } E Lt S/ id 2 vraagt ook het invullen van de (technische) beschrijven we in dit programmaplan / N ld Ki | ® capaciteit, de verbinding met elkaar binnen de aanpak in de volle breedte. Het Gm TA Ke hi 4 v een snelgroeiende organisatie en de programmaplan is de kapstok van onze ü EN, L ke ge Fi 8 samenwerking met onze partners de nodige aanpak en laat zien hoe we projecten en PJ EER | ik zij Í Î 8 aandacht. werkzaamheden binnen de gemeente B 3 il Ar \ Kk …e IJ 3 bundelen. In ambtelijk vastgestelde : 0 ) A et B 0 Een aantal voorwaarden die cruciaal zijn voor deelplannen werken we de aanpak verder uit. A} É MN mt | RN, N 5 het succes van de aanpak zijn: Waar het programmaplan vooral ingaat op ij Js Ke En a 5 5 m structurele financiering (zie paragraaf 3.3) wat we doen en waarom, gaan deelplannen 4 RT - eh pC ä Ie 8 m een kritische blik op eigen processen in meer detail in op hoe we dat doen. Verder an U mm A Al 5 en werkwijzen, en acceptatie van maken we samenwerkingsafspraken met NR, : } nee ne 5 aanpassingen, onder andere ten aanzien onze partners, zoals Verkeer en Openbare oe zm) el) | Jh Hi l 5 van flora en fauna, het bewaken van Ruimte en het Ingenieursbureau*, maar ook te EEn _ hd Re B de projectscope, inkoop en inhuur, en externe partijen, zoals brancheverenigingen en sg Ak EEL 2 participatie (zie paragraaf 2.2) en ondernemers. Ook stellen we kaders op ie ER ï m organisatorische randvoorwaarden, zoals waarbinnen we werken. Een voorbeeld hiervan Ne Á | Jr een heldere en stabiele organisatie, eneen is de verordening Bruggen en Kademuren,* En Re, _ k directie met mandaat (zie paragraaf 3.3) die in de loop van 2020 wordt vastgesteld 5E es J K _ (zie paragraaf 2.2). nnn en ei Wij realiseren ons dat de grenzen die het programma wil verleggen tot wrijving kunnen Beheersing van de opgave is cruciaal in een complexe leiden en er niet altijd overeenstemming zal stad als Amsterdam | b | | k & V It b | | k _ E 6 Normen aangescherpt al be 4 he Start programma Constructieve 2015 Rapport rekenkamer % GPD 1Amsterdam Heel & Schoon - 5 of {| voorrijkswegen-1e 5 Ti Pl Veiligheid Bruggen - waarmee een bruggen - waarin de rekenkamer < , eerste stappen naar stadsbreed ct ATEN Ei doorvertaling naar En Een start wordt gemaakt met het herijken kritisch is op de doelmatigheid en jer: assetmanagement en verbeterd RLN | pe … . . Tr Ki . . . Dd Ne Amsterdamse situatie. dk Mt BEE aan de nieuwe normen van de 272 doeltreffendheid van het beleid EE ‚p _ inzicht in de beheeropgave voor 5 irene lid er P ES La a | bruggen van de voormalige dienst voor beheer en onderhoud el en kr oon alle stedelijke assets. » - É El _Infrastructuur, Verkeer en Vervoer. van bruggen in Amsterdam. oee 5 < d s 2. Ea WEER Diverse incidenten e PE ra a PE en | waarbij kademuren zijn 2017 tot heden - diverse Jr FN ® à n er) : bezweken, onder andere 2017 Start programma Toekomstbestendige veiligheidsmaatregelen waarbij Ee bj 1 2 ! 5, Bs 1 g erf F4 5 - F4 Ei bijhet Entrepotdok, Kademuren - waarbij een onderzoeks-, ver- parkeerplaatsen zijn opgeheven, LN hee se enen jn ee kf î de Marnixstraat en nieuwings- en innovatieprogramma is opgestart bomen gesnoeid en bruggen en rige is LE ie 8 F de Nassaukade. voor de circa 200 km Amsterdamse kademuren. _ kademuren versterkt. mn ee me Dd 3 d Brief Piet-Heintunnel - waarin wordt gerapporteerd over de financiële overschrijdingen bij de renovaties Mei 2018 Coalitieakkoord - extra financiële © van de IJ-tunnel en Piet Heintunnel. Deze overschrijdingen waren voor het college aanleiding om een middelen voor enerzijds voor het onderzoek 3 onderzoek te laten uitvoeren naar de achterliggende problematiek van de financiële overschrijdingen naar de staat van bruggen en kademuren en an- ww bij civiele constructies in deze stad (kademuren, bruggen en tunnels). derzijds voor de herstelwerkzaamheden hiervan. c Q @ ®D 5 £ Februari 2019 Onderzoek ‘Factor 20'van externe commissie Cloo - de gemeente wordt IES ggn Start programma Bruggen en Kademuren - 5 G geadviseerd zwaarder in te zetten op het ontlasten en renoveren van bruggen en kademuren | bh een nieuwe programmaorganisatie A elegie om de veiligheid van bewoners en bezoekers te kunnen waarborgen. Daarnaast adviseert de | die voortbouwt op de programma’s 8 bt commissie Cloo onder andere om de programmatische aanpak te versterken en op te schalen Constructieve Veiligheid Bruggen en D Er met een factor 20. Eman Toekomstbestendige Kademuren. 3 VAO vo 5 april 5 2020, Actieplan Bruggen en Kademuren - eerste uiteenzetting door EER Programmaplan Bruggen en Kademuren - het programma van de aanpak op het gebied van veiligheid. < verdere uitwerking van de aanpak zoals geschetst mn a A _—_ Hen verbinden in het actieplan en de organisatieprincipes. A Peart IS x EN ‘En ne en % PE een Si 1 pn de k je an, december’ NÀ a _ ee ZO) ndedaid Ju 8 * nn enen . 2020 en verder - verdere uitwerking van werkwijzen TS EE. arr @@ e en processen in deelplannen en werkinstructies, enne eneen Een BEE been ° 2 Ee kh samenwerkingsafspraken met onze partners, vorm- ragam | Sane Em . Keen Te ere Ë 8 nn e geven van het strategisch partnerschap, actualisatie van alle brug- en kademuurprojecten en Deen a van het uitvoeringsprogramma 2020 - 2024, het tot en met 2023. Er staan 27 bruggen afsluiten van diverse raamcontracten, zoals de en 4,5 kilometer kademuur op het Dashboard programma Bruggen en Kademuren samenwerkingsovereenkomst Ingenieursdiensten vernieuwingsprogramma - eerste beknopte overzicht van de voortgang en het Innovatiepartnerschap Kademuren. : op de programmadoelen. | En EEE eert Et Ef Re dn AE mi Aje ge | ma me me en ENT Er enn: ken EA all NE ni EEN Va i EE E 3 ie lt IM Ea Kl Ben ER el Eek ri | == FE Oe KE ne hes the, an Eel 7 En in En ' E ï ù ET 4} Je ji 5 dr ek Her e fi ij EE Lin ie 8 ld | H H det EF dt E | el dl Ke En Pee er Wel. ik a m nf Edel B Î WTS | den —= ze Î Er 5 il, B ed ' il e aanpak MENE fis: in In (nr BESEET LN: | EE f Î : | Min Liha = Eee EN ct A nnn | INNER TER RE If Ti Aen g CN BE TR BON Ae EN EE CT en ee DE mm de ei à an ih Tl S NE SI H TREIN 4 | | En Dn de Ee u ER: ad IE Ë ds al PS nt ml el EEEN nt ' / EN OEE ET tee ET | » ' nend e me en ml 0 te | \ - ie & ; nn k Ee Ga me kN Ee ee z E ze : Te: k sk ee Fe k 5 E nr en ” ; : \ k Leg : ri; B ij Pe ne A “ me, Ne ind je n tn ere E pn Gn Ws er en me Dn a a ad Die en 5 v Ess Aer er ANR : he iT ‚Ak - @ Er a 5e r d | Á ET a É En î | De Sr s 3 | nn OE r nit SET, ge 8 x pn d ' dE t ed 5 an DES ie sl Ph men zi 5 B rd pr ê Fa ls Î & / B NE Eet = Te Ees eee plee ® | u ed RE} lijnen ll Ts 5 ä f nn E Te Ke a hee | E Ta Ke, s:. ken E ke — . B ek an de n, E ed Ei | : DE Î Laet Ss 2 EESTE AT FP AN be „| Nn " 5 7 ee Pr ie } 5 Ee rn ae nn ee Pil Ar CA 4 Re df sd An z nn ve 5 if x LN 75 - iel a er NE, 8 Ae : hf ede, B E A4 Fr - 5 EAT RES 025 Sb Rs saal) han S il dr Ér me er, f nd k bt eN En RL p- zr Pe, en Sp MES rn Pd Ke zin DN ie Bd , MESEN 1 a nen A Í Ve ae 4 s PA tt nl > dn ' bar / De ed ì el CEN EE IN ENEAE EN EE EN arr 5 2.1. Inzicht, prioritering en uitvoering Inzicht verwerven Prioriteren en Uitvoeren richting geven Het programma Bruggen en Kademuren is erop gericht om het huidige achterstallig onderhoud De Amers SA (ZZA Beperken - aan de constructies te herstellen en versneld D toe te werken naar een functionerende stad & met veilige en toekomstbestendige bruggen 5 en kademuren. De aanpak bestaat uit 5 onderzoeken, bewaken, afwegen en besluiten, & mn 2 beperken, versterken, vernieuwen, versnellen mm Afwegen sl m =S Versterken Ss en ontwikkelen, verbinden en beheersen. besluiten ‚ go, over veiligheid en a vernieuwing ® We onderscheiden daarbij op hoofdlijnen v drie stappen. 8 m Inzicht verwerven: door het onderzoeken pl Bewaken CY Vernieuwen 8 en bewaken van bruggen en kademuren B 3 komen we meer te weten over de staat van 0 de constructies, welk gebruik ze aankunnen 5 en wat de restlevensduur is. . da (Oe Versnellen en ontwikkelen ===} 2 = Prioriteren en richting geven: op basis 8 van onderzoek en een analyse van de 5 impact van mogelijke maatregelen op 5 de bereikbaarheid en leefbaarheid in 5 de stad, maken we een zorgvuldige 5 afweging en bepalen we waar welke de Verbinden ==) 3 veiligheidsmaatregelen nodig zijn en ® wanneer er waar vernieuwd wordt. = Uitvoeren: wanneer de veiligheid van een brug of kademuur om directe actie vraagt, beperken we het gebruik of versterken de u Beheersen >) we de constructie tijdelijk. Bruggen am * en kademuren in slechte staat zullen vernieuwd worden. Dit hele proces is als een lopende band in tijdig en volledig informeren over de aanpak, “Ik wil de bewoners een stem een ‘fabriek’ waar een brug of kademuur zich met hen overleggen en hen meenemen in FAA Asd ON in hun leefomgeving. Vaak over voortbeweegt. Beginnend met opgave het proces. Alleen op die manier staan we breng ik persoonlijk de brieven onbekend en eindigend bij een herstelde in verbinding met de stad en kunnen we langs. Met een beetje geluk kom brug of kademuur. Elke schakel in dit proces rekenen op begrip en actieve inbreng en DINGEN Beelen oee Boo tented VOTE kan voor een ophoping in werkvoorraad en samenwerking. E 5 I bewoners. Daarna organiseer ik D voor vertraging zorgen. Dit vraagt om een " EE een & integrale sturing. Voor een optimale inrichting Versnelling en participatie Ai id ee m'oopuur Je. ee 5 van het productieproces werken we daarom Een voorbeeld waar versnelling en ver- laat ik dan zien hoe het echt is 5 continu aan het versnellen en verbeteren van binding hand in hand gaan, is participatie. gesteld met de kademuren. Als de < de kritieke onderdelen. Tegelijkertijd opereren Bij meer standaardisatie, ten behoeve van mensen die scheuren zien, is de 5 we in een drukke stad. Het verbinden van versnelling, denkt men wellicht aan het lotor ej ela f olen oei Sn 2 de opgaven waar we aan raken is daarom beperken van inspraak. Maar voor ons staan ze ook meer open voor een ® van cruciaal belang. Net als een beheerste is standaardisatie juist een kans om de BRA EE tijdelijk alternatief. v uitvoering van de opgave. gemiddelde opgave per project te vereen- 8 voudigen. We komen met een gerichte NEON 8 Het hart van de aanpak: versneld vraagstelling richting bewoners en belang- 3 herstellen in verbinding met de hebbenden. In plaats van een complex 0 omgeving participatietraject waarin vele opties open Pilot versnellen en verbinden met nood- 5 Verbinden en versneld herstellen zijn cruciale liggen, werken we met ‘menukaarten!: en hulpdiensten 5 succesfactoren van onze aanpak. Enerzijds Voor vernieuwing van de openbare ruimte Samen met nood- en hulpdiensten is 8 moeten we de bruggen en kademuren in na vernieuwing van een brug of kademuur voor de kademuurvernieuwing aan de 5 een significant hoger tempo vernieuwen wordt een standaardontwerp toegepast Herengracht een pilot gestart. Het doel van S en versterken. Anderzijds willen we in dat aansluit op de Amsterdamse standaard de pilot is het verruimen van de maximale 5 verbinding zijn met bewoners, gebruikers en (Puccini). Binnen dit standaardontwerp stremmingslengte: de ruimte die de nood- B partners, om de stad gezamenlijk — zo goed maken we verschillende varianten voor de en hulpdiensten moeten hebben om hun 2 als redelijkerwijs mogelijk is — bereikbaar inrichting met onder meer parkeerplaatsen, werk uit te kunnen voeren in noodgevallen. ® en leefbaar te houden. Twee ambities die bomen, fietsnietjes en afvalcontainers. Door het verruimen van deze stremmings- vragen om een andere manier van werken, Bewoners kunnen hun voorkeur uitspreken lengte kan er een langer stuk kademuur in zoals in het voorbeeld in het tekstkader wordt voor een van deze varianten en bijvoorbeeld één keer worden vernieuwd, waardoor het geïllustreerd. de wijze van gefaseerd uitvoeren. Op deze project eerder gereed is en kosten kunnen manier denkt de omgeving mee en blijft worden bespaard. Daarom is het belangrijk dat we bewoners, versnelling mogelijk. gebruikers en andere belanghebbenden m zorgen dat we voldoen aan de NGR olie vann AOL { organisatorische randvoorwaarden, een opl grote achterstalligheid niet te proactieve cultuur creëren en werken meer kan ontstaan. Dat kunnen 18 in verbinding met de gemeentelijke we doen door bestaande kennis organisatie, zie hoofdstuk 3. en nieuwe kennis heel goed aan 5 Stapelen leidt tot verhoging En IS en Daarom nodig E 2.2. Versnellen complexiteit en doorlooptijd, maar hanno etend shed han = biedt ook kansen uit om gebruik te maken van 5 We versnellen op meerdere vlakken en De complexiteit en lange duur de expertise van Stadswerken. 2 verhogen zo onze productie. Dit doen we van de Amsterdamse brug- en Mijn mensen kennen echt ieder 5 onder andere door te standaardiseren en kademuurvernieuwingen van de afgelopen tel nveorss af 2 door nieuwe, efficiëntere werkwijzen te decennia komt deels door het stapelen van ® ontwikkelen. wensen en ambities. Naast de vernieuwing IC v op zich wordt de aanliggende straat vaak 8 Dit hebben we nodig voor factor 20 opnieuw ingericht, worden de kabels en 8 De productie verhogen met een factor 20 leidingen vervangen en beleidsambities 3 betekent dat we: uitgevoerd. Allemaal onder het mom ‘werk verduurzaming en afvalinzameling over 0 m ambities slim combineren en prioriteren; met werk maken’. Dit voorkomt dat de water zien we vele koppelkansen. Ook het 5 m projecten seriematig (‘fabrieksmatig’) en straat binnen een paar jaar weer open moet. integreren van meerdere functionaliteiten is 5 gestandaardiseerd aanpakken, zie ook het Tegelijkertijd weten we uit ervaring dat, kansrijk, waardoor de toegevoegde waarde 8 tekstkader LEGOliseren op pagina 20; om een versnelling en schaalvergroting te van met name kadevernieuwingsprojecten 5 m via de verordening sturen op de realiseren, uitbreiding van de projectscope wordt vergroot. We wegen deze S versnelling; vertragend kan werken. Planningen lopen vaak _koppelkansen altijd af tegen de noodzaak 5 = de uitvoeringskracht van de markt* niet synchroon, wat tot gevolg heeft dat er op om versneld te herstellen. Standaardisering 5 optimaal benutten; elkaar gewacht moet worden. en opschaalbaarheid zijn daarbij belangrijke 2 m innoveren en optimaliseren binnen onze eisen. Als we meer routine en snelheid in ® eigen processen; Koppelkansen meenemen waar mogelijk de werkzaamheden hebben gebracht, zal m de verbinding zoeken met de stad en Dat neemt niet weg dat we innovatieve er ook meer ruimte voor het koppelen van streven naar begrip, betrokkenheid en ideeën altijd zullen overwegen in de zoektocht kansen ontstaan. Denk aan het meenemen waardering voor de aanpak; naar grensverleggende oplossingen. van voorzieningen voor warmtenetten, BG Vanwege de omvang van de opgave en of glasvezel, en voor afvalinzameling en de grote raakvlakken met andere ambities -distributie, eventueel via het water of een als stedelijke logistiek, een autoluwe stad, ondergronds afvaltransportsysteem. Voorbeeld groene kademuur E ki ú Wanneer ambities elkaar niet versterken, maar Groen is belangrijk voor de stad. Het draagt m . EN W in de weg zitten, signaleren we dit en maken bij aan de doelstellingen om Amsterdam kli- Cet Én, EN he we het bespreekbaar. Daarnaast kunnen maatadaptief en rainproof te maken en ook se Ie we alleen ambities meenemen als we deze aan de biodiversiteit en CO2-reductie. Het Ed en 17 MM kunnen verenigen met het tempo van de - idee van groene kademuren past daar goed Big ek Ne es , vernieuwing en als hier middelen beschikbaar D bij. Amsterdam heeft samen met onder an- ES EE pm voor zijn. De beschikbare budgetten van het & dere TU Delft, onderzoeksstichting Floron, î Ee tp Be programma zijn primair voor de vernieuwing 5 Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten en gene AN eh 3 van bruggen en kademuren bestemd. 5 gemeentelijke pioniers als Amersfoort en ú: ì 7 ES: it ER AE ve 2 Den Haag gewerkt aan een uitvoerbaar, 2 ke! se, Seriematige aanpak en standaardisatie 5 praktisch en duurzaam ontwerp. Dit ont- * De u El Om versneld te herstellen, werken we 2 werp is het afgelopen jaar getest op een Ne Ee gd is ze aan een seriematige aanpak: een meer ® proeflocatie in de Houthaven. Vanwege het  de B ‘fabrieksmatige’ manier van vernieuwen en v beschermd stadsgezicht is het niet mogelijk k ede ete versterken. Hierbij zoeken we naar het meest 8 in de binnenstad. FN Bie optimale productieproces van een brug of 8 ' Ó Ee Re kademuur. In een optimaal productieproces 3 Primeur in de Houthaven EEN Ln gn is het aantal uitzonderingen (‘specials’) 0 Dit voorjaar begint de bouw van 450 meter ja “Eh it! RE ak, gek beperkt en werken we zoveel als mogelijk 5 groene kademuur in de Houthaven. Je ziet t rn ERE EE met standaardoplossingen, modules of 5 hier straks onder andere muurfijnstraal, AP E 1 hk 5 Eil a ‘bouwblokken’. Standaardiseren betekent 8 varenhelmbloem en de steenbreekvaren. pe eo: ook LEGOliseren (zie tekstkader). Dit biedt 5 Het zijn zeldzame planten, ze zijn mooi om Fr, di # rj 8 ook ruimte voor aanvullende functies, 3 te zien, horen thuis in Nederland en zijn h Ee beh hee SE ambities en innovaties als die modulair (‘als 5 aangewezen op stedelijk gebied. Inmiddels _ f : RBR bouwblok’) worden aangeboden. Ze kunnen B hebben ook anderen projecten en steden bp meegenomen worden nadat ze zijn getest, 2 lucht gekregen van de groene kademuur. 3 Fi hdd gestandaardiseerd en geconditioneerd. Deze ® De Duivendrechtsekade in Overamstel werkwijze kan, naast de gewenste versnelling, wordt een groene kademuur, bij de Prins 5 ook leiden tot meer transparantie, innovatie, Hendrikkade zijn vergevorderde plannen, Et U efficiëntie en beperking van overlast. We en ook in Breda krijgt de Houthaven-aanpak dine houden daarbij vanzelfsprekend oog voor het navolging. B beschermd stadsgezicht en de monumentale kat en UNESCO-status van onze bruggen en Groene kademuur in de Houthaven kademuren. K Ei ae | LEGOliseren 7} f Î 4 p. | J Hoe kunnen we het vernieuwen van brug- } k í J ! B 'E4 | gen en kademuren zo simpel maken als Ts B Â Ì | / úf / het bouwen van een stad met LEGO? Door ik li Á. bd i | | va d | | net als LEGO te werken met standaard Mr Ge Mk Ee, ld / 4 # { | | bouwstenen. De bouwstenen van LEGO di ENDE TE 1 dl { Ì e zijn gestandaardiseerd, maar dat beperkt NEEN Nn Ee f IJ j Lig Ì | 5 de mogelijkheden en creativiteit niet. Ö \ ke À ei HN fl A Je PF ‚ AR NE ern Hi ne rl l Integendeel: door bouwstenen te combine- ' ih ï me RS ke IJ zi BE Ï » ren, ontstaan er nieuwe mogelijkheden en tk fs Ai Se dE | Í Ù | P, | ki A 2 blijft maatwerk mogelijk. Dit betekent wel aen ee Me IE ni Sd N {4 Ja d ij he) ld EN N r_n ee’ Mi | Í in If at bouwstenen naadloos op elkaar moeten se ME a f id Ii MI | ED B. 5 . d in L À KR é | |E He aansluiten, dus moeten uitgangspunten ar ee Ik ARD Re An Ù 5 di | i |: vastliggen. Zo ontstaan bouwwerken die î mn Ee blt hekel“ fj if et ee; ij e iN f Mi | li le En. v dezelfde uitgangspunten hebben, maar qua TT ras df RE all! ee en df 8 vorm bepaald worden door de precieze ir re je eN el 4e 6 Ie mn 3 locatie en het beoogde gebruik. Zo pakken Pt Bd Mel | Len ij 3 we het herstel van de Amsterdamse brug- ” Kr a We | N | | % F ' Lee _ Rn “ en Ie e ed E © gen en kademuren ook aan. (Bron: Hennes Pri bete En Ea, Ee iN : ke) en en rn | z ke „ p 5 de Ridder - gepensioneerd hoogleraar ln fj : P 5 Integraal Ontwerpen aan de Technische Pi | en £ 8 Universiteit Delft) EA | ) FP N 0 R Ir, \ 5 - k D | FE 5 5 Een seriematige aanpak vraagt om 7 be aa B gestandaardiseerde en expliciet & 2 gecontracteerde werkwijzen en processen. Ae ® Elke brug of kademuur is uniek, maar dat af We betekent niet dat de aanpak voor onderzoek 7 8 N en vernieuwing ook uniek moet zijn. We willen Amstel: straatinrichting volgens de Puccinimethode dit niet alleen tijdelijk, maar structureel anders doen. Dit moet ‘het nieuwe normaal’ worden. op de Standaard voor het Amsterdamse aantrekkelijke openbare ruimte zonder een Daarom sturen we bijvoorbeeld op het gebruik straatbeeld: de Puccinimethode*. Zo straat volledig te hoeven herinrichten. We van standaard maaiveldontwerpen, aansluitend bouwen we in minder tijd een vernieuwde en gaan uit van 80 % standaard, 20 % maatwerk. Sturen op standaardisatie Om tot de gewenste versnelling en een Integrale kademuur- doelmatige inzet van de beschikbaar gestelde of brugvernieuwing middelen te komen, is het nodig om primair doel? - de scope van projecten te vereenvoudigen D en de aanpak te standaardiseren. & We sturen waar kan op ‘Standaard’ projecten 5 Cie A2 in figuur). Standaardprojecten Nee, primair doel is » zijn vereenvoudigd qua ambities, maar Ja ar . 2 zorgen tegelijkertijd voor een fraaie nieuwe herinrichting maaiveld 5 openbare ruimte conform de Amsterdamse 2 standaard. Op deze manier worden de ® financiële middelen primair ingezet voor 5 v het herstellen van de constructies en het _ Dn SUE, 8 goed achterlaten van de openbare ruimte Vernieling ennen Wet hd 8 voor volgende generaties. Dit uitgangspunt ekke OIS ARON 3 is onderdeel van de verordening Bruggen 0 en Kademuren. 5 5 Bij elke vernieuwing van een constructie 8 bepalen we of het maaiveld wordt hersteld ESSEN 5 (terugleggen van de stenen, mits het D maaiveld al op gewenst niveau is), vernieuwd 5 (nieuwe materialen, kleine aanpassingen aan nd 8 profiel) of zelfs volledig wordt heringericht Toename doorlooptijd, participatiebehoefte, benodigde besluiten, kosten en risico’s T (wijziging profiel, extra ambities). Hierbij ® wordt onder meer gekeken naar de staat van onderhoud van de verhardingen, geplande te combineren werkzaamheden, beleidsambities en Openbare Ruimte (herinrichten). Dit van belemmeringen bij de verschillende en wensen. Afhankelijk hiervan wordt het bepalen Verkeer en Openbare Ruimte en onderdelen in het productieproces. project uitgevoerd door het programma het programma gezamenlijk, maar in uiterste Merken we knelpunten in meerdere Bruggen en Kademuren (herstellen en gevallen beslist de programmadirecteur. onderdelen door eenzelfde oorzaak? vernieuwen van maaiveld) of door Verkeer Ook sturen we op een eenduidige aanpak Dan pakken we die overkoepelend op. Verordening om te sturen op versnelling __ Herstellen en behoud van bomen mogelijk ontwikkelen we dit in samenspraak Om slagvaardig op de versnelling te sturen Onderdeel van het unieke Amsterdamse met de stad. en om de seriematige aanpak mogelijk te aanzicht zijn de bomen langs de grachten. Momenteel moeten we voor iedere boom EE maken, worden zaken zoals marktbenadering, Bij het vernieuwen van kademuren is op dit afzonderlijk een kapvergunning aanvragen. inspraak, mandaten, bedrijfsvoeringsregels moment meestal geen technische oplossing Dit is een tijdrovend proces met onvermij- - en besluitvorming binnen de gemeentelijke beschikbaar om bomen te behouden. delijke uitkomst. In de verordening Bruggen D organisatie gestroomlijnd. Dit wordt door Bomen staan dicht op de kade en juist en Kademuren regelen we dat dit proces & het programma deels vormgegeven in de de oude en monumentale bomen zijn te versneld wordt. Dat is nodig om de komen- D “Verordening op de bijzondere opgave fors om levensvatbaar verplant te kunnen de jaren kilometers kademuur te kunnen 5 van het herstel van bruggen en kademuren”. worden. Dit betekent helaas dat we bij herstellen en vernieuwen. 2 In de verordening maken we ruimte om vernieuwingsprojecten de bomen moeten ee 5 te sturen op onder andere de volgende kappen, voordat we de kademuur kunnen Een be, We Ji, As Kes j 3 onderwerpen: vernieuwen en nieuwe bomen terugplaatsen î Re 7 Del Ed À ® m standaard kaders voor de scope per of herplanten. Ook bij veiligheidsmaatre- Ei WER TE NE ; v project gelen is het snoeien of kappen van bomen We El ee he ee 5 Tike 8 = het verhelderen van het proces tot vaak onvermijdelijk, bijvoorbeeld om de en ie hee 8 verkrijgen van een bomenkapvergunning belasting op de kade te verlichten of om het BE eine Rn PE 3 = _besluitvormingsproces: standaardisering werk te kunnen uitvoeren. RENE Nt 5 van de besluitvorming, aansluitend bij En % Er ee 5 de projectscope Dit doet pijn. Want we weten dat groen ; 2 EME dl ne en 5 = het proces voor het tijdelijk verplaatsen bijdraagt aan een klimaatbestendige stad ie her e " ES at, Ë van woonboten en aan het welbevinden van de inwoners EE de len Eater 5 = het participatieproces en bezoekers. We willen een constructieve : ln PEN Re / 5 m gemeentelijke inkoop- en inhuurregels rol spelen in de maatschappelijke discussie me, mhd ER L ie ed 5 die speelt rond bomen en groen in breder B | ril ni IN | il E HH B Met deze verordening Bruggen en Kademuren __ verband. Daarom doen we uitgebreid extern _ Kk Then Ten wr Ji , LE 2 onderstreept het college dat de aanpak van en intern onderzoek naar de noodzaak van EN mn PRE x Ged ® deze opgave zich uitstrekt over meerdere deze maatregel en we zullen de uitkomsten nd mn RE ; collegeperiodes heen. transparant ter beschikking stellen. a : fl Et 3 ak el Ook zetten we vol in op compensatiemaat- 2 à ‘ « regelen, waaronder terugkeer van bomen En S Ze op nieuwe kades waarbij de constructie en ns < de boom weer 100 jaar mee kunnen. Waar De Raamgracht is een van de sfeervolle Amsterdamse grachten met bomen Aanpak woonboten Nieuw standaardproces van plan- en Uitvoeringskracht van de markt Wanneer we veiligheidsmaatregelen uit- besluitvorming optimaal benutten voeren of kademuren vernieuwen zoekt Een onderdeel van de verordening betreft Een opgave als deze realiseert de gemeente de gemeente een oplossing voor de het uitwerken van een nieuw (standaard) niet zelfstandig. Een succesvolle aanpak woonboten die aan de kade liggen. Daarom proces van plan- en besluitvorming voor vergt, naast een goede samenwerking met - creëren we onder andere extra en passende vernieuwing van bruggen en kademuren. bewoners, bedrijven en bezoekers, ook een D wissellocaties voor woonboten. Samen Een belangrijke afweging die telkens in dit passende samenwerking met marktpartijen. & met bewoners, stadsdelen, Waternet, proces gemaakt moet worden is die tussen Met aannemers, ingenieursbureaus, 5 Stadsbeheer, Handhaving en het program- het (zo snel mogelijk) één op één vervangen leveranciers en kennisinstellingen gaat de 5 ma Varen werken we aan een stedelijk van een brug of kademuur en het aangren- gemeente Amsterdam partnerschappen aan 2 verplaatsingsprotocol en een passende zend maaiveld of het meenemen van andere _ die aansluiten bij het karakter van de opgave. 5 aanpak voor woonboten. Daarnaast be- ambities. Denk hierbij aan klimaatadaptatie, De wijze waarop het programma dit wil doen 2 trekken we woonbootbewoners, net zoals energietransitie en autoluw, om zo werk met _ is uiteengezet in onze marktstrategie. ® andere omwonenden, bij de inrichting van werk te maken. Dat laatste duurt langer en v de nieuwe walkant. is kostbaarder, maar kan voorkomen dat op Principes van onze marktstrategie 8 Ee ‚ korte termijn alweer nieuwe investeringen In onze marktstrategie is een overkoepelende 8 Ek ge P dj in dezelfde straat of kade nodig zijn. Een visie en strategie op de wijze van 3 e zorgvuldige en transparante afweging leidt marktbenadering en samenwerking met 0 B tot een beter voorspelbaar en planbaar marktpartijen geformuleerd. We hanteren de 5 | proces. volgende zeven principes: 5 lid drm d = Langetermijnpartnerschappen met 8 ale J : Met de Verordening op de bijzondere opga- marktpartijen, zodat het aantrekkelijk wordt 5 ze Á Ps S ve van het herstel van bruggen en kademu- voor deze partijen om te investeren in de S IR Sn te ren stelt de raad ook de kaders vast voor opgave, continu te leren en te investeren in 5 5 Hi ontwerp en besluitvorming rond verschil- innovatie. 5 Ú, lende typen vernieuwingsprojecten. Door = Werken met behapbare opdrachten, voor 2 gebruik te maken van een standaardont- een betere beheersing en het vergroten ® 7 werp voor de openbare ruimte wordt ook van het leervermogen. n 5 het besluitvormingsproces vereenvoudigd. = leder doet waar hij goed in is, KR EHH Dat neemt niet weg dat in gevallen nauwe zodat capaciteit, kennis en kunde van samenspraak met het dagelijks bestuur van marktpartijen optimaal tot hun recht de Stadsdelen aan de orde blijft. komen. Aan de Da Costakade liggen de woonboten aan beide kanten van de gracht. = De uitvoering staat centraal. In de met marktpartijen om de nodige BUS R ON voorbereiding van de uitvoering gaat veel bouwcapaciteit te mobiliseren. langdurige programma’s blijken aandacht naar het goed doorlopen van opdrachtgevers meestal een NE processen en het vooraf beheersen van Gecoördineerde aanpak groter probleem te zijn dan risico's. Door een programmabrede, gecoördineerde opdrachtnemers. Kleine successen m Er wordt gestuurd op doelstellingen en aanpak zorgen we dat we de beperkte capaciteit E El AE T en … Te in de praktijk zijn ook veel D kwaliteit in plaats van op laagste prijs en van zowel de markt als onze eigen organisatie n itkerd & een ‘zwart-wit risicoverdeling’. effectief aanspreken, en voorspelbaar optreden. Na an ieden 5 = ‘Eerlijk geld voor eerlijk werk’. Door inkoopvragen en verbetermogelijkheden Evere Keje 5 Transparantie en marktconformiteit van rondom markt en inkoop overkoepelend aan De 2 prijzen passend bij de scope en risicoprofiel te pakken, halen we belemmeringen voor Huet Gris, 5 van een werkpakket. onderzoeks- en uitvoeringsprojecten weg en 2 = Verlagen risicoprofiel door samenwerken benutten we synergie in het productieproces. ® tussen gemeente en markt, vooral bij de v voorbereiding van uitvoeringsprojecten Ruimte om te innoveren in de zogenaamde triple helix*, technische 8 (conditionering). Naast een stabiele basis moeten de langdu- en procesmatige innovaties. Dit doen we 8 rige samenwerkingsrelaties de investerings- onder andere via de daarvoor ingerichte 3 De marktstrategie wordt geëvalueerd bereidheid en randvoorwaarden creëren zodat Kennistafel*. Bijvoorbeeld om sneller en beter 0 en aangepast aan de actuele situatie en het aantrekkelijk wordt voor marktpartijen inzicht te krijgen in de staat van de bruggen S veranderende behoeften. om te innoveren. Binnen de reguliere en kademuren (onderzoeken en bewaken) en 5 overeenkomsten zal dit meer gericht zijn op het om de stad beter te gebruiken door slimme 8 Partnerschappen met de markt lerend vermogen en het continu toepassen van _ logistiek (beperken). We ontwikkelen ook 5 We gaan lange termijn partnerschappen de ‘state of the art/ methoden en werkwijzen. nieuwe werkwijzen om bruggen en kademuren 5 met marktpartijen aan, bijvoorbeeld Daarnaast richten we een separaat spoor in om _ sneller en slimmer te herstellen (vernieuwen) 5 via de Samenwerkingsovereenkomst samen met marktpartijen en kennisinstellingen en om de levensduur te verlengen 2 Ingenieursdiensten. Deze overeenkomst fundamentele innovaties te ontwikkelen, te (versterken). We richten ons daarbij op de 2 is gericht op onderzoek, advisering, valideren en toe te passen. Voorbeelden doelstellingen van het programma en het ® conditionering, ontwerp, aanbesteding en de hiervan zijn de proeftuinen, denktanks* en het benutten van koppelkansen. Om verstoring begeleiding van de uitvoering. Dit biedt ons Innovatiepartnerschap Kademuren. van het seriematige productieproces te niet alleen de benodigde kwaliteit, capaciteit voorkomen, gebruiken we de denktanks om en continuïteit, maar ook de flexibiliteit om Versnellen en ontwikkelen door te deze innovaties te verkennen en ontwikkelen. met de opgave mee te bewegen en uiteindelijk innoveren Daarna toetsen we ze door middel van op te schalen naar factor 20. Daarnaast sluiten In speciale ‘denktanks’ ontwikkelen we samen _ proeftuinen in de praktijk en schalen we we langdurige samenwerkingsovereenkomsten met het bedrijfsleven en kennisinstellingen, op bij succes. Innovatiepartnerschap Kademuren Mei 2020 wordt een samenwerkings- Het innovatiepartnerschap is een aanbeste- overeenkomst gegund aan drie winnaars. dingsprocedure, gericht op het ontwikkelen Deze mogen hun innovatieve ideeën in en inkopen van innovaties van marktpartijen. de Onderzoeks- en Ontwikkelfase verder Dit is niet ons standaardtraject, maar een uitwerken tot een volledig geverifieerd en speciale aanpak gericht op innovatie, creati- gevalideerd, haalbaar concept. In 2021 viteit en oplossingsvrijheid bij de vervanging worden de verder ontwikkelde oplossingen van kademuren. vervolgens toegepast in drie pilotprojecten. Als deze pilots succesvol verlopen, wordt » Eind 2018 hebben 16 combinaties zich met alle drie gecontracteerde marktpartijen 2 voor het Innovatiepartnerschap Kademuren een raamovereenkomst van 4 tot maximaal aangemeld. Hieruit hebben we 6 innovatie- 8 jaar gesloten. ve partijen geselecteerd die in 2019 slimme, schaalbare oplossingen hebben bedacht = Sl 2 Me 2 4 v voor een of meerdere van de volgende Cn X | A KH ni Rl Si d í j 8 uitdagingen: > B | 1: EEN á : \ Pi 8 kademuurvernieuwingsprojecten in de | En El Oi Sin dif u 3 binnenstad versnellen (zowel voorberei- E bt ak ï MIA, ij 1 © ding als uitvoering) 1 nf Yar _ voormalig directeur Uitvoering Noord/ { i 3 hinder en overlast voor de omgeving _ el ta, i q Ì d mi Zuidlijn, lid Commissariaat Civiele Constructies _ / d ij | 5 bij kademuurvernieuwingsprojecten B Emi ä Ee Ee En Vel if 8 verminderen De Pf Ï U he Jl, An end 6, B 4 ho | res 5 toekomstbestendige, circulaire oplossin- Re Zj a NT! HE IE Eee Ed hi 4 ik ke ij ININ S gen ontwikkelen voor zowel de kademuur Deken mm AN IE on ik ol | bi Í | gn g ST fi N Bid 4 ei | 5 (het object) als de uitvoeringsmethode Ee Ö lk en zijd « ti, En Enne Cn SM eu en. 2 (bouwwijze) re i . Rs Ì eg mp . Ne zn == me NE | / k d KA E PN, pe EE ra E RK: a EE \ 3 > EN k ee ar en AS ee E ll 8 eN ï De: | ” Î : ERE ee 4 Na Se Mn ie nn Vervoer over water is een milieuvriendelijke en stille methode om bouwmaterieel aan te voeren “Wij dagen het programma uit om In verbinding met onze partners de markt te prikkelen om te komen Het samen optrekken en afstemmen met tot innovatieve oplossingen. Dit iedereen die door de opgave geraakt wordt, alles met als achterliggend doel de EE is een essentieel en continu onderdeel van de bereikbaarheid zoveel mogelijk aanpak. Gelet op de breedte van de opgave 2.3. Verbinden zoeken we op inhoud, kennis en organisatie ie gerderen, de overeet voor T en ‚ 9 onze reizigers, voor de omgevin D de verbinding op met partners binnen en he 8 a & Opgave, aanpak en stad zijn vervlochten. buiten de stad: en voor de stad te beperken en D Uit meer onderzoeken en daarmee meer = inhoud: inhoudelijke verwevenheid van de duur van stremmingen te 5 kennis over onze bruggen en kademuren de opgave met andere beleids- minimaliseren.” 2 volgt ook meer noodzaak tot het opleggen programma's en beleidsambities; 5 van beperkingen, het plaatsen van m kennis: samen leren en ontwikkelen met WVC MONTI 2 verstevigingsconstructies of het vernieuwen kennisinstellingen, marktpartijen en andere ® van bruggen of kademuren die aan het einde overheden; u van hun levensduur zijn. m organisatie: organisatorische Leidende principes bij verbinden 8 samenwerking met partners binnen de Bij het verbinden van de verschillende 8 De aanpak heeft niet alleen lokaal in gemeentelijke organisatie. belangen en doelen die we kennen als stad, 3 de straat of wijk consequenties wanneer werken we vanuit een aantal uitgangspunten. 0 een kademuur wordt vervangen. Samenwerking met GVB en de aannemer: 5 Ook op doorgaande routes — in het bijzonder stremming van 1 jaar naar 10 dagen = We hebben continu oog voor de 5 door werkzaamheden aan bruggen — zullen De Leidsebrug is één van de drukste brug- effecten van ons handelen op de stad. 8 de gevolgen merkbaar zijn. De maatregelen gen in het tramnetwerk van GVB. Dankzij Voorbeeld: wanneer we bepalen of een 5 leiden direct tot een verslechtering van intensieve samenwerking tussen het project- veiligheidsmaatregel nodig is, kijken D bereikbaarheid, doorstroming en leefbaarheid team Leidsebrug en GVB, het benutten van we niet alleen naar de technische staat 5 in de stad. En het heeft gevolgen voor de de innovatiekracht van de aannemer en slim van de brug of kademuur, maar maken B uitvoerbaarheid van andere ambities en opdrachtgeverschap, is de oorspronkelijk we een zorgvuldige analyse van de 2 doelstellingen die de gemeente kent. Denk geplande stremming van het tramverkeer omgevingsimpact van een beperking of ® aan mobiliteit, luchtkwaliteit, duurzaamheid, van meer dan één jaar, via een variant met versterking. We nemen verzachtende stedelijke logistiek en wonen. Strategische een stremming van acht weken, uiteindelijk maatregelen waar dat mogelijk en vanuit keuzes over deze ambities bereiden we beperkt tot een stremming van 10 dagen. veiligheid verantwoord is. samen met Verkeer en Openbare Ruimte Om hinder te beperken en de stad bereik- voor, onder andere aan de daarvoor ingerichte baar te houden, zoeken we samen met onze Opgavetafel*, en leggen we voor aan partners naar dit soort slimme oplossingen. het bestuur. “Vertrouwen en maatschappelijk mn We vertellen wat we weten, maar ook Verbinden van succesfactoren draagvlak zijn cruciaal om deze wat we niet weten. Voorbeeld: onder Er zijn diverse opgaven die raken aan enorme opgave tot een goed andere via online kaarten en het dashboard ons succes. Daarbij wordt voor de rol van einde te brengen. Daarvoor Dl laten we de stand van zaken zien: wat we het programma Bruggen en Kademuren moeten de verwachtingen onderzocht hebben en waarvan we de onderscheid gemaakt in twee smaken. B nf over impact en duur realistisch — staat weten, maar ook wat we nog niet ij fl D onderzocht hebben. m Proactief handelen Ahern & Is iets van groot belang voor het succes VRK oo Evol ola ee D = We delen dilemma's en afwegingen en van het programma, heeft het een direct tevreden zijn over de contacten 5 betrekken onze partners bij keuzes die effect op de veiligheid van het areaal en met en dienstverlening van het 2 we maken. Voorbeeld: het programmeren is een verandering op dit terrein nodig, programma. Maar bovenal moet d van vernieuwingen is een puzzel. We dan vervult het programma een initiërende het primaire proces onder controle 5 zoeken continu naar een gebalanceerde en organiserende, proactieve rol. Een 7 a er: Ra zijn. Kortom: er moet geleverd ® afweging tussen veiligheid, bereikbaarheid voorbeeld is het optimaliseren van het Nl EN a v en leefbaarheid. Dit doen we onder andere proces van vergunningen en ontheffingen. KAAS Eee EA el a Sans 8 via de Programmeertafel* samen met onze ook: beloftes over openheid 3 partners. = Signaleren, initiëren en contracteren reste ossen d Shot Ebook CO 3 We hebben een meer signalerende rol bij Zo krijgt echte openheid pas 8 n Ae scheppen ee eeen waer binnen taken die primer een veranwoorderijheid OEE do TER gevo ve tn OTN OAD esin 5 m . 7 oe >, invloed mogelijk is. Dit verschilt per zijn van een andere (over ei s)partij, maar van krijgt. En daadwerkelijke 5 onderwerp en veiligheid staat altijd voorop. relevant zijn omdat ze de uitvoering van EN Ei 8 Voorbeeld: bij vernieuwingsprojecten het programma beïnvloeden. Deze taken BERGH AE ae ne Ge T 5 bieden we ruimte voor participatie binnen kunnen zelfstandig van de grond komen. oprechte bereidheid moet zijn 5 de gestelde kaders (‘menukaarten’ en In dit soort situaties is het uitgangspunt om van eigen plannen en ideeën 5 standaardontwerpen voor de invulling van voor het handelen van het programma: af te stappen. Ook wanneer het 8 de functiestrook, het deel van de straat ‘signaleren en contracteren’. Wij benoemen SS Eedes UAB (oTe EEn opo TB SILV S E waar onder meer de parkeerplaatsen, het, maken resultaatsafspraken met RE vorae tot fer onan poe F rapen ls ® bomen, fietsnietjes en afvalcontainers onze partners en rapporteren er 5 ke … je daden oorverdovend. Pas dan omen, zie tekstkader pagina 21). gezamenlijk over. zullen er duurzame verbindingen ontstaan en vertrouwen a \n LaSO een stootje kan.” VND EN Tt vaN De opgave raakt aan veel verschillende partijen en personen in en buiten B de stad. Deze vele verschillende omgevingspartijen hebben allemaal verschillende zorgen, wensen en belangen. Om constructief en resultaat- gericht met partners in gesprek te gaan, richten we de samenwerking thematisch in waarbij de diverse belangen zoveel als mogelijk geclusterd zijn (zie Resultaatstafels, pagina 53). B B Aantasting luchtkwaliteit eee Zwaar | ALL 0D Bedrijven {MINI LJ 5 Bezoek NEGEN Ere CT) ) 1 Ze GvB x SOUVENIRS EA | e — Metingen | | E VEOTEEEENEENEEEEDEEEEEES ss No” e EN 5 | OL 8 Be | Ó ( Dak LL % Trillingen (vracht) verkeer 3 Trillingen Eter TiTiTS Bruggenhoo 3 (vracht) verkeer oo EEn . beteken 5 Werkzaamheden rd Bewoning eee D AGE Ed Pleziervaart gracht Ben EES en transport HERNH p ES ns c Od A en Q ik SEEEEnenenen @ En EE ® EEn Gr EEn 5 LD N ze Ô 3 Been 5 zen l EEn 3 En ESET 5 al ee „it d C‚ 5 Oude stadswal JN 5 mn Slib rr mm Archeologische vondsten nn en Kabels en leidingen Eerste zandlaag Kl E n hit | Le. Là T Ü ij } : a F7 Fe Gr nl tt Ad ì Kr: PT ds Nn Aan } AIEN gn Ì EN | EE HE ter | df RR he men a an | E Ì q AE | d Ee En Ld Dn - 4 ek REN EE Í ® | 8 wf a dn mm SK l î ves ET. Ë en ke ie LE eri ANNEN ON OP dn 1 Mant ee li Me De Ni Eb tl ei Ne NE ( J jr { } rn / f pr en P | 5: “ ri (ô Ll df | k ö Ô Er k ER HA el AEM be |  ' Fn 1e ND IA A En en RNN Te TA el Nee £ Lip | Í ì en. vj ’ Ke en ze / hels f Ed ® | _ en a | ; 5 £ ' il 8 E RN A f Pe ed ' ALP er 4 " N je f NE WI e k We mm Ë / v h gn ik Eme Bo id ë E EN PE | # 8 ST rf il e p fd : programmamanager Autoluw 3 Bewoners worden betrokken, zoals hier bij een buurtbbq aan de Herengracht 8 5 Afhankelijk van de specifieke opgave en het stimuleren. Van oudsher vond transport bedrijfsleven dit te doen en aan de gemeente 5 raakvlak met de programmadoelen bepalen plaats over het binnenwater van Amsterdam. om dit te faciliteren door het wegnemen 8 we samen met onze partners de rol van het De explosieve groei van de stad en de van belemmeringen en de groei hiervan te 5 programma. Welke rol we ook hebben, we bouwopgave bieden een momentum om stimuleren. In bijvoorbeeld afvalinzameling 5 streven altijd naar een dienstverlenende te onderzoeken hoe transport over water heeft de gemeente ook zelf een belangrijk 5 gemeente, die de Amsterdammer goed (weer) kan bijdragen aan de veiligheid, aandeel. In de Nota Varen Deel 2 heeft het B informeert en makkelijk is om mee te werken. _ bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad. college van B en W een aantal maatregelen 2 Voorbeelden hiervan zijn ons loket voor Kademuren en bruggen die in de binnenstad benoemd om het transport over het water ® ‘zachte signalen’, het herontwerp van het zijn hersteld, kunnen ook schade oplopen te stimuleren en de drukte op de wegen proces voor vergunningen en ontheffingen en door overbelasting door zwaar verkeer. Met en het water te spreiden. Vanwege de nadeelcompensatie. name het bouwverkeer en afvalvervoer zal ontwikkelingen op het water hebben we bij in de toekomst over moeten schakelen naar onze vernieuwingsprojecten aandacht voor de vervoer over water. De eerste voorbeelden toekomstige functies van kademuren en de Gebruik maken van het water zijn er, ook van investeringen door het doorvaarthoogtes van bruggen. De gemeente wil het transport over water particuliere bedrijfsleven. Het is aan het Mobiliteitsmaatregelen op. Overlast is niet te voorkomen bij Diseases in ah oe Om de stad bereikbaar en leefbaar onderhoudswerkzaamheden aan wegen, kademuren is straks hd te houden, stuurt de gemeente met kademuren en bruggen-zeker niet op deze de leidende programma’s regionale partners continu en intensief schaal. Dat neemt niet weg dat we ons in Amsterdam. Zet daarom op de stedelijke verkeersstromen. Daarbij richten op het zoveel als mogelijk voorkomen regelmatig een stap naar achteren, - zoeken we niet alleen naar tijdelijke van nadeel in concrete situaties enwe overzie het geheel, kijk door de 9 maatregelen, maar naar definitieve en ons inspannen om inkomstenderving bij ogen van de Amsterdammer en E duurzame oplossingsruimte. Denk hierbij ondernemers zo veel mogelijk te voorkomen Ee 5 aan dynamisch verkeersmanagement, door middel van lokaal omgevingsmanagement, ke 7 5 communicatiecampagnes, informatietools, dienstverlening en het bieden van alternatieven. VAR ELIS 2 selectieve inzet op basis van intelligente Denk aan het zo vroeg mogelijk meenemen Ee stadsregiseurgemeente 5 toegang, en een werkgeversaanpak van belanghebbenden in de aankondiging van 2 om buiten de spits te reizen. Hierbij geplande werkzaamheden, alternatieve laad- en ® ligt de urgentie en de uitdaging in het losplekken, het vergroten van de vindbaarheid v snel inzetten van oplossingen voor de van bedrijven door middel van (digitale) Ook hier kijken we naar vereenvoudiging en 8 dagelijkse bereikbaarheid, die vanuit de verwijzingen en het zo aantrekkelijk mogelijk verbetering van de processen. 8 duurzame mobiliteitstransitie worden maken van de tijdelijke situatie door gedeeltelijk 3 gegenereerd. Dit wordt vanuit bestaande open bouwhekken en bloembakken. Het programma monitort scherp de gevolgen 0 mobiliteitsprogramma'’s (Autoluw, Amsterdam van de programmatische aanpak van bruggen 5 Bereikbaar, Smart Mobility, luchtkwaliteit Voor situaties waar inkomstenderving en kademuren voor ondernemers. Indien 5 en logistiek) getrokken, en samen met niet te voorkomen is, kent Amsterdam de hieruit naar voren komt dat er, ondanks 8 vervoerders, verladers, ondernemers Algemene Verordening Nadeelcompensatie deze regeling en maatregelen, problemen 3 en andere belanghebbenden in de stad (AVN). Ondernemers kunnen hierop ontstaan voor ondernemers, dan zullen we ons S uitgewerkt. Dit is, net als transport over een beroep doen als zij onverhoopt hierop organiseren in samenspraak met de 5 water, een voorbeeld waar we als programma __ buitenproportioneel nadelige gevolgen belanghebbenden. B signaleren en contracteren. ondervinden door het handelen van de 2 gemeente Amsterdam. Dit geldt ook voor Vergunningen en ontheffingen voor ® Bewaken van belangen van ondernemers werkzaamheden aan de kademuren en zwaar verkeer Ondernemers maken zich zorgen over de bruggen. De AVN biedt flexibiliteit, ook We verbeteren en integreren de gevolgen van de jarenlange grootscheepse voor bijzondere gevallen zoals acute en/of dienstverlening en handhaving van aanpak van bruggen en kademuren voor hun langdurige afsluitingen of beperkingen. Het vergunningen en ontheffingen die gerelateerd bedrijfsvoering, met name door verslechterde programma heeft afgesproken dat eventuele zijn aan bruggen en kademuren. Door het bereikbaarheid. We nemen deze zorgen claims door het Bureau Schadepreventie & overzichtelijker en makkelijker te maken serieus en stellen ons dienstverlenend Nadeelcompensatie worden afgehandeld. voor aanvrager en beoordelaar verbetert de naleving en de handhaving. Daarmee is de Fundering van panden Omgevingsdienst (Bouw en Woningtoezicht) veiligheid gediend. We beogen een simpeler, Binnen de Amsterdamse gemeentegrenzen welke dienstverlening naar eigenaren nodig soepeler, sneller, modern proces, ontworpen bevinden zich veel oudere gebouwen in is en zal daarvoor een voorstel aan het vanuit de burger en de ondernemer, wisselende staat van onderhoud. Natuurlijke bestuur doen. gericht op een activiteit in plaats van een veroudering zorgt er bij panden voor, net zoals - vergunning. We zetten de dienstverlening bij bruggen en kademuren, dat de sterkte Communicatie met de stad D aan de aanvragen centraal, waarbij parallelle van de constructie langzaam vermindert. Communicatie over de opgave is cruciaal. & afgifte van tegenstrijdige vergunningen door Daarnaast is Amsterdam gebouwd op slappe Daarom communiceren we met een 5 verschillende organisatieonderdelen wordt veengrond. Verzakkingen en de daarmee herkenbare uitstraling en zorgen we dat 5 voorkomen. Het streven is zo veel mogelijk in gepaard gaande invloed op de constructie de communicatie-uitingen passen bij de 2 één keer uitsluitsel te geven of een activiteit van een pand zijn in de loop van de tijd niet kernwaarden van het programma. Dit doen we 5 in zijn geheel vergund kan worden. Door de uit te sluiten. Bij het herstel van kademuren via verschillende communicatiekanalen, van 2 informatievoorziening vooraf te verbeteren, kiezen we voor risicomijdende bouwmethodes het programma en van de gemeente. De kern ® weten aanvragers eerder of een aanvraag waarbij we bijvoorbeeld trillingsarm bouwen van onze boodschap is: v kansrijk is. Dit is een voorbeeld waar we als om de invloed op panden te minimaliseren, 8 programma proactief handelen. ook als de fundering van een pand matig is. “Wij maken ruimte 8 Voorafgaand aan de start van een project De komende twintig jaar maken we ruimte 3 Meerdere vergunningen voor één activiteit voeren we een nulmeting uit en monitoren we _ voor de generatie na ons. Leefruimte, 0 Voor veel werkzaamheden in de stad moe- de aangrenzende panden tijdens de bouw. bewegingsruimte, ruimte van en voor 5 ten meerdere vergunningen worden aange- Deze informatie delen we, indien gewenst, iedereen. Duurzaam, slim en veilig. Ruimte 5 vraagd. Bijvoorbeeld voor het wisselen van met de eigenaar. Wanneer er onverhoopt voor de stad in 2040.” 8 luchtbehandelingskasten op het dak van toch schade optreedt, zorgen we voor een 5 een pand binnen de ring S100 (ten behoeve adequate afhandeling. We zijn open over de complexiteit en omvang 5 van de airconditioning in het pand). Dit is van de opgave, over wat we weten en wat 5 noodzakelijk onderhoud waarvoor een mo- Wanneer de gemeente ernstige twijfels heeft niet, over wat we gaan doen en wanneer. We B biele hijskraan nodig is die meer dan 45 ton over de kwaliteit van de fundering van een zijn benaderbaar voor vragen, suggesties, 2 weegt. Wanneer de hijskraan in een drukke pand, gaat zij met de eigenaar in gesprek. klachten en signalen. We kijken vooruit en ® verkeersstraat waar een tram doorheen Niet omdat kadeherstel per se van invloed laten zien dat we de bruggen en kademuren loopt moet worden geplaatst, moeten voor is, maar omdat de gemeente vanuit haar die we herstellen beter achterlaten dan we ze dit ene werk 6 verschillende vergunningen/ wettelijk taak moet toezien op de kwaliteit aantroffen. ontheffingen worden aangevraagd. Per van funderingen. Het programma Bruggen en aanvraag geldt een termijn van ca. 5 tot Kademuren onderzoekt samen met de directie ca. 35 werkdagen, de leges per aanvraag Wonen, Stadsdelen, Vergunningverlening, variëren van ca € 185 tot ca € 7.400. Toezicht en Handhaving en de m De staat lijkt slecht of de gevolgen van niet Zorgvuldige risicobeoordeling functioneren van het object zijn dusdanig Op basis van een zorgvuldige groot, dat snel en kwalitatief onderzocht risicobeoordeling zullen we de meest acute moet worden of handelen (bewaken, risico’s in beeld krijgen. Inmiddels zijn drie versterken, beperken en/of vernieuwen) marktpartijen gestart met de zorgvuldige - nodig is. risicobeoordeling van alle bruggen. Daarbij D worden de bruggen onder andere met & 24. Onderzoeken Naarmate we de objecten met een nu nog 3D-scans en een technische inspectie van 5 onbekende staat grondiger onderzoeken, de houten paalfundering in beeld gebracht. 5 Om het inzicht in de staat van de bruggen kunnen we de definitieve indeling bepalen en Door de inzet van proefbelastingen, of andere 2 en kademuren te vergroten, voeren we hiernaar handelen. Op basis van aanvullende nog niet gangbare technieken, wordt meer 5 risicogestuurd onderzoek uit. Hierbij maken informatie wordt het risicoprofiel van de informatie vergaard over de staat van de 2 we onderscheid tussen snel, grof technisch constructie steeds op- of afgeschaald. objecten en wordt onze risicobeoordeling ® onderzoek en fijnmazig onderzoek. Gaandeweg steeds nauwkeuriger. Bij de sloop van bruggen v komen we steeds meer over de objecten te Snel en kwalitatief onderzoek en kademuren worden experimenten gedaan 8 weten en kunnen we daarop handelen. De objecten in de hoge risicocategorie om de aannames van beoordeling te toetsen 8 onderzoeken we door middel van kwalitatief en verbeteren. 3 Eerste beoordeling op basis van expert onderzoek. Kwalitatief onderzoek wil zeggen 5 judgement dat we op basis van kennis van beheerders, Fijnmazig kwantitatief onderzoek 5 Op basis van expert judgement! hebben we een inspectie boven en onder de waterlijn, en __ Als het na de zorgvuldige risicobeoordeling 5 objecten ingedeeld naar risicocategorieën. de informatie die we in het archief hebben, van een object nog steeds onduidelijk is 8 De kennis van de beheerder over het areaal een inschatting maken van de technische wat de constructieve staat van een object is, 5 vormt de basis voor verder onderzoek. We staat, zonder kwantitatief te rekenen aan kan het nuttig zijn om in een aantal stappen S onderscheiden drie categorieën: constructies. Op basis van deze inschatting fijnmazig en kwantitatief onderzoek uit te 5 = De staat van de constructie lijkt goed, dus nemen we indien nodig adequate en snelle voeren, bestaande uit materiaalonderzoek B regulier beheer en onderhoud is voldoende _veiligheidsmaatregelen, waarmee we het risico en een herberekening. Op basis hiervan 2 om de veiligheid te borgen. op een potentiële calamiteit verkleinen. stellen we het instandhoudingsadvies* op en ® m De staat is nog onbekend, dus verder wordende constructies opgenomen in het onderzoek is nodig om te bepalen hoe we onderhouds- of vernieuwingsprogramma. moeten handelen. 1 Met name op basis van visuele inspecties en archiefonderzoek Ln re ne M= ESET EEN ES e ener eere eh. Tree 5 en tet eri eht DE jn is eet; eee den et Leke tE INS” BEE ten TE | | iT EEn ei | \ E En ine, EN ha ï | | Nr, en) =p tj Ke bel EE man EN EM erk ws SD 3 DTE El! Í |H EEM ok ERE benoe ene jm 8 EAF je st HEEE bet Ee SSN | NS U Ji ja UITRSr EEn Mt He El ive int lN & nnee NN PIE ET ket di Ee Sijs en mt DA ll L dE Iii ee SDE ETR R mn rme wet Mr en 5 neel bel el EI) Zi . han mn a eN projectleider wetenschappelijk WST ilk El Eg dl bh mm ee _ hin EE onderzoek Houten palen EL A — rte E Uni MA er AO me e= A IN werd N) ed bee! TN 7 Á A Ne eh an En en nae TN AN Prioritering van onderzoeken v mn “B | Dn ne TE Ten behoeve van de veiligheid prioriteren 8 nl f : em i | CX wij de onderzoeken, zodat de constructies 8 sj a kn Ee Ii in de hoogste risicocategorie als eerste aan 3 ke ol en mage EE it de beurt komen. Bij het bepalen van de D dl gE Pee en ri E bt de) . © á —— En , Med enn onderzoeksvolgorde speelt niet alleen de _ 3 re! ii Ln g Pp 5 VE 5 RS Ee ANN inschatting van de technische staat een rol. p en = di el nn kt Je … 5 MA 5 d LE NS ns Si: _ Orde We werken risicogestuurd, dus kijken we ook 8 | | „dee: it, Ge ee Ee). Ee Ni waar de gevolgen van mogelijk bezwijken 5 FA, ie =| „À Sn rn groot zijn. Soms is het noodzakelijk om 5 pd / le PN en EN Rh bepaalde constructies om een andere reden 5 A P OE | B B 2 SIB eerder te onderzoeken ten behoeve van ® À | Ek, N Z bed neten NB bereikbaarheid en leefbaarheid. Het kan door 2 3 Ps ij : |= ij ip \ Ac Nn ie ï Sal het afsluiten van een bepaalde toegangsroute ® Pl Pe À Nr - merel Een en ON „ 4) WP bijvoorbeeld nodig zijn om de alternatieve oe if ke E ee nch a es P A E \ route met voorrang te onderzoeken en waar PP | Nl nl ett ® el Ei El nodig te versterken om de stad bereikbaar te a Jk 1 Wis | iN Bee houden (zie tekstkader). NSE an „er Pr CU Í NME an =| al Ô ie Duikers testen een nieuwe proefboor voor houten palen Het houten palen onderzoek Vijzelstraat Aere er leger Om de toets- en ontwerpkaders te verbe- Bij de vernieuwing van de drie bruggen gebouwd zijn volgens gebruik teren werken we samen met kennisinstel- in de Vijzelstraat worden ook bestaande en richtlijnen van vroeger, met lingen. Samen met deze instituten worden houten palen proefbelast en getrokken de richtlijnen en het gebruik van modellen geijkt en de inzichten in materi- voor nader onderzoek. Dit geeft ons veel vandaag. We missen hierin het aaleigenschappen vergroot, waardoor onze waardevolle informatie over de invloed van N del k 5 ani TI . . . eoordelen op toe omstig SEDTUIK D beoordelingen steeds nauwkeuriger wor- veroudering op de sterkte van de palen. d d ï d & den. Nu wordt de constructieve draagkracht Sn wone EE hen aes ee D van houten paalfunderingen van bruggen en Breed toepasbaar voete SD Eo ela Ke vale ger: 5 kademuren vaak op basis van conservatieve Dankzij dit baanbrekende wetenschappelijk en circulair economie. Daarom 2 aannames bepaald. De werkelijke draag- onderzoek kunnen we in de toekomst rea- werken we aan nieuwe toets- en 5 kracht van oude constructies kan heel goed listischer bepalen wat de resterende draag- ontwerpkaders.” 3 hoger liggen dan wij nu aannemen. We kracht is van aangetaste paalfunderingen. EE ® verbeteren het bestaande toetsingskader Niet alleen wij als gemeente Amsterdam, VELA B v op basis van experimenteel onderzoek en maar alle eigenaren van bouwwerken op 8 statische analyse. houten palen hebben profijt van deze 8 nieuwe inzichten. 3 Proefbelasting en rekenmodel ES en ee Prioriteren van bruggen in de stad © Vanaf september 2019 is er in Overamstel en Bn APE == HEK E , E Omdat we niet alle bruggen tegelijkertijd 5 een proeftuin met 27 nieuwe houten hf en aan kunnen pakken en omdat ze niet 5 funderingspalen geïnstalleerd. Op deze | el allemaal even belangrijk zijn voor de bereik- 8 palen worden proefbelastingen uitgevoerd. ee E baarheid van de stad, hebben we eind 2019 S Dit doen we in onderzoeksverband met de //i vi samen met het GVB, verkeersmanagement, 5 TU Delft en Deltares. Het afgelopen jaar is marien voce Mins: En Rn. Stadsregie en andere gebruikers en partners 5 er al een statistisch rekenmodel ontwikkeld ba Boe Watch oua 2 OS EE NE een prioritering van bruggen in de stad 5 waarmee we op basis van beperkte inspec- e= ind dn til T ned k EM bepaald. Door samen de belangrijkste 2 tiegegevens een betere uitspraak kunnen £ p ï Î À EE din SS corridors te benoemen, brengen we focus ® doen over de constructieve draagkracht EN B gaan in ons werk. Zo weten we welke brug- van de houten palen onder een brug of Brie | | _gen met prioriteit versterkt moeten worden, kademuur. Gedurende de looptijd van het lj EF _ als de onderzoeksresultaten daar aanleiding onderzoeksprogramma zullen de data en — \ EEN toe geven. het model steeds betrouwbaarder worden. Brug 70 op de Vijzelstraat werd incrementeel proefbelast tot een gewicht van 50 ton. 1 un On eer N \ É | BOOS TIE | Î nnen | Ee me NAS we "ie Bewaken ek hl | ge ts En ad “5 en MOES md ‚ll 6 Ei: » We houden onze bruggen en kademuren ï ET Y d Mia & 2 goed in de gaten. Het meten en monitoren B \ A EE , Desie | | van objecten is daarbij een belangrijk IE | | 1% Á A instrument. Hierdoor krijgen we meer a = ie kennis over de constructieve staat van ll ja mn v de bruggen en kademuren en belangrijk FE ee EEE EA En 8 inzicht in de stabiliteit van een constructie. / en: ke LF ak 8 De monitoring doen we, net als de Es 1 amal Ez mn 4E — | Ô nin — 3 onderzoeken, risicogestuurd. De objecten, dk A Ep | NN | © die we op basis van visuele of constructieve en ' m | Á } e | |= } | | d 5 kenmerken hebben ingedeeld in de BSE pn 6 | 8 : En 5 hoogste risicocategorie, worden met een Fr ee R | 8 hoge frequentie gemonitord. Dit is een pn Dm Pe NM de has 3 arbeidsintensieve en kostbare methode, ed 4 En 5 | S maar maakt het mogelijk om snel te handelen or 5 wanneer de metingen daar aanleiding toe : - B geven. We werken aan innovatieve methodes Bat EET kase tige 3 om bruggen en kademuren op een minder Monitoring van panden met behulp van een tachymeter ® arbeidsintensieve en kostbare manier toch goed te kunnen bewaken. Bewaken van panden die voor de deur plaatsvinden. Voordat gestart Daarnaast monitoren we bij het vernieuwen mag worden met de werkzaamheden aan van kademuren de aanliggende woningen de kademuur moeten we over twee jaar aan om te weten of de funderingen voldoende meetgegevens beschikken. Door gebruik te draagkracht hebben en hoe schadegevoelig maken van satellietdata, winnen we veel tijd ze zijn voor de vernieuwingswerkzaamheden en kunnen we sneller buiten aan de slag. Innovatieve monitoringsmethodes te nemen is, maar er zit wel degelijk een za Bi. li Ue ’ \ We monitoren niet alleen op de traditionele verschil tussen een pand en een brug. Het B KS, Et jr at dl! : vk } manier met meetbouten, maar zetten ook in dak van een pand verandert over de tijd B Bij AE kj E EN kj op vernieuwende meetmethodes, zoals met minder dan een brug waar verkeer over- ER riete: PE ij si AAD Et IN satellietdata. heen gaat. De satellietdata van bruggen zijn REE HRE ir: ll A | - daardoor lastiger te interpreteren. F PAR aft EP ik N H e D Versnellen monitoringsproces bij panden EN Hie AEETN AES EA il & Voorheen monitorden we panden in de Ë Er ii EN ep KIA 5 buurt van het project met bouten minimaal Bewaken door gebruikers rl Ki | En Ii re ú EL PE 5 twee jaar voorafgaand aan een vernieu- Bij het bewaken van ons gehele areaal Í | | | EL Í i Ì sid 2 wingsproject. Deze werkwijze is vastgelegd kunnen we de kennis van de stad goed dl q ig Te il des 5 in het bouwprotocol 2013 en we doen dit gebruiken. Daarom zorgen we voor een df is Lee RS 2 om een duidelijk beeld te krijgen van hoe loket waar gebruikers van de bruggen en Ì ij f ek sst Ì IJ | ® schadegevoelig de panden zijn. Hetis alleen kademuren, zoals bewoners, ondernemers, 8 lumrde p=: Ee v erg tijdrovend. trambestuurders en schippers meldingen met Ee 5 8 over de staat van de bruggen en kademuren EE OO Es 8 Samen met SkyGeo en Deltares hebben kunnen doen. We stimuleren hen om signalen nn eN Eeen, „ E 3 we getoetst of de resultaten van zettingen actief te melden. Deze ‘zachte signalen’ zijn ee ae 0 van panden waren terug te zien in de erg waardevol en kunnen duiden op een ed Nen Je 5 satellietdata. Uit het onderzoek bleek dat probleem met een brug of kademuur dat het zE ee NK pr EN 5 5 monitoren via satelliet een goed beeld programma nog niet in beeld heeft. Bnr 1 pa N 5 Nt di 8 geeft van de zettingen van panden. Bij het EI Er A en 5 monitoren via satelliet kun je tien jaar terug Om beter gebruik te kunnen maken van de ek S in de tijd kijken. Het resultaat is dat we met zachte signalen zetten we een proces op dat ee 7 5 satellietdata sneller kunnen voldoen aan het deze signalen bundelt en zorgdraagt voor ze : Eed 5 bouwprotocol 2013 en dus sneller projecten een goede afhandeling en terugkoppeling z T kunnen uitvoeren. aan de melder. We bouwen de registratie uit EE EE 8 en optimaliseren de informatiewaarde van de arne en Bruggen monitoren met satellietdata signalen. Tegelijkertijd is dit ook een manier een Mi Na het succesvolle onderzoek naar het mo- om de stad te betrekken bij het probleem SE ze nr - nitoren van panden via satellietdata, willen van de staat van de bruggen en kademuren: mn „er we onderzoeken of het ook voor het moni- we kunnen het niet alleen, bewoners en 5 5 Ee toren van bruggen een effectieve methode gebruikers zijn hard nodig. EE : Eeen is. Het lijkt misschien of dit één op één over Het programma stimuleert het delen van zachte signalen, zoals deze verzakte kade. Integrale afweging en besluiten tot OCR tetra ere As Bae veiligheidsmaatregelen uitvoeringsvenster te beginnen, Samen met de beheerorganisatie vormen we wel op de laatste dag klaar zijn, een team (het Voorportaal*) dat de integrale want dan starten weer andere Ch Á afwegingen over veiligheidsmaatregelen projecten. Als een project toch maakt. Dit team richt zich niet op alle E T uitloopt, zou het aan de lat moeten D bruggen en kademuren in de scope van het El I tel & 2.6. Afwegen en besluiten programma, maar alleen op de objecten le ee ie he Sen op then 5 die op basis van onderzoek, monitoring of Zo kun je er op tijd bij zijn als er 5 Om de stad zo goed als mogelijk te laten andere signalen risicovol blijken te zijn. We forse uitloop optreedt.” 2 functioneren, maken we bij het treffen kijken niet alleen naar het risicoprofiel van NN ® . Roy van der Zwan, 5 van maatregelen en het opstellen van een de constructies, maar ook naar het effect 2 programmering voor de vernieuwing een van eventuele veiligheidsmaatregelen op de ® afweging tussen de bij de technische staat bereikbaarheid en leefbaarheid. Op basis van v passende veiligheidsmaatregel en het effect deze integrale afweging gaan we beperken, betekent dat we ook bruggen en kademuren 8 daarvan op de stad. Om besluiten over versterken, bewaken of onderzoeken. meenemen die wellicht nog niet aan het 8 maatregelen en programmering eenduidig, einde van hun levensduur zijn. We pakken 3 overzichtelijk en navolgbaar te maken, Afwegen en besluiten over de programmering inéén keer een gebied aan en sluiten 0 objectiveren we onze afweging. Hiervoor van vernieuwing daarmee aan bij de nieuwe werkwijze van 5 hebben we een afwegingskader opgestelden _ In de afweging en besluitvorming voor de Stadsregie (programmeren met ‘regieslots'*). 5 een hiërarchie aangebracht in de verschillende _ programmering van de vernieuwingsprojecten Voor de programmering hanteren we het 8 belangen. heeft vooral bereikbaarheid, naast veiligheid ‘afwegingskader vernieuwingen’, dat is 5 en leefbaarheid, prioriteit. Het opstellen van opgesteld in samenwerking met onder andere 5 We zetten veiligheid voorop, vervolgens de programmering is een complexe puzzel, Stadsregie, GVB, nood- en hulpdiensten en 5 bereikbaarheid en leefbaarheid. vanwege de onzekerheid over de opgave het programma Varen. B Binnen bereikbaarheid hanteren we de en de weging van vele randvoorwaarden en In de programmering wordt 20 jaar vooruit 2 uitgangspunten van programma Autoluw, verschillende kaders. Om het overzicht over gekeken, in 5 blokken van 4 jaar. Het eerste ® waarbij we prioriteit geven aan nood- en de werkzaamheden in de openbare ruimte blok van 4 jaar kan als redelijk stabiel en hulpdiensten, fietsers en voetgangers en te behouden, werken Stadsregie (Verkeer en definitief worden beschouwd voor wat openbaar vervoer. Bij onze afwegingen nemen Openbare Ruimte) en het programma bij de betreft de omvang en de tijdvakken. De we ook de bereikbaarheid over water mee. programmering nauw samen. We werken bij andere blokken van de programmering Het afwegingskader neemt de noodzaak tot voorkeur gebiedsgericht en programmeren kennen meer invloed van de toekomstige het blijven nadenken niet weg, in veel gevallen waar mogelijk volledige routes en corridors ontwikkelingen en andere ambities in de stad. vraagt dit om maatwerk. om deze robuust te krijgen en te houden. Dit Op basis van een door het programmeerteam voorgesteld samenhangend en afgestemd Ord Hit \ : en Een Ek ES ú totaal van vernieuwingsprojecten neemt de Rr CE k else De rt ee ee on ie Programmeertafel* het uiteindelijke besluit EE en EE A 1 over de programmering (zie Resultaatstafels, 5 ge \ Di ad 4 En % pagina 53). Hierbij worden ook de andere EE Send „Ee - ambities en projecten in de stad beschouwd. ed ea …d Kie Ne 0 3 Kn LRE arn & Bij het programmeren van de vernieuwing SE Lees . EE Ì Ke : DT van bruggen werken we zo veel mogelijk Ne rd Fit 15 Ee el 5 . … „ 5 Nn ar $ set Mt » langs corridors en essentiële routes. Wij En EA ZE en „ 2 nemen deze werkwijze over van projecten nn fed PEN he Bee ET Kn 5 waar dit al succesvol wordt opgepakt, zoals 7 En eed ae kie) Ed Í 3 het programma Oranje Loper en het project \ ; p/ Eh een Ee f Ee ® Vijzelstraat, onderdeel van de Rode Loper. In KS zeke A ai 5 , v deze corridors nemen we waar mogelijk andere Ee ra ef 4) N A 8 opgaven mee, zoals de kabels en leidingen of ord u Pel LA al FS REE je k | | | 8 het riool. De integrale opgave van de Oranje a p= RE ma oetan ii A mn HE 3 Loper bestaat uit zowel de vervanging van ä h Tel ip EM 2 4 LN vk 4 5 © bruggen als ook het herinrichten van het JL NE: Te Ld it T mt Te Buse OT TR 5 maaiveld over een corridor. hd } NE: hk ‚l ‚dan mn - Ea her À 5 il : Pal { A | | nr - ENE nr — P en TR: | A LE 2 1 4 Wil Hi ns Cn zl er 8 Voor kademuren kiezen we voor een meer NR ddie - ef mn A Un her || e D . . . . he | Mae e mr LR PEA en de 5 gebiedsgerichte aanpak van vernieuwing. =R- … =| i RE F 3 We vernieuwen standaard het hele rak, o: ea [ cf pe hmat ik Et mrt! ij / 5 het stuk kademuur tussen twee bruggen SA Pe T 45 = il a, k, 2 en niet alleen het slechtste stuk, wat in het ad il Ne 2 verleden regelmatig gedaan werd. Daarnaast De pe ge 5 1% ® programmeren we nog vele losse projecten n pe ee in EA Bi 4 A die de stedelijke bereikbaarheid niet verder in ee > Ee B mn on en 5 de weg zitten. of zj De pe J % | Ee in | Î ee ok Ad . EN 4 nn en E De Rozengracht is onderdeel van de Oranje Loper, een van de corridors die integraal onder handen worden genomen Casus: plaatsen veiligheidsconstructie aan plaatsen van een veiligheidsconstructie. Om Ve oe no oro kep er: laalvd hijs de Prinsengracht de hinder voor de omgeving tot aan ver- bang voor geluidsoverlast. Maar De kademuur van de Prinsengracht tussen nieuwing zo veel als mogelijk te beperken, we hebben in overleg met de de Reestraat en de Rozengracht is in slechte is hier voor het versterken van de kademuur gemeente voor het laagseizoen staat. Daarom hebben we hier over een gekozen. In overleg met de buurt en het Rove en We Neree Vla) ofer eN lengte van 155 meter een veiligheidscon- Pulitzerhotel is er alles aan gedaan om de E Bil E B) TI ee eigenlijk niets van gemerkt. D structie geplaatst. Deze maatregel is een werkzaamheden in het toeristische laagsei- Hi oed voorbeeld van de complexe afwe- zoen uit te voeren. Zo proberen wij de stad Yvonne van der Klaauw, ® g p p lj 5 ging die komt kijken bij een besluit over veilig te houden met oog voor de belangen 5 veiligheid. uit de omgeving. 5 < 5 Technische staat versus behouden Monumentale boom had kunnen ontstaan. Casussen als deze 2 van functies Een extra complicerende factor in het gebruiken we om de besluitvorming met ® Deze specifieke locatie is niet alleen een proces was de aanwezigheid van 13 bomen, onze partners te verbeteren, zodat we in de v onderdeel van de historische binnenstad, waaronder één monumentale. De voorge- toekomst voortvarender kunnen handelen. 8 het is ook de locatie waar, ter hoogte van stelde werkwijze, waarbij door het drukken an … 3 het Pulitzerhotel, gedurende het jaar diverse van de damwanden trillingen en overlast if \ | A AN 3 evenementen worden georganiseerd, zoals beperkt blijven, heeft tot positief gevolg 4 | ho kel . : Phn | © het Prinsengrachtconcert en de boten- dat de bomen langs de zwakke kademuur k N ke) en en en \ \ 5 parade van de Pride. Dit betekent dat de nog even kunnen worden behouden, maar ke ke 4 | ih Wo … . . Fi Ef te 5 kademuur tijdens die evenementen extra wel gesnoeid moeten worden. Ook van de be zi ZNKEN 6 . . rd k bi} heil, 8 belasting te verduren krijgt. Beperkende monumentale boom moesten twee grote ad N Me Sz ans 5 maatregelen hebben grote gevolgen voor overhangende takken worden gesnoeid. Je | ie dl Jd CAS an 5 de (inter)nationale evenementen op de Dit was nodig om voldoende werkruimte te if ni ERG ä el leen VE NDE / 5 Prinsengracht. creëren voor het aanbrengen van de veilig- In HO if WCE pl ea ae 5 heidsconstructie. Het aanzicht en de vitaliteit | 8 | Adisl IN Cn 2 Het afgelopen jaar zijn om de veiligheid te van de monumentale boom is door deze d î k a ® borgen de parkeervakken opgeheven en is snoei echter wel aangetast. Dit is een lastige 1 A a een gedeelte van de kademuur tijdens deze beslissing, die veel mensen aan het hart | ee Un ee evenementen afgezet. Uit monitoring bleek gaat. Door de binnengemeentelijke discussie 8 ek EN ms dat deze maatregelen onvoldoende effect die dit vergde, liep het aanbrengen van » N ns hadden. Een volgende stap is in zo'n geval de veiligheidsconstructie bijna vertraging B En het afsluiten van de straat voor auto- en op, waardoor een onveilige situatie en veel Vin tf A Ne vrachtverkeer, het kappen van bomen of het bouwoverlast in het toeristische hoogseizoen De monumentale boom bij de Reesluis is gesnoeid om het werk mogelijk te maken het kappen of flink snoeien van bomen. Aan hd Pd ke. . Nn s het uitvoeren van een dergelijke maatregel Vi t KOS E ï gaan altijd een technisch advies en een \ À AN mn . Een EN omgevingsscan* vooraf. ED SN et ED fj fj fj 5 N An hon As T Beperking tot aan vernieuwing en À el 0 De beperkende maatregelen blijven van | AA AN & 2.7. Beperken kracht tot er een ander maatregel is geno- me ‚e et \N D men zoals versterken of vernieuwen. In de ‚5 en 4 à Áen n 5 Beperken van het gebruik van bruggen en praktijk betekent dit dat bepaalde bruggen EN a ml 2 kademuren is één van de manieren om de en kademuren tijdelijk worden beperkt, end 5 veiligheid te borgen. We maken onderscheid maar niet worden versterkt omdat dit niet | \ | 2 tussen specifieke veiligheidsmaatregelen noodzakelijk is. Een voorbeeld van een L orn ® bij risicovolle constructies en generieke brug waar we niet over gaan tot versterken KR 3: hee! v maatregelen die we op dit moment met is brug 110 bij de Lijnbaansgracht en de ZN en a 4 | ; 8 name in de binnenstad zien. Het zijn echter Lauriergracht. Deze brug is tot aan vernieu- | ER n al | AR EE al | Li) 8 maatregelen die altijd impact hebben op het wing alleen nog toegankelijk voor fietsers en J 4 he t EE À: | hs: er Ard 3 gebruik en de omgeving. voetgangers. Waar mogelijk sluiten we daar- E ln mel: ä Ë ik | ib ok © bij aan bij de ambities en maatregelen van B kk - nahe | ih 5 Specifiek het programma Autoluw. Vanzelfsprekend | De ied Ean =d | BEL), 5 Wanneer uit onderzoek blijkt dat een houden we er rekening mee dat de buurt El kl me nr En pn | — ed 8 constructie niet voldoet aan de eisen wel bereikbaar blijft voor alledaags gebruik kn Fan! ijs 5 van het huidige gebruik, is het verlagen door bijvoorbeeld nood- en hulpdiensten, Gees md a | S van de belasting op de constructie een vuilniswagens en verhuisauto’s nek | | 5 veiligheidsmaatregel die vaak als eerste E- & wordt uitgevoerd. Enerzijds omdat de kans mm En 2 op calamiteiten daarmee snel afneemt en Generiek Ed ne ® anderzijds omdat deze maatregelen over het We weten dat onze bruggen en kademuren nn algemeen snel uitvoerbaar zijn. Denk hierbij niet gebouwd zijn voor gebruik door zwaar aan het opheffen van parkeerplaatsen, het verkeer. Dit oneigenlijke gebruik brengt ee weren van zwaar verkeer en/of openbaar schade toe aan de constructies. Om de vervoer met behulp van een hoogteportaal levensduur van de bruggen en kademuren in en of klaphekje, totale afsluiting van een weg de stad te verlengen en om overbelasting en door middel van een fysieke beperking of verdere schade te voorkomen, werken we aan De Walter Suskindbrug is afgesloten voor autoverkeer “Goederenvervoer is de generiek beleid om de belasting te beperken. het actieplan. Bovendien is gebleken dat bloedsomloop van de stad. Om deze reden scherpen we in 2020 de regels de huidige 7,5 tonszone nog niet volledig is Als we daaraan tornen, raken voor zwaar verkeer in de huidige 7,5 tonszone geïmplementeerd en haken en ogen heeft we de leefbaarheid van de stad. in stadsdeel Centrum aan. Uitgangspunt is dat in de handhaving. Daar moeten we terdege rekening we het gebruikers zo makkelijk mogelijk maken E n mee houden als we regels willen - om vergunningen aan te vragen en om de De contacten met de branche zijn essentieel RE en D regels na te leven. Dit doen we in overleg met voor de verdere uitwerking van beleid voor P î 7 hhh & de betreffende belanghebbenden/gebruikers. het weren van zwaar verkeer. Niet alleen dat we de stad ook in de toekomst D Bij de keuze voor het juridisch regime speelt vanwege draagvlak en daarmee ook nale- duurzaam en efficiënt kunnen 5 ook de handhaafbaarheid een rol. ving, maar ook vanwege uitvoerbaarheid. bevoorraden.” 2 Deze partijen bieden essentiële kennis, DN 5 Na 2020 kijken we naar mogelijkheden om bijvoorbeeld over de techniek, alternatieven Re 2 in een groter deel van de stad regels voor en de impact van de belangrijkste beleids- ® zwaar verkeer in te stellen. We werken samen keuzes die voorliggen. Door ze te betrek- v met andere gemeentelijke ambities, zoals ken, geven ze ons meer inzicht in de impact 8 een autoluwere stad en verbeteren van de van de maatregelen en denken ze mee over m Ontwerp: op straat is meer duidelijkheid 8 luchtkwaliteit, en hebben nauw contact verbetermogelijkheden. Daarbij betrekken nodig over de regels. De bebording is 3 met de belangrijkste doelgroepen zodat er we nadrukkelijk de bouwsector, omdat deze daarbij essentieel, maar wellicht dienen 0 proportioneel en uitvoerbaar beleid komt. groep verantwoordelijk is voor het grootste zich vanuit gedragswetenschappelijke 5 deel van de zware transporten. en/of technologische hoek nog andere 5 Nauwe samenwerking met mogelijkheden aan. 8 brancheorganisaties = Handhaving: voor de onwelwillenden 5 In het najaar van 2019 hebben we een Naleving zal handhaving altijd nodig zijn. Hierbij 5 participatietraject gehouden met externe Wanneer precies helder is hoe de nieuwe onderzoeken we een breed pallet aan 5 partijen en interne deskundigen over de regels eruitzien en welk gedrag er wordt (digitale) mogelijkheden. We houden er B uitgangspunten voor aanscherping van de gevraagd stellen we een aanpak op waarmee rekening mee dat de inzet van boa's nodig 2 7,5 tonszone die zijn opgenomen in het we toewerken naar optimale naleving. We zal blijven. ® actieplan Bruggen en Kademuren van juli sturen met educatie, ontwerp en handhaving. 2019. Belangrijkste conclusies zijn dat de = Educatie: om de doelgroep te informeren aangekondigde aanscherping niet 1 op 1 is communicatie en educatie nodig. We uitvoerbaar is en dat het tegelijkertijd de doen onderzoek naar kennisniveau en voorkeur heeft om voor het centrum in één drijfveren van de doelgroep. keer een aanscherping door te voeren in plaats van in stappen zoals voorgesteld in a voorbereiding en uitvoering van deze Tot de werkzaamheden in 2021 starten, kan maatregelen. Dit doen we onder andere in al het verkeer weer normaal doorrijden op mn proeftuinen samen met marktpartijen en deze drukke route. NE kennisinstellingen. : f 2.8. Versterken Succesvolle versterking van de NN 5 . del + ® Bullebaksluis ' 4 & Wanneer het vanwege veiligheid noodzakelijk De Bullebaksluis is een brug vlakbij het a EB D is of wanneer er door de beperkingen vanuit oude politiebureau Raampoort in de al Ar ke ' 5 bereikbaarheid of leefbaarheid zwaarwegende Marnixstraat. De brug overspant het stuk . le Za 4) SA ses 2 belangen geschaad worden, gaan we over water van de Lijnbaansgracht, ter hoogte Í an LD = Gn 5 tot versterken. Met het versterken van een van de Bloemgracht. Omdat de brug in Ee il Í Sn, 2 brug of kademuur, door een spoedreparatie slechte staat is, werd hij in maart 2019 ij os ® of het plaatsen van een veiligheidsconstructie, afgesloten voor zwaar wegverkeer. Trams : El | nr v stabiliseren we de constructie en kunnen we mochten alleen stapvoets rijden en elkaar md Ik PISA & de vernieuwing van het object op een geschikt __ niet passeren op de brug. af if RL en 3 moment inplannen en goed voorbereiden. In Ban ek P E _ ï ij ‚MN deer \ 3 de tussentijd kunnen parkeerplaatsen vaak Onder de brug is in drie dagen een ver- B KE eN ke, A KT eri 0 weer gebruikt worden en kan verkeer weer sterkingsconstructie geplaatst om deze Er Ee nn p= ec pmm 5 doorgang vinden. drukke kruising weer open te stellen voor Wi E id gi gang g p 5 al het verkeer. Omdat de brug een van de e= all 8 Versnellen bij het versterken smalste waterdoorgangen in Amsterdam 5 We hebben op verschillende plekken al is, was dat een complexe technische uitda- S versterkende maatregelen uitgevoerd, zoals ging. Versmalling was geen optie, omdat 5 damwanden voor kademuren, gevuld met de blusboot van de brandweer er te allen B zand en versterkingsconstructies onder tijde onder door moet kunnen. De brug 2 bruggen. Hoe meer onderzoeksresultaten is versterkt met buispalen die door de ® aanleiding zijn tot het beperken van het landhoofden zijn geboord en daarop liggen gebruik van bruggen of kademuren, hoe dwarsbalken die de brug ondersteunen. pn groter de behoefte wordt aan dit type ms maatregelen. Daarom richten we ons in Bij de vernieuwing van de Bullebaksluis s er mn deze fase met name op het uitbreiden kunnen de buispalen uit de versterkingscon- =n bern 2 van het aantal technische oplossingen en structie weer gebruikt worden omdat ze al et etn SS het verkorten van de doorlooptijd van op de juiste plek aangebracht zijn. Werk aan de Bullebaksluis EZ Il | Ge ii a Nine \ — Ni P7 LEO eN / HM Je Ti > ml: HI = j En | | A de BEI | BELLA (NN fb: ie IT kij ei aloe IEN MN EN MET (LS il md mi Heet ui ij \ Ni ef TE EN 5 n me La dt NÀ NE Í | IL IT er ef sil MERS IT |F ITT Em A et. Ee ; 3 A an Sink ij 6 Epe UE | Á h EEN EE", Ee Ù E u | 1] i r over het aanbrengenvan \ AN ig f A ER Û Cl EA i/ Jh | een veiligheidsconstructie Er sh KN NE IN ig | en veh Ee Ik : T IE AAR KN Ned ame KDE Ii (Ne ne KSK Tan we - 5 LR 4 eek Kr PANT ED h 5 : | De a NL Kas 8 A mn en Î AP 3 Pl el sh | 4 A Í\ | e | A | ee Er A Pine | O0 LE a 21E NL IND n í d Fo 3 al 8 | al & AAS nii | ij …E Kn | 4 ; 8 | zl jams | Ë ‚5 ij, kh pe | ® Ee : n wr f 5 En Ek ks _ ij | ee: ” E É a 8 gn on a f * D 3 greet nnn kg Wolkeel @ E m7 jn} IE - ES er : id han Ein, : Nr Es 8 | mm «1 Met groot materieel maar ook grote precisie en zorgvuldigheid worden de damwanden geplaatst. Prinsengracht bij de Reesluis CO Programma 2 d 2.9. Vernieuwen D En Toekomst 5 Om de veiligheid en functionaliteit van de stad LLL. 2 te borgen, zullen we een groot deel van de 5 bruggen en kademuren vernieuwen. In theorie 2 Nu 5 gaat een constructie ongeveer 100 jaar? mee. 5 a … © ® In de praktijk hangt het van vele factoren af © v wanneer een constructie het einde van de a md 8 levensduur bereikt. Vernieuwen van bruggen Tijd 8 en kademuren kost veel tijd. De voorbereiding 3 van een project duurt gemiddeld al twee 0 tot vier jaar en de uitvoering vaak ook De afgelopen jaren hebben we gemiddeld te lopen, moeten we tijdelijk met een factor 5 nog eens een jaar. Een aanzienlijk deel 1 tot 2 bruggen en maximaal 500 meter 20 versnellen. Dat is de piek uit het figuur. 5 van onze bruggen en kademuren valt kademuur vernieuwd en dat voeren we de Het programma is verantwoordelijk voor 8 onder het UNESCO erfgoed of heeft de komende jaren flink op. Nu ligt de zichtbare deze tijdelijke tempoversnelling. Na deze 5 monumentale kenmerken. Dit betekent dat aandacht vooral op veiligheid, maar achter de inhaalslag is de beheerorganisatie op termijn S we ook rekening moeten houden met de schermen werken we aan het opschroeven van weer verantwoordelijk voor het stabiele 5 bijbehorende procedures. Door onder ander de productie. vernieuwingstempo. B tijdige inventarisatie en vaststellen van een 2 werkmethodiek voor bijvoorbeeld restauratie, Het gewenste productietempo Zoals eerder benoemd, hebben we voor deze ® zoeken we ook hier naar mogelijkheden voor Gebaseerd op een theoretische levensduur tempoversnelling onder andere de markt hard versnelling. van ongeveer 100 jaar en de omvang van het nodig. Om de markt optimaal te benutten en areaal, werken we uiteindelijk naar een stabiel flexibel om te gaan met wijzigingen tijdens vernieuwingstempo van circa 8 bruggen voorbereiding en uitvoering, moeten we en 2 kilometer kademuur per jaar toe. Dat voldoende voorbereide projecten ‘op de 2 Dit is een gemiddelde en verschilt per type en onderdeel is de contante lijn in het figuur op deze plank’ hebben. van de constructie. pagina. Om het achterstallig onderhoud in Vernieuwingsprojecten in de praktijk wordt zoveel mogelijk vanaf het water ge- Re Olt werkt, vindt een deel van de aan- en afvoer tijd, maar versnelt het hele werk.” Kademuurvernieuwing bij van materiaal en materieel plaats via het Han Vil EE 4 de Recht Boomssloot water en komt ook het personeel per boot k Bij de Recht Boomssloot wordt de kade- naar de locatie. Eind 2019 is de projectscope - muur vervangen aan de oneven zijde, tussen uitgebreid met de plaatsing van een nood- D de Oudeschans en de Krom Boomssloot. constructie bij de kademuur Herengracht, & We werken hier vanaf een platform boven over een lengte van circa 85 meter. In het ken worden gebruikt voor het vaststellen 5 het water. De aannemer maakt gebruik van voorjaar van 2020 volgt de oplevering. van de conditie van andere monumentale 5 circulair beton met een lage milieudruk en bruggen in Amsterdam. 2 er wordt gewerkt met vrijwel alleen maar De renovatie van de drie historische brug- 5 elektrische werktuigen. De bouwmaterialen gen biedt een uitgelezen kans voor nader Leren door te doen 2 worden via het water aangevoerd. Dat onderzoek. Zo zijn er proeven uitgevoerd We leren door te doen. Daarom evalue- ® scheelt uitstoot én geluidsoverlast. De om de sterkte van het brugdek te bepalen ren we onze projecten continu, ook de v parkeerplaatsen voor auto's verdwijnen op en wordt onderzoek gedaan naar de staat projecten aan de Recht Boomsloot en 8 de kade. De ruimte komt ten goede aan en sterkte en het gewicht dat de oude de Vijzelstraat. Zo blijven we verbeteren 8 voetgangers en fietsers. Er komen extra houten funderingspalen kunnen dragen. De en werken we toe naar een optimaal 3 fietsparkeerplekken en de kade krijgt tien resultaten van deze waardevolle onderzoe- vernieuwingsproces. 7 nieuwe bomen. _ 5 En n TE EPAR TN El | E | EN É it, K, j r En Pl d i 5 Vernieuwen bruggen Vijzelstraat Ii | | a IN I: Ed ä i IIs, 8 De Vijzelstraat krijgt een compleet nieuwe EE nn 3 Hj Ks | ij gd ' nfinj LE EL 5 inrichting met meer ruimte voor voetgan- IJ | m ht RN k AE | Hi en SNN 2 fi en EER UIT ER ee err | ENT | 5 gers en fietsers. Ook worden drie histori B tr ne a dr MM | | 17 | 5 sche bruggen in de straat vernieuwd. De rh NE i [ú Ai ht ke: ' Ke: En HN Eda) & werkzaamheden zijn gestart in de zomer Nie ks 4 Hij kt Lln Er men HE RAN 2 van 2019 en duren tot eind 2021. Het werk Ad in} eN Ë | tn Ì ER. 8 vindt plaats op een belangrijke verkeersader Net kk, Ee , en 28 meter boven de tunnelbuizen van vs EN f Ee a En de Noord/Zuidlijn. Er wordt op alle drie de Le en 4 sik bruggen tegelijkertijd gewerkt, met behoud ae „ a b van al het verkeer in de straat. Dit vraagt om B < 4 le een slimme fasering van slopen en bouwen pe | A A van de bruggen. Om de hinder te beperken _ Recht Boomssloot: links de vernieuwde kademuur, rechts de oude kademuur KJ een kwaliteitsmanagementsysteem in om Amsterdams Inspectie Portaal ET de betrouwbaarheid en traceerbaarheid van Voor een optimale informatiebeschik- sturings- en verantwoordingsinformatie te baarheid is een online portaal ingericht EE borgen. We onderzoeken in hoeverre een ISO waarbinnen interne en externe betrokkenen A LS 9001 kwaliteitscertificaat meerwaarde voor het eenvoudig kunnen samenwerken door - programma heeft. eenvoudig actuele objectinformatie te D plaatsen en elkaar te informeren over & 2.10.Beheersen Om toe te zien op een beheerste uitvoering status en toestand van het object. Op basis 5 van de opgave sluiten we aan bij de van deze informatie uit onder andere de 5 Langjarige, structurele en flexibele financiering Regeling Risicovolle Projecten en is een onderzoeken en inspecties, ontstaat per 2 Voor het succes van het programma is projectcommissariaat Civiele Constructies en object een dossier dat in iedere stap van 5 langjarige, structurele financiering met een Adviesraad* ingesteld (zie pagina 55). het proces wordt verrijkt en een actuele 2 voldoende flexibiliteit een belangrijke status toont. Een volledig digitale inwinning ® randvoorwaarde. Om hier invulling aan te Sleutelrol voor informatiemanagement van de objectinformatie die direct en voor v geven is in de Voorjaarsnota 2019 gekozen De komende jaren zullen we veel meer meerdere toepassingen beschikbaar is. Niet 8 voor een nieuwe financiële systematiek: te weten komen over de staat van het alleen voor het programma maar uiteindelijk 8 het programma Stadsbehoud*.De huidige Amsterdamse areaal. Op allerlei manieren en vooral voor de beheerder van de betref- 3 budgetten zijn niet voldoende om de verzamelen we informatie: door onderzoek, fende objecten. 0 achterstanden weg te werken. monitoring, inspecties en signalen uit de 5 stad. Om een weloverwogen keuze te maken 5 Beheerste uitvoering van de opgave over de vernieuwing of versterking van een Handelingskaart 8 Bij een grote, langjarige en veelzijdige brug of kademuur, is het van belang dat we Openheid staat bij ons hoog in het vaandel. 5 opgave als deze is het borgen van samenhang _ al deze informatie gestructureerd beheren en We informeren de belanghebbenden actief D tussen de verschillende werkzaamheden en overzichtelijk tonen. Niet alleen voor onszelf, over waar we versterken, beperken en ook 5 integrale sturing en verantwoording een maar ook voor de betrokken marktpartijen, vernieuwen. Alle veiligheidsmaatregelen B belangrijk onderdeel van de opgave. Voor ondernemers en geïnteresseerde bewoners en hebben we in een digitale kaart opgeno- 2 een beheerste uitvoering is de control van gebruikers van de stad. men. We actualiseren deze handelingskaart ® het programma op directieniveau verankerd regelmatig en is een intensieve rapportagecyclus ingericht. Een belangrijke voorwaarde is dat dit niet belemmerend is voor de benodigde versnelling, maar daar juist aan bijdraagt. Dit wordt toegelicht in paragraaf 3.3. Daarnaast werken we aan kwaliteitsborging. We richten En 5 Ee an pm mmm a ed En pen p eN ds nn Dd mr EEE ale ee E ans , : sein ensen ner ® ® et, _ on a mna ian Ke en De organisatie emee + EE . pl en en EE nnn at ae - neden fen en, min meme mn en nn = ee — _ A 4 se hen nn AN - pla | r k AND Fen e, en | dn he a er ie d p ee he nn. Ee 5 Nh En a, a Ann NL NDT en ® IE JN B Iz ee Fr es ONE TES T ; Es ik | ad Dh — eed E u | arl en Ed = - T ed Ll ien sN r 0 Fe a Os u Nn a eife @ AI KN ) WE TTE U de eneen hee / ay B et ma 8 mn Z | 1: ij | KE Zg er El A a k Ih Ee | Ld 5 er En Ë ER T E: ik = 8 s En eenn. je t me | hi I _ : 8 D E £ hee TE as DAE hast na rt Ee D \ EE _: N Î ie 7 | MN [ Hi | ie H 2 | 3 ; pe Cc | k 8 Bf A U IJ Á u lk F - Ki _ „ \ Nn Kan a ad Eek ed des AN n ht hd = - je | A nn Rt PN EA NE E ed a B Nn. IN | | A nnen 3.1. Organisatie passend Competenties passend bij de opgave Het is zaak zo snel mogelijk US bij de opgave Het dynamische karakter van de opgave informatie op orde en inzichtelijk vraagt om een innovatieve, lerende en te hebben. Daarmee wordt de EN Het programma is een samenhangend geheel wendbare organisatie, die uitnodigt tot basis gelegd voor de succesvolle van werkzaamheden en projecten in een kennisuitwisseling en verkokering tegengaat. uitvoering van het gehele project.” - dynamische omgeving. De programmadirectie Daarom richt het directieteam zich op de D is verantwoordelijk en beslissingsbevoegd opgave als geheel en zoeken we zoveel als GEN AG & over het geheel van de opgave en stuurt mogelijk de verbinding tussen de portefeuilles 5 integraal op de programmadoelen. Het en projecten. Daarnaast werken we met 5 programma staat onder leiding van de scenario’s om optimaal in te kunnen spelen 2 eindverantwoordelijk programmadirecteur op wat er op ons af komt. Zo kunnen we lokale ondernemers nodig hebben om de 5 Bruggen en Kademuren. de werkzaamheden binnen het programma overlast te hanteren. We winnen vertrouwen 3 prioriteren en waar nodig bijstellen. Behalve en bouwen vruchtbare samenwerkingen. 9 Netwerk van strategie en uitvoering organisatie en competenties is ook de v Het programma kent zowel een strategische programmacultuur een cruciale succesfactor. Voortvarend 8 als een operationele kant. Deze komen bij Aan de stad en haar inwoners zijn we het 8 elkaar in het directieteam en in het netwerk Onze kernwaarden verplicht dat we niet dralen. De opgave is 3 van uitvoeringsprojecten en strategische De aanpak wordt gekleurd door de identiteit urgent en vraagt om een proactieve houding. 0 portefeuilles. Beleid en strategie worden van het programma en de organisatie. We Elke dag zetten we stappen die een veilige en 5 gevoed door de lessen uit de uitvoering hebben drie kernwaarden die als kompas beheerste situatie sneller dichterbij brengen. 5 en andersom. In dit netwerk stimuleren gelden voor al onze werkzaamheden: open, Daarom gaan we voortvarend te werk. We 8 we verantwoordelijkheid, wendbaarheid voortvarend en grensverleggend. analyseren en wegen situaties die van dag tot 5 en ondernemerschap bij de verschillende dag anders zijn. We handelen snel, praktisch en 5 onderdelen. Daarnaast zoeken we de Open effectief. Onze processen en samenwerkingen 5 verbinding met elkaar, met onze partners en Onze opgave kan alleen samen met vele zijn doelmatig om geen tempo te verliezen. We 5 met de stad. De verbinding organiseren we anderen behaald worden. Zij vragen ons om pakken signalen die duiden op stroperigheid 2 door het maken van afspraken en platforms duidelijkheid en wij kunnen die geven. Zo en vertraging direct op. ® waarin uitvoering en strategie samenkomen. niet over de inhoud, dan over het proces. Waar staan we, wat gaat goed, wat kan men Grensverleggend De programmaorganisatie bestaat verwachten? Informatie die helpt je voor te De opgave die voor ons ligt is ongekend uit vier strategische portefeuilles en bereiden, te anticiperen, ideeën te opperen. groot en complex voor Amsterdam. Met de uitvoeringsprojecten. In het figuur op pagina Open gaat over de verhoudingen met veelheid aan betrokken partijen, de gevolgen 50 is weergegeven aan welke werkzaamheden _ anderen: samen zoeken, kansen signaleren, voor de omgeving, de raakvlakken met deze portefeuilles en projecten werken. impact bepalen en kijken wat bewoners en andere opgaven en de dilemma's die daarmee gepaard gaan, betreden we onbekend terrein. “Het draait allemaal om Dat vraagt om een programma dat dat terrein de mensen.” durft te verkennen. Een programma dat OO directeur Programma Liehtrail het aandurft om grenzen te verleggen waar een nieuwe samenwerking, een innovatieve - technische toepassing of anders kijken naar de D stad dat van ons verlangt. Grenzen verleggen & is durven het anders te doen. Extern én intern. 5 Niet om brutaal te zijn, maar omdat dat het 5 doel dient. Niet om stoer te doen, maar 2 omdat we het zelfvertrouwen hebben om het Uitvoeren Toetsen aan 5 beste eruit te willen halen. doelen a . ® Continue aandacht voor programma- v doelen en de opgave als geheel Inspanningen Programmadoelen 8 Omdat de omvang van de opgave onbekend 8 is en aan verandering onderhevig, moeten 3 we continu onze missie en doelen in het 5 oog houden. Dit betekent dat we continu Leren, verbeteren 5 . ; Evalueren en bijstellen 5 toetsen of onze inspanningen nog steeds 5 bijdragen aan de programmadoelen. En dat 8 we waar nodig tussentijds de prioritering van 5 werkzaamheden of de werkwijze aanpassen. S We geven dit proces van continue toetsing 5 vorm middels de ‘Programma acht’ (zie 5 tekstkader). De ‘Programma acht’ 2 We voeren inspanningen uit, evalueren en toetsen deze aan de programmadoelen, we leren, ® verbeteren, stellen de inspanningen bij en voeren ze uit. Ondanks dat de taakvelden en pro- jectteams zich primair richten op uitvoeren en evalueren van inspanningen en de programma- directie op toetsen aan doelen en bijstellen, heeft deze werkwijze effect op alle betrokkenen. Opdrachten en projecten zullen worden bijgesteld als de opgave daar om vraagt. e . Organisatieschema programma Legenda Bruggen en Kadem u ren Veiligheid, kennis en advies OD Onderzoeken — Snel en grof technisch onderzoek en fijnmazig onderzoek mm, Hori F Wethouder r Bewaken — Monitoring q Verkeer en Vervoer & Afwegen en besluiten — Afweging en besluit over 2 EB veiligheidsmaatregelen Dd 5 Programma ee . . 5 Ontwikkelen — Innovatie op alle vlakken 5 Commissariaat G P î 3 Programmering, markt en versnelling 3 Direct & Afwegen en besluiten — Afweging en besluit over OD eee mm Adviesraad EB “ vernieuwingsprojecten (Programmering) 5 Bruggen en Kademuren 3 (ZZA Beperken — Lastbeperking in specifieke gevallen @ Dd 5 mm Versterken — Plaatsen van veiligheidsconstructies % 9 5 ier ‚ Ge Ontwikkelen — Versnellen en optimaliseren. D SEE) Omgeving Zelf en met de markt 8 bruggen 5 ® OQ Vernieuwen — Realisatie van brug- en 5 Vemieurtng kademuurvernieuwingen 2 T ® Verbinden — Samen met onze partners en > de Amsterdammer, zodat de stad bereikbaar Vernieuwing Veiligheid, kennis en leefbaar blijft ele ikke (ZZA Beperken — Generieke lastbeperking Vermieuing Oee ulwelder mEtst Beheersen — Beheerste en samenhangende aanpak kademuren en versnelling Ee van de opgave Gecommitteerde organisatie met Vanwege de aanwezige competenties en om Bs RR re ELSKE NG continuïteit in bemensing de kennisontwikkeling van de gemeentelijke Laad oe Koda bi daon: WIC De organisatie moet passen bij de genoemde organisatie en een succesvolle overdracht in het programma, maar ook karakteristieken van het programma: geen maximaal te faciliteren, worden rollen binnen stadsbreed en in alle lagen gedeeld vastomlijnde opdrachten, maar een opgave het programma momenteel vooral (maar wordt. Alleen dan kunnen we in die aan verandering onderhevig is. Daarom niet uitsluitend) ingevuld door medewerkers E E I de komende jaren de cruciale D werken we aan een gecommitteerde van de directie Verkeer en Openbare n n Ni d verd & programmaorganisatie met vaste bemensing. Ruimte en het Ingenieursbureau. Zij werken hehe On lnv TEEN ENE D onder inhoudelijke aansturing van de Een 5 Er zijn kernrollen binnen het programma programmadirectie. Zo maken we gebruik VE 2 gedefinieerd. Dit zijn medewerkers met een van de bestaande kennis, ontwikkelen we o 5 cruciale (inhoudelijke) rol of managementrol dit samen verder om de programmadoelen 2 die intensief betrokken zijn bij de koers van te verwezenlijken en wordt de kennis via ® het programma. De vaste bemensing is in het de ingezette en opgeleide experts weer slagvaardig’), zijn we in staat om daadkrachtig v bijzonder gecommitteerd aan het programma, automatisch onderdeel van de beheer- en op te treden en kunnen we de dynamiek 8 meer nog dan aan een specifieke taak binnen uitvoeringsorganisatie. aan waar de opgave om vraagt. Besluiten 8 het programma. Van de vaste bemensing hoeven niet te wachten tot het wekelijks 3 verwachten we dat ze oog hebben voor de Heldere aansturing en verantwoording directieoverleg, maar kunnen ook aan andere 0 programmadoelen en voor de ‘Programma De programmadirectie is verantwoordelijk tafels genomen worden (zie voorbeeld 5 acht’. Als de prioriteiten binnen het programma _ en beslissingsbevoegd over het geheel Managementdialoog). Het Directieteam zet 5 verschuiven, beweegt de organisatie mee — van de opgave. Dit betekent ook dat er de koers van het programma uit en is het 8 met de vaste bemensing voorop. een bijbehorend directiemandaat* is. hoogste besluitvormende ambtelijke orgaan 5 Om zelfstandig en slagvaardig te kunnen binnen de programmaorganisatie (zie ook het S We werken volgens het ‘twee benen opereren, rapporteert de programmadirectie figuur op pagina 50). De eindverantwoordelijk 5 principe’: de vaste bemensing toont via een stafoverleg Bruggen en Kademuren directeur Bruggen en Kademuren heeft een 5 loyaliteit en betrokkenheid aan zowel het rechtstreeks aan de wethouder. Dit maakt snel beslissende stem in de besluitvorming. 2 programma als aan de afdeling binnen de schakelen en adequaat handelen mogelijk. ® moederorganisaties*. Zo stimuleren we Het Directieteam gebruikt onder andere kennisuitwisseling en kruisbestuiving. Met de De programmadirecteur, vier strategisch de managementdialogen (zie tekstkader), vaste bemensing maken we afspraken over managers en een vertegenwoordiging van de rapportagecyclus en een dashboard (zie inzet, toewijding, resultaat en ontwikkeling. Ambtelijk Opdrachtgevers vormen samen tekstkader) voor effectieve en slagvaardige Hierin werken we nauw samen met de het directieteam. Door de kleine omvang van sturing. moederorganisaties, maar de inhoudelijke lijn dit team en de hoge frequentie waarmee het loopt altijd via het programma. team kort en doelgericht samenkomt (‘slank & Managementdialoog Dashboard komen we bijeen om de onderzoeksagenda Om integrale sturing op de programmadoelen Voor transparantie, snellere en betere te bepalen en aan de Controltafel vindt mogelijk te maken is een maandelijkse ma- besluitvorming en in aanvulling op de afstemming plaats over beheersing van se nagementdialoog met projectleiders ingericht. integrale rapportages is een dashboard de opgave. In deze gesprekken staan de programma- ontwikkeld. In het dashboard rapporteren - doelen en voortgang, beheersing en risico's, we op hoofdlijnen over de voortgang op Bij stokkende besluitvorming kan geëscaleerd D en vragen en dilemma's bij koersbepaling de programmadoelen en onze belangrijkste worden naar de Directie Bruggen en & centraal. Tijdens deze actiegerichte dialoog succesfactoren. Het dashboard is te vinden Kademuren. De Directie kan escaleren naar 5 ligt de focus enerzijds op vooruitblikken en op de gemeentelijke website. Op termijn zal de Directeurentafel of de Staf Bruggen 5 samen sturen en anderzijds op terugblikken het dashboard digitaal toegankelijk zijn. en Kademuren. De resultaatstafels en 2 en van elkaar leren (zie ‘Programma acht’: eva- escalatieniveaus zijn visueel weergegeven in 5 lueren en toetsen aan doelen). De program- het figuur op pagina 53. Zie voor toelichting 2 madirecteur en portefeuillehouder Sturing & Resultaatstafels de begrippenlijst in de bijlage. ® Beheersing voeren de gesprekken met de De samenwerking met de stad, onze partners oe v portefeuillehouders en taakveldeigenaren. en gemeentelijke organisatieonderdelen ee 4 Ni 8 verankeren we in resultaatstafels. Deze tafels ln, hen - 8 zijn gericht op het maken van afspraken over Í Es à Deal 2 Voor verantwoording en informatievoorziening _ resultaten op de programmadoelen. en ll 33 ms À © vanuit het programma en voor strategische Ù K an Men 5 vraagstukken, koersbepaling en sturing Over veiligheid overleggen we met de ES ATEN iT fen 5 vanuit wethouder, college, raad en controllers beheerorganisatie, het Ingenieursbureau ES | jj ij Ee Elk oe dj P' 8 wordt tweemaal per jaar (voor- en najaar) en andere partners via onder meer de Td AD PERREN ee, 5 een integrale rapportage opgesteld. Dit Assetmanagement-tafel en het Voorportaal. Eton 5 a et Te fl > À 5 is in lijn met de rapportagecyclus rond het Aan de Opgavetafel* zetten we samen a: PS RK f rn dd 5 programma Stadsbehoud en de Regeling met Verkeer en Openbare Ruimte de Gi Re mm ka fe) Pa! B Risicovolle Projecten waar het programma strategische lijnen uit voor de wijze - — _ |, ee N 2 onder valt. Rapportage en verantwoording waarop we de openbare ruimte inrichten 4 IN ES N ; ® richting bestuur zullen, na oplevering van het en aan de Programmeertafel* wordt het p : k en í programmaplan eind eerste kwartaal 2020, vernieuwingsprogramma vastgesteld. re |: worden ingericht conform deze regeling. We spreken in thematische overleggen han Daarnaast informeren we het college en de met partners over de consequenties van et ê ä raad ook tweemaal per jaar (zomer en winter) de opgave in de stad, bijvoorbeeld voor er in over de voortgang aan de hand van een brief het openbaar vervoer of voor nood- en Samenwerking is cruciaal voor succes. voorzien van dashboard op hoofdlijnen. hulpdiensten. Samen met kennisinstellingen Vernieuwing Leidsebrug Resultaatstafels E Li 53 T Dd + D D 5 ®D 5 < Ì d ij = I vr. I 2 8 | 5 aen LN v r ï = I Î © 1 1 @ I : : B I I : : Î Dy i Thematisch 3 IM Assetmanagementtafel Voorportaal Na Tale Nic Controltafel Opgavetafel Programmeertafel I 3 Ì partneroverleg | @ I I B i 5 Innen nenneneneenenennnnenn eenen ennen eennen ennen eenen ennneeennen ennn nenn eneen eneen d vo =S c @ @ M 5 ® int leusE 5 A ®% 8 3 Veiligheid en functionaliteit Functionerende stad Optimaliseren, innoveren Realiseerbare programmering S Bruggen en Kademuren gedurende de opgave en evalueren ®D 5 Legenda m- Reguliere overlegtafels B Resultaatstafel programma Bruggen en Kademuren E- Besluitvormend M- Meningvormend EB - informerend 3.2. Proactieve werkwijze m Respect voor expertise: we gebruiken de Condities voor een proactieve werkwijze expertise die voor iedereen beschikbaar Om dit te kunnen bereiken werkt het De opgave vraagt om een proactieve is en we kennen elkaars expertise om te programma aan een aantal belangrijke sa werkwijze. Voor ons betekent dit een kunnen handelen als het fout gaat. condities: werkwijze waarin continu hoog presteren, m Gedeelde ambities en referenties: waar - op een breed front innoveren, voortdurend Gezamenlijk proactief denken en doen is geen zijn we van, wat willen we bereiken, wat D collectief leren en intensief samen met vanzelfsprekendheid. Het vraagt een open en mag er niet gebeuren, duidelijke taal en & partners opereren, centraal staat. Deze zaken waarderende instelling en de veiligheid om heldere communicatielijnen. 5 worden binnen de organisatie en binnen de daadwerkelijk in de praktijk te kunnen leren. 5 competenties van mensen verankerd. 5 Principes van een proactieve werkwijze 2 = Gefocust zijn op afwijkingen: waar gaat ® het anders dan we willen of verwachten, pn v wat zijn mogelijke zwakke signalen ps 8 daarvan; we zoeken actief signalen en _ Kk Fr 8 afwijkingen op. E 3 m Geen simpele verklaringen: ‘zo gaat à n 5 het nu eenmaal’ of ‘het kan niet anders’ ij \ 5 zijn verstikkende reacties; we gaan actief zi, Ki 5 op zoek naar andere meningen, nemen sé ï - Ë barrières om zorgen te melden weg. en BS ij RE. H 5 Dit betekent onder meer tegenspraak Tk de Î S organiseren (zie pagina 55). en i Fi 5 = Overzicht hebben van de operatie: een ä id B gedeeld plaatje van waar iedereen mee Ih : Ee 2 bezig is, we willen snel kunnen schakelen Í je Ee a Zn mn” ® als zaken anders lopen, we kennen de Ak IL me end Ae Ne ld, sterke en zwakke plekken. ke E Ee mn + R_ m Veerkrachtig zijn: we willen alternatieven ls) \ achter de hand hebben, eigenaarschap en 4 Ie B besluitvaardigheid tonen, we willen niet ef ER En dat vraagstukken rond blijven zwerven, in rd plaats daarvan willen we actief leren. Met een grondradar wordt weggespoelde grond onder een kade gedetecteerd = Betrokken relaties: anderen voldoende m Aansluiten bij de Regeling Risicovolle Ke RAGE Gaal kennen en begrijpen zodat je zonder Projecten. op de arbeidsmarkt: de sector problemen feedback kunt geven, lastige m Toetsing en wetenschappelijk onderzoek heeft behoefte aan vernieuwing, EE of domme vragen kunt stellen, emoties door kennisinstellingen (zie paragraaf 2.4). multidisciplinair samenwerken, kunt delen. m Experts, vakgroepen, bewoners, branches Aerof IEont fez oen avon TnT Bernt en = Geïnformeerde cultuur: actief en en belanghebbenden als klankbord. Bark 5 TI Ra kwaliteiten. Geef jong talent de D ongevraagd informatie delen, overzichten m _Kennisuitwisseling tussen het programma f 8 n er & maken die uitnodigen om jouw stukje van Bruggen en Kademuren en vergelijkbare Deele de hai ede le, D de werkelijkheid te delen, actualiseren van programma’s binnen de gemeente, LARA KONDEN je overe Laer 5 informatie. bijvoorbeeld Programma Wegtunnels om met innovatieve ideeën tot < = Oefenen, reflecteren, oefenen, reflecteren, en bij andere overheden bijvoorbeeld verrassende oplossingen te komen. 5 oefenen: we leren door te doen. Zwakke met Gemeente Den Haag en via de Alleen zo kunnen we de uitdagingen 2 signalen, onverwachte gebeurtenissen, netwerksamenwerking AMROR tussen van vandaag én de toekomst het ® zaken die fout dreigen te lopen, dit alles zie Amsterdam, Rijkswaterstaat en gemeente hoofd bieden.” . . OO ICI v je beter als je het concreet geoefend hebt Rotterdam. 8 en daarop reflecteert. m Programma Let Op. 8 m Interne en/of externe audits. Barbara Martojo-Hermans, 3 Om een proactieve cultuur te ontwikkelen en 0 vast te houden, sturen we op drie niveaus: op _ Tegenspraak is een belangrijk instrument. 5 de organisatie in zijn geheel, op het niveau van Een kritische en onafhankelijke reflectie Kennisdeling met organisaties buiten 5 de teams en op het niveau van het individu. van buitenaf voorkomt tunnelvisie en helpt Amsterdam 8 bij het opsporen van blinde vlekken en De gemeente Amsterdam is niet de enige 5 Tegenspraak ongefundeerde aannames. We gebruiken dit overheid met een beheer- en onderhouds- S Omdat we continu willen leren en verbeteren, om onze aanpak te toetsen, te reflecteren opgave. Voorbeelden van andere overhe- 5 organiseren we tegenspraak en ‘een blik van op complexe vraagstukken en kwaliteit te den die met vergelijkbare opgaven kampen, 5 buiten’. Dit doen we onder andere op de borgen. We hebben hierdoor al waardevolle zijn Rijkswaterstaat en de gemeenten 2 volgende manieren: inzichten verkregen, bijvoorbeeld over Den Haag en Utrecht. Ook zij pakken de ® m Het Commissariaat Civiele Constructies het afwegingskader voor het treffen van opgaven programmatisch aan (respectie- is ingesteld door het college en veiligheidsmaatregelen en over onze velijk Meerjarenprogramma Kunstwerken adviseert zowel de wethouder als de onderzoeksaanpak. en Programma Vervanging & Renovatie). programmadirectie. Geregeld organiseren we bijeenkomsten en m De Adviesraad is ingesteld door de lezingen om te leren van elkaars ervaringen. programmadirectie als kritische dwarskijker en raadgever. 3.3. Randvoorwaarden voor een de markt kunnen worden aangegaan. Do Lel AR Le Eer Re slagvaardige organisatie Alleen langdurige verbintenissen zonder lln knee noet (ee voorbehouden zullen de markt verleiden te signaal van een klagende bewoner ES Structurele financiering met voldoende investeren in capaciteit, materieel, innovatie serieus neemt, de positieve energie flexibiliteit en expertise. Structurele financiering is een van een partner gebruikt om te Voor het succes van het programma is lang- van de belangrijkste randvoorwaarden die nog E E af I a OO Ran innoveren en de uitnodiging van D jarige, structurele financiering met voldoende moet worden ingevuld om de vernieuwing in 1 k & flexibiliteit een belangrijke randvoorwaarde. Om _ factor 20 tempo mogelijk te maken. sene ega he Eeen ie 5 hier invulling aan te geven is in de Voorjaarsnota voeter Ce oberon otho g elo Al 5 2019 gekozen voor een nieuwe financiële Mandaat passend bij de opgave proactieve cultuur is je bewust < systematiek: het Programma Stadsbehoud. Er De programmadirectie heeft een zelfstandige afvragen of wat je doet ook de 5 zijn middelen vrijgemaakt om de directe kosten positie en een eigen directiemandaat. Het bedoeling is, en oefenen of je 2 van het Programma te dekken (zie Voorjaarsnota mandaat betreft de bevoegdheid voor alle het ook beter kunt doen. Elke dag, ® 2019; naar verwachting voldoende tot medio ambtelijke beslissingen binnen de scope mn 9 ne A 5 . … elke ontmoeting, elke mail weer. v 2023). Dit maakt het mogelijk om meerjarige van de opgave, met een rechtstreekse 8 afspraken te maken met marktpartijen en de rapportagelijn naar de wethouder en volledige Eer EN 8 organisatie daarop in te richten. Dit zal echter ambtelijke beslissingsbevoegdheid op de 3 niet voldoende zijn om alle achterstanden weg inzet van financiële middelen, (vast en tijdelijk) 0 te werken en het programma zal medio 2023 personeel voor het programma (in overleg 5 nog niet gereed zijn. De programmering loopt met Verkeer en Openbare Ruimte en het en het mandaat heeft om slagvaardig te sturen 5 vooralsnog tot 2040. Ingenieursbureau) en alle bedrijfsvoering- op de opgave. Tegelijkertijd is de opgave zo 8 beslissingen die bij het mandaat van een verweven met de stad en met andere opgaven, 5 Voor de vernieuwingsprojecten zijn de directeur horen. Dit vergt een wijziging van ambities en projecten, dat het noodzakelijk is 5 budgetten van het Uitvoeringsprogramma het personele en financiële mandaatbesluit. om nauw betrokken te zijn bij de gemeentelijke 5 en het Coalitieakkoord beschikbaar, maar is Het mandaat van de programmadirecteur organisaties. Daarom is een zelfstandige B nog geen sprake van structurele dekking. De Bruggen en Kademuren zal gelijk zijn aan programmadirectie opgericht, rechtstreeks 2 huidige slechte toestand van de kademuren het mandaat dat aan alle directeuren van de onder de clusterdirecteur en gebruik makend ® en bruggen vereist een decennialange gemeentelijke organisatie is verleend. van organisatorische faciliteiten van Verkeer en intensivering van de werkzaamheden. Dit lukt Openbare Ruimte en het Ingenieursbureau. alleen in een nauwe, langdurige samenwerking Partnerschap met de gemeentelijke met de markt - met inzet en betrokkenheid organisaties De dekking van het programma wordt van beide kanten. Dat kan alleen slagen als Zelfstandige programmadirectie in samenhang binnen het programma er voldoende structureel budget beschikbaar De benodigde versnelling en verbinding is Stadsbehoud vormgegeven. Dit programma is, zodat langdurige partnerschappen met alleen mogelijk als het programma de vrijheid wordt beheerd door Verkeer en Openbare Ruimte en kent in het programma Bruggen = Effectieve inzet van medewerkers en AEEA eN en Kademuren de grootste uitvoerder. kennisuitwisseling: rollen binnen het Amsterdam tot de stad die zij is. Het programma wordt administratief programma worden vooral ingevuld door De vervanging en vernieuwing gehuisvest binnen de administratie medewerkers van Verkeer en Openbare van bruggen en kademuren van Verkeer en Openbare Ruimte. Veel Ruimte en het Ingenieursbureau. Om raakt de stad dan ook in haar bedrijfsvoeringsfuncties op het vlak van kennisuitwisseling te stimuleren, werken we In 8 0e ge T ee: . , le art. Zij zijn onlosmakelijk D juridische zaken, bestuurlijke zaken, control, volgens het ‘twee benen principe’. bond d d " & inkoopregie, et cetera, betrekken we bij = Veranderopgave: het strategisch OEPS a kh hade ie, D Verkeer en Openbare Ruimte. Om te zorgen partnerschap werkt samen aan een LCR An Meded EBU dere op 5 voor een vloeiende samenwerking, richten we proactieve organisatiecultuur, structuur de openbare ruimte. Verkeer en 2 een strategisch partnerschap* in. en werkwijzen, zodat de gemeentelijke Openbare Ruimte wil samen 5 organisatie na beëindiging van het met het Ingenieursbureau 2 Strategisch partnerschap En programma de werkzaamheden RANT VIANEN ® Het programma is met name actief binnen het voortvarend kan overnemen. d B 5 Kademuren ‘vleugels geven’ om v werkveld van Verkeer en Openbare Ruimte = Controle op de opgave: gelet op de N D 9 8 en Ingenieursbureau. De keuzes en besluiten raakvlakken tussen de administraties, is samen de openbare ruimte een 5 3 van het programma hebben weerslag op financiële controle op het niveau van het thuis voor iedereen te laten zijn. 3 beide andere organisaties. De opdracht van strategisch partnerschap nodig voor een Esseline SChIEDER 9 . . . …. . . . , © het programma en de organisatie die daarbij beheerste uitvoering (zie paragraaf 2.10). kel) Nn . . 5 hoort is in meerdere opzichten nieuw voor 5 Amsterdam. Deze ‘nieuwheid’ kan niet apart De samenwerking op deze en andere 8 naast Amsterdam georganiseerd worden onderwerpen wordt de komende periode Rolverdeling programma en beheerorganisatie 5 (zoals bij de Noord/Zuidlijn mogelijk was), door het programma, Verkeer en Openbare Het programma is samen met de S maar zal moeten zwaluwstaarten met vele Ruimte en het Ingenieursbureau verder beheerorganisatie verantwoordelijk voor het 5 andere bestaande processen, structuren uitgewerkt. Aan de Directeurentafel komt het beheer en onderhoud van het Amsterdamse 9 p g ® en culturen. Simpelweg omdat een brug of strategisch partnerschap op directieniveau areaal. Het programma is verantwoordelijk 2 kademuur niet te isoleren is van zijn omgeving. bijeen (zie Resultaatstafels, pagina 53). Naast voor de constructieve veiligheid en ® het strategisch partnerschap werken we ook vernieuwing van de bruggen en kademuren Samenwerking in de driehoek Verkeer en zeer nauw samen met andere gemeentelijke binnen de scope, maar de beheerorganisatie g g lj p g Openbare Ruimte, het Ingenieursbureau en organisatieonderdelen, zoals Stadswerken en blijft verantwoordelijk voor het functioneren p g g lj lj het programma Bruggen en Kademuren is de Stadsdelen. van de assetmanagementcyclus. Dit cruciaal voor het slagen van de aanpak. Het betekent dat de beheerder, op basis van strategisch partnerschap werkt onder andere het verkregen inzicht en in samenwerking samen op de volgende onderwerpen: met het programma, de vervolgstap voor de brug of kademuur bepaalt: moet er een Gelet op de (financiële) omvang van de BR DCAG Hd ledere aats bolle e od veiligheidsbeslissing worden genomen, moet opgave en navenante risico’s hechten we van een paar mensen om deze een object vernieuwd worden of is regulier aan een zorgvuldige inrichting van de opgave keer op keer voor het onderhoud nodig is? Gaat de vervolgstap controlfunctie op meerdere niveaus. Enerzijds voetlicht te brengen, heeft gezorgd over veiligheid of vernieuwing, dan voert op niveau van het strategisch partnerschap ETRA EER ETOS Evil het programma deze uit. De beheerder is en anderzijds binnen het programma. We 5 TI . a: Met de aanvaarding van de opgave D verantwoordelijk voor het regulier beheer en maken daarbij duidelijk onderscheid tussen ind en nf & onderhoud van alle assets. Het bepalen van eerstelijnscontrol (programmacontroller en TONEEL NLeP PI AOSTD nENGSS D de vervolgstap moet een geobjectiveerde projectcontrollers) en tweedelijnscontrol aard echter wel veranderd. Naast 5 keuze zijn, op basis van overeengekomen (Dienst Middelen en Control). Voor de techniek en inhoud spelen nu < (veiligheids)normen. Het is cruciaal dat dit invulling van control sluiten we aan bij het leefbaarheid en opschaalbaarheid 5 proces vloeiend wordt ingericht, zodat college besluit van 26 januari 2016 over een prominentere rol. 2 slagvaardig handelen als de situatie daar de inrichting van de control organisatie en SERV e voo tlFi ® om vraagt mogelijk is. De beheerder en het positionering van de tweedelijns controller heel en d . … . eel veel raken in de stad. Hoe het v programma werken nauw samen om dit en ook bij Amsterdam doelgericht, de ’ 7 8 proces vorm te geven en te optimaliseren. nieuwe manier van sturen en beheersen. VAA EEA eene zal zien en zich 8 Namelijk dat de business controller lid is van ontwikkeld, gaan we ontdekken 3 Controle voor een beheerste uitvoering het directie- of managementteam opdat hij terwijl we parallel een ongekende 8 Belangrijk is het goed inregelen van het ‘three of zij daadwerkelijk met kennis van zaken prestatie aan het leveren zijn.” 5 lines of defense model’ dat duidelijk maakt en gedurende het (besluitvormings)proces ee 5 wie, waar verantwoordelijk voor is. Door de eigenstandig kan adviseren. Ae 8 keuze om als zelfstandige programmadirectie 5 gebruik te maken van de organisatorische Daarnaast organiseren we een controltafel om 5 faciliteiten van Verkeer en Openbare Ruimte zaken tussen eerste- en tweedelijnscontrol 5 vallen aspecten van de ‘brede’ control minder op elkaar af te stemmen. Hierbij waken we 3.4. Geleidelijke overdracht & binnen de eigen programmaorganisatie voor overlap tussen deze twee functies. We van de opgave 2 en meer in de ring erbuiten. De keuzen op streven naar een slanke en slagvaardige ® gebied van strategische en organisatorische (control)organisatie. Deelnemers aan de Het programma is een nieuwe organisatie om aspecten zullen regelmatig gemaakt worden controltafel zijn: de programmacontroller, achterstalligheid versneld in te lopen. Maar binnen het ‘strategisch partnerschap’ projectcontroller, betrokken businesscontroller het programma is eindig en uiteindelijk zullen van Verkeer en Openbare Ruimte, het en de adviseur Concerncontrol. de gemeentelijke organisaties (onder andere Ingenieursbureau en het programma. Verkeer en Openbare Ruimte, Stadswerken en het Ingenieursbureau) het areaal structureel, professioneel en proactief moeten beheren. Dit betekent dat we nauw samenwerken, Om uiteindelijk decharge aan het programma “Bruggen en kades vormen de samen leren en ontwikkelen. Dit betekent ook _ te verlenen zal ten minste aan het volgende ruggengraat van Amsterdam. Ik dat we tijdig oog hebben voor de transitie en moeten worden voldaan: wens dat het programma ook die 5 overdracht. Op weg naar een areaal op het = We kennen de staat van onze constructies. functie gaat vervullen voor de gewenste kwaliteitsniveau onderscheiden we = Hetrisico van zwakke en verouderde eN tra VEE) bil een eve vee ve EN - vier stappen (zie figuur op pagina 60): constructies is beheerst door deze te D m Stap 1: basis op orde versterken, te bewaken of de belasting Jean-Paul Rocour, & m Stap 2: doorontwikkelen te verlagen. D m Stap 3: transitie = De programmering van de te vernieuwen 5 m Stap 4: overdracht constructies voor de komende jaren = De sturing op de condities is zodanig 2 is vastgesteld en er is een proces geborgd dat het geheel aan projecten in 5 Wanneer is het programma ‘klaar’? ingericht waarmee we structureel sturen de openbare ruimte kan worden beheerst, 2 Binnen het strategisch partnerschap werken op de effecten op andere functies en onder andere omdat we effectief sturen op ® we samen aan de ontwikkeling van een beleidsambities in de stad (bereikbaarheid onze programmering en de kosten. v proactieve beheerorganisatie, zodat deze en leefbaarheid). 8 uiteindelijk de werkzaamheden van het = De productiecapaciteit van de vernieuwing We laten toetsen of we aan deze voorwaarden 8 programma structureel over kan nemen. is significant verhoogd en de grootste voldoen, bijvoorbeeld door het Commissariaat 3 De transitie en overdracht van werkzaamheden achterstanden zijn ingelopen. Kijkend Civiele Constructies of een externe partij. 0 naar de beheerorganisatie zal niet van de ene naar het productietempo, zie paragraaf mn 5 op de andere dag plaatsvinden, maar is een 2.9, is het programma de komende Ee K a ww . … . … k' 5 continu en gezamenlijk proces. decennia verantwoordelijk voor de kr Ket Anth Ë Door gefaseerd onderdelen over te tempoversnelling (‘piek’), en daarna de Beet. aes kit Li u 5 dragen van het programma naar de andere beheerorganisatie voor het uiteindelijke U — En mn Un ul : 5 gemeentelijke organisatieonderdelen geven stabiele vernieuwingstempo. PPPN nt : UE Pm 5 we samen overdrachtsprocessen vorm, leren m De gemeentelijke organisaties zijn in staat mmm mn J ‚a Sl id. B we en verbeteren we. Hoe en wanneer we dit om de werkzaamheden over te nemen mi N Kl en = Ei 2 doen, zal binnen het strategisch partnerschap en het stabiele vernieuwingstempo te wR- : ® nader worden uitgewerkt. Om te zorgen dat realiseren (circa 2 km kademuur en 8 al d En | ï we hier te zijner tijd klaar voor zijn, spiegelen bruggen per jaar). ® ü | we onze organisaties en werkprocessen, = We hebben onze processen en zj werken we volgens het ‘twee benen communicatie zo ingericht dat er Kez na = principe’* en benoemen we gezamenlijke structureel begrip, betrokkenheid en PA Pl ontwikkelopgaven. waardering van belanghebbenden in be de stad is. De vernieuwde Hogesluis bij het Amstelhotel Fasering van het programma Overdracht EN Rond 2040* Transitie F Vanaf 2035* Ù ® D > D < Dooront- 5 LLN Ke 3 zw mi0elle ® Overdracht v 8 De beheer- en uitvoerings- 8 8 organisatie staat klaar om 3 Basis op Transitie de werkzaamheden over te 5 orde nemen en voldoet aan de 5 ooi De start van de transitiefase gestelde randvoorwaarden. 5 is geen harde lijn. Bepaalde De programmaorganisatie 8 Doorontwikkelen (factor 20) programmaonderdelen zal tijdelijk nog een 5 worden eerder overgedragen. ondersteunende en coachende 3 “indicatief We werken toe naar factor 20: Zo worden vernieuwde rol hebben en vervolgens 5 we herstellen de veiligheid bruggen en kademuren na afgeschaald en uiteindelijk B Basis op orde en functionaliteit van de realisatie overgedragen aan de uitgefaseerd worden. 2 bruggen en kademuren in een beheerder. ® Naast onder andere het exceptioneel hoger tempo inrichten van de organisatie en (dan in 2019) en schalen het vastleggen van plannen, samenwerking, innovatie en procedures en afspraken, organisatie verder op. betekent dit ook dat we de informatievoorziening verbeteren en de achterstand in vernieuwingen niet verder op laten lopen. k 4 n Det LE ki Ed ' Ei IE ts “% EE Rs B MEIS HED: Ik Apt me en FI E ita x | J ie ee ; KS | Ei je | EJ E : B ne. ES MOS: * HU A | | | Ï e ii En if Ei U ee ® ad | EEN 1 Ui 1: Begrippenlijst MINK | AGE ° | he E Sn RE | | kf a Rt en | E ds ve Ni pr Lik B eh \ en TN: En me A, CEE EEEN INE L k E: En $ EPE! k Tt a à OE - / A ä E | zat ï B At pen } : 5 Te fi) à le * mm ENA! E Ei il ek : | Í zE 5 an . in a Mn A NN \ IN | | LI # Ás | 7 D , NEN ER Eide | à -, > Bi - af stij # i Kri tis Ä b |, U dl U ij L, ie | > = , h Wen En ' | , k, di Li Rel Daal Es Ti : hi 5: NEN, ES. AN Nn b RE if 5 d en in | Kd An Ee a F ij de gt mn er vee! U _ - en e Kk k hi RL î Bld L Man AE E Bn m pn Ee o . ij SM ba | | F Rt kn | A Te - Gl led ê / Á | Ee Î ANG | Ì en R Nek — Ne k En Te E.: Lia 5 Ke ene en | \ Ee | ik PP EE : Fat 3 En Ei rs en er 8 D Hd 1 Es Lam, Di Re kk Wit „ B Eee re ea 8 a RE vd orbi LR NZ eis ki 5D RW e nn B Ek Eg ei k a mms 5 gom rn mi OO B Ki nee 1 Nas: em Nes ne Fl: w ei K, Er Er en q: en nee ad Un — S kj EEn ER Aron. we id ke ES ARL SS Din a’ re @ rd â a nes En Sn en | Fe, Pis ts “A E el dt mln Eet Te \ > k if pe er Es ’ zn WE - uE je Dara En en D * 8 n n : En ee a ed rs > k in ed Er jen Ee ne Ì Be Se TT Net edn A Ee Ì En E in he jn k en Ben Ee me ae Te a ee kn sos A Te ne B — nn ns le, A | eenen et hi 5 = ER 3 at En ne rt ld ; TE a ee en En Te a in he en ie: 2 AE A: ER 3 NOD Tren | TS zn EE Tr ne Ee he En ek re e EEE me Oe en Ee pe es Ni yÀ kt en = „ 4 Naaf = Es = en a oli js Eend, EE BMB nn Een ee rd pe AD he En Ee ee en et En ' î ei kad e— en OO 5 is n = ene LEE A ï a a € Pan Le EN AE en ER TE enn ee WE EE Re eN nn ne in en en nn , mn hi, En “rk Ee EE ze Se nn mud en 5 a on Ee be nn ES A: Ee, mi Tt en En 8 Gl en hed in En ega NE En re Et ( E h ° 2 Er En us ee "5 ne K 3 IE xe 5 ek : en En en n en en | am ef ee EE EN EEN ENA Een nn he en bn ie Hg re i en Jr Rl A er Te E : 8 E ke E tT - et in 8 Ee E NR rl _ ek En tn En ie gtt Ee \ er Pe Ee ee dg * Ee MES ee = Nee an EE ende ne dk € Pe. En ed Es B et me ep Ea: EE Peat IE een, Ne. ie ES ee ed en mn lk en Aj Er k H ge Dd E a AEL ie" = - m Adviesraad Bruggen en Kademuren = Beheerorganisatie = Directeurentafel Het programma heeft een adviesraad Verkeer en Openbare Ruimte (Stedelijk De Directeurentafel bestaat uit de ingesteld onder voorzitterschap van Beheer) en Stadswerken. Dit gemeentelijke Programmadirecteur, Directeur Verkeer ee dhr. Cloo. De Adviesraad adviseert organisatieonderdeel draagt zorg voor en Openbare Ruimte, de Directeur de programmadirectie en is kritische het beheer van alle gemeentelijke assets, Ingenieursbureau en de Clusterdirecteur - dwarskijker in de geest van de lessen waaronder de bruggen en kademuren. Ruimte en Economie. D Noord/Zuidlijn en het programma Let Op. & m Commissariaat Civiele Constructies m Directiemandaat 5 m Asset Het college heeft een Commissariaat Het mandaat betreft de bevoegdheid 5 Bezitting. In Amsterdam worden in de Civiele Constructies ingesteld, onder voor alle ambtelijke beslissingen 2 openbare ruimte de volgende assets voorzitterschap van dhr. Veerman. Het binnen de scope van de opgave met 5 onderscheiden: verhardingen, groen, Commissariaat adviseert, gevraagd en een rechtstreekse rapportagelijn naar 2 civiele constructies (bruggen, tunnels, ongevraagd, rechtstreeks aan het college de wethouder en volledige ambtelijke ® viaducten, kades, oevers en glooiingen, en de betrokken ambtelijke organisatie beslissingsbevoegdheid op de inzet van v sluizen, waterkeringen), verlichting over onder meer de voorbereiding, financiële middelen, (vast en tijdelijk) 8 (openbare verlichting, stadsilluminatie, aanpak projectbeheersing, organisatie en personeel voor het programma en alle 8 klokken, reclame), verkeersregelinstallaties/ uitvoering van het programma. bedrijfsvoering beslissingen die bij het 3 verkeersinformatiesystemen en de mandaat van een directeur horen. 0 categorie overig (onder andere m Controftafel S fietsenstallingen, kunst, stedelijke De financiële functie van de gemeente m Glooiing 5 bushaltes, laadobjecten, straatmeubilair, Amsterdam is over meerdere partijen Een niet gefundeerde oevervoorziening. 8 verkeersborden, sport- en spelvoor- georganiseerd. Om deze afstemming Deze vallen buiten de scope van het 5 zieningen, urinoirs en openbare toiletten). te stroomlijnen en om te komen tot een programma. 5 breed geaccepteerde werkwijze wordt 5 m Assetmanagementtafel voor het programma de Controltafel m _Ínstandhoudingsadvies B Aan de Assetmanagementtafel stemmen ingericht. Focus van deze tafel is de Een advies over de instandhouding van 2 het programma en de beheerorganisatie gemeentelijke Planning & Control-cyclus, bruggen en kademuren op basis van ® af over de scope en de werkzaamheden de uitvoering van de Regeling Risicovolle een onderzoek naar de constructieve van het programma, eventuele knelpunten Projecten en bestuurlijke stukken vanuit veiligheid. In dit advies is opgenomen en gezamenlijke ontwikkelopgaven. het programma. Een afgevaardigde van welke maatregelen getroffen moeten Bij stokkende besluitvorming aan de de controltafel schuift aan bij het overleg worden, indien de constructieve veiligheid Assetmanagementtafel wordt geëscaleerd met de betreffende directeuren binnen het onvoldoende blijkt te zijn. naar de Directeurentafel. strategisch partnerschap. = Kennistafel m Proeftuinen en denktanks m _Puccinimethode/Standaard voor het De kennistafel werkt aan de onderzoeks- Een praktijksituatie om innovatieve Amsterdamse straatbeeld agenda voor innovatieve ontwikkelingen. oplossingen te beproeven en een Dit beleidskader is de standaard voor Aan deze tafel nemen kennisinstellingen groepvan adviseurs, wetenschappers het inrichten van de Amsterdamse en een vertegenwoordiging van het of dwarskijkers die zich in een bepaald openbare ruimte. Een inrichting die - programma deel. onderwerp verdiepen. gebruiksvriendelijk, toegankelijk, veilig, D beheersbaar, duurzaam, betaalbaar, & = Markt m Programma Letop samenhangend én mooi is. 5 Alle commerciële partijen waarmee we LetOp is een stedelijk programma met 5 samenwerken, denk aan aannemers, als doel de kwaliteit van (bestuurlijke) m Regeling Risicovolle projecten 2 ingenieurs- en adviesbureaus, leveranciers besluitvorming van projecten en Een door de gemeenteraad vastgestelde 5 en andere bedrijven. programma's in de stad te verbeteren met regeling, speciaal bedoeld voor projecten 2 behulp van tegenspraak. met grote risico's. D = Moederorganisatie v Het gemeentelijke organisatieonderdeel m Programma Stadsbehoud m Strategisch partnerschap 8 waar de medewerker formeel in dienst is. In het programma Stadsbehoud kijken De samenwerking tussen Verkeer en 8 de Amsterdamse programmeurs van de Openbare Ruimte, het Ingenieursbureau en 3 m Omgevingsscan openbare ruimte wat er nodig is qua geld, het programma Bruggen en Kademuren, 0 Een globale analyse van de impact van tijd en inzet om de openbare ruimte op onder andere op het gebied van de inzet 5 een veiligheidsmaatregel (beperken of het gewenste kwaliteitsniveau te houden. van medewerkers, kennisuitwisseling, de 5 versterken) op de omgeving. Het programma gaat over alle assets in de veranderopgave en controle op de opgave. 8 openbare ruimte. 5 m Opgavetafel m Thematisch Partneroverleg en Thematafels 5 Aan de Opgavetafel zetten programmaen _m Programmeertafel De samenwerking met onze partners 5 de directie Verkeer en Openbare Ruimte De Programmeertafel, onder in de stad wordt thematisch ingericht. 5 de strategische lijnen uit voor de wijze voorzitterschap van de Stadsregisseur, Aangezien verschillende omgevingspartijen 2 waarop we de openbare ruimte inrichten. stemt concrete projecten op elkaar af en ook verschillende belangen hebben, ® komt tot een uitvoeringsprogramma. clusteren we deze partijen om constructief m Prestatie-indicatoren en resultaatgericht te overleggen Is een variabele die inzicht geeft in de met focus op specifieke dilemma's. prestaties van een organisatie. Het meet of Aan het besluitvormende Thematisch een doelstelling wordt gehaald. Partneroverleg nemen de directeuren van de betreffende organisaties deel. Triple helix Triple helix staat voor de samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen. De samenwerking bevordert zowel het vergaren, het delen als het toepassen van kennis, zodat de potentie voor innovatie en economische ontwikkeling goed benut wordt. » Twee benen principe 2 Medewerkers tonen zowel loyaliteit en betrokkenheid aan het programma als aan de afdeling binnen de moederorganisatie. v Verkeersbruggen 8 Verkeersbruggen zijn bruggen die gebruikt 8 worden om verkeer over te laten lopen en/ 3 of rijden. Deze bruggen worden gebruikt 5 door (vracht)auto's, openbaar vervoer, 5 fietsen en voetgangers. E 8 Verordening op de bijzondere opgave van 5 het herstel van bruggen en kademuren 5 Een bundeling van regels en afspraken, 5 gericht op het versnellen van de uitvoering B van het herstel van bruggen en kademuren, 2 die door de gemeenteraad wordt ® vastgesteld. Voorportaal In het Voorportaal worden besluiten over veiligheid voorbereid. Hierin werken het programma en de beheerder nauw samen. Ter voorbereiding op veiligheidsbesluiten is nauw contact met de omgeving en partners.
Onderzoeksrapport
65
train
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering _ 10 en 11 november 2021 Ingekomen onder nummer 699 Status Ingetrokken en vervangen door 699 accent Onderwerp Motie van de leden Van Pijpen en La Rose inzake de begroting Zorg en basisvoorzieningen 2022 Onderwerp Resultaatmonitor Sociale Basis Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Begroting 2022. Constaterende dat: — De Sociale Basis van groot belang is voor alle Amsterdammers; — Het vastgestelde beleidskader ‘Samen Vooruit; op weg naar een stevige sociale basis in Am- sterdam’ hier richting aan geeft; — De gemeenteraad haar controlerende taak hierop uit moet kunnen oefenen; — Inde begroting is opgenomen dat de resultaatmonitor Sociale Basis in ontwikkeling is. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders — De resultaatmonitor Sociale Basis voor 1 januari 2022 afte ronden; — Hierover de Raad te informeren; — Inhet jaarverslag 2021 te rapporteren op basis van de resultaatmonitor. Indieners J.F. van Pijpen N.V.M. la Rose
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1111 Publicatiedatum 23 september 2016 Ingekomen onder Q Ingekomen op 14 september 2016 Behandeld op 14 september 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Van Lammeren inzake Koers 2025 (instellen visiedocument Groen 2025). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over Koers 2025, een ruimtelijke ontwikkelstrategie van Amsterdam 2016-2025 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 838). Constaterende dat: — Koers 2025 gericht is op woningbouwlocaties die voor 2025 tot ontwikkeling kunnen worden gebracht; — de mogelijkheden daarvoor aanwezig zijn, maar niet uitgesloten kan worden dat daarvoor de Hoofdgroenstructuur en ander waardevol groen verder wordt aangetast; — op geen enkele manier duidelijk wordt hoeveel groenvoorzieningen er bij komen: of de totale hoeveelheid groen toeneemt, de hoeveel groen per inwoner toeneemt in het visiedocument Koers 2025; — de Agenda Groen slechts tot 2018 gaat en derhalve geen evenwicht biedt tegenover de bouwvisie Koers 2025. Overwegende dat: — het belang van een groene omgeving reeds vele malen overtuigend is aangetoond voor zowel mens als dier; — door de nadruk op bouwen in Koers 2025, groen voor de middellange termijn en richting 2025 niet voldoende aandacht krijgt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: naast het visiedocument Koers 2025 ook een visiedocument Groen 2025 op te stellen, welke gelijk van opzet en structuur is, waarin staat beschreven hoe het college het groene stedelijke weefsel versterkt en uitbreidt. Het lid van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1314 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 13 oktober 2016 Ingekomen in raadscommissie RO Te behandelen op 9/10 november 2016 Onderwerp Amendement van het lid Nuijens inzake de Begroting 2017 (het maken en uitvoeren van een investerings- en actieplan voor de ecologische versterking van de Brettenzone). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Overwegende dat: — de Brettenzone algemeen erkend wordt als essentiële ecologische verbinding tussen Westerpark en Spaarnwoude, waardoor Amsterdam ecologisch wordt verbonden aan de duinen en de Noordzee; — de Brettenzone op meerdere plekken smal, en daardoor kwetsbaar is; — in 2017 meerdere voorstellen voor bouwactiviteiten nabij of direct aan de ecologische verbindingsroute Brettenzone gepland staan, waaronder Sloterdijk Gentrum, Multatuli, en het de herontwikkeling van de Postbank gebouwen; — ongeacht of de raad instemt met deze projecten, de keuze om wel of niet te bouwen niet ten koste mag gaan van de ecologische kwaliteit van de Brettenzone; — de Brettenzone rond de drie voornoemde ontwikkellocaties enkele van haar smalste en kwetsbaarste plekken kent, en deze plekken toe zijn aan versterking, ongeacht de vraag of wel of niet gebouwd wordt. Constaterende dat: — het ‘oplossen van knelpunten in de ecologische structuur’ tot de activiteiten van het college behoort, maar voor het knelpunt Brettenzone nog geen investerings- of verbeterplan is opgesteld; — in het Vereveningstfonds op dit moment 213 miljoen aan ruimte zit (pag 357). Besluit: — op pagina 108, onder 'Activiteit B', na de zin “Zoveel mogelijk plant- en diervriendelijke groenbeheer’, toe te voegen: "Er komt een actie- en investeringsplan voor de ecologische versterking van de Brettenzone”. — de kosten hiervoor te dekken uit het Vereveningsfonds. 4 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1314 A d t Datum 18 november 2016 mendemen Het lid van de gemeenteraad J.W. Nuijens 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1002 Datum indiening 15 april 2019 Datum akkoord 13 juni 2019 Publicatiedatum 20 juni 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Ceder inzake het toenemend aantal tabaksverkooppunten. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 13 april 2019 berichtte AT5 over het toenemend aantal tabaksverkooppunten. Volgens de berichtgeving is sinds 2000 het aantal plekken in het centrum waar sigaretten en andere tabakswaren te koop zijn verdriedubbeld. De fractie van de ChristenUnie maakt zich zorgen over deze toename aangezien Amsterdam juist beleid heeft ontwikkeld met als intentie een rookvrije generatie te realiseren. De gemeente Amsterdam heeft zich zelfs aangesloten bij de rechtszaak tegen vier grote tabaksproducenten. Waarnemend burgemeester Van Aartsen zei daar destijds over: “Roken is de grootste vermijdbare veroorzaker van ziekte en de grootste veroorzaker van sociaal economische gezondheidsverschillen.” Een jaar geleden ontving Amsterdam de ‘Rookvrije Generatie Award’ vanwege het beleid om rookvrijer te worden. De recente berichtgeving geeft aan dat Amsterdam juist weer veel meer als rookstad bekend staat in plaats van als toekomstige rookvrije stad. De fractie van de ChristenUnie maakt zich daar zorgen over en ziet graag dat het college alles in het werk stelt om het aantal verkooppunten van tabak terug te dringen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Ceder, namens de fractie van de ChristenUnie, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college kennisgenomen van het bericht van AT5? Antwoord: Ja het college heeft kennisgenomen van het bericht van AT5 over het toenemend aantal tabaksverkooppunten. 1 https://www.at5.nl/artikelen/193224/zorgwethouder-kukenheim-krijgt-geen-vat-op- toenemend-aantal-tabakverkooppunten 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng loo Gemeenteblad R Datum 20 juni 2019 Schriftelijke vragen, maandag 15 april 2019 2. Kan het college per stadsdeel gedetailleerd aangeven hoe de ontwikkeling van het aantal tabaksverkooppunten vanaf 2000 eruit ziet? Wat is de mening van het college over deze ontwikkeling? Antwoord: Nee, het college kan niet per stadsdeel gedetailleerd aangeven hoe de ontwikkeling van het aantal tabaksverkooppunten er vanaf 2000 uitziet. Er zijn geen gegevens bekend over het aantal verkooppunten van tabak in Amsterdam omdat tabaksverkoop niet vergunningplichtig is. In zijn brief van 26 april jl. aan de Tweede Kamer over de beantwoording van de vragen van de vaste commissie VWS over het Nationaal Preventieakkoord, geeft de staatssecretaris aan dat er in 2014 in Nederland 4300 supermarkten waren die tabak verkochten. Daarnaast waren er 2400 tankstations met een shop en 1550 tabak- en gemakszaken. Ook werd tabak verkocht via 1000 drogisterijen, via 13.000 tabakautomaten en via een onbekend aantal stationskiosken en avondwinkels. 3. Is de toename van het aantal tabaksverkooppunten (deels) verklaarbaar door een toename van het aantal coffeeshops? Kan het college per stadsdeel gedetailleerd aangeven hoe de ontwikkeling van het aantal coffeeshops vanaf 2000 eruit ziet? Wat is de mening van het college over deze ontwikkeling? Antwoord: Er is geen sprake van een toename van het aantal coffeeshops. Het aantal coffeeshoplocaties is gedaald van 320 in 1998, naar 169 in 2019. Hieronder staat een lijst met het aantal coffeeshops per stadsdeel, in 1998 en 2019. Vooral in het Centrum en in West is het aantal coffeeshops sinds 1998 drastisch verminderd. Aantalcoffeeshops perstadsdeel | 1998 | 2019 | 4. Hoe verhoudt volgens het college de toename van het aantal tabaksverkooppunten zich tot het beleid om bij te dragen aan een rookvrije generatie en bijvoorbeeld de deelname aan de rechtszaak tegen de tabaksindustrie? Valt de ontwikkeling van het aantal verkooppunten onder genoemd beleid? Zo ja, hoe denkt het college het aantal terug te dringen? Antwoord: Toename van het aantal tabaksverkooppunten staat inderdaad haaks op ons tabaksontmoedigingsbeleid. De ontwikkeling dat er steeds meer verkooppunten van tabak komen, vooral in het Centrum, is een zeer onwenselijke ontwikkeling. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng loo Gemeenteblad Datum 20 juni 2019 Schriftelijke vragen, maandag 15 april 2019 Het ministerie van VWS is in het kader van het Nationaal Preventieakkoord de mogelijkheden aan het onderzoeken om het aantal verkooppunten van tabak te verminderen. De staatssecretaris heeft aangegeven dat hij verwacht voor het einde van de kabinetsperiode de Kamer te informeren over het proces en het moment waarop een verdere vermindering van verkooppunten zal worden gerealiseerd. Uiteraard volgen wij dit op de voet. Het is momenteel niet mogelijk om met het oog op de bescherming van de gezondheid via het bestemmingsplan beperkingen te stellen aan tabakverkoop. Roken heeft op zichzelf namelijk geen relevantie voor de ruimtelijke ordening van winkelbranches. In panden met bestemming detailhandel mag dus tabak worden verkocht, mits wordt voldaan aan regelgeving hieromtrent. Slijterijen zijn overigens uitgesloten van verkoop van tabak. Wel gaan we onderzoeken of er mogelijkheden zijn om als gemeente de uitbreiding van het aantal verkooppunten van tabak een halt toe te roepen. Hierop komen we terug in de nieuwe beleidsnotitie tabaksontmoedigingsbeleid. 5. Op welke manier is er in het afgelopen jaar uitvoering gegeven aan het beleid om roken te ontmoedigen en was daarbij aandacht voor de ontwikkeling van het aantal tabaksverkooppunten? Antwoord: In de afgelopen jaren hebben we een heel scala aan maatregelen genomen om roken te ontmoedigen. Te denken valt aan maatregelen genomen om te komen tot een rookvrije sport, rookvrije speeltuinen en kinderboerderijen en andere attracties war veel kinderen komen, rookvrije pont maar ook voorlichting aan zwangeren, jongeren, stoppen met roken ondersteuning aan minima et cetera. Het terugdringen van het aantal verkooppunten is hierbij geen prioriteit geweest omdat dit in landelijke wetgeving is geregeld en de gemeente daarin geen bevoegdheid heeft. 6. Is het mogelijk om via de Algemene Plaatselijke Verordening of bestemmingsplannen het aantal verkooppunten van tabak terug te dringen, bijvoorbeeld in het kader van winkeldiversiteit? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is het college daartoe bereid’? Antwoord: Het is niet mogelijk om het aantal verkooppunten via de Algemene Plaatselijke Verordening of bestemmingsplannen terug te dringen omdat de verkoop van tabak is gereguleerd in de Tabaks- en rookwarenwet. Zoals hierboven aangegeven gaan we wel bekijken of er andere mogelijkheden zijn om als gemeente het aantal verkooppunten van tabak terug te dringen. 7. Roken zorgt voor veel afval. Sigarettenpakjes, plastic omhulsels en filters zijn vaak op straat te zien als zwerfafval. Heeft het college zicht op de hoeveelheid afval (dus niet alleen zwerfafval) die roken in de stad veroorzaakt? Antwoord: Nee het college heeft geen zicht op de hoeveelheid afval die roken in de stad veroorzaakt. Maandelijks meten en monitoren we op veel locaties in Amsterdam hoe schoon het is op straat. We meten dan onder andere zwerfvuil grof (afval groter dan 10 centimeter) en zwerfafval fijn (kleiner dan 10 centimeter). Dat 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 20 juni 2019 Schriftelijke vragen, maandag 15 april 2019 kunnen dus peuken zijn, de verpakkingen van sigaretten, folies, lucifers, aanstekers, maar ook kauwgom en snoeppapier. De ervaring van onze reinigers is wel dat peuken overal liggen. Sigarettenpeuken en sigarettenas verwaaien gemakkelijk en komen onopgemerkt op allerlei plaatsen terecht. Slechts een klein deel kan worden opgeruimd en het overgrote deel komt in het milieu terecht. Gebaseerd op buitenlands onderzoek schatte de Stichting Nederland Schoon in 2009 dat 50% van de rokers hun sigaret buiten oprookte, en dat een grote groep (35%) zonder aarzeling hun sigaret buiten weggooit. Dat kwam toen neer op 10 miljard peuken per jaar in heel Nederland. 8. In 2022 mag er in horeca (waaronder coffeeshops) niet meer gerookt worden. Op welke manier bereidt het stadsbestuur zich voor op dat verbod? Wordt daar in beleid omtrent handhaving rekening mee gehouden, zeker in relatie tot de toename van het aantal verkooppunten? Zorgt dit verbod ervoor dat wij bij de invoering ervan extra handhaving nodig zullen hebben? Is het college van zins dit verbod prioriteit te geven bij handhaving? Antwoord: Het college is hierover in gesprek met de branchevereniging. De handhaving van het rookverbod en toezicht daarop wordt uitgevoerd door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Dit is vastgelegd in de Tabaks- en rookwarenwet. Het college verwacht derhalve geen extra capaciteit voor de handhaving nodig te zullen hebben. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 461 Publicatiedatum 19 juni 2015 Ingekomen op 17 juni 2015 Ingekomen in raadscommissie WE Te behandelen op 1/2 juli 2015 Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Groen inzake de Voorjaarsnota 2015 (indicator duurzame topeconomie). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 379); Overwegende dat: — de gemeente Amsterdam tot de topsteden van de wereld op het gebied van duurzaamheid wil behoren; Besluit: bij de indicatoren van programma 7 Economie en Cultuur een extra doel op te nemen: Amsterdam behoort tot de top 5 van duurzame steden Met bijbehorende indicator de positie op de volgende rankings: — European Green City Index — Arcadis Sustainable City Index Het lid van de gemeenteraad, RJ. Groen 1
Motie
1
discard
enden, | = de el d slk es ne A Ee VERASSEN 7 d SE ke ; Vereniging Vrienden van de Sloterplas weet X Gemeente Amsterdam Aan de Gemeenteraad Amsterdam X Amstel 1 nn 1011 PN Amsterdam IV-Bedrijfsvoering Datum: Ì N if 2oid Amsterdam, 16 april 2019 Zaak :(DiG … 823 RAADSBRIEF stuk {NU -Boog Beh. Ambt. : Betreft: verkeersregels Amsterdamse Parken | \ \ (lands qa Á Geachte leden van de gemeenteraad, Sinds ongeveer een jaar gelden in de Amsterdamse parken gelijke regels voor fietsen en snorfietsen. Snorfietsen zijn verboden in de parken. Het park is een voetgangersgebied en fietsen is toegestaan. Met deze regels is het fietsers toegestaan op wandelpaden te rijden. In het Rembrandtpark en Sloterpark is dat echter erg ongewenst, het leidt namelijk tot gevaarlijke situaties. De breedte van fiets- en wandelpaden is niet van dien aard (zoals in het Vondelpark) dat beide type gebruikers elkaar niet hinderen, als men van hetzelfde pad gebruik maakt. Vooral voor ouderen, spelende kinderen, honden is de situatie gevaarlijk. Wandelaars worden links en rechts ingehaald door fietsers, die je niet hoort aankomen. Voet- en fietspaden liggen in onze parken grotendeels naast elkaar en dan is het heel logisch om ze ook apart te gebruiken. Ook de fietsersbond bepleit het onderscheid tussen fiets- en wandelpaden in parken. Wij verzoeken de gemeente dan ook om de verkeersregels voor Rembrandtpark en Sloterpark te wijzigen. Dit kan door bij de fietspaden het bord G13 te plaatsen. G13 ï iä ä Bd 7 k à 7 ij Onverplicht fietspad A loeli hing. Op grond van de artikelen 5, lid 3 en 6, lid 3 van dit reglement mogen freisers en snorthetsers met migeschakelde motor gebruik maken van het onverphehte fietspad. Voetgangers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen megen eveneens gebruik maken van het onverplichte lietspad. De bestuurder van een gehandicaptenveertuig mag melt een ingeschakelde motor var zijn gehandicaptenvoertuig gebruik maken van het onverplichte fietspad. Alle andere bestuiurders is het verboden een onverpiicint ieispad te gebruiken, Aangezien het Remhrandtpark binnen de Ring A10 ligt, geldt daarvoor sinds 8 april sowieso al dat snorscooters niet maer zijn toegestaan. Met vriendelijke groeten Bestuur Vereniging Vrienden van het Rembrandtpark Í | AF T.R. van Dijk, voorzitter A fles 8 Bestuur Vereniging Vrienden{van de Sloterplas é ï } 1 Ps Pel Ke Í | Î | / / C.A.M.Stricker, secretaris Mailadres: [email protected] [email protected] tel: 0206149579 of 0206141492
Raadsadres
2
train
> 4 Gemeente Wethouder L. Ivens Stadhuis, Amstel 1 Am ste rda m 1011 PN Amsterdam 4 Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon o20 5522681 > 4 Teksttelefoon o20 6209279 www.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Dhr. De Kraker Willem Schoutenstraat 33-2 1057 DL Amsterdam Datum 3 juli 2015 Uw kenmerk L s/3 LSy Behandeld door A. Eefting, Wonen, 06 8362 3192, [email protected] Onderwerp Raadsadres betreffende huisvesting statushouders Geachte heer De Kraker, U hebt een raadsadres ingediend betreffende de huisvesting van statushouders. De gemeenteraad heeft het college van burgemeester en wethouders verzocht uw raadsadres te beantwoorden. Als verantwoordelijk wethouder beantwoord ik uw brief. | Uw voorstel heeft als doel de opvang van statushouders te verbeteren. Kern van het voorstel is dat particulieren in hun huis een kamer ter beschikking stellen aan iemand die zich mag vestiging in Nederland. Dit tegen een lage huurprijs. Het gaat om tijdelijke huisvesting zodat de statushouder al voordat hij/zij een definitieve woning krijgt, het Asiel Zoekers Centrum (AZC) kan verlaten. Zo kan eerder met integratie in de Nederlandse maatschappij worden begonnen. Ik vind vw voorstel sympathiek. Ik juich ieder voorstel dat de opvang van statuszoekers verbetert toe. De taakstelling die Amsterdam heeft, is groot en gezien de grote krapte op de Amsterdamse woningmarkt is het een hele opgave om voor statushouders binnen een aanvaardbare termijn een woning te vinden. Tijdelijke huisvesting is dan wel geen definitieve oplossing, het kan de integratie versnellen en zal voor veel statushouders een verbetering zijn ten opzichte van langer verblijf in een AZC ergens buiten Amsterdam. Daarbij denk ik vooral aan statushouders voor wie binnen vrij korte termijn gezinshereniging gepland staat. Zij kunnen zich dan al in Amsterdam vestigen en zo ter plaatse ‘kwartier maken’ voor hun gezin. Vestiging in Amsterdam vereenvoudigt daarbij de contacten met de klantbegeleider van Werk en Inkomen en met de consulent van Vluchtelingenwerk. Het voorstel verdient daarom nadere bestudering. Daarbij is het van belang dat eerst onderzocht wordt of een substantieel aanbod van particulieren te verwachten is. Daarnaast moet worden bekeken hoe de betrokkenheid en verantwoordelijkheden van alle partijen zijn geregeld en hoe de bescherming van de statushouders geborgd kan worden. Gemeente Amsterdam 29 juni 2015 Kenmerk: Pagina 2 van 2 In het (ambtelijk) gesprek dat met u is gevoerd naar aanleiding van uw raadsvoordracht hebt u toegezegd de komende maanden een nadere inventarisatie te maken waarin bovenstaande aspecten aan de orde komen. Daarna kan ik beoordelen of opdracht gegeven kan worden voor een concreet plan van aanpak en of hiervoor uit bestaande middelen capaciteit vrijgemaakt kan worden. Na het zomerreces wordt hierover met v contact opgenomen. Met vriendelijke groet, Laurens Ivens Wethouder Wonen 2
Raadsadres
2
train
> Gemeente Amsterdam DS Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 316accent Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Koyuncu inzake de Begroting 2023 Onderwerp Eén abonnement voor deelmobiliteit in Amsterdam Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: -_ Deelmobiliteit een belangrijke aanvulling is op de gebruikelijke vervoersmogelijkheden; -__Het aanbod van verschillende aanbieders een drempel vormt omdat men bij alle aanbie- ders apart moet worden geregistreerd; -_ Het college werkt aan de experimentele MaaS app Amaze voor de zakelijke markt. Overwegende dat: -__ Elke drempel om deelmobiliteit te gebruiken haar succes vermindert; -_Hoe gemakkelijker dit soort systemen zijn, hoe toegankelijker het is en des te meer inzet- baar deelmobiliteit als alternatief vervoer is; -_Het college voornemens is om deelmobiliteit breed in te zetten en dergelijke ontwikkelin- gen voor zoveel mogelijk mensen beschikbaar moeten zijn. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Om met de aanbieders in gesprek te gaan en te onderzoeken of één registratiepunt en/of een abonnement voor meerdere deelmobiliteitaanbieders ook mogelijk gemaakt kan worden voor het brede publiek en hierover terug te rapporteren aan de raad. Indiener S. Koyuncu
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam W B % Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn % Gewijzigde Agenda, donderdag 18 december 2014 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Tijd 09.00 uur tot 12.30 uur Locatie De Mirandazaal 0235, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda Bouwen en Wonen 4 Rapport Teulings en Conijn 'Naar ontvlechting en verzakelijking Nr. BD2014- 012726 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissieleden Shahsavari — Jansen (CDA) en Groot Wassink (GL) e Was Tkn 10 in de raadscommissie WB, d.d. 3 september 2014 e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 5 #/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 24 september, 19 november en 10 december 2014 Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Gewijzigde Agenda, donderdag 18 december 2014 5 Verslag bijeenkomst (Ambtswoninggesprek) raadsleden relatie gemeente - corporaties 4 november 2014 Nr. BD2014-012828 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 6 Brieven t.k.n. maatwerk Amsterdam - Utrecht Nr. BD2014-012727 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Groot Wassink (GL) e Was Tkn 9 in de raadscommissie WB, d.d. 3 september 2014 e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 24 september, 19 november en 10 december 2014 7 Brieven t.k.n. over concept Novelle bij Herzieningswet Nr. BD2014-012728 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Groot Wassink (GL) e Was Tkn 12 in de raadscommissie WB, d.d. 3 september 2014 e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 24 september, 19 november en 10 december 2014 8 Implementatie Hervormingsagenda minister Blok Nr. BD2014-012729 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Groot Wassink (GL) e Was Tkn 13 in de raadscommissie WB, d.d. 3 september 2014 e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 24 september, 19 november en 10 december 2014 9 Notitie RIGO 50 - 50 variant WWS Nr. BD2014-012730 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Groot Wassink (GL) e Was Tkn 14 in de raadscommissie WB, d.d. 3 september 2014 e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 24 september, 19 november en 10 december 2014 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Gewijzigde Agenda, donderdag 18 december 2014 10 Rapport ‘Huur te duur’ Nr. BD2014-012731 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e Aangehouden in de raadscommissie WB, d.d. 19 november 2014 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 11 reactie op rapport Huur te Duur Nr. BD2014-012924 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 12 Effecten nieuw WWS in Amsterdam (nov. 2014) Nr. BD2014-012795 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 13 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 13 Verlenging Bouwen aan de Stad Il Nr. BD2014-012738 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 4 t/m 12 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 Toegevoegde agendapunten Bouwen en Wonen 14 Concept beantwoording schriftelijke vragen inzet College lokaal huurbeleid Nr. BD2014-014211 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 15 Verklaring verschillen simulaties effecten nieuw WWS Nr. BD2014-014204 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3
Agenda
3
discard
VN2021-013518 Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, Participatie x Gemeente " ‘ Dr ‘ 7 WIO Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, % Amsterdam Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering Voordracht voor de Commissie WIO van o2 juni 2021 Ter kennisneming Portefeuille Volwasseneneducatie, Laaggeletterdheid en Inburgering Agendapunt 1 Datum besluit 11 mei 2021, College B&W 11 mei 2021 Onderwerp Kennisnemen van de Jaarrapportage Taaloffensief 2020 De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief Jaarrapportage Taaloffensief 2020 waarin de wethouder u informeert over de resultaten van de taaltrajecten en andere educatieve activiteiten. Wettelijke grondslag Gemeentewet artikel 160, uitvoering door college van door de raad vastgesteld beleid; Gemeentewet artikel 169, actieve informatieplicht college naar gemeenteraad. Bestuurlijke achtergrond Bij de vaststelling van het beleidskader Taaloffensief 2019-2023 in december 2018 en het uitvoeringsplan Taaloffensief 2019-2023 in september 2019 is toegezegd de raad jaarlijks te informeren over de resultaten. De coronapandemie heeft ook invloed gehad op volwasseneneducatie. Het professionele taalaanbod is zoveel als mogelijk online doorgegaan, maar dat heeft zijn beperkingen. Niet alle doelgroepen kunnen of willen online les volgen. Daarom is de mogelijkheid gecreëerd om voor fysieke- en online taallessen in kleinere groepen te werken bij Taal en Ouderbetrokkenheid en voor de doelgroepen analfabeten, laagopgeleiden en NTa-ers. Ookis er een traject opgezet waarbij deelnemers in kleine groepjes voldoende digitaal vaardig worden gemaakt om online les te kunnen volgen. Deze maatregelen zijn erop gericht om de meest kwetsbare Amsterdammers toch te blijven bereiken. Voor 2021 staan er veel potentiele deelnemers op de wachtlijst; zij willen uitsluitend fysieke taallessen volgen. Ook zijn er in het eerste kwartaal 2021 ruim 1200 deelnemers weer gestart met onlinelessen. Daarnaast zetten we dit jaar, in samenwerking met de stadsdelen, vol in op de werving en bereik van de kwetsbare Amsterdammers. In de Jaarrapportage Taaloffensief wordt verslag gedaan van de resultaten en voortgang van de activiteiten van het Taaloffensief 2020. Het eerste jaar Taaloffensief viel vrijwel gelijk aan het eerste jaar van de coronapandemie. De cursussen Taaloffensief startten in februari fysiek maar moesten half maart 2020 zoveel mogelijk online doorgaan. Van de 4750 beoogde deelnemers in 2020, zijn er 4373 deelnemers gestart aan een cursus Taaloffensief, waarvan 493 deelnemers aan de cursus Taal en Ouderbetrokkenheid. Resultaten deelnemers Van 1312 deelnemers die hun cursus in 2020 hebben afgerond, heeft 4,8% het basaal taalniveau A2 behaald en 26% het niveau geletterd (B1/2F). 24% van de deelnemers is vooralsnog minder succesvol. Zij hebben het basale taalniveau nog niet behaald. Het is niet realistisch dat deelnemers die bij de start nauwelijks Nederlands spreken of schrijven het basale taalniveau in een cursus van zes maanden halen. Zij krijgen een vervolgcursus aangeboden. Taal en Ouderbetrokkenheid Gegenereerd: vl.9 1 VN2021-013518 % Gemeente Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, Participatie % Amsterdam „ . En WI % Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering Voordracht voor de Commissie WIO van o2 juni 2021 Ter kennisneming De coronacrisis heeft grote gevolgen voor het (primaire) onderwijs en daarmee ook voor TOB. Vijftien van de 51 cursusgroepen TOB zijn door de coronamaatregelen niet gestart. Ouders wilden of konden de cursus niet online volgen. De overige 36 groepen zijn online doorgezet. Helaas heeft niet iedereen het kunnen volhouden en zijn er veel kleine groepjes van 4 tot 6 ouders overgebleven. Voor groepjes van vier ouders was het mogelijk via WhatsApp onlinelessen te verzorgen. Ook het starten van nieuwe groepen was niet eenvoudig doordat volwassenen niet langer welkom waren op de scholen. Ouders die niet in staat waren door te stromen naar ander online taalaanbod van het Taaloffensief, konden TOB blijven volgen zolang de coronamaatregelen van kracht waren en zijn. Dankzij de creatieve en flexibele inzet van de taalaanbieders hebben er dit jaar desalniettemin 493 ouders deelgenomen aan TOB-lessen die in het algemeen online werden verzorgd. Kwalitatieve bevindingen We zijn erg tevreden over de wijze waarop de taalaanbieders de omslag hebben gemaakt naar online onderwijs. In deze omslag hebben aanbieders en gemeente nauw samengewerkt. De coronapandemie heeft naast het aantal deelnemers ook invloed op de inhoud van de taaltrajecten van het Taaloffensief, met name op de competentiemeting, het competentiegericht leren, het portfolio en de praktijkopdrachten. Hierdoor én door de extra inzet van de taalaanbieders, onder andere aan het ondersteunen van de docenten bij de omzetting naar onlinelessen, heeft de gemeente de meting sociale inclusie uitgesteld naar 2021. Amsterdams Taalakkoord Het netwerk van het Amsterdams Taalakkoord is in drie jaar tijd gegroeid naar ruim 60 organisaties. Eris in 2020 gestart met de volgende accenten voor deze tweede fase van het Amsterdams Taalakkoord: samenwerking met schulden- en armoederegelingen, gerichte vitbreiding van het netwerk, stimuleren van onderlinge samenwerking en verkenning regionale samenwerking. Andere educatieve activiteiten In het kader van digitale inclusie zijn er verschillende activiteiten georganiseerd, zoals de module digitale vaardigheden om mensen in staat te stellen online lessen te volgen, Digimaatje en digitale vaardigheden op de TOB scholen en de Digi Challenge. Daarnaast hebben we actief deelgenomen aan de laptopactie ledereen Verbonden. Ook waren 64,2 taalcoaches actief en zijn vanuit het programma Leef en Leer! informele aanbieders en vrijwilligers gefaciliteerd met trainingen, oefenmateriaal, informatie over corona in verschillende talen, vitleg en ondersteuning bij digitaal lesgeven voor vrijwilligers. Over de doelen en uitvoering van de middelen voor laaggeletterdheid in de Sociale Basis 2020 is contact met de stadsdelen. De ervaringen in 2020 laten zien dat het van belang is dat de taalnetwerken goed ingebed zijn in de Sociale Basis. Per 2021 zijn de middelen; versterken taalnetwerken, Taalcoaches en project geïsoleerde vrouwen, structureel overgeheveld naar de Sociale Basis. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.9 2 VN2021-013518 % Gemeente Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, WI Participatie % Amsterdam - % Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering Voordracht voor de Commissie WIO van o2 juni 2021 Ter kennisneming Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nvt. Welke stukken treft v aan? AD2021-049059 1. Jaarrapportage Taaloffensief 2020.docx (msw22) AD2021-04,9060 2. Samenvatting SER rapport.pdf (pdf) AD2021-049061 3. Pamflet Stichting Lezen en Schrijven.pdf (pdf) 4. Unesco Adviesrapport - Noodzaak van volwasseneneducatie voor AD2021-049062 ‚ iedereen _DEF.pdf (pdf) Brief Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering (21) 20210430 AD2021-049058 R.pdf (pdf) AD2021-04,9057 Commissie WIO Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ans Roest, [email protected] 06 53686945 Gegenereerd: vl.9 3
Voordracht
3
test
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 26 januari 2022 Ingekomen onder nummer 30 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Vroege en Mbarki inzake Sloterweg variant 2a+ Onderwerp Sloterweg variant 2a+ Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over agp 13 Instemmen met het voorkeursbesluit en vitvoeringsbudget voor het verkeersveilig maken van de Sloterweg West VN2021-033563. Constaterende dat: — _In voorstel 2a het aantal motorvoertuigen dat over de Oostelijke tak van de Laan van Vlaande- ren rijdt sterk afneemt. — _ Het aantal motorvoertuigen over de Westelijke tak van de Laan van Vlaanderen min of meer gelijk blijft. Overwegende dat: — Er bewoners in achterliggende wijken ook in aanmerking zouden willen komen voor een ont- heffing; — De gemeente in de uitwerking van het ontheffingenbeleid ook zal moeten bekijken welke be- woners van welke postcodegebieden voor een ontheffing in aanmerking kunnen komen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders 1. Variant 2a inte voeren en daarbij te verkennen of het mogelijk is - en onder welke voorwaar- den - om ontheffing te verlenen voor toegang van Laan van Vlaanderen voor bewoners van nader te bepalen postcodegebieden. 2. Tevens de mogelijkheid en wenselijkheid op differentiatie op type voertuig (bijv uitstootvrij) en prijs voor deze extra ontheffingen te onderzoeken. Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 2 3. Neem daarbij in aanmerking dat het totale aantal ontheffingen moet passen binnen de aantal- len motorvoertuigen behorende bij de wegcategorie zoals vastgesteld in het mobiliteitsplan. Ook mag het totale aantal ontheffingen niet leiden tot opstoppingen in Nieuw Sloten of de directe omgeving. t. Als blijkt dat het nader onderzoek leidt tot aanzienlijke vertraging voer dan maatregel 2a in eerste instantie zonder uitbreiding in om vervolgens de uitbreiding in ontheffingen op te pak- ken. Indieners J.S.A. Vroege S. Mbarki
Motie
2
discard
4 Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 25 janvari 2021 Portefeuille(s) Economische Zaken Portefeuillehouder(s): Victor Everhardt Behandeld door Ruimte & Duurzaamheid, Evelien van Batenburg, [email protected], Economische Zaken, Frank van de Lustgraaf, f.van.de.lustgraaf amsterdam. Onderwerp Monitor bedrijfsruimte Amsterdam Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief informeert het college u over de eerste editie van de monitor bedrijfsruimte Amsterdam. Bij de vaststelling van de bedrijvenstrategie Amsterdam Duurzaam Productief (20 mei 2020) is afgesproken u periodiek te informeren over de stand van zaken op de transformatiegebieden en bedrijventerreinen. De schaarste aan ruimte en de afgesproken ambitie om voldoende bedrijfsruimte te realiseren en te behouden in Amsterdam vraagt om continu inzicht in de actuele opgave. Daarnaast is motie 575.20 aangenomen om in de monitor extra aandacht te besteden aan de banencreatie op bedrijventerreinen. De opgaven in transformatiegebieden en op de bedrijventerreinen zijn urgent en complex. De vaststelling van de bedrijvenstrategie heeft ertoe geleid dat werk en specifiek bedrijfsruimte een volwaardigere plek heeft gekregen binnen de verschillende planprocessen van de gemeente. Daarnaast lopen verschillende onderzoeken die bij moeten dragen aan voldoende en betaalbare bedrijfsruimte in de stad — o.a. naar de haalbaarheid van een gestapeld bedrijfsgebouw en een verkenning naar een exploitatiemaatschappij voor bedrijfsruimte. In de volgende editie van de monitor zullen we de resultaten kunnen communiceren. De eerste stappen richting volwaardige woon-werkgebieden en duurzame en verdichtende bedrijventerrein zijn zichtbaar. De nog uit te geven kavels bieden voldoende ruimte voor bedrijven uit de transformatiegebieden. Dit wil niet zeggen dat bedrijven in transformatiegebieden geen moeilijkheden ondervinden bij (her)huisvesting in het gebied. De meldingen hierover hebben onze aandacht. De monitor geeft echter geen aanleiding om het beleid aan te passen of extra acties te ondernemen. In 2025, vijf jaar na de vaststelling, is een actualisatie voorzien van de bedrijvenstrategie. Hieronder worden de belangrijkste conclusies van de monitor kort toegelicht. Impact coronacrisis op bedrijfsruimtemarkt beperkt, leegstand blijft laag. De impact van de coronacrisis op de bedrijventerreinen lijkt vooralsnog mee te vallen. De bedrijfsruimtemarkt hield zich goed overeind. De leegstand, 251.000 m2 per eind 2019 en 3,8% Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2022 Pagina 2 van 3 van het totaal, is niet noemenswaardig gegroeid. De prijzen voor bedrijfsruimte bleven met een mediane verhuurprijs van € 95 per mz per jaar relatief hoog. De realisatie van bedrijfsruimte in transformatiegebieden komt op gang In de periode januari 2020-juli 2021 zijn er verschillende afsprakenbrieven getekend voor gemengde woon-werkgebouwen waarin ook het realiseren van nieuwe bedrijfsruimte is meegenomen. Er is nog geen nieuwe bedrijfsruimte gerealiseerd, maar dat is ook logisch gezien de fase waarin de meeste transformatiegebieden zich bevinden. In de transformatiegebieden is het planaanbod voor bedrijfsruimte gestegen. Dit komt omdat een aantal transformatiegebieden scherper in beeld hebben gekregen wat ze verwachten te kunnen realiseren. Andere terreinen hebben hun oorspronkelijke doelstelling moeten verlagen omdat in de verdere ruimtelijke uitwerking verschillende ambities botsten en er onvoldoende ruimtelijke kwaliteit gerealiseerd kon worden. Het totale planaanbod blijft nog ruim boven de doelstelling om 500.000 m2 bedrijfsruimte te behouden en te realiseren in de transformatiegebieden. Intensiever gebruik van de bedrijventerreinen Met deze monitor is voor het eerst in beeld gebracht hoe dicht de terreinen in Amsterdam bebouwd zijn. De gemiddelde floor space index (FSI, een indicator voor de bebouwingsgraad) ligt op 0,76 in 2021 en is licht gestegen ten opzichte van het jaar ervoor. Ook de andere indicatoren laten een positieve trend zien van verdichting. Qua verduurzaming van bedrijventerreinen zijn er veel mogelijkheden, bijvoorbeeld voor de opwek van zonne-energie en energiebesparing. In de komende jaren zullen we scherper in beeld krijgen hoe hoog we onze ambities kunnen leggen voor de verdere verdichting en verduurzaming van de terreinen. Voor verduurzaming van de terreinen zijn in 2021 verschillende projecten gestart. De monitor geeft niet alleen inzicht in hoeveel banen zich op de terreinen bevinden, maar ook waar de mensen vandaan komen die er werken en welk opleidingsniveau zij hebben. Bedrijventerreinen creëren relatief veel werkgelegenheid voor praktisch en middelbaar opgeleiden. Van de werknemers op de te intensiveren bedrijventerreinen was in 2019 19% praktisch opgeleid, 42% middelbaar opgeleid en 39% theoretisch opgeleid. De binnenstedelijke bedrijventerreinen zorgen voornamelijk voor banen voor mensen uit Amsterdam. De grotere terreinen aan de rand van de stad hebben die functie voor de regio. Voldoende ruimte voor bedrijven uit transformatiegebieden op nog uit te geven kavels In de periode janvari 2020 tot juli 2021 is er 2,7 hectare (ha) vitgegeven. Daardoor is er nog 61,9 ha beschikbaar aan uit te geven grond. Hiervan is een deel gereserveerd voor de bedrijven vit de transformatiegebieden. Door reserveringen en opties die er op verschillende terreinen liggen, is de daadwerkelijke ruimte kleiner. Toch laat het zien dat er binnen de gemeentegrenzen nog ruimte is voor bedrijven die uit de transformatiegebieden willen of moeten verhuizen. Uitgifte in de regio versnelt Het realiseren en behouden van voldoende ruimte voor bedrijvigheid is een opgave die breed in de regio speelt. Op MRA niveau wordt met de Verstedelijkingsstrategie en het Economisch Ontwikkelperspectief MRA richting gegeven aan het beleid door de consequenties van verstedelijking en de behoefte aan bedrijfsruimte te koppelen aan bredere uitdagingen, zoals de duurzaamheids- en circulaire transitie. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2022 Pagina 3 van 3 De uitgifte in de MRA is in 2020 versneld ten opzichte van 2019. Er is circa 80 ha uitgegeven en er liggen veel opties op de resterende kavels. De beschikbare ruimte wordt daarmee snel kleiner. In de loop van 2022 volgt een tweede editie van de monitor bedrijfsruimte, die wij wederom met de gemeenteraad zullen delen. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Victor Everhardt Wethouder Economische Zaken Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 23 juni 2023 Portefeuille(s) ICT en Digitale Stad Portefeuillehouder(s): _ Alexander Scholtes Behandeld door Dick de Maa (directeur DS&I), [email protected] Onderwerp Bestuurlijke reactie op het rapport Gemeentelijke grip op private sensorgegevens van het Instituut voor Informatierecht (IVIR) Geachte leden van de gemeenteraad, Het college biedt u via deze weg de rapportage Gemeentelijke grip op sensorgegevens aan. In deze raadsinformatiebrief geeft het college aan hoe het de adviezen van het Instituut voor Informatierecht gaat opvolgen. Daarnaast worden met deze raadsinformatiebrief ook diverse toezeggingen afgedaan. Onderzoeksopdracht In het najaar van 2021 heeft de gemeente een opdracht verstrekt aan het Instituut voor Informatierecht van de Universiteit van Amsterdam. Het college wilde graag weten of het naast haar stedelijke kader verwerking persoonsgegevens Amsterdam nog andere mogelijkheden had om de oneigenlijke dataverzameling in de openbare ruimte te beperken. Het college heeft de volgende vraag gesteld: Wat zijn voor de gemeente Amsterdam in het licht van de verschillende bestuurlijke instrumenten (vergunningverlening, subsidietoekenning, concessies, aanbestedingen, samenwerkingsverbanden, etc.) de juridische mogelijkheden om ten aanzien van de verzameling en het gebruik van data (waaronder persoonsgegevens) door private organisaties met een professioneel doel in de openbare publieke ruimte, aanvullende voorwaarden te stellen, met het oog op (i) het beter borgen van de fundamentele rechten (in het bijzonder het recht op privacy en de bescherming van persoonsgegevens) van de betrokkene/Amsterdammers, en (ii) het belang van de gemeente en andere in de stad opererende organisaties om toegang tot data te verkrijgen ter verwezenlijking van publieke doeleinden? Het Instituut voor Informatierecht heeft in december 2022 zijn rapportage opgeleverd. In de volgende paragrafen wordt ingegaan op de twee onderwerpen uit het onderzoek: bescherming van fundamentele rechten en het delen van gegevens met derden. Adviezen over betere bescherming van persoonsgegevens in de openbare ruimte Het Instituut voor Informatierecht heeft op basis van een analyse van relevante wetgeving, rechtspraak en literatuur de onderzoeksvraag beantwoord. Hiervoor heeft zij ook een workshop Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 2 van7 georganiseerd waarin de gevonden informatie werd getoetst op volledigheid en de juiste duiding van het juridisch kader. Uit het onderzoek van de inzet van private sensoren en de beschikbare wettelijke kaders komen de onderzoekers tot 6 adviezen voor de gemeente. 1. Beperkte regelgevende rol voor de gemeente. De onderzoekers concluderen op basis van analyse van de beschikbare wetten dat de gemeente geen rol heeft om het wetgevend kader aan te passen om de rechten van de Amsterdammer in de openbare ruimte beter te kunnen naleven. Deze rol ligt bij de rijksoverheid. De onderstaande adviezen kunnen wel helpen bij betere naleving van deze rechten door private partijen die sensoren in de openbare ruimte plaatsen en beheren. Het college herkent bovenstaande conclusie en stelt dat zij met het opstellen van de Verordening meldingsplicht sensoren bijdraagt aan de transparantie en naleving van de rechten. Daarnaast zal het college zich inzetten bij landelijke en Europese wetgevers om waar nodig het beleid te veranderen, als hiervoor in de praktijk aanleiding is. 2. De Verordening meldingsplicht sensoren biedt een beperkte verbetering van de bescherming van fundamentele rechten. Het college wordt gesteund door de bevestiging dat het met zijn Verordening meldingsplicht sensoren de juiste keuze heeft gemaakt om het uitgangspunt ‘onbespied in de openbare ruimte! nader uit te werken. De meldplicht bestaat inmiddels meer dan een jaar. Het beheer en vulling van het register wordt door de gemeente continue uitgevoerd. Het instellen van een sensorenregister door het college heeft een beperkte impact op de verbetering van de bescherming van de rechten van Amsterdammers. Dit komt vooral doordat een register actief moet worden beheerd om de juiste informatie te tonen. Amsterdammers kunnen misstanden melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens, dit hangt echter af van de bereidwilligheid van de Amsterdammer. De Autoriteit Persoonsgegevens is volgens de vitvoeringswet Algemene Verordening Gegevensbescherming de nationaal toezichthouder. 3. Breng de Verordening meldingsplicht sensoren, de meldingsplicht en het meldformulier actief onder de aandacht. De onderzoekers concluderen dat deze zaken lastig te vinden zijn op de gemeentelijke website. Het college gaat actief communiceren over de meldingsplicht en de vindbaarheid vergroten. Het college gaat in overleg met betrokken private partijen om de meldingsplicht actief onder de aandacht te houden 4. Ondersteun organisaties die collectieve uitoefening van de AVG-betrokkenenverzoeken mogelijk willen maken. Uit het onderzoek blijkt dat het doen van een verzoek door een burger op basis van de AVG bij de gemeente of bedrijf met sensoren veel tijd en energie kost voor een individu. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 3 van 7 Partijen die namens een groep belanghebbenden dergelijke verzoeken indienen hebben meer kans van slagen om rechten af te dwingen. De onderzoekers stellen voor om te onderzoeken of de gemeente op basis van subsidies of andere maatregelen dergelijke partijen kan ondersteunen. Het college heeft een speciale website gepubliceerd waarop een Amsterdammer eenvoudig een AVG-verzoek kan indienen. De gemeente zal de vindbaarheid van deze website verbeteren. Daarnaast zal de gemeente onderzoeken op welke wijze de bewustwording bij de Amsterdammer over de mogelijkheid van een AVG-verzoek kan worden vergroot. Voorlopig zal de gemeente dan ook inzetten op het faciliteren van de Amsterdammer. 5. Laatonderzoeken hoe de naleving en handhaving van sensorenregisters kan worden verbeterd. Uit het onderzoek blijkt dat er nog veel onbeantwoorde vragen zijn over de handhaving en naleving van private partijen aan de hand van sensorenregisters . De verschillende wetten kennen verschillende mogelijkheden voor handhaving. De onderzoekers adviseren om te onderzoeken of het opnemen van handhaving in een nationale wet meer duidelijkheid kan scheppen. De gemeente zal samen met andere gemeenten optrekken om dit bij de VNG en de verschillende ministeries onder de aandacht te brengen. 6. Zoek binnen het bestaande kader ruimte om te experimenteren De onderzoekers benadrukken dat de gemeente op dit moment haar beleid op basis van proportionaliteit vitvoert. Hierdoor wordt de inzet van sensoren getoetst aan de wet. Deze afweging op basis van wetten moet echter niet in de weg komen te staan van innovatie. De onderzoekers stellen voor om de nadere regelgeving over de naleving van fundamentele rechten op een weloverwogen wijze te doen. Hiermee wil zij de ruimte creëren om innovatie te laten plaatsvinden. Het college ondersteunt dit advies en zal bij de betrokken gemeentelijke onderdelen deze weloverwogen werkwijze blijvend inzetten. In het Responsible Sensing Lab* wordt de manier van experimenteren aan de hand van de Amsterdamse waarden opgenomen. In de kern is het een laboratorium waar rigoureus, transparant en repliceerbaar onderzoek wordt uitgevoerd naar hoe slimme technologieën in de openbare ruimte zo ontworpen kunnen worden dat ze bijdragen aan een ‘verantwoorde! digitale stad. Adviezen over de gegevensdeling tussen private organisaties en de gemeente Ook worden in het onderzoeksrapport 6 bevindingen en adviezen gegeven over B2G- gegevensdeling en het delen van gegevens met derden: + https://responsiblesensinglab.org/nl De gemeente heeft het lab een plaats gegeven in de Agenda Digitale Stad. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 4 van 7 1. Business to Government-gegevensverwerking die raakt aan fundamentele rechten moet op een specifieke wettelijke grondslag berusten. De onderzoekers merken op dat de gegevensdeling tussen private partijen en de gemeente (business to government, B2G) die raakt aan de fundamentele rechten van de Amsterdammer alleen kunnen plaatsvinden als hiervoor een specifieke wettelijke grondslag bestaat. Het afgelopen jaar heeft de gemeente haar register van verwerkingen geactualiseerd: nu is opgenomen op welke wettelijke grondslag de gegevens worden verwerkt. Op 2 april 2023 is deze nieuwe versie online gepubliceerd. 2. Bijhet verder delen van gegevens moeten rechten en belangen die gemoeid zijn met de gegevens worden gerespecteerd. De onderzoekers concluderen op basis van de wettelijke kaders dat de gemeente gegevens van private sensoren verder kan delen, maar dat het daarbij telkens moet nagaan of de betrokken rechten en belangen zijn beschermd. Uit het onderzoek neemt het college de verantwoordelijkheid mee om met deze mogelijkheid zorgvuldig om te gaan. 3. Onderzoek of en waar nieuwe wettelijke grondslagen voor B2G-gegevensdeling noodzakelijk zijn. De complexiteit van het wettelijk kader voor B2G-gegevensdeling kan worden weggenomen door de nationale of Europese wetgever. Het college ondersteunt dit advies en zal bij de betrokken gemeentelijke onderdelen nagaan waar knelpunten zijn in wetgeving om innovaties te kunnen gebruiken. Daarnaast zal de gemeente samen met andere gemeenten optrekken om dit bij de VNG en de verschillende ministeries onder de aandacht te brengen. 4. Dring gezamenlijk aan op verduidelijking van het wetgevend kader voor B2G-gegevensdeling in de Dataverordening. De concept Dataverordening van de Europese commissie biedt kansen voor duidelijkheid over B2G-gegevensdeling. In de publieksconsultatie is gebleken dat het bedrijfsleven geen voorstander is voor bindende regels over de deling van gegevens. Ook de rijksoverheid is terughoudend op dit vlak. De gemeente volgt met interesse de ontwikkelingen bij de Europese en nationale wetgever en zal waar mogelijk haar ervaringen en kennis delen. 5. Zoek binnen het bestaande wettelijk kader ruimte om te experimenteren. Wederom concluderen de onderzoekers dat naast de nadruk op duidelijkheid en regels er ook nog ruimte moet blijven bestaan om als gemeente te innoveren. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 5 van7 De gemeente neemt het voorstel van een innovatiervimte binnen de wettelijke kaders over. In het Responsible Sensing Lab wordt de manier van experimenteren aan de hand van de Amsterdamse waarden opgenomen. 6. Gebruik naast de DPIA het IAMA voor het inschatten van risico’s bij B2G-gegevensdeling. Uit het onderzoek komt naar voren dat de gemeente het best de risico's over de fundamentele rechten via analyses in kaart kan brengen. De onderzoekers adviseren om naast de huidige Data Protection Impact Assessment (DPIA) ook de Impact Assessment Mensenrechten en Algoritmen (LAMA) in te voeren. Het college neemt het advies over en heeft dit opgenomen in de werkwijze van algoritmen. Uitvoering motie „80.21 inzake sterkere inzet op privacy in de openbare ruimte De gemeenteraad heeft bij de behandeling van het jaarverslag 2019 van de Commissie Persoonsgegevens Amsterdam de motie 480.21 aangenomen. In deze motie verzoeken de leden Ijmker (GroenLinks) en Veldhuyzen (Bija) de volgende punten te onderzoeken: In reactie op het onderzoek van de Commissie Persoonsgegevens Amsterdam ‘monitoring in de openbare ruimte’ te onderzoeken hoe privacy ín de openbare ruimte sterker beschermd kan worden, met daarbij ten minste aandacht voor: — hoe het “onbespied en anoniem kunnen bewegen in de openbare ruimte” in de praktijk wordt gerealiseerd en gehandhaafd — een duidelijk afwegingskader voor de specifieke gevallen waarin van het vitgangspunt “onbespied en anoniem kunnen bewegen in de openbare ruimte” mag worden afgeweken (door overheid, bedrijven en individuen) — de inzet van verschillende type sensoren zoals livestream webcams, drones, dashboard camera’s en wifi- en bluetooth-tracking — juridische mogelijkheden om de persoonlijke levenssfeer van burgers in de openbare ruimte sterker te beschermen — een zo ruim mogelijke definitie van openbare ruimte. Het college heeft op basis van deze motie het onderzoek laten uitvoeren door het Instituut voor Informatierecht van de Universiteit van Amsterdam. De genoemde punten zijn dan ook door de onderzoekers geadresseerd en in deze brief toegelicht. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Afdoen toezeggingen aan de raad In de raadscommissie KDD van 12 januari 2022 heeft het raadslid Leenders (PvdA) gevraagd of er voor alle verwerkingen die door derde partijen namens de gemeente worden uitgevoerd verwerkingsovereenkomsten zijn opgesteld (TA2022-000107). Zoals in het rapport is opgenomen heeft de gemeente de taak om bij een verwerking van een persoonsgegeven als verwerkingsverantwoordelijke te toetsen of aan alle vereisten van de AVG zijn voldaan. Een verwerkingsovereenkomst is verplicht gesteld in de AVG. De gemeente geeft de verwerkingen weer in haar verwerkingsregister. In het sensorregister wordt ook de verwerkingsgrond weergegeven en verwezen naar de verwerkingsovereenkomst. Het register is geactualiseerd. Deze Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 6 van 7 versie is op 1 april 2023 gepubliceerd. In het register is voor alle verwerkingen de wettelijke grondslag opgenomen. Tijdens de raadscommissie van 12 januari 2022 heeft de wethouder ook toegezegd om een afwegingskader op te stellen over de plaatsing van sensoren. De uitwerking hiervan wordt opgenomen in de nieuwe Agenda Digitale Stad en Overheid. Het college benadrukt dat de onderzoekers concluderen dat de gemeente al gebruik maakt van de juiste middelen om risico's vooraf te bepalen en te beperken via de aanwezige DPIA's en IAMA’s. Het voormalige raadslid Van Soest (Partij voor de Ouderen) heeft in de raadscommissie van 12 januari 2022 vragen gesteld over de proportionaliteit van de inzet van camera’s door V&OR. Uit het rapport blijkt dat deze inzet binnen de wettelijke kaders valt. Tijdens de behandeling van de tussenrapportage over de Agenda Digitale Stad op 8 september 2022 in de raadscommissie FKD heeft de wethouder toegezegd om u het rapport over sensorgegevens te verstrekken (TA2022-000768). Het genoemde rapport is als bijlage opgenomen bij deze raadsinformatiebrief. Tijdens dezelfde behandeling van 8 september 2022 heeft de wethouder aangegeven dat in het rapport ook aandacht zou worden geschonken aan de negatieve effecten van dataverzameling in de openbare ruimte en op welke wijze de gemeente deze effecten probeert te verminderen (TA2022-000769). In de opvolging van de adviezen, zoals die hierboven zijn beschreven, is dit opgenomen. In de raadscommissie FKD van 29 september 2022 is u toegezegd om terug te komen op de mogelijkheid om ‘voor sensorinfrastructuur te gaan liggen’ (TA2022-000865). Zoals aangegeven in het rapport kan de gemeente slechts in beperkte mate de plaatsing van sensoren verhinderen. De onderzoekers loven de gemeente om haar meldingsplicht en transparante sensorregister. Zij benadrukken dat er meer aandacht gegeven moet worden aan de zichtbaarheid van de meldingsplicht en het register. Daarnaast adviseren de onderzoekers om als gemeente op te trekken met andere gemeenten om bij de rijksoverheid en/ of Europese instituties een wettelijke verplichting voor registratie af te dwingen. De gemeente zal hier vooral de ontwikkelingen volgen en haar ervaringen delen. Vervolg van inzet van sensoren Het college dankt het Instituut voor Informatierecht voor haar gedegen onderzoek. Het college zal de adviezen zoals aangegeven laten uitvoeren door de gemeentelijke organisatie. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Alexander Scholtes Wethouder ICT en Digitale Stad Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2023 Pagina 7 van7 Bijlagen 1. onderzoeksopdracht 2. rapportage Gemeentelijke grip op private sensorgegevens 3. motie 480.21 inzake sterkere inzet op bescherming privacy in openbare ruimte Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Motie
7
train
4 Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 23 juni 2021 Portefeuille(s) ICT en Digitale Stad Portefeuillehouder(s): _ Touyria Meliani Behandeld door CTO Innovatieteam ([email protected]) Onderwerp Voortgangsbrief Agenda Amsterdamse Intelligentie Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief willen wij v graag actief informeren over de voortgang van de Agenda Amsterdamse Intelligentie. Hiermee doen wij ook de toezegging af in de raadsvergadering van 5 november 2020 om u in het eerste kwartaal van 2021 nader te informeren over het Algoritme Lifecycle Programma en het Civic Al Lab. Het Algoritme Lifecycle Programma en het Civic Al Lab zijn beiden onderdeel van de Agenda Amsterdamse Intelligentie. Het college van Amsterdam heeft haar ambitie om aan een vrije, creatieve, en inclusieve stad te werken gevat in de Agenda Digitale Stad. Amsterdam geeft daarmee prioriteit aan investeringen in en beleid op (digitale) ontwikkeling. Met als doel het zorgen voor interventies die het leven van Amsterdammers verbeteren; door de negatieve effecten van digitalisering te beperken en de positieve effecten te versterken. Hoe gebouwen eruitzien, hoe mensen werk vinden, hoe vriendschappen en liefdes ontstaan, hoe allerlei activiteiten worden ondersteund van werk tot online winkelen; kunstmatige intelligentie (Al)! gaat daar in de toekomst een steeds grotere rol in spelen. Juist in de stad komen ontwikkelingen rondom Al samen. Hier zit de top van kennisinstellingen, vinden startups hun weg naar groei en gebruikt de culturele sector Al voor kunst en duiding. De Agenda Amsterdamse Intelligentie komt voort vit de Agenda Digitale Stad. Hierin staat de ambitie van de gemeente Amsterdam op het gebied van Al. Dit is geheel in lijn met de Amsterdamse ambitie van de gemeente en kennisinstellingen gezamenlijk (Al Technology for People). Hoe gaat het en wat doen we? Aan de meeste punten uit de Agenda Amsterdamse Intelligentie wordt volop gewerkt. Amsterdam wil vooroplopen in het op lokaal niveau stimuleren van het gebruik van Al. Er zijn doelen en activiteiten geformuleerd over vier domeinen. Per domein kort de stand van zaken hieronder: * We gebruiken de termen Al voor zelflerende modellen zonder beslisregels. En de term algoritmes voor modellen die met geavanceerde beslisregels werken. De nationale Al-strategie gebruikt de algemenere omschrijving van de Europese Commissie voor Al: “Al verwijst naar systemen die intelligent gedrag vertonen door hun omgeving te analyseren en - met een zekere mate van zelfstandigheid - actie ondernemen om specifieke doelen te bereiken.” Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 2 van 7 1. Alvoor Amsterdammers Amsterdam staat bekend om haar expertise op het gebied van Al, met toponderzoekers, instituten, bedrijven en diverse congressen zoals de World Summit Al. Maar hoe laten we de technologie werken voor Amsterdammers? Al wordt toegepast op uitdagingen en diensten van de gemeente Amsterdam, met als doel slimme oplossingen te verkrijgen voor stedelijke vraagstukken. De algoritmen worden tijdens de proeffase of bij in gebruik name, opgenomen in het algoritmeregister” Hieronder staan een paar voorbeelden van de eerste stappen die zijn gezet. Zie bijlage 1 voor het complete overzicht. e De Object Detection Kit is een samenwerking tussen verschillende afdelingen van de gemeente.3 Door middel van beeldherkenning worden objecten in de openbare ruimte herkend. In Amsterdam Oost, West en Nieuw-West zijn er testen uitgevoerd met deze beeldherkenning door het scannen van bouwprojecten (bijvoorbeeld huizen) maar ook afval. Afval kan daardoor gerichter opgehaald worden zonder te hoeven afgaan op alleen meldingen van bewoners. Hierdoor creëren we een schonere stad; e Eriseen brede Al-strategie voor Amsterdam: Al Technology for People. De UvA, VU, Amsterdam UMC, NKI/AVL, HvA, Sanquin, CWl en de gemeente Amsterdam vormen samen de Amsterdamse Al-coalitie. Zij hebben zich verbonden aan een samenwerking waarbij de komende tien jaar 1 miljard euro wordt geïnvesteerd in Al-technologie. Deze investering moet leiden tot het aanstellen van minimaal 800 onderzoekers, opleiden van 5ooo bachelor-, master- en PhD-studenten en het laten volgen van een Al-minor voor 10.000 studenten en het verder ontwikkelen van 100 spin-offs en 100 startups op het gebied van Al. In de aanpak van deze coalitie staan drie thema’s centraal: Al for Health, Al for Business en Al for Citizens.+ Namens de Amsterdamse Al-coalitie is het project Al for Citizens ingediend bij de Nederlandse Al-coalitie. De Nederlandse Al-coalitie heeft verschillende Al-projecten gebundeld en een aanvraag gedaan bij het Nationaal Groeifonds om meer in Al-projecten te kunnen investeren. Begin april 2021 maakte het kabinet bekend dat het 646 miljoen euro vrijmaakt en 3,5 miljard euro reserveert vanuit het Nationaal Groeifonds. Er wordt onder andere geld gestoken in Al Ned, een investeringsprogramma om de mogelijkheden van Al te benutten voor de Nederlandse economie en samenleving. Amsterdam is daar via de Amsterdamse Al-coalitie goed op aangesloten. 2. Positioneren en stimuleren van Amsterdam Wij hebben de ambitie om Amsterdam te positioneren als belangrijke Al-stad in Europa. Dit doen we onder andere door samen te werken met kennisinstellingen, bedrijfsleven en het Rijk. Het ontwikkelen en aantrekken van Al-talent wordt regelmatig een topprioriteit genoemd. Een andere prioriteit is Nederlandse bedrijven bewust te maken van Al en te laten doorgroeien met Al. Het doel is om het Al-ecosysteem te ontwikkelen en daarmee het aantrekken van talent. Van de overheid wordt verwacht hierin een rol te spelen en de eerste initiatieven daartoe worden nu opgestart. Dit is een enorme opgave en vraagt capaciteit en aandacht. We positioneren en stimuleren Amsterdam met onder andere onderstaand voorbeeld. Zie bijlage 2 voor het complete overzicht. * https://algoritmeregister.amsterdam.nl/ 3 https://odk.ai/#/roadmap 4 https://www.uva.nl/content/nieuws/persberichten/2019/12/amsterdamse-kennisinstellingen-steken-1-miljard-in-ai.html Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 3 van 7 © _ StartupAmsterdam en Smart Health Amsterdam ondersteunen het Al Startup Lab, waardoor getalenteerde Al-studenten de kans krijgen om aan uitdagingen te werken die ingebracht zijn door bedrijven en gezondheidsorganisaties. Het doel is om deze teams door te laten groeien in op zichzelf staande startups, waarmee academische kennis wordt omgezet in ondernemerschap. 3. Digitale rechten De Agenda Amsterdamse Intelligentie past binnen de Agenda Digitale Stad, die een richting geeft aan de omgang met technologie. Al mag niet alleen voorbehouden zijn aan specifieke doelgroepen en bepaalde groepen uitsluiten. Ruimte voor misbruik willen we minimaliseren. We willen bewuster worden van indirecte sturing en manipulatie. Om alleen eerlijke algoritmen toe te laten in Amsterdam zijn sociale, economische en ethische kaders voor Al nodig. Het doel is het beschermen van digitale rechten en het creëren van meer kansengelijkheid in Amsterdamse algoritmes (van de gemeente, partners, opdrachtnemers, leveranciers en markt- en overheidspartijen die invloed hebben op het leven van Amsterdammers). Hieronder is de voortgang beschreven van het algoritme-life-cycle programma en het Civic Al Lab. Zie bijlage 3 voor het complete overzicht van projecten. e _Onderde noemer algoritme-life-cycle programma is er gewerkt aan het opstellen van samenhangend beleid en het ontwikkelen van de bijbehorende instrumenten voor algoritmen. Zo is op 28 september 2020 het algoritmeregister van de gemeente Amsterdam live gegaan. Het algoritmeregister is een Europese samenwerking tussen gemeente Amsterdam en gemeente Helsinki. In december 2020 is een groep burgers onder leiding van de Open State Foundation gevraagd om hun informatiebehoefte als het om algoritmen gaat en om feedback op het register. De resultaten worden verwerkt in de doorontwikkeling van het algoritmeregister. Er staan op dit moment vijf algoritmen in het register, namelijk: meldingen openbare ruimte, parkeercontrole, vakantieverhuur woningfraude, de 1,5 meter monitor en public eye. We verwachten voor de zomer minimaal vier andere algoritmen toe te voegen. Het doel is om alle algoritmen met een impact op burgers en bedrijven in het register op te nemen; e We komen met een kwaliteitsraamwerk voor de gehele levenscyclus van algoritmes: van het inkopen, gebruiken, beheren, controleren tot en met het buiten gebruik stellen van algoritmen. De doorontwikkeling van deze instrumenten met andere Nederlandse overheden (consortium “publieke controle op algoritmen”) staat gepland tot december 2021. U wordt met een separate raadsbrief hierover nader geïnformeerd. e _ Het Civic Al Lab is met steun van de gemeente van start gegaan en houdt zich bezig met het tegengaan van digitale ongelijkheid door inzicht te krijgen in ongelijkheid door Al in de stad en te werken aan alternatieve bruikbare Al. Ze ontwikkelen Al-technologie die de kansenongelijkheid in de samenleving benadrukt en die actief het vooruitzicht op gelijke kansen in onderwijs, welzijn, milieu, mobiliteit en gezondheid vergroot. Ze dienen ook als informatiepunt voor inwoners en bedrijven die vragen hebben over nieuwe Al-technologieën en het ethisch en inclusief gebruik ervan. 4. Randvoorwaarden, zoals beschikbaarheid van data Al heeft data nodig. Veel informatie over de stad en opgaven waar we in de stad aan werken is gemaakt en ingewonnen door zowel overheden, bedrijfsleven als burgers. Vaak is deze informatie niet beschikbaar of onvoldoende bruikbaar. Ook zijn er problemen voor organisaties om data te delen. Het doel is om data over de stad toegankelijk te maken voor de stad. Amsterdam wil aangesloten zijn op de strategie en activiteiten van de Europese Commissie op de Europese ‘single Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 4 van 7 data market’ om kansen voor bedrijven te genereren en ervoor te zorgen dat data soevereiniteit een belangrijke rol blijft spelen in het ontwerp van de ‘single data market’. Zie bijlage 4 voor het complete overzicht aan activiteiten. Hieronder een paar voorbeelden. e Inde bestuursopdracht i-domein is vitgewerkt dat er een beter fundament voor datagebruik moet komen. Een data-infrastructuur die voldoet aan alle digitale rechten en veiligheidsvereisten waardoor er tussen verschillende onderdelen van de gemeente beter en sneller data gedeeld kan worden. Dit vraagt om een fundamentele verandering van de organisatie en werkwijze van de gemeente, die de komende jaren uitgewerkt en geïmplementeerd wordt en waarvan over ongeveer twee jaar de eerste resultaten te zien zullen zijn; e _Metde kaders en acties in de datastrategie wordt toegewerkt naar een stad waar data in het belang van de stad verzameld en ingezet wordt. Een stad waar niet alleen de gemeente of het bedrijf dat data verzamelt bepaalt wat ermee gebeurt, maar dat ook de Amsterdammer die in de data beschreven wordt er iets over te zeggen heeft. Wij hopen u hiermee een goed beeld te hebben gegeven van de voortgang op de Agenda Amsterdamse Intelligentie. Na het zomerreces willen wij graag een fysieke technische sessie organiseren (indien mogelijk in verband met covid-19). Tijdens deze sessie willen wij u graag inspireren en enthousiasmeren door te laten zien aan welke Al-projecten we werken in Amsterdam. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Touria Meliani Victor Everhardt Wethouder ICT en Digitale Stad Wethouder Financiën en Economische Zaken s https:/www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/innovatie/de-digitale-stad/datastrategie/ Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 5 van 7 Bijlagen Bijlage 1 Overige activiteiten zijn: e Binnen het Al-team ontstaan verschillende (proef)projecten waarin potentie zit om Al in te zetten voor Amsterdammers. Zoals de 1,5 meter monitor die ook veel media-aandacht kreeg.® Eris een model gebruikt dat de afstand tussen twee personen kan herkennen en met een signaal aangeeft wanneer de afstand minder is dan 1,5 meter, terwijl de beelden en data niet worden opgeslagen; e Dit jaar gaat het Al-team meewerken aan het project ‘Mobile Mapping’. Met speciale apparatuur bevestigd aan een voertuig (auto, boot, fiets) maken ze 3D beelden van de omgeving. Via Mobile Mapping’ winnen ze zogenoemde point cloud data in van de omgeving. Dat is 3D data, waarmee je nog exacter de locatie van objecten kan bepalen in plaats van met bijvoorbeeld panoramabeelden. Hierbij wordt ook privacygevoelige informatie verwijderd, zoals personen en kentekens. Door middel van het gebruik van Al kunnen bijvoorbeeld lantaarnpalen herkend worden en wellicht ook het soort en eventuele schade, waardoor het onderhoud makkelijker en goedkoper wordt; e Het project ‘Al met impact’ is in september 2019 gestart. De Gemeente Amsterdam, CBS en VNG zijn een samenwerking aangegaan om beleid te ontwikkelen om betere overheidsdienstverlening te bieden in heel Nederland op basis van transparante en eerlijke algoritmes, datawetenschap en Al. Een van die projecten is de Object Detection Kit, zoals eerder benoemd. Het Al-team draait een proefproject samen met de gemeente Utrecht, Rijkswaterstaat en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om zwerfafval te herkennen. Er zijn data verzameld die geschikt zijn om zwerfafval te herkennen. Het Al-team gaat een model bouwen. Het doel is om dit model beschikbaar te stellen voor de samenleving, zodat iedereen het kan gebruiken; e Het Al-team is bezig om privacygevoelige informatie van de huidige panoramabeelden van de stad te verwijderen, zoals personen en kentekens. Om daarna deze beelden weer openbaar te kunnen plaatsen, ze zijn nu tijdelijk vitgeschakeld; e We zijn bezig met het in kaart brengen van de verschillende partijen binnen de Al- gemeenschap om de onderlinge samenwerking te versterken. Hierbij hoort ook een evenementenstrategie om inzichtelijk te maken op welke Al-evenementen wij ons gaan focussen. Zodat we andere steden en landen kunnen inspireren met onze Al-projecten; e Met AlsCities kijken we met een paar grote steden, zoals Kopenhagen en Stavanger, naar het gezamenlijk inkopen van producten om mobiliteit en energie in de stad te verduurzamen. Dit zit momenteel nog in de startfase. Bijlage 2 Overige activiteiten zijn: e Smart Health Amsterdam (actieprogramma Economische Zaken) heeft veel Al-startups en scaleups in de Life Sciences & Health-sector een podium gegeven en ondersteund om te groeien door ontmoetingen te regelen met investeerders. Zij zijn aangehaakt bij bijvoorbeeld accelerator programma’s en organiseren specifieke programma's en evenementen die ingaan op de behoefte van deze bedrijven, zoals het Globaliser-programma (wat helpt scaleups internationaal op te schalen) en financieringsevenementen zoals Amsterdam Capital House; 8 https://www.rtInieuws.nl/editienl/artikel/5196788/anderhalve-meter-afstand-belonen-straffen-ik-hou-afstand-van-jou 7 https:/www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/organisatie/dienstverlening/basisinformatie/basisinformatie/mobile-mapping/ Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 6 van 7 Om Al-talent aan te trekken en te behouden, worden er evenementen georganiseerd om startups en scaleups te koppelen met specifieke faculteiten bij kennisinstellingen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan studenten in Al en Data Science Engineering. StartupAmsterdam organiseert deze evenementen onder andere in samenwerking met Amsterdaminbusiness en IN Amsterdam; e _ Krachten gebundeld zijn met Amsterdam Data Science (opgericht door de HvA, CWI, UvA en VU) om Amsterdam nog beter op de kaart te zetten door het gezamenlijk organiseren van evenementen, zodat talent de regio Amsterdam ook kan vinden; e _Hetteam Amsterdaminbusiness is bezig met (Al) bedrijven naar de Metropoolregio Amsterdam te halen. Er zijn meer dan 280 Al-startups en -scaleups gevestigd in de Metropoolregio Amsterdam (bron: dealroom); e Erzijn 280 startups en scaleups in de health sector, daarvan hebben circa 5o een duidelijk Al- profiel. Met de meeste van deze bedrijven is goed contact. In 2020 heeft Smart Health Amsterdam circa 35 bedrijven (waarvan een groot deel met een Al-focus) meegenomen naar nationale congressen als deelnemer of spreker; e Eris actief samengewerkt voor het (internationaal) opschalen van impactvolle Al-innovaties uit de Metropoolregio Amsterdam met andere regio's, het internationale Nederlandse economische netwerk, kennisinstellingen, bedrijven en andere relevante partners. Bijlage 3 Overige activiteiten zijn: e _Onderde noemer Publieke controle op algoritmen werken we tussen janvari 2021 en december 2021 samen met gemeenten, provincies, vitvoeringsorganisaties en ministeries aan doorontwikkeling van bovenstaande instrumenten tot standaarden die bruikbaar zijn voor alle overheden. De Toeslagenaffaire heeft laten zien dat controle op, transparantie van en accountability voor algoritmen iets is dat alle overheden goed zullen moeten inrichten en daarin kunnen we veel van elkaar leren; e Ophet Evropese Next Generation Internet congres is Amsterdam medeorganisator geweest van een bijeenkomst over gezichtsherkenning, samen met activisten, andere steden en een Evroparlementariër. Ook heeft de gemeente Amsterdam een monitor ingesteld om toekomstige ontwikkelingen vanuit Europa te monitoren. Via de Amsterdamse Al-coalitie heeft Amsterdam bijgedragen aan een Europese consultatie over Al. Via de Amsterdamse Al- coalitie zet de gemeente zich in voor een focus op digitale rechten bij de ontwikkeling van Al; e Binnen de Cities Coalition for Digital Rights (CC4DR) doen we aan kennisuitwisseling en het delen van goede voorbeelden op het gebied van verantwoorde inzet van Al. De CC4DR is een netwerk van steden die besloten hebben om mensgerichte technologieën in steden te gebruiken en tegelijkertijd de digitale mensenrechten van de bewoners te waarborgen. Er is een cursus Al Ethiek gedeeld van Helsinki, die te vertalen is naar lokale talen. Amsterdam heeft het Al-register en de aanbestedingsrichtlijnen in samenwerking met Helsinki opgezet. Het register en de aanbestedingsrichtlijnen zijn gedeeld in een workshops en steden zijn uitgenodigd om eenzelfde register in te richten in hun stad; e De Tada-waarden voor verantwoord gebruik van data vormen voor de gemeente het uitgangspunt voor ons datagebruik. Bijlage 4 Overige activiteiten zijn: e Voorde bestuursopdracht i-domein ondernemen we het aankomende jaar de volgende acties: we onderzoeken dit jaar of we bij grote gemeentelijke ICT-projecten een ‘digitale-rechten- Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 23 juni 2021 Pagina 7 van 7 toets’ verplicht kunnen stellen, waarbij wordt getoetst of de gemeente digitale rechten respecteert bij het gebruik van data. We halen de kennis in huis van Amsterdamse topuniversiteiten en hogescholen op het gebied van datawetenschap en Al, door ook komend jaar onderzoeksplekken binnen de gemeente te creëren voor meer dan 25 studenten en verschillende PhD’s en door gemeente-data beschikbaar te stellen voor analyse en onderzoek. Door meer open source te ontwikkelen en in te kopen - als vitwerking van de sourcing strategie - wordt meer transparant hoe de gemeente en derde partijen met data omgaan; e _Metde Amsterdam Data Exchange (AMDEX) willen we het probleem oplossen dat veel organisaties wel data willen delen, maar niet altijd kunnen of onder bepaalde voorwaarden. AMDEX gaat over alle soorten data. Data die consumenten graag delen, data die bedrijven willen delen om te innoveren en beter samen te kunnen werken en wetenschappelijke- en onderzoeksdata; e We werken aan een nationale geïntegreerde infrastructuur voor gezondheidsdata, om data toegankelijk te maken voor sneller en beter medisch onderzoek. Geholpen door deze infrastructuur, kunnen we met Al-oplossingen de patiëntenzorg, de volksgezondheid en ziektepreventie verbeteren, en creëren we economische impact. Samenwerkingspartners zijn de Amsterdam Economic Board, Gemeente Amsterdam, Amsterdam UMC, Antoni van Leeuwenhoek/ NKI, OLVG, Philips, de UvA en de VU. In 2021 gaan we onderzoek doen naar publiek draagvlak en de juridische en ethische aspecten.
Brief
7
train
Aan: College van B&W en gemeenteraad van Amsterdam | | | | Betreft: TAC-adviezen over het Diemerpark SR Eke epen 8 ES Sein | At @& 5 _ Amsterdam, 24 februari 2014 A | Geachte leden van College en gemeenteraad, De Partij voor de Dieren en de SP hebben op 20-02-2014 vragen gesteld aan het college van B&W over de door stadsdeel Oost voorgenomen uitbreiding van het sportpark in het Diermerpark. Als vereniging die opkomt voor het groene karakter van het Diernerpark, zijn wij uiteraard zeer geïnteresseerd in de antwoorden op deze vragen. - Wij zouden er graag nog een vraag aan willen toevoegen. Vorige week kwamen wij er achter dat bij de aanvraag van het advies door stadsdeel Oost onderstaand kaartje was gevoegd. Tekening in aanvraag T.A.C.-advies: Dn za Nr et” 1e . rr kaan inn eit A lS LES] ganwezige velden zi DAT IN „ an 7 # OE ee we ‚ A _ 5 zoekgebied EA arn EE 7 Jel de zi L dt A] driehoek gevormd door: . ae amtlrmaktar EE SJ Dick Hilleniuspad, Han Ee - i 1 Le grens zoekgebied > Zl EE Hi 7 ‘| Rensenbrinkpad en sportvelden. Ter 1 marbkmakiar PEEN DE 5 ae 7 7 parkgebied iS En TN ge ree Ne ord Fie sr 15 TN ge ge pee Nef I t re HEN RES A ï ü : ll FT Eh EERDE | & : EEEN, EEK A a 5 : IR ie ; AFN El 7 ‚ sl } À kN rr EEN A rde zis hr 1 4 5 . ' DEN Cf 8 ze 8 ed 7 ee A te Hi l Le * ' eN ne À Henke gfer ne: rn EE, zei! | bte Te Sid ESA PAI eef Ee NAD STEDE Fed % kb gn GE ON 1 | be NET ike ide ä 5 1e EGT TE AAE RN ’ } ' Sne Nr 1 Ek k LO Ee NN Mnl Ae os tee en AT EN ON VE RA et ENTS ET ren CF : Te eh er er EN | Te ets Te el, St TEA er 1 nine nel Nef Lj E _ Tt À a Pi ï roer, CET ZEER ae 07 nr in pe 5 U pn Ulmen Wij vragen uw aandacht voor de hoek die gevormd wordt door het Dick Hilleniuspad, het Han Rensenbrinkpad en de sportvelden. Deze hoek vormt een belangrijk, sfeerbepalend element in de entree van het park. Deze hoek behoorde in de T.A.C.-adviesaanvraag nadrukkelijk niet tot het ‘zoekgebied’ voor ' voorzieningen ten behoeve van het sportpark. In de afbeelding bij het Bestemmingsplan, zien wij > dat bovenvermelde driehoek echter wel behoort tot het gebied waarin een parkeerterrein ten behoeve van het sportpark is mogelijk gemaakt. Wij constateren dat op dit punt de afbeelding die het stadsdeel Oost aan de T.A.C. heeft verstrekt, verschilt van de afbeelding die in het Bestemmingsplan IJburg 1e fase is opgenomen. Wij hebben hier grote moeite mee. 7 De Dienst Ruimtelijke Ordening (D.R.O.) heeft in het rapport Advies parkeren sportpark 5 Diemerpark'{(10-03-201 1) een uitspraak gedaan over een uitgangspunt bij het ontwerp van het Diemerpark: “Gekozen ís om het sportpark los’ te houden van de hoofdingangen van het park; de Diemerzeedijk en de lange brug naar het Haveneiland. Op deze wijze wordt er voor gezorgd dat het sportterrein omzoomd wordt door de ‘bloemenweide! en geen dominante inbreuk maakt op de algehele sfeer van het park. Dit is een zeer belangrijk uitgangspunt, ook voor de ecologische functie van het park.” (Advies parkeren sportpark Diemerpark, pag. 4) Dit uitgangspunt is zichtbaar in heel veel kaartjes van het Diemerpark, bijvoorbeeld in de Structuurvisie Amsterdam 2040'en in het 'Snrichtingsplan Diemerpark'van 24-01-2002. In de afbeelding bij het Bestemmingsplan zien wij dit “zeer belangrijke” uitgangspunt echter niet terug. De hoek is daar ingetekend als een mogelijke locatie voor een parkeerterrein voor auto's. Hieronder is dit geïllustreerd. | AN hen k f | | si En bl En Pe : | Ek BEE ea ruigtegebied/struinnatur K | En en EN we Kd ú ee BES hen ú ad . aa Rn ë Dn Ee RON Ke Ge NR de an | : : Ee ' , En d An ns ia E ears B vd R EEE <t a . maan ie Te Te ne gE Js sportpark omgeven door : Ri ER in ; ” ‘ruigtegebied/struinnatuur' : Z Kn En “ En KE & Ie : 7 " Nan : Nn se / ì NS ne D © Sn, iN k “ En eneen N Pl nn iT nen, er Se Den, A Se 5 7 & ma. En, Er OO ü ‚ ae : É & NE. n E he Es, N e , B, ES at FP ' …, 5 en en E. \ Kit BN Ee Es Wz RN t RN } m5 NA Hij fs in ZN ee ‚ ol | Se tn V X . “ Di Nn \ EREA Ee z A erken Ser 1 - SN RUCTUURKAART Beten Ta SN B Hoordorksluting ee M m Hooldgroerstrustuur De me, Hag gegen hawelgehied -, : … Open water En h Sportpark on 'Structuurkaart Diemerpark' (bron: Witvoeringsplan Diemerpark) Plan\mart Diemerpark ; 0 ‘ruigtegebied/struinnatuur' í \ 7 3 ï í 7 … EN ' Á a bn 1 Ki N ’ a a : AD AEK inn EEE agr . Bran PT A PSAE EEN rd : DEE CA AD Oe nana EAN mat ne” AEN EE EE . d dt gem \ Har En : je KR ET Àn on Zes m Zet Ee “ f Ti eb Ees ze REE ek ie 4 A a k Hd Ie in BN 5 ie ' it AEN EL ELN IE EN VCE EN KLE: , Es eeen Ef ni EE PP EEN tE EEE ERE oi ERN JE Vane EN EEN RE eerde on ede DER ne ende ae a mede Ser 0 val, Wer AN är De . ‘Plankaart Diemerpark’ (bron: Uitvoeringsplan Diemerpark) Û : ng En ij uk TEN 7 DO i MN 'ruiotegebied/struinnatuur' : ril et rk rr B: ri — | Es © EN nd de en nn, ait ME df À | . ; KS ie TR/ | Pr \ ad PEN Od PA À | ap ES ee 5 ri 4, | tee en AT pn din _ PöKerti ie ai Ehter s . (amste ne En At 7 ai AU "if Ì EEE Sf Mi De HPF | | Ee 0e | | sd AED an RS EN OBA 1 f | eN 0 Ld Al Ï „ti Ar je d He Re, wk Dn N dl EN ve LE 8 | Oden Ae A : rr zE H ER EE gt HeT ci, ko on … ; _À het Dlafifinste” Ap de voorrand bet zmverndegebuuis en het Spüstp: Maquette van het Diemerpark (bran: Witvoeringsplan Diemerpark ) hm 3 en = T A “ef ‘ruigtegebied/struinnatuur' ge Pa, re 4 Et ® In ( # es Ë Ee ER * Sn, A Ie 4 e rn nn EP ef De « rr RE en GED oade GSD a BERN Ne en Te Pi tn, Li ) d gea 5 d. be B @ ef i gn, a al nen 5 Pe ü Ger ä . AN Bel rn PT En / £ mr \ & - e Ës È EN 7 AHS hi , Nl OE 7 LL Zij NN È 7 K Ne 5 Ld 1 . Sh N | Sen ah BAO ACEA NIN OI ni # te Keken & eeen IP Eeen ë Ne Ne an ü hr ” h u } i 1 BAE SAGAN NIN / hj Z à oe EA AN Nr 6 de Sh ig cil! DN oe Set nn Wig AN A Oro Wien rd hr td at A se opeten Ane gef do À se AAN edn si erke „Se 0 NONNA 2 Nn bte er Lg Pee Bep Eg a À - Gi _ eert RE er ern ero : ee CD gen ee ner e) "Maaiveldinrichting Diemerpark met sportvelden op basis van het Uitvoeringsplan 2002 (bron: Rapportage uitbreiding sportvelden Diemerpark — Stadsdeel Oost, 06-06-2011) In de tekening bij het bestemmingsplan IJburg 1° fase is in de hoek Dick Hilleniuspad, het Han Rensenbrinkpad en de sportvelden de aanleg van een parkeerterrein magelijk gemaakt. í Ef ii 4 ri To ocorveard voor een | is EE An MN gereserveerd voor een ‚ EAN Parkeerterrein Te A ee Ei PAS Nen Va | PA FAA nen Le ET E T . En ri AAN A ij 7 . | Ee En | 4 ú Á la k Kn t IN A 3 | Ea DN ij N IN A 7 ij ij ° 5 } # 4 EKE ij DN 8 EE | ij Ki hie | df | Bestemmingsplan IJburg 1e fase Onze vraag aan u is: Bent u het met ons eens dat de afbeelding in het ‘Bestemmingsplan IJburg 1e fase’ wat betreft de hoek die gevormd wordt door het Dick Hilleniuspad, het Han Rensenbrinkpad en de sportvelden significant afwijkt van de afbeelding van het ‘zoekgebied’ In de aanvraag van het advies van de T.A.C.? Zo ja, bent u met ons van mening dat voor de bestemming van dit gebied zoals vastgesteld In het bestemmingsplan geen valide advies van de T.A.C. bestaat? Zo nee, waarom niet? Wij danken u bij vaorbaat voor uw reactie. Met vriendelijke groet, Kees Lakerveld namens het bestuur van ver. Vrienden van het Diemerpark mail: [email protected] “nd RE) Ê ws \ : er n WEL: NIET: . EEA ei kid 5 er U: Rel ë en Á Pa gert: > Es AAP en Ees E Hendsroas Volleanagen $ an. 2 nl > kee pe Rd fo Ei Eglantier Peugeot jn, N Es e erf „ 4 Dh dnbs: moa et meidoorn had pr et - kt des EN ne - tf Sk: | td Rf MN Eh WEE: Aer iens ere nd 5 Se sthr EE ne EE EE nt Dn en RA TE se Opper PEN ee EE aen BEPLANTINGSPLAN DIEMERPARK mmm Pp let I eg | eu prm DA) IN En Fm slhginaan (Eleme EE em Cale FG (Hilden) GAVE il U ies laa amel) ine | opsla we) etn W gen Eef
Raadsadres
6
discard
Agenda van de Commissie Jeugd, ICT en Financiën van 26 juni 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Commissie Jeugd, ICT en Financiën Datum: woensdag 26 juni 2013 Aanvang: 13:30 tot 17:00 uur en van 19:30 tot 22:30 uur Locatie: De Rooszaal Procedureel gedeelte 1. Opening procedureel gedeelte (13:30 tot 13:45) 2. Mededelingen 3. Vaststellen agenda 4. Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie JIF d.d. 5 juni 2013. e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissie}[email protected] 5. Termijnagenda, per portefeuille 6. TKN lijst Inhoudelijk gedeelte 7. _ Opening inhoudelijk gedeelte (13:45 tot 22:30) 8. _Inspreekhalfuur publiek 9. Actualiteiten en mededelingen 10. Rondvraag 1 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 MIDDAGDEEL TOT 17:00 UUR Financiën 11. Kadernota 2014 Nr. BD2013-006705 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 3/4 juli 2013). Bespreking in tweede termijn. Preadviezen op ingediende moties en amendemen- ten Eerste termijn was 05.06.2013. e Hierbij betrekken agendapunt 13 (1510: Commissiebrief JIF). ICT 12. Eindrapportage Stabilisatieplan ICT Nr. BD2013-006708 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Uitgesteld in de vergadering van 05.06.2013. Financiën 13. 1810: Commissiebrief JIF Nr. BD2013-006714. e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid de heer Verburg (PvdA). e Te betrekken bij agendapunt 11 ( Kadernota 2014). 14. 4-Maandsrapportage 2013 Nr. BD2013-006674 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 3/4 juli 2013). 15. Sturen op balans Nr. BD2013-006638 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 11 september 2013). 16. Motie heffing en invordering leges 2013 Nr. BD2013-006702 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Poot (VVD). * Was TKN 6 in de vergadering van 05.06.2013. 2 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 17. Kwijtscheldingsfraude Nr. BD2013-006701 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Poot (VVD). e Was TKN 2 in de vergadering van 05.06.2013. 18. Toezegging subsidies Nr. BD2013-006568 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. 19. Stapelingseffecten rijksbegrotng 2013 Nr. BD2013-003337 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. 20. Begroting en besteding van subsidies Nr. BD2013-006917 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid de heer Van Lammeren (PvdD). BESLOTEN DEEL (INDIEN NODIG VANAF ONGEVEER 16:30 UUR) AVONDDEEL 19:30 tot 22:30 UUR Jeugdzaken 21. Onderzoek van de rekenkamer naar gemeentelijke regie in het jeugddomein Nr. BD2013-006423 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 3/4 juli 2013). Educatie 22. Initiatiefvoorstel van de raadsleden mw. Van der Pligt (SP) en mw. Moorman (PvdA) d.d.6 juni 2012 getiteld: "Leer-werkvoorzieningen voor jongeren zonder startkwali- ficatie in Amsterdam in gemeentebeheer". Nr. BD2012-012112 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Aan het eind van de bespreking geven de indieners aan of behandeling in de Raad gewenst is. e Gevoegd behandelen met agendapunt 23. e Wethouder Van Es is hierbij aanwezig. 3 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 23. Stand van zaken sluitende aanpak voor kwetsbare jongeren Nr. BD2013-006719 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Gevoegd behandelen met agendapunt 22. 24. Inzetten middelen Bestedingsplan (Voortgezet) Speciaal Onderwijs 2013 Nr. BD2013-003721 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). e Was TKN 3 in de vergadering van 27.03.2013. 25. Passend Onderwijs, stand van zaken medio 2013 Nr. BD2013-006891 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). 26. Overstap PO naar VO 2013-2014 Nr. BD2013-006709 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Uitgesteld in de vergadering van 05.06.2013. 27. Financiële positie schoolbesturen 2011 Nr. BD2013-006710 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Uitgesteld in de vergadering van 05.06.2013. 28. Vaststellen verdeelbesluit voor en vroegschoolse educatie 2013 Nr. BD2013-006712 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). e Uitgesteld in de vergadering van 05.06.2013. e Was TKN 5 in de vergadering van 17.04.2013. 29. Jaarrapportage Voor- en vroegschoolse educatie 2012 Nr. BD2013-006706 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Pligt (SP). e Was TKN 11 in de vergadering van 05.06.2013. 30. Tussenstand Integraal Huisvestingsprogramma 2012 - 2015+ Nr. BD2013-006713 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Uitgesteld in de vergadering van 05.06.2013. 4 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 31. Antidiscriminatie en burgerschap op Amsterdamse scholen Nr. BD2013-006707 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Ulichki (GrLi). e Was TKN 12 in de vergadering van 05.06.2013. 32. Beantwoording schriftelijke vragen van 21-3-2013 van raadslid mw Ulichki inzake € 10,= boete p.u. voor spijbelende kinderen. Nr. BD2013-006817 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Ulichki (GrLi). 33. Initiatiefvoorstel d.d. 4-2-2013 van de raadsleden mw. Roodink en dhr. Pater- notte (D66), getiteld: ‘Meer kansen door internationaal basisonderwijs” Nr. BD2013-006777 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Aan het eind van de bespreking geven de indieners aan of behandeling in de Raad gewenst is. e Gevoegd behandelen met agendapunt 34. 34. Bestuurlijke reactie voorstel D66 Internationaal basisonderwijs Nr. BD2013-006779 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e Gevoegd behandelen met agendapunt 33. 35. Vaststellen Plan van Scholen basisonderwijs 2014-2017 Nr. BD2013-006087 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 3/4 juli 2013). 36. Uitvoeren van het raadsbesluit inzake 1510 met betrekking tot de Onderwijsbeleid en Onderwijshuisvesting Nr. BD2013-006315 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeen- teraad d.d. 3/4 juli 2013). 37. Nieuwe kernprocedure 2013-2014 Nr. BD2013-006108 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. 38. Naar een stedelijk toelatingsbeleid voor het basisonderwijs in Amsterdam Nr. BD2013-006957 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. 5 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 TER KENNISNAMELIJST Financiën TKN 1.Toezegging mini MKBA. (BD2013-006464) TKN 2.Toezegging kwijtscheldingsfraude. (BD2013-006665) TKN 3.Motie open data AFS. (BD2013-006663) TKN 4.Oproep bezwaar maken tegen WOZ-beschikking. (BD2013-006660) TKN 5.Toezegging Amsterdams Financieel Systeem. (BD2013-006650) TKN 6.Belastingmiddelen binnen de gemeente. (BD2013-006614) TKN 7.1S10 verdeelsystematiek 2014-2015. (BD2013-006721) Educatie TKN 8.Uitvoering moties onderwijshuisvesting - leegstand in het onderwijs. (BD2013-006577) TKN 9.Brief inzake verlenging van de kwalificatieplicht. (BD2013-006918) Jeugdzaken TKN 10.Nieuw voor Oud 2013 Samen DOEN. (BD2013-006518) ICT TKN 11.Beantwoording vraag capaciteit en uitbreidbaarheid ICT-netwerk. (BD2013-006867) Kunst en Cultuur TKN 12.Uitvoeren van het raadsbesluit inzake 1 Stad 1 Opgave met betrekking tot de Open- bare Bibliotheek Amsterdam. (BD2013-006730) 6 Commissie Jeugd, ICT en Financiën - woensdag 26 juni 2013 Bedrijven TKN 13.AEB afronden onderzoeksfase verordening alleenrecht. (BD2013-005740) Ter visie /ter inzage (alleen voor raadsleden in de leeskamer raad) Geen stukken 7
Agenda
7
train
x Gemeente Amsterdam KSZ % Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media % Agenda, woensdag 17 april 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Tijd 9.00 tot 12.30 uur (Rondvraag en Zorg en Sport) en van 19.30 uur tot 22.30 uur (Rondvraag en Kunst Cultuur en Monumenten) Locatie De Rooszaal, 0239, stadhuis Algemeen OCHTENDDEEL Procedureel gedeelte van 9.00 uur tot 9.15 uur 1 __ Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSZ d.d. 27 maart 2013 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieKSZ@raadsgriffie. amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media agenda, woensdag 17 april 2013 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren. 6 _Tkn-lijst Inhoudelijk gedeelte vanaf 9.15 uur tot 12.30 uur 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Zorg en Welzijn 11 Ondersteuningsaanbod voor mensen met een verstandelijke beperking Nr. BD2013-003759 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering KSZ van 27 maart 2013. 2 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media agenda, woensdag 17 april 2013 Sport en Recreatie 12 Vaststellen beleidsbrief Sportplan 2013-2016 Nr. BD2013-003756 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 15 mei 2013). e _ Uitgesteld in Commissievergaderingen van 6 en 27 maart 2013. 13 Olympische ambitie Amsterdam, reactie van de Sportraad Nr. BD2013-003757 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de voorzitter. e _ Uitgesteld in de Commissievergaderingen KSZ van 1 november 2012 en van 6 en 27 maart 2013. 14 Vaststellen bestedingsvoorstel Prioriteiten 2013 Sportevenementen en Uitvoering Sportplan Nr. BD2013-003758 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering KSZ van 27 maart 2013. Zorg en Welzijn 15 Beleidsbrief preventie genotmiddelen tav uitgaansdrugs en roesmiddelen 2013 - 2016 Nr. BD2013-003760 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering KSZ van 27 maart 2013. 16 Evaluatie ambulancezorg in Amsterdam na overdracht ambulancedienst GGD Nr. BD2013-003755 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van der Pligt (SP). e Was TKN 11 in de Commissievergadering KSZ van 6 maart 2013. 3 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten KSZ en Lokale Media agenda, woensdag 17 april 2013 17 Aanbeveling Gemeentelijke Ombudsman bij rapport ‘Onbehoorlijk bezuinigd op verhuiskostenvergoeding' niet overgenomen door wethouder Zorg Nr. BD2013- 003700 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De Gemeentelijke Ombudsman, de heer Van de Pol is hierbij uitgenodigd. 18 Zorgbanen in de toekomst Nr. BD2013-003326 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het raadslid Van der Pligt (SP). 19 Expertmeeting Zorg in Amsterdam Nr. BD2013-002997 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van de raadsleden Van der Heijden(PvdA) en De Goede (GrLi). 20 Voortgangsrapportage Herijking Maatschappelijke Opvang Nr. BD2013-003610 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. AVONDDEEL Kunst en Cultuur 21 Initiatiefvoorstel Na oorlogs erfgoed VVD en PvdA Nr. BD2013-002964 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met het initiatiefvoorstel (gemeenteraad datum n.n.b.). e Geagendeerd op verzoek van de raadsleden Ruigrok, Van Ree (VVD ), Verbeet en Mulder (PvdA). e Deleden van de Raadscommissie voor Bouwen Wonen en Klimaat zijn hierbij uitgenodigd. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 22. 4 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media agenda, woensdag 17 april 2013 Monumenten 22 Bestuurlijke reactie initiatiefvoorstel naoorlogs erfgoed in beeld en benut van de raadsleden Ruigrok en Van Ree (VVD) en Verbeet en Mulder (PvdA) Nr. BD2013-003267 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadsleden Ruigrok, Van Ree (VVD ), Verbeet en Mulder (PvdA). e Deleden van de Raadscommissie voor Bouwen Wonen en Klimaat zijn hierbij uitgenodigd. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 21. Kunst en Cultuur 23 Beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van subsidie aan SBDA voor het realiseren van het Danshuis Amsterdam Nr. BD2013-003836 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 15 mei 2013). 5
Agenda
5
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1118 Publicatiedatum 13 november 2015 Ingekomen op 4 november 2015 Ingekomen onder 1052’ Behandeld op 5 november 2015 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Poorter, Kaya, Moorman en Van Dantzig inzake de Begroting 2016 (woonzorginitiatieven). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2016; Constaterende dat: — de raad verschillende initiatiefvoorstellen, moties en collegeplannen heeft aangenomen met de doelstelling om collectieve woonzorginitiatieven door toekomstige bewoners zelf, al of niet met behulp van hun mantelzorgers te stimuleren; — recentelijk in het Programma Ouderenhuisvesting de doelstelling is opgenomen voor ouderen dit soort initiatieven te faciliteren, maar dat het voor andere kwetsbare mensen, zoals jongeren met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking, onduidelijk is welke acties de gemeente op dit moment onderneemt. Overwegende dat: — steeds meer mensen die vroeger een indicatie voor een intramurale woonvorm zouden hebben gekregen nu zelfstandig moeten blijven of gaan wonen. — geheel alleen zelfstandig wonen vaak toch niet haalbaar of wenselijk is, — geclusterd wonen samen met anderen meer veiligheid en aanspraak biedt doordat ze steun hebben aan elkaar en ook aan elkaars sociale netwerk — door samen de PGB's in te zetten er meer en betere zorg kan worden ingekocht — deze woonvormen de kwaliteit van leven bevorderen; — de vraag naar deze woonvormen daarom sterk groeit; — deze woonvormen kosten voor de overheid besparen doordat de kans op verwaarlozing, vereenzaming en ontsporing afneemt; — de gemeente veel leegstaand vastgoed heeft, en ook met de corporaties gekeken kan worden naar de inzet van leegstaande gebouwen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken op welke wijze woonvormen met zorg op maat, op initiatief en onder regie van de toekomstige bewoners en/of hun mantelzorgers zelf, kunnen worden gestimuleerd en gefaciliteerd door de gemeente, en de resultaten hiervan aan de raad te presenteren; 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1118 A d t Datum 13 november 2015 mendemen — in gesprek te gaan met de woningbouwcorporaties en te onderzoeken of er panden in iemeentelijk bezit geschikt zijn voor woonzorginitiatieven. De leden van de gemeenteraad M.F. Poorter M. Kaya M. Moorman R.H. van Dantzig 2
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam Concept afsprakenlijst 12-03-2019 1. Opening 19.30 Uur. In verband met een bewonersbijeenkomst in het Tuinstadhuis over het Cornelius Haga Lyceum is de heer Ünver afwezig en vindt de stadsdeelcommissie plaats in de Honingraat aan de Slotermeerlaan. 2. Agendavaststelling Er zijn drie insprekers. Een actualiteit naar aanleiding van een artikel op AT5 over het Lovelandfestival wordt onder agendapunt 7 behandeld. 3. Mededelingen De heer Grassi is afwezig. Op 11 april a.s. komen alle stadsdeelcommissies bij elkaar voor het eerste integrale congres voor alle stadsdelen. Nieuw-West zal de hosting doen en de stadsdeelcommissieleden wordt gevraagd een en ander voor te bereiden in het kader van best practices en uitdagingen van het stadsdeel. Nadere informatie zal per e-mail volgen. De heer Mirck spreekt zijn steun uit voor de Amsterdamse aanpak in de kwestie Cornelius Haga Lyceum. Mevrouw Tienstra hoopt spoedig een vervolg te geven aan de discussie inzake bewonersinitiatieven. De heer Alkaduhimi verzoekt in de toekomst de stadsdeelcommissie te betrekken in kwesties als het Cornelius Haga Lyceum. De heer Bobeldijk deelt mee dat op 13 maart a.s. een boom van verdienste wordt geplant in het Sloterpark ter ere van de vrijwilliger van het jaar. Op 14 maart a.s. heeft hij met het projectteam Westtangent een schouw rond Meer en Vaart over de werkzaamheden alhier. 4. Rondje gebieden e Geuzenveld, Slotermeer en Sloterdijk -__ In week zo is de kick-off van Buurtpanel Geuzenveld geweest. -_Nieuw-West heeft Internationale Vrouwendag uitgebreid gevierd. -__ De wegwerkzaamheden (belijning) in Slotermeer zijn naar tevredenheid afgerond. -__ Op 23 maart a.s. wordt op Plein „0-45 vanaf 15.00 uur een schoonmaakactie georganiseerd. e Slotervaart -_Op 2 april a.s. vindt een bijeenkomst plaats bij New Metropolis over zwerfvuil. -_Een huis-aan-huisactie bij het Delflandplein heeft duidelijk gemaakt dat de gekapte bomen op het plein worden gemist. e Osdorp e De Aker, Nieuw Sloten en Sloten -_Bij een bijeenkomst van het Burgerplatform in Nieuw Sloten is het gebiedsplan besproken. -_Op 15 maart a.s. zal de commissaris van de Koning om 18.00 uur enkele bewegwijzeringsborden in de molen van Sloten openen. e Overige -_Op 23 maart a.s. is het nationale opschoondag en kunnen mensen zich aansluiten bij de verschillende prikacties in Nieuw-West. Ook wordt een aantal containers voorzien van kunstgras. 5. Ingekomen stukkenlijst Geen opmerkingen. 6. Insprekers Mevrouw Verhofstad spreekt in over de sluiting van de bibliotheek op het Sierplein en zij beantwoordt vragen vanuit de stadsdeelcommissie. Hierna beantwoordt het db vragen. -__Er wordt besloten om de OBA uit te nodigen voor een toelichting op de locaties van de bibliotheken. De heer Kotan spreekt in over veiligheid in Osdorper Ban en beantwoordt vragen van de stadsdeelcommissie die op 29 maart a.s. een schouw zal doen. -__Hetdb zegt toe te onderzoeken of groenvoorzieningen de problemen zullen verminderen. Het gebiedsteam neemt contact op met de inspreker en zal de informatie naar de stadsdeelcommissie terugkoppelen. De heer Verbeek spreekt in over de homepage van de stadsdeelcommissie. 7. Mondelinge vragen Naar aanleiding van het artikel dat afgelopen weekend op AT5 is verschenen omtrent het Lovelandfestival heeft GroenLinks een aantal vragen gesteld die het db beantwoordt. zoPlus stelt een vraag over subsidie aan Goldensports. -_ Het db zegt toe nogmaals te kijken of intensiveringsmiddelen vanuit de stad voor Nieuw- West beschikbaar zijn voor organisaties die in eerste instantie zijn afgewezen. 8. Gevaarlijke verkeerspunten Leden van de stadsdeelcommissie noemen een aantal gevaarlijke verkeerspunten. De heer Verbeek spreekt in. -__Hetdb neemt de tips mee en verzoekt de verschillende gebieden een overzicht te leveren van de gevaarlijke punten. g. Sluiting 22.10 UUI.
Actualiteit
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1239 Publicatiedatum 15 november 2017 Ingekomen op 1 november 2017 Ingekomen in raadscommissie ID Behandeld op 9 november 2017 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Torn inzake de Begroting 2018 (richtlijnen inzake elektrisch laden voor toekomstige parkeergarages). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2018. Constaterende dat: — Het economische bureau van ING onlangs voorspelde dat het in 2024 goedkoper is om elektrisch te rijden dan op traditionele brandstof en verwacht dat er rond 2035 alleen nog maar elektrische auto's zullen worden geproduceerd; — Het regeerakkoord 2017-2021 er naar streeft dat uiterlijk in 2030 alle nieuwe auto's emissieloos zijn; — Het college de verduurzaming van Amsterdam wil versnellen — met als ambitie Amsterdam uitstootvrij in 2015 — en in het kader daarvan elektrisch rijden stimuleert door onder andere subsidies te geven voor elektrische (bedrijfs)voertuigen en oplaadpunten in de openbare ruimte aan te leggen. Overwegende dat: — Het college het aantal inpandige parkeerplekken wil uitbreiden door meer (gemeentelijke en commerciële) parkeergarages te bouwen (onder andere met maatregelen voor 5.000 plekken in deze bestuursperiode en nog eens ruim 7.000 plekken in de periode 2020-2015); — Het achteraf aanpassen en verbouwen van garages om elektrisch opladen mogelijk te maken duurder is, tot meer werkzaamheden leidt en stuit op een moeizame besluitprocedures, bijvoorbeeld binnen VvE's die garages beheren. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — Richtlijnen op te stellen voor projectontwikkelaars, corporaties om in alle nieuwe te bouwen openbare of bewonersgarages voldoende aansluitingsmogelijkheden te leggen om in potentie alle auto's te kunnen voorzien van oplaadstroom:; — De raad hierover te informeren. Het lid van de gemeenteraad RK. Torn 4
Motie
1
discard
Bezoekadres > Gemeente Bezoek Amste rdam 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > < amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 18 augustus 2020 Ons kenmerk Behandeld door Camiel van Drimmelen, Ruimte en Duurzaamheid Bijlage n.v.t. Onderwerp Reactie op motie (314.18) van raadslid Vink (D66) c.s. getiteld concrete plannen voor gebiedsontwikkeling langs de Kerncorridor Schiphol-Zuidas Geachte raadsleden, In de vergadering van de gemeenteraad van 14 maart 2018 heeft uw raad bij de behandeling van agendapunt 21 ‘Kennisnemen van het besluit inzake de tussenrapportage Ruimte voor de Stad’ motie 314 van raadslid Vink van D66 aangenomen. In de motie wordt het college gevraagd om: 1. De Kerncorridor Schiphol-Zuidas c.q. het gebied tussen Zuidas en Ringvaart actief te benutten als nieuwe verstedelijkingsruimte in het verlengde van de Zuidas én in verbinding met de omliggende stadsdelen Nieuw-West en Zuid; 2. Daartoe concrete plannen op te stellen voor dit gebied wat betreft het gedeelte ten noorden van spoor en snelweg voor nieuwe woningen, werkruimten, groen en andere voorzieningen én de bijbehorende bereikbaarheid met onder andere OV en fiets; 3. Deze concrete plannen begin 2019 aan de raad aan te bieden. Deze motie is in wezen uitgevoerd door het vaststellen van het principebesluit Schinkelkwartier (12 feb 2019), maar destijds is (per abuis) niet aan de raad gemeld dat met het vaststellen van de principenota ook de motie is vitgevoerd. Dit had wel moeten gebeuren. Naast het Schinkelkwartier lopen er in het gebied nog een aantal andere trajecten die betrekking hebben op het gebied. Daarom in deze brief een overzicht van trajecten waarin concrete plannen voor het genoemde gebied worden gevormd: 1. Teneerste het principebesluit Schinkelkwartier dat op 12 februari 2019 door het college is vastgesteld. Het betreft het gebied ten noorden van Au/Azo, direct ten westen van de Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum 18 augustus 2020 Kenmerk Pagina 2 van 3 Zuidas tot en met het Riekerbusinesspark en de noordelijke grens bij de Vlaardingenlaan. Met de gebiedsontwikkeling Schinkelkwartier wordt beoogd een door infrastructuur doorsneden werkgebied als gemengd stedelijk gebied functioneel en met goede en aantrekkelijke fiets- en voetgangersroutes te verbinden met de buurten in Zuid, Zuidas en Nieuw West en ook met de Oeverlanden van de Nieuwe Meer. De principenota verkent de opgaven, kansen voor onder andere woningbouw, voorzieningen en groen, en beschrijft de risico’s van gebiedsontwikkeling in het Schinkelkwartier. De principenota gaat uit van een programma van 11.000 woningen (940.000 m2), 775.000 ma bedrijfs- en kantoorruimte (40.000 arbeidsplaatsen) en 240.000 m2 maatschappelijke en commerciële voorzieningen. Op basis van de principenota kunnen voornamelijk transformatie- initiatieven in het gebied begeleid worden. Momenteel wordt haalbaarheid van de plannen onderzocht, onderbouwd en afgerond in de concept projectnota (Plaberum fase 2) en de concept Milieu Effect Rapportage. Na de zomer worden deze aangeboden aan het college voor vrijgave voor inspraak. Er wordt gewerkt aan een studie over het verbeteren van het openbaar vervoer van het Schinkelkwartier richting Amsterdam Zuid, Centrum en Oost en Schiphol. In deze studie wordt de busverbinding tussen Schiphol Plaza en het Schinkelkwartier verder vitgewerkt. In 2021 wordt het kredietbesluit in de gemeenteraad geagendeerd. Voor wat betreft de fietsbereikbaarheid van het Schinkelkwartier zijn er tussen 2021 en 2029 een aantal maatregelen geprogrammeerd. Er wordt gewerkt aan een doorgaande fietsroute vanuit Badhoevedorp over de oude Sloterweg, door het Schinkelkwartier, over de Schinkel via een nieuwe brug naar de Olympiaplein buurt. Daarnaast wordt er gewerkt aan een goede fietsroute vanaf de Zuidas langs de Oeverlanden richting Schiphol. 2. Voorde Oeverlanden wordt een Ontwikkelstrategie opgesteld die naar verwachting eind 2020 aan de raad zal worden voorgelegd. Vanuit de projecten Schinkelkwartier en Oeverlanden ligt er een gezamenlijke, ruimtelijke opgave om de natuur- en recreatiemogelijkheden van de Oeverlanden beter voor de bewoners van Nieuw-West en Schinkelkwartier te ontsluiten. De Oeverlanden hebben niet alleen lokaal betekenis, maar hebben de potentie om voor alle Amsterdammers betekenisvol te zijn. Gezien de ontwikkeling van het Schinkelkwartier en de toenemende behoefte aan natuur- en recreatiegebieden in de nabijheid van de stad (‘verdichting kan niet zonder vergroening’) is dit een logische keuze. De Ontwikkelstrategie is gericht op het verhogen van de natuurwaarden en de recreatieve waarden van het gebied en gaat vit van zonering om de balans tussen beide doelen zorgvuldig te kunnen inpassen. 3. Op de Zuidas lopen ten noorden van het spoor momenteel meerdere gebiedsontwikkelingsprojecten in verschillende fasen van het Plaberum. Verdi is hierbij het meest westelijke deelgebied, waarbij in de plannen wordt gewerkt aan een goede aansluiting en verbondenheid met het Schinkelkwartier. 4. Tot slot wordt er in het kader van het Programma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid (SBAB) door het Rijk en de regio gewerkt aan het MIRT-onderzoek Zuidwest Amsterdam- Gemeente Amsterdam Datum 18 augustus 2020 Kenmerk Pagina 3 van 3 Schiphol-Hoofddorp (ZWASH). In dit onderzoek worden gebiedsontwikkeling en bereikbaarheidsopgaven voor het gebied tussen Zuidas en Hoofddorp in samenhang uitgewerkt. De bovengenoemde plannen voor gebiedsontwikkeling van Schinkelkwartier en Verdi worden hierin als uitgangspunt meegenomen. Bestuurlijke besluitvorming tussen Rijk en regio over het MIRT-onderzoek ZWASH vindt naar verwachting in het najaar van 2020 plaats. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, / / DC Jl Catien \ Ns ain a Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid
Motie
3
discard
VN2021-032012 N% Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en RO Sums ne Marineterrein, Energietransitie vurzaamheid x Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter advisering aan de raad Portefeuille Zuidas en Marineterrein Agendapunt 3 Datum besluit 7 december 2021 college van B&W Onderwerp Vaststellen van het bestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1e herziening De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren om het bestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1° herziening vast te stellen en daarmee de volgende besluiten te nemen: 1. kennis te nemen van en te betrekken bij de voorliggende besluitvorming: a. het positieve advies dat het dagelijks bestuur van het stadsdeel Zuid heeft vitgebracht; b. de tien zienswijzen die op het ontwerp bestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1 herziening zijn ingebracht; 2. kennis te nemen van het collegebesluit van 8 juni 2021 en bij de besluitvorming te betrekken dat het voorliggende bestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1° herziening past binnen de scope van het MER Zuidas — de Flanken en aldus voldoende is gebleken dat het voorliggende bestemmingsplan, ten opzichte van deze scope, niet zal leiden tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu en dat om die reden geen (geactualiseerd) milieveffectrapport behoeft te worden opgesteld; 3. in te stemmen met de beantwoording van de zienswijzen als bedoeld onder beslispunt 1b overeenkomstig de bijgevoegde Nota van Beantwoording zienswijzen, welke onderdeel vitmaakt van dit besluit; 4. het bestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1° herziening, bestaande uit de verbeelding en regels en vergezeld van een toelichting met bijlagen, met IMRO-nummer NL.IMRO.0363.K2001BPGST.VGo1 in elektronische en analoge vorm, gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan Zuidas Kop Zuidas 2018, 1° herziening zoals dat ter inzage heeft gelegen, overeenkomstig de van dit besluit onderdeel vitmakende Nota van Wijzigingen, waarbij voor de locatie van de geometrische planobjecten gebruik is gemaakt van een ondergrond welke ontleend is aan de Basisregistratie Grootschalige Topografie, versie 2020. 5. geen exploitatieplan vast te stellen omdat de gemeente Amsterdam in dit geval volledig eigenaar is van de gronden het kostenverhaal via het vitgeven van de gronden in erfpacht anderszins zal worden verzekerd. Wettelijke grondslag e Wet ruimtelijke ordening (Wro), artikel 3.1, eerste lid De Gemeenteraad is bevoegd om een bestemmingsplan vast te stellen. e _Crisis- en herstelwet, artikel 1.1, eerste lid, onder a en tweede lid jo. bijlage II, onder Aa, nummer 3 Het gebied Zuidas is in de Crisis- en herstelwet aangewezen als een gebied waar afdeling 2 van hoofdstuk 2 van de Crisis- en herstelwet op van toepassing is. * Artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet juncto artikel 11 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam Gegenereerd: vl.13 1 VN2021-032012 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Ruimte en % Amsterdam Mari ME ‚ RO Duurzaamheid % arineterrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter advisering aan de raad De raad kan raadscommissies instellen die besluitvorming van de raad kunnen voorbereiden en met het college of de burgemeester kunnen overleggen. De commissie is belast met het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op de portefeuilles die vallen onder de commissie. Bestuurlijke achtergrond Eerdere besluitvorming Het geldend planologisch kader wordt gevormd door het bestemmingsplan ‘Zuidas Kop Zuidas 2018’ dat op 19 september 2018 door de gemeenteraad is vastgesteld. Dit bestemmingsplan biedt het planologisch kader voor de (verdere) ontwikkeling van het deelgebied Kop Zuidas. Het totale programma van het deelgebied bedraagt ruim 200.000 m* bvo. Het programma bestaat vit wonen, werken en voorzieningen. Een deel van het gebied is (al) ontwikkeld of is thans in aanbouw. Om de hiervoor genoemde voorzieningen mogelijk te maken, moet dit bestemmingsplan worden herzien. Het ontwerpbestemmingsplan is op 8 juni 2021 door het college vrijgegeven voor terinzagelegging. Aanleiding en doel De herziening van het bestemmingsplan is nodig omdat met het huidige plan het niet mogelijk is een 24-UUrsopvang (woonzorgvoorziening), een buurtgezondheidscentrum en een broedplaats van de gewenste omvang in het gebied te vestigen. Dit komt doordat in de huidige planregels is opgenomen dat de vestigingen van dit soort voorzieningen niet groter mogen zijn dan 250 m? bvo. Meerdere vestigingen (al dan niet naast elkaar) van deze voorzieningen in het gebied zijn overigens wel mogelijk. Met deze herziening van het bestemminsplan wordt de vestiging van deze drie specifieke voorzieningen mogelijk gemaakt. Dit zorgt niet voor een toename of wijziging van het bestaande, totale programma van voorzieningen, woningen en kantoren. Ook blijft de stedenbouwkundige opzet van het deelgebied ongewijzigd en heeft voorgenomen herziening geen gevolgen voor het groen of verkeer en parkeren. Naast deze wijzigingen worden ook enkele technische en redactionele wijzigingen doorgevoerd, die geen grote ruimtelijke gevolgen hebben. Voorliggend plan herziet het bestemmingsplan partieel dat op 19 september 2018 is vastgesteld. Begrenzing en indeling Het plangebied wordt globaal begrensd door aan de westzijde de Europaboulevard, aan de noordzijde de President Kennedylaan, aan de oostzijde door de Graafschapsstraat, en de Zuidelijke Wandelweg, aan de zuidoostzijde door de Kleine Wetering en aan de zuidwestzijde door de Ringweg A10. De kavels binnen het plangebied zijn in het vigerende plan ‘Zuidas kop Zuidas 2018! geletterd op de wijze zoals weergegeven in de onderstaande afbeelding. In de toelichting van het voorliggende bestemmingsplan, alsook in deze voordracht wordt volgens deze letters verwezen naar de desbetreffende kavels. Daarbij wordt opgemerkt dat niet alle kavels onderdeel vitmaken van deze partiële herziening. De inhoudelijke wijzigingen zien op Kavel J, Kavel K en Kavel L. De technische wijzigingen zien op verduidelijkingen en het wegnemen van omissies in de planregels van het bestemmingsplan ‘Zuidas Kop Zuidas 2018’ en hebben voornamelijk betrekking op Kavel F en Kavel Ken het Hoogelandplein. Gegenereerd: vl.13 2 VN2021-032012 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en R Ruimte en % Amsterdam Mari inE iet ti Duurzaamheid % arineterrein, nergietransitië Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter advisering aan de raad RAI Í en Kennedylaan „ik 8 Paif| ed J Dm > En Lg mmmheuidelijee Verdelen len ij \ % es] pr N Ke Ee” rn n Greens Nie, or fe eine kt We … ks, de zi Vo NA zones Ee p a Figuur 1 Kavelnummers Kop Zuidas Stedenbouwkundige opzet Kop Zuidas Kop Zuidas karakteriseert zich als een gebied waarin twee werelden samenkomen. Zo grenst het gebied aan de zuid- en westzijde aan de grootstedelijke stadscorridor, de A10 en de Evropaboulevard met hoogstedelijke bebouwing (Kavel Jen K). Aan de noordzijde ligt het tegen de Veluwebuurt met vooral laagbouw en groen gekleurde straten. De overgang tussen deze werelden bepaalt in sterke mate het karakter van Kop Zuidas en is daarmee richtinggevend voor de stedenbouwkundige opzet van het gebied. De stedelijke wand van grote gebouwen op Kavel J (max. programma 24.000 m” en K (max. programma 23.000 m°) begeleidt de Azo naar deze entree van de stad. Het zijn voornamelijk gebouwen met gemengde functies en een hoogstedelijk karakter met een maximale bouwhoogte tot 60 meter, passend bij de schaal van de aanliggende grote verkeersaders. De gebouwen aan de stadscorridor creëren een geluidsluwe omgeving voor de ontwikkelde en nog te ontwikkelen woongebouwen (kavel L) in het midden en aan de noordzijde van Kop Zuidas. Aan de zijde van de buurt zelf is de gevel maximaal 20 meter, waardoor de overgang naar de lagere woonblokken vloeiend verloopt. Geldend planologisch kader Het geldend planologisch kader wordt gevormd door het bestemmingsplan ‘Zuidas Kop Zuidas 2018’ dat op 19 september 2018 door de gemeenteraad is vastgesteld. Dit bestemmingsplan biedt het planologisch kader voor de (verdere) ontwikkeling van het deelgebied Kop Zuidas. Het totale programma van het deelgebied bedraagt ruim 200.000 m* bvo. Het programma bestaat vit wonen, werken en voorzieningen. Een deel van het gebied is (al) ontwikkeld of is thans in aanbouw. Dit (huidige) bestemmingsplan maakt op de verschillende kavels naast woon- en kantoorfuncties ook voorzieningen mogelijk met een vestigingsgrootte tot 250 m? bvo, waarbij op de eerste en tweede bouwlaag meerdere vestigingen zijn toegestaan. De algemene vestigingsgrootte van 250 m? bvo is niet voldoende om enkele specifieke voorzieningen mogelijk te maken die gewenst zijn in het gebied. Afwijken van dit maximum is noodzakelijk om een bijdrage te leveren en te voldoen aan de opgaven vanuit de stad. Zo dient in het plangebied een 24-vursopvang (woonzorgvoorziening) te worden gerealiseerd. Daarnaast is er in Kop Zuidas behoefte aan eerstelijnszorgvoorzieningen. De trend is dat deze worden Gegenereerd: vl.13 3 VN2021-032012 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en R Ruimte en % Amsterdam Marinet ME iet Hi Duurzaamheid % arin&terrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter advisering aan de raad gecombineerd, waardoor een buurtgezondheidscentrum ontstaat. Beide maatschappelijke voorzieningen hebben voor realisatie meer ruimte nodig dan 250 m? bvo en worden met de voorliggende herziening juridisch-planologisch mogelijk gemaakt. Met het voorliggend plan wordt expliciet slechts één vestiging van beide voorzieningen mogelijk gemaakt binnen het plangebied. Zo wordt voorkomen dat meerdere voorzieningen met een oppervlakte groter dan 250 m2 bvo worden gerealiseerd. Een andere gewenste voorziening waar het vigerende plan geen ruimte voor biedt, is de mogelijkheid tot het vestigen van een broedplaats. Het planologisch mogelijk maken van zo'n functie in nieuwbouw, is een stedelijke opgave. Een broedplaats kan niet worden geschaard onder de toegestane functies binnen het gebied, vandaar dat deze functie binnen het bestaande programma wordt toegevoegd. Net als de gewenste maatschappelijke voorzieningen wordt expliciet slechts één vestiging van een broedplaats mogelijk gemaakt binnen het plangebied. Door niet meerdere of andere voorzieningen mogelijk te maken die afwijken van de maximale 250 m2? bvo uit het huidige bestemmingsplan, blijven de met dat plan beoogde kleinschalige functies in het gebied voor het overige behouden. Het toelaten van de nieuwe functie voor de broedplaats en het vergroten van de toegestane vestigingsgrootte ten behoeve van een woonzorgvoorziening en een buurtgezondheidscentrum, heeft niet tot gevolg dat het totaalprogramma aan voorzieningen of het totale programma binnen het plan wijzigt. Met de herziening van het bestemmingsplan wordt vastgehouden aan het programma zoals dat is beoogd bij de vaststelling van het bestemmingsplan ‘Zuidas Kop Zuidas 2018’ op 19 september 2018. Beslispunten Voor de onderbouwing van de beslispunten wordt u verwezen naar de raadsvoordracht. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Het voorontwerpbestemmingsplan is op grond van artikel 3.1.1. van het Bro aan overlegpartners voorgelegd en in het kader van (maatschappelijk) overleg aan de voor het bestemmingsplan relevante instanties verzonden. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.13 4 VN2021-032012 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Ruimte en % Amsterdam Mari in-E iet Hi Duurzaamheid % arineterrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter advisering aan de raad AD2021-136396 1. Advies Stadsdeel Zuid.pdf (pdf) AD2021-136397 2. NvB Zienswijzen bp Zuidas Kop Zuidas 1e herziening -def. pdf (pdf) AD2021-136398 3. NvW bp Zuidas Kop Zuidas 1e herziening -def.pdf (pdf) AD2021-136399 4a. Verbeelding - NL.IMRO.0363.K2001BPGST-VGo1.pdf (pdf) AD2021-136400 4b. Zuidas Kop Zuidas 2018, 1e herziening vastgesteld _1 Regels. pdf (pdf) 4C. Zuidas Kop Zuidas 2018, 1e herziening _vastgesteld_1_Toelichting.pdf AD2021-136401 (pdf) AD2021-136402 4d. Zuidas Kop Zuidas 2018, 1e herziening vastgesteld _1_Bijlagen.pdf (pdf) AD2021-138130 5. Gemeenteraad Voordracht.pdf (pdf) AD2021-138131 6. Ingediende zienswijzen gebundeld en geanonimiseerd.pdf (pdf) AD2021-138132 7. VERTROUWELIJK Ingediende zienswijzen, gebundeld.pdf (pdf) 8. VERTROUWELIJK NvB Zienswijzen bp Zuidas Kop Zuidas ze herziening - AD2021-138133 def.pdf (pdf) AD2021-122535 Commissie RO Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. | Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Anneke Gout, Projectmanager Zuidas, [email protected], 06 — 24 83 13 15 Tanne van Wissen, Ruimte & Duurzaamheid, [email protected], 06 — 12 26 22 20 Gegenereerd: vl.13 5
Voordracht
5
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 367 Publicatiedatum 29 april 2016 Ingekomen onder F Ingekomen op woensdag 20 april 2016 Behandeld op woensdag 20 april 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid N.T. Bakker inzake het vooronderzoek Glasvezelnet. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het vooronderzoek Glasvezelnet en het uiten van wensen en bedenkingen over het advies tot verkoop van het gemeentelijk belang in Glasvezelnet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 318). Constaterende dat: — in het kader van de herijking deelnemingen Glasvezelnet Amsterdam op de — lijst staat op afgestoten te worden. Overwegende dat: — de raad heeft ingestemd met de ambitie van het college om deelnemingen af te stoten, tenzij een groot publiek belang daarmee in het gedrang komt; — glasvezel wordt beschouwd als de infrastructuur van de toekomst; — Amsterdam kort geleden is gekroond tot innovatiehoofdstad; — een goed en wijdverbreid glasvezelnetwerk onmisbaar is om Amsterdams ambities op het gebied van connectiviteit te blijven nastreven. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken hoe de gemeente het Amsterdamse glasvezelnet kan aanbieden aan Amsterdammers en ondernemers, teneinde het glasvezelnet — in huidige omvang of uitgebreid — beschikbaar te stellen bij het najagen van de stedelijke ambities op het gebied van connectiviteit; — in het kader van de connectiviteitsvisie partners te zoeken zoals UvA, Science Park, maar ook private spelers, om deze diensten te ontwikkelen; — voordat het overgaat tot eventuele verkoop, de raad uiterlijk in oktober 2016 de resultaten van het onderzoek terug te koppelen. Het lid van de gemeenteraad N.T. Bakker 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad x Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1261 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Boutkan inzake verleng de subsidieregeling voor uitstootvrije taxi's met één jaar tot eind 2022. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Taxi 2020-2025. Overwegende dat: — Alle taxi's die in 2025 in Amsterdam rondrijden uitstootvrij moeten zijn en deze doelstelling belangrijk is voor verbetering van de luchtkwaliteit; — De huidige malaise in het taxivervoer vanwege corona het verdien- en investeringsvermogen van chauffeurs uitholt; — De huidige subsidieverordening waarvoor maximaal € 3.000 tot €5.000 per voertuig beschikbaar is voor de aanschaf van uitstootvrije taxi's in Amsterdam afloopt in 2021. Voorts constaterende dat: — Erop dit moment nog weinig marktkeuze is voor zero-emissie taxibusjes van 9 personen en dat er komende jaren meer voertuigen op de markt komen, wat ten goede komt aan de concurrentie en aanschafprijs. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De huidige subsidieregeling voor de aanschaf van uitstootvrije taxi's vanwege de corona crises met één jaar te verlengen tot eind 2022, zodat chauffeurs meer tijd krijgen te investeren in zero-emissie taxivervoer, Het lid van de gemeenteraad D.F. Boutkan 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 374 Publicatiedatum 28 juni 2013 Ingekomen op 27 juni 2013 Ingekomen in raadscommissie VVL Te behandelen op 3/4 juli 2013 Onderwerp Motie van het raadslid de heer Van Lammeren inzake de Kadernota 2014 (kosten van luchtvervuiling). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Kadernota 2014 (Gemeenteblad 2013, afd. 1, nr. 300); Overwegende dat: — Europese luchtkwaliteitsnormen, in het bijzonder wat betreft ‘fijnstof. minder streng zijn dan in de VS en in nog mindere mate voldoen aan de richtlijnen van de World Health Organization (WHO); — _ luchtvervuiling voor vele gezondheidsproblemen zorgt, zoals laag geboortegewicht, ademhalingsaandoeningen bij volwassenen, hart- en vaatziekten en voortijdige sterfte; — de luchtkwaliteit in Nederland tot de slechtste van Europa behoort (bron: Milieudefensie, Natuur & Milieu); — de verontreiniging op één plek een optelsom is van lokale uitstoot en met de wind meegevoerde vervuiling van elders minus de door de wind afgevoerde vervuiling; — _WHO een methode heeft ontwikkeld om de kosten van gezondheid en adaptatie aan Klimaatverandering te berekenen; — de kosten van adaptatieve maatregelen vaak hoger zijn dan de problemen bij de bron aan te pakken, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — _om via de nieuwe methodologie van de WHO de kosten van luchtvervuiling voor de gezondheid en de kosten van de maatregelen ten behoeve van luchtkwaliteit tegen elkaar uit te zetten om erachter te komen wat het rendement per euro is met betrekking tot het luchtkwaliteitbeleid; — hierover terug te koppelen aan de gemeenteraad. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam K S B % Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop % Agenda, donderdag 27 november 2008 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Tijd 14:00 tot 15.30 uur Locatie 0239 Algemeen / Kunst en Cultuur 1 Opening 2 Mededelingen 3 Kunstenplan 2009-2012 Nr. BD2008-008100 e Behandeling in tweede termijn; e Aangepaste versie Kunstenplan bijgaand; e Preadviezen worden - indien beschikbaar - nagezonden. 4 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1
Agenda
1
train
Leerlingstromen Voortegzet Onderwijs - windrichtingen Amsterdam - cijfers 2013 Centrum/Zuid Noord Oost/Zuidoost West ABCOUDE ALMERE AMSTELVEEN BROEK IN WATERLAND PURMEREND Overig Eindtotaal Centrum/Zuid | 5030 36} 63} 4 |Y Ws 2 7 6791 Noord | 60 33} 580% | |A WW 6 26 11} 4862 JOost/Zuidoost | 3216| 259} 6019} 500} | 8 4 4 A 3} 326 __ 10.603 west | 48 9 459 768 || 20} 2815) Onbekend | 8 OO ABCOUDE 354 AMRES JAMSTELVEEN______——— {854104 apnoevenorr Js BROEK IN WATERLAND | 4% DEMEN DUIVENDRECHT | 028 LANDSMEER | ema a Te MONNICKENDAM | 8| 8528 JOOSTZAAN________ | 86 OUDERKERK AAN DEAMSTEL |___DE W PURMEREND Jes Te ZAANDAM 560 CE EZ OE EE Eindtotaal KIGR0L 4.236 CEE CRSZ NN 6) Lr 616 vri EY] 768 40.862 Van links naar rechts staan de aantallen leerlingen afkomstig uit een windrichting. Per kolom is aangegeven in welke windrichting ze naar school gaar leeswijzer: in windrichting Noord wonen 4.862 leerlingen, daavan gaan er 601 naar naar school in Centrum/Zuid, 3.113 gaan naar school in Noord, etc. 1) 74% van de woonachtige kinderen in windrichting Centrum/Zuid blijft het Voortgezet onderwijs in eigen windrichting volgen in 2013 2) 64% van de woonachtige kinderen in windrichting Noord blijft het Voortgezet onderwijs in eigen windrichting volgen in 2013 3) 60% van de woonachtige kinderen in windrichting West blijft het Voortgezet onderwijs in eigen windrichting volgen in 2013 4) 57% van de woonachtige kinderen in windrichting Oost/Zuidoost blijft het Voortgezet onderwijs in eigen windrichting volgen in 2013 Waar gaan de VO leerlingen naar toe als ze het VO niet in eigen windrichting blijven volgen? Windrichting Centrum/Zuid: Windrichting Noord Windrichting West Windrichting Oost/Zuidoost 74% blijft in windrichting Centrum/Zuid 64% blijft in windrichting Noord 60% blijft in windrichting West 57% blijft in windrichting Oost/Zuidoost 11% gaat naar windrichting West 12,4% gaat naar Centrum/Zuid 33% gaat naar Centrum/Zuid 30% gaat naar Centrum/Zuid 9% gaat naar Oost/Zuidoost 12% gaat naar Oost/Zuidoost 3,6% gaat naar Oost/Zuidoost 4,7% gaat naar west 2% gaat naar Noord 6,2% gaat naar West 0,7% gaat naar Noord 24% gaat naar Noord 4% gaat buiten Amsterdam 5,4% gaat buiten Amsterdam 2,7% gaat buiten Amsterdam 5,9% gaat buiten Amsterdam
Schriftelijke Vraag
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 731 Publicatiedatum 7 augustus 2015 Ingekomen onder AW Ingekomen op donderdag 2 juli 2015 Behandeld op donderdag 2 juli 2015 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Groen en de heer Van Lammeren inzake de uitspraak van de rechter in de zaak van Urgenda tegen de Staat (doen wat nodig is). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van het lid Groen inzake de uitspraak van de rechter in de zaak van Urgenda tegen de Staat (Gemeenteblad afd. 1, nr. 657); Overwegende dat: — ereen rechterlijke uitspraak ligt in de zaak van Urgenda dat de uitstoot van CO2 in Nederland met 25% moet zijn teruggedrongen in 2020. De rechter deze norm van 25% daarbij ook nog als ‘terughoudend’ kenschetste; — de gemeente Amsterdam een evenredige of zelfs grotere inspanning zou moeten leveren om aan deze doelstelling bij te dragen; — in een recent rapport van het IMF werd betoogd dat de schade die wordt aangericht door CO2 niet wordt meegerekend in de kosten van energieopwekking door fossiele brandstoffen. Recente economische studies een ondergrens voor die beprijzing aangeven van tenminste 80 — 100 €, waarbij als wordt meegerekend dat klimaatverandering de economische groei gaat remmen, dat bedrag nog hoger moet zijn. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: bij afwegingen over investeringen in duurzaamheid, alsmede bij MKBA's de waarde van bespaarde CO2 mee te rekenen en te waarderen op 100€ per bespaarde ton. De leden van de gemeenteraad RJ. Groen J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 621 Datum indiening 11 mei 2020 Datum akkoord 18 mei 2020 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Vroege inzake het bericht dat een mannenstel opnieuw is lastiggevallen en mishandeld in Oost. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Het stel dat eerder rond Pasen is mishandeld terwijl hen homofobe uitlatingen werden toegevoegd, zou opnieuw het slachtoffer zijn geworden van eenzelfde homofoob delict. Dat laat de advocaat van het stel weten op twitter. De fractie van D66 krijgt al lang en veel signalen dat Amsterdammers niet hand in hand over straat durven uit angst voor dergelijke delicten. Dat een stel nu binnen zo’n korte tijd tweemaal op deze manier wordt belaagd bevestigt voor deze Amsterdammers die angst, en jaagt de angst aan. Voor het stel zelf is dit een persoonlijk drama. Gezien het vorenstaande heeft het lid Vroege, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college contact opgenomen met het stel, om het signaal af te geven dat zij zich in Amsterdam ondanks alles thuis en veilig moeten kunnen voelen? Antwoord: Ja. De Burgemeester heeft snel na het eerste incident contact met het stel gehad om hen te laten weten dat wat hun overkomen is, onacceptabel is. Na het tweede incident is er een gesprek geweest tussen het stel en het stadsdeel, de politie, het COC en de gemeente. In het kader van nazorg wordt de komende tijd contact gehouden. Verschillende gemeente-onderdelen zijn hierbij betrokken. 2. Is bij het college bekend of de aangehouden verdachte behoort tot dezelfde dadergroep als het vorige incident met dit stel? Antwoord: Lopende het strafrechtelijk onderzoek naar het incident worden er geen mededelingen gedaan over de inhoud hiervan. 1 https://www.parool.nl/amsterdam/homostel-opnieuw-lastiggevallen-en-mishandeld-in- oost-b3628120/ 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer a mei 2020 Schriftelijke vragen, maandag 11 mei 2020 3. Werkt het strafverzwarend voor daders indien zij binnen korte tijd voor een tweede keer voor een delict met een bewezenverklaard homofoob karakter worden veroordeeld’? Antwoord: Het bepalen van de strafeis in zaken die voor de rechter worden gebracht is aan de Officier van Justitie. Het is aan de Strafrechter om te beslissen welke straf er zal worden opgelegd. Het is dus niet aan het college om hier uitlatingen over te doen. 4. Deelt het college de wens van de fractie van D66 dat juist in tijden waarin de openbare ruimte voor velen de enige plaats is waar zij zich even in de frisse lucht kunnen begeven, die openbare ruimte voor iedereen veilig zou moeten zijn en voelen? Antwoord: Het college is van mening dat de openbare ruimte ten allen tijde voor iedere Amsterdammer veilig moet zijn en voelen. Elke Amsterdammer moet in zijn of haar eigen buurt over straat kunnen gaan, hand in hand met hun geliefde, zonder zich op welke manier dan ook geïntimideerd te voelen. Toelichting door vragensteller: Er is momenteel een bijzondere handhavingstaak voor de politie in de openbare ruimte in verband met de noodverordening. Dat betekent dat veel politie in de openbare ruimte aanwezig is. 5. Is het mogelijk om op en rond de plaats van de incidenten (tijdelijk) extra aanwezigheid van politie te verzorgen? Antwoord: De politie zet haar personeel altijd informatiegestuurd in. Ook in de wijk waar dit heeft plaatsgevonden zal de politie haar surveillance aanpassen als daar aanleiding voor is. 6. Zijn bij de gemeente, politie of het Meldpunt Discriminatie Regio Amsterdam (MDRA) ook andere soortgelijke incidenten in de Indische Buurt bekend? Antwoord: Er zijn uit het recente verleden enkele signalen uit de Indische buurt en stadsdeel Oost bekend over LHBTI-ers die zich niet veilig voelen op straat. In de regel neemt het Stadsdeel samen met het COC en de Politie contact op met melders hiervan. Vermoedelijk blijft een deel van de incidenten helaas ongemeld. Het college roept dan ook eenieder op die het slachtoffer is van intimidatie of geweld met discriminerend motief, om hier een melding van te maken en/of hiervan aangifte te doen. 2 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer a mei 2020 Schriftelijke vragen, maandag 11 mei 2020 7. Op welke manier dringt het college bij de driehoek en het Rijk onverkort aan op beleid dat het aantal vervolgingen van strafbare haatmisdrijven, hatespeech en discriminatie verhoogt? Brengt het college in dat kader ook dit schrijnende geval onder de aandacht? Antwoord: Het bestrijden van discriminatie en haatmisdrijven komt veelvuldig aan de orde in de gesprekken die gevoerd worden op verschillende domeinen met de betrokken ministers en ministeries. Het OM en de Politie geven de bestrijding van discriminatie onverminderd prioriteit. De capaciteitsdruk—die eveneens voelbaar is bij de rechtelijke macht - maakt echter wel dat in de ogen van het college nog te veel zaken blijven liggen. Het college blijft dan ook onverkort het belang van vervolgen benadrukken. Het is immers een gezamenlijke verantwoordelijkheid dat een ieder zich gevrijwaard voelt van discriminatie in onze stad. U bent hier recent over geïnformeerd in de raadsbrief Uitvoering van motie 1/5 van raadsleden Hammelburg, Vroege, Ernsting en Mbarki getiteld beleidskader 2019-2022 Diversiteit en Inclusiviteit (bestrijding discriminatie vanuit veiligheidsoptiek) van 6 maart 2020. Naar aanleiding van de recente incidenten zal de driehoek in gesprek gaan over aanvullende maatregelen die mogelijk genomen kunnen worden. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 3
Schriftelijke Vraag
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1902 Ingekomen onder BP Ingekomen op donderdag 7 november 2019 Behandeld op donderdag 7 november 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake het investeringsbesluit Strandeiland (IJburg tweede fase) 1e fase en landmaken 2e fase (diervriendelijke oevers) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het investeringsbesluit Strandeiland (IJburg tweede fase) 1e fase en landmaken 2e fase (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1835). Constaterende dat: — _natuurlijkvriendelijke oevers (met een flauw aflopend en begroeid talud) een belangrijke bijdrage aan de biodiversiteit leveren en een positief effect op de waterkwaliteit hebben; — erop de zuidelijke oever en bij het Oeverpark op Strandeiland natuurlijke oevers ingepland staan, maar er ook oevers zijn die steil zullen worden; steile oevers gevaarlijk kunnen zijn voor dieren die in het water terecht zijn gekomen, zoals katten of jonge vogels. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij de te realiseren steile oevers op Strandeiland diervriendelijke maatregelen toe te passen die opklimmen mogelijk maakt. Het lid van de gemeenteraad J.F. Bloemberg-lssa 1
Motie
1
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 434 Publicatiedatum 12 juni 2015 Ingekomen op 10 juni 2015 Ingekomen onder Q Te behandelen op 1/2 juli 2015 Onderwerp Amendement van de raadsleden mevrouw Moorman en de heer Groot Wassink inzake de Voorjaarsnota 2015 (investeren in de stad: versnelling transformaties voor starterswoningen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 379); Overwegende dat: — er nog altijd meer dan 1 miljoen m2 leegstand is in Amsterdam; — het overgrote deel van de jongerenhuisvesting in de periode 2010-2014 tot stand is gekomen uit nieuwbouw en transformatie; — het wenselijk is dat voor starters op de woningmarkt, waaronder jongeren, de voorraad aan betaalbare huurwoningen wordt vergroot; — de gemeente projectontwikkelaars of corporaties tegemoet kan komen bij deze transformaties door de verminderde opbrengst per woning te compenseren en processen te versnellen; — het daarbij dan wenselijk is afspraken te maken over het langjarig betaalbaar aanbieden aan de doelgroep jongeren, Besluit: 1. op pagina 62, onder 8.4 Bestuurlijke prioriteiten 2016-2019, toe te voegen: ‘Bij de voorjaarsnota heeft de gemeenteraad besloten te investeren in de transformatie naar huisvesting voor starters met een huurprijs van maximaal € 500 per maand (prijspeil 2015). De Gemeente stelt€ 10 min. beschikbaar voor het versnellen van transformaties naar jongerenwoningen.”; 2. als financiële dekking hiervoor aan te wenden het renteresultaat 2015; en de Voorjaarsnota op pagina 28, onder G. Renteresultaat (omslag) als volgt te wijzigen: na de passage ‘Verder is de ín 2015 benodigde renterisicobuffer (last) gedaald omdat er dit jaar al leningen zijn aangetrokken tegen een vaste rente en er voor de afgesloten leningen geen renterisico meer wordt gelopen.” 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 434 A d é Datum _ 12 juni 2015 mendemen toe te voegen: ‘Bij de Voorjaarsnota heeft de gemeenteraad besloten het renteresultaat van € 40,4 miljoen in 2015 als volgt aan te wenden: € 0 min. (Versnelling transformaties jongerenwoningen), € 3 min.( Praktikondersteuner), € 4 min. (Veiligheid in de buurt), € 3,4 min. (Overige investeringen in de stad 2015). De overige € 20 miljoen wordt ingezet ten behoeve van schuldreductie.; 3. alle relevante tekstpassages en tabellen overeenkomstig aan te passen. De leden van de gemeenteraad, M. Moorman BR. Groot Wassink 2
Motie
2
discard
fe, G MEDECINS DU MONDE 1 (EE DOCTORS OF THE WORLD ada slual dadsio LAKARE | VÄRLDEN ME iN, U DICI DEL MONDO MEDICI DEL MONDO rIaTPOl TOU KÓOJHOU DOKTERS VAN DE WERELD MEDIC hes 4 OS DO MUNDO MEDICOS DEL MUNDO RIEM ARZTE DER WELT Sfera sle MÉDECINS DU Ed de: MONDE UERIESEEE DOCTORS OF THE WORLD „Jail slubl daliia LAKARE | VARLDEN MEDICI DEL MON Ò Pd Nederland ll A An aan: Raadsleden Gemeente Amsterdam betreft: Zorgen over Programma Vreemdelingen, bij bespreking Voorjaarsnota 13+14 juli 2016 Amsterdam, 11 juli 2016 Geachte heer, mevrouw, Deze week bespreekt de gemeenteraad de Voorjaarsnota 2016. In deze brief delen we graag onze zorgen over het Programma Vreemdelingen, dat om budgettaire redenen gestopt wordt. Onderstaande zorgen komen voort uit onze werkervaring en uit overleg met andere organisaties. Dokters van de Wereld werkt sinds 10 jaar in Nederland aan het ondersteunen van ongedocumenteerde migranten in hun zoektocht naar zorg. In Amsterdam bezoeken onze medische vrijwilligers sinds 2012 (tentenkamp Notweg) wekelijks de diverse vluchtlocaties, voor het monitoren van zorgbehoeften en toegeleiding naar de reguliere zorg. Sinds maart 2016 zijn daar de Bed-Bad- Brood-locaties (nachtopvang) bijgekomen. Wekelijks worden in de diverse locaties 20 tot 30 personen voorgelicht, van zelfzorgmedicatie voorzien en doorverwezen naar reguliere zorg. Zoals we u reeds in januari 2016 berichtten, zien we zowel in de vluchtlocaties (momenteel: Vluchtgemeente, Vluchtmaat) als in de BBB-locaties veel vrouwen, die het risico lopen op (seksuele) uitbuiting, mede door eerder doorgemaakte trauma’s. Door het niet of onvoldoende bieden van adequate opvang doen zich feitelijk al psychische problemen, ongewenste zwangerschappen en (seksueel) geweld voor. Voorbeelden van individuele personen met medische problematiek in de BBB-locaties die méér opvang en een betere medische begeleiding nodig hebben: -_ Vrouw met diabetes. Een regelmatig eetpatroon is vereist voor een stabiele glucosewaarde, dit lukt echter niet op straat. Vanwege voet met geamputeerde tenen is lopen erg moeizaam. Gevolg: instabiele glucosewaarde geeft hoger risico op functiestoornissen en verdere amputaties. -_Man met psychische klachten. Heeft veel slaap en structuur nodig. Hij slaapt slecht vanwege delen van kamer met 4 personen, en heeft overdag op straat geen structuur. Gevolg: loopt verward rond over straat, risico op verergering van psychische problematiek. -_ Vrouw met psychiatrische problematiek, is instabiel, verward en daarmee soms een gevaar voor zichzelf en haar omgeving (andere BBB-bezoekers en begeleiders). Niet bekend waar ze overdag verblijft en hoe dit gaat. -__Man met Tuberculose. Krijgt zonder regelmatige maaltijden maagproblemen en hierdoor wordt medicatie inname bemoeilijkt. Overdag op straat lukt het hem niet regelmatig te eten. Gevolg: risico op inefficiënte TB-behandeling. Hulporganisaties als het Wereldhuis en Stap Verder en ook de Vluchtgemeente fungeren al geruime tijd als informele dagopvang voor een aanzienlijke groep personen die ’s nachts in een BBB-locatie verblijven. Dit geeft een grote druk op betreffende locaties en is geen duurzame oplossing. De aangekondigde sluiting van de Vluchtgemeente zorgt voor veel persoonlijke stress en onderlinge Nieuwe Herengracht 20 | 1018 DP Amsterdam | +31(0)20 465 2866 | [email protected] he NL11 ABNA 0491 7178 06 | www.doktersvandewereld.org @: Dakters van de Nerd lat ur gegevens vaa ter uitvoerpg an het donateurschan Daarmee dinnen #e in de raakomst nfommersn over ie ban, Nel onputkkeleger oil Dokters van as Wereiet or vorstante cigenisaties, Ais u op deze Irlormare geen prs steil, kunt: dir aan ans daorgeven aoroa vanen onrust. Dit geldt in het bijzonder voor personen die een GGZ-behandeling volgen, bijvoorbeeld bij Equator Polistad. Door het sluiten van de 24-uurs opvang dreigen ernstig zieke mensen op straat te belanden. Het betreft onder andere een patiënt met epilepsie en psychiatrische problematiek, een patiënt met nierfalen die wekelijks meerdere keren dialyse nodig heeft en iemand met een posttraumatische stressstoornis in combinatie met zwakbegaafdheid. De noodzakelijke behandelingen kunnen niet effectief zijn als er geen plek is om te verblijven en te rusten, geen regelmatig en gezond eten en vooral geen toegang tot een arts en stabiele inname van medicatie. Dokters van de Wereld pleit voor: 1. Continuering van de 24-uurs opvang om te voorkomen dat ernstig zieke en kwetsbare mensen op straat komen. 2. Verruiming van de GGD-criteria voor toegang tot de 24-uurs opvang zodat personen met ernstige somatische en/of psychische problematiek en vrouwen (die nu nog in de BBB of vluchtlocaties zitten) een veilig en stabiel onderkomen hebben. 3. Voldoende medische begeleiding en monitoring van effectieve toegang tot reguliere zorg bij de BBB-locaties. 4. Structurele uitwisseling van ervaring en het verkennen en waar mogelijk aangaan van samenwerking tussen gemeente, organisaties en personen die al geruime tijd een actieve rol spelen bij ongedocumenteerde personen op diverse locaties. Het waarborgen van de humanitaire ondergrens van adequate opvang en huisvesting voor ongedocumenteerde personen die dit ontberen en het bieden van voldoende medische begeleiding, is vanuit verschillende oogpunten van belang: -__medisch-ethisch: verminderen van vermijdbaar gezondheidsverlies en individueel lijden; - publieke gezondheid: monitoren van risico’s en voorkomen van infecties; -__ financiën: het voorkomen van verdere gezondheidsproblemen voorkomt onnodig dure behandelingen, én - openbare orde: kwetsbare en zieke/ verwarde personen niet op straat aan hun lot overlaten. Tijdens ons werk in Amsterdam valt het op dat er veel steunorganisaties en welwillende vrijwilligers de ongedocumenteerde migranten ondersteunen om ‘erger’ te voorkomen: met voedsel, financiële ondersteuning, toegeleiding naar zorg, juridisch advies, etcetera. Het verdient aanbeveling om na deze 1° periode (juni 2015-juni 2016) het Programma Vreemdelingen en de voorzieningen op andere plaatsen (zoals BBB) aan een onafhankelijk onderzoek te onderwerpen voor verdere optimalisering. Hierbij kunnen best practices uit andere steden inspireren tot een model dat wel financieel haalbaar is, zodat adequate zorg en opvang aan zieke en kwetsbare mensen gewaarborgd wordt. Wij hopen dat bij de bespreking van de Voorjaarsnota en motie nr. 622 (Financiering Programma Vreemdelingen) bovenstaande ervaringen en oproepen in acht worden genomen en dat de gemeente Amsterdam haar verantwoordelijkheid* neemt in het waarborgen van adequate opvang en medische begeleiding. Indien u nadere toelichting wenst of andere vragen heeft, horen wij dat graag. Met vriendelijke groet, Arianne de Jong Directeur, Dokters van de Wereld Nederland (020-4652866) ! Artikel 25 (1) Universele Verklaring Rechten van de Mens (UVRM), Artikel 2 International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights (ICESCR), Artikel 11 ISESCR
Raadsadres
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsnotulen Jaar 2019 Afdeling 2 Vergaderdatum 3 april 2019 Publicatiedatum 30 april 2019 Avondzitting op woensdag 3 april 2019 Voorzitter: de heer Torn, plaatsvervangend voorzitter. Raadsgriffier: de heer Willems, plaatsvervangend raadsgriffier. Verslaglegging: de heer Seelen. Voorzitter: de heer Torn De VOORZITTER heropent om 19.30 uur de 's middags geschorste vergadering. 23 Vaststellen van het Strategisch Huisvestingsplan Jeugd, Zorg en Basisvoorzieningen 2019-2025 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 341) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Grave-Verkerk. Mevrouw DE GRAVE-VERKERK: Het Strategisch Huisvestingsplan ZJS heeft de goedkeuring van de VVD-fractie. Wij onderschrijven de koers en de gekozen principes. Wij geven het college dan ook een compliment voor het stuk en we steunen het ook. Waarom heb ik toch het woord gevraagd? Dat is om een discussie in de commissievergadering af te ronden. Binnen dit domein is er geen criterium, een sportnorm of wat dan ook, zoals dat in andere domeinen wel het geval is, om bij verdelingsvraagstukken te hanteren. We hebben daar in de commissie over gesproken. De wethouder zei dat we uiteindelijk pragmatisch moeten zijn en met alle betrokkenen aan tafel moeten gaan zitten als er een knelpunt is bij de fysieke voorzieningen in een wijk of in een buurt. Dat spreekt de VVD-fractie natuurlijk aan. Echter, wij zoeken ook naar de controlerende rol van de raad hierin en hoe die moet worden ingevuld. Daar zit mijn fractie mee. Daarom wil ik het college voorleggen of de aanpak niet zodanig kan zijn dat iedereen het zijne of het hare kan doen en dat de wethouder, indien daar aanleiding voor is, dilemma's bij de verdeling van de fysieke voorzieningen of structurele knelpunten in de commissie inbrengt om erover te praten zodat ook de raad zijn controlerende rol kan vervullen. Daarom vind ik het belangrijk om dit punt in de raadsvergadering te bespreken. Ik hoor graag hoe het college en eventueel de collega’s hierover denken. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw La Rose. Mevrouw LA ROSE: Allereerst dank ik de wethouder en het college voor dit mooie plan. Het heeft ook onze steun. Zoals mevrouw De Grave-Verkerk al zei, is het uitvoerig in de commissie besproken. Onze inbreng daarin richtte zich vooral op de 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen basisvoorzieningen zoals de buurtkamers, huizen van de wijk en jongerencentra. Het belang van deze basisvoorzieningen is vooral gelegen in de sociale cohesie van een wijk of buurt. Dit belang wil ik vanaf deze plek extra benadrukken. Wij vragen aandacht voor de evenwichtige spreiding van jongerencentra in die stadsdelen waar de behoefte het grootst is. Dat staat ook in het plan, maar ik heb toch signalen uit Zuidoost en Nieuw-West dat de behoefte aan jongerencentra daar bijzonder groot is. Ik wil de wethouder vragen of zij inzicht kan geven in hoe deze spreiding zal worden vormgegeven. Tot slot: De PvdA pleit ervoor om bij de aanvang van de uitvoering van dit koersdocument en ook bij de integrale aanpak het volgende in acht te nemen. Er moeten voldoende maatschappelijke voorzieningen worden gepland op de terreinen Jeugdzorg en Basisvoorzieningen. We weten dat het heel erg passen en meten is met budgetten, maar in dit geval gaat het om de steunpilaren die met name van belang zijn in sociaaleconomisch zwakkere stadsdelen. We rekenen erop dat we niet achteraf moeten constateren dat de geplande basisvoorzieningen in de gebieden waar ze het meest nodig zijn weer krap bemeten waren. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Heel veel dank voor de complimenten en de steun die de raad uitspreekt. Er zit ontzettend veel werk in dit plan. Dat komt omdat met name in stadsdelen, maar ook heel veel partners die het werk doen dat zich binnen de stenen afspeelt — en daar gaat het uiteindelijk om, het jongerenwerk maar ook de zorg — hebben meegedacht over wat er nodig is, wat er nu is en hoe de wijken en de bevolking veranderen. Dat is uitgedrukt in dit plan. Mevrouw De Grave-Verkerk heeft het goed gezegd, anders dan bij sport is hier geen sprake van een bepaalde hoeveelheid vierkante meter per bewoner. We hebben geprobeerd om dit zo secuur mogelijk met alle partners te doen. Dank omdat u dit hebt gezien. Dit is geen stilstaand beleid. Wat gebeurt er namelijk? Een stad ontwikkelt zich soms grillig. Plannen worden sneller of langzamer uitgevoerd en behoeften verschuiven. Dit plan zal daarom steeds actualisering behoeven. Die actualisering ziet u hier terug en wel op drie momenten. In de eerste plaats is dit het beleid. Dat moet zich straks uiten in investeringen. Dan is de raad in staat om daar iets van te vinden. U ziet het ook terug als we ruimtelijke plannen voorleggen zodat u ziet waar wat landt. Verder natuurlijk bij het strategisch beleid dat we zullen aanpassen. In dit stuk ziet u per windrichting wat waar nodig is. Ik zeg dit in de richting van mevrouw La Rose. U ziet bijvoorbeeld voor de richting Oost/Zuidoost niet alleen wat er nu is, maar u ziet ook waar nieuwbouw plaatsvindt. Is er sprake van uitbreiding van bestaande voorzieningen of juist optimalisering of vervanging? Al die zaken hebben we in kaart gebracht en ook per wijk hebben we dat aangeduid in hoofdstuk 5. Ik denk dat u daarmee al een eind komt. De stenen zijn één ding, maar vers twee is wat we ermee doen. Dat betreft uw laatste oproep die ik ondersteun. Wat programmeren we en wie doen dat? Daarover zullen we gaan praten als we het hebben over het beleid van de basisvoorzieningen en het beleid voor het jongerenwerk dat u nog krijgt. Mevrouw De Grave-Verkerk vroeg of de raad daar dichter op kan zitten bij dilemma's of knelpunten, afgezien van de drie momenten die ik noemde — de investeringen, het vaststellen van de ruimtelijke plannen en ook de actualisering en het vaststellen van het beleid dat nu voorligt. Ik wil heel graag de dilemma's en knelpunten met u delen. Ik zal nog nadenken over een goede manier daarvoor. Misschien moeten we er per keer een vorm voor vinden. Ik vind het wel fijn dat de raad er goed in mee wil denken. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen De discussie wordt gesloten. Aan de orde is de stemming over de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 341). De voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 341) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 341) met algemene stemmen is aangenomen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 341 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 24 Kennisnemen van de brief over de specialistische jeugdhulp 2018 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 324) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Grooten. Mevrouw GROOTEN: Om in de terminologie van de heer Bakker te blijven: schande en wel een motie. Ik wil beginnen met een oproep aan ons allemaal. Over dit onderwerp, jeugdhulp en de tekorten, moeten we echt veel vaker praten. Het is nu een onderwerp waar in klein verband in de raadscommissie ZJS over gesproken wordt, maar we hebben echt een heel groot probleem. Een probleem dat ook niet zomaar is opgelost. Het blijkt ook nog groter te zijn dan we dachten, want gisteren zat er in de dagmail een brief. Het tekort, waarvan we dachten dat het in 2018 23 miljoen euro zou bedragen, is opgelopen naar 29 miljoen euro. Laat dat even op u inwerken: 29 miljoen euro te kort op de jeugdhulp alleen voor Amsterdam in 2018. Stelt u zich voor: We krijgen de opdracht om voor kwetsbare jongeren en kinderen te zorgen. Om voor alle mensen die in de problemen zitten oplossingen te vinden en ze uit de knel te helpen. Bij die opdracht komt meteen een bezuiniging van 15%, bovendien in een totaal nieuw systeem dat een aantal jaren nodig heeft om echt te werken. Dan blijkt dat we in de jeugdhulp veel meer kinderen en jongeren moeten helpen. In Amsterdam zelfs 8,8%. Veel meer dan het landelijke gemiddelde. Daarnaast komen er ook nog allerlei bijeffecten van de decentralisatie. Misschien wordt er af en toe verwezen naar te zware zorg. Er komen nieuwe opgaven. De gesloten jeugdzorg moet worden afgebouwd. Daarvoor krijgen we nu een fooi van 2 miljoen euro van de minister. Onze ambtenaren werken keihard. Ik wil daar even bij stilstaan. Onze ambtenaren doen alles wat ze kunnen om ervoor te zorgen dat we er beter uitkomen en dat we de komende jaren de jeugdhulp kunnen blijven bieden die nodig is. Het is onze plicht als volksvertegenwoordigers om nu echt iets te doen. In VNG-verband wordt er gelobbyd, maar het is heel vreemd dat we aan de minister moeten vragen om geld te geven voor de extra kinderen en jongeren. Dat we moeten leuren en een vreselijke signaalmotie moeten indienen om dat te vragen. Ook alle coalitiepartijen in Den Haag tekenen mee dus ik hoop dat Hugo de Jonge hier iets mee doet, want het is echt tijd. 29 miljoen euro in 2018 De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Veroastrdatum 5 april 2019 Gemeenteraad Raadsnotulen 89° Motie van de raadsleden Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave- Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-lssa, Simons, Flentge en Ceder inzake de brief over de specialistische jeugdhulp (enorme tekorten in de jeugdhulp in Amsterdam) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 400). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport met klem op te roepen de financiële middelen voor de groei van het aantal kinderen en jongeren in de jeugdhulp aan Amsterdam te doen toekomen. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flentge. De heer FLENTGE: Ik doe dit heel snel, want anders gaat mijn collega mij slaan. Is het mogelijk een halfjaarlijkse update van het separeerprogramma te krijgen? Net als van de cijfers over het leefklimaat in bijvoorbeeld een instelling als De Koppeling. Hoe snel komen de middelen uit het transformatiefonds beschikbaar waarmee leefgroepen verkleind kunnen worden en het leefklimaat verbeterd wordt? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Ik berichtte u de afgelopen periode veel over de jeugdhulp. Ik denk dat het belangrijk is dat u goed op de hoogte bent van wat er speelt, zowel inhoudelijk als financieel. Ik dank u ook voor het bijwonen van de technische sessie. Daarom ook de recente brief. We zien verschillende dingen gebeuren, maar ik zal proberen om het beknopt te houden. Er is werk aan de winkel. Werk wat we zelf oppakken door het stelsel beter in te richten en scherpere afspraken te maken, maar ook werk met onze partners bij het Rijk waarmee we aan tafel zitten. Ik snap de oproep van de raad heel goed. Ik wil daar ook graag aan tegemoetkomen. Wij zitten aan tafel en voor zover dat kan, zal ik dat nog krachtiger doen. Daarmee krijgt u een positief preadvies. Onderdeel van het stelsel is ook de specialistische jeugdhulp waarnaar ook de heer Flentge verwees. Onderdeel daarvan is weer de gesloten jeugdzorg. Dat is eigenlijk een type zorg dat we willen voorkomen door veel meer in te zetten op preventie. Als het goed is, dan hebben we die zorg niet meer nodig. Helaas gaat de kost voor de baat uit. We hebben beide. De financiën lopen in de pas, maar we willen evenmin wachten met innoveren op dat terrein. Er wordt enorm gestuurd op het niet meer separeren van jongeren. U hebt dat ook gezien in de antwoorden op uw vragen. We zijn bij De Koppeling van 6/7 separaties in 2017 naar 15 separaties in 2018 gegaan. Dat gebeurt niet per ongeluk. Het betekent dat daar heel hard op gestuurd wordt. Ik vind dat heel knap. Ik heb veel bewondering voor de mensen die daar werken. Ik zal proberen om een manier te vinden om u een beetje op de hoogte te houden van de ontwikkeling daar en van welke keuzes er worden gemaakt. Ik denk dat ik daar de halfjaarlijkse rapportages over de zorg voor gebruik en ik zal ervoor zorgen dat daarin goed te zien is hoe hiermee om wordt gegaan zodat we niemand op extra lasten jagen. In het verlengde daarvan: een van de innovaties die daar plaatsvindt en die in ons stelsel ook de bedoeling is, is met de innovatiemiddelen die — let wel — incidenteel zijn een omslag te maken naar kleinere voorzieningen. Die sluiten veel beter aan bij de behoeften 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen van jongeren waardoor we hen veel beter en sneller kunnen bedienen. De middelen daarvoor zijn nu beschikbaar en we zijn er nu mee aan het werk. Ik zal ervoor zorgen dat u op de hoogte gehouden wordt van de innovaties en van hoe het daarmee gaat. De discussie wordt gesloten. Aan de orde is de stemming over de motie-Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-lssa, Simons, Flentge en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 400). De motie-Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-Issa, Simons, Flentge en Geder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 400) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-lssa, Simons, Flentge en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 400) met algemene stemmen is aangenomen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 324 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 26 Instemmen met het aanpassen van de reikwijdte van het project Bruggen Oranje Loper en instemmen met het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet en met een aanvullende kredietreservering (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Vroege. De heer VROEGE: De Oranje Loper, een mooi project en een belangrijk project voor de stad. Een project waarbij we niet zoals bij de Rode Loper de bruggen zijn vergeten, maar de bruggen als basis van het project hebben genomen. Een project dat ook veel overlast in de stad zal geven tijdens de verbouwing, maar uiteindelijk wordt de stad er mooier van. Het is ook een project dat ons leert dat dit kneiterlinkse college stiekem toch koningsgezind is, want geheel naar eigen keuze heeft het besloten dit project te vernoemen naar ons Koninklijk Huis. Een mooie keuze vind ik. Een van de besluitpunten betreft een eerder genomen besluit van de raad om de nota van uitgangspunten voor de Raadhuisstraat te veranderen. De wethouder zegt later met een nieuw plan te komen. We leveren nu iets in en we krijgen later iets terug, maar we weten nog niet wat. Ik heb in de commissie al gezegd dat ik het nieuwe plan inhoudelijk zal beoordelen, maar het zou fijn zijn als de wethouder kan toezeggen dat zij het verschil tussen het al aangenomen plan en de nieuwe plannen duidelijk maakt, bijvoorbeeld in een bijlage, zodat we goed de verschillen kunnen zien en op basis daarvan kunnen besluiten of het nieuwe plan beter is dan het oude. Het tweede verzoek aan de wethouder is om, net als we gewend zijn te doen bij andere grote projecten die vele jaren duren en uit veel deelprojecten bestaan, een onlinearchief aan te leggen zodat iedereen die erbij betrokken is, bewoners en ondernemers, maar ook de raad in deze en volgende perioden het hele project kan overzien. 5 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen Tijdens de verbouwing blijft de winkel gewoon open en moet de stad ook bevoorraad worden. Allereerst met alle bouwmaterialen voor het project zelf en bouwlogistiek is een van de grootste logistieke stromen in deze stad. Het lijkt mij verstandig als wij dat schoon, slim en verstandig aanpakken. Daarom heb ik een motie die het college oproept om dat nadrukkelijk te vragen aan degenen die inschrijven op de aanbestedingen van dit project zodat we niet heel veel vrachtverkeer in de stad krijgen, maar bijvoorbeeld vooral het water gebruiken. In de omgeving van dit project bevindt zich ook veel horeca en horeca zorgt voor een grote logistieke stroom in deze stad. Al jarenlang doen wij ons best om deze logistieke stromen te moderniseren. Dat lukt steeds niet omdat geen enkele partij er belang bij heeft om hiermee te beginnen. Nu wordt de boel flink verbouwd. Dit levert veel vertraging op en dat is een mooi moment om het ongemak om te zetten in kansen en met het bedrijfsleven, maar ook met kennisinstituten, samen te onderzoeken of we projecten kunnen bedenken waarbij de horecalogistiek kan worden verbeterd zodat we daar ook in de toekomst in de rest van de stad profijt van hebben. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 90° Motie van het raadslid Vroege inzake bruggen Oranje Loper (kansen voor stadslogistiek) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 401). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -_in samenwerking met bedrijfsleven, brancheorganisaties en kennisinstellingen als de HvA mogelijkheden voor innovatieve projecten, gericht op horecalogistiek, voor bedrijven op en rondom de Oranje Loper te onderzoeken; - de raad voor 1-1-2020 over de uitkomsten van dit onderzoek te informeren. 91° Motie van het raadslid Vroege inzake bruggen Oranje Loper (bouwlogistiek) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 402). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Slimme, schone en innovatieve logistiek (bijvoorbeeld over water) als relevant criterium in het aanbestedingsbestek/de aanbestedingsbestekken van de Oranje Loper op te nemen. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Dijksma. Wethouder DIJKSMA: Hoeveel minuten heeft het college nog? (De VOORZITTER: Het college heeft 1 minuut en 8 seconden.) Kijk. Eén inleidende zin dan. Het besluit dat u zo meteen hopelijk zult steunen, gaat om een investeringskrediet voor maar liefst negen bruggen. Sommige daarvan zijn honderd jaar oud en we willen ervoor zorgen dat ze weer honderd jaar meegaan. Dat lijkt mij eerlijk gezegd een project waar niemand tegen kan zijn. De heer Vroege heeft echter gelijk. Dit brengt ook overlast met zich mee. De herinrichting ligt nu niet voor, maar bij die herinrichting zullen we de nieuwe plannen goed expliciteren ten opzichte van de bestaande situatie zodat u niet in een soort encyclopedie op zoek moet naar de 6 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen verschillen. We zullen ook een goed overzicht bieden aan iedereen die geïnteresseerd is in het project zodat het digitaal gevolgd kan worden. De beide moties vragen naar mijn idee om iets waar ik zeer voor ben, namelijk innovatie en een goed partnerschap met de buurt en de bedrijven, maar ook om vervoer over water voor de logistiek van de bouw. Dat is alleen maar een aansporing voor ons allen en zeker ook voor aannemers om die innovatiekansen te grijpen. Ik kan daarom de moties van harte aan u aanbevelen. De verdere behandeling van dit punt wordt even aangehouden. 27 Kennisnemen van de brief over de start van het stadsgesprek Agenda Autoluw Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 344) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Kreuger. (Bevestigt grote poster aan de collegetafel.) De heer KREUGER: Ik dacht: ik neem iets mee’, want dan ziet iedereen waar het over gaat. Dit is de parkeerkaart van Amsterdam. Hoe roder het gebied, hoe groter de parkeerdruk. We zijn van plan om ongeveer 10.000 parkeerplaatsen op te heffen. Als we de brief van de wethouder mogen geloven, dan kunnen het er meer dan 11.000 worden. Ik wil u een paar uitgangspunten van dit college meegeven. Als eerste: “Een belangrijk uitgangspunt bij het opheffen van parkeerplaatsen is dat de parkeerdruk in een gebied niet te hoog is.” Wat is dan een hoge parkeerdruk? “Een parkeerdruk boven 90%, want dan neemt het foutparkeren en het zoekverkeer toe, wat de leefbaarheid kan aantasten. Het college gaat met dit voorstel geen vergunningen van huidige vergunninghouders innemen.” Ik wil graag dat de woordvoerders Mobiliteit nu naar de interruptiemicrofoon gaan en mij uitleggen waar we parkeerplekken kunnen weghalen zonder dit uitgangspunt te schenden. Een uitdaging? Nee? Misschien wil de heer Yilmaz die het collegeakkoord steunt, interrumperen. (De VOORZITTER: Mijnheer Kreuger, wel graag via de voorzitter.) Ik snap dat hij blijft zitten, want dat kan namelijk niet. Ik zal u uitleggen waarom. Ik heb ook nog enkele rekenfouten ontdekt, met name bij het vergunningenplafond. Het college stelt namelijk dat we tot 2026 het aantal parkeervergunningen met 9500 kunnen verlagen. Nu ben ik gaan rekenen en dat kan gewoon niet. In de autoluwe wijken zijn er 33.000 parkeervergunningen voor bewoners en 20.000 bedrijfsvergunningen. Dat zijn er in totaal 53.000. Als ik daar 1% van neem, dan kom ik op ongeveer 585 uit. Als ik dat met 14 vermenigvuldig, dan kunnen we er nog geen 5300 opheffen. Alles is dus heel erg onzeker. Ik twijfel daarom ook of de andere cijfers, over de aankoop van parkeergarages, kloppen. We moeten ook het verband met de stadsgesprekken in aanmerking nemen. Daarom wil ik dat we het onderdeel parkeerdruk in die stadsgesprekken aan de orde laten komen. Ik ben bij één stadsgesprek aanwezig geweest. Dat is één groot feestje: we gaan zoveel parkeerplaatsen opheffen en de auto moet weg. Daarmee zegt u in feite: u mag in Amsterdam wonen, iedereen is welkom — dat is volgens mij het standpunt van het college — maar niet als u een auto hebt. Ik vind dat onacceptabel en niet eerlijk ten opzichte van mensen die de auto nodig hebben. Hetzelfde geldt voor mensen die al in de stad wonen. Wat gebeurt daar zo meteen mee? Stelt u zich voor dat u van De Pijp naar het centrum 7 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen wilt verhuizen. U hebt een parkeervergunning. Bent u die dan kwijt? Moet u weer in het centrum achteraan aansluiten? De wachttijd loopt een paar jaar op. Daar wil ik graag antwoord op. Ik wil ook een paar moties indienen. De VOORZITTER: Tijdens uw betoog vroeg ik mij af of het ophangen van zo’n poster mag volgens het reglement van orde. Ik weet het niet. Neemt u hem weer mee, dan zullen we daar de komende tijd op studeren en bent u er nu in ieder geval mee weggekomen. Voor de volgende keer zullen we bekijken of dit kan. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 92e Motie van de raadsleden Kreuger, Yilmaz en Van Soest inzake het stadsgesprek Agenda Autoluw (draagvlakonderzoek bij maatregelen autoluw) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 403). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij elke wijk die autoluw wordt gemaakt voor de uitvoering een draagvlakonderzoek onder bewoners te doen en de uitkomsten hiervan voor te leggen aan de raad. 93° Motie van de raadsleden Kreuger, Yilmaz, Marttin en Van Soest inzake het stadsgesprek Agenda Autoluw (laat de parkeerdruk niet boven 90% komen) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 404). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - geen parkeerplaatsen te schrappen als daardoor de parkeerdruk in een gebied oploopt tot boven de 90%; - parkeerdruk tevens vast onderdeel te maken van de stadsgesprekken Autoluw. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Yilmaz. De heer YILMAZ: Ik heb geen voorbereiding zoals mijn collega Kreuger. Ik heb wel een PowerPointpresentatie, maar dat zal nu niet lukken. (De VOORZITTER: Daar zijn we heel blij om. U blijft dan in ieder geval binnen de regels van het reglement van orde.) Het college wil een autoluwe stad, maar we hebben daar wel enige bedenkingen bij. In principe steunen we het idee, maar er zijn veel wegwerkzaamheden en wegafsluitingen die helaas niet worden afgerond. Het lijkt alsof de stad alleen maar drukker wordt. Als ik naar de binnenstad kijk, dan zie ik dat vooral in het weekend de auto’s niet kunnen doorrijden. Ik weet daarom niet of het echt werkt. Daarom wil ik de wethouder oproepen daar kritisch naar te kijken. Het ov wordt onbetaalbaar, haltes verdwijnen en snorfietsen worden naar de rijbaan verbannen waar heel veel raadsleden heel blij mee zijn. Ik vind wel dat we moeten streven naar een autoluwe stad, maar dat we ook kritisch moeten nagaan hoe we de Amsterdammers verder helpen. Het moet geen belemmering worden. Vooral naar een 8 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen aantal punten die ik net heb genoemd, moeten we kritisch kijken. De Amsterdammers moeten tevreden zijn en tevreden blijven. (De heer KREUGER: U bent het niet helemaal eens met de gang van zaken. Ik vraag me dan af waarom u het coalitieakkoord steunt. U laat daarmee een groot deel van uw eigen kiezers in de steek. Ik weet dat de auto u aan het hart gaan en daarom snap ik uw keuze niet. Waarom steunt u het akkoord?) Ik heb het al eerder gezegd. In het coalitieakkoord staan heel veel goede plannen waar wij 100% achter staan. Er zijn ook plannen waarmee we het niet helemaal eens zijn, maar om dan het volledige coalitieakkoord niet te steunen, vinden wij te ver gaan. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder. De heer CEDER: In het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie staat dat wij voor een autoluwe binnenstad zijn. Ik ben dan ook blij met deze maatregelen. Ik heb de brief doorgelezen en ik maak mij zorgen over de haalbaarheid. Ook ik ben aan het rekenen geslagen en een aantal vragen zal ik schriftelijk stellen omdat ik denk dat sommige dingen technisch uitgezocht moeten worden. Ik wil wel een aantal punten noemen waar ook de raad zich bewust van moet zijn. Als we parkeerplaatsen opheffen, dan hebben we ook te maken met ouderen die slecht ter been zijn. Hoe gaan we daarmee om? In de brief staat dat er meer speeltuinen moeten komen. Vorig jaar heb ik vragen gesteld over het aantal gezinnen dat uit de stad vertrekt, vooral uit de binnenstad. Het zijn er steeds meer. Er zijn steeds minder mensen met kinderen in de binnenstad, maar we leggen wel steeds meer speeltuinen aan. Voor wie? Daar wil ik duidelijkheid over hebben, want volgens mij is er een ontwikkeling gaande die we hier alleen maar versterken. Hoe meer kinderen mensen hebben, hoe noodzakelijker een auto is, want niet alles lukt met de fiets of de bakfiets. Ik heb ook vragen bij onze ambities om de voetafdruk te verkleinen. Daar ben ik het helemaal mee eens, maar we gaan ook meer elektrisch rijden. Sterker nog: de minister-president heeft geopperd dat er misschien vanaf 2030 helemaal geen niet- elektrische auto's meer verkocht mogen worden. Betekent dit dat, als we de voetafdruk verkleinen, over tien, twintig of dertig jaar, auto’s weer terug kunnen keren als ze niet aan de uitstoot bijdragen? Dat zijn allemaal vragen die bij mij opkwamen toen ik de brief las. We moeten voorkomen dat de binnenstad voor de happy few is en steeds meer wordt. Ik lees namelijk dat de brief over de autoluwe stad gaat, maar volgens mij gaat hij vooral over de autoluwe binnenstad. Dat heeft effecten op de parkeerdruk in de omliggende gebieden. Ik zal hier schriftelijke vragen over stellen, want ik denk dat de wethouder een deel van de antwoorden niet meteen paraat heeft. Het is wel goed om in ons enthousiasme toch te bekijken wat de gevolgen zijn, ook voor de meest kwetsbaren, voor wie een fiets of een bakfiets niet afdoende is. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik wil een voorbeeld uit de praktijk aanhalen. De stad is, zoals de heer Ceder zei, voor de happy few. Mensen kunnen om 09.00 uur niet meer door de Reguliersdwarsstraat, laat staan naar het Rembrandtplein. Ik had daar mijn auto geparkeerd omdat ik een invalidenvergunning heb. Op het Rembrandtplein zijn er plekken voor. Wat schetst mijn verbazing? Ik word aangehouden door een bewaker of een handhaver die zei dat ik daar helemaal niet mocht staan en vroeg wat ik daar eigenlijk g Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen deed. Ik kon niet eens van het Rembrandtplein af. Ik moest over de stoep rijden om weg te kunnen komen. Dat is iets wat mij overkomen is, maar wat veel ouderen overkomt omdat zij niet meer in de stad kunnen parkeren. Er zijn te weinig invalidenplekken voor ouderen zodat zij bijna niet meer de stad in kunnen. Daarom is die voor de happy few. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons. Mevrouw SIMONS: Veel van wat ik wilde zeggen, is door de heer Ceder al genoemd. Ik wil vooral nog inhaken op het openbaar vervoer. Het openbaar vervoer wordt voor steeds meer mensen onbetaalbaar. Er verdwijnen heel veel haltes. Dat treft niet alleen ouderen, zoals mevrouw Van Soest aanhaalde, maar ook mensen met een beperking die zich verder prima zelfstandig kunnen bewegen, maar daarvoor wel afhankelijk zijn van de auto dan wel het openbaar vervoer. Dat is een zorg die BIJ1 nog wil uitspreken. Wij horen heel graag van de wethouder hoe het staat met de plannen voor het ov. We hebben gehoord van de deelscooters in West. Dat zou voor sommige mensen misschien een oplossing kunnen zijn, maar zeker niet voor alle mensen die getroffen worden door het verdwijnen van haltes. We horen daar graag meer over. (De VOORZITTER: Het ging toch over autoluw? Alles heeft natuurlijk met alles te maken.) Het autoluw maken van de stad heeft gevolgen voor mensen die afhankelijk zijn van de auto maar in plaats daarvan niet automatisch gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer, voorzitter. (De VOORZITTER: Daar zit iets in, mevrouw Simons.) Dank u. (De VOORZITTER: Dank u wel voor deze toelichting.) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Marttin. Mevrouw MARTTIN: We zien een heleboel beren op de weg bij het opheffen van parkeerplekken en het verminderen van het aantal vergunningen. We willen graag dat de wethouder ons geruststelt dat we er in ieder geval van uit kunnen gaan dat de tarieven tot 2022 gelijk zullen blijven. De VOORZITTER: Vijf seconden voor de heer Van Lammeren. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Lammeren. De heer VAN LAMMEREN: Ik heb slechts één vraag. De ambitie van dit college is om zevenduizend tot tienduizend parkeerplekken in de stad op te heffen. Ondertussen laten we gesprekken in de stad plaatsvinden. Als er veel weerstand komt, doet u het dan niet? Of heft u dan nog steeds die plekken op? Kunnen bewoners zich verzetten en zal dit college naar hen luisteren en is het mosterd na de maaltijd? Of luistert u en lost u uw verkiezingsbelofte niet in? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ernsting. De heer ERNSTING: Ik zal het heel kort houden. Ga zo door, wethouder. Het gaat volgens mij de goede kant op. Verder is dit debat uitermate interessant, maar ook veel te 10 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Veroastrdatum 5 april 2019 Gemeenteraad Raadsnotulen vroeg, want volgens mij gaan we het hier in het derde kwartaal uitgebreid over hebben. Ik zie uit naar het vervolg van de discussie als we alle feiten op een rijtje hebben. (Mevrouw VAN SOEST: Fijn dat we alle auto’s de stad uitdoen. U hebt moed om als coalitiepartner dit nog even te vertellen, want de rest houdt zijn mond. Dit is natuurlijk al besloten en dat begrijp ik ook. Wat doen we echter met alle bussen die Amsterdam binnenkomen? De cruiseschepen zijn al uit Amsterdam verdwenen, maar de passagiers komen met busladingen Amsterdam in. We gaan wel de auto aanpakken, maar niet de bussen. Hoe denkt u daarover?) Dank voor de vraag. Ik hoop in u een medestander te hebben als we de touringcars aanpakken. Ook daar hebben we in ons coalitieakkoord van alles over afgesproken. Volgens mij moeten we de touringcars aan de ring afvangen. Er komt nog een transitieplan om dat allemaal te bewerkstelligen. Laten wij samen optrekken tegen de touringcar. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Dijksma. Wethouder DIJKSMA: Ik geloof dat ik nog dertig seconden heb. Ik neem aan dat een groot deel van de discussie niet gaat over het agendapunt van vandaag, namelijk de gesprekken over autoluw, maar over de brief die u deze week hebt ontvangen over een van de instrumenten die het college heeft om dat te bereiken. Misschien mag ik alvast een beetje tijd nemen van de volgende raadsvergadering om toch een paar vragen te beantwoorden. Anders blijft dit een beetje in het luchtledige hangen. Ik heb van mijn collega Moorman begrepen dat het vandaag de grote rekendag is. Daarom is het ook geen toeval dat een aantal van de geachte afgevaardigden alvast aan het rekenen zijn geslagen, maar het lijkt mij goed en verstandig om dat via schriftelijke vragen te doen of om op een later moment het debat te voeren. Ik begreep in ieder geval zelf niet goed hoe de heer Kreuger aan de berekeningen kwam die hij mij voorspiegelde. In de brief die nu niet op de agenda staat, hebben we heel precies aangegeven welk deel van de parkeerplekken opgeheven zou kunnen worden door eventueel vergunningen langzamer uit te geven. Let goed op die woorden: langzamer uitgeven. Dat betekent dus niet dat mensen geen vergunning meer krijgen. Het betekent wel dat ze er iets langer op moeten wachten dan ze nu gewend zijn te doen. Op dit moment zijn er bijna nergens wachtlijsten. Daarnaast gaan we met de bouw van parkeergarages een deel van de parkeerplekken ondergronds realiseren. Voor een deel zullen de tarieven die deze maand gewijzigd worden, laten zien dat er minder mensen met de auto zullen komen en dat meer mensen alternatieven zullen zoeken. Op die manier komen we aan de getallen, maar dat staat uitgebreid beschreven in de brief. Ik zie ernaar uit om dat gesprek te vervolgen. (De heer KREUGER: U zegt dat we schriftelijke vragen kunnen stellen en dan verder kunnen rekenen. Ik wil dat heel graag doen, maar dan moet u wel de vragen goed beantwoorden. Zo heb ik in de schriftelijke vragen in januari gevraagd hoeveel vergunninghouders er in Amsterdam zijn. Dan noemt u in uw antwoord alleen het aantal bewonersvergunningen. Dan kom ik er naderhand, als ik terugreken, achter dat dit niet haalbaar is. Ik zit voortdurend te puzzelen waar alle parkeerplekken vandaan moeten komen. Ik moet zelf boekjes opendoen. Het zou fijn zijn als wij iets vaker alle data krijgen. Dan hoeven we niet te praten over stadsgesprekken, dan kunnen we gewoon bekijken of dit haalbaar is. We moeten dan wel alle data hebben. Staat u ervoor open om die met ons te delen?) 11 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen Zeker. Als ik dit zo hoor, dan lijkt het mij het verstandigst om een technische sessie te organiseren. Dan reken ik wel op uw aller komst. Dan kunnen we niet alleen de data met u delen, maar ze ook toelichten en daarmee u op weg helpen om inzicht te krijgen in de feiten. Daarover moeten we echt niet van mening verschillen. Dat hoeft ook niet. Mij lijkt dit een goed aanbod. Ik wil dat graag doen, ook in het kader van het verzoek van de heer Kreuger. Het is niet aan mij, maar ik bied het wel aan. (Mevrouw MARTTIN: U zei net dat de parkeertarieven ook de komende periode weer omhooggaan. Worden aangepast, maar ik neem aan dat het ‘omhooggaan’ betekent. Wij willen vooral een geruststelling ten aanzien van de bewonersvergunningen. Wat gebeurt daarmee? Hoe zien die tarieven er tot 2022 uit?) Ik heb geen glazen bol en u ook niet. Dan het probleem van de kaart. Of deze nu wel of niet toegestaan is als actiemiddel laat ik maar even in het midden. Het gaat vooral om het begrip ‘90%’. Daar is ook een motie van de heer Kreuger c.s. over ingediend. In de brief, waar ik nu weer op vooruitloop, hebben wij geschreven dat het verstandig is om die 90% duidelijk aan te houden. Als we daar overheen gaan, dan zien we vaak dat de parkeerdruk in de buurt ernaast verhoogd wordt, we eventueel meer zoekverkeer krijgen en dus ook mogelijk extra luchtvervuiling. Dat willen we niet. Tegelijkertijd kan ik iets zeggen over motie nr. 404 waarin u stelt dat we nooit parkeerplekken mogen opheffen als de parkeerdruk hoger is dan 90%. Dat kan ik echt niet beloven en ik zal u ook uitleggen waarom niet. Alleen al de toestand van de kades in de stad op dit moment kan mij noodzaken — en u ook, zeg ik er alvast bij — om misschien een heel rak leeg te halen. Dat betekent niet dat we de bewoners dan in de steek laten. Daarvoor geldt en dat is echt belangrijk: we nemen mensen hun vergunning niet af. Ik hecht eraan om dat te zeggen. Het is belangrijk om die zekerheid te hebben. Het kan wel betekenen dat in een dergelijke situatie mensen niet kunnen parkeren op de plek waarop ze gewend zijn dat te doen, maar op een andere plek. Of — en daarom zijn we ook bezig met het aankopen van plekken, onder andere in het centrum — in een parkeergarage. Ik kan dus niet beloven wat u vraagt omdat ik nu al weet dat er misschien een situatie ontstaat waarbij ik sowieso — nog los van wat het college wil met het opheffen van plekken — zal moeten ingrijpen. Ik zeg u erbij dat ik dat dan ook gewoon doe. (De heer KREUGER: Ik ben het daar natuurlijk niet mee eens. U zegt dat u geen parkeervergunningen afpakt. Ik heb de afgelopen commissie een brief aan u gegeven. Afgelopen week heb ik een groenteman aan de telefoon gehad die al 23 jaar een parkeervergunning heeft en nu een brief kreeg waarin stond dat hij die moet inleveren. U zegt, ook in uw brief, dat u geen parkeervergunningen afpakt. Hoe kan het dan dat er nu al 2 mensen bij mij hebben aangeklopt met de boodschap dat hun parkeervergunning wordt afgepakt? Hoe kan dat?) Dat is zeker niet op basis van het beleid waar u nu tegen ageert. Dat is dan op basis van een bestaande situatie. Het nieuwe voorbeeld ken ik niet, want daarvan heb ik de achtergrond niet kunnen uitzoeken. Het voorbeeld dat u in de commissie aandroeg, bleek te gaan om twee identieke bedrijven die zelfs een website delen en daarmee worden aangemerkt als één bedrijf. Als zij meer dan tien werknemers hebben, dan komen ze alsnog in aanmerking voor twee vergunningen. Als ze daar onder zitten, niet. Die situatie heeft dus niets te maken met het nieuwe beleid, maar met het bestaande beleid. Mensen hebben bovendien altijd het recht om in verweer te gaan. Dat zullen we moeten 12 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen afwachten. Ik heb het voor u uitgezocht. Ook de nieuwe situatie zoek ik heel graag voor u uit. Dat heeft echter niets te maken met de brief die u de afgelopen week hebt ontvangen. (De heer KREUGER: U zegt dat het staand beleid is, maar waarom komt u hier na 9 jaar mee en bij de groenteman na 23 jaar? Dan is dat toch geen staand beleid? U laat dat dan toch de hele tijd op zijn beloop? Als het om asielzoekers gaat, dan geven we een generaal pardon als er zo veel tijd overheen gaat. Dat is wel de manier waarop het gaat. Dan zeggen we: ja, nee, gewend, zus en zo. Dat kunt u heel walgelijk vinden, maar ik vind het gewoon heel raar dat u na 23 jaar ineens zegt: lever maar in. Ik vind dat onacceptabel.) Ik zal niet ingaan op de vergelijking. Ik geloof ook niet dat ze recht doet aan de situatie. Hier gaat het om een situatie waarin 2 bedrijven in feite 1 bedrijf lijken te zijn. Daar hebben we bestaande regels voor. Wij zijn ook al bezig geweest met het opschonen van wachtlijsten. Het is niet zo dat op basis van het nieuwe beleid mensen plotseling hun vergunning kwijtraken. U confronteert mij nu met een voorbeeld van iemand die 23 jaar ergens recht op heeft gehad en dat nu kwijt zou raken. Dat wil ik eerst zien. ledereen kan dat namelijk zeggen, maar als ik dat niet kan verifiëren, dan weet ik niet of het waar is. Laten we afspreken dat ik ook van dit geval de gegevens krijg. Dan zoek ik dat gewoon weer voor u uit en kom ik terug met een ordentelijk antwoord. Dan kunt u hopelijk vaststellen dat waarvoor u bevreesd bent in ieder geval niet aan de orde is. (Mevrouw MARTTIN: Ik heb nog eens nagedacht over het concept van de glazen bol. Het zou natuurlijk uitermate goed zijn als we die hadden. Niettemin heeft ook het coalitieakkoord enige voorspellende waarde voor de toekomst. Daarin staat duidelijk iets over de vergunningen voor bezoekers, maar niets over de vergunningen voor de bewoners. Het lijkt mij fijn als u een toezegging op dat gebied zou kunnen doen of mij gerust kunt stellen. U zegt dat u dat niet kunt doen omdat u niet in de toekomst kunt kijken. Kunnen we ervan uitgaan dat de vergunningen voor bewoners de komende tijd in prijs zullen stijgen?) Nee, ik probeerde vooral te zeggen dat ik op dit moment op dat onderwerp niet vooruit kan lopen. Als er al een voorstel komt, dan bent u de eerste die het hoort. Ik kom bij motie nr. 403. Die gaat over het draagvlakonderzoek. Ik wil de heer Kreuger vragen om de motie in te trekken, want het alternatief is dat ik haar negatief preadviseer en wel om twee redenen. De eerste is dat ik aan de heer Wijnands, volgens mij een raadslid van de VVD, al in een commissievergadering de toezegging heb gedaan dat ik later op dit onderwerp — Hoe nemen we bewoners mee? Waar praten we over en welke kaders staan vast? — in de commissie terugkom. Die toezegging staat vast dus ik heb geen motie nodig om dat te doen. Ik denk dat het ook fair is om te zeggen dat we niet altijd het cafetariamodel voorstellen: we willen zoveel plekken opheffen. Bent u het daarmee eens of niet? Ik krijg nu bijvoorbeeld ook verzoeken van mensen die in een gebied wonen waar de parkeerdruk ver boven de 90% ligt en die vragen om plekken op te heffen. Als ik dus zou doen wat u vraagt, namelijk naar bewoners luisteren, dan zou ik dat standaard doen terwijl er misschien goede redenen zijn om daarvan af te wijken. Die goede reden hebt u zelf net in uw bijdrage genoemd. We gaan daarom zeker met bewoners spreken, ook over de herinrichting en over wat het betekent, bijvoorbeeld voor de plek voor invaliden. Die hebben in de brief ook een aparte plek gekregen omdat ik de toegankelijkheid en de bereikbaarheid van de stad voor deze groep van groot belang vind. Ik sta daarom achter u, mevrouw Van Soest, als u daarvoor een lans breekt. Ik kan echter niet een-op-een op basis van een meting zeggen dat we dit wel of niet gaan doen. Deze 13 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen motie lijkt daar toch een beetje op te anticiperen. Dat snap ik ook. Ik denk echter dat u uzelf daarbij tegenkomt, want de blije zalen met mensen die roepen ‘hef die plekken op’ zult u echt meer tegenkomen dan u misschien lief is, mijnheer Kreuger. Ook op plekken die u niet lief zijn. Dan zou u ook willen dat ik twee seconden langer nadenk voordat ik ‘ja, hoera’ roep. Andersom geldt dat net zo goed. Op die manier kijk ik ernaar. Later kom ik nog bij u terug op de manier waarop we de bewonersparticipatie een plek geven, want die is van groot belang. Dan kom ik bij de heer Yilmaz. Die zegt dat we kritisch moeten blijven kijken naar de bereikbaarheid en toegankelijkheid van de stad. Ik ben het daarmee eens. Het idee dat er in de toekomst geen auto meer in Amsterdam zal zijn, klopt echt niet. De plek van de auto wordt wel kleiner ten gunste van die voor voetgangers en voor fietsers en daar waar het kan ook voor spelende kinderen. Ik kom zo nog even op de speelplekken terug. Daarin moet een evenwicht gezocht worden. Dat moeten we samen doen. We doen het stapje voor stapje. Voorzichtig, maar wel vastberaden, want dat past bij Amsterdam. Dan de heer Ceder. Ik vind het vooral goed dat u veel vragen stelt. Ik heb net een technische sessie aangeboden. We zullen dit debat nog uitgebreid voeren. Elektrisch rijden zal in heel Nederland en ook in onze stad steeds meer plek krijgen. Het is niet zo dat datgene wat er nu niet meer is vervolgens weer groots en meeslepend terugkomt. De voetafdruk van het vervoer wordt daarmee wel geringer. De auto’s die er zijn, zullen in de toekomst steeds meer elektrisch zijn en dat is goed. Dat draagt namelijk bij aan de luchtkwaliteit. Laatst hebben we daar ook al over gepraat. Er sterven te veel mensen, ook in Amsterdam, door slechte lucht. Daar moeten we iets aan doen. Ik ben het ermee eens dat de binnenstad geen Venetië moet worden. De logistiek, de bereikbaarheid en de leefbaarheid van de stad, ook voor bewoners en bedrijven, is zeer belangrijk. De stad wordt dus niet één grote wandelboulevard, want dan krijgen we precies wat we niet willen. Mevrouw Van Soest heb ik net al antwoord gegeven. Dan mevrouw Simons. Zij zegt: let goed op het openbaar vervoer. Daar moeten we een andere keer langer over spreken, want de beelden over het openbaar vervoer zijn soms negatiever dan de werkelijkheid. De groei van het gebruik van het openbaar vervoer in Amsterdam is echt verbazingwekkend groot. Er zijn steeds meer mensen die van ons mooie ov gebruikmaken, maar er zijn wel problemen, ook met de fijnmazigheid. U noemde dat ook, de bereikbaarheid voor kwetsbare groepen. Daar zijn ook goede alternatieven voor en ik kom daar graag bij u op terug, want ik deel uw zorg. We kunnen er nog meer aan doen. Deelscooters vormen een oplossing, maar niet de enige. Er zijn ook mensen die daar van hun levensdagen niet op willen en dat moeten we ze ook zeker niet aan willen doen. Het laatste punt. Mevrouw Marttin ziet veel beren op de weg. In een interruptie heeft ze al verteld wat ze wilde weten en daar heb ik antwoord op gegeven. De heer Van Lammeren heb ik indirect via de motie van de heer Kreuger hopelijk antwoord gegeven over hoe ik kijk naar draagvlak en hoe ik daarmee om wil gaan. We hebben een vastomlijnd voorstel, maar over de inrichting van de buurten en de manier waarop we die tot stand willen brengen, de ruimte die er moet zijn voor laden en lossen et cetera gaan we echt nog spreken. (De VOORZITTER: Mijnheer Van Lammeren, u hebt eigenlijk geen spreektijd meer, maar ik wil u de gelegenheid geven om één interruptie te doen.) (De heer VAN LAMMEREN: Dat waardeer ik zo van deze voorzitter, tevens voorzitter van het presidium. Een korte vraag om het duidelijk te 14 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen maken. U heft zevenduizend tot tienduizend parkeerplekken tot 2025 op, ongeacht de uitkomst van de stadsgesprekken.) U geeft mij de ruimte om dat al of niet te doen. Het is zonde als u uw eigen positie daarin onderschat. U zult eerst moeten zeggen of u vindt dat ik dat kan doen. Die stadsgesprekken zijn er niet voor niets. Het is echter ook duidelijk dat de coalitie een duidelijke ambitie heeft. Ik heb u in een brief waar iedereen toch al op vooruitgelopen heeft, geschreven dat ik denk dat dat haalbaar is voor de stad en dat de bereikbaarheid van de stad daarbij overeind blijft. Het is dus niet zo dat, als in een buurt een meerderheid zegt dit niet te willen, punt, dat betekent dat iets niet op voorhand verandert. Net zo goed als andersom, als in een buurt mensen vragen om plaatsen op te heffen, ook al is de parkeerdruk ver boven de 90% — en ik heb de voorbeelden nu op mijn bureau liggen — ik dat om die reden niet zonder meer zal doen. Ik vind dat we altijd met elkaar moeten afwegen wat de balans is. Daar is ook de raad voor. Daar gaan wij met elkaar over, u als gekozen volksvertegenwoordiger en ik als uw bestuurder. (De VOORZITTER: Ik zie de heer Van Lammeren nog bij de interruptiemicrofoon staan. U hebt eigenlijk geen spreektijd meer en mag in feite geen interruptie meer plaatsen. Hierna hebben we nog één agendapunt. We moeten doorgaan.) (Mevrouw VAN SOEST: Ik wil graag twee tellen schorsen. Ik moet even overleggen.) (De VOORZITTER: Twee tellen? Of iets langer?) (Mevrouw VAN SOEST: Vijf minuten voor de rokers onder ons.) De VOORZITTER schorst de vergadering. De VOORZITTER heropent de vergadering. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik heb even overleg gepleegd over de moties en de heer Kreuger doet zo het woord. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Kreuger. De heer KREUGER: Ik trek motie nr. 403 in, want ik ben tevreden met de toezegging van de wethouder. De motie-Kreuger, Yilmaz en Van Soest (Gemeenteblad afd. 1, nr. 403), ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De verdere behandeling van dit punt wordt even aangehouden. 26 Instemmen met het aanpassen van de reikwijdte van het project Bruggen Oranje Loper en instemmen met het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet en met een aanvullende kredietreservering (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Kreuger voor een stemverklaring. 15 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen De heer KREUGER (stemverklaring): Wij zullen de voordracht steunen, maar we hopen wel dat dit geen reden wordt om op die locaties extra parkeerplaatsen op te heffen. Dat houden we in de gaten. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ernsting voor een stemverklaring. De heer ERNSTING (stemverklaring): Een stemverklaring omdat dit een fors besluit is waarmee veel geld gemoeid is. Ik wil dit vol overtuiging steunen, want het is nodig dat die bruggen verbeterd worden. Ik wil de wethouder ook nadrukkelijk steunen in haar tocht om dat tot een goed einde te brengen, want het zal nog een fikse klus worden. Aan de orde is de stemming over de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343). De voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343) met algemene stemmen is aangenomen. Aan de orde is de stemming over de motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 401). De motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 401} wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 401) is aangenomen met de stemmen van BIJ1, de Partij voor de Dieren en de Partij van de Ouderen tegen. Aan de orde is de stemming over de motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 402). De motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 402} wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 402) met algemene stemmen is aangenomen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 343 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 27 Kennisnemen van de brief over de start van het stadsgesprek Agenda Autoluw Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 344) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder voor een stemverklaring. 16 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen De heer CEDER (stemverklaring): Hoewel ik het eens ben met de motie heb ik van de wethouder begrepen dat zij dit in verband met de kaders niet kan toezeggen. Daarom zal ik de motie niet steunen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest voor een stemverklaring. Mevrouw VAN SOEST (stemverklaring): Ik wil geacht worden te hebben tegengestemd. Aan de orde is de stemming over de motie-Kreuger, Yilmaz, Marttin en Van Soest (Gemeenteblad afd. 1, nr. 404). De motie-Kreuger, Yilmaz, Marttin en Van Soest (Gemeenteblad afd. 1, nr. 404) wordt bij zitten en opstaan verworpen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Kreuger, Yilmaz, Marttin en Van Soest (Gemeenteblad afd. 1, nr. 404) is verworpen met de stemmen van de VVD, Forum voor Democratie, het CDA en DENK voor. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 344 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 28 Kennisnemen van het onderzoek externe inzet en maatregelen om externe inzet verder terug te dringen en goed werkgeverschap voor uitzendkrachten verder te versterken (Gemeenteblad afd. 1, nr. 328) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Temmink. Mevrouw TEMMINK: De afgelopen maanden hebben we in deze raad veelvuldig gesproken over medewerkers die voor onze stad werken, maar op een onzeker contract hun werk moeten doen. Die niet zeker weten of ze de volgende maand nog een baan hebben en zo hun huur of ziektekostenverzekering nog kunnen betalen. Flexwerk is echter voor piek en ziek, niet voor structureel werk. De toenemende verslaving van werkgevers aan onzekerheid is zorgelijk, want voor de meeste, zo niet alle mensen is zekerheid een groot goed. Daarom alle lof voor deze wethouder en dit college dat er zoveel mogelijk uitzendkrachten in vaste dienst worden genomen. Zoals het college terecht stelt: deze mensen verdienen onze bescherming. Het college maakt ook een onderscheid tussen uitzendkrachten en goedbetaalde zzp'ers. Immers, zo stelt de wethouder, die hebben deze bescherming niet nodig. Dat klopt. De stad en met name de gemeentefinanciën verdienen echter wel onze bescherming tegen te veel aanstellingen van dit soort dure managers en consultants. Hoewel soms specialistische kennis nodig is, is het ook goed om deze kennis zoveel mogelijk in huis te hebben. Daarom wil de SP dat zowel uitzendkrachten als de goedbetaalde zzp'ers onder de externe inhuurnorm van 10% vallen. Een norm die we hier al eerder hebben vastgesteld. De SP pleit er dan ook voor om dit onderscheid niet te maken en ernaar te streven om de totale inhuur op 10% te 17 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen stellen. Daarom dienen we daartoe een motie in, samen met de PvdA, GroenLinks en de ChristenUnie. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 94e Motie van de raadsleden Temmink, De Heer, Elabd en Ceder inzake externe inhuur (verder terugdringen externe inhuur) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 405). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in 2019 met een plan van aanpak te komen om externe inhuur terug te dringen tot maximaal 10% van de totale loonsom. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Elabd. De heer ELABD: Als je zo aan het wachten bent op zo'n voorspoedige dag, dan duurt zo’n laatste agendapunt toch extra lang. Helemaal door een extra schorsing van mevrouw Van Soest. Dank u wel daarvoor. Amsterdam stelt paal en perk aan flexwerk, zo schreef Het Parool op 14 februari. De krant had het over de beleidsplannen voor de externe inzet. Plannen die erop gericht zijn om zoveel mogelijk mensen in vaste dienst van de gemeente te nemen. De GroenLinks-fractie is dan ook blij met de brief en het rapport Onderzoek externe inzet. Niet alleen biedt het rapport nieuwe inzichten die helpen bij het maken van keuzes om de externe inzet te verlagen, ook laat het rapport zien wanneer externe inzet gerechtvaardigd is. De wethouder schrijft 300 fte te willen omzetten van extern naar intern. Een mooie eerste stap waarbij driehonderd veelal Amsterdamse gezinnen van onzekerheid naar zekerheid gaan. Hetzelfde geldt voor het aanpassen van de termijnen van drieënhalf naar twee jaar om vast in dienst te komen en van een jaar naar zes maanden om intern door te kunnen solliciteren. De betekenis hiervan valt niet te onderschatten. Het hebben van een vaste baan kan veel verschil maken in het leven. Als je eerst nog onzeker bent over je inkomen, je afvraagt of je over een jaar nog werk hebt, dan kun je opeens toekomstplannen maken. Denk aan het starten van een gezin of het kopen van een huis, misschien niet in Amsterdam, maar toch. Kortom: zekerheid die de mogelijkheid biedt je leven verder op te bouwen. Daarnaast is het volgens GroenLinks een verstandige keuze om extra aandacht voor uitzendkrachten te hebben, want juist dat is de meest kwetsbare groep. Nadat wij het afgelopen halfjaar vele malen de externe inzet aan de hand van incidenten behandeld hebben, hopen wij nu op rust rond dit thema en kijken wij uit naar de verdere uitwerking en de resultaten van voorgesteld beleid. Omdat wij in de toekomst graag zien dat het beleid nog steviger en breder verankerd wordt binnen de organisatie dienen wij samen met de SP, de PvdA en de ChristenUnie de motie in die zojuist door mevrouw Temmink toegelicht is. Aanvullend de volgende vragen aan de wethouder. Kan de wethouder meer duidelijkheid geven over de uitvoeringstermijnen van de in het rapport gespecificeerde maatregelen, zoals de interne flexschillen? Kan de wethouder jaarlijks verslag doen van de behaalde resultaten”? En dan: omdat een maidenspeech zonder persoonlijke noot geen maidenspeech is een persoonlijke noot. Toen ik nadacht over wat ik met de raad wilde delen, kwam er 18 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen van alles voorbij. Ik zou u natuurlijk kunnen vertellen over mijn eigen vast/flexverleden en waarom ik hier vandaag voor u sta. Terwijl ik hier echter over nadacht, moest ik denken aan hoe het raadswerk verschilt van mijn werk als mindfulnesstrainer waarbij ik drukke Amsterdammers help om uit de waan van de dag te stappen en bewuster en met meer compassie te leven. Daarbij oefenen we harmonie en luisteren zonder oordeel. Hoe anders is dit in deze raad, in deze arena, waar we juist verschillen uitvergroten en altijd met ons oordeel klaarstaan. Hoewel ik van mening ben dat we het, met al onze verschillen van links tot rechts, echt niet zo slecht doen in deze raad, geloof ik dat we nog succesvoller zijn als raad als we onze overeenkomsten iets meer zouden belichten. Daarom, op het ene moment dat ik verzekerd ben van interruptievrij spreken en waarin het geoorloofd is om enigszins buiten de orde te spreken, wil ik het volgende met de raad delen. Wees niet bang, ik wil u niet meenemen in een meditatie, hoewel me dat wel heel erg leuk had geleken, maar zoveel lef had ik niet bij de voorbereiding. Echter wel — en misschien ook relevanter — een simpele oefening in mindful luisteren. Het werkt als volgt. Je zou kunnen zeggen dat, als wij naar iemand luisteren of wanneer iemand het spreekgestoelte betreedt, het volgende proces in onze geest plaatsvindt. Als eerste beoordelen we bewust of onbewust of we de spreker interessant vinden, al dan niet gekleurd door onze vooroordelen die tevens bepalen of we openstaan voor de boodschap. Vervolgens beoordelen we of we het eens of oneens zijn. Dit gaat niet alleen om inhoud, maar ook om vorm. Vooral als we het oneens zijn, bedenken we daarbij horende argumenten en voor we het weten staan we bij de interruptiemicrofoon. Dit klinkt u vast logisch in de oren. Natuurlijk is het ook de aard van ons werk om de tegenstellingen op te zoeken, uit te vergroten en ons te profileren. Het luisteren echter verdwijnt naar de achtergrond. En dat terwijl in de basis elke spreker die hier staat het beste met de stad voorheeft. Natuurlijk verschillen we, al dan niet ideologisch, van mening over wat het beste is. Maar in de kern willen we allemaal een prettig bewoonbare, veilige en gezonde stad waar de bewoners elkaar respecteren en waarderen. Daarom wil ik de raad vragen om als experiment de volgende oefening zo nu en dan toe te passen. Wanneer wij het proces van de geest gadeslaan, wanneer iemand hier staat — Vind ik het interessant? Ben ik het ermee eens of oneens? Welke argumenten heb ik daarvoor? — dit simpelweg op te merken, los te laten en even terug te keren naar simpelweg luisteren naar wat er echt gezegd wordt. Wellicht dat dan net iets vaker iets gehoord wordt wat ons verbindt en van waaruit we het gesprek kunnen aanvangen. Niet als trucje door eerst mee te veren met de spreker om vervolgens onze eigen argumenten voor het voetlicht te brengen. Laten we het doen vanuit oprechte interesse, als nieuwe ingang voor het debat of de dialoog. Overigens kunt u dit ook toepassen in uw communicatie met vrienden, geliefden of kinderen. Ook daar komt het de relatie ten goede. (Applaus.) De VOORZITTER: Dank u wel, mijnheer Elabd. Mag ik u namens de gehele gemeenteraad feliciteren met uw maidenspeech? De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons. Mevrouw SIMONS: Hoe fijn is het om na deze prachtige holistische maidenspeech toch even het feestje te komen verpesten. Nee hoor, het is fijn om al uw aandacht te hebben. Ik heb ook een zeer positieve boodschap. Ik wil het namelijk hebben 19 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen over de moed en de inzet van de medewerkers van het gemeentelijk callcenter en de stadsloketten. Zonder hen waren we hier niet geweest. Ten eerste wil ik dan ook mijn complimenten uitspreken voor alle mensen die vaak met gevaar voor hun eigen positie hebben gestreden voor vaste contracten voor vast werk. Dankzij hun werk krijgen uitzendkrachten in de hele gemeentelijke organisatie nu een betere positie. Ten tweede wil ik mijn complimenten uitspreken voor wethouder Meliani. Het is bijna een jaar geleden dat BIJ1 flexwerk bij het gemeentelijk callcenter op de politieke agenda zette en sindsdien is er veel gebeurd. Na veel en soms lastige debatten gaat de arbeidspositie van onze medewerkers er flink op vooruit en wij willen dan ook onze waardering uitspreken voor het werk dat de wethouder de laatste maanden heeft verricht. (Mevrouw MARTENS: U zegt dat deze mensen met gevaar voor hun eigen baan hiervoor hun best hebben gedaan. Mag ik vragen wat u daarmee bedoelt?) Dat geldt natuurlijk niet voor alle mensen, maar als u ergens werkt en u neemt het op tegen uw werkgever om betere voorwaarden te bepleiten, dan kunt u zich voorstellen dat dat heel spannend is. (Mevrouw MARTENS: Ik wil toch graag van mevrouw Simons weten of zij hiermee impliceert dat de sfeer binnen de gemeente Amsterdam dusdanig onveilig is dat mensen dit niet durven te doen.) Nee. (Mevrouw MARTENS: Dat is fijn om te weten.) Er is mij nog iets niet helemaal duidelijk en daar wil ik de wethouder iets over vragen. Ook met het nieuwe beleid is het namelijk nog steeds goed mogelijk dat er afdelingen zijn waar het aantal uitzendkrachten veel hoger is dan het gemiddelde in de hele organisatie, zonder dat de raad daar zicht op heeft. Daarom had ik een motie voorbereid, maar ik wil haar liever niet indienen. Ik wil de wethouder wel vragen of zij het streefpercentage voor flexwerkers per afdeling van de gemeente inzichtelijk kan maken. Als dat niet nu kan, dan wellicht via e-mail. Ik wil ook vragen of zij ervoor openstaat om dat streefgetal jaarlijks te toetsen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Heer. Mevrouw DE HEER: Drie weken geleden was ik op werkbezoek bij de Werkbrigade, op donderdagochtend voor de raad. We moesten heel vroeg, om 07.00 uur moesten we al beginnen. Indachtig de heer Kreuger had ik er misschien een grote foto van moeten meenemen en moeten ophangen. Dat was misschien leuk geweest. Ik had een heel mooi pak aan, overigens helemaal niet goed voor mijn figuur. Ik kwam daar allemaal mensen tegen die heel hard voor de stad werken. Supermooi. Wij zijn vooral in de groenvoorziening geweest. Ik vroeg aan mensen wat ze hierna graag wilden doen. Veel van hen willen heel graag bij de gemeente blijven werken. Ze zeiden echter dat ze dan eerst via het uitzendbureau moeten werken. Ik vond dat heel apart. Een van die mannen zei dat dat wel een beetje logisch was omdat ze een risicovolle groep vormden. Toen brak mijn hart een beetje. Zo moet dat toch niet. Ik weet overigens niet of dit verhaal klopt. Ik heb er schriftelijke vragen over gesteld. Ik hoef daar vandaag geen antwoord op, maar dit is wel een voorbeeld van hoe dit voor deze mensen is en dat ze zichzelf ook beschouwen als een beetje minder en daarom niet meteen in dienst kunnen komen van de gemeente Amsterdam. Dat is volgens mij niet goed. Ik ben daarom heel erg blij met de brief van de wethouder en dat we gaan onderzoeken hoe we het aantal uitzendkrachten kunnen verminderen en dat mensen veel meer zekerheid krijgen. We hebben het hier al 20 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen vaker over gehad, maar er bleef steeds iets over. In 2017 heeft collega Boutkan, samen met de heer Ernstig en de heer Peters, al een motie ingediend om de externe inhuur terug te brengen naar maximaal 10% van de loonsom. Ik was daarom een beetje teleurgesteld dat dat in deze brief niet terugkwam. Ik ben daarom blij dat we vandaag deze motie indienen voor een plan van aanpak om na te gaan hoe we daar op termijn toch komen. Ik hoop daarom op de steun van de hele raad. (Mevrouw BOSMAN: Dank u wel voor uw mooie betoog. Ik heb van verschillende andere mensen ook zo'n betoog gehoord. Ik ben het ermee eens, bij vast werk hoort ook een vaste aanstelling. Dat beleid is echter al ingezet. U hebt daar alle drie ook al lof voor uitgesproken. U hebt een motie. Een motie biedt meestal een oplossing aan het college aan. Voor welk probleem is uw motie een oplossing als het beleid om de tijdelijke contracten voor vast werk om te zetten in vaste contracten al in werking is?) Dank u wel voor uw vraag, want dan kan ik dat nog uitleggen. Volgens mij bedraagt de totale flexschil zo'n 19,3%. Dat is ver boven het streefgetal dat al gehanteerd werd, namelijk 15%. Nu gaan we aan de slag met de uitzendkrachten, maar dat is maar een deel ervan. We hebben nog veel meer externe inhuur. Die bestaat uit allerlei soorten externe inhuur: specialistische inhuur, maar ook zzp'ers die we inhuren. Wij zeggen al heel lang dat we de totale externe inhuur moeten terugbrengen. Ik ben het met het college eens dat de uitzendkrachten het kwetsbaarst zijn. Ik vind het goed dat we daarop focussen, maar we moeten de rest niet uit het oog verliezen. Ook dat aantal kan dalen. Dat hoeft niet morgen, maar wel op termijn. (Mevrouw BOSMAN: Ik heb nog steeds geen echt antwoord gehoord. Gaat het om het budget of om de positie van mensen die geen vast contract hebben bij de gemeente? Ze kunnen natuurlijk wel een vast contract hebben bij hun uitzendbureau.) Deze motie behelst vooral dat we het streefcijfer voor de totale externe inhuur niet willen loslaten. De motie daarover is in 2016 aangenomen. Daarin stond al 10%. Nu stellen we 10% uitzendkrachten voor, maar we vinden dat dat percentage voor alle externe inhuur moet gelden. Daar gaat het om. (Mevrouw BOSMAN: Het gaat om een percentage, maar het maakt niet uit om welk type externe inhuur het gaat. Als het percentage maar daalt. Het maakt niet uit wat het budget is en of die mensen juist graag zonder vast contract werken. Dat maakt u niet uit. Het gaat om het percentage.) Ik weet niet precies wat u bedoelt met ‘budget’. Heel veel specialistische externe inhuur is vrij duur. Als we dat percentage kunnen verminderen, dan denk ik juist dat het geld oplevert. Ik dwing helemaal niemand om in vaste dienst te komen, maar 10% is nog steeds tamelijk veel. Ik denk dat we het daarmee wel moeten redden. Er kunnen best goede redenen zijn om er soms boven te komen, maar ik wil goede argumenten daarvoor. Ik wil dat wij streven naar 10%. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder. De heer CEDER: Helaas heeft het college nog maar weinig tijd, want anders zou ik heel graag met mijn favoriete wethouder willen debatteren over een van mijn favoriete onderwerpen, namelijk flexwerk. Ik zal beginnen met een compliment. In de brief zet wethouder Meliani een aantal goede stappen en neemt zij een aantal heel zinnige adviezen over. Mijn complimenten daarvoor. De wijze waarop wij omgaan met ons 21 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Veroastrdatum 5 april 2019 Gemeenteraad Raadsnotulen personeel vindt de ChristenUnie heel belangrijk. Het zet namelijk ook de toon voor de wijze waarop wij verwachten dat werkgevers met hun werknemers en externen omgaan. Als wij dat niet zuiver regelen, hoe kunnen wij dat dan van de rest van de stad verwachten? Dat ik dat belangrijk vind, hebt u misschien ook de afgelopen maanden gezien, vooral omdat het om twee specifieke afdelingen ging waarbij ik van mening was dat er het een en ander verbeterd kon worden. Een aantal positieve punten. Uitzendkrachten kunnen na zes maanden in plaats van na twaalf maanden solliciteren op interne vacatures. Heel goed. Uitzendkrachten krijgen een kerspakket. De ChristenUnie vindt dat heel goed. Uitzendkrachten die twee jaar of langer worden ingehuurd, krijgen een vaste aanstelling in plaats van na drieënhalf jaar indien er formatieruimte is. Ook dat vinden wij goed. Het moet mij wel van het hart dat de manier waarop dit in de afgelopen maanden tot stand is gekomen niet de schoonheidsprijs verdient. Tijdens een aantal actualiteiten en via schriftelijke vragen hebben wij om heel veel informatie moeten verzoeken. Voor mijn gevoel bestond er te weinig wil om de volledige informatie te verstrekken. Dat vind ik voor het vervolg bij dit thema belangrijk. In de brief komen een aantal zaken naar voren die ik toch wil benadrukken omdat er nogal wat discussie over bestond. Zo zijn we wel degelijk de flexkampioen van Nederland. Ik kan mij nog de eerste actualiteit heugen toen ik die woorden in de mond nam en een aantal partijen zich daardoor geschoffeerd voelde. Uit de cijfers blijkt echter dat wij hogere aantallen hebben ten opzichte van de andere grote gemeenten. Wij zijn momenteel flexkampioen van Nederland. De uitdaging is om het cijfer omlaag te krijgen. Ook stelt de gemeente dat er nu extra aandacht komt om de externe inzet realistischer te begroten. Ook dat wijst erop dat er in het verleden misschien iets minder realistisch is begroot. Dat probeerden wij de afgelopen maanden ook aan te tonen. Dank u wel. Dit is een goede stap vooruit. Ik heb nog twee vragen. Een ervan is al verwoord in de motie van mevrouw Temmink. Ik hoor graag uw antwoord daarop. Bij externe inhuur wordt ook gekeken naar de VOG. Ik vind dat heel belangrijk omdat het ook te maken heeft met de integriteitsregels. Ik vraag mij af of de wethouder daar iets over kan zeggen ten aanzien van ex-gedetineerden en of dit ex-gedetineerden geheel en al uitsluit. Ik zou dat jammer vinden omdat ik geloof in een tweede of derde kans en misschien zelfs in meerdere kansen indien dat nodig is. De VOORZITTER: De heer Kreuger heeft nog veertig seconden. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Kreuger. De heer KREUGER: Ik heb nog een paar vragen over de kosten van het terugdringen van flexwerk. Daar heb ik de vorige keer ook al over gesproken. U hebt toen twee verschillende dingen gezegd. Ik wil weten welke van de twee klopt. U hebt eerst gezegd dat bekend is wat de kosten zijn en dat die informatie naar de directies is gestuurd, maar dat u die niet met mij wilt delen. Daarna vroeg ik erop door en zei u dat u daar bij de voorjaarsnota op terug zou komen omdat u dan pas weet wat het kost. Dat kan niet allebei waar zijn. Daar wil ik graag antwoord op. Verder is er een motie ingediend die vraagt om een plan van aanpak om het flexwerk tot 10% te beperken. Ik heb meer data nodig om te kunnen beoordelen of dit een goed voorstel is en of het kan. Er kunnen een paar dingen gebeuren. De loonsom groeit omdat het duurder is om mensen vast aan te nemen. Of de loonsom blijft gelijk en dat betekent dat er minder mensen werk hebben. Ik wil daar heel graag antwoord op hebben 22 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen en ik wil dat u over de brug komt met de kosten van het terugdringen van flexwerk. Dan kunnen we kritisch nagaan of we dit kunnen doen of niet. (Mevrouw DE HEER: Als oud-financieel woordvoerder moet ik hier toch een vraag over stellen. Ik snap het namelijk niet. 10% van het totaal is toch 10% van het totaal? Als we in totaal minder mensen aannemen, dan hebben we ook minder externe inhuur. Als we meer mensen in dienst hebben, dan hebben we ook meer externe inhuur. Zo werkt het toch met percentages, mijnheer Kreuger?) Het gaat om de absolute loonsom. Als we een uitzendkracht in vaste dienst nemen, dan is dat 6000 euro duurder en dan gaat de totale loonsom in absolute zin omhoog. Dat heeft niets met percentages te maken. Als de loonsom gelijk blijft, dan houdt dat in dat er minder banen beschikbaar zijn. We kunnen een euro slechts één keer uitgeven. Dat bedoelde ik te zeggen. Ik wil graag weten hoe hier invulling aan wordt gegeven. (Mevrouw DE HEER: Als we ook elders minder extern inhuren, iets wat vaak duurder is zoals specialistische kennis, dan wordt het goedkoper. Dat middelt toch uit?) Dat wil ik dus graag zien aan de hand van cijfers. Voor die tijd kan ik daar geen antwoord op geven. We hebben het hier over 10% en of het dure inhuur is of goedkope inhuur is weet ik niet. Ik kan op basis hiervan niet beoordelen welke baan flexibel blijft of verdwijnt. Ik kan dat niet zien, vandaar de vraag. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bosman. Mevrouw BOSMAN: Ik was eigenlijk niet van plan om een bijdrage te leveren, maar ik vind dit een heel wonderlijke discussie. Ik sluit mij aan bij de lof die eerder is uitgesproken. Als uitzendkrachten worden ingezet voor vast werk, dan moeten ze natuurlijk een vaste aanstelling krijgen. Laten we echter ook eerlijk zijn. Als wij een erfpachtbrief versturen en heel veel telefoontjes krijgen waarvoor we twee maanden lang tien extra mensen in het callcenter aan het werk zetten, dan is iedereen het daarmee eens en geven we hen niet meteen een vaste aanstelling. Dat is niet logisch. Als wij een brug over het IJ bouwen, dan huren we daarvoor expertise in en nemen we die mensen niet vast aan. Ik denk daarom dat we vooral opgavegericht moeten kijken en niet naar een percentage. Ik heb de onderbouwing daarvoor in mijn interrupties niet echt gehoord. (De heer CEDER: U zegt dat we voor tijdelijke projecten geen mensen in vaste dienst moeten nemen. Dat klopt ook, maar ik neem aan dat u de brief ook gelezen hebt. Daarin staat dat er juist extern wordt ingehuurd als er sprake is van een tijdelijke aanstelling. Denk aan het Zuidasdok of de erfpachtbrieven. Daar is wel ruimte voor externe inhuur. Bent u het met mij eens dat de brief al voorziet in de zorgen die u hebt?) Ik onderschrijf de brief, net als de inzet die we bij de voorjaarsnota nog gaan behandelen. Ik heb het over de motie die net is ingediend. Die roept op tot een streefpercentage van 10%. Dat is een percentage dat we nu niet halen, dat in andere steden ook niet wordt gehaald en evenmin bij de rijksoverheid. Het nut ervan is niet bewezen, ook niet bij de interrupties in de raad. Dat is de reden dat ik er niet van overtuigd ben om voor deze motie te stemmen. (Mevrouw TEMMINK: Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat hier een beetje een karikatuur wordt gemaakt van de motie die wij zojuist hebben ingediend. Er is natuurlijk niemand die voorstelt om bij piek en 23 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Veroastrdatum 5 april 2019 Gemeenteraad Raadsnotulen ziek, als het noodzakelijk is om mensen in te huren, dat niet extern te doen. Als er een erfpachtbrief moet worden verstuurd, dan is er niemand in deze raad die zegt dat er geen externe inhuur mag plaatsvinden. Dat maakt u er op dit moment van. Die woorden laat ik dan ook graag voor rekening van mevrouw Bosman. Daarnaast bestaat er ook bij ministeries een streven om de inhuur naar 10% te brengen. Dat streven is er niet voor niets. Dat is om mensen zekerheid te bieden en ook om kosten te besparen voor de ministeries zelf omdat externe inhuur op de lange termijn vaak duurder is dan niet-externe inhuur. Bent u dat met mij eens?) Nee. Externe inhuur is zeker niet in alle gevallen duurder dan vaste contracten. Dat staat overigens ook in deze brief beschreven. Het is bovendien een feit dat ministeries het percentage ook al jarenlang niet halen. Ik pleit niet voor percentages. Mijn pleidooi is juist om opgavegericht te kijken. Of het nu 10% is, 20% of 95%, dat maakt mij niet heel veel uit. Ik wil vooral weerbaar zijn voor de opgaven die er liggen. Volgens mij bouwen we de stad uit en hebben we de flexibiliteit nodig om, bijvoorbeeld voor de kades, bijvoorbeeld voor de bouwopgave, externe kennis in te huren. Ik ben benieuwd of u die projecten gaat volgen om na te gaan of bij de bouwopgave, bij het herstellen van de kades of bij de bruggen de norm van 10% gehaald wordt. Dat is misschien een mooie vraag voor de wethouder naar aanleiding van de interruptie van mevrouw Temmink. Op welke manier is deze motie haalbaar bij dat soort projecten, met name bij de fysieke bouwopgave? (De VOORZITTER: Ik zie een volgende interruptie van mevrouw Temmink die nog 46 seconden spreektijd heeft.) (Mevrouw TEMMINK: Ik kan alleen maar constateren dat mevrouw Bosman toch echt last heeft van de flexverslaving die volgens mij iedereen tegenwoordig treft. Immers: 95% externe inhuur betekent dus ook 95% onzekere contracten voor mensen. Dat betekent dus ook dat mensen er niet van uit kunnen gaan dat zij de volgende maand nog een baan hebben. Zodra het project klaar is, worden ze immers de laan uitgestuurd. Volgens mij, mevrouw Bosman, is het niet alleen goed voor de gemeente, maar ook goed voor die mensen om niet alleen op basis van een extern contract te werken.) Ik heb niet echt een vraag gehoord, maar laat ik nogmaals zeggen dat D66 onderschrijft dat bij vast werk een vaste aanstelling hoort. Als dat niet zo is, dan is dat niet logisch. (De VOORZITTER: Ik zie mevrouw Van Soest bij de interruptiemicrofoon staan, maar die moet ik ook enigszins teleurstellen. U hebt eigenlijk geen spreektijd meer. Kan het in een korte interruptie?) (Mevrouw VAN SOEST: Zeker. Als mevrouw Timman toch geld zoekt, dan kunnen we toch nog eens nadenken over het AEB? Ze gaat echter over haar eigen antwoord dus ik zal wel geen antwoord krijgen.) (De VOORZITTER: Wilt u dat van mevrouw Timman of van mevrouw Bosman weten? Mevrouw Bosman.) Werken er flexibele krachten bij het AEB? Kunnen we hier later over praten? De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Martens. Mevrouw MARTENS: Ook ik had eigenlijk geen inbreng willen houden, maar ik wil jullie het volgende niet onthouden. Mijn allereerste grotemensenbaan was recruiter voor 24 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen uitzendbureau Olympia waarvoor ik de werving en selectie deed voor het sociaal domein. Dat is een groot deel van de mensen over wie we het hier hebben. Als mij iets is bijgebleven, dan is dat de 150 mensen die ik aanstuurde vanachter mijn laptop aan de andere kant van Amsterdam met verhalen kwamen dat ze geen kerspakket kregen, dat ze geen visitekaartje kregen hoewel ze klantmanager waren en dat ze niet mee mochten op teamuitjes. Dat is wat ik hier duidelijk hoop te maken. Goed werkgeverschap is meer dan een vast contract. Het gaat ook om de manier waarop wij als gemeente Amsterdam omgaan met onze medewerkers. Of ze nu in vaste dienst zijn, flexwerken of freelance werken, dat doet er niet toe. Het werkgeverschap heeft effect op hoe wij met Amsterdammers omgaan. Mijn oproep aan de wethouder is daarom: ga hiermee door. Laten we niet stoppen bij de kerstpakketten. Laten we verder kijken naar wat we nog meer kunnen doen om het goede voorbeeld te geven en als werkgever geen onderscheid te maken tussen flexcontracten en vaste contracten. (De VOORZITTER: Ik geef zo het woord aan mevrouw De Heer voor een interruptie, maar ik wil tegen mevrouw Martens zeggen dat u op een gegeven moment ‘jullie’ zei. Dat moet natuurlijk ‘u’ zijn.) (Mevrouw DE HEER: Heel goed, zo’n strenge voorzitter. Mevrouw Martens, u zegt dat het niet moet uitmaken of iemand een flexcontract heeft of een vast contract. Het gaat om goed werkgeverschap. Ik ben het met u eens dat goed werkgeverschap belangrijk is, maar weet u ook dat veel mensen met een lagere of middelbare opleiding het liefst een vast contract willen hebben terwijl ze heel vaak een tijdelijk contract hebben?) Absoluut. Daar zijn wij het ook mee eens. De VVD-fractie is ook van mening dat flex bij ziek en piek hoort. Ik denk dan ook dat wij elkaar daarin absoluut vinden kunnen. Ik zal mij niet uitlaten over percentages en aantallen. Mijn inbreng is vooral dat het meer is dan alleen het vaststellen van een percentage en dat we breder moeten kijken. Ik denk dat we elkaar absoluut kunnen vinden. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Meliani. Wethouder MELIANI: Dank voor alle gestelde vragen. Er is inderdaad heel veel aandacht geweest voor de situatie van flexmedewerkers. Dat is begonnen bij de stadsloketten. Het eerste wat ik in handen kreeg, was een petitie. Ik heb me ook volledig gericht op mogelijkheden om de situatie te verbeteren. Ik ben ook heel blij met de aandacht van de raadsleden hiervoor en ook met de mensen die hebben ingesproken, want het college is voor goed werkgeverschap. Op basis daarvan heeft de raad een extern onderzoek ingesteld. Daar is het een en ander uitgekomen. Verschillende raadsleden hebben al gezegd welke maatregelen we daarvoor treffen. De gestelde vragen gingen onder andere over de 10% die geen uitzendkracht zijn, de andere zzp'ers. Mevrouw Bosman vroeg of het streefcijfer überhaupt haalbaar was en wat dat zal kosten. De heer Kreuger vroeg dat ook. Ik denk dat wij op basis van het extern onderzoek tot het volgende zijn gekomen. Er is een percentage van 15% vastgesteld. Eerder was dat 10%. Wij zaten in januari op 19,1%. Landelijk is het ongeveer 17%. Het college vindt dit ook te hoog. Wij willen een goede werkgever zijn. Mevrouw Martens zei ook al dat dat meer is dan alleen een contract. Daar beginnen we wel mee. We hebben gezien dat de aandacht juist naar een grote groep uitzendkrachten dient te gaan en dat het percentage naar 10% toe moet. We hebben eerder al een streefpercentage van 10% over de hele linie genoemd. We zien juist dat de groep uitzendkrachten bestaanszekerheid nodig heeft. Daarom hebben wij ons voorgenomen 25 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen om bij de voorjaarsnota driehonderd mensen aan te nemen. We zullen eerst met de bonden moeten overleggen en ook met de ondernemingsraad. Op basis daarvan zullen we in een integrale afweging bij de voorjaarsnota driehonderd mensen aannemen. Daarnaast gaan we mensen na twee jaar aannemen in plaats van na drieënhalf jaar en mensen mogen na zes maanden solliciteren in plaats van na een jaar. Die maatregelen bij elkaar zouden het percentage flink naar beneden kunnen brengen. Wat doen we dan met zzp'ers, de andere groep waar net ook vragen over zijn gesteld? Ik zal de motie die de SP heeft ingediend positief preadviseren, maar ik wil wel een soort winstwaarschuwing geven. We weten namelijk niet wat de kosten ervan zijn. Het gaat om een plan van aanpak waarbij we op termijn bekijken hoe we het percentage langzaam naar beneden brengen. We moeten dan wel weten wat het precies kost. We moeten inzicht hebben in de gevolgen ervan. Vervolgens willen we ieder jaar monitoren hoe we het streefcijfer halen. Er is ook een vraag gesteld over de VOG en of ex-gedetineerden hier aan het werk kunnen. Als zij hier solliciteren en de VOG is goedgekeurd, dan zal die baan ook geschikt zijn. Ik denk dat we daar altijd ruimte voor moeten maken, want iedereen moet uiteindelijk de kans krijgen om hier te solliciteren. (Mevrouw BOSMAN: Ik begrijp van de wethouder dat deze motie geen financiële consequenties heeft. De uitwerking van het plan van aanpak zou mogelijk financiële consequenties kunnen hebben, mits de raad op basis van dat plan tot iets besluit. Zo begrijp ik het.) Het is aan de raad om te besluiten dit wel of niet te doen. We moeten eerst een plan van aanpak opstellen en gedurende een periode laten zien wat de uitkomsten daarvan zijn. Daar zitten natuurlijk financiële consequenties aan vast en dan is het aan de raad om te besluiten dit wel of niet verder uit te voeren. Ik hoop dat ik hiermee uw vraag heb beantwoord. Ik wil nog ingaan op de opgave voor de stad. Naar aanleiding van de uitkomsten van dit onderzoek hebben we een onderscheid gemaakt tussen enerzijds de uitzendkrachten voor wie we echt ruimte willen maken en anderzijds de groep zzp'ers. We gaan de motie uitwerken. Ik wil u nog meegeven dat we voor de opgave voor de stad wel degelijk mensen in moeten huren. Mijn collega heeft nogal een klus voor de boeg ten aanzien van de bruggen en kades van de bestaande stad. Daarvoor zullen we specialisten moeten inhuren. Dat betekent dat we bij de ene afdeling meer zzp'ers moeten inhuren en bij de andere afdeling minder. Het streven voor de komende jaren is echter om het percentage te laten dalen. De heer Kreuger stelde mij vragen over de gegevens die ik wel of niet zou willen geven. Uiteraard geef ik de gegevens als ze bij de voorjaarsnota bekend zijn en als we een integrale afweging hebben gemaakt. Op dit moment wordt dat ambtelijk uitgewerkt. Ik kan u op dit moment geen exacte cijfers geven. Wij hebben de verschillende directies opdracht gegeven om binnen hun eigen begroting te kijken waar we wel of niet mensen kunnen aannemen. In de brief heb ik ook geschreven dat er op dit moment een soort prikkel bestaat die zo werkt dat mensen denken: als ik nu uitzendkrachten aanneem, dan is dat goedkoper. U noemde een bedrag van 6000 euro. Dat klopt. Het kost meer om iemand aan te nemen. Enerzijds is dat een kwestie van bedrijfskosten en anderzijds gaat het om ziekteverzuim en verlof. Dat kost gewoon meer geld. Dat gaan we nu uitrekenen en bij de voorjaarsnota maken we een integrale afweging. Dan leg ik u alle cijfers voor en kunt u een besluit nemen. (De VOORZITTER: Nog een laatste nabrander van de heer Kreuger, want die heeft eigenlijk geen spreektijd meer.) 26 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen (De heer KREUGER: U hebt de vorige keer echt gezegd dat u weet wat het kost. Dat is naar de directies gestuurd. Het is nu al een paar keer gebeurd dat u in één debat verschillende dingen zegt. Ik vind het een beetje zonde om daar spreektijd aan te besteden. Misschien kunt u uw woorden iets nauwkeuriger kiezen.) Dat zal ik hierbij doen. (Mevrouw BOSMAN: Er kwam ineens een idee bij me op. Ik dacht: dat stel ik nog even voor.) (De VOORZITTER: Mevrouw Bosman, we zijn natuurlijk heel benieuwd naar uw ideeën. Is dit een korte interruptie of is het een verkapte tweede termijn?) (Mevrouw BOSMAN: Het is een idee dat ik echt heel kort kan uitleggen. Ik merk dat er verwarring bestaat over de vraag of flexwerk echt nut heeft of geen nut heeft. Misschien is het interessant om bij de nieuwe projecten bij het maken van de keuze tussen vast of flex te rapporten wat het percentage vaste aanstellingen en tijdelijke inhuur is. Dan hebben we meteen een aantal feiten op tafel en kunnen we dat meenemen in het plan van aanpak om een goede afweging te maken. Denkt de wethouder dat dit haalbaar is bij de bouwopgave, kades en fysieke projecten?) Ik vind het een goed idee, maar ik ga er even over nadenken. Ik wil nog zeggen dat ik de heer Elabd wil complimenteren met zijn maidenspeech. Dank allemaal voor al uw complimenten. Volgens mij hebben we vandaag iets geleerd. Ik zou het fijn vinden om, elke keer als wij hier spreken, te denken aan de heer Elabd die prachtige tips heeft gegeven. (Mevrouw BOSMAN: Ik meende te horen dat ik een toezegging kreeg naar aanleiding van mijn idee en daar een reactie in een brief op te krijgen.) Ik zal in een brief hierop reageren. (De VOORZITTER: Wanneer kunnen we die brief verwachten?) Die kan ik binnen twee weken sturen. De discussie wordt gesloten. Aan de orde is de stemming over de motie-Temmink, De Heer, Elabd en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 405). De motie-Temmink, De Heer, Elabd en Geder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 405) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Temmink, De Heer, Elabd en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 405) is aangenomen met de stemmen van DENK, de PvdA, GroenLinks, de SP, BIJ, de ChristenUnie, de Partij van de Ouderen en de Partij voor de Dieren voor. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 328 van afd. 1 van het Gemeenteblad. De VOORZITTER: Ik wil u allen heel hartelijk bedanken voor uw komst en sluit de vergadering. 27 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen De VOORZITTER sluit de vergadering om 21.25 uur. 28 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 3 april 2019 Raadsnotulen INDEX 324 Kennisnemen van de brief over de specialistische jeugdhulp 2018... …… 3 328 Kennisnemen van het onderzoek externe inzet en maatregelen om externe inzet verder terug te dringen en goed werkgeverschap voor uitzendkrachten verder te versterken … nnn nenennnneneenenevenneneeeeern een enennennne neen enenennennnernenenenenenneneeren nennen nennen | 341 Vaststellen van het Strategisch Huisvestingsplan Jeugd, Zorg en Basisvoorzieningen 2019-2025 … nnen ennverenennverenenneerenenneeeeneeeneeevenneeeenen Á 343 Instemmen met het aanpassen van de reikwijdte van het project Bruggen Oranje Loper en instemmen met het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet en met een aanvullende kredietreservering.… nennen eeen enneneneneeeen nennen, 15 344 Kennisnemen van de brief over de start van het stadsgesprek Agenda Autoluw Amsterdam …… … annen sense onee nen sne nnen eneneer eenen erve ener vennen enensevenevennenveenevsevevenenne en f, 16 400 Motie van de raadsleden Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-lssa, Simons, Flentge en Ceder inzake de brief over de specialistische jeugdhulp (enorme tekorten in de jeugdhulp in Amsterdam) … … 4 401 Motie van het raadslid Vroege inzake bruggen Oranje Loper (kansen voor stadslogistiek) …… … nnen ennen eneen nennen nennen enennennne nennen enen eene nennen enen neneenen Ô 402 Motie van het raadslid Vroege inzake bruggen Oranje Loper (bouwlogistiek) … … ….6 403 Motie van de raadsleden Kreuger, Yilmaz en Van Soest inzake het stadsgesprek Agenda Autoluw (draagvlakonderzoek bij maatregelen autolUw)… … 8 404 Motie van de raadsleden Kreuger, Yilmaz, Marttin en Van Soest inzake het stadsgesprek Agenda Autoluw (laat de parkeerdruk niet boven 90% komen)…..…..…..….8 405 Motie van de raadsleden Temmink, De Heer, Elabd en Ceder inzake externe inhuur (verder terugdringen externe inhuur) … nnn onneeeeneneerenenneeeenenervenenne ee ennnene nennen | 29
Raadsnotulen
29
test
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1981 Publicatiedatum 4 december 2019 Ingekomen onder R Ingekomen op 27 november 2019 Behandeld op 27 november 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Simons, A.L. Bakker, Ceder en Kilig inzake de prestatieafspraken voor de volkshuisvesting tussen huurderskoepels, woningcorporaties en de gemeente (Gebieden van verkoopverbod: Oud-Zuid) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de prestatieafspraken voor de volkshuisvesting tussen huurderskoepels, woningcorporaties en de gemeente (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1931). Constaterende dat: — In het coalitieakkoord 'Een nieuwe lente, een nieuw geluid” staat dat verkoop van sociale corporatiewoningen alleen wordt toegestaan bij hoge uitzondering. — In de nieuwe prestatieafspraken corporaties wordt toegestaan zoveel sociale huurwoningen als financieel nodig is om de voor deze groei benodigde investeringen te kunnen doen te verkopen. — De coalitie zich niet aan de eigen afspraken houdt om verkoop en liberalisatie van sociale woningen tegen te gaan; onder andere door het onderzoek naar alternatieve financiële constructies niet eerder gedaan te hebben. Overwegende dat: — Uitcijfers van OIS blijkt dat het aandeel sociale huurwoningen van corporaties in de afgelopen tien jaar is gedaald is van 50% naar 39%. Ook bij particuliere verhuurders nam dit segment af: van 18% naar 13%. — De sociale woningvoorraad in Oud-Zuid volgens OIS cijfers in 2017 op 37% ligt. — Ymere ongeveer 10 jaar terug nog 550 woningen in deze buurt bezat — Het er nu slechts 230 zijn, en de corporatie dit aantal nog verder wil terugbrengen tot 76! 1 https://www.inzuid.amsterdam/indexphp/201 9/08/1 1/actie-voor-behoud-sociale-huur-in-oud-zuid/ 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1981 Motie Datum 4 december 2019 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Amsterdam Oud-Zuid op te nemen in het hoofdstuk “Gebieden van verkoopverbod" en daarmee een stop in te lassen voor de verkoop van sociale woningen in dit gebied. De leden van de gemeenteraad S.H. Simons A.L. Bakker D.G.M. Ceder A. Kilic 2
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1562 Datum indiening 3 juni 2019 Datum akkoord 4 oktober 2019 Publicatiedatum 7 oktober 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Mbarki inzake de kandidaatstelling van de KNVB voor het EK zaalvoetbal 2022. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 3 juni 2019 heeft de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB) wereldkundig gemaakt dat het zich kandidaat stelt voor de organisatie van het EK Zaalvoetbal 2022. In het bid van de KNVB zijn de Amsterdamse Ziggo Dome en Martini Plaza in Groningen aangewezen als speellocaties. De fractie van de PvdA is verheugd met deze kandidaatstelling. De sport zaalvoetbal is namelijk ongekend populair in de stad. Naast dat deze sport duizenden Amsterdammers vitaal en gezond houdt, heeft de sport ook een verbindende factor: omdat de sport door zoveel verschillende Amsterdammers beoefend wordt, vindt er ontmoeting tussen Amsterdammers plaats die elkaar in het dagelijks leven niet snel zullen tegenkomen. Mede omdat er zoveel Amsterdammers deze sport beoefenen, ligt het niveau in de stad heel hoog. Zo beschikt Amsterdam met ASV Lebo over een uithangbord in de Nederlandse Eredivisie. Mede door de goede resultaten van deze club (o.a. landskampioen in 2016), fungeren de spelers als rolmodel voor de jeugd en heeft de club een belangrijke maatschappelijke functie in een stadsdeel als Nieuw-West. In het coalitieakkoord ‘Een nieuwe lente, een nieuw geluid’ staat vermeld dat Amsterdam de topsport inclusiever wilt maken en dat er bij het binnenhalen van evenementen gekeken wordt naar evenementen die aansluiten bij de Amsterdamse sportcultuur. Gezien het vorenstaande heeft het lid Mbarkí, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. is het college het met de fractie van de PvdA eens dat de organisatie van een EK zaalvoetbal goed aansluit bij de Amsterdamse sportcultuur? Antwoord: Ja. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer Leoben 2019 Schriftelijke vragen, maandag 3 juni 2019 2. is het college het met de fractie van de PvdA eens dat de organisatie van een EK zaalvoetbal goed aansluit bij de topsportambities zoals zij omschreven staan in het coalitieakkoord? Antwoord: Ja 3. Is het college het met de fractie van de PvdA eens dat de organisatie van een EK zaalvoetbal daarom heel goed zou passen bij Amsterdam? Antwoord: Ja. 4. Zoja, is het college bereid er samen met de KNVB alles aan te doen om de organisatie van dit evenement binnen te halen? 5. Zoja, kan het college aangeven hoe zij dit wil gaat doen? Antwoord 4 en 5: Tijdens de bidfase - die liep van begin februari tot eind mei 2019 heeft de wethouder Sport de KNVB binnen de budgettaire mogelijkheden voor topsportevenementen en rekening houdend met de impact van een UEFA evenement op de ambtelijke organisatie van de stad, geholpen om het bid uit te kunnen brengen. Op verzoek van de KNVB is het bid uitgebracht op basis van twee speelsteden, te weten Groningen en Amsterdam. De directeur van de KNVB heeft aangegeven met de hulp vanuit Amsterdam content te zijn geweest. Het college vertrouwde erop dat de UEFA - gezien de nauwe en goede samenwerking ten aanzien van de EURO 2020 - de samenwerking met de KNVB en met onze stad en haar mogelijkheden op waarde zou kunnen inschatten. Na indiening van het bid door de KNVB is nauw contact met de KNVB onderhouden. Op dinsdag 24 september liet de KNVB door middel van bijgevoegde email weten dat het bid succesvol is geweest en werd Amsterdam via diverse kanalen bedankt voor de hulp in deze. Uiteraard gaan we de KNVB helpen dit EK Futsal volgens de Amsterdamse procedures en aanpak, succesvol en veilig te laten verlopen. Amsterdam is trots dat wij het VEFA EK Futsal 2022, samen met Groningen, mogen huisvesten. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 431 Publicatiedatum 20 juni 2014 Ingekomen onder G Ingekomen op woensdag 11 juni 2014 Behandeld op woensdag 11 juni 2014 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Boutkan, mevrouw Roosma en mevrouw Van Soest inzake de jaarrekening 2013 van de gemeente Amsterdam (monitor personeelsverloop en externe inhuur). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de jaarrekening 2013 van de gemeente Amsterdam (Gemeenteblad 2014, afd. 1, nr. 396); Constaterende dat: — de kosten van externe inhuur ruimschoots de begroting van 2013 overschrijden, — het al jaren een probleem is om deze kosten beheersbaar te houden en al jaren onderwerp is van discussie, — de cijfers over vaste aantal medewerkers en aantal medewerkers in de flexibele schil gemeten in fte vaak aanleiding zijn voor discussie; — het inhuren van externe expertise in tijden van reorganisatie en krimp draagvlak voor reorganisatie en motivatie van vaste medewerkers aantast zoals duidelijk blijkt uit de open brief van de Centrale Ondernemingsraad (COR) van 22 mei 2014; — de gedragscode voor externe inhuur niet altijd wordt gevolgd, — bij 10 diensten de omvang van externe inhuur meer dan 10% van de loonsom is; Overwegende dat: — er sprake is van boventalligheid binnen de gemeentelijke organisatie en deze de komende jaren vermoedelijk nog zal stijgen; — het gewenst is dat expertise van vaste medewerkers voldoende wordt ingezet en indien nodig ontwikkeld; — ereen goede verhouding moet zijn tussen vaste kern, flexibele schil en externe inhuur binnen de gemeentelijke organisatie, 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 431 Moti Datum _ 25 juni 2014 otie Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — bij de start van een nieuw college een monitor op te zetten naar personeelsverloop binnen de gehele gemeentelijke organisatie en hier halfjaarlijks over te rapporteren; — als onderdeel hiervan een nulmeting uit te voeren aan de start van een nieuwe collegeperiode waarbij wordt vastgesteld wat de omvang is van vaste medewerkers, flexibele schil en externe inhuur per RVE. De nulmeting moet ten aanzien van externe inhuur zowel kwalitatief (welke expertise) als kwantitatief (fte, kosten) inzage geven; — op basis van deze nulmeting nieuw beleid te ontwikkelen om externe inhuur te beperken ten gunste van vaste medewerkers (inclusief boventalligen) en een voorstel voor beleid voor te leggen aan de raad. De leden van de gemeenteraad, D.F. Boutkan F. Roosma W. van Soest 2
Motie
2
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 722 Publicatiedatum 1 juli 2016 Ingekomen onder o Ingekomen op woensdag 22 juni 2016 Behandeld op woensdag 22 juni 2016 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Van Lammeren inzake het maatregelpakket “Schone Lucht voor Amsterdam: op weg naar een uitstootvrij 2025" (lokale maatregelen RIVM-rapport). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het maatregelpakket “Schone Lucht voor Amsterdam: op weg naar een uitstootvrij 2025" (Gemeenteblad afd. 1, nr. 656). Overwegende dat: — in onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) van 23 april 2015 (pp. 18-21) lokale maatregelen voor de verbetering van de luchtkwaliteit net een gezondheidswinst op korte termijn genoemd worden; — een deel van deze maatregelen niet terug te vinden zijn in de plannen van het college: — wanneer er nu aanvullende lokale maatregelen genomen worden de blootstelling plaatselijk op korte termijn verlaagd kan worden en hiermee 20% van de totale gezondheidswinst kan worden gerealiseerd die op langere termijn met een Europese aanpak kan worden bereikt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de genoemde lokale maatregelen in het RIVM-rapport ‘Luchtkwaliteit en gezondheidswinst’ te bestuderen en per maatregel aan te geven of en wanneer het college bereid is deze maatregel over te nemen, en dit voor de Begroting 2017 terug te rapporteren aan de raad. Het lid van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1764 Publicatiedatum 6 januari 2017 Ingekomen onder BC Ingekomen op donderdag 22 december 2016 Behandeld op donderdag 22 december 2016 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Moorman en Nuijens inzake de berekening van “opportunity costs” bij de omzetting van marktwoningen naar sociale woningbouw. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het afhandelen van de toezegging aan het lid Van Osselaer inzake de berekening van “opportunity costs” bij de omzetting van marktwoningen naar sociale woningbouw (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1676). Constaterende dat: — de wethouder Grondzaken bereid is om bij een besluit tot bouw van (sociale) woningbouw standaard ‘opportunity costs' te berekenen en in de voordracht op te nemen; — de inrichting en bouw van Amsterdam altijd een uitkomst is van het realiseren van verschillende functies, waaronder: woningen, bedrijfsruimten, parken, scholen, sportvoorzieningen, culturele voorzieningen en andere functies; — waarbij natuurlijk sprake is van verschillen in opbrengsten en kosten voor de verschillende functies. Van mening dat: — de keuze voor het berekenen van gederfde inkomsten bij (sociale) woningbouw selectief en arbitrair is omdat de Gemeenteraad ook tot ander functies besluit waarbij sprake is van derving ten opzichte van koopwoningen of bedrijfsfuncties; — de gegevens reeds beschikbaar zijn voor de gemeenteraad vanuit de voorgestelde grondexploitatie (grex) en de aan de raad beschikbaar gestelde informatie over grondprijzen; — het besluit van het college om met de corporaties juist een vaste grondprijs per vierkante meter af te spreken een uiting is van de wenselijkheid om in alle delen van Amsterdam ook sociale woningbouw te bouwen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — afte zien van het berekenen en apart vermelden van ‘opportunity costs' bij de bouw van woningen; — de gemeenteraad te blijven informeren over kosten en opbrengsten van woningbouw via de grex zoals thans gebeurt. 4 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1764 Moti Datum 6 januari 2017 oùie De leden van de gemeenteraad M. Moorman J.W. Nuijens 2
Motie
2
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 475 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Ahmadi inzake Begroting 2023 (informeren stadspashouders over STAP-budget) Onderwerp Informeer lage inkomens, zoals stadspashouders, over de mogelijkheid STAP budget aan te vra- gen voor scholing Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023. Overwegende dat: — Het Rijk heeft een fonds beschikbaar gesteld van 1000 euro per persoon per jaar voor scholing en ontwikkeling. Deze subsidie kan aangevraagd worden door iedere Nederlander boven de 18 die nog geen AOW ontvangt, en kan mensen de mogelijkheid geven een opleiding of cursus te volgen die hun positie op de arbeidsmarkt verbetert, maar ook een investering is in het ont- wikkelen van talent. — Mensen in armoede hebben meer moeite met het vinden van de subsidies waar zij recht op hebben. Het is van meerwaarde dat zij ondersteuning krijgen bij het vinden van de vormen van ondersteuning die voor hun open staan. Juist omdat het STAP budget een mogelijkheid is tot talentontwikkeling en zelfontplooiing. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders — __Stadspashouders en lage inkomens te wijzen op de mogelijkheid om het STAP budget aan te vragen. — Dit bijvoorbeeld te doen via Buurtteams en in buurthuizen, door middel van voorlichting en ondersteuning. 1 https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/leven-lang-ontwikkelen/leven-lang-ontwikkelen-financiele-regelingen/stap-budget Gemeente Amsterdam Status Ingetrokken Pagina 2 van 2 — Hierover terug te koppelen naar de Raad. Indiener N. Ahmadi
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam W l J % Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid % Agenda, donderdag 19 februari 2009 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid Tijd 09.00 tot 12.30 uur en van 19.30 tot 22,30 Locatie 0239 WETHOUDER ASSCHER-DEEL 09.00 — 12.30 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 _Inspreekhalfuur publiek 5 Conceptverslag openbare vergadering van 29-01-2009 e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWIJ @raadsgriffie. amsterdam.nl 6 Openstaande toezeggingen 7 Termijnagenda 8 Actualiteiten Jeugdzaken 9 Convenant multiprobleem gezinnen Nr. BD2008-009036 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _Op verzoek van mevrouw Ulichki (GroenLinks). Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam W l J Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid Agenda, donderdag 19 februari 2009 10 Tweede tussenrapportage: pilot van acht tot acht Nr. BD2009-000875 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Educatie 11 Brief leerplichtassistenten Nr. BD2009-000818 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _Op verzoek van mevrouw Van der Pligt (SP) en mevrouw Hoogerwerf (D66). Algemeen 12 Rondvraag/TKn-lijst wethouder Asscher WETHOUDER OSSEL-DEEL 19.30 — 22.30 13 Mededelingen 14 Inspreekhalfuur publiek 15 Conceptverslag openbare vergadering van 29-01-2009 e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWIJ @raadsgriffie. amsterdam.nl 16 Openstaande toezeggingen 17 Termijnagenda 18 Actualiteiten Werk en Inkomen 19 2e Onderzoek effectiviteit re-integratie (2001-2007) Nr. BD2008-008151 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 2 Gemeente Amsterdam W l J Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid Agenda, donderdag 19 februari 2009 20 Rapportage stimuleringsprogramma 'De arbeidsmarkt werkt’. Nr. BD2009-000826 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , _Op verzoek van mevrouw Hoogerwerf (D66). 21 Banenplan jongeren Nr. BD2009-000827 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , _Op verzoek van mevrouw Van der Pligt (SP). 22 Stand van zaken consequenties intensivering ID-beleid Nr. BD2009-000755 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Diversiteit 23 Reactie op SP-notitie ledereen voor een beter Amsterdam’ Nr. BD2009-000825 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _Op verzoek van mevrouw Boelhouwer (SP). Algemeen 24 Rondvraag/TKN-lijst wethouder Ossel 3
Agenda
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 471 Publicatiedatum 17 mei 2019 Ingekomen onder E Ingekomen op woensdag 8 mei 2019 Behandeld op woensdag 8 mei 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Vroege inzake de beleidsbrief democratisering (digitalisering gemeentelijke post) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de beleidsbrief democratisering (Gemeenteblad afd. 1, nr. 429). Constaterende dat: — De raad als doel heeft of de burgerparticipatie binnen de politiek te verbeteren; — Erook veel mensen in Amsterdam wonen die geen Nederlands spreken; — Alle gemeentelijke brieven verstuurd aan de Amsterdamse burger in het Nederlands geschreven zijn. Overwegende dat: — Ook deze mensen deel moeten kunnen nemen aan het democratische proces; — Niet al deze mensen toegang hebben tot personen die in staat zijn de gemeentelijke brieven te vertalen; — Diensten zoals google translate in staat zijn deze gemeentelijke brieven te vertalen indien er een digitale versie van de brief is verstuurd; — Indien gemeentelijke brieven ook digitaal verstuurd worden deze mensen in staat zijn om de gemeentelijke brieven te laten vertalen door diensten zoals google translate. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Te zorgen dat alle bewonersbrieven en andere niet persoonlijke schriftelijke uitingen van de Gemeente ook digitaal te raadplegen zijn, om Amsterdammers het gemakkelijker te maken deze te vertalen of anderzijds ondersteuning te vragen. Het lid van de gemeenteraad J.S.A. Vroege 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1297 Datum indiening 19 september 2017 Datum akkoord 16 oktober 2017 Publicatiedatum 17 oktober 2017 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Van Lammeren inzake het invoeren van statiegeld op flesjes en blikjes. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Uit een nieuw rapport van CE Delft blijkt dat invoering van het statiegeldsysteem op kleine flesjes en blikjes zwerfafval tot 90 procent kan verminderen. Bovendien zouden gemeenten tot 80 miljoen kunnen besparen op de gemeentelijke reinigingskosten.' Invoering van statiegeld op flesjes en blikjes draagt ook bij aan vermindering van zwerfafval dat in de zee belandt. Geschat wordt dat er met de uitbreiding van het statiegeld tussen de 0,5 en 6 miljoen plastic flesjes per jaar minder in de zee terechtkomen. De Partij voor de Dieren fractie ziet invoering van statiegeld op flesjes en blikjes als wenselijke en noodzakelijke stap voor de vermindering van zwerfvuil. Gezien het vorenstaande heeft het lid Van Lammeren, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met het rapport van CE Delft over de effecten van statiegeld op flesjes en blikjes? Zo ja, hoe beoordeelt het college deze resultaten? Antwoord: Het college kent het onderzoek van CE Delft. Het college is van mening dat het rapport de feitelijke informatie omvat zoals die op dit moment beschikbaar is over de kosten en effecten van invoering van een statiegeldsysteem voor kleine flesjes en blikjes. 2. Kan het college aangeven of de aangenomen motie® voor een lobby richting het Rijk voor de invoering van statiegeld op kleine PET-flessen en drankblikjes al is uitgevoerd”? Antwoord: Zie de beantwoording van vraag 3. ' http://www telegraaf.nl/binnenland/29095374/__ Veel minder zwervende blikjes __.html 2 https://amsterdam.partijvoordedieren.nl/moties/amsterdam-circulair-statiegeld-op-kleine- pet-flessen-en-blikjes 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer Tober 2017 Schriftelijke vragen, dinsdag 19 september 2017 3. Is het college, nu de positieve effecten van statiegeld op flesjes en blikjes duidelijk naar voren komen, bereid opnieuw aan te dringen op uitbreiding van het statiegeld, bij zowel het ministerie als de Tweede Kamer commissie voor Infrastructuur & Milieu? Antwoord: Amsterdam is ambtelijk direct betrokken bij de evaluatie Raamovereenkomst verpakkingen en het opstellen van de transitie agenda's in het kader van het nationale grondstoffenakkoord (ondertekend door Amsterdam). Hierbij wordt ingezet op het uitbreiden van de huidige statiegeld regeling met kleine flesjes en blikjes. Het onderzoek van GE Delft ondersteunt deze inzet. Naar verwachting zal eind 2017 meer duidelijk zijn over de nationale besluitvorming over de verdere aanpak van verpakkingen (inclusief kleine flesjes en blikjes). Het college zal u begin 2018 informeren over de vervolgstappen in het verpakkingendossier inclusief de mogelijke invoering van statiegeld op kleine flesjes en blikjes. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris K.H. Ollongren (loco), burgemeester 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 885 Datum akkoord college van b&w van 5 juli 2016 Publicatiedatum 6 juli 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de leden Van der Ree en Van Dantzig van 31 mei 2016 inzake een nieuw platform voor middeldure huurwoningen. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: Tijdens de onlangs gehouden jaarlijkse conferentie De Ontmoeting van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties opperde Woningbouworganisatie Wonam het idee om een nieuw platform op te richten waarop het aanbod van middeldure huurwoningen kan worden gebundeld. Dit platform kan voor dit segment functioneren, analoog aan Woningnet voor sociale huurwoningen en Funda voor koopwoningen. De op deze bijeenkomst aanwezige directeur van Woningcorporatie Stadgenoot zegde toe graag mee te werken aan een dergelijk platform. De fracties van VVD en D66 ondersteunen het plan van Wonam, een investeringsmaatschappij in middeldure huurwoningen, om te komen tot de oprichting van dit platform. Het middensegment huurwoningen staat in Amsterdam onder grote druk, gezien het relatief beperkte aanbod en de grote vraag naar woningen in dit segment. Een bundeling van aanbod en samenwerking met woningcorporaties kan er ook toe leiden dat mensen die nu scheefwonen in een sociale huurwoning mogelijkerwijs eerder en eenvoudiger kunnen verhuizen naar een middeldure huurwoning. De indieners zien een taak voor de gemeente om te stimuleren dat dit platform van de grond komt, waarbij het de intentie is dat dit platform gedragen en beheerd zal worden door marktpartijen. Gezien het vorenstaande hebben de leden Van der Ree en Van Dantzig, respectievelijk namens de fracties van de VVD en D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college kennisgenomen van de ideeën over het nieuwe platform middeldure huurwoningen, zoals genoemd in een artikel in De Telegraaf van 26 mei 2016? Antwoord: Ja, het College heeft kennis genomen van het voorstel van Wonam op de bijeenkomst “De ontmoeting 2016" georganiseerd door de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC) op 18 mei 2016. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing des Gemeenteblad Datum 6 juli 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 31 mei 2016 2. Is het college het met de fracties van de VVD en D66 eens dat de gemeente Amsterdam met betrekking tot de oprichting van dit platform een ondersteunende rol kan spelen? Zo ja, is het college bereid in gesprek te gaan met Wonam, woningcorporaties en eventuele andere initiatiefnemers om te komen tot een spoedige oprichting? Is het college bereid daarvoor beperkt ambtelijke capaciteit te leveren om de betrokken partijen met elkaar te verbinden? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Het College is content met het feit dat betrokken partijen het belang inzien van middeldure huurwoningen voor de stad. Er ligt echter op dit moment geen verzoek van de initiatiefnemers voor een gesprek of ondersteuning. Indien er een dergelijk verzoek ligt, dan gaat het college uiteraard in gesprek met initiatiefnemers. 3. Is het college voorts bereid om een incidentele bijdrage en/of een opstartsubsdie te leveren aan de totstandkoming van het platform via de vrijgemaakte middelen voor bouwstimulering (incidenteel € 60 miljoen en structureel € 5 miljoen vrijgemaakt bij het coalitieakkoord)? Antwoord: Er ligt op dit moment nog geen verzoek van initiatiefnemers. 4. Op welke manier wordt het aanbod van middeldure huurwoningen in Amsterdam nu gecommuniceerd? Kan het college een overzicht geven van relevante platforms? Antwoord: Er zijn diverse platforms die informatie geven over het woningaanbod. Een (landelijk) platform — zoals Funda voor koopwoningen (bestaand en nieuwbouw) - voor middeldure huurwoningen is het College niet bekend. Wel zijn er platforms die aandacht besteden aan de niet-gereguleerde huurmarkt. De belangrijkste zijn: a) Amsterdam Woont https://www.amsterdamwoont.nl/ Dit platform, met circa 60 bij nieuwbouw betrokken partijen (ontwikkelaars, bouwers, corporaties, banken, makelaars etc), geeft inzicht in het nieuwbouwaanbod in de Regio Amsterdam. Zowel nieuwbouwkoop- als huurwoningen alsmede zelfbouwkavels worden middels dit platform aangeboden. Met name de mogelijkheid om ook zelfbouwkavels onder de aandacht te brengen is de reden voor een - in geld - beperkte betrokkenheid van de gemeente Amsterdam. Jaarlijks wordt door de gemeente € 10.000 bijgedragen aan dit platform en wordt er een kleine commerciële vergoeding betaald bij plaatsing op het platform van een zelfbouwkavel. b) Rooftrack https://wvww. rooftrack.nl/ Rooftrack is een landelijk platform waarop vooral woningcorporaties hun niet- gereguleerde aanbod (huurprijs vanaf € 710,69) onder de aandacht brengen. Rooftrack is een initiatief van Woningnet. Ook Amsterdam valt onder het aanbod van Rooftrack. 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neng í Gemeenteblad Datum 6 ion 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 31 mei 2016 c) Pararius http://www.pararius.nl/ Pararius is een website voor vraag en aanbod van huurwoningen in Nederland. Hoewel er ook mondjesmaat middeldure huurwoningen worden aangeboden ligt het overgrote deel van het aanbod - in ieder geval voor Amsterdam - boven de huurprijs van € 1000,- per maand. d) Funda www.funda.nl Funda is sinds 2001 hét landelijke vastgoedplatform van makelaars voor consumenten Hoewel er ook huurwoningen worden aangeboden ligt het accent op (bestaande) koopwoningen. Voor woningzoekenden zijn er vele digitale platforms om zich te informeren. Het College vindt dat meer overzicht en transparantie ten aanzien van de woningmarkt en dan met name voor wat betreft middeldure huur gewenst is. Het initiatief ligt bij de betrokken marktpartijen. Indien er een verzoek ligt, zal het college met deze partijen in gesprek gaan. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
train
' De Nederlandse regering; de Heer M,Rutte. De buigemeester van Amsterdam de heer E.v.d. Laan, *___£ ‘De Voorditter van het aollege van procureurs-generaak, s ‚___deheerH,Bolhaat 8 S ak De algemeen deken van de Orde van advocaten de hebt W.F Hendriksen. : Pe hoofd-offieier van het parket van het Openbaar | ministerie te Amsterdam. De Heer TH. Hofstee. De president van de Artondissementsrechtbank te Amsterdam. Nlevrouw @. Eradus. betreft : Beantwoording brieven Inzake fraude en oplichting bij de bouw van het Stadion ARENA te Amsterdam. s … | . | | Geachte dame en heren. Haarlem 80 Januari 2015, | Aangezien u allen hu al meer dan 4 maanden mijn brieven inzake bovengehoemd onderwerp niet beántwoord deel ik u het volgende mede. __U ontirekt zich aantoonbaar aan de verplichtingen die u uit hoofde van uw functies bent aangegaan. De schade ten gevolge van UW falen loopt elke dag verder op, Ik heb het dan niet alleen over de financiële schade die voor fekening is van de Amsterdamse burger. U brengt met Uw zwijgen het aanzien van de Nederlandse rechtsstaat onmetelijke schade toe. Iri dat verband wijs ik u op hét volgende. {k heb de verschrikkinger van de tweede wereld oorlog persoonlijk meegemaakt, Ík was in | Met 1940 8 jaar oud, Ik heb hewust meegemaakt hoe de mensen werden opgepakt &ft : hooft meer thuiskwamen. Na de oorlog hek ik de processer in Neurenberg gevolgd. Ik heb als kind van 10 jaaf gezien fioe onze eigen landgenoten hun medeburgers vertaadden en zieh hebben meester gemaakt van de athtefgebleven eigendommen. # | Na de oorlog waren het deze mensen die zich als eersten vérontschuldigden, U kent ongetwijfeld de gevleugelde woorden,” Ich habe es nicht gewust. 1 Ook de. kreet " Bevënl ist Bevehl " iseen toen veel gehoorde uitvlucht. Zo heeft men de eigen verantwoordelijkheid voor de volkerenmoord op miljbenen mensen | proberen af te sohuiven. iedereen dacht slechts aan het eigen overleven. Velen hebben “hier gewoon schaamteloos van mesgeprofiteerd, Tijdens de herdenking van de bevrijding van het kmp " Ausehwlilz kje iedereen weer met | _ deze onmenselijke wreedheden geconfronteerd. Niemand heeft hìer echter aok mäar iets | van geleerd. De ónmienselijke wreedheden en volkerenmoorden gaan nog gewoon door. | Niemand durft zijn algen verantwoordelijkheid te nemen. Ook vooru allen geldt hetzelfde. U durft uw verantwoordelijkheid niet te nemen. U zwijgt en bert daardoor medeplichtig geworden. : _ Als u 70 jaren eerder was geboren had u in de oorlog in 1940 dus gewoon meegedaan en | ‚ gewetenloos meegeprofiteerd, U bent dus geen geen haat beter dari de toenmalige | … collaborateurs die hebben meegedaan en zich daardoor gewoon schuldig hebhen ___{ gêmaâkt dan df gerooide rjsdelien Van detdennlalge betse. ; 5 | 5 5 7 ik ben mij mijn hele fever bewust geweest wat er In de oorlog van 3940-1945 is gebeurd. Ik heb tin veraritwoordelijkheid geriomen en mij waar mogelijk ingezet voor het welzijn | van mijn medemensen. Ik wijs u op mijn GV, Ik beh benoemd tot officier inde Orde van Oranje Nassau. Op grond hiervan ken ìk mijzelf het recht toe om u, de waarheld te vertellen. U bent allen een stelletje onbenullen die niet in staat zijn om de verantwoordelijkheden uit | hoofde van uw openbare functies naar behoren te vervullen. UI Op 21 Mel 2015 zal IKten overstaan van het Gerechtshof te Amsterdam de Nederlandse rechtstaat de oren wassen. Dan zal ik uitleggen dat de Orde van Advocaten samen met het Openbaar ministerie een stelletje onbenullen zijn die de gewetenloze polikieke leiders gedurende meer dän 20 jaren in staat hebben gesteld om de Amsterdamse burger voor miljarden óp te liehten. Oak dit schrijven zal ik nu in de gpenbaarheid brengen. | inmiddels verblijf ik hóógachtend. n me . ER Z 1 . | | | | | ri er | De Nederlandse Regering. | De leden van de Tweede Kamer der Staten Generaal. Te Het oollege van B.en W‚ van Amsterdam, « 4 _Delgdenvan de Gemeenteraad van Amsterdam: « «tt É Et er tt [et LE De Orde van Advóeaten. € == % 5E EE ke EE 8 Het patket van het Openbaar Ministerle te Amsterdam. | betreft : Fraude en diefstal van de bestuurders van de gemeente Amsterdam. Dames en heten, Haarlem 3 Februari 2015, De wijze waarop de géhele kwestie doof alle rechtéinetanties word genegeerd is stuitend en orivoorstelbaat. De verantwoprdelijke bestuurders van het college van B‚en W van Amstefdam hebben zieh sehuldig gemaakt-aan diefstal en fraude. Zij hebben misbruik gemaakt van hun rnaohtspositie. Het gaal over een schade van tenminste € 3.000.000,000,- waar de gemeenschap voor moet opdraalen. „ Het parket van het Openbaar Ministefie van Justitie is-door het hoogste gezagsorgaan, het college van procúreuts-generaal verboden om de daders ‘te vervolgen. „ De advocaten hebben buiten de rechtsgang overleg gepleegd mat de reöhters. … De rechters hebben daarop de schade vergoedingen waar de gemeente foe was veroordeeld volledig afgewezen. … De Orde van advocaten heeft vervolgens een blokkade opgeworpen om eën nieuwe gang naar de rechter te voorkomen, „ De gemeenteraad weigert om de achtereenvolgende colleges van Been W. ter verantwoording te roepen, … De gemeentelijke enquete tommissie durft de fraude riet te onderzoeken. „ De regering weigert om de bestuurders die persoonlijk in de fout zijn gegaan te corrigeren. __» De leden van de tweede kamer weigeren op hun beurt om de regering ter . verantwoording te roepen. ledéreen ie zich terdege béwust.dat de gemeente op een ontstellende wijze in de fout is gegaan. Men weet dat de te heialen schade vergoeding în de miljarden loopt. De | gemeente is door hel islen van haât bestuurders finantiéel bankroet, Er is jarenlang een | Volledig wanbeleid gevoerd. Dat was volstrekt onnodig. Als iK mijn plänneri zoals deze door mij in 1988 waren gepresenteerd gewoon had kunnen uitvoeren had de gemeente Ainsterdam nu eer nieuw | multifunctioneel stadion rijk geweest zonder hier zelf een franciële bijdrage In behoöver te leveren. : | Nu heeft de.gemeente een absoluut gebrekkig voetbalstadion waar na 20 jarenopnieuw | miljosnen moeten worden uitgegeven om alle gebreken bij de bouw alshog enigszins fe : herstellen. ° Het is dom, naief en kortzichtig om de Ïluste te koesteren dat door deze zaak te negeren en mijn brieven niet te beantwoorden de gemeente Amsterdam aan de betaling van de miljarden sôhade vergoeding nog kan ontkomen. ° r | De blokkade van de burgemeester van der Laan met de Orde van Advocaten zal ij t € _t onhertoepelijk ee doofbroKen. Zodradde zaak aan de rechters is.voofgelegdvalihet « & h Ë E kaartenhuis ve volgens in elkaar. 5 5 5 ij 5 k de 5 | 5 5 ie ij : Er komt onherroepelijk een advocaat die zich realiseert dat hij of zij bij de beëdiging voor de rechtbank volgens attikel 8 lid 2 heeft beloofd geen zaak te zullen aanraden of verdedigen die Zij In gemoede niet gelove rechtvaardig te zijn, UI Op 21 Mei 2015 zal ík ten overstaan van het Gerechtshof te Amsterdam ogehing van zakéri geven over de diefstal en de fraude en over de wijze waarop de gehele Nederlandse rechtsstaat gedurende meer dan twintig jaren de wetten en de gedragsregels hebben gesaboteerd en terzijde gelegd om eeh stel gewetenloze en onverantwoordelijke bestuurders die zich hebben sehuldlig gemaakt aan eeh miljarden-fraude in beschefthing te nemen. | Dan vält U allen door de mand. Dan Mag u proberen uit te leggen waarom U UW | verantwoordelijkheid hiet hebt dutven nemen. De enige manier om uit deze impasse te geraken Ís dát het huidige college nu haar verantwoordelijkheid niet langer uit de weg gaat. Zij zal nét mij in overleg moeten treden pm op sen fatsoenlijke wijze de- schade te regelen. De daders van het eerste uur zullen zich alsnog voor hun daden moeten verantwoorden. De geftieenteraad Is bewust misleid waardoor er voor miljarden kon worden gefraudeerd met gelden van de belasting betalers in Amsterdam. ó In afwachting van uw reactie verblijf ik hoogachtend, Nn en | | 2, | = Ze De Nederlandse Regering. De tweede kamer der Staten Generaal. Het college van B.en W. van Amsterdam. | De gemeenteraad van Amsterdam. ' | De Orde van Advocaten in Nederland. on ks | tt Hét pefket'van'het Dpehbadr Ministérie fe Afistefdarh. ; & << … « EE KE 5 betreft : fraude en diefstal bij de bouw en exploitatie van het stadion Arena te Amsterdam. geachte dames en heren. Haarlem 6 Februari 2015. | Aangezien niemand op al mijn brieven waarin ik u op de hoogte heb gesteld van de | grootste fraude in de Amsterdamse geschiedenis reageert, zal ik op 21 Mei 2015 aan het gerechtshof opening van zaken gaan geven. ° In mijn rapporten van 6 en 18 Augustus 2014 heb ik de gang van zaken uiteengezet. U bent allen van de inhoud op de hoogte gesteld. U heeft de inhoud niet weerlegd. Deze rapporten hebben de gang van zaken correct weergeven. De feiten kunnen niet langer ontkend worden. Deze feiten zijn vervolgens met vele bewijzen afdoende onderbouwd. De toenmalige bestuurders van de gemeente Amsterdam hebben zich dus schuldig gemaakt aan de diefstal van de plannen voor de ontwikkeling van het stadsdeel | Amsterdam Zuid-Oost met een nieuw stadion. Het is een investering geworden van tenminste € 3.000.000.000 — Om het geplande stadion te financieren is door deze zelfde bestuurders valsheid in : | geschrifte gepleegd. De gemeenteraad is misleid. Daardoor is er voor het bedrag van honderden miljoenen een stadion gebouwd. Dit bedrag is gewoon uit de gemeentekas gestolen. De gemeenteraad heeft hier geen toestemming voor gegeven. | | De voetbalclub AJAX heeft sinds 1996, gedurende dus inmiddels 19 jaren, gebruik van dit stadion gemaakt. Er is voor dit gebruik geen economisch verantwoorde huurvergoeding | betaald. De gemeente heeft daardoor geen rente en aflossing van het geïnvesteerde | kapitaal ontvangen. De investering van inmiddels € 400.000.000.- moet dus als verloren worden beschouwd. AJAX wist dat de plannen waren gestolen en heeft op deze wijze haar deel van de diefstal verzilverd. Ajax is dus medeplichtig aan de Miljoenen fraude. De plannen zijn door de gemeente, de voetbalclub AJAX. De ING-Bank en de aannemers Ballast en BAM gerealiseerd. Er is een winst gemaakt van tenminste € 1.500.000.000.- Deze winst is onderling verdeeld. AJAX heeft hierdoor jarenlang voor niets van het stadion gebruik kunnen maken. De gelden zijn aanvankelijk geparkeerd op de rekening van het grondbedrijf van de gemeente. Door middel van de witwas firma "Stadion Amsterdam NV" worden de gelden jaarlijks naar AJAX overgeheveld. De gemeente Amsterdam heeft haar deel van de winst mede gebruikt om de strop van de aanleg van de Noord-Zuid Metrolijn te kunnen betalen. De verkregen winsten zijn inmiddels dus weer uitgegeven. | De gemeente is in 1995 echter door het Gerechtshof te Amsterdam veroordeeld. De gemeente moest de veroorzaakte schade wegens de diefstal aan de rechtmatige eigenaar die de plannen in opdracht van de gemeente had gemaakt vergoeden. De behaalde | winsten ten bedrage van € 41.500.000.000.- moesten dus worden afgedragen. É E Ë £ É : ER: 6 OEE Et E E BE É E É Ê t | __& Dätheeft de gêmeënte'geweigerd. De gemeente heeft zich verzekerdivan:de steun van * & * hét Openbaar Ministerie van Justitie. Die heeft vervolgens geweigerd om de daders van | de mega-fraude te vervolgen. Vervolgens heeft de gemeente zich verzekerd van de steun van de Orde van Advocaten. De rechters werden buiten de rechtsgang benaderd en gewoon omgekocht. Zo heeft de gemeente Amsterdam zich gedurende jaren kunnen onttrekken aan de terugbetaling van | de ten onrechte genoten winsten uit de diefstal van de plannen. | De schade is door dit verzet echter opgelopen tot tenminste € 3.000.000.000.—.. De gemeente kan zich niet langer aan de betaling onttrekken. Ik heb de eigendom afdoende aangetoond. Eigendom verjaart niet. De Gemeente heeft nog steeds niet kunnen aantonen dat zij de rechtmatige eigenaar is geworden. : | De huidige burgemeester Mr. E.E, Van der laan probeert in samenwerking met de Orde van advocaten middels een al 3 jaren opgeworpen blokkade om te verhinderen dat ik mijn schade-vordering bij de rechtbank kan indienen. De deken van de orde overtreed hiermee de wet, Daardoor is de Orde van Advocaten medeplichtig geworden. Het is dus volstrekt duidelijk dat de gemeente Amsterdam niet lang meer aan de betaling van de schade zal kunnen ontkomen. De orde kan deze blokkade niet lang meer | volhouden. | Op 21 Mei 2015 zal ik tegenover de strafkamer van het Gerechtshof opening van zaken geven. Dan komt de zaak in de publiciteit. Dan zal ook bekend worden dat de gemeente heeft samengespannen met het O.M en met de Orde van Advocaten. | De rechtspraak in Nederland heeft zich volledig gediskwalificeerd. Deze heeft zich | ondergeschikt gemaakt aan de politiek, U heeft zich aan Uw verantwoordelijkheid onttrokken. U heeft allen gefaald ín uw plichten om de verantwoordelijke bestuurders die jarenlang in de fout zijn gegaan en een volledig wanbeleid met honderden miljoenen aan overheidsgelden hebben gevoerd te corrigeren. | Dat mag u na 21 Mei 2015 aan de Nederlandse bevolking gaan uitleggen. U bent door uw | zwijgen net zo verantwoordelijk als de daders.in 1988 die mijn plannen hebben gestolen | om de winsten in hun eigen zakken te laten verdwijnen. | Ook dit schrijven zal ik nu in de openbaarheid brengen. De Nederlandse bevolking mag weten dat zij word geregeerd door een aantal kortzichtige en laffe bestuurders die de | verantwoordelijkheid ingevolge hun controlerende taken niet aandurven. | : | \k daag u uit om op dit schrijven te reageren en verblijf inmiddels in afwachting daarvan. | Hoogachtend. | . 5 ; Ë É EE É E e Ê E È E É É E ë É É Ê É É Mijne heren. Haarlem 7 Februari 2015. Aangezien u allen heeft geweigerd om mijn belangen behartiging op u te nemen deel ik u het volgende mede, De Orde van advocaten heeft kennelijk een verbod uitgevaardigd ter voorkoming dat ik | mijn schade vordering op de gemeente Amsterdam door de rechter kan laten vaststellen. | De gemeente is in 1995 veroordeeld. Het gaat nog slechts om het vaststellen van de hoogte van het bedrag. Zodra dit bedrag is vastgesteld is de gemeente armlastig. De vordering bedraagt tenminste € 1.500.000.000.-. Daar komt de wettelijke rente vanaf 14 Mei 1992 nog bij. Om deze reden heeft burgemeester van der Laan de afspraak gemaakt met de toenmalige deken te Amsterdam om een blokkade op te werpen ten einde mijn gang naar de rechter | te verhinderen. Deken Mr.G.Kemper handelde daarmee in strijd met de Advocatenwet. Het behoeft geen betoog dat Mr. Kemper de Orde van Advocaten in diskrediet heeft | gebracht. Het aanzien van de Orde van Advocaten is zo ernstige schade toegebracht. De orde heeft niet alleen gefaald. De orde heeft vervolgens kennelijk een verbod uitgevaardigd dat geen enkele advocaat mij mag bijstaan. Daarmee handelt de orde ij Malafide. De deken heeft zich hiermee schuldig gemaakt aan een strafbaar feit. Deken Kemper heeft niet alleen gehandeld in strijd met de advocatenwet, maar ook in strijd met artikel 6-166 van het BW. De groepsaansprakelijkheid. | Hierdoor is de Orde van Advocaten aansprakelijk geworden voor de gehele schade. Die is inmiddels opgelopen tot meer dan € 3.000.000.000. | Ook u doet hier aantoonbaar aan mee. Ook u bent nu aansprakelijk voor de totale schade. | Ook voor u geld de aansprakelijkheid uit hoofde van 6-166 BW. U heeft immers actief meegewerkt om de schade te vergroten. Het zal u duidelijk zijn dat de rechter uw motieven voor de afwijzing naar de prullenbak zal verwijzen. | De orde heeft misbruik gemaakt van haar machtspositie. De burger kan zonder advocaat niet naar de rechter voor de toewijzing van zijn vordering. U bent allen dus in een procedure kansloos. Ik ben als arbiter gedurende bijna 20 jaren lid geweest van de Raad van Arbitrage voor de bouwbedrijven. Ik ben dus deskundig in de vaststelling van de bedragen die ten gevolge van bouwschades optreden. Ik weet dus hoe de hoogte van de diefstal van bouwplannen worden berekend. | ik garandeer u dat de schade ten gevolge van de diefstal van mijn plannen voor de bouw | van het stadsdeel Amsterdam Zuid-Oost op minimaal € 1.000.000.000.- zal worden | vastgesteld. Uw weigering om mij bij te staan kan dus wel eens een kostbare zaak gaan | worden. \___F_Ik'verzeker u dat ik u vóor deze schade 'bansprakelijk zal'stellen. De redenen voor uw 5 afwijzingen zijn ongeloofwaardig en te doorzichtig. Dat geld evenzeer voor de motieven | van de Orde van Advocaten om geen advocaat te willen aanwijzen. Op 21 Mei 2015 komt de kwestie aan de orde bij de behandeling van mijn hoger beroep voor het Gerechtshof te Amsterdam. Dan komt het malafide en corrupte handelen van de gemeente die heeft samengespannen met de Orde en met het Openbaar Ministerie onherroepelijk in de openbaarheid. In dat verband zend ik u een afschrift van mijn brief d.d. 5 Februari 2015 aan.de Orde van | Advocaten. De Orde gaat in deze kwestie al sinds 1999 in de fout. Zij heeft haar algemeen deken Mr Marek Guensberg aantoonbaar in bescherming genomen om diens advocatenkantoor voor de toen acuut dreigende financiële ondergang te behoeden. Ik adviseer u om nu onmiddellijk Aktie te ondernemen om Zo de schade nog enigszins binnen de perken te houden. De deken zal als de donder in Aktie moeten komen om de correcte rechtsgang alsnog in werking te stellen door een advocaat volgens artikel 13 van de advocatenwet aan te stellen. iedere dag vertraging kost alleen aan rentederving al £ 300.000. Een blijvende weigering zal door de rechters niet in dank worden aanvaard. Ik moet u ernstig waarschuwen dat het hier om een zeer serieuze zaak gaat waar miljarden in het geding zijn. Ik waarschuw voor de gevolgen. Afschrift van dit schrijven zend ik aan de algemeen deken Mr Hendriksen en de dekens te | Amsterdam en Noord-Holland. Ook zend ik een afschrift aan de regering, het Openbaar | Ministerie, de tweede kamer, het college van B.en W. en de gemeenteraad van | Amsterdam. Allen zijn nu aansprakelijk voor de gevolgen van het zwijgen in deze al jaren lopende kwestie. Dit schrijven zal ik nu in de openbaarheid brengen. In een geordende rechtsmaatschappij moet IEDEREEN zich aan de wetten en de regels houden. Daar mag geen uitzondering voor worden gemaakt. Dit geld ook voor de burgemeester en zijn wethouders, de algemeen deken en zijn advocaten. Dit geld zelfs als het om het voortbestaan gaat van de financiële zelfstandigheid van de gemeente Amsterdam. . | in afwachting van uw reacties verblijf ik hoogachtend. Ve De Nederlandse Regering. Het college van B.en W. van Amsterdam. De leden van de tweede kamer der Staten Generaal. De leden van de gemeenteraad van Amsterdam. E . é ' é k te Es te ka ta EE ts En Ft Ë a Ee Ee Ee Er Be Be Ea EE BEE Ea EE ER Ei £_« * Betreft: Fraudé bij de bouw en de eXploitatie‘van het Istadión ARENA te Amsterdam: +» ……. Sh 5 Dames en heren, . Haarlem 2 Maart 2015. Langs deze weg deel ik u het volgende mede. . De gemeente Amsterdam heeft onrechtmatig gehandeld. Zij is hiervoor tot in hoogste instantie door het Gerechtshof in Amsterdam veroordeeld. De gemeente weigert de hieruit voortvloeiende financiële verplichtingen te voldoen. | De gemeente heeft contract-breuk gepleegd en de door mij in haar opdracht gemaakte | plannen zonder de vereiste toestemming voor eigen rekening gerealiseerd. Om aan betaling van de schade te ontkomen heeft de gemeente opnieuw onrechtmatig gehandeld door de advocaten en de rechters gewoon te beïnvloeden en om te kopen. De gemeente weigert om op een fatsoenlijke wijze in overleg te treden om de schade te | regelen. Mijn brieven worden niet beantwoord. De gemeenteraad van Amsterdam is door mij bij herhaling aangeschreven met het verzoek om het gemeente bestuur te wijzen op haar verplichtingen. Ook de gemeenteraad | weigert haar controlerende verplichtingen na te komen. Men durft geen vragen te stellen. Het zelfde vind plaats bij de regering en het parlement. De gemeente word niet | gecorrigeerd. Op mijn brieven word niet gereageerd. Niemand durft deze kwestie aan te pakken. Het gaat om een diefstal met een waarde van inmiddels € 3.000.000.000.-. De gemeente | Amsterdam heeft hier ten onrechte een winst behaald van tenminste € 1.000.000.000— | Met deze behaalde winsten is voor een bedrag van £ 400.000.000.- in het Stadion ARENA | geïnvesteerd. De voetbalclub AJAX profiteert al meer dan 18 jaren door zonder een | verantwoorde huur te betalen dit stadion te gebruiken. Deze voetbalclub heeft zo ten | minste € 200.000.000.- overheid steun genoten. Dat is in strijd met de Europesche | mededinging regels. De gemeente wacht hier voor een miljoenen boete vanuit Brussel. | Vervolgens heeft de gemeente uit deze winst de strop van de bouw van de Noord-Zuid | Metrolijn gefinancierd. Ook hier gaat het om een bedrag van tenminste € 400,000,000. De gemeenteraad is niet op de hoogte gesteld. De colleges hebben op eigen houtje | zonder toestemming gehandeld. | De onterecht verkregen winsten zijn dus uitgegeven. Dat is de verklaring waarom iedereen nu angstvallig haar mond houd en mijn brieven niet beantwoord. De vordering ten gevolge van dit onrechtmatig handelen is mede door de jarenlange obstructie van de verantwoordelijke achtereenvolgende colleges van B.en W, inclusief de wettelijke vertraging rente, opgelopen tot tenminste € 3.000.000.000.— 1 Ten gevolge van dit jarenlange wanbeleid worden de Amsterdamse burgers dus | opgezadeld met een miljarden schuld. Deze schuld loopt iedere dag met tenminste € ; _ 300.000.- aan rente verder op. An Ee be te ke Ee Eu EE EE EE En ER EE GE EE Et Pr EL ER ER OE EE EE EE ER ES Et: 1Om*uit deze'impasse te Komen heb ik‘dan de gemeenteeeh financieël voorstel gedaan. «- * dE ik zend u hier een afschrift ter kennisname bij dit schrijven. De gemeente kan dan de schade gedeeltelijk op de mededaders verhalen, De Orde van | Advocaten, de betrokken advocaten kantoren en het Openbaar Ministerie hebben openlijk meegedaan en zijn uit hoofde hiervan mede verantwoordelijk en mede schadeplichtig | geworden. Zo kan de schade voor de burgers die hier geen enkele schuld hebben beperkt worden. Ook de voetbalclub AJAX die door hun vroegere bestuurders aan de rand van de ondergang zijn gebracht kan zo voor een faillissement worden behoed. | Helaas moet ik constateren dat het huidige college onder leiding van burgemeester van der Laan wederom nergens op reageert. Dat is niet alleen dom en kortzichtig, maar ook hoogst onverantwoordelijk. Op 21 Mei 2015 word deze kwestie behandeld door het Gerechtshof te Amsterdam. Dan | zal ik de zaak volledig uiteenzetten en verzoeken om de daders strafrechtelijk te | vervolgen. Dan word de gemeente op de feiten gedrukt. Dan word het verzet gebroken met alle gevolgen van dien. Dan wacht de gemeente een jarenlange curatele van het rijk. De Orde van Advocaten overtreed de wet door een blokkade op te werpen om mij te beletten om mijn vordering bij de civiele rechter te kunnen indienen. De advocaten hebben de rechters aantoonbaar buiten de rechtsgang benaderd en gewoon omgekocht. Het Openbaar Ministerie heeft mij met valse beschuldigingen tot een gevangenis straf van 8 maanden doen veroordelen. Dit is inmiddels door het O.M. erkend moeten worden. De | betrokken officier had haar leugens in opdracht van haar superieuren moeten uiten. Ik | moest tot elke prijs worden uitgeschakeld. II! | Burgemeester van der Laan heeft samengespannen met de deken van de Orde van Advocaten om de advocatenboycot te realiseren, Deze zelfde burgemeester heeft ook | opdracht gegeven om mij te arresteren om mij zo te kunnen uitschakelen. | | De gemeente Amsterdam is in de opperste verwarring. Met alle middelen word geprobeerd om de mega-fraude alsnog in de doofpot te doen verdwijnen. Dat is nu “ gedoemd om te mislukken. Dan is de gemeente Amsterdam haar zelfstandigheid kwijt. | De verantwoordelijke daders mogen hun straffen niet ontlopen. De gemeenschap is voor | miljarden opgelicht. Dat mag niet zonder gevolgen blijven. Ook de Burgemeester en zijn ‚ wethouders moeten zich aan de wetten en de gedragsregels houden en mogen de gemeenschap niet bestelen voor hun voetbalspeeltje AJAX. De overheid heeft een voorbeeld-functie. De overheid moet zich in het zakelijke verkeer met de burgers correct gedragen. Zij mag geen misbruik maken van de macht-positie die zij van nature al heeft. De overheid behoort te goeder trouw te handelen. 2 ‘ | Afgelopen week heeft het gerechtshof korte metten gemaakt met dit soort oplichters. Hier zijn straffen uitgedeeld tot 7 jaren gevangenis. Daar ging het nog” slechts * om miljoenen. In deze zaak gaat het om miljarden. | :__«__Opnieuw vraag ik u allenom uw verantwoordelijkheid nu te. nemen.Hetgaat nietmeer «st, | EE djleëh omde Vergoeding van mijn Schiatde: Het gaát'om het-darizien Van Nederland als +; * kes een geordende rechtstaat waar de individuele burger er op mag vertrouwen dat de grondrechten van de burger worden gerespecteerd. ledereen heeft het recht op bescherming van zijn eigendommen. ledereen mag zijn geschil aan de onafhankelijke rechter voorleggen ter beslissing. In mijn kwestie met de gemeente Amsterdam is met dat recht gedurende meer dan 25 jaren openlijk de hand gelicht. Mij is geen enkel verwijt te maken. Samen met mijn medewerkers had ik een prachtig plan gemaakt voor een nieuw stadion in Amsterdam waar de gemeente zelf geen gulden aan had behoeven mee te betalen. De gemeente had mij hier om gevraagd. Zij heeft zelfs de door mij gemaakte kosten nog niet willen betalen. Ondanks de miljarden winst heeft zij mijn rekening van NLG 2.000.000 in de prullenmand gegooid. Zelfs dat kon er nog niet vanaf. In afwachting van uw reacties verblijf ik inmiddels, hoogachtend. | | | | 3
Raadsadres
11
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 807 Publicatiedatum 16 oktober 2013 Ingekomen onder AB" Ingekomen op woensdag 2 oktober 2013 Behandeld op woensdag 2 oktober 2013 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het raadslid mevrouw Van Roemburg inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (ligplaats noodzakelijk). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 september 2013 inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 745); Overwegende dat: — in de nieuwe Regeling Passagiersvervoer te Water (RPA 2013) het vereiste wordt ingevoerd van het beschikken over een legale ligplaats in plaats van de koppeling ligplaatsvergunning/exploitatievergunning (artikel 1.4 RPA 2013); — deze maatregel is genomen om te voorkomen dat eigenaren van boten voor passagiersvervoer wel al jarenlang over een exploitatievergunning beschikken, maar geen legale ligplaats kunnen bemachtigen; — het voor eigenaren van boten voor passagiersvervoer onder de RPÀ 2013 tevens mogelijk is over een plek in een jachthaven, buiten Amsterdam of zelfs op de wal te beschikken; — er echter nu nog steeds ondernemers zijn die onder de oude RPA een exploitatievergunning hebben gekregen, emissievrij zijn en die nog geen ligplaats hebben; — deze ondernemers dus hun exploitatievergunning in 2015 kunnen verliezen indien zij dan nog geen ligplaats hebben gevonden, omdat nieuwe toetreders eerder een ligplaats hebben verkregen/toegewezen gekregen, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: ondernemers, die ná 2006 maar vóór 2014 een vergunning hebben gekregen voor de exploitatie van een emissievrije boot voor passagiersvervoer, voorrang te verlenen bij het toewijzen van een ligplaats. Het lid van de gemeenteraad, E.T.W. van Roemburg 1
Motie
1
discard
4 Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad % Motie Jaar 2021 Nummer 180 Behandeld op 31 maart/1 april 2021 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 6 april 2021 Onderwerp Motie van het lid Khan inzake de minimumleeftijd verhogen naar 18 jaar voor opname in de radicaliseringsaanpak Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het actuele beeld radicalisering en extremisme. Constaterende dat: - _Ergeen minimumleeftijd gehanteerd wordt voor het aanmelden en opnemen van kinderen in de radicaliseringsaanpak; - Sinds 2016 vijf scholieren en studenten zijn opgenomen, waarvan twee basisschoolleerlingen(!); — Vooral kleine kinderen geestelijk nog onvoldoende ontwikkeld zijn om hen zelf verantwoordelijk te houden voor hun gedachtegang; — Het de voorkeur geniet om gespecialiseerde deskundigen, zoals pedagogische en zorgmedewerkers, in te zetten om kinderen te helpen die problemen ervaren. Overwegende dat: - De radicaliseringsaanpak gericht zou moeten zijn op personen die een leeftijd hebben bereikt waarbij ze een minimale besef van en verantwoordelijkheid dragen over hun eigen daden; — Het belangrijk is dat pedagogische en zorgmedewerkers voldoende de tijd en ruimte krijgen geboden om adequaat hulp te bieden aan deze kinderen zodat ze optimaal geholpen kunnen worden. Interventies vanuit de gemeente kunnen dit proces juist verstoren en schade berokkenen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij de radicaliseringsaanpak een minimumleeftijd van 18 jaar te hanteren en hieraan zo snel mogelijk ruchtbaarheid te geven aan alle (samenwerkende) onderwijsinstellingen. Het lid van de gemeenteraad S.Y. Khan
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 141 Publicatiedatum 20 maart 2015 Ingekomen onder T Ingekomen op 11 februari 2015 Behandeld op 11 maart 2015 Status Aangehouden in de raadsvergadering op 11 februari 2015 en aangenomen op 11 maart 2015 Onderwerp Motie van het raadslid de heer Ernsting inzake de Agenda Duurzaamheid (CO2 in verkeer). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Duurzaamheid (Gemeenteblad afd. 1, nr. 50); Overwegende dat: — bij verkeersmaatregelen in het kader van luchtkwaliteit alleen gekeken wordt naar luchtkwaliteit zoals gemeten in NO2; — autoverkeer een aanzienlijke deel van de CO2-uitstoot voor zijn rekening neemt (circa 20%); — dit bij kosten/batenanalyses tot nu toe geen rol heeft gespeeld, omdat daarin kosten alleen berekend worden over de winst op NO2-reductie; — dit geen goed beeld geeft van de baten van maatregelen om autoverkeer te reduceren, dan wel te electrificeren, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in toekomstige kosten/batenanalyses van maatregelen die tot doel hebben de luchtkwaliteit te verbeteren ook mee te nemen: de winst op reductie van CO2. Het lid van de gemeenteraad, Z.D. Ernsting 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Raadsnotulen Jaar 2019 Afdeling 2 Vergaderdatum 27 november 2019 Publicatiedatum 11 december 2019 OPENBARE VERGADERING OP WOENSDAG 27 NOVEMBER 2019 7 Aanwezig: de leden mevrouw Bakker (PvdD), de heer Bakker (SP), de heer Biemond (PvdA), mevrouw Bloemberg-lssa (PvdD) de heer Blom (GroenLinks), de heer Boomsma (CDA), mevrouw Bosman (D66), de heer Boutkan (PvdA), de heer Geder (CU), de heer Van Dantzig (D66), de heer Ernsting (GroenLinks), de heer Flentge (SP), mevrouw De Fockert (GroenLinks), mevrouw De Grave-Verkerk (VVD), de heer Groen (GroenLinks), mevrouw Grooten (GroenLinks), de heer Hammelburg (D66), mevrouw De Heer (PvdA), mevrouw De Jong (GroenLinks), de heer Karaman (GroenLinks), mevrouw Kat (D66), mevrouw Kilig (DENK), de heer Kreuger (Forum voor Democratie), mevrouw El Ksaihi (D66), mevrouw Martens (VVD), mevrouw Marttin (VVD), de heer Mbarki (PvdA), mevrouw Nadif (GroenLinks), mevrouw Nanninga (Forum voor Democratie), mevrouw Naoum Néhmé (VVD), mevrouw Poot (VVD), mevrouw Van Renssen (GroenLinks), mevrouw Rooderkerk (D66), mevrouw Roosma (GroenLinks), mevrouw La Rose (PvdA), mevrouw Simons (BIJJ1}, mevrouw Van Soest (Partij voor de Ouderen), de heer Taimounti (DENK), mevrouw Temmink (SP), mevrouw Timman (D66), de heer Torn (VVD), de heer Vroege (D66) en de heer Yilmaz (DENK) Afwezig: de heer Van Lammeren (Partij voor de Dieren) en de heer Van Schijndel (Forum voor Democratie) Aanwezig: burgemeester mevrouw Halsema (Openbare Orde en Veiligheid, Algemene Zaken, Integraal Veiligheidsbeleid, Juridische Zaken, Internationale Samenwerking, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving, Juridische Zaken, Communicatie), de wethouders mevrouw Van Doorninck (Duurzaamheid en Circulaire Economie, Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Energietransitie en stadsdeel Oost), de heer Everhardt (Financiën, Economische Zaken, Lucht- en Zeevaart, Deelnemingen, Zuidas en Marineterrein en stadsdeel Centrum), de heer Groot Wassink (Diversiteit en Antidiseriminatiebeleid, Democratisering (inclusief Bestuurlijk Stelsel), Coördinatie Bedrijfsvoering, Inkoop, Sociale Zaken, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden), de heer Ivens (Bouwen en Wonen, Openbare Ruimte en Groen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Reiniging en stadsdeel Noord), mevrouw Kukenheim (Zorg, Jeugd(zorg), Mbo-agenda, Beroepsonderwijs en Toeleiding Arbeidsmarkt, Preventie Jeugderiminaliteit, Sport en Recreatie, Ouderen en stadsdeel West) mevrouw Meliani (Kunst en Cultuur, Monumenten en Erfgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Gemeentelijk Vastgoed en stadsdeel Nieuw-West), mevrouw Moorman (Onderwijs, Volwasseneneducatie, Laaggeletterdheid en Inburgering, Voorschool, Kinderopvang en Naschoolse voorzieningen, Armoede en Schuldhulpverlening en stadsdeel Zuidoost) Afwezig: mevrouw Dijksma (Water, Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit en stadsdeel Zuid) 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aads Middagzitting op woensdag 27 november 2019 Voorzitter: mevrouw F. Halsema, burgemeester Plaatsvervangend voorzitter: het raadslid de heer Torn Raadsgriffier. mevrouw Houtman Verslaglegging: mevrouw Van de Belt (Notuleerservice Nederland) De VOORZITTER opent de vergadering om 13.06 uur. VOORZITTER: Ik open de gemeenteraad van Amsterdam en ik heet u allen van harte welkom op deze raadsvergadering. Zoals altijd proberen we effectief te vergaderen en we gaan ervanuit dat deze raad naar verwachting uit twee dagdelen zal bestaan. 1. Mededelingen De VOORZITTER: Er is bericht van verhindering van de heer Van Lammeren en de heer Van Schijndel. Zelf ben ik vanavond helaas afwezig. Het presidium heeft na overleg met de fractievoorzitters besloten de agendapunten in de volgende blokken op de agenda te zetten: algemene agendapunten, behandelpunten, actualiteiten, ter kennisname punten en afsluitend de geheime punten. De raad heeft hierover een brief ontvangen. De spreektijden zijn aangepast zodat de fracties iets minder spreektijd hebben en de vergadering naar verwachting minder zal uitlopen. Een mens mag hopen. En ten slotte gaan we in stemblokken stemmen en niet na ieder vergaderpunt. Dit is een pilot die we in maart volgend jaar gaan evalueren. 2. Vaststellen van de notulen van de raadsvergadering op 6 en 7 november 2019 Conform besloten 3. Vaststellen agenda De VOORZITTER: Dan stel ik voor dat we eerst de agenda doorlopen om te zien of er agendapunten zonder discussie en hoofdelijke stemming kunnen worden afgedaan. Conform besloten. 4. Ingekomen stukken Conform besloten. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aadsnotule 1° Brief van F. Roosma, fractievoorzitter van GroenLinks, van 6 november 2019 inzake de mededeling van het ontslag van de heer El Abd als duoraadslid met ingang van 6 november 2019 Besloten is deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 2° Raadsadres van een burger van 4 november 2019 inzake elektrisch rijden, scooterbeleid en omleidingsborden Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 3° Raadsadres van NAH netwerk van 4 november 2019 inzake toeleiding van benodigde zorg van de cliëntgroep Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) borgen onder de professionals in de Buurtteams sociaal Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Zorg, Jeugdsport en Sport. 4° Raadsadres van een burger van 6 november 2019 inzake aanpassing van de regels voor het toekennen van de Stadspas Besloten is dit raadsadres te agenderen voor de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs ter bespreking. Gewijzigd op verzoek van het lid Van Soest 5° Raadsadres van een burger van 6 november 2019 inzake tariefverhoging voor de parkeergarage P1 van de Johan Cruijff ArenA Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 6° Raadsadres van de Actiegroep “Geen huisvesting uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam of waar dan ook in Nederland” van 4 november 2019 inzake het voorgenomen besluit om uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam huisvesting te bieden en het waarborgen van de veiligheid van de inwoners van Amsterdam Dit raadsadres is desgewenst betrokken bij de behandeling van agendapunt 19, Rovende asielzoekers in de binnenstad, in de raadscommissie Algemene Zaken van 14 november 2019. Besloten is dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 28, Stemmen over de moties behorende bij de actualiteit van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake rovende asielzoekers in de binnenstad. 7° Raadsadres van Parent Elimination van 2 november 2019 inzake ouderverstoting 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aadsnotule Besloten is de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 8° Raadsadres van NVSH van 4 november 2019 inzake het reorganiseren en beschermen van de prostitutie op de Wallen Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. ge Raadsadres van een burger van 8 november 2019 inzake het niet nakomen van de prestatie-afspraken door Welzorg Besloten is dit raadsadres te agenderen voor de raadscommissie Zorg, Jeugdsport en Sport ter bespreking. Gewijzigd op verzoek van het lid Van Soest 10° Raadsadres van een burger van 11 november 2019 inzake inspraak op de ontwerp-Huisvestingsverordening 2020 Besloten is dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling agendapunt 11, Vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 in de raadscommissie Wonen en Bouwen van 20 november 2019, en bij de behandeling van agendapunt 13 in de raad, Vaststellen van het Beleidskader Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en het vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 11° Raadsadres van Parent Elimination van 6 november 2019 inzake de reactie van het SamenWerkingsVerband van Ouders met Jeugdzorg over de agressie tegen jeugdzorgmedewerkers Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Zorg, Jeugdsport en Sport. 12° Raadsadres van Vrienden van het Diemerpark van 14 november 2019 inzake de planning van besloten vergaderingen en het bijwonen van technische sessies Besloten is dit raadsadres in handen van het presidium te stellen ter afhandeling. 13° Raadsadres van een burger van 14 november 2019 inzake het verzoek om meer uitgaansgelegenheden, waaronder een theater, in de wijk Oud-West Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Kunst, Diversiteit en Democratisering. 14° Raadsadres van een burger van 14 november 2019 inzake de sluiting van het restaurant van de GGD Besloten is de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen 15° Raadsadressen van twee straatmanagers van 15 november 2019 inzake bezwaar tegen de invoering van de reclamebelasting per 2020 wegens gebrek aan communicatie aan ondernemers Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Financiën en Economische Zaken. 16° Raadsadres van een burger van 15 november 2019 inzake vrijheid van meningsuiting voor anti-Piet demonstranten Besloten is de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 17° Raadsadres van de Vereniging Wonen voor Ouderen Nieuwmarkt/Groot Waterloo van 18 november 2019 inzake de ontwikkelingen rond de bouwlocatie aan de Nieuwe Uilenburgerstraat 29-50 en het verzoek om behoud van betaalbare ouderenhuisvesting Besloten is dit raadsadres te agenderen voor de raadscommissie Wonen en Bouwen ter bespreking. Gewijzigd op verzoek van het lid Van Soest 18° Raadsadres van een burger van 15 november 2019 inzake de Begroting 2020 van de gemeente Amsterdam Besloten is de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 19° Raadsadres van de Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland van 18 november 2019 inzake de aanbieding van het Visitatierapport 2019 van woningcorporatie Ymere Besloten is de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 20° Raadsadres van het bewonersplatform Vogelbuurt en IJplein van 19 november 2019 inzake aanpassing van de investeringsprogramma's aan de prestatieafspraken tussen gemeente en corporaties Besloten is dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 14, Uiten van wensen en bedenkingen inzake het onderhandelakkoord, Samenwerkingsafspraken 2020-2023, van de prestatieafspraken voor de volkshuisvesting tussen huurderskoepels, woningcorporaties en de gemeente. 21° Herfstbrief van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden van 21 november 2019 Besloten is deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 22° Raadsadres van een burger van 19 november 2019 inzake de discussie rondom het Sinterklaasfeest 5 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aadsnotule Besloten is dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 23° Afschrift van een raadsadres van de Landelijke Organisatie Kinderen - Ouders - Grootouders, gericht aan wethouder Kukenheim, van 18 november 2019 inzake het verzoek om geld minder te besteden aan ondertoezichtstellingen maar meer aan specialistische jeugdhulp Besloten is dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Zorg, Jeugdsport en Sport. 24° Brief van Recreatieschap ‘t Twiske-Waterland van 12 november 2019 inzake de uitnodiging voor het aanbrengen van zienswijzen op het ambitiedocument ‘t Twiske-Waterland - een samenspel van recreatieve activiteiten en rust, stilte en natuurbescherming Besloten is deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen om een voordracht voor te leggen aan de raad. 25° Raadsadres van het Fietstaxibedrijf Sunny Pedicab Services van 20 november 2019 inzake het beleidsvoornemen voor de beëindiging van het Alternatief Personenvervoer per 1 april 2020 Besloten is dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van het agendapunt Wijzigen APV in verband met het Alternatief Personenvervoer in de raadsvergadering van 18/19 december 2019. 26° Brief van de Rekenkamer Amsterdam van 20 november 2019 inzake de aanbieding van de rekenkamerbrief ‘Canonherziening einde tijdvak en Verlengde afkoop erfpacht’ Besloten is deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 27° Raadsadres van een burger van 21 november 2019 inzake inspraak en besluitvorming over ontwerp Beleidskader en Huisvestingsverordening 2029 met betrekking tot omkatten van woningen Besloten is dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 13, Vaststellen van het Beleidskader Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en het vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020. 28° Brief van S.H. Simons, fractievoorzitter van BIJ1, van 21 november 2019 inzake het ontslag van het duoraadslid De Graaf per 21 november 2019 Besloten is deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 29° Raadsadres van de Stichting Erfpachters Belang Amsterdam van 24 november 2019 inzake de aanbieding van het volksinitiatief voor een raadsenquête over het erfpachtbeleid 6 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen Besloten is dit volksinitiatief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter preadvisering. 5. Mondelingevragenuur Dit punt wordt even aangehouden. Actualiteit 28C wordt mondelinge vragen van het lid Taimounti over etnisch profileren in het basisonderwijs. 6. Benoemen en herbenoemen van leden van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1949) Dit punt wordt even aangehouden. 7. Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel “Een actieplan in de strijd tegen antisemitisme in Amsterdam” van de leden Poot, Ceder, Boomsma en Nanninga en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1804) Dit punt is afgevoerd. 8. Ongegrond verklaren van de bezwaren gericht tegen het besluit waarbij het verzoek tot herziening van het bestemmingsplan Stationseiland is afgewezen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1927) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1927 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 9. Wijzigen van de Legesverordening Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1920) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1920 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 10. Vaststellen van de Verordening Rioolheffing 2020 en kennis nemen van de evaluatie van de nieuwe grondslag voor rioolheffing (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1921) 7 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1921 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 11. Beschikbaar stellen van een aanvullend uitvoeringskrediet voor het project Hoogwaardig Openbaar Vervoer Westtangent (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1926) Dit punt wordt even aangehouden. 12. Instemmen met het definitief ontwerp voor de Heemstedestraat en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1801) Dit punt wordt even aangehouden. 13. Vaststellen van het Beleidskader Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en het vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1930) De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Ivens. Wethouder IENS: Ik had heel graag de Amsterdammers duidelijkheid gegeven over de verordening. De raadscommissie heeft verzocht de behandeling een raad uit te stellen. Als de grondslag van de quota komt te veranderen, dan wordt het wel buitengewoon complex en wellicht zal er een extra collegevergadering nodig zijn om dit in de raadsvergadering vast te stellen. Alles overziend zie ik geen onoverkomelijke bezwaren om het een raad uit te stellen. Dit punt is afgevoerd. 14. Uiten van wensen en bedenkingen inzake het onderhandelakkoord, Samenwerkingsafspraken 2020-2023, van de prestatieafspraken voor de volkshuisvesting tussen huurderskoepels, woningcorporaties en de gemeente (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1931) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt aan het begin van het avonddeel behandeld. 15. Instemmen met het uitvoerings- en kredietbesluit voor de aanleg van de IJboulevard met inbegrip van een fietsenstalling en een aanvaarbescherming (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1802) Dit punt wordt even aangehouden. 8 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen 16. Beschikbaar stellen van een investeringskrediet (tranche 2) voor het project Aanpassingen Michiel de Ruijtertunnel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1923) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1923 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 17. Beschikbaar stellen van een investeringskrediet (tranche 2) voor het project Renovatie Piet Heintunnel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1924) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1924 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 18. Vaststellen van het bestemmingsplan Buikslotertham 5% herziening (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1932) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1932 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 19. Instemmen met de gevolgen die het traject Advies Oeververbindingen Rijkswateren Amsterdam heeft voor de bestuurlijke besluitvorming ten aanzien van maatregelen 4 en 5 van de sprong over het IJ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1933) Dit punt wordt even aangehouden. 20. Vaststellen van het welstandsniveau Ymerekavel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1934) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1934 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 21. Vaststellen van het bestemmingsplan Omval Weespertrekvaart (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1936) 9 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen Dit punt wordt even aangehouden. 22. Vaststellen van het stedenbouwkundigplan E-buurt-Oost en Instemmen met het herziene investeringsbesluit E-buurt Oost en het beschikbaar stellen van een aanvullend krediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1937) Dit punt wordt even aangehouden. 23. Instemmen met de Investeringsnota Ringspoorzone Noord in stadsdeel West en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1938) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1938 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 24. Instemmen met de Ontwikkelvisie Amsterdam Science Park en de herziene grondexploitatie 578.07 Amsterdam Science Park Oost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1939) Dit punt wordt even aangehouden. 25. Vaststellen van de subsidieverordeningen Uitstootvrije Taxi's en Uitstootvrije Bedrijfsvoertuigen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1800) Dit punt wordt even aangehouden. 26. Kennisnemen van het onderzoek ‘Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding’ van de rekenkamer en het overnemen van de aanbevelingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1793) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1793 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 27. Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel Een 24-uurs opvang voor daklozen van het lid Ceder en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1941) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Jong. 10 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aadsho Mevrouw DE JONG: Agendapunt 31, de doorontwikkeling van de winteropvang is ter kennisname geagendeerd, maar dat punt hangt wel sterk samen met het initiatiefvoorstel van de heer Ceder. Als de heer Ceder het goed vindt, zou ik het graag na elkaar behandelen omdat we dan de samenhang tussen de twee agendapunten wat meer naar voren kunnen brengen. De VOORZITTER: In het fractievoorzittersoverleg is besproken het in principe gescheiden te behandelen en de volgorde aan te houden zoals op de agenda is aangegeven. Dat gaan we doen. Dit punt wordt even aangehouden. 28. Stemmen over de moties behorende bij de actualiteit van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake rovende asielzoekers in de binnenstad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1849) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt komt aan de orde om 16.00 uur in verband met de afwezigheid van de burgemeester vanavond. 28A. Actualiteit van het lid Temmink inzake de mogelijke opheffing van het rechercheteam voor de aanpak van georganiseerde misdaad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1948) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt komt aan de orde om 16.00 uur in verband met de afwezigheid van de burgemeester vanavond. 28B. Actualiteit van het lid Yilmaz inzake een ongeluk met een Uber-chauffeur (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1951) Dit punt is afgevoerd. 28C. Actualiteit van het lid Taimounti inzake etnisch profileren in het basisonderwijs (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1953) Dit punt wordt gevoegd bij de mondelinge vragen. 29. Kennisnemen van de reactie op motie 1266.19 van de leden Vroege, Ernsting, Boutkan en N.T. Bakker inzake een meldpunt voor snorfietsers en fietsers (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1922) Dit punt is gehamerd. 11 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1922 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 30. Kennisnemen van het Actieplan Wooncoöperaties Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1925) Dit punt wordt even aangehouden. 31. Kennisnemen van de brief inzake de doorontwikkeling van de winteropvang en van de winteropvang 2019-2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1940) Dit punt wordt even aangehouden. 32. Bekrachtigen van de geheimhouding (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1928) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1928 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 33. Geheim (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1929) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1929 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 34. Geheim (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1935) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1935 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 5. Mondelingevragenuur Vragen van het lid Rooderkerk inzake het bericht op NOS.nl Zestien Amsterdamse basisscholen week dicht vanwege lerarentekort 12 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Rooderkerk. Mevrouw ROODERKERK: Zestien basisscholen met daarop maar liefst 4500 kinderen nemen een week de tijd om oplossingen te vinden voor het lerarentekort op hun scholen. Een heftig besluit van de school, ook voor de ouders en de kinderen. Het is een volgend hoofdstuk in de onderwijscrisis door het lerarentekort. Ik maak me ernstig zorgen. Zorgen over de vraag of dit de eerste van de acties is van scholen in Amsterdam en of de kwaliteit van het onderwijs nog wel voldoende is. Zorgen over de enorme impact van het besluit voor ouders die over twee weken hun kinderen een week moeten zien op te vangen, maar vooral ook zorgen over de leraar zelf die zijn vak uitoefent door te rennen van lokaal naar lokaal onder een toenemende werkdruk en een gebrek aan waardering. Vanzelfsprekend kijken we bij dit probleem nog een keer naar Den Haag. Een deel van de oplossing moet immers daarvandaan komen. Daar moet men de crisis bij de kladden pakken en met meer komen dan alleen incidenteel geld. Ik sta hier niet om alleen naar anderen te wijzen. Geld alleen is niet genoeg. Het zijn onze leerlingen, het is onze verantwoordelijkheid en wij moeten er als stad alles aan doen om onze scholen te ondersteunen. Daarom heb ik de volgende vragen aan de wethouder. Heeft de gemeente dit zien aankomen? In de vorige raadscommissie heeft D66 een debat geagendeerd om meer inzicht te krijgen in de lerarentekorten, waar die precies zitten en bij welke scholen in Amsterdam. Is dit overzicht er al? Mag het schoolbestuur dit besluit eigenstandig nemen? Heeft het bijvoorbeeld toestemming nodig van de MR? Wij horen van ouders dat er niet altijd toestemming wordt gevraagd. En wordt de lesurennorm voor deze kinderen dit jaar wel gehaald? En tot slot, heeft de wethouder contact met het schoolbestuur en is er ondersteuning geboden omdat de schoolbesturen aangeven een week te zoeken naar een oplossing voor het lerarentekort? Waar denk de wethouder bijvoorbeeld aan? Eerder vroeg D66 om ondersteuning uit andere delen van de samenleving zoals vakdocenten Cultuur of zoals ook door deze stichting wordt gesuggereerd bijvoorbeeld technici voor de klas. Hoe kijkt de wethouder daarnaar? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Dank aan het lid Rooderkerk voor deze vragen. De raadscommissie weet dat we er inmiddels een gewoonte van maken om te tellen hoe vaak we het over dit onderwerp hebben. Dit is de vijftiende keer onder andere naar aanleiding van uw aanvraag voor een debat de vorige keer in de raadscommissie. Ik ben bang dat we er nog veel vaker over zullen spreken, want u noemt het een onderwijscrisis en daar ben ik blij mee. Dat durven we in Amsterdam te benoemen, dat het een enorme crisis is met een enorme impact. Ik merk ook dat in Den Haag nog te weinig wordt beseft hoe groot die crisis is en dat die crisis dus ook heel veel verschillende gezichten heeft. We hebben voor de herfstvakantie gezien dat een school in Zuid-Oost de deuren moest sluiten. Ik heb u ook al geïnformeerd dat er een school in Noord is waar nog maar vier dagen in de week wordt lesgegeven. Dit is het volgende hoofdstuk. Ik ben bang dat we het boek hier niet sluiten, maar dat er nog heel veel andere situaties zullen ontstaan die absoluut onwenselijk zijn en die wel het gevolg zijn van een enorme crisis en dat is het lerarentekort. Natuurlijk kijken we dan als stad wat we kunnen doen en of we er wel alles aan doen en of we er wel het maximum uit halen. Vorig jaar hebben we met elkaar besloten dat we 23 miljoen hierin investeren en dat we daarbij onconventionele maatregelen nemen. U heeft ook aangegeven, oké, we willen dat er minder auto’s in de 13 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 stad zijn, maar voor scholen moeten we een uitzondering maken. Daar komen twee parkeervergunningen bij. We hebben reiskostenvergoedingen gegeven. We hebben er zelfs voor gezorgd dat er griepprikken gratis beschikbaar zijn. We hebben een eigen ambtenarenpool. We doen echt alles, maar je ziet bij zo'n enorme crisis dat er nog meer moet komen. Een groot deel daarvan zal echt uit Den Haag moeten komen. Waarom hebben de schoolbesturen hiertoe besloten? De schoolbesturen zeggen, wij zien dat we niet de kwaliteit van het onderwijs bieden dat we willen bieden. Het is niet alleen deze week dat we dat onderwijs niet kunnen bieden, maar dat doen we eigenlijk dag in dag uit. We zijn te veel een oppascentrale geworden in plaats van dat we een onderwijsinstelling zijn, een school waar we het verschil maken voor kinderen. Daarom hebben we het nodig met elkaar na te denken over wat er kan gebeuren om op korte termijn deze onderwijscrisis het hoofd te bieden. Zagen we dat aankomen? Ik heb u eerder een brief geschreven naar aanleiding van die school in Zuid-Oost. Dit is het volgende. Wij zijn aan het einde van vorige week door de schoolbesturen geïnformeerd. Uiteraard heb ik de schoolbesturen gevraagd, is dit nodig? Het is immers verschrikkelijk dat kinderen een week geen onderwijs krijgen. Maar ik begrijp het ook. Ik begrijp dat het water de scholen aan de lippen staat. Ik weet niet of u vanochtend De Volkskrant heeft gelezen over de Huizingaschool. Dat is denk ik wel een hele goede weergave van wat er op dit moment in de scholen gebeurt. Mogen de schoolbesturen zo’n besluit zelfstandig nemen? Ik vind dat dat eigenlijk niet zou moeten mogen. Laat ik zeggen dat ik het heel erg onwenselijk vind net als dat ik het heel onwenselijk vind dat kinderen naar huis worden gestuurd of dat klassen worden samengevoegd of dat er onbevoegden voor de klas staan. Dat is wel wat er op dit moment gebeurt. Zelfs de minister zegt, ja, het mag gebeuren. Ik vind eigenlijk dat het niet zou moeten mogen. Ze hebben het wel netjes gedaan. Ze hebben het besproken met de GMR; ze hebben het besproken met de verschillende directies. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Rooderkerk voor een vervolgvraag. Mevrouw ROODERKERK: Dank voor deze antwoorden tot nu toe. Ik had nog een vraag openstaan en dat is namelijk wat de gemeente gaat doen. U wijst opnieuw naar Den Haag. Terecht ook wel, want er is gewoon meer geld nodig. Dat hebben we geconstateerd. Dat weten we. Maar wat gaat de gemeente doen? Hoe gaat de gemeente deze scholen helpen? We willen natuurlijk voorkomen dat scholen een week dicht moeten om dit soort problemen te overdenken en oplossingen te vinden. We moeten hierover met elkaar heel hard blijven nadenken. Ik weet zeker dat de wethouder dat ook met de ambtenaren doet om ervoor te zorgen dat de scholen dit aankunnen. Inderdaad, het idee dat D66 eerder opperde om meer met vakdocenten Cultuur te werken en technici voor de klas voor vakken die in hun professie worden gegeven zodat leraren zich meer kunnen focussen op schrijven, lezen en wereldoriëntatie, dat is ook een wens van de school. Ik noem maar wat. Ik ben benieuwd waar de wethouder aan denkt en hoe zij hierbij gaat ondersteunen. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Natuurlijk kijken we wat we kunnen doen. U weet ook dat we vooral kijken op die plekken waar de nood het hoogst is. We hebben het hier wel over een schoolbestuur in Nieuw-West en ik moet helaas zeggen dat dat ook niet zomaar toevallig is. We zien dat het lerarentekort daar het zwaarst terechtkomt en het zwaarst 14 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 drukt juist daar waar onderwijs het grootste verschil kan maken. Dat maakt het des te schrijnender. Deze kinderen hebben het onderwijs zo ontzettend hard nodig voor hun toekomstkansen. Daarom hebben we ook al met elkaar besloten dat bijvoorbeeld de subsidies waaronder een zij-instroomsubsidie, dat daar de scholen met de meeste achterstand vooraan in de rij staan. Hetzelfde geldt voor de pool met ambtenaren die bevoegd zijn om les te geven en die ondersteuning kunnen bieden als ze geen lesbevoegdheid hebben. Dat is met name voor Noord, Nieuw-West en Zuid-Oost. Dat doe ik echt om daar de grootste noden te dempen en te ledigen, maar we kunnen het niet alleen. We hebben een taskforce, we hebben een denktank. We hebben alles al gedaan wat we kunnen maar er is echt meer nodig. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Marttin voor een aanvullende vraag. Mevrouw MARTTIN: Ik wil allereerst onze wethouder een hart onder de riem steken. Ik denk dat ze echt alles uit de kast trekt wat in ons vermogen ligt om hieraan iets te doen, maar het probleem is natuurlijk afschuwelijk en het feit dat een heleboel leerlingen een week op straat staan of naar huis gestuurd worden, dat mag eigenlijk helemaal niet gebeuren. Ik hoop echt dat u goed contact onderhoudt met onze minister en dat u ook daar met steun van ons aandringt op oplossingen die vanuit Den Haag komen. Wij in Amsterdam doen wat we kunnen. We voelen op dit moment de pijn ook het hardst, maar het zal in het hele land een steeds groter probleem worden als we niets doen. De oplossingen moeten toch echt uit Den Haag komen. Ik heb nog twee vragen aan de wethouder aanvullend op wat mevrouw Rooderkerk al heeft gezegd. Heeft de wethouder signalen dat er meer scholen of schoolbesturen zijn die zulke drastische maatregelen overwegen? Misschien kunnen we dan voorkomen dat het nodig is. De ouders moeten nu binnen twee weken naar een oplossing zoeken om hun kind een week op te vangen. Zou de gemeente nog iets kunnen doen om de kinderen die echt op straat komen te staan, te helpen? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Blom voor een aanvullende vraag. De heer BLOM: Veel is me duidelijk naar aanleiding van de beantwoording. Ik heb nog twee aanvullende vragen. Heel veel ouders komen acuut in de problemen omdat ze natuurlijk gewoon werken. Weet u of de scholen ook nadenken of ze de ouders kunnen compenseren als het gaat om de kosten die ze maken voor opvang bijvoorbeeld? Scholen houden immers over het algemeen wat geld over omdat ze dat niet kunnen uitgeven aan kosten voor leraren. Mijn tweede vraag. U geeft net aan dat het probleem onevenredig is verdeeld in Amsterdam en dat het met name die wijken zijn die al te maken hebben met een kwetsbare context. Zij hebben juist meer te maken met het lerarentekort. Ik zou graag als raadslid wat meer inzicht krijgen hoe de situatie per school is als het gaat om dat lerarentekort. Op die manier kan ik veel beter sturen en ik denk ook dat ouders gewoon recht hebben op die informatie. Is dat mogelijk, voorzitter? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flentge voor een aanvullende vraag. De heer FLENTGE: Wat zal men denken in Nieuw-West? Weer wij. Weer wij. Voor alles zijn het weer onze scholen die moeten sluiten, zijn het weer onze kinderen die een week geen school krijgen en zijn het weer onze leraren die het hardst te lijden 15 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 hebben onder de crisis hier. Ik snap dat ontzettend goed. Dat zullen de mensen in Zuid- Oost en Noord trouwens niet heel anders ervaren. Ik denk dat de meeste ouders het nogal bizar vinden wat er gebeurt. Tegelijkertijd sijpelt er ook begrip door. Dus de eerste vraag aan de wethouder is, bent u het met mij eens dat door de heer Slob en eigenlijk ook in de bijdrage van een andere coalitiepartij net hier suggestief wordt gedaan alsof de gemeente hier aan zet is en dat het toch echt de heer Slob is in Den Haag die moet zorgen dat de boel wordt geregeld? En de tweede vraag in aanvulling op wat de VVD net stelde, wat doen wij met die kinderen die geen opvang weten te vinden? Kan de gemeente daarvoor iets betekenen? Ru Parega gaat iets doen, heb ik begrepen. Gaat lokalen ter beschikking stellen. Maar niet alleen opvang, misschien ook wel de kans benutten om wat huiswerkbegeleiding te geven. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki voor een aanvullende vraag. De heer MBARKI: Ik zal niet in herhaling vallen, maar ik steun de oproep van de heer Flentge helemaal met name omdat het wéér over Nieuw-West ging. Ik constateerde in de reactie vanuit het Haagse dat het leek alsof deze scholen een bewuste keuze maken om een weekje te stoppen omdat ze het anders willen invliegen dan normaal. Ik heb van een school begrepen dat men de week daarvoor echt aan het overwegen was om een klas op te heffen omdat de docent wegging. We hebben het echt over een crisis die vervolgens wordt gebagatelliseerd als zijnde een school die een weekje de hei op gaat om met elkaar te kijken hoe ze het allemaal kunnen gaan oplossen. Kortom, er is een serieus probleem gaande en daarom ook mijn vraag. Ik zag de reactie van de minister en die had het over plannen die scholen hadden kunnen indienen of nog kunnen indienen en die zijn vanuit Amsterdam of vanuit deze scholengroep niet binnengekomen. Dus het zou ook een beetje aan de scholen zelf liggen. Daarover krijg ik graag meer duidelijkheid. En de minister had het ook over het feit dat Amsterdam een probleem heeft als het gaat om het huisvesten van leraren. Wonen is heel duur in Amsterdam en de minister zei letterlijk dat hij daarvoor extra geld beschikbaar had gesteld en lokaal konden er plannen worden gemaakt. Weet wethouder Ivens al dat er geld komt vanuit het Rijk? Ik ben heel benieuwd. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Yilmaz voor een aanvullende vraag. De heer YILMAZ: Ik wil eigenlijk niet meer spreken van een crisis, ik vind het een nationale ramp. Het is een drama. Sommige mensen geloven niet dat het een ramp is, maar ik vind het echt een ramp. Ik vind eigenlijk ook dat de Rijksoverheid slaapt. Ik heb even gegoogled en als ik google en ik typ in, wat te doen bij een ramp, dan word ik verwezen naar de site van de Rijksoverheid en als ik erop klik, dan staat er: niets gevonden. Dat is heel typerend maar heel pijnlijk om te constateren. Het verbaast me eigenlijk niet. Dus u kunt het allemaal proberen - na mijn speech uiteraard. Het zegt wel wat over de minister en over de regering. Als ik de kans had een motie van wantrouwen in te dienen, dan had ik dat zeker gedaan. De meeste vragen zijn al gesteld maar ik heb nog een vraag. Hoe reageerde de minister op onze wethouder? Dus op het moment dat wij dit aankaarten en we in gesprek gaan met de minister, wat is zijn standpunt? Waarom investeert hij niet meer in het onderwijs? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. 16 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Wethouder MOORMAN: Ik realiseer me dat ik beperkte tijd heb en tegelijkertijd zijn mij veel vragen gesteld. Ik ga proberen die zo goed mogelijk te beantwoorden. Ik ben het met de VVD eens dat de oplossingen echt uit Den Haag moeten komen. Wij doen echt ongelooflijk veel, maar uiteindelijk zijn wij hiervoor niet de verantwoordelijke. Dat is echt het ministerie, dat is de minister. Daar worden de salarissen betaald. Daar moeten de oplossingen worden gevonden. Dat neemt niet weg dat wij hier echt moeten doen wat we kunnen. U vraagt, hebben wij hierover contact met de minister? Dat hebben we zeker. Dat hebben we veelvuldig. Dat heb ik doordat ik aan de landelijke tafel over het lerarentekort zit, het personeelstekort, maar dat contact heb ik ook samen met de G4-wethouders uit Rotterdam, Utrecht en Den Haag waar het probleem net zo groot is als in Amsterdam. We hebben de minister een brief geschreven. Wij hebben vorige week weer met de minister rond de tafel gezeten en we hebben aangegeven dat er echt meer zal moeten komen. Het is zeker niet met een incidenteel bedrag opgelost; dat moet echt structureel zijn. Tot op heden heeft hij niet laten zien dat hij bereid is dat te doen. Dat betreur ik zeer des te meer omdat - en de heer Mbarki vroeg ernaar - de steden zelf maar plannen moeten maken. Het is niet waar dat daarvoor geen plannen zijn ingediend. Die zijn wel degelijk ingediend. Tegelijkertijd is het natuurlijk ongelooflijk ingewikkeld als je zelfs 's nachts als leraar bijna niet kunt slapen omdat je niet weet hoe de gaten de volgende dag moeten worden gevuld en dan moet je ook nog de flexibiliteit opbrengen om die plannen allemaal te maken. Dat is precies wat er nu aan de hand is. Ik vind het nogal wat om van een sector die ontzettend onder druk staat omdat er gewoon te weinig mensen zijn, te vragen het dan zelf maar op te lossen. Dan vraagt de heer Blom aan mij hoe het nu zit met de kosten van de ouders. Het doet gewoon pijn. Niet alleen maar deze week omdat de ouders een probleem hebben omdat ze niet kunnen werken, maar eigenlijk elke dag, omdat de kinderen niet het onderwijs krijgen dat ze nodig hebben. Ik snap het wel dat de heer Yilmaz zegt dat het een nationale ramp is. Dat begrijp ik echt. Dit doet pijn. De oplossing is er ook niet meteen. Ik weet alleen wel dat het schoolbestuur wel weer de verantwoordelijkheid neemt door met andere partners te praten over wat het misschien kan doen en over een school beschikbaar stellen. Dan krijg je meteen de situatie of mensen wel bevoegd zijn. Dan kom je in de kinderopvang terecht. Ja, waarschijnlijk niet. We hebben echt een heel groot probleem en we zijn aan het werken met noodmaatregelen. Dat is precies wat het is. Ik heb nog een vraag gekregen van de heer Mbarki over die 1 miljoen euro. Ik heb uw vraag over de plannen beantwoord. Die 1 miljoen euro voor huisvesting, daarvoor kun je in Amsterdam twee huizen kopen. Dat helpt dus niet. Tot slot de heer Yilmaz. De reactie van de minister heb ik u verteld. De heer Flentge, ik denk dat ik uw vraag over of wij aan zet zijn of dat het Rijk aan zet is, wel in mijn beantwoording heb laten doorklinken. De VOORZITTER schorst de vergadering voor enkele minuten. De VOORZITTER heropent de vergadering. Vragen van het lid Taimounti inzake etnisch profileren in het basisonderwijs (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1953) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Taimounti. De heer TAIMOUNTI: Allereerst wil ik mijn steun betuigen aan alle ouders die hiermee te maken hebben. Ik zou wilen beginnen met te zeggen dat ik enorm 17 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 geëmotioneerd ben door dit incident. Ik zeg incident maar gezien de bulk aan reacties van ouders die dit hebben ervaren of hebben geconstateerd, kunnen we helaas niet meer spreken over een incident. Begin deze week werd ik benaderd door een moeder die haar kinderen wilde inschrijven op De Notenkraker omdat de huidige school van de kinderen ondermaats presteert en niet eens voldoet aan het aantal leerlingen voor een basisschool. Om die reden was deze moeder op zoek naar beter onderwijs voor haar kind. Dit is ook toevallig een van de scholen die de komende periode dichtgaat in Nieuw-West. Ze had nooit gedacht dat haar kinderen zouden worden geweerd van deze school en dat hen daarmee de toegang tot goed onderwijs zou worden ontzegd. Tijdens de aangifte is de moeder in kwestie vier keer gevraagd om maar beter aangifte te doen van belediging in plaats van discriminatie. Dit is schrikbarend. Er werd zelfs gezegd dat het misschien gemeentebeleid zou kunnen zijn waardoor het kind werd afgewezen, het bekende postcodebeleid, onder de noemer van zorgen voor meer diversiteit en een gemengde school. Het ergste vond zij de leugens — zo heeft zij dat achteraf ervaren — van De Notenkraker namelijk dat de aanmelding door verschillende personen zou zijn behandeld. Dit is zeker niet het geval kijkend naar de documentatie. Sterker nog, verschillende ouders herkennen zich hierin en de ouders die kinderen op deze school hebben, typeren deze school als een zeer witte school. Het gif van discriminatie en racisme heeft ook de Amsterdamse basisscholen bereikt. Dat is onacceptabel. Sinds het nieuws hebben wij veel berichten ontvangen van ouders die soortgelijke ervaringen hebben. Daarom kondigen wij aan dat we zelf met een meldpunt gaan komen waar deze ouders terecht kunnen. Onderwijs zou juist de mogelijkheid moeten bieden aan kansarme jongeren om zich uit armoede los te breken en te emanciperen. Dit lukt niet wanneer onderwijsinstellingen zich als poortwachters gedragen uit de witte angst om een zwarte school te worden en de elitestatus te willen behouden. Wij zullen bij de commissievergaderingen met moties komen om dit gif uit te bannen. Hieromtrent heb ik wel een aantal vragen. Is het college bereid te onderzoeken of mistery guest te kunnen worden ingezet in basisscholen om de omvang van etnisch profileren in het basisonderwijs in kaart brengen? Is het college bereid subsidies en huisvesting in te trekken van basisscholen die zich bewezen schuldig maken aan discriminatie in het aannamebeleid? Welke concrete gevolgen verbindt het college aan de racistische uitsluiting van De Notenkraker? Wanneer kunnen wij een stevig gesprek verwachten van de wethouder met de schooldirecties? Kunnen we als gemeente ingrijpen bij vreemde aannamecriteria zoals een hoge ouderbijdrage, het gezinsinkomen en zelfs het onderwijsniveau van ouders? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Ik wil mijn dank uitspreken aan de heer Taimounti omdat hij dit bespreekbaar maakt in de gemeenteraad. Bij dit soort situaties is het altijd heel belangrijk om met elkaar terug te gaan naar de norm, dat discriminatie, racisme en uitsluiting echt uit den boze zijn en dat dat niet kan. Dat mag niet plaatsvinden in een stad als Amsterdam en altijd als we dat signaleren, moeten we daarover met elkaar praten. We moeten die norm heel stevig met elkaar stellen. Ik denk dat de heer Taimounti van mij wel weet dat ik me samen met dit college als eerste daartegen zal uitspreken omdat wij zien wat voor gif dat in de samenleving is en omdat het belangrijk is dat we daarover met elkaar spreken. Ik begrijp wat voor pijn dat teweeg kan brengen op het moment dat je het gevoel hebt dat er sprake is van een oneerlijke behandeling op basis van wie je bent of waar je vandaan komt. Daarom is het heel goed dat we het met elkaar bespreken en 18 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 zeker als we het hebben over onderwijs dat toegankelijk moet zijn voor iedereen en dat iedereen gelijke kansen moet bieden. Het is niet voor niets dat wij die collectieve inschrijving hebben die kleurenblind is en waarbij het dus niet zo kan zijn dat op basis van het inkomen van je ouders of de achtergrond van je ouders jij wel of niet een plekje op een school krijgt. Het is ook niet voor niets dat ik vorige week heb aangekondigd dat ik echt vind dat een ouderbijdrage niet te hoog mag zijn omdat dat kinderen uitsluit — wat niet zo zou moeten zijn. Waaraan de heer Taimounti nu refereert, is een situatie die zich heeft voorgedaan bij de zij-instroom en niet zozeer bij de algemene inschrijving. Ik denk dat dat belangrijk is om te benoemen want bij zij-instroom is er eigenlijk altijd sprake van een individuele situatie. Het is moeilijk om daarop een systeem te leggen want er kunnen allerlei oorzaken en redenen zijn voor zij-stroom. En er kunnen ook allerlei oorzaken en redenen zijn waarom school zegt, het is wel of niet mogelijk. Ik heb meteen contact opgenomen met de school, want ik vond het er zorgelijk uitzien en de beelden die ik daarvan zag, daarvan dacht ik, dit kan toch eigenlijk niet. Ik vond het goed van de school te horen dat zij dit tot op de bodem gaat uitzoeken omdat ook de school aangeeft — en dat heeft de school in een helder statement gezegd — dat er natuurlijk geen sprake kan zijn op een openbare school van discriminatie, van uitsluiting, van racisme en dat zal zij altijd verre van zich werpen. De school kent bijvoorbeeld ook geen hoge ouderbijdrage en wil daarop heel scherp zijn. Dus ik vind het goed dat zij dat tot op de bodem gaat uitzoeken. Ik vind ook dat we daarop het gesprek met elkaar moeten voeren. Het zou kunnen zijn, maar dat weten we niet en er is aangifte gedaan, dat hier echt iets is gebeurd. Er is sowieso een fout gemaakt. Dat lijkt me duidelijk. Maar dat de reden van die fout verwerpelijk is … Het zou ook zo kunnen zijn dat het gewoon een fout is. Ik hoop dat we daarvoor ook openstaan, dus ook als het niet zo is dat we met elkaar het gesprek blijven voeren en dat we altijd blijven openstaan voor wat hier precies heeft plaatsgevonden. Wat we vooral niet moeten laten gebeuren door het gif van discriminatie, racisme en uitsluiting is dat er polarisatie in de samenleving ontstaat en dat we tegenover elkaar komen te staan. Dus laten we altijd het gesprek met elkaar blijven voeren. Laten we altijd de verbinding met elkaar maken. Ik vond het goed om met de school spreken. Wij zullen het oordeel van de rechter afwachten. En uiteraard kan iedereen die hierover iets aan ons wil melden, bij ons terecht. Tot slot, mijnheer Taimounti, zei u dat u een eigen meldpunt heeft geopend. Dat is goed, want we moeten alle meldingen krijgen maar we hebben natuurlijk ook gewoon een meldpunt van de MDRA. Dat laat zien dat er het afgelopen jaar 46 meldingen zijn gedaan van uitsluiting, discriminatie en racisme in het onderwijs. Dat geeft aan dat wij daarvoor onze ogen niet moeten sluiten. Ik zal binnenkort bij u komen met een rapportage over onderadvisering. Daarvan heb ik eerder ook al gezegd dat ik daar patronen zie waarvan ik niet gelukkig word, dus het is belangrijk dat we dit gesprek met elkaar blijven voeren. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Taimounti voor een vervolgvraag. De heer TAIMOUNTI: Ik wil de wethouder bedanken voor haar beantwoording. Heel helder. Ik hoop dat het inderdaad tot op de bodem wordt uitgezocht. Ik denk dat het heel belangrijk is voor deze moeder maar ook voor veel andere ouders die dit gevoel hebben. Ik heb nog een specifiek verzoek en dat is of de wethouder bereid is het gesprek aan te gaan met deze moeder. Dat zou deze vrouw zeer op prijs stellen. Wij willen als raad haar een hart onder de riem steken. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. 19 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum org vember Raadsnotulen Wethouder MOORMAN: Uiteraard, dat doe ik heel erg graag. We zullen zorgen dat er snel een afspraak komt. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Blom voor een aanvullende vraag. De heer BLOM: Ook GroenLinks is natuurlijk geschrokken van de berichtgeving en wij willen heel graag dat hierover snel duidelijkheid komt. We hopen dat de rechter hierover snel uitspraak kan doen zodat we als gemeente weten hoe wij kunnen handelen op soortgelijke situaties. Met name naar aanleiding van deze berichtgeving kwamen er andere casussen naar voren van mensen die aangaven soortgelijke ervaringen te hebben. Mijn vraag is of er een manier is voor de gemeente om dat soort signalen, onder andere vanuit het MDRA, te kanaliseren en daarop iets te bedenken vanwege bijvoorbeeld onderadvisering, die beleidsbrief waarmee u binnenkort komt. Is het mogelijk om dat te kanaliseren? Er is aangifte gedaan. Ik ben benieuwd op welke manier het college zich verhoudt ten opzichte van deze kwestie. Ik kan me heel goed voorstellen dat er heel veel onrust is ontstaan op de school zelf, onder leraren, onder ouders en vooral ook onder kinderen. Heeft u daarover iets gehoord? Hoe gaat het nu op dit moment met de betrokkenen? De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons voor een aanvullende vraag. Mevrouw SIMONS: Ik hoor de wethouder zojuist zeggen dat dit incident zich heeft voorgedaan bij zij-instroming en omdat er wel een systeem is bij plaatsing dat dergelijke situaties voorkomt bij de reguliere aanmelding, lijkt het mij juist interessant om die cijfers die bekend zijn bij de MDRA, die 46 aangiften, te differentiëren. Gebeurt dat bijvoorbeeld vaker bij zij-instroom? Dat lijkt mij namelijk relevant en extra kwalijk omdat dat dan blijkbaar om individueel beoordeelde aanmeldingen gaat en dus niet om dat systeem waarin die veiligheid is ingebouwd. Ik zou daarover van de wethouder graag iets horen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bloemberg-lssa voor een aanvullende vraag. Mevrouw BLOEMBERG-ISSA: Er zijn al veel vragen gesteld en ik zou me daarbij graag willen aansluiten. Ik heb nog een aanvullende vraag en dat is of de wethouder ook het oordeel van de rechter hierover met de raad wil delen zodat we op dat moment precies kunnen kijken wat er is gebeurd en dan kunnen we er verder over spreken. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flentge voor een aanvullende vraag. De heer FLENTGE: Ik sta hier met twee gedachten. Ik wil verre blijven van de suggestie dat dit in het onderwijs gemeengoed is en dat alle scholen hieraan doen. Die suggestie proefde ik een beetje bij de eerdere vragen en ik wil daar echt afstand van nemen. Zo ken ik het onderwijs namelijk niet. Ik denk dat alle mensen hier in de zaal maar ook buiten deze zaal dat zullen herkennen. Tegelijkertijd is het wel degelijk ook een probleem dat je niet mag bagatelliseren, op geen enkele manier. Dus als het waar blijkt te zijn, dan hoop ik inderdaad dat u er volle bak ingaat samen met de scholen om dit gif uit de samenleving te bannen. Daarom de vraag aan u, of het een mogelijkheid zou zijn om scholen, schoolbesturen, leraren aan te geven dat zij ouders actief op de hoogte stellen 20 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 dat daar waar het plaatsvindt, zij de weg weten te vinden naar meldpunten en dat de gemeente van haar kant zodra er een melding is, laat zien direct te reageren en adequaat te reageren. Dan geven wij het signaal aan de ouders dat wij overal voor open staan en als het wordt gemeld, dan grijpen wij kei- en keihard in. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Timman voor een aanvullende vraag. Mevrouw TIMMAN: Als je zoiets hoort, dan zit je toch een beetje tussen hoop en vrees in. Zo van, dat kan toch niet waar zijn en misschien is het wel waar en eigenlijk hoop je dat het een misverstand is. Het is te belangrijk om dat zomaar aan te nemen dus ik vraag de wethouder of zij van plan is in het overleg dat zij heeft met het PBO en de OSVO, de scholenkoepels, dit soort problematiek daar aan te kaarten en met de koepels gezamenlijk in gesprek te gaan over de vraag of zij hiervan ook signalen krijgen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki voor een aanvullende vraag. De heer MBARKI: Ik kan mij aansluiten bij een aantal vragen dat is gesteld. Op een gegeven moment had ik wel het gevoel, is het er nu wel of is het er nu niet. Los van deze casus hebben wij gewoon te maken met discriminatie in onze samenleving. Daarover zullen wij ons allemaal uitspreken. Dat mag niet, dat kan niet. Ik denk dat schoolbesturen hierin een belangrijke rol hebben en ik hoop dat zij reageren op een wijze die recht doet aan deze casus nog los van de schuldvraag. Dus los van de vraag of de meldingen bij de besturen binnenkomen moeten wij tegen elkaar zeggen: hier in Amsterdam gebeurt dat niet. Deze casus gaan we uitzoeken. Is de wethouder het daarmee eens? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Even van achteren naar voren: ja ik ben het daar van harte mee eens. Het is eigenlijk wat de heer Flentge heel eloquent naar voren bracht namelijk we moeten niet net doen alsof het hele onderwijs doordrenkt is van allerlei racistische gedachten, ideeën en handelingen. Absoluut niet. Ik denk dat de meeste leraren, de meeste schoolleiders, de meeste IB'ers dat echt verwerpelijk vinden. Ik denk zelfs dat de uitingen van expliciete racisme nauwelijks te vinden zijn. Tegelijkertijd zijn er wel allerlei onbewuste mechanismen en wij moeten constateren dat soms zelfs institutionele mechanismen aanwezig zijn in ons onderwijs. Daarvoor mogen wij onze ogen niet sluiten. Dat is een balans en dat is eigenlijk precies wat ik probeerde duidelijk te maken. Ja, op het moment dat dit soort situaties zich voordoen, moeten wij daar heel duidelijk de norm stellen zonder dat ik daarbij wil zeggen dat we met z'n allen vergiftigd zijn. Het is een gif maar wij zijn niet met zijn allen vergiftigd. Het enige tegengif dat er is, is dat we met elkaar het gesprek blijven voeren, polarisatie proberen te voorkomen en dat we met elkaar kijken hoe we een stap verder kunnen zetten. Ik denk dat dat precies is wat wij hier doen in de gemeenteraad. Dat is ook het antwoord op de vraag van de heer Blom. Wat doen we met de onrust? Dat doen wij hier door ons daartegen uit te spreken, door aan te geven dat het niet acceptabel is als het zich voordoet - maar dat zegt nog niet dat dit geval daarmee de uiting is daarvan. Ik probeer u daarvoor te laten openstaan. Laten we het uitzoeken en laten we kijken wat het antwoord is. En als het antwoord is, er is hier een fout gemaakt en daarachter lag geen onoorbaar motief, dan zullen wij ons daarvoor 21 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 ook open moeten stellen. Laten we echt kijken wat er aan de hand is. Daarvoor is dat onderzoek nodig. Dan de vraag of de MDRA-cijfers kunnen worden gedifferentieerd. Dat worden ze ook maar niet op het niveau van wel of niet zij-stroom. Dat lijkt me ook vrij ingewikkeld omdat er verschillende dingen aan de hand kunnen zijn. Soms voelt iemand dat hij ergens niet wordt toegelaten op basis van bijvoorbeeld achtergrond, maar is er echt een andere reden. Zo zou het bijvoorbeeld kunnen zijn dat er een zorgvraag aan ten grondslag ligt die de school niet kan bieden. Dat is het complexe van het gesprek dat we hier met elkaar voeren. Ik ben wel bereid en dat is ook meteen een antwoord op de vraag van mevrouw Timman en van de heer Flentge om hierover met de schoolbesturen in gesprek te gaan en te kijken over dat zo goed mogelijk kunnen afpellen en hoe we ons daartegen kunnen weren. En dan de weg naar het meldpunt. Ik neem aan dat u het meldpunt van de MDRA bedoelt en niet het meldpunt van DENK. Het is belangrijk de weg daarheen zo goed mogelijk te tonen. Op het moment dat mensen het gevoel hebben dat hen geen recht wordt gedaan, is het belangrijk dat zij daaraan uiting kunnen geven. Anders gaat het sluimeren en dat is voor iedereen heel slecht. Mevrouw Bloemberg, uiteraard doe ik u de uitspraak van de rechter toekomen. Tot zover. De VOORZITTER: Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van de mondelingevragen. 6. Benoemen en herbenoemen van leden van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1949) De VOORZITTER: Dit punt wordt samengevoegd in het stemblok, dus dit punt komt vanavond aan de orde. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik ben vergeten de terkennisnamestukken te agenderen. Mag ik dat alsnog even doen? Ik wilde er nog even drie agenderen. De VOORZITTER: Ik kan me voorstellen dat het bij de ingekomen stukken wel heel snel ging. Ik stel voor dat we dit aan het begin van de avondvergadering laten terugkeren zodat ook anderen in de gelegenheid zijn nog even te kijken of daar niet ongemerkt iets voorbij is gegaan. 1. Beschikbaar stellen van een aanvullend uitvoeringskrediet voor het project Hoogwaardig Openbaar Vervoer Westtangent (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1926) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. 22 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aads Mevrouw VAN SOEST: Wij willen graag een compliment maken aan wethouder Dijksma. Ee zijn heel erg blij met de nieuwe bus 69, een goede zet voor met name West. We willen echter ook vragen of zij nog even wil kijken naar lijn 14. De VOORZITTER: Zoals u weet, is wethouder Dijksma met zwangerschapsverlof. Het compliment zullen wij zeker doorgeleiden. Ik hoorde eigenlijk geen vraag maar wel een statement. Mevrouw VAN SOEST: Wij pleiten ervoor dat de wethouder toch nog even gaat kijken naar lijn 14. Die moet blijven. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Dat ga ik doen. De discussie wordt gesloten. 12. Instemmen met het definitief ontwerp voor de Heemstedestraat en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1801) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Dit punt gaat over de herinrichting van de Heemstede staat, een drukke en qua verkeer een onprettige straat. In het ontwerp wordt voorzien in minder parkeerplaatsen terwijl de parkeerdruk erg hoog is. Het ontwerp is enigszins aangepast met extra laad- en losplaatsen die in de nacht voor gewoon parkeren kunnen worden gebruikt. Maar toch. Hoeveel plekken verdwijnen er? De fietspaden in het ontwerp voor de 2 m breed; dat is het minimum. Een bakfiets en het is gebeurd met de veiligheid. Zes bestaande terrassen op het trottoir dat van 5 m naar 3 m gaat. De vrije loop wordt ongeveer 2,40 m. In verband met mindervaliden en de vrije strook langs het fietspad blijft er zeg maar 25 cm over. 35 cm of je krijgt terrasschotten direct tegenover het fietspad bij de Gustov Mahlerlaan, de Scheldestraat en Plein wat de effectieve ruimte op het fietspad stevig vermindert. Minstens 25 cm. De conclusie van de Partij voor de Ouderen is dan ook: het past niet. Dan heb ik ook nog de vraag hoe zich dit verhoudt tot de oudervriendelijke stad. We moeten toch mensen die mindervalide zijn of ouderen die zich niet meer zo snel kunnen voortbewegen, wat ruimte bieden op het voetpad? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: Ik word hierdoor een beetje overvallen, want we hebben dit uitgebreid besproken in de commissie. Toen was het eigenlijk een hamerpunt. Maar het geeft niet, ik ga mijn best doen u zo goed mogelijk antwoord te geven. Als dat niet volstaat, dan vinden we wel een andere manier. U heeft gelijk. Dat is altijd het lastige in een stad waar veel mensen gebruik willen maken van de openbare ruimte. Het is wat aan de krappe kant maar het voldoet wel aan de normen die we zelf hebben gesteld. Natuurlijk zou je soms willen dat er net iets meer ruimte wordt genomen dan de norm stelt, maar in dit geval kan ik de straat niet breder maken dan die is. De straat is wat die is. 23 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aads Volstaat het? Ja. Hadden we het misschien wat breder gewild? Ja. Soms zijn de dingen die we willen, niet te realiseren. De VOORZITTER: Mevrouw Van Soest, ik zie dat u nog een vraag wilt stellen in tweede termijn en ik ging ervanuit dat u de enige spreker was die vragen had. Zijn er andere sprekers”? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ernsting voor een voorstel van orde. De heer ERNSTING: Ik verbaas me hierover een beetje want dit is gewoon een soort commissiebehandeling en we hebben de raadscommissie hierover vorige week gehad. Ik vraag me af wat we als raad nu eigenlijk aan het doen zijn met deze bijdrage van mevrouw Van Soest. Ik wil er ook best iets over zeggen, maar het lijkt mij nutteloos. De VOORZITTER: Zoals u weet, gaat iedereen hier in de raad over zijn eigen inbreng. Het kan in de commissie zijn afgedaan maar het staat een raadslid altijd vrij en dus ook mevrouw Van Soest om het alsnog te agenderen. De voorzitter geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Mijn vraag aan de wethouder is of zij kan controleren of het niet in strijd is met wat wij hebben aangenomen namelijk die oudervriendelijke stad. Daar ben ik heel benieuwd naar De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ernsting. De heer ERNSTING: Dit nodigt mij natuurlijk ook uit om mijn vraag nog een keer te stellen of het college met name aandacht wil besteden aan het deel van de Heemstedestaat dat in Nieuw-West ligt en dat geen onderdeel uitmaakt van dit ontwerp, maar waar het wel degelijk verkeersonveilig is. Dat is heel belangrijk. Dat vindt ook de Bestuurscommissie in Nieuw-West onder leiding van D66. Dat moeten we niet vergeten en we moeten niet alleen de aandacht richten op de verkeersveiligheid in Zuid. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Moorman. Wethouder MOORMAN: We hebben met elkaar normen vastgesteld en daaraan heb ik mij te houden. Die zijn gecontroleerd en daaraan voldoen wij. Dat er meer mensen zijn, dat kan ik begrijpen, maar dan moet u zelf als raadslid de norm aanpassen. Ik heb het doen met de normen zoals die er zijn en daaraan voldoen wij. Mijnheer Ernsting, ik heb vorige week in de commissie gezegd en dat zal ik dan nog een keer herhalen hier in de raad, dat ik natuurlijk begrijp dat er ook een Nieuw- Westdeel is van de Heemstedestraat want die straat verbindt Zuid met Nieuw-West. En natuurlijk pakken wij niet alleen het Zuiddeel aan, maar er worden ook allerlei maatregelen genomen in Nieuw-West. Ik heb gezegd dat ik u een brief stuur waarin ik dat allemaal duidelijk uiteen zal zetten. De discussie wordt gesloten. 15. 24 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen Instemmen met het uitvoerings- en kredietbesluit voor de aanleg van de IJboulevard met inbegrip van een fietsenstalling en een aanvaarbescherming (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1802) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik heb even een kleine opmerking. Wij vinden het jammer dat er een stuk van het historische IJ afgaat. Wij willen graag een tunnel onder het IJ en die wordt hierdoor belemmerd. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boutkan. De heer BOUTKAN: Ook hierover hebben wij het in de raadscommissie gehad en die vraag heb ik ook aan de wethouder gesteld, namelijk wordt met de aanleg van de boulevard niet onmogelijk gemaakt dat er een voetgangerstunnel wordt aangelegd. Mij is verzekerd dat de voetgangerstunnel aan de westzijde niet onmogelijk wordt in de toekomst en volgens mij is daarmee de vraag beantwoord De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Ivens. Wethouder IENS: De heer Boutkan heeft goed opgelet in de commissie. De westelijke variant van een voetgangerstunnel ten westen van het Buikslotermeerveer bij steiger 14 blijft mogelijk en valt buiten de contouren van het project IJboulevard. Dat was letterlijk de zin die ik in de raadscommissie ook uitsprak en nu heb ik het hier ook gezegd. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Marttin. Mevrouw MARTTIN: Wat gaan we snel vandaag. Ik wilde heel graag nog een motie indienen bij dit punt. Wij zijn groot voorstander van meer fietsgelegenheid in deze regio en in dit gebied. Dus de inrichting van de IJboulevard inclusief die fietsenstalling vinden wij een heel goed idee. We hadden nog wel een plan om het veiligheidsgevoel in de fietsenstalling misschien wat te vergroten en dat ligt in het verlengde van datgene wat het GVB doet bij bepaalde metrohaltes. Daar laat ik het even bij als een soort cliffhanger. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 30° Motie van de leden Marttin en Boomsma inzake de fietsenstalling onder de IJboulevard genaamd Sonata’s in de stalling (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1960) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - een soortgelijk experiment als het GVB te houden met klassieke muziek en rustgevende geluiden in de nieuw te bouwen fietsenstalling onder de IJboulevard; -__ hierbij gebruik te maken van de expertise die het GVB op dit vlak in huis heeft; - als de gebruikers van de fietsenstelling dit experiment waarderen, te kijken naar het structureel afspelen van deze muziek en geluiden. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. 25 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november R 2019 aadsnotulen De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Ivens. Wethouder IVENS: Dank voor het enthousiasme voor de fietsenstalling die er komt. Natuurlijk is het de bedoeling dat het een plezierige fietsenstalling wordt en daaraan kan muziek wellicht een bijdrage leveren. Zelf ben ik er groot voorstander van dat er misschien een beetje relaxte Travis Scott of Ghoul wordt gedraaid. Dat wordt misschien voor een deel uitgesloten met de motie door te zeggen klassieke muziek en rustgevende geluiden, maar het is een motie dus we kunnen die in de uitvoering vast wel een beetje los interpreteren. Woe dan ook, experimenteren, kijken hoe het bevalt, daartegen hebben we geen enkel bezwaar. De discussie wordt gesloten. 19. Instemmen met de gevolgen die het traject Advies Oeververbindingen Rijkswateren Amsterdam heeft voor de bestuurlijke besluitvorming ten aanzien van maatregelen 4 en 5 van de sprong over het IJ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1933) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik heb alleen maar een stemverklaring. De VOORZITTER: Die kunt u dan geven als we gaan stemmen. 21. Vaststellen van het bestemmingsplan Omval Weespertrekvaart (Gemeenteblad afd. 1, nr. M936) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Renssen. Mevrouw VAN RENSSEN: Het gaat zo snel dat we nu al de bestemmingsplannen bespreken en dat kunnen we natuurlijk alleen maar toejuichen. Het punt bij het bestemmingsplan Omval Weespertrekvaart is dat we hebben geconstateerd dat niet altijd de adviezen van het Dagelijks Bestuur dan wel van de Stadsdeelcommissie feitelijk bij de stukken worden gevoegd ter bespreking in de raadscommissie Ruimtelijke Ordening en Grondzaken en ter voorbereiding hier in de raad. Wij dienen wel de adviezen van het Dagelijks Bestuur en van de Stadsdeelcommissie te betrekken bij onze besluitvorming over bestemmingsplannen. Daarom had ik samen met mijn collega Kat een motie voorbereid om het college te verzoeken standaard die adviezen van de Stadsdeelcommissie enerzijds en het Dagelijks Bestuur anderzijds aan onze raad toe te sturen samen met de stukken voor het bestemmingsplan. Ik begrijp inmiddels dat het presidium daartoe al een verzoek heeft gedaan aan het college en dat dat verzoek binnenkort wordt beantwoord. Ik hoop dat die beantwoording op korte termijn onze kant opkomt na het werk dat zo is gedaan in de raadscommissie Kunst, Diversiteit en Democratisering is gedaan door de collega’s Grooten en De Grave-Verkerk en De Heer. Mijn vraag aan het college is of het mogelijk is standaard adviezen van het Dagelijks 26 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Bestuur als die worden gegeven en van de Stadsdeelcommissie als die worden gegeven ook bij de stukken van het bestemmingsplan te voegen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Naoum Néhmé. Mevrouw NAOUM NÉHMEÉ: Nogmaals aandacht van de wethouder bij dit mooie plan voor de mobiliteitsstrategie en het incorporeren van deelmobiliteit en bijbehorende faciliteiten in het gebied. Dit willen we alvast meegeven voor het bredere vraagstuk van mobiliteit überhaupt in het hele Amstelkwartier zoals we dat ook in de raadscommissie hebben gedaan. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Van Doorninck. Wethouder VAN DOORNINCK: Dank aan de twee raadsleden voor hun inbreng. Ik snap het punt van mevrouw Kat en mevrouw Van Renssen heel erg goed, want er worden soms adviezen gegeven die er wel bij zitten en een andere keer weer niet. Op het moment dat het een stadsdeelproject is, dan is het feit dat het wordt ingebracht eigenlijk al een advies. De Omval bijvoorbeeld is het een stadsdeelproject en het feit dat het überhaupt bij ons wordt gebracht, zou je als een advies kunnen beschouwen. Op het moment dat het een stedelijk project is dat wij gaan doen, dan zit er altijd een advies van het DB bij. Soms is dat wat korter, soms is dat wat langer. Het is natuurlijk fijn als dat enigszins wordt gestandaardiseerd. Voor de DB's ga ik ernaar kijken hoe wij dat doen omdat het binnen het DB van het stadsdeel ook een ander traject doorloopt. Is het een stedelijk project waarbij alles gewoon via onze lijnen gaat, dan komt het DB apart met een advies naar ons toe. Is het een stadsdeelproject, dan komt het pas in een later stadium naar ons toe. Dus ik moet even met de DB's gaan kijken hoe dat precies tot eenzelfde eenduidig soort advies kan komen zodat het er niet elke keer anders uitziet. Daar waar het gaat om de adviezen van de stadsdeelcommissies, heeft het presidium een tijdje geleden een brief naar het college gestuurd met heel specifiek de vraag over überhaupt stadsdeeladviezen. Dus niet alleen voor bestemmingsplannen. Wij zijn heel erg bereid dat te gaan doen. Op dit moment hebben de stadsdelen al toegang tot Andreas en op die manier willen we ervoor zorgen dat gestandaardiseerd de adviezen kunnen meekomen met de stukken die wij hier in de raad bespreken dus ook voor de bestemmingsplannen. Ik zou eigenlijk willen zeggen, laten we dat in een keer doen. Er liggen nog andere vragen van het presidium daarbij hoe we met de inbreng van stadsdeelcommissies überhaupt kunnen omgaan. Maar ik zou willen zeggen, laat mij dat meenemen specifiek over de bestemmingsplannen in de beantwoording van het college aan het presidium. Dan ligt er een verhaal over hoe wij überhaupt met adviezen van stadsdelen omgaan met specifiek aandacht voor bestemmingsplannen daarbij. Dan de vraag van mevrouw Naoum Néhmé. Uw collega heeft natuurlijk dat punt van de mobiliteit aangekaart in de raadscommissie. U weet dat het hier om een autoluw gebiedje gaat waar wij juist het parkeren gaan weghalen, maar het hele mobiliteitsplan Amstelkwartier is heel belangrijk. Ook het Amstelstation is heel belangrijk. Gezien het feit dat het dicht bij het Amstelstation ligt, zal het een lagere andere mobiliteit hebben. Het is wellicht wel een goede plek om te kijken naar deelmobiliteit en daar komen we zeker op terug. De discussie wordt gesloten. 27 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aads 22. Vaststellen van het stedenbouwkundigplan E-buurt-Oost en Instemmen met het herziene investeringsbesluit E-buurt Oost en het beschikbaar stellen van een aanvullend krediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1937) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Timman. Mevrouw TIMMAN: Het gaat hartstikke snel. Heel goed, houd dat vol. Het kreeg er ligt een mooi plan voor, een heel mooi plan voor de E-buurt met heel veel aandacht voor duurzaamheid en helemaal gasloos gebouwd. Ook aandacht voor de regenval. Mijn oplettende collega duoraadslid Rob Hofland zag dat wij in het middensegment een cap zetten op de koopwoningen en dat is heel mooi, want daarmee reserveer je die woningen voor het middensegment, maar tegelijkertijd staat de deur wel op een kier voor speculatie. Om die deur weer dicht te zetten heb ik een motie samen met de PvdA waarmee we het college oproepen voldoende maatregelen te nemen om eventuele speculatie tegen te gaan. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 31° Motie van de leden Timman en De Heer inzake maximumprijzen voor koopwoningen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1961) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - in de E-buurt Oost afdoende antispeculatiemaatregelen te nemen voor de middeldure koopwoningen met een gemaximeerde verkoopprijs die daar worden gerealiseerd; - over deze maatregelen de raad te informeren voordat de tenders voor de koopwoningen beginnen waarbij we maximumprijzen willen hanteren. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Heer. Mevrouw DE HEER: Ik moest ook even snel uit de koffiekamer komen rennen. Fijn dat het zo snel gaat. Ook de PvdA heeft een goed oplettend duoraadslid en die was dit punt over de antispeculatiemaatregelen ook opgevallen wat nu nog niet in het plan zit. Eerder hebben we natuurlijk wel een motie aangenomen in deze raad om dat voor de hele stad mogelijk te maken, maar daarop wilden wij niet wachten. Daarom deze motie. Verder is het natuurlijk heel goed nieuws dat er zoveel meer middeldure koop en huur komt in deze buurt zodat mensen wooncarriëre kunnen maken. We zijn heel erg blij met het plan De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Van Doorninck. Wethouder VAN DOORNINCK: Ik heb de motie nog niet maar ik weet wel ongeveer waarom het gaat. Dank voor de blije reacties op dit plan; wij zijn er ook heel blij mee. We zijn ook heel blij dat we hier middeldure koop kunnen realiseren. Het feit dat we middeldure koop hebben en dat we dat met een maximum vastzetten, betekent niet dat de woningen niet marktconform zouden zijn waardoor er wordt bijgelegd waardoor het om een maximumprijs gaat. Dat kunnen we wel doen. Ik snap uw punt. De angst is natuurlijk 28 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 dat het op het moment dat je iets in de middenhuur zet, alle kanten op zou kunnen springen. Op zich kan ik de motie een positief preadvies geven en dat doe ik ook namens wethouder Ivens die mij het vertrouwen heeft gegeven om dit te beantwoorden. Hij is hiermee natuurlijk voor de hele stad bezig. Maar specifiek op dit project is het wel goed te kijken naar wat we nodig hebben en dat is ook wat u nu vraagt, dus om te kijken wat voor antispeculatiemaatregelen er nodig zouden zijn. Daarin kunnen we u tegemoet komen. Bij alles wat we zouden kunnen overwegen, moeten we wel een goede juridische check doen om te kijken of dat ook nog wel klopt. (Mevrouw NAOUM NÉHMEÉ: Bij de erfpachtvoorwaarden bij de Houthavens heeft de wethouder altijd gezegd dat we dat niet kunnen veranderen omdat het oude contract betreft, oude tendervoorwaarden. Ik hoopte dat zij met haar consistente houding — zo kennen wij haar - hier met precies hetzelfde antwoord zou komen namelijk dat het oude contracten zijn en oude tendervoorwaarden.) De vraag in de motie is dat wij gaan kijken of er antispeculatiemaatregelen kunnen worden genomen en of die er dan zijn. Dat gaan wij onderzoeken waarbij ik zeg dat wij ons gewoon houden aan de juridische check die daarvoor absoluut nodig is. Wat dat betreft ziet het college dit als een ondersteuning om ervoor te zorgen dat we hierop goed blijven letten. We hebben dus geen bezwaar tegen aanneming. De discussie wordt gesloten. 24. Instemmen met de Ontwikkelvisie Amsterdam Science Park en de herziene grondexploitatie 578.07 Amsterdam Science Park Oost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1939) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Naoum Néhmé. Mevrouw NAOUM NÉHME: Dank aan de wethouder voor dit voorstel voor dit prachtige gebied. Wij zien een groot aantal ambities voorliggen op het gebied van wonen, werk en onderwijs. Daarnaast wordt er een mobiliteitsonderzoek uitgevoerd. Wij willen wijzen op het belang van verbinding maken tussen het gebied van het Science Park en de rest van het gebied. De omliggende gebieden zoals Middenmeer en het Amstelkwartier zijn gebieden in ontwikkeling waarover wij hier in de raadscommissie Ruimtelijke Ordening regelmatig spreken. Wij willen niet dat deze ontwikkelingen los van elkaar worden gezien. De wethouder heeft aangegeven met een mobiliteitsstrategie te komen rondom het Amstelkwartier en er staat er ook een op de rol voor het Science Park. Wij willen de wethouder aanmoedigen vanuit een helikopterview naar deze gebieden te kijken en geen gesegmenteerde acties te ondernemen. Op dit moment zien wij ambitie maar nog geen vehikel en wij willen wethouder Van Doorninek dan ook vragen aan de slag te gaan met publiekprivate partijen die zich verbonden voelen met hun buurten. Is de wethouder op de hoogte dat de afgelopen tweeënhalf tot drie jaar publiekprivate partijen in een informeel netwerk — denktank Sport- en Science Park - bezig zijn geweest om over het gebied na te denken en toekomstige ontwikkelingen te bespreken? Is zij daarvan op de hoogte? Dit netwerk heeft met het Stadsdeel en verschillende ambtenaren gesproken en tot nu toe op veel enthousiasme kunnen rekenen. Hoe kunnen wij hen hierbij betrekken in het kader van draagvlak voor de ambities rondom het gebied van het Science Park? Dan nog een drietal concrete vragen en opmerkingen. Wij zien voor deelname als elektrische auto's nadrukkelijk een plek in het gebied. Hetzelfde geldt voor start-ups en 29 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 scale-ups. Ziet de wethouder dat ook? Het grote parkeerveld gaat verdwijnen. Graag zien wij in de mobiliteitsstrategie meegenomen hoeveel parkeerplekken worden opgeheven en hoeveel er daarvoor gaan terugkomen. En tot slot de verduurzaming. Er vindt een energiestudie plaats. Wij zien deze studie met de mogelijkheden om te innoveren op het terrein van warmteopslag graag tegemoet en wij vragen de wethouder daarin duidelijk te vermelden hoe hoog de investeringskosten zijn en de toekomstige financiële kosten en die daarin dan op te nemen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Kilig. Mevrouw KILIG: DENK is blij met de ontwikkeling van het Science Park. De wetenschap en de ontwikkeling van het gebied zijn belangrijk om Amsterdam Internationaal relevant te houden. Tegelijkertijd volgt op deze ontwikkeling ook meer bestemmingsverkeer. Dat wordt nog steeds onderzocht en dat terwijl bijna twintig jaar geleden nieuwe bewoners van het Park de Meer een document moesten ondertekenen dat dit werd onderzocht en ze kregen te horen dat het bijna zeker was dat er een ontsluiting zou komen binnen enkele jaren. De ontsluiting van het toen nog Wetenschappelijke Centrum Watergraafsmeer . Er zijn vaste raadsleden die deze naam nooit hebben gehoord. DENK kan helaas niet voorstemmen zolang die toegankelijkheid niet is meegenomen en met name als de ontsluiting niet integraal is opgenomen in de ontwikkelingsplannen van het Science Park. Dit omdat dit het verkeer, vooral zwaar verkeer, de buurt en de buurtbewoners ontlast en de vele scholen die daar in de buurt staan. Fietsende kinderen moeten worden ontzien en daarom hecht DENK waarde aan de ontsluiting. (Mevrouw VAN RENSSEN: Ik wil een korte vraag stellen. Mevrouw Kilig spreekt over een document dat de bewoners twintig jaar geleden zouden hebben ondertekend. Ik meen het daarover ook in de raadscommissie te hebben gehad en toen hebben we gevraagd of de fractie van DENK dat document wellicht met de rest van de commissie zou kunnen delen. Ik heb het niet gezien. Kunt u dat document nog met ons delen?) Ja, dan kan. Ik heb het hier liggen. Mevrouw VAN RENSSEN: Dank u wel. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Van Doorninck. Wethouder VAN DOORNINCK: Dank voor de vragen en dank voor de complimenten voor dit plan. We zijn er inderdaad al een hele tijd mee bezig. Het is heel fijn dat we deze ontwikkeling nog extra ambities op allerlei terreinen hebben kunnen meegeven samen met de partners UvA en Mbo in dit gebied. Er wordt inderdaad gewerkt aan het mobiliteitsplan en dat betekent zeker dat er op de weg parkeerplekken gaan verdwijnen. Er komen sowieso minder parkeerplekken in de buurt vanwege het autoluwe karakter, maar er komen wel parkeergarages. Uw collega heeft destijds gevraagd of dat ondergrondse garages konden worden. Dat kan helaas niet, want het ligt bijna 4 m onder N.A.P. en dat betekent dat dat niet gaat lukken. Volgens mij hield u vooral een pleidooi om ervoor te zorgen dat de verschillende mobiliteitsstudies in Oost op elkaar aansluiten. Dat zullen wij uiteraard doen en dat doe ik gezamenlijk met de wethouder Dijksma en op dit moment dan met haar vervangers. Dat zal zeker in andere gebieden in Oost waar wordt gewerkt, goed aan elkaar worden gekoppeld. De denktank die al een aantal jaren bezig is, daarvan zijn wij op de hoogte. Die denktank is onder andere bezig met een kansenkaart en op dit moment wordt er 30 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 onderzoek gedaan naar hoe wij kunnen reageren. Het is niet zo dat we per definitie met alles doorgaan zoals de denktank dat voorstelt, maar we zijn in gesprek en de ideeën waarmee ze komt, worden door ons beoordeeld. Dan vroeg u specifiek naar de energiestudie. Zoals u weet is er op dit moment een WKO waarop aanpalende bedrijven en panden kunnen worden aangesloten. Wij kijken verder naar de rol die datacenters kunnen hebben met hun restwarmte. Er zitten daar natuurlijk twee datacenters. Een deel van de restwarmte gaat naar Middenmeer-Noord; dat hebben we een half jaar geleden met elkaar afgesproken en we kunnen ook kijken naar wat verder de rol van die datacenters is. Dus die hele energiestudie voor dat gebied komt uiteraard uw kant op. Dat zal altijd in de raadscommissie MLD zijn. Dat ligt een beetje aan waar de subsidie vandaan komt, maar het warmteplan komt altijd bij de raadscommissie RO. Mevrouw Kilig had het specifiek over de verbinding, de ondertunneling. Wij zijn bezig met het onderzoek; het is niet zo dat we hebben stilgezeten daar waar het gaat om de verbinding. We moeten er natuurlijk heel goed voor zorgen dat op het moment dat er een nieuwe verbinding wordt gemaakt en ergens de druk afgaat, er niet elders sluipverkeer ontstaat. Wij zijn bezig het eerste onderzoek dat naar de onderdoorgang is gedaan en de effecten daarvan op het verkeer in Watergraafsmeer, uit te breiden naar eventuele waterbedeffecten en sluipverkeer. Het is dus niet van de baan, maar we weten dat we een nog uitgebreider onderzoek nodig hebben om precies te weten hoe we die onderdoorgang doen. Hoe meer je onderzoekt, hoe meer je erachter komt wat precies de effecten op het verkeer zouden zijn. We gaan er dus mee door zoals ik uw collega in de raadscommissie heb gezegd. In Q1 komen wij met de uitkomst van de onderzoeken naar uw raad. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Kilig voor een vervolgvraag. Mevrouw KILIG: Onderzoek is uiteraard belangrijk en nodig om tot een gedegen besluit komen. Dit was alleen twintig jaar geleden ook al aan de orde. Ondertussen is er een onderzoek geweest en de uitslagen daarvan zijn bekend. Om de hoeveel jaar zijn we dan van plan onderzoek te doen om te kijken wat de eventuele effecten zijn? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Van Doorninck. Wethouder VAN DOORNINCK: Plannen in de ruimtelijke ordening duren vaak heel lang en zeker als er een crisis tussendoor komt. Op een gegeven moment zijn ontwikkelingen in Oost anders gegaan dan aanvankelijk gedacht en je gaat natuurlijk geen hele dure ondertunneling of onderdoorgang creëren als het op dat moment niet nodig is. Dus de onderdoorgang is op een later moment weer naar voren gekomen en op dat moment zijn we de onderzoeken weer gaan doen. Het is niet zo dat wij er niets aan doen, maar we doen het op het moment dat het voor het verkeer nodig is. Daarmee zijn we nu bezig. De discussie wordt gesloten. 25. Vaststellen van de subsidieverordeningen Uitstootvrije taxi's en Uitstootvrije bedrijfsvoertuigen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1800) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer N.T. Bakker. 31 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De heer N.T. BAKKER: Ik geef het toe, het is een vergezochte motie die ik ga indienen. Deze discussie ontspon zich tijdens de begrotingsbehandeling, samen met mevrouw Heithuis bereikten wij grote hoogtes toen het ging over klimaatrechtvaardigheid. Daar ontspon zich een discussie over het feit dat dankzij deze subsidieverordening bedrijven als Picknick gebruikmaken van subsidieregelingen waardoor het doel van deze subsidie volledig voorbijschiet. Daarom heb ik deze bescheiden motie aangaande de subsidieverordening en goed werkgeverschap. Vaak wordt gerept van there is no free lunch en daarom zeggen wij there is no free picknick. Als het aan ons ligt, dan houdt de gemeente zich aan goed werkgeverschap. Wij willen niet dat de werknemers die bij Picknick werken, worden uitgekleed op een wijze die wij niet te doen gebruikelijk vinden in deze gemeente. We hopen met deze motie daartoe een bijdrage te leveren. Ik heb deze motie ingediend met de heer Boutkan. De heer Biemond heeft daarover nog een aantal juridische adviezen gegeven. DENK doet mee; de Partij voor de Dieren doet mee en ik hoop natuurlijk dat u allemaal mee doet, want het is een cruciaal statement om in deze gemeente goed werkgeverschap tot een mooi item te maken. (Mevrouw A.L. BAKKER: Wij hebben met veel plezier deze motie meegetekend, maar we zijn benieuwd of de SP net als de Partij voor de Dieren ook vindt de gemeente bedrijven die zich niet aan zo'n code goed werkgeverschap houden, zou moeten weren uit Amsterdam als ze van plan zijn zich hier te vestigen hetzij als hoofdkantoor hetzij als distributiecentrum. Ik ben erg benieuwd wat de SP hiervan vindt.) Ik denk dat het nogal moeilijk is om bedrijven uit deze stad te weren behalve als het gaat om andere dingen. Dat kunt u beter aan een andere wethouder vragen straks . Ik denk dat dat ook een heel ander agendapunt is. Ik herhaal nog maar eens dat dit een redelijk vergezochte motie is puur omdat ik vind dat goed werkgeverschap behoort bij het criterium om subsidie te geven. Wellicht zou het goed zijn het hierover in de commissie nog eens te hebben, maar dat lijkt nu te ver. Het is een beetje een strategisch antwoord. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 32° Motie van de leden N.T. Bakker, Boutkan, Yilmaz en A.L. Bakker inzake de subsidieverordening en goed werkgeverschap (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1962) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - de mogelijkheden te onderzoeken om in toekomstige subsidieregelingen van de gemeente Amsterdam eisen op te nemen over ‘goed werkgeverschap”; - onder ‘goed werkgeverschap’ wordt in deze verstaan het begrip ‘goed werkgeverschap’ zoals opgenomen in het Burgerlijk Wetboek en de zes beginselen van ‘goed werkgeverschap’ zoals uitgewerkt in de rechtspraak. -__en indien van toepassing het naleven van de geldende cao. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Vroege. De heer VROEGE: Ik herinner mij de discussie tijdens de begrotingsbehandeling inderdaad en volgens mij waren het college en ik het er toen over eens dat het raar is om via dit soort regelingen allerlei politieke wensen en beelden te uiten. Dus ik hoop dat het 32 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 college net als de wethouder Dijksma destijds heel negatief oordeelt over dit voorstel van de SP. Het voorstel dat hier voorligt, is een grote verbetering ten opzichte van de vorige subsidieverordening. Het voorkomt dat grote bedrijven zoals Picknick subsidie kunnen ophalen. Nu ben ik in tegenstelling tot linkse collega's niet iemand die een hekel heeft aan het grootbedrijf maar veel subsidie ophalen is wat mij betreft ook niet nodig. Ik heb nog wel een vraag aan het college. In de raadscommissie hebben we al gesproken over de zogenaamde early adapters, bedrijven die voorop lopen maar nu met lege handen achterblijven omdat zij geen deel meer uitmaken van deze verordening. Is de wethouder bereid met deze bedrijven in gesprek te gaan om te kijken of zij toch ergens anders behoefte aan hebben om te voorkomen dat bedrijven die voorop lopen, stil komen te staan in ontwikkelingen als het gaat om verduurzaming van de bedrijfsvoertuigen in Amsterdam? De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Marttin. Mevrouw MARTTIN: Wij denken dat het goed is dat ondernemers ondersteuning krijgen bij de transitie naar elektrische voertuigen want er zitten een hoop haken en ogen aan. We willen wel een paar zorgen uiten. Bijvoorbeeld die laadinfrastructuur. Die is op dit moment nog niet voldoende voor alle elektrische voertuigen die er gaan komen. We zijn bang als op korte termijn veel taxi's en voertuigen op elektra gaan rijden en de laadinfrastructuur is daar nog niet op aangepast, dat ze dan ook gaan staan op plekken voor particulieren en dat er een soort verdringing komt van bedrijfsvoertuigen en particuliere voertuigen, een soort scheefgroei. Dus wat ons betreft moet er heel veel aandacht zijn voor de juiste infrastructuur voordat we deze hele transitie echt kunnen doorvoeren. We willen daarom heel graag willen pleiten voor extra tijd. Het moet nu allemaal in een soort snelkookpanconstructie, lijkt het soms wel. Men moet heel snel overschakelen op elektrisch. Als we iets meer tijd hebben, kunnen we bepaalde voertuigen wat langer laten afschrijven en dan wordt het een wat natuurlijker, wat geleidelijker overgang naar elektrisch. Tegelijkertijd is er dan voldoende ruimte om die laadcapaciteit aan te passen. Een tweede punt van zorg heeft met die subsidies te maken. We hebben nu een bepaalde pot vastgesteld, maar we vragen ons af op grond waarvan. Je hebt vraag en aanbod en hebben wij wel enig idee hoeveel subsidie er eigenlijk nodig is en hoeveel aanvragen er gaan komen? Bij vorige subsidieregelingen is het ook wel eens zo geweest dat de pot heel snel leeg was en dat bepaalde bedrijven een heel groot deel van de pot hebben gekregen en andere helemaal niets. Ik zou de wethouder willen vragen ons als raad de hoogte te houden van de aanvragen in relatie tot hoeveel we te bieden hebben. Dus daarmee is dit niet een soort schijnconstructie zo van, we bieden toch subsidie waarop dan maar een paar mensen aanspraak kunnen maken. (De heer BOUTKAN: Dank voor de steun die u uitspreekt voor de subsidieregeling, maar geeft u hiermee ook aan dat u er op het moment dat de pot heel snel leeg dreigt te raken en er nog heel veel aanvragen zouden zijn, voorstander van zou zijn om dat bedrag op de hogen?) Dat vind ik een lastige vraag. Wij zijn natuurlijk helemaal niet van de subsidies. Wij zouden het liefst ook geen subsidie hoeven te geven. In dit geval denken wij echter dat de ondersteuning voor ondernemers heel belangrijk is en daarom wil ik ook aandacht van tevoren voor wat we denken nodig te hebben. Nu is er een bedrag vastgesteld maar ik weet niet op basis waarvan dat is gebeurd. Ik ben er zeker geen voorstander van een soort bodemloze put te openen waaruit iedereen zijn aanvraag krijgt toegewezen. 33 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Van Doorninck. Wethouder VAN DOORNINCK: Deze subsidieregeling is natuurlijk vooruitlopend op het instellen van een nieuwe milieuzone waarbij we de luchtkwaliteit in Amsterdam weer een stukje gaan verbeteren. Daarvoor doen wij het natuurlijk allemaal. En dan maar even meteen richting mevrouw Marttin: dat doen we samen met het Rijk. Het feit dat we de uitstoot vanuit bedrijfsauto's in 2025 uitstootvrij willen hebben, dat is al vrij lang bekend. Het is dus niet zo dat het nu op stel en sprong gebeurt, maar het is wel zo dat we subsidieregeling tijdig willen openstellen zodat men juist de tijd heeft om deze stap te nemen en als het kan nog voor het einde van het jaar want dan is de bijtelling nog voordeliger dan volgend jaar. Extra tijd lijkt mij dus niet nodig. Het is pas volgend jaar dat de milieuzone ingaat. Taxi's en bedrijven die auto's nodig hebben, kunnen vanaf dan daarmee heel snel rekening houden. Ik zou hierbij geen extra tijd willen geven. Dan komt de heer Bakker met een strategische motie en dat is inderdaad een veel bredere discussie die u wilt voeren. Ik ga hierop even op twee manieren reageren. Er is een strak antwoord in die zin dat de reden van deze subsidie echt schone lucht verkrijgen is. Dat is het doel en de inzet daarvoor is uitstoot van auto's verminderen. In een subsidieverordening mag je geen verplichtingen opnemen die niet zijn gerelateerd aan het primaire doel. Dan krijgt de heer Vroege een beetje zijn zin namelijk dat ik een heel streng antwoord geef. Ik ben natuurlijk niet alleen maar streng, want ik snap uw punt wel heel erg. Dan kan ik namens wethouder Groot Wassink zeggen dat we vanuit de aanpak arbeidsdiscriminatie bezig zijn met een verkenning naar de mogelijkheden tot het opnemen van juridische bepalingen en/of kaders rond het thema van bestrijding van arbeidsdiscriminatie waarbij er geen directe relatie ligt met gesubsidieerde activiteit. Dus in een breder wordt ernaar gekeken of wij dat doen. Kunnen wij dat specifiek op deze subsidieregeling doen? Nee, maar in een breder wordt er wel naar gekeken en wat dat betreft moet ik dan ook zeggen dat uw motie overbodig is. Juist het strategische ervan dat u wenst, daarmee zijn wij al bezig en dat wordt dan met name gedaan door collega Groot Wassink. De heer Vroege had een specifieke vraag over de early adapters die allang bezig zijn en of wij die niet wat beter tegemoet kunnen komen. We zijn natuurlijk heel erg blij met ze dus wij willen ze zeker niet ontmoedigen. Ze zijn heel belangrijk voor ons geweest. Een van hen heeft zich ook bij ons gemeld, een verhuisbedrijf. Dat is even naar ons toegekomen met de vraag wat kunnen wij nu voor u doen. Wij zijn met het bedrijfsleven in overleg om te komen tot een convenant met convenantpartners, het CVA, de techniek.nl en _horeca.nl en we gaan binnenkort een gesprek over de benodigde maatwerkondersteuning voor het bedrijfsleven waaronder de early adeptors. Dus het is bij ons in beeld en we zijn er ook echt mee bezig. Daarnaast is het ook van belang te weten dat het Rijk heeft aangekondigd met een subsidie voor bedrijfsvoertuigen te komen. We weten nog niet precies wat dat inhoudt, maar het zou dus goed kunnen zijn dat onze early adeptors, onze koplopers, hiervan gebruik kunnen maken. Dan nog de laatste vraag van mevrouw Marttin die het had over hoeveel subsidie er nu eigenlijk nodig is en hoe we dat bijhouden. Wij monitoren het goed en we houden de vinger aan de pols of er gebruik van wordt gemaakt. Het kan twee kanten opgaan. Wordt de regeling te weinig gebruikt, dan zullen wij die nog eens extra onder de aandacht brengen. En als de subsidiepot helemaal leeg is, dan kom ik of misschien wethouder Dijksma op dat moment bij u terug om te kijken wat er aan maatregelen mogelijk is. Daar kan ik nu nog niet op vooruitlopen. 34 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 (Mevrouw MARTTIN: Dan heb ik eigenlijk nog twee vragen. De eerste is of u de raad er regelmatig van op de hoogte kunt houden van hoe het ervoor staat en de tweede vraag ging over de zorgen die ik had over de laadcapaciteit en de laadinfrastructuur.) Die vraag was ik inderdaad vergeten. Wij komen eind juni met de laadvisie naar de raad waarbij de problematiek die u aansnijdt en uw kritiek heel terecht zijn want dat is nu een probleem in Amsterdam en daarmee moeten we aan de slag. Dan zullen we laten zien dat iedereen die wil laden in de stad, ook echt kan laden in de stad. Dus dat komt eind juni uw kant op. Wij zullen u ook op de hoogte houden van het gebruik van de subsidiemaatregel. De discussie wordt gesloten. 27. Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel Een 24-uurs opvang voor daklozen van het lid Ceder en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1941) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder. De heer CEDER: Fijn dat wij het initiatief kunnen bespreken. Het initiatief is op 19 april namelijk niet zonder reden ingediend. Er zijn aanhoudende verhalen maar ook klachten van instanties, van professionals, cliënten, Amsterdammers, maar ook juristen ten aanzien van het Amsterdamse beleid maakten dat de ChristenUnie het nodig vond het voorstel op te stellen en in te dienen. Hoewel er op 8 oktober door het college een forse stap is gezet met een besluit over de doorontwikkeling denk ik dat het alsnog belangrijk is dit initiatiefvoorstel aan te nemen. Wij vragen niet alleen om doorontwikkeling, maar ook om een nieuwe langetermijnsysteembenadering, eentje zonder uitsluiting. Ik zal u zeggen waarom. Een tijdje terug stond ik in de rechtbank voor een cliënt van mij, een dakloze man. Het ging niet over het daklozenbeleid maar over een andere kwestie die hem trof omdat hij dakloos was. Hij was zelfredzaam maar hij had geen woning. Ik wil een stuk voorlezen dat hij op dat moment voordroeg bij de rechter en dat is misschien wel een motivatie en een van de redenen geweest waarom ik heb besloten met dit initiatiefvoorstel te komen. Deze man las het volgende voor. “Bij de screeningsbalie van de gemeente Amsterdam heb ik mij vier keer aangemeld en een gesprek gehad. Ik werd eerst afgewezen op mijn vraag over een briefadres en de toegang tot de winteropvang. Helaas kon dat op een gegeven moment niet meer. Ik was zelfredzaam. Ik had immers geen psychiatrische of verslavingsproblemen en ik veroorzaakte ook geen overlast voor de openbare orde. Vaak sliep ik om die reden buiten of hing ik in de nacht rond bij het Centraal station. Af en toe sliep ik bij kennissen of vrienden op de bank. Een groot probleem is dat er vaak geld werd gevraagd als ik ergens bij iemand sliep. Vorig jaar sliep ik lange tijd bij een verslaafde man. Ik had geen andere keuze. Op een gegeven moment ging dat niet goed en moest ik weg. Ik trek rond, edelachtbare, en ik ben moe, ik ben op.” Dit geval komt bij heel veel daklozen voor, bij jong, bij oud, bij mensen die al langer in Amsterdam wonen en bij mensen die naar Amsterdam toe zijn getrokken. Er zijn heel veel verhalen als deze, van kwetsbare mensen die door een gebeurtenis in het verleden hun baan zijn kwijtgeraakt of door een overlijdensgeval waardoor ze van de regen in de drup zijn geraakt. Het kan iedereen overkomen maar helaas ook een van ons. Daarom hebben wij dit initiatiefvoorstel ingediend en dat is bedoeld voor twee redenen. 35 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De eerste is dat wij heel graag willen dat er een opvang komt waarbij er geen categorieën zijn voor uitsluiting zodat iedereen wordt geholpen en zodat daarbij maatwerk wordt geleverd. En de tweede is dat we dit hebben ingediend omdat wij geloven dat mensen opbloeien als zij een 24-uursherberg hebben en zij niet hoeven rondtrekken van de ene naar de andere plek. Om die reden hebben wij destijds het voorstel ingediend. Wij staan daarin niet alleen. Verschillende professionals en kennisexperts hebben betoogd dat met name de groep zelfredzamen een onderbelicht onderwerp is. Het is de Nationale ombudsman die heeft aangegeven begin dit jaar dat hiervoor wat meer aandacht moest komen. Ook de Rekenkamer gaf in 2017 al een oordeel over passende zorg en wat er gebeurt als je die vertraagt. (Mevrouw VAN SOEST: Mijnheer Ceder, wij hebben een poosje geleden al een motie ingediend naar aanleiding van die heer die hier drie weken voor het stadhuis heeft gebivakkeerd in zijn tentje. Wij hebben toen gevraagd of er 24-uursopvang kon komen ook voor de daklozen omdat het voor de uitgeprocedeerde wel gold maar niet voor de dakloze mensen. Mijn motie is toen verworpen omdat er geen geld was. Denkt u dat uw initiatiefvoorstel nu meer kans heeft? U heeft mijn steun, maar denkt u dat dit meer kans gaat bieden?) Ik heb mevrouw Van Soest eerder ook al gecomplimenteerd met haar oproep om ook voor die groep die momenteel wordt uitgesloten, een oplossing te vinden. Ik denk dat dit kan en dat is omdat ik heel zorgvuldig ook langs stakeholders ben gegaan, het plan heb voorgelegd en heb geprobeerd minutieus af te stemmen wat er kan. Dit is niet iets wat nu gelijk moet worden geregeld. Ik denk wel dat wij als raad een keuze moeten maken en dat we moeten afstappen van het verouderde systeem en dat we moeten overgaan naar een nieuw systeem. Ik heb er best begrip voor dat het enige tijd kan gaan duren en ik heb er ook best begrip voor dat er op 8 oktober een brief is geschreven met een doorontwikkeling, een hele positieve stap. Maar zoals u en ik weten, er is alsnog een aantal categorieën dat wordt uitgesloten. Dus ik hoop op brede steun. En als het gaat over de vraag of het betaalbaar is, dan denk ik, jawel temeer daar ik nu niet van de raad eis het nu al te implementeren. Daarmee zou ik het college en ook de begroting dwarszitten waarmee ik recent nog heb ingestemd. Niet alleen de Nationale ombudsman vond dat het anders moest. Er is ook een directeur geweest van de Belangenvereniging voor drugsverslaafden, Dennis Le Heij, die een aantal maanden geleden ook pleitte voor de 24-uursvoorziening zonder categorieën. Ook hij gaf aan dat Amsterdam nog teveel daklozen aan hun lot overlaat door een verouderd systeem. Wij zullen het systeem daarom anders moeten inrichten. Wie in een situatie van dakloosheid verkeert, verdient rust en ondersteuning. Ook daarmee zijn wij het eens. Omdat velen worden uitgesloten van opvang of op zoek moeten gaan naar onderdak, verbetert er zorginhoudelijk niet zo heel veel aan de situatie van deze groep en is er dus vrijwel nooit sprake van perspectief of vooruitgang. Er zijn zelfs heel veel gevallen bekend van mensen die inspreken bij de raadscommissie waarbij er sprake is van achteruitgang. Daarom hebben wij in april het tienpuntenplan ingediend. Bij een deel daarvan heeft het college in zijn bestuurlijke reactie aangegeven dat het dat al doet. Fijn. Maar er is ook een aantal punten dat nog niet wordt opgepakt en dan doel ik met name op het uitsluiten van de groep zelfredzamen en de definitie daarvan. Wij denken dat dat nodig is en daarom hebben wij alsnog het initiatiefvoorstel ingediend niet alleen omdat het goed is, niet alleen omdat het effectiever is. Wat ons betreft zou het ook goedkoper moeten zijn maar ook omdat we dat verplicht zijn als we kijken naar de wetgeving. Hoe wij nu de opvang hebben ingericht en ook hoe wij die gaan inrichten met de doorontwikkeling is dat nog steeds niet in lijn met de geldige wetgeving en met de jurisprudentie. Ik heb een 36 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 reactie van het college gehad dat het wel zo zou zijn en ik ben gewezen op een brief van staatssecretaris Van Rijn destijds maar ook daarin staat, dat het belangrijk is dat de gemeente voldoende passende opvang biedt aan alle doelgroepen. Dat doen wij niet en daarmee zijn wij niet in lijn met de brief en ook niet met de wetgeving en de klachten van onder andere de VEA en TSA zoals ik eerder heb beoogd. Er was ook nog een andere klacht waarvan het college aangaf dat de Raad van State of het College van Beroep had uitgesproken dat dat niet gold voor uitgeprocedeerde vreemdelingen. Dat mag misschien zo zijn, maar mijn voorstel gaat niet aleen om die groep, maar juist om ongedocumenteerde Nederlanders die om welke reden dan ook op straat zijn beland en om hulp roepen - maar die niet krijgen door de categorisering. Door maatwerk te leveren en daarbij stakeholders en partners in de stad te betrekken denk ik dat wij dit kunnen doen. Daarin voel ik mij gesteund door uitspraken van de ombudsman, door stakeholders in de hele stad en ik roep het college op te kijken met de uitvoerende instanties hoe zij dit mogelijk kunnen maken. Daarom hoop ik op uw steun. De doorontwikkeling waarover een brief is gestuurd op 8 oktober is een mooie start, maar ik pleit voor een nieuw systeem. Laten we als raad een uitspraak doen dat we het college eraan houden dat die op de lange termijn wordt gerealiseerd zodat we in Amsterdam een opvang hebben waarbij maatwerk wordt geleverd voor elke persoon die die hulp nodig heeft en waarbij de opvang op zichzelf niet het eindstation vormt. (Mevrouw DE JONG: Ik kan de heer Ceder inhoudelijk een heel eind volgen dat je voor een bredere groep deze opvang wilt regelen. De heer Ceder zegt, laten we nu een uitspraak doen. Maar in zijn initiatiefvoorstel gaat het een stuk verder. Daar staat, laten we het nu gewoon regelen en dan zegt u met de dekking van het huidige voorstel voor de winteropvang. Hoe verhoudt zich dat nu? U stelt voor een veel bredere doelgroep te gaan helpen. Dat idee vind ik op zich goed, maar is uw voorstel wel uit te voeren binnen de budgettaire kaders?) Dank voor de vragen die ik natuurlijk wel had zien aankomen. Laat ik beginnen met de opmerking dat ik het mooi vind dat er geen inhoudelijke bezwaren zijn tegen het voorstel en dat we nu gelijk springen naar de vraag of we het geld ervoor hebben. Dat vind ik fijn, want dat betekent dat het bij dit initiatiefvoorstel wanneer dit niet wordt aangenomen, om geld zou gaan en niet om de inhoud of de onuitvoerbaarheid daarvan. Als het gaat om de budgettaire kaders, dan heb ik aangegeven dat ik met de begroting heb ingestemd een aantal weken geleden en dat heb ik niet zonder reden gedaan. Daar stonden natuurlijk ook kaders in. Eén van de uitgangspunten daarbij is dat ik de doorontwikkeling nog niet goed genoeg vind hoewel dat wel een flinke stap vooruit is. Daarom ook mijn complimenten aan de wethouder. Mijn plan is eigenlijk meer de lange termijn waarbij we of bij de voorjaarsnota of volgend jaar bij de begroting dekking zoeken om dit langzaam maar zeker te implementeren waarbij we er nu vanuitgaan dat de doorontwikkeling die reeds in gang is gezet, daarbij een eerste stap is. Als ik zie welke stappen er zijn genomen op met name rond de 24-uursopvang voor een bepaalde categorie, dan zie ik dat er enigszins wordt meegegaan met het voorstel. Daarmee ben ik hartstikke blij, maar het is nog niet genoeg. Daarom hoop ik ook op de steun van GroenLinks, want als we uitspreken er niet alleen een doorontwikkeling in te maken maar er een nieuw systeem van te maken, laten we daarvan dan in de komende jaren werk gaan maken en laten we daarbij de uitvoerende instanties betrekken. (Mevrouw DE JONG: Dat is op zich een sympathiek verhaal maar dat is niet wat er in het voorstel staat. Daarmee heb ik dan wel moeite. Als u een uitspraak van de raad wilt en van de partijen, dan zou ik zetten zeggen: maak een motie en zet die uitspraak erin. Dit initiatiefvoorstel 37 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 suggereert dat we per direct iets gaan realiseren en wat erin staat is eigenlijk dat we model 1 uit de varianten die wij hebben gezien bij de doorontwikkeling winteropvang gaan realiseren en dat model 1 kost gewoon veel meer geld. Ik heb het idee dat we als we instemmen met het voorstel, dan toch de Amsterdammer en alle organisaties die u noemt een rad voor ogen draaien omdat dat niet is wat er gaat gebeuren.) Dit systeem is niet zomaar iets wat ik heb bedacht. Ik heb de afgelopen maanden heel minutieus met stakeholders het gesprek gevoerd en allen kwamen tot de conclusie dat de opvang zoals voor 8 oktober inefficiënt was en daarmee ook duur. Als wij dat effectiever maken, dan was de veronderstelling dat het eigenlijk niet eens zo heel veel meer zou hoeven kosten dan wat we al hebben vrijgespeeld. Hier en daar heb ik zelfs vernomen dat het misschien nog binnen de budgettaire kaders van voorheen zou kunnen worden uitgevoerd. U vraagt of wij meer geld nodig hebben. Ik betoog dat dit voorstel met de extra budgettaire kaders geen extra kosten met zich mee hoeft te brengen en ik zou graag een uitspraak van de wethouder willen. Daarom vraag ik om een wijziging van het systeem en dat hoeft niet per se meer te kosten (Mevrouw DE JONG: We hebben in de commissie gesproken over deze verschillende varianten. Model 1 is gewoon helemaal uitgewerkt. Dat is eigenlijk wat u beschrijft en dat kost gewoon 4 miljoen euro meer dan wat we nu gaan doen. Dus dat is ingewikkeld. Maar uw voorstel is veel omvangrijker onder andere op het punt van het tekenen van het convenant. De wethouder zegt, we kunnen die landelijke convenant wel tekenen, maar dan moet er eerst meer geld komen voor maatschappelijke opvang van staatssecretaris Blokhuis. U heeft ook gezien dat de budgetten nauwelijks zijn gegroeid, maar de aantallen daklozen in onze stad zijn wel enorm gegroeid. Hoe kan de heer Ceder hier nu staan volhouden dat we het allemaal goedkoper kunnen regelen als het geld van de staatssecretaris niet naar Amsterdam komt en er wel meer mensen op straat slapen?) Volgens mij leest mevrouw De Jong de bestuurlijke reactie anders. Als het gaat om punt 10, het convenant, dat staat dat er nog een plan van aanpak zou moeten komen. Dat heb ik niet gezien. Misschien heb ik dat gemist. En dat het de vraag zou zijn of met het ondertekenen van het convenant de financiële opgave haalbaar zou zijn. Dat plan heb ik nog niet gezien. Met andere woorden, het standpunt dat u inneemt, is nog niet het standpunt van het college. Het is misschien een goede vraag aan de wethouder om te vragen wanneer dat plan van aanpak eraan komt. Ik snap wel dat we het gewoon niet moeten doen als iets onbetaalbaar wordt. Als blijkt dat het onbetaalbaar is en er geen extra financiën komen, dan moeten we inderdaad dat convenant niet tekenen. Dat voorbehoud, dat is ook een voorbehoud dat het college in mijn richting heeft gemaakt. Er zou nog een plan van aanpak komen en dan pas kan het college er antwoord op geven. Dus punt 10 hoeft niet per se te worden uitgevoerd. Dat is dan mijn gebaar richting het college. Ik zou er uiteraard nog wel graag in de commissie over willen spreken om te kijken of het inderdaad niet uitvoerbaar is. (De heer FLENTGE: Ik houd het waarschijnlijk bij één interruptie. Ik vind uw voorstel zeer sympathiek. Ik vind uw voorstel inhoudelijk ook zeer sympathiek en daarmee sluit ik aan bij wat mevrouw De Jong van GroenLinks net zei. Als het gaat om de financiële onderbouwing daarvan, voel ik wel dat we ons op glad ijs begeven. Ik wil het hier niet alleen over de financiën hebben want de noden van de stad moeten centraal staan. Dat heeft u in uw stuk goed verwoord en u sluit eigenlijk 38 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aan bij datgene waarmee het college al bezig is. Bij de onderbouwing zegt u dat we enorm gaan verruimen en dat moeten we binnen de bestaande budgetten doen die dan zichtbaar te krap zijn. Dan vind ik dat we moeten zoeken naar manieren om langzamerhand op weg te gaan naar een situatie waarin we de noden van de stad op een goede manier tegemoet kunnen treden. Dat kan nu, dat kan bij de voorjaarsnota. Dan vraag ik aan u of misschien ook wel aan mevrouw De Jong, help ons een beetje op een weg daarheen met een formulering in plaats van ‘het komt wel goed, we gaan het doorontwikkelen maar dan wel zonder geld.” Dat maakt het heel complex, want ik zou met heel mijn hart willen voorstemmen, maar u neemt mij niet mee in uw financiële onderbouwing. Dat vind ik een vervelende en een rare worsteling en dat leg ik u voor omdat ik daar niet uit kom.) Ik zou de wethouder willen vragen of zij met de uitvoerende instanties wil kijken hoeveel dit zal gaan kosten. Ik ben ervan overtuigd dat het binnen de huidige budgettaire kaders kan. Als u daarmee wordt overtuigd, dan zou ik de wethouder willen vragen dat eerst te doen. Dan kunnen we de stemming misschien uitstellen. Ik heb graag uw steun. Ik denk dat het kan. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Grave-Verkerk. Mevrouw DE GRAVE-VERKERK: Ik was even bescheiden uit respect voor het initiatief en de initiatiefnemer die ik graag het volle pond gun ook omdat een zeer belangrijk onderwerp voor Amsterdam wordt aangekaart met het initiatief. Ik wil ook een opmerking van procedurele aard maken. Is dit onderwerp nu eigenlijk wel rijp voor behandeling in deze raad? Ik mis de reactie van het college op het gewijzigde initiatief, dus ik vind het lastig om een oordeel te vormen. Ik kan niet helemaal heen om de inhoudelijke verwevenheid met het ter kennisname gebrachte punt onder agendapunt 31. Ik vind het lastig hiervan nu te zeggen dat we dit belangrijke onderwerp op deze manier ten gronde behandelen. Ik zou mij kunnen voorstellen dat we na de beantwoording door het college nog even kijken of we hieraan in de commissie nogmaals aandacht kunnen besteden. Nogmaals, met waardering voor het initiatief, dit onderwerp verdient het volle pond van onze aandacht en ons beslissingsvermogen. Ook de VVD-fractie vindt het schrijnend dat er in deze stad zo veel mensen zijn zonder dak boven hun hoofd. Dat is evident. En dat is complex omdat het dit college wel lukt om misschien vanuit ideologische prioritering andere groepen en dan noem ik toch echt de ongedocumenteerden, te plaatsen in deze stad en een dak boven het hoofd te geven. Dat siert het college want dat zijn de plannen, maar hier zie je toch grote tekorten en dat baart mijn fractie zorgen. Hoe ook we verder gaan met beslissen over dit initiatief straks op of enig ander moment in de commissie over het ter kennis gebrachte punt, de VVD vindt dat er iets zou moeten en ook zou kunnen gebeuren om te kijken of er toch iets van de grote zorgen die er zijn met name over de kwetsbare groep in de vorm van daklozen met een zware GGZ-problematiek, en dat we ons daarin dan toch moeten verdiepen, hetzij in deze raadsvergadering hetzij bij commissiebehandeling om te kijken of we de druk op de plaatsen wat kunnen verminderen door voor deze categorie waar maatwerk echt gewenst is, te onderzoeken. Ik heb het alleen nog maar over onderzoeken, ik zeg niet inrichten. Dus onderzoeken of er binnen G4-verband wat toch van oudsher ook een verband is waarbinnen er naar de winterkoudeopvang is gekeken, te kijken of je niet een centrale instelling in het land kunt krijgen met echt toegepaste expertise waar deze bijzonder kwetsbare groep die ook nog wel eens wordt geweigerd voor de daklozenopvang leren wij 39 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 uit het Rekenkamerrapport uit 2017, een goede behuizing, een veilige omgeving kan worden geboden waar kan worden gewerkt aan hun herstel met de bijkomende overweging van deze zijde dat ook deze mensen, de zware GGZ-patiënten zonder of met dak regelmatig voor overlast zorgen. Reden te meer om daar eens naar te kijken. Het verzoek aan het college is daarnaar onderzoek te doen en daartoe dien ik een motie in. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 33° Motie van het lid De Grave-Verkerk inzake het onderzoeken van de mogelijkheden voor een centrale instelling voor daklozen met een zware GGZ- problematiek (Gemeenteblad afd. 1, nr.1963) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken welke mogelijkheden de gemeente heeft, bijvoorbeeld in G4- verband, om daklozen met een zware GGZ-problematiek alsnog op te vangen op een centrale plek in het land waar beschikking is over de juiste expertise. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Dank aan het lid Ceder voor het initiatiefvoorstel. Daaruit spreekt een grote barmhartigheid en dat is ook wel een woord dat bij de heer Ceder past, een woord dat eigenlijk bij ons allemaal past — zie ons wapen en zie ook de voorstellen die het college heeft voorgesteld ten aanzien van de winteropvang. Het is natuurlijk waar wat mevrouw De Grave zei, dat het gek is om dit onderwerp volledig geïsoleerd te bespreken van het onderwerp dat we aan het einde van de agenda bespreken waarbij u de wijze ziet waarop het college de winteropvang wil doorontwikkelen. Barmhartigheid is ook wat het coalitieakkoord zegt, want het is natuurlijk ook het uitgangspunt geweest van het voorstel van het college. Dus hoe zijn wij omgegaan met het voorstel van de heer Ceder? Dat is gewoon op basis van de inhoud waarbij wij een aantal dingen altijd doen namelijk als ze het al doen of als het onze wettelijke taal is, dan is het eigenlijk overbodig en dan zijn we altijd voorzichtig om onszelf dan weer heel veel werk op te leggen. U ziet van een deel van het initiatief dat wij dat een goed idee vinden maar dat we dat al doen of dat dat onze wettelijke taak is bijvoorbeeld bij die winterkoude. Dan is het een beetje overbodig. De achterliggende intentie, dat mag duidelijk zijn want anders hebben we ook niet ons eigen voorstel gedaan, die vinden we heel mooi behalve binnen het financiële kader. Nee, wat u voorstelt, past niet binnen het financiële kader. U wilt dat nogmaals van mij horen. Maar is er nog iets anders wat ik daarover wil zeggen? Er is ook nog een aantal inhoudelijke dingen dat voor het college belangrijk is geweest om voor het voorstel te kiezen en wat wij hebben gedaan en dat wij dan toch af van wat u doet. Dat heeft met een aantal dingen te maken. Wij vinden het belangrijk dat je continuïteit hebt en dat wat je voor mensen doet, een beetje duurzaam is. Daar vandaar ook dat wij van het model afgaan dat je vier maanden per jaar iets extra's doet en voor de rest niet. Ik vind het ook belangrijk dat je uitgaat van de kwetsbaarheid van mensen en niet alleen maar van de vraag of mensen ergens recht op hebben of niet. Dat betekent ook in het nieuwe model dat die kwetsbaarheid van belang is en we zullen dus ook mensen, ook niet-rechthebbenden, daar een plek bij geven - iets wat in het huidige model nog niet past. Dus dat is een verbreding van die doelgroep. Wij vinden het 40 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 ook belangrijk dat we wel uitgaan van de zorgvraag van mensen. En waarom? Omdat dat een perspectief geeft. Op het moment dat je niet uitgaat van zorg en dat het je niet uitmaakt of iemand eigenlijk perspectief heeft in die zorgvraag of in die stad, dan krijg je enerzijds de situatie die we hadden. En dan moet u zich voorstellen, en dat ziet u terug in devaluatie, 71% van de mensen die de winter op een bezochten, waren bezoekers uit het buitenland die daarvoor maar heel kort in Amsterdam waren en na de winteropvang meteen onze stad weer verlieten. Dat zijn dus mensen die maar beperkt kwetsbaar zijn en die zeker geen perspectief hebben in Amsterdam. U kent onze woningmarkt, daar kom je niet zomaar op als je hierheen verhuist. Dat zijn mensen die geen aanspraak maken op onze zorgvoorzieningen. Vandaaruit moet je dus voorzichtig zijn om die vanuit zorgmiddelen, en dat is van waaruit wij de winteropvang betalen, te bedienen. Je moet natuurlijk wel iets doen voor economisch daklozen. Dat ben ik met u eens, maar dat is niet wat u in dit voorstel terugziet. Ik weet dat de heer Flentge dat heel belangrijk vindt, maar dat vindt het college ook. Daarvoor gaan we apart nog een voorstel doen en daar hebben we aparte voorzieningen voor. De reden dat je die niet in dit voorstel ziet, is dat we denken dat je die mensen in deze voorziening niet op de goede manier kunt begeleiden. En je moet ook voorzichtig zijn om die mensen altijd bij elkaar te zetten. Dan loop je ook het risico mensen die eigenlijk met een klein zetje best wel een eigen weg kunnen gaan vinden, juist in een situatie te brengen waar ze nog meer risico lopen op afglijden. Dus dat willen we helemaal niet. Daarnaast is dit natuurlijk niet het enige wat we doen in deze stad, zeg ik tegen de heer Ceder. We hebben passantenpensions, we hebben een project als Onder de pannen. We hebben al nachtopvang. We hebben nu de doorontwikkeling winteropvang. We hebben natuurlijk ook de WKR. We hebben een ruimhartige opvang voor ongedocumenteerden. We hebben zelfs een AZC in deze stad. En dat is nog los van de formele infrastructuur: de maatschappelijke opvang, beschermd wonen, de inloopvoorzieningen voor met name mensen uit Oost-Europa. In al deze zaken samen hebben we ook nog eens apart georganiseerd voor jongeren. Ik denk dat we in Amsterdam heel trots mogen zijn op de voorzieningen die we hebben. Tegelijkertijd erkennen we dat het spannend, dat er lange wachtlijsten zijn in die maatschappelijke opvang, dat we kleine budgetten hebben en dat ik daarover heel hard in gesprek met de staatssecretaris omdat die budgetten echt moeten groeien. En je moet dus heel goed kijken wat doe ik binnen zorg en wat doe ik binnen wonen. Gelukkig kunnen wij die stappen zetten en die ziet u ook op de agenda. Daarover ben ik samen met wethouder Ivens druk in gesprek. Dit alles samenvattend betekent dat ik nog steeds blijf bij ons negatieve preadvies op dit specifieke initiatief, maar omdat ik de intentie goed snap, zal ik straks met heel veel liefde het voorstel van het college over de door ontwikkeling van de winteropvang verdedigen. Ik wil de motie nog preadviseren. Deze motie vraagt onze aandacht te hebben voor mensen met zware GGZ-problematiek. Dat is eigenlijk een andere doelgroep dan waarover we hier praten. Dat zijn mensen die op dit moment binnen de GGZ-klinieken verblijven en op het moment dat ze zijn uitbehandeld, komen ze vaak terecht in beschermd wonen. Daarvoor zijn overigens wachtlijsten en daarom praat ik ook met het Rijk daarover want de beschermd-wonenwachtlijsten moeten echt korter worden. Voor beschermd wonen hebben wij plekken in Amsterdam. Het perspectief is namelijk dat je uiteindelijk wel zelfstandig met ambulante begeleiding in onze stad gaat wonen en dan is het niet goed helemaal geïsoleerd ergens anders te beginnen. Dan is die afstand immers te groot. Er is echter ook een groep waarvan je moet zeggen dat het de vraag is of die ooit nog echt helemaal zelfstandig zijn leven kan leiden en of we die niet altijd binnen een bepaald beschermd perspectief moeten houden. Dat is de groep waarvan we nu met het rijk hebben gezegd, die moet eigenlijk worden overgedragen naar een andere bekostiging 41 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 is vormt namelijk de WLZ. Dat is denk ik deze groep waarover mevrouw De Grave spreekt. Dan is de motie eigenlijk al half uitgevoerd want dan zeg je dus, dat gaan we in die zin financieel centraliseren. Het enige waarmee ik het niet eens bent is dat je die groep met zware GGZ-problematiek niet in Amsterdam zou kunnen bedienen. Ook een stad als Amsterdam, en Amsterdam heeft daarin al een regionale functie, zit een heleboel deskundigheid vanuit de regio. Ik denk dat het verstandig is deze groep uit te zonderen binnen de WLZ, maar dat hoeft niet per se elders in het land te zijn. Vanuit dat perspectief wil ik u graag op de hoogte houden van hoe het gaat bij de uitname WLZ en met name over deze groep. Maar ik zou de motie willen ontraden. (Mevrouw DE GRAVE-VERKERK: Twee vragen aan de wethouder met dank voor de beantwoording. Is de wethouder het met mij eens dat de Rekenkamer in 2017 heeft geconstateerd dat zware GGZ-patiënten die dakloos zijn, worden geweigerd bij de opvang? Dus deze categorie bestaat wel. En is de wethouder het met mij eens gegeven het feit dat het niet lukt in Amsterdam op dit moment ook al zouden we dat willen alle daklozen of GGZ-patiënten te huisvesten in Amsterdam, dat het toch ook verstandig is in G4-verband te kijken wat we verder nog kunnen doen gelet op de behoefte aan zeer speciale expertise? Daarmee doel ik op krachten bundelen. Hoe ziet de wethouder dit?) Bij dat eerste punt denk ik dat het voorstel van het college bij de winteropvang juist uitgaat van de kwetsbaarheid. Dat gaat veel minder uit van waarop je allemaal recht hebt maar veel meer van de vraag of het verantwoord is jou op straat laten. Vandaaruit komt er juist ruimte voor deze groep. En dan ten aanzien van het volgende punt: juist omdat we hier zo weinig plek hebben, kunnen we veel minder dan elders in het land. Voor mensen voor wie het perspectief elders veel aantrekkelijker is dan in Amsterdam, kan dat zeker voordelig zijn. Maar er zijn natuurlijk ook gewoon Amsterdammers met een GGZ- achtergrond voor wie we hier goed moeten gaan zorgen en voor wie we hier ook de expertise hebben. Over die samenwerking met het Rijk hebben eerder gezegd dat we lange wachtlijsten hebben op onze woningmarkt voor sociale huurwoningen. Dat is vaak het segment waarop kwetsbare groepen aanspraak maken. Op het moment dat iemand nieuw is in deze stad en hier verder geen netwerk heeft, dan is het misschien heel verstandig met iemand samen te kijken of die niet een nieuwe start elders in het land kunt maken ook al is dat misschien niet de eerste voorkeur. Maar na die nieuwe start heb je dan veel meer mogelijkheden om snel op de been te komen. Vanuit dat idee werken we ook met de staatssecretaris samen om te kijken hoe je kunt omgaan met die regionale spreiding. Dat is ook een van de redenen waarom wij niet zomaar blind onze handtekening hebben gezet onder die afspraak, dat convenant waar u naar vroeg. Dat is omdat dat geen rekening houdt met het feit dat iedereen natuurlijk wel toegang kan hebben, maar dat niet iedereen daarmee perspectief heeft in deze stad. Perspectief is heel belangrijk voor mensen. Kortom, ik zou willen blijven bij het negatieve preadvies op de motie van mevrouw De Grave, maar ik zou wel willen toezeggen dan nog een keer terug te komen op de specifieke problematiek die er speelt binnen de GGZ en de doorontwikkeling van de BBB daarbij. Dan kunnen aan de hand daarvan beoordelen of deze motie nog steeds nodig is of niet. De motie past gewoon niet zo goed met het onderwerp. Dat geef ik u in ieder geval ter overweging. De discussie wordt gesloten. De VOORZITTER: Mijnheer Ceder, zoals u weet, wordt er vanavond gestemd en dat geldt dus ook voor uw initiatiefvoorstel. Dan zou ik tot 15.45 uur willen schorsen. 42 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De VOORZITTER schorst de vergadering voor enkele minuten. De VOORZITTER heropent de vergadering. Voorzitter: de heer Torn De VOORZITTER heropent de vergadering. 28. Stemmen over de moties behorende bij de actualiteit van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake rovende asielzoekers in de binnenstad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1849) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot. Mevrouw POOT: In de commissie had ik met de heer Mbarki een debat hier de vraag of het nu van belang is de juridische status van mensen die worden aangehouden te registreren. Daar heb ik nog even over nagedacht en ook in de Tweede Kamer zijn daarover vragen gesteld. Ik wilde er toch even op terug komen, want het blijkt wel degelijk heel belangrijk te zijn om de juridische status van mensen die worden opgepakt, te registreren. Dat heeft namelijk te maken met het feit dat dan asielprocedures sneller kunnen worden afgehandeld of dat mensen sneller kunnen worden uitgezet en het heeft ook te maken met het feit dat deze informatie misschien met het buitenland kan worden gedeeld. Wat je ziet, is dat asielzoekers die veel berovingen, winkeldiefstallen plegen en zakkenrollen, vaak mensen zijn die van land naar land trekken. Daarom heb ik de overwegingen in de motie over registratie een beetje aangepast. Ik zal de motie zo indienen. Dan de motie over het snelrecht waarvan de burgemeester zei dat die overbodig was omdat dat al gebeurde. Agenten die ik daarover spreek, zeggen eigenlijk, als het gaat om zakkenrollers oppakken, dan gebeurt dat al. Wat je tegenwoordig ziet, is dat winkeldiefstal bij asielzoekers een veel groter probleem aan het worden is. Waarom? Omdat zakkenrollen hard wordt bestraft in Nederland. Ik heb deze motie dus aangepast waarbij ik winkeldiefstallen erbij heb gezet en ook of het mogelijk is deze mensen op basis van mobiel banditisme - we hebben het er in de commissie eerder over gehad - via het snelrecht te laten veroordelen omdat daarop ook hoge straffen staan. Datzelfde geldt overigens voor de motie over het gebiedsverbod. Die heb ik ook op die manier aangepast. En als laatste de motie waarin we vroegen het zakkenrollersteam niet op te heffen. Ook daarover hebben we met agenten gesproken en die herkennen dat het zakkenrollersteam niet wordt opgeheven, maar dat er wel heel veel druk staat op het prioteam OV, het TOV. Dat is een team dat in burger actief is in het openbaar vervoer. De motie heb ik daarop aangepast om te kijken of het mogelijk is dat team niet op te heffen, omdat dit team de afgelopen jaren veel aanhoudingen heet gedaan. U moet dan denken aan meer dan 250. 43 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aadsho De motie-Poot, Nanninga en Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1907) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Poot, Nanninga en Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1908) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Poot, Nanninga en Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1909) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Poot, Nanninga en Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1910) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 34° Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake Mobiel banditisme en het toepassen van (super)snelrecht bij zakkenrollerij en winkeldiefstal (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1964) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - bij aanhouding van personen met een niet-Nederlandse identiteit voor zakkenrollen, beroving of winkeldiefstal te overwegen of Mobiel banditisme aan de orde is; -__ voor deze gevallen supersnelrecht of snelrecht toe te passen; - de raad te informeren over het aantal zaken waarbij supersnelrecht of snelrecht is toegepast en in hoeveel gevallen dit tot veroordeling heeft geleid. 35° Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het opleggen van gebiedsverboden voor zakkenrollers en straatrovers (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1965) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - _gebiedsverboden op te leggen aan personen die zich schuldig hebben gemaakt aan zakkenrollerij, straatroven of winkeldiefstal of daar herhaaldelijk pogingen toe hebben ondernomen. 36° Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het instandhouden van het in burgerkleding opererende doelgroepenteam zakkenrollers van de politie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1966) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te stoppen met de (geplande) gehele of gedeeltelijke opheffing van het in burgerkleding opererende politieteam zakkenrollerij en/of het prioteam OV teneinde de misdaadgolf van zakkenrollerij en straatroven in de binnenstad de baas te kunnen blijven; - de raad te informeren over de resultaten (aantal arrestaties en daaruit voortvloeiende veroordelingen) die dit doelgroepenteam boekt. 37° Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het registreren van de juridische verblijfsstatus van personen die zich schuldig maken aan berovingen of zakkenrollerij (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1967) 44 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - de juridische verblijfsstatus van personen die zich schuldig maken aan berovingen en zakkenrollerij (tijdelijk) te registreren om zo beter in beeld te krijgen welke personen betrokken zijn bij deze criminele activiteiten. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nanninga. Mevrouw NANNINGA: Wij hadden ook nog een klein blokje administratie over dit onderwerp. Het betreft een zero-tolerancebeleid ten aanzien van uitzetting van criminele asielzoekers die wegens een misdrijf waartegen een gevangenisstraf van drie jaar of meer is bedreigd, de wet hebben overtreden en een motie die de burgemeester verzoekt in overleg te treden met staatssecretaris Ankie Broekers-Knol om aan te dringen op een consequentere en striktere uitvoering van het vreemdelingentoezicht. Deze moties hebben geen bezwaar gekregen van de burgemeester en zijn ook met haar afgestemd. Ik reken echt op uw steun hierin om onze stad veilig te houden. Dan was er nog de motie met projectregistratie, codes om niet de afkomst van mensen maar wel de aard van het misdrijf vast te leggen. Daarover dienen wij bij nader inzien toch geen motie in, want daarover wordt overlegd. De vorige keer in de commissie heeft politiechef Paauw toegezegd samen met de burgemeester en de OvJ te onderzoeken of dat kan. Ik wil de raad graag het volgende meegeven en ik lees het even voor, want het is een citaat van criminoloog en politiedeskundige Bart Collard. Die schreef van de week en dat wil ik toch echt even meegeven aan met name de burgemeester: “Het registreren van het aandeel in criminaliteit door asielzoekers gebeurt al en is juridisch ook toegestaan. De wijze van registreren echter maakt adequaat analyseren niet mogelijk. Het verzoek van Nanninga van Forum voor Democratie voor het creëren van een nieuwe projectcode, een unieke code waarmee asielcriminaliteit gecategoriseerd kan worden, biedt daarvoor een oplossing. In samenwerking met het COA of de specifieke opvanglocaties zou naar aanleiding van specifieke politieregistraties meer inzicht kunnen worden verkregen in politiecriminaliteit. Alle lokale politici en de politie zouden hun taak voor ogen moeten houden namelijk het zo veilig mogelijk houden van hun stad. Dan is duidelijk wat er moet gebeuren. Een effectieve, een consistente registratie van de verblijfsstatus van de verdachte van strafbare feiten dat kan leiden tot vernieuwend beleid.” Die overweging wil ik u allen voordat we gaan stemmen, meegeven en bij dezen heb ik de twee moties. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 38° Motie van het lid Nanninga inzake de actualiteit rovende asielzoekers (Gezamenlijke aanpak problemen vreemdelingentoezicht), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1968) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__in overleg te treden met de staatssecretaris Broekers-Knol om aan te dringen op een consequente en strikte uitvoering van het vreemdelingentoezicht om zo de verantwoordelijkheid voor de overlast door en aanpak van bepaalde groepen asielzoekers niet geheel op Amsterdam af te wentelen. 45 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 39° Motie van het lid Nanninga inzake de actualiteit rovende asielzoekers (One strike out), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1969) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -___bij het Rijk aan te dringen op een zero-tolerancebeleid ten aanzien van en dus onmiddellijke uitzetting van criminele asielzoekers die wegens een misdrijf waartegen een gevangenisstraf van drie jaren of meer is bedreigd, dan wel hem ter zake de maatregel, bedoeld in artikel 3/a van het Wetboek van Strafrecht, onherroepelijk is opgelegd. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema voor de beantwoording van de vragen en de preadvisering van de moties. Burgemeester HALSEMA: Ik wil beide indieners van de moties danken voor de moeite die ze hebben genomen. Ik wilde in eerste instantie nog een opmerking maken over de registraties waarover u beiden sprak. Inderdaad, zoals toegezegd zou de politie nagaan welke mogelijkheden er zijn voor registraties en daarover zult u worden bericht. En in de richting van mevrouw Poot zeg ik ook meteen dat het klopt dat er in de Tweede Kamer op initiatief van de VVD is gesproken over de mogelijkheden die er zijn voor registratie. Daarbij is gesproken over het zogenaamde vrisprotocol. Daarvan was ik niet op de hoogte maar we zoeken dat uit. Ik zou u eigenlijk willen vragen mij de gelegenheid te geven dat te betrekken bij het gesprek dat ik op verzoek van mevrouw Nanninga ga voeren met de staatssecretaris over de omgang met criminele vreemdelingen. Dan hoop ik u daarmee tegemoet te komen. Dan heeft hij nog een aantal moties ingediend. Als eerste is er de motie waarin u nogmaals verzoekt niet over te gaan tot gehele of gedeeltelijke opheffing van het politieteam zakkenrollerij en het prioteam OV. Zoals ik u al eerder heb gemeld, is daarvan op dit moment geen sprake. Ik begrijp best waaruit uw zorg voortkomt en tegen het aannemen van deze motie heb dan ook geen bezwaar. Dan de motie die u heeft ingediend over zogenaamde gebiedsverboden. Die is in zoverre aangepast dat het in uw oorspronkelijke motie ging om mensen die zich meermalen schuldig hadden gemaakt - en dat woord meermalen heeft u laten vallen. Dat is volgens mij de wijziging ten opzichte van uw eerdere motie. En winkeldiefstallen erbij, dat klopt. Laat ik daarover zeggen dat de mogelijkheid al bestaat van dat opleggen van gebiedsverboden. Ik wil daarbij nadrukkelijk hebben gezegd dat het geen punitieve maatregel is, maar een beheersmaatregel in de openbare ruimte, in de openbare orde. Het gebeurt dus al en het kan al gebeuren. Dat betekent ook dat ik op zich geen bezwaar heb tegen het aannemen van die motie, maar ik wil wel waarschuwen voor overspannen verwachtingen. Een gebiedsverbod is slechts een buitengewoon beperkte maatregel waarvan je niet teveel verwachtingen moet hebben. Wat je in feite doet, is iemand over de randen van het gebied heen duwen die zich vervolgens kan misdragen in een ander gebied. Dus ja, we passen deze maatregel toe. Het is een maatregel die ik in individuele gevallen beoordeel. Dat blijft ook zo. Tegen het aannemen van de motie is dus geen bezwaar maar verwacht er niet veel van. Dan is er nog een motie ingediend om snelrecht en supersnelrecht toe te passen bij mobiel banditisme. Dit is tijdens de vorige vergadering van de raadscommissie 46 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Algemene Zaken al toegelicht. Dat is echt een bevoegdheid van het Openbaar Ministerie waarin wij niet kunnen treden. Daar is nu ook verteld dat snelrecht en supersnelrecht al worden toegepast en deze motie moet ik dan ook ontraden omdat het echt buiten de bevoegdheden van de gemeenteraad en van mij als burgemeester valt. (De heer BOOMSMA: in de commissie had ik nog een vraag gesteld over de mogelijkheid van een ov-verbod in aanvulling op een gebiedsverbod. De burgemeester heeft toen aangegeven dat ze daarnaar nog even zou kijken.) Ik moet toegeven dat mij dat even is ontschoten. Ik zal bij het antwoord dat naar u wordt toegezonden over de registraties, ook zorgen dat er een antwoord is over het ov- verbod. Dan is er de motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma over het registreren van de juridische verblijfsstatus. Daarover zou ik dit willen zeggen. In zoverre het gaat om de aanvullende mogelijkheden die dat vrisprotocol zou kunnen bieden, waarbij het volgens mij vooral gaat om registratie door de Vreemdelingendienst al gedurende opsporing en vervolging, ik dat zal meenemen in het overleg met de staatssecretaris. Tegelijkertijd moet ik uw motie wel ontraden zoals ik ook al eerder heb gedaan, omdat dit valt onder de verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie en daar kan ik verder niet in treden. Dan heb ik nog de moties liggen van mevrouw Nanninga. Nu weet ik niet of ik die nog moet preadviseren. (Mevrouw NANNINGA: Het is een beetje ingewikkeld, want het zijn eerder rondgestuurde moties maar ze zijn nog niet eerder ingediend. Er lag een preadvies op van geen bezwaar voor zover ik het heb begrepen.) Ik zal voor de duidelijkheid in de raad er toch nog even naar terugkeren. Er ligt een motie om in overleg te treden met staatssecretaris Broekers-Knol. Daartegen heb ik inderdaad geen bezwaar en daaraan voeg ik dan toe dat ik in dat overleg ook de mogelijkheden van toepassing van het vrisprotocol zal betrekken. Overigens wil ik daaraan ook nog toevoegen dat er in een artikel in het NRC-Handelsblad werd gewezen op ketenmariniers die ingezet worden vanuit Ter Apel. Ik weet inmiddels dat er wordt nagegaan of de toepassing van die ketenmariniers kan worden uitgebreid. Die worden nu alleen toegepast in Noord-Nederland. Ook dat zal ik betrekken bij het overleg dat ik wil voeren met mevrouw Broekers-Knol. Dan de motie voor het voeren van een zero-tolerancebeleid ten aanzien van de onmiddellijke uitzetting van criminele asielzoekers en daarop aan te dringen bij het Rijk. Ik heb al eerder aangegeven dat ik daartegen geen bezwaar heb in zoverre dit past binnen de bestaande wettelijke kaders daarbij inachtnemend dat dit alleen opgeld doet bij de zwaardere delicten. En de motie ten aanzien van de aangiftes en registraties heeft u niet ingediend. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot. Mevrouw POOT: Met de toezegging van de burgemeester wil ik graag de motie betreffende het registreren van de juridische status intrekken waarbij ik er wel vanuit ga dat de burgemeester ons schriftelijk informeert zodat we het mogelijkerwijs opnieuw kunnen bespreken. De VOORZITTER: Wij zitten nog een beetje met de nummering, maar dat checken we zo even bij u zodat we het kunnen afronden in de stemlijst. Dan is hiermee dit punt voldoende behandeld. 47 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De discussie wordt gesloten. 28A. Actualiteit van het lid Temmink inzake de mogelijke opheffing van het rechercheteam voor de aanpak van georganiseerde misdaad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1948) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Temmink. Mevrouw TEMMINK: Burgemeesters zijn in deze tijden weinig te benijden en dat doe ik dan ook niet. Het is niet de eerste keer dat de SP dit benoemt en het zal ook niet de laatste keer zijn want het gebrek aan politiekcapaciteit is schrijnend. 17.000 agenten gaan met pensioen maar Rutte-ll, het kabinet van de VVD en de PvdA, besloot tot forse bezuinigingen op de politieacademie en tot een vacaturestop. Nu staat de veiligheid in heel Nederland onder druk en moeten gemeenten ingewikkelde en pijnlijke keuzes maken met burgemeesters als kop van jut als er iets fout gaat. Zelfs de minister zei tijdens de begrotingsbehandeling in de Tweede Kamer “De minister gaat niet over deze takendiscussie.” Hij wil zijn handen er niet aan branden en laat het vuile werk opknappen door burgemeesters. Nog veel erger, de minister doet alsof het capaciteitsgebrek de komende jaren minder erg wordt want er zijn meer aspiranten aangenomen. Daarmee gaat hij er totaal aan voorbij dat mensen opleiden ook tijd, geld en inzet kost en er de komende jaren dus nog steeds honderden fulltime inzetbare agenten minder zijn dan er nu zijn. Een blik agenten opentrekken, dat gaat niemand lukken. De minister niet, de burgemeester niet. En hoewel ik altijd groot vertrouwen heb in mijn eigen partij, dat gaat ook de SP niet lukken. Daarom vraagt de SP al langer om een takendiscussie in deze raad. Ook vóór de extra beveiligingstaken na de moord op advocaat Derk Wiersum speelden deze problemen al. Welke taken vinden wij belangrijk om uit te voeren? Wat kunnen handhavers overnemen en dat vinden we met z'n allen een mindere prioriteit? Hoewel de burgemeester zich heeft laten ontvallen dat veiligheid niet zo politiek is, zijn deze vraagstukken dat uiteraard wel. We hoopten op deze discussie bij het masterplan Handhaving, maar die bleef uit. Wel konden we in de krant lezen dat het zakkenrollersteam niet meer in burgerkleding mag, dat de bureaus eerder dicht zouden gaan, dat teams worden opgeheven en dat er extra aandacht komt voor cyber crime. Hoeveel capaciteit is daarmee gemoeid? Nu zijn de politievakbonden met een plan gekomen. Torn niet aan de primaire taken van de politie, zeggen agenten, want het levert noch de politie noch de samenleving iets op. Doe wel iets aan de oneigenlijke taken van de politie zoals opvang van verwarde personen, administratieve taken die ook door burgers kunnen worden gedaan. Niet- opgeleide agenten kunnen taken als balietaken uitvoeren. En als specifieke oproep aan de burgemeesters: doe iets aan de politie-inzet bij evenementen. In de brief van de burgemeester lees ik hierover weinig terug. Overwogen wordt te kijken naar de evenementenkalender van 2020. Dat vindt mijn partij te zwak. Agenten geven zelf aan dat hier veel winst te behalen valt. Rotterdam en Utrecht hebben al aangegeven hieraan gehoor te geven. Waarom wij niet? Kan de burgemeester toezeggen dat er sowieso wordt gekeken naar de inzet bij evenementen? Hoewel het een pijnlijke keuze is, kiest de SP voor veiligheid in de wijken, politiebureaus open en niet voor inzet tijdens feestjes. Kan de burgemeester aangeven wat de logica is achter wel fors inzetten op de bestrijding van 48 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 drugscriminaliteit en ondermijning, maar ondertussen speciale opsporingsteams op te heffen? Versterkt het een het ander? Hoe zinvol zijn die extra middelen voor ondermijning dan nog? Heeft de burgemeester gekeken naar hoe wij de politie kunnen verlichten door te zorgen voor meer opvang van verwarde personen? Zij horen immers zorg te krijgen en geen nacht in de cel te zitten. Hoe zit het met de inzet van de psycholance? Is er nagedacht over alternatieven voor de meldingen die betrekking hebben op verwarde personen? Het is schrijnend. Er komt een melding binnen van iemand die overlast veroorzaakt, in de war is, maar niet per se iets strafbaars doet. De politie neemt diegene mee, kan er niets mee, want die doet niets strafbaars maar sluit die toch een avondje op vanwege de overlast. En de volgende keer is het precies hetzelfde liedje. Die mensen raken misschien nog wel meer in de war van zo'n avond in de cel en dat versterkt dus alleen maar het probleem. Tragisch voor de persoon die geen zorg krijgt; een zware belasting voor de politie en voor de samenleving. Is de burgemeester in gesprek met het Kabinet hoe wij meer geld kunnen krijgen zodat we eventueel burgers balietaken kunnen laten uitvoeren op bureaus? Hoe staat het met de plannen om arrestantenvervoer niet door agenten te laten doen? Keuzes moeten worden gemaakt. Als het Kabinet dat nalaat, dan ligt het op het bordje van de burgemeester. Dat maakt haar taak niet makkelijk, maar kiezen om bureaus te sluiten en niet kiezen voor minder inzet bij evenementen valt de SP zwaar. We hopen dat de burgemeester wil toezeggen dat zij hierop gaat inzetten en de raad hierover zo spoedig mogelijk informeert. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot. Mevrouw POOT: Wij weten al heel lang dat de politiecapaciteit knelt in Amsterdam. Laat ik zeggen, dat is een understatement, die politiecapaciteit is ruimschoots te weinig om alle taken goed te kunnen uitvoeren. Wij wisten natuurlijk dat er maatregelen aan zaten te komen. Dat konden we alleen al afleiden uit het feit dat alle andere G4-steden met maatregelen kwamen. De huidige formatie die ons is toegedeeld vanuit de Nationale Politie houdt geen rekening met het feit dat Amsterdam qua bewonersaantallen is gegroeid. Ik begreep zelfs dat we het record van 1959 hebben overtroffen. En het houdt ook geen rekening met het feit dat de toeristenstroom is gegroeid of de criminaliteit rondom drugs, de liquidaties, de inzet op cyber crime. Al met al kunnen we lang of kort praten over de formatie zoals die door de Nationale Politie is toegekend, maar die moet echt omhoog. De aangekondigde maatregelen zijn echt pijnlijk. Als ik ernaar kijk, dan kan ik wel zeggen dat de zes maatregelen echt ingrijpen en de pijnlijkste is voor ons nog wel dat de openingstijden van de bureaus gaan veranderen en dat er 's nachts nog maar vijf bureaus open zijn. Dat is echt heel pijnlijk als je kijkt en als je vindt dat de politie dichtbij moet zijn. Of de maatregel om de extra politie-inzet bij het binnenstadoffensief stop te zetten. Dat is kritisch. Dat is kritisch omdat dat ook samenhangt met de bereidheid van handhavers om zich daar in te zetten. Wij vinden ook dat we ons hier niet zomaar bij moeten neerleggen. We vinden ook dat wij als gemeenteraad maar ook de burgemeester echt alles in het werk moeten stellen om toch nog te kijken wat we kunnen doen in het schuiven van de capaciteit. De SP had het net al over festivals, maar je zou je ook heel goed kunnen voorstellen dat we nog eens een keer kijken naar welke taken van de politie toch nog naar handhavers kunnen. Daarvan heb ik wel een aantal voorbeelden en ik zou ook heel erg graag en dat doet de VVD samen met de Partij van de Arbeid een initiatiefvoorstel indienen over hoe we nog beter kunnen kijken naar het schuiven van die taken. Overigens dient het CDA hier voor zo meteen een motie in om het de burgemeester te vragen en die steunen wij natuurlijk van harte. 49 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Zoals gezegd, wij vinden niet dat we ons hierbij moeten neerleggen. Natuurlijk, het is een landelijk probleem. Je kunt er van mij op aan dat ik het zo ongeveer iedere week met mijn collega's in Den Haag bespreek. Ik ga er eigenlijk vanuit dat al mijn collega's hier die urgentie ook naar Den Haag overbrengen. Maar de enige manier om ook daadwerkelijk meer geld voor elkaar te Krijgen is als wij dat ook maar steeds blijven doen. Dus als wij maar steeds aandacht blijven vragen in Den Haag voor meer geld, voor meer structureel geld om de politiecapaciteit op de hogen. En dan moeten we ook nog heel eerlijk zijn want als dat structurele geld er komt, dan moeten mensen nog wel worden opgeleid. Dus ook dat zal niet van vandaag op morgen de nood ledigen. Wat ik nu zeg, is iets wat de hele raad met mij deelt. Liever gezegd, dit is iets wat de hele raad ook vindt en daarom hebben we als alle fracties samen een motie gemaakt om daarmee de burgemeester een steun in de rug te geven waarmee wij als gehele raad ons uitspreken dat we zeer bezorgd zijn over wat nu voorligt aan maatregelen en wat er voorligt aan financiële middelen. Dat spreken we uit in deze motie en we vragen de burgemeester om met deze motie in de hand nog een keertje naar Den Haag te gaan en nog een keer met de minister daarover het gesprek te voeren en hem dan ook maar direct weer een keer uit te nodigen om in Amsterdam nog een keer te komen kijken naar hoe erg het knelt. Ik weet dat de minister al vaker is geweest, maar het kan niet vaak genoeg om hem te laten zien dat het hier echt knelt. (Mevrouw BOSMAN: Ik heb inderdaad nog een vraag aan mevrouw Poot. Zij opperde als idee en dat is natuurlijk heel waardevol in deze discussie, dat er mogelijk wel taken van de politie zouden zijn die boa's zouden kunnen overnemen. Volgens mij was u ook een paar maanden geleden bij dat werkbezoek toen we met boa's en politie naar het Leidseplein gingen om te kijken hoe het daar werkt. De politie zei toen heel duidelijk, dit moet hand in hand, boa's en politie, want als er echt iets gebeurt waarvoor je wapens nodig hebt of juist die de-escalerende gesprekken van een politieman in uniform, dan is het juist fijn als je met bewoners en politie naast elkaar loopt. Maar als je minder politie hebt, dan is het misschien niet handig dat je boa's die taken laat overnemen. Ik vroeg mij af of in dat voorstel dat mevrouw Poot aankondigde, de veiligheid van die boa's ook gaat voorkomen.) Kort antwoord. Dit is exact waarom ik zei dat ik de maatregel over het stopzetten van de extra politiecapaciteit voor het binnenstadoffensief zo pijnlijk vind juist vanwege die koppelfunctie met de handhavers. De voorstellen waarover ik het heb, daarbij zal ik zeer zeker de veiligheid van de boa's meenemen. Maar ik heb het bijvoorbeeld ook over maatregelen om eens te kijken of verkeershandhaving vanuit de politie deels kan worden overgedragen aan boa's. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 40° Motie van de leden Poot, Roosma, Bosman, Mbarki, Temmink, Bloemberg-Issa, Taimounti, Nanninga, Boomsma, Van Soest, Ceder en Simons inzake het capaciteitsgebrek bij de Amsterdamse politie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1970) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - bij de minister van Justitie en Veiligheid uit naam van de voltallige raad de zorgen die in Amsterdam leven met betrekking tot het capaciteitsprobleem bij 50 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 de politie te uiten en met hem opnieuw in gesprek te gaan over het uitbreiden van de politiecapaciteit in Amsterdam; - de minister van Justitie en Veiligheid uit te nodigen voor een werkbezoek in Amsterdam aan de politie waarin het capaciteitsgebrek bij de Amsterdamse politie een centrale rol in het programma vervult. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boomsma. De heer BOOMSMA: Het is niet de eerste keer dat wij spreken over het tekort aan politie in deze stad en over de gevolgen daarvan. Ik kan me herinneren dat er drie jaar geleden krantenkoppen verschenen dat fraudezaken en bepaalde milieudelicten minder zouden worden opgespoord. Ik kan mij herinneren dat wij zelf tweeënhalf jaar geleden een spoeddebat hadden aangevraagd hier omdat er krantenkoppen verschenen waarin stond dat criminelen vrijuit gingen. De politie voelde zich gedwongen aan te geven dat ze bij bepaalde delicten zelfs als een dader in beeld was, geen tijd meer had om dat te rechercheren. Dan ging het bijvoorbeeld om fietsendiefstal. Nu is het next level. En nu zien we gebeuren dat er een gewone brief wordt gestuurd waarin staat dat een groot aantal onderzoeken ook op het gebied van zware criminaliteit stilligt. En zelfs de basiszorg bij de politie komt in het gedrang. Dat is onacceptabel. En ook de maatregelen die nu worden genomen: gespecialiseerde eenheden die juist effectief zijn in het oplossen van dat type misdrijven, worden teruggeschroefd. Tijd voor het oplossen van misdrijven waarvan Amsterdammers slachtoffer worden, moet nu worden besteed aan meer politie op straat. Elk weekend nemen hordes barbaren de Wallen over. En wat doen we? We gaan het team terugdringen, het Wallenoffensief terugschroeven. Laat helder zijn dat het CDA niet tegen de keuzes is die hier worden gemaakt, want het is belangrijk dat de politie zichtbaar is op straat. Dat begrijpen wij ook. Maar verder is het godgeklaagd wat er nu gebeurt. Amsterdam is een rijke stad; Nederland is een rijk land. We zijn enorm gegroeid qua inwoners en qua bezoekers. We moeten de stad bevrijden uit de klauwen van die drugsmafia en dan is het onbestaanbaar dat op de meest fundamentele kerntaak van de overheid namelijk burgers beschermen tegen criminelen, dat wij het daarop laten afweten en dat de overheid daar juist forse stappen achteruit zet. Dit kan niet. Wat hier nodig is, is een grootschalige uitbreidingsinvestering in de politie en niet het terugschroeven daarvan. Die oproep zal het CDA zeker richting Den Haag doen en die hebben we al gedaan en die zullen we ook blijven doen. Maar ondertussen moeten we roeien met de riemen die we hebben en we moeten ook gaan kijken wat we als gemeente kunnen doen om de politie zoveel mogelijk te ondersteunen. De vraag is hoe en waar we dat nog meer kunnen doen. In de brief staat een aantal mogelijkheden. Wij kunnen geen extra politiemensen aannemen, maar we kunnen misschien wel andere mensen aannemen die taken overnemen. Ik zag ook dat er in de Tweede Kamer een motie is ingediend. Er komt een experiment om te kijken of bijzondere opsporingsambtenaren meer toezicht kunnen houden bijvoorbeeld in het verkeer en dat wordt in samenwerking met de gemeente Utrecht uitgewerkt. Dat lijkt mij een goede vraag of wij als Amsterdam daarbij kunnen aansluiten. Namens enkele andere partijen wil ik de burgemeester vragen een brief, een plan of een notitie te maken met de opties die wij hebben om de politie te ondersteunen op allerlei manieren die we kunnen bedenken. En daarbij moeten we creatief zijn om politiecapaciteit vrij te spelen wat overigens helemaal niets afdoet aan de noodzaak voor het Rijk om over de brug te komen. Niets doen is geen optie en daarom deze motie. 51 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 41° Motie van de leden Boomsma, Temmink, Nanninga en Poot inzake de capaciteitstekorten bij de politie (Ondersteun de politie: extra inzet van de gemeente), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1971) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken welke taken en activiteiten de gemeente van de politie zou kunnen overnemen dan wel anderszins zou kunnen uitvoeren om de politie te ondersteunen teneinde politiecapaciteit vrij te spelen; - daarbij inzichtelijk te maken welke kosten daarmee gemoeid zouden zijn; - hiervan verslag te doen aan de raad en daarbij inzichtelijk te maken welke financiële en organisatorische consequenties dat zou hebben. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki. De heer MBARKI: Je bent een gewone Amsterdammer en je woont al jaren in Slotervaart. Een jaar terug ging het Slotervaartziekenhuis dicht waar je naartoe kon gaan als er iets met je kinderen was. Vorige week hoorde je dat de school van je kinderen een week gaat sluiten en dat de kans bestaat dat de school definitief dicht gaat. En vandaag hoor je dat het politiebureau op het August Allebéplein in jouw buurt in de avond gaat sluiten. Dit is de staat van onze stad, de staat van ons welvarend land. Het is triest, maat het is wel waar. Er is heel lang niet geïnvesteerd daar waar dit het meest nodig is. Ik zie en volgens mij velen met mij dat we een enorm tekort hebben aan politieagenten. Dat we veel meer nodig hebben dan we nu krijgen. Ik snap dat wij agenten zichtbaar nodig hebben op straat, maar mijn vraag is wat er nu gebeurt met mensen die 's nachts naar het politiebureau willen. Ik maak dit tot een heel specifiek punt, want ik lees in de brief dat er vijf politiebureaus open blijven. Bureau Burgwallen, Boven ‘t IJ, Meer en Vaart, Vlierbosdreef en de Van Leijenberghlaan in plaats van zeven bureaus wat in principe ook al vrij weinig is voor een stad als Amsterdam. Wat betekent dit voor het werk van de politie? Daar ben ik heel erg benieuwd naar. En kan de burgemeester toezeggen als er 's nachts een overval plaatsvindt in Amsterdam dat de politie dan heel dichtbij is en dat de zaak wordt opgepakt? Wat gaat dit betekenen voor de veiligheid van de stad, in onze stad? Ik kom tot een afronding. Afgelopen maandag kleurde het IJ oranje vanwege de actie Orange the world. Amsterdam deed mee. Natuurlijk. Belangrijk. Ik zag ook een foto van ons oranje IJ op het instagramaccount van onze burgemeester. De burgemeester had er een mooi postje van gemaakt: Oranje staat voor een zonnige toekomst vrij van geweld tegen meisjes en vrouwen. Waar maandag nog werd gestreden voor een zonnige toekomst, trekt vandaag een donkere wolk over. Al jaren wordt minder dan de helft van het geweld en de seksuele misdrijven opgehelderd. Minder dan de helft. Wat gaat het gebrek aan productiecapaciteit betekenen voor die groep? We kunnen met zijn allen wel een gebouw oranje kleuren, maar dat is te weinig. We moeten namelijk ook de daad bij het woord voegen. Ik verwacht dat onze burgemeester er alles aan zal doen om ook deze groep die garantie te kunnen bieden en ik ben benieuwd naar de reactie. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma. 52 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Mevrouw ROOSMA: We staan nu op een moment in de tijd dat wij merken dat de jarenlange verwaarlozing van de publieke zaak zijn tol gaat eisen. Dat gaat niet alleen over de basisscholen die sluiten, over de oplopende wachtlijsten bij de jeugdzorg maar nu dus ook bij de politie waar we door een kritische grens zijn gezakt. De verwaarlozing van het publieke domein door opeenvolgende rechtse kabinetten en door neoliberaal beleid gaat nu zijn impact hebben op de samenleving. Een rijk land als Nederland zou beter moeten kunnen en ook beter moeten weten, maar de gemeenten staan nu voor de taak om uiteindelijk oplossingen te vinden en om de zaak zo goed en zo kwaad als het gaat overeind te houden. Dat plaatst de driehoek nu voor duivelse dilemma's en voor onmogelijke keuzes: het verschuiven en herschikken van de beschikbare capaciteit. De brief van het college is volgens mij helder in de keuzes die worden gemaakt en wat ik goed vind, is dat daarin een lijn wordt getrokken. De keuze om meer blauw op straat te zetten ten koste van misschien andere zaken. Maar het is wel een duidelijke keuze, want verder kaasschaven en hier en daar wat inkrimpen is een heilloze weg die uiteindelijk de werklast bij de agenten te groot maakt. Wat ik ook goed vind, is de manier waarop naar de organisatorische invulling wordt gekeken. Dus het flexibel inrichten, het opschorten van teams en kijken waar nog winst kan worden behaald. Als het dan gaat over de aard van de keuze, plat gezegd de keuze voor meer blauw op straat ten koste van de specialistische teams en ten koste van opsporen en rechercheren, dan is het een pijnlijke keuze. Hoe leg je uit dat zaken langer op de plank blijven liggen, dat misdaden minder snel of vaker niet worden opgelost en hoe leg je uit dat bureaus vaker en eerder sluiten? Hoe leg je uit dat de capaciteit bij het binnenstadoffensief wegvalt waar het juist zo nodig is nu de bewoners daar het water aan de lippen staat? Toch denk ik dat het de juiste keuze is, omdat een belangrijke preventieve taak van de politie op straat plaatsvindt in de wijken, in de buurten. Het aanspreekbaar zijn en aanwezig zijn van agenten staat aan de basis van de veiligheidsketen en als die basis niet op orde is, dan zakt uiteindelijk ook de rest van de keten in. Dus het is een dappere en wijze keuze die wordt gemaakt om de basis te versterken. Namens de GroenLinks-fractie steun daarvoor. Wij hebben nog een drietal vragen. Allereerst de vraag hoe agenten zelf worden betrokken met deze keuzes en hoe wordt draagvlak gecreëerd voor deze keuzes. De tweede vraag betreft de openingstijden van de bureaus. In de brief wordt gesproken over zogenaamde integrale servicepunten waarin zorg, politie, welzijn en handhaving samenwerken. Ik zou daarover wat meer willen weten. Wanneer gaan we dat doen, hoe en waar? Aan het einde van de brief wordt een aantal programma's genoemd waarin wij als gemeente zelf de lead hebben als het gaat over ondermijning of het tegengaan van radicalisering. Het is mij onduidelijk in hoeverre die programma's nog overeind staan en in hoeverre dat een impact heeft op wat we van de politie op dit moment vragen en in hoeverre die programma's nu in zijn geheel doorgang kunnen vinden. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bloemberg-lssa. Mevrouw BLOEMBERG-ISSA: Capaciteitsproblemen bij de politie hebben ertoe geleid dat de werkdruk bij de politie gigantisch is toegenomen. Dat is een kwalijk signaal, een verontrustend signaal naar de samenleving. Het is ook een uitholling van de publieke sector na de zorg en na het onderwijs. We hebben al gezien dat ambtenaren van de gemeente bijspringen bij het lerarentekort. De gemeente wordt nu ook bij problemen rond politiecapaciteit ingezet om problemen op te lossen. Het is duidelijk dat structurele financiering noodzakelijk is. Dit is natuurlijk met name een landelijke aangelegenheid en daarom ben ik ook mede-indiener van de motie om dit uit te spreken naar Den Haag. De 53 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Partij voor de Dieren kan zich ook aansluiten bij de woorden van de SP als het over de evenementen gaat. We hebben in Amsterdam twee keer zoveel evenementen als in Rotterdam en vier keer zoveel als in Den Haag. Met beperkte politiecapaciteit moet je die verstandig inzetten. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Taimounti. De heer TAIMOUNTI: Begin van deze week hebben wij kennis mogen nemen van het feit dat de politie aan het overwegen is om het team tegen ondermijning en georganiseerde criminaliteit op te heffen. Wij zijn hier ontzettend van geschrokken. In een stad als Amsterdam waar we steeds meer te maken hebben met een toename van de vermenging van de boven- en onderwereld is het fenomeen van een terugtrekkende overheid ontoelaatbaar. We hebben het eerder gezien bij de nationalisering van de politie. Hieruit zijn robuuste wijkteams voortgekomen en als gevolg daarvan minder agenten op straat, minder wijkteams. Vanmiddag hebben we allemaal het bericht ontvangen dat de politie met een nootmaatregel komt waarbij minder agenten zullen worden ingezet in de binnenstad, haven, horeca en in de taxibranche. De burgemeester wil vijf bureaus 24/7 openhouden en het enige stadsdeel waar het politiebureau niet 24/7 open blijft, is volgens mij Zuid-Oost. Ik vind het bijzonder. Heeft de burgemeester het er niet over gehad dat burgers in Zuid-Oost niet het gevoel moeten krijgen dat de rechtsstaat niet voor hen is? Welk gevoel krijgen die burgers als Zuid-Oost het enige stadsdeel is zonder een bureau dat 24/7 open is? Waar moeten de mensen uit Zuid-Oost naartoe als zij problemen hebben? Maken wij als overheid dan niet juist een terugtrekkende beweging voor deze mensen die in een kwetsbaar gebied wonen? Tot slot zien we ook dat Amsterdam een bijdrage levert aan heel veel commerciële evenementen door middel van het leveren van onze agenten. Organisatoren zouden wat DENK betreft juist een bijdrage moeten leveren. Een stad die te maken heeft met liquidaties, een drugsoorlog, kan niet een bijdrage leveren aan commerciële evenementen in andere steden. Ik vind het lastig te rijmen. Denk bijvoorbeeld aan het songfestival dat volgend jaar in Rotterdam gaat plaatsvinden. Waarom moeten de Amsterdamse agenten drie weken worden ingezet in Rotterdam terwijl we gigantisch veel problemen in onze stad hebben? De DENK-fractie vindt dat onze veiligheidsvraag dusdanig is dat wij zelf deze agenten dagelijks nodig hebben. Volgens mij zijn we het er met zijn allen over eens: we hebben agenten tekort en we hebben ze elke dag hier nodig hoe vervelend dat ook is. Moet je als Amsterdam altijd ja zeggen? Ik zou graag van de burgemeester willen horen of zij bereid is onze agenten voor ons te houden. Amsterdam is een grote stad en kan het zich niet permitteren, ik herhaal kan het zich niet permitteren om risico’s te lopen door een tekort aan agenten. Wij zullen hierop zeker terugkomen in de raadscommissie. Tot zover. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nanninga. Mevrouw NANNINGA: Schrik en onrust in Amsterdam vanwege de reorganisatie bij de politie — laat ik het zo maar noemen. Die komt erop neer dat de rechercheteams die de misdaad opsporen, flink worden teruggebracht en dit alles om ervoor te zorgen dat er op straat in ieder geval genoeg politieagenten rondlopen omdat we een gigantisch tekort hebben aan agenten. Zo erg is het dus. Wij begrijpen dat dit tot onrust stemt en wij begrijpen dat mensen hiervan schrikken. We horen natuurlijk al jaren zoals veel sprekers voor mij al zeiden, dat de politie het water aan de lippen staat onder meer bij monde van de vorige eenheidschef Aalbersberg. Die zei in de media herhaaldelijk dat we minstens 500 extra agenten nodig hadden. Burgemeester Halsema wilde hem in eerdere debatten 54 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 hierover geen gelijk geven en zei zelfs het getal 500 zelf niet in de mond te hebben genomen. Wij van Forum voor Democratie denken dat de heer Aalbersberg wel degelijk gelijk had. We hebben een tekort aan agenten in Amsterdam ook al zijn we dan formeel op formatiesterkte nu. Het is natuurlijk veel te krap. Eigenlijk willen we dat er 1000 agenten bijkomen in Amsterdam. En ja, wij weten ook wel dat politieagenten niet zomaar aan bomen groeien. We hebben ook al eerder moties ingediend om op een creatieve manier de politie te versterken. Wij hebben echt alle begrip voor de zeer pijnlijke keuzes die de driehoek op dit moment heeft moeten maken. Toch mogen deze maatregelen nooit een reden zijn om de absolute urgentie tot het streven naar honderden extra agenten te verliezen en wij vragen de burgemeester dan ook nu de ergste nood geledigd is door het snijden in eigen vlees die extra capaciteit tot topprioriteit te verklaren en te houden. We hebben er ook vertrouwen in dat de driehoek en de burgemeester dat doen. Wij steunen en zijn mede-indiener van de motie van de heer Boomsma die hij zojuist heeft voorgesteld. Alles voor meer politie zodat het team ondermijning van de dienst infrastructuur niet hoeft te worden opgeheven. Zodat de duizenden aangiftes die nu op de plank blijven liggen en dat zullen er alleen maar meer worden, echt kunnen worden afgehandeld. Zodat er meer blauw op straat komt en waarbij de mensen weer zien dat de politie er voor ze is. Zodat agenten gewoon hun vakantiedagen kunnen opnemen in plaats van dat ze moeten werken omdat er niet genoeg collega's zijn. Ons bereiken zelfs signalen dat mensen binnen de politie overstappen van blauw naar recherche of bureauwerk omdat de werkdruk daar beter te behappen zou zijn. Aspiranten zouden worden belast met taken die eigenlijk nog niet tot hun mogelijkheden of bevoegdheden behoren. Wij vragen ook redelijkheid van andere partijen in deze raad. De medewerkers van de politie die zich dag en nacht inzetten om ons veilig te houden moeten zich volgens een deel van deze raad bezighouden met apps voor etnisch profileren of met het registreren van de etniciteit van nieuwe agenten. Bijzaken. Tijdverspilling. Draagt niets bij aan het optimaal inzetten van agenten. Wij vragen onze mederaadsfracties er bij de Tweede Kamerfracties of zelfs hun bewindspersonen in het Kabinet op aan te dringen oog te hebben voor de politiecapaciteit in onze ondermijnde, drukbezochte en veelgeplaagde stad. Dit Kabinet onder leiding van de VVD, en die kijk ik daarbij ook echt aan, doet veel te weinig en heeft veel kapot gemaakt. Daarnaast weten we dat we dit probleem hier in de gemeenteraad natuurlijk niet kunnen oplossen. We begrijpen dat de driehoek deze pijnlijke keuzes moet maken. We leggen inzake de tekorten en het gebrek aan agenten ook geen hard verwijt op hun bordje. We zijn ook tevreden over de keuze om het zwaartepunt te leggen op blauw op straat enerzijds en de aanpak van zware misdaad en ondermijning anderzijds. Dit lijken ons echt de juiste prioriteiten. Deze maatregelen, zo wordt gezegd, dat is alleen maar het anders indelen van de politiesterkte en het is het ontschotten. Dat is een beetje een politiek praatje. Er wordt gewoon verminderd. Er gaat geen kaasschaaf, nee, een grasmaaier overheen. Dat is de realiteit en die moeten we niet verdoezelen. Wij hebben nog één zorg en een concrete vraag. Meer blauw op straat en de recherche op de zware misdaad sparen en het uitkleden van de zogenaamde wasstraat en anderzijds zoals in de brief wordt genoemd roepen het beeld op dat je als ik het heel kort door de bocht zeg, een bekeuring kunt krijgen voor zonder licht fietsen of je kunt in de kraag worden gevat voor zware ondermijnende misdaad, maar alle misdrijven daartussenin krijgen dan misschien niet de aandacht en de mogelijkheid tot vervolging die ze wel verdienen. Er is politie op straat, er is politieoptreden zware dingen, helemaal goed, zijn we erg blij mee. Maar hoe zit het met de inbrekers, de winkeldieven, de zakkenrollers, de straatrovers? Alle criminaliteit is erg, maar mag je dat middelzware criminaliteit noemen? Zij zullen merken, die zakkenrollers, die straatrovers, als ze al 55 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 gepakt worden, dat onderzoek en vervolging nog vaker dan nu het geval is, erbij zal inschieten. Dat werkt niet alleen de draaideurcriminaliteit in de hand maar het gaat ook ten koste van het vertrouwen dat Amsterdammers zouden moeten hebben in politie en justitie. De aangiftebereidheid zal misschien verder dalen met alle gevolgen van dien. Herkent de burgemeester onze zorg en zo ja, hoe kan de driehoek dit ondervangen? Ons rest nog namens Forum voor Democratie de driehoek heel veel wijsheid toe te wensen en tegen de mensen, tegen de politie namens onze fractie te zeggen: dank voor uw werk en laat u horen bij ons, bij de politieke partij waarop u stemt of bij de politieke partij waarvan u lid bent. Laat u horen, laat ons weten hoe wij dit hier met zijn allen beter kunnen doen. (Mevrouw TEMMINK: mevrouw Nanninga riep op tot redelijkheid bij andere fracties. Dat ondersteun ik altijd, maar ik heb wel eens een plan gehoord van Forum voor Democratie waarbij ik zelf enigszins twijfelde aan de redelijkheid ervan, namelijk dat agenten kunnen worden gekocht uit andere gemeenten. Dat hoor ik eigenlijk al een jaar en ik ben gewoon heel erg benieuwd hoe het met dat plan staat.) Nou ja, zoals ik al aangaf, groeien politieagenten niet aan bomen. Dat er te weinig zijn, dat verwijt ik de gemeenteraad niet. Gekocht worden is natuurlijk een gechargeerd voorbeeld, mevrouw Temmink. Wij hebben wel vaak voorgesteld geld vrij te maken om ze te werven of om te kijken naar maatregelen op de woningmarkt. Er kan ook een bonus zitten aan het willen werken en wonen in Amsterdam. Wij zijn nog steeds niet tegen die plannen maar we zien wel in dat het nu even alle hens aan dek is. Wij wonen hier in tegenstelling tot veel Amsterdammers niet binnen de ringbubbel en er zijn overal tekorten. Als wij agenten op een heel aantrekkelijke manier gaan werven, dan gaan ze in Utrecht en Rotterdam natuurlijk ook zeggen, dat gaan we ook doen. Dus dat is niet zo maar op te lossen. Wel is het zo dat alle beetjes helpen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bosman. Mevrouw BOSMAN: Het is al gezegd, het water staat ons aan de lippen. Dit debat gaat over het kiezen tussen kwaden. Voldoende politiecapaciteit is niet een probleem dat vandaag of morgen zal zijn opgelost. We moeten nu wel een aantal keuzes maken en in dat kader wil ik nu alvast zeggen dat wij de burgemeester en de driehoek steunen in de keuze voor voldoende blauw op straat. Dat vinden wij verstandig want dat is de basis en zonder zichtbare acute handhaving van de openbare orde heb je niet zoveel aan onderzoek. Ik heb wel een aantal vragen bij de brief die wij vanochtend ontvingen. We hebben het over capaciteit, we hebben het over geld en we hebben het over prioritering . Dat zijn ook drie dingen die met elkaar te maken hebben maar het zijn tegelijkertijd ook drie verschillende dingen. Zelfs als er uit de landelijke politiek meer inzicht komt, hoe lang duurt dat nog dit probleem? Dan kunnen we daarvan een inschatting maken. Hoeveel tijd zou er überhaupt nodig zijn om alles weer op volle sterkte te krijgen en naar welke formatie zijn we dan op zoek? Ik kan me best voorstellen dat een rechercheur een heel ander profiel heeft dan iemand die op straat rondloopt en dat je daarvoor andere competenties nodig hebt. Is het probleem dan geld of is het mankracht? Stel dat het voor een aantal problemen geld is, voor welke taken of capaciteiten waaraan we nu een tekort hebben zou het direct een oplossing zijn als er nu geld op tafel kwam? Wij zijn wel benieuwd naar het inzicht daarin. Het zou fijn zijn als wij dat als raad te zijner tijd kunnen ontvangen. En hoeveel capaciteit, en dat was volgens mij ook een vraag van de heer Taimounti, lenen we nu uit aan die Nationale teams of die regionale teams. Bijvoorbeeld 56 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 dat net gestarte team van Grapperhaus en waar er misschien nog wel meer van zijn. Is dat in deze capaciteitsdiscussie nu nog iets wat wij zouden willen voortzetten”? We blijven op straat maar misschien op sommige plaatsen wel minder. Dat hebben we ook gezien. Dus onze boa's lopen ook op straat en die samenwerking met de politie is juist cruciaal. Dat hebben we ook van henzelf gehoord. Ik vroeg me af of deze capaciteitsherverdeling impact heeft op de inzet van boa's en op hun veiligheid. Dat is ook nog wel relevant omdat we binnenkort het masterplan Handhaving bespreken. Tot slot, voor D66 zijn er geen taboes. Wel maken we graag de afweging op basis van feiten en wij zouden nog heel graag in de raadscommissie Algemene Zaken een discussie willen voeren over dit onderwerp omdat dan ook de hoofdcommissaris aanwezig kan zijn waarbij hij ook zijn toelichting kan geven. (De heer MBARKI: Ik was even benieuwd of D66 nog ideeën had over die prioritering of over de zaken die heroverwogen zouden moeten worden. Daar was ik wel benieuwd naar.) Een aantal voorgaande sprekers heb ik al ideeën zien opwerpen bijvoorbeeld minder inzet bij evenementen. Ik heb ervoor gekozen dat niet te gaan doen. Zelfs als wij inderdaad steunen dat een deel van de recherche omlaag gaat en een deel van het onderzoek naar ondermijning — heel belangrijk - naar blauw op straat gaat, dan zijn er voor D66 geen taboes. Voor ons is het heel belangrijk die afweging te kunnen maken op feiten en niet op eigen kleine politieke winstpuntjes waarover we misschien al zes jaar een discussie voeren over wat ik wel of niet belangrijk vind vanuit mijn gevoel. Het is te belangrijk om dit vanuit politiek gevoel te doen. Dit moet op basis van feiten. Welke inzet is waar nodig en wat zijn de uitdagingen en hoeveel agenten worden er ingezet? Bijvoorbeeld bij die evenementen, daar schat ik in dat er helemaal niet zoveel agenten nodig zijn voor Loveland in Sloterpark. Maar dat weet ik niet. Dus wat mij betreft zoeken we dat uit en op basis daarvan maken we een afweging. (De heer MBARKI: Ik ben blij dat er geen taboes zijn voor D66 op. Dus we gaan het gesprek graag aan.) Ik vind het eigenlijk jammer dat ik nu de laatste spreker bent, want ik had ook nog wel willen vragen wat dan de taboes van de heer Mbarki zijn. Dat is dan een discussie die we in de raadscommissie Algemene Zaken kunnen voeren. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: De uitholling gaat verder en verder. Na het nieuws dat zestien scholen sluiten en het omvallen van ziekenhuizen is nu de beurt aan de politie. Twee politiebureaus gaan dicht, het binnenstadoffensief ligt stil en de volledige teams worden opgeheven. Wij weten heel goed dat het Binnenhof en dan met name de minister onze burgemeester met de rug tegen de muur heeft gezet. Het water staat de stad aan de lippen en dat vinden wij verschrikkelijk. Het kan niet genoeg worden benadrukt hoe ernstig de problemen in onze stad zijn en de gevolgen daarvan. Drugsoorlog, mocromafia, jongeren die eerder met een pistool overweg kunnen dan dat ze kunnen autorijden. Terwijl de kogels in het rond vliegen, wordt onze veiligheid keihard op het spel gezet. Mijn vraag is oprecht: moeten de Amsterdammers zichzelf gaan beschermen? Wij pleiten dan ook voor een snellere inzet van tasers voor de mensen op straat zodat ze zich kunnen beveiligen. Dus dat is dan voor de politie omdat die met minder mensen toe moet en omdat misschien de bedreiging ernstiger wordt. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Taimounti voor een punt van orde. 57 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 De heer TAIMOUNTI: Ik denk dat je het meteen moet herstellen als je een foutje maakt. Bij ons zit er een tekstueel misverstand. Er werd gesproken over politiedistricten en stadsdelen en er is een misverstand over Stadsdeel Zuid-Oost. Flierbosdreef ligt gewoon in Zuid-Oost dus ik ben blij dat ik dat hier even kan herstellen. Ik ben blij dat er ook een politiebureau open blijft in Zuid-Oost. Dat wilde ik even meegeven. De VOORZITTER: Dat scheelt misschien weer in de beantwoording. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema voor beantwoording van de vragen en preadvisering van de moties. Burgemeester HALSEMA: Laat ik zeggen dat ik blij ben dat de heer Taimounti dit gelijk corrigeert want ik zou niet de suggestie wilen wekken dat wij Zuid-Oost verwaarlozen. Ik zou eigenlijk willen beginnen met en ik durf wel zo wild te zijn om dat ook mede namens u te doen, onze politie te bedanken. Hier en daar klinken wel geluiden dat het tijd wordt dat de Amsterdamse politie prioriteiten stelt. Dat zou de suggestie kunnen wekken dat er vet op de botten zit en dat er hobbyisme wordt bedreven in deze stad. Laat ik een ding duidelijk maken: de politie in Amsterdam werkt knetterhard. Dat doet ze met risico's, met grote bewogenheid en inzet elke dag opnieuw voor onze Amsterdamse inwoners. Ze doet dat met te weinig mensen, vechtend met te lange diensten. Ik denk dat we ze heel dankbaar mogen zijn. Daarmee zou ik als eerste willen beginnen. Ik wil u ook als raad bedanken omdat ik constateer dat we gezamenlijk zijn in onze verontwaardiging over de tekorten die er zijn. Eigenlijk proef ik daarin heel weinig meningsverschillen en dat bevestigt mij nog maar eens in de stelling dat de rechtsstaat hier niet politiek verkaveld is, maar dat we met z'n allen het heel belangrijk vinden dat Amsterdamse inwoners veilig kunnen zijn. De afgelopen jaren hebben we een terugloop gezien van 480 fte's in Amsterdam. Dat had ermee te maken dat er in Amsterdam boventalligheid was. Bij de vaststelling van de landelijke politie, de Nationale Politie, is de formatie opnieuw bepaald en toen bleek dat er 480 mensen geleidelijk moesten verdwijnen. Dat is ook gebeurd. Dat is gerepareerd door minister Grapperhaus vorige zomer nadat wij bij herhaling hadden gevraagd om 500 extra agenten. Ik zeg ook maar in de richting van mevrouw Nanninga dat ik die wens om 500 extra agenten altijd heb gesteund. Maar toen ik aantrad, was al duidelijk dat die wens van 500 agenten niet zou worden gehonoreerd, maar dat we in plaats van de 500 agenten van mijn voorganger en de heer Aalbersberg 60 agenten kregen toegewezen uit de landelijk vastgestelde 1100 agenten die er zouden komen. (Mevrouw NANNINGA: Het spijt me, maar ik moet de burgemeester toch corrigeren. Er is nu een aantal agenten bij gekomen, waarvoor lof, want dat is belobbyd bij minister Grapperhaus. Die hebben we gekregen en dat is fijn, maar ik citeer nu de burgemeester zelf die zegt “Mijn voorganger en voormalig politiechef Aalbersberg hadden dat becijferd, dat getal van 500, maar ik heb dat getal nooit in de mond genomen.” Ik zei in mijn termijn dat wij ons scharen achter dat aantal van 500 en dat de burgemeester dat eerder heeft ontkend. Dus het lijkt me gewoon kloppen wat ik zei.) Waarmee we te maken hebben, is dat er landelijk al was besloten op het moment van mijn aantreden dat er 1100 agenten extra bij kwamen en voor Amsterdam was vastgesteld dat wij uit die 1100 agenten er 60 zouden krijgen voor Amsterdam. Het had op dat moment voor mij geen zin om opnieuw voor agenten te pleiten toen al was vastgesteld dat er 60 agenten zouden komen. Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik dat 58 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aantal te weinig vond. Bij de talloze discussies die wij hier in de raad hebben gehad, heb ik bij herhaling gezegd dat het er veel meer moesten zijn en dat blijf ik ook nu herhalen. Zoals u allen weet, stond het water ons al aan de lippen en het was eigenlijk al niet meer te doen. Met de dood van advocaat Wiersum, de moord op advocaat Wiersum, is de nood in Amsterdam nog groter geworden. Laat ik wel zeggen dat alle maatregelen die zijn getroffen in de reactie op zijn moord, volkomen terecht en rechtvaardig zijn zodat er geen verkeerde indruk over zou kunnen ontstaan. De landelijke onderzoeken die plaatsvinden na zijn moord vergen ook veel van de Amsterdamse recherche zoals ook de Amsterdamse politie zijn aantal heeft net als andere korpsen op bewaking en beveiliging. In Amsterdam vergt dat zo'n 45 agenten extra op bewaking en beveiliging. We hebben te maken met een groot landelijk tekort. Ik sta hier niet alleen als burgemeester dit probleem aan te kaarten zoals ook onze commissaris niet de enige is die het aankaart. Vorige week meldde Rotterdam zich, gisteren meldde Utrecht zich. Het is een landelijk probleem waarvoor landelijke oplossingen moeten worden gevonden. In Amsterdam hebben we nu onze eerste kortetermijnmaatregelen genomen. Laat ik u maar meteen gelijk geven, ik was het erg met de heer Boomsma eens: het is godgeklaagd. Dat ben ik met u eens. Ik ben ervan overtuigd dat we binnen de schaarste die we moeten herverdelen, de verstandigste beslissing hebben genomen. En dat is met name de beslissing om ervoor te zorgen dat agenten op straat zichtbaar zijn. Met de verschuiving en maatregelen die we nemen, spelen wij op jaarbasis 15.000 diensten vrij en die 15.000 diensten worden ingezet op de basisteams. Dat is zowel agenten op straat die er gewoon voor moeten zorgen dat Amsterdamse inwoners in het centrum, in Zuid-Oost, een Nieuw-West weten dat het gezag op straat aanwezig is en voor hun veiligheid zorgt. Maar het betekent ook dat de rechercheurs terug gaan naar de basisteams. Als wij zeggen dat bepaalde teams worden opgeheven, dan wil dat niet zeggen dat die specialismen helemaal verdwijnen, maar dat de agenten die zich daarmee bezig hielden, worden toegevoegd aan de basisteams en daar met name die rechercheactiviteiten zullen uitoefenen. Dat geldt zowel voor het infrateam als voor het horecateam. Wij kiezen er dus voor om met name mensen terug te brengen naar de basisteams, agenten en rechercheurs, en daarbij de allerzwaarste onderzoeken, zware misdaad en ondermijning te ontzien. Is dat leuk? Nee, bepaald niet. Eerlijkheidshalve is het behoorlijk verschrikkelijk dat we dat moeten doen. Laat ik hiermee de overgang maken naar een aantal vragen en opmerkingen. Ik begreep dat inmiddels mevrouw Poot het heeft aangemeld voor de raadscommissie Algemene Zaken en dat stel ik zeer op prijs omdat ik daar kan ingaan op een aantal meer specifieke vragen. Met name mevrouw Temmink stelde een groot aantal vragen waarbij het mij niet eens lukte om die allemaal mee te schrijven en ik vind het dus prettig daarop terug te komen bij de raadscommissie Algemene Zaken en de hoofdcommissaris daar bij mij te hebben zodat hij kan ingaan op een aantal meer specialistische vragen. Dat gezegd hebbende is er een ding dat mij wel even van het hart moet, mevrouw Temmink, en ik denk dat u het al aan mijn reactie zag terwijl u aan het spreken was. U zei namelijk dat de SP niet wil dat we wel feestjes blijven houden maar geen mensen kunnen inzetten voor de veiligheid. Daaraan neem ik een beetje aanstoot. Laat ik als eerste zeggen dat het aantal evenementen in Amsterdam het afgelopen jaar met eenderde is afgenomen. Dat staat haaks op het beeld dat er heel vaak wordt gegeven. Het aantal evenementen wordt minder. Voor het overgrote deel van de evenementen geldt dat er nauwelijks politiecapaciteit op wordt ingezet. De evenementen die wel politiecapaciteit vergen, zijn evenementen als bijvoorbeeld de Pride, Sail volgend jaar en ik noem Euro 2020. Vanzelfsprekend kijken wij opnieuw bij de evenementenkalender wat er weg kan. Ik zou heel graag van u willen horen welke van de grote, stedelijke evenementen die plaatsvinden volgens u dan kunnen worden geschrapt, dus evenementen die wel politie- 59 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 inzet vergen. Eerlijkheidshalve denk ik dat u ook niet wilt dat we ophouden met de Pride. Voor Euro 2020 geldt dat er al contracten liggen, en ik meen uit 2017 nog door mijn voorganger ondertekend, die we niet zomaar ongedaan kunnen maken. Dat wil niet zeggen dat we wel degelijk zullen kijken. Maar de gedachte dat wij nog fors politie kunnen weghalen bij evenementen, is gewoon niet waar. Als dat zo was, dan zouden wij dat onmiddellijk hebben gedaan. Hetzelfde geldt voor de voetbalwedstrijden zoals ook in Rotterdam wordt gedaan. Bij de lage risicowedstrijden is wel heel weinig politie aanwezig en dan houden we de hoge risicowedstrijden over. De maatregelen die we dan nog kunnen nemen, is bijvoorbeeld dat supporters van andere clubs niet meer worden uitgenodigd. Daarnaar zullen we kijken, maar dat zijn wel maatregelen die heel verstrekkend zijn. Ik voeg er nog een ding aan toe dat op dit terrein ligt. Politie-inzet in Amsterdam in de openbare orde hebben wij met name nodig bij demonstraties. De demonstraties zijn het afgelopen jaar meer dan verdubbeld. Wij kunnen niet zomaar zeggen dat demonstraties niet meer mogen plaatsvinden, want dan treden we namelijk in de vrijheden van onze eigen inwoners. Die hebben wij te faciliteren en op het moment dat ze gepolariseerd raken, hebben wij mensen ook te beschermen. Dus daaraan kunnen wij heel weinig doen. Als bijvoorbeeld de heer Taimounti zegt, kunnen we ervoor zorgen dat Amsterdamse agenten niet meer naar het Eurovisie Songfestival gaan, dan moet ik zeggen, dat kunnen we niet. Dat betekent namelijk dat wij een belangrijk principe van nationale solidariteit doorbreken waarbij er nationaal altijd bijstand wordt gegeven op het moment dat er grote, risicovolle evenementen in andere steden zijn. U wilt waarschijnlijk ook niet dat als op 13 december de boeren in Amsterdam gebruik maken van hun demonstratievrijheid en daarmee ook politie-inzet vergen, dat ze dan in Rotterdam zullen zeggen, dat zoeken ze in Amsterdam maar lekker zelf uit. (Mevrouw TEMMINK: Nu het toch over het songfestival gaat, dan is dat een evenement waarvan de burgemeester een aantal maanden geleden zelf heeft gezegd dat ze het graag naar Amsterdam wilde halen en waarvan ik toen al heb gezegd dat dat ten koste ging van de politiecapaciteit. Dus ergens ben ik blij dat het niet in Amsterdam wordt gehouden al was het alleen maar om dit vraagstuk te ontlasten. Dat terzijde. Er werd mij een vraag gesteld en daarop geef ik graag antwoord. Natuurlijk is het lastig om bij sommige evenementen de politie-inzet te verminderen. Dat snap ik ook. Maar nu lijkt het net alsof er in Rotterdam en in Utrecht heel veel andere politie-inzet is dan in Amsterdam. Omdat er in de brief wordt gezegd dat we er eventueel naar gaan kijken, vraag ik, kijk er sowieso naar en wees er heel kritisch op. Dat is wat de bonden voorstellen, dat is wat de politieagenten zelf zeggen. Ik vind het lastig om in te schatten, want ik ben niet bij die feestjes waar ik zie wat de politie allemaal doet. Dat is dan een keuze die de burgemeester wel kan maken juist als we luisteren naar de bonden en de agenten zelf. Ik denk dat dan de toezegging moet zijn, en daarom heb ik gevraagd, hard te maken wat er in de brief staat, dus niet we kijken ‘eventueel’ maar we kijken er echt naar.) Laat ik alleen dit zeggen. Als u inderdaad niet zelf bij die feestjes bent, dan weet u dus ook niet welke politiecapaciteit daar op dit moment wordt ingezet. Ik zei al dat dat is waar we het eerste naar hebben gekeken. Als het mogelijk is om daar nog capaciteit weg te halen, dan doen we dat. Maar bij het overgrote deel van de evenementen in Amsterdam wordt al jarenlang hoofdzakelijk particuliere beveiliging ingezet. De politie- inzet die wij hebben bij de grote evenementen, zijn de grote evenementen waaraan de 60 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 stad en de bevolking zeer gehecht is. Ik heb wel gezegd dat we ernaar kijken. Maar van u wil ik dan wel graag horen welke evenementen u wilt schrappen. (De heer TAIMOUNTI: Ik ben het absoluut eens met de burgemeester dat we vanuit solidariteit moeten meedenken met de rest van het land. Alleen, als ik een aantal van mijn collega's van andere partijen mag geloven, dan is Amsterdam het hele jaar door een groot evenement en dan hebben we het ‘t hele jaar druk en we hebben het hele jaar door problemen. Dus ik kan me wel voorstellen dat wij als Amsterdam wat meer solidariteit kunnen vragen vanuit Den Haag en zeggen, jongens, Amsterdam is niet een klein dorpje waar je eens in de zoveel tijd een evenement hebt, maar het is een doorlopend gebeuren. Het is een grote stad met grootstedelijke problematiek. We hebben hier gewoon continu capaciteit nodig. En daarom kun je dus niet uitleggen dat wanneer er een commerciële partij komt in een andere stad met een groot evenement waarbij gigantisch veel geld verdiend gaat worden, wij zeggen, oké, vanuit solidariteit gaan we helpen. Laat die solidariteit uit dorpjes komen. Laten solidariteit uit andere steden komen. Wij hebben onze agenten hier keihard nodig. Dus nogmaals het verzoek hierover na te denken en tegen de minister te zeggen, op het moment dat wij zulke grote evenementen voor zo'n lange periode hebben in andere steden, dan is het onverantwoord onze agenten voor zo'n lange periode vrij te maken.) Op dit moment is het zo dat agenten vanuit het hele land bijstand verlenen aan onze grote evenementen en bij de grotere demonstraties bijvoorbeeld bij Extinction Rebellion. Daar heb ik zelf uitgebreid gepraat met agenten uit Rotterdam en Den Haag die bijstand verleenden. Op het moment dat wij zelf die bijstand niet meer willen geven op gezette momenten, dan zullen wij er ook niet meer om mogen vragen bij de vele demonstraties die onze stad rijk is ik denk dat ik dat niet zou willen. (De heer MBARKI: Het idee van de Nationale Politie was ooit dat de politie nationaal zou worden en dus wendbaarder zouden zijn op het moment dat er ergens moet worden bijgeschaald. Nu weet ik dat bijvoorbeeld de regio Oost-Nederland een regio is die qua politie wel iets meer ruimte heeft dan Amsterdam. We hebben in het verleden ook gezien bij liquidaties in de stad dat er rechercheteams kwamen uit drie delen van het land om te helpen. Is dat pad ook bewandeld?) Volgens mij begrijp ik uw vraag niet helemaal. (De heer MBARKI: Ik heb alle tijd. Ik had het erover dat de Nationale Politie kan bijschaven daar waar nodig. Nu is mijn vraag de volgende. We hebben natuurlijk vooral gekeken naar wat wij zelf konden doen. We hebben heel veel gekeken naar Den Haag. Maar is er ook gekeken naar andere regio's die wellicht overformatie hebben of ruimte hebben om hier in Amsterdam bij te springen? Dat is iets wat niet nieuw is. In het verleden werden er diensten gedraaid in Amsterdam door politieagenten uit andere delen van het land. We hebben de rechercheteams gehad uit andere delen van het land. Ik ben benieuwd of daarnaar ook is gekeken.) Incidenteel is er inderdaad sprake van hulp uit andere delen van het land. Structureel zal daarvan geen sprake kunnen zijn. Ik geloof niet dat er op dit moment een plek in het land is waar er overcapaciteit is. Overal wordt geroeid met de riemen die men heeft. In het oosten van het land spelen hele andere problemen. Daar kan misschien de misdaad soms iets lager liggen dan bij ons, maar daar zijn de aanrijdtijden veel langer. Daar moet men andere problemen zien op te lossen. Het grote probleem daarbij is dat de 61 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 verzamelde burgemeesters gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de verdeling van politie over het land. Dat gaat volgens verdeelsleutels en naar rato van de bevolking. U zult ook begrijpen dat andere burgemeesters echt niet zitten te springen. Dus het enige wat er de komende tijd kan gebeuren is dat er extra capaciteit wordt vrijgemaakt en dat we ervoor zorgen dat er niet door nationale prioriteiten ook nog eens wordt afgesnoept van de capaciteit die wij zo hard nodig hebben bijvoorbeeld door de instelling van een nationale drugseenheid. (De heer TAIMOUNTI: Fijn dat u die laatste woorden gebruikt, burgemeester. Ik wil het graag met u eens zijn. U zei net, als wij hulp vragen, dan moeten we ook hulp geven. Enigszins begrijp dat wel, maar het enige nadeel is wel dat wij hele andere problemen in deze stad hebben waardoor wij niet altijd hulp kunnen geven. Bent u het met mij eens dat we dit op die manier goed kunnen beargumenteren? Wij zijn meer hulpbehoevend dan andere dorpen en steden in het land.) Daarom snap ik uw redenering niet. Omdat wij vaak hulpbehoevend zijn en sterk aanspraak maken op korpsen elders in het land om bijstand en ook nog met grote regelmaat, dan kan het niet zo zijn dat wij de enkele keer dat er in Rotterdam een heel groot evenement wordt georganiseerd, niet thuis geven. Overigens kunnen daar nog veel problemen ontstaan want bij mijn weten is het Eurovisiesongfestival ongeveer gelijktijdig met de Euro 2020 en de vraag zal dus überhaupt voorliggen waar de politie moet worden ingezet. Maar gaat u er maar vanuit dat er over het algemeen bijvoorbeeld bij Extinction Rebellion erg grote inzet was van elders uit het land. En ook op het moment dat de boeren naar Amsterdam komen, zal er inzet zijn van de politie elders uit het land. En juist omdat we al zo'n aanspraak op hulp maken, denk ik dat we die keren solidair moeten zijn. Anders kunnen wij namelijk ook niet meer op hulp rekenen. (De heer TAIMOUNTI: Die redenering snap ik niet. Je kunt gewoon heel goed uitleggen dat wij een stad zijn met zulke grote problemen, dat we wel de vraag hebben maar op dit moment op het gebied van de politie niets kunnen missen. U zegt, we vragen heel veel en op dat ene moment dat er elders in het land iets wordt gevraagd, moeten wij wel hulp geven. Je kunt pas iets geven als je het hebt en wij hebben het niet. Daarover moeten wij iets helderder communiceren. U doet uw best, daarvoor heb ik u al complimenten gegeven, maar we moeten nog harder schreeuwen dat we zelfs bij dit soort evenementen van drie weken geen agenten kunnen missen. Bent u dat met mij eens?) Eigenlijk herhaalt u uw vraag. Het liefst wil ik het altijd met u eens zijn maar ik denk dat je dit solidariteitsprincipe van elkaar helpen in heel moeilijke omstandigheden niet moet doorbreken. Laten we wel wezen, het is elders in het land niet veel beter. U heeft ook gezien dat de burgemeester van Rotterdam ook al naar buiten is getreden met een aantal behoorlijk stevige maatregelen omdat de nood daar ook hoog is. Het laatste wat wij volgens mij moeten doen als regionale korpsen is tegenover elkaar gaan staan. Dat lijkt mij een boodschap die ik nu vrij indringend zou willen meegeven. Wij herverdelen in Nederland de schaarste en het is een nationaal probleem en we moeten nationaal te hulp worden geschoten. Ik ga even terug naar de vragen. Mevrouw Temmink, u stelde de vraag welke administratieve taken door de gemeente worden overgenomen. Misschien kan ik daarmee meteen een opmerking maken over de motie van de heer Boomsma die eigenlijk vraagt een inventarisatie te maken van alle maatregelen die wij lokaal zouden kunnen nemen om de politie te ontzien. Dat is precies wat we de komende tijd willen gaan doen en wat ik heel graag met u wil delen. Ik vind dat we daarin heel onorthodox moeten zijn. We moeten 62 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 overal zoeken naar maatregelen die we kunnen nemen. Of we bijvoorbeeld extra straatcoaches kunnen gaan inzetten. Wat we rond de handhaving kunnen doen. Wat we bijvoorbeeld met administratief personeel kunnen doen. Of we dat kunnen inzetten bij politiebureaus. Bij alles zullen we moeten nagaan wat we kunnen doen om de politie vooral haar kerntaken te kunnen laten uitoefenen en dan ook zo goed mogelijk. Dus uw motie vind ik heel logisch. Dat heb ik daarmee dan meteen maar gezegd. Ik wil dat graag met de raad en ik bespreek graag met u welke mogelijkheden wij hebben. Temeer, en laat ik dat ook maar gelijk zeggen, omdat ik niet uitsluit - en dat is namelijk wel de consequentie van de vraag die u stelt - dat het betekent dat er geld beschikbaar moet komen als het inderdaad zo zou zijn dat wij vanuit de gemeente gaan kijken of wij de politie kunnen ontlasten of meer gezag op straat kunnen brengen door de inzet van anderen bijvoorbeeld. Dat leg ik nu maar meteen voor en dat betekent ook dat ik in het vroege voorjaar met u zou willen praten over wat de mogelijkheden zijn. Deze maatregelen lopen een half jaar. (Mevrouw TEMMINK: Ik ben blij dat te horen, maar ik heb ook nog een ander voorstel gedaan. De minister zegt de hele tijd dat hij geen blik met agenten kan opentrekken, maar toevallig heeft het Kabinet wel een hoop geld over. Het lijkt me bij uitstek prachtig dat de burgemeester zegt, voor de mensen die wij bijvoorbeeld voor bepaalde taken kunnen inzetten, daarvoor willen we nu heel graag een zak met geld van de minister zodat wij bij de voorjaarsnota daarvoor niet zelf geld hoeven vrij te maken.) Laat ik alleen maar zeggen dat ik met alle plezier ook dit verzoek toevoeg aan de vele verzoeken die op dit moment vanuit Amsterdam worden gedaan voor het aantrekken van leraren en agenten. Niet voor niets heeft u allemaal de noden al opgesomd. U heeft gelijk en ik zal dit verzoek zeker toevoegen. U stelde ook een vraag over de prioriteit ondermijning. De zware onderzoeken, de grote onderzoeken worden op dit moment ontzien, maar ik wil u daarbij aangeven dat het programma Ondermijning dat wij zelf ontwikkelen, de nadruk legt op een groot aantal bestuurlijke maatregelen die we willen kunnen nemen tegenover ondermijning en dat is in de sfeer van vergunningen, kijken of we vastgoed beter kunnen onderzoeken. Dat raakt niet direct aan de politiecapaciteit. Ik denk ook dat we de komende tijd vooral moeten nagaan of we bij het tegengaan van ondermijning een nog zwaardere nadruk kunnen leggen op bestuurlijke maatregelen daartegen. U maakte opmerkingen over verwarde mensen. Ik kan het alleen maar met u eens zijn. Het klopt dat dat in essentie geen politietaak is. Tegelijkertijd als verwarde mensen over straat zwerven en er risico's zijn voor de openbare orde en voor anderen, dan is politie helaas wel degene op straat die dat probleem moet oplossen. We hebben ook geen anderen op dit moment. We hebben 5000 agenten en 500 handhavers die de leefbaarheid in onze stad moeten bewaken. Dat is krap bemeten. (Mevrouw VAN SOEST: De burgemeester zegt dat verwarde personen ophalen niet de taak is van de politie. Wie moet dat dan wel doen? Ik krijg regelmatig bericht via de oproep van de politie of ik wel uitkijken naar een verward persoon die op straat loopt. Deze week is het de tweede of derde keer alleen al in Amsterdam-Noord. Wat gaan we daaraan doen?) (De VOORZITTER: Ik wil de burgemeester wel het woord geven, maar ik denk dat we de focus een beetje bij het agendapunt moeten houden. Ik zou de burgemeester willen vragen deze vraag van mevrouw Van Soest te beantwoorden, dan de openstaande vragen punt voor punt af te lopen. Ik kijk even naar de spreektijd van het college voor de rest van de 63 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 vergadering. Dat zijn nog 22 minuten. We moeten vanavond ook nog verder vergaderen.) Laat ik in de richting van mevrouw Van Soest zeggen, dat ik dat antwoord niet heb. De toename van het aantal verwarde mensen op straat is natuurlijk ook het effect van landelijk beleid in een eerder stadium en dat kan ik in dit bestek niet oplossen. Er is veel gezegd en ik wil nog een paar opmerkingen maken. De binnenstad. Laten we wel wezen, het offensief binnenstad wordt teruggedraaid maar daarmee blijft het aantal agenten in de binnenstad op niveau. Er zaten er veel meer, maar nu komt het op een gelijk niveau als elders in de stad maar dat betekent wel dat er veel aandacht is omdat we tegelijkertijd 15.000 diensten aan het vrij spelen zijn om overal in de stad aanwezig te zijn. Dus de indruk die misschien zou kunnen ontstaan dat de binnenstad weinig aandacht krijgt, is niet aan de orde. Omdat ik krap in de tijd zit, zou ik eigenlijk een aantal van de vragen willen doorgeleiden naar de raadscommissie Algemene Zaken. (Mevrouw BOSMAN: Ik hoorde de burgemeester zeggen dat zij graag een keer met de raad spreekt over de inzet van mogelijk geld op de gemeentebegroting voor het capaciteitsprobleem. Dit is een woordelijk verslag en daarom is het misschien handig om dit in de raadsvergadering toe te zeggen. Dus voordat we het over de voorjaarsnota gaan hebben, komt u met een overzicht van maatregelen en wat dat voor geld zou kosten. Dus dat er inderdaad een soort keuze zou kunnen worden gemaakt. Begrijp ik dat goed?) Kijk, er wordt gevraagd om een algemene inventarisatie van mogelijke oplossingen die er zijn. Aan al die mogelijke oplossingen hangt een prijskaartje. Tegelijkertijd is het zo dat het college voor het komend jaar natuurlijk een groot aantal prioriteiten heeft en een groot aantal tekorten die ook een oplossing zullen moeten vinden. Ik zal u zo uitgebreid mogelijk op de hoogte brengen van wat er mogelijk is, wat dat kost en welke keuzes er kunnen worden gemaakt. (Mevrouw ROOSMA: De burgemeester zegt dat zij de vragen dan verder in de raadscommissie kan beantwoorden. Dat lijkt mij goed. Is het dan de bedoeling dat wij de vragen daar opnieuw stellen of komt er een briefje met de antwoorden op de vragen zoals die vandaag in het debat zijn gesteld?) Ja, natuurlijk. Het liefst had ik u allemaal even langs gelopen, maar het is een enigszins uit de hand gelopen actualiteit door de brief die we zelf hebben verzonden. Dus ik neem aan dat er druk is mee geschreven ook door de medewerkers. Inderdaad, wij komen met een uitleg op papier van de vragen die niet zijn beantwoord waardoor we hopen dat we dan het debat verder kunnen voeren. Dan wil ik nu alleen nog iets te zeggen over de moties. De eerste motie van mevrouw Poot beschouw ik als een steun in de rug en ik laat het oordeel graag bij de raad. En over de motie van de heer Boomsma heb ik al gezegd dat ik daartoe graag bereid ben en die adviseer ik graag positief. De VOORZITTER: Dan komt er dus nog een brief voorafgaand aan de raadsvergadering Algemene Zaken volgende week. Gaat dat lukken? Burgemeester HALSEMA: Laat ik er dit over zeggen. Wij doen een uiterste poging. Mochten er vragen toch niet zijn beantwoord, dan hoop ik dat u ze nog eens stelt in de raadscommissie Algemene Zaken. 64 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 aads De discussie wordt gesloten. De VOORZITTER: Er komt sowieso nog een brief. Ik constateer dat er geen behoefte is aan een tweede termijn. Ik zou de vergadering willen schorsen tot 19.30 uur. Dan beginnen we met het stemblok. De stemlijsten daarvoor zijn zo goed als klaar en worden zo naar alle raadsleden gemaild. Ze liggen straks ook op uw bureau hier. We beginnen klokslag 19.30 uur met stemmen en niet later. Als de zaal niet helemaal vol zit, gaan we niet wachten. Ik zeg het u maar even. De vergadering is geschorst. 65 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 INDEX 1793 Kennisnemen van het onderzoek ‘Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding’ van de rekenkamer en het overnemen van de aanbevelingen … 10 1800 Vaststellen van de subsidieverordeningen Uitstootvrije Taxi's en Uitstootvrije Bedrijfsvoertuigen … nnn ennen ennnnerenenneeeenenneeeenenneneenenneervenneveevennnvevennene ennn Of 1801 Instemmen met het definitief ontwerp voor de Heemstedestraat en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet … … nnen enneeeenenneereneneerenennnneerenneee ne 2D 1802 Instemmen met het uitvoerings- en kredietbesluit voor de aanleg van de IJboulevard met inbegrip van een fietsenstalling en een aanvaarbescherming… 25 1804 Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel “Een actieplan in de strijd tegen antisemitisme in Amsterdam” van de leden Poot, Ceder, Boomsma en Nanninga en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel … …… 7 1849 Stemmen over de moties behorende bij de actualiteit van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake rovende asielzoekers in de binnenstad … nn. Á3 1920 Wijzigen van de Legesverordening Amsterdam 2020 … nnn nnen eneen ennen f 1921 Vaststellen van de Verordening Rioolheffing 2020 en kennis nemen van de evaluatie van de nieuwe grondslag voor rioolheffing … nnen ennen enne  1922 Kennisnemen van de reactie op motie 1266.19 van de leden Vroege, Ernsting, Boutkan en N.T. Bakker inzake een meldpunt voor snorfietsers en fietsers … … 11 1923 Beschikbaar stellen van een investeringskrediet (tranche 2) voor het project Aanpassingen Michiel de Ruijtertunnel…… nnee neer enneeeerenneeeenenneeereeeneeer ennen 9 1924 Beschikbaar stellen van een investeringskrediet (tranche 2) voor het project Renovatie Piet Heintunnel … nnen ennenneneer enen ennenneereen en enenenenenreeenennennne nennen Ó 1926 Beschikbaar stellen van een aanvullend uitvoeringskrediet voor het project Hoogwaardig Openbaar Vervoer Westtangent… … un nnnnennonsnneeneneeeen ensen enne 3 1927 Ongegrond verklaren van de bezwaren gericht tegen het besluit waarbij het verzoek tot herziening van het bestemmingsplan Stationseiland is afgewezen… 7 1928 Bekrachtigen van de geheimhouding … nennen enneeeerenneeern ennen 1 1929 Geheim nnn nnee onnneeensneeerensneerenennveernsnneerensnnveernsnnvenen sneer sneren | 1930 Vaststellen van het Beleidskader Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en het vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 … nnee 8 1932 Vaststellen van het bestemmingsplan Buiksloterham 5°° herziening … … … 9 1933 Instemmen met de gevolgen die het traject Advies Oeververbindingen Rijkswateren Amsterdam heeft voor de bestuurlijke besluitvorming ten aanzien van maatregelen 4 en 5 van de sprong over het IJ … nennen eneen enneerrennene eee 26 1934 Vaststellen van het welstandsniveau Ymerekavel … nnen ennen 9 1935 Geheim nanne onnneren oneens onnneerenennverensnneerensnneeersonnvenensnnvenrn ennen sneer | 1936 Vaststellen van het bestemmingsplan Omval Weespertrekvaart … … …… … 26 1937 Vaststellen van het stedenbouwkundigplan E-buurt-Oost en Instemmen met het herziene investeringsbesluit E-buurt Oost en het beschikbaar stellen van een aanvullend krediet … nnen on enneneneeren enen eenene eeens enenneneneneeeeeenennennne rennen eneen 2 1938 Instemmen met de Investeringsnota Ringspoorzone Noord in stadsdeel West en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet … nnen ennen 1 1939 Instemmen met de Ontwikkelvisie Amsterdam Science Park en de herziene grondexploitatie 578.07 Amsterdam Science Park Oost … nnee eeneee eneen 29 66 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 1941 Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel Een 24-uurs opvang voor daklozen van het lid Ceder en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel … nnen en ennenener nennen en ennennee vereen enennenneeenen enen ennene neer OD 1948 Actualiteit van het lid Temmink inzake de mogelijke opheffing van het rechercheteam voor de aanpak van georganiseerde misdaad …… … 48 1951 Actualiteit van het lid Yilmaz inzake een ongeluk met een Uber-chauffeur … 11 1953 Vragen van het lid Taimounti inzake etnisch profileren in het basisonderwijs … …17 1960 Motie van de leden Marttin en Boomsma inzake de fietsenstalling onder de IJboulevard genaamd Sonata’s in de stalling … … … nnn anneer eneen eneen vereen 2D 1961 Motie van de leden Timman en De Heer inzake maximumprijzen voor koopwoningen … nnn ennen ennen enneeereneneerenenveerenenveerenenve evene ene 2 1962 Motie van de leden N.T. Bakker, Boutkan, Yilmaz en A.L. Bakker inzake de subsidieverordening en goed werkgeverschap …… nnn anneer eneerenenneeren erneer eee DO 1963 Motie van het lid De Grave-Verkerk inzake het onderzoeken van de mogelijkheden voor een centrale instelling voor daklozen met een zware GGZ-problematiek … … … … 40 1965 Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het opleggen van gebiedsverboden voor zakkenrollers en straatrovers … nanne nennen  4 1965 Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake Mobiel banditisme en het toepassen van (super)snelrecht bij zakkenrollerij en winkeldiefstal … …… … … 44 1966 Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het instandhouden van het in burgerkleding opererende doelgroepenteam zakkenrollers van de politie … … ….44 1967 Motie van de leden Poot, Nanninga en Boomsma inzake het registreren van de juridische verblijfsstatus van personen die zich schuldig maken aan berovingen of zakkenrollerij … annen ner enneeerenenneerenenneereneneeeeveneerenenneererenveerenenvvere vennen ÂD 1968 Motie van het lid Nanninga inzake de actualiteit rovende asielzoekers (Gezamenlijke aanpak problemen vreemdelingentoezicht)… nennen. ÂD 1969 Motie van het lid Nannina inzake de actualiteit rovende asielzoekers (One strike OU) … nnen anneer enneeerevenverenenneeerenenneerenennverrneneereneneerrneeeerevenveerevenveeer verveend 1970 Motie van de leden Poot, Roosma, Bosman, Mbarki, Temmink, Bloemberg-lssa, Taimounti, Nanninga, Boomsma, Van Soest, Ceder en Simons inzake het capaciteitsgebrek bij de Amsterdamse politie …… nnen enneneneer eneen eenen DT 1971 Motie van de leden Boomsma, Temmink, Nanninga en Poot inzake de capaciteitstekorten bij de politie (Ondersteun de politie: extra inzet van de gemeente) 52 Afschrift van een raadsadres van de Landelijke Organisatie Kinderen - Ouders - Grootouders, gericht aan wethouder Kukenheim, van 18 november 2019 inzake het verzoek om geld minder te besteden aan ondertoezichtstellingen maar meer aan specialistische jeugdhulp … … nnen enneeeerenneeeenenneeeenenneeervenneeerv ennen ennen: Ô Brief van de Rekenkamer Amsterdam van 20 november 2019 inzake de aanbieding van de rekenkamerbrief ‘Canonherziening einde tijdvak en Verlengde afkoop erfpacht’ ….….6 Brief van F. Roosma, fractievoorzitter van GroenLinks, van 6 november 2019 inzake de mededeling van het ontslag van de heer El Abd als duoraadslid met ingang van 6 november 2019 … nanne eenen neren eeerenenenenneneneerenenennnnneneenen enen ennnnereenenenennennneneen Ô Brief van Recreatieschap Twiske-Waterland van 12 november 2019 inzake de uitnodiging voor het aanbrengen van zienswijzen op het Ambitiedocument Twiske-Waterland - een samenspel van recreatieve activiteiten en rust, stilte en natuurbescherming … … 6 Brief van S.H. Simons, fractievoorzitter van BIJ1, van 21 november 2019 inzake het ontslag van het duoraadslid De Graaf per 21 november 2019 … nnn nnee eneen. Herfstbrief van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden van 21 november 2019 ……...5 Raadsadres van de Actiegroep “Geen huisvesting uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam of waar dan ook in Nederland” van 4 november 2019 inzake het 67 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 voorgenomen besluit om uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam huisvesting te bieden en het waarborgen van de veiligheid van de inwoners van Amsterdam … ………….3 Raadsadres van de Stichting Erfpachters Belang Amsterdam van 24 november 2019 inzake de aanbieding van het volksinitiatief voor een raadsenquête over het erfpachtbeleid ……… nonnen eneneeenenneeerenennverenenneereveneereneneerenennnnervenveeervenneeer vennen Ô Raadsadres van de Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland van 18 november 2019 inzake de aanbieding van het Visitatierapport 2019 van woningcorporatie Ymere.5 Raadsadres van de Vereniging Wonen voor Ouderen Nieuwmarkt/Groot Waterloo van 18 november 2019 inzake de ontwikkelingen rond de bouwlocatie aan de Nieuwe Uilenburgerstraat 29-50 en het verzoek om behoud van betaalbare ouderenhuisvesting Raadsadres van een burger van 11 november 2019 inzake inspraak op de ontwerp- Huisvestingsverordening 2020 … nnen eneeeenennverenenneerenenneerveneenee enerverend Raadsadres van een burger van 14 november 2019 inzake de sluiting van het restaurant UK CRCIC Raadsadres van een burger van 14 november 2019 inzake het verzoek om meer uitgaansgelegenheden, waaronder een theater, in de wijk Oud-West ….….………4 Raadsadres van een burger van 15 november 2019 inzake de Begroting 2020 van de gemeente Amsterdam nnn onnnnenenennneeerennverenenneeeenenneeernenneeeenenneeernevenvennennenenn ennen Raadsadres van een burger van 15 november 2019 inzake vrijheid van meningsuiting voor anti-Piet demonstranten … … nnn oennnnneneee enen ennenneernen en enenneneneereeenensenne nennen Raadsadres van een burger van 19 november 2019 inzake de discussie rondom het Sinterklaasfeest … nnn nnnennnooonerrenenneerenonnverenonneerenonneerenaneeren oneven snneernsanneeenn anneer D Raadsadres van een burger van 21 november 2019 inzake inspraak en besluitvorming over ontwerp Beleidskader en Huisvestingsverordening 2029 met betrekking tot omkatten van woningen … nn nnnnnnnnennneeerennverenennveernenneeernenneeeenenneeereeveveenennne rennen: Ô Raadsadres van een burger van 4 november 2019 inzake elektrisch rijden, scooterbeleid en omleidingsborden …… … nnen onneeenenneerenenneerenenneerenennverenenverenveneeervenneeernennee Ó Raadsadres van een burger van 6 november 2019 inzake aanpassing van de regels voor het toekennen van de Stadspas … nnn onsen eneen enerenneer eneen ennernneerenennennne ennen Ô Raadsadres van een burger van 6 november 2019 inzake tariefverhoging voor de parkeergarage P1 van de Johan Gruijff ArenA … nnen eener enerenneer eneen eneen Ö Raadsadres van een burger van 8 november 2019 inzake het niet nakomen van de prestatie-afspraken door Welzorg … nnen enneeeerenneeeenenneeeenennenerrennernennne rd Raadsadres van het bewonersplatform Vogelbuurt en IJplein van 19 november 2019 inzake aanpassing van de investeringsprogramma's aan de prestatieafspraken tussen gemeente en corporatieS … ennn nnn enneeren enne eeenenneeernenneeeenenneeeeneeenveenennenern ennen Raadsadres van het Fietstaxibedrijf Sunny Pedicab Services van 20 november 2019 inzake het beleidsvoornemen voor de beëindiging van het Alternatief Personenvervoer per 1 april 2020 ….….. nnee neneerenennverenennveren anneer en enneereneneeeenennnneenenveeeevenveeer vennen Ô Raadsadres van NAH netwerk van 4 november 2019 inzake toeleiding van benodigde zorg van de cliëntgroep Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) borgen onder de professionals in de Buurtteams sociaal … nnen onneeeenenneerenennverenenneerree vereer venen D Raadsadres van NVSH van 4 november 2019 inzake het reorganiseren en beschermen van de prostitutie op de Wallen … … nnen eneen enneeren anneer enenvere enn neeen eneen ennen de Raadsadres van Parent Elimination van 2 november 2019 inzake ouderverstoting … … ….3 Raadsadres van Parent Elimination van 6 november 2019 inzake de reactie van het SamenWerkingsVerband van Ouders met Jeugdzorg over de agressie tegen jeugdzorgmedewerkers……… nnee enneeeenenneerenenneerenennverenenveren ennen venenveerenenneeenn de 68 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 27 november Raadsnotulen 2019 Raadsadres van Vrienden van het Diemerpark van 14 november 2019 inzake de planning van besloten vergaderingen en het bijwonen van technische sessies … 4 Raadsadressen van 2 straatmanagers van 15 november 2019 inzake bezwaar tegen de invoering van de reclamebelasting per 2020 wegens gebrek aan communicatie aan ondernemers … nonnen evene enneereneneenensennne nennen enennennne nennen en ennennnneen en enennen eeen 69
Raadsnotulen
69
test
… |gen nnn en man {|| need WE nienneicnk | eene in IE It pgr nn ENT Ld AT mmm in aj Sart TT HIE! Tr Tm pa NT En en L La : Geir Ah En _ Ee teln f verge : atskeciha ij med IE jk hen | BE ke | dt | zel | = Ie. TEE det z 5 = rn nst En LEL =d mmm ee 0 pe —= Ld d Verbinden in e Kd Verscheidenheid Ontwerp Beleidskader Mobiliteit Vervoerregio Amsterdam Deel A: Visie 11 april 2023 Vervoerregio Amsterdam INHOUD Voorwoord 3 Samenvatting DEEL A - Visie 4 Inleiding en leeswijzer 7 1. Opgave en doelen 8 1.1. Grote opgaven vragen andere, brede benadering 8 1.2. De Vervoerregio aan zet 11 2. Principes en richtingen 12 2.1 Mens als startpunt voor comfortabel, veilig en ontspannen reizen 12 2.2 STOMP is de basis 13 2.3 ledergebied vraagt om een andere oplossing 15 2.4 Mobiliteit en Ruimte versterken elkaar 15 3. Sturen, samenwerken en bijsturen 17 3.1 Samen voor en met de regio 17 3.2 Plan Do Check Act: sturen en bijsturen 19 Bijlage 1: Trends en ontwikkelingen 21 Bijlage 2: Van doelen naar meetbare resultaten 24 Bijlage 3: Taken en rollen van de Vervoerregio 27 2 Vervoerregio Amsterdam VOORWOORD We willen een bereikbare regio zijn voor de mensen die hier wonen, werken, leren en recreëren. Nu en in de toekomst. Dat vraagt om verantwoorde keuzes die voor de mens, onze omgeving en de planeet het beste zijn. Meer dan ooit moeten we in deze drukste regio van het land zorgen voor schone en gezonde vervoersopties die passen bij de verschillende gebieden. Dat is nodig om ervoor te zorgen dat al onze inwoners en bezoekers hun bestemming kunnen bereiken. Daarom werken we samen met onze partners aan een duurzaam bereikbare regio waarin onze reizigers veilig, betaalbaar, soepel en prettig kunnen reizen van deur tot deur. Verschillende ontwikkelingen en nieuwe thema’s binnen mobiliteit hebben ertoe geleid dat we ons beleidskader uit 2017 opnieuw hebben bekeken. Denk aan verduurzaming, het woningtekort, de toenemende drukte op straat, de steeds grotere aandacht voor een gezonde en verkeersveilige leefomgeving en een inclusieve samenleving. Hoewel dit nieuwe beleidskader verder bouwt op het vorige beleidskader, is de manier waarop we naar mobiliteit kijken wel sterk veranderd. Dat is nodig om ervoor te zorgen dat mobiliteit echt past bij wat mensen in onze regio nodig hebben. We willen een regio zijn waarin jongeren hun vrienden kunnen ontmoeten, kinderen veilig op school kunnen komen, gezinnen makkelijk de bioscoop of het strand kunnen bereiken en ouderen op hun eigen tempo hun rondje langs de winkels kunnen blijven maken. Waar mensen op hun werk kunnen komen om een inkomen te verdienen. Mobiliteit op maat die past bij het gebied waar je bent en bij de wensen van bewoners en bezoekers. Om dat voor elkaar te krijgen, nemen we de mens als uitgangspunt voor ons beleid. De keuzes en het gedrag van mensen bepalen namelijk het verkeersbeeld op straat. En de voorkeuren van mensen bepalen of zij het reizen prettig en ontspannen vinden. Inzicht in wat mensen beweegt en hoe we bepaalde keuzes kunnen aanmoedigen is daarom belangrijk. We kijken dus eerst vanuit de mens, daarna volgt pas het systeem. Voor ons betekent dit een andere manier van denken en (samen})werken, voor onze reizigers zorgt dit voor een fijne reisbeleving en voor onze inwoners voor een prettige woonomgeving. Met in ons achterhoofd de persoonlijke wensen van ama | reizigers en verschillende gebieden in onze regio, gaan we F kb met dit beleidskader verbinden in verscheidenheid. Dat | á EN doen we samen met onze veertien gemeenten, ij | - hi e Ne vervoerders, inwoners en andere overheden. We nemen 1 … | A _ hen graag aan de hand mee om te werken aan onze í En bi je 5 gezamenlijke doelen voor mobiliteit, zodat iedereen in EN Ì Nd s x onze regio comfortabel en veilig kan blijven reizen. 4 IN Melanie van der Horst 3 ' Voorzitter dagelijks bestuur Vervoerregio Amsterdam En 3 Vervoerregio Amsterdam De Vervoerregio Amsterdam verbindt veertien gemeenten en samen met de gemeenten werken we aan een regio waar mensen zich prettig en vlot kunnen verplaatsen. Het Beleidskader Mobiliteit is het centrale, strategische beleidsdocument van de Vervoerregio. Het geeft onze doelen weer en geeft richting aan al onze activiteiten, uitgaven en de keuzes die we daarbij moeten maken. BREDE WELVAART De Vervoerregio pakt de mobiliteitsopgaven aan vanuit het concept ‘Brede Welvaart’. Een goed ingericht mobiliteitssysteem zorgt voor een krachtige en aantrekkelijke regio om in te wonen, werken en recreëren. Daarmee is mobiliteit een middel om onze brede welvaart te vergroten voor reizigers en voor niet- reizigers. We kijken eerst vanuit de mens, pas daarna volgt het systeem. Dit verandert de doelen en opgaven van ons mobiliteitsbeleid. Die vertalen we in vijf samenhangende thema's: bereikbaarheid, duurzaamheid, verkeersveiligheid, gezondheid en inclusiviteit. Duurzaamheid Brede welvaart in de Vervoerregio Amsterdam g> Bereikbaarheid - Ons doel is optimale bereikbaarheid voor onze inwoners, werknemers, bezoekers en bedrijven. Dat was altijd al zo, maar de invulling verandert. We verbreden de definitie van bereikbaarheid naar ‘de mogelijkheden voor iedereen om binnen redelijke tijd en tegen redelijke kosten en op een prettige en soepele manier de plaatsen te bereiken waar men wil zijn’. Inclusiviteit - ledereen moet kunnen meedoen aan maatschappelijke activiteiten, ongeacht leeftijd, fysieke of mentale gesteldheid, sociaaleconomische status of waar diegene vandaan komt. Mobiliteit speelt hierin een belangrijke rol. We willen dat iedereen genoeg kansen heeft om voorzieningen, sociale contacten, een opleiding of werkplek te bereiken. Wanneer dit niet toereikend is zoeken we naar oplossingen. Duurzaamheid - Ons klimaat verandert snel, de biodiversiteit gaat achteruit en onze grondstoffen raken op. Voor de Vervoerregio betekent dit dat we de komende jaren grote stappen moeten zetten naar een 4 Vervoerregio Amsterdam mobiliteitssysteem met een neutrale ecologische impact in 2050. We werken aan een CO‚-neutraal mobiliteitssysteem, het verminderen van stikstofuitstoot, verminderd grondstoffenverbruik, verminderde invloed van ons mobiliteitssysteem op het milieu, het voorkomen van de verslechtering van de biodiversiteit en klimaatadaptatie. Verkeersveiligheid — Het aantal verkeersdoden en ernstig gewonden in het verkeer stijgt. De Vervoerregioa Amsterdam wil in 2050 zo dicht mogelijk bij het doel van nul verkeersdoden en ernstig gewonden komen. Door meer op risico’s te sturen, willen we op korte termijn een trendbreuk realiseren en de stijging omzetten in een daling. We richten ons op de aanpassing van de wegen en het gedrag van de verkeersdeelnemer. Gezondheid — Met de juiste mobiliteitsoplossingen en -keuzes dragen we positief bij aan onze fysieke en mentale gezondheid. Dat kan door mensen aan te moedigen meer voor actieve manieren van vervoer (lopen, fietsen) te kiezen. En we werken toe naar minder uitstoot van schadelijke stoffen, minder geluid en zo min mogelijk stress. PRINCIPES EN RICHTINGEN De visie ondersteunen wij met vier uitgangspunten die de rode draad van het Beleidskader vormen. De mens als startpunt voor comfortabel, veilig en ontspannen reizen - Reizigers in onze regio moeten comfortabel, veilig, vlot en onbezorgd hun bestemmingen kunnen bereiken. Inzicht in wat mensen beweegt en hoe we bepaalde keuzes kunnen aanmoedigen is daarom belangrijk. We nemen gedragsbeïnvloeding en de vraagkant van mobiliteit als uitgangspunt en kijken welke maatregelen in de infrastructuur daar het beste op aansluiten. STOMP is de basis — We willen de mobiliteit in onze regio verminderen, veranderen en verduurzamen. Verminderen betekent inzetten op slimme ruimtelijke keuzes, mijden van de spits en thuiswerken. Voor veranderen hanteren we het STOMP-principe (Stappen — Trappen — OV — Mobiliteitsdiensten — Privéauto): we moedigen de manieren van vervoer aan die het meeste bijdragen aan onze doelen, en passend zijn bij het gebied waar je reist. Dit betekent dat we de vervoersopties makkelijker en aantrekkelijker maken die minder ruimte innemen en veiliger, gezonder en duurzamer zijn. Zonder bepaalde vervoersopties te verbieden of onmogelijk te maken. De consequente inzet van STOMP draagt ook bij aan verduurzaming. Verder zetten we in op verminderde uitstoot van schadelijke stoffen, het gebruik van schone energie en de inzet van zo min mogelijk grondstoffen om dit doel te bereiken. leder gebied vraagt om een andere oplossing — De Vervoerregio is in alle opzichten een diverse regio. We maken daarom onderscheid tussen vijf verschillende gebiedstypen, van hoogstedelijk tot landelijk. leder gebiedstype vraagt om een andere invulling van de mobiliteit volgens het STOMP-principe: in landelijk gebied houdt de auto een grotere rol, maar moeten de alternatieven ook beter worden; in centra veel ruimte voor lopen en fietsen en doorgaand verkeer eromheen. We kijken ook naar de relaties tússen de gebiedstypen, waarbij onder meer hubs overstappen tussen vervoerswijzen mogelijk maken. We geven onze inwoners dus keuzemogelijkheden die passen bij de omgeving en aansluiten op onze doelen. Mobiliteit en ruimte versterken elkaar — De Vervoerregio heeft geen zeggenschap over de openbare ruimte en is geen wegbeheerder, maar heeft wel grote belangen bij een goede ruimtelijke ordening en een goede, prettige en klimaatbestendige openbare ruimte. Dit bepaalt namelijk hoe mensen kunnen en 5 Vervoerregio Amsterdam willen reizen. Samen met onze partners streven we naar nabijheid van dagelijkse activiteiten en prettig ingerichte wijken, buurten en straten. We helpen gemeenten om bereikbaarheid een goede plek te geven binnen ruimtelijke plannen. ev rn STOMP IS DE EEN ONTSPANNEN REIZEN MET DE REIZEN, ACTIEF, MENS ALS LADA TCT UNS ed VRAAGT OM RUIMTE AND AAL AAN OPLOSSING ELKAAR STUREN, SAMENWERKEN EN BIJSTUREN Nieuw beleid vraagt om nieuwe keuzes en afwegingen en een nieuwe manier van werken. Sturen, samenwerken en bijsturen zijn daarbij erg belangrijk. Samen voor en met de regio — Voor het uitvoeren van activiteiten en projecten hebben we alle partijen in de regio nodig. We zoeken daarom de samenwerking, vooral met onze gemeenten. Om onze doelen te bereiken gaan we bewoners, bezoekers, werknemers, onderwijsinstellingen en bedrijven beter betrekken. Plan Do Check Act: sturen en bijsturen — Omdat de toekomst altijd onbekend en onvoorspelbaar is, moeten we ervoor zorgen dat we wendbaar en gefocust zijn. We kiezen een duidelijke richting, maar sturen bij als de situatie verandert of nieuwe kansen voorbij komen. Dat doen we via de Plan-Do-Check- Act-cyclus: we maken een visie, voeren deze stap voor stap door, meten de effecten en sturen indien nodig bij. We werken hierbij waardegedreven en sturen op dat wat in het dagelijks leven belangrijk is voor de bewoners en reizigers in de regio. We ontwikkelen een afwegingskader dat de brede welvaart koppelt aan efficiënt gebruik van ruimte, energie en financiën en waarmee we afwegingen binnen en tussen projecten maken. We gaan de vijf brede welvaart doelen vertalen in goed meetbare indicatoren. Hiermee gaan we in een monitoringsplan bijhouden of beleidskeuzes en investeringen voldoende aan de doelen bijdragen of dat we moeten bijsturen. Ook willen we meer ruimte geven aan experimenten, die bij succes een vervolg kunnen krijgen, en vooraan staan bij nuttige innovaties. We staan open voor initiatieven van buiten, zoals van bewoners of marktpartijen. Ten slotte vraagt het werken vanuit de nieuwe doelen binnen deze plan-do-check-act-cyclus een cultuurverandering bij de medewerkers van de Vervoerregio. We gaan van een focus op infrastructuur, vervoer, reistijd en snelheid naar een bredere blik waarin duurzaamheid, gezondheid, veiligheid en inclusiviteit net zo belangrijk worden. 6 VERN | Vervoerregio Amsterdam INLEIDING EN LEESWIJZER Dit document beschrijft onze lange termijn visie op mobiliteit en bereikbaarheid. Eerst presenteren we het concept brede welvaart. Hierbij wordt aandacht besteedt aan de pijlers bereikbaarheid, inclusiviteit, gezondheid, verkeersveiligheid en duurzaamheid. Daarnaast komen de trends en ontwikkelingen voorbij die ons hebben aangemoedigd om ons beleid opnieuw te bekijken. Daarna leggen we de uitgangspunten uit die de rode draad van dit document vormen. Zo staan mensen, groepen en reizigers voorop in ons beleid. We gaan hier dieper in op het STOMP-principe (bij het inzetten van maatregelen denken we in de volgorde ‘Stappen-Trappen-OV-Mobiliteitsdiensten-Privéauto’) dat voor een groot deel de keuzes in dit beleidsdocument hebben bepaald. Dit principe helpt namelijk goed om onze doelen te bereiken. Ook kunt u in dit hoofdstuk lezen dat de mobiliteitsproblemen niet overal hetzelfde zijn en dat voor elk gebied andere oplossingen nodig zijn. Tenslotte is ook de ruimte een belangrijk hulpmiddel, want mobiliteit begint bij een goede ruimtelijke ordening. In het laatste hoofdstuk besteden we aandacht aan de manier waarop we het beleid werkelijkheid willen laten worden. We vinden het belangrijk dat we dat samen met onze reizigers, vervoerders, gemeenten en andere overheden doen en zo samenwerken om onze gemeenschappelijke doelen te bereiken. We nemen u mee in de manier waarop we Plan-Do-Check-Act willen gaan inzetten en vertellen we wat dit betekent voor de cultuur van onze organisatie en onze manier van werken. Voor een uitwerking van deze visie voor onze deelregio’s en voor verschillende deelonderwerpen zoals gedrag, fiets, publieke mobiliteit en ruimtelijke ordening, verwijzen we u naar deel B van het Beleidskader Mobiliteit. 7 Vervoerregio Amsterdam 1. OPGAVE EN DOELEN Vervoerregio Amsterdam verbindt veertien gemeenten en samen met de gemeenten werken we aan een regio waar mensen zich prettig en vlot kunnen verplaatsen. Met dit beleidskader willen we niet alleen de verbindingen tussen plekken en mensen beter maken, maar ook de verbinding met andere taakvelden zoals ruimte en wonen, waar provincie en gemeenten verantwoordelijk voor zijn. En dat in een regio met verschillende gebieden en met inwoners en bezoekers die verschillende mogelijkheden en wensen hebben. Daarom ook de titel van dit beleidskader: Verbinden in Verscheidenheid. Het Beleidskader Mobiliteit is het centrale, strategische beleidsdocument van de Vervoerregio Amsterdam. Het geeft onze doelen en ambities weer en geeft richting aan al onze activiteiten, onze investeringen en de keuzes die we daarbij moeten maken. Meer specifiek is het beleidskader — als uitvoering van het regionaal verkeer- en vervoersplan! zoals verplicht vanuit de Planwet Verkeer en Vervoer ook tevens hanteerbaar als “sustainable urban mobility plan” (SUMP?) — gewenst om in aanmerking te komen voor Europese subsidies — de basis voor de beslissingen die het dagelijks bestuur en de Regioraad van de Vervoerregio Amsterdam nemen. 1.1. GROTE OPGAVEN VRAGEN ANDERE, BREDE BENADERING De maatschappelijke opgaven die op ons afkomen op het gebied van klimaat, energie, woningbouw, werkgelegenheid, verkeersveiligheid en de toenemende ongelijkheid in de samenleving zijn groot en ingrijpend. Zie ook de trends en ontwikkelingen in Bijlage 1. Mobiliteit speelt daarin een belangrijke rol en doorgaan op de oude weg is daarbij geen optie: de regio loopt dan vast. En dan bedoelen we niet (alleen) dat het verkeer vastloopt. We halen onze klimaatdoelen niet, we kunnen te weinig woningen bouwen en de leefkwaliteit wordt slechter. Er is een verandering in de mobiliteit nodig en daarvoor zijn scherpere keuzes nodig. Keuzes die de opgaves aan elkaar verbinden en die rekening houden met de verscheidenheid van onze regio. Het Beleidskader Mobiliteit legt die scherpere keuzes op verschillende thema’s en voor verschillende vervoersmiddelen vast. Dit vraagt om een bredere benadering van mobiliteit dan we tot nu toe gewend waren. Steeds meer overheden kiezen ervoor om de maatschappelijke opgaven aan te pakken vanuit het concept ‘Brede Welvaart’ (zie kader). Vervoerregio Amsterdam sluit zich daar met dit Beleidskader bij aan. Want een goed ingericht mobiliteitssysteem zorgt voor een sterke en aantrekkelijke regio om in te wonen, werken en recreëren. Een goed ingericht mobiliteitssysteem is een middel om onze brede welvaart te vergroten voor reizigers en voor omwonenden langs de infrastructuur. Zo bewaken we de ecologische bovengrens en de sociale ondergrens (zie afbeelding hieronder). Omdat welzijn, welbevinden en duurzaamheid voor ons voorop staan, onderbouwen we onze keuzes ook anders: we kijken eerst naar de mens en het gebied en kijken op basis daarvan welke oplossingen (welke systemen) daarbij passen. Daarbij vinden we het belangrijker dat mobiliteit eraan bijdraagt dat het welzijn van iedere persoon voldoende is, dan dat we daar waar het al (heel) goed is, het nóg beter maken. 1 Als bedoeld in artikel 6 van de Gemeenschappelijke regeling Vervoerregio Amsterdam. ? Als bedoeld in het Urban Mobility Framework (Europese Commissie, 2022): een SUMP wordt verplicht voor knooppunten in het Trans-Europese transportnetwerk en is voorwaarde voor verschillende EU-subsidies. 8 Vervoerregio Amsterdam Door aan mobiliteit te werken vanuit brede welvaart, veranderen ook de doelen en opgaven van ons mobiliteitsbeleid. Die vertalen we in vijf samenhangende thema’s: bereikbaarheid, duurzaamheid, verkeersveiligheid, gezondheid en inclusiviteit. Brede welvaart Brede welvaart gaat over alles dat invloed heeft op ons welzijn en welbevinden. Behalve materiële welvaart betekent het ook onze gezondheid, veiligheid, opleiding, sociale contacten, zingeving, zorg, persoonlijke ontwikkeling, vrijetijdsbesteding en de kwaliteit van de leefomgeving. Mobiliteit levert een belangrijke bijdrage aan de brede welvaart en het welzijn van mensen. Hierdoor kunnen we belangrijke bestemmingen bereiken, zoals werk, winkels, sport en onze sociale contacten. Ook kan mobiliteit onze lichamelijke en geestelijke gezondheid verbeteren, bijvoorbeeld wanneer we buiten wandelen of een rondje fietsen. Het zorgt er ook voor dat mensen over de producten en diensten kunnen beschikken die hun welzijn vergroten. Maar door mobiliteit kan de brede welvaart ook verminderen, bijvoorbeeld door verkeersonveiligheid, geluidsoverlast, stress en milieuvervuiling. Bereikbaarheid Duurzaamheid Brede welvaart in de \ Vervoerregio Amsterdam AAT T EA VEA TN Î An mm) EEEN le Figuur 1: Toepassing van brede welvaart in de Vervoerregio Amsterdam 9 Vervoerregio Amsterdam Bereikbaarheid sluit als thema direct aan op de taken en verantwoordelijkheden van de Vervoerregio. Ons doel is om de Amsterdamse regio te houden voor onze inwoners, werknemers, bezoekers en bedrijven. Dat blijft hetzelfde, maar de invulling verandert. We verbreden de definitie van bereikbaarheid naar ‘de mogelijkheden voor iedereen om binnen redelijke tijd en tegen redelijke kosten en op een prettige en soepele manier de plaatsen te bereiken waar men wil zijn’. Het gaat om het goed kunnen bereiken van dagelijkse voorzieningen en recreatiemogelijkheden en het hebben van voldoende mogelijkheden voor banen en opleiding. Voor het vervoer van goederen vullen we dit in als ‘de mogelijkheden voor bedrijven om hun diensten en producten binnen redelijke tijd en tegen redelijke kosten en op een prettige en soepele manier aan te bieden aan voldoende mogelijke klanten’. Inclusiviteit houdt in dat iedereen moet kunnen meedoen aan maatschappelijke activiteiten, ongeacht leeftijd, fysieke of mentale beperking, sociaaleconomische status of waar diegene vandaan komt. Mobiliteit speelt hierin een belangrijke rol. De wet verplicht ons zelfs dat ons mobiliteitssysteem fysiek en mentaal aan iedereen toegang biedt. Kan iemand goed het voertuig betreden, de weg goed vinden en is betalen voor iedereen mogelijk? De Vervoerregio investeert hierin en dat blijft ook de komende jaren nodig, met oplossingen die passen bij verschillende doelgroepen. We kijken of iedereen genoeg kansen heeft om voorzieningen, sociale contacten, een opleiding of werkplek te bereiken. Als er plekken in onze regio zijn waar dat niet het geval is (voor bepaalde groepen), bijvoorbeeld door een mobiliteitsbeperking, leeftijd, inkomen of door belemmeringen of onvoldoende aanbod, dan is er sprake van bereikbaarheidsongelijkheid. Dan zijn betere, sociaal veiligere en/of beter betaalbare oplossingen nodig. Inclusiviteit is een relatief nieuw thema binnen mobiliteit waar we nog niet genoeg kennis van hebben. Daarom doen we in de komende jaren meer onderzoek naar specifieke doelgroepen en de mogelijke oplossingen voor hun problemen. Het derde thema is duurzaamheid. Ons klimaat verandert snel, de biodiversiteit gaat achteruit en onze grondstoffen raken op. We moeten samen alles op alles zetten om deze ontwikkelingen tegen te gaan en de negatieve gevolgen ervan te verminderen. Voor de Vervoerregio betekent dit dat we de komende jaren grote stappen zetten naar een mobiliteitssysteem met een neutrale ecologische impact in 2050. Dat is niet alleen een mobiliteitssysteem dat per saldo geen CO; uitstoot. Het gaat ook om het verminderen van de stikstofuitstoot, ons grondstoffenverbruik, de invloed van ons mobiliteitssysteem op het milieu en het voorkomen van de verslechtering van de biodiversiteit. In een wereld waarin het klimaat al bezig is te veranderen, zien we nu al de noodzaak om de invloed op ons mobiliteitssysteem te verkleinen. Denk aan het verminderen van wateroverlast op bijvoorbeeld wegen en stations bij langdurige regen of een dijkdoorbraak en het zorgen voor verkoeling en schaduw tijdens langdurige hitte. Verkeersveiligheid is een belangrijk thema vanwege het persoonlijk leed dat verkeersongevallen veroorzaken: elk slachtoffer is er één te veel. Daarbij zijn de maatschappelijke kosten van verkeersonveiligheid veel hoger dan bijvoorbeeld die van dagelijkse files of de uitstoot van schadelijke emissies. Na jaren van daling stijgt het aantal doden en ernstige verkeersslachtoffers de laatste tijd weer. Daar maken we ons zorgen over. De Vervoerregio Amsterdam wil in 2050 zo dicht mogelijk bij nul verkeersdoden en ernstige slachtoffers komen. Dat betekent dat we meer moeten doen dan nu. Door meer op risico’s te sturen, willen we op korte termijn een omslag bereiken en onze doelen beter te kunnen bereiken. We richten ons op de aanpassing van de wegen en het gedrag van de verkeersdeelnemer (educatie en handhaving gericht op veilig gedrag, aandacht voor kwetsbare groepen). 10 Vervoerregio Amsterdam Het laatste thema is gezondheid en daar kunnen wij met mobiliteitsoplossingen en -keuzes positief aan bijdragen. Gemiddeld genomen is de gezondheidssituatie in Nederland, en ook in onze regio, goed. Toch zijn er aandachtspunten: het aantal ouderen neemt toe, enkele steden in onze regio scoren laag in de Gezonde Stad Index (Arcadis, 2022) en steeds meer mensen hebben problemen met hun mentale gezondheid. We willen het mobiliteitssysteem en onze openbare ruimte daarom zo inrichten dat het zorgt voor een gezonde leefstijl. Dat kan door mensen aan te moedigen meer voor actieve manieren van vervoer (lopen, fietsen) te kiezen. Maar het werken aan een gezonde regio betekent ook het verminderen van de invloed die schadelijke stoffen, geluid en drukte door mobiliteit hebben op de fysieke en mentale gezondheid van omwonenden. We willen veilig en zonder veel stress kunnen reizen, en dat is best lastig in een regio die steeds drukker wordt. Wanneer we dat bereiken, dan draagt dat ook bij aan andere doelen bij thema’s als duurzaamheid, inclusiviteit of verkeersveiligheid. Hieruit blijkt opnieuw dat, als we brede welvaart in het mobiliteitsbeleid toepassen, we de diverse doelen met elkaar verbinden. Doelen vertaald in meetbare resultaten Om te weten of we onze doelen overal bereiken, is het nodig dat we ze kunnen meten. Dat doen we door de doelen te vertalen in meetbare resultaten. Zo is een meetbaar resultaat voor verkeersveiligheid: “in 2050 komen we zo dicht mogelijk bij nul verkeersdoden en ernstig verkeersgewonden”. En voor gezondheid kunnen we meten wat het aandeel is van lopen en fietsen in het totale aantal verplaatsingen. We vinden het daarbij ook belangrijk te meten of mensen tevreden zijn of zich prettig voelen over de mobiliteit. Dus als onderdeel van het doel bereikbaarheid, meten we bijvoorbeeld ook hoe goed mensen de bereikbaarheid van hun woonplek vinden. Voor alle vijf doelen hebben wij een voorzet voor meetbare resultaten opgenomen in Bijlage 2. 1.2. DE VERVOERREGIO AAN ZET Vanuit onze wettelijke taken? kan de Vervoerregio een belangrijke rol spelen om de mobiliteit te verbeteren en daarmee de brede welvaart in de regio Amsterdam te vergroten. Als opdrachtgever van het openbaar vervoer zijn we verantwoordelijk voor het stad- en streekvervoer. We geven opdrachten (zogenaamde OV-concessies) en subsidies aan vervoerbedrijven voor het uitvoeren van het openbaar vervoer. Sinds 2022 zijn we ook (volledig) verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de metro- en trambanen en (met de vervoerder) de aangewezen partij voor de veiligheid op het lokaalspoor*. Van het Rijk ontvangen we de Brede Doel Uitkering (BDU) waarmee we overal in de regio kunnen investeren in bereikbaarheidsoplossingen, van nieuwe tramlijnen en toegankelijke bushaltes tot fietspaden, verkeersveiligheidscampagnes en laadpalen voor schone voertuigen. Anders dan bijvoorbeeld gemeenten of provincies, is de Vervoerregio geen wegbeheerder (maar wij zijn wel verantwoordelijk voor beheer en onderhoud van metro- en tramsporen) en hebben we geen ruimtelijke taken. Alleen als het een weg . Samenwerking met andere partijen is dus belangrijk om onze doelen te bereiken. Zo stellen we regionaal beleid op en organiseren we projecten die we samen uitvoeren. Ook ontwikkelen en delen we kennis, bijvoorbeeld via het MRA-platform Smart Mobility. Met dit beleidskader geven we aan hoe we deze rollen en taken in de komende periode willen invullen, om zo onze doelen te bereiken. Waarbij we ons vooral richten op de plekken waar het nog onvoldoende is, in plaats van nóg beter maken wat al (heel) goed is. 3 Zie Bijlage 3 voor een uitgebreidere beschrijving van onze taken en rollen 4 Lokale of interlokale spoorwegen voor openbaar personenvervoer: metro- of tramwegen. 11 Vervoerregio Amsterdam 2. PRINCIPES EN RICHTINGEN Wij willen de bijdrage van mobiliteit aan brede welvaart in onze regio optimaliseren. Dat doen we door de volgende principes te hanteren. TE STOMP IS DE ONTSPANNEN EENS REIZEN, ACTIEF, REIZEN MET DE MENS ALS ld UITGANGSPUNT hed IEDER GEBIED MOBILITEIT EN VRAAGT OM RUIMTE A NAP 45 MAGEN LN OPLOSSING ELKAAR Figuur 2: Principes van het beleidskader 2.1MENS ALS STARTPUNT VOOR COMFORTABEL, VEILIG EN ONTSPANNEN REIZEN Reizigers in onze regio moeten Ht a * . comfortabel, veilig, vlot en onbezorgd EN hun bestemmingen kunnen bereiken. We DD er zorgen ervoor dat reizen een fijne ( \ , beleving is. x Ne | & n\ ' Ongeacht fysieke en mentale gesteldheid, e y i\ an : ú leeftijd en inkomen. ledereen moet zich Kz ) | N \ intuïtief en zonder beperkingen kunnen a D ) (d EN \ | ) verplaatsen van deur tot deur, op elke pr Á Ì a 4 2 plek en elk moment. We hebben steeds meer keuzeopties die dat mogelijk te maken. Ook richten we de omgeving zo in dat ook de kwetsbare groepen zich welkom voelen en goed gebruik kunnen maken van het mobiliteitssysteem. Onze maatstaf is: als het door kwetsbare groepen gebruikt kan worden, dan kan iedereen dat. Hiervoor is het nodig de mens als uitgangspunt voor ons beleid te nemen. De keuzes en het gedrag van mensen bepalen namelijk het verkeersbeeld op straat. En de voorkeuren van mensen bepalen of zij het reizen comfortabel en ontspannen vinden. 12 Vervoerregio Amsterdam Inzicht in wat mensen beweegt en hoe we bepaalde keuzes kunnen aanmoedigen, is daarom belangrijk. Op basis van (gedrags-)inzichten kunnen we maatregelen nemen die de vraag naar mobiliteit beïnvloeden, die mensen laten nadenken of ze wel een (extra) eigen auto nodig hebben en die zorgen voor duurzamer en veiliger mobiliteitsgedrag. Bijvoorbeeld via opleiding en campagnes, maar ook door gedragskennis te gebruiken bij het ontwerpen van straten en bij het bepalen van de tarieven voor de verschillende vervoersmiddelen. Zo kunnen we mensen van jong tot oud, van elke achtergrond en in elk deel van onze regio, helpen om bijvoorbeeld veilig te fietsen of het openbaar vervoer te gaan gebruiken én daarbij rekening te houden met elkaar. Het kijken vanuit de mens nemen we ook verderop in dit beleidskader als startpunt. We beginnen met gedragsbeïnvloeding en de vraagkant van mobiliteit, daarna gaan we pas in op de infrastructuur. Bovendien nemen we ook bij het bepalen van onze inzet op infrastructuur, mobiliteitsdiensten en ruimtelijke keuzes de gebruiker als uitgangspunt: wat heeft de gebruiker nodig om bepaalde mobiliteitskeuzes te kunnen maken en bepaald verkeersgedrag te laten zien? Î a BO oo} OÔ STOMP staat vaor Stappen, Trappen, OV, Maas en Privé-auto Bij het STOMP -principe geven we de 5 de meeste prioriteit, gevolgd door de T, de 0, de M en dan pas de P. Zo vormt de mens het startpunt. Door functiemenging en compact- heid toe te passen ontstaan gebieden waar lopen een aan- trekkelijke optie is. Voor langere afstanden bieden fiets en OV uitkomst als schone en ruimte-efficiënte modaliteiten. MaaS — bijvoorbeeld deelvervoaer — kan dit gebruik verge- makkelijken en verder stimuleren. De privéauto geldt als sluitstuk. STOMP vormt de basis voor de ruimtelijke inpas- sing van mobiliteit. Wat STOMP precies betekent voor een gebied, is sterk afhankelijk van de gebiedstypologie. STOMP Principe (bron: CROW-KpVV, 2021) 2.2 STOMP IS DE BASIS Om onze doelen te bereiken, willen we de mobiliteit in onze regio verminderen, veranderen en verduurzamen. We beginnen met het verminderen van mobiliteit. Dat is de meest effectieve maatregel, want het voorkomt onnodig energiegebruik en vermindert de drukte op straat. Verminderen kan op verschillende manieren. Ritten niet meer maken, bijvoorbeeld door thuiswerken. Ritten op een ander moment maken, waardoor de spits minder druk wordt. En kortere ritten maken. Slimme ruimtelijke keuzes zijn hierbij heel belangrijk. Veranderen gaat over de keuze voor het vervoermiddel. We moedigen de manieren van vervoer aan die het meeste bijdragen aan onze doelen. Dit doen we volgens het STOMP-principe. Dit betekent dat we de 13 Vervoerregio Amsterdam vervoersopties makkelijker en aantrekkelijker maken die minder ruimte innemen en veiliger, gezonder en duurzamer zijn. Zonder bepaalde vervoersopties te verbieden of onmogelijk te maken. We willen juist meer opties geven en mensen minder afhankelijk maken van één vervoermiddel. De actieve vervoersmiddelen (lopend en op de (e-)fiets) zijn dan de basis, vooral op kortere afstanden. De (e-)fiets is een kans om ov- en autoverplaatsingen op de korte (en middellange afstand) te vervangen. Op grote afstanden is ov (eventueel zelfs over water) belangrijker. En in bepaalde gevallen is dat de auto. Afhankelijk van het type gebied en de persoonlijke situatie en gezondheid kan dan de best passende manier van vervoer gekozen worden. Voor goederenvervoer betekent dit: vervoer over grotere afstanden over water en spoor, waar dat kan. En in de bebouwde kom liever combineren en vaker — maar niet altijd — met kleine voertuigen. Dit houdt in dat we moeten zorgen voor een regio waarbij 7 r de ruimte zo is ingericht dat bestemmingen dichtbij zijn S Á LE EN A D\ en het uitnodigt om te kiezen voor de actieve en gedeelde 5 ss mobiliteitskeuzes. Ook moet fietsinfrastructuur CON NI Kn a & Ä uitnodigend en van hoge kwaliteit zijn en moeten we TE Tr zorgen dat het HOV op de belangrijke trajecten voldoende Ne ® Ge 8 Ee snel is. Het kan ook betekenen dat een andere route voor de (doorgaande) auto buitenom nodig is, of dat parkeren a mi in een centrumgebied duurder en lastiger is dan aan de vaar rand ervan. STOMP betekent verder dat we niet met één 65 == vervoersmiddel alle problemen willen oplossen, want iedere situatie is anders. We zoeken juist de ideale nnen combinatie. Bijvoorbeeld in landelijk gebied, waar mensen met de auto naar een knooppunt of hub kunnen rijden en dan kunnen overstappen op ov. Zo kunnen mensen makkelijk de grotere afstanden afleggen met vervoersmiddelen naar keuze, maar die wel passen bij de omstandigheden en het gebied. Door nieuwe manieren van vervoer en diensten ontstaan daarvoor ook nieuwe kansen. Dit zie je heel goed bij de fiets. Steeds meer mensen hebben een elektrische fiets. Daardoor kunnen mensen vaker én verder fietsen in onze regio. Dat willen we dus aanmoedigen en nog aantrekkelijker maken. En je ziet het ook in het openbaar vervoer. In landelijk gebied of aan de randen van woonwijken is het bijvoorbeeld De moeilijk een goed en betaalbaar aanbod te Et nn TA ee geven. Maar door ov te verbinden met nieuwe ij pe d 4 eo Es flexibele vervoersoplossingen en a dd lan Ë 5 RS: ve Sâ deelmobiliteit, kunnen we toewerken naar Im km ORN ken een beter en toegankelijker aanbod van En af publieke mobiliteit. Prijsprikkels zijn verder heel nuttig om de verandering verder aan te moedigen. Denk aan belastingregels voor woon-werkverkeer, accijnzen, kilometerheffing en parkeerbeleid. De Vervoerregio heeft hier geen bevoegdheden, maar biedt graag haar kennis en expertise aan. Ook gaan we hier graag het gesprek over aan met onze gemeenten, de MRA-partners en het Rijk. > Een samenhangend kwalitatief goed aanbod van vervoersmiddelen, die toegankelijk zijn voor iedereen en die passen bij het gebied en de doelgroep. Naast bus, tram, metro en trein zijn dat bijvoorbeeld flexibel vervoer, deelfietsen, deelscooters en deelauto's. Zie verder Beleidskader Mobiliteit deel B — Uitwerking. 14 Vervoerregio Amsterdam Ten slotte zetten we in op verduurzamen. Daarom zetten we ook eerst in op lopen en fietsen. Maar in veel gevallen bieden juist gemotoriseerde vervoersmiddelen of vervoersmiddelen met (trap) ondersteuning de gebruiker de beste mogelijkheden. Daarom willen we dat ook die voertuigen zo min mogelijk schadelijke stoffen uitstoten, schone energie gebruiken en de productie en beheer en onderhoud zo min mogelijk impact op het milieu heeft. Dat doen we onder meer door als opdrachtgever van het ov zero emissie en schone energie als uitgangspunt te nemen en eisen rond circulariteit (hergebruik) op te nemen. We stimuleren gemeenten zero emissie zones in te stellen voor stadslogistiek, waar alleen nog voertuigen mogen komen die geen schadelijke stoffen uitstoten. En we vragen onze partners om met prijsprikkels voor schoon vervoer te bevorderen. 2.3IEDER GEBIED VRAAGT OM EEN ANDERE OPLOSSING De Vervoerregio bestaat uit veertien gemeenten die veel van elkaar verschillen. Van hoogstedelijk tot landelijk gebied. Van woonwijken met weinig voorzieningen, stadscentra met een combinatie van wonen en werken, tot kantoor- en industriegebieden. De beschikbare ruimte, de inrichting en de beschikbare infrastructuur verschilt sterk en daarmee ook de mobiliteitsoplossingen die daar het beste bij passen. Toch zijn er ook overeenkomsten tussen verschillende gebieden te omschrijven. Bijvoorbeeld in de mate van verstedelijking of type voorzieningen. We maken daarom onderscheid tussen vijf verschillende gebiedstypen (zie deel B, hoofdstuk 1). leder gebiedstype vraagt een andere invulling van de mobiliteit. Zo krijgt het STOMP-principe overal een andere invulling. We proberen onze inwoners keuzemogelijkheden te geven, die passen bij de omgeving en aansluiten op onze doelen. We kijken daarbij ook naar het reizen tussen de gebieden en bieden daarbij directe verbindingen en overstapmogelijkheden naar andere vervoersmiddelen. Zo sluiten we met de mobiliteitsoplossingen dus aan bij de verscheidenheid van onze regio. In landelijk gebied zijn de afstanden bijvoorbeeld vaak groter en is de auto dus vaker de beste oplossing, bijvoorbeeld als je van het ene naar het andere landelijke gebied in onze regio wilt. Maar de e-bike vergroot ook in landelijk gebied de mogelijkheden van de fiets. Dat alternatief willen we dan beter maken. En via hubs sluiten we het landelijk gebied aan op andere typen gebieden. In de grotere dorpen, maar ook buiten de centra in steden, is het steeds vaker zoeken naar de balans, mede doordat er meer mensen komen door woningbouw. Hier kan deelmobiliteit, als onderdeel van publieke mobiliteit, ervoor zorgen dat mensen minder snel een (tweede of derde) auto aanschaffen. In centrumgebieden en hoogstedelijk gebied is veel aandacht nodig voor de verblijfskwaliteit. Daarom staan lopen en fietsen daar voorop en zijn ze goed bereikbaar met ov. Bewoners kiezen er vaker voor geen auto te hebben. Met de auto kun je er komen, maar doorgaand verkeer willen we voorkomen. Zie hiervoor verder deel B van het Beleidskader, Hoofdstuk 1. 2.4 MOBILITEIT EN RUIMTE VERSTERKEN ELKAAR De Vervoerregio heeft geen zeggenschap over de openbare ruimte en is geen wegbeheerder, maar heeft wel grote belangen bij een goede ruimtelijke ordening en een goede, prettige en klimaatbestendige openbare ruimte. Goede bereikbaarheid valt of staat allereerst met hoe dichtbij bestemmingen zijn. In het stedelijke gebied bereiken we dit bijvoorbeeld door woningen, kantoren en voorzieningen dicht op elkaar te bouwen, en bij voorkeur in de buurt van (ov-)knooppunten. Dan hoeven bewoners en bezoekers minder te reizen, en 15 Vervoerregio Amsterdam worden lopen en fietsen logischer. Kosten voor investeringen in en het uitvoeren van ov zijn zo minder. We willen verder dat de regio zo is ingericht dat woon- en werklocaties op logische plekken voor het ov liggen. Vooral het zorgen voor meer arbeidsplaatsen op knooppunten buiten Amsterdam is van groot belang voor een evenwichtigere mobiliteit in de regio. Ook buiten het grootstedelijk gebied komen we op voor compact bouwen, om zo het draagvlak voor goede fietsroutes en snelle en frequente ov- verbindingen richting de stad te vergroten. Binnen wijken en buurten is prettige inrichting gewenst met de focus op verblijfskwaliteit en actieve vormen van mobiliteit. Loop- en fietsroutes sluiten goed aan op ov-haltes, knooppunten en mobiliteitshubs. Groen zorgt daarbij zowel voor een betere beleving als voor klimaatadaptatie. Daarom dragen we niet alleen bij aan een veilige, maar ook een groene en klimaatbestendige inrichting van de openbare ruimte, passend bij het gebiedstype. Om dit te bereiken biedt de Vervoerregio kennis en expertise aan aan de gemeenten, MRA-partners en ontwikkelaars zodat de mogelijkheid van comfortabel en duurzaam reizen meteen vanaf het begin wordt opgenomen in nieuwe plannen. In mobiliteitsprogramma’s voor ontwikkelgebieden maken we met gemeenten ook afspraken over de financiering. Zo draagt de Vervoerregio bij aan goede bereikbaarheid binnen ruimtelijke plannen, en sluiten we aan bij de verstedelijkingsafspraken. 16 Vervoerregio Amsterdam 3. STUREN, SAMENWERKEN EN BIJSTUREN Nieuw beleid vraagt om nieuwe keuzes en afwegingen en een nieuwe manier van werken. Want dit beleidskader slaagt pas wanneer we onze beleidskeuzes ook echt om kunnen zetten in activiteiten. Bijvoorbeeld in ons Uitvoeringsprogramma Mobiliteit en de concessies en contracten voor het openbaar vervoer, maar ook bij gemeenten. Sturen, samenwerken en bijsturen zijn daarbij erg belangrijk. 3.1SAMEN VOOR EN MET DE REGIO De mensen betrekken De Vervoerregio werkt voor de bewoners, Uitkomsten bewonersenquête bezoekers, werknemers en bedrijven in onze regio. Wij willen aansluiten op wat mensen e _ 874 inwoners en reizigers uit verschillende delen belangrijk vinden. Daarom proberen we al van onze regio hebben de enquête ingevuld; deze mensen — direct en via onze gemeenten e 67% geeft aan tevreden te zijn over het reizen in en vervoerders — bij onze keuzes te de regio; betrekken. En dat is soms lastig, omdat we e De drukte op wegen, fietspaden en het ov wordt vaak slechts een deel van de mensen kunnen relatief slecht beoordeeld; bereiken. Meestal het deel dat zich e De verbetering van het ov is een belangrijk persoonlijk betrokken voelt bij het onderwerp verbeterpunt: deelnemers willen liever een en de tijd en mogelijkheid heeft om zich lagere prijs en meer, beter en gemakkelijker ov. . Ze geven aan dat dit ook kan helpen om vaker daarover uit te spreken. . het ov te pakken in plaats van de auto; . … . e Men wil meer ruimte voor fiets en voetganger, Voor de projecten waar wij als Vervoerregio . … … . net als meer voorzieningen in de buurt en zelf verantwoordelijk voor zijn (zoals dit minder verkeerslachtoffers; beleidskader), betrekken wij de mensen al op e 6% geeft aan meer wegen voor auto's te allerlei manieren: via de Reizigersadviesraad, wensen; het reizigerspanel, de OV-klantenbarometer e Redenen om met de auto te gaan zijn: en door de inzet van mystery guests. Ook flexibiliteit, afhankelijkheid en plezier. Redenen betrekken we ervaringsdeskundigen bij onze om met het ov te gaan zijn: praktisch, comfort beleidskeuzes. En bij grote projecten maken en snelheid. Redenen om met de fiets te gaan we omgevingsmanagers verantwoordelijk zijn: praktisch flexibiliteit en comfort; voor goede betrokkenheid van de mensen in e _Op wijkniveau geeft een ruime meerderheid aan de regio. Om tot nog betere voorstellen en graag meer ruimte te hebben voor openbare oplossingen te komen, willen we de komende ruimte en groen en minder voor zaken als tijd wel gaan kijken of we aanvullend nieuwe parkeren. Ook is men voor verlaging van de vormen van meedenken en meepraten maximumsnelheid naar 30 km/uur in de kunnen uitproberen. bebouwde kom. En 96% vindt dat kinderen zelf naar school moeten kunnen fietsen, ook als de Samen met alle partijen in de regio schoolomgevingen daardoor minder toegankelijk Voor het uitvoeren van activiteiten en worden voor auto’s. projecten hebben we alle partijen in onze regio nodig, bij grote én kleine projecten. Denk aan gemeenten, de provincie en Rijkswaterstaat als wegbeheerders. En gemeenten en provincie in hun verantwoordelijkheid op het gebied van ruimtelijke ordening, want ook daar kunnen we de samenwerking verder versterken. Ook op andere thema’s, zoals 17 Vervoerregio Amsterdam klimaat of plannen die verder gaan dan de regio kunnen we meer en beter samenwerken. Met de provincie, het MRA-platform Smart Mobility en MRA-Elektrisch doen we dit op enkele thema’s al. Samen met bedrijfsleven en instellingen Werkgevers, onderwijsinstellingen en winkels hebben directe invloed op de mobiliteit van hun werknemers, studenten/scholieren en klanten. Vervoerders en andere mobiliteitsaanbieders bepalen verder sterk de vervoersmogelijkheden in onze regio. Daarom betrekken we ze bij ons beleid en onze projecten en staan we open voor initiatieven van buiten. Pakketafspraken Daarbij willen we ook vaker afspraken maken over een samenhangend maatregelpakket voor een bepaald gebied maken. Denk bijvoorbeeld aan het combineren van een gebied aantrekkelijker maken voor fietsen en lopen combineren met maatregelen om het autoverkeer meer buitenom te leiden. Daarin verbinden we onze ambities aan elkaar en maken we afspraken over de maatregelen die daarbij passen en hoe we die financieren. Waarbij de financiering van het complete pakket in het begin nog niet rond hoeft te zijn: we kunnen stap voor stap toewerken naar het gewenste resultaat. De gebiedsparagrafen in de uitwerking van dit Beleidskader Mobiliteit kunnen een opmaat zijn naar afspraken voor de deelregio’s. Als partner gemeenten verder helpen Verder kijken we steeds hoe we onze gemeenten, zeker de kleinere, kunnen helpen om de gezamenlijke doelen te bereiken. Kennisontwikkeling en -uitwisseling is daar een onderdeel van, bijvoorbeeld door ondersteuning voor beleidsregels te ontwikkelen. Waar dat past willen we helpen bij gezamenlijke inkoop. Dat doen we vooral als we onze doelen sneller kunnen bereiken, als we met schaalvoordelen lagere kosten bereiken of het meer kansen voor innovaties biedt. Daarnaast bespaart het gemeenten werk. Het onderzoeken van de mogelijkheden voor een regionale concessie voor deelmobiliteit past hier ook bij. De MRA, de provincie en het Rijk De 7 principes van het Er zijn ook zaken die we niet zelf binnen Multimodaal Toekomstbeeld MRA onze regio kunnen regelen. Mensen reizen namelijk voorbij de grenzen van de Principe 1: Stem verstedelijking af op de kwaliteit Vervoerregio. Goede samenwerking binnen van de bereikbaarheid en nabijheid de grotere Metropoolregio Amsterda en Principe 2: Afremmen en spreiden mobiliteitsgroei met de provincie Noord-Holland is daarom nodig. Denk aan gezamenlijke keuzes over Principe 3: Verbeter stedelijke en regionale woningbouw en werkgelegenheid en de fietsnetwerken vertaling hiervan naar een goed Principe 4: Ontwikkel regionale hubs per corridor, mobiliteitssysteem voor de hele dichtbij en verder van de steden metropoolregio. Zo hebben we met provincie en Rijk samen het Multimodaal Principe 5: Neem goederenvervoer integraal mee Toekomstbeeld MRA vastgesteld, waarin we in de bereikbaarheids- en verstedelijkingsopgave samen zeven principes voor mobiliteit Principe 6: Schaalsprong OV door stapsgewijs hebben benoemd. Hier hebben we het Rijk ontvlechten van het openbaar vervoer en provincie ook hard bij nodig: omdat het Rijk en de provincie geld investeren in grote Principe 7: Ringen draaiende houden projecten, maar het Rijk bepaalt ook via bijvoorbeeld fiscale en ruimtelijke wetgeving het kunnen slagen van onze doelen. 18 Vervoerregio Amsterdam 3.2PLAN DO CHECK ACT: STUREN EN BIJSTUREN Omdat de toekomst altijd onbekend en onvoorspelbaar is, moeten we ervoor zorgen dat we wendbaar en gefocust zijn. We moeten dus een duidelijke richting hebben waar we heen willen, maar die wel kunnen bijsturen als de situatie verandert of nieuwe kansen voorbij komen. Dat doen we via de Plan-Do-Check-Act-cyclus: e We beschrijven in dit beleidskader de gewenste verbetering en wat daarvoor nodig is (“Plan”); e We voeren de maatregelen uit (“Do”); e We meten of de maatregelen opleveren wat we willen en houden bij of de situatie verandert of er nieuwe kansen voorbij komen (“Check”); e We sturen het plan bij als dat nodig is (“Act”). Het einddoel blijft dan gelijk, maar de weg ernaartoe passen we op basis van deze cyclus wanneer nodig regelmatig aan. Hierbij vinden wij een aantal punten belangrijk. Waardegedreven beleid De Vervoerregio kiest met dit Beleidskader nog meer dan eerder om te sturen op dat wat in het dagelijks leven van waarde (belangrijk) is voor de inwoners en reizigers in de regio. We noemen dit ‘waardegedreven beleid’. Daarom moet de invloed onze vijf doelen bereikbaarheid, veiligheid, duurzaamheid, inclusiviteit en gezondheid, een centrale rol gaan spelen in de plan-do-check-act-cyclus. Afwegingen binnen en tussen projecten Onze doelen moeten altijd duidelijk zichtbaar zijn in al onze activiteiten, projecten en concessies maar ook in onze communicatie en in de verdeling van de verschillende thema's over de begroting. Dit zorgt voor herkenning bij onze gemeenten en andere samenwerkingspartners. De beste projecten dragen bij aan meerdere doelen. Maar de kosten van een project moeten wel passen bij het effect van het project op de doelen. We ontwikkelen daarom een afwegingskader dat niet alleen de brede welvaart bevat, maar ook inzicht geeft in de ruimtelijke efficiëntie, energie-efficiëntie en financiële efficiëntie. Want ook dat blijft belangrijk. Daarbij kijken we ook hoe we instrumenten zoals verkeersmodellen en — bij grotere, complexe projecten — MKBA's (maatschappelijke kosten-batenanalyse) kunnen aanscherpen of uitbreiden, zodat ze nog meer aansluiten bij onze vijf brede welvaartsdoelen. Wellicht zijn daarvoor ook aanpassingen in bijvoorbeeld de afweging en prioritering in de begroting nodig. Dit leidt straks tot andere afwegingen tussen en binnen projecten. We denken meer vanuit mens en omgeving en minder vanuit het systeem. We leggen bijvoorbeeld meer nadruk op het bieden van meer mobiliteitsopties, vooral opties die duurzaam zijn en weinig ruimte innemen. Ook besteden we meer aandacht aan waarom mensen bepaalde mobiliteitskeuzes maken en hoe we hierop in kunnen spelen. En we hebben meer aandacht voor wat voor effect mobiliteit heeft op de leefkwaliteit. Hierdoor gaan ook het Uitvoeringsprogramma Mobiliteit, de begroting en de kadernota er anders uit zien. En de projecten zelf worden ook iets anders en breder uitgevoerd, volgens de nieuwe doelen. Daarbij hebben we in het verleden gezien dat het werken aan grote projecten altijd een risico is. Dat is geen reden 19 Vervoerregio Amsterdam om ze uit de weg te gaan, wel om er zo verstandig mogelijk mee om te gaan. Zo bouwen we meer tussenstappen, en beslismomenten in. Monitoring en evaluatie De plan-do-check-act-cyclus bij monitoring en evaluatie is belangrijk. We gaan de vijf brede welvaart doelen vertalen in goed meetbare indicatoren, waarmee we gaan bijhouden of beleidskeuzes en investeringen voldoende aan de doelen bijdragen of dat we moeten bijsturen. We ontwikkelen hiervoor een monitoringsplan. Ook willen we een beter inzicht hebben in de zaken waar mensen waarde aan hechten en hoe wij daaraan als overheid via mobiliteit (kunnen) bijdragen. Experimenten en innovaties We geven meer ruimte aan experimenten, die bij succes een vervolg kunnen krijgen, en staan vooraan bij nuttige innovaties. We staan daarbij open voor initiatieven van buiten, zoals van bewoners of marktpartijen. Dit past bij de gedachte om bij te sturen op basis van veranderende omgeving en nieuwe kansen. We gaan actief op zoek naar strategische partners uit andere domeinen om samen te werken. Innovaties zijn voor de Vervoerregio geen doel op zich, maar een belangrijk middel om onze doelen te halen. Dit doen we bijvoorbeeld door het inzetten op slimme mobiliteit (smart mobility). Zo geeft het betalen met een betaalpas in het openbaar vervoer de reizigers meer gemak. Met intelligente verkeersregelinstallaties (iVRI’s) kan de doorstroming van verschillende doelgroepen nog beter georganiseerd worden. Ook worden er verschillende concepten rondom deelvervoer aan elkaar verbonden en aan de reiziger aangeboden. Dit levert de overheid kansen, maar ook grote uitdagingen op, zoals het aanpassen van wetten en het beantwoorden van de vraag of de overheid dit moet alleen aanmoedigen of ook moet regelen. Het kan ook gaan om innovaties in processen en organisaties, zoals de combinatie en de mogelijk financiële ontschotting (de scheiding tussen verschillende geldstromen opheffen) van het openbaar vervoer met vormen van doelgroepenvervoer. Het delen en gebruiken van mobiliteitsdata moedigen we aan, maar met bescherming van de privacy en dataminimalisatie (niet meer gegevens verzamelen dan strikt noodzakelijk voor het beoogde doel) als uitgangspunt. Werkwijze en cultuur Ten slotte vraagt het werken vanuit de nieuwe doelen binnen deze plan-do-check-act-cyclus een nieuwe manier van werken en cultuur bij de medewerkers van de Vervoerregio. We gaan van een focus op infrastructuur, vervoer, reistijd en snelheid naar een bredere blik waarin duurzaamheid, gezondheid, veiligheid en inclusiviteit net zo belangrijk worden. We zoeken de verbinding met andere beleidsgebieden en zoeken naar en zien kansen om elkaars doelen te versterken, (juist) ook buiten onze vertrouwde partners. We zorgen dat het mobiliteitssysteem goed functioneert en dragen bij aan de infrastructuur die daarvoor nodig is, maar denken daarbij wel eerst vanuit de menselijke behoeftes en gedrag. We kijken hoe we daarop kunnen aansluiten, met gedragsmaatregelen maar ook in het ontwerp van de infrastructuur. En we kijken steeds wat de gebieden vragen en hoe we dat in evenwicht kunnen brengen met doelen voor de hele regio. Dit vraagt behalve een aanpassing van bijvoorbeeld formulieren en de uitvoeringsprogramma's ook een andere manier van werken voor de medewerkers en eventueel opleiding voor extra kennis en vaardigheden. 20 Vervoerregio Amsterdam BIJLAGE 1: TRENDS EN ONTWIKKELINGEN Veranderingen in de mobiliteit gingen de afgelopen drie jaar hard. Trends en ontwikkelingen die al eerder waren ingezet, werden ineens zichtbaar. Denk alleen al aan hoe we — gedwongen door de tijdelijke corona lockdowns — massaal leerden om een dagje thuis te werken. Boodschappen worden vaker aan huis bezorgd en we maken meer tijd vrij voor een ommetje in de eigen buurt. Nieuwe thema’s binnen de mobiliteit, zoals meer aandacht voor verduurzaming, gezondheid en een inclusieve samenleving, maken het speelveld breder maar ook moeilijker dan eerst. In deze bijlage schetsen we de belangrijkste trends en ontwikkelingen. Met dit nieuwe Beleidskader willen we hier beter op in kunnen spelen. Mobiliteit We zien dat de voorkeur voor individueel vervoer steeds sterker wordt. Dit zorgt ervoor dat het ov-gebruik daalt, terwijl we er bijvoorbeeld vaker voor kiezen om een stukje te lopen. Het fiets- en ES autogebruik blijft ongeveer gelijk, waarbij we wel wat vaker gebruik maken van nieuwe diensten zoals private lease. Zo is de leasefiets erg populair, waarbij gebruikers het serviceconcept vaak ar 4 hoger waarderen dan het bezit zelf. Het aantal (deel)mobiliteitsaanbieders groeit, en dat leidt behalve tot een groter aanbod voor de reiziger ook tot nadelen zoals parkeeroverlast. Uit onderzoek blijkt bovendien dat reizigers andere prioriteiten stellen: waar we vroeger de file als grootste ergernis zagen, vinden we comfort en betrouwbaarheid steeds belangrijker ten opzichte van snelheid. Het aantal recreatieve verplaatsingen neemt toe, en dat geldt zowel voor de autoritten als ommetjes die we fietsen of lopen. Soms heeft die toegenomen recreatie negatieve invloed op het landelijke gebied). Gezonde en verkeersveilige leefomgeving Een duidelijke ontwikkeling is de steeds grotere aandacht voor gezondheid en een betere leefomgeving. Zo wordt verkeersveiligheid steeds belangrijker, vooral door de drukte die toeneemt. Terwijl we in onze regio steeds meer kwetsbare verkeersdeelnemers hebben, zien we de opkomst van allerlei nieuwe vervoermiddelen (Lichte Elektrische Voertuigen, LEV's). Dat zorgt voor meer snelheidsverschillen en drukte op de fietspaden. Kinderen fietsen op steeds latere leeftijd zelfstandig naar school. Om dat beeld om te draaien, kiezen gemeenten steeds vaker voor 30km/u en hebben zij meer aandacht voor de inrichting van de openbare ruimte en de kwaliteit van de leefomgeving. De auto krijgt daarbij steeds minder ruimte in drukke stedelijk gebieden. 21 Vervoerregio Amsterdam Bevolking en demografie De ongelijkheid in de samenleving neemt toe, op sociaal en financieel-economisch niveau maar dik bijvoorbeeld ook in gezondheid. De meeste gemeenten in de Vervoerregio groeien de komen de jaren flink door. Amsterdam passeert naar verwachting in 2030 de grens van een miljoen inwoners. ea Ook in gemeenten als Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel, Haarlemmermeer, Zaanstad en ok} Purmerend neemt het aantal inwoners toe. Onze beroepsbevolking neemt af en vergrijst, een ontwikkeling die minder snel te zien is in de grote steden dan in de rest van de regio. Hierdoor veranderen mobiliteitspatronen. Economische ontwikkelingen en logistiek Binnen Nederland blijft onze Metropoolregio dé economische hotspot, met Amsterdam als kernstad. We zien vooral groei van banen op plekken waar die nu ook al zijn. Dit zorgt voor meer nn files in de spitsen. Bedrijven hebben hier last van. Grotere werkgevers krijgen vanaf 2023 ook te eN maken met een verplichte regeling om de COz-uitstoot van hun vervoer te verminderen. Samen Om (© met overheden zoeken bedrijven daarom naar slimme mobiliteits-oplossingen, zoals moderne arbeidsvoorwaarden met mobiliteitsbudgetten en thuiswerkregelingen. Logistiek blijft een belangrijk thema, waarin we wel veranderingen waarnemen. Grote voertuigen worden steeds vaker uit drukke centrumgebieden geweerd. Bestellen via internet groeit met directe (en vooral kleine) leveringen aan huis. Het gebruik van schone alternatieven zoals LEV'S en fietsen (cargobikes) wordt daarbij steeds voordeliger. Deze persoonlijke service leidt wel tot andere mobiliteitspatronen en tot meer vervoers-bewegingen. We zien daarnaast een toename in pakketafhaalpunten (kluizen of balies) op centrale locaties zoals bijvoorbeeld supermarkten. Woningmarkt De druk op de woningmarkt is de laatste tijd erg toegenomen: er zijn te weinig woningen en de doorstroom in de huizenmarkt is laag. Om aan de vraag te voldoen, moeten er in de Metropoolregio ZN Amsterdam volgens afspraken tot 2040 minstens 175.000 tot 240.000 woningen worden bijgebouwd. Dat heeft grote gevolgen voor de druk op onze nu al drukke mobiliteitsnetwerken. Daarbij zijn mensen door hogere woningprijzen steeds verder van hun werk komen te wonen, wat resulteert in een scheve woon-werk balans. De regio heeft berekend dat er miljarden euro’s nodig zijn voor de nodige investeringen in bereikbaarheid. We zien steeds vaker dat de parkeernormen bij nieuwbouwwoningen omlaag gaan. 22 Vervoerregio Amsterdam Klimaat en Duurzaamheid We zien steeds vaker de gevolgen van de veranderingen in het klimaat: onze zomers zijn heter en droger, en regen wordt steeds heftiger met (lokale) overstromingen tot gevolg. In de overgang naar schonere vormen van vervoer is een versnelling bezig. Daardoor zien we steeds vaker elektrische auto’s en bussen rijden. Daarmee zijn we er nog niet: ook de productie van uitstootvrije voertuigen en infrastructuur heeft nog altijd negatieve gevolgen voor het milieu. Dat maakt opgaven nog groter. Schaarste Ontwikkelingen in de wereld zoals de oorlog in Oekraïne, zorgen voor tekort aan grondstoffen voor belangrijke productiemiddelen (bijvoorbeeld microchips) en energie (olie en gas), en daardoor stijgende prijzen. Door tekorten op de arbeidsmarkt krijgen vervoersbedrijven te maken met te weinig aan personeel en kunnen projecten minder snel worden uitgevoerd. Schaarste toont zich ook op een andere manier, doordat we te weinig ruimte op onze energienetwerken hebben en het lastig is voldoende plek te vinden voor woningbouw, energieopwekking en recreatie. Tegelijk zien we een toenemende opgave vanuit achtergebleven onderhoud aan infrastructuur, en dat zorgt de komende jaren voor een grote claim op de budgetten. Circulair produceren kan daarbij helpen om schaarste tegen te gaan. Toenemende digitalisering De digitalisering van onze samenleving zet door en dat heeft gevolgen voor hoe we ons verplaatsen. a ê Pe Tijdens corona werd thuiswerken normaal, en dit zijn we daarna ook (voor een deel) blijven doen. Daardoor is vooral het gebruik van het ov wat afgenomen. Verschillende digitale ontwikkelingen ed dd maken ons het leven makkelijker: denk aan maaltijden bestellen, reizen en plannen, betalen met , ) de betaalpas in het ov en kunstmatige intelligentie (slimme camera’s in voertuigen). We zien door dd bijvoorbeeld online bestellingen dat er meer voortuigbewegingen zijn en dat het onveiliger wordt in het verkeer. Ook zijn er zorgen om onze privacy en de veiligheid van digitale systemen. Een nieuwe opgave is om onze digitale middelen (zoals websites en apps) toegankelijk te maken voor alle doelgroepen. Betrokkenheid inwoners We zien twee ontwikkelingen rond de betrokkenheid van inwoners bij politiek en besluitvorming. 1) ) ) Aan de ene kant zijn inwoners betrokken: ze komen op voor een prettige woon- en leefomgeving, klimaat, schone lucht en (inclusieve) mobiliteit. Er is steeds meer politieke aandacht voor deze onderwerpen, en inwoners, belangenbehartigers en experts worden steeds vaker betrokken bij besluitvormingsprocessen. Aan de andere kant neemt het vertrouwen in de overheid af. Dat zien we in demonstraties op straat, maar ook online op social media. De afstand tussen de verschillende groepen inwoners lijkt ook steeds groter te worden. 23 Vervoerregio Amsterdam BIJLAGE 2: VAN DOELEN NAAR MEETBARE RESULTATEN Met het Beleidskader wil de Vervoerregio bijdragen aan brede welvaart bijdragen. Dat doen we door te werken aan vijf doelen: verkeersveiligheid, duurzaamheid, gezondheid, inclusiviteit en bereikbaarheid. We willen deze vijf doelen vertalen in goed meetbare indicatoren, waarmee we gaan bijhouden of beleidskeuzes en investeringen voldoende aan de doelen bijdragen of dat we moeten bijsturen. We ontwikkelen hiervoor een monitoringsplan. Ook willen we met monitoring een beter inzicht krijgen in de zaken waar mensen waarde aan hechten en hoe wij daaraan als overheid via mobiliteit (kunnen) bijdragen. Als basis voor de monitoring koppelen we hieronder aan elk van de vijf doelen van brede welvaart enkele subdoelen met indicatoren. Deze moeten op hoofdlijnen de voortgang binnen deze doelen in beeld brengen. Daarnaast werken we in een afzonderlijk monitoringsplan nog subdoelen en indicatoren uit die meer in detail de voortgang tonen. We hebben daarbij twee soorten indicatoren: e Met objectieve indicatoren brengen we feitelijke ontwikkelingen in beeld en vergelijken die met vooraf gestelde doelen. e Met subjectieve indicatoren brengen we in beeld welke waardeoordelen, meningen en ervaringen mensen hebben. Ook die vergelijken we met vooraf gestelde doelen. Voor deze vorm van monitoring willen we gebruik maken van enquêtes, onder andere via ons reizigerspanel. Verkeersveiligheid: e In 2050 komen we zo dicht mogelijk bij nul verkeersdoden en ernstig verkeersgewonden. e In 2030 hebben we een trendbreuk gerealiseerd van een stijging van het aantal verkeersslachtoffers naar een daling. e Inwoners en reizigers ervaren de verkeersveiligheid tijdens hun verplaatsingen in de regio minimaal als voldoende Duurzaamheid: e Het OV in onze concessies stoot in 2025 geen CO2 meer uit. e In 2050 komen we zo dicht mogelijk bij een CO2-neutraal mobiliteitssysteem. e In 2050 komen we zo dicht mogelijk bij een mobiliteitssysteem zonder uitstoot van schadelijke stikstofverbindingen. e In 2050 komen we zo dicht mogelijk bij een (restjafvalvrij mobiliteitssysteem, waarbij alle grondstoffen die worden gebruikt, uiteindelijk weer worden hergebruikt. e In 2050 komen we zo dicht mogelijk bij een klimaatbestendig mobiliteitssysteem. e De biodiversiteit mag door veranderingen in het gebruik van, en door investeringen in ons mobiliteitssysteem per saldo niet verslechteren. 24 Vervoerregio Amsterdam Gezondheid: e Het aandeel verplaatsingen lopend en met de fiets in de totale mobiliteit in de regio neemt steeds verder toe. Dit geldt voor lopen en fietsen als hoofdvervoermiddel van de verplaatsing, maar ook als onderdeel van een verplaatsing met andere vervoermiddelen. e De luchtkwaliteit langs infrastructuur in de regio voldoet in 2030 aan de WHO-advieswaarden. e Het geluidsniveau langs infrastructuur in de regio voldoet in 2030 aan de WHO-advieswaarden. e Inwoners en reizigers ervaren het mobiliteitssysteem als uitnodigend om verplaatsingen lopend of fietsend af te leggen. e Inwoners en reizigers ervaren weinig tot geen stress bij hun verplaatsingen in de regio. e Inwoners en reizigers ervaren de luchtkwaliteit in/bij hun woning en tijdens hun verplaatsing minimaal als voldoende. e Inwoners en reizigers ervaren het geluidsniveau in/bij hun woning en tijdens hun verplaatsing niet als belastend. Modal split in Waterland, Zaanstreek (2021) Modal split in Amsterdam (2021) Modal split in Amstelland. Meerlanden (2021) Overig Overig 2% ov a% OW 5% — S% ov 9% Overig 5% Lopen 23% Auto 42% Lopen 23% Auto 21% Auto 44% Fiets 26% Fiets 32% Fiets 23% ® Auto @fiets ®Llopen ®OV » Overig ®@Lopen @Fiets ®Auto GOV s Overig ® Auto @Fiets ®Lopen ® Overig GOV Figuur 3: modal split (aandeel van elke vervoerwijze in totaal aantal verplaatsingen) in 2021 in de drie deelregio's van de Vervoerregio. Bron: Regionale Thermometer Mobiliteit, https://vervoerregio.nl/rtm Inclusiviteit: e Vooriedereen in de regio is een passend aanbod aan mobiliteit beschikbaar. e Vooriedereen in de regio is een fysiek toegankelijk aanbod aan mobiliteit beschikbaar. e Vooriedereen in de regio is een begrijpelijk aanbod aan mobiliteit beschikbaar. e In 2040 komen we zo dicht mogelijk bij een gelijke bereikbaarheid voor alle groepen (o.a. mannen-vrouwen, diverse inkomensgroepen, leeftijden) die willen reizen e Steeds meer inwoners en reizigers in de regio ervaren het mobiliteitsaanbod als begrijpelijk e Steeds meer inwoners en reizigers in de regio ervaren het mobiliteitsaanbod als fysiek toegankelijk e Steeds meer inwoners en reizigers in de regio ervaren de bereikbaarheid als gelijk 25 Vervoerregio Amsterdam Bereikbaarheid: e ledereen inde regio kan binnen een acceptabele tijd de voor hen belangrijke voorzieningen in voldoende mate te kunnen bereiken (voldoende onderwijsmogelijkheden, voldoende werk, zorg, winkels, sport/recreatie, sociale contacten). Waar dit nog niet het geval is, willen we dat dit steeds verder verbetert. We werken de acceptabele tijd verder uit per type gebied, voorziening en vervoermiddel. We willen in elk geval dat zo veel mogelijk voorzieningen binnen 15 minuten per fiets of lopend te bereiken zijn. Wat in voldoende mate is, werken we ook nader uit. We kijken hierbij onder andere naar passende keuzemogelijkheden. e ledereen inde regio kan binnen acceptabele kosten de voor hen belangrijke voorzieningen bereiken (onderwijs, werk, zorg, winkels, sport/recreatie, sociale contacten). Waar dit nog niet het geval is, willen we dat dit steeds verder verbetert. We werken de acceptabele kosten verder uit per type gebied, voorziening en vervoermiddel. e ledereenin de regio heeft binnen een acceptabele afstand toegang tot publieke mobiliteit. Waar dit nog niet het geval is, willen we dat dit steeds verder verbetert. We werken de acceptabele afstand verder uit per type gebied en vervoermiddel. e leder bedrijf in de regio kan binnen een acceptabele tijd en tegen acceptabele kosten in voldoende mate (potentiële) klanten binnen de regio bereiken. We werken de acceptabele reistijd en kosten verder uit per type gebied en vervoermiddel. e Steeds meer reizigers zijn tevreden of zeer tevreden over hun verplaatsing door de regio. e Hettotaaloordeel van reizigers in de OV-Klantenbarometer is voor elke concessie (en in Amsterdam voor bus, tram en metro) minimaal een 8,0. 26 Vervoerregio Amsterdam DE WETTELIJKE TAKEN VAN (HET DAGELIJKS BESTUUR VAN) DE VERVOERREGIO 1. Het aangeven van de hoofdlijnen van de gewenste ontwikkeling van het gebied van de Vervoerregio door middel van planning, sturing en coördinatie, ter behartiging van de belangen die verband houden met de verkeer- en vervoerstaak van de Vervoerregio (Gemeenschappelijke regeling Vervoerregio Amsterdam). Dit houdt onder meer het vaststellen van een Regionaal verkeer- en vervoerplan in (Planwet verkeer- en vervoer, die vervalt bij inwerkingtreding van de Omgevingswet (vooralsnog 1 juli 2023) Dit beleidskader betreft dit plan. 2. Het verlenen van openbaar vervoer-concessies en het verlenen van subsidie hiervoor, inclusief alle bijbehorende taken die voortvloeien uit de Wet personenvervoer 2000 en regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (dan wel diens opvolgers). 3. De zorg voor het beheer en de aanleg van lokale spoorweginfrastructuur (Wet lokaal spoor dan wel diens opvolger: de Spoorwegwet en regelgeving die daarop is gebaseerd), waaronder: -__ het aanwijzen van de beheerder (GVB Infra B.V), het vaststellen van een beheervisie en het maken van afspraken met de beheerder over het beheer van de lokale spoorweginfrastructur; -__ het verlenen van opdracht voor de aanleg van lokale spoorweginfrastructuur, het toegankelijk maken van de lokale spoorweginfrastructuur (zoals perrons) alsmede het verlenen van vergunningen voor de indienststelling van lokale spoorweginfrastructuur en spoorvoertuigen; -__ het vaststellen van het ruimtelijk profiel/beperkingengebied van de spoorweginfrastructuur en het verlenen van vergunningen voor werkzaamheden rond het lokale spoor/handhaving (na inwerkingtreding op grond van de Omgevingswet en regelgeving die daarop is gebaseerd); 4. Het doen van uitgaven — naast de uitgaven in verband met de taken onder 2. en 3 - op basis van de Wet BDU verkeer en vervoer (Wet BDU) ten behoeve van de voorbereiding en de uitvoering van het regionaal verkeer- en vervoerbeleid alsmede het uitkeren van een gedeelte van deze BDU- gelden aan a. een deelnemende gemeente ten behoeve van de kosten van de uitvoering van het gemeentelijk verkeer- en vervoerbeleid, b. een waterschap voor de kosten voor de aanleg en uitbreiding van en de verkeersveiligheid op wegen en c. _aan een provincie voor de kosten van de aanleg van provinciale wegen in de Vervoerregio De uitvoering van gemeentelijke wettelijke taken — zoals de rol van wegbeheerder - behoort niet tot de taak van de Vervoerregio Amsterdam. Deze taak hebben de deelnemende gemeenten niet overgedragen aan de Vervoerregio. Wel kan de Vervoerregio, op verzoek van één of meer deelnemende gemeenten, onder voorwaarden, diensten verlenen ten behoeve van één of meer deelnemende gemeenten of samenwerken. 27 Vervoerregio Amsterdam ROLLEN DIE VOORTVLOEIEN UIT DE (WETTELIJKE) TAKEN Belangenbehartiger verkeer en vervoer gebied Vervoerregio De Vervoerregio vertegenwoordigt de belangen van het samenwerkingsgebied van de Vervoerregio ten aanzien van het verkeer en vervoer. Dit gebeurt aan de verschillende overlegtafels, door het reageren op rijks- en provinciale nota's en plannen, die voor het samenwerkingsgebied van belang zijn of door het uitbrengen van advies. Aanvoerder in de mobiliteitsopgave De Vervoerregio treedt als Gemeenschappelijke Regeling ter uitvoering van de overkoepelende taak namens en vooral ten behoeve van de deelnemende gemeenten op als coördinator, kennismakelaar en regisseur. Als aanvoerder in de mobiliteitsopgave, brengt de Vervoerregio partijen bij elkaar om regionale verkeer en vervoeropgaven op te pakken. Dat gebeurt onder meer door het initiëren en trekken van verkenningen en planstudies voor regionale infrastructuurprojecten en bereikbaarheidsmaatregelen, het ontwikkelen en delen van kennis en ervaring om vernieuwing en innovatie te stimuleren en het coördineren van de regionale plannen richting het Rijk. Concessieverlener Het dagelijks bestuur verleent de openbaar vervoerconcessies Amsterdam, Amstelland-Meerlanden (AML) en Zaanstreek-Waterland (ZaWa) aan een concessiehouder en verbindt voorschriften aan de concessies. Dit vindt plaats door middel van aanbesteding (AML en ZaWa). Voor de concessie Amsterdam is aanbesteding niet verplicht. De Concessie Amsterdam kan één op één worden gegund aan GVB Exploitatie B.V. (door middel van inbesteding). Subsidieverstrekker Het dagelijks bestuur verstrekt subsidies voor het in de concessies omschreven openbaar vervoer. Dit ziet met name op het verrichten van openbaar vervoer, de aanschaf van strategische activa en het verzorgen van sociale veiligheid. Dit is uitgewerkt en vindt zijn verdere juridische grondslag in de Subsidieverordening Wet personenvervoer. Ook biedt deze verordening de grondslag voor subsidies aan een deelnemende gemeente ten behoeve van de kosten van uitvoering van het gemeentelijke verkeer-en vervoerbeleid. De subsidies voor financiering van bussen en daarmee samenhangende goederen (zoals laadinfrastructuur en busstallingen) in de concessies die zijn aanbesteed vinden hun juridische grondslag in de Verordening op de subsidieverstrekking voor een bussenlening in de Vervoerregio Amsterdam 2015. Verder verleent het dagelijks bestuur subsidie aan de uitvoering van studies en bereikbaarheidsmaatregelen die aantoonbaar aansluiten bij de ambities en doelen uit dit beleidskader, dan wel een bijdrage leveren aan een ander verkeer- en vervoersdoel van de Vervoerregio. De juridische grondslag hiervoor is de Verordening BDU Infrastructuur. Opdrachtgever Ter uitvoering van de wettelijke taken, waarbij de Vervoerregio niet optreedt als concessieverlener en/of subsidieverstrekker, kan de Vervoerregio optreden als opdrachtgever. Dit geldt in ieder geval voor de zorg voor de aanleg en het beheer van de lokale spoorweginfrastructuur. Ook geldt dit voor het uitgeven van gelden voor de voorbereiding en uitvoering van verkeer- en vervoertaken met een regionaal, gemeentegrensoverschrijdend belang dan wel een belang dat al de gemeenten aangaat. Denk hierbij aan 28 Vervoerregio Amsterdam de Vervoerregio als opdrachtgever voor de OV-coach, ‘duurzaam veilig’ taken zoals voor gedrags- en educatiemaatregelen en gemeentegrensoverschrijdende projecten. Samenwerkingspartner De Vervoerregio werkt vooral samen met deelnemende gemeenten en andere overheden. Voor zover de Vervoerregio niet direct optreedt voor één of meerdere van deze partijen, maar dit doet vanuit zijn eigen (wettelijke) taak, kan de Vervoerregio hierbij optreden als mede-opdrachtgever. Voor zover deze samenwerking niet direct ten behoeve van de Vervoerregio is, maar alleen ten behoeve van de andere samenwerkingspartner(s) en de afspraken niet kunnen worden afgedwongen, betreft de financiële bijdrage vanuit de Vervoerregio een subsidie. Voor zover de Vervoerregio eisen stelt die verder gaan dan de rol van subsidieverstrekker en/of de Vervoerregio een eigen belang heeft bij de realisatie van een project of programma (en dit juridisch wil kunnen afdwingen), zal de rol vanuit de Vervoerregio in deze samenwerking eerder als opdrachtgever worden gezien. Bij de aanwijzing van de Vervoerregio als opdrachtgever in een samenwerkingsverband moeten de aanbestedingsregels in acht worden genomen. Verlener van diensten Op verzoek van één of meerdere deelnemende gemeenten kan de Vervoerregio, specifieke diensten verlenen aan één of meerdere deelnemende gemeenten. Het dagelijks bestuur besluit namens de regioraad op dit verzoek en geeft hierbij aan wat de kostenverdeling en de overige voorwaarden zijn. Bij het verzoek aan de Vervoerregio tot het verrichten van een dienst dient de gemeente de aanbestedingsregels in acht te nemen. Verlener vergunningen/ontheffingen Het dagelijks bestuur bepaalt het ruimtelijk profiel/beperkingengebied voor lokaal spoor waarbinnen een vergunning benodigd is voor het (doen) uitvoeren van werkzaamheden of het plaatsen van zaken op, in, boven, naast of onder de lokale spoorweg. Deze vergunning wordt verleend door of namens het dagelijks bestuur. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet, kan de aanvraag voor lokaal spoor-activiteiten onderdeel uitmaken van een aanvraag voor meerdere activiteiten, waarvoor een omgevingsvergunning wordt verleend. In dat geval geeft het dagelijks bestuur alleen advies hierover aan de beslissende overheid (meestal college van burgemeester en wethouders) en stemt het in met de omgevingsvergunning. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet dienen de deelnemende gemeenten met lokaal spoor in hun gemeenten (Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel, Amstelveen en Uithoorn) dit beperkingengebied op te nemen in hun omgevingsplan. De Vervoerregio stemt dit met deze gemeenten af. Verder verleent het dagelijks bestuur vergunningen voor het in dienst stellen van lokale spoorweginfrastructuur en (typen) spoorvoertuigen. Ook verleent het dagelijks bestuur ontheffingen aan ieder ander dan de concessiehouder voor het verrichten van openbaar vervoer dat geen onevenredige afbreuk doet aan de exploitatie van de concessie van een concessiehouder in de Vervoerregio. 29
Onderzoeksrapport
29
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 572 Publicatiedatum 17 juni 2016 Ingekomen op 8 juni 2016 Ingekomen in raadscommissie WE Te behandelen op 13/14 juli 2016 Onderwerp Motie van het lid Roosma inzake de Voorjaarsnota 2016 (tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449); Overwegende dat: — chronisch zieken en gehandicapten steeds vaker in de financiële problemen raken door oplopende zorg kosten; — de regeling tegemoetkoming meerkosten voor chronisch zieken en gehandicapten (Rtm) een tegemoetkoming biedt in de zorgkosten als het gevolg van ziekte of handicap, en deze regeling wordt uitgevoerd vanuit de Wmo; — in het verdeelvoorstel armoedemiddelen veel (extra) geld wordt uitgetrokken voor externe inhuur, communicatieacties en het ondersteunen van het bedrijfsleven; — deze middelen beter ingezet kunnen worden om de doelgroep te ondersteunen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken op welke manier de doelgroep van de regeling tegemoetkoming meerkosten voor chronisch zieken en gehandicapten (Rtm) kan worden uitgebreid; — middelen binnen het programma armoede vanaf 2017 op een andere manier te verdelen; — daarbij 1 miljoen euro extra uit te trekken voor de regeling tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten, 0,3 miljoen euro minder te besteden aan externe inhuur om de piekbelasting in de armoede aanvragen op te vangen, 0,2 miljoen euro minder te besteden aan de coalitie tegen armoede en 0,5 miljoen euro minder te besteden aan het vergroten van het bereik. Het lid van de gemeenteraad F. Roosma 1
Motie
1
discard
Gemeente Bezodlidres d Amstel 1 Am ste raam 1011 PN Amsterdam 2x Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 2x amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de Gemeenteraad Datum 8 september 2020 Ons kenmerk __V&OR/UIT/2020007150 Uw kenmerk Behandeld door T, Groot, Verkeer en Openbare Ruimte, [email protected] Kopie aan Bijlage(n) Motie 594.20 Onderwerp Reactie op motie 594.20 van raadsleden Marttin (VVD) en Nanninga (FvD) inzake uitbreiding deelmobiliteit bij P+R Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 20 mei 2020 heeft uw raad bij de behandeling van agendapunt 8 * Actualiteit inzake aanpak Coronavirus' de motie over uitbreiding deelmobiliteit bij P+R van de leden Marttin (VVD) en Nanninga (FvD) aangenomen, waarin het college gevraagd wordt om: * Deelmobiliteit meer de ruimte te geven bij P+R-locaties zodat mensen niet noodzakelijk met het OV hoeven door te reizen.” Tijdens de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Water van 4 juni 2020 heeft v van mij een eerste mondelinge reactie gekregen op vragen van de heer Kreuger (FvD) over de voortgang van de motie. Hierbij ontvangt u een schriftelijke reactie namens het college op de motie. De motie ligt in lijn met Agenda Amsterdam Autoluw In de Agenda Amsterdam Autoluw wordt uitgesproken om deelmobiliteit aantrekkelijker te maken (maatregel 26) en om P+R's te transformeren naar multifunctionele overstappunten (maatregel 27). Het openbaar vervoer is opgestart Het openbaar vervoer is weer voor alle reizen te gebruiken. Reizigers worden niet langer opgeroepen om het openbaar vervoer te vermijden, maar om hier verstandig gebruik van te maken. Het advies is om de drukte te mijden, buiten de spits te reizen en extra tijd te nemen om bij een drukke bus of trein te kunnen wachten op een volgende. Het is verplicht om mondkapjes te dragen in de voertuigen. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 8 september 2020 Kenmerk V&OR/UIT/2020007150 Pagina 2 van3 Er wordt gewerkt aan meer ruimte voor deelmobiliteit bij P+R’s Er zijn diverse ontwikkelingen aan de gang en verschillende acties ingezet om deelmobiliteit meer ruimte te geven bij P+R's op de korte, middellange en lange termijn: Korte termijn - Bij de P+R RAl is in de maanden mei-juni-juli 2020 een aanbod gecreëerd voor auto-parkeren in combinatie met een aanbod van deelfiets en -bromfiets als natransport. Het aanbod was gericht op leraren die tot de zomervakantie van buiten Amsterdam naar hun werk reisden. Het aanbod is inmiddels verlengd. -_ Op de overige P+R-locaties worden nu niet standaard deelfietsen of -bromfietsen aangeboden. Wel zijn er bij enkele locaties andere mogelijkheden voor natransport, zoals de OV-fiets, -_De gemeente heeft aan twee aanbieders (ieder 350) vergunningen verleend om elektrische deelscooters aan te bieden. Bij verschillende P+R's in de stad is het mogelijk om een elektrische deelscooter te pakken of achter te laten. Er kan dan geen gebruik worden gemaakt van het aantrekkelijke P+R-tarief. - Erwordt een verkenning gedaan naar de mogelijkheden van meer aanbod van deelmobiliteit bij P+R's. Middellange termijn Bij metrostation Noord wordt gekeken naar de mogelijkheden om een experiment met elektrische deelfietsen in combinatie met P+R Noord te starten (formule Park and Bike). Hiervoor wordt een alternatieve centrumcheck ontwikkeld. Toelichting op de centrumcheck: P+R's zijn bedoeld om het centrumgebied te ontlasten. We willen voorkomen dat mensen de P+R gebruiken als goedkope parkeerplaats voor de directe omgeving. Daarom wordt voor het OV gebruik gemaakt van de centrumcheck. De centrumcheck is op het moment gebaseerd op een reis met het OV en nog niet beschikbaar voor andere vormen van vervoer. Om deelmobiliteit aantrekkelijk te maken bij P+R's is een alternatieve centrumcheck nodig, want zonder centrumcheck komt men niet in aanmerking voor het aantrekkelijke P+R tarief. Langere termijn Er wordt gewerkt aan een P+R-strategie waar deelmobiliteit wordt meegenomen. Deelmobiliteit wordt steeds meer gezien als een aantrekkelijke optie voor de first en last mile. Dit is een maatregel (27B) vit de Agenda Amsterdam Autoluw. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 8 september 2020 Kenmerk V&OR/UIT/2020007150 Pagina 3 van3 Aan het einde van dit jaar wordt u geïnformeerd over de stand van zaken van de acties. Het college beschouwt de motie hiermee als afgedaan. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, ju VN egen \A “ Ads _ d E Sharon A.M. Dijksma Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl
Motie
4
discard
en NK KOR vl Duurzame inkoop van catering en planten en duurzaam groenbeheer De 10 grootste gemeenten langs de lat D. Keuper, C. Rougoor en P. Leendertse Duurzame inkoop van catering en planten en duurzaam groenbeheer De 10 grootste gemeenten langs de lat Abstract: Greenpeace heeft CLM gevraagd de ten grootste Nederlandse gemeenten langs de lat te leggen op het gebied van duurzame inkoop van sterteelt- en voedselproducten en op het gebied van duurzaam terreinbeheer. Hierbij gaat de aandacht van Greenpeace met name uit naar het gebruik van bestrijdingsmiddelen tijdens de teelt van de sterteelt- en voedselproducten en bij het terreinbeheer. Auteurs: Dirk Keuper, Carin Rougoor, Peter Leendertse Publicattenr.: _ CLM-906 © december 2016 CLM Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Inhoud Samenvatting 3 1 Inleiding 6 1.1 Het onderzoek 6 111 Doel 6 12 Werkwijze 7 1.2.1 Vragenlijst voor gemeenten 7 12.2 Analyse van de resultaten 7 12.3 Ranking 8 2 Algemeen beleid rond duurzame landbouw en voedsel 9 2.1 Lokale voedselproductie 9 3 Voedsel, catering en warme dranken 12 3.1 _Mileucriterta catering 12 32 Beleid voor catering in de gemeenten 14 33 Praktijk: huidige leveranciers van catering 17 3.4 _Milteucriterta automaten 17 35 Beleid: ingrediënten voor automaten in de gemeenten 18 36 Praktijk: huidige leveranciers voor automaten 18 3.7 _ Conclusie voedsel, catering en warme dranken 19 4 Sierplanten voor binnen en buiten 20 4.1 _ Milieucriteria sierplanten voor buiten 20 42 Beleid: sierplanten voor buiten 21 4.3 _Prakujk: huidige leveranciers voor sierplanten voor buiten 22 44 _Milieucriteria sierplanten voor binnen 24 4.5 Beleid: sierplanten voor binnen 24 4.6 _ Prakujk: huidige leveranciers voor interteurplanten en snijbloemen 25 47 _ Conclusie sierplanten voor binnen en buiten 25 5 Beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden 27 5.1 Beheer van verhardingen 28 5.2 Beheer van openbaar groen 29 5.3 Beheer van sportvelden 30 54 Ranking beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden 31 5.5 _Middelgebruik op verhardingen, in openbaar groen en op sportvelden 32 6 Conclusies en aanbevelingen 34 61 Conclusies 34 62 Aanbevelingen 36 Bijlagen 38 Bijlage 1 Vragenlijst 39 Bijlage 2 Bronnen 45 Bijlage 3 PAN Dirty Dozen lijst 46 2 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Samenvatting Greenpeace heeft CLM gevraagd de tien grootste Nederlandse gemeenten! langs de lat te leggen op het gebied van duurzame inkoop van sterteelt- en voedselproducten en op het gebied van duurzaam terreinbeheer. Hierbij gaat de aandacht van Greenpeace met name uit naar het gebruik van bestrijdingsmiddelen tijdens de teelt van de sierteelt- en voedselproducten en bij het terreinbeheer. Om het beleid en de praktijk van deze gemeenten op dit vlak in kaart te kunnen brengen, ts de gemeenten gevraagd een vragenlijst tn te vullen. Deze informatie 1s gebruikt om beleid en praktijk van gemeenten te vergelijken met de landelijke criteria voor duurzaam inkopen (verwoord in documenten van PLANOo, het ‘expertisecentrum aanbesteden’ van de overheid) en het streven van provincies en gemeenten om ín 2015 100% duurzaam in te kopen. Tenslotte 1s de informatie gebruikt om gemeenten onderling te vergelijken. Algemeen beleid rond duurzame landbouw en voedsel In het algemene beleid van gemeenten rond landbouw en voedsel ligt de nadruk op ‘lokale productie’. De meeste gemeenten gaven aan lokale voedselproductie (zeer) belangrijk te vinden. Dit geven ze praktisch inhoud door bijvoorbeeld partijen bij elkaar te brengen, stadslandbouw of andere burgerinttiatteven te faciliteren en/of een markt voor duurzame streekproducten te organiseren. Almere, Breda, Den Haag, Eindhoven, Groningen en Rotterdam geven aan dat ze biologische landbouw sttmuleren. Vijf gemeenten gebruiken de ruimtelijke ordening als instrument om biologische en/of lokale landbouw te bevorderen. Elke gemeente biedt burgers de mogelijkheid zelf voedsel te verbouwen, bijvoorbeeld tn buurtmoestuinen, voedselbosjes of moestuintjes bij scholen. Alle tien gemeenten hebben grond in bezit die wordt verpacht. Amsterdam, Den Haag, Eindhoven en Nijmegen stellen bij deze pacht geen voorwaarden op het gebied van duurzame teelt en/of veehouderij. In de andere gemeenten variëren de etsen en wensen van voorkeur voor biologische landbouw (Almere), tot verbod op gebruik van bestrijdingsmiddelen (Groningen) en tot behoud van de koe in de wei (Utrecht). Voedsel, catering en warme dranken De nieuwste versie van de milieucriteria voor maatschappelijk verantwoord inkopen van catering (van PLANOo) stelt dat 50% (in euro’s) van het assortiment aan nader gespecificeerde minimum gunmingsertteria moet voldoen. Een deel van de gunningscriteria heeft betrekking op het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Verschillende keurmerken voldoen aan deze criteria of aan een deel van deze criteria. De SKAL-, en Demeter-keurmerken stellen de strengste eisen aan het gebruik van bestrijdingsmiddelen, gevolgd door Milieukeur. UTZ, Rainforest Alliance en Fairtrade hanteren een lijst van niet toegestane bestrijdingsmiddelen, maar gaan daarin minder ver dan de andere keurmerken. Amsterdam stelt hoge etsen (niet de hoogste), maar samen met een borgingssysteem van regelmatige rapportage van de hoeveelheid geleverde producten die duurzaam geproduceerd zijn gaat Amsterdam aan kop. Rotterdam heeft tn het programma van eisen opgenomen dat al 1n 2014 75% van het assortiment duurzaam moet zijn volgens de eisen van PLANOo. Daar bovenop stelt 1 qua inwonertal 3 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten de gemeente in het bestek als ets dat in 2016 100% van de producten duurzaam moeten zijn. Dit zijn de strengste eisen die in dit onderzoek aangetroffen zijn. Er is echter geen systeem van borging in de aanbestedingsetsen opgenomen. Daarom staat Rotterdam tn deze lijst tweede. Nijmegen, Utrecht, Breda en Tilburg volgen de eisen van PLANOo. Breda en Tilburg stellen de eis dat dit voor slechts 40% van het assortiment moet gelden. Eindhoven eist meer dan 16% van zijn leverancier, maar wil wel naar 50% groeien. Dat is veel minder streng dan de PLANOo-ets die tmmers uitgaat van mintmaal 50%. Den Haag eist ook lagere percentages duurzaam geproduceerde producten, maar heeft wel een goed borgingssysteem. Groningen vraagt alleen om biologische melk als mintmumets. Almere stelt in het geheel geen etsen op dit vlak aan de cateraars. De onderzochte gemeenten hebben duidelijk aangegeven welke eisen en wensen zij aan catering stellen. Over de praktijk (wat zijn de keurmerken van de producten van de huidige leveranciers?) waren zij minder duidelijk. Het bleek hierdoor niet mogelijk de gemeenten te ranken op basis van de daadwerkelijk geleverde producten. PLANOo kent specifieke criteria voor maatschappelijk verantwoord inkopen van automaten. Dit omvat ook de ingrediënten, maar hiervoor zijn geen duurzaamheidscriterta gespecificeerd. Amsterdam staat bovenaan bij de ranking op basis van het inkoopbeleid van ingrediënten van automaten, omdat zij voor thee kiezen voor EKO ingrediënten. De overige ingrediënten zijn Fairtrade. De overige gemeenten kopen veelal Fairtrade koffie, thee en cacao tn. De gemeente ‘Tilburg geeft aan PLANOo hierin te volgen. Maar zoals aangegeven kent PILANOo geen specifieke criteria voor automaten. Amsterdam scoort tn de praktijk bij inkoop voor automaten het best, omdat een relatief groot percentage van de producten EKO-gecertificeerd 15. De informatie over het inkoopbeleid voor catering en automaten is gebruikt om tot een gecombineerde ranking te komen. Hiertn staat Amsterdam bovenaan. De gemeente Tilburg ís hekkensluiter, omdat deze gemeente duurzaamheidsetsen stelt voor een laag percentage aan geleverde catering en bij de automaten volgens PLANOo automaten werken, dat geen eisen aan ingrediënten stelt. Sierplanten voor buiten en binnen In de nieuwste versie van de milieucriteria voor maatschappelijk verantwoord inkopen van groenvoorzieningen (van PLANOo) staat dat 90% van de producten aan specifieke gunningsctitetta moet voldoen. In Amsterdam ís de inkoop van sterteeltproducten voor buiten per stadsdeel geregeld. Nieuw-West eist 100% milieukeur of SKAL, Zuid eist minimaal 90% Milteukeur of SKAL, andere stadsdelen stellen géén eisen. Alle stadsdelen gebruiken alleen nog SKAL bloembollen. Hiermee staat Amsterdam bovenaan. Nijmegen gebruikt voor zowel bomen en struiken alsook voor bollen de standaard van PLANOo (90% milieukeur of SKAL). Utrecht heeft als beleid dat alle bomen en struiken Mileukeur of SKAL gecertificeerd zijn en dit komt voor een groot deel overeen met wat er werkelijk afgenomen wordt. Ook Breda, Eindhoven en Groningen scoren hier goed; zij etsen milieukeur voor bomen en struiken. Duidelijk minder scoren hier de Den Haag (die geen etsen stelt aan bodem en struiken, maar wel aan bloembollen), Almere (die als ‘voorkeur Milieukeur heeft, ‘mits verkrijgbaar in de markt”) en Tilburg (die geen etsen stelt op dit vlak). Gemeenten weten veelal niet welk deel van de daadwerkelijk geleverde sierplanten welk keurmerk heeft. Dit maakt ranking op basis van levering niet mogelijk. Duurzaamheid van tnterteurbeplanting en snijbloemen heeft bij de gevraagde gemeenten weinig aandacht. Alleen Eindhoven, Breda en Tilburg formuleren hier eisen. Eindhoven vraagt om interieurplanten met MPS-A- of FFP-certificering. Breda geeft aan PLANOo te volgen. Deze instantie heeft echter geen uitspraken gedaan over interteurplanten. Het is dus onduidelijk wat de gemeente Breda hiermee bedoelt. De gemeente Tilburg stelt als ets dat bij het beheer van interieurplanten geen chemische middelen worden gebruikt. Beheer van verharding, groen en sportvelden Sinds 31 maart 2016 geldt er een verbod op het professioneel gebruik van bestrijdingsmiddelen op verhardingen. Verboden voor overige terreinen volgen de komende jaren. Groningen, Amsterdam, 4 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Nijmegen en Utrecht hebben hierop voorgesorteerd. Zij scoren dan ook hoog in de ranking van het beleid ten aanzien van terreinbeheer. Chemtevrij beheer blijkt vooral voor sportvelden lastig te realiseren voor Almere en Breda. Conclusies Het merendeel van de tien grootste gemeenten volgt globaal de etsen van PLANOo t.a.v. inkoopbeleid duurzame catering, maar de verschillen tn ambitie zijn groot. Amsterdam, Rotterdam en Nijmegen hebben het meest ambitieuze beleid voor inkoop van duurzame voedselproducten. Zij stellen hogere etsen dan PILANOo. Zo stelt Rotterdam dat minstens 75% van de producten aan de eisen volgens PLANOo moet voldoen. Groningen en Almere stellen de minste duurzaamheidsetsen op dit vlak. Acht van de 10 gemeenten hebben uiteindelijk geen inzicht tn de daadwerkelijke inkoop. Nijmegen kan aangeven welke keurmerken geleverd worden. Den Haag kan als enige een volledig inzicht tn de leveringen geven. Volgens beschikbare aanbestedingsdocumenten zou die informatie ook voor Amsterdam, Breda en gedeeltelijk voor Eindhoven beschikbaar moeten zijn, de betrokken contactpersonen verstrekten hier echter geen informatie over. Amsterdam en Nijmegen scoren het beste als het gaat om de mate waarin bestrijdingsmiddelen- gebruik bij productie van sterteeltproducten meeweegt in het inkoopbeleid. Rotterdam, Den Haag en Tilburg zijn hier hekkensluiters; zij stellen maar zeer beperkt of geen etsen op dit vlak. Alleen Eindhoven, Breda en Tilburg hebben eisen of wensen geformuleerd als het gaat om interieurplanten. Geen enkele gemeente stelt duurzaamheidseisen aan snijbloemen. Er zijn echter steeds meer bloemen op de markt beschikbaar met keurmerken, zoals Fatrtrade. Op het gebied van duurzame inkoop ís de inspanning van alle onderzochte gemeenten hier slecht. Gemeenten die op wijzigende wetgeving voorsorteerden, scoren goed op terreinbeheer. Gemeenten die lager scoren, blijken vooral moette te hebben om sportvelden zonder chemie te beheren. Uit de totale ranking van de beleidsinspanning blijkt dat Amsterdam en Nijmegen op alle thema’s relatief goed scoren. Tilburg en Almere scoren duidelijk het minst. Aanbevelingen Om de effecttviteit van het duurzaam inkoopbeleid van de overheid te vergroten, bevelen we aan: ® de rol van PILANOo te verbreden van “nformatie” advies, instrumenten en praktische tips’ naar een meer verplichtende rol. * Daadwerkelijk de inkoop tn de praktijk te evalueren. in hoeverre worden uiteindelijk, bijvoorbeeld tn de catering, daadwerkelijk duurzame producten aangeleverd? Deze informatie kan worden gebruikt om ook op landelijk ntveau de effectiviteit van het inkoopbeleid van de overheid te evalueren. Nu is Den Haag de enige van de 10 gemeenten die aangeeft de daadwerkelijke inkoop inzichtelijk te hebben, terwijl anderen dat ook zouden moeten hebben op basis van voorliggende documentatie. * het beleid rond duurzame inkoop van gemeentes aan te scherpen. 5 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Inleiding 1.1 Het onderzoek Greenpeace streeft naar verduurzaming van de voedsel- en sterteeltsector. Dit doet ze o.a. door telers te prikkelen met het publiceren van resultaten van bijvoorbeeld residuanalyses van bestrijdingsmiddelen op producten. Als telers hun productie verduurzamen, ís het van belang dat dit ook beloond wordt. Dit kan het best door het stimuleren van de marktvraag naar duurzamere producten. Naast de retail is ook de overheid een belangrijke afnemer van plantaardige producten: soms rechtstreeks (bij een deel van het plantmateriaal), soms vta een tussenschakel (voedsel via cateraar). De Nederlandse overheden hebben ‘Duurzame inkoop’ als een van de doelstellingen in hun beleid staan. Er zitten echter grote verschillen tussen hoe en in hoeverre gemeenten dit duurzame inkopen daadwerkelijk in de praktijk brengen. Gemeenten vragen door duurzaam tn te kopen telers onder andere het gebruik van bestrijdingsmiddelen te verlagen. Voor het eigen beheer gebruiken deze gemeenten echter zelf nog wel geregeld chemische middelen op verhardingen?, in het openbaar groen of op hun sportvelden. Greenpeace heeft CLM gevraagd de tien grootste Nederlandse gemeenten langs de lat te leggen op het gebied van duurzame inkoop van sterteelt- en voedselproducten (op basis van diverse mileucriterta), en deze gemeenten te beoordelen op hun eigen terreinbeheer. 11.1 Doel Doel van deze studie ts een ranglijst te maken van de grootste 10 gemeenten in het land3, met daarin voor iedere gemeente 3 scores voor hun beleid en praktijk op het gebied van: 1. inkoop van duurzame voedselproducten inclusief de inhoud van de drankautomaten (gelet op milieucriterta) 2. inkoop van duurzame sterteeltproducten (gelet op milieucriterta) 3. gebruik van bestrijdingsmiddelen bij het onderhoud van gemeentelijk groen, verhardingen en op sportvelden. Het gemeentelijk beleid wordt daarnaast vergeleken met het landelijke beleid en de landelijke doelstelling qua duurzame inkoop. 2 Tot 31 maart 2016. Toepassing van bestrijdingsmiddelen op verhardingen door professionals is vanaf die datum wettelijk verboden. 3 De tien grootste gemeenten van Nederland naar inwoneraantal zijn: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Eindhoven, Tilburg, Groningen, Almere, Breda en Nijmegen. 6 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 1.2 Werkwijze 121 Vragenlijst voor gemeenten In overleg met Greenpeace 1s een vragenlijst opgesteld bestaande uit vier delen. Het eerste deel brengt beleidsmatige inspanningen van een gemeente op het gebied van duurzaamheid 1n kaart. Deel twee gaat over de inkoop van voedsel en catering. Deel drie schetst een beeld van de inkoop van sierplanten voor binnen en buiten. Ten slotte beschrijft het vierde deel het gemeentelijk beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden. Zie bijlage 1 voor alle vragen. De vragenlijst is tn twee gedeelten aan de gemeenten voorgelegd. Delen een, twee en drie zijn aan verantwoordelijken voor inkoop voorgelegd, deel vier aan verantwoordelijken voor terreinbeheer. 1.2.2 Analyse van de resultaten De ambities en de praktijk van de gemeenten voor duurzame inkoop vergelijken we in deze stap met: * De landelijke criteria voor duurzame inkopen zoals verwoord in de documenten van PLANOo tn opdracht van het ministerie van Economische Zaken. PLANOo ts het ‘expertisecentrum aanbesteden’ en heeft als taak inkopen en aanbesteden bij alle overheden te verbeteren. * Het streven van o.a. provincies en gemeenten om in 2015 voor 100% duurzaam tn te kopen*. * Elkaar (gemeenten onderling). We maken deze vergelijking door de antwoorden op de vragenlijsten en -waar voorhanden- de aanbestedingsdocumenten van de gemeenten t.a.v. inkoop te analyseren. Omdat de landelijke milieucriteria voor duurzame inkoop soms vaag en miet altijd ambitieus zijn, vragen we ook altijd concreet welk percentage van de ingekochte producten voldoet aan een keurmerk en wat dat * https://www.pianoo.nl/inkoopproces/ fase-1-voorbereiden-inkoopopdracht/beleidsdoelen-bij- inkoop#tinkoopbeleid 7 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten inhoudt. Zo verhelderen we ook het verschil tussen beleid (vastgelegd tn de documenten) en praktijk (daadwerkelijk ingekochte duurzame producten). Alle Nederlandse gemeenten moeten per 31 maart 2016 overstappen op chemtevrij onkruidbeheer op verhardingen, per november 2017 in het openbaar groen en vanaf 2020 ook op de sportvelden. De praktijk van chemtevrij onkruidbeheer door de gemeenten analyseren we door op basis van de antwoorden van de gemeenten na te gaan of ze op dit beleid vooruitlopen tn 2015/2016. 1.2.3 Ranking Om geen ‘appels met peren’ te vergelijken, maken we op basis van onze bevindingen eerst een ranking per onderdeel. We kijken naar de volgende producten: * _Voedselproducten voor catering * Ingrediënten voor warme drankautomaten * _Sierteeltproducten (bomen, struiken, bollen etc.) voor groenvoorziening * Bloemen en interteurbeplanting * _Bestryjdingsmiddelengebruik voor: o Verhardingen o Openbaar groen o Sportvelden We mrichten ons op de impact van de teelt, en dan met name het bestrijdingsmiddelengebruik , op natuur en milieu. Hogere standaarden op het gebied van bijvoorbeeld arbeidsvoorwaarden of dierenwelzijn worden niet meegenomen in de ranking. Deelname aan het onderzoek door gemeenten was vanzelfsprekend vrijwillig. Alle gemeenten zijn tn staat gesteld kennis te nemen van de tnhoud van het rapport en - waar relevant - de informatie over de eigen gemeente aan te vullen of te corrigeren. 8 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Algemeen beleid rond duurzame landbouw en voedsel In dit hoofdstuk behandelen we onderdeel 1 van de vragenlijst. De ten ondervraagde gemeenten worden vergeleken op hun algemene beleid gericht op landbouw en voedsel. We vroegen onder andere naar: * Het belang van lokale voedselproductie ® Inspanningen rond boer-burger contact * Het bevorderen van biologische landbouw * Inzet van ruimtelijke ordening * _Stadslandbouw * Volkstuinen * _Verpachte landbouwgrond * Verkoop van voedsel op straat en op festivals 2.1 Lokale voedselproductie Vragen 2 t/m 6, 12 en 13 inventariseren het belang dat de gemeente hecht aan lokale voedselproductie en wat een gemeente doet om dit te ondersteunen. De meeste gemeenten gaven aan lokale voedselproductie belangrijk tot zeer belangrijk te vinden. Tilburg geeft aan het matig belangrijk te vinden. Elke gemeente gaf aan wat zij doet om boeren en burgers met elkaar in contact te brengen. Almere probeert een programma op te zetten waar voedsel centraal staat en dat boeren, ondernemers, untversitetten, hogescholen en bewonersverenigingen bijeen brengt. Amsterdam spant zich in om de zichtbaarheid van lokale producenten te vergroten en men organiseert gesprekken over lokaal voedsel voor verschillende stakeholders. Breda heeft de opstart van het stadslandbouwnetwerk gefaciliteerd. Daarnaast faciliteert ze mede plattelandsontwikkeling via het streeknetwerk LandStad De Baronie. Dit netwerk richt zich op het stmuleren van streekproducten. Den Haag kent een voedselstrategie waar lokaal voedsel de verbinding legt tussen stadsbewoners, de regio, de economie, dier, natuur en milieu, visserij, educatie en gezondheid. De gemeente Eindhoven communiceert over de duurzaamheid van de eigen tnkoop en wil zo burgers informeren over de herkomst van producten. Zo wordt gebruik gemaakt van evenementencatering die werkt met biologische, streekgebonden en setzoensproducten en Fairtrade producten. Daarnaast organiseert Eindhoven onder andere maandelijks de Feel Good Market, een streekmarkt voor duurzame producten. Groningen houdt eens per maand de streekmarkt Ommelander Markt. Daarnaast heeft de gemeente een voedselvisie vastgesteld die een duurzamer voedselsysteem ondersteunt. 9 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Gemeente Nijmegen stelt zich faciliterend op ten aanzien van burgerinttatieven voor kleinschalige voedselproductie in haar openbare ruimte. Ook stmuleert gemeente Nijmegen een initatief rond voedselbossen, onder meer tn 2015 door financiële ondersteuning van een congres, door aanleg tn 2016 van een park in stedelijk gebied (met een oppervlakte van 0,75 hectare), ingericht volgens voedselbosprinctpes, en door te zoeken in en rond Nijmegen naar eventueel overige locaties die ingericht kunnen worden als voedselbos. Bovendien sttmuleert Nijmegen, als een van de leden van Gemeenschappelijke Regeling Park Lingezegen (een landschapspark van 1.700 hectare tussen Arnhem en Nijmegen), het behoud van bestaande boomgaarden en de doorontwikkeling ervan naar voedselbos, waarbij voor Nijmegen Akkers van Doornik (direct oostelijk grenzend aan Nijmegen- Noord, tn totaal momenteel ctrca 50 hectare) keyplayer ts, en waarvoor Nijmegen momenteel onderzoekt of het mogelijk is 10 hectare toe te voegen. De gemeente Rotterdam geeft aan dat de grootste stadsboerderij van Nederland in haar havengebied ligt: Uit je Eigen Stad (helaas deels failliet, maar maakt doorstart). Verder 1s tn het voormalige zwembad ‘I'roptcana een heuse kwekerij van oesterzwammen, RotterZwam, ingericht. Ook in het centrum worden groente, kruiden en fruit verbouwd, zoals bij de Dak Akker op het kantoorgebouw Schieblock of tn de Vredestuin Pompenburg. Voedsel uit de regio is elke twee weken verkrijgbaar op de boerenmarkt tn Rotterdam Noord en West, of bij de Fenix Food Factory op Katendrecht. Tilburg kent geen specifiek beleid om boeren en burgers te verbinden, wel sttmuleren zij burgerimtiatieven. Gemeente Utrecht ondersteunt voedselinstiatieven, onder andere door steun aan het platform Eetbaar Utrecht, dat een kenniscentrum en platform vormt voor voedselproductie in de stad Utrecht. Daarnaast zijn er tal van initiatieven om boeren met burgers in contact te brengen, die uitgevoerd worden via het platform ‘Utrecht Natuurlijk’, zoals lessen voor basisscholieren over en op boerenbedrijven in de omgeving. Biologische landbouw Zes van de ten onderzochte gemeenten stimuleren biologische landbouw (Almere, Breda, Den Haag, Eindhoven, Groningen en Rotterdam). Voor Amsterdam geldt biologische landbouw niet als onderscheidend critertum binnen de landbouw. In Nijmegen ligt de focus op voedselbossen, en tn ‘Tilburg en Utrecht is er geen specifiek beleid. Almere maakt tijdelijk grondgebruik van Almere Poort door biologische landbouw mogelijk en legt verbindingen tussen bio-boer en supermarkt. Waar de gemeente Breda landbouwgrond tn bezit heeft, wordt deze verpacht onder voorwaarde van biologische landbouw (grond van afdeling Vastgoed ontwikkeling valt daar niet onder). Helaas kan de gemeente niet zeggen om hoeveel grond het gaat. In haar voedselstrategie propageert de gemeente Den Haag biologische landbouwtechnieken. Groningen stimuleert biologische landbouw indtrect door voorlichting en communicatie. Rotterdam propageert stadslandbouw waarbij gebruik gemaakt wordt van biologische landbouwtechnieken. Ruimtelijke ordening Vijf van de tien ondervraagde gemeenten zetten ruimtelijke ordening tn om biologische of lokale landbouw te bevorderen. In Almere ts biologische landbouw opgenomen in het bestemmingsplan Buitenvaart. Amsterdam geeft aan door de ruimtelijke ordening lokale productie te stmuleren. Het bestemmingsplan is zo aangepast dat vormen van landbouw in de stad mogelijk zijn en hiervoor benodigde infrastructuur aangelegd mag worden. In Den Haag vindt men landbouw terug in het uitvoeringsplan Duurzame Stedenbouw. Rotterdam maakt via het bestemmingsplan landbouw op braakliggende terreinen mogelijk. Stadslandbouw Alle gemeenten geven aan ruimte te bieden voor stadslandbouw. 10 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Volkstuinen Elke ondervraagde gemeente faciliteert volkstuinen. Schattingen over de omvang van deze tuinen lopen uiteen van circa 12 hectare in Breda tot 324 hectare in Amsterdam (inclusief schooltuinen). Naast boven genoemde tnttiatteven heeft elke onderzochte gemeente nog eigen wegen om burgers in staat te stellen voedsel te verbouwen, zoals buurtmoestuinen, voedselbosjes, moestuintjes bij scholen. Landbouw binnen de gemeentegrenzen Alle onderzochte gemeenten geven aan landbouwgrond in bezit te hebben die momenteel verpacht wordt. Gemeenten Amsterdam, Den Haag, Eindhoven en Nijmegen stellen geen voorwaarden bij de pacht op het gebied van duurzame teelt en/of veehouderij. In de andere gemeenten variëren de eisen en wensen van voorkeur voor biologische landbouw (Almere), tot verbod op gebruik van bestrijdingsmiddelen (Groningen) en tot behoud van de koe in de wei (Utrecht). Rotterdam bijvoorbeeld heeft het beheer van eigen landbouwgrond uitbesteed aan Natuurmonumenten. Doel is een meer natuurlijke landbouw binnen de gemeentegrenzen. De gemeente Tilburg heeft het meest uitgewerkte beleid: Bij toewijzing van de pacht, wordt rekening gehouden met afstand tussen bedrijf van de pachter en de te pachten grond. Dit beperkt vervoersbewegingen en levert een positieve bijdrage aan de milieubelastng. Bij de uitgifte van te verpachten gronden aan agrariërs uit de regio kijkt de gemeente specifiek naar de bedrijfsvoering van de pachters. De gemeente geeft aan de gronden tn het algemeen uit te geven aan diegenen die zich inzetten voor een duurzame bedrijfsvoering. Daarnaast meldt de gemeente een eigen landbouwbedrijf van ca. 400 hectare te exploiteren. Door inzet van nieuwe en efficiënte machines beperken ze het brandstofgebruik. Voor eigen exploitatie wordt geen beregening toegepast, dus geen onttrekking van grond- en oppervlaktewater. Verder wordt er gebruik gemaakt van zaaizaad zonder chemische vogelafweermiddelen. En verder wordt het kunstmestgebruik zoveel mogelijk beperkt en wordt gebruik van dierlijke mest die in de regio 1s geproduceerd gestimuleerd. Hiermee wil de gemeente bijdragen aan een gesloten mineralenkringloop. 11 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Voedsel, catering en warme dranken Dit hoofdstuk bestaat uit twee delen. In de eerste drie paragrafen bespreken we achtereenvolgens de milieucriteria voor catering (PLANOo), het gemeentelijke beleid omtrent inkoop van voedsel en catering en wat er bekend is over de huidige leveranciers, dus hoe het beleid wordt vertaald naar de praktijk. Vanaf paragraaf 3.4 behandelen we de milieucriteria Automaten (daar vallen ingrediënten voor warme dranken onder); het gemeentelijk beleid op het gebied van ingrediënten voor automaten en wat de gemeenten medegedeeld hebben over de huidige leveranciers van ingrediënten voor automaten. We kijken dus telkens eerst naar de handvatten vanutt de centrale overheid, dan naar het gemeentelijk beleid en dan naar de praktijk. 3.1 Milieucriteria catering De meest actuele versie van de milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Catering volgens PLANOo is van 26 januari 2016. Eerdere versies zijn van april 2015 en november 2012. Alle aanbestedingen die na november 2012 geopend zijn, hadden van deze handreiking gebruik kunnen maken. Het document noemt de belangrijkste milieueffecten, aandachtspunten en suggesties, selectiecriteria, mintmumeisen en tot slot gunmingscriteria en contractbepalingen. De mintmumetisen en gunningscriteria volgens de meest actuele versie (voor zover relevant voor dit onderzoek) worden hieronder weergegeven. Kijkt men naar de eerdere versies van april 2015 en november 2012 valt op dat de mintmumeisen en gunningscriteria op het gebied van milieu niet veranderd zijn. Minimumeis is dat 50% van het assortiment (exclusief zuivel) aan onderstaande duurzaamheidskenmerken voldoet. Waarbij 50% gedefinieerd wordt als het tnkoopvolume gemeten tn euro’s. De afzonderlijke producten zijn ingedeeld tn enkelvoudige en samengestelde producten. Onder enkelvoudige producten wordt verstaan: Een product dat op gewichtsbasis voor minimaal 95% uit één grondstof bestaat. Onder samengestelde producten wordt verstaan: een product dat uit mintmaal twee grondstoffen bestaat, waarbij geen van de grondstoffen op gewichtsbasis meer dan 95% van het product uitmaakt. Van samengestelde producten moet minimaal 75% van de grondstoffen op gewichtsbasts aan een of meer van de duurzaamheidskenmerken voldoen om te kunnen worden meegerekend tn de bovenbedoelde 50%. Gunningscriterium Naarmate meer dan 50 % van het assortiment bij aanvang van de opdracht bestaat uit producten met een of meer van de ondergenoemde duurzaamheidskenmerken, wordt dit onderdeel van de inschrijving hoger gewaardeerd. 12 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Duurzaamheidskenmerken: (Duurzaamheidskenmerken 1. t/m 6 en 10. zijn niet relevant voor dit onderzoek.) 7. Plantaardige producten uit kassen zijn geteeld zonder de volgende chemisch- synthetische middelen: * 24D; * _Glyfosfaat; * _Glyfosfaat-ammontum; * _Linuton; e _Maneb; e _Mancozeb; * MCPA; * _Mecoprop. Zie tabel 3.1 voor keurmerken die aan deze en de volgende duurzaamheidskenmerken voldoen. 8. Plantaardige akkerbouw-, vollegrond- en fruitproducten zijn geteeld zonder chemisch- synthetische middelen of slechts met de middelen die zijn opgenomen in de positieflijsten van stichting Milieukeur (akkerbouw en vollegrondsgroente?, fruité). 9. De volgende plantaardige producten (banaan, sinaasappel, citroen, mango, guave, ananas, koffie, thee, cacao en rijst) zijn geteeld zonder de chemisch-synthetische middelen die zijn opgenomen in de “Dirty Dozen List” van het Pesticide Acton Network (PAN), zie bijlage 3 voor uitgebreide informatie Tabel 3.1 Overzicht welke keurmerken aan welke duurzaamheidskenmerken voldoen. Bio, EKO producten van producenten tn omschakeling naar biologische landbouw UIZ Fairtrade Ranking-systematiek Dit onderzoek legt de nadruk op vermijden van negatieve milieu-tmpact door gebruik van bestrijdingsmiddelen. Daarom staan in tabel 3.1. keurmerken bovenaan die levensmiddelen certificeren die zonder gebruik van bestrijdingsmiddelen zijn geproduceerd, of met een zeer Shttp://www.milieukeur.nl/Public/Milieukeur Agro Food Plantaardig open_teelt Schema/2016/PPOTB KP2016.pdf Shtup://www.milieukeur.nl/Public/Milieukeur Agro Food Plantaardig open_teelt Schema/2016/PPOTER 2016.pdf 72,4,5-T, Aldicarb, Aldrin, Chlordane, Chlordimeform, DBCP, DDT, p‚p', Dieldrin, Ethylene dibromide, Heptachlor, Hexachlorocyclohexane, Lindane, Methyl parathion, Paraquat dichlortde, Parathion, Toxaphene 13 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten restrictief gebruik van middelen van een posttieflijst. Bio, EKO, Demeter en Sn omschakeling naar bio’ scoren op dit onderwerp het beste, gevolgd door Milieukeur. Fairtrade, UTZ en Rainforest Alliance hebben een zwarte lijst van niet toegestane bestrijdingsmiddelen maar gaan minder ver in het beperken van gifgebruik dan de andere keurmerken. Keurmerken voor dierwelzijn (voor vlees en eieren) zijn tn dit onderzoek buiten beschouwing gelaten. 3.2 Beleid voor catering in de gemeenten Dit onderzoek legt de nadruk op vermijden van negatieve milieu-tmpact door gebruik van bestrijdingsmiddelen. Deze middelen kunnen direct of indirect ingezet zijn voor productie van plantaardige en dierlijke voeding (voer voor dieren). Catering omvat de levering van een veelheid aan voedingsproducten, enkelvoudig en samengesteld. Inventarisatie en ranking van gemeenten op productntveau ts daarmee ondoenlijk. In dit onderzoek kijken we naar welke etsen en wensen de gemeenten formuleren en welke keurmerken de cateraars leveren en hoe groot het aandeel hiervan 1s. Of borging van levering van duurzame producten tijdens contractperiode een voorwaarde voor levering is, ts ook vastgesteld. Beschikbare aanbestedingsdocumenten zijn bestudeerd; hoe zwaar wegen de duurzaamheidswensen in de beoordeling? Daarnaast is het gewicht van de prijs in de aanbesteding geregistreerd. De laatste kolom geeft de naam van het brondocument weer, waar beschikbaar. Ranking Amsterdam eist van leveranciers mintmaal de standaard volgens PLANOo, zowel inhoudelijk als qua volume, en streeft naar 100% duurzaam gekeurmerkte producten (volgens definitie PLANOo) en waardeert leveranciers die deze ambitie ondersteunen, zie tabel 3.2. Daarnaast 1s er in het bestek opgenomen dat de leverancier regelmatig rapporteert over de hoeveelheden geleverd duurzaam product. Zo kan de gemeente bijhouden of de leverancier zijn beloftes nakomt (borging). Hiermee scoort de gemeente het hoogst. Rotterdam heeft tn het programma van eisen opgenomen dat al in 2014 75% van het assortiment duurzaam moet zijn volgens de eisen van PLANOo. Daarnaast stelt de gemeente in het bestek als eis dat 1n 2016 100% van de producten duurzaam moeten zijn. Er 1s echter geen systeem van borging in de aanbestedingseisen opgenomen. Daarom staat Rotterdam in deze lijst tweede. Nijmegen volgt in de ranglijst. Zij eisen minimaal de standaard volgens PLANOo (en mileuvriendelijke en biologische teelt en diervriendelijkheid). Ze waarderen een hoger aandeel dan 50% duurzaam gecertificeerd product in de gunning. Wat opvalt aan de werkwijze van Nijmegen 1s dat zij de prijs van catering-producten voor de grote kantines niet laten meewegen tn de aanbesteding, zie kader. Daar tegenover staat dat Nijmegen geen borging voor de hoeveelheid geleverde producten met duurzaamheidskeurmerk vraagt. Breda hanteert eveneens de etsen van PLANOo, met dien verstande dat men niet om mintmaal 50% duurzaam gecertificeerd product vraagt maar om 40%. Meer dan 40% wordt wel weer positief gewaardeerd tijdens de gunning, maar helaas voor maxtmaal 1,8% van het totaal aantal punten. Breda vraagt haar leverancier wel periodiek te rapporteren over de hoeveelheid ontvangen etenswaar met keurmerk. Den Haag gebruikt de minimumeisen volgens PLANOo, maar hanteert andere percentages; minimaal 30% voor kruidenterswaren, dag- en koelverse producten en minimaal 10% voor brood en banket. Leveranciers kunnen wel extra hoog scoren als zij meer dan deze mintmale percentages 14 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten leveren, met een maximale extra score van 5% tijdens de gunning. Ook Den Haag hanteert een systeem waar de leverancier regelmatig rapporteert over welke producten precies zijn geleverd. Dit levert Den Haag, ondanks de beperkte etsen, een vijfde plek op. Eindhoven vraagt zijn leverancier meer dan 16% van het geleverde product dat aan de etsen volgens PLANOo voldoet. Een leverancier kan extra op de aanbesteding scoren als hij de ambitie van de gemeente ondersteunt naar 50% te groeten. Helaas weegt deze extra inspanning van de leverancier maar voor maximaal 10% mee. Wel vraagt Eindhoven zijn leverancier alle biologische producten te registeren, maar niet de overige duurzame producten. Utrecht volgt op rang 7. Zij volgen PIANOo wat betreft de mintmumeisen en vragen Fairtrade voor zoet broodbeleg en bananen. Ze formuleren echter geen wensen voor verdergaande verduurzaming en vragen ook geen specifieke rapportage over duurzame producten. Tilburg werkt op een vergelijkbare wijze, maar zij vragen minimaal 40% gecertificeerd duurzaam, tn plaats van de 50% die door PLANOo geadviseerd wordt. Ook zij benoemen geen extra wensen en laten de prijs voor 100% de gunning bepalen. Rapportage over daadwerkelijk geleverde duurzame producten vindt ‘Tilburg niet nodig. Groningen vraagt enkel om biologische melk als minimumeis. Leveranciers kunnen wel scoren door biologisch aan te bieden. Hekkensluiter Almere stelt geen minimumeisen wat betreft mikeubelasting door bestrijdingsmiddelen aan de cateraars. 15 Tabel 3.2: Ranking van gemeenten (l = gemeente scoort het beste) t.a.v. beleidsmatige eisen en wensen op het gebied van voedsel /catering van de gemeenten. maximale gewicht NEN Eisen voedsel /catering Wensen voedsel /catering Borging tegemoetkoming ET ee . Streeft naar 100% i.p.v. 50% Bestek EA food en non-food OAN 0, 0, 1. Amsterdam Volgt eisen PLANOo (50%) volgens PIANOo. / 20% 50% DWI v.def-3.pdf (2014) 2. Rotterdam Meer dan 75% duurzaam volgens eisen PLANOo + plan (hoog aandeel duurzame, X Maximaal 1% vande Onbe- Beschrijvend document Horeca 06 voor groei naar 100% in 2016 gezonde en lokale producten) mogelijke korting kend** 2014 definitief.docx (2014) . 5 ‘ . . _ Volgt eisen PIANOo GO /) + ns van Hoe verder de aanbieder gaat ‚ ENEN 3. Nijmegen** _milieuvriendelijke en biologische teelt en tov. de minimumeisen van X 20% - definitief. pdf (2015) 'diervriendelijkheid’. PIANOo hoe hoger de score P Programma van Hisen.xls behorende bij “Het op afroep . 5 volgt PLANOo wenst meer dan 5 5 leveren van food- en non-food 4. Breda Volgt eisen PILANOo voor 40%. 40%. J 1,8% 70% artikelen aan verschillende locaties binnen gemeente Breda" TenderNed-kenmerk 17199 Min 30% (kruidenierswaren, dag- en koelvers) of 10% voor hoeer aandeel tov (brood en banket) voldoet aan een van de volgende: SKAL, PIAN oe leverancier ver dient Aanbestedingsleidraad 5. Den Haag Soil Association, Gras keurmerk, Milteukeur, Demeter, 0.5 Dt bi 1% stiicing tot max { 5% 50% _ Levensmiddelen definitief.pdf MSC, Groene Kas label, erkend streekproduct 50 / PED | 70 SHE (2014) seizoensproduct. 7 Leverancier scoort hoger als V alleen ambitie van gemeente bio- Offerteaanvraag food- non food 6. Eindhoven 16% volgens eisen PLANOo ondersteunt naar 50% duurzaam 10% 60% ne 5 . . produc- definitief.pdf (2015) te groeten zonder dat dit tot ‘ hogere kosten leidt en) . Eisen aan de opdracht Catering 0, 7. Utrecht Den de vo A ee b Geen X - 35% _ dienstverlening 13 GU 121 aittrade voor zoet broodbeleg en bananen. DEFINITIEF-2.pdf (2014) Microsoft Word - 8. Tilburg Volgt eisen PLANOo voor 40%. Geen X - 100% _ Aanbestedingsdocument Catering.pdf (2013) 9. Groningen (SKAL melk) waar mogelijk biologisch. _ geen document beschikbaar _ 10. Almere Geen Geen _ geen document beschikbaar _ * PLANOo stelt zowel inhoudelijke eisen alsook eisen aan de hoeveelheid geleverd product, zie 3.1. Sommige gemeenten kiezen ervoor de inhoudelijke lijn te volgen, maar voor de hoeveelheid geleverd product een ander percentage te kiezen. Als dat het geval is, is dit percentage, afwijkend van 50%, genoemd. “Rotterdam geeft een kortng van maxtmaal € 200.000 voor hoge kwaliteit. Duurzame producten leveren maxtmaal 1% van de korting op. “Geldt voor de twee hoofdvestigingen van de gemeente: Stadhuis en Mariënburg. Enkele kleinere locaties hebben catering in eigen beheer. Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 3.3 Praktijk: huidige leveranciers van catering De onderzochte gemeenten hebben duidelijk aangegeven welke eisen en wensen zij aan catering stellen. Over de keurmerken van de producten van de huidige leveranciers waren zij minder duidelijk. Het bleek dan ook niet mogelijk de gemeenten te ranken op basis van de keurmerken van de daadwerkelijk geleverde producten, zie tabel 3.4. De informatie in de tabel is gebaseerd op antwoorden op de vragen, op informatie uit de aanbestedingsdocumenten (indien beschikbaar gesteld) en op reacties op een concept van dit rapport. Breda en Utrecht volgen de mintmumetsen volgens PLANOo, waarbij Utrecht 50% geceruficeerde producten ontvangt en Breda 70%. Den Haag stelt afwijkende etsen ten opzichte van PLANOo, maar geeft aan deze wel jaarlijks te controleren. Eindhoven en Nijmegen hebben leveranciers die producten onder tal van duurzaamheidscertificaten leveren. Zes van de tien ondervraagde gemeenten gaf geen eenduidige reactie op de vraag welke keurmerken de huidige leveranciers leveren. Acht van de tien gemeenten kunnen niet zeggen welk gedeelte van de producten gecertificeerd 15. Tabel 3.4: Keurmerken van producten van huidige leveranciers van catering per gemeente (op alfabetische Amsterdam P P SKAL, Soil Association, Gras keurmerk, Den Haag Milieukeur, Demeter, MSC, groene kas Min 30% (kruidenierswaren, dag- en label, erkend streekproduct koelvers) of 10% (brood en banket) Groningen P P Rotterdam P P Utrecht volgens PLANOo 50% 3.4 Milieucriteria automaten De meest actuele versie van de milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van automaten ts van 8 april 2015. Ingrediënten vallen ook onder deze productgroep. Mintmumeisen, in de zin van minder milieubelastend, zijn voor ingrediënten niet gespecificeerd. Ook in de gunningscriterta wordt duurzaamheid van ingrediënten niet gespecificeerd. Enkel aandachtspunt 7 suggereert biologisch geproduceerde ingrediënten op te nemen tn de automaten (bijvoorbeeld koffie, chocolademelk of thee). Een aanbestedende organisatie kan er ook voor kiezen om de inhoud van automaten onder de aanbesteding van catering te laten vallen. Dan gelden de milieucriteria catering, zie 3.1. Ranking-systematiek Los van wat de milieucriteria automaten aangeeft, zijn er evenwel ingrediënten van automaten onder keurmerk beschikbaar. De meest gangbare zijn Fatrtrade en EKO. Dit zijn teven de enige 17 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten keurmerken die door de betrokken gemeenten worden gebruikt. In dit onderzoek waarderen we EKO boven Fairtrade, omdat bestrijdingsmiddelen bij de productie van EKO producten in veel geringere mate gebruikt worden dan bij Fairtrade producten. 3.5 Beleid: ingrediënten voor automaten in de gemeenten Dit onderzoek legt de nadruk op vermijden van negatieve milieu-tmpact door gebruik van bestrijdingsmiddelen. Op basis van eerder beschreven methode van ranking van keurmerken 1s tabel 3.5 tot stand gekomen. Amsterdam staat bovenaan omdat zij als enige een EKO ingrediënt eisen. Daarnaast moet de koffie, thee en cacao Fatrtrade gecertificeerd zijn. Aan melkpoeder en suiker stelt men geen etsen. Nijmegen staat op de tweede plek. Naast Fairtrade koffie, thee en cacao vraagt men ook Fairtrade suiker. Op een gedeelde derde plaats staan Almere, Den Haag, Eindhoven, Groningen, Utrecht en Breda. De zes gemeenten schrijven het Fairtrade keurmerk voor bij inkoop van koffie, thee en cacao. Breda geeft aan Fatrtrade ingrediënten te gebruiken zonder onderscheid te maken tussen koffie, thee en cacao enerzijds en melkpoeder en suiker anderzijds. De onderzoekers is echter geen Fairtrade melkpoeder bekend. Rotterdam staat op rang negen. Hier kiest men enkel voor Fairtrade koffie. Bij Almere vraagt men zo veel mogelijk Fairtrade of vergelijkbaar zijn de eisen aan melkpoeder en suiker onbekend. ‘Tilburg geeft aan PLANOo voor automaten te volgen maar de PLANOo milieucriteria voor automaten geven geen advies over minimumeisen aan ingrediënten. Tabel 3.5: Ranking van de gemeenten (1 = gemeente scoort het beste) op basis van het SS voor koffie/thee etc. voor automaten. thee ts EKO 1, Amten Koffie, thee, cacao zijn fairtrade en 3. Almere Fairtrade of vergelijkbaar Onbekend 3. Eindhoven Hatrtrade ingrediënten Geen 3. Utrecht Fairtrade ingrediënten Geen 9. Rotterdam 100% fairtrade koffie Geen * Breda geeft aan Fairtrade ingrediënten te gebruiken zonder onderscheid te maken tussen koffie, thee en cacao enerzijds en melkpoeder en suiker anderzijds. 3.6 Praktijk: huidige leveranciers voor automaten Op de vraag welk gedeelte van de producten geceruficeerd 1s, kiezen zeven gemeenten ervoor de producten te omschrijven (waarbij de onderzoekers ervan uitgaan dat 100% van het betreffende product geceruficeerd 18). Twee anderen geven een percentage van het totaal aan producten aan dat gecertificeerd is (tabel 3.6). Een van de gemeenten (Den Haag) geeft geen informatie hierover. 18 Tabel 3.6: Overzicht van gemeenten t.a.v. gebruik van keurmerken door huidige leveranciers voor automaten keurmerken huidige leveranciers gedeelt e producten die gecertificeerd zijn Max Havelaar, UTZ of Rainforest Alliance. De . Almere biologische producten dragen het EKO Ke thee, cacao, suiker, keurmerk oftemelk Amsterdam Fairtrade, EKO MKO) thee, cacao (Fairtrade) thee Breda UTZ, Rainforest alliance, Fairtrade 70% Den Haag P P Eindhoven leverancier biedt alle keurmerken aan, koffie, koffie, thee, cacao, suiker thee, cacao en suiker zijn (ook) Fairtrade Groningen SKAL, Utz, Fairtrade, Rainforest Alliance koffie, thee, cacao, Nijmegen Fairtrade koffie, thee, cacao, suiker Rotterdam Fairtrade Koffie ‘Tilburg leverancier biedt alle keurmerken aan 60% Utrecht Fairtrade koffie, thee, cacao 3.7 Conclusie voedsel, catering en warme dranken Tabel 3.7. geeft een samenvattend overzicht van de ranking voor inkoopbeleid van voedsel/ catering en ingrediënten voor automaten per gemeente. We geven ook een samenvattende ranking. Dit gewogen gemiddelde weegt ‘voedsel en catering’ mee voor 70% en ingrediënten voor automaten voor 30%, omdat de inkoop van ‘voedsel en catering’ naar verwachting groter van omvang 1s dan inkoop van Sngrediënten voor automaten’. Amsterdam is twee keer eerste en staat daarmee bovenaan. Nijmegen scoort een maal derde en een maal tweede, en eindigt daarmee samenvattend als tweede. Breda is een maal vierde en een maal derde, en staat op rang dre. Amsterdam gaat duidelijk aan kop. De middenmoot, rang drie tot en met zeven, ontlopen elkaar niet veel. Onderaan de lijst scoren de achterblijvers Almere en Tilburg durdelijk lager dan de middenmoot. Tabel 3.7: Gecombineerde ranking van de scores van gemeenten t.a.v. eisen voor duurzame inkoop van voedsel, catering en ingrediënten (1= gemeente scoort het beste van de 10 gemeenten). Ranking voedsel en Ranking Gewogen gemiddelde Samengevatte Gemeente catering ingrediënten ranking ranking Amsterdam 1 1 1,0 1 Nijmegen 3 2 2,7 2 Breda 4 3 3,7 3 Rotterdam 2 9 4,1 4 Den Haag 5 3 B 5 Eindhoven 6 3 5,1 6 Utrecht 7 3 5,8 7 Groningen 9 3 7,2 8 Almere 10 3 7,9 9 Tilburg 8 10 8,6 10 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Sierplanten voor binnen en buiten Ook dit hoofdstuk bestaat uit twee delen. In de eerste drie paragrafen bespreken we achtereenvolgens de milteucriteria Groenvoorztening (PIANOo), het gemeentelijke beleid omtrent inkoop van sierplanten voor buiten en wat er bekend is over de huidige leveranciers, dus 1n hoeverre zich het beleid doorvertaalt naar de praktijk. Vanaf paragraaf 4.4 behandelen we de milieucriteria Bloemen en interteurbeplanting, het gemeentelijk beleid op het gebied van bloemen en interteurbeplanting en wat de gemeenten medegedeeld hebben over de huidige leveranciers van bloemen en interteurplanten. We kijken dus telkens eerst naar de handvatten vanutt de centrale overheid, dan naar het gemeentelijk beleid en dan naar de praktijk. 4.1 Milieucriteria sierplanten voor buiten De ‘Mikeucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Groenvoorzieningen’ van 7 mei 2015 zijn opgesteld door PLANOo. Hierin worden geschiktheidsetsen, minimumeisen en gunmingseriteria voor boomkwekerijproducten en bloembollen aangereikt om duurzaam inkopen voor onder andere gemeenten te vereenvoudigen. De voor dit onderzoek relevante eisen en criteria worden hieronder nader gespecificeerd. Minimumeisen en keurmerken die hieraan voldoen Enkel minimumeis 1 ts relevant, minimumeis 2 heeft betrekking op actvstetten in burtenstedelijk gebied, minimumeis 3 gaat over bemesting en minimumeis 4 gaat over het onderhoud. Mintmumeis1: minstens 90% van de producten (in € op basis van de aankoopsom) voldoet aan: * _gewasbeschermingsmiddelen boomkwekerijproducten en bloembollen mogen alleen gebruikt worden als ze staan op de meest recente lijst van Milieukeur open teelt® (bollen) (of van het jaar ervoor) (bij boomkwekerij met specifieke criteria voor boomkwekerijproducten”) EN: * biologische gewasbeschermingsmiddelen die staan tn de Regeling Uitzondering Gewasbeschermingsmiddelen (RUB-lijst!®) dat is niet de groene lijst van SKAL. * bemestng is volgens wet; o _ organische stof balans is minimaal neutraal. Keurmerken die bovenstaand bevestigen: EKO, Milieukeur, Groenkeur en MPS-A met Shtep://www.milieukeur.nl/Public/Milieukeur Agro Food Plantaardig open teelt Schema/2016/PPOTB B20152016.pdf %tup://www.milieukeur.nl/Public/Milieukeur Agro Food Plantaardig open_teelt Schema/2016/PPOTB KP2016.pdf 10 htep://wetten.overheid.nl/BWBR0003172/2006-09-01 20 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten duurzaamheidscertficaat Bewijs Duurzaamheid’. (Groenkeur gebruikt de milieueisen van Milieukeur, MPS verwijst voor het certificaat Bewijs Duurzaamheid’ naar de middelenlijst van Milieukeur). Gunningscriteria Enkel gunningseriteritum 1 heeft betrekking op milieubelasting door gewasbeschermingsmiddelen. Gunningseriterium 1 komt met minimumeis 1 overeen, in die zin dat een inschrijver hoger scoort als hij meer dan 90% gecertificeerd aanleveren kan. Productgroepen Bij sterteeltgewassen voor buiten zijn er verschillende productgroepen te onderscheiden. In dit onderzoek richten we ons op bomen/heesters, bloembollen en overig, waarbij niet naar ‘overig’ gevraagd is, maar enkele gemeenten extra informatie aanleverden. Ranking-systematiek Dit onderzoek legt de nadruk op vermijden van negatieve milieu-tmpact door gebruik van bestrijdingsmiddelen. Bij sierplanten kijken we naar de productemethode (onderhoud van groen komt tn hoofdstuk 5 aan bod). Daarom staan keurmerken bovenaan die sterplanten certificeren die zonder gebruik van bestrijdingsmiddelen zijn geproduceerd, of met een zeer restrictief gebruik van middelen op basis van een posttieflijst. Daarom scoort SKAL-gecertificeerd materiaal het hoogst, gevolgd door Milieukeur, Groenkeur en het MPS certificaat Bewijs Duurzaamheid’. Alle drie gebruiken de posttieflijst voor middelen van Milieukeur. 4.2 Beleid: sierplanten voor buiten Op basis van de eerder beschreven methode van ranking ís tabel 4.1 tot stand gekomen. Amsterdam gaat aan kop. De inkoop van bomen en struiken ts hier per stadsdeel geregeld. Nieuw- West eist milieukeur of SKAL van leveranciers. Zuid eist minimaal te voldoen aan de eisen volgens PIANOo. De andere stadsdelen stellen geen eisen. Amsterdam heeft als beleid aangenomen alleen biologische bollen in te willen kopen!!. Op de 2e plek staat Nijmegen. Deze gemeente hanteert de advies-eisen van PLANOo en vragen dus om 90% geceruúficeerd plantmateriaal en bollen met SKAL- of Milieukeurcertificering. Utrecht volgt door minimaal Militeukeur of SKAL voor bomen en struiken te etsen en voor bollen wordt altijd MPS-A of MPS-A+t geëtst. Breda, Eindhoven en Groningen volgen op de 4° rang door milieukeur te etsen voor bomen en struiken. Alle drie stellen voor zover bekend geen etsen aan bollen. De gemeente Almere geeft de voorkeur aan Milieukeur, mits verkrijgbaar tn de markt, en staat met deze zachte ‘eis’ op de zevende rang. Den Haag en Rotterdam volgen op een gedeelde achtste plek. Zij stellen geen eisen aan bomen en struiken en eisen bollen met milieukeur of MPS-A (sinds kort eist Den Haag alleen nog bio-bollen). Tilburg stelt geen eisen op het gebied van duurzame teelt van sierplanten voor buiten en sluit daarmee de lijst af. Enkele gemeenten geven aan MPS-A te vragen. Alleen Utrecht noemt expliciet MPS-A+ en verwijst naar het duurzaamheidscertificaat ‘Bewijs Duurzaamheid’. De ranking ts gebaseerd op een 70/30 verhouding tussen bomen en struiken enerzijds en bollen anderzijds. Bomen en struiken zijn meer te zien in het straatbeeld, bollen worden echter jaarlijks aangeschaft, zijn beeldbepalend tn het groetseizoen en de teelt van gangbare bollen brengt een hoge milieubelasting met zich mee. In de categorie ‘overig’ heeft alleen gemeente Amsterdam tets opgegeven. Deze categorie blijft bij de ranking buiten beschouwing. l momenteel zijn nog onvoldoende biologische bollen beschikbaar 21 Tabel 4.1: Ranking van gemeenten (1 = gemeente scoort het beste) op basis van etsen en wensen op het gebied van sierplanten voor buiten (situatie junt 2016). bomen, struiken Bollen overig Nieuw-West eist 100% ensen on Oo Zi) zadenmengsels 50% biologisch 0, 1. Amsterdam Milieukeur of SKAL, SKAL EE voor bloembakken 100% andere stadsdelen stellen Toros géén eisen 2. Nijmegen 90% Milieukeur of SKAL 90% Milteukeur* of SKAL 3. Utrecht milieukeur of SKAL MPS-A of MPS-A+ 4. Breda Milieukeur Ee 4. Eindhoven Milteukeur - 4. Groningen _Milieukeur P 7. Almere 90% Milieukeer, mits _ verkrijgbaar in de markt 8. Den Haag - Milieukeur* of MPS-A 8. Rotterdam _- Milieukeur* of MPS-A 10. Tilburg - - ? = onbekend -= geen eisen of wensen *Milieukeur: Milieukeur geeft op haar site aan dat Milieukeur bollen vanaf 2016! beschikbaar zijn. 4.3 Praktijk: huidige leveranciers voor sierplanten voor buiten De keurmerken van huidige leveranciers en het percentage plantmatertaal dat onder keurmerk geleverd wordt, is weergegeven in tabel 4.2. Het ts niet mogelijk een ranking te maken van de gemeenten op basis van de informatie in deze tabel, omdat alle gemeenten gebruik maken van leveranciers met verschillende keurmerken. Daarnaast zijn geleverde percentages niet specifiek per keurmerk genoemd. Ook nemen zes van de tien gemeenten producten af van leveranciers met MPS-A keurmerk, waar de prestaties op het gebied van gewasbescherming nauwelijks uitkomen boven de wettelijke eisen. Tilburg geeft in reactie op een eerdere versie van dit rapport aan, een gelijk percentage gecertificeerd plantmatertaal af te nemen als Eindhoven. 2 htep://www.milieukeur.nl/397/factsheets/milieukeur-bloembollen.html Tabel 4.2: Keurmerken van huidige leveranciers van sierplanten voor buiten van de tien ondervraagde gemeenten tn alfabetische volgorde. keurmerken huidige %o plantmateriaal geleverd leverancier(s) onder keurmerk 90% van de bomen . 60% van de heesters en Almere groenkeur (voor leveranciers) bosplants osplantsoenen nauwelijks vaste planten veel leveranciers, sommige Amsterdam boomkwekers Milieukeur, poot 250, en zaatgoedleverancters voor de heemtutnen werken biologtsch Breda eg ienke Groenkeur, onbekend Den Haag SKAL en MPS-A* 100% 100% van de bomen MPS-A & -B, FEEP, Milieukeur, Milieukeur. Minimaal 50% van Eindhoven Keurmerk Select Plant Laanen de bomen onder het Sierbomen. Keurmerk Select Plant Laan en Sterbomen. Groningen Milieukeur, MPS, SKAL, 80% Nijmegen MPS-A, Milteukeur, SKAL 100% Rotterdam Milieukeur, MPS-A 100% Eisen zijn volgens de waliteitsnormen Ni 100% van de bomen ‘Tilburg omschrijvingen van Milieukeut boomkwekerijproducten’ van de Raad van Boomkwekerijen . 70% totaal, 90% van de Utrecht Milieukeur, MPS, SKAL bomen ts SMK gecertificeerd *Den Haag: gegevens alleen voor bollen. Amsterdam, Den Haag en Utrecht kiezen voor bio-bollen In november 2015 heeft de gemeenteraad van Amsterdam besloten alleen nog maar biologische bollen te gebruiken in het hele stadsgebied. In maart 2016 besloot de gemeenteraad tn den Haag hetzelfde. In juni 2016 nam de gemeenteraad van Utrecht een soortgelijk besluit. De stap, die op initiatief van de Partij voor de Dieren is gezet, vindt ook posttieve weerklank in de sector: Loek Barendse van bloemenveiling FloraHolland ts van mening dat nu meer telers zullen kiezen voor een biologische productiewijze. Het besluit van de gemeente Amsterdam is verwerkt in de tabellen, die van de andere gemeenten niet, omdat dit ín juni nog niet geleid had tot uitgewerkt beleid. Bronnen: Bloembollenvisie Amsterdam!® en Den Haag!4, Partij van de Dieren Utrechtis B htep://www.bloembollenvisie.nl/Nieuws/Paginas/Gemeente-Amsterdam-kiest-voor-biologische- bloembollen.aspx#t. V2kUnOkx02A htep://www.bloembollenvisie.nl/Nieuws/Paginas/Gemeente-Den-Haag-kiest-voor-biologische- bloembollen-…aspx#. V2kU7Okx92B Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 4.4 Milieucriteria sierplanten voor binnen In 2010 heeft het ministerie van VROM een document opgesteld voor duurzame inkoop van bloemen en interteurplanten: Informatie voor duurzaam inkopen van Bloemen en interieurbeplantung’. Een update ís tot nu toe niet verschenen, en de inhoud 1s begrijpelijkerwijs gedateerd en weerspiegelt niet de huidige situatie op de markt voor bloemen en sierplanten. Omdat het de enige leidraad van de overheid ts, wordt de inhoud ervan hier toch weergegeven. Relevant voor dit onderzoek zijn alle verwijzingen naar gewasbeschermingsmiddelen en keurmerken die beperkt of geen gebruik ervan certificeren. In het document wordt genoemd dat beschikbaarheid van gecertificeerde producten onvoldoende 1s en dat daarom keurmerken niet als minimumeis in een aanbesteding opgenomen kunnen worden. Tegenwoordig zijn deze wel beschikbaar. Ranking-systematiek In Nederland geproduceerde sterplanten scoren het best op bestrijdingsmiddelengebruik als ze voorzien zijn van het EKO-keurmerk. Daarnaast zijn er stertelers die Milieukeur geceruficeerd zijn. Hier gaat het om een posttieflijst met middelen die een lagere milteu-tmpact hebben. Daarnaast zijn er de keurmerken MPS (A, B of C) en FFP (Fair Flowers Fatr Plants). Op het gebied van milieu scoren deze keurmerken gelijk, omdat FFP MPS-A combineert met een sociaal keurmerk, de ICC (Internatonal Code of Conduct for cut flowers). MPS-A is op het gebied van bestrijdingsmiddelengebruik geen bruikbaar keurmerk. De certificering kent verschillende thema’s en hanteert geen mintmumstandaard per thema. Scores zijn inwisselbaar; scoort een teler bijvoorbeeld goed op energiegebruik (zuinige kas), kan hij een slechte score op bestrijdingsmiddelengebruik vereffenen en alsnog MPS-A geceruficeerd worden. Als het gaat om bestrijdingsmiddelengebruik geven dus alleen het EKO-keurmerk (1) en Milieukeur (2) daadwerkelijk garanties. 4.5 Beleid: sierplanten voor binnen Duurzaamheid van tnterteurbeplanting en snijbloemen heeft bij de ondervraagde gemeenten weinig aandacht. Dit komt tot uitdrukking in tabel 4.3. Slechts drie van de ten ondervraagde gemeenten formuleren eisen of wensen op het gebied van interteurplanten en snijbloemen. Ranking Eindhoven vraagt leveranciers van interteurplanten om MPS-A- en FEP- certificering. Zoals eerder beschreven hanteert FFP de zelfde standaard als MPS-A op het gebied van bestrijdingsmiddelen. Over een MPS-A geceruficeerde leverancier kan geen uitspraak gedaan worden. Breda geeft aan PIANOo te volgen. Deze instantie heeft echter geen uitspraken gedaan over interieurplanten. Wellicht doelt men op een voorganger-document. Hierin worden eisen voor keurmerken als moeilijk haalbaar benoemd, maar ze worden wel benoemd. Hoe ambitieus de gemeente Breda zich hierin opstelt, blijft echter onduidelijk. De gemeente ‘Tilburg vraagt chemische middelen bij het beheer van interteurplanten niet te gebruiken. Gemeenten Almere, Den Haag, Groningen en Nijmegen stellen geen etsen wat betreft duurzaamheid aan hun interieurplanten en snijbloemen. Rotterdam stelt geen eisen aan interieurplanten en geeft geen informatie over snijbloemen. Amsterdam en Utrecht doen geen mededeling. In dit onderzoek worden ‘geen informatie’ en ‘geen eisen’ gelijk gewaardeerd. 5 https:/ /utrechtstad.partijvoordedieren.nl/news/utrecht-stapt-op-aandringen-pvdd-over-op-volledig- biologische-bloemen 24 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Tabel 4.3: Ranking van gemeenten (1= gemeente scoort het beste) op basis van etsen en wensen op het n van Se voor binnen 1. Eindhoven waat mogelijk MPS-A, FFP EEP mogelijk MPS-A, 3. ‘Tilburg (beheer zonder chemie) - 4. Den Haag - - 4. Nijmegen - - 4. Amsterdam P P -= stelt geen eisen; ? = onbekend of er eisen zijn. 4.6 Praktijk: huidige leveranciers voor interieurplanten en snijbloemen De wensen en eisen die de onderzochte gemeenten stellen aan interteurplanten en snybloemen zijn (als ze er al zijn) vaak van procesmatige aard. Alleen Nijmegen en Eindhoven vragen om duurzaam geproduceerde planten. Eindhoven vraagt “waar mogelijk’ MPS-A, FEFP. Dit kan een aanbieder 2,5% van de totale punten tijdens de gunning opleveren. Nijmegen vraagt om ‘duurzaamheid in de aard van het product’ zonder dit verder te specificeren. Een offrerend bedrijf kan hiermee 3,3% van de totale punten winnen. Gemeente Den Haag laat hydroculturen door de eigen sociale werkplaats kweken en verzorgen. 4.7 Conclusie sierplanten voor binnen en buiten Tabel 4.4. geeft een samenvattend overzicht van de ranktng voor inkoopbeleid van sierplanten per gemeente, inclustef een gewogen ranking voor deze productgroep. In dit gewogen gemiddelde worden sierplanten voor buiten voor 70% meegewogen en sierplanten voor binnen voor 30%. Dit omdat de inkoop van sierplanten voor buiten veelal groter van omvang ts dan inkoop van sierplanten voor binnen. Amsterdam staat bovenaan bij de gewogen gemiddelde ranking. Gevolgd door Nijmegen, Eindhoven, Utrecht en Breda. De top zes ligt relatief dicht bij elkaar. De overige vier gemeenten staan in de volgorde van de ranking voor sierplanten voor buiten, omdat zij allen ongeveer gelijk scoren op sterplanten voor binnen. ee) Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Tabel 4.4: Gecombineerde ranking van de scores van gemeenten t.a.v. duurzame inkoop van voor binnen en buiten scoort het beste van de 10 26 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden In dit hoofdstuk worden de ten grootste gemeenten vergeleken op beleid en beheer ten aanzien van terreinbeheer en middelgebruik. We maken onderscheid tn drie typen terrein: verhardingen, openbaar groen en sportvelden. Het uitgevoerde beheersregime is voor elke categorie ingedeeld 1n vier typen. Voor verhardingen zijn deze categorieën: 1. ‘geheel volgens de DOB-methode!? (DOB staat voor Duurzaam OnkruidBeheer, een methode die gebruik maakt van chemische middelen, ontwikkeld door WUR); 2. ‘grotendeels volgens de DOB-methode, met een of meer pilots gericht op chemievrij beheer”; 3. ‘grotendeels chemtevrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer ntveau Zilver!” (De Barometer Duurzaam Terreinbeheer is een certificatiesysteem voor het beheer van groene en verharde terreinen. Niveau Zilver staat gebruik van chemische middelen alleen tn bepaalde situaties toe. Deze kunnen zijn: onder andere aanwezigheid van reuzenberenklauw of eikenprocessierups); en 4. ‘geheel chemtevrij’”. Voor openbaar groen en sportvelden gelden de volgende vier categorieën, sterk vergelijkbaar met de categorieën voor verhardingen: 1. structureel met chemische middelen’; 2. ‘grotendeels chemisch, een of meer pilots gericht op chemtevrij beheer’; 3. ‘grotendeels chemtevrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer ntveau Zilver’ (De Barometer Duurzaam Terreinbeheer is een certificatiesysteem voor het beheer van groene en verharde terreinen. Niveau Zilver staat gebruik van chemische middelen alleen tn bepaalde situaties toe. Deze kunnen zijn: onder andere aanwezigheid van reuzenberenklauw of eikenprocessierups); en 4. ‘geheel chemtevrij’”. Middelgebruik vergelijken we op basis van hters gebruikt middel. 16 htep://www.wageningenur.nl/nl/Onderzoek-Resultaten/Projecten/DOB-verhardingen/DOB- methode.htm 1 http://www.wageningenurt.nl/nl/Onderzoek-Resultaten/Projecten/DOB-verhardingen/Barometer- Duurzaam- Terreinbeheer.htm 27 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 5.1 Beheer van verhardingen Negen van de tien ondervraagde gemeenten beheerden in 2015 verhardingen geheel zonder chemische middelen, zie tabel 5.1. Rotterdam gaf aan grotendeels chemtevrij te werken, met uitzonderingen die voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer (BDT) niveau Zilver. In reactie op een latere vraag gaf de gemeente Rotterdam aan meer dan 4.000 liter van het middel Ultma!® op verhardingen gebruikt te hebben. Dit heeft de onderzoekers doen besluiten Rotterdam twee treden lager te plaatsen, in de categorie ‘geheel volgens de DOB-methode’. Tabel 5.1: Beheer van de in 2015. Rotterdam* Almere Amsterdam Breda Den Haag Eindhoven Groningen Nijmegen ‘Tilburg Utrecht “Rotterdam: zelf gaf de gemeente aan grotendeels chemievrij te werken, met uitzonderingen die aan BDT Zilver voldoen. Daarnaast gaf de gemeente aan meer dan 4.000 liter Ultima te gebruiken. Dit heeft de onderzoekers doen besluiten Rotterdam twee treden lager te plaatsen. In 2016 is Rotterdam van plan het beheer van verhardingen te wijzigen. Men wil, net als de overige negen gemeenten een geheel chemtevrij beheer van verhardingen, zie tabel 5.2. 8 Binnen BDT Zilver mag Ultma alleen op tijdelijk onbeteelde terreinen worden toegepast (alleen op half openverhardingen/open verhardingen en onverhard). Uit onderzoek door Leendertse e.a. (2015) blijkt dat Ultima een knelpunt kan vormen voor drinkwaterwinning uit oppervlaktewater. 28 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Tabel 5.2: Plannen voor beheer van En in 2016. Almere Amsterdam Breda Den Haag Eindhoven Groningen Nijmegen CC ‘Tilburg Utrecht 5.2 Beheer van openbaar groen Acht van de tien ondervraagde gemeenten beheerden tn 2015 het openbaar groen geheel chemievrij, zie tabel 5.3. Rotterdam en ‘Tilburg beheerden het openbaar groen grotendeels chemievrij, met uitzonderingen die voldoen aan BDT ntveau Zilver. Tabel 5.3: Beheer van openbaar groen in 2015. Rotterdam Almere ‘Tilburg Amsterdam Breda Den Haag Eindhoven Groningen Nijmegen Utrecht In 2016 blijft het beheer van openbaar groen in op twee na alle gemeenten ongewijzigd. Tilburg en Rotterdam zetten de stap van grotendeels chemievrij naar geheel chemtevrij, zie tabel 5.4. 29 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Tabel 5.4: Plannen beheer van ie “ in 2016. Almere Amsterdam Breda Den Haag Eindhoven Groningen Nijmegen EE ________ Roverdam ‘Tilburg Utrecht 5.3 Beheer van sportvelden Het beheer van sportvelden in 2015 tn de ten grootste gemeenten is weergegeven in tabel 5.5. Alleen Groningen werkt geheel chemtevrij. Amsterdam, Den Haag, Eindhoven, Nijmegen, Rotterdam en Utrecht scoren een stap lager door grotendeels chemtevrij te werken met uitzonderingen die voldoen aan BDT niveau Zilver. Breda en Tilburg scoren weer een stap lager door beheer grotendeels chemisch uit te voeren met een of meerdere proeven gericht op chemtevrij beheer. Almere scoort het laagst door structureel met chemische middelen te beheren. ‘Tabel 5.5: Beheer van En in 2015. Almere Breda Amsterdam Groningen ‘Tilburg Den Haag Eindhoven Nijmegen Rotterdam Utrecht In 2016 houden vijf van de tien gemeenten vast aan de werkwijze uit 2016, zie tabel 5.6. Almere, Amsterdam, Nijmegen, Tilburg en Utrecht hebben het plan in 2016 op sportvelden minder chemie te gaan gebruiken dan in 2015. Almere doet dit door van structureel chemisch beheer over te schakelen naar grotendeels chemisch, met een of meer pilots gericht op chemtevrij beheer. Tilburg maakt een stap van grotendeels chemisch naar grotendeels chemtevrij en Amsterdam, Nijmegen en Utrecht stappen van grotendeels chemtevrij naar geheel chemievrij!®. 19 Vanuit de kennis van het beheer van sportvelden in 2016 is de indruk dat deze beleidsvoornemens verder gaan dan werkelijk in de praktijk gerealiseerd is. 30 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten ‘Tabel 5.6: e beheer van en in 2016. Almere Den Haag Amsterdam Breda Eindhoven Groningen Rotterdam Nijmegen ‘Tilburg Utrecht 5.4 Ranking beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden Om de prestaties van de gemeenten over alle te beheren oppervlaktes heen met elkaar te kunnen vergelijken worden deze omgezet in puntenscores. Hiervoor wordt de volgende indeling gebruikt. Een antwoord in categorie rood levert 0 punten. Categorie oranje komt overeen met 1 punt. Categorie geel komt overeen met 2 punten en tot slot levert plaatsing tn een groene categorie 3 punten op, zie tabel 5.7. Tabel 5.7: Toegekend aantal punten per indeling in categorieën tn tabellen 5.1. t/m 5.6. Aantal punten 0 1 2 3 In fguur 5.8 worden alle gemeenten vergeleken. 18 punten is de maximale score. Alleen Groningen haalt dit. Amsterdam, Nijmegen en Utrecht laten één punt liggen bij het beheer van sportvelden. Den Haag en Eindhoven laten twee punten liggen bij het beheer van sportvelden. Breda en Tilburg vier, zij delen de zevende plek. Almere scoort laag op beheer van sportvelden (0 punten voor 2015), maar zet wel een stap in 2016 naar ‘pilots met chemtevrij beheer’. Rotterdam scoort het laagst, vooral vanwege het beheer van verhardingen in 2015 volgens de DOB-methode. Desondanks haalt Rotterdam toch nog meer dan de helft van het maximaal aantal punten binnen. Vanwege de verplichtung tot chemtevrij beheer op verhardingen sinds maart 2016 zal een gemeente die aan deze plicht voldoet, minimaal 3 punten halen. 31 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten ranking op basis van beleid terreinbeheer 1. Groningen (18) [ 2. Amsterdam (177) [ 2. Nijmegen (17) Û 2. Utrecht (17) [ 5. Den Haag (16) [ 5. Eindhoven (16) [ 7. Breda (14) [ 7. ‘Tilburg (14) Ü 9. Almere (13) Û 10. Rotterdam (12) Û 0 5 10 15 20 Figuur 5.8: Ranking van de 10 grootste gemeenten op basis van beleid voor terreinbeheer in 2015 en 2016 (l = gemeente scoort het hoogst. ‘Tussen haakjes achter de gemeente staat het aantal gescoorde punten. Maximaal te behalen aantal punten is 18) 5.5 Middelgebruik op verhardingen, in openbaar groen en op sportvelden In voorgaande paragraaf 1s het beleid van de verschillende gemeenten weergegeven tav. bestrijdingsmiddelengebruik. In deze paragraaf kijken we wat dut betekent voor de beheerpraktijk. Hoeveel chemische middelen worden daadwerkelijk gebruikt door de verschillende gemeenten op verhardingen, in openbaar groen en op sportvelden? Tabel 5.9 geeft het middelgebruik per terreintype tn 2015 en het verwachte middelgebruik tn 2016 weer. Groningen is de enige gemeente die alle typen terrein zowel 1n 2015 als in 2016 zonder chemische middelen beheert. Utrecht, Eindhoven gebruikten in 2015 alleen nog op sportvelden chemische middelen. Amsterdam gebruikte ook chemische middelen op sportvelden, maar gebruikte daarnaast nog een geringe hoeveelheid in het openbaar groen (gegevens over 2015 gelden voor stadsdeel Nieuw-West). In Breda gebruikte men op sportvelden in zowel 2015 alsook tn 2016 MCPA. Nijmegen scoorde goed op basis van het beleid (zie figuur 5.8), maar ondanks deze goede voornemens werd in 2015 door hen een behoorlijke hoeveelheid middel op sportvelden gebruikt. In 2016 is men echter van plan het beheer geheel chemtevrij uit te voeren. Almere beheert de sportvelden met een matige hoeveelheid chemische middelen, maar daarnaast geven ze aan dat ze voor 2016 niet kunnen uitsluiten op verhardingen glyfosaat te gebruiken, terwijl dat in 2015 wel gelukt is. Vanaf april 2016 1s professioneel gebruik van glyfosaat op verhardingen echter niet meer toegestaan. In Den Haag werden sportvelden in 2015 met chemische middelen beheerd. De gemeente is wel van plan om gebruik met 25% te minderen op natuurgrasvelden in 2016. Tilburg beheert verhardingen en openbaar groen chemievrij, maar op sportvelden worden nog wel chemische middelen ingezet. Rotterdam gebruikte voor het beheer van verhardingen in 2015 een ruime hoeveelheid Ultima. 32 Daarnaast werd in openbaar groen tn 2015 incidenteel middel toegepast, en op sportvelden een matige hoeveelheid Primstar. Dit overzicht gaat alleen over sportvelden in eigen beheer weer. Tabel 5.9: Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen tn praktijk door de gemeenten in 2015 en 2016 op verhardingen, tn openbaar groen en op sportvelden.” 2015 2016 2015 2016 2015 2016 openbaar openbaar verhardingen verhardingen groen groen sportvelden sportvelden Primstar en Ciran Vergelijkbaar Mogelijk . met 2015 Almere geen geen geen op 15 velden (is …. glyfosaat ca. 10,50 ha) (afhankelijk van Bnn, onkruiddruk) Primstar: 14 liter 1,46 ler Jepolinex: 7 liter Amsterdam geen geen (middelnaam [geen Roundup geen onbekend) evolution: 6,25 liter Breda geen geen geen geen 201 MCPA 151 MCPA Den Haag geen geen geen geen EE Aamix 24 ltr Eindhoven geen geen geen geen Jepolinex 16 ltr geen Cito global 250 ltr Groningen geen geen geen geen geen geen Nijmegen geen geen geen geen geen Zeer meidenreel Primstar, enkele _Primstar, enkele Rotterdam geen toegepast geen . . . . : tientallen liters tientallen liters gebruik erg Weinig Tilburg geen geen geen geen Jepolinex 18 ltr Utrecht geen geen geen geen Primstar 7 ltr geen NC ng = natuurgras, kg = kunstgras 0 Het gaat hier om sportvelden die de gemeenten zelf in beheer hebben. Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Conclusies en aanbevelingen De tien grootste gemeenten van Nederland zijn ‘langs de lat gelegd’ t.a.v. de duurzaamheid van hun inkoopbeleid en groenbeheer. Dit zijn Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Eindhoven, Tilburg, Groningen, Almere, Breda en Nijmegen. Uit de vragenlijst die de tien gemeenten hebben ingevuld, en de geleverde aanbestedingsdocumenten en wat via TenderNed beschikbaar was, kunnen we de volgende conclusies trekken. 6.1 Conclusies Beleidsmatige inspanningen van de gemeenten: * Als het om algemeen beleid rond duurzaamheid gaat, valt op dat de ondervraagde gemeenten zeer verschillende antwoorden geven. Sommige gemeenten zijn vooral bezig met stadslandbouw stmuleren, andere met biologische landbouw. Vanwege de diversiteit aan reacties is een onderlinge vergelijking niet gemaakt. Inkoopbeleid voor duurzame voedselproducten: * Het merendeel van de gemeenten volgt globaal de inhoudelijke eisen van PLANOo t.a.v. het inkoopbeleid catering, maar er zitten grote verschillen in de ambities. Amsterdam, Rotterdam en Nijmegen scoren het beste als we kijken naar aanbestedingsbeleid voor de inkoop van duurzame voedselproducten. Deze gemeenten stellen hogere eisen dan PLANOo. Amsterdam stelt hoge eisen, (niet de hoogste) en borgt deze door regelmatige rapportage van de geleverde goederen te eisen. Den Haag, Breda en Eindhoven hanteren een vergelijkbare manier van borging. Groningen en Almere stellen de minste duurzaamheidseisen op dit vlak. Het beleid 1s vastgelegd maar 8 van de 10 gemeenten heeft geen inzicht in de daadwerkelijke inkoop. Nijmegen kan aangeven welke keurmerken geleverd worden. * Kijken we naar de milieueisen die gemeenten stellen aan de producten in automaten, dan scoort Amsterdam het hoogst; thee is EKO, daarnaast zijn alle ingrediënten ook Fatrtrade. In veel andere gemeenten zijn de ingrediënten Fairtrade. Qua milieuetsen is dat zeer beperkt. ® Samenvattend scoort Amsterdam op inkoopbeleid van duurzame voedselproducten het hoogst en Tilburg staat onderaan de ranglijst. * Wat verder opviel is dat het verzamelen van informatie bij veel gemeenten zeer moeizaam verliep. In een aantal gevallen kregen we in het geheel geen antwoord op onze vragen. 9 van de 10 gemeenten kunnen niet aangeven wat er nu eigenlijk precies ingekocht 1s. Alleen Den Haag had een overzicht beschikbaar voor de onderzoekers. De drie gemeenten die ook registratie geleverde goederen eisen gaven dit niet aan in het onderzoek. Dit kwam pas naar voren nadat aanbestedingsdocumenten onderzocht zijn. 34 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Inkoopbeleid voor duurzame sierteeltproducten (gelet op milieucriteria): * Amsterdam, Nijmegen en Utrecht gaan aan kop als we de gemeenten beoordelen op hun beleid t.a.v. de inkoop van sterteeltproducten in relatie tot het bestrijdingsmiddelengebruik bij de productie. Inkoop van sterteeltproducten voor burten ís tn Amsterdam per stadsdeel geregeld. Nieuw-West eist 100% milieukeur of SKAL, Zuid eist minimaal 90% Milteukeur of SKAL, andere stadsdelen stellen géén eisen. Alle stadsdelen gebruiken alleen nog SKAL bloembollen. Nijmegen gebrukt voor zowel bomen en struiken alsook voor bollen de standaard van PIANOo (90% mileukeur of SKAL). Utrecht heeft als beleid dat alle bomen en struiken Mileukeur of SKAL gecertificeerd zijn en dit komt voor een groot deel overeen met wat er werkelijk afgenomen wordt. Eindhoven eist Milteukeur bomen en struiken en heeft als een van de twee gemeenten uitgewerkt beleid voor de herkomst van interieurplanten. Breda eist ook Milieukeur voor alle bomen en struiken. Rotterdam, Den Haag en Tilburg staan onderaan qua beleid voor inkoop van duurzame sterteeltproducten. (Den Haag 1s, samen met Utrecht, wel voornemens SKAL-bloembollen te gaan afnemen). * Slechts twee van de tien onderzochte gemeenten, namelijk Eindhoven en Breda, hebben duurzaamheidseisen of -wensen geformuleerd als het gaat om inkoop van interteurplanten. Geen enkele gemeente stelt duurzaamheidseisen aan snijbloemen. Er zijn echter steeds meer bloemen op de markt beschikbaar met keurmerken zo verkopen veel supermarkten al Fairtrade bloemen. Op het gebied van duurzame inkoop is de inspanning van alle onderzochte gemeenten hier slecht. * Wat verder opviel is dat er ook hier regelmatig discrepantie zit tussen de duurzame voornemens zoals vastgelegd in het inkoopbeleid en de dagelijkse praktijk van het inkopen van bomen, planten en bloemen. In veel gevallen bleek het ook moeilijk om beleid en praktijk met elkaar te vergelijken doordat de verstrekte informatie niet sluitend was. Onder andere Almere scoorde hier goed, samen met Utrecht, ‘Tilburg en Eindhoven. Alle vier geven an 90 tot 100% bomen te gebruiken die aan de milieueisen van Milieukeur voldoen. Gebruik van bestrijdingsmiddelen bij het onderhoud van gemeentelijk groen en verhardingen: * Negen van de ten gemeenten werkten in 2015 chemtevrij op verhardingen en zijn daarmee goed voorbereid op het verbod in 2016. Alleen Rotterdam maakte tn 2015 nog gebruik van chemische middelen. ® In openbaar groen werkten acht gemeenten tn 2015 chemtevrij. De gemeenten Rotterdam en ‘Tilburg werken nog steeds met chemische middelen, namelijk middelen die voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer ntveau Zilver. Rotterdam en ‘Tilburg willen in 2016 ook in openbaar groen geheel chemtevrij werken. * Alleen Groningen werkte ook op sportvelden tn 2015 geheel chemievrij. Almere werkt hier nog structureel met chemische middelen. De andere gemeenten werken volgens de Barometer Duurzaam Terreinbeheer of voeren momenteel pilots uit gericht op chemtevrij beheer. Almere, Amsterdam, Tilburg, Utrecht en Nijmegen wijzigen tn 2016 hun beleid op dit vlak enigszins en gaan meer (tichtng) chemtevrij werken op sportvelden. De informatie uit de vragenlijsten en beschikbare tenders ts gebruikt om de gemeenten onderling te rangschikken. De ranking op de verschillende onderdelen (1= gemeente scoort het best van alle tien gemeenten op dit vlak) staan samengevat tn tabel 6.1. De totaalscore 1s gebaseerd op de gemiddelde ranking, van de drie beleidsterreinen (voedsel/ catering en automaten, sierplanten, terreinbeheer), waarbij elk beleidsterrein even zwaar is gewogen. Hierbij geldt de nuancering dat de ranking gebaseerd is op het beleid. Uit gegevens over het daadwerkelijke inkoop komt een ander beeld naar voren. 35 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Ook het beheer van verhardingen, openbaar groen en sportvelden laat dit verschil zien. Zo werkt zowel de gemeente Nijmegen als Rotterdam op sportvelden volgens de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver. In praktijk resulteerde dit tn Nijmegen er tn dat geen bestrijdingsmiddelen werden gebruikt in 2015 op sportvelden, terwijl in Rotterdam enkele tentallen liters Primstar werden toegepast. Totale ranking: Uit het overzicht blijkt dat Amsterdam en Nijmegen op alle thema’s relatief hoog ranken. Er 1s een middenmoot van rang drie tot en met zeven. Rotterdam, Almere en ‘Tilburg scoren dutdelijk minder. Rotterdam scoort goed op het vlak van catering, maar kan nog duidelijk stappen zetten t.a.v. terreinbeheer. Voor Groningen geldt juist het omgekeerde. Tabel 6.1. Samenvattend overzicht Amsterdam 1 1 2 1,3 1 Utrecht 7 4 2 4,3 3 Breda 3 5 7 5,0 5 Den Haag 5 8 5 6,0 7 Almere 9 7 9 8,3 9 Duurzaam inkoopbeleid: * _PIANOo geeft richtlijnen voor de inkoop van overheden. De overheid heeft doelen gesteld ten aanzien van duurzame inkoop. Het betreft echter slechts ‘richtlijnen’ en deze lijken beperkt in de sturing die dit geeft. Daarnaast blijkt uit dit onderzoek dat het veelal onduidelijk ts in hoeverre de eisen en wensen die in de aanbesteding worden omschreven, uiteindelijk worden gerealiseerd. Welk percentage van bijvoorbeeld de catering van gemeenten daadwerkelijk onder welk keurmerk valt, ts veelal ondurdelijk. 6.2 Aanbevelingen Voedsel /catering Veel gemeenten lijken goede voornemens te hebben op basis van beleid. Maar de uiteindelijke realisatie hiervan is vaak niet bekend of niet bekend tn de hele organisatie. Hier kunnen veel gemeenten nog stappen zetten. Den Haag heeft dit goed aangepakt door tn de aanbesteding een format voor evaluatie op te nemen zodat de ambities van de aanbestedende gemeente regelmatig getoetst worden. Dit werd aan de onderzoekers getoond. We bevelen alle gemeenten aan zo’n evaluatie in te stellen. Andere gemeenten die een borgingssysteem 1n de aanbesteding opgenomen 36 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten hebben, gaven dit niet aan tijdens het onderzoek. Deze informatie kwam naar voren na onderzoek van aanbestedingsdocumenten. Gemeenten zijn grote afnemers van voedsel/catering. Deze marktmacht kan ingezet worden om de markt verder te verduurzamen. Sierplanten Enkele gemeenten zien dat zij als vragende partij voor bijvoorbeeld bloembollen over een bepaalde marktmacht beschikken. Ze zetten deze in om door middel van hun vraag een duurzamer aanbod te creëren. Op deze manter kan een gemeente bijdragen aan de verduurzaming van de Nederlandse tuinbouw. We adviseren alle gemeenten om inkoop van duurzame sierplanten te realiseren. Ook voor de inkoop van sierplanten geldt dat de meeste gemeenten geen inzicht kunnen geven of de daadwerkelijke inkoop voldoet aan de beleidseisen. We bevelen aan een evaluatiesysteem toe te passen zodat de beleidseisen geborgd worden. ‘Terreinbeheer Strengere wetgeving komt eraan. Na het verbod van middelengebruik op verhardingen(sinds april 2016) volgt in 2017 een verbod voor openbaar groen en 1s de ambitie op sportvelden 1n 2020 chemievrij te beheren. Gemeenten die zich tijdig op deze wettelijke eisen instellen en ervaringen op doen, zijn in staat om soepel over te stappen naar chemievrye alternatieven, zoals duidelijk ts uit de eerste ervaringen met het verbod op verhardingen dit jaar. We adviseren alle gemeenten zich tijdig op dit beleid voor te bereiden, en niet af te wachten tot het laatste moment. Duurzaam inkoopbeleid Om de effecttviteit van het duurzaam inkoopbeleid van de overheid te vergroten, bevelen we aan: ® de rol van PILANOo te verbreden van “nformatie” advies, instrumenten en praktische tips’ naar een meer verplichtende rol. * meer aandacht voor evaluatie van de inkoop in praktijk; tn hoeverre worden uiteindelijk bijvoorbeeld tn de catering daadwerkelijk duurzame producten aangeleverd? Deze informatie kan worden gebruikt om ook op landelijk niveau de effectiviteit van het inkoopbeleid van de overheid te evalueren. * het beleid rond duurzame inkoop van gemeentes aan te scherpen 37 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Bijlagen 38 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Bijlage 1 Vragenlijst De vragenlijst is in twee delen aan de gemeenten voorgelegd. Onderdelen een tot en met drie zijn voorgelegd aan verantwoordelijken rond inkoop, onderdeel vier is voorgelegd aan verantwoordelijken rond terreinbeheer. Vragenlijst over onderdelen een, twee en drie: L.S., CLM voert in opdracht van Greenpeace een gecombineerd onderzoek uit. We kijken naar duurzame inkoop van voedselproducten en sierplanten door gemeenten. En naar duurzaam groenbeheer in (opdracht van) gemeenten. Het onderzoek bestaat uit vier delen. Met het algemene deel inventariseren we het algemene inkoopbeleid van uw gemeente en de binding van de gemeente met lokaal produceren. In het tweede gedeelte komen vragen aan bod over voedsel/catering. Het gedeelte sierteelt gaat over de inkoop van bloemen en planten, voor zowel binnen als buiten. Het laatste gedeelte inventariseert het beheer van openbaar groen en verhardingen binnen uw gemeente. De eerste drie delen leggen we voor aan verantwoordelijken voor inkoop van de betreffende gemeente. Het vierde deel leggen we voor aan verantwoordelijken voor groenbeheer. Dit document omvat delen een t/m drie. Dit onderzoek is uitgezet onder de tien grootste gemeenten van Nederland. Doel is om deze met elkaar te kunnen vergelijken op het gebied van duurzame inkoop en groenbeheer. We hopen dat u medewerking wilt verlenen. Wilt u dit document binnen twee weken, uiterlijk vrijdag 20 november, retourneren? Heeft u niet van alle onderwerpen voldoende kennis? Wilt u deze mail dan doorsturen naar de betreffende personen met de vraag deze binnen twee weken, uiterlijk 20 november, te retourneren? Heeft u vragen? Over het hele onderzoek of een onderdeel ervan? Neem contact op met Dirk Keuper van het CLM via [email protected] of 0345-470 729. Voordat wij de rapportage van dit onderzoek afronden, ontvangt u desgewenst het concept en heeft u twee weken om erop te reageren. 1. Algemeen Dit onderdeel is bedoeld om een algemeen beeld van het duurzaamheidsbeleid op het gebied van inkoop van uw gemeente te krijgen. We zijn vooral geïnteresseerd in de milieuaspecten van duurzaamheid. 1. Hoe duurzaam (in de zin van minder milieubelastend) zou u uw gemeente omschrijven op een schaal van 1-10 (waarbij 1 de laagste score is)? 2. Vindt uw gemeente lokale voedselproductie belangrijk? (Onbelangrijk/matig belangrijk/belangrijk/zeer belangrijk) 3. Wat doet uw gemeente om boeren en burgers met elkaar in contact te brengen? 4, Bevordert uw gemeente biologische landbouw? 39 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 5. Zoja: hoe? 6. Wordt ook ruimtelijke ordening hiervoor ingezet? 7. Biedt de gemeente plaats voor stadslandbouw? 8. Faciliteert uw gemeente volkstuinen? 9, Zoja: hoe? 10. Kunt u een schatting maken van het aantal hectares volkstuinen binnen uw gemeente? 11. Zijn er andere manieren die burgers in staat stellen eigen voedsel in de stad te verbouwen? 12. Heeft de gemeente landbouwgrond in bezit die zij verpacht? 13. Zo je: stelt zij voorwaarden bij de pacht op het gebied van duurzame teelt en/of veehouderij? 14. Wat voor beleid heeft de gemeente om de verkoop van eten op straat aan duurzaamheidscriteria te laten voldoen (bv tijdens festivals of evenementen)? 15. Kent uw gemeente interne richtlijnen rond duurzaamheid (m.b.t. milieu) die uw gemeente toepast bij aanbestedingen? Wilt u die opsturen naar [email protected] ? 16. Voor mogelijke vragen naar aanleiding van uw antwoorden, wilt u uw naam, email en directe nummer opgeven? Naam: _ Email adres: _ Telefoonnummer: 2. Voedsel /Catering We begrijpen dat grote gemeenten tal van locaties hebben waar mogelijk andere cateraars hun diensten verlenen. Bij beantwoording van de onderstaande vragen verzoek ik u de grootste vestiging van uw gemeente in gedachten te nemen bij beantwoording van de vragen 17, 19, 20, 22, 24, 27. 17. Hoe zwaar weegt duurzaamheid (in de zin van impact op het milieu) bij de gunning van catering-contracten? (niet/licht/matig/zwaar/heel zwaar) 18. Wijkt dit op andere locaties af? 19. Wat zijn de duurzaamheidseisen (milieu) voor inkoop van koffie, thee en cacao voor warme drank automaten? 20. Wat zijn de duurzaamheidseisen (milieu) voor inkoop van melkpoeder (koffiemelk) en suiker voor warme drank automaten? 21. Wijkt dit op andere locaties af? 40 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 22. Wat zijn de duurzaamheidseisen voor inkoop van voedsel (catering/foodservice)? 23. Wijkt dit op andere locaties af? 24. Wie zijn de huidige leveranciers? (Het antwoord op deze vraag zal vertrouwelijk worden behandeld en wordt niet gepubliceerd) 25. Aan welke keurmerken met milieucriteria voldoen zij? 26. Welk gedeelte van hun producten valt onder deze labels? 27.Kiest u bewust voor een lokale cateraar? 28. Kunt u de tekst van meest recente aanbesteding voor catering op de hoofdvestiging overleggen (bestektekst en gunningsrapporten)? Wilt u die opsturen naar [email protected] ? 29. Voor mogelijke vragen naar aanleiding van uw antwoorden, wilt u uw naam, email en directe nummer opgeven? Naam: _ Email adres: _ Telefoonnummer: 3. Sierteelt Elke gemeente gebruikt bloemen en planten, zowel binnen, op kantoor, alsook buiten, om het straatbeeld te verfraaien. 30. Hoe zwaar weegt duurzaamheid (in de zin van impact op het milieu) bij de inkoop van planten voor uw gemeente (niet/licht/matig/zwaar/heel zwaar) Gewassen voor binnen: Gewassen voor buiten: 31. Wat zijn de duurzaamheidseisen van uw gemeente t.a.v. inkoop van bomen, struiken, bollen etc. voor de groenvoorziening? 32. Wat zijn de duurzaamheidseisen van uw gemeente t.a.v. inkoop van bloem(en)(bossen) en interieurbeplanting? 33. Wie zijn de huidige leveranciers en aan welke keurmerken met milieucriteria voldoen zij? 34. Welk gedeelte van het plantmateriaal voldoet aan deze keurmerken (a.u.b. % noemen)? 35. Werkt u bewust met lokale leveranciers? 36. Kunt u de tekst van meest recente aanbesteding overleggen (bestektekst en gunningsrapporten)? Wilt u die opsturen naar [email protected] ? 3/. Voor mogelijke vragen naar aanleiding van uw antwoorden, wilt u uw naam, email en directe nummer opgeven? 41 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Naam: ____ Email adres: _____ Telefoonnummer: _____ Dank voor uw medewerking! Vragenlijst over onderdeel vier LS, CLM voert in opdracht van Greenpeace een gecombineerd onderzoek uit. We kijken naar duurzame inkoop van voedselproducten en sierplanten door gemeenten. En naar duurzaam groenbeheer in (opdracht van) gemeenten. Het onderzoek bestaat uit vier delen. Met het algemene deel inventariseren we het algemene inkoopbeleid van uw gemeente en de binding van de gemeente met lokaal produceren. In het tweede gedeelte komen vragen aan bod over voedsel/catering. Het gedeelte sierteelt gaat over de inkoop van bloemen en planten, voor zowel binnen als buiten. Het laatste gedeelte inventariseert het beheer van openbaar groen en verhardingen binnen uw gemeente. De eerste drie delen leggen we voor aan verantwoordelijken voor inkoop van de betreffende gemeente. Het vierde deel leggen we voor aan verantwoordelijken voor groenbeheer. Dit document omvat deel vier. Dit onderzoek is uitgezet onder de tien grootste gemeenten van Nederland. Doel is om deze met elkaar te kunnen vergelijken op het gebied van duurzame inkoop en groenbeheer. We hopen dat u medewerking wilt verlenen. Wilt u dit document binnen twee weken, uiterlijk woensdag 22 oktober, retourneren? Heeft u niet van alle onderwerpen voldoende kennis? Wilt u deze mail dan doorsturen naar de betreffende personen met de vraag deze binnen twee weken, uiterlijk 22 oktober, te retourneren? Heeft u vragen? Over het hele onderzoek of een onderdeel ervan? Neem contact op met Dirk Keuper van het CLM via [email protected] of 0345-470 729. In week 42 graag contact opnemen met collega Jenneke van Vliet via [email protected] of 0345- 470 753. 4. Groenbeheer Groenbeheer kan op veel verschillende manieren worden uitgevoerd. Aannemers kunnen zich onderscheiden door hun invulling van duurzaam werken. 38. Hoe zwaar weegt duurzaamheid (in de zin van impact op het milieu) bij het aanbesteden van groenbeheer (verharding, openbaar groen en sportvelden) voor uw gemeente (niet/licht/matig/zwaar/heel zwaar) Verhardingen: Openbaar groen: Sportvelden: 42 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten 39. Wie is (zijn) de huidige beheerder(s) en tot wanneer loopt hun beheersovereenkomst? Verhardingen: Openbaar groen: Sportvelden: 40. Hoe wordt in 2015 onkruid op de verhardingen beheerd? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Alleen inzet van chemische bestrijdingsmiddelen tegen invasieve exoten en i.v.m. veiligheid op minder dan 2% van het totaal areaal verhardingen) o Grotendeels volgens de DOB-methode, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. o Geheel volgens de DOB-methode 41. Hoe bent u van plan de onkruidbestrijding in 2016 op de verhardingen uit te (laten) voeren? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Alleen inzet van chemische bestrijdingsmiddelen tegen invasieve exoten en i.v.m. veiligheid op minder dan 2% van het totaal areaal verhardingen) o Grotendeels volgens de DOB-methode, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. o Geheel volgens de DOB-methode 42. Hoe beheerde u in 2015 onkruid en plagen in het openbaar groen? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Alleen inzet van chemische bestrijdingsmiddelen tegen invasieve exoten en i.v.m. veiligheid op minder dan 2% van het totaal areaal verhardingen) o Grotendeels chemisch, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. o Structureel met chemische middelen 43. Hoe bent u van plan de onkruid- en plaagbestrijding in 2016 in het openbaar groen uit te (laten) voeren? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Alleen inzet van chemische bestrijdingsmiddelen tegen invasieve exoten en i.v.m. veiligheid op minder dan 2% van het totaal areaal verhardingen) o Grotendeels chemisch, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. o Structureel met chemische middelen 44, Hoe beheerde u in 2015 onkruid en plagen op de gemeentelijke sportvelden? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Toepassing van MCPA op maximaal 20% van de ‘traditionele’ velden. Oppervlak waarop MCPA wordt toegepast vermindert jaarlijks met 10%. Jaarlijkse evaluatie van gebruik MCPA en alternatieven evalueren voor afweging of chemische bestrijding in het komende jaar nodig is.) o Grotendeels chemisch, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. 43 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten o Structureel met chemische middelen 45. Hoe bent u van plan de onkruid- en plaagbestrijding in 2016 op gemeentelijke sportvelden uit te (laten) voeren? o Geheel chemievrij o Grotendeels chemievrij, uitzonderingen voldoen aan de Barometer Duurzaam Terreinbeheer niveau Zilver (D.w.z.: Toepassing van MCPA op maximaal 20% van de ‘traditionele’ velden. Oppervlak waarop MCPA wordt toegepast vermindert jaarlijks met 10%. Jaarlijkse evaluatie van gebruik MCPA en alternatieven evalueren voor afweging of chemische bestrijding in het komende jaar nodig is.) o Grotendeels chemisch, een of meer pilots gericht op chemievrij beheer. o Structureel met chemische middelen 46. Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel gebruikt in 2015 op verhardingen? 4/7. Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel verwacht u in 2016 op verhardingen te gebruiken? 48. Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel gebruikt in 2015 in openbaar groen? 49, Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel verwacht u in 2016 in het openbaar groen te gebruiken? 50. Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel gebruikt in 2015 op sportvelden? 51. Hoeveel van welk bestrijdingsmiddel verwacht u in 2016 op sportvelden te gebruiken? 52. Kunt u een inschatting geven van het beheerde oppervlak in uw gemeente voor verhardingen, openbaar groen en sportvelden? (10.000 m? = 1 ha) Oppervlakte verhardingen: Oppervlakte openbaar groen: Oppervlakte sportvelden: 53. Kunt u de tekst van meest recente aanbestedingen overleggen (bestekteksten en gunningsrapporten van meest recente tender) voor beheer van zowel verhardingen en openbaar groen alsook sportvelden? Wilt u die opsturen naar [email protected] ? 54. Voor mogelijke vragen naar aanleiding van uw antwoorden, wilt u uw naam, email en directe nummer opgeven? Naam: _ Email adres: _ Telefoonnummer: Dank voor uw medewerking! 44 Duurzaam groenbeheer en inkoop van catering en planten Bijlage 2 Bronnen Leendertse, Peter, Joost Lommen en Erwin Hoftijser (2015) Waterkwaliteit en het onkruidbestrijdingsmiddel Ultima. Analyse van mogelijke risico’s. CLM rapport 885. 45 Bijlage 3 PAN Dirty Dozen lijst CA Chem U.S. EPA PAN Bad Chemical Name CAS Number U.S. EPA PC Code Code Use Type Chemical Class Registrated Actor Chem 2,4,5-T 93-76-5 82.001 639 Herbicide Chlorophenoxy acid or ester No Not Listed Aldtcarb 116-06-3 98.301 57/5 Insecticide, Nematicide _N-Methyl Carbamate Yes Yes Aldrin 309-00-2 45.101 9 Insecticide Organochlorine No Yes 57-74-9, 12789-03-6, Chlordane 5103-71-9, 5103-74-2 058201, 058202 130 Insecticide Organochlorine No Yes Chlordimeform 6164-98-3 59.701 300 Insecticide Formamidine No Yes DBCP 96-12-8 11.301 183 Fumigant, Nematicide Halogenated organic No Yes DDT, pp! 50-29-3 29.201 186 Insecticide Organochlorine No Yes Insecticide, Breakdown Dieldrin 60-57-1 45.001 210 product Organochlorine No Yes Ethylene dibromide 106-93-4 42.002 271 Fumigant, Nematicide Halogenated organic No Yes Heptachlor 76-44-8 44.801 317 Insecticide Organochlorine No Yes Hexachlorocyclohexane 608-73-1, 319-86-8 8.901 Insecticide Organochlorine No Yes Lindane 58-89-9 9.001 359 Insecticide, Rodenticide Organochlorine No Yes Methyl parathion 298-00-0 53.501 394 Insecticide, Nematicide _Organophosphorus Yes Yes Paraquat dichloride 1910-42-5 61.601 1.601 Herbicide Bipyridylium Yes Yes Parathion 56-38-2 057501, 057503, 057401 459 Insecticide Organophosphorus No Yes Toxaphene 8001-35-2 80.501 594 Insecticide Organochlorine No Yes CLM Onderzoek en Advies Postadres Postbus 62 4100 AB Culemborg Bezoekadres Gutenbergweg 1 4104 BA Culemborg T 0345 470 700 F 0345 470 799 www.clm.nl
Onderzoeksrapport
48
train
> Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid L Agenda van de openbare Commissie Samenleving van 10 januari 2013 Vergaderdatum donderdag 10 januari 2013 Tijd 20:00 23.00 uur Locatie Raadzaal te President Kennedylaan 923 Voorzitter Dhr. E. Linthorst Griffier Mw. M.J. Oosterbaan Gezamenlijke commissievergadering met stadsdeel Centrum in het kader van Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel 1. Opening en vaststellen agenda 2. Goedkeuring begroting 2013 van Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel (en Meerjaren begroting 2013 e.v. Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel) (raadsbesluit) 3. Transitie Raad van Toezicht Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel (raadsbesluit) 4. Sluiting 1
Agenda
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 494 Publicatiedatum 17 mei 2019 Ingekomen onder AB Ingekomen op donderdag 9 mei 2019 Behandeld op donderdag 9 mei 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Boomsma en Bloemberg-lssa inzake de locatiewijziging van de sporthal in de Weespertrekvaartbuurt (natuurinclusief bouwen) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de locatiewijziging van de sporthal in de Weesper- trekvaartbuurt en het beschikbaar stellen van een bijdrage uit het Vereveningsfonds voor de realisatie van de sporthal (Gemeenteblad afd. 1, nr. 440). Overwegende dat: — door de sporthal aan te leggen volgens principes van natuurinclusief bouwen voor zeer beperkte of zelfs geen enkele extra kosten extra ruimte kan worden geboden aan verschillende soorten wat de biodiversiteit van de stad ten goede komt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De sporthal in de Weespertrekvaartbuurt aan te leggen volgens de principes van natuurinclusief bouwen volgens de wijze die daartoe in Amsterdam is ontwikkeld. De leden van de gemeenteraad D.T. Boomsma J.F. Bloemberg-lssa 1
Motie
1
train
ea0200977 X Gemeente Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en OZA nderwijs, Jeugd en „ . . " Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede en Zorg r 7 DS Amsterdam Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 18 januari 2023 Ter kennisneming Portefeuille Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling Agendapunt 2 Datum besluit nvt nvt Onderwerp Adviesbrief van de Stedelijke Wmo-Adviesraad Amsterdam over de overdracht van cliënten van Leven & Zorg naar de nieuwe aanbieder De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de brief ter afdoening van de adviesbrief van de Stedelijke Wmo-Adviesraad over de overdracht van cliënten van Leven & Zorg naar de nieuwe aanbieder Wettelijke grondslag Gemeentewet Artikel 169 van de Gemeentewet Bestuurlijke achtergrond nvt Reden bespreking nvt Uitkomsten extern advies nvt Geheimhouding nvt Uitgenodigde andere raadscommissies nvt Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nvt Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.24 1 VN2022-036977 % Gemeente Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en O ZA ij msterdam Zo Jeugd en % Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede en Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 18 januari 2023 Ter kennisneming 1. Raadsinformatiebrief_Stedelijke Wo-adviesraad.pdf (pdf) AD2022-120879 2. Beantwoording_brief Stedelijke Wmo-adviesraad.pdf (pdf) 3. Advies overdracht clienten leven en zorg_definitief.pdf (pdf) AD2022-103336 Commissie OZA Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) OJZD, Tessa de Vos, tessa.de.vos@® amsterdam.nl, [email protected] Gegenereerd: vl.24 2
Voordracht
2
train
X Gemeente Gemeenteraad RAAD % Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 27 mei 2021 Ingekomen onder nummer 298 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Van Soest en Khan inzake RES 1.0 (windturbines niet ten koste van kampeerterreinen) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Regionale Energie Strategie 1.0 Noord-Holland Zuid. Constaterende dat: — _ externe veiligheid van groot belang is bij de plaatsing van windmolens, vooral in een dichtbevolkte omgeving. Overwegende dat: — iijsafwerping, mastbreuk, het afbreken van een turbineblad of de gondel enkele voorbeelden zijn van (veiligheids)risico's waaraan de omgeving in de nabijheid van windmolens wordt blootgesteld; — er inde volkstuinen binnen de (reserve) zoekgebieden en extra zoekgebieden windturbines gepland staan met een vermogen van 3Mw; — volgens het ‘Besluit externe veiligheid inrichtingen’ kampeerterreinen in Amsterdam te kwalificeren zijn als kwetsbaar object; — de norm van tenminste 198 meter afstand tussen een windturbine, met een vermogen van 3 MW, en een kwetsbaar object binnen een druk stedelijke omgeving bij kampeerterreinen in Amsterdam niet voldoet en moet worden gesteld op 400 meter. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de afstandseis, gerekend vanaf een windturbine tot de dichtstbijzijnde kampeerplek van het kampeerterrein in het betreffende zoekgebied te stellen op „oo meter. Indieners W. van Soest S.Y. Khan
Motie
2
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 1448 Datum indiening 27 november 2018 Datum akkoord 20 december 2018 Publicatiedatum 21 december 2018 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Ceder inzake de opmars van het gebruik van lachgas. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 26 november 2018 berichtte Het Parool! dat de opmars van lachgas zorgen baart volgens experts en hulpverleners, en dat actie geboden is. De auteurs van het artikel geven aan dat zij veel lachgaspatronen tegen komen op straat en dat zij niet weten hoe zij met dit groeiende fenomeen aan moeten. De vraag wordt gesteld welke voorlichting op scholen gegeven moet worden, of de politie kan handhaven en wie uiteindelijk alle rondslingerende patronen opruimt. In antwoord op de op 19 juni 2017 ingediende schriftelijke vragen van het lid Van Soest ° laat het college weten dat dit onderwerp zich minder goed leent voor voorlichting in de klas of een publiekscampagne, en dat het beter is om het te beperken tot een gesprek tussen ouder en kind (nr. 365 van 2018). Het college laat weten in te zetten op voorlichting aan ouders en opvoeders. Naar aanleiding van een brief van de minister’ en de uitkomsten van het onderzoek ‘Roes met een luchtje” is de notitie lachgas® opgesteld. In die notitie zijn enkele voorstellen geformuleerd om ouders te informeren en opvoedingsondersteuning te bieden in relatie tot dit specifieke onderwerp. Daarbij wordt vermeld dat wanneer genoemde voorstellen/maatregelen niet afdoende blijken te zijn op ‘bepaalde scholen’ of in ‘bepaalde stadsdelen’ de GGD en Jellinek hierover in overleg treden met betreffende scholen en/of stadsdelen. 1 https://www.parool.nl/opinie/-hoogste-tijd-om-de-opmars-van-lachgas-aan-te- pakken—a4608388/ https://amsterdam.raadsinformatie.nl/modules/4/schriftelijke%20vragen/398647 3 https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2017/12/1 8/kamerbrief-over- onderzoeken-naar-lachgas-en-4-fa https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2017/1 2/18/roes-met-een-luchtje ° https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/6124960/1/09012f97822d285e 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer cember 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 november 2018 De fractie van de ChristenUnie is van mening dat het verontrustend is dat het gebruik van lachgas nog steeds in grote mate toeneemt terwijl nog steeds niet volledig bekend is welke en hoeveel schade dit mogelijk kan aanrichten (zie bijvoorbeeld Monitor drugsincidenten 2016° en Gezondheidsrísico’s lachgas risicobeoordeling”). Ook heeft de gemeente in eerdergenoemde beantwoording op vragen aangegeven dat het zuurstoftekort wellicht risicovol kan zijn voor het puberbrein. Daarnaast is het volgens de fractie van de ChristenUnie onwenselijk dat er op sommige plekken veel lachgaspatronen rondslingeren. Het is volgens de fractie van belang dat we zwerfafval tegen gaan. Gezien het vorenstaande heeft het lid Ceder, namens de fractie van de ChristenUnie, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Herkent het college het beeld dat lachgaspatronen in toenemende mate in de openbare ruimte worden achtergelaten? En is het college het met de fractie van de ChristenUnie eens dat het onwenselijk is dat er op sommige plekken veel lachgaspatronen op straat liggen? Antwoord: Ja, het college herkent het beeld dat lachgaspatronen in toenemende mate in de openbare ruimte wordt achtergelaten en dat dit onwenselijk is. We zien tevens een toename van het aantal MORA (meldingen openbare ruimte en overlast)- meldingen inzake lachgas. Hierbij dient mogelijk wel een generieke correctie toegepast te worden: stadsbreed zien we namelijk de afgelopen jaren jaarlijks een toename van 20% van MORA-meldingen. Het is niet bekend of dat is omdat er meer overlast is of dat er meer meldingsbereidheid is. 2. In hoeverre is uitvoering gegeven aan de voorstellen zoals geformuleerd in de notitie lachgas waarin beschreven wordt hoe we in Amsterdam met het toenemende gebruik van lachgas omgaan? 3. Kan het college al iets zeggen over de resultaten van de uitvoering van deze maatregelen? Hoe groot was het bereik van de campagne richting ouders? ® https://www.trimbos.nl/producten-en-diensten/webwinkel/product/af1578-monitor- drugsincidenten-2016 https://www.nvwa.nl/documenten/consument/consumentenartikelen/non-food/overige- non-food/rapport-rivm-%E2%80%93-beoordeling-gezondheidsrisico%E2%80%99s- lachgas-n2o 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R weing Lus Gemeenteblad ummer - -. . Datum 21 december 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 november 2018 Antwoord vragen 2 en 3: Zie onderstaande tabel: Activiteit zoals genoemd | Wie (GGD/Jellinek) | Stand van zaken in de notitie lachgas Integreren Lachgas GGD en Jellinek M.i.v. schooljaar 2018/2019 is ouderavond gezonde lachgas geïntegreerd in de school ouderbijeenkomsten. Het programma is daarmee aangevuld. Jellinek integreert alle nieuwe boodschappen betreffende lachgas in trainingen aan einddoelgroep/ouders/ (semi)professionals GGD en Jellinek De factsheet is op beperkte schaal Verspreiden van een ingezet in verschillende stadsdelen. factsheet die Inmiddels heeft Trimbos een (semi)professionals factsheet voor ouders en een ondersteunt bij het factsheet voor docenten uitgegeven. gesprek met ouders Deze zullen worden verspreid binnen de bestaande activiteiten. Jellinek en GGD zullen begin 2019 een factsheet schrijven voor straatcoaches en handhavers, die jongeren spreken over lachgas in het publieke domein. Een aantrekkelijke mailing | GGD Op enkele scholen zijn ouders ‚ met links naar een gemaild met de informatie. Er is website voor ouders in het inmiddels een filmpje beschikbaar Vvoó ‘Vijf dingen die je als ouder moet weten over lachgas’. Dit zal voortaan voor het digitaal bereiken van ouders ingezet worden. Beschikbaar stellen GGD aangaande Het Trimbosinstituut heeft inmiddels ondersteunend schriftelijk universele preventie | een factsheet voor ouders materiaal voor ouders activiteiten op ontwikkeld. Deze wordt ingezet bij scholen en Jellinek oudercontacten, digitaal en op aangaande jongeren | papier. op straat, ouders en professionals Contact met Trimbos om Alle uitingen zijn gebaseerd op de ondersteuningsaanbod op richtlijnen en kernboodschap van het elkaar af te stemmen Trimbos. 4. Is het college het met de fractie van de ChristenUnie eens dat de in de notitie genoemde maatregelen niet afdoende zijn nu blijkt dat het gebruik van lachgas nog steeds toeneemt en experts en hulpverleners in Het Parool aangeven niet te weten welke voorlichting op scholen gegeven moet worden en ‘wat een gepaste reactie van ouders is’? Zo niet, waarom niet? Zo ja, is het college bereid, een brede publiekscampagne op te zetten om het gebruik van lachgas tegen te gaan? Antwoord: Nee, het college is het niet eens dat de genoemde maatregelen niet afdoende zijn. Het college is evenmin bereid een brede publiekscampagne op te zetten om het gebruik van lachgas tegen te gaan. In de handreiking van het Trimbos aan 3 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer cember 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 november 2018 gemeenten staat dat er onderscheid gemaakt moet worden in benadering van jongeren op basis van hun ervaring met middelengebruik. Het gesprek aangaan en voorlichting via schoolpreventieprogramma’s wordt gezien als de manier om jongeren te bereiken. Zoals in de hiervoren genoemde tabel is aangegeven heeft het college de signalen serieus genomen en daar passende acties op ondernomen. Daar waar nodig is de inzet geïntensiveerd. We achten een publiekscampagne niet wenselijk omdat we jonge kinderen niet op het idee willen brengen om lachgas te gaan gebruiken. 5. In de notitie wordt vermeld dat de GGD en Jellinek eventueel in gesprek gaan met ‘bepaalde scholen of stadsdelen’ wanneer blijkt dat genomen maatregelen niet afdoende zijn. Is dit ondertussen al gebeurd? Zo ja, welke scholen en stadsdelen waren dit en wat waren de uitkomsten van het gevoerde overleg? Antwoord: Nader overleg heeft plaatsgevonden in Nieuw West en in stadsdeel Noord. De bijeenkomst in Nieuw West was georganiseerd door de politie het jongerencentrum Matrixx en was vooral gericht op het uitwisselen van ideeën tussen handhaving, jongerenwerk en GGD/Jellinek. In Noord kwamen stadsdeelmedewerkers, Jellinek en GGD samen naar aanleiding van signalen over zwerfvuil en de behoefte van het stadsdeel een beter beeld van de risico’s te krijgen. Het stadsdeel inventariseert momenteel welke hoeveelheden patronen waar gevonden worden en of er ook signalen zijn voor ander risicogedrag. 6. Zijn er cijfers of schattingen bekend over hoeveel lachgas er in Amsterdam — niet medicinaal — gebruikt wordt? (Bijvoorbeeld door de hoeveelheid patronen die op straat gevonden wordt) Antwoord: Uit onderzoek? voorjaar 2016 Onder 5° en 6° klassers op het havo/vwo in Amsterdam blijkt dat 40% van de leerlingen ooit lachgas heeft gebruikt. Hiervan had 8% in de laatste maand lachgas gebruikt. Uit landelijk onderzoek uit 2017 onder middelbare scholieren van 16 jaar had 17% ooit lachgas gebruikt en 4% had in de laatste maand lachgas gebruikt”. Volgens de Amsterdamse Gezondheidsmonitor heeft 9% van de Amsterdamse bevolking tussen de 19 en 65 jaar het afgelopen jaar en heeft 4% in de afgelopen maand lachgas gebruikt. Uit bovenstaande gegevens blijkt dat lachgas vooral populair is onder jongeren (< 25 jr). Er zijn geen cijfers bekend over gebruik op basis van de hoeveelheid patronen die op straat gevonden wordt. 8 Bron: Alcohol- en drugsgebruik onder 16- tot en met 18-jarige scholieren in Amsterdam. Tijdschrift Jeugdgezondheidszorg (2017) ° Bron: HBSC 2017, GEZONDHEID EN WELZIJN VAN JONGEREN IN NEDERLAND, Utrecht 2018 4 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer cember 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 november 2018 7. Klopt het dat de patronen lastig zijn op te ruimen door de gemeentelijke schoonmaakdienst omdat de veegwagens ze lastig opvegen? Krijgt het college hier signalen over van de gemeentelijke schoonmaakdienst? Antwoord: Ja, het klopt dat de patronen lastig op te ruimen zijn. De patronen zijn rond en glad waardoor veegwagens ze niet goed kunnen opvegen. De patronen komen ook vast te zitten tussen de klinkers waardoor ze extra lastig te verwijderen zijn. 8. Heeft het stadsbestuur tot nu toe maatregelen genomen om deze vorm van zwerfafval tegen te gaan? Antwoord: Ja, de patronen worden handmatig opgeruimd om onder andere onveilige situaties voor wandelaars en fietsers te voorkomen. 9. Hoe staat het college tegenover de suggestie om op zoek te gaan naar een nieuwe circulaire toepassing van lachgaspatronen en daarbij te overwegen of een statiegeldregeling gepast is en daartoe eventueel te pleiten bij de staatssecretaris? Antwoord: Het inzamelen van lachgaspatronen kan de populariteit ervan doen toenemen. Het college wil ervoor waken dat lachgaspatronen een gewenst object worden dat door met name hele jonge kinderen wordt ingezameld. De komende periode zullen we de ontwikkelingen met betrekking tot de overlast van lachgaspatronen nauwlettend in de gaten houden. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Will Rutten, waarnemend secretaris 5
Schriftelijke Vraag
5
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R Gemeenteblad % Raadsnotulen Jaar 2018 Afdeling 2 Vergaderdatum 18 juli 2018 Publicatiedatum 12 september 2018 Avondzitting op woensdag 18 juli 2018 Voorzitter: mevrouw F. Halsema, burgemeester Raadsgriffier: mevrouw mr. M. Pe Verslaglegging: mevrouw Van de Belt De VOORZITTER heropent de vergadering om 19.38 uur. De VOORZITTER: Ik open de openbare vergadering om die vervolgens weer te sluiten. Ik verzoek iedereen de zaal te verlaten met uitzondering van de raadsleden, de collegeleden, de griffier, de griffiemedewerkers en de notulist en de zaal gereed te maken voor het besloten vergadering. De vergadering is gesloten. De VOORZITTER heropent de vergadering. 21 Actualiteit van de leden Simons, Roosma, Mbarki, Temmink en Kilig inzake het stoppen van de uitzetting van Afghaanse vluchtelingen naar Afghanistan (Gemeenteblad afd. 1, nr. 628) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons. Mevrouw SIMONS: In het afgelopen jaar hebben 12 kinder- en mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty International, Defence for Children, Unicef en Vluchtelingenwerk verschillende rapporten naar buiten gebracht waarin ze de situatie in Afghanistan beschrijven. Volgens de VN is Afghanistan een conflictzone, een oorlogsgebied. En volgens de Global Peace Index is Afghanistan op Syrië na zelfs het gevaarlijkste land ter wereld, een conclusie die zij reeds in 2016 trokken. Desalniettemin heeft de EU met steun van Nederland een deal gesloten met de Afghaanse regering om vluchtelingen terug te sturen. Ik vind dat we als gemeente een verantwoordelijkheid hebben waar het gaat om internationale mensenrechten, ook wanneer de landelijke regering deze mensenrechten aan haar laars lapt. Op 7 maart jl. stuurden kinder- en mensenrechtenorganisaties een brandbrief naar alle gemeenten waarin ze hen verzochten om niet mee te werken aan deportaties van Afghaanse vluchtelingen. Diverse gemeenten hebben gelukkig gehoor gegeven aan deze oproep door moties in te dienen waarin ze staatssecretaris Mark Harbers opriepen om met een nieuw ambtsbericht te komen en deze deportaties op te schorten. Een week geleden kwam dat ambtsbericht en Amsterdam BIJ1, ons team, ikzelf, wij zijn verbaasd en teleurgesteld. Nederland weigert dus structureel bescherming te bieden aan vluchtelingen uit Afghanistan terwijl het land 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 R aadsnotulen door oorlog wordt geteisterd. Volgens de staatssecretaris is Kabul een veilige stad voor gezinnen met minderjarige kinderen en volgens Vluchtelingenwerk Nederland zou het aantal van die gezinnen op een hand te tellen zijn als het al waar zou zijn. Daarom wilden we in eerste instantie een motie indienen, maar we hebben besloten die om te zetten in mondelingevragen. Die vragen luiden als volgt: Is het college bereid om staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Harbers op te roepen om alle uitzettingen naar Afghanistan stop te zetten en Afghaanse vluchtelingen bescherming te bieden in Nederland zolang de veiligheidssituatie daar niet verbetert? Is het college bereid de staatssecretaris derhalve op te roepen het uitzetbeleid voor vluchtelingen uit Afghanistan aan te passen en is het college bereid te onderzoeken daar waar mogelijk binnen de grenzen van de wet om als gemeente Amsterdam toezeggingen te kunnen doen om deze Afghaanse vluchtelingen bij te staan? Nog even. Ik had de indruk dat op het moment dat er mondelinge vragen worden gesteld, daar geen motie op kan volgen. De VOORZITTER: U heeft gelijk. Het is een actualiteit en het zijn geen mondelinge vragen. Mevrouw SIMONS: Nou ja, het was in eerste instantie een actualiteit … Oh, het is een actualiteit en het blijft een actualiteit. Aansluitend op de actualiteit wil ik graag een motie indienen. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 63° Motie van de leden Simons, Roosma, Mbarki, Temmink, Bloemberg, Kilig en Ceder inzake het stoppen van uitzettingen van Afghaanse vluchtelingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 663) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Harbers op te roepen om alle uitzettingen naar Afghanistan stop te zetten en Afghaanse vluchtelingen bescherming te bieden in Nederland zolang de veiligheidssituatie daar niet verbetert; - de staatssecretaris derhalve op te roepen het uitzetbeleid voor vluchtelingen afkomstig uit Afghanistan aan te passen; -___waar mogelijk binnen de grenzen van de wet als gemeente Afghaanse vluchtelingen bij te staan. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma Mevrouw ROOSMA: Het is niet aan de gemeenteraad om te spreken over buitenlands beleid, maar af en toe is het wel goed om bij de situatie in andere landen stil te staan, omdat die situatie ons ook raakt en ons ook zou moeten raken. In Irak bijvoorbeeld is het vandaag 50 graden en hebben mensen geen water en geen elektriciteit en daar gaan duizenden mensen de straat op om te protesteren omdat ze geen basisvoorzieningen hebben. Maar dat is nog niets vergeleken bij wat zich in Afghanistan 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen afspeelt. Afghanistan is een land in oorlog, het meest gewelddadige land naast Syrië zoals mevrouw Simons al zei. De Taliban is openlijk aanwezig in 70% van de districten in het land. Aanslagen zijn aan de orde van de dag en in 2017 vielen er meer dan 10.000 burgerslachtoffers en een derde daarvan betrof kinderen. Het ambtsbericht opgesteld door het ministerie van Buitenlandse Zaken beschrijft de situatie als zeer onstabiel en ziet dat de Taliban terrein wint. Een brede coalitie van kinder- en mensenrechtenorganisaties van Amnesty International, Cordaid, Defence for Children, Oxfam Novib, Unicef, Vluchtelingenwerk Nederland en nog vele andere roept al langer op uitzetting van vluchtelingen naar Afghanistan te stoppen. Toch besloot staatssecretaris Harbers afgelopen woensdag het uitzetbeleid met betrekking tot Afghanistan grotendeels te handhaven. Alleen voor de gezinnen met minderjarige kinderen is in beperkte gevallen een uitzondering mogelijk en volgens Vluchtelingenwerk gaat het om een handvol gezinnen voor wie dit uiteraard fantastisch nieuws is, maar vele volwassenen en kinderen worden nog steeds met uitzetting bedreigd. Kinder- en mensenrechtenorganisaties reageren verbijsterd en dat is onze fractie ook. Ik sprak gisteren met een raadslid uit het noorden van het land waar een gezinsopvanglocatie zit. Zij omschreef ook de paniek, de angst en de wanhoop van de Afghaanse gezinnen die daar worden uitgezet, daar worden opgehaald en teruggestuurd. En ook de machteloosheid van de lokale autoriteiten en de politie. Hulporganisaties omschrijven ook hoe steeds meer mensen de gezinsopvanglocaties verlaten uit angst dat ze worden teruggestuurd naar een onveilig land. Ze gaan zwerven in de steden en belanden daarmee in zeer kwetsbare posities. Hoewel we als gemeente weinig kunnen doen, is niets doen en niets zeggen ook geen optie. Daarom hoop ik dat we als gemeenteraad in grote meerderheid de motie die net is ingediend door mevrouw Simons kunnen ondersteunen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Kilig. Mevrouw KILIG: Reis niet naar Afghanistan, er vinden regelmatig aanslagen plaats. Hiermee citeer ik het reisadvies voor Afghanistan van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft om dit te illustreren een kaart gepubliceerd waar het onveilig is. Ik heb die bij me. Zoals jullie kunnen zien is Afghanistan helemaal rood gekleurd wat inhoudt dat voor heel Afghanistan een negatief reisadvies geldt. Dit advies geeft ons ministerie aan onze Nederlanders, onze Amsterdammers. Dat is logisch, want in Afghanistan vinden helaas nog steeds dagelijks gevechten en aanslagen plaats. Volgens het jaarlijkse rapport van de Verenigde Naties zijn er in 2017 voor het vierde jaar op rij meer dan 10.000 burgerslachtoffers in Afghanistan gevallen. Maar waarom wordt het advies niet ook gehanteerd wanneer het gaat om Afghanen die vluchten voor diezelfde gevechten, aanslagen en terreur? Tegen hen zeggen wij: uw land is veilig. Daarom krijgt u van ons een enkeltje Afghanistan. Succes daar. Het is voor ons niet uit te leggen dat het ministerie onze Nederlanders beschermt tegen geweld en terreur in Afghanistan maar daar wel Afghanen naar toe stuurt. Mensen die zijn gevlucht voor diezelfde oorlog. Kwetsbare mensen. Afghaanse ouderen. Vrouwen en Kinderen waarvan sommigen zelfs hier in Nederland zijn geboren. De overheid hanteert hierin overduidelijk een dubbele maat. Ik ga ervan uit dat de raad de spreuk op het wapen van Amsterdam gestand zal doen met nadruk op barmhartig. Daar past naar onze mening mensen terugsturen naar een oorlogsgebied niet bij. Wij verzoeken de raad daarom de motie te steunen en wij roepen het college op deze zo spoedig mogelijk uit te voeren. 3 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Temmink. Mevrouw TEMMINK: Afghanistan is volgens de Global Peace Index naast Syrië het meest gewelddadige land ter wereld. Toen mijn collega in de Tweede Kamer Jasper van Dijk de staatssecretaris van de VVD een vliegticket naar Afghanistan aanbood, sloeg hij dat — laten we wel zijn, geen reuzeaanbod — af. Het land krijgt een negatief reisadvies, maar vluchtelingen uit dit land sturen we wel terug het gevaar in. Daarmee heeft het Kabinet dan blijkbaar geen moeite. Bloedige aanslagen dwingen 7 op de 10 vluchtelingen die gedwongen zijn uitgezet, opnieuw het land te ontvluchten. De SP heeft in de Tweede Kamer al een motie ingediend dat Afghaanse vluchtelingen niet uitgezet moeten worden maar dat voorstel haalde het helaas niet. Laten we in Amsterdam mensen niet terugsturen naar een land waar ze moeten vrezen voor hun leven. De SP steunt daarom deze motie van harte. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki. De heer MBARKI: Ik sluit me helemaal aan bij de vorige sprekers. Met mensenrechten kun je niet differentiëren. Volgens mij is dat wat hieruit spreekt: mensenrechten gelden voor iedereen. Dus als we een negatief reisadvies hebben voor Amsterdammers, dat zijn ook mensen, dan geldt dat ook voor mensen die ooit in Afghanistan hebben gewoond. Dus wat ons betreft steunen wij deze motie, deze oproep. Het gaat echt om een moreel appel. Ik hoop op het kompas van deze raad. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bloemberg. Mevrouw BLOEMBERG: Je zult maar 17 jaar zijn en in Amsterdam wonen en een Afghaanse vluchteling zijn. Je weet dat op het moment dat je 18 jaar wordt, er geen feest is zoals het zou moeten zijn, maar dat er in plaats daarvan een levensbedreigende situatie voor je ontstaat. Het is het moment dat je van je bed gehaald kunt worden en teruggestuurd kan worden naar Afghanistan en een mensenleven kapot gemaakt kan worden. Volgens het nieuwe asielbeleid worden asielverzoeken van Afghaanse gezinnen niet meer standaard geweigerd, maar verder blijft het beleid in stand met de uitzettingen. Dat gaat allemaal voort. De Partij voor de Dieren komt op voor kwetsbare groepen vanuit een visie van mededogen, duurzaamheid, persoonlijke vrijheid en persoonlijke verantwoordelijkheid. Wij vinden dat het niet kan zijn dat er toegekeken wordt naar hetgeen nu gebeurt. De VN Veiligheidsraad heeft Afghanistan eind 2017 al betiteld als een land in oorlog. Uit alle delen van het land zijn er mensen op de vlucht. In 2017 waren er 10.000 burgerslachtoffers. Een derde hiervan is onschuldige kinderen. En het nieuwe ambtsbericht is helder: Afghanistan is een onveilige plek. In de Amsterdamse gemeenteraad hebben wij de verantwoordelijkheid om als verantwoordelijke hoofdstad in te grijpen wanneer het gaat om gedwongen uitzettingen van mensen die vervolgens in een zeer onveilige situatie terechtkomen. De brede coalitie van 12 kinder- en mensenrechtenorganisaties waaronder Amnesty International, Cordaid, Defence for Children, Oxfam Novib, Unicef Nederland en Vluchtelingenwerk voeren al langer actie tegen de uitzettingen naar Afghanistan. Ze roepen op om alle uitzettingen van Afghaanse vluchtelingen te stoppen. De Partij voor de Dieren steunt deze oproep. De Partij voor de Dieren vindt dat Amsterdam de staatssecretaris moet oproepen om het uitzetten van Afghaanse vluchtelingen een halt toe te roepen en daarnaast waar mogelijk de Afghaanse 4 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen vluchtelingen die in Amsterdam zijn, bij te staan. Ik ben benieuwd naar de reactie van de wethouder op de motie hierover. En ik ben ook benieuwd of dit alles is wat we kunnen doen. Wat kan de wethouder nog meer doen aan de uitzichtloze situatie van de Afghaanse vluchtelingen? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boomsma. De heer BOOMSMA: Nederland heeft een asielprocedure waarbij op basis van de individuele situatie wordt gekeken of iemand gevaar loopt en dus een verblijfsvergunning moet krijgen of dat die terug kan of dat dat niet kan omdat hij daar in het land van herkomst dan gevaar loopt, in welk geval dan het principe van non-refoulement geldt. Daarvan wordt dus ook een integrale analyse gemaakt van de landen in kwestie en hoe het er in algemene zin bijstaat via een algemeen ambtsbericht van de minister. Op grond daarvan wordt dan de individuele afweging gemaakt. Dat is buitengewoon complex en ingewikkeld en ik denk juist daarom dat het onverstandig is als de gemeenteraad van Amsterdam zich gaat uitspreken over de vraag in hoeverre het in een bepaalde streek van Afghanistan wel of niet veilig is. Ik denk dat wij dat niet moeten doen. De gemeenteraad gaat er niet over. Ik begrijp de zorgen en ik deel die ook. Ik hoop zeker dat mensen die gevaar lopen absoluut mogen blijven. We weten dat dat in veel gevallen zo is en dat die individuele afweging dan wordt gemaakt en dat het dan daadwerkelijk zo is dat mensen hier een verblijfsvergunning Krijgen. We weten ook dat bijvoorbeeld christenen daar veel gevaar lopen op vervolging etc. Maar aan elke beslissing of iemand terug moet naar Afghanistan gaat een rechterlijke toets vooraf. Daartegen is beroep mogelijk. Inmiddels heeft ook de Raad van State zich onlangs uitgesproken over deze vraag. Hier ligt dus niet voor of Afghanistan een veilig land is. Het is evident dat dat in grote delen van het land niet het geval is. De vraag is of je moet uitspreken dat je in geen enkel geval kunt vragen of iemand terugkeert en of je in geen enkel geval tot het inzicht kunt komen dat iemand eventueel kan terugkeren. Volgens mij heeft de Raad van State daar ook die verschillende rapporten die zijn verschenen, in overweging genomen, maar hij heeft wel geconcludeerd dat dat in sommige gevallen wel mogelijk is. Volgens mij is het niet mijn taak als raadslid om dan uitspraken van de minister en de Raad van State te overrulen. Dus hulp bieden, ja. Maar deze motie zullen wij niet steunen. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Groot Wassink voor beantwoording van de vragen en preadvisering van de motie. Wethouder GROOT WASSINK: Ik kan het buitengewoon kort houden, niet alleen omwille van de tijd maar ook omdat mij maar een vraag is gesteld naar het preadviseren van de motie. Ik deel veel van de zorgen die door de verschillende leden zijn geuit, maar ik moet toch ook de vraag van mevrouw Bloemberg beantwoorden met de woorden dat ik niet weet wat wij meer zouden kunnen doen. Ik vind eigenlijk dat wat wij doen, wel zo ongeveer het maximale is. Laten we daar gewoon eerlijk over zijn. Wij zetten niet uit. Het college is bereid deze motie positief te preadviseren omdat we denken dat het goed is dit te doen, maar ik zie niet wat we meer zouden kunnen doen — nog even los van wat ik daar persoonlijk van zou vinden. Dat is wel zo ongeveer de grens. Deze motie kan rekenen op een positief preadvies. De discussie wordt gesloten. 5 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot voor een stemverklaring. Mevrouw POOT (stemverklaring): Wat ons betreft is de situatie zeker zorgelijk in Afghanistan. Wij vinden alleen dat we er niet over gaan, dezelfde lijn die ook de heer Boomsma heeft aangehaald. Wij vinden het ook onverstandig om hier als gemeente in te treden. We zullen daarom ook tegen deze motie stemmen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Dantzig voor een stemverklaring. De heer VAN DANTZIG (stemverklaring): Omdat de D66-fractie de mogelijkheid voor Afghaanse vreemdelingen met gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico op ernstige schade om zich in bepaalde gevallen ergens in Afghanistan te vestigen voor meer groepen als immoreel alternatief beschouwt en voor gezinnen met minderjarige kinderen, vinden wij dat het binnenlandse beschermingsalternatief niet zo gemakkelijk kan worden tegengeworpen. Omdat de motie niet oproept landelijke wet- of regelgeving of autoriteit tegen te werken, zullen wij de motie steunen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nanninga voor een stemverklaring. Mevrouw NANNINGA (stemverklaring): Wij zullen tegen deze motie stemmen om redenen die de heer Boomsma en mevrouw Poot al hebben genoemd. We vinden het allemaal erg schrijnend en zielig, maar zo'n motie is symboolpolitiek. Aan de orde is de stemming over de motie-Simons, Roosma, Mbarki, Temmink, Bloemberg, Kilig en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 663). De motie-Simons, Roosma, Mbarki, Temmink, Bloemberg, Kilig en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 663) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Simons, Roosma, Mbarki, Temmink, Bloemberg, Kilig en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 663) is aangenomen met de stemmen van de Partij van de Ouderen, het CDA, de VVD en Forum voor Democratie tegen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 628 van afd. 1 van het Gemeenteblad. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Torn voor een opmerking van de orde. De heer TORN: Ik kwam tot de conclusie dat onze spreektijd op is. Nu ben ik wel een groot voorstander van handhaven in het algemeen en ook van het handhaven van spreektijden. Dat betekent dat ik niet het woord kan voeren over mijn eigen actualiteit en ook met een genademinuutje heb ik te weinig. Zo eerlijk moet ik ook zijn. Ik kies er dus met pijn in mijn hart voor de actualiteit dan maar van de agenda af te voeren. We zullen er schriftelijke vragen over stellen. Helaas, helaas, met pijn in het hart. 6 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen Dat gaat dan over agendapunt 36B, Actualiteit van het lid Torn inzake het bezetten van parkeerplekken in De Pijp en het uitblijven van handhaving door de gemeente (Gemeenteblad afd. 1, nr. 644) De VOORZITTER: Ik moet zeggen dat ik dat zeer betreur. Waarvan akte. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Lammeren. De heer VAN LAMMEREN: Dus de VVD trekt de actualiteit in om de auto te beschermen? Ik begrijp het even niet. De VOORZITTER: De actualiteit over de handhaving van de parkeerplekken in De Pijp, die actualiteit is ingetrokken — waarmee het probleem natuurlijk blijft bestaan. 31 Vaststellen van het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum (Gemeenteblad afd. 1, nr. 641) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Taimounti. De heer TAIMOUNTI: Allereerst de complimenten voor het stuk. Wij zien inderdaad ook de behoefte om een aantal typen winkels in onze stad tegen te gaan. Er is een wildgroei aan bepaalde bedrijven. Dat is allemaal begrijpelijk. Alleen, als we het stuk lezen, dan hebben we daarover toch een aantal vragen. Er wordt gesproken over het tegengaan van de monocultuur; er wordt gesproken over diversiteit. Maar ik mis in het stuk de concrete maatregelen om die diversiteit inderdaad te bewerkstelligen. Ik noem maar een voorbeeld, leegstand. We hebben in de binnenstad gigantische huren. Op dit moment staat in de Kalverstraat een aantal panden gewoon leeg. Heel lang leeg. Dat is niet omdat niemand daar wil zitten, maar dat is omdat niemand het kan betalen. En het is ook nog zo en dat is iets wat hierin niet wordt meegenomen, dat de eigenaar van het vastgoed er totaal geen baat bij heeft om er een goedkopere huurder in te zetten. Dat betekent immers dat de marktwaarde van zijn pand gaat dalen. Dit soort dingen zijn niet meegenomen in het stuk. We praten over die diversiteit, maar als je kijkt wat er nu concreet in het stuk is meegenomen om die diversiteit te creëren, dan lees ik eigenlijk alleen maar het blokkeren en remmen van de wildgroei van een aantal bedrijven. Maar hoe gaan we nu echt zorgen dat die groenteboer waarover vaak wordt gesproken, die kleine mkb'er, gewoon weer terugkomt? Daarvoor hebben wij wel een aantal voorstellen. We willen daar toch wel iets meer mee gaan doen. Dat hebben we gegoten in twee moties die ik zo zal overhandigen. We zouden inderdaad graag een beroep doen op dit college om in de toekomst wat concretere voorstellen te krijgen om die leegstand tegen te gaan, om ervoor te zorgen dat die huren niet zo belachelijk hoog zijn waardoor ondernemers er gewoon in kunnen blijven en om ervoor te waken als we bepaalde typen zaken gaan blokkeren, dat degenen die die vergunning wel hebben, een gigantische monopoliepositie krijgen en een marktwaardestijging. (De heer BOUTKAN: Ik ben heel blij dat DENK zich opwerpt als redder van de kleine winkeliers. Dat doen wij ook al jaren en daarom hebben we in de vorige periode besloten een halt toe te roepen aan al die 7 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen toeristenwinkels. Maar hoe kunt u dan uitleggen hoe, op welke manier we dat nu niet meer zouden doen als we niet zouden instemmen met het bestemmingsplan? Dit is er juist op gericht die toeristenwinkels onmogelijk te maken.) Ik kan het wel toelichten. Nogmaals, wij staan positief tegenover dit plan, want het is op dit moment de enige oplossing, maar we hebben er wel een aantal moties voor om het plan beter te helpen. Het probleem is namelijk dat door het tegengaan van toeristenwinkels die kruidenier en die kleine mkb'er niet terugkeren in die straat. Die panden zijn gewoon niet te betalen. Dat ga je ook niet bereiken door te zeggen dat we geen ijswinkels meer willen hebben, want wie gaat er nu wel in zo’n pand zitten? Er zijn twee opties: het pand blijft leeg of er komt weer een H&M waar we er inmiddels al 5 van hebben. Dat is toch ook monocultuur. (De heer BOUTKAN: Hoe kunt u dan verklaren dat we juist de afgelopen jaren heel erg hebben gezien dat heel veel kleine winkeliers vertrokken zijn omdat ze de huren niet meer konden opbrengen omdat er andere winkels waren, toeristenwinkels, ijswinkels, Nutellawinkels, die hele hoge huren kunnen betalen en die daar dan vervolgens voor in de plaats komen. Deze maatregelen zijn er juist gekomen om die te beschermen.) Volgens mij zijn die winkels niet vertrokken omdat er toeristenwinkels zijn gekomen die de huren wel kunnen betalen. Ze zijn vertrokken omdat ze het niet meer kunnen betalen. Zo simpel is het. Dus u kunt wel elke keer zeggen dat door de komst van de ijswinkels de kleine winkelier er niet meer kan zitten, nee, die kleine winkelier kan er niet meer zitten omdat de huur gewoon te hoog is. Laten we wel wezen, we hebben ook gewoon grote concerns zoals de AH die dat soort kleine winkeliers ook gewoon kapot maken. De kleine bakkerij bestaat niet meer niet omdat de ijswinkels brood verkopen. Nee, omdat brood voor een prikkie bij de AH ligt. Voor de slager geldt dat idem dito. Dus ik denk dat dat een antwoord is op uw vraag, mijnheer Boutkan. Dan rond ik nu af. Ik heb twee moties en die wil ik graag indienen. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 64° Motie van de leden Taimounti en Ceder inzake het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum (Gemeenteblad afd. 1, nr. 664) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__te verkennen hoe de invloed en aanwezigheid van grote ketens in samenhang met een divers winkelbeleid op specifieke locaties ingeperkt kan worden; -__ hierbij lering te trekken uit het model van steden als San Francisco, Lissabon en Barcelona voor het bevorderen van de winkeldiversiteit; -__ hierover te rapporteren aan de raad. 65° Motie van de leden Taimounti en Ceder inzake het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum (Gemeenteblad afd. 1, nr. 665) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 8 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen -__te verkennen hoe de huurprijzen van zelfstandige winkels in het centrum verlaagd kunnen worden om het ondernemerschap aantrekkelijk te maken; -__ hierover te rapporteren aan de raad. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder. De heer CEDER: Ik ben het eens met wat er voorligt. Ik ben het alleen niet eens met de pretentie dat we hiermee een divers winkelbeleid zouden krijgen, omdat we een aantal aspecten niet meenemen die absoluut van essentieel belang zijn willen we daadwerkelijk een divers winkelbeleid creëren, namelijk de huurprijzen. En wat doe je met de grotere ketens die economisch slagvaardiger zijn? Hoe ga je daarmee om? Ik zie dat daarin in het plan nog niet is voorzien. Dat betekent niet dat ik het plan niet goed vind. Ik volgde net het debat tussen de PvdA en DENK, maar volgens mij was dat een valse tegenstelling. Het is niet of, of, maar het is en, en. Het is gewoon een aanvulling. Een hele belangrijke aanvulling willen we daadwerkelijk een divers winkelbeleid creëren. (De heer N.T. BAKKER: Uw partij zit in de landelijke regering. Wat doet u hier landelijk tegen? Is het ook zo dat u de landelijke wetgeving op huurprijzen van winkels aanvalt in de coalitie of doet u dat alleen in Amsterdam?) Vraagt u mij nu wat ik in de Tweede Kamer doe? (De VOORZITTER: Dat geloof ik wel, ja.) Volgens mij weet de heer Bakker dat ik geen Tweede Kamerlid ben, dus daar kan ik niet heel veel in doen. Maar misschien kan hij wat specifieker zijn zodat ik vanuit mijn rol hier antwoord kan geven. (De heer N.T. BAKKER: Heel simpel. Het gaat hier om landelijke wetgeving. Daar kunt u dus wat aan doen. Gaat u ook uw Tweede Kamerleden hierop attenderen?) Het antwoord is ja. Zou ik een tegenvraag mogen stellen? Ik weet niet of dat mag. Nee. Goed, dan ga ik verder. (De VOORZITTER: Eerlijk gezegd niet.) Ik dacht, ik probeer het maar. Het is niet gelukt. (De heer VAN SCHIJNDEL: Wat is het model van San Francisco, Lissabon en Barcelona? Dat wil ik even heel kort toegelicht zien. En dan een tweede vraag. Met multinationale ketens, daarmee heeft u een probleem. Is het niet zo dat we Europese wetgeving hebben die zegt dat we ons niet tegen buitenlandse ketens, Europese ketens in het algemeen en misschien onder de WTO ook andere ketens dus van Amerikaanse snit, kunnen keren en dat de stad geen bevoegdheid heeft die ketens aan banden te leggen?) Ja, dat klopt, mijnheer Van Schijndel, maar u heeft een conceptmotie in handen die nooit is ingediend. Het woordje multinational is niet genoemd in de ingediende motie. Het gaat om grote ketens. Ik ga opnieuw uitleggen waarom. Het doel van dit plan is dat we een divers winkelbeleid willen. We hebben daarvoor nu hele mooie punten en plannen die ik ondersteun. Ik constateer echter dat we daarmee niet creëren wat we pretenderen te doen door dit aan te nemen zolang we niets doen aan de huurprijzen. En daarmee zeg ik niet dat we daar alles aan kunnen doen. De heer Bakker merkte net op dat er ook landelijke wetgeving is. Ik constateer dat daarin nog niet is voorzien of desnoods is 9 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen opgemerkt in het plan. Daarom vraag ik mij af wat we wel kunnen doen vanuit de raad. Ik denk niet in problemen, ik denk in oplossingen. Volgens mij zijn die er wel degelijk. Ik noem maar zaken op als vastgoed, als gemeentelijk vastgoed, als afspraken maken. Nou goed, daarin voorziet de motie trouwens. Ik zal instemmen met dit plan omdat ik het een goed plan vind. Complimenten aan hen die dit hebben voorbereid voordat ik in de raad zat. Het is geen aanval. Ik wil echter meegeven dat we allemaal hetzelfde willen en ik constateer dat we er nog niet zijn als we dit niet aanpakken en daarin enigszins kunnen voorzien. Daarom die oproep in die twee moties. Allereerst om te kijken wat we kunnen doen rondom die grote ketens zodat we specifiek en locatiegericht kunnen beslissen en bepalen wat we daar willen. En daarbij kunnen we misschien ook de voorkeur geven aan een Amsterdamse mkb'er in plaats van de 6% of de 7° of de 8°° H&M als die locatie daarom vraagt. En ten tweede dat we kunnen kijken welke mogelijkheden er zijn om die huurprijzen dusdanig te maken dat er ook echt diverse ondernemers kunnen plaatsnemen. Het gaat ook om de mogelijkheid dat met financiële middelen te doen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer N.T. Bakker. De heer N.T. BAKKER: We zijn heel blij met dit bestemmingsplan. Eigenlijk zouden we maar een ding willen zeggen: complimenten dat dit is gelukt. Dus ik zou zeggen, say cheese. Verder is het natuurlijk heel goed dat deze onderzoeksmotie wordt ingediend, dus wij zullen daarvoor stemmen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Renssen. Mevrouw VAN RENSSEN: Ik wil hier alleen maar aan toevoegen dat de GroenLinksfractie heel blij is dat dit bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum nu nog voor de zomer kan worden vastgesteld door deze raad. Dat is zeker iets waar we altijd al om hebben geroepen, al sinds 2015 sinds het document Stad in Balans. We zijn blij dat dit brancheringsinstrumentarium nu wordt ingezet om de verschraling in de stad tegen te gaan en daarnaast zijn we ook blij met de onderzoeksmoties. Dat is eigenlijk alweer een stap verder dan hetgeen we vandaag zouden kunnen vaststellen. We kunnen die ook ondersteunen omdat het inderdaad hoog tijd wordt dat het Burgerlijk Wetboek over het huurrecht wordt aangepast voor winkelruimten zodat we daar in Amsterdam niet telkens tegenaan lopen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boutkan. De heer BOUTKAN: Heel kort. Wij zijn blij met de plannen die voorliggen voor het vaststellen van het bestemmingsplan waarbij we iets gaan doen aan een betere winkeldiversiteit in de stad Amsterdam. We hebben daar in de vorige raadsperiode hard voor gevochten om dat voor elkaar te krijgen. Complimenten aan het college en de ambtenaren voor deze plannen. Ik wil eigenlijk nog wel twee opmerkingen maken over de moties die voorliggen. Allereerst denk ik dat leegstand in het centrum op dit moment niet het grootste probleem is waarmee we te maken hebben. Het grootste probleem waarmee we volgens mij te maken hebben, is juist die disbalans in het centrum en de enorm hoge huurprijzen die nu eenmaal gelden waardoor kleine winkeliers vertrekken. De maatregelen die we nu gaan vaststellen moeten er juist voor zorgen dat die winkeliers beschermd worden. De tweede opmerking die ik zou willen maken gaat over de ketens. Ik zie de motie heel erg als een aanmoediging voor datgene wat we vanuit de coalitie willen 10 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen gaan doen namelijk dat we een dam willen opwerpen tegen een overmaat aan ketens en multinationals die in deze stad min of meer dezelfde dingen willen doen en geld willen verdienen in een buurt die eigenlijk iets anders wil. Wij zullen deze onderzoeksmoties dus van harte steunen. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kock voor beantwoording van de vragen en preadvisering van de moties. Wethouder KOGK: Ik denk dat terecht is opgemerkt dat het sturen op een divers winkelaanbod veel meer behelst of moet behelzen dan een voorbereidingsbesluit of een specifieke maatregel als het gaat om toeristenwinkels. Die notie staat heel duidelijk in het coalitieakkoord en we hebben ook al eerder in deze raad daarover gesproken en een aantal acties uitgezet. Zo is er vorig jaar als ik me niet vergis, een brief uw kant op gekomen. Die ging toen over die ketens. En toen is diezelfde vraag gesteld of we daar niet op konden sturen als we dat zouden willen. Als ik het me goed herinner, is er toen ook verwezen naar San Francisco. Het antwoord dat u toen heeft gekregen van het college, de korte samenvatting daarvan is: kan misschien wel, maar is wel verdraaid lastig. Juridisch, antidiscriminatiebeginselen, en ik meen dat we toen ook het voorbehoud hebben gemaakt dat het in sommige gevallen wenselijk kan zijn om ketens in bepaalde gebieden te hebben. Die voegen juist iets toe. Dus dan heb je een diverser aanbod als je een ketenwinkel hebt. Het is best ingewikkeld en het hangt helemaal van de situatie af. Het antwoord op de vraag of we dat zouden kunnen verkennen, is dat we dat al hebben verkend. Ik zal daar nog een keer op terugkomen en kijken of we een verdiepingsslag kunnen maken. Dus die motie kunnen we gewoon uitvoeren. Wat ik eigenlijk voorstel, is dat we de motie uitvoeren samen met de uitvoering van motie nr. 665. Ook daar zien we eigenlijk geen bezwaar. Dan vouwen we de moties in elkaar als u dat goed vindt. Die motie gaat over het beperken van huurprijzen. Ook daar wordt gevraagd, kijk nu eens wat je kunt doen. Verken eens de mogelijkheden. U weet dat er al een ding is dat we doen en dat is de mogelijkheid voor winkeliers om gebruik te maken van juridisch advies waarin de gemeente dan assisteert als ze een conflict hebben met hun huisbaas of hun verhuurder. Het conflict gaat niet altijd over de huur maar wel vaak. Dus dat doen we al. We hebben ook heel vaak gepraat over het straatwinkelmanagement en wat we daar doen met ontwikkelaars samen met ondernemers en de gemeente om een divers winkelaanbod te bewerkstelligen. Dus ook die motie kunnen we uitvoeren. Ik stel voor dat we dat doen in de vorm van een uitgebreide brief. Dan vouwen we de twee moties in elkaar en dat komt het uw kant op. Tot slot wil ik wel weer iets doen aan verwachtingsmanagement. Het is altijd zo dat op het moment dat je het aanbod beperkt, de prijs stijgt gegeven de vraag. Dat is wat we hier doen. Dat speelt bij die hotels, dat speelt bij die winkels. Dus deels creëren we ons eigen probleem. Aan de andere kan staat er ook een hele positieve factor tegenover namelijk dat bewoners het fijn vinden als er een divers winkelaanbod is en als wij daar maatregelen voor nemen. Het is verdraaide lastig voor een overheid om echt grip te krijgen op prijsontwikkelingen in de vrije markt en zeker als je zelf aan de knoppen van het aanbod zit als overheid. Nogmaals, we gaan dat onderzoeken en we komen daar dan op niet al te lange termijn bij u op terug. De discussie wordt gesloten. Aan de orde is de stemming over de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 641). 11 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen De voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 641) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 641) is aangenomen met de stemmen van de VVD tegen. Aan de orde is de stemming over de motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 664). De motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 664) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 664) is aangenomen met de stemmen van Forum voor Democratie en de VVD tegen. Aan de orde is de stemming over de motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 665). De motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 665) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Taimounti en Ceder (Gemeenteblad afd. 1, nr. 665) is aangenomen met de stemmen van Forum voor Democratie en de VVD tegen. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 641 van afd. 1 van het Gemeenteblad. De VOORZITTER: Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van deze laatste raadsvergadering voor het zomerreces die in twee dagdelen voor 23.00 uur is afgerond. Een compliment aan u zelf daarvoor. Ik wens u een heel fijn zomerreces en ik verheug me erop u daarna weer terug te zien. De vergadering is gesloten. [22.50 uur] 12 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 18 juli 2018 Raadsnotulen INDEX 628 Actualiteit van de leden Simons, Roosma, Mbarki, Temmink en Kilig inzake het stoppen van de uitzetting van Afghaanse vluchtelingen naar Afghanistan … 1 641 Vaststellen van het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum … … nnen 7 644 Actualiteit van het lid Torn inzake het bezetten van parkeerpleken in De Pijp en het uitblijven van handhaving door de gemeente … nnn nnee eneen enneeeenenneeere eneen 663 Motie van de leden Simons, Roosma, Mbarki, Temmink, Bloemberg, Kilig en Ceder inzake het stoppen van uitzettingen van Afghaanse vluchtelingen … nnn 2 664 Motie van de leden Taimounti en Ceder inzake het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum … nnn annen enerenneer eneen enne eennerenneen eneen ennereneeerneen eneen venen Ö 665 Motie van de leden Taimounti en Ceder inzake het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum … nnn annen neneneer eneen eneensnerenneen eneen ennereneee nnee eneen venen Ö 13
Raadsnotulen
13
train
Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1136 Behandeld op 30 september 2020 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Boomsma, De Grave-Verkerk en Ceder inzake de aanpassing financieel kader van het Kunstenplan 2020-2024 (maak het mogelijk om positief beoordeelde instellingen zonder subsidie getroffen door de Corona-crisis te steunen met middelen uit de noodkas) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de aanpassing van het financieel kader van het Kunstenplan 2020-2024, Overwegende dat: -__ verschillende instellingen met een aanzienlijk artistiek belang voor de stad die ook op andere relevante punten positief zijn beoordeeld geen subsidie krijgen omdat het budget ontoereikend is; - hoe minder subsidie instellingen krijgen, hoe harder ze worden geraakt door de corona-maatregelen; -__ deze instellingen extra hard getroffen worden door de Corona-crisis omdat de mogelijkheden om zelf inkomsten te genereren veel beperkter zijn; - _ heteen groot verlies voor de stad betekent als kunstinstellingen door de combinatie hiervan kopje onder zouden gaan; - de raad een groot bedrag uit de noodkas ter beschikking heeft gesteld om kunstinstellingen te ondersteunen, Spreekt uit: Dat de middelen uit de noodkas die zijn gereserveerd voor kunstinstellingen ook beschikbaar dienen te zijn voor instellingen die een positieve beoordeling hebben ontvangen van het Amsterdamse Fonds voor de Kunsten maar waarbij de aangevraagde subsidie niet kon worden uitgekeerd. Verzoekt het college: Om een deel van deze middelen te gebruiken om (een deel van) de hierboven genoemde categorie instellingen te ondersteunen. De leden van de gemeenteraad D.T. Boomsma D.G.M. de Grave-Verkerk D.G.M. Ceder
Motie
1
discard
Gemeente Bezseladies A d Amstel 1 msterdam zoa PN Arnsterdam D Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 2x amsterdam.nl Retouradres: Postbus 1840, 1000 BV Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad Datum 25 juni 2019 Behandeld door Maarten Derksen, Sjors Klijzen & Dirk Konings Bijlage(n) Woon-werkstromen van Amsterdams onderwijspersoneel, april 2019 (OIS), Eindrapportage Experiment voorrangsregeling huisvesting leraren, april 2019 (OOG) Verlenging en uitbreiding experiment voorrang maatschappelijke sector en Motie 387.19 Boomsma en Marttin (meer woningen voor leraren) Onderwerp Betaalbare woonruimte voor onderwijs- en zorgprofessionals, en de afhandeling van | motie 387.19 van de leden Boomsma en Marttin inzake meer woningen voor leraren Geachte leden, Amsterdam moet een aantrekkelijke stad zijn om te wonen en te werken. In het bijzonder voor professionals in de maatschappelijke sector. Met deze brief informeren wij U daarom over een pakket aan maatregelen die hieraan bijdragen, in lijn met de ambities uit het coalitieakkoord, de Aanpak Intersectorale samenwerking personeelstekorten in de maatschappelijke sector en de Amsterdamse Lerarenagenda ‘Liever voor de Klas’ 2019-2023. Het college verlengt het experiment waarin leraren voorrang krijgen op jongerenwoningen en breidt de doelgroep uit naar jonge Amsterdamse zorgprofessionals. Daarna, vanaf janvari 2020, maakt de voorrangsregeling voor Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals onderdeel vit van de huisvestingsverordening. Tevens vindt u in deze brief: -___de wijze waarop het college motie (nr 387.19) uitvoert van de leden Boomsma (CDA) en Marttin (VVD), inzake meer woningen voor leraren, zoals uw raad op 3 april 2019 heeft aangenomen bij de behandeling van de Amsterdamse Lerarenagenda 2019-2023. -__de informatie naar aanleiding van twee toezeggingen: 1) over het presenteren van de aantallen zij-instromers (leden Rooderkerk (D66) en Flentge (SP), 20 maart 2019) en 2) over het beschikbaar stellen van de evaluatie over woningen voor startende leraren (lid Bloemberg Issa (PvdD), 18 juli 2018). Ook biedt het college met deze brief de factsheet van Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) over woon-werk stromen van Amsterdams onderwijspersoneel aan. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 25 juni 2019 Pagina 2 van 5 In Amsterdam hebben we te maken met een tekort aan onderwijs- en zorgprofessionals. Dat doet dagelijks een groot beroep op de veerkracht van medewerkers en vormt een risico voor de kwaliteit. De gemeente zet zich samen met de onderwijs- en zorgsector in om de tekorten terug te dringen. Dit vraagt om een brede aanpak op verschillende terreinen, waarbij we zowel inzetten op het aantrekken van nieuwe medewerkers als het behoud van bestaande beroepskrachten. In het coalitieakkoord ‘Een nieuwe lente en een nieuw geluid’ staat: “We maken geld vrij voor de oplopende tekorten in de zorg.” En “Het lerarentekort loopt snel op en is een ernstige bedreiging voor de kwaliteit van het onderwijs. We gaan hier actief mee aan de slag.” In het voorgenomen Werkplan Intersectorale aanpak personeelstekorten maatschappelijke beroepen, waarover het college de gemeenteraad binnenkort nader zal informeren, en in de Amsterdamse Lerarenagenda geeft het college weer welke maatregelen zij samen met de partners treft. Naast het faciliteren in de randvoorwaarden, zoals een passend woningaanbod, wordt ook ingezet op het bieden van een ontwikkelperspectief binnen de carrière en op begeleiding van zij-instromers. Zoals toegezegd door wethouder Moorman ontvangt u hierbij nadere informatie over de aantallen zij-instromers. De begeleiding van zij-instromers heeft in het onderwijs geleid tot een recordaantal van 241 zij- instromers, verdeeld over de HvA (132 zij-instromers) en de iPabo (109 zij-instromers). Daarnaast volgen momenteel 215 bachelorstudenten een pabo-opleiding aan de HvA en 185 aan de iPabo (inclusief 68 universitaire pabo-studenten). Amsterdam een aantrekkelijke stad Voor wat betreft de Amsterdamse onderwijssector constateerde Regioplan in 2017 dat 6o procent van de Amsterdamse leraren in de gemeente woont. De groep leraren die aangeeft graag in Amsterdam te willen (blijven) wonen, stelt dat het moeilijk is om een geschikte woning te vinden. 7o procent van deze groep geeft bovendien aan woningaanbod op korte reisafstand belangrijk of zeer belangrijk te vinden in hun keuze voor een baan op een school in Amsterdam. Regioplan plaatst dit in de context dat de woningmarkt meespeelt bij de arbeidsmarktproblematiek in het onderwijs, maar dat dit niet de doorslaggevende overweging lijkt te zijn bij het wel of niet solliciteren op een functie in het Amsterdamse onderwijs. Uitzicht op een vast dienstverband en het functioneren van de school spelen hierbij eveneens mee. Regioplan wijst wel op het risico dat als de vraag naar leraren verder aantrekt en er in de woonomgeving buiten Amsterdam meer vacatures vrijkomen, de kans toeneemt dat Amsterdamse leraren die buiten Amsterdam wonen, overstappen naar een baan in of nabij hun eigen woonplaats. Voor deze groep is het van belang dat de bereikbaarheid van de stad wordt gewaarborgd.” Om een beter beeld te krijgen waar de Amsterdamse onderwijsprofessionals wonen en werken, is aanvullend onderzoek uitgevoerd. Dankzij het bijgevoegde onderzoek van Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) kunnen we per Amsterdamse school op stadsdeelniveau zien waar de Amsterdamse onderwijsprofessionals wonen. Deze informatie is ook online in een interactieve | infographic te raadplegen via www.amsterdam.nl/OIS. Uit het onderzoek van OIS blijkt dat ongeveer de helft van de leraren in het primair onderwijs en een derde van de leraren in het voortgezet onderwijs hemelsbreed op minder dan 4 kilometer van de school waar zij lesgeven woont. Van de leraren die zowel in Amsterdam wonen als werken, woont ruim een derde zelfs in * Een eigen huis… onderzoek naar de relatie tussen de Amsterdamse woningmarkt en het lerarentekort. Regioplan, oktober 2017 Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 25 juni 2019 Pagina 3 vans hetzelfde stadsdeel als waar de school staat. Daartegenover staat dat 7 procent van de leraren in het primair onderwijs en 20 procent in het voortgezet en speciaal onderwijs hemelsbreed op meer dan 30 kilometer afstand woont van de school waar zij lesgeven. Om het risico dat Amsterdamse leraren wegtrekken vit Amsterdam te beperken, heeft de gemeente verschillende maatregelen genomen. Zo zijn er extra parkeervergunningen beschikbaar gesteld voor onze Amsterdamse scholen en stelt de gemeente Amsterdam jaarlijks € goo.o00 beschikbaar voor een aanvullende vergoeding van de reiskosten. Daarnaast zet de gemeente zich ervoor in dat leraren voorrang krijgen op huurwoningen. Zo blijft Amsterdam een aantrekkelijke stad om in te werken. Om ook een goed beeld te krijgen van de rol die het Amsterdamse woningaanbod speelt voor de tekorten in de zorgsector, heeft Regioplan ook hier onderzoek naar gedaan. Uit dit onderzoek komt naar voren dat voor professionals binnen de jeugdzorg, zorg en kinderopvang het woningaanbod, de reisafstand en reiskosten belangrijke factoren zijn bij het nemen of behouden van een baan binnen deze sectoren. Het is voor deze medewerkers door de krapte op de woningmarkt moeilijk een geschikte en betaalbare woning te vinden. Dit onderzoek wordt binnenkort aan de gemeenteraad aangeboden, samen met het Werkplan Integrale aanpak personeelstekorten maatschappelijke beroepen. Voorrangsregeling huisvesting Amsterdamse leraren Bij sociale huurwoningen in het algemeen en jongerenwoningen in het bijzonder kan de gemeente een voorrangsbepaling instellen. Via het experiment Voorrangsregeling huisvesting Amsterdamse leraren heeft de gemeente hier in 2018 gebruik van gemaakt. Met het experiment zijn 100 jongerenwoningen met voorrang beschikbaar gesteld voor (startende) leraren. Daarnaast zijn op basis van gesprekken met een verhuurder nog 30 middeldure huurwoningen met voorrang beschikbaar gesteld. Wethouder Ivens heeft de commissie Bouwen en Wonen op 22 mei 2019 mondeling geïnformeerd over de projecten, dit naar aanleiding van een toezegging aan het raadslid Hammelburg Met bijgevoegde eindrapportage geven wij u inzicht in de resultaten. Ook de middeldure huurwoningen zijn hierbij betrokken. Met deze rapportage geven wij u de informatie zoals toegezegd op 18 juli 2018 door wethouder Moorman aan het raadslid Bloemberg- Issa. Uit de eindrapportage van het experiment tot 1 maart 2029 blijkt dat 170 leraren zich als geïnteresseerde hebben gemeld voor de jongerenwoningen en 261 leraren voor de middeldure huurwoningen. Gelet op het aantal beschikbare woningen zijn de middeldure huurwoningen het meest overvraagd. Van de 170 geïnteresseerden voor de jongerenwoningen zijn gedurende het proces van plaatsing diverse leraren afgevallen. Uiteindelijk zijn 42 leraren met voorrang geplaatst in een jongerenwoning. Gedurende het experiment is dit nog aangevuld met 11 zorgmedewerkers. Van de 261 geïnteresseerden voor middeldure huurwoningen bleken uiteindelijk 49 leraren concreet geïnteresseerd te zijn, waarvan 31 leraren zijn geplaatst. Aanvullend op de rapportage wil het college u ook melden dat 14 zorgmedewerkers in april een middeldure huurwoning geaccepteerd hebben, die door een ontwikkelaar met voorrang waren aangeboden. De vraag naar middeldure huurwoningen onder leraren is groter dan de vraag naar jongerenwoningen. Dit is te verklaren omdat 85% van de Amsterdamse leraren een huishoudensinkomen heeft dat hoger is dan het maximum voor sociale huur. Bovendien is een groot deel van de Amsterdamse leraren ouder dan 28 jaar of zit in een levensfase waardoor zij niet meer in aanmerking willen komen voor een jongerenwoning. De jongerenwoningen hebben Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 25 juni 2019 Pagina 4 van 5 namelijk een beperkte woonoppervlakte van 21 m? tot 32 m° en zijn niet geschikt voor meer dan één persoon. De jongerenwoningen bieden echter wel een kans voor jonge, startende leraren om een woning te vinden in Amsterdam. Daarom heeft het college, in samenspraak met de woningcorporaties, op 11 juni 2019 besloten het woonexperiment te verlengen tot 1 janvari 2020, waarbij gebruik wordt gemaakt van de resterende ruimte aan toegezegde woonruimte. Naar aanleiding van de reacties van corporaties en schoolbesturen zijn enkele punten verduidelijkt en verbeteren we de communicatie. Het experiment wordt bovendien ook opengesteld voor jonge Amsterdamse zorgprofessionals, gezien de stijging van personeelstekorten binnen de (Geugd)zorg. De jongerenwoningen zijn interessant voor verschillende subsectoren binnen de zorg, en in het bijzonder voor en professionals jonger dan 28 jaar. Het verlengde experiment is bijgevoegd. Aanvullende maatregelen voor een passend woningaanbod In de aangenomen motie 387.19 van de leden Boomsma (CDA) en Marttin (VVD) inzake de Amsterdamse Lerarenagenda (meer woningen voor leraren) verzoekt de raad het college: 1) De specifieke vraag naar, en mogelijkheden om (middeldure) (huur)woningen te realiseren en die met voorrang beschikbaar te stellen aan leraren, nader te onderzoeken; 2) Eralles aan te doen om het aanbod van woningen dat met voorrang beschikbaar kan worden gesteld uit te breiden om aan die vraag te voldoen. Het college geeft op verschillende wijzen uitvoering aan deze motie. Behalve met een speciale voorrangsregeling zijn leraren gebaat bij meer passend en betaalbaar woningaanbod. Dit geldt overigens niet alleen voor leraren, maar ook voor andere beroepsgroepen, starters, gezinnen en Amsterdamse huishoudens met een inkomen tot circa € 60.000. Daarom heeft dit college hoge bouwambities, waarbij onze prioriteit ligt bij betaalbare woningbouw in het sociale segment en het middensegment. Behalve nieuwbouw spant het college zich ook in om de betaalbaarheid van de bestaande voorraad te borgen. Om te voorkomen dat woningen die nu nog betaalbaar zijn te duur worden, en daardoor niet meer bereikbaar zijn voor bijvoorbeeld leraren, lobbyen we bij het Rijk voor maatregelen die dit effect moeten tegengaan. Gedacht wordt daarbij aan een ‘noodknop’ waarbij de huur ten behoeve van het middensegment begrensd kan worden. De leden van de commissie Wonen en Bouwen zijn hierover op 14 februari 2019 geïnformeerd. Het instrumentarium waarover het college beschikt om tot een meer betaalbaar woningaanbod te komen voor professionals in het onderwijs en de zorg, is echter ook beperkt. Het college zet wel het hele instrumentarium in en neemt de volgende vijf aanvullende maatregelen: 1) Het college is voornemens om per 1 janvari 2020, wanneer het verlengde woonexperiment is afgelopen, in de Huisvestingverordening een voorrangsregeling voor Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals voor te stellen. Op 28 mei 2019 heeft het college een voorstel | vastgesteld voor inspraak. Deze voorrangsregeling zal van toepassing zijn op daarvoor * aangewezen sociale huurwoningen (op dit moment betreft het enkel jongerenwoningen) en middeldure huurwoningen. 2) Het college blijft het gesprek met ontwikkelaars voortzetten zodat een deel van de middeldure huurwoningen die zij realiseren, bij oplevering met voorrang beschikbaar kan worden gesteld aan Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 25 juni 2019 Pagina 5 van 5 3) Het college wil met woningcorporaties prestatieafspraken maken dat zij een deel van hun middeldure huurwoningen met voorrang beschikbaar stellen voor Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals. 4) Verhuurders in de vrije sector worden door het college uitgenodigd om een deel van de leegkomende bestaande woningen met voorrang beschikbaar te stellen voor Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals. 5) De gemeente stelt een loket in waar Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals zich kunnen aanmelden en gematcht kunnen worden met een beschikbare woning in het sociale en middeldure huursegment. In het najaar van 2019 organiseert de gemeente een kennismaking tussen woningcorporaties, ontwikkelaars en verhuurders in de vrije sector met Amsterdamse onderwijs- en zorgprofessionals en hun werkgevers. Samen gaan de partijen na hoe zij door middel van gezamenlijke inspanningen de tekorten in de Amsterdamse maatschappelijke sector kunnen aanpakken. Bovengenoemde aanpak ondersteunt de opdracht uit het coalitieakkoord en de Amsterdamse lerarenagenda en is gelet op het intersectorale karakter onderwerp van de aanpak Intersectorale personeelstekorten maatschappelijke beroepen. Het college beschouwt motie 387.19 van de leden Boomsma (CDA) en Marttin (VVD) inzake meer woningen voor leraren hierbij als afgehandeld. Tijdelijke woonruimte in een schoolgebouw Zoals aangegeven in de aanbiedingsbrief van de Amsterdamse Lerarenagenda, neemt het college extra maatregelen in de aanpak van het lerarentekort wanneer dit nodig is en mogelijk blijkt. In goed overleg met schoolbesturen bekijken we op dit moment de mogelijkheden om woonruimte voor Amsterdamse leraren te creëren in tijdelijk (deels) leegstaande schoolgebouwen. Gelet op de voorwaarden waaraan moet worden voldaan, komen de meeste schoolgebouwen niet in aanmerking voor bewoning. Het college wil daarom starten met een proef van naar schatting 15 woonruimtes voor tijdelijke bewoning van schoolgebouwen die deels leeg staan voor een langere periode (2 tot 4 jaar). In het geval dat de kosten voor verbouwing tot tijdelijke woonruimte en de exploitatiekosten leiden tot een hogere maandelijkse bijdrage van de bewoner dan redelijkerwijs kan worden gevraagd, zal de gemeente per woonruimte maximaal € 5.000 investeren. De gemeente zal de tijdelijke woonruimtes in schoolgebouwen aan Amsterdamse leraren aanbieden via het bovengenoemde loket. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Het college van burgemeester en wethouders Ce) | : Femke flalsema Peter Teesink burgerfie gemeentesecretaris Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl X Gemeente 18 X Amsterdam a X onderwijs en jeugd Winn EN Win Epe Ön \ ten CUI Wee nm | zelden. IE jj Be IND EEn Eindrapportage Experiment voorrangsregeling huisvesting Amsterdamse leraren Een samenwerking tussen Gemeente Amsterdam, BBO, OSVO, De Key, Eigenhaard, Rochdale, Stadgenoot, Wonam, de Alliantie & OOG onderwijs en Jeugd. Datum: april 2019 Versie: 3 Esli Verheggen Marijke Bos 1 X Gemeente 18 X Amsterdam af % onderwijs en jeugd Inleiding De eindrapportage die voor u ligt gaat in op de evaluatievragen die onderdeel zijn van het ‘Experiment voorrang leraren in gemengde wooncomplexen’*. Naast de vragen uit het experiment die hieronder dikgedrukt zijn weergegeven, zijn enkele onderwerpen toegevoegd om een completer beeld te geven van het experiment. 1. Vraag en Aanbod a. Beschrijving woningaanbod b. Beschrijving vraag c. Is het Amsterdamse onderwijs erin geslaagd voldoende geschikte kandidaten aan te dragen die voldoen aan de vastgelegde criteria? 2. Wat zijn de redenen waarom leraren het aanbod geaccepteerd of geweigerd hebben? 3. Zijn leraren voldoende ‘gemotiveerd’ voor deze complexen? 4. Zijn leraren na bemiddeling tevreden met het resultaat en heeft dit hen verleid om in het Amsterdamse onderwijs te (blijven) werken? 5. Evaluatie methode a. Wat zijn de sterke punten van de werkwijze en welke verbeterpunten zijn er voor een eventueel vervolg? b. Functioneert de gekozen bemiddelingswijze naar tevredenheid van corporaties, gemeente en onderwijskoepels? 6. Heeft het experiment naar het oordeel van gemeente en onderwijskoepels een bijdrage geleverd aan het terugdringen of beperken van het Amsterdamse lerarentekort? 7. Wat zijn de gevolgen geweest voor andere woningzoekenden op de Amsterdamse woningmarkt? 1 Gemeenteblad 2018, 140936 Experiment voorrang leraren in gemengde wooncomplexen (3 juli 2018) 2 X Gemeente 18 X Amsterdam a % onderwijs en jeugd 1. Vraag en Aanbod In het onderdeel ‘vraag en aanbod’ wordt het aanbod van woningen en de vraag naar woningen beschreven. Een uitgebreidere analyse van de vraag vindt in de vervolg hoofdstukken plaats. Beschrijving woningaanbod In totaal zijn er 5 projecten waarop de voorrangsregeling voor leraren is toegepast. Het gaat om de volgende projecten: December 2018 — maart 2019 | Elzenhagen fase 1en 2 (Eigen haard | 40 jongerenwoningen In totaal zijn 100 jongerenwoningen en 30 middeldure woningen beschikbaar gesteld voor leraren. De selectieprocedure voor alle projecten is afgerond. Elzenhagen fase 3 valt buiten het oorspronkelijke experiment, maar maakt deel uit van het vervolg ervan, waarbij nog beschikbare of inmiddels beschikbaar gekomen woningen (mutaties) met voorrang aan medewerkers uit de zorg of leraren beschikbaar worden gesteld. De gegevens die hierover ten tijde van het schrijven van deze rapportage al beschikbaar waren, zijn ter informatie meegenomen in de bijlagen (3 en 4). De met voorrang beschikbaar gestelde jongerenwoningen betreffen woningen in complexen waar ook jonge statushouders en andere studenten en starters wonen. De woningen verschillen in oppervlakte en zijn tussen de 21 en 32 m? groot. Ze zijn geheel zelfstandig en hebben gedeelde woonruimtes (bijvoorbeeld gezamenlijke huiskamers, wasruimtes etc.). De woningprijs bedraagt maximaal € 480,- per maand. In veel gevallen hebben bewoners recht op huursubsidie. Beschrijving woningvraag Dit woningaanbod is met voorrang beschikbaar gesteld voor (aankomende) leraren en docenten binnen het Amsterdamse onderwijs. Om voor één van de woningen in aanmerking te komen, dienen de kandidaten een eerste of tweede graags bevoegdheid te hebben of bezig te zijn met hun LIO- stage (afstudeerstage leraren opleiding). Indien kandidaten al bevoegd zijn, dienen zij aan te tonen dat zij een aanstelling hebben op een Amsterdamse school voor minimaal 0,5 fte: 1. voor onbepaalde tijd, of 2. voor de duur van tenminste een jaar met zicht op een vaste aanstelling. Indien kandidaten in de afrondingsfase van de lerarenopleiding zitten dienen zij aan te tonen dat zij: 1. een aanstelling hebben als leraar in opleiding (LIO) en zicht hebben op een aanstelling na de opleiding van tenminste een jaar; 2. een intentieverklaring hebben van de (toekomstige) werkgever waarin wordt bevestigd dat een contract voor ten minste een jaar binnen een termijn van maximaal twee maanden overeengekomen zal worden. 3 X Gemeente 18 X Amsterdam af % onderwijs en jeugd Naast bovenstaande algemene criteria zijn toewijzings- en volgorde criteria aangegeven. Deze criteria zijn gebruikt om, wanneer de vraag het aanbod oversteeg, een prioritering aan te brengen in de (aankomende) leraren die met voorrang een woning toegewezen krijgen. De volgende criteria zijn hiervoor gebruikt; 1. Kandidaten die aantoonbaar gedwongen worden hun woonruimte te verlaten zonder daar zelf schuld aan te hebben (categorie 3a); 2. Kandidaten die alleen beschikken over woonruimte gelegen buiten een straal van 20 kilometer van de plaats van tewerkstelling, waarbij na verhuizing de reisafstand tussen woning en plaats van tewerkstelling tenminste 5 kilometer wordt bekort (categorie 3b); 3. Kandidaten die wonen binnen een straal van 20 kilometer van de plaats van tewerkstelling, maar niet beschikken over eigen zelfstandige woonruimte. Waarbij inwoning bij ouders of kamerbewoning niet worden beschouwd als vormen van zelfstandige woonruimte (categorie 3c). Categorie 3a (dreigende dakloosheid) gaat voor categorie 3b (lange reisafstand). Categorie 3b gaat voor categorie 3c (onzelfstandige woonruimte op korte reisafstand). Zijn er per categorie meerdere kandidaten, dan gaat de kandidaat met de hoogste leeftijd voor. In totaal hebben, per 31 december 2018, 522 kandidaten hun interesse geuit om in aanmerking te komen voor de voorrangsregeling. In bijlage 1 is een cijfermatige uiteenzetting te vinden van deze doelgroep. Hieruit blijkt dat: e bijna 70% van de inschrijvingen vrouwen zijn; e 54% van de inschrijvingen werkzaam (of gaan werken) in het primair onderwijs en 38% in het voortgezet onderwijs en respectievelijk 2,7% en 6,2% in het (v)so en het mbo; e 344% geeft aan minimaal een éénkamerwoning te zoeken; e De gemiddelde leeftijd 31 jaar is; e Ongeveer 22% leraren aangeeft hun woning onvrijwillig te moeten verlaten (categorie 3a); e Ongeveer 22 % van de leraren meer dan 20 kilometer moet reizen naar hun werk (categorie 3b); e 60% van de leraren geen zelfstandige woonruimte heeft (categorie 3c). Is het Amsterdamse onderwijs erin geslaagd voldoende geschikte kandidaten aan te dragen die voldoen aan de vastgelegde criteria? Het Amsterdamse onderwijs is erin geslaagd om voldoende kandidaten aan te dragen. In totaal hebben 522 (aankomende) leraren zich bij het loket aangemeld door het inschrijfformulier op te sturen. Zij konden daarbij aangeven of zij in aanmerking wilden komen voor een sociale jongeren huurwoning (vanaf nu genoemd jongerenwoning), een middeldure huurwoning of een sociale huurwoning. Bij hun inschrijving werden zij geattendeerd op het feit dat in het kader van het experiment 100 jongerenwoningen beschikbaar werden gesteld en dat er nog geen zicht was op woningen in de andere sectoren. Aangezien één (aankomende) leraar geïnteresseerd kan zijn in woningen in verschillende sectoren, valt het totaal aantal inschrijvingen (622) hoger uit dan het totaal aantal individuele (aankomende) leraren (522) dat zich heeft aangemeld zoals aangegeven in bijlage 1. 4 X% Gemeente 18 % Amsterdam a” % onderwijs en jeugd Tabel 1 Aantal inschrijvingen per woningsector Aantal inschrijvingen , Ee : in Aantal inschrijvingen per woningsector Jongeren 170 Sociaal 191 Middelduur 261 Totaal 622 Van de 522 kandidaten gaven 170 kandidaten aan voor een jongerenwoning in aanmerking te willen komen. In bijlage 2 is een overzicht te vinden van de binnengekomen inschrijvingen per sector en de kenmerken van de (aankomende) leraren binnen deze sectoren. Vrijblijvend en concreet geïnteresseerd Voor alle drie de sectoren (jongerenwoningen, middeldure huurwoningen en sociale huurwoningen) was het aantal inschrijvingen hoger dan het aanbod (zie bijlage 2). In de praktijk is gebleken dat enige nuance van deze cijfers nodig is. In ieder geval in de sector ‘jongerenwoningen’ is onderscheid te maken tussen ‘vrijblijvende inschrijvers’ en ‘concreet geïnteresseerden’. Een ‘vrijblijvende inschrijver’ is een (aankomend) leraar die het inschrijfformulier heeft ingeleverd, maar nooit heeft gereageerd op concreet woningaanbod. Er zijn geen gegevens bekend wat de reden is waarom ‘vrijblijvende inschrijvers’ zich niet ‘concreet’ hebben geïnteresseerd. Een ‘concreet geïnteresseerde’ is een (aankomend) leraar die het inschrijfformulier heeft ingeleverd en interesse heeft getoond in (één van) de project(en) en een bewijs van aanstelling/intentieverklaring van de werkgever heeft aangeleverd. Van de 170 (aankomende) leraren die hun interesse hebben geuit om in aanmerking te komen voor voorrang op een jongerenwoning hebben 88 leraren (zie bijlage 3 en onderstaande tabel) concreet interesse getoond in één of meerdere van de projecten (totaal 100 woningen). Het aanbod van jongerenwoningen is daarmee groter dan de concrete vraag. Tabel 2 Vraag aanbod ratio per project Inschrijvingen per Soort Aantal Vrijblijvende Aantal concreet Vraag aanbod ratio project woningen woningen inschrijvers geïnteresseerden Sandebak Middelduur 30 261 49 1,63 Totaal Middelduur Middelduur 30 49 1,63 SET Jongeren 10 12 1,20 Sparkvillage Jongeren 40 36 0,90 Stek Oost Jongeren 10 11 1,10 Elzenhagen fase 1 Jongeren 6 170 11 1,83 Elzenhagen fase 2 Jongeren 34 18 0,53 Totaal Jongeren Jongeren 100 88 0,88 De balans tussen de concrete vraag en het aanbod in de middeldure sector is lastiger vast te stellen, omdat in deze sector slechts één project is opgeleverd waarbij de voorrangsregeling van toepassing was. Op basis van dit project is de volgende verhouding tussen concrete vraag en aanbod tot stand 5 X Gemeente 18 X Amsterdam af % onderwijs en jeugd gekomen. Van de 261 leraren die hun interesse hebben geuit in voorrang op woningen in de middeldure sector hebben 49 leraren concreet interesse getoond in het project Sandebak (30 woningen). Dit betekent dat op het moment van inschrijving de concrete vraag 1,63 keer zo groot was dan het aanbod beschikbare woningen. Doelgroep De voorrangsregeling is in het leven geroepen om twee specifieke doelgroepen te dienen. De eerste doelgroep bestaat uit leraren die al in het Amsterdamse onderwijs werkzaam zijn, maar door hun woonsituatie dreigen uit te treden. De tweede doelgroep bestaat uit leraren die in Amsterdam gaan werken en uit leraren die nog niet in het Amsterdamse onderwijs werkzaam zijn, maar door de voorrangsregeling overwegen om in Amsterdam te gaan werken. Er zijn geen gegevens bekend waar de kandidaten werkten voordat zij in aanmerking kwamen voor de voorrangsregeling, waardoor niet bepaald kan worden welke kandidaten tot de 2e doelgroep behoren. Wel is er gekeken naar de woonplaats op het moment van inschrijving. Onderstaande kaart geeft de spreiding van de woonplaatsen van de ‘vrijblijvende inschrijvers’ voor een jongerenwoning weer. Te zien is dat zowel (aankomende) leraren uit Amsterdam als uit overige delen van het land zich hebben ingeschreven. Wil EN ® ? ma / Alk en rr 9 9 £ JN eee ? Den@laag — $ lp rland el % in ; gi G I Rotterdam — El ® rr EE ® 5 ; u _Dor elder rj |__Esseno Ô ga vk L irugder— PAntwerpen — TA f Düsseldorf de G re Oo Rf te ren en Á Pe : 9 En ED Keulen Brussel 5, Ei EEN lo A y En bna SoAken Bonn 6 X% Gemeente 18 % Amsterdam a” % onderwijs en jeugd Onderstaande tabellen geven specifiekere informatie over de afstand van het huidige woonadres tot Amsterdam (plaats tewerkstelling bij benadering). Tabel 3 Afstand huidige woonplaats - Amsterdam van vrijblijvende inschrijvers in sector jongerenwoning Categorie Afstand? Aantal (bij benadering) 1 0-20 km 104° 2 20-30 km 16 3 40-60 km 22 4 60-80 km 7 5 >80 km 21 Tabel 4 Afstand huidige woonplaats - Amsterdam van definitief geplaatsten in jongerenwoning Categorie Afstand Aantal (bij benadering) 1 0-20 km 30° 2 20-30 km 3 3 40-60 km 3 4 60-80 km 0 5 >80 km 6 Op basis van de beschreven kenmerken van de binnengekomen inschrijvingen kan geconcludeerd worden dat beide groepen hun weg hebben weten te vinden naar het loket waar zij aanspraak kunnen maken op de voorrangsregeling. De leraren die uiteindelijk een jongerenwoning hebben geaccepteerd kwamen zowel uit Amsterdam als de regio’s buiten Amsterdam. 2. Wat zijn de redenen waarom leraren het aanbod geaccepteerd of geweigerd hebben? Zoals aangegeven hebben van de 170 ingeschreven jonge leraren 88 leraren concreet interesse geuit. Na deze interesse peiling werden zij op een voorrangslijst geplaatst om voor een woning in aanmerking te komen. Een voorwaarde van een aantal corporaties was dat zij reageerden op de advertentie van de woning op WoningNet en dat zij aanwezig waren op de informatieavond. In onderstaande tabel is af te lezen hoeveel leraren in dat proces afvielen. De informatieavonden waren voor een aantal projecten (SET, Sparkvillage, Elzenhagen 1) gepland in de schoolvakanties. Omdat sommige leraren op vakantie waren, was het voor hen niet mogelijk om aanwezig te zijn op de informatieavond. ij Op basis van de postcode woonplaats is bij benadering de afstand tot de plaats van tewerkstelling bepaald. * Hiervan hebben 7 leraren aangegeven verder dan 20 km te wonen, maar vallen op basis van hun postcode in categorie 1. * Hiervan hebben 3 leraren aangegeven verder dan 20 km te wonen, maar vallen op basis van hun postcode in categorie 1. 7 X% Gemeente 18 X Amsterdam a” % onderwijs en jeugd Tabel 5 Verloop aanmeldprocedure per project 1 Inschrijvingen Soort Aantal Aantalleraren Leraar heeft Leraar is niet per project woningen woningen op niet aanwezig op de voorrangslijst gereageerdop informatieavond advertentie woningnet Sandebak Middelduur 30 49 0 0 SET Jongeren 10 12 0 2 Sparkvillage Jongeren 40 36 6 8 Stek Oost Jongeren 10 10 0 0 Elzenhagen Jongeren 6 11 2 1 fase 1 Elzenhagen Jongeren 34 18 0 6 fase 2 Totaal Jongeren 100 87 8 17 Jongeren Na de informatieavond werden de leraren gevraagd om documentatie aan te leveren en hun motivatie kenbaar te maken om in een jongerenwoning in een gemengd complex te wonen. Ook tijdens deze stappen vielen er leraren af. Tabel 6 Verloop aanmeldprocedure per project 2 Inschrijvingen Soort Aantal Aantal concreet Documenten Onvoldoende per project woningen woningen geïnteresseerden en/of gescoord op motivatie motivatievraag niet tijdig vanuit ingeleverd woningbouw corporatie Sandebak Middelduur 30 49 0 0 SET Jongeren 10 12 0 0 Sparkvillage Jongeren 40 36 7 1 Stek Oost Jongeren 10 11 2 2 Elzenhagen Jongeren 6 11 2 0 fase 1 Elzenhagen Jongeren 34 18 2 0 fase 2 Totaal Jongeren 100 88 13 3 Jongeren 8 X% Gemeente 18 X Amsterdam a” % onderwijs en jeugd Tot slot kwam het voor dat leraren in de laatste stap van het proces zelf afzagen van de woning. Zie onderstaande tabel. Tabel 7 Verloop aanmeldprocedure per project 3 Inschrijvingen Soort Aantal Aantal concreet Leraar Aantal Plaatsings per project woningen woning geïnteresseerden zagtoch leraren % en af van geplaatst woning Sandebak Middelduur 30 49 0 31* 103% SET Jongeren 10 12 1 9 90% Sparkvillage Jongeren 40 36 0 14 35% Stek Oost Jongeren 10 11 0 6 60% Elzenhagen Jongeren 6 11 0 6 100% fase 1 Elzenhagen Jongeren 34 18 3 7 21% fase 2 Totaal Jongeren 100 88 4 42 42% Jongeren De redenen waarom leraren zelf in deze stap of de stappen ervoor hebben afgezien van het aanbod kunnen we indelen in 5 categorieën; e _Onmogelijkheid te voldoen aan de eisen in de voorselectie (niet op informatieavond aanwezig kunnen zijn, niet tijdig over de juiste documentatie beschikken) © Ander aanbod; e Aanbod sluit niet aan bij levenssituatie (wil samenwonen, heeft een gezin); e Aanbod sluit niet aan bij wens (jongerenwoning wordt te klein bevonden/wil meerdere kamers, meer privacy, meer m?); e De locatie (afstand werk / stad). 3. Zijn leraren voldoende ‘gemotiveerd’ voor deze complexen? Deze evaluatievraag is voortgekomen uit een aanname dat leraren over het algemeen goed gemotiveerd zijn om in een woningcomplex te wonen waarin zij samenwonen met statushouders en hun steentje bijdragen aan de community. In het vorige hoofdstuk is te lezen dat er slechts 3 leraren zijn afgevallen doordat ze onvoldoende gemotiveerd waren volgens de selectie van de woningcorporaties. We weten echter niet wat de reden is waarom vrijblijvend geïnteresseerden zich niet hebben aangemeld voor de projecten waar zij voor in aanmerking kwamen en dus geen concreet geïnteresseerden zijn geworden. Het is lastig om een stellig antwoord te geven op de vraag of de leraar wel voldoende gemotiveerd is voor een jongerencomplex. Geen van de leraren heeft expliciet aangegeven dat het beeld van het wonen in dergelijke woningcomplexen ertoe heeft geleid dat zij niet langer geïnteresseerd waren in het project. Bovendien is in het inschrijfformulier en in iedere mail over nieuw woningaanbod expliciet gecommuniceerd dat motivatie om in een dergelijk wooncomplex te wonen een essentiële voorwaarde is. Veel leraren hebben bij hun inschrijfformulier en/of bij het aantonen van hun concrete interesse ongevraagd uitgebreid hun motivatie om in een dergelijk complex te wonen beschreven. Verwacht wordt dat sociale druk en wenselijkheid mogelijk invloed hebben gehad op reden die leraren doorgeven waarom zij af zijn gevallen tijdens het proces. Feit is dat een ) X Gemeente 18 X Amsterdam af % onderwijs en jeugd afvalpercentage gedurende het selectieproces van 50 procent hoog is. Het is niet met zekerheid te zeggen wat de oorzaak van dit hoge afvalpercentage is. 4. Zijn leraren na bemiddeling tevreden met het resultaat en heeft dit hen verleid om in het Amsterdamse onderwijs te (blijven) werken? Alle leraren die uiteindelijk een woning hebben gekregen via de voorrangsregeling zijn benaderd voor het invullen van een korte vragenlijst. Deze is door 21 mensen ingevuld geretourneerd. Alle respondenten werken nog in het Amsterdamse onderwijs als leraar. Niet iedereen woont nog al in de woning omdat de oplevering nog niet heeft plaatsgevonden. Twee leraren geven aan niet tevreden te zijn met de woningen (klein, slecht afgewerkt, gehorig) over het wonen in gemengd complex (cultuurverschil statushouders en studenten/starters) en over de motivatie om een bijdrage te leveren in een gemengd complex (dagelijks al een maatschappelijke functie als leraar). Een van hen is inmiddels weer verhuisd. 17 respondenten geven aan dat zij zonder de voorrangsregeling niet of niet zeker in Amsterdam hadden kunnen (blijven) wonen. Slechts vier leraren geven aan dat zij ook zonder de regeling in Amsterdam hadden kunnen blijven of gaan wonen. 13 respondenten geven aan dat de voorrangsregeling heeft bijgedragen aan de keus om in het Amsterdamse onderwijs te gaan of blijven werken. Zonder de woning waren zij waarschijnlijk elders gaan wonen en werken. Zes leraren geven aan dat de voorrangsregeling daar niet aan heeft bijgedragen. Naast de evaluatie enquête kunnen we ook uit de cijfers die tot op heden beschikbaar zijn een aantal zaken op maken. Feit is dat er minder concrete interesse is getoond voor de jongerenwoningen dan verwacht. Bovendien is de helft van de concreet geïnteresseerden tijdens het selectieproces afgevallen of heeft zelf afgezien van het aanbod. De vraag/aanbod ratio bij jongerenwoningen ligt beduidend lager dan de vraag/aanbod ratio voor middeldure huurwoningen. Ook is het plaatsingspercentage gemiddeld veel hoger voor middeldure huurwoningen dan voor jongerenwoningen. Wat met zekerheid gezegd kan worden is dat er meer concrete interesse is in middeldure huurwoningen dan in jongerenwoningen. De conclusie die getrokken kan worden op basis van de motivatieanalyse in combinatie met de redenen van niet ingaan op aanbod is dat het huidige woningaanbod niet voldoende aansluit op de vraag van de, voor de voorrangsregeling ingeschreven, leraar. Een aanbod in de sociale of middeldure sector zou beter aansluiten bij de vraag. 5. Evaluatie methode Wat zijn de sterke punten van de werkwijze en welke verbeterpunten zijn er voor een eventueel vervolg? De coördinatie heeft de volgende punten verzameld wat betreft sterke en verbeterpunten voor de huidige werkwijze. Deze punten zijn afkomstig uit de evaluatie van leraren, corporaties, onderwijskoepels en tussentijdse feedback Sterke punten: -__ Persoonlijk, duidelijk en snel contact: zowel door leraren en corporaties als prettig ervaren. - Een aanspreekpunt. 10 X% Gemeente 18 % Amsterdam a” % onderwijs en jeugd - De ont-zorging van het schoolbestuur en de bestuursoverstijgende aanpak om een bijdrage te leveren aan stadsbrede probleem van lerarentekort. - Coördinatie kan het takenpakket volledig uitvoeren, genoeg verantwoordelijkheid bij de coördinatie. - Positie van de coördinatie: initiatief nemen en het opnemen voor verschillende partijen is mogelijk (Last-minute inschrijving leraar, LIO werknemer, Facebookcampagne) -__Hagelschot van promotie: groot en divers bereik gerealiseerd door verschillende promotiekanalen te gebruiken (schoolbesturen, social media, TV, websites gemeente Amsterdam) -__ Positieve media-aandacht: leidde tot meer inschrijvingen, maar ook tot meer kritiek: oudere leraar voelt zich achtergesteld ten opzichte van de jongere leraar. Verbeterpunten: -__Op het gebied van communicatie en infrastructuur valt veel te winnen. Hierbij denkt de coördinatie aan het inrichten van een centraal online punt voor informatievoorziening en inschrijfloket (automatisering). Dit zorgt voor duidelijkheid en eenduidigheid van informatie richting de docent. -__De urgentie moet automatisch in WoningNet mogelijk worden, nu is dat handwerk voor corporaties. -__ Omdat in de laatste fase van het experiment (Elzenhagen fase 2) de doelgroep zorg werd betrokken, waren er twee aanspreekpunten. De corporaties geven aan bij voorkeur één aanspreekpunt te hebben. -_ Tussentijds communiceren richting het onderwijs over het resultaat van de regeling. -__ Hardheid van afspraken/geen last-minute veranderingen: veranderingen aanmeldprocedure, verandering oplevering, openingsdatum wervingsprocedure, verschil in proces per woningcorporatie. Probeer vooraf zoveel mogelijk dingen hard te maken, zodat de communicatie naar buiten hier eenduidig op kan worden ingericht. -__ Vaststellen van definities: Wat is voorrang en op wat krijgt men voorrang? Wanneer in het proces krijgt iemand voorrang? Wat voor rol speelt motivatie op de voorrang? Als de doelgroep uitgebreid wordt, wie behoort dan wel en niet toe aan deze groep (onduidelijkheid over wat wel en geen LIO is, LIO werknemer casus)? Het vaststellen van definities kan verwarring bij de leraar voorkomen. - Proces: vooraf afstemmen en afspraken maken over samenwerking met alle partijen en deze duidelijk in kaart brengen. Waar mogelijk harde afspraken maken: van wie wordt wat wanneer verwacht? Een draaiboek opstellen kan een oplossing zijn. -__De functieomschrijving voor de coördinatie van het project is niet helemaal volledig gebleken. Naast het coördineren van het experiment en de inschrijvingen heeft de coördinatie zich tevens ingezet voor de marketing en promotie van de woningen. -_ Timing: Om de kans van slagen van dit experiment zo groot mogelijk te maken is het verstandig om de meest intensieve periode voor de leraar niet in de vakanties plaats te laten vinden. (de selectieprocedures van SET, Sparkvillage, Stek Oost en Elzenhagen fase 1 vonden plaats in de schoolvakanties) 11 X% Gemeente 18 X Amsterdam a” % onderwijs en jeugd Functioneert de gekozen bemiddelingswijze naar tevredenheid van corporaties, gemeente en onderwijskoepels? Vier corporaties hebben het evaluatieformulier ingevuld. Zij zijn allen tevreden met de gekozen bemiddelingswijze. De aandachtspunten ter verbetering (1 aanspreekpunt onderwijs/zorg, goede concrete uitwerking en automatische urgentie in WoningNet) worden meegenomen in de evaluatie (hoofdstuk 5). Twaalf besturen hebben het evaluatieformulier ingevuld. De vraag of de bemiddelingswijze naar tevredenheid heeft gefunctioneerd lijkt verschillend geïnterpreteerd. Een aantal schoolbesturen beantwoordt de proces vraag, de helft daarvan is tevreden met de informatievoorziening en het contact, de andere helft geeft aan onvoldoende geïnformeerd te zijn over het proces. Een aantal schoolbesturen beantwoordt deze vraag meer inhoudelijk. Zij geven aan dat ze tevreden zijn over het aanbod (en geplaatste leraren) of juist dat het aanbod niet aansluit bij de vraag (wegens leeftijd, grootte van de woning en omvang van het aanbod). Als verbeterpunten zien besturen graag een terugkoppeling van het resultaat van de regeling. De meeste besturen noemen echter dat zij graag een verruiming van de maatregel zien die beter is afgestemd op de vraag (leeftijdscriterium verbreden, inkomenseis en meer divers aanbod woningen). 6. Heeft het experiment naar het oordeel van gemeente en onderwijskoepels een bijdrage geleverd aan het terugdringen of beperken van het Amsterdamse lerarentekort? Ongeveer de helft van de schoolbesturen geeft aan dat het experiment geen bijdrage heeft geleverd aan het terugdringen of beperken van het lerarentekort. De andere helft geeft aan dat het experiment wel een bijdrage heeft geleverd, al is het gezien de omvang een kleine bijdrage. Dit verschil tussen de besturen lijkt sterk samen te hangen met of er vanuit het betreffende bestuur gebruik gemaakt is van de regeling. In onderstaande tabel is deze verdeling inzichtelijk gemaakt. Huisvesting Bestuur Sandebak Set Spark Village Stek Oost Elzenhagen Totaal Som leraren (middelduur) PO OOADA 2 2 45 STAIJ 1 1 2 ASKO 2 1 2 1 6 AWBR 7 1 8 STWT 2 1 3 AMOS 2 1 4 7 Sirius 2 2 KOLOM 1 1 ABSA 1 1 KBA 1 1 Kentalis 1 1 Bijzonderwijs 1 1 BOVO 1 1 Amstelland 1 1 Esprit 1 2 3 12 X% Gemeente 18 X Amsterdam a” X onderwijs en jeugd Innoord 1 1 2 4 (nog) 1 1 onbekend Totaal 21 6 7 3 8 Vo ZAAM 3 4 2 9 28 Esprit 1 1 1 1 4 SOVOP 1 1 MSA 1 1 VCA 1 1 Orion 1 1 MSA 2 2 JBO 0 SVOAZ 1 1 (nog) 2 1 3 2 8 onbekend Totaal 10 3 7 3 5 Som 31 9 14 6 13 73 7. Wat zijn de gevolgen geweest voor andere woningzoekenden op de Amsterdamse woningmarkt? De corporaties geven aan dat de gevolgen voor andere woningzoekenden gezien de omvang van het project klein zijn. De schoolbesturen geven aan deze vraag niet te kunnen beantwoorden. 8 Uitbreiding experiment medewerkers zorg Tijdens het experiment, najaar 2018, is besloten om de doelgroep die in aanmerking komt voor de voorrangsregeling uit te breiden met werknemers uit (jeugd)zorg. De coördinatie hiervan is uitgevoerd door SIGRA, het samenwerkingsverband van organisaties en formele netwerken, actief in zorg en welzijn in Amsterdam en omstreken. Vanaf het project Elzenhagen 2 heeft ook deze doelgroep gebruik kunnen maken van de voorrangsregeling. Ter aanvulling op de rapportage zijn ook de gegevens over het verloop van de aanmeldprocedure van deze doelgroep opgenomen in de bijlage (4). 13 Bijlage 1: Gegevens populatie (aankomende) leerkrachten Aantal Gemiddelde Minimaal benodigd aantal Cat 1 (dreigende Cat 2 (lange Cat 3 (onzelfstandige inschrijvi leeftijd kamers! dakloosheid) reistijd) woonruimte) ngen n= n | man | vrou n VO | {(V) | M n 1 2 3 | 4+ | n | Niet Vrijw | n | Buit | Binn | n= | Zelfstan | Inwone = | nen wen = SO | BO | = = | vrijwillig | illig = | en en dig nd Aantal 522 500 31 5 154 355 5 | 280 | 193 14 32 5 | 179 | 180 | 125 37 5 118 404 4 116 356 52 209 313 1 1 2 2 7 2 g g 1 2 2 Percen 522 500 31 5 29,7 | 68,4% 5 53, 37, 2,7 6,2 5 34, 34, 24, | 7,1 5 22,6% | 77,4% 4 | 22,2 68,2 52 40,0% 60,0% tage 1 % 1 9% 2% % % 2 4% 5% 0% % 2 7 % % 2 g g 1 2 2 Leeftijd (aankomende) leerkracht (n=500) 50 a 40 a n 30 t 20 a 1 0 0 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 3/ 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 5/7 58 59 60 61 62 63 64 65 66 Leeftijd ! Zelf aangegeven op het inschrijfformulier Bijlage 2: Gegevens woningvraag binnen het Amsterdamse onderwijs Inschrij Aantal Gemiddeld Onderwijssector Minimaal benodigd Cat 1 (dreigende Cat 2 (lange Cat 3 (onzelfstandige vingen | inschrijvin e leeftijd aantal kamers* dakloosheid) reistijd) woonruimte) 5 Ì nn woning ee . . d = | nen | wen | = 0 SO | B = vrijwillig | lig en en ig n sector o (2) en 1 7 % % | 6} 7% | 5% % | 6% | 7 | 2% | 1% % % 0 0 % % 0 0 7 0 191 18 32 1 29,8 70,2 1 | 61, | 29, | 2,7 6, 1 | 28, | 41, | 25, | 4,2 19 22,0% 78,0% 19 33,0 67,0 19 38,7% 59,7% EL EEERERERPEER DL SPEELS 1 4 9 Middel 261 | 25 34 | 2 [| 32,2 | 67,8 | 2 | 57, | 34, | 34 | 8, | 2 | 22, | 34, | 32, | 11, | 26 21,8% | 78,2% | 26 | 30,3 | 69,7 | 26 47,9% 52,5% duur 3 6 % «| el s%lo%l| %|0%| el 2% | 1% [| 6%| 1% | 1 1 % «|l 1 1 1 1 ? zelf aangegeven op het inschrijfformulier Bijlage 3: Verloop aanmeldprocedure leraren per project Inschrijvingen Soort Aantal Aantal concreet Vraag/aanbod Aantal Leraar heeft Leraar is niet op Leraar heeft Leraar heeft Leraar Leraar valt Leraar Aantal Plaatsingspercentage per project woningen woningen geïnteresseerden ratio leraren op niet komen dagen op documenten onvoldoende gescoord zag af op basis komt leraren voorrangslijst gereageerd de en/of motivatie op motivatievraag toch af van terecht geplaatst op Informatieavond niet tijdig vanuit woningbouw van prioritering op de advertentie ingeleverd corporatie woning wachtlijst woningnet Sandebak Middelduur 30 49 1,63 49 0 0 0 0 0 18 0 31* 103% SET Jongeren 10 12 1,20 12 0 2 0 0 1 0 0 9 90% Sparkvillage Jongeren 40 36 0,90 36 6 8 7 1 0 0 2 14 35% Stek Oost Jongeren 10 11 1,10 10 0 0 2 2 0 1 0 6 60% Elzenhagen _ Jongeren 6 11 1,83 11 2 1 2 0 0 0 0 6 100% fase 1 Elzenhagen Jongeren 34° 18 0,53 18 0 6 2 0 3 0 0 7 21% fase 2 onderwijs Totaal Jongeren 100 88 0,88 87 8 17 13 3 4 1 2 42 42% Jongeren Elzenhagen _ Jongeren 7 5 0,71 5 0 2 0 0 0 0 0 3 43% fase 3° onderwijs Vanaf Elzenhagen 2 is de doelgroep uitgebreid met (jeugd)zorg. De 34 beschikbare woningen zijn beschikbaar gesteld aan leraren én medewerkers zorgpersoneel 4 . … . . . . . . Elzenhagen 3 valt buiten het oorspronkelijke experiment, maar maakt deel uit van het vervolg ervan, waarbij nog beschikbare of inmiddels beschikbaar gekomen woningen (mutaties) met voorrang aan medewerkers uit de zorg of leraren beschikbaar worden gesteld. Voor Elzenhagen 3 zijn ten tijde van het opstellen van deze eindrapportage de toewijzingen bekend, maar is nog niet bekend of deze leraren het aanbod ook hebben geaccepteerd. Bijlage 4 Verloop aanmeldprocedure medewerkers (jeugd)zorg per project Inschrijvingen Soort Aantal Aantal concreet Vraag/aanbod Aantal Medewerker Medewerker is Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Medewerker Aantal Plaatsingspercentage per project woningen woningen geïnteresseerden ratio medewerkers heeft niet niet op komen heeft heeft zag toch af valt af op komt terecht medewerkers op gereageerd dagen op de documenten onvoldoende van woning basis van op de zorg geplaatst voorrangslijst op Informatieavond en/of gescoord op prioritering wachtlijst advertentie motivatie motivatievraag woningnet niet tijdig vanuit ingeleverd woningbouw corporatie Elzenhagen Jongeren 34° 28 0,82 26 0 5 0 10 0 0 0 11 32% fase 2 zorg Elzenhagen Jongeren 8 17 2,13 17 0 2 4 1 2 0 0 3 100% fase 3 zorg Totaal Zorg Jongeren 42 45 2,95 43 0 7 4 11 2 0 0 19 45% zorg 6 . . . . . . … . 2 Vanaf Elzenhagen 2 is de doelgroep uitgebreid met (jeugd)zorg. De 34 beschikbare woningen zijn beschikbaar gesteld aan leraren én medewerkers zorgpersoneel Voor Elzenhagen 3 zijn ten tijde van het opstellen van deze eindrapportage de toewijzingen bekend, maar is nog niet bekend of de medewerkers vanuit de zorg het aanbod ook hebben geaccepteerd. Strategie & Beleid > < Gemeente Amsterdam Vastgesteld door burgemeester en wethouders van Amsterdam op 21 juni 2019 Verlenging en uitbreiding experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector 1. Experiment Op grond van paragraaf 5 van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016 zijn de gemeente Amsterdam en de corporaties De Key, de Alliantie, Stadgenoot, Rochdale en Eigen Haard in 2018 gestart met het toewijzen van 100 woonruimten in de gemengde wooncomplexen aan werknemers in het Amsterdamse onderwijs. Met ingang van 1 maart 2019 verlengen en ver- breden de gemeente en de corporaties De Key, de Alliantie, Stadgenoot, Rochdale, Eigen Haard en Ymere het experiment en breiden het vit met werknemers uit andere maatschappe- lijke sectoren: jeugdzorg, zorg en kinderopvang. Gemeenten en corporaties streven ernaar om tussen 1 maart 2018 en 31 december 2019 100 woonruimten toe te wijzen aan deze werkne- mers. 2. Doel en beoogd resultaat De gemeente Amsterdam onderzoekt met het experiment of het met voorrang toewijzen van woonruimten aan startende werknemers een doelmatig instrument is om werknemers aan te trekken of te binden aan beroepen in de Amsterdamse maatschappelijke sector. Het beoogde resultaat van dit experiment was bij de start 200 woningen in de gemengde wooncomplexen toewijzen aan startende leraren uit het Amsterdamse onderwijs. In totaal 100 toewijzingen blijft bij verlenging het beoogde resultaat, maar naast de woningen in de ge- mengde complexen worden ook 10 reguliere jongerenwoningen betrokken bij dit experiment, als onderdeel van de 100 te realiseren toewijzingen. Tevens wordt de doelgroep uitgebreid met startende medewerkers uit de Amsterdamse zorg-, jeugdzorg- en kinderopvangsector. 3. Toepassingsbereik van het experiment De betrokken woonruimten waarvoor werknemers in de maatschappelijke sector in aanmer- king kunnen komen zijn: a. Eenheden voor jongeren in aangewezen gemengde complexen Het betreft eenheden in gemengde wooncomplexen zoals bedoeld in artikel 1, onder o van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016: Een gebouw dat door burgemeester en wethouders na overleg met de eigenaar is erkend als gemengd wooncomplex en bestaat uit meerdere woonruimten welke gedeeltelijk bestemd zijn voor personen uit een door burge- meester en wethouders aangewezen doelgroep en deels voor personen die de bewoners vit die doelgroep willen ondersteunen. Het gaat hierbij uitsluitend om de woningen die be- stemd zijn voor personen ter ondersteuning van de door burgemeesters en wethouders aangewezen doelgroep en mag daarmee niet ten koste gaan van de gereserveerde woon- ruimte voor de aangewezen doelgroep (zoals statushouders). De woningcorporaties De Key, de Alliantie, Stadgenoot, Rochdale en Eigen Haard kunnen over de periode van 1 maart 2018 tot en met 31 december 2019 in de volgende gemengde Gemeente Amsterdam 11 juni 2019 Experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector Pagina 2 van 6 wooncomplexen maximaal 100 eenheden toewijzen aan werknemers uit de maatschappe- lijke sector zoals voorgedragen door de daarvoor aangewezen coördinator. Het gaat om de volgende gemengde wooncomplexen: = SET (Stadsdeel Oost, IJburg), de Alliantie Totaal 141 studio's en appartementen, waarvan maximaal 10 woningen voor leraren en zorgmedewerkers. = Kruislaan (stadsdeel Oost, Watergraafsmeer), Stadgenoot Totaal 250 wooneenheden, waarvan maximaal zo voor leraren en zorgmedewerkers. = Spark Village (stadsdeel Oost, Sciencepark), Rochdale 240 wooneenheden, waarvan maximaal 40 voor leraren voor leraren en zorgmede- werkers. = _Elzenhagen Zuid (stadsdeel Noord, Elzenhagen), De Key en Eigen Haard 540 wooneenheden, waarvan maximaal 40 voor leraren en zorgmedewerkers. Het maximale aantal toe te wijzen woningen heeft betrekking op de periode tussen 1 maart 2018 tot 1 januari 2020. Reeds toegewezen woningen worden in mindering ge- bracht op dit maximale aantal. b. Eenheden voor jongeren in de Reimerswaalbuurt Ymere wil maximaal 10 sociale huurwoningen toewijzen in het stedelijk vernieuwingsge- bied Reimerswaalbuurt in Amsterdam Nieuw-West. Het gaat hierbij om 10 woonruimten die worden verhuurd met een jongerencontract in de periode vanaf 1 maart 2019. 4. Looptijd Het experiment had een looptijd van 1 maart 2018 tot en met 28 februari 2019 en wordt met instemming van betrokken woningcorporaties en gemeente verlengd tot en met 31 december 2019. Deze mogelijkheid was bij de start van het experiment vastgelegd waarbij woningcor- poraties en gemeente bij verlenging opnieuw moeten afspreken onder welke voorwaarden en met welke aantallen het experiment in 2019 voortgezet wordt. Tevens was afgesproken dat woningcorporaties en gemeente op dat moment gezamenlijk kunnen besluiten om het expe- riment uit te breiden met andere beroepsgroepen in de publieke sector waaronder werkne- mers in de zorg, jeugdzorg en kinderopvang. 5. Begeleiding van het experiment Ter begeleiding van het experiment is er een werkgroep woningtoewijzing maatschappelijke sector bestaande uit: = De vertegenwoordigers van de aan het experiment deelnemende corporaties. = De vertegenwoordigers van de betrokken gemeentelijke onderdelen Wonen, G&O, OJZ en PMB. = De gezamenlijk aangestelde coördinator namens de samenwerkende werkgevers. De gemeente zit de werkgroep voor. De werkgroep bestaat tot aan de afronding van de evalu- atie in 2019. De taak van de werkgroep is om het experiment te begeleiden en mee te denken. De coördinator informeert de werkgroep over de voortgang van het experiment. De werk- groep neemt geen besluiten. Dit blijft ten allen tijde de verantwoordelijkheid van de aan het 2 Gemeente Amsterdam 11 juni 2019 Experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector Pagina 3 van 6 experiment deelnemende organisaties (corporaties en AFWC, gemeente en samenwerkende werkgevers). 6. Verantwoording en evaluatie De coördinator wijst toe op basis van vastgestelde criteria (zie onder 8. en 9). De coördinator houdt een database bij met de contactgegevens van de geïnteresseerden en neemt contact op met de kandidaten wanneer zij in aanmerking komen voor een woning en verstrekt na selectie de contactgegevens aan de deelnemende corporaties. De werkgroep woningtoewijzing maatschappelijke sector monitort de voortgang en komt op verzoek van één of meer van de deelnemende organisaties bijeen. De coördinator levert in september 2018, maart 2019 en maart 2020 een rapportage aan over de resultaten en geeft een doorkijk naar de periode daarna. De gemeente evalueert het experiment in afstemming met de woningcorporaties en werkge- verskoepels. Tijdens de evaluatie wordt gekeken: a. Of het gecreëerde woningaanbod voldoet aan de vraag van werknemers uit de maat- schappelijke sector: = Zijn werknemers voldoende gemotiveerd voor deze complexen; "Wat zijn de redenen waarom werknemers het aanbod geaccepteerd of geweigerd hebben; "Zijn werknemers na bemiddeling tevreden met het resultaat en heeft dit hen verleid om in de Amsterdamse maatschappelijke sector te (blijven) werken. b. Of de gekozen werkwijze voortgezet kan worden. = Is het Amsterdamse onderwijs erin geslaagd voldoende geschikte kandidaten be- schikbaar te stellen die voldoen aan de vastgelegde criteria; = _Functioneert de gekozen bemiddelingswijze naar tevredenheid van corporaties, ge- meente en koepels van de werkgevers; = __ Wat zijn de sterke punten van de werkwijze en welke verbeterpunten zijn er voor eventueel vervolg; "Heeft het experiment naar het oordeel van gemeente en koepels van werkgevers een bijdrage geleverd aan het terugdringen of beperken van het Amsterdamse tekort aan werknemers in de maatschappelijke sectoren onderwijs, zorg, jeugdzorg en kinderop- vang. c. Wat de gevolgen zijn geweest voor andere woningzoekenden op de Amsterdamse wo- ningmarkt. De eerste evaluatie vindt plaats in maart 2019. Vanwege de verlenging en uitbreiding van het experiment is er een extra evaluatie in maart 2020. 3 Gemeente Amsterdam 11 juni 2019 Experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector Pagina 4 van 6 De gemeente heeft het voornemen geuit om in de huisvestingsverordening voorrang voor be- roepsgroepen juridisch mogelijk te maken. De feitelijke inzet van dit instrument kan later be- paald worden. De eerste resultaten van dit experiment worden in 2019 betrokken bij de invul- ling de juridische bepaling in de verordening. Dit wordt betrokken bij de herziening van de Huisvestingsverordening per 1 januari 2020. De voor het experiment aangelegde database wordt enkel gebruikt met het doel om de kan- didaat woonruimte aan te bieden in het kader van dit experiment en ten behoeve van de eva- latie. Na afloop van het experiment en de evaluaties, wordt de database gewist en worden de dossiers vernietigd. 7. Aanmelding en selectieproces werknemers "Aanmelding / verzoek doen om voorrang: alleen via de gemeente aangestelde coördina- tor. Corporaties nemen geen verzoeken in behandeling en corporaties wijzen alleen toe aan kandidaten die de coördinator voordraagt. "12° selectie, beoordeling motivatie (in het geval van gemengde complexen) en gegevens en volgordebepaling is de taak van de coördinator. =De coördinator krijgt van de corporaties informatie over grootte van de woningen, huur- grenzen, ligging en eisen ten aanzien van huurders. = De coördinator matcht en verdeelt de kandidaten en levert 1 lijst met alle voor het com- plex beschikbare en geschikte kandidaten aan bij de betreffende corporatie. = De kandidaat meldt zich aan voor de woning via WoningNet. = De corporatie nodigt de kandidaten vit op volgorde van de lijst, eventueel aangevuld met reservekandidaten van de lijst. = Eventuele check op aanwezigheid bij voorlichting, toets door corporatie (bij gemengd complex). = _ Beoordeling ingediende motivatie door corporatie (bij gemengd complex). * Controle van de door kandidaathuurder aangeleverde gegevens door corporatie. = Bij onvoldoende motivatie (bij gemengd complex) of wanneer niet voldaan wordt aan de eisen van de corporatie voor een sociale huurwoning wordt kandidaat afgewezen en meldt de corporatie dit bij de coördinator. 8. Standaardcriteria gemengde complexen zoals gehanteerd door de woningcor- poraties 1. Kandidaatis 18 jaar of ouder en maximaal 27 jaar op de dag van tekenen huurcontract. Er wordt gewerkt met een jongerencontract van maximaal 5 jaar, hier zijn leeftijdseisen aan verbonden (leeftijd 18 tot en met 27 jaar) 2. Huishoudinkomen moet passen binnen toewijzingseisen woningcorporaties (Bedragen zoals van toepassing in 2019) = __ Voor sociale huurwoningen (tot € 720,42) komen alleen huishoudens in aanmerking met een bruto-jaarinkomen tot € 38.035 De huur van de woning mag maximaal € 607,46 zijn bij: = een bruto-jaarinkomen tot € 22.700 in geval van een eenpersoonshuishouden = een bruto-jaarinkomen tot € 30.825 in geval van een tweepersoonshuishouden 4 Gemeente Amsterdam 11 juni 2019 Experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector Pagina 5 van 6 Indien de huurder jonger is dan 23 jaar zijn bovenstaande criteria ook van toepassing, maar krijgt deze alleen huurtoeslag bij een huur lager dan € 424,44. Vanwege het passend toewijzen kan de corporatie ervoor kiezen: =__ voorrang te geven aan huishoudens met een jaarinkomen tot € 22.700 / € 30.825 voor woningen met een huurprijs tot € 607,46 of =de huurprijs aan te passen tot € 507,46 of € 424,44 (tot 23 jaar). Dit bruto-jaarinkomen komt overeen met het verzamelinkomen conform de Aangifte In- komstenbelasting en kan zelf berekend worden door de volgende formule: bruto maand- salaris x12 + 8% vakantietoeslag + 13e maand en/of eindejaarsuitkeringen + eventuele overige inkomsten. 3. Inschrijving in WoningNet Kandidaathuurder moet ingeschreven zijn bij WoningNet Stadsregio Amsterdam. 4. Motivatie voor gemengd complex = __ Algemeen: motivatie/bereidheid om in een complex met statushouders te wonen en contact/sociale activiteiten met statushouders te ondernemen. = De corporatie vult dit verder in, dit kan bijvoorbeeld betekenen: a. Deelname aan de voorlichtingsbijeenkomst vooraf en b. Indienen van motivatie (enquête/brief) met voldoende tekst over deze motivatie. g. Aanvullende criteria voorrang voor werknemers uit de maatschappelijke sector zoals gehanteerd door de coördinator Aanstelling 1. De kandidaat heeft een schriftelijke verklaring van de werkgever dat toewijzing in het ge- val van betreffende woningzoekende wenselijk is met het oog op het terugdringen van het tekort aan werknemers in de sectoren onderwijs en zorg in Amsterdam 2. Kandidaat heeft een vaste aanstelling of een aanstelling voor tenminste één jaar voor tenminste twintig uur per week bij bij een onderwijs- of zorginstelling en is of wordt bij deze instelling permanent werkzaam op een locatie in de gemeente Amsterdam. 3. De kandidaat is: a. een bevoegde leerkracht (PO) of docent (VO, eerste of tweede graads) in het primair onderwijs of in het voortgezet onderwijs; of, b. een werknemer in de sector zorg, waarbij medewerker directe zorg of ondersteuning verleent aan patiënten en cliënten en: min dienst is van een zorginstelling die toegelaten is op grond van de Wet Toelating Zorginstellingen en zorg verleent die op grond van de Wet langdurige zorg en de Zorgverzekeringswet in aanmerking komt voor vergoeding; of, "in dienst is van een zorginstelling waarmee de gemeente een overeenkomst of subsidierelatie heeft voor zorg of ondersteuning in het kader van de Jeugdwet of de Wet maatschappelijke ondersteuning. Toewijzings- en volgordecriteria 5 Gemeente Amsterdam 11 juni 2019 Experiment voorrang huisvesting beroepsgroepen maatschappelijke sector Pagina 6 van 6 De kandidaten die in aanmerking wil komen worden verdeeld in drie categorieën: 1. Kandidaten die aantoonbaar gedwongen worden hun woonruimte te verlaten zonder daar zelf schuld aan te hebben en tenminste één jaar geen huisvesting voor onbepaalde tijd hebben gehad. Voorbeelden hiervan zijn het aflopen van een campuscontract en tijdelijk huurcontract of gedwongen verkoop van de eigen woonruimte. 2. Kandidaten die alleen beschikken over zelfstandige woonruimte gelegen buiten een straal van 20 kilometer van de locatie waar hij of zij permanent werkzaam is of wordt , waarbij na verhuizing de reisafstand tussen woning en locatie tenminste 5 kilometer wordt inge- kort. De kandidaat moet tenminste één jaar in de betreffende woonruimte hebben ge- woond; of, 3. Kandidaten die wonen binnen een straal van 20 km van de locatie waar zij permanent werkzaam zijn of worden, maar niet beschikken over eigen zelfstandige woonruimte. Waarbij inwoning bij ouders of kamerbewoning niet worden beschouwd als vormen van zelfstandige woonruimte. De kandidaat moet tenminste één jaar in de betreffende woon- ruimte hebben gewoond. a. Categorie 1 (dreigende dakloosheid) gaat voor categorie 2 (lange reisafstand). Cate- gorie 2 gaat voor categorie 3 (onzelfstandige woonruimte op korte reisafstand). Zijn er per categorie meerdere kandidaten dan wordt door middel van loting bepaald wie als eerste in aanmerking komt. b. De kandidaat heeft niet eerder een woning verkregen via deze of een vergelijkbare voorrangsregeling voor sociale huurwoningen. c. Het aanbod is eenmalig, er wordt per kandidaat slechts één keer bemiddeld. Bij wei- gering van de woning, onvoldoende motivatie of wanneer niet voldaan wordt aan de eisen volgt er geen nieuwe bemiddeling. 10. Verdeling beschikbare woningen tussen de sectoren De verdeling gebeurt op basis van urgentie (zie volgordecriteria onder 6). Op voorhand wor- den er geen verdeelafspraken gemaakt tussen sectoren of werkgevers. 6 In Amsterdam is, net als in andere delen van het land, sprake van een tekort aan leraren. In de Amsterdamse lerarenagenda 2019-2023 ‘Liever voor de Klas’ van de Taskforce Lerarentekort, waarin het Amsterdamse onderwijs en de gemeente zijn verenigd, wordt gekeken naar manieren om nieuwe leraren te trekken naar Amsterdam en om huidige leraren te behouden. Woon-werkafstand kan een belangrijke rol spelen in het zoeken en behouden van een baan. Deze factsheet geeft inzicht in de stand van zaken als het gaat om hemelsbrede woon- werkafstanden* van het lesgevende en onderwijsondersteunende personeel werkzaam op een Amsterdamse school in het primair onderwijs (po), speciaal onderwijs (so) of voortgezet onderwijs (vo), en wordt als input gebruikt voor de uitwerking van de maatregelen vit de Amsterdamse lerarenagenda 2019-2023. Dit onderzoek is gebaseerd op de meest recente data, namelijk 2016. De onderzoeksvragen die worden beantwoord in deze factsheet luiden als volgt: Waar woont en werkt het lesgevende en onderwijsondersteunende personeel dat werkzaam is in het Amsterdamse primair, speciaal en voortgezet onderwijs? En wat is hun hemelsbrede woon- werkafstand? Gm rn “Op basis van gegevens over de woon- en werkadressen zijn hemelsbrede woon-werkafstanden berekend. Precieze reisafstanden zijn niet te achterhalen omdat dit afhankelijk is van het vervoersmiddel waarmee wordt gereisd. Zie de technische verantwoording voor een uitgebreide beschrijving van de data en methodes van dit onderzoek. Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Databronnen In dit onderzoek is gebruik gemaakt van verschillende microdatabestanden van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Op basis van het onderwijspersoneelsbestand van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van oktober 2016 is achterhaald wie er op deze peildatum in het Amsterdamse primair, speciaal en voortgezet onderwijs werkzaam waren als leraar of als onderwijsondersteunend personeel. Directeuren zijn niet meegenomen in dit onderzoek. Aan de adresgegevens van dit personeel en de Amsterdamse scholen waarop zij werken zijn coördinaten gekoppeld om de hemelsbrede woon-werkafstanden te berekenen. We verwachten dat er geen grote veranderingen hebben plaatsgevonden in de woon-werkstromen van het Amsterdamse lesgevende en onderwijsondersteunende personeel sinds 2016. In de technische verantwoording in de bijlage is een uitgebreide beschrijving te vinden van de data en methoden van dit onderzoek. NB: waar het in dit artikel gaat over onderwijspersoneel worden leraren en onderwijsondersteuners bedoeld. Welk deel van het onderwijspersoneel woont in Amsterdam? In oktober 2016 werkten in totaal ongeveer 4.800 leraren en 7oo onderwijsondersteuners in het Amsterdamse primair onderwijs. In het speciaal onderwijs van Amsterdam werkten toen ongeveer 770 leraren en 430 onderwijsondersteuners en in het voortgezet onderwijs 3.800 leraren en 7oo onderwijsondersteuners. De helft of zelfs meer van het onderwijspersoneel in het Amsterdamse primair, speciaal en voortgezet onderwijs woont in de stad. Ongeveer zes op de tien leraren in het Amsterdamse primair of voortgezet onderwijs wonen in Amsterdam. Drie op de tien leraren wonen in de metropoolregio Amsterdam en één op de tien woont elders in Nederland. Van leraren in het Amsterdamse speciaal onderwijs woont ongeveer de helft in Amsterdam en 38% in de metropoolregio Amsterdam. Het onderwijsondersteunende personeel in het primair onderwijs woont vaker in Amsterdam dan leraren (zeven op de tien tegenover zes op de tien). In het speciaal en voortgezet onderwijs is dat verschil er nauwelijks. Figuur 1. Waar woont het Amsterdamse lesgevende en onderwijsondersteunende personeel in het po, so en vo? A'dam, MRA of elders, 1 oktober 2016 po SO vo 4.786 leraren 767 leraren 3-769 leraren 784 onderwijsondersteunend 430 onderwijsondersteunend 699 onderwijsondersteunend LEGENDA ® Adam Binnenste ring: leraren ® MRA (excl. A'dam) Buitenste rand: onderwijsondersteunend personeel © Elders bron: CBS/DUO, bewerking OIS Op de scholen aan de randen van de stad, in de stadsdelen Noord, Nieuw-West en Zuidoost, werkt meer onderwijspersoneel dat zelf niet in Amsterdam woont. Een logische verklaring hiervoor is de meer gunstige bereikbaarheid/{reisafstand. 2 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Waar woont het Amsterdamse onderwijspersoneel binnen de stad? Op 1 oktober 2016 woonden ruim 6.500 van de 11.200 leraren en onderwijsondersteuners uit het Amsterdamse primair, speciaal en voortgezet onderwijs in de stad. Zij vormen in totaal 1,7% van de totale werkende beroepsbevolking van Amsterdam en wonen verspreid over de stad.” In stadsdeel centrum woont naar verhouding (veel) minder onderwijspersoneel ten opzichte van de totale werkzame beroepsbevolking dan gemiddeld (>o.5 standaardafwijking minder t.o.v. het stedelijk gemiddelde). In de woonbuurten Nieuwendammerdijk/Buiksloterdijk, Tuindorp Nieuwendam, Elzenhagen, Oostzanerwerf en Waterland in stadsdeel Noord woont veel meer onderwijspersoneel ten opzichte van de totale werkzame beroepsbevolking dan gemiddeld (meer dan één standaardafwijking t.o.v. het stedelijk gemiddelde). Dit kan worden verklaard door de relatief kleine werkende beroepsbevolking dat in deze buurten woont. Figuur 2. Woonbuurten van Amsterdams onderwijspersoneel (po, so en vo) woonachtig in Amsterdam, 1 oktober 2016 (5.371leraren, 1.177 onderwijsondersteunend) Onderwijspersoneel (lesgevend en ondersteunend) t.o.v werkzame beroepsbevolking N 5 - per woonbuurt (stedelijk gemiddelde: 1,7%) 4 [| veel minder dan gemiddeld a scholen primair onderwijs EN Se LJ minder dan gemiddeld + scholen speciaal onderwijs Ì eenig : Ed rend het stedelijk gemiddelde a scholen voortgezet onderwijs ; = B meer dan gemiddeld en kn À ; en ES BE veel meer dan gemiddeld } Sind NS temen [EE] onbekend È d TE B bron: CBS/DUO, bewerking OIS Waar woont het Amsterdamse onderwijspersoneel buiten de stad? Ongeveer 4.700 leraren en onderwijsondersteuners uit het Amsterdamse primair, speciaal en voortgezet onderwijs (4,2%) woonden op 1 oktober 2016 buiten Amsterdam. Relatief de meesten van hen wonen in Almere, Amstelveen, Haarlem, Zaanstad en Diemen. Daarnaast zijn Haarlemmermeer en Purmerend populaire woongemeentes. Buiten de metropoolregio Amsterdam woont relatief veel onderwijspersoneel in Alkmaar en Utrecht. * Het werkende onderwijspersoneel dat in Amsterdam op 1 oktober 2016 woonde en werkte is hier afgezet tegen de totale werkende beroepsbevolking van Amsterdam in december 2016. 3 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Figuur 3. Woongemeentes van Amsterdams onderwijspersoneel (po, so en vo) woonachtig buiten Amsterdam, 1 oktober 2016 (3.943 leraren, 734 onderwijsondersteunend) Onderwijspersoneel A'dam (lesgevend en ondersteunend) G Le in aantallen per woongemeente 5 ee { LL] 2e-50 8 EL 50-100 N EJ 100 - 200 mm 200 - 300 : | 300-422 4 Amsterdam >] Eh ) \L de gemeentes die tot de MRA behoren zijn dik omlijnd ses 4 p Sn (7 ES Edam-Volendam ) _k Purmerend een Meir / De [Di Amsterdam . KONT Diemen=\ Haarlemmermeer, An : ê S Es EAN: rs 8e ee) SA 4 bron: CBS/DUO, bewerking OIS Hoe ver woont het onderwijspersoneel hemelsbreed van het werk? Het onderwijspersoneel in het Amsterdamse primair onderwijs woont gemiddeld het dichtst bij de school waarop zij werken, hemelsbreed gemiddeld zo kilometer. Voor het onderwijspersoneel in het voortgezet onderwijs betreft dit 11,8 kilometer en in het speciaal onderwijs 14,3 kilometer. Vier op de tien leraren en de helft van het onderwijsondersteunende personeel in het primair onderwijs woont dichtbij hun school (hemelsbreed maximaal vier kilometer). In het voortgezet onderwijs geldt dit voor ruim één derde van de leraren en onderwijsondersteuners en in het speciaal onderwijs voor ongeveer één vijfde. Tegelijkertijd is er ook een groep dat hemelsbreed op meer dan 30 kilometer afstand van het werk woont, namelijk 7% van het onderwijspersoneel in het primair onderwijs en ongeveer 10% van het personeel in het speciaal en voortgezet onderwijs. Van het onderwijspersoneel in het Amsterdamse primair en voortgezet onderwijs vit de metropoolregio Amsterdam woont ongeveer een derde hemelsbreed op maximaal tien kilometer van hun school. In het speciaal onderwijs geldt dit voor een kwart. 4 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Figuur 4. Hemelsbrede woon-werkafstanden van Amsterdams lesgevend en onderwijsondersteunend personeel, 1 oktober 2016 po 50 vo 4.786 leraren 767 leraren 4.468 leraren 784 onderwijsondersteunend 430 onderwijsondersteunend 699 onderwijsondersteunend <1 km nn <1 km m <1 km mm nn gen gien EN as ken nn gjin EN gjin 1-8 km zooi zon gaon GN zong ien EN oi zooi ogzagien EN zin „520 im EN 21,5-25 km* m 21,5-25 km mm 20-25 km meel 25-30 km m 25-30 km mn 25-30 km m 30-40 km mm 30-40 km er 30-40 km mms! >40 km m >40 km er! >40 km mm onbekend | onbekend | onbekend | o 10 20 30 40 % o 10 20 30 40 % o 10 20 30 40 % B docenten ondersteunend personeel bron: CBS/DUO, bewerking OIS De indeling die gebruikt wordt om de hemelsbrede woon-werkafstand weer te geven sluit aan bij de reiskostenvergoeding vit de cao van leraren en de reiskostenvergoeding vanuit de gemeente. NB De cao betreft reisafstanden, de data in de figuur gaat uit van hemelsbrede woon-werkafstanden. *voor po onderwijsondersteunend personeel zijn de categorieën 21,5-25 km en 25-30 km samen genomen. Jongere leraren en onderwijsondersteuners wonen hemelsbreed gemiddeld verder van hun school af dan het oudere personeel. In het speciaal onderwijs is het verschil het grootst: het onderwijspersoneel jonger dan 35 jaar woont hemelsbreed gemiddeld 18 kr van hun school, voor 5splussers is deze afstand gemiddeld 12 km. Het onderwijspersoneel zonder migratieachtergrond woont gemiddeld verder van hun school in vergelijking met het personeel met een niet-westerse migratieachtergrond. Figuur 5. Gemiddelde hemelsbrede woon-werkafstand van Amsterdams lesgevend en onderwijsondersteunend personeel naar leeftijd, migratieachtergrond en geslacht, 1 oktober 2016 po 50 vo 4.786 leraren 767 leraren 4.468 leraren 784 onderwijsondersteunend 430 onderwijsondersteunend 699 onderwijsondersteunend „55 jaar zj „jar 555 jaar nn zoja 55 jaar zou jaar 3545 jaar zoja 35 jaar jar sja overig westers overig westers overig westers niet-westers niet-westers niet-westers mn geen geen geen vrouw vrouw roo man mn man man o 5 10 15 20 km o 5 10 15 20 km 0 5 10 15 20 km bron: CBS/DUO, bewerking OIS 5 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Wat zijn de verschillen naar locatie van de school? Er is weinig verschil tussen de hemelsbrede gemiddelde woon-werkafstanden van leraren en onderwijsondersteuners naar het stadsdeel waarin zij werken. Het onderwijspersoneel op scholen in Nieuw-West (inclusief Westpoort) woont hemelsbreed gemiddeld het verst van hun werk, namelijk 11,8 kilometer. Het personeel in Zuid woont gemiddeld het dichtst bij, namelijk 10,4 kilometer. Figuur 6. Hemelsbrede gemiddelde woon-werkafstanden per werkstadsdeel onderwijspersoneel (po, so en vo), 1 oktober 2016 (9322 leraren, 1913 onderwijsondersteunend) Noord td k 11,2 km r- West Centrum Nieuw-west pn 10,9 km 11,8 km Oost ü 11,3 km Zuid 10,4 km Zuidoost 11,4 km bron: CBS/DUO, bewerking OIS Van het onderwijspersoneel dat zowel in Amsterdam woont als werkt, woont ruim een derde in hetzelfde stadsdeel als waar de school staat. Leraren en onderwijsondersteuners die in Centrum en Zuid werken, wonen het meest verspreid over de stad. Het onderwijspersoneel dat buiten Amsterdam woont, komt voor een groot deel vit aangrenzende gemeentes van het stadsdeel waarin wordt gewerkt. Zo werkt er in Zuid veel onderwijspersoneel dat in Amstelveen woont en in Noord veel vit Zaanstad en Purmerend. 6 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Figuur 7. Woonlocaties Amsterdams onderwijspersoneel (po, so en vo) naar werklocaties (op stadsdeelniveau), 1 oktober 2016 (9322 leraren, 1913 onderwijsondersteunend) Centrum 765 onderseunend _ Werkzaam in Centrum wonen in stadsdeel: Werkzaam in Centrum wonen in gemeentes: Purmerend pesoneel stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum Ml B4 _ 1. Zaanstad 1 37 # ' West am 103 _ 2. Haarlem I 20 Nieuw-west 42 _ 3. Purmerend l 19 Haarlem | re | Almere Zuid | 86 _ 4. Almere l 18 Oost mn 93 _ 5. Amstelveen | 16 Noord 1 43 Overige mm 181 Zuidoost | 23 m Binnen A'dam totaal "474 Buiten A'dam totaal 7291 Amstelveen Totaal 765 West 1 . 07 9 Werkzaam in West wonen in stadsdeel: Werkzaam in West wonen in gemeentes: Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum 1 44 _ 1. Zaanstad 1 43 4 West ___| 251 2. Haarlem 1 40 Nieuw-west B 120 3. Almere 1 28 Haarlem, u „Almere Zuid EH 76 _ 4. Haarlemmermeer | 28 Oost | 67 _ 5. Amstelveen l 23 Noord 1 57 Overige | 270 . Zuidoost | 32 Haarlemmermeer … Binnen A'dam totaal 647 Buiten A'dam totaal 432 Amstelveen Totaal 1.079 Nieuw-west 2.508 Werkzaam in Nieuw-west wanen in stadsdeel: Werkzaam in Nieuw-west wonen in gemeentes: Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum B 72 1. Haarlemmermeer IN 123 á West nn 282 2. Haarlem Bn 101 Nieuw-west 546 _ 3. Zaanstad a 99 Haa: lg «Almere Zuid mm 173 _ 4. Amstelveen u 81 Oost mm 181 _ 5. Almere En 67 Noord B 99 Overige |_________TÚ| 616 q Zuidoost B 68 Haarlemmermeer A Binnen A'dam totaal 1421 Buiten A'dam totaal 1.087 Amstelveen Totaal 2.508 Zu d 2.727 Werkzaam in Zuid wonen in stadsdeel: Werkzaam in Zuid wonen in gemeentes: Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum 180 _ 1. Amstelveen mm 158 4 West nn 322 2. Haarlem En 67 Nieuw-west HE 196 _ 3. Almere En 66 Zuid |________ || 485 _ 4. Zaanstad En 66 Haarlem p. e 4 Almere oost 5 zoo Ì 5 versch 1 53 / Noord mn 114 Overige || 631 Utrecht Zuidoost IN 89 A Binnen A'dam totaal 1.686 Buiten A'dam totaal 1.041 Amstelveen Totaal 2.727 Oost 1.656 Werkzaam in Oost wonen in stadsdeel: Werkzaam in Oost wonen in gemeentes: Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum IM 110 _ 1. Almere En 67 4 West mm 161 _ 2. Diemen 1 62 Nieuw-west 84 _ 3. Zaanstad 1 50 Zuid mm 119 _ 4, Haarlem 1 a1 Hante f Almere Oost nn 384 _ 5. Utrecht 1 37 / Noord mn 87 Overige nn 382 p_ Utrecht Zuidoost 72 Diemen Binnen A'dam totaal 1017 Buiten A'dam totaal 7639 Totaal 1.656 N oo rd 1. 3 66 Werkzaam in Noord wonen in stadsdeel: Werkzaam in Noord wonen in gemeentes: Mirmerend Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad „__, Waterland Centrum B 55 _ 1. Zaanstad mn 90 pe "En West mn 96 _ 2. Purmerend En 81 + Nieuw-west Il 50 _ 3. Waterland 1 56 jr Zuid 1 53 4, Edam-Volendam | 41 Oost HE 83 5, Landsmeer 1 39 Noord nn 311 Overige nn 376 Zuidoost | 35 Binnen A'dam totaal “683 Buiten A'dam totaal EEN Totaal 1.366 Zu doost 1 . 1 07 Werkzaam in Zuidoost wonen in stadsdeel: Werkzaam in Zuidoost wonen in gemeentes: Purmerend Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum | 19 _ 1. Almere B 98 4 7 West 1 44 _ 2. Diemen 1 37 Nieuw-west ÏÌ 46 _ 3. Zaanstad 1 36 q Almere Zuid 1 39 _ 4. Amstelveen 1 32 Oost || BB _ 5. Purmerend I 28 Noord 1 40 Overige nn 264 Á „ Zuidoost: 336 pe Diemen Binnen A'dam totaal T 612 Buiten A'dam totaal 7495 Amstelveen Totaal 1.107 Werkplaats onbekend 8 8 Amsterdam 11.225 Werkzaam in Arsterdaen wonen in stadsdeel: Werkzaam in Amstardam wonen in gemeentes: Purmerend Stadsdeel Aantal Plaats Aantal Zaanstad Centrum =—…—… 564 _ 1. Zaanstad nn 422 Á r West NN 259 2. Almere nn 380 Nieuwwest 1.085 _ 3. Amstelveen nn 353 Hard ie id arne Zuid || 1.035 _ 4. Haarlem nn 313 en Oost EN ci9S 5 Purmerend | 270 7 Noord << 751 Overige A VO: er Zuidoost 655 A Amstelveen Binnen A'dam totaal 6.548 Buiten A'dam totaal 4,677 Totaal 11.225 bron: CBS/DUO, bewerking OIS 7 Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Bijlage technische verantwoording In dit onderzoek is gebruik gemaakt van verschillende microdatabestanden van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In het onderwijspersoneelsbestand van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) zijn gegevens opgenomen van het onderwijspersoneel in heel Nederland dat in dienst is van scholen bekostigd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). In dit onderzoek is het onderwijspersoneelsbestand van oktober 2016 gebruikt en is het personeel geselecteerd dat op die peildatum als leraar of als onderwijsondersteunend personeel werkzaam was op een Amsterdamse school. Alle bekostigde onderwijsinstellingen zijn te identificeren via een Basisregistratie Instellingen (BRIN) code en een vestigingsnummer indien de instelling meerdere locaties heeft. In het onderwijspersoneelsbestand ontbreken echter deze vestigingsnummers waardoor het niet te achterhalen is op welke locatie iemand werkt. Dit is problematisch, omdat een aantal scholen in Amsterdam meerdere locaties heeft die zowel binnen als buiten Amsterdam gevestigd zijn. Om vertekening van de resultaten door een grote groep van het personeel dat in werkelijkheid buiten Amsterdam werkt zoveel mogelijk te beperken, is ervoor gekozen om scholen waarvan twee op de drie vestigingen buiten Amsterdam liggen buiten beschouwing te laten in de analyses. In tabel B.1 zijn de Amsterdamse scholen opgenomen waarbij dit het geval is. Dit heeft als gevolg dat het lesgevende en onderwijsondersteunende personeel dat op deze scholen werkzaam is in dit onderzoek ontbreekt. Daarnaast blijft er nog steeds een kleine groep in de selectie over die in werkelijkheid buiten Amsterdam werkt. Tabel B.1 Overzicht Amsterdamse scholen die in de data ontbreken El Kadisia Kentalis Signis Wellant vmbo Sloten Alexander Roozendaalschool Wellant vmbo mbo Linnaeus Professor H. Burgerschool Geert Groote College Viertaal College Amsterdam Agrarisch opleidingscentrum Clusius Na de selectie van het Amsterdamse lesgevende en onderwijsondersteunende personeel te hebben gedefinieerd zijn hun adresgegevens en die van de scholen waarop zij werken gekoppeld. Op basis hiervan konden de coördinaten van deze adressen worden bepaald waarmee het mogelijk is om hemelsbrede afstanden te berekenen. Precieze reisafstanden zijn niet te achterhalen omdat dit afhankelijk is van het vervoersmiddel waarmee wordt gereisd. Een aantal Amsterdamse scholen hebben meerdere vestigingen in de stad. Voor deze scholen is een gemiddelde locatie op basis van de verschillende vestigingen berekend. Uit analyses is gebleken dat dit de hemelsbrede woon- werkafstanden nauwelijks vertekent wanneer we het vergelijken met de groep die op een school zonder meerdere vestigingen werkt. In tabel B.2 en B.3 zijn de hemelsbrede woon-werkafstanden van het Amsterdamse onderwijspersoneel inclusief en exclusief de scholen met meerdere vestigingen te vinden. Gemeente Amsterdam Woon-werkstromen van Amsterdams Onderzoek, Informatie en Statistiek onderwijspersoneel po, so en vo Tabel B.2 Hemelsbrede woon-werkafstanden onderwijspersoneel in Amsterdam naar reiskostenvergoeding cao's en Gemeente Amsterdam — inclusief scholen met meerdere vestigingen in de stad op basis van gemiddelde schoollocatie (aandelen) (N = 5.570) OEE) (N = 4.468) (N = 11.235) minder dan 1 km 11,7 2,6 3,9 7,6 1-4 km 29,9 19,3 30,4 29,0 4-7 / 4-8 km 17,0 20,8 25,1 19,2 7-10 / 8-10 km 9,2 11,8 6,2 9,8 10-15 km 10,2 12,7 8,5 9,8 15-21,5 / 15-20 km 8,7 11,5 7,3 9,2 21,5-25 km / 20-25 km 3,0 3,8 54 3,2 25-30 km 2,9 5,7 3,1 3,3 30-40 km 4,4 6,4 5,7 5,1 40 km of meer 2,8 5,2 4,2 3,6 onbekend 0,4 0,3 0,1 0,3 bron: CBS/DUO, bewerking OIS * De indeling vanuit de cao’ in reisafstanden verschilt in het po/so en vo. Voor de reisafstanden van het onderwijspersoneel in het po, so en vo samen is de indeling voor het po/so gebruikt. Tabel B.3 Hemelsbrede woon-werkafstanden onderwijspersoneel in Amsterdam — exclusief scholen met meerdere vestigingen in de stad op basis van gemiddelde schoollocatie (aandelen) (N = 4.835) (N = 659) (N = 1.560) (N = 7.054) minder dan 1 km 11,6 41 4,0 9,2 1-4 km 29,1 20,3 30,0 28,5 4-7 / 4-8 km 16,8 18,1 24,3 17,8 7-10 / 8-10 km 9,4 12,4 5,7 9,6 10-15 km 11,0 15,0 9,4 11,0 15-21,5 / 15-20 km 8,7 8,8 7,6 9,0 21,5-25 km / 20-25 km 3,1 3,2 6,6 3,4 25-30 km 2,9 4,9 3,3 3,2 30-40 km 4,3 7,3 4,9 4,7 40 km of meer 2,7 5,8 4,2 3,3 onbekend 0,4 0,2 0,1 0,3 bron: CBS/DUO, bewerking OIS * De indeling vanuit de cao’ in reisafstanden verschilt in het po/so en vo. Voor de reisafstanden van het onderwijspersoneel in het po, so en vo samen is de indeling voor het po/so gebruikt. 9 dl | E … k Je NT nn E Ke VE 7 Ran Een, et is : . E EE NL E ee me me = VALS EE p FE Er, ee hand KE Pi e am n n io Fn À a > ij f PL mr et ek | F et í d pl b \ { K ik le, B zj EEN! EA. 13 ne Te p sf 4 re É Fn | | mm - Ek ef | | Á i E | 5 MC han Pr E. | ie bk „0 JA ris 5 h | Ee RE en _ Es a Er i 4 en \ | A | helle — ze a een
Motie
39
discard
Termijnagenda stadsdeel ZUID Commissie Leefomgeving Mp Semeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid 4 JDB__|Afspraken taakstelling Mobiliteits Fonds______________________[MarcokKreyger | Mja | WO} MT DB__|Frans van Mierisstraat: VENO ____________peerBees jantje DB__|Van Ostadestr ts 2e vd Helst en HdKeizerstraat: PvVENO ____________________|voepBlaas | Mja | WO |M DB__ [Cluster Rietwijkerstraate.o:PVE OO peeBees jat | LO |M JDB__|Cluster Willemsparkbuurt 2: VO peerBees | Mja | WOM | DB ___|DesPressstraat: DO peepBaas | &febtt | LO | 2mtt | [DB______ |Peter van Anrooystr, Dina Appeldoomst, Dirk Schaferstr en Johannes Worpstraat VO__|JoepBlaas | Bebi | LO |M JDB__|Michelangelostraat ts Minervaplein en Stadionkade: PvE_______________________|JoepBlaas | &ebtl | WO |M | DB__ [Gijsbrecht van Aemstelpark: werf DO___________________________________joepBlaas | &feblt | WO |M | [DB__|Zuidas/ Bestemmingsplan Kenniskwartier, kavel OVG (Reactiecf art. 31.1 WRO) [PaulSlettenhaar/EgbertdeVries | 8&feb11 | LO | Mm | DB__ [Positie Mirandabad in Mirandastrook. Nieuwbouw/renovatie Bestuursopdracht [Paul Slettenhaar/EgbertdeVries | 15-mrt-11 } LO | 30mti | JDB__|Hillegomstraat incl Woestduinstraat: DO peepBees | 15mtil | LO} mt | DB___|Michelangelostraat ts Minervaplein en Stadionkade: VO |voepBlaas | 15mtit | WO |M | DB__ [Beethovenstraat ts Apollolaan en Stadionweg: PVENO _________________________|oepBlaas | 15mtit j WO |M | JDB__|Aanpassing fietspad H. Seghersstr/G. Flinkstr/J. Steenstraat: PvE |JoepBlaas __________________iemtl | WO |M | DB__ [Gijsbrecht van Aemstelpark, Weide/Klein Loopveld: VO |JoepBlaas | 15mtit | WO |M | [DB__|Fietsknelpunt Emmastr./Koninginneweg DO: stand van zaken [MarcoKreuger | 15mti1 | LO |M | DB__ [Gijsbrecht van Aemstelpark, Ontmoetingseiland (Enzerinck) _____________|JoepBlaas | 12aprlt | WO |M [DB___|Nota schoon, heel, veilig: voortgangsrapportage____________________________poepBaas | 12aprit | LO | apr | [DB __[Beatrixpark: renovatie entrees VO peepBaes | 12aprtlt | LO |M | DB___ [Cluster Rietwijkerstraate.0: VO peerBees mei | LO |M DB__|Delairessestraat: VO/PVE ____peeBees [7m | LO |M DB __|Ferdinand Bolstraat - definitief: PE peerBees | 7m | WO} MT DB__[Uitvoeringsprogramma opnenbare ruimte + presentatie duurzaam rationeel beheer [JoepBlaas | 17meil | WO | mj DS ewenmolvernggenosmeang Te OO ej Zuideramstel, werkingsgebied (meubilair) 1 21-12-2010 termijnagenda Zuid 21-12-10 LO [DB___[Zuidas/ Bestemmingsplan Kenniskwartier, Vumc gebied (Reactiecfart. 3.1.1 WRO) _ |PaulSlettenhaar/EgbertdeVries | 17-meit1 | LO | mt | [DB__[Zuidas/ Bestemmingsplan Roeskestraat(Reactiecfart.311WRO) _ |PaulSlettenhaar/EgbertdeVries | 17-meitt | LO | mt | [DB __ [Aanpassen reclamencta, inclusief harmonisatie beleidsregelsreclame ______|JoepBlaas | 14junit | LO | 29u | [DB __ [Beethovenstraat ts Apollolaan en Stadionweg: DO |JoepBlaas | 1Bauyt | LO |M | DB___ [Cluster Willemsparkbuurt 2:DO_____________________|JoepBlaas | 1Isep11 | LO | _____sept201 | [DB___ [Evaluatie gebruiksregels Vondelpark |JoepBlaas | tsep11 | LO | _____sept201 | DB_____[Fransvan Mierisstraat:DO__________________________|JoepBlas | tIsep11 | LO | _____sept201 | DB___[Heemstedestraat: VO_________________________________ |oepBlaas/MarcoKreuger |} 1sep11 | LO | Mm | [DB__[Zuidas/ Bestemmingsplan Kenniskwartier, huidige VU-terrein (Reactie cfart. 3.1.1 WRO) [PaulSlettenhaar/EgbertdeVries | ‘1sep11 | LO | Mm | [DB__[Bomenbeleid incl. bomenverordening poepBees | tseptt | LO | ___M | DB ___|Parkeren: uitwerkingsbesluit 2012 |MarcoKreuyger | Aseptt | LO |M j| [DB___[Michelangelostraat ts Minervaplein en Stadionkade: DO |JoepBaas |} tokt11 | LO | _ ok.201 | DB___ [Ferdinand Bolstraat - definitief. VO |JoepBlaas | Imo | WO | _mM | [DB__ [Van Ostadestr ts 2e vd Helsten HdKeizerstraat: DO |JoepBlaas | Amnov11 | LO | nv. | DB __ [Cluster Rietwijkerstraate.0:DO ___________________________|voepBlaas | Anovit | LO | nv. | [DB__[Zuidas/ Bestemmingsplan Gershwin (Reactiecfart. 31.1 WRO) ____ |PaulSlettenhaar/EgbertdeVries | f-nov11 | LO | mj DB___[Delairessestraat: DO |oepBlaas | 1dect1 | LO | dec. | DB |[RingOudZuidfese9 OO peepBaes | iekw20i2} LO |M | DB___ [Paulus Potterstraat VE ________|oepBlaas | iekw2012| LO | mj [DB___ [Aanpassing fietspad H. Seghersst/G. Flinkstr/J. Steenstr:. DO |JoepBlaas |} 2ekw2012 | LO | ___mei.202 | DB___[Heemstedestraat: DO_____________________________ |JoepBlaas/MarcoKreuger |} 3ekw2012 | LO | _______ mM | DB __ [Ferdinand Bolstraat - definitief: DO______________________|oepBlaas | 4ekw2012} LO | __ nov.202 | DB___[Boerenwetering: plan van aanpak__________________________________ |MarcoKreuger | Jaar2012 | WO | _____ m | [DB___[Maaiveldontwerp stationsingang RAL |MarcoKreuyger | Jaar2012 | WO | mt | 2 21-12-2010 termijnagenda Zuid 21-12-10 LO
Agenda
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 1 april 2021 Portefeuille(s) Grondzaken Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door Grond & Ontwikkeling (bestuurszaken. [email protected]) Onderwerp Herijking van de doelstelling vit het Plan van Aanpak ‘Programma Uitvoering Overstapregeling Eeuwigdurende erfpacht’ Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de commissie Ruimtelijke Ordening & Grondzaken van 25 maart 2020 is Uw raad geïnformeerd over het collegebesluit van 17 maart 2020 inzake de vaststelling van het Plan van Aanpak ‘Programma Uitvoering Overstapregeling Eeuwigdurende erfpacht’. In dit Plan van aanpak wordt aangegeven hoe uitvoering wordt gegeven aan de verwerking van de overstapaanvragen die zijn ingediend vóór 8 januari 2020. Kort gezegd is hieromtrent het volgende bepaald: -__De erfpachter centraal staat in de vitvoering van de Overstapregeling; -__De oorspronkelijke doelstelling was om per september 2021 90% van alle overstapaanvragen te voorzien van een overstapaanbieding; -__De oorspronkelijke prioritering van de afhandeling van de overstapaanvragen luidde: 1. (bijna-)CHET (Canon Herziening Einde Tijdvak); 2. Keuze voor afkoop; 3. Keuze voor jaarlijkse canonbetaling. Voor alle categorieën geldt verder dat de oudste aanvragen in principe als eerste worden behandeld (“first in- first out” principe). Maart 2020 betekende wegens het COVID-19 virus een verandering in de wereld zoals we die gewend waren. Ook op het gebied van erfpacht heeft dit een impact gehad, zowel voor de erfpachter als voor de gemeentelijke organisatie. Vanwege het COVID-19 virus zijn belangrijke beslistermijnen voor erfpachters uitgebreid (de termijn voor het passeren van de akte bij de notaris, de acceptatietermijn van de aanbieding en de termijn om een keuze te maken tussen canon of afkoop). Dit heeft als direct gevolg gehad dat doorlooptijden van de afhandeling van overstapaanvragen omhoog zijn gegaan, waardoor in veel gevallen pas later een aanbieding kan worden verstuurd. Voor de gemeentelijke organisatie heeft het COVID-19 virus tot gevolg gehad dat vanwege de online werving van medewerkers de opschaling van capaciteit in een langzamer tempo plaats kon vinden dan aanvankelijk gepland was. Ook heeft het inwerken van nieuwe medewerkers meer tijd in beslag genomen en heeft op het gebied van samenwerking de fysieke afstand van elkaar, de efficiëntie verminderd. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 april 2021 Pagina 2 van 3 Naast de sitvatie rondom COVID-19 hebben ook de navolgende drie ontwikkelingen een rol gespeeld bij de noodzaak tot het herijken van de doelstelling: 1. De Hoge Raad heeft op 17 april 2020 geoordeeld in een aantal procedures waarin de vraag centraal stond of Amsterdamse erfpachters die een aanvraag hebben ingediend voor de Overstapregeling erfpacht in aanmerking komen voor een nieuwe WOZ-beschikking 2015. Dit arrest heeft tot gevolg dat dossiers met een opnieuw aangevraagde WOZ- beschikking tijdelijk ‘on hold’ gezet moeten worden en eventueel een nieuwe aanbieding moeten krijgen. De aanpassing van de processen en systemen hierop heeft veel tijd gevergd; 2. Een groot team van data-onderzoekers is bezig met het rechercheren van de benodigde informatie om een overstapaanvraag te behandelen, waardoor steeds beter kan worden bepaald welke kenmerken de dossiers hebben en welk aandeel hiervan als (zeer) complex gecategoriseerd wordt. Dit verdere inzicht in de data maakt dat de groep (zeer) complexe dossiers is gestegen van 10 naar 15%; 3. Vanwege de behoefte van erfpachters om meer inzicht te krijgen in de ambtelijke en bestuurlijke voorbereiding van de Vernieuwing van het Erfpachtstelsel (VES) in de periode 2014 — 2018, en het grote aantal Wob-verzoeken dat daaruit voortvloeit, heeft het college besloten maximale openheid te gaan bieden over de totstandkoming van de VES door VES-documenten uit de genoemde periode grotendeels actief openbaar te gaan maken. Hiervoor wordt tijdelijk ambtelijke capaciteit vit de overstapketen ingezet. Gezien het voorgaande heeft het college bij besluit van 23 maart 2021 en in samenhang met het besluit van 30 maart 2021 ingestemd met de herijking van de oorspronkelijke doelstelling om per september 2021 90% van alle overstapaanvragen te voorzien van een overstapaanbieding. De herijkte doelstelling luidt dat per einde van het tweede kwartaal van 2022 85% van de overstapaanvragen (voor zowel particulieren als beleggers) van een overstapaanbieding wordt voorzien. De belangrijkste redenen om de einddatum te verschuiven zijn de verlenging van beslissingstermijnen voor de erfpachter, de productievertraging die is opgelopen door de COVID- 19 maatregelen, het arrest van de Hoge Raad inzake WOZ-beschikkingen en het actief openbaar maken van het VES-dossier. De belangrijkste reden om de doelstelling van het aantal te versturen aanbiedingen te verminderen is het verbeterde data-inzicht. Dit is het resultaat van de werkzaamheden die door de data-onderzoekers worden uitgevoerd, waardoor beter in kaart gebracht kan worden wat de (zeer) complexe dossiers zijn. Om de benodigde inspanning voor de organisatie zoveel mogelijk constant te houden, wordt de doelstelling daarom verlengd naar het einde van het tweede kwartaal van 2022. Tegelijk wordt het percentage te versturen aanbiedingen van de huidige 90% verlaagd naar 85%. Om de dienstverlening aan de erfpachter zo goed mogelijk te laten aansluiten op de herijkte doelstelling is daarnaast besloten om de prioritering van de afhandeling van de overstapaanvragen te wijzigen, welke dientengevolge als volgt luidt: 1. (bijna-)CHET, spoed en correcties; 2. Langere optelsom van beslissingstermijnen; 3. Kortere optelsom van beslissingstermijnen. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 april 2021 Pagina 3 van 3 Categorie 2, de dossiers met een lange({re) doorlooptijd, worden met voorrang opgepakt, omdat de erfpachter bedenktijd nodig heeft om een keuze te maken in betalingsmogelijkheid (canon of afkoop). De erfpachters uit categorie 3 hebben deze keuze al kunnen maken bij het indienen van de overstapaanvraag. Door categorie 2 met voorrang op te pakken kan nog binnen de termijn van de doelstelling een aanbieding worden verstuurd. In het geheel leidt deze prioritering tot betere dienstverlening naar de erfpachters, doordat het aantal erfpachters, die binnen een zo kort mogelijke termijn een aanbieding ontvangen, gemaximaliseerd wordt. Het “first in- first out” principe blijft hierbij gehandhaafd. Het vitgangspunt dat de erfpachter centraal staat in de uitvoering van de Overstapregeling blijft onverminderd van kracht. Dit betekent onder andere dat de erfpachter periodiek geïnformeerd wordt over de status van zijn of haar aanvraag, de erfpachter automatisch wordt geïnformeerd over de te nemen vervolgstappen in het overstapproces en erfpachters (vanwege de impact van COVID-19) langer de tijd hebben om de overstapaanbieding te accepteren en de akte bij de notaris te passeren. Ook blijft de klantenservice vanzelfsprekend beschikbaar voor eventuele klantvragen. Het college vertrouwt u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, A kn " % / Á Do 1 Û Cen k ‚ hf Ì Nn Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 283 Publicatiedatum 4 april 2014 Ingekomen onder AA Ingekomen op woensdag 12 maart 2014 Behandeld op woensdag 12 maart 2014 Status Verworpen Onderwerp Amendement van de raadsleden de heer Toonk en de heer Van Drooge inzake het Uitvoeringsbesluit Leidseplein (taxiroute over de trambaan). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 7 januari 2014 inzake het Uitvoeringsbesluit Leidseplein op basis van het Definitief Ontwerp Leidseplein (Gemeenteblad afd. 1, nr. 102); Constaterende dat: — in het voorliggende Definitief Ontwerp Leidseplein de taxi's bij het verlaten van de stadplaats moeten keren op de Leidsebrug en met een u-bocht weer richting de Stadhouderskade moeten rijden; — de taxi's de standplaats niet kunnen verlaten en in de rij moeten blijven staan; Overwegende dat: — het niet bevorderlijk is voor de doorstroming dat alle wegrijdende taxi's de Stadhouderskade op moeten rijden; — het risico bestaat dat taxi's de wachtrij willen omzeilen en op de rijbaan klanten laten instappen; — zij daarmee de Leidsebrug en de u-bocht blokkeren; — er geen structurele handhaving op taxi’s in het Definitief Ontwerp in opgenomen, Besluit: het Uitvoeringsbesluit Leidseplein op basis van het Definitief Ontwerp Leidseplein zo aan te passen dat taxi's in de drukke avond- en nachturen ook via de Marnixstraat en het Kleine Gartmanplantsoen kunnen wegrijden om de druk op de Leidsebrug en de Stadhouderskade te verminderen. De leden van de gemeenteraad, W.L. Toonk Â.H. van Drooge 1
Motie
1
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 24 juni 2021 Portefeuille(s) Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Portefeuillehouder(s): Egbert J. de Vries Behandeld door R. de Jong, [email protected] Onderwerp Uitkomsten audit Project De Entree Geachte leden van de Raad, In mijn brief aan v van 1 maart jongstleden heb ik aangekondigd dat project De Entree een aanzienlijk tekort voorziet van circa € 25 miljoen. Dat dit project opnieuw zoveel extra dekking nodig heeft, is een serieus probleem. In mijn brief van 1 maart beschreef ik hoe tijdens de voorbereiding van VGR 7 bij het projectteam zorgen aan het licht kwamen over de prognose van het resultaat op einde werk. Deze zorgen betroffen: e _Eenfoutin het financiële overzicht waarin de Prognose Einde Werk (PEW) werd bijgehouden. Er was in werkelijkheid meer van de risicoreservering uitgegeven dan waarvan in dit overzicht was uitgegaan. e Een nieuwe hogere prognose van de aannemer van de proceskosten tot einde werk, die door de gemeente op regiebasis worden vergoed. e Hogere proceskosten van de gemeente. Dit is ambtelijk aanleiding geweest om in december 2020 een externe audit in gang te zetten, waarvan ik de vraagstelling na mijn aantreden aangevuld heb. Deze audit, door Duff&Phelps en AT Osborne, is recent afgerond en in twee delen gerapporteerd: e nader onderzoek naar omvang tekort en realistische Prognose Einde Werk. e onderliggende oorzaken voor het tekort, het feit dat dit niet eerder is opgemerkt en de benodigde verbeteringen. Deze twee rapportages zijn duidelijk, herkenbaar en zeer bruikbaar, waarvoor dank aan de auditors. De auditors bevestigen de ernst van de situatie, en komen met stevige conclusies en aanbevelingen. Met de implementatie van de voorgestelde maatregelen is al gestart. Beide rapporten treft u als vertrouwelijke bijlage bij deze brief. Vertrouwelijkheid is noodzakelijk om de (onderhandelings)positie van de gemeente niet te schaden. Tevens treft u bij deze brief Voortgangsrapportage 7 over de periode 15 maart 2020 tot en met 31 december 2020. Gezien de omvang van de financiële overschrijding gaat deze brief achtereenvolgens uitvoerig in op: 1. Gevolgtrekkingen uit de audit: a. Omvang van het voorziene tekort en hoeveel extra dekking wordt aangevraagd? b. Wat is de oorzaak van de huidige en eerdere kostenoverschrijding? Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 2 van8 c. Hoe kan het dat het voorziene tekort niet eerder is opgemerkt? 2. Welke maatregelen worden getroffen voor project De Entree? 3. Algemene lessen voor complexe projecten in de openbare ruimte 1.a Omvang van het voorziene tekort en hoeveel extra dekking wordt aangevraagd? Het voorziene tekort aan het eind van het werk is in de audit bepaald op € 23,4 miljoen. Dit tekort volgt vit een nieuwe prognose voor de kosten van € 224,6 miljoen en een bijstelling van de (voorziene) dekking tot € 201,2 miljoen. Ten opzichte van Voortgangsrapportage 6, waarin een tekort van € 1,2 miljoen is gerapporteerd, betekent dit een stijging van het tekort met € 22,2 miljoen. Het nieuwe geprognosticeerde tekort bestaat uit de volgende kostenposten: e Noodzakelijke ophoging van de risicoreservering om onvoorziene zaken en eventuele vertraging op te kunnen vangen; e Hogere organisatiekosten van het gemeentelijk team, vanwege een grotere en langere inzet; e Hogere organisatiekosten van opdrachtnemer die in regie worden afgerekend, vanwege een grotere en langere inzet; e Verwachte, nog op te dragen, contractwijzigingen vanwege tegenstrijdigheden in het contract; e Het verschil tussen de verwachte indexatiekosten en de verwachte (aanvullende) dekking daarvoor; e Gedeeltelijk niet te innen dekking van derden; Bedragen per post zijn te vinden in de samenvatting en hoofdstuk 4 van het vertrouwelijke rapport ‘Gemeente Amsterdam — Project Entree Fase 1’. Het projectteam heeft in navolging van de aanbeveling van de auditors een zogenaamde probabilistische analyse uitgevoerd. Dit is een instrument om de waarschijnlijkheid te bepalen dat het budget toereikend is. Een dergelijke analyse is ingewikkelder bij een project in vitvoering dan bij een raming vooraf. De conclusie van deze analyse is dat het project met een waarschijnlijkheid van 50% (P5o) met € 25 miljoen extra dekking afgerond kan worden. Ook de auditors verwachten dat het project voor een aanvullend bedrag van € 25 miljoen kan worden afgerond, onder de voorwaarde dat hier strak op wordt gestuurd. Dit betekent dat het ‘nee, tenzij'-principe gehanteerd wordt voor scopetoevoegingen en dat de (financiële) beheersing van het project op zo kort mogelijke termijn op orde wordt gebracht. Bij elke komende Voortgangsrapportage wordt een update gegeven van de kans dat het project binnen het (aanvullende) budget kan worden afgerond. Als de maatregelen die worden getroffen (zie punt 2 verderop) het beoogde effect hebben dan zal deze kans geleidelijk moeten gaan toenemen. Voor de dekking van dit tekort is binnen het SMF reeds een aanvraag in de VJN 2021 gedaan van € 10 miljoen. Er zal nog een aanvullende dekking gevonden te worden van € 15 miljoen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat aanvullend benodigde dekking voor toekomstige indexatiekosten van te voren niet exact is te ramen en daarom conform de reguliere werkwijze bij dit project jaarlijks bij Voorjaarnota wordt aangevraagd. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 3 van8 1.b Wat is de oorzaak van de huidige en eerdere kostenoverschrijdingen? De primaire reden voor de huidige kostenoverschrijding (€ 25 miljoen) en die ten tijde van de herijking (€ 22 miljoen) is volgens de auditors een samenspel van een aantal factoren: de complexe binnenstedelijke omgeving, een onvoldoende uitgewerkt contract (ontbrekende en tegenstrijdige eisen), meerdere scopewijzigingen, veel contractwijzigingen, cruciale teamwisselingen in een relatief onervaren team en een financieel ongezonde start van het project. Tevens speelt het moment van melden en rapporteren over de overschrijding ook een rol. Deze factoren hebben zich op verschillende momenten in het project voorgedaan en elkaar versterkt. Het is derhalve niet mogelijk om de meest bepalende factor(en) voor het huidige tekort aan te geven. Wel kan gesteld worden dat de oorzaken voor de kostenoverschrijdingen zich vanaf de start van het project hebben gemanifesteerd. De auditors komen tot de volgende bevindingen: e _Naeenuitgebreide afweging is bewust gekozen voor een VAV-gc contract? en het bij de markt beleggen van de werkzaamheden aan de spoorinfrastructuur, met als belangrijkste argumenten snelheid maken in het uit te voeren werk, (raakvlak) risico's en kosten beperken en de kennis van de markt benutten. e Deze contractvorm (UAV-gc, deels E&C en deels D&C) is op zichzelf passend, maar de uitwerking is onvoldoende geweest. Zo is bijvoorbeeld het spoorwerk voor het eerst uitgevraagd bij een marktpartij, maar zonder de opdrachtnemer op spoorse kennis te selecteren in de gqunningsfase. Het in het contract voorgeschreven spooralignement bleek strijdig met andere eisen aan de spoorinfrastructuur omdat het qua hoogteligging niet aansloot op het maaiveld. Ook ontbraken regelingen waarmee de opdrachtgever sturing kan geven aan de fasering en kwaliteit van het werk. Het herstellen van dergelijke tegenstrijdigheden en omissies in het contract leidt tot op de dag van vandaag tot contractwijzigingen (zogenaamd Verzoek tot Wijziging, VtW) waarvoor de opdrachtnemer extra kosten in rekening kan brengen. e _Bijde start van het project relatief was weinig ervaring in het team met een VAV-gc contract met deze omvang en complexiteit. Die complexiteit werd verder vergroot door teamwisselingen kort na de start van de realisatie en door het voor het eerst uitbesteden van spoorwerk aan de markt. Gebrek aan ervaring in het team heeft geleid tot minder adequate sturing van het project. In de tweede helft van 2018 zijn o.a. een nieuwe projectmanager en contractmanager gestart en begin 2019 is het team versterkt met een tweede projectmanager met meer uitvoeringservaring. e Het project is gestart met een op P5o gebaseerd budget (d.w.z. een kans van 50% dat het budget toereikend is) en een te mager risicobudget. Onvolkomenheden en grote bijbestellingen veroorzaakten al snel kosten en vertraging, wat eind 2018 resulteerde in de herijking van het project en nieuwe contractuele afspraken met de opdrachtnemer (extra werk, nieuwe planning en een gewijzigde risicoverdeling) die niet meer gedekt konden worden. Hiervoor is in 2019 € 22 miljoen extra dekking toegekend. ‘Een UAV-gc contract is een contract waarbij de opdrachtnemer niet alleen verantwoordelijk is voor de realisatie, maar ook voor de uitwerking van de (functionele) eisen tot een ontwerp. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 4 van 8 e _Metde herijking werd de opgelopen vertraging beperkt en werden de op dat moment bekende scopewijzigingen opgenomen in het project. Met de opdrachtnemer zijn nieuwe afspraken gemaakt over de planning, fasering en risicoverdeling. De auditors beschrijven hoe deze afspraken de basis vormden voor het gesprek tussen opdrachtgever en opdrachtnemer over de omvang van de organisatie en beheersmaatregelen die nodig zijn om de ambitieuze planning te halen, en hier samen actief op te kunnen sturen. Het feit dat het spoorwerk tot op heden volgens planning wordt gerealiseerd, laat het succes van deze aanpak zien. De auditors constateren echter ook dat bij de herijking van 2019 niet alle risico’s en financiële consequenties om de planning te halen, volledig in beeld waren en dat niet voorzien werd dat de regiekosten zo hoog zouden oplopen. 1.C Hoe kan het dat het voorziene tekort niet eerder is opgemerkt? De audit geeft meerdere oorzaken aan waarom het tekort niet eerder opgemerkt is. De belangrijkste is de in november 2020 door het projectteam geconstateerde fout in de financiële administratie. Het team werkt met meerdere losstaande systemen, te weten VISI (toezeggingen aan opdrachtnemer), AFS (voor inkooporders en facturen) en Cloxxs (bijhouden prognose). Daarnaast wordt Excel gebruikt voor zaken die nog verwacht worden. De verschillende overzichten worden bewerkt door verschillende projectteamleden en informatie van het ene systeem moet handmatig overgezet worden naar het andere. Hierdoor is het systeem foutgevoelig en was er binnen het team geen gedeeld beeld van de financiële situatie. Het ontbreken van een deugdelijke (geautomatiseerde) aansluiting tussen de verschillende systemen heeft mede geleid tot het niet tijdig onderkennen van de uitputting van de risicoreservering. Ook focuste het team, door de hoge werkdruk, minder op kostenprognoses en integraal werken dan gewenst. Het thuiswerken vanwege Corona maakt dit nog moeilijker. En zoals hierboven benoemd zijn de risico’s en financiële consequenties van de herijking eerder niet volledig in beeld geweest en onderschat. 2. Welke maatregelen worden getroffen? De in de audit genoemde aanbevelingen en acties zijn herkenbaar en worden overgenomen. De auditors zien slechts beperkt mogelijkheden om besparingen te behalen, en adviseren dan ook om nu geen overhaaste beslissingen te nemen om kosten te besparen. Het is in hun ogen raadzamer om het project vanaf nu strak te beheersen, om zo tegen genoemde extra kosten het project naar een goed einde te brengen. De auditors stellen daarbij bruikbare en herkenbare maatregelen voor. Het accent van de voorgestelde maatregelen ligt op (a) versterking van de projectbeheersing en verbetering van de financiële administratie, (2) beheersing van de scope van het project en (3) het intensiveren van de bestuurlijke betrokkenheid. Met de implementatie van deze maatregelen verwachten de auditors dat het project tot een goed einde gebracht kan worden, waarbij de extra benodigde € 25 miljoen moet volstaan. De belangrijkste aanbevelingen uit de audit zijn hieronder toegelicht. a. Versterking van de projectbeheersing en verbetering van de financiële administratie De auditors stellen dat er heldere keuzes gemaakt moeten worden ten aanzien vande te gebruiken systemen. Bij het verbeteren van de financiële administratie dienen de volgende uitgangspunten gehanteerd te worden: Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 5 van8 e _Strakkere sturing op de prognose onvoorzien e _ Aansluiten bij in de stad gehanteerde standaardsystemen; e Geïntegreerde systemen verdienen de voorkeur boven zelfstandige systemen; e Eén centraal financieel overzicht met heldere en uniforme definities, waarop alle rapportages gebaseerd zijn. Deze aanbeveling van de auditors is opgepakt. Zo zal het team het gebruik van het huidige systeem Cloxxs op korte termijn beëindigen en overstappen op AMI, wat momenteel de standaard is. Daarmee kan straks steeds een actueel financieel beeld gepresenteerd worden. Daarnaast is het team projectbeheersing zowel kwantitatief als kwalitatief versterkt. b. Vergroten scopebeheersing De auditors stellen dat het project veelvuldig is geconfronteerd met scopewijzigingen. Ook recentelijk zijn, met nu wel duidelijke financiële afspraken en (bestuurlijke) besluitvorming, scopewijzigingen (versterking Kamperbrug, kwalitatieve verbetering van de rolpaden) door het project geabsorbeerd. We ervaren dat zelfs als je dergelijke zaken financieel goed afspreekt, er altijd bijkomende, cumulatieve effecten zijn die de complexiteit en het risicoprofiel vergroten. De daarmee gemoeide kosten zijn vaak niet aan de voorkant te bepalen en bij de aanvrager in rekening te brengen, maar moeten door het project geabsorbeerd worden. Richting de eindfase van een project wordt het nog verwerken van scopewijzigingen steeds lastiger en heeft dat steeds grotere consequenties voor de planning en kosten. Hoewel scopewijzigingen in een complex binnenstedelijk gebied nooit volledig te vermijden zijn, adviseren de auditoren om een strikter ‘nee, tenzij'-principe te hanteren. Het ‘buiten de deur houden’ van scopewijzigingen vraagt echter ook ondersteuning van het projectteam op het niveau van ambtelijk opdrachtgever, directie V&OR, college en Raad. Op basis van deze aanbeveling worden verzoeken voor scopewijzigingen actief en vroegtijdig gemeld aan de ambtelijk opdrachtgever en waar nodig ter goedkeuring voorgelegd aan het college en de raad. Indien een scopewijziging maatschappelijk noodzakelijk en gewenst is, dan dient de initiator vooraf in te stemmen met bijbehorende kosten, risico’s en tijdgebonden kosten. c. _Intensiveren bestuurlijke betrokkenheid en informatievoorziening De auditors concluderen dat het bestuur adequaat is geïnformeerd. Het project heeft de afgelopen jaren documenten opgesteld ‘ter informatie’ (met name de Voortgangsrapportages in het kader van de Regeling Risicovolle Projecten) en documenten ter besluitvorming (diverse voordrachten voor wethouder, college en de Raad) en deze stukken besproken in de wekelijkse Staf. Wel constateren de auditors dat er (te) grote intervallen zitten tussen de verschillende voortgangsrapportages. Het team geeft aan dat de lange doorlooptijd voor de opstelling en afstemming van deze rapportages debet is aan de grote intervallen. Maar soms wordt ook bewust gewacht op informatie zodat deze nog meegenomen kan worden in een Voortgangsrapportage. Ook Voortgangsrapportage 7 komt, vanwege de wens om de uitkomst van de audit mee te kunnen nemen, later dan de regeling beoogt. Voor het vervolg zal strakker worden gestuurd op tweemaal per jaar een VGR aan bestuur en Raad te doen toekomen Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 6 van 8 Ondanks de constatering dat het bestuur voldoende geïnformeerd is, zal ik het overleg met het project intensiveren en daarbij periodiek de stand van zaken van het project doornemen op basis van de meest actuele managementinformatie. d. Overige maatregelen Daarnaast adviseren de auditors om: e De realisatie van de Prins Hendrikkade West en mogelijk ook de Ibisstraat gecontroleerd vit de opdracht van opdrachtnemer te halen en opnieuw op de markt te zetten. e Te onderzoeken of het mogelijk is om over te gaan op een andere afhandeling van de proceskosten van de opdrachtnemer, zoals het afkopen van de regie-uren en tijdgebonden kosten voor een vast bedrag of het toevoegen van een incentive. e _ Als projectteam meer tijd te nemen voor reflectie en integraal werken. Vanwege de hoge werkdruk moet deze ruimte zowel geboden als gecreëerd worden. Het leveren van duidelijke periodieke rapportages is hiervoor een belangrijk middel omdat dit het projectteam dwingt om frequenter samen tot een gedeeld en goed onderbouwd beeld van de actuele (financiële) situatie te komen. e Uitvoeren van een nadere analyse van het resterend risico op wijzigingen (VtW’s) en daar gerichte maatregelen op nemen ter beperking. ® _ Aanvullende gesprekken met derden te voeren over het verhogen dan wel zeker stellen van de deels nog onzekere dekking vanuit deze partijen. e Tussen projectmanagers en ambtelijk opdrachtgever de huidige rolinvulling te evalueren en verwachtingen richting de toekomst de expliciteren. e De samenwerking met de opdrachtnemer te blijven evalueren en daarbij eventuele verschillen van inzicht over werkwijze of kwaliteit van het werk te bespreken. e _Tegaan oefenen met het acceptatie- en overdrachtsproces richting afronding van het project. Alle door de auditors genoemde aanbevelingen en acties, waarvan de belangrijkste in deze brief genoemd zijn, zullen worden geïmplementeerd. Daar is al mee gestart. Dit is ook nodig om het project vanaf nu met een strakke beheersing naar een goed einde te brengen. Aanvullend gaat het projectteam sparren met een intern ‘spiegelteam’ bestaande uit ervaren professionals. Het spiegelteam geeft adviezen en stimuleert de gewenste cultuurveranderingen. Ook zal extra aandacht gegeven worden aan de naderende fase van oplevering en overdracht aan beheerder en exploitanten 3. Algemene lessen voor complexe projecten in de openbare ruimte Uit de audit kunnen 5 algemene lessen getrokken worden voor de grootste en meest complexe projecten die wij als gemeente uitvoeren in de openbare ruimte. Deze lessen, hieronder benoemd, zijn vooral een verdieping van de zo lessen van de Noord-Zuidlijn. 4 lessen van de Noord-Zuidlijn die in relatie tot dit project het meest in het oog springen worden na de 5 algemene lessen toegelicht. Algemene lessen 1. Verleen bij het uitvoerings- en kredietbesluit een budget met een hogere kans van slagen, bijvoorbeeld een kans van 85% (P85) Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 7 van8 2. Voer aanvullend op de bestaande advisering op contractvorm en aanbestedingswijze door de Tenderboard een collegiale toets vit op de inhoudelijke kwaliteit van het contract voor dit wordt aanbesteed. 3. Wees extra kritisch op scopewijzingen, ook als dekking beschikbaar is. Maar erken gelijktijdig dat wijzigingen in onze dynamische stad soms onvermijdelijk of zeer wenselijk kunnen zijn. 4. Zetde beste mensen in en beperk wisselingen zoveel als mogelijk. Stuur hier vanuit de ambtelijke top ook actief op. 5. Organiseer naast de formele bestuurlijke betrokkenheid ook periodieke informele bestuurlijke betrokkenheid. Deze lessen helpen om de kans op problemen in de toekomst te verminderen. De hierboven genoemde algemene lessen zullen toegepast worden op grote complexe projecten. Punten 2,4 en 5 worden In de ambtelijke organisatie georganiseerd. Ook zal er meer collegiaal gespard worden tussen grote projecten. -__ Bezint eer ge begint: Het project kent een lange voorbereidingstijd, waarin gewerkt en geschaafd is aan scope en aanpak. De belangrijke stappen in het project zijn vitgebreid tegen het licht gehouden: de contractvorm, positie GVB, wijziging van plafondbedrag, herijking, aanvullende contractafspraken/issues. Hierbij is steeds getoetst op financiën, juridische houdbaarheid, kwaliteit, tijd en relatie. Ondanks deze ‘bezinning’ aan de voorkant kan achteraf gesteld worden dat de complexiteit van de opgave (m.n. het spoorwerk) is onderschat. -__ Zorg voor een sterke projectorganisatie: Na gunning is gestart met een klein team dat (op de projectmanager na) weinig ervaring had met dergelijke grote complexe projecten en projecten in uitvoering. Het team is in de loop der tijd aangevuld qua capaciteit en ervaring, maar de projectorganisatie bleef op meerdere momenten een punt van zorg. In chronologische volgorde: in de contractvoorbereiding (vertrek technisch manager en contractmanager), tijdens de aanbesteding (team nog niet op sterkte), bij herijking (vertrek projectmanager en contractmanager), vertrek ambtelijk opdrachtgever (na overdrachtsperiode waarin nieuwe opdrachtgever al meeliep) en manager projectbeheersing kort na herijking. Er is in 2020 bewust gekozen voor twee projectleiders (uitvoering en proces/bestuurlijk). Ook is recent de capaciteit op de financiële beheersing uitgebreid. Deze les had eerder en scherper toegepast moeten worden op dit project. Actueel aandachtspunt is dat de wet DBA tot additionele uitdagingen leidt waarbij gegeven de afhankelijkheid van cruciale externen continuïteit in een aantal gevallen prioriteit moet hebben. - Wees realistisch over risico’s: geconstateerd moet worden dat de risico's van het project vanaf het begin zijn onderschat. Ten tijde van het vitvoeringsbesluit is conform (toenmalige) werkwijze dekking verleend op P5o (50% kans op overschrijding budget), de risico's voor het spoorwerk zijn onderschat, vitvoeringsrisico’s (obstakels/ vervuiling/ kabels en leidingen/ areaalgegevens/ kwaliteit bestaande bruggen en kades) en de vaak ontbrekende informatie over de staat van assets hadden moeten leiden tot een hogere risicoreservering. Ook is de financiële impact van het risicoprofiel ondanks de expliciete aandacht ervoor bij de herijking onderschat. Ook hier geldt dat we daar terugkijkend scherper op hadden moeten zijn. -__ Zorg voor bewuste en onderbouwde besluitvorming: Op de momenten dat besluiten zijn voorgelegd zijn ze bewust en onderbouwd genomen. Dit betreft ook de (aanvullende) kredieten die gevraagd zijn. Bij significante bijbestellingen van ‘derden’ werkt het team oplossingsgericht aan de inhoud en werden goede afspraken over dekking en verdeling van risico’s soms te laat gemaakt. Er zijn tijdens de uitvoering meerdere grote bijbestellingen opgedragen. De consequenties per bijbestelling zijn vooraf in kaart gebracht. Echter, het Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 24 juni 2021 Pagina 8 van 8 geheel is vaak meer dan de som der delen. Bijvoorbeeld op het gebied van risico's. Geconstateerd moet worden dat toen eind 2018 een besluit genomen moest worden over de herijking dit ‘geheel’ nog niet goed was te overzien. Afsluiting Resumerend concludeer ik dat dit project twee gezichten heeft. Buiten wordt in de uitvoering goede voortgang geboekt. Diverse onderdelen, zoals de Westertoegang, Cuyperstrap, Stationsplein West en de Prins Hendrikkade, zijn al in gebruik genomen en liggen er prachtig bij. De enorme bouwput is indrukwekkend en de contouren van de fietsenstalling worden zichtbaar. Echter, financieel valt het beeld flink tegen. De audit heeft veel informatie opgeleverd over omvang en oorzaken van het tekort en doet bruikbare aanbevelingen om gecontroleerd de eindstreep te halen. De kiem van het tekort is gelegd in de contractvoorbereiding, in de periode 2016 en daarvoor. Daarna zijn er ook diverse ontwikkelingen geweest die met de kennis van nu beter hadden gemoeten. De mogelijkheden om nog substantiële besparingen te behalen, zijn beperkt. Wel is het zinvol, en ook noodzakelijk, om een strikter ‘nee, tenzij'-principe te hanteren. Het team projectbeheersing is inmiddels versterkt, het project werkt aan de implementatie en uitvoering van alle aanbevelingen en ik volg het project intensiever. Dit moet ertoe leiden dat het project met het voorziene aanvullende budget van € 25 miljoen afgerond kan worden. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam L Sj Egbert J. de Vries Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Bijlagen 1. Audit Rapport: GEHEIM Gemeente Amsterdam — Project Entree Fase 1 2. Audit Rapport: GEHEIM Onderzoek naar de kostenoverschrijding project Entree — Eindrapport fase 2 3. Voortgangrapportage 7 RRP Project De Entree Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
8
train
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 343 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Boomsma en Martens inzake Begroting 2023 Onderwerp Bezuinig op de Eigen Organisatie Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Overwegende dat, -_Amsterdam voor forse financiële uitdagingen staat en op dit moment haar geplande en verwachte uitgaven op langere termijn niet kan voldoen; -___De afgelopen periode een bezuiniging is doorgevoerd op de ambtelijke organisatie van € 120 miljoen in de periode tot en met 2024, door te voeren door een focus op hervormin- gen, het vereenvoudigen en digitaliseren van werkprocessen; -__De gemeentelijke organisatie nog altijd een formatie per 1000 inwoners heeft van 18,1 fte vergeleken met 15,1 fte gemiddeld in de Ga (zonder o20), volgens de Staat van de Organi- satie versie 1.0 van 14 maart 2022; -_Amsterdam dus meer dan 16 procent meer ambtenaren per inwoner telt dan de andere grote steden, maar ook een veel hoger aantal inwoners; -_ Dit deels verklaarbaar is door de bijzondere positie van Amsterdam als hoofdstad maar tevens een aanwijzing dat nog meer winst te boeken is; -__De wethouder der Financiën heeft aangegeven indicaties te hebben dat er programma’s zijn van de gemeente waarvan niet duidelijk is of ze effect hebben; Verzoekt het college van burgemeester en wethouders In de door de wethouder der Financiën aangekondigde bestuursopdracht t.a.v. eigen organisatie mogelijkheden te inventariseren om te bezuinigen op het ambtelijke apparaat, en de formatie en/of apparaatskosten met zeker 5 procent terug te brengen, en daarbij formatie betrokken bij vit- voerende taken zoveel mogelijk te ontzien Indiener(s), D. T. Boomsma C. Martens Gemeente Amsterdam Status Ingetrokken Pagina 2 van 2
Motie
2
discard
004039 N% Gemeente Raadscommissie voor Verkeer Vervoer en Luchtkwaliteit en Water M LW duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie MLW van 25 maart 2021 Ter kennisneming Portefeuille Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit Agendapunt 8 Datum besluit n.v.t. Onderwerp Kennisgeving Decentraal Uitvoeringsplan Amsterdam 2021 (Luchtkwaliteit) De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van het Decentraal Uitvoeringsplan Amsterdam 2021 dat is opgesteld in het kader van het ook door Amsterdam ondertekende landelijke Schone Lucht Akkoord (SLA) en waarin de belangrijkste input bestaat vit maatregelen vit het eigen Amsterdamse Actieplan Schone Lucht (ASL), aangevuld met een aantal (lopende) maatregelen die door V# en de GGD Amsterdam worden uitgevoerd. Daarnaast zijn maatregelen opgenomen die worden uitgevoerd door de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, Port of Amsterdam en de Vervoerregio Amsterdam. Wettelijke grondslag Artikel 169 Gemeentewet Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 1). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Bestuurlijke achtergrond Zie bijgevoegde raadsinformatiebrief. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies Afstemming heeft plaatsgevonden met GGD Amsterdam, V#, Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, Port of Amsterdam en de Vervoerregio Amsterdam. Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.7 1 VN2021-004139 % Gemeente Raadscommissie voor Verkeer Vervoer en Luchtkwaliteit en Water Ruimte en % Amsterdam duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie MLW van 25 maart 2021 Ter kennisneming AD2021-020454 1. Raadsbrief Decentraal Uitvoeringsplan Amsterdam 2021.pdf (pdf) AD2021-020449 2. Decentraal uitvoeringsplan SLA - Amsterdam - 2020.pdf (pdf) AD2021-014818 Commissie MLW Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte en Duurzaamheid, Harry van Bergen, 06-46168111, [email protected] Gegenereerd: vl.7 2
Voordracht
2
discard
> Gemeente Amsterdam > < Nieuw-West Bezoekadres Pieter Calandlaan 1 1065 KH Amsterdam Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 Nieuwwest.amsterdam.nl Vergadering Bestuurscommissie Datum 25 juni 2014 Decos nummer Onderwerp Wijziging reglement van orde op het punt buitengewoon commissieleden Het Algemeen Bestuur van Nieuw-West Gezien het initiatiefvoorstel van de Multiculureel Plus Partij Besluit Artikel 3, lid 1 van het reglement van orde van de bestuurscommissie van het stadsdeel Nieuw-West d.d. 4 juni 2014, dat luidt: “Een buitengewoon commissielid is een door de fractie voorgedragen persoon, die op de kandidatenlijst staat van de laatst gehouden verkiezingen voor de leden van de bestuurscommissie en die geen lid is van het algemeen bestuur.” Te wijzigen in “Een buitengewoon commissielid is een door de fractie voorgedragen persoon, die op de kandidatenlijst staat van de laatst gehouden verkiezingen voor de leden van de bestuurscommissie dan wel (voor de leden van) de Gemeenteraad Amsterdam, die woont in stadsdeel Nieuw-West en geen lid is van het algemeen bestuur.” De stadsdeelsecretaris, De voorzitter, De heer H. Wink De heer A. Baâdoud
Besluit
2
train
De B eN SEINE en ne J Eet J EN nn EEE ENT ND 4 Ur et ISS EIL Ee Teen it Ee a É 7 f | er er ee : | ry pee Es FE eig hr, pese utd EO En SE nl As } EEE p En B Ne A PETERS ze F0 = ah a ET, p mk , ee 7 SN Ee , ee E nd S ik tee mn Een Eee ed. ze d Eed KEE L A 1 Ef rs B ne ER 4 ke Er Dn. = mes : Ei ed 5 es me 5 Ee == - Rn en ee K mm: El Ee ne , E 8 me =d s= = E nn hi IN EE Er Je ER == 3 PET An | £ s Te en 5 ‚ z si il se der ee == ed — mi É er # ZE ï ) E ES 1 : B: Id Z= ee Ee Ed SP ee Zn sE pn er EJ EE EN Rr _— ns B ZE il & pn Te we ze Le | Rd Ke A BNN | zei pe Ki Jer | ee p zr e EL me Ee Ze } EE A NS | TT ee NSE en [5 À Een F kn TE 4 pe Lin 5 p - 5 = Rees zr ed in. ZE ll & , == ee rd de gn EK eee Ze OO ee be En L D : Bee = zr G d DS ait Es en Digitale Stad 2021 | 2022 Tussenrapportage ij Inhoud Ee N N ha : Ú ® = | | k Ì ei, 8 d | i 5 Ee EN * ® Pe en à » kP ee 4 : : É " en a gen A8 B . Ed b —_ 5 en j dl dl ge Tod ú k i Ì hd 8 dE AN 8 mf 3 re es Jinn p é e D ee E d n = XN STUD Rd E he hd 8 ii DT ú 3 mn Te k ln { OR. b | \ — > 4 p Ip Ei WE 4 \ RN \ L} Mi d ER zú' 5 RK e SM | diek INNS Pr | \ À Ae NM ES tn | s | ä E ha N ' ú / BE 5 Se AK: BR a u « © F pi EN ‚N As ‚ ZR NA Á Ô KE. zi f 4 N DE er dh À RN ; B \ gm wij pr hd Pk B. s ee en 4 é : …e aen Ke 7 r X ® S -_ 5 an E B Ns Se al % , a S ï en > AN hes en | ze jm em E. a ak 4 | Pp & p En s A « iede Ee BEA, RE de Re A AE EN Wit Sz PKR ke | en Ent A ï ie Ee nd Dn en e 5 â zl ee = Ek. x \ id Lel « em en men bel L HT =d ed en a Ee, Sn BR Sr. A er Ì ee a mad - = EE A S nd q hant nnesniesde dn haten in WA mt : - - Bd EEn Bie vee e A ket DE ; . Eed eed , engs menne enn Dennen tgn nge armere reren à geen sn vee SE gg En é OE ded od neede - : Bes e, EE Ei Ed a es TT Em EE El Voorwoord > IJ N ò r N N ‘ Touria Meliani E ourla eranl & D ede hid > | d pe „. ne ed Ee ms Ù ea is ha D 4 p | 7 El N p o A EE er | n hd 7 a 4 5 KN mm ed 1 mnd -— D en n n " re …% nd r ’ # | - 5 8 Î a : en 0 « dd : — zn . * - c le Hits 4 i EE s mm N p k nr dn 8 id a " i 3 me - . _ 8 Mdd 5 d | | =r wkn Ee mee 8 ” rn dk 4 € pe En Ee p _—_ . - Ene r 4 í Ze me hade war en ie Ee an Kn 5 r kn . - f - . _— en _= 8 an. - - = gn s d _ El en 4 _ jn sn Ì D d 5 p . - - zip” ge ag en Main « rl hi ka kn _ Ee / E ( rr & ” - - esn pn k ch | e . Dal _ - d _ ee Me J E , ie - de 0d Me : _ b Jin jp" ape FP Gian pe 3 a - / ) tn ee a ie Het college heeft zich de afgelopen Rechten en met Amsterdamse Dit is een topje van de ijsberg. Ji E, : - - a: - ge 2 Ins mgee in . : an . … . , zi - SR Sil 5 SE Ì tn periode ingespannen om de digitale kennisinstellingen, om verantwoorde Ook landelijk en op Europees gebied re B am 6 _ ho Ent ik, = nn | . . . A . ge à ee zp a N En . En ae nf 5 rechten van Amsterdammers te technologie te stimuleren en staat de introductie van nieuwe ú pe mn ZR " . Es N en se ee . . . z te An pe a Ee beschermen, bijvoorbeeld op het discriminatie en uitsluiting te wetgeving en kaders niet stil. Dat _ mmm „TN —_ Ee E . e, . ee ves . … N ns En : Re Ts _ en gebied van toegang tot de digitale voorkomen. In de stad zijn inmiddels beïnvloedt ons werk en biedt mogelijk- AS “ dn nn _—— En, 1 Je wereld voor alle Amsterdammers en diverse initiatieven actief om digitale heden, kansen en uitdagingen voor — za Ee en Ge er MN . . k a EN en NE id armen, } zeggenschap over de eigen data. ongelijkheid tegen te gaan, zoals de de toekomst. Ce ik aken Á mannen: Deze tussenrapportage laat de Cyberbank: een soort voedselbank, ke 4 … , AN voortgang zien die wij hebben bereikt maar dan met laptops en digitale Deze tussenrapportage markeert ook q 4 Ti: . En . . ì PW, mn A PON via de Agenda Digitale Stad. ondersteuning. het laatste jaar van de eerste Agenda Ì „el 1 Digitale Stad. Een agenda met een | A 0 Met de Amsterdamse datastrategie Ook het komend jaar staat er nog veel belangrijke boodschap: technologie Ee A wil ik aandacht vragen en houden te gebeuren. De digitale wereld heeft is verweven met ons leven en ook 2 Ld pb in voor hoe wij als gemeente Amsterdam fysieke infrastructuur nodig. We willen verweven met de overheid en haar ee mmm NES 2 en als gemeenteraad maar ook als strategisch omgaan met de verzoeken beleid en uitvoering. Daarom zal er ran _M Nn ee an : : . . . mnd : Vm 4 Ä bedrijven en kennisinstellingen, van telecomoperators voor de plaatsing ook in een nieuwe raadsperiode ee 7 afwegingen maken over het gebruik van vergunningsvrije zendmasten en blijvend politiek en maatschappelijke Ma van data over Amsterdammers en de het aanleggen van kabels. En ik sta aandacht geschonken moeten worden / EZ Wij stad. Hiertoe zijn diverse instrumenten natuurlijk niet stil om de digitale aan het leven in een digitale stad. md . ontwikkeld, zoals een meldplicht voor rechten van Amsterdammers te blijven NN RE sensoren in de openbare ruimte, beschermen en ze te betrekken bij Touria Meliani, B | inkoopvoorwaarden voor algoritmen het vormgeven van de digitale wereld. Wethouder ICT en Digitale Stad —_— en het algoritmeregister. Het is En belangrijk transparant te zijn over an mm | | welke data waar en voor welk doel = | worden verzameld en toegepast oe door overheden en bedrijven. We zijn Á A 8 de samenwerking aangegaan met AE 5 > . . . En nn andere (internationale) steden binnen / en. 0 de Coalitie van Steden voor Digitale 7 Te ì Ba vg i ensen pn a ende Een ee EE fi ° Ke # NT df fi BE Rn Eme: A Kn 1) Zit A gerea nac VAM | en ar EE Een BA/ \ een A Sen et ne EE ze N Zi pr \ Nl TL AL £ \ en B d ne ee 5 Ï A Ae eee ev dn A ne Rn Eee ' \ Or Ee an LE Gen et hl En, | EPR ADE EERE EE Te Ae AT SEP ee EEE ae RE teken Ì A Tg ed EN ORE Kn den NEEN EAN A EEN EO ep ESET TEE _ hd mf ne. N en zee L . 9 mf An eeswijzer : IJ ZG RE Î DE ee Ns > 4 ee, EA an e 5 Eik Ó, en EN. en 8 / / al E hu oe B 5 ' RN ss RC Ee 8 : « Î A h Er B ES Bee En E 7 Pk u Á | Ea Ro BENE SS En À 3 8 Á MA NE LA NEN en 8 ni we „ld d En, B P if ELS à A . ä / 8 . Di Ne ks p; ze 5 Z df Ed £ / @ Ll is t d GR er Ld 8 k & / (A El be #5 ed al ee nd EE | eN A! E # hs ‚ rd Ee ke « Nl \ SA E. 4 GR ek af » h hi _ 7, L PA \ á UAE ph rra In maart 2019 is de Agenda Digitale Deze speerpunten komen tot uiting in Stad worden uitgevoerd, komen in dit N nn 4 { Ae nd 5 0 Ie, er a Stad gepresenteerd aan de hand van de activiteiten die we hebben ontplooid. hoofdstuk terug. In hoofdstuk 1 en 3 Jl i \ E 8 IE has vb, EET dte Sid vn drie hoofdambities: Vrije, Inclusieve Soms is een activiteit gekoppeld aan staan bij alle activiteiten verwijzingen i Pl ' N RE n° 3 ee k en Creatieve Digitale Stad. In deze één speerpunt, soms aan meerdere. naar de speerpunten waaronder de | RK \ ks q N Ee hd 0 rapportage staan de activiteiten diewe In het overzicht op de volgende pagina activiteiten vallen. 0 Ì If v B pr \ N VTA NS er” ae ontplooien binnen de speerpunten van staan de activiteiten verdeeld over de " + Od pt 8 Ni \ ies an CCL ak be ee An _ de Agenda Digitale Stad, die bijdragen speerpunten. Er is voor deze vorm gekozen om het | \ Dd LE 8 1 } GA # : aan het bereiken van deze ambities. totaal aan activiteiten en acties per jaar Î EK. . NN u vr ds Taha De speerpunten staan ook benoemd Op 1/ activiteiten die in het kader van te kunnen duiden. Dit laat de onder- El 4 Pl Lt ET in de begroting (programma 12.1 de Agenda Digitale Stad zijn opgezet linge samenhang zien van activiteiten mn ” a Kî Eze” eee: Digitale Stad, interactie en informatie). wordt gerapporteerd in deze tussen- beter zien. md en ett De speerpunten zijn: rapportage. We kijken eerst terug op a Ee D mn kee ee ij er 2021 in hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2 In de tussenrapportage 2020 stond Ì ( Ed _N \ Ns 4 m Beschermen van de digitale beschrijft relevante maatschappelijke ook een zogenaamd stoplichtmodel. | eu - rn 7 rechten; ontwikkelingen. De digitale wereld Dit model geeft aan in welke mate de A \ hk IN Ean j W f = Het verantwoord inzetten van ziet er in 2022 anders uit dan in 2018, activiteiten zijn uitgevoerd en hoe Ren, \ vd 7 Î data en technologie door onszelf toen de agenda werd gepresenteerd. deze zijn geborgd na 2022. Dit model N ae 3 Notten od EA en anderen in de stad; Dat beïnvloedt onze aandachtspunten is ook in deze rapportage opgenomen, f ie | hel 40 Ie . … er: MN Se hef m Het tegengaan van digitale en het werk dat komend jaar wordt waarbij een extra toelichting is 4 k FP î Nie: he ongelijkheid; gedaan. Hoofdstuk 3 bestaat uit een opgenomen om de kleuren van het k | nd’ ll : Pe N ES k k m Toegankelijk maken van de vooruitblik voor 2022 voor elke model (groen, geel en rood) te duiden. | | Ì Ï K\ B dienstverlening. activiteit. Relevante acties die in het | N & ARE KN ki As ì laatste jaar van de Agenda Digitale R / [a ( | } h | EN | wd dk, | d ' | EE | EK / 4 |, N mi | Ki | \ , | E p Pi Ik \ A UPN | li r Á | ‚ | “ Î O icht tiviteit > & ® = a @ ij w, D ® u 5 a E 9 = Dd 5 5 S d @ a ® Digitale Rechten Voorwaarden Datagebruik en Kennisnetwerk Tada-principes Open source voor digitale wifi-tracking voor het platformen verantwoord inzetten van data en technologie 2 Digitale Rechten Kennisnetwerk Gemeentelijke Agenda Digitale Digitale perimeter Open source Veilige data- Amsterdams 5G Fieldlabs Beleid voor Agenda Het verantwoord voor het sourcingstrategie Veiligheid uitwisseling gedachtegoed dataminimalisatie Amsterdamse inzetten van data verantwoord in het landelijk Intelligentie en technologie inzetten van data telecombeleid door onszelf en technologie en anderen in de stad 3 Voorwaarden Betrouwbare Randvoorwaarden Het tegengaan voor digitale efo Tut IKS) om digitaal van digitale platformen infrastructuur mee te doen ongelijkheid 4 Betrouwbare CRT akesclan sells Een netwerk ter Toegankelijk digitale uitgangspunt vergroting van maken van de infrastructuur ‘Open, tenzij’ digitale wijsheid dienstverlening Digitale rechten 2 Data en technologie E Digitale ongelijkheid (4 Toegankelijkheid dienstverlening Î | ER [ blik 2021 { N ò N N > _ 8 ad Ë BES k a g | EK a a É " 5 u Ë el à ® = 5 5 k 5 LT : Ö | Á | @ e : D 2 versterkt en is er teruggekeken op Voices for Digital Rights project? had samenwerking van de afgelopen als doel om inwoners van verschillende ' Î De gemeente zet zich actief in op drie jaar. Europese Steden te ondersteunen en \ d digitale rechten zoals privacy, toe te rusten om hun stem voor bescherming van data, gelijke toegang Framework voor digitale rechten digitale rechten te laten horen. 2 hal tot veilig internet en digitale Deze samenwerkingen hebben de geletterdheid voor iedereen. Want afgelopen drie jaar veel inzichten Digital Rights Day - elke Amsterdammer heeft het recht opgeleverd. Samen met UN-Habitat 10 december is de dag van de rechten Po op een gelijke behandeling, zowel op heeft de Coalitie van Steden voor van de mens. Digitale rechten dragen a rl straat als digitaal. Ook onbedoelde Digitale Rechten een vertaling bij aan de rechten van de mens. Deze d ban, n discriminatie kan een enorme impact gemaakt van deze inzichten naar het dag werd aangegrepen om met de E hebben op iemands leven. internationale beleidsstuk Digitale Digital Rights Day aandacht te vragen Bijvoorbeeld als een bepaalde groep Rechten Framework voor steden. voor digitale rechten. Van 10 tot en a onbewust oververtegenwoordigd is in Dit is gebaseerd op het framework met 12 december werden verschillende f data die de gemeente gebruikt om ‘Mensenrechten in Steden’ voor de gratis openbare evenementen Ë É he criminaliteit op te sporen. Daarom digitale governance van een gemeente georganiseerd en gestimuleerd. Een gaat de gemeente deze vorm van van het Europese Mensenrechten- deel van de evenementen werd helaas Ì discriminatie tegen. instituut (FRA). Het doel van dit uitgesteld vanwege de toen geldende ij g g g g B raamwerk is om op basis van coronamaatregelen. } Coalitie van Steden voor praktijkervaring in steden en op met Digitale Rechten expertise van kennisinstellingen en Deze bijeenkomsten en dialogen De gemeente Amsterdam is een van NGO's te komen tot een hebben doen inzien dat er meer nodig Y p p 1 de initiatiefnemers van de Coalitie van samenhangende aanpak in meerdere is om digitale rechten samen met de R Steden voor Digitale Rechten (CC4DR). Europese steden. Een helpdesk met stad te borgen en vorm te geven. | hd D k De Coalitie van Steden voor Digitale stedelijke- en digitalerechtenexperts | f EE; á Rechten is een duurzaam bestuurlijk begeleidt steden hierbij. Voor dit Er zijn afgelopen jaren meerdere ERS Á KE Ô kt: netwerk. Digitale rechten worden door gehele project is (internationaal) instrumenten ontwikkeld die helpen KE | Î k . de Coalitie geagendeerd bij beleids- subsidie ontvangen. Het wordt met bij het waarborgen van digitale rechten. 3 geag ) g ) g g % Si makers van de rijksoverheid, de veel belangstelling gevolgd? Denk hierbij aan de Meldingsplicht ' } uropese Unie en de Verenigde Naties. ensoren, he oritmeregister en { i Europese U de V gde Nat Ss het Algorit gist e eerste internationale bestuurlijke itizens' Voices een Mensenrechten Assessment die h D te int ti le bestuurlijk Citi ‘ Voi M hten A t di ' bijeenkomst over digitale rechten Met verschillende (virtuele) helpt vast te stellen of een algo- vond plaats op 14 en 15 oktober 2021". bijeenkomsten is met Amsterdammers ritmische toepassing geen digitale Tijdens deze bijeenkomst werd de en experts gewerkt aan digitale rechten schendt. Inmiddels heeft f ee ie: politieke boodschap op het gebied rechten. Een voorbeeld hiervan is het Amsterdam een ‘team Digitale | ; ï ies van digitale rechten aangescherpt en Citizens’ Voices-project. Het ‘Citizen Rechten’ binnen de directie - we Klien DE 4 u Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening 5 N N S . ‘We willen verantwoorde 3 = technologie waarbij ì g J 2 Digitale Strategie en Informatie, dat IRMA. De Gemeente Amsterdam levert en onderzoek uit, onder andere dl . el … Ë verantwoordelijk is voor de aanpak bijvoorbeeld een bijdrage aan Thorp’, over een data-infrastructuur en een ata elg enaom ZIJ n van NÀ digitale rechten. een project om te experimenteren met _ platform voor zorg en welzijn in de ee 5 communicatieprotocol ‘Matrix’. Matrix stad Amsterdam. Dit gebeurt samen Am ste rda mmers of Z IJ d aar dl biedt een alternatief voor platformen met partijen uit de stad. Het doel is 7 8 2. Voorwaarden voor zoals Whatsapp, Slack, Telegram, om meer zicht te krijgen op welke zeggenschap over hebben. 3 digitale platformen 1 Facebook of Teams, zonder dat het wijze platformen ten goede kunnen 3 data verzamelt over bijvoorbeeld komen aan de Amsterdammer en à Op een online platform komt vraag en iemands gebruik van de app, locatie Amsterdam met behoud van digitale @ aanbod in Amsterdam bij elkaar en en contacten. In 2021 is gestart met rechten en publieke waarden. worden diensten uitgewisseld. een verkenning op bruikbaarheid van Wanneer dit concreter vorm krijgt, Amsterdammers hebben hierdoor Thorp door een coalitie van partijen in informeren we de raad hierover. met trainingen, zodat alle betrokken openbaar gemaakt in het sensoren- Amsterdammers. Hiertoe zijn diverse laagdrempelig toegang tot diensten Amsterdam, zoals Waag en de Groene projectleiders, juristen, inkopers en register van de gemeente Amsterdam. samenwerkingen met kennisinstellingen van bijvoorbeeld het onderwijs en de Amsterdammer. andere medewerkers alert zijn als er aangegaan en uitgebouwd in 2021: zorg. Amsterdammers leveren veel 3. Datagebruik en data gebruikt wordt bij een project. De gemeente werkte aan alternatieven (persoons)gegevens aan deze In een samenwerking tussen gemeente wifi-tracking u voor de data-economie, zodat de stad Lectoraat Responsible IT platformen. Daarom wil de gemeente Amsterdam , Informaat en Stichting Controle op algoritmen minder of zelfs niet meer afhankelijk is In 2020 is het Responsible IT Lectoraat, dat platformen in Amsterdam voldoen Privacy by Design is een geheel nieuwe In de vastgestelde Datastrategie De gemeente Amsterdam gebruikt van grote data-platforms. Dat gebeurt een samenwerking tussen de gemeente aan de Amsterdamse voorwaarden versie van de IRMA-app gerealiseerd. Amsterdam staan richtlijnen — voor de steeds vaker Al en algoritmische via verschillende projecten die daaraan Amsterdam en de Hogeschool van voor het verzamelen en gebruiken van De gemeente Amsterdam heeft ook gemeente zelf en voor bedrijven — over systemen voor bijvoorbeeld bijdragen, zoals: Amsterdam van start gegaan. Dit data. Vanuit de Datastrategie is in 2021 een IRMA-animatie en een IRMA het opslaan en gebruik van data over parkeercontroles of het prioriteren van m programma Digitale Publieke lectoraat richt zich op het ontwikkelen onderzocht hoe dit te realiseren. startergids voor andere gemeenten Amsterdammers en over de stad. meldingen van burgers. Het afgelopen Ruimte waarin Amsterdammers en van technologie, met oog voor gemaakt en beschikbaar gesteld aan Daarbij zijn achttien acties opgesteld. jaar is gewerkt aan beleidsinstrumenten Amsterdamse organisaties samen maatschappelijke waarden en de In het programma Smart Mobility* andere gemeenten. Voor IRMA is een Deze acties moeten Amsterdammers voor meer publieke controle op de ideale digitale publieke ruimte menselijke maat. In 2021 heeft het (portefeuille Verkeer) is een start proefomgeving beschikbaar gesteld meer zeggenschap geven over deze algoritmen — waaronder het Algoritme- ontwerpen; lectoraat Empowering Citizens gemaakt. We hebben gewerkt aan waar voor de Amsterdammer vijf demo's data en ervoor zorgen dat de register, inkoopvoorwaarden voor m een verkenning naar de mogelijk- afgerond: een online platform om Amsterdamse voorwaarden voor beschikbaar zijn om te ervaren wat beschikbare data op een effectieve afspraken met externe leveranciers en heid van een fysieke werkplaats duurzame energieprojecten te vinden deelmobiliteit, logistiek, Taxi, OV en IRMA is en wat IRMA kan betekenen’. manier en in het belang van de stad afspraken over verantwoordelijkheden voor digitale publieke ruimte; en zelf te leren hoe deze te starten. sociaal vervoer (AOV). Hier gaan we in worden ingezet. en taken om risico’s van algoritmen te = Thorp, een project dat experimen- Een ander afgerond project 2022 nog mee door. Dit is de De samenwerking tussen gemeente voorkomen. Deze experimenten zijn teert met een communicatie- is Sensing streetscapes. Dit project Amsterdamse vertaling van de acht Amsterdam, Informaat en Stichting Inkoopvoorwaarden zowel binnen Amsterdam als in samen- technologie die een alternatief betreft een online zoekalgoritme voor richtlijnen van het World Economic Privacy by Design viel twee keer in de Op lokaal niveau heeft de gemeente werking met verschillende gemeenten, biedt voor platforms als Whatsapp, referentielocaties voor geplande Forum voor de samenwerking tussen prijzen: gezorgd voor inkoopvoorwaarden die provincies, uitvoeringsorganisaties Telegram, Facebook of Teams. hoogbouw. Er is onderzocht hoe de commerciële partijen en steden om m 2021: een zilveren Dutch Interactive gelden voor alle nieuwe overeen- en ministeries doorontwikkeld tot menselijke schaal behouden kan invulling te geven aan de mobiliteit van Award (DIA) in de categorie ‘Digital komsten met leveranciers, verbonden instrumenten waarmee in heel blijven in gebieden met hoogbouw.!! de toekomst®. De Amsterdamse for good’ voor de aanpak om een partijen en samenwerkingspartners. Nederlands beter toezicht mogelijk 4. Kennisnetwerk voor het voorwaarden voor mobiliteit worden veilig ID voor de Amsterdammer te Met deze inkoopvoorwaarden wordt is op het gebruik van algoritmen. verantwoord inzetten van Hetlectoraat is gestart met het ELSA vastgesteld bij de vaststelling van ontwikkelen.” geregeld dat de rechten op data die data en technologie En: lab Al media and democracy. Dit lab is nieuw beleid op de genoemde m 2022: een internationale WSA- in het kader van die overeenkomst Sensorenregister een samenwerking met UvA, CWI en dossiers en/of afspraken die vanuit award in de categorie ‘Government worden verzameld of gecreëerd, aan Op 1 december 2021 trad de De samenleving verandert snel. Ook een consortium van media en publieke beleid met mobiliteitsdiensten wordt & citizen engagement.” de gemeente toekomen. Zo kunnen ‘Verordening meldingsplicht sensoren’ de gemeente gebruikt steeds meer partners!?. Vanuit het lab wordt aangegaan. data die met gemeenschapsgeld tot in werking. Het is sindsdien voor technologieën om de stad leefbaarder, gewerkt aan twee onderwerpen. Digitalisering zorg en welzijn stand komen voor publieke professionele partijen verboden om veiliger, efficiënter, schoner en DRAMA gaat over verantwoord Al- Stimuleren van verantwoorde Er is een verdiepende verkenning en doelstellingen en taken benut blijven een sensor te plaatsen in de openbare duurzamer te maken. Deze technolo- gebruik in de media. In samenwerking technologie impactanalyse uitgevoerd over de worden, bijvoorbeeld door ze als ruimte of een publiek toegankelijk gieën kunnen gevolgen hebben voor met de hogeschool Rotterdam Het college werkt aan verschillende digitalisering van het zorglandschap. open data beschikbaar te maken. gebouw, tenzij daar melding van belangrijke sociale waarden. en hogeschool Utrecht wordt de projecten die bijdragen aan het stimu- Dit is opgestart in samenwerking Deze moeten de komende jaren nog gemaakt wordt. De melding moet ook De gemeente Amsterdam dient in verandering onderzocht als Al- leren van verantwoorde technologie met de portefeuilles Economische consistenter toegepast worden. vertellen welke data verzameld of staat te zijn te beoordelen wat de gebruik verantwoord in media wordt waarbij Amsterdammers zeggenschap Zaken en Zorg. Op grond daarvan Daarvoor wordt gewerkt aan bewust- verwerkt worden door de sensor. Deze impact is van technologie op de stad, geïmplementeerd. Het tweede project houden over hun data zoals Thorp en voeren we komend jaar experimenten wording in de organisatie, onder meer gegevens worden geregistreerd en op de gemeentelijke organisatie en de is Filter bubbles. Het betreft een Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening LE) ; = rn s N Ea Et ES EN Pall E 5 rd ER E simulatiemodel waarin het ontstaan zogenaamde afschermkappen die over van de verkenning zijn onderdeel van : EA 8 E_ ni van zogenaamde filterbubbels wordt camera’s geplaatst zijn. Wat als je als de voorbereiding van het nieuwe Bis \ A onderzocht'®. Filterbubbels ontstaan voorbijganger duidelijk kunt zien of, en college rondom de data-economie. 7 pt: 5 doordat websites, zoekmachines wanneer, een camera aan of uit staat? hen al en andere aanbieders resultaten En wat als je zo'n camera zelf kunt Online leefwereld van jongeren Ke en 1 An 8 afstemmen op gedrag van de uitzetten, net zoals bij een webcam? De online leefwereld van jongeren is / DE am TR es) gebruiker. Dit heeft het gevolg dat Met behulp van shutters staan camera’s onderzocht. Jongeren leven in een al ‚N 0 E bepaalde informatie meer, minder of niet onnodig aan en kunnen Amster- hybride belevingswereld met weinig } EN p= Re niet meer wordt getoond. Resultaten dammers zich veilig voelen, maar begeleiding en toezicht. In die wereld ‚ Í ie zijn daarmee niet meer objectief. minder bespied. nemen excessieve online fenomenen Ss Á Et Pd onder jongeren in aard en frequentie mn Nl 1 Kemamnd In samenwerking met de gemeente Als onderdeel van het Responsible toe. De huidige inzet van de gemeente i fi IE mm \ Amsterdam heeft het lectoraat Sensing Lab is de installatie "Zintuigen (en partners) op zorg, welzijn en | la Fl jn p gewerkt aan het algoritmeregister en van Amsterdam’ (‘Senses of Amster- veiligheid van jongeren sluit niet direct | \ in het project Als de machine kiest. dam’) ontwikkeld samen met NEMO. aan bij de belevingswereld en sera | Dit is een onderzoek naar het gebruik Het is een interactieve installatie over problematiek. De gemeente en _ NT van kunstmatige intelligentie in werving- de sensoren in de stad. Welke metin- partners zijn zich hiervan bewust, maar D. | ANS ee rl en selectieprocessen. Daarbij is er gen worden er gedaan en hoe worden er is nog enige terughoudendheid om en AEN NE Ee | 4 specifiek gelet op de kansen en risico’s data verzameld? Bezoekers worden hierop te handelen. De uitkomsten van BA _ ES Tr Î / met betrekking tot het bevorderen van geïnformeerd over de ‘slimme stad’ en de verkenning zijn onderdeel van de p en me pn (ke diversiteit en inclusief, uitgedaagd om mee te denken. De voorbereiding van een nieuw college ! Tet Mk installatie was in 2021 te bezichtigen in op het thema Digitale Weerbaarheid. Ze) r / Tot slot is er gewerkt aan de herkenning Studio NEMO. In 2022 wordt deze L # ol dl PE van Fake news door het gebruik van onderdeel van het publieksprogramma nt, Er Al in samenwerking met de werkplaats vanuit de OBA Amsterdam. ke nit: | / desinformatie'®. Het lectoraat ne p Responsible IT heeft ook een bijdrage Civic Al Lab De afgelopen vier jaar is door veel f Ë geleverd aan het Digital Rights House. Samen met de Universiteit van partijen hard gewerkt om Tada- Amsterdam (UvA) onderzoeken we in principes! toe te passen. Inmiddels | i | Responsible Sensing Lab het Civic Artificial Intelligence Lab'? staat het onderwerp stevig op de : Dt : ARA Het gebruik van slimme technologieën hoe Al ongelijkheid in de stad kan agenda. De Amsterdam Economic | kan vragen oproepen op het gebied tegengaan. Zie ook de activiteit Board bouwt de aanjagersrol af, dit | 4 van privacy, veiligheid, inclusie en Agenda Amsterdamse Intelligentie. wordt overgenomen door het Tada- E mi 3 ' autonomie. Daarom zijn we met het netwerk zelf. | Ì 4 AMS Institute (Amsterdam Institute Techsector in Amsterdam Í Â Í for Advanced Metropolitan Solutions) Er is een gemeentelijke verkenning De Tada-principes zijn uitgewerkt in \ rî u A het Responsible Sensing Lab'é gestart. uitgevoerd om de impact te duiden de in 2021 vastgestelde datastrategie. Í Ai A k / Binnen het Responsible Sensing Lab van de groei van de Techsector in Om de Tada-principes in de praktijk te ie m N zoeken wetenschappers en ontwerpers Amsterdam. De conclusie is dat deze brengen is een toolkit aan de organisatie P en \ | \ |I naar creatieve en vernieuwende groei de stad mogelijkheden biedt, beschikbaar gesteld. Publieke waarden | _k oplossingen. Het Lab onderzoekt hoe maar tegelijkertijd ‘scherpe randjes’ en data-ethiek komen zo structureel Í A : we zogenoemde ‘slimme technologie’ heeft. De groei is gunstig voor de terug in beleid voor digitale vraag- Î { | in de stad op een verantwoorde manier innovatiekrachten het stukken en in data gedreven projecten. Í e= Í kunnen ontwerpen. Met de zorgen over verdienvermogen van de stad en In 2022 starten we met een train-de- oe Ì vrijheid, controle en privacy van de creëert veel werkgelegenheid. Maar trainers-programma, zodat ethiek Amsterdammer als startpunt. In 2021 is deze versterkt ook bepaalde nog meer onderdeel wordt van het gewerkt aan ontwerp projecten. ontwikkelingen zoals krapte op de ontwerp- en ontwikkelproces van Een voorbeeld van een project is de kantorenmarkt, en mogelijke afname technologie. Het doel is complexe Shuttercam. Het Shuttercam-project van de sociale cohesie op de beslissingen uitlegbaar te maken voor onderzoekt het effect van shutters, middellange termijn. De uitkomsten Amsterdammers. u Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening 5 N 5 N 8 5 5 £ . . e e ë H et IS ha rd nod IG d e communl cati e aan een nieuw plan gewerkt voor deze de plaatsing van antennes. In verband bestuurlijk overleg tussen het Ë . . samenwerking. met landelijke ontwikkelingen, ministerie en gemeenten over de NÀ rondom BG te ve rbete ren richting waaronder de uitrol van 5G, is een impact van de Telecomwet op 5 Strategie Digitale Connectiviteit in gemeenten en op goede nationale dl de bewoners. Î 9. Veilige ontwikkeling om regie te kunnen voorlichting en communicatie, met het 8 data-uitwisseling 2 voeren op de implementatie van oog op de geuite zorgen vanuit de 5 connectiviteit in de stad Amsterdam. bevolking over elektromagnetische 3 Met kennisinstellingen en bedrijven Op het moment van schrijven zit deze velden van antennes. Vooralsnog heeft _ à hebben we gewerkt aan een strategie in besluitvormingsproces. dit bestuurlijk overleg nog maar een @ ‘Amsterdam Data Exchange’ (AMdEX) Deze delen we later in 2022 met de keer mogen plaatsvinden. waarin data veilig en eerlijk kan gemeenteraad. 6. Open source 12 dienstverlening: de stad wordt in eigen projecten, waarbij de betrokkenen worden uitgewisseld op neutraal Nieuw antenneconvenant toenemende mate kwetsbaar voor van elkaar leren en resultaten delen. terrein. De AMEX heeft de ambitie Als stad hebben we ook te maken met vastgesteld Open source is een van de criteria digitale aanvallen, misbruik of uitval. een onafhankelijke, publieke, faciliteit besluiten vanuit de Rijksoverheid. Op In 2021 is het vernieuwde antenne- waaraan we belang hechten bij de keuze De projecten vinden plaats in een te worden voor datatransacties. 21 juni 2021 is een wetswijziging van convenant vastgesteld. In het convenant van ICT-toepassingen, naar aanleiding Het college van B en W heeft daarom proefomgeving, waarbij nieuwe Hiervoor zal de AmdEX een infra- de telecommunicatiewet ingevoerd in zijn afspraken gemaakt tussen het Rijk, van de in 20219 vastgestelde Sourcing- een Taskforce Digitale Veiligheid toepassingen op een veilige en structuur en principes opzetten die verband met de implementatie van de de telecomaanbieders en de gemeenten en opensourcestrategie. We onder- aangesteld onder de portefeuille van verantwoorde manier kunnen worden moeten leiden tot veilige, neutrale EU richtlijn 2018/1972. Deze richtlijn voor een zorgvuldige plaatsing van steunen open source en open de Burgemeester om samen met het uitgeprobeerd. De projecten zijn en gecontroleerde data uitwisseling. heeft onder meer betrekking op de omgevingsvergunningsvrije antennes. standaarden en nemen dit mee in de Openbaar Ministerie, de Politie en gericht op het vinden van alternatieven De AMEX is voor data wat de AMS-IX _ implementatie van 5G in onze stad. Hiervoor zijn meerdere gesprekken inkoopstrategie. De uiteindelijke keuze de Veiligheidsregio te werken aan voor technologie die de privacy is voor het internet. Dit moet leiden Ook is er een in april 2021 een impact- gevoerd tussen de vertegenwoordiging voor ICT is afhankelijk van afwegingen het verhogen van de veiligheid en beperkt. De praktische projecten zijn tot meer innovatie en een eerlijkere analyse gemaakt in lijn met de van de telecomaanbieders (Monet), binnen de criteria voor ICT-toepassingen. weerbaarheid. Dit doen we onder meer grotendeels bij het EK uitgevoerd. data-economie waarin de afhankelijkheid Europese Telecomcode. Dit had het ministerie van EZK en de VNG. Bijvoorbeeld de beschikbaarheid en door onderzoek te doen, productenen Denk daarbij aan de inzet van een van datamonopolisten wordt verminderd. opnieuw te maken met het feit dat Concreet betekent dit voor Amsterdam betrouwbaarheid van de oplossing en diensten voor kennisdeling en preventie open-source druktemeter, drone- Enkele eerste testcases zijn gestart. gemeenten moeten instemmen met dat er bij het plaatsen van omgevings- de dienstverlening die eraan op te zetten, maar ook op het gebied detectie en het live kunnen streamen redelijke verzoeken van telecom- vergunningsvrije antennes gekeken verbonden is. van opsporing en strafvervolging. van videobeelden over een 5G-netwerk. AMdEX Fieldlab aanbieders tot het plaatsen van kleine wordt naar het convenant en daarnaar De deelprojecten waar de Gemeente In januari 2021 is gestart met de antennes in de publieke infrastructuur. wordt gehandeld. Voor open standaarden geldt nationaal In het programmaplan/rapportage Amsterdam verantwoordelijk voor is, AMdEX Fieldlab via het Europees De raad is hier middels raadsbrieven het beleid ‘pas toe, of leg uit’. Als we Digitale Veiligheid wordt inzicht zijn in lijn met de Tada-waarden. Fonds voor Regionale Ontwikkeling over geïnformeerd. Regionale samenwerking bij inkoop niet kiezen voor open gegeven in de activiteiten voor 20217. (EFRO). De gemeente Amsterdam Amsterdam heeft een actieve rol in Met de Metropoolregio Amsterdam source, dan kunnen we dat uitleggen. Vanuit de Digitale Perimeter is geleerd heeft zitting in de stuurgroep van de landelijk overleg, klankbordgroepen (MRA) is een ambtelijke 5G-tafel Vanuit een landelijk netwerk wordt dat de vaak genoemde paradox AMdEX, zij is geen deelnemer in het en gemeentelijke coalitievorming. georganiseerd om de samenwerking nagedacht over opensourcebeleid 8. Digitale perimeter 2 veiligheid-privacy helemaal geen AMdEX Fieldlab. Wel brengt de Ook laat Amsterdam de betrokkenheid regionaal te versterken op dit waarin strategieën ook meer op elkaar tegenstelling hoeft te zijn. Het is gemeente haar casuïstiek in, om bij zichtbaar merken bij gesprekken tussen onderwerp. Op deze tafel wordt de worden afgestemd. In eerste instantie werd de digitale mogelijk om technologie zo te te dragen aan de ontwikkelingen. VNG, het ministerie van EZK en telecom- _ uitrol van 5G regionaal geagendeerd perimeter voor het EK voetbal 2021 ontwerpen en bouwen dat er geen aanbieders over het plaatsen van zend- en krijgen afspraken, besluiten en opgeleverd. De digitale perimeter is persoonsgegevens verwerkt worden en ontvangapparatuur in de stad. operationele zaken een regionaal 7. Agenda Digitale een samenwerking bestaande uit zeven en de privacy niet in het geding hoeft 10. Amsterdams gedachten- karakter. Dat verstevigt de regionale Veiligheid 2 projecten. Het doel van de digitale te komen. Dit is overigens geen goed in het landelijk Verder heeft de GGD Amsterdam samenwerking. Moderne digitale perimeter is om te onderzoeken hoe vrijbrief om te allen tijde technologie in telecombeleid 2 zitting in een landelijke klankbordgroep infrastructuur houdt niet op buiten Amsterdam werkt sinds 2020 naast bezoekers in het drukke arenagebied te zetten. Juist als overheid willen we Kennisplatform EMV? (Elektro- de gemeentegrens. fysieke veiligheid ook aan de digitale op een veilig en comfortabele manier dergelijke technologie goed begrijpen. Alle Amsterdammers zouden gebruik magnetische Velden). Doel van het veiligheid en weerbaarheid van van punt A naar B te krijgen, zonder Dat draagt bij aan het voorkomen van moeten kunnen maken van een goede, _kennisplatform is om wetenschappelijke Interne ontwikkelingen bewoners, bedrijven, instellingen en hierbij (te veel) overlast te ervaren. potentieel misbruik. Om deze redenen stabiele en veilige internetverbinding kennis over elektromagnetische velden Er is binnen de organisatie een taskforce infrastructuur met als doel deze te is er besloten om de samenwerking en în hun stad. Daarom werkt de gemeente begrijpelijk te maken. De noodzaak is digitale connectiviteit opgezet die als verbeteren. Of het nu gaat om online In de digitale perimeter werkt de het project de komende jaren voort te mee aan de bereikbaarheid hiervan in hoog om communicatie rondom 5G doel heeft om de connectiviteit binnen gepeste jongeren, het hacken van gemeente samen met de Johan Cruijff zetten vanuit de Taskforce Digitale alle gebieden. Wel willen we dat het te verbeteren richting de bewoners. Amsterdam te verbeteren. Een van de een vitale infrastructuur of een aanval Arena, Nationale Politie en TNO. Elke Veiligheid onder de portefeuille van de straatbeeld overzichtelijk en schoon Dit is een taak voor de Rijksoverheid. activiteiten die hieruit voortkomt is op de gemeentelijke systemen en partner is daarbij verantwoordelijk voor burgemeester. Momenteel wordt er blijft. Daarom houden we de regie op Amsterdam blijft aandringen op om samen met de telecomaanbieders Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening en n De E Er / ê \ Ps Ae ' S Se, j N - Ne 8 5 ê Ni 8 F4 E w, Ns u te onderzoeken hoe connectiviteit Bij de Johan Cruijff Arena is Nieuwe werkwijze voor uitrol 5 verbeterd kan worden met zo min onderzoek gestart om de aandacht van glasvezel NÀ p In ) n he mogelijk belasting van de openbare voor connectiviteit te schenken bij De gemeente heeft samen met de 5 , ' ei ruimte. de start van grote bouwprojecten, telecomsector een nieuwe werkwijze dl Es p zoals nieuwbouw. Beoogd wordt voor de uitrol van glasvezel opgesteld. 8 " de uitval of zwakke bereikbaarheid, Deze is gelijk voor álle aanbieders van 3 ge en ee hi 2 zoals bellen en internetten, in de glasvezel. Er zijn afspraken gemaakt 3 in , 3 en | n an Je gebouwen te minimaliseren. Daarmee over hoe en wanneer er in de grond * w \ s 5 ë y Het 5G-netwerk wordt landelijk is het de bedoeling om op voorhand gewerkt mag worden en afspraken @ # op steeds meer plekken uitgerold. gebouwen geschikt te maken voor de om de uitrol zo efficiënt, toekomst- Door gebruik van nieuwe digitale nieuwste technologieën. bestending en gestructureerd mogelijk ” Ì toepassingen in de maatschappij te laten verlopen. Deze werkwijze . hebben we straks niet meer genoeg Met het 5G-fieldlab wordt onafhanke- wordt inmiddels ook door andere aan het 4G-netwerk. Om beperkte lijke en neutrale 5G-toegang steden overgenomen. : capaciteit te voorkomen en uitval gerealiseerd op het Marineterrein van het netwerk te minimaliseren door een dependance te worden De gemeente onderzoekt ook in “ heeft de gemeente zogenaamde van Do loT 5G field lab van de TU hoeverre er zogenoemde ‘kabelgoten’ fieldlabs opgezet. De ambitie is dat Delft. Do loT 5G Fieldlab?' is een kunnen worden aangelegd als er al de voor- en nadelen van dit snellere field lab van de TU Delft op het ergens werkzaamheden worden netwerk bekend worden. Waarbij gebied van internet of things (loT) uitgevoerd, zodat telecomaanbieders het uitgangspunt is dat technologie en 5G. Dit field lab heeft een eigen, hun kabels hier op een later moment Á alleen wordt ingezet als de belangen onafhankelijk 5G-netwerk. Het is doorheen kunnen trekken. EC ES van de Amsterdammers voldoende mogelijk om onafhankelijk te werken hk … gewaarborgd zijn. van de drie grote telecomproviders in De gemeente blijft in nauw contact N & Nederland. Het doel is om de kansen met de aanbieders van glasvezel. Met EN Op dit moment zijn er twee fieldlabs van technologie te benutten waar deze zogenoemde ‘verglazing’ wordt die zich afzonderlijk van elkaar een goede infrastructuur cruciaal de stad ook voorbereid op nieuwe ontwikkelen, te weten de Johan Cruijff voor is, en de nodige risico's die bij digitale toepassingen en ontwikkelingen, Arena en het Marineterrein. de grootschalige uitrol van 5G komen zoals de hiervoor beschreven laatste kijken te kunnen overzien. In 2022 generatie mobiele telecomnetwerken Het verschil tussen de locaties is gaan de projecten van start. met de komst van 5G. de mate waarin binnen en buiten onderzoek wordt gedaan. Onderzoek bij de Johan Cruijff Arena geeft goed inzicht in het onderzoeken van het Ea 5G-netwerk in binnenruimtes en 7 -gebouwen. Het Marineterrein is juist Betrouwbare digitale infrastructuur is geschikt voor onderzoek buiten, in zeer belangrijk. Betrouwbaar betekent Het afgelopen jaar is de bewust- de publieke ruimte. Voor beiden zijn ook dat de bestaande en nieuwe wording voor het onderwerp ‘open, voorbereidingen gestart. infrastructuur bestand is tegen tenzij’ en de betrokkenheid vanuit k toekomstige ontwikkelingen. We willen meerdere partijen toegenomen. Er zijn De gemeente Amsterdam is zich graag dat moderne digitale infra- verschillende stappen gezet vanuit de bewust van het maatschappelijk debat structuur openstaat voor aanbieders portefeuille van de burgemeester ten rondom 5G. Voor het 5G-fieldlab van snel internet en dataverkeer. behoeve van de verbetering van het wordt samengewerkt met het Agent- Hierdoor krijgen Amsterdammers, Wob-proces. Stedelijke sturing en schap Telecom om voortdurend en ook ondernemers, de beschikking monitoring op zowel ambtelijk als de straling van de antenne op het over een meer toekomstbestendige bestuurlijk niveau is aangescherpt. Marineterrein te meten. digitale connectiviteit. Gemeentelijke informatie (startend u Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening 5 N N S ee . ‘We zijn trots op de nieuwe 3 5 Cyberbank: een soort 5 k | nieuwe Al-technologieën en het aan het thema datawijsheid en aan Samenwerkingen È voedse | ba n voor la pto DS en ethisch en inclusief gebruik ervan. andere onderwerpen rondom het Samenwerken met partners zoals de 5 ee e 1 thema technologie en data. Zo werd OBA Amsterdam en Cybersoek in de 5 d IG Ita le on d e rste unIin g e Amsterdamse Al-coalitie dit jaar de Glass Room Experience stad is essentieel en isin 2021 verder & De UvA, VU, Amsterdam UMC, NKI/ georganiseerd. Deze expositie uitgebreid. Rond de hulp bij de 8 AVL, HvA, Sanquin, CWI, Amsterdam onderzoekt de reis van persoonlijke Coronacheck-app en het verdelen van 3 Economic Board en de gemeente data op het internet en zet aan tot laptops die de gemeente aan minima 3 Amsterdam vormen samen de gesprekken over privacy en het delen verstrekt bijvoorbeeld. Ook worden E Amsterdamse Al-coalitie. Zij hebben van data. De tentoonstelling biedt er regelmatig netwerkbijeenkomsten 8 zich verbonden aan een samenwerking bezoekers veel inzichten en geeft hen georganiseerd door de gemeente en waarbij de komende tien jaar een kijkje in het eigen online leven. allerlei partners in de stad om kennis met Wob-besluiten) worden ‘open’ 15. Agenda Amsterdamse moment staan er zes algoritmen in het 1 miljard euro wordt geïnvesteerd in Ook werd er voor kinderen een spel uit te wisselen hoe om te gaan met en/of deelbaar op het gemeentelijk Intelligentie 2 algoritmeregister van de gemeente. Al-technologie. De doelstellingen zijn over digitale veiligheid georganiseerd: digitalisering in hun sector. Zowel platform van het Stadsarchief online beschikbaar? Hackshield. Door het spelen van deze online als offline. gepubliceerd? En tot slot zijn eerste Het college wil dat de gemeentelijke Ook zijn er verschillende toepassingen game leerden kinderen zich op een stappen gezet bij actieve openbaarheid organisatie vertrouwd kan worden onderzocht en ontwikkeld. Hierover speelse manier te wapenen tegen In het voorjaar 2021 organiseerden zoals het erfpachtdossier, geheime door iedere Amsterdammer, ook als hebben we vervolgens actief 16. Een netwerk ter digitale gevaren. Ook is er via culturele DEN Kennisinstituut cultuur & digitale documenten, het algoritmeregister de organisatie gebruikt maakt van gecommuniceerd via onder andere vergroting van partners zoals Amerpodia aandacht transformatie en het Amsterdams en het sensorenregister. moderne technologie. De ambitie is www.amsterdamintelligence.com om digitale wijsheid 7 binnen de programmering voor Fonds voor de Kunst acht kennissessies daarom dat de algoritmen die de de transparantie te vergroten en de geweest met de Techtalks op de over digitalisering in de culturele Ter voorbereiding van de Wet open gemeente Amsterdam gebruikt, collectieve kennis over de techniek Het college wil dat alle Amsterdammers _ thema’s privacy en desinformatie sector. De reeks, getiteld ‘Digitale overheid (Woo) is eind 2021 gestart transparant en controleerbaar zijn te vergroten. Voorbeelden van kunnen deelnemen aan de digitale tijdens de landelijke verkiezingen. Daadkracht’, werd geproduceerd en met de contouren van het Programma voor Amsterdammers. onderzochte algoritmen zijn slimme wereld. Zoveel mogelijk Amsterdammers live gestreamd vanuit Pakhuis de Open Amsterdam. Daarin wordt sensoren die in beeld brengen waar moeten hun zaken online kunnen Street Art Museum Amsterdam Zwijger. Culturele organisaties en invulling gegeven aan de implementatie Via de Agenda Amsterdamse in de stad afval ligt of welke lantaarn- organiseren en regelen. Voor wie dit Samen met het Street Art Museum creatieve makers inspireerden elkaar van de Woo, modern informatiebeheer _ Intelligentie® stelt het college onder palen dreigen om te vallen, maar ook nodig heeft wordt ondersteuning (SAMA) is een wedstrijd en bewust- met innovatieve ontwikkelingen op en aandacht voor scholing en andere voorwaarden aan algoritmen, onderzoek naar het op nieuwe georganiseerd om mensen zoveel wordingscampagne georganiseerd met het gebied van digitale kunstbeleving, ontwikkeling. Het programma loopt in zodat discriminatie kan worden manieren meten van de inclusieve mogelijk zelfredzaam te maken. graffitikunstenaars rond het thema digitale verdienmodellen en boden ieder geval tot en met 2023. De nieuwe tegengegaan. Daarnaast wordt toegankelijkheid van de openbare privacy. Er zijn drie muren in Amsterdam _ handvaten om een eigen digitale norm wordt actieve openbaarheid. In onderzoek gedaan en geïnvesteerd in ruimte. Vergroten van de zelfredzaamheid beschikbaar gesteld voor de winnende strategie te bouwen. De Gemeente beginsel gaat het hierbij om verplichte de kennis over technologie binnen de Via de activiteiten van de Agenda kunstwerken. Buurtbewoners kregen de Amsterdam financierde deze categorieën zoals die zijn opgenomen organisatie. De gemeentelijke Civic Al Lab Digitale Stad zetten we in op het mogelijkheid op hun favoriete ontwerp kennissessies om de cultuursector te in de Woo. Onder de Woo gaat de organisatie moet in staat zijn te Het Civic Al Lab is met een bijdrage vergroten van de digitale zelfredzaam- te stemmen. Op 28 januari 2021, de ondersteunen bij het toekomst- gemeente meer informatie uit eigen bepalen wat de impact is van van de gemeente Amsterdam van start heid van de Amsterdammer, Europese dag van de Privacy, heeft het bestendig maken van hun werkpraktijk. beweging openbaar maken, zonder technologie voor de organisatie, de gegaan. Het houdt zich bezig met het waaronder kennis en vaardigheden initiatief van Sama de Nederlandse dat iemand daarom vraagt. stad en de Amsterdammer. Aan de tegengaan van digitale ongelijkheid, om technologie te gebruiken en de Privacy Award gewonnen. Deelnemen in een digitale wereld Agenda Amsterdamse Intelligentie door eerst inzicht te krijgen in vaardigheden om informatie te vinden, Om ervoor te zorgen dat alle wordt gewerkt vanuit de portefeuilles ongelijkheid door Artificial Intelligence te duiden en te gebruiken. Dit doen Techconnect Amsterdammers kunnen deelnemen 14. Beleid voor Digitale Stad en Economische Zaken. (Al) in de stad en vervolgens te werken we samen met maatschappelijke Techconnect wil mensen via initiatieven in de digitale wereld, wil het college dataminimalisatie z aan alternatieve bruikbare Al. Het lab partners in de stad en door diverse activeren naar studies en banen in IT. dat iedereen beschikt over de Op het gebied van kunstmatige ontwikkelt Al-technologie in relatie tot initiatieven te ondersteunen. De focus van Techconnect ligt in 2021 randvoorwaarden om toe te treden. Het beleid op dataminimalisatie is intelligentie wordt ingezet op het de kansenongelijkheid in de samen- op de initiatieven TechGrounds, Dat wil zeggen; een veilige en vastgesteld in de datastrategie. stimuleren, ontwikkelen en controleren leving. Deze technologie moet actief Publieksactiviteiten TekkieWorden, TechMelUp en MKB betrouwbare internetverbinding. van toepassingen in Amsterdam, onder _ het vooruitzicht op gelijke kansen in In 2021 hebben er — ondanks de Digital. In 2021 streefde Technconnect De ambitie is om internettoegang te andere door het opstellen van inkoop- onderwijs, welzijn, milieu, mobiliteit situatie rondom de coronapandemie naar nieuwe partnerships en het realiseren voor alle Amsterdammers, voorwaarden voor algoritmen, het en gezondheid vergroot. Op deze vijf — verschillende publieksactiviteiten ontwikkelen van nieuwe business- ook Amsterdammers in een kwetsbare implementeren van het eerderge- thema's zijn PhD-studenten bezig met plaatsgevonden. Via publieks- modellen om zo hun doelstellingen situatie. Dit is nodig om gebruik te noemde algoritmeregister en een een onderzoek. Het Civic Al Lab dient programmering van de Openbare te behalen. Op dit moment staat de kunnen maken van de nodige hulp en algoritme audit. Dit is allemaal in 2021 ook als informatiepunt voor inwoners Bibliotheek Amsterdam (OBA) en met teller op meer dan 30.000 mensen regelingen die momenteel digitaal uitgevoerd en opgeleverd. Op dit en bedrijven die vragen hebben over andere partners is aandacht besteed die geactiveerd zijn. worden aangeboden, om opleidingen Digitale rechten 2 Data en technologie Wi Digitale ongelijkheid (4 Toegankelijkheid dienstverlening N Ka) dd N fa) N N Ra ij ee] ol [oi] ie, El ol 5 D u af a =' Pi ij = ' 5 G Ke Ke he a) al @ | |, . ® KC en taalcursussen te volgen en afmaken Opening van de Cyberbank Ris Claas « en om in contact te kunnen blijven Met de oprichting van de Cyberbank is - re AAP rt Û N t naasten. d iseerd = Bola htt Sheli met naasten een duurzaam vervolg georganiseer : gheen 1e se) Sdk op de actie ledereen Verbonden. De ETI en Dec ie | TN] Niet alle Amsterdammers hebben thuis Cyberbank is een soort voedselbank Er ai es =- \ Pet | een internetverbinding en computer voor laptops en digitale ondersteuning. fe CRF 8 : of smartphone of de vaardigheden om Met een grootschalige campagne je F kilil. KJ û = e EN die te gebruiken (bron: OIS 2019). zijn Amsterdammers en Amsterdamse 8 Ed … Uk. ee …. . : : : deden | ri = & af} Digitale ongelijkheid stapelt op andere organisaties opgeroepen om hun ANB i Ee vormen van ongelijkheid, zoals armoede, ‘oude’ laptop te doneren aan de Tee : kr We slechte gezondheid en laaggeletterd- Cyberbank. mn Ô ut heid. Daarom werkt de gemeente Kl B ri | B to Tt | samen met maatschappelijke Publicroam Pr En, De | organisaties om op hun locaties een Landelijk telt Nederland 456 Ef A AR Ì veilige toegankelijk internetverbinding Publicroam-locaties, waarvan er in de ek id te realiseren. regio Amsterdam inmiddels 86 zijn. _ a TE De spreiding in de stad is evenwichtig pn ope De xx Gementd ae A: x he Vanuit Armoedebestrijding en de over de stadsdelen. In 2021 is er Ee en Cyberbank Asten portefeuille Werk is het project samengewerkt met de organisatie Ì ledereen Verbonden in 2021 eenmalig achter de dienst Publicroam om Ei voortgezet met de distributie van 1250 __WiFi-roaming op nog meer plekken laptops (zonder internet). Er zijn 500 in Amsterdam beschikbaar te kunnen laptops voor minima (Armoede- stellen zodat een nog grotere bestrijding) en 750 laptops voor de verspreiding van veilige Wifi-netwerken directie Werk, waarvan 250 laptops ontstaat. Om het gebruik van voor jongeren. Deze laptops zijn ook Publicroam makkelijker te maken, is in allemaal refurbished. Op dit moment december 2021 een app beschikbaar is er geen zicht op een structurele gesteld. Deze app helpt met het regeling voor het verstrekken van verbinding maken met Publicroam op laptops aan minima vanuit de de locaties waar dit wordt aangeboden. gemeente. A En eget a Er te a a wit Kn eN KS ad At ee En Dld OO OE kN Û ES ae — tE OENE ning AD ie Ket ak ai El OE AR a a elks 1 Beide en hie SE It ef an M h lijk Ee ed | aatscha PPEIIJKE 8 oe ad : = aad | e ® | | ontwikkelingen | 3 - „ ® » N = ô _ " _… : : 8 ee u en ER B Technologie is verweven met ons leven. Dat 8 A een rat heeft tot gevolg dat de maatschappij reageert, 9 EE Be ee A), pr een . 5 B B _ aa meebeweegt en verandert. En ook de overheid d E af Be a hin moet mee veranderen. 8 Joe), W ER j rp é É Me. 8 T Ke m/ AN - r Ë EN 7 2 í zis © Ne Sd me 5 p | Wants Ee ej E Ng -_ FAA en B , Pon Ee £À Dd re 7 à je an Re 0 e r d bek en! Anno 2022 ziet de digitale wereld De data-economie moet fundamenteel Digitalisering neemt een vlucht dankzij "tj DV an a / A ON 8 Re ek £ es) er anders uit dan in 2018. Dat leidt veranderen om dit te garanderen. We de coronapandemie. Tijdens de u e a 4 f 4 jm et rig od K | { tot de noodzaak andere keuzes te willen toe naar een data-economie die loekdowns grepen we massaal naar 4 4 ú : ea * 3 ij maken, om te gaan met nieuwe uitgaat van digitale rechten, waarin data digitale oplossingen in de sectoren van ' EN i zt LE FA Ne à ontwikkelingen en die een plek over de stad in het publieke domein onder meer zorg, onderwijs en sport. á 1 Ë d E kunnen geven. In dit hoofdstuk gedeeld of gebruikt worden en waarin De verwachting is dat dit na de Rl el 7 Ì Á b richten we ons op enkele belangrijke Amsterdammers en Amsterdamse pandemie deels zo blijft. Zo zullen „ r Á 4 - | Á maatschappelijke ontwikkelingen die organisaties iets te zeggen hebben er veel meer mensen geacht worden en Í fi A 7 seal van invloed zijn op de activiteiten die over de data die hen beschrijven. (deels) thuis te blijven werken. Mede 8 5 je Lik - el we in 2022 oppakken en uitvoeren. De waarden zoals beschreven in de door de afgelopen twee jaar, waarin \ ber | E VE Me Pl Agenda Digitale Stad 2020 vormen de digitale kloof extra toenam, is de Re WT EA CR ami PET daarvoor het uitgangspunt. urgentie van het dichten van die kloof nn a iN, Hi a, er ma En Ee. ilk a TE 5 Amsterdam De ontwikkelingen in de afgelopen zichtbaarder geworden. Dat dit niet nn PI ZEN Î fi, | ji ke De en rei ner” me Ez vier jaar en de in 2020 vastgestelde alleen gaat over kansenongelijkheid, ni EN \ É Ï Í A nn gn in Es Er worden in de stad steeds meer datastrategie vormen het uitgangspunt. is minder bekend. Het is van groot le einge | VA Sf A ü | on data verzameld. Niet alleen door de sociaal én economisch belang om flink ae antik ei IN | MAU Á h 3 me En zi zen gemeente, maar ook door grote De Amsterdamse ondergrond raakt in te zetten op de digitale vaardigheden. nn nn | | IL ke , "men ee amen A ne Ent bedrijven. In de 21° eeuw heeft de vol. Leidingen, rioolbuizen, kabels, Uit onderzoek is gebleken dat de an manen: IN IW fi | ir En ga en mmm overheid geen monopolie meer op tunnels en ruimte voor groen om te digitale kloof een significante impact . enne Ni JA Ik RE » U mn - dit soort informatie. Amsterdammers groeien: het heeft allemaal een plekje heeft op de economie. Tee Ne AN IIS jn 8 en re : ee : ne Damar | Pe Mnl ca tennnmsnm moeten meer kunnen bepalen wat er in de ondergrond. Digitale infrastructuur ai ES il Pr i ni Bk 7 Be me ee met data over hen gebeurt en wie er maakt gebruik van de ondergrond, Internet is een belangrijke bron van hen = MER nn ze EN PE De toegang toe heeft. Amsterdammers denk aan snelle glasvezelverbindingen informatie en biedt een breed scala enn eeen je \ je at Í mm EE de me bcn verwachten een oplossingsgerichte, of het bouwen van de benodigde aan mogelijkheden. Het kunnen IE À fe yr n —— ns an HEEE nn nnn ennen begrijpelijke en gebruiksvriendelijke infrastructuur voor de uitrol van BG. benutten van deze mogelijkheden is nn, EE Ia}, Úlen If / ee NE nd gemeente en dat hun gegevens Daar moeten we zorgvuldig en essentieel. Zeker nu veel organisaties Et Ge eE, ERI EEn mn en AE red 100% veilig zijn. Daarvoor zijn data strategisch mee omgaan om ook in de (waaronder de overheid) van burgers a NA\ zr) br en, enen eN ze noodzakelijk. Data die de stad toekomst te zorgen dat de puzzel blijft verwachten dat ze digitaal zelfredzaam Ted ne a zj nen ee Eeen ze $ 5 Ee LAN 7 ee Eee Ee } nd B Ee 2 beschrijven en over dingen die zich in passen en alle stukjes mooi op elkaar zijn, bijvoorbeeld op het gebied van BEE ER 58 Eind En Ee EEE EN de openbare ruimte van de zich afspelen. aansluiten. En dat de ondergrond gezondheid, persoonlijke financiën, re Een PE Dit soort data moet toegankelijk zijn efficiënt open wordt gemaakt, zodat wonen en de arbeidsmarkt. De ee. ER EE En en En voor de gemeente, haar bewoners en wij in de bovenwereld daar zo min mogelijkheden die het internet biedt, EE haar bestuurders. Bedrijven die over mogelijk en zo kort mogelijk last zijn vaak niet beschikbaar voor de ES Rn 5 5 TE heg ED nes deze data beschikken moeten de van hebben. mensen die deze misschien wel het toegang hiertoe vergroten. hardste nodig hebben. Door gebrek gere GE EE SE ii re 5 N N . . . R 1 Een digitale transformatie E . 2 die de Europese waarden ; aan digitale vaardigheden dreigen Onderzoek is gedaan naar hoe de iedereen toegankelijk. Hierdoor wordt d ht | d Tot slot is op Europees niveau de E minima bijvoorbeeld regelingen en kansen van digitalisering op een een digitale transformatie mogelijk die en g ronarec en, evenals e ontwikkeling bezig van een EU-breed _& voorzieningen mis te lopen, is het verantwoorde wijze te benutten en of de Europese waarden en grondrechten, eje e kader voor beveiligde openbare 5 vrijwel onmogelijk je in te schrijven dit zou moeten leiden tot veranderingen evenals de veiligheid van de burgers vel | I g h el d van d e b u rg ers elektronische identificatie (e-ID). el voor een woning, zien en betalen in governance van digitalisering bij de beschermt. Tegelijkertijd wordt ook 1 Dit zou mensen controle geven over 8 mensen hun rekeningen niet tijdig landelijke overheid. de digitale soevereiniteit van Europa beschermt. hun online-identiteit en -gegevens, en 3 en worden afspraken gemist. versterkt.” toegang mogelijk maken tot openbare, 3 De nieuwe telecomwet beperkt de particuliere en grensoverschrijdende * Mensen die moeite hebben om deel gemeentelijke mogelijkheden om te In maart 2021 presenteerde de digitale diensten. Dit voorstel is @ te nemen aan het digitale verkeer zijn sturen op fysieke infrastructuur. ledere Commissie het digitaal kompas met momenteel in bespreking bij de Raad®. ook minder goed in staat het internet telecomaanbieder is gerechtigd zijn een visie en doelstellingen om de in te zetten ter verbetering van hun netwerk inclusief de bovengrondse digitalisering in de EU tot 2030 te De Europese Raad streeft naar een Op het gebied van kunstmatige eigen positie. Denk bijvoorbeeld het antennes en gebouwtjes aan te bevorderen. De strategie omvat een eengemaakte markt voor gegevens die _ intelligentie publiceerde de Commissie online zoeken van vacatures of het brengen, maar de mogelijkheden van voorstel voor het beleidsprogramma strookt met de gemeenschappelijke een voorstel voor geharmoniseerde zoeken naar (gratis) activiteiten in regie worden nog onvoldoende benut. ‘Traject naar het digitale decennium’, waarden van de EU, waardoor meer regels betreffende artificiële de buurt. Dit werkt overigens niet alleen negatief hoe de digitale doelstellingen uiterlijk gegevens over sectoren en grenzen intelligentie (de verordening artificiële uit voor de gemeente: ook voor de in 2030 te verwezenlijken. Dit heen kunnen worden gedeeld en intelligentie) en een gecoördineerd telecomaanbieders is het ontbreken Commissievoorstel wordt momenteel hergebruikt. De Europese Commissie plan met een reeks gezamenlijke acties Landelijk van eenduidige sturing erg lastig in besproken in de Raad. stelde een Europese datastrategie voor de Commissie en de lidstaten. de bedrijfsvoering. voor die de digitale transformatie in de Deze regels moeten het vertrouwen Het nieuwe kabinet heeft flinke ambities In dit kader gaf de Europese Commissie komende vijf jaar moet bevorderen? in artificiële intelligentie vergroten en op digitaal gebied”. Zo moet er een Op 1 mei 2022 treedt de nieuwe Wet het startschot voor de goedkeuring Het eerste wetgevingsinitiatief in het de ontwikkeling en actualisering van wettelijke regeling komen voor de open overheid (Woo) in. De Woo heeft van een Europese verklaring over kader van de datastrategie werd op Al-technologie bevorderen. controle op algoritmes, meer aandacht als doel overheden en semioverheden digitale rechten en beginselen. 25 november 2020 gepresenteerd door voor uitvoeringstoetsen, de aanpak transparanter te maken. De wet moet De verklaring maakt duidelijk dat de Commissie: de datagovernance- De Europese Raad besprak het van zogenoemde Big Tech-bedrijven, ervoor zorgen dat overheidsinformatie online dezelfde grondrechten gelden verordening moet gegevens voorstel in oktober 2021 en wees het terugdringen van het digibetisme beter vindbaar, uitwisselbaar, eenvoudig als offline. Ook is het een raamwerk beschikbaar maken voor hergebruik daarbij enerzijds op de aanzienlijke en meer regie op de digitale te ontsluiten en goed te archiveren is. waar de EU en de lidstaten zich aan over verschillende sectoren en grenzen maatschappelijke en economische infrastructuur. Allemaal onderwerpen Daarmee komt de huidige Wet open- moeten houden. heen. In november 2021 werd hierover voordelen van Al, en anderzijds op de die voor Amsterdam van groot belang baarheid van bestuur (Wob) te vervallen. een voorlopig akkoord gebruikt. noodzaak de privacy en de veiligheid zijn. Voor het beschermen van digitale De EU-lidstaten onderkennen dat de te waarborgen?” rechten, het mee kunnen komen van Precieze cijfers over hoeveel regels voor digitale diensten moeten De EU werkt aan een aanpassing van jong en oud in een digitale wereld en Nederlanders niet of moeilijk mee worden verbeterd, gemoderniseerd de belasting stelsels van de lidstaten De Europese Commissie wil iedereen om de stad fysiek voor te bereiden kunnen komen in de digitale wereld en verduidelijkt. Het wettelijk kader in voor het digitale tijdperk. De huidige in de EU toegang geven tot snelle op nieuwe ontwikkelingen, moeten wij ontbreken. Naar schattingen gaat de EU voor digitale diensten is sinds internationale belastingregels zijn internetverbindingen®. De EU heeft samenwerken. Amsterdam kan een het om 2.5 tot 4 miljoen burgers? de vaststelling van de richtlijn inzake gemaakt voor bedrijven met een connectiviteitsdoelen gesteld voor 2025: voorbeeld en een partner zijn voor Tweeënhalf miljoen Nederlanders van elektronische handel in 2000 niet fysieke aanwezigheid in een land. m gigabit connectiviteit voor alle andere Nederlandse gemeenten, 16 jaar en ouder is laaggeletterd. Voor gewijzigd. Met dit pakket stelt de Als gevolg daarvan worden winsten belangrijke sociaal-economische provincies, ministeries, waterschappen de meeste mensen die tot deze groep Commissie nieuwe regels voor om de uit digitale activiteiten vaak niet belast actoren; en uitvoeringsorganisaties die allemaal behoren is de digitale wereld een digitale ruimte en digitale diensten, in het land waar de winst wordt m ononderbroken 5G-dekking in alle voor dezelfde maatschappelijke uitdaging. waaronder sociale media platforms, gegenereerd. Een nieuw stelsel zal stedelijke gebieden en belangrijke uitdaging staan. beter te beheren. De belangrijkste gevolgen hebben in Nederland en vervoerstrajecten over land; doelstellingen zijn: voor Amsterdam als centrum voor m toegang tot connectiviteit met In 2021 is het essay ‘Actuele kwestie, Europa m de toegang hebben tot veilige digitale ontwikkeling. minstens 100 megabit/s voor alle klassieke afweging’ van de Nederlandse platformen en bescherming van Europese huishoudens. School voor Openbaar Bestuur (NSOB) Op Europees gebied staan de grondrechten en; aan de Tweede Kamer aangeboden. ontwikkelingen niet stil. De Europese m vrije en eerlijke concurrentie in Een onderzoek op verzoek van Unie heeft als doel ‘een veilige digitale de digitale sectoren mogelijk meerdere bewindspersonen die over ruimte voor burgers en bedrijven [te] maken om innovatie en groei digitalisering gaan op nationaal niveau. creëren die inclusief is en voor te stimuleren. Ki oe Digitale rechten 2 Data en technologie E Digitale ongelijkheid (4 Toegankelijkheid dienstverlening 3 A4 itblik 2022 il ooruitblI , e N , B Ld Nn | | & D = a @ Î 5 ° w, E in $ E " D et % u En 1 E DD ì 6 5 re en Ë f we \ s a zE = ae EEn d < ' 5 EE B: Ë J _ Í = 8 i en EE hs. A -—- Pan Ë 8 / Ne 8 k EA E 5 ni e É En Ek 8 kia * he aas 3 BS 8 ze " ä E 4 il he Een ’ \ ze pn] | En \ | ì | er en a 8 = é … _K ui Ah Ds RN Ee | ES, ' he ke 2 rl LE 7 Ri Wk se ER 20 A er | SE P * Í Es ie 3 5 er ‚a ï „ ( RN OV Je m4 Een AN <4 úé ME EN ai en ks Ae | Ms É ANN S 2 Digital Rights House Ook starten we met een ‘Digitale . 6 b a JA e en N r « ze a | - f S ES In 2022 wordt het Digital Rights House Rechten Helpdesk'-project dat steden Er ä : 1 | P == % ee ee . B * N RR i pn Á y P Programma Digitale Rechten Amsterdam gelanceerd. Het Digital helpt in de verbeteren van de ws — RN > Ü ‚N Ï | ú sl Dit jaar start de gemeente met een Rights House is een meerjarige samen- governance van digitale rechten. N EN go 4 5 id pakket aan maatregelen waarmee het werking tussen de stichting Digital Deze helpdesk maakt het mogelijk het mak A Er … u bevorderen van digitale rechten van Rights House (Stichting DRH) en de framework in de praktijk toe te passen Ko É bewoners structureel onderdeel wordt gemeente Amsterdam, om digitale en te verbeteren. | 5 kk iq En Dn ke E kN af van de gemeentelijke organisatie. Dit rechten op de agenda te houden van — EE, Fy At % gebeurt binnen de volgende pilaren: diverse organisaties en te onderzoeken Mede dankzij de ontvangen subsidie r be N gn m wat er moet verbeteren in Amsterdam. wordt op casuïstiek onderzoek gedaan Z t t verbet in Amsterd dt istiek ond k ged ze dS een Kk re EE. ewustwording en Kennis: elke en kennis uitgewisseld. Bijvoorbee ee 8 à wk Bewustwording en K Ik k tg Id. Bijvoorbeeld dik Nd A wi ambtenaar is ambassadeur van Het DRH neemt de netwerkende rol op hoe het beste misstanden van KN EN LL” p it digitale rechten. van de gemeente grotendeels over op digitale rechten in beeld gebracht ’ en 5 Leiderschap en Regie: Amsterdam het gebied van digitale rechten. Het kunnen worden en hoe andere steden k ke 3 3 wordt een voorbeeldstad op het DRH doet onafhankelijk onderzoek impact van maatregelen voor digitale i Pan A gebied van Digitale Rechten. naar de status van de bescherming van rechten meten. In Amsterdam wordt KE a ! we "A Handelingsperspectief: digitale de digitale rechten van Amsterdammers, aan de hand van dit framework een Re OO ef SR u rechten borgen op elke laag van maakt daarover rapportages, en geeft nulmeting gedaan om te bepalen NTR & Ef EE » et Ee We ne JN dienstverlening wordt het nieuwe gevraagd en ongevraagd advies over hoe het gesteld is met de borging / Se kn normaal. de bescherming van de digitale rechten van digitale rechten bij de gemeente. ‚ Se EE, Pen Inspraak en Tegenspraak: alle in het beleid van de gemeente. Vervolgens wordt dit periodiek = Ay 8 Jas ea ee ee = Amsterdammers weten wat hun Vanaf 2022 zal het Digital Rights House gemonitord. De raad ontvangt in het hie 7 Pv 7 Re. en — en digitale rechten zijn en kunnen jaarlijks een rapportage opleveren tweede kwartaal van 2022 een verslag Wij hek D iin £ it Eeen, ma zm mn. . se . + Pd Pe Sl een ee EN deze inzetten. over de staat van digitale rechten in van de nulmeting. MEEST wd ed A Fom EN, Amsterdam, in samenwerking met ern Í ki 7 KON en dn ee ns . ee ee ee . EN : ke Ae dl Tee etna In de bestuurlijke reactie op het de stad. Cities Coalition for Digitale Rights alef me FES Ee pens, Initiatiefvoorstel Grip op Tech is een Op basis van interviews en gesprekken UT eN fer overzicht gegeven van maatregelen Het DRH gaat ook een belangrijke met experts? is de agenda van de ze die getroffen zijn of de komende tijd rol vervullen in het delen van kennis. Coalitie van Steden voor Digitale getroffen worden voor beter toezicht Bijvoorbeeld tijdens de jaarlijkse Rechten aangescherpt. Als leidraad op en betere ethische toetsing van de Digital Rights Day. voor de samenwerking in 2022 richt 2 technologie die de gemeente zelf de coalitie zich op digitale inclusie, inzet. Onder meer door het uitbreiden Digitalerechtenframework verantwoord gebruik van Al en van de taken van de Commissie Het eerder genoemde digitale rechten verantwoord data-gebruik binnen Persoonsgegevens Amsterdam. framework wordt in 2022 ontwikkeld overheden. Dit wordt ondersteund De a op basis van expertbijeenkomsten. door kennisuitwisseling tussen steden nn nnn u Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening 5 N 5 N 8 5 5 , 3 Am ste rda m loo pt en eerste lijn ontlasten en betere Data-office expertise betrekken bij het ontwikkelen . samenwerking tussen aanbieders en De Data-office, verantwoordelijk voor de _ van de algoritmen; en natuurlijk is het 8 vooru it op Eu ro pese en netwerkzorg. Het doel is het zorg- en inrichting van de datahuishouding, dan nodig de verantwoordelijke 5 . . , welzijnssysteem structureel te ontlasten onderzoekt hoe we het technisch wethouder te informeren. Amsterdam 5 nati ona | e wetg evin g . door efficiëntie (anders digitaal gemakkelijker en zo gebruiksvriendelijk loopt hiermee vooruit op Europese 8 organiseren), preventie (integratie mogelijk kunnen maken voor Amster- en nationale wetgeving, die in de 5 sociaal, gezondheid, zorg) en eigen dammers om de gemeente te verzoeken komende jaren verwacht wordt. 3 regie bij Amsterdammers te versterken. hun data te verwijderen, als er geen * wettelijke verplichting of noodzaak tot @ De eerste stap voor de digitale verzameling voor is — bijvoorbeeld via 4. Kennisnetwerk voor het voordeur en een stedelijke data-infra- een ‘verwijder-mijn-data'-knop. We verantwoord inzetten van onderling en met NGO's en experts. ontmoeten, communiceren, leren, samenwerking met bestaande fondsen structuur (als nutsvoorziening) wordt ontwikkelen een manier om met één klik data en technologie mn: De coalitie werkt hiervoor gezamenlijk maken, inspireren en innoveren. als NLnet en SIDNfonds. Door onze gezet door de coalitie Digitale Zorg inzage te krijgen en een verzoek in te aan lobby en financiering. Een voorbeeld We verkennen welke verantwoorde krachten te bundelen kunnen we zorgen (AV&G) onder de portefeuille Zorg. dienen tot het verwijderen van data. Dat Het gebruik van slimme technologieën hiervan is dat gezamenlijk met deze technologieën zich daar het beste voor dat veelbelovende verantwoorde betekent dat alle databases waarin kan vragen oproepen op het gebied steden Europees aandacht gevraagd lenen en hoe Amsterdammers hetliefst _ technologieën niet alleen geld krijgen persoonsgegevens zijn opgeslagen van privacy, veiligheid, inclusie en voor extra middelen voor digitale bij onderwerpen als data en technologie om ontwikkeld te worden, maar in 3. Datagebruik en worden ontsloten. Dit doen we autonomie. Daarom zijn we met het inclusie in steden. betrokken willen zijn. In 2022 onder- Amsterdam ook een praktijktoepassing wifi-tracking u stapsgewijs en volgens de geldende AMS Institute (Amsterdam Institute for zoeken we daarnaast de mogelijkheid vinden, zodat ze doorontwikkeld architectuur- en beveiligingsstandaar- Advanced Metropolitan Solutions) het De afspraak is dat ieder jaar een voor een nieuwe fysieke werkplaats, kunnen worden tot een volwaardige Het in 2021 gelanceerde sensoren- den. De Data-office is ook verantwoor- Responsible Sensing Lab gestart. andere stad de zogenoemde Deputy- waar samengewerkt kan worden aan verantwoorde alternatieven voor de register wordt verder doorontwikkeld delijk om de datahuishouding in te Binnen het Responsible Sensing Lab Mayors Meeting Digital Rights verantwoorde digitale toepassingen. technologie van grote data-platformen in samenwerking met Vereniging richten volgens het ‘Only Once Principe’ zoeken wetenschappers en ontwerpers organiseert, om de samenwerking te Ook nemen wij weer deel aan en technologiebedrijven. Dit is Nederlandse Gemeenten, het ministerie van de EU, zodat data maar één keer naar creatieve en vernieuwende blijven bekrachtigen de komende internationale conferenties, festivals onderdeel van maatregelen voor het van Binnenlandse Zaken, G40, verzameld hoeven te worden en oplossingen. In 2022 richt het sensing jaren. De gemeente Barcelona neemt en congressen, zoals MozFest en stimuleren van alternatieven voor de het Kadaster en het Interprovinciale Amsterdammers minder administratieve lab zich op het doorontwikkelen van daarvoor de organisatie op zich. The Next Web om kennis te delen met data-economie, waarvan in reactie Overleg. Daarbij onderzoeken we of lasten hebben. producten”, versterken van samen- In 2022 zal de Digital Rights Day als partijen die opkomen voor digitale op de motie van de leden IJmker en landelijke opschaling mogelijk is en werking met andere overheden en jaarlijks terugkerend evenement, rechten. Biemond over dat onderwerp een ontwikkelen we een meldingsformulier Publieke controle op algoritmen kennisinstellingen, en implementatie terugkeren in Amsterdam, maar ook in overzicht is gegeven. op basis van opensourcemiddelen. In 2022 worden de beleidsinstrumenten _ in de praktijk. andere steden van de CC4DR. Dit jaar Onderzoek naar governance voor meer publieke controle op wordt er een symbool voor digitale van digitalisering Digitalisering van zorg en welzijn Sensorenregister algoritmen gebruikt binnen de hele Lectoraat Responsible IT rechten gelanceerd, gedeeld tussen Met de Nederlandse School voor Naar aanleiding van de verkenning Daarnaast maken we het sensoren- organisatie. Het gaat hier bijvoorbeeld Het lectoraat werkt dit jaar verder de steden. Het Digital Rights House en het Openbaar Bestuur onderzoeken naar platformisering in zorg en register bereikbaar via MijnAmsterdam. om het Algoritmeregister, inkoop- aan projecten die in 2021 zijn gestart. andere partijen uit de stad organiseren we hoe de inzichten uit het rapport welzijn, wordt een innovatie-agenda Het register wordt verder gevuld met voorwaarden voor afspraken met In 2022 wordt gestart met Al4students. deze dag over digitale rechten op de Actuele kwestie, klassieke afweging?®® binnen het stadsbrede programma sensoren van derden en professionele externe leveranciers en afspraken over Dit is een programmeerclub voor dag van de Mensenrechten. — over het verbeteren van de Amsterdam Vitaal & Gezond gestart: organisaties. In 2022 komt er een verantwoordelijkheden en taken om HvA-studenten en -docenten over governance van digitalisering — de ontwikkeling van een digitaal handhavingsstrategie voor handhaving risico’s van algoritmen te voorkomen. verantwoorde en duurzame IT. Ook Programma Digitale Publieke Ruimte kunnen worden vertaald naar de ecosysteem voor welzijn en zorg. op niet-gemelde sensoren. — De pilotfase is voorbij; iedere afdeling wordt gestart met Zinnin. Dit is een De gemeente en Waag werken samen Amsterdamse context. Met één digitale voordeur voor van de gemeente die algoritmen project over e-participatie en gaat over met andere maatschappelijke alle Amsterdammers en welzijn- en Voorwaarden voor het verzamelen gebruikt met impact op Amsterdammers, _ de ontwikkeling van verantwoorde organisaties aan het programma Digitale zorgaanbieders waarin we vanuit data en gebruiken van data bedrijven of de stad, moet vanaf nu digitale tools. Publieke Ruimte. Dit programma is 2. Voorwaarden voor en technologie zorg en welzijn op een Het Instituut voor Informatierecht bepaalde voorzorgsmaatregelen treffen onderdeel van het programma ‘Nieuwe digitale platformen EE betere manier organiseren. We maken onderzoekt welke juridische mogelijk- en de algoritmen registreren in het Civic-Al Lab Amsterdamse Verbindingen’ voor de Amsterdammers wegwijs, waarbij heden er zijn voor de gemeente om Algoritmeregister. Ook moeten deze Het Civic-Al Lab heeft sinds de viering van 750 jaar Amsterdam. Naast het stellen van voorwaarden digitale oplossingen primair worden voorwaarden te stellen aan het afdelingen voortdurend monitoren of oprichting veel aandacht gehad in Samen met Amsterdammers en aan digitale platformen verkennen wij ingezet. Met als focus het organiseren verzamelen en gebruiken van data in de algoritmen risicovol zijn. Bij risico- media en de academische wereld. Amsterdamse organisaties ontwerpen het verstrekken van subsidies aan de van zelfhulp, de Amsterdammer de publieke ruimte; met als doel om volle algoritmen moeten zij aanvullende De projecten gericht op eerlijke we de ideale digitale publieke ruimte technische ontwikkeling van verantwoord _ inzicht en zeggenschap over eigen digitale rechten beter te borgen en om maatregelen treffen; zoals het kunstmatige intelligentie voor eerlijke om te leren hoe Amsterdammers databeheer en technologische data geven, verwijzen naar de juiste voor publieke doeleinden toegang te zorgvuldig documenteren van alle toegang en behandeling in zorg, elkaar op een veilige manier kunnen infrastructuur. Hiervoor verkennen we welzijns- of zorgaanbieder, de nulde krijgen tot data. afwegingen; juridische en ethische kansengelijkheid in onderwijs, inzicht u Digitale rechten 2 Data en technologie - Digitale ongelijkheid 4 Toegankelijkheid dienstverlening 5 N N S . ‘We willen dat Amsterdammers 3 = je 2 kunnen meebepalen over veilige 5 d t it ° li ° t d 1 10. Landelijk publieksprogrammering van de OBA 13. Gemeentelijk E ata-UItWISseIng In onze Stad. telecombeleid z in het kader van OBA Next. uitgangspunt 5 ‘Open, tenzij" (2022) m & Amsterdam wil een leefbare en Het 5G Fieldlab op het Marineterrein is el toegankelijke stad zijn voor iedere gericht op een brede samenwerking om We zetten de koers rondom het 8 Amsterdammer. Tegenwoordig is te komen tot een neutraal 5G-netwerk- uitgangspunt ‘open, tenzij’ in 2022 5 goede digitale connectiviteit daarvoor verbinding. Waar normaal een telecom- voort. Tegelijkertijd besteden we wel 3 een cruciale voorwaarde. We willen aanbieder de frequenties vrij geeft, is meer aandacht aan actieve * inzichtelijk maken waar de meest het nu een onafhankelijke partij die dat openbaarheid. Vanuit het Programma @ betrouwbare en snelste verbindingen doet. We testen hier de waarde van Open Amsterdam maken we een komen, om te profiteren van kansen in neutrale 5G-netwerken voor bezoekers, gestart met de verplichte categorieën in kansengelijkheid en voorkomen van workshops en wordt een e-learning 8. Digitale perimeter 2 de digitale stad. Tegelijkertijd koestert bewoners en telecomaanbieders. Dat van de Woo via een impact-analyse. mobiliteitsarmoede lopen®. Het lab zal beschikbaar gesteld. de digitale connectiviteit de vrijheid wil zeggen dat we onder andere aan de We geven invulling aan het op orde zich in 2022 richten op deze projecten De komende jaren gaan we verder om en eerlijke toegang voor alle slag zijn gegaan het met monitoren krijgen en moderniseren van integraal en hierbij aandacht hebben voor de digitale perimeter te professionali- Amsterdammers en beschermt deze van de elektromagnetische velden. informatiebeheer. In dit kader is co-creatie en co-learning met inwoners 6. Open source Elz seren. Als randvoorwaarde blijven we de digitale rechten. Daarnaast onderzoeken we hoe we de een bestuurlijke reactie op het en het lab zal nieuwe kennis en continue onderzoek doen naar mens- antennes in het straatbeeld kunnen Rekenkameronderzoek naar methodologie ontwikkelen om inclusieve Open source zal meer en meer ingezet en privacy vriendelijke technologie In de eerste helft van 2022 presenteren camoufleren en circulair gebruik Openbaarheid in voorbereiding. Al toe te passen op meer opgaven. worden als instrument ten behoeve van waarbij digitale rechten gewaarborgd we samen met telecompartijen een van materiaal kunnen stimuleren. controleerbaarheid en hergebruik. zijn. Een concrete uitwerking daarvan gemeenschappelijk plan, waarin Daarbovenop bieden we ook de Vooruitlopend op de reactie, speciaal Tech-roadmap Hiertoe wordt een praktisch afwegings- is het plaatsen van twee shuttercams®® afspraken en scenario’s zijn vastgelegd. benodigde connectiviteit voor loT- voor vragen over openbaarheid komt Met het opstellen van de ‘Tech-roadmap’, _ kader ontwikkeld. Onafhankelijk van rondom de Johan Cruijff Arena. Dit Om zoveel mogelijk oplossingen te oplossingen, zoals de Roboat®. er een contactpersoon. Een goed een tweejaarlijks onderzoek naar nieuwe open source zal ingezet worden op vervolg vindt plaats onder de Taskforce zoeken voor uitdagingen die beslag toegankelijk publicatiekanaal wordt technologieën en hoe de gemeente zich zoveel mogelijk openbaarmaking van Digitale Veiligheid onder de portefeuille leggen op de openbare ruimte en ontwikkeld waar iedereen terecht kan daartoe moet verhouden, doen we een broncodes wanneer het open source van de burgemeester. waarmee de samenwerking tussen 12. Betrouwbare digitale met vragen over openbaarheid. Om verkenning naar impact van technologie. maken van broncodes door wettelijke telecompartijen wordt bevorderd om zo infrastructuur BE het uitgangspunt ‘open, tenzij’ extra Daarnaast wordt het Stedelijk Al Team beperkingen niet mogelijk is. Om de effectief mogelijk te kunnen opereren. kracht mee te geven worden beleid, Amsterdam versterkt met onder andere ontwikkeling van opensource software 9, Veilige Afspraken gaan over het aanleggen De Strategie Digitale Connectiviteit richtlijnen en een duidelijke governance twee extra PhD-plekken op het gebied door de gemeente Amsterdam te data-uitwisseling 2 van glasvezel, plaatsen van antennes wordt in 2022 afgerond en gedeeld geformuleerd. Extra aandacht voor van kansengelijkheid. stimuleren, werken we aan passende en elke andere zichtbare handeling die met de gemeenteraad. Deze strategie bewustwording vormt een rode lijn in juridische borging. En we zullen Aanvullend op de samenwerkingen daarmee gemoeid gaat. Hierin bepalen moet leiden tot heldere kaders voor de _ alle initiatieven die spelen. vaststellen onder welke licentie de en maatregelen die hierboven zijn we dan ook het beleid voor zendmasten samenwerking met de telecombedrijven 5. Tada-principes Ä opensource software die de gemeente genoemd, ondernemen we in 2022 in actieve samenwerking met de en betere interne afstemming tussen Amsterdam zelf ontwikkelt, wordt naar aanleiding van de motie ‘Commons stadsdelen. verschillende directies en stadsdelen 14. Beleid voor De ontwikkeling van het Tada-netwerk aangeboden. als onderdeel van de data strategie’ voor de aanleg en realisatie van vaste dataminimalisatie 2 in Amsterdam is in afronding. Binnen extra acties om Amsterdammers beter verbindingen en mobiele opstelpunten de gemeente Amsterdam zijn methoden Ambtelijk is in januari 2022 het te kunnen laten meebepalen over 11. 5G Fieldlabs 2 voor antennes. In 2022 implementeren we de en tools ontwikkeld voor het maken Architectuurkader sourcing IT-diensten veilige data-uitwisseling in Amsterdam. Datastrategie waar vanuit activiteiten van morele afwegingen in data vastgesteld. Dit is een praktisch hulp- De Amsterdam Data Exchange wordt We gaan werken aan meer en betere De nieuwe werkwijze voor de uitrol van _ zijn geïnitieerd om data minimalisatie projecten. Aan medewerkers van data middel voor de ambtelijke organisatie gevraagd met een plan te komen om kennisdeling met bewoners over 5G glasvezel, het zogenaamde coördinaten- te realiseren, zoals het toepassen van projecten wordt gevraagd een Tada- bij de beslissingen die worden genomen _ bewoners of hun vertegenwoordigers en gaan actief het gesprek aan om stelsel, draagt in 2022 en daarna bij de IRMA App, zie de tussenrapportage ethiekworkshop te volgen. Het doel wanneer IT-diensten worden aangekocht. een actievere rol te geven in hun bestaande zorgen weg te nemen. om de uitrol zo efficiënt, toekomst- Datastrategie. is om tot een zorgvuldige afweging te activiteiten. Daarnaast gaat het college Via een nog te realiseren kunstobject in bestending en gestructureerd mogelijk komen, als het gaat om de inzet van een partij met relevante kennis vragen samenwerking met de VU Amsterdam te laten verlopen. Met behulp van deze data. De Tada-bijsluiter om inzicht te 7. Agenda Digitale een governance op te stellen voor willen we zichtbaar maken wat elektro- zogenoemde ‘verglazing’ wordt de stad geven in gemaakte afwegingen wordt Veiligheid 2 datacommons waarin bewoners een magnetische velden en 5G zijn en doen. ook voorbereid op nieuwe digitale verplicht gesteld. Om de juiste actieve rol hebben. Voor deze Dit draagt bij aan onze transparantie toepassingen en ontwikkelingen, zoals ondersteuning hiertoe te organiseren, Rapportage over dit onderwerp vindt opdracht zal een uitvraag starten via over het toepassen van nieuwe de hiervoor beschreven laatste generatie worden geïnvesteerd in het opleiden plaats via de Agenda Digitale www.innovatiepartners.nl. technologie naar bewoners. mobiele telecomnetwerken met de van begeleiders voor de Tada-ethiek- Veiligheid”. Het kunstwerk wordt onderdeel van de komst van 5G. u Digitale rechten 2 Data en technologie El Digitale ongelijkheid (4 Toegankelijkheid dienstverlening 8 5 , N ledereen met vragen over 3 = . … en openbaarheid kan terecht bij e e … 1 Voor Publicroam gaan we door met de scholen, ziekenhuizen, culturele E een goed toegankelijk kanaal ambitie om Amsterdam te voorzien instellingen. We onderzoeken ook 5 van een digitaal veilige publieke mogelijke samenwerkingen met 5 internetvoorziening. Deze willen we bijvoorbeeld Schiphol, GVB, NS of el koppelen aan de viering van ProRail. 8 Amsterdam 750 (met als stip op de 3 horizon 2024/2025). Publicroam kan In het tweede kwartaal voeren we een 3 ook een meerwaarde bieden in de proef uit in Nieuw-West om op pleinen * verhoging van de weerbaarheid van Publicroam aan te bieden. Tenslotte @ de ondernemers in de stad. Van het stellen we onszelf ook de ambitie om MKB en zelfstandig ondernemers tot onderzoek naar gedrag, gebruik en 15. Agenda Amsterdamse 16. Netwerk Digitale Laatste jaar programma Techconnect in de horeca: hoe past Publicroam impact van Publieroam te doen. Intelligentie 2 Wijsheid 4 2022 is het laatste jaar van het als dienst ook binnen de keten van Dergelijk onderzoek kan een basis programma Techconnect. We blijven een ‘vitale digitale infrastructuur’ als bieden voor beleid rondom een meer Voor het algoritmeregister is het doel Naast de publieksactiviteiten zoals de projecten verder ontwikkelen zodat het gaat over de digitale (en veilige) dynamische variant van Publicroam, in 2022 om alle algoritmen met een tentoonstellingen worden er ook in initiatieven bijvoorbeeld kunnen openbare ruimte van de stad? waar bijvoorbeeld in parken na impact op burgers en bedrijven in het samenwerking met de OBA andere worden opgeschaald. De ambitie van We onderzoeken de mogelijkheden middernacht geen Wifi meer wordt register op te nemen. Voor het projecten rond datawijsheid Techconnect is om in 2022 nog eens voor Publicroam op locaties met aangeboden om overlast te verkleinen van de kansenongelijkheid georganiseerd. De OBA blijft werken 29.000 mensen te activeren. een maatschappelijke functie. Zoals minimaliseren. via Al-technologie worden nog twee aan het verbeteren van de digitale extra PhD-studenten aangenomen bij vaardigheden en geletterdheid van Ook wordt in 2022 de samenwerking het Civic Al Lab. alle Amsterdammers. Zodat iedereen met bestaande partijen waar mogelijk op eigen wijze de weg kan vinden in nog verder geïntensiveerd en zoeken Amsterdam For All de digitale samenleving. Met het we nieuwe samenwerkingspartijen. Het Al-team werkt aan het project programma Oba.start wil de OBA de Vanuit de initiatieven in de stad wordt Amsterdam For All, waarmee we jaarlijks grofweg 10.000 nieuwgeboren benoemd dat het ingewikkeld is om onderzoeken hoe met kunstmatige Amsterdammertjes en hun ouders de initiatieven op te schalen. Aan het intelligentie de toegankelijkheid van bereiken. Hier werken we in de nieuwe gemeentebestuur bieden we de stad gemeten kan worden. komende jaren hard aan, door het een advies aan over het structureel Dit geldt ook voor de fysieke wereld. ontwikkelen en testen van nieuwe bevorderen van digitale wijsheid vanuit Denk aan rolstoeltoegankelijkheid diensten en producten. Met de de gemeentelijke organisatie. en voorzieningen van slechtzienden. Start-dienst(en) en -producten daagt Hiertoe werken we samen met de OBA kinderen en hun ouders uit WorldEnabled, een organisatie die digitaal plezier te maken en geeft hen 17. Randvoorwaarden zich inzet voor inclusieve steden. het gereedschap om veilig te kunnen digitaal meedoen H Het uiteindelijk doel is kunnen meten deelnemen aan de digitale wereld. en verbeteren van het voldoen aan Ook in 2022 bekijken we vanuit het toegankelijkheidseisen die wettelijk In 2022 wordt een vervolg gegeven Agenda Digitale Stad waar en hoe we zijn vastgesteld. aan de verkenning op de Online Amsterdammers en maatschappelijke leefwereld van jongeren, door organisaties kunnen ondersteunen. Nauwere samenwerking 1) Het starten met haalbare initiatieven We organiseren met een aantal De Amsterdamse Al-coalitie (samen met partners) en daardoor organisaties, zoals Amerpodia en de (Al Technology for People) gaat proefondervindelijk als organisatie OBA, publieksprogramma'’s rondom verschillende werkgroepen organiseren de online wereld leefwereld beter te het thema technologie. Vanuit het rondom de volgende drie domeinen: begrijpen en daardoor aan te kunnen Agenda Digitale Stad ondersteunen health (gezondheid), business (bedrijfs- sluiten, 2) vergroten van de kennis we waar mogelijk initiatieven waar leven) en citizens (bewoners). Hierbij binnen de organisatie over de online mensen hulp wordt geboden willen we nauwer gaan samenwerken leefwereld van jongeren. bij digitale hulpvragen. op verschillende Al-vraagstukken met het bedrijfsleven. f Ee je” MS dl | EA toptichtmode : o N N P @ ® Pee . . . … . . . 8 Wet groen = wordt naar verwachting gerealiseerd wm oranje = vergt bijsturing wm rood = wordt niet gerealiseerd D \ UV PN IENS Doel Doel- Toelichting Borging Toelichting 5 (Prioriteit uit de agenda) realisatie na 2022 D u et 1. Digitale rechten |m Internationaal en nationaal Er is een breed beeld ontstaan De ambitie en motivatie 9 : erkende digitale rechten en van welke mechanismen er liggen hoog voor dit team, el spelregels over de omgang nodig zijn om digitale rechten te maar de interne capaciteit is 8 met verzameling van data bevorderen en beschermen, er is redelijk schaars. Dit wordt op | 3 t t van personen in de projectmatig aangejaagd en korte termijn opgevangen 5 - sn: 7 openbare ruimte. geagendeerd. Met de oprichting door goed met andere 9 m Privacy van personen wordt van een Digitale Rechte- team is afdelingen binnen de Ë zoveel als mogelijk systematische borging van gemeente samen te werken. | @ gewaarborgd. digitale rechten verzorgd in de Ook het Digital Rights House mn toekomst, binnen de digitale zorgt dat agendering vanuit ; dienstverlening van Amsterdam de stad op dit thema : | en de stad. Digitale mensenrech- gefaciliteerd blijft. k. ten zijn voortaan niet meer weg ik Br / k te denken uit Amsterdam. we oe Ej ei en À Ven in 2. Voorwaarden = Internationaal en nationaal Voor platform data deelmobiliteit Ambitie is om CDS-M aan hl F , d en . . aen . INR p sei JA voor platformen erkende digitale rechten en is City Data Standaard Mobiliteit European Data Protection U dh PZ spelregels over de omgang (CDS-M) ontwikkeld. CDS-M is Board voor te leggen. , ub a a ot oe EN / met verzameling van data gepresenteerd aan de Commissie Nationale en internationale n Ee Tr ri van personen in de Persoonsgegevens Amsterdam en borging zal nog behoorlijk he ALLE hd ; RN openbare ruimte. besproken in de internationale wat tijd en inspanning TR tn eg Ei É 3 DES 8 CDS-M Working Group. Gaat nu vergen, met name omdat 5 Ô kn EN naar Autoriteit Persoonsgegevens veel stakeholders qua kennis RK \ di Ea h f voor voorafgaand advies. De nog op vlieghoogte moeten de N ok ie EN mt pr ontwikkeling van het platform komen. zi 7e se: wdn Laenen | vd voor welzijn en zorg in de en 3 es zijn en zorg in d hl Jak : CT . 5 en 7 eN ES E p beweging Amsterdam Vitaal & ij : cr A CH) EM EN Deen +. 7 5 DE, FL Gezond verloopt volgens de 8 r Ter ak Se Ne Lidl } et . KS î eed ï Eis : PS EE Mk Smid uitgangspunten van de data- Het rapport van NESTA zal EN: ek KT gn 4 AR ET j5 strategie en digitale rechten. aan de Commissie Persoons- ein gegevens Amsterdam Ö IE K Pen En m Privacy van personen Onderzoeksopdracht aan NESTA worden aangeboden voor AN | ES - cht aa El At an 5 kl arr Kel wordt zoveel als mogelijk gegeven. NESTA is bezig met advies en aanbevelingen he IN : EE 8 Ë kJ L /| bat Fl ij î gewaarborgd. uitvoering onder werktitel zullen daarop ter besluitvor- nn ke „ ie Lj Í mel ij eN e . . RA ed / en pen MEE i “When billboards stare back”. ming worden voorgelegd. e hk _ pe ; me 8 . . . . . . nn EE JR | Lan \ 7 8 Ë ’ E: 3. Datagebruiken {m Internationaal en nationaal Sensorenregister Amsterdam en Gebrek aan uitvoerings- ’ En / ki e in wifi-tracking erkende digitale rechten en meldingsplicht zijn gerealiseerd. capaciteit (en budget pr ad: Rh E R_ ES B ná E | Î Nn Ref a fi eN EE spelregels over de omgang Er wordt gewerkt aan Smart hiervoor) vormen een ï ‚ B” ee fs NR 5 met verzameling van data City-beleid (Afwegingskader bedreiging voor goede Í Be 3 | ni 5 g y ging ging g kh : Or À van personen in de verantwoorde sensoren borging omdat het deels k : Es Á n No EE sn openbare ruimte. Amsterdam). afhankelijk is van de N rn ka 4 er m Privacy van personen wordt incidentele middelen van de nn _ tn 3 E Pad zoveel als mogelijk Agenda Digitale Stad in gn Ere mn „ n is Nn ee . ne GE en nn IN td i ns gewaarborgd. 2022 WDR E ad î . za rabe sf 4. Een kennis- m De gemeente Amsterdam De gemeente houdt actief Werken aan een kennisnet- Wenen ecg iedee nk dende 5 Einen vcd eN Kd 7 k 5 netwerk voor is in staat te beoordelen contact met kennisinstellingen werk vraagt blijvend sa en _ meme in verantwoord wat de impact is van en ngo's die zich bezighouden aandacht en daar wordt ook inzetten van data technologie voor de stad, met digitale rechten en in de toekomst aan gewerkt. 5 Ee AE ie er P PD { eN * en technologie gemeentelijke organisaties verantwoorde technologie. We Het Digital Rights House PM ik gienen ze vee TT Ten, . em Bend LN en de Amsterdammer. werken samen aan onderzoek en draagt ook actief bij aan het Berekenen Baspeens gen ee En es . P zel B nnee Ki rn bijbehorende subsidies. kennisnetwerk in de stad. eene ee vann 7 man Be Bn nd a, Pd en en messen En hd N ö N —_ N o N N P @ 5 me groen = wordt naar verwachting gerealiseerd wm oranje = vergt bijsturing wm rood = wordt niet gerealiseerd = groen = wordt naar verwachting gerealiseerd wm oranje = vergt bijsturing wm rood = wordt niet gerealiseerd ® UV Activiteit Doel Doel- Toelichting Borging Toelichting PN IENS Doel Doel- Toelichting Borging Toelichting e, (Prioriteit uit de agenda) realisatie na 2022 (Prioriteit uit de agenda) realisatie na 2022 5 u 5. De Tada-principes m Amsterdammers gaan zelf De methode en middelen zijn Er worden meer begeleiders 9. Veilige m Met kennisinstellingen en In 2021 is gestart met de AMdEX De Amsterdam Economic 5 zoveel mogelijk over de beschikbaar in de organisatie. voor Tada/Ethiek-workshops data-uitwisseling bedrijven wordt gewerkt Fieldlab via het Europees Fonds Board blijft zich — samen met | 4 data die hen betreft. getraind. De bijsluiter wordt aan een ‘Amsterdam Data voor Regionale Ontwikkeling kennisinstellingen — inzetten 8 Dit geldt zowel voor de verplicht. Ook komt er een Exchange’, waarin data (EFRO). De gemeente Amster- voor de verdere ontwikkeling | 5 2 data die de gemeente e-learning beschikbaar voor veilig en eerlijk kunnen dam heeft zitting in de stuur- van Amdex. 3 Amsterdam verzamelt, alle ambtenaren. worden uitgewisseld, groep van de AMEX, zij is geen Samen met andere Europese | 8 als voor de data die door deelnemer in het AMdEX steden verkent de gemeente | # bedrijven wordt verzameld. Fieldlab. Wel brengt de Europese samenwerking en C „ En , , , , gemeente haar casuïstiek in, om subsidies voor veilige 6. Gemeentelijke _… Digitale diensten van de De vertaling van het sourcingbe- We gaan een praktisch bij te dragen aan de data-uitwisseling. sourcingstrategie gemeente Amsterdam zijn leid naar een afwegingskader afwegingskader voor de ontwikkelingen transparant. Want gebruik voor de uitvoeringspraktijk is ambtelijke organisatie van data mag niet opgesteld, maar de ambtelijke vaststellen. Ook gaan we 10. Amsterdams m Een veilige, goed Er zijn afspraken gemaakt met Borging in de gemeentelijke discrimineren of gelijke vaststelling is niet gelukt in 2021. vaststellen onder welke gedachtegoed functionerende digitale de telecomsector om de uitrol organisatie verloopt via de kansen in de weg staan. Naar verwachting vindt dit in het licentie we opensourcesoft- in het landelijk infrastructuur voor van glasvezel soepel te laten strategie digitale connectivi- eerste kwartaal van 2022 plaats. ware die we zelf ontwikkelen telecombeleid iedereen om de potentie verlopen. Belangrijk aandachts- teit en is mede afhankelijk We hebben besloten om gaan aanbieden. van digitalisering nu en in punt hierbij is dat de belasting van ambities van het nieuwe vooralsnog geen lid te worden de toekomst te kunnen van de openbare ruimte tot een College. Om die strategie uit van de Foundation for Public benutten. minimum moet worden beperkt. te voeren zal een pro- Code, maar zijn wel in gesprek gramma opgezet moeten over toekomstige worden. In het program- samenwerkingen. mavoorstel worden de ee , investeringen verder 7. Agenda m De digitale veiligheid voor Hierover wordt EEn uitgewerkt. Digitale Amsterdammers wordt gerapporteerd, niet in Veiligheid verhoogd met een breed deze tussenrapportage. 11. SG Fieldlabs m Een veilige, goed Er loopt op dit moment een In 2022 wordt een nieuwe gedragen visie op digitale functionerende digitale 5G-pilot in de JC ArenA. pilot gestart op het veiligheid en de nodige infrastructuur voor De pilot wordt uitgebreid om Marineterrein. Dit is een maatregelen die daaruit iedereen om de potentie bewoners actief te betrekken bij initiatief van de gemeente, volgen. van digitalisering nu en in nieuwe initiatieven. AMS Institute en het m Een veilige, goed de toekomst te kunnen Marineterrein. In de loop van functionerende digitale benutten. 2022 wordt de financiële nee dekking verder uitgewerkt. ecersen lien de potentie 12. Betrouwbare m Een veilige, goed Er zijn afspraken gemaakt met Borging in de gemeentelijke van digitalisering nu en In digitale functionerende digitale de telecomsector om de uitrol organisatie verloopt via de de toekomst te kunnen inf inf He | ie diaital zo benutten infrastructuur infrastructuur voor van glasvezel soepel te laten strategie digitale connectivi- any : iedereen om de potentie verlopen. Belangrijk aandachts- teit en is mede afhankelijk 8. Digitale Perimeter |m De digitale veiligheid voor Het project is voor het EK2021 Onderdeel van de Agenda van digitalisering nu en in punt hierbij is dat de belasting van ambities van het nieuwe en proeftuinen Amsterdammers wordt opgeleverd en een aantal Digitale Veiligheid. de toekomst te kunnen van de openbare ruimte tot een College. Om die strategie uit corona verhoogd met een breed deelprojecten zijn in operatie benutten minimum moet worden beperkt. te voeren zal een pro- gedragen visie op digitale genomen. Specifiek gaat dat De gemeente volgt actief de gramma opgezet moeten veiligheid en de nodige over de volgende die projecten: introductie van de nieuwe worden. In het program- maatregelen die daaruit Bodycams die over 5G netwerk telecomwet. mavoorstel worden de volgen. live kunnen streamen, Public eye investeringen verder (een open-source druk meet uitgewerkt. systeem) en drone detectie. Drie 13. Gemeentelijk m De gemeente maakt haar De organisatie heeft de eerste Door middel van bestuurlijke andere onderzoeksprojecten zijn : , , : : Ô uitgangspunt data ‘open’ en/of deelbaar stappen gezet in het verbeteren relevantie, gereserveerde tevens opgeleverd in de vorm 2o zn … : : : . : N pen, tenzij op een gemeentelijk van zowel de passieve en actieve middelen via de Voorjaarsnota van een rapportage. Deze zijn latf k baarheid. Er zi de i Ki di baart te vinden o platform, voor zover ant van openbaarheid. Er zijn en de inwerkingtreding van openbaar terug Pp passend binnen wettelijke volop voorbereidingen getroffen de Woo wordt er invulling https://openresearch. amster- regels. en resultaten geboekt om het gegeven aan het zowel dam/nl/page/68991/ d . . . A B oel te realiseren. passief als actief openbaar digitale-perimeter : : maken van informatie. N ö N —_ N o N N P @ 5 = groen = wordt naar verwachting gerealiseerd wm oranje = vergt bijsturing wm rood = wordt niet gerealiseerd = groen = wordt naar verwachting gerealiseerd wm oranje = vergt bijsturing wm rood = wordt niet gerealiseerd ® UV Activiteit Doel Doel- Toelichting Borging Toelichting PN IENS Doel Doel- Toelichting Borging Toelichting e, (Prioriteit uit de agenda) realisatie na 2022 (Prioriteit uit de agenda) realisatie na 2022 5 u 14. Beleid voor data- | m Data over mensen en In 2021 is de Datastrategie In 2022 gaan we verder met 18. Mijn Amsterdam |m De gemeente en publieks- In 2020 is Mijn Amsterdam In MijnAmsterdam komen 5 minimalisatie organisaties worden alleen 2021-2022 vastgesteld. Hierin is de uitvoering van de acties diensten zijn toegankelijk, structureel ondergebracht bij steeds meer diensten en A door de gemeente beschreven hoe we er voor uit de Datastrategie en de begrijpelijk en bruikbaar Dienstverlening, zowel qua producten beschikbaar voor | & Amsterdam gebruikt als zorgen dat de Amsterdammers activiteiten worden structu- voor iedereen, ongeacht financiering als organisatie en de Amsterdammer. Ditiseen | 5 2 het echt nodig is. meer zeggenschap krijgen over reel geborgd in het de digitale activiteit van sturing. structurele dienst voor de 3 m Amsterdammers gaan zelf hun data en hoe data over de informatiedomein van de de persoon. Zowel online Amsterdammer. 8 zoveel mogelijk over de stad voor de stad wordtingezet. gemeente Amsterdam. als offline. Ë : Hiervoor zijn 18 acties ® data die hen betreft. í leerd 19. Een inclusieve \m De gemeente en De activiteiten in 2020 zijn Blijft aandachtspunt voor Dit geldt zowel voor de getormuieerd. diaital blieksdi N imp! d in de huidi di d data die de gemeente igitale publieksdiensten zijn geïmplementeerd in de huidige iensten van de gemeente ata die de 9 dienstverlening toegankelijk, begrijpelijk Dienstverlening waar mogelijk. Amsterdam waar CX en UX Amsterdam verzamelt, . … ‚ en bruikbaar voor ontwerp belangrijke rol als voor de data die ied ht d Ik. Di dt ond door bedriven worden iedereen, ongeacht de speelt. Dit wordt onder- oor be ’ digitale activiteit van de steund door zowel de verzame'd. persoon. Zowel online expertise op dit gebied mn Digitale diensten van de als offline. binnen Dienstverlening en gemeente Amsterdam zijn het i-domein te vergroten, transparant. Want data als binnen de lijndirecties. mogen niet discrimineren of gelijke kansen în de 20. Een digitale m De gemeente en Met de bestuursopdracht Blijft aandachtspunt voor weg staan. overheid publieksdiensten zijn i-domein is een grote stap gezet digitale diensten van de toegankelijk, begrijpelijk en om op dit gebied de kennis en gemeente Amsterdam waar 15. Agenda mn Digitale diensten van de Er wordt gewerkt aan het vullen R&D en CIO rol, vraagt wel bruikbaar voor iedereen, voorwaarden te scheppen, dit in CX en UX ontwerp belang- Amsterdamse gemeente Amsterdam zijn van het algoritmeregister, blijvende investeringen want ongeacht de digitale het ontwerpproces en dooront- rijke rol speelt. Dit wordt Intelligentie transparant. Want data nieuwe algoritmes waarborgen is een grote opgave. activiteit van de persoon. wikkeling van digitale producten ondersteund door zowel de mogen niet discrimineren digitale rechten en in nieuwe Zowel online als offline. en diensten te realiseren. expertise op dit gebied of gelijke kansen in de weg projecten wordt meer aandacht binnen Dienstverlening en staan. geschonken aan digitale rechten. R&D-rol, vraag wel blijvende het i-domein te vergroten, investering want is een grote als binnen de lijndirecties. m De gemeente Amsterdam In nieuwe projecten wordt een opgave. De kennis hierop wordt is in staat te beoordelen gedegen afweging gemaakt Tech Roadmap: investering vanuit het opgavegericht en wat de impact is van waarbij digitale rechten, privacy in kennis middels bestuurs- wendbaar werken (bestuurs- technologie voor de stad, en andere zaken worden opdracht i-domein, o.a. data opdracht i-domein) direct gemeentelijke organisaties gewaarborgd. science. toegepast en de Amsterdammer. op de opgave en bijhorende (digitale) producten. 16. Een netwerk ter |m Vergroten van de digitale Vergt nog meer aandacht Vergt nog meer aandacht vergroting van zelfredzaamheid van de om structurele inzet en om structurele inzet en 21. Participatie m Goed geïnformeerd Vanuit het programma Democra- Vanuit het programma digitale wijsheid Amsterdammer, waaronder financiering. financiering. via digitale publiek debat: tisering is met het instellen van Democratisering is met het kennis en vaardigheden om toepassingen Amsterdammers zijn in een Expertisecentrum participa- instellen van een Expertise- technologie te gebruiken staat om interactief online tie hier structureel invulling aan centrum participatie hier en de vaardigheden om beleidsontwikkeling te gegeven. structureel invulling aan informatie te vinden, te volgen en te beïnvloeden. gegeven. duiden en te gebruiken. . . . . 9 22. Goed-ID / m Data over mensen en De proefomgeving voor IMRA/ Dienstverlening heeft in de m Vergroten van de digitale IRMA applicatie organisaties wordt alleen Goed-ID is beschikbaar. Voor de zomer van 2021 het weerbaarheid van de door de gemeente Amsterdammer zijn vijf demo's eigenaarschap van Goed-ID Amsterdammer. Zowel op Amsterdam gebruikt als beschikbaar zijn om te ervaren / IRMA overgenomen van het tegen gaan van . het echt nodig is. wat IRMA is (zie eindnoot 9). OIS. uitsluiting en eenzaamheid, In O3 van 2022 wordt een als op het internet zelf pilot gedaan waarin weerbaar zijn tegen pesten Amsterdammers met IRMA en intimidatie. kunnen inloggen op Mijn 17. Randvoorwaar- |m Alle Amsterdammers Vergt aandacht om structurele Vergt aandacht om structu- Amsterdam. Na de pilot In . , sn : , Re wordt besloten of IRMA den om digitaal hebben toegang tot het inzet en financiering. rele inzet en financiering. . onderdeel wordt van de mee te doen internet. Toegangsmakelaar (TMA). 1À À \ h à a il | ' we | 8 zn d & \ aten ed * " , ie’ hl, \ ë N | Fi . ee | Ye 4 Am è inanciële rapportage R Elaa ta4 i repens « —— R hi Rasen E RORE ri 5 tt ed eet | : 2 ER | Am kueneg Ù DIN IN on es g ps Î IA Taa W : / Î 4 | | ja E ” ee Î Í D in y = \ en nit be in. [ennn w Î @ ttr aen ' É S s a [Zum aans BERDE PAT MP Seg ir E Î (1 Ï Kl B | Hi , 5 nn. f | l : B k ndash ih: i |‘ Xe @ ad d : : L A he kercke SLAAN het | : dE rar ante dmt hank Î = 8 u erdee 8 ET ' Pa Te ui al el en Fr an E 5 P » „1 Es Ak «5 das ‘| ï E fen zn en E e El _ rit nm 1 pe oan x mn * ’ hei Bap ven mids e Pe \ en „A Je 0] nie AREA A : tener Er. 2 x k Í Ï ied « ke Me Le ' " p_. ei be it | DS rt dN sl WE wate & k P Es Ee Ë ES en U ek : aad A | ' î ein ei ALG "eri Î Pee. | * eld a kr ik T . G À Tr - ú Ê …. . En Á 5 Nid vie ERA nn N pn, ° Ì 8 re IR _ Voor de realisatie van Digitale Stad Ll En Li Ne” RE: rt Ea re wb EK er rn di NE: 12.1.1. zijn incidentele middelen | 4 Re re / - EN Ì == é . ië ï e E, xn hap ‚ 4, 5 WET PN == Ë fe zl n beschikbaar gesteld over een 4 k E Je h re N | === a Rn l nst ad IR e é A WE a ll Aj k Pb 5 ier i i ke nn ‘ rt , ki je Ee, Á tn Te | ZZ Ri f „ET periode van vier jaar, van in totaal 2 Ms ' Í ed ed US Ra hg { | 14 miljoen euro. de ineen & ia | k a VR SA Ls ld" | Se DE) Me jn B 1 sn EN: At ar en f NE F4 lk er | Ee: since T { F Î ’ Cd ac El , Le Ar TRIP OA, DAD dk 24 ie pens “ 1 8 deed eh a, DEE ene ide! . sr ee B « k 84 ee As | es” SLE &' 3 À d Ee Begroting en realisatie Agenda Digitale Stad 2021 a A \ mnd 4 Í 5 ' 4 kJ / Ve Programma Programma onderdeel Begroting 2021 (BEE: 0} SELVE LS : kl L | À ed l : 12 Moderne Open Overheid — 12.1.1.1. Digitaal samen leven en 2.603.638 2.752.874 . Pp g Es vane : Ne EN at Digitale Stad 12.11 doen. ed © ade eere | Ë 5 rt ' . er, : ne he ad, Pi En 121.12. Veilig en autonoom. 507.500 432.952 wen nn _ ene RE mir Ek KEE wo ee nde 5, 12.1.1.3. Toegankelijke en begrijpelijke 515.000 6.000 : Es nn a Cs ° > En def ä e . mn e nn nn Dn EE nn Ek ET / inn: Led overheid. he B en em a Mi RD MEA nn nn nn: Rn Ta en OE 3.626.138 3.191.826 „434.312 EER ee = ennn eed en — == ee Er 5 : î Eee en es See me Tm _ en == Be = - SAE EER EE dn me neee OE — == Toelichting op de begroting en Jaarrekening beschikbaar gesteld Al Team, uitvoering Datastrategie. EN Re A 5 Se IE Yen a __ en Ee me nn realisatie 2021 Agenda Digitale Stad voor de directie CTO (nr.45) in het Veilig en Autonoom: Bijdragen en Een De Ee EE Er is in de begroting 2021 begrotingsjaar 2022. Dit omdat de aan de kennisinstellingen 3 Ee BRA Bonen de A je 5 EE, AN ARE mn WE mn €3,6 miljoen gereserveerd voor de werkzaamheden die samenhangen waaronder AMS in het kader EE Ne A oe Be Mee nn we uitvoering van het doel 12.1.1. met deze benodigde middelen niet van het Responsible Sensing TE EO EN RRP RO en Over 2021 is er een in 2021, maar in 2022 uitgevoerd Lab, HvA Responsible IT Ne ER EET ern een Ee onderbesteding van €434.312 worden. Lectoraat en inzet op Digitale SERRE NE EN Ee gerapporteerd. De onderbesteding De middelen in 2021 zijn besteed Connectiviteit (5G/glasvezel). SEN ENE EEN a annuleren van een aantal Digitaal Samen Leven: programmamanagement en DE ee, RN ee evenementen vanwege de corona- Activiteiten rondom Digitale communicatie zijn gefinancierd Er fan SL EDE NN ANETTA MEE DER andemie en doordat de wervin rechten, Stimuleren van uit hoofdactiviteit 12.1.1.1. PES d 4 Sel Ù 3 pand doordat d g hten, Stimul t hoofdactiviteit 121.11 een AZ B | EE Ee 4 ORN en ee ne he es een Ol . . oe . BI en ES TN AETR Re de AR ZS es KS rk en BN ir van bepaalde benodigde kennis en initiatieven, Samenwerking OBA Digitaal Samen leven en doen. rr en EE rd EEA ner, En LE DESI REE A Ed pe ed & capaciteit vanwege marktomstandig- in het kader van OBA Next, ETEN ERE IERSE Ea NE ES En Sh U Re Se 74 PRE NLS heden langer heeft geduurd. Amsterdamse Intelligentie rete nie ME Ede D Ei EO Hate rt & dre ES re EER bre . … NN ST TIN A ò PDRE EE PEA AAD B 7 Ne RAR re EREN NET Deze middelen worden bij de Agenda met onder meer het IDR TE EEE RENTE DOEN UL Ee AR ANA Ben B AN A 5) ERE NN Eee dre edet Pe pen À 4 de : , Es ze 7 5 s Be 4 7 ij Bi EEn / 5 Ei , À ARR % Rt d Ne 3 Ja ES : zi De 5 ie A kf Rele An de jd, eh 3 oe BAE Eed ed gr schee tn Bi A! d ETON IRG: Ted pe Er AE ee DE EE ee) HE f. p pn her kk "U fi / rn fs ri …E ig ; es Ee fi ee A s Ë hk be ki 2 TiS 7 Ne jn Ë der, Ps | se in Ue [ rag! Ade IEN ORR PURE Nemati er Vee je dT AREND AE AE Ee EN NP EAD KEES RET JAE 5 EEK ET ERR A0 SAE OT re < Ï ENG A _ El TEL re ml ZAT MEU RIT on Et re et AEN REE: (U rb ie etri ee EISEN Î BRE Nr DE en arn Hier En Hi ie a HEE WE = Eni EE ) UE AN N 4 if De Tar Eg Le ET HERT OOR ES TE af OA = KN É EN | ij P 5 dk en rt A Te RCN Ee a ee Ke Ed ELAN En JN nn rr À Kek aar EE: pr ti en rr pn, rn en RN SEM TE en REL Ri BE a KEE à me En Er | zj Se 4 d Ee Er. ef A - er pr m= 5 ed nd Bn ze bend ch Tk OR 5 NE eed } We Hel” | Ht: LAD Ed À A re RES a nn | A rn zt ol Ke 3 gen es DE ki TE ds CA De re JOENW Se 5 EL TRD ra EL Lenn OER BE A tend En! Wade RK at Sf wen a we Tuik Zed B Hike! ik es Ki jd ef: Ee , m , > RER de ar Ee ‚ RE Tt mk er lk: à Af En mp k ' Ek al: PE ii nen emmer je Lin / a / ln - mi 4 S BE / ne - | Ee: en ee Begroting Digitale Stad 2022 ns ek Noa in 7 f Ï en . 4 ERN nk EE an É e es a n AM pn d id en Nm KES re ven Ei e= : = 8 er AE ee le be nn Te. ik Î / _ ee Programma Programma onderdeel Begroting 2021 HES nit Me je ze De Bn een ee: —_ | ) We | EN Ee ee VEN 12 Moderne Open Overheid — 12.1.1.1. Digitaal samen leven 935.415 nn 9 NIN AN Dj h ue ee LI En Ee tE Î Ge = e= Ee zn En Digitale Stad 12.1.1 en doen. B Ee eN vl Uh! el ee he u Es RS ee Ke ij EE ee REE Sn Tan en 12,1.1.2. Veilig en autonoom, 7.605 tn en, 4 hs ne ARN tie NN 7 epe SE REN en en … se Oe en ee SANA NE _ eN Se en 12.1.1.3. Toegankelijke en begrijpelijke 65.910 ne all Ee eN „Bman Î Ee zes een En 5 ï ne eee WM ve a NO Ei di BN enn Sn overheid. en | LE ed ee ee 1.008.930* Ree R EN ne Ae an Ae Ee BE re MA Ne Pd Er En Tr : an ie ee EE Sl EPONE ee Ne A NN EE dn - aen SEN hid mn "3 Sn ae rd TR GE MEE rn B de ee OE zel . . . . . EM EN NN DE Eeten, ne ne NE * De overheveling van € 434.312 vanuit 2021 wordt na besluitvorming aan dit totaalbudget toegevoegd. Î Rn etn NE A ES Oe Ee, Ae en ne bn ee Aen: kn jen We ze di ik, Sc 5 EE En Oa Er Ta et eN c kes ee 8 en EE, ET Sr Hi gel SS RE BS Te, a Re id x ir ne Deen Ted REE ei Nn ar ad Een aa Dre he Tran 5 ek er k . tlas TN ae Me ME ee = 7 : ht rd SL eN AA T ee Te ee EE ee = er Br En Eed =e ns NA B, « mt ET ere Ken ee le Te GE . . . N N N Eer es dr ee en EEn en p ien, En Toelichting op de begroting 2022 m Toegankelijke en begrijpelijke dn DE ON EP: ARK en" kr nn We df EE à a : . at En NOMEN ee A en ed > ke Agenda Digitale Stad overheid: Onderzoek online Re, NR is eme en se Oe Se En . Rene erken OR bil En AN Nt ke laa EM m Erisinde begroting 2022 leefwereld Jongeren, en hoe daar PA en WEAR 8 ES EP Se EE ie . Een ERE, T— nn ne RE TE € 1 miljoen gereserveerd voor de als overheid beter op aan te en eG / j UE E Es 5 TR em EE On EE . . . oe eeen Ne eN = = Er A EN uitvoering van het doel 12.11. sluiten. Ee het eet IN oe LN e ee er Ef . Eed En oe EE RE m De onderbesteding van 2021 van m De programmakosten waaronder En NR Ck : nn et Te nt NRR € 434.312 wordt toegevoegd bij programmamanagement en En RR De bn, . Bnn Ee es Bef Oe tn . . . . Ee hp EN B : Ne a = oe En RE Oe, het onderdeel 12.1.1.1. communicatie worden gefinancierd B Te Eend EN 5 Ee. Ee SE Ee EE DD : se Le En de Ee NN en RT SEN ek m Digitaal Samen Leven en Doen: uit hoofdactiviteit 12.1.1.1. Digitaal en En rn Ree URE, rok Er jk Ee 5 BR NR ee eN Digitale rechten (onder meer Samen leven en doen. BRR 4 se, Te A ETS EN B Br Ee 5 Digital Rights House), samen- Mn. Ee Peso AGE Wes Ee mt | : tet : RN Bn el EK Kd En a A p Eert ray gt EKE er evert Ji : werkingen met kennisinstellingen Ne LE iN ek den ie EEEN € En en OBA in het kader van OBA nn al bic ARE Kel k an ep basen Tkn RN Pe Next, Agenda Amsterdamse Ba NE RN B Nn KE: oek Aen. rt en . . Ne TAM Re Intelligentie, uitvoering ei SN orde á ke of Ee en Gel 4 LA KE en MEN ae fn kn HD 7 ' Ke LN Er ot Ene Fr . rede jety pn Voort zi lu R/S | aan - rs Ar il . Eindnoten 5 pa velig i à „ft 0 n Ì …) en ‚ in € 8 … id 1 _https://citiesfordigitalrights.org/cities-coalition-digital-rights-first-deputy-mayors-meeting | . Ô Tl eleg if 2 _https://eurocities.eu/latest/we-need-more-than-just-digital-rights-principles/ rr Tee B ne za 5 3 _https://www.demsoc.org/projects/citizen-voices | ä nde g 4 _https://www.amsterdam.nl/innovatie/mobiliteit/ ' C N hk a E 5 _https:/www3.weforum.org/docs/WEF Guidelines for_City_Mobility_2020.pdf Ì 5 6 _https://www.thorp.eu/ zi wiggen E 7 _https://id.amsterdam.nl en http://amsterdam.nl/inloggen-met-irma geeen pr ai 8 _https://www.emerce.nl/nieuws/dit-winnaars-dutch-interactive-awards-2021. hp K 9 _https://wsa-global.org/winner/irma-a-digital-wallet-for-your-privacy-data-on-your-phone/ 10 https://toolbox.energy/home 11 https://sensingstreetscapes.com/ 12 https:/www.aim4dem.nl/ 13 https://www.hva.nl/subsites/nl/kc-fdmci/projecten/projecten-responsible-it/filter-bubble-modelling. Kn ge” | …__ et html?origin=fpYBevADOTCjoNaW6éloniA%2CZY1ql7 YeS1mfCbwui797pg men = SN e ET ' nr 14 https://www.hva.nl/subsites/nl/kc-fdmci/projecten/projecten-responsible-it/als-de-machine-kiest. nm gee mee hage Re html?origin=fpYBevADOTCjoNaWéloniA%2CZY1gl7YeS1mfCbwui797 pg an ee Ei es 15 https://openresearch.amsterdam/nl/page/78043/academische-werkplaats-desinformatie ern wit hotspots En ne 5 16 https://responsiblesensinglab.org/ 6 ri jn A ' re 17 https:/Awww.civic-ai.nl/ | ä ok ke jb el „n Î 18 https://www.amsterdam.nl/innovatie/digitalisering-technologie/data/tada-waarden/ f Lb n _ E\ ng cb à At 19 https:/www.amsterdam.nl/innovatie/digitale-veiligheid/digitale-veiligheid-online-veilige/ | ' : ,, d RO di ë Ke 0 d Ì 20 https://www.kennisplatform.nl/ : nr Ee r D F = _ ‚il 4 hi 21 https://www.tudelft.nl/internetofthings/fieldlab nl ‚8 Sif 0 nn k ad Ö odf 22 https:/wob.amsterdam.nl/wob-besluiten/ a Bech as FL s L oi Á/ - 23 https://www.amsterdam.nl/innovatie/digitalisering-technologie/algoritmen-ai/amsterdamse-intelligentie/ Ö n he & el eo 0 Oe & 24 https://www.iamsterdam.com/en/business/key-sectors/ai/ai-technology-for-people/what-is-ai-technology-for-people Ö pu ach Be 3 B Ze Er 25 https://www.digitaleoverheid.nl/nieuws/digitalisering-in-het-nieuwe-coalitieakkoord/ Ö p as N EN, Faa € .} eN Le 4/ 26 https://digitaleinclusie.com/Uit-beeld-geraakt-2021-participatief-actieonderzoek-naar-digitale Ö " bee ' Die hs: Pr 4 - e, j £ Öe B ae 27 https://www.consilium.europa.eu/nl/policies/a-digital-future-for-europe/ @ E rr ea Ne Je en! js Lm n n ie 28 https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/european-data-strategy_nl Ö " we ä Bs dl er n 29 https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2020/10/21 /artificial-intelligence-presidency-issues- © r Ì Á ei Ff = Fo DE| conclusions-on-ensuring-respect-for-fundamental-rights/ s- _ es s P Me f mm mr | 30 https://digital-strategy.ec.europa.eu/en/policies/connectivity 8 m 31 https://ec.europa.eu/info/strategy/priorities-2019-2024/europe-fit-digital-age/european-digital-identity_nl id E rl n 32 https://magazinedigitalrights.nl/ Ee, 33 https://www.digitaleoverheid.nl/document/nsob-actuele-kwestie-klassieke-afweging/ ze à 34 https://amsterdam.raadsinformatie.nl/vergadering/948036t#ai_ 6541666 ne 35 https://responsiblesensinglab.org/projects zn h 36 https://www.civic-ai.nl/see-our-project en ani 37 https://www.amsterdam.nl/innovatie/digitale-veiligheid/digitale-veiligheid-online-veilige/ 38 https://www.amsterdam.nl/innovatie/digitale-veiligheid/responsible-sensing-lab/shuttercam-project/ 39 https://www.amsterdam.nl/innovatie/mobiliteit/roboat-zelfvarende-boot/ Ek Betr kh A UN ber ne n _ zr f , Dn | EE yr a ES | EE En ne : : „AN ind & Sr. Een Ie ree pn Ge ed EL Pi i % “8 EE —— == Be U MEETS \ ln NE Ee ee | » ei CN, mi Ne ee | - RRA 5 me | ZZ  KR, MK A el f mr d ee he VE EIL ST Aan ea: ri Ss B Ea ä LE EN it A al Ee Ì he gi TE TE kr ë KR N Ss + ne en ee Ee CANE | ZE BRAMEN 0 f Á . Le k E Fe Fr Ë 5 er | er t Ee ar ie rr. ha , BIE De ee A en en EL EE ier ee et ED TA ed ee Ee Ee wr me : he KN al EN we dh LE st "5, hee Ee ENEN OS NEE DE ia tk Ee ek DS 5 A] ef EE PS re | 5 Ben Agenda EE la, Te PE ie EE À ns Digitale N=, z Li LS L ee, Nl Stad ne ' De mk Ï & Ts EME k ep 7 Tan Pr 2021 | 2022 Tussenrapportage « had r IP/4 ER en Colofon hamse n Nig 5 | | ns Ontwerpwerk zr je Beeldbank Amsterdam Nil RO maart 2022 Eel Se erm Fe _n E Ì Pd p ES ú rid Contact 4 il Ê Gemeente Amsterdam EN r BEE ND CTO Innovatieteam Nl + Ls f 4 [email protected] E in fl JT, é amsterdam.nl/innovatie el fe E ze Ee h _ 4 i Te ] ; == READ if - - = - ene E an Ee ek a | Rr Ù en | 3 di B Oi En In
Onderzoeksrapport
25
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 155 Publicatiedatum 22 februari 2019 Ingekomen onder C Ingekomen op woensdag 13 februari 2019 Behandeld op woensdag 13 februari 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Vroege en Yilmaz inzake de agenda autodelen (free floating deelauto’s) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de agenda autodelen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 92). Overwegende dat: — Amsterdam het aantal vergunningen voor free floating deelauto's wil uitbreiden; — Alle Amsterdammers gebruik moeten kunnen maken van deze free floating deelauto's; — Een goede spreiding van de voertuigen over alle wijken en buurten in de stad hiervoor nodig is. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij nieuwe vergunningen voor free floating deelauto's zich in te zetten voor beschikbaarheid van deze deelauto's in alle buurten en wijken van Amsterdam. De leden van de gemeenteraad J.S.A. Vroege N. Yilmaz 1
Motie
1
train
x Gemeente Amsterdam | D % Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte en Groen, Klimaat en Energie, Luchtkwaliteit en ICT % Gewijzigde Agenda, woensdag 17 september 2014 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte en Groen, Klimaat en Energie, Luchtkwaliteit en ICT Tijd 09:00 tot 12:30 uur en zo nodig vanaf 19.30 uur Locatie De Rooszaal, Stadhuis Procedureel gedeelte 1 __ Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie ID d.d. 27 augustus 2014 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissielD@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam l D Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte en Groen, Klimaat en Energie, Luchtkwaliteit en ICT Gewijzigde Agenda, woensdag 17 september 2014 6 _Tkn-lijst Inhoudelijk gedeelte 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Verkeer en Vervoer 11 Onderzoek van de rekenkamer naar het verwijderen van fietsen Nr. BD2014- 006230 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 1 oktober 2014). 12 Wijzigen uitgangspunten Voorlopig Ontwerp Vijzelgracht, project Rode Loper Nr. BD2014-006332 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 1 oktober 2014). 13 Beantwoording motie toegankelijk houden van de NS-stationspassages voor mensen zonder OV-chipkaart Nr. BD2014-007925 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Vroege (D66) e Was Tkn 13 in de raadscommissie ID, d.d. 27 augustus 2014 14 Stand van zakenbrief Rode Loper juli 2014 Nr. BD2014-007924 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Van Raan (PvdD) e Was Tkn 2 in de raadscommissie ID, d.d. 27 augustus 2014 2 Gemeente Amsterdam l D Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte en Groen, Klimaat en Energie, Luchtkwaliteit en ICT Gewijzigde Agenda, woensdag 17 september 2014 15 Bespreeknotitie PvdD prognoses A9 Nr. BD2014-007983 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Van Raan (PvdD) Duurzaamheid 16 Bespreking bomenkap Oosterpark Nr. BD2014-007974 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 17 Toewijzing laagrentende leningen uit derde tenderregeling Duurzame Initiatieven uit de stad uit de pijler Klimaat, Duurzaamheid en Luchtkwaliteit (KDL) van het Amsterdams Investeringsfonds (AIF) Nr. BD2014-007927 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Van Raan (PvdD) e Was Tkn 22 in de raadscommissie ID, d.d. 27 augustus 2014 Klimaat en Energie 18 Jaarverslag Klimaat en Energie 2013 Nr. BD2014-007926 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissieleden Groen (GL) en Van Raan (PvdD) e Was Tkn 20 in de raadscommissie ID, d.d. 27 augustus 2014 Openbare Ruimte en Groen 19 Ondertekening samenwerkingsovereenkomst Diemerbos Nr. BD2014-007928 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Van Raan (PvdD) e Was Tkn 26 in de raadscommissie ID, d.d. 27 augustus 2014 ICT 20 3e en 4e voortgangsrapportage ICT Centraal Nr. BD2014-007923 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3 Gemeente Amsterdam l D Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte en Groen, Klimaat en Energie, Luchtkwaliteit en ICT Gewijzigde Agenda, woensdag 17 september 2014 TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Verkeer en Vervoer 21 Bespreking onderzoeksrapport Uv fietsgedrag op negen kruispunten Nr. BD2014-008367 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van de commissieleden Ernsting (GL) en Vroege (D66) 4
Agenda
4
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 18 juli 2023 Portefeuille(s) Ruimtelijke Ordening Portefeuillehouder(s): Reinier van Dantzig Behandeld door Ruimte en Duurzaamheid Onderwerp Monitoring en actualisatie Omgevingsvisie Amsterdam 2050 Geachte leden van de gemeenteraad, De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 is in juli 2021 door v als Raad vastgesteld. Bij de vaststelling is bepaald dat de Omgevingsvisie de komende jaren levend wordt gehouden, met elke twee jaar een monitor en indien nodig een actualisatie. Hiermee willen we bereiken dat de Omgevingsvisie actueel en relevant blijft. In de Uitvoeringsagenda Omgevingsvisie, vastgesteld in december 2021, is deze afspraak bekrachtigd, mede naar aanleiding van de op 11 oktober 2022 afgedane motie 120_22 Van Renssen, Boutkan en Kili, waarin het college gevraagd wordt om de Omgevingsvisie en de bijbehorende Uitvoeringsagenda elke twee jaar op hoofdlijnen te monitoren, met actualisatie daarbij als vitgangspunt. Tegen deze achtergrond werken wij nu aan de voltooiing van de eerste Monitor Omgevingsvisie Amsterdam. Deze monitor is aanvullend op enkele reeds bestaande thematische monitors en bekijkt met integrale blik aan de hand van zo’n veertig indicatoren hoe het staat met de vijf strategische keuzes van de Omgevingsvisie. Dat zijn: (1) meerkernige ontwikkeling, (2) groeien binnen grenzen, (3) duurzaam en gezond bewegen, (4) rigoureus vergroenen en (5) samen stadmaken. Verschillende data vit de monitor worden de komende tijd publiekelijk gedeeld. Publieke input gebruiken wij om de monitor te vervolmaken. De volledige monitor - in feite de nulmeting voor hoofdpunten van de Omgevingsvisie - wordt komend najaar met u gedeeld en besproken. De monitor zal trends laten zien die in lijn zijn met doelen vit de Omgevingsvisie, maar ook verschillende trends die dat niet (of onvoldoende) zijn. Graag gaan wij hierover het gesprek met u aan. Wij zullen daarvoor een voorzet doen, met duidingen over oorzaken van verschillen tussen doelen en trends, en over handelingsperspectieven. Actualisatie rond 2025 Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet (voorzien op 1-1-2024) krijgt de gemeenteraad de verplichting om binnen drie jaar na inwerkingtreding een omgevingsvisie vast te stellen die voldoet aan de inhoudelijke en digitale eisen van de wet. Dit betekent dat we de omgevingsvisie Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 2 van 4 hier in technische zin op moeten aanpassen en de omgevingsvisies van Amsterdam en Weesp moeten integreren. Een eerste actualisatie rond het jaar 2025 ligt dan voor de hand, waarbij zowel naar de technische als inhoudelijke aspecten wordt gekeken. Wij stellen dus voor om de Omgevingsvisie Amsterdam 2050 voorlopig nog te laten zoals deze is. Hierbij hebben wij de volgende overwegingen: 1. In onze brief aan u van 11 oktober 2022 ter afdoening van eerdergenoemde motie spraken wij de wens en de verwachting uit dat de grondbeginselen van de Omgevingsvisie een flinke tijd houvast bieden. In de basis vinden wij dat de Omgevingsvisie nog goed antwoord biedt op alle vragen van nu. Daarom willen wij nog geen grondbeginselen wijzigen, maar de omgevingsvisie levend en actueel houden op het niveau van uitwerkingen en instrumentele doorwerking. Bovendien richten wij onze energie liever op het halen van huidige doelen dan op het stellen van nieuwe doelen. De genoemde monitor, maar ook bijvoorbeeld de nu in de maak zijnde Ontwikkelstrategie die concreter laat zien waar, wanneer en hoe we de vele ontwikkelambities van de Omgevingsvisie willen laten landen, zijn hierin belangrijk. 2. De Omgevingsvisie heeft thematische en gebiedsgerichte uitwerkingen (onder meer Hoofdgroenstructuur, hoogbouwbeleid, omgevingsprogramma Nieuw-West en omgevingsprogramma Zuidoost) in gang gezet. Daar gaan we mee door. Ook de Ontwikkelstrategie vloeit vit de Omgevingsvisie voort. De Omgevingsvisie vindt zijn doorwerking in al deze deeltrajecten, waarmee deze volop levend en actueel blijft. 3. We zijn een actualisatie van het Plaberum gestart, zodat onze ruimtelijke planprocessen beter gaan aansluiten op de doelen van de Omgevingsvisie. Hiermee verleggen we de aandacht van het wat (ambities, doelen) naar het hoe (doorwerking, realisatie). Onderdelen van de actualisatie zijn de verankering van nieuwe beleidsthema'’s, samen stadmaken in gebiedsontwikkeling, de werking in gebieden waar de gemeente geen dominante grondpositie heeft en het verbeteren van de (beleids)verantwoording. 4. De Omgevingsvisie had een ambtelijke en bestuurlijke procedure van de zwaarste categorie. Dat gold ook voor het bijbehorende maatschappelijk debat. Gezien de zware status van een omgevingsvisie moeten snelle actualisaties niet licht worden opgenomen; zij kunnen het gezag van zo'n visie zelfs ondermijnen. Snelle ontwikkelingen (dark stores, fat-bikes, stijgende bouwprijzen, afkoelende woningmarkt), zijn met omgevingsvisies sowieso niet bij te houden. Dat is ook niet de functie ervan, daarvoor hebben we een breed vitwerkingsinstrumentarium. Pas als ontwikkelingen structureler worden en van wezenlijke invloed op de doelen of de mogelijkheid om deze doelen te bereiken, is een integrale actualisatie van meerwaarde. Definitieve conclusies over actualisatie, of over extra inspanningen om huidige doelen te halen, trekken wij pas na het gesprek daarover met u. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 3 van 4 Motie 559.21 dd. 7 juli 2021 inzake de Omgevingsvisie Amsterdam 2050 (onderzoek klimaatscenario’s IPCC) (portefeuille duurzaamheid) Tijdens de vaststelling van de omgevingsvisie in 2021 is een motie aangenomen waarin wordt gevraagd te onderzoeken wat de verschillende klimaatscenario’s van het IPCC zouden betekenen voor de Omgevingsvisie Amsterdam 2050, en de vitkomsten van dit onderzoek te betrekken bij de tweejaarlijkse monitoring en herijking van de Omgevingsvisie. In de beantwoording van 11 janvari 2022 is destijds vermeld dat voor het onderzoek naar de verschillende IPCC-scenario’s voor Amsterdam de klimaatscenario’s van het KNMI nodig zijn en dat deze in 2023 gereed zullen zijn. Daarnaast is toegezegd dat doorwerking van de nieuwe KNMI-klimaatscenario’s volgt in de tweejaarlijkse monitoring en herijking van de Omgevingsvisie. De vertaling van de IPCC-scenario's naar de Nederlandse (inclusief stedelijke) situatie door het KNMI is naar verwachting in oktober dit jaar gereed. Deze scenario's vormen belangrijke beleidsinformatie voor het programma klimaatadaptatie en moeten vitmonden in nieuwe klimaatstresstesten voor Amsterdam. In de tussentijd besteden wij in de monitor Omgevingsvisie aandacht aan enkele indicatoren over klimaatadaptatie. Daarnaast zal klimaatadaptatie worden meegewogen bij de Ontwikkelstrategie 2035. Het WBS-principe (Water en Bodem Sturend) kan een aanleiding worden voor de eerstvolgende fundamentele actualisatie van de omgevingsvisie. Alles op een rij voor de komende tijd Dit alles brengt ons tot onderstaand beknopt (niet-uitputtend) overzicht van enkele belangrijke in ontwikkeling zijnde producten waarin de Omgevingsvisie wordt geduid, vitgewerkt of geconcretiseerd: Oe Amsterdam najaar eerste concept (juni 2024) Omgevingsprogramma Concept gereed Najaar 2023 EN Zuidoost Amsterdam Verbonden Volkshuisvesting afgerond kansenongelijkheid start uitvoeringsagenda Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 4 van 4 Tot slot De Omgevingsvisie Amsterdam 2050 vormt een belangrijke leidraad en inspiratiebron voor de ruimtelijke ontwikkeling van onze stad en, indirect, de metropoolregio. Wij geloven in de grondbeginselen ervan. Met de in deze brief beschreven lijn denken wij het verhaal van de Omgevingsvisie de komende tijd levend en actueel te houden. Wij kijken daarom uit naar het gesprek met u als Raad over de Monitor Omgevingsvisie Amsterdam. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Reinier van Dantzig Wethouder Woningbouw en Stedelijke Ontwikkeling Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
4
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1402 Datum akkoord college van b&w van 25 oktober 2016 Publicatiedatum 25 oktober 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Boutkan van 14 september 2016 inzake het salaris van de directeur van de Bank Nederlandsche Gemeenten. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: De Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is in handen van de Rijksoverheid en lagere overheden. Nederlandse gemeenten zijn dus mede aandeelhouder en kunnen via de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) invloed uitoefenen op de BNG. De gemeente Amsterdam bezit 617.058 aandelen en het uitgekeerde dividend over 2015 bedroeg € 629.399. Begin augustus 2016 publiceerde De Volkskrant weer een top-100-lijst met de hoogste salarissen van het afgelopen jaar. In die lijst staat de directeur van de BNG, de heer Carel van Eykelenburg, op plaats 67 met een totaal jaarsalaris van € 697.000. Dat vindt de fractie van de PvdA Amsterdam erg veel: hij loopt geen enkel ondernemersrisico maar valt klaarblijkelijk niet onder de Wet Normering Topinkomens (WNT). Ter vergelijking: op de voorlaatste plaats in deze lijst staat de directeur van De Nederlandsche Bank, de heer Klaas Knot, met aanzienlijk meer verantwoordelijkheden, met een jaarsalaris van € 421.000. En zelfs dat is nog ruim het dubbele van het salaris van een minister in Nederland. Daarom is de fractie van de PvdA Amsterdam samen met andere steden aan het kijken naar de mogelijkheden om het salaris van de topbestuurder fors te verlagen. De steden Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Groningen, Leeuwarden en Zwolle doen mee aan dit initiatief. Zoals bekend is de burgemeester van Utrecht, de heer Van Zaanen, op dit moment tevens voorzitter van de VNG. Gezien het vorenstaande heeft het lid Boutkan, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Klopt het dat de huidige voorzitter van de Raad van Bestuur van BNG meer dan € 600.000 op jaarbasis verdient? Is het college het met de fractie van de PvdA eens dat dit absurd hoog is voor een bank die volledig in handen is van de rijksoverheid en lokale overheden, zoals gemeenten? Antwoord: Het college is op de hoogte van de beloning van de bestuurders van BNG. Deze informatie is tevens te raadplegen in de openbare jaarverslagen van de bank. Zie verder de beantwoording van de vragen 2 tot en met 5. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam Neeing Laoz Gemeenteblad R Datum 25 oktober 2016 Schriftelijke vragen, woensdag 14 september 2016 2. Klopt het dat het huidige beloningsbeleid bij BNG strenger is geworden en dat nieuwe bestuurders daarom minder kunnen verdienen? Klopt het dat het maximale salaris voor een bestuurder bij BNG nog altijd op vele tonnen ligt en hiermee ruim boven de WNT-1- en 2-norm uitkomt? Antwoord: U constateert terecht dat het beloningsbeleid bij BNG is aangescherpt. Daaruit volgt dat voor nieuwe bestuurders de maximale bezoldiging lager is en de variabele beloning is komen te vervallen. Op 5 oktober jl. is tijdens de bijzondere aandeelhoudersvergadering van BNG het beloningsbeleid voor de Raad van Bestuur vastgesteld. De maximale beloning (exclusief pensioen en vergoedingen) bedraagt met ingang van 2016 £ 301.000. Het beloningsbeleid van BNG is integraal van toepassing op bestuurders die na 1 januari 2016 aantreden. Het nieuwe beloningsbeleid geldt niet voor bestuurders die voor 2016 zijn aangetreden. Bestaande arbeidscontracten worden gerespecteerd. Voor de voorzitter van de Raad van Bestuur geldt het beloningsbeleid dat van kracht was op het moment dat zijn arbeidscontract werd gesloten (voor 2009). Over de vaststelling van het beloningsbeleid voor de Raad van Bestuur van BNG bent u op 6 oktober 2016 via de dagmail geïnformeerd. Het voorgaande beloningsbeleid van BNG dateert van 2009. Van de huidige bestuurders van BNG valt er één onder het beloningsbeleid 2009, de twee andere bestuurders, waaronder de voorzitter, zijn voor 2009 aangetreden. In 2009 is het beloningsbeleid met ongeveer 45% gematigd ten opzichte van de maximale beloning die daarvoor van toepassing was. De maximale vaste en variabele beloning (exclusief pensioen en vergoedingen) bedroeg op basis van het in 2009 vastgestelde beloningsbeleid € 320.000 (prijspeil 2016). Het klopt dat de toegestane maximale beloning hoger is dan de WNT-norm. Wel gaat het nieuwe beloningsbeleid van BNG verder dan de WNT op het aspect van de variabele beloning. Het nieuwe beloningsbeleid van BNG kent geen variabele beloning, terwijl de WNT een variabele beloning van maximaal 20% van de vaste beloning toestaat. Zie verder de beantwoording van de vragen 3 en 4. 3. Wat is de opvatting van het college over de rol van aandeelhouders bij het vaststellen van het beloningsbeleid? Deelt het college de mening dat het nodig tijd is voor een herziening waarbij de salarissen voor de individuele leden van de RvB neerwaarts worden bijgesteld? Antwoord: Het beloningsbeleid voor de Raad van Bestuur van BNG wordt op voorstel van de Raad van Commissarissen voorgelegd aan de aandeelhoudersvergadering. Bij de beoordeling van voorstellen voor beloningsbeleid hanteert het college het Beloningsbeleid Deelnemingen 2016 als uitgangspunt. Daaruit volgt onder meer het uitgangspunt dat het college haar invloed als aandeelhouder zal gebruiken om het Beloningsbeleid Deelnemingen 2016 zo goed mogelijk te verankeren in het beloningsbeleid van iedere deelneming, ook als het Amsterdamse aandeel beperkt van omvang is, zoals bij de BNG (1,1 %). 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Laoz Gemeenteblad Datum 25 oktober 201g Schriftelijke vragen, woensdag 14 september 2016 Het college deelt uw mening dat een herziening van het beloningsbeleid wenselijk was en heeft zich daartoe bij de totstandkoming van het beloningsbeleid van de Raad van Bestuur van BNG maximaal ingezet om de beloning te matigen en in lijn te brengen met het geldende Beloningsbeleid Deelnemingen 2016. De gemeente heeft daarbij zowel aan de RvC als medeaandeelhouders, waaronder de minister van Financiën, en in VNG verband expliciet aangegeven wat haar uitgangspunten waren. Het bereikte resultaat, waarvoor een breed draagvlak bestaat, is dat het beloningsbeleid van BNG grotendeels in overeenstemming is met de uitgangspunten van het Beloningsbeleid Deelnemingen 2016 van de gemeente Amsterdam. Er is één punt waarop het nieuwe beloningsbeleid van de BNG afwijkt van het Amsterdamse beleid, en dat betreft de inspanningsverplichting om binnen de WNT-Il norm een kwalificerende bestuurder te vinden alvorens gemotiveerd wordt afgeweken. Gezien het constructieve en goede gesprek vooraf waarin de uitgangspunten van het Amsterdamse beleid duidelijk zijn meegegeven en meegewogen, heeft het college ervoor gekozen om tijdens de bijzondere aandeelhoudersvergadering van de BNG (5 oktober 2016) in te stemmen met het nieuwe, gematigde beloningsbeleid met een stemverklaring. In deze stemverklaring is gewezen op het brede draagvlak voor het bereikte resultaat, maar ook op het belang dat het college hecht aan de genoemde inspanningsverplichting als belangrijk vertrekpunt. Zie verder ook de brief die u hierover hebt ontvangen via de dagmail op 6 oktober 2016 (kenmerk: 2016/6900). 4. Is het college het met de fractie van de PvdA eens dat bij semi-publieke instellingen als de BNG een gematigd beloningsbeleid hoort? Graag een toelichting. Antwoord: De inzet van de gemeente Amsterdam bij de totstandkoming van beloningsbeleid van de deelnemingen is vastgelegd in het Beloningsbeleid Deelnemingen 2016. Daarin is als uitgangspunt opgenomen dat de gemeente deelnemingen in staat moet stellen om gekwalificeerde en deskundige bestuurders aan te trekken. Daarnaast zet de gemeente als aandeelhouder in op sobere beloning om invulling te geven aan het publieke belang en maatschappelijke kapitaal van een deelneming. Reeds afgesloten arbeidsovereenkomsten van zittende bestuurders worden gerespecteerd. Bij de behandeling van het Beloningsbeleid Deelnemingen 2016 is de motie aangenomen om een moreel appèl te doen op bestuurders die boven de WNT-Il norm verdienen. Hier wordt ook voor BNG opvolging aan gegeven. 3 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer we Lktober 2018 Schriftelijke vragen, woensdag 14 september 2016 5. Op welke manier kan Amsterdam samen met andere aandeelhouders invloed uitoefenen op het beloningsbeleid van de BNG-bestuurders? Is een gezamenlijke inspanning in VNG-verband hierbij een effectieve optie? Is het college van plan dit te gaan doen. Indien nee, waarom niet? Antwoord: Het college deelt uw mening dat herziening van het beloningsbeleid bij BNG nodig was. Daarom heeft het college het afgelopen halfjaar in samenspraak met andere aandeelhouders, zowel binnen VNG verband als daarbuiten, invloed uitgeoefend om te komen tot versobering van het beloningsbeleid van BNG. Als gevolg daarvan is het bijgestelde beloningsbeleid op 5 oktober 2016 vastgesteld in een bijzondere aandeelhoudersvergadering van BNG. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
train
mm ke 5 leds, en | gecta horde [7” On p VOndiila oo bden var at Wad | A he _d spiek 7 ramon ard. bsmeif et Beet pe 7 + Pe » ‚ # Ì : / , À | „bin bad Á mn 45) dage an, vambendl, a ZEN en | PO Ó / he Sehr he tamben vn Sm mt gol | Agen ap ounlad van voral ols Paans bte Zu Liar © | pezen Zib Allronilols en U VAI GM Aan Á Wreelizen om op dele Oer A van PAD enht bu den | | il mol PT srvaren 9 MU Woem gend beleren en 5 Pdmchs A aps alt belan gp jrg Htenogo | | Ree C | e ot dan À fran beha er nan ende enne be der d all Gom meer desen. fe lat Alaeg alan ol don vl _ pe ralomlig, KOE mel Ze ere van cle Dam ey op j oto Ám oel Zn Lhee oneloen Was gn ad va vlenl og evene polamnen pu Öbben , ome Al En dong Dees Jt derden ann KO u vaar elle plbrdant mn ne EEE Wigs, In dar deu Hiel jd Cn | BU in odt blbring pu eeb orn Go pt. 3 Öój dt and Proet tam ple Jor. pad Al 5 aandal Barmen A omt buur go haan bou ond AD 1 J Waren wij ter obd | | » © Et | | , | | ‚ . N | % maag Of d ch Oni dene weisdr voelden of — Otmaaddl, ON Jot NEY Jem baarm gesloten acten, Ward , n | ) 12 tm de Le sbaf on Vins, Pov ler ltanag a Jane. OVOË 7 ip oel sekd a butt. toll, £ 1) er U boensig Lael où onde bevard oon soeraal land A 5 7 ad bu] dn pe? praal Jan vaamelspbikak — B manden Ormemtljls pedllaitis Hebr ow Cul en © EN ly, ) | slalom eh allt. ecunltL Gorham ah obu à Nus ht wond / velt, Cid Uadbesbad ban MEL dai) k / neh é ‚ _ À Ml Alin, vam cle Barmen op by Bireel teur slaa > mensa Ser ) ‘ sa VON bud sdam en Hoed, bond zal van dy lr 3 | amds doed ct dir VD SPE en Lonen Mille om Leven | | bat pf val habomaas (ifvejelrdead bebe poste ond, nnen rte 0 0 h . 8 8 8 n= c © © 8 ee Oo ken o @ B 0 8e S R ON MD + ON == er 8 ® Pr - ò EE NN Oe | ze EE [ËË8se KEE H3E . Dad ® …. & …. on == 6 © … . 5 BES BEE [Sanit En BEP 5 ES’ a 5 & 5 Sone CE a 5 2 Dn 85E B5E EERE 85E 85E Ee n°) 0 —= 5 ë 5 U Zoe ZOT geo 5 SOL BUL 5 D 5 5 D ss k c Ù ö En DD eo DD LL u a Ke SG 0 So 6 50e z 6 6 z 6 6 _ OQ O _ Ô O v ER oz D v 9 Oo v Oo, 9 c Dj Ce 8 > > 3 > > ERS = DE > > > > >> 5 on Uv 0 0 W MN vv w ov U rd en 0 evo ik: ® 0 0 p ® > 0 0 > 0 D 8 E vv s © Vw ns PIT ® © W ® © w 0 5 DD E23 2 ö 5 EE: te tes GE: 5 too tv 5 Ss Et 5 B vv 5 o Ë 5 dE Ò EE S ano KE de . od EE € << E E ® E ® E FE E € D Ki A Vv 2 0 U a. oo 2 Ê | wv 5 v @ en 5 md ov UW Ö 0 9 uv AO U 8 | ir | 0) k ha en À zE E ' ; » m B ï ù En = z 8 E 5 EO sss 8 5 cir em 5 Gee re et 5 53 dh vvv x 5 vvv mmm 5 Ee Ban ce8e 8 „8e Gsm TT 5 | 55 ER Sen EE Oe Eeen 5 ® 38 Ge RUN & KOEN 4 5 Bn në E " ë BE in ON = es a) B 2 PS ge o Bn 2 A men OS A BAE o Eng Ê ee E 5 k ‚ 0 ® 8 E tn pa 5E - Os dp) 0 | SE En s8E BE Em 852 E X Ee vvk ú B Vui SM 5 88 ba 'L85 PV ö Ee Lee 5 $ 5 GA BS 8£ eN REEF £ 38 be Ï Am Î 3 È B Hi Ei Ü 2. &é en Nek 8 GE An 5 8. den DE = Eg 33 ® 3 ne > A En 8 . 3 EE 8 if & kf ë Rede Ke ë Son aj & bn Er © a Ee à í Ed í B En be Á B 8 dn EN En PE D_ NA EO 5 : Om Sn ee En ZOEN Ed E " | en RE 5 ij NE ee 1 EN Ren Ere HS | GE emma 5 | kn B aa 8. 4: WDPLIJSUI IJUIIUID 'S+O UOIJ STER ACER EO EEK ilt RR > en, Ki ke en . : TA WE n fi de € AE 2 ad A8 ii w LI 5 E E Hen ON We gE 8 8 7 2 BE LE 6 v ú G 5 5 ö = ip B Je e 1 o= > ® 0 I 5 es : Jen 3 B 4 E oe Ec ee RL ® NT . ad ® So E "ee . iT Kn Ee Pet e & ED 2 â x Yv wo SE ds RNG Om Ass 5 25 © So Ke, Sa v @ Pi Bx Nn M= 68 5 2P OH Ze RS, ERN EN s cc PL CD = > 5 5 ke FT EON E 5 2 on Et eö : u Ef i A ’ bijte ® ® © == Kl (7 zE 5 0 © MÉ ‚® Za 0 © E 0 ki È : 8 bm 4 ee & B Lo ho CS 0 > 0 & „E E Nd Ke cd de ® Lie EO ‘En Ze uE 0 Eed ri A é 20 BN EG. ú 9 8 7 dE mn ® ESISgIees Sars el SS RE ban on =O > BN IST & u ES zi el he [el ke | ma j ne N p eN B ES Di | hs ve ee ER |E a ap) + 0 U AAR ORE OE ENE SJDS UILAA IOF mmm mn Pa Ae u ze BEERS EEA GS TSE . BS 8 ER: bb 5 | bf a Ere B> RAS S |L UE ns nr: / Sf en od SaDEGAEES A TJ, 28 8 DH ® dd Pp òf OA dd ‚ {/ / | Be | e d Eee E ef A} | Boat = e Dn 5 ® Dg B EE Arhef sr) eed no Ef 5 & Oo dT & TD & pief (BAS v 5 | u ‚ap © E d 5 He u f ij / il HAA : E sf 8 ied À dg ej A u & 0 U / Á L | HEER 5 == sg ® URS 5 5 tf —[® ® “ |! Atag Pon, S 2 OE, ha Lt / Kz Co Basses Gn \3 E E aber TS aff Pa Be 5; ERRSEERS A U // : ZZ È EE Bo EESTE ff Ë Ee 5 Ks o & Ds Pag | / À Ö © B Ö a … 5 \ Ee e, a ® oo V re! qa "u 8 | : 5 5 u u S= o Ô 5 u u TH f lr à ® nt X SAE E sdb Ee if ee g > UN > ® U 8 8 S Í ; ca ® 4 bord „0 u \ == © àn De ve 5 ä 55 >} EL v Es pe: 8 8 Karl u zi Re de hae) ù 5 > U ö Á 3 ku: ú obd vt # 5 Zi 2 5 8 E: RER TANE NE e 5 5 ; MARE REL 5 Zen © | REKEN: de dk CAE nOEEA de 5 ; dn 94 o aTEss omm ESE 3 7 o® Pp 0 s ‘ in OEERSE LEE # En Vv 2 EE Ce Ee) SEESTEB Ed De Bx En ERO Ene ij ER CC feb! Sx sd ds Ho 2 5 3 B E Ee 4 TD & Sta © Bor? Ak 3 5 5, Te 8 - > J 0) 2e, „0 eg 8 ES dà R 8 p & 5 Ee li lu „Â B a 'f Ge Be SD kh 8 5 omme © Es © Ei > 0 Zug 8 ES E KE -k zjn dafdas 8 ij 2 epe 0E s 0 8 ge 2 ET > \ __ cz 6 3 a Ue Pr) ù © \ 4 @ ©) SEREGOGSE \ 3 5 Vv 3e TD -5 0 Nn & > d Ì s \ © TD a e 0d d u U A wv ù \ == à “ hmm} E oo A hd # bo = \ \ ® D=! © mam og v Sa 5 al „8 5 Se. \ KOA & Ke Ea 7 EEE S 9 ry > \ : \ XA La wf o ze 1 ke send a 0 0 a B 5 9 2 E En: Ke = v £ u EE \ | Le FED S 6 Ar \ Nl \ Ì El 5 v A, 5 ots : x A 22% Ee8nS ges | — \ | 2 2 ò v & ® 5 e, | } ET] 6 ES ( ‚SL Eusst Eg [4 GU IT ee 8 ss: 0 cars 89 A , ma RE Es5? DEE Lit Beitel dà, gn „REE He LL dai 8 tgerd HBS ‘ 5 a 0 a ® 0 jl Pa ht [SA … ® í 5 DE kf 4 4 TE] 1-8 a 5 N Oo) 258 8 3 ze Nn, Ze _… HEEE > OR: 0 LO ® kk df de È ni HD 5 em 58 ge G NR: LL Aan > gea: S mmm © 2E B SU Te: B 8 VD Ss 58 > \ ° © ë No u Pp U Wi A Ae 5 & } VO Ze 53 £ 82 Le, a RE: Eis c KX > 238 2 EE 8 / a À EC 485 $ 2E 5 Dn Bg & | PN A de em T 8 8 han E56 A8 Ss zu) Rn d me el B SN jef ö ez 8 E CE B Zn B mn 5 Ge Se + A P û He Ee eme Oo u S N Ze ee B ôh BL © — Silt EE An | 0 HEE: 5 Sikri ba | > EEL „ES 5e 5e H EE: (ij Reds SHB En: KEES 5 D 4 ge Ô av 6 5 Bn he dn veg 9 ù kp 8 „ © a : ® OR FE 5 E ed A ba 1 8gogss U A on voe ss EE dt ie Ne sl 3 v f © C 26 cas ES o 85 ga be 0) EE ó Dí & EC + © 2 u & En gn Sn He j ee D S 8 % Se55C bes 80 co © : REN. B ® 2 Ss a EE Er EG ee en Se $ cc E TD B © ee En ij , an o 8 = 5 E Gs NE u sl en À cs E £ 0 B 'E N © 5 o& De B 5 N ©. rn: a 2 5e S Ng Sn en ED ee mk : an e d de B A n co 0 FE 3 u > EE A HE ES dad Ò E = te X v ‘0 „À de k bn Ke 0 0 6 U en ot 5 ob Ù 5 EO EN U N ® | sites dE 5 n B \ 3e as 58 EN: aa "en kN Ì = v tv ö == 0 TO vu & rd \ se \ \ U eg ® E ü ZEE ek | © 5, À ze k G ze) co n k Ze Ad \ le) 5. 2 ed re de det — vk \ S gesl AE En OK Er alla 2384 RBO a Ra 5 aj aen ® Û je 5 Na) Yo e Ti B E ä fh) ee en É el B E33 at Kl} id sr Ean A Ten OS eer a) ne 2 5 3 © jan Nd a © Ee 0) SE af gid, Ki) fab) a) Eerd (tj n= ARE er ce En k n= CR De Ie, es De fee) el Se PSP se % pn Ee k XX) c D OE 5 ee co E Si DE OE dn EB ee Ê s Kal ge ee hdd Ke Ve, Pe 5 Ti DE ol ec En iS T Es u ez snot ® Kele KN ae oe Oe Het en an Gd fs et ij ES 5 Ga tE ie O 5 Ee re be 2D orb a Ak î fs Joen B Ee, S ne sE gd Ip, me Deen 5 jen dt 0 5 ree a ur WE 3 Om ee EE GEK ej 5 er ES ( os) RE Se 0 a RS ae sE ter Er eN .:. oo lab) En, B en © = EERS Ee: LT ae (4e) ee Eene Kei SA EADE ORE o _ RER EEN BEI | o RR EEE Etre | Î (3 Ed br Ed B ONE 3 @ ze al En > pe lennie) De GE 5 d em [) (e) E ld aon Or om ee BAE Ne OO de | : NN { ee RN: ce Kaede Etenen OE Got Ee 5 | > EE Le oe Bs GRE SSESEREEES RP OE | ziiten s aA er nez ie In En en Se ti npanteecnepeneetelenanen eene Le oi: 5 LE :; ennen B Es Es En an ‘mmm neet neee nennen | Monitor Veiligheid Wallengebied | | Tabellenrapportage januari-april 2009 Project 8244 In opdracht van stadsdeel Centrum : Cecilia Keuchenius Bsc_ | a Dr Harry Smeets Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL Amsterdam 1000 AR Amsterdam Telefoon 020 2510 484 Fax 020 2510 444 h.smeets.@os. amsterdam.nl www.os.amsterdam.nl Amsterdam; mei 2009 mm GE em nn ten se eeen 1.1 Woning en woonomgeving Figuur 1.1 Rapportcijfer voor woning £ 8 mei-aug 2007 ® NT Etienne en hninnnnnen ahmanneina otd Beanland ted anmteissada 8 © sept-dec 2008 og OE LOT VEEN, BE IF SPELAE OEE DELL SRR WEET EEG go jan-apr 2009 pe » nn eee Et 8 metaug2007 [et Et nr mt EE | ZN Ee el hi 8 8 soptdec 208 ll ë, : _E 5 pe en ee mi PF mt Jt ’ E @ Mei-aug 2007 Rn oi) mannen enen etn ennn E E sept-dec 2008 3 @ EE DA … VER VOS Z jan-apr 2009 ALT 35 RE ie EE d B £ sept-dec 2008 ie 5 @ BO jan-apr 2009 5 mei-aug 2007 3 sept-dec 2008 5 jan-apr 2009 60 6,5 10 15 8,0 8,5 ä Gemeente Amsterdam A Dienst Onderzoek en Statistiek : É Overlast en veiligheid Figuur 1.2 Rapportcijfer voor woonomgeving ä 8 mei-aug 2007. 3 | ep sept-dec 2008 E 58 en ns ZO jan-apr 2009 SA tmotsn E © _ metaug 2007 / & EAT A AR A n == 3 @ del Pa $ È no Ou) SES septdecz008 Ln A | 8 an Gi zeer 2 Dig en , Glenn ADS floes EN nz eee LE CEA 3 … / BS jareprzooo | 2 © mei-aug 2007 PAM | 30 EB EE BEE E DA … E zZz jan-apr2009 É je sept-dec 2008 Fn í se mannenstem emendat a : eÒ jan-apr 2009 16 i es a oe E mei-aug 2007 | E sept-dec 2008. E DE men ed í <£ jan-apr 2009 60 65 7,0 75 8,0 8,5 Ì mmm eden nnee ee ‘ Figuur 1.7 Verloedering! (gemiddeld percentage van kenmerken dat vaak voorkomt) | 8 58 mei-aug 2007 B EE SD sept-dec 2008 A© jan-apr 2009 . EE DD | d bean Ces ® ® Tepee arno ennen eel de Ù ge Ee hed 3 ® G in tr ERS optdeza fer ay PUW Wir, Lut O7 N TE AA ii. 3 ne ag bns | - “Acti B © mei-aug 2007 [B £ 8 septdec 2008 £ jan-apr 2009 n # E sept-dec 2008 88 mmm mmm tems kens ©” jan-apr 2009 A | Ì E mei-aug 2007 5 mmm vmma dmz mn ® sept-dec 2008 w EN ef © 5 jan-apr 2009 | 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Gemee nte Amsterdam a Dienst Onderzoek en Statistiek a Overlast en veiligheid | EO Figuur 1.10 Ervaren overlast als gevolg van tippelprostitutie/ raamprostitutie in de afgelopen 12 Ee ’ nt maanden? Burgwallen Nieuwe-Zijde 5 5 Gi en Ze B B jj A zene 7 Be en Eed EE | . 1 “__jan-apr 2009 je} 5 a Oe a E soms Ee EE ansi zel den EE nooit ei an ® Bane. EE j weetniet nr Er a DE ji __Jerapr 2009 SE Ee EA Ee % 0 20 40 60 80 100 Bezoekadres Amstel 1 1011 PN Amsterdam Postbus 202 Sector Concernstaf 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 Fax 020 552 4433 www.centrum amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Geen Gesmacht aan de Gracht Datum Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door A. Hoogeveen Rechtstreekse nummer 020 552.4536 Faxnummer 020 552.4603 Bijlage Brief d.d. 21 september 2009 Onderwerp beantwoording raadadres Geen Gesmacht aan de Gracht Geachte Op 29 september jongstleden ontvingen wij van u een raadadres (gedateerd 16 september 2009) inzake de raambordelen op het Singel. Uw raadsadres is in de deelraadsvergadering van 1 oktober in onze handen gesteld, waarbij de deelraad gevraagd heeft het concept-antwoord ter bespreking voor te leggen aan de Commissie Algemene Zaken alvorens de beantwoording uit te doen. In de stadsdeelraadsvergadering van 1 oktober heeft op verzoek van de SP een interpellatiedebat plaatsgevonden over hetzelfde onderwerp, naar aanleiding van een brief van ons over het niet uitvoeren van de door de stadsdeelraad aangenomen motie van 25 juni 2009. In deze motie heeft de stadsdeelraad aan ons verzocht om de ramen op het Singel te verplaatsen naar een andere locatie in het postcodegebied 1012. De deelraad heeft gevraagd om een inhoudelijke bespreking in de Commissie Algemene zaken van 11 november aanstaande. Gezien de nauwe verwevenheid van uw raadsadres en het interpellatiedebat worden zowel deze concept-beantwoording als de brief over het niet uitvoeren van de motie integraal behandeld in de Commissie Algemene Zaken van 11 november. Voor de beantwoording van uw brief verwijzen wij u grotendeels naar de eerder gestuurde brief. Samengevat stellen wij dat er twee majeure argumenten zijn waarom wij de motie niet kunnen uitvoeren. Enerzijds betreft dat het aangehaalde juridische argument (een voorkeurspositie van de exploitanten voor eventuele uitruil naar andere raambordelen in het 1012 gebied leidt tot een rechtsongelijkheid) anderzijds het argument dat voor de uitvoering van de motie ook instemming van de Gemeenteraad is vereist. Zoals u weet Stadsdeel Centrum is bereikbaar per tram lijnen 9 en 14 of metro lijnen 51, 53 en 54 halte Waterlooplein. Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Pagina 2 van 2 heeft de Gemeenteraad aangegeven niet in te stemmen met een verdere sanering van raambordelen op het Singel. U geeft in uw brief aan dat u en diverse buurtgenoten zich ‘genaaid’ voelen doordat de oorspronkelijke uitgangspunten - waarin het aantal ramen gereduceerd zou worden tot 29 in de Oude Nieuwstraat, Lijnbaanssteeg, Korte Korsjepoortsteeg en Teerketelsteeg — gaandeweg het inspraakproces zijn verlaten. Dat de bewoners die voorstander zijn van sanering van de raambordelen tussen hoop en vrees hebben geleefd begrijpen wij volledig. Ook dat u zeer teleurgesteld bent. Dat wij na de consultatieronde onze plannen in maart van dit jaar hebben aangepast is echter óók een resultante van een democratisch inspraakproces. Op basis van de reacties van voor- en tegenstanders en onze eigen inzichten hebben wij gemeend dat met het saneren van de raambordelen in de Korsjespoortsteeg en Bergstraat voor een belangrijk deel is bijgedragen aan een van de doelstellingen van het 1012-project, namelijk het doorbreken van de criminele infrastructuur. Deze infrastructuur vormt een platform voor en heeft een aanzuigende werking op malafide eigenaren en exploitanten die manieren zoeken om met criminele activiteiten geld te verdienen. In uw brief maakt u gewag van de cijfers uit de monitor veiligheid waarin duidelijk is dat deze nog relatief hoog zijn in het gebied Burgwallen Nieuwe Zijde. Het bestrijden van overlast op straat vinden wij belangrijk en beschouwen wij als een van de kerntaken van het stadsdeel in het 1012-gebied. Daarom zijn we inmiddels gestart met het onderzoeken van de mogelijkheden om het project ‘schouwen in kleur’ in dit gebied in te voeren. Hier is inmiddels een aantal bijeenkomsten over georganiseerd. Al met al houden wij vast aan de uitgangspunten van onze brief zoals verstuurd aan de deelraad op 1 oktober. Wij zullen de raambordelen niet uitruilen naar ander locaties in het 1012-gebied. Wel zulllen wij in samenspraak met bewoners en ondernemers de overlast in het gebied proberen terug te dringen en hopen daarin, samen met u, succesvol te zijn. Hoogachtend, Het dagelijks bestuur, Anneke Eureling Els Iping secretaris voorzitter 2
Raadsadres
9
test
> Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid Z Agenda van de openbare Commissie Ruimte & Wonen van 4 april 2012 Vergaderdatum woensdag 4 april 2012 Tijd 20:00 -23.00 uur Locatie Raadzaal te President Kennedylaan 923 Voorzitter Dhr. P. Guldemond Griffier Mw. M. Hoogendoorn 1. Opening en vaststellen agenda 2. Mededelingen en vragen over actualiteiten aan het DB 3. Toezeggingen en termijnagenda 4. Schoolwerktuinen Kalfjeslaan: Vaststelling bestemmingsplan en besluit wegonttrekking Ter adivisering aan de deelraad Alleen de aangepaste stukken zijn meegestuurd. Voor de overige stukken verwijs ik u naar de R&W bundel van 7 maart en de website. (Op verzoek toe te sturen) 5. Woonvisie stadsdeel Zuid 2011-2014 en beantwoording viertal moties in het kader van Bouwen aan de Stad II Ter advisering aan de deelraad 6. Sluiting Ter kennisname stukken - Voorontwerp bestemmingsplan Rivierenbuurt - A3 omgevingsvergunning KDV Van Ostadestraat 197 - Bouwoverlast 1
Agenda
1
discard
> < Gemeente Amsterdam > 4 Oost Agenda Aan de leden van het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost Vergadering dinsdag 22 maart 2016 20.15-22.30 UUr Stadsdeelhuis, Oranje-Vrijstaatplein 2, Raadzaal Voorzitter Ivar Manvel Secretaris Kees Rozemeijer Onderwerp Voorbereidend AB Tijden bij benadering Algemeen 1. Opening 20.15 2. Mededelingen 3. Vaststellen van de agenda Inhoudelijk gedeelte: bespreekpunten opiniërend 4. Ringdijk 44 20.20 a. herontwikkeling van Ringdijk 44 en omgeving b. investeringsbesluit met grondexploitatie 5. Keuzenotitie bp Baaibuurten 20.40 6. Keuzenotitie bp Borneo, Sporenburg en Rietlanden 21.00 7. Adviesaanvraag Programma Woningkwaliteit 2016: Veilig, gezond en 21.20 comfortabel wonen in Amsterdam 8. Coffeeshop op IJburg (randvoorwaarden) 21.40 Inhoudelijk gedeelte: bespreekpunten consulterend g. Brief portefeuillehouder Reuten m.b.t. ontwikkeling sociale woningen 22.00 Indische Buurt Gemeente Amsterdam Datum dinsdag 22 maart 2016 Pagina 2 van 2 Inhoudelijk gedeelte: algemeen 10. Vragenronde 22.20 11. Kijk op de Wijk 22.25 12. Sluiting 22.30 2
Agenda
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 18 juli 2023 Portefeuille(s) Ruimtelijke ordening Portefeuillehouder(s): Reinier van Dantzig Behandeld door Ruimte en Duurzaamheid ([email protected]) Onderwerp De wijziging van de bijlagen 2 en 3 van de Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022 in verband met de Omgevingswet Geachte leden van de gemeenteraad, Het college heeft op 18 juli 2023 de ‘Wijziging van de Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022 in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet’ vastgesteld. Middels deze brief informeert het college u over de belangrijkste wijzigingen en geeft aan hoe hierin de afhandeling van motie 27 van 26 januari 2022 van de leden Ernsting (GL), Boutkan (PvdA) en De Jager (D66) is betrokken. Belangrijkste wijzigingen in de bijlagen 2 en 3 van de Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022 1. Aan de tabel in bijlage 2 (taken) en 3 (bevoegdheden) van de Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022 (hierna: de Verordening) wordt een nieuw onderdeel toegevoegd. Hierin zijn de taken en bevoegdheden op grond van de Omgevingswet opgenomen. Hierdoor kunnen de dagelijks besturen van de stadsdelen en het stadsgebied ook na de inwerkingtreding van de Omgevingswet de taken en bevoegdheden die het college aan hen heeft opgedragen blijven uitoefenen; De inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2024 heeft gevolgen voor de bestaande taken en bevoegdheden van bestuursorganen. Onder de Omgevingswet komen bepaalde taken en bevoegdheden te vervallen of er vindt een verschuiving plaats in de bevoegdheidsverdeling. Sommige taken en bevoegdheden wijzigen of zijn nieuw vanwege de nieuwe systematiek. In ieder geval wijzigen onder de Omgevingswet de huidige wettelijke grondslagen van bestaande taken en bevoegdheden. Een groot aantal van deze taken en bevoegdheden die op grond van de huidige wet- en regelgeving bij het college van burgemeester en wethouders liggen, zijn via bijlage 2 (taken) en 3 (bevoegdheden) behorende bij de Verordening aan het dagelijks bestuur van de stadsdelen of de bestuurscommissie van Weesp opgedragen of gemandateerd. Om te zorgen dat de huidige taken en bevoegdheden ook onder de Omgevingswet kunnen worden uitgeoefend, zijn bijlage 2 en 3 behorende bij de Verordening gewijzigd door er een nieuw deel aan toe te voegen voor de bevoegdheden onder de Omgevingswet. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 2 van 5 2. De huidige taken en bevoegdheden die namens het college in mandaat door de dagelijks besturen worden uitgevoerd, blijven zo veel mogelijk hetzelfde, tenzij een wijziging in de taken en bevoegdheden voortkomt vit een wettelijke verplichting of uit de systematiek/stelsel van de Omgevingswet. Als hoofdregel geldt net als nu dat alle taken en bevoegdheden worden gemandateerd aan het dagelijks bestuur van het stadsdeel of het stadsgebied, tenzij het gaat om: i__takenen bevoegdheden t.a.v. milieubelastende activiteiten die door de wetgever via het basistakenpakket (BTP) direct bij de Omgevingsdienst zijn belegd. De wetgever heeft in de Omgevingswet bepaald dat het college de taken en bevoegdheden vit het BTP aan de Omgevingsdienst moet mandateren. In de huidige situatie is een deel van het BTP, gebaseerd op de huidige wetssystematiek, aan de stadsdelen gemandateerd. Deze taken en bevoegdheden uit het huidige BTP worden vervolgens door het dagelijks bestuur aan de Omgevingsdienst gemandateerd. Onder de Omgevingswet worden alle taken vit het BTP direct aan de Omgevingsdienst gemandateerd. ii. taken en bevoegdheden die op grond van het document “Afspraken taak- en bevoegdheidsverdeling plustaken OD/VTH Stadsdelen * bij de OD zijn belegd. Onder de Omgevingswet wijzigt de systematiek voor milieubelastende activiteiten en komen er meer onderwerpen over de fysieke leefomgeving in het omgevingsplan. De overgang naar het nieuwe stelsel onder de Omgevingswet zorgt ervoor dat er op dit moment nog geen volledige duidelijkheid is over de omschrijving van taken en bevoegdheden die naast het BTP als ‘plustaken’ door de Omgevingsdienst worden uitgevoerd. Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Omgevingswet is het daarom moeilijk om de verdeling van de 'plustaken’ volledig vast te leggen. Het uitgangspunt is om de bestaande verdeling zoveel mogelijk beleidsneutraal over te nemen, maar het is denkbaar dat deze verdeling in de praktijk anders uitwerkt. Vanwege deze nieuwe systematiek en de adviezen van een aantal stadsdelen is ervoor gekozen om de verdeling van bepaalde 'plustaken’ en bevoegdheden tussen de stadsdelen en de omgevingsdienst voorlopig vast te leggen in werkafspraken. Ambtelijk worden er tussen de VTH afdelingen van de stadsdelen en de omgevingsdienst werkafspraken gemaakt over de verdeling van deze taken en bevoegdheden tussen de omgevingsdienst en de stadsdelen. De werkafspraken betreffende deze taken en bevoegdheden zullen landen in de “Afspraken taak- en bevoegdheidsverdeling plustaken OD/VTH Stadsdelen”, die door de Directeur Gebiedsgericht Werken en Stadsbeheer zullen worden vastgesteld vóór inwerkingtreding van de Omgevingswet. De taken en bevoegdheden die volgens de werkafspraken bij de omgevingsdienst liggen worden uitgezonderd van het mandaat naar het dagelijks bestuur van de stadsdelen en het stadsgebied Weesp. ii. taken en bevoegdheden in gebieden die op kaart A en C zijn aangewezen als stedelijk gebied, project of belang, waarbij de voorbereiding van besluiten bij het college blijft respectievelijk de VTH-bevoegdheden aan de omgevingsdienst zijn gemandateerd. In de huidige verordening zijn op de kaart in bijlage A de stedelijke gebieden, projecten en belangen opgenomen. Op deze kaart zijn middels een arcering ook de Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 3 van 5 gebieden aangeduid waar de huidige Wabo VTH taken bij de Omgevingsdienst zijn belegd. In de praktijk bleek het verwarrend dat deze aanduidingen op eenzelfde kaart zijn opgenomen. Met het opstellen van de nieuwe mandaten, is dit verduidelijkt door deze bevoegdheidsverdeling op twee aparte kaarten weer te geven. Op de kaart in bijlage A is nu opgenomen waar de stedelijke gebieden, projecten en belangen liggen (rood danwel blauw gekleurd). In deze gebieden ligt het bestuurlijk opdrachtgeverschap bij het college en wordt het opstellen van een wijziging van een Omgevingsplan vanuit het college wordt geïnitieerd. Op de kaart in bijlage C is middels een arcering opgenomen waar, behoudens enkele vitzonderingen, de VTH taken en bevoegdheden bij de Omgevingsdienst liggen. 3. De wijzigingsbevoegdheid of vitwerkingsplicht die voorheen bij het college lag wordt deze onder de Omgevingswet via een binnenplanse omgevingsplanactiviteit aan de dagelijks besturen gemandateerd; De huidige wijzigingsbevoegdheid of vitwerkingsplicht die in een bestemmingsplan kan worden opgenomen wordt onder de Omgevingswet gezien als een aanvraag om een vergunning voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit. In de huidige systematiek ligt de bevoegdheid om een wijzigingsplan of een uitwerkingsplan vast te stellen bij het college. De bevoegdheid om te besluiten op een aanvraag voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit is wel gemandateerd aan het dagelijks bestuur. Dit betekent dat het dagelijks bestuur onder de Omgevingswet hierover in mandaat kan besluiten, terwijl deze bevoegdheid in het huidige systeem bij het college ligt. Uiteraard kan van deze mogelijkheid alleen gebruik worden gemaakt als de aanvraag binnen de door de raad in het moederplan vastgestelde kaders wordt gebleven. In de verordening is, gezien de aard van de bevoegdheid, wel bepaald dat dit onderdeel niet kan worden ondergemandateerd. 4. De bevoegdheid om de vitgebreide procedure van toepassing te verklaren, wordt aan de dagelijks besturen gemandateerd; Voor het college bestaat onder de Omgevingswet de mogelijkheid om de vitgebreide procedure van toepassing te verklaren op een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit. Voor zover de bevoegdheid om te besluiten op de aanvraag voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit aan het dagelijks bestuur is gemandateerd is de bevoegdheid om de uitgebreide procedure (afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht) van toepassing te verklaren ook gemandateerd. Het college — of het dagelijks bestuur in mandaat — kan bij een concrete aanvraag beoordelen of zij van deze bevoegdheid gebruik wil maken. 5. De stadsdeelcommissie of bestuurscommissie van Weesp krijgt als taak om in gevallen waarbij de gemeenteraad de bevoegdheid heeft om een bindend advies vit te brengen over een aanvraag voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, de gemeenteraad te adviseren; De stadsdeelcommissie krijgt als taak om advies uit te brengen over een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, waarvoor een bindend advies van de raad is vereist. Dit betekent dat het dagelijks bestuur de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit waarover de raad bindend moet adviseren, eerst voor advies aan de stadsdeelcommissie voorlegt. Het dagelijks bestuur stuurt dit advies door aan het college. Vervolgens voegt het college bij de voorbereiding van het bindend advies voor de raad het advies Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 4 van 5 van de stadsdeelcommissie bij. De raad kan dan vervolgens het advies van de stadsdeelcommissie betrekken bij het bindend advies. Nadat de raad bindend heeft geadviseerd kan het college of het dagelijks bestuur in mandaat de aanvraag voor de omgevingsvergunning verder afhandelen. 6. Eén jaar na inwerkingtreding van dit besluit vindt een evaluatie plaats over deze wijziging van de verordening ín verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet. De wijziging van de Verordening anticipeert op de nieuwe Omgevingswet waarvan de werking nieuwe werkwijzen met zich meebrengt. Gelet hierop wordt bepaald dit besluit na een jaar na inwerkingtreding te evalveren. Motie 27 van 26 januari 2022 van de leden Ernsting (GL), Boutkan (PvdA) en De Jager (D66) Op 26 januari 2022 heeft de raad motie 27 van de leden Ernsting, Boutkan en De Jager over de rol van de stadsdeelcommissie bij het bindend adviesrecht van de raad aangenomen. In de motie wordt het college verzocht: e inde definitieve raadsvoordracht voor het bindend adviesrecht de stadsdeelcommissie die het aangaat, de taak te geven bij een aanvraag voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit het bindend advies van de raad voor te bereiden. e Inhet voorstel voor de raadsvoordracht een eventuele wijziging van het vergunningsproces mee te nemen en aanpassing van de taken en/of bevoegdhedenlijst behorende bij de verordening stadsdelen en stadsgebied Amsterdam 2022 In de definitieve raadsvoordracht voor het bindend adviesrecht als besproken in de raadsvergadering van 10 november 2022 is aangegeven dat de motie zal worden verwerkt in de wijziging van de verordening. In de bespreking daarvan is toen ook aangegeven dat het nog niet mogelijk is een wijziging in het vergunningenproces in geval van een bindend advies van de raad, mee te nemen (tweede deel van de motie). Daarom is er bij het aanwijzen van de gevallen voor bindend adviesrecht besloten om na een jaar te evalveren hoe aanwijzingsbesluit functioneert en zal aan de hand van de uitkomsten van de evaluatie bekeken worden of de procedure geoptimaliseerd moet worden. Een belangrijke reden om nu niet te gaan voor een ‘optimalisatie’ is omdat het op voorhand moeilijk is in te schatten hoe alle nieuwe processen van een wet die nog niet inwerking is getreden gaan lopen, waarvan we ook nog eens midden in de implementatie van zitten. Om die reden wordt voorgesteld om eerst te kijken hoe het werkt en om daarna te bedenken waar er eventueel kan worden bijgestuurd. Dit zal ook breder worden bekeken dan enkel de aanwijzingsbevoegdheden. Uit het advies van de Universiteit Groningen, dat is opgenomen bij het bespreekpunt in de commissie SED van 13 september 2023 en de raad van 20 september 2023 inzake de wijziging van de Verordening, blijkt duidelijk dat de onder de Omgevingswet voorgestelde verzwaarde adviesbevoegdheid ten aanzien van buitenplanse omgevingsactiviteiten zich niet leent voor delegatie noch voor mandaat, omdat de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 18 juli 2023 Pagina 5 van 5 Daarom krijgt, zoals hierboven onder 5. al nader is toegelicht, in de gevallen waar bindend advies moet worden gevraagd aan de raad, de stadsdeelcommissie die het aangaat of de bestuurscommissie van stadsgebied Weesp de taak om de raad in deze gevallen te adviseren. Dit is opgenomen in bovengenoemde besluit tot wijziging van de verordening door de deze adviestaak toe te voegen aan bijlage 2 (taken) van de Verordening. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Reinier van Dantzig Wethouder Woningbouw en Stedelijk Ontwikkeling Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
5
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 249 Publicatiedatum 10 april 2015 Ingekomen onder B’ Ingekomen op 1 april 2015 Behandeld op 1 april 2015 Status Verworpen Onderwerp Motie van het raadslid mevrouw Van Soest inzake de rapportage ‘Herijking deelnemingen 2015’ (uitkomsten van de externe validatie en waardebepaling AEB). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de rapportage ‘Herijking deelnemingen 2015' (Gemeenteblad afd. 1, nr. 219); Constaterende dat: — de directie en de raad van commissarissen de prognose in december 2014 hebben ingetrokken, maar de aandeelhouder ervoor kiest deze prognose wel te laten valideren en dus als voldoende betrouwbaar ziet; Overwegende dat: — AEB een 100% deelneming is van de gemeente Amsterdam; — de dividenden van AEB een substantieel onderdeel uitmaken van de inkomsten op de gemeentebegroting; — de raad tijdig en volledig dient te worden geinformeerd over de laatste stand van zaken en het optreden van het college, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: het onderzoek naar mogelijke verkoop niet te starten tot dat de raad de wethouder voldoende heeft kunnen bevragen omtrent haar optreden in deze kwestie. Het lid van de gemeenteraad, W. van Soest 1
Motie
1
discard
VN2023-024441 G Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare emeente ' ' Ingenieursbureau x Ruimte en Groen, Water M OW % Amsterdam Voordracht voor de Commissie MOW van 07 december 2023 Ter kennisneming Portefeuille Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit Agendapunt 3 Datum besluit 31 oktober 2023, College van B&W Onderwerp Instemmen met het ruimtelijk eindbeeld en de gefaseerde aanpak van de tweede fietsring De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van: 1. De raadsinformatiebrief over de tweede fietsring, waar gefaseerd en in samenhang met vervangingsonderhoud wordt toegewerkt naar fietsstraten op de route tussen Ceintuurbaan, Roelof Hartstraat, Eerste Constantijn Huijgensstraat en Frederik Hendrikstraat; 2. De ruimtelijke verdieping tweede fietsring, de bijlage waarin het ruimtelijke eindbeeld voor deze route nader wordt toegelicht. Wettelijke grondslag Artikel 160, eerste lid onder a Gemeentewet Het college is bevoegd om het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren, voor zover niet bij of krachtens de wet de raad of de burgemeester hiermee is belast. Artikel 169 Gemeentewet 1. Het college en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. 2. Het college geeft de raad alle inlichtingen die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond * Inhet Meerjarenplan Fiets 2017-2022 is verkennend onderzoek aangekondigd naar de mogelijkheid van een tweede fietsring; * Inde vorige bestuursperiode is de tweede fietsring als één van de vier prioritaire fietsroutes benoemd en is aangekondigd dat waar mogelijk de vitvoering naar voren zou kunnen worden getrokken; * Inde Omgevingsvisie Amsterdam 2050 is opgenomen dat voetganger, fietser en OV de basis vormen voor de stedelijke verplaatsingen; e De voorgestelde aanpak sluit aan op Amsterdam maakt Ruimte; het koersdocument over de openbare ruimte; * In april 2023 is de uitvoeringsstandaard toekomstbestendig werken in de openbare ruimte vastgesteld door het college. Uitgangspunt is dat pas kan worden besloten tot het wijzigen van de inrichting op het moment dat spullen in de openbare ruimte (assets zoals verharding Gegenereerd: vl.l1 1 VN2023-024441 % Gemeente Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare M OW i msterdam Ingenieursbureau % Ruimte en Groen, Water Voordracht voor de Commissie MOW van o7 december 2023 Ter kennisneming van rijbaan en stoep) vervangen worden. Dit vit oogpunt van duurzaamheid en efficiënte en doelmatige besteding van overheidsmiddelen. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies De Fietsersbond kan zich vinden in de hoofdlijnen van dit voorstel en de beoogde uitwerking voor Roelof Hartstraat en Roelof Hartplein. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nvt. Welke stukken treft v aan? AD2023-085209 1. RIB tweede fietsring.pdf (pdf) AD2023-085208 | 2. Ruimtelijke verdieping tweede fietsring.pdf (pdf) | AD2023-085206 Commissie MOW Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam | Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Martijn Simons, programma Fiets V& OR, 06 1137 7575, [email protected] Gegenereerd: vl.l1 2
Voordracht
2
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 997 Publicatiedatum 19 november 2014 Ingekomen op 5 november 2014 Ingekomen in 783’ Behandeld op 6 november 2014 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Flentge en de heer Groot Wassink inzake de begroting voor 2015 (buurten met een toekomst). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — in Amsterdam veel woningen zijn die langdurig een sloopbestemming hebben en dat deze sloopbestemming er mede oorzaak van is dat er langdurig geen onderhoud en/of renovatie meer plaatsvindt; — de langdurige sloopbestemming leidt tot veel onzekerheid bij bewoners; — in het coalitieakkoord een deadline wordt gekoppeld aan toestemming voor sloop; — het onwenselijk is bewoners lang in onzekerheid te laten over hun toekomst in de wijk en dat deze woningen mede door de langdurige sloopbestemming verkrotten, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — een slooplat op te stellen als leidraad bij de besluitvorming rondom sloop of renovatie van woningen. In deze slooplat is de bouwtechnische staat van woningen een zwaarwegend onderdeel; — aan de hand van deze slooplat de lijst met de te slopen woningen kritisch tegen het licht te houden, en voor woningen van deze lijst die nog levensvatbaar zijn, te onderzoeken of en hoe de sloopbestemming voor deze woningen zo snel mogelijk ongedaan kan worden gemaakt. De leden van de gemeenteraad, EA. Flentge BR. Groot Wassink 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2018 Vergaderdatum 14 en 15 maart 2018 Afdeling 1 Agendapunt 6D Nummer 288 Publicatiedatum 12 maart 2018 Onderwerp Actualiteit van het lid Boomsma inzake de uitkomsten van de onderzoeken over radicalisering. Aan de gemeenteraad Onlangs sprak de raadscommissie Algemene Zaken over de uitkomsten van de onderzoeken over het antiradicaliseringsbeleid van de gemeente en de integriteitsschending die heeft plaatsgevonden. Daarbij is nog een aantal vragen volgens de indiener niet of onvoldoende beantwoord terwijl dat van belang is voor het implementeren van de aanbevelingen en om orde op zaken te stellen bij de afdeling. Reden van spoedeisendheid Dit is spoedeisend, omdat op dit moment wordt gewerkt aan het implementeren van de aanbevelingen uit de onderzoeksrapporten en de raad op deze manier daarbij nog kan sturen. Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma 1
Actualiteit
1
val
> < gemeente Raadsinformatiebrief % Amsterdam Afdoening toezegging Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 6 juli 2021 Portefeuille(s) Ruimtelijke ontwikkeling en Duurzaamheid Portefevillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door Ruimte en Duurzaamheid, bestuurszaken.rd@&amsterdam.nl Onderwerp Afdoening toezegging met betrekkking tot de opdrachtverlening aan Pondera Consult vit de commissievergadering van 20 mei 2021 Geachte leden van de gemeenteraad, In vw vergadering van 20 mei 2021 heb ik op een vraag van raadslid Kreuger van JA21 toegezegd u nader te informeren over de tenderprocedure ten behoeve van de opdrachtverstrekking aan Pondera Consult in het kader van de werkzaamheden voor de RES — wind. Hierbij ontvangt v de documenten die betrekking hebben op de opdrachtverlening aan Pondera Consult. Het betreft: 1. Het feitenrelaas over de inhuur van de proces manager wind. 2. De uitvraag senior procesmanager wind. 3. Het Beoordelingsformulier kandidaten Externe Inhuur. 4. Overeenkomst van opdracht tussen de gemeente Amsterdam en Pondera Consult. 5. De integriteits- en geheimhoudingsverklaring externen. 6. Verlenging opdracht externe inhuur. Deze documenten zijn gescreend en geredigeerd waarbij privacy gevoelige informatie is gelakt. Ik hoop u voldoende te hebben geïnformeerd en beschouw de toezegging hiermee als afgedaan. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, SIN. # Opo 1 U € Dn Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke ontwikkeling en Duurzaamheid Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 6 juli 2021 Pagina 2 van 2 Bijlagen 1. Het feitenrelaas over de inhuur van de proces manager wind. 2. De uitvraag senior procesmanager wind. 3. Het Beoordelingsformulier kandidaten Externe Inhvur. 4. Overeenkomst van opdracht tussen de gemeente Amsterdam en Pondera Consult. 5. De integriteits- en geheimhoudingsverklaring externen. 6. Verlenging opdracht externe inhuur. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
train