text
stringlengths
181
1.69M
label
stringclasses
11 values
num_pages
float64
1
502
split
stringclasses
4 values
VN2022-017999 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Onderwijs, Jeugd en x Gemeente Jee 9 TAR Zorg % Amsterdam Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 30 juni 2022 Ter kennisneming Portefeuille Jeugd({zorg) Publ Gezondheid, Preventie en Maatschappelijke Ontwikkeling (46) Agendapunt DO Datum besluit N.v.t. Nvt. Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over de brug tussen Jeugdhulp met verblijf en maatschappelijke opvang en beschermd wonen. ‘De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over de ambitie een soepele overgang te organiseren tussen jeugdhulp met verblijf en maatschappelijke opvang en beschermd wonen (MOBW) (bijlage 2). Hiertoe hebben de jeugdhulpaanbieders, MOBW-aanbieders en de gemeente een samenwerkingsovereenkomst ondertekend. De essentie van deze overeenkomst is: * De jongere staat centraal. e De voorbereiding op de overgang naar MOBW wordt vanaf 16 jarige leeftijd gestart. e Nieuwe vormen van ondersteuning worden ontwikkeld om de overgang naar MOBW soepel te laten verlopen. * Toten met 2023 zijn er incidentele middelen beschikbaar gesteld, in de nieuwe inkoop wordt een structureel innovatiebudget beschikbaar gesteld. * MOBW-aanbieders zullen binnen de nieuwe inkoop de opdracht krijgen hun zorgaanbod aan te passen aan de bestuurlijke prioriteit ten behoeve van jongeren. Dit betekent dat binnen het bestaande budget meer aanbod voor jongeren wordt gecreëerd. Jongeren krijgen daarmee voorrang op volwassenen. Wettelijke grondslag Artikel 160, eerste lid, onder a Gemeentewet: Het college is bevoegd om het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren. Art 169 Gemeentewet: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 1). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang (lid 3). Bestuurlijke achtergrond Het project brug Jeugdhulp met verblijf naar MOBW is in 2021 gestart. U wordt bij deze voor de eerste keer geïnformeerd. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.8 1 VN2022-017999 % Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie Onderwijs, Jeugd en 9 Amsterdam Je TAR Zorg % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 30 juni 2022 Ter kennisneming Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee. Welke stukken treft v aan? AD2022-057182 20220517 Raadsbrief Brug Jeugdhulp MOBW ondertekend. pdf (pdf) AD2022-057168 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) OJZD: Richard den Heijer, 06 18 727 037 / [email protected] Gegenereerd: vl.8 2
Voordracht
2
train
Beschermvrouwe mn f d Koningin Beatrix \ Reuma on $ dr. Jan van Breernenstraat 4 1656 AB Amsterdam Postbus 59091. 1040 KB Amsterdam T 020 * 589 64 64 F 020 e 589 64 44 Aan deelraad van stadsdeel Nieuw-West Infoeyreumafonds.nl van de gemeente Amsterdam ww reumafonds.nl Postbus 2003 ° Ì 1009 CA AMSTERDAM KvK 40408531 Datum: donderdag 6 december 2012 Contactpersoon: Pieter Stierman . Ons kenmerk: PCS/6122012 E-mail: [email protected] Onderwerp: Oliebollenactie Geacht deelraadslid, Graag vraag ik uw aandacht voor de oliebollenactie van het Reumafonds. . Elk najaar organiseert het Reumafonds met een aantal bakkers een oliebollenactie. Door deze unieke samenwerking komt een deel van de opbrengsten van de seizoensverkoop van oliebollen ten goede aan het Reumafonds. Met de opbrengsten van de oliebollenactie financiert het Reumafonds wetenschappelijk onderzoek naar reuma. Dearnaast worden de opbrengsten benut ten behoeve van voortichting over reumatische aandoeningen en advies over omgang met de ziekte in het dagelijks leven. De bakkers die de oliebollenactie ondersteunen doen dat van harte. De oliebollenactie van het Reumafonds is al vijftig jaar een groot succes en hoort dan ook bij Amsterdam en de Amsterdammers. Dit jaar kan de oliebollenactie helaas niet meer rekenen op de steun van het Dagelijks Bestuur van uw stadsdeel. Hoewel het Reumafonds al op 5 april 2012 vergunningen heeft aangevraagd voor de oliebollenactie, heeft het Dagelijks Bestuur eind september (vlak voor aanvang van het verkoopseizoen) laten weten dat het Reumafonds, als goed doel, niet langer in aanmerking komt voor het gebruik van de twee staanplaatsen op Plein ‘40-'45 en het Belgiëplein in stadsdeel Nieuw-West. Uw stadsdeelbestuur heeft daarbij aangegeven het beleid voor goede doelen anders te willen vormgeven. De opstelling van het Dagelijks Bestuur heeft het Reumafonds verbaasd. Niet alleen wijkt stadsdeel Nieuw-West hiermee af van de overige stadsdelen in Amsterdam (waar wel ruimte is voor de oliebolienactie op circa 15 plaatsen), ook is deze koers in tegenspraak met eerdere toezeggingen van wethouder Verdonk dat het Reumafonds bij de ontwikkeling van het staanplaatsenbeleid zou worden betrokken. 5 _, (Reumafonds Graag verzoeken wij u om uw invloed uit te oefenen opdat de mogelijkheid blijft bestaan voor het Reumafonds, gesteund door de oliebollenbakkers, om de jaarlijkse oliebollenactie te continueren. Voor eventuele verdere informatie kunt u zich wenden tot de heer P.C. Stierman tel 020-5896419, email, [email protected] Met vriendelijke groet, Met vriendelijke groet Pieter Stierma Projectmanager Pagina 3 _ (Reumafonds Er is tot op heden, volgens ons, geen officieel beleid inzake de toewijzing van staanplaatsen en ook geen beleid dat op andere wijze vorm geeft aan de (niet) ondersteuning van de oliebollenactie van het Reumafonds en/of andere goede doelen. Tevens wordt de “Verordening op de straathandel 2008”, die ook in uw stadsdeel van toepassing is, niet toegepast en volstrekt genegeerd. Ondertussen worden staanplaatsen door het stadsdeel verhandeld en daarvoor worden exorbitante hoge prijzen gevraagd. Was de vraag prijs in 2010, op basis van de Verordening op de straathandel 2008, nog € 385, thans vraagt het bestuur € 7.500 per plaats. Geen oliebollenbakker is bereid gebleken een dergelijk bedrag te betalen. Voor de locatie Plein '40-'45 heeft het stadsdeel de vraagprijs inmiddels verlaagd tot € 4.500. Voor het Belgiëplein is dit jaar niemand bereid gevonden om onder de (financiële)voorwaarden van het stadsdeel een staanplaats in gebruik te nemen. Het ‘nieuwe beleid” heeft dus tot gevolg dat er dit jaar - voor het eerst sinds tientallen jaren - geen oliebollenkraam te vinden is op het Belgiëplein. Het Reumafonds had die plek graag — onder de gebruikelijke voorwaarden — samen met een oliebollenbakker in gebruik genomen. Maar dit wordt het Reumafonds om onduidelijke redenen niet toegestaan. Door de opstelling van het Dagelijks Bestuur, waarbij zonder enige duidelijke motivatie en gebaseerd op onduidelijk beleid, kunnen dit jaar geen opbrengsten worden gegenereerd voor het Reumafonds in stadsdeel Nieuw-West door middel van de traditionele oliebollenverkoop. In plaats daarvan drijft het stadsdeel “koehandel” met individuele bakkers, waarbij alleen duidelijk is dat de verhoogde opbrengsten ten goede komen aan het stadsdeel. Nog de oliebollenbakker, nog het goede doel is hierbij gebaat. Het Reumafonds heeft het Dagelijks Bestuur de afgelopen maanden meermaals gevraagd om in overleg te treden. Op de uitnodigingen van het Reumafonds is ontwijkend of helemaal niet gereageerd. Het Reumafonds vraagt zich af of u: -__op de hoogte bent van het bovenstaande; -_ook van mening bent dat de oude leges/tarieven weer toegepast moeten worden in Nieuw-West; -_eok van mening bent dat er volgend jaar weer ruimte moet zijn voor de oliebollenactie van het Reumafonds in stadsdeel Nieuw-West: =__ook van mening bent dat de opbrengsten die dit jaar door het Reumafonds worden misgelopen moeten worden gecompenseerd; -_kunt bewerkstelligen dat de verschillende beleidsdocumenten die door het Dagelijks Bestuur zijn aangekondigd daadwerkelijk en op korte termijn worden openbaar gemaakt. Pagina 2
Actualiteit
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 62 Publicatiedatum 30 januari 2019 Ingekomen onder X Ingekomen op donderdag 24 januari 2019 Behandeld op donderdag 24 januari 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Poot, Ceder en Boomsma inzake het uitvoeringsplan 24-uurs- opvang voor ongedocumenteerden (geef slachtoffers mensenhandel toegang) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het uitvoeringsplan 24-uursopvang voor ongedocumenteerden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 16). Constaterende dat: — Het Amsterdams Coördinatiepunt Mensenhandel (ACM) opvangplekken biedt aan slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting; — Deze slachtoffers vaak ook niet meer beschikken over identiteitspapieren. Overwegende dat: — Het ACM voortdurend behoefte heeft aan snel beschikbare opvanglocaties voor slachtoffers van mensenhandel of uitbuiting; — Het ACM te maken kan hebben met tekorten aan beschikbare opvang locaties of bedden; — Deze slachtoffers doorgaans graag willen werken aan perspectief binnen of buiten Nederland; — De 24-uursopvang in deze behoefte kan voorzien. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — In overleg met relevante partners, waaronder het Amsterdams Coördinatiepunt Mensenhandel, te onderzoeken in hoeverre de 24-uursopvang een rol kan spelen in het opvangen van slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting die niet meer beschikken over identiteitspapieren; — De raad over de uitkomsten te informeren. De leden van de gemeenteraad M.C.G. Poot D.G.M. Ceder D.T. Boomsma 1
Motie
1
discard
> Gemeente % Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 8 juni 2023 Ingekomen onder nummer 370 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake inzake de voortgangsbrief Markten en het Rapport Marktwaarde van de Ombudsman Metropool Amsterdam (staverplichting per jaar: notitie voor aanpassingen) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de voortgangsbrief Markten en het Rapport Marktwaarde van de Ombudsman, Overwegende dat, -__artikel 3.19 van de marktverordening inzake frequentie innemen marktplaatsen voor vaste plaatshouders per kwartaal is bepaald; -__voor veel marktondernemers het niet rendabel is om in de wintermaanden (januvari- februari) op de markt te staan; -__ De winterperiode derhalve door veel marktondernemers wordt benut voor het bezoeken van beurzen, het zelf (laten) vervaardigen van verkoopwaar, vakantie etc; -__ het college aangeeft bekend te zijn met dit knelpunt, -_dat niet alleen speelt op het Amstelveld en op de kleding- en curiosamarkt op maandagen op de Noordermarkt, maar op veel meer markten in de stad, zoals ook blijkt uit het rapport Marktwaarde, -__hetgoed is om oog te hebben voor de ruimte die marktondernemers nodig hebben om hun bedrijfsvoering — waaronder hun sta-frequentie gedurende het jaar - naar eigen inzichten vorm te geven; -__ het voorkómen van onaantrekkelijke lege plekken in de winterperiode op andere manieren opgelost kan worden, zoals de introductie van een permanent marktgedeelte en een flexibel seizoensgedeelte; Verzoekt het College: -__ voor 1 oktober 2023 met een notitie te komen waarin het college, na raadpleging van de marktondernemers en bestuurscommissies, aangeeft welke mogelijkheden en/of aanpassingen er (nodig) zijn, zodat ook in de winterperiode sprake is van aantrekkelijke markten voor zowel bezoekers als ondernemers. Indiener(s), D.T. Boomsma
Motie
1
discard
Termijnagenda van de Raadscommissie voor Algemene Zaken 2012 N.B: tijdige aanlevering is de verantwoordelijkheid van de desbetreffende ambtenaren c.q. sector en raadsleden (indien van toepassing) Het is in uw eigen belang de aanleverdata van stukken scherp in de gaten te houden. Dit is een interne werk-agenda van de commissie. De voorzitter of de commissie kan deze agenda altijd wijzigen, als men dat noodzakelijk vindt. Er kunnen dus geen rechten aan worden ontleend. Ï _| Oe | | _| | 11 sept | Raadsvoordracht wijziging J. van Arjen Met commissie Bouwen en subsidieregeling transformatie Pinxteren/Boudewijn Hoogeveen Wonen postcodegebied 1012 i.c.m. Oranje herontwikkelingsstrategie Sint Annenkwartier nn Be Hoogeveen U ssmamentse | Ombudsman van 19-6 __E EE den Hurk criminogene branches Ï _| nn | | _| | raadsvoordracht Hoogeveen Pinxteren aangekondigd Fn een vernoemingsbeleid bruggen Carry/28-08-2012 l Rampen Meyerhoven Ï _| Oe | | _| | PM. Visie Damstraat (1012) J. van Pinxteren Bespreken Arjen Doorgeschoven van 13 dec en sehr pen ON leen |Vootoigstigdead | _P.M. | ‘Kwartaalrapportages_____|R.Rengelink | ___ nT ee uitgaanspleinen (na de / Carolien maar kan pas worden zomer) Köppen behandeld als centrale stad ook klaar is. Carry/28-08-2012 2
Agenda
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 188 Publicatiedatum 20 maart 2019 Ingekomen onder AJ Ingekomen op woensdag 13 februari 2019 Behandeld op woensdag 13 maart 2019 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Simons inzake het beleidskader 2019-2022 Diversiteit en Inclusiviteit (sekswerk onderdeel van emancipatiemonitor) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het beleidskader 2019-2022 Diversiteit en Inclusiviteit (Gemeenteblad afd. 1, nr. 105). Overwegende dat: - De beleidsbrief alle facetten van zelfbeschikking - zoals autonomie, financiële zelfstandigheid en positieve beeldvorming - van vrouwen (cis en trans) en trans mensen wil vergroten - Het college hiervoor een emancipatiemonitor wil gaan instellen - De monitor vrouwenemancipatie uit 2016 sekswerkers niet opneemt in hun bevindingen en aanbevelingen - De huidige discussie rondom sekswerk en de toekomst van de Wallen sekswerkers vaak als passief, willoos en zonder zelfbeschikking neerzet - Sekswerkers in het algemeen te maken hebben met stigma en negatieve beeldvorming - De rechten en vrijheden die het college wil najagen voor vrouwen, ook zou moeten gelden voor vrouwen (cis en trans), mannen en trans personen die sekswerker zijn Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Sekswerk en sekswerkers op te nemen in de emancipatiemonitor, om hiermee bij te dragen aan onderzoek en aanbevelingen m.b.t. de positie en emancipatie van sekswerkers in onze maatschappij, om uiteindelijk de zelfbeschikking - op alle vlakken - van sekswerkers te stimuleren. Het lid van de gemeenteraad S.H. Simons 1
Motie
1
discard
E91 019775 N% Gemeente De raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken RO Ontwikkeling X Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 31 augustus 2022 Ter kennisneming Portefeuille Grond en Ontwikkeling Ruimtelijke Ordening (22) Agendapunt 14 Datum besluit College van B en W 5-7-2022 Onderwerp Afdoening van motie 25.22 over ‘Liever woningen dan vliegtuiglawaai’ en van motie 26.22 over ‘Projectnota Schinkelkwartier, (Huis te Vraag, plek van stilte en groen)’ De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief ter afhandeling van motie 25 (26 januari 2022) van raadslid Ernsting (GroenLinks) en Boutkan (PvdA) over ‘Liever woningen dan vliegtuiglawaai’ (bijlage 1) en met de raadsinformatiebrief ter afhandeling van motie 26 (26 janvari 2022) van raadslid Ernsting (GroenLinks) over ‘Projectnota Schinkelkwartier (Huis te Vraag, plek van stilte en groen)’ (bijlage 2). Wettelijke grondslag Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, Artikel 79 en 80. Gemeentewet, artikel 169: het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2); zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Bestuurlijke achtergrond Op 26 januari 2022 heeft de raad bij de bespreking van de voorbereidingsgrondexploitatie Schinkelkwartier motie 25 aangenomen van raadsleden Ernsting (GroenLinks) en Boutkan (PvdA) over ‘Liever woningen dan vliegtuiglawaai’ waarin het college/de burgemeester wordt gevraagd om: 1. Via BRS/VNG/IPO in te zetten op een sterke lobby om de nieuwe rekenregels voor luchtvaartgeluvid niet of in aangepaste vorm in werking te laten treden en bij het Rijk aan te dringen op inperking van het aantal vluchten en/of treffen van bronmaatregelen. 2. Bij de afweging over nieuw te bouwen woningen in Schinkelkwartier rekening te houden met geluidhinder van vliegverkeer en ook te onderzoeken in hoeverre gelvid-adaptieve maatregelen de blootstelling aan luchtvaartgelvid kunnen beperken. Op 26 januari 2022 heeft de raad bij de bespreking van de voorbereidingsgrondexploitatie Schinkelkwartier motie 26 van raadslid Ernsting (GroenLinks over ‘Projectnota Schinkelkwartier Huis te Vraag, plek van stilte en groen’ waarin het college/de burgemeester wordt gevraagd om: 1 Het volledige ensemble van Huis te Vraag aan te wijzen als gemeentelijk monument en de eerdere omissie in de aanwijzing te herstellen; 2 Te onderzoeken hoe de weilanden grenzend aan Huis te Vraag blijvend als natuur en rustgebied aangewezen kunnen worden, binnen het toekomstige Park Schinkeloever. Reden bespreking Gegenereerd: vl.18 1 VN2022-019775 % Gemeente De raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken Grond en % Amsterdam Ontwikkeling % Voordracht voor de Commissie RO van 31 augustus 2022 Ter kennisneming Niet van toepassing Uitkomsten extern advies Niet van toepassing Geheimhouding Niet van toepassing Uitgenodigde andere raadscommissies Niet van toepassing Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, Motie 25 raadslid Ernsting (GroenLinks) en Boutkan (PvdA) en motie 26 (26 januari 2022) van raadslid Ernsting (GroenLinks). Welke stukken treft v aan? Bijlage 1 bij bijlage 1) o25.22. Motie Ernsting c.s. projectnota AD2022-069239 ‚ . . ‚ ‚ . . Schinkelkwartier (liever woningen dan vliegtuiglawaai).docx (msw12) Bijlage 1 bij bijlage 2) 026.22. Motie Ernsting projectnota Schinkelkwartier AD2022-069240 . . (Huis te Vraag, plek van stilte en groen).docx (mswa2) AD2022-069237 | Bijlage 1) Raadsinformatiebrief afdoening motie 25.pdf (pdf) Bijlage 2 bij bijlage 1) BRS brief inzake Cumulatie.pdf (pdf) AD2022-069238 Bijlage 2) Raadsinformatiebrief afdoening motie 26. pdf (pdf) AD2022-062079 | Commissie RO Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Directie G&O, Sebastiaan Borghans, [email protected], 06 12934948 Directie G&O, Frank Karssing (PMB), [email protected], 06-22933246 Gegenereerd: vl.18 2
Voordracht
2
test
Aan Gemeentebestuur en Gemeenteraad van gemeente Amsterdam Postbus 202 1000 AE AMSTERDAM Amsterdam, ( 28.02.2022) Betreft: Onnodige heffing Onroerendezaakbelasting Geacht College, Geachte Raad, Ondergetekende is inwoner van gemeente Amsterdam en betaalde vanaf 2000 jaarlijks Onroerendezaakbelasting, ofwel als eigenaar ofwel inbegrepen in de huur. Deskundig onderzoek heeft uitgewezen dat u als gemeentebestuur en gemeenteraad deze Onroerendezaakbelasting (ten minste vanaf 1998) geheel onnodig heeft opgelegd en dus dat ik deze Onroerendezaakbelasting in de afgelopen jaren (ten minste vanaf 2002) geheel onnodig heb betaald. Op grond hiervan ben ik van mening dat ik deze geheel onnodig geheven belasting geheel terug moet krijgen en daarom vraag (beter gezegd: daarom eis) ik deze over ten minste de periode 2002-2020 geheel onnodig betaalde Onroerendezaakbelasting geheel terug krijg. In uw jaarlijkse rekening en verantwoording naar de burgers c.q. belastingbetalers, i.c. de jaarrekeningen, liet u in de achtereenvolgende jaarrekeningen vanaf 1998 tot op heden, de periode 1998-2020 dus, en in de berichtgeving eromheen weten dat de gemeente in deze periode in totaal € 1.037.000 (£ 1,0 miljard) als verschil tussen opbrengsten en kosten heeft overgehouden. U liet in de jaarrekeningen ook weten dat de opbrengst van de Onroerendezaakbelasting in deze periode in totaal € 3.525.000.000 (€ 3,5 miljard) was, Dat betekent dus dat de gemeente van de door u opgelegde Onroerendezaakbelasting al volgens uw eigen berichtgeving 29% heeft overgehouden. Dat betekent dus dat al volgens uw eigen berichtgeving 29% van de door mij/ons over de periode 1998-2019 betaalde Onroerendezaakbelasting geheel onnodig was, en dat is voor mijfons een aanzienlijk bedrag. In werkelijkheid is het zelfs nog veel erger! Deskundig onderzoek van de achtereenvolgende jaarrekeningen van de gemeente laat onomstotelijk zien dat er allerlei bedragen van opbrengsten en kosten buiten het door u als zodanig gepubliceerde saldo zijn gelaten. De telkens door u als saldo van opbrengsten en kosten gepubliceerde bedragen zijn nooit volledig geweest! Deskundig onderzoek van de jaarrekeningen maakt het mogelijk de werkelijke saldi van de opbrengsten en kosten, d.w.z, van alle opbrengsten en kosten, vast te stellen. Dit onderzoek laat onomstotelijk zien dat de gemeente in de periode 1998-2020 in werkelijkheid € 4,912,000.000 (€ 4,9 miljard) afs saldo van de opbrengsten en kosten heeft overgehouden. Dat betekent dus dat deskundig onderzoek van de achtereenvolgende jaarrekeningen laat zien dat 100% van de door mij betaalde Onroerendezaakbelasting geheel onnodig was, en dat is voor mij een zeer aanzienlijk bedrag. Op grond hiervan ben ik van mening dat ik deze geheel onnodig geheven belasting geheel terug moet krijgen. Een specificatie van de uitkomsten van het onderzoek van de achtereenvolgende jaarrekeningen treft u aan in de bijlage bij deze brief. Het hiervoor genoemde deskundige onderzoek is gedaan door Registeraccountant is deskundige bij uitstek op het terrein van financiële verslaglegging door gemeenten en provincies. _… doet al jarenlang onderzoek naar de kwaliteit van de jaarrekeningen en begrotingen van gemeenten en provincies, zo ook naar die van gemeente Amsterdam. Opvallend is dat bijvoorbeeld de eigen Rekenkamer van gemeente Amsterdam, Rekenkamer Amsterdam, al in 2006 de bevindingen en conclusies van _ geheel bevestigde waar het toen ging om de jaarrekening 2005. Opmerkelijk is dat u als gemeenteraad niets deed met de bevindingen van uw eigen Rekenkamer, zoals u tot op heden ook nog steeds niets deed met de bevindingen van „ hoewel hij u toch nagenoeg elk jaar weer zijn bevindingen toestuurde en u telkens weer waarschuwde voor de zwaar misleidende jaarrekeningen die aan u als gemeenteraad door het gemeentebestuur telkens weer ter goedkeuring werden voorgelegd. Rekenkamer Amsterdam is niet de enige die de onderzoeksmethode en bevindingen van volledig onderschrijft en bevestigt! Ook Rekenkamer Rotterdam en Rekenkamer Dordrecht bijvoorbeeld deden dat waar het ging om de jaarrekeningen van Rotterdam en Dordrecht. Ook het (toenmalige) NIVRA (de beroepsorganisatie van Registeraccountants) bevestigde al geruime tijd geleden de bevindingen van ! U vindt deze en nog meer bevestigingen van de onderzoeksbevindingen van op zijn website . _ Je bevindingen van „wat betreft de misleidende jaarrekeningen van gemeente Amsterdam en zijn rapporteringen daarover aan u als gemeenteraad vindt u ook op de website van ‚in dit geval in “Dossier: Amsterdam'"( ‘/dossiers/amsterdam.html }. U vindt daar ook zijn berekeningen van wat de jaarlijkse saldi van opbrengsten en kosten werkelijk waren. Geen speld tussen te krijgen. Opvallend, hoe zwaar wij als burgers door ons gemeentebestuur en gemeenteraad, onze volksvertegenwoordigers, stelselmatig voorgelogen worden over hoeveel er van ons belastinggeld wel of niet is overgehouden. Dat noemen we tegenwoordig boekhoudfraude! Kortom en nogmaals: Op grond van het voorgaande eis ik de ten minste over de periode 2002-2010 en vanaf 2013 geheel onnodig betaalde Onroerendezaakbelasting geheel terug krijg en verzoek u dienovereenkomstig te beslissen en te handelen. Hoogachtend, Ondergetekende Naam / adressen (wonende 16.1.2002-12.10.2010) (wondende vanaf 12.9.2013) — huxcr wr mj) Bijlage: Specificatie van de uitkomsten van het onderzoek van de achtereenvolgende jaarrekeningen Bijlage Specificatie van door het gemeentebestuur in de achtereenvolgende jaarrekeningen gepresenteerde jaarlijkse saldi van opbrengsten en kosten, de werkelijke saldi van opbrengsten en kosten, de verschillen daartussen, en de jaarlijkse opbrengsten van de Onroerendezaakbelasting Amsterdam (x € min) saldo . saldo 8 verschil ey4:} rekening werkelijk == TT 1998 1 292 291 118 1999 0 376 376 123 2000 0 722 722 123 2001 -5 350 355 141 2002 17 440 423 141 2003 -6 - 194 - 188 150 2004 60 398 338 165 2005 45 208 163 172 2006 O 121 121 130 2007 52 113 61 131 2008 105 570 465 142 2009 121 849 728 142 2010 32 -135 - 167 159 2011 36 121 85 160 2012 96 - 90 - 186 157 2013 263 698 435 160 2014 79 -3 -82 165 2015 152 192 40 170 2016 160 198 38 168 2017 137 120 -17 175 2018 — 36 36 72 174 2019 — 90 — 258 — 168 173 2020 — 182 —212 — 30 186 1.037 4.912 3.875 3.525
Raadsadres
4
train
VN2022-023326 N% Gemeente De raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en AZ oere Openbare Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken, rde en Veiligheid X Amsterdam Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 08 september 2022 Ter kennisneming Portefeuille Openbare Orde en Veiligheid Agendapunt 12 Datum besluit 12-07-2022 Onderwerp Raadsinformatiebrief afdoening motie 147 van raadsleden Boutkan (PvdA), Roosma (GroenLinks), Martens (VVD), van Soest (PvdO) en Boomsma (CDA) De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de afdoening van motie 147 in het kader van het locatieonderzoek voor het Erotisch Centrum. De kern van de afdoening is: Het college voert bij het locatieonderzoek voor het Erotisch Centrum een impact-analyse vit naar de draagkracht in de buurt waarbij impact op veiligheid en leefbaarheid worden meegenomen en het college kijkt daarbij naar de systematiek zoals die ook bij het meten van toeristische draagkracht in buurten in Amsterdam wordt gebruikt. Wettelijke grondslag Artikel 79 en 80 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam Bestuurlijke achtergrond Op 17 februari 2022 heeft de raad bij de bespreking van de voortgang van het verkennende onderzoek naar het Erotisch Centrum motie 147 van raadsleden Boutkan, Roosma, Martens, van Soest en Boomsma aangenomen. Reden bespreking Nvt Uitkomsten extern advies Nvt Geheimhouding Nvt Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, zie bijlage Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.14 1 VN2022-023326 % Gemeente De raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Directie Openbare 3 Amsterdam Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken Ordeen Veiligheid erignerd, Handhaving én TOEZIET, ' : Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 08 september 2022 Ter kennisneming 147.22.Motie Boutkan c.s. locatiekeuze voor een Erotisch Centrum AD2022-071162 Amsterdam.docx (msw12) B - 08 Openbare Orde en Veiligheid (2) Raadsinformatiebrief motie 147 - AD2022-071755 ‚ Uitv.pdf (pdf) AD2022-071156 Commissie AZ Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Paul van Egmond, directie OOV, [email protected] Gegenereerd: vl.14 2
Voordracht
2
val
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 693 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 7 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie ID Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Ernsting inzake de begroting voor 2015 (bezoekerspassen). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — op pagina 88 als doel is opgenomen: “Bewoners en bezoekers kunnen hun voertuigen snel en veilig parkeren”; — er vervolgens een rode pijl loopt naar de activiteit * Uitbreiden bezoekerspassen naar de hele stad”; — dat suggereert dat doel en middel hier met elkaar in overeenstemming is; — onderdeel van bestaand beleid juist is de parkeerdruk te verlagen en het aanbieden van goedkoper parkeren daar niet aan kan bijdragen; — het voor doorstroming en beschikbaarheid van parkeerplaatsen dus niet verstandig is om extra auto's tegen gereduceerde tarieven uit te nodigen ver de stad in te rijden, maar gebruik te laten maken van P&R's aan de rand van de stad; Constaterende dat: — uitbreiden bezoekerspassen op geen enkele manier past in bestaande beleidskaders, maar puur is ingebracht vanuit het coalitieakkoord, Besluit: — de rode pijl te schrappen tussen doel “Bewoners en bezoekers kunnen hun voertuigen snel en veilig parkeren.” en activiteit “Uitbreiden bezoekerspassen naar de hele stad”; — de activiteit “Uitbreiden bezoekerspassen naar de hele stad” te schrappen. Het lid van de gemeenteraad, Z.D. Ernsting 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1994 Publicatiedatum 4 december 2019 Ingekomen onder AE Ingekomen op 27 november 2019 Behandeld op 27 november 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden De Jong, Mbarki, Hammelburg en Flentge inzake het Actieplan Wooncoöperaties Amsterdam (beheercoöperaties) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Actieplan Wooncoöperaties Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1925). Overwegende dat: — in het Actieplan Wooncoöperaties de nadruk ligt op zelfstandige wooncoöperaties, maar dat beheercoöperaties waarbij huurders van een woningcorporaties meer of mindere mate zeggenschap krijgen ook een goede manier is om bewoners meer zelfbeheer en zelfbestuur te geven; — ereen right to challenge bestaat waarbij huurders van een woningcorporatie financiële ondersteuning Krijgen wanneer zij de corporatie willen uitdagen door de samen een coöperatie te vormen; — de gemeente dit right to challenge wil stimuleren door goede voorbeelden te verspreiden, maar verder niet ingaat op het stimuleren van beheercoöperaties. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Beheercoöperaties meer te stimuleren door te verkennen wat de gemeente en/of IWOON binnen de lijnen van het Actieplan Wooncoöperaties kunnen doen om huurders te ondersteunen wanneer zij een beheercoöperatie willen opzetten en de gemeenteraad hierover in de volgende voortgangsrapportage te informeren. De leden van de gemeenteraad D.S. de Jong S. Mbarki A.R. Hammelburg E.A. Flentge 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam W B % Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn % Agenda, woensdag 14 januari 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Tijd 09.00 tot 12.30 uur en zo nodig vanaf 19.30 uur Locatie De Rooszaal 0239, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 _Conceptverslagen van de openbare vergadering van de Raadscommissie WB d.d. 10 en 18 december 2014 , _Hetconceptverslag van 18 december 2014 wordt nagezonden e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissie WB@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar 6 TKN-lijst Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Agenda, woensdag 14 januari 2015 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Dierenwelzijn 11 _Initiatiefvoorstel Van Lammeren (PvdD), getiteld: Amsterdam eerste visvriendelijke stad van Nederland Nr. BD2014-011384 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 12 en 13 12 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van de heer Van Lammeren (PvdD) van 16 oktober 2014: Amsterdam eerste visvriendelijke stad van Nederland Nr. BD2014-013953 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 11 en 13 13 Beantwoording nadere en aanvullende schriftelijke vragen van resp. 28 april en 3 juni 2014 van het raadslid Van Lammeren inzake sportvisserij in Amsterdam Nr. BD2014-011433 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 11 en 12 e _ Uitgesteld in de raadscommissie WB, d.d. 29 oktober 2014 14 Informatie over kosten huisdier naar dierenwinkels Nr. BD2014-012724 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Agenda, woensdag 14 januari 2015 Bouwen en Wonen 15 Uiten van wensen en bedenkingen ten aanzien van het voorgenomen besluit achtervangovereenkomst Waarborgfonds Sociale Woningbouw 2015 Nr. BD2014-014156 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 21 januari 2015) 16 Reactie Amsterdam op beleidsvoorstel Stadsregio voor actualisatie regels woonruimteverdeling en woonruimtevoorraad Nr. BD2014-014157 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 17 Brief waarin meerdere toezeggingen worden beantwoord, waarbij ‘uitkering woonkostenbijdrage 2014'ter bespreking is geagendeerd Nr. BD2014-013978 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Groot Wassink (GL) e Was Tkn 2 in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 18 brief inzake Hilwis Nr. BD2014-013979 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Abid (PvdA) e Was Tkn 3 in de raadscommissie WB, d.d. 10 december 2014 3
Agenda
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 78 Publicatiedatum 30 januari 2019 Ingekomen onder AN Ingekomen op donderdag 24 januari 2019 Behandeld op donderdag 24 januari 2019 Status Verworpen Onderwerp Amendement van het lid Van Lammeren inzake het bestemmingsplan HWG Johan Huizingalaan (geen bomenkap voor alternatieve locatie) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het bestemmingsplan HWC Johan Huizingalaan (Gemeenteblad afd. 1, nr. 20). Overwegende dat: — de consequentie van dit bestemmingsplan is dat er bij de Oude Haagseweg 168 bomen gekapt gaan worden; — tijdelijke werkterreinen niet ten koste moeten gaan van het groen. Besluit: in de raadsvoordacht van het bestemmingsplan op pagina 2 de tekst: “Een alternatieve locatie is gevonden aan de Oude Haagseweg (ten zuiden van de Rijksweg A4 in het stadsdeel Nieuw-West). Een (tijdelijke) omgevingsvergunning waarmee het gebruik als werkterrein op deze locatie mogelijk wordt gemaakt, is verleend.” te wijzigen naar: “De alternatieve locatie die momenteel gevonden is, is onwenselijk omdat er 168 bomen voor gekapt moeten worden. Er wordt actief gezocht naar een andere locatie waarbij geen bomen gekapt hoeven te worden." en de volgende zin van het bestemmingsplan op pagina 2 te schrappen: "De benodigde omgevingsvergunning voor kappen kan half januari 2019 onherroepelijk worden zodat Zuidasdok (de minister) schriftelijk kan aangeven het werkterrein in de Sporendriehoek niet meer (volledig) nodig te hebben. Op dat moment kan NUON over het benodigde deel van het terrein beschikken.” Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
Bezoekadres Amstel 1 1011 PN Amsterdam Postbus 202 Sector Openbare Ruimte 1000 AE Amsterdam Afdeling Beleid Telefoon 14 020 Fax 020 552 4433 www.centrum.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam (…) Datum Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door R. Hendriks Rechtstreekse nummer 020 552 4058 Faxnummer 020 552 4222 Bijlage Geen Onderwerp Lengte wachtlijst parkeervergunning Geachte (…), Op 29 november 2010 heeft u een e-mail gezonden aan de stadsdeelraad. U geeft daarin aan dat u al twee jaar op de wachtlijst staat voor een parkeervergunning en het er naar uitziet dat u nog twee jaar op een parkeervergunning moet wachten. Op 21 december 2010 is besloten het conceptantwoord op uw raadsadres te bespreken in de raadscommissie Openbare Ruimte. Dit heeft plaatsgevonden in de vergadering van 5 april 2011. Zoals bekend is de ruimte in de binnenstad schaars en de beschikbaarheid van parkeerplaatsen klein. Door parkeervergunningen te verstrekken wordt de schaarse parkeerruimte zo eerlijk mogelijk verdeeld. Per vergunninggebied wordt een maximum aantal uit te geven vergunningen vastgesteld, het vergunningenplafond. U stelt voor de vergunninggebieden zo te wijzigen dat de Weteringbuurt en de Fokke Simonszstraat niet langer in hetzelfde vergunninggebied vallen als de Jordaan. Uw argument daarbij is dat in de Weteringbuurt de parkeerdruk lager is en dat het niet juist is dat u vanwege schaarste in een ander gebied zo lang moet wachten op een parkeervergunning. Bij het bepalen van het vergunningenplafond zijn zowel het totale aantal parkeerplaatsen in het vergunningengebied als de parkeerdruk relevant. Binnen een vergunningengebied kan de parkeerdruk per straat verschillen. Het is echter niet gewenst om vergunningen uit te geven per straat of voor een heel klein vergunningengebied. Dit zou het parkeren door vergunninghouders te zeer beperken en tot wachtlijsten per straat of het kleinere gebied Stadsdeel Centrum is bereikbaar per tram lijnen 9 en 14 of metro lijnen 51, 53 en 54 halte Waterlooplein. Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Pagina 2 van 2 leiden. De flexibiliteit voor de vergunninghouder vermindert en om de situatie beheersbaar te houden, zouden dan per saldo in het stadsdeel minder vergunningen kunnen worden uitgegeven. Per vergunningengebied zal immers altijd een voldoende kans op een vrije parkeerplaats geboden moeten kunnen worden. De parkeerdruk was bij de laatste meting eind 2010 doordeweeks zowel overdag als 's avonds gemiddeld 85%. In 2009 lieten de metingen bezettingsgraden van boven de 90% zien. De parkeerdruk wordt gemeten door de Dienst Onderzoek en Statistiek op basis van steekproeven per vergunninggebied. De straat waarin u woont viel bij de laatste metingen overigens niet in de steekproef. Hoewel we begrip hebben voor uw argumentatie, is het verder opsplitsen van vergunninggebieden niet gewenst. Als wij dit wel zouden doen, is het gevolg dat per saldo het maximum aantal vergunningen daalt en dat in gebieden met minder parkeerplaatsen de wachtlijst nog langer zou worden. Concreet betekent dit dat bij opsplitsing van vergunninggebied CE-02 de wachtlijst in het zuidelijk deel mogelijk een paar maanden afneemt, maar dat deze in het noordelijk deel juist toeneemt. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Indien u een nadere toelichting wenst, kunt u contact opnemen met de behandelend ambtenaar via bovenstaand telefoonnummer. Hoogachtend, Het dagelijks bestuur, Anneke Eurelings Jeanine van Pinxteren secretaris voorzitter 2
Raadsadres
2
val
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1337 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake de begroting 2021 (Realistisch inzicht in de woningbouw) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021. Overwegende dat: — Het woningbouwplan 2018-2025 voorziet in het bouwen van 52.500 woningen, gemiddeld 7.500 per jaar, waarvan: o 17.500 sociale huurwoningen door corporaties, gemiddeld 2.500 per jaar; o 11.690 middeldure huurwoningen, gemiddeld 1.670 per jaar; — De realisatiecijfers 2018, 2019, 2020 een forse achtstand laten zien op deze gemiddelden van 1.670 en 2.500; — Inde recente geschiedenis van Amsterdam nog nooit meer dan 1.670 middeldure huurwoningen in één jaar in aanbouw zijn genomen; — Het college meermaals heeft gesteld dat de woningbouw de komende jaren steeds sneller zal gaan, maar verzuimd heeft om te laten zien hoe dat dan gaat gebeuren — De raad onvoldoende in staat is om haar controlerende taak uit te voeren omdat er geen streefcijfers per jaar afgegeven worden, behalve “over de periode 2018- 2025 een gemiddelde van 2.500 en 1.670 per jaar” — De raad de wens heeft om — gelet op de slechte resultaten — concreter te kunnen controleren en indien nodig concreter bij te kunnen sturen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De raad in januari 2021 te informeren over hoeveel sociale huurwoningen en middeldure huurwoningen in 2021, 2022, 2023, 2024 en 2025 in aanbouw genomen zullen moeten worden om de doelen uit het woningbouwplan 2018-2025 te realiseren en gemiddeld over 2018-2025 uit te komen op 1.670 middelduur en 2.500 sociaal. Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1535 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 9 november 2016 Ingekomen onder Y Behandeld op 10 november 2016 Uitslag Verworpen Onderwerp Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2017 (promoten openbaar vervoer om autogebruik terug te dringen). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Constaterende dat: — vervoersdeskundige Guido Bruggeman stelt dat de kwaliteit van het openbaar vervoer in Amsterdam dubieus is omdat Amsterdam zo'n beetje de enige grote stad in Europa is waar het aantal reizigers in het openbaar vervoer is gedaald ten opzichte van eind vorige eeuw, Overwegende dat: — dit een zorgelijke ontwikkeling is, in een voortdurend groeiende stad waar ook het autogebruik nog steeds toeneemt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: met een Plan van Aanpak te komen om het openbaar vervoer zodanig te promoten dat het aantal reizigers weer zal toenemen en de Raad te informeren over de uitkomsten. Het lid van de gemeenteraad W. van Soest 4
Motie
1
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 20 juli 2023 Portefeuille(s) Verkeer en vervoer, water en luchtkwaliteit Portefeuillehouder(s): Melanie van der Horst Behandeld door V&OR, [email protected] Onderwerp Informeren afbouw pilot Weesperstraat Geachte leden van de gemeenteraad, Op zondag 23 juli stopt de pilot Weesperstraat en begint de analyse van de opgehaalde data. In deze brief blik ik kort terug op een aantal zaken en informeer ik u over het verwijderen van de fysieke afsluitingen waarmee we vrijdag starten en over de evaluatie die ik later dit jaar graag samen met uw raad bespreek. Aanpassingen gedurende de pilot Voorafgaand aan de pilot is besloten tot een korte afsluiting van zes weken met weinig uitzonderingen. Alleen nood- en hulpdiensten, openbaar vervoer en voertuigen van de gemeente die het gebied moesten reinigen konden door de slagbomen heen. Tijdens de pilot zijn er vanuit verschillende kanten verzoeken gekomen tot uitzonderingen. Naar aanleiding daarvan is met verschillende belanghebbenden gesproken en hebben we tijdens de pilot bijgestuurd in schrijnende gevallen. Omdat huisartsen en verloskundigen ook spoedeisende zorg verlenen, is besloten hun doorgang te verlenen voor spoedritten. Voor aanbieders van aanvullend openbaar vervoer en leerlingenvervoer is besloten alle herkenbare voertuigen doorgang te verlenen. Daarnaast heb ik gedurende de pilot bewoners en ondernemers gesproken over de overlast die zij ervaarden en de zorgen over hun bedrijfsvoering. We hebben naar aanleiding van deze gesprekken geen aanpassingen gedaan aan de pilot, maar we hebben deze signalen absoluut gehoord en nemen deze mee in de evaluatie. Ook worden degenen die aangaven mee te willen praten, betrokken in het vervolgtraject. Afbouw van de pilot Weesperstraat Het verkeer heeft uiterlijk op zondag 23 juli om 23.00 vur weer toegang tot alle afgesloten routes. Daarom begint op vrijdag 21 juli de afbouw van het pocketpark. Op zaterdag 22 juli wordt vervolgens niet gewerkt, vanwege de verwachte drukte rond de Pride Walk. Op zondag 23 juli worden de afsluitingen één voor één afgebroken, waarbij de afsluiting op de Hoogte Kadijk als laatste afgebroken zal worden om sluipverkeer te voorkomen. Meldingen nood- en hulpdiensten Ik heb v conform mijn toezegging in de raad van 28 juni de afgelopen weken iedere dag op de hoogte gehouden van meldingen van de nood- en hulpdiensten die een relatie hebben met de Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Pagina 2 van 2 pilot Weesperstraat. Elke dag zijn de meldingen verzameld en heb ik die persoonlijk bij de directies geverifieerd. Deze meldingen zijn één op één overgenomen in de raadsinformatiebrief. Omdat de afsluitingen zondag 23 juli één voor één verwijderd worden, krijgt v maandag de laatste brief over de meldingen. De afgelopen weken is duidelijk geworden dat er bredere zorgen zijn bij de nood- en hulpdiensten over de bereikbaarheid en de aanrijtijden in deze steeds drukker wordende stad. Ik vind het belangrijk om dit gesprek de komende tijd voort te zetten. Graag faciliteer ik daarom een gesprek tussen ven de nood- en hulpdiensten met een technische sessie na het reces. Deze sessie zal gehouden worden in september of oktober en de uitnodiging hiervan volgt. Evaluatie Vanaf maandag 24 juli begint de analyse van de resultaten die verzameld zijn gedurende de pilot. Gezien de grote hoeveelheid data die met zorgvuldigheid dient te worden geanalyseerd, zullen de verwerking, analyse en het opstellen van de rapportage een paar maanden vergen. Ik verwacht u rond november 2023 over de resultaten te kunnen informeren. Maar in de tussentijd zitten we niet stil. Na het reces worden gesprekken georganiseerd met belanghebbenden die hebben aangegeven te willen meepraten over de pilot. Vervolgens zal voorafgaand aan de bespreking van de resultaten in vw raad, een technische sessie over de analyse georganiseerd worden als u hier behoefte aan heeft. Tot slot De pilot heeft heel wat losgemaakt in de stad en daarbuiten. Veel bewoners van de Valkenburgerstraat en Weesperstraat waren zes weken lang blij met de relatieve rust en een fijne leefomgeving. Net als voetgangers en fietsers in het gebied. Maar het omgekeerde was het geval voor de bewoners van de Kattenburgerstraat en bovendien hebben veel ondernemers en taxichauffeurs last ondervonden van de zes weken durende pilot. Het geeft een beeld van de complexe opgave waar we voor staan en ik dank eenieder dan ook voor het geduld. Deze proef heeft ons nu al waardevolle informatie opgeleverd, dankzij de samenwerking met de nood- en hulpdiensten, het leerlingenvervoer, het aanvullend openbaar vervoer, het anticiperen op een storm en stremmingen in de IJtunnel. Maar vooral ook doordat het gesprek op gang is gekomen over de elementaire vraag waar we in onze steeds drukkere stad nog ruimte voor kunnen en willen maken. Ik ga dat gesprek dan ook graag met v aan. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Melanie van der Horst Wethouder verkeer en vervoer, water en luchtkwaliteit
Brief
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 635 Datum indiening 11 juni 2018 Datum akkoord college van b&w van 10 juli 2018 Publicatiedatum 11 juli 2018 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Mbarki inzake het omzeilen van afspraken voor woningdelen. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Per januari 2017 gelden nieuwe regels voor woningdelen in Amsterdam. Uit een video en bijbehorende documenten van het BNNVARA-programma #BOOS is gebleken dat niet alle verhuurders zich na de invoering aan de regels houden’. Vastgoedbedrijf Sjopperdepop BV heeft volgens de programmamakers na de invoering van de regelgeving een nieuw contract met huurders afgesloten? terwijl zij niet over de juiste vergunningen leek te beschikken®. Bovendien is in dit contract een onwettige clausule opgenomen over het beëindigen van de huurovereenkomst zodra de gemeente op zou treden tegen de woonsituatie die tegen de regels indruiste. De verhuurder heeft deze clausule gebruikt om het contract op te zeggen terwijl de huurders recht hadden op bescherming. De fractie van de PvdA vindt dat iedereen in Amsterdam veilig moet kunnen wonen. Onzekere situaties voor huurders en uitbuiting door huisjesmelkers moeten daarom voorkomen worden. Verhuurders die zich niet aan de regels houden dienen gestraft te worden. Het college heeft in januari 2018 toegezegd om een evaluatie van het beleid woningdelen in mei 2018 voor te leggen aan de raad. Deze evaluatie hebben wij nog niet voorgelegd gekregen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Mbarki, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: Ì BNNVARA [#BOOS]. (2018, 7 juni) VVD-KAMERLID VAN HAGA HANDELDE ILLEGAAL EN #BOOS ZET PETITIE HHAGANAARHUIS OP | #BOOS S02E18 [Youtube]. Geraadpleegd via https://www.youtube.com/watch?v=37nZKGKAHhM 2 Huurovereenkomst. Geraadpleegd via http://bit.ly/Vvaststellingsovereenkomst 3 Opzegging overeenkomst. Geraadpleegd via http://bit.ly/mailvanhaga 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Neng das Gemeenteblad R Datum 11 juli 2018 Schriftelijke vragen, maandag 11 juni 2018 1. Is het college bekend met de video en bijbehorende documenten van #BOOS®? Antwoord: Ja. 2. Zijn Sjopperdepop BV en andere verhuurders actief gewezen op de nieuwe regelgeving? Zo ja, op welke wijze? Antwoord: Het concept beleid is van 15 september t/m 27 oktober 2016 vrijgegeven voor inspraak. Na de vaststelling door de gemeenteraad is het nieuwe beleid op de gebruikelijke wijze gepubliceerd. Tevens worden de regels via de website van de gemeente Amsterdam gecommuniceerd. In het kader van de nieuwe regelgeving is daarnaast contact geweest met brancheverenigingen waarvan enkele gedurende de besluitvorming hebben ingesproken bij de behandeling in de raadscommissie WB op 14 december 2016. Van verhuurders mag bovendien verwacht mag worden dat zij de algemene bekendmakingen bijhouden over het beleidsterrein waarin zij werkzaam zijn en hun werkzaamheden daarop aanpassen. 3. Komt ongeoorloofd woningdelen bij Sjopperdepop BV en andere verhuurders nog voor? Zo ja, op welke schaal en op welke manier treedt de gemeente hier tegen op? Antwoord: Uit signalen van Handhaving Wonen, Woon en overige betrokkenen blijkt dat ongeoorloofd woningdelen voorkomt. Dit gaat bijvoorbeeld om kamerverhuur zonder de vereiste vergunning en inwoning zonder dat aan de voorwaarden wordt voldaan. Ook is sprake van onrechtmatigheden met betrekking tot huurcontracten, waarbij huurders geen of onwettige contracten hebben. Informatie over individuele verhuurders is niet beschikbaar, exacte aantallen zijn vanwege het illegale karakter niet bekend. Het aantal vergunningaanvragen voor kamerverhuur stijgt sinds het college actief heeft ingezet op handhaving. In de evaluatie van het beleid woningdelen, wordt o.a. onderzocht in hoeverre ongeoorloofd woningdelen voorkomt. Het college verwacht de evaluatie voor het zomerreces te presenteren aan de gemeenteraad. Het college handhaaft de eigen regels voor woningdelen uit de Huisvestingsverordening. Dit gebeurt vooral op grond van Zoeklichtmeldingen, bijvoorbeeld over overlast of onveilige situaties. Bij overtreding van de regels worden zowel de bestuurlijke boete als de last onder dwangsom ingezet. In het geval van een vergunningplichtige situatie dient een vergunning te worden aangevraagd. De gemeente is niet bevoegd om op te treden tegen onrechtmatigheden m.b.t. het huurcontract, omdat dit privaatrechtelijke regelgeving is. Het college ondersteunt Woon voor het bieden van (juridische) ondersteuning van huurders. 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer dui 2018 Schriftelijke vragen, maandag 11 juni 2018 4. Zijn er meer casussen bekend van huurders die ná 1 januari 2017 een contract tekenden met vergelijkbare onwettige clausule en op straat kwamen te staan? Antwoord: Het college heeft vaker signalen ontvangen dat huurders door onrechtmatigheden in huurcontracten, of onrechtmatige woonsituaties na een bezoek van de toezichthouders op straat komen te staan. Hoewel het voorkomt heeft het college, op basis van de ontvangen signalen, niet de indruk dat dit op grote schaal voorkomt. 5. Heeft de gemeente maatregelen genomen tegen dergelijke situaties bij verhuur? Zo ja, welke? Antwoord: Het college financiert Woon voor het bieden van (juridische) ondersteuning aan huurders die te maken krijgen met onrechtmatigheden in het huurcontract of in hun woonsituatie. De mogelijkheden om op te treden zijn voor het college verder beperkt, vanwege het feit dat het niet bevoegd is te handhaven op basis van de privaatrechtelijke regels rond het huurcontract. Het college onderzoekt momenteel welke andere mogelijkheden er zijn om iets tegen deze misstanden te ondernemen, zoals een verhuurdersvergunning. Daarnaast vinden er gesprekken plaats met het ministerie van BZK om te onderzoeken of er harder opgetreden kan worden tegen overtreders. 6. Hoe kunnen we voorkomen dat huurders in vergelijkbare situaties slachtoffer worden en op straat komen te staan? Antwoord: Het college financiert Woon voor het bieden van (juridische) ondersteuning aan huurders die te maken krijgen met onrechtmatigheden in het huurcontract of in hun woonsituatie. Woon ondersteunt huurders door hen onder andere te begeleiden bij het laten toetsen van de hoogte van de huur door de Huurcommissie. 7. Klopt het dat evaluatie van het beleid rondom woningdelen nog niet beschikbaar is of nog niet aan de raad is voorgelegd? Antwoord: Dit is correct. Het college verwacht de evaluatie voor het zomerreces aan de gemeenteraad te kunnen versturen. Burgemeester en wethouders van Amsterdam W.G.H.M. Rutten, wnd. secretaris J.J. van Aartsen, wnd. burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
VN2023-025089 Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en Kunst en Cultuur % Gemeente Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en armoede en OZA % Amsterdam ' ' | Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 13 december 2023 Ter kennisneming Portefeuille Onderwijs Agendapunt 3 Datum besluit NVT Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over de integrale stand van zaken openbare bibliotheek Amsterdam De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over de integrale stand van zaken over de Openbare Bibliotheek Amsterdam waarin u wordt u geïnformeerd over de landelijke en lokale ontwikkelingen en een korte stand van zaken kunt lezen over OBA Next, het aangekondigde leesoffensief en verdere acties. Deze brief dient als opmaat naar de eerste beleidsnota Bibliotheken van de gemeente Amsterdam. In dit beleidskader zal het college een meerjarig beleidskader presenteren voor bibliotheken in Amsterdam. De brief is u reeds toegezonden via de dagmail van 16 november 2023. Wettelijke grondslag Artikel 169 gemeentewet Bestuurlijke achtergrond NVT Reden bespreking NVT Uitkomsten extern advies NVT Geheimhouding NVT Uitgenodigde andere raadscommissies NVT Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.5 1 VN2023-025089 % Gemeente Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en Kunst en Cultuur % Amsterdam „ ‚ ‚ … % Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede en Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 13 december 2023 Ter kennisneming NEE Welke stukken treft v aan? AD2023-088118 Commissie OZA Voordracht (pdf) Raadsinformatiebrief integrale stand van zaken openbare bibliotheek AD2023-088119 Amsterdam.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Economische Zaken en Cultuur, Brenda Sagala, [email protected] en lan van der Velde, ivan.der.velde @amsterdam.nl Gegenereerd: vl.5 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam VV L % Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer en Infrastructuur (inclusief NoordZuidlijn en Luchtkwaliteit) % Gewijzigde Agenda, donderdag 21 november 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer en Infrastructuur (inclusief NoordZuidlijn en Luchtkwaliteit) Tijd 09.00 tot 12.30 uur Locatie Rooszaal 0239, Stadhuis Procedureel gedeelte van 09.00 uur tot 09.15 uur 1 __ Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie VVL d.d. 31 oktober 2013 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissie VVL@raadsgriffie amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar 6 _Tkn-lijst Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer en Infrastructuur (inclusief NoordZuidlijn en VVL Luchtkwaliteit) Gewijzigde Agenda, donderdag 21 november 2013 Inhoudelijk gedeelte vanaf 09.15 uur 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Verkeer, Vervoer en Infrastructuur 11 Vaststellen NvU Ferdinand Bolstraat Nr. BD2013-008031 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 18/19 december 2013). e _Deleden van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid zijn hierbij uitgenodigd. 12 Beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet ten behoeve van de verbetering van de toegankelijkheid van haltes van openbaar busvervoer Nr. BD2013-007204 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 13 Verslag kennissessie zero-emissie busvervoer Gemeente Amsterdam Nr. BD2013-011299 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Klatser (RED) e Was Tkn 1 in de raadscommissie VVL, d.d. 9 oktober 2013 14 Consultatiereactie Investeringsagenda OV SRA Nr. BD2013-012201 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Maarek (GrLí) e Was Tkn 1 in de raadscommissie VVL, d.d. 31 oktober 2013 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Verkeer en Vervoer en Infrastructuur (inclusief NoordZuidlijn en VVL Luchtkwaliteit) Gewijzigde Agenda, donderdag 21 november 2013 15 Rapport De Gezonde Stad: “Scooter - Sluipmoordenaar" Nr. BD2013-012343 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissielid Toonk (VVD) e Voorgesteld wordt dit agendapunt gevoegd te behandelen met agendapunt 17 16 Presentatie voortgang uitvoering meerjarenplan fiets Nr. BD2013-012255 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Verkeer, Vervoer en Infrastructuur 17 Kennisnemen van de reactie van het college op rapport Scooter Sluipmoordenaar Nr. BD2013-012432 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt dit agendapunt gevoegd te behandelen met agendapunt 15 3
Agenda
3
train
Raadsadres aan Gemeenteraad Amsterdam en Stadsdeelraad Centrum Amstel 1, 1011 PN Amsterdam Amsterdam 21 mei 2010, Geachte leden van de Raad en van de Stadsdeelraad, De werkzaamheden aan de Utrechtsestraat nemen veel langer tijd in beslag dan voorzien. Inmiddeis maken de ondernemers zich aldaar ernstig zorgen en voelen zij zich niet of nauwelijks gesteund. In het verleden hebben werkzaamheden aan de openbare weg eerder geleid tot crisisachtige taferelen. De Overtoom is het schoolvoorbeeld daarvan, maar recentelijk hebben ook de werkzaamheden aan de Stadhouderskade geleid tot onrust. Naar aanleiding daarvan zijn toen onder leiding van de stadsregisseur een aantal verbeteringen doorgevoerd in de wijze waarop werkzaamheden aan de openbare weg worden aangestuurd en voorbereid. De gang van zaken bij de Utrechtse straat (een belangrijke doorgangsroute voor het Openbaar Vervoer én een levendige winkelstraat) geven aan dat er nog steeds ruimte ís voor verdere verbetering. Wij vragen de leden van beide raden (het betreft hier een gemeenschappelijk project) aan hun besturen het volgende voor te leggen: Rol Stadsregisseur In de huidige hoedanigheid is de stadsregisseur alleen verantwoordelijk voor het aanwijzen van tijdvakken, wanneer het werk moet beginnen en eindigen. De Stadsregisseur heeft, echter geen rol in het bewaken van deze tijdvakken. Voorstel; Bureau Stadsregie moet verantwoordelijk zijn voor het bewaken van afgesproken tijdspad. Bureau Stadsregie schakelt op, zodra tijdspad gevaar gaat lopen. Wie is eindverantwoordelijk? Bij de Utrechtsestraat lopen nu vier projectleiders rond, waarvan er geen eindverantwoordelijk is, Dat is niet goed. Het moet voor een ieder duidelijk zijn wie de eindverantwoordelijk heeft over projecten/werkzaamheden aan de weg. Is dit de dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer? Stadsdeel Centrum? De aannemer? Er lopen nu teveel personen op een project, die naar elkaar gaan wijzen als dingen “fout” lopen/dreigen te lopen. Zorg voor een duidelijk aanspreekpunt. l Voorstudie Bij de Stadhouderskade werd destijds na het openbreken van de weg het werk uitgesteld, doordat de grond vervuild was. Blijkbaar was er geen gedegen grondonderzoek gedaan. Bij de Utrechtsestraat werd het werk ook vertraagd omdat de grond meer vervuild was dan voorzien. Ook was niet voorzien dat het achterstallig onderhoud aan de bruggen zo groot zou zijn, dat het werk opnieuw moest worden stilgelegd. Dit wekt twijfel ten aanzien van de kwaliteit van de voorbereiding van de werkzaamheden. Wij verwachten, dat bij toekomstige projecten er een gedegen vooronderzoek komt naar aspecten, zoals kabels, leidingen, vervuiling, riool en achterstallig onderhoud van de weg/brug/rails e.d. Hierbij zijn we van mening, dat u ervaringsdeskundige bent. Boetebepalingen Er moet meer aandacht komen voor de boetebepalingen in de aanneemcontracten. Bij de Utrechtsestraat wordt de aannemer "lui" genoemd, maar het is effectiever om goede deadlines te bedingen die bij overschrijding leiden tot substantiële boetes. De belangen van het Openbaar Vervoer en de middenstand ter plekke wegen ook vele tienduizenden euro's. Ondersteuning In onze ogen wordt er te snel tegen ondernemers bij uitlopende werkzaamheden gezegd: “dat is ondernemersrisico”. Wij vragen ons af of dit echt zo is, Moeten ondernemers “bloeden” als door fouten van de gemeente/aannemers het werk uitloopt? Amsterdam City ziet hier twee mogelijkheden: of er komt een betere nadeelcompensatieregeling of er komt een actieve inzet voor ondersteuning ter plekke in de vorm van bewegwijzering, aankleding en promotie, Wij hebben dit geschreven met alle respect voor de inzet van betrokkenen en in het volle besef dat iedere verbouwing brokken maakt. Het is hierboven al gezegd, maar ook voor Openbaar Vervoer en lokale economie wegen de belangen zwaar. Wij vernemen graag op welke wijze de gemeente Amsterdam maatregelen neemt om het werk aan de weg efficiënter te laten verlopen. Met vriendelijke groet, 2
Raadsadres
2
train
Bezoekadres Gemeente Amsterdam Stadhuis, Amstel 1 Bestuursdienst 1011 PN AMSTERDAM Postbus 202 1000 AE AMSTERDAM Telefoon 020 552 9111 Fax 020 552 3426 Teksttelefoon 020 552 9876 www.amsterdam.nl Datum (geen datum invullen) Ons kenmerk 1186.4/18237 DMC-F/CK Kenmerk Behandeld door H.C. de la Mar Doorkiesnummer 020 255 4210 Betreft Kwijtschelding zelfstandigen Geachte meneer, In uw bericht van 31 januari 2013 richt u zich tot de Gemeenteraad van de gemeente Amsterdam om aandacht te vragen voor het met terugwerkende kracht verlenen van kwijtschelding aan zelfstandigen over de jaren 2011 en 2012. Naar uw mening heeft Wethouder Ossel aangegeven, zonder een voorbehoud te maken, dat dit in de begroting zou zijn geregeld. U verwijst daarbij naar een artikel in het dagblad De Telegraaf. U geeft aan dat het besluit van de gemeenteraad, om het verlenen van kwijtschelding aan zelfstandigen pas in te laten gaan per 2013, hieraan geen recht doet. De beantwoording van uw bericht is door de Gemeenteraad in handen gesteld van het College van Burgemeester en Wethouders. Ik beantwoord uw brief over dit onderwerp op verzoek van het college, omdat de gemeentelijke belastingen in mijn portefeuille vallen. Ik kan u meedelen dat het niet gelukt is om in deze barre economische tijden ruimte te vinden binnen de begroting om de kwijtscheldingregeling voor zelfstandigen met terugwerkende kracht in te voeren. Zoals u wellicht heeft vernomen dient ook de gemeente Amsterdam te bezuinigen op haar uitgaven. Ondank deze bezuinigingsdruk is aan de gemeenteraad voorgesteld om het met ingang van 2013 toch mogelijk te maken om aan zelfstandigen, met een inkomen op minimumniveau, kwijtschelding te verlenen voor enkele privéaanslagen. De gemeenteraad heeft dit voorstel overgenomen. Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen 9 en 14), halte Waterlooplein Gemeente Amsterdam Kenmerk 1186.4/18237 Bestuursdienst Pagina 2 van 2 Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, P.F.C. Hilhorst Wethouder Financiën Mocht u niet tevreden zijn over de afhandeling van uw klacht, dan kunt u contact opnemen met de gemeentelijke ombudsman. Het adres van de ombudsman is: Singel 250, 1116 AB Amsterdam. Het postadres is: Postbus 11131, 1001 GC Amsterdam. De ombudsman is maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 12.00 uur bereikbaar onder nummer 020 625 99 99. 2
Raadsadres
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum Maandag 20 juni 2022 Portefeuillehouder(s): _ Groot Wassink Behandeld door Judith Duveen Onderwerp Beantwoording diverse vragen Oekraïne Geachte leden van de gemeenteraad, Inde vergadering van de TAR van g juni jl. heeft de Burgemeester v namens mij beloofd om op enkele vragen schriftelijk terug te komen. De vragen werden gesteld naar aanleiding van het behandelen van de raadsvoordracht voor de raad van 22 juni “Kostenraming voor de organisatie van opvang van ontheemden uit Oekraïne voor opvanglocaties, basisdienstverlening, personele kosten en Humanitarian Service Point-Amsterdam” waarin de raad is gevraagd om toestemming een bedrag van 77,2 miljoen euro beschikbaar te stellen. Het gaat om de volgende vragen: e een verzoek om uitwerking voor welke kosten het Rijk dekking gaat bieden, e _overhet voldoen aan de begrotingsregels, e een vraag over het verschil tussen de tandartsverzekering die voor ontheemden geldt ten opzichte van andere groepen. Naast deze drie antwoorden, voeg ik ook het antwoord toe op de vraag die in een eerdere TAR (7 april jl.) is gesteld over het verstrekken van leefgeld, met excuses voor de late beantwoording. 1. Dekking kosten door het Rijk Naar aanleiding van de vraag waar het Rijk dekking voor regelt in het kader van de opvang van de ontheemden vit Oekraïne en hoe ervoor gezorgd wordt dat het tekort wat nu wordt geconstateerd in de dekking ten opzichte van de kosten wordt gedicht, kan ik u het volgende melden: In de brief aan de Tweede Kamer van 8 maart 2022heeft het kabinet toegezegd dat de kosten die worden gemaakt vanwege de realisatie en exploitatie van de opvang van rijkswege te vergoeden. De regeling waarin de compensatie is geregeld is recent gepubliceerd. Hierin is het volgende opgenomen aan dekking: De regeling voorziet in het verstrekken van een specifieke uitkering (SPUK) aan gemeenten voor het vergoeden van de kosten die zijn gemaakt ten behoeve van het realiseren en exploiteren van de opvang en verstrekkingen aan ontheemden uit Oekraïne in de Gemeentelijke Opvang Oekraïne (GOO) en de Particuliere Opvang Oekraïne (POO). Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 juni 2022 Pagina 2 van 4 In de eerste plaats ontvangen gemeenten een vergoeding voor de realisatie en exploitatie van de gevraagde opvanglocaties van de GOO. Hieronder vallen tevens de vitvoeringskosten van gemeenten. Gemeenten krijgen hiervoor een normbedrag vergoed van € 100 per dag per bed welke is gebaseerd op de ervaringen met crisisnoodopvang in 2015-2016. In de tweede plaats ontvangen gemeenten een vergoeding voor verstrekkingen aan ontheemden uit Oekraïne die verblijven in de POO en zijn geregistreerd. Het normbedrag van 100 euro is van toepassing op alle vormen van GOO. Omdat het Rijk onvoldoende inzicht in gemeentelijke kosten heeft voor het vaststellen van een norm die reële compensatie van gemeenten garandeert, wordt een onafhankelijk monitoronderzoek uitgevoerd door een externe partij teneinde de norm naar boven te kunnen bijstellen indien nodig, en op basis daarvan het normbedrag, met terugwerkende kracht tot 1 maart 2022, bij te stellen. De kosten die vallen onder dit normbedrag zijn: e Uitvoeren opvang waaronder huurkosten e Catering op de locatie Energie e Schoonmaak e Beveiliging e Inventaris (in de opvang) e Overige exploitatiekosten e Gebruikersexploitatiekosten e Administratiekosten e Indien van toepassing tolkenkosten, ook met betrekking tot het vertalen van communicatiemiddelen e Eenmalige verstrekkingen e Bankkosten e Uitvoeringskosten ambtelijk apparaat; e Verstrekkingen ontheemden vit Oekraïne (leefgeld, voedsel, educatieve en recreatieve activiteiten, WA-verzekering en buitengewone kosten). Naast de 100 euro per gerealiseerd bed en waarmee bovenstaande kosten gedekt moeten worden, kunnen de transitiekosten tbv de ingebruikname van een locatie voor de opvang van ontheemden uit Oekraïne worden vergoed indien hierover voorafgaand afstemming met het Rijk is gezocht. Deze worden vergoed op basis van werkelijke gemaakte kosten. Met betrekking tot de kosten voor het HSPA op Amsterdam Centraal wordt samen met de Veiligheidsregio en het Rijk gewerkt aan een regeling waarin een vergoeding op basis van werkelijke kosten zal worden geregeld. Deze kosten vallen niet onder het normbedrag voor de opvangplaatsen. Over de overige gemeentelijke kosten worden afzonderlijke afspraken gemaakt (met de Minister van OCW over onderwijs gerelateerde kosten en met de Minister van VWS voor wat betreft kosten gemeentelijke zorg en ondersteuning Wmo, jeugd, PG). Deze kosten vallen niet onder het normbedrag. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 juni 2022 Pagina 3 van 4 Leerlingenvervoer wordt separaat vergoed door de Minister van OCW. Dergelijke kosten hoeven daarom niet uit de € 100 gedekt te worden. 2. Begrotingsregels Met de raadsvoordracht van 22 juni vragen wij instemming aan de raad om een bedrag van € 77,2 miljoen beschikbaar te stellen. Dit wijkt af van de begrotingsregels omdat normaliter pas na instemming van de raad met de begroting bedragen beschikbaar worden gesteld zodat het college vitgaven mag doen. Het bedrag van € 77,2 miljoen is niet voorzien en daarom niet opgenomen in de begroting 2022. Zoals in de voordracht is opgenomen is het verwachte financieel risico op basis van de huidige inzichten € 18,4 miljoen. Dit is gebaseerd op het normbedrag van € 100 per bed per dag en volledige vergoeding van het rijk voor de HSP-A. Het normbedrag van € 100 is van toepassing op alle vormen van de Gemeentelijke Opvang Oekraïners (GOO). Zoals al in deze brief is aangegeven, gaan we er voor alsnog van uit dat het rijk met een normbedrag komt, die de reële kosten compenseert. Hierdoor zal naar verwachting het financieel risico voor de gemeente lager worden. De gemeentebegroting 2022 zal bij de najaarsnota worden bijgesteld en aan de raad worden voorgelegd. Daarin zullen de verwachte uitgaven en inkomsten vanuit het rijk met betrekking tot Oekraïne voor het jaar 2022 worden opgenomen. Dit moet een sluitende begroting zijn. Indien nodig zal, in achtneming van de geldende regels, een voorziening worden opgenomen voor het financieel risico. Een voorziening kan alleen worden opgesteld als daar financiële dekking voor is. 3. Tandarts- en ziektekosten Op de vraag of en waardoor er verschil bestaat tussen Oekraïense ontheemden en asielzoekers en vluchtelingen in de tandartsbehandeling en vergoeding daarvan, kan ik u het volgende melden: Asielzoekers in Nederland zijn automatisch verzekerd voor de meeste zorg waar Nederlanders voor verzekerd zijn (vanuit de Wmo, Zvw en Wlz). In de Regeling Medische zorg Asielzoekers (RMA) is de zorg omschreven waar asielzoekers aanspraak op kunnen maken. De zorg aan asielzoekers is zorg in natura. Dit betekent dat zorg alleen vergoed wordt wanneer de zorgaanbieder een contract heeft met RMA Healthcare. Voor asielzoekers geldt geen eigen bijdrage of eigen risico.RMA Healthcare organiseert en vergoedt de zorg voor asielzoekers en is daarmee vergelijkbaar met een zorgverzekeraar / zorgkantoor. Voor statushouders geldt dat zij zelf een zorgverzekering afsluiten. De zorg die zij ontvangen is afhankelijk van het zorgpakket dat zij kiezen. Voor de ontheemden die de laatste tijd vanuit Oekraïne naar Nederland zijn gekomen, was aanvankelijk nog geen vergoedingsmogelijkheid voor zorg buiten het basispakket. Door de Europese richtlijn ‘tijdelijke bescherming’, konden ontheemden uit Oekraïne geen gebruik maken van de RMA. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 juni 2022 Pagina 4 van 4 De afgelopen maanden hebben veel tandartsen zich desondanks ingezet voor de Oekraïense vluchtelingen, door ze gratis te behandelen bij acute problematiek. We hebben daar als college veel waardering voor. Per 1 juli is dit in veel gevallen waarschijnlijk niet meer nodig. Er treedt dan een nieuwe regeling in werking: de RMO. Dit staat voor Regeling Medische zorg Ontheemden. Deze regeling stelt een bedrag beschikbaar van €250,- per ontheemde voor zorg buiten het basispakket en is ook in de toekomst voor andere groepen te gebruiken. De RMO zal, voor zover nu bekend, vergelijkbaar zijn met de RMA die al langer gebruikt wordt voor asielzoekers. De regeling zal niet met terugwerkende kracht worden aangeboden en is dus enkel toe te passen op behandelingen die na 1 juli 2022 plaatsvinden. We gaan er vanuit dat hiermee de waargenomen verschillen tussen beide groepen ook niet meer aan de orde zijn. 4. Wachttijd verstrekken leefgeld na aanvraag In de TAR van 7 april heb ik v toegezegd terug te komen op de vraag hoe lang het duurt voordat het leefgeld wordt toegekend aan Oekraïense ontheemden. Als een Oekraïense ontheemde leefgeld aanvraagt bij het Leefgeldloket krijgt hij of zij diezelfde dag al een BNG- pas of een storting van het leefgeld op zijn of haar bankrekening. Als iemand een BNG-pas krijgt, staat het bedrag er meestal meteen al op. Als het gestort moet worden op een bankrekening gebeurt dat meestal ook op dezelfde dag maar het kan maximaal 3 dagen duren. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Z À hd mn Sede B Á nt k # Ne cl Ee Rutger Groot Wassink Wethouder Sociale Zaken, Opvang, Ongedocumenteerden en Vluchtelingen, Democratisering en Vastgoed Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
4
test
2% Gemeente Amsterdam > 4 West as A Agenda Stadsdeelcommissie West Vergaderdatum Dinsdag 31 januari 2023 19.45 - 23.00 uur Locatie Raadzaal 1.10, Stadsdeelkantoor Bos en Lommerplein 250 Telefoonnummer Bestuursondersteuning, 06-8226 3865 E-mail [email protected] Internet www.amsterdam.nl/west voor actuele informatie (agenda kan gewijzigd worden). Daar staan de bij deze onderwerpen behorende stukken, evenals op het raadsinformatiesysteem: https://west.notudoc.nl Voorzitter Laurent Staartjes Onderwerp BIJEENKOMST STADSDEELCOMMISSIE 31 januari 2023 Bij de agendapunten wordt vermeld door wie het onderwerp is voorgedragen 1. 19.45 - 20.00 u Opening, agenda vaststellen, mededelingen - Toelating en beëdiging Charles Vaneker (D66) 2. 20.00 - 20.15 u Bewoners aan het woord - Daniel Bosch - De Koperen Knoop (huis van de Buurtjen de verbouwing -_ Henk van Dijk - Gat in de Kinkerbuurt - Dick Jansen - Flink op het Van Limburg Stirumplein 3. 20.15 - 20.30 u Ruimte voor inbreng van actualiteiten*. 4. 20.30 - 21.00 u Vragen half uur Ruimte voor inbreng van mondelinge vragen’. - VVD - Cameratoezicht Jan van Galenstraat -__PvdA - Flink op het Van Limburg Stirumplein - PvdA - Nieuwe bestemming van de voormalige Sint Elisabethschool - VVD - Mondelinge vragen voetbalkooi VVD - _D66 - Mondelinge vragen energiecompensatie kleine ondernemers 5, 21.00 - 22.00 u Oordeelsvormend Dagelijks Bestuur: Uitvoeringsplan 2023 Portefeuillehouder: Ester Fabriek, Fenna Ulichki, Thomas Hermans 6. 22.00 - 22.30 u Oordeelsvormend Stadsdeelcommissie: Verkeersveiligheid Geagendeerd door PvdA Portefeuillehouder: Ester Fabriek 1 De agendacommissie beslist voorafgaand aan de bijeenkomst of iets een actualiteit is. ? De agendacommissie beslist voorafgaand aan de bijeenkomst of iets mondelinge vragen zijn. Pagina 2 van 2 Gemeente Amsterdam West Oordeelsvormend Dagelijks Bestuur: Adviesaanvraag Concept Strategie Innovatiedistricten Amsterdam 8. Portefeuillehouder: Thomas Hermans Sluiting vergadering 2
Agenda
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 355 Datum indiening 19 februari 2019 Datum akkoord 22 maart 2019 Publicatiedatum 25 maart 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Poot inzake twee kraakacties in Noord. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: In het weekend van 16 tot 18 februari 2019 zijn twee panden in stadsdeel Noord gekraakt. Het gaat om de Augustinuskerk aan de Nieuwendammerdijk en een bunkerachtige locatie aan de Distelweg. De afkomst van de krakers is onbekend. De fractie van de VVD maakt zich zorgen over deze kraakacties binnen korte tijd in Noord. Kraken leidt bij veel omwonenden tot onrust, zeker als de kraak in een dichtbewoond gebied is zoals de Nieuwendammerdijk. Gezien het vorenstaande heeft het lid Poot, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Kan het college de kraak van de Augustinuskerk en het complex aan de Distelweg bevestigen? Antwoord: Ja. 2. Watis er bekend over de personen die deze panden hebben gekraakt? Worden deze personen verdacht van huisvredebreuk of inbraak”? Antwoord: De krakers van de Augustinuskerk zijn door het OM aangeschreven dat zij voornemens is over te gaan tot ontruiming. De krakers van de ruimte aan de Distelweg presenteren zichzelf op (sociale) media als “collectief Amsterdamse jonge kunstenaars”. Het OM geeft aan dat deze personen verdacht worden van huisvredebreuk. 3. Is bekend of deze personen een link hebben met het ontruimde ADM-terrein? Zo ja, kan het college hen de (eventueel reeds verleende) toegang tot de slibvelden in Noord (alsnog) ontzeggen? Antwoord: De krakers zijn geen voormalige bewoners van het ADM terrein. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer aart 2019 Schriftelijke vragen, dinsdag 19 februari 2019 4. Iser door de eigenaren van de panden aangifte gedaan? Op welke termijn zullen de panden worden ontruimd? Antwoord: Ja. Het OM heeft de krakers van de Augustinuskerk aangeschreven dat zij voornemens is het pand te ontruimen. Een aangeschreven pand wordt gemiddeld binnen 6 tot 8 weken ontruimd. De termijn waarop de ruimte aan de Distelweg ontruimd wordt is nog niet bekend. Zodra de eigenaar, in dit geval Verkeer en Openbare Ruimte, aantoont dat de panden direct na de ontruiming in gebruik zal worden genomen, zal het OM beoordelen of de krakers kunnen worden aangeschreven over het voornemen te ontruimen. 5. Welke bestemming hebben deze panden? Antwoord: De Augustinuskerk is bestemd voor maatschappelijke voorzieningen. De ruimte aan de Distelweg is een voormalige technische ruimte met personeelsverblijf dat onderdeel uitmaakt van de pontaanlanding van de Distelwegveer. 6. Is er door politie of het college contact geweest met omwonenden/werkenden van het pand om hen te helpen bij voorkomende overlast van de krakers”? Indien nee, kan het college en/of politie dan op korte termijn contact opnemen met omwonenden om hun bij te staan in het voorkomen van overlast door de krakers? Antwoord: De politie in de wijk staat altijd in contact met de buurt en houdt vinger aan de pols, ook in geval er een pand gekraakt wordt. In het geval er sprake is van overlast kan men zich wenden tot de politie en/ of de gemeente. 7. Welke meldingen van overlast, gevaarzetting of anderszins met betrekking tot de gekraakte Augustinuskerk en het pand aan de Distelweg zijn er bekend bij gemeente en politie? Op welke manier is op deze meldingen geacteerd”? Antwoord: Uit de omgeving van de Augustinuskerk is een melding van geluidsoverlast bekend over het luiden van kerkklokken. Afgezien hiervan zijn er geen meldingen uit de omgeving van de Augustinuskerk of de ruimte aan de Distelweg. 8. Is bekend of de Augustinuskerk en de ruimte aan de Distelweg asbest of andere gevaarlijke stoffen bevatten? Antwoord: Op dit moment zijn er geen signalen dat er sprake is van een onomkeerbaar onveilige situatie door asbest of gevaarlijke stoffen. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R weing es Gemeenteblad ummer - =: . : Datum 25 maart 2019 Schriftelijke vragen, dinsdag 19 februari 2019 9. In hoeverre zijn er door de krakers bouwactiviteiten ontplooid op het terrein? Zo ja, hoe oordeelt het college over deze bouwactiviteiten in het licht van het illegale gebruik van de panden? Antwoord: Er is niet gebleken dat er sprake is van sloop- of bouwwerkzaamheden. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 2 oktober 2023 Portefeuille(s) Afval en Reiniging Portefeuillehouder(s): _ Zita Pels Behandeld door Directie Afval en Grondstoffen, [email protected] Onderwerp Vervolgbrief aanbesteding inzamelwagens Geachte leden van de gemeenteraad, In de commissievergadering van de commissie DC van 7 september j.l. heb ik u toegezegd een vervolgbrief te sturen met betrekking tot de aanbesteding van inmiddels 27 inzamelwagens van de Directie Afval en Grondstoffen. Dit om een aantal openstaande vragen van uw kant te beantwoorden. In de raadsinformatiebrief (d.d. 18 juli 2023) heb ik v laten weten dat het ons is gelukt om de aanvankelijke aanschaf van 37 emissieuitstotende inzamelwagens terug te brengen naar 27 afvalwagens. Het extra risico dat hiermee ontstaat voor het waarborgen van de afvalinzameling vind ik acceptabel. De gemeente heeft de wettelijke taak om het afval van de Amsterdammer in te zamelen. Tevens moeten we dat zo duurzaam mogelijk doen, zodat we conform de doelstelling voor 2030 een uitstootvrij wagenpark hebben. Voor dit doel richten we ons op de aanschaf van elektrische wagens die op onze eigen werven kunnen worden opgeladen. Daarvoor zijn ook andere alternatieven onderzocht zoals mogelijkheden voor hybride inzamelvoertuigen, inhuur van wagens, gebruik van collectieve laadpleinen en LNG- en waterstof-voertuigen. Over deze laatste drie alternatieven heeft v mij gevraagd om aanvullende informatie. In deze brief ga ik in op de volgende onderwerpen die tijdens de afgelopen commissie zijn besproken: 1. Collectieve laadpleinen als mitigerende maateregel en de adviezen van externe partijen daarover; 2. Verdieping op de alternatieve mogelijkheden van LNG en waterstof; 3. Eentijdlijn van de aanbesteding van de 27 biodieselwagens tot 2025. 1. Collectieve laadpleinen als mitigerende maatregel Als een van de mitigerende maatregelen hebben we de mogelijkheden onderzocht voor het gebruik van collectieve (commerciële) laadpleinen. Daarbij hebben we ook advies gehad van Royal Haskoning DHV (RHDHV) en Resourcefully. RHDHV heeft in mei 2023 een rapport uitgebracht over de mogelijkheden voor het opladen van Zero Emissie voertuigen voor vijf locaties van de Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 oktober 2023 Pagina 2 van 4 gemeente. Voor het onderdeel over de mitigerende maatregelen heeft RHDHV gekeken naar de toepasbaarheid, duurzaamheid en effectiviteit van die maatregelen. Een van de onderzochte vragen is of Zero Emissie voertuigen, zonder zware impact op de bedrijfsvoering, kunnen laden bij een collectief (commercieel) laadplein. De conclusie die RHDHV heeft getrokken is dat het voor de gemeente niet toepasbaar is. Deze conclusie is later door adviesbureau Resourcefully bevestigd. Belangrijke argumenten hiervoor zijn: e _Laadsnelheid is niet gegarandeerd. De capaciteit/snelheid van laden gaat omlaag als er meer voertuigen staan te laden. Hoe minder de laadsnelheid hoe langer een voertuig stilstaat. Die laadsnelheid is een voorwaarde om te voorkomen dat voertuigen voor een te lange tijd onbeschikbaar zijn. Daardoor zouden onvoldoende wagens beschikbaar zijn voor de uitvoering van onze dienstverlening. e _Geengegarandeerde plekken. Het is noodzakelijk dat chauffeurs direct kunnen opladen wanneer daar behoefte aan is, om daarna hun route kunnen vervolgen. Indien er gewacht moet worden op een laadplekkomt de dienstverlening in gevaar. Daarom is het noodzakelijk dat er altijd direct plaats is om te laden. Dit wil niet zeggen dat we deze optie voor altijd afschrijven. De ontwikkelingen staan niet stil, de marktomstandigheden kunnen veranderen en we houden deze dan ook nauwgezet in de gaten en als daartoe aanleiding is ondernomen we actie. Het rapport van RHDHV is als bijlage bij deze brief toegevoegd. Het advies van Resourcefully is niet in de vorm van een rapport uitgebracht. Als u behoefte heeft aan een nadere toelichting hierop stel ik voor een technische sessie te organiseren over dit onderwerp. 2. Alternatieve mogelijkheden van LNG en waterstof Er is onderzoek gedaan naar alternatieve brandstoffen voor het rijden op ‘gewone’ diesel totdat er overgestapt kan worden op een volledig emissievrij alternatief (bijv. elektriciteit of waterstof). Hiervoor is gekeken naar HVO-100 (Hydrotreated Vegetable Oil), BioLNG (Ligvefied Natural Gas) en BioCNG (Compressed Natural Gas). Om de huidige in gebruik zijnde inzamelvoertuigen met een diesel verbrandingsmotor te laten rijden op BioLNG of BioCNG is het nodig om deze voertuigen om te bouwen, zodat BioLNG of BioCNG kan worden bijgemengd. Dit is een ingrijpende (en kostbare) aanpassing. Op basis van openbare indexcijfers van CE Delft over vrij verkrijgbare BioLNG, BioCNG en HVO-100 blijkt dat de emissiereductie van deze alternatieven gelijkwaardig is. Daarom is gekozen om, tot dat een emissievrij alternatief kan worden ingezet, alle inzamelvoertuigen te laten rijden op HVO-100. Deze keuze leidt dus al tot een emissiereductie van 8o tot 85 procent. Met betrekking tot de vraag over batterijen en waterstofwagens het volgende. In het algemeen kan waterstof op twee manieren in een vrachtwagen worden toegepast: (1) waterstof wordt direct als brandstof voor de verbrandingsmotor van de vrachtwagen gebruikt of (2) als (hulp)brandstofcel waarmee elektriciteit vit waterstof wordt opgewekt om een elektrisch voertuig (zonder verbrandingsmotor en met een batterij) van stroom te voorzien. Een waterstofvoertuig heeft dus niet altijd een batterij, dit is afhankelijk van de gekozen techniek. Voor de inzamelvoertuigen die Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 oktober 2023 Pagina 3 van 4 momenteel rijden op waterstof geldt echter dat deze tot nu toe altijd elektrische voertuigen zijn, dus met een batterij. 4. Tijdlijn huidige aanbesteding Zoals toegezegd neem ik v mee in de tijdlijn van de lopende aanbesteding van de 27 inzamelwagens die voor 1 janvari 2025 nodig zijn om in aanmerking te komen voor de landelijke overgangsregeling. De aanbesteding voor de levering van 27 wagens vóór 1 januari 2025 is op dit moment in de eindfase, de verwachting is dat het proces binnen twee weken is afgerond. Wanneer deze 27 wagens niet vóór 1 januari 2025 op kenteken worden gezegd kunnen deze niet onder de landelijke overgangsregeling vallen en houden we ons dus niet aan de regels met betrekking tot de emissievrije zone die dan gaan gelden. Elke week vertraging die nu wordt opgelopen met betrekking tot de aanbesteding van deze 27 wagens brengt risico's met zich mee ten aanzien van de levertijd en daarmee het benodigd aantal voertuigen binnen de Azo. Daar komt bij dat we nu al veel vitval zien van wagens die aan vervanging toe zijn. De fasering naar een uitstootvrij wagenpark zoals opgenomen in de raadsinformatiebrief van 18 juli 2023 is inmiddels versneld. Binnenkort starten we met de aanbesteding van 45 Zero Emissie voertuigen. We verwachten dat deze aanbesteding in de eerste helft van 2024 gepubliceerd wordt. De eerste voertuigen zullen dan naar verwachting in Q2 2026 in gebruik worden genomen. Een tweede groep van een vergelijkbaar aantal voertuigen zal naar verwachting in 2027/2028 in gebruik worden genomen. De laatste groep van ongeveer 5o emissievrije voertuigen zal uiterlijk in de loop van 2029 gaan rijden. Onze ambitie is om deze planning voor zover kan nog verder te versnellen. In O4 van 2023 starten we ook met de aanbesteding van tijdelijke inhuurvoertuigen. Dit betreft zowel emissievrije als biobrandstofvoertuigen. De exacte hoeveelheid daarvan wordt nog bepaald. De inzet daarbij is om zoveel mogelijk emissievrije voertuigen te huren. Met deze brief beschouw ik de toezeggingen TA2023-001006 en TA2023-001007 als afgedaan. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Zita Pels Wethouder Afval en Reiniging Bijlage Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 oktober 2023 Pagina 4 van 4 1. RoyalHaskoningDHV: Modelstudie werf- en overslaglocaties AG in 2050 - Onderdeel netcongestie en elektrificatie wagenpark Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
4
train
> Gemeente Amsterdam DS Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 478 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Khan inzake de Begroting 2023 Onderwerp Neem de nieuwe indeling bevolking naar herkomst van het CBS over Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: — In 2022 het CBS overgaat op een nieuwe manier van publiceren door de benamingen van de bevolking met een Westerse en niet-Westerse achtergrond beter te duiden; — Het CBS het woord “migratieachtergrond” niet meer zal gebruiken; — De nieuwe duiding beter aansluit bij waar iemand is geboren in tegenstelling tot waar iemands ouders zijn geboren; — Erbij het CBS voortaan niet meer sprake zal zijn van Westers/niet-Westers, maar een beter passende indeling wordt gemaakt van werelddelen en veel voorkomende immigratielanden. Overwegende dat: — Deze aanpassing van het CBS de landelijke norm wordt; — Deze aanpassing leidt tot een betere duiding; — Deze aanpassing tracht bij te dragen tot een einde aan het “wij zij” denken. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders De nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst ook in de Amsterdamse communicatie en rap- portages volgens de nieuwe richtlijnen van het CBS aan te passen en aan te houden. Indiener S.Y. Khan + https://www.cbs.nl{nl-nl{longread/statistische-trends/2022/nieuwe-indeling-bevolking-naar-herkomst
Motie
1
val
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 410 Datum indiening 6 december 2018 Datum akkoord 5 maart 2019 Publicatiedatum 5 april 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Ceder inzake zwerfjongeren Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Zwerfjongeren hebben vrijwel allemaal te maken met complexe, meervoudige problematiek. Een groot deel van hen heeft schulden, problemen met school en/of werk, gezondheidsproblemen en een beperkt sociaal netwerk. De schuldenproblematiek van deze groep jongeren is nijpend en is vaak een katalysator van overige problematieken. Een andere veel voorkomende oorzaak waardoor jongeren in deze situatie terecht komen is dat jongeren op hun achttiende buiten de Jeugdzorg vallen en er onvoldoende continuiteit van hulpverlening is. De fractie van de ChristenUnie vindt dat wij het als rijke, welvarende stad aan onze stand verplicht zijn om af te rekenen met de problematiek van deze jongeren. De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) kondigde bij de begrotingsbehandeling van VWS aan dat hij in 2019 gaat starten met het Actieplan Zwerfjongeren. Daarbij nodigde hij gemeenten uit om mee te denken en te werken aan de totstandkoming van dit actieplan. De fractie van de ChristenUnie Amsterdam ziet graag dat ook de gemeente Amsterdam zich zal melden om mee te denken en te doen met de totstandkoming van het Actieplan Zwerfjongeren. Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van de ChristenUnie, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen: 1. Heeft de gemeente zicht op de omvang van de groep zwerfjongeren? Zo ja, hoe zijn deze cijfers tot stand gekomen? Antwoord: De gemeente heeft zicht op de omvang van de groep dak- en thuisloze jongvolwassenen. Het gaat hierbij om alleenstaande dak- en thuisloze jongvolwassenen, dak- en thuisloze jongvolwassenen die zwanger zijn en dak- en thuisloze jongvolwassenen met een of meerdere kind(eren). De cijfers komen tot stand dankzij de registratie van de afdeling Vangnet van de GGD Amsterdam. De GGD registreert alle jongvolwassenen tussen 18 en 23 jaar die zich bij hen aanmelden met problematiek rondom dak- en thuisloosheid. De Centrale Toegang (CT) voor de Maatschappelijke Opvang voor jongvolwassenen en jonge 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nmmer Ô april 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 6 december 2018 gezinnen (MOJ) is hier belegd. De MOJ maakt onderdeel van de Centrale Toegang Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen (CT MO/BW). De gemeente haalt ook cijfers op bij de Screeningsbalie Bijzondere doelgroepen van het Jongerenpunt voor Dak- en thuislozen en de inloop-' en verblijfsvoorzieningen. Zij registeren ook cijfers en/of trends onder dak- en thuisloze jongvolwassenen. 2. Hoeveel dak- thuisloze jongeren hebben zich in de afgelopen drie jaar aangemeld bij het centrale meldpunt van de GGD en hoeveel van hen hebben daadwerkelijk een plek gekregen in de maatschappelijke opvang? Ziet het college een ontwikkeling in deze cijfers en zo ja, welke oorzaken liggen daar volgens het college aan ten grondslag? Antwoord: Afgelopen drie jaar hebben 315 dak- en thuisloze jongvolwassenen gemiddeld per jaar zich aangemeld bij de CT MOJ. Gemiddeld 200 jongvolwassenen per jaar zijn geplaatst binnen de MOJ en 115 jongvolwassenen gemiddeld per jaar kwamen niet in aanmerking voor de MOJ. Deze jongvolwassenen zijn toegeleid naar passende hulp. Doorgaans is dit BW of hulp vanuit de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) of verslavingszorg. Sommige dak- en thuisloze jongvolwassenen slagen er soms toch in om een (woon)plek te regelen binnen het eigen netwerk. Onderstaande tabel maakt inzichtelijk hoe het verloop vanaf 2010 is. De cijfers uit 2018 zijn nog niet definitief vastgesteld. 350 Ala Nana all AN dj ì i/ | 150 A | | ä EK} R N | ® | | RENEE N AERDEN E 0 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 m Screening geschat: extrapolatie vanaf half nov. GO Bron: GGD Amsterdam Amsterdam kent de volgende Inloopvoorzieningen: -___Inloopvoorziening voor dak- en thuisloze jongvolwassenen, Nieuwezijds Voorburgwal, 1012 SB Amsterdam. -__Inloopvoorziening voor jonge gezinnen (moeders, Sint Willibrordusdwarsstraat 6, 1079 LD Amsterdam. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng 5 Gemeenteblad R Datum 5 april 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 6 december 2018 Het college constateert dat het aantal aanmeldingen van dak- en thuisloze jongvolwassenen bij de CT MOJ de afgelopen drie jaren (2016 t/m2018) stabiel is gebleven (gemiddeld 315 per jaar). In de jaren daarvoor (2010 t/m 2015) waren er gemiddeld 228 aanmeldingen per jaar. Dit is een stijging van gemiddeld 87 aanmeldingen per jaar. Deze stijging (50 aanmeldingen per jaar) heeft voor een deel te maken met een verbreding van de registratie door de GGD. Tot medio 2016 werden dak- en thuisloze jongvolwassenen die naar Woon-Leer-Werk- trajecten (WLW) werden toegeleid, niet bij de GGD aangemeld. De WLW had een eigen toegang via het onderwijs. Medio 2016 zijn de MOJ- en WLW-toegangen samengevoegd tot één aanmeldpunt. Dit was een actiepunt in het kader van het integrale plan van aanpak ‘Dak- en thuisloze jongeren in Amsterdam’ naar aanleiding van het initiatiefvoorstel ‘Geef zwerfjongeren een kans in Amsterdam’, met het doel de processen te harmoniseren en alle dak- en thuisloze jongeren gelijke kansen te geven. De overige stijging (37 aanmeldingen per jaar) past vermoedelijk in het beeld van de landelijke stijging van dak- en thuisloze jongvolwassenen. Het college krijgt signalen uit het veld dat de samenstelling van de groep dak- en thuisloze jongvolwassenen de afgelopen jaren is veranderd. Zo wordt een verzwaring van de doelgroep opgemerkt. Professionals zien meer verslavingen (vaak softdrugs), GGZ- en gedragsproblematiek onder de dak- en thuisloze jongvolwassenen. Ook valt op dat meer jonge (aanstaande) moeders hun weg vinden naar de MOJ: in 2016 waren dit 39 jonge (aanstaande) moeders, in 2017 waren dit er 56. Een duidelijke verklaring hiervoor is er nog niet. Bij de inloopvoorzieningen worden ook dak- en thuisloze jongvolwassenen met een Nederlands paspoort of een Europees verblijfsdocument gezien die zich vanuit het buitenland permanent willen vestigen in Amsterdam. Zij kenmerken zich door meervoudige problematiek met in ieder geval een woonvraag. Deze jongeren zijn vaak volledig onbekend met Nederland, de wet- en regelgeving, systemen e.d. Vaak is taal een barrière en is er nauwelijks tot geen netwerk. Een andere groeiende groep is dak- en thuisloze jongvolwassenen die wegens het plegen van een delict in het land waar ze woonden, zijn uitgezet en hun weg vinden naar de inloopvoorzieningen in Amsterdam. Deze groep is in het bezit van een Nederlands paspoort, maar heeft vaak niet of slechts een paar jaren in Nederland gewoond. Er zijn nog geen harde cijfers over deze nieuwe groepen. Met professionals wordt gesproken over een diepere analyse om grip op de groep te krijgen. 3. Herkent het college het probleem van onvoldoende continuïteit in de hulpverlening na het beëindigen van Jeugdzorg? Zo ja, welke stappen onderneemt het college momenteel om dit aan te pakken? Antwoord: Het college herkent het probleem van onvoldoende continuïteit in de overgang van het Jeugddomein naar het Volwassenendomein. Het college heeft opdracht gegeven hier speciale aandacht aan te besteden binnen het Programma Overgang naar Volwassenheid 16-27 jaar. Het programma bestaat uit zes actielijnen waarvan er één gericht is op het versoepelen van de overgang van jeugdhulp naar Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (WIz). 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng 5 Gemeenteblad R Datum 5 april 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 6 december 2018 Waar eerst gedacht werd dat de knelpunten in de overgang veroorzaakt werden door de schotten tussen de verschillende financieringssystemen hebben de aandachtspunten en verbeteringsmogelijkheden nu vooral te maken met de kennis en het netwerk van jeugdhulpverleners. Zij maken te laat of niet een doorkijkje naar de wereld van de jongere na de leeftijd van achttien jaar. De routes naar de Zvw; Wmo, Wlz en informele zorg zijn bij hen nog onvoldoende in het vizier en er is veel te winnen als jeugdhulpverleners samenwerken met hun collega's uit het volwassenendomein. Het college wil daarom dat jeugdhulpverleners zo vroeg mogelijk samen met de jongere een toekomstplan opstellen, liefst voordat de jongere zestien jaar is. Dit toekomstplan beschrijft hoe toegewerkt wordt naar zoveel mogelijk zelfredzaamheid op alle levensdomeinen: inkomen (incl. schulden); dagbesteding, huisvesting, zorg en sociaal netwerk. Om de knelpunten in de overgang van het ene naar het andere wettelijke kader (Jeugdwet; Wmo; Zvw; Wz) te versoepelen wordt onder andere geëxperimenteerd: -__met het bieden van een Wmo-contract aan Jeugdhulpaanbieders zodat ambulante begeleiding binnen een organisatie gecontinueerd kan worden. - met het faciliteren van verregaande samenwerking tussen Jeugdhulpaanbieders en Wmo-aanbieders rond een jongere. -__er zijn afspraken gemaakt met zorgaanbieders van BW om jeugdhulpverleners in een vroeg stadium in contact te laten treden met hun collega’s. Zo kan samengewerkt worden om te voorkomen dat een jongere op een wachtlijst komt. - Amsterdam is in 2017 met een pilot Vergoeding Eigen Risico gestart. Doel is een mogelijk knelpunt in de overgang van Jeugdhulp naar GGZ weg te nemen. Tot slot is een verkenning gestart naar de mogelijkheden om de inkoop van Jeugd en van Zorg op elkaar af te stemmen of zelfs (gedeeltelijk) te integreren. Het gaat hierbij o.a. om: -__ Aanbod afstemmen. -__ Systemen aansluiten. -__ Financiële schotten weghalen. Het college verwijst verder naar het Programma Overgang naar Volwassenheid 16-27 jaar. 4. Watis er gebeurd met het plan van aanpak zwerfjongeren in Amsterdam uit 2016? Is er een evaluatie van dit plan en in hoeverre wordt er op dit moment nog uitvoering aan gegeven”? Antwoord: Na de vaststelling van het integrale plan van aanpak ‘Dak- en thuisloze jongeren in Amsterdam’ naar aanleiding van het initiatiefvoorstel ‘Geef zwerfjongeren een kans in Amsterdam’ (april 2016), zijn zorgaanbieders, samen met ervaringsdeskundigen en verschillende gemeentelijke domeinen aan de slag gegaan met de uitvoering van de actiepunten. De afgelopen twee jaar (op 22 september 2016 en 7 december 2017) is de raadscommissie Jeugd en Cultuur 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nmmer Ô april 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 6 december 2018 geïnformeerd over de voortgang van het plan van aanpak. De eindrapportage van dit plan is nu in voorbereiding en wordt in het voorjaar van 2019 voorgelegd aan de raadscommissie Zorg, Jeugd en Sport. Veel actiepunten uit het plan van aanpak zijn geborgd in de MO/BW (MOJ)-processen en werkwijze én in integrale programma’s, zoals het Programma Huisvesting Kwetsbare Groepen, het programma Overgang naar volwassenheid 16-27 jaar en de nieuwe Inkoopstrategie 2019 MOJ. 5. Is het college het met de fractie van de ChristenUnie eens dat Amsterdam als grootste stad van het land waar deze problematiek ook pijnlijk aanwezig is, zeker actief betrokken moet zijn bij het Actieplan Zwerfjongeren van de staatssecretaris en is het college dus van plan om zich zo spoedig mogelijk te gaan melden bij het ministerie van VWS om mee te denken en te doen met de totstandkoming van het Actieplan Zwerfjongeren? Antwoord: Het college is het met de fractie van de ChristenUnie eens dat Amsterdam actief betrokken moet zijn bij het Actieplan Zwerfjongeren van de staatssecretaris Blokhuis van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Onder andere medewerkers van directie Onderwijs, Jeugd en Zorg en de GGD en zijn uitgenodigd bij de Werkconferentie “Van zwerfsteen naar baksteen; Naar een stabiele woon- en leefsituatie voor dak- en thuisloze jongeren”. Deze is bedoeld om dit landelijke programma verder vorm en inhoud te geven. Het college zal er op toezien dat Amsterdam een betrokken rol krijgt in dit landelijke actieplan. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 5
Schriftelijke Vraag
5
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 836 Publicatiedatum 16 oktober 2013 Ingekomen onder AS Ingekomen op woensdag 2 oktober 2013 Behandeld op woensdag 2 oktober 2013 Status Aangenomen Onderwerp Amendement van de raadsleden de heer Piek, de heer Evans-Knaup, de heer Van Lammeren, de heer Capel en mevrouw Van der Velde inzake de wijziging van de Verordening op het binnenwater (Vob) 2010. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 september 2013 tot vaststellen van een verordening tot wijziging van de Verordening op het binnenwater (Vob) 2010 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 744); Constaterende dat: — in artikel 2.5.1, lid 2, van de Verordening tot wijziging van de Verordening op het binnenwater (Vob) 2010 de gehanteerde maximale lengte van pleziervaartuigen waarmee zonder ontheffing mag worden afgemeerd, wordt teruggebracht van 12 meter naar 10 meter; Overwegende dat: — _ het verminderen van de toegestane lengte van pleziervaartuigen waarmee zonder ontheffing mag worden afgemeerd noodzakelijk is om de druk op het Amsterdamse binnenwater te verminderen; — het terugbrengen van de maximale toegestane lengt van 12 naar 10 meter verregaande consequenties heeft voor een aanzienlijk deel van de Amsterdamse botenbezitters in het bezit van een Binnenhavenvignet; — via de administratie van Waternet eenvoudig te achterhalen valt voor welke pleziervaartuigen met een lengte tussen 10 en 12 meter een vignet is afgegeven, 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 836 Amendement Datum 16 oktober 2013 Besluit: ontwerpbesluit nr. 744 van 2013, de verordening tot wijziging van de Verordening op het binnenwater (Vob) 2010 te wijzigen door aan artikel 2.5.1, lid 2 toe te voegen, de zin: “Voor pleziervaartuigen met een maximale lengte van 12 meter waarvoor in 2013 een vignet is afgegeven, wordt een uitzondering gemaakt op deze regel.” De leden van de gemeenteraad, M.F.G. Piek LR. Evans-Knaup J.F.W. van Lammeren S.T. Capel À. van der Velde 2
Motie
2
discard
2x Gemeente _— pervers Amstel 2 Amsterda m 1011 PN Amsterdam > 4 . Postbus 202 Hasta en Organisatie 1000 AE Amsterdam Directie OOV Telefoon 14 020 4 amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de Commissie Algemene Zaken Datum 29 januari 2018 Behandeld door G.H.P. Bibbe Onderwerp Bestuurlijke reactie motie 1195 Zeer geachte leden van de commissie AZ, In motie 1195 van 15 november 2017 van het lid Poot inzake de Begroting 2018 (evaluatie cameratoezicht Centraal Station) wordt het College verzocht om de locatie en kijkrichting van de bestaande camera's rond het Centraal Station te evalveren en indien nodig opnieuw te kalibreren, met als einddoel een volledig beeld te kunnen geven van het Stationsplein en de raad over de uitkomst van deze evaluatie te informeren. In deze brief licht ik de resultaten van de ondernomen acties naar aanleiding van deze motie toe en ga ik nader in op het verschil tussen camera’s die worden ingezet voor het handhaven van de openbare orde of voor het bewaken en beveiligen van een gebied. : Doel bestaande camera's Aanleiding voor de motie is dat in de nasleep van de aanrijding van zeven personen in juni 2017 is gebleken dat de bestaande camera's geen volledig zicht op het Stationsplein geven. Allereerst wil ; ik opmerken dat de bestaande camera’s zijn geplaatst ten behoeve van het handhaven van de openbare orde op basis van artikel 151 c Gemeentewet. De camera’s zijn overeenkomstig de privacywetgeving proportioneel ingezet. Dat houdt in dat de camera's dusdanig zijn ingezet dat de plaatsen in het gebied waar het risico op openbare orde incidenten groot is, in beeld zijn. Het gebied is dus niet geheel in beeld omdat dat niet strookt met de proportionaliteitseis, dit geldt voor alle cameratoezichtgebieden. Bovendien zijn er altijd ook andere maatregelen, zoals inzet van politie en handhaving, genomen in het gebied. Locatie | Cameratoezicht wordt voortdurend gemonitord, dit houdt in dat er voortdurend gekeken wordt of de camera’s nog steeds juist zijn ingezet. Door de herinrichting rond het Centraal Station is de situatie daar regelmatig veranderd en zijn er regelmatig camera’s verplaatst of bijgeplaatst. Naar aanleiding van deze motie heeft er versneld een schouw met alle betrokkenen plaatsgevonden om te onderzoeken of de camera's op de juiste plaats zijn gesitueerd. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. | | | atmpemae kt pr jer a, | _ _ | meg een nk en | 1 u | | | OO j | E : 1 Gemeente Amsterdam Datum 29 janvari 2018 Pagina 2 van 2 Het resultaat van deze schouw is dat één camera moet worden verplaatst. De verplaatsing betreft een camera ter plekke van de oude taxistandplaats waardoor de nieuwe fietsenstalling beter in zicht komt. De kosten, 4500 euro, komen ten laste van het reguliere camerabudget. Kijkrichting Tijdens het uitkijken van de camera's kunnen de observanten de camera’s naar alle kanten draaien en inzoomen, er wordt als het ware met de camera’s op afstand gesurveilleerd. De camera’s worden niet iedere dag 24 vur uitgekeken. Ook het uitkijken vindt proportioneel plaats, alleen op die tijden dat er veel openbare orde incidenten worden verwacht. Buiten de vitkijktijden hebben de camera's vaste instellingen, een of meer zogenaamde presets, dan zijn ze gericht op de plekken waar de openbare orde incidenten worden verwacht. Resultaat van de schouw en de monitoring van de registraties is dat er geen aanpassing van de presets nodig is. | | Periodieke evaluatie | Daarnaast wordt het cameratoezicht in de stad periodiek stedelijk geëvalueerd, het | cameratoezicht op het Stationseiland wordt eind 2019 geëvalueerd. De raad wordt zoals gebruikelijk na iedere stedelijke evaluatie over de resultaten geïnformeerd, dat zal in dit geval begin 2020 plaatsvinden. Bewaken en beveiligen Camera's kunnen ook worden ingezet ten behoeve van het bewaken en beveiligen van een locatie of instelling. Dan dienen de camera’s de gehele locatie in beeld te hebben en worden ze 24 uur per dag uitgekeken. Het uitkijken is gericht op het waarnemen van verdachte situaties. Er is echter | geen aanleiding om camera’s met dit doel in te zetten. | Conclusie Met deze brief meen ik de motie voldoende te hebben beantwoorden beschouw ik de motie als afgehandeld. | Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. | | | ese oen aje | ( | \ \ J |.) rtsen -Waarfempnd burgemeester on nn NR Be B jn NO nn nm h E 8 . 1 " _ ee " 1 p 1 1 " Ï 1 1 zi ë Î 1 1 rf ee 1 1 = 1 1 _ 1 : 8 1 1 I 1 " Ll . . _ « 1 _ 1 1 5 Sn v Ii ni ï 1 1 = " 1 Ë k * 1 1 KJ Ll B 1 5 p d 7 1 k Î _ Ll —_ 1 Î 1 _ 1 8 1 Î k Î
Motie
4
discard
AGENDA (concept) Raadscommissie RUIMTELIJKE ONTWIKKELING Datum: Donderdag 16 mei 2013 Aanvang: 19.30 uur (LET OP! BEGINT EEN HALF UUR VROEGER DAN GEBRUIKELIJK) Zaal: Raadzaal, Stadsdeelhuis, Buikslotermeerplein 2000 Blok A Procedureel Nr. [Onderwerp ________________________\Nadereinfo Opening/Mededelingen DO Vaststellen agenda Ter vaststelling 3. Vragenkwartiertje Vrije inspraak op niet-geagendeerde onderwerpen Verslag 8 mei 2013 Ter vaststelling Openstaande toezeggingen 6. _ | Mededelingen portefeuillehouder(s Blok B Bespreking beleidsonderwerpen ‚Nr. [Onderwerp ____________________________\Nadereinfo |Regnr. Programmajaarrekening 2012 5897 8. _ | Gewijzigd vaststellen bestemmingsplan NDSM-werf Oost 5874 In Vaststelling bestemmingsplan Cornelis Douwesterrein 5893 Ü 10. | Vaststellen: "Stedenbouwkundig kader met Ter advisering 5913 welstandscriteria" voorde Sportdriehoek t.b.v het realiseren van het “Wellnesscentrum Devarana” aan de Scheurleerweg 11. |A. Noorderparkbad - Onderzoek toekomstige beheervorm _ | Ter advisering 5905 B. KABINET Voortgangsrapportage moties [Ter bespreking || Blok C Algemeen Nr. Onderwerp * de bijlagen bij de bestemmingsplannen liggen ter inzage bij de griffie in kamer 009, stadsdeelhuis Amsterdam Noord, Buikslotermeerplein 2000. Belanghebbenden die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur vóór de vergadering zich aanmelden bij de Raadsgriffie, tel. 020-2529924 of raadsgriffie @noord.amsterdam.nl. De raads- en commissievergaderingen worden live uitgezonden via internet. De uitzending is ook achteraf te raadplegen. www.noord.amsterdam.nl/deelraad
Agenda
1
discard
EA oe ale AEN KON ais eE BEE: \ rd Wi kk „inr E k WR ef REKE ni 3 ri jh if ei ons EE RT al. Sh : at Een Ät a erk rt 6 LA ee res a PE ot Mer end e De k Er EEA EE, uE nd nad has sn” en FA t or Sen Pr pn, ads En , Pan pe S 5 RoN PE er u Bt 7 Biet, hi ANR RE ex PO gt a Ee NVK 5 ke s n » 8 En ba Birt ee EET ate kt VEE ere RN Penh Bel « « ER. 4 He ne ld rde rin ze le abe a nd 3 ETE ee ER GAN eg Te AEK 2. RR EEE or PAT ERE DEEL. Berten ee Nr a eN MAC Pel Rn Kk BNN ee 5, GE ES nn: ie en 5 E Á en zE en tte ea UAR: 5 EN Ee HEE zen ASR Et ee" fe OEE NEE DRR eo) + ka TER at ä: AAE Den en & 5 EN Pe Ehr al PSN ie wd Arde ea sh HO es Nn ate En EERE Oe OC ze GE A Tee Ee NS EE ER B te ed Ane: Gh De Ln en 5 On : En Reet er te NE hee En ens ka, Bio 1d De „pr Ed Ö Brrr A ER a a ee en RE a Behe nd EE Bn Ee hd Ie 17 dE Tj rn uz ti ed : Ten «BR Ne BORE EN EEE A Of ATR AO RS, a Ee EEEN Een Eh 1E AO de e 5 EEE DEN ED AT Ge NR ies En Bet n En RET EE a NER RE En ions n ze . ER mb a Een ORE id Neel > . GI rr ed zeik Bear 4 ad MAar et Mee en + 5 Eer ep eN Le di vans a eef FE kl Ne En El, ken bd En Nn rt Bn 8 En Bn ved f ET Eil Rode et ö De Etn ol Dn Be A ee Er Arin ri ei À ORE re In A A EPE MU Pr Eene rn gat EN DE Eler EAR D 2 E Rs AL e: Ar Bech rd RE Rt (rd Pe De Te EE E, ds: TR EP IEEE pe A 7 Bi PE re PRE A MEDE AD NT RAR RME ENE Che 4e NAR Ene ee Ee Nn ke OEE REP NOEL AE ae An EE tn ONE ro EDeE dn ETE ET ERE ENE nRT ARA DE En RN a en dn fee en, Ve ze EE) en TEER eK : in, EA ENE in adden et Re ae per, E Dd elit AAE À OE he 2 5 Rie en ER a Ae PR Re DT ER AE ee at £ ET ei, BET k hed en re adh en je he bee e Rate ln pe DE GE Wd ERN Ee De 4 E Ae En Nr, a en” „ir =Le Aer, A WSE a ee ne et ed: nn oel 1e ERN eh id EE : kt treden d Eed EE ï ni TR Ee se Dn EA REL Paes Pe ed en k EE dp is ed ae TONE eer nd BE ART ORN 0e L ER ie 2 ; shi, Ke B ed RE: Cd Re Venn Bree elke ideen ee Fer É . er nn CE OE nt ee: Ge 4 id in BE EEE SOE EEL ei unI , eit ts Gian ke rg eG Rin Sa ET nn le pa? ree en EE oat ill nr Ah rn. „ E.M Er f J eit Ed Le OE ENE NN ET nel. ve B Tk rr ar ta ik PE : ï jk | Ee ree dt Pk en wter gt te be ere hek: he tk ik À Ra take er ee es. = 5 B PR en ad He ed 5 8 A bal Í Je Mi f b ee Le if we Pr RE » je Eed Ld d ik . NC Nr ï eer BENT k / | erge E eN ri Sp ’ PR 5 LJ a Ë e= Ps mr a den ned rn TK Ee | per CE EER el 5 Ek 1 MEP ORE ere ; 5 e ; hAl” KE 1 ; : ’ ee Ie ER Ae 5 7 en gd REL en e Ee Ee 8 Ö N5 Bleke je re Je en ee Eee en B Eed 6 Ts Ll lee. 5 Ë halfs EN ard NA L Bi ee bi d RE ä = 5 REA nr Ge ER Ten en Re EE A AN TE pd bn BNA a 3 RE Ë À A EN an ERE Di el pe na, , Eiopd, f à mi ee E. f Eeen: DN am TE Bs tn end rr eb | SS en î ge B 7 A ef N ee 8 a ze TTA 5 rl r u Om a pee Î Te rn Eh S Dn! DS AE an ET a er BST U f i en ee a re ee En te er a en DEN oe ge B | Ed Bi Ln de: e Fi PY din EE ; ge n ne Yn U r Ben Dd gate ee Es nm ad zy mpm Em et J er wt re il ae : EE meenen 1 S E In Amsterdam leven ongeveer 30.000 EOF et | honden!. Deze honden maken onderdeel en Wa Wu | an uit van het leven in de stad en zorgen voor me MM mmm plezier, gezelschap en levendigheid. Het 00E mm! ne _ a hebben van een hond heeft vele voordelen. Tj LN pn N= Ee. Nr Pf Voor veel eigenaren is de hond dé reden en eg 5 ki &t mn om frequent naar buiten te gaan en in A hmc hd ht TTET nonnen beweging te blijven. Ook maken veel zu ln &. C RL Pe Ar, ie, id n . …. . | bd ar Wi Ë AN WAS TE 5 Cn eigenaren van honden tijdens het uitlaten Î üer A. Ke » Jbf NET Wi ed B MEE) . . rn Sade dj at rd td EE Sa van het dier een praatje met elkaar. be VE, N FN ip al ie cl En En … tn BE AE î sE ME Ai knp tn Het hebben van een hond draagt dus bij RER er Adsav D KA Mee. Eat 2 : tad ee MRT rde jp KLM aan het vergroten van het aantal sociale Man Ne Pe an PR IENS Ka contacten en het bestrijden van eenzaam- Re | oaf ee \ EE ze WE L, . Ll is Ee Oe fe mt Ge EE Ek heid. En het wandelen met de hond zorgt Mi EK on en bh WRS DE A Ri . . 2 ied Ne OV mm bp AREN OE DE voor meer sociale controle in de buurt. NE == pr > reign Die KO Et es a U nen er p Na am TT RT RE ee EF Ae CN Ee NP fe ie je 4 NT eid Er 3 Cha Mi MK | UR eit dahen De 4 oa cn VR : == TA p 3 zi REET, Tr ì REN dl ä; d EN 2 Ee e 8 SEE en Gi 4 EL Fe Leren = 1 Neijenhuis, F., Kluivers M., Hopster H., 2017. Minder hondenbeten. e: AR } ES d F of jd We WE ge a, 1 Kn 7 e L bd Pad De ie Bs k 7 zr IE nn Gt Ê Puzzelen naar veiligheid voor mens en dier. el N ik EE NG Je ef pe E- Á Kremer neh a - ze hi LE rd RS D = Wageningen Livestock Research, Rapport 1024, p. 13 Î Te HE ar ENE Ke TU B AT | f an Ek hel R, BE ZERE en ES emmen KA Ber kf Pr Se Ee 2 hetcev.nl/onderwerpen/veiligheidsbeleving/praktijkvoorbeelden/ ZRC hbe En ike SA a ee og E a 5 HD rd d Ee dk Ln De ES hold AE GS ine hi À alle-praktijkvoorbeelden/waaks-surveillerende-hondenbezitters/ ei ENT EN en e= la A EE “a es A ne Ee er ee Rede ke ed ne ER Ne a NAE A a INS en 8 di 0 af ea Ee et en RN NEN PN É pk | Ee _ el pi Ri RE TMS Re NR ES al Id 5 EE Gl PN hen Voor honden is het belangrijk dat ze regel- , Att age | add Ie Be. ee ek hd. matig worden uitgelaten. Het is hierbij van aa ” ' « En PS u Í d E É ER á De n : - = es > a Nr et ORN Nn 4 belang dat zij kunnen rennen en spelen en Pi 4 fn Ee à e k - ' Hr Es AE N, …… | : a EN, ij 4 REN 4 IN HB hun natuurlijk gedrag kunnen vertonen. | ; Mir ki ' Ì 3 PERCHA Dt ak Honden die te weinig beweging krijgen, Je de did > Ren bt MPG da | , En en Vk En ER SC ee Ee fj kunnen gestrest raken en daardoor À os ETE : EN MT ie PR de ; í Eee S | WAL EE gt U | ongewenst gedrag vertonen. SV Ve, | he ee adha EA mi pn I U 8 Ne en en, en DN 3 Ee a B / ir 4 mk n oe rd er F 5 | | | de = 4 a _ DARE Í Li | if | Bn per: A jn as , Tegelijkertijd is de druk op het gebruik van de openbare ruimte ee en rh ei 7 jn . . 5 4 Ed Ee ee edi Á , hoog en kunnen ook honden daarin voor hinder zorgen. Denk aan denkt vd 2 p : overlast door hondenpoep of loslopende honden die gevaarlijke / ple ad situaties in het verkeer veroorzaken. In Amsterdam moeten il > De Ll . „ : - - . EE te WE 4 honden overal in de openbare ruimte worden aangelijnd (APV, in PAK ‘ 8 artikel 5.13 Aanlijngebod). Ook moeten hondeneigenaren uit- oi AGS eN werpselen onmiddellijk verwijderen en daartoe een doeltreffend / Es / Û É al En, . …. - - . - - ie Pe: HEERE ME Ve hulpmiddel bij zich hebben (APV, artikel 5.12 Verontreiniging door RS ne . KA ee Le honden). Een uitzondering op het aanlijngebod geldt voor door E Br ln TD OENE Vi B dn Ee 4 p : ie E Ei zt he ie ed E Nl } Er ee . e AA Ë » 5 ROEDEN 70 het College aangewezen losloopgebieden voor honden, waar de ARE s zat rn Ber CAE Ad PEG dre AL hi 5 he … ad } ee Lln U ; ek pike Ù, Ks i N e p la A Ee 4 honden onaangelijnd kunnen bewegen. Waar honden los mogen GN nea ge ETS RD mij id ki . . . te ; je Nn 7 AE , will chri: DA A EE lopen, is het nog steeds verplicht de hond onder toezicht te EO, Et Aln on ld Rien EEE el Per Led AE di . . . ab 2 DE, tig 5 Pi RS É cd AP RERNE E] hf A AEN WEE houden en uitwerpselen op te ruimen. Op een kinderspeelplaats, NES al (E he W, ENNE Ze ENA OE el ER EDE) in 54 , EE DE za TEE EE ENE At KA ett „ ARE N EE Ts OE EA) zandbak of speelweide of op een andere door het college À Er ez Er DE ee EE POR GE van en . . at ‘ air BRC. WNA ti TN BED en Ea KE err aangewezen plaats is het verboden honden uit te laten (APV, dh : Pt ee nd Ee HRD A Maes HD en, rde We . we Ns AL nis” ui Mk Bte Werden sn ter PS artikel 5.14 Verboden plaatsen voor honden). en TAA ke hi PN EE: A bd E ei 1 | - bin „ af) * EN 4 re 7 | ee ij A pe : | ER, De RA : d de eh 5 ee NEN Ps 4 eren BR dje: \ LS rs A dik \ Á k Li: Part nne hbe OL v : e lien A î d Ì ebde sah \ LOLA 14 rg hr, Po KeS TE jk nk BARD. IA, „e ; 4 \ ; Mi HN dE Ps : Bs: > De meeste mensen lopen voor een dagelijkse wandeling met par EL MOETEN TE À 4 Minie > ee { Eerd . He PENN ME EEE MAR en ZE NE El NE DAE de es KA de ed IR hun hond niet ver en maken vaak maar een aantal keer per week DVE EN DD Ee de EN Se NE 8 dn …N et € bere f . . . . op; ed le 5 Ee H ee .k 3 re ich. 5 if TEN Pe re id nee heee een langere wandeling. Hierom is het van belang dat iedereen eed. Ek KS PP) Winds - Ee ee 5 Hd, 4e “ee , relatief dicht bij huis een hondenlosloopgebied tot zijn of haar rt MENE. ier ie Ek RRS ve Pie jeah ed REAR SIA Ee beschikking heeft. We streven er naar dat iedereen binnen TRONEN FEI PE An ee Rn NUE nt ES BEL NRE) 1 kilometer lopen een losloopgebied kan vinden. Kk ES SLR iS EE EEE EE. ren ded Bl ek vn TE Pho Ln De Ne, WE OF me ke! es p A : kf ll PE La, IEA AEN hin ke en E BAT) kid Ie 4 ee | k f ed h Ee EN é 6 Ë af Letop id Pir } Je Es 5 be RE), %, ee Ke NE. ee A Re „E a A TTS RRT RVI NE ALE Ten OEE ES er WE Perre ge er NEN Bee Madre AP zee Re Jm 127 ENNE nd ENA Ee En Rh EN BESI e Ì ke de ven er he Pr ee ke TN d ri tie E, ï r pe krij e- , | L = „f ef ' El e E E et N AN ie ve ie € AT ROE EE Ne AVE Ve ONK ne ih Ad tn dr EE BEN As Sn ESTA he EEEN a TE NAE OTA AIS ENIS SN eV RATEN A vr ETA ee” ET IOC SOEP AL OAT 1E EADE DAAN OLINDA EDA AMRES OÛ iP 0 PANNE Std ea NE Ol” ker RT PLN RE nn Palet. Dn iben MAENE OA TS de eet, ern rie EL Be sn Ear arl j EN Ô A he Kh RR EET df el Sd ee ea A ETE eN MIS sede bi ee” LOIRE E AR ME d fi Vv, 5 ù e k ; kk A Lr a Ke kj BEN Dr fe RIS 4 Ae he KEN ak í il Ain AEN LN He Ae Lijk Pi pe ST PER ij ie | Pr] si fn " eas, Ve F Ag | eee be Ee ad hik na ik ù % 6 le er ar ef er If etl on en crt ren Á fe wis. …R Ee det rn Velt h HEEE kr Rit in es: LE „ 7 re AN eet ee Pr rn Pe ak, dE dn dl ze MEE en en et tE EE et): Bie MV ( a is ä Ard de Pel en hi le RA en: pe Ae Ehle ne Ee Pe a ER den de ee Ee dt nd He pit ke rid, tE AL RN dee En nl en de Ate TE ak i er AD oet AS A IRN 1 ek EN ie Bes. EEE u ehs py de Kben EN Wit ha É Art Se in be eg ci ie je si ; rs er ed k de alat PK B E hd Ne *: 5 nn her NDS Wk 55 Ee kil ss ie à LN De, de Dn À E ë ib, ’ k- ie hed eh m et : er ; tE ee fe En DPT ne EN sak Wa x a 3 zr enk : hat ke í An tige, A En ap den Pf hd en daden se Rad _ 7 nhar p i NA ej Pe EEN 0D Peak Be: EN 1 Here B EE ee el Kd eik E d Pt 3 are - 9 re kT ee TN, de Ù pen ea al er Ei Ee PN EE ch De Le) De EN te NE rin er eden Ma eN pit Ie ; ee ti ke 9 ne | ge B 5 3 3 5 DA tT, Be 5 le Ra Ae Á ' ee 5 E ae 7 | a i : ei n it Le NE a Sf n/a x 5 E lie Re: et : Pad pd en be hech lr Er OE tr ad a TR Lak EN ee vt ER ed Aen NA ET = RENE hint Be MEREN el en k Eer En rn Ee TTE AE omni art mk LS, ee er ae N ï el rg wi vo, Ep: NE Fn] dar’ ms he en ij en hen „ m af } Te es sr en : k 1 E Ee 8 Eh dan ê F rn 7 in BE É > AS se EE 2 Hen d a é, ki . cn k A ahd dl hk je ë ha 10 de hi ben ed ss) , Pril LA ST EN $ ree: d 4 kr ee, (ej 1 Pi CER PRS Ma Pt Ee Bis” de: mr NN ca " BROER ntt 7 wi er , 3 ú en EED el te Ed À 8 dn en If EN, ke ek hen ee maf EE TL a de sel nd 4 à eN: ; DE AE ams Er N PS Den en dn ke at ; ' E & EE %, Zu de gd Ft el: B | ENE | El Ù ' Ln : ti Ln ES eneen Ei rn rr hea Eek ha KE : er ei A EN KE EE OE Doe fn ei 7 5 ha N ú RAR ad 5 : . B, ef Ea B en Ee at E00 AOR EN he 4) ke d K ‚ } Ken 2 ll ve MS Nd PE RED Re | re Tele ME k À Nd en A AAN EN och ne Aq ef nk sid De OET Ee en A EN KE : AT 4 3 Ze, Pe eg z „0 ck P Á E LN È aa 8 ; ge Ne R Mi e gn hals 1 ses = = Le it zn kad TM y N en Nee Ee Om ervoor te zorgen dat hondenlosloop- MSP, : IER od nn ANN PE oan OS et . . … . age ee Ne rn EE PEAR gebieden voldoen aan dierenwelzijnseisen, ECR ERE SD nd ES Be, ers: binnen de openbare ruimte passen en overeen- tk : en In nen Ws 56 . . . . aA BE EEE En Edd stemming vinden met het overige gebruik van de Ef ze ee JJ 2e let RE nn # a . . . MES 5 PE stad, is dit kader hondenlosloopgebieden met be r en 5 we Ee ri N ze R Le et Aes : . . h li Id Di k d Id ] ik hik 5 DA RN Ted in eisen en richtlijnen opgesteld. Dit kader geldt ET Pe E Ii N Ee Eef ue u N . OO nn Bd K Re Se Nn voor bestaande en nieuwe hondenlosloop- Ee es mt 5 Es ee ee ed ebieden. Bij het aanwijzen en/of inrichten van ols ” . à k Pe Jd Á « nl E Mat id c Ld De tj: . …. hr fn : 4 À een hondenlosloopgebied moet altijd gekeken en ë ek hr in Re worden naar de specifieke omstandigheden en ES ef de nt rn i ra 4 di, En ie id kenmerken van het gebied en zijn omgeving en Se ek EE MRE Ns Ron Te din 7 naar de verschillende gebruikers. Vaak gaat het Reed | VEE Er in 8 Srl De ne Rr . . Ng et etn BE en RT en OENE / om al jaren bestaande en goed functionerende ME NAT, TE ae ie 7 ir e PN ae . … hiet ek: ApS en nl ae 5 5 hondenlosloopgebieden. Bij veel hondenlosloop- Eet 4E eet ZE en j= OA NEE EN 7 i . on … Er Aert Meen WT TEEN LW en 8 n= Ee. en gebieden zal maatwerk nodig zijn, waarbij onder- 5 RE \ Ap LE =S 7 an 7 oe TN, eik Ta bouwd afgeweken kan worden van dit kader. Dit we Be be 6: FT ERE en 0 B 5 ade Fe NE . oo: . . ES be ANN aat eine Re Ens een kader is dan richting gevend bij de locatiekeuze Ea ENE CN DT A6 Zaan En en inrichting. Wanneer een gebied eigen beleid AAN eN nt If HS, fi , Tr | ë . lt ek B in. $ B: EE heeft (bijvoorbeeld het Amsterdamse Bos en het Ee LE MEE ENE 2 Ke bi A = ER ee BIN . Re A ie En S We ride : Groengebied Amstelland), kunnen andere Re Gj ERN ne had rd eh Km richtlijnen gehanteerd worden. ae Cen LNE k 5 de Nen a AE E i pe a ER ‚ dn Ee : ke Hr Bn Ne ze i en 5 e ns A mn Vv Ben Rr is NS 8 Re / - er bal Eet, er TE | NE eer rt re zeef led à = Pt id a rn er Te ê 5 os en 5 E \ EREN. eN En 5 ie Md , 3 K beh an 8 ia a Op basis van dit kader bekijken we de komende B Ee FA nr VA eee S ds Sl é jaren of nieuwe losloopgebieden wenselijk zijn JOE s ES eet id Dn om honden meer ruimte te geven in de stad. Als dont. Kn En Es He vi Dh B ie Ae we een nieuw hondenlosloopgebied aanleggen Ô Ë 4 rt DE We es E es den sl nn, richten we het gebied in volgens de richtlijnen d RS iede: Bn ze Ke. Ein ) , die in dit beleidskader staan. Ook voor Rn N : 8 Rn en nk ee lk Kn a bestaande losloopgebieden bekijken we of ê nende Se en ffe aanpassingen wenselijk zijn op basis van dit Ks: Kl DN is af Ee, B! Pe AG fe beleid. Bijvoorbeeld het plaatsen van nieuwe 8 Be | ken RES es ER 3 f RAA EN en , ) borden, omheiningen of afvalbakken. Of het 5 rt, IE E Ik Î en If nt AOR Ns aanpassen van de grootte van een losloop- Le us Kr 10 a Ü 3 / RR ORNE gebied. Daarmee willen we de situatie voor de AE 3 nes ak EE | am en Ken al honden in de stad verbeteren. In een enkel geval a rater SR di is! Ng E rj wi 7 mn Ls : kan dit er ook toe leiden dat een losloopgebied ta si / nn - Ei ee B NEE í ARN Toe de A wordt opgeheven, bijvoorbeeld als de situatie ER ae 6. sa e en LE 3 pe LE a Be erg gevaarlijk is voor honden en verkeers- pd 4 mar india ema h Se, je > ie ld z Pe | NE deelnemers. Vanwege de druk op de openbare SR OR dr | , EE ruimte moeten we de verschillende belangen in 1 ne 7 Ei een gebied zorgvuldig afwegen. Uitgangspunt en eere Ei bij het aanwijzen en inrichten van hondenlos- gn ee A ES - Ee B loopgebieden is het gezamenlijk gebruik, dus Cane Neen Te eh Nen ES gn > d door mensen met en zonder honden, van de ee À Ne hi 4 22 Á openbare ruimte. Het aanwijzen van nieuwe Rad Bel KAn: Ben vr hondenlosloopgebieden en het doen van grote mes kr te hd vide aanpassingen aan de inrichting doen we in over- LM a Tad 0 * 5 jd va À leg met omwonenden en gebruikers van het p ENE 3 4 | ; gebied. Omdat we waarschijnlijk niet alle VI K 6 - Rh í Ne gewenste aanpassingen in een keer kunnen fe nf ó ne je Ei i 5 5 8 doen, geven we prioriteit aan de locaties waar ide Bila Eli de in 4 gi En mp 6 met kleine maatregelen veel verbeterd kan bd PE in „s a lie das, je Je a, all Ke ee U rs worden voor de honden en hun baasjes. p ke af be d ee has „5 sd IN Re Ef re n mt eN ee EL abt, et VEL EEL KL Ke Ii 8 ST CT Le Me TELT CT Kieaeeree et RN el Ie 5 ee NN ied pe Én ms AN et ‚0 dg ak id oe ke, á pr | - EL 7 td a he Bk: Fars p ö pe ee rl Ne pe nl 2 < va. hand gi sl In 4 - jd Dn ' 5 ® nn " k > î ES ed me ii En Ee ed ee B en K teh ° . CC OO neen erker gewe 1 RTK ette fe Oeren oomen omen omogng e ie ETE DOEK men mn 0 ECD Cm aar -n ENT ka] DST ELN ls _ hondenlosloop- Zelk ate len mem } Ee Î G, * t den; a nt x WE Tee 4 hels nn S= n , n , mh es En ne mmc Ë ES re ie Zoveel mogelijk Amsterdammers kunnen EEEN Gl 5 RD binnen 1 kilometer van hun woonadres Ee hars u Ze ne ns en ee, een losloopgebied vinden. Hil Ie nn SE En | Û ì se 8 Van A kan afgeweken worden indien aan- À a rid BAE | -- Á 5 e bh B: BE wijzen van een gebied conform richtlijnen 5 zn VEE Kp PE 4, / Ga, Henn ; ' re: Ne (zie 2) niet mogelijk is, of als er sprake is van / Ek 5 î ES Il Ln nen Fl strijdigheid met het overige gebruik van Í | 5 ER Of == tE | vi 25 de openbare ruimte. F_ ì LRAA. > Streven naar gelijkmatige dekking, == ke ON EN Le | p |l ij: bij intensief gebruik (tegelijk gebruik door pel « ne p 1 " , relatief veel honden) kan gekeken worden me p _ SRRKEN _ ih, naar uitbreiding of toevoegen van extra ] a AN Ù losloopgebieden. zn h AN NE nen ra Ï Bij het uitbreiden of toevoegen van extra ene 8 EE ä Ee a df ee 8 KE É Ae losloopgebieden den naar ven maken re Te gar! iel om | GT mmm van grotere aaneengesloten gebieden En aen DE ‚A Ne ) ke of routes met verschillende gebieden, ee n Ee 8 ú B : at PE 4 iS 4 Le, EK el 5 | waardoor het wandelen met de hond a Hlj ek is me ch iid zis wert dE lan 4 ki ide Ro Gt zi lide nog aantrekkelijker wordt. = IN, PT ee A TEA rr hi Ì . 4 | Gebied j al Eea k Ld locatie en TE f laait Ten rn Ke 5 NEN PLE TEN okt hand nal| RNN eun loopgebied PU EN MEE n= Be] _— Jk | a IE LABS dk HE ni 8 “hin - = 4 TN en ge A __ Omvang bij voorkeur minimaal 500 m?. gen on * EL | Ze Eh E Een stadsecoloog dient betrokken J 5 ue ie FI Een substantiële maat is nodig zodat laclp A be he EE 7 te worden bij het aanwijzen van een = e e pee (meerdere) honden los kunnen rennen vi tee — tid N N= ’\ losloopgebied, om te beoordelen of Ame fel EEN en spelen. LA : jh FD, Ë et A Ke er geen sprake is van een ecologisch == l ay sa} B Afhankelijk van het gebruik van het % en if JEN: ci ps k kwetsbaar gebied. Indien een losloop- an el nh gebied, kan een geheel gebied of slechts AN me B B | ee gebied en een ecologisch kwetsbaar ae | En een deel als hondenlosloopgebied == En Rn Ee oe gebied (zie bijlage I) bij elkaar liggen Tg worden aangewezen. ee, NE BIT of overlappen, moet hiervoor advies NE C We streven naar een goede spreiding = LE en BK … van een stadsecoloog ingewonnen | À Ee We van hondenspeelplekken over de stad, tj ke ne of; 4 A” worden (zie ook H). Het advies van F © PA die gelegen zijn binnen een grotere 5 ed |} Wd e= in: de stadsecoloog is hierbij leidend. ä | \ Es losloopzone. Een hondenspeelplek bevat br de V/A ] F__Losloopgebieden zijn bij voorkeur nen En EL speeltoestellen voor honden, zoals speciale ' en er, DA | permanent te gebruiken door loslopende rij = tunnels, bruggen en slalommen en/of Pp Oe WT A EE honden, zodat permanent voldaan wordt 5 een zwemgelegenheid. & Nee _ en aan de gewenste dekking/doelstelling en RE D Losloopgebieden zijn (gedeeltelijk) askne ‘ NT (onder 1). Bij uitzondering zijn ook re te groen. De inrichting is bij voorkeur nnen restricties mogelijk. Deze restricties A ets zen een afwisseling van verharding, gras en \ kunnen betrekking hebben op bepaalde ng struiken. Verharde paden zijn gewenst Seren tijden (aanlijngebod tussen 8.00 en 20.00 ad il in verband met toegankelijkheid voor drs nn uur) of bepaalde maanden (aanlijngebod En , mensen met een beperking. af S 5 de Ee 5 van april tot oktober). De reden(en) voor en nS RAe TE Eee Ek g. het instellen van een restrictiegebied in = ze, en 7 Ln Ed ef oo _ Ne eee Gt en plaats van een losloopgebied dient te j 5 ee en TE EE aa 2 worden toegelicht. em i an RR Ne ER en Se AE En | ZN INS E . ER hi SN Ed Bets De EPE 2e NE Eens EN SNE. en 8 ES EN OT EE TN PE EE Cn RR En mi En MSS DE Bn : In men B ese Zil EN ed Mn BI d Ee Ee 5 kt Ce ANN SEN iN PRE EN Vee En EN SD ON ne BSN IH eN td 0, S „NS SS EN Rl Hi DS Dr EN 5 É er ed A Ee Sj vj en me : a 3 B te. EE OO IER El Ee, KEE en Sh nen EE ii de wr Ea) NN Richtlijnen den ’ É K RE EE Í ee OE EE ENNE Ee nn Sm En B NE AR AA A ik des” BAE AS SN mn rele MCO OE SE ik en ET 5 ej RS S Se ne fre ies se Die OE AN OENE LE NEN De Bn SS Dn inrichting BE ee ea Ee Rd - EE S a ) A ER AN fr: be SEE ET En ì ER wise onaenlios- ST Pe 7 Mn EN NH HN = ON EEE en. BEP nd he, & E In EE mn ES È à | } = pn EE B en re pdr GE Tt nd EN ri ZA B EE Nm El rr A EEE VO | EEE Mm OE oopgebie de AN E KIR ! ke nn En KO ede | î EE NAE sac es nd et Wed BE Li SN ei nd CUE AI n Ee BE PANNEN |D NU Vi ES mesties REE ie (Ne NEE Fl eld 7 > Bij grote losloopgebieden (2500 m2) Ait ERN OO Bij een situatie zonder fysieke afscheiding/ LL Ek SS jg pg VRIND SN ij y g ld 7 . . ES zer ES y e_ Te In | RE is over het algemeen geen fysieke Fil TT EE À N omheining moet de grens van het losloop- MAP s nr ne : Ole ej Eer D/ 0 \ . ree: … . DJ) Waele) afscheiding/omheining van het gebied IÌ Ii | eN WN ZO gebied duidelijk zichtbaar zijn door middel fes nodig, omdat er voldoende ruimte is om Eelt EA he | ï RR 5 van bebording (zie N). A 5 ge . El en KN A Kam e … . . en mi 4 î afstand te houden tot andere functies. Eik If id — A: ld |l Bij toepassing van een fysieke afscheiding/ IJ SE | ore enk zE va - Kleine losloopgebieden (<500 m?) worden dl Î E pen ea U; ij omheining rond het hele losloopgebied IJ nn ie 3 . . . … KI EL lin Me . L Kn fysiek afgescheiden/omheind, tenzij: fi ON MNN dienen er ook maatregelen genomen te Ï se NM Y g IJ El Lt g g d SE .… de ng de en ON .… . . . E ze TT de afstand tot een rijbaan met See mee B, worden bij de in-/uitgang (zie M). NU SER IJ x EE B IJ gang Ë Ka Ree gemotoriseerd verkeer minimaal Wend N ke EN Ei Een kinderspeelplaats, zandbak, speel- a} ie e 25 m is, en eN Of À ee BN od Miek weide of ander aangewezen verbods- SE ij \ ir de afstand tot een solitair (brom)fiets- en ee Pak gebied (APV, artikel 5.14) ligt minimaal 50 boon ik en NF 5 ae . en . . Deet EN KE ed 1 ad minimaal 10m is, en RAN te B meter van een hondenlosloopgebied of is Vn | BEU ei ih Pp BiA ij N eg \ = pg sE, in OE . GEAN te . . . ee Ea UE ij er op advies van een stadsecoloog RE == Ei A5 fysiek gescheiden van het losloopgebied. | TEER or NC 2 Te : A Mn HN VN geen scheiding nodig is tussen i B. - \ ES E en A { IN hondenlosloopgebied en ecologisch INES Ad gs 5 ee _ in | = : En rn Î vrt _ en ni RE ene fi : er N= kwetsbaar gebied. Sn 1d ide Net À TE sm 3 Fr En ESS se EE RN i AR RR Nee S NE en Ln Ee en Ze ZN At en je Zn en nd a el EER A EE Mn ma RI FO Si eN ke (A E Jg f | ij | At 5 5 5 Jk LE a en ES ä Ô EE S S B | De | Í IE A 4 SN 4 LE 5 2 ' ant Ed NIE p, Ric ÙI lied aan 5 Es | en ZE SSN je € EE A BN lb ED inrichting TE nn EE En À Pe Mi Ï loopgebied Ei 1 … Hi - En En 5 5 « Een fysieke scheiding moet voldoende ee Es Voor losloopgebieden is kort gras het meest REET enen & e E 8 hoog en dicht zijn om loslopende honden EN ï geschikt. Dit beperkt sommige risico’s Gift _ =- 4 Ed tegen te houden. Een fysieke afscheiding En Aid 5 ze | voor de honden, zoals grasaren en teken. Ee a É er is bijvoorbeeld een hek, muur, haag, bos- 5 nn DEES: ” In elk losloopgebied is minimaal één afval- A5 8: EA | schages, aarden wal, takkenril of water. Bij 1e HES bak te vinden. Model en plaatsing dienen dte De & Ee | het toepassen van een hek als scheiding, E P PK Ree te voldoen aan de ‘Standaard voor het Er SEL KS rekening houden met het risico op het dis ° ee RN Amsterdamse straatbeeld’. Logische Red Pe ‘8 E parkeren van fietsen tegen het hek. ril Es Bi Atl Bed R ee locaties: bij bankjes en randen van het A nn La € d Richtlijnen voor scheiding bij in/uitgangen 2 ai EE losloopgebied (logische plekken waar es DE : IN BE (indien gebied fysiek afgescheiden moet eN el En de losloopgebieden worden betreden/ Dn Lie Ee | eri worden): toepassen (klap)hekjes en/of Le Pi GE B AR ce) verlaten). In principe stelt de gemeente in 7 es RE Ed roosters. Hierbij rekening houden met j (il eeN de openbare ruimte geen poepzakjes ter Er En Le toegankelijkheid (gebruik met rolstoel/ ' a s ad EN bi beschiking. Conform de APV dient de De itn En 3 EE scootmobiel) en indien van je NC Ae 4 ZeUNDS, hondenbezitter deze zelf bij zich te dragen. bes TR toepassing fietsers. IN = Tan 4 a Bij een losloopgebied is altijd minimaal a ek E LN Bebording langs paden op de grens van v ES mm 4 / Nn ld één bankje voor de eigenaar/houder van ER Ke dj het losloopgebied conform Amsterdamse a NE Mor DA be IS de hond. Si ELD al standaard (zie bijlage III), tenzij combinatie bj an AMA ED EG Verlichting conform beleidskader a EE | met andere bebording (bijvoorbeeld op Á EE mats a En Verlichting (2017). de en spelregelbord bij ingang park) mogelijk is. 4 ZA 1 ik / Ke A Het losloopgebied dient voldoende Meen 5 EE Per locatie moet gezocht worden naar 5 Ee ú p N | En a toegankelijk te zijn voor mensen met ne A ze voldoende duidelijkheid met gebruik van ú Ee Ladd Ee een beperking, conform de Checklist Ë En B een beperkt aantal borden. Ge f 7 Ee] Pv U A Toegankelijkheid die de gemeente A ee LAS EN Ke hierbij hanteert. Ee L_- er ES VE. hek, à SRT i EE ded het AP etn GE D P Ee kn â MENEN ie ELN AFL Thin NE U de bE we Wikke” "bk EN Eh ee et A B et ee Pd B Ein. ae P Ô Re Beheer en handhaving «‚……i tf sr 4 EN _d À Ad ed tm Nr N s: “ Je - 7 Pd Fe geer OE: wâ . 8 AN EE RE Ke it NN Lj L La Ë bk} a . R ht] ki Ee Ne ar , ERS HF Re Es vi 5 Br vr Na U - Nd IC Taken had» ke A ‚3 hi € « | Sn Ni dk KEN Ki OE A 5 R . kE rie | PE NP 7 hk AN M . ERN he H Di we Mode. 4 Be pd pe k k zón 1 Eich | . “ bd K à rag locatie en 5 Se k & OE NS e, : Pr ee, NEN hb In EN EN IN eN jk ee dE A El ik, Kn We ZERO PE Inrichting ° | AN zE | vak Ue ! q Ke || Re k , k / A KJ se tk hondenlos- OENE EN TE RS RE ' | » Gd CI | bi d he k Se U HIE "s Ps Park hak Er Me oopge [= | en it Ee 0 Dat NE ho AG Rn Ee, Pavel 3 EA be EE Kah zl 5 N, RE MEE WE Lo 4 Np 5 1 KK Pi, ° Ni AS EN Li ” nà ee …e EN ‚& An Nn ha ee R EE U ni T _ Juiste afwatering/drainage ter voor- er ES en R EL ; Ni p ik NN & Ki ì IJ pi E p | E koming van modder/blubber. mj Ee en Mi k DE EN Ke . « ax” bn L : han iN 8 En X u \ $ U Eventueel door honden gegraven kuilen en ie Te AW ee ee ze he pe L : hi J } , . , stk De K : hen, a ‚à F, eN Pi LR Ni d __ & t Ì \ Ed regelmatig dichtgooien (voorkomen VEN EN ES wi nf eland Wi, a Ee et * struikelen). 4" Se NE ke ke e LK f i ia Ì Le bele …N wt Ne 4 An DE VE rt *. EN Bl V De maaifrequentie is afhankelijk van het AE Kr Er is _ MEN De Nn d , * ‚‚N en - ke ad A 4 Bad Wee PR, EE 8 . EE Pai | type gras. Bij kort gras (voorkeur) hoort di eh a är Ne WE Er : Losloopgebieden worden bij voorkeur eN 5% oe ef % ii „8 mk 8 ef $ sg Rn Ee € Ed k Rt | gesitueerd op kort gras, zodat specifieke Ne ied T ; z/ EN ee, Ki ne B ne EN Oelhe beheermaatregelen ten aanzien van het De kb / at kt 4 Ts RN B hak RE A En > ús . . … di Le, si E / Ald F L RK Ee IN he « ie maaien niet nodig zijn. ken D A wt EE PS pe ON ke Mt De id Di ë ek. N n Z W Als de regels met betrekking tot de Nee BUR 4 f 4 nn, Rr N kj a Ne 8 a 1 en opruimplicht en het niet gebruiken van ER U bn gt ed ú k hij: it Rn En B Eh losloopgebieden stedelijk op grote schaal ú ks : NE pr ú, E la onvoldoende worden nageleefd kan dit EE Ie ZA, ii ’ kN 5 kl Be BAL zi rj Oe " eames onderwerp worden geprioriteerd in het nad SNE HR u ‚ “Actieplan handhaving openbare ruimte”. EEE ve U in A a kaas 2 NE 5 “ Remen Aan een stedelijk onderwerp wordt Nilsen À hd Nea { El am in prioriteit gegeven als deze hoog scoort Kk ie OE, Et in Db, 9 e op basis van een risicoanalyse. Gs a ne ' A 4 A en | î a N 8 n MN nt AT Ee bg eren es ir hs inh Ni ESE PN pn EN 3 hs ed aan. mc Ne JI mm EE ” em EE en W NN al | - ad hd m L EN vn es ee ENE he EN N \ 7 ad Rd À En ane ek m enn mars oee hi eha Lj Ae at iN NN . A hai” van BEOTT ee Rik Lr hen ST RS Aalt Er dt en BR kN N hf ER OEE DE le Eed 5 BENE ven NE le hk ed ne nn aad be NR Me : Preben d ig EN hein Agt Dj EE de AE ROPES hi REN Ë ST Jh Nd he ae nae eat Ben be Vr Ld a aen. Bai ke a ed ì 3 nn NE tre rl EN EA Nad rs TdS dn eha 5 PS e en A eed 1 en mt ee, em ne Eh en E hs a gapen FN r ie « : at al : ue had 5 5 an ENE a nk 8 : EN eN en Re | | | | | | rn h n ‚df ì IE 5, 0 | tf EN Er . 4 ER) wf Pi Richtlijnen bebording ‚ £ B WZ + BE rijk Ë R yy À EE Ù 20 1 hond bodsgebied el daf ! | onaenverpboasgeplIe ó <. me à \ JN : Á af | ip rl nj / p= pr E ee” ij | & 2 BENE ES Ô P | EE w : Mm A In de APV, artikel 5.14 ‘Verboden plaatsen voor : sl ER: as PIE < EN ij El OE uk P/N honden’ staat: Het is de eigenaar of houder NN UEA Pá BET Kn ds Me. EA Ea) van een hond verboden deze uit te laten op Ir B he 2 RN BS Ask: À k PL . _ . l d a) ON VN 7 APN | A VP een voor publiek toegankelijke kinderspeel- Ke h Kele OM DE ia Mi 4 plaats, zandbak of speelweide of op een 4 Klk iN Pp A CAPE J ZUN ln E Za EO a ld andere door het college aangewezen plaats. ER “ 00 0000 NM ie Ak 2 4 X _ Bij kinderspeelplaatsen, zandbakken of ps Ï mf Di NEE TN Mid . . . el LSR el hi BN EE ol pp KRK: speelweides worden in principe geen in Î et 5 0D jk ie 5 A …Ò Ds ef borden ‘verbodsgebied’ geplaatst. ei, N . Ë AE bid 3 1 # k Bij onduidelijkheid (bijvoorbeeld bij FL Kk alde Dt NN ODA speelweides in parken) kunnen eventueel a dl 2 4 an verbodsborden worden geplaatst (zie 5 Vann | Ei MS EE Zil REEN. , bijlage III). In het geval van verbods- Ee IE | Ku ie il gebied(en) in een park kan ook gekeken E 5 : 8 ij ‘| OO |, worden naar een combinatie met andere en on : \ ai Î Î : bebording (bijvoorbeeld op spelregelbord nes DN : is, ô f É | bij ingang park). Per locatie moet gezocht Tee En r 4 d EE worden naar voldoende duidelijkheid met En eN nd a gebruik van een beperkt aantal borden. e dd AI î Pd Y__Bij andere door het college aangewezen =d £ rn RA. plaatsen waar honden verboden zijn Pd me 5 worden borden | (zie bijl U PIN ns k geplaatst (zie bijlage III). ite e= — ee Á dE ee # on een = Eje 3 TE Oe EN Nie ze ER DEE EL Er En EE EE - Pb Ee a Sn EN eN E Ee en EN Teens Gn Es ie PP en O7 RE ee % BE Se eN - ST  Ed d ze 4 ji fe EE Á - E ä 5 z E nn en ES 5 5 5 Ee En Rn EEn E snel ee EEN i f er ECE: - Kd Ene Ee en ee een Á eh ed Erg rd AN BEETA A wr ot bh st A Ber A Ene ii ie zakt Wen ; AE To DE AE ERN | Sr Ze | Rn cant APE ed d 7 nch 8 | EEE Ar el on RE | 0 7 Û ee En Pias Er ed Re 5 En De ae Le Feen ï me BR En ze nen kn AL ESE WIE /e F ES 8 Ok | EE EAS ZN ik: EA bie Pp Ee Bk tad DE ur- eed beers Rd Rh: AM ME a: Ez ie 2 in SS Natuurnetwerk Nederland. Het Natu ; ZA REE gn NE 8 Mr es pr Na a N), de Ecologische B OEE EO Ke REE OT keg ore on ke BE twerk Nederland (NNN), AR Ore Ate dr Ak: AN RIED behe bed ENE Th Re BEEN: F E ek U Wed ne . : h ns ARE PAR AR Ke Zkt ed Sr ae PRE HEA sE structuur van Nederland, is ecologisc RAE en NN NEE A Sf Cn ORP ABe Kk NEN ENE 1 “ ntt zr NR Wee A Sl be et EE on PE 4 EE Ge, Kek ip e KR 4 Se | cologisch ze 5 ERN ee Bake OE BRAAD ea isa an RE Pele: ORNE kwetsbaar gebied. Er kan ve PR pete eee MRS Tee REL Pd vs AE OPENDE els en DP ze SN GA 8 pe Es iz We en. ER an a En RA ie Lo Wp Tee Pa OE van loslopende honden op vog | Ee 4, hg en KOREN AN Ane VT En Te 0 we Pr eld EREN . … cri hdl are RR SNOER NG de 1 eeN A0 , 0e Ed PRN ele: Bi EREN "zin. ” nd RN tn sc lt Ed Je cj Ne ae En nne sen zoogdiere | ae RS TAP eN, RoR Se Ee VPE A AE SA Aanwezigheid zoogdieren en | AA SAN FN Ks ke ee Oee tE a Is. Gebieden waar HL bib n AS ne EE PRE KA 0 Ze sag HDE EN En 2 Ke sn Ee AE ln Ee Des a grondbroedende vogels. Ge i | | ú Ee RR HEE Len fe ak AE en | Me B: Ond [4 Ee PE Md IN BET En gl PE rn EL 2 Keer KE , in Ei er AN NAE sa A En 14 at PE itn a Eg Kleine zoogdieren (marters, e 5 | ta ERG All ba eef Pd PT op hp Pe Rane MRE ee me a hee li Bed Ee ade EEA En ne en grondbroedende vogels meng Ì A OR. PETER Er ORE RAR Ker ee PEEN Ed … : aar in Ü IP EAEEN ERN AN BE ed AE EI voorkomen, zijn ecologisch kwets | Hi AS en NN ed KS ne dr RN 8 art EE 5 2 ek Er a AL ET Bek 5 relatie tot los ope d n en Ii | Le EN EN EMENRBRER ON RE inding. Hier ES 1 NN / Ee GN Rd ee a Ko Smalle ecologische verbinding . . b | | Ee En A Aak OEE ere ne een ee] ac ER. 0 RSS RRS ee! EA 5 atehaiden | | en ET oe nk ee Nt Er de reële kans dat door de aan g | Hi fl Ter den ae De ER REN EE indina niet meer A LR En RS EJ Ibn Ee OE ON Ik den A Eg ei loslopende honden de verbinding ei Mf Re ERR In EE eer See mien ae nr ne ee dd ke el . dq Ke |: aen ne ERR en ge EEE ln ee Pee 40 B Ee EE A of niet naar behoren kan functioneren. IE Ae EEK En ke EE EN PTS . . Sake EE oe RE Reker EEN ee TE 5 EET nt nn. ER . t mal is B Et se BEAN Be be He eee Sh Aes Ne ER, en PRE gn Bij de beoordeling of een verbinding s Ne En À En Le) KNA el Pet, AE kn ï mek ee he Era EEn, m 3 Rd Et B B | ri no smal | Bik id ras Vr. ME Es ate in ie Re) sE PT: à Ede Ee en ET de verstoringsa stan Pp en ere EED De eK PU rarr AP RR Ed 7 kunnen II EE en de B Ze ok EN oe Red Ee 4 » En Et en me d ] ieder geval vanen zet Rs oe eel aan ns: — 5 En EME Ge os Ë; ’ Er ai 0 kB ne Par ran 3 d n ehanteer ‚In den 10 : == À AR An Ze ed 4 a f re re oe A: rn E worde g i & ee 4 E | Li ë Ga 5 ee 4 5 a ee. Pi | . 1 d rdeel ZIJN van nn ee Ba | ER í 4 Ko en EN 7 eer et dà Sn 7 Rha eN alle verbindingen die onde di En: 2E EEn EE BA fa, ! en, NE 4 ren Ke Ed Ero RE LN 4 nader = ne Ph Ae zee et AN ER B RENTE NR Hi esn Ok het Natuurnetwerk Nederland o Pa Ze RE B agr. va helt Lt ee ee HF Ee ne 4 deze beperking. Ce TE AE 1 sE pn en van ran € EN 2 GEE ANN É de re W nan Wi en EE BR. RE De | À ‘ , Ee a Eg RE oe Pe Je eid Frl EN Ee en Eer NE En: EE 5 8 Nt Esen SRSP er Bie: ARE in Ae erheen ik Hege ed ee a Lik rt Ket EAR PENS te Nn den EEA A 5 A Kil Sm) el EAA eN Ie EEDE te MOP oP or Ae ON De LS On k RER ph ak Ae ee EE ht On SRE STN OR Een RE Pae td te OMEN ea a Ee ee ENTER Pee AE een AE BEE Ë il e DE anar IK eo NL in Do OE en Menn ONE ER van en woerd zr Ki CN Ee NR ee GAD MN en TE Rn mien A Fee Be en: en ie pd PE ì Ere) Be EN en zt ng ET eN AIEE nt . … … DA Rn AE leeren RN Ee Bed he ne ee ee 4 _(Natuurvriendelijke) oevers. In natuurlijke er AN ED ON nn A AR OE . 8 " MERA S Bd AHS LT ee et MEGEN TND NS AESE EPE of natuurvriendelijke oevers zijn vaak At AA EN AAE NEL nt OT IRE Ad . PLANEET RN RNN OR TO ME dieten a: ee grondgebonden soorten aanwezig EN BL tt nd ix ak (rietvogels), amfibieën of kleine zoogdieren. EEE AN BAS ; : Ze ie + Ee ns Gr 5 - zi En E Zie punt 2. mi ae Tee ä jk Eed Bren ie 7 5 _ Begrazing, interacties tussen loslopende en TE OE ns An a: honden en grazers zijn ongewenst omdat dit ei rien Ee Een SE en tot onrust van de grazers kan leiden. EER OT tek en tn Ree . . Ln LE tin EEE En Ee, SR EE 6 Overig. Er kunnen andere dan hierboven RES Rn E: Rr Ee genoemde argumenten zijn die naar het Lr men zE NRE ee ae ee oordeel van de stadsecoloog kunnen Bn Tkt EE: mt, Ee e en Ee ee sa , 5 Ee ne | En en Ee 3 a zE . E = ER ze On EN onderbouwen dat hondenlosloopgebieden Be Ee En B niet inpasbaar zijn in een ecologisch mn EES Bae : kwetsbaar gebied. en a ie a nn Es kn ten zi É _ EE Te en en RS NS: zl : DE ee pe: - Jer ra PN, Ek Ee Sn en Ee Ae AR ee A Ben En A in mm — net a - î En > WEE En ve iet Mere Pr TER a : de En ni 5 We Te En zE E 6 EE 5 ak Be B Dt Ie Kies id fj 5 EIS hA zi 5 5 zl 0 ‘ re Toelichting beoordeling stadsecoloog me mT NE De en gn E . ò E ke) 5 aci ff rû PE ie n° a | AN en 13 v ik Lende EE d b Oe rl il fj k: | A dE en En 4 AE Dr Om te beoordelen of een losloopgebied Selten a OPO OV er rg NT nn rm mm, a ‚ an . . eli aan € B Ze Î diek B EEND, pom NN Rn en inpasbaar is in een ecologisch kwetsbaar gebied f EA rr PR EON B ee le = 5 je rl en — i E ed Te je herr EE dE hi k Ed le TA ih en kijkt een stadsecoloog (directie R&D) naar een ON EE MG EET SEREN Dr en aantal zaken. Belangrijk daarbij is de mate van ô BAS MN % e REK pt Ie ee En jn zn ar see ed . . ee Kg 5 ee HA N A 15 sl En is en E SEE ee. er verstoring die de honden kunnen geven aan ae 0 LEE î Te Ee nd | . os ne ì Ene li É 4 ; doelsoorten van het gebied. Deze mate van ee | en | | | verstoring is afhankelijk van de grootte van het ee il en RS 5 Ed VR ecologische gebied maar ook van de eigen- nn en IN Nn Torelfse er ; ek . et 5 À Ee ae el A Á E Pr TAA Ier PET AE schappen van de doelsoorten. Soorten die op de En ES Od EEN A ee ENIS es DP ND sijde Ne ae en . mn MAN dd HDR EED DE DN ER Ei a CRD 0 grond broeden zijn bijvoorbeeld veel gevoeliger RN Vrt EDR ONM DE AES ke. Lg voor verstoring dan soorten die in bomen of en EN STR EE ELANDEN Bd RE $ Ed PE ET Er en. =S en ke Ae Ne B Dd Broen ú Ab A Sd gebouwen broeden. Belangrijk is ook dat het A ZED ENGLAND Nd AEP A ARRONENN A0 AE je Eh TL . AT en NAR Enof ENT JM ke VEE AATNDE Eerd rd rohe Ee nn ben ODE PRE, ecologisch gevoerde beheer doorgezet kan pir Td LEN 7 ve vr ON DE bn RE eN EE. / Z worden nadat een hondenlosloopgebied ingepast ij EE BRACES ANTENNE rn OON AREN KEE le $ Ee A ee . . … Ë Ar ie : k 4 ns Pte 1e Ee Ö ee ET er PEES is. Wanneer het ecologisch beheer bijvoorbeeld pel VD ER DES ENA oe Ae 1 VE A LE EN at POPE uitgaat van weinig maaien om bloemrijk grasland HRN } > an ete er KAA EE de NARE AVA ED GE te bevorderen is dit leidend, ook als voor de APPA 0D riek An MA AKE ED VN on AP js VE A PE OSE RU honden gazonbeheer de voorkeur zou hebben. HEA er } a ho BSA Es ARE ad: : 4 p ‚e : en 4 = 7 Ä zi E et, hee Eik Ë dh En PR En kh E ki K a c \ K i } N . 4 en Ns _ Ne erE f A ' RAR hie; EN. ‘ - Del) ei mer 4 sider Vr (eme AIN f p ANS Lest 5 EFW , EUCSTS AP, WE rlj CREAT OE ve REN a Ht EE Pres Ket ed me Dt eer ne …_… EPS OR ol nietes Dn a EM A: AR B Ee ne a PR E gien ad A % tE b dn Ta Ns Tt VEL Rs Re AL vr, kene) Mere RE Ee B g REK EEE MERIT k PET Pk tee en EA rn et at ds jee ER ne DR 0 à ; Ae et A 4 Da E dn) Ae EREN eN EN Nt VER ee A Mi ee ee hike ER en EP ijn rn ak A dn AN ed ER ee EN OBEDEN VS en ENE UN a er Ep alat DEE ES DE, id Ee Ee ve Ord ee oe er gl ord ee ain pn WT IN Tet dn ae er leet EN 7 A MK cen RES Ks MOET en oe Zire S Ei Se B TS AR Bd SICT CNES EEE PT ME A WEER He en Ne je ETE ef BE ER TE B htt er win Eet a pr er B EU Je 5 amet EERE je Ni A NS Te Til Te 2 RR ee An Eg Ee JA ln MN zie PN \ Nd nt En : en es ns Me en k ER: AN rk kn Penn Ee tet AAP * es, Bn), 5 Nek Tr and ns En Be 1 Ee kn Bee lk ite en Aden Kel ab dend, Reen Ls e= RG Grt Eis Dei re, AE A, Es RE ed TN a ES ve re Ss See Ee AP tem Ir Tt A He ed Ì an e re Gd ee ee ln : BME et EE Tee ee nú Ae ik - in ae RA Kr he ee En it Den ee EN en le MEE LT BEE En af ek a n Ee Ere EEE jen ark Er It EK EN al A Plek 4 le Sz en En 3 EAD ee eet nn A TA Ee Een” rd Bodo. # eat ee EN Bee Rt a OR jn In . ranke On GR TENEN NGE ALE Huidige losloop-, restrictie- en verbodsgebieden Ek | En B A etienne NR Def : Z ns ie) ru et NEE E Ten 4 rt TN SED EES , s ek n VER Ene Ea ais ern tf de 8 ge He Al er He pen han EE A er Eek EEn LN e on Teken A he. e Ù & DN e= ief Re ee Sh 20 hrs Ae d mn Zot nee ij „ 7 O p \ Ee d ze et Md é 8 a gp de 2 en ï . Per, gr a ee er en ee = en \ ks é il 7 Te Hr kh. NP = Be Ae pn ord . Eren é ' Je la Ee / … PG PR Bk î PB = e f 4 rr ee 5 ki Es or e Ö © Ref. Rin k dE Ni be Rene mat’ an Kn Íe Az RER ln k e ES 5 Je k, Eee Ee en Ed | en Er P\ 1 & J N 4 Sj en EE En A8 S 0 _ da s mr pn EE ee hd Ee Pin E en Don Ô 4 ä \ eN # ? 5 Nv bi ij \ 3. Í tre / e PEN B de A ain Lt Mr AS ’ Een Dj » "é “ Et 4 dj pe. nh Re E mt 2 RARE oen q ® A Re Ek r haft Kade Fi, @ Losloopgebieden el Ten i =S) a Restrictiegebieden en B of : # en ver ad Kn ee PE a Verbodsgebieden É EIN ee 5 k k br MEA we ER © a Hondenspeelplaats % RN Ee nes Ee he B Speeltuinen en speelplekken, 8 EN F is zij ej ke sportparken en sportiplekken, hj RE] E „ik Ni schoolpleinen en zwembadjes 8 | | 7 an EE zijn verbodsgaebiedaen, ook als N A mi heel Rr zr Ee ze niet op deze kaart zijn aangegeven EE RS, int Sede | En A En ; Ld Len Ed . . En En de d Se Deze kaart geeft de vastgestelde losloop-, restrictie- en verbodsgebieden weer (peildatum nov. 2020). En En tent in zi à 8 ni ae ed De kaart wordt nog geactualiseerd en is te vinden op maps.amsterdam.nl/honden en oen EE dine En j r - Dn Ee Er nnen E ee 5 En on an | ie Ek en en ge ee Ek EM Na in te aen 5 ke da EN ee et EMS rid er En ET ree k e eh dee er Me EE eN arn enen we ed ú ed KE Men: rc Ee as En A NN ee eer he ee nn ee ge in mr en rg PE, li EEN A ta Ene NTC EE ere Ne Deen Ke EE en vk TE ecn Dd PE ete ee. agt ee ad NE En ADE a EEE rd AE SA EN 7 za en El eld ent Ante, hi zelfs: Li EN Ten EE TEA nge pee Ae ND A LE A DD ne a ee tn dk dd We NEDER BEENS Sed Td tn ne Ee NE jn AEL rn Bi gee l í hpdig OE dae. | { d * ( i nr wi y | - nt a Re Md d ad 5 en k | B NR Hi pn | Pi - En ef ee “7 E ET Sh ER a Ke st, 4 8 ‚es WEE ) NEER. id LATE 3 AA oat Naer n B : HT Bins PNG ep Tae. hi EE E Kle / ' Î jk fe Te K ve Kn Bod 4 Pa > Ë ë er et À t AN fi d eer f | Ie LS, AN v Da kn 4 je” or d Fn Pes Ka Ee sn ‘ # KS , ie 4 P] i 4 F r A, sk he eer PAER: FE, É k: ne : - bs Er dt - A D pl Wet En Ee 4 iN es Ms | | 4 1ä Kep kj tdi Te IJ ot Er BT t N ä _ hd EE 5 VT EE 00 iki OR ' pe : Rr | idd Nn b it Ek Ee : Ne Ct 1 Î _y K : : R ke AVE aart 2: Globale analyse dekking hondenlosloopgebieden E.E ze NRE l Eea | Bm an dk ba We TEJ 2 —_ L À ik Bn É al ” ez An É Mir Te is Eerd Pe. Ried N pe ‚nt la & je En : of be \ A. Ee | A e Le „ 5, n in ge el, y : Aden 1 d en Ks Î EN a Re A AEL! kk AEL e} ee k ee 4 VAR se a pl he: ‘ ” “sk Ker ht zi £ =r d E En … ; (8 A rr prendre, ” wen N ES E DE Tet ae Mn Mod Te Na a ep iP Nm ! en. Tt EEE Fn JR 4 LR. ERR ne TCE A \ brek Oh bh Vaas Rd BN et ter LE PO ot E d re HETEN RR \ Kl hef okt Ver PA LADE ONE Med dst el : Mh Af jr Ren AE EA Se on de N fel Eeen EEE hhh ee ) ge Ie E } Ë ï len a Ef ie RE Ns id Pd te | U te: et Nd 4 KE rm ed ie re EER 5 bhi Lag Ades Á ok mieë Fis’ i ks, / et Ee iet ú he EN, 3 ce ep E Nn E 4 fr. rd AS : ed AE Hes, 8 n 5 "ee \ a ne ke Zh Û Bikes 5 \ | \ , | ij PR á NE LN a PON 4 : \ | … wo A B Ee tele pede B e oi En £ A 5 ZD Hop \ RS jn RT : a ee Fr, N 4 Í k ie : „NA k EA KE NN 4 Á ia j\ eb den Kd NN Á En 7 é eh id Kaartbeeld : buffer om losloopgebied = 1 km \ | DN hp Pr dd LE ij ht 4 4 je oe Ï ï eh ed Arad” 68 PAPEN da © é, and he Ne EPEN 3 | nea pg telt! wi Ki Fers f AN de at va CHE me re an we Nb erin | N et Ne 0E PA vd y „ras EN à nr be, LIENS BA, en B Ln k KN eh Kl N 4 DRA ze > HN bal jr Roni EE RU Ar ud aid ET A rn’ iN an sd AR en br eN Ait alt: En N d 1 he mk wt Rd”, " , 7 + EEE NEN BE AE IE ETIENNE are ERE ed LDR kh a Ne Om * d K : e BnM È 4 EN à Ke “, ih er Za i | IN Eh é 4 bach EN & k st & 3 pn he | hed 2 , hf DN, Gehl Ee N id, \ RT & pi vr Ii 5 he / N DN Net ON, k \ ew - a j ad IN Sie, id rl) ie k k | K eN Nt REN Sk | df d P en N …R fe ar hd \ he 3 | DE ON MENUEEE „À den à De Ed hale 5 Re in 1 PE NI, eN EN zel E ONS E B eN he Gn % hl : Se AN a «, hd Á h LM ER N r Ki . he me & N N NN Rd RN KL / vu he SN NM ak ed Ds Is N Rr e ls ri NE ren VOR NN | ne pm Î . m \ eN d Po A . pd en Ke N hek ht zn dR E : À ee en A k ä ' Maeli Ed Pa het NS Er on S Kk we Ep Pe, kn RS ed e J Pd da . en nd | N. … 0 PK | h Ed BE 7 _ P ad A - . Voor bebording zijn twee opties beschikbaar: 1 N L Bordje op lage houten paal (voorkeur). “ S Bordje op flespaal of hek (indien combinatie met bestaande paal Pe 5 ve pl of hek mogelijk is. Ho 5 « Varianten zijn: Kar & Losloopgebied ang k N Losloopgebied <periodiek=>= ho Einde losloopgebied ES * Verbodsgebied els K : bi med ee Kenmerken lage houten paal: en in ) Ronde paal, dikte ca. 20 cm, hoogte ca. 60 cm boven de grond « se dt we: . Ee . ‘ 2 1- of 2-zijdig afgeschuinde kop voor bevestiging bordje(s) - k et fi " EN Pi he kn Kenmerken bordje: re - Ovaal (200x140 mm) voor bevestiging op houten paal, ja - Rond (300 mm) voor bevestiging op paal/hek î r : Wit bordje met zwarte letters + rood PEN: rd hi “(Einde) Hondenlosloopgebied” of B si “Hondenverbodsgebied” + evt. periode é er E IS Hond (wel/niet aangelijnd) of verboden voor honden ke fl ad ns: = 4 “Ook hier opruimplicht” pe. rs Logo Amsterdam - _N 5 www.amsterdam.nl/honden p a se e Á | De ; ? BIN! er e EG eN RN 5 Losloopgebied Losloopgebied BSS : Verbodsgebied mr van maart tot augustus losloopgebied “ = _— hd Mik Ook hier opruimplicht Ook hier opruimplicht Ook hier opruimplicht Yi voor meer nformatie op: S wu. amsterdam.nl/honden ww amsterdam.nl/honden wawrw.amsterdam.nl/honden isa \ E É re î ee SK 1A Losloopgebied 18 Losloopgebied 2 Einde losloopgebied 3 Verbodsgebied (met periodeftijd) ed ee - , AU 40 ORT TS OT VOLA } A Jt \ mj ï ] 8 - a î N Cn A 4 hd Zeik 1 Mie A re ‚ Es | kn Ee LK Á ad Kd je y En te P EA wr . Aes 4 AS u Î | hi h Ik -mdt a 3 „} Se ITAR ank Ô Dé ì 1 HE N LL Ö Et AN IN / | IE u / | | | Ï URK / Wi Úl | \ / (A I Ii | % k | | In 9 TE | | een | EER en Jl / iik an ma Seer vi _ Î ï le de Orde Ei N van n MA ene rr ETT U Tm je NT ens ET | NN ae W Nn: ah es bes y MT E HE T Nh 1 ” en ns DS Ï e le =en % i rtl UE lien mine ú Ì 3 3 ENNE meme SEE idee Ns, eed el de ms nn ne. voters N Nd NK en A Í SNS Ks Ee dend, en et ee Senia een he ESS MOP ee == Er En in IN MEE BEND EENES SE NS He 7 re id nr me NOL eme ni et EP EN nee EE ne | | Kat - wk nà Ne oe È ijk 5 iz Ed 1e re nn en 5 ri NPS Ke agri 4 EEn jp = mn es i d le En EN. le : \ ‚ij ht Ei En | ‚a de id En ae en Ei MN eN ) El & | il Hr vie Mi 8 # | == IE Ë | Nl 5 hl * E HI Ï | 5 El re on Beene Nn 0 : vir | ZERE 8 |E 2 Li El EA ol | B Lj ed \ Li HN an EN ee de EE An E \ NE | nn a E Nl En Pf AN WE On ee de EE mT — ie e' Eh : sE Me BL : i Eef KT en EE En nen ze = 7 dE 5 _- Be 8 E kN E T me 1 Ì Eren Ee = en nrd ee : 5 > s 5 De An E 4R Ih 7 TE Ln Ee En EE s pn si pn 2 er 4 k t L E d mn nn / IJ - = NE TEE Tr + en es PF, li = =| rm, A EE es == Ti AE. Ser 5 — En Zet ek dn ne Ee 7 ge ER Ek } DE OO en On B ' Ek NET SA WD ere NE a 4 ì 1 rd ed == : ch sf zp bs Le Ì ie dee Ee 5 Pe ee nn en S ER A in Er Baal À kad hi 6 7 ee eG & n E PO - nij Fl vrl A Re dit ed en Se ike OE ne a % pr EER Kal ee L : \ E es zi a IR Ee 2 Re s A à Ee zet É eN > Eg he à ak er ke 7 cn mn CE ra \ SS 4 ER AIEE OOS ee RG b WES Ee en Pad a Js Í A Tt EE Ei) Ô As es Bek AGE En £ hi nt En EN a en Ee Pa NN ' Rn = 5 3 Ne WE IE STIENS ASA Ed | en en DA AEN afd EEN Ce MR AED ' EE ; ak A NEDO SN JON „a js N Bk ll Te dRN en nt ‘ Ë éN 8 È EEN UPE en VO Eat» br , f 7 Dee hg eel a u A is PL ie kk , an: j # \ et pt es ge nn , Ber \ rn / d ‚ j ‚ ett Telen Lin Et eN PE Ve a AN ed he) » x nnen rr, end nà Eea A FE £ 8 - ef if BAN Pi 8 reek d AF Lis ht 1 AR pg rak Pen Ë & Mij à 4 D at k, ker DJ jn 5 ng fs ik 3 E | Pi hi, % Ar , ni De 8 br LAGEN OEE a zate Vi"A eh AE BICARS it he 5 nd ze Wes Bee ABD NONE Aer AAN r hk gE Ln A RE OEE de ve Rd ORTE a ke ME eh gn - En eN Sr OEEREERRC OE MEAO 5 mn ot „nr riad 3 ge EN tras 4 ed B, Ri (ke Oe dr - 5% se. Nr Ae De iS Kk ee Á & Eh PA ee di á - _% « ds Ard peer ef pn 3 dn ij 8 EN Aak ' DN ne penn AN PE Le EN È ae. % aftetnt ante en wibo AE WM MA ee DE AE Mk nie NE RT rag PE Ae |
Onderzoeksrapport
18
train
VN2023-017905 N% Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten WV Wonen en Erfgoed % Amsterdam Voordracht voor de Commissie WV van 06 september 2023 Ter kennisneming Portefeuille Volkshuisvesting Agendapunt 6 Datum besluit 18 juli 2023 Onderwerp Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief inzake verkoop sociale huurwoningen Entrepotdok De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief inzake verkoop sociale huurwoningen Entrepotdok Wettelijke grondslag Gemeentewet Artikel 169: * 1Hetcollege en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. e 2 Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond In vw vergadering van de gemeenteraad van 15 november 2022 heb ik toegezegd om uw raad te informeren over de voortgang van de gesprekken met de Alliantie inzake de voorgenomen verkoop van de sociale huurwoningen op het Entrepotdok. Reden bespreking n.v.t. Uitkomsten extern advies n.v.t. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? n.v.t. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.13 1 VN2023-017905 % Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten Wonen % Amsterdam % en Erfgoed Voordracht voor de Commissie WV van 06 september 2023 Ter kennisneming AD2023-059575 Commissie WV Voordracht (pdf) Raadsinformatiebrief inzake verkoop sociale huurwoningen Entrepotdok AD2023-059688 getekend.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Directie Wonen, Karin Daman, 06 83623190, k.daman@®amsterdam.nl & Maarten Lauwers, 06 28174987, [email protected] Gegenereerd: vl.13 2
Voordracht
2
train
Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Amsterdammers with English summary Ton Nabben - Simone J. Luijk - Annemieke Benschop - Dirk J. Korf ANTENNE 2016 TRENDS IN ALCOHOL, TABAK EN DRUGS BIJ JONGE AMSTERDAMMERS Ton Nabben - Simone J. Luijk - Annemieke Benschop - Dirk J. Korf m.m.v. Floor van Bakkum, Jacqueline Krouwel en Marije Wouters Antenne 2016 (ellinekreeks nr. 28) is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie, Universiteit van Amsterdam, in opdracht van Jellinek Preventie. Bonger Instituut voor Criminologie (UvA) Postbus 1030 1000 BA Amsterdam www.uva.nl/bonger Tel 020 525 3918 E-mail _ : [email protected] Jellinek Preventie Postbus 75848 1070 AV Amsterdam www jellinek.nl Tel 020 590 1330 E-mail: [email protected] Uitgave: Rozenberg Publishers Omslagontwerp: Anne Toledo English summary: Michael Dallas Nabben T, Luijk, SJ, Benschop A. & Korf DJ. (2017) Antenne 2016. Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers. ISBN / NUR Trefwoorden: uitgaan, alcohol, tabak, cannabis, drugs, trends, preventie © 2017. Auteursrechten voorbehouden. I INtrO ….…......sseonseonseonseenveenveerveervernveenverrveerverrverenveerverrveerverrverne À II ELKA EELI CE II Panel kwetsbare jeugd … oes enve ven eoveneovenenvenennen 0 89 IV Survey mbo-studenten … seven vovenvervenenvenenvenenverene. 103 V Preventie indicatoren …….…........sesevenenvenensenvenvevenenvenenvenennen 141 VI Markt noon ven envenenvenenvenenvenenvenenvenenvenveneevevenvenenven 161 VII Samenvatting en conclusie … senen venenvervenenvenenvenene. 179 VIII Summary and conclusions …..........s.ss sonore nenenverenenenvrveveneen LÔ7 Bijlagen A Panel uitgaanders …........osveenvsenvsnnvsenvvennvennvsenveenvennvveneenne LOB B Survey mbo-studenten .…......ssssonsveronsverensverensveeeonvvvsenvvvveneren 209 C Preventie indicatoren ………..ssssosvssorsserssersserveeersvsrvvervvervververre 243 D Markt …….ssoonsoorseonveonseonvernseenvernsernsernsernvernverssvvvvvervvererre 2 DD Literatuur ….....eo enen venenvenenvenenvenenvenenvenenvenenvenvenvnvevenvenennen 259 Middelengebruik mbo'ers na lange tijd in beeld eenevenveneonenvenvene 9 1 Een gecombineerde monitoren venvonvencovenvenvenvenenvensenvencenensenvenvenenneneen LO 2 Cijfers uit voorgaande Antennes nesvevenvenconenvenvenvenennenvenveneenenveneenee LL 2.1 Middelbare scholieren …esvesensensenenneneoneneenensenensenennenenneneanensenenvenencen 12 2.2 Jongeren in de jeugdzorg … soan enennenennenenenennensenensenensenennenennensenenveneneen 13 2.3 _Cafébezoekers.……………nasennenanensenensenensennensenensenensenennensanenennensenensenennenennenennen LÁ 2.4 _ Clubbezoekers.………nnesensesensenennenennensensenennenenenennensenensenennenennenenneneenenvenencen LD 2.5 _Coffeeshopbezoekers nes sanenenensensenenneneenenennensenensenensenennenennenseneneenencen LD 3 Andere Amsterdamse cijfers ene svenveneovenvenvencenensenvenvenennenvenveneenennene LO 3.1 Algemene bevolking …neseenenvensenensenenneneenensenensenensenennenenneneenensenencenenn LÔ 3.2 Scholieren en studenten … ……………nessensenensenensenennenennenennensenensenensenenneneenenennene LA 3.3 Verslaving …………nesensesennenennenennensenensenensenennsenensanensenennenennenennensanensenensenennenennenennene LO 3.4 _ Arre@estatl@s ……neseenenvonensenensenensenennensensenensenennenennensanenvenensenennenennenvenenvanencenen 2 3.5 _ Sterfte…nnnonnnensenennenennenennensenensenensennensanensanensenennenennenennenvenenvenensenennenennenennene L 4 De volgende hoofdstukken esvencenenvenvenvenconenvenvenvenennenvenveneenen 22 INTRO 7 8 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Middelengebruik mbo’ers na lange tijd in beeld In Nederland, ook in Amsterdam, wordt al jarenlang regelmatig het middelengebruik onder jongeren op middelbare scholen onderzocht. Zodoende weten we hoe het zit met roken, drinken, blowen en het gebruik van andere drugs — hoeveel van deze jon- geren bepaalde middelen gebruiken, bij welke groepen het gebruik het hoogst is en of het toeneemt of juist afneemt. Daarentegen is al lange tijd vrij weinig bekend over een iets oudere groep: jongeren in het middelbaar beroepsonderwijs. Hoe komt dat? Vanaf halverwege de jaren negentig (toen nog gesproken werd van ‘mbo-leerlingen'!) kregen mbo-instellingen te maken grote veranderingen: er werden regionale opleidingscentra gevormd (ROC's) en de verschillende leerwegen, sectoren en niveaus werden ingesteld. Hierdoor werd het voor onderzoekers niet alleen veel lastiger om een representatieve steekproef te trekken, maar ook om door te gaan met surveys zoals zij tot dan toe gewend waren — namelijk met vragenlijsten in de klas, net als op de middelbare school. Daarbovenop kwamen mbo-instellingen de afgelopen jaren nogal eens negatief in het nieuws, wat mede tot gevolg had dat ROC's hun ge- lederen sloten. Zij stonden niet bepaald te springen om onderzoek naar middelenge- bruik. Maar in 2016 is het gelukt om als onderdeel van Antenne onderzoek te doen op mbo-instellingen in Amsterdam. De voorbereidingen begonnen al kort na de zomer- vakantie van 2015. Samen met de directie, docenten en andere medewerkers vonden we praktische oplossingen voor het bereiken van een zo representatief mogelijke steekproef en het afnemen van vragenlijsten (op mobiele telefoons, in de pauzes). Bijna 2.000 mbo-studenten deden mee. Dankzij hen kunnen we vragen beantwoorden als: Zien we bij mbo-studenten het patroon onder middelbare scholieren doorzetten van meer middelengebruik naarmate zij ouder zijn? De meeste mbo-studenten zijn 16 of 17 jaar wanneer zij met hun opleiding starten, wat betekent dat het merendeel tussen de 17 en 20 jaar is. Een deel is dus nog minderjarig, jonger dan 18 jaar: de leeftijdsgrens voor de verkoop van tabak en alcohol en de toegang tot coffeeshops. Maakt dat uit voor het middelengebruik onder mbo-studenten? Roken, drinken en blowen 18-minners inderdaad, zoals overheid beoogt, minder dan 18-plussers? Gaat het middelengebruik misschien fors omhoog als zij eenmaal meerderjarig zijn? In hoofdstuk IV gaan we hier uitgebreid op in. INTRO 9 1 Een gecombineerde monitor Antenne rapporteert al sinds 1993 trends op de Amsterdamse drugsmarkt. Elk jaar wordt op basis van kwalitatieve en kwantitatieve gegevens het middelengebruik van jongeren en jongvolwassenen in de hoofdstad in kaart gebracht. De multi- methodische onderzoeksaanpak van Antenne kent drie vaste onderdelen: een panel- studie onder twee verschillende doelgroepen, een survey en preventie indicatoren. In het uitgaanspanel worden de trends in de uitgaanswereld door middel van half- jaarlijkse individuele interviews met insiders op de voet gevolgd. De focus ligt op de gebruikersmarkt in het uitgaansleven, met specifieke aandacht voor de trendsetters. Globaal worden drie segmenten bestreken. Het reguliere uitgaansleven dat over de hele stad is verspreid, maar voornamelijk is geconcentreerd in het centrum (main- stream). Een veel kleiner segment dat voornamelijk buiten de ring ligt (underground) en een overlappend deel dat het beste van de twee werelden wil verenigen en in de afgelopen jaren fors is uitgebreid (upperground). De trendsetters binnen de segmen- ten hebben een scherp oog voor nieuwe ontwikkelingen op de drugsmarkt en geven duiding aan het middelengebruik op sociale settings en het middelengebruik van hun eigen achterban. In het panel kwetsbare jeugd zijn veldwerkers vertegenwoordigd die contact hebben met de Amsterdamse straatjeugd. De jongeren zijn veelal laagopgeleid en brengen hun vrije tijd grotendeels door in de eigen woonbuurt. Zij zijn de tegenpool van de wat oudere, doorgaans hoogopgeleide trendsetters in het uitgaansleven. De panelstudie onderzoekt geruchten, signalen, trends en hypes maar kunnen geen precieze cijfers leveren over het middelengebruik in de netwerken. Daartoe omvat Antenne ook een jaarlijkse survey onder specifieke groepen jongeren of jongvolwas- senen. Afwisselend zijn dat scholieren, jongeren in de jeugdzorg, cafébezoekers, club- bezoekers of coffeeshopbezoekers. In 2016 is voor het eerst een Antenne survey uit- gevoerd onder mbo-studenten. De preventie indicatoren leveren indirecte informatie over (trends op) de Amster- damse drugsmarkt. Het betreffen de testresultaten van drugs die door gebruikers worden aangeboden bij de testservices van Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam. De preventie indicatoren zijn afkomstig van selecte groepen gebruikers daarom op zichzelf niet representatief voor de gehele Amsterdamse gebruikerspopulatie of 10 ANTENNE AMSTERDAM 2016 drugsmarkt. Zij kunnen echter wel aanwijzingen verschaffen over veranderingen in gebruik en verschuivingen in de markt van genotmiddelen (zeker bezien over een reeks van meerdere jaren). De informatie uit de panelstudie en de preventie indicato- ren schetsen samen een beeld van beschikbaarheid en prijzen op de Amsterdamse drugsmarkt. De ervaringen met Antenne hebben een model voor de algemene verspreiding van (uitgaans)drugs opgeleverd. In het onderstaande schema worden vier opeenvolgende fasen onderscheiden. De vierde fase van dalende populariteit kan, na korte of lange tijd, weer gevolgd worden door een herhaling van de cyclus. Per fase is aangegeven welk onderdeel van Antenne de meest relevante informatie oplevert. Model voor de algemene verspreiding van (uitgaans)drugs FASE ANTENNE ONDERDEEL 1. TRENDSETTERS Introductie van nieuwe middelen of manieren van gebruik en _Panelstudie revival van oude middelen of manieren van gebruik. 2. TRENDVOLGERS on . . . Survey (vooral clubbezoekers) Verspreiding van middelen in subculturele settingen (vaak met a . . . Preventie indicatoren muziek als dragende, bindende kracht). 3. MAINSTREAM . . . . Survey (vooral scholieren/studenten) Verdere verspreiding onder een breder publiek van jongeren Dn . Preventie indicatoren en jongvolwassenen. 4, DALENDE POPULARITEIT . . . . Panelstudie Middelen verliezen aan invloed onder trendsetters. 2 Cijfers uit voorgaande Antennes In dit inleidende hoofdstuk worden de cijfers en trends uit de surveys onder middel- bare scholieren, jongeren in de jeugdzorg, cafébezoekers, clubbezoekers en coffee- shopbezoekers van eerdere jaargangen van Antenne kort weergegeven. We richten ons hierbij op het huidige middelengebruik (afgelopen maand). INTRO 11 2.1 Middelbare scholieren Vanaf 1993 is zeven keer een survey gehouden onder leerlingen in het voortgezet onderwijs in Amsterdam, de laatste keer in 2011. Aan de survey deden drie groepen leerlingen mee: oudere leerlingen in de voorlaatste klassen (3 vmbo, 4 havo en 5 vwo, gemiddeld 15 à 16 jaar), derdeklassers (gemiddeld 14 à 15 jaar) en brugklassers (ge- middeld 13 jaar).* In 2011 was ruim één op de vijf oudere leerlingen huidig roker (22%), ruim één op de drie huidig drinker (35%) en ongeveer één op de zes huidig blower (14%). HUIDIG GEBRUIK OUDERE LEERLINGEN 100% 15% pe —— alcohol 50% Oee —O-— tabak —k— cannabis in Dn 0% ‘93 '94'95'96 '97'98 '99 '00 'O1 '02 '03 '04 'O5 '06 '07 '08 'O9 '10'11 12 '13'14 Bij de derdeklassers lagen de percentages in 2011 ongeveer de helft lager dan bij oudere leerlingen: 9% was huidig roker, 14% huidig drinker en 9% huidig blower. HUIDIG GEBRUIK DERDEKLASSERS 100% 15% pee —— alcohol 50% dd D= tabak —k— cannabis 0% '93'94'95'96'97'98 '99'00'01 '02 '03 '04'05 '06 '07 ‘08 '09 '10'11'12'13 '14'15 1 Korf & Van der Steenhoven (1994); Korf, Nabben & Schreuders (1996); Korf et al. (1998); Korf et al. (2000); Korf, Nabben & Benschop (2003); Nabben, Benschop & Korf (2008); Nabben, Benschop & Korf (2012). 2_ Steekproefgrootte oudere leerlingen 1993-2011 respectievelijk: 516, 473, 529, 476, 733, 407 en 352. Steekproefgrootte derdeklassers 1995-2011 respectievelijk: 469, 543, 540, 780, 409 en 409. Steekproef- grootte derdeklassers 2007-2001 respectievelijk: 534 en 391. 12 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Bij de brugklassers lagen de percentages lager dan bij oudere leerlingen en derde- klassers: in 2011 was 3% huidig roker, 6% huidig drinker en 1% huidig blower. HUIDIG GEBRUIK BRUGKLASSERS 100% 75% OO == alcohol 50% ed | Te tabak —k— cannabis 0% nanne '93'94'95'96 '97'98'99 '00'O1 '02'03 '04 '05 '06 '07 '08'09'10'11'12'13'14 '15 Huidig gebruik van ecstasy of cocaïne kwam bij oudere leerlingen af en toe voor, maar nauwelijks bij derdeklassers en brugklassers. Door de jaren heen is het aandeel middelbare scholieren dat rookt, drinkt of blowt fors gedaald. 2.2 Jongeren in de jeugdzorg In 1993 zijn 105 ‘probleemjongeren’ van het toenmalige Jongeren Advies Centrum JAC) en Psychologisch Pedagogisch Instituut (PPD) onderzocht (gemiddeld 17 jaar). In 2006 en 2012 waren dat jongeren van jeugdzorginstelling Spirit.” In 2012 was 43% van de onderzochte jongeren huidig roker, 38% huidig drinker en 29% huidig blower. Huidig gebruik van ecstasy (4%) en cocaïne (1%) lag een stuk lager. De drie surveys zijn onderling niet goed te vergelijken omdat delinquente jongeren in de steekproef van 2012 ontbraken en de gemiddelde leeftijd lager was. Na correctie voor deze fac- toren bleek het aandeel huidige rokers, drinkers en blowers in de jeugdzorg gedaald. 3 Korf & Van der Steenhoven (1994); Nabben, Benschop & Korf (2007); Benschop, Nabben & Korf (2013). Steekproefgrootte respectievelijk: 311 en 247. Gemiddelde leeftijd respectievelijk: 18 en 16 jaar. ÏINTRO 13 HUIDIG GEBRUIK JEUGDZORG 100% —— alcohol 15% JA —oeetebak LJ 50% —t— cannabis LJ ET —0— ecstasy @ ke COCAINE 0% en Rm '93'94'95'96'97'98 '99'00 '01 '02'03 '04 '05 '06 '07 ‘08 '09'10'11'12'13'14'15 2.3 Cafébezoekers Bezoekers van mainstream-, hippe-, homo- en studentencafés in de binnenstad van Amsterdam zijn in vier keer onderzocht? In elk van die vier surveys bleken, op een enkeling na, alle onderzochte cafébezoekers huidige drinkers. In 2014 was meer dan de helft huidig roker (60%) en bijna een derde huidige blower (30%). Het aandeel huidige rokers veranderde nauwelijks in vijftien jaar, maar het aandeel dagelijkse ro- kers halveerde bijna. De afgelopen maand gebruikte 25% ecstasy en 15% cocaïne. Huidig gebruik van ecstasy verdubbelde tussen 2010 en 2014 en voor cocaïne was in deze periode een lichte, niet significante, stijging te zien. HUIDIG GEBRUIK CAFÉBEZOEKERS 100% ME en —— alcohol 1% 0 tabak 50% TTT —k— Cannabis —O0— ecstasy ke COCAINE 0% '93'94'95'96 '97'98'99 '00'O1 '02'03 '04'05 '06 '07 '08 'O9'10'11'12 13 '14'15 4 _ Korf, Nabben & Benschop (2001); Nabben, Benschop & Korf (2006), Benschop, Nabben & Korf (2011), Benschop, Nabben & Korf (2015). Steekproefgrootte respectievelijk: 504, 408, 590 en 523. Gemiddelde leeftijd: 25 tot 27 jaar. 14 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2.4 Clubbezoekers Clubbezoekers waren vijf keer onderwerp van de Antenne survey.” In 2013 zijn, naast clubs, ook raves meegenomen in de survey. In 2013 was van de totale groep vrijwel iedereen huidig drinker (98%), bijna twee derde huidig roker (64%) en bijna de helft huidig blower (48%). lets meer dan de helft (55%) had de laatste maand ecstasy ge- bruikt. Voor cocaïne was dat één op de vijf (19%). Gebruikscijfers waren hoger onder ravers dan onder clubbers, maar dat verklaarde de fikse stijging in ecstasygebruik tussen 2008 en 2013 niet. Ook wanneer ravers buiten beschouwing werden gelaten, steeg het ecstasy onder clubbezoekers in die periode. 100% HUIDIG GEBRUIK CLUBBEZOEKERS —— alcohol 1% JT] 0 tabak 50% A STE —4— cannabis —O0— ecstasy 25% ZZ —— cocaïne 0% '93'94'95'96 '97 '98'99 '00 'O1 '02'03 '04 'O5 '06 '07 '08 ‘09 '10'11 '12 13 '14'15 2.5 Coffeeshopbezoekers Coffeeshopbezoekers zijn in het kader van Antenne viermaal onderzocht” In 2015 waren negen van de tien coffeeshopbezoekers huidig blower (91%). Dat lijkt logisch maar in 2001 en 2009 werden er meer niet-blowers aangetroffen in coffeeshops. Bijna driekwart was huidig roker (74%) en 88% was huidig drinker. Het aandeel rokers was vrijwel hetzelfde als in 2009, maar het aandeel huidige drinkers was fors gestegen. Het huidige gebruik van ecstasy en cocaïne nam af tussen 2001 en 2009, maar steeg weer in 2015: van 6% naar 11% voor ecstasy en van 5% naar 9% voor cocaïne. >_ Korf, Nabben & Schreuders (1996); Korf et al. (1999); Korf, Nabben & Benschop (2004); Benschop, Nab- ben & Korf (2009); Nabben, Benschop & Korf (2014). Steekproefgrootte respectievelijk: 462, 456, 404 646 en 633. Gemiddelde leeftijd: 24 tot 28 jaar. 8__ Korf, Nabben & Schreuders (1995); Korf, Nabben & Benschop (2002); Nabben, Benschop & Korf (2010); Nabben, Benschop & Korf (2016). Steekproefgrootte respectievelijk: 142, 230, 266, en 227. Gemiddelde leeftijd: 21 (doorsnee, maximale leeftijd was 25), 27, 28 en 25. ÏINTRO 15 HUIDIG GEBRUIK COFFEESHOPBEZOEKERS 100% mm —— alcohol 15% JEE nnn Je O_o tabak 50% A | Ar Cannabis —O0— ecstasy 5% ee ke COCAINE 0% '93'94'95'96'97'98 '99'00 '01 '02'03 '04 '05 '06 '07 ‘08 '09'10'11'12'13'14'15 3 Andere Amsterdamse cijfers Antenne richt zich op het uitgaansleven en middelengebruik van Amsterdamse jonge- ren en jongvolwassenen. Om een breder beeld te krijgen van de Amsterdamse ge- bruikerspopulatie zijn additionele onderzoeken geraadpleegd. Hieronder volgt een kort overzicht met cijfers over (1) middelengebruik onder de algemene bevolking, (2) middelengebruik onder scholieren en studenten, (3) verslaving, (4) aanhoudingen en (5) drugsgerelateerde sterfte.” 3.1 Algemene bevolking In het kader van het Nationaal Prevalentie Onderzoek (NPO) is tussen 1987 en 2001 vijfmaal het gebruik van drugs bij grote, representatieve steekproeven van de Amster- damse bevolking van 12 jaar en ouder onderzocht De GGD Amsterdam voert een vierjaarlijks gezondheidsonderzoek uit, waarbij het gebruik van tabak, alcohol en can- nabis onder de algemene bevolking wordt gemeten” Cijfers uit beide onderzoeken zijn gecombineerd en opgenomen in de grafiek. 7_De meeste cijfers zijn ook in voorgaande Antennes terug te vinden. Waar mogelijk zijn gegevens aan- gevuld en geactualiseerd. 8 Abraham, Kaal & Cohen (2003). Meer recente jaargangen van het NPO rapporteren geen afzonderlijke cijfers meer over Amsterdam (Rodenburg et al, 2007; Van Rooij et al, 2011). 9 Dijkshoorn (2002); Uitenbroek et al. (2006); Dijkshoorn, Van Dijk & Janssen (2009); Dijkshoorn et al. (2013a+b). Door de jaren heen werden afwijkende leeftijdsgroepen onderzocht: 1999/2000: 16 tot 55 jaar, 2004: 18 tot 55 jaar, 2008: 16 tot 55 jaar en 2012: 19 tot 65 jaar. Percentage huidige drinkers via CBS StatLine. 16 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Op basis van de gegevens uit 2012 rookt ruim een kwart van de Amsterdammers (28%, circa 175.000 personen). Verhoudingsgewijs zijn de meeste rokers te vinden onder Turkse en Surinaamse mannen en de minste rokers onder Marokkaanse vrou- wen? Het percentage rokers is het hoogst onder Amsterdammers tussen de 19 en 34 jaar (35%) en dit percentage daalt onder oudere leeftijdsgroepen (tot 12% bij 75- plussers). Het aandeel rokers laat vanaf 1987 een geleidelijke afname zien, maar in 2012 lijkt deze afname te stagneren. Ongeveer driekwart van de Amsterdammers (76%) was in 2012 huidig drinker (afgelopen maand). Er zijn grote verschillen tussen herkomstgroepen: Amsterdammers met een Nederlandse achtergrond drinken het meest, terwijl Amsterdammers met een Turkse en Marokkaanse migrantenachtergrond vaak geheelonthouders zijn? Hoewel het percentage drinkers min of meer stabiel bleef over de jaren, daalde het aandeel “zware” en “overmatige” drinkers tussen 2008 en 2012 licht. Het percentage Amsterdammers dat ooit cannabis gebruikte leek in de jaren na de eeuwwisseling licht te dalen, maar in 2008 steeg het weer naar 45%. Dit percentage bleef gelijk in 2012. Onder de algemene bevolking van Amsterdam was het ooit- gebruik van harddrugs (ecstasy, cocaïne, amfetamine, GHB, LSD en heroïne) 23% in 2012. 100% MIDDELENGEBRUIK ALGEMENE BEVOLKING AMSTERDAM 75% Et —— alcohol (huidig) —-— tabak (huidig) DN —k— Cannabis (ooit) 25% ne —+t— harddrugs (ooit) in TTT 0% '87 '89 '1 '93 '95 '97 '99 O1 '03 'O5 ‘O7 ‘O9 "11 3.2 Scholieren en studenten De Jeugdgezondheidsmonitor E-MOVO 2013-2014 levert cijfers over jongeren uit de tweede klas (12 tot 15 jaar) en vierde klas (14 tot 17 jaar) van het voortgezet onder- WP Deze resultaten komen overeen met eerder onderzoek met aandacht voor Turkse, Marokkaanse en Surinaamse Amsterdammers (Dijkshoorn, 2002; Dijkshoorn, 2006). 1 Persoonlijke communicatie Johan Osté, GGD Amsterdam. INTRO 17 wijs in Amsterdam.” Onder beide groepen tezamen heeft een kwart (26%) ooit ge- rookt, ruim een kwart (28%) ooit alcohol gedronken en gebruikte 10% ooit cannabis. De afgelopen maand rookte 5% minimaal één keer per week, dronk 17% alcohol en gebruikte 5% cannabis. MIDDELENGEBRUIK SCHOLIEREN (2E EN 4E KLAS VOORTGEZET ONDERWIJS) 100% 30% eej) Mooit B 60% | Dhuidig BON Jenn 20% nnn roken alcohol cannabis In 2016 is het alcohol- en drugsgebruik van 1.076 Amsterdamse leerlingen uit de vijf- de en zesde klas (havo en vwo) onderzocht door de GGD Amsterdam en Jellinek Pre- ventie.* Driekwart van de leerlingen heeft ooit alcohol gedronken (76%), de helft heeft ooit cannabis gebruikt (51%) en 15% heeft ooit ecstasy gebruikt. In de afgelo- pen maand dronk 60% alcohol, gebruikte 24% cannabis en gebruikte 4% ecstasy. MIDDELENGEBRUIK SCHOLIEREN (BE EN GE KLAS HAVO/VWO) 100% 30% B ooit en 60% Jd nnn huidig 40% Jd Nn mmm 0% LL alcohol cannabis ecstacy Eind 2013 deden 540 studenten van de UvA en de HvA mee aan een online drugsen- quête van het universiteitsmagazine Folia! Een ruime meerderheid (87%) bleek ooit hasj of wiet te hebben gebruikt. Ook ecstasy (70%) en lachgas (59%) hadden de 2 Van Vuuren, Verhagen & Van der Wal (2015). B_ Afzonderlijke cijfers voor de tweede en vierde klas zijn alleen per deelgemeente gepubliceerd. M_ Dijkshoorn, Schilthuis & Bakkum (2016). 5 Geels (FoliaMagazine, 2013). 18 ANTENNE AMSTERDAM 2016 meeste studenten wel eens gebruikt. Met amfetamine, cocaïne, paddo's en ketamine had een kleiner percentage van de studenten ervaring. 100% MIDDELENGEBRUIK STUDENTEN FOLIA-ENQUÊTE (OOIT) 40% A mm md nnn 20% Fn mm md md B md EN 0% cannabis ecstasy lachgas amfetamine cocaïne paddo's ketamine In 2014 deed het Bureau Onderzoek en Statistiek van de gemeente Amsterdam, in opdracht van Advalvas, Folia en Het Parool, onderzoek naar alcoholgebruik onder 332 Amsterdamse voltijdstudenten (hbo en universiteit, gemiddeld 23 jaar). Van hen dronk 76% weleens alcohol; op een doordeweekse dag gemiddeld 3 glazen, in het weekend gemiddeld 5 glazen. 3.3 Verslaving 3.3.1 Opiaatverslaafden In 2012 kregen 2.061 patiënten methadon verstrekt via Arkin, de huisarts of de GGD en ontvingen 427 verslaafden methadon in de politiecel!’ De aantallen nemen de laatste jaren gestaag af: in 2002 waren 2.738 methadoncliënten in behandeling (afna- me van 25%) en bedroeg de verstrekking op het politiebureau 1.252 (afname van 66%). Daarnaast veroudert deze groep verslaafden snel. De doorsnee leeftijd van me- thadoncliënten stijgt ongeveer een jaar per jaar: van 28 jaar in 1985 naar 50 jaar in 2010. 6 Strikkers stud, 2014). Y_ Persoonlijke communicatie Marcel Buster, GGD Amsterdam. In 2013 is de Centrale Methadon Registratie opgeheven. & Buster & Van Brussel (2011). ÏINTRO 19 3.3.2 Crackverslaafden In 2013 is voor het eerst ook een schatting gemaakt van het aantal crackverslaafden in Amsterdam.® Dit aantal is veel lastiger te bepalen, omdat er voor crackverslaafden geen substitutiebehandeling beschikbaar is (zoals er wel een methadonprogramma voor heroïneverslaafden is). Op basis van een combinatie van registraties van metha- donverstrekking (crackverslaafden die eveneens opiaten gebruiken) en gebruikersruim- ten, alsmede een veldsteekproef van crackgebruikers die via een variant van de sneeuwbalmethode waren benaderd, werd het aantal crackverslaafden in Amsterdam op circa 2.500 berekend. Ongeveer driekwart was man en verreweg de meeste crack- verslaafden waren ouder dan 35 jaar. 3.3.3 Spuitenruil Om het risico van besmetting met gevaarlijke infectieziektes als hepatitis en hiv te beperken, kunnen druggebruikers hun gebruikte spuiten omwisselen voor schoon, nieuw injectiemateriaal. Met de daling van het aantal drugverslaafden is ook het aan- tal omgeruilde spuiten drastisch gedaald. Ook blijken verslaafden hun drugs minder vaak te injecteren. Begin jaren negentig werden jaarlijks meer dan een miljoen spuiten geruild. Sinds 2007 waren dit er minder dan 200.000. Ten opzichte van 2014 was in 2015 een lichte stijging te zien in het aantal geruilde spuiten (van 92400 naar 111.000). 3.4 Arrestaties In 2015 werden in Amsterdam 2.103 aanhoudingen verricht wegens drugshandel. Tot 2014 werd er anders geregistreerd en werd onderscheid gemaakt tussen aanhou- dingen wegens (1) drugshandel en drugsbezit en (2) soft- en harddrugs (zie onder- staande grafiek). In 2014 werden in de regio Amsterdam-Amstelland 2.104 aanhou- P_ Pérez et al. (2013). Uit: Tabel 7.25 Spuitenruil, 1990-2015, Amsterdam in cijfers 2016 (OIS Amsterdam). A Uit: Zabel 31.6 Aanhoudingen in Amsterdam, 2011-2015, Amsterdam in cijfers 2016 (OIS Amsterdam). Een persoon kan meerdere malen gearresteerd zijn. Deze cijfers gaan dus niet over unieke personen. 20 ANTENNE AMSTERDAM 2016 dingen verricht wegens overtreding van de Opiumwet.” Dit aantal was tot 2011 min of meer stabiel, maar vanaf 2012 is er een stijgende trend te zien. ARRESTATIES DRUGS 4.000 3.000 I NOA mdf Wa NE EB handel soft OND mmm | | Jl 0 handel hard 1.000 ZN) (Í 0 nn / '93'94 '95 '6 '97'98 99 00 O1 '02 03 '04 'O5 '06 '07 '08 'O9 "10 '11 '12 '13 '14 3.5 Sterfte Het aantal geregistreerde sterfgevallen in Amsterdam ten gevolge van een overdosis drugs is door de jaren heen vrij stabiel. In 2015 waren dit er 21. Dit aantal is iets ge- daald in vergelijking met 2013 en 2014 (respectievelijk 26 en 25) en vrijwel gelijk aan de aantallen in 2011 en 2012 (beide 18). 30 GEREGISTREERDE DRUGSDODEN AO nnn 0 '97 '98 '99 'OO 'O1 '02 '03 'O4 'O5 'O6 'O7 '08 O9 '10 IM 12 13 '14 '15 —— aantal geregistreerde drugsdoden Amsterdam ” Uit: Tebel 31.7 Aanhoudingen in verband met drugs in de regio Amsterdam-Amstelland, 2008-2014, Amsterdam in cijfers 2015 (OIS Amsterdam). Een persoon kan meerdere malen gearresteerd zijn. Deze cijfers gaan dus niet over unieke personen. 8 Uit: Tabel 7.211 Drugsdoden, 1997-2015, Amsterdam in cijfers 2016 (OIS Amsterdam). Ï INTRO 21 4 De volgende hoofdstukken In dit hoofdstuk zijn de voorgaande Antennes en andere onderzoeken naar de Am- sterdamse gebruikerspopulatie kort beschreven. In de volgende hoofdstukken gaan we in op de trends in middelen onder jonge en jongvolwassen Amsterdammers in 2016. De resultaten van het uitgaanspanel onder insiders uit verschillende scenes in de uitgaanswereld worden in hoofdstuk II uitgebreid besproken. Hoofdstuk II toont de resultaten van het panel onder jongeren. De bevindingen van de survey onder mbo-studenten worden gepresenteerd in hoofdstuk IV. De preventie indicatoren (ge- gevens over testuitslagen van middelen) komen in hoofdstuk V aan bod. Voor hoofdstuk VI wordt op basis van de panelstudie en preventie indicatoren een be- schrijving gegeven van de Amsterdamse drugsmarkt. In hoofdstuk VII (Nederlands) en hoofdstuk VIII (Engels) vatten we de belangrijkste bevindingen samen. Meer gedetailleerde informatie over het uitgaanspanel en de tabellen met cijfers van de survey, preventie indicatoren zijn te vinden in de bijlagen. Daarna staat een lijst met geraadpleegde literatuur. 22 ANTENNE AMSTERDAM 2016 II PANEL UITGAANDERS Pretpark Amsterdam ……oenveneovenvenvenconenvenvenvensensenveneonensenvenvenennennenvenvenennenvenvenenne 2D 1 Het uitgaanspanel …………nnesveneonenvenvenconvenvencenensenvenvenennensenveneonensenvenvenennenven 20 11 Het Amsterdamse uitgaansleven ……….s.enesvenensenensenensenennenenneneenensenensenen 20 1.2 Netwerken en distinctie in het uitgaansleven neseeneneenensenensenensenenn 30 1.3 Ontwikkelingen in het uitgaansleven ….s.nnesseneneenensenensenensenennenennenennenn 3 14 Uitgaanstrends samengevat … nnen ensenensenensenennenennensenensenensenennensenenveneneen 2 2 Middelengebruik ven voneovenvenvenr ensenvencenensensenvenconensenvenvenennennenvencenen  2.1 Alcohol nn annenenenvenenenensenenenenenenensenenenvenenenenvanenenenvnnenenenennenenenennenenenenrene dT 2.2 Tabak en cannabis … ….……….nnnsnenennnsanenenennenenvenenenenvenenenenennenenenennenenenennenenenenrene  I 2.3 _ Stimulantia ……………nanennnvenenenenennenenenennenenennenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenveneneneneenen DÒ 23.1 ECSLASY na aenaeunnneeeenneraruanneesenn ere umanneeeenw eraann eneeneneesanerseenweneesanneeeenwnneesenneeeunnnneesenneeeenanneerenneeeennnene DD 2.3.2 COCAÏNE nennen ereeuunneesenneeerunneserenneeerunnneesennveruanneaeneerversanneesenneeeruanneesennernmannnersenneeervenneeeenneraenn DÍT 233 A EE 24 _Narcosemiddelen….……….ennssenenenenvenenensenenenennenenenenvenenenenvenenenenvnnenenenenvenenenene OÁ: 242 EE oge EE 24.3 Ketamine …...nnnnnnnnannnsnnsnnnnennnennnennnenunenunennneenerannennnennnenunenn eenn eenn eenn eraneenn eenn aenn eenn eann eenn eeneernnennneennennneenneennennnen À 3 2.5 Nieuwe psychoactieve stoffen …ensesensenensenenneneenensenensenensenennenennenennen JO 2.6 Psychedelica nnssensenensenennenennensenensennenennenennensenensenenneneneneanensenensenennenennen ÖL 2.7 _ Overige middelen … ………saanenvenensensenennenenenennensenensenensenennenennensenenvenensen Ö 3 3 Trends nn vnvonenvenvenvenconensenvenvenennensenvenvenennennvenennenvenvenvonenvenvenvenvonenvenvenvenernennene BÀ IL PANEL UITGAANDERS 23 24 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Pretpark Amsterdam Amsterdam mag geen pretpark worden waar iedereen ongegeneerd 365 dagen per jaar alle remmen los kan gooien. Deze mening wordt niet alleen verkondigd door verontruste Amsterdammers, maar lezen we ook terug in een recente beleidsnotitie over festivals van een grote politieke partij. De verveelvoudiging van de festivals zorgt voor te veel overlast voor bewoners. De gemeente moet daarom stoppen met city- marketing. Amsterdam dreigt zich te ontpoppen als dé festivalhoofdstad van Europa. Bijna nergens is zo'n grote festivaldichtheid als hier. Is de paradox niet dat de aantrekkelijkheid van de stad bedreigd wordt door het ei- gen succes? Volgens de gemeentelijke prognoses worden er in 2025 zo'n 30 miljoen toeristen verwacht: een derde meer dan nu. De huidige onvrede over de toenemende druk van bezoekers en het verkeer in het centrum zal er niet minder op worden. De onlangs overleden stadssocioloog Leon Deben waarschuwde jaren geleden al voor een dreigende kolonisering van de binnenstad.* Niemand weet precies waar het kriti- sche kantelpunt ligt, maar steeds vaker klinken geluiden dat het niet lang meer zal duren als de ontwikkelingen in het huidige tempo doorgaan. De commercialisering van het centrum, inclusief het groeiende (feest)toerisme, leidt niet alleen tot felle debatten over de leefbaarheid, maar gaat ook over de vraag van wie de stad eigenlijk is. Want naast de toenemende druk van buiten voelen de kwets- bare en minder gefortuneerde groepen zich ook bedreigd door de snelle veranderin- gen in hun eigen woonbuurt. De huidige gekte op de woningmarkt en de voortschrij- dende gentrificatie vergroot de angst voor een verdergaande tweedeling tussen de happy few en de minderbedeelden. In het centrum wordt fel over de uitwassen van het toerisme gedebatteerd. Bewoners en ondernemers luiden in brieven en opiniearti- kelen de noodklok over de teloorgang van de leefbaarheid en de toenemende onvei- ligheid op straat. De sociale cohesie zou onder druk staan waardoor de anonimiteit toeneemt op straat. De middenstand is verdeeld. De een doet goede zaken, terwijl de ander niet zegt te profiteren van de toenemende drukte. De forse groei van wafel-, Nutella- en andere snelle snackwinkels staan volgens critici symbool voor de goedko- pe wansmaak van jonge toeristen; een bewijs dat de platte commercie te veel ruimte heeft ingepikt. “_Deben (2007). II PANEL UITGAANDERS 25 1 Het uitgaanspanel In dit deel van Antenne 2016 doen we verslag van de vijfveertigste (T45) en zesen- veertigste (T46) meting in respectievelijk voorjaar/zomer en najaar/winter 2016. Het huidige panel in het uitgaansleven telt 23 panelleden, die 26 netwerken omvatten. De setvariabelen (etniciteit, sekse, leeftijd, opleiding en werk) staan in bijlage A ver- meld. De panelleden hebben vooral zicht op trendsettende segmenten binnen het Amster- damse uitgaansleven. De netwerken/scenes vertegenwoordigen het dance en urban genre en/of scenes waar de muziek van secundair belang is (o.a. homo's, vrienden- groepen en caféscenes). De leden in het panel hebben primair of secundair contact met netwerken en publieksgroepen. Bij een primair contact maakt een panellid zelf deel uit van een netwerk, scene of vriendengroep en vertelt vaak vanuit een insiders- perspectief over middelengebruik. Bij secundair contact spreekt een panellid meer vanuit zijn professionele rol in het uitgaansleven (bijv. glazenophaler, portier, organi- sator, dj, barbediende, boeker of programmeur). In dit deel komen de trends in het uitgaansleven en het middelengebruik aan bod en we eindigen met conclusies over de belangrijkste trends volgens de panelstudie. Geruchten, signalen, trends en hypes Geruchten zijn berichten die niet verifieerbaar en soms zelfs empirisch pertinent onjuist zijn. Signalen zijn duidelijk waarneembare, maar zich (nog) niet systematisch manifesterende ontwikkelingen, waarbij (nog) niet gesproken kan worden van een trend. Van trends is sprake wanneer we uit diverse onafhankelijke bronnen een duidelijke, systematische en empi- risch verifieerbare toe- of afname in aard of omvang van middelengebruik waarnemen. Ze zijn het resultaat van een cumulatie van ontwikkelingen die al langer aan de gang zijn. Er is een duidelijke verspreiding van het gebruik van een ‘nieuw’ middel of van een ‘nieuwe! toedieningswijze, dan wel een revival van ‘oude’ middelen of toedieningswijzen over uiteenlopende netwerken. Hypes zijn vluchtige fenomenen die snel wegebben. Zij kunnen wel enige empirische basis hebben, maar het gaat doorgaans toch vooral om anekdotische verhalen die vaak in de media worden opgeklopt. 1.1 Het Amsterdamse uitgaansleven Het reguliere uitgaansleven telt ruim 75 danslocaties waarvan een kwart een grote club of poppodium (750-1.500 bezoekers) is en een kwart kleine clubs (250-750 be- zoekers) zijn. De andere helft is een mix van o.a. feestcafés, zaaltjes, boten, loodsen en 26 ANTENNE AMSTERDAM 2016 studio's met een vaak onregelmatige avondprogrammering.”® Er wordt vaak elektroni- sche muziek gedraaid, maar ook urban evenals live muziek. Een meerderheid van de panelnetwerken luistert naar genres die onder de brede parapluterm ‘dance’ vallen. De huidige club- en festivalcultuur is grotendeels mainstream geworden. Er worden alleen al in Amsterdam per jaar zo'n 130 dance-events (meer dan 2000 bezoekers) georganiseerd. Op macro niveau wordt het belang voor de Nederlandse economie inmiddels onderkent. Elk weekend trekken tienduizenden bezoekers naar het uit- gaanscentrum. Ook de horeca in de omringende woonbuurten floreert als gevolg van de nog jaarlijks groeiende stroom bezoekers, Nieuw beleidskader dance-events Na al enkele jaren overleg tussen de partijen (o.a. gemeente en openbare veiligheid, GHOR, GGD, OM, Jellinek, Adviesbureau de Loor, politie en evenementenorganisato- ren) is er met het ‘Amsterdamse beleidskader dance events’ in 2015 een vervolg gekomen op de door het College reeds eerder vastgestelde notitie ‘Uitgangspunten voor beleid ten aanzien van grootschalige dansfeesten met betrekking tot (hard) drugs’ uit 2008. Aanleiding om het beleidskader duidelijker en stringenter te ver- woorden waren onder andere de incidenten tijdens het Amsterdam Dance Event (ADE) in 2014. Ook discussienota's van verschillende politieke partijen over het stedelijke uitgaansklimaat zijn in het nieuwe beleidskader meegenomen. In het beleidskader wordt onderkend dat dance-events een belangrijk segment vormen in het uitgaansle- ven en als ‘aanjagers' van nieuwe muziekstromen en modetrends van cultureel en economisch belang zijn. Ook in het nieuwe drugsbeleid, waar dance-events op dezelf- de lijn als de reguliere horeca staan, is het uitgangspunt helder: ‘Op een dance event horen geen drugs. We streven naar drugsvrije feesten.“ Maar de rode draad in het ® Om de anonimiteit van clubs, cafés, coffeeshops, et cetera te waarborgen noemen we geen namen van horecagelegenheden als er informatie wordt gegeven over druggebruik op een desbetreffende locatie. Clubs en party's programmeren vaak verschillende muziekgenres. We richten ons meer specifiek op clubavonden en party's die populair zijn bij stappers binnen het dance en urban genre. Het popcircuit komt slechts zijdelings aan de orde. 2% __EVAR Advisory Services (2012). _ Gemeente Amsterdam (2015). ® Gemeente Amsterdam (2008). 2 In het Amsterdams beleidskader (2015, p. 18) wordt ten aanzien van softdrugs gehandeld conform het gedoogbeleid. II PANEL UITGAANDERS 27 beleidskader is dat het beter is om te reguleren en in te zetten op preventie dan al- leen maar in te zetten op repressie. Beide moeten in balans zijn. Aan het zerotolerancebeleid wordt in zoverre getornd dat er geen sprake meer zal zijn van door de politie opgezette ‘wasstraten’ (uitgebreide fouilleerruimten). Er komt meer aandacht voor preventie door steviger in te zetten op het beperken van (ge- zondheids)risico's die verbonden zijn aan het gebruik van uitgaansdrugs op dance- events. In het beleidskader wordt helder vastgelegd wat er van organisatoren wordt verwacht en waar zij bij nalatigheid op kunnen worden afgerekend. De organisator wordt primair verantwoordelijk geacht voor de veiligheid op en rond het evenemen- tenterrein. Hieronder vallen o.a. een goede regulering van de in- en uitstroom van bezoekers; visiteren van álle bezoekers (inclusief VIPS); en tegengaan van bezit en openlijk gebruik van en handel in drugs. Daarnaast moet de organisator naar bezoe- kers toe duidelijk communiceren over de huisregels; gekwalificeerde beveiligers en/of professionele medische hulpverleners inzetten; zorgdragen van voorlichting over mo- gelijke gezondheidsrisico's van uitgaansdrugs; een kleine drugskluis ter beschikking stellen en voldoende gratis drinkwater plus een chill-out plek aanbieden. Ter controle en naleving van de vergunningvoorschriften zal binnen de integrale aanpak de ‘peil- stok’ worden gehanteerd. Het peilstokteam zal bestaan uit afgevaardigden van de gemeente/stadsdelen, de politie en de GGD. 24-uurslicentie Het uitgaansleven is volgens sommigen aantrekkelijker en kosmopolitischer geworden nu binnen het gemeentelijke uitgaansbeleid 24-uurslicenties mogen worden afgege- ven voor speciale locaties. Ook de A'dam toren, het voormalige Shell gebouw dat pal tegenover het Centraal Station ligt, profiteert daarvan. Toch zijn er ook panelleden die vinden dat de 24-uurs vergunningen niet voor hele grote veranderingen heeft ge- zorgd. Een handvol clubs is langer open mits er voldoende publiek is om het rendabel te houden. Een nachtje slapen om 's ochtends naar de club te gaan vindt vooralsnog weinig navolging. En open blijven voor honderd mensen die niks meer bestellen is simpelweg verliesgevend; het personeel moet ook worden doorbetaald! Camille (141a), nachtvlinder, weet dat clubs tegen achten stoppen. Die paar uur extra maakt wel het verschil, vindt ze. En er zijn ook feesten waar je zondagmiddag al naar de club 30 In de vijfhoek is besloten dat er wordt gestart met circa 10 ‘informatie gestuurde’ peilstokbezoeken per jaar. In 2015 werden circa 130 dance events (>2.000 bezoekers) georganiseerd. 28 ANTENNE AMSTERDAM 2016 kan. Joris (126a) vindt het een aanwinst dat de speciale weekenders ook overdag clubpubliek trekken. Verstandig ook, want overdag feesten en slapen op normale tij- den geeft geen jetlag gevoel. Meer of minder feesttoeristen Een goed programma, het liefst op een lommerrijke plek, met sprankelende muziek, lekker eten en aangenaam weer: Amsterdammers kunnen elk jaar weer kiezen uit tien- tallen van dit soort festivals. Sommigen zijn urban minded, meer op dance gericht of zijn een mix van beide. De meeste festivals zijn succesvol. Aan de groei lijkt voorals- nog geen einde te komen. Panelleden zien de laatste jaren een forse toename van het feesttoerisme. Jongvolwassen uitgaanders uit Europa die van te voren een ticket ko- pen voor een clubnacht, concert of festival en in het weekend afreizen naar de hoofd- stad. Dennis (147a) clubmanager, denkt dat 30-40% van zijn bezoekers uit Britse, Duit- se en Ïtaliaanse easyjetters bestaat die via sites als resident advisor op de hoogte worden gehouden van de laatste muziektrends. Frans (58b) zag op Awakenings bus- sen vol met feestende Europeanen. Ook de speciale weekenders (geen sluitingstijd clubs) zijn tot over de grenzen populair. Eigenlijk is er altijd al sprake geweest van feesttoerisme. Op de eerste houseparty’s waren er al groepen Britten die een weekend lang kwamen raven in Amsterdam. Maar sommigen vrezen dat het grote aandeel van toeristen steeds meer het beeld gaat bepalen; niemand kent elkaar meer en je gaat je bijna een vreemde voelen op een festival. Vooral het succesvolle ADE clubfestival spande dit jaar de kroon. Camille (141a) kwam op sommige ADE feesten nauwelijks nog Amsterdammers tegen. Alles hing als los zand aan elkaar. Bezoekers hadden geen idee welke dj's er draaiden. Er waren in ieder geval te weinig Nederlandse dj's volgens Koen (1163), die werden ge- vraagd. Verschillende panelleden vinden het jammer dat het oorspronkelijk spontane karakter van het ADE verdwijnt. Toeristen kopen al ruim van te voren tickets en tegen de tijd dat je gaat nadenken naar welk feest je wilt, valt er weinig leuks meer te kie- zen. Maar er zijn ook panelleden die de kritiek zwaar overtrokken vinden. Jasmin (854) begrijpt alle heisa over toeristen niet en vindt dat de critici met twee maten meten; klagen over toeristen is potsierlijk als je zelf ook gaat clubben in Berlijn. Anderen vin- den dat de clubcultuur juist door de grote influx van toeristen en dagjesmensen op niveau blijft. Het geld van toeristen draagt juist bij aan een vitaal nachtleven. Toeristen II PANEL UITGAANDERS 29 besteden naar schatting het dubbele van Amsterdammers in het uitgaansleven; zij zijn de big spenders. Sommigen zien het als een onomkeerbaar proces dat er veel massa op de been komt als er iets speciaals op het programma staat. Exemplarisch was de run op kaarten die ontstond nadat bekend werd dat een Amerikaanse top dj onder de passage van het Rijksmuseum zou gaan draaien tijdens het ADE. Er waren 60.000 aanmeldingen terwijl er maar plek was voor 2000 genodigden. Internationalisering van de stad Kenners en kwartiermakers van het nachtleven zeggen dat het uitgaansleven steeds inter- nationaler wordt. Het zijn niet meer alleen de artiesten, djs en modepauzen die de toon zetten, maar nu ook toeristen die in groeiende aantallen hun weg vinden. Opvallend is dat de internationale hotelbarcultuur onderdeel van het nachtleven is geworden. Ofschoon al- les energieker wordt in de binnenstad dreigt er ook meer een monocultuur te ontstaan die tegemoet komt aan de noden van een groeiende groep toeristen. De stadspolitiek be- vindt zich momenteel op een cruciale tweesprong: meer toerisme, drukte en het verdwij- nen van het authentieke winkelaanbod of juist meer bescherming van bewoners en winke- liers tegenover de ongebreidelde monopolisering en kolonisering van grote commerciële bedrijven die Amsterdam als winstgevende afzetmarkt zien. 1.2 Netwerken en distinctie in het uitgaansleven De panelnetwerken vertegenwoordigen een breed spectrum van settings, scenes en stijlen binnen het dance- en urbangenre. In sommige groepen speelt muziek een gro- te rol. Bij anderen gaat het eerder om de setting: van zien en gezien worden in glossy clubs met vip decks en champagne tot duistere clubs met stroboscopen waar schim- mige silhouetten dansen in een mist van rookmachines. De frequentie van uitgaan varieert per groep en per seizoen. In de zomermaanden winnen vooral de festivals terrein. Er zijn ook groepen die elk jaar een paar keer naar een club of festival in het buitenland gaan. Het gros van de twintigers en dertigers in het uitgaanspanel is hoogopgeleid. Een aanzienlijk deel van de panelnetwerken vertegenwoordigt hippe of meer alternatieve muziekscenes in het urban- of dancemilieu. Het uitgaansleven blijkt ook een grote banenmachine want in veel panelnetwerken zitten vrienden en vriendinnen die dj, booker of organisator zijn of in clubs en op zomerfestivals achter de bar of als decor- bouwer en programmeur werken. Anderen hebben hun eigen baan gecreëerd en ko- 30 ANTENNE AMSTERDAM 2016 ken maaltijden, maken shakes of smoothies op festivals of zitten in de creatieve rand- programmering met theateracts, schminken etc. De panelnetwerken representeren een breed palet van scenes. Jamie (113a) en Lotje (130a) vertegenwoordigen de échte Amsterdamse scene met ‘voetballiefhebbers, par- tyanimals en gasten die hier geboren en getogen zijn’. Van ‘hip’ krijgen ze de kriebels, maar van hardstyle gaat hun hart sneller kloppen, net als bij de feestcafés op de uit- gaanspleinen. Jan (144a) zit tussen de ‘hoog opgeleide feestbeesten met een harde kern van medische studenten’. De uitgaanscligue rond Sophie (133a) is vooral artistiek en creatief geëngageerd, terwijl PJ (146a) vertelt over onbenaderbare mannelijke solis- ten met transseksuele hoeren op zijn feesten. De vriendenkring van Koen (116a) zit organisatorisch gezien diep in het nachtleven en de psychonautenscene van Joris (126a) gaat naast technofeesten ook naar festivals waar ruimte is voor spirituele activi- teiten. Tonio (56a/b) en Kofi (132a) vertellen beeldend over hiphop- en afrolosjes feesten waar onder het genot van cocktails en djonco's flink wordt geflirt en waar dames zonder enige gene op het podium hun string showen tijdens het billen schudden. Het jongste panellid, de zeventienjarige Turks-Nederlandse Nuri (118a), gaat al vanaf haar 14° naar dancehall en R&B feestjes en komt met de ID van haar nichtje op plek- ken waar minimale controle is, Eenmaal binnen maakt Nuri (118a) filmpjes die ook nog van pas kunnen komen als ze door een portier wordt geweigerd in een club waar ze eerder wel naar binnen mocht. Ze gaat een paar keer per maand stappen met een vriendin of gayfriend. Grote groepen schuwt ze omdat de kans groot is dat ze bekenden tegenkomt. Voor de zekerheid heeft ze een uitgaanspseudoniem. De uitgaanswereld waarin ze vertoeft is spannend maar ook rauw. Als meisje moet je op je qui-vive blijven, vooral voor jongens die het nachtleven als jachtterrein zien. “In onze cultuur staan we bekend om onze mond. Voor je het weet ben je een hoer. Dingen worden snel doorgespeeld aan buren, klasgenoten… De roddels vrees ik het meest. Kletsen met een jongen tijdens uitgaan levert geen problemen op, maar meegaan naar een hotel of in de auto wel. Meisjes die wel meegaan staan daar om be- kend, net als de gofddigers die altijd rond VIP-tafels hangen. Zelf ben ik niet zo. Laatst werd ik in een club wel een paar keer voor kankerhoer uitgescholden door een jongen die mij op een drankje trakteerde en daarna begon te trekken. Toen ik ‘laat me los’ zei werd ie woedend. Hij ging wel af omdat hij niet scoorde. Jongens doen alles voor seks tijdens uitgaan. Ze pronken met geld om aandacht te trekken. Of ze willen je naar huis brengen zoals mijn vriendin laatst overkwam. Ze ging mee met drie jongens. Eenmaal in de auto II PANEL UITGAANDERS 31 wilden ze haar alleen maar terug naar Amsterdam rijden als ze wilde pijpen. Ze weigerde en werd in Den Haag gedumpt. Maar je ontmoet ook leuke mensen die je wel netjes naar huis brengen hoor. Of we chillen wat in de auto met muziek en lachgas. Leuk is dat. Mijn vriendin is er dan ook bij.” Oude en nieuwe garde Generaties komen en gaan. Bram (@4a/b), trendspotter, kijkt vooral hoe de nieuwe aanstormende generatie twintigers zich verhoudt tot de 30-ers en 40-ers die deels al gevestigd zijn en in de organisatorische sfeer veel invloed hebben op het nachtleven. De innovatieven blijven na hun dertigste vaak plakken op gesettelde, meer luxe loca- ties, terwijl de jongste lichting — serieus, speels en ondernemend als ze is — het avon- tuur zoekt in het échte Amsterdamse nachtleven. En dat zijn zeker niet de internatio- nale hotelbars en sjieke cafés annex restaurants waarvan er in de afgelopen jaren tientallen zijn bijgekomen. De oude garde (veertigers) wordt door de jonge garde soms bekritiseerd omdat ze veranderingen dwarsboomt of nog teert op oude succes- sen in bijvoorbeeld kunst en mode. Voorbij zijn de hoogtijdagen van de reclame en fotografie in tijdschriften met grote budgetten voor journalisten. Bram (Q4a/b) ziet de jongste generatie juist minder gebukt gaan onder keuzestress. “Ze spelen meerdere rollen en pakken alles aan wat ze kunnen. Ze kiezen gewoon alles en het trechtert vanzelf. Ze zijn meer hands-on en de crisis heeft daar zeker een handje bij geholpen.” Wat dit betekent voor het drugsgebruik is (nog) moeilijk te voorspellen. Maar iemand die zo veel ballen in de lucht houdt, moet ook zijn drugsgebruik plannen. De jonge voorlopers zijn meer gefocust op hun doelen, ook als dat doel vrije tijd is. Wie minder ambitieus, lui of gewoon minder succesvol is kan daarentegen ook meer tijd door- brengen in het nachtleven. Afters en preparty’s Uitgaan betekent voor de een tijdelijke ontsnapping uit de overgeorganiseerde reali- teit en voor de ander is het een manier om juist het leven te vieren. Weer een ander gaat louter voor de dj's en artiesten of is juist op zoek naar een seksdate. Voor weer anderen is uitgaan simpelweg een alibi om drugs te gebruiken. De meeste panelleden zeggen zich bevoorrecht te voelen dat ze in een stad wonen waar zoveel te ontdek- ken en te beleven valt, de klok rond! Ook de invloed van afters mag niet worden on- derschat. Joya (136a) vertelt over het spontane karakter van efters die vaak ter plekke 32 ANTENNE AMSTERDAM 2016 ontstaan: “Je weet nooit met wie je heel hecht wordt op een feest en met wie je daarna gaat afteren.” Thuisfeesten zijn vaak verjaardagsfeestjes of als iemand een nieuw huis heeft of op reis gaat. Het kan ook gebeuren dat er tijdens het schilderen van T-shirts, drugs worden gebruikt tot diep in de nacht, heel wat anders dan wan- neer je een paddoceremonieel doet. Sophie vertelt over cocaïnebinges die 's avonds beginnen en tot de volgende middag doorgaan zolang het gezellig blijft. “Afteren is superleuk omdat je eindeloos kunt praten over dingen die je de volgende dag niet meer weet.” De afters in het netwerk van Lex (145a) zijn quality time. ‘Als een feest tegenvalt dan maken we dat op een after goed. Je krijgt echt een band met elkaar.” De vrienden van Frans (58b) hebben hun aftertijdperk ingeruild voor preparty's. Niet iedereen wil zijn huis meer beschikbaar stellen; de buren beginnen te klagen of je krijgt mensen nooit meer weg. Sommige haken af wegens kinderen of omdat de jaren beginnen te tellen, maar ook de prioriteiten worden verlegd. De preparty begint op tijd met een borrel, iedereen is nog fris en in de stemming om zich een paar keer om te kleden voor het feest. Maar er zijn ook momenten dat de grenzen tussen een feest, after of preparty niet meer zo helder zijn. Camille (141a) heeft tussen het chillen door tien feesten in vijf dagen bezocht tijdens de ADE tropendagen. Bij Jasmin (85a) liep werk en uitgaan zelfs parallel: Als we Jasmin (85a) een week na het ADE spreken is ze weer een beetje hersteld. Ze heeft tijdens het meerdaagse clubfestival achter de bar gewerkt in twee verschillende clubs en ook nog gefeest. Ze had een straf feestrooster: 's-middags slapen, ‘s-avonds werken en halverwege de nacht feesten tot het ochtendgloren. Tussendoor wat eten en een paar uur slapen. En dat van woensdag tot en met maandag op zeven verschillende locaties kriskras door de stad. Sommige vrienden waren op woensdag en donderdag al ‘helemaal los’ ter- wijl het weekend nog moest beginnen. Haar hoogtepunt? Zonder twijfel die zondagoch- tend in de loft van de nieuwe toren toen het eerste ochtendlicht de nachtbrakers verwel- komde met een bijzonder haast on-Amsterdams panorama. Haar laatste ADE feestje was op maandagochtend toen de eerste forensen aan hun nieuwe werkweek begonnen. Underground en subculturen Het Amsterdamse undergroundmilieu heeft zich in de afgelopen jaren op verschillen- de plekken in de stad, maar vooral buiten het centrum genesteld. De fasegewijze toe- kenning van een 24-uursvergunning heeft tot meer dynamiek geleid in het alternatie- ve feestmilieu. De upperground werd in de afgelopen jaren verrijkt met een handvol II PANEL UITGAANDERS 33 nieuwe clubs, Ze vormen een ideaal laboratorium voor het experimenteren met nieu- we concepten die muziek en kunstvormen meer met elkaar willen vermengen. In sommige clubs wordt een underground sfeer gecultiveerd. Soms zie je door de rookmachines en het schaarse licht nauwelijks meer een hand voor ogen. Het verdwa- len in de duisternis met zijn gangetjes, hoeken en nissen verhoogt het anonieme en tijdloze gevoel. De nieuwste club in de kelder van de A'dam toren is door critici goed ontvangen. Een bewijs dat de Amsterdamse underground springlevend is. De vrien- denclub van Joris gaat het liefst uit naar clubs met een tolerante sfeer, waar vrijer gereageerd wordt op normafwijkend gedrag en niet iedereen op elkaars kleding let of hoe raar iemand danst. “We voelen ons niet vrij in clubs waar iedereen elkaar aan zit te staren, waar strenge controles of andere beperkingen zijn om vrij te feesten.” Raves Naast de reguliere upperground is er ook een levendige ravescene waar Jan (1443), organisator en faciliteerder, nauw contact mee heeft. Een groot verschil met een club- ervaring is dat niet de vriendengroep, maar de rave bindend is. Aankondigingen wor- den via een gesloten Facebook groep op het laatste moment verspreid. Er komen gemiddeld 150-300 personen. Ofschoon de politie en/of handhaving soms dreigt met de inbeslagneming van apparatuur, komt dit weinig voor. Driekwart van raves gaan gewoon door. In het kraakmilieu van Joya (136a) wordt de helft door de politie vroeg- tijdig beëindigd. Jort (135a) laat foto's zien van een illegale rave die hij met kompanen organiseerde op bevrijdingsnacht (4-5 mei). Een smet op het feest was een ambulance die werd opgeroepen voor een GHB-overdosis. De politie die meekwam lastte het feest meteen af. Daarop verplaatste de meute zich naar een andere rave elders in de stad. Jort is (in)direct betrokken bij een stuk of vijftig raves per jaar, grote en kleine (want een paar speakers in de struiken met vijftig persoenen erbij is ook al illegaal). De spanning of het doorgaat en het gevoel van vrijheid is vaak een drijvende kracht. Met een groep iets organiseren, je eigen spelregels maken en improviseren vindt Jort het mooiste wat er is, De raves moeten zichzelf bedruipen en omdat er geen entree wordt gevraagd zorgt de verkoop van soep, bier en lachgas voor extra inkomsten om de huur van de apparatuur te kunnen betalen. 34 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Elk weekend is er wel ergens een illegaal feest. Dat is ook weer niet zo bijzonder, vindt Jort (135a): “Je hebt een bus met een soundsysteem, plus wat kratten met bier en water. Je zoekt een plek, organiseert mensen en na aankomst pak je snel alles uit. Je sluit de ka- bels aan en na een half uur kunnen we beginnen. We werken in een kleine ploeg en zijn een geoliede machine. Wij verschillen van anderen omdat we geen vergunning aanvragen. Maar ook omdat ze het toch niet geven. Feesten stoppen op een geven moment als je overdag een feest geeft: op zondag eerder stoppen en niet in het donker doorgaan als je overdag begint. Andersom als je in het donker begint: ‘s ochtends stoppen. Als mensen dan een after willen, dan moeten ze dat zelf maar gaan doen. Maar dan hoef ik mij niet meer verantwoordelijk te voelen.” De psytrancescene hoort met tekno en drum & bass bij de underground. Naast MDMA en amfetamine worden vooral ook ketamine en tsp gebruikt. Cocaïne hoort meer thuis in het mondaine housemilieu weet Pim (142a), die de mensen omschrijft als ‘hippies, vrije geesten, maatschappijkritisch en liefde voor de muziek’. Op de zomer- festivals wordt veel zorg besteed aan goed en duurzaam eten en er worden ook veel niet-alcoholische sappen aangeboden. Veel bezoekers doen aan ‘flowarts’ (o.a. staff spinning, juggling, hoepels, etc). De anarchistische mentaliteit van psytrancers wrikt vaak met de mainstream mentaliteit in clubs. Psytrance steekt met zijn felle decors en blacktights vrolijk af tegenover het meer duistere tekno. Gay en underground De Regulierdwarsstraat blijft een zekere aantrekkingskracht houden. De homohoreca is uitgedund maar er zijn zeker nog een handvol gelegenheden gevestigd, kappers, winkels en gayfriendly restaurants dan nog niet meegerekend. In de gay en under- ground niche zijn in de afgelopen jaren veel nieuwe initiatieven ontplooid. De Am- sterdamse scene voelt volgens clubeigenaar PJ (146a) alleen concurrentie als er elders in de stad een ander groot feest wordt georganiseerd. Dergelijke feesten worden ook vaak door homotoeristen uit andere Europese steden bezocht. Sommige clubs organiseren instapavonden voor studenten of feesten waar vooral sportkleding wordt gedragen. Aan de andere kant van het spectrum zijn er cruisepar- ties en feesten speciaal voor behaarde mannen. Een in de scene bekende club heeft inmiddels ook in het buitenland enige reputatie. Hier kijkt men er niet van op of je gekleed dan wel poedelnaakt rondloopt. De speciale seksfeesten vinden plaats in re- guliere clubs. PJ (146a) ziet verschillende generaties in clubland: de ervaren 40- plussers die zich uitbundig gedragen en ook nog fors drugs gebruikt; de 30-ers die II PANEL UITGAANDERS 35 voorzichtiger maar ook kritischer zijn en hun gebruik meer plannen; en de 20-plussers die nog zoekend zijn en soms nog met één been in het studentenmilieu staan. De laatbloeiers (vaak 40-plussers) lijken qua gedrag op de twintigers en experimenteren volop met drugs en seks. Een kleine niche zijn volgens twee panelleden privéfeesten (gemiddeld 50 bezoekers) die vooral op seks gericht zijn en in het verlengde liggen van de openbare seks en fetisj feesten (dance & cruise) met meer extreme perfor- mances. De círcuitparties (1.000-2.000 bezoekers) vertegenwoordigen een breder en minder extreem segment waar vooral wordt geflirt en het accent meer op muziek en dansen ligt. Sommige clubnachten voelen als een vertrouwde huiskamer, zegt PJ (146a), die het belangrijk vindt dat bezoekers zich veilig voelen en ongeremd plezier kunnen maken. Er zijn speciale avonden waar het dansen wordt afgewisseld met een bezoek aan de darkroom. De dj's voelen precies welke muziek het beste past bij het thema van de avond. “Er werkt een vriendenteam en je wordt gezien. Iedereen kent elkaar en de barman weet al snel wat jij graag drinkt en hoe je heet. Er is veel persoonlijke aandacht en als het een keer misgaat dan word er echt meegeleefd. Ons team biedt de garantie dat mensen een fijne avond hebben.” P) (146a) merkt dat de lichting 20-plussers zich niet vanzelfsprekend wil identificeren met het homocircuit en ook omgaan met heteromannen. Hij denkt dat de klassieke homocultuur verder onder druk komt te staan. Omdat jonge homo's minder geneigd zijn om voor een homonetwerk te kiezen blijven ze langer in heterosjablonen hangen; reden waarom organisatoren en faciliteerders meer contact zijn gaan zoeken met homogerichte studieverenigingen en reclame maken voor homofeesten. Lex (145a) zit in deze doelgroep. Hij vindt het jammer dat Amsterdam geen echte gayclubs heeft, Voor goede muziek gaat hij naar speciale clubavonden en soms bezoekt hij gayfees- ten of de meer rauwe gay raves. Hij gaat zelden met dezelfde groep uit en weet dat hij de kerngroep later op een after wel weer tegenkomt. Camille (141a) ziet dat un- derground-concepten behalve met muziek ook meer experimenteren met kunst of kinky elementen en/of extremere kledingstijlen. 36 ANTENNE AMSTERDAM 2016 1.3 Ontwikkelingen in het uitgaansleven De feesten en clubavonden waar panelleden over vertellen beslaan een breed spec- trum van het uitgaansleven. Sommige groepen zijn vaker te vinden op de uitgaans- pleinen terwijl andere liever de underground opzoeken. Er is een keur aan grote en kleine festivals waar louter techno, urban, hardcore of een mix wordt gedraaid én er zijn festivals waar de grillen van een subcultuur overheersen en de muziek van secun- dair belang is. Begrippen als hip, mainstream en underground worden door panelle- den gebruikt om een waarde toe te kennen aan bijvoorbeeld een feest, een muziek- stijl, een scene of een speciale locatie. De nuance ligt vooral in de subculturele duiding die er aan toegekend wordt. In deze paragraaf vertellen panelleden over (nieuwe) uitgaanssettings en festivals, over muziekgenres en de sociale media. We sluiten af met de ontwikkelingen in 2016. Settings (uitgaanslocaties) Het Amsterdamse uitgaansleven bestaat uit een regulier segment (mainstream), een kleine underground en een overlappend segment (upperground) dat elementen uit beide werelden wil verenigen. Volgens de clubpromotors is het eind van de groei nog niet in zicht zolang het toerisme blijft groeien. Tonio (56a) denkt dat een kwart van de bezoekers op een clubavond in het weekend toerist is. Het reguliere uitgaansleven biedt een brede muziekprogrammering van dance tot urban en popconcerten. Sinds het nieuwe beleid mogen sommige locaties een aantal weekenden per jaar langer (tot 08.00 uur) open blijven. In centrum (vooral op de uitgaanspleinen) werken clubs en feestcafés met portiers en sommige met doorbitches** Tijdens het ADE is elke deel- nemende club verplicht om met portiers te werken. De bijna honderd meter hoge A'Dam toren aan de IJ-oever is na een ingrijpende ver- bouwing in 2016 geopend en omgetoverd tot een kosmopolitisch complex met kan- toren, uitgaansgelegenheden en een observatiepunt met een ronddraaiend restaurant. Naar verwachting zal deze nieuwe landmark uitgroeien tot een toonaangevende uit- gaansgelegenheid. De Shelter, onder het Overhoeksplein bij de A'Dam toren, wordt een technoclub (capaciteit 700 bezoekers) met een 24-uurslicentie. In een interview 3 Definitie van doorbitch op urbandictionary.com: Person, usually female and/or gay, who stands at the door of a nightclub next to the bouncers and decides who's beautiful enough to get in… Unless you look like a model or you're a celebrity with his posse, the door bitch will never let you into the club. II PANEL UITGAANDERS 37 met het Parool @ zeggen de programmeurs dat het mooiste van de nacht het verva- gen van grenzen is. “s Nachts ontmoet je vaak de meest interessante mensen, zowel creatief als zakelijk.” Ook meer sjieke hotelbars hebben hun deuren geopend. Ze mikken op een luxer segment die o.a. de happy few en zakelijke creatievelingen moet verleiden. Sommige panelleden zien parallellen met de loungeperiode rond 2000. De huidige ontwikkeling sluit aan op een trend in de binnenstad die we hier voor het gemak typeren als glammification, de luxe enclaves met exclusieve mode, parfums, design en logo's win- nen terrein met het stijgen van de vierkante meterprijs binnen de ring. Frans (58b) ziet de social invite op Sunday Social als een nieuwe manier van werving in het hippe en hogere hotelsegment. Het concept is simpel: het hotel vraagt iemand met status om een speciale groep mensen uit te uitnodigen voor een feest; de genodigden worden voor een speciaal besloten feesten verwelkomt door een dj. Een win-win situatie, zegt Frans; de organisator mag een gratis feestje geven voor zijn vrienden c.q. netwerkrela- ties en het hotel heeft een volle bar met mensen die wat te besteden hebben. Ook in het alternatieve segment zit nog voldoende rek gezien de opening c.q. door- start van nieuwe locaties (zie ook Shelter). Volgens panelleden blijft er een herkenbare brede onderstroom van groepen en scenes die meer aan een subcultuur hechten van een rauwe ravekelder dan van een cleane club. Veel sub- en muziekculturen gedijen binnen de grote muziekgenres en hebben allemaal hun eigen hangouts, concerten en clubnachten. Het meest innovatieve segment zijn vooral de plekken waar movers en shakers reuring veroorzaken. Sommige clubs proberen in hun programmering de hok- jesgeest te bestrijden in de hoop dat verschillende scenes meer gaan mengen met elkaar. Dat lukt de ene keer soms beter dan de andere keer. De festivals lopen synchroon met het uitgaansleven en pieken vooral in de zomer maanden in parken en recreatiegebieden aan de randen van de stad; Op sommige meerdaagse festivals kan zelfs worden gekampeerd. Naast de bekende megafestivals (tienduizenden bezoekers) zijn er nog meer kleine festivals (5-10.000 bezoekers). Een resultante van de zogenaamde festivallisering is dat het aantal organisaties bijkans niet meer te tellen is, met als kanttekening dat de meesten maar een of een paar keer per jaar een evenement organiseren. De festivals onderscheiden zich met hun mu- 32 Luijters (Het Parool, mei 2016). 38 ANTENNE AMSTERDAM 2016 ziekprogrammering en/of bieden allerhande workshops, theatervoorstellingen, lezin- gen, etc. aan. Muziek: urban wint terrein Dance en urban zijn de twee hoofdstromen in het Amsterdamse uitgaansleven. Bij dance zijn dat vooral techno en house. Dubstep, grime en hardcore zijn minder melo- dieuze subgenres en worden daarom weinig in clubs gedraaid. Techno is vooral onder hoogopgeleiden populair en hardcore bij laagopgeleiden. Insiders voorspellen dat minimal weer terugkomt, maar dan in een hardere variant. Dj's horen dat techno ook vaker filmischer wordt verklankt. Jamrock succesvol Het urbangenre beleeft volgens kenners een nieuwe bloeiperiode. Een van de succes- volle oudgedienden is jamrock, een clubconcept met aanstekelijke dancehall en reg- gae muziek. “We dont follow trends, we dont set trends, we set a culture” zo luidt de slogan van jamrockfeesten die zijn uitgegroeid tot een bloeiende subcultuur met bekende dj's, artiesten en coole mixtapes. Het concept dat klein begon in de Brasil Bar is in de afgelopen jaren verbreed naar Amsterdamse clubs en podia die zonder moeite uitverkocht raakten. Bij Jamrock is het publiek etnisch gemengder dan op elk ander urban event. Een jonge top dj uit het dancehallmilieu mocht zelfs draaien op het hardcore Defgon festival. Kofi (132a), die als partyfotograaf goed is ingevoerd, ziet dat de urbanscene geprofessionaliseerd is. Voorbij is de tijd van vier kale muren en een discolamp; er wordt meer gelet op het decor en veel aandacht besteed aan de online presentatie. Qua muziek is de cross-over met house een constante geworden: “House is het broodje waar je telkens wat anders op kan smeren.” Hoewel het gevaar van seflout altijd op de loer ligt, laten toonaangevende dj's zich inspireren door Cari- bische muziek, die ze vervolgens met house mixen. Een andere stijl die volgens insiders bij een jong, Amsterdams, merkengeil Zuidoost publiek hoge ogen gooît is afrohouse met bijbehorend reizend feest Afrolosjes; met invloeden van azonto tot baila funk is het concept minder opruiend dan jamrock. Kofi (132a): “Bij Jamrock is het minder patsen en uitbundiger dansen terwijl Afrolosjes in- getogen is en de hakken centimeters hoger.” Door het succes wordt afrohouse ook door de mainstream opgepikt. En omdat iedereen een volle zaal wil, hebben verschil- lende organisaties de handen ineengeslagen. Gevolg was dat op het uitverkochte Encore zomerfestival op de NDSM-werf op maar liefst drie podia kon worden gedanst IT PANEL UITGAANDERS 39 op de beste hiphop en R&B. Zelfs de voor modder allergische dames waren van de partij. Daarnaast is er nog een keur aan (nationaal) bekende artiesten (o.a. Broederliefde, Lil’ Kleine en Ronnie Flex) die hitjes maken bij de klok. Een groep rappers uit de Bijlmer (SFB) zette ook een belangrijke stap naar de mainstream. In hun raps wordt veel op- geschept over drank (zakelijke deal met een drankmerk), drugs en ballonnetjes. De concurrerende rapgroep HPF, eveneens uit de Bijlmer, vertolken meer gangsterraps over crimes en cokedeals. Maar Tonio (56a) denkt dat de huidige popularisering van hiphop juist gevoed wordt door de afwezigheid van allerlei stereotype vooroordelen. Er zijn heel veel jongens die geen dj maar hiphopper willen worden. Nieuwe media en clubcultuur De feestcultuur en sociale media zijn innig met elkaar verbonden. Facebook is nog steeds leidend maar heeft niet meer de coolfactor. Er helemaal uitstappen is weer een te grote sprong omdat je ook bang bent om iets te missen. Instagram is zeker bij de jongere generatie een serieuze opvolger omdat je met dit medium meer aan je per- soonlijke profilering kunt werken. De telefoon is een onmisbaar instrument geworden. Panelleden gebruiken hem soms tijdens het interview om een drugsapp, foto's van een feest, een gek drugsfilmpje of een website waar je het beste 3-MMC kunt bestel- len te laten zien. Op het moment dat we Jort (135a) interviewden kreeg hij een red alert binnen met updates van gevaarlijke pillen. Daarnaast vertellen panelleden ook dat veel informatie via gesloten c.q. geheime groepsapps of Facebookgroepen (100- 3000 leden) wordt gedeeld. Er wordt gediscussieerd over drugs of je wordt op de hoogte gehouden van geheime feesten. Ook clubs hebben hier volgens Dennis (147a) profijt van. Zo komt op één van de avonden een actieve en etnische gemêleerde techno-gaygroep (een derde van alle bezoekers) die een eigen facebookgroep heeft opgericht. Maar feestpromotoren benaderen ook vaak actieve leden met als doel hun achterban te mobiliseren. Soms is er directe communicatie tussen de groep en de promotor. Samen alleen In gesprekken met panelleden komen de oorspronkelijke kernwaarden van de clubcul- tuur (o.a. afscheiding, vrijheid en identiteit) — en hoe deze kunnen schuren met de commerciële belangen van de feesthoreca en tegenwoordig ook door de invloed van 40 ANTENNE AMSTERDAM 2016 de nieuwe media — nog wel eens te sprake. Ook mobiele technologieën, smartphones, en websites stellen de clubcultuur op de proef. Sluiten de oorspronkelijke kernwaarden nog wel aan op de eigentijdse clubcultuur, vraagt Louisse zich af. ** Enerzijds proberen clubs (maar ook festivals) een afscheiding te creëren van het dagelijks leven door bijvoorbeeld het heffen van entree en het toepassen van een toelatingsbeleid (vooral in clubs). Lasers, speciale decors en per- formances verhogen de sfeer en geven de bezoekers een collectief gevoel dat ze tij- delijk in een alternatieve dimensie verkeren. Ofschoon bezoekers fysiek in dezelfde bubbel zitten doorbreekt het gebruik van smartphones de gekoesterde barrière en kan een bezoeker tegelijkertijd in woord, gedachten en beeld op nog tientallen ande- re plekken verkeren. Bezoekers worden continue verleid om zich te onttrekken, wat het groepsgevoel kan ondermijnen en waardoor het moeilijker wordt om volledig op te gaan in het hier en nu. Er zijn feesten waar bezoekers actiever gebruikmaken van hun smartphones dan feesten waar meer sociale interactie is en/of wordt gedanst. Door gebruikmaking van technologie wordt niet alleen de afscheiding van de buiten- wereld meer fluïde, maar ook de ervaren vrijheid komt in een ander daglicht te staan. De tijdelijke autonome zone, zoals een club of festival soms ook wordt gezien, functi- oneert als een intieme vrijhaven waar mensen in de nabijheid van vrienden en gelijk- gestemden piekervaringen kunnen ondergaan, juist omdat het symbolisch is afge- scheiden en onzichtbaar voor de buitenwereld. Maar nu mensen door de draagbare technologieën in een mobiele feestruimte door omstanders ten allen tijde kunnen worden gefotografeerd is behoedzaamheid geboden. Vrijheid wordt niet alleen meer beteugeld door de staat, maar ook door de bezoekers zelf. Cascio®* omschrijft dit horizontale systeem van sociale controle als een participa- tory panopticon” Nu de collectieve omarming van de nieuwe media hebben geleid tot een stortvloed aan feestfoto's en aftervideo's in de clubcultuur, komt ook het sub- cultureel kapitaal weer ter discussie te staan. Ook feestorganisaties maken volop ge- bruik van de nieuwe media, maar in sommige niches klinkt ook de kritiek dat de sub- culturele waarden door een grotere toegankelijkheid en verdergaande controle onder 33 _Louisse (2015). 4 In Louisse (2015). 5 Dit aan Foucault ontleende begrip betekent in deze context dat clubbers het toeziend oog van de buitenwereld hebben geïnternaliseerd waardoor ze zich terughoudender en zelfbewuster gedragen. II PANEL UITGAANDERS 41 druk is komen te staan. In dit licht bezien moeten de acties van verschillende organi- saties worden begrepen om de anonieme c.q. intieme feestomgeving te waarborgen door het gebruik van smartphones e.d. zo veel mogelijk terug te dringen, zo niet te verbieden. Er zijn ook mensen die het niet op prijs stellen dat er foto's worden ge- maakt. Clubmanager Dennis (147a) is hier helder over; de club communiceert welis- waar via Facebook, Instagram en Snapchat, maar binnen foto's maken is uit den boze. “Het is irritant en je onderbreekt de wibe. Het turen naar je beeldscherm wordt gedoogd maar we vinden eigenlijk dat mensen bij ons niet met hun telefoon bezig moeten zijn. We gunnen mensen hun privacy maar voor ons is het een basisnorm dat je in een sociale omgeving bent en je daartoe verhoudt.” 1.4 Uitgaanstrends samengevat = Het feesttoerisme lijkt een steeds groter beslag te leggen op de clubcultuur en zomerfestivals. = In zowel het hogere meer sjieke als in het alternatieve uitgaanssegment, worden nog steeds nieuwe clubs geopend. = Er komen nog steeds nieuwe festivals bij door de nog steeds groeiende feestpo- pulatie. = Het urbangenre beleeft in de breedte (meer festivals, succesvolle rappers en ge- slaagde clubavonden) een nieuwe bloeiperiode. = Op meer uitgaanslocaties (in het alternatieve segment) geldt een fotoverbod en/of wordt het gebruik van smartphones afgekeurd. 2 Middelengebruik In dit hoofdstuk bespreken we het middelengebruik in het Amsterdamse uitgaanspa- nel. We beginnen met alcohol, tabak en cannabis. Panelleden vertellen onder andere welke drankjes in trek zijn en of de vaporizer en e-sigaret populairder worden. Daarna komen de stimulantia, narcose- en tripmiddelen aan bod en tenslotte de nieuwe psy- choactieve stoffen (NPS) die vooral in dance gerelateerde en psychonautische panel- netwerken aanslaan. We beschrijven het middelengebruik in de context van drug (stof), set (mens) en setting (milieu). Door naar set- en settingfactoren te kijken, be- 42 ANTENNE AMSTERDAM 2016 grijpen we meer over de aard van het middelengebruik. De netwerken in de panelstu- die vertegenwoordigen een palet van stijlen, groepen en scenes (o.a. studenten, voet- balsupporters, gays, hiphoppers, ravers, dj's, psychonauten en kinky) die goed thuis zijn in het nachtleven. De muziekstijlen worden vaak apart geprogrammeerd maar tijdens het ADE en andere festivals staan bezoekers van hiphop, house en hardcore soms gebroederlijk naast elkaar. De frequentie en gebruikspatronen van middelengebruik geven meer inzicht in de mate in de aard van het gebruik. Wie nemen welke middelen en met wie? Welke set- ting heeft de voorkeur? Welke factoren beïnvloeden het gebruik? Is het de groep, de muziek, het type festival of is het een combinatie van verschillende elementen? De panelleden weten waarom een middel populair of juist op zijn retour is en vertellen ook over de risico's van drugsgebruik. Door deze ‘inside informatie’ houden we een vinger aan de pols en kunnen we de hartslag van de huidige uitgaansgeneratie peilen. Wordt het wilder of gaat het een tandje terug? Millennials Ofschoon de meeste panelnetwerken in de geschiedenis van deze bijna 25-jarige pa- nelstudie vooral uit twintigers bestaan, volgen we momenteel een cohort dat volgens demografen tot de millennials (het demografische cohort na de generatie X) behoort en waarin de mensen tussen 1981 en 2000 zijn geboren. Bram (94a/b), trendspotter, merkt dat de huidige generatie (vooral wonend in stedelijk gebied) scherp is gefocust op niet één maar meerdere doelen. Ze beseffen als geen ander dat een vaste baan voor het leven, als ze dat al zouden ambiëren, verleden tijd is. In het leven van de agendahedonist wordt alles gepland en worden de verschillende baantjes, stages, vrijwilligerswerk, feesten, sport en uit eten schijnbaar moeiteloos gecombineerd. De rode draad tussen alle dagelijkse activiteiten door zijn de sociale media waar de laat- ste ontwikkelingen op de voet worden gevolgd. Een gezonde leefstijl en drugsgebruik gaat bij sommige panelleden hand in hand. Lotje (130a) adviseert om niet eentonig te consumeren, zowel niet met voedsel als met drugs, die je moet reserveren voor speciale momenten. In de omgeving van Joris (132a) is het de uitdaging om negatieve effecten van drugs zoveel mogelijk te beper- ken en de positieve te optimaliseren. Hij bekijkt het vanuit een psychonautisch per- spectief, “Je bepaalt altijd zelf of je gebruikt en wat je gebruikt. Je wilt weten wat er in zit en zorgt dat je goed geïnformeerd bent. Je probeert de gezondheidsschade zoveel II PANEL UITGAANDERS 43 mogelijk te beperken door bv vaporizers en e-sigaretten te verkiezen boven tabak. Alcohol drink je met mate of vervang je door middelen die minder kater geven.” Panelleden vertellen dat het uitgaansleven zich vanwege de vele zomerse festivals allang niet meer alleen in de avonduren afspeelt. Door de verruiming van de uit- gaanstijden in de clubs is het verschil tussen dag en nacht steeds kleiner geworden. Wie vroeg wilt stappen kan er ook voor kiezen om van te voren te slapen om vervol- gens om 06.00 uur ‘s ochtends de dansvloer op stappen als er een befaamde week- ender wordt georganiseerd en de club non-stop open is. Het uitgaansleven is zo veel- zijdig geworden dat het je hele weekend op kan slokken, weet Jan (144a). “Het komt vaker voor dat je bewust niet uitgaat, om jezelf te sparen voor het weekend, dan dat je niet weet waar je naar toe moet.” Uitgaan betekent voor de meesten een leuke tijd hebben, vindt Joris (126a) die net als de andere panelleden zijn groep door de jaren heen ziet veranderen. In de beginperi- ode wil je alles nog ontdekken en zijn drugs spannend en wil je vooral dansen. Maar met het verstrijken van de jaren word je kieskeuriger en komt er minder nadruk op het drugsgebruik te liggen. Iedereen die van stappen houdt maakt vroeg of laat het onvermijdelijke moment mee dat de groep om je heen opeens een stuk jonger is. Beteugelen van excessen Het wederkerigheidsprincipe (reciprociteit) is in het uitgaansleven en vooral op de festivals sterk aanwezig. Onbekenden delen en ruilen spontaan dingen met elkaar. Een joint gaat rond, een snuifflesje met ketamine en pillen wordt geruild voor biertjes. Er wordt aan ijsjes gelikt, uit het zelfde glas gedronken en er worden pillen doorgebeten en gedeeld. Sommige panelleden geven grif toe dat drugsgebruik en uitgaan sterk verbonden zijn met elkaar. De muziek is vaak een bindend element tussen groepen. “Drugsgebruik is bij ons heel normaal,” zegt Sophie (133a). “Iedereen doet het.” En ook Jan (144a) vindt dat drugsgebruik erbij hoort. “Het wordt niet altijd zo gezegd, maar uitgaan en drugs is een echte leefstijl geworden,” met uitzondering dan van de ‘milde avondjes’ in de kroeg. Frans (58b) ziet een afnemende belangstelling van de privé sekskamer in het extreme homosegment. Is de nieuwigheid eraf of kijkt men kritischer naar chemsex praktijken? Dagenlang durende seksfeesten met gasten of partners die ontsporen geeft ook veel stress. En moet je de ambulance bellen als ie- mand fors out gaat? Hoe vertel je iemand om te vertrekken als het niet leuk meer is? 44 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Frans vermoedt dat mensen selectiever zijn geworden in wie ze thuis uitnodigen. Het voordeel van een club is dat je kunt kiezen wanneer je vertrekt. Er zijn ook panelleden die het drugsgebruik in een bredere context zien dan alleen maar op feesten waar je danst en naar muziek luistert. Uitgaan staat ook symbool voor een periode dat je je grenzen verkent in een sociale omgeving die je prettig vindt. Drugs gebruik je met vrienden, openlijk of heimelijk al naar gelang de codes die er zijn. Volgens Koen (116a) maakt het niet zoveel uit of je gebruikt, maar hoe je dat vervolgens doet in een omgeving waar het eigenlijk niet mag. De kunst is om te ge- bruiken zonder dat het direct opvalt zodat anderen er geen aanstoot aan nemen. Nog belangrijker vindt hij dat je aanspreekbaar en ‘in control’ blijft als je onder invloed bent: een reden waarom drugs als GHB en LSD in zijn vriendengroep niet populair zijn. De meeste panelnetwerken zijn vertrouwd met drugs in het nachtleven, maar de kunst is om ervoor te zorgen dat uitwassen niet de sfeer gaan bepalen. In de discussies hierover hebben verschillende partijen in de afgelopen jaren meer toenadering ge- zocht om te bekijken hoe je gezondheidsrisico's op feestlocaties zoveel mogelijk kunt beperken en de veiligheid kan worden vergoot zonder meteen aan meer repressie te denken. Naast meer deskundigheidsbevordering voor het personeel is de Ce/ebrate Safe campagne een voorbeeld van hoe ook feestorganisaties hun verantwoordelijk- heid nemen in de informatieoverdracht van professionals (harm reduction) naar hun eigen achterban. Panelleden vinden echter dat ook gebruikers hun verantwoordelijkheid moeten dra- gen. In het huidige pragmatische drugsbeleid voorkom je interventies als je de exces- sen weet te beteugelen. Ook uitbaters en feestorganisatoren hebben daar een belang bij. PJ (146a) clubmanager, vertelt hoe het hele team betrokken is en er voor zorgt dat alles goed verloopt en de sfeer veilig is. Bij calamiteiten wordt er meteen contact gezocht met vrienden of partners die medeverantwoordelijk worden gemaakt, of ze dat nou leuk vinden of niet. Bij iemand die in zijn eentje is wordt eerst bekeken in welke conditie de persoon zich bevindt. Ook als een bezoeker naar omstandigheden extreem gedrag vertoont wordt deze door het personeel (geen werkkleding) eerst geobserveerd. Na het verzamelen van meer info wordt de desbetreffende bezoeker aangesproken door het personeel. Dennis (147a), vindt dat het drugsbeleid in een club helder moet zijn. Het deurbeleid is cruciaal; ongeveer 1 op de 10 bezoekers wordt geweigerd omdat ze te zat, te high of gewoon vervelend zijn. En de ‘doorbitch' II PANEL UITGAANDERS 45 checkt bij corporale gasten of ze niet bij de verkeerde club staan. Ook in de club zijn er duidelijke regels; wie zichtbaar gebruikt gaat eruit en wie ‘out gaat’ op GHB krijgt een ontzegging van drie maanden. Niks is vervelender dan wanneer het personeel comateuze GHB-ers moet reanimeren. Degenen die behandeld worden krijgen stan- daard een brief mee waarin ze op hun verantwoordelijkheid worden gewezen. Wie meer dan een buisje bezit wordt direct aan de politie overgedragen. Verder grijpt het personeel in zodra iemand de controle dreigt te verliezen. In sommige panelnetwerken wordt veel gepraat over doseringen, effecten en risico's van middelen en combinaties, en gelden er soms regels over drugsgebruik. Vooral bij GHB zijn gebruikers erbij gebaat om mogelijke problemen te voorkomen, wetende dat alles wat met GHB te maken heeft door de security, organisatoren en andere bezoe- kers wordt uitvergroot. Roekeloos gedrag in een club of op een after is namelijk vra- gen om moeilijkheden en moet door informele controle of sancties worden geregu- leerd. GHB-groepjes houden elkaar daarom extra scherp in de gaten omdat ‘out gaan’ tot extra consequenties kan leiden. De security slaat aan, de politie wordt erbij ge- haald of omstanders gaan tegen de wens van de groep de ambulance bellen. Lex (145a) heeft eerlijk gezegd niet zo'n hoge dunk van de doorsnee drugsgebruiker en vindt dat de meesten er bar weinig vanaf weten. Wie onvoorbereid met GHB begint zonder enig benul van doseringen te hebben bindt de kat op het spek. En PJ (146a) verbaast het soms hoe snel het drugsgebruik binnen een nieuwe bezoekersgroep van jonge homo's zich kan ontwikkelen. In het begin zijn ze nog een beetje bleu, maar dat verandert zodra ze groepjes gaan vormen die als een snelkookpan werken voor drugsgebruik. Vooral bij de jonkies (twinx) is het gedonder omdat ze grenzeloos zijn. Ze blijven te lang hangen bij de toiletten, dealen of zijn duidelijk op zoek naar drugs. Verder zijn er enkele kleine scenes vertegenwoordigd in het uitgaanspanel waar ex- treem veel drugs worden gebruikt. Een daarvan is een homo-undergroundscene waar drugs, seks en onbeschermd vrijen een cocktail vormen, volgens Frans (58a). Er woe- den discussies over mannen (zero positief en negatief) die onbeschermde seks heb- ben en zeggen PrEP te gebruiken. Tenslotte zijn er panelleden die vertellen dat een verslaving bij iemand in hun omgeving niet altijd wordt herkend. David (57b) werd 36 In een pilot (2015-2018) van de Amsterdamse GGD slikken circa 370 mensen dagelijks en/of rond risi- coseksmomenten PrEP, een preventiepil (met daarin twee hiv-remmers) die de kans op hiv voorkomt. 46 ANTENNE AMSTERDAM 2016 geconfronteerd met de zelfmoord van een vriend die, zoals achteraf bleek, ook aan een cocaïneverslaving leed. 2.1 Alcohol In een ruime meerderheid van de panelnetwerken drinkt ten minste driekwart regel- matig alcohol. Het aantal glazen kan in subgroepen binnen elk panelnetwerk echter flink variëren. Mannen drinken doorgaans vaker, meer en sneller dan vrouwen. Elk uur tenminste twee á drie alcoholconsumpties is geen uitzondering. Er zijn panelnetwer- ken waar alcoholkaters vaker voorkomen maar ook panelnetwerken waar minder alco- hol en/of een maximum aantal glazen per keer eerder wordt gekoppeld aan een ge- zonde(re) leefstijl. Statusdrinkers Club- en barmedewerkers zien veel verschillende smaak- en drinkgewoonten in uit- gaansculturen: hoe jonger het publiek hoe lager de baromzet. Studenten drinken va- ker bier, maar de baromzet ligt vaak een stuk lager dan tijdens een urbanfeest, waar weliswaar een kleinere groep drinkt, maar de bestelde drankjes wel exclusiever zijn; mannen drinken vaker whisky (vaak Hennessy of Jack Daniels); en dames houden meer van zoete mixdrankjes. Tonio (56a), barkeeper, vertelt over de smaakvoorkeuren van zijn klanten. Op een typisch Surinaams/Antilliaans hiphopfeest gaan er dik tien flessen cognac doorheen, terwijl er normaal maar één fles in de maand leeg gaat. Barkeepers zien meer bravoure en ‘statusdrinkers' bij de toog en vertellen over ‘pat- sers’ die met pakken geld in de achterzak lopen en die zo 150 euro neerleggen voor een fles, wat overigens vaak geweigerd wordt. Tonio (56a) zegt dat er collega's zijn die op sommige feesten niet willen werken omdat ze de zenuwen krijgen van klanten die hun commanderen. Zelf kan hij er wel om lachen. Om die vrouw bijvoorbeeld die zogenaamd geen wodka proefde in haar drankje, boos werd en de beveiligers er bij ging halen. Of gasten die vier flappen van 50 euro in zijn hand drukken voor een fles sterk. En je hebt types die als het op betalen komt heel lang met hun rug naar de bar blijven staan in de hoop dat ze niet hoeven te betalen. “Als barman moet je eelt kweken, vooral als ze al wijzend voor je staan en je zonder aan te kijken “ik wil drank’ roepen. Er kunnen echte opstootjes ontstaan want iedereen wil NU geholpen worden. Zelfs als ze zien dat het druk is.” II PANEL UITGAANDERS 47 Op urbanfeesten wordt vaker met cash betaald, studenten pinnen meer en de fooien- pot is het meest gevuld na een homofeest. Ook toeristen zijn goede klanten. Op een typische danceavond wordt het meeste water besteld, maar is er ook een groep die behalve bier, vooral wodka, baco of gin-tonic besteld. Clubmanager Dennis (147a) valt het op dat vrouwen vaker kleinere drankjes als Jägermeister en shotjes tequila bestel- len. “Kunnen ze lekker dansen en hebben ze niet steeds zo'n megaglas vast. Voor vrouwen is het meestal een beetje drugs (XTC en coke), water en af en toe een shotje — onderhoudend, zeg maar.” Naast het alcoholische smaakspectrum van bitter, zoet, scherp en zwaar, winnen de alcoholvrije sappen, naast de klassieke frisdranken als cola en sinas, langzaam aan populariteit. Toegegeven, het aanbod blijft in sommige gelegenheden schraal, maar stappers kunnen bij steeds meer bars kiezen uit speciale gingerlimonade, vlierbloe- semsap, kokoswater of club maté zonder of met cafeïne. Er wordt voorspeld dat het gebruik van gember vaker terug gaat komen in sappen en dat ‘hot ginger” het nieu- we munt gaat worden. Ook met alcohol ziet bardame Sophie (133a) dat de dark & stormy mix van rum met ginger of wodka met gingerbier (Moscow mule) aanslaat. Wodka blijft een bron van inspiratie om te mixen, onder andere met maté, die overi- gens ook vaker met tequila (escalatie!) wordt gemengd. Vooralsnog staat wodka met Spa-rood (skinny of slim bitch) bij de incrowd op nummer één. Detox Verschillende panelleden horen vaker over vrienden die een korte alcoholdetox doen. Soms blijft het bij een voornemen en gaan ze bij de eerste stapavond meteen al voor de bijl. Maar het idee om geen alcohol te drinken tijdens een sociaal gebeuren vinden sommigen een echte uitdaging en graadmeter om te testen hoe afhankelijk ze van alcohol zijn. De een besluit een poos niet meer door de week te drinken, terwijl de ander een alcoholvrije periode voor een paar maanden inlast al dan niet met meer sporten of een fitnesskuur. Er zijn ook groepjes die elkaar ondersteunen bij hun tijde- lijke alcoholonthouding. Meer, minder of gratis alcohol Drugs en alcohol worden vaak met elkaar gecombineerd. Dit heeft ook invloed op de doseringen volgens panelleden. In combinatie met drugs wordt er doorgaans minder alcohol gedronken dan op een normale stapavond met uitzondering van cocaïne en amfetamine, waarbij de neiging om juist meer te drinken wordt aangewakkerd. Bij 48 ANTENNE AMSTERDAM 2016 ecstasy wordt er doorgaans minder alcohol gedronken dan normaal tijdens het stap- pen. Ook bij GHB wordt er minder of zelfs helemaal geen alcohol gedronken omdat het de kans op ‘out gaan’ zou versterken. Ook bij cannabis en ketamine is de combi- natie met alcohol lang niet altijd gelukkig, getuige de verhalen over misselijkheid, wegtrekkers en een ‘stronken’ (stoned en dronken vooral bij cannabis) gevoel. Een paar panelleden vertellen dat alcohol taboe is tijdens het drugsgebruik of dat er slechts minimaal wordt gedronken. Ongeacht welke drug, zou alcohol volgens zeggen het intrinsieke effect van een middel vertroebelen. Lex: (145a) “Drugs en alcohol gaan niet goed samen. Het is een no go om veel te drinken naast drugs. Bij GHB is het zelfs taboe. Wie drinkt met G wordt direct aangesproken.” Tenslotte viel het verschillende panelleden op hoe ruimhartig er gratis alcohol (o.a. bier, gin-tonic, wodka) er tijdens ADE werd verstrekt op de gesponsorde feesten. 2.2 Tabak en cannabis Ruim vijftig jaar na dato, toen de Amsterdamse rookactivist ‘uche-uche' Robert Jasper Grootveld de schadelijkheid van roken voor het eerst onder de aandacht bracht tij- dens zijn legendarische happenings bij het Lieverdje (geschonken door een rookfabri- kant)”, is de ouderwetse sigaret helemaal verdrongen uit (straat) reclames en klassie- ke bastions (o.a. bioscopen, clubs en cafés) waar jongeren en jongvolwassenen traditioneel hun vrije tijd doorbrengen. De sigaret wordt nog gedoogd bij rookpalen en in de vaak troosteloze rookruimtes in clubs. Voorbij is de tijd dat iedereen tijdens een concert naar hartenlust mocht paffen. Uitzonderingen daargelaten bij die spaar- zame concerten en feesten waar in overleg met het management de beveiliging niet ingrijpt. Er zijn slechts een paar locaties waar geen taboe op roken en blowen rust. Daar waar het niet mag, maar toch stiekem wordt gerookt of geblowd waarschuwen de vrienden van Nuri (118a) elkaar als er een beveiliger in aantocht is. Roken, dampen en blowen Panelleden zien over de hele linie een, soms opvallende, teruggang van het tabaksge- bruik. Deze teruggang wordt niet alleen verklaard door de scherpere regelgeving, maar ook omdat er rond roken een groter aureool van ongezond gedrag hangt. Bram (94ab) ziet dat het beeld fors gekanteld is en dat het minder cool wordt gevonden om nog te roken. Met de kennis van nu is roken best wel dom, vindt hij. “Op roken 3 Zie boek Magiër. II PANEL UITGAANDERS 49 wordt door sommigen nu echt neergekeken. In plaats van meer status verlies je nu aan status als je een sigaret op steekt. In sommige netwerken wordt veel over stop- pen met roken gepraat, inclusief welke therapieën er worden aangeboden. Toch is er nog een aanzienlijke groep die zweert bij hun rookgenot en intens kan genieten van een peuk na gedane arbeid, tijdens het drinken, na de seks of bij een snuif. De panel- leden zien dat niet alleen het aantal stoppers, maar ook het aantal gelegenheidsrokers is toegenomen Voor sommigen is een e-smoker een alternatief, maar of het nieuwe roken, ook wel ‘dampen’ of ‘vapen’ genoemd, nou echt is doorgebroken? Sommigen vinden het er suf uitzien of herkennen meteen toeristen omdat niemand anders in de omgeving een e-smoker heeft. Tonio (56ab) denkt dat het een kwestie van tijd is en vapen cool wordt. Tijdens de MTV-awards werden er al gratis e-smokers uitgedeeld. In een paar panelnetwerken willen rokers niet stoppen maar wel ‘gezonder’ gaan roken. De e- smoker als vervanger van de sigaret zou in hun ogen minder schadelijk zijn omdat er geen tabak meer wordt verbrand en je alleen nog de werkzame nicotinedamp binnen krijgt. Er zijn inmiddels tientallen verschillende /iguid smaken verkrijgbaar bij speciale winkels. Anderen zeggen geld te besparen met de e-smoker. Wat betreft de legale status bestaat er nog wel enige onduidelijkheid, want in sommige clubs is de e- smoker wel toegestaan en in andere weer niet. Voor Jamie (113a) en consorten is de shisha pen daarom een uitkomst, vooral als je ergens bent waar je niet mag roken. Maar “rook is rook” hoorde Sjarl (139a) een norse beveiliger zeggen. “Daar sla ik op aan. Of het nou een peuk is of van zo'n technoapparaat.” Of de e-smoker werkelijk minder schadelijk is, daarover verschillen de meningen. Voor het blowen geldt een beetje hetzelfde als voor het roken van tabak. De tijd dat je niet hoefde te zoeken voor een lange vloei tijdens het uitgaan is voorbij. Blowen tijdens het stappen is niet vanzelfsprekend meer. Op festivals komt het nog wel vaker voor. Volgens Jasmin (85a) is blowen op festivals veel leuker dan in een club waar je, vergeleken met een feestweide, toch wat opgesloten bent. De meeste blowers roken nog steeds marihuana of hasj samen met tabak in een joint, ofschoon het bestaan van de vaporizer (verdamper) bij de meesten wel bekend is. Sommigen zeggen dat de veranderingen niet zo snel gaan omdat de blowcultuur nogal geritualiseerd is Maar ook hier druppelen verhalen binnen over festivalgangers met sexy vaporizers die de nodige nieuwsgierigheid wekken bij mensen die liever high willen worden zonder 50 ANTENNE AMSTERDAM 2016 tabak of geen rook van verbrande tabak willen inhaleren. Volgens Pim (142a) een reden waarom vaporizers als de Magic flight box, Da vinci essent het goed doen. Een meer sophisticated model als de Vu/cano kost al snel €200-250 maar is volgens con- naisseurs state of the art omdat je nauwkeurig het aantal graden (tussen 180-220) kunt afstellen. Het gezondheidsargument speelt hier ook een rol volgens Joris (126a) die geleidelijk aan meer blowers (l : 6) ziet overschakelen op vaporizers. En Kofi (132a) ziet dat het vapen of dampen in sommige urbankringen een ‘statusding’ begint te worden. De ‘rekkelijken’ onder de cannabisten snoepen van twee walletjes en willen zowel vapen als blijven blowen. De elite gebruikt inmiddels hasjolie via een vaporizer. Maar hoe je de cannabis nou binnenkrijgt — met of zonder tabak en via een joint of vaporizer — het gebruik van cannabis is net als bij tabak door de rookwetgeving fors gemarginaliseerd in het uitgaansleven. Over het algemeen zien panelleden dat de blowcultuur vooral in het club- en cafécircuit minder uitbundig is geworden; alhoewel bezoekers op een jamrock-, reggae- of hiphopconcert daar vermoedelijk anders over zullen denken. Kenners als Kofi (132a) zien daarbinnen weer subtiele verschillen. “Jon- ge vrouwen op sjiekere urban feesten blowen minder omdat ze gevoeliger zijn voor hun status en uitstraling. Maar op feesten waar de straatcultuur meer doorsijpelt, is het roken van een djonco eerder een way of life.” Op de aan het dancesegment gere- lateerde afters gaan eveneens nog geregeld joints rond. “Gewoon om na speed en coke weer een beetje down te komen”, zegt Joya (136a). Hiertussen zitten overigens ook blowers die ook door de week en buiten de context van het uitgaansleven ge- bruiken en soms een zakje wiet halen in hun favoriete coffeeshop. Pim (142a) is naast feestorganisator ook webmaster van een cannabisgilde van 1300 blowers die over alle facetten informatie delen, van zaad tot kwekerstips en films. De meerderheid rookt marihuana, vooral de sativa (o.a. haze-soorten) die meer high en euforischer is dan de indica-soorten. Joya (136a) zit in een scene van hasj- en wietrokers, “Sativa rook je juist niet voor het slapen gaan, omdat je er wakker van wordt. Anderen ro- ken voor de gezelligheid tijdens het uitgaan of gewoon in de middag om te relaxen of om kunst te maken. Met een groepje vrienden blowen geeft een licht wat lacherig drugsge- voel.” II PANEL UITGAANDERS 51 2.3 Stimulantia Hoewel de panelstudie kwalitatief van aard is, wordt de panelleden in de interviews telkens gevraagd welk deel van de scene of de groep waar zij zicht op hebben, re- gelmatig bepaalde middelen gebruikt. Dat biedt de mogelijkheid om (tot op zekere hoogte) ontwikkelingen op de kortere en langere termijn ook kwantitatief in kaart te brengen. De grafiek hieronder brengt dit in beeld. Trends in regelmatig gebruik van stimulantia A pomeememeneemeneenennenennevenvenennenenneneneenenneneneevennenenneneneenene enen enen XTC 13 onnnnnennennnnnnnnf- Annen nennen nennen jo : Hi EE / k De Nam , ANZN amteaninee: A 8 a ZT + en S < EM + \ / H 4-FA En 0 dt 0 Nn 0 PS TNO Nn 00e rNAt+ un 0 0 0 0 0 0 0 0 © © © © O Ô OO vv Tv TTT TT 0 0 eos SSS Se © oeo see eee eN ENEN ENEN NN NONNEN NN NN NON In de grafiek zijn de antwoorden van de panelleden omgezet in een gemiddelde score per jaar, die loopt van laag (helemaal niemand in de panelnetwerken gebruikt regelmatig) tot hoog (meer dan driekwart gebruikt regelmatig).®® De grafiek heeft uitsluitend betrekking op de panelnetwerken in het uitgaanscircuit (ook al wordt thuisgebruik meegenomen). Let wel: de panelleden uit de uitgaanscircuits rapporteren vooral over trendsetters. Zij zijn de (mogelijke) voorlopers van nieuwe ontwikkelingen, maar hun middelengebruik ligt hoger dan in het uitgaansleven in bredere zin (trendvolgers en mainstream). Van de drie meest gebruikte stimulantia is de rangorde: 1. Ecstasy — de afgelopen jaren vrij stabiel, maar op hoger niveau dan in het vorige decennium. B Regelmatig gebruik = minimaal 1x in het afgelopen half jaar. De individuele antwoorden worden als volgt omgezet in scores: 0 = 0%; 0,4 = 1-10%; 1= 1-25%; 2 = 26-50%; 3 = 51-75%; 4 = 76-100%. Van alle panelleden worden per jaar (twee metingen) de scores opgeteld en gedeeld door het aantal scores. 52 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2. Cocaïne — blijft vooral licht op en neer gaan, maar lijkt na 2014 weer iets te stij- gen. 3. Amfetamine — was de afgelopen jaren vrij stabiel, maar lijkt in 2016 weer verder toe te nemen. 4, 4-FA — was tot voor enkele jaren vrijwel niet bekend. In 2013-2014 begon de op- mars en die zet in 2016 versterkt door. 2.3.1 Ecstasy De hoeveelheid van regelmatig gebruik van ecstasy schommelde tussen 1994 en 2001 (zie grafiek pagina 52). Na de piek van 2001 was er een gestage daling tot 2005. Ver- volgens bleef het regelmatig gebruik van ecstasy tot 2009 vrij stabiel, maar op een lager niveau dan in de jaren negentig. Met een lichte aarzeling in 2011 ging het daar- na weer omhoog. Sinds 2012 is het vrij stabiel op een niveau lager dan de piek van 2001. In op één na alle panelnetwerken of scenes zitten regelmatige ecstasygebrui- kers. Naast enkele netwerken waarbinnen een minderheid regelmatig XTC gebruikt, zijn er ook (en meer) waar waarbinnen de meerderheid of (bijna) iedereen dat doet. Ecstasy in het uitgaansleven Ecstasy blijft het festivalmiddel bij uitstek en wordt (vooral in het dancesegment) nog steeds als een belangrijke uitgaansdrug gezien. Overigens wordt dit ook door de set- ting beïnvloed (o.a. muziekprogrammering, tijd, groep) waar sommigen eerder ge- neigd om ecstasy te nemen. Ook de panelnetwerken kunnen verschillen. Er zijn net- werken waar ecstasy en uitgaan een minder grote rol speelt dan in netwerken van jonge feestgangers. Tonio (56a) werkt soms op feesten waar 16-23 jarigen met pillen los gaan op trap en dubstep. Vooral panelleden in het dancesegment hebben de af- gelopen jaren meermaals gewezen op de normalisering van ecstasygebruik. In deze kringen praten stappers makkelijk over hun gebruik en/of zijn goed bekend met de effecten. In sommige panelnetwerken wordt ecstasy ook wel eens thuis gebruikt. Ja- mie (113a) vindt dat een pil thuis anders werkt dan op een feest, dat veel hectischer is. “Thuis ben je meer relaxed en geconcentreerd en je krijg je meer spacepraatjes.” Door de aanhoudende hoge zuiverheid van ecstasy zijn gebruikers meer op hun hoe- de om niet al te veel uit de toon te vallen tijdens het uitgaan. Want helemaal ‘wappie! of ‘naar de kloten’ op ecstasy is echt iets om je voor te schamen. IT PANEL UITGAANDERS 53 In het urbanmilieu breekt ecstasy niet breed door. De artiesten pochen dan wel over coke en pillen, maar hun publiek blijft met uitzondering van cannabis behoorlijk squa- re als het om harddrugs gaat. Als urban al meer ontvankelijker is geworden voor ecs- tasy, dan geldt dit vooral voor de artiesten en hun nabije aanhang die ook van de champagne profiteert. Artiesten nemen sowieso meer drugs dan hun publiek. Kofi (132a) beweegt zich in verschillende urban culturen en ziet dat de djonco bij clubbers nog steeds onbedreigd op nummer één staat. De jongste generatie drinkt matig alco- hol of niet. Maar hoe meer een scene aan house is gelinkt, hoe groter de kans is dat voorlopers toch in aanraking komen met ecstasy; nog even afgezien of ze ook ont- vankelijk zijn voor een ecstasyexperiment. Een groot deel van het publiek luistert lie- ver naar drugraps dan dat ze ook daadwerkelijk klappertandend op de dansvloer staan. In het dancemilieu is de scheidslijn van drugsgebruik tussen artiesten en het publiek veel diffuser. Dosering en gebruik Ook in 2016 is er na jaren van hoog gedoseerde ecstasy nog steeds geen sprake van een kentering naar gemiddeld lager gedoseerde ecstasy (zie hoofdstuk V). Het dose- ringsvraagstuk blijft actueel. Enkele panelleden zien een duidelijk verband tussen de hoog gedoseerde pillen en de opkomst van 4-FA waar de uiterlijke roeskenmerken moeilijker waarneembaar zijn voor omstanders. De goegemeente is inmiddels bekend met de huidige sterkte van ecstasy. In veel panelnetwerken is het klakkeloos slikken van een hele pil not done. Vanwege de hoge dosering wordt er in halfjes en kwartjes gebruikt. Panelleden zien meer gebruikers met tussenpozen kleine doseringen nemen. De dosering in panelnetwerken varieert vanaf een kwart tot maximaal twee pillen en soms meer. De dosering hangt niet alleen af van de individuele doseringsgevoeligheid maar ook van de feestduur en de meer specifieke subcultuur. Er zijn scenes waar ondanks de toegenomen zuiverheid niet op een pil meer of min- der wordt gekeken, maar andersom komt ook voor. De maximumdosering in het net- werk van Cedric (138a) is 200 mg, maar niemand neemt in één keer een pil. PJ (146a) weet nog goed dat 2, 3 of 4 pillen geen uitzondering waren tijdens een clubnacht. “Nu hebben ze het altijd over die ene. De ouderen nemen een halfje als kickstart en zitten voor de rest van de avond aan het bier.” De groep die de pillen te zwaar vindt is groter geworden en treft zijn eigen maatregelen. Het onbevangen ‘molly poppen’ is er volgens Koen (116a) niet meer bij; een hele pil in één keer kan zo intens zijn dat je 54 ANTENNE AMSTERDAM 2016 bijna verlamd bent. In de scene van Jasmin (85a) is het onbevangen pillen slikken verleden tijd nu sommige geteste pillen al bijna 200 mg bevatten. “Dat spul is zo sterk dat het gewoon een aanslag is op je gezondheid als je elke week zou nemen. Je krijgt een wazige blik en knalpupillen en je gaat onsamenhangend praten. Je maakt geen contact meer omdat je te veel in eigen wereld verdwijnt.” Als gevolg van de hoog gedoseerde ecstasypillen zijn gebruikers meer knabbelaars dan slikkers geworden. De pillen worden soms in stukjes met zijn drieën of vieren gedeeld. Gebruikers bijten er een beetje van af, wachten hoe het voelt en nemen eventueel nog wat bij. Lotje (130a) ziet dat er meer vraag is naar poeders en kristallen in de hoop dat de dosering meer stuurbaar en veiliger is. Hier gaat het van ‘slikken naar likken’. Maar er zijn ook panelleden die het doseren minder handig vinden omdat je nooit weet hoeveel poeder je precies oplikt. Ook in het panelnetwerk van Camille (141a) is er een groeiende aanhang die liever MDMA dan ecstasy gebruikt. “Ik vind het raar als gebruikers zeggen dat ze bijna nooit ecstasy nemen maar wel MDMA. Ecstasy associëren ze met pillen en speed. Het zou heel anders voelen. Van MDMA hoef je maar een likje van 50-75 mg. De werking is meer knuffelig en veel minder heftig als ecsta- sy.” Slappe pudding Clubmedewerkers zien dat bezoekers soms te veel ecstasy hebben gebruikt die moe- ten worden opgelapt met zoete drankjes. Een enkele keer is er sprake van paniek en duurt het langer voordat iemand weer bij zijn positieven is. Tonio (56a) ziet dat het personeel er soms een paar uur zoet mee is. De negatieve effecten die panelleden rapporteren gaan onder andere over trillende oogleden, koppijn en emotionele dips na afloop. Een panellid werd geattendeerd door een website van NO ecstasydip. Maar de negatieve effecten van ecstasy worden voor een deel ook veroorzaakt door de hoge doseringen. Dit zou ook ten koste gaan van het sociale en empatogene as- pect, waar ecstasy zo om geroemd wordt. Je kunt meer in jezelf gekeerd worden dan je bent gewend. Terwijl de een urenlang kan blijven dansen, zit de ander praktisch de hele avond wazig voor zich uit te turen op de bank. Alsof het hele feest aan hem 3 _http://www.noxTCdip.com II PANEL UITGAANDERS 55 voorbijgaat. Opvallend meer ecstasygebruikers maken zich druk over hoe ze eruit zien en op anderen overkomen tijdens de euforie; alsof ze onzekerder zijn geworden en zich eerder lijken te schamen voor hun verwrongen en zwetende gezicht met soms wijd opengesperde ogen. Uit je dak mag, vindt Dennis (147a), maar je moet er niet te strak en lelijk van gaan uitzien. Voor Sophie (133a) telt ook welke dag het is.” “De space van ecstasy wil je niet op een donderdag in een hippe club. Je raakt teveel bui- ten jezelf en alles is leuk, maar die stemmingswisselingen wil je niet. Eerst ben je blij en dan ineens wordt je onrustig en denk je: wat doe ik hier?” Sjarl (139a) vindt het niet feestelijk als je in een ‘slappe pudding’ verandert, terwijl je eigenlijk wilt knallen. Lotje (130a) vindt te veel euforie ook geen pluspunt. Iedereen denkt maar dat contact leggen met ecstasy vanzelf gaat, maar dat is niet zo. Eerlijk gezegd komt ze liever een leuke jongen tegen als ze nuchter is. “Je herinnert je niet meer zo veel. Het leggen van contact gaat niet vanzelf. Bovendien ga je er ook nog eens lelijk van uitzien.” En Lex (145a) betreurt het dat het spontane knuffelgedrag minder wordt en de afwezigheid gaat overheersen. Als garderobehelper ziet hij wel eens groepjes die de hele avond een beetje op de sofa hangen en wegdwalen in het hoofd. Maar de ultieme euforie is er zo te zien niet meer. “Het mooie is dat je drempels over gaat en durft te zeggen wat je voelt. Ecstasygesprek- ken zijn leuk maar de volgende dag ben je ze vergeten. Terwijl je toch heel intensief met iemand hebt opgetrokken.” Combineren met ecstasy Ecstasy blijft een populaire mixdrug. Een groot deel van de panelleden combineert het met alcohol, maar denken wel dat de alcoholconsumptie gematigder is wanneer er ook ecstasy wordt gebruikt. Frans (58b) hoort wel van gebruikers dat ze op warme festivaldagen bier blijven drinken bij hun ecstasy omdat dit minder gevaarlijk zou zijn dan veel water. Ecstasy wordt ook met andere stimulantia gecombineerd, vooral met amfetamine en 4-FA. Deze middelen vlakken de euforie en/of de sloomheid af en ge- nereren weer meer energie. Tenslotte wordt ecstasy ook met cannabis en/of narcose- middelen (ketamine, GHB) gecombineerd, vooral later op de avond of tijdens een after. Een kleine groep combineert ecstasy (ook) met psychedelica. 56 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2.3.2 Cocaïne Regelmatig gebruik van cocaïne bleef tot 2001 stijgen (zie grafiek pagina 52). Daarna bleef het redelijk stabiel, met tussentijds lichte schommelingen. Sinds 2007 zagen we een gestaag voortzettende lichte daling, maar in 2012 veranderde die in een lichte stijging en kwam het regelmatig gebruik van cocaïne weer vrij dicht in de buurt bij dat van ecstasy. Daarna was er een lichte daling, maar die zette niet door en na 2014 ging het regelmatig gebruik weer iets omhoog. In 2016 zit cocaïne op het niveau van tien jaar geleden, maar wel lager dan ecstasy. . In op één na alle panelnetwerken of scenes zitten regelmatige cocaïnegebruikers. Het contrast in regelmatig cocaïnege- bruik tussen de netwerken is groter dan bij ecstasy, met aan de ene kant verschillende netwerken waarbinnen een kleine minderheid regelmatig cocaïne neemt en aan de andere kant ongeveer evenveel netwerken waarbinnen (bijna) iedereen dat regelmatig doet. Grote en kleine lijntjes De meest gangbare methode van cocaïnegebruik is snuiven vanaf een spiegel, CD hoes of een nip direct uit het pakje. Sommigen vinden een bullit (glazen flesje met daarin een schepje) of sleutelpunt makkelijker tijdens het stappen. Cocaïne wordt soms bij uitzondering via een sigaret gerookt (plofje). Maar kenners vragen zich af of het verbranden van poedercoke wel zo nuttig is. Op enkele kleinere festivals wordt thee van getrokken cocablad geserveerd. Een enkeling kauwt (gemalen) cocablad. De dosering in panelnetwerken bedraagt (tijdens een sessie) een kwart tot een halve gram per persoon. Jasmin (85a) zegt dat er alleen bij coke lijntjes worden gelegd om- dat het echt een traktatie is. Bij speed doe je dat niet. In het netwerk van Dennis (147a) wordt één gram over 3 snuivers verdeeld. De dikte van een lijn en het snuif- tempo zegt veel over iemands snuifgedrag. Sommige snuivers staan er om bekend dat ze per sessie een gram of meer gebruiken. In het netwerk van Koen (116a) zitten matige en onmatige snuivers. “Vaak is het een pakje voor twee personen, maar de zware snuivers jassen er makkelijk twee pakjes doorheen in een weekend.” Toch zien panelleden ook snuivers die juist hele kleine lijntjes nemen. Ze vinden dat het pakje niet per se op hoeft of dat als de kwaliteit uitzonderlijk goed is, je maar een beetje nodig hebt. Voor Jamie (113a) is het snuiven van flinterdunne lijntjes een openbaring. Ze voelt zich er meer senang bij dan de grootverbruikers in haar vriendenkring die II PANEL UITGAANDERS 57 zomaar ‘een paar pakken’ in het weekend wegsnuiven en hun roes met veel alcohol dempen. Cocaïne als moderator Ofschoon cocaïne in (bijna) alle panelnetwerken wordt gebruikt rust er toch een gro- ter taboe op dan bij amfetamine. Ook over ecstasy begin je eerder te vertellen, te- recht of niet. Vergeleken met de andere drugs (met uitzondering van GHB) is de beeldvorming van cocaïne in het uitgaanspanel van oudsher altijd al wat problemati- scher geweest. In de vriendenclub van Camille (141a) snuift bijna iedereen cocaïne, maar wel in sociaal verband tijdens het stappen. Wie zegt dat hij ook alleen snuift krijgt half opgetrokken wenkbrauwen, want wie in zijn eentje cocaïne neemt speelt met vuur. De vrees dat je de controle verliest speelt vooral bij cocaïne een rol in dis- cussies over verslaving. Ook mensen die altijd coke op zak hebben lopen meer risi- co's. “Je loopt door de week toch ook niet met pillen rond, zegt Lotje (130a) veront- waardigd. “Wie met coke rondloopt komt veel sneller in de verleiding om tussendoor te snuiven. Alleen snuiven heeft iets zieligs.” De grens is vaak of je een pakje deelt of voor jezelf houdt. Wie veel met gebruikers in het nachtleven omgaat wordt vroeg of laat met cocaïne geconfronteerd, zeggen panelleden. Soms is het een kwestie van inkomen, zegt Jas- min (85a). “Mensen die meer gaan verdienen bestellen makkelijker cocaïne, ook door de week.” In Koens (116a) omgeving geldt cocaïne als de perfecte stimulant. “Je bent niet zo van de wereld als met ecstasy en het heeft meer klasse dan amfetamine. Het valt minder op als je snuift.” Bovendien modereert cocaïne beter dan bijvoorbeeld ecstasy. Dennis (147a) vindt cocaïne op dat punt ook beter hanteerbaar dan amfeta- mine. Maar panelleden zeggen ook dat cocaïne geen typische festivaldrug is. “Wie dat doet, maakt beginnersfouten,’ zegt Cedric (138a). Kroegbezoek en snuiven passen veel beter bij elkaar, vindt hij. Dan wordt er stante pede gebeld als de nood hoog is. “We delen een pakje met zijn vieren.” “Je weet dat het gaat gebeuren vanavond. We willen snuiven als het drinktempo hoog is. Je belt en weet dat ze langs komen. Wie goed in de slappe was zit die avond betaalt wat meer. Je vlucht het toilet in en neemt ook nakkies tussen het kroegenlopen door.” Dit principe komt ook Koen (116a) bekend voor. Cocaïnegebruik wordt zogenaamd 58 ANTENNE AMSTERDAM 2016 nooït gepland maar eigenlijk weet iedereen waar het die nacht op uitdraait als je met de usual suspects gaat stappen of thuis gaat doorzakken. Toename cocaïnegebruik In een handvol panelnetwerken begint cocaïne geleidelijk aan het gebruik te domine- ren. De verklaringen hierover lopen uiteen. In kringen met geld heeft cocaïne meer status dan elk ander middel. De sfeer krijgt iets sjieks en g/amourous, vindt Frans (58a). Op vrijdagavond, wanneer niemand aan ecstasy denkt, is er wel altijd iemand die cocaïne op zak heeft en anders wordt het wel besteld. Het snuifritueel eromheen, de spanning van stiekem snuiven of samen naar de wc gaan kan opwindend zijn. Bij Sjarl (139a) is cocaïne een logische volgende stap na de amfetamineperiode. Sophie (133a) ziet dat het inmiddels breed geaccepteerd is in haar scene. “Het helpt echt niet om daar iets van te zeggen want iedereen snuift” Geïnspireerd op het snuiven van coke, besloot Sophie, die ook fotografeert, voor een controversieel thema te kiezen door cocaïnesnuivers te fotograferen. Ze heeft inmiddels een hele serie. “Het is grappig om te zien hoe verschillend iedereen dat doet en hoe ze erbij kijken.” De tentoonstelling laat nog even op zich wachten, want ze heeft nog van niemand toestemming. Lotje (130a) herkent de triggers in haar omgeving. Zodra iedereen, vaak door de alcohol, gek begint te doen, dan willen sommigen daar nog een schepje bovenop en wordt er besteld, En wie in kringen van verkopers verblijft wordt sowieso geïnfecteerd. “Er is altijd plenty. Als je zo’n gast ziet associeer je hem meteen met coke. Snuiven tijdens het uitgaan is net zo vanzelfsprekend geworden als drinken. Bij sommigen is coke echt een levensstijl geworden.” (Lotje, 130a). Koen (1163) zit in een netwerk van entrepreneurs waar iedereen hard werkt én ook hard snuift. Vrienden en collega's hebben het gewoon bij zich alsof het de normaalste zaak is. Natuurlijk zijn er wel eens bedenkingen over het soms mateloze gebruik, maar zolang we nog jong zijn vinden we dat het geoorloofd is! In een speciale ‘wapgroep' (van wappie en whatsapp) waar Camille (141a) in zit heeft cocaïne zelfs een cultstatus. De gesprekken — met veel humor, allerlei toespelingen en treffende quotes — gaan over cocaïne. Er worden ook onderling nummers uitgewisseld, want je vrienden gun je de beste kwaliteit en geen bagger! Maar om nou te beweren dat cocaïne gezonder is dan XTC, zoals Frans (58a) laatst opving — omdat het zogenaamd een Colombiaans natuurproduct is waar ook quinoa vandaan komt — vindt hij klinkklare onzin. II PANEL UITGAANDERS 59 Addertjes onder het gras Cocaïne verhoogt de stemming. Je hebt lol en je kunt alles bespreken met vrienden, urenlang. En soms gaat het ook nog ergens over. Een heel verschil met ecstasy, waar je eerder vergeetachtiger van wordt. Toch zien panelleden ook addertjes onder het gras. Door de vanzelfsprekendheid van het snuiven wordt kritiek al snel weggewuifd. Sommigen hebben het gevoel dat ze door de groepsdruk vaker meedoen dan ze zouden willen. Bij een pilletje denk je nog na of je de volgende dag verplichtingen hebt. Maar bij cocaïne gaat het impulsief. Dennis (147a) ziet als clubmanager dat vooral de creatieve incrowd (o.a. dj's, bookers, organisatoren) en aanhang gedreven worden door regelmatig gebruik van cocaïne of Joke, zoals het ook genoemd wordt. Panelleden die dichtbij het cocaïnemilieu zitten zien patronen bij snuivers die begin- nen op te vallen. Sommigen nemen te veel hooi op hun vork en kunnen door alle competitiezucht niet meer goed hun werkelijke capaciteit inschatten, met een ave- rechts effect als gevolg. Ze worden juist slordiger in hun werk en reageren narrig als er dingen tegenzitten. Ook neemt de kans op emotionele vervlakking toe als je ook door de week gebruikt. En ondanks alle lol vindt Koen (116a) het toch een link mid- del. Op bepaalde momenten (bij alcohol of als er spanning is) denk je automatisch aan cocaïne. En dan begint de strijd in je hoofd of je toegeeft aan die gedachte en gaat bellen. Hoe vaker je daar aan toegeeft, hoe meer het een gewoonte wordt. Om zijn vege lijf te redden veranderde Koen van werkkring om niet telkens in de verlei- ding te komen. Nu hij zijn zaakjes weer onder controle heeft begint het toch weer te kriebelen in het weekend. Frans (46a) ergert zich soms flink aan alle lulverhalen op de coke. Mensen onder invloed van cocaïne kunnen soms erg luidruchtig zijn of bij de hand worden. PJ (146a) heeft er wel eens moeite mee als gasten aan de toog het personeel gaan dissen. Camille (141a) laakt het soms superieure gedrag van sommi- gen. Alsof ze zich ‘king of the world’ voelen. De cokegroep maakt veel grappen over pep dat natuurlijk minder dassy is. Door al die fixatie op coke vraagt ze zich wel eens af of de vriendengroep eigenlijk ook zonder coke zou bestaan. Verschillende panelleden kunnen zo een paar namen noemen van snuivers die in de gevarenzone zitten. Vooral de notoire snuivers die zeggen dat ze niet verslaafd zijn, moet je wantrouwen. Camille (141a) hoort dat sommigen met veel bombarie aankon- digen dat ze een poos gaan stoppen, maar twee weken later is het weer raak. Tussen alle bravoure van de carriêre makende stappers, weet Sophie (133a) dat cocaïne onder het mom van gezelligheid ook een soort zekerheidje is. De dagelijkse snuiver in haar 60 ANTENNE AMSTERDAM 2016 omgeving gebruikt vooral om zijn verantwoordelijkheden uit de weg te gaan, zonder zich daarover slecht te voelen. “Er is wel een zekere vorm van afhankelijkheid ontstaan als uitvloeisel van functioneel ge- bruik. Voor 't eten al gaan drinken en doorgaan tot 8 uur s’ ochtends met de witte motor hou je wel vol. Maar als leefstijl is het destructief op termijn. Overall is coke normaler ge- worden. Maar ik weet eerlijk gezegd niet of we nou getuige zijn van een collectieve ver- slaving” (Dennis, 147a) Combinaties Cocainegebruikers combineren bijna altijd met alcohol, en soms ook cannabis, omdat deze middelen een ontspannende werking hebben tijdens het gebruik. Alcohol is vaak de trigger in zin om te snuiven. Sophie (133a) vindt het vooral vervelend om te mer- ken hoe snel je voor de bijl kunt gaan na een paar borrels, terwijl je eigenlijk helemaal geen zin had om te snuiven. Het is een ritueel dat met enige regelmaat voorkomt in haar vriendenkring. In de vriendenkring van Koen (116a) is snuiven zonder alcohol ondenkbaar. “Je weet dan niet wat je met jezelf aan moet. Pas als je erbij drinkt voelt het weer aangenaam.” Cocaïne wordt minder vaak gecombineerd met andere midde- len, soms met GHB om te dempen of met ketamine om minder vaag te worden. Coca- ine wordt wel na ecstasy gebruikt om actiever te worden. 2.3.3 Amfetamine Het gebruik van Amfetamine laat door de jaren heen soms forse schommelingen tussen opeenvolgende jaren zien (zie grafiek pagina 52). Op de langere termijn was er een daling in de periode 1995-2000/2001, gevolgd door een lichte stijging in de jaren 2001-2004 en daarna weer een sterke daling naar het allerlaagste niveau, in 2006. Na 2006 was er tot en met 2012 sprake van een opmerkelijke, voortgaande stijging. Daarna volgden enkele stabiele jaren, maar in 2016 lijkt de stijging weer door te zet- ten. Anno 2016 zit regelmatig gebruik van amfetamine in de panelnetwerken op het piekniveau van midden jaren negentig — en nu even hoog als cocaïne. In vier panel- netwerken wordt helemaal geen amfetamine gebruikt. In driekwart van de panelnet- werken neemt de helft of meer regelmatig amfetamine - in twee netwerken (bijna) iedereen. II PANEL UITGAANDERS 61 Gebruik en dosering Amfetamine wordt gesnoven of als ‘bommetje’ (poeder in een vloeitje gewikkeld) geslikt en soms opgelost in een vloeistof (o.a. cola, bier). Bij snuiven voel je eerder de effecten maar bij slikken zou het effect langer duren. Amfetamine wordt zowel in nat- te als droge vorm verkocht. In de panelnetwerken ontloopt het amfetamine- en coca- inegebruik elkaar niet meer zoveel; het gebruik van amfetamine is de laatste tien jaar geleidelijk aan naar het niveau van cocaïne toe gekropen. De forse uitbreiding van de upperground in het clubcircuit en de opkomst van veel kleine festivals hebben het amfetaminegebruik omhoog gestuwd. De groeiende studentenpopulatie heeft ook voor extra impulsen gezorgd in het nachtleven. Bij deze relatief jonge uitgaansgroe- pen scoren vooral ecstasy en amfetamine hoog. Bovendien heeft bijna niemand moei- te met amfetamine en dat is wel eens anders geweest in het uitgaanspanel, waar pep vooral met de gabbercultuur werd geassocieerd. Maar ook het aanbod is groter dan tien jaar geleden, toen amfetamine nauwelijks te krijgen was. Nu zit het middel stan- daard in het bestelmenu van bezorgdiensten en krijg je korting bij aankoop van 5 gram. Het middel wordt soms nauwelijks als een echte drug gezien getuige de bijna- men als ‘koffie plus’, ‘snel’, ‘chemische dextro’, etc. In het netwerk van Cedric (138a) wordt amfetamine meer als een ‘basisdrug’ gezien en cocaïne als een ‘thuisdrug’. Gebruikers zijn helemaal niet op zoek naar het speci- fieke effect van cocaïne en zien het daarom ook als een ander middel. Cocaïne wordt thuis altijd van de plaat gesnoven en amfetamine nooit. Ook in de vriendenschare van Jan (144a) is amfetamine gangbaar tijdens het stappen: je wordt er niet raar van en er is altijd wel iemand die het bij zich heeft. “We zien het niet als drugs maar wel als pep.” De meesten vinden het vooral een handig middel waar je scherp van wordt. Je gaat ook dingen doen waar je eerst geen zin in had: naar een feest gaan bijvoor- beeld. Pep draagt de nacht Vanwege de vlakke roeseffecten van amfetamine is het effect moeilijker te herkennen dan bijvoorbeeld dat van ecstasy, GHB of ketamine. Amfetamine verandert nauwelijks je perceptie van de werkelijkheid, behalve dan dat je erachter komt dat je geen ver- moeidheidsverschijnselen vertoont tijdens het feesten. Camille (141a) wil er dan ook geen misverstand over laten bestaan: “Pep draagt de nacht. Het is veel praktischer dan ecstasy tijdens het uitgaan.” En in de 'stapcocktail’ van Cedrics' vrienden is speed de basis, want je begint niet met een downer op een feest, 62 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Amfetamine wordt in groepen vaak gedeeld en weggegeven. De lage prijs speelt ze- ker een rol want met cocaïne gebeurt dit veel minder. Jort (135a) weet waarom pep populair is: “Het is een veilig begin. Je komt in een versnelling maar je blijft alert. Daarbovenop kun je kiezen of je euforischer wilt worden of dat je voor een narcose middel kiest.” Ook Sjarl (139a) vindt amfetamine een ideale neutrale combidrug waar je mee kunt stabiliseren, socialiseren en versnellen. Want met GHB word je minder hangerig; met ketamine blijf je sociaal en met alcohol blijf je fit. Tijdens ADE was speed in de achterban van Jasmin (85a) de echte gangmaker. Je komt met speed in een hogere versnelling, maar je kunt nog alle kanten op met combineren. “Je begint aan een marathon en ziet sommigen op woensdag en donderdag al pieken met ecstasy wat heel onverstandig is omdat je in het weekend dan niks meer waard bent. Maar elke dag coke snuiven is kostbaar. Met speed moet je wel oppassen dat je jezelf niet uitput wegens chronisch slaapgebrek. De eerste dagen komen we vooral door met blowen en alcohol. De speed mixen we er vrijdag in en op zaterdag doen we ecstasy afwisselend met speed. Op zondag is het chillen met ketamine en cocaïne.” In sommige netwerken is amfetamine geen vanzelfsprekend middel. Nog even afge- zien of er behoefte aan is, heeft amfetamine in sommige kringen ook een negatieve bijklank. En soms wordt in eigen kring ronduit antireclame gemaakt. Maar gebruikers van amfetamine vinden de negatieve effecten niet altijd opwegen tegenover het ple- zier wat ze eraan beleven. Dat je ervan gaat stinken (overmatig zweten) wordt op de koop toegenomen en dat je de slaap niet kunt vatten is inherent aan amfetamine, alhoewel je eenmaal thuis zou willen dat het dopaminegeraas stopt. Op tijd beginnen en niet te lang blijven doorgebruiken kan soms helpen. Anderen vinden het een uit- komst om na afloop een tranquilizer of slaapmiddel te nemen. In sommige kringen groeit het besef dat speed op termijn troep is waardoor langzaam de switch naar meer cocaïne wordt gemaakt. Methamfetamine Methamfetamine komt vaker in het nieuws en ook op Europese drugsconferenties en in documentaires is meer aandacht voor chemsex (voornamelijk in Londen, Berlijn en Dresden). Het gebruik van methamfetamine in Amsterdam blijft tot op heden beperkt tot kleine niches in het uitgaansleven en mogelijk ook daar buiten. Maar vergeleken met vijf jaar geleden is het gebruik volgens insiders toch iets gegroeid. Sommigen voelen zich door de demonische reputatie van het middel en alle spanning eromheen II PANEL UITGAANDERS 63 juist meer aangetrokken. Het zou naar schatting tegenwoordig gaan om enkele hon- derden methamfetaminegebruikers die ook lang niet allemaal regelmatig nemen. Me- thamfetamine wordt zowel gesnoven, gebased als gespoten, en kost nog steeds met €100-150 per gram een fortuin, hoewel anderen beweren dat er ook goedkopere me- thamfetamine op de markt is. Er zijn niches waar methamfetamine met enige regelmaat wordt gebruikt. In een club worden soms spuitjes op de WC gevonden waar mogelijk methamfetamine mee is gespoten (slamming)? Soms blijft het louter bij geruchten. Vanwege de verhalen in zijn scene denkt Frans (58a) dat het gebruik van methamfetamine is toegenomen. Twee vrienden zitten via Grindr’! soms 2 dagen non-stop op de methamfetamine. Via hen hoort hij ook meer verhalen over de internationale scene. Een collega is als ge- volg van zijn gebruik ontslagen. Iemand anders is voor een afkickbehandeling naar Kaapstad afgereisd. Sommige verhalen over methamfetamine komen uit de vrij geslo- ten Pr£Pscene. Door de introductie van PrEP* op barebackfeesten (penetratie zonder voorbehoedsmiddel) durven mannen meer seksuele risico's te nemen. Tel daarbij op dat het verhaal gaat dat je van Tina (slang voor methamfetamine) veel euforischer en geiler wordt dan van welk ander middel ook. In het dancesegment is methamfetamine een geducht middel. Tijdens een festival hoorde Camille (141a) een vrouw die op zoek was naar methamfetamine. Maar stel dat iemand in onze groep chrystal meth zou willen. “De helft zou zeggen doe eens normaal. Je neemt toch ook geen heroïne. Een kwart zou nieuwsgierig worden en een kwart zou het wel eens willen proberen en kijken of alle fuzz eromheen ook terecht is” 2.4 Narcosemiddelen De narcosemiddelen (GHB, ketamine en lachgas) hebben al geruime tijd een vaste plek op de Amsterdamse drugsmarkt. Vergeleken met de stimulantia zijn het geen typische uitgaansdrugs. Met name GHB en ketamine zijn eerder middelen die gebruikt worden 40 Panellid PJ (146a) vertelt dat er speciale instructiefilmpjes op Tumblr staan waar mannen vertellen over de techniek, effecten etc. 1 Grindr is een app bedoeld om homoseksuele en biseksuele mannen met elkaar in contact te brengen. %_ Preventiepil met hiv-remmers. 64 ANTENNE AMSTERDAM 2016 op privéfeesten en afterfeesten. Lachgas wordt ook wel op feesten en raves aangebo- den (en op bijvoorbeeld Koningsdag eveneens op straat). Van deze drie narcosemid- delen is voor het regelmatig gebruik in de panelnetwerken de rangorde: 1. Lachgas — scoort in 2016 hoger dan in 2015, op hetzelfde niveau als in het piek- jaar 2012. 2. Ketamine — sinds 2015 op de tweede plaats; in 2016 hoger dan ooit tevoren. 3. GHB -— in 2016 hoger dan in de afgelopen paar jaar, maar wel wat lager dan het piekjaar 2010. Trends in regelmatig gebruik van narcosemiddelen 4 9 io lachgas GHB 9 , id qd he px a _l h d er 0 Tt WD OO 0 OS e= NI TI Om DS == N09 st WM WO o oo 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Se ee ee e= o oo oo 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 000 0 0 0 0 0 eeN NN N NONNEN NN NN NN NON 2.4.1 GHB Het regelmatig gebruik van GHB zwol aan vanaf 1998, bereikte een tussentijdse piek in 2002, maar daalde vervolgens tot 2005. Vanaf 2006 zagen we weer een gestage stij- ging (zie grafiek). Binnen de panelnetwerken bereikte de tweede golf de piek in 2010. Sindsdien nam regelmatig gebruik van GHB weer af. Sinds 2012 staat GHB niet meer nummer één bij de narcosemiddelen. De daling zette versneld door in 2013, stabili- seerde in 2014-2015, maar lijkt in 2016 weer in de lift te zitten. In ongeveer één op de drie panelnetwerken gebruikt niemand (regelmatig) GHB, in de meeste andere netwer- ken gebruikt een (kleine) minderheid regelmatig GHB, in een paar netwerken doet de meerderheid het en in één netwerk (bijna) iedereen. II PANEL UITGAANDERS 65 GHB taboe? Nu de grondstof (precursor) GBL lastiger verkrijgbaar is zijn gebruikers vaker aangewe- zen op bezorgdiensten die kant en klare GHB verkopen (zie VI). Slechts in een enkel panelnetwerk wordt GBL gebruikt. David (57b) heeft zijn bedenkingen of het verstandig is om pure GBL te nemen. Vanwege een lage PH-waarde wordt het maagslijmvlies aangetast en GBL is ook moeilijker te doseren. De GHB-markt heeft zich in zoverre hersteld dat er sprake lijkt van een voorzichtig herstel. Door alle commotie in de afgelopen jaren zijn gebruikers voorzichtiger ge- worden in hun uitlatingen omtrent hun GHB-gebruik. Een deel van de uitgaanscene is erg negatief over GHB. Lex (145) weet dat GHB met een imagoprobleem kampt en ba- zuint het daarom liever niet rond. De enige manier om hiermee te dealen is door GHB op een zo verantwoorde manier te gebruiken. Overigens vindt hij het taboe op GHB volkomen terecht. “Tegen sommige mensen zeg ik het niet omdat die nogal heftig reageren. Ze hebben de foute voorbeelden gezien in hun omgeving. Daarom praat ik er alleen met mensen over die ook GHB nemen. Het is best wel een ding als je G wilt gebruiken met iemand die daar geen ervaring mee heeft. Je twijfelt om erover te beginnen. Vindt die persoon dat mis- schien ook leuk? En als je het voorstelt, hoe denkt die dan over jou?” Clubs die in het verleden soms bij herhaling werden geconfronteerd met GHB inciden- ten proberen er alles aan te doen om incidenten te voorkomen. Door strengere con- troles aan de voordeur, maar ook in de club zelf. David (57b) weet van een club die waarschuwt dat first offenders een ontzegging van drie maanden, en bij de tweede keer een half jaar krijgen. Deze maatregel boezemt de nodige angst in omdat de por- tiers geen strobreed toegeven bij types die eerder over de schreef zijn gegaan en toch naar binnen willen. Tijd en dosering Veel gebruikers in panelnetwerken zijn zich bewust van de kritische dosering. De in- tervaltijd tussen de doseringen is belangrijk om te voorkomen dat GHB tot coma leidt. Bij David (5/b) wordt er 4-5 ml per dosis en maximaal drie keer op een feest gebruikt en bij Pim (142a) proberen gebruikers voorzichtig te laveren tussen tijd en dosering waarbij tenminste een uur tussen elke dosis (max. 5 ml) moet zitten. Er zijn ook ge- bruikers die een lagere dosis nemen en een kortere intervaltijd aanhouden. Om bij de les te blijven worden er via de telefoon soms screenshots gemaakt van de doserings- 66 ANTENNE AMSTERDAM 2016 tijd. De gebruikte spuitjes (zonder naald) hebben maatstrepen. Jan (144b) heeft con- tact met een groep medicijnstudenten waar GHB het meest populaire middel is, Zelf is hij er sceptisch over gezien de valpartijen op feesten en een bekende die momenteel voor zijn GHB-verslaving wordt behandeld. Anderzijds: als er één groep is die kennis zou moeten hebben van het belang van dosering dan zijn zij het wel. ‘Out gaan’ wordt hier namelijk niet geaccepteerd. Toen hij zag dat het anders kon begon hij onder begeleiding te experimenteren. Nieuwelingen worden ingewijd en krijgen van de ‘medicijnman’ nooit meer dan 1 ml. per keer. De kans op misselijkheid is namelijk aanwezig. Na een uur krijg je een nieuwe dosering. De ervaren gebruikers weten hun doseringslimiet zonder in coma te raken. Voor vrouwen geldt max 2-3 ml. en voor mannen max 3-4 ml. “We letten altijd goed op elkaar als we G gebruiken. We hebben ook G regels opgesteld toen het een keer fout ging. Als je begint met G moet je dat zeggen tegen de anderen. Ook als je weer een nieuwe neemt. Er moet minimaal een tot anderhalf uur tussen de vol- gende dosis zitten. En nooit meer dan vier keer. Soms nemen we ook alleen maar G.” (Lex, 145a) Outgaan en regulering Jasmin (85a) heeft in een scene gezeten waar GHB het perfecte ‘flowmiddel’ was. Maar ze voelde zich ongemakkelijk bij gebruikers die er obsessief mee bezig waren. Naast de niet-gebruikers vinden ook veel gebruikers dat outgaan op de GHB, ondanks alle voorzorgsmaatregelen, een beschamende vertoning is. Er zijn nog steeds panelleden die horen over GHB coma's, ambulances en veel gedoe eromheen. Clubeigenaren ba- len ervan dat het ten koste gaat van de sfeer. Tonio (56a) werkt wel eens op feesten waar behoorlijk veel GHB gebruikt wordt. Een kleine handvol komt dusdanig in de problemen dat de feest-EHBO in actie komt en zo nodig een ambulance inschakelt. De beveiligers en ander personeel hebben er soms hun handen vol aan. Anderen halen weer hun schouders op om deze ‘drop outs: eigen schuld dikke bult! Wie goed oplet kan de mensen er zo uithalen die zich uit alle macht na een overdosering pro- beren staande te houden. GHB gaat soms gepaard met misselijkheid en sommigen zwalken ongecontroleerd door de club, vallen om, staan weer op, trekken rare gezichten of hebben spasmes. Koen (116a) zegt zich rot te irriteren als hij gasten backstage als een ‘mongool ziet stuiptrekken’. En Cedric (138a) vindt ondanks het vele GHB-gebruik in zijn scene de II PANEL UITGAANDERS 67 effecten eerder vaag dan gaaf om te zien. Hij is er niet altijd van overtuigd wanneer mensen zeggen dat ze alles onder controle hebben. Jort (135a), feestorganisator, vindt dat hij zeker bij GHB duidelijk grenzen moet trekken in de communicatie met zijn be- zoekers, “Ik baal ervan als iemand out gaat op de GHB. Daarom waarschuw ik van te voren dat ik meteen de ambulance bel. Daar schrikken sommigen wel van. Zeker dat meisje dat elke keer problemen veroorzaakt. Ook bij al te raar gedrag houden we iemand in de gaten. Ik moet er niet aan denken als er op een feest iemand in een sloot verderop verzuipt. Wetend hoe storend het kan zijn voor anderen is het volgens Lex (145a) daarom zaak zo discreet mogelijk met GHB om te gaan als je met een groep bent. Om de tijd in de gaten te houden wordt een screenshot van het telefoonscherm gemaakt. Pas na an- derhalf uur mag je weer een buisje van 3-4 ml nemen. Hij ziet het als een gecalcu- leerd risico. Ook de vrienden van Sjarl (139a) zijn beducht voor het krijgen van een stigma, vooral als je op een feest gebuikt. “Bij GHB moet je extra bewust zijn dat je er geen potje van maakt.” Ze zijn streng naar elkaar en hebben duidelijke regels: alleen op speciale momenten, niet te gulzig en drank gaat naar de tweede plaats. Ook in Jans’ panelnetwerk is GHB ‘helemaal geaccepteerd” Maar wie in clubs GHB wilt moet wel de kunst verstaan om uit handen van de security te blijven. Zij zijn juist erg ge- spitst op buisjes, flesjes, vreemd gedrag en rare grimassen. Er zijn groepen waar ie- dereen streng op elkaar let. “Als je GHB neemt moet je toegewijd en extra bewust zijn dat je er geen puinhoop van maakt. Je kunt echt een feestje verknallen. Je wilt gewoon geen stigma. En je weet ook dat zeker clubs en portiers een hekel hebben aan gasten die maar wat aanklooien” (Pim, 1423) GHB heeft namelijk ook invloed op de communicatie waardoor je soms simpelweg de woorden niet meer kunt vinden en geen gesprek meer kunt voeren. Volgens PJ (146a), clubeigenaar, zijn het vooral 30-plussers die onder invloed van GHB zijn. De oververmoeidheid bij bezoekers als gevolg van urenlang gebruik eist soms zijn tol. Ervaren gebruikers vinden het niet altijd fijn wanneer er een ambulance wordt gebeld. In sommige kringen wordt dit als een doodzonde gezien, zegt David (57/b). “Privé wordt er echt geen 112 gebeld. Je laat een vriend nog eerder sterven dan dat je 112 68 ANTENNE AMSTERDAM 2016 belt. Ze zijn overtuigd dat ze het zelf wel afkunnen.” Maar clubs vrezen voor hun re- putatie en bellen wel meteen. Minder (seksuele) remmingen Het gebruik van GHB wordt door de subcultuur vaak zelf ingekleurd. Er zijn geheime plekken waar nachtbrakers standaard eindigen. Verder zijn er naast een paar clubs ook sauna's met seksfaciliteiten waar GHB soms als cocktail met andere drugs wordt gebruikt. De meer op seks beluste bezoekers zien GHB als een lustontremmer die het leggen van seksuele contacten vergemakkelijkt. Het vermindert volgens gebruikers seksuele remmingen en verlengt de tijdsduur voor het bereiken van een orgasme. Sommige feesten hebben in nauw overleg met de uitbater en beveiligers een status aparte vanwege de speciale doelgroep. Op sommige plekken wordt seks soms ooglui- kend toegestaan en wordt het personeel geadviseerd daar niet te komen. Lex (145b) ziet dat GHB-gebruik soms uitdraait op seks, maar niet vanzelfsprekend. Soms ligt iedereen vooral te spacen. Dat er sowieso vrienden zijn die altijd seks heb- ben op drugs vindt hij eentonig klinken. In andere milieus wordt GHB aangewend voor andere als prettig beleefde lichamelijke effecten en de milde euforie. De gebruikers- schare van Jan (144a/b) wordt eerder vrolijker en baldadiger dan alleen maar puur geil. “Sociale grenzen vervagen sneller, je wordt erg close en we buitelen over elkaar heen.” Panelleden zien ook dat je van GHB juist opleeft. Een anestheticum, mits mi- niem gedoseerd, als echte gangmaker. Combinaties In sommige kringen is GHB met alcohol taboe. Zodra GHB in het spel is, komt alcohol echt op de tweede plaats’, zegt Pim (142a). En Jort (135a) ziet dat mensen in zijn omgeving in plaats van alcohol ook wel eens een paar dopjes GHB door de week ne- men. Ook Lex (145a) is er stellig over. “Geen alcohol of andere drugs. Alleen maar G. Toch vinden legio gebruikers dat een beetje alcohol erbij geen kwaad kan. Maar hoe- veel is een beetje voor een forse alcoholgebruiker? GHB wordt ook gecombineerd met andere drugs. Een populaire feestcombi is GHB met ecstasy, speed of cocaïne. GHB wordt dan vooral als ‘blusmiddel’ bij stimulantia gebruikt. In sommige panelnetwerken wordt GHB met viagra en/of poppers of met coke en in extreme milieus met metham- fetamine vooral als een sekscombi gezien. IT PANEL UITGAANDERS 69 2.4.2 Lachgas Lachgas vertoonde een duidelijke piek in de jaren 1997/1998, viel daarna terug en bleef jarenlang stabiel op zeer laag niveau (zie grafiek pagina 65). Sinds 2008 is er weer een opleving. Afgezien van een tussentijdse piek in 2012 zet de toename in re- gelmatig gebruik gestaag door. Die vlakt tussen 2009 en 2011 wat af, maar in 2012 zet de stijging flink door, komt lachgas zelfs boven het niveau van de eerste piek (1997/1998) en verdringt het GHB van de eerste plaats. Het blijft in 2013-2015, op een stabiel niveau, maar in 2016 lijkt sprake van een verdere toename. In 2015 was er nog geen enkel panelnetwerk waarbinnen (bijna) iedereen regelmatig lachgas nam! Proosten met ballonnen De oudere feestgarde loopt niet echt warm meer van lachgas. Door alle aandacht en focus op jongeren is het voor de achterwacht van Frans (58a) minder interessant ge- worden. Sommigen betreuren het dat de populariteit wordt geforceerd door het grote aanbod. In veel panelnetwerken neemt het gebruik van lachgas echter een prominen- te plek in. Het vergt wel enige planning als we als groep besluiten om tegelijk lachgas te nemen, weet Lotje (130a). Als er maar een paar spuiten (slagroomcilinders) zijn, worden er eerst ballonnenblazers door de groep benoemd die de regie krijgen. Er wordt gewacht op elkaar en niet geïnhaleerd zolang niet iedereen een ballon heeft. “De bedoeling is om met zijn allen in dezelfde space te komen.” Het wordt namelijk irritant gevonden als mensen er doorheen zitten te praten terwijl anderen met hun ballon nog in ‘lalaland' zitten. Het komt ook voor op feesten dat iedereen zijn privé- spuit (en ballonnen) meeneemt. Ervaren gebruikers weten dat bij veel ballonnen het ventiel blokkeert en gaat lekken als gevolg van het koude gas. Ballonnen worden overal gebruikt. Thuis op verjaardagen, in clubs, in strandtenten, op straat, in de berm of portiek en in de auto op een parkeerplaats. Zelfs achterin de taxi, hoorde Camille (141a) van een verbaasde taxichauffeur tijdens het ADE. Er zijn groepjes die hun spuitbus en ballonnen overal mee naar toe nemen voor het geval de gastheer geen lachgas heeft. Desnoods verstop je de attributen in een fietstas als je het niet mee naar binnen mag nemen. Panelleden zien vaker patronen op straat slin- geren en op Koningsdag zijn dat er duizenden. Opvallend is dat meer panelleden zich aan het zwerfvuil zijn gaan storen: milieuvriendelijk is het bepaald niet. Panelleden maken soms de raarste dingen mee, zoals Jasmin (85a) die bij de Sloterplas onver- 70 ANTENNE AMSTERDAM 2016 wachts lachgas kreeg aangeboden van iemand die vanuit een Canta stond te verko- pen. Op dancefeesten was lachgas al langer populair, maar panelleden zien ook dat het in urbankringen een hit is. Kofi (132a) ziet dat lachgas gewoner is geworden, getuige de feesten met een eigen lachgasbooth. Hij ziet jonge Marokkanen soms met ballonnen en shisha's tegelijk. Zelfs bij de uitgang kom je soms nog lachgasverkopers tegen. Dennis (147a), clubeigenaar, ziet de laatste tijd zelfs om acht uur 's ochtends Pakis- taanse lachgasverkopers in de buurt van zijn club staan. Ook Nuri (118a) vertelt dat ballonnen in het urbancircuit een hit zijn. “In de club kost een ballon 5 euro. Er is een aparte bar voor lachgas. Als je ze koopt begin je gelijk, je wacht niet op anderen ofzo. Ook de VIPS aan de speciale tafels doen het. Als er voor me betaald wordt dan doe ik er tien op een avond. Anders vijf. Het is leuk dat al- les slow motion wordt. Vooral met alcohol erbij is het lekker. Dan voel je het effect iets harder. Je doet het staand. Sommigen kunnen er niet tegen en die gaan out. Vooral men- sen met astma zijn dat. Ik heb nooit iemand out zien gaan van lachgas, maar dat hoor je dan. Er zijn geen nadelige effecten.” En Dennis (147a) ziet tijdens de aprilfeesten op de Nieuwmarkt dat het lachgasgebruik ook onder pubers toeneemt. Panelleden komen met verschillende verklaringen waar- om lachgas zo populair is: het is de ballonnenlol, de prettige kortdurende trip, en het onschuldige imago, het ontspannen effect of het kosmische gevoel. Psychonauten vertellen dat het tijd-ruimtebesef anders wordt. En het is populair omdat het makkelijk te krijgen is. Je houdt er ook geen blijvend letsel aan over en niemand vindt het ver- slavend. Druggy sfeer Maar er klinken ook kritische geluiden over de huidige lachgascultus. Dat geforceerde lachen vinden sommigen er geforceerd en kinderlijk uitzien. Je gaat niet automatisch lachen als je gebruikt, zegt Lotje (130a), integendeel: “Lachgas is best wel serieus. Iedereen is stil en geconcentreerd. We vinden het juist storend als anderen er door- heen tetteren.” Sommigen ergeren zich aan de vaagheid die het oproept, vooral de- genen die er al een paar op hebben. Het ziet er soms heel sneu uit bij volwassenen die maar aan de tuut van een lege ballon blijven sabbelen. Freudiaans gezien wordt er wellicht een subliminale behoefte bevredigd ter compensatie van de moedertepel. II PANEL UITGAANDERS 71 Koen (116a) vindt dat ze lachgas vooral op ‘domme festivals’ doen. Hij merkt meteen als mensen druggy op de grond liggen en afwezig voor zich uit kijken: “Waarom moet dat nou zo open een bloot op een festival? Het ziet niet sjiek uit.” Dat is precies een van de redenen waarom Pim (142a) op zijn feesten de verkoop van gas liever in eigen hand houdt. Je moet uitkijken dat het feest niet inkakt want het blijft een downer. In praktijk worden wel er wel eens gasten geweigerd als ze te ver heen zijn of met een ballon nog in de hand een nieuwe willen bestellen. Sommigen zijn gewoon te jong. Uit de grotere tanks komen ook grotere ballonnen. Uit vrees voor valpartijen raadt hij daarom iedereen aan om te gaan zitten. Ook op de feesten van Jort (135a) is vaak lachgas aanwezig. De verkopers plagen wel eens iemand of het niet eens tijd wordt om te gaan dansen. Als de sfeer te sloom wordt, gaat de tank een poosje in de rust- stand om zo controle te houden over het feest. De groepen lachgasgebruikers kunnen ook verschillen. Terwijl het ene milieu het dromerige zweefgevoel opzoekt en culti- veert zijn er ook groepen die op een andere manier gebruiken, weet Joris (1264), psy- chonaut. “Ik zie wel eens groepjes Marokkaanse jongeren in het park aan de ballonnen. Zij gebrui- ken het anders. Ze giebelen er vooral bij en dollen elkaar de hele tijd. Wij willen juist er- gens rustig zitten en niet gestoord worden in onze space.” De meeste panelleden vermoeden dat de negatieve effecten van lachgas groter wor- den naarmate je meer ballonnen neemt. Maar hoe slecht het nou precies voor je ge- zondheid is weet eigenlijk niemand. Er wordt vooral geklaagd over hoofdpijn en mis- selijkheid (zeeziek). En de dag erna komen sommigen erachter dat ze door het kopen van ballonnen tientallen euro's armer zijn. Er zijn ook gulzige gebruikers die er met een groep een hele doos patronen in sneltreinvaart doorheen rammen: een keer diep inhaleren, een paar keer het gas naar binnen laten stromen, een korte roes en door naar de volgende ballon — maar wel eerst proosten (met ballonnen tikken). Lachgas wordt in het dancemilieu vooral als een secundair middel met andere midde- len gecombineerd, maar sommige drugs krijgen de voorkeur omdat ze een intensive- rend of meer trippend effect geven. Met een jointje, ecstasy, 2C-B, LSD of ketamine kom je volgens een ingewijde nog dieper in een ‘lachgasbubbel’, 72 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2.4.3 Ketamine De eerste signalen van mogelijk opkomend gebruik van ketamine dateren van rond 2000. In 2004 werd begonnen deze drug systematisch mee te nemen in de panelin- terviews en vanaf 2005 zagen we een gestaag opwaartse lijn tot en met 2010 (zie grafiek pagina 65). Sindsdien ging het wat op en neer, maar er leek over het geheel genomen sprake van een stabilisering. In 2016 lijkt dit te veranderen, want dan gaat het regelmatig gebruik van ketamine in panelnetwerken met een sprong omhoog. In een paar panelnetwerken gebruikt niemand (regelmatig) ketamine, in de meeste an- dere netwerken neemt een minderheid regelmatig dit middel, in een paar netwerken doet de meerderheid het en in één netwerk (bijna) iedereen. Seriële microdosering Het ketaminegebruik varieert bij de meesten van hooguit een paar (micro)lijntjes tot een halve gram (plusminus 15 lijnen). Gebruikers zeggen dat ze bij seriële microdo- sering de effecten beter onder controle kunnen houden. Frequent gebruik komt wei- nig voor, maar een paar panelleden vermoeden dat er ook groepjes zijn die het (bij- na) dagelijks nemen. Ketamine wordt meestal direct gesnoven of via een bullit gebruikt die, net als bij een flesje poppers, in de groep circuleert (friendsharing). Wie ervaren is weet dat een doorsnee ketamine lijntje kleiner is dan die van cocaïne of amfetamine. Maar de klassieke verwarring met een cocaïne- of amfetaminelijn komt nog steeds voor, zegt Pim (142a). “Als je een dikke ketaminelijn neemt weet je even niet meer wat boven en onder is.” Hij vertelt over de uitspattingen van zijn vrienden bij de ketamineverkoper thuis die ze voortdurend voert met een ‘nakkie uit het zak- kie’. Bij David (57b) wordt een gram ketamine verdeeld over zes personen; voor ieder- een vijf lijntjes. Van slechts enkele gebruikers in het panel is bekend dat ze ketamine ook intramusculair nemen. In twee panelnetwerken is meer kennis over verschillende soorten ketamine. Hier wordt ook fluor-ketamine (2-F-ketamin of 2- FluoroDeschloroKetamine) en meta-ketamine gebruikt. De werking van fluor-ketamine zou minder intens zijn als die van meta-ketamine (ook wel MXE), die tot de nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) wordt gerekend. Behalve in de undergroundscene is ketamine ook in andere panelnetwerken in de breedte gegroeid. Daarbinnen zitten ervaren gebruikers met een 'K-hole ervaring’ en een grotere groep die af en toe eens een lijntje neemt. Het blijft een niche, maar in sommige netwerken is het middel groter dan GHB. Camille (141a) vertelt over een II PANEL UITGAANDERS 73 select groepje die in een hogere versnelling ketamine is gaan nemen. Soms zijn het de dealers of de experimenterende gebruikers die met telkens iets nieuws komen. Een typisch early adaptor verhaal vindt ze, maar dan op micro niveau. Een paar zijn en- thousiast en steken de anderen aan die het vervolgens ook leuk gaan vinden. Kosmos en seks Ketamine heeft een mild dissociatieve en psychedelische werking en wordt daarom in privésettings en op afterfeesten gebruikt en soms ook in het uitgaansleven. In een underground homoecircuit wordt ketamine gebruikt ter intensivering van de seksbele- ving of om extremere seks (kont- of vuistneuken) te kunnen hebben met (een) even- eens gebruikende partner(s). Het middel dient verschillende doelen al naar gelang set en setting. Ketamine als verdover tijdens extreme seks, om weg te trippen naar onbe- kende werelden of gewoon als een ‘lachertje’ op een after. De meesten gebruikers nemen het vanwege de levendige fantasiewereld, de gekke gesprekken, de rare bewegingen c.q. spasmes tijdens het lopen en het ultieme space- gevoel. De K-hole is voor sommigen een bijna mythische gemoedstoestand omdat niet iedereen begrijpt wat je overkomt als je in een ander universum lijkt te zitten. De meeste gebruikers geven de voorkeur aan ketamine in groepsverband zodat ze beter kunnen fine tunen dan wanneer ze alleen zijn en geen besef meer hebben van tijd en realiteit. Vluchten kan niet meer Voor de meesten is ketamine typisch een thuismiddel. Wie zich laat wegzinken in een dromerige wereld hoeft minder alert te zijn dan in een club waar meer sociale interac- tie is en op je gelet wordt, vooral als je uit de toon valt. Toch is ketamine ook in het clubdomein doorgedrongen. Dennis (147a), clubmanager, ziet wel eens groepjes die in een gekke bui zijn. De lijntjes zijn vaak ‘piep’ (klein). Wie te veel neemt moet alle zeilen bijzetten, zegt Jasmin (85a) “Thuis hoef je je niet te schamen als je in een K- hole verdwijnt, maar in een club? Vluchten kan dan niet meer” “Ketalol is leuk voor mensen die zelf gebruiken, maar soms onbegrijpelijk voor omstan- ders. Sommigen maken rare bewegingen of kruipen wild over de grond. Je komt niet zo- maar in een K-hole terecht hoor. Niet als je maar hele kleine beetjes neemt.” Lex (145a) komt op feesten waar ketamine erg gewild is ofschoon niemand er mee te koop loopt. Als ze horen dat iemand ketamine bij zich heeft dan krijgen ze meteen 74 ANTENNE AMSTERDAM 2016 zin. Wanneer er te weinig is voor iedereen neemt hij het stiekem met een paar vrien- den. Maar er zijn ook momenten dat je met zijn allen besluit ketamine te nemen en de dealer gaat bellen. Meestal wordt er ook meteen gevraagd wie nog cocaïne, ecsta- sy of amfetamine wilt. Lex (145a) heeft het idee dat het nooit genoeg is als hij zegt dat hij ketamine bij zich heeft. Een keer werd hij zelfs bevolen om direct met een taxi naar een feest te komen omdat ze om ketamine verlegen zaten. Camille (141a) zit in een typische ketaminescene waar zowel gepland als spontaan wordt gebruikt op af- ters, maar ook tijdens het uitgaan. Ze nemen het liefst in clubs waar niemand aan- stoot neemt aan hun soms wat wiebelig ogende gedrag. Sommigen lopen echt in een slakkengang door een club en het duurt soms eeuwen voordat iemand een trap op of afloopt. “Mensen vinden het niet per se raar als anderen zichtbaar onder invloed van drugs zijn. Bij ketamine is het vooral het ketadansje met de ketahandjes. Ik vergelijk het gevoel ook wel eens als een vaatdoek met de slappe lach. Zo'n gevoel vinden sommigen wel confronte- rend tijdens het uitgaan.” (Camille, 141a) Robotachtig De vrienden van Koen (116a) zijn wel wat gewend qua drugs, maar op ketamine heb- ben ze het niet zo. Laatst toen ze op een feestje waren hing er een vreemde sfeer, alsof ze niet welkom waren. Pas toen iemand hen een snuif ketamine aanbood viel het kwartje: de rare gesprekken, het onverstaanbaar mompelen en het gevoel dat je als buitenstaander niet echt meer contact kunt maken. Maar dat je er een beetje vaag en spacy wordt is volgens sommigen precies ook de bedoeling. Alles wordt dromerig, je ledematen worden losser, maar ook zwaarder, waardoor het er soms robotachtig uit ziet. In één panelnetwerk ondervinden vooral vrouwen hinder van een geïrriteerde blaas na ketaminegebruik. Bij wie een blaasontsteking heeft wordt ketamine afgeraden. Bij hogere doseringen kan ook misselijkheid (wagenziek) optreden. Een bad trip of zware desoriëntatie na een te hoge dosering behoort ook tot de mogelijkheden. Maar zo- lang je kleine sleutelpuntjes neemt is het volgens Joris (126a) best lastig om in een K- hole te komen. David (57b) vraagt zich af of de seksuele verlichting tijdens een diepe ketamineroes niet tot meer schade leidt, omdat een verwonding tijdens de verdoving niet meteen wordt opgemerkt. En Pims' (142a) vriend kon na anderhalf jaar ketamine- II PANEL UITGAANDERS 75 gebruik niet meer ophouden; bij hem heeft de verslaving zich sluipenderwijs opge- bouwd. Combinatie De combinatie van ketamine met alcohol is geen succes. Panelleden als Lex (145a) vinden dat weinigen weten dat je er hartstikke misselijk van kunt worden. Het over- kwam twee van zijn vrienden die na een avondje doorzakken thuis nog aan de keta- mine begonnen. Ketamine wordt soms wel met GHB, ecstasy, amfetamine en cocaïne genomen. Vooral de stimulantia zorgen ervoor dat je nog enigszins controle blijft houden. In het circuit van Pim (142a) wordt ketamine na een nacht uppers als een welkome afwisseling gezien. 2.5 Nieuwe psychoactieve stoffen De markt van nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) is sinds 2009 fors gegroeid. In 2012 werden 73 nieuwe stoffen voor het eerst aangemeld bij het EMCDDA, tegenover 49 in 2011 In 2014 liep dit op naar 101.** Overigens wordt slechts een beperkt deel daar- van in Amsterdam c.q. Nederland aangetroffen. De belangstelling voor NPS is de laat- ste jaren weliswaar toegenomen, maar — met uitzondering van 4-FA — het gebruik blijft ver achter bij dat van de klassieke middelen. Veel nieuwe middelen zijn ‘Ééndagsvlie- gen’. In minder dan de helft van alle panelnetwerken zitten NPs-gebruikers en dan voornamelijk van 4-FA. Slechts in een enkel netwerk wordt met meer NPS-varianten geëxperimenteerd. De synthetische cathinonen en fenethylamines zijn het meest po- pulair.* $ Daarvan bestond twee derde uit synthetische cannabinoïden en synthetische cathinonen (EMCDDA/Europol, 2012). 4 EMCDDA (2015). 5 _ Synthetische cathinonen zijn chemisch verwant aan cathinon, één van de actieve stoffen in de plant khat. Meldpunt Nieuwe Drugs (2012). 76 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Nieuwe psychoactieve stoffen in panelnetwerken (2013-2016) Gesignaleerd Gesignaleerd Gesignaleerd Gesignaleerd 2013 2014 2015 2016 synthetische cathinonen 4-MMC (mephedrone) 3 netwerken 2 netwerken 3 netwerken 4 netwerken 3-MMC 1 netwerk 1 netwerk 3 netwerken 5 netwerken 2-FMC (flephedrone) 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk - 4-FMC (flephedrone) 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk - Methylone 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk 2 netwerken Buphodrone - - 1 netwerk - 4-MEC - - 1 netwerk 1 netwerk fenethylamines 4-FA 8 netwerken 12 netwerken 15 netwerken 20 netwerken 2C-B 4 netwerken 6 netwerken 7 netwerken 11 netwerken APB's 4 netwerken 4 netwerken 4 netwerken 3 netwerken 2-CE - - 1 netwerk 1 netwerk andere middelen MXE (metoxetamine) 4 netwerken 5 netwerken 3 netwerken 4 netwerken 5-MeO-DMT 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk - 3-MeO-PCP - 1 netwerk 1 netwerk 3 netwerken Etizolam 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk 1 netwerk 4-HO-Mipt - 1 netwerk 1 netwerk - MDPV - - 1 netwerk - LSZ - - 1 netwerk - 2F-K - - 1 netwerk 2 netwerken 1PLSD - - - 2 netwerken modafinil - - - 1 netwerk Panelleden zien de animo voor nieuwe NPs geleidelijk aan afnemen, met uitzondering van 4-Fa (4-fluo, 4-FMP, 4-floor, fluks, flits) dat sinds 2013 is doorgebroken in het uit- gaanspanel en een vaste plaats veroverd als belangrijkste NPS. Het succes van een middel kan volgens Jort (L35a) ook worden afgemeten aan de dynamiek eromheen. In 2014 waren er groepjes die het via internet bestelden. Een jaar later had de dealer het in zijn ‘feestpakket’ en anno 2016 wordt er op de dansvloer ecstasy voor 4-FA geruild. Ook Jamie (113a) merkte dat ‘vier’ opeens hot was toen ze haar voorraad ecstasy op een festival maar moeilijk kwijtraakte. Joris (126a) heeft echter zijn bedenkingen en vindt het bizar dat 4-FA vrij eenvoudig bij smartshops kan worden verkocht, terwijl de kennis over het product gebrekkig is. Sommige verkopers weten niet eens wat er pre- IL PANEL UITGAANDERS 77 cies in zit. Pim (142a) vindt het raar dat 4-FMmP in de media ‘xtc light’ wordt genoemd: alsof het een slappe versie van ecstasy is, Scepsis over verbod 4-FA 4-Fa was veel in de media in 2016 en vooral in negatieve zin. In de laatste panelme- ting (t45) hebben verschillende panelleden gehoord dat de overheid van plan is 4-FA in het voorjaar van 2017 te verbieden vanwege de gezondheidsrisico's. Panelleden verwachten niet dat de vraag door een verbod zal verminderen, maar denken wel dat het moeilijker verkrijgbaar wordt via internet, tenminste, als de webwinkels zich — net als bij de andere NPS — houden aan de regelgeving. Over het algemeen is er sceptisch gereageert op het besluit om 4-FA te verbieden. Verschillende panelleden menen dat 4-Fa zelfs veiliger is dan de zwaar gedoseerde ecstasy die nu de markt overspoeld. 4- FA heeft willens en wetens een slechte naam gekregen waardoor mensen bang wor- den. Pim (142a), die voor zijn vriendengroep altijd 4-Fa regelt, begint al te merken dat er minder vraag is omdat mensen banger zijn geworden. Jamie (113a) begrijpt de legitimatie achter het verbod ook niet. Ze heeft nog nooit gezien dat gebruikers van 4-FA in de problemen zijn gekomen, laat staan dat er dodelijke ongelukken zijn ge- beurd. De ongelukken waar de media over berichten worden door de politiek uitge- buit om 4-FA op de lijst van verboden middelen te krijgen. “Een hersenbloeding door A-FMP? Het is gewoon doorgestoken kaart om het illegaal te maken.” Panelleden den- ken eerder dat de huidige populariteit tot een verbod heeft geleid. Fenethylamines De opmars van 4-Fa zet ook in 2016 door en wordt in bijna alle netwerken gebruikt, maar op een wat lager niveau dan de andere stimulantia. 4-FA is voornamelijk in pil- vorm verkrijgbaar. De dosering varieert in panelnetwerken tussen 100 en 200 mg. De grootste groep zit ergens rond de 100-150 mg. Choice of a new generation Net als bij de andere stimulantia wordt 4-FA ook met andere middelen gecombineerd. ‘A-FA is een goede bodem voor als de avond begint,” weet Jan (144ab), omdat het goed combineert met andere middelen. In praktijk is dat vooral met ecstasy, dat zo- wel voor als na 4-FA wordt gebruikt. Er zijn geen aanwijzingen dat 4-FA ecstasy gaat vervangen, maar er zijn wel subgroepen ontstaan die 4-Fa (zowel in clubs als festivals) als alternatief voor ecstasy gebruiken omdat het als uniek middel wordt gezien met eigen specifieke kwaliteiten. In het netwerk van Lotje (130a) zijn de overstappers naar 78 ANTENNE AMSTERDAM 2016 4-FA toch weer terug bij ecstasy omdat de werking van 4-FA te licht bevonden wordt. De uitgestelde piek van 4-FA is voor sommigen toch een reden om ecstasy erbij te nemen. In een paar netwerken wordt 4-FA ook tijdens het stappen gebruikt ter ver- vanging van cocaïne of amfetamine. Toen de vrienden van Jan (144ab) in 2015 met 4-FA gingen experimenteren werd het meteen een succes. Pim (142a) ziet geleidelijk meer gebruikers richting 4-FMP kruipen. Het is de choice of a new generation, denkt hij. Door de opkomst van 4-FA zet de nieuwe generatie zich af tegen de gevestigde ecstasy orde: nieuwe jeugd, nieuwe drugs. Hij vindt het geen xTC-light maar eerder ‘relaxte speed’. Voor de oudgedienden waar de magie van ecstasy sowieso minder is geworden past 4-FA perfect in het nieuwe drugsdieet. Camille (141a), die in een netwerk van forse stappers zit, moet er niet aan denken om elk weekend ecstasy te nemen; ze vindt 4-FA een veel milder alternatief. Geen ecstasywaas en brakdag Wie echt wil ‘roezen’ vindt 4-FMP misschien te soft. Maar wie minder ‘hard’ wil gaan op een avond zweert bij 4-Fa, Opvallend veel panelleden zien de negatieve bijeffecten van ecstasy als een verklaring voor het succes van 4-FA. Want niet iedereen heeft zin in die ‘ecstasywaas'; zo ver heen op een feest is ‘getver’, 4-FA is minder fysiek en emo- tioneel. Jamie (113a) vindt het daarom top spul: “Je behoudt het gevoel van een pil maar het blijft super chill’. Verschillende panelleden vinden vooral de afloop na 4-FMP minder slopend dan bij ecstasy waar je altijd kampt met een ‘brakdag’ en een ‘geeste- lijke comedown’. De reden voor de minder negatieve na-effecten is volgens Pim (142a) dat 4-FMP je serotonine level minder uitput. Mensen willen niet meer helemaal van de wereld zijn door ecstasy, weet Lex (145a), wiens verhaal aansluit bij de bevin- dingen van Jan (144a), die de het succes van 4-FA wijt aan de ‘lichte en steady’ wer- king zonder schommelingen zoals bij ecstasy. De euforie van ecstasy mag dan wel prettig zijn, maar heeft ook een schaduwkant. Koen (116a) vindt dat je de euforische effecten bij ecstasy meer moet camoufleren (zonnebril, kauwgum) terwijl je van 4-FMP een ‘heldere actieve high’ krijgt. En Jan (144a) merkt dat het zogenaamde empatische vermogen onder druk komt te staan bij teveel ecstasy. “Je verliest je woorden en zin- nen en weet soms niet meer welk gesprek je voert. Bij 4-Fa blijf je goed nadenken.” Cedric (138a) vindt de positie van 4-FA uniek: II PANEL UITGAANDERS 79 “4-FA heeft van alle designers de meeste indruk gemaakt. De werking is bekend, maar is toch ook innoverend. Beter dan mefedrone en het voelt minder neurotoxisch. De effecten lijken op X en amfetamine. Het is een synergie van twee in één: minder euforisch, maar langer stimulerend.” Maar panelleden zien ook nadelen. Door de stimulerende effecten blijf je bijvoorbeeld langer wakker; soms is dat juist gewenst op een feest, maar voor wie slapen wilt… Het overmatige transpireren vindt ook niet iedereen aantrekkelijk. Ook het plassen wordt soms bemoeilijkt. In een enkel netwerk wordt geklaagd over hoofdpijn na gebruik. Verhalen over hersenbloedingen vangen panelleden van elkaar op of via de media. Maar of het waar is of niet, het zal de populariteit 4-FA volgens sommigen zeker schaden. In het netwerk van Sophie (133a) zijn mensen naar aanleiding van alle ‘slech- te mediaberichtgeving’ gestopt omdat er mensen aan doodgingen en er troep in zat. Voor wat het waard is, want hoe het precies zit weet ze eigenlijk niet. Verschillende panelleden vinden het een rare gewaarwording dat er meer angst is voor 4-FA, dat gevaarlijker zou zijn geworden, terwijl dat in hun achterban niet zo gevoeld wordt. De middelen 5-APB en 6-APB (Benzo Fury) zijn nog wel op de Amsterdamse markt, maar panelleden horen er steeds minder over. De APB's zijn meer trippend van ka- rakter dan 4-FA en de werkingsduur is langer. 2c-B (10-24 mg) is een mild tripmiddel dat qua werking soms vergeleken wordt met paddenstoelen. Het middel is al sinds de jaren '90 bekend in de panelstudie. In verschillende netwerken wordt 2C-B als een nieuw middel gezien. De verhalen gaan zonder uitzondering over psychedelische ef- fecten. 2C-B wordt zowel thuis als op een festival genomen, maar ook buiten de uit- gaanscontext zoals in de natuur, waarover Jasmin (85a) vertelt. De magische momen- ten en closed eyes visuals staan haar nog helder voor de geest. Vooral ook omdat je met je gedachten kunt sturen wat je wilt zien. Synthetische cathinonen In één netwerk wordt methylane gebruikt en ook van mephedrone (4-MMC) wordt op één netwerk na weinig meer vernomen. Nog even afgezien van het summiere aanbod, hebben de negatieve verhalen over o.a. blauwe plekken niet tot meer animo geleid. In een paar netwerken wordt soms 3-MMC, 2-FMC en/of 4-FMC gebruikt. In twee panel- netwerken begint 3-MMC aan te slaan. Joris (126a) merkt dat er in zijn groep belang- stelling is voor een ‘kortdurende upper’ (3-4 uur), voor als je een beetje wilt feesten maar niet totaal. “3-MMC werkt minder op serotonine en is door de dopaminerush 80 ANTENNE AMSTERDAM 2016 toch euforisch.” Ook in de kringen van Jort (135a) wordt 3-MMC, of simpelweg ‘drie’, groter ingekocht (7-15 euro per gram). Sommigen voelen een cocaïne-effect en zeg- gen actiever te worden dan bij 4-FA. De bijkomende craving wordt wel als een nadeel gezien. Andere middelen De volgende middelen worden slechts in een enkel netwerk gebruikt. MXE (me- toxetamine) werkt langer dan ketamine en is meer trippend. Ook dit middel is na het verbod vrijwel van de markt verdwenen. Een enigszins verwant middel is 3-MEO-PCP, dat (net als Mxe) ook langer werkt dan ketamine. Een dosering bedraagt slechts 5-10 mg. 5-MEO-DMT is een krachtige psychedelische tryptamine en werkt langer dan nn- DMT; 4-HO-MIPT lijkt hier enigszins op. Ook deze middelen worden gedoseerd in 5-10 mg. Etizolam is een rustgevend middel en minder zwaar dan Oxazepam. 2.6 Psychedelica Psychedelica (o.a. LSD, DMT en ayahuasca) spelen een marginale rol in het uitgaansle- ven maar beginnen langzaamaan ook buiten het psychonautische milieu bekender te worden. Er verschijnen valer verhalen in de meer serieuze media over nieuw psyche- delisch onderzoek en therapeutische toepassingen van psylocibine, LSD, ayahuasca, ketamine en MDMA. Net van de pers is ‘De innerlijke reis, een tripgids voor psy- chonauten.“® Een nieuw boek over ayahuasca is onder grote belangstelling in een Amsterdamse smartshop gelanceerd.’ De stichting OPEN® organiseerde in 2016 een internationale conferentie over psychedelisch onderzoek en met de oprichting van de Psychedelic Society of the Netherlands (PSN) is een nieuw samenwerkingsverband ontstaan. Een van de eerste topics waar aandacht aan werd besteed ging over micro- dosering (van LSD en paddenstoelen). Bij microdosering worden kleinere (ongeveer een tiende) doses psychedelische middelen ingenomen dan de hoeveelheid die nodig is om de psychoactieve drempel te bereiken. Panelleden horen vaker over mensen die deelnemen aan een ayahuascaritueel of dat van plan zijn te gaan doen. Er worden in Nederland per maand naar schatting tiental- LS, (2016). #_ Adelaars, Muller-Ebeling & Ratsch (2016). 48 _ Stichting OPEN promoot onderzoek naar psychedelica en de psychedelische ervaring binnen de acade- mische wereld vanuit multidisciplinair perspectief. II PANEL UITGAANDERS 81 len ayahuasca sessies georganiseerd. Ook BN-ers (o.a. fitgirl Fajah Lourens) zoeken hun toevlucht in ayahuasca. Gebruikers van psychedelica hebben ook vaak ervaring met andere middelen. Sommigen experimenteren met psychedelica vanuit een spiritu- ele interesse terwijl anderen meer geïnteresseerd zijn in het visuele en auditieve trip- spektakel. De vrienden van Sjarl (139a) waren behoorlijk onder de indruk van hun DMT ervaring: “Alsof je met robotengelen tussen uitgestrekte kleurenvelden door zweeft.” In de helft van de panelnetwerken (variërend van 10-75%) wordt LSD genomen. Ge- liefde combinaties met LSD zijn o.a. ecstasy (candy flip), truffels (yeti) of lachgas, waar- bij de trip meer lijkt op een langer durend pMr-effect. Gebruikers van LsD zeggen dat zelfbewustzijn wordt verscherpt en dat dat leidt tot meer reflectie en introspectie; je wordt opener, energieker en krijgt een minder materialistisch wereldbeeld. Pim (142a) — die bij de jongste lichting psychonauten hoort — waarschuwt (vooral bij hogere doseringen) voor de keerzijde van LSD, zoals een verhoogde kans op psychose, ego-verlies en paniekreacties. De doseringen in zijn netwerk lopen uiteen van 100 tot 500 microgram. Hogere doseringen worden vooral gebruikt op meerdaagse festivals met de aantekening dat er (als LSD met tussenpozen wordt gebruikt) op korte termijn al tolerantieverhoging plaats vindt. Hij is allergisch voor trippers met een superego die zich superieur tonen tegenover mensen zonder tripervaring. Een ontwikkeling waar in zijn scene grote interesse voor bestaat is het experimenteren met microdoseringen LSD. Deze vanuit Californië overgewaaide hype heeft al de nodi- ge aandacht getrokken in de media® De motieven zijn anders dan bij recreatief dose- ren. Microdosering (15-20 microgram) zou op subperceptueel niveau veranderingen teweeg brengen. Inmiddels experimenteren enkelen in Pims’ omgeving met dagelijkse microdoseringen LSD: “Het is niet direct voelbaar, maar toch is er sprake van een sub- tiele werking in het brein. Je krijgt meer oog voor details en wordt scherper, produc- tiever en energieker.” 9 http:/Avww.telegraph.co.uk/news/newstopics/howaboutthat/12019140/Silicon-Valley-professionals-are- taking-LSD-at-work-to-increase-productivity.html https://motherboard.vice.com/nl/article/lsd-als-ontbijt-een-korte-geschiedenis-van-microdosering-van- hallucinogenen 82 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2.7 Overige middelen Viagra (Sildenafil) en/of Kamagra wordt in een kwart van de panelnetwerken gebruikt, vooral in homo- en heteronetwerken met een link naar seks- en fetisjfeesten. In net- werken met viagra wordt ook vaak GHB gebruikt. Viagra is verkrijgbaar in pilvorm (strip van vier) maar ook als Kamagra in gelvorm (oral jelly), met een smaakje verkrijgbaar. De oral jelly wordt in een weekverpakking (aanbevolen voor dagelijks gebruik) van zeven sachets voor vijftien euro aangeboden. Kenners zeggen dat de gel via het wangslijmvlies sneller wordt opgenomen. De kwaliteit is stabiel. De sachets (één per keer) worden naast andere drugs ingenomen ter verhoging van de seksprestatie. “Als je de hele avond gefeest hebt met drugs en drank en je wilt daarna seksen, dan neem je zo'n pil of wat gel en heb je geen probleem. Je krijgt er een betere erectie van,” aldus Frans (58b). Viagra wordt ook zonder andere drugs preventief gebruikt op seks- feesten. Sommigen hebben viagra, naast condooms, standaard op zak tijdens het stappen. De werking van het minder bekende Ciales (Tadalafil) duurt langer dan via- gra. Poppers worden vaak in het homo- en fetisjsegment in verschillende sterktes gebruikt. Het wordt behalve in winkels (onder de toonbank) soms ook op de uit- gaanslocatie verkocht; in een club met seksfaciliteiten gaan de flesjes soms van hand tot hand. Poppers geven een korte euforie en veroorzaken lichtheid in het hoofd, muziek klinkt meer intens. Poppers worden soms gebruikt als reboost voor de ecsta- syeuforie of voor tijdens de seks. Fanatiekelingen snuiven soms wel een half flesje op een avond leeg. Ongelukken komen weinig voor behalve dat knoeien kan leiden tot huidirritaties. Soms wordt er hoofdpijn gerapporteerd. In tweederde van de netwerken (variërend van 10-75%) worden slaapmiddelen ge- nomen om te kunnen inslapen en/of na het gebruik van stimulantia. In netwerken waar slaapmiddelen gangbaar zijn is vaak ook ervaring met veel andere middelen. In één netwerk (Joya, 136a) wint het roken van opium langzaam aan populariteit. In het begin werd de associatie met heroïne gelegd, maar die angst is verdwenen nu de kans op verslaving klein wordt geacht: “Je wordt er heel relaxt van. Je hele lichaam ontspant en je denkt niet meer over alles na. Het effect duurt een uur waarna je weer wat bijneemt.” IT PANEL UITGAANDERS 83 3 Trends Het Amsterdamse uitgaansleven wordt steeds internationaler, nu in het kielzog van dj's en artiesten ook toeristen in groeiende aantallen het nachtleven bevolken. Deze ontwikkeling ligt in het verlengde van een grotere discussie over de stadspolitiek die volgens kenners en critici op een tweesprong staat: meer toerisme, drukte en het ver- dwijnen van het authentieke winkelaanbod of meer bescherming van bewoners en winkeliers tegenover de snelle monopolisering en kolonisering van commerciële be- drijven die Amsterdam als een melkkoe zien. Vooralsnog profiteert het uitgaansleven van de toenemende bezoekersaantallen. Het feesttoerisme legt dan misschien een groter beslag op het uitgaansleven, maar zorgt er ook voor dat het gevarieerde aan- bod van clubs en zomerfestivals op niveau blijft. Alle extra inkomsten garanderen juist een vitaal nachtleven. Toeristen besteden tijdens het stappen naar schatting het dub- bele van Amsterdammers. De ontwikkeling in het uitgaansleven zit momenteel in het hogere meer sjieke en in het alternatieve uitgaanssegment. In beide sectoren worden nog steeds nieuwe clubs en andere locaties geopend. In het hogere echelon begint de internationale hotelbar- cultuur, met zijn feesten en speciale happenings voor de incrowd, steeds meer tot het nachtleven te horen, terwijl er aan de andere kant van het uitgaansspectrum een gro- te behoefte is aan clubs en locaties die investeren in de meer vuig getinte under- ground. Om het exclusief en intiem te houden geldt op sommige locaties zelfs een fotoverbod en wordt het gebruik van smartphones niet toegejuicht. Stappen in Amsterdam betekent tegenwoordig keuzes maken. Het uitgaansleven is zo breed en veelzijdig geworden dat er elk weekend wel iets bijzonders te beleven is. In 2016 is officieel de A'dam toren geopend met een gloednieuwe club waar veel panel- leden enthousiast over zijn. Wie van techno houdt tenminste. Maar ook in het multi- cultureel getinte urbancircuit is, getuige het groeiende aantal festivals en geslaagde club en hiphopavonden, volgens adepten een nieuwe bloeiperiode aangebroken. Het middelenrepertoire in panelnetwerken verschilt soms aanzienlijk. In dance gere- lateerde netwerken wordt, vergeleken met urban, vaker drugs gebruikt. Stimulantia als ecstasy, cocaine en amfetamine lijken inwisselbaar geworden, hoewel de keuze voor een van deze middelen samenhangt met het moment en de setting. Ecstasy is het wijdst verspreid maar de gebruiksfrequentie ligt over het geheel genomen lager dan 84 ANTENNE AMSTERDAM 2016 bij cocaïne en amfetamine. De narcosemiddelen bevinden zich op een lager niveau maar behoren in een groot aantal netwerken inmiddels wel tot het vaste drugsreper- toire. Psychedelica en veel NPS (nieuwe psychoactieve stoffen) zijn alleen in kleine subgroepen populair, met uitzondering van 4-FA dat in een meerderheid van de pa- nelnetwerken een vaste plaats heeft veroverd naast de andere stimulantia maar dan op een lager niveau. In een ruime meerderheid van de netwerken drinkt tenminste driekwart regelmatig alcohol maar het aantal glazen kan in subgroepen binnen panelnetwerken soms flink variëren. Overigens lassen meer mensen een of meer alcoholvrije periodes in per jaar. In het urbanmilieu wordt doorgaans minder alcohol gedronken dan bij dance, maar de drankjes zijn volgens het barpersoneel vaak wel exclusiever. Op het gebied van alcohol valt na gin-tonic nog geen nieuwe duidelijke trend te bespeuren. Wel is het aanbod van alcoholvrije sappen (o.a. ginger limonade, kokossappen, club maté) flink uitgebreid in de meer hippe horeca. In sommige panelnetwerken wordt nog fors gerookt en geblowd maar over de hele linie bespeuren panelleden in het nachtleven toch een opvallende teruggang van het tabak- en cannabisgebruik. Dit wordt niet alleen veroorzaak door scherpere regelge- ving maar ook omdat meer uitgaanders kritischer c.q. bewuster zijn geworden over het ongezonde aureool dat rond roken en blowen (met tabak) hangt. Een meerder- heid van de rokers en blowers inhaleert nog steeds op de klassieke manier maar e- smokers en vaporizers beginnen door allerlei technologische innovaties toch geleide- lijk aan populariteit te winnen. De huidige uitgaansgeneratie ziet ecstasy nog steeds als een belangrijk uitgaansmid- del. Vooral in het dancesegment, en beduidend minder bij urban, spreken panelleden over een normalisering van gebruik. Overigens wordt het gebruik van ecstasy o.a. vanwege de fysieke en psychische impact vaak van te voren gepland. Euforie kan dan wel zaligmakend zijn; het kost ook energie. Reden waarom ecstasy in de meeste net- werken niet heel frequent wordt gebruikt. Met uitzondering dan van (vaak ook jonge) groepen die veel stappen en/of naar festivals gaan. De huidige sterkte van de ecsta- sypillen heeft voor sommigen als negatief bijeffect dat de euforie moeilijker onder controle is te houden. Gebruikers zijn gevoeliger geworden voor het gevreesde deco- rumverlies waarbij de meer als negatief gepercipieerde roesverschijnselen (o.a. veel zweten, lelijk gezicht, vaagheid) overduidelijk zichtbaar zijn. Ook de verhoogde en IT PANEL UITGAANDERS 85 vaak gewenste sociale interactie en connectie lijkt als gevolg van te veel ecstasy eer- der afgezwakt dan versterkt te worden. De statuspositie van cocaïne staat in sommige panelnetwerken hoger aangeschreven dan welk ander middel. Maar de beeldvorming is vaak ambivalent. De een vindt het een perfect middel om te gebruiken tijdens het stappen, thuis of in combinatie met alcohol in het café. Een kleinere groep gebruikt cocaïne vooral functioneel tijdens nachtelijke werkklussen in de horeca. Anderen zijn meer beducht voor het middel en maken zich zorgen over de hoge gebruiksfrequentie en gulzigheid die het bij sommi- gen oproept. De normalisering van gebruik wordt bij cocaïne meer geproblematiseerd dan bij ecstasy, waarschijnlijk vanwege het meer impulsieve gedrag dat hieraan ten grondslag ligt. De context van cocaïnegebruik in sommige panelnetwerken doet den- ken aan de periode rond 2000 toen jonge Amsterdamse trendsetters op de golven van het succes en de voortstuwende economie vaker en intenser cocaïne gingen ge- bruiken. Het gebruik van amfetamine was na een jarenlange groei wat afgezwakt, maar zit inmiddels weer in de lift en bevindt zich op het niveau van cocaïne. De huidige piek is historisch hoog. Vanwege de vlakke roeseffecten wordt amfetamine, vergeleken met andere drugs, veel minder als een échte drug gezien. Amfetamine is vooral praktisch en functioneel voor wie langer door wil tijdens het stappen. Panelleden denken dat een deel van de huidige gebruikers op termijn vaker voor cocaïne zullen kiezen. Me- thamfetamine blijft zeldzaam in het nachtleven, met uitzondering van kleine niches in het gaymilieu en psychonauten. De narcosemiddelen GHB, lachgas en ketamine worden in de panelnetwerken door- gaans tot de ‘ontspanners' gerekend. Het imago van GHB heeft door alle commotie en negatieve verhalen over out gaan en verslaving een flinke deuk opgelopen. Het mid- del is over een langere termijn weer wat meer op achtergrond geraakt, hoewel er nog steeds gebruikersgroepen zijn die bij GHB zweren. In sommige panelnetwerken gelden strenge regels bij gebruikers die het in groepsverband nemen. Door alle ophef is er onder gebruikers een groter taboe om (met niet-gebruikers) over GHB te praten. Lachgas daarentegen blijft populair en het aanbod is — zeker nu lachgas in 2016 door een besluit van het Europese Hof onder de Warenwet valt — overweldigend, gezien de vele verkooppunten in de stad en een groeiend aantal bezorgdiensten en webwinkels die zich op de markt hebben gestort. Het gebruik van lachgas laat soms duidelijke 86 ANTENNE AMSTERDAM 2016 sporen na op hangplekken in woonbuurten, op parkeerplaatsen en in parken. Hoewel veel gebruikers lachgas een onschuldig middel vinden (korte roes, niet verslavend etc.) vragen meer panelleden naar de eventuele gezondheidsrisico's. Het gebruik van ketamine is in de afgelopen jaren gestegen en zit qua gebruik nu op een zelfde hoogte als lachgas. Het middel dat aanvankelijk alleen in de un- dergroundscene bekend was is in de afgelopen jaren meer in de breedte gegroeid, waardoor het behalve als afterdrug ook vaker in het uitgaansleven voorkomt. De meeste gebruikers nemen naar verhouding kleine lijntjes ketamine voor een milde dissociatieve werking. De combinatie met alcohol is volgens gebruikers ongelukkig in verband met misselijkheid en overgeven. Frequent gebruik zou de kans op blaaspro- blemen verhogen. De markt van nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) is na een aanvankelijke stijging gestabiliseerd, met uitzondering van 4-FA, dat inmiddels een vaste plek veroverd heeft in veel panelnetwerken. Veel panelleden denken dat het succes van 4-FA deels wordt gedreven door de hoog gedoseerde ecstasypillen. Omdat 4-FA een mildere roes geeft behouden gebruikers meer de controle tijdens het uitgaan. Over het aangekondigde verbod bestaat grote scepsis. Behalve de gezondheidsincidenten denken panelleden vooral dat de grote populariteit tot een verbod heeft geleid. Psychedelica (o.a. LSD, paddo's, truffels, DMT en ayahuasca) spelen een bescheiden rol in het uitgaansleven ofschoon LsD en ayahuasca wel bekender worden. Vooral het gebruik van microdoseringen tsp heeft veel aandacht gekregen in de media. Daar- naast is er meer belangstelling voor psychedelisch onderzoek en therapeutische toe- passingen waarbij ook MDMA en ketamine steeds vaker worden genoemd. Viagra en poppers doen het goed in sommige (promiscue) hetero- en homonetwerken. II PANEL UITGAANDERS 87 88 ANTENNE AMSTERDAM 2016 III PANEL KWETSBARE JEUGD 1 De groepen kwetsbare Jeugd enesvenvenveneonenvenvencenenvenvenvenennenveneen O1 1.1 Sociaal milieu, opvoeding en gezinssituatie nesensesenseneenensenensenenenn 93 1.2 School, werk en vrije tijd … ne anvenenvenenneneenensenensenensenennenennenennensenenvenenn OÁ 1.3 Problemen in de buurt en criminaliteit. …esvenenvenensenenseneeneneenenseneneen OD 2 Middelengebruik en vneovenvenvenconvenvencenenvenvenvenennensenveneenensenvenvenennere LOO 3 Samenvatting …ensenenvenvenvenennenvenvenconenvenn vonensenvencenennensenvenennenvenvenvonennerveneen LO2 III PANEL KWETSBARE JEUGD 89 90 ANTENNE AMSTERDAM 2016 In Amsterdam maken sommige jongeren deel uit van straatgroepen, waarbinnen de- linquent gedrag eerder regel dan uitzondering lijkt. Aan de hand van een panelstudie willen we zicht houden op de ontwikkeling van groepen probleemjongeren, hun leef- situatie en hun middelengebruik. De groepen worden in het buurtpanel vertegen- woordigd door professionals die zicht hebben op verschillende jongerencliques, die hun vrije tijd (grotendeels) in de woonbuurt doorbrengen. De namen van de panelle- den en de jongeren zijn gefingeerd (en zijn dus niet hun werkelijke namen). Er komen vijf deskundigen aan het woord. Een nieuw panellid is Mia (143a), streetcornerworker in Amsterdam-Zuid. André, sociaalpedagogisch hulpverlener in Amsterdam-West, heeft het buurtpanel verlaten. Amir (140a), jongerenwerker, vervangt Kees in t46 die een andere baan heeft gevonden. 1 De groepen kwetsbare jeugd Alle vijf de deskundigen in het buurtpanel werken met problematische (buurtjjongeren. Erik (20a), ambulant jongerenwerker in Amsterdam Oost (o.a. IJburg, Transvaalbuurt en Indische buurt), heeft contact met verschillende groepjes buurtjon- geren en jongvolwassenen (16-25 jaar). De meerderheid is Marokkaans, maar hij treft ook Nederlanders, Surinamers en Turken op straat. Belangrijke activiteiten in de zo- mermaanden zijn de boottochten waar hij als kapitein een groep van twintig vaak problematische jongeren onder zijn hoede heeft. Naast de dagelijkse straatcontacten wordt hij ook aangestuurd door het stadsdeel om contacten aan te knopen met straatgroepjes waarover buurtbewoners klagen. Hij zoekt uit wie het zijn, waar ze wo- nen en of ze bekend zijn bij de hulpinstanties. Soms gaat het om zwaardere delicten, zoals een schietpartij in de buurt en probeert hij te achterhalen wat de aanleiding was. Sommige daders en slachtoffers zijn bij hem bekend. Veel conflicten zijn gerela- teerd aan het (lokale) drugsmilieu. De Zburggroep, Oetgengroep en de Indische buurtgroep zijn mede door het ingrijpen van de politie sterk uitgedund. De problema- tiek verdwijnt even naar de achtergrond, totdat deze zich weer opnieuw manifesteert. Constanten in de straatcultuur zijn volgens Erik het ‘ongeneeslijke rondhangen’, het plegen van (kleine) criminaliteit en het flirten met het drugsmilieu. Fared (83a) werkt in een ander deel van Amsterdam-Oost (o.a. Transvaalbuurt, Indi- sche buurt en Oosterparkbuurt) en heeft vooral contact met buurtjongeren met een III PANEL KWETSBARE JEUGD 91 Marokkaanse achtergrond (14-21 jaar). Als geen ander weet hij op welke plekken hij moet zoeken in de wijk. Hij kent de koffiehuizen, shisha lounges, waterpijpcafés, snackbars en coffeeshops en weet ook vaak wie de eigenaren zijn en wie familie van elkaar is. De buurt verandert snel en is als gevolg van gentrificatie populair bij hoger- opgeleide witte Amsterdammers. Maar onder de oppervlakte woedt een strijd tussen groepen waar hij zich grote zorgen over maakt. Cartier (103a) is staathoekwerker in Noord (o.a. Bloemenbuurt, Tuindorp Blauwe Zand) en heeft voornamelijk contact met witte buurtjongeren. Ook in Noord is ontzettend veel bedrijvigheid en de oude witte volksbuurten voelen de toenemende druk van verandering. In Floradorp heerst sterk een wij-tegen-zij-gevoel. Cartiers werkveld is in de laatste jaren drastisch veranderd. Was hij vroeger nog een ‘luis in de pels’, tegen- woordig is het ‘wie betaalt bepaalt’ Er is minder tolerantie tegenover jeugdoverlast en een handvol professionals rent de hele tijd achter de meute aan om brandjes te blus- sen. Maar in preventie wordt weinig geïnvesteerd. De verhoudingen in Noord zijn scheef, vindt Cartier. De helft van de 26 buurten in Noord heeft een wijkagent maar van veldwerkers zijn er maar een paar. In de Banne is het vaak hommeles en raken groepjes jongeren slaags met de politie. Volgens Cartier (103) realiseert het stadsdeel zich onvoldoende dat een goede veldwerker makkelijker het vertrouwen wint dan een wijkagent en vaak ook eerder signalen opvangt. Amir (140a), streetcornerworker in Amsterdam-West (100.000 inwoners), zegt dat 1000 van de in totaal 12.000 jongeren problematisch opgroeien. Zes collega's werken op straat en hebben ieder een groep van 100-150 straatjongeren onder hun hoede. Hij schat dat 100-150 van de 12.000 jongeren (10-15%) een criminele leefstijl hebben, waarvan enkele tientallen in de zware categorie. Ze mengen deels met groepen op straat. Amirs aandachtsgebied is het Mercatorplein, waar een grote groep (18-35 jaar) vaak naar toe trekt. Hij ondersteunt veldwerkers door soms met ze mee te gaan. Het is echt op eieren lopen, want je moet balanceren tussen politieke belangen, ambtena- ren, bewoners en jongeren. “Het gevaar is dat je door je eigen doelgroep wordt ge- wantrouwd en dat het stadsdeel vindt dat je niet hard genoeg optreedt bij overlast.” Het succes van het werk valt of staat bij de ambtenaren van het stadsdeel, vindt Amir (140a). Het verloop is groot en de visie verschilt. De een heeft geen kaas gegeten van de problematiek maar trekt wel alles naar zich toe, de volgende durft meer out of de box te denken en is creatiever in zijn aanpak. Over het algemeen blijft het dweilen 92 ANTENNE AMSTERDAM 2016 met de kraan open, zegt Amir (140a). “Op de kutpleinen gaan we rouleren met perso- neel, terwijl we ook onze vaste plekken hebben.” Toch wil Kees (140a) ondanks de taaie problematiek nog wel even kwijt dat er ook dingen goed gaan. “Het is hier geen Molenbeek. We zijn met veel ouders in gesprek en er zijn nog steeds Marokkanen die wijkagent willen worden.” In Amsterdam Oud-Zuid werkt Mia (143a), streetcornerworker, met twee witte, elkaar deels overlappende groepen. De parkgroep (n=50), tussen de 13 en 25 jaar (helft vrouw), treft elkaar geregeld in de buurt van het tunneltje in het Vondelpark. Ze wor- den ook wel de emogroep genoemd. De Museumpleingroep (n=40) staat pal tegen- over het Stedelijk in de buurt van de AH en is grotendeels minderjarig. Een deel van de jongeren uit Zuid zit op de internationale school. Er zit veel dynamiek in de groe- pen: sommigen vertrekken plotseling, krijgen nieuwe vrienden, een relatie of gaan weer naar school en brengen minder tijd door op straat. Of ze stoppen met blowen en verdwijnen uit beeld. 1.1 Sociaal milieu, opvoeding en gezinssituatie De positie van probleemjongeren is vaak weinig rooskleurig. Een aanzienlijk deel is opgegroeid in straatgroepen en komt uit instabiele gezinnen met veel sociale pro- blematiek en armoede. Ze komen vaak uit families die laag zijn opgeleid, een laag inkomen hebben en vaak in de schuldhulpverlening zitten. Veel ouders hebben fysieke en psychische klachten, spreken de taal slecht en zijn verbitterd. Ze hebben geen in- vloed (meer) op hun kinderen, waarvan sommigen in de Top600 zitten. Dit geeft hun veel stress waardoor ze in de eigen gemeenschap soms met de nek worden aangeke- ken. Sommige ouders met een Marokkaanse achtergrond schamen zich dat ze van- wege de armoede geen geld naar Marokko kunnen sturen. Vaders verstoppen zich in het koffiehuis en bekommeren zich niet meer met de opvoeding thuis. Amir schetst een somber beeld van een groep (n=20) Marokkaanse jongens (16-22 jaar) in de Ro- bert Scott buurt waar veel ouders met bovengenoemde problemen kampen. Ze ko- men bijna niet meer thuis en overleven volgens de wetten van de straat. Wanneer hij kans ziet om ouders van deze jongeren te spreken krijgt hij vaak een stortvloed van problemen te horen. III PANEL KWETSBARE JEUGD 93 1.2 School, werk en vrije tijd Het drop-out percentage is in sommige groepen fors, terwijl er ook jongeren zijn die onderwijs en een opleiding belangrijker vinden dan spijbelen en opgaan in een harde straatcultuur. Een echte jongenswereld, want je vriendin naar je turf meenemen is taboe, Wie zich verveelt hangt vaak op straat en wie gelooft gaat naar de moskee. De sportievelingen bezoeken de sportschool. De avonturiers gaan behalve naar de plei- nen, ook naar winkels, cafés, coffeeshops en shisha lounges en in het weekend naar hiphop concerten. De scheidslijn tussen succes en falen is volgens professionals soms flinterdun. Velen zijn niet realistisch over hun toekomstperspectief. Ze willen rap rijk worden, een busi- ness starten of advocaat worden, maar merken na een poos dat ze meer nodig heb- ben dan alleen een vmbo-opleiding. Professionals zien dat jongeren weinig inzicht hebben in hun eigen kwaliteiten en mogelijkheden. Hoe reëel zijn je kansen als je veel tijd op straat doorbrengt en kickt op de spanning van het rondhangen met je vrien- den? Amir ziet het al van jongs af aan gebeuren; jongeren met scooters domineren het plein en buurtbewoners beginnen te klagen omdat ze de kinderen wegjagen. Het plein is voor iedereen, maar omdat groepen elkaar weinig gunnen lopen de spannin- gen soms op. In Amsterdam-West draait nu een project waar jeugdigen, die na zeven uur 's avonds nog buiten hangen, door een team van professionals en buurtbewoners worden aangesproken en naar huis gebracht. Ouders krijgen later een gesprek met jeugdzorg. In een ander buurtproject komen jongeren tijdens een maaltijd in contact met beroepsgroepen (filmwereld, sport etc.) die iets vertellen over hun achtergronden en professie, Toch zijn er niet louter alleen maar criminele straatgroepen. Vaak bestaat zo'n groep uit een losse verzameling van jongeren die in de buurt wonen of elkaar kennen van school of van de sportclub. Amir vertelt over een groepje jongeren met een Marok- kaanse achtergrond (16-17 jaar) die bij een grotere groep hoort. De meerderheid volgt vmbo-kader of -basis of zit op de havo. Ze nemen deel aan activiteiten in de buurt, sommigen doen ook aan sport en de serieuze types maken huiswerk, alhoewel je daar maar weinig punten mee scoort. Met twee jongens gaat het niet goed. Ze vinden steeds minder aansluiting bij de groep. Amir (140), die met een van de jon- gens nog contact heeft, vreest het ergste. 94 ANTENNE AMSTERDAM 2016 “Hij heeft nog een oudere bij ons bekende criminele broer en komt uit een beruchte fami- lie. Hij is door zijn ouders op straat gezet nadat hij ze met een mes had bedreigd. Je kunt nooit helemaal voorspellen of iemand bestand is tegen de lokroep van de straat, maar bij hem vrees ik het ergste. Hij heeft opeens een andere agenda. Je ziet hem niet meer bij buurtactiviteiten en hij leidt een dubbelleven. Hij is gestopt met zijn opleiding en komt veel in onfrisse koffiehuizen.” De vriendengroep laat hem begaan en blijft uit zijn buurt, maar waarschuwen veld- werkers wel als hij ergens wordt gesignaleerd. Soms wordt een groep besmet door iemand en meegezogen in de criminaliteit. Erik (20a) zag in de Indische-Buurt hoe een aanvankelijk positieve groep besmet werd door een ‘crimineel virus’. Door het jagen van instanties verdween veel onder de radar en kreeg hij moeilijker toegang tot de harde kern. Eerlijk hoopt hij dat fout gaat: een soort wake up call zodat ze nog een herkansing krijgen. Amir (140a) ziet ondertussen dat de vriendengroep zijn handen af trekt van hun voormalige vriend. Hij weet dat de zomerperiode een belangrijke test- case is welke kant het op gaat met een groep. Dan wordt duidelijk wie op het rechte pad blijft, wie een baantje vindt en wie niet. Ben je de hele dag druk of trek je op met een groep die uit verveling of geldbejag uit stelen gaat? Ook Fared (83a) houdt hoop, want bij sommigen met een crimineel verleden gaat het goed. Soms brengt hij het keihard in een gesprek en vraagt hij zijn cliënt of hij de volgende wil zijn die geliqui- deerd wordt. Erik (20a) ziet de komende jaren een nieuw probleem opdoemen bij een groep tieners in de Dapperbuurt. Het jongerenwerk is uitgedund en veel buurthuizen zijn gesloten. Niemand heeft zicht op de jongsten, die zich nu al ontpoppen als schof- fies, 1.3 Problemen in de buurt en criminaliteit De overlast van rondhangende jongeren komt in golven. Afgelopen jaar was het raak in de Banne (Buiksloot) waar veel buurtbewoners klaagden over agressieve en intimi- derende jongeren. In een persconferentie (zomer 2016) verklaart de burgemeester naar aanleiding van de aanhoudende relletjes dat er 26 overlastgevende jongeren- groepen in Amsterdam zijn en 2 criminele, waarvan één de Banne-groep is”? Sommi- ge overlastgevende groepen zijn ook in het vizier van de professionals. Daarnaast zijn Damen (Het Parool, 2016). III PANEL KWETSBARE JEUGD 95 er ook nog tientallen groepen die niet meteen hinderlijk, overlastgevend of crimineel, maar wel aanwezig zijn. In de Bloemenbuurt ziet Cartier (103a) eerder gelegenheids- groepjes die elkaar spontaan treffen: een ratjetoe van subcultuurtjes (o.a. voetbalsup- porters, hardcore, klussers) van voornamelijk jonge mannen. De meerderheid werkt of gaat nog naar school. Een kwart is werkloos of doet illegale dingen. “Iedereen kent elkaar: de een gaat om 7 uur naar zijn werk terwijl de ander drugs verkoopt.” Professionals hebben met heel uiteenlopende groepen contact. Meestal is er een vas- te kern of zijn er een paar gangmakers met daaromheen een ring van deelnemers die zich losser tot de groep verhouden. Sommigen zijn honkvast en anderen juist mobiel. Een groep kan een tijd niet opvallen totdat opeens de lont in het kruitvat schiet en de groep zich begint te roeren. De overlast neemt toe, er wordt provocatief met blikjes gegooid en omstanders klagen over scheurende scooters op de stoep. Er zijn balda- dige groepen maar ook groepen die dicht tegen de criminaliteit aanschuren. In Amsterdam-Oost ziet Erik (20a) groepen die samenklonteren, dit keer op een schoolplein, en de politie en straatcoaches die ze telkens uiteenjagen. Sinds het stadsdeel bezuinigt op het JPT Jongeren Preventie Team) vallen netwerken weer uit- een wat ten koste gaat van de informatiepositie. Volgens Erik realiseert men zich te weinig dat je ‘stropers met stropers vangt’. Participatie en talentenmakelaars In Banne zorgt nu een groep dagelijks voor zware overlast. Laatst werd er een Molotov- cocktail naar een woonhuis gegooid omdat een bewoner mensen met een Marokkaanse achtergrond Marokkanen zou hebben uitgescholden. Het is slechts een van de incidenten van het afgelopen jaar (2016) waarbij de gemoederen soms hoog opliepen. De buurt wordt geplaagd door inbraken en berovingen, hoofdzakelijk gepleegd door minderjarigen met een Marokkaanse achtergrond. Een uit de hand gelopen conflict tussen een groepslid en de politie zou de oorzaak zijn van de huidige onrust die volgens sommigen ook een na-ijleffect was van de explosieve situatie in Zaandam waar een Turkse ‘treitervlogger’ veel aandacht kreeg in de media. Volgens Cartier is de politie de regie kwijt in de wijk. Een col- lega probeert achter de schermen te bemiddelen met de grootste heethoofden. Volgens veldwerkers is de groep (ook hofleverancier van de high impact crimes en Top600) al jaren een vergaarbak van problemen, waaronder drugscriminaliteit en inbraken. Een ander twistpunt is het ontbreken van een vaste plek nu het buurthuis dicht is. Talentenmakelaars zijn in het gat gesprongen en bieden hun diensten aan voor wie vooruit wilt, maar een substantiële groep weet juist niet hoe dat moet en trekt zijn eigen plan met alle proble- men van dien. 96 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Ook in Amsterdam-West rommelt het. Hier proberen Kees (140a) en zijn opvolger Amir (140a) een andere benadering van de straatproblematiek op de agenda te krij- gen. De buurt ondervindt grote hinder van een groep jongeren — afkomstig uit 20 gezinnen — die al op jonge leeftijd ontspoort zijn. Kees (140a) pleit ervoor om meer forensisch orthopedagogen in te schakelen bij de gerichte jeugdaanpakken van het stadsdeel. De straatwerkers worden vaker geconfronteerd met jongeren met complexe gedragsstoornissen. “Er is weinig kennis over jeugdoverlast en hoe om te gaan met moeilijke jongeren. Profes- sionals schieten snel in een reflex van meer handhaven, een extra rondje door de wijk- agent en nog meer activiteiten. Maar we weten onvoldoende waarom jongeren zo ge- dragsgestoord reageren. De hardnekkigheid van de problemen los je ook niet op met alleen maar extra veldwerkers.” (Kees, 140a) Een kleine groep bestaat uit ‘mislukte kruimeldieven’ met veel politiecontacten. Door hun boosheid en frustraties worden ze richting criminaliteit of jihadisme gedreven. In gesprekken met deze groep blijkt hoe sterk sommigen in complottheorieën en de noodzaak van terrorisme geloven. Fared heeft al drie jongens zien vertrekken, een vierde twijfelt nog. Hij blowde vroeger de hele dag, maar sinds hij vijf maal per dag de moskee bezoekt is hij gestopt. Jongeren die in de criminaliteit belanden zien dit soms als een gevolg van uitsluiting. Wie geen geld heeft gaat daarom dealen, zo wordt geredeneerd. Een criminele subgroep in de Indische Buurt, waar Erik contact mee had, is dieper in de criminaliteit gezakt. Inmiddels heeft de politie een paar van zijn cliënten opgepakt. “Eentje heeft 2% jaar gekregen. Dat krijg je niet vanwege je zweetvoeten.” Erik schetst een beeld van buurtjongeren die vanuit de straatcultuur langzaam zijn geassimileerd in een circuit van verdachte koffiehuizen, shisha lounges en cafés. Om- dat de clientèle of eigenaar niet altijd zuiver op de graad zijn, zijn een paar van deze plekken inmiddels gesloten”! Eigenaren c.q. huurders in dit circuit zijn soms beducht dat hun zaak een verzamelplaats voor de misdaad wordt. °*1_Een koffiehuis in de Transvaalbuurt werd in 2016 op last van de burgemeester voor onbepaalde tijd gesloten naar aanleiding van twee schietpartijen die, zo bleek uit onderzoek, het gevolg waren van een ruzie in het koffiehuis over een gestolen partij drugs. De verhuurder die daarop naar de rechter stapte III PANEL KWETSBARE JEUGD 97 Top600 De professionals tonen zich vaak kritisch over het welslagen van de Top600 aanpak (inmiddels is er ook een Top400 aanpak)? Allemaal mooie sier voor de bühne, zegt de een. Een tandeloze tijger, vindt de ander. Cartier (103a) is gestopt met de begelei- ding van jongeren die HIC (high impact crimes) plegen. Van deze jongeren wordt geëist dat ze constructief meewerken, maar wie diep in de criminaliteit zit, lapt ge- woon alle afspraken aan zijn laars. Verloren tijd volgens Cartier, die vindt dat tien jaar lang achter jongeren aanrennen maar bar weinig heeft opgeleverd. Hij bouwt liever een vertrouwensband op met kwetsbare jongeren in Noord die hulp wel op prijs stel- len en gebaat zijn bij een persoonlijke begeleiding, het liefst met de ouders erbij en doorverwijzing naar specialisten die met hun schulden en huisvestingsproblemen aan de slag gaan. Fared ziet het vaak mis gaan wanneer iemand vrij komt en zonder wo- ning en werk opnieuw in de fout gaat. Drugs en nepdope business De meeste professionals merken dat het aantal buurtjongens met een aandeel in de drugshandel is toegenomen. Het kantelpunt was volgens Fared (83a) in 2012 toen naar aanleiding van een paar liquidaties een bloedige vete uitbrak waarbij ook in het Marokkaans-Amsterdamse misdaadmilieu in Oost slachtoffers vielen.” Het tijdsbeeld van opportunistische jonge mannen — snel geld, vluchtige reputaties en gepronk met spullen — herkennen de buurtprofessionals wel. Jongens die dromen van een carrière in het gangsterkapitalisme. Fared (83a): “Laatst vertelde zo'n jongen met een beper- king glashard tegen mij: als ik gevraagd wordt om iemand te liquideren en het ver- dient goed, dan doe ik dat. Het is stoere praat, maar toch.”** Erik (20a) schetst het dilemma waar veel jonge mannen in gevangen zitten: “Enerzijds is er die statusdruk om de ontruiming (o.a. schietpartijen, slecht huurderschap, stank- en geluidsoverlast en stelselmatig te laat betalen van de huur) van het pand te eisen werd door de kantonrechter in het gelijk gesteld. °2_Er zijn verschillende partners (o.a. WPI, GGD, Arkin, Spirit, reclassering) bij betrokken. Omdat volgens Cartier (103a) de partijen te weinig drang en dwang kunnen uitoefenen op deze groep is er veel uitval. Hij ziet de jongeren één keer per week op het spreekuur. 3 Volgens de onderzoeksjournalisten Schrijver en Laumans, schrijvers van het boek ‘Mocro Maffia’ (2014), is de aanleiding van de overigens nog steeds slepende onderwereldvete een partij van 200 kilo cocaïne die in 2012 verdween uit de haven van Antwerpen. “De rode draad in het boek is het gewelddadige leven van de zeer zwak begaafde R. B. die na een reeks overvallen en moorden op 21 jarige leeftijd in 2013 werd doodgeschoten op straat. 98 ANTENNE AMSTERDAM 2016 waardoor je jezelf in de kijker speelt op straat, maar je wordt ook kwetsbaarder om- dat je begint op te vallen met je dure shit.” Een deel van de buurtjongeren is ook actief als runner of verkoper en trekt ook met enige regelmaat richting centrum. Erik denkt dat de markt in de buurt groter is ge- worden nu steeds meer studenten en hogeropgeleiden zich hier gaan vestigen. Dea- lers en bezorgdiensten in de buurt profiteren hiervan. Ze zijn vaak dag en nacht be- reikbaar. In sommige koffiehuizen worden jongens geronseld om pakjes te bezorgen. Cartier (103a) wil dat er op korte termijn meer begeleiding en toezicht komt op de nepdopedealers uit Noord (Nieuwendam en Vogelbuurt). Er zijn naar schatting 20 vaak Marokkaanse jongens (17-18 jaar) actief op de grote pleinen in de binnenstad. Ze staan ingeschreven bij het ROC, werken door de week en in het weekend bedrie- gen ze toeristen met de verkoop van lidocaïne, pepermunt en stophoest.” Sommige dealers verkopen ook base-coke aan oudere verslaafden in de buurt. Erik (20a) ziet meer van zijn voormalige) cliënten opschuiven naar de drugshandel, vooral cocaïne: “Ze zeggen allemaal dat ze een goede baan willen maar ik zie ze vooral andere din- gen doen.” Sommigen bevinden zich intussen op een point of no return. Er zijn meer spanningen rond drugshandel inclusief gewelddadige vetes met schietpartijen en afre- keningen. Een paar (voormalige) cliënten van Erik en Fared zijn inmiddels om het le- ven gekomen. Jonge verkopers hebben vaak opportunistische motieven, vindt Fared (83a). “Ze ver- kopen net zo makkelijk nepdrugs aan toeristen als echte aan snuivers en slikkers. De 06-bezorger en nepdrugsverkoper is soms dezelfde persoon. Er zijn ook dealers die gekookte coke op straat verkopen. Veldwerkers vertellen over de handel rond de Dappermarkt waar de gekookte coke €5 voor 1 streep (tiende gram) kost. Ook in A'dam-West (Mercatorbuurt) verdienen jongens geld met het dealen van ‘nepdrugs' in het centrum. Ze kopen ‘santa’ dat s/ang is voor tandartsspul en dat ruikt en smaakt naar cocaïne. Amir (140a) denkt niet dat ze er goed aan verdienen. Deze groepjes blijven vaak onderaan de ladder van de criminaliteit steken. Maar Erik (20a) denkt daar anders over; sommigen verdienen wel €200 per dag dat net zo snel weer wordt verbrast aan gokken, kleding, drankjes en luxe gadgets. > __Deze verhalen doen denken aan die rond de invoering van de wietpas in sommige steden in het zui- den. (Van Ooyen-Houben, Bieleman & Korf, 2014). III PANEL KWETSBARE JEUGD 99 2 Middelengebruik Buurtjongeren verschillen in de mate waarin zij alcohol gebruiken. Autochtoon- Nederlandse jongeren drinken het meest en op meer gelegenheden. De Marokkaanse jongeren drinken het minst en de Surinamers en Antillianen zitten daar tussenin. De jongvolwassen stappers uit deze groepen (o.a. cafés en festivals) geven het meeste geld uit aan alcohol. Behalve bier zijn ook sterke dranken populair die soms ook hei- melijk op straat worden genuttigd. Amir (140a) ziet soms een ‘fles sterk’ op de hang- plek rondgaan en de straatgroep bij Mia (143a) combineert alcohol vaak met energie- drankjes. De oudere forse drinkers beginnen al vroeg met wodka en whisky, met als doel om zo snel mogelijk dronken te worden. Energydrinks zijn erg populair, maar professionals maken zich zorgen over de effecten op het brein en het lichaam. Erik vraagt zich af hoe schadelijk het is als je vijf á zes blikjes per dag drinkt. De drankjes bevatten namelijk veel cafeïne dat kan leiden tot rusteloosheid, hoge bloeddruk, be- ven en maagirritaties. Cafeïne onderdrukt ook de eetlust. Stevige blowers drinken vaker energydrinks om de sloomheid te verdrijven. Sigaretten roken blijft populair onder jongeren, maar het gebruik van e-sigaretten, shisha-pennen en shisha's is in sommige groepen ook populair, niet alleen in de lounges en clubs maar ook op straat, in het park, bij de auto, in de box of thuis. Jon- geren die op vakantie zijn geweest in Marokko en Turkije zien dat het daar ook popu- lair is. Cannabis blijft een aantrekkelijk middel en is in veel groepen de populairste drug. De professionals zien vaak stevige blowers in groepjes zonder dagbesteding. Amir ziet jongeren ‘s middags al beginnen, soms in combinatie met alcohol. In de Baarsjes valt genoeg te kiezen; de jongeren kennen hun adresjes voor goeie hasj en wiet. Maar zodra ze aangeschoten en/of high zijn valt er vaak geen land meer mee te bezeilen. Mia (143a) merkt hoe vanzelfsprekend blowen voor sommigen is. Ze zeggen dat ze geen drugs gebruiken, terwijl ze wel nog blowen. Voor hen is een joint een sigaret met kruiden waar je vrolijk van wordt. Zeker als je gewend bent dat je ouders ook blowen. Samen blowen verbindt en vergroot de solidariteit. Blowers in straat- groepen zijn vaak al op jonge leeftijd (13-16 jaar) begonnen. De meerderheid van de groep rookt een paar joints per dag. Ze blowen voor het genot, om er rustig van te worden of uit gewenning. De wiet komt uit coffeeshops maar Mia (143a) vermoedt dat sommigen ook eigen kweek verkopen. Ze vindt voorlichting van tijd tot tijd nodig. Nu twee jongens zich primair voor cannabisverslaving hebben aangemeld is het weer 100 ANTENNE AMSTERDAM 2016 hoog tijd om het over de risico's te hebben, zeker nu een paar kopstukken in de groep hun joints met nieuwelingen beginnen te delen. Fared ziet cannabisgebruik niet alleen als een gevolg, maar ook als een oorzaak van veel problemen. Vooral de groep laag opgeleide jongeren met gedragsstoornissen vindt hij problematisch. Ze houden bij hoog en laag vol dat ze niet verslaafd zijn, terwijl hun hele leefpatroon door het veelvuldige blowen wordt gedomineerd. Vergeleken met blowen denken professionals dat de problematiek met andere middelen, uitzonderingen daargelaten, over het al- gemeen meevalt. Lachgas populairder Het gebruik van andere middelen (o.a. GHB, speed, lachgas en ecstasy) komt vooral voor bij autochtoon-Nederlandse groepjes en in mindere mate bij jongvolwassen al- lochtonen die regelmatig uitgaan. Amir (140a) weet dat vooral twintigers soms ecstasy of cocaïne gebruiken. Volgens Mia (143a) varieert het drugsgebruik in de witte Von- delparkgroep waar behalve blowen en alcohol ook ecstasy, ketamine en speed op drum & bass en dubstepfeesten wordt gebruikt. Ritalin wordt samen gebruikt, ge- deeld en doorgegeven. Ecstasy wordt soms ook op de verzamelplek gebruikt. Er is een kleine kern die ook experimenteert met meer onbekende middelen als 2C-B en 4- FA. Mia (143a) vindt dat ze verdacht goed op de hoogte zijn van het aanbod. De GHB hype is inmiddels voorbij. Dat geldt niet voor het gebruik van lachgas, dat ook in andere buurtnetwerken popu- lair is. Sommige veldwerkers zien op hangplekken lege patronen liggen. Mia (143a) was getuige van een hype met lachgasspuiten. Bij gebrek aan ballonnen spoten som- migen het gas via de fles direct in hun mond. Sommigen zijn tijdens het gebruik ge- vallen. Fared (83a) laat ons een paar foto's zien van tuintjes achter de Wibautstraat waar bewoners regelmatig slagroompatronen aantreffen. Ook op andere plekken in buurt worden lachgaspatronen gevonden. Er is nog weinig bekend over de groepjes, maar het volgens informatie van andere collega's zou het niet meteen om de aller- jongsten gaan (15-19 jaar). In sommige groepen wordt geblowd waarvan in een groep ook zwakbegaafde jongeren zitten. Ze halen de slagroompatronen bij de Blok- ker en de Aldi in de buurt. Ook Erik (20a) ziet meer bedrijvigheid rond lachgas bij Marokkaanse, Surinaamse en Nederlandse jongeren. “Ze lopen gewoon met spuit op straat en een doos patronen in een tas.” Bij een groepje thuis zag hij een slagroom- spuit en een bak met patronen. Iedereen hing een beetje half onderuit gezakt en III PANEL KWETSBARE JEUGD 101 dromerig op de bank. Fared (83a) denkt dat de populariteit van lachgas ook wordt veroorzaakt door het ontbreken van een leeftijdsgrens zoals bij tabak en alcohol. 3 Samenvatting Kwetsbare buurtjongeren in volkswijken maken relatief vaak deel uit van straatgroe- pen. Bij veel van hen is sprake van een ontwrichte thuissituatie en armoede, het op- leidingsniveau is laag en er is vaak sprake van psychische problematiek. De scheidslijn tussen succes en falen is volgens professionals flinterdun. Het drop-out percentage in sommige groepen is soms fors terwijl er in dezelfde groep ook jongeren zijn die hun opleiding willen afronden en niet tot een straatcultuur willen behoren. De overlast van rondhangende jongeren komt in golven. Een groep kan een poos niet opvallen totdat opeens de lont in het kruitvat schiet en de overlast toeneemt. Streetcornerworkers en ambulant jongerenwerkers vinden hun informatiepositie naar jongeren en/of straat- groepen belangrijk, aangezien zij nieuwe signalen vaak als eersten opvangen. Meer buurtjongens voelen zich sinds een paar jaar aangetrokken tot de drugshandel en het snelle geld. Een deel van hen is behalve als drugsrunner of verkoper in de buurt ook actief op de grote uitgaanspleinen in het centrum. Alcohol is vooral onder autochtoon-Nederlandse jongeren populair, maar soms ook bij persisterende hanggroepen, terwijl energydrinks in alle groepen populair zijn. Panelleden vinden dat er meer voorlichting moet komen over de gezondheidsrisico's van energydrinks. E-sigaretten en shisha-pennen winnen nog steeds aan populariteit. Cannabis blijft een aantrekkelijk middel in veel groepen, maar jongeren onderschatten de risico's van frequent blowen. Het gebruik van andere middelen (o.a. ecstasy, GHB en cocaïne) blijft voornamelijk beperkt tot ‘witte’ netwerken. Met uitzondering van lachgas dat een flinke hype beleeft in verschillende jongerengroepen in woonbuurten. Het grote en laagdrempelige aanbod van lachgaspatronen in o.a. buurtwinkels is vol- gens professionals van invloed op de experimenteerdrang. 102 ANTENNE AMSTERDAM 2016 IV SURVEY MBO-STUDENTEN 1 SUMVEY …avoovoonvonvensennvonvenvenseonvonvensensvonvonsensensvonvennvensensvonvenvensensvonvensensenvonvensescroree LJ 11 Veldwerk. ...nnnenenenenennenenenenvenenenenvenennenenenenvenenenenvenenenenvnnenenenennenenenenvenene LÔÖ 1.2 Representativiteit ……nenvenensenenseneensenensenensenennenennenennensanensenensenenneneenenenne LOG 2 De mbo-studenten .esveneovenvenvenconvenvencenenvenvenvenennensenveneonensenvenvenennene LLO 3 Middelengebruik ven vonenvenvenvenr ensenvencenensensenveneonensenvenvenennensenveneen LL2 31 Tabak .....….……......nnnnenenennenenenenvenenenenennenennenenenennenenenvenenenenenvenenenenvenenenenvenenenenvnnene LL 3 311 Elektronische sigaret... annaneennranannneeenneraeananeeeeneneuansneeeenneneeannneeeennen anus ereen eernnneerrnnensernnseernene 11 3 3.1.2 Waterpijp (shisha) nn aaaaaannneranaennnneneaernennnnersaennnnereeeennnnerserrennnanernnaeennnerseeennnnereereennnsvermeennneer 113 3.2 _Energydrinks ……anenvnensenensenensenennensensenensenennenenneneanensenensenennenenneneenenvenencene LLÁ 3.3 Alcohol ……….nnenaenenenenvenenenenennenenenveneneeneneneneenenenenvenenenenenvenenenenvenenenenvenenene L LA 3.3.1 Riskant drinken en negatieve aspecten … nanne saernnnnereesennnnerseennmanereaersennnnereeeennnnerseen LL D 34 Cannabis ……….……....nnennnnanenenenvenenenenennenenenennensenenenenennenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenene LLO 341 Riskant blowen en negatieve aspecten …...nnnnnnnannnennnerseeennnnereeernennnnerreenanerserrnnnneeersennerseen LL 3.5 _ ECSHASY nn nenennennennennennennennennennennennenssenvensenvenvennenvenvenvenvenvenvenvenvenvenvenrverveneen LL8 3.5.1 MDMaA-poeder nnen nnenunaneeenneeeersnnseerenseenuneseeenneenenunaneeeeneenarunnneraeneesersnaneerennenerennneereneereennneerrnene 11 3.5.2 Pillen en poeder ……nmn nnen erennnererananeeeeneeraranseranuneeerannneeeenwenarsnnneerenareeananeerennenerrnnneerennerernneerrnene 11 3.6 _ COCAÏNE……..nnnnnenvenennenennenvenensenenvenenvenennensonvenensenennenennenvenenvenensenenvenennenvnnenveneneene LL 3.7 _ Amfetamine....….……....nnnnenenenenennenenenenvenenenenvenenvenenenenvenenenenvenenenenvnnenenenennenenenennenene L LO 3.7.1 Methamfetamine …...nnunsanunenanssanunenenssenannenneanansernenanssanunnenseanenennentensenneenen sers seanseenenseevensanneernenn L 2 3.8 Lachgas ………..sennesensenenneneenenennensenensenennenennsanensenennenenneneanenvenensenennenenneneenenvenencene L2Û 3.9 _ GHBnnnenenennnnenenenvenenenenenenenenvenenenenennenenenennenvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenvenenene L2Ó 3.10 Ketamine ….…….…….nensnennsvenenenenenenenenenvenenenenvenennenenenenvenenenenvenenenenvnnenenenennenenenennenene 12 L 3.11 NPS (nieuwe psychoactieve stoffen) nes.enenveneneenensenensenensenennenennenenne L2 L 3.12 Psychedelica …………nnesenneneonenenensenensensenennensenensenennenennensenensanensenennenennenvenene LÒ 3 3.13 Heroïne en crack. …..nnsvaneneneneeneneneneenenvenenenenvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenene 123 3.14 Ritalin en slaapmiddelen ……nesensenenneneenensenensenensenennenennenennensenencene L2Á 3.15 Middelengebruik per subgroep …..sansesannenseneneenensenensenennenennensenenseneneene L2Á 3.151 Leeftijd aaneen aranea 12 3.152 Geslacht aaan aanarnannanereeseenaneraeerunnnareersennanerserennaneaeeeennnererseannnaneeeeeennnneserennnnerernesennnnereneennnnerserrnen. 126 IV SURVEY MBO-STUDENTEN 103 3.15.3 Etniciteit aaan aanenenaneennenennneeuneneennenaneeeeneeaaneeennenananeenneeennenanerenanenanneeenneneneneenneeeenneenreeeenneneneeeensenennreenen TÔ À 3.154 Woonplaats nana aaaaaeananeeeenennanerseaennnnerserrennnneerennnanereesennnnerseernnnneneerreennanereerennnnerveernnnnereerrnennnner 12 7 3.15.5 AST LW 3.15.6 Kwalificatieniveau.. nnn nnnnuenanunereeennnerarananeeerneererananernanananannneerennen eraann aeernensaesnaneerrensneerenneerrnnnreernseeerrnene LG 4 Verdiepende analyses. ...sensssenesconenessenvenescenenrssenessensseorenrvaeneneerssersenevaere L3Û 4.1 Typen gamers en blowen ….nesennessensenensenennenenensenensenenseneenenennensenensenennenen 130 4.2 Negatieve aspecten drinken en blowen. …..nnunessenenenenenveneneneneenenenenenren 13 L 421 Negatieve aspecten drinken... nnnnunnanansennereesennnnerseennnaneeeesennnnerseerennnereeennnannnereesennnnercern LI 42.2 Negatieve aspecten blowen … nnn nannannenensenanereeeennnner sarren eeeeeennnnerserrenanereeennnannnereesennnnereern LID 4,3 _ Polygebruik ……nnaneneonensenensenenneneenennensenenneneanensanensenennenennenennenvenenvenennenen 134 4.31 Polygebruik stimulantia nnn aaarunnnanerensenanereesensaerserrennnnereesennnnerserenanereeersennnnereeeennnner eeen LID 4.3.2 Polygebruik cannabis, stimulantia en straatdrugs … naaar eaerneenanereennennner eeen 13 D 5 Samenvatting .esvenvenervenvenvenenvenvenvenvenennvencenenvenvenveneonenvenvenvenennenvenveneeneneer 136 104 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Voor de editie Antenne 2016 is een survey uitgevoerd onder een steekproef van bijna 2.000 mbo-studenten van diverse Amsterdamse mbo-instellingen en locaties, met een representatieve verdeling naar geslacht, leeftijd, sector en kwalificatieniveau. Daarmee is sinds lange tijd weer zicht op het middelengebruik onder een substantieel deel van de populatie jongeren en jongvolwassenen. Mbo-studenten zijn vanwege hun leeftijd niet alleen een interessante onderzoekspo- pulatie, maar ook een belangrijke doelgroep voor preventie. Zij verkeren in een fase waarin verhoudingsgewijs vaak wordt gestart en geëxperimenteerd met middelenge- bruik. Bovendien is een deel van de mbo-studenten jonger dan 18 jaar, de leeftijds- grens voor de verkoop van tabak en alcohol en de toegang tot coffeeshops, terwijl een ander deel boven deze leeftijdsgrens valt. Mbo-studenten zijn dus extra interes- sant om te onderzoeken of 18-minners verschillen van 18-plussers in de mate waarin zij roken, drinken en blowen. Verder vormen mbo-studenten een etnisch gemêleerde groep en hebben mbo's in Amsterdam veel meer dan middelbare scholen een regio- nale functie, waardoor een fors deel van de studenten in omliggende gemeenten of verder weg woont. Hierdoor kunnen eventuele verschillen tussen groepen in kaart gebracht worden. Dat kan relevante aanknopingspunten bieden voor preventie. Normaliter worden de surveyresultaten in Antenne vergeleken met die van voorgaan- de jaren binnen dezelfde onderzoekspopulatie. Helaas is dat niet mogelijk voor de huidige survey onder mbo-studenten (zie pagina 107). In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens (1) de opzet en de uitvoering van de sur- vey, (2) de onderzochte mbo-studenten en (3) het gebruik van tabak, alcohol, canna- bis en andere middelen aan bod. Vervolgens beschrijven we (4) verdiepende analyses naar typen gamers en blowen, negatieve aspecten van drinken en blowen en polyge- bruik. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een (5) samenvatting. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 105 Definities en begrippen In Antenne hanteren we verschillende maten voor middelengebruik en maken we een onderscheid naar etniciteit. De gebruikte definities en enkele statistische termen worden hieronder toegelicht. Middelengebruik Wanneer iemand een middel ooit in zijn of haar leven heeft gebruikt, spreken we van ooit-gebruik. Bij gebruik in het laatste jaar spreken we van recent gebruik en gebruik in de laatste maand noemen we huidig gebruik. Bij tabak, energydrinks, alcohol en cannabis worden onder andere ook de gebruikshoe- veelheden per dag besproken. Deze hoeveelheden gelden alleen voor dagen waarop gerookt, gedronken of geblowd wordt. Wanneer we dus het aantal sigaretten, aantal energydrinks, glazen alcohol of joints per dag rapporteren, bedoelen we het aantal per ‘rookdag’, ‘drinkdag’ of ‘blowdag’. Etniciteit Etniciteit is bepaald aan de hand van de standaardprocedure van het CBS. Iemand heeft een Nederlandse achtergrond als beide ouders in Nederland zijn geboren. Iemand heeft een migrantenachtergrond wanneer ten minste één van de ouders in het buitenland geboren is. Migranten (eerste generatie) worden ingedeeld naar hun eigen geboorteland en migrantenkinderen (tweede generatie) worden ingedeeld naar het geboor- teland van de ouder(s). Wanneer beide ouders in het buitenland zijn geboren, wordt gekeken naar het geboorteland van de moeder. Er wordt onderscheid gemaakt tussen personen met een westerse migran- tenachtergrond (Europa, Noord-Amerika en Australië) en personen met een niet-westerse migrantenachter- grond (Antillen, Suriname, Marokko, Turkije, Afrika, Azië en Zuid-Amerika). In Antenne wordt onderscheid gemaakt tussen westerse mbo-studenten (studenten met een Nederlandse achtergrond en studenten met een andere westerse migrantenachtergrond) en niet-westerse mbo- studenten (studenten met een niet-westerse migrantenachtergrond). Statistiek In de tekst en de grafieken worden de belangrijkste resultaten weergegeven; percentages en gemiddelden zijn daarbij afgerond. Naast een gemiddelde wordt soms ook een mediaan genoemd (ook wel ‘doorsnee’). Dit is de waarde waar de helft van de respondenten onder, en de helft van de respondenten boven scoort. De doorsnee is soms meer valide dan het gemiddelde omdat hoge of lage uitschieters hierop niet van invloed zijn. Wanneer vergelijkingen worden gemaakt tussen subgroepen op basis van achtergrondkenmerken (bijvoor- beeld geslacht, leeftijd of etniciteit), spreken we alleen van verschillen als deze significant zijn. Dat wil zeggen dat de verschillen statistisch gezien met ten minste 95% zekerheid niet aan toeval zijn toe te schrij- ven (p < 05). Meer gedetailleerde cijfers en analysegegevens zijn te vinden in de tabellen in bijlage B. 106 ANTENNE AMSTERDAM 2016 1 Survey Om een zo representatief mogelijk beeld te verkrijgen van het middelengebruik onder mbo-studenten in Amsterdam is de survey gehouden binnen diverse mbo-instellingen en locaties, met een evenredige vertegenwoordiging naar geslacht, leeftijd, sector en kwalificatieniveau ten opzichte van de totale populatie mbo-studenten bij de hoofd- stedelijke opleidingen (zie 1.2). Omdat nog niet eerder in het kader van Antenne een survey werd gehouden waarin uitsluitend mbo-studenten de doelgroep waren, kunnen we helaas geen trendanalyses maken. Trends en vergelijkingen De Antenne survey wordt jaarlijks afwisselend onder specifieke groepen jongeren of jongvolwassenen ge- houden. Voor elke doelgroep zijn meerdere meetmomenten geweest, waardoor trends in middelengebruik geanalyseerd kunnen. Doorgaans is een beschrijving van trends aan de hand van eerdere surveys onder dezelfde doelgroep onderdeel van het rapport. In 2002 werden mbo-studenten voor het laatst meegeno- men in de Antenne survey onder scholieren, echter alleen eerstejaars.”® Daarna deed de GGD Amsterdam nog onderzoek naar middelengebruik onder mbo-studenten, maar dit onderzoek dateert inmiddels van ruim tien jaar terug.” Omdat de survey voor Antenne 2016 voor het eerst uitsluitend onder mbo-studenten is gehouden, is een analyse van trends binnen deze groep op dit moment nog niet mogelijk. Vergelijkingen Onderdeel van de duiding van de resultaten zou een vergelijking kunnen zijn met andere recente onder- zoeken naar middelengebruik onder mbo-studenten. Worden in Amsterdam dezelfde prevalenties en ge- bruikshoeveelheden gevonden als in de rest van het land? In 2015 heeft het Trimbos Instituut landelijk onderzoek gedaan naar middelengebruik onder een representatieve steekproef mbo- en hbo-studenten.® Een vergelijking tussen dit onderzoek en Antenne 2016 is om twee redenen echter niet zuiver. Ten eerste omdat in de steekproef van het Trimbos Instituut alleen studenten zitten in de leeftijd 16-18 jaar (in de steekproef van Antenne zitten mbo-studenten van 15-35 jaar). Ten tweede omdat in het beschikbare rap- port de cijfers van de mbo- en hbo-studenten zijn samengevoegd: aparte cijfers voor beide opleidingsni- veaus zijn alleen (in beperkte mate) weergegeven voor 17-jarigen. In de schoolsurveys van 1993, 1994, 1995, 1997, 1999 en 2002 waren eerstejaars mbo-studenten, naast leerlingen van het voortgezet onderwijs, onderdeel van de steekproef. °/_Stolte, Schilthuis, & Van der Wal (2005). °& _Verdumen, Van Dorsselaer & Monshouwer (2016). IV SURVEY MBO-STUDENTEN 107 1.1 Veldwerk In de maanden voordat het veldwerk van start ging is aan alle mbo-instellingen toe- stemming gevraagd en werden praktische afspraken gemaakt over het afnemen van de (elektronische) vragenlijst. Van februari tot en met april 2016 heeft een van de onderzoekers samen met een team van tien getrainde veldwerkers’ op mbo- instellingen studenten benaderd om deel te nemen aan de survey. Verspreid over de stad werd het veldwerk gedaan op dertien locaties van vier verschillende mbo- instellingen.” Afhankelijk van de grootte van de locatie werd gewerkt in groepjes van twee tot zes veldwerkers. Alle locaties zijn, op verschillende schooldagen, verspreid over de week en in afstemming met de locaties, twee of drie keer bezocht. De studenten werden rondom en tijdens de lunchpauze benaderd waarbij zij een kor- te uitleg kregen over het onderzoek. Vervolgens konden zij de vragenlijst invullen op hun mobiele telefoon. Op drie kleinere locaties hebben de studenten de vragenlijst ingevuld tijdens een les. Wanneer de studenten geen mobiele telefoon hadden, kon- den zij er een lenen van de onderzoeker, een veldwerker of medestudent. Nadat de studenten de vragenlijst volledig hadden ingevuld kregen zij een lolly of ‘chille’ pen. ledere mbo-locatie had een eigen karakter, maar overal brachten de studenten hun pauze in groepjes met elkaar door. De studenten reageerden doorgaans positief op het onderzoek. Weliswaar waren er ook (met name niet-westerse) studenten die te- rughoudend reageerden op het onderwerp middelengebruik, maar zij draaiden meestal bij na de uitleg dat iedereen belangrijk is voor het onderzoek, ook als je nooit rookt, drinkt of andere middelen gebruikt. De vragenlijst werd over het alge- meen rustig en geconcentreerd ingevuld. Soms vonden studenten de vragenlijst wat aan de lange kant. Zij vroegen na een paar minuten hoeveel vragen zij nog moesten _Annemaron de Groot, Joris Halink Schöler, Lotte Hoes, Lidija Jovanovic, Jeanira Molina, Naoufal Omairi en Rosanne Salimi, Colla Scavenius, Isidora Stolwijk en Femke Zuidgeest. 60 Een aantal locaties zijn niet bezocht vanwege hun beperkte omvang of opleidingsaanbod. De focus lag op locaties met opleidingen voor BOL-studenten, aangezien BBL-studenten slechts één dag per week onderwijs volgen. Andere redenen om een locatie niet te bezoeken: particuliere opleidingen, locaties waar vmbo-leerlingen ook onderwijs volgen, geen toestemming (slechts een enkele keer). 108 ANTENNE AMSTERDAM 2016 invullen. Desondanks hebben verreweg de meeste studenten de vragenlijst volledig afgerond. Ter bewaking van de representativiteit werden tussentijds de online ingevulde vragen- lijsten bijgehouden. Waar nodig werden vervolgens van bepaalde groepen (qua leef- tijd, geslacht, etniciteit, sector, kwalificatieniveau) extra studenten benaderd. Om te voorkomen dat bijvoorbeeld rokers minder vaak bereikt zouden worden, werd ook gekeken of er (groepjes) studenten buiten stonden. Wanneer dit het geval was, wer- den zij daar gevraagd de vragenlijst in te vullen. Vragenlijst Omdat de mbo-studenten de vragenlijst in de lunchpauze in moesten vullen was het van belang de vragenlijst kort te houden. De vragenlijst bestond voornamelijk uit de standaardvragen die ieder jaar in de Antenne survey terugkomen (demografische ge- gevens, uitgaan, roken, drinken, blowen en overig middelengebruik). Het invullen van de vragenlijst duurde maximaal 10 minuten, ook wanneer studenten meerdere midde- len hadden gebruikt. 1.2 Representativiteit In totaal hebben 1.9/2 mbo-studenten de vragenlijst volledig ingevuld. Het aantal respondenten is dus groot, maar belangrijker is dat de groep respondenten een goe- de afspiegeling vormt van de totale populatie mbo-studenten in Amsterdam. Wan- neer we de steekproef vergelijken met de totale populatie, blijkt een vergelijkbare verdeling wat betreft geslacht, leeftijd, sector en kwalificatieniveau. Het aandeel jongens/mannen in de steekproef is iets kleiner dan in de totale popula- tie (46% versus 52%). De leeftijdsverdeling is in beide groepen vrijwel gelijk: zo is het aandeel mbo-studenten van 18 jaar of jonger in de steekproef 54% en in de totale populatie 53%, Ook het aandeel studenten per kwalificatieniveau is bijna hetzelfde in beide groepen (3%, 17%, 24% en 56% versus 3%, 17%, 25% en 55%). In de steekproef en de totale populatie is het aandeel mbo-studenten in de sector Zorg en Welzijn vrijwel gelijk (22% versus 25%) en is het aandeel studenten in de sector Economie in de steekproef iets kleiner dan in de totale populatie (39% versus 45%). IV SURVEY MBO-STUDENTEN 109 2 De mbo-studenten Onder de onderzochte mbo-studenten zijn iets meer meisjes/vrouwen (54%) dan jon- en gens/mannen (46%). De leeftijd varieert 25% van 15 tot en met 35 jaar, met een gemid- _ 20% J—-f-{ delde leeftijd van 19 jaar. Ongeveer drie- 15% Ad kwart (73%) is tussen de 1/7 en 20 jaar, 9% 10% is 15 of 16 jaar en 18% is 21 jaar of ouder. Ruim de helft van de mbo-studenten (56%) k heeft een Nederlandse achtergrond, 37% 5% 15 18 21 24 5 30 33 een niet-westerse migrantenachtergrond en 6% een westerse migrantenachtergrond. NTS Vier op de tien mbo-studenten (40%) wonen in Amsterdam. Hieronder woont 11% in stadsdeel West, de overige 29% is vrij gelijk verdeeld over de andere zes stadsdelen. Zes op de tien (60%) wonen niet in Amster- dam. Van alle respondenten komt 19% uit aan- grenzende gemeenten, 29% uit overige ge- m Amsterdam meenten in Noord-Holland en 12% van buiten M aangrenzende gemeenten de provincie Noord-Holland.“ B overige gemeenten Noord-Holland DO overige provincies Opleiding De Amsterdamse mbo-instellingen bieden onderwijs aan op vier kwalificatieniveaus binnen drie verschillende sectoren. Het kleinste deel van de mbo studenten (3%) volgt een opleiding op niveau 1, wat meer (17%) een opleiding op niveau 2, nog iets meer (24%) een opleiding op niveau 3 en ruim de helft (56%) volgt een opleiding op niveau A Aangrenzende gemeenten: De Ronde Venen, Gooise Meren, Haarlemmerliede en Spaarnwoude, Haar- lemmermeer, Weesp en Zaanstad. 110 ANTENNE AMSTERDAM 2016 4. Bijna evenveel studenten volgen een opleiding in de sector Economie (39%) of Techniek (39%). De overige 22% volgt een opleiding in de sector Zorg en Welzijn. KWALIFICATIENIVEAU SECTOR B niveau 1 B economie @ niveau 2 @ techniek El niveau 3 DO niveau 4 zorg en welzijn Sociale media en gamen Het merendeel van de mbo-studenten (95%) is dagelijks bezig met sociale media, waaronder 36% tot 3 uur per dag en 25% 3 tot 5 uur per dag.” Eén op de vijf (20%) is 5 tot 10 uur per dag actief op sociale media en één op de zeven (14%) meer dan 10 uur per dag. Doordeweeks gamen er iets minder mbo-studenten dan in het weekend (45% versus 49%). We hebben niet gevraagd hoeveel dagen de studenten (gemiddeld) per week gamen, maar op de dagen dat zij doordeweeks gamen doet 17% van alle responden- ten dit minder dan 1 uur per dag, 22% 1 tot 5 uur per dag en 7% meer dan 5 uur per dag. In het weekend gamen de studenten iets langer dan doordeweeks. Het percen- tage respondenten dat meer dan 5 uur per dag gamet ligt in het weekend op 11% (versus 7% doordeweeks). We hebben een verdiepende analyse gedaan naar gamers, deze wordt beschreven in A1. Onder sociale media wordt gerekend: Facebook, WhatsApp, YouTube, Instagram, Skype, Linkedin, Snap- chat en Twitter. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 111 AANTAL UUR GAMEN PER ‘GAMEDAG' 100% 30% mn doordeweeks | 60% | Oweekend nm 40% nennen 20% nnn 0% m | _ | helemaal niet < 1 uur 1 tot 3 uur 3 tot 5 uur > 5 uur Gokken De meeste mbo-studenten hebben het afgelopen jaar geen enkele keer geld uitgege- ven aan online of offline gokspelletjes (respectievelijk 97% en 90%).°* Een klein deel gaf het afgelopen jaar 10 keer of vaker geld uit aan online (1%) of offline (3%) gok- spelletjes. Uitgaan Meer dan de helft van de mbo-studenten (57%) ging de afgelopen maand ten minste 1 keer uit. Van de totale groep is 44% gelegenheidsstapper: zij gingen de afgelopen maand 1 tot 3 keer uit. De resterende 13% noemen we vaste stappers: zij gingen de afgelopen maand minimaal 4 keer uit. De studenten gingen de afgelopen maand het vaakst naar cafés (38%) of clubs (37%), iets minder naar muziekfestivals, dance events of party's (24%) en het minst naar raves (7%). 3 Middelengebruik De vragenlijst besloeg items over roken, drinken, blowen en het gebruik van meer dan twintig andere middelen. We bespreken eerst algemene gebruikscijfers (ooit, laatste jaar en laatste maand). Daarna vergelijken we het middelengebruik in verschillende subgroepen op basis van achtergrondkenmerken. 8 Bijvoorbeeld: loterij, fruitautomaat, pokeren en roulette. 112 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Bij het gebruik van tabak, alcohol, energydrinks en cannabis worden onder andere ook gebruikshoeveelheden per dag besproken. Deze hoeveelheden gelden alleen voor dagen waarop gerookt, gedronken of geblowd wordt. Wanneer het aantal sigaretten, glazen alcohol, aantal energydrinks of joints per dag wordt gerapporteerd, wordt dus het aantal per ‘rookdag’, ‘drinkdag' of ‘blowdag’ bedoeld (zie pagina 106). 3.1 Tabak Ruim de helft van de mbo-studenten (57%) heeft ooit sigaretten of shag gerookt, waar- 100% TABAK onder 15% 1 of 2 keer. Gemiddeld rookten zij go 1___ voor het eerst op hun 15° jaar. Een deel van PE de studenten heeft dus gerookt toen zij jon- . ee ger waren dan de leeftijdsgrens voor tabaks- 10% verkoop van 18 jaar. nn NR Ongeveer één op de drie mbo-studenten 2 ooit _ recent huidig dagelijks (35%) is huidig roker. De helft van de huidige rokers (50%) rookt dagelijks (dat is 18% van alle onderzochte mbo-studenten). De andere helft van de huidige rokers doet dat 5 of 6 dagen per week (5%), 3 of 4 dagen per week (8%), 1 of 2 dagen per week (12%) of minder dan 1 dag per week (26%). Gemiddeld roken de huidige rokers 7 sigaretten per dag, dagelijkse rokers gemiddeld meer dan niet-dagelijkse rokers (10 versus 4 sigaretten). lets meer dan de helft van de huidige rokers (53%) vindt dat zij te veel of te vaak roken. 3.1.1 Elektronische sigaret Ongeveer één op de vijf mbo-studenten (22%) heeft ooit een e-sigaret met nicotine gerookt. Bijna één op de acht studenten (12%) deed dit het afgelopen jaar en 6% de afgelopen maand. Eén op de zes studenten (16%) rookte ooit een e-sigaret zonder nicotine, 8% deed dit het afgelopen jaar en 3% de afgelopen maand. Van de mbo-studenten die het afgelopen jaar een e-sigaret rookten (met of zonder nicotine), rookte het merendeel (79%) ook gewone sigaretten. 3.1.2 Waterpijp (shisha) Bijna de helft van de mbo-studenten (49%) heeft ooit tabak gerookt via een waterpijp (shisha). Eén op de drie (33%) deed dit het afgelopen jaar en 14% de afgelopen IV SURVEY MBO-STUDENTEN 113 maand. De percentages voor het roken van kruiden (geen hasj of wiet) via een water- pijp liggen lager: 24% deed dit ooit, 15% het afgelopen jaar en 6% de afgelopen maand. Van de mbo-studenten die het afgelopen jaar een waterpijp rookten, rookte bijna twee derde (65%) ook gewone sigaretten. Van alle mbo-studenten rookte 13% het afgelopen jaar wel waterpijp, maar geen sigaretten, en rookte 23% zowel waterpijp als sigaretten. 3.2 Energydrinks Het merendeel van de mbo-studenten (89%) heeft ooit energydrinks gedronken, waaron- _ 100% ENERSYDEING der 19% 1 of 2 keer. Gemiddeld dronken zij 30% NT voor het eerst energydrinks toen zij 13 jaar 60% MA waren. 40% - lets meer dan de helft van de mbo- 20% MR R- studenten (51%) is een huidig gebruiker van 0% energydrinks. Van de huidige gebruikers ooit recent huidig dagelijks drinkt 12% dagelijks (dat is 6% van alle on- derzochte mbo-studenten), 34% 1 tot 6 dagen per week en 54% minder dan 1 dag per week, Gemiddeld worden 2 energydrinks per ‘drinkdag’ geconsumeerd. De meeste huidige gebruikers (85%) nemen 1 tot 2 energydrinks per ‘drinkdag’, 10% neemt 3 tot 5 energydrinks en 2% meer. Ongeveer één op de vijf huidige gebruikers (21%) vindt dat hij of zij te veel of te vaak energydrinks consumeert. 3.3 Alcohol Bijna vier op de vijf mbo-studenten (79%) heeft ooit alcohol gedronken, waaronder 10% _ 100% ALCOHOL 1 of 2 keer. Gemiddeld dronken zij voor het 30% Hi eerst op hun 15° jaar. Voor de meesten gold so IN MB mam op dat moment nog de leeftijdsgrens van 16 0 NR B B jaar, maar desondanks was alcoholgebruik oi B B voor een deel van hen ook toen al verboden. e ooit recent huidig dagelijks 114 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Het aandeel huidige drinkers onder mbo-studenten is 65%. Dagelijkse drinkers zijn in de minderheid (3% van de huidige drinkers, dat is 2% van alle onderzochte mbo- studenten), maar iets meer dan de helft van de huidige drinkers (51%) consumeert wel wekelijks alcohol (39% 1 of 2 dagen, 10% 3 of 4 dagen, 2% 5 of 6 dagen). Op dagen dat alcohol wordt gedronken, worden er gemiddeld 6 glazen alcohol gecon- sumeerd. Dat varieert op een gemiddelde ‘drinkdag’ van 1 tot 2 glazen (20%) tot meer dan 10 glazen (11%). 3.3.1 Riskant drinken en negatieve aspecten Wanneer we de frequentie en de hoeveelheid van alcoholgebruik combineren, dan voldoet 6% van de mbo-studenten aan de in Antenne gehanteerde definitie van een riskante drinker. Voor de huidige drinkers is dat 9%. Aan de huidige drinkers zijn vier vragen gesteld over negatieve aspecten van drinken: = Meer dan de helft van deze groep (54%) heeft ooit wel eens zoveel gedronken dat zij onwel werden of ‘out’ gingen (27% het afgelopen jaar). = Ruim één op de vijf (22%) kwam door alcoholgebruik ooït wel eens te laat op school of stage en/of verzuimde helemaal (13% het afgelopen jaar). = Ruim een kwart (27%) heeft ooit wel eens alcohol gedronken onder schooltijd of tijdens een stage (13% het afgelopen jaar). = Ten slotte vindt 21% van de huidige drinkers dat dat zij te veel of te vaak drinken. We hebben een verdiepende analyse gedaan naar de negatieve aspecten van drinken, deze wordt beschreven in 4.2.1. 4 Een riskante drinker drinkt dagelijks (ongeacht hoeveelheid) of meer dan 2 dagen per week meer dan 3 glazen alcohol (tot 19 jaar) of meer dan 4 glazen alcohol (vanaf 19 jaar). Deze definitie wordt sinds 1995 in Antenne gehanteerd. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 115 , NEGATIEVE ASPECTEN DRINKEN (HUIDIGE DRINKERS) zn D afgelopen jaar 40% nennen 0% | | onwel/'out' te laat/verzuim onder schooltijd/tijdens stage 3.4 Cannabis Bijna helft van de onderzochte mbo- CANNABIS studenten (49%) heeft ooit wel eens wiet of 100% hasj gebruikt, waaronder 17% 1 of 2 keer. De 80% ee gemiddelde startleeftijd is 16 jaar. Een deel 60% de heeft dus geblowd toen zij nog te jong waren —_ „0% voor coffeeshops (18 jaar). 0 NR B am Ruim één op de vijf mbo-studenten (22%) is 0% een huidig blower. De helft van de huidige ooit recent huidig dagelijks blowers (51%) blowt minder dan 1 dag per week, de anderen doen dit wekelijks (32%) of zelfs dagelijks (17%, dat is 4% van alle onderzochte mbo-studenten). Op een gemiddelde ‘blowdag' roken de huidige blo- wers 2 joints; 10% rookt dan minder dan 1 joint, 65% 1 tot 2 joints, 20% 3 tot 5 joints en 5% meer. Ongeveer één op de tien mbo-studenten (11%) heeft ooit een e-joint met THC ge- rookt, 7% deed dit het afgelopen jaar en 3% de afgelopen maand. Bijna één op de vijf studenten (19%) rookte ooit hasj of wiet via een waterpijp, 9% deed dit het afgelo- pen jaar en 4% de afgelopen maand Wat betreft soorten cannabis geeft één derde van de huidige blowers (33%) de voor- keur aan hasj, en ruim één derde (36%) de voorkeur aan wiet. De rest (31%) heeft geen voorkeur. Wat betreft de sterkte van de cannabis geeft iets meer dan de helft van de huidige blowers (53%) de voorkeur aan sterke of erg sterke cannabis (respec- tievelijk 34% en 18%). De andere huidige blowers prefereren cannabis van gemiddelde sterkte of (erg) milde sterkte (respectievelijk 39% en 8%). 116 ANTENNE AMSTERDAM 2016 3.4.1 Riskant blowen en negatieve aspecten Van alle mbo-studenten voldoet 6% aan de in Antenne gehanteerde definitie van een riskante blower.” Voor de huidige blowers is dat ruim een kwart (27%). Aan de huidige blowers zijn vier vragen gesteld over negatieve aspecten van blowen: = Van deze groep heeft ruim een kwart (28%) ooit wel eens zoveel geblowd dat zij onwel werden of ‘out’ gingen (10% het afgelopen jaar). = Bijna een kwart (23%) kwam door blowen ooit wel eens te laat op school of stage en/of verzuimde helemaal (12% het afgelopen jaar). n= Meer dan de helft (56%) heeft ooit wel eens geblowd onder schooltijd of tijdens een stage (33% het afgelopen jaar). = Ten slotte vindt een kwart van de huidige blowers (26%) dat dat zij te veel of te vaak blowen. We hebben een verdiepende analyse gedaan naar de negatieve aspecten van blowen, deze wordt beschreven in 4.2.2. NEGATIEVE ASPECTEN BLOWEN (HUIDIGE BLOWERS) 100% B ooit 60% 40% DE om | onwel/'out' te laat/verzuim onder schooltijd/tijdens stage & Een riskante blower blowt dagelijks (ongeacht hoeveelheid) of een paar keer per week maar dan één joint. Deze definitie wordt sinds 1995 in Antenne gehanteerd. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 117 3.5 Ecstasy Eén op de vijf mbo-studenten (20%) heeft NTC-PILLEN ooit wel eens xtc-pillen geslikt, waaronder 6% _ 100% 1 of 2 keer. De eerste keer waren zij gemid- _ 80% ja deld 17 jaar. 60% Jemen Van de mbo-studenten is 15% recent gebrui- 90% JZ ker en 7% huidig gebruiker. De recente ge- 20% eee bruikers namen het afgelopen jaar gemiddeld 0% 8 keer XTC-pillen (doorsnee 4 keer). Ongeveer ooït en huidig één op de vijf recente gebruikers (19%) deed dat het afgelopen jaar meer dan 10 keer, de rest 1 of 2 keer (35%), 3 of 4 keer (17%) of 5 tot 10 keer (29%). Naar eigen mening nam ruim één op de vijf recente gebruikers (23%) te veel of te vaak ecstasy. 3.5.1 MDMA-poeder MDMA-poeder bevat feitelijk dezelfde werk- zame stof als XTC-pillen, maar gebruikers ma- _ 100% MDMA-POEDER ken vaak een duidelijk onderscheid tussen _ gog | beide vormen (daarom wordt gesproken van 60% MDMA-poeder en niet van XTC-poeder). Van . de mbo-studenten heeft 13% ooit MDMA- 10% poeder gebruikt en is 8% recent gebruiker en A 3% huidig gebruiker. Ie ooit recent huidig 3.5.2 Pillen en poeder De meeste studenten (86%) die ervaring hebben met MDMA-poeder, hebben ook erva- ring met XTC-pillen. Andersom heeft meer dan de helft (56%) van degenen die XTC- pillen hebben gebruikt ook ervaring met MDMA-poeder. De gebruikscijfers van beide middelen kunnen dus niet zomaar worden opgeteld. In totaal heeft ruim één op de vijf mbo-studenten (22%) ooit XTC-pillen en/of MDMA-poeder gebruikt, 16% deed dit het afgelopen jaar en 8% de afgelopen maand. 118 ANTENNE AMSTERDAM 2016 3.6 Cocaïne Voor cocaïne liggen de cijfers lager dan voor _ ecstasy. Ongeveer één op de tien mbo- 100% COCAINE studenten heeft ooit cocaïne gebruikt (9%), _ 30% waaronder 4% 1 of 2 keer. De gemiddelde, |______ leeftijd waarop zij dat voor het eerst deden is 0% 18 jaar. 20% fenn Het aandeel recente gebruikers is 6% en het om aandeel huidige gebruikers 3%. De recente ooit recent huidig gebruikers namen het afgelopen jaar gemiddeld 23 keer cocaïne. Dit gemiddelde wordt echter sterk omhooggetrokken door een aantal frequente gebruikers. In doorsnee namen de recente gebruikers het afgelopen jaar 3 keer cocaïne. Bijna de helft van hen (45%) gebruikte het afgelopen jaar 1 of 2 keer, 19% gebruikte 3 of 4 keer, 18% gebruikte 5 tot 10 keer en 18% vaker. Ongeveer één op de vijf recente gebruikers van cocaïne (19%) vindt dat hij of zij te veel of te vaak cocaïne gebruikt. 3.7 Amfetamine Het gebruik van amfetamine (speed) ligt iets onder dat van cocaïne. Van de onderzochte 100% AMFETAMINE mbo-studenten heeft 8% ooit amfetamine _ 30% A gebruikt, waaronder 3% 1 of 2 keer. De ge- 0% On middelde startleeftijd is 18 jaar. HL Van de mbo-studenten is 5% recent gebruiker 50% | en 2% huidig gebruiker. Gemiddeld gebruikten om de recente gebruikers het afgelopen jaar 19 ooit recent huidig keer amfetamine, in doorsnee veel minder (4 keer). Ongeveer vier op de tien recente gebruikers (43%) gebruikten het afgelopen jaar 1 of 2 keer, 12% gebruikte 3 of 4 keer, 17% gebruikte 5 tot 10 keer en 28% vaker. Eén op de vijf recente gebruikers (20%) is van mening dat hij of zij te veel of te vaak amfetamine gebruikt. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 119 3.7.1 Methamfetamine Methamfetamine heeft net als amfetamine een stimulerende werking, maar het is sterker en de effecten houden langer aan.®® Van de mbo-studenten is 3% ooit, 2% recent en 1% huidig gebruiker van methamfetamine. 3.8 Lachgas Naast de hiervoor beschreven stimulantia LACHGAS (ecstasy, cocaïne en amfetamine) worden nar- _ 100% cosemiddelen ook wel tot de partydrugs ge- _ 80% Je rekend (hoewel ze zelden alleen tijdens het 60% uitgaan worden genomen). Het bekendste _ „‚ |______ voorbeeld hiervan is lachgas, dat in tegenstel- 0% ling tot de andere hieronder besproken nar- . . 0% cosemiddelen legaal is. Van de mbo- ooit eea huile studenten heeft ruim een kwart (27%) ooit lachgas gebruikt, waaronder 11% 1 of 2 keer. De gemiddelde leeftijd waarop de stu- denten voor het eerst lachgas gebruikten is 17 jaar. Ruim één op de vijf mbo-studenten (21%) is recent gebruiker en 9% is huidig gebruiker. De recente gebruikers namen het afgelopen jaar gemiddeld 11 keer lach- gas (doorsnee 3 keer). lets minder dan de helft van hen (45%) gebruikte het afgelo- pen jaar 1 of 2 keer. De rest deed dat 3 of 4 keer (16%), 5 tot 10 keer (23%) of vaker (16%). Van de recente gebruikers vindt 13% dat hij of zij te veel of te vaak lachgas gebruikt. 3.9 GHB Ook GHB is een narcosemiddel. Van de mbo- . . GHB studenten heeft 5% ooit GHB gebruikt, waar- 100% onder 3% 1 of 2 keer. De gemiddelde start- 30% A leeftijd is 18 jaar. 60% A 80% Ja 20% Ja 66 _EMCDDA/Europol (2009). 0% ooit recent huidig 120 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Van de mbo-studenten is 3% recent gebruiker en 1% huidig gebruiker. De recente gebruikers namen het middel het afgelopen jaar gemiddeld 12 keer (doorsnee 2 keer). Meer dan de helft van de recente gebruikers (55%) deed dat het afgelopen jaar 1 of 2 keer, 28% tussen de 3 en 10 keer en 17% vaker, Naar eigen mening neemt één op de vijf recente gebruikers (20%) te veel of te vaak GHB (eenzelfde aandeel als bij de re- cente gebruikers van ecstasy, cocaïne en amfetamine). 3.10 Ketamine Het derde narcosemiddel is ketamine. De gebruikspercentages komen overeen met die 100% KETAMINE van GHB. Van de mbo-studenten heeft 4% 30% A ooit ketamine gebruikt, waaronder 2% 1 of 2 _ 60% en keer. De gemiddelde leeftijd waarop zij voor gg A het eerst ketamine gebruikten is 19 jaar. 00% OO Van de mbo-studenten is 3% recent gebrui- 0% ker en 1% huidig gebruiker. De recente ge- ooit recent huidig bruikers gebruikten het afgelopen jaar ge- middeld 11 keer (doorsnee 3 keer). Vier op de tien recente gebruikers (41%) gebruik- ten het afgelopen jaar 1 of 2 keer ketamine. De rest 3 of 4 keer (20%), 5 tot 10 keer (16%) of vaker (23%). Bijna één op de tien recente gebruikers (9%) vindt dat hij of zij te veel of te vaak ketamine gebruikt. 3.11 NPs (nieuwe psychoactieve stoffen) NPS is de verzamelnaam voor ‘nieuwe’ psychoactieve stoffen die, doorgaans via inter- net, op de markt komen.” Vaak gaat het hier om gesynthetiseerde chemische varian- ten van de klassieke (verboden) middelen, maar het kunnen ook plantaardige stoffen zijn. De termen designer drugs, research chemicals en legal highs worden ook wel gebruikt om NPS aan te duiden, hoewel de laatste term niet altijd van toepassing is. Een aantal middelen die tot de NPs worden gerekend is namelijk al opgenomen in de Opiumwet. Het Europees waarnemingscentrum voor drugs (EMCDDA) onderscheidt op 87__Koning & Niesink (2013). IV SURVEY MBO-STUDENTEN 121 basis van de chemische structuur zes typen NPS: fenylethylaminen, cathinonen, canna- binoïden, piperazinen, tryptaminen en een restgroep van overige stoffen £8 In totaal heeft 10% van de mbo-studenten weleens één of meer van de zeven onder- zochte typen NPS gebruikt. Fenethylaminen zijn synthetische afgeleiden van ecstasy of amfetamine. De oudst bekende hiervan is 2c-B (al sinds 1997 opgenomen in de Opi- umwet). Een nieuwer, maar niet minder bekend type fenethylamine is 4-FA, dat sinds kort (april 2017) onder de Opiumwet valt. Van de studenten heeft respectievelijk 5% en 7% deze middelen ooit gebruikt. Mephedrone (sinds 2012 in de Opiumwet) is door 1% van de studenten ooit gebruikt.” Cathinonen zijn chemisch verwant aan khat (gad. Hieronder vallen onder andere 2/3/A-FMc (flephedrone), 5/6-APB (benzo fur) en methylone (explosion)! Gebruik van deze drie typen NPS door mbo-studenten is beperkt, namelijk voor elk type 1%. Tot de restgroep van overige stoffen hoort MXE (metoxetamine), een verwante van ketamine. Van de mbo-studenten heeft 1% dit middel ooit gebruikt. NPS (OOIT) 100% 60% 40% 2% Joennn 0% & 9 e & \ 68 EMCDDA (2015). 9 Ook wel 4-fluoramfetamine, 4-fluo, 4-FMP of Formula 1 genoemd. 7 Ook wel 4-MMC of ‘miauw miauw’ genoemd. 71_5-APB en 6-APB zijn chemisch niet identiek maar door gebruikers wordt het onderscheid niet altijd gemaakt: beide stoffen staan dan ook wel bekend als Benzo Fury. Een zelfde redenering geldt voor 2- FMC, 3-FMC en 4-FMC (fephedrone). 122 ANTENNE AMSTERDAM 2016 3.12 Psychedelica Paddo's (paddenstoelen of truffels die Neenee en psilocybine of psilocine bevatten), pmrt 100% (plantenbestandeel uit onder andere 80% Jan ayahuasca) en LSD zijn hallucinogenen en 60% Je worden ook wel psychedelica of tripmiddelen _ „0% 1 genoemd. 0% Eén op de tien mbo-studenten (11%) heeft 0% ooit wel eens paddo's gebruikt. Ooit-gebruik paddo's LSD DMT van LSD en DMT liggen lager (respectievelijk 5% en 3%). Van de studenten is 6% recent en 2% huidig gebruiker van paddo's, 2% recent en 1% huidig gebruiker van Lsp, en 2% recent en 1% huidig gebruiker van DMT. 3.13 Heroïne en crack Heroïne en crack zijn beide ‘straatdrugs'. HEROINE/CRACK (OOIT) Onder de mbo-studenten is 2% ooit, 1% 100% recent en 1% huidig gebruiker van heroïne. 80% Je Crack wordt in vergelijking met heroïne wat _ 60% vaker gebruikt door de studenten: 5% is ooit, „pv Je 3% recent en 1% huidig gebruiker. 20% Oe Vrijwel alle studenten (95%) die ervaring 0% hebben met heroïne, hebben ook ervaring heroïne crack met crack. Andersom heeft 43% van degenen die crack hebben gebruikt ook ervaring met heroïne. De gebruikscijfers van beide middelen kunnen dus niet zomaar worden opgeteld. In totaal heeft 5% van de mbo- studenten ooit heroïne en/of crack gebruikt, 3% deed dit het afgelopen jaar en 2% de afgelopen maand. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 123 3.14 Ritalin en slaapmiddelen De mbo-studenten is ook gevraagd naar het RITALIN/SLAAPMIDDELEN (OOIT) gebruik van twee soorten medicijnen die ook 100% wel als ‘genotmiddel’ worden genomen: Rita- _ 80% Je lin (methylfenidaat) en slaap- en kalmerings- _ 60% | middelen. Er is niet gevraagd of zij deze 4 | middelen op recept of recreatief gebruiken. 0% Eén op de tien mbo-studenten (11%) heeft 0% ooit Ritalin gebruikt, 7% is recent gebruiker Ritalin slaapmiddelen en 3% huidig gebruiker. Het gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen ligt hoger: één op de zes studenten (17%) gebruikte deze middelen ooit, 12% is recent gebruiker en 6% huidig gebruiker. 3.15 Middelengebruik per subgroep In deze paragraaf maken we vergelijkingen in middelengebruik tussen subgroepen op basis van achtergrondkenmerken, namelijk: leeftijd, geslacht, etniciteit, woonplaats, sector en kwalificatieniveau. Bij tabak, energydrinks, alcohol en cannabis beperken we ons tot verschillen in huidig gebruik, inclusief gebruikshoeveelheden. Bij ecstasy, cocaïne, amfetamine, GHB, lachgas en ketamine kijken we naar verschillen in recent gebruik. Bij deze vergelijkingen spre- ken we alleen van verschillen als deze significant zijn (zie pagina 106). Vergelijkingen van andere gebruikscijfers en overige middelen zijn opgenomen in de tabellen in bij- lage B. 3,15.1 Leeftijd In de analyse naar leeftijd onderscheiden we drie categorieën, namelijk: 15-17 jaar, 18-20 jaar en 21 jaar en ouder. Het aandeel huidige rokers en huidige drinkers stijgt met de leeftijd (roken 29%, 36% en 46%; drinken 61%, 66% en 72%). Naarmate ze ouder zijn roken mbo-studenten gemiddeld meer sigaretten per ‘rookdag’ (6, 7 en 8 sigaretten). Wat betreft het aandeel huidige gebruikers van energydrinks en het aan- deel huidige blowers zijn er geen verschillen tussen de drie leeftijdscategorieën. 124 ANTENNE AMSTERDAM 2016 HUIDIG GEBRUIK (ALCHOL, TABAK, CANNABIS, ENERGYDRINKS) LEEFTIJD 100% W15-17 jaar 80% |l _018-20 jaar 7 40% Gj NZ am m/ bb tabak* alcohol* cannabis energdrinks * = significant verschil in gebruik Kunnen we op basis van deze cijfers iets zeggen over de verkrijgbaarheid van tabak, alcohol en cannabis op verschillende leeftijden? Bij tabak zijn drie op de tien minder- jarige mbo-studenten huidige rokers. Ondanks de leeftijdsgrens van 18 jaar kunnen zij aan sigaretten komen. Het aandeel huidige rokers is groter bij de 18-plussers. Dat zou kunnen betekenen dat er van de leeftijdsgrens een zekere ontmoedigende werking uitgaat. Tegelijkertijd tonen de cijfers dat meerderjarige mbo-studenten een ‘inhaal- slag’ maken. Van de 18- tot 20-jarigen is ruim één op de drie huidig roker en van de 21-plussers zelfs bijna de helft. Een soortgelijk patroon zien we bij alcohol, maar minder sterk. Van de 15- tot 17- jarigen zijn zes op de tien huidige drinkers. Zij kunnen ondanks de leeftijdsgrens aan alcohol komen. Daarna neemt het aandeel huidige drinkers toe, tot bijna driekwart van de 21-plussers. Deze ‘inhaalslag’ is niet zo groot als bij tabak. Dat is echter niet zo verrassend aangezien het aandeel huidige drinkers onder 18-minners een stuk hoger is, Bij cannabis is er geen verschil naar leeftijd in huidig gebruik, hoewel wel sprake lijkt te zijn van een opwaartse trend, zowel in huidig gebruik (21% van de 15- tot 17- jarigen en 25% van de 21-plussers) als in recent gebruik (respectievelijk 31% en 37%). Een groot verschil is er in ooit-gebruik (respectievelijk 39% en 65%). Hoewel de mini- mumleeftijd voor coffeeshopbezoek 18 jaar is kunnen minderjarigen kennelijk wel aan hasj of wiet komen, maar de kans dat mbo-studenten blowen neemt toe naarmate zij ouder worden. Voor vier van de zes ‘partydrugs’ zijn er verschillen tussen de leeftijdscategorieën in recent gebruik, waarbij voor alle vier geldt dat het aandeel recente gebruikers stijgt met de leeftijd: ecstasy (8%, 17% en 23%), cocaïne (2%, 6%, en 13%), amfetamine (2%, IV SURVEY MBO-STUDENTEN 125 5% en 11%) en ketamine (1%, 3% en 7%). Daarentegen is het aandeel recente gebrui- kers van lachgas in alle drie de leeftijdscategorieën vrijwel gelijk (20%, 22% en 20%). RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' LEEFTIJD 100% 5 M15-17 jaar Ee 0 18-20 jaar 60% CUTIE 21 jaar en ouder 7 40% ennn 0% _ ff ii TR _Z EF] ecstasy” cocaïne* amfetamine* ghb lachgas ketamine* * = significant verschil in gebruik 3.15.2 Geslacht Mannelijke mbo-studenten zijn iets vaker huidige drinkers dan vrouwelijke (68% ver- sus 63%) en mannelijke drinkers nuttigen gemiddeld meer glazen alcohol per ‘drink- dag’ (7 versus 5 glazen). Ook het aandeel huidige blowers is bij jongens/mannen gro- ter (27% versus 18%) en zij blowen gemiddeld meer joints per ‘blowdag’ (24 versus 1.6 joints). Er is geen verschil in het aandeel huidige rokers, maar jongens/mannen roken gemiddeld wel meer sigaretten per ‘rookdag’ dan meisjes/vrouwen (8 versus 6 sigaretten). Wat betreft het aandeel huidige gebruikers van energydrinks is er geen verschil. In recent gebruik van de zes ‘partydrugs’, scoren de jongens/mannen hoger bij coca- ine (9% versus 3%) en amfetamine (7% versus 4%). Bij ecstasy, GHB, lachgas en keta- mine zijn er geen verschillen naar geslacht. RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' GESLACHT 100% EB man vrouw 40% mmm oe - — — — ecstasy cocaïne* amfetamine* ghb lachgas ketamine * = significant verschil in gebruik 126 ANTENNE AMSTERDAM 2016 3.15.3 Etniciteit Westerse mbo-studenten zijn vaker dan niet westerse huidige rokers (40% versus 27%), huidige drinkers (80% versus 39%) en huidige blowers (24% versus 19%). Met name bij alcohol is het verschil groot. De genuttigde hoeveelheid alcohol per ‘drink- dag’ is ook groter bij westerse studenten (6 versus 5 glazen). Hoewel ook het aandeel niet-westerse huidige blowers kleiner is, roken zij gemiddeld wel meer joints per ‘blowdag' (3 versus 2 joints). Alleen het aandeel huidige gebruikers van energydrinks is groter onder niet-westerse studenten (61% versus 44%). In recent gebruik van de zes ‘partydrugs’, scoren westerse mbo-studenten hoger op ecstasy (18% versus 10%), cocaïne (7% versus 4%) en amfetamine (7% versus 3%). Het aandeel recente gebruikers van GHB, lachgas en ketamine verschilt niet tussen wester- se en niet-westerse studenten (maar niet-westerse studenten zijn wel twee keer zo vaak huidige lachgas gebruikers). RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' ETNICITEIT 100% O niet-westers BON Jenn 20% — nn ecstasy” cocaïne* amfetamine* ghb lachgas ketamine * = significant verschil in gebruik 3,15.4 Woonplaats Mbo-studenten die buiten Amsterdam wonen zijn vaker huidige rokers (38% versus 31%) en huidige drinkers (76% versus 48%).’? Ook drinken zij gemiddeld meer glazen alcohol per ‘drinkdag' (6 versus 5 glazen). Onder studenten die in Amsterdam wonen is het huidige gebruik van energydrinks hoger (57% versus 46%). Wat betreft het aan- deel huidige blowers is er geen verschil. #__Dit zou (deels) ook verklaard kunnen worden door het hogere aandeel westerse mbo-studenten onder mbo-studenten die buiten Amsterdam wonen dan onder studenten uit Amsterdam (81% versus 36%). IV SURVEY MBO-STUDENTEN 127 In recent gebruik van de zes ‘partydrugs’ is er alleen een verschil voor lachgas: het aandeel recente gebruikers van lachgas is groter onder mbo-studenten die in Amster- dam wonen (24% versus 19%). RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' WOONPLAATS 100% 30% ee MAmsterdam n BON jennen 20% Jem amen n__n — — — m — ecstasy cocaïne amfetamine ghb lachgas” ketamine * = significant verschil in gebruik 3,.15.5 Sector Het aandeel huidige drinkers is groter in de sector Techniek dan in de sectoren Eco- nomie en Zorg en Welzijn (76% versus 60% en 55%).’* In de sector Zorg en Welzijn zijn er minder huidige blowers dan in de andere twee sectoren (16% versus 24% en 24%). Er is ook een verschil wat betreft het nuttigen van energydrinks: het aandeel huidige gebruikers is kleiner onder Techniek studenten dan onder Economie en Zorg en Welzijn studenten (39% versus 57% en 59%). Wat betreft het aandeel huidige ro- kers is er geen verschil. Alleen voor ecstasy en lachgas zijn er verschillen tussen de sectoren in recent gebruik. Het aandeel recente gebruikers van ecstasy is kleiner onder mbo-studenten in de sector Zorg en Welzijn dan in de sectoren Economie en Techniek (12% versus 15% en 17%). Het aandeel recente lachgas gebruikers is kleiner in de sector Techniek dan in de sectoren Economie en Zorg en Welzijn (18% versus 23% en 23%). 3 Dit zou (deels) ook verklaard kunnen worden door het hogere aandeel jongens/mannen onder studen- ten in de sectoren Techniek, Economie en Zorg en Welzijn (respectievelijk 53%, 49% en 27%). 128 ANTENNE AMSTERDAM 2016 RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' SECTOR 100% O techniek ee OO E zorg en welzijn nm 40% nnn NZ mn mn MA ecstasy” cocaïne amfetamine ghb lachgas* ketamine * = significant verschil in gebruik 3.15.6 Kwalificatieniveau Er is een verschil tussen de kwalificatieniveaus wat betreft het aandeel huidige drin- kers: hoe hoger het niveau, hoe groter het aandeel huidige drinkers (38%, 55%, 62% en 71%)’* In vergelijking met de andere niveaus zijn niveau 3 studenten minder vaak huidige blowers en niveau 4 studenten minder vaak huidige gebruikers van energy- drinks. Niveau 1 studenten drinken gemiddeld meer engerydrinks per ‘drinkdag’ dan de andere studenten. Wat betreft het aandeel huidige rokers is er geen verschil tussen de kwalificatieniveaus. In recent gebruik van de zes ‘partydrugs’ scoren mbo-studenten met niveau 4 hoger op ecstasy, cocaïne en amfetamine dan de andere studenten. Hierbij valt op dat bij cocaïne en amfetamine het verschil tussen niveau 1 en niveau 4 klein is. Wat betreft ketamine is het aandeel recente gebruikers onder niveau 1 en niveau 4 studenten groter dan bij niveau 2 en niveau 3. Het aandeel recente gebruikers van GHB en lach- gas verschilt niet naar kwalificatieniveau. 4 _ Hierbij is bekeken of de gemiddelde leeftijd van de mbo-studenten hoger werd naarmate het kwalifica- tieniveau steeg (een verschil in middelengebruik tussen kwalificatieniveau zou dan mogelijk veroorzaakt worden door een verschil in leeftijd). De gemiddelde leeftijd stijgt echter niet met het kwalificatieniveau. De gemiddelde leeftijd voor de kwalificatieniveaus 1 t/m 4 is respectievelijk 18, 19, 18 en 19 jaar. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 129 RECENT GEBRUIK 'PARTYDRUGS' KWALIFICATIENIVEAU 100% 5 E niveau 1 Ee OO Oniveau 2 ä 60% mnl BNVeau 3 40% Oe niveau4 _[_ 3 1,8 0% Zj rd el ee ZA LP ecstasy” cocaïne* amfetamine* ghb lachgas ketamine* * = significant verschil in gebruik 4 Verdiepende analyses Naast de analyses naar het middelengebruik onder de onderzochte mbo-studenten hebben we verdiepende analyses gedaan naar drie thema's: (1) typen gamers en blo- wen, (2) negatieve aspecten van drinken en blowen en (3) polygebruik. 4.1 Typen gamers en blowen De mbo-studenten zijn in vier typen gamers in te delen op basis van de vragen over hoeveel uur zij doordeweeks en in het weekend gamen op de dagen dat zij gamen (een ‘gamedag’): = _Niet-gamers (49%) gamen doordeweeks en in het weekend helemaal niet. = _Weinig-gamers (15%) gamen doordeweeks en/of in het weekend minder dan één uur per ‘gamedag’. = _Matig-gamers (15%) gamen doordeweeks en/of in het weekend tussen de één en drie uur per ‘gamedag'. n= _Veel-gamers (21%) gamen doordeweeks en/of in het weekend meer dan drie uur per ‘gamedag'. Verschillen deze vier typen gamers ook van elkaar in profiel? Er is bekeken in hoever- re de vier typen gamers van elkaar verschillen in achtergrondkenmerken (leeftijd, ge- slacht, etniciteit, woonplaats, sector en kwalificatieniveau) en huidig gebruik van can- nabis. 130 ANTENNE AMSTERDAM 2016 De vier typen gamers verschillen wat betreft geslacht, etniciteit, woonplaats, sector en huidig cannabisgebruik, maar niet qua leeftijd en kwalificatieniveau. Wat het meest opvalt is dat het aandeel jongens/mannen onder matig- en veel-gamers veel groter is dan onder niet-gamers. Ook volgen matig- en veel-gamers vaker een opleiding in de sector Techniek dan niet-gamers. Dit is echter niet verrassend gezien het grotere aan- deel jongens/mannen in deze sector. Uit onderzoek komt naar voren dat problematisch gamen samenhangt met cannabis- gebruik’* en dat afhankelijke blowers meer tijd besteden aan gamen dan niet- afhankelijke blowers.’° Bij de mbo-studenten zien we echter geen eenduidig verband. Het aandeel huidige blowers is het grootst onder weinig-gamers, maar de niet- gamers verschillen niet van de veel-gamers wat betreft het aandeel huidige blowers, PROFIEL TYPEN GAMERS 100% % Ef F, b 60% 9 4 Z 7 S 40% 2 20% + 4 RE " INR A A AN niet-gamers weinig-gamers matig-gamers veel-gamers EB man C%) Owesters (%) @ buiten Amsterdam (%) Hsector techniek (%) EB huidig blower (%) 4.2 Negatieve aspecten drinken en blowen In 331 en 341 is beschreven dat aan de huidige drinkers en huidige blowers vier vragen zijn gesteld over negatieve aspecten van drinken en blowen. In de verdiepen- de analyse kijken we naar de overlap tussen deze vragen. Hierbij richten we ons op ervaren negatieve aspecten in het afgelopen jaar. Zijn de studenten die onwel of ‘out’ gaan van alcohol of cannabis dezelfde studenten als die drinken of blowen onder schooltijd? En hoe hangen deze negatieve aspecten samen met de probleemperceptie van studenten? 7” _ Walther, Morgenstern & Hanewinkel (2012). 7 Liebregts (2015). IV SURVEY MBO-STUDENTEN 131 4.2.1 Negatieve aspecten drinken Van de huidige drinkers werd in het afgelopen jaar 27% onwel of ging ‘out’, kwam 13% te laat of verzuimde helemaal en dronk 13% alcohol tijdens school of stage. Wanneer we deze cijfers samennemen zien we dat vier op de tien huidige drinkers (39%) in het afgelopen jaar met minimaal een van deze drie negatieve aspecten erva- ring hebben gehad na alcoholgebruik. Van deze groep hebben vier op de tien (43%) alleen ervaring met onwel worden/'out' gaan, 14% alleen met drinken tijdens school/stage en 12% alleen met te laat ko- men/verzuimen. Een kwart (25%) heeft ervaring met twee negatieve aspecten en 5% met alle drie. Ongeveer de helft van de huidige drinkers die het afgelopen jaar te laat kwamen/verzuimden of tijdens school/stage dronken, werden ook onwel/gingen ‘out’. Van de huidige drinkers vindt één op de vijf (21%) dat zij te veel of te vaak alcohol drinken. Dit is twee keer zo vaak het geval bij huidige drinkers die het afgelopen jaar ervaring hebben gehad met negatieve aspecten, dan bij huidige drinkers die zo'n ervaring niet hebben gehad (30% versus 15%). Er is dus wel een verband en een zeke- re mate van probleemperceptie, maar lang niet alle huidige drinkers met negatief drinkgedrag vinden dat zij te veel of te vaak drinken. 132 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Overlap negatieve aspecten drinken (huidige drinkers) alleen tijdens school/stage onwel/'out’ + tijdens school/stage alleen onwel/out’ 14% 9% 43% alleen te laat/verzuim onwel/'out’ + te laat/verzuim 12% 11% 4.2.2 Negatieve aspecten blowen Van de huidige blowers werd in het afgelopen jaar 10% onwel of ging ‘out’, kwam 12% te laat of verzuimde helemaal en blowde 33% tijdens school of stage. Wanneer we deze cijfers samennemen zien we dat vier op de tien huidige blowers (39%) in het afgelopen jaar met minimaal een van deze drie negatieve aspecten ervaring hebben gehad na cannabisgebruik. Van deze groep heeft de helft (50%) alleen ervaring met blowen tijdens school/stage, 9% alleen met onwel worden/'out' gaan en 7% alleen met te laat komen/verzuimen. Ruim een kwart (27%) heeft ervaring met twee negatieve aspecten en 6% met alle drie. De meeste huidige blowers die het afgelopen jaar te laat kwamen/verzuimden blowden ook tijdens school/stage. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 133 Overlap negatieve aspecten blowen (huidige blowers) alleen onwel/"out’ tijdens school/stage + onwel/'out’ alleen tijdens school/stage 9% 9% 50% S alleen te laat/verzuim tijdens school/stage + te laat/verzuim 7% 19% 4.3 Polygebruik Eerder zijn de gebruikscijfers per middel uitgebreid besproken. Om inzicht te krijgen in het polygebruik van mbo-studenten hebben we in de verdiepende analyse gekeken naar recent gebruik van verschillende soorten middelen. Eerst bespreken we de over- lap tussen de recente gebruikers van stimulantia (ecstasy, cocaïne en amfetamine)’ Daarna komt de overlap tussen recente gebruikers van cannabis, stimulantia en straatdrugs aan bod.’? Polygebruik betekent hier niet dat de middelen ook daadwer- kelijk gelijktijdig zijn gebruikt. 1 Onder ecstasy worden zowel XTC-pillen als MDMA-poeder gerekend. Zie 3.5 voor de overlap. Onder straatdrugs wordt zowel heroïne als crack gerekend. Zie 3.13 voor de overlap. 134 ANTENNE AMSTERDAM 2016 4.3.1 Polygebruik stimulantia Van de mbo-studenten heeft 16% ecstasy, 6% cocaïne en 5% amfetamine gebruikt in het afgelopen jaar. Eén op de zes mbo-studenten (17%) heeft het afgelopen jaar mi- nimaal een van de drie stimulantia gebruikt. Van de recente stimulantiagebruikers heeft iets meer dan de helft (52%) alleen ecsta- sy, 3% alleen cocaïne en 1% alleen amfetamine gebruikt. Ruim een kwart (27%) van hen heeft het afgelopen jaar twee soorten stimulantia gebruikt en 17% alle drie. Op- vallend is dat bijna alle recente gebruikers van cocaïne en amfetamine ook ecstasy hebben gebruikt. Overlap stimulantia (recente gebruikers) ecstasy + cocaïne 14% alleen ecstasy Z a + a are 12% 17% 4.3.2 Polygebruik cannabis, stimulantia en straatdrugs Van de mbo-studenten heeft 34% cannabis, 17% stimulantia en 3% straatdrugs ge- bruikt in het afgelopen jaar. Bij elkaar genomen heeft 38% van de mbo-studenten het afgelopen jaar minimaal een van deze drie middelen gebruikt. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 135 Van deze groep heeft ruim de helft (54%) alleen cannabis en 8% alleen stimulantia gebruikt. Bijna één op de drie (31%) van hen heeft het afgelopen jaar zowel cannabis als stimulantia gebruikt en 4% heeft alle drie de middelen gebruikt. De recente ge- bruikers van straatdrugs hebben vrijwel allemaal ook ervaring met stimulantia en/of cannabis. Overlap cannabis, stimulantia en straatdrugs (recente gebruikers) alleen stimulantia cannabis + stimulantia alleen cannabis 8% 31% 54% Á MX ij NN ST stimulantia + straatdrugs cannabis + stimulantia + straatdrugs 2% 4% 5 Samenvatting In 2016 deden 1.972 mbo-studenten van diverse Amsterdamse mbo-instellingen mee aan de Antenne survey. De respondenten zijn een goede afspiegeling van de totale populatie mbo-studenten in Amsterdam wat betreft geslacht, leeftijd, sector en kwali- ficatieniveau. 136 ANTENNE AMSTERDAM 2016 De mbo-studenten vormen een etnisch diverse groep (56% Nederlandse achtergrond), zijn gemiddeld 19 jaar en ongeveer de helft is vrouw (54%). Vier op de tien studenten (40%) zijn woonachtig in Amsterdam, de rest woont in Noord-Holland (48%) of in overige provincies (12%). De meeste studenten (80%) volgen een opleiding op niveau 3 of niveau 4. Bijna zes op de tien studenten (59%) is ten minste 3 uur per dag bezig met sociale media en meer dan de helft gaat uit (57%). Het ooit-gebruik van energydrinks scoort het hoogst (89%), gevolgd door alcohol (79%) en tabak (57%). Daarna komt cannabis: bijna de helft van de studenten (49%) heeft ooit geblowd. Van de stimulantia is het ooit-gebruik het hoogst voor ecstasy en MDMA-poeder (respectievelijk 20% en 13%), gevolgd door cocaïne (9%), amfetamine (8%) en methamfetamine (3%). Bij de narcosemiddelen scoort het ooit-gebruik van lachgas het hoogst (27%), veel hoger dan GHB en ketamine (respectievelijk 5% en 4%). Eén op de tien studenten heeft ooit nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) gebruikt, waarbij 4-FA (7%) en 2C-B (5%) het hoogst scoren. Bij de overige middelen staat het ooit-gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen bovenaan (17%), gevolgd door pad- do's en Ritalin (beide 11%). Crack (5%), LSD (5%), DMT (3%) en heroïne (2%) scoren een stuk lager. De gemiddelde leeftijd bij het eerste gebruik (de startleeftijd) ligt voor al deze midde- len onder de 20 jaar. Dat is ook geen verrassing gezien de gemiddelde leeftijd van de respondenten (19 jaar). De startleeftijd is het laagst voor energydrinks (13 jaar), daar- na komen alcohol en tabak (15 jaar), cannabis (16 jaar) en vervolgens lachgas en ecs- tasy (17 jaar). Voor cocaïne, amfetamine en GHB is de startleeftijd 18 jaar, gevolgd door ketamine (19 jaar). Het huidige gebruik (afgelopen maand) is het hoogst voor alcohol (65%) en energy- drinks (51%), daarna tabak (35%) en cannabis (22%). Tabak scoort het hoogst wat betreft frequentie en hoeveelheid: van de huidige rokers is de helft (50%) een dage- lijkse roker en zij roken gemiddeld 7 sigaretten op een ‘rookdag’. Cannabis en ener- gydrinks volgen met respectievelijk 17% en 12% dagelijkse gebruikers onder de huidi- ge gebruikers en een gemiddelde van 2 joints per ‘blowdag’ en 2 energydrinks per ‘drinkdag’. Alcohol wordt door 3% van de huidige drinkers dagelijks en door de helft (51%) wekelijks gebruikt. Huidige drinkers drinken gemiddeld 6 glazen alcohol op een ‘drinkdag’. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 137 Omdat andere middelen minder frequent worden gebruikt, is het recente gebruik (afgelopen jaar) bekeken voor de zes ‘partydrugs’. Recent gebruik is met 21% het hoogst voor lachgas, gevolgd door ecstasy (15%) en daarna cocaïne (6%), amfetamine (5%), GHB (3%) en ketamine (3%). In vergelijking met de andere middelen wordt ecsta- sy het meest gebruikt: 65% van de recente gebruikers nam dit het afgelopen jaar meer dan 2 keer. De frequenties voor cocaïne, amfetamine, lachgas, GHB en ketamine liggen lager en laten alle min of meer hetzelfde patroon zien: een groot deel (tussen de 41% en 55%) gebruikte het middel het afgelopen jaar één of twee keer, maar er zijn er ook (tussen de 16% en 28%) die het afgelopen jaar relatief vaak hebben ge- bruikt (meer dan 10 keer). Van de mbo-studenten heeft 17% het afgelopen jaar minimaal een van de drie stimu- lantia (ecstasy, cocaïne en amfetamine) gebruikt. De helft van deze groep (52%) heeft alleen ecstasy gebruikt. Bijna alle recente gebruikers van cocaïne en amfetamine heb- ben recentelijk ook ecstasy gebruikt. Uit analyse van de overlap tussen gebruik van cannabis, stimulantia en straatdrugs blijkt dat 38% van de mbo-studenten het afgelopen jaar minimaal een van deze drie middelen heeft gebruikt. Ruim de helft hiervan (54%) heeft alleen cannabis gebruikt. De recente gebruikers van straatdrugs hebben vrijwel allemaal ook ervaring met sti- mulantia en/of cannabis. Wat betreft achtergrondkenmerken zijn er voor recente lachgasgebruikers nauwelijks verschillen tussen subgroepen. Voor de andere middelen zijn per achtergrondkenmerk de opvallendste verschillen: = Hoe ouder de mbo-studenten zijn, hoe groter het aandeel huidige gebruikers van tabak en alcohol en het aandeel recente gebruikers van ecstasy, cocaïne, amfeta- mine en ketamine. = __Jongens/mannen zijn vaker huidige drinkers en blowers dan meisjes/vrouwen en ze roken, drinken en blowen gemiddeld ook meer. In recent gebruik van ‘party- drugs’ scoren jongens/mannen hoger op cocaïne en amfetamine. "Onder westerse mbo-studenten is het aandeel huidige rokers, drinkers en blowers groter dan onder niet-westerse studenten en zij drinken gemiddeld meer glazen alcohol. Niet-westerse studenten drinken meer energydrinks en roken gemiddeld meer joints. In recent gebruik van ‘partydrugs’ scoren westerse studenten hoger op ecstasy, cocaïne en amfetamine. 138 ANTENNE AMSTERDAM 2016 = _Mbo-studenten die buiten Amsterdam wonen zijn vaker huidige rokers en drinkers dan Amsterdamse studenten en zij drinken gemiddeld meer glazen alcohol. Am- sterdamse mbo-studenten drinken meer energydrinks. = In de sector Techniek is het aandeel huidige drinkers groter en het aandeel huid/- ge gebruikers van energydrinks lager. In de sector Zorg en Welzijn scoren studen- ten lager op huidig gebruik van cannabis en recent gebruik van ecstasy. = Met het kwalificatieniveau stijgt het aandeel huidige drinkers. In recent gebruik van de zes ‘partydrugs’ scoren studenten met niveau 4 hoger op ecstasy, cocaïne en amfetamine dan de andere studenten. Eén op de vijf mbo-studenten (21%) is veel-gamer (gamet doordeweeks en/of in het weekend meer dan drie uur per ‘gamedag') en een kleiner deel (15%) is matig-gamer (gamet tussen de één en de drie uur per ‘gamedag’). Vergeleken met de niet- en weinig-gamers zijn de veel- en matig-gamers vooral jongens/mannen en studenten in de sector Techniek. Van zowel de huidige drinkers als de huidige blowers heeft 39% ervaring met nega- tieve aspecten van drinken of blowen. Het negatieve aspect dat het meest voorkomt is voor huidige drinkers onwel worden/'out' gaan en voor huidige blowers gebruiken tijden school/stage. De probleemperceptie (vind je zelf dat je te veel of te vaak drinkt/blowt?) is hoger onder de huidige gebruikers van alcohol en cannabis die erva- ring hebben met negatieve aspecten. Er is dus een verband, maar lang niet alle huidi- ge drinkers en huidige blowers met negatieve ervaringen vinden dat zij te veel of te vaak drinken/blowen. IV SURVEY MBO-STUDENTEN 139 140 ANTENNE AMSTERDAM 2016 V PREVENTIE INDICATOREN 1 Testservic@ ……senesrsvenrssenvsconsnervenraersoeonenensenvneraensneonenenaenvnsensnenvenrvaensseorenevserenee LI 11 Aangeboden monsters …nesennenennenvensenensenenneneeneneanensenensenenneneeneneeneneenencene LÁÁ 1.2 _ BCSHASY nn nnnennennennennennennennennennennenssensensensenvensennennenvenvennensenvenvennennennenvennen 1ÀO 1.21 Testresultaten XTC-pillen nnen erna eeeranan eeens errans eeens varaan eeens terras aerenneeernneneernnneerrensseernnneerrn. LÂ6 1.22 Testresultaten MDMA-poeders nnn aannam aaernnnnnereesennnnerseennaneeeersennenereeeennnnerseennenereerreenner 14Ô 13 CocaÏne.….…..nnsnnsnenvenennensenenvenenvenenvenenvenennens onvenensenennenennensanenvenensenenvenennenvnnenveneneene LÁÔ 131 Testresultaten cocaïne-poeders nn annanneaaerannnnnereesennnnerseerneneeneeersennnnerserennnnereerrnenemneeeeeennnne: 1ÁO 1.4 _Amfetamine......….…….…..ensnenenenennenenenenennenenenennensenenenenennenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenene LDÔ 141 Testresultaten amfetamine-poeders… nnen seerunnnneeeeeneanereeeennnnerseernnnneereenennee LD] 1.5 Ketamine ….….….....nnnenenenvenenenenennenenenenvenenenenvenennenenenenvenenenenvenenenenveneneneneenenenenennenene LDL 1.51 Testresultaten ketamine-poeders nnn annnnnananereneennnnerseerunansereeesennnnerseeennnnerserrennnserereeennnner LD 2 16 _ GHBnnnnneneneneneenenenenennenenenennenenenenvenenenenvnnenenenennenvenenenenennenenenennenenenenvenenenenvenenenenennene LD 1.61 Testresultaten GHB-vloeistoffen ….......nnuununnnanerseseenansennenaneereeseerseseunennaneeverseseersenanneene 193 1.7 LSD nnnennnnenenenenennenenenennenenenennenenenenvenenenenvanenenenennenvenenenenennenenenennenenenenvenenenenveneneneneenene LDS 1.71 Testresultaten LSD-pape@rtripS nn annaunnneraanannneaaerennnaneeeesennnnereennannn er serrsennnnereesennnnersennennnereerrnenner LDÁ 18 2C-Bnnnnnenenenennenenenenvenenenenvenenenenennenenenennenenenennenvnnenenenennenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenene LDÁ 181 Testresultaten 2C-B-pill@n aanne aaernennaneraennanereesensaer sereen eeeesennnnerserenvaereerrennnneeeeeennnnee LDD 19 A-FA unnsnenenennenenenenennenenenennenenenennenenenenvenenenenvanenenenvnnenvenenenenvnnenenenennenenenenvenenenenveneneneneenene LDD 191 Testresultaten 4-FA-pillen naan aaaennnnneerennnanerensensaerseeeennneseersennnnereesensaenserrennnereerrsenneer 156 19.2 Testresultaten 4-FA-poeders.….........nnnnnnennnannnnnneernnnnaneeeeeennnneenserunnnerseersennenereesennnnerseernnnnereerreennner 156 1.10 Overige monsters …esnssensenensenenseneensenensenensenennenennenennensenensenensenenneneenenenne LD 2 Samenvatting nvenesvenvenvenconenvenvenvenennenn venennensenvenvenennenvenvenennenvenveneonensereen LG V PREVENTIE INDICATOREN 141 142 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Preventie indicatoren leveren indirecte informatie over (trends in) middelengebruik in Amsterdam. Het zijn cijfers over testresultaten van drugs die door gebruikers bij de testservice van Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam worden aangeboden. Deze cijfers zijn op zichzelf niet representatief voor de gehele Amsterdamse gebruikerspo- pulatie of drugsmarkt, maar kunnen, zeker over een reeks van meerdere jaren bezien, wel aanwijzingen verschaffen over veranderingen en verschuivingen in middelenge- bruik. In de tekst worden de belangrijkste resultaten weergegeven. Meer gedetailleer- de gegevens zijn te vinden in de tabellen in bijlage C. 1 Testservice De testservice van Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam is onderdeel van het lan- delijke Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS). In 2016 konden gebruikers de samenstelling en zuiverheid van XTC-pillen en andere drugs laten testen op maandag-, dinsdag-, woensdag-, donderdag- en vrijdagavond en zaterdagmiddag.’ Kenmerken van XTC-pillen (afmeting, vorm, kleur, logo) worden vergeleken met een lijst van reeds geanalyseerde pillen waarvan de inhoud bekend is. Daarnaast wordt bij pillen en poe- ders een zuurtest gedaan. Wordt de pil niet herkend en/of geeft de zuurtest een ne- gatieve uitslag, dan wordt de mogelijkheid geboden het monster naar het laboratori- um door te sturen. Niet alle gebruikers kiezen voor deze optie en door beperkte labo- ratoriumcapaciteit bij het DIMS kunnen niet alle doorgestuurde monsters worden geanalyseerd. De testservice houdt cijfers bij van het aantal en de soorten drugsmonsters die wor- den aangeboden. De testresultaten worden in vijf categorieën gerapporteerd: 1. Het monster bevat uitsluitend de werkzame stof waarvoor het is gekocht. Dit is gestegen ten opzichte van 2015: toen was de testservice van Jellinek Preventie één dagdeel per week open. In 2016 was de testservice van Jellinek Preventie drie dagdelen per week open en in 2016 is de GGD Amsterdam gestart met een testservice die drie dagdelen per week open is. De GGD Amster- dam nam dit over van ADL. V PREVENTIE INDICATOREN 143 2. Het monster bevat voornamelijk de werkzame stof waarvoor het is gekocht.® 3. Het monster bevat voornamelijk of uitsluitend andere werkzame stoffen. 4. Het monster bevat (1) geen enkele werkzame stof, (2) niet-gekwantificeerde ande- re stoffen, waardoor niet is vast te stellen wat de belangrijkste werkzame stof is of (3) de testuitslag is niet geregistreerd. Dit is de categorie overig. 5. Het monster is niet geanalyseerd £- De categorie ‘overig’ is een restcategorie en zegt niet zo veel. Daarom wordt in de tekst geen aandacht besteed aan deze categorie. Bij de berekening van percentages wordt de categorie ‘niet-geanalyseerd’ buiten beschouwing gelaten. Begrippen testresultaten Hieronder worden een aantal begrippen met betrekking tot de testresultaten nader toegelicht. Werkzame stof De actieve stoffen in een monster. Monsters kunnen de werkzame stof bevatten waarvoor het middel is gekocht, maar ook werkzame stoffen bevatten waarvoor het middel niet is gekocht. Bijvoorbeeld een mon- ster dat als 4-FA-pil is gekocht, maar ook (of uitsluitend) MDMA bevat. Zuiverheid Wanneer een monster geen andere stof bevat dan de stof waarvoor het middel is gekocht, is een monster zuiver (categorie 1). Monsters in categorie 2 zijn niet zuiver, maar bevatten voornamelijk de stof waarvoor het middel is gekocht en een beperkte hoeveelheid andere werkzame stoffen of bijproducten. Vervuiling Monsters kunnen andere werkzame stoffen bevatten dan waarvoor het middel is gekocht, dit wordt vervui- ling genoemd. Dosering De hoeveelheid werkzame stof in een monster. Dit wordt in de tekst alleen weergegeven voor de werkzame stof waarvoor het monster is gekocht. De dosering wordt voor pillen uitgedrukt in het aantal milligram (mg), voor vloeistoffen in het aantal milligram per milliliter (mg/ml), voor papertrips in het aantal microgram en voor poeders in volumepercentage. Vrijwel alle poeders bestaan uit een psychoactieve base en een inactief zout. Voor de dosering wordt alleen het psychoactieve deel gemeten. Dit kan door de aanwezigheid van zout nooit 100% zijn. 80 Het monster bevat naast de stof waarvoor het is gekocht ook andere stoffen. Het gewicht of volume- percentage van de stof waarvoor het is gekocht, is echter het grootst. Onder deze categorie vallen ook monsters die, naast de stof waarvoor het is gekocht, ook relatief onschuldige bijproducten bevatten. 81__Er zijn verschillende redenen waarom een monster niet wordt geanalyseerd, waaronder: (1) de gebruiker kiest ervoor om (de benodigde hoeveelheid van) het monster niet door te laten sturen of (2) er is een stop op de analyse van het middel door beperkte laboratoriumcapaciteit (bijvoorbeeld bij GHB en LSD). 144 ANTENNE AMSTERDAM 2016 1.1 Aangeboden monsters In 2016 werden in totaal 3,553 drugsmonsters aangeboden bij Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam. Dat is een stijging van 57% ten opzichte van 2015. Deze stijging is te verklaren doordat de data van de testservice van de GGD Amsterdam ook is meegenomen. In voorgaande jaren was alleen zicht op de data van de testservice van Jellinek Preventie. Het grootste deel van de aangeboden monsters werd gekocht als XTC Of MDMA (56%) of cocaïne (14%). Sinds 2014 worden 4-FA-monsters opvallend vaak getest. In 2016 werd 11% van de aangeboden monsters gekocht als 4-FA. AANGEBODEN MONSTERS GEKOCHT ALS Cocaïne 14% enne 5% k 1 O, Dn etamine 2% TT B _____ 2% ez XTC-pillen/MDMA \ _ g, 56% 4-FA 11% \ overs 5% In de volgende paragrafen bespreken we de testresultaten van de negen categorieën monsters uit de voorgaande figuur. 8 In 2016 nam de GGD Amsterdam de testservice van ADL over. De data in dit hoofdstuk is dus afkom- stig van de testservice van Jellinek Preventie en van de testservice van de GGD Amsterdam. In voor- gaande jaren was de data uitsluitend afkomstig van Jellinek Preventie. V PREVENTIE INDICATOREN 145 1.2 Ecstasy Het aantal aangeboden monsters AANGEBODEN XTC-/MDMA-MONSTERS dat werd gekocht als XTC of MDMA 2400 bedroeg halverwege de jaren ne- 5000 de gentig circa 1.000 per jaar, daalde 600 j_——————… vervolgens naar circa 300 per jaar, LI00 piekte naar ruim 900 in 2009, nam 800 Ne daarna wat af, maar steeg vanaf m0 Ne 2012 weer fors. In diezelfde perio- de is ook een aantal keer een Red es 07 ‘oo ‘O1 03 '05 07 '09 11 13 15 Alert campagne gestart. In 2016 werden 1.993 XTc- en MDMA-monsters aangeboden. Verreweg de meeste XTC- en MDMA-monsters waren XTC-pillen (90%). De andere monsters waren MDMA- poeders (9%) of een capsule of papertrip met MDMA (1%). Van de 1.802 XTC-pillen werden er 1451 direct herkend of in het laboratorium geanalyseerd. Van de 186 MDMA-poeders werden er 155 geanalyseerd. 1.2.1 Testresultaten XTC-pillen Van de 1.451 herkende of geanalyseerde XTC- pillen was 87% zuiver. MDMA was in die pillen XTCPILEN de enige werkzame stof. Dit percentage lag de laatste jaren stabiel rond de 90%. Daarnaast bevatte 4% voornamelijk MDMA met een be- perkte hoeveelheid vervuilende stoffen of bij- producten. XTC-pillen die voornamelijk of uit- sluitend andere werkzame stoffen bevatten werden nauwelijks aangetroffen (1%). Mi uitsluitend mdma @ voornamelijk mdma Vervuilende stoffen Bl voornamelijk of uitsluitend anders De meest voorkomende vervuilende werkzame D overig stoffen die in de XTC-pillen werden aangetrof- 8 Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. 146 ANTENNE AMSTERDAM 2016 fen: MDEA (56x), cafeïne (62x), 4-FA (17x), amfetamine (14x), MDA (8x) en levamisol (5x). Zes pillen bevatten mephedrone, twee pillen MCPP en twee pillen het gevaarlijke PMMA. Dosering XTC-pillen met uitsluitend of voornamelijk MDMA bevatten gemiddeld 164 mg MDMA. Dit is wederom hoger dan het voorgaande jaar. De toename in de sterkte van XTC- pillen leek in 2014 iets af te zwakken, maar vanaf 2015 zet de stijging toch weer ver- der door. De marges blijven zeer groot: de meeste XTC-pillen in 2016 bevatten tussen de 91 en 237 mg MDMA. DOSERING XTC-PILLEN (UITSLUITEND OF VOORNAMELIJK MDMA) 250 pm 200 Je En + Ont Mg ej 100 |t a, KT 5 ke X: en Hie Ds ‘94 '95 '96 '97 '98 '99 '0O 'O1 '02 '03 '04 'O5 '06 '07 '08 'O9 '10 11 12 '13 '14 '15 16 mmm D/A —+— bovenmarge (95%) —X— benedenmarge (95%) Ook het percentage hoog gedoseerde pillen blijft groot. Voorheen sprak men over hoog gedoseerde pillen bij meer dan 140 mg MDMA, maar inmiddels wordt een grens van 150 mg aangehouden. In 2016 was 65% van de aangeboden XTC-pillen hoog ge- doseerd. HOOG GEDOSEERDE XTC-PILLEN 100% 7 7 En Dr El meer dan 150 mg if AN AN AN AN F1 100-150 mg 20% A O __ __| [minder dan 100 mg 20% SO if an s lj 0% 12 13 14 15 16 & De boven- en ondermarge waarbinnen 95% van de pillen statistisch gezien valt, wordt geschat op het gemiddelde plus of min 1.96 maal de standaarddeviatie. V PREVENTIE INDICATOREN 147 1.2.2 Testresultaten MDMA-poeders Ook het merendeel van de 155 geanalyseerde MDMA-POEDERS MDMA-poeders was zuiver: 77% bevatte uitslui- tend MDMA en 15% voornamelijk MDMA met lichte vervuilingen. Een klein deel van de MDMA- poeders (6%) bestond voornamelijk uit andere stoffen. Vervuilende stoffen De meest voorkomende vervuilende werkzame B uitsluitend mdma stoffen in MDMA-poeders: MDEA (13x), levamisol B voornamelijk mdma 7x), cafeine (4x), ketamine (4x) en lidocaïne B voornamelijk of uitsluitend anders (3x). Twee aangeboden MDMA-poeders bevatten D overig mephedrone en één poeder MCPP. Dosering De gemiddelde dosering van MDMA-poeders in 2016 was 77%. Dat is hoog, want het maximale volumepercentage is 84%.8° De laatste vijf jaar lag de gemiddelde dosering rond de 75%, 1.3 Cocaïne Als sinds 2000 wordt in toenemen- _ de mate cocaïne aangeboden bij 600 AANGEBODEN COCAINEMONSTERS de testservice, maar in 2015 was ineens een zeer sterke stijging te 200 zien. De ‘coke alert’ campagne die 200 in 2014 is gestart naar aanleiding 300 van dodelijke ongelukken door als 200 cocaïne verkochte witte heroïne, zal _ 1® j_——— hier mogelijk een rol bij hebben Ô 00 ‘02 ‘O4 ‘06 '08 10 12 14 '16 gespeeld. ® Vrijwel alle drugs bestaan uit een psychoactieve base en een inactief zout. Voor de dosering wordt alleen het psychoactieve deel gemeten en dat kan door de aanwezigheid van het zout nooit 100% zijn. 148 ANTENNE AMSTERDAM 2016 In 2016 werden 506 cocaïnemonsters aangeboden? Vrijwel alle monsters werden in poedervorm aangeboden. Van 462 aangeboden cocaïne-poeders zijn testresultaten bekend. 1.3.1 Testresultaten cocaïne-poeders Zuivere cocaïne werd bij de geanalyseerde _ COCAÏNE-POEDERS monsters niet vaak aangetroffen (11%), maar de meeste cocaïnemonsters bestonden wel voornamelijk uit cocaïne (83%) met beperkte hoeveelheden andere stoffen of bijproducten. De kwaliteit van cocaïne lijkt de laatste jaren wat te verbeteren, want het aandeel monsters met uitsluitend of voornamelijk andere stoffen B uitsluitend cocaïne was in 2016 slechts 3%, terwijl dit in 2014 nog A voornamelijk cocaïne Vervuilende stoffen Doverig Net als in voorgaande jaren was levamisol de belangrijkste vervuilende stof. Versnijding met levamisol bestaat al langer, maar neemt de laatste jaren toe.” In totaal bevatten 232 geanalyseerde cocaïnemonsters levami- sol, wat neerkomt op 50%. Dit is een flinke daling ten opzichte van 2015, toen in 70% van de monsters levamisol zat. Het aandeel cocaïnemonsters waarin minimaal tien volumeprocent levamisol werd aangetroffen steeg in de periode 2012-2015 van 18% naar 37%, maar daalde in 2016 naar 17%. Andere vervuilende werkzame stoffen die vaker voorkwamen in de geanaly- seerde cocaïnemonsters: cafeïne (42%), fenacetine (23%), lidocaïne (15%), hydroxyzine (13x), ketamine (8x), procaïne (6x) en MDMA (3X). 6 Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. In verhou- ding (rekening houdend met de algehele stijging van het aantal aangeboden drugsmonsters) steeg het aantal aangeboden cocaïnemonsters en het aantal 4-FA-monsters het sterkst. &7_CAM (2015). V PREVENTIE INDICATOREN 149 Dosering De gemiddelde zuiverheid van monsters waarin cocaïne het hoofdbestanddeel vormt lag in 2016 op 72% en is flink gestegen ten opzichte van de jaren daarvoor. Alleen in 2003 lag de gemiddelde zuiverheid hoger. Het maximaal haalbare volumepercentage van cocaïne is 89%,%8 GEMIDDELDE ZUIVERHEID COCAÏNE-POEDERS (HOOFDBESTANDDEEL COCAÏNE) 100% ces | 56%|57%| 56% as rAsrs 0% ‘00 ‘O1 02 ‘03 O4 'O5 ‘06 O7 '08 O9 10 U 12 13 14 '15 '16 1.4 Amfetamine Het aantal aangeboden amfetami- . AANGEBODEN AMFETAMINEMONSTERS nemonsters nam sinds 2000 toe. 350 Na een dip in 2013-2014 werden in 2015 weer bijna net zoveel mon- sters aangeboden als in het piek- 150 JEN TY jaar 2012. 100 df In 2016 werden 193 amfetamine- 50 nk monsters aangeboden? Amfetami- À nemonsters werden vrijwel altijd in 00 ‘02 ‘04 ‘06 '0B 10 12 '14 "16 de vorm van poeder (98%) aange- boden en een enkele keer als pil of vloeistof (2%). Van 184 aangeboden amfetamine- poeders zijn testresultaten bekend. 5 Zie voetnoot 85. ® Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. 150 ANTENNE AMSTERDAM 2016 1.4.1 Testresultaten amfetamine-poeders De meeste geanalyseerde amfetamine-poeders bevatten uitsluitend (46%) of voornamelijk ALA SUALMINIE BOEEESS (15%) amfetamine. Ten opzichte van 2015 is dit \ een flinke verschuiving: toen waren veel minder \\ poeders zuiver (8%) en bestonden meer poe- O\ ders voornamelijk uit amfetamine (54%). \ / Het kwam bij amfetamine-poeders relatief vaak A voor dat het monster voornamelijk of uitslui- GD tend uit een andere werkzame stof bestond B uitsluitend amfetamine (33%). Dit percentage is gestegen ten opzichte B voornamelijk amfetamine van 2014 en 2015 (respectievelijk 20% en 21%). &l voornamelijk of uitsluitend anders O overig Vervuilende stoffen Cafeïne was de belangrijkste vervuilende werkzame stof in amfetamine-poeders: in 45% van de geanalyseerde monsters werd dit aangetroffen (82x). Wanneer amfetami- ne niet het hoofdbestanddeel vormde, bestond het monster vaak voornamelijk uit cafeïne. Andere vervuilende stoffen die meermaals voorkwamen in de geanalyseerde amfetamine-poeders waren fenylaceton (3x) en benzylnitril (3x). Dosering De gemiddelde dosering van amfetamine-poeders die uitsluitend of voornamelijk amfetamine bevatten, lag op 56%. Het maximale volumepercentage bij amfetamine is 73%. In 2015 was de gemiddelde dosering hetzelfde en in 2014 iets hoger (59%). 1.5 Ketamine Tot 2008 werden ketaminemonsters AANGEBODEN KETAMINEMONSTERS nauwelijks aangeboden bij de test- 0 service. Daarna ging het om onge- 10 veer 10 monsters per jaar en vanaf 9 Arm 2012 om circa 35 monsters per jaar. zi ee 0 rn 0 Zie voetnoot 85. ‘00 ‘02 ‘O4 ‘06 ‘08 '10 12 14 '16 V PREVENTIE INDICATOREN 151 In 2016 werden 108 monsters aangeboden.” Alle ketaminemonsters waren poeders en werden geanalyseerd. 1.5.1 Testresultaten ketamine-poeders Ruim driekwart van de geanalyseerde ketamine- KETAMINE-POEDERS poeders bleek zuiver (76%) en 8% bevatte voor- namelijk ketamine en een beperkte hoeveelheid andere stoffen. Een klein deel (7%) bevatte vooral andere stoffen. In de periode 2012-2015 was het aandeel zuivere ketamine-poeders wat lager. Vervuilende stoffen Vervuilingen in ketamine-poeders door andere m uitsluitend ketamine werkzame stoffen waren uiteenlopend. Vervuilin- B voornamelijk ketamine gen die meer dan eens voorkwamen: lidocaïne B voornamelijk of uitsluitend anders (11x), cafeïne (8x), efedrine (4x) en levamisol (3x). Ol overig Dosering De gemiddelde dosering van ketamine-poeders die uitsluitend of voornamelijk keta- mine bevatten was 78%. Dit is vrij hoog, want het maximaal haalbare volumepercen- tage van ketamine is 87%.° 1.6 GHB Het aantal aangeboden _GHB- monsters verloopt grillig: sommige AANGEBODEN GHB-MONSTERS jaren tientallen, andere jaren slechts 20 enkele. Dit heeft onder meer te IO jen maken met beperkte laboratorium- 30 capaciteit waardoor er met enige A regelmaat een stop op de analyse van GHB-monsters is. ON 0 ‘00 ‘02 ‘04 ‘06 ‘08 10 12 14 '16 A Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. “Zie voetnoot 85. 152 ANTENNE AMSTERDAM 2016 In 2016 werden 30 GHB-monsters aangeboden. Vrijwel alle GHB-monsters waren vloeistoffen (99%). Van alle 29 aangeboden GHB-vloeistoffen zijn testresultaten be- kend. 1.6.1 Testresultaten GHB-vloeistoffen De geanalyseerde GHB-vloeistoffen bleken ofwel er: GHB-VLOEISTOFFEN uitsluitend GHB (90%), ofwel helemaal geen werkzame stof te bevatten (10%). Dit is de laatste jaren steeds het geval. Vervuilende stoffen Er werden geen vervuilende stoffen aangetrof- fen in de geanalyseerde GHB-vloeistoffen. Dosering De geanalyseerde GHB-vloeistoffen bevatten gemiddeld 456 mg/ml GHB. Dit is iets minder dan in 2015 (gemiddeld 470 mg/ml). Omdat voorheen de dosering niet in mg/ml werd ge- meten, maar in volumepercentage, is een vergelijking met eerdere jaren niet mogelijk. 1.7 LSD Na jaren waarin slechts een hand- AANGEBODEN LSD-MONSTERS vol LsD-monsters werd aangeboden 130 bij de testservice, steeg dat in 2014 naar 79. In 2015 en 2016 waren dit 9 TTT er minder. Ook voor LSD-monsters 60 geldt dat door beperkte laboratori- umcapaciteit er met enige regel- 30 Af maat een stop is op de analyse van 0 LsD-monsters, 00 ‘02 ‘04 ‘06 '08 10 "12 "14 "16 In 2016 werden 58 Lsp-monsters Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. V PREVENTIE INDICATOREN 153 aangeboden.” Tijdens de piek in 2014 werd 22% van de LsD aangeboden in de vorm van pillen, poeders of vloeistoffen. In 2016 kwamen deze alternatieve verschijnings- vormen vrijwel niet meer voor (7%). In 2016 was 93% van de aangeboden Lsp een papertrip. Van deze papertrips werden er 46 geanalyseerd. 1.7.1 Testresultaten Lsp-papertrips De geanalyseerde papertrips bevatten in de meeste gevallen uitsluitend LSD (89%). De rest LSD-PAPERTRIPS bevatte voornamelijk of uitsluitend andere stof- fen (2%) of niet gekwantificeerde/geen stoffen (9%). In 2014 en 2015 lag het percentage paper- trips met voornamelijk of uitsluitend andere stof- fen een stuk hoger (respectievelijk 29% en 12%). Vervuilende stoffen Papertrips die geen LsD bevatten, bestonden uit: m uitsluitend sd 25E-NBOME (1x), cafeïne (1x) of amfetamine (1x). B voornamelijk of uitsluitend anders Dosering B overig De gemiddelde dosering van LSD-papertrips lag in 2016 op 74 microgram, iets meer dan in 2015 (70 microgram). In de periode 2012- 2014 schommelde de dosering flink en was de gemiddelde dosering achtereenvol- gens: 45, 66 en 45 microgram. 1.8 2C-B AANGEBODEN 2C-B-MONSTERS 150 Sinds een paar jaar worden steeds meer monsters aangeboden die als A 2C-B zijn gekocht. In 2016 waren dat ET er 101.” Een klein deel van de aan- 60 dn geboden 2c-B bestond uit poeders 0 (8%), de overige 92% waren pillen. Van de 93 aangeboden 2C-B-pillen 0 oo 02 Ga 06 OB 10 12 14 16 4 Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. 154 ANTENNE AMSTERDAM 2016 werden er 82 herkend of geanalyseerd. 1.8.1 Testresultaten 2c-B-pillen De geanalyseerde 2C-B-pillen bevatten bijna 9 y p J 2C-B-PILLEN allemaal uitsluitend (88%) of voornamelijk (10%) 2c-B. Slechts bij 1% van de pillen was het hoofdbestanddeel een andere stof. Dit kwam in 2014 en 2015 vaker voor (respectievelijk 15% en 6%). Vervuilende stoffen Vervuilingen in 2C-B-pillen waren cafeïne (4x), mm uitsluitend 2-cb 4-FA (3X) en MDMA (2%). B voornamelijk 2-cb . B voornamelijk of uitsluitend anders Dosering ne . O overi 2C-B is bij veel lagere doseringen werkzaam dan 9 MDMA. De gemiddelde dosering van de in 2016 geanalyseerde 2C-B-pillen was 12 mg. Dat is hetzelfde als in 2015. 1.9 4-FA A-FA verscheen rond 2010 voor het eerst bij de testservice. Sinds 2014 AANGEBODEN 4-FA-MONSTERS 500 neemt het aantal aangeboden 4- FA-monsters explosief toe. In 2016 400 werd het middel 396 keer aange- _ 300 boden? 200 4-FA werd in poedervorm, capsules 10 en pillen aangeboden. In 2012 wa- . 0 . _ ren dit alleen nog 4-FA-poeders, 00 02 ‘04 '06 '08 10 12 14 "16 maar het aantal pillen en capsules neemt sinds 2015 sterk toe. In 2016 bestond 21% van de aangeboden 4-FA-monsters % Zie toelichting pagina 145 over de algemene stijging van het aantal aangeboden monsters. In verhou- ding (rekening houdend met de algehele stijging van het aantal aangeboden drugsmonsters) steeg het aantal aangeboden 4-FA-monsters en het aantal cocaïnemonsters het sterkst. V PREVENTIE INDICATOREN 155 uit poeders, 62% uit pillen en de resterende 18% waren capsules. Van de 81 4-FA- poeders werden er 76 geanalyseerd en van de 244 4-ra-pillen werden er 206 herkend of geanalyseerd. 1.9.1 Testresultaten 4-FA-pillen Verreweg de meeste 4-Fa-pillen bevatten uitslui- tend (41%) of voornamelijk 4-ra (55%). In 2015 4-FA-PILLEN lag het percentage pillen dat uitsluitend 4-FA bevatte een stuk hoger (86%). Dit komt doordat in 2016 veel meer pillen, naast 4-FA, ook (een kleine hoeveelheid) MDMA bevatten. Bij 2% van de pillen was 4-FA niet de belangrijkste werkza- me stof. & uitsluitend 4-fa Vervuilende stoffen voornamelijk 4-fa Meer dan de helft (51%) van de 4-FaA-pillen be- vatte naast 4-FA ook MDMA. Daarnaast kwam 14 D overig keer cafeïne voor in 4-FA-pillen. Beruchte vervui- lers van XTC-pillen (PMMA, mephedrone en MCPP) werden niet aangetroffen in 4-FA- pillen. Dosering De geanalyseerde pillen waarin 4-FA het hoofdbestanddeel was, bevatten gemiddeld 139 mg 4-Fa. Dit is vergelijkbaar met 2015 (142 mg). 1.9.2 Testresultaten 4-FA-poeders Ook in 4-Fa-poeders zat meestal uitsluitend A-FA-POEDERS (65%) of voornamelijk (9%) 4-FA. De kans om voornamelijk of uitsluitend andere werkzame stoffen te treffen was bij poeders (22%) wel groter dan bij pillen. In 2014 en 2015 lag het percentage 4-FA-poeders met voornamelijk of uitsluitend andere stoffen een stuk lager (res- pectievelijk 2% en 14%). B uitsluitend 4-fa A voornamelijk 4-fa Al voornamelijk of uitsluitend anders 156 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Vervuilende stoffen De vervuilende werkzame stoffen in 4-ra-poeders waren gevarieerd, Vervuilingen die meer dan eens voorkwamen: piperonal (8x), methamfetamine (5x), lidocaïne (3x), cafe- ine (2x), ketamine (2x) en efedrine (2x). Dosering De gemiddelde zuiverheid van 4-Fa-poeders was 75%, hetzelfde als in 2015. De maximaal haalbare zuiverheid is 81%.°’ 1.10 Overige monsters Tot slot werden 168 overige monsters aangeboden bij de testservice. Testresultaten van monsters waarvan er minimaal 2 werden aangeboden staan in het overzicht op de volgende twee pagina's.” AANGEBODEN ALS TESTRESULTATEN 2C-B + 4-FA + amfetamine + MDMA + ketamine (1x) 2C-L (2x) . geen testuitslag (1x) 2-FA (1x) 2-FA (2x) 2-FA + 4-FA (1x) 3-FA (1x) 3-FA (3x) 4-FA (2%) 3-MMC (1x) lidocaïne (1x) 3-MMC (4%) mephedrone (1x) mephedrone + alfa-pvp (1x) 6-APB (1x) 6-APB (17x) 6-APB + 5-APB (15x) geen testuitslag (1x) ALD-52 (2x) ALD-52 (2X) AMT (1x) AMT (2%) , levimasol (1x) Zie voetnoot 85. ® Monsters waarvan slechts één exemplaar werd aangeboden, werden gekocht als: 1P-LSD, 3-FMP, 3-FPM, 3- MEO-PCP, 4-FMC, 4 HO-metocine, 4-MEC, SMEO-DMT, afslankmiddel, DOM, DMT, DPT, MDMA FOSFAAT, mescali- ne, off-white, opium, pikatchu, proscaline, psilocine, nieuw soort MDMA. Van 31 monsters is niet bekend onder welke naam zij werden gekocht. V PREVENTIE INDICATOREN 157 cocaïne (2x) cocaïne + levamisol (2x) cocaïne + fenacetine + cafeïne (1x) basecoke (9x) ‚ ‚ cocaïne + fenacetine + cafeïne + levimasol (1x) fenacetine + cafeïne (1x) fenacetine + cocaïne + levimasol (2x) , fenetylamine (1x) ephedrine (3x) . geen testuitslag (2x) GBL (2x) GBL (3x) GHB (1x) cafeïne (1x) heroïne (3x) heroïne + cafeïne + codeïne + 6-Acetylcodeïne (1x) heroïne + fenacetine + cafeïne + 6-Acetylcodeïne (1x) MDA + MDMA +MDEA + piperonal (1x) MDA (2x) , geen testuitslag (1x) 2-Bromo-4-Methylpropiofenone (1x) 4-MEC (1x) 3-MMC (3x) benzylamfetamine (17%) benzylamfetamine + N-Methylbenzylamine (1x) mephedrone (45%) . _ lidocaïne (3x) mephedrone (8x) piperonal + mephedrone (1x) niets (8x) geen testuitslag (2x) fenethylamine (1x) methamphetamine (9x) ‚ methamfetamine + ethylvanilline + cafeïne (1x) methamfetamine (15x) ‚ piperonal (1x) niets (2x) geen testuitslag (1x) A-MEC + mephedrone (1x) methylone (3x) methylone (2x) MXE (1x) MXE (2x) , geen testuitslag (1x) 158 ANTENNE AMSTERDAM 2016 2 Samenvatting De preventie indicatoren zijn cijfers over testresultaten van drugs die door gebruikers bij de testservice van Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam worden aangeboden. Deze cijfers zijn op zichzelf niet representatief voor de gehele Amsterdamse gebrui- kerspopulatie (het zijn geen prevalentiecijfers) en zeggen ook niet zo veel over de marktzijde. Ze leveren echter wel indirecte informatie op over (trends in) middelenge- bruik in Amsterdam. In 2016 werden in totaal 3.553 drugsmonsters aangeboden, ruim 57% meer dan vorig jaar en ook meer dan ooit tevoren. Deze stijging ten opzichte van 2015 duidt niet per se op meer gebruik, maar kan (deels) worden verklaard doordat we nu, naast de data van Jellinek Preventie, ook beschikken over de data van de testservice van de GGD Amsterdam. Het aantal aangeboden monsters nam voor alle middelen toe. In verhouding (reke- ning houdend met de algehele stijging van het aantal aangeboden drugsmonsters) steeg het aantal 4-FA- en cocaïnemonsters dat werd aangeboden het sterkst. Net als in voorgaande jaren was ruim de helft van de aangeboden monsters een XTC- of MDMA-monster (56%). De aanlevering van LSD en GHB bleef relatief beperkt, wat onder meer te maken heeft met beperkte laboratoriumcapaciteit waardoor er met enige regelmaat een stop is op de analyse van LSD- en GHB-monsters, De aangeleverde XTC-pillen en MDMA-poeders waren vaak zuiver (91% van beide mid- delen bevat voornamelijk of uitsluitend MDMA). Met een gemiddelde dosering van 164 Mg MDMA (65% bevat meer dan 150 mg) waren XTC-pillen nog sterker dan in voor- gaande jaren. De gemiddelde dosering van MDMA-poeders is niet gestegen. De meeste cocaïne-poeders bestonden uitsluitend of voornamelijk uit cocaïne (94%), maar bevatten daarnaast vaak ook levamisol (50% van de poeders bevatte levamisol). Het percentage cocaïne-poeders met 10% levamisol is vergeleken met 2015 echter flink gedaald (van 37% naar 17%). Amfetamine-poeders worden nog steeds vaak ver- sneden met cafeïne, maar waren in 2016 veel vaker zuiver dan in 2015 (respectievelijk 46% en 8%). Ketamine-poeders waren ten opzichte van 2015 minder vaak vervuild en bevatten in 76% van de gevallen uitsluitend ketamine. 4-Fa wordt in toenemende mate als pil aangeboden, maar ook het aantal aangeboden capsules nam in 2016 toe. De zuiverheid en dosering van 4-Fa-pillen was vergelijkbaar V PREVENTIE INDICATOREN 159 met die van XTC-pillen. Vergeleken met 2015 valt op dat er veel meer 4-Fa-pillen wa- ren die tevens (een kleine hoeveelheid) MDMA bevatten. 160 ANTENNE AMSTERDAM 2016 VI MARKT 1 Panelstudie …envenvonenvenvenvenennenvenvenv ensensencenensenvenvencenensenvenvenenvennenveneen 163 11 Cannabismarkt nes enenensenennenvensenensenennensenensanensenensenennenenneneeneneenencene LOÁ 1.2 Dealers en diensten. ….nesensenensensenenensenensenennenennensenensenensenenneneenenvenene LOD 1.3 Cocaïnemarkt nen anenvenensenenseneensenensanensenennenennenennensanenvenensenenneneenenenne LOB 14 Ecstasymarkt nn nonenenvenennenennensensenensenenneneenenenensenensenenneneaneneenenvenencene LJ Ô 15 Amfetaminemarkt ………esnesensenensenvensenensenensenennenennenennensenensenensenenneneenenenne LÀ L 1.6 _Narcosemarlct an oneneoneneonensenensenseneanensenensenennenennensanensenensenenneneenenvenene LJ 2 1.7 Nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) ……………ennesensenenneneenensenensenensenennensenensenene LJ 3 18 Overige markten …nesensesensenennensensenensenenneneenenennensenensenennenenneneeneneenencene LJ Á 2 Testservice prijzen .nssvenennenvenvenconenvenvenvenvenvenvenennenvenvenvenenvenvenvenennenvenvenen 1  D 21 Xte-pillen..n no neenensenennenennenennensensenennenennenennensanenvenennenennenenneneeneneenene LJ D 2.2 Overige middelen …nensesensenenseonensenensenensenennensenensnnensenensenennenennenenn 17 6 3 Samenvatting esvenvenevenvenvenennenvenvenvenennvencenensenvenveneonenvenvenvenennenvenveneonenner 17 O VI MARKT 161 162 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Antenne focust primair op gebruikers van genotmiddelen, maar verzamelt daarnaast ook informatie over de marktzijde van middelengebruik. In de (1) panelstudie wordt de Amsterdamse drugsmarkt kwalitatief belicht. Daarnaast zijn cijfers over prijzen van drugs beschikbaar van gebruikers die hun drugs aanbieden bij de (2) testservice. 1 Panelstudie Uit de panelstudie komt naar voren dat de Amsterdamse drugsmarkt kan worden onderverdeeld in vier ‘branches’. In volgorde van omvang: = _ Cannabis: hasj, marihuana (wiet) en bewerkte producten zoals ‘spacecake’, = _ Stimulantia: ecstasy(-achtigen), cocaïne en (meth)amfetamine. = _Narcosemiddelen: GHB, ketamine en lachgas. = Nieuwe psychoactieve stoffen (NPS): vaak stimulerend of psychedelisch van aard en vaak aangeboden op internet of door bezorgdiensten. Deze indeling sluit grotendeels aan bij de segmentering in het aanbod, althans bij de verkoop aan consumenten.” Toch is er op dit niveau van de ‘detailhandel’ wel enige overlap, onder andere tussen de stimulantiamarkt (ecstasy en amfetamine) en de nar- cosemarkt (GHB en ketamine). Lachgas (of slagroompatronen) valt sinds juli 2016 on- der de Warenwet en behoorde daarvoor tot de Geneesmiddelenwet. In de cannabis- markt is er een duidelijke scheiding in het aanbod: naast de gedoogde coffeeshops is er ook een (veel) kleinere niet-gedoogde cannabismarkt, onder andere bestaande uit illegale verkooppunten, thuisverkopers, straathandelaren en bezorgdiensten. De cocaïnemarkt is van oudsher een markt waar bezorgers, diensten en thuisverko- pers voornamelijk cocaïne vanwege het winstrendement) aanbieden. Er zijn de laatste jaren aanwijzingen dat meer bezorgers naast cocaïne ook andere drugs (o.a. syntheti- Legale middelen (alcohol/tabak) en ‘straatdrugs' (heroïne/crack) buiten beschouwing gelaten. Naast de vier genoemde branches zijn er nog kleine markten, waaronder: (1) Smartmiddelen: voornamelijk na- tuurlijke, stimulerende en (lustjopwekkende middelen, die vaak in een bewerkte vorm aangeboden wor- den, en (mild) psychedelische middelen zoals de triptruffel, (2) Trippers: LsD, DMT, mescaline, ayahuasca en ecstasy-achtigen met voornamelijk psychedelische werking, (3) Erectogenen: poppers, yohimbe en Viagra(-achtigen) en (4) Exotische middelen: cocablad, khat, opium, ibogaïne, peyote en san pedro. VI MARKT 163 sche- en narcosemiddelen) verkopen als daar vraag naar is.0 De stimulantiamarkt (o.a. ecstasy en amfetamine) bestaat zowel uit thuisdealers!® als bezorgdiensten! die de laatste jaren in toenemende mate ook narcosemiddelen en slaapmiddelen verko- pen. Ook 4-FA zit sinds enige tijd het assortiment. Opvallend is dat bezorgdiensten ook vaker slaappillen en kalmeringspillen (Diazepam/Valium (10mg); Temazepam (20mg); Oxazepam (50mg); Clonazepam (2mg); en Lorazepam (2,5 mg)) aanbieden. Eén strip (10 stuks) kost €20 en een doos van 30 stuks is €50. prijzen van drugs op consumentenniveau in Amsterdam, 2016 middel hoeveelheid prijsrange* meest gangbare prijs XTC-pillen 1 pil €4-10 €4-6 MDMA-poeder/kristallen 1 gram €20-40 €20-25 cocaïne 1 gram €40-70 €50-60 amfetamine (droog) 1 gram €5-15 €10 ketamine 1 gram €15-60 €25-30 LSD 1 papertip €5-10 €7-8 2C-8 1 pil €4-10 €5-6 4-Fa-pillen 1 pil €4-5 €4-5 4-Fa-poeder 1 gram €10-15 €10-15 Ya liter €35-60 €35-40 GHB Ya liter €70-90 €70-80 1 liter €125-150 €140-150 * Incidentele extreme uitschieters naar boven of beneden niet meegerekend. 1.1 Cannabismarkt Amsterdam telt ongeveer 180 coffeeshops in 2016: ruim een derde van alle coffee- shops in Nederland. Ongeveer de helft hiervan ligt in het centrum — daarvan lag tot voor kort een flink deel in het zogeheten 1012-gebied (genoemd naar de postcode; 100 Dit zegt overigens niets over segmentering of juist gecombineerde handel in de hogere echelons. 1 Bij een thuisdealer komt de consument naar de verkoper toe. Een thuisdealer handelt vanuit een vaste locatie adresje’). 102 Bij een 06-dealer komt de verkoper naar de consument toe. De 06-dealer bezorgt op een door de consument bepaalde locatie (thuisadres of anderszins). 164 ANTENNE AMSTERDAM 2016 op en rond de Wallen). De andere coffeeshops zijn onevenwichtig verspreid over de stad, maar vooral gevestigd in de 19®-eeuwse ring rond het centrum. Op last van de gemeente is een deel van de coffeeshops in het 1012-gebied in verband met het afstandscriterium gesloten of korter geopend. Uit een recent onderzoek blijkt dat zowel onder coffeeshops als buurtbewoners/ondernemers een brede consensus is over een groeiende straathandel in drugs nu dealers vaker toeristen zijn gaan afvan- gen in de buurt van de overgebleven of reeds gesloten coffeeshops. 1°* Als oorzaak wordt het sluitingsbeleid in het 1012-gebied genoemd in combinatie met fors meer toerisme. Er zou sprake zijn van een waterbedeffect in de vorm van verplaatsing naar de illegale markt. De druk op de coffeeshops heeft zich verlegd naar de westelijke zijde (Haarlemmerbuurt) van de binnenstad. Over het algemeen ervaren buurtbewo- ners/ondernemers eerder overlast van blowen op straat dan van wachtrijen voor de deur van de coffeeshops. De coffeeshopbranche werd in 2016 ook opgeschrikt door tenminste tien beschietin- gen. Er zijn gevels en ruiten beschoten in het centrum, Amsterdam-Oost, -West en - Zuid. Het trof zowel kleine- als grote coffeeshops; bekend en minder bekend. De ei- genaren van de coffeeshops zijn verschillend, evenals de klandizie. Zo bezien tast de politie vooralsnog in het duister. Meerdere scenario's zijn denkbaar: een conflict met leveranciers, een persoonlijke vete, een copycat-effect. De eerste serie beschoten cof- feeshops werden telkens voor drie maanden gesloten om de openbare orde te her- stellen en om herhaling te voorkomen. Maar de Burgemeester heeft in overleg met de politie en de branche voorlopig besloten om na een beschieting voor een andere aanpak te kiezen waarbij de exploitant bij afpersing of bedreiging gevraagd wordt om mee te werken aan het politieonderzoek. 1.2 Dealers en diensten De Amsterdamse drugsmarkt (met uitzondering van de cannabismarkt) is diffuser ge- worden, onder andere als gevolg van het gebruik van (nieuwe) innoverende technolo- gische toepassingen en gesloten internetnetwerken. Maar er zijn ook nog steeds thuisdealers en bezorgers die gespecialiseerd zijn in één of een paar middelen en al 103 Korf, Doekhie & Wouters (2011). 14 Korf, Liebregts & Nabben (2016). VI MARKT 165 jarenlang een vaste klantenkring bedienen. Pim (142a) die meer kijk heeft op de we- reld achter de bezorgdiensten ziet dat dealers en/of inkopers elkaar ook wel eens helpen als ze iets zoeken op de markt. MDMA en amfetamine zijn doorgaans voor iedereen makkelijk te krijgen. Dat ligt wat anders voor ketamine, GHB en zeker voor cocaïne dat deels op een parallelle markt circuleert. Sjarl (139a) vindt het knap dat de ‘profies’ alles van GHB tot Viagra kunnen leveren. Een bevriende dealer van Lotje (130a) stuurt per WhatsApp voortaan ook foto's van de pillen en poeders die hij op voorraad heeft. Koen (116a) vindt het een raadsel dat deze “wandelende apotheken” ongehinderd hun werk kunnen doen. PJ (146a), clubeigenaar, verbaast zich erover dat toeristen zo snel aan drugs kunnen komen, en dan gaat het niet over softdrugs. Jas- min (85a) weet dat toeristen met connecties zelf een bezorgdienst bellen. De pillen- dealers op festivals verkopen het liefst aan toeristen omdat die het meest betalen en het minst wantrouwig zijn. De populariteit van WhatsApp laat zien hoe zeer de verschillende drugsbranches met elkaar zijn verweven. Een meerderheid van de panelleden weet van deze service en/of ontvangt de drugsmenu's zelf. De drugsprijzen van de bezorgdiensten komen groten- deels overeen met de prijzen van panelleden die geen menu's ontvangen, maar wel af en toe drugs kopen. Er zijn ook panelleden die weinig over de prijzen weten en/of nooit drugs kopen. Een nieuwe generatie bezorgers maakt met verve gebruik van de WhatsApp-service. Sommigen sturen kleine prijslijsten, terwijl ook uitgebreide drugsmenu's (met soms tientallen verschillende drugs en/of medicijnen) worden gestuurd. Maar niet alle klan- ten zitten daar op te wachten. Zeker niet als ze ongevraagd en op elk tijdstip een nieuwe drugsupdate van de dealer krijgen. Dat een dealer elk kwartaal of half jaar een bericht stuurt met zijn nieuwe nummer is handig. En dat dealers ook tijdens de feest- dagen reclame maken voor kerstcoke, paascoke of zomercoke, begrijpen de meesten nog wel. Maar sommigen voelen zich toch wat ongemakkelijk als de drugsmenu's, met soms wervende teksten, via WhatsApp binnenkomen. Voor sommigen is de fre- quentie of het tijdstip van verzending de reden van het ongemak. Anderen willen door de weeks liever niet herinnerd worden aan hun drugsgebruik. Koen (116a) is er duidelijk over: gasten die menu's opsturen skipt hij meteen. Dat soort informatie wil hij niet in zijn telefoon opslaan. Nog brutaler is wanneer de nieuwe bezorger pardoes voor je deur staat. Sommige gebruikers storen zich aan de ‘popiejopie! stijl van de 166 ANTENNE AMSTERDAM 2016 berichten, hoewel anderen daar weer om kunnen lachen. Een reclamebericht aan Jas- min (85a) begint als volgt: “Goedemiddag alle knus en kroeldiertjes, raveteefjes, tech- nosletten en uiteraard de hardwerkende studenten en werknemers, zoals de meeste al weten verander ik elke drie maanden van nummer en stuur ik even een update.” Ove- rigens trekt kleine D (dealer) het zich wel aan als klanten zich irriteren aan zijn voort- varende marketing. Na een hartjes symbool laat hij onder aan zijn menu het volgende weten: “Ben je absoluut niet geïnteresseerd en val ik je enorm lastig met mijn 3 maandelijkse update, laat dat even weten dan haal ik je uit de lijst, en excuses. Ha- haha. Check deze” Onderhandelen met dealers blijft een kunst. De cokedealer van Koen (116a) is onver- murwbaar en heeft hem nog nooit gematst, terwijl ze best wel regelmatig bestellen. “Er kan nog geen tientje van af.” De scooterdealer van David (5/b) piekerde er niet over om te komen toen hij eerst om een sample vroeg om te laten testen. En soms betaal je bij honderd pillen nog steeds €5 per stuk. Anderen geven je wel een pilletje extra bij aankoop van tien of je krijgt korting bij een derde pakje cocaïne. Er zijn ook dealers die hun klanten beloven dat ze alles kunnen leveren. We noteren de afsluiten- de tekst die onder aan een uitgebreid drugsmenu staat: “Mis je iets in het aanbod laat het graag weten want alles is mogelijk. Kortingen (vaak in- begrepen al in grotere afname zie prijslijst) en extra's bij de bekende gezichten en of mi- nimaal bij uitgave van €150 kan je altijd wat leuks verwachten.” Panelleden zeggen dat bij bestellingen van ecstasy, ketamine of amfetamine vaak meer wordt besteld om de kosten te drukken. Omdat de soms uitgebreide menulijs- ten van bezorgdiensten voor logistieke problemen kunnen zorgen wijzen sommigen hun klanten erop dat ze zo ruim mogelijk van te voren hun bestelling doorgeven zo- dat er op tijd geleverd kan worden. Vooraf pinnen is een vereiste. Bestellingen wor- den behandeld vanaf minimaal €25 of €50 en komen alleen op huisadressen of in- stappen, maar niet op straat. Klanten wordt gevraagd hun bestelling (product, aantal, adres en gewenste tijd) te melden via een formulier. Volgens Pim (142a) gaat dat helemaal anoniem. Hij krijgt af en toe encrypted app berichten van een zekere Zof/ero: een dealer die goed ligt in zijn vriendenkring omdat hij scherpe prijzen hanteert, goe- de kwaliteit heeft, een prettig persoon is én, niet onbelangrijk, snel bezorgt. Je moet wel binnen de ring wonen want daarbuiten komt hij niet. Je stuurt een bericht via VI MARKT 167 Privnote naar je dealer, toetst je bestelling in en dan krijg je een link ge-sms't. Als het bericht is gelezen wordt het meteen vernietigd. Behalve bezorgdiensten en thuisdea- lers zijn er ook dealers die tot de vriendenkring behoren. Jan (144a) is de ‘leveraar' van zijn vriendenkring en Lotje (130a) heeft verschillende coke- en pillendealers in haar vriendenkring. “De coke is nooit ver weg.” Maar vriendendealers die ooit begon- nen zijn vanwege hun drugsconnecties kunnen er op een zeker moment ook genoeg van krijgen. De vriendendealer van Koen (116a) is gestopt met het leveren van drugs omdat hij alleen nog maar als dealer werd gezien. 1.3 Cocaïnemarkt Volgens panelleden wordt er weinig geklaagd over de service van de bezorgdiensten. De meesten zijn er binnen een half uur, af en toe met uitzondering van spitsuren in het weekend. Bezorgers weten dat er voldoende concurrentie is en dat klanten een ander nummer bellen als de kwaliteit, bezorgsnelheid of de rest van de service ze niet bevalt. Koens (116a) dealer levert doorgaans goede kwaliteit, maar als hij minder goede kwaliteit heeft belt hij iemand anders. Hij schat dat er zeker honderd nummers in omloop zijn in Amsterdam. “De stad draait op volle toeren en iedereen ruikt het succes. Coke past perfect in dat plaatje.” Enkele panelleden hebben uit verschillende bronnen vernomen dat het aantal cokedealers is toegenomen. Er zijn meer nummers in omloop en er wordt volop reclame gemaakt. Maar een enkele keer rolt de politie een groep drugshandelaren op, wiens klantenkring van honderden gebruikers volgens onderzoek vooral in het centrum woont en werkt. Bij huiszoekingen vond de politie contant geld in kluizen en enkele honderden grammen cocaïne. Bij de invallen zijn acht mensen aangehouden onder wie koeriers die tijdens een transactie met kopers werden opgepakt. Of er ook daadwerkelijk meer gesnoven wordt in Amsterdam is niet met zekerheid te zeggen. In een paar panelnetwerken is cocaïne wel een meer prominente rol gaan spelen. Het feit dat de nieuwe generatie dealers alles verkoopt, inclusief cocaïne, zien sommigen als een bewijs dat markten steeds meer met elkaar verknoopt raken. De scheiding tussen cocaïnedealers en andere dealers begint te vervagen, waarmee nog niet gezegd is dat iedereen die dealt ook in coke handelt. Jamie (113a) zegt een stuk 105 Van Dun (Het Parool, 2016). 168 ANTENNE AMSTERDAM 2016 of tien personen die ‘in de withandel’ zitten te kennen. Maar niet iedereen is succes- vol. “Ze zitten vaak in het zelfde vijvertje te vissen en hebben geen discipline. Ik zie het dan ook wel eens mis gaan. Ze investeren voor 50 gram en zijn niet gewend dat mensenmen- sen aan hun kop beginnen te zeuren. Je hebt bezorgers nodig, vervoer en oppassen dat je alle winst niet zelf opsnuift. Het is dubbel. Ze gaan in business omdat ze goeie coke kun- nen krijgen om vervolgens hun eigen neus er zo vaak in te stoppen dat het fout afloopt. De meesten houden het dan ook niet lang vol.” Volgens een ingewijde daalt de kiloprijs nog steeds van €35.000-38.000 in 2014 en €33.000-34.000 in 2015, naar €28.000-24.000 in 2016. Bij tien kilo of meer (Colom- biaanse cocaïne) zakt de prijs naar €23.500. Volgens connaisseurs liggen de kiloprijzen van Peruaanse en Boliviaanse cocaïne doorgaans hoger (€31.500 per kilo) dan de Co- lombiaanse. Een panellid die actief is in het middensegment (van het midden naar het lage niveau van de detailhandel) merkt dat er in de afgelopen jaren meer inkopers (van grotere partijen) zijn bijgekomen bij wie je kunt kopen. Dat de kiloprijs daalt vindt hij een bewijs dat er momenteel voldoende aanbod is. Maar vooralsnog wordt de lagere ki- loprijs niet doorberekend naar een lagere gramprijs voor de consument, die nog steeds tussen €50 tot €70 betaalt. Toch zijn er een paar nieuwe dealers op de coca- inemarkt die maar €40 per gram vragen of bij aankoop van twee of drie pakjes in prijs dalen. De winstmarge op een gram bedraagt tenminste €10 en loopt verder op naarmate het meer versneden wordt, De veronderstelde tientallen grotere en kleinere bezorgdiensten bezorgen naar schat- ting zo'n 20-25 kilo cocaïne per week in de hoofdstad.'®’ Er zijn diensten die door de week en ook in het weekend vanaf vrijdag tot en met zondagavond 24 uur bereikbaar zijn. De klantenkringen variëren van enkele tientallen tot een paar honderd klanten. De bezorgdiensten hanteren verschillende prijzen al naar gelang kwaliteit, dosering, hoeveelheid en herkomst. Ricardo en Tony die net een ‘nieuwe lijn’ zijn begonnen 6 In een artikel van het Algemeen Dagblad (3 december 2016) worden al prijzen van €21.000 per kilo genoemd. 107 Gebaseerd op analyse van rioolwatermonsters (Bijlsma et al, 2012). VI MARKT 169 voor de ‘levensgenieters’ zeggen dat hun ‘1 C (lees cocaïne) ook echt 1 C voor 50 is’ en de echte pure €60. In de ‘oktober aanbieding’ prijst Felix 24'7 zijn '1 C voor 50, anderhalf C voor 60 en 2 voor 80’, De ‘Pu' (lees Peru) is iets duurder met ‘1 voor 60 en 2 voor 100’. Kleine D voor ‘alle direct leverbare pre-@® afterparty producten!’ Biedt ‘Sos’ (puur) aan uit Bolivia, Columbia en Peru: ‘1 gr. 50 en 5 gr. 220’. Tonio's bevrien- de dealer heeft cocaïne in de prijsklassen van €50, €60 en €70. De dealer van Dennis zegt eerlijk dat er in die van €50 0,8 gram zit, in die van €60 een ‘echte gram’ en de- zelfde cocaïne van €70 minder is versneden. Panellid X!%8 is al jaren actief in de cocaïnehandel. Het bezorgen laat hij tegenwoordig over aan een groepje jonge mannen (18-24 jaar) die hij kent van het stamcafé in zijn woonbuurt. Hij kent ze van ‘binnenuit’ en vertrouwt ze blind. Ze hebben net als hij ‘de pik op politie’. De bezorgdienst wil klein blijven. Ze verkopen één ons in de twee we- ken. Vergeleken met andere diensten is dat een bescheiden omzet, vindt X, maar wie klein blijft valt nu eenmaal minder op. De afspraken met de bezorgers zijn helder: nooit namen noemen aan de telefoon en kortaf zijn tegen nieuwe klanten die een praatje willen maken. De bezorgers rijden door de hele stad en leveren aan “studen- ten, stadsmensen en supporters”. In de zomer tijdens het festivalseizoen doen ze er ook pillen bij omdat er dan meer vraag is. 1.4 Ecstasymarkt De zuiverheid van de ecstasy blijft ook in 2016 hoog. Gebruikers betrekken hun in- formatie via de testservice, dealers of via Pillreports‘® Panelleden denken dat de meeste gebruikers inmiddels wel weten dat de ecstasypillen hoog gedoseerd zijn, maar niet exact zullen weten hoe zuiver. Er zijn dealers waar je niet meer komt te weten dan dat ze sterke of slappere pillen hebben waarbij de sterke eerder rond de 200 mg dan de 150 mg zijn. Maar dealer Kenny Dis er openlijk over en zegt pillen te verkopen van 260 mg — voor wat het waard is natuurlijk. 8 Omdat het hier om privacy gevoelige informatie gaat, gebruiken we in dit voorbeeld niet de naam van het panellid. 108 Pillreports is een wereldwijde database waar pillen besproken en vergeleken worden. 170 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Een ecstasydealer in het netwerk van Lotje (130a) vraagt €5 per pil en €20 voor 5 pillen.® Volgens Jamie (113a) varen ze er wel bij dat ecstasy een goede naam heeft. Hierdoor is ecstasy aantrekkelijk om te maken en te verkopen. Toeristen betalen min- stens €10 per pil op feesten, er gaan zelfs verhalen over €25. Maar Dennis (147a) ziet op feesten ook ‘gehaaide stappers’ die goede zaken doen. “Je zou wel gek zijn als je een Japanner niet blij maakt met 2 pillen voor €40. Maar daardoor worden ze mis- schien onbedoeld toch een dealer.” Omdat Pim (142a) connecties heeft met verschil- lende dealers vertrouwen zijn vrienden erop dat hij de ecstasy regelt. Hij ziet zichzelf niet echt als dealer omdat hij er geen winst op zegt te maken. Daarnaast krijgt Pim (142a) ook berichtjes van een bezorgdienst van 200+ mg voor €5 per pil, 12 voor €50, 20 voor €75, 30 voor €100, 50 voor €125 en 100 pillen voor €200. Omdat sommige bezorgdiensten zoveel kunnen leveren voor een lage prijs, zien nieuwe verkopers weer kansen, zegt Jamie (113a). De gramprijs voor MDMA-poeder ligt ergens tussen de €20 en €30 en wordt goedkoper bij afname van meer grammen. Een bezorgdienst vraagt €50 voor 3 en €75 voor 5 gram. 1.5 Amfetaminemarkt Het aanbod van amfetamine is de afgelopen jaren door de toenemende vraag ge- groeid. Er zijn nog steeds klassieke pepdealers die alleen bij amfetamine zweren en vanaf hun thuisbasis verkopen. Maar de meeste amfetamine is afkomstig van bezor- gers die daarnaast ook andere drugs leveren. De prijzen fluctueren tussen de €5 en €15 per gram. De winstmarge per gram is veel kleiner dan die van cocaïne. Daarom moet bij sommige dealers meer amfetamine (bij sommigen minimaal 5 gram) worden afgenomen voor een bestelling, wel met bijkomend voordeel dat ze vaker korting geven. Jasmin (85a) betaalt €20 voor 3 gram en Sjarl (139a) €30 voor 5 gram. Pim (142a) kocht 10 gram voor €70 voor de groep. Dat lijkt goedkoop, maar sommige amfetamine wordt nat afgeleverd en scheelt na droging volgens kenners bijna de helft in gewicht. De kiloprijs van amfetamine bedraagt ongeveer €3.000. Voor methamfe- tamine wordt in de gayscene tussen de €100-150 per gram betaald. In het psy- chonautische circuit ligt de prijs een stuk lager: tot een paar tientjes per gram. no Twee panelleden die dicht bij de productie zitten zeggen dat de kostprijs per pil ongeveer 30-40 euro- cent bedraagt en op het middenniveau wordt doorverkocht voor één tot anderhalve euro per pil. VI MARKT 171 1.6 Narcosemarkt De verkoop van lachgas is geëxplodeerd nu naast de grote winkelbedrijven ook aller- lei kleinere winkels (o.a. feestwinkels, avondwinkels, keukenwinkels, kleine supermark- ten) meer slagroompatronen inslaan. Ook webwinkels en bezorgdiensten zijn actief en het aantal aanbieders lijkt nog gestaag te groeien. Een doos slagroompatronen (50 stuks) bij de groothandel (€10-12,50) is vaak goedkoper dan de prijs die kleine winke- liers vragen. Een avondwinkel in Amsterdam-West maakt op het etalageraam reclame voor 50 pa- tronen voor €20 en 10 losse patronen voor €7,50. De ballonnen op festivals kosten €1.50-2,50. Bezorgdiensten van drugs bieden geen lachgas aan, waarschijnlijk vanwe- ge het volume van de patronen. Hiervoor zijn weer aparte bezorgdiensten die behalve sterke drank (nachtslijter) ook chips, shisha's en slagroompatronen in hun pakket hebben en daarvoor het twee- tot drievoudige (€20-30) per doos vragen. Een slag- roomspuit kost €40. Lotje (130a) ziet de business bruisen en ziet meer bezorgers die een centje bij willen verdienen. De contacten worden onder andere via Facebook en Marktplaats gelegd. Lachgas halen bij de Macro is dan wel goedkoper maar Lotje (130a) belt vaker een lijntje. “De ballonnenservice levert snel als je belt. Ook midden in de nacht.” De internetmarkt floreert eveneens waar allerhande bedrijfjes naast slag- roompatronen ook ballonnen, crackers (houder waarin een patroon kan om ballonnen te blazen) en/of de grotere slagroomspuiten aanbieden. In het undergroundcircuit wordt het volgens Pim (142a) groter aangepakt en circule- ren er kleine tanks van 4 kilo tot grote van 10 tot maximaal 14 kilo. In de oorspronke- lijke lastanks wordt lachgas ingespoten. Een tank is een eenmalige investering van €250-300. Deze wordt weer ingeruild tegen een volle. Omdat lachgastanks staan ge- registreerd wordt het gas in een andere speciale tank opgeslagen. Op feesten waar veel gas verkocht wordt zijn slagroomspuiten onhandig omdat de ventielen na ver- loop bevriezen en de verkoop tijdelijk moet worden gestaakt. Sinds lachgas officieel onder de Warenwet valt ziet Pim (142a) meer verkopers opduiken in de buurt van feesten en festivals. Sommigen pakken het meteen professioneel aan: ze schrijven zich in bij de Kamer van Koophandel, halen een paar noodzakelijke diploma's (o.a. sociale hygiëne) en breiden zo hun markt verder uit. 172 ANTENNE AMSTERDAM 2016 De prijzen van GHB} zijn in 2016 vergelijkbaar met die van 2015.” Voor een kwart liter GHB wordt €35-40 gevraagd; een halve liter kost ongeveer €70-80 en voor een liter wordt doorgaans €140-150 betaald. Verschillende panelleden zeggen wel dat de precursor GBL moeilijker verkrijgbaar is. Vergeleken met ruim 5 jaar geleden kennen panelleden minder vrienden die GHB nog zelf maken. De verklaring hiervoor is dat het GBL aanbod van webwinkels is gekrompen? In panelnetwerken met een hoog GHB gebruik zijn nog wel vriendendealers of GHB-bereiders actief, Jan (144a) koopt soms een halve liter bij een vriendendealer die alleen aan zijn groep verkoopt. De huidige markt is veranderd in thuisverkopers en bezorgdiensten die alleen kant-en-klare GHB verkopen. Kleinere doseringen van 50 ml zijn met €40 bij een paar dealers relatief duur. Bezorgdiensten die GHB leveren vragen om dit meestal vooruit te bestellen. De verkrijgbaarheid van ketamine (aangeboden in poeder en kristalvorm) is (vergele- ken met ecstasy en amfetamine) in enkele netwerken wat problematischer. Toch zeg- gen de meeste panelleden dat de markt stabiel is, Bij WhatsApp-dealers staat ketami- ne in ieder geval standaard op het menu. De prijsrange van ketamine is breed (£15- 60) maar de meerderheid betaalt €25-35 voor een gram. Bezorgdiensten geven kor- ting bij een grotere bestelling en vragen voor 5 gram €100-125. Alleen Jasmin (85a) was spekkoper en betaalde voor een gram nagenoeg de kostprijs van €10. 1.7 Nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) Op internet is een groot aanbod van nieuwe psychoactieve stoffen (NPS). Dealers en bezorgdiensten hebben vooral 4-FA in hun pakket zitten. De andere ‘research chemi- cals' worden verhandeld via internet, waar ook vaker slaapmiddelen worden aangebo- den. Bij Joris worden de meeste NPS via internet besteld. Soms gaat er een bestellijst rond zodat je er bij een grotere bestelling korting op kunt krijgen. Voor de klassieke illegale middelen moet je nog steeds bij de dealer zijn. Verschillende smartwinkels ML In 2012 werd GHB van lijst Il (soft) naar 1 (hard) verplaatst. Het Openbaar Ministerie liet tevens weten strenger op te treden tegen GHB-leveranciers. U? De prijzen van GHB liggen tegenwoordig wel iets hoger dan in 2010. Toen kostte een kwart liter €25-45 en een halve liter €50-75. 13 Een buitenlandse webshop die nog wel levert vraagt €79,95 voor een liter GBL. Minder kan ook: €39,95 voor een kwart liter. En meer. Voor 10 liter GBL betaal je €649,95. Alle prijzen zijn inclusief (23%) belasting. VI MARKT 173 verkopen een handvol NPS die niet verboden zijn. Een gram 4-FA kost €10-15 en een pil van 100-150 mg €4-5. Volgens enkele panelleden zijn er inmiddels ook hoger ge- doseerde 4-Fa-pillen in omloop. Volgens Jan (144a/b) kon je in 2015 nog makkelijk ‘Chinees poeder’ (4-FA) op internet bestellen. Samen met anderen kocht hij een voor- raad van 300 gram. Maar volgens de panelleden worden er in 2016 bijna alleen nog A-FA-pillen aangeboden. Er zijn genoeg webwinkels die het aanbieden. Andere middelen die via internet worden verkocht zijn 6-APB (€10 per pil en €60-70 per gram) en 2c-B (pil of capsule €2,50-5,00). De 2C-B dosering varieert. Een bezorg- dienst biedt ‘geel groene sterretjes’ (18 mg) aan voor €5 per pil en voor €4 bij aan- koop van 10 pillen. Een ander biedt ‘gele pillen’ (15 mg) aan voor €5 per stuk en 20 voor €75. 3-MEO-PCP, 4-HO-MIPT (€50-60 per gram) en 3-MMC zijn ook via het internet te verkrijgen. MXE is door verbod niet meer via webwinkels verkrijgbaar en kan alleen nog via het dark web worden besteld. In twee panelnetwerken zijn groepjes die soms aankopen doen (o.a. MXE, cocaïne en 2C-B). 1.8 Overige markten Er zijn naar schatting 10-15 smartwinkels, plus enkele tientallen toeristenwinkels waar ook verschillende truffelvarianten (o.a. Tampanensis, Atlantis, Mexicana en Galindoi) worden aangeboden.* Lsp wordt als papertrip (€3-5) verkocht of in vloeibare vorm (€150 per flesje). Een bezorgdienst biedt Lsp (220-250 microgram) aan voor €8 per zegel en voor €60 per tien zegels. In de panelstudie is altijd een kleine groep geweest die zich bezighoudt met de productie en distributie van psychedelica (o.a. LSD, mesca- line en DMT). Maar ook bezorgdiensten hebben [sp tegenwoordig vaker in hun assor- timent. Poppers worden soms onder de toonbank verkocht, maar ook via webwinkels, De prijs per flesje varieert van €5-15. Er is een levendige webhandel in Viagra en Kamagra in tabletvorm, als bruistablet of als Oral Jelly. Ze verschillen in sterkte en prijs al naar gelang de dosering. Een strip van vier Kamagra-tabletten van elk 100 mg kost ongeveer €10. In het circuit betaal je 1 Het stadsdeel Centrum ziet er door middel van controles op toe dat souvenirwinkels en minisupermark- ten geen truffels of andere hallucinerende producten verkopen. 174 ANTENNE AMSTERDAM 2016 €5 voor een blauwe pil. Oral Jelly wordt in doosjes met 7 smaken voor €20 aangebo- den. Los kosten de pillen en sachets ongeveer €2,50. 2 Testservice prijzen Gebruikers die ecstasy of andere middelen bij de testservice aanbieden worden ge- vraagd naar de aanschafprijs. Monsters waarbij geen prijs werd opgegeven of waarvan de aanleveraar zeiden dat zij die gratis hadden gekregen, zijn in de onderstaande twee paragrafen niet meegeteld. Meer gedetailleerde gegevens zijn te vinden in bijla- ge D, 2.1 XTC-pillen De bij de testservice aangeboden xTC-pillen kostten volgens de aanleveraars tussen de 1 en de 15 euro. Gemiddeld werd €4,36 betaald. Tot 2008 schommelde de gemiddel- de prijs rond de 3 euro. Sindsdien zijn XTC-pillen bijna de helft duurder geworden. De prijs lijkt de laatste jaren min of meer stabiel. GEMIDDELDE PRIJS PER AANGEBODEN XTC-PIL € 10 €0 '04 ‘05 '06 ‘07 '08 ‘09 '10 11 '12 13 14 '15 '16 XTC-pillen met meer dan 150 mg MDMA zijn gemiddeld een paar cent duurder dan pillen met 100-150 mg MDMA (£4,38 versus €4,33). Pillen met 100-150 mg MDMA zijn even duur als pillen met minder dan 100 mg MDMA. Een belangrijke constatering is dat er geen duidelijk verband is tussen prijs en dosering.” Wb Er is geen significant verband tussen de prijs en de dosering van XTC-pillen. De Pearson correlatiecoëffi- ciënt: 051, p = 062. VI MARKT 175 2.2 Overige middelen … … . PRIJZEN OVERIGE MIDDELEN Cijfers over prijzen van aangeleverde XTC-pillen gaan terug tot 2004, maar gemiddelde prijzen van MDMÀ £22 per gram cocaïne €51 per gram andere aangeleverde andere monsters kunnen . fetami € worden geanalyseerd vanaf 2012. In de periode aneranne per gram … ketami €27 2012-2016 laten de prijzen geen opvallende Sanne per gran . . … . LSD €6 per papertrip trends zien. De gemiddelde prijzen van de in . 2C-B €4 per pil 2016 aangeleverde overige monsters worden a: . . €5 per pil daarom zonder nadere toelichting in het overzicht _ 4-#A €14 per gram hiernaast weergegeven. 3 Samenvatting De Amsterdamse drugsmarkt is via twee verschillende onderdelen van Antenne in kaart gebracht: de panelstudie en de testservice van Jellinek Preventie en de GGD Amsterdam. De Amsterdamse drugsmarkt — met uitzondering van de cannabismarkt — is mede als gevolg van het gebruik van innoverende technologie steeds diffuser ge- worden. Gebruikers kunnen voor hun drugs nog steeds terecht bij thuisdealers, maar de bezorgdiensten zijn erg actief met de werving van klanten middels de WhatsApp- service en encrypted app-berichten. Uit de soms zeer uitgebreide drugsmenu's die klanten ontvangen, blijkt hoe zeer de verschillende drugsmarkten met elkaar zijn ver- weven. De meeste bezorgdiensten leveren ecstasy, amfetamine, ketamine en soms ook cocaïne, slaapmiddelen en GHB. Bij aankoop van een grotere hoeveelheid wordt korting beloofd. Daarnaast is er ook een bezorgmarkt van dealers en diensten die alleen cocaïne tegen verschillende prijzen (50-70 euro) aanbieden. Volgens kenners daalt de kiloprijs al een paar jaar, maar wordt deze vooralsnog niet doorberekend naar een lagere gramprijs voor de consument. De verkoop van lachgas is geëxplo- deerd nu — naast de grote winkelbedrijven - ook allerlei kleinere winkels (o.a. feest- winkels, keukenwinkels, avondwinkels) slagroompatronen aanbieden. Op gebruikersniveau waren de meest gangbare, c.q. gemiddelde prijzen: XTC €4-5 per pil; cocaïne €51 per gram; amfetamine: €8-9 per gram. De laatste jaren is de prijs van XTC-pillen, cocaïne en amfetamine niet wezenlijk veranderd; het gaat om stijgingen en 176 ANTENNE AMSTERDAM 2016 dalingen van enkele eurocenten. De prijs van 4-FA, die ook in 2016 een toenemende populariteit kent, is vergelijkbaar met die van XTC: €4-5 per pil. De prijs van 4-FA- poeders ligt op €14-15 per gram. VI MARKT 177 178 ANTENNE AMSTERDAM 2016 VII SAMENVATTING EN CONCLUSIE Het Amsterdamse uitgaansleven wordt steeds internationaler doordat toeristen, in het kielzog van dj's en artiesten, in groeiende aantallen het nachtleven bevolken. Deze ontwikkeling speelt mee in de bredere discussie die speelt in de stad: meer toerisme, meer drukte en minder authentiek winkelaanbod tegenover de roep om meer be- scherming van bewoners en winkeliers tegenover bedrijven die Amsterdam als melk- koe zien. Het feesttoerisme legt een groter beslag op het nachtleven, maar zorgt te- gelijkertijd voor een gevarieerd aanbod van clubs en festivals en extra inkomsten. Anno 2016 manifesteert de ontwikkeling in het uitgaansleven zich vooral in het hoge- re sjieke aanbod en in het alternatieve uitgaanssegment. In beide sectoren worden nog steeds nieuwe clubs en locaties geopend. In het hogere echelon behoort de in- ternationale hotelbarcultuur steeds meer tot het nachtleven, terwijl er aan de andere kant een groeiende behoefte is aan clubs en locaties voor de undergroundscene. Maar ook voor het multicultureel getinte urbancircuit is, getuige het uitdijende aantal festivals en hiphopavonden, een nieuwe bloeiperiode aangebroken. Stappen in Am- sterdam betekent dus keuzes maken: het uitgaansleven is zo breed en veelzijdig dat er elk weekend wel iets bijzonders te beleven is, Antenne Amsterdam: jaarlijkse drugsmonitor sinds 1993 Antenne rapporteert al sinds 1993 trends op de Amsterdamse drugsmarkt. Elk jaar wordt op basis van een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve gegevens het middelengebruik bij jongeren en jongvolwassenen in de hoofdstad in kaart gebracht. De multi-methodische onderzoeksaanpak kent drie vaste onderdelen: een panelstudie onder twee verschillende doelgroepen, een survey en preventie indicatoren. De gegevens uit de verschillende onderdelen schetsen samen een gedifferentieerd beeld van trends en patronen in de Amsterdamse wereld van genotmiddelen. In het VII SAMENVATTING EN CONCLUSIE 179 (kwalitatieve) uitgaanspanel worden de laatste ontwikkelingen gevolgd aan de hand van halfjaarlijkse individuele interviews met een panel van insiders. De panelstudie is vooral gericht op het uitgaansleven, met de nadruk op trendsetters. Het gaat hierbij nauwelijks om precieze cijfers, maar om dynamische processen. Dat geldt ook voor het andere deel van de panelstudie, dat gaat over kwetsbare jeugd. In dit panel zijn professionals vertegenwoordigd die met buurtjongeren werken. De survey levert kwantitatieve gegevens over middelengebruik binnen specifieke groepen. In 2016 waren dit mbo-studenten. Mbo-studenten zijn vanwege hun leeftijd (gemiddeld 19 jaar in deze steekproef) niet alleen een interessante onderzoekspopula- tie, maar ook een belangrijke doelgroep voor preventie. Zij verkeren in een fase waar- in verhoudingsgewijs vaak wordt gestart en geëxperimenteerd met middelengebruik. Aan de survey deden bijna 2.000 mbo-studenten mee. De respondenten zijn een goede afspiegeling van de totale populatie mbo-studenten in Amsterdam wat betreft geslacht, leeftijd, sector en kwalificatieniveau. Bij de preventie indicatoren gaat het om informatie over de drugsmarkt in de vorm van kwantitatieve gegevens over testuitsla- gen van vrijwillig aangeleverde drugs. Uitgaanspanel: drugsgebruik afhankelijk van netwerk, moment en setting In de netwerken en scenes van het uitgaanspanel is drugsgebruik ‘normaal’, maar het middelenrepertoire verschilt soms aanzienlijk, In de dance gerelateerde netwerken wordt vaker drugs gebruikt dan in urban netwerken. Het gebruik van stimulantia zoals ecstasy, cocaïne en amfetamine lijkt inwisselbaar geworden; de keuze voor een be- paald middel hangt samen met het moment en de setting. Ecstasy is het wijdst ver- spreid. Het gebruik van narcosemiddelen zoals lachgas, GHB en ketamine ligt lager, hoewel deze middelen in veel van de uitgaansnetwerken wel tot het vaste drugsreper- toire behoren. Psychedelica en nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) zijn alleen in sub- groepen populair. Een uitzondering hierop is 4-FA, Deze NPS heeft in een meerderheid van de panelnetwerken een vaste plaats veroverd naast de andere stimulantia, maar dan op een wat lager niveau. Alcoholgebruik hoog onder alle groepen In een ruime meerderheid van de netwerken drinkt ten minste driekwart regelmatig alcohol. Het aantal glazen kan in subgroepen binnen de netwerken van het uitgaans- panel wel flink variëren. Daarnaast valt op dat meer mensen dan voorheen gedurende het jaar één of meer alcoholvrije periodes inlassen. Binnen de urbanscene zijn de 180 ANTENNE AMSTERDAM 2016 drankjes exclusiever, maar wordt doorgaans minder gedronken dan in het dancemi- lieu. Behalve de zich doorzettende gin & tonic trend zijn er op het gebied van alcohol geen nieuwe duidelijke trends. Wel is het aanbod van alcoholvrije sappen flink uitge- breid in de hippe horecagelegenheden. Ook onder mbo-studenten is de ruime meerderheid (65%) huidige drinker (= laatste maand). lets meer dan de helft van de huidige drinkers nuttigt wekelijks alcohol, maar dagelijkse drinkers vormen een kleine minderheid (3% van alle mbo-studenten). Ge- middeld drinken huidige drinkers 6 glazen op een ‘drinkdag’. Een kwart van hen vindt dat zij zelf te veel of te vaak alcohol drinken. Er wordt flink (elektronisch) gerookt Hoewel er nog fors wordt gerookt, bespeurt het uitgaanspanel dat het tabaksgebruik in het nachtleven minder wordt. Dit wordt veroorzaakt door scherpere regelgeving, maar ook doordat uitgaanders bewuster zijn geworden van het ongezonde karakter van roken. Het aandeel mbo-studenten dat rookt stijgt met de leeftijd. Van de onderzochte mbo- studenten heeft iets meer dan een derde (35%) de laatste maand gerookt. Van deze huidige rokers doet de helft dit dagelijks (50%) en een kwart wekelijks (26%). Gemid- deld roken zij 7 sigaretten op een ‘rookdag'. Onder kwetsbare buurtjongeren zijn e-sigaretten en shisha-pennen in toenemende mate populair. Ook mbo-studenten roken wel eens e-sigaretten, hoewel gebruik in de laatste maand beperkt is (6% met en 4% zonder nicotine). Eerdere jaren was de e- sigaret (nog) geen alternatief onder uitgaanders, maar ook binnen deze groep wint de e-sigaret door technologische innovaties geleidelijk aan populariteit. Minder cannabisgebruik nachtleven - aantrekkelijk middel onder jongeren Net als bij roken is er in het nachtleven een teruggang te zien van het gebruik van cannabis. Dit heeft volgens panelleden eveneens te maken met regelgeving en een sterker bewustzijn van gezondheidsrisico's. Onder jongeren blijft cannabis kennelijk een aantrekkelijk middel. Ruim één op de vijf mbo-studenten (22%) heeft de afgelo- pen maand geblowd (= huidige blowers). Bijna een derde van de huidige blowers (32%) gebruikt wekelijks cannabis; een forse minderheid van de huidige blowers doet dit dagelijks (17%). Van de huidige blowers onder de mbo-studenten heeft 33% het afgelopen jaar wel eens onder schooltijd of tijdens stage geblowd. Ook onder ver- VII SAMENVATTING EN CONCLUSIE 181 schillende kwetsbare jeugdgroepen wordt cannabis veel gebruikt, waarbij de pro- fessionals opmerken dat deze groepen de risico's van frequent blowen onderschatten. Energydrinks populair onder jongeren Energydrinks worden door jongeren veel geconsumeerd. Van de mbo-studenten heeft 89% ooit energydrinks gedronken. Iets meer dan de helft (51%) dronk de laatste maand energydrinks, gemiddeld 2 energydrinks per ‘drinkdag’. De panelleden van de kwetsbare buurtjongeren zien ook dat energydrinks onder alle groepen populair zijn. Zij pleiten voor meer voorlichting over de gezondheidsrisico's van energydrinks. Ecstasy blijft het belangrijkste uitgaansmiddel De huidige uitgaansgeneratie ziet - afgezien van alcohol - ecstasy nog steeds als het belangrijkste uitgaansmiddel. Vooral in het dancecircuit wordt door panelleden ge- sproken over ‘normalisering’ van gebruik — in de urbanscene beduidend minder. Het gebruik van ecstasy wordt, onder meer door de fysieke en psychische impact, vaak van te voren gepland. Dit is de reden waarom ecstasy in de meeste netwerken van het uitgaanspanel niet heel frequent wordt gebruikt. Een uitzondering hierop zijn de (vaak jonge) groepen die veel stappen en naar festivals gaan. Van de stimulantia is ecstasy ook onder mbo-studenten het populairste middel: 20% gebruikte dit middel ooit en 15% het afgelopen jaar (= recent gebruik). Iets meer dan de helft (52%) van de recente gebruikers nam het afgelopen jaar 1 tot 4 keer ecstasy, 29% deed dit 5 tot 10 keer en 19% nam het afgelopen jaar meer dan 10 keer ecstasy. Niet alle mbo-studenten beperken het gebruik dus tot een paar keer per jaar. Net als in voorgaande jaren was in 2016 ruim de helft van de aangeboden monsters bij de testservice een XTC- of MDMA-monster (56%). De resultaten van de testservice laten zien dat de xTC-pillen sterk blijven en de kwaliteit hoog is. Gemiddeld bevatten de aangeleverde pillen 164 mg MDMA, 65% is hoog gedoseerd (> 150 mg) en in 91% van de gevallen zijn geen vervuilingen aangetroffen. De huidige sterkte van XTC-pillen heeft voor sommige panelleden als negatief bijeffect dat de euforie moeilijker onder controle te houden is. Gebruikers zijn gevoeliger voor de meer negatief gepercipieer- de roesverschijnselen die overduidelijk zichtbaar zijn (zweten, vaagheid). Ook de vaak gewenste intensievere sociale interactie en de betere onderlinge connectie wordt door te veel of te sterke ecstasy afgezwakt. 182 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Cocaïne als statusmiddel - normalisering gepaard met problematisering Cocaïne staat in sommige panelnetwerken hoger aangeschreven dan elk ander mid- del. De beeldvorming is echter vaak ambivalent. De een vindt het een perfect middel om te gebruiken tijdens het stappen of thuis, in combinatie met alcohol. De ander gebruikt het functioneel tijdens nachtelijke werkklussen in de horeca en weer een andere groep is meer beducht voor het middel en maakt zich zorgen om de hoge gebruiksfrequentie. Over het algemeen wordt de ‘normalisering' bij cocaïne meer ge- problematiseerd dan bij ecstasy. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het meer im- pulsieve gedrag. Het aantal cocaïnemonsters dat in 2016 bij de testservice werd aangeboden steeg in verhouding sterker dan van andere middelen en de gemiddelde zuiverheid nam ten opzichte van voorgaande jaren sterk toe. Volgens kenners daalt de cocaïneprijs al jaren, maar wordt dit vervolgens niet doorberekend naar een lagere prijs voor consu- menten (gemiddeld €51 per gram). Van de mbo-studenten gebruikte 6% het laatste jaar cocaïne. Veel van deze recente gebruikers (45%) nam het afgelopen jaar 1 of 2 keer, maar er is ook een groepje (18%) meer frequente snuivers die het afgelopen jaar meer dan 10 keer cocaïne ge- bruikte. Amfetaminegebruik piekt Het gebruik van amfetamine was in de netwerken van het uitgaanspanel na een jaren- lange groei wat afgezwakt, maar de huidige piek is historisch hoog. Het amfetamine- gebruik ligt in 2016 op hetzelfde niveau als cocaïne. Vanwege de roeseffecten wordt amfetamine vergeleken met andere drugs veel minder als ‘echte’ drug gezien. Het is vooral praktisch en functioneel als je langer door wilt gaan. De verwachting van panel leden is dat een deel van de huidige gebruikers op termijn vaker voor cocaïne zal kiezen. Amfetamine is (en blijft) met circa 8 tot 10 euro per gram relatief goed- koop. Recent amfetaminegebruik (= laatste jaar) lag onder mbo-studenten met 5% ongeveer op hetzelfde niveau als cocaïne. Ook bij dit middel gebruikte een groot deel van de recente gebruikers het afgelopen jaar 1 of 2 keer (43%), maar was er ook een deel (28%) dat vrij frequent gebruikte (meer dan 10 keer het afgelopen jaar). Lachgas populair onder alle groepen - aanbod is overweldigend Lachgas beleeft vanaf 2008 een flinke opleving. In de netwerken van het uitgaanspa- nel is het gebruik de afgelopen jaren gestabiliseerd, maar het middel blijft populair. VII SAMENVATTING EN CONCLUSIE 183 Lachgas wordt door veel gebruikers als een onschuldig middel gezien, hoewel meer panelleden vragen hebben over eventuele gezondheidsrisico's. Het gebruik van lach- gas laat soms duidelijke sporen na op hangplekken, parkeerplaatsen en in parken. Een indicatie dat het middel niet alleen in het uitgaansleven wordt gebruikt. Eén op de vijf mbo-studenten (21%) heeft het laatste jaar lachgas gebruikt. Zij deden dit gemiddeld 11 keer. Opvallend is dat er wat betreft achtergrondkenmerken (leeftijd, geslacht, etni- citeit, woonplaats) bij mbo-studenten nauwelijks verschillen zijn tussen subgroepen. Het is een middel dat populair is onder diverse groepen. Dit wordt ook herkend door professionals in het buurtpanel. Lachgas beleeft volgens hen een flinke hype in ver- schillende jongerengroepen. Het aanbod van lachgas is dan ook overweldigend, wellicht ook doordat lachgas door een besluit van het Europees Hof onder de warenwet valt. Er zijn vele verkooppunten van lachgaspatronen (buurt- en avondwinkels, bezorgdiensten, webwinkels) die zich op de markt hebben gestort. Volgens professionals van het buurtpanel heeft het gro- te en laagdrempelige aanbod invloed op het experimenteergedrag van jongeren. GHB nog steeds op achtergrond Over langere tijd bezien is het gebruik van GHB in het uitgaansleven op de achter- grond geraakt. Dit heeft mede te maken met de commotie en negatieve verhalen over out gaan en verslaving. Niettemin zijn er in de netwerken van het uitgaanspanel groepen die zweren bij GHB. Onder gebruikers gelden soms strenge regels bij gebruik in groepsverband en ligt er een taboe op met niet-gebruikers praten over GHB. Onder mbo-studenten is het gebruik van GHB beperkt (3% afgelopen jaar). Meer ketaminegebruik in uitgaansnetwerken De afgelopen jaren is het gebruik van ketamine gestegen. In de panelnetwerken zit het gebruik van dit middel op hetzelfde niveau als lachgas. Aanvankelijk werd het middel vooral in undergroundscene gebruikt, maar het gebruik is meer in de breedte gegroeid. Het is nu niet slechts meer een afterdrug. Frequent gebruik zou de kans op blaasproblemen verhogen en volgens gebruikers kan gebruik in combinatie met alco- hol tot misselijkheid en overgeven leiden. Van de mbo-studenten heeft 3% het afge- lopen jaar ketamine gebruikt. 4-FA nog steeds populair en vaker aangeboden bij de testservice Hoewel de markt van nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) is gestabiliseerd, blijft 4-Fa een populair middel in veel panelnetwerken. De populariteit van 4-FA hangt volgens 184 ANTENNE AMSTERDAM 2016 de leden van het uitgaanspanel samen met de hoge dosering van XTC-pillen. Gebrui- kers geven aan dat de milde roes van 4-FA voor meer controle zorgt tijdens het uit- gaan (de overheid is voornemens 4-FA te verbieden). Andere NPS zijn alleen in kleine subgroepen van panelnetwerken populair. Ook onder mbo-studenten is 4-FA de populairste NPS, Eén op de tien mbo-studenten gebruikte ooit wel eens NPS, waaronder 7% 4-Fa. Bij de testservice is de populariteit van 4-FA eveneens terug te zien in de cijfers, Het aantal aangeboden 4-FA-monsters steeg relatief gezien het sterkst. Naast poeders werd het middel in toenemende mate als pil aangeboden. Psychedelica, methamfetamine en ‘straatdrugs’ worden het minst gebruikt In het uitgaansleven spelen psychedelica een bescheiden rol, alhoewel [sp en aya- huasca wel bekender worden. Zo heeft het gebruik van microdoseringen LSD veel aandacht gekregen in de media. Het gebruik van methamfetamine blijft zeldzaam in uitgaansnetwerken, met uitzondering van kleine niches in het gaymilieu en groepjes psychonauten. Van de mbo-studenten heeft 5% ooit LSD, 3% ooit DMT en 3% ooit methamfetamine gebruikt. Straatdrugs (heroïne en crack) worden niet of nauwelijks gebruikt in het nachtleven. Onder mbo-studenten is het gebruik van straatdrugs be- perkt, alhoewel het gerapporteerde ooït-gebruik hoger ligt dan verwacht (heroïne 2% en crack 5%). Uit een aanvullende analyse blijkt dat de mbo-studenten die het afge- lopen jaar straatdrugs hebben gebruikt, vrijwel allemaal ook ervaring hebben met cannabis en/of stimulantia. Kwetsbare buurtjongeren — succes en falen liggen dicht bij elkaar Volgens de professionals in het panel over kwetsbare buurtjongeren is de scheidslijn tussen succes en falen in deze groepen flinterdun. Bij veel van deze jongeren is sprake van een ontwrichte thuissituatie en psychische problematiek, Schooluitval is hoog in sommige groepen, maar in dezelfde groepen zijn ook jongeren die hun opleiding willen afronden. Overlast van rondhangende jongeren komt in golven en de profes- sionals blijven constateren dat meer buurtjongeren zich aangetrokken voelen tot drugshandel en het snelle geld. Wat betreft middelengebruik zijn cannabis en lachgas aantrekkelijke middelen. Het gebruik van alcohol en andere drugs blijft vooral beperkt tot jongeren zonder migratieachtergrond. VII SAMENVATTING EN CONCLUSIE 185 Innovatie op de Amsterdamse drugsmarkt Als gevolg van het gebruik van snel innoverende technologie (internet, mobiel) wordt de Amsterdamse drugsmarkt steeds diffuser (met uitzondering van de cannabismarkt). Gebruikers kunnen nog steeds terecht bij thuisdealers, maar bezorgdiensten doen aan actieve werving van klanten middels WhatsApp, waarbij soms korting wordt beloofd bij de aankoop van grotere hoeveelheden. Uit de drugsmenu's die via WhatsApp worden verstuurd blijkt hoe de verschillende drugsmarkten met elkaar zijn verweven. De meeste bezorgdiensten kunnen diverse soorten middelen leveren. Conclusie Middelengebruik blijft nauw verweven met het uitgaansleven in Amsterdam, met na- me het dancesegment. Onder trendsetters in het Amsterdamse uitgaansleven lijkt het middelengebruik zich — na een toename in de tweede helft van de zeros — de laatste jaren wat te stabiliseren, maar met de komst van 4-FA en lachgas is het drugspalet verder uitgebreid. Onder mbo-studenten is het gebruik lager dan onder het panel, maar dit is gezien de leeftijd ook niet verrassend. Uit de survey blijkt dat mbo- studenten in een levensfase verkeren waarin met stijgende leeftijd vaker wordt gestart en geëxperimenteerd met middelen, waarbij tabak, alcohol en cannabis de populairste middelen zijn. Ooit-gebruik mbo-studenten per leeftijdscategorie tabak alcohol cannabis lachgas XTC-pillen cocaïne 15-17 jaar 49% 71% 39% 24% 10% 3% 18-20 jaar 57% 79% 50% 28% 22% 8% 21 jaar en ouder 72% 84% 65% 31% 33% 20% 186 ANTENNE AMSTERDAM 2016 VIII SUMMARY AND CONCLUSIONS Nightlife in Amsterdam has become increasingly globalised. Tourists — following in the wake of the many DJs and performers — now populate the nightspots in growing numbers. This trend in nightlife helps fuel the wider debate currently raging in the city. Tourism is said to worsen inner-city congestion, to the detriment of authentic shops and services. This has provoked a movement to defend local residents and shopkeepers against enterprises that treat Amsterdam as a cash cow. Yet even as the partying tourism lays a firmer claim on Amsterdam nightlife, it also spawns a diverse array of clubs and festivals, and greater revenues to boot. In 2016, two particular trends in nightlife stood out in the upper chic and in the subterranean alternative milieus. New clubs and venues continued to spring up in both segments. In the high- er spheres, the international hotel bar culture increasingly manifests itself in nightlife. It stands opposite a growing demand for venues in underground scenes. The multi- culturally tinted urban music scene is flourishing once again, as evidenced in a bur- geoning of festivals and hip-hop nights. Going out in Amsterdam means making choices: the scene is so vast and varied that something remarkable can be experi- enced every weekend. Amsterdam Antenna: Our annual drugs monitoring report since 1993 Amsterdam Antenna has been reporting on trends in the city's drugs markets since 1993. Analysing a combination of qualitative and quantitative data collected each year, it documents the use of recreational substances by adolescents and young adults. Our mixed-method research strategy has three standard components: a panel study in two different target groups, an annual survey and a set of prevention indicators. Together, the data obtained in the various components of Antenna paint a VIII SUMMARY AND CONCLUSIONS 187 diversified picture of the trends and patterns in Amsterdam's world of recreational substances. Our qualitative panel study traces the latest developments by conducting individual, semi-annual interviews with a panel of insiders from various scenes. The chief emphasis is on nightlife, with a special focus on trendsetters who experiment with new music, venues or drugs. The panel study reports few exact figures but highlights dynamic processes. The focus in the other section of the panel study is on vulnerable young people living in city neighbourhoods, with information provided by professionals who work with the neighbourhood youth. Quantitative data are collected in our annual survey. It concentrates each time on substance use in a different social group: adolescents, young clients of youth support services, cannabis coffeeshop customers, pubgoers, and clubbers and ravers. In 2016, we focused on students in secondary vocational schools or colleges. In view of their age group (averaging 19 years of age in our sample), vocational students are an interesting research population, as well as a key target group for prevention efforts. It is a time of life at which relatively high percentages of young people start using and experimenting with recreational substances. Nearly 2.000 vocational students took part in our survey. They were representative of the entire population of Dutch vocational education students in terms of gender, age, vocational sector and educational qualification level. The prevention indicators provide information on the drugs market in the form of quantitative data deriving from test results of voluntarily submitted drug samples. The nightlife panel: drug use depends on network, occasion and setting In the networks and scenes represented in our nightlife panel, the use of drugs is ‘normal’, yet the repertoire of recreational substances actually consumed varies con- siderably. Drugs are taken more widely in networks associated with the dance music scene than in urban music networks. Stimulants like ecstasy, cocaine and ampheta- mine seem to have become interchangeable, with the choice of drug varying with the setting and the occasion. Ecstasy is the most widespread drug. The use of anaesthet- ics such as laughing gas, GHB and ketamine is less common, though those drugs are still part of the standard repertoire in many of the nightlife networks. Psychedelics and new psychoactive substances (NPS) are popular in certain subgroups only. An excep- 188 AMSTERDAM ANTENNA 2016 tion is 4-FA, an NPS that has secured a regular place in most panel networks alongside the other stimulants, albeit at a lower rate of use. Alcohol consumption high in all groups In the large majority of our networks, at least three quarters of the nightlifers are es- timated to drink alcohol regularly, although the amounts consumed in subgroups within those networks varies heavily. More people than previously are reported to observe one or more alcohol-free periods per year. More exclusive drinks are con- sumed in the urban scene, and ordinarily less alcohol is consumed there than in the dance music scene. Apart from a growing gin-and-tonic fad, there were no clear trends in 2016 in association with alcohol. The selection of alcohol-free juice concoc- tions has broadened noticeably in the trendy nightspots. Amongst the vocational students in our survey, the large majority (65%) were current (past-month) drinkers. Slightly more than half of the current drinkers partook of alco- hol every week, but daily drinkers were a tiny minority (3% of all vocational students). On their ‘drinking days’, the current drinkers drank an average of six units of alcohol. One quarter felt they were consuming too much alcohol or drinking it too often. Smoking and vaping Although much tobacco is still consumed in Amsterdam nightlife, the panel discerned a continuing decline. It is attributable in part to stricter regulations, but also to in- creasing consciousness among nightlifers about the health detriments of smoking. Among the vocational students, the percentages of smokers rose with increasing age. One third (35%) of the students questioned had smoked tobacco in the past month. Half of those current smokers (50%) smoked daily and one quarter (26%) smoked at least once a week, Seven cigarettes were consumed on a typical ‘smoking day’. E-cigarettes and shisha pens have become more popular with the vulnerable neigh- bourhood youth. Vocational students also smoked e-cigarettes, although past-month use was low (6% with nicotine and 4% without). In our surveys in previous years, e- cigarettes were not yet viewed by nightlifers as an alternative to tobacco, but due to technical innovations they are gradually gaining popularity in that group too. Lower nightlife cannabis use, but continued appeal for youth As with tobacco smoking, a discernible decline has occurred in the use of cannabis in nightlife. Panel members attributed that to stricter regulation and increased awareness VIII SUMMARY AND CONCLUSIONS 189 of health risks. Nonetheless, cannabis evidently has a continued appeal amongst ado- lescents and young adults. More than one in five vocational students (22%) reported having smoked it in the past month (current cannabis smokers). Almost one third of these (32%) smoked it every week, and a considerable minority (17%) did so daily. Some 33% the current cannabis using vocational students had consumed the drug during school hours or at a work placement in the past year. Cannabis use is also high in various populations of vulnerable youth and, according to the professionals engaging with them, the young people tend to underestimate the risks of frequent cannabis use. Energy drinks popular with young people Young people exhibit a high consumption of energy drinks. Some 89% of the voca- tional students had tried them at some point, and just over half (51%) had drunk them in the past month, averaging 2 servings per occasion. Panel members reporting on vulnerable youth observe that energy drinks are popular in all groups. They argue for targeted education about the associated health risks. Ecstasy remains the leading nightlife drug The current nightlife generation in Amsterdam regards ecstasy as the primary recrea- tional substance in nightlife besides alcohol. Especially in dance music scenes, the use of ecstasy has become ‘normalised’, according to panel members; that is considerably less the case in the urban scene. Partly because of its physical and psychological im- pact, the use of ecstasy is often planned in advance. That is why ecstasy use is not extremely frequent in most networks in our nightlife panel — with the exception of some (largely young) groups that patronise nightlife venues and festivals nonstop. Ecstasy is likewise the most popular stimulant among vocational students: 20% had taken it at some time in their lives (lifetime use), and 15% had done so during the past year (recent use). Over half of those recent users (52%) had taken ecstasy from 1 to 4 times in the past year, 29% had done so 5 to 10 times and 19% had taken it more than 10 times. Thus, not all vocational students restrict their use of ecstasy to a few occasions per year. As in recent years, more than half of all drug samples submitted in 2016 to the drug checking service (56%) were ecstasy or MDMA samples. Results showed continued high potency and quality in ecstasy pills. The average strength of tablets was 164 mg of MDMA; 65% were classified as high-strength (> 150 mg) and 91% contained no identi- 190 AMSTERDAM ANTENNA 2016 fied contaminants or adulterants. Some panel members pointed to an adverse side- effect of the current pill potency: the euphoria becomes more difficult to control. Us- ers grow more sensitive to the more negatively perceived, palpably evident effects of the ecstasy high, such as sweating and haziness. The intense social interaction and connectedness often desired by ecstasy users gets undermined when they take too much or overly potent ecstasy. Cocaine as a status drug — normalisation in a critical light In some of our panel networks, cocaine is more highly regarded than any other drug, but perceptions are often ambivalent. While some people consider cocaine a perfect drug to take either in nightlife or at home and in combination with alcohol, others put it to more functional use while working night jobs in the hospitality industry. Still others are more wary of the drug and worry about overconsumption. By and large, the ‘normalisation' of cocaine is viewed more critically than that of ecstasy. Probably that has to do with the more impulsive behaviour associated with cocaine. The number of cocaine samples submitted to the drug checking service in 2016 rose more sharply than that of any other drug, and the average purity levels increased sharply compared to previous years. According to people in the know, the cost of cocaine has been sinking for years, yet the lower costs have not been passed on to consumers, who now pay €51 per gram on average. Some 6% of the surveyed vocational students had taken cocaine in the past year. Many of those recent users (45%) took it once or twice, but there was also a group (18%) of more frequent sniffers who had taken cocaine over 10 times in the past year. Amphetamine use still peaking Although the use of amphetamine slackened slightly in the networks of our nightlife panel, following a prolonged rise, the current peak is still historically high. Ampheta- mine use in 2016 was equally high to that of cocaine. In terms of sensation, amphet- amine is regarded much less as a ‘real’ drug in comparison with other substances. It is above all a practical, functional means to carry on longer. Panel members predict that some of the current speed users are likely to opt more often for cocaine in the longer term. At prices around €8 to €10 per gram, amphetamine is still relatively inexpensive. The recent (past-year) use of amphetamine amongst vocational students was 5%, ap- proximately the same rate as cocaine use. Similarly, a large proportion of the recent VIII SUMMARY AND CONCLUSIONS 191 users (43%) had taken amphetamine once or twice in the past year, but another sub- group (28%) had taken it rather frequently (more than 10 times that year). Laughing gas popular in all groups — supply overwhelming A resurgence in the use of laughing gas has occurred since 2008. Although the level has stabilised in more recent years in the nightlife panel networks, laughing gas re- mains popular. Many users consider it an innocuous drug, but more panel members now suspect it may carry health risks. Visible remains of the consumption of laughing gas can be found strewn about in youth hangout areas, city parks and car parks — an indication that the drug is not just used in nightlife. One in five (21%) of the voca- tional students we questioned had taken laughing gas in the past year, at an average of 11 times. Interestingly, there was little variation between subgroups of students as defined by background characteristics (age, gender, ethnicity, place of residence). Laughing gas is popular in many different groups. As professionals in our neighbour- hood youth panel reported, it is also a current craze in various subpopulations. The result is an overwhelming supply of laughing gas on the market. That may be partly because laughing gas has now come under the purview of the Commodities Act, following a decision by the European Court of Justice. A wide array of sales out- lets have plunged into the market for laughing gas whippets, including neighbour- hood and evening shops, delivery services and webshops. Professionals from the neighbourhood panel report that the copious, low-threshold supply of laughing gas has an influence on experimental behaviour by young people. GHB still in the background Viewed over a longer period, the use of GHB in Amsterdam nightlife has receded into the background. That is partly due to hubbub and the distressing stories about peo- ple passing out or getting addicted. Despite that, there are groups represented in our nightlife panel that swear by GHB. Some users observe strict rules about the use of the drug in group situations, as well as taboos on discussing it with non-users. The rate of GHB use by vocational education students was low (3% in the past year). Growing ketamine use in nightlife networks The use of ketamine has risen in recent years. In our panel networks, the level of ket- amine use currently equals that of laughing gas. Although taken mainly in the under- ground scene at first, the use of the drug has broadened. It is now no longer just an afterparty drug. Frequent use of ketamine is said to heighten the risk of bladder dam- 192 AMSTERDAM ANTENNA 2016 age, and users report that it can cause nausea and vomiting if taken in combination with alcohol. Some 3% of vocational students had taken ketamine in the past year. 4-FA still popular — and increasingly brought to the checking service Although the market for novel psychiatric substances (NPS) has stabilised, 4-ra still remains a popular drug in many of our panel networks. Members of the nightlife panel argue that the popularity of 4-FA has to do with the current high potency of ecstasy tablets. Users report that the milder 4-FA high ensures better control during a night out (4-Fa is planned to become a scheduled substance in the Netherlands). Oth- er NPS were popular only in small subgroups in panel networks. A-FA is also the most popular NPS with vocational students. One in ten had taken at least one NPS at some time in their lives, including 7% who had taken 4-FA. The popu- larity of 4-Fa is also reflected in drug checking service statistics, with the number of submitted 4-FA samples mounting at the relatively strongest rate. The drug is increas- ingly available in tablet as well as in powder form. Psychedelics, methamphetamine and ‘street drugs’ have lowest use rates Psychedelic drugs play a modest role in Amsterdam nightlife, although LsD and aya- huasca are becoming better known, and the use of LSD microdoses was recently the subject of considerable media interest. Methamphetamine use remains rare in night- life networks, except in small niches of the gay scene and in small groups of psycho- nauts. For vocational students, the lifetime use of LSD stood at 5%, of DMT at 3% and of methamphetamine at 3%. ‘Street drugs’ (heroin and crack cocaine) are seldom to never taken in Amsterdam nightlife. The use of them by vocational students was also rare, though reported life- time use was higher than expected (heroin 2%, crack 5%). Supplementary analysis showed that virtually all students who had taken street drugs in the past year also had some experience with cannabis and/or stimulants. Vulnerable neighbourhood youth -— success and failure lie close together According to the professionals in our panel who work with vulnerable neighbourhood youth, the dividing line between success and failure for them is very thin indeed. Many such young people live with dysfunctional situations at home and struggle with mental health problems themselves. The rate of early school leaving is high in some groups, but there are also people in the same groups who strive to complete their VIII SUMMARY AND CONCLUSIONS 193 education or training. Nuisance behaviour by loitering youth comes in waves, and the professionals continue to observe a growing attraction to drug dealing and fast mon- ey among neighbourhood youth. In terms of substance use by the young people themselves, cannabis and laughing gas have a certain appeal. The use of alcohol and other drugs is confined largely to youth of non-minority ethnic background. Innovation in the Amsterdam drugs market Through the use of rapid technological innovations (Internet, mobile communication), the Amsterdam drugs market is getting more and more diffuse (with the exception of the cannabis market). Drug consumers may still patronise home-based dealers, but delivery services are now actively recruiting customers via WhatsApp, sometimes of- fering discounts for larger purchases. The drug menus distributed via WhatsApp re- veal how the various markets for drugs are intertwined. Most delivery services can furnish a range of drugs. Conclusions Recreational substance use remains an integral part of nightlife activities in Amster- dam, especially in the dance music segment. Drug use by trendsetters in the various nightlife scenes appears to have stabilised somewhat in recent years, after significant increases in the second half of the noughties. The rise of 4-FA and laughing gas has further broadened the palette of widely available drugs. Among vocational school students, the use of drugs is lower than in the nightlife scenes represented in our panel, but that comes as no surprise in view of the students’ younger age. As the survey revealed, they are in a life stage in which more people start taking and exper- imenting with recreational substances as their age increases, with tobacco, alcohol and cannabis being the most popular substances. Lifetime substance use by Dutch vocational students, by age category tobacco alcohol cannabis laughing gas ecstasy tabs cocaine age 15-17 49% 71% 39% 24% 10% 3% age 18-20 57% 79% 50% 28% 22% 8% 21 and older 72% 84% 65% 31% 33% 20% 194 AMSTERDAM ANTENNA 2016 Panelnetwerken … ………...sessssenssconencssenessensscenenrssenesaensonsseorsnensenenaensneersnensenrvaersseorsnevsenene LO 7 De panelmethode ………….ensenenvenvenvenenvenvenvencenennvenconensenvenvenensenvenveneonenvenvenvonervereen 198 Geruchten, signalen en trends nesvenconeorvenconenvenvenvenenensenvenvenensenvenvenennenee 200 Panelnetwerken en panelmutatieS enen venvovenvenvenvenenvenvenvenennenvenveneonenvereen 201 Tabellen …….….nesssvenssconssconenrssensnsersneonenrssensnsensneerenrenrssenensensnsensnrsvenrsaensnsersnervenevaerenee 203 Tabel 1 _panelnetwerken club- en partycircuit… nes oneneonenvenensenensenensenennenennen 203 Tabel 1 panelnetwerken club- en partycircuit (vervolg) nnn aanerannnanereeeeunnnerseerennneeeersennnnerseen 204 Tabel 2 top drie drugs club- en partycircuit so nnoneneonensenensenensenennenenneneenen 20D Tabel 3 druggebruik club- en partycircuit … esaanenvenensenenneneenenennensenensenennenen 206 Tabel 3 __ druggebruik club- en partycircuit (vervolg) … nnn ereenennnnerseneenanereenennneeeenennnmersenn 207 Tabel 3 __ druggebruik club- en partycircuit (vervolg) … nnn eaernnnnnnerseneenanereennennneeeesennnnersenn 208 BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 195 196 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Panelnetwerken De setvariabelen (etniciteit, sekse en leeftijd) zeggen iets over de uitgaansnetwerken in de panelstudie. De groepen en scenes zijn heterogeen, van jong tot ouder, homo en/of hetero en soms wit, zwart of etnisch gemixt. Leeftijd De leeftijdsspreiding in uitgaansnetwerken is tussen de 20 en 35 jaar, met een gemid- delde rond de 25 jaar. Het hoge opleidingsniveau komt overeen met die van de club- gangers in het Amsterdamse uitgaansleven.#® De laatste jaren is er sprake van een verjonging door de forse aanwas van stapgroepen die vaak in het kielzog van nieuwe feestcollectieven het uitgaansleven ontdekken. De nieuwe lichting is een mix van scholieren en/of studenten die in Amsterdam en omgeving wonen en zich met groot feestelan in de kijker spelen. Naast de bekendere festivals zijn er veel nieuwe zomer- festivals bij gekomen waar de leeftijd (18-22 jaar) een stuk lager ligt. Het middenseg- ment van 25+ domineert vooral het reguliere clubcircuit. Oudere stapgroepen gaan minder frequent naar clubs maar willen de zomerfestivals niet missen. Etniciteit Het dancepubliek is in meerderheid van westerse afkomst (75%-100%). Bezoekers van techno, hardcore en hardstyle zijn praktisch allemaal wit. Op hiphop en Latin feesten voeren Surinaamse en Caribische bezoekers (60%-70%) de boventoon. Bezoekers van dancehall en reggaeton zijn overwegend zwart. De etnofeesten richten zich vaak op één etnische groep. De etnische mix is het grootst op clubavonden waar trendsetters juist geïnteresseerd zijn in crossovers tussen stijlen. Sekse Mannen zijn vaker in de meerderheid op feesten, maar de percentages zijn in de laat- ste vijf jaar naar elkaar toegegroeid. Was de vrouw-man verhouding in 2008 nog 1:3, is dat tegenwoordig bij feesten 1:2. De voortschrijdende participatie van jonge vrou- wen in het uitgaansleven sinds 1995, is volgens sommigen te wijten aan het feit dat er meer vrouwen in Amsterdam zijn gaan studeren en wonen. Het komt vaker voor dat vrouwen op urban en dancefeesten in de meerderheid zijn. Nederlandse, Surinaamse en Antilliaanse vrouwen zijn actiever in het nachtleven dan Marokkaanse en Turkse 16 Nabben, Benschop & Korf (2014). BIJJLAGE A PANEL UITGAANDERS 197 vrouwen, Homomannen voelen zich minder gebonden aan klassieke homolocaties dan in de jaren negentig van de vorige eeuw. Opleiding en werk De deelnemers in de panelnetwerken vertegenwoordigen verschillende sociaalecono- mische categorieën. De jongste groepen stromen vers van de middelbare school door naar de arbeidsmarkt of het middelbare en hogere (beroeps)onderwijs. Een grote groep 20-plussers zit in het hoger onderwijs en heeft vaak een tijdelijke baan naast de studie. De derde groep werkt inmiddels of is op zoek naar een baan. Een aanzien- lijk deel rekent zichzelf tot de creatieven. Hieronder wordt tegenwoordig van alles geschaard: journalisten, koks, grafisch designers, artiesten etc. Hoewel menigeen reke- ning moet blijven houden met zijn uitgavenpatroon lijkt de crisis wat meer naar de achtergrond gedrongen. Er wordt veel in netwerken geïnvesteerd en optimisten vin- den dat een crisis juist nieuwe kansen biedt, Panelleden horen vaker verhalen van vrienden die in een innovatieve start-up zijn gestapt of hun zinnen hebben gezet op activiteiten (cultureel, culinair, artistiek etc.) in de nog immer groeiende feestcultuur. De panelmethode De panelstudie verzamelt doorlopend informatie over de Amsterdamse drugsmarkt. Dit gebeurt op basis van interviews met insiders in verschillende netwerken en scenes van gebruikers. In tegenstelling tot andere onderdelen van Antenne gaat het in de panelstudie nauwelijks om cijfers, maar om dynamische processen als uitgaanstrends en druggebruik onder jongeren en jongvolwassenen. Hoewel we de bevindingen van de panelstudie niet in cijfers uitdrukken, kunnen we er wel algemene ontwikkelingen mee schetsen. Dit doen we door de trendsetters en de vroege trendvolgers in de gaten te houden. Zij experimenteren meer dan gemiddeld met drugs en zijn vaak voortrekkers van nieuwe ontwikkelingen in het uitgaansleven. We onderscheiden drie typen trendsetters: maven, connectors en salesmen.’ De maven (bollebozen) hebben veel kennis van het uitgaanscircuit en/of de drugs- markt en kunnen ons hierover alles vertellen. Ze opereren deels achter de schermen, maar wisselen ook onderling specifieke informatie uit over drugs. Ze weten ons haar- MW Gladwell (2000). 198 ANTENNE AMSTERDAM 2016 fijn uit te leggen hoe de vork in de steel steekt als het gaat over farmacologische eigenschappen van verschillende typen drugs. Soms zijn ze betrokken als innovators die uit hobbyisme veel chemische kennis hebben en een buitengewone interesse ver- tonen voor (nieuwe) drugs. Zij hebben niet de behoefte om nieuwe chemische inno- vaties bij een groot publiek onder de aandacht te brengen. De connectors opereren dynamischer en zijn goed op de hoogte van de uitgaans- en drugsmarkt. Soms sijpelt er kennis door van de maven waar ze soms contact mee hebben. De connectors we- ten precies waar de belangrijke of invloedrijke spelers op de markt zich bevinden en welke posities ze innemen binnen het hectische uitgaansleven. Connectors investeren veel tijd in sociale contacten om op de hoogte te blijven van nieuwe ontwikkelingen. De kracht van salesmen of proseliteerders (evangelisten)? is hun vermogen om te overtuigen en zo een grotere groep, tot zelfs de grootste sceptici, te enthousiasmeren voor een ‘nieuwe! drug, clubavond of mode. Daar waar anderen voorzichtig zijn, wil de evangelist het van de daken schreeuwen. Het is goed mogelijk dat trendsetters meerdere posities en rollen hebben. Aangezien de innoverende, producerende en consumerende segmenten binnen het uitgaansleven vaak in elkaar grijpen, kan ie- mand zowel de rol van de connector als van de safesman spelen. De leden van het panel worden sinds 1994 doorlopend twee keer per jaar onafhanke- lijk van elkaar face-to-face geïnterviewd. Hiermee voorkomen we dat leden elkaar beïnvloeden of napraten. Iedereen die deel uitmaakt van het panel heeft zicht op een bepaald netwerk, een specifieke scene of locatie waar alcohol en drugs worden ge- consumeerd. Het is overigens niet uitgesloten dat netwerken elkaar deels overlappen. Zowel op megafeesten als in favoriete clubs of cafés kunnen panelleden tegelijkertijd aanwezig zijn en vanuit hun eigen beleving verslag doen van het feest, de locatie en de sfeer. Het gaat daarbij niet om het eigen druggebruik, maar over wat zij waarne- men in hun netwerk en directe omgeving. De verhalen van clubmedewerkers en stap- pers kunnen zeer uiteenlopend zijn omdat er vanuit een verschillend perspectief wordt gekeken. Dit maakt de panelmethode juist zo boeiend, omdat we in onze ana- lyse en vertaling van de verhalen over het hedonistische uitgaansleven en (nieuwe) patronen, signalen en trends in verschillende dimensies op de voet kunnen blijven volgen. HB Cohen (1975). BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 199 Om de anonimiteit van zowel panelleden als clubs, cafés, coffeeshops, etc. te waar- borgen noemen we geen namen van horecagelegenheden als deze door panelleden direct in verband worden gebracht met druggebruik of -handel. Deze voorzichtige benadering is een bewuste keuze om panelleden en locaties niet in diskrediet te brengen. Als er een impressie wordt gegeven van een populaire clubavond of party, dan wordt de locatie gewoon vermeld, aangezien we dan niet ingaan op het midde- lengebruik. Aangezien sommige panelleden twee verschillende netwerken beschrijven wordt elk panellid met een nummer én de letter ‘a’ of 'b' gecodeerd om de verschil- lende netwerken te typeren. Geruchten, signalen en trends In de gehanteerde panelmethodiek is een beveiliging ingebouwd om vage en moeilijk traceerbare geruchten te onderscheiden van duidelijk waarneembare verschijnselen die zowel door panelleden als onderzoekers geverifieerd kunnen worden. Deze waar- neembare verschijnselen noemen wij signalen omdat ze werkelijk in het oog springen en zodoende ook kunnen worden gevolgd en zo mogelijk zelfs verklaard. Maar signa- len zijn nog geen trend. Waar precies een signaal ophoudt en een trend begint, is niet altijd duidelijk aan te wijzen omdat het over illegale middelen gaat, waarover geen productiecijfers van fabrikanten bestaan. Dit maakt het des te complexer om hypes te onderscheiden van werkelijke trends. We spreken pas van een trend als meerdere panelleden in verschillende netwerken tegelijkertijd en onafhankelijk van elkaar een vergelijkbare en nieuwe ontwikkeling waarnemen in de uitgaans- of drugsmarkt. Bij voorkeur worden deze waarnemingen ook bevestigd door andere, kwantitatieve onderdelen van Antenne. De panelstudie bevat actuele informatie over spraakmakende hypes, nieuwe scenes, muziekgenres en uitgaanslocaties. Maar de betekenis en het belang van het Amster- damse uitgaansleven wordt ook in een sociaal-culturele en historische context ge- plaatst die veel verder reikt dan de vluchtigheid van hip en hype, die vaak vergankelijk en tijdsgebonden blijken te zijn.?® Wat bij wijze van spreken vandaag in de mode is, kan morgen alweer passé zijn. Onze focus is daarom niet alleen gericht op nieuwe fenomenen binnen een uitgaanssetting. Ook de dynamiek van de verschillende 19 Leland (2004). 200 ANTENNE AMSTERDAM 2016 drugsmarkten en prijsontwikkelingen, de verandering van toedieningswijze, riskante en/of favoriete combinaties en de opkomst van nieuwe synthetische of natuurlijke middelen worden gevolgd en beschreven. Het blijft daarom van evident belang om ontwikkelingen in de drugsmarkt, veranderende leefstijlen en gebruik van genotmid- delen onder jonge mensen op empirisch controleerbare wijze te blijven volgen. Deze kennis blijft een belangrijke bron voor beleid, preventie en hulpverlening en leidt te- vens tot een beter begrip en duiding van hedendaagse jeugdstijlen. Geruchten, signalen, trends en hypes Geruchten zijn berichten die niet verifieerbaar en soms zelfs empirisch pertinent onjuist zijn. Signalen zijn duidelijk waarneembare, maar zich (nog) niet systematisch manifesterende ontwikkelingen, waarbij (nog) niet gesproken kan worden van een trend. Van trends is sprake wanneer we uit diverse onafhankelijke bronnen een duidelijke, systematische en empi- risch verifieerbare toe- of afname in aard of omvang van middelengebruik waarnemen. Ze zijn het resultaat van een cumulatie van ontwikkelingen die al langer aan de gang zijn. Er is een duidelijke verspreiding van het gebruik van een ‘nieuw’ middel of van een ‘nieuwe! toedieningswijze, dan wel een revival van ‘oude’ middelen of toedieningswijzen over uiteenlopende netwerken. Hypes zijn vluchtige fenomenen die snel wegebben. Zij kunnen wel enige empirische basis hebben, maar het gaat doorgaans toch vooral om anekdotische verhalen die vaak in de media worden opgeklopt. De panelstudie geeft op de langere termijn meer inzicht in gebruikspatronen, regule- ringsmechanismen, de mate van interesse in ‘nieuwe’ drugs en het verschijnen en verdwijnen van middelen op de gebruikersmarkt. Elke nieuwe generatie ontdekt en gebruikt op haar eigen wijze en onder een ander gesternte de genotmiddelen die in omloop zijn. Dit verklaart waarom het middelengebruik een golvend karakter vertoont met pieken en dalen. De nieuwkomers vormen voor zichzelf een beeld op grond van hun eigen ervaring, ervaringen van vrienden en de informatie die op dat moment voorhanden is. Internet is voor jongeren een veilig en rijk medium om op speciale voorlichtingssites specifieke informatie over drugs te zoeken of vragen te stellen aan de eigen feestcommunity. Nieuwe hypes, rages en kicks worden — mede door nieuwe communicatievormen als Facebook, Instagram en YouTube — snel bekend in de scene. Panelnetwerken en panelmutaties Wie hypes en trends van druggebruik binnen jongerenculturen wil duiden, heeft een daarop afgestemde methode nodig die flexibel én voor langere tijd geldend en toe- BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 201 pasbaar is. Continuïteit is daarbij van essentieel belang om de golfbewegingen van trends in druggebruik door de tijd te volgen. Het streven is om alle deelnemende panelleden twee maal per jaar te interviewen. We slagen hier grotendeels in, maar kunnen niet voorkomen dat panelleden om wat voor reden dan ook afhaken. Om nieuwe ontwikkelingen op de voet te blijven volgen, is het noodzakelijk om het panel aan te blijven vullen met leden die een goed begrip hebben van nieuwe fenomenen in het uitgaansleven. Verderop in deze bijlage staat bij elk panellid vermeld aan welke meting hij of zij heeft meegedaan en welke speci- fieke netwerken worden vertegenwoordigd. Ook wordt een overzicht gegeven van panelmutaties met nieuwe, vervangen en uitgetreden panelleden. De panelmutaties zijn onderverdeeld in drie categorieën: nieuwe panelleden, die een nieuwe locatie of netwerk vertegenwoordigen; vervangen panelleden die worden vervangen door ande- ren afkomstig uit hetzelfde of gelijksoortig netwerk; en uittredende panelleden die niet worden vervangen omdat er geen geschikte opvolger is, Nieuwe panelleden Er zijn zeven nieuwe personen in het panel geworven na tips van panelleden of op basis van veldwerk benaderd: e Camille (141a) stapper in verschillende uitgaansscenes. e Pim (142a) feestorganisator en psychonaut. e Jan (144ab) fervente stapper in verschillende uitgaanscenes. e Lex (145a) homocircuit, clubs en afters. e PJ (146a) homocircuit / underground. e Dennis (147a) clubmanager. Uittredende panelleden In totaal zijn er vijf personen uit het panel getreden die niet zijn vervangen: e Keith (140a) is onverwachts naar Berlijn vertrokken en niet meer bereikbaar. e Cedric (138a) is na t45 gestopt. Hij zegt dat hij de ontwikkelingen bij de nieuwe generatie niet meer voldoende volgt. e Jade (134a) was stafmanager van een club, maar heeft na sluiting niet voldoende zicht meer op de scene. 202 ANTENNE AMSTERDAM 2016 “Te _ Ponjo (81a) heeft besloten om uit het panel te stappen. De groepen en clubavon- den waarover hij jarenlang vertelde zijn niet genoeg vernieuwend meer om nieu- we trends te ontdekken. e André (141) is gestopt in het buurtpanel omdat hij onvoldoende zicht heeft op het drugsgebruik. (zie buurtpanel). Vervangen panelleden Twee panelleden worden door een ander panellid vervangen, die deel uitmaakt van hetzelfde netwerk: e Angelina gaat steeds minder uit in de urban scene en haar plaats wordt ingeno- men door Nuri (1183). e Henk (barkeeper) wordt vervangen door Tonio (56a/b). Toelichting bij tabellen panelnetwerken e Een vervangend panellid dat zicht heeft op dezelfde scene en/of locatie behoudt hetzelfde panelnummer als het panellid dat hij/zij vervangt en wordt aangeduid met een V. Een geheel nieuw panellid dat zicht heeft op een nieuw netwerk of lo- catie en geen ander panellid vervangt, wordt aangeduid met een N. e De kolom T geeft het nummer van de meting aan (45 en/of 46). e De kolom andere etniciteit: allochtoon (all), Antilliaans (ant), Australisch (aus), Azia- tisch (azi), Dominicaans (dom), Europees (eur), gemixt (mix), halfbloed (half), Hon- gaars (hon), Latino (lat), Marokkaans (mar), Moluks (mol), Pools (pol), Roemeens (roe), Surinaams (sur), toeristen (toe), Turks (tur), Verenigde Staten (vs), Zuid- Amerikaans (zam). Tabellen | Tabel 1 panelnetwerken club- en partycircuit setting leeftijd andere „naam functie code _T__ scene (gem) aantal___®___NL etniciteit __ Bram clubber 94a 45 Vip/ mode 20-50 200 50% 80% 20%mix nn On BD ann vrienden 94b 45 harde kern 28-35 10-20 0% 80% 10% sur re BOOD nn B a Ee OPO MIK Camille Stapper 14la 45 Alternatief/ 18-35 250 50% 85% nn 0 Underground (25) nennen Cedric stapper 138a 45 clubs 23-30 20 5% 80% 20% toe BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 203 | Tabel 1 panelnetwerken club- en partycircuit (vervolg) setting leeftijd andere „naam functie ___ code T__ scene _______(gem.) aantal 9 __NL _ etniciteit __ David dj 57b 45 gay 18-60 30 1% 80% 20% eur nn 46 Underground 35-40) (250) Dennis clubmanager 147a 46 multi club 21-35 750 50% 50% 50%toe (27) Frans clubber 58a 45 gay 24-50 50 40% 75% 25% mix rn AO nn ZO) a ZOO) eenen Henk & clubstaf 56a 43 urban 18-35 800-1000 50% 25% 15% toe Tonio a DN ann OH AN clubstaf 56b 43 dance 18-40 6000-1200 50% 70% 30% toe an an Nan (0 BN Jamie stapper/ 113a 45 hardcore 18-40 200 40% 100% rn dealer 46 cafés centrum (25) ennn Jan raver 144a 45 Ravers 20-35 20 40% 90% 10% mix nn Dn DE) ann stapper 144b 45 Studenten 26-35 50 40% 100% rn HO t@ChNO ZB) ennn Jasmin promotor 85a 45 techno 20-28 75 50% 75% 25% mix STAPPEN A6 festivals CA) Joris psychonaut 126a 45 psychonauten 18-40 20-50 45% 60% 40% mix ann AO nn LE) ar LOO) nn Jort organisator 135a 45 raves 20-30 150-450 50% 100% arn A a CE) an Joya stapper 136a 45 clubs 18-45 20(200) 60% 80% 15% eur nn eStNAlS 20) MIK Koen stapper 116a 45 cafés 20-35 60 50% 830% 20% all nn Â0CUDS RD Kofi party- 132a 45 urban 18-35 200 60% 35% 65% mix fotograaf 46 muziekstijlen 25) Lex stapper 145a gay 20-35 100 100% nn Â0 UDSR Lotje stapper 130a techno/R&B 19-30 100 60% 100% nn Â0CAFES RD Nuri stapper 118a Urban 18-30 300 50% 15% 85% all a N a OE ae Pim organisator _142a 45 techno 18-30 50-100 40% 90% 10% eur nnn enen On. PSYFANCE Annen PJ clubeigenaar 146a 45 homo 25-45 150 5% 40% 60% mix Ne BO Underground Sophie horeca + 133a 45 urban mix 18-35 150 40% 50% 50% all STAPPEN A6 hiphop RO BO Sjar! stapper 139a 45 raves 20-28 20 40% 100% 204 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2 top drie drugs club- en partycircuit Drug 1 Drug 2 Drug 3 a Ab ecstasy ecstasy cocaïne _____ cocaïne ___amfetamine _amfetamine „Camille _14la _ cocaine ____ cocaine ketamine ketamine ___4-FA amfetamine „David _57b ecstasy ecstasy GHB GHB Poppers Poppers „Dennis Ma COCAINE EESLASY a AMfetamine Henk & 56a _ cocaine __cocaine __ecstasy ____ @CStASY a 4D GHB AFA AMfetamine BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 205 | Tabel 3 druggebruik club- en partycircuit Yv u u S S = - ke] _ n © © Eem € € == Se _ < < vz vz > S S z 5 5 E 8 & 5 E So 5 © Ö Ü G rz zr 0 © o 0 0 o 0 5 © o ON dd co mn 7 mn à à Ss mn 5 ï 8 À 8 re AEK TNT RRT VERDER TRR RT TER dE ante pee meene eee “eoeaïne (poeder) UH ORR TRT eee eee crack (basecoke) De Oee ecotrip (o.a. cactus, Ânes salvia, DMT) 26 7 : - 5 : : : : : eea ee a a a a ETR erectogenen (viagra 455 etc.) 46 - - - - kk k kkk _ _ See NE heroïne / methadon 45 >te ketamine 45 X X kkk” kk kkk kk — X peen NE de LSD Dee 46 — — — kkk — — — — — methamfetamine Dee paddo's ÂD ene ee 46 — — — kk X — — — — poppers RD ne 46 - - - k kkk - kk - _ slaapmiddelen IDE ne a 46 kkk” — — X X — kkk — 2c-B ID 46 - - > - > - - - geeen dee overige nieuwe ID ane -_= 0% *= 110% **= Il 25% == 26 — 50%; A 51 — 75%) vA — 76 — 100% 206 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 3 druggebruik club- en partycircuit (vervolg) S > > S 3 5 - a L — a 4e OO sv © CG CG CG CG CG kaj 3 i ï 2 8 EN a S 5 A T A Td lam! Jd Jd Jd lam! Td Jd alcohol 45 kkkk” kkkk” kkk” kkkk” kkkk” kkkk” 46 kkk kkkk” kkkk” kkkk” kkk” kkkk” kkkk” kkkk” kkk amfetamine 45 kkk kkk kkk kkk kkk kkk 46 kkk kkkk” kkk kkk kkk kkk kkk kkk X cannabis 45 kkk kk kkk kkk kkkk” kkk 46 kkk kkk kkk kk kkk kkk kkk kk kk cocaïne (poeder) ID nnn 46 X X kkkk” kkk X kk kkkk” kkk kkk crack (basecoke) ID nnn nn TO ecotrip (o.a. cactus, 45e a „salvia, DMI) 46 An ecstasy nnn 46 kkk kkk kkk kkk kkk kkk kkk kkk kkk erectogenen (viagra 45 CC) AO GHB 45 X kkk kkk kkk kkk X 46 kkk kkkk” X kk kk kkk kk kkk X heroïne / methadon 45 ketamine 45 X kkk kkk kk kkk kkk 46 kkk kkk kk kkk kkk kk kkk kkk kkk lachgas ID a 46 kkk kkkk” kkk kk kkk” kkk kkk kkkk” kkk LSD 45 — X kkk X kkk X 46 X kkk — X kkk X kk X — _methamfetamine 45 paddo's ID nnn a a 46 * * _ _ kk * * * _ poppers 45 46 _ kkk _ _ k * kk kkk _ slaapmiddelen ID nnn a 46 X kkk kkk X kkk X kk X — 2C-B 45 _ * kekekek * kkk _ _ 46 * kkk _ * kkk * _ kk _ 4-FA 45 kk kk kkk kkk kkk kkk 46 kkk kkkk” kkk kk kkk kkk kkk kkk kk overige nieuwe 45 - * * kk psychoactieve stoffen 46 "mm REE -_= 0% *=1-10%**= 11-25, == 26 - 50% 1 51 - 759%; tE — 76 - 100% BIJLAGE A PANEL UITGAANDERS 207 | Tabel 3 druggebruik club- en partycircuit (vervolg) — & — 2 = a Le E = ze 8 8 EF & u u 8 8 a 8 8 8 T lam! A Jd Jd A A alcohol 45 kkk” kkAAK kkk” kkAAK 46 kkk” kkAAK kkk” kkk” kkAAK amfetamine 45 kkk kkk” kkk” kkk” MET TT cannabis 45 kkk” kk kkk” kkAAK 46 kkk X kkk” kkk” kkAAK ‘cocaïne (poeden 45E 46 — X kkk” kkk” kk crack (basecoke) AD nnee nn Oee ecotrip (o.a. cactus, ÂD nnn „salvia, DMI) 46 rn 46 kk kkk kkk” kkk kkAAK erectogenen (viagra 45e en CC) BOE GHB 45 X kkk kkk kk 46 — X X kkk” kk heroïne / methadon 45 ketamine 45 kkk kkk” kkk” kkk” 46 — — kkk kkk” kkk” NN 46 kkk — kk X kkAAK LSD 45 X X kkk kkAAK DET TT methamfetamine 45 paddo's 45 — X kk kkAAK MET TT poppers ÔD nn 46 _ kkk _ 4 _ slaapmiddelen LD nen 46 - - : * : 2C-B 45 — kkk kk kkk 46 - - - kk kkk 4-FA 45 kk — kk kkk” 46 — — X kkk kkk overige nieuwe Daanen -=0%*=1-10%**=11-25% == 26 - 50% == 51 - 75%) ek — 76 - 100% 208 ANTENNE AMSTERDAM 2016 BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 1 SUIVEY …aveovoonvonvensensenvonvensennvonvensensennvonvenvenseonvonnvonvensensvonvonvensensvonvenvenseorvonvensenee 2 LA Tabel 1.1 populatie, steekproef en respondenten... nnunnennanernnnneneerreennnnerseeennnerreeernnnnnneereeennnnen 212 Tabel 1.2 geslacht, leeftijd en woonplaats …......…nnnnnannaanunnnareenennnnereeeennneeeseerennnnerreeennnnerserennnenseeen 2 13 Tabel 1.3 @tniCit@ iten enersennnner eenen aeranane sarren eerennnnnerserennnneserrsnnnenerreenennerserennnn reen LI Tabel 1.4 UITGAAN nnen areesennnneraeaennneenserrennnnerrannnnnereeaennanerserennnneerreennnnereerennnnerrerrnnnnreerrnennnner 21Á Tabel 1.5 sociale media... aannam aaarnnnnnereenennnner eenen sereennnaaersennnnerreen enne serennnnereerrennnnnerreenennereern 1Á Tabel 1.6 GAMEN anna anneranaennnnersearennnen sarren ernesennnneraaaenanen sereen aarenaanennereenennnner sereen ereernennnnnerrerennnnercenn D 1Á Tabel 1.7 gokken ….….....nn aaan anersennaneenseeunanesarenanenserrennnaereneenanerseeennnnersarrennneneerennennner vereren ereeen DLD 2 Middelengebruik …….…enssenesconesrssenessenssersconenrssenensonsorssenesaensseorsnrssenevaereseer 2LO Tabel 2.1 tabak. nnnnnanenenenennenenenenee vennenenenenveneneneneenenenenennenenenenvenenenenvenen 216 Tabel 2.2 frequentie en hoeveelheid tabak (huidige rokers) nnn annen aeaennnneeersennnnereenn 216 Tabel 2.3 tabak per subgroep … nnn aanname saerseneneeersenseaeeeeeennnnenserrennnaneeeesenneeensereennnereerrsennnerseen DLT Tabel 2.4 elektronische sigaret en shisha unne aaernennanereeseneeer sereen erserrennnnneereeensseersenn 21 Tabel 2.5 alcohol. …..nnenesannenenenenvenenenenenseneenenenenennenenenenvenenenenvenenenenveneneneneerer 218 Tabel 2.6 frequentie en hoeveelheid alcohol (huidige drinkers) nnn 218 Tabel 2.7 riskant drinken en negatieve aspecten (huidige drinkers) … nanne 219 Tabel 2.8 alcohol per subgroep … nnn aaan aaareeaennaneraeaenane sereen seaeersennanerreeennnne vereren ereerennnnnerreeennnnersenn 22 Tabel 2.9 _ blowen…….….......nnnsnenenenennenenenenvenenenenensenvnenenenennenenenenvenenenenvenenenenveneneneneener 22 L Tabel 2.10 frequentie en hoeveelheid cannabis (huidige blowers)... nnee 221 Tabel 2.11 riskant blowen en negatieve aspecten (huidige blowers) … nnn aannamen 222 Tabel 2.12 blowen per subgroep ......nnnnnnananannman er aaernennaneersennnnereeeennaersarrnennaneereeennnnerserenanereerrnnnnnnerrerennnnen 23 Tabel 2.13 elektronische joint en shisha…... nanne aaarnnnnnereenennnnereeneennnerserrennnneereeennnnereenennnnereeen 223 Tabel 2.14 energydrinks…………nnesvenenvonennensenenneneenensenensenennenennenennensenensenennenen 224 Tabel 2.15 frequentie en hoeveelheid energydrinks… nnn aaarnnnnanerersennnnenseennmanseeeesennnnersenn 22 Tabel 2.16 energydrinks per subgroep nanasan seer nereesennnneraesennnneseerannneneereeennnnerserennnn ereen OD Tabel 2.17 xtc-pillen nn onenenvenenneneenennensenennenennensanensenennenennenennenvenenvenennenen 220 Tabel 2.18 frequentie XTC-pillen (recente gebruikers) ….....nnnunneansaannnnnnerersennnnenseernnneerseersennnmerseen 220 Tabel 2.19 XTC-pillen per subgroep …......nnnnnnnaannennnneraaerneneneeernennaneereennnan en aerrennnnereesennnnen veenman sreerrsennnnerceen 22 Tabel 2.20 MDMA-poeder nn nnnnaannnennnerseaennnneseersnnnanernaennanereeaeunanersereenansreenmannennerseeennnnereerrnnensrernmeennnner 22 À Tabel 2.21 MDMA-poeder per subgroep... aaan aanernnnnanereeaeunnnerseernnneeseeerennnnnereeeennanerserrneneseaerrsennnner ZO À BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 209 Tabel 2.22 COCAÏNE ………navnnenenenvenenenenvenenenenen senvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenenren 22 Tabel 2.23 frequentie cocaïne (recente gebruikers) … anna aaarnnnnnerereeennnenseenenneeersennnnerseen 220 Tabel 2.24 cocaïne per SUDGrOep nanne serene sereen sereersennanereeaennnnenserennnnereernnnennerrerennnnersenn LAG Tabel 2.25 amfetamine … ….…..nnnenenenenvenenenenensenvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenenner OO Tabel 2.26 frequentie amfetamine (recente gebruikers) … nm aannannaaernennnnereeeennnnenseennmaneerrsen 220 Tabel 2.27 amfetamine per subgroep … nnen seerennnereenennnerreeeennnn er seerennneneereeennerrserennnnereeen ZOT Tabel 2.28 methamfetamine … nanasan seersanneneersenaaareeseunnne sereen ereeersenn eee eeaennnnereeernnnnereerrsenreeer 23Û Tabel 2.29 methamfetamine per subgroep … unne seernnaneneerrenanereeeennnnerserrnnnnereereen ennen 23Û Tabel 2.30 GHBnenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenvansnanenenvensvensvensvensnenenenenenenensnensversnene 23 T Tabel 2.31 frequentie GHB (recente gebruikers) nnen sarrennnneeeeneennereeeeennnnerseernnnnneerreen 23 L Tabel 2.32 GHB per SUDGrOepP … aanname aaerananaeerneanneeeeen nnee seaeennneraarrennnneereenennerserennnner sarren 23 L Tabel 2.33 lachgas … ……nsanneseanensonensenensenensennensnnensenensenennenennensanenvenensenensenennenennen 232 Tabel 2.34 frequentie lachgas (recente gebruikers) … nnn annnnenunsnererunaneeennsererunsnereeneeeerannseerenserernene DI Tabel 2.35 lachgas per subgroep … nnn aaan aaernennaneeraennanereeaenneeenaerrennnaneeeeeennnnerserenneenseerrnnnnnnerrerennnnen DI Tabel 2.36 ketamine ..nennenenenenenvenenenenvenenvenenenenvenenenenvenenenenvenenenenvenenenenennenenen 23 3 Tabel 2.37 frequentie ketamine (recente gebruikers)... nnnnnneananrunnneerernennnnereeeeenneerserrnnnnneerrsen 233 Tabel 2.38 ketamine per subgroep nnn aaanuaneanenernnnnaneersennnnereeeeunnneeseernnnnneereeennnnerserennnneereernnnnnneererennnner IS Tabel 2.39 _NPs (nieuwe psychoactieve stoffen) ooit-gebruik … 234 Tabel 2.40 NPS per subgroep (ooit-gebruik) naan seeennaneeaerseneaereeeennnnersereennnreerrsenrener 2IÀ Tabel 2.41 psychedelica (paddo's, LSD en DMT) …….sansssennenennenennensenensenensenennenennen 23 D Tabel 2.42 psychedelica per subgroep (ooit-gebruik) annae seen eeennnennneereeennnner ID Tabel 2.43 ‘straatdrugs’ (heroïne en crack) ennesensenenseneenenennensenensenennenen 230 Tabel 2.44 ‘straatdrugs’ per subgroep (ooit-gebruik) … nana aneraeananereeeennnnen veenman ereeersennneer 23Ó Tabel 2.45 _ ritalin … nn enenenenenvenenenenensenvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenenner ZIT Tabel 2.46 ritalin per subgroep … annae seerenneaaerennnrernnaennnnereerennnner sereen srernnaennnnerserennnnereerrnen OT Tabel 2.47 _slaap- en kalmeringsmiddelen… …………….nnssensenenneneenenseneneenen 236 Tabel 2.48 slaap- en kalmeringsmiddelen per subgroep … ......nnnunnnnaannannnanereeeennnner sereen srernesennnner 23Ô 3 Verdiepende analyses .evenvenconenvenvensenvenvenvenennensenvenvenennensenveneonennenvene 230 Tabel 3.1 typen gAMErs ….n nnen ereen aranea ereen ananas ereen ennn eeeeneenensnnneerrneenaeansereenneenernnnneernneeerrannneerneereernene 23 Tabel 3.2 profiel per type gamer nnn aaannnnenenernennanee reau seaeennerseerrennneereeeennnerserennneereerrnnnneereeennnner 2IÒ Tabel 3.3 negatieve aspecten drinken afgelopen jaar (huidige drinkers) … nnen 240 Tabel 3.4 probleemperceptie en negatieve aspecten drinken (huidige drinkers) … … 240 Tabel 3.5 ervaren negatieve aspecten drinken afgelopen jaar (huidige drinkers)… 240 Tabel 3.6 negatieve aspecten blowen afgelopen jaar (huidige blowers) nnn 241 Tabel 3.7 probleemperceptie en negatieve aspecten blowen (huidige blowers) … nn... 241 Tabel 3.8 ervaren negatieve aspecten blowen afgelopen jaar (huidige blowers) … 241 Tabel 3.9 polygebruik stimulantia (recente gebruikers) … nanasan earns eeens eeens eeens seneeeeernnseen 2 2 Tabel 3.10 polygebruik cannabis, stimulantia, straatdrugs (recente gebruikers) … nnen. 242 210 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Verschillen (p-waarden) * < 05 HA < 01 HAA < „005 HAHA < „001 ns. geen significant verschil Verschillen tussen percentages zijn getoetst middels een chi-kwadraat analyse; bij verschillen tussen gemiddelden is gebruik gemaakt van een T-test of Anova. BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 211 1 Survey | Tabel 1.1 populatie, steekproef en respondenten 10 totale populatie 21 steekproef populatie respondenten re 5 26.084) MT 2010) ME L972, sector agrarisch 0.0% 0.0% 0.0% combinatie van sectoren 1.9% 0.0% 0.0% economie 44,5% 42,6% 38.6% techniek 28.7% 33,9% 390% „zorg en welzijn nn 24E kwalificatieniveau 1 3.0% 28% 3.3% 2 16.9% 162% 172% 3 25.1% 25.3% 23.7% geslacht man 51.7% 45.6% „NMFOUW en OD a EL, leeftijd 15-16 jaar 12.1% 9.0% 17 jaar 20.7% 227% 18 jaar 20.6% 219% 19 jaar 15.5% 15,4% 20-22 jaar 228% 23.9% 120 DUO cijfers schooljaar 2014/2015, exclusief HMC 1 Cijfers deelnemende vestigingen schooljaar 2015/2016. 212 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 1.2 geslacht, leeftijd en woonplaats TOTAAL geslacht man 45,6% „MFOUW nn A leeftijd 15-16 jaar 9.0% 17-18 jaar 446% 19-20 jaar 28.0% 21 jaar en ouder 184% gemiddeld (s.d.) 18.9 (2.4) woonplaats Amsterdam Centrum 2.8% Noord 5.9% West 10.9% Nieuw-West 47% Oost 5.5% Zuid 3.8% Zuidoost 6.5% TOTAAL ne O2 woonplaats buiten Amsterdam Aangrenzende gemeente 194% Overig Noord-Holland 28.0% Zuid-Holland 3.6% Utrecht 24% Flevoland 5.0% Overige provincies 1.2% TOTAAL nnn 28% | Tabel 1.3 etniciteit TOTAAL geboorteland vader moeder respondent Nederland 61.0% 04.5% 88.2% Suriname 79% 74% 1.8% Antillen 31% 27% 1.8% Turkije 48% 4,6% 1.0% Marokko 10.8% 3,9% 22% overig westers 42% 3.8% 12% overig niet-westers 7.9% 12% 3.8% etniciteit Nederlands 564% Surinaams 92% Antilliaans 34% Turks 5.0% Marokkaans 11,1% overig westers 64% overig niet-westers 8.5% westers 62.8% „Niet-WESters nennen 37,2% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 213 | Tabel 1.4 uitgaan TOTAAL aantal dagen uitgegaan afgelopen maand geen enkele keer 427% 1 keer 16.6% 2-3 keer 27.3% 4-9 keer 10,5% uitgaanstype afgelopen maand thuisblijver (O keer) 427% gelegenheidsstapper (1-3 keer) 44,0% „vaste stapper (> 4 keer) ee uitgaansgelegenheid afgelopen maand café 38,2% club 37,2% rave 6,9% „muziekfestival / dance event / party | Tabel 1.5 sociale media TOTAAL aantal uur per dag bezig met sociale media helemaal geen sociale media 5.1% minder dan 1 uur per dag 9.6% 1 tot 3 uur per dag 26.0% 3 tot 5 uur per dag 249% 5 tot 10 uur per dag 20.1% „meer dan 10 uur per dag | Tabel 1.6 gamen TOTAAL aantal uur per dag gamen doordeweeks helemaal niet 54,6% minder dan 1 uur per dag 171% 1-3 uur per dag 14,5% 3-5 uur per dag 7.0% „meer dan 5 uur per dag 00, aantal uur per dag gamen in het weekend helemaal niet 507% minder dan 1 uur per dag 15.2% 1-3 uur per dag 142% 3-5 uur per dag 8.8% „meer dan 5 uur per dag TD 0, 214 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 1.7 gokken TOTAAL aantal keer geld uitgegeven aan online gokspelletjes afgelopen jaar 0 keer 974% 1 keer 0.5% 2-3 keer 0.8% 4-9 keer 0.8% aantal keer geld uitgegeven aan ‘echte’ gokspelletjes afgelopen jaar 0 keer 89.8% 1 keer 23% 2-3 keer 3.5% 4-9 keer 19% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 215 2 Middelengebruik | Tabel 2.1 tabak TOTAAL ooit-gebruik 574% 1 of? keer 14,8% recent gebruik 43,4% huidig gebruik 35.3% A startleeftijd gemiddeld (s.d.) 14.6 (2.2) | Tabel 2.2 frequentie en hoeveelheid tabak (huidige rokers) huidige rokers nn 15697) frequentie minder dan 1 dag per week 25.5% 1-2 dagen per week 11.5% 3-4 dagen per week 79% 5-6 dagen per week 4,9% hoeveelheid per dag minder dan 1 sigaret 3.5% 1-2 sigaretten 21.5% 3-5 sigaretten 27.5% 6-10 sigaretten 29.8% 11-20 sigaretten 15.8% meer dan 20 sigaretten 1.9% gemiddeld (s.d.) 6.9 (5.8) te veel of te vaak (eigen mening) ja 527% EEL 216 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.3 tabak per subgroep aantal sigaretten geslacht ns. ns. ns. mett man 564% 424% 36.3% 7.7 (6.5) vrouw 582% 442% 346% 6.2 (5.1) Teehijd bee 15-17 jaar 487% 381% 28.5% 5.8 (5.6) 18-20 jaar 573% 433% 36.0% 6.7 (5.7) „21 jaar en ouder 723% 32% 60% 8360, etniciteit mett mett mett ns. westers 64,3% 494% 404% 6.9 (5.7) „niet-westers O7 6862) woonplaats mett mett ad ns. Amsterdam 50.6% 384% 311% 6.8 (6.0) „elders ee 19% AOT % SLS 5). sector * ns. ns. ns. economie 57.0% 43,9% 36.5% 71 (5.8) techniek 60.3% 43.5% 34,0% 64 (5.9) „zorg en welzijn 28 3 EN. kwalificatieniveau ns. ns. ns. ns. 1 50.0% 364% 288% 72 (5.7) 2 547% 41,5% 33.8% 7.5 (6.2) 3 561% 42,2% 35.8% 7.0 (5.4) | Tabel 2.4 elektronische sigaret en shisha e-sigaret e-sigaret shisha shisha ee Tet nicotine __ zonder nicotine _ met tabak _ zonder tabak. ooit-gebruik 21.6% 161% 49,3% 23.7% recent gebruik 11.8% 82% 32.5% 14.9% „huidig gebruik 61% 0% 40% 8%, BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 217 | Tabel 2.5 alcohol TOTAAL ooit-gebruik 79,4% 1 of? keer 104% recent gebruik 74,4% huidig gebruik 65.1% DOPOÛKS nnn OE startleeftijd gemiddeld (s.d.) 15.4 (2.4) | Tabel 2.6 frequentie en hoeveelheid alcohol (huidige drinkers) huidige drinkers enn LZ 1283) frequentie minder dan 1 dag per week 46.5% 1-2 dagen per week 391% 3-4 dagen per week 10.0% 5-6 dagen per week 1.7% hoeveelheid per dag minder dan 1 glas alcohol 11% 1-2 glazen alcohol 19.7% 3-5 glazen alcohol 39,7% 6-10 glazen alcohol 284% 11-20 glazen alcohol 10.2% meer dan 20 glazen alcohol 1.0% gemiddeld (s.d.) 5.9 (4.8) 218 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.7 riskant drinken en negatieve aspecten (huidige drinkers) huidige drinkers zoveel gedronken dat je onwel werd of ‘out’ ging ja, het afgelopen jaar 271% 1 keer 87% 2-3 keer 8,3% 4-9 keer 37% 10 keer of vaker 6,4% ja, langer geleden 26,4% „EE, MOOÏE nennen OE gedronken onder schooltijd of tijdens stage ja, het afgelopen jaar 13.3% 1 keer 50% 2-3 keer 49% 4-9 keer 1,5% 10 keer of vaker 20% ja, langer geleden 13.8% „ee, MOOÏE annen ed LE 0 te laat komen, spijbelen of wegblijven van school/stage door (te veel) drinken ja, het afgelopen jaar 13.1% 1 keer 44% 2-3 keer 5,6% 4-9 keer 1,4% 10 keer of vaker 1,6% ja, langer geleden 92% OE, MOOÏE enen Ld 0 afgelopen maand vijf of meer glazen op één avond ja 68.1% te veel of te vaak drinken (eigen mening) ja 21.0% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 219 | Tabel 2.8 alcohol per subgroep aantal glazen geslacht ns. * * HA man 80.5% 76.6% 67.5% 6.9 (5.4) „NMFOUW nne SPO neee ONE 40) leeftijd * * id ns. 15-17 jaar 77,3% 723% 60.6% 5.8 (4.9) 18-20 jaar 793% 74,0% 65.6% 6.0 (4.7) „21 jaar en ouder nn 03% 03 204). etniciteit AAAA AAAA AAAA AAAA westers 921% 88.9% 80.3% 6.2 (4.9) „niet-westers 280% 02% 324% 4243) woonplaats AAAA AAAA AAAA AA Amsterdam 64.5% 576% 482% 5.3 (4.7) „elders nnn DTO en SEO nne OAN ne: 2 48). sector AAAA AAAA AAAA n.s. economie 749% 696% 604% 6.1 (5.3) techniek 88.3% 84,9% 75.5% 5.7 (4.4) „zorg en welzijn nn 14% 644% 4% 6048), kwalificatieniveau zt zt zt ns. 1 62.1% 53.0% 37.9% 5.5 (5.2) 2 71.5% 65.6% 550% 5.9 (5.3) 3 797% 73.0% 61.7% 6.3 (5.5) bannen SE aranea aanne LO aren 0 GE) 220 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.9 blowen TOTAAL ooit-gebruik 49,3% 1 of? keer 17,0% recent gebruik 34.3% huidig gebruik 22.0% a GPOÛJKS enn HE, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 15.7 (2.0) | Tabel 2.10 frequentie en hoeveelheid cannabis (huidige blowers) huidige blowers nn 1 A32) frequentie minder dan 1 dag per week 51,2% 1-2 dagen per week 17.6% 3-4 dagen per week 9,5% 5-6 dagen per week 4,6% hoeveelheid per dag minder dan 1 joint 10.2% 1-2 joints 64.5% 3-5 joints 20.3% 6-10 joints 4,0% meer dan 10 joints 0.9% gemiddeld (s.d.) 2.1 (2.2) voorkeur hasj of wiet liever hasj 334% liever wiet 35.8% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 221 | Tabel 2.11 riskant blowen en negatieve aspecten (huidige blowers) huidige blowers rn 432) voorkeur sterkte erg mild 2.6% mild 5.5% gemiddeld 393% sterk 344% zoveel geblowd dat je onwel werd of ‘out’ ging ja, het afgelopen jaar 9,5% 1 keer 58% 2-3 keer 21% 4-9 keer 0% 10 keer of vaker 1,6% ja, langer geleden 18.7% „nee, NOOÏL nd KSO, geblowd onder schooltijd of tijdens stage ja, het afgelopen jaar 32,9% 1 keer 5,2% 2-3 keer 94% 4-9 keer 51% 10 keer of vaker 132% ja, langer geleden 23.2% „EE, MOOÏE annae EO, te laat komen, spijbelen of wegblijven van school/stage door (te veel) blowen ja, het afgelopen jaar 124% 1 keer 36% 2-3 keer 41% 4-9 keer 21% 10 keer of vaker 26% ja, langer geleden 10,2% OE, MOOÏE eenen LO, te veel of te vaak (eigen mening) ja 25.7% LOO ned DT, 222 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.12 blowen per subgroep aantal joints ooit recent huidig (huidige blowers) geshacht TTT ee man 534% 38.8% 26.7% 24 (24) leeftijd mett ns. ns. ns. 15-17 jaar 391% 30.9% 20.5% 2.0 (1.9) 18-20 jaar 49,9% 35.7% 21.7% 21 (2.0) etniciteit HAHA HAHA HA # westers 56.0% 38.9% 23.9% 1.9 (1.5) ‚niet-westers SN Rl BD woonplaats * * ns. ns. Amsterdam 46.0% 31.7% 22,3% 2.3 (2.5) sector ns. id id ns. economie 481% 35.0% 23.7% 2.3 (2.8) techniek 522% 37.5% 23.5% 1.9 (1.6) „zorg en welzijn 63% 76% LL), kwalificatieniveau 2 et 2 ns. 1 43,9% 34,8% 27.3% 24 (1.9) 2 45.0% 314% 23.7% 2.2 (2.2) 3 45.0% 26.2% 16.3% 2.2 (2.7) | Tabel 2.13 elektronische joint en shisha e-joint shisha ooit-gebruik 10.6% 19,4% recent gebruik 66% 94% huidig gebruik en TO IL 0 BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 223 | Tabel 2.14 energydrinks TOTAAL ooit-gebruik 89,4% 1 of? keer 190% recent gebruik 65.9% huidig gebruik 50.5% a GPOÛJKS DÔPÓ startleeftijd gemiddeld (s.d.) 13.0 (2.5) | Tabel 2.15 frequentie en hoeveelheid energydrinks huidige drinkers nn (N= 996) frequentie minder dan 1 dag per week 54,3% 1-2 dagen per week 20.9% 3-4 dagen per week 9,9% 5-6 dagen per week 34% hoeveelheid per dag minder dan 1 energydrink 3.0% 1-2 energydrinks 84.6% 3-5 energydrinks 9,9% 6-10 energydrinks 14% meer dan 10 energydrinks 1.0% gemiddeld (s.d.) 1.9 (5.0) te veel of te vaak (eigen mening) ja 20.8% 224 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.16 energydrinks per subgroep aantal drinks geslacht ns. ns. ns. ns. man 89,9% 67.7% 515% 21 (5.5) „NMFOUW nnen EPPO en RTP ere AIT 65). leeftijd ns. ns. ns. ns. 15-17 jaar 892% 65.3% 48.7% 2.1 (6.1) 18-20 jaar 88.6% 67.0% 52.6% 1.9 (4.7) „21 jaar en ouder nn 022% IH SE LE G3), etniciteit ns. zi zi ns. westers 89.0% 61.2% 442% 1.7 (4.4) „niet-westers 999% 361% 21656) woonplaats ns. mett mett * Amsterdam 89.3% 70.5% 56.6% 1.6 (1.2) sector ns. zt dd ns. economie 90.3% 70.0% 573% 19 (5.1) techniek 87.7% 56.8% 38.7% 2.1 (6.4) „zorg en welzijn OT 40% 82. kwalificatieniveau ns. zt zt ad 1 81.8% 66.7% 57.6% 3.7 (8.3) 2 88.2% 72.6% 60.9% 2.0 (2.0) 3 89,9% 70.0% 55.0% 14 (1.2) BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 225 | Tabel 2.17 xtc-pillen TOTAAL ooit-gebruik 20.3% 1 of ? keer 5,5% recent gebruik 15.1% „huidig gebruik ed SL, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 17.2 (2.2) | Tabel 2.18 frequentie XTC-pillen (recente gebruikers) recente gebruikers frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 35.3% 3-4 16.9% 5-10 291% meer dan 10 18.7% gemiddeld (s.d.) 7.5 (9.5) „mediaan te veel of te vaak (eigen mening) ja 228% NGO nnn 0, | Tabel 2.19 xTc-pillen per subgroep geslacht * ns. * man 224% 16.8% 8.7% vrouw 18.5% 13.6% 6.1% Heeftijd eee 15-17 jaar 96% 1,6% 4,3% 18-20 jaar 221% 168% 81% etniciteit mett mett * westers 244% 18.3% 8.3% woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 18.1% 144% 6.8% sector ns. * ns. economie 197% 15.0% 8.3% techniek 224% 171% 6,9% kwalificatieniveau et et ns. 1 12,3% 10,8% 46% 2 16.1% 97% 4,9% 3 15,8% 11.6% 6,2% An TD PO EED enen EL PO, 226 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.20 MPMA-poeder TOTAAL ooit-gebruik 13.0% recent gebruik 8.3% | Tabel 2.21 MDMA-poeder per subgroep ae OOÏE nn fecENt huidig, geslacht * ze ns. man 15.0% 10.2% 32% leeftijd mett mett ns. 15-17 jaar 5.6% 4,6% 12% 18-20 jaar 13.9% 93% 32% etniciteit zie ns. ns. westers 14.7% 91% 22% „Net-WEStErS nennen LO aanren EVO nne O0, woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 13.8% 94% 3.0% „elders nnn EDO e dL0, sector ns. ns. ns. economie 134% 87% 31% techniek 13.7% 92% 22% kwalificatieniveau ad al ns. 1 94% 78% 31% 2 11.1% 6.8% 28% 3 8.5% 5.0% 1.1% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 227 | Tabel 2.22 cocaïne TOTAAL ooit-gebruik 8.8% 1 of? keer 37% recent gebruik 6,0% „huidig gebruik nn DOH, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 17.7 (2.5) | Tabel 2.23 frequentie cocaïne (recente gebruikers) recente gebruikers frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 453% 3-4 18.9% 5-10 17.9% meer dan 10 17.9% gemiddeld (s.d.) 23.2 (71.7) te veel of te vaak (eigen mening) ja 19.3% OE | Tabel 2.24 cocaïne per subgroep ooit recent huidig geta ae man 12.9% 9,2% 47% vrouw 53% 3.2% 1.5% 7 15-17 jaar 3.0% 23% 1.0% 18-20 jaar 82% 5.5% 2,5% etniciteit zie ze ns. westers 10.3% 71% 34% „niet-westers 0% 40% 2 woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 80% 6.3% 3.5% sector ns. ns. ns. economie 93% 6.5% 34% techniek 97% 64% 25% kwalificatieniveau zi zi zie 1 6.2% 6.2% 1.5% 2 7,0% 4,3% 21% 3 4,9% 27% 0.7% 228 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.25 amfetamine TOTAAL ooit-gebruik 8.4% 1 of ? keer 34% recent gebruik 5.3% „huidig gebruik DL, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 17.8 (24) | Tabel 2.26 frequentie amfetamine (recente gebruikers) recente gebruikers ne A HON) frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 433% 3-4 124% 5-10 16.5% meer dan 10 27,8% gemiddeld (s.d.) 18.5 (54.3) „mediaan te veel of te vaak (eigen mening) ja 20.0% LOO SON | Tabel 2.27 amfetamine per subgroep geslacht mett * ns. man 111% 6.5% 2,5% Vrouw 62% 42% 22% 7 15-17 jaar 27% 23% 12% 18-20 jaar 77% 51% 2,0% etniciteit mett mett * westers 10.6% 6.7% 29% woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 81% 5.6% 2,3% „elders ne OPO PE 0, sector * ns. ns. economie 73% 47% 23% techniek 10.6% 6.7% 27% kwalificatieniveau et hl ns. 1 77% 62% 15% 2 6.1% 37% 18% 3 45% 25% 11% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 229 | Tabel 2.28 methamfetamine TOTAAL ooit-gebruik 3.0% recent gebruik 1.7% | Tabel 2.29 methamfetamine per subgroep a OOÏE nn fecENt huidig, geslacht ns. * ns. man 3.9% 2.5% 1.3% leeftijd ns. ns. ns. 15-17 jaar 14% 0.7% 0.3% 18-20 jaar 3.5% 22% 1.2% „21 jaar en ouder PO Eee IH, etniciteit % ze zie westers 24% 1.0% 04% „niet-westers ne KON Zl woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 3.9% 22% 14% „elders nnen EPO EE ee 20%, sector ns. ns. * economie 3.1% 23% 1.6% techniek 28% 1,2% 0.3% „zorg. en Welzijn ne EPO rn EPO 0% kwalificatieniveau ns. ns. ns. 1 3.1% 1.6% 1.6% 2 34% 22% 1.5% 3 27% 14% 0.5% bananen DOPO nd aaan SA, 230 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.30 GHB TOTAAL ooit-gebruik 4,8% 1 of ? keer 26% recent gebruik 27% „huidig gebruik B, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 17.9 (2.5) | Tabel 2.31 frequentie GHB (recente gebruikers) recente gebruikers frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 55,3% 3-4 128% 5-10 14,9% meer dan 10 17.0% gemiddeld (s.d.) 12.0 (30.3) te veel of te vaak (eigen mening) ja 19.6% OO SO ÂH | Tabel 2.32 GHB per subgroep geslacht ns. ns. ns. man 48% 22% 0.8% „MOUW DVO SE nh Po, leeftijd mett ns. ns. 15-17 jaar 2.5% 1.8% 1% 18-20 jaar 43% 29% 13% „21 jaar en ouder On IE ee A0, etniciteit ns. ns. ns. westers 54% 27% 0.9% „niet-westers SO 2%, woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 52% 31% 1.7% „elders ne DO EO en SH, sector ns. ns. ns. economie 47% 32% 1.5% techniek 4,3% 23% 0.7% kwalificatieniveau ns. ns. ns. 1 62% 31% 0% 2 49% 3.0% 18% 3 3.6% 18% 11% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 231 | Tabel 2.33 lachgas TOTAAL ooit-gebruik 27,4% 1 of ? keer 108% recent gebruik 21.0% „huidig gebruik HH, startleeftijd gemiddeld (s.d.) 17.2 (2.1) | Tabel 2.34 frequentie lachgas (recente gebruikers) recente gebruikers nn 1 BON) frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 447% 3-4 16.3% 5-10 23.3% meer dan 10 15.8% gemiddeld (s.d.) 10.7 (28.4) te veel of te vaak (eigen mening) ja 12,5% EE | Tabel 2.35 lachgas per subgroep geslacht ns. ns. ns. man 27.8% 204% 85% „MOUW nne PO En 1, leeftijd * ns. ns. 15-17 jaar 24,0% 20.1% 81% 18-20 jaar 284% 221% 102% „21 jaar en ouder en dE On IT etniciteit ns. ns. mett westers 28.7 % 20.3% 6,9% woonplaats ns. * mett Amsterdam 29,0% 23.6% 13.9% „elders ne OPO Ln 09%, sector ns. * et economie 28.6% 227% 11.5% techniek 254% 18.1% 5.6% kwalificatieniveau 2 ns. ns. 1 21.5% 18.5% 92% 2 248% 19,3% 11.0% 3 226% 182% 88% An DODO EVO en A, 232 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.36 ketamine TOTAAL ooit-gebruik 44% 1 of ? keer 24% recent gebruik 3.0% „huidig gebruik en startleeftijd gemiddeld (s.d.) 18.6 (2.5) | Tabel 2.37 frequentie ketamine (recente gebruikers) recente gebruikers frequentie (aantal dagen afgelopen jaar) 1-2 411% 3-4 19.6% 5-10 161% meer dan 10 23.2% gemiddeld (s.d.) 11.3 (23.2) te veel of te vaak (eigen mening) ja 8.8% | Tabel 2.38 ketamine per subgroep geslacht ze ns. ns. man 57% 3.6% 12% leeftijd mett mett ns. 15-17 jaar 1.7% 1.2% 0.5% 18-20 jaar 3.5% 27% 11% „21 jaar en ouder Oe 0%, etniciteit * ns. ns. westers 52% 3.5% 1.3% woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 51% 3.8% 1.7% sector ns. ns. ns. economie 41% 3.0% 12% techniek 51% 3.8% 1.5% kwalificatieniveau hl et ns. 1 46% 46% 0% 2 34% 12% 0.9% 3 1.6% 0.9% 0.2% A DPO DPO nn EH, BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 233 | Tabel 2.39 _NPs (nieuwe psychoactieve stoffen) ooit-gebruik TOTAAL 2-CB 5.0% 2/3/4-FMmc 1.1% 4-FA 6.5% 5/6-APB 1.3% mephedrone 1.2% methylone 0.7% MXE 1.2% „TOTAAL nn O4 U g 9 2 G £ 3 $ z Le] 2 dq $ 6 £ Lw < 9 3 f 8 2 D 8 o SD a a Ma a a B Ee geslacht mett ns. * ns. ns. * ns. * man 71% 15% 78% 21% 14% 12% 18% 121% „MOUW dd 08% 507% 10% 03% 08% 89% leeftijd mett ns. mett ns. mett ns. ns. ns. 15-17 jaar 22% 0.5% 24% 0.7% 0,3% 0.5% 1.0% 4,8% 18-20 jaar 47% 12% 74% 11% 0.7% 04% 12% 112% „21 jaar en ouder 10,7% 14% 107% 23% 3% LL 167%, etniciteit mett ns. mett ns. ns. ns. ns. mett westers 6.7% 12% 8.3% 13% 14% 0.5% 0,9% 12,6% „niet-westers 23% 09% 36% 13% 07% 10% 17% 66% woonplaats ns. ns. * ns. ns. ns. ns. * Amsterdam 3.8% 0.8% 47% 13% 12% 0.5% 14% 82% „elders lll 08% Ll 118% sector * ns. * ns. ns. ns. ns. ns. economie 34% 12% 41% 12% 10% 0.7% 1.6% 9,6% techniek 6.7% 0.8% 80% 11% 14% 04% 10% 123% „zorgen welzijn 50% 14% 63% 19% 1% 1% 10% 84% kwalificatieniveau et ns. et ns. ns. ns. ns. et 1 1.6% 0% 0% 0% 0% 0% 0% 1.6% 2 31% 15% 25% 19% 19% 12% 22% 6,5% 3 18% 0.7% 3.0% 02% 0.5% 02% 0.7% 6,2% 234 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.41 psychedelica (paddo's, LSD en DMT) arne PAÁdO's ESD PMT, ooit-gebruik 10.6% 4,5% 34% recent gebruik 5.6% 24% 18% „huidig gebruik ne PO TO 9%, | Tabel 2.42 psychedelica per subgroep (ooit-gebruik) re Paddo's ESD DMT, geslacht mett ns. * man 15.0% 60% 4,3% vrouw 71% 3.3% 2.6% 7 15-17 jaar 4,9% 22% 1.5% 18-20 jaar 11.3% 3.8% 3.2% etniciteit zie ns. ns. westers 124% 41% 4,3% niet-westers nd % 0% 28% woonplaats ns. tet ze Amsterdam 11.7% 6.3% 47% sector ns. ns. ns. economie 99% 48% 3.8% techniek 12.5% 49% 3.5% „zorg en welzijn nn OVO IT A0, kwalificatieniveau ad ns. ns. 1 7.8% 6.3% 6.3% 2 8.3% 4.0% 43% 3 6.9% 2,5% 21% BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 235 | Tabel 2.43 ‘straatdrugs’ (heroïne en crack) ooit-gebruik 22% 4,8% recent gebruik 13% 27% huidig gebruik en Pe | Tabel 2.44 ‘straatdrugs’ per subgroep (ooit-gebruik) geslacht ns. * man 27% 6.2% leeftijd ns. ad 15-17 jaar 1.0% 24% 18-20 jaar 2,5% 48% etniciteit zi ns. westers 12% 4,5% „Niet-westerse DE 3 woonplaats id ns. Amsterdam 34% 5.5% sector ns. ns. economie 31% 5.6% techniek 1.6% 4,9% „zorg en Welzijn nn EP EO, kwalificatieniveau ns. ns. 1 31% 3.1% 2 34% 5.5% 3 14% 3.0% 236 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 2.45 ritalin TOTAAL ooit-gebruik 11.3% recent gebruik 74% | Tabel 2.46 ritalin per subgroep ae OOÏE nn feceNt huidig, geslacht mett mett ns. man 14,5% 98% 39% „NFOUW nnn DOVO aanrennen 00, leeftijd mett ns. ns. 15-17 jaar 71% 54% 24% 18-20 jaar 12.1% 8.8% 43% „21 jaar en ouder TP Bd etniciteit zi zie ns. westers 13.6% 88% 3.5% „niet-westers ed el 2% woonplaats ns. ns. ns. Amsterdam 10.0% 64% 28% sector zt * ns. economie 113% 78% 3.8% techniek 13.7% 8.7% 3.5% „zorg en Welzijn nn PPO ee kwalificatieniveau zi zie % 1 10.9% 94% 47% 2 8.0% 4,3% 1.8% 3 7.6% 4,6% 1.6% EA EAN BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 237 | Tabel 2.47 slaap- en kalmeringsmiddelen TOTAAL ooit-gebruik 172% recent gebruik 11,8% | Tabel 2.48 slaap- en kalmeringsmiddelen per subgroep a OOÏE feceNt huidig, geslacht ad * ns. man 14,5% 10,2% 5.0% leeftijd id ns. ns. 15-17 jaar 144% 10.5% 6.3% 18-20 jaar 16.6% 11.6% 54% „21 jaar en ouder TD del. etniciteit zi ze % westers 20.0% 134% 71% niet-westers 12.6% 92% 43% “woonplaats Eee ee Amsterdam 13.5% 89% 41% „elders nnen SDH Td sector ns. ns. ns. economie 16.5% 11,0% 5.6% techniek 18.6% 134% 73% „zorg en Welzijn nn 02% 03% kwalificatieniveau zie ze ze 1 12.5% 12.5% 47% 2 13.2% 8.6% 52% 3 14.0% 8.7% 3.0% Annee OPO en RP ned He, 238 ANTENNE AMSTERDAM 2016 3 Verdiepende analyses | Tabel 3.1 typen gamers TOTAAL typen gamers niet-gamers 491% weinig-gamers 15.1% matig-gamers 14.8% | Tabel 3.2 profiel per type gamer nen Net-gamers _… weinig-gamer ___…__matig-gamer___… veel-gamers 2. geslacht man 26.9% 511% 66.7% 669% ter leeftijd 15-17 jaar 30.2% 281% 33.7% 345% ns 18-20 jaar 518% 47,8% 46.2% 50.5% „21 jaar en ouder 18% 241% 20% 4% etniciteit westers 60.2% 68.3% 68.5% 61.3% * woonplaats Amsterdam 422% 324% 35.5% 40.3% hl „elders nn LSR 70% sector economie 38.5% 424% 429% 356% ter techniek 337% 381% 42,9% 48,5% „zorg. en welzijn nnn 78 IA AB LH kwalificatieniveau 1 32% 14% 3./% 44% ns 2 16.7% 13.7% 19,8% 19,0% 3 24,5% 25.9% 16.8% 218% blowen BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 239 | Tabel 3.3 negatieve aspecten drinken afgelopen jaar (huidige drinkers) huidige drinkers negatieve aspecten ervaren niet 60.7% | Tabel 3.4 probleemperceptie en negatieve aspecten drinken (huidige drinkers) negatieve aspecten ervaren mek niet 14,8% WOL AH | Tabel 3.5 ervaren negatieve aspecten drinken afgelopen jaar (huidige drinkers) ne 15203) ervaren negatieve aspecten onwel/'out’ 431% tijdens school/stage 14,3% te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 121% onwel/'out’ + tijdens school/stage 9.3% onwel/'out’ + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 11.3% tijdens school/stage + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 5.0% „onwel/out’ + tijdens school/stage + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 0%, 240 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 3.6 negatieve aspecten blowen afgelopen jaar (huidige blowers) huidige blowers re 432). negatieve aspecten ervaren niet 60.7% | Tabel 3.7 probleemperceptie en negatieve aspecten blowen (huidige blowers) negatieve aspecten ervaren mek niet 18./% | Tabel 3.8 ervaren negatieve aspecten blowen afgelopen jaar (huidige blowers) ne (1 162) ervaren negatieve aspecten onwel/'out' 9.3% tijdens school/stage 50.0% te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 6.8% onwel/'out’ + tijdens school/stage 8.6% onwel/'out’ + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 0% tijdens school/stage + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 191% „onwel/out’ + tijdens school/stage + te laat, spijbelen of wegblijven van school/stage 62%, BIJLAGE B SURVEY MBO-STUDENTEN 241 | Tabel 3.9 polygebruik stimulantia (recente gebruikers) recente gebruikers soort middel ecstasy 518% cocaïne 31% amfetamine 0.9% ecstasy + cocaïne 14,1% ecstasy + amfetamine 12.3% cocaine + amfetamine 0.9% „ecstasy + cocaïne + amfetamine ann EOD | Tabel 3.10 polygebruik cannabis, stimulantia, straatdrugs (recente gebruikers) recente gebruikers nn 15109) soort middel cannabis 544% stimulantia 79% straatdrugs 0.6% cannabis + stimulantia 30.5% cannabis + straatdrugs 01% stimulantia + straatdrugs 21% „cannabis + stimulantia + straatdrugs en 242 ANTENNE AMSTERDAM 2016 BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN Tabel 1 monsters aangeboden bij Jellinek Preventie en GGD Amsterdam ….….…….. 244 Tabel 2 @CSTASY nana nennenennenennensanensenenneneanennensenenneneanenvanenvenennenennenennenvenenvenennenen 2ÁÁ Tabel 3 werkzame stof XTC-pillen nnen ananas aannneeeranan eeens errans eeens ranansn eeens eerrenanaerenseeernneneernnneerrenseernnneerrn 2 Tabel 4 dosering (milligram) XTC-pillen …. nn aannaneraanneneennereranan ereen arannneernanesarannneerennerenennneereneneansnnneereneneen 2D Tabel 5 werkzame stof MDMA-poeders...….....….nnnanannanaanensennnnerseeennnn er eaersensaeaeeesennane sereen eerrsenseeeeeerennnnereern 2 D Tabel 6 dosering (volumepercentage) MDMA-poeders.……....…nn annae seeeennnneeeeenennereeeennnnersenn 24 D Tabel 7 _COCaÏNE ……nnanenanvanenenenennenenenenvenenenenen venvenenenenvenenenenvenenenenvnnenenenenvenenenenvenen 246 Tabel 8 werkzame stof cocaïne-poeders… nnn aannamen seer reen serennnneserrennnrernmeennnnersenn ZO Tabel 9 dosering (volumepercentage) cocaïne-poeders nnn aanennnnnnnereeeennnnerseerennnsereresennnmersenn 240 Tabel 10 amfetamine … ……..nesesannenenenenvenenenenensenvenenenenvnenenenenvenenenenvenenenenvenenenenvnren ZT Tabel 11 werkzame stof amfetamine-poeders …...….....nnnnnnnaannnennnnen seer eeernennnnerseeennnnerseerennnreeresennnmersenn 2ÁT Tabel 12 dosering (volumepercentage) amfetamine-poeders …......nnnnanranenennnnnerseernnnneeerenennsenrseen 247 Tabel 13 ketamine. .....nnnsnenenenennenenenenvenenenenensenvenenenenennenenenenvenenenenvenenenenvenenenenveren 248 Tabel 14 werkzame stof ketamine-poeders… nnn nanne seren neerrenennerseeennnnerserrennneereenennereenn 2 Tabel 15 dosering (volumepercentage) ketamine-poeders nnee seersnnneereenersenn 248 Tabel 16 GHB ….…enenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenvevsvaneverenenenenensnenenenenenenenensvensvensvensverene 24 G Tabel 17 werkzame stof GHB-vloeistoffen … nnn anunneranunsn eeens eeerunaneeananeerene eneen eerenneneeannneerrsnenenmsneerrnnnren 2ÂO Tabel 18 dosering (mg/ml) GHB-vloeistoffen … nanus ennnss earns eere eeananeeerunanaenneerrsnen eeens eeens eernnsersenneen 2ÂO Tabel 19 LSD ……nnenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenensensnensnenenensnenenensnenenensnenenenenenenenenenenenenene 2 DÛ Tabel 20 werkzame stof LSD-papertripS nnn aananneeaernennnnereeeennnner sereen eeneeersennnnerserennnnerseerennenreereeennnnereenn 2 DÛ Tabel 21 dosering (microgrammen) LsD-papertriS nanne eaaeennnn ereen sereen eseerennneerenennnnersenn 29 Tabel 22 2C-B …nenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenennsnenenenenvensvensvensvensnenenenenenenensvensvensrene 2D Tabel 23 werkzame stof 2C-B-pillen … nanasan eeens eeerunseeanan ereen eanannneeeeunsn ananas eere eennereeerseeeernnnerrenneeen 20 L Tabel 24 dosering (milligrammen) 2C-B-pillen nanasan ennsan seer eeanan eere aeanserrerunenerannneeereneerrnnneerneeren 20 L Tabel 25 A-FA ……nsenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenenvnvnrnvnrnvnrsvnrenrenversvnenversvnvnversveenenrnenen 2D Tabel 26 werkzame stof 4-FA-pillen … nnn ananas eennsnan eeens eeens eeannn ereen ennannneereunan aaan eere eennereeersneerrnnneerrnnneen ZO Tabel 27 dosering (milligrammen) 4-FA-pillen … nanasan ennen terras eraan eeerunsneeannerrensnen eeens serres eernnneernnnren ZO Tabel 28 _ werkzame stof 4-FA-poeders….......….nnnnnn a anannnananerseennnnerseeennnnereaeennaneeeesennnner sereen eeereennnereerennnnerseen 2D 3 Tabel 29 dosering (volumepercentage) 4-FA-poeders nnn naannnneeensennnner sereen ereeeennnnnereeseennnerseen 293 BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 243 | Tabel 1 monsters aangeboden bij Jellinek Preventie en GGD Amsterdam rn ZOLL nere SOL nennen 014 2015 2016, ABIAFMC ene a aen OCB neen dd EE ande aan LOL ARA eenn ann bl nan Sanana BE Larner SO En „cocaïne nn A EE SS ane 206 „dextro-amfetamine td SBL nnn en „GHB nennen Oan an EO naan EL anneer ESD nanne aan a Saen En „MDA ennn De abana Een „mephedrone ne a EO ne En „MXE ennn de aa Een „XTE/MDMA ann OÔS nnnn SO A ann OP anar EI nnn iS O3, „onbekend a ad Ó ae dn „TOTAAL nn OD 34766 27 d:2 33 | Tabel 2 ecstasy nnn ZOTR ne 2013 014 2015 2016, pillen nn THO aanne EO nnn SPO nnn LO annen OH, enn Oan Danen manen nennen OL, poeders rand HO aranea EO ana DLO aneen P ann aan LO Lan nennen LEO capsules annen PO aaan Prana OPO aanne Pe vloeistoffen nn OP nn 1 papertrip nnn OO, aen | Tabel 3 werkzame stof xTc-pillen 22 arn 012 2013 2014 2015 2016, uitsluitend MDMA nnn EP anar) Oan Tann) OPO narren 0, an OL arn Oane Onnen IT are bi 07. voornamelijk MDMA rn Daar Orne aaneen Oane 0, aaa vana hannan dan ereen uitsluitend of voornamelijk anders 2% 0 nt, ann nana Ean Ean an en overig rn Iran aaan DO aarneeeed O EN „niet geanalyseerd nn JA ee a a SE, 22 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 244 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 4 dosering (milligram) XTC-pillen? eN en AM MAX gemiddeld standaard deviatie_ 1994 LE ne a OT a 1995 OSE Bn Tad 196 Ed an SP adden 197 EI nd HO nn a En 198 BOB EO en Len 1999 FIA a PO a den „2000 ROO Ed EO, „2001 SM EO an „2002 dS De LPL nn dn „2003 ZE Ln a en „2004 29 dn NO a „2005 6 HE dn „2006 2PL ne En Pa En „2007 276 RT ea „2008 2D dn HOE ba EE „2009 ZD FE nd a en „2010 2d TO On „2011 Pd a ED a En „2012 ZB dE Od a En „2013 OZ ne a RE den „2014 ED EO nn IE an „2015 BB Ea Ta SO „2016 LZS PP a OA dn | Tabel 5 werkzame stof MDMA-poeders! nnn 012 2013 2014 2015 2016 uitsluitend MDMA EN a ad an Pa ae voornamelijk MDMA OP IDO AT Oe aen 2, nn a B a Da a Dn uitsluitend of voornamelijk anders ______8% 7% 0% de, a a a a a overig nnn aan Oane 0, a aa „niet geanalyseerd ER EL | Tabel 6 dosering (volumepercentage) MDMA-poeders!2 eN en AM MAX gemiddeld standaard deviatie „2012 Ad a bd a Dn „2013 BO dT nd Odd „2014 ne a En a „2015 Sd nd Odd 2016 2d ad dan 23 Met uitsluitend of voornamelijk MDMA als werkzame stof. PA Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 125 Met uitsluitend of voornamelijk MDMA als werkzame stof. BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 245 | Tabel 7 cocaïne arne OLD 20132014 2015 2016, poeders 00% 00% ADDTT 00%, A pillen ara Oane capsule ne VO, | Tabel 8 werkzame stof cocaïne-poeders? rn 012 2013 2014 2015 2016 uitsluitend cocaïne EN ar LO a ana ad nn Dn voornamelijk cocaïne OVV On PO ee SIA, uitsluitend of voornamelijk anders 7% 10% 12% 4% 3%, a KO an Dan ES a a LD overig oP OVO On nen a Daan ana a „niet geanalyseerd nd en B den nn „2001 B a an an „2002 Oa Oa Oan Dn „2003 On LO a A ann „2004 BEE a a nn en „2005 BO en a Onnen „2006 BO Can be da „2007 OI de Oan Pan „2008 89 Le a OE a „2009 BB a Oa „2010 PZ DO a a HÔ „2011 OE dE nn an ad „2012 04 a PD „2013 ZT aa Pa „2014 BD Ca ana Pan Dn „2015 PE a an dn „2016 A34 Be Ed 26 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 27 Met uitsluitend of voornamelijk cocaïne als werkzame stof. 246 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 10 amfetamine OLD 0132014 2015 2016 poeders nn PPO LP nn SEP II O6, nn HAD an ROB an an AO ae LÔ pillen nn Oa PO LVO nn aan capsule nen aan vloeistof nn | Tabel 11 werkzame stof amfetamine-poeders!? nn 1D 2013 2014 2015 2016 uitsluitend amfetamine IEP A PO PO SVO A00, gn aa an aen Dn voornamelijk amfetamine EN a a ann a a uitsluitend of voornamelijk anders 48% 33% 20% 21% 33%. overig a KOP A PO PO 6%, ar aan nae Ln | Tabel 12 dosering (volumepercentage) amfetamine-poeders!? „2012 ED ad an an „2013 26 ad a DO an. „2014 2 dd T a „2015 Ol dd ad a Oa En „2016 2 dd an Onnen 28 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 129 Met uitsluitend of voornamelijk amfetamine als werkzame stof. BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 247 | Tabel 13 ketamine OLD 0132014 2015 2016 poeders 00% 00% LOO, a Da a an ana OD pillen nn vloeistof ne | Tabel 14 werkzame stof ketamine-poeders!% ng 012 2013 2014 2015 2016 uitsluitend ketamine a DP TP 60% LO, a LO a ann ES an Padd voornamelijk ketamine nd Vd PO nd Pan uitsluitend of voornamelijk anders 32% 37% 33% 0% overig OE „niet geanalyseerd dd EEn | Tabel 15 dosering (volumepercentage) ketamine-poeders!® „2012 0 En da SO an En „2013 dS an baan ana On „2014 OO an baan AE ann „2015 OE On baan ann Hd „2016 BS a ad Ennn 50 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. B1 Met uitsluitend of voornamelijk ketamine als werkzame stof. 248 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 16 GHB anna OLD ennen OL eneen 014 LS 2016, vloeistoffen rn OVO nnen OPO nd OPO en SO en LO, pillen rn DO aan DOPO nn DO PO aanne Oane In poeders nn PO OPO nnn | Tabel 17 werkzame stof GHB-vloeistoffen 2 te OTR 20132014 2015 2016 uitsluitend GHB EN arn LE ana arn Oan voornamelijk GHB ne uitsluitend of voornamelijk anders ________=_ee overig 100% 10% „niet geanalyseerd dean | Tabel 18 dosering (mg/ml) GHB-vloeistoffen!2? „2014 nnen „2015 lO ed En OO nnee LO neen Sn „2016 ZO EEn DO ann aanne Lan B Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 53 Met uitsluitend of voornamelijk GHB als werkzame stof. Tot 2015 werd de dosering uitgedrukt in volumepercentage. BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 249 | Tabel 19 LSD arne OLD 20132014 2015 2016, papertrips APO OPO LEV SOV 20, a a aen OL Lan en pillen nn EVO OPO KOP nn poeders nen PO nne VO, vloeistoffen a On On ann | Tabel 20 werkzame stof Lsp-papertrips!4 ar 012 2013 2014 2015 2016 uitsluitend Lsp EP en On PPO en SH, an Oan ann annen voornamelijk LsD nnen uitsluitend of voornamelijk anders _______- 45% 29% 12% 2% A overig OV EO DPO) nn VO, ar an a a | Tabel 21 dosering (microgrammen) Lsp-papertrips? „2012 On and Oa a 2013 da Oa OO nn ed. „2014 BR a a a en „2015 Zn Ea ad Oan „2016 2E La B ad an A B4 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 55 Met uitsluitend of voornamelijk tsp als werkzame stof. 250 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 22 2C-B OLD 0132014 2015 2016 pillen VO OPO LO dan KE va an Oan Dn poeders OVO AIO OH OH a aa ND aen | Tabel 23 werkzame stof 2c-B-pillen!% ne 1D 2013 2014 2015 2016 uitsluitend 2c-B Nl 71% LO TTE, voornamelijk 2c-B nn VO a EVO, nn ae uitsluitend of voornamelijk anders tn On PO 0 a a en overig | Tabel 24 dosering (milligrammen) 2c-B-pillen 7 „2012 Od a an „2013 na Ea NO aen „2014 tE Da ER an Ea En „2015 hen an eea n „2016 80de a Ken 56 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 57 Met uitsluitend of voornamelijk 2c-B als werkzame stof. BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 251 | Tabel 25 4-FA rnaar OLD ennen OLS eneen 2014 OLS 2016, pillen en RE Or IPO aen eenn O2, aaan aaan aaneen en poeders vre LOOD nnn LO nn 00% aanrennen aan marne capsules nn VO en IP en EO, aa aen vloeistoffen nn papertrips nd 0, | Tabel 26 werkzame stof 4-Fa-pillen?2® tn OTR 0132014 2015 2016 uitsluitend 4-FA nan KOOP arn OL nnn SOLO nnn 120, EN voornamelijk 4-FA anna aanne OO arne 2 0, aarden ar EE uitsluitend of voornamelijk anders nanne Oa 0, 3 4 overig a DO LP a a „niet geanalyseerd ede Oa En | Tabel 27 dosering (milligrammen) 4-FA-pillen 2? 2013 eneen ed „2014 Lenn aaan Kanan ELS aren kO. „2015 BO ann OO nnn ane Te „2016 SS TenneT aanne Lan 58 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. 59 Met uitsluitend of voornamelijk 4-Fa als werkzame stof. 252 ANTENNE AMSTERDAM 2016 | Tabel 28 werkzame stof 4-Fa-poeders!° nn 012 2013 2014 2015 2016 uitsluitend 4-FA a t00% 100% 2% DE TL a a aa a a voornamelijk 4-Fa nn OPO PO PO, uitsluitend of voornamelijk anders nt On 0, a ad overig naaa „niet geanalyseerd dE | Tabel 29 dosering (volumepercentage) 4-FA-poeders!! „2012 anne a „2013 dd neden a „2014 nd Een ad Sanden „2015 El a Ön Ean „2016 PST a a En 20 Zie hoofdstuk V voor uitleg over de categorisering. Ml Met uitsluitend of voornamelijk 4-Fa als werkzame stof. BIJLAGE C PREVENTIE INDICATOREN 253 254 ANTENNE AMSTERDAM 2016 BIJLAGE D MARKT 1 Testservice prijzen …….nenvenconenvenvenvenenvenseonenvenvenvenennensenvenvonenvenvenvenenvenveneene 20 D Tabel 1.1 prijzen aangeboden XTC-pillen nnn aanaennnnanereeeennnnen seer eteersennnnersereenanerserrennnserereeennnnersenn ZOT Tabel 1.2 prijzen aangeboden MDMA-poeders nuno eeens erunnsereenneersnnereeeneeserunnneeeeneerernnnneernernn ZOT Tabel 1.3 prijzen aangeboden cocaïne-poeders… nnen enunsneerennerenunaneernaeererunsneereneeeernnnseerrnrenn ZOT Tabel 1.4 prijzen aangeboden amfetamine-poeders … nnen ennananeeenneanunaneeeennenaenneeeeennnerernnnseerrneernn ZO Tabel 1.5 prijzen aangeboden ketamine-poeders… nnen enunaneeennnerenunnneeeeesseersnnseeennneeersnnseerrneernn ZOT Tabel 1.6 prijzen aangeboden LsD-papertripS…....nnn ananas seaennnneeersen sene sereen serrennneereeenseeersenn ZOT Tabel 1.7 prijzen aangeboden 2C-B-pillen nnn aannamen serene erersesennnnerseeeenanerserrennnsrernesennnerseen ZOT Tabel 1.8 prijzen aangeboden 4-Fa-pillen nnn aannannnanereneennnne seer erernesennnnerserennnneserrennnrernesennnnerseen 2D Tabel 1.9 prijzen aangeboden 4-FA-poeders nnn annae aarananeeennnenenansneeeennee ennen eeeeneesarsnnneereneerernnnereerneernn 20 Ö BIJLAGE D MARKT 255 256 ANTENNE AMSTERDAM 2016 …l Testservice prijzen | Tabel 1.1 prijzen aangeboden xTC-pillen nn 012 2013 2014 2015 2016. prijs per pil € 4.20 € 4.31 €434 €437 € 4.36 „aantal met prijs OPYAVE a Een ananda ane AD | Tabel 1.2 prijzen aangeboden MDMA-poeders nn (122013 2014 2015 2016 prijs per gram € 20.64 € 2482 € 22.71 € 22.24 € 22.21 „aantal met prijsOPGAVE a ann baan EO annen Lanen | Tabel 1.3 prijzen aangeboden cocaïne-poeders nnn O2 2013 2014 2015 ____2016 prijs per gram € 5295 € 5209 € 51.03 € 53.60 € 51.16 „aantal met prijs OPYAVE aanne dane EL Laenen Laanen Larner EE | Tabel 1.4 prijzen aangeboden amfetamine-poeders rn 012 2013 2014 ___2015 ___2016 prijs per gram € 8.52 € 8.75 € 8.86 € 7.82 € 8.95 „aantal met prijsOPQAVE mn en Dan annen EOD | Tabel 1.5 prijzen aangeboden ketamine-poeders nnn 122013 2014 2015 2016 prijs per gram € 21.56 € 25.26 € 30.20 € 28.57 € 27.32 „aantal met prijsOPGAVE an Ean an aan En | Tabel 1.6 prijzen aangeboden Lsp-papertrips nnn 122013 2014 2015 2016 prijs per papertrip €428 € 545 € 5.63 € 543 € 5.70 „aantal met prijsOPYAVE Oan an an Oane Lan | Tabel 1.7 prijzen aangeboden 2c-B-pillen nn (12 2013 2014 2015 2016 prijs per pil € 392 € 384 € 422 € 428 €424 „aantal met prijsOPYAVE nnn ann an ae Een 75 BIJLAGE D MARKT 257 | Tabel 1.8 prijzen aangeboden 4-FA-pillen nn 012 2013 2014 ____2015 2016. prijs per pil - € 467 €447 € 438 €454 „aantal met prijsOPYAVE nnn Laan ban EO, | Tabel 1.9 prijzen aangeboden 4-Fa-poeders nn 122013 2014 2015 2016 prijs per gram € 11.60 € 15.73 € 15.02 € 13.70 € 14.26 „aantal met prijs OPGAVE annen an Tann On 258 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Abraham MD, Kaal HL & Cohen PDA (2003) Licit and illicit drug use in Amsterdam, 1987 to 2001, Am- sterdam: Cedro/Mets & Schildt. Adelaars, A, Muller-Ebeling C & Ratsch C (2016) Ayahuasca: Rituals, potion and visionary art from the Amazon. Divine Arts. Benschop A, Nabben T & Korf DJ (2009) Antenne 2008. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 20). Benschop A, Nabben T & Korf DJ (2011) Antenne 2010 Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 22). Benschop A, Nabben T & Korf DJ (2013) Antenne 2012, Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 24). Benschop A, Nabben T & Korf DJ (2015) Antenne 2014, Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 26). Bijlsma L, Emke E‚ Hernández F & Voogt P de (2012) Investigation of drugs of abuse and relevant me- tabolites in Dutch sewage water by liquid chromatography coupled to high resolution mass spectrometry. Chemosphere, 89, 1399-1406. Buster M & Brussel G van (2011) De GGD Amsterdam en Openbare Geestelijke Gezondheidszorg. OGGZ- monitor 2010. Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Documentatie en Gezondheidsbevorde- ring (EDG). CAM (2015) Quick Scan rapportage van levamisol, 2014 Update. Bilthoven: RIVM, Coördinatiepunt As- sessment en Monitoring nieuwe drugs. Cohen H (1975) Drugs, druggebruikers en drug-scene. Alphen aan den Rijn: Uitgeverij Samson. Damen T (2016, 30 juni). Hangjongeren De Banne bij meest problematische van de stad. Het Parool. Deben L (2007) DE Amsterdamse binnenstad en de openbare ruimte; gebruik, beheer en beleving. Amster- dam: University of Amsterdam. Dijkshoorn H (2002) Amsterdamse gezondheidsmonitor 1999-2000. Ongezonde leefgewoonten in Amster- dam. Amsterdam: GGD Amsterdam. Dijkshoorn H (2006) De gezondheid van Surinamers in Amsterdam. Amsterdam: GGD, cluster Epidemiolo- gie, Documentatie en Gezondheidsbevordering (EDG). Dijkshoorn H, Dijk TK van & Janssen AP (red.) (2009) Zo gezond is Amsterdam! Eindrapport Amsterdam- se Gezondheidsmonitor 2008. Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Documentatie en Ge- zondheidsbevordering (EDG). LITERATUUR 259 Dijkshoorn H, Janssen A, Segeren M & Ujcic-Voortman J (2013a) Amsterdamse gezondheidsmonitor 2012: Opzet Dataverzameling, Evaluaties. Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Documenta- tie en Gezondheidsbevordering (EDG). Dijkshoorn H, Hazeleger F, Janssen AP & Ujcic-Voortman JK (red.) (2013b) Amsterdammers gezond en wel? Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2012 Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Docu- mentatie en Gezondheidsbevordering (EDG). Dijkshoorn H, Schilthuis, W & Bakkum F van (2016) /eugd en genotmiddelen 2016. Onderzoek naar alcohol- en druggebruik in klas 5 en 6 van havo & vwo in Amsterdam. Amsterdam: GGD Am- sterdam/Jellinek Preventie. Dun M van (2016, 29 november) Bende cokedealers van de grachtengordel vast. Het Parool. EMCDDA/Europol (2009) EMCDDA-Europol joint publications No 1. Methamphetamine: a European Union perspective in the global context. Luxembourg: Office for Official Publications of the European Communities. EMCDDA/Europol (2012) EMCDDA-Europol 2011 Annual Report on the implementation of Council Deci- sion 2005/387/JHA. Lisbon: EMCDDA/Europol. EMCDDA (2015) New psychoactive substance in Europe. An update from the EU Early warning system, Lisbon: EMCDDA. EVAR Advisory Services (2012) Dance-onomics. The economic significance of EDM for the Netherlands. Hoofddorp: EVAR Advisory Services B.V. Geels M (2013, november) Zweven op een wolkje van geluk. FofiaMagazine, 6-9. Gemeente Amsterdam (2008) Notitie met de uitgangspunten voor beleid ten aanzien van grootschalige dansfeesten met betrekking tot (hard)drugs. Amsterdam: Gemeente Amsterdam Gemeente Amsterdam (2015) Amsterdams beleidskader dance events. Over drugs, gezondheid en veilig- heid. Amsterdam: Gemeente Amsterdam Gladwell M (2000) 7he Tipping point. How little things can make a big difference. New York: Little Brown & Company. Koning R & Niesink R (2013) Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS): niets nieuws onder de zon. Verslaving 91): 47-59. Korf DJ & Steenhoven P van der (1994) Antenne 1993. Trends in alcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: De Jellinek Jellinekreeks nr. 2). Korf DJ, Doekhie J & Wouters M (2011) Amsterdamse coffeeshops en hun bezoekers. Amsterdam: Ro- zenberg Publishers. Korf DJ, Liebregts N & Nabben T (2016) Waterbed, drukte en overlast. Effecten sluitingsbeleid coffee- shops in Amsterdam-centrum. Amsterdam: Rozenberg Publishers. Korf DJ, Nabben T & Schreuders M (1995) Antenne 1994, Trends in alcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: De Jellinek Jellinekreeks nr. 3). Korf DJ, Nabben T & Schreuders M (1996) Antenne 1995. Trends ín alcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: De Jellinek Jellinekreeks nr. 5). 260 ANTENNE AMSTERDAM 2016 Korf DJ, Nabben T, Lettink D & Bouma H (1998) Antenne 1997. Trends in alcohol, tabak, drugs en gok- ken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Thela Thesis Jellinekreeks nr. 7). Korf DJ, Nabben T, Lettink D & Bouma H (1999) Antenne 1998. Trends in alcohol, tabak, drugs en gok- ken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Thela Thesis Jellinekreeks nr. 8). Korf DJ, Nabben T, Diemel S & Bouma H (2000) Antenne 1999, Trends ín alcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Thela Thesis Jellinekreeks nr. 9). Korf DJ, Nabben T & Benschop A (2001) Antenne 2000. Trends in afcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 10). Korf DJ, Nabben T & Benschop A (2002) Antenne 2001, Trends in alcohol, tabak, drugs en gokken bij jonge Amsterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 11). Korf DJ, Nabben T & Benschop A (2003) Antenne 2002, Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 12). Korf DJ, Nabben T & Benschop A (2004) Antenne 2003. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 14). Laumans W & Schrijver M (2014) Mocro Maffia. Amsterdam: Lebowski. Leland J (2004) Hip: the history. New York: Harper Collins. Liebregts N (2015) Cannabis changes: Understanding dynamics of use and dependence. Amsterdam: Uni- versiteit van Amsterdam. Louisse B (2015) Enjoy right now. Het spanningsveld tussen nieuwe media en de kernwaarden van de dlubcultuur. Masterscriptie Kunst- & Cultuurwetenschappen. Radboud Universiteit Nijmegen. Luijters S (2016, 15 mei). De nachtdieren van club Shelter willen grenzen vervagen. Het Parool. L. S. (2016) De innerlijke reis. Tripgids voor psychonauten. Onderstroomboven Collectief. Meldpunt Nieuwe Drugs (2012) Meldpunt nieuwe drugs. Halfjaar rapportage 2012. (Interne rapportage]. Utrecht: Bureau DIMS, Douanelaboratorium en Nederlands Forensisch Instituut. Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2006) Antenne 2005. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 17). Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2007) Antenne 2006. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 18). Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2008) Antenne 2007. Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 19). Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2010) Antenne 2009. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 21). Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2012) Antenne 2011, Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 23). Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2014) Antenne 2013. Trends ín alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 25). LITERATUUR 261 Nabben T, Benschop A & Korf DJ (2016) Antenne 2015. Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Am- sterdammers. Amsterdam: Rozenberg Publishers Jellinekreeks nr. 27). OIS Amsterdam (2015) Amsterdam in cijfers 2015. Amsterdam: Onderzoek Informatie en Statistiek (Ge- meente Amsterdam). [via www.ois.amsterdam.nl] OIS Amsterdam (2016) Amsterdam in cijfers 2016. Amsterdam: Onderzoek Informatie en Statistiek (Ge- meente Amsterdam). [via www.ois.amsterdam.nl] Ooyen-Houben M van, Bieleman B & Korf DJ (2014) Coffeeshops, toeristen en lokale markt. Den Haag: WODC (cahier 2014-12). Pérez AO, Cruyff MJ, Benschop A & Korf DJ (2013). Estimating the Prevalence of Crack Dependence Using Capture-Recapture With Institutional and Field Data: A Three-City Study in the Nether- lands. Substance Use & Misuse, 48(1-2): 173-180. Rodenburg G, Spijkerman R, Eijnden RJJM van den & Mheen D van de (2007) Nationaal Prevalentie Onderzoek Middelengebruik 2005. Rotterdam: IVO. Rooij AJ van, Schoenmakers TM & Mheem D van de (2011) Nationaal Prevalentie Onderzoek Middelen- gebruik 2009: De kerncijfers. Rotterdam: IVO. Stolte IG, Schilthuis W & Wal MF van der (2005) Genotmiddelengebruik onder le-jaars MBO leerlingen in Amsterdam, Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Documentatie en Gezondheidsbevordering (EDG). Strikkers H (2014, augustus) Eén kater per maand. #stud, 20-23. Uitenbroek DG, Ujcic-Voortman JK, Janssen AP, Tichelman PJ & Verhoeff AP (red.) (2006) Gezond Zijn en Gezond Leven in Amsterdam, Amsterdam: GGD, cluster Epidemiologie, Documentatie en Ge- zondheidsbevordering (EDG). Verdumen J, Dorsselaer S van & Monshouwer K (2016) Middelengebruik onder studenten van 16-18 jaar op het MBO en HBO 2015. Utrecht: Trimbos-instituut. Vuuren CL van, Verhagen CE & Wal MF van (2015) Hoe gezond zijn jongeren ín Centrum? Amsterdam: GGD Amsterdam, afdeling E&G / JGZ. Walther B, Morgenstern, M & Hanewinkel R (2012) Co-occurrence of addictive behaviours: Personality factors related to substance use, gambling and computer gaming. European Addiction Research, 184), 167-174. 262 ANTENNE AMSTERDAM 2016
Onderzoeksrapport
264
train
Gemeente Amsterdam k ee IA 4 Nep, Le | Dn | e iS Jaarverslag Leerplicht 2020-2021 Voor u ligt het jaarverslag Leerplicht schooljaar 2020-2021. Ook dit jaar stond vooral in het teken van corona. Aan het begin van de coronacrisis in maart 2020 hadden we nooit met elkaar kunnen vermoeden, hoe lang deze crisis zou gaan duren. Bij het schrijven van dit voorwoord gaan gelukkig de meeste kinderen en jongeren alweer een tijd fysiek naar school en opleiding. In het onderwijs staat het inlopen van de taal- en rekenachterstand en aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling voorop voor de kinderen en jongeren die dat nodig hebben. Juist nu is het belangrijk dat iedereen naar school gaat en samen is met leeftijdsgenoten. Met het jaarverslag Leerplicht schooljaar 2020-2021 gaan we terug in de tijd. Naast de cijfers, nemen we u aan de hand van verhalen mee in wat de coronacrisis betekende voor betrokkenen in het veld en hoe deze crisis impact had op hun werk en leven. Het doorzettingsvermogen, de inventiviteit maar ook de veerkracht zie je in al deze verhalen terug. Ze laten een realiteit zien die niet in cijfers is uit te drukken. In alle verhalen valt op hoe belangrijk het is om gezien en gehoord te worden en samen te (blijven) werken aan oplossingen. Het contact van mens tot mens was in deze hele crisis heel belangrijk. Voor veel mensen van Leerplicht Amsterdam was dat de afgelopen twee jaar de dagelijkse realiteit: het contact blijven zoeken met de jongeren en hun ouders voor wie we het doen en waar nodig ondersteuning bieden. Ervoor zorgen dat kinderen en jongeren geen onnodige achterstanden oplopen. Creatieve oplossingen verzinnen voor ingewikkelde problemen. De afgelopen twee coronajaren hebben ons creatief gemaakt. Dat zie ik ook terug bij onze collega’s van Leerplicht. En dat vervult mij met trots. In veel gevallen is daardoor langdurige schooluitval of erger voorkomen. En dat is waar wij met elkaar voor staan. leder Amsterdams kind heeft recht op een succesvolle schoolloopbaan. Vanaf deze plek wil ik iedereen danken die hier de afgelopen jaren aan heeft bijgedragen. Mijn dank aan jullie is groot. Ik wens jullie veel plezier bij het lezen van de verhalen in dit verslag. Vast herkenbaar. Hartelijke groet, Marjolein Moorman, wethouder Onderwijs 2 Inleidi De coronacrisis drukte ook in schooljaar 2020-2021 een grote stempel op het onderwijs. Het was weer een bijzonder jaar met online onderwijs, onderwijsachterstanden, motivatiedips, corona-angst en uitval bij docenten en leerlingen vanwege ziekte, quarantaine of zorgtaken. Een bijzonder jaar, in de eerste plaats voor kinderen, ouders en studenten, maar natuurlijk ook voor scholen en alle organisaties werkzaam op en rondom scholen, ook voor Leerplicht gemeente Amsterdam. Online verzuim leerplichtambtenaren en leerplichtassistenten. Voor Leerplicht was het in beeld hebben van alle Daarnaast geven we een beschrijving van de resultaten jonge Amsterdammers in deze situatie niet altijd een op het gebied van het terugdringen en voorkomen even makkelijke opgave. Het heeft veel flexibiliteit en van schoolverzuim en schooluitval van Amsterdamse vindingrijkheid gevraagd van onze leerplichtambte- leerlingen en studenten. naren. Zeker omdat de Leerplichtwet weer volledig van kracht was in tegenstelling tot de lockdown en Kerngetallen de periode van online onderwijs in het schooljaar De verzuimcijfers in dit jaarverslag zijn, net als vorig 2019-2020. Dit schooljaar was het uitgangspunt dat jaar, vertekend door de coronasituatie. Dat maakt alle leerlingen en studenten deelnamen aan de (online) dat wij ervoor hebben gekozen om de cijfers dit jaar lessen. Nieuw was ook dat scholen het online verzuim beperkt toe te lichten. De resultaten 2020-2021, moesten melden bij Leerplicht. uitgedrukt in cijfers, vindt u in Kerngetallen 2020-2021. Intensief contact met ouders, scholen en partners Leerplicht zette extra in op het intensiveren van We hopen u met de verhalen en bevindingen van het contact met scholen. Leerplichtambtenaren zijn leerplichtambtenaren en partners uit dit jaarverslag zoveel mogelijk bij scholen langs geweest om met een beeld te geven van ons werk in coronatijd met het elkaar het gesprek te voeren en afspraken te maken doel iedereen in beeld te hebben en houden onder over de aanpak rond verzuim en corona gerelateerde bijzondere omstandigheden. vraagstukken. Net als altijd stond ook het contact met de ouders, het kind of de jongere centraal. Bij een melding van verzuim onderzocht de leerplichtambte- naar of er een achterliggende reden was hiervoor. Op zo’n moment ging de leerplichtambtenaar in gesprek met de ouders, het kind of de jongere, de school en eventueel een Ouder- en Kind Adviseur of jeugdarts. Samen wisten de betrokkenen in de meeste situaties een succesvolle oplossing te vinden om het school- verzuim te stoppen. Een terugkerend onderwerp was de angst bij ouders voor corona in combinatie met de vraag of de school wel een veilige omgeving was. Verhalen over een bijzonder schooljaar In dit jaarverslag geven we een impressie van dit bijzondere coronajaar voor het onderwijs in het algemeen en voor Leerplicht in het bijzonder met verhalen en bevindingen uit de praktijk en van 3 Voorwoord 2 Inleiding 3 Coronamaatregelen in het onderwijs 6 Verhalen over onderwijs in coronatijd 7 Het verhaal van Willem, leerplichtambtenaar 7 Het verhaal van Samra, leerplichtambtenaar 10 Het verhaal van Ingeborg van der Meulen, directeur basisonderwijs 13 Het verhaal van Irma, mbo-studente (19 jaar) 16 Het verhaal van Elsbeth Ypma, zorgcoördinator en docent op een mbo-college 19 Kerngetallen schoolverzuim 22 Wettelijk ongeoorloofd verzuim 22 Bovenleerplichtigen 23 Recidive 24 Absoluut verzuim 25 Langdurig relatief verzuim 26 Voortijdig schoolverlaten 27 Vrijstellingen 27 Processen-verbaal en afdoeningen Halt 28 Begrippenlijst 29 Colofon 30 Contact 30 Mn ge RT mn … er we : P en nie En ge te ien ed 5 rage ae en ne j gp re te ree aen we ee EE En r 1 ae. E- = :, ee en hij ; N pn mie ee aid : are eere kt 5 gr sei en Rd Etre - n= 2 et eee oe ELsrd er ee LO ee irr e : en fe: derde” E banen et Gd Ee e en. AN nl rh en a s rn at de gd ee hd 5 nt ekain rt ee a ; Oi ee | rei oe tn eG in an d Er Ge is mee } er Er es en EE zn en gE e de Ie ve, ris EE er het: 5 5 q 7 ne EN : gn Ze Ln 7 He ern RE tn ae Sr ee Beas 8 hd Ee p EE en sten, TE Se EE Se ETM een B eg dd ee ä SE en tn 7 a Ee Rn 5 adi een EE pe oe Er Derden E ij lt = 7 ad En = : Ls ä en ze eh EE se Pe : ar en EE ee Ee AE — = Beter gmn 7 ae s Rn En RT Me Mn: RE en Rhin le ri EE a Pan K mn in … lee, rdf gee) Sr Sai, E, ee h een, sE el bh, í ren Î 3 en ai oe ne ie: He oe ar Emer AN EEn zi en ki ern. a ae ee EE er nn i En Mn ge ner Anr 7 Á - penn rn = 5 ec TE Mr ee Tre Wie, Mer ai! en EE en ET n= Erkan ee en EE] ee en Re he ie 4 he at et ed Ea 3 B ee ef eh a, en en pieter 1 Fles El , red 3 ET ma: S 2 Ë aes ei RE ee vz Te Eer tn le: en EE . weeer te OE je ed 4 re En ne ee ng A2 À ei el ER are en Ei 5 die L er Wer tr T% ai ee Se ij en mn en rd Kn ee ne EA ee Ee ke EE Far. a ine rn ami 1e We sl hen: me b mt er MD Ere ee in en DR nne ee zij: er Rn E Te 4 ze rs Je en EE a eg Ee Ee ges Ne TE eer er. re eea a ele. > Been 0 E win zr en En eer Te op en ed Te Bk etn - enn we kn en 7 # Ea re ee ee an i ge en at eden er TE ei en ern ee i win Ee, eni _ We ee 7 Wer FE an je ed el En Sik enn eee ne rd EA ne Te A - ne ee Nn re en eat Een in me Te En ee gee biert vaer ek ee ek Ma er ie ned en Ee en oe rn Te eN Ee ng Me mit aen, nd : ne eN gern. En “ag TE RE ES ae Een es EE në ad te ij rn ie Rian Ee eek: nn re ern wrd mer, en gr a] EE, ne _ - ae PE Ee Ten E ee en TN zen en he nr en Ken: - Ee > er - : , mma r REN tE ef dk er Ee lln ni - ee : ee pe rl tn ee Sl EE Be Mn jes EN eren EE ze > ij ra Re Er Pee Te ne Ke en en ne 5 = Men Be lt Er Een ee ne en ES — n ee us - en, El El eerd 8 je er — mmm = mn VE on ern BE ne ai Ten een en er ed ee mm, te ' re . ee d EL 3 Tt e ne ' ee Eer EEN eee : a B ze B Eee ak kre mi ee En Ln ma nn ee mk Sr 4 ie ide RE EE BE Een. peet ad Er eN en EE Ee en en ei NE Ti Er pe in nen eN Eng m ee Ne A et An te tee rn M- EE br gee ef LEME 2e T td RG eer : B ni un de pi” lees JE en bet ", rn n En Je in EE hs - dd Eek Der Ee = Ei : zt nn hi en ee: sh ig mt ë : Ee ER RM pappen en Den r „ rr EMA TERS her eee oi : oei = kT Pt Ee = wert ienged mn Bn 1 pen En Me Lt En Eet k wf met REE e E aise Ee ed Led 5 TN EE = re Pe 7 n re an mn der re en Ht ad ae gern Ee r E: Es z z = Ee ze Eee re E ns ES ri en 5 er BE rdf ee: Is 4 ai aad „ re Eet ern Ee ee ef 3 eiien —S. Ee re: nan r zr dj eik en! nn 8 Hip ke. * ME eend En BEE AT in me CE EE ais ve en en k a Ben tekel Lif u tl zer pe es re ans 4 Ee ä a PE ee ik Tije : rj een ek N La Te Re Ee EL rn . L en ea een de en ee 5 pee Ee lr et aen © Aer re en Mins er ME ee ej 5 a abelen ke 5 Nn rt ee EE d se EE - EEE ae a et k SE ee Ae We eN er rn Bird IR Een = Taren en Ei ver Ter ner Cr en ; 3 Rn En - rie, EE a en heh ee eed ne Me ne EN Se df NE ; ee Ee, El Ate, Els ì on Ae a en er we he i Kn td de EE Ee Bet en Aas Dn zin L iT Sed pe ne rn. ens ie . : Ie WE u kt En n er Ten in, Eg Ee BR ge r Et En E eed á 3 d ka Ad Td EE, - - he hi E ke hej ret E DVE ermee ee De Ee eee Ee bi: « ij Tees Ee. rk Lr A ir 4 gn He ee ir A ENE EE Fn gr d „ reds nr eN Et rr ret = a 8 Tar ee a ih eri Ee MF Mn en E ae hen PT ee ES ë eee on ie | Rakt ERP Tg Ent ee me ig R 5 +5 rd: 8 KN te der Tee Pe iN ” e rn rk Bà RE Eel ef 5 VPE MP ov ch TE EN Be k zi et Ver Par aa rig Albe Tee - ep ä Pie enn dt den B in Es \ Din EE CE re Nr Ee ET rn ne a Li NE 7 pen Et, nn 7 hin le + he ei KAG KL EEG Ae ee AE gE TE ee . À Si ete Ee Ak î Te Peder t e dT, ed ptn Berten rh ra Ei e wgn er mel ; ar RE BEE ETE Es rn ig Rl Et Nt EEEN a BREE Ean Tkn ee Ek " 5 en Feu p Meren rte Dagen pn bah teer ai. ner rf "5 rr à ei Mac In waren Te a ir a ha : iN ij E ers rn E ie ad ern B en EEE eN 5 Ht vR re ed dd ee k | RE EE Oek : enen „ide Tir EN Ee erk ik NEE ee mi, En me Ate ee B nr ln ì re Er Er nn a edt Aen. el sn Let dE zn ze B a ne Load he B Ep Een E 7 Td. ee 3 zh pr pr en TEL Tn TN lek ks ere td ee Ke kad a ii ä a ú ar ng POE Ù. ig ht ES ee en he EE Ten ET ee T: En eN 7 x Ee Sh, : zi Bak her el B A he Pe eik e Ee a ie Rn / at 5 ten Ee ET ue ke et el ee pe En tn en EN re nk En Ene re EN ennn de ern oe pe end ee et EEE ek: AP re En leje dend 5 Ee Ma an r En rr en SF na raand En» 5 E me ETT E gr ET. BES Ì Bene ae EE : gee net Te er Re ee el NE pl Ee LE RE, Pein E , A ne Ka ee vende B eet © Ee Ene ee mee ci en et BE Dt ek Oelen Er Fn En 7 mal ns AE et jen ke z ee wd de if ee tj Kga, j T A 8 en me mt ri in ke Ë 8 de ed pk ee tij rain dT Pa. Fran ei en Pm. en kn TE ae arn telde dn Rr EL fr Pe al ilk B Ee T Bk me in het onderwijs 19 augustus 2020 — Start schooljaar 2020-2021: Scholen primair onderwijs (po), voortgezet (speciaal) onderwijs(v(s)o) en het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) geven fysiek en online les. De Leerplichtwet is weer volledig van kracht. Nieuw is dat scholen met ingang van dit schooljaar verplicht zijn zowel het fysieke verzuim als het online verzuim te registreren en te melden bij Leerplicht. Landelijke coronamaatregelen: alleen leerlingen met gezondheidsklachten als verkoudheid, hoesten, niezen, of koorts of die huisgenoten met dergelijke corona gerelateerde klachten hebben, blijven thuis. Scholen gaan in overleg met ouders en leerlingen/studenten over de mogelijkheden om in thuisquarantaine afstandsonderwijs te geven om zo achterstanden te voorkomen. september 2020 — Er geldt geen 15 december 2020 — Een harde thuisquarantaine tot 12 jaar, scholen loekdown. Uitzondering: kinderen hoeven hiervan geen verzuimmelding van ouders met cruciale beroepen te doen bij de gemeente. en uit kwetsbare gezinnen mogen wel naar school. 8 februari 2021 — Het primair (speciaal) onderwijs is weer volledig open voor fysiek onderwijs. 1 maart 2021 — Het mbo en vo gaat deels open voor fysiek onderwijs: één dag in de week voor mbo studenten en minimaal één dag in de week voor vo leerlingen. 31 mei 2021 — De vo-scholen mogen weer helemaal open. Scholen krijgen tot 7 juni de tijd om volledig open te gaan, zodat er ruimte is om alles te organiseren, waaronder het zelftesten. 7 juni 2021 — De vo en mbo scholen zijn verplicht open. 6 NERI ef Khad Ei 5. hhh ie _ ag aal Bor Ok ge E P | ns | geen Mij an peen De F en | Het verhaal van Willem, leerplichtambtenaar “Ziekte nummer twee naast corona was de slechte wift bij leerlingen thuis ” “In coron atijd waren er weinig een computer de les volgen. Ik wil mijn achterstand . . . inhalen.” School gaf daar in eerste instantie geen gehoor verzuimmeldin gen, meomp lete aan. “Alleen kinderen uit kwetsbare gezinnen kunnen meldin gen of meldin gen die onderwijs volgen op school.” Toen heb ik school ge- . .. . vraagd waar de grens volgens hen ligt. De vraag van eigen | IJ k geen meldi ngen hadden de leerling was helder en de situatie van het gezin was moeten zij n. Bijvoo rbeeld omdat duidelijk niet rustig. Bovendien was het gezin klein be- . .. huisd. Na ons gesprek zag de school ook in dat voor deze de camera uit stond tij dens de leerling les op School de huiste beslissing was.” online lessen. Was de leerling wel of niet aanwezig? Waarom Slechte wifi? Los het op* Ziekte nummer twee naast corona was de slechte staat de camera uit? Hoe is de wifi bij leerlingen thuis. Hoe vaak ik dat als reden heb vec! . . . gehoord voor afwezigheid bij online les, is niet te tellen. th uissituatie? Dat weet ik n iet Computer stuk, camera stuk, dat werd ook veel als reden en dat weet de school niet. Wij opgegeven. Ik ging dan met de jongere en de ouders . . . het gesprek voeren over het op orde maken van de wifi. hielden ons vooral bezig met dit In een normale situatie is het zorgen voor een goede soort vragen. ï internetverbinding geen probleem en nu wel? Wat doe je dan? Je regelt een nieuwe router, je belt met je provider of stapt over op een andere provider. Als je met de bus naar Willem: “Scholen hebben zelf hun verantwoordelijkheid school gaat en de bus komt vaak niet of te laat dan pakje heel goed gepakt in de thuisonderwijs periode. Ze hielden een bus eerder, je neemt een andere bus of je regelt ander goed contact met hun leerlingen, heel outreachend. Als vervoer. Dat geldt ook voor je wifiverbinding en voor je leerplichtambtenaar voerde ik regelmatig gesprekken laptop en camera op je device. Je zorgt dat het op orde is. met leerlingen en school over de randvoorwaarden voor Los het op! Het waren heel vaak smoesjes en voor aanwezigheid in de online les. Als ik na een melding wie dat geen smoesje was, zorgden wij of de school een jongere sprak dan stelde ik daar vragen over. Heb je voor laptops.” een plek in je huis om rustig de les te volgen? Heb je een eigen laptop of computer? Kun je op tijd wakker worden en klaar zitten voor een les?” Een opstopping bij de badkamer “Zo kwam iker bijvoorbeeld een keer achter dat vier kinderen uit één gezin samen één laptop deelden. De ene dag kreeg de een de laptop, de ander dag de ander en ga zo maar door. Als je dit weet, dan weet je ook wat er nodig is: meer laptops voor het gezin. Dat valt te regelen. Ande- re problemen waren lastiger op te lossen. Voorbeeld: het hele gezin begint tegelijkertijd vanuit huis met school BEVINDINGEN LEERPLICHTAMBTENAREN en werk. ledereen staat dan ook rond dezelfde tijd op. Gevolg: een opstopping bij de badkamer. De leerling zat daardoor vaak te laat klaar voor het beeldscherm en ai ct corona oo Pp de les. Ook kwam ik tegen dat mensen te klein behuisd a waren om allemaal tegelijk achter een laptop rustig een con js a ct as) et | (a{e S Te je les te volgen. Er was gewoon niet genoeg plek. Ouders, broertjes en zusjes, docenten en leerkrachten tetterden dan in één ruimte door elkaar heen. Dan is het heel moei- en ou d ers lijk de online lessen goed te volgen.” . B Veeltelefonisch en digitaal contact. In een lokaal, rustig achter de computer “Een enkele keer heb ik kunnen bemiddelen om het vol- B Juist goede gesprekken met leerlingen gen van onderwijs op school toch mogelijk te maken voor per telefoon. een leerling. Zo kwam ik in contact met een gezin waar van alles aan de hand was. De moeder was ziek maar ook B Digitale gesprekken maken minder indruk. belast met de zorg voor vijf kinderen in de leeftijd van 13 tot 18 jaar. De oudste kinderen stonden in contact AEK ENELAKe 4e de SA Leaked edele Ig met jeugdzorg. Een van de jongste kinderen zei: maar uiteindelijk goed gelukt. “Ik wil naar school, laat mij in een lokaal rustig achter _ B Corona-angst bij ouders. Niet veel handhaven, wel kijken wie wat kon doen “Het was echt lastig om aan te tonen wat eraan de hand was na een melding. We hebben niet veel gehandhaafd. We zijn vooral bezig geweest met kijken wie wat kon doen, samen met de school proberen leerlingen te motiveren toch bij de les te zijn en te onderzoeken of de randvoorwaarden op orde waren.” Goede gesprekken met jongeren “Wat in coronatijd juist heel goed ging, was het contact met jongeren. Ik had sneller contact en de gesprekken verliepen goed. Jongeren zijn goed gewend geraakt aan het voeren van online gesprekken. Wat ook een voordeel is van zo’n online afspraak is dat ook de school of een Ou- der- en Kind Adviseur heel makkelijk kon aanschuiven. Geen afspraak verzoeken per brief, gewoon even bellen. Geen reistijd. Iedereen snel beschikbaar. Het was ook opvallend om te zien dat er jongeren waren die normaal veel verzuimden en nu ineens aanwezig waren in de les. Ik denk dat we de goede dingen uit deze periode moeten behouden. Onderwijs is soms maatwerk, en het is mooi als we dat kunnen bieden.” 9 Het verhaal van Samra, leerplichtambtenaar “Moeder treuzelde bij de inschrijving van haar zoon op een school om gezondheidsredenen: corona-angst” 4 nn, ' EN Be er 14 LK JJ Are ZM ES Á, ak / Een astmatische jongen (9) en een was betrokken, kon geen vrijstelling adviseren op basis 8 ) 8 P . . . van de beschikbare informatie over de medische toestand moeder die ba ng Is dat haar kind van het jongetje. Een verklaring van een huisarts zou iets overkomt en daarom haar wellicht wel reden kunnen geven voor de GGD-arts . . . om anders te adviseren. Moeder zou het jongetje laten zoon niet insch rij fto Pp ee n school onderzoeken door een huisarts.” na terugkeer van verblijf in het . _ “De school was bekend met het gezin. Het jongetje zat op buitenland. Corona-an g st, een deze school voor het gezin tijdelijk naar het buitenland veel ge hoorde reden om niet verhuisde. Zij waren op de hoogte van de ernstige astma . . van het jongetje. Wij bij Leerplicht hielden het aanvraag- fysiek naar school te gaa nen in . proces in de gaten. Had de moeder daadwerkelijk contact dit geval om een kind niet eens in met de GGD-arts? Maakte de moeder een afspraak met de Pp . huisarts? Gaat het goed met het jongetje? Kortom, loopt te sch rijven op een sch ool. Sam FA, dlesrond de aanvraag” leerplichtambtenaar, had intensief contact met de moeder om het absoluut verzuim te stoppen. Samra: “Als leerplichtambtenaar doe ik (voor)onderzoek bij absoluut verzuim. Wij werken daarin samen met de ketenpartners. We willen achterhalen waarom een jonge Amsterdammer niet op een school staat ingeschreven. Bij een van die onderzoeken werd na enige tijd de achter- liggende reden voor het absoluut verzuim duidelijk: corona-angst. Moeder hield haar zoon thuis omdat haar kind sterk astmatisch is, en soms aanvallen heeft. Het kind komt daarvoor wel eens in het ziekenhuis terecht. Moeder was gewoon bang.” Uitstelgedrag “We kregen bij Leerplicht in januari de melding van absoluut verzuim. Vanaf dat moment konden wij het onderzoek in gang zetten. Ik heb gedurende drie maanden gesprekken gevoerd met de moeder. Ik belde regelma- BEVINDINGEN LEERPLICHTAMBTENAREN tig om te vragen of moeder de stappen had gezet die we hadden afgesproken en merkte dat moeder uitstelgedrag 55 vertoonde” Effect corona op “Het jongetje en de moeder bleken vanaf augustus al in samenwe 7 8 je es) et Nederland te wonen. Zij hebben de Nederlandse natio- naliteit maar woonden enige tijd in het buitenland. Sinds hij terug is in Nederland, volgde hij vanuit een Amster- ed ch Le, | en en an d d> damse woonkamer, de lessen op de buitenlandse school waar hij in het buitenland onderwijs had gekregen. Pp Do | a ners Moeder had wel de intentie om haar zoon in te schrijven op een Amsterdamse school maar besloot een verzoek e tot vrijstelling van onderwijs aan te vragen op basis van SAN LalSiaE lichamelijke gronden (artikel 5, sub a). Moeder vond ES thuisonderwijs prima gaan zo gezien de gezondheid van RSS EIES haar zoon en het gevaar besmet te raken.” NAE de Renn EN A Advies GGD-arts elkaar goed te vinden. “Om dit verzoek goed te keuren, vraagt Leerplicht om B Vaak gevraagd te bepalen of iemand advies bij een GGD-arts. De GGD-arts die bij deze casus meer school moest. B Informeren over richtlijnen. Treuzelen “Gaandeweg werd wel duidelijk dat moeder niet wilde dat het kind naar school zou gaan. Moeder bleef treuzelen bij het maken van een afspraak bij de huisarts. Het jongetje werd ook ziek in die periode. Ondertussen investeerde moeder wel in het onderwijs van haar zoon. Ze zorgde dat hij onderwijs kon blijven volgen op de buitenlandse school en regelde extra lesmateriaal. Na enig aandringen is de moeder dan toch bij de huisarts geweest en deze heeft verklaard dat het jongetje gewoon naar school kan. Het jongetje gebruikt medicijnen die moeten helpen de astma in de hand te houden. En de omikronvariant is minder heftig dan de vorige corona varianten. Moeder treuzelde nog steeds. Nadat ik contact heb opgenomen met de school, heeft school direct weer met de moeder gebeld. Moeder ging overstag. Haar zoon gaat nu naar een Amsterdamse school en het gaat goed met hem. Eind goed, al goed.” 12 ee | W | b, | k | el NA NAI RO e mek LL | Lj ZR FS $ | y d | | AR h S mr En L E nnn. gn EE 7 | ‚Mm me ee ini p 8 i Erm ne A “Tijd ens de eerste lockdown En het scheelde natuurlijk dat iedereen thuis nog steeds moesten we in razend tem po cen laptop had. Iedereen wist wat hij/zij moest doen en on meteen online van start. het wiel uitvinden. De tweede lockdown waren we al een beet e “Wat ons kracht gaf, was bijvoorbeeld dat we toch veel gewen d. Kinderen hadden intussen groepen konden draaien. Onze leerlingpopulatie is . heel divers. Veel kinderen uit grote gezinnen en klein ook allemaal een lapto Pp thuis. De behuisd. Veel lage inkomens. Ook veel kinderen van 1mpa ct van corona Is gro ot. N og nieuwkomers. Veel van deze kinderen mochten wij fy- steeds. Corona is een gegeven. " siek les geven. Wat ons, de kinderen en ook ouders moed gaf, was perspectief. We planden in het nieuwe jaar een schoolreisje en zorgden dat deze door kon gaan.” Ingeborg van der Meulen is directeur van de Dalton- school Louis Bouwmeester in Amsterdam Nieuw-West. “Eris heel wat af geappt rond de coronamaatregelen. Zij vertelt: “Zin in school - dat is het credo van ons hier in Met de directeuren binnen de stichting, met mijn team school - en in onze stichting de Westelijke Tuinsteden. en ook met ouders. We hadden goed contact met elkaar. Alles wat wij doen voor de kinderen, is hieraan gekop- Na iedere persconferentie appte ik met de directeuren peld. en mijn team als dat nodig was. Wat betekent de pers- Het was niet altijd makkelijk om het plezier erin te conferentie voor ons en de leerlingen? Welke rooster- houden. Het heeft zeker geholpen dat we in schooljaar aanpassingen moeten we maken? Wat communiceren 2020-2021 konden voortbouwen op eerdere ervaringen. we naar ouders? Maar ook gedurende het hele jaar was er intensief contact met elkaar. We hadden als directeuren op basis van vorige ervaringen gezamenlijke afspraken gemaakt. Het kon niet meer zo zijn dat op de ene school iemand wel naar school kon en op de andere een vergelijkbare leerling niet. Met het team deelden we successen, vragen die speelden, maar ook onze zorgen en we stemden af over praktische zaken. Is een leerkracht ziek? Kunnen we de klas opvangen? Sturen we de klas naar huis? De communicatie met ouders was concreter en via de app hadden we snel contact met individuele ouders. Ouders hadden ook meer begrip.” BEVINDINGEN LEERPLICHTAMBTENAREN “Bijna iedereen was in schooljaar 2020-2021 in beeld. E ffe ct corona o Pp Van de leerlingen die er niet waren, wisten we wat er ne " aan de hand was en zat er waar mogelijk zorg omheen. recl d Ive In h et Dat was tijdens de eerste lockdown wel even anders. Toen waren we een aantal kinderen kwijt. We belden en e - e mailden naar ouders. We gingen op huisbezoek en deden (s pe Claa I) Pp rimalr- en briefjes in de bus. Van alle kanten hebben we ons geza- ve menlijk ingezet alle leerlingen weer bij de les te krijgen. Voo rtg ez et on d e FWIJ S De leerkrachten, de leerplichtambtenaar, de Ouder- en Kind Adviseur, ik als directeur. Dat maakte indruk. We merkten dat het soms moeilijk was ouders te motiveren Wegvallen sociale vangnet leidde soms om hun kinderen online leste laten volgen en hun tot extra uitval. huiswerk op te laten halen. We hebben daar toen flink op moeten inzetten. Wat zich weer terugbetaalde tijdens de Bij voortgezet speciaal onderwijs meer tweede lockdown. Het contact met de ouder was er sprake van demotivatie. inmiddels en het zijn (nog steeds) waardevolle korte (app)lijntjes.” Corona-angst als reden bij herhaaldelijke verzuimmeldingen. “Corona heeft een enorme impact gehad. Niet alleen op Meer motiveren en coachen. de kwaliteit van het onderwijs maar ook op het gedrag en de gezondheid van leerlingen. De afgelopen jaren zagen Verzuimers bleven langer onder de radar. we sommige kinderen steeds stiller en afweziger worden. Nu zijn ze allemaal weer op school maar het is nog steeds niet zoals het ooit was. We zien ook veel overgewicht. Het meest opvallend is dat er veel extra aandacht nodig is voor het sociaal-emotionele aspect. Er zijn kinderen die meer structuur nodig hebben en hun grenzen opzoeken. Het groepsproces is voor kinderen ook een belangrijk gemis geweest. Je ziet veel ruzietjes op het schoolplein, kinderen hebben verleerd om samen te werken en je ziet leerlingen die zich slecht kunnen concentreren. Samenspelen is een vaardigheid die we weer moeten op- pakken. Met 15 tot 20% van de leerlingen is gedragsmatig iets aan de hand. Dat schijnt een landelijk gegeven te zijn. Daar besteden we veel aandacht aan. We bouwen alle activiteiten rustig op. Een aantal dingen hebben we even in de ijskast gezet. We gaan niet rennen als het niet nodig is. En we kunnen honderd keer praten over achterstanden, die zullen de komende jaren nog wel blijven. Corona is een gegeven waar we voorlopig mee zullen moeten omgaan.” 15 Het verhaal van Irma, b d 19 j mbo-studente (19 jaar) “D tond all 1 h ik | stit, tocn moest ik vooruit b l 7 7 “De opleiding was leuk. Online les was best fijn maar ik had moeite met mij klaar te maken en een les te volgen op anderhalve meter van mijn bed. Op een gegeven moment voelde ik het gewoon niet meer. Het lag niet aan de opleiding. Het lag aan de hele situatie. Ik besloot te gaan doen wat ik wel kon opbrengen om de hele dag te doen. Ik ben gaan werken.” De coronaperiode Irma startte met haar mbo-opleiding niveau 4 midden in de coronatijd. Irma: “De hele coronaperiode heeft veel invloed gehad op mij en mijn omgeving. Ik woon bij mijn vader. Mijn beste vriendinnen hebben panische ouders die liever niet wilden dat ze naar buiten gingen. Als ze het wel mochten dan met maximaal drie personen, echt niet meer. De tijd met de avondklok vond ik helemaal heftig. Ik heb niet veel buiten te zoeken in de avond, maar het feit dat het niet mocht en niet kon, dat was beklemmend. Het aller moeilijkst vond ik dat ik mijn moeder niet kon zien vanwege een immuunziekte. Ik was altijd mantelzorger voor haar en dat kon nu niet meer. Aangezien ik toch niks kon doen, bleef ik thuis. Ik ging de eerste week schoonmaken, nagels lakken, dat soort dingen. Maar het duurde langer en toen bleef ik in mijn bed liggen, films en series kijken, beetje eten en veel slapen. En dan is je dag voorbij. Dat is niet goed voor een mens.” 16 dd , de ze p en B er in ke Ne af hef he Eed Ü P, “ hen e ff fi Ki 4 ie hi E a a mn, ke mm a ni | zi pn ha k / Pd b. Ne 2 Dn ee nn _ en — a e Fr Pe PN mm Ë /f ge Gym voor een cameraatje “We hebben een half jaar vanuit huis les moeten volgen. Voor mij voelde die periode eeuwig. En niet alleen die periode. De lesdagen zelf duurden ook erg lang. Iedereen uit mijn klas zat er doorheen. Dat had invloed op mij. Je motiveert elkaar dan ook niet echt via een laptop. En als je dan staat te gymmen voor een cameraatje en pennen in een glas staat te gooien voor je laptop dan BEVINDINGEN LEERPLICHTAMBTENAREN denk je toch, wat is dit? Ik kon het niet serieus nemen.” Stage Effect corona op “Stagelopen is niet gelukt. Ik heb verschillende stage- n n plekken een mail gestuurd. Maar de reactie was: “Nee, h js verzuim In en et geen plek”, of ik hoorde zelfs helemaal niets. Dat demo- tiveert ook. De stage was voor een kortere periode en fe | ee waarschijnlijk hebben bedrijven liever iemand die langer AA ede, rtg It Lj onae Ad) a) beschikbaar is.” B Onduidelijkheid of een leerling online School bood hulp AIA Aalt aen was i “Toen het niet meer lukte, kreeg ik hulp vanuit school. 9 i Eigenlijk moest school meldingen doen bij Leerplicht B Digitaal les vonden leerlingen saai. omdat ik te vaak lessen miste. Na gesprekken met de zorgcoördinator, kreeg ik een aangepast rooster en B Leerlingen raakten gedemotiveerd. hoefde ik niet naar alle lessen. Zij verwees mij ook door naar het LEC (Loopbaan Expertise Centrum). Ik kwam in EE La el RTL Kel PPI contact met een jeugdadviseur waar ik het goed mee kon m_ Scholen hadden moeite met de vinden. Maar ook met een hulpverlener waar de commu- ‚ - ‚ nicatie absoluut niet prettig mee was waardoor ik Verzin Agens, niet meer op haar appjes reageerde. De gesprekken waren bedoeld om mij te helpen, om meer duidelijkheid te krijgen voor mijzelf. Het aangepaste rooster, de lessen die ik niet hoefde te volgen, dat maakte het wel makkelijker maar niet per se leuker. Het veranderde eigenlijk niets. Het klikte niet met mij, de studie en corona. Dat werd mij wel duidelijk. Ik besloot mij uit te schrijven.” Leerplicht “Uiteindelijk is een melding gedaan bij Leerplicht. De leerplichtambtenaar belde en ik heb verteld wat er alle- maal was gebeurd en wat ik had besloten. Zij reageerde heel aardig en positief op mijn verhaal. Ze vond dat het goed was om even de tijd te nemen en om daarna weer een studie op te pakken. Op mijn 16e kwam ik ook al eens met Leerplicht in aanraking. Ik deed toen een andere opleiding. De situatie met mijn moeder was niet rustig voor mij. Leerplicht heeft toen hulp geregeld en mij de ruimte gegeven om wat voor mijzelf te doen en in de toe- komst opnieuw te beginnen. Dat werd dus de opleiding Maatschappelijke zorg. De contacten met Leerplicht zijn altijd fijn geweest. Ze luisteren en zijn begrip- en respect- vol. Dat is echt fijn. Zeker na die slechte ervaring met een hulpverlener.” Als corona niet was gekomen “Als corona niet was gekomen dan had ik gewoon nog mijn baantje gehad in de horeca. Ik had tijdens corona graag naar school willen blijven gaan. Niet eens om stof te leren maar om mensen te zien. Ik zeg niet dat ik dan nu mijn studie nog steeds had gevolgd, maar ik had mij wel veel beter gevoeld. Dan was ik waarschijnlijk niet in die mentale rollercoaster terecht gekomen. Door corona staat alles stil, maar toch moest ik vooruit blijven gaan. Ik kon dat niet opbrengen.” Hoe gaat het nu? “Op het moment gaat het goed met mij. Ik heb de perio- de van onzekerheid over de opleiding afgerond. Ik werk nog steeds. Over een jaar wil ik wel weer een opleiding gaan doen, maar dan een BBL. Dan hoef ik niet de hele dag op een stoel te zitten in een klas. De deur naar de jeugdadviseur staat nog altijd voor mij open. Met de gezondheid van mijn moeder gaat het ook beter. We bellen dagelijks en soms zelfs meerdere keren per dag. Het voelt goed nu.” 18 nn AE Ì | Op mbo-college Westpoort werkte de corona-aan pa k g oed. Alle hes aantal studenten verdween letterlijk uit beeld. e gingen naar hen op zoek. Docenten belden, leerlin gen die mochten 1 kwamen schreven mails en brieven. Die studenten wilden niet. op school en de lee ropbrengst Dan verwees ik docenten door naar de zorg, maar die otsten tegen dezelfde problemen aan als de docenten. was h oog. “Er waren docenten die Leerplicht stond in die tijd niet bovenaan in ons lijstje. uitriepen: “Dit willen we altijd!” En een eyeopener was dat achter “Het is niet gelukt om alle studenten in beeld te krijgen. ieder verzuim een verhaal zit. Voor sommige studenten betekende hun afwezigheid dat zij later opnieuw aan hun studie moesten beginnen. Daar vraag je naar!” Instromen lukte niet meer. Het is triest. En dan heb ik het nog niet eens over de psychische gevolgen voor deze leeftijdsgroep. Hun psychische ontwikkeling heeft “Vanaf september werden gelijk alle examenklassen en meer dan een jaar stil gestaan. Het laat zich raden hoe klassen niveau 2 opgedeeld in groepjes van acht studen- dat gaat uitpakken.” ten”, vertelt Elsbeth Ypma, zorgcoördinator en docent Nederlands op College Westpoort van het ROC van Amsterdam. “Met een beperkt lesrooster konden wij “Maar goed, de mensen die naar school mochten komen, iedereen zo naar school laten komen. Deze aanpak was waren aanwezig. Er was maar Één ding dat ze konden het gevolg van ervaringen uit de eerste lockdown. doen: in de les zitten, opletten en hun opdrachten Studenten zaten met z’n achten in een lokaal. Alle over- maken. De reuring, de gezelligheid, het samenscholen, tollige banken en stoelen werden uit een lokaal gehaald dat was er allemaal niet. De leeropbrengst was er om maar zo veel mogelijk afstand te creëren. Er waren duidelijk wel. Dat was heel prettig. Er waren docenten duidelijke regels: het lokaal mochten ze niet uit, alleen die uitriepen: dit willen we altijd!” voor toiletbezoek, en ze moesten blijven zitten. Eten namen ze zelf mee want de kantine was dicht. De docenten waren de enigen die zich verplaatsten door de gangen. Zo hebben we toch fysiek les kunnen geven aan vooral de zwakke studenten.” “De periode daarvoor, vanaf maart tijdens de eerste lockdown, hebben we vier maanden online lesgegeven. Toen is er heel veel verloren gegaan. Sommige studenten keken niet naar het (Nederlandse) nieuws en de ouders die de Nederlandse taal niet machtig zijn, begrepen uit de berichten: de scholen zijn dicht. Punt. Zij hadden de conclusie getrokken dat er geen school was. Zodra ze doorkregen dat er wel school was maar online, liepen we in sommige gevallen tegen problemen op als: geen computers thuis, slechte verouderde wifi en schaamte. We merkten dat sommige studenten niet in beeld kwamen omdat ze niet wilden laten zien in welke omstandigheden zij leven, dat ze bijvoorbeeld geen eigen kamer hebben. Ze kwamen met teksten als: “Ik ben er niet want … „er is een probleem thuis … „ik kan er niet bij zijn … ” We hebben indertijd heel veel laptops aan- geschaft en gezegd: “Luister, je hebt recht op onderwijs. Als je geen computer hebt, dan krijg je er een te leen van ons.” Thuissituaties zijn soms schrikken “We hebben een studentenpopulatie waar veel mee aan de hand is. Door de coronamaatregelen hebben we een inkijkje gekregen in thuissituaties waar we enorm van schrokken. Ondersteuning van ouders was soms lastig. De taal en de cultuur is anders dan op school. Veel zeven- tienjarigen hebben de zorg voor hun jongere broertjes en zusjes etc. Streng optreden is dan geen oplossing. Het is heel makkelijk om te zeggen: “Het is twee minuten over negen, jij mag niet meer de klas in. Dat is de regel.” Als je er dan achter komt dat zo’n student al vanaf zes uur in touw is, dan denk je: oh wacht even, dit kind doet zijn stinkende best. Je denkt dat je het wel weet als docent maar je weet het eigenlijk niet. We hebben geleerd voor- zichtig te zijn in hoe je een student benadert. Er kan een verhaal achter zitten. Daar vraag je naar. Dit is in corona- tijd voor heel veel docenten een eyeopener geweest.” Achterstanden “We hebben echt niet alles opgelost. Verre van dat. We kampen nu wel degelijk met grote achterstanden die zijn opgelopen in die tijd. Maar meer nog met het herstellen van achterstanden die opgelopen zijn op het vmbo. We helpen hen met extra taallessen Nederlands. Verder doen we wat we kunnen binnen het reguliere programma. Het is belangrijk om alles uit de kast te trekken om contact te hebben met studenten. Dat is essentieel. Dat was tijdens Covid zo maar nu ook. Als je niet meteen acteert als een student uit beeld dreigt te verdwijnen dan is het net zand dat tussen je vingers wegglipt.” 21 schoolverzuim In dit deel van het jaarverslag Leerplicht 2020-2021 staan de resultaten van Leerplicht uitgedrukt in cijfers. De cijfers zijn, net als vorig jaar, vertekend door de coronasituatie. Dat maakt dat wij ervoor hebben gekozen om de cijfers dit jaar beperkt toe te lichten. Bij de kerngetallen gaat het om leerlingen en studenten In tabel 1 gaat het dus om verzuim voor zover dat tot 23 jaar die in Amsterdam wonen. Dat waren er gemeld is bij Leerplicht. ruim 110.000 in dit schooljaar. Leerlingen uit andere gemeentes die in Amsterdam onderwijs volgen, vallen Wij zien een stijging in het percentage leerlingen onder de Leerplicht van hun eigen woongemeente. dat verzuimt. Tegelijkertijd is het aantal leerlingen in Amsterdamse kinderen en jongeren, die buiten Amsterdam licht gedaald. Dit maakt dat het wettelijk Amsterdam naar school gaan, zijn wel terug te zien ongeoorloofd verzuim in schooljaar 2020-2021 percen- in de kerngetallen. Scholen zijn verantwoordelijk voor tueel hoger maar in absolute aantallen lager is dan het het melden van verzuim. Bij de cijfers in dit jaarverslag schooljaar daarvoor. In schooljaar 2019-2020 werden gaat het dan ook steeds om het gemelde verzuim. 2866 (2,8%) leerlingen gemeld vanwege wettelijk ongeoorloofd verzuim. In schooljaar 2020-2021 waren … . 2985 (3%) leerlingen. Wettelijk ongeoorloofd verzuim Een stijging is met name in het voortgezet- en het Er is sprake van wettelijk ongeoorloofd verzuim als voortgezet speciaal onderwijs cluster 4 te zien. Het een leerplichtige of kwalificatieplichtige leerling verzuim in het voortgezet onderwijs is gestegen (5-18 jaar), woonachtig in Amsterdam, 16 uur of meer van 3,3% (2019-2020) naar 3,7% (2020-2021). In het in vier aaneengesloten lesweken verzuimt. De school voortgezet speciaal onderwijs, cluster 4, is het verzuim is verantwoordelijk voor het registreren van school- gestegen van 35,8% naar 46,8%. In het mbo zien we verzuim en het melden van wettelijk ongeoorloofd juist een afname van verzuimers namelijk van 29,3% schoolverzuim aan de gemeente. naar 26,4% in schooljaar 2020-2021. Tabel 1. Verzuimers per schoolsoort - Amsterdamse leerplichtigen 2020-2021 Primair Onderwijs 50566 106 0,2% (Voortgezet) Speciaal Onderwijs, Cluster 4 391 183 46,8% Middelbaar Beroepsonderwijs 3448 910 26,4% Op school buiten Amsterdam 8651 461 5,3% 22 Bovenleerplichtigen Net als bij de leerplichtigen, zien wij bij bovenleerplich- tigen in het voortgezet onderwijs een stijging van het Leerlingen/studenten die ouder zijn dan 18 jaar hoeven verzuim: van 11,7% naar 17,5%. Ook in het voortgezet niet meer verplicht naar school. Wel zijn scholen speciaal onderwijs cluster 4 zien we lichte stijging van verplicht bij de gemeente een melding te doen als een 43,1% naar 45,7%. In het middelbaar beroepsonderwijs leerling/student van 18 jaar of ouder van school dreigt zien wij daarentegen een lichte afname van het percen- te gaan zonder startkwalificatie (RMC-functie). tage verzuimers van 44,5% naar 43%. In Amsterdam hebben we daarbovenop de afspraak met het onderwijs dat zij ook een melding doen bij verzuim van 16 uur of meer in vier aaneengesloten weken van jongeren ouder dan 18 jaar melden. Deze afspraak moet bijdragen aan het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. In tabel 2 is het verzuim weergegeven van jongeren tussen de 18 en 23 jaar en woonachtig in Amsterdam, de zogenaamde bovenleerplichtigen. We zien dat het totale percentage verzuimers onder de bovenleerplichtigen (19,9%) hoger is dan het percenta- ge verzuim van de leerplichtigen (3%). Dit is in lijn met voorgaande jaren. Tabel 2. Verzuimers per schoolsoort - Amsterdamse bovenleerplichtigen 2020-2021 (Voortgezet) Speciaal Onderwijs, Clusters 1-3 78 1 1,3% (Voortgezet) Speciaal Onderwijs, Cluster 4 46 21 45,7% Voortgezet Onderwijs 715 125 17,5% Middelbaar Beroepsonderwijs 5117 2199 43,0% Particulier 28 0 0,0% Subtotaal Amsterdam 5985 2346 39,2% Op school buiten Amsterdam 9027 635 7,0% Totaal 15012 2981 19,9% 23 Recidive Als een Amsterdamse leerling of student meer dan één wettelijke verzuimbehandeling heeft gehad in het afgelopen schooljaar, is er sprake van recidive. Figuur 1 laat zien dat de recidive in schooljaar 2020-2021 in alle onderwijssectoren is toegenomen ten opzichte van schooljaar 2019-2020 en in de meeste sectoren weer lager is in vergelijking tot schooljaar 2018-2019. De verzuimbehandeling is altijd gericht op het structureel stoppen van het verzuim. Leerplicht blijft streven naar het verlagen van de recidive. Met name in het middelbaar beroepsonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs cluster 4 is te zien dat bijna de helft van de jongeren die gemeld is bij Leer- plicht, nog steeds meer dan één verzuimbehandeling krijgt. In absolute aantallen zijn dat 2.477 verzuimers met meer dan één verzuimbehandeling van de 5.802 verzuimers. Figuur 1. Recidive NRN Primair Onderwijs mn (SNS 22,7% EN Onderwijs, Clusters 1-3 25% ORN Voortgezet) Speciaal mmm Onderwijs, Cluster 4 A 50,3% KO Voortgezet Onderwijs ed leerplichtig KON 40,4% Voortgezet Onderwijs 2e bovenleerplichtig KN oh Middelbaar Beroepsonderwijs mmm leerplichtig 46,5% | HN 2ore20n 59,6% Middelbaar Beroepsonderwijs km m 2019-2020 bovenleerplichtig NSA B 2020-2021 24 Absoluut verzuim In schooljaar 2020-2021 stonden aan het eind van het schooljaar nog 495 leerlingen geregistreerd als Wanneer een leerling bij Leerplicht geregistreerd absoluut verzuimer ten opzichte van 554 in schooljaar staat als een absoluut verzuimer, zoekt de leerplicht- 2019-2020. Leerplicht heeft het afgelopen jaar met ambtenaar uit waarom dit kind (nog) geen school- gerichte acties gezorgd dat meer meldingen van inschrijving heeft. Een kind kan om verschillende absoluut verzuim zijn afgesloten en dat dit ook vaker redenen aangemerkt worden als absoluut verzuimer. binnen drie maanden lukte, zie tabel 3. Acties die hier aan bijdroegen, zijn o.a. de aanscherping van B _Eenkind is net 5 geworden, en daarmee de werkinstructie voor de leerplichtambtenaren; het leerplichtig, maar de schoolinschrijving is nog nauwgezet volgen van de cijfers en door onmiddellijk niet definitief. bij te sturen zodra het aantal openstaande meldingen B Een kind is recent naar Amsterdam verhuisd toenam of de afname stagneerde. Ook is er veel werk vanuit een andere gemeente en staat nog niet verricht om tijdig te achterhalen waarom er nog geen ingeschreven op een school in Amsterdam, maar schoolinschrijving bij Leerplicht bekend was. is wel al uitgeschreven door de school uit de andere gemeente. B Een kind is een nieuwkomer/statushouder en onlangs in Amsterdam komen wonen. B Een kind had een vrijstelling en stond om die reden niet ingeschreven. B Een kind maakt de overstap van de ene onderwijssector naar de andere (po-vo, vo-mbo, overstap naar so). De vertrekkende school heeft al uitgeschreven, terwijl er nog geen nieuwe inschrijving bekend is. B Een kind is thuis in afwachting van een passend onderwijsaanbod. Tabel 3. Absoluut verzuim verloop in schooljaren t.o.v. vorig jaar Aandeel in <3 Maanden 210 232 328 276 -16% 56% >3 Maanden 157 117 226 219 -3% 44% Totaal 367 349 554 495 11% 100% 25 Langdurig relatief verzuim Tussen schooljaar 2016-2017 en schooljaar 2019-2020 nam het langdurig relatief verzuim toe, van 0,11% Een langdurig relatief verzuimer (LRV'er) is een naar 0,21%. In schooljaar 2020-2021 is het gelukt dit leerplichtige of kwalificatieplichtige (5 tot 18 jaar) die percentage terug te brengen naar 0,15%, dat zijn ingeschreven staat op een school of onderwijsinstelling 147 leerlingen. In schooljaar 2019-2020 ging het en die zonder geldige reden meer dan 4 weken nog om 214 leerlingen. verzuimt zonder dat hij/zij vrijstelling heeft van de leerplicht respectievelijk vrijstelling van geregeld De meeste leerlingen (70,1%), die langdurig verzuimen, schoolbezoek wegens het volgen van ander onderwijs. gaan in de loop van het schooljaar na korte of langere tijd weer terug naar school. Een deel van deze leer- Voor het eerst sinds vier schooljaren is het in schooljaar lingen is in behandeling van een leerplichtambtenaar 2020-2021 gelukt het aantal LRV'ers en thuiszitters in (21,8%) en voor een klein deel geldt dat zij geen Amsterdam te laten afnemen. De daling van het aantal doelgroep meer zijn van Leerplicht omdat zij bijvoor- LRV'ers zien we met name in het voortgezet onderwijs beeld 18 jaar zijn geworden. en voortgezet speciaal onderwijs. Tabel 4. Langdurig relatief verzuim schooljaar 2019-2020 en 2020-2021 Schoolsoort 2019-2020 Totaal LRV 2020-2021 Totaal LRV Primair Onderwijs 20 31 (Voortgezet) Speciaal Onderwijs, Clusters 1-3 8 5 (Voortgezet) Speciaal Onderwijs, Cluster 4 37 16 Voortgezet Onderwijs 129 86 Middelbaar Beroepsonderwijs 19 7 Particulier 1 2 Totaal 214 147 Figuur 2. Langdurig relatief verzuim 250 0% | | 0,20% | fj i 0,19% | i 200 0,18% | | 0,15% | Geen doelgroep 150 | | en | 0,11% | In begeleiding | 32 (21,8%) 100 | 20 | Op school 112 UREr) UVA4 197 147 | 103 (70,1%) 0 | | | | 2015-2016 2016-2017 2017-2018 2018-2019 2019-2020 , 2020-2021 — %Totaal LRV |M Totaal Lev nl 2020-2021 Totaal 147 26 Voortijdig schoolverlaten Het aantal vrijstellingen dat in schooljaar 2020-2021 is afgegeven, is opnieuw hoger dan het schooljaar De gemeente heeft samen met de onderwijsinstellingen daarvoor. De grootste stijging zien we bij vrijstellingen de wettelijke taak voortijdig schoolverlaten (vsv) te op basis van lichamelijke of psychische redenen (artikel bestrijden en kwetsbare jongeren te begeleiden naar 5 onder a). Deze soort vrijstelling neemt nu al drie school en/of werk. schooljaren op rij toe. Ook zien we een toename van het aantal vrijstellingen op basis van een inschrijving op Het vsv-percentage voor schooljaar 2020-2021 is een school in het buitenland (artikel 5 onder c). Echter, 2,44% 1. In totaal zijn dat 1212 jongeren die vroegtijdig dit aantal vrijstellingen is wel lager dan in schooljaar van school zijn gegaan. Dit is een lichte stijging ten 2018-2019 het geval was. opzichte van schooljaar 2019-2020 (2,21%) maar nog steeds onder het percentage van 2018-2019 (2,91%). In de raadsbrief vsv en de afhandeling motie 1691 van 30 november 2021 is nader ingegaan op de stijging vsv-ers in schooljaar 2020-2021 ten opzichte van schooljaar 2019-2020. Vrijstellingen In de Leerplichtwet is een aantal criteria opgenomen op grond waarvan vrijstelling van de leerplicht kan worden aangevraagd. De mogelijke vrijstellingen zijn: m Vrijstelling artikel 5 onder a: vrijstelling op basis van lichamelijke of psychische redenen. m Vrijstelling artikel 5 onder b: vrijstelling op basis van bedenkingen tegen de richting van het onderwijs. m Vrijstelling artikel 5 onder c: vrijstelling op basis van een inschrijving op een school in het buiten- land. m Vrijstelling artikel 15: vrijstelling wegens het volgen van ander onderwijs, bijvoorbeeld een bedrijfsopleiding of een speciale vakopleiding. Tabel 5. Ontwikkeling aantal vrijstellingen bijgewerkt tot 30 september 2021 VAO KLO A 2017 2018 VOE AOK, 2019 - 2020 2020 - 2021 Artikel 5 sub a 361 357 385 424 459 Artikel 5 sub b 46 53 62 51 56 Artikel 5 sub c 470 444 362 279 338 Artikel 15 51 50 42 56 48 Totaal 931 910 855 816 904 1 Dit percentage is afkomstig vanuit DUO (het Rijk) en betreft de voorlopige cijfers schooljaar 2020-2021. Het percentage verschilt van het percentage zoals in de raadsbrief van 30 november 2021 (3% vsv) staat genoemd. In de raadsbrief zijn de voorlopige cijfers gedeeld, daterend van 1 november 2021. Deze cijfers waren afkomstig vanuit de Jeugdmonitor Onderwijs van de gemeente Amsterdam. Er heeft een administratieve correctie op deze cijfers plaatsgevonden. 27 Processen-verbaal en afdoeningen Halt Verzuim kan leiden tot handhaving door Leerplicht. Leerplicht kan een jongere verwijzen naar Bureau Halt. Dit gebeurt wanneer het verzuim aanhoudt maar nog niet heel ernstig is en er geen andere zorgen zijn rond de betreffende jongere. Bureau Halt bespreekt het spijbelgedrag met de jongere en bekijkt wat een passende straf is om het verzuim te stoppen. Als het om ernstig, herhaald verzuim gaat of om absoluut of luxe verzuim, kan een justitieel proces-verbaal worden opgesteld tegen een jongere en/of de ouder. Aan de cijfers is te zien dat afgelopen schooljaar voor relatief verzuim minder vaak verwezen is naar Bureau Halt en ook minder vaak een proces-verbaal is opgemaakt. Deze afname is al een aantal jaar zicht- baar. In de twee schooljaren met coronamaatregelen lijkt deze afname nog sterker te hebben doorgezet. In schooljaar 2020-2021 zijn er minder meldingen van luxe-verzuim binnen gekomen bij Leerplicht. Een afname van 38,5% ten opzicht van schooljaar 2019-2020. Bij de meeste meldingen is niet over- gegaan tot het opmaken van een proces-verbaal. Tabel 6. Processen-verbaal en afdoeningen Halt bijgewerkt tot 30 september 2021 T 8 2016- vo NA vo KS vAo ke viera VAR RA denk 2017 2018 ik) Ave 2021 | vorig jaar Verzuimdossiers 11408 9936 10107 8074 8021 -0,7% Relatief Halt 127 80 46 30 21 -30% Proces-verbaal 280 162 180 87 81 -6,9% Verbaliseringspercentage 2,5% 1,6% 1,8% 1,1% 1,0% Luxe Verzuimdossiers 888 843 1021 933 574 -38,5% Proces-verbaal 121 98 152 153 31 79,7% Verbaliseringspercentage 13,6% 11,6% 14,9% 16,4% 5,4% Absoluut Verzuimdossiers 2469 2765 3084 2543 2535 -0,3% Proces-verbaal 4 1 5 3 50,0% Verbaliseringspercentage 0,2% 0,0% 0,2% 0,1% 28 Begrippenlijst Speciaal Onderwijs cluster 1: onderwijs voor blinden en slechtzienden. Absoluut verzuim cluster 2: onderwijs voor doven, slechthorenden en Een leerplichtige die niet staat ingeschreven op kinderen met een taalontwikkelingsstoornissen. een school. cluster 3: onderwijs voor langdurige zieke kinderen en kinderen met een verstandelijke of fysieke beperking. Bovenleerplichtige cluster 4: onderwijs voor kinderen met psychische Een jongere tussen de 18 en 23 jaar zonder stoornissen en gedragsproblemen. startkwalificatie. Startkwalificatie Kwalificatieplichtige Een startkwalificatie is een havo- of vwo-diploma of Een jongere tussen de 16 en 18 jaar die nog geen een diploma van een opleiding op niveau 2, 3 of 4 van startkwalificatie heeft behaald, is kwalificatieplichtig. het mbo. Langdurig relatief verzuim Voortijdig schoolverlaten Een leerplichtige die langer dan vier weken Voortijdig schoolverlaten is het verlaten van aaneengesloten ongeoorloofd afwezig is. school zonder een startkwalificatie (havodiploma, vwo-diploma of diploma op mbo-niveau 2, 3 of 4). Leerplichtige Het gaat om jongeren tussen de 12 en 23 jaar. Een leerling van 5 tot 16 jaar is leerplichtig. Wettelijk ongeoorloofd verzuim Leerplichtvrijstelling Minimaal 16 uur ongeoorloofd verzuim in Een vrijstelling van de Leerplichtwet voor jongeren: vier aaneengesloten lesweken. B _die psychisch of lichamelijk ongeschikt zijn om het onderwijs te volgen: artikel 5 onder a Leerplichtwet; B van wie ouders/verzorgers overwegende bedenkingen hebben tegen de richting van het onderwijs op redelijke afstand van de woning: artikel 5 onder b Leerplichtwet; B die onderwijs volgen in het buitenland: artikel 5 onder c Leerplichtwet; B van 16-17 jaar die op een andere wijze voldoende onderwijs genieten: artikel 15 Leerplichtwet. Luxe verzuim Ongeoorloofd verzuim rondom de schoolvakanties. Recidive Een leerling/student met meer dan één wettelijke verzuimbehandeling door Leerplicht. Relatief verzuim Er is sprake van relatief verzuim als een leerplichtige jongere wel is ingeschreven bij een school, maar zonder geldige reden les- of praktijktijd verzuimt. Een ander woord voor ongeoorloofd verzuim of wel: spijbelen. RMC-functie Regionale meld- en coördinatiefunctie van de gemeente ter voorkoming en bestrijding van voortijdig schoolverlaten. 29 Colofon Afdeling Onderwijs Team Leerplicht Gemeente Amsterdam Tekst verhalen en redactie: Communicatie Leerplicht, Gemeente Amsterdam Cijfers: Afdeling Onderwijs Amsterdam Beeld: Nationale Beeldbank Vormgeving: LassooyDesign BNO De namen van de leerplichtmedewerkers en de jongere in het verhalende deel zijn fictief. De beelden bij de verhalen zijn willekeurig gekozen. Contact Website: amsterdam.nl/leerplicht Telefoon: 020 251 80 10 E-mail: [email protected] Postadres: Afdeling Onderwijs - Leerplicht, Postbus 1840, 1000 BV Amsterdam. Mei 2022 30 st st a S A u 5
Onderzoeksrapport
31
val
Gemeente Bezoekadres Stadhuis, Amstel 1 Amsterdam 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14020 > < www.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan Datum 20 oktober 2020 Kenmerk Formulier Raadsadres d.d. 20 augustus 2020 Behandeld door Carlo Schoonebeek, Ruimte en Duurzaamheid, 06 52581002, [email protected] Onderwerp Raadsadres geluidsoverlast van de treinen op het spoor dat grenst aan Droogbak, Amsterdam Geachte Hartelijk dank voor vw brief aan de gemeenteraad van 20 augustus 2020 betreffende de geluids- overlast van de treinen op het spoor dat grenst aan de Droogbak, Amsterdam. Op 30 september 2020 heeft de gemeenteraad het college gevraagd om uw brief te beantwoorden. Ik ga in op de vragen die u in uw brief stelt: Wanneer zijn de laatste geluidsmetingen gedaan op het Droogbak en/of wanneer vinden die plaats vit hoofde van het plan hernieuwde geluidsanering 2020? Bij spoorweglawaai wordt geluid in de regel niet gemeten, maar berekend. Dit conform de wette- lijke voorschriften. Achtergrond hierbij is dat een berekend geluidsniveau een betrouwbaarder beeld geeft van het geluid in alle seizoenen én ook van de toekomstige situatie. In het kader van het Tracébesluit voor het Programma Hoogfregquent Spoor in Amsterdam (PHS), zijn diverse on- derzoeken verricht*. Ten aanzien van geluid is hierbij gebleken dat PHS aan de wetgeving voldoet ondanks dat er meer treinen gaan rijden. Er hoeven daarmee in dat kader geen geluidmaatregelen genomen te worden. Het aspect booggeluid® is apart onderzocht. In het Ontwerp Tracé Besluit Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (OTB) van 26 maart 2020 is aangegeven dat de situatie voor booggeluid bij de voorkeursvariant op de meeste locaties leidt tot een verbetering. Alleen op de locatie Muiderpoort verslechtert de situatie. Hier worden gerichte maatregelen getroffen. : https://www.platformparticipatie.nl/projectenlijst/amsterdam-phs/documenten/index. aspx * Booggeluid is het piepende en snerpende geluid dat wordt veroorzaakt door treinen die door een spoorboog rijden of in afbuigende richting door een wissel rijden. Het Stadhuis is bereikbaar met de metro of met tramlijn 7 en 14, halte Waterlooplein. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 20 oktober 2020 Kenmerk Formulier Pagina 2 van 3 Ook vanuit het Meerjarenprogramma (MJP G) spoor wordt het gehele spoornet in Amsterdam opnieuw berekend. Hierop wordt onderstaand nader ingegaan. Welke maatregelen worden genomen om de geluidsoverlast te verlagen in het kader van de ver- nieuwing van het spoor aan de westzijde van het centraal station? Zoals bovenstaand is aangegeven leidt de vernieuwing van het spoor aan de westzijde van het spoor niet tot gelvidmaatregelen. Hoe staat het met het Meerjarenplan geluidhinder (MJPG)van de overheid en de landelijke plan- nen voor de hernieuwde geluidsanering in 2020? Vanuit het (rijks) Meerjarenprogramma (MJPG) spoor zal het gehele spoortraject in Amsterdam opnieuw berekend en beoordeeld worden op de noodzaak van geluidsmaatregelen. Dit onderzoek vindt plaats op basis van de in 2012 voor geluid aangepaste Wet milieubeheer. Voorgeschreven is dat ProRail voor (bijna) alle stukken spoor een saneringsplan moet indienen. ProRail werkt mo- menteel de akoestische onderzoeken vit en het onderzoek voor Amsterdam zal naar verwachting in het eerste kwartaal van 2021 beschikbaar komen. Daarna wordt een landelijk dekkend sane- ringsprogramma opgesteld en dat zal vanuit het MJPG project ook afgestemd worden met omwo- nenden. Of, en zo ja welke maatregelen er rond Droogbak zullen komen kan op dit moment nog niet worden aangegeven. Welke geluidsmaatregelen zullen in dit kader worden genomen op de locatie Droogbak door de gemeente en door ProRail? Hierop is bovenstaand al ingegaan. Het nemen van maatregelen voor het rijksspoor is aan de rijksoverheid. De gemeente overweegt hier op dit moment zelf geen maatregelen. Wel is op 10 september 2020 in de Raad een motie aangenomen van de leden Vroege en Boutkan inzake het Programma Hoog Frequent Spoor. In de motie is het college gevraagd om een extern onderzoek te laten verrichten naar cumulatie van geluid en trillingen in het gebied tussen CS en Muiderpoort. Het college zal hier gevolg aan geven en de resultaten van dit onderzoek zullen uiterlijk in het voorjaar van 2021 beschikbaar komen. Komt Droogbak ook in aanmerking voor geluidsisolatie op kosten van het rijk of de gemeente? U verwijst naar subsidieprojecten in andere gemeenten gericht op het aanbrengen van geluidsiso- latie bij zwaar geluidbelaste woningen. Het betreft dan zogenaamde saneringswoningen, die al ten tijde van de invoering van de Wet geluidhinder een te hoge geluidbelasting ondervonden. Ook Amsterdam kent een dergelijke aanpak. Woningen die op een van de door de minister vast- gestelde saneringslijsten staan komen in principe in aanmerking voor geluidwerende maatregelen op basis van de rijkssubsidieregeling. Als het gaat om rail dan ligt de uitvoering van de sanerings- regeling bij ProRail?. De uitvoering van de saneringsregeling voor het wegverkeer ligt wel bij de gemeente. Het adres Droogbak 2 staat op de zogenaamde Eindmeldingslijst staat, dit als gevolg van verkeer over de Nieuwe Westerdokstraat. Droogbak 2 zal daarmee in principe in aanmerking komt voor maatregelen in het kader van de sanering wegverkeerslawaai. De gemeentelijke aan- 3 Voor meer informatie zie: https://www.mjpgspoor.nl/ Het Stadhuis is bereikbaar met de metro of met tramlijn 7 en 14, halte Waterlooplein. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 20 oktober 2020 Kenmerk Formulier Pagina 3 van 3 pak voor de sanering wegverkeerslawaai is toegelicht op de volgende pagina: https://www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/wonen/gevelsanering/ U vraagt in vw brief de normoverschrijding zo spoedig mogelijk op te lossen. Zoals bovenstaand is aangegeven is er geen sprake van een overschrijding van wettelijke normen. U vraagt tot slot ook waarom er op dit punt langs de Azo geen geluidswand is geplaatst. Het betreft hier een rijksweg, en bij wettelijke procedures beoordeelt het rijk of maatregelen — bijvoorbeeld in de vorm van ge- lvidsschermen - nodig zijn. Het rijk hanteert hierbij een doelmatigheidscriterium en het hangt dan van de lokale situatie af of de plaatsing van een scherm noodzakelijk is. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Zodra er meer informatie beschikbaar komt over de nieuwe saneringsregeling en de vitkomsten van het onderzoek naar cumulatie van geluid en trillingen in het gebied tussen CS en Muiderpoort dan zult v daarover geïnformeerd wor- den. Met vriendelijke groet, ge Pa Fa mj Den Mar a fa Sharon A. M. Dijksma Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Het Stadhuis is bereikbaar met de metro of met tramlijn 7 en 14, halte Waterlooplein. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl
Raadsadres
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 66 Ingekomen onder s Ingekomen op woensdag 22 januari 2020 Behandeld op donderdag 23 januari 2020 Status Verworpen Onderwerp Amendement van de leden Boomsma, Kreuger, Ceder, Van Soest, Van Lammeren en Yilmaz inzake de Agenda Autoluw (schrap knip Oostertoegang en Weesperstraat) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Autoluw ‘Amsterdam maakt ruimte’ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 31). Overwegende dat: — het college de ambitie heeft om het autogebruik in de stad fors te beperken; — een van de redenen hiervoor is om rust en schone lucht te creëren in de héle stad; — het college zegt een ongedeelde stad en het opkomen voor kwetsbare wijken hoog in het vaandel te hebben staan; — de Agenda Autoluw twee knips bevat, in de Oostertoegang en de Weesperstraat, die tot gevolg zullen hebben dat de hoeveelheid verkeer en daarmee ook de overlast en de luchtvervuiling in Kattenburg, een kwetsbare wijk, fors omhoog zal gaan, Besluit: op pagina 84 en 85 van de Agenda Autoluw de respectievelijke passages "We bereiden een pilot voor om in de Weesperstraat voor een aaneengesloten periode (van één of meerdere weken) een knip aan te brengen. Voorafgaand brengen we met een nieuw kentekenonderzoek de huidige verkeersstromen in kaart.” en “Om de hiervoor benodigde ruimte te creëren wordt de Oostertoegang eenrichtingsverkeer voor auto's. Doorgaand autoverkeer richting de IJtunnel moet rijden via de Piet Hein kade en de Kattenburgerstraat” te schrappen en de rest van de Agenda Autoluw de bovenstaande wijziging te laten reflecteren. 1 De leden van de gemeenteraad D.T. Boomsma K.M. Kreuger D.G.M. Ceder W. van Soest J.F.W. van Lammeren N. Yilmaz 2
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2016 Vergaderdatum 1 en 2 juni 2016 Afdeling 1 Agendapunt 15A Nummer 480 Publicatiedatum 27 mei 2016 Onderwerp Actualiteit van het lid Van Lammeren inzake het festival gereedmaken van het Gaasperpark met Groengelden. Aan de Gemeenteraad Groengebied Amstelland heeft onlangs besloten om de infrastructuur in het Gaasperpark uit te breiden en hierbij een ‘hoofdroute’ te realiseren. Uit antwoorden op schriftelijke vragen! blijkt dat Groengebied Amstelland aan de noordkant van de Gaasperplas wil beginnen om de schade bij het gebruik van het terrein voor festivals te verminderen. De voorlopige raming voor de Hoofdroute Noordoever Gaasperplas bedraagt € 997.000,-. Wanneer Groengebied Amstelland heeft ingestemd met de Hoofdroute Noordoever Gaasperplas, zal er een aanvraag gedaan worden voor een bijdrage uit de Groengelden van de gemeente Amsterdam. De Partij voor de Dieren vindt het onwenselijk dat Groengelden mogelijk ingezet zullen worden voor wegen door parken om deze geschikt te maken voor festivals. Reden van spoedeisendheid Een gedetailleerd ontwerp voor de Hoofdroute Noordoever Gaasperplas zal dit voorjaar worden voorgelegd aan het Algemeen Bestuur van het Groengebied. Als de plannen worden vastgesteld zal een aanvraag voor een bijdrage uit de Groengelden gedaan worden. Om te voorkomen dat Groengelden worden ingezet voor asfalt in dit park is het wenselijk dat de gemeenteraad zich hier zo snel mogelijk tegen uitspreekt. Het lid van de gemeenteraad dhr. J.F.W. van Lammeren 1 http://amsterdam.notudoc.nl/cgi- bin/showdoc.cqi/action=view/id=286882/type=pdf/Van Lammeren Partij voor de Diere n_ inzake de besteding van groengelden voor het aanleggen van wegen door het Gaasperpark.pdf#search=%22gaasperpark%22 1
Actualiteit
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 913 Publicatiedatum 28 juli 2017 Ingekomen op 20 juli 2017 Ingekomen onder A’ Behandeld op 20 juli 2017 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Van den Berg inzake de Voorjaarsnota 2017 (ondersteunen van het Jongeren Manifest Klimaat). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 446). Constaterende dat: — De voorzitters van de tien politieke jongerenorganisaties een Manifest Klimaat hebben opgesteld en ondertekend voor een duurzamer Nederland, te weten de jongerenafdelingen van CDA, D66, WD, CU, SP, GL, PvdA, DENK, PvdD en SGP. — In het stuk vijf uitgangspunten staan geformuleerd die zouden moeten worden opgenomen in zowel het lokale als het landelijke beleid. — Deze vijf uitgangspunten aansluiten bij de klimaatdoelstellingen van de gemeente Amsterdam: o Concretisering, door middel van maatregelen, van de Parijse akkoorden, die erop neerkomen dat de temperatuurstijging beperkt moet blijven tot minder dan twee graden Celsius. o Het principe 'De vervuiler betaalt’ zal uitgangspunt moeten zijn. Daardoor wordt een gelijk speelveld gecreëerd voor de industrie, wat een voorwaarde is voor succesvolle innovaties op het gebied van duurzame productie. o ledere maatregel zal getoetst moeten aan het effect ervan op de kwaliteit van de aarde, nu en in de toekomst. o Alles moet in het werk gesteld worden dat multinationale ondernemingen niet minder belasting betalen dan het MKB. o De menselijke maat moet norm zijn in kaderstelling, regelgeving en beleid en op landelijk niveau ook in wetgeving. Overwegende dat: — De stad Amsterdam koploper wil zijn in verduurzaming binnen alle domeinen in de samenleving. — De lokale overheden veel meer kunnen stimuleren op het gebied van innovatie en tezamen een kracht kunnen vormen naar de landelijke overheid om zich meer in te zetten voor verduurzaming. 1 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Het Jongeren Manifest Klimaat expliciet te ondersteunen om daarmee met kracht erop aan te dringen dat het Manifest wordt opgenomen in het nieuwe regeerakkoord. Het lid van de gemeenteraad P.J.M. van den Berg 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1654 Publicatiedatum 29 december 2017 Ingekomen onder w Ingekomen op donderdag 21 december 2017 Behandeld op donderdag 21 december 2017 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Roosma en Ünver inzake het besluit voor het voortzetten collectieve zorgverzekering voor minima in 2018 met Zilveren Kruis op basis van vestigen van uitsluitend recht voor de duur van 1 jaar (meeverzekeren eigen risico). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het besluit voor het voortzetten collectieve zorgverzekering voor minima in 2018 met Zilveren Kruis op basis van vestigen van uitsluitend recht voor de duur van 1 jaar (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1607). Overwegende dat: — Vanwege het verslechterde bod van Zilveren Kruis het college besloten heeft geen meerjarige verplichting aan te gaan voor het aanbieden van een collectieve zorgverzekering voor minima. — Het college voornemens is voor 2019 een openbare aanbesteding uit te schrijven om te onderzoeken of een gunstigere prijs/kwaliteit verhouding voor minima kan worden bewerkstelligd.” Voorts overwegende dat: — Amsterdam er momenteel voor kiest om het eigen risico niet mee te verzekeren in de collectieve ziektekostenverzekering voor minima, maar om deze gespreid te laten betalen, zodat mensen die geen zorgkosten maken dit eigen risico aan het eind van het jaar terug krijgen. — De gemeentes Rotterdam, Utrecht en Den Haag het eigen risico laten meeverzekeren en zij daardoor een lagere premie kunnen aanbieden aan minima. — Ziek worden een kwestie is van pech, en het daarom eerlijker is om het eigen risico te laten mee verzekeren, zodat er solidariteit tussen ziek en gezond is. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij het uitschrijven van een aanbesteding voor een collectieve ziektekostenverzekering als optie mee te nemen het eigen risico mee te verzekeren in plaats van te kiezen voor een gespreide betaling en teruggave aan hen die niet ziek worden, onder voorwaarde dat de premie lager uitvalt voor minima. 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1654 Motie Datum 29 december 2017 De leden van de gemeenteraad F. Roosma E, Unver 2
Motie
2
discard
> < Gemeente Amsterdam > 4 Oost Agenda Aan de leden van het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost Vergadering dinsdag 7 juni 2016 20.00-22.45 UU Stadsloket Oost, Oranje-Vrijstaatplein 2, Raadzaal Voorzitter Ivar Manuel Secretaris wnd. Kees Rozemeijer Onderwerp Voorbereidend AB Tijden bij benadering Algemeen 1. Opening 20.00 2. Mededelingen 3. Vaststellen van de agenda Inhoudelijk gedeelte: bespreekpunten 4. Bestemmingsplan Zeeburgerpad 20.05 5. Startnotitie herontwikkeling Koffiefabriek 20.50 6. Iníitiatiefdocumenten Cruguius kavel 1.5 Amvest, Sigma locatie en 21.15 ‘Binnenbocht’ Cruguiusweg 7. Evaluatie Handhavingsprogramma 2015 21.40 8. Begroting 2017 22.05 g. Vragenronde 22.35 10. Kijk op de Wijk 11. Sluiting 22.45 Gemeente Amsterdam Datum dinsdag 7 juni 2016 Pagina 2 van 2 Inhoudelijk gedeelte: parallelle sessie 1. Slagvaardige overheid: Groen, Reiniging en Openbare Ruimte 21.00 2
Agenda
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1449 Publicatiedatum 24 december 2015 Ingekomen onder AE Ingekomen op donderdag 17 december 2015 Behandeld op donderdag 17 december 2015 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Poot, Guldemond en Duijndam inzake het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam 2016-2021 (kosten voor de aanleg van nieuwe riolering in nieuwbouwgebieden). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam 2016-2021 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1397). Constaterende dat: — de Amsterdamse riolering al meer dan 100 jaar een essentiële voorziening is voor onze stad; — het Gemeentelijk Rioleringsplan voorziet in het goed blijven functioneren van de riolering; — het plan echter ook een stijging van de rioolheffing voor de Amsterdammer betekent. Overwegende dat: — de rioolheffing sinds 2011 ook de kosten voor de aanleg van nieuwe riolering in nieuwbouwgebieden bevat; — deze kosten tot 2011 uit de grondexploitatie van nieuwbouwgebieden werden betaald; — de verandering in 2011 tot stand kwam vanwege de crisis in de bouw en de daarmee samenhangende lage stand van het Vereveningsfonds. Voorts overwegende dat: — de crisis in de bouw voorbij is en het Vereveningsfonds een gezondere stand laat zien; — het meer voor de hand ligt de kosten van nieuwe riolering in nieuwbouwgebieden te bekostigen uit de grondexploitatie van die gebieden, aangezien er een koppeling bestaat met andere kosten (zoals waterleidingen en toegangswegen) die bij nieuwbouw ontstaan; — het echter niet op voorhand helder is wat de effecten zullen zijn van het terugbrengen van de kosten voor nieuwe riolering in nieuwbouwgebieden naar de grondexploitatie. 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1449 Moti Datum 24 december 2015 Ie Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken of het mogelijk is de kosten voor de aanleg van nieuwe riolering opnieuw onder te brengen in de grondexploitatie; — te onderzoeken wat de effecten van een dergelijk besluit zijn op het Vereveningsfonds en de hoogte van de rioolheffing; — de raad over de uitkomst van deze onderzoeken bij de Voorjaarsnota te informeren. De leden van de gemeenteraad M.C.G. Poot PV. Guldemond P.J.M. Duijndam 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam F EZ % Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven % Gewijzigde agenda, donderdag 3 oktober 2019 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven Tijd 13:30 tot 17:00 uur Locatie De Commissiezaal Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie FEZ d.d. 4 juli 2019 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieFEZ @raadsgriffie.amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten 10 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam F E Z Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven Gewijzigde agenda, donderdag 3 oktober 2019 Deelnemingen 11 Brief Stand van zaken RvC AEB Nr. BD2019-006546 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Boomsma (CDA). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. Financiën 12 Eindrapportage Financiën Op Orde Nr. BD2019-006547 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 13 Misstanden bij kwijtschelding gemeentelijke belastingen Nr. BD2019-006548 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (SP). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. Lucht- en Zeehaven 14 Instemmen met de raadsvoordracht voor de concept jaarrekening 2018 en concept begroting 2020 van de Gemeenschappelijke Regeling Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied Nr. BD2019-006543 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 9 oktober 2019). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 15 Intrekken regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2012 en vaststellen van de nieuwe Regionale Havenverordening Noordzeekanaalgebied 2019 Nr. BD2019-006521 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 9 oktober 2019). 16 Afhandeling toezegging van wethouder Economie op 4 oktober 2017 inzake export van hoogzwavelige brandstoffen naar West Afrikaanse landen Nr. BD2019-006544. e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Groen (GL). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 2 Gemeente Amsterdam F E Z Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven Gewijzigde agenda, donderdag 3 oktober 2019 17 Luchtvervuiling in Amsterdam door zee- en riviercruiseschepen Nr. BD2019- 006545 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Boutkan (PvdA) en Groen (GL). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. Economische Zaken 18 Amsterdams Ondernemers Programma (AOP) 2019-2022 Nr. BD2019-006539 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 9 oktober 2019). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 19 Initiatiefvoorstel van d.d. 4 juni 2019, van de leden Roosma (GroenLinks), Bakker (SP), Simons (BIJ1), Mbarki (PvdA), Van Lammeren (PvdD) en Kili (DENK), getiteld: ‘Ban de Bom’. Nr. BD2019-006540 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Roosma (GL), Bakker (SP), Simons (BIIJJ1), Mbarki (PvdA), Van Lammeren (PvdD) en Kilie (DENK). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 20 Kennisnemen van de Economische Verkenningen MRA 2019 Nr. BD2019- 006541 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Nadif (GL) e _ Uitgesteld in de vergadering van 12 september 2019. 21 Afdoening toezeggingen met betrekking tot de jaarlijkse evaluatie Freezones (TA2015-001551) en verruimen van regels in de Freezones (TA2016-000717) Nr. BD2019-006542 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De commissie AZ is hierbij uitgenodigd. e _ Uitgesteld in de vergadering van 4 juli 2019 en 12 september 2019. TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Economische Zaken 22 Bespreken van het tegemoetkomen van ondernemers tijdens het herstel van kades en bruggen doormiddel van een overbruggingsfonds Nr. BD2019-006771 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Martens (VVD). 3
Agenda
3
train
Agenda van de Commissie Bouwen, Wonen en Klimaat van 27 juni 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Commissie Bouwen, Wonen en Klimaat Datum: donderdag 27 juni 2013 Aanvang: 19:30 tot 22.30 uur Locatie: Rooszaal 0239, Stadhuis Procedureel gedeelte van 19.30 uur tot 19.45 uur 1. Opening procedureel gedeelte e De spreektijd voor de avond is 3 uur. 2. Mededelingen 3. Vaststellen agenda 4. TKN lijst Inhoudelijk gedeelte van 19.45 uur tot 20.00 uur 5. Opening 6. _Inspreekhalfuur publiek 7. Actualiteiten en mededelingen 8. Rondvraag Grondzaken 9. _ Vaststellen van de uitgangspunten van de nieuwe Algemene Bepalingen voor voort- durende erfpacht Nr. BD2013-006695 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeente- raad d.d. 3 juli 2013). e Stukken worden nagezonden * Voorstel gevoegd te behandelen met agendapunt 10 1 Commissie Bouwen, Wonen en Klimaat - donderdag 27 juni 2013 10. Onderzoek van de rekenkamer naar rechtmatigheid erfpacht Nr. BD2013-004311 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeente- raad d.d. 3 juli 2013). e Voorstel gevoegd te behandelen met agendapunt 9 TER KENNISNAMELIJST Grondzaken Tkn 1.Uitspraak Rechtbank inzake de zaak tussen de Stichting Erfpachters Belang Amster- dam en de gemeente. (BD2013-006741) Tkn 2.De uitgangspunten van de nieuwe Algemene Bepalingen voor voortdurende erf- pacht ten behoeve van consultatie. (BD2013-006699) Tkn 3.Lijsten groene, blauwe en paarse kavels in het kader van het EindejaarsResultaat Actieve Grondexploitatiegebieden (RAG) 2012. (BD2013-006720) Tkn 4.Brief tbv Algemeen Overleg Leegstand woningen en kantoren bij rijksoverheid. (BD2013-006631) Ter visie/ter inzage (alleen voor raadsleden in de leeskamer raad) Geen 2
Agenda
2
train
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 16 februari 2022 Ingekomen onder nummer 76 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Yilmaz en Kuiper inzake Erotisch Centrum Onderwerp Geen Erotisch Centrum in Zuidoost Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de verkenning Erotisch Centrum Constaterende dat: - De stadsdelen Zuidoost en Nieuw-West reeds geplaagd worden met veelzijdige proble- matiek als armoede, geweld, werkloosheid, kansarme jongeren, schuldenproblematiek, verslaving, e.d.; -__Door de veelzijdige problematiek de druk op de handhaving en politie al heel groot is; -__ Zuidoost en Nieuw-West reeds een negatief stigma hebben; -_De masterplannen Zuidoost en Nieuw-West aantonen dat een dergelijke verleiding mo- menteel niet past, of op zijn minst niet helpt, om de veelzijdige problematiek in Zuidoost en Nieuw-West op te lossen. Overwegende dat: -__ De klandizie voor een Erotisch Centrum vooral van buiten de stadsdelen Zuidoost en Nieuw-West komt of zal komen; -_ Het niet verstandig is het Erotisch Centrum te plaatsen in een gebied dat wordt geplaagd met veelzijdige problematiek; -_De veiligheid van de sekswerkers gegarandeerd moet zijn en dus handhavings- of politie- capaciteit zal opeisen die juist hard nodig is voor de reeds benoemde problematiek van Zuidoost en Nieuw-West; -_ We niet de ogen hoeven uitsteken van de Zuidoosters of Nieuw-Westerlingen die niet de middelen hebben om een dergelijk Centrum te kunnen bezoeken in hun eigen woonge- bied, hetgeen kan leiden tot verhoogde criminaliteit om snel voldoende middelen te ver- garen; Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 -_Een Erotisch Centrum niet thuishoort in een woongebied; -_ Het Erotisch Centrum met de locatie in Oost te dicht op een woonwijk komt te staan; -__ Dat de sekswerkers een betere afzetplaats verdienen; -_ Bovengenoemde problemen ook zich afspelen in andere kwetsbare buurten van Amster- dam zoals stadsdeel Noord; Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Locaties in de stadsdelen Zuidoost, Nieuw-West, Noord en Oost als mogelijkheid voor het Erotisch Centrum te schrappen Indieners N. Yilmaz T. Kuiper
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 58 Publicatiedatum 27 januari 2016 Ingekomen onder J Ingekomen op woensdag 20 januari 2016 Behandeld op woensdag 20 januari 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Vink, Poot en N.T. Bakker inzake het onderzoek naar het Afval Energiebedrijf Amsterdam (AEB) van de Rekenkamer (overnemen aanbevelingen betreffende gemeentelijke deelnemingen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de aanbevelingen van het onderzoek naar het Afval Energiebedrijf Amsterdam (AEB) van de Rekenkamer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 17). Overwegende dat: — er eind 2015 drie rapporten van de Rekenkamer zijn verschenen waaruit blijkt dat er afgelopen jaren bij de verzelfstandiging van drie verschillende deelnemingen veel is misgegaan; — dit met name de informatievoorziening aan de gemeenteraad betrof; — niet voldoende informatie werd verzameld en dat de informatie die werd gedeeld niet op een voldoende overzichtelijke en begrijpelijke wijze werd gepresenteerd, zodat wezenlijke informatie niet in alle gevallen expliciet onder de aandacht van de raad werd gebracht; — de Rekenkamer in het rapport over de verzelfstandiging van het AEB (en eerder in andere rapporten over het Glasvezelnet Amsterdam (GVA) en Parkeerbeheer) aanbevelingen doet om het besluitvormingsproces en de informatievoorziening aan de raad te verbeteren; — het van groot belang is om lessen te trekken voor de toekomstige — _informatievoorziening van het college aan de raad betreffende de gemeentelijke deelnemingen in het algemeen en bij besluitvorming over eventuele verzelfstandiging, vervreemding of verwerving van belangen ten aanzien van deelnemingen in het bijzonder. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 58 Moti Datum 27 januari 2016 otie Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de aanbevelingen die de Rekenkamer doet over informatievoorziening en besluitvorming in haar rapporten over het AEB, het GVA en Parkeerbeheer actief op te pakken en deze een zo expliciet mogelijke plek te geven bij de herijking van de gemeentelijke deelnemingen en daarvoor: — een plan van aanpak te maken hoe de aanbevelingen van de Rekenkamer betreffende het AEB, het GVA en Parkeerbeheer in algemene zin vorm te geven en uit te voeren, inclusief een tijdsplan; — dit plan voor of gelijktijdig met de herijking van de gemeentelijke deelnemingen aan de raad voor te leggen. De leden van de gemeenteraad B.L. Vink M.C.G. Poot N.T. Bakker 2
Motie
2
discard
x% Gemeente … , ‘ nn ‘ Stand van zaken op: 3-6-2022 On Termijnagenda portefeuille ‘Juridische Zaken Termijnagenda: Alle punten behorende tot portefeuille "Juridische Zaken" Type Onderwerp Inhoud Indiener Datum Oorspr. Stand van zaken Aangepaste Stand van zaken na uitstel Ingediend Einddatum einddatum Motie Bezwaar maken Verzoekt de bezwaarschriftencommissie Poot, 2019/10/10 2020/12/31 Niet tegen advies van de raad: - De taak op zich te nemen Hammelburg, ingevuld adviescommmissie om bezwaren van partijen aangaande de Boomsma, Joodse toekenning van de subsidies beschikbaar Boutkan, Erfpachttegoeden gesteld door de gemeente in het kader Ceder, (TA2019-001346) van de Subsidieverordening Joodse Simons, Erfpachttegoeden af te handelen Ernsting, = Zich hierbij nadrukkelijk te laten Temmink, adviseren door de Commissie Joodse van erfpachttegoeden en indien nodig Lammeren, ook elders advies in te winnen - De van Soest, raad te adviseren over de uitkomst Taimounti, Verzoekt het college van burgemeester en Nanninga wethouders: - Gericht te communiceren dat bezwaar maken tegen het besluit van de gemeenteraad aangaande de verdeling van de Joodse Erfpachttegoeden mogelijk is - Partijen die bezwaar willen maken en zich wenden tot het college of ambtelijke organisatie, zo goed mogelijk te verwijzen naar de bezwaarschriftencommissie Raadsadres Betere transparantie en in handen van het college van ben w 2020/09/09 2020/10/21 2020/10/21 privayc bij behandeling ter afhandeling en kopie antwoord naar bezwaarschriften en raadscommissie AZ verzoek om interventie wegens onduidelijkheid van regels en verzuim ED === Raadsadres Verzoek om een 2021/03/31 2021/05/12 Niet nieuwe locatie en ingevuld verlenging van de sUubsidieperiode tot 2025 voor de realisatie van een Joods hospice voor dementerenden (TA2021-000460) Raadsadres Verzoek om verlenging Besloten is dit raadsadres in handen 2021/04/09 2021/05/12 Niet van de subsidieperiode van het college van burgemeester en ingevuld in verband met wethouders te stellen ter afhandeling. Gemaakt met gegevens uit Andreas Page 1 of 4 x% Gemeente … , ‘ nn ‘ Stand van zaken op: 3-6-2022 x Amsterdam Termijnagenda portefeuille ‘Juridische Zaken Type Onderwerp Inhoud Indiener Datum Oorspr. Stand van zaken Aangepaste Stand van zaken na uitstel Ingediend Einddatum einddatum Covid-19 tot juni 2024. (TA2021-000487) Raadsadres Verzoek om Besloten is deze brief in handen van het 2021/04/22 2021/06/03 Niet toestemming tot een college van burgemeester en wethouders ingevuld statutenwijziging. te stellen ter afhandeling. Gewijzigd op (TA2021-000583) verzoek van het lid Yilmaz. Raadsadres Nog steeds niet Besloten is dit raadsadres in handen 2021/04/22 2021/06/03 Niet publiceren van veel van het college van burgemeester en ingevuld vergunningaanvragen wethouders te stellen ter afhandeling. door stadsdelen, de gemeente en de Omgevingsdienst. (TA2021-000584) Raadsadres Procedure voor Besloten is dit raadsadres in handen 2021/09/15 2021/10/27 Niet het afgeven van van het college van burgemeester en ingevuld vergunningen wethouders te stellen ter afhandeling. voor festivals mm OT) Raadsadres Inmenging van het Besloten is dit raadsadres in handen 2021/11/10 2021/12/22 Niet college van b&w bij van het college van burgemeester en ingevuld de beroepsprocedure wethouders te stellen ter afhandeling. bij de Raad van State over het legaliseren van de aanwezigheid van twee woonboten aan de Diemerzeedijk (TA2021-001296) Raadsadres Ontvankelijkheid van Besloten is dit raadsadres in handen 2022/03/23 2022/05/04 Niet handhavingsverzoeken van het college van burgemeester en ingevuld via de mail of website wethouders te stellen ter afhandeling. van de gemeente (TA2022-000336) Raadsadres Herhaald uitblijven in handen van het college van 2022/04/20 2022/06/01 Niet van een reactie op burgemeester en wethouders te stellen ingevuld het Wob-verzoek ter afhandeling en een afschrift van over woningbouw het antwoord ter kennisname naar de bij begraafplaats raadscommissie te sturen. Gewijzigd op Osdorperweg verzoek het lid Koyuncu (TA2022-000380) Schriftelijke Chatberichten onder Garmy 2022/05/19 2022/06/16 Niet vraag WOB (TA2022-000426) ingevuld Gemaakt met gegevens uit Andreas Page 2 of 4 x% Gemeente … , ‘ nn ‘ Stand van zaken op: 3-6-2022 x Amsterdam Termijnagenda portefeuille ‘Juridische Zaken Type Onderwerp Inhoud Indiener Datum Oorspr. Stand van zaken Aangepaste Stand van zaken na uitstel Ingediend Einddatum einddatum Toezegging AZ Namenmonument, N.a.v. een vraag van het lid Ceder over Ceder 2019/02/28 2019/04/16 2019/04/16 aan de nadere informatie. de financiering van het Namenmonument commissie _ (TA2019-000349) heeft de burgemeester toegezegd dat zij de commissie zal informeren zodra er meer bekend is. Toezegging Volksinitiatief, Op verzoek van het lid Boomsma heeft Boomsma 2020/12/03 2021/01/28 Niet aan de onderzoek of het de burgemeester toegezegd om te ingevuld commissie mogelijk is om eerder onderzoeken of het mogelijk is om eerder met initiatiefnemers met initiatiefnemers te overleggen over te overleggen als het het al dan niet op de website plaatsen niet ontvankelijk is. van een initiatief als duidelijk is dat het (TA2021-000032) initiatief niet ontvankelijk is. Toezegging WOB verzoek Het lid Van Lammeren heeft vraag gesteld van 2021/01/07 2021/02/18 Niet aan de emissie uitkomsten over de afwijzing van een WOB verzoek Lammeren ingevuld commissie AEB, afwijzing. over de emissie uitkomsten van het AEB (TA2021-000103) en de burgemeester heeft toegezegd dat zij de leden hierover schriftelijk zal informeren. Toezegging AZ Actualiteit Op verzoek van het lid Poot heeft Poot 2021/01/28 2021/03/18 Niet aan de demonstratie de burgemeester toegezegd om te ingevuld commissie Museumplein, onderzoeken of het mogelijk is om vanuit schade verhalen de gemeente veroorzakers van de schade op veroorzakers aansprakelijk gesteld kunnen worden. (TA2021-000264) Toezegging AZ Actualiteit Op verzoek van het lid Kreuger heeft de Kreuger 2021/01/28 2021/03/18 Niet aan de demonstratie burgemeester toegezegd dat zij zal bezien ingevuld commissie Museumplein, of ondernemers vanuit het landelijke Ondernemers vanuit fonds geholpen kunnen worden. Mocht het landelijke fonds dat niet kunnen, dan zal zij het in het helpen (TA2021-000265) college aan de orde stellen. Toezegging AZ juridische De leden hebben positief gereageerd op 2021/02/18 2021/06/03 Niet aan de functie, kwaliteit het aanbod van de burgemeester om haar ingevuld commissie _(TA2021-000281) opvattingen over de juridische functie van de gemeente op papier te zetten teneinde daarover met de leden in debat te gaan. Toezegging AZ Juridische functie, Op verzoek van het lid De Fockert heeft de de Fockert _2021/04/29 2021/11/18 Niet aan de advies SDC West burgemeester toegezegd dat zij dit advies ingevuld commissie _ betrekken in visie zal betrekken bij de voorbereiding van (TA2021-000636) haar visie op de juridische functie die zij in het najaar aan de leden zal voorleggen. Gemaakt met gegevens uit Andreas Page 3 of 4 x% Gemeente Stand van zaken op: 3-6-2022 e. : ' ene ' x Amsterdam Termijnagenda portefeuille ‘Juridische Zaken Type Onderwerp Inhoud Indiener Datum Oorspr. Stand van zaken Aangepaste Stand van zaken na uitstel Ingediend Einddatum einddatum Toezegging AZ - Staat Juridische Op verzoek van het lid Van Schijndel van Schijndel 2021/06/03 2021/06/24 In de commissie AZ van Niet aan de functie gemeente heeft de burgemeester toegezegd om de 13 januari 2022 heeft de ingevuld commissie _ (TA2021-000767) commissie nog voor het zomerreces te burgemeester toegezegd informeren over de staat van de juridische dat nadere informatie voor functie van de gemeente. de volgende commissiever- gadering beschikbaar komt. Toezegging AZ - Uitspraak N.a.v. een vraag van het lid Boomsma 2021/06/24 2021/09/23 Niet aan de WOB verzoek Boomsma over WOB verzoek over ingevuld commissie _erfpachtdocumenten erfpachtdocumenten en de uitspraak (TA2021-000828) van de rechter op dit verzoek heeft de burgemeester toegezegd dat zij zal onderzoeken of en zo ja hoe gevolg wordt gegeven aan de rechterlijke uitspraak. Toezegging AZ - Juridische Op verzoek van de leden van de commissie 2022/02/08 2022/06/30 Niet aan de vernieuwing heeft de burgemeester toegezegd om in ingevuld commissie (TA2022-000179) de zomer van 2022 een uitvoeringsplan te agenderen. Gemaakt met gegevens uit Andreas Page 4 of 4
Actualiteit
4
train
N20 013369 N% Gemeente Raadscommissie voor Zorg, Jeugd, Mbo-agenda Beroepsonderwijs en ZJ S nderwijs jeugd en . ‚ Toeleiding Arbeidsmarkt, Sport en Recreatie, Ouderen zorg % Amsterdam 7 P Voordracht voor de Commissie ZJS van 03 juni 2021 Ter kennisneming Portefeuille Jeugd({zorg) Zorg (35) Agendapunt 3 Datum besluit 11 mei 2021 Onderwerp Besteding extra rijksmiddelen Steunpakket SMWL (Sociaal, Mentaal, Welzijn, Leefstijl) De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de bestedingsbesluiten die het college op 11-05-2021 heeft genomen over de extra rijksmiddelen Steunpakket SMWL (Sociaal, Mentaal, Welzijn en Leefstijl), samengevat in de raadsinformatiebrief van wethouder Kukenheim op dd. 11-05-2021 (bijlage 1) Wettelijke grondslag e Gemeentewet Artikel 160 lid 1 van de Gemeentewet (college voert het dagelijks bestuur). * Gemeentewet 169 lid 2 van de Gemeentewet (actieve informatieplicht). Bestuurlijke achtergrond n.v.t. Reden bespreking n.v.t. Uitkomsten extern advies n.v.t. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nee Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.6 1 VN2021-013369 % Gemeente Raadscommissie voor Zorg, Jeugd, Mbo-agenda Beroepsonderwijs en Onderwijs jeugden 9 Amsterdam In zorg % Toeleiding Arbeidsmarkt, Sport en Recreatie, Ouderen Voordracht voor de Commissie ZJS van 03 juni 2021 Ter kennisneming AD2021-048553 1 Raadsbrief extra rijksmiddelen SMWL 11 mei 2021.pdf (pdf) AD2021-048550 Commissie ZJS Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) OJZD, Geert Janssen, [email protected], 06-124,61818 Gegenereerd: vl.6 2
Voordracht
2
train
% Gemeente Amsterdam R. % Gemeenteraad x Motie Jaar 2021 Afdeling 1 Nummer 052 Behandeld 10 februari 2021 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 15 februari 2021 Onderwerp Motie van het lid Kreuger (JA21) inzake reactienota Regionale Energiestrategie Noord-Holland Zuid: Stop met inwoners misleiden door stimuleren lokaal eigenaarschap. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over Reactienota Regionale Energiestrategie. Constaterende dat: - Er bij de plaatsing van windturbines veelal wordt gestreefd naar lokaal eigenaarschap. Overwegende dat: -_ Het stimuleren van lokaal eigenaarschap hoofdzakelijk een verkooptrucje is om ‘draagvlak’ te creëren; - Lokaal eigenaarschap sowieso een vreemd concept is, want om eigenaar te zijn van een windturbine hoeft deze niet perse in je eigen achtertuin te staan. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Te stoppen met het misleiden van inwoners door middel van het stimuleren van lokaal eigenaarschap. Het lid van de gemeenteraad K.M. Kreuger 1
Motie
1
discard
Bezoekadres Amstel 1 1011 PN Amsterdam Postbus 202 Sector Bouwen & Wonen 1000 AE Amsterdam Afdeling Projecten Telefoon 14 020 Fax 020 552 4433 www.centrum.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Mevr. H.M. Brouwer Singel 86 1015 AD Amsterdam Datum Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door P. Boegheim Rechtstreekse nummer 020-552 4513 Faxnummer - Bijlage e Brief van de UvA (7 september 2010) e Beantwoording raadsvragen ‘Herbestemming Fortisgebouw/locatie aan het Rokin tot universiteitsbibliotheekFortispand’ (18 oktober 2010) Onderwerp Raadsadres herbestemming Fortispand/Binnengasthuis Geachte mevrouw Brouwer, Op 9 september 2010 heeft u een raadsadres ingediend waarin u voorstelt het Fortis-pand aan het Rokin aan te bieden aan de Universiteit van Amsterdam om er de nieuwe Universiteitsbibiliotheek te vestigen. Daarnaast stelt u voor om de panden aan het Binnengasthuisterrein niet te slopen maar er een andere invulling aan te geven, bijvoorbeeld ouderenwoningen. Binnengasthuisterrein Op 5 februari 2008 heeft het dagelijks bestuur besloten voor voortzetting van de lijn die is ingezet met het besluit van de gemeenteraad van 19 september 2001, met inachtneming van de motivering als opgenomen in de notitie “Binnengasthuisterrein, een nieuwe bibliotheek voor de Universiteit van Amsterdam”. Daarmee stond het dagelijks bestuur welwillend tegenover de door de UvA voorgenomen nieuwbouw van de universiteitsbibliotheek op het BG-terrein, ondanks het feit dat daarvoor een rijksmonument zou moeten worden gesloopt. Op 6 maart 2008 heeft de commissie Bouwen en Wonen ingestemd met het standpunt van het dagelijk bestuur. De UvA is hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Het dagelijks bestuur heeft de UvA meegedeeld dat in te dienen formele aanvragen tot het realiseren van een nieuwe bibiliotheek op het Binnengasthuisterrein door ons positief zullen worden behandeld en beoordeeld. Op 12 januari 2009 heeft het dagelijk bestuur een monumentenvergunning verleend. Het heroverwegen van een dergelijk besluit vindt alleen plaats als er sprake is van één van de intrekkingsgronden. Dat is hier niet het geval. De monumentenvergunning ligt op dit moment bij de rechter. Stadsdeel Centrum is bereikbaar per tram lijnen 9 en 14 of metro lijnen 51, 53 en 54 halte Waterlooplein. Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Pagina 2 van 2 Invulling Fortisgebouw De toekomst van het Fortisgebouw ligt nog niet vast en het is nog niet duidelijk welke functies in het (nieuwe) gebouw zullen komen. Het dagelijks bestuur heeft begrepen dat de huidige eigenaar het gebouw zal verkopen. Op dit moment heeft het pand de bestemming gemengde doeleinden. Zowel sloop van het Fortisgebouw als behouden en herbestemmen zijn mogelijk, afhankelijk van de plannen van de nieuwe eigenaar. Ondanks het feit dat het Fortisgebouw niet past binnen de belangrijkste uitgangspunten van het huisvestingsplan van de UvA ( clustering en het op één locatie bijeenbrengen van faculteit en bibliotheek) zijn in 2009 de Fortis-panden aan het Rokin als alternatief onderzocht. Op basis van de bouwtekeningen is de inschatting dat dit complex, bestaande uit vier panden, zich niet leent voor de vestiging van een bibliotheek door de structuur van het pand. Sloop/nieuwbouw is evenmin realistisch, omdat de panden niet snel voor de UvA beschikbaar zullen komen. De eigenaar (ABN/AMRO) heeft aangegeven een commerciële prijs voor de panden te willen hebben. De panden zullen waarschijnlijk via een tender in de markt gezet worden. Hiermee is de locatie van de Fortispanden voor de UvA geen realistisch alternatief. Overigens is dit een kwestie tussen eigenaar (ABN/AMRO) en potentiële koper (UvA). Het dagelijks bestuur is geen partij in deze kwestie. Er zijn twee bijlagen aan deze brief toegevoegd ter verduidelijking van de afwegingen die door het dagelijks bestuur en de UvA zijn gemaakt in dit proces. Wij hopen dat wij uU met deze brief voldoende hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groeten, het dagelijks bestuur van stadsdeel Centrum, Anneke Eurelings Jeanine van Pinxteren secretaris voorzitter 2
Raadsadres
2
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 678 Publicatiedatum 18 september 2013 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de raadsleden mevrouw M.J.À. Visser en de heer J.M. Paternotte van 21 mei 2013 inzake de nominatie van vier Amsterdamse woongebieden als beschermd stadsgezicht. Amsterdam, 16 september 2013 Aan de gemeenteraad inleiding door vragenstellers: Op 2 mei 2013 berichtte de Rijksdienst voor Cultureel erfgoed vier delen van Amsterdam te hebben genomineerd als beschermd stadsgezicht. Het gaat om de volgende vier woongebieden uit de negentiende en de begin-twintigste eeuw: — Amsterdam Zuid: het Plan Zuid van Berlage en oudere stadsdelen rondom Vondelpark; — Amsterdam Noord de dijkdorpen van de Waterlandse Zeedijk en de tuindorpen; — Amsterdam Oost: Tuindorp Watergraafsmeer (Betondorp); — Amsterdam West: de Admiralenbuurt. De Rijksdienst geeft als toelichting voor de nominatie van de vier woongebieden buiten het stadscentrum, gelegen in de negentiende- en vroeg twintigste-eeuwse gordel: “Ze illustreren hoe vooruitstrevend de opvattingen van gemeentebestuur, woningbouwverenigingen en architecten destijds waren in de stadsontwikkeling en volkshuisvesting van Amsterdam”! De stadsdeelbesturen van de vier stadsdelen zijn gevraagd advies te geven over het voornemen van de Rijksdienst. Stadsdeel Noord is positief, maar in de stadsdeelraad van Amsterdam Zuid is een meerderheid tegen. Wat D66 betreft gaat zo'n aanwijzing boven het stadsdeelbelang uit. Het is een stedelijke aangelegenheid of bijvoorbeeld het roemruchte Plan Zuid al dan niet beschermd stadsgezicht wordt. Gezien het vorenstaande hebben vragenstellers op 21 mei 2013, beiden namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1 http:/lwww.cultureelerfgoed.nl/actueel/nieuws/vier-woongebieden-in-amsterdam-genomineerd-als- beschermd-stadsgezicht 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing Os Gemeenteblad Datum 18 september 2013 Schriftelijke vragen, dinsdag 21 mei 2013 1. Is het college het met D66 eens dat bij de nominatie van de betreffende woongebieden als beschermd stadsgezicht ook (groot)stedelijke belangen spelen? Graag een toelichting. Antwoord: De nominatie betreft vier relatief grote gebieden die zich deels over meerdere stadsdelen uitstrekken (de gebieden Vondelpark/Museumbuurt en de Amsteloevers bevinden zich in respectievelijk Zuid en West en Zuid en Oost). Samen representeren de gebieden de architectonische en stedenbouwkundige ontwikkelingen die in de periode 1850 -1940 in de stad speelden. Om die reden is het behoud van de aanwezige waarden van betekenis voor heel Amsterdam. Niet in de laatste plaats omdat onze monumentale bebouwing een kwaliteit vormt voor de Amsterdamse economie, zoals het college in de erfgoedvisie “Erfgoed spiegel van de stad” aangeeft. 2. Is het college het met D66 eens dat naast de stadsdelen ook de gemeenteraad zou moeten worden betrokken bij de beslissing? Graag een toelichting. Antwoord: Namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de minister van Infrastructuur en Milieu wijst de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) gebieden aan als rijksbeschermde gezichten. Vóór aanwijzing vraagt de Rijksdienst advies aan burgemeester en wethouders van de gemeente waarin het monument ligt. In Amsterdam ligt deze adviesbevoegdheid bij de stads- deelraden. Daarom heeft de RCE de vraag om advies bij de stadsdelen uitgezet. De gemeenteraad heeft op dit moment geen formele rol om te adviseren. Daarom is het niet opportuun dat in deze fase van de procedure naast de stadsdelen, ook de gemeenteraad advies geeft. Het is echter voorstelbaar dat de RCE, bij divergerende adviezen uit de verschillende stadsdelen ook gebaat is bij een integraal advies van de centrale stad. De rijksdienst kan dan formeel advies vragen aan de gemeenteraad. Mocht de RCE de raad om advies vragen, stelt het college voor om daar gehoor aan te geven. 3. Kan het college aangeven wat de consequenties voor de stad in zijn geheel zijn, zowel organisatorisch als financieel? Antwoord: Met de aanwijzing tot rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht wordt beoogd een vitaal en kwalitatief hoogwaardig toekomstperspectief te bieden aan historisch waardevolle gebieden. De gemeente c.q. het stadsdeel formuleert daarvoor beleid en legt dit vast in een bestemmingsplan. Deze eis is blijvend en geldt ook bij toekomstige bestemmingsplannen. Voor de meeste gebieden die als nieuwe stadsgezichten zijn aangemerkt, bestaan al beschermende bestemmingsplannen waarin specifieke waarden van het gebied via ruimtelijke en stedenbouwkundige bepalingen worden geregeld. Op dit vlak zijn er daarom geen organisatorische en financiële consequenties. 2 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing Os Gemeenteblad Datum 18 september 2013 Schriftelijke vragen, dinsdag 21 mei 2013 De concrete consequenties van aanwijzing tot beschermd gezicht liggen met name in een beperking van het vergunningvrije bouwen voor panden die binnen een beschermd gezicht liggen en geen monument zijn. Zo is er bijvoorbeeld een vergunning nodig voor het plaatsen van dakramen en/of zonnepanelen in het voor- of zijdakvlak. Dat betekent overigens niet dat dit verboden is maar dat er, vanwege de zichtbaarheid vanuit de openbare ruimte, een zorgvuldige weging plaatsvindt. In overleg met Bureau Monumenten & Archeologie is maatwerk voor degelijke ingrepen mogelijk. Onderhoud, inpandige aanpassingen en bepaalde activiteiten aan de achtergevel of het achterdakvlak blijven vergunningvrij. Verder geldt in een beschermd stadsgezicht altijd een sloopvergunningsplicht, in tegenstelling tot een meldingsplicht die in de meeste gevallen volstaat. Voor verbouwplannen van panden die geen monument zijn en binnen een beschermd gezicht liggen, is geen monumentenvergunning nodig maar volstaat een reguliere omgevingsvergunning. Voor woningen van voor 1945 die binnen een van rijkswege beschermd stadsgezicht liggen, kan de huurcommissie de bij het puntenaantal behorende huurprijs met 15% verhogen. Deze verhoging kan alleen worden doorgevoerd als er een nieuwe huurder komt én als de verhuurder aantoonbaar geïnvesteerd heeft in de monumentale waarden. Of eigenaren (corporaties) daadwerkelijk deze huurverhoging toepassen kan niet worden aangetoond. Gegevens van de Amsterdamse Federatie voor Woningcorporaties laten zien dat de huurprijzen in stadsdeel Centrum als gevolg van de aanwijzing in 1996 niet zijn gestegen. Ook bij rijksbeschermde stadsgezichten elders in het land is de ervaring dat er van deze regeling geen gebruik wordt gemaakt. 4. Wat is het oordeel van het college over dat sommige delen wel en andere niet zullen worden bestempeld als beschermd stadsgezicht zonder dat daar door de gemeente(raad) een uniforme, integrale afweging voor heeft plaatsgevonden? Antwoord: Het herkenbaar houden van de verschillende bouwperiodes in de stad wordt door het college voorgestaan. Daarmee blijft het complete verhaal van de stadsontwikkeling en de bouwgeschiedenis van onze stad zichtbaar. Het behouden van markante bouwwerken, gebieden of buurten hoort daarbij. Instandhouding van bouwwerken die bepalend zijn voor een bepaalde periode kan op verschillende manieren. Bijvoorbeeld door het aanwijzen tot monument, bescherming via het bestemmingsplan of het aanwijzing van beschermde stadsgezichten. De keuze of en op welke manier bescherming plaatsvindt, is een bevoegdheid van het stadsdeel. 3 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neng Os Gemeenteblad ummer = …. . . Datum 18 september 2013 Schriftelijke vragen, dinsdag 21 mei 2013 5. Is het college bereid zo’n integrale afweging alsnog door de gemeenteraad te laten plaatsvinden? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Mocht de RCE alsnog een adviesverzoek doen aan gemeenteraad, staat het college positief tegenover een integrale afweging. Bij de beoordeling of het beschermde stadsgezicht een passende manier is om de bestaande cultuurhistorische waarden te behouden zullen alle bovengenoemde aspecten in ogenschouw genomen worden. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 78 Publicatiedatum 20 februari 2015 Ingekomen onder J Ingekomen op 11 februari 2015 Behandeld op 11 februari 2015 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Blom en de heer Mbarki inzake de eigen bijdrage in de jeugd-GGZ. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van de raadsleden mevrouw Ten Bruggencate en de heer Blom inzake de eigen bijdrage in de jeugd-GGZ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 59); Constaterende dat: — perd januari 2015 voor jeugdhulp een ouderbijdrage voor specialistische zorg geldt die kan oplopen tot € 1.580 per jaar; — er op korte termijn een onderzoek wordt gestart naar de gevolgen en de meerwaarde van de ouderbijdragen in de jeugdhulp; Overwegende dat het college op 10 februari 2015 heeft besloten, voor een deel van de jeugdhulp geen ouderbijdrage te zullen gaan innen, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de inning van de ouderbijdrage voor de gehele jeugdhulp op te schorten totdat het voorgenoemde onderzoek naar de inning van de ouderbijdragen in de jeugdhulp is afgerond en met de raad is besproken. De leden van de gemeenteraad, S.R.H. Blom S. Mbarki 1
Motie
1
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 1239 Datum akkoord college van b&w van 16 december 2014 Publicatiedatum 19 december 2014 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid mevrouw M.C.G. Poot van 13 november 2014 inzake de uitlatingen van wethouder Vliegenthart in de NRC over de taaleis voor bijstand. Aan de gemeenteraad inleiding door vragenstelster. In de NRC van 11 november 2014 viel te lezen dat volgens wethouder Vliegenthart de taaleis “onuitvoerbaar” is en “er geen geld voor” is. Het aanscherpen van de taaleis werd op initiatief van de landelijke VVD opgenomen in het regeerakkoord. Wanneer de taaleis voor bijstand wordt ingevoerd worden mensen die het Nederlands onvoldoende beheersen in eerste instantie 20% op hun uitkering gekort. Als iemand na een halfjaar nog geen vorderingen heeft gemaakt, wordt dat 40 procent. Wie zich na een jaar nog niet heeft ingespannen de taal te leren, verliest zijn uitkering. Wat de fractie van VVD Amsterdam betreft is de bijstand een laatste — tijdelijk — vangnet, mensen die hiervoor in aanmerking willen komen moeten op Z'n minst mee willen doen in de samenleving. Dit betekent ook dat ze de Nederlandse taal machtig moeten zijn. Gezien het vorenstaande heeft vragenstelster op 13 november 2014, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Hoeveel mensen die momenteel in de bijstand zitten, zouden na het invoeren van de taaleis gedeeltelijk of geheel worden gekort op hun uitkering? Welk bedrag gaat hiermee gemoeid? Antwoord: Op dit moment kan het college geen uitspraak doen over het effect van de taaleis op de bijstandkosten indien hieronder wordt verstaan de geldelijke verstrekking aan bijstandsgerechtigden. Naar inschatting voldoen in Amsterdam circa 30 tot 35% van de bijstandsgerechtigden niet de aan norm in de Wet Taaleis. Tijdens het Kamerdebat op 11 en 13 november heeft de staatssecretaris aangegeven dat het sanctioneren (korten op de uitkering) dient plaats te vinden indien mensen zich niet voldoende inspannen. Er zijn op dit moment nog geen aannames te maken op de omvang van de groep bijstandsgerechtigden die onder de werking van de Wet gaan vallen alswel de mate waarin deze groep zich onvoldoende zal inspannen. 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Neeing 10 Gemeenteblad Datum 19 december 2014 Schriftelijke vragen, donderdag 13 november 2014 2. Kan het college een inschatting geven van de kosten die gemoeid zijn met het invoeren van de taaleis in Amsterdam? Kan het college een specificatie geven van de geschatte kosten? Antwoord: Ja. Op dit moment starten binnen de gemeente Amsterdam jaarlijks ongeveer 1.100 bijstandsgerechtigden op een taalcursus, hetgeen neerkomt op circa € 4 mln cursuskosten en € 0,5 min uitvoeringskosten Voor de kostenraming van het wetsvoorstel is op basis van de wettekst, ervaringen bij de uitvoering van de Wet inburgering en het programma Educatie Werkt! van de volgende uitgangspunten uitgegaan: e De wetis van toepassing op de nieuwe instroom en op het zittend bestand. Circa 30-35 % van zowel de instroom als de huidige populatie is volgens de nieuwe wettelijke norm onvoldoende taalvaardig. e Volgens de Wet moeten bijstandsgerechtigden 3 keer worden getoetst (bij start, na 6 maanden en na 12 maanden). e Detoets op 5 taalvaardigheden neemt circa 3 uur in beslag. Daarnaast moet er extra klantmanagementtijd ingezet worden gedurende de cursus en in geval van handhaving. e De taalcursussen die momenteel worden ingekocht voor deelnemers aan het programma Educatie Werkt! 2013-2015 (waaronder bijstandgerechtigden) kennen een gemiddeld tarief van £ 3.500,-. Omdat het wetsvoorstel vraagt om intensieve cursussen (looptijd van één jaar, opleidend voor het niveau 1F) en gelijktijdig wordt uitgegaan van een groter beroep op vrijwilligers is voor de berekening van de kosten voor de uitvoering van deze Wet uitgegaan van een gemiddeld tarief van € 2.500,- per cursus voor nieuwe instromers en € 2.000,- voor uitkeringsgerechtigden uit het zittend bestand. In onderstaand overzicht zijn de kosten voor de uitvoering gespecificeerd: nemer ——— lii Eeen uitvoering | 17.000 aanvragers klanten tijd (uur uurtarief € 70 NE en 1 redelijk vermoeden taalachterstand 11.000 0,5 € 385.000 ee | ls aaan 2 35% aanvragers 5.950 3 € 1.249.500 EE |l en 3 taaleis (90% blijkt taaleisklant 5.355 2 € 749.700 PN 5 taalactiviteiten 5.355 1 € 374.850 FE uitvoering 10,5 € 4.258.450 0 eeen (Odense es 00 | | eze esczad CUrSUs gemeentelijke cursus 3.213 € 2,500 € 8.032.500 eel ane jaar € 12.290.950 2 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Neeing 10 Gemeenteblad Datum 19 december 2014 Schriftelijke vragen, donderdag 13 november 2014 PO uitvoering | 40.000 bijstandsgerechtigden klanten tijd (uur) (uurtarief € 70) ee nieuwe norm 26.000 0,5 € 910.000 NE 35% zittend bestand 14.000 3 € 2.940.000 en Lal len taaleis (90% blijkt taaleisklant) 12.600 1 € 882.000 _____|vervolgtoetsenna6en12mnd ____ | 12600) 4| €3.528.000| eee |l a en taalactiviteiten 12.600 0,5 € 441.000 FN uitvoering € 8.701.000 nn ae EET | a ce subtotaal | van aantal ‘clienten taaleis' volgt een CUrSsus gemeentelijke cursus 7.560 € 2.000) € 15.120.000 el Lanen kosten € 23.821.000 Het college plaats hierbij de kanttekening dat de staatsecretaris in het Kamer- debat van 11 en 13 november 2014 uitging van andere uitvoering dan opgenomen in de wettekst, zie het antwoord op vraag 1. Deze nuanceringen hebben niet geleid tot aanpassing van het wetsvoorstel. Bij de voorbereiding van de uitvoering wordt gekeken in hoeverre de tekst van het wetsvoorstel en de nuanceringen van de staatssecretaris met elkaar zijn te verenigen in de uitvoering. 3. Wat zijn volgens het college de barrières voor het invoeren van de taaleis? Hoe kunnen deze barriëres worden weggenomen? Antwoord: De generieke norm van 1F, het aantal van 5 te behalen taalvaardigheden en de juridische houdbaarheid van de betrouwbaarheid van toetsen als basis voor maatregelen vragen een forse inzet van mensuren en middelen, zie het antwoord op vraag 2. Het is de verwachting dat een flink deel van de Taaleis-populatie gezien andere belemmeringen niet in staat is zichzelf te scholen ofwel dat het verbeteren van de taalvaardigheid minimaal effect sorteert op de (arbeids)participatie. Deze des- investering van schaars overheidsgeld voor de uitvoering van de participatiewet wil het college voorkomen. Het college zal, na vaststelling van de wet door de Eerste Kamer, de raad een voorstel doen voor de wijze van uitvoering van de Taaleis als onderdeel van de participatiewet. 3 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer cember 2014 Schriftelijke vragen, donderdag 13 november 2014 4. Is het college het met de fractie van de VVD eens dat van bijstandsgerechtigden alle inspanningen verwacht mogen worden om aan het werk te gaan, mee te doen of uit de bijstand te komen? Antwoord: Ja, het college is net als de VVD van mening dat bijstandsgerechtigden alle inspanningen moeten verrichten die kans op een baan vergroten om zo uit de bijstand te komen. Waar nodig behoort het verbeteren van de taalvaardigheid hiertoe. 5. Deelt het college de mening van de fractie van de VVD dat het normaal is om van een bijstandsgerechtigde te verlangen dat de Nederlandse taal voldoende wordt beheerst? Zo ja, welke concrete maatregelen is het college van plan te nemen om Zo nee, waarom niet? Antwoord: Dit deelt het college met de VVD. Het college kiest er echter voor bij bijstandsgerechtigden deze norm in functionele zin te hanteren. Daarmee bedoelen we de inzet op verbetering van taal gericht op een reëel perspectief van de klant op participatie en (toeleiding naar) werk. Voor het college is dit niet alleen een principiële keuze maar ook een pragmatische die wordt ingegeven door de noodzaak efficiënt en doelgericht met onze beperkte middelen om te gaan, zeker nu de gemeentelijke uitvoering van aankomende landelijke wetgeving door het Kabinet niet van adequate financiering wordt voorzien. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
train
Na No EEE Ne Ne HEUS Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 7 juni 2023 Ingekomen onder nummer 34,3 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het de leden Abdi, Nadif, Hofland, Garmy, Khan, Boomsma, Bons en Kabamba Onderwerp Stop het circuleren van gewelddadige foto's en filmpjes op het internet onder jongeren. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de raadsinformatiebrief over wapenproblematiek en de afdoeningen van motie 1386.20, toezeggingen messenspel en VR-tool en toezegging landelijke en regionale inspanningen tegen wapenbezit en wapengebruik. Constaterende dat: -__Destadde afgelopen jaren is opgeschrikt door zeer schokkende wapenincidenten waar soms zelfs 12-jarigen bij betrokken waren! en er een toename is van het aantal steekincidenten onder jongeren?; -__ Internet en social media in het bijzonder een steeds belangrijkere rol spelen in de verheerlijking van wapenbezit, geweld en andere vormen van crimineel handelen en de verspreiding van (zeer) gewelddadige content die daarop ziet; -_ Uit onderzoek en ervaringen uit de praktijk* blijkt dat conflicten voorafgaand aan wapenincidenten steeds vaker online beginnen aan de hand van (zeer) gewelddadige content en verder oplaaien met soms fatale gevolgen; -_ Veel van deze foto's en filmpjes met wapens en/of geweld vaak ernstige privacyschendingen vormen voor jonge slachtoffers; * Raadsinformatiebrief inzake wapenbezit en wapengeweld (6 februari 2023) ? Onderzoeksrapport naar de achtergronden van wapens en wapengeweld onder jongeren in Rotterdam (Weerman e.a, 2022) 3 Zie voetnoot 1. 4 Zie voetnoot zen 2. Gemeente Amsterdam Status Pagina 2 van 2 -_ Jongeren, ouders, professionals, scholen worstelen met de vraag wat te doen met (zeer) gewelddadige content die (te lang) blijft circuleren op het internet, en dit verder bijdraagt aan gevoelens van onveiligheid en onmacht; -_ Zelfregulering van populaire websites zoals dumpert.nl en sociale mediaplatforms als Snapchat, TikTok, Telegram Instagram en Facebook onvoldoende is om de circulatie van (zeer) gewelddadige content onder jongeren te stoppen; Overwegende dat: -_Het online domein een belangrijke katalysator is voor wapenbezit en geweld in onze stad; -_De ‘Notice to Take Down’ (NTD)S procedure die volgt vit de Digital Services Act ruimte biedt voor overheden om versneld strafbare, onrechtmatige en/of onwenselijke online content te verwijderen; -_ De status van ‘trusted flagger’® die volgt uit de Digital Services Act de mogelijkheid biedt aan aangewezen organisaties om strafbaar, onrechtmatig en/of ongewenste online content met hoge prioriteit te kunnen melden bij de desbetreffende bedrijven achter websites en sociale media platforms? ; -__Erzeergoede ervaringen zijn met het meldpunt Stop Kinderporno! en hulplijn helpwanted.nl van het Expertisebureau Online Kindermisbruik (EOKM)? rondom het melden, het snel laten verwijderen en advisering rondom strafbare, onrechtmatige en/of onwenselijke online content gerelateerd aan seksueel kindermisbruik; -_ Er momenteel geen voorzieningen zijn op zowel landelijk als lokaal niveau voor het melden, laten verwijderen en advisering rondom strafbare, onrechtmatige en/of onwenselijke online content gerelateerd aan wapenbezit en/of geweld; Van mening dat: -_Populaire websites zoals dumpert.nl en sociale media platformen als Snapchat, TikTok, Telegram, Instagram en Facebook te weinig verantwoordelijkheid nemen om de circulatie van (zeer) gewelddadige online content onder jongeren te stoppen en jonge slachtoffers van ernstige privacyschendingen te beschermen; -__Het zo snelen adequaat mogelijk handelen bij (zeer) gewelddadige online content van levensbelang is om het geweld in onze stad te stoppen, het wapenbezit terug te dringen onder jongeren, en de gevoelens van onveiligheid en onmacht onder Amsterdammers te verminderen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders -__de mogelijkheden te verkennen van een laagdrempelige voorziening die strafbare, onrechtmatige en/of onwenselijke online content zo spoedig mogelijk kan laten 5 Proposal for a REGULATION OF THE EUROPEAN PARLIAMENT AND OF THE COUNCIL on a Single Market For Digital Services (Digital Services Act) and amending Directive 2000/31/EC Ô zie o.m. aanbeveling 1177 van de Europese Commissie (1 maart 2018), Commission Recommendation on measures to effectively tackle illegal content online. 7 WODC-onderzoek: Voorziening voor verzoeken tot snelle verwijdering van onrechtmatige online content, Universiteit van Amsterdam, 1-9-2020, P.53 8 Het EOKM is ook een ‘trusted flagger’. Gemeente Amsterdam Status Pagina 3 van 2 weghalen, waar slachtoffers van die content zich kunnen melden en waar mogelijk een strafrechtelijk traject kan worden gestart; -__ Daarbij de mogelijkheden te verkennen van samenwerking met het EOKM gezien hun expertise, internationaal netwerk en status als ‘trusted flagger’ bij websites en sociale media platforms; -__ Binnen VNG-verband te pleiten voor goede afspraken met websites en sociale media platforms over zelfregulering, goede samenwerking met “trusted flaggers’ en informatievoorziening aan slachtoffers over de te volgen route bij strafbare, onrechtmatige en/of onwenselijke online content gerelateerd aan wapenbezit en/of geweld; -__ De raad hierover zo spoedig mogelijk te informeren. Indieners F. Abdi |. Nadif R.P. Hofland |. Garmy S.Y. Khan D.T. Boomsma A.D.J. Bons C.K.E. Kabamba
Motie
3
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1557 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 9 november 2016 Ingekomen onder u Behandeld op 10 november 2016 Uitslag Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake de Begroting 2017 (ambitie voor taal). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Overwegende dat: — een goede beheersing van de Nederlandse taal cruciaal is voor een optimale deelname aan de Amsterdamse samenleving, maar naar schatting 1 op de 9 inwoners (85.000 en 100.000 Amsterdammers van 16 tot 65) onze taal nog onvoldoende beheerst, en naar schatting 25 % van de uitkeringsgerechtigden:; — een analyse i.o. van de Stichting Lezen & Schrijven uitwees dat elke geïnvesteerde euro 2,65 € aan maatschappelijk rendement oplevert; — bij de Begroting 2015 de motie ‘notitie over extensief aanbod taalonderwijs’ is aangenomen, en bij de behandeling van het beleidsdocument ‘Taal om te Leren’ moties 376-380, die om extra aandacht, inzet en ambitie vragen; er tegelijkertijd steeds minder geld beschikbaar is uit het participatiebudget en de reserve Uitvoeringskosten Educatie, waardoor de weggevallen investering ten opzichte van 2015 neerkomt op 11,6 miljoen; — bijv. de uitgaven aan Taal en Ouderbetrokkenheid dalen van 940.000 in 2016 naar 400.000 ton in de begroting 2017 en voor Taalcoaches van 3 naar 2 ton; — in 2015 nog 5691 mensen zijn begonnen met een taaltraject, maar dat voor 2017 is geformuleerd op 4900, en het aantal voor de digitale omgeving gelijk blijft, — daarbij ook het aantal les- en contacturen per cursus sterk is teruggebracht; — Amsterdam de ambitie zou moeten hebben om een hoogwaardig, ambitieus en effectief taalaanbod te ontwikkelen om de taalachterstanden te verkleinen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: bij de Voorjaarsnota een ambitieus voorstel te presenteren om het Amsterdamse taalaanbod te verbeteren en het aantal deelnemers aan de verschillende taaltrajecten significant te verhogen. Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma 4 2
Motie
2
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 26 september 2022 Portefeuille(s) Opvang (Vluchtelingen) Portefeuillehouder(s): Wethouder Rutger Groot Wassink Behandeld door Grond en Ontwikkeling, Ank van Hees, [email protected] Onderwerp Inzetten van twee panden in stadsdelen Oost en West voor de opvang van vluchtelingen vit Oekraïne voor de middellange termijn Geachte leden van de gemeenteraad, De oorlog in Oekraïne houdt aan. Het Russische leger spaart woonwijken, ziekenhuizen, noch andere burgerdoelen. Elke dag komen Oekraïners aan in Amsterdam, ontheemd, verdrietig en vol zorgen over de toekomst. Het college is heel dankbaar voor alle hartverwarmende initiatieven om hulp te bieden en vitingen van solidariteit. Op 9 maart jl. bent u geïnformeerd over de eerste stappen die het college heeft gezet naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne. Hierop volgend bent u via verschillende raadsbrieven geïnformeerd. In de brief van 19 april jl. informeerde het college over het onderzoek naar locaties voor opvang van vluchtelingen voor de middellange termijn. Met deze brief informeert het college u over het inzetten van twee locaties in respectievelijk stadsdeel Oost en stadsdeel West voor de opvang en huisvesting van vluchtelingen uit Oekraïne voor de middellange termijn. Het college heeft op 9 augustus 2022 het volgende besloten: 1. Testarten met het woonklaar maken van de locatie Johan Huijsenstraat 3-15 (IJburg, stadsdeel Oost) tot opvanglocatie voor circa 75 vluchtelingen vit Oekraïne voor de duur van minimaal 1 jaar en het daarmee aangaan van financiële verplichtingen. 2. Testarten met het woonklaar maken van de locatie Kinkerstraat 44 (stadsdeel West) tot opvanglocatie voor circa 30 vluchtelingen vit Oekraïne door Stichting Indaad voor de duur van minimaal 1 jaar en het daarmee aangaan van financiële verplichtingen. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 26 september 2022 Pagina 2 van 2 Via de algemene raadsinformatiebrief over de situatie Oekraïne in Amsterdam houdt het college u op de hoogte van de voortgang. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Ed 6 If ee < dl CA Be ke Ge en Ae Rutger Groot Wassink Wethouder Sociale Zaken en Opvang (Maatschappelijke Opvang, Beschermd Wonen, Ongedocumenteerden, Vluchtelingen) Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
train
VN2022-025540 Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering, Belastingen x% Gemeente mn j 9 FKD Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media, % Amsterdam en ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en % Antidiscriminatiebeleid Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022 Ter advisering aan de raad Portefeuille Financiën Agendapunt 7 Datum besluit 20 september 2022 Onderwerp Vaststellen Derde Wijzigingsverordening op de Precariobelasting Amsterdam 2020 De commissie wordt gevraagd de gemeenteraad te adviseren om de Derde Wijzigingsverordening op de Precariobelasting Amsterdam 2020 vast te stellen, met als belangrijkste punten het herzien van de tarieventabel, het opnemen van stadsgebied Weesp en een uitbreiding van de mogelijkheden tot ontheffing. Wettelijke grondslag Artikel 216 van de Gemeentewet bevat de bevoegdheid van de gemeenteraad om belastingverordeningen vast te stellen. Elk besluit tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een belasting geschiedt in de vorm van een belastingverordening. Gemeentelijke belastingen kunnen enkel worden geheven op grond van de Gemeentewet dan wel een andere wet. Zonder een wettelijke basis is invoering van een gemeentelijke belasting niet mogelijk. Artikel 228 van de Gemeentewet is de wettelijke basis voor de precariobelasting. Op grond van dit artikel kan de gemeente een precariobelasting heffen ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Bestuurlijke achtergrond Amsterdam kent precariobelasting voor terrassen, passagiers- en bedrijfsvaartuigen, woonboten en objecten op het water. Meeropbrengsten precario in coalitieakkoord 2018-2022 Met het vaststellen van de verordening op de precariobelasting 2020 heeft de raad op 7 november 2019 gekozen voor het in twee stappen (in 2020 en 2021) verhogen van de tarieven van de precariobelasting voor terrassen. Daarmee is invulling gegeven aan € 2 mIn. aan structurele meeropbrengsten precario van de € 2 min. aan meeropbrengsten die in het coalitieakkoord 2018-2022 is opgenomen. Om de andere € 1 min. aan meeropbrengsten te realiseren is gekozen voor een — eveneens stapsgewijze - verhoging van de tarieven voor woonschepen in 2020 en 2021. Precario terrassen Om ondernemers tijdens de coronacrisis lastenverlichting te bieden is in 2020, 2021 en 2022 geen precariobelasting geheven voor terrassen. Vanaf 2023 zal weer precario worden geheven van ondernemers die een terras uitstallen op gemeentegrond. Voor de tarieven 2023 zijn de tarieven voor 2022 - zoals bepaald door de raad bij het vaststellen van de verordening op de precariobelasting 2020 op 7 november 2019 - als vitgangspunt gehanteerd. Deze tarieven zijn geïndexeerde conform de aankondiging in het coalitieakkoord dat de indexatie van de lokale heffingen wordt geharmoniseerd met ingang van 2023. Daarnaast is Stadsgebied Weesp opgenomen in de tarieventabel en ingedeeld in het Amsterdamse tariefgebied waarvoor de laagste tarieven gelden. In de Verordening is voorts de mogelijkheid opgenomen om ontheffing naar tijdsgelang aan te vragen wanneer sprake is van inperkende maatregelen van overheidswege. Gegenereerd: vl.18 1 VN2022-025540 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering, Belastingen % Amsterdam On: . . . % Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media, ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022 Ter advisering aan de raad Bedrijfsvaartuigen De tarieven precario voor bedrijfsvaartuigen worden eveneens geïndexeerd in het kader van de in het coalitieakkoord opgenomen harmonisatie van de indexering van de lokale heffingen. Nachtliggen passagiersvaartuigen Op 22 maart 2016 heeft het college besloten tot een jaarlijkse verhoging van de precariobelasting voor passagiersvaartuigen die stationeren in gemeentewateren (nachtliggen) met € 5,- in het centrumgebied en € 2,50 in de gebieden buiten het centrum tot een maximum van respectievelijk € 40,- en € 20,- in 2021. In de Nota Varen Deel 2 is aangekondigd dat de gemeente reëlere (hogere) tarieven wil gaan hanteren voor commercieel gebruik van de openbare ruimte. Het voorstel hiervoor zal naar verwachting begin 2023 aan het college en de gemeenteraad worden voorgelegd, zodat de nieuwe tarieven kunnen worden opgenomen in de precarioverordening voor 2024. Het nultarief wordt vervangen door de tarieven 2023 in de tarieventabel. Daarbij zijn de tarieven voor 2022 zoals die door de raad zijn bepaald bij het vaststellen van de verordening op de precariobelasting 2020 op 7 november 2019 als uitgangspunt gehanteerd. Op deze tarieven is eveneens indexatie toegepast. Reden bespreking De Derde Wijzigingsverordening op de Precariobelasting Amsterdam 2020 wordt tegelijk met de begroting behandeld in de raad. Uitkomsten extern advies Nvt. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.18 2 VN2022-025540 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering, Belastingen % Amsterdam On: . . . % Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media, ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022 Ter advisering aan de raad Bijlage 1 Concept-besluit tot bekendmaking Wijzigingsverordening Precario AD2022-086910 2023.pdf (pdf) AD2022-075383 Commissie FKD Voordracht (pdf) Gemeenteraad Voordracht 3e Wijzigingsverordening Precario 2023. pdf AD2022-086911 (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ron Stam (Directie Belastingen) [email protected] 0683559129 Gegenereerd: vl.18 3
Voordracht
3
train
x Gemeente Amsterdam AZ F % Raadscommissie voor Algemene Zaken, Financiën, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, x Raadsaangelegenheden, Communicatie Agenda, donderdag 24 maart 2011 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Financiën, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden, Communicatie Tijd 13.30 tot 17.30 uur en zonodig vanaf 19.30 uur tot 22.30 uur Locatie De Boekmanzaal, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 _Inspreekhalfuur Publiek BA Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZF d.d. 3 maart 2011 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieAZF@raadsgriffie. amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam AZ F Raadscommissie voor Algemene Zaken, Financiën, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden, Communicatie Agenda, donderdag 24 maart 2011 5B Conceptverslag van de expertmeeting AlF van de Raadscommissie AZF/BWK/EZP d.d. 17 februari 2011 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieAZF@raadsgriffie. amsterdam.nl 6 Openstaande Toezeggingen e _Toezeggingenlijst niet bijgevoegd. U ontvangt op de maandag voorafgaande aan de vergadering per mail en in hardcopy een bijgewerkt exemplaar. 7 Termijnagenda e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de maandag voorafgaande aan de vergadering per mail en in hardcopy een bijgewerkt exemplaar. 8 Openstaande schriftelijke vragen 9 Actualiteiten Burgemeester 10 Rondvraag + TKN lijst Openbare Orde en Veiligheid 11 Aanpak Top600 Nr. BD2011-002252 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. e _Deleden van de Raadscommissie voor Onderwijs, Zorg en Kunst zijn hierbij uitgenodigd. 12 jaarrapportage aanpak overvallen 2010 Nr. BD2011-002337 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 3 maart 2011. e _ Stukken reeds in bezit. 2 Gemeente Amsterdam AZ F Raadscommissie voor Algemene Zaken, Financiën, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden, Communicatie Agenda, donderdag 24 maart 2011 Integraal Veiligheidsbeleid 13 Notitie toezicht op straat Nr. BD2011-000429 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid lvens (SP). Openbare Orde en Veiligheid 14 Wijziging APV voor vechtsportgala's Nr. BD2011-000814 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 6 april 2011). 15 Beeindiging “in control” proces brandweer Amsterdam-Amstelland Nr. BD2011- 002334 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid lvens (SP). e Was TKN 3 in de Commissievergadering AZF van 3 maart 2011 Algemene Zaken 16 aanbevelingen enqueterapport Limmen Nr. BD2011-001918 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Deleden van de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, alsmede de leden van de Raadscommissie voor Bouwen en Wonen en Klimaat zijn hierbij uitgenodigd. Juridische Zaken 17 _Benoemen lid Initiatief- en referendumcommissie en regelen vacatiegelden voor de commissie wijziging bijlage 2 bij de Verordening geldelijke voorzieningen externe commissieleden Nr. BD2011-001512 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 6 april 2011). 3 Gemeente Amsterdam AZ F Raadscommissie voor Algemene Zaken, Financiën, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden, Communicatie Agenda, donderdag 24 maart 2011 Raadsaangelegenheden 18 Vaststelling van een wijziging van het reglement van orde van de gemeenteraad van Amsterdam Nr. BD2011-002002 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 6 april 2011). Financiën 19 Onderzoek van de rekenkamer naar leningen en garanties Nr. BD2011-002340 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad datum onbekend). e De directeur van de Rekenkamer Metropool Amsterdam de heer De Ridder is hierbij uitgenodigd. 20 Bestuurlijke reactie op de motie van het raadslid Van Doornick inzake de begroting voor 2010 (solidariteit) M7 Nr. BD2011-001205 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid De Goede (GrlLí). e Was TKN 10 ín de Commissievergadering AZF van 3 februari 2011 21 vaststelling 1e wijziging begroting 2011 Nr. BD2011-000382 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 6 april 2011). 22 Kostendekkendheid leges Nr. BD2011-001993 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 23 Interim-rapportage 2010 over gemeentebrede onderwerpen Nr. BD2011-001029 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 4
Agenda
4
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 299 Datum indiening 27 februari 2018 Datum akkoord 13 maart 2018 Publicatiedatum 14 maart 2018 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Poot inzake de komst van de voor terrorisme veroordeelde Rasmea Odeh. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Op 28 februari 2018 zou de voor terrorisme veroordeelde Rasmea Odeh spreken in de Nassaukerk in Amsterdam. De kerk heeft de organisatie echter de deur geweigerd aangezien zij onder valse voorwendselen de locatie hadden afgehuurd. Inmiddels zou de bijeenkomst op een geheime locatie alsnog doorgang vinden. De fractie van de VVD heeft eerder mondeling in de vergadering van de raadscommissie Algemene Zaken en Openbare Orde en Veiligheid gevraagd aan de burgemeester of er preventief een officier van justitie in de zaal plaats zal nemen. Aangezien de bijeenkomst waarschijnlijk doorgang zal vinden is die vraag prangend geworden. Ook heeft de VVD vragen gesteld over de door de gemeente gehanteerde definitie ten aanzien van antisemitisme. Daaruit bleek dat cijfers over incidenten niet alles zeggen over het gevoel van een toenemend antisemitisme dat leeft onder de Joodse gemeenschap. Gezien het vorenstaande heeft het lid Poot, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft de bijeenkomst, georganiseerd door Revolutionaire Eenheid, met Rasmea Odeh alsnog doorgang gevonden? Zo ja, op welke locatie en was de gemeente van tevoren op de hoogte in verband met de veiligheid? En zo ja, is er een officier van justitie in de zaal aanwezig geweest? Zo ja, zijn er strafbare (antisemitische) uitingen geconstateerd? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Ja, de bijeenkomst heeft plaatsgevonden in “De Verrekijker", een ruimte van de VU. De driehoek heeft kennis genomen van de locatie. Er was geen aanleiding voor de driehoek om, op gezag van de Hoofdofficier van Justitie, een Officier van Justitie in de zaal te laten plaatsnemen. Voor wat betreft uw vraag over aanwezigheid van een Officier tijdens een debat of bijeenkomst verwijs ik naar mijn beantwoording op vragen 2 en 3 van uw vragen d.d. 23 oktober 2017. 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam Neng Jo Gemeenteblad R Datum 14 maart 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 februari 2018 2. Mocht de bijeenkomst inmiddels plaats hebben gevonden, is het college of de driehoek bekend dat er strafbare uitingen hebben plaatsgevonden? Antwoord: Er hebben, voor zover bekend, geen strafbare uitingen plaatsgevonden. 3. In de beantwoording van de schriftelijke vragen van het lid Poot van 22 november 2017 over de door de gemeente gehanteerde definitie van antisemitisme is aangegeven dat er 40 incidenten van antisemitisme zijn geregistreerd in Amsterdam in 2016 (zie nr. 138 van 2018). Hoeveel van deze incidenten hebben tot vervolging geleid? Welke straffen zijn opgelegd? Antwoord: In 2016 zijn bij het Openbaar Ministerie landelijk 36 klassieke discriminatiefeiten (art. 137c t/m 137g en art. 420quater Sr) ingestroomd met als grond antisemitisme, waarvan 9 in Amsterdam. Van deze 9 feiten zijn er 3 gepleegd in het kader van voetbalwedstrijden van Ajax. Eenmaal is een onvoorwaardelijk sepot opgelegd, eenmaal een transactie, driemaal een OM-strafbeschikking en er is viermaal gedagvaard. De ingestroomde 9 feiten uit 2016 kunnen ook incidenten betreffen die bij de politie in 2015 zijn geregistreerd, en door de politie geregistreerde feiten in 2016 kunnen ook na dat jaar bij het OM instromen. De 40 door de politie geregistreerde incidenten in 2016 kunnen daarom niet één op één met de instroom van het OM in dat jaar worden vergeleken. Bovendien kan het zijn dat een incident, door een aangifte, een melding of op andere wijze, wel ter kennis komt van de politie maar dat er geen opsporingsonderzoek wordt opgestart omdat er bijvoorbeeld te weinig opsporingsindicaties zijn. Als er wel een opsporingsonderzoek wordt opgestart, kan het voorkomen dat dit niet leidt tot het vinden van een verdachte; of er is wel een verdachte, maar onvoldoende bewijs. Een andere mogelijkheid is dat van een incident dat bij de politie in eerste instantie is aangemerkt als een discriminatie-incident blijkt dat niet is voldaan aan één of meer van de delictsbestanddelen van de discriminatieartikelen. Kortom, niet alle door de politie geregistreerde incidenten worden uiteindelijk aangebracht bij het OM. 4. In hoeverre kan het college het veiligheidsgevoel en het bij (een deel van) de Joodse gemeenschap levende gevoel van een toenemend antisemitisme meetbaar maken? Antwoord: Het college kan het veiligheidsgevoel en het bij (een deel van) de Joodse gemeenschap levende gevoel van een toenemend antisemitisme vooralsnog niet meetbaar maken. In de veiligheidsmonitor wordt respondenten een vraag voorgelegd over het geboorteland van hen en ouders, er wordt geen vraag gesteld met betrekking tot geloof. Dit vormt een onvoldoende basis om op verantwoorde wijze een uitspraak te doen over veiligheidsgevoelens van de Joodse gemeenschap. Op 12 februari jl. bent u geïnformeerd over de belangrijkste veiligheidscijfers over 2017 zoals die zijn vastgesteld in de Amsterdamse driehoek van waarnemend Burgemeester, Hoofdofficier van Justitie en Hoofdcommissaris van politie, waaronder de veiligheidsbeleving. 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R weing Jo Gemeenteblad ummer zeelt . . Datum 14 maart 2018 Schriftelijke vragen, dinsdag 27 februari 2018 Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris J.J. van Aartsen, waarnemend burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
train
Gemeente Bezoekadres Plein '40'451 Amsterdam 2064 SW Amsterdam | N ieuw-West Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 > < Nieuwwest.amsterdam.nl Vergadering Bestuurscommissie Datum g november 2016 Decos nummer 2016/int/1406 Onderwerp Advies concept-Beleidskader Verkeersnetten Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West Gezien de voordracht van het dagelijks bestuur van Besluit 2. Inte stemmen met de bijgevoegde adviesbrief aan de centrale stad over het concept- Beleidskader Verkeersnetten. | me mmm , an _ Ke en En de hêer H.J.M. Wink __deheerA. Baâdou stádsdeelsecretaris ES Voorzitter ,
Besluit
1
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 574 Publicatiedatum 17 juni 2016 Ingekomen op 8 juni 2016 Ingekomen in raadscommissie WE Te behandelen op 13/14 juli 2016 Onderwerp Motie van het lid Boutkan inzake de Voorjaarsnota 2016 (versterk de positie van zzp'ers). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449); Constaterende dat: — de Amsterdamse arbeidsmarkt radicaal aan het veranderen is door de groei van het aantal zzp'ers en het aantal zzp'ers in de Amsterdamse arbeidsmarktregio is gegroeid met 22% tussen 2010 en 2014. Overwegende dat: — in heel Nederland het aantal zzp'ers de laatste jaren is gegroeid tot ruim 1 miljoen en er in diezelfde periode 500.000 vaste banen zijn verdwenen en er blijkbaar sprake is van een trend; — zzp'ers kwetsbaarder zijn op de arbeidsmarkt als gekeken wordt naar inkomenszekerheid bij ziekte of langdurige arbeidsongeschiktheid, pensioenopbouw en investeren in de eigen ontwikkeling en inzetbaarheid; — de Amsterdamse arbeidsmarkt erbij gebaat is dat zzp'ers zich blijvend ontwikkelen voor de lange termijn, adequaat inzetbaar blijven waarmee de aantrekkelijkheid van de regio vanwege de aanwezigheid van talent op peil blijft. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — een plan te ontwikkelen waarin Amsterdamse zzp'ers gefaciliteerd worden om zich beter te organiseren c.q. te verenigen binnen de Amsterdamse arbeidsmarktregio. Dit plan moet richting geven aan de volgende elementen: — hetfaciliteren van coöperatievorming, waarmee samenwerking (bijvoorbeeld branche of expertise gericht) wordt gestimuleerd; — hetfaciliteren van het ontwikkelen van inkomensvoorzieningen bij ziekte/ arbeidsongeschiktheid door zzp'ers zelf (faciliteren bij opzetten broodfondsen); — als gemeentelijke opdrachtgever te onderzoeken of de gemeente voldoende mogelijkheden biedt aan collectieven van zzp'ers om deel te nemen aan gegunde opdrachten. En in het verlengde hiervan; — het aanbestedingsbeleid door te lichten op voldoende inschrijvingsmogelijkheden voor samenwerkingsverbanden van zzp'ers; — dit plan vóór het eind van 2016 voor te leggen aan de gemeenteraad. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 574 Motie Datum 17 juni 2016 Het lid van de gemeenteraad D.F. Boutkan 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 52 Publicatiedatum 30 januari 2019 Ingekomen onder N Ingekomen op woensdag 23 januari 2019 Behandeld op woensdag 23 januari 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Boomsma, Yilmaz, Marttin en Van der Burg inzake de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid Amsterdam, bijlage 25 voorziening tegemoetkoming reiskosten (laat de leraar parkeren) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid Amsterdam, bijlage 25 voorziening tegemoetkoming reiskosten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1350). Overwegende dat: — Amsterdam kampt met een urgent lerarentekort, nijpender dan in de rest van Nederland, waardoor leraren van buiten de stad sneller geneigd zijn om een andere werkgever te zoeken als forensen te tijdrovend of ingewikkeld wordt; — ernstige gevolgen kan hebben voor de kwaliteit van het onderwijs; 40 procent van de Amsterdamse leraren buiten de stad woont; het college aangeeft dat uit gesprekken met schoolbestuurders naar voren komt dat het gebrek aan parkeervergunningen een belangrijk knelpunt is; wethouders Moorman en Dijksma onlangs hebben voorgesteld om generiek een hardheidsbesluit te nemen om scholen 2 extra parkeervergunningen voor een jaar toe te kennen; — één jaar maar weinig tijd is omdat de meeste leraren die naar de stad komen hopelijk langer willen werken en één jaar dan te weinig zekerheid biedt en te weinig tijd om eventuele alternatieven te ontwikkelen; — sommige scholen, bijvoorbeeld in de buurt van trein- en metrostations, weinig of geen behoefte hebben aan extra parkeervergunningen, terwijl andere scholen mogelijk meer dan twee vergunningen nodig hebben, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — de aangeboden parkeervergunningen aan scholen die daar geen behoefte aan hebben te verdelen onder scholen waar de vraag groter is dan twee; — de aangekondigde tijdelijke extra parkeervergunningen niet voor één, maar voor drie jaar toe te kennen en hierbij uit te gaan van een schooljaar in plaats van een kalenderjaar. De leden van de gemeenteraad, D.T. Boomsma 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 52 Amendement Datum 30 januari 2019 N. Yilmaz A.A.M. Marttin E. van der Burg 2
Motie
2
discard
G emeente Bezoekadres Plein'40'45 1 Amsterdam 1064 SW Amsterdam Nieuw-West zo 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 amsterdam.nl/nieuwwest Voordracht en besluit D B 7 AB Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Afdeling Onderwerp Ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat Portefeuille Ruimtelijke ordening, project Centrum Nieuw-West. DB lid E. Bobeldijk en A. Baâdoud Gebied Osdorp Vergaderdatum DB 30 januari 2018 Piepprocedure Ja Agenderen College / Voorbereidende commissie 31 januari 2018 Gemeenteraad AB 7 februari 2018 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Rinse Bakker / Roelof van Essen [email protected] / R.van.Essen @amsterdam.nl 0627090606 f 0622730746 gebiedspool Pagina 1 van 5 Bezoekadres Plein'40'45 1 1064 SW Amsterdam Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 amsterdam.nl/nieuwwest Datum 7 februari 2018 Onderwerp Ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West besluit: 1. Het algemeen bestuur voor te stellen het definitieve ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat vast te stellen overeenkomstig het ontwerp dat als bijlage is opgenomen. Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West besluit: 1. Het definitieve ontwerp openbare ruimte van het zuidelijke deel van de Nicolaas Anslijnstraat vast te stellen overeenkomstig het ontwerp dat als bijlage is opgenomen. Ondertekening het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West, Mevrouw E‚J.M. Plasmeijer, de heer A. Baâdoud, stadsdeelsecretaris voorzitter Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 2 van 5 Bevoegdheid Mandatenregister B. 32: vaststellen van ontwerpen voor de (her)inrichting van de openbare ruimte (waaronder een programma van eisen), voor zover de vaststelling van deze plannen een feitelijke handeling betreft. De machtiging is beperkt tot die gevallen waarin de uitvoering aan de bestuurscommissies is opgedragen. Het algemeen bestuur geeft middels een piepsysteem aan over het ontwerp voor de herinrichting te willen besluiten. Indien de voorgestelde herinrichting van de openbare ruimte afwijkt van de vastgestelde kaders, zal dit worden voorgelegd aan het algemeen bestuur. Ten behoeve hiervan ontvangt de bestuurscommissie het definitief ontwerp via de e-mail. Indien minimaal drie leden binnen één week bij de bestuursondersteuning aangeven het te willen bespreken zal de definitieve besluitvorming via het algemeen bestuur verlopen. (AB besluit 2014/int/1545 26-11-2014). Bestuurlijke achtergrond In 2005 is het Vernieuwingsplan Centrum Nieuw-West vastgesteld als kader voor de planontwikkeling, gevolgd in 2007 door het “Regieplan Centrum Nieuw-West”. In deze documenten zijn de vitgangspunten vastgelegd om het bestaande winkelgebied Osdorpplein, de daar omliggende woongebieden en de oever aan de Sloterplas te vernieuwen door zowel stedelijke voorzieningen als woningen toe te voegen. Op 26 juni 2013 is het bestemmingsplan ‘Osdorpplein en omgeving! vastgesteld door de deelraad Nieuw-West. In de toekomstige structuur van Centrum Nieuw-West gaat veel veranderen. Door het wegvallen van de zuidelijke autoroute tussen de Meer en Vaart en Tussenmeer, en door de aanleg van een gracht tussen de Nicolaas Anslijnstraat en Hoekenes, verandert de verkeerssructuur. Door het wegvallen van de Don Boscostraat als autorroute komt er een ontsluitingsroute te vervallen tussen de Meer en Vaart en de wijk ten zuiden van de (nog te graven) Nieuwe Osdorpergracht. Hiervoor in de plaats wordt er een nieuwe ontsluitingsroute gerealiseerd via Overleg naar de Nicolaas Anslijnstraat. De Anslijnstraat wordt hiermee een wijkontsluitingweg tussen Meer en Vaart en Overleg. Het ontwerp openbare ruimte dat is bijgevoegd is tot stand gekomen in overleg met de bewoners. Inmiddels is, zoals afgestemd in de staf van Baâdoud en Bobeldijk van 4 september 2017, het ontwerp grotendeels gerealiseerd. Dit was nodig om de bereikbaarheid en veiligheid van de de wijk ten zuiden van het Hoekenespad (Overleg) te kunnen garanderen. In verband met de bouwwerkzaamheden ter plaatse van de Don Boscostraat is deze verbinding namelijk komen te vervallen. Door het vervallen van de Don Boscostraat was er namelijk met spoed een nieuwe verbindingsweg met de buurt Overleg nodig. Uiteraard zullen eventuele wijzigingen in het ontwerp door de Bestuurscommissie, in de huidige inrichting aangepast worden. Onderbouwing besluit Argumenten Risico's / Neveneffecten n.v.t. Maatschappelijke effecten Selecteer de maatschappelijke LJJongeren aan het werk effecten waar hetbesluitaan __LJJeugd benut talent bijdraagt L]Goed veiligheidsgevoel MlPrettig wonen (lledereen doet en telt mee Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 3 van 5 (Prettig samenleven L]Gezonde leefstijl Maatschappelijke Centrum Nieuw-West groeit en wordt steeds meer het centrum van Amsterdam Nieuw-West, effecten een levendig stadscentrum gelegen aan de Sloterplas. Met nieuwe woningen, winkels, horeca, een nieuwe gracht en mooie pleinen. Dit besluit draagt bij aan de bereikbaarheid en ontsluiting van het centrumgebied. Dit maakt dat het prettig wonen is en blijft in en rondom Centrum Nieuw-West. Uitkomsten ingewonnen adviezen Juridisch bureau Er is een kleine strijdigheid geconstateerd met het bestemmingsplan. Hiervoor wordt een kruimelgevalprocedure doorlopen. Financiën Zie financiële paragraaf Communicatie zie commvunicatieparagraaf. Overige n.v.t. Financiële paragraaf Financiële gevolgen? Ja De uitvoering van het hier voorliggende ontwerp openbare ruimte wordt gedekt uit de grondexploitatie 222.01 CNW Osdorpplein SuHa. De inrichtingskosten van het ontwerp passen binnen het reeds beschikbaar gestelde budget vanuit de grondexploitatie. Van het definitieve ontwerp is een beheerkostentoets gedaan. De beheerkostentoets is per abuis alleen uitgevoerd voor het deel van het ontwerp met een definitief karakter en niet voor het deel met het tijdelijke karakter. Een beheerkostentoets voor het tijdelijke deel zal alsnog worden opgesteld en indien gewenst worden nagestuurd aan de Bestuurscommissie. De afdeling Beheer heeft voor de beheerkostentoets van het definitieve deel van het ontwerp inmiddels akkoord gegeven. Indien ja, dekking aanwezig? Ja Indien ja, welke Grondexploitatie 222.01 CNW Osdorpplein SuHa. kostenplaats? Toelichting Voorlichting en communicatie Eisen publicatie n.v.t. Na vaststelling van het ontwerp openbare ruimte worden betrokkenen hierover geïnformeerd via Communicatiestappen een bericht op de website, een bericht in de nieuwsbrief Nieuw-West en een bericht in de nieuwsbrief Centrum Nieuw-West. Bewoners die actief hebben deelgenomen aan de participatie en de betrokken VvE’s ontvangen een email met een toelichting en link naar het bericht op de website. Uitkomsten inspraak n.v.t. Uitkomsten maatschappelijk overleg (participatie) Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina4 van 5 DB — AB Op 20 juni 2017 heeft er een informatiebijeenkomst plaatsgevonden voor de N. Anslijnstraat en W. Bladergroenstraat. Op 12 september 2017 is er ook een algemene informatieavond geweest over het hele project waarbij na afloop een informatiemarkt plaatsvond en een meedenksessie voor de bewoners van de N. Anslijnstraat en W. Bladergroenstraat over het ontwerp openbare ruimte. Een aantal bewoners hebben opmerkingen gemaakt op het ontwerp en hebben vervolgens in oktober 2017 een eigen bijeenkomst georganiseerd waarna suggesties zijn gedaan voor het ontwerp. Op 19 december 2017 is er een inloopavond geweest om het definitieve ontwerp te presenteren en bespreken. De belangrijkste vragen zijn genoteerd en zijn een Q&A document op de website geplaatst. www.amsterdam.nl{projecten/centrum-nieuw- west/publicaties-centrum/. Op 18 januari 2018 heeft een bewoonster van de N. Anslijnstraat in de voorbereidende commissie ingesproken om aandacht te vragen voor fietsnietjes en scooter- opstelplaatsen. Eventuele wijzigingen in het ontwerp die hieruit voortkomen zullen worden nagestuurd. Stukken Meegestuurd Ontwerp openbare ruimte Nicolaas Anslijnstraat. Toelichting op het ontwerp openbare ruimte zuidelijk deel Nicolaas Anslijnstraat. Beheerkostentoets Ter inzage gelegd n.v.t. Te verzenden stukken n.v.t. Aangetekend versturen n.v.t. Akkoord agendering Datum voorbereidendestaf 11 december 2017 Portefeuillehouder E. Bobeldijk en A. Baâdoud Portefeuillenouder akkoord? Ja Verantwoordelijk manager _Nabila Bovabbouz Manager akkoord? Ja Besluit dagelijks bestuur <Conform; conform met aanpassing; aangehouden. In te vullen door bestuursadviseur DB> Registratienummer 78001 - 2017/INT/o1031 Pagina 5 van 5
Besluit
5
train
xX Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid & Vergadering Stadsdeelcommissie Agenda Datum 11-05-2022 Aanvang 19:30 Locatie President Kennedylaan 923 - commissiezaal (begane grond) 1. Opening en agenda 2. Vaststellen van het conceptverslag 3. Algemene inspraak 4. Actualiteiten en mededelingen 5. Presentatie Sociale Basis Rachel Haan, Regisseur Zorg en Welzijn Oud-Zuid, geeft een presentatie over de Sociale Basis in Zuid (ca 20-30 min.) 6. Beschikbaarheid Stadsloket Zuid 7. Financiën stadsdeel Zuid Met het nieuwe bestuurlijk stelsel heeft de stadsdeelcommissie naast de brede controletaak ook het budgetadviesrecht gekregen. Dagelijks bestuurder Sebastiaan Capel is gevraagd informatie te geven omtrent dit onderwerp. 8. Adviesaanvragen 8a. Adviesaanvraag Stedelijk beleidskader horeca en terrassen 1 xX Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid % & 8b. Adviesaanvraag Woonwagens en standplaatsen 2022-2025 8c. Adviesaanvraag Vrijgeven van het aanwijzen, opheffen en wijzigen van afval-inzamellocaties in de Veluwebuurt (KKO5) en Kop Zuidas (KKO6) voor inspraak 9. Vragen aan het Dagelijks Bestuur 10. Vergaderschema en termijnagenda 11. Rondvraag 12. Sluiting 13. Ter kennisname 2
Agenda
2
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1140 Datum akkoord 22 oktober 2015 Publicatiedatum 28 oktober 2015 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer PV. Guldemond van 17 juli 2015 inzake kartelvorming op het grachtenwater. Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller. In de jongste editie van het tijdschrift Quote (augustus 2015) staat een artikel van Sander Schimmelpenninck over de Amsterdamse rondvaartbranche getiteld “Het Grachtenkartel”. In dit artikel wordt de branche uitgebreid onder het vergrootglas gelegd. Ofschoon de problematiek die in het artikel wordt aangesneden over het algemeen niet onbekend is, maakt de D66 fractie zich zorgen over de twijfel die door het artikel wordt gezaaid over een aspect dat tot dusver in de discussie niet veel aandacht heeft gekregen, te weten de vermakelijkheidsretributie, meer in het bijzonder over de vraag of door de rederijen een vermakelijkheidsretributie wordt afgedragen die correspondeert met het werkelijk aantal vervoerde passagiers. Ofschoon het artikel verschillende vragen oproept beperkt ondergetekende zich vooralsnog tot enkele vragen over de zich aan boord van de rondvaartboten geplaatste transponders waarvan in het artikel melding wordt gemaakt. De door deze transponders vergaarde informatie kan exacte gegevens verstrekken over het daadwerkelijk aantal uitgevoerde scheepsbewegingen, op basis waarvan mogelijk een realistische inschatting kan worden gemaakt over de bezettingsgraad van de rondvaarten. Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 17 juli 2015, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Heeft het college kennisgenomen van het artikel in Quote van Augustus 2015 getiteld "Het Grachtenkartel"? Antwoord: Ja, het college heeft kennis genomen van het artikel. 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer rekt ober 2015 Schriftelijke vragen, vrijdag 17 juli 2015 2. Zijn inmiddels inderdaad transponders geplaatst aan boord van alle commercieel geëxploiteerde rondvaartboten van rederijen die vaartochten aanbieden op het Amsterdamse binnenwater? Antwoord: Ja, per 1-5-2014 is elke vergunninghouder van een exploitatievergunning verplicht te beschikken over een transponder. Deze verplichting is niet van toepassing op vergunningen ten aanzien van onbemande vaartuigen. 3. Om hoeveel transponders op hoeveel boten gaat het precies? Antwoord: Op dit moment hebben 205 bemande vaartuigen een transponder. 4. Is het proces van plaatsen van de transponders op de rondvaartboten afgerond? Zo nee, wanneer zal dit het geval zijn? Antwoord: Ja, het hebben van een transponder is een vergunningsvoorwaarde waar elke nieuwe exploitant aan wordt gehouden en alle bestaande exploitanten regelmatig op worden gecontroleerd. Zie ook antwoord bij vraag 2. 5. Functioneren de transponders naar tevredenheid, of doen zich wellicht technische problemen voor? Zo ja, van welke aard zijn die problemen en hoe worden die opgelost? Antwoord: Waternet gebruikt de transpondergegevens bij de handhaving om te bepalen of boten die alleen een vergunning hebben voor zone 2, zich toch niet in zone 1 bevinden. Het systeem voldoet voor dit doel. 6. Hoe, door wie, waar en met welke regelmaat worden de data van de transponders gelezen, waar worden de data opgeslagen en wat wordt ermee gedaan? Antwoord: De transpondergegevens worden dagelijks digitaal doorgestuurd naar Waternet via een apart emailadres en blijven in ditzelfde emailaccount opgeslagen. De gegevens worden door de daartoe aangewezen toezichthouders uitgelezen en worden gebruikt bij de handhaving om te bepalen of boten die alleen een vergunning hebben voor zone 2, zich toch niet in zone 1 bevinden. 7. Bestaat er op basis van de door de transponders verkregen informatie een betrouwbaar beeld van het aantal rondvaarten dat (per jaar) wordt uitgevoerd? Kan dit per rederij worden uitgesplitst? Antwoord: De transponders geven informatie over het aantal vaarbewegingen per vaartuig en worden niet gebruikt om het aantal rondvaarten per vaartuig in kaart te brengen. Een vaarbeweging kan zowel een rondvaart zijn als een tochtje zonder passagiers om te gaan tanken. Op basis van de transpondergegevens kan dus geen 2 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neng Lao Gemeenteblad ummer = …. … or Datum 28 oktober 2015 Schriftelijke vragen, vrijdag 17 juli 2015 betrouwbaar beeld gegeven worden over het aantal rondvaarten. Transpondergegevens kunnen per vaartuig worden uitgesplitst. 8. Kan op basis van de door de transponders verkregen informatie een betrouwbaar beeld worden gevormd van de bezettingsgraad per rondvaart? Zo nee, wordt gedacht aan aanvullende maatregelen om deze informatie te verkrijgen? Zo ja, aan welke”? Antwoord: Nee, de transponders geven ook geen informatie over de bezetting van het vaartuig. Vanuit Waternet wordt er niet gedacht aan aanvullende maatregelen om deze informatie te verkrijgen. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
train
(@ ) isch Plan | „en olgperiode ©) 2024 KG) Ni GS Ann ahti A ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Executive Summary Ahti (Amsterdam health & technology institute) is in 2014 gestart met een klein team en de ambitie om de waarde van geleverde zorg te verbeteren en de druk op de Amsterdamse zorgsector te verlagen. Bij de oprichting waren er vier belangrijke trends binnen de zorgsector waarneembaar: 1 De zorgkosten stijgen sneller dan het bruto nationaal product; 2 De exponentiele groei van de hoeveelheid beschikbare data wordt nauwelijks ingezet voor de onderbouwing van (beleids) interventies en zorgoplossingen; 3 Investeringen in healthtech nemen toe; 4 De opschaling van technologische innovaties binnen het zorgsysteem blijft achter. Deze trends zijn nog steeds relevant in 2017. Zij bevestigen de door ahti ingeslagen weg om mensen, technologie en informatie met elkaar te verbinden om in combinatie met ondernemerschap en financiering concreet de waarde van zorg in Amsterdam en de rest van de wereld te verbeteren. Ahti hanteert hierbij het Triple Aim principe, waarbij ervaren kwaliteit van zorg, uitkomsten van zorg, en de kosten van de zorg, de uitgangspunten vormen. Ahti heeft in meer dan 80 projecten en voorstellen samengewerkt met een breed scala aan partners gericht op het aanjagen van ondernemerschap, het initiëren van innovatieve trainingsprogramma's en samenwerkingsverbanden en het faciliteren van het ontwikkelen, uitrollen en vervolgens monitoren van het effect van gerichte (beleids) interventies en zorgoplossingen. De beoogde resultaten voor de opstartfase zijn daarmee behaald, waarbij de start investering vanuit de Gemeente Amsterdam is verviervoudigd. repr reeet EEFDE mm en __ J Ze Er NT mj Mir Glare TE MEE ed | nl ke | allel EEE EN =e EERE en Tee zi Ee Zn Mie | Tan NJET aas an EERE Sn TN EEE SEN Re TTN TANNE IEEE rar RSE BIETJE sen HE NE en VREE REE ISES RE HER Kgt si TT SES | ENT en | ie EM Etsen: an See (TANNE ET BW En EP B 5 einmemene Pm bere 8 eN jn, ir gn En En 2 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Ahti's unieke positie en meerwaarde De kern van onze meerwaarde ligt op het snijvlak van innovatie en ondernemerschap. Het ontsluiten, visualiseren, interpreteren en het omzetten van data in gericht advies, preventieplannen en zorg- oplossingen, vormt een unieke kans. Het leveren van zorg kan daarbij succesvoller door de combinatie van medische kennis, het gebruik van technologie (inclusief data) en het stimuleren van het ‘juiste’ gedrag. Hiertoe werkt ahti samen met kennisinstellingen en ondernemers om de door hen ontwikkelde kennis en (digitale) methoden op dit gebied in de praktijk in te zetten. De succesvolle initiatie van Amsterdam Health & Technology Centre (AHTC) heeft hierbij een aanzuigende werking voor nieuwe bedrijvigheid. Waarde creatie impliceert het bemiddelen en faciliteren van relaties tussen een veelvoud aan belanghebbenden binnen de zorg, waar- onder de patiënt, de zorgaanbieders en de zorgbetalers (verzekeraars, gemeente en overheid). De Living Labs van ahti vormen een uniek model in de wereld. Een Living Lab is een samen- werking tussen publieke en private organisaties die het mogelijk maken om beleid en innovaties te testen en implementeren in de praktijk. Door de effecten op de uitkomsten van zorg en de daaraan gerelateerde kosten te meten in een reële, ongecontroleerde situatie bij burgers en patiënten, wordt “Real World Evidence” gegenereerd. Het internationale netwerk van Living labs maakt Amsterdam onderscheidend doordat een ‘one-stop-shop' geboden wordt voor realisatie en validatie van zorginnovaties in Durham (VS), Nairobi (Kenia), en Chongging (China). De onderwerpen waar we ons nu op richten zijn gezondheidsvraagstukken die wereldwijd spelen. Het strategisch plan De Amsterdam Economic Board heeft zich ten doel gesteld om haar bewoners 2 jaar langer gezond te laten leven in 2025. Continue optimalisatie van beleid en diensten voor zowel de levering van zorg als management van gezondheid (preventie) is hiervoor wenselijk. Hierbij wordt gestreefd naar een effectiever, meer gedifferentieerd beleid, welke is toegespitst op de wijk, buurt en persoon. Ahti wil hier een bijdrage aan leveren door zich in eerste instantie te richten op een drietal aandachtsgebieden die belangrijk zijn voor de stad Amsterdam en haar burgers: gedrag/vitaliteit (preventie), chronische ziekten (niet invasieve langdurige zorg) en een populatie gerichte aanpak rondom kwetsbare groepen. De door ahti gehanteerde Living Lab benadering is hiervoor bij uitstek geschikt gezien leefstijl, omgeving en sociaal-economische factoren net zo belangrijk zijn als de medische factoren. 3 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 In het tweede deel van het contract gaat ahti zich richten op Innovatie en Ondernemerschap binnen Healthtech. Op dit vlak kunnen we een onderscheidende rol spelen in verbeteren van de waarde van zorg voor Amsterdammers. Hierbij zullen wij met onverminderde energie ondernemend, doelgericht en onconventioneel te werk gaan om de volgende doelstellingen te bereiken: 1 Het faciliteren van gerichte (beleids)interventies en zorgdiensten binnen het internationale netwerk van living labs 2 Het stimuleren van economische activiteit (start-up & scale-up) binnen de Amsterdamse healthtech sector Het verkrijgen en inzetten van ‘Real World Evidence! waarbij innovatie meetbaar gekoppeld wordt aan financiering staat centraal. ‘Real World Evidence’ biedt het antwoord op de vraag of preventiebeleid, behandelingen, diensten of verzorgingsmethodes in praktijksituaties resultaat opleveren. Samen met de gegevens afkomstig uit een breed scala aan databronnen kan ‘Real World Evidence’ een helder(der) beeld schetsen van wat er precies gebeurt bij de gebruikers, zowel bij patiënten en artsen als bij beleidsmedewerkers. Dit biedt de mogelijkheid om (beleid)interventies en zorgoplossingen op maat te bieden en verder op te schalen door de introductie van nieuwe organisatie- en financieringsvormen Door de effecten op de daadwerkelijke gezondheid van burgers te combineren met de ervaren gezondheid en de kosten die hieraan gerelateerd zijn, zullen we inzetten op een meer resultaat gericht financiering van zorg. Om dit te bereiken starten wij met het kwanti- ficeren van gezondheidsvraagstukken (actionable data generator), het identificeren van beschikbare oplossingen (healthtech accelerator) op basis waarvan wij belanghebbenden bijeenbrengen (healthtech connector) om tot een doelmatige zorgverlening te komen. De effecten zullen in de praktijk gemeten worden (triple aim monitor) wat richting zal geven aan een effectief en kostenefficiënt preventie- en zorgmanagement beleid van Amsterdam en daarbuiten. Ahti zoekt hierbij nadrukkelijk de samenwerking met academische partners voor onderzoek en educatie, beleidsuitvoerende organisaties (zoals de GGD) en zorg betalers (zoals de stad en verzekeraars). Ahti heeft hierbij een vrijere rol als initiator en katalysator voor beleidsontwikkeling en innovatie binnen de zorgverlening. Vanuit de drie benoemde aandachtsgebieden zal ahti in samenwerking met haar partners en belanghebbenden programma's initiëren specifiek gericht op de het bevorderen van de vitaliteit van de burger en een efficiëntere levering van zorg. In eerste instantie zijn dit: 4 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Il Angst en Depressie: een systematisch wijkgerichte aanpak waarbij in samenwerking met ondernemers de levering van zorg efficiënter wordt ingericht. (Kinder) Obesitas: gedifferentieerd beleid op basis van de actuele situatie in de Amsterdamse wijken voor een meer effectieve inzet van overheidsmiddelen. II Cardiovasculaire zorg: het naar de markt brengen van nieuwe digitale zorgdiensten op basis van een meer resultaatgerichte financiering van zorg. Resultaten en impact Vanuit een versterkte focus op innovatie en ondernemerschap, zal ahti richting geven aan vernieuwing in gezondheidsmanagement- en zorg binnen Amsterdam en de aangesloten Living Labs. Dit zal leiden tot de in het oorspronkelijke contract beloofde doel qua impact in 2024. Partners en organisatie Ahti heeft laten zien dat een multidisciplinaire aanpak mogelijk is en succesvol kan zijn. Gedurende de jaren zijn er nieuwe strategische partners toegetreden, waaronder data science experts zoals het Centrum Wiskunde & Informatica. Een effectief management en resultaatgericht team zorgen voor zowel het behalen van de vooropgestelde doelen als de duurzame verankering van ahti in het Amsterdamse en internationale veld. Het financiële plaatje Voor de vervolg periode (2018-2024) is een investering van 6M€ voorzien vanuit de Gemeente Amsterdam. Er is contractueel afgesproken dat de gehele investering van de stad moet leiden tot een totale impact van ten minste vier keer de waarde van deze investering (1:4). Om continuïteit van ahti te waarborgen, zullen we een service portfolio ontwikkelen dat waarde creëert binnen de zorg en maatschappelijk, wetenschappelijk, en financieel rendement genereert voor ahti, haar partners en de stad. 5 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Inhoudsopgave 1 Terugblik op drie jaar ahti 7 De uitgangspunten 7 Kickstart - resultaten in vogelvlucht 8 De reeds zichtbare impact 10 2 Ahti’s unieke positie en meerwaarde 13 Waarde creatie door innovatie in het leveren van zorg 13 Verandering door een lokaal gedreven aanpak 13 Wat wij leerden - een snel veranderende en complexe 14 sector vergt focus Wat wij leerden - ons onderscheidend vermogen 15 Onze meerwaarde - het snijvlak van innovatie en 16 ondernemerschap 3 Het strategisch plan 17 Thematische focus - langer gezond en vitaal leven 17 Onze missie & doelstellingen 18 Onze strategie 18 Geharmoniseerde werkwijze 19 Focus programma's 21 Ons Instrumentarium 21 Beoogde impact 30 4 Roadmap & resultaten 31 5 Onze pariners 32 Nieuwe strategische partners 32 Kennisnetwerken 33 6 De ahti organisatie 34 Effectief management 34 Een resultaatgericht team 34 7 Het financiële plaatje 36 Budget 2017-2020 36 Strategisch investeren 36 8 Annexes 38 Bijlage 1 Resultaten kick start 39 Bijlage 2 Deliverables Continuation Period 42 Bijlage 3 Brochure Ahti 43 6 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 01 Terugblik op drie jaar ahti TT De uitgangspunten Wanneer in 2014 het Amsterdam health & technology institute - verder te noemen ahti - wordt opgericht, zijn er vier belangrijke trends binnen de zorgsector waarneembaar: 1 De zorgkosten, mede onder invloed van demografische ontwikkelingen en leefwijzen, blijven sneller stijgen dan het Bruto Nationaal Product (BNP). 2 De exponentiele groei van de hoeveelheid data, gerelateerd aan zorgkosten en individuele gezondheid, wordt nog nauwelijks gebruikt om (beleids)interventies en zorgoplossingen te adresseren. 3 Investeringen in healthtech nemen toe 4 De opschaling van technologische innovaties binnen het zorgsysteem blijft echter achter, terwijl de innovaties hun waarde op kleine schaal hebben laten zien. Deze trends hebben geleid tot de ahti visie: > Mensen, technologie en informatie met elkaar verbinden om in combinatie met ondernemerschap en financiering concreet de waarde van zorg in Amsterdam en de rest van de wereld te verbeteren. Ahti hanteert hierbij het Triple Aim principe, waarbij 1) ervaren kwaliteit van zorg, 2) uitkomsten van zorg, en 3) de kosten van de zorg, de uitgangspunten vormen. Bij veel zorgverbeteringsvoorstellen wordt het derde uitgangspunt niet automatisch en meetbaar meegenomen. Hierdoor is de schaalbaarheid van innovaties tot op heden beperkt. | il | : h | en l x en, . li 1 HealthCare expenditures as % of GDP” gebruikt van de OECD (EIU May 2014, OECD) 7 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Kickstart - resultaten in vogelvlucht Ahti is gestart met een klein team en de ambitie om de waarde van geleverde zorg te verbeteren en de effectiviteit van de beschikbare middelen te verhogen. Hierbij hebben we ingezet op het creëren van de randvoorwaarden voor waarde creatie in de zorg door middel van het aantrekken van talent, het ondersteunen van onderzoek & innovatie, en het stimuleren van ondernemerschap. In totaal zijn er in samenwerking met een breed scala aan partners meer dan 80 projecten en voorstellen gegenereerd binnen de ahti portfolio. Een aantal illustratieve voorbeelden hiervan zijn: 1 Talent case Een meer multidisciplinair georiënteerd onderwijsaanbod om talent aan te trekken en te behouden > Postdoctoraal programma “Health design” in samenwerking met Universiteit van Twente. Dit programma is gericht op professionals werkzaam in design en technologie en slaat een brug naar een effectieve toepassing hiervan in de zorgpraktijk. > Mastertrack “Management of Innovative Technologies in the Community Based Healthcare” in samenwerking met de Vrije Universiteit Amsterdam (-50 studenten). Op basis van specifieke “case studies” verkrijgen studenten inzicht in de wijze waarop technologie ingezet kan worden binnen de zorg en gezondheids- management. Ook de rol van verschillende belanghebbenden en de impact die dit heeft op het zorgsysteem komt aan bod. > Educatief jeugdprogramma “Youth4Health” in samenwerking met Stichting Jong Ondernemen en GGD Amsterdam. Doel is om kinderen spelenderwijs aspecten van gezondheid en het daarvoor benodigde gedrag bij te brengen. Hiertoe zijn 1500 Amsterdamse basisscholieren bereikt om nieuwe technologische concepten te verzinnen in de strijd tegen overgewicht. In een spannende finale met vijf basisscholen is het winnende concept gekozen. Dit concept is ingebracht bij de Hackathon “Digital Reality”, waar engineers, designers en ICT'ers zich gezamenlijk inzetten om Nederland socialer, behulpzamer en gezonder te maken. 8 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 2 Innovation case Amsterdam Living Lab als basis voor een breed portfolio van innovatieprojecten en -programma'’s > City Dashboard: In samenwerking met de stad Amsterdam en het Zilveren Kruis heeft ahti een instrument voor beleidsmakers ontwikkeld om potentiële gezondheid gerelateerde problemen in de stad te identificeren. Op basis hiervan kunnen prioriteiten op gebiedsniveau bepaald worden en gerichte beleidsinterventies worden ingezet. De eerste versie omvat een overzicht van WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning), Jeugdhulp en demografische gegevens uit 2015. Deze zijn per buurt, leeftijdsgroep en geslacht geaggregeerd. Momenteel worden soortgelijke gegevens uit 2016 geïntegreerd. Hierdoor kunnen veranderingen inzichtelijk worden gemaakt en op termijn het effect van beleidsinterventies worden geëvalueerd. > HIV-prevalentie: Ahti visualiseert HIV-trends over de afgelopen jaren voor het H-TEAM (HIV Transmission Elimination AMsterdam) die ondersteunen bij het plannen van interventies om nieuwe infecties te voorkomen. Het visualiseren van zowel nieuw gediagnosticeerde HIV-gevallen als HIV-prevalentie in de stad, in combinatie met sociaal- demografische data, heeft geholpen om hoge risicogebieden beter in kaart te brengen. > Strategische planning in de tertiaire zorg: Ahti heeft het afgelopen jaar nauw samengewerkt met het strategische planningsteam en de afdeling cardiologie van het OLVG om een voorspellend model voor hun patiëntstromen te ontwikkelen. Na haar fusie overweegt het OLVG het samenvoegen van enkele specialiteiten op één van hun twee locaties. Ahti heeft incidentiecijfers van ziekten en andere ziekenhuisgegevens gebruikt om voorspellingsmodellen te bouwen die de mogelijke verandering in ziekenhuisopnamen simuleren. Deze aanpak ondersteunt, samen met de visualisatie van onze bevindingen, de strategische planning van operaties en verbetert de zorg voor patiënten in de toekomst. > Persoonsgericht CardioVasculair RisicoManagement (CVRM): Ahti heeft met het Joep Lange Instituut en M2mobi een patiënten applicatie ontwikkeld om de controle van hoge bloeddruk en preventie van bepaalde cardiovasculaire ziekten van de huisartsen- zorg naar de persoonlijke omgeving te verleggen. Daarmee verkrijgt de patiënt de mogelijkheid om de regie in eigen handen te houden. De huisarts kijkt op afstand mee en grijpt in indien nodig. 9 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Amsterdam health & technology center 3 Health case Toegang tot faciliteiten om innovatie te stimuleren en valorisatie te ondersteunen > Het “Amsterdam Health & Technology Center” (AHTC) is ontworpen, gefinancierd en opgezet. Doel hiervan is het creëren van een ontmoetings- en werkplaats voor start-ups, scale-ups en ‘already- ups’ op het gebied van technologie en zorg. De eerste bedrijven hebben reeds hun intrek in het gebouw genomen. > Het “Venture Mentoring Program” is in samenwerking met Duke Global Health Institute en Nicolas School of Engineering opgezet. Doel is om startende ondernemers te ondersteunen in het succesvol ontwikkelen en naar de markt brengen van hun zorginnovatie. Aanvullend is in samenwerking met StartupBootcamp de ahti accelerator “HealthInc” ontwikkeld welke in september 2017 van start zal gaan. > Een internationaal “Netwerk van Living Labs” is gecreëerd waarin ondernemers, zorg aanbieders, beleidsmakers en wetenschappers samenwerken om specifieke zorgvraagstukken te adresseren. Amsterdam is verbonden met Durham (USA), Nairobi (KE), en Chongging (CN). De reeds zichtbare impact Ahti heeft vanuit wisselende rollen, maar vaak als initiator van concrete projecten en voorstellen, samengewerkt met verschillende organisaties binnen de Gemeente Amsterdam (zie figuur 1). Dit betrof onder meer de universiteiten en medische centra, de hogeschool en ROC, maar ook nadrukkelijk private partijen van zowel binnen als buiten de zorg. Met de succesvolle initiatie van het AHTC is nu ook een fysieke locatie beschikbaar om nieuwe bedrijvigheid op het gebied van healthtech naar Amsterdam te halen. 10 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Figuur 1 Talent en Onderwijs Innovatie Ondernemerschap / SO 8 Is / EA. - en ks. A 0 \ TR Pi — A tee SS % BS, Ny OST © 5 IN 1812 M 7 In a € Sp (9) Oi % 0” © E 1 Health Design 8 HIV Transmissie Eliminatie 14 Venture Mentoring Program Postdoctoraal programma met Amsterdam Team Opleiding voor startende Universiteit Twente Population Health Management zorgondernemers van HIV detectie en preventie 2 Samen Zuidoost 15 Project FIT Versterken samenwerking zorg 9 Obesitas in Kinderen Langer thuis wonen met dementie en welzijn Support van beleidsmakers bij preventie kinderobesitas 16 City Rhythm 3 Amsterdam Health & Analyse van data patronen in de stad Technology Center 10 HealthInc accelerator Healthtech accelerator 17 Buurt Ziekenhuis Amsterdam Health and Transmurale zorg innovatie 4 g Technology Park 11 OLVG Strategische planning in 1 8 Management of Innovative 5 CVRM Digitale Service de tertiaire zorg Technologies in Community Thuismanagement van chronische Based Healthcare zorg (hypertensie) 12 Youth4health MSc Mastertrack met VU Bewustzijn over zorginnovatie 6 GGZ Dashboard op basisscholen 19 Healthy Counters Albert Heijn Population Health Management Stimuleren gezonder koopgedrag van GGZ zorg 1 3 Analyse WMO kosten Support van beleidsmakers in 7 Wijk Brede Aanpak sociaal domein Zorgprofessionals helpen met gebruik van data 1 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Daarmee heeft ahti de beoogde resultaten voor de opstartfase behaald (zie bijlage 1) en het vooraf vastgestelde financiële impact doel zelfs ruimschoots overtroffen. In de eerste drie jaar heeft ahti middels de startinvestering een gevalideerde directe leverage van 1:4 en een impact van 1:12 voor de stad Amsterdam bewerkstelligd. Figuur 2 Financiele impact € 25 min € 20 min € 15 min € 10 min € 5 min € 0 min Investering door stad 2014 2015 2016 Leverage voor stad Impact voor stad De leverage (directe investeringen in ahti en haar programma's) is officieel goedgekeurd tot en met 2016 volgens de in het contract opgenomen definitie. Het merendeel hiervan zijn private investeringen die voor een belangrijk deel gerelateerd zijn aan het AHTC. Onder ‘Impact’ valt zowel publiek als privaat geld dat gekatalyseerd is vanuit ahti en nieuwe bedrijvigheid rondom zorginnovatie genereert. Voorbeelden hiervan zijn de EFRO-bijdrage voor AHTC, het budget dat door het Joep Lange Instituut is binnengehaald voor zorginnovatie en de budgetten van verschillende onderzoeks- projecten (H2020). Deze laatste zijn met hulp van ahti opgestart, maar worden vaak door derden, zoals de, universiteiten gecoördineerd. De economische waarde die dit genereert binnen Amsterdam is lastig uit te drukken in geld, maar betreft bijvoorbeeld investeringen rondom AHTC vanuit onroerend goed, gebiedsontwikkeling en private ondernemers binnen healthtech. Buiten dit zie je dat het hele gebied rondom AHTC zich verder ontwikkeld wat zichtbaar is in spin-off qua nieuwe bedrijvigheid in de facilitaire dienstverlening wat op zijn beurt weer aanvullende werkgelegenheid genereert. 12 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 02 Ahti’s unieke positie en meerwaarde —————— Waarde creatie door innovatie in het leveren van zorg In de laatste decennia is er enorme winst behaald op het verbeteren van de uitkomsten van de zorg op het gebied van mortaliteit en morbiditeit. Het hoge tempo van nieuwe en effectievere be- handelingen voor zorg wordt echter onvoldoende opgevolgd door mogelijkheden om de plaats en de manier van zorglevering te veranderen. Mede daardoor blijven de zorgkosten dubbel zo snel groeien als het BNP. Dit lijkt niet alleen onhoudbaar, maar is ook niet altijd nodig. Met het uitblijven van de gewenste effecten van grote programma's vanuit de overheid en zorgverzekeraars om zorgkosten te drukken, is een mantra ontstaan dat de innovatie in het leveren van zorg uit de sector zelf moet komen. Dit is waarschijnlijk terecht, maar niet gemakkelijk. Er zijn veel verschillende belangen en deze belangen zijn weer ingegeven door onder andere het financieringssysteem. Dit lijdt vaak tot een impasse. Het is voor zorgprofessionals, wetenschappers en ondernemers onmogelijk om unilateraal waarde creatie te bewerkstelligen binnen de complexe zorgsector. Dit proces concreet ondersteunen en innovaties sneller naar de markt brengen om de zorg voor - en ge- zondheid van - de burger op een betaalbare manier te verbeteren, is de ambitie van ahti. Verandering door een lokaal gedreven aanpak Grote delen van de zorg worden lokaal geleverd (wijk, stad). Daarnaast zijn de factoren om gezond te blijven ook vaak situatie specifiek (sociaal en fysiek domein). De decentralisatie van de verantwoordelijkheid en bekostiging van belangrijke delen van de zorg heeft ervoor gezorgd dat beslissingen op gemeentelijk niveau zijn komen te liggen. Hierdoor zijn ook grote delen van het zorg- budget verschoven van nationaal naar gemeentelijk niveau. Alleen al in de stad Amsterdam wordt jaarlijks 4 miljard euro? besteed aan zorg en gezondheid. Dit biedt een ultieme mogelijkheid om op lokaal niveau concrete oplossingen voor het leveren van zorg en gezondheidsmanagement te ontwikkelen. Door niet alleen aandacht te hebben voor het verbeteren van de zorg, maar ook het beheersbaar houden van de kosten die daarmee gemoeid zijn, kan Amsterdam als voorbeeld dienen voor andere steden in Nederland en de wereld. Een dergelijke aanpak impliceert het bemiddelen en faciliteren van de relaties tussen een veelvoud aan belanghebbenden, waaronder de patiënt, de zorgaanbieders en de zorgbetalers op zowel lokaal (verzekeraars, gemeente) als nationaal (overheid) niveau. 2 Bron: RIVM, CBS, Kosten van Ziekten, OIS Gemeente Amsterdam, Vektis Zorg Thermometer zorg in Regio's 2013 13 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Ahti heeft in de afgelopen drie jaar laten zien deze belanghebbenden rondom de tafel te kunnen krijgen om concrete zorg- en gezond- heidsvraagstukken in de praktijk te adresseren. Vanuit een gedeelde visie op waarde creatie in de zorg en het Triple Aim principe als uitgangspunt, hebben we verandering in gang gezet en belangrijke lessen geleerd. Wat wij leerden - een snel veranderende en complexe sector vergt focus De zorgsector is de grootste economische sector wereldwijd en bedraagt ongeveer 14% van het BNP in Nederland®. Dit leidt tot een toenemende belangstelling voor innovatie in de zorg, mede vanuit de private sector (inclusief sociaal ondernemerschap). Dit is veel- belovend en het lijkt een kwestie van tijd voor veranderingen effect hebben op het zorgaanbod. Echter, vanuit onze activiteiten de laatste jaren hebben we een aantal belangrijke observaties: > Hoewel er steeds meer initiatieven zijn en er op kleine schaal veel wordt geëxperimenteerd, blijft de werkelijke (grootschalige) implementatie van innovaties in de praktijk nog achter. > Veel van de huidige nieuwe initiatieven, waaronder digitale diensten en voorzieningen voor zelfmanagement, leveren alleen deeloplossingen en/of additionele diensten. Er verandert nog weinig in de kern van het leveren van zorg zelf. > De werkelijke waarde verbetering en kostendaling voor het ecosysteem als geheel is soms twijfelachtig. Private partijen kunnen alleen succesvol zijn met een sluitende business case. Juist binnen zorg, waar kosten en baten vaak niet bij dezelfde partij vallen, is dit moeilijk te bereiken over de verschillende financieringsstromen heen. Er mist dan ook coördinatie vanuit het bredere maatschappelijke belang (holistisch). Sinds de start van ahti zien we dat multidisciplinair (medisch, economisch, gedragswetenschappen, technisch) onderzoek gericht op implementatie van zorgdiensten meer en meer in de belang- stelling komt te staan. Onderwijsinstellingen kijken nadrukkelijk naar zorg en gezondheid. Daarbij begint de link met technologie evident te worden. Om in deze snel ontwikkelende sector een verschil te kunnen maken, moet ahti haar krachten omarmen en haar beperkingen kennen. Een ondernemende houding, de bereidheid om snel te handelen en slim samen te werken zijn bepalende factoren voor succes; en daar hoort focus bij! 3 Zorguitgaven: kerncijfers Centraal Bureau voor Statistiek 14 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Wat wij leerden - ons onderscheidend vermogen Het huidige plan is voortgekomen uit de Amsterdam Metropolitan Solutions (AMS) aanvraag gebaseerd op een 30-jarige visie. Talentontwikkeling (educatie en training), onderzoek, innovatie en ondernemerschap zijn allen belangrijk. Echter, in een sector die in de belangstelling staat van velen, gebeurt veel. De huidige opzet van ahti is dan ook te breed. Een kritische evaluatie van onze activiteiten en behaalde resultaten is van belang om ons in de volgende periode te kunnen onderscheiden: Talent & Onderzoek > Ahti heeft in samenwerking met verscheidene partners succesvolle trainingsprogramma's ontwikkeld en heeft alle doel- stellingen wat betreft participatie behaald. Onze meerwaarde hierbij is de inbreng van een multidisciplinair perspectief in de inhoudelijke programmering. De organisatie en inlijving van deze programma's in het huidige opleidingsaanbod is beter belegd bij de Amsterdamse kennisinstellingen. > Amsterdam beschikt over twee universiteiten en hogescholen die binnen hun faculteiten succesvol onderzoek uitvoeren. Het toepassen van onderzoek op gebieden als data analyse en gedragswetenschappen is relevant voor de verdere ontwikkeling van ahti. Echter, de toegevoegde waarde van ahti zelf ligt met name in het doelmatig realiseren van meetbaar effectieve zorginnovaties in de praktijk. > Ahti is succesvol gebleken in het verbinden van partijen afkomstig uit de zorg, academie en het bedrijfsleven. Het koppelen van partijen en het uitbrengen van advies leidt niet altijd tot een geldelijke vergoeding, maar kan voor het netwerk, het merk ‘ahti’ en de stad Amsterdam, nuttig zijn. Een goede balans tussen verschillende netwerkactiviteiten moet worden vastgesteld voor de toekomst, mede in samenwerking met de Amsterdam Economic Board. Innovatie & Ondernemerschap > Ahti heeft binnen verschillende (pilot)projecten data-analyses uitgevoerd. Gedurende deze projecten is gebleken dat het aggregeren, visualiseren en interpreteren van data een meer- waarde van ahti is en uitgelezen kansen biedt om gerichte beleidsinterventies te ondersteunen en verbeteringen in de zorg te realiseren. > Niet alleen de ontwikkeling van innovaties, maar de daadwerkelijke acceptatie en toepassing ervan in de markt, door zowel professionals als individuen, is bepalend voor het realiseren van waarde creatie in de zorg. Gedrag van de eindgebruikers is hierbij een belangrijke schakel. 15 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Integratie van gedrags-componenten in (beleids)interventies en zorgoplossingen bevordert zelfregie en therapietrouw van de patiënt en verbetert het gebruiksgemak voor de medische expert. > Het succesvol initiëren van het AHTC, het opstarten van de accelerator Healthinc en het verenigen van programma's die start-up's ondersteunen, laat zien dat ahti een bijdrage kan leveren aan het tegengaan van de versnippering in de sector. Ahti heeft verschillende programma’s voor startende ondernemingen — van start up tot scale up - aan zich gebonden. Vanuit het AHTC/healthtech park zal een compleet aanbod op het gebied van healthtech worden gerealiseerd. > De vier Living Labs van ahti vormen een uniek model in de wereld. Het maakt Amsterdam onderscheidend doordat een ‘one-stop-shop’ geboden wordt voor internationale realisatie en validatie van innovaties in de praktijk. Vanuit haar neutrale positie kan ahti bruggen bouwen tussen overheden, (Commerciële) ondernemers en gebruikers, wat gezien de uiteenlopende belangen in de zorgsector van grote waarde is. Onze meerwaarde - het snijvlak van innovatie en ondernemerschap De kern van onze meerwaarde ligt op het snijvlak van innovatie en ondernemerschap. Dit zijn de belangrijkste componenten om de waarde van zorg concreet te verbeteren voor Amsterdam en de wereld. Onderzoek blijft een belangrijk uitgangspunt, maar leidt niet als vanzelf tot schaalbare producten en diensten. Startend vanuit de belangrijkste zorgterreinen om langer gezond te leven, wil ahti zich richten op het ondersteunen bij introductie van schaalbare zorginnovatie in de markt en deze evalueren op Triple Aim basis. Via haar Living Labs kan ahti de introductie van nieuwe organisatie- en financieringsvormen binnen de zorg mogelijk maken. Een Living Lab is een samenwerking tussen publieke en private organisaties die het mogelijk maken om beleid en innovaties te testen en implementeren in de praktijk. Door de effecten op de uitkomsten van zorg en de daaraan gerelateerde kosten te meten in een reële, ongecontroleerde situatie bij burgers en patiënten, wordt “Real World Evidence” gegenereerd. Hiermee wordt de belangrijkste randvoorwaarde voor opschaling van (beleids)interventies en oplossingen voor zowel de levering van zorg als management van gezondheid (preventie) ingevuld. 16 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 03 Het strategisch plan —————— Thematische focus - langer gezond en vitaal leven Amsterdam (Amsterdam Economic Board) heeft zich ten doel gesteld om haar bewoners 2 jaar langer gezond te laten leven in 2025. De grootste uitdaging hierbij is om grip te krijgen op technologische en sociale innovaties die een daadwerkelijke verbetering van de gezondheid en vitaliteit van haar bewoners kunnen realiseren tegen gelijkblijvende of zelfs lagere kosten. Continue optimalisatie van beleid en diensten voor zowel de levering van zorg als management van gezondheid (preventie) is hiervoor wenselijk. Hierbij wordt gestreefd naar een effectiever, meer gedif- ferentieerd beleid, welke is toegespitst op de wijk, buurt en persoon. Ahti wil hier een bijdrage aan leveren door zich in eerste instantie te richten op een drietal aandachtsgebieden die belangrijk zijn voor de stad Amsterdam en haar burgers: gedrag/vitaliteit (preventie), chronische ziekten (niet invasieve langdurige zorg) en een populatie gerichte aanpak rondom kwetsbare groepen. (zie Fig. 3). De door ahti gehanteerde Living Lab benadering is hiervoor bij uitstek geschikt gezien leefstijl, omgeving en sociaaleconomische factoren net zo belangrijk zijn als de medische factoren. Het Living Lab is een samenwerking tussen publieke en private organisaties waarbinnen op basis van real-world data en evidence, concreet beleid en innovaties getest en geïmplementeerd kunnen worden in de praktijk, dus in een reële, ongecontroleerde situatie bij burgers en patiënten. Figuur 3 ahti focusgebieden Gedrag / Vitaliteit (preventie) Chronische ziekten (chronisch te leveren zorg) Overgewicht (obesitas) Hart en vaatziekten (hypertensie, cholestorol) Bewegen Diabetes Slapen COPD, astma Kwetsbare groepen (integrale zorg rondom specifieke groepen) Kwetsbare ouderen lage Sociaal Ecoconomisch Status (SES) Levenseinde (paliatieve zorg) Het stadsbestuur van Amsterdam is door zijn visie en ambitie de ideale partner van ahti. Amsterdam is een van de meest aantrekkelijke vestigingslocaties voor techbedrijven in de wereld. De dynamiek in de stad is hoog en de technologische infrastructuur geniet internationale bekendheid. De stad oefent een grote aantrekkings- kracht uit op (internationaal) talent, startende ondernemers en gevestigde private ondernemingen. 17 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Onze missie & doelstellingen Onze missie is het creëren van een bruisend ecosysteem voor innovatie en ondernemerschap om oplossingen voor betere zorg volgens het Triple Aim principe te genereren. Hierbij zijn de volgende doelstellingen benoemd voor de vervolg periode: 1 Het faciliteren van gerichte (beleids)interventies en zorgdiensten binnen het internationale netwerk van Living Labs 2 Het stimuleren van economische activiteit (start-up & scale-up) binnen de Amsterdamse healthtech sector Onze strategie Om bovenstaande doelen te bereiken zal ahti onverminderd en met dezelfde energie als de afgelopen drie jaar ondernemend, doel- gericht en onconventioneel te werk gaan. Het verkrijgen en inzetten van ‘Real World Evidence’ waarbij innovatie meetbaar gekoppeld wordt aan financiering staat hierbij centraal. ‘Real World Evidence’ biedt het antwoord op de vraag of preventie- beleid, behandelingen, diensten of verzorgingsmethodes in praktijk- situaties resultaat opleveren. Samen met de gegevens afkomstig uit een breed scala aan databronnen kan ‘Real World Evidence’ een helder(der) beeld schetsen van wat er precies gebeurt bij de gebruikers, zowel bij patiënten en artsen als bij beleidsmedewerkers. Dit biedt de mogelijkheid om (beleids}interventies en zorg- oplossingen op maat te bieden en verder op te schalen door de introductie van nieuwe organisatie- en financieringsvormen. Nauw overleg tussen zorgprofessionals, verzekeraars, patiënten en ondernemers is essentieel gebleken om innovatieve zorgoplossingen volgens het Triple Aim principe te genereren en duurzaam uit te rollen. Middels de Living Labs biedt ahti de mogelijkheid om in de praktijk te toetsen of behandelingen, zorgdiensten en gedrags- adviezen aansluiten bij de behoefte van de professional en de patiënt. Door de uitkomsten van de geleverde zorg en gezondheids- management te koppelen aan kosten, kan het zorgsysteem toekomst- bestendig ingericht worden. Hierbij richten wij ons op het snijvlak van innovatie en ondernemerschap. Innovatie — focus op “evidence informed” marktintroductie van nieuwe initiatieven Op innovatiegebied richten wij ons op de marktontwikkelingsfase, waarbij een prototype van een product reeds aanwezig is. Door een slimme combinatie van medische kennis, gebruik van technologie (inclusief data) en gedragsaspecten (gedragseconomie en psychologie), wordt de kans voor het realiseren van een 18 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 daadwerkelijke zorgoplossing geoptimaliseerd. Om dit succesvol te kunnen doen, dient ahti leidend te zijn bij: > het ontsluiten, visualiseren, interpreteren van data en deze vervolgens om te zetten in gerichte actie (actiegerichte data); > het identificeren van belangrijke innovatiepartijen binnen de verschillende prioriteitsgebieden; > het mee ontwikkelen van een haalbare businesscase binnen het ecosysteem waar patiënten, ondernemers, zorgaanbieders en -betalers baat bij hebben, oftewel het bredere maatschappelijke belang gediend wordt; > het ontwikkelen van door de belanghebbenden geaccepteerde evaluatie methodieken voor ‘Real World Evidence! door een sterke link met academie - en daarbinnen health en big data specialisten en methodologen - te waarborgen. Ondernemerschap — focus op het aantrekken van ideeën en ondernemers op healthtech gebied Op het vlak van ondernemerschap richten wij ons op het genereren van nieuwe activiteiten op het gebied van healthtech, waarbij de economische waarde naar de stad Amsterdam terugstroomt. Het AHTC staat hierbij centraal en zal als katalysator fungeren voor ontwikkeling van het gebied Zuidoost Zuid. De nabijheid van het Amsterdamse Living Lab heeft een aanzuigende werking voor internationale start-ups en scale-ups. Technologische en sociale innovaties kunnen worden ingezet en de effecten op het dagelijkse leven en werk van de vele eindgebruikers in de zorg meetbaar gemaakt. Het internationale netwerk van aangesloten Living Labs levert daarbij een natuurlijke blik naar buiten. Hoe doen andere landen/steden het? Wat voor oplossingen zijn succesvol? Waar zitten de beste private partijen en hoe kunnen we ideeën en ondernemers naar Amsterdam halen? Geharmoniseerde werkwijze Ahti zal op het terrein van innovatie en ondernemerschap nadrukkelijk de samenwerking met academische partners zoeken voor onderzoek en educatie, beleidsuitvoerende organisaties (zoals de GGD) en zorg betalers (zoals de stad en verzekeraars). Ahti heeft hierbij een vrijere rol als initiator en katalysator voor beleidsontwikkeling en innovatie binnen de zorgverlening. We zoeken deze samenwerking vanuit onze visie om waardecreatie in de zorg te realiseren. Hiertoe brengen wij verschillende partijen bijeen door projectmanagement, het leveren van inzicht in de huidige situatie (actiegerichte data), het formuleren van een meer gedifferentieerd beleid en het introduceren van nieuwe innovaties voor het effectief leveren van de zorg en het meten van de impact hiervan (real world evidence). 19 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Nieuwe initiatieven zullen gegenereerd worden door doortastende matchmaking vanuit de ahti visie. In al onze activiteiten zal de driehoek van medische excellentie, gebruik van technologie (inclusief data), en gedrag worden meegenomen. Dit om ervoor te zorgen dat technologie niet als alleenstaande oplossing wordt ingezet, maar altijd wordt vertaald in een (zorg)dienst met en voor de eindgebruiker. Ahti doet hierbij geen wetenschappelijk onderzoek met hypothese vorming en toetsing. Wel werken we samen met big data en gedrags- specialisten van kennisinstellingen en ondernemers om nieuwe inzichten in 1) ‘Real World Evidence! Data-analyses, 2) digitale services en 3) gedragswetenschap te vertalen naar effectieve(re) (beleids)interventies en innovatieve zorgoplossingen. Door continue monitoring en evaluatie zal de Triple Aim impact van deze nieuwe initiatieven meetbaar gemaakt worden. De resultaten zullen richting geven aan vernieuwing in gezondheidsmanagement- en zorg binnen Amsterdam en de aangesloten Living Labs. Hiertoe hebben we een integraal proces opgezet om de werkwijze binnen alle aangesloten Living Labs te harmoniseren (zie figuur 4). Figuur 4 _ahti integrale werkwijze Actionable Wat doet Begrijpen wat van belang is Begrijpen rol van stakeholders data er toe ? (drivers en effecten), het Go/no-go onderwerp generator opbouwen van bewijs voor waarde Healthtech Lak ahti's “sweet spot" bepalen Conferentie organiseren voor de accelerator [Tr clan voor aantrekken interventies en selectie van interventies 5 veniëren? landscaping bestaande 5 Onderwerp IANA Ken dee 5 selectie, opzet Living lab Living lab Ë Health RER Wem @n Ontwikkeling waarde- en Selectie van financieringsmodel Elbe Wss Le) 5 connector financieren? GMEMES financieringsmodel voor voor interventie + verkrijgen 8 Wan laila kes financiering Triple Aim Tae SETS CTA GIR Te Alea caai a KA} Besluit over dataverzamelpro- Monitor meten moet worden ces, data security, integratie en Kle governance monitoren? 20 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Focus programma's Ahti zal, samen met haar partners en belanghebbenden in Amsterdam, zorgvraagstukken binnen de drie benoemde focusgebieden in kaart brengen. Op basis hiervan zullen gerichte (beleids)interventies en zorgoplossingen worden ontwikkeld gericht op de het bevorderen van de vitaliteit van de burger en een efficiëntere levering van zorg. In eerste instantie zal ahti beginnen met de volgende drie programma's welke zijn afgestemd met de belangrijkste stakeholders. |__Angst en depressie: Met Dienst Zorg, GGD, Academie en Zilveren kruis gaan we op basis van onze successen in Nieuw- West een systematisch wijkgerichte aanpak ontwikkelen. Dit door de hotspots, groepen en kosten binnen Amsterdam in kaart te brengen en beschikbare oplossingen in de wereld te identificeren. Door belanghebbenden (4P's) met ondernemers samen te brengen zullen deze oplossingen naar Amsterdam gehaald worden. IL Kinder (Obesitas): Met AAGG en Sarphati en anderen partijen beleid op maat aanbieden voor het voorkomen en verminderen van obesitas. Door het slim combineren van zorg en niet-zorg data zal de actuele situatie in de wijken in beeld worden gebracht, op basis waarvan een meer gedifferentieerd beleid mogelijk wordt. De impact hiervan zal door Sarphati gemonitord worden waardoor een meer effectieve inzet van overheidsmiddelen mogelijk wordt. II Cardiovasculaire zorg: Met ROHA (180 huisartsen), Nivel, GGD, AMC, Zilveren Kruis Achmea en private partijen gaan we nieuwe digitale zorg diensten naar de markt brengen. Door het effect hiervan op zowel zorguitkomsten als daaraan gerelateerde kosten meetbaar met elkaar te koppelen, zal een eerste stap gezet worden richting resultaatgerichte financiering van zorg. Ons instrumentarium In de afgelopen jaren hebben we een viertal instrumenten ontwikkeld om bovenstaande werkwijze (zie figuur 4} te ondersteunen en het realiseren van impact in waarde creatie in de zorg binnen de Living Labs te faciliteren. Deze instrumenten zijn: 1 _Actionable Data Generator 2 Healthtech accelerator 3 Health Connector 4 Triple Aim Impact monitor 21 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Actionable Data Inzichten in concrete gezondheids- en zorgaspecten op basis van een Generator breed scala aan databronnen, die het mogelijk maken om samen met belanghebbenden prioriteiten te bepalen en te komen tot gerichte actie voor (wijk)specifieke interventies en zorgconcepten. Om de gezondheid van Amsterdamse burgers te verbeteren is inzicht in gezondheids- en zorgaspecten op lokaal niveau noodzakelijk. Het genereren van actuele informatie en deze omzetten in ‘actiegerichte data' is essentieel in het bepalen van prioriteiten en de optimalisatie van het zorgaanbod in de stad. Daarnaast kan deze data helpen bij het opstellen van businesscases voor nieuwe zorg- en gezondheids- concepten. ‘Actiegerichte data’ bevat altijd inzicht in de grote van het probleem, de kosten van het probleem en gezamenlijk overeen- gekomen en geaccepteerde uitkomstmaten. Dit is soms op wijkniveau, maar kan voor topklinische zorg ook op landniveau zijn. Het genereren van ‘actiegerichte data' in de zorg biedt grote kansen, maar is ook complex door de noodzaak van privacy. Ahti heeft sinds de start publiek beschikbare data uit diverse bronnen ontsloten en geanalyseerd om zo meer inzicht in Amsterdamse zorgvraagstukken te krijgen. Hier ligt de meerwaarde van ahti binnen de data initiatieven. De verkregen inzichten worden mede bereikt door doordachte visualisaties die de huidige situatie op verschillende niveaus (zorgsysteem, populatie, individuen) weergeven. Met behulp van nieuwe faciliteiten zoals het Amsterdamse Urban Data Center, gemeentelijke data als WMO en samenwerking met het Zilveren Kruis / Vektis zal op maat (geaggregeerde) data genereerd kunnen worden. Deze data is nog steeds (semi)publiek bruikbaar en te koppelen aan meer onconventionele databronnen van bijvoorbeeld bedrijven (o.a. mobiele telefonie, retail) en het bredere publieke domein (sociaal- economisch, klimaat, vervoer, energie). Samenwerking met data science partners zoals het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI) speelt een belangrijke rol om een intelligente koppeling te bewerkstelligen. Ahti zal waar toegestaan en mogelijk haar analyses openbaar maken onder vermelding van bronnen. Ahti werkt altijd (deels) met publieke data en zal in de Continuation Period zorg dragen dat goed gecommuniceerd wordt naar het bredere publiek. Via bijvoorbeeld haar website, publicaties van de stad, social en traditionele media. Gerichtere interventies worden mogelijk door individuele data te koppelen en op wijkniveau te aggregeren. Hiertoe zal ahti trachten data vanuit WMO en huisartsen bestanden bijeen te brengen in een bewezen veilige (technische en procedureel) omgeving. Door deze data slim te combineren ontstaat er een uniek bestand waarmee de 22 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 situatie in wijken vanuit de eerste lijn gemonitord kan worden. De informatie wordt daarmee veel betrouwbaarder omdat deze niet meer op gemiddelden gebaseerd is. Op basis van deze ‘realtime’ detail data zal ahti samen met patiënten, zorgprofessionals, ondernemers, gemeente en verzekeraars, prioriteiten bepalen en komen tot gerichte actie voor (wijk)specifieke interventies en zorgconcepten. Hierbij zullen analyses van ‘gedrag’ (burgers, patiënten, artsen, zorgbetalers, instituten) worden meegenomen om de doelmatigheid en acceptatie van de beoogde, gedifferentieerde, interventies en concepten te verhogen. 'Evidence-informed' beleidsontwikkeling - de ouderen case Om de ontwikkeling van specifieke interventies en zorgconcepten beter te onderbouwen, zal ahti zich inzetten om de actuele situatie binnen wijken inzichtelijk te krijgen. Technisch is het al mogelijk om de hiervoor relevante data (zorg, sociaal, economisch) op individueel niveau in een omgeving bijeen te brengen die de privacy garandeert. Zowel Nivel als CBS hebben een bewezen veilige omgeving beschikbaar. Om zorg gerelateerde data in deze omgeving te koppelen en toegankelijk te maken, zal ahti samenwerken met de Gemeente Amsterdam, het Zilveren Kruis, de Amsterdamse huisartsenzorggroep (ROHA) en het CWI. Een eerste aanzet hiervoor is reeds gemaakt binnen de ouderenzorg. Met de detail WMO-data van Amsterdam is de vraag naar ondersteuning door kwetsbare ouderen en het aanbod van diensten inzichtelijk gemaakt. Om in te zoomen op specifieke doelgroepen en daarmee interventies beter te onderbouwen, zal aanvullende data vanuit het Urban Data Center worden gegenereerd. Zo wordt het mogelijk om niet alleen val-incidenten in kaart te brengen, maar ook hoe deze samenhangen met het beroep op ondersteuning vanuit de WMO op buurtniveau. Door vervolgens data vanuit huisartspraktijen te integreren, kan er sneller worden ingegrepen als blijkt dat huisartsbezoek onder kwetsbare ouderen stijgt. Ook wordt het daarmee duidelijk welke klasse van incidenten, waaronder bijvoorbeeld eenzaamheid of valincidenten, ontstaan. De combinatie van zowel data als ook waardevolle praktijkervaring van betrokken zorgpartijen maakt gerichte beleidsontwikkeling voor kwetsbare ouderen mogelijk. Healthtech Broedplaats voor nieuwe innovaties gericht op ‘evidence informed’ Accelerator interventies en zorg services waarbij ondernemers worden aangetrokken met oplossingen voor 1 'Real World Data'-analyses, 2 digitale services en 3 gedragswetenschappen 23 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Onder invloed van de snel toenemende mogelijkheden van nieuwe ICT-toepassingen, toegang tot persoonlijke en sociaaleconomische data, winnen partijen uit andere industrieën snel terrein op het gebied van Life Sciences en Health. Het inspelen op deze nieuwe trend biedt enorme groeikansen. Nieuwe spelers, zoals Apple en Google, maar ook vele anderen, richten zich op een heel andere benadering van de markt en leggen veel nadruk op het behouden van gezondheid. Vanuit haar brede netwerk zet ahti zich in om internationale innovaties te identificeren die geschikt kunnen zijn voor lokale toepassing binnen onze aangesloten Living Labs. Via de project- groepen in de Living Labs weten we welke innovaties binnen de aandachtsgebieden van ahti de ronde gaan en mogelijk voor andere labs interessant zijn. Onze partners in de academie hebben goed zicht op wat er intramuraal gevaloriseerd wordt en onze partners in de zorgverlening weten welke interventies/technologieën getest worden in het veld. Via ambassades (b.v. in India) en bilaterale nationale samenwerkingsverbanden (e.g. Task Force HealthCare Kenia-NL) is er contact over initiatieven aan weerskanten. Ook via samenwerkingsverbanden zoals Innovations in Healthcare (US), SEAD (Social Enterpreneurship Accelator at Duke), het mondiale Health 2.0 netwerk en de HIMSS groep houdt ahti de vinger aan de pols om nieuwe initiatieven en bedrijvigheid naar Amsterdam te halen. Amsterdam kan zich daarbij beroemen op een zeer divers innovatie ecosysteem met grote spelers op het gebied van zorg, fintech, data en software development, de creatieve sector en het sociaal domein. Ahti is reeds met ondernemers en stadsdeel Zuidoost gestart met de ontwikkeling en herpositionering van het gebied Zuidoost-Zuid om een fysieke omgeving te realiseren waar innovatie op het gebied van healthtech wordt bespoedigd. In combinatie met ons Venture Mentoring Program en de ahti accelerator HealthInc, zullen startende healthtech ondernemers ondersteund worden om hun innovaties naar de markt te brengen. Met haar partners zal ahti de mogelijk heden voor het opzetten van een revolverend investeringsfonds verkennen. Een dergelijk fonds kan healthtech ondernemers ondersteunen bij verdere opschaling. Tevens zal ahti de samen- werking met ‘class-leading’, private health/care accelerator programma's verder intensiveren. 24 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Healthtech hotspot Amsterdam - nieuwe bedrijvigheid in en om Amsterdam De hoogwaardige, aantrekkelijke en toegankelijke hotspot voor healthtech bedrijven wordt verder ontwikkeld in Amsterdam ZuidOost-Zuid. Via de samenwerking tussen ahti, Stadsdeel Amsterdam Zuidoost, ZO!City, AIGHD en het AMC zal het gebied getrans- formeerd worden tot een multifunctioneel woon-werk klimaat, passend binnen de totale gebiedsontwikkeling van Amsterdam. Het AHTC staat hierbij centraal en zal als katalysator fungeren. Het AHTC biedt de mogelijkheid om ondernemingen op het gebied van medtech en healthtech te huisvesten. De nabijheid van het Amsterdamse Living Lab heeft hierbij een aanzuigende werking op internationale start-ups en scale-ups. Recent heeft bijvoorbeeld al een Canadees bedrijf interesse getoond om zich hier te vestigen. Zij hebben een applicatie ontwikkeld voor de implementatie van een ‘virtuele wijk’. Met behulp van deze applicatie is een hoogopgeleide verpleegkundige en/of geriater in staat om lokaal complexe zorg te ondersteunen, zodat deze uitgevoerd kan worden door lager opge- leide zorgverleners. Samen met het AMC wordt momenteel gewerkt aan het uitrollen van deze innovatie binnen het Amsterdamse Living Lab met het doel complicaties bij terminale patiënten te verminderen. Onze ahti accelerator HealthiInc. zal aanvullend een groeiveld bieden voor succesvolle alumni vanuit de florerende Amsterdamse start-up community. Ondernemers die een product of dienst met bewezen proof-of-concept en een solide businessplan hebben ontwikkeld, kunnen hun product binnen het netwerk van Living Labs schalen en zo werken aan hun internationalisering. Health Aanjagen initiatieven om nieuwe samenwerking, financiering en Connector interventies te genereren vanuit de overtuiging dat het leveren van zorg succesvoller kan door de combinatie van medische excellentie, het gebruik van technologie (inclusief data) en het stimuleren van het ‘juiste! gedrag. Ahti heeft vanaf het begin samengewerkt met partners uit het publieke en private domein. Elke partner heeft hierbij zijn eigen agenda en de uitdaging is om ervoor te zorgen dat deze agenda's worden verenigd in gezamenlijke doelen en initiatieven. Belangrijk hierbij is dat mogelijke tegenstellingen worden opgelost en dat de partners meerwaarde zien in samenwerking. Vanuit haar visie om zorg te verbeteren voor Amsterdam en de rest van de wereld, zal ahti doorgaan met het bijeenbrengen van belanghebbenden in innovatieve samenwerkingsverbanden. 25 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Hierbij zal de aandacht in de aankomende periode vooral liggen op: > Wetenschappelijke onderbouwing: het slim koppelen van databestanden in een veilige omgeving, het combineren van Living Lab en klinische uitkomsten in een geïntegreerde 'Real World Data'-analyse en consequente implementatie van de gedragscomponent in zorgoplossingen (zie ook de toelichting aangaande onze kennisnetwerken in hoofdstuk 5) > Ondernemend vermogen: het identificeren en aanbieden van slimme data- en healthtech oplossingen voor de vele uitdagingen binnen preventie en zorg > Klinische inbedding: het garanderen van medisch als adequate integratie in inhoudelijk functioneren van preventie- en zorgoplossingen en integratie in het zorgproces van professionals zodat daadwerkelijk lastenverlichting en daarmee kosten- besparing optreedt > Praktische relevantie: actieve deelname van patiëntenorganisaties in onze Living Labs om therapietrouw en bewustwording te vergroten > Financiële strategie: het aantrekken van nieuwe investeerders in de zorg om innovatieve financieringsvormen voor de bekostiging van zorg te realiseren Hiertoe zal ahti de relatie met haar huidige partners versterken, nieuwe partners vanuit relevante sectoren zoals healthtech en fintech aantrekken, haar kennisnetwerk verder uitbreiden en actieve deel- name binnen haar netwerk van Living Labs promoten. Daarnaast zal ahti zich inzetten om publieke- en private financieringsstromen te mobiliseren om de interventies en zorgoplossingen te testen in de praktijk. Samenwerken vanuit ahti visie - de GGZ case Angst, depressie en eenzaamheid zijn belangrijke prioriteiten voor de Gemeente Amsterdam. Complexiteit in de aanpak van deze problematiek is de diversiteit in oorzaken en oplossingen. Eenzaamheid in Nieuw-West heeft vaak andere oorzaken en oplossingen dan in Oud-Zuid. Daarnaast vergt de oplossing van deze problematiek een goede samenwerking tussen professionals uit het sociaal domein, GGZ en thuiszorg/ wijkverpleging. Extra uitdaging hierbij is dat deze domeinen vanuit verschillende bronnen bekostigd worden, waaronder de WMO en de eigen ziektekostenverzekering. In dat kader heeft ahti een holistische aanpak ontwikkeld gericht op het ondersteunen van de lokale professionals. Deze aanpak heeft in Nieuw-West geleid tot een nieuwe, lokale, inzet gericht op eenzaamheid in de wijk. Tijdens de vervolg periode wordt dit verder uitgebouwd tot een systematische wijkgerichte aanpak. Startpunt daarbij is het in 26 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 kaart brengen van de problematiek in de stad: waar zijn de hotspots en bij welke groepen. Deze informatie is de basis voor het opstellen en valideren van beleid op maat. Op basis van de gegenereerde ‘actiegerichte! data per wijk worden de verschillende disciplines betrokken in workshops om te komen tot een gedragen analyse en mogelijke optimalisatie van de totale zorgkosten. Binnen deze aanpak geven lokale dashboards de professionals de handvatten om op maat uitvoering te geven aan lokale interventies. De dashboards zijn daarbij niet leidend maar vormen de basis om gezamenlijk tot een gedragen aanpak te komen. Door de betrokkenheid van de ‘betalers! is het mogelijk om financiële incentives in te richten die implementatie van de aanpak mogelijk maken. Naast een hogere kwaliteit leidt dit ook tot een optimalisering van kosten uit de verschillende regelingen Triple Aim Genereren best practices door het monitoren en evalueren van de Impact monitor effectiviteit van nieuwe samenwerkingsvormen, financierings- mechanismen en interventies (beleid en service) op basis van ‘Real World Evidence! Triple Aim staat voor betere uitkomsten op populatieniveau bij beter ervaren zorg (voor patiënt en arts) en lagere kosten per hoofd van de bevolking. De simpelste vertaling is dat waarde gelijkstaat aan de zorguitkomsten gedeeld door de kosten (zie figuur 5). Figuur 5 Triple Aim in zorg os CE {e) Q . : N Kn Triple Aim Ka % Eed C Rd KA Uitkomsten Ri ° N= A Waarde == à % Kost KR ON osten â Kosten per hoofd van de bevolking 27 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Middels innovatieve samenwerkingsverbanden zullen gerichte interventies geïmplementeerd worden in de Living Labs van ahti, waarbij het effect en de Triple Aim impact in de praktijk gemeten zal worden. Amsterdam zal als unieke proeftuin dienen voor de: 1 implementatie en evaluatie van wijkgerichte (beleids)interventies binnen de stadsdelen van Amsterdam om de toegankelijkheid en effectiviteit van zorg voor wijkbewoners te vergroten; 2 introductie en validatie van innovatieve zorgdiensten ter ver- betering van de kwaliteit van zorg, verhoging van het gebruiks- gemak en besparing van kosten binnen het zorgsysteem. Amsterdam is hiervoor de ideale stad die qua economische en demografische eigenschappen het profiel van een Metropool heeft, maar toch overzichtelijk is. De stad is van een menselijke maat en kent een goede sociale infrastructuur, hetgeen het testen van nieuwe middelen en methodes makkelijker maakt dan in andere wereld- steden. Bovendien kent de stad een grote diversiteit aan sociale klassen, culturele afkomst en economische posities — alle drie factoren die een belangrijke rol spelen bij gezondheid en gedrag. Daarnaast heeft de Gemeente Amsterdam aangegeven open te staan voor het verkennen van nieuwe governance-, organisatie en financierings- modellen om Triple Aim innovaties binnen de Amsterdamse zorgsector duurzaam uit te rollen. Ahti zal het voortouw nemen in het aanjagen van de dialoog omtrent het vormgeven van innovatieve samenwerkingsvormen binnen de zorg. In samenspraak met de betaler (gemeente/verzekeraar), de zorgverlener (arts/verpleger), en de innovator (ontwikkelaar) zal verkend worden hoe rollen en verantwoordelijkheden van de ver- schillende belanghebbenden gewaarborgd en/of geherdefinieerd kunnen worden. Tevens zal het effect van innovaties op zowel de zorguitkomsten als de kosten inzichtelijk gemaakt worden. Door deze effecten meetbaar te maken en met elkaar te verbinden, wordt een eerste stap gezet richting resultaatgerichte financiering van zorg (Figuur 6). Dit is een opkomende trend zoals je ziet in Social Impact Bonds, waarvan Health Impact Bonds een onderdeel zijn. Hierbij dragen maatschappelijk betrokken betaler/innovators gezamenlijk het financiële risico om een gezondheidsdoel te bereiken (rode vlak, Fig.6) . De hieruit voortkomende kostenbesparingen bij de opdrachtgever (bijvoorbeeld overheid, gemeente of verzekeraar) vloeien terug naar de investeerders/innovators (Shared Savings model; groen en blauw vlak, Fig. 6). Dit is zeker niet de enige methode, maar door de zorguitkomsten meetbaar te koppelen aan financiering, de uitkomsten te kwantificeren en gericht in te zetten, kunnen we ondernemend innoveren om de zorguitkomsten voor de Amsterdamse burger te verbeteren. 28 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Figuur 6 Shared Savings als business model Verschillende partijen in de zorg (b.v. zorgaanbieders, zorgverzekeraars, innovators) proberen samen een besparing te bereiken door eerst te investeren en later de opbrengsten te delen. Deze afspraak wordt vooraf contractueel vastgelegd. Een deel van de opbrengsten kan weer gezamenlijk worden geïnvesteerd in nieuwe innovatieprojecten. Innovatierisico en investering Huidige zorgkosten c \ 2 ö 5 Verlaagde zorgkosten N Innovatie traject Afhankelijk van de behoefte binnen een bepaald aandachtsgebied, zullen innovatieve financieringsscenario’s zoals herallocatie van vergoedingen, nieuwe financieringsmechanismen en mogelijke aanvullende inkomstenstromen verkend worden. De haalbaarheid hiervan zal in overleg met de belanghebbenden vastgesteld worden. Transparantie, open communicatie en de bereidheid van alle belanghebbenden om te komen tot sluitende afspraken zijn hiervoor cruciaal. Nieuw business model voor Digital Health Services - de CVRM case Thuismonitoring en -management is een bewezen effectieve manier van zorgverlening. Het complexe speelveld en de onderliggende vergoedingenstructuur, maakt de ontwikkeling en grootschalige uitrol van innovatieve digitale zorgdiensten echter lastig. Samenwerking tussen belanghebbenden is essentieel om kwalitatief goede zorg efficiënter aan te bieden, integratie met het huisartsen systeem mogelijk te maken en een integrale business case voor nieuwe samenwerkingsvormen te identificeren. Ahti zal in samenwerking met ROHA een nieuwe Digital Health Service voor chronische ziekten voor de Nederlandse eerstelijns zorg testen in de praktijk. Deze dienst richt zich in eerste instantie op hypertensie en is een combinatie van een bestaande thuis- monitoring dienst voor de tweede lijn (CCN) en een nieuwe smartphone applicatie (M2mobi) voor eerstelijns patiënten mede ontwikkeld door gedragspsychologen (Duke University). Door gefaseerde implementatie in Amsterdam zal het gebruiksgemak worden geverifieerd en de functionaliteiten voor inbedding in de klinische praktijk worden geoptimaliseerd. Tevens zal de daadwerkelijke impact op zorguitkomsten, ervaren kwaliteit van zorg en de kostenbesparingen in beeld gebracht worden. 29 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 «4 EE 7 E ve Po Pr B Om de basis voor een innovatief businessmodel voor eerstelijns chronische zorg te leggen, zullen verschillende scenario's voor financiering verkend worden in samenspraak met de Gemeente Amsterdam, het Zilveren Kruis en potentieel interessante investeerders waaronder banken, bedrijven en pensioenfondsen. De Triple Aim Impact Monitor zal inzicht geven in de haalbaarheid van deze scenario’s door de uitkomsten van zorg te verbinden met de daaraan gerelateerde kosten. Op basis daarvan zullen afspraken met de belanghebbenden worden gemaakt waardoor een duurzame implementatie van de CVRM Digital Health Service in Amsterdam mogelijk wordt. Middels ons internationale Living Labs netwerk, kan deze service verder opgeschaald en internationaal op de markt gebracht worden. Beoogde impact Vanuit haar focus op innovatie en ondernemerschap, zal ahti bestaande investeringen in onderzoek tot praktische toepassing brengen. Middels haar instrumentarium zal ahti ‘evidence informed’ policy en health services mogelijk maken. Dit zal naar verwachting leiden tot de volgende impact: > verhoogde economische activiteit in en om Amsterdam (impact waarde 1:4); > in de praktijk bewezen effectieve en opschaalbare (beleids) interventies en zorgdiensten. 30 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 O4 Roadmap & resultaten ———— De roadmap om te komen tot de beoogde impact in 2024 zal volgens dezelfde doelen zijn zoals vastgelegd in het ahti contract in november 2014. Hierbij hebben we voor alle drie de cases de beoogde resultaten voor de 3 jaar durende kickstart periode behaald (zie bijlage 1). In de aankomende periode zullen we op basis van de geleerde lessen en de geïdentificeerde kansen onze focus meer richten op innovatie en ondernemerschap. Met deze verschuiving in focus, zullen wij de overeengekomen deliverables voor 2024 bijstellen. Hierbij zullen wij onze activiteiten op het gebied van de Talent case niet continueren (Deliverables 1 t/m 4 originele contract). Wel zullen we (in)direct nog werken aan opleidingen die het behalen van onze doelen voor innovatie en ondernemerschap ondersteunen. Dit betreft onder meer een uitbreiding van onze trainingen voor ondernemers aangeboden via onze HealthInc accelerator en trainingen voor zorgprofessionals aangeboden binnen het programma Wijkbrede Aanpak op het gebied van Angst & Depressie. De aangepaste deliverables voor de continuation period staan weergegeven in bijlage 2. 31 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 05 Onze partners ——— Ahti heeft laten zien dat een multidisciplinaire aanpak, welke ver- schillende ‘spelers’ uit het zorgveld omvat, mogelijk is en succesvol kan zijn. Vanaf de oprichting heeft ahti samengewerkt met een breed scala aan partners, waaronder internationale academische instellingen als Duke Global Health Institute (VS), alle Amsterdamse kennis- instellingen en de Universiteit Twente, bedrijven als het Zilveren Kruis Achmea, Ahold en The Boston Consulting Group (BCG) en lokale zorgorganisaties zoals de GGD en het Sarphati Instituut. De oorspronkelijke samenwerkingsverbanden zijn gedurende de afgelopen jaren versterkt met nieuwe strategische partners. Daarnaast bevindt ahti zich in een netwerk bestaande uit kennisinstellingen met inhoudelijke top expertise. Het kennisnetwerk wordt de komende periode verder uitgebouwd en gaat een meer structurele rol spelen gericht op het bereiken van impact op basis van nieuwe weten- schappelijke inzichten. Aanvullend zal ahti verder bouwen aan haar onderscheidende rol ten opzichte van alle belanghebbenden in de zorg, waarbij ook aandacht is voor spelers uit relevante aangrenzende sectoren zoals healthtech en fintech. Nieuwe strategische partners Ahti heeft samengewerkt met verschillende partners gericht op het aanjagen van ondernemerschap, het initiëren van innovatieve samenwerkingsverbanden en het faciliteren van het uitrollen en monitoren van het effect van gerichte interventies en zorg- oplossingen. Per partner is de (beoogde) rol/bijdrage binnen ahti weergegeven voor de aankomende periode. Ondernemerschap IXA: samenbrengen van accelerator programma IXA in AHTC. Start Up Bootcamp: ontwikkeling training en diensten voor healthtech ondernemers ontwikkelen. Innovatie Ben Sajet: organisatie van events gericht op agendasetting in de stad en samenwerking in “het buurtziekenhuis”. ROC: het verplaatsen van opleidingen in wijkverpleging naar de fysieke buurt met een focus op het gebruik van nieuwe technologieën. ROHA: validatie van business case voor eerstelijns cardiologische ketenzorg in samenwerking met technologie aanbieders en verzekeraar. Vivium: ontwikkelen en invoeren van training gericht op implementatie van ‘shared decision making’ en gebruik van technologie bij dementerenden. 32 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Kennisnetwerken Ahti heeft in veel van haar projecten laten zien de speler te zijn die innovaties in de zorg naar de praktijk weet te brengen. Om actuele kennis te hebben en te integreren binnen haar instrumentarium, onderhoudt ahti een extensief netwerk met kennispartners, betreffende: ‘Real World Evidence': Amsterdam Data School, CWI, CBS, AMS-institute, BCG In samenwerking met Amsterdam Data Science en CWI wordt een eerste innovatie agenda ontwikkeld met zowel aandacht voor korte termijn oplossingen die direct van toepassing zijn binnen het instrumentarium van ahti (state of art tools, technieken en algoritmes) en de meer lange termijn invulling om gegevens vanuit meerdere databronnen, gemeten effecten binnen de Living Labs en klinische uitkomsten middels een geaccepteerde methodiek te analyseren en te interpreteren. Verder zullen de bestaande samenwerkingen met AMS-Institute en BCG worden gecontinueerd. Behavioural sciences: Duke centre for advanced hindsight, UvA, VU. In samenwerking met vooraanstaande wetenschappers binnen Amsterdam (BE network Vu/UVA) en daarbuiten zal de integratie van de gedragscomponent in nieuwe zorgoplossingen worden gerealiseerd. Ahti werkt onder andere samen met buitengewoon hoogleraar aan de UvA Dan Ariely. Dan Ariely is een wereldbekend expert op het gebied van het beïnvloeden van gedrag. Mede op basis van deze relatie is ahti bezig met het identificeren van toonaangevende wetenschappers in Nederland. Healthtech Assessment: AMC, NLC, MedValue, IXA, ACE, VU Samen met haar partners voert ahti healthtech assessment uit. Hiermee wordt het effect van de zorginnovatie op het zorgsysteem onderzocht langs de medische, sociale, ethische en financiering kant. Zo wordt systematisch bepaald wat de kans van succes is van de innovatie alsmede hoe deze het beste in de markt kan worden gepositioneerd. 33 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 06 De ahti organisatie ————— Effectief management De strategie van ahti wordt opgesteld door het Executive Committee. De Advisory Board adviseert over de gekozen richting. Na goed- keuring door de Supervisory Board, wordt de strategie geïmplemen- teerd door het ahti team welke verantwoordelijk is voor de dagelijkse uitvoering (zie figuur 7). Voor wetenschappelijke input zal op ad-hoc basis advies en sturing worden gevraagd vanuit de bestaande ahti kennisnetwerken. Figuur 7 _ahti governance Supervisory Board Hans Amman (academic) Peter van Rooijen (civil) Hans Romijn (medical) Vacature (business) !_Advisory Board |_ Constance Schultsz L_ Jan Willem Kuenen | DJ Onno Schellekens ‚ Roelof Konterman Executive Committee ‚Michael Merson Michiel Heidenrijk (voorzitter) Friso Janssen (finance) Laurens van Hoorn (operations) Ahti Team 23 leden - 19 fte De Supervisory Board komt in beginsel drie keer per jaar bijeen en de Advisory Board twee keer. Beide gremia dragen zorg voor zowel het behalen van de vooropgestelde doelen als de duurzame verankering van ahti in het Amsterdamse en internationale veld. Binnen de Supervisory board is momenteel nog een vacature open (onder- nemers perspectief). Hans Romijn heeft de plek van Marcel Levi overgenomen (medisch perspectief}. Mike Merson (Duke Global Health Institute) zal in verband met pensioen de Advisory Board verlaten. Een resultaatgericht team Het ahti team heeft haar kantoor in het AHTC, waardoor de team leden in direct contact zijn met de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van healthtech. De belangrijkste vaardigheden binnen het team zijn: project- en programma management, business- en programma ontwikkeling (inclusief acquisitie), data-analyse en visualisaties, stakeholder management, en communicatie. Deze vaardigheden blijven hoogst relevant voor het bereiken van de doelen in de vervolg periode en zullen derhalve geborgd blijven binnen het team. 34 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 - 2024 Het team zal bij elke toekomstige partner mogelijke ideeën voor nieuwe initiatieven analyseren met betrekking tot wat de huidige status is van het idee/product, de ‘match’ met de visie en missie van ahti en de toegevoegde waarde van de inzet van het ahti instrumentarium. Deze opzet biedt ons de mogelijkheid om de positionering van ahti te allen tijde te borgen binnen Amsterdam, doublures en conflicten binnen de markt te voorkomen en verdieping van de vaardigheden te borgen. Ook vormt dit de basis voor de ontwikkeling van het service portfolio van ahti. 35 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 07 Het financiele plaatje TT Budget 2018-2024 Voor de vervolg periode (2018-2024) is een bedrag van 6M€ voorzien als investering vanuit de Gemeente Amsterdam. Deze investering zal in de komende 7 jaar worden ingezet om ahti tot volle wasdom te laten komen, zoals onderstaand weergegeven. Year 4-5 Year 6-7 Year 8-10 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 | Totaal DL Á Innovation case 448.000 427.200 (581.200 473.100 (319.100 155.900 38.000 | 2.442.500 Health case 672.000 640.800 387.500 315.400 |212.700 103.900 25400 | 2.357.700 General support** 280.000 267.000 242.175 197.125 (132.950 64950 15850 | 1.200.050 Subtotaal per jaar 1.400.000 1.335.000) 1.210.875 985.625 |664.750 324.750 79.250 | 6.000.250 Totaal per tranche € 2.735.000 \€ 2.196.500 € 1.068.750 € 6.000.250 * any underspending in a specific year can be used for the following period(s) * including amongst other: finance and control, HR, legal, secretariat, rent, office supplies Payment schedule Advance payment following year payable after approval pervious year. Example: upon delivery signed audited annual report 2016 (in 2017) tranche 2018 is payable Er is contractueel afgesproken dat de gehele investering van de stad moet leiden tot een totale impact van ten minste vier keer de waarde van deze investering (1:4). Strategisch investeren Ahti heeft de ambitie om gedurende de vervolgperiode financieel zelfredzaam te worden. Hiertoe zal ahti inzetten op het ontwikkelen van een service portfolio dat waarde creëert binnen de zorg en maatschappelijk, wetenschappelijk, en financieel rendement genereert voor haar partners door strategisch te investeren in het: > Integreren van de nieuwste kennis en methodieken in onze wijze van werken. > Verder uitbouwen van ons instrumentarium. > Versnellen van het naar de markt brengen van nieuwe initiatieven. 36 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Dit service portfolio zal in samenwerking met de partners ontwikkeld worden. De volgende vragen staan centraal: > “Wat bieden we aan de markt?” > “Welke dienst leveren we aan onze klanten?” > “In welke mate is ons aanbod onderscheidend ten opzichte van dat van onze concurrenten?” Ook zal ahti haar ‘klantengroep’ verder definiëren aan de hand van de volgende vragen “Voor wie wordt er waarde gecreëerd? Wie zijn de belangrijkste klanten (en wie vooral niet)? Wat zijn hun specifieke kenmerken en behoeftes? Hierbij zal in eerste instantie uitgegaan worden van de volgende groepen: > Ondernemers in healthtech (start-ups, scale-ups & already-ups) > Zorgbetalers (Verzekeraars/Gemeente) > Overheden (Rijk, Gemeenten) Op basis van bovenstaande zullen waarde proposities worden opgesteld, waarbij de interesse in het afnemen van deze diensten, de bijbehorende kosten en haalbaarheid voor het genereren van omzet zullen worden bepaald. 37 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 O0 8 Annexes —_ Bijlage 1 Resultaten kick start Bijlage 2 Deliverables Continuation Period Bijlage 3 Brochure Ahti 38 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Bijlage 1 Resultaten kickstart periode Deliverables end of year 3 Year 1: Accomplishments (2015) Year 2: Accomplishments (2016) Talent New MSc ‘Community Health & Technology Partnered with UTwente and UvA to begin Continued our work with our partners UTwente case accredited by NVAO. planning a new Professional Doctorate in and the AMC on the Professional Doctorate in Community Health & Technology (PDHealth) Engineering, Healthcare design (PDHealth) * Completed high level plan * Completed the partner agreements, the e Completed draft curriculum design detailed curriculum design and the first set of This new doctorate will be the first in the accreditation documents Netherlands, and possibly in the EU, that is totally _e Continued to work with our partner the VU, and focused on education at the intersection of received approval for a new Masters track in health, technology and business. Community Health and Technology Also partnering with VU, developed a plan for a e Improved and offered for the second time the new masters track in community health and first course at the VU as part of a new elective technology track — “Evaluating Health Technology”, and Developed and delivered first course at the VU managed the delivery of this course a second as part of a new elective track — “Evaluating time. Health Technology” Blended Learning Environment to attract Began discussion with Amsterdam universities Venture Mentoring Program (VMP) was international students operational, 25-30 and online learning management system owners developed and delivered in a blended learning Students enrolled. about the requirements for a blended learning format. VMP was delivered in Amsterdam in educational program collaboration with Duke University. VMP is a 10 module program, most of the modules can be delivered independently as needed for future entrepreneurship programs and executive courses Five Executive Training Courses developed and Offered executive short-courses in Offered separate executive short-courses in: offered. At least 50 participants enrolled. entrepreneurship and the Dutch healthcare Guerilla Marketing, a workshop for new system. businesses, taught by Jesko von Windheim (Duke Coordinated a partnership with the HvA and University), 15 participants. Duke University Schools of Nursing to develop a population care coordination program (PCCP) — Data-protection for businesses, with speakers * As an executive course from Axon, 30 participants. e As part of a new track in the bachelor degree e Innovative health systems, for 21 German health program management students and 17 Danish health tech e As part of a new master degree program students. Held introductory seminar on PCCP for over 20 e Venture Mentoring program for starting care leaders from the City, Achmea and entrepreneurs, with 8 participants. community care organizations We also conducted: a workshop on populatiegrichte zorg during the “najaarsconferentie stadsdeel Zuid”, 60 participants, and e a 1/2-day program on Data & Community Nursing for the HvA, 40 participants. Finally, we continued development of the PCCP (Population Care Coordination Program) for the Dutch market (in partnership with HvA). e Met with community organizations and HvA to identify customers and build business plan. e Program starts 31 January, 2017 in Zuid. Together with Stadsdeel Zuidoost (ZiZo), developed a participatory evaluation of Welzijn op recept. Innovation Fundament for living lab built in Amsterdam: Developed a working prototype of a City Data In 2016, ahti worked with City staff to create a case health-dashboard operational. Health-dashboard Dashboard, and improved it, in close cooperation _ prototype dashboard based on WMO data. We integrated in >5 projects. with leaders from the City, GGD, HvA, Achmea, also worked extensively with City staff to develop as well as other private companies. clean WMO data that would be useful in their Included potential government and private sector work. stakeholders in meetings to review prototype. We also built the Value Proof Model in e Developed specific prototype using mental collaboration with BCG, an objective model for health data and shared this with stakeholders in the evaluation of disease burden and the impact Nieuw West for review and discussion of health interventions. While targeted to payers, e Hired a PhD econometrician to lead the including the City, to inform their decision making development process in the current and future funding of interventions, e Shared general prototype with key City it also has value as a model for healthtech stakeholders involved in population health start-ups to use to prove the value of what they management are creating. Visualizations that combine publically available demographic data and protected health data, in Finally, our versions of our health dashboards and ways that engage stakeholders who can make a visualizations have been incorporated into 5 difference in Amsterdam, have the potential to important projects in Amsterdam, including bring forward new ideas for how to improve the H-Team, OLVG, City Rhythm, WBA and Ahold. health of the citizens and how to best position new services 39 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Bijlage 1 _…vervolg Deliverables end of year 3 Year 1: Accomplishments (2015) Year 2: Accomplishments (2016) Projectportfolio developed by AHTI cumulatively __Began coordination of H-Team activities aimed at In 2016, our accomplishments in this area worth 2 19 million EUR. developing a functional HIV cure exceeded € BM in value and included the e “Test & Treat HIV” — H-Team awarded funding following: for program We continued to work with the H-Team, playing a Began development of an extension of the work role in the management of the HIV epidemic. of the H-Team with a focus on eradicating HepC ® We provided data-analytics and visualisations in Amsterdam on HIV incidence and prevelance rates. Working with teams of Amsterdam academic We built the Value Proof Model in collaboration partners, coordinated the submission of 8 wtih BCG, an objective model for evaluation of proposals for funding to a number of funding disease burden and impact of health groups, including ZonMw, AMC Innovatie Fonds, interventions. Innovatiefonds-Zorverzekeraars, Vriendenloterij e This is targeted to the payers for their use in and ClickNL/LSH/ZonMW informed decision making regarding their current Coordinated the development of a project with and future funding of interventions. Ahold, Sarphati Amsterdam and Achmea to test e This will also be available to healthtech start-ups the effectiveness of “healthy food counters“ and _ for proof of their overall value propositions. health coaches in selected Albert Heijn stores. We worked with Sarphati Amsterdam to develop Began the work associated with the award of the research questions necessary to obtain the SPARKS shared responsibility for the content ofa claims data from Achmea needed to evaluate the pan-European program on health and technology _ impact of a special program for obese children. Launched a major project focused on better We helped design the " “Healthy Food self-management of high blood pressure using a Counters" intervention with Ahold and GGD, combination of technology and behavioral and analyzed the data generated to produce incentives. This project is being launched in all 4 _ insights and data visualizations. living labs, in partnership with Omron and others. We began collaboration with ENECO to build a This project has the potential to be a true “game _ business case and pilot study for new applications changer” with respect to selfcare of chronic of their " “smart Thermostat-Toon” in the homes conditions, both in developing and developed of frail elderly. countries. We facilitated expert panel meetings which Partnered with UvA faculty to host global benefited Eneco in product development and symposium on comparative analytics and pilot testing. population-based research e We helped connect HvA students in their health and technology track gain internships at Eneco to build their research and product development skills. We initiated a consortium with HvA that applied for and received an NWO grant to look at ways to assist dementia patients and their caregivers (the FIT project). ® We actively participated in two work packages. e We submitted a review of technologies available for dementia patients and caregivers through a systematic review of research articles. We built a multi-national innovation program for the design and testing of home-based hypertension management services in all four ahti living labs. Launched IT, clinical and business development tracks. Total budget €1.3 million. Cooperation body with all health stakeholders in Rather than develop one cooperation body, ahti In 2016, Ahti continued the approach of 2015, the Amsterdam region established. worked with key health leaders in the City and working with groups and individual stakeholders learned that it was important to first assist key to address their needs and show them the stakeholders with their individual concerns. potential of developing dashboards that integrate Therefore we spent the year working on the data from available public and private datasets. following: We helped build the business case for the OLVG Cardiology department for a " “Heart Failure Started a project with key stakeholders in Lounge" ", a model of care adapted from the Zuidoost that will use data dashboards to better Duke Medical center. understand the patterns of health and wellbeing We initiated a collaboration with the OLVG in the area, as well as identify opportunities for Strategic Planning team to help in evaluating the interventions. need for andn propoer placement of new hospital care services. Launched work for Sarphati Amsterdam to assist e Provided incidence rate visualizations and in their selection of various technology-based prediction models. research tools, including a video-based informed «We assisted Sarphati Amsterdam in the consent and various research apps based on the assessment of potential partners to help develop Apple ResearchKit. their technology solution for video-based informed consent, conducting the research and Working with OLVG, introduced OLVG connecting with the tech community. cardiologists to new methods for caring for heart e 50+ technology providers were vetted to failure patients in a lounge setting instead of identify the top partner with whom Sarphati admitting them to the hospital. Amsterdam can now work with. 40 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Bijlage 1 _…vervolg Deliverables end of year 3 Year 1: Accomplishments (2015) Year 2: Accomplishments (2016) Health AHTI will establish contact with 50 domestic or Completed and submitted a comprehensive The EFRO project was formally approved on the case foreign companies that can provide candidates proposal using EFRO funding to coordinate the 14th of March 2016. The final “beschikking” was for VMP and/or can participate in the Amsterdam _ development of the Amsterdam HealthTech Park received later and the “startgesprek” was 24th Living Lab. AHTI will establish these contacts in Zuidoost. August 2016. The total project size is valued at through e.g. participation in acquisition missions Completed a landscape analysis and assessment _ €3,781.222. Of this amount, €219.000 is of the City and/or support incoming acquisitions for a potential endowment-model investment projected rental income from the incubator space by facilitating for instance trade missions. AHTI fund for tech startups. and €1.781.111 is from the EFRO grant. will collaborate with the City, Amsterdam Completed substantive conversations with over The primary focus of the project is the Economic Board, Amsterdam Inbusiness and the 30 companies with interests in health tech and development of the area next to the AMC borough of Zuidoost to improve the conditions innovation, with a specific focus on potential (Zuidoost Zuid), with the Amsterdam Health for business inception in the area of health partnerships and collaborations in Zuidoost. Technology Center (AHTC) at the core, as an technology innovation park for health technology companies. A cornerstone of this program is the development of an incubator program and subsidized rental space for healthtech start-ups. Ahti is also developing programs to attract (foreign) companies to Amsterdam and is organizing an active ecosystem in the area with companies, scientists and government. Not counting the contacts made with Sarphati Amsterdam as the partner, ahti had contact with more than 40 companies in 2016. These companies were from the following sectors: e 4 venture capitalists that have expressed interest to work with startup companies in health technology ® 20 medical technology companies, contacts made partly through the medtechpartners network e 6 foreign companies that may have an interest in establishing a presence in Zuidoost Zuid e At a minimum, at least 10 additional companies contacted us as a result of different events we organized By the end of 2016, 5 companies have already expressed their serious intent to move into the AHTC. Amsterdam Living lab has established a partner Completed the development of the living lab Achieved connection with at least 3 other Living Labs in the _ “platform” in China, Kenya and the USA. Four Living Labs in a“ “In 2016 we continued to world. e Formalized arrangements in each area. manage and grow the relationship among the 4 This network was described in at least two official living labs and ahti, including shared international innovation conferences in 2015. faculty projects related to childhood obesity, Developed first draft of process and requirements _ elder care and other global health issues. We to consider additional living lab sites. also built a strong and successful focus across the Developed specific project relationships in China _ labs for the launch of the multi-site project for the (post-stroke rehab), Nairobi (indoor air pollution) home-based management of hypertension. and the USA (population health and VMP training) We Initated contact with the Dutch Embassy in India for exploration of possibilities for a 5th living lab in India. We presented a lecture on the Global Network of Living Labs at the International Conference of Urban Health (Mark Geels, San Francisco). Finally, we presented a lecture on the ahti model for innovation at the Innovation to Application conference held at the University of British Columbia (Keerthi Prasad). Venture Mentoring Program (VMP) with expertise _ Completed a high-level analysis of the Dutch Ahead of schedule, the VMP program was offered from Duke Global Health Institute established. At _ venture landscape. in 2016 and 8 participants completed the course. least 10 entrepreneurs enrolled in VMP. Completed the transfer of the Duke University Mentors for the program were recruited from Venture Mentoring Program to ahti, in time for Duke University and a leading law firm in the start of the first class in the fall of 2016. Amsterdam, and also included a specialist in health education and training and a biomechanical engineer. ahti TOTAL Funding Ratio of at least 2 over the first ten-year period realised for AHTI as a whole. Achieved Funding ratio > 1:5 41 ahti | Strategisch Plan | Vervolgperiode 2018 — 2024 Bijlage 2 Deliverables Continuation Period Activity schedule Original 10 year deliverables Kickstart 2019 (year 4-5) 2021 (year 6-7) 2024 (year 8-10) Deliverables Continuation Ambition Continuation Plan Deliverable Plan (end of year 10) (end of year 10) Innovation Dé First version of Amsterdam Amsterdam HealthDatabase Fully functional Amsterdam Health-dashboard to reuse Real time -monitoring system case HealthDatabase and and dashboard further HealthDatabase and and analyse all available on all available health data dashboard operational which __operationalized with partners dashboard with all available health data (e.g. payer, (e.g. payer, muncipality, includes amongst others and expanded with health data. muncipality, provider, user) in __ provider, user) in the primary care data (Nivel), consumer wearable data. First public-private the Amsterdam regio Amsterdam regio Municpal Health data and innovation project started established. established. social-economic data. Health-database integrated database Health-dashboard available Monitoring system available Database is supplemented in at least >10 projects on which can structurally inform which can structurally inform with cost data (Vektis) and focusareas with public- Health-database integrated the City to establish evidence _ the City to establish evidence social-economic on focusarea private partners in at least 15 projects on based policy in health. based policy in health. topics. focus areas with public- Health-dashboard integrated Monitoring system Yearly reports on focusarea private partners inatleast 15 projectstotest integrated in at least 25 Goverance proposed for programs new (technical) innovations. projects to test new public-private development Yearly reports on focusarea (technical) innovations. At of database programs least 30% of projects initiated by private Health-database integrated companies. in at least >3 projects on 3 new products launched focusareas based after succesfull testing and product development in First Yearly reports on living lab. focusarea program D7 Yearly Strategic stakeholder Yearly Strategic stakeholder Yearly Strategic stakeholder Cooperation body with Cooperation body with meeting (ahti - Municipality + _ meeting (ahti - Municipality + meeting (ahti - Municipality + _ relevant stakeholders relevant stakeholders invitees) invitees) invitees) established. Yearly seminars established. At least 5 joint organised to discuss joint projects implemented Yearly seminars held (18-19) _ Yearly seminars held (20-21) _Yearly seminars held projects and priorities. At through cooperation body. on relevant topics decided on relevant topics decided (22-'23-'24) on relevant least 1 joint project Community Health & with Municipality, Sarphati with Municipality, Sarphati topics decided with implemented through Wellness[elEducation courses Institute, Ben Sajet and/or Institute, Ben Sajet and/or Municipality, Sarphati cooperation body. made available for 80% of other other Institute, Ben Sajet and/or Amsterdam High Schools. other D8 At least 3 spin-offs, start-ups, At least 8 sspin-offs, At least 15 spin-offs, At least 15 spin-off At least 30 spin-off scale-ups or other ventures start-ups, scale-ups or other start-ups, scale-ups or other companies in 2023 companies in 2023 established in 2019. ventures established in 2021. ventures established in 2024. established. established. Health D9 Business park established in Business park established in Business park established in Business park established in Business park established in case cooperation with Amsterdam _ cooperation with Amsterdam _ cooperation with Amsterdam _ cooperation with Amsterdam _ cooperation with Amsterdam Zuid Oost by 2023 -3 Zuid Oost by 2023 -6 Zuid Oost by 2023 - 10 Zuid Oost by 2023. Zuid Oost by 2023 - 10 companies attracted to set companies attracted to set companies attracted to set companies attracted to set up activities in business park. up activities in business park. up activities in business park. up activities in business park. D10 Two externally funded, Four, externally funded, Six externally funded, Global living lab network of Global living lab network of programs on focusarea topic program on focusarea topic program on focusarea topic 10 partner living labs 10 partner living labs in Global living lab network in Global living lab network in Global living lab network established by 2023. established by 2023. Global network of living labs coordinated by Amsterdam to establish largest living lab in the world. 42 | | 7 Our journey towards better healthcare. A report from the Amsterdam health & an technology institute. ob, NS al D= NL en EN @® OK’, 2 TT ahti | | | Oe — gm _ Ns, s WSS) ® Jd SIE LE d Nn IL A N em End NM mn 6 En t \ N 5 E\ 4 \ B-TN TT Wee. Jel \ sc l SU EN J ” ) A Jy es! | H- (Al 21 Kop POE ZDS = | B \ (ee ANBI 4 4 IA 9, | Dn Re We OA RN Eed CÁ \ Ei ge DE ps — 4 = Nn | L Ë | Ag | ne 1 SG LN 0 E N \ Jl (SS Ees NN, Sr TN e ak Adít B a SD \ | (e In 2015, heg KN re i & Ps RS SSN {Netherlands cost € 95,4 billion. AS de | et LZ IN n_ Mi N \0 € 10,958,904 is spent on —__ — SS nr) es S N wad C N"® dn Ze "holm cd berday PN He WENT En ine vn SE AC CN nt N FET OBK re A De < À T ar ZEI Traa) 4 an INS < - $ BA ge NIAS ik nles 7 Tr Rab \ ij Rb ! / B: _N De In 1 L Ne 0 En TS DK er > DN ON SI TIE oh Wet amen pr T3 RIVM, O&S Amsterdam ond CBS He pn ID & / pr — 2016 | 5 8 ON IE en | In 2014, the year we established ahti, the Amsterdam health & technology institute, there were three major trends in the healthcare sector. 1. Healthcare costs rising faster than the gross national product, partly under the influence of demographic trends and life styles. In Amsterdam, the health sector accounts annually for over four billion euro's; 2. The exponential growth of data, related to healthcare costs and individual health, that are hardly used to address health and health challenges; 3. Technological innovations not being used on a large scale within the core system, while the same innovations have proved being valuable on a small scale. Three years later, these trends are still valid and show the continued urgency of healthcare redesign and innovation towards better and more efficient healthcare services. lam proud that ohti has been able to bring together talent, research, innovation and entrepreneurship in an unprecedented way to help stimulate innovation in health both in a quantitative and qualitative way through creating meaningful connections, programs and considerable monetary value. All aimed towards better healthcare services and a modern workforce. We could not have done this alone: we express our sincerest gratitude to all our partners, some of them who have been with us from the start but many joined us along the way. They often invested their own time and money in our initiatives which is testament to the vision which we share. We share some of our joint achievements in this brochure. We look forward to continue our work in the future. Michiel Heidenrijk Executive Director 3 We are addressing gaps health — at a lower cost. Our vision and mission are ambitious. Since day one, it has been our goal to improve the health of the City of Amsterdam and her people. In just a few short years, we have been involved in over 80 projects and proposals, either as initiator, partner, manager or as a specialized service provider. Our partnership with Amsterdam gives us the opportunity to work across a range of areas and identify the gaps where we can have the greatest impact. Along the way, we have been able to learn and share with our partners how the City's health can improve. Our Vision Our Mission Connecting people, technology, and To improve health and achieve information to improve the value of better quality healthcare at healthcare for Amsterdam and the rest _ lower cost through education, ej Ala Aelen innovative research, and by fostering entrepreneurship, across a global network of ‘living labs’ centered in Amsterdam. Our approach to better healthcare. Ei ® 9 fo) Le % RS % Ei 5, ® Ra Yv Phs fo \$ ed Talent Attracting health and technology talent to Amsterdam and improving the current education in this field. Research & Innovation Building a research and innovation portfolio for the City. Entrepreneurship Supporting the development of innovation and transferring it into economic value. 5 _| | We work in the real world to gather real life evidence. d \ O Durham, | USA Healthy citizens, Healthy cities. Healthy world. Living Labs are key to our approach. Our Living Labs are in Amsterdam Our work is supported by platforms of (NL, Durham (USA), Nairobi (KE), payers, policy makers, providers, and Chongaging (CN). entrepreneurs, organized with a focus on a specific population. Amsterdam, the Netherlands Chongqing, China Nairobi, Kenya | | Harnessing opportunities for a = healthier Amsterdam. Ahti has been successful in achieving the goals set by the City of Amsterdam. Here are a few of the many projects that were realized over the past two years. These illustrate the challenges we embraced and how we fulfilled the City of Amsterdam’s objectives. The projects have also led to new insights, helping us to identify gaps to be filled and create new opportunities. The learnings feed directly into our strategic direction, enabling us to chart our course more effectively: now and for the future. rai = * Developed a new professional engineering doctorate in A 5 Healthcare Design. 5 e Developed the MITCH Master's course for the VU to teach 8 future care professionals how to evaluate innovative 2 technologies. 5 , Offered a number of executive courses and workshops related 2 to health and entrepreneurship. B * Created an educational program for children on health and entrepreneurship, that reached more than 500 school classes in the Netherlands - the Youth4Health Challenge. | | | | 8 5 e _ Portnered with researchers in Amsterdam in their submission of 8 5 8 large grant proposals. 8 2 e _ Collaborated with the Amsterdam H-Team and the Sparks team 2 ô in their innovative work in HIV eradication and health ö 2 education respectively. 8 2 e _Launched a global program, centered in Amsterdam, that ö 8 develops a digital health service for home-based management 9 of hypertension. e _Partnered with implementation scientists from the UvA and HvA in the development of several health interventions in Amsterdam. e Developed a neighborhood and data-based approach to healthcare, the ‘Wijkbrede Aanpak’ in Amsterdam-Zuid. e _ Worked with corporate partners, including Achmea, Ahold and Eneco, to investigate the feasibility of several health improvement initiatives. e _ Built capability in data visualization, dashboard development and modeling of the effectiveness of health interventions. 9 2 e _ Developed our global network of Living Labs, centered 2 S in Amsterdam. 3 5 e _ Developed and facilitated the Venture Mentoring Program for 5 © new healthtech entrepreneurs, and offered it in a 5 5 blended format. ë e _ Held substantive conversations with over 70 health-related 8 companies about moving to or partnering with companies 2 in Amsterdam. 2 e Received a three year grant from EFRO (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) for the development of the Amsterdam health & technology park in Zuidoost-Zuid, including the creation of the Amsterdam health & technology center, our incubator program Healthine and a full range of services for entrepreneurs in health technology. 9 | | erde nn beofenbeaprpehcafa: } Ee pennen ehehe Ee ie a permen eagen Hd) dn Re. VIe te EE REE EN EON art Tad B eig PE, amaai sad hire : hd Er neren em MEL \ h ' Hi | EN NS NN $ î NE | ARRORRAANN | i LOSE Lo | IEI NN 0d Ka tnaantnnn tn Kd | | ANN Ek. f ei | Ni EN 3 NN oak (db, NEVE « fz | | ij BNN LEEN, - | NIN . Ï| | | | fl | ik | \ \ AN NN \ Ie, 8 | Aaa | Á | | | | | | | | | \ \ \ \ \ AN \ \ KA EEEN eet | ff | | | | | | | ii | N N ANN " Î REEN EERE RERERRERARAAN 8 EEE AAA AR : SEN MA Ne le EEBESRAERARRAAANANAN In: BEEREN ARKE RAAAN Î BERRRRRRERARARAN E EE SEERDE n / Biktardebanenndde El | | We have looked back at four projects from the last couple of years. Each is an example of how we are harnessing the right Talent, Research & Innovation and Entrepreneurship in Amsterdam and beyond. u Featured Project — Talent Filling a talent gap in the mix of health, technology and business education. Professional Doctorate in Engineering - Healthcare Design New solutions in healthcare require a multidisciplinary approach, taking into account our complex health system and the business imperatives of innovation. There is currently no academic program in the Netherlands at the intersection of health, business and technology. Introducing a new educational platform with University Twente and the AMC Amsterdam. This new doctorate program, that was developed with the help of Duke University, challenges professionals from a wide variety of academic disciplines = from health to design -— to develop innovative, interdisciplinary solutions for a sustainable healthcare system in Amsterdam and beyond. The first graduate degrees will be awarded in 2020. 12 The Result Solutions will be found for health-related challenges at various levels of the health system, which can then be tested in the real world to speed their development. PD Engineering - Healthcare Design Healthcare design is focusing on bridging the gap between these various disciplines, leading towards innovative solutions, © C A5 E % ® 8 TECHNOLOGY Featured Project — Innovation An innovative approach to reducing the cost of monitoring high blood pressure, while improving the quality of the care. Home-based Hypertension Monitoring Cardiovascular disease is the number one cause of death globally, while the leading cause of cardiovascular disease is high blood pressure, or hypertension. Ineredibly, there are over a billion people who suffer from hypertension around the world. Low-and-middle-income countries account for over 80% of total cardiovascular disease deaths. Regular and effective hypertension monitoring is simply too expensive and inaccessible. We are making it possible to monitor hypertension at home. Working with partners such as Duke University, ad home-based service for measuring blood pressure is now in development. It works with blood pressure cuffs that upload information to an app on the patient’s phone. The app then connects to healthcare providers, who can act and change treatment when required. We also know that when patients are given the opportunity to measure their blood pressure at home, it increases their awareness of the condition, encouraging them to measure it more often. 14 We expect that expensive, inaccessible clinic-based care will transform into a more efficient, home-based, patient-centered approach. Tel Te LOP Ne B hs Ek. Ee ____populatfion visits the genera LN Ek KE cele inie atea le ln jekenicna kel Ke LC Se Wid ge 4 En  f Ek. al En ee an " Kee BERN hek KE Es a Neh: ik ok NN e e Ä REN * KR RN NN ge ON Ne NNU Ni”. EKC RE nà KR NN A NE pe Zn ii % be EERS $ d pe EN «€ <> S Zn , Dr Dn 7 4 en 4 op ll EE EE En RR SR RE ed ô TA ee Sk Re & EE ae EE) SEN A Perre ME AND en — Featured Project — Innovation II Using data visualizations to spot the health needs of the city. Health Dashboard Data analysis and visualizations play an important role in assessing the health of a city. It's a source of information that leads to action. By combining different data sources and applying econometric analyses, we can harness real-world data to support the implementation of technological and service innovations in health. We have a health dashboard that turns complex data into signposts for understanding and change across Amsterdam. We can ask better questions and spot more intriguing opportunities with real- world data at our fingertips. Featuring tailor-made visualizations and pulling in data from a wide range of sources, the dashboard is used to support policy decisions and develop new products and services for the health industry. The Result Data can be used to reveal new insights and lead to the prevention - or even eradication - of urban health problems. 16 Obesity is one of the major causes of cardiovascular diseases. In Amsterdam, up to 31,7% of the children are overweight. We can turn data on weight, nutrition and social background into actionable data, to plan interventions in time and address the problem on a neighbourhood level. Overweight Children (13 - 16 years) in Amsterdam 5 kh Á E k d | D. 7 PP 18 | _\ Bs 3 Á Dy: el 4 AS À U B 2 « | 9 ee ie e ENE. De \ k î 0 > A en FP h PV ef EN % Overweight IN 4 Children SS - 317% Pad Aes { - 18.2% By ahti - Amsterdam health & technology institute Source: GGD Gezondheid in Beeld 2014-16 - 4,7% According to WHO, mental disorder will become the health challenge #1 by 2030. Here is the situation in Amsterdam. The darker the areas, the more people are diagnosed with mental health problems and in need of psychological care. However, the supply of psychological core, indicated with small triangles, does not match the demand. With data, policy makers can plan interventions and prioritize areas. We have more detailed information on a lower level but do not show them for reasons of privacy. Demand and Supply of Psychological Care in Amsterdam AN Se en li B , A Ë: / ra ì En Sy ps rr \ [ De Aur L Be 0% of Severe : Psychological ed 4 omebaiz per \ Area \ add - 129% de | 6.5% By ahti - Amsterdam health & technology institute A . 0.0% Source: GGD Amsterdam Gezondheidsmanitor 2012, Sociale Kaart Amsterdam 2016 v Psychological care 18 Still more than one thousand people in the Netherlands get infected with HIV every year. The map below shows the actual HIV prevalence* across Amsterdam where around 5,400 people are diagnosed with the virus. The darker the neighborhood, the higher the percentage of HIV positive people living there. We see that the epidemic is clearly concentrated in a few neighborhoods of Amsterdam. Identifying high-risk areas in the city can help in preventing further infections among the entire population. HIV Prevalence in Amsterdam (as Percentage of the Population) 4 ad Wen 3 ij _ WD DD RA Oe ae: EEND. Er Á en sa EN i en zj F_ 4 Ps Ten Je 4 À j _ Zed ad p ED AX Nieuw-West) West) nn Den an nd Ee a RA €: Veen 5 ze TA AS pen Ia ED , p C _ ä 5 hd A \ AN dn 0 B he ABE Pe Ae, ne | es 5 \ s A HIV Prevalence Ee Dn pe (% of population) K e dd 277% vel z uidoos it kh | 1,47% ej By ahti - Amsterdam health & technology institute À 0.17% Source: Stichting HIV Monitoring (SHM) 2016 19 Featured Project — Entrepreneurship Igniting an entrepreneurial explosion in Amsterdam Zuidoost. The Amsterdam health & technology park, center and incubator. This City is full of entrepreneurial talent, If is also a health research hub with a diverse urban population suitable for study and real life testing. It was time to bring these powerful forces together and speed up innovation in health and technology. Our new ecosystem in Zuidoost will accelerate a positive change in health. Right now, change is happening. We have established the Amsterdam heath & technology park, which runs from the AMC to the A9, Here, leading medical research facilities and health-related companies form an ecosystem of support for innovation. At the heart of the park sits the AHTC: a hub connecting health and care organizations, and a home base for ahti. But the jewel in the crown is our new incubator program, located within the AHTC -— Heathinc. We host Heathinc* with the AMC and private parties, guiding the brightest entrepreneurs with access to the latest research at the AMC and support from health-related companies in the area. *Healthinc will be marked officially in the autumn of 2017, | 8 20 | The Result The strengths of this City have been brought together. Amsterdam now has the right conditions in place to be number 1 in health & technology. AN ET en Dd RE Pre e rr henk Ek £ re: en 5 zl meen a a n__n zr MSS eren ES: meneere Ll NEENN ES ren eran ME _ en | n Ee gg en Een SEORER =nanerer_ Esk ren Zr mz ee Sn en nnn re: EE LLL D= LD en _ en Een A ieoor Aamak an ELBE ien [BABS LES Ie ld mma ee al En ml vele Er A 5 \ EA ed Ee nn EN Se EL ET le ie OE an B NRN The right conditions for success are right here, right now. We consider ourselves to be agents for change. Our focus is to create more value for the whole health ecosystem. By bringing together the forces that can accelerate entrepreneurship in health and technology, we have set the stage for continued improvement in the economic health of the City, and the physical health of her citizens. 22 | | gen En SS . 4 fi) [ , PS N ) ee \ UE NN Ene mn 4 4 A/ De BN B | Ne ES CT À\ ( ‚ | 1 B À nn EN WN. SN Te TAS « plat SMA ELL 5 Ahti directincome 2015°// _/ IAS yy, Hi > VIENNA é af jz “ … € a lion En CE Á 8 rs _ AN An Ul _/ CS | PEN De & Bn Le SSN ‚— Total leverage-2015 GP 2e W/ 4 ll € 5,8 illion Kades \ SS ONS NS. ie Eid <S. ms ON NE 1 ‚ J —{ Gi NN Ô N ANN AS N ZA Hi = > EN ns — Impact to Amsterdam 20 k Oe A a L_ rn 4. Di De ä p ee TE £ ed ES Da A Yv EE ‚ ME ol Er EL Dn de ez RN, Kem TAA SR NN Te WE | jj / ike FS Á LE ER ND df ANW 5: | NN Nt fl J, Ol “ KS ed \\ ve TE \ vee Deen \ Wes DAE Î orn ie Anti Financial Report — 201 \ EE | pe TEL \ | AVN Ma il / \ n è em | | We thank all our partners and especially the City of Amsterdam for her generous support and trust. 7 E E ú 5 www.ohti.nl < Twitter: @ahti_Ams Ks) je Paasheuvelweg 25 e 1105 BP Amsterdam 5 +31 20 303 1050
Onderzoeksrapport
66
train
G emeente Bezoekadres Plein'40'45 nr. 1 Amsterdam 1064 SW Amsterdam Nieuw-West Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 2x Nieuwwest.amsterdam.nl Vergadering Bestuurscommissie Datum 6 juli 2016 Decos nummer Onderwerp Aanwijzing vervangend voorzitter AB Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West, in vergadering bijeen op 6 juli 2016, Gezien de voordracht van het algemeen bestuur Besluit De heer G.C. Molewijk, conform artikel 16, lid 2 van de verordening op de bestuurscommissies, aan te wijzen als vervangend voorzitter van het Algemeen Bestuur van stadsdeel Nieuw-West voor de periode van vrijdag 29-07-2016 tot en met dinsdag 02-08-2016. de heer H.J.M. Wink de heer A. Baâdoud stadsdeelsecretaris voorzitter
Besluit
1
train
an % Gemeente Amsterdam Stadhuis, Amstel 1 1011 PN AMSTERDAM Postbus 202 x Wethouder F. Ossel 1000 AE AMSTERDAM Portefeuille Wonen en Wijken, Grote stedenbeleid, Armoedebeleid, Telefoon 020 552 7208 Openbare Ruimte en Groen en Haven Fax 020 552 7266 www.amsterdam.nl Retouradres: B&W, Postbus 202, 1000 AE AMSTERDAM Btum 6 september 2011 bie kante WZS.2011.1034 Behandeld deer A. Eefting / CG. van Groenigen Doorkiesnummer 020 552.7254 E-mail [email protected] Onderwerp Raadsadres overlast short stay Op 21 juni jongstleden heeft u naar de gemeenteraad een raadsadres verzonden en de gemeenteraad heeft het College van B&W gevraagd deze te beantwoorden. Namens het College beantwoord ik als wethouder Wonen en wijken uw brief. : In uw raadsadres kaart u een aantal zaken aan met betrekking tot de short stay vergun- ning van de eigenaar van een appartement in het appartementencomplex waar u woont. Kort samengevat: |. De eigenaar verhuurt voor nachten, terwijl de short stay vergunning alleen verhuur vanaf één week toe staat. IL. Stadsdeel centrum geeft aan niet te kunnen handhaven op de verhuur van nachten. IL De leefbaarheid in het appartementencomplex staat als gevolg van de twee voor- gaande punten onder druk en komt verder onder druk te staan nu een tweede eige- naar ook een vergunning voor short stay heeft aangevraagd. Ten aanzien van het eerste punt, het verhuren van woonappartementen voor nachten is verboden. Ook als de eigenaar een vergunning heeft voor short stay. Indien de eigenaar verhuurt voor nachten, kan een last onder dwangsom worden opgelegd en/of de vergun- ning worden ingetrokken. Ten aanzien van het tweede punt; ik vind het belangrijk dat signalen van burgers worden onderzocht. Dat er per definitie niet gehandhaafd kan worden op verhuur per nacht, is mijns inziens niet juist. Uit een kort onderzoek is mij gebleken dat op internet het appar- tement waar u op doelt wordt aangeboden op een hotelboekingssite en vanaf drie nach- ten gehuurd kan worden. Daarmee handelt de eigenaar in strijd met de vergunning. Ik zal uw raadsadres dan ook als handhaafverzoek doorsturen naar stadsdeel Centrum. Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen 9 en 14), halte Waterlooplein 29 augustus 2011 Gemeente Amsterdam Kenmerk: WZS/2010.1034 Pagina 2 van 2 Tenslotte gaat u in op de leefbaarheid in het appartementencomplex waar u woont. Het short stay beleid is er op gericht dat iedere eigenaar, of deze nu veel of weinig bezit heeft, een vergunning voor short stay kan aanvragen. Door de eis te stellen dat alleen gehele panden voor short stay gebruikt mogen worden, zoals u voorstelt, wordt een te groot deel van de eigenaren belemmerd om hun bezit short stay te verhuren omdat ze slechts één appartement bezitten. Daarmee komt de doelstelling om voldoende ruimte te bieden aan short stay in gevaar. Juist om de leefbaarheid te beschermen is verhuur pas vanaf zeven nachten toegestaan. Daarmee wordt tegengegaan dat de door u genoemde ‘weekendtoe- risten' deze appartementen huren. Overigens wordt op dit moment het short stay beleid geëvalueerd. Aspecten als leefbaar- heid, lermijnen van verhuur en handhaving zullen daarbij zeker aan de orde komen. Ik verwacht dat B&W uiterlijk in oktober de gemeenteraad een voorstel zullen doen voor nieuw beleid. Zodra dit voorstel wordt vrijgegeven, sluur ik u deze toe, Ik stel uw betrokkenheid bij het woonbeleid in deze stad zeer op prijs en dank u voor uw raadsadres en voor de daarin gedane suggeslies. Met vriendelijke groet, Freek Ossel Wethouder Wonen 5
Raadsadres
2
test
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 26 januari 2022 Ingekomen onder nummer 52 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Yilmaz en Veldhuyzen inzake buurtrechtbank in de Wildemanbuurt Onderwerp Het introduceren van een buurtrechtbank in de Wildemanbuurt. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de raadsinformatiebrief over de uitkomsten van het onderzoek naar lo- kale en bovenlokale criminele structuren in de Wildemanbuurt Constaterende dat: — De Wildemanbuurt verwaarloosd is geweest, waardoor burgers een afstand ervaren tot de overheid en criminelen wortel konden schieten; — Een manier om de overheid weer terug in de wijken te krijgen, is door middel van een buur- trechtbank (zoals dat ook in Zuidoost is ontwikkeld); — Een buurtrechtbank kan helpen om de leefbaarheid in de wijk te vergroten. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Een buurtrechtbank op te nemen als één van de maatregelen binnen het Masterplan Nieuw-West om de leefbaarheid te vergroten. Indieners N. Yilmaz J.A. Veldhuyzen
Motie
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 De burgemeester van Amsterdam nodigt de leden van de gemeenteraad uit voor de raadsvergadering. Datum en tijd woensdag 1 april 2009 13.00 uur en 19.30 uur Locatie Raadzaal, Stadhuis Algemeen 1 Mededelingen. 1A Afscheid van het raadslid de heer Van der Meer. 2 Notulen van de raadsvergadering op 11 maart 2009. 3 Vaststelling van de agenda. 4 Mededeling van de ingekomen stukken. 5 _Mondelingevragenuur. Benoemingen 5A Benoeming van de secretaris en de plaatsvervangend secretaris van de Schadecommissie Noord-Zuidlijn. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 154) 5B Benoeming van twee leden van de Adviesraad Diversiteit en Integratie. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 155). Ruimtelijke Ordening 6 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 17 februari 2009 tot vaststelling van het voorbereidingsbesluit Kop Zuidas. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 148) Verkeer, Vervoer en Infrastructuur 7 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 maart 2009 tot vaststelling van een verordening tot wijziging van de Parkeerverordening 2009 en wijziging van de Verordening op de stadsdelen. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 149) 1 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 Financiën 8 Voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 10 maart 2009 tot vaststelling van een verordening tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2009. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 152) BESLOTEN VERGADERING Financiën 9 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 153) Sport en Recreatie 10 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 151) Kunst en Cultuur 11 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 150) Ingekomen stukken 1 Notitie van de raadsleden mevr. S. Gazic en mevr. H.J.T. Willemse van 1 april 2009, getiteld: Amsterdam — Waterstad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 156). Voorgesteld wordt, deze notitie in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen om preadvies en te betrekken bij de Structuurvisie. 2 Ledenbrief van LOGA van 4 maart 2009 inzake de actiedag Agressie en Geweld op 6 april 2009. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 3 Ledenbrief van VNG van 3 maart 2009 inzake raadsledennieuwsbrief nr. 5 betreffende onder andere vergoeding voor raadsleden, start van de verkiezing van een jong raadslid 2009. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 4 Brief van Gedeputeerde Staten van Noord Holland van 23 februari 2009 inzake financiële positie 2009 van de gemeente. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 5 Brief van wethouder M. van Poelgeest van 24 februari 2009 inzake gasleidingen onder noodlokalen. Voorgesteld wordt, deze brief, voor kennisgeving aan te nemen. 2 Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 6 Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 23 december 2008 inzake financieel toezicht 2009 van de gemeente. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 7 _Ledenbrief van LOGA van 9 maart 2009 inzake FLO-overgangsrecht: levensloopbijdrage en inkoop OP bij ontslag bij regionalisering. Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 8 _Nleuwsbrief van Stadsregio Amsterdam van 2 maart 2009 inzake besluiten en voorstellen van het DB van 26 februari 2009 over onder andere Regionale Huisvestingsverordening en jeugdzorg 2009. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 9 Raadsadres van de heer J.H.A. Reinders, voorzitter van de Huurdersvereniging De Pijp van 5 maart 2009 inzake splitsen van woningen buiten contingent door eerst samen te voegen. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen na behandeling in de Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur, Dienstverlening, Volkshuisvesting en Monumenten. 10 Raadsadres van de heer K. Breunissen, namens Mileudefensie van 5 maart 2009 inzake Eis van IJburg: Houd het IJmeer open!. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen, teneinde het te betrekken bij de door hen in te dienen voorstellen terzake. 11 Brief van de heer L.F. Asscher, wethouder Economische Zaken van 12 maart 2009 inzake doorwerking van economische recessie in Amsterdam. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 12 Brief van het college van burgemeester en wethouders van 3 maart 2009 inzake de afhandeling van motie-Flos, nr. 643 van 2006 over preadvies op notitie-Flos: Aanvalsplan verloedering Il. Voorgesteld wordt, de uitvoering van deze motie voor kennisgeving aan te nemen. 13 Circulaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 3 maart 2009 inzake de wijziging van rechtspositiebesluiten in verband met fiscaliteit dienstauto's. Voorgesteld wordt, deze circulaire voor kennisgeving aan te nemen. 3 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 14 Ledenbrief van VNG van 4 maart 2009 inzake de verkenning van crisismaatregelen voor de arbeidsmarkt. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 15 Ledenbrief van VNG van 6 maart 2009 inzake hulp aan ondernemers bij economische crisis. Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 16 Ledenbrief van VNG van 4 maart 2009 inzake aanpassing subsidies welzijn, bibliotheken en kunsteducatie 2007-2009 naar aanleiding van loonkostenontwikkelingen. Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 17 Ledenbrief van VNG van 11 maart 2009 inzake verkiezingssoftware voor de verkiezing van het Europees Parlement. Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 18 Ledenbrief van VNG van 11 maart 2009 inzake nieuwe leidraad voor invordering van gemeentelijke belastingen. Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 19 Brief van het Ministerie van VROM van 2 maart 2009 inzake het rapport Kwaliteit van buurt en straat. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 20 Ledenbrief van LOGA van 3 maart 2009 inzake indexering bovenwettelijke werkloosheidsuitkering. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 21 Brief van mevr. J. Sargentini, fractievoorzitter van GroenLinks van 12 maart 2009 inzake de overname van het fractievoorzitterschap door mevr. G.A.M. van Doorninck vanaf 23 maart 2009. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 4 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 22 Raadsadres van de heer drs. T. Hooghiemstra, algemeen directeur van de Vereniging van Openbare en Algemeen Toegankelijke Scholen (VOS/ABB), gericht aan het college, van 27 februari 2009 inzake investering onderwijshuisvesting. Voorgesteld wordt, dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 23 Ledenbrief van VNG van 16 maart 2009 inzake actuele ontwikkelingen op het gebied van de kinderopvang. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 24 Raadsadres van de heer H.H. Niesen, voorzitter van de Stichting De Fauna- bescherming van 9 maart 2009 inzake recroduct en fietspad Amsterdamse Waterleidingduinen. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT. 25 Raadsadres van de heer drs. P.A.M. van den Broek, namens WMO Adviesgroep BV van 27 februari 2009 inzake de rol van de gemeenteraad bij de besluitvorming over de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening. 26 Raadsadres van de heer O. Gilds, namens Stichting Kleurrijk 7 juni van 24 februari 2009 inzake financiële bijdrage voor de herdenking van de SLM vliegramp van 7 juni 1989 te Zanderij. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het colleg van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid. 27 Raadsadres van de heren J.J.P.M. Thönissen, L.J.H.M. van der Grinten en AA.N. Vink, directeuren van resp. RECRON, Koninklijke Horeca Nederland en HISWA van maandag 9 maart 2009 inzake maatregelen als gevolg van de economische recessie. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven. 5 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 28 Raadsadres van mevrouw E. Brilleman, namens het Binnenstadsberaad van 10 maart 2009 inzake het Coalitieproject 1012. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen, teneinde het te betrekken bij de door hen in te dienen voorstellen terzake. 29 Raadsadres van de heer J. van Tolie van 30 maart 2009 inzake acht jaar overlast door falend bestuur van de gemeente Amsterdam inzake de Rozengracht. Voorgesteld wordt, dit raadsadres door te geleiden naar stadsdeel Centrum. 30 Brief van mevrouw drs. A.S. Roeters, inspecteur-generaal van het Onderwijs van 12 maart 2009 inzake de aanbieding van het rapport: Kwaliteit gemeentelijk toezicht Kinderopvang 2007 van de Inspectie van het Onderwijs. Voorgesteld wordt, dit rapport voor kennisgeving aan te nemen. 31 Raadsadres van mevrouw V. Stradmeijer van maandag 16 maart 2009 inzake tekort aan plaatsen op scholen voor het voortgezet onderwijs in Amsterdam. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid. 32 Raadsadres van mevrouw drs. E. Eshuis van vrijdag 13 maart 2009 inzake de Nota van Uitgangspunten De Rode Loper. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen, teneinde het te betrekken bij de door hen in te dienen voorstellen terzake. 33 Brief van de heer mr. M.P.C. van der Meer, raadslid van de fractie van GroenLinks, van 17 maart 2009 inzake aankondiging van zijn vertrek uit de gemeenteraad van Amsterdam per 2 april 2009. Voorgesteld wordt, deze brief te betrekken bij agendapunt 1A, het afscheid van de heer Van der Meer. 34 Raadsadres van de heer drs. R. Doorn, namens de Vereniging Passagiersvaart Amsterdams Havenwater van 4 maart 2009 inzake heffing van vermakelijkheids- retributie op het Amsterdamse havenwater en primaire vaarwegen. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven. 6 Gemeente Amsterdam Gemeenteraad R Definitieve raadsagenda, woensdag 1 april 2009 35 Raadsadres van de heer J. Eisinga van 9 maart 2009 inzake de wijziging van de route van buslijn 21. Voorgesteld wordt, dit raadsadres door te geleiden naar Stadsregio Amsterdam. 36 Raadsadres van de heer W. van Deventer van 4 maart 2009 inzake roetfilter voor bestelauto's. Voorgesteld wordt, dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 37 Raadsadres van de heer H. Vader, namens Vogelwerkgroep Zuid Kennemerland en Duinbehoud van 11 maart 2009 inzake de aanleg van een recroduct en een fietspad in Amsterdamse Waterleidingduinen: geen 2e Noord-Zuidlijn op Amsterdams grondgebied. Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afdoening en een afschrift van het antwoord te zenden aan de leden van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT. 38 Brief van mevrouw M. Vos, wethouder Personeel en Organisatie, van 18 maart 2009 inzake overzicht persoonsgebonden kosten 2008 van de leden van het college van b&w en de directeuren van de gemeente Amsterdam. Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 7
Agenda
7
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 471 Publicatiedatum 19 juni 2015 Ingekomen op 18 juni 2015 Ingekomen in raadscommissie JC Te behandelen op 1/2 juli 2015 Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Moorman, de heer Mbarki en de heer Blom inzake de Voorjaarsnota 2015 (integratie voorscholen met kinderdagverblijven en peuterspeelzalen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 379); Constaterende dat: — Amsterdam een verkokerd systeem kent van voorscholen, peuterspeelzalen en kinderdagopvang; — veel onderzoek heeft aangetoond dat kinderen de taal sneller leren in een taalrijke omgeving en het spelen met leeftijdsgenootjes daarbij een grote rol speelt; — Voorschoolonderwijs nu vaak niet kan worden gecombineerd met dagopvang, hetgeen problemen veroorzaakt voor werkende ouders en leidt tot segregatie; — Amsterdam momenteel 56 miljoen rijksbijdrage ontvangt voor VVE onderwijs; — op p. 13 van de Voorjaarsnota 2015 staat te lezen: “Een beleidsplan voor de peutergroep/VVE 2016-2018 dat ingaat op ontwikkelrecht voor alle peuters, is voorbereid”; — de Jaarrekening 2014 laat zien dat: e per 1 december 2014 4.859 doelgroeppeuters deelnemen aan de voorschool, een bereik van 77%; e intotaal 8.173 voorschoolplaatsen beschikbaar zijn per 1 december 2014 op 188 van de 210 Amsterdamse basisscholen; Overwegende dat: — integratie van voorscholen met kinderdagverblijven en peuterspeelzalen een meer taalrijke omgeving oplevert dan het huidige verkokerde systeem; — integratie van voorscholen met kinderdagverblijven en peuterspeelzalen een minder gesegregeerde omgeving oplevert dan het huidige verkokerde systeem; Van mening dat: — het belangrijk is dat het college actief taalontwikkeling in het onderwijs bevordert omdat dit van grote invloed is op de schoolloopbaan van jonge Amsterdammers. — het college actief segregatie in het onderwijs moet bestrijden. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om voorscholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen te integreren, in samenspraak met kinderopvangorganisatie, 1 welzijnsorganisaties en basisscholen, en in kaart te brengen wat hiervan de inhoudelijke, juridische en financiële consequenties zijn; — te onderzoeken in hoeverre (rijks-)budgetten die gemoeid zijn met voorscholen kunnen worden ingezet om integratie van voorscholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen tot stand te brengen; — de raad hierover te rapporteren voor bespreking van de begroting 2016. De leden van de gemeenteraad, M. Moorman S. Mbarki S.R.H. Blom 2
Motie
2
discard
VN2022-016630 Gemeenteraad Grond en Gemeente RAAD Ontwikkeling X Amsterdam Voordracht voor de raadsvergadering van 23 juli 2022 Portefeuille Grond en Ontwikkeling Agendapunt 0 Datum besluit College van B&W 7 juni 2022 Onderwerp Gedeeltelijk opheffen geheimhouding overeenkomst stadswarmtelevering De gemeenteraad van Amsterdam besluit 1. _Kenniste nemen van het Wob — verzoek d.d. 29 mei 2018 waarin is verzocht om openbaarmaking van alle overeenkomsten met NUON. 2. Op grond van artikel 25, vierde lid Gemeentewet, de geheimhouding gedeeltelijk op te heffen (conform Bijlage 1) op de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2e Fase d.d. 18 mei 2017, die op 31 oktober 2017 door het college is opgelegd en is bekrachtigd door de raad in de raadsvergadering van 8/9 november 2017. De geheimhouding wordt gedeeltelijk opgeheven op het moment dat het Woo-besluit is verzonden aan de indiener, uiterlijk 20 juli 2022. 3. _Kenniste nemen van de op 31 oktober 2017 door het college opgelegde en op 8/9 november 2017 door de raad bekrachtigde geheimhouding op de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier ze Fase d.d. 18 mei 2017. De geheimhouding wordt gedeeltelijk opgeheven nadat de raad heeft ingestemd met gedeeltelijke opheffing van de geheimhouding en het Woo-besluit verzonden is aan de indiener, uiterlijk op 20 juli 2022. Wettelijke grondslag Artikel 25 lid 4 van de Gemeentewet: De krachtens het tweede lid opgelegde verplichting tot geheimhouding met betrekking tot aan leden van de raad overgelegde stukken wordt in acht genomen totdat het orgaan dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel, indien het stuk waaromtrent geheimhouding is opgelegd aan de raad is voorgelegd, totdat de raad haar opheft. De raad kan deze beslissing alleen nemen in een vergadering die blijkens de presentielijst door meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is bezocht. Artikel 5.1 vierde lid van de Wet open overheid (Woo): Geheimhouding in verband met het belang dat de indiener van het Wob-verzoek heeft om als eerste kennis te kunnen nemen van de stukken. Met Nuon (tegenwoordig genaamd Vattenfall) zijn door het college de volgende overeenkomsten gesloten: 1. _Samenwerkingsovereenkomst inzake warmtelevering Haveneiland, Rietlanden, Steigereiland en Westelijk deel Centrumgebied IJburg d.d. 4 augustus 1999 2. Overeenkomst Stadswarmte Overamstel d.d. 21 december 2011 3. Overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° Fase d.d. 18 mei 2017 4. Afwikkelovereenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° Fase d.d. 18 mei 2017 5- Brief collectieve WKO Vattenfall Amstelkwartier 2° Fase, d.d. 21 juli 2021. Ten aanzien van de Samenwerkingsovereenkomst inzake warmtelevering Haveneiland, Rietlanden,Steigereiland en Westelijk deel Centrumgebied IJburg en de overeenkomst Stadswarmte Overamstel heeft het college naar aanleiding van een Wob-verzoek d.d. 31 juli 2012 bij besluit van 27 september 2012 reeds besloten tot integrale openbaarmaking van deze overeenkomsten. Alleen Gegenereerd: vl.22 1 VN2022-016630 % Gemeente Gemeenteraad Grond en % Amsterdam RAAD Ontwikkeling % Voordracht voor de raadsvergadering van 23 juli 2022 ten aanzien van de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° Fase overeengekomen met N.V. Nuon Warmte heeft het college op 31 oktober 2017 geheimhouding opgelegd welke door de raad is bekrachtigd in de raadsvergadering van 8/9 november 2017. Op 29 mei 2018 heeft de gemeente op grond van de Wet openbaarheid van bestuur een verzoek tot openbaarmaking ontvangen van alle overeenkomsten met Nuon. Dit verzoek is beantwoord door alle contracten openbaar te maken, behalve 1 de Overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° Fase d.d. 18 mei 2017, waar geheimhouding is opgelegd (hierboven bij c genoemd), 2. de aan deze overeenkomst gerelateerde Afwikkelovereenkomst (hierboven bij d genoemd), 3. de aan deze overeenkomst gerelateerde Brief (hierboven bij e genoemd). De afhandeling van dit Wob-verzoek door het openbaar maken van de laatste overeenkomst vindt nu plaats omdat eerder, op aangeven van dezelfde Wob-verzoeker, voorrang gegeven is aan de overeenkomsten stadswarmte met Westpoort Warmte (WPW). Dit Wob-verzoek is inmiddels afgehandeld. De overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier ze Fase, de bijhorende Afwikkelovereenkomst en Brief (hierboven bij c, den e genoemd) zijn de laatste stukken welke nog gedeeltelijk openbaar gemaakt moet worden. De geheimhouding op persoonsgegevens en concurrentiegevoelige gegevens (bedragen) wordt niet opgeheven (artikel 5.1 lid 2 sub e en f Wet open overheid). De Brief dateert van na het Wob-verzoek maar wordt, ten behoeve van transparantie ook openbaar gemaakt. Onderbouwing besluit Ad 1. Kennis te nemen van het Wob — verzoek d.d.29 mei 2018 waarin is verzocht om openbaarmaking van alle overeenkomsten met N.V. Nuon Warmte (hierna: Nuon). Op 29 mei 2018 heeft de gemeente op grond van de Wet openbaarheid van bestuur een verzoek tot openbaarmaking ontvangen van alle Nuon contracten. Op 31 oktober 2017 is door het college geheimhouding opgelegd op de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° fase. Het Wob- verzoek dient tevens te worden beschouwd als een verzoek tot opheffing van de geheimhouding. Op 18 januari 2022 heeft het college ingestemd met de uiteindelijke gedeeltelijke openbaarmaking van de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° Fase d.d. 18 mei 2017 onder voorbehoud van het opheffen van de geheimhouding door de raad. Zodra de raad instemt met de gedeeltelijke opheffing van de geheimhouding conform Bijlage 1, zullen de gedeeltelijk openbaar gemaakte overeenkomsten worden verzonden aan de Woo-verzoeker en daarna gepubliceerd op de gemeentelijke website voor Woo-besluiten. Conform mandaat zal de directie G&O het Woo-besluit nemen nadat de gemeenteraad de geheimhouding op Overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier ze Fase heeft opgeheven. Ad Il. Te besluiten om op grond van artikel 25, vierde lid Gemeentewet, de geheimhouding gedeeltelijk op te heffen (conform Bijlage 1) op de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2e Fase d.d. 18 mei 2017, die op 31 oktober 2017 door het college is opgelegd en is bekrachtigd door de raad in de raadsvergadering van 8/9 november 2017 De geheimhouding op de overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2° fase is destijds opgelegd met een beroep op artikel 10, eerste lid onder c, (openbaarmaking diende achterwege te blijven om te voorkomen dat concurrerende bedrijven elkaars bedrijfs- en fabricage gegevens zouden kunnen achterhalen) en met een beroep artikel 10 tweede lid onder ben onder q van de Wet openbaarheid van bestuur (openbaarmaking zou de economische en financiële belangen van de gemeente kunnen schaden en een onevenredige benadeling van de gemeente kunnen opleveren). Gegenereerd: vl.22 2 VN2022-016630 % Gemeente Gemeenteraad Grond en % Amsterdam RAAD Ontwikkeling % Voordracht voor de raadsvergadering van 23 juli 2022 Voornoemde belangen wogen, ten tijde van de betreffende besluitvorming, zwaarder dan het belang van openbaarmaking, op grond waarvan geheimhouding werd opgelegd voor de looptijd van de overeenkomst, te weten 30 jaar vanaf moment van ondertekening. Inmiddels zijn genoemde gronden ten aanzien van bijna de gehele overeenkomst niet meer actueel en weegt het belang van openbaarmaking weer groter en is opheffing van de opgelegde geheimhouding gewenst. De geheimhouding op persoonsgegevens en concurrentiegevoelige gegevens (bedragen) wordt niet opgeheven (artikel 5.1 lid 2 sub e en f Wet open overheid). Financiële onderbouwing Conclusie De genoemde beslispunten in de voordracht hebben geen financiële consequenties. Geheimhouding Op de bijlage Overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2e Fase is geheimhouding opgelegd, tot het moment dat de gemeenteraad heeft ingestemd met deze raadsvoordracht, op grond van artikel 25, vierde lid van de Gemeentewet. De geheimhouding op deze voordracht op de bijlage Overeenkomst Stadswarmte wordt opgeheven zodra het Woo-besluit is verzonden aan de indiener van het Wob-verzoek, in verband met het belang dat de indiener van het Wob-verzoek heeft om als eerste kennis te kunnen nemen van de stukken (artikel 5.4, vierde lid van de Woo). Welke stukken treft v aan [AD2022-058030 | 2. Wob-verzoek NUON Gemeente Amsterdam - geanonimiseerd.pdf (pdf) GEHEIM - 1. Overeenkomst Stadswarmte Amstelkwartier 2e fase (voor AD2022-058029 ‚ , . openbaarmaking geschikte versie) (6). pdf (pdf) [AD2022-053381 | Gemeenteraad Voordracht (pdf) | Ter Inzage | Registratienr. Naam | Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Grond & Ontwikkeling, Bob Mantel, [email protected], 06-83646273 Gegenereerd: vl.22 3
Voordracht
3
train
Portefeuille 15 Gemeente Amsterdam F E Z Agendapunt TKN 2 Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven, Duurzaamheid en Circulaire Economie Ter kennisneming voor de commissievergadering van 14 mei 2020 Nummer _BD2020-001795 Gemeente Amsterdam Directie directie middelen % Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en FEZ Dienst ele eldetingen % Zeehaven, Duurzaamheid en Circulaire Economie % Ter kennisneming voor de commissievergadering van 14 mei 2020 Portefeuille 15 Agendapunt TKN 2 Datum besluit B&W 14 april 2020 Onderwerp Motie 1136 sociaal verantwoord incassobeleid. De commissie wordt gevraagd kennis te nemen van De brief aan de raad d.d. 14 april 2020 inzake de reactie op motie 1136 van het lid Ceder en het lid Taimounti inzake de Begroting 2019 (Sociaal verantwoord incassobeleid). Wettelijke grondslag Reglement van Orde voor de raad van Amsterdam, artikel 41. Gemeentewet, artikel 169: het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 1); zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang (lid 3). Bestuurlijke achtergrond Bij de behandeling van de Begroting 2019 op 7 november 2018, is motie 1136 van het lid Ceder (CU) en het lid Taimounti (DENK) inzake Sociaal verantwoord incassobeleid aangenomen. De motie verzoekt het college een sociaal verantwoord incassobeleid op te stellen en hiervan jaarlijks een rapportage naar de raad te zenden. In de brief wordt aangeven hoe het sociaal incassobeleid door de gemeente is vormgegeven. Het voorkomen van het ontstaan van problematische schulden en het helpen van Amsterdammers die in de problemen komen, staat centraal in de manier waarop Amsterdam omgaat met invorderings- en incassoprocessen. Voor de invordering en incasso is Amsterdam net als alle andere gemeenten gehouden aan landelijke wet- en regelgeving (de invorderingswet 1990). Het landelijke beleid over het toepassingsgebied van de Invorderingswet is opgenomen in de Leidraad Invordering 2008. Het invorderingsbeleid voor gemeentelijke belastingen en retributies van de gemeente Amsterdam is vastgelegd in de Leidraad invordering Amsterdam 2020, die op 17 december 2019 is vastgesteld door het college. De Amsterdamse leidraad sluit aan bij de Rijksleidraad en de hierop gebaseerde Leidraad invordering gemeentelijke belastingen van de VNG. Dit waarborgt een bewezen robuuste regeling en zorgt voor rechtseenheid. Een toelichting op het uitvoeringsbeleid en een aantal (beleids)initiatieven op het gebied van sociaal incasseren is voor de volledigheid als bijlage bij de brief 1 Portefeuille 15 Gemeente Amsterdam F E Z Agendapunt TKN 2 Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, Lucht- en Zeehaven, Duurzaamheid en Circulaire Economie Ter kennisneming voor de commissievergadering van 14 mei 2020 opgenomen. In verband met de actualiteit is in de brief ook aangegeven dat in verband met de coronacrisis tot 1 juli 2020 geen dwanginvordering wordt toegepast. Het college stelt voor de raad jaarlijks in het Jaarverslag te informeren over de beleidsontwikkelingen en beschouwt de motie daarmee als afgedaan. Reden bespreking N.v.t. Uitkomsten extern advies N.v.t. Geheimhouding N.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies N.v.t. Stukken Meegestuurd 1. Motie 1136 van het lid Ceder en het lid Taimounti inzake de Begroting 2019 (Sociaal verantwoord incassobeleid) 2. Brief aan de raad d.d. 14 april 2020 inzake de reactie op motie 1136 van het lid Ceder en het lid Taimounti inzake de Begroting 2019 (Sociaal verantwoord incassobeleid). Ter inzage gelegd Nvt. Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) G. Moonen, T 06 38080209, [email protected] 2
Actualiteit
2
test
de Stadsdeelraad Centrum Raadsgriffie Amstel 1 1000 AE AMSTERDAM Amsterdam, 28 oktober 2012 Betreft: geparkeerde fietsen Zeedijk aanvraag geveltuintje Zoals bij u bekend zijn er op veel plaatsen in het centrum van Amsterdam problemen met de geparkeerde fietsen, dus ook op de Zeedijk. Door een gebrek aan parkeercapaciteit worden fietsen, brommers en scoorters geparkeerd voor de brievenbussen die daardoor niet bereikbaar zijn. PostNL bezorgt dan niet meer. Op de Zeedijk zijn de problemen vooral veroorzaakt nadat de Amsterdammertjes zijn verwijderd. De problemen worden nog eens versterkt doordat ondernemers geen fietsen accepteren voor de etalages en ze dan verwijderen. Hiervan heb ik deze week al eens telefonisch melding gemaakt. (correspondentienummer: 723485) Door de winkeliers wordt de parkeercapaciteit op de Zeedijk daardoor minimaal gehalveerd. De weesfietsen op de Zeedijk zorgen ook voor een extra beperking van de parkeercapaciteit. Zie mijn reeds eerder ingediend voorstel: http ://www.bestuur.centrum.amsterdam.nl/Bestuursarchief/2012/stadsdeelraad/Raadsadressen/RA RA201209250-zwerffietsen.pdf De problemen hebben we door een aantal maatregelen wat kunnen verminderen, maar helaas is het nog steeds niet goed opgelost. Vandaar dat ik uw medewerking vraag bij de oplossing van dit probleem. Ik denk dat door het aanbrengen van een geveltuintje wat 30 — 40 centimeter diep is, de fietsen op voldoende afstand van de brievenbussen geplaatst gaan worden waardoor ze bereikbaar blijven. M.i. is het niet alleen een praktische oplossing, maar is het ook nog een verfraaiing van de Zeedijk. Natuurlijk realiseer ik mij dat zo’n geveltuintje vernield kan worden of dat mensen de beplanting ‘jatten’. Maar sommige planten zijn wat minder prettig te jatten door de stekels. 8 E Ee 5 b zoas 5 u kb Are ä \ ï En OE En b kN rd B E (a E EE ï Te li _ ne ri MRE, on Eze ee re _E E B | RAN NBN KE 5 el Xx jk MAGHYRUN BE EN 5 B | A Kee an Enden sE B KE ik zn a en ii ebr IE Ne ne | ik ka DE re vend ES AR E: EL Î de ME eran Af 7 d : | en nk ok dl : Ir rd OR de \ | Ee N B. Ô ht Ee 8 p hai 0 Mi | it B EE Ì 2 R U ie En ke Ne KE IE Lj En La Á IE Ae ï EN 5 4 ; Eer ze CRN ij en 2 | 4 ek AN Sr en pn d F5 B } nd aak 2 k we NN EEE: É ‚‚ A Ni MEN « B in Pl Ar Hi | 5 Fier Aal KS he À Fes Ne dE : À RES en ke en RK id Ke Á a KE al ES Ei PI EN e a : | Dit raadsadres wordt afgedaan als brief gericht aan het dagelijks bestuur. Het antwoord zal derhalve niet geagendeerd worden in de commissievergadering.
Raadsadres
3
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 16 november 2021 Portefeuille(s) Grondzaken, Ruimtelijke Ordening Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door Grond en Ontwikkeling, Jonel Nugteren, [email protected] Onderwerp projectbesluit Buikslotermeerplein Geachte leden van de gemeenteraad, Het college van burgemeester en wethouders heeft in de vergadering van 26 oktober 2021 een projectbesluit genomen voor het Buikslotermeerplein en een besluit over het vervolgtraject van de bowlingbaan. Deze besluiten zijn een belangrijke stap naar een gemengd en levendig stadscentrum voor Noord. De belangrijkste aspecten van deze mijlpaal licht ik hieronder graag aan u toe. Projectnota Buikslotermeerplein De projectnota die recentelijk door het College is vastgesteld is een resultaat van een intensief participatietraject. De afgelopen jaren is door ondernemers en eigenaren van het winkelcentrum Boven ‘t Y, geïnteresseerden en de gemeente gewerkt aan een nieuw toekomstperspectief voor deze plek. Er is een gezamenlijk visiedocument opgesteld, “Hart van Noord”. De projectnota die de gemeente vervolgens heeft uitgewerkt is gestoeld op deze breed gedragen toekomstvisie van het Buikslotermeerplein. De belangrijkste veranderingen die we in de projectnota voorstellen zijn: e het mengen van functies: woningen, kantoren en een breed scala aan publieksfuncties, e het verbeteren van de bereikbaarheid en e aandacht voor de verblijfskwaliteit van de openbare ruimte. Inspraak en nota van beantwoording De projectnota heeft vanaf 16 april 2021 tot en met 27 mei 2021 ter inzage gelegen. We hebben 49 zienswijzen ontvangen. Veel mensen vinden het positief dat er nu eindelijk iets gaat gebeuren op het Buikslotermeerplein. Zij vinden de projectnota een stap in de goede richting. Men ziet veel kansen om het gebied beter te maken; door nieuwe bebouwing en een andere inrichting van de openbare ruimte. Uiteraard zijn er ook vragen gesteld en kritische opmerkingen geplaatst. Veel mensen reageerden op de bebouwingsdichtheden, hoogbouw, de verandering van het winkelcentrum, groen en de openbare ruimte. De gemeente geeft op alle zienswijzen een reactie. Die zijn gebundeld in de Nota van Beantwoording. De inspraakreacties hebben geleid tot enkele toevoegingen of Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief 16 november 2021 Pagina 2 van 3 verbeteringen. Deze zijn verwerkt in de definitieve projectnota die nu is vastgesteld. In de nota van Beantwoording in de bijlagen bij deze brief is een overzicht opgenomen van alle aanvullingen. Vervolg De gemeente gaat met de partners in het winkelcentrum de plannen voor de transformatie uitwerken met een bijpassende ontwikkelstrategie. Voor de deelgebieden Centrumplein en Olof Palmeplein stelt de gemeente op basis van stedenbouwkundige deelplannen investeringsnota's op. Op het gebied van participatie zal de gemeente een brede dialoog onderhouden met belanghebbenden en de organische ontwikkeling van het Buikslotermeerplein gestalte geven. De participatie wordt voortgezet rond de reacties vanuit de omgeving op de Projectnota, zoals de vraag naar levendigheid en verschillende activiteiten. Ook wordt de tijdelijkheid ingezet als middel om de omgeving te betrekken bij de veranderingen. De gemeente zet placemaking in om verlevendiging van de openbare ruimte met de buurt te organiseren. De bowlingbaan wordt buurthuis ván de buurt De gemeente geeft het beheer van de bowlingbaan bij het Buikslotermeerplein in handen van de buurt. Een samenwerkingsverband van actieve Noorderlingen, Kringloopbedrijf De Lokatie, Bewonersorganisatie Verdedig Noord en verhalenhuis Productiehuis Noord, samen ‘Coöperatie 5711’, mag voor de komende jaren het pand gaan gebruiken en beheren. Coöperatie 5711 wil dat het gebouw ruimte gaat bieden aan het ontwikkelen van cultuur, ambacht, de circulaire economie en gastvrijheid. De komende tijd gaan gemeente en het samenwerkings- verband met bewoners en ondernemers samen werken aan een plan voor het gebouw. Het is mijn hoop dat de plek het hart wordt van de verdere ontwikkeling van het gebied. We hebben nog heel veel uit te denken en uit te werken met elkaar. De ondernemers die nu op en rond het plein actief zijn hebben plannen en ideeën uitgewerkt. De huidige en misschien ook toekomstige bewoners hebben óók ideeën over hoe het er hier moet uit gaan zien. Ik hoop dat deze plek die mensen en ideeën samenbrengt zodat we het plein en de omgeving uiteindelijk met alle betrokkenen verder vorm kunnen geven. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, be à (ADO er \ \, 5 _ ennn Kn an Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief 16 november 2021 Pagina 3 van 3 Bijlagen 1. Projectnota Buikslotermeerplein (vastgesteld d.d. 26 oktober 2021) 2. Bijlagenboek projectnota Buikslotermeerplein 3. Nota van Beantwoording (anoniem) 4. GEHEIM Financiële paragraaf projectnota Buikslotermeerplein 5. Samenvatting Projectnota Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
train
Programma Woningkwalrtert Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 Gemeente Amsterdam B&W 24 maart 2020 INHOUDSOPGAVE 1.1. STUREN OP WONINGKWALITEIT … aaan oon eeunenenensevvrrsnenensnersveswsnenenseseuevsenssersersuvsvenssersevenvsnsnsevesevenenee 3 1.2. PROGRAMMA WONINGKWALITEIT: DOELSTELLING aaa oon senenen en erservensvensnersevenwsnenenerseursnssersseesenvsvsnenenn 3 1.3. LEESWIJZER aan unun enen ersevenssnnsnerseveuwsnsnsnersenssvsnsersersensnensserseveuvsnsnsnerseuvensvensnerseursvsnssensenenvsnseenenn 3 2. BORGEN WETTELIJKE WONINGKWALITEIT 4 annen rneeneenersenneenerseervenersenrvsnervensvserrvenrrn ed 2.1. HANDHAVINGSPROJECTEN: VOORTGANG EN RESULTATEN … sensus on erseneunenenenerverrsnsnenersrseursvenssersevenevensnern be 2.2. KENNIS- EN BELEIDSONTWIKKELINGEN … suus oon seneunenenerervensvensnersenrsnsvensssrsevensenssersevenvsvenssersevenvevenser LÛ 3. VOORKOMEN VERSLECHTERING & STIMULEREN VERBETERING … anneer ne onee nersennrener 13 3.1. INFORMATIE EN COMMUNICATIE aaa sauu enen onersevens ones erersenenensserserrsvsnenservervenwsnenenersevrsvsnsserveevsverseer 13 3.2. PROFESSIONALISERING VVE'S..………….ssansenenensesonerrvereenenvvnrveervenenevenvsvervvensenevevrvervenevevvvvevervvervevsvvvverrn Á 3.3. VERDUURZAMING EN ENERGIETRANSITIE … aus unes en senenenvenenservenrsnssensssereursvenssersevennensnssersevenvsvsnvsersenerne LD 3.4. ANDERE ONTWIKKELINGEN WAAR WONINGKWALITEIT BIJ BETROKKEN IS … unu oo seneenenenserevereseevsn verveners. 16 4. INZET 2020 IN OVERZICHT … annen enerneenenersennvenersennrenersensrsnervenerseorvensrvenrvenrrnener LÔ 5. _ FINANCIERING PROGRAMMA WONINGKWALITEIT „noon ne eneneenrseervenerseervenerserreener 19 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 Samenvatting In de kern: doelstelling en conclusies tot 2020 Kwaliteit van woningen is belangrijk voor de veiligheid en gezondheid van individuele bewoners. Door de hoge druk op de Amsterdamse woningmarkt is kwaliteit nauwelijks meer een onderschei- dende factor bij verhuur of verkoop. Het is een taak van de gemeente om toezicht te houden op de wettelijke woningkwaliteit. Deze toezicht- en handhavingstaak is in Amsterdam bij de stadsdelen belegd. Om de stadsdelen pro-actief te ondersteunen en stadsbreed aandacht te vragen voor de kwaliteit, veiligheid en gezondheid van de bestaande woningvoorraad wordt sinds 2017 uitvoering gegeven aan het programma Woningkwaliteit. Het programma heeft drie actielijnen: 1. Het borgen van wettelijke woningkwaliteit; 2. Het voorkomen dat woningen verslechteren; 3. Hetstimuleren van een extra kwaliteitsimpuls voor woningen. De acties in het kader van het Programma Woningkwaliteit bevestigen dat een goede en gezonde woning voor veel Amsterdammers niet vanzelfsprekend is. Hoewel toezicht en handhaving op achterstallig onderhoud een complex, intensief en langdurig proces is, levert onze inzet een we- zenlijke bijdrage aan de kwaliteit van bestaande woningen. In 2019 breidde de betrokkenheid van de gemeente zich verder uit. Het meest in het oog sprin- gende thema hierbij zijn de loden waterleidingen, die zorgen voor ongezond kraanwater. Hoewel loden leidingen al sinds 1960 in de nieuwbouw niet meer zijn toegestaan, zijn ze nog in veel wo- ningen van voor die tijd aanwezig. De inzet van de gemeente is dat alle nog bestaande loden lei- dingen in deze woningen vervangen worden, en het Programma Woningkwaliteit vormt het kader waarbinnen deze gemeentelijke inzet plaatsvindt. Ook is het programma nauw betrokken bij verschillende ontwikkelingen die raken aan de kwaliteit van bestaande woningen en in 2020 om nadere invulling vragen zoals, klimaatambities- en adap- tatie voor bestaande woningen. 1. Een greep uit de resultaten op actielijn 1: borgen wettelijke kwaliteit Het borgen van wettelijke woningkwaliteit wordt gedaan door: = ___Handhavingsprojecten; = Het verzamelen van kennis over achterstallig onderhoud op woningniveau; = Kennis en beleidsontwikkeling In 2019 is gewerkt aan zes handhavingsprojecten. Sinds 2017: "Zijn 8.960 woningen aangemeld vanwege een vermoeden of kans op onvoldoende woning- kwaliteit. In totaal is er van circa 2.200 woningen op basis van onderzoek of opname geconsta- teerd dat niet aan de wettelijke minimumkwaliteit voldaan is. =_ Zijn 860 woningen structureel verbeterd, waarvan circa vijfhonderd in 2019. "Is van 93 galerijflats aangetoond dat de veiligheid van de galerij voldoende is. Bij 87 flats was onderzoek voldoende. Bij zes flats was een ingreep noodzakelijk. "Sinds 2017 zijn 37 risicopanden geïdentificeerd met kwetsbare funderingen, die vervolgens zijn opgenomen in een gemeentelijk vervolgtraject. = Een door de huurcommissie geconstateerd gebrek leidt wel tot huurverlaging maar niet altijd tot het verhelpen van het geconstateerde gebrek. Daarom is in 2019 een project gestart om de 1 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 circa 100 bewoners met een nog openstaande huurverlagingsuitspraak uit 2018 te ondersteu- nen bij het alsnog opgelost krijgen van achterstallig onderhoud. " __Omde zichtbaarheid van de gemeente en haar taak ten aanzien van problematische woning- kwaliteit te vergroten, is in 2018 een digitaal meldpunt ingericht. Hier kunnen bewoners ern- stig achterstallig onderhoud melden. Er zijn in 2019 250 nieuwe meldingen binnengekomen. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van 2018. " __Omeeneerste indruk te krijgen van de kwaliteit van panden wordt op eenduidige wijze in de stad een gevelopname gedaan. Sinds de start van het programma zijn nu zes stadsdelen vol- ledig opgenomen. In 2019 zijn circa 223.000 woningen (opnieuw) gescand. Alleen stadsdeel Centrum moet nog deels worden gedaan. In 2019 is gewerkt aan een effectief en uniform toezicht- en handhavingsbeleid dat streeft naar een zo hoog mogelijke kwaliteit en gebruik van goede data en informatie. Dit is gedaan door het inventariseren en samenbrengen van het toepasbare instrumentarium en verrijkt met toepassing op (complexe) casuïstiek. Ook is het boetebeleid op basis van de Woningwet vastgesteld. 2. Een greep uit de resultaten op actielijn 2 en 3: Voorkomen en stimuleren Actielijn 2 en 3 van het programma Woningkwaliteit richten zich op het voorkomen dat de kwali- teit van de woningen verslechtert en het stimuleren dat extra kwaliteiten worden gerealiseerd. Dit wordt onder andere gedaan door informeren en communiceren. In 2019 zijn twee campagnes uitgevoerd. Daarbij is gebruik gemaakt van verschillende media- kanalen. Daarnaast is ook in 2019 weer een Week van de VvE georganiseerd om aandacht te vra- gen voor en te ondersteunen bij het goed organiseren van VvE's, ook voor het onderhoud en de verduurzaming van de woningen. In 2019 zijn er verschillende actuele ontwikkelingen geweest die samenhangen met of raken aan woningkwaliteit. Zo is het programma betrokken bij het opstellen van de Samenwerkingsafspra- ken met de woningcorporaties. Ook is vanaf oktober veel aandacht besteed aan lood in de leidin- gen van Amsterdamse woningen en gebouwen. Ook de programma’s Amsterdam Klimaatneu- traal, Klimaatadaptatie, de Japanse duizendknoop en Kades en bruggen raken aan woningkwali- teit. Met deze programma’s wordt de betrokkenheid wordt verder verkend en uitgewerkt. 3. Een greep uit de inzet in 2020 In 2020 wordt er op alle drie de actielijnen gewerkt. Bij actielijn 1 gaat veel aandacht vit naar een aanpak voor de sanering van loden waterleidingen. De huidige zes handhavingsprojecten worden in 2020 gecontinueerd. Hierbij zal de aanpak van de projecten vocht en schimmel, galerijflat- vloeren en herhaaldelijk overtreders worden geëvalveerd in 2020. Voor actielijn 2 zet het programma zich in voor het uitbreiden van de kennisontwikkeling van de kwaliteit van de bestaande voorraad. Dit doet het met de inzet op de quick-scan en de invulling van de Samenwerkingsafspraken. Hiernaast zal er veel aandacht zijn voor beleids- en kennisont- wikkeling. Vooral op de actualisatie van het Handboek aanschrijven en de samenwerking met het Wabo-team en de stadsdelen. In actielijn drie worden de campagnes doorgezet, zullen matige panden benaderd worden en wordt de inzet op de professionalisering van de VvE’s gecontinveerd. Hiernaast is er veel aandacht nodig voor de implementatie en verdere invulling van het onderdeel bestaande woningvoorraad in de routekaart Klimaatneutraal. 2 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 1. Inleiding Amsterdam is een mooie stad en veel mensen wonen er met plezier. Dat wil de gemeente zo hou- den. Goede woningen dragen daaraan bij. Voorliggend document schetst de invulling en resulta- ten van de extra inzet die in Amsterdam sinds 2017 aan de kwaliteit van de bestaande woningvoor- raad gegeven wordt. Daarnaast laat het de beoogde inzet op dit thema in 2020 zien. Daarbij is ook aandacht voor het oppakken van actuele inzichten en ontwikkelingen zoals lood in de leidingen. 1.1. Sturen op woningkwaliteit De Amsterdamse woningvoorraad is relatief oud en daarmee naar de nieuwbouwstandaard van matige kwaliteit. Het onderhoud en beheer van gebouwen is de verantwoordelijkheid van de eige- naar. Door de hoge druk op de woningmarkt is kwaliteit nauwelijks meer een onderscheidende factor bij verhuur of verkoop. Ook is het verbeteren van woningen vaak een ingewikkeld proces. Op bouwkundig vlak maar ook vanwege de noodzakelijke samenwerking met andere huurders, verhuurders en kopers in één complex. Dit leidt ertoe dat (tijdige) investeringen in de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad soms uitblijven. Om te voorkomen dat er gevaarlijke of ongezonde situaties ontstaan, moeten woningen in Neder- land voldoen aan een minimale wettelijke kwaliteit, die veelal gelijk is aan de kwaliteitseisen die golden op het moment dat de woning gebouwd werd. Het is een taak van de gemeente om toe- zicht te houden op de wettelijke woningkwaliteit. Daarnaast wil de gemeente een bijdrage leveren aan een toekomstbestendige en gezonde woningvoorraad. 1.2. Programma Woningkwaliteit: doelstelling Toezicht op de wettelijke minimale woningkwaliteit is een taak van de gemeente, die in Amster- dam bij de stadsdelen is belegd. Onder andere door de druk op de woningmarkt en de grote nieuwbouwopgave moeten de stadsdelen scherp prioriteren in hun toezichtstaken. Daarbij is prio- riteit toegekend aan het toezien op nieuw te bouwen woningen. Hierdoor is toezicht op de kwali- teit van de bestaande voorraad veelal beperkt tot het reageren op signalen en handhavingsver- zoeken van derden (reactief). Om meer aandacht te besteden aan kwaliteit, veiligheid, gezondheid en comfort van de bestaan- de woningvoorraad en de stadsdelen te ondersteunen in hun taken is in 2017 begonnen met de uitvoering van een programma Woningkwaliteit. Het programma levert een bijdrage aan het be- houden en verbeteren van de woningkwaliteit in Amsterdam door in te zetten op drie actielijnen: 1. Het borgen van wettelijke woningkwaliteit; 2. Het voorkomen dat woningen verslechteren; 3. Hetstimuleren van een extra kwaliteitsimpuls voor woningen 1.3. Leeswijzer Wilt v inzicht in de handhavingsprojecten en resultaten van actielijn 1? Dan kunt u hoofdstuk 2 te lezen. Wilt v inzicht in de inspanningen en resultaten op actielijn 2 en 3? Dan kunt v hoofdstuk 3 lezen. In beide hoofdstukken staat ook de inzet in 2020 benoemd, die ook is samengevat in de tabel op pagina 18. In de tekstkaders is achtergrondinformatie opgenomen. 3 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 2. Borgen wettelijke woningkwaliteit Een goede woning is een basisbehoefte voor bewoners en belangrijk voor de leefbaarheid in de stad. Het onderhoud en beheer van gebouwen is de verantwoordelijkheid van de eigenaar. De kwalitatieve ondergrens waaraan woningen in Nederland moeten voldoen is vastgelegd in het Bouwbesluit. De kwalitatieve eisen voor bestaande bouw zijn in de eerste plaats gericht op con- structief behoud van het pand, veiligheid en gezondheid. Mocht niet aan de wettelijke kwaliteit voldaan worden, dan kan de gemeente tot handhaving overgaan. Toezicht op de wettelijke mini- male woningkwaliteit is een taak van de gemeente, die in Amsterdam bij de stadsdelen is belegd. Met de inzet vanuit het programma Woningkwaliteit worden de stadsdelen beleidsmatig en in de uitvoering ondersteund. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de inzet vanuit het programma Wo- ningkwaliteit op: 1. Stadsdeel overstijgende handhavingsprojecten; en 2. Kennis en beleidsvorming kwaliteit en handhaving. 2.1. Handhavingsprojecten: voortgang en resultaten Toezicht en handhaving op een slechte Tekstkader 1. Het proces van handhaving woning is vaak een langdurig en intensief _ Elk project net even anders. Toch vallen een aantal hoofdfases traject dat uit verschillende fases bestaat in handhaving te onderscheiden. Voor elke fase geldt dat een, (zie tekstkader 1). Het programmateam naar Sn: redelijke termijn gesteld wordt: woningkwaliteit neemt het voortouw in E Opnamefase: er is een vermoeden van onvoldoende . . kwaliteit. Eigenaren en bewoners worden benaderd voor het vormgeven, voorbereiden en uitvoe- tete ren van stadsbrede themaprojecten ge- = Vriendelijk overleg: als gebreken zijn geconstateerd, richt op het borgen van de wettelijke wordt de eigenaar geïnformeerd en verzocht een plan woningkwaliteit. Deze projecten dragen van aanpak op te stellen om de gebreken te verhelpen. Er bij aan meer kennis over kwaliteitsaspec- kan ook voor gekozen worden deze fase over te SE: . . bijvoorbeeld bij spoedeisende situaties of herhaaldelijke ten en de ontwikkeling van stadsbreed An handhavingsbeleid. Projecten verschillen _, Handhavingsfase: leidt vriendelijk overleg niet tot een sterk in aard en omvang. Projecten die in passend verbetervoorstel? Dan volgt een handhavings- 2019 zijn uitgevoerd zijn: voornemen en uiteindelijk een handhavingsbesluit, vaak 1 _ Meldingen stadsdelen (zie 2.2.1); gekoppeld aan een last onder dwangsom. " _Galerijflatvloeren (zie 2.1.2); «_ Vocht en schimmel (zie 2.1.3.); een dossier kan gesloten worden omdat de woning is opge- napt (woning is verbeterd), omdat bij controle bleek dat de "_ Herhaaldelijk overtreders (zie 2.1.4.)}; woning voldeed aan de wettelijke kwaliteit (woning voldoet) "Funderingen (zie 2.1.5); of (sinds 2019) omdat de bewoners geen medewerking verle- *_Huurcommissiezaken (zie 2.1.6.). nen of omdat een stadsdeel een dossier graag zelf oppakt. In totaal zijn sinds de start van het programma 8.960 woningen opgenomen in de werkvoorraad.” In 2019 zijn er 351 nieuwe adressen toegevoegd. In figuur 1 lijkt het totaal aantal adressen in 2019 afgenomen ten opzichte van 2018. Dit komt omdat in 2019 het adressenbestand in het project galerijflatvloeren is opgeschoond en onder meer niet-woningen in de flats, zoals garages, bergin- * We spreken hier van woningen. In enkele gevallen maken echter ook niet woningen, als onderdeel van een com- plex met overwegend woningen, onderdeel vit van deze werkvoorraad. 4 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 gen en bedrijfsruimtes, zijn verwijderd. Dit scheelt bijna 5oo adressen in één project. Het project installaties dat is te zien in figuur 1 is afgesloten, in tekstkader 3 is hier meer over te lezen. Figuur 2: Instroom naar project (cumulatief) 1 januari 2020 1 januari 2019 1 januari 2018 0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 m Meldingen m Vocht en schimmel = Herhaaldelijk overtreders = Funderingen = Huurcommissie B Installaties m Galerijflatvloeren In 2019 is veel aandacht besteed aan het verder brengen van lopende dossiers. Dit heeft geresul- teerd in een forse daling van het aantal openstaande dossiers. In figuur 2 is te zien dat er bij circa 2.200 adressen onvoldoende woningkwaliteit geconstateerd. Ruim 860 woningen zijn inmiddels structureel verbeterd tot op wettelijk niveau, waarvan circa vijfhonderd in 2019. Daarnaast is in 2019 van 15 galerijflats door inzet van het handhavingstraject aangetoond dat de veiligheid van de galerij voldoende is. De adressen van deze flats zijn vanuit de handhavingsfase verschoven naar “woning voldoet”. Figuur 2: Voorraad adressen naar fasering (per 1 januari van het jaar) 020 MR eel 201 eel 2018 0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 = opnamefase B vriendelijk overleg fase m handhavingsfase = overige fases m woning is verbeterd = woning voldoet m geen medewerking B naar stadsdeel 2.1.1. Meldingen stadsdelen Door het grote aantal toezichtstaken en -prioriteiten bij de stadsdelen en de bouwopgave, dreigt toezicht en/of handhaving op (complexe) klachten over bestaande woningen soms te blijven lig- gen. Onder voorbehoud van beschikbare capaciteit kan een stadsdeel het programmateam vragen actief te ondersteunen bij deze zaken. In 2016, 2017 en 2018 zijn er in totaal 695 adressen overge- dragen aan het programmateam. Een groot deel daarvan betreft circa 350 corporatiewoningen uit Noord die in 2017 in de werkvoorraad zijn opgenomen. De renovatie van deze complexen kent een lange voorbereidingstijd en blijft lang hangen in de fase van vriendelijk overleg. De eerste wonin- gen hiervan zijn in 2019 verbeterd. Figuur 3: Instroom meldingen naar stadsdeel m Noord 1 januari 2020 m West 1 janvari 2019 m Oost 1 janvari 2018 B Centrum J = Zuid 0 100 200 oo oo 00 600 oo goo = Nieuw-West 3 4 > 7 m Zuid-Oost 5 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 Vanaf 2018 zijn vooral losse . Figuur 4: Meldingen voortgang per fase woningen en panden opge- nomen in de werkvoorraad. 900 m naar stadsdeel Regelmatig wordt een mel- 800 nn geen medewerking . ri . . 700 ding van één woning uitge- 600 = woning voldoet breid met meerdere wonin- 500 m woning is verbeterd gen in hetzelfde pand of 400 » overige fases woonblok, omdat daar bij 300 m handhavingsfase navraag vergelijkbare pro- 200 - N … 100 m vriendelijk overleg fase blemen spelen. In 2019 zijn er . d 0 = opnamefase 107 NIEUWE aaréSSEN OPgE- 1 januari 2018 1 janvari 2019 1 janvari 2020 nomen in de werkvoorraad en 165 woningen verbeterd. 2.1.2. Galerijflatvloeren Sommige constructies van galerijvloeren zijn in slechte staat, zonder dat daar aan de buitenkant iets van te zien is. In het slechtste geval kan dit ertoe leiden dat ineens een galerij afbreekt. Daar- om heeft de wetgever alle eigenaren van een specifiek type galerijflats verplicht voor a juli 2017 een onderzoek uit te laten voeren naar de constructieve staat van de galerijvloeren. In 2017 is een stadsbreed project gestart dat toeziet op de naleving van deze onderzoekplicht. Het beoogd resultaat is een aantoonbaar voldoende constructieve kwaliteit van de toegangsgalerijen van de flats. In dit project leidt het ontbreken van een onderzoeksrapport, een kwalitatief onvol- doende onderzoeksrapport en/of een rapport waaruit tekortkomingen aan de constructie blijken tot een handhavingsprocedure. In Amsterdam zijn 106 risico- . n . De. Figuur 5: Galerijflatvloeren voortgang per complex per fase flats geïdentificeerd. De complexen liggen vooral in 100 m naar stadsdeel Nieuw-West en Buitenvel- m geen medewerking dert (Zuid). Deze flats be- 80 ee . = woning voldoet staan uit ruim 7.250 wonin- 60 gen.” Van 93 flats kan nu m woning is verbeterd worden geconstateerd dat de 40 handhavingsfase galerij constructief veilig is. zo m vriendelijk overleg fase Bij zes daarvan is er een in- rn = opnamefase greep gedaan om de veilig- 0 heid te garanderen, namelijk 1 janvari 2018 1 janvari 2019 1janvari 2020 een bouwtechnische aanpas- sing zoals onderstempelen, of het beperken van de lasten op de galerij. Bij de 87 overige risicoflats is de constructieve veiligheid van de galerij aangetoond door gedegen onderzoek. In figuur 5 is te zien dat het aantal handhavingszaken in 2019 is gedaald van ruim dertig naar dertien. In 2020 zal het handhavingsproces bij deze dertien complexen, met circa 730 woningen, worden voortgezet om te komen tot aantoonbare constructieve veiligheid van de galerijen. * Dit zijn circa 480 adressen minder dan op 1 janvari 2019 geteld werden omdat de vervuiling van het adressenbe- stand met bergingen, garages en bedrijfsruimtes groot bleek. Dit is nu opgeschoond. 6 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 2.1.3. Vochten schimmel Bijna 70.000 Amsterdam- mers hebben last van Figuur 6: Projecten Vocht- en Schimmelklachten naar fase vocht- en{of schimmel- 200 m naar stadsdeel plekken in de woon- of 150 m Geen medewerking slaapkamer (Gezond- woning voldoet heidsmonitor 2012°, GGD 100 m woning is verbeterd Amsterdam). Vocht- en B handhavingsfase schimmelklachten kunnen 50 m vriendelijk overleg fase gezondheidsproblemen = e opnamefase veroorzaken. Klachten 0 worden door woningeige- 1 janvari 2018 1 janvari 2019 1 janvari 2020 naren en handhaving niet altijd adequaat opgepakt, omdat er vaak discussie ontstaat over het aandeel van bewonersgedrag in de klachten. Om te bezien of en hoe handhaving ingezet kan worden bij vocht- en schimmel- klachten zijn achtereenvolgens twee projecten gestart gericht op het tegengaan en bestrijden van vocht en schimmel door de inzet van handhaving (zie hieronder). Gebleken is dat handhaving ze- ker bij kan dragen aan het oplossen van hardnekkige vocht- en schimmelklachten omdat er veelal ook bouwtechnische oorzaken gevonden worden. In 2020 wordt de inzet op vocht- en schimmel- klachten geëvalveerd en gekeken of de lessen in een stadsbreed handhavingskader geïmplemen- teerd kunnen worden. 1. Huurcommissiezaken (start 2017) Bij 28 adressen waar eerder in verband met vocht- en schimmelklachten door de huurcommissie een huurverlaging is opgelegd, is gekeken of de klacht verholpen is. Bij de adressen waar de pro- blemen niet verholpen waren is een proces om tot verbetering te komen gestart. Ook zijn soms woningen vit de directe omgeving met vergelijkbare klachten meegenomen. Dit brengt het totaal op 42 woningen. In 2019 zijn in dit project geen nieuwe adressen opgenomen. Er zijn nog twee casussen waar nog een eindcontrole plaats moet vinden. Hiernaast wordt er nog bij één adres gehandhaafd. Dit betreft een adres waar ook na renovatie niet aan de ventilatie-eisen voldaan is.* De veronderstelling was dat de uitspraak tot huurverlaging bij ingewikkelde casuïstiek bij kon dra- gen aan de handhavingsmotivatie. 2. Hardnekkige vocht- en schimmelklachten Omdat bleek dat de uitspraak tot huurverlaging veelal niet gebruikt werd om tot een goede hand- havingsmotivatie te komen, biedt het programma sinds eind 2017 aan om vocht- en schimmel- meldingen die binnenkomen bij de stadsdelen, Woon en de GGD op te pakken. Tot 2019 zijn er 78 adressen ingebracht. In 2029 zijn hier nog 44 nieuwe adressen bijgekomen. In afgelopen jaar zijn 28 adressen na een vriendelijk traject of handhaving verbeterd. Er zijn nog circa negentig adressen waaraan wordt gewerkt. 2.1.4. Herhaaldelijk overtreders Er zijn pandeigenaren die in verschillende stadsdelen bezit hebben waarvan de kwaliteit meer dan eens niet op het wettelijk niveau is of die meer dan één type overtredingen begaan. Door de ver- snipperde informatie ontbreekt het vaak aan stadsbreed inzicht en een stadsbrede aanpak. Om deze problematiek te inventariseren en aan te pakken zijn twee projecten gestart. 3 Voor de Gezondheidsmonitor van 2016 is respondenten niet naar vocht en schimmel gevraagd. * Het project huurcommissiezaken (vocht en schimmel 1) betrof een experiment in het kader van de focusaanpak. Omdat de handhavingsinzet tot verbetering leidde is de controlegroep van dit experiment meegenomen in hand- havingsproject vocht en schimmel 2. 7 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 1. Herhaaldelijke overtreders woningkwaliteit In dit project wordt het bezit van eigenaren die in meerdere stadsdelen woningen hebben geïnven- tariseerd. Inmiddels zijn binnen dit project ruim 2.000 woningen van acht grotere eigenaren in beeld gebracht. Bij drie van Figuur 7: Herhaaldelijk overtreders woningkwaliteit naar fase deze eigenaren bleek op 250 basis van de gevelinspectie me B naar stadsdeel dat er bij meerdere panden 200 geen medewerking sprake was van achterstallig m woning voldoet onderhoud en zijn in totaal m woning is verbeterd circa 230 woningen in de 100 m handhavingsfase werkvoorraad opgenomen 50 m vriendelijk overleg fase voor verder onderzoek. 5 Ke E opnamefase Ruim twintig procent van de 1janvari 2018 1 januari 2019 1 janvari 2020 geïdentificeerde woningen zijn na handhaving verbeterd en bij dertien procent blijkt de woning na opname van voldoende kwaliteit te zijn. Wat opvalt is dat er relatief vaak niet wordt meegewerkt door de bewoner en geen opname kan worden uitgevoerd. Figuur 7 laat zien dat er bij de helft van de woningen mo- menteel een handhavingstraject loopt. Dit project wordt in 2020 geëvalveerd. 2. Herhaaldelijke overtreders: Goed verhuurderschap (zie ook 2.2.2, onder 2) Halverwege 2019 is het projectteam Goed Verhuurderschap’ van start gegaan met een pilot om lessen te leren voor een effectieve aanpak van woningeigenaren waar we vaker en/of op meerdere terreinen overtredingen zien. De pilot wordt in tweede helft van 2020 geëvalueerd en zet in op: = Bestuurlijke boete: De bestuurlijke boete Woningwet is een instrument dat in 2015 nieuw is toegevoegd aan het handhavingsinstrumentarium op grond van de Woningwet en dat nog amper is toegepast. Voor het inzetten van de bestuurlijke boete Woningwet moet er sprake zijn van een herhaaldelijke overtreding. In 2019 zijn bestaande handhavingszaken onderzocht en de eerste voornemens opgesteld. Deze worden in 2020 verder uitgewerkt. Ook wordt in 2020 het eigendom van nieuwe herhaaldelijke overtreders in kaart gebracht. = _Beheerovername: Bij de beheerovername neemt een gemeente het beheer van de eigenaar over met het doel overtredingen ongedaan te maken. Beheerovername is een ingrijpend in- strument dat in Nederland nog nauwelijks is toegepast. Voor de beheerovername wordt per casus een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd waarin proportionaliteit en risico’s in kaart worden gebracht. In 2019 is in beeld gebracht wat er nodig is voor een succesvolle beheer- overname en zijn twee dossiers getoetst en afgevallen op grond van haalbaarheid. "Samenwerking met andere (handhavings)disciplines: Om misstanden op de verhuurmarkt effec- tiever aan te pakken is een intensieve samenwerking en uitwisseling van kennis tussen ver- schillende disciplines en betrokken partijen belangrijk. In de pilot wordt actief samengewerkt met WOON (huurteam, meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag), het team Openbare Orde en Veiligheid (OOV), het Openbaar Ministerie (OM), de Belastingdienst en het Regionaal Infor- matie en Expertise Centrum (RIEC). 2.1.5. Funderingen Een goede fundering is essentieel voor het behoud van de bovenliggende woning(en) en belangrijk voor de leefbaarheid in de stad. Indien de kwaliteit van de fundering aantoonbaar onvoldoende is, kan de gemeente de eigenaar verzoeken of dwingen om de fundering te herstellen. Om aan te tonen dat de fundering niet voldoet is in veel gevallen een specialistisch en kostbaar onderzoek > Dit is een eenjarige pilot die gefinancierd wordt vanuit de middelen van het ministerie van BZK, gericht op het versterken van de aanpak van huisjesmelkers. 8 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 nodig. Inzicht in en inzet op slechte funderingen verschilt sterk per stadsdeel. In 2017/2018 is in het Wabo-beleid de aanpak van stadsdeel Centrum van toepassing verklaard op heel Amsterdam. Omdat de meeste stadsdelen niet of zeer beperkt ervaring hebben met deze funderingsaanpak, werken het programmateam en stadsdeel Centrum sinds eind 2018 samen om de kennis van en over de aanpak actief bijeen te brengen en te delen. Het jaar 2019 is door het programmateam gebruikt om ervaring met funderingsaanpak op te doen. Opgedane ervaringen worden in 2020 breder gedeeld met de stadsdelen. Daarnaast worden verschillende (beleids)ontwikkelingen om de funderingsaanpak te uniformeren en professionaliseren georganiseerd en ondersteund (zie paragraaf 2.2.2). In 2019 zijn 37 risicopanden geïdentificeerd. ee EIA Ee ne Kr ge B Bij het identificeren van de panden is ge- heg (En le bruik gemaakt van de gegevens van de „ib WEE quick-scan (zie ook 2.2.1), meetbouten in ON. eg de stad en satellietdata (zie ook 2.2.2). Bij U Ei Ee C vier adressen bleek na archiefonderzoek EA En Ee dat de fundering al is verbeterd. Bij 33 pan- ie dT Ps ben den wordt de staat van de funderingen INP ZP re RET | momenteel verder onderzocht. Dit is een Pe zis vi 1765 langdurig en kostbaar proces. Allereerst eN AE Vd in nn wordt er ter plaatse een casco-onderzoek An RE Zn ee: EAR eN gedaan in en om het pand. Er zijn negen- nn on GEN en AN tien casco-onderzoeken gedaan. Hierna Toezichthouder woningkwaliteit onderzoekt fundering wordt besloten of er aanleiding is om een funderingsput te graven om de daadwerkelijke staat van de funderingsconstructie te bepalen. Bij zeven panden is er een funderingsput gegraven en bij vijf panden zijn voorbereidingen getroffen om in de eerste maanden van 2020 een funderingsonderzoek te doen. Van de overige zeven pan- den moeten de casco-onderzoeken nog beoordeeld worden. In samenwerking met constructeurs van de Omgevingsdienst wordt momenteel een rapport opgesteld van de zeven funderingen die zijn onderzocht. In 2020 wordt dit project vervolgd en zullen de eerste pandeigenaren worden verzocht hun fundering te herstellen. Tekstkader 2: Fonds Duurzaam Funderingsherstel In 2019 is de mogelijkheid onderzocht om deel te nemen aan het landelijk funderingsfonds. Dit fonds is in het leven geroepen om eigenaar-bewoners met funderingsproblematiek die, op de reguliere hypotheekmarkt geen lening kunnen krijgen, toch in staat te stellen om de noodzakelijke ingrepen te financieren. Het voortbestaan van dit landelijke fonds is ter discussie gesteld, waardoor de voorbereidende werkzaamheden stil zijn komen te lig- gen. Het fonds is nu door de minister verzocht om mogelijke alternatieven te onderzoeken. 2.1.6. Huurcommissiezaken In het deelproject van vocht en schimmel waarbij onder anderen ingegaan wordt op huurcommis- siezaken is gebleken dat een uitspraak van de huurcommissie niet altijd afdoende is om klachten in een woning op te lossen. Daarom is halverwege 2019 het project huurcommissiezaken gestart. Dit project richt zich op alle nog openstaande huurcommissiezaken over achterstallig onderhoud en/of gebrekkige woningkwaliteit die in 2018 hebben geresulteerd in huurverlaging. Doel is door handhaving hardnekkige gebreken in woningen te verminderen en wooncomfort te verhogen. Uit de inventarisatie van huurcommissie uitspraken uit 2018 zijn circa honderd adressen naar vo- ren gekomen. Veel voorkomende klachten hebben te maken met houtrot, vocht- en schimmel- problemen, slecht werkende ventilatiesystemen en wateroverlast op balkons. De helft van de be- 9 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 trokken woningen is in eigendom van particulieren, de andere helft is van verschillende woning- bouwcorporaties. Een deel van de bewoners van deze woningen is al in 2019 per brief benaderd. Aan de bewoners wordt gevraagd of de gebreken zijn opgelost. Bewoners die aangeven dat de klachten nog niet verholpen wordt een woningopname aangeboden die kan resulteren in een handhavingstraject. Bij één woning was op 1 januari 2020 de handhaving gestart. Dit project wordt verder uitgevoerd in 2020. Tekstkader 3: Gas- en elektrainstallaties keuringen (afgesloten project) Installaties, zoals gas- en elektra-installaties, vragen om regelmatig onderhoud. Geen of slecht onderhoud kan leiden tot gevaarlijke situaties. In 2017 en 2018 is in circa 300 woningen een gas- en elektrakeuring door een er- kend installateur aangeboden. Deze keuring is in circa 200 woningen uitgevoerd. De projecten zijn afgerond en geëvalveerd. Alle gevonden gebreken zijn hersteld. De belangrijkste conclusies: = Installaties zijn vaak niet goed: a __ Van alle gekeurde woningen voldeed 85% niet aan de keuringseisen es __ Van alle gekeurde woningen was in 7% de situatie zo onveilig dat de installateur de installatie direct af- sloot en verzegelde. Dit kwam relatief vaak voor in woningen die door professionals waren aangedragen en minder vaak in woningen die door bewoners waren aangemeld. a __Onveilige installaties kwamen ook voor in corporatiebezit. mn __ De meeste gebreken zijn geconstateerd in de elektrische installaties. Gebreken in de gasinstallatie betroffen met name lekkages in de gasleidingen. Gezien het hoge aandeel installaties waar tekortkomingen aan zijn geconstateerd is dit onderwerp een thema in campagnes (paragraaf 3.1.2), en wordt nagedacht over een vervolgproject. Tot die tijd wordt een keuring uitge- voerd als dat naar de inschatting van de toezichthouder echt noodzakelijk is. In 2019 zijn binnen het programma drie keuringen uitgevoerd. Bij alle keuringen zijn (ernstige) gebreken geconstateerd. 2.2. Kennis- en beleidsontwikkelingen Het programma Woningkwaliteit ontwikkelt kennis en beleid die programma-overstijgend is over: = __ Kwaliteit op woningniveau (zie 2.2.1); = __Onderzoeks- en handhavingsmogelijkheden en beleidskeuzes daarin (zie 2.2.2). 2.2.1. Kennis over kwaliteit op woningniveau Er zijn twee projecten waar het programmateam Woningkwaliteit bijdraagt aan het signaleren van achterstallig onderhoud, terwijl het oppakken van individuele casuïstiek die daaruit volgt in de eerste plaats bij de stadsdelen ligt. Dit zijn de quick-scan en het meldpunt Woningonderhoud. 1. De quick-scan: een eerste kwaliteitsindruk Bij de quick-scan worden per stadsdeel gevels van panden die vanuit de openbare ruimte zichtbaar zijn op basis van dezelfde criteria beoordeeld als goed, matig of slecht. Hiermee verkrijgt de ge- meente een eerste indruk van hoe de woningkwaliteit er stadsbreed bij staat. In Noord, Zuidoost en Nieuw-West was de quick-scan al in 2018 afgerond. In 2019 is de quick-scan in de stadsdelen Oost, West en Zuid afgerond. Gezamen- Tekstkader 4: Handhavingsuitvoeringsprogramma (HUP) lijk zijn hier in 2029 circa De quick-scan gegevens worden door de stadsdelen gebruikt voor de 223.000 woningen gescand. uitvoering van het handhavingsuitvoeringsprogramma voor Wabo-taken Hiermee zijn de oudere ge- (HUP). De gegevens worden gebruikt om de taken op het gebied van ge- gevens over ruim 72.000 wo- bouwkwaliteit en constructieve veiligheid meer data-gestuurd in te vullen. 10 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 ningen in deze stadsdelen geactualiseerd. In Centrum is in 2018 een begin gemaakt met de quick- scan. De laatste vijftigduizend woningen worden in 2020 beoordeeld. In tabel 1 iste zien dat er bij bijna twee procent van de TE gescande woningen op basis van de gevel sprake is Goed 369.000 98,2% van achterstallig onderhoud. In Zuid en Nieuw-West Matig 1,0% zijn relatief sterk vertegenwoordigd in de matige en Slecht 0,8% . . . . 375.600 100,0% slechte woningen op basis van een gevelinspectie. Het aandeel slechte en matige woningen in Centrum geeft een vertekend beeld omdat de scan daar pas in 2020 wordt afgerond. In Zuid-Oost is op basis van de gevelinspectie maar weinig spra- ke van slechte of matige woningkwaliteit. In 2020 zal het programma Woningkwaliteit op verzoek van stadsdeel Zuid assisteren met het oppakken van een aantal van de slechtste adressen. Figuur 8: Aandeel per stadsdeel in resultaten slecht en matig 2 januari 2020 Matig mmm == Slecht ER nn 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% go% 100% m Noord mCentrum mZuid-Oost — Nieuw West m=Oost Em West BE Zuid 2. Meldpunt Woningonderhoud Naar aanleiding van motie 1185 van lid Flentge (SP) bij de begrotingsbehandeling van 2018 is be- gin februari 2018 gestart met een tijdelijk meldpunt voor achterstallig onderhoud. Dit meldpunt is in 2019 geëvalveerd. De evaluatie is besproken in de commissie WB van 12 december 2019. Het meldpunt voorziet in een behoefte en wordt steeds beter gevonden. Om de administratieve lasten bij de stadsdelen te beperken wordt het meldpunt in 2020 ondergebracht in de meldstructuur die ook voor andere meldingen in de stadsdelen gebruikt wordt. In 2018 zijn er 128 meldingen binnen gekomen. Eind 2019 waren er in totaal 382 meldingen bin- nengekomen. De toename in de tweede helft van 2019 is onder meer te verklaren door het onder- zoek en programma van De Balie en AT 5 over woningkwaliteit in huurwoningen: Huren met kuren. Op de aandacht voor dit thema heeft de gemeente onder andere ingespeeld met informatie over het meldpunt (zie ook 3.4.2). Tekstkader 5: Wat is het meldpunt Woningonderhoud? Het meldpunt Woningonderhoud (www.amsterdam.nl{woningcheck) is een digitaal meldpunt. Het is bedoeld voor spoedeisende klachten of klachten over achterstallig onderhoud die niet door de verantwoordelijke worden opge- lost. Klachten worden gemeld via een webformulier en komen voor afhandeling bij het stadsdeel. Vaak is er sprake van meer dan één tekortkomingen. Veel voorkomende klachten zijn vocht (lekkages, schimmel etc.), constructie (scheuren, verzakkingen, tekortkomingen in en aan balkons) en comfort (tocht, onvoldoende verwarmingsvermogen in de winter en geluid). De meeste meldingen komen vit Zuid en West. 2.2.2. Beleidsvorming en -onderzoek Met het oog op een toekomstbestendige stad met veilige en goede woningen draagt het pro- gramma bij aan uniforme handhaving, gebaseerd op beschikbare data, en gericht op een zo hoog mogelijk kwaliteitsniveau. 11 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 1. Actualisatie en aanscherping Handboek Aanschrijven Het Bouwbesluit en de Woningwet vormen de basis waarop gemeenten kunnen handhaven. In 2007 is in het Handboek Aanschrijven uitgewerkt of en hoe gemeenten kunnen optreden tegen onvoldoende woningkwaliteit. Sindsdien is de wet aangepast en is nieuwe jurisprudentie ontstaan, maar is het beleidsdeel van het Handboek Aanschrijven niet geactualiseerd. Jurisprudentie en ontwikkelingen in wetgeving maken dat er wellicht een hogere kwaliteit ver- plichtend kan worden opgelegd dan nu vaak verondersteld wordt. In 2018 en 2019 zijn verschillen- de wettelijke instrumenten die kunnen bijdragen aan de woningkwaliteit in samenhang in beeld gebracht. Daarbij is ook aandacht voor veelvoorkomende, complexe of weerbarstige casuïstiek en juridische mogelijkheden en risico’s. Het handboek is een levend document dat steeds aangevuld en aangepast kan worden als casuïstiek of jurisprudentie daar aanleiding toe vormt. Het concept- handboek is in 2019 met het programmateam en een vertegenwoordiging van stadsdeel- medewerkers besproken. In 2020 richten we ons op implementatie en brede toepassing. 2. Aanvulling sanctiestrategie: notitie bestuurlijke boete In het tweede kwartaal van 2019 is de Beleidsregel bestuurlijk boete, sluiting en beheerovername vastgesteld. Met deze instrumenten kunnen eigenaren die (bouw)regels herhaaldelijk overtreden worden aangepakt. Deze beleidsregel wordt voor het eerst toegepast in de pilot: Goed Verhuur- derschap (zie 2.1.4). Eind 2019 is een aanpassing gedaan van de beleidsregels om de effectieve toepassing van de bestuurlijke boete te vergroten. Na de aanpassing kan er na het opleggen van een herstelsanctie voor de eerste overtreding bij navolgende overtredingen direct een bestuurlijke boete worden opgelegd. Omdat nog nauwelijks ervaring is opgedaan met de bestuurlijke boete op basis van de Woningwet is aan Six Advocaten opdracht gegeven hierover alle beschikbare informatie te verzamelen voor een kennisbijeenkomst in september 2019. De bijeenkomst is goed bezocht. Naast de Gemeente Amsterdam waren het ministerie van BZK en de gemeentes Groningen, Den Haag en Utrecht ver- tegenwoordigd. 3. Samenwerking met Wabo-team en medewerkers stadsdelen Het programmateam draagt bij aan stadsbrede uniforme kaders en vitvoeringsprotocollen voor gebouwkwaliteit en constructieve veiligheid zoals opgenomen in het handhavingsbeleid en vitvoe- ringsplannen Wabo. Een paar keer per jaar wordt een juridische werkgroep en een projectgroep uitvoering met de stadsdelen georganiseerd. Deze zijn bedoeld om kennis uit te wisselen en signa- len en actuele ontwikkelingen te bespreken, ook om tot gedragen project- en beleidsontwikkelin- gen te komen. Daarnaast verbindt het programmateam op inhoud verschillende intern bij woning- kwaliteit betrokkenen aan elkaar, onder andere door een inhoudelijke bijdrage aan kennissessies. In 2019 is inhoudelijk en organisatorisch bijgedragen aan een “VTH-meet-up” over duurzaamheid is er een bijdrage geleverd aan de VTH-vakdag over funderingen en Japanse duizendknoop. Ook is op verzoek van WOON samen met het team brandveiligheid van VTH een kennisbijeenkomst over brandveiligheid verzorgd. 4. Satellietdata funderingen Het is beter voor het gebouw en prettiger voor de eigenaar als mogelijk kwaliteitsverlies van de fundering in een vroeg stadium herkend wordt. Nieuwe satellietmeettechniek biedt daar wellicht mogelijkheden toe. Er is verkend of deze techniek een betrouwbaar inzicht kan geven in het ge- drag van de woningen en de staat van funderingen. In 2019 heeft een aantal dataspecialisten de satellietdata geanalyseerd en vergeleken met andere beschikbare data. Ook is in 2019 de data indicatief toegepast in het funderingsproject. In 2020 wordt het onderzoek afgerond. 12 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 3. Voorkomen verslechtering & stimuleren verbetering Actielijn 2 en 3 van het Programma Woningkwaliteit richten zich op het voorkomen dat de kwali- teit van de woningen verslechtert en het stimuleren dat extra kwaliteiten worden gerealiseerd. Bewoners (kopers en huurders) weten in de regel het beste hoe hun woning er bij staat, wat er aan mankeert en welke verbeteringen mogelijk zijn. Tegelijkertijd vinden veel bewoners het moeilijk te beoordelen wanneer de kwaliteit van een woning echt te slecht is en/of weten ze niet hoe ze daar verandering in kunnen brengen. Daarom bieden we bewoners informatie om hen bewuster te maken van (het belang van) woningkwaliteit en het aandeel dat zij zelf kunnen hebben in tijdig onderhoud en verbeteren van de kwaliteit van hun woning (zie 3.1.). Daarbij is er extra aandacht voor de doelgroep VvE's (zie 3.2). Dwars door alle doelstellingen en uitvoeringsaccenten loopt de ambitie voor verduurzaming die het coalitieakkoord stelt (zie 3.3.). Hiernaast zijn er actuele ont- wikkelingen die betrekking hebben op de kwaliteit van de woningen (zie 3.4). 3.1. Informatie en communicatie Op verschillende manieren wordt gewerkt aan het vergroten van de aandacht voor onderhoud en kwaliteit van de woning, bijvoorbeeld door algemene en concrete informatie en het bieden van een handelingsperspectief aan bewoners en/of eigenaren. 3-11. Campagnes In 2019 zijn twee campagnes uitgevoerd met advertenties, filmpjes, animaties en posters. Deze campagnes richtten zich op de bewustwording van de kwaliteit van de woning en het bieden van een handelingsperspectief. Elke campagne heeft zijn eigen accent (voorjaar/zomers: onderhouds- klussen in en om het huis en najaar{’s winters installatieveiligheid en binnenklimaat). Ook is in 2019 naar aanleiding van actuele media-aandacht twee keer een verhaal op basis van een inter- view met een van de toezicht- ) & ET] houders gepubliceerd op Am- Wda ARE da sterdam actueel. De Z ni B te Á ki, ö Hoewel het bereik van d a | kt Er bk EA hi oewelhetbereikvandecam- Ws Enne OD IN pagnes in 2017 en 2018 goed 8 EN ed ____— Check! _ was, was niet duidelijk of de OA Bi: A tm campagnes bewoners aanspra- ke Ae en ken en tot handelen aanzetten. ee hand Be Wee In april 2019 is onderzoek uit- Beeld voorjaarscampagne (oud concept) gevoerd om meer inzicht te mel CLICK! 7 MC EA krijgen in hoe bewoners wo- 8 en 0 - A ningkwaliteit zien en de be- . md | | =S | 4 R At staande campagne ervaren. De Cm] ”i uitkomsten van dit onderzoek DD tink A p zijn in de tweede helft van 2019 Erkan) an ‚ ie, meegenomen in de ontwikke- ann E ho \ ling van een nieuw campagne- A] / IL concept voor woningkwaliteit. Beeld najaarscampagne (nieuw concept) 13 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 Figuur g: Resultaten onlinecampagnes 175.000 150.000 m Unieke tijdlijnen 125.000 . ; 100.000 — Video views 75.000 50.000 Ì 25009 EL bbb Ì B 8 2 8 s $ 8 8 5 8 8 © Fm, Fm, 2 u fm, fm, 5 > io E 5 £ 5 5 © 2 2 E 5 2 E È TE È o 5 ® ® Z tT e < S S 2 E 2 2 5 S 2 0 0 wv o in == c 0 in <4 <4 = 2 v, ev, E << ©, E vw a a Ee) a E = E E ®, E He E E E 2 E = E Le = Le 1. VvE's 2. Huurders 3. Woningcheck 4. Herfstcheck 5. Lente 6. Herfst 3-1.2. Actief informeren van eigenaren matige panden In 2018 is gestart met het informeren van eigenaar-bewoners van woningen die nog net voldoen aan wettelijke eisen: de matige panden die vit de quick-scan naar voren komen. Doel is hen be- wust te maken van de kwaliteit van hun woning en hen te stimuleren de woning te verbeteren en zo toekomstig achterstallig onderhoud te voorkomen. Bij dit project wordt samengewerkt met WOON. Mochten eigenaren willen overleggen wat er nodig is om verdere veroudering tegen te gaan, dan kan contact worden opgenomen met WOON. In 2019 is samen met de stadsdelen besloten dat deze werkwijze wordt opgenomen in de Wabo- toolbox. De stadsdelen kunnen deze werkwijze van daaruit zelf implementeren. Inmiddels hebben de stadsdelen Oost en Zuidoost eigenaar-bewoners van matige panden per brief benaderd. 3.2. Professionalisering VvE’s Een groot deel van de Amsterdamse woningen is onderdeel van een gebouw met een Vereniging van Eigenaren (VvE). De VvE is verantwoordelijk voor het onderhoud van de gemeenschappelijke delen van een pand (bijvoorbeeld de fundering, standleidingen, dragende muren en dak). Ook beslist de VvE over verbetering van de gemeenschappelijke delen, zoals verduurzaming. Voor een goede woningkwaliteit zijn goed functionerende VvE's dan ook belangrijk. 3.2.1. Onderzoek VvE'’s In 2018 is een verkennend onderzoek gedaan naar Amsterdamse VvE's, met specifieke aandacht voor kleinere VvE's (tot circa tien appartementsrechten). Door het onderzoek van OIS bestaat er nu een goed beeld van de VvE’s. De onderzoeksresultaten en bijbehorende databestanden worden nu gebruikt bij de focusaanpak verduurzaming van de particuliere woningvoorraad, waar Ruimte en Duurzaamheid opdrachtgever van is. 3.2.2. Effectieve activering van VvE’s In 2019 is een flyer gemaakt voor het activeren van VvE’s. Hiervoor is gebruik gemaakt van de re- sultaten uit het onderzoek naar VvE's en van de kennis van gedragsonderzoekers die in de Post- jesbuurt hebben onderzocht wat de motieven zijn om actief en planmatig bezig te zijn met onder- houd. De flyer is getest in het panel van OIS en zou via een zogenaamde A/B-test ook in de praktijk getoetst worden. Dit is vanwege AVG-wetgeving niet meer mogelijk. De opgedane kennis en re- 14 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 sultaten zijn gebruikt bij het maken van een aanpak om VvE's te helpen met verduurzaming waar- bij ook oog is voor woningkwaliteit en het actief maken van de VvE. 3.2.3. Week vande VvE In februari 2019 is voor de derde keer de week van de VvE georganiseerd. De week van de VvE is erop gericht om (aspirant) VvE-leden te ondersteunen bij: = Woningkwaliteit en onderhoud (spreekuren !'WOON, workshop meerjarenonderhoudsplan, informatiemarkt). "Stimuleren van extra kwaliteitsimpuls (inbraakpreventie, financiering van duurzame oplossin- gen, zonne-energie). = Het beperken van overlast (zoals verhuur in de VvE, Beter Buren). Circa 300 mensen hebben workshops gevolgd. De volgende partijen hebben een bijdrage gele- verd: WOON, VvE Belang, Makelaarsvereniging Amsterdam, Jungle Amsterdam, Vereniging Ei- gen Huis, Beter Buren, Vandebron, Blue Current, New Motion en Stimvuleringsfonds Volkshuisves- ting. Ook in 2020 wordt de week van de VvE georganiseerd. 3.3. Verduurzaming en energietransitie De inzet in 2019 op duurzaamheid was gericht op het beantwoorden van twee vragen: 1. Hoe maak je verduurzaming en energietransitie een vanzelfsprekend en integraal onderdeel van bestaande en nieuwe inzet op woningkwaliteit én 2. Hoe zorg je dat bij verduurzaming ook naar de gezondheid, veiligheid en betaalbaarheid van de woning gekeken wordt. Om deze vragen op te kunnen pakken moet worden samengewerkt en afgestemd met de discipli- nes die zich de afgelopen jaren met name op de energietransitie hebben gericht. Dit proces loopt en dat zie je op verschillende plekken terugkomen. Bijvoorbeeld: "Eris een bijeenkomst over duurzaamheid georganiseerd voor medewerkers van vergunnin- gen, toezicht en handhaving van de stadsdelen (VTH-meetup duurzaamheid). = _ Duurzaamheid wordt als speerpunt meegenomen in het handboek aanschrijven en de actuali- satie van het Wabo-beleid. = Eris bijgedragen aan (het financieren van) een extra energiecoachproject. = Bij de nieuwe aanbesteding voor energie-adviseurs door Ruimte en Duurzaamheid is aandacht voor de bouwkundige staat van woningen. = De Week van de VvE had in 2019 het thema duurzaamheid. In 2020 is duurzaamheid integraal onderdeel van de week. "Eris een gezamenlijk netwerk opgezet voor VvE-beheerders. De aftrap vond plaats op 16 april 2019. De bijeenkomst had het thema verduurzamen van grote VvE's. Daarbij was onder meer aandacht voor hoe een duurzaamheidslening kan helpen in situaties waarbij er achterstallig onderhoud en een ontoereikend reservefonds is. Op 8 november 2019 ging de bijeenkomst over rookgasafvoeren. In 2020 staat er een bijeenkomst gepland op 28 februari 2020 met als thema zonnepanelen. " Erzijn twee toezichthouders woningkwaliteit opgeleid (tot Thermografie level 1) om warmte- beelden te maken en interpreteren. Zo kan inzicht gegeven worden in het warmteverlies van een woning en kunnen gebreken beter gemotiveerd worden. = Eris inhoudelijk en in de voorbereiding van verschillende themabijeenkomsten bijgedragen aan de Routekaart klimaatneutraal. = Eris inhoudelijk bijgedragen aan de ontwikkeling van de strategie klimaatadaptatie. 15 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 Rond de Routekaart klimaatneutraal en de klimaatbegroting is in 2019 aangekondigd dat in 2020 van Wonen gevraagd wordt een grotere verantwoordelijkheid te nemen in de realisatie van de klimaatdoelstellingen. Of en hoe dit vorm krijgt moet in 2020 blijken. 3-4. Andere ontwikkelingen waar woningkwaliteit bij betrokken is In 2019 zijn verschillende actualiteiten en ontwikkelingen geweest die (ook) betrekking hebben op woningkwaliteit. Zo zijn de afspraken met de corporaties hernieuwd. Ook is het thema Woning- kwaliteit twee keer uitgebreid in de media gekomen. In het najaar was er allereerst veel aandacht voor de campagne Huren met kuren van de Balie en AT5. Vervolgens is eind 2019 bekend gewor- den welke problemen loden leidingen kunnen geven voor de gezondheid. Daarnaast zijn er raak- vlakken met andere stedelijke programma's als Klimaatadaptatie, de Japanse duizendknoop en Kades en bruggen. Deze actualiteiten worden hieronder beschreven. 3:4:1. Samenwerkingsafspraken Eris een sterke behoefte om meer inzicht te krijgen in de kwaliteit van de woningen in Amster- dam. Inzicht in de kwaliteitswaardering van corporaties vergroot de kennis over de kwaliteit van de Amsterdamse woningvoorraad, ook over een deel van de VvE's. Rapportage over de kwaliteit en de daaraan gekoppelde onderhoudsfasering is belangrijk om met elkaar het gesprek te kunnen voeren over prioriteiten en samenwerking in gebieden. In de Samenwerkingsafspraken met de Amsterdamse woningbouwcorporaties die gelden vanaf 2020 tot en met 2023, is de urgentie voor een uniform beeld van de Amsterdamse woningvoorraad onderstreept. In 2020 onderzoeken corporaties, gemeente en huurders gezamenlijk hoe inzicht kan worden verkregen in de kwaliteit van het corporatiebezit. Ook is afgesproken twee keer per jaar met de corporaties een kwaliteitsoverleg te organiseren. Hierbij wordt ingegaan op structure- le kwesties en actuele ontwikkelingen die vragen om een gezamenlijke aanpak. 3:4:2. Lodenleidingen Half oktober werd bekend dat bij complexen in Tuindorp Nieuwendam en Tuindorp Buiksloot in Amsterdam-Noord hoge loodwaardes in het drinkwater zijn gemeten. Begin november 2019 werd bekend dat volgens recente wetenschappelijke inzichten de risico’s van lood groter zijn dan voor- heen bekend, met name voor de ontwikkeling van de hersenen. Vooral zuigelingen, jonge kin- deren en zwangere vrouwen (vanwege het ongeboren kind) lopen risico door het drinken van wa- ter vit loden leidingen. Lood in drinkwater is niet nieuw. Sinds 1960 mogen er geen loden waterleidingen meer worden aangelegd. Loden aanvoerleidingen van de drinkwaterbedrijven zijn vervangen. Een verhoogd loodgehalte ontstaat in de regel dan ook tussen de aansluiting van waternet en de kraan. Woning- eigenaren zijn verantwoordelijk voor het vervangen van hun loden drinkwaterleidingen. Het Bouwbesluit biedt (vooralsnog) geen concreet aanknopingspunt om loodsanering te verplichten. In samenwerking met de GGD, Waternet en gemeentelijk vastgoed is een team samengesteld. Dit team richt zich op schoon drinkwater voor alle Amsterdammers. In 2019 is met corporaties afge- sproken dat zij een plan maken om loden leidingen te inventariseren en saneren. Particuliere huurders waarvan de verhuurder de loden leiding niet wilde vervangen, kregen via WOON een waterkeuring. De uitslag kan gebruikt worden om een huurcommissiezaak op te starten. Deze waterkeuringen zijn betaald vanuit het programma Woningkwaliteit. Gezien de complexe en ur- gente opgave zal in 2020 vanuit het programma Woningkwaliteit veel aandacht vitgaan naar lood. 16 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 3:4-3. Kadesen bruggen De komende jaren staat de gemeente voor een omvangrijke herstelopgave van kademuren en bruggen. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden aan de bruggen en kademuren kan schade ontstaan aan omliggende bebouwing. De kans hierop is mede afhankelijk van de wijze waarop de werkzaamheden worden vitgevoerd en de kwaliteit van de bebouwing. Vanuit het programma Woningkwaliteit wordt nu meegedacht met vragen als: wat weten we over gebouwen, hoe gaan we om met omliggende funderingen en kan de gemeente bewoners of eigenaren adviseren, on- dersteunen en/of aanzetten tot herstel. 3-4-4- Japanse duizendknoop In 2019 zijn er middelen vrij gemaakt voor bestrijding van de Japanse duizendknoop in de openba- re ruimte. De Japanse duizendknoop is een invasief exotisch plantje, dat woekert en met zijn ster- ke lange wortels in de kleinste scheurtjes kan dringen en funderingen van bouwwerken uiteen kan drukken. Het aantal vindplaatsen neemt sterk toe en kan ook een bedreiging vormen voor bouw- werken. Hoe er echter om gegaan kan en moet worden met vindplaatsen op particulier terrein is nog onduidelijk. Om de mogelijkheden te verkennen sluit het programmateam aan bij het kern- team Japanse duizendknoop. 17 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 4. Inzet 2020 in overzicht Actielijn 1: Handhavingsprojecten Ontwikkelen Loden leidingen Balkons en achtergevels Continveren Meldingen van stadsdelen 400 openstaand; jaarlijks circa 100 nieuw Funderingen 37 adressen openstaand Huurcommissie zaken 100 openstaand Continverenen _ Vocht en schimmel go openstaand evalueren Herhaaldelijk overtreders 120 openstaand Goed verhuurderschap Uitvoeren en evalveren pilot BZK Galerijflatvloeren 13 complexen openstaand, circa 730 woningen Actielijn 1: Kennis- en beleidsontwikkeling Kennisontwik- Quick-scan Afronden quick-scan (5o.ooo adressen) keling In kaart brengen resultaten Meldpunt Woningonderhoud Meldpunt in SiA Analyseren binnengekomen meldingen Corporatiekwaliteit Kwaliteitsoverleg; invulling geven aan Samenwer- kingsafspraken Beleids- Actualisatie Handboek Formuleren en vaststellen beleidsuitgangspunten hen Kennisdeling stadsdelen -onderzoek … . . Bestuurlijke boete Aanpassen op basis van evaluatie goed verhuur- derschap Samenwerking Wabo-team, stadsdelen, ove- Organiseren juridische werk- of projectgroepen rige betrokkenen Verbinden van verschillende disciplines en kennis Inhoudelijke bijdrage wabo-beleid Satellietdata voor funderingen Evalveren voor structurele toepassing Actielijn 2 en 3: Voorkomen en stimuleren Bewust maken Campagnes Twee campagnes per jaar van woningkwali actief informeren matige panden Stadsdelen Zuid, Nieuw-West en Noord telt . Stimuleren VvE's Week van de VvE, evaluatie Verduurzaming Energiezuinige bestaande voorraad Uitbreiden samenwerking woningkwaliteit en duurzaamheid Verkennen en benutten van wettelijk kader In samenwerking met projecten energietransitie voor verduurzaming Actuele ontwik- Klimaatadaptatie Betrokkenheid verder vormgeven kelingen Japanse duizendknoop Betrokkenheid verder vormgeven Kades en bruggen Betrokkenheid verder vormgeven 18 Programma Woningkwaliteit. Voortgangsrapportage 2019 en vooruitblik 2020 5. Financiering programma Woningkwaliteit In het coalitieakkoord 2018 Een nieuwe lente en een nieuw geluid heeft de programmatische inzet op woningkwaliteit een structureel karakter gekregen als onderdeel van het actieplan wonen en bouwen. Daarmee is de personele programma-inzet structureel gemaakt en het werkbudget voor het programma gesteld op 400.000 euro. In 2019 was de besteding van dit werkbudget als volgt voorzien: 1 __140.000 werkbudget handhavingsprojecten: funderingsonderzoeken, satellietdata etc. ®__100.000 pilot funderingsfonds ® 130.000 bewustwording: campagnes, communicatieonderzoeken, Week van de VvE. ® 30.000 kennisontwikkeling en deling Door het onverhoopt stagneren van het funderingsfonds (zie tekstkader 2) en de lange aanloop- en leertijd van het funderingsproject (zie 2.1.5.) is het werkbudget voor het funderingsfonds niet en het budget voor handhavingsprojecten slechts deels besteed. Een deel van deze middelen is eind 2019 alsnog aangewend voor loodkeuringen (3.4.2), extra inzet op het tegengaan van ener- giearmoede en kennisontwikkeling op het gebied van duurzaamheid (3.3.). 19
Onderzoeksrapport
21
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 816 Datum akkoord 29 juni 2016 Publicatiedatum 30 juni 2016 Onderwerp Beantwoording nadere schriftelijke vragen van de leden Duijndam en Vink van 28 april 2016 op hun schriftelijke vragen van 12 oktober 2015 inzake de toekomst van het Bajesdorp. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: AT5' berichtte 26 april 2016 over het voornemen van het college om het terrein van de Bijlmerbajes door het Rijksvastgoedbedrijf in zijn geheel te verkopen aan een projectontwikkelaar om er een stadswijk van te maken. In deze stadswijk zou, naar verluid, geen plaats zijn voor de kunstenaarskolonie die nu nog een deel van de dienstwoningen bemant en plannen had om er een wooncoöperatie te starten. Gezien het vorenstaande hebben de leden Duijndam en Vink, respectievelijk namens de fracties van de SP en D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende nadere schriftelijke vragen, op hun schriftelijke vragen van 12 oktober 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1243), aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Klopt de berichtgeving dat het aan de projectontwikkelaar overgelaten wordt of het Bajesdorp al dan niet behouden blijft? Antwoord: Ja dat klopt. Het college heeft in de Nota van Uitgangspunten opgenomen dat 1000m2 aan broedplaatsen (evt. in de vorm van atelierwoningen) terug dient te komen in het nieuwe plan. Dat is een voorwaarde die de koper van het complex meekrijgt, maar de plek is niet dwingend vastgelegd. Op dit moment zijn 10 van de 20 cipierswoningen gekraakt van ca. 120 m2 per stuk (zie plattegrond bijlage 1). Er is geen sprake van recht van terugkeer of voorkeursrecht voor de zittende krakers. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft aangegeven het complex te verkopen in de huidige staat, d.w.z. met de cipierswoningen in verhuurde en gekraakte staat. Het is aan de geïnteresseerde kopers/ontwikkelaars om te bepalen hoe zij met de opgelegde invulling met broedplaatsen omgaan en met de verhuurde en gekraakte woningen. De te vormen selectiecommissie zal de uitgewerkte plannen van de partijen gaan beoordelen, en verwacht mag worden dat zij de wijze waarop de ontwikkelaars aankijken tegen het bajesdorp meenemen in de beoordeling als onderdeel van de thema's ‘stedelijk gevarieerd programma’ en ‘robuuste ontwikkelingsstrategie’. ' http://www.at5.nl/artikelen/155397/duizend-woningen-en-middelbare-school-op-plek-Bijlmerbajes 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer 0 juni 2018 Schriftelijke vragen, donderdag 28 april 2016 2. Is het college het met de vragenstellers eens dat het Bajesdorp een belangrijke broedplaats is, die behouden moet blijven? Antwoord: Het college is van mening dat broedplaatsen een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan een levendige en gevarieerde stad, en heeft daarom besloten in het nieuwe plan ook de opname van deze functie verplicht te stellen. Het college kiest er niet voor om in de Nota van Uitgangspunten vast te leggen dat het Bajesdorp behouden moet blijven. Verder wordt wat betreft de kansen voor het Bajesdorp verwezen naar het antwoord onder 1. 3. Is het college bereid zich daarvoor in te spannen? Graag toelichting. Antwoord: Het college is daartoe niet bereid. Voor een nadere onderbouwing wordt verwezen naar de Nota van Uitgangspunten, die 6 juli 2016 besproken wordt in de raadscommissie RO. 4. Is het college bereid het mogelijk maken voor het Bajesdorp om een wooncoöperatie te stichten? Antwoord: Het college ondersteunt initiatieven in de stad om wooncoöperaties te starten. Het Bajesdorp wordt daarin echter niet anders behandeld dan andere initiatieven in een stad waar het gaat om individuen of groepen die een stukje grond willen bemachtigen om hun woonidealen tot uitvoering te brengen. Er bestaat daarbij geen voorrangsrecht voor 1 specifieke groep. 5. Op 21 oktober 2015 was de publieksavond Talk of the Town #76: De toekomst van de Bijlmerbajes. Zijn de uitkomsten van deze avond verwerkt in de Nota van Uitgangspunten? Zo ja, op welke manier? Zo nee, waarom niet? Antwoord: De publieksavond in pakhuis De Zwijger was vooral bedoeld om deelnemers de gelegenheid te geven om ideeën aan te dragen voor de toekomst van de Bijlmerbajes. Er is gebruik van gemaakt bij het verder vormgeven van de Nota van Uitgangspunten. Van de input van die avond is een verslag gemaakt waarin alle suggesties zijn opgenomen. Dit verslag zal worden toegevoegd bij de verkoop documentatie van het Rijk, zodat geïnteresseerde kandidaat kopers daar kennis van kunnen nemen bij het opstellen van hun visie en hun plan. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 20 oktober 2021 Portefeuille(s) Verkeer, Vervoer, Luchtkwaliteit en Water Portefeuillehouder(s): Egbert J. de Vries Behandeld door Metro en Tram ([email protected]) Onderwerp Signalling & Control: herstarten gefaseerde ingebruikname CBTC Metro Bijlage(n) - Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief informeert het college u over het volgende. Op 24 en 25 september 2021 is de metro-exploitatie verstoord tijdens het gebruik van het nieuwe S&C systeem. Het onderzoek naar de oorzaken van deze verstoringen is inmiddels afgerond. De verstoring van 30 minuten op 24 september bleek het gevolg van een technisch probleem. De langdurige verstoring op 25 september blijkt het gevolg van procedurele fouten. In deze brief wordt hier dieper op ingegaan en beschreven welke maatregelen zijn genomen zodat de ingebruikname op 24 oktober 2021 kan worden hervat. Tevens wordt ingegaan op het in het Bestuurlijk Team Metro door collega Ruigrok (portefeuillehouder VRA) en mij gevraagde second opinions van het Engelse WSP en het Commissariaat Civiele Constructies op de aanpak en organisatie van de ingebruikname van het nieuwe S&C systeem. Inleiding Sinds 28 februari 2021 wordt het nieuwe treinbeveiligings- en verkeersleidingssysteem CBTC gefaseerd in gebruik genomen op de oost- en ringlijn. In de periode van gefaseerde ingebruikname bouwen we het gebruik van het nieuwe CBTC systeem geleidelijk op naar volledig gebruik, waarna we uiteindelijk niet meer terugschakelen naar het oude ZUB/VLSM systeem. Deze aanpak stelt ons in staat om ervaring op te doen met het gebruik van het nieuwe systeem terwijl het risico op langdurige verstoringen beperkt blijft omdat het oude ZUB/VLSM systeem als terugvaloptie beschikbaar is. Zoals verwacht zijn we in deze periode van gefaseerde ingebruikname tegen een aantal problemen opgelopen. Een aantal malen raakte het systeem overbelast door problemen met de doorrekening van de dienstregeling. Dit probleem is verholpen in een software-update in juli 2021. Daarnaast zijn er voor de bekende nog resterende problemen (tijdelijke) operationele workarounds geïmplementeerd. Desondanks hebben zich op 24 en 25 september 2021 dermate grote verstoringen voorgedaan dat het besluit is genomen om weer tijdelijk terug te schakelen naar het oude ZUB/VLSM systeemVerstoring 24 september Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 oktober 2021 Pagina 2 van6 Het Amsterdamse metronetwerk is in het nieuwe verkeersleidingssysteem onderverdeeld in 2 zones. Elke zone wordt aangestuurd door een eigen server met elk een back up server. Wanneer een trein de grens tussen deze 2 zones passeert draagt de ene server de trein over aan de andere server. Na de implementatie in juli 2021 van de nieuwste softwareversie van het verkeersleidingsysteem blijkt deze overdracht door technische problemen soms niet goed te verlopen. Dit gebeurt in de volgende situatie: een trein, bestaand uit 3 of meer gekoppelde treinstellen, passeert de grens tussen de 2 zones kort nadat een vorige trein deze grens is gepasseerd. Het verkeersleidingsysteem raakt dan de samenstelling kwijt van de gekoppelde treinstellen. De verkeersleider krijgt hierdoor tijdelijk verkeerde informatie op zijn scherm. Zo kan de volgorde van de treinstellen ineens zijn gewijzigd of lijken de treinstellen van elkaar losgekoppeld. Het gaat hierbij alleen om verkeerde informatie op het scherm van de verkeersleider. Het beveiligingssysteem werkt correct waardoor de veiligheid van het metroverkeer niet in het geding is. In veel gevallen kan de verkeersleider het probleem relatief eenvoudig oplossen. Soms moet de verkeersleider de koppeling tussen de treinen in het verkeersleidingsysteem herstellen. Het kan daarbij voorkomen dat het verkeerde treinstel door het systeem als het leidende treinstel wordt aangewezen. Dit leidt tot veel berichtenverkeer tussen het verkeersleidingsysteem en de betreffende trein waardoor het geheugen van het verkeersleidingsysteem vol raakt. Dit lossen we op door de betreffende verkeersleidingserver te resetten. Op 24 september 2021 liep het geheugengebruik echter zo snel op dat het risico bestond dat het geheugengebruik haar limiet zou overschrijden. Als dat gebeurt loopt het systeem vast en staan de treinen stil tussen de stations. Om dat te voorkomen is toen besloten om alle metrotreinen bij een perron stil te zetten en daarna de verkeersleidingserver te resetten. Verstoring 25 september Op 25 september trad er tijdens de opstart van de exploitatie een probleem op. Verkeersleiders konden geen rijwegen instellen (= route voor een metrotrein) in het systeem en metrotreinen kregen van het systeem geen ‘toestemming’ om te vertrekken. Op dat moment dachten alle betrokkenen van Alstom, GVB en programmaorganisatie van de gemeente dat deze situatie het gevolg was van een technisch probleem in het verkeersleidingsysteem. Om deze reden is het verkeersleidingssysteem eerst gedeeltelijk gereset. Dit bleek het probleem niet op te lossen. Daarna is het systeem volledig gerest. Ook dit loste het probleem niet op. Daarop is besloten naar ZUB/VLSM terug te schakelen. Achteraf is gebleken dat er geen sprake was van een technisch probleem in het verkeersleidingsysteem. Het beveiligingssysteem had terecht ingegrepen omdat een metrobestuurder en verkeersleider handelingen hadden vitgevoerd waardoor de trein niet meer automatisch was beveiligd. Het beveiligingssysteem grijpt dan in door het metroverkeer in het gebied rondom deze trein stil te leggen. Om veiligheidsredenen moet in zo'n geval Alstom een onderdeel van het systeem handmatig resetten. Als dat was gebeurd dan had de verkeersleiding van GVB het metroverkeer na 10 minuten probleemloos kunnen opstarten. Helaas meldt de huidige versie van het systeem de bovengenoemde situatie op een onduidelijke manier. Hierdoor is het begrijpelijk dat het dienstdoend personeel de situatie niet goed Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 oktober 2021 Pagina 3 van 6 diagnosticeerde en, op basis van eerdere ervaringen, een technisch probleem veronderstelde in het verkeersleidingsysteem. Lessen uit de incidenten De incidenten tijdens de ingebruikname, en die op 24 en 25 september in het bijzonder, illustreren dat we in deze fase van het gebruik van het nieuwe S&C systeem nog ervaring moeten opdoen met het gebruik van het systeem én technische verbeteringen moeten doorvoeren. Paradoxaal genoeg moet GVB hiervoor het systeem in exploitatie gebruiken. Dit geldt ten principale voor het opdoen van ervaring. Het is praktisch onmogelijk om de grote aantallen metrobestuurders, verkeersleiders en technisch personeel ervaring op laten doen in een simulatieomgeving. Niet in de laatste plaats omdat een simulatieomgeving altijd een sterke vereenvoudiging vormt van de werkelijke omstandigheden, zowel technisch als operationeel. Hetzelfde geldt voor technische tekortkomingen. Vanzelfsprekend proberen Alstom, GVB en de programmaorganisatie veel problemen vooraf via testen op simulatoren en testen in de nacht te ontdekken. Helaas doen zich in de praktijk ook problemen voor die niet vooraf zijn te ontdekken. Bovendien blijkt dat we in sommige gevallen technische oplossingen nodig hebben die (nog) niet zijn voorzien in het systeem. Deze functionaliteiten zijn niet ontwikkeld door de leverancier omdat we eerder dachten deze niet nodig te hebben. Voorwaarden voor herstart van de ingebruikname De incidenten geven ons de gelegenheid onze aanpak van de ingebruikname verder te verbeteren. De verbeterpunten hebben we vertaald in 2 categorieën herstartvoorwaarden: Technische startvoorwaarde: e Problemen in de overdracht tussen de verkeersleidingservers moeten worden voorkomen. Dit pakt de bron van het probleem op 24 september aan. Organisatorische startvoorwaarden: e De technische ondersteuning van Alstom op de verkeersleiding wordt voorlopig uitgebreid met enkele specialisten. Deze specialisten kunnen tijdens de eerste weken na de herstart bij problemen helpen met de diagnose en de daarop volgende maatregelen. Daarnaast is er een checklist gemaakt voor het resetten van systeem. Deze checklist heeft als doel een dergelijke procedure zo gericht mogelijk uit te voeren om eventuele overlast voor reizigers te minimaliseren. e We vragen het Engelse adviesbureau WSP om, op basis van hun ervaringen met implementaties van CBTC elders in de wereld, te beoordelen of we nog meer startvoorwaarden moeten overwegen. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 oktober 2021 Pagina 4 van 6 Invulling van de herstartvoorwaarden Voor het technische problemen bij de overdracht tussen de verkeersleidingservers is inmiddels een tijdelijke oplossing gevonden en geïmplementeerd. In het verkeersleidingsysteem is een extra voorwaarde geprogrammeerd waardoor er minimaal go seconden tussen opvolgende treinen zit rondom de grens tussen de 2 serverzones. Testen hebben laten zien dat hierdoor de overdrachtsproblemen, en daarmee alle vervolgproblemen zich niet zullen voordoen. Deze maatregel zal de punctualiteit van het metroverkeer beperkt verminderen. Alstom werkt aan een definitieve oplossing. Deze is echter complex en de implementatie zal daarom enige tijd in beslag nemen en met de nodige zorgvuldigheid moeten worden uitgevoerd. De afgelopen periode van gefaseerde ingebruikname heeft aangetoond dat problemen niet zijn uit te sluiten. Het versterken van de technische ondersteuning door Alstom op de verkeersleiding, en de checklist bij het resetten dienen om de mogelijke gevolgen voor reizigers te voorkomen of, indien dat niet mogelijk blijkt, zoveel mogelijk te beperken. Op 14 oktober 2021 heeft het Bestuurlijk Team Metro het eerste deel van de review van het Engelse WSP ontvangen. Voor de herstart heeft het Bestuurlijk Team Metro de volgende vraag gesteld: ‘Welke aanvullende voorwaarden, naast de 4 hiervoor genoemde voorwaarden, zou Amsterdam moeten overwegen voor de herstart van de ingebruikname van het nieuwe S&C systeem?! WSP schrijft dat zij op basis van de haar gevoerde gesprekken een spoedige herstart van de ingebruikname steunt. Zij komt niet met aanvullende startvoorwaarden maar wel met 2 aanbevelingen voor het vervolg: 1. Analyseer elke verstoring om de robuustheid van de operatie in de toekomst te vergroten. 2. Houd bij de duur van de technische ondersteuning door Alstom rekening met de leercurve van het operationele personeel van GVB en zorg voor het verzamelen van data van de betrouwbaarheid, de beschikbaarheid, de onderhoudbaarheid en veiligheid van het systeem De programmaorganisatie van de gemeente neemt deze aanbevelingen over. Herstart van de ingebruikname op 24 oktober Omdat de herstartvoorwaarden zijn ingevuld heeft het Bestuurlijk Team Metro ingestemd met de herstart van het gebruik van het nieuwe S&C systeem op 24 oktober a.s. Hierbij hebben wij het volgende afgewogen. Verder uitstellen geeft ons de mogelijkheid om een aantal bekende technische tekortkomingen op te lossen en daarmee een aantal gebruiksmaatregelen te laten vervallen. Ook zou het ons de mogelijkheid geven om het systeem op sommige punten aan te passen waardoor technische storingen of status van het systeem duidelijker aan de gebruikers wordt getoond. Daarnaast zou het de mogelijkheid geven om de conclusies van de door het Bestuurlijk Team Metro gevraagde second opinion aan WSP en het Commissariaat Civiele Projecten af te wachten. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 oktober 2021 Pagina 5 van 6 Daar staan echter een aantal belangrijke nadelen tegenover: e Uitstel van de herstart heeft negatieve gevolgen voor de vaardigheid van medewerkers van GVB om met het systeem te werken. e Uitstel van de herstart hindert het testprogramma van de M7 wat hierdoor zou kunnen vertragen. Zeker omdat juist in de komende weken een aantal testen staan gepland waarvoor schaars personeel is ingepland. e De uitzonderlijke problemen op 25 september geen technische oorzaak bleken te hebben maar voornamelijk te maken hebben met ervaring. Uitstel van de herstart lost dit niet op. e De kans bestaat dat er nog technische problemen zijn die we alleen door gebruik in exploitatie kunnen identificeren en oplossen. Het biedt voordelen om deze op een zo kort mogelijke termijn te vinden omdat we nu een gespecialiseerde programmaorganisatie hebben en intensieve betrokkenheid van de ontwikkelaars van het systeem binnen Alstom. e _Wekrijgen nu nog regelmatig te maken met diverse storingen die zich in treinen manifesteren. Deze zijn alleen tijdens exploitatie goed te analyseren en op te lossen. Het Bestuurlijk Team Metroheeft de laatste argumenten, rekening houdend met de resultaten van de eerste review van WSP en op basis van het gezamenlijk advies van de directies van de Vervoerregio, GVB en de programma organisatie van de gemeente, zwaarder laten wegen. Vervolg van de ingebruikname In de komende periode werkt de programmaorganisatie van de gemeente in nauw overleg met de Vervoerregio, GVB en Alstom aan het oplossen van technische tekortkomingen en eventuele gewenste aanpassingen op basis van het gebruik. Bijzondere aandacht gaat hierbij uit naar het verbeteren van de robuustheid van het gebruik. Op suggestie van de Vervoerregio kijkt de gemeentelijke programmaorganisatie ook nadrukkelijk naar mate waarin de huidige concessievoorwaarden de implementatie van het nieuwe S&C systeem bemoeilijken. Over de voortgang in de bovengenoemde werkzaamheden wordt u regelmatig op de hoogte gehouden Second opinions door WSP en Commissariaat Civiele Constructies Gelijktijdig met de herstart voeren WSP en het Commissariaat Civiele Constructies 2 second opinions uit. Naast de eerdere vraag heeft het Bestuurlijk Team Metro WSP gevraagd om de volgende 3 vragen te beantwoorden: 1. Isereenreden om aante nemen dat het nieuwe S&C niet succesvol kan worden geïmplementeerd? Zo ja welke betere alternatieven zijn er beschikbaar? 2. Wat is vw mening over de implementatiestrategie in zijn algemeenheid en de gefaseerde ingebruikname in het bijzonder? 3. Heeft usuggesties voor aanpassing en/of verbetering van de implementatiestrategie? Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 oktober 2021 Pagina 6 van 6 Het Commissariaat Civiele Constructies is gevraagd om de volgende vragen te beantwoorden. Over de aanpak in zijn algemeenheid: 1. In hoeverre vormen de incidenten op 24 en 25 september en de eerdere verstoringen aanleiding om de strategie van gefaseerde ingebruikname te heroverwegen? 2. Wat vindt v van de strategie die de programmaorganisatie hanteert richting opdrachtnemer Alstom? Welke aanvullingen en/of bijstellingen hierin zou de programmaorganisatie moeten overwegen? Over het functioneren van de overheidspartijen: 3. Hoe evalueert u de samenwerking tussen de gemeentelijke programmaorganisatie, Vervoerregio en GVB bij de implementatie van CBTC? + verbetervoorstellen 4. Hoe evalveert v ontwikkeling van GVB met het CBTC, gegeven het feit dat het GVB het CBTC opereert + verbetervoorstellen 5. Hoe evalveert de betrokkenheid van de bestuurders van de gemeente en Vervoerregio bij CBTC? Communicatie naar de reizigers De herstart van de ingebruikname zal GVB via de voor haar gebruikelijke kanalen aankondigen aan haar metroreizigers. Net als eerdere fasen zal GVB hierbij een realistische toon aanslaan. De reizigers mogen erop rekenen dat GVB, de Vervoerregio, de gemeente en Alstom er alles aan doen om de reis van metroreizigers zo vloeiend mogelijk te laten verlopen. Feit is dat ook in de toekomst verstoringen niet zijn uit te sluiten. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, | fi 4 | Á | | l \ i Egbert J. de Vries Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
6
test
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 295 Publicatiedatum 8 april 2016 Ingekomen onder Ss Ingekomen op 30 maart 2016 Behandeld op 30 maart 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Poorter, Shahsavari-Jansen en Van Soest inzake de uitgangspunten voor de Ambulante ondersteuning, Dagbesteding, Kortdurend verblijf en Hulp bij het huishouden 2017 tot en met 2020 ten behoeve van de inkoopprocedure (dagbesteding dementerenden). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de uitgangspunten voor de Ambulante ondersteuning, Dagbesteding, Kortdurend verblijf en Hulp bij het huishouden 2017 tot en met 2020 ten behoeve van de inkoopprocedure (Gemeenteblad afd. 1, nr. 245). Overwegende dat: — dagbesteding voor dementerenden moeizaam past binnen de vier categorieën zoals opgesteld door het college (Inlopen, Meedoen, Meewerken, Arbeidsmatige activering); — dementerenden behoefte hebben aan dagbesteding die prettig is en plaats heeft in een vertrouwde omgeving, en tevens past bij de fase waarin de dementerende verkeerd (op basis van een ondersteuningsplan); — niet noodzakelijk hoeft toe te leiden naar een doel als toeleiding naar vrijwilligerswerk of bijvoorbeeld gericht moet zijn op re-integratie. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — een vijfde resultaatgebied dagbesteding te creëren geheel gericht op dagbesteding voor dementerenden; — deze categorie te plaatsen tussen ‘inlopen’ en meedoen’ in. Het kenmerk van deze vorm van dagbesteding is net zoals bij ‘Inlopen’ het bieden van een veilige ontmoetingsplek in een vertrouwde omgeving en de mogelijkheid tot het hebben van (sociaal) contact en een kwalitatieve besteding van de dag, maar zonder prestatiedoelen zoals ‘toeleiding naar vrijwillige werkzaamheden’ (zoals bij ‘meedoen'); 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 295 Moti Datum 8 april 2016 otie — de resultaten te beoordelen op basis van cliënt- en mantelzorgertevredenheid. De leden van de gemeenteraad M.F. Poorter M.D. Shahsavari-Jansen W. van Soest 2
Motie
2
discard
Gemeente Bezoekadres Plein '40'45 1 Amste rdam 1064 SW Amsterdam N ieuw-West Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 > < Nieuwwest.amsterdam.nl Vergadering Bestuurscommissie Datum 6 juli 2016 Decos nummer 2016/int/647 Onderwerp Adviesaanvraag college maatregelen slagvaardige overheid Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West Gezien de voordracht van het dagelijks bestuur van 21 juni 2016 Besluit Akkoord te gaan met de brief van 21 juni 2016 van het dagelijks bestuur ter beantwoording van de adviesaanvraag van het college van 19 mei jl. met betrekking tot de maatregelen Slagvaardige Overheid & Inkoop: Groen, Reiniging en Openbare Ruimte. /} ne / me pj B e , en de heer H.J.M. Wink de heer A. Baâdoud EE sadsdeelsecretari voorzitter |
Besluit
2
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 819 Publicatiedatum 16 oktober 2013 Ingekomen onder AM Ingekomen op woensdag 2 oktober 2013 Behandeld op woensdag 2 oktober 2013 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Jager en de heer Evans-Knaup inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (maximum van 12 passagiers voor pleziervaart). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 september 2013 inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 745); Overwegende dat: — _ het optreden tegen de illegale passagiervaart buitengewoon lastig is en juridisch niet of nauwelijks houdbaar; — het illegale vervoer te water vaak geschiedt met grote sloepen met een lengtemaat rond de 10 meter; — deze sloepen veelal een ontheffing van het afmeerverbod hebben als pleziervaartuig; — deze sloepen veelal met grote groepen opvarenden door de Amsterdamse grachten varen en niet aan de milieu-eisen of Sl-eisen voldoen; Constaterende dat: — in de Europese en Nederlandse wetgeving het aantal van >12 passagiers als maatgevend gesteld wordt voor de definitie “passagiersschip” en derhalve voor het professioneel, bedrijfsmatig varen met passagiers; — het instellen van een maximum ten aanzien van het aantal opvarenden op een pleziervaartuig, de handhaving met betrekking tot de illegale passagiersvaart aanzienlijk zou kunnen vereenvoudigen, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de wettelijke mogelijkheden te onderzoeken om in de nieuwe RPA 2013 regelgeving op te nemen welke een maximumaantal van 12 opvarenden voorschrijft ten aanzien van de pleziervaart. De leden van de gemeenteraad, G. Jager LR. Evans-Knaup 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 819 Moti Datum <datum otie onbekend> 2
Motie
2
train
x Gemeente Amsterdam J C % Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten % Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Tijd 9.00 uur tot 12.30 uur Locatie De Rooszaal, 0239, stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie JC d.d. 27 oktober 2016 Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieJC @raadsgriffie.amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren. Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam J C Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 6 _Tkn-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Onderwijs 11 Vaststellen onderwijshuisvestingsprogramma voortgezet en (voortgezet) speciaal onderwijs 201 7 Nr. BD2016-012875 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 30 november 2016). 12 Vaststellen onderwijshuisvestingsprogramma Primair Onderwijs 2017 Nr. BD2016-015620 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 30 november 2016). 13 Aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de Voorziening pilot Stadsscholen020 2016-2018 Nr. BD2016-015754 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 30 november 2016). 2 Gemeente Amsterdam J C Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 14 Kennisnemen brief voortgang versterken van de diversiteit in het Amsterdamse basisonderwijs en van het onderzoek naar onderwijs aan achterstandsleerlingen van Dhr. Blok Nr. BD2016-015902 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. © Geagendeerd op verzoek van het lid Moorman (PvdA). e _ Uitgesteld in de Commissievergaderingen van 22 september en 27 oktober 2016, 15 Concept draaiboek calamiteiten onderwijs Nr. BD2016-015903 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Moorman (PvdA). e Was TKN 6 in de Commissievergadering JC van 22 september 2016. e _Deleden van de raadscommissie Algemene Zaken zijn hierbij uitgenodigd. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016 16 Evaluatie pilot verzuim 18+ Nr. BD2016-015898 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. © Geagendeerd op verzoek van het lid Moorman (PvdA). e Was TKN 6 in de Commissievergadering JC van 27 oktober 2016, Bouwen en Wonen 17 Instemmen met extra bijdrage aan paviljoen Van Eesterenmuseum Nr. BD2016- 015901 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 30 november 2016). e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016. 3 Gemeente Amsterdam J C Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 Kunst en Cultuur 18 Afdoening motie 123 Nr. BD2016-015899 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Duijndam (SP). e Was TKN 3 in de Commissievergadering JC van 22 september 2016. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 19 en 20. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016. 19 Afdoening motie 125 - Potentieel geschikte panden voor broedplaatsen Nr. BD2016-015900 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Duijndam (SP). e Was TKN 4 in de Commissievergadering JC van 22 september 2016. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 18 en 20. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016. 20 Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Duijndam van 24 augustus 2016 inzake de huurprijzen van ateliers Nr. BD2016-015905 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Duijndam (SP). e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 18 en 19. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016. Diversiteit 21 Initiatiefvoorstel van de raadsleden Timman (D66), Ten Bruggencate (D66) en Moorman (PvdA) van 08 februari 2016 getiteld Jongerengemeenteraad Nr. BD2016-016051 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Timman, Ten Bruggencate (D66) en Moorman (PvdA). e _Indieners zullen in de commissie aangeven of behandeling in de raad gewenst is. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 22. 4 Gemeente Amsterdam J C Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 22 Bestuurlijke reactie raadsinitiatief Jongerengemeenteraad Nr. BD2016-013358 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 22. 23 Voortgangsrapportage Vrouwenemancipatie 2016 Nr. BD2016-014250 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Jeugd 24 Onderzoek kinderombudsman naar klachten over het MBO Nr. BD2016-016052 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Flentge (SP). e _ Uitgesteld in de Commissievergadering van 27 oktober 2016. 25 Beantwoording raadsadres Kindermanifest betreffende het meedenken van kinderen over de toekomst van de wereld Nr. BD2016-015260 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Duijndam (SP). e Was TKN 2 in de Commissievergadering van 13 oktober 2016, 26 Toekomstscenario's PIT Nr. BD2016-015259 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Mbarki (PvdA). e Was TKN 1 in de Commissievergadering van 13 oktober 2016 5 Gemeente Amsterdam J C Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en Monumenten Gewijzigde agenda, donderdag 17 november 2016 TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Financiën 27 Najaarsnota 2016 Nr. BD2016-016192 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 30 november 2016). e De najaarsnota 2016 is separaat aan alle (duo)raadsleden gezonden. 6
Agenda
6
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 515 Publicatiedatum 15 juni 2016 Ingekomen onder AP Ingekomen op donderdag 2 juni 2016 Behandeld op donderdag 2 juni 2016 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Nuijens en Moorman inzake het boeteregime voor illegale vakantieverhuur. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de evaluatie toeristische verhuur van woningen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 467). Overwegende dat: — het vaak enige weken kan duren voordat na een geconstatering van de regels voor vakantieverhuur een boete wordt opgelegd; — de winst van enkele weken illegale verhuur, zeker voor grootschalige overtreders op meerdere plekken, in de meeste gevallen niet opweegt tegen de huidige hoogte van de opgelegde boetes; — de boetes door de grootste delinquenten simpelweg worden ingecalculeerd in het verdienmodel en dus weinig afschrikwekkend effect hebben. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — boetes zo snel mogelijk ten uitvoer te brengen; — de hoogte van boetes te laten bepalen door de winst, zodat een opgelegde boete niet (makkelijk) kan worden terugverdiend; — het met illegale vakantieverhuur verdiende geld achteraf zoveel mogelijk terug te laten vorderen. De leden van de gemeenteraad J.W. Nuijens M. Moorman 1
Motie
1
discard
Ministerie van Justitie en Veiligheid > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Directoraat-Generaal Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Politie der Staten-Generaal Regie en Strategie Postbus 20018 Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag 2500 EA DEN HAAG postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv Ons kenmerk 2290305 Bij beantwoording de datum Datum 26 juli 2018 en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts éé ki Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht ‘Wijkagent: ‘Haal dat bord brief behandelen. gaan met Joodse huizen weg” In antwoord op uw brief van 9 mei 2018 deel ik u, mede namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mee dat de schriftelijke vragen van de leden Arno Rutte en Yesilgöz-Zegerius (beiden VVD) over het bericht ‘Wijkagent: ‘Haal dat bord met Joodse huizen weg’ hierbij worden beantwoord. De Minister van Justitie en Veiligheid, Ferd Grapperhaus Pagina 1 van 3 Antwoorden van de ministers van Justitie en Veiligheid en van Onderwijs, pirectoraat-Generaal Cultuur en Wetenschap op de vragen van de leden Arno Rutte en Rie en strategie Yesilgöz-Zegerius (beiden VVD) over het bericht ‘Wijkagent: ‘Haal dat bord met Joodse huizen weg” (ingezonden 9 mei 2018, nr. 2018208470) Datum 26 juli 2018 Vraag 1 Ons kenmerk Kent u het bericht ‘Wijkagent: ‘Haal dat bord met Joodse huizen weg’'?!) 2290305 Antwoord vraag 1 Ja Vraag 2 Heeft een wijkagent in Amsterdam inderdaad gevraagd een bord van ‘Open Joodse huizen - Huizen van verzet' weg te halen? Zo ja, is dit beleid bij de Amsterdamse politie en wat vindt u daarvan? Vraag 3 Adviseert de (Amsterdamse) politie ondernemers en bewoners over het gebruik van Joodse symbolen en uitingen? Zo ja, wat is de lijn in deze advisering? Adviseert de politie ook over uitingen van andere religies? Antwoord vragen 2 en 3 De minister van Justitie en Veiligheid is politiek-bestuurlijk verantwoordelijk voor de organisatie en het beheer van de politie. De burgemeester is voor de aansturing van de politie verantwoordelijk voor wat betreft de bestuursrechtelijke handhaving van de openbare orde in zijn of haar gemeente en de officier van justitie voor de aansturing van de strafrechtelijke handhaving. Het kan voorkomen dat de politie moet adviseren over bepaalde symbolen of uitlatingen als die mogelijk de rechtsorde of openbare orde in het geding brengen. De burgemeester van Amsterdam heeft mij bericht dat hij de gemeenteraad nader zal informeren over het genoemde voorval. In onderhavige casus heeft de politie meegedacht met de ondernemer over de veiligheid, waarbij verschillende scenario’s in openheid zijn besproken. Het weghalen van het bord was daar één van. Vraag 4: Hoe gaat de (Amsterdamse) politie om met agressie en/of geweld gestoeld op antisemitisme? Vraag 5 Wordt er ook aan preventie gedaan? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet? Antwoord vragen 4 en 5 Vorig jaar is er een samenwerkingsconvenant gesloten tussen de politie, het openbaar ministerie en antidiscriminatie voorzieningen om de aanpak van discriminatie, waaronder antisemitisme, een impuls te geven. Deze samenwerking leidt ertoe dat er een beter beeld wordt verkregen van discriminatiezaken in Nederland. Op basis van dit beeld worden maatregelen om discriminatie aan te 1 Telegraaf, 4 mei 2018; https://www.telegraaf.nl/video/1997548/wijkagent-haal-dat-bord- met-joodse-huizen-weg Pagina 2 van 3 pakken gerichter ingezet. De politie screent landelijk de politiesystemen op Directoraat-Generaal mogelijke discriminatiezaken, waaronder antisemitisme. Per 1 maart 2018 Rie en Strategie ontvangen alle eenheden tweewekelijks een overzicht van mogelijke discriminatiezaken voor een snelle en goede opvolging van deze zaken. Datum Gemeenten worden ook door dit kabinet gestimuleerd om de lokale aanpak van 26 juli 2018 discriminatie op te pakken of te versterken.? Ons kenmerk Daarnaast beschikt de politie over verschillende netwerken, zoals Roze in Blauw, 2290305 Marokkaans, Turks en Joods Netwerk. Deze netwerken houden zich naast preventie eveneens bezig met het signaleren van discriminatie, waaronder antisemitisme. Daarbij wijs ik er op dat in EU-verband op verschillende manieren aan het onderwerp aandacht wordt besteed. Het Oostenrijkse EU-Voorzitterschap heeft bij de lunchbespreking van JBZ-ministers bijeen op 12 juli jl. het onderwerp van de strijd tegen antisemitisme geplaatst in de context van Europese waarden, hetgeen waardering kreeg van de aanwezige ministers. Ook het EU- Grondrechtenagentschap (Fundamental Rights Agecy, FRA) te Wenen is actief bezig met het onderwerp antisemitisme, zoals ik in mijn gesprek met de FRA- directeur O’Flaherty in april jl. vaststelde en bleek uit zijn inbreng bij de genoemde bespreking op 12 juli jl. De EU-ministers benadrukten een bredere benadering van het probleem antisemitisme. Hun pleidooi was om de aanpak van antisemitisme niet te isoleren, maar dit te integreren in de strijd tegen alle vormen van discriminatie, racisme, xenofobie of intolerantie. Daarnaast moet het niet alleen gaan over het bestrijden van alle vormen van discriminatie, maar ook over preventie, voorlichting en bewustwording. Vraag 6 Heeft u signalen dat antisemitisme groeit in Nederland? Zo ja, wat doet u om dit tegen te gaan? Antwoord vraag 6 Op dit moment zijn er geen signalen dat het antisemitisme groeit in Nederland. De aangiften van antisemitisme blijven constant. Vraag 7 Deelt u de mening dat niemand zijn identiteit zou moeten hoeven te verbergen omwille van de eigen veiligheid en dat iedereen altijd veilig en vrij over straat moet kunnen? Antwoord vraag 7 Die mening deel ik. ? kamerstukken II 2017/18, 30 950, nr. 156 Pagina 3 van 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
x Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 336 Publicatiedatum 8 mei 2015 Ingekomen onder Y Ingekomen op 22 april 2015 Behandeld op 22 april 2015 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Moorman en de heer Groot Wassink inzake de gemeentelijke inzet voor nieuwe afspraken met corporaties en huurders (salderen en compenseren). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de gemeentelijke inzet voor nieuwe afspraken met corporaties en huurders (Gemeenteblad afd. 1, nr. 294); Overwegende dat: — de effecten van het nieuwe Woningwaarderingstelsel (VWS) wijzen op een grote groei van het aantal woningen dat geliberaliseerd kan worden; — de bestaande verkoopafspraken en de effecten van het Rijksbeleid een negatief cumulerende werking hebben, waarbij zonder wijzigingen op grond van de in ‘Bouwen aan de Stad II” overeengekomen mogelijkheid om bij gewijzigde omstandigheden te afspraken te wijzigen, meer woningen geliberaliseerd en verkocht zullen worden; — het wenselijk is om het cumulerende verlies van sociale huurwoningen door verkoop en liberalisatie tegen te gaan door salderen en compenseren, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — bij de onderhandelingen met de corporaties ook afspraken te maken over het salderen en compenseren van verkochte of geliberaliseerde woning, waarbij voor elke sociale huurwoning die wordt geliberaliseerd een woning in mindering wordt gebracht op de verkoopvoorraad; — bijde onderhandelingen met de corporaties ook afspraken te maken over het salderen en compenseren van verkochte of geliberaliseerde woning, waarbij voor elke sociale huurwoning die wordt verkocht een woning minder mag worden aangeboden boven de liberalisatiegrens; 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 336 Moti Datum 8 mei 2015 ome — als uitzonderingen hierop op te nemen woningen die weliswaar zijn geliberaliseerd maar door de corporaties in het DAEB-deel (DAEB = Diensten van Algemeen Economisch Belang), met overeenkomstige maximale huurprijs, worden verhuurd of worden vervreemd aan een coöperatieve vereniging, gebruikmakend van een beperkend kettingbeding ten aanzien van verkoop. De leden van de gemeenteraad, M. Moorman BR. Groot Wassink 2
Motie
2
val
Bezoekadres 2x Gemeente lg Amste rdam 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 2x amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad Datum 27 november 2018 Behandeld door L, Sellies, [email protected] Bijlage(n) Brief aan staatssecretaris Harbers Onderwerp Afhandeling motie (760.18) dhr Ceder c.s. inzake een ruimer kinderpardon Geachte leden, Met deze brief informeren wij v over de nadere afhandeling van de aangenomen motie van raadslid Ceder c.s. inzake een ruimer kinderpardon. Achtergrond Op 19 september heeft de raad ingestemd met de motie (760.18) van de leden Ceder, Roosma, Van Dantzig, Mbarki, Temmink, Bloemberg-Issa, Kilic, Van Soest en Simons inzake een ruimer kinderpardon. In deze motie wordt het college van B&W verzocht: 1. ervoor te zorgen dat Amsterdam zich aansluit bij de andere 49 ‘kinderpardon- gemeenten’; 2. bij de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid actief te pleiten voor een oplossing voor deze groep kinderen, bijvoorbeeld door versoepeling van het meewerkcriterium van het Kinderpardon en de Raad op de hoogte te houden van de vorderingen hierin; 3. actief voor deze groep kinderen te werken aan een andere oplossing dan uitzetting. Inzet gemeente Amsterdam Het college onderschrijft de oproep voor een ruimer kinderpardon. Om uitvoering te geven aan het verzoek om bij staatssecretaris Harbers te pleiten voor een oplossing voor ongedocumenteerde kinderen die langer dan vijf jaar in Nederland verblijven en dreigen te worden uitgezet, is bijgevoegde brief opgesteld. Deze is verstuurd naar het ministerie van Veiligheid & Justitie. Ondanks de recente uitspraken van staatssecretaris Harbers hecht ons college eraan deze oproep richting het Rijk te doen. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. | Gemeente Amsterdam Datum 27 november 2018 Pagina 2 van 2 In kaart brengen van problematiek Om beter in kaart te brengen hoeveel ongedocumenteerde kinderen op dit moment woonachtig zijn in Amsterdam en in wat voor omstandigheden zij leven heeft, op initiatief van stadsdeel West, op 17 oktober een bijeenkomst plaatsgevonden met verschillende organisaties die zich bezighouden met ongedocumenteerde minderjarigen en hoe deze kinderen worden voorbereid op het bereiken van de 18-jarige leeftijd. Op de eerste bijeenkomst is vastgesteld dat er weinig informatie beschikbaar is en dat eerst moet worden vastgesteld om hoeveel kinderen het in Amsterdam gaat en wat hun situatie nu is, alvorens stappen ter verbetering genomen kunnen worden. In verschillende subgroepen wordt nu gewerkt aan het in kaart brengen van de problematiek. In vervolgsessies zal vervolgens worden uitgewerkt wat er gedaan kan worden voor deze kinderen. Een van de vragen die hierbij speelt is wat er gedaan kan worden voor kinderen die geen vervolgopleiding op HBO of WO niveau kunnen volgen en hoogstwaarschijnlijk zodra ze 18 zijn terug moeten keren naar hun land van herkomst. Deze werkgroep richt zich op alle ongedocumenteerde kinderen in Amsterdam en niet alleen op de kinderen die zouden vallen onder een eventueel kinderpardon. Het college hoopt u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en beschouwt hiermee de motie als afgedaan. Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdán, / / Femke Halsema C Wil Rutten burgemeester waarnemend gemeentesecretaris Gemeente Bezoekadres d Jodenbreestraat 25 Am ster a m 1011 NH Amsterdam Retouredres Postbus 2849, 2009 BV Amsterdam Postbus 1840 1000 BV Amsterdam finisterie van Velligheid en Justitie Telefoon 14 020 tav. destaaissecretaris van Justitie en Veiligheid amsterdam.nl drs. MG.) Harbers Postbus 20301 2500 EH Den Haag Datum Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlage(n) Motie van de leden vd gemeenteraad Ceder, Roosma, Van Dantzig, Mbarki, Temmink, Bloemberg-Issa, Kili, Van Soest en Simons inzake een ruimer kinderpardon Onderwerp Steunbetuiging motie gemeenteraad van Amsterdam d.d. 19 september 2018 betreffende een ruimer kinderpardon Geachte heer Harbers, Een grote meerderheid van de gemeenteraad van Amsterdam acht het van groot belang dat er een oplossing wordt gevonden voor de ongeveer vierhonderd gewortelde kinderen die langer dan vijf jaar in Nederland wonen, maar voor wie uitzetting dreigt. Het uitzetten van deze kinderen naar landen die voor hen vreemd zijn, kan de lokale gemeenschap ontwrichten en doet de ontwikkeling van deze kinderen geweld aan. Met deze brief laten we u weten dat Gemeente Amsterdam zich in wil zetten voor versoepeling van het Kinderpardon en zich aansluit bij de 49 ‘kinderpardongemeenten!’ die zich hier al eerder voor hebben uitgesproken. De aanzet voor deze groep gemeenten die zich inzet voor een ruimer kinderpardon werd gegeven door de gemeenteraad van Cranendonck met een brief d.d. 8 juni 2018 waarin gemeente Cranendonk u opriep met een oplossing te komen voor de onhoudbare situatie waarin kinderen verkeren die in Nederland geworteld zijn maar met uitzetting bedreigd worden. Deze oproep was het gevolg van een door de gemeenteraad van Cranendonck aangenomen motie die onder de aandacht is gebracht van alle gemeenten in Nederland en alle fracties van de Tweede Kamer. Bij deze laten wij v weten dat ook ons college van Burgemeester en Wethouders (de strekking van) deze motie van harte ondersteunt. Voor de volledigheid is de aangenomen motie van de gemeenteraad van Amsterdam toegevoegd. Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders ot , 4 | | en / e Halsema _ Wil Rutten burgemeester waarnemend gemeentesecretaris Behandeld door: L.F. Sellies Bijlage(n): Motie d.d. 19 september van gemeente Amsterdam
Motie
3
discard
x Gemeente Amsterdam AZ % Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugderiminaliteit, x Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving en Toezicht Gewijzigde agenda, donderdag 15 november 2018 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugdcriminaliteit, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving en Toezicht Tijd 13:30 tot 17:00 uur Locatie De Commissiezaal Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ d.d. 01.11.2018. « Het verslag zal op vrijdag 9 november 2018 gepubliceerd worden. 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _Tkn-lijst 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten 10 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam AZ Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugderiminaliteit, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving en Toezicht Gewijzigde agenda, donderdag 15 november 2018 Algemene Zaken 11 Sekswerk en geweld in Nederland. Nr. BD2018-011100 e _ Dit agendapunt staat ten onrechte op de agenda en wordt niet inhoudelijk behandeld. e Was al betrokken bij agendapunt 19 in de vergadering van 1 november 2018. Openbare Orde en Veiligheid 12 Initiatiefvoorstel van de leden Poot en Torn, getiteld; Bodycams voor Amsterdamse handhavers”. Nr. BD2018-013627 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Poot en Torn (VVD). 13 Kennisnemen en bespreken brief inzake Proeftuinkazerne Nr. BD2018-013272 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Communicatie 14 Beantwoording motie ‘Efficiënte inzet van communicatiemiddelen' Nr. BD2018- 013027 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN Financiën 15 De Najaarsnota 2018 Nr. BD2018-013380 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 28.11.2018). Openbare Orde en Veiligheid 16 Kennisnemen van brieven van de burgemeester over de Binnenstad (Binnenstadoffensief, handhaving alcoholverbod, korte termijn maatregelen Wallen) Nr. BD2018-013786 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de leden Ernsting (GL) en Boutkan (PvdA). e _ Uitgesteld in de vergadering van 01.11.2018. 2 Gemeente Amsterdam AZ Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Raadsaangelegenheden, Preventie Jeugderiminaliteit, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden, Handhaving en Toezicht Gewijzigde agenda, donderdag 15 november 2018 17 Kennisnemen van de brieven van de burgemeester over het sluitingenbeleid en de incidenten op de Johan Huizingalaan en van de beantwoording van schriftelijke vragen over de explosie bij winkelcentrum Kameleon in Zuidoost Nr. BD2018-013787 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e _ Uitgesteld in de vergadering van 01.11.2018. Communicatie 18 "Gemeente Amsterdam boycot redactie City" Nr. BD2018-013788 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e _ Uitgesteld in de vergadering van 01.11.2018. Vluchtelingen en Ongedocumenteerden 19 Draagvlakmeting 24-uursopvang Nr. BD2018-013789 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e _ Uitgesteld in de vergadering van 01.11.2018. Openbare Orde en Veiligheid 20 Raadsadres van het Comité Westelijke Grachtengordel e.o. van 8 oktober 2018 inzake het verbod op het afsteken van individueel vuurwerk in de binnenstad tijdens de periode 1 december 2018 tot 31 januari 2019 Nr. BD2018-014094 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Van Lammeren. Vluchtelingen en Ongedocumenteerden 21 Situatie staatlozen in Amsterdam, beantwoording schriftelijke vragen. Nr. BD2018-014180 e _ Dit agendapunt staat ten onrechte op de agenda en wordt in de commissie van 6 december inhoudelijk behandeld. 3
Agenda
3
train
Stadsdeelcommissie Agenda Datum 23-06-2020 Aanvang 20:00 Locatie digitaal via MS teams VASTGESTELDE BESLUITENLIJST Sluiting BELANGRIJKE INFORMATIE: De stadsdeelcommissie vergadert via livestream met beeld, via MS teams. De stadsdeelcommissie wilt insprekers de kans geven om in te spreken. Als u wilt inspreken dan ontvangt u uiterlijk dinsdag 23 juni a.s. de link om deel te nemen aan de livestream vergadering met beeld. Voor diegene die schriftelijk willen inspreken: U kunt een inspreektekst mailen. Uw tekst wordt geanonimiseerd bij de vergaderstukken gevoegd; U kunt zich aanmelden om in te spreken of uw tekst sturen naar: [email protected] Ook is het verstandig uw telefoonnummer aan ons door te geven. De commissieleden kunnen u dan voorafgaand aan de vergadering telefonisch benaderen. Denkt u er aan om de aanmelding of uw schriftelijke tekst en telefoonnummer zo ruim mogelijk voor de vergadering te sturen. Uiterlijk maandag 22 juni a.s. tot 16.00 uur 1. Opening, vaststellen besluitenlijst * Vaststelling concept-besluitenlijst van 9 juni jl. 2. Het woord aan bewoners en ondernemers * Voor informatie over inspraak en aanmelding om in te spreken zie onderaan de agenda. 3. Afdoening ingekomen stukken * Kijk voor de ingekomen stukken onderaan de agenda 4. Mededelingen dagelijks bestuur 5. Nota van Uitgangspunten Marnixstraat Noord Doel bespreking: ter advisering aan het DB 6. Nota van Uitgangspunten parkeerluwe omgeving Vijzelgrachtgarage Doel bespreking: ter advisering aan het DB 7. Centrum Begroot Doel bespreking: besluiten over vervolg 8. Adviesaanvraag Groenvisie 2050 Doel bespreking: ter advisering aan het DB 9. Update tijdelijke terrassen Doel bepreking: ter informatie 10. Rondvraag en sluiting 11. Afscheid dhr. Joles INGEKOMEN STUKKEN À. Termijnagenda B. Advies voorontwerp bestemmingsplan Technisch Gentrum en Tussen de Bogen CG. Advies Bovenwijks groen D. Advies voor aanpak nulmeting woonboten E, Herengracht afvalvoorzieningen INFORMATIE Locatie en beeldopnamen De stadsdeelcommissie vergadert via livestream met beeld, via MS teams. De stadsdeelcommissie wilt insprekers de kans geven om in te spreken. Als u wilt inspreken dan ontvangt u uiterlijk dinsdag 23 juni a.s. de link om deel te nemen aan de livestream vergadering met beeld. Voor diegene die schriftelijk willen inspreken: U kunt een inspreektekst mailen. Uw tekst wordt geanonimiseerd bij de vergaderstukken gevoegd; U kunt zich aanmelden om in te spreken of uw tekst sturen naar: [email protected] Ook is het verstandig uw telefoonnummer aan ons door te geven. De commissieleden kunnen u dan voorafgaand aan de vergadering telefonisch benaderen. Denkt u er aan om de aanmelding of uw schriftelijke tekst en telefoonnummer zo ruim mogelijk voor de vergadering te sturen. Uiterlijk maandag 22 juni a.s. tot 16.00 uur Aanmelden om in te spreken De stadsdeelcommissie vergadert via livestream met beeld, via MS teams. De stadsdeelcommissie wilt insprekers de kans geven om in te spreken. Als u wilt inspreken dan ontvangt u uiterlijk dinsdag 23 juni a.s. de link om deel te nemen aan de livestream vergadering met beeld. Voor diegene die schriftelijk willen inspreken: U kunt een inspreektekst mailen. Uw tekst wordt geanonimiseerd bij de vergaderstukken gevoegd; U kunt zich aanmelden om in te spreken of uw tekst sturen naar: [email protected] Ook is het verstandig uw telefoonnummer aan ons door te geven. De commissieleden kunnen u dan voorafgaand aan de vergadering telefonisch benaderen. Denkt u er aan om de aanmelding of uw schriftelijke tekst en telefoonnummer zo ruim mogelijk voor de vergadering te sturen. Uiterlijk maandag 22 juni a.s. tot 16.00 uur
Agenda
3
train
Motie Datum raadsvergadering 27 mei2021 Ingekomen onder nummer 311 Status Ingetrokken en vervangen door 311accent Onderwerp Motie van de leden Poot, Van Dantzig en Kuiper inzake neutrale opkomstbevorderingscampagnes Onderwerp Neutrale opkomstbevorderingscampagnes Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over het plan van aanpak Opkomstbevordering verkiezingen ‘Dus ik stem’ Constaterende dat: — De raad op 6 juni 2019 het college heeft verzocht een plan van aanpak te presenteren gericht op opkomstbevordering in aanloop naar de landelijke verkiezingen op 17 maart 2021; — Het college in reactie hierop een plan uitwerkte dat zich specifiek richtte op jongeren, oude- ren, burgers met een migratie achtergrond, lager opgeleiden, lagere-inkomensgroepen, men- sen die laaggeletterd zijn en/of met een licht verstandelijke beperking; — De campagne die hierop volgde bestond uit diverse posters in de stad waarop politiek inhou- delijke thema’s aan bod kwamen, zoals discriminatie, klimaat en veiligheid op straat; Overwegende dat: — Campagnes die specifiek inhoudelijke politieke onderwerpen of specifieke doelgroepen uit- lichten per definitie andere politieke onderwerpen of doelgroepen uitsluiten; Verzoekt het college van burgemeester en wethouders — Criteria te ontwikkelen op basis waarvan opkomstcampagnes voor komende verkiezingen kun- nen worden gehouden; — Hierbij specifieke aandacht te besteden aan Amsterdamse jongeren die de stemgerechtigde leeftijd bereiken en voor het eerst mogen gaan stemmen (first voters’); — Deze criteria uiterlijk eind dit jaar aan de raad voor te leggen. Gemeente Amsterdam Status Ingetrokken en Pagina 2 van 2 Indieners M.C.G. Poot R.H. van Dantzig T. Kuiper
Motie
2
train
Bezoekadres Gemeente Amsterdam Anton de Komplein 150 Stadsdeel Zuidoost 1102 CW Amsterdam Postbus 12491 1100 AL. Amsterdam RAADSGRIFFIE telefoon 020 2525000 RAADSCOMMISSIE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING, VERKEER EN BEHEER Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Milieu, Verkeer en Vervoer, Beheer Openbare Ruimte Voorzitter : A. Bottse Commissiegriffier : E. den Buurman Telefoon : 252.5024 AGENDA van de openbare vergadering van de raadscommissie op DONDERDAG 7 april 2011 van 20.15 tot 23:00 uur in de raadzaal van het stadsdeelkantoor Zuidoost. NB: Vooraf aan de vergadering vanaf 19.00 uur een RAADSBREDE presentatie van Rochdale over de ontwikkelingen rond Frankemaheerd en Heesterveld, en een presentatie van de ING inzake de ontwikkelingen rond Hoekenrode. Punt onderwerp Tijdschema A. ALGEMEEN 20.15-20.45 uur A1. Opening en vaststelling agenda A2. Mededelingen A3. Vragen halfuur commissieleden B. BESPREEKPUNTEN Ruimtelijke ordening RO 1 Notitie Frankemaheerd (reeds in uw bezit) 20.45-21.30 uur RO 2 Stand van zaken notitie Kleiburg 21.30-22.30 uur C. RONDVRAAG 22.30 uur E. SLUITING 22.45 uur ll Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen zich tot en met de dag vóór de vergadering daarvoor aanmelden bij de Griffie. Dit kan per telefoon 020-252.5023 of per e-mail naar [email protected]. De vermelde aanvangstijden zijn richttijden waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Lijst ter kennisneming: 1) Memo Griffie t.a.v. toekomst Kleiburg Lijst ter inzage: Le Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen zich tot en met de dag vóór de vergadering daarvoor aanmelden bij de Griffie. Dit kan per telefoon 020-252.5023 of per e-mail naar [email protected]. De vermelde aanvangstijden zijn richttijden waaraan geen rechten zijn te ontlenen.
Agenda
2
discard
Bezoekadres x Gemeente Bezoele Äm ste rd am 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > < amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 8 januari 2019 Behandeld door Theo van Schaik Onderwerp Uitvoering motie 665.18 van raadsleden Taimounti (DENK) en Ceder (CU) inzake het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum (verlagen huurprijzen voor zelfstandige | winkels). Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 18 juli 2018 heeft uw raad bij de behandeling van agendapunt 31a, Vaststellen van het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum, motie 665.18 aangenomen van de raadsleden Taimounti (DENK) en Ceder (CU), waarin het college gevraagd wordt om: 1. te verkennen hoe de huurprijzen van zelfstandige winkels in het centrum verlaagd kunnen worden om het ondernemerschap aantrekkelijk te maken; 2. hieroverte rapporteren aan de raad. Op 31 oktober 2018 is de gemeenteraad op de hoogte gebracht van de voortgang van de afhandeling van deze motie. Huurprijzen van winkels komen tot stand op de vrije markt en zijn de vitkomst van onderhandelingen tussen huurder en verhuurder. Deze verhouding tussen huurder en verhuurder wordt geregeld in het Burgerlijk Wetboek. In de huidige markt is de vraag naar winkelruimte in het centrum van Amsterdam groter dan het aanbod. Ook neemt het aantal bezoekers, en daarmee het aantal potentiële klanten voor een winkel, hier nog steeds toe. Dit zorgt voor hoge aanvangshuren die toetreding van startende ondernemers in dit deel van de stad bemoeilijkt. Hierdoor kan de winkeldiversiteit daar verder onder druk komen te staan. In deze brief informeer ik v over de handelingsperspectieven van het college die zijn onderzocht. Vooropgesteld geldt dat de gemeente (als zij geen verhuurder is) geen formele rol heeft in de totstandkoming van huurcontracten en geen directe invloed heeft op de hoogte van winkelhuren. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum 8 januari 2019 Pagina 2van5 Desalniettemin onderkent het college het belang van een winkelbestand in het centrum dat toegankelijk is voor nieuwe zelfstandige toetreders en aantrekkelijk blijft voor zittende zelfstandige winkeliers. Daarom is onderzocht of er mogelijkheden zijn om huren voor zittende ondernemers en nieuwe toetreders op een aanvaardbaar niveau te houden. Subsidie/compensatie van huur Het verstrekken van subsidie ter compensatie van de huur aan een bepaalde groep ondernemers of aan ondernemers in een bepaald gedeelte van de stad leidt tot een selectief voordeel voor die groep. Als dit voordeel groter is dan € 200.000 in drie jaar dan zou er sprake kunnen zijn van ongeoorloofde staatssteun. Daarnaast moet worden voorkomen dat ondernemers in het centrum in een gunstiger concurrentiepositie komen (door compensatie van huur) dan hun concurrenten in andere delen van de stad. De mogelijkheden van de gemeente om voordelen te bieden aan een selectieve groep ondernemers zijn daarmee beperkt. In het overleg met vastgoedpartijen in de stad vraagt het college hen wel gebruik te maken van de zogenaamde ‘ingroeihuur’, waarbij nieuwe winkels een lagere aanvangshuur krijgen die geleidelijk stijgt naar de overeengekomen huurprijs. Dit moet nieuwe winkels meer ruimte geven om hun concept te presenteren aan het publiek en ze de kans geven naamsbekendheid en een klantenkring op te bouwen, waarbij hun huurlasten meer in verhouding staan tot hun omzet. Bestemmingsplan | Het bestemmingsplan is geen instrument om de huurprijs te beïnvloeden. Het is een ruimtelijk instrument. Het bestemmingsplan mag alleen ingezet worden voor een goede ruimtelijke ordening en niet voor andere zaken, zoals het beïnvloeden van huurprijzen. In het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum wordt nieuwe toetreding op de markt van winkels en voorzieningen die zich voornamelijk richten op bezoekers niet toegestaan. Doel van dit verbod is de diversiteit in het winkelaanbod te behouden en niet om de huurprijs te beïnvloeden. De ondernemingen die worden uitgesloten van nieuwe vestiging in het centrum, hebben over het algemeen een hoge verkoopmarge en hoge omzetten. Hierdoor zijn ze meer dan andere ondernemingen bereid en in staat hoge huren te betalen. Een dempende werking op de huurprijs kan daarmee wel een neveneffect van de verboden in dit bestemmingsplan zijn. Het college onderzoekt nog of en hoe de komst van grote ketens in centrum kan worden gemaximeerd. Het college informeert de raad dit voorjaar over de voortgang van dit onderzoek. Aankoop Het college ondersteunt de aankoop van winkelpanden in het centrum door Stadsherstel, NV Zeedijk en 1012Inc NV, wanneer deze aankopen geschieden binnen de statutaire doelstellingen van deze vastgoedbedrijven waarvan de gemeente aandeelhouder is. De aankoopprijs van een winkelpand wordt vooral bepaald door de gerealiseerde huuropbrengst. Winkelpanden waarvoor de huurder een zeer hoge huur betaalt zijn daardoor moeilijk aan te kopen door deze partijen. De aankoop van vastgoed in het centrum met als doel winkelruimten te kunnen verhuren tegen lagere dan marktconforme prijzen aan startende ondernemers is niet mogelijk. Als deze panden zouden worden aangekocht, dan dienen ze vervolgens op grond van de Wet Markt en Overheid marktconform verhuurd te worden waardoor ze nog steeds niet/lastig betaalbaar zijn voor nieuwe toetreders. Gemeente Amsterdam Datum 8 janvari 2019 Pagina 3 van5 De gemeente Amsterdam is (nog) eigenaar van een aantal winkelpanden in het centrum. Omdat deze panden geen beleidsdoel dienen en ook in de toekomst niet ingezet kunnen worden voor beleidsdoelen, is besloten deze panden te verkopen. Om te voorkomen dat de verkoop ongewenste negatieve effecten heeft op de winkeldiversiteit en de huurprijs van de zittende en toekomstige ondernemers, heeft het college besloten deze winkelpanden niet op de | vastgoedmarkt aan te bieden maar tegen taxatiewaarde te verkopen aan de vastgoedondernemingen NV Zeedijk en 1012Inc NV. Deze twee ondernemingen onderschrijven | het winkeldiversiteitsbeleid van de gemeente en hierover zijn voorwaarden opgenomen in de | verkoopovereenkomst e. | Het college heeft daarnaast onderstaande initiatieven ontwikkeld die moeten bevorderen dat | zelfstandige winkelruimte beschikbaar blijft tegen een normale marktprijs in het centrum. Aanbevelingen vit het rapport ‘sturen op een divers winkelgebied’ (februari 2017). | Aan de tweede aanbeveling uit het rapport “Zorg voor maatwerk door een diversiteitsaanpak op straatniveau” en de derde aanbeveling “Intensiveer lopend beleid dat een divers winkelaanbod versterkt of heroverweeg beleid dat de diversiteit mogelijk verzwakt” wordt momenteel uitwerking gegeven. Deze aanpak wordt momenteel in een groot aantal straten in het centrum geïmplementeerd, waarbij een breed scala aan maatregelen wordt ingezet. Daarbij wordt onderzocht welke maatregelen het meeste effect resulteren voor een aanbod dat ook voor bewoners interessant is. Doel van deze aanpak is ook dat het voor ondernemers mogelijk moet zijn met een voor de buurt interessant aanbod een rendabel bedrijf te exploiteren. Dit kan alleen wanneer er een redelijke verhouding is tussen de gerealiseerde omzet en de huurprijs van hun winkelpand. In dit kader wordt op straatniveau samengewerkt met vastgoedeigenaren, ondernemers en bewoners om te komen tot vitale en aantrekkelijke winkelstraten met een aantrekkelijke, gevarieerde branchering. Met alle betrokken partijen in een straat wordt of is hiervoor een brancheringsvisie opgesteld aan | de hand waarvan bij vrijkomende panden kan worden bekeken welke winkel of bedrijf past bij de aanpak van de straat. Op vastgoedeigenaren wordt daarbij een beroep gedaan om te kiezen voor een strategie waarin een bijdrage aan een aantrekkelijk winkelgebied wordt geleverd, waarin nieuwe zelfstandige ondernemingen zich kunnen vestigen en voor vernieuwende impulsen kunnen zorgen. Daarmee kiezen ze voor lagere huren op korte termijn en voor een goed rendement op de langere termijn. Huvurrechtondersteuning Het ontbreekt kleine ondernemers vaak aan specifieke juridische kennis over het huurrecht. In twee bijzondere situaties staat de gemeente kleine ondernemers bij met juridische bijstand in huurgeschillen. Dit zijn kleine ondernemers langs de Noord/Zuidlijn en in een aantal straten in Centrum waar diverse instrumenten worden ingezet om te onderzoeken welke maatregelen het meeste effect bereiken ter bevordering van de winkeldiversiteit. Voor deze twee groepen heeft de gemeente advocatenkantoor Six ingehuurd. Daarnaast geven zij in opdracht van de gemeente geven voorlichting aan ondernemers- en BIZ- verenigingen over de rechten en plichten van huurders en verhuurders, zodat kleine huurders Gemeente Amsterdam Datum 8 janvari 2019 Pagina 4 van 5 weerbaarder worden bij huurgeschillen. Een soortgelijke actie wordt ook ondernomen door CentrumXL, het samenwerkingsverband tussen de gemeente, Amsterdam City, MKB Amsterdam en Koninklijke Horeca Nederland — Amsterdam. In beide gevallen worden ondernemers geadviseerd om zich aan te sluiten bij een brancheorganisatie die hen kan ondersteunen bij huurgeschillen en wordt het belang van het afsluiten van een rechtsbijstandsverzekering onder de aandacht gebracht. We kunnen deze specifieke ondernemers helpen, omdat bij de Noord/Zuidlijn het handelen van de gemeente door de aanleg van de lijn van invloed is op de winkelhuurprijzen langs het tracé. In het tweede geval gaat het om een beperkte experimentele aanpak. Bredere inzet van dit middel, zodat meer ondernemers huurrechtelijke ondersteuning van de gemeente krijgen, is niet mogelijk. Er zijn advocatenkantoren en andere juridische dienstverleners die deze diensten ook aanbieden. Het inschakelen van juridische ondersteuning tegen markttarieven dienen kleine ondernemers zelf te doen. Aanpak ondermijning Het college constateert dat in een substantieel aantal gevallen in het centrum, maar ook in andere delen van de stad, huurprijzen tot stand zijn gekomen die waarschijnlijk veel hoger zijn dan de bedrijfsvoering in het winkelpand rechtvaardigt en die een prijsopdrijvend effect hebben op het gehele winkelbestand. De gemeente heeft slechts in zeer beperkte mate instrumenten om hierop te interveniëren. Zo is de wet BIBOB niet toepasbaar bij de vestiging van winkels omdat de exploitatie van winkels niet vergunningplichtig is, behoudens een enkele vitzondering zoals de verkoop van vuurwerk. In het overleg met de instanties die wél bevoegdheden hebben om te interveniëren, zoals politie, justitie, FIOD en RIEC, dringt het college aan op een steviger inzet op onderzoek naar en aanpak van bedrijven waarvan het college het vermoeden heeft dat deze als dekmantel dienen voor criminele activiteiten, zoals het witwassen van crimineel verkregen inkomsten. In de Amsterdamse Aanpak Ondermijning heeft het gebruik van winkels voor criminele activiteiten en de daarmee gepaard gaande gevolgen voor de leefbaarheid in het Centrum de volle aandacht. De raad heeft op 19 december 2018 ingestemd met de wijziging van de APV waardoor het mogelijk is om een vergunningenstelsel in te voeren voor bepaalde bedrijfsmatige activiteiten in een bepaald gebied, straat of gebouw waar naar het oordeel van de burgemeester sprake is van gebruik dat de openbare orde verstoort, het woon- en leefklimaat aantast of anderszins ondermijning veroorzaakt. Gemeente Amsterdam Datum 8 januari 2019 Pagina 5van5 | | Het is de inzet van het college om daar waar mogelijk beleidsinstrumenten in te zetten die een economisch klimaat bevorderen waarin de toetreding tot het winkelbestand voor een brede groep ondernemers mogelijk is Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, / hen U. 02 Wethouder Economische Zaken î
Motie
6
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 307 Publicatiedatum 5 juni 2013 Ingekomen op 29 mei 2013 Ingekomen onder B Te behandelen op 3/4 juli 2013 Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Roodink, de heer Paternotte en de heer Van Drooge inzake de Kadernota 2014 (rentemeevallers inzetten voor aflossen langlopende schulden). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Kadernota 2014 (Gemeenteblad 2013, afd. 1, nr. 300); Overwegende dat: — de externe financiering van de gemeente (middels lenigingen) de afgelopen vijf jaar met € 0.5 miljard is toegenomen; — de rentelasten daarvan de afgelopen jaren zijn toegenomen, terwijl de begroting niet in gelijke mate groeide, en de rentelasten daarom relatief steeds zwaarder tellen; — er desondanks de afgelopen jaren forse rentemeevallers zijn geweest vanwege het historische lage niveau van de huidige rentestand; — de gemeente Amsterdam de afgelopen jaren deze rentemeevallers heeft toegevoegd aan het rekeningresultaat bij het vaststellen van de jaarrekening; — indien de langlopende schulden niet structureel worden afgelost, de risico's toenemen vanwege de noodzakelijke herfinanciering op termijn bij een mogelijk stijgende rente; — de houdbaarheid van de gemeentelijke financiën hierdoor verder onder druk kan komen te staan, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — _ rentemeevallers niet langer toe te voegen aan het rekeningresultaat, maar in te zetten voor de aflossing van langlopende schulden; — dit principe te verankeren in de begroting 2014. De leden van de gemeenteraad, C.J. Roodink J.M. Paternotte Â.H. van Drooge 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 57 Ingekomen onder J Ingekomen op woensdag 22 januari 2020 Behandeld op donderdag 23 januari 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Ernsting, N.T. Bakker en Van Lammeren inzake de Agenda Autoluw (30 km is de norm in de hele stad, 50 de uitzondering) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Autoluw ‘Amsterdam maakt ruimte’ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 31). Overwegende dat: — Binnen de bebouwde kom in de gehele stad een lagere maximumsnelheid de veiligheid ten goede komt; — Een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur een lagere uitstoot en een lager ruimtebeslag van auto’s betekent. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: In kaart te brengen hoeveel 30 kilometer zones er nu zijn en een plan te maken “Amsterdam: 30 kilometer" waarin een tijdspad en aanpak wordt voorgesteld (inclusief een pakket tijdelijke maatregelen) om van veel meer straten in de bebouwde kom in de gehele stad 30 kilometer straten te maken onder het motto: ‘30 kilometer per uur is de norm, 50 de uitzondering’. De leden van de gemeenteraad Z.D. Ernsting N.T. Bakker J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
Bezoekadres Gemeente Amsterdam | Stadhuis, Amstel 1 _& & Ô 1011 PN Amsterdam | Postbus 202 De | Ì 1000 AE Amsterdam €® WWw.amsterdam.nl : L Retouradres: B&W, Postbus 202, 1090 AE Amsterdam | E Plantage Weesperbuurt Overleg Tav. de heer ‚voorzitter | Roetersstraat 1/4 | | 1018 WE Amsterdam | | DivVv | =& DEC 2008 Lj Datum Î Ons kenmerk 20080089465 Ì Behandeld door mr. RJ. Taling É | Telefoarnummer 020-556 5311 É Faxnummer 020-556 5705 E-mail taling @ivv.amsterdam.nt | Bijlage i í . Onderwerp Raadsadres Weesperstraat | ì Geachte heer E | Middels uw raadsadres van 11 juni 2008 heeft u de Gemeentersad aangegeven zich Ì Ô zorgen te maken over een toezegging / besluit, dat de Weesperstraat van een weg met 2 É | keer iwee rijstroken wordt gereconstrueerd naar een weg met 2 keer één rijstrook. Ó | Daarnaast verzoekt u om reeds nu met eenvoudige middelen over te gaan tot versmalling í í van de Weesperstraat. i ! De Gemeenteraad heeft besloten om, zoals gebruikelijk uw schrijven ter verdere é n behandeling aan het College van Burgemeester en Wethouders over te dragen. U E ì ontvangt van ons hierbij dan ook een antwoord. Een kopie van dit antwoord wordt aan de Raadscommissie Verkeer en Volkshuisvesting gezonden. | Alvorens inhoudelijk op uw brief te reageren moet er echter worden geconstateerd dat de | beantwoording van uw brief tanger heeft geduurd dan wenselijk is bij de beantwoording van brieven en e-mails. In lijn met de, door ons vastgestelde, Servicecode Amsterdam £ willen wij u derhalve een kleine attentie aanbieden. Binnenkort zuit u de aftentie op het i : door U vermelde adres (Roeterstraat 174) Ontvangen. É Wat uw brief betreft het volgende. | In 2002 heeft de Gemeenteraad van Amsterdam het Masterplan Wibaut-as vastgesteld. In ' | dit Masterplan zijn voorkeursontwerpen opgenomen ten aanzien van de te onderscheiden t : deelgebieden binnen het project Wibaut-as. Het voorkeursontwerp van de Weesperstraat ê gaat hierbij uit van een toekomstige Weesperstraat met 2 keer één rijstrook. 4 ; | | Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen S en 34), halte Waterlooplein : : í Î Pagina 2 van 3 Gemeente Amsterdam | Wethouders . | Voor het College van B&W is dit voorkeursontwerp het uitgangspunt voor de toekomstige : é Inrichting van de Weesperstraat. Daarnaast is de Semeenteraad in 2003 akkoord gegaan | met het Uitvoeringsperspectief Wibaut-as. In dit Witvoeringsperspectief staat aangegeven E wanneer de diverse te onderscheiden deelgebieden tot uitvoering dienen te komen. Bij de vaststelling van het Uitvoeringsperspectief is ondermeer rekening gehouden met andere | grote infrastructurele werkzaamheden aan de Wibautas dan wel in het beïnvloedings- | gebied daarvan zoals de aanleg var: de Nocrd/Zuidlijn. In het Uitvoeringsperspectief staat : de reconstructie van de Weesperstraat gepland na het jaar 2010. t | Voor deze collegeperiode heeft het College een zogenaamde “Agenda Uitvoering | opgesteld. In deze Agenda staan grote projecten benoemd waarvan het College graag ziet | dat uitvoering daarvan heeft plaatsgevonden in deze collegeperiode dan wel dat daar een : i aanvang mee is gemaakt, Ten aanzien van het project Wibeut-as staan de reconstructie : van het Mr. Visserplein en van de Wibautstraat (tussen Mauritskade en Ringvaart) op de | Agenda Uitvoering. De hiervoor benodigde financiële middelen zijn in de begroting | opgenomen. In de financiële dekking voor de reconstructie van de Weesperstraat is nog À : niet voorzien. Het besluit tot reconstructie van de Weesperstraat en het daartoe ter î | beschikking stellen van de benodigde financiële middelen is aan het volgende College. $ | Belangrijke voorwaarde daartoe is, dat in het nieuwe Programakkoord de nodige afspraken | f worden gemaakt over de financiering van de reconstructie van de Weesperstraat, Het Î College hecht grote waarde aan de voltooiing van het project Wibaut-as. | | Met betrekking tot uw verzoek om de Weesperstraat reeds nu met eenvoudige middelen te i versmallen tot een weg met 2 keer één rijstrook merken wij het volgende op. Zoals î | hierboven is aangegeven staat de reconstructie van de Weesperstraat gepland na 2010. í Ì De door u beoogde tijdelijke situatie zel dan ook een aantal jaren blijven bestaan. Ook in i î deze tijdelijke situatie is een verkeersveilige inrichting van de weg noodzakelijk. De É } kruisingen dienen verkeersveilig te worden ingericht en aanpassingen zan de î Ô . verkeerslichten- installaties zullen noodzakelijk zijn. Versmalling van de Weesperstraat is : P dus niet onmogelijk, maar ingewikkelder dan op het eerste gezicht lijkt. É Ù í Voorts zijn er op dit moment cok diverse grote werken in de stad in uitvoering (bouw | | Noord/Zuidlijn, bouw busstation en autotunnel achter het Centraal Station, bouw van de | Amstelcampus aan de Wibautstraat, enz). Ock in de nabije toekomst zullen nog enkele — | . grote werken tot uitvoering komen {bouw nieuwe Stadsbrug over het Oosterdok, de | í Parooldriehoek en de omgeving van het Amstelstation). Al deze werken bevinden zich in i | het beïnvloedingsgebied van de Weesperstraat. Bouwverkeer maakt ondermeer gebruik í van de Weesperstraat en daarnaast is de Weesperstraat nodig als onderdeel van een é ; omleidingsroute. Het is derhalve noodzakelijk om de. Weesperstraat met haar huidige | | capaciteit voorlopig te behouden. i Ì $ : À Ì ! | é | EF Tj - Î Ö : Pagina 3 van 3 Gemeente Amsterdam ! Ì Wethouders . | Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. | | Î Ö Met wiendelijke groet, é i Bhrgemeester en wethouders van Amsterdam, | | EO ï Ì . secretaris burgeréester i ; drs, H. de Jong / mr/ MJ. Cohen Î | Ì ! É Ö | Ì | ; Ì î | ! à Ì É É Ì | } | : Ì í Ô Ë ô 3 | | - ì À |
Raadsadres
3
train
PUBLICATIES STADSDEELBESTUUR 2004 Ad STADSDEELRAAD % Vergaderstukken E 16 december 2004 — i D a Jd 5 Verzoek om interpellatie van raadslid Molenaar (GroenLinks) over VV de le begrotings-wijziging 2005 E 5 5 Geachte raadsvoorzitter, E —_—_{ Graag verzoek ik hierbij om agendering op de raad van 16 december 2004 0 van een interpellatie over de gang van zake rond de raadsvoordracht over 7 de eerste begrotingswijziging voor 2005 (raadsadres van het DB, 5 gepubliceerd op 9 dec 2005). Het verzoek is om de interpellatie gezien 5 de actualiteit vooraan op de raadsagenda te zetten. Onze vragen aan het Dagelijks Bestuur zijn: 1. Klopt het dat er een gezamenlijk verzoek ligt van de D66, PvdA en VVD-fracties om de vastgestelde begroting voor 2005 te heroverwegen, zoals gesteld wordt in uw raadsvoordracht? Hoe en wanneer heeft het DB dit verzoek bereikt? Wat was de exacte inhoud en motivatie van het verzoek? Kunt u dit verzoek in afschrift aan de deelraad overleggen? 2. Waarom is het DB op het verzoek ingegaan, zonder te overleggen met de overige fracties in de deelraad? Waarom heeft het DB niets vermeld in de cie AZ,onderdeel middelen, waartoe op di 7 december jl. alle gelegendheid was? Heeft het DB beseft dat de deelraad zich hierdoor gepasseerd zou kunnen voelen? 3 a. Heeft er inderdaad een bijeenkomst plaatsgevonden op de kamer van de stadsdeelvoorzitter met het DB en de coalitiefracties, waarin afgesproken is de zojuist aangenomen begroting op diverse punten weer terug te draaien? b. Zijn daarbij ook afspraken gemaakt over de samenwerking binnen de coalitie, waaronder de verdeling van thema's onder fracties waarover in de deelraad wel gediscussieerd kan worden maar waarvan de uitkomst al op voorhand vaststaat? c. Welke afspraken zijn er nog meer gemaakt? Kunt u het verslag van die bijeenkomst overleggen aan de deelraad, zodat zij daarover haar oordeel uit kan spreken? 4. Beseft het DB dat de raadsvoordracht ingaat tegen een amper vastgestelde begroting? Welke dwingende redenen zijn er om de begroting voor 2005 reeds in december zo ingrijpend te willen wijzigen? Zou verwerking in de suppletoire begroting (feb of maart 2005) niet veel meer voor de hand liggen? 6. Waarom heeft het DB voor noch tijdens noch na de begrotingsraad contact gezocht met bijvoorbeeld de GL-fractie om de (aangenomen) amendementen op de begroting te bespreken of daarvoor andere dekkingen 1 voorgesteld, terwijl die nu ineens wel gevonden zijn? Is hier sprake van een bewuste strategie om de oppositie in de deelraad de mond te snoeren, of moet de deelraad dit anders interpreteren? 7. Hoe beoordeelt het DB deze poging om democratisch genomen besluiten in achterkamertjes terug te draaien, en waarom heeft zij daaraan meegewerkt? Beseft het DB dat hierdoor het aanzien van dit stadsdeel op het spel wordt gezet? Is het DB inmiddels tot het inzicht gekomen dat er fouten zijn gemaakt in het geschetste proces en de interne besluitvorming? Is zij bereid hieruit lessen te trekken, bijv door de raadsvoordracht in te trekken en de aangenomen begroting uit te voeren? Het lid van de stadsdeelraad, Fjodor Molenaar Verschenen op 16 december 2004 2
Actualiteit
2
train
x Gemeente Amsterdam BWK % Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, x Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 31 oktober 2012 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Tijd 09.00 tot 12.30 uur Locatie Rooszaal 0239, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 _Inspreekhalfuur Publiek Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 31 oktober 2012 Zeehaven en Westpoort 5 Afronding verlengde onderzoeksfase verzelfstandiging haven Amsterdam Nr. BD2012-009018 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht e _Kabinetbijlage ligt uitsluitend voor de commissieleden ter inzage in de kluis bij de Raadsgriffie e _Deleden van de Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, Dierenwelzijn en Waterbeheer zijn hierbij uitgenodigd e Wordt gevoegd behandeld met agendapunt 6 6 Eindrapport aanvullende externe evaluatie van de verlengde onderzoeksfase verzelfstandiging Haven Amsterdam Nr. BD2012-010435 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e _Deleden van de Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, Dierenwelzijn en Waterbeheer zijn hierbij uitgenodigd e Wordt gevoegd behandeld met agendapunt 5 2
Agenda
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 255 Datum indiening 4 februari 2020 Datum akkoord 26 februari 2020 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid A.L. Bakker inzake de mogelijkheden om Amsterdamse bomen niet in verbrandingsovens te laten belanden (4° set schriftelijke vragen inzake houtaval en biomassa — zoals eerder genoemd ‘van boom tot stroom’). Aan de gemeenteraad Toelichting door de vragenstelster: In de beantwoording van schriftelijke vragen! geeft het college aan dat er een marktconsultatie nodig zou zijn als de gemeente biomassa zou willen uitsluiten als verwerkingsmogelijkheid van hout. Dit vergt tijd en onderzoeksgeld. Daarnaast stelt het college dat het niet voor de hand ligt om extra budget te reserveren terwijl de huidige contracten nog doorlopen. Gezien het vorenstaande heeft het lid A.L. Bakker, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Wat is de resterende looptijd van de huidige contracten en de inschrijvingen op huidige aanbestedingen van het afvoeren van groenafval? Antwoord Ten aanzien van het afvoeren van groenafval voor zover de SLA (Service Level Agreement) Eco en Wijkgroen is op dit moment al het EMVI (economisch meest voordelige inschrijving) criterium circulair groenonderhoud van toepassing. Hierbij de looptijden van de groencontracten waar groene reststromen bij vrij komen: — SLA Wijkgroen (snoeihout, afgestorven plantenresten en deel onkruid) loopt tot 31-12-2024 — SLA Ecologisch beheer (snoeihout, maaisel, slootmaaisel) loopt tot 31-12- 2025 — Raamovereenkomst Pantar (onkruid en snoeihout) loopt tot 31-12-2022 — Raamovereenkomst Boomverzorging (snippers, stammen) loopt tot 31-12- 2022 — Raamovereenkomst Rooien, Inkoop Aanplant en Nazorg Bomen (stammen en snippers) loopt tot 1-8-2022 — Raamovereenkomst inkoop beplanting (struiken) loopt tot 31-12-2023. 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R weing des Gemeenteblad ummer - =: . : Datum 26 februari 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 4 februari 2020 2. Hoeveel tijd en onderzoeksgeld zou er nodig zijn voor een marktconsultatie om te weten hoeveel extra budget er nodig is wanneer de gemeente biomassa uitsluit als verwerkingsmogelijkheid’? Antwoord Marktconsultatie vergt circa een half jaar en zal ongeveer € 15.000 kosten. Aan de hand van de marktconsultatie en het onderzoek naar verwerkingsmogelijkheden groene reststromen zal duidelijk worden welk bedrag nodig is om alle groenstromen, inclusief hout, natuurvriendelijk en circulair te verwerken. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris | https://amsterdam.raadsinformatie.nl/modules/4/schriftelijke%20vragen/556645 2
Schriftelijke Vraag
2
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Raadsnotulen Jaar 2019 Afdeling 2 Vergaderdatum 6 november 2019 Publicatiedatum 20 november 2019 OPENBARE VERGADERING OP WOENSDAG 6 NOVEMBER 2019 Aanwezig: de leden mevrouw Bakker (PvdD), de heer Bakker (SP), de heer Biemond (PvdA), mevrouw Bloemberg-lssa (PvdD), de heer Blom (GroenLinks), de heer Boomsma (CDA), mevrouw Bosman (D66), de heer Boutkan (PvdA), de heer Ceder (CU), de heer Van Dantzig (D66), de heer Ernsting (GroenLinks), de heer Flentge (SP), mevrouw De Fockert (GroenLinks), mevrouw De Grave-Verkerk (VVD), de heer Groen (GroenLinks), mevrouw Grooten (Groenlinks), mevrouw De Heer (PvdA), mevrouw De Jong (GroenLinks), de heer Karaman (GroenLinks), mevrouw Kat (D66), mevrouw Kilig (DENK), de heer Kreuger (Forum van Democratie), de heer Van Lammeren (Partij voor de Dieren), mevrouw Martens (VVD), mevrouw Marttin (VVD), de heer Mbarki (PvdA), mevrouw Nadif (GroenLinks), mevrouw Nanninga (Forum voor Democratie), mevrouw Naoum Néhmé (VVD), mevrouw Poot (VVD), mevrouw Van Renssen (GroenLinks), mevrouw Rooderkerk (D66), mevrouw Roosma (GroenLinks), mevrouw La Rose (PvdA), de heer Van Schijndel (Forum voor Democratie), mevrouw Simons (BIIJJ1), mevrouw Van Soest (PvdO), mevrouw Temmink (SP), mevrouw Timman (D66), de heer Torn (VVD), de heer Vroege (D66) en de heer Yilmaz (DENK) Afwezig: de heer Hammelburg (D66), mevrouw El Ksaihi (D66) en de heer Taimounti (DENK) Aanwezig: burgemeester mevrouw Halsema (Openbare Orde en Veiligheid, Algemene Zaken, Integraal Veiligheidsbeleid, Juridische Zaken, Internationale Samenwerking, Bestuursdienst, Regelgeving en Handhaving, Juridische Zaken, Communicatie), de wethouders mevrouw Dijksma (Deelnemingen, Water, Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit en stadsdeel Zuid), mevrouw Van Doorninck (Duurzaamheid en Circulaire Economie, Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Energietransitie en stadsdeel Oost), de heer Everhardt, de heer Groot Wassink (Financiën, Diversiteit en Antidiseriminatiebeleid, Democratisering (inclusief Bestuurlijk Stelsel), Coördinatie Bedrijfsvoering, Inkoop, Sociale Zaken, Vluchtelingen en Ongedocumenteerden), de heer Ivens (Bouwen en Wonen, Openbare Ruimte en Groen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Reiniging en stadsdeel Noord), mevrouw Kukenheim (Economische Zaken, Lucht- en Zeehaven, Zorg, Jeugd(zorg), Mbo-agenda, Beroepsonderwijs en Toeleiding Arbeidsmarkt, Preventie Jeugdcriminaliteit, Sport en Recreatie, Ouderen en stadsdeel West) mevrouw Meliani (Kunst en Cultuur, Monumenten en Erfgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Gemeentelijk Vastgoed en stadsdeel Nieuw- West), mevrouw Moorman (Onderwijs, Volwasseneneducatie, Laaggeletterdheid en Inburgering, Voorschool, Kinderopvang en Naschoolse voorzieningen, Armoede en Schuldhulpverlening en stadsdeel Zuidoost) Afwezig: 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Middagzitting op woensdag 6 november 2019 Voorzitter: mevrouw F. Halsema, burgemeester Plaatsvervangend voorzitter: de raadsleden de heer Torn Raadsgriffier. mevrouw Houtman Verslaglegging: mevrouw Van de Belt (Notuleerservice Nederland) De VOORZITTER opent de vergadering om 13.12 uur. VOORZITTER: Ik open de gemeenteraad van Amsterdam en ik heet u allen welkom op deze raadsvergadering die naar verwachting uit vier dagdelen zal bestaan. 1. Mededelingen De VOORZITTER: Ik begin met de mededelingen. Mevrouw El Ksaihi, de heer Hammelburg en de heer Taimounti zijn afwezig; wethouder Moorman is vanmiddag afwezig in verband met een evenement met Hare Majesteit de Koningin; wethouder Groot Wassink is in verband met een bestuurlijk overleg met staatssecretaris Broekers-Knol van Justitie en Veiligheid donderdagmiddag afwezig tot ongeveer 15.30 uur en tevens is hij donderdagavond vanaf 20.00 uur weer aanwezig na een overleg in Weesp aangaande de fusie. Tot slot is wethouder Dijksma vanavond en morgenavond afwezig vanwege persoonlijke omstandigheden na behandeling van de begroting en zelf ben ik morgenavond afwezig. 2. Vaststellen van de notulen van de raadsvergadering op 10, 11 en 12 juli 2019 Conform besloten. 3. Vaststellen van de agenda De VOORZITTER: Dan stel ik voor dat we eerst de agenda doorlopen om te zien of er agendapunten zonder discussie en hoofdelijke stemming kunnen worden afgedaan. Conform besloten. 4. Ingekomen stukken Conform besloten. 1° Brief van R.H. van Dantzig, fractievoorzitter van D66, van 18 oktober 2019 inzake het voordragen van de heer V. Everhardt als wethouder Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 5, Voorstel van de fractie van de D66 tot invulling van de vacature voor wethouder. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 22 Brief van wethouders Kukenheim en Van Doorninck van 1 oktober 2019 inzake afhandeling motie 664.18 van de leden Taimounti en Ceder over het inperken van de aanwezigheid van grote ketens in het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 3° Brief van wethouders Groot Wassink en Moorman van 10 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1135.18 van de leden Ceder, Simons en Taimounti over het toegankelijk maken van kwijtscheldingsverzoeken Besloten wordt, de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 4 Brief van wethouder Moorman van 8 oktober 2019 inzake afhandeling motie 295.19 van de leden Simons, De Fockert, Bloemberg-Ilssa, La Rose, Ceder, Flentge en Kili over een onderzoek naar de mogelijkheid voor een éénouder-punt in Amsterdam Besloten wordt de brief te agenderen voor de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs op 13 november a.s. Gewijzigd op verzoek van het lid Simons. 5° Brief van wethouder Dijksma van 1 oktober 2019 inzake afhandeling moties 1066.19, 1068.19, 1069.19 van het lid Boomsma, 1072.19 van het lid Timman, 1075.19 van de leden Boutkan, N.T. Bakker en Ernsting en 1079.19 van de leden Ernsting, Boutkan en N.T. Bakker over het Actieplan Schone Lucht Besloten wordt de brief te agenderen voor de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid van 21 november a.s. Gewijzigd op verzoek van het lid Vroege. 6° Brief van wethouder Kukenheim van 10 oktober 2019 inzake afhandeling moties 1029.19 van de leden Nadif, N.T. Bakker, Kat, Boutkan, Ceder, Van Soest, AL. Bakker en Yilmaz, 1031.19 van de leden N.T. Bakker, Nadif, Boutkan en Kat, 1032.19 van de leden Kat, Nadif, Boutkan, N.T. Bakker en Ceder en 1033.19 van de leden Boutkan, Kat, N.T. Bakker, Nadif, Ceder, Simons, Yilmaz en Van Lammeren over het Advies luchtvaartbeleid van de Raad van Leefomgeving en Infrastructuur Besloten wordt de brief te agenderen voor de raadscommissie Financiën en Economische Zaken op 21 november a.s. Gewijzigd op verzoek van het lid Nadif. 7° Brief van het presidium van de gemeenteraad van 17 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1338.19 van de leden Ceder, Simons, Taimounti, Nanninga, Roosma, Van Dantzig en De Heer over hogere vergoedingen voor duoraadsleden Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 R aadsnotulen 8° Raadsadres van een burger van 25 september 2019 inzake adviezen van de Commissie Joodse Erfpachttegoeden Besloten wordt dit raadsadres door te sturen naar het college van burgemeester en wethouders ter afhandeling. ge Geheim Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. De brief ligt voor de raadsleden ter inzage bij de raadsgriffie. 10° Raadsadres van de Commissie Bevoorrading Amsterdam van 23 september 2019 inzake een advies met betrekking tot het Actieplan Schone Lucht, Milieu- en Zero Emissie Zone Besloten wordt, dit raadsadres te agenderen voor de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid op 21 november a.s. Gewijzigd op verzoek van het lid Vroege. 11° Raadsadres van de Vereniging Amsterdam City van 24 september 2019 inzake onbedoelde neveneffecten van maatregelen met betrekking tot rondleidingen in openbare ruimte en uitbreiding van het gebied waarin maatregelen van toepassing zijn Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Financiën en Economische Zaken en naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 12° Raadsadres van het Bewonerscollectief Waterbuurt West en Waterbuurt Oost van 9 oktober 2019 inzake een onredelijke buurtstraatquote voor het grondwaardebeleid voor Steigereiland Noord IJburg Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. 13° Raadsadres van een burger van 3 oktober 2019 inzake de discussie over het gevonden wapen in de ambtswoning in de raadscommissie Algemene Zaken van 26 september 2019 Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 14° Raadsadres van Wij-Amsterdam en anderen van 1 oktober 2019 inzake een reactie op de voortgangsbrief van de burgemeester over het nieuwe evenementenbeleid Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 15° Raadsadres van de bewonersvereniging Hakfort en Huigenbos van 7 oktober 2019 inzake verkenning van de kansen voor de strook Karspeldreef in de H-buurt in stadsdeel Zuidoost Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 16° Raadsadres van de Stichting werkgroep Keurtuinen Binnenstad Amsterdam van 4 oktober 2019 inzake het gebouwde tuinhuis achter het perceel Kerkstraat 359 Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. 17° Raadsadres van een burger van 9 oktober 2019 inzake scenario's voor raamprostitutie in het Wallengebied Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 18° Brief van de Rekenkamer Amsterdam van 10 oktober 2019 inzake de aanbieding van het rapport derde deelonderzoek Bruikbaarheid van indicatoren - plusnet voetganger Besloten wordt dit rapport voor kennisgeving aan te nemen. 19° Afschrift van een brief van een burger, gericht aan de burgemeester, van 13 oktober 2019 inzake het verzoek om bescherming van Joodse centra tegen aanslagen Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 20° Raadsadres van een burger van 14 oktober 2019 inzake aansprakelijkheid bij ongelukken met snorfietsers zonder helm Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 21° Geheim Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. De brief ligt voor de raadsleden ter inzage bij de raadsgriffie. 22° Raadsadres van een burger van 7 oktober 2019 inzake (geluids)overlast door scheepvaart ter hoogte van de Scharrebiersluis 5 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 23° Drie handhavingsverzoeken van de Vereniging Vrienden van het Diemerpark van 11 oktober 2019 inzake het parkeren rondom het Diemerpark Besloten wordt deze handhavingsverzoeken in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 24° Raadsadres van een aantal burgers van 16 oktober 2019 inzake het verzoek voor een vergunning voor een ParkPlek zonder auto voor meer zuurstof in de stad Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 25° Raadsadres van een burger van 17 oktober 2019 inzake een compliment voor de gemeente over de verbetering van handhaving in de stad en contacten met de afdeling Handhaving Besloten wordt dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen. 26° Afschrift van een brief van Meester Advocaten, namens 2 cliënten, gericht aan de raadscommissie Algemene Zaken van 17 oktober 2019, inzake een reactie op de scenario's voor toekomstige raamprostitutie in de binnenstad Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 27° Raadsadres van een burger van 18 oktober 2019 inzake het verzoek pro- actief de plannen van de gemeente Weesp te beoordelen over de bouw van een aantal maximaal aantal woningen in sociale sector Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 28° Raadsadres van een burger van 19 oktober 2019 inzake de afwijzing van het aanbod van de nieuwe erfpachtregeling Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. 6 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 29° Raadsadres van een burger van 26 september 2019 inzake het formuleren van een beleid voor de Joodse minderheid en hun toekomst Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 30° Brief van wethouder Kukenheim van 28 oktober 2019 inzake de voortgang van afhandeling moties 839.18 en 840.19 van de leden Van Dantzig, Roosma, Mbarki en Flentge en motie 609.19 van het lid Van Dantzig over het jongerenbeleid Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 31° Brief van wethouder Groot Wassink van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 855.18 van het lid Boomsma over focus op moeilijk vervulbare vacatures in het kader van re-integratie Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 32° Brief van wethouder Moorman van 3 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1/6.19 van de leden Hammelburg, Vroege, Ernsting en Mbarki over versterking van de begeleiding van docenten holocausteducatie Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 33° Brief van wethouder Van Doorninek van 29 oktober 2019 inzake de voortgang van afhandeling motie 1046.19 van de leden Groen en Biemond over het ontwikkelen van een CO2-klok ter bestrijding van de klimaatcrisis Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 34° Raadsadres van de BIZ Vereniging Van Woustraat Amsterdam van 31 oktober 2019 inzake het voornemen voor invoering van reclamebelasting en de gevolgen voor de positie van kleine ondernemers in de stad Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 37, Vaststellen van de Verordening reclamebelasting 2020. 35° Raadsadres van Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Amsterdam, van 29 oktober 2019 inzake de invoering van de Verordening toeristenbelasting vanaf 2020 Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 38, Vaststellen van de Verordening op de toeristenbelasting 2020. 36° Raadsadres van Broeren Adviezen en Publicaties over onroerend goed B.V. van 24 oktober 2019 inzake de herontwikkeling van Sloterdijk | Zuid en de reactie van het college van b&w op de inspraakreacties Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 57, Instemmen met de Investeringsnota Sloterdijk | Zuid en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet. 7 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 37° Raadsadres van de Ondernemersvereniging Oudezijds Achterburgwal e.a. van 1/7 oktober 2019 inzake geen fietstaxi's in het Wallengebied Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 38° Raadsadres van een burger van 25 oktober 2019 inzake het planten van nieuwe bomen in de J.P. Heijestraat Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Wonen en Bouwen. 39° Afschrift van een brief van een burger, gericht aan de burgemeester, van 25 oktober 2019 inzake het vestigen van de avondopleiding De Witte Lelie bij station Sloterdijk vanwege parkeergelegenheid Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs. 40° Afschrift van een raadsadres van een burger, gericht aan de burgemeester, van 24 oktober 2019 inzake verzoek om een schadeclaim tegen de gemeente vanwege uithuisplaatsing Besloten wordt, dit raadsadres voor kennisgeving aan te nemen, naar aanleiding van de brief van het college van B&W van 20 april 2006, kenmerk 2006/2076. De kabinet-bijlagen liggen voor de raadsleden ter inzage bij de raadsgriffie. 41° Raadsadressen van IVN Twiske en Stichting Hart voor het Twiske en Platform TwiskeGeenPretpark van 27 oktober 2019 inzake nieuwe ambities van Recreatieschap Twiske-Waterland Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. 42° Raadsadres van de Vereniging Vrienden van het Diemerpark van 25 oktober 2019 inzake ingebrekestelling in verband met het uitblijven van een besluit over een verzoek om smartengeld betreffende een onreglementaire vergunning van activiteiten in het Diemerpark in mei 2018 Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken. 8 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 43° Raadsadres van 2 burgers van 24 oktober 2019 inzake een verzoek om bevestiging van de aanvraag voor de conversie van erfpachtrechten naar een eeuwigdurend erfpachtrecht Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. De kabinet-bijlagen liggen voor de raadsleden ter inzage bij de raadsgriffie. 44° Raadsadres van Maastricht stralingsinfo en Straal-zelf groep Leeuwarden van 29 oktober 2019 inzake de huidige stand van zaken betreffende de elektro magnetische velden bij de invoering van 5G Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 45° Raadsadres van Rover, afdeling regio Amsterdam, van 29 oktober 2019 inzake het opstellen van een plan van aanpak aan de hand van het Manifest 'De stad van de toekomst is autoluw’ Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid. 46° Raadsadres van een burger van 29 oktober 2019 inzake het verzoek om aanpassing van vergunningen voor draaiorgels voor 2020 Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Financiën en Economische Zaken. 47° Raadsadres van de Ondernemersvereniging Oudezijds Achterburgwal van 22 oktober 2019 inzake een aantal onbesproken feiten aangaande klachten over de drukte op de Wallen Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen naar de leden van de raadscommissie Algemene Zaken, de raadscommissie Mobiliteit, Luchtkwaliteit en Duurzaamheid en de raadscommissie Wonen en Bouwen. 48° Brief van drs. K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie, van 28 oktober 2019 inzake kennisgeving over de aanbieding van de handreiking van de integriteitstoetsing van kandidaten voor decentrale politieke partijen Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 49° Brief van wethouder Groot Wassink van 30 oktober 2019 inzake afhandeling motie 467.19 van het lid De Grave-Verkerk over het verloten van speeddates voor bewoners met bestuurders in het kader van de beleidsbrief democratisering g Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 50° Brief van wethouder Ivens van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 788.19 van de leden De Heer, Nadif, Rooderkerk, Flentge, Boomsma, Kilig, A.L. Bakker en Van Soest over meer ruimte voor kinderen om buiten te spelen Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 51° Brief van wethouder Ivens van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1250.19 van de leden Bloemberg-lssa, Boomsma en Ceder over het verbeteren van de speelgelegenheid in Amsterdam voor kinderen met een fysieke beperking Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 52° Raadsadres van de Amsterdamse Kunstraad van 1 november 2019 inzake het advies over de personele lasten van het kunstenplan Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 17, Vaststellen van de Begroting 2020. 53° Raadsadressen van 3 burgers van 4 november 2019 inzake de verhoging van de precariobelasting voor woonboten in 2020 Besloten wordt deze raadsadressen desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 35, Vaststellen van de Verordening op de Precariobelasting 2020. 54° Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake verzoek om uitstel van de voorgestelde bestemmingswijziging voor het Gat van de Kinkerbuurt Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 51, Vaststellen van het bestemmingsplan Oud West 2018. De kabinetbijlage ligt voor de raadsleden ter inzage bij de raadsgriffie. 55° Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake regelgeving voor het gebruik van PFAS opnemen in de Nota Bodembeheer Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 56, Vaststellen van de Nota bodembeheer inclusief de bodemkwaliteitskaart. 56° Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake een reactie op de nieuwe regels voor B&B-houders in de nieuwe huisvestingsverordening Besloten wordt dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling van de Huisvestingsverordening 2020 in de raadscommissie Wonen en Bouwen van 20 november en in de gemeenteraad van 27 november 2019. 57° Brief van S. Spek, voorzitter van de fractie van DURF van de gemeenteraad van Katwijk, van 1 november 2019 inzake het definitieve Klimaatakkoord 10 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen en de buitengewone algemene ledenvergadering van de VNG op 29 november 2019 hierover Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 58° Raadsadres van aantal Amsterdamse inwoners van Molukse afkomst van 22 oktober 2019 inzake het verzoek om noodhulp van de gemeente Amsterdam aan de slachtoffers van de aardbeving op de Molukken Besloten wordt dit raadsadres in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen ter afhandeling. 59° Brief van wethouder Kukenheim van 31 oktober 2019 inzake afhandeling motie 932.19 van de leden De Jong, Flentge, Mbarki, el Ksaihi en Roosma over cliëntenondersteuning van dak- en thuislozen Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 60° Brief van wethouder Kukenheim van 28 oktober 2019 inzake een toelichting op de uitvoering van het bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2019 aangenomen amendement 1292.19 van de leden Flentge, Grooten, Hammelburg en La Rose over mantelzorg Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 61° Raadsadressen van burgers van 4 november 2019 inzake bezwaren tegen de verhoging van de precarioheffing voor woonboten in Amsterdam in 2020 Besloten wordt deze raadsadressen desgewenst te betrekken bij de behandeling van agendapunt 35, Vaststellen van de Verordening op de Precariobelasting 2020. 62° Brief van wethouder Moorman van 1 november 2019 inzake informatie over het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen Amsterdam-Diemen 2020-2025 Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 44, Kennisnemen van het Onderwijshuisvestingsprogramma PO, VO en (V)SO en instemmen met het beschikbaar stellen van kredieten. 63° Brief van wethouder Ivens van 4 november 2019 inzake de inzet van participatie in de komende fase voor de Voedselstrategie Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 46, Kennisnemen van de stand van zaken van de Voedselstrategie. 64° Brief van wethouder Van Doorninck van 4 november 2019 inzake de gevolgen van het niet honoreren van de aanvraag in het mobiliteitsfonds voor de afwaardering van de Sloterdijkerweg/Contactweg 11 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 57, Instemmen met de Investeringsnota Sloterdijk | Zuid en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet. 65° Brief van burgemeester Halsema van 31 oktober 2019 inzake beantwoording van vragen van het lid Van Schijndel over de Samenwerkingsovereenkomst Deelgebied 3 Lutkemeer en MER naar aanleiding van de bespreking van het verzoek tot herziening van het bestemmingsplan Lutkemeerpolder in de raadsvergadering van 19 september 2019 Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 66° Brief van wethouder Kukenheim van 30 oktober 2019 inzake afhandeling motie 400.19 van de leden Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-lssa, Simons, Flentge en Ceder inzake enorme tekorten voor specialistische jeugdhulp in 2018 Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 67° Brief van wethouder Groot Wassink van 4 november 2019 inzake afhandeling motie 1098.19 van het lid Simons over GGZ en SGGZ voor statushouders Besloten wordt de afhandeling over te laten aan de leden van de gemeenteraad. 68° Brief van burgemeester Halsema van 5 november 2019 inzake de aanbieding van de brief van de Commandant van Brandweer Amsterdam-Amstelland over de afronding van het onderzoek naar het maken en verspreiden van foto's door brandweermedewerkers na het incident bij kazerne Anton op 18 september 2019 Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 11, het Mondelingevragenuur. 69° Brief van wethouder Groot Wassink van 5 november 2019 inzake beantwoording van vragen van het lid Kreuger, gesteld in de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs van 15 oktober 2019, over de indicator betreffende resultaten van handhaving in het kader van de behandeling van de Begroting 2020 Besloten wordt deze brief te betrekken bij de behandeling van agendapunt 17, Vaststellen van de Begroting 2020. 70° Brief van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2019 inzake het verlof van wethouder Dijksma Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 71° Brief van de gemeente Westerkwartier inzake de aanbieding van de door de gemeenteraad van Westerkwartier aangenomen motie over het Gemeentefonds Besloten wordt deze motie voor kennisgeving aan te nemen. 12 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 5. Voorstel van de fractie van D66 tot invulling van de vacature voor wethouder Dit punt wordt even aangehouden. 6. Profiel van en hoorzitting met kandidaat-wethouder V. Everhardt Dit punt wordt even aangehouden. 7. Oordeel van de adhoc-commissie inzake de benoembaarheid van een wethouder Dit punt wordt even aangehouden. 8. Benoeming van een nieuwe wethouder en aanvaarding van zijn functie Dit punt wordt even aangehouden. 9, Aflegging van de eed/belofte door de nieuwe wethouder Dit punt wordt even aangehouden. 10. Verlenen van ontheffing van het vereiste van ingezetenschap Dit punt wordt even aangehouden. 11. Mondelingevragenuur De VOORZITTER: Toegelaten zijn de vragen 1, 2 en 7. Dit punt wordt even aangehouden. 12. Benoemen van twee bestuursleden van de Referendumcommissie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1836) Dit punt wordt even aangehouden. De benoemingen bij punt 12 t/m 16 worden gevoegd met agendapunt 8. 13. Benoemen van twee bestuursleden van de Amsterdam Kunstraad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1837) 13 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Dit punt wordt even aangehouden. 14. Herbenoemen van een lid van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1851) Dit punt wordt even aangehouden. 15. Benoemen van een lid van de Sportraad Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1851) Dit punt wordt even aangehouden. 16. Benoemen van een lid van de Raad van Toezict Stichting Spinoza Lyceum Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1850) Dit punt wordt even aangehouden. 17. Vaststellen van de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1810) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de punten 18,32, 35, 36, 37, 38, 39, 49 en 50. 18. Wijzigen van de Verordening markt- en staanplaatsgelden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1816) Dit punt wordt even aangehouden. 19. Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Bestrijd ongelijkheid in gezondheid: preventie als prioriteit’ van het lid Roosma en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1792) Dit punt wordt even aangehouden. 20. Kennisnemen van het onderzoek ‘Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding’ van de rekenkamer en het overnemen van de aanbevelingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1793) Dit punt is afgevoerd. 21. Instemmen met de inrichting van de Buurtteams Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1794) 14 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Dit punt wordt even aangehouden. De punten 21 en 22 worden gevoegdbehandeld. 22. Instemmen met het voorbereiden van de uitvraag voor dienstverlening aanvullende ondersteuning Wet maatschappelijke ondersteuning: Hulp bij het huishouden, Ambulante ondersteuning, Dagbesteding, Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen en Logeeropvang (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1795) Dit punt wordt even aangehouden. 23. Kennisnemen van de notitie Bos in de Duinen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1170) Dit punt wordt even aangehouden. 24. Beschikbaar stellen van een meerjarenkrediet voor de renovatie en vervanging van onderdelen van de drinkwaterproductiefaciliteiten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1796) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1796 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 25. Instemmen met een aanvullend krediet Renovatie riolering voor de uitvoering van de vervanging van de riolering (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1797) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1797 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 26. Uiten van wensen en bedenkingen ten aanzien van de concept beleidsregels voor het omzetten exploitatievergunningen passagiersvaart, de conceptwijziging van de Regeling op het binnenwater 2019 en het welstandsbeleid Passagiersvaart Segment Historisch en/of Beeldbepalende vaartuigen Amsterdam 2019 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1798) Dit punt wordt even aangehouden. De punten 26 en 27 worden gevoegd behandeld. 27. 15 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Wijzigen van de Verordening op het binnenwater 2010 en de Verordening Bestuurlijke Boetes Overlast in de Openbare Ruimte, ter implementatie van regels voor exploitatievergunningen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1512) Dit punt wordt even aangehouden. 28. Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Verkeerstrainingen voor maaltijdbezorgers van het lid Vroege en kennisnemen van de bestuurlijke reactie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1799) Dit punt wordt even aangehouden. 29. Vaststellen van de subsidieverordeningen Uitstootvrije Taxi's en Uitstootvrije Bedrijfsvoertuigen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1800) Dit punt is afgevoerd. 30. Instemmen met het definitief ontwerp voor de Heemstedestraat en het beschikbaarstellen van een uitvoeringskrediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1801) Dit punt is afgevoerd. 31. Instemmen met het uitvoerings- en kredietbesluit voor de aanleg van de IJboulevard met inbegrip van een fietsenstalling en een aanvaarbescherming (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1802) Dit punt is afgevoerd. 32. Vaststellen van de Legesverordening Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1803) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 33. Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel Een actieplan in de strijd tegen antisemitisme in Amsterdam van de leden Poot, Ceder, Boomsma en Nanninga en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1804) Dit punt wordt geagendeerd voor de volgende raadsvergadering. 34. 16 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Instemmen met het gewijzigd initiatiefvoorstel ‘Ontwikkel effectief online wobarchief’ van het lid Van Dantzig en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1806) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest voor een stemverklaring. Mevrouw VAN SOEST (stemverklaring): Wij worden geacht tegen te hebben gestemd. Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1806 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 35. Vaststellen van de Verordening op de Precariobelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1811) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 36. Vaststellen van de Verordening op de vermakelijkhedenretributie op het land (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1812) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 37. Vaststellen van de Verordening reclamebelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1813) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 38. Vaststellen van de Verordening op de toeristenbelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1814) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 39. 17 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 R aadsnotulen Vaststellen van de Verordening op de Vermakelijkhedenretributie te water 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1815) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 40. Kennisnemen van de brief met antwoorden op de vragen over aanvullend (forensisch) onderzoek en omgang met klokkenluiders n.a.v. bespreking van het rapport over inkopen in Zuidoost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1808) Dit punt wordt even aangehouden. A. Kennisnemen van de brief inzake de afhandeling van moties 845.18 van het lid Taimounti en 1144.18 van de leden Ceder, Karaman, Flentge, Yilmaz en Simons over de kostendelersnorm (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1809) Dit punt wordt even aangehouden. 42. Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Jaarlijkse rapportage luchtkwaliteit op scholen’ van de leden Bloemberg-lssa en Van Lammeren en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1817) Dit punt wordt even aangehouden. 43. Instemmen met de opheffing van basisschool de 16e Montessori Gaasperdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1818) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1818 van afd. 1 van het Gemeenteblad. A4. Kennisnemen van het Onderwijshuisvestingsprogramma PO, VO en (V)SO en instemmen met het beschikbaar stellen van kredieten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1819) Dit punt wordt even aangehouden. 45. Kennisnemen van het uitvoeringsplan Taaloffensief 2019-2022 en de reactie op vier moties (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1820) Dit punt is gehamerd. 18 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1820 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 46. Kennisnemen van de stand van zaken van de Voedselstrategie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1821) Dit punt wordt even aangehouden. 47. Kennisnemen van de Rapportage programma Stadsbehoud en instemmen met het voorlopig loslaten van het niveau B (Verzorgd) voor het beheer en onderhoud voor die onderdelen en plekken waar dat niveau nu nog niet bereikt is in de stad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1822) Dit punt wordt even aangehouden. 48. Kennisnemen van de brief inzake de voortgang van particuliere transformatie 2019. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1823) Dit punt wordt even aangehouden. 49. Vaststellen van de Verordening Afvalstoffenheffing en Reinigingsrecht Bedrijfsafval Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1824) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 50. Vaststellen van de verordening op de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten 2020 begraafplaatsen en crematoria gemeente Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1825) Dit punt wordt even aangehouden. Dit punt wordt gevoegd met de behandeling van punt 17. 51. Vaststellen van het bestemmingsplan Oud West 2018 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1827) Dit punt wordt even aangehouden. 52. Vaststellen van het bestemmingsplan Westerpark West Kavel X (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1828) 19 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 R aadsnotulen Dit punt wordt even aangehouden. 53. Vaststellen van het bestemmingsplan Brug Noordhollandsch Kanaal (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1829) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1829 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 54. Instemmen met de investeringsnota Jacob Geelbuurt Oost (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1830) Dit punt wordt even aangehouden. 55. Vaststellen van de bestemmingsplannen Herbestemmen Raambordelen Binnenstad 1e herziening en Herbestemmen Raambordelen Binnenstad 2e herziening (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1831) Dit punt wordt even aangehouden. 56. Vaststellen van de Nota bodembeheer inclusief de bodemkwaliteitskaart (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1832) Dit punt wordt even aangehouden. 57. Instemmen met de Investeringsnota Sloterdijk | Zuid en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1833) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bloemberg-lssa voor een stemverklaring. Mevrouw BLOEMBERG-ISSA (stemverklaring): De Partij voor de Dieren ziet dat er te weinig groen komt en het groen van het al bestaande Westerpark wordt meegerekend. Wij vinden dat er in dit gebied meer groen zou moeten komen en daarom stemmen wij tegen. Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1833 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 20 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 58. Instemmen met de aankoop en uitgifte in erfpacht van een perceel, ten behoeve van de broedplaats Bajesdorp in Bajes Kwartier (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1834) De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Naoum Néhmé voor een stemverklaring. Mevrouw NAOUM NÉHMÉ (stemverklaring): De VVD wordt geacht tegen te hebben gestemd. Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1834 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 59. Instemmen met het investeringsbesluit Strandeiland (IJburg tweede fase) 1e fase en landmaken 2e fase. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1835) Dit punt wordt even aangehouden. 60. Bekrachtigen van de geheimhouding (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1805) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1805 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 61. Geheim (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1826) Dit punt is gehamerd. De voordracht wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1826 van afd. 1 van het Gemeenteblad. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Vroege. De heer VROEGE: Mag ik een voorstel doen? Kunnen wij agendapunt 47 over het programma stadsbehoud wat hoger op de agenda te zetten zodat we dat in aanwezigheid van wethouder Dijksma kunnen bespreken? De VOORZITTER: Dank u voor de constructieve gedachte. Dat is ook langsgekomen in het Fractievoorzittersoverleg en dat wordt gedaan. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boomsma. 21 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De heer BOOMSMA: Ik zou willen voorstellen het agendapunt over het uitstellen van de erfpacht morgen aan het begin van de avond te behandelen gezien de grote belangen van de mensen die dat graag zouden willen volgen zodat meteen duidelijk is wanneer dat gaat spelen. De VOORZITTER: Ik neem aan dat dit op steun kan rekenen van de andere leden. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma. Mevrouw ROOSMA: Wij hebben wel gezegd dat de bestemmingsplannen die daarvoor staan geagendeerd, wel behandeld moeten worden deze raad en we hebben ook een eindtijd met elkaar afgesproken. Ik vind het belangrijk dat we afspreken dat die bestemmingsplannen wel behandeld worden en niet doorschuiven naar een volgende raad. De VOORZITTER: Ik zie instemmend geknik. Zoals u weet, heeft u dat in eigen hand. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flentge. De heer FLENTGE: Laat ik ook maar zeggen wat ik in het Fractievoorzittersoverleg heb gezegd. Ik wil agendapunt 40 over inkoop in Zuid-Oost graag naar het middagdeel verschuiven morgen. Dus die donderdagmiddag als dat kan. Ik ben de avond helaas verhinderd vanwege mijn baan in het onderwijs, een ouderavond. Ik zie de wethouder nee schudden. Dan moeten we even kijken naar een ander moment. De VOORZITTER: Het lijkt me goed dat u dat even overlegt want de wethouder heeft morgenmiddag een bestuurlijk overleg in Den Haag en kan dus echt niet aanwezig zijn. 5. Voorstel van de fractie van D66 tot invulling van de vacature voor wethouder De VOORZITTER: Door de D66-fractie is voor benoeming voorgedragen de heer Victor Everhardt. Wil de fractievoorzitter van D66 dit nog nader toelichten? Het woord is aan de heer Van Dantzig. De heer VAN DANTZIG: Mijn fractie moest onverwacht en snel op zoek naar iemand voor een geweldig belangrijke wethouderspost. Dat was spannend voor mijn partij want ook uw raad stelt aan zo iemand de hoogste eisen. We hebben gezocht naar iemand die er meteen staat; we hebben gezocht naar iemand die direct een versterking kan zijn voor een goed team; we hebben gezocht naar iemand op wie je altijd kunt rekenen. Kortom, we hebben gezocht naar de Tagliafico onder de gemeentebestuurders en die hebben we gevonden. Een bijkomend voordeel van het type Tagliafico is dat die niet bang is aanvallen van rechts af te slaan of af en toe op links stevig in te grijpen. We zijn blij dat Victor Everhardt deze rol op zich gaat nemen. Hij heeft voldoende ervaring om meteen uit de startblokken te schieten. Hij weet hoe een team van college van 22 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen burgemeester en wethouders werkt en hoe je daarin een versterking kunt zijn. Utrecht heeft negen jaar op hem kunnen rekenen. Wij dragen hem voor en bevelen hem bij u van harte aan. (De heer VAN LAMMEREN: We kunnen de heer Van Dantzig als een man van weinig woorden, maar we hebben zijn brief gelezen: wat gaat deze wethouder eigenlijk doen, mijnheer Van Dantzig? Welke portefeuilles gaat hij bijvoorbeeld doen? Daarin ben ik best wel geïnteresseerd.) Dat is een hele terechte vraag. U weet natuurlijk dat het verdelen van de portefeuilles een collegebevoegdheid is maar wij dragen de heer Everhardt voor voor de portefeuilles die de heer Kock ook had. Is dat antwoord genoeg? Perfect. De VOORZITTER: Ik verzoek de griffier de kandidaat-wethouder binnen te geleiden zodat hij in staat is zijn kandidatuur toe te lichten en eventuele vragen te beantwoorden. 6. Profiel van en hoorzitting met kandidaat-wethouder V. Everhardt De VOORZITTER: Mijnheer Eerhardt, wilt u uw kandidatuur kort toelichten? De heer EVERHARDT: Victor Everhardt is mijn naam. Ik kom uit een ondernemersgezin. Mijn vader was ondernemer. Een groot gezin met zeven kinderen en ik ben de jongste. De afgelopen negen jaar heb ik als wethouder gewerkt in Utrecht en veel portefeuilles mogen bedienen: Zorg, Werk, Inkomen, Milieu, Stationsgebied. Vanaf 2014 was ik ook de loco-burgemeester. Het was een prachtige tijd en gisteren heb ik een hartverwarmend afscheid gehad in de Utrechtse raad. Met heel veel plezier heb ik gewerkt aan een gezond stedelijk leven onder andere in dat Stationsgebied. Naast negenenhalf jaar wethouderschap ben ik ook vader. Ik woon in Utrecht met mijn partner Inge, met mijn drie kinderen. De oudste Cateau is weliswaar al uit huis, maar Nelson en Stine wonen er. Ze zitten beide op de middelbare school, een hele belangrijke fase in hun leven. Dat is waarom ik als vader in Utrecht wil blijven wonen. Ik ben jurist; ik ben ook historicus. Na mijn studie heb ik gewerkt bij het Ministerie van Justitie en ook bij het Ministerie van Volksgezondheid. Ik heb gewerkt bij het Trimbosinstituut, een ngo, een kennisinstituut. Daarnaast ben ik wethouder geweest in de stad Utrecht. Toen deze vacature kwam, was ik gelijk enthousiast. Het is een ontzettende eer maar het is vooral ook inspirerend om iets te kunnen betekenen voor uw bruisende, dynamische stad Amsterdam, onze stad Amsterdam. En dat zeg ik niet alleen omdat ik gisteren een hele spannende avond had qua afscheid maar ook qua scoreverloop. Want wat gebeurde daar in Londen, zou ik als Ajaxied bijna zeggen? Laat ik voorop stellen, dat ik niet voor niets heb gesolliciteerd naar deze functie. We hebben het hier over de hoofdstad. U bent de hoofdstad van ons land. Laatst in de analyse van het nieuws en op basis van de cijfers van het CBS zou het betekenen dat in 2035 Amsterdam de eerste miljoenenstad van Nederland zal zijn. Als bestuurder, als wethouder is dit natuurlijk een gouden kans om daaraan te kunnen bijdragen: aan een gezonde groei van de hoofdstad. Ik verheug me erop aan de slag te gaan met de ambities uit het coalitieakkoord. Als wethouder Economische Zaken wil ik extra aandacht geven aan lokaal ondernemerschap, duurzaam toerisme en leefbaarheid en als wethouder Financiën — en ik ben me daarvan zeer bewust — extra aandacht voor het goede beheer van de 23 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Amsterdamse schatkist, een schatkist van 6,3 miljard euro — Begroting 2020. Het afgelopen jaren is er heel hard gewerkt om die basis op orde te krijgen. Ik heb heel goed kennisgenomen van de raadsenquête uit uw hand hierover. Deze goede basis blijf ik bewaken als een van de grootste prioriteiten voor de komende tweeënhalfjaar. Juist nu die basis op orde is, moet de extra zorg voor Financiën zeker niet verdwijnen. Het beheer van het belastinggeld van de Amsterdammers moet zo gedegen en transparant mogelijk zijn. Het werk is nooit af en de ambitie om verder te bouwen aan een moderne, robuuste financiële organisatie ligt daar. In de tijd van onder druk staande gemeentelijke financiën is de inzet richting Rijk extra belangrijk. Ik ga me daarvoor heel hard maken. Het Rijk is niet voor niets in gemeenteland, dus ook hier, een van die grote risico's in de begroting. Daarnaast kijk ik erg uit naar het wethouderschap Economische Zaken. Er gebeurt heel veel in onze stad Amsterdam. Ik heb het overzicht gezien van allemaal mooie programma's op het gebied van de economie. Ik heb er veel zin in me de komende jaren bezig te houden met die lokale economie en de Amsterdamse ondernemers. In de stad is veel bevlogen ondernemerschap maar er leven ook zorgen over beschikbare kantoor- en winkelruimte, over de betaalbaarheid van winkelpanden, de monocultuur en het consumentengedrag. Amsterdam is altijd al aantrekkelijk geweest voor internationale bedrijven. Door een goede bereikbaarheid door onder andere Schiphol en door veel beschikbaar talent in onze stad. Het leefklimaat, de innovatie, de start up- cultuur en natuurlijk haar snelle internet. Die aantrekkelijkheid neemt alleen maar toe door bijvoorbeeld de Brexit. Vorig jaar kwamen er al 153 internationale bedrijven naar Amsterdam en dat betekent in drie jaar tijd ook 4200 extra banen erbij. Banen zijn zo enorm belangrijk, nietwaar, wethouder Inkomen? Dat is hartstikke mooi. Ik wil die lijn graag doorzetten. Bedrijven aantrekken en wonen kan ook heel goed samen. In Utrecht heb ik me intensief beziggehouden met de herontwikkeling van het Stationsgebied, een fantastisch en complex dossier met vele financiële vraagstukken maar vooral de opgave om daar een gecombineerd woon-, werk- en verblijfsklimaat te creëren. Gelukkig wordt ik, als u het mij toestaat natuurlijk, wethouder van de Zuidas en kan ik mijn rol spelen in de ontwikkeling van de Zuidas — niet alleen als zakendistrict maar vooral als een gemengde stadswijk waar je dus werkt en woont, waar je naartoe gaat, waar je groen vindt en waar je veel voorzieningen aantreft. Dan toerisme. In Utrecht vinden we het soms al heel toeristisch. Ik denk dat u daar wel om kunt lachen met uw vraagstukken hier in onze stad. Het toerisme blijft groeien. Deze wereldwijde trend kunnen we niet tegenhouden. Mijn dochter doet er zelfs een opleiding in. Het toerisme hoort ook bij Amsterdam, een open en internationale stad. De vraag ligt voor hoe we het toerisme zo duurzaam mogelijk laten groeien en hoe we het in Amsterdam leefbaar houden voor de bewoners, want de stad is in de eerste plaats om in te wonen en te werken, daaraan moeten we als college heel hard werken. Ik kijk ernaar uit, allereerst met de burgemeester maar ook met alle collega’s in het college om hier onze schouders onder te zetten. Dan nog een aantal grote dossiers. Samen met collega Dijksma zal ik mijn tanden zetten in dat uitdagende project Zuidasdok. Ik kon er even niet komen vorig weekend. Ook zijn er grote uitdagingen bij de ontwikkelingen van dat prachtige Marineterrein. Daar ligt een parel. Ik voel de spanning tussen de groei van de stad en de bedrijvigheid in de haven en waar ik als wethouder Haven het gesprek wil aangaan met al die partners daar. En er is natuurlijk de toekomst van het Afval Energie Bedrijf. Ik ben me er terdege van bewust. Kortom, er is genoeg te doen. Het zal nooit saai worden. Ik ga afsluiten. Ik kijk er erg naar uit samen met u, gemeenteraad, de discussies aan te gaan en vooral ook die samenwerking te zoeken. Ik heb ontzettend veel zin om te beginnen in deze diverse en kleurrijke stad en om de Amsterdammers beter te leren 24 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen kennen. Daar ben ik me van bewust. Ik hoop dat u mij daarin wilt helpen en bij het zo goed mogelijk besturen van deze stad. Dat doen we samen. Maar één ding wil ik u verzekeren: ik zal hier dag-in dag-uit zijn en dan niet alleen binnen de muren van deze Stopera. Ik ben van plan gelijk die stad in te gaan en te zien wat er speelt. Ik wil luisteren, ik wil horen, ik wil de Amsterdammer proeven, van de Amsterdamse ondernemer horen waar de zorgen liggen, waar de kansen liggen, waarop ze trots zijn. Ik ga de stad zien en voelen. Ik heb er heel veel zin in. De VOORZITTER: Dan geef ik nu de gelegenheid tot het stellen van vragen aan de heer Everhardt. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma. Mevrouw ROOSMA: Het is natuurlijk een groot voorrecht om wethouder te mogen worden in Amsterdam en het zou niet goed zijn dat zo maar te laten passeren zonder een aantal kritische vragen te stellen. Nu had ik graag de nieuwe kandidaat-wethouder doorgezaagd over zijn standpunt ten aanzien van Schiphol, het activistisch aandeelhouderschap en al die aspecten die daarbij zouden kunnen komen kijken, maar dan zou ik het gras voor de voeten van collega Nadif wegmaaien, dus dat komt op een ander moment. Ik heb twee vragen met betrekking tot de portefeuille Financiën en de portefeuille Economische Zaken. Met uw voorganger de heer Kock heb ik wel eens discussies gehad over hoe we nu moeten aankijken tegen de externe financieringsmiddelen. Dat wordt hier inderdaad wel eens de schuld van de gemeente Amsterdam genoemd. Ik zou dat geen goede aanduideling vinden omdat daarin een morele implicatie zit terwijl externe financieringsmiddelen juist worden gebruikt om te investeren in de stad. Dus wat mij betreft past de term schuld daar niet zo goed bij. Ik was eigenlijk benieuwd wat de heer Everhardt daarvan vond en hoe hij daartegenaan kijkt. En dan de tweede vraag. De kandidaat-wethouder heeft ook de portefeuille Economie en hij is lid van Democraten ’66. Ik vroeg me af of hij bereid was — en dat kan nu maar dat hoeft niet want het vergt eigenlijk een groter debat — een keer met de fractie van GroenLinks door te filosoferen over het begrip democratie van de economie. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Over dat laatste punt: dat lijkt mij heel interessant. Laten we die discussie met elkaar aangaan. Ik kom graag bij uw fractie langs als ik een uitnodiging krijg. Heel graag. Over middelen en extra financiering: natuurlijk, er zijn spelregels rond schuld of externe financiering. Dat is mij bekend; dat is u bekend. Daarmee moeten we zorgvuldig omgaan. Er is ook een toezichthouder die daarnaar kijkt. En wat Amsterdam betreft ziet dat er goed uit. Dat moeten we ook goed in de gaten houden want dat moet een reëel beeld blijven. En ja, als je het hebt over ondersteunen, dan moet je ook investeren in de stad. Die combinatie moeten we met elkaar goed weten te vinden. Goede investeringen doen in de stad en een goed financieel beleid voeren. Dat is mijn antwoord daarop. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot. Mevrouw POOT: Welkom, mijnheer Everhardt, in Amsterdam en in deze raadszaal. Fijn dat u er bent want het is belangrijk dat het college weer op sterkte komt 25 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen gezien alles wat er te doen is in deze stad. Mijn fractie vindt het natuurlijk jammer dat u niet in Amsterdam komt wonen. Dat begrijpt u. Onze voormalige wethouder Pieter Litjens had daarvoor eigenlijk een prachtige oplossing. Pieter Litjens was VVD-wethouder. Hij heeft ons namelijk een keertje meegenomen naar zijn woonplaats Kudelstaart en hij heeft geprobeerd ons te overtuigen dat Kudelstaart toch echt mooier was dan Amsterdam. Of dat echt helemaal is gelukt, dat weet ik niet helemaal zeker, maar ik ben heel benieuwd hoe u ons denkt te gaan overtuigen van het feit dat Utrecht misschien mooier is of het feit dat u daar blijft wonen. Dat hoor ik heel erg graag van u. Dan krijgt u best een hele zware portefeuille met onder andere de portefeuille Financiën. Nu weet ik dat u die portefeuille niet heeft gehad in Utrecht, maar dat u daarop toch wel het nodige heeft gedaan. Zo begreep ik onder andere dat u heeft gekeken naar een governancecode van goed bestuur van gesubsidieerde clubs. Daarnaar ben ik eigenlijk best benieuwd en ik ben ook best benieuwd of u dat ook in Amsterdam gaat doen. Nu is het natuurlijk zo dat die portefeuille Financiën overigens best wel vereist dat je Amsterdam ook kent. Mijn vraag aan u is, wat heeft u tot nu toe gedaan om Amsterdam te leren kennen juist in het kader van deze portefeuille en wat zou nu het eerste zijn wat u na uw benoeming zou willen leren kennen in deze stad? Nu denken wij in deze stad altijd dat alles om ons draait; wij denken altijd dat alles om Amsterdam draait. Dat is natuurlijk niet waar zal ik hier maar stiekem toegeven. Oh, ik word direct gecorrigeerd. Ik zou eigenlijk wel van u willen weten wat u nu heel graag uit Utrecht zou willen meenemen hiernaartoe, wat u in deze raad zou willen inbrengen. En ik zou ook wel van u willen weten, want zo chauvinistisch ben ik ook wel weer, wat u met heel veel plezier in Utrecht zou willen laten en van Amsterdam zou willen overnemen als het gaat over de raad. Dan kom ik bij mijn laatste vraag en ik vond het wel een grappige vergelijking die de heer Van Dantzig met Tagliafico maakte. Volgens mij heb ik begrepen dat u in uw vrije tijd aan sport doet en dat u een fanatiek sportliefhebber bent zowel als het gaat om Ajax — en ik leef met u mee, het was een akelige avond gisteren — als schaatsen. Ik zou het wel leuk vinden als u daarover iets vertelt. We hebben uw cv gezien, maar we hebben nog weinig gezien van wat u nu in uw schaarse vrije tijd doet. Die vragen wil ik u graag stellen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Utrecht is Utrecht en Amsterdam is Amsterdam. Ik ga niet eens een vergelijking maken wat mooier is. Nee, Utrecht heeft haar eigen charme, is ook een grote stad, maar Amsterdam is de hoofdstad en is echt bijzonder. Uw opmerking dat het hier in Amsterdam gebeurt, dat voelt ook zo. Dus daar ga ik geen vergelijking maken. We hebben allemaal water en singels en dat soort zaken, dus dat is een toegevoegde waarde in beide steden. Financiën. Natuurlijk, het nodige is gedaan. Mijn voorganger heeft daar echt zijn schouders onder gezet. Dat hoef ik niet uit te leggen. Daar bent u zelf bij geweest. Die governancecode van ASV, ik moet me nog verder verdiepen in allerlei zaken rond subsidiegeving hier in Amsterdam, maar wat we daar als toegevoegde waarde hebben gebracht, is dat al die instellingen op een goede manier worden bestuurd niet alleen in het verleden maar ook in de toekomst zodat je weet dat er waarborgen zijn en dat de financiering die je geeft, ook op een goede manier worden bestuurd. Dat is vaak op onderdelen van portefeuilles niet altijd het geval geweest in Utrecht. Dat is waarom die good governancecode enorm belangrijk is om objectief een goede besturing te krijgen bij financiële middelen, bij algemene middelen die we geven. Wat ik morgen ga doen? Ik ben al uitgedaagd om een visie te ontwikkelen op het ondernemerschap, op het mkb. Ik wil graag morgen de stad in om met de mkb'er te gaan 26 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen spreken daarover. Ik heb al een uitnodiging gehad samen met de burgemeester om bij de haven, een jaarlijks fenomeen geloof ik, bij het havendiner aan te schuiven. Ik weet niet of dat het mooie voorbeeld is, maar het vormt wel gelijk een kans om met heel veel mensen in contact te komen. Die open houding is wat ik meeneem uit Utrecht. Die vraag stelde u mij ook, wat neem ik mee uit Utrecht. Ik heb een open houding. Ik wil samenwerken, ik wil graag verbinden en ik wil u als raad daarin goed bedienen. De volledige raad. Met plezier laat ik de wat minder scherpe discussies achter. Ik verwacht dat we hier in Amsterdam elkaar goed de maat weten te nemen op de inhoud. Scherpe discussies. Ik verwacht zoiets en daar kijk ik naar uit. Dat vind ik ook de rol van de gemeenteraad en het college om die scherpte met elkaar te zoeken voor de brede resultaten voor de Amsterdammers. Dat is in Utrecht niet altijd even scherp geweest in, kan ik u zeggen. En dan schaatsen. Ik ben een sporter. Ik ben eigenlijk meer een teamsporter maar gezien de drukte van de baan komt dat er niet van. Dan kun je niet meer naar de training. Dan laat je je team in de steek en dat moet je nooit doen. Schaatsen is een soort stip op de horizon. Ja, ik ben lid van de Elfstedenvereniging. Ik ben zo iemand die al tientallen jaren wacht op het kunnen rijden daarvan. Dat geeft mij de stimulans om in ieder geval goed aan mijn conditie te werken. Dat is gezond, dat is prettig. Samen met mijn dochter heb ik in haar nieuwe stad Breda nog een halve marathon gelopen. Dat is wat ik mijzelf gun in mijn spaarzame vrijetijd. Lekker ontspannen, ook mentaal. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki. De heer MBARKI: Het is goed dat we een kandidaat-wethouder hebben. Het is nog beter dat het een heel ervaren wethouder is uit het Utrechtse, maar het is nog mooier dat die kaal is, een baard heeft en afkomstig is uit Utrecht. We hebben in Amsterdam best goede ervaringen met kale mannen met een baard uit Utrecht, dus u begrijpt dat de verwachtingen hooggespannen zijn. Ook op de economische portefeuille verwachten we natuurlijk dat deze wethouder gaat meedraaien met de Europese top, want Amsterdam concurreert met andere grote steden in Europa en Amsterdam hoort ook bij de grotere steden in Europa — ook al denken sommige Italiaanse voetbalscheidsrechters soms van niet, maar daarover hebben we het wel een andere keer. De strijd aan de top is hard en ik heb dan ook twee vragen aan deze wethouder. Allereerst begrijp ik uit het Utrechtse dat de wethouder al veel heeft bereikt op economische portefeuilles. Zo heeft wethouder Everhardt er in Utrecht voor gezorgd dat verschillende hoofdkantoren ook voor Utrecht zijn gaan kiezen en zo is onder andere de komst van Ziggo naar Utrecht groots gevierd. Ik vraag me af of de wethouder zich er nu voor gaat inzetten om de hoofdsponsor van Ajax terug te halen naar Amsterdam want die werkgelegenheid is heel belangrijk. Dat vindt de wethouder Werk en Inkomen natuurlijk ook. Daarnaast is het natuurlijk altijd hard werken aan de top, want het is nooit klaar. Dus ik ben ook heel benieuwd naar de stijl van deze wethouder oftewel is die stijl vooral aanvallend met heel veel lef of kiest de wethouder voor een andere stijl, iets behoudender, gecontroleerd en veel vanaf de flanken? Dus ik ben wel benieuwd naar de stijl van deze wethouder. Hoe ziet die eruit? Als we dit weten, dan steunen wij de kandidatuur van harte. De heer EVERHARDT: Dank voor de gestelde vragen. Het hoofdkantoor van Ziggo. Waarom het gaat, is dat je inderdaad een aantrekkelijk vestigingsklimaat weet te organiseren. Dat betekent dat er werk aan de winkel is alleen al op de Zuidas. Natuurlijk om er met collega Dijksma voor te zorgen dat het daar goed bereikbaar is nu en in de toekomst. Het is belangrijk dat dat goed op orde is. Dan is het niet zo zeer dat je dan dat ene kantoor weer opnieuw de maat neemt om hiernaartoe te komen, nee, je moet een 27 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen aantrekkelijk vestigingsklimaat creëren zodat bedrijven zelf zeggen, natuurlijk komen wij naar Amsterdam, natuurlijk gaan wij dat doen. Daarin heb ik heel veel vertrouwen en daarop zult u mijn inspanningen vinden. Dan mijn stijl. Ik heb een open houding. Ik heb het net ook gezegd. Ik verbind en ik wil samenwerken maar ik wil ook vooruit. Dus u zult mij initiatieven zien nemen. U zult mij zaken zien oppakken en ik ben niet bang om ook contraversiële, moeilijke onderwerpen beet te pakken en verder te brengen maar wel in gezamenlijkheid. Wel open en transparant en wel in samenwerking met deze raad. Dat is mijn stijl. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Flentge. De heer FLENTGE: Welkom, kandidaat-wethouder. Ik hoor in uw verhaal een prachtig pleidooi waarin ik veel plannen voor de toekomst zie. Ik heb eigenlijk maar een vraag, want ik wil een beetje terugkijken met u. Dat is misschien niet goed, misschien moeten we vooruit kijken, maar ik wil even terugkijken naar gisteravond. U bent een echte Ajaxiet, zegt u. Zijn we gepiepeld? Zeg ik het netjes? Of niet? En het kan gewoon tussen ons blijven. Dat hoeft verder niemand te weten. Dat mag gewoon recht uit het hart. Zijn we gepiepeld of niet? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Ja, ik kan het niet mooier maken dan het is. Ja, we zijn gepiepeld. Ik heb het niet live gezien, ik heb het ook niet op tv gezien, kan ik u nog even meegeven, maar ik heb het wel gevolgd. Ik had iets van een afscheid. Ik was verbijsterd. Hoe kan het? We staan 4-1 voor en dan gaat er iets mis. Uniek in de voetbalhistorie. Ja, we zijn gepiepeld. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Lammeren. De heer VAN LAMMEREN: Het is natuurlijk een feestelijk moment. Daar gaan we tenminste van uit. Ik ken de Amsterdamse raad al negen jaar dus ik denk dat we u straks mogen feliciteren als wethouder. Maar het is natuurlijk ook wel een beetje pijnlijk dat dat dan halverwege deze periode gebeurt. Maar daarover wil ik het helemaal niet hebben. Ik wil het graag hebben over de potentieel nieuwe wethouder en wil natuurlijk ook zijn familie welkom heten in dit prachtige Amsterdam. Ik kan me een sollicitatiecommissie herinneren waarin we vroegen, waar staan de drie Andreaskruisen voor? Dat is mijn eerste vraag. Waar staan die voor? Veel belangrijker, wat is de carnavalsnaam van Amsterdam? U weet natuurlijk ongetwijfeld dat de carnavalsnaam van Utrecht … is. Dat is vraag 3. Wij houden hier nogal van tradities. Wij zijn niet conservatief, maar we hebben gewoon eeuwenoude gewoonten waaraan we graag vasthouden. Al eeuwen lang. U gaat natuurlijk een aanta! belangrijke portefeuilles beheren. Daarvoor wordt u verantwoordelijk. Laten we het even over Schiphol hebben. Schiphol is een banenmotor en dat is prachtig, maar het is wel bijna 2020. Het zou mooi zijn voor heel Nederland als Schiphol vijf stappen harder gaat lopen op het gebied van duurzaamheid en reductie van de geluidsoverlast. Dat zijn de woorden van de toekomstig wethouder in Het Parool. Als die woorden goed zijn opgeschreven, dan vroeg ik mij af hoe het dan zit met het klimaat. Hoe zit het met de fijnstof, hoe zit het met de klimaatbelasting? Kan de wethouder daarover iets zeggen? Dat is immers een belangrijk punt. Mijn collega's van Groenlinks willen daarover vandaag niet heel uitgebreid met u debatteren, maar wel binnenkort. Dat willen wij ook. U bent nu al uitgenodigd, no matter wat de uitkomst is. De fractie van de Partij 28 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen voor de Dieren nodigt u daarvoor graag uit. Ik heb daar wel een serieuze vraag over. Hoe ziet u de groei of de krimp van Schiphol? Dan een beetje in de categorie Man-bijt-hond. U bent ook voorzitter, tenminste, volgens de website van Mainline bent u nog steeds voorzitter van Mainline maar volgens uw cv niet. Schijn daar eens wat licht op. Bent u nu gestopt op 1 november of 31 oktober of niet? De missie van stichting Mainline is het bevorderen van gezondheid en het verbeteren van de rechtspositie van mensen die drugs gebruiken. Dan zou mijn Man-bijt- hondvraag: wat is uw favoriete drugs? En dan meteen een serieuze ondertoon daarbij, want u bent negen jaar voorzitter geweest of u bent dat nog zonder primair het drugsgebruik terug te dringen vanuit respect voor de keuzevrijheid en de mogelijkheden voor de individuele drugsgebruiker. Dat vind ik wel lastig. De stichting Mainline zet zich in voor de verbetering van de rechtspositie van de drugsgebruiker, terwijl dat wel wrijft met de ondermijning waarvan we in deze stad zo veel last hebben. Er is helaas weer een advocaat neergeschoten vanmorgen. Dus ik ben wel benieuwd hoe de wethouder daartegenaan kijkt. Het wordt niet uw portefeuille maar volgens mij moeten we wel wat doen met drugs. Begint u vooral met de carnavalsnaam van Amsterdam en de drie Andreaskruisen. Straks heb ik nog een motie voor de raad die ik nu al ter overweging wil geven. De motie Litjens is ooit aangenomen en toen gingen wij naar verre, vreemde oorden, maar wij zullen eenzelfde motie bij agendapunt 10 indienen. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Er is nog veel te leren over de stad. Laat dat gezegd zijn. Barmhartigheid en standvastigheid, dat zijn in ieder geval twee termen die bij de Andreaskruisen horen. De derde hou ik ten goede. Heldhaftig. Ik leer on the spot. Laat dat helder zijn. Ik kom van boven de rivieren. Ik ben geboren in Arnhem. Ik heb echt heel weinig tot niets met carnaval. Ik kan u de naam van carnavalsstad Utrecht niet zeggen, ook niet van Amsterdam. Ik ga het opzoeken, laat dat helder zijn. Dan de groei van Schiphol. Er ligt een heel duidelijk coalitieakkoord en daarin staat hoe wij hiermee willen omgaan. Samen met de collegeleden hebben we die lijn ingezet en daar sta ik voor. Dat is ook de opdracht die ik als wethouder heb meegekregen. Dat is ook wat ik zal uitdragen. Ik zie uit naar de debatten, want ik ken de discussies over fijnstof en ik ken de discussies over klimaat. Ik ben wethouder Milieu geweest in Utrecht en ik weet wat uitstoot doet, niet alleen van vliegtuigen maar ook van auto's en dat soort zaken. Een enorm belangrijk onderwerp voor het welzijn van onze Amsterdammers. Dus ik graag gezamenlijk naar oplossingen zoeken. Volgens mij is dat hoe we verder komen in deze stad. Tot slot over drugs. Stichting Mainline. De website is kennelijk nog niet aangepast aan de actuele situatie, want ik heb anderhalve week geleden een vergadering gehad en daar heb ik gezegd mijn voorzitterschap direct neer te leggen. In de statuten zal mijn naam vast nog voorkomen, maar ik heb me er gelijk van gedistantieerd omdat er een financiële relatie is tussen deze stichting en de gemeente Amsterdam en het past niet daarvan dan voorzitter te zijn. Over harm reduction, ik vind dat een groot goed van ons drugsbeleid. Daar heb ik altijd voor gestaan. Als mensen inderdaad drugs gebruiken, dan gaat het erom hoe dat vanuit de gezondheidsoptiek op een goede manier kan worden ondersteund. En als mensen uiteindelijk een andere keuze maken of niet, dat willen we ook goed begeleiden. Het enorme vraagstuk dat u aansnijdt over ondermijning, criminaliteit, die verschrikkelijke incidenten die zijn gebeurd in deze stad, die begrijp ik heel goed. Dat te faciliteren, dat is niet waar deze stichting voor staat. Dat moet u echt uit elkaar zien. Ja, het is een groot maatschappelijk vraagstuk en de invulling vanuit de 29 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen justitiële en politionele kant is bij de burgemeester in goede handen. Wij als college kunnen haar daarin alleen maar ondersteunen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nanninga. Mevrouw NANNINGA: Alvast welkom aan de ongetwijfeld nieuwe wethouder. Dat gaat gebeuren vandaag. Op zich lijkt het ons van Forum voor Democratie niet per se een slechte zaak. U lijkt me een heel geschikt en capabel type, heel monter en veel zin om dingen aan te pakken. Een dijk van een cv. We zijn erg blij met de nadruk die de kandidaat-wethouder nu al lijkt te leggen op het lokaal ondernemerschap, het mkb. Forum voor Democratie en een niet nader te noemen viswinkel zullen daarmee heel blij zijn als u dat weet waar te maken. De stad staat te springen om een geluid zoals u dat tot nu toe — want the proof of the pudding is in the eating — heeft laten horen. We hebben echter wel een groot bezwaar. Er wordt hier een beetje lacherig en feestelijk gedaan en dat begrijp ik wel, maar wij hebben een principieel bezwaar tegen deze benoeming en dat geldt nadrukkelijk niet de partij, niet de politiek en ook niet de persoon, maar dat geldt de woonplaats van de kandidaat-wethouder. Hij heeft zelf aangegeven zich niet hier in Amsterdam te willen vestigen. Dat vinden wij niet passen bij een functie van wethouder. Het gaat niet om de persoon. Het is een functie die je bekleedt voor de stad. Wij vinden het echt ongepast. Wethouder Dijksma is vanuit de andere kant van het land ook met haar gezin met pubers hiernaartoe verhuisd. Ik heb zelf kinderen die wat ouder zijn dan die van de beoogd wethouder en ik weet wat het is als kinderen op de middelbare school zitten. Maar het hangt samen met het ambt dat u hier woont. Ik wil u echt vragen dat te heroverwegen. Dat zal echt van invloed zijn op onze stemming voor deze benoeming. Ik vind het een belangrijk principieel punt en ik begrijp niet dat Forum voor Democratie daarin alleen lijkt te staan. Verder inhoudelijk. De samenwerking tussen oppositie en coalitie. Dit college is daarin tot nu toe heel slecht. Wij zijn erg benieuwd hoe u dat voor u ziet. Wij staan constructief in de wedstrijd. Wij zijn bereid te overleggen, te delen, en het is natuurlijk ook in ons belang dat te doen, maar dat is tot nu toe met dit college moeilijk, zelfs onmogelijk gebleken. We zijn benieuwd hoe u daarin staat. Ook het dualisme is een beetje dood hier in de raad. Wij zouden het leuk vinden als wethouders en partijen niet zo'n dikke navelstreng hadden. Dus we zijn ook heel benieuwd hoe u dat ziet. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Ik begrijp uw oproep. Ik spreek hier als vader van twee kinderen op een precaire leeftijd die opgroeien in die stad. Ik begrijp aan de andere kant uw oproep ook wel, maar ik sta hier als vader. Dat is de keuze die ik heb gemaakt en ik ga het niet heroverwegen. Laat dat zijn gezegd. Dan oppositie en coalitie. U als 45 raadsleden vertegenwoordigt de stad, de hele stad. Wij als college moeten ook besturen voor de hele stad. Ik ben daarvan een representant dus ik wil die verbinding zoeken. Ik kom uit een stad waar het heel gewoon is dat oppositie en coalitie elkaar op de inhoud weten te vinden, niet weten te vinden, andere wisselingen weten te vinden om inderdaad de keuzes te maken voor de inwoners van de stad. En dat is in de meerderheid en dat wil ik gewoon bedienen. Dualisme, Democraten ‘66, is in mijn ogen dualisme. Ik ga aan wat in deze raad het gevoel daarmee is, maar u kunt van mij aannemen dat wij als bestuurders moeten besturen en dat u de baas bent. De gemeenteraad is de baas en neemt de beslissingen. Dat is het grote goed 30 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen wat wij democratie worden en dat moet goed worden bediend. Daar verwacht de Amsterdammer uw inzet en onze inzet. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: De aanstaande wethouder die niet in Amsterdam wil wonen, kan wat de Partij van de Ouderen betreft geen wethouder worden. Om de stad te dienen dien je de stad volledig te voelen en te ervaren. We hebben het hier niet over een deeltijdbaantje maar over een ambt dat men 24 uur per dag bekleedt. Van gemeenteraadleden wordt geëist dat ze in de stad wonen. Voor een wethouder moet dat ook een voorwaarde zijn. Wat is uw antwoord hierop? De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Het is tweeënhalfjaar. Dat wil ik ook gezegd hebben. Het is voor een periode van tweeënhalf jaar, een kortere tijd. Ik heb gezegd dat ik hier dag in dag uit met ziel en zaligheid in deze stad wil zijn. Ik woon in Utrecht-West. Dat is qua reistijd meer dan te doen. Een buitenwijk van Amsterdam? Dat zal ik niet zeggen. Maar u kunt er van mij op aan dat ik de stad inga, dat ik de gesprekken aanga en dat ik er zal zijn, als ik er moet zijn en dat ik er zal zijn, als ik er wil zijn en dat ik er zal zijn als het nodig is dat ik er ben. Die inzet krijgt u van mij voor tweeënhalfjaar. Als u het me gunt, wil ik dat gaan waarmaken. (Mevrouw VAN SOEST: U gaat er dus vanuit dat D66 over twee jaar niet meer deelneemt aan dit college of een volgend college? } Wat zal ik daarop nu eens zeggen? Een meer dan interessante vraag, maar ik ben hier gevraagd voor tweeënhalfjaar — de zittingsduur van deze prachtige coalitie waartegen D66 volmondig ja heeft gezegd — een rol te spelen. Dat ga ik doen vanaf dag één. Alsdanvragen, daarop kan ik geen antwoord geven, maar ik zal me er hard voor maken. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder. De heer CEDER: Ik heb mij aanvankelijk voorbereid met een hoop kritische vragen zoals dat mag worden verwacht voor een kandidaat-wethouder van de hoofdstad van het land, maar na beraad met mijn fractie en redelijk positieve geluiden vanuit de ChristenUniefractie uit Utrecht zal ik u heel veel succes en zegen toewensen en het daarbij laten, maar niet voordat ik de gelegenheid aangrijp om u het volgende Psalm mee te geven wanneer u uw nieuwe ambt zult bekleden. Dat is Psalm 83 vers 3 en 4: Doe recht aan de armen en de weeskinderen. Wees rechtvaardig voor de verdrukten en de armen en verlos de behoeftigen en ruk hen uit de handen van de goddelozen. Dank u wel en veel succes. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Dank voor deze bijdrage. De samenwerking met de ChristenUnie in zowel coalitie- als oppositieverband is mij altijd heel goed bevallen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons. 31 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Mevrouw SIMONS: Welkom aan onze beoogde nieuwe wethouder. Ik had in eerste instantie niet een hele batterij kritische vragen, maar na de ontboezemingen van de ChristenUnie heb ik daar dan weer een beetje spijt van. Het gaat BIJ voornamelijk om twee vragen aan de beoogd wethouder. BIJ is benieuwd hoe de heer Everhardt zijn rol als wethouder van Financiën ziet. Is de begroting die wij hier vandaag uitgebreid zullen bespreken, voor hem naar goed Amsterdams gebruik een middel om de ideologische en programmatische agenda uit het coalitieakkoord te realiseren of moeten we meer verwachtingen hebben in de lijn van zijn voorganger en ziet hij de begroting als een beleidsdoel op zich? We zijn daarnaar erg benieuwd. En het is al een paar keer ter sprake gekomen en iedereen in deze raad zal begrijpen dat ik de vragen in ieder geval niet kan laten liggen, want we begrijpen dat de heer Everhardt niet voornemens is om in onze stad te komen wonen. Hij wil dat ook niet heroverwegen. Maar dan is mijn vraag of hij van mening is dat je een goede bijdrage kunt leveren aan het bestuur van de stad ook als men de nachten buiten de stadsgrens doorbrengt en of er dan nog verschil is als die stadsgrens op 80 km of zoals in het geval van sommigen op 800 meter verwijderd is. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Everhardt. De heer EVERHARDT: Op die nachtelijke uren heb ik al eerder in antwoord op andere vragen gezegd dat ik die uren hier ook zal zijn waar ik inderdaad een bijdrage kan leveren en waar ik kan luisteren, kan horen en kan proeven en ook echt een bestuurlijke rol kan hebben. Mijn hoofd zal dan een kussen raken in Utrecht-West. Dat is het enige verschil. Een belangrijk punt van Financiën: middel of beleidsdoel zelf. Het is een precair samenspel van beide opties, want je moet inderdaad financiën vooraf gebruiken op de goede investeringen te doen voor de Amsterdammer om deze stad de volgende stappen te laten maken in haar ontwikkeling zodat de Amsterdammer hier goed kan blijven wonen en werken en zodat er een goed vestigingsklimaat wordt georganiseerd. Tegelijkertijd moet je ervoor zorgen dat die financiën op orde zijn. Verlies je dat uit het oog, en dat is waarom ik dat gezien de raadsenquête die u als raad zelf heeft geïnitieerd en waaruit u zelf de conclusies heeft getrokken, dat als een belangrijk onderdeel beschouw. Die combinatie is in de bestuurlijke handen van dit gehele college. Die samenwerking zoek ik ook met het college om daarin het optimum te vinden en mijn rol zit met name op het punt van die uitkomsten van de raadsenquête om die gestand te doen. De VOORZITTER: Dan zijn we hiermee aan het einde gekomen van de vragen van de zijde van de raad. Mag ik de bode vragen ervoor te zorgen dat de heer Everhardt naar de koffiekamer gaat in afwachting van de uitslag? En dan vraag ik de raad of er behoefte is om even te schorsen. Dat is niet het geval. 7. Oordeel van de adhoc-commissie inzake de benoembaarheid van een wethouder De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma als voorzitter van de Ad hoccommissie tot onderzoek naar de benoembaarheid van een wethouder. Mevrouw ROOSMA: De ad-hoccommssiie tot onderzoek van de benoembarheid van een wethouder heeft de eer de raad mede te delen dat zij de documenten en informatie, verstrekt door de heer Victor Everhardt heeft onderzocht en dat zij deze in 32 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen orde heeft bevonden, terwijl haar niet is gebleken van het bestaan van uitsluitingsgronden of van een onverenigbaarheid. Daarnaast heeft de kandidaat-wethouder de in artikel 8, vijfde lid van het Reglement van Orde vermelde documenten overlegd. De VOORZITTER: Dan kunnen we overgaan tot schriftelijke stemmen en dan doen we dat ook meteen voor de andere benoemingen die op de agenda staan. Ik nodig mevrouw Van Renssen, mevrouw Kilig en de heer Kreuger uit om het bureau van stemopneming te vormen. Voordat ik het vergeet, er worden twee stembriefjes uitgereikt met het verzoek beide in te vullen. De vergadering is geschorst totdat we een uitkomst hebben. De VOORZITTER schorst de vergadering voor enkele minuten. De VOORZITTER heropent de vergadering. De VOORZITTER: Dan doen we eerst de andere benoemingen. 12. Benoemen van twee leden voor de Referendumcommissie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1836) Benoemd tot lid van de Referendumcommissie: mevrouw Marion Veerbeek met 40 stemmen voor en 1 stem tegen; mevrouw Esmée Driessen met 40 stemmen voor en 1 stem tegen. 13. Benoemen van twee bestuursleden van de Amsterdamse Kunstraad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1837) Benoemd tot lid van het bestuur van de Amsterdamse Kunstraad: mevrouw Mieke Gerritzen met 41 stemmen voor; mevrouw Isis van der Wel met 41 stemmen voor. 14. Herbenoemen van een lid van de Technische Adviescommissie Hoofdgroen- structuur (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1838) Herbenoemd tot lid van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur: de heer Rob van Leeuwen met 41 stemmen voor. 15. Herbenoemen van een lid van de Sportraad Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1851) Herbenoemd tot lid van de Sportraad Amsterdam: mevrouw Jolanda Hogewind met 40 stemmen voor en 1 stem tegen. 33 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 16. Benoemen van een lid van de Raad van Toezicht Stichting Spinoza Lyceum Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1850) Benoemd tot lid van de Raad van Toezicht Stichting Spinoza Lyceum Amsterdam: mevrouw Mira Huusen met 41 stemmen voor. 8. Benoeming van een nieuwe wethouder en aanvaarding van zijn functie De VOORZITTER: De uitslag van de stemming. Benoemd tot wethouder van de gemeente Amsterdam: de heer Victor Everhardt met 33 stemmen voor en 8 stemmen tegen. Ik verzoek de griffier de heer Everhardt opnieuw naar binnen te geleiden. Mijnheer Everhardt, aanvaardt u uw benoeming? De heer EVERHARDT: Ja. De VOORZITTER: Dan zal de griffier u nu de schriftelijke verklaring voorleggen. Dan is hiermee de heer Everhardt benoemd tot wethouder en vindt nu de aflegging van de verklaring en gelofte plaats. 9, Aflegging van de eed/belofte door de nieuwe wethouder De VOORZITTER: Ik verklaar dat ik om tot wethouder te worden benoemd, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik verkaar en beloof dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als wethouder naar eer en geweten zal vervullen. De heer EVERHARDT: Dat verklaar en beloof ik. De VOORZITTER: Dan bent u hiermee geïnstalleerd als wethouder van de gemeente Amsterdam. En dan kan ik u als eerste van harte feliciteren. Ik moet zeggen dat het mij plezier deed dat ik u net al hoorde spreken over ‘onze’ stad. Ik zou zeggen, ga zo door. Fijn dat u er bent. En dan schors ik de vergadering zodat de felicitaties kunnen plaatsvinden. De VOORZITTER schorst de vergadering voor enkele minuten. 34 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De VOORZITTER heropent de vergadering. Voorzitter: de heer Torn 10. Verlenen van ontheffing van het vereiste van ingezetenschap (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1807) De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Lammeren. De heer VAN LAMMEREN: Nog niet zo heel erg lang geleden in deze raad hadden we een soortgelijke casus en die ging over voormalig wethouder Litjens die last had van motie Litjens uit de Tweede Kamer over het ingezetenenschap. Zo zie je maar weer dat altijd geldt: practise what you preach. Toen is er in de gemeenteraad een hele discussie ontstaan want de heer Litjens moest jaarlijks zijn ingezetenenschap verlengen. Ik kan mij herinneren dat D66 daar fel op tegen was. Uiteindelijk heeft D66 daarmee ingestemd maar er was wel wat verzet richting dat ontheffing geven op de verplichting om in Amsterdam te wonen. De Partij voor de Dieren heeft toen wel gewoon voor die ontheffing gestemd en dat gaan we vandaag ook doen. Wij vinden het jammer dat de kersverse wethouder zegt, ik kom niet in Amsterdam wonen, maar wij kijken naar het resultaat en uw daden. Wij denken dat u net wat meer gevoel krijgt met de stad als u in Amsterdam woont maar familieomstandigheden, ruimte en aandacht voor het gezin vinden wij op dit moment zwaarwegender tellen zeker omdat het maar over een relatief korte periode gaat. U bent optimistisch. U heeft het over tweeënhalf jaar. De Partij voor de Dieren denkt dat dat wel wat korter kan. Daarover later meer. Maar goed, u kende de drie Andreaskruisen niet. Jammer. Dat zegt ook iets over de souffleurfunctie van het college. Dit had toch wel wat sneller naar u toe kunnen komen zodat u de vraag had kunnen beantwoorden. U weet de carnavalsnaam van de gemeente Amsterdam niet. Dat is ook jammer. Die is er namelijk niet. Maar wij willen u een kans geven. In de traditie, de eeuwenoude traditie die wij hebben geïntroduceerd vier jaar geleden, gaan wij u vragen dat u het college en de gemeenteraad gaat uitnodigen voor een borrel in Utrecht zodat u de tijd heeft voor een hoogswaarschijnlijk onvruchtbare poging de Amsterdamse gemeenteraad te overtuigen dat Utrecht zich überhaupt op enig punt kan meten met Amsterdam. Wij zien de uitnodiging graag tegemoet. Ik heb hier de motie. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 72° Motie van het lid Van Lammeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1859) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__ wethouder Everhardt op te dragen de Amsterdamse gemeenteraad en het college van B&W uit te nodigen voor een borrel in Utrecht zodat hij de tijd heeft voor een hoogstwaarschijnlijk onvruchtbare poging de Amsterdamse Gemeenteraad te overtuigen dat Utrecht zich kan meten met Amsterdam. De motie maakt deel uit van de beraadslaging. 35 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Namens het college zou ik hierop even kort antwoord willen geven. Laat ik alleen gezegd hebben dat Utrecht en Amsterdam niet in competitie zijn. Ik heb zelf tien jaar in Utrecht mogen wonen tot enorme tevredenheid. Wij laten het oordeel over de motie heel graag aan de raad. De discussie wordt gesloten. De VOORZITTER: Dan kunnen we gaan stemmen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot voor een stemverklaring. Mevrouw POOT (stemverklaring): Wij zullen voor de voordracht stemmen en de motie, ja, al was het alleen maar omdat ik heel erg graag een keertje op bezoek ga en een borrel ga drinken bij deze nieuwe wethouder, wij zullen voor stemmen. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma voor een stemverklaring. Mevrouw ROOSMA (stemverklaring): Ik heb de motie nog niet gezien dus mijn vraag is of u de exacte tekst nog een keer wilt herhalen. De VOORZITTER: Ik heb de motie niet, anders had ik het graag gedaan. De motie ligt nu bij het kopieerapparaat. We praten de tijd gewoon even vol. Het woord is aan de heer Van Dantzig voor een stemverklaring. De heer VAN DANTZIG (stemverklaring): Wij kennen de heer Everhardt natuurlijk al wat langer, maar ik hoorde in de motie het woord borrel. Dat is een goed begin. Bovendien is het maar 21 minuten met de trein, dus dat moet te regelen zijn. Wij gaan voor stemmen. De VOORZITTER: De motie wordt nu uitgereikt maar ik ga de tekst nog een keer met u delen: ‘Verzoekt het college van burgemeester en wethouders wethouder Everhardt op te dragen de Amsterdamse gemeenteraad en het college van B&W uit te nodigen voor een borrel in Utrecht zodat hij de tijd heeft voor een hoogstwaarschijnlijk onvruchtbare poging de Amsterdamse gemeenteraad te overtuigen dat Utrecht zich kan meten met Amsterdam.’ Dat is de tekst van de motie. Aan de orde is de stemming over de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1807). De voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1807) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de voordracht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1807) is aangenomen met de stemmen van de Forum voor Democratie en de Partij van de Ouderen tegen. Aan de orde is de stemming over de motie-Van Lammeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1859). 36 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De motie-Van Lammeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1859) wordt bij zitten en opstaan aangenomen. De VOORZITTER constateert dat de motie-Van Lammeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1859) is aangenomen met de stemmen van de VVD minus mevrouw De Grave- Verkerk, de Partij voor de Dieren, Forum voor Democratie, D66, mevrouw Roosma, mevrouw Nadif, de heer Blom en mevrouw De Fockert, de heer Yilmaz en de PvdA voor. De voordracht wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd; de raad neemt mitsdien het besluit, vermeld onder nr. 1807 van afd. 1 van het Gemeenteblad. 1. Mondelingevragenuur Vragen van de leden Bosman en Taimounti inzake het feit dat door de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland is bevestigd dat een of meerdere brandweerlieden fotot's hebben genomen van de op woensdag 18 sepember neergeschoten Klevin Maynard De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bosman. Mevrouw BOSMAN: Op 18 september heeft iets heftigs plaatsgevonden in Amsterdam Zuid-Oost. De oud-profvoetballer Maynard wordt in zijn auto beschoten en zwaargewond rijdt hij de brandweerkazerne Anton binnen. De aanwezige brandweerlieden ter plaatse proberen hem nog te reanimeren maar hij overlijdt ter plekke. Met die reanimatie doen de brandweerlieden uiteraard iets heldhaftigs en ze doen hun plicht, maar ze doen ook iets wat ze als hulpverlener en in feite ook als ambtenaar niet zouden kunnen doen. Ze maken namelijk foto's en deze foto's zijn volgens de melding van de Veiligheidsregio gemaakt door een of meerdere brandweerlieden van de Veiligheidsregio en die zijn op sociale media verschenen en op verschillende websites binnen 24 uur na het incident. Op basis daarvan heb ik de volgende vragen. In opdracht van de Veiligheidsregio voert een extern bureau naar verluidt een onderzoek uit naar het maken en het verspreiden van de foto's die op de plaats delict zijn genomen. We zijn benieuwd wie dat doet en ook wat de vraagstelling is. Ik weet dat de burgemeester gisteren een brief heeft gestuurd, maar die brief kwam pas nadat er Kamervragen waren verschenen. Wij vroegen ons af wanneer de uitkomsten van het onderzoek er zijn en wat men nu wil weten en of het nodig is een protocol op te stellen voor brandweerlieden of andere hulpverleners in Amsterdam als dit soort gevallen zich voordoen. Voor mij is het ook niet helemaal duidelijk wat nu precies de disciplinaire maatregelen zijn die zijn opgelegd. Aangezien er ook nabestaanden zijn, lijkt het mij goed om voor het vertrouwen van hen iets meer te vertellen over die disciplinaire maatregelen die zijn genomen. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Inderdaad, het is een gruwelijk en een treurig incident geweest, het binnenrijden in de kazerne Anton, de beschieting die daar heeft plaatsgevonden. En het klopt ook zoals u dat zegt dat er onmiddellijk en buitengewoon heldhaftig is gereageerd door de brandweerlieden die daar ter plaatse waren ondanks dat 37 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen de situatie niet veilig was verklaard. Normaliter is het zo dat brandweerlieden wachten totdat de situatie veilig is verklaard voordat ze handelen, maar ze hebben onmiddellijk gehandeld ondanks dat er mogelijk nog iemand op het terrein aanwezig was en zij zijn overgegaan tot reanimatie. Het klopt ook dat er bij die reanimatie foto's zijn gemaakt. Er is één persoon geweest die een foto heeft gemaakt van de reanimatie zelf; er zijn meerdere personen geweest die foto's hebben gemaakt van het incident maar niet van de reanimatie. Laat ik daarover meteen heel duidelijk zijn: dat is in strijd met de regels die gelden voor de brandweer. Daarvoor hoeft dus ook niet een protocol te worden opgesteld, want men weet dat dat niet mag en niet kan en dat dat in de situatie schokkend is geweest. Die foto van de reanimatie is op een besloten app-groep geplaatst waaraan 40 brandweerlieden deelnamen en een van die foto's is vervolgens gelekt naar een website en via die website is die op sociale media terechtgekomen. Daarover zijn vragen gesteld door kamerlid Van Dam en daardoor is het meteen aan landelijke kwestie geworden. Dat neemt niet weg dat ondertussen de Amsterdamse brandweer, de brandweer Amsterdam- Amstelland, zelf onmiddellijk heeft gereageerd door een onderzoek in te stellen. Dat onderzoek is gedaan door bureau Pinkerton en de samenvatting van dat onderzoek is geanonimiseerd naar u toegestuurd. Dus u bent al in het bezit van dat onderzoek. U stelt mij de vraag naar de disciplinaire maatregelen. Laat ik daar meteen heel precies over zijn: er is een disciplinaire maatregel genomen tegen degene die de foto heeft gemaakt van de reanimatie en tegen degenen die foto's hebben gemaakt van het incident. Wij maken nooit bekend welke die disciplinaire maatregelen zijn. Dat dat in het verleden wel eens in de krant terecht kwam, is een andere zaak, maar disciplinaire maatregelen behoren tot de gewone werkgever-werknemerrelatie en die worden niet publiek gemaakt. Dus dat is ook in dit geval niet zo. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Bosman voor een vervolgvraag. Mevrouw BOSMAN: Ik begrip de burgemeester over die werkgever- werknemerrelatie. Maar ik heb nog wel een vraag naar aanleiding van wat er eerder in de krant is verschenen naar aanleiding van de reactie van de brandweer, want daar zei men dat die foto's waren gebruikt voor educatieve doeleinden binnen de brandweer en dat ze daarom waren gemaakt van die reanimatie. Als helder is bij de brandweer dat dit niet zou mogen en dat er inderdaad geen aandacht voor een protocol nodig is, hoe verklaart u dan die eerste reactie van de brandweer? De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Het klopt dat er foto's worden gemaakt voor educatieve doeleinden bij incidenten, bij branden, maar ook wanneer de brandweer levensreddende taken vervult wat ze in toenemende mate doet en dat doet ze soms onder buitengewoon ingewikkelde omstandigheden en dat was ook hier het geval. Daarbij is afgesproken dat er nooit foto's gemaakt worden van reanimatie. Hier is dus plichtsverzuim geweest en dat is ernstig. De disciplinaire maatregel die is opgelegd, daarbij is uitgesproken dat dit echt niet kan en dat het onacceptabel is en krenkend voor de nabestaanden. De brandweercommandant heeft de burgemeesters in de Veiligheidsregio laten weten dat hij zijn excuses maakt voor het gedrag van de brandwacht, maar er is bij het geven van de disciplinaire maatregel ook rekening gehouden met de grote consternatie die er op dat moment was en er is rekening mee gehouden dat de betrokken brandwacht, een 25-jarige jonge man is. Van terugplaatsen in rang kan geen sprake zijn want er ligt geen rang onder. De jongeman is van onbesproken 38 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen gedrag die zich zeer goed gedraagt. Hij heeft zich van het begin af aan gerealiseerd dat hij heel fout heeft gehandeld. Hij is daarop zelf naar voren gekomen en heeft zich geëxcuseerd. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Kilig voor een aanvullende vraag. Mevrouw KILIG: Ook de fractie van DENK is geschrokken van de berichtgeving in de media dat er foto's zouden zijn gemaakt door brandweerlieden tijdens de reanimatie van de oud-profvoetballer Kelvin Maynard. Het is onbehoorlijk en uitermate ziek om foto's te maken van een poging tot het redden van een leven. Wij denken ook dat het pijnlijk is voor de nabestaanden om in de media te lezen dat de hulpverleners op deze wijze zijn omgegaan met hun dierbare en daarom wil ik de burgemeester vragen waarom deze brandweerlieden niet wordt opgelegd ook in gesprek te gaan met de nabestaanden en hen dit verhaal persoonlijk uit te leggen en mogelijkerwijs ook excuses aan te bieden. Is de burgemeester alsnog bereid dit als optie voor te leggen aan de brandweer? De afgelopen jaren hebben we vaak gesproken over de ongezonde bedrijfscultuur bij de brandweer. Deze gebeurtenis laat zien dat er niet veel is veranderd. In het onderzoek kunnen we namelijk lezen dat in de eerste plaats werd ontkend dat er foto's waren gemaakt. Toen het bekend werd in de media, is de groepsapp waarop de foto's werden gedeeld, verwijderd en ook is te lezen dat de verspreiders van de foto's zich in eerste instantie niet kenbaar hebben gemaakt en dat niemand anders heeft getuigd wie de verspreider is of wie de verspreiders zijn. De burgemeester gaf net aan dat inmiddels wel bekend is wie de foto heeft genomen maar tot nu toe wisten wij niet wie verantwoordelijk is voor dit incident. Ik vraag me dan ook af of de burgemeester van mening is dat het onderzoek is afgerond. Is het dan niet belangrijk te weten wie de andere verspreiders zijn, wat hun motief was en dat de organisatie duidelijk wordt gemaakt dat dergelijke acties strikt zijn verboden? Of is de burgemeester hiermee content en laat ze het zo zitten? De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: U zegt als eerste dat er niet veel veranderd is. De nieuwe brandweercommandant is sinds een maand in functie en hij heeft uitgebreid verslag gedaan van zijn handelwijze en de reacties die hij heeft gegeven zoals u kunt lezen in de brief die ik u heb toegestuurd. Ik kijk terug op een aantal jaren van grote onderlinge ruzies, roddels en rechtszaken waardoor het moderniseringsproces volledig stagneerde bij de brandweer. Ik heb er goede hoop op dat met het aantreden van de nieuwe brandweercommandant de cultuur die inderdaad problematisch is bij de brandweer, wordt doorbroken. Een van de zaken die moeten worden doorbroken is de angstcultuur die de afgelopen jaren is ontstaan waardoor brandweerlieden bij fout gedrag niet meer naar voren treden en zich excuseren. De brandweercommandant meldt dat ook in zijn brief dat er een cultuur is ontstaan waarbij wegkijken of het wegmaken van bewijs eigenlijk de voorkeur heeft gekregen. Ook voor mij als bestuurlijk verantwoordelijke is het van groot belang dat brandweerlieden op het moment dat er wangedrag is, dat ze zich misdragen, naar voren treden en verantwoording afleggen. Ik denk dat met het handelen van de nieuwe brandweercommandant en de wijze waarop hij zich heeft verantwoord tegenover de burgemeesters en de acties die hij heeft ondernomen tegen zijn eigen personeel, een hele belangrijke eerste stap is gezet. Hij heeft een heldere grens aangegeven; hij is ferm geweest; hij heeft ook uitgelegd wat het gedrag van de 39 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen hulpverleners wel moedig is geweest. U zegt, het gedrag van de hulpverleners kon niet. Dat klopt. Het kan niet dat er foto's worden gemaakt op het moment dat iemand stervende is. Dat is stuitend en krenkend en dat kan echt niet. Maar de brandweerlieden aanwezig in de kazerne die zelf verschrikkelijk waren geschrokken, hebben de eerste reanimatie gedaan en hebben daarbij ook moedig geopereerd. Dat wil ik toch nog even memoreren. U stelt de vraag of bijkomend bij de disciplinaire maatregel er ook niet contact zou moeten worden gelegd met de nabestaanden en die vraag leid ik door naar de brandweercommandant en ik geef hem in overweging om te kijken of dat een maatregel zou kunnen zijn. Maar het is zo dat de brandweercommandant de maatregel oplegt en niet ik. Ik denk dat ik daarmee uw laatste vraag of er voldoende duidelijk wordt gemaakt aan de betrokkenen dat dit niet kan, ook heb beantwoord want er zijn uitgebreide gesprekken geweest, er zijn grenzen gesteld. Men weet dat dit niet kan. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Simons voor een aanvullende vraag. Mevrouw SIMONS: Veel van de vragen die ik had willen stellen, zijn al gesteld en daarmee ook beantwoord maar antwoorden roepen helaas vaak ook weer nieuwe vragen op. BIJ1 is vanzelfsprekend ook geschrokken van het nieuws, dat lijkt mij evident. Een van de vragen die nog niet is beantwoord, is de volgende. In de media hebben we gelezen dat het zou gaan om een prominent lid van de Ondernemingsraad. Ik vind dat een lastig te duiden term. Kan de burgemeester iets meer zeggen over waaraan ik moet denken bij de frase prominent lid. Is dat de voorzitter, is dat de secretaris? En hoe beïnvloedt dat dan hoe dit lid wordt aangesproken dan wel wordt gesanctioneerd? Daarnaast wil ik ook even stilstaan bij de woorden van de brandweercommandant zeker gezien het feit dat de burgemeester ons net verzekerde het vertrouwen te hebben in de manier waarop deze nieuwe commandant problemen binnen de brandweer te lijf wil gaan. Ik citeer: Ik ga niet mee in de oproep van buitenstaanders om ze buiten te flikkeren. Dat waren woorden die werden gebruikt om aan te geven dat er slechts interne disciplinaire maatregelen werden genomen. Hoe beoordeelt de burgemeester dit woordgebruik en kan de burgemeester eventueel in vertrouwelijkheid aangeven, want ik heb zojuist begrepen dat dat niet in openheid kan gebeuren, binnen welke range de maatregelen zich afspelen zodat de raad een idee krijgt? De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Bij mijn weten gaat het bij de betrokkenen niet om een prominent lid van de OR maar mocht dat wel zo zijn, dan wil ik u toch ook vragen daar waar het om gewone werkgever-werknemersverhoudingen gaat, enige privacy in acht te nemen. Ik wil best nog eens nagaan of ik u daarover vertrouwelijk meer informatie kan geven. Buiten flikkeren, dat was een citaat dat niet door de brandweercommandant zelf is gebruikt, maar hij verwijst naar opmerkingen die in de media zijn gemaakt. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Temmink voor een aanvullende vraag. Mevrouw TEMMINK: Reanimatie zijn ontzettend ingrijpend en juist daarom zouden hulpverleners beter moeten weten dat ze geen foto's moeten maken. De SP is erg blij met de brief van de brandweercommandant al blijft het wel een beetje bijzonder dat de commandant een brief moet sturen naar de Veiligheidsregio waarvan hij zelf directeur is. 40 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Ik heb nog wel vragen aan de burgemeester, want het is nog steeds niet helemaal duidelijk. Het lijkt nu alsof er pas actie is ondernomen toen er Kamervragen werden gesteld. In de beantwoording werd nog niet helemaal duidelijk of dat nu daadwerkelijk zo is of dat er sowieso actie zou worden ondernomen. Dat lijkt mij wel heel wenselijk. Ik hoop dat de burgemeester daarover nog duidelijkheid kan verschaffen. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: U zult vaker brieven ontvangen of de burgemeesters van de Veiligheidsregio zullen vaker brieven ontvangen van de directeur van de Veiligheidsregio waarbij bestuurlijke verantwoording wordt afgelegd door de directeur en zijn ondergeschikten. Dat is een volstrekt normale gang van zaken. In Den Haag zijn er vragen gesteld, waardoor de kwestie publiek werd. In Amsterdam zijn er geen vragen gesteld, maar het onderzoek vond wel plaats. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma voor een aanvullende vraag. Mevrouw ROOSMA: Ik zal niet herhalen wat er al door andere is gevraagd, maar ook de GroenLinks fractie is geschrokken van het incident. Mijn vraag is of wij nog iets zouden kunnen betekenen voor de familie om te kijken hoe de foto's die nog op het internet rondzwerven, verwijderd zouden kunnen worden. Ik heb zelf geen idee of dat kan en hoe dat kan, maar misschien zijn er andere mensen die dat wel weten. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Ik denk dat het terecht is dat u de vraag stelt. Ik zal zelf nagaan welke mogelijkheden wij daar hebben en of er misschien al actie op is ondernomen, want dat weet ik niet. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki voor een aanvullende vraag. De heer MBARKI: Foto's maken van incidenten, dat is sowieso iets wat wij sowieso niet willen als mensen stervende zijn. In je rol als professional is het nog belangrijker je daarvan bewust te zijn. Volgens mij gaat daar dit debat over. Mensen aanspreken als professional. Mijn vraag gaat over de afwikkeling richting de nabestaanden. Ik begrijp dat we die vraag neerleggen bij de brandweercommandant zelf, maar als de brandweercommandant tot een andere keuze komt, zouden wij dan als stad en zou u als burgemeester namens de Amsterdammers de nabestaanden onze excuses daarvoor willen aanbieden? Het is natuurlijk iets wat wij met zijn allen verschrikkelijk vinden. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Ik heb er geen enkel bezwaar tegen zelf contact te zoeken met eventuele nabestaanden om te kijken of daar behoefte is aan nog een excuus. Laat ik u onmiddellijk zeggen dat los van dit incident ik direct na het gebeuren heb geprobeerd contact te zoeken met de nabestaanden zoals ik dat in heel veel gevallen doe van gruwelijke moorden en incidenten waarbij dodelijke slachtoffers vallen. 41 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Vragen van het lid Mbarki inzake de 110 miljoen euro die het Kabinet extra uittrekt in de strijd tegen de georganiseerde drugscriminaliteit De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki. De heer MBARKI: Inderdaad, afgelopen week zijn wij allemaal verrast door het nieuws dat er 110 miljoen euro extra kwam in de strijd tegen de drugshandel. Het gaat om een eenmalige investering en in die zin heb ik de reactie van de burgemeester met veel vreugde ontvangen, want het gaat namelijk om een hardnekkig probleem dat vraagt om langetermijnoplossingen. Ik ben wel benieuwd wat er nu betekent voor Amsterdam; wat betekenen nu deze plannen voor Amsterdam en dan met name als het gaat om onze politiecapaciteit? Het zogenaamde MIT, het multidisciplinaire interventieteam, moet onder andere worden bemand door politiemensen. Waar komen die politiemensen vandaan als we nu weten dat we hier een hele grote druk ervaren bij bijvoorbeeld de noodhulp bij 112, bij de mensen die gewoon moeten uitrukken hier in Amsterdam. Daar ben ik benieuwd naar. En verder ben ik ook benieuwd of de burgemeester is gekend in deze plannen en in de aanloop naar deze plannen en wat zij daarin heeft geadviseerd als het gaat om Amsterdam. Wat kunnen wij daarin betekenen en wat hopen wij dat het oplevert? En misschien kan de burgemeester ons erin meenemen wat die 110 miljoen euro eenmalig betekent. Deze teams zijn dus tijdelijk van aard, denk ik dan terwijl het probleem natuurlijk hardnekkig is. En wat doen we dan als die mensen klaar zijn bij het MIT? Waar komen ze vandaan en gaan er dan weer terug? Het zijn mooie plannen maar ik zie die uitvoerbaarheid nog niet helemaal. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Ik begin even achterstevoren. In het landelijk overleg Veiligheid en Politie waarin de regioburgemeesters zitting hebben net als de procureurs- generaal, de minister en de heer Akerboom namens de nationale politie is het niet aan de orde geweest voordat het bekend is geworden. Dus de verzamelde burgemeesters zijn hiervan op de hoogte gesteld en niet alleen ik maar alle burgemeesters hebben onze grote zorg hierover uitgesproken. Het gaat er niet om dat wij principiële bezwaren zouden hebben tegen de instelling van dit multidisciplinair interventieteam, want wij begrijpen allemaal en dat begrijp ik ook dat drugshandel zich niet alleen op lokale schaal voordoet maar ook op een regionale, nationale en internationale schaal. Dus er is iets voor te zeggen dat je er ook voor zorgt dat er op nationale schaal opsporingsonderzoek plaatsvindt. Dus tot zover begrijpen wij het. Maar wij begrijpen niet waar de mensen vandaan moeten komen. De verzamelde burgemeesters en ook ik hebben daarover grote zorgen, want uiteindelijk komen er vacatures en de vraag is die gevuld gaan worden. Wij maken ons grote zorgen dat dat ten koste zal gaan van de Amsterdamse politie en zoals u weet, staat ons het water aan de lippen. Wij zijn op dit moment bezig te inventariseren welke maatregelen wij moeten treffen de komende tijd. Ik heb u al eerder gezegd dat ik u onmiddellijk op de hoogte zal brengen als wij als regio daarover beslissingen hebben genomen. Het baart ons dus heel erg zorgen dat er alleen landelijk en incidenteel bedrag ter beschikking is gesteld. Uw vraag is terecht wat er gebeurt als die 110 miljoen euro op is. Dus er is alleen incidenteel geld vrijgemaakt en daarbij wordt onvoldoende rekening gehouden met de lokale noden. Laten we wel wezen, de bestrijding van drugshandel begint op straat, op onze straten, want het gaat er in de eerste plaats om dat wij erin 42 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen slagen te voorkomen dat jongeren afglijden in de kleinschalige drugshandel en van daaruit doorgroeien naar de grootschalige drugshandel. Dat is de eerste prioriteit en daarvoor moeten regio's worden versterkt. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Poot voor een aanvullende vraag. Mevrouw POOT: Laat helder zijn dat wij in ieder geval blij zijn met al het geld dat ervoor wordt uitgetrokken, maar wij denken natuurlijk ook niet dat eenmalig 110 miljoen euro het probleem kan oplossen en wij hebben onze zorg over het jaar hierna. Dat wil ik hier graag een keer gezegd hebben. Ik heb twee aanvullende vragen. Hoe gaat het nu zo meteen met de capaciteit voor het team dat wordt gevormd en in hoeverre is het al duidelijk dat daarvoor de bestaande capaciteit zal worden gebruikt? Of is er nog een mogelijkheid dat daarvoor nieuw personeel wordt aangetrokken? Daarover zou ik de burgemeester graag een keer horen. Het tweede punt is dat de minister een aantal zaken heeft aangegeven waarvoor dit geld gebruikt zou kunnen worden of gebruikt gaat worden. Is er een mogelijkheid en misschien is daarover al gesproken dat Amsterdam zelf over een aantal middelen voor de bestrijding van drugscriminaliteit kan beschikken en daarin zelf prioriteiten kan stellen? De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. Burgemeester HALSEMA: Laat ik als eerste zeggen dat de ambivalentie die spreekt uit uw eerste woorden door mij wordt gedeeld. Ik ben ook blij met al het geld dat wordt vrijgemaakt voor de bestrijding van drugscriminaliteit. En met u ben ik van mening dat het te weinig is en nog incidenteel ook. Het was te verkiezen geweest als het bedrag was toegevoegd aan de politieregio's vanwege de noden die daar zijn. Op dit moment is het onduidelijk hoe de besteding van die 110 miljoen euro precies gaat plaatsvinden. Ik denk dat de ambitie van de minister is daarvoor nieuw personeel aan te trekken. Alleen, waar moet dat nieuwe personeel vandaan komen? En daar ontstaat natuurlijk de grote onrust, want waar haal je de gespecialiseerde, goed opgeleide mensen vandaan die dit kunnen? Die zijn natuurlijk aanwezig in de regio's en dat is precies waarover wij grote zorgen hebben. Mocht het duidelijk zijn en mocht er een mogelijkheid zijn dat Amsterdam profiteert van die 110 miljoen euro, dan breng ik u daarvan onmiddellijk op de hoogte. En natuurlijk zullen wij in de tussentijd ons best doen om ervoor te zorgen dat er ook nog structurele gelden beschikbaar komen alhoewel ik daarover niet optimistisch ben. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boomsma voor een aanvullende vraag. De heer BOOMSMA: Allemaal willen wij natuurlijk meer geld. Dat hebben we hier vaak besproken. Maar we zijn ook blij met die 110 miljoen euro ook al zeggen we dat dat niet genoeg is. Ik was een beetje verbaasd over de reacties hier, want volgens mij heeft de minister in zijn brief heel nadrukkelijk geschreven en ook in de pers aangegeven dat hij begin volgend jaar, in het voorjaar met voorstellen zal komen voor structurele financiering. De burgemeester zegt dat zij daarover negatief is, zo begreep ik net, maar laten we dat met beide handen aangrijpen en laten we daarop blijven aandringen en blijven aansturen. De VOORZITTER geeft het woord aan burgemeester Halsema. 43 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Burgemeester HALSEMA: U heeft groot gelijk en ik ben zeker niet negatief als het gaat om structurele middelen, maar ik sprak enig pessimisme uit en dat moet ik niet doen. Daarom heeft u groot gelijk. Vooralsnog gaan wij met al onze kracht en in gezamenlijk overleg met alle regioburgemeesters, want we zijn daarin heel eendrachtig, de minister steunen in zijn wens om extra structurele middelen vrij te maken. Wij hopen dat dat gebeurt en dat het aanzienlijk is. Alle aandacht gaat op dit moment uit naar extra geld voor de politie, maar het is goed hier nog eens publiekelijk te memoreren dat het probleem breder en fundamenteler is. De justitiële keten zit, zoals u ook heeft kunnen zien bij de aanhouding van Extinction Rebellion, verstopt en daar zijn grote tekorten. Dus het gaat inderdaad om het vrijmaken van structurele middelen voor de hele justitiële keten en dat is hoog nodig. Voorzitter: burgemeester Halsema Vragen van de leden Nadif, Ceder en Mbarki inzake het stoppen van het jongerencuituurhuis binnen Nol iMIT De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nadit. Mevrouw NADIF: De afgelopen week is er veel onrust ontstaan in Zuid-Oost toen bekend werd gemaakt dat een van de programma’s van NollMIT in Zuid-Oost ermee stopt. Bewoners en jongeren reageerden geschrokken en boos en dat is begrijpelijk. Het programma is een begrip in Zuid-Oost. Programmabureau Zuid-Oost heeft ervoor gekozen dit te schrappen en uit de berichtgeving maak ik op dat het om een bezuiniging zou gaan. Daarom heb ik een aantal vragen. Zou de wethouder meer kunnen toelichten over de subsidieregeling met Programmabureau Zuid-Oost en of daar daadwerkelijk een bezuiniging heeft plaatsgevonden? Is het stadsdeel in gesprek te gaan met Programmabureau Zuid-Oost en hoe is dat verlopen? Er is heel veel vraag naar dit soort programma's en daarom zou ik graag willen weten hoe wij ervoor kunnen zorgen in Zuid-Oost maar ook in andere stadsdelen dat we dit kunnen waarborgen. De gemeente verleent niet rechtstreeks subsidie aan het programma maar ziet het college mogelijkheden om deze doelgroep vanaf maart 2020 te kunnen opvangen? Wellicht kunnen onderdelen van het programma worden gecontinueerd of op een andere manier worden voortgezet. De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Jongerenwerk is echt het middel om naast en buiten school jongeren te helpen en te begeleiden om zich op een positieve manier te ontwikkelen. Jongerenwerk helpt met het weerstand bieden aan negatieve verleidingen waarover wij ons in deze stad veel zorgen maken. Jongerenwerk is ook een manier om kansen te leren pakken en talenten te ontwikkelen. Juist in Zuid-Oost is het belangrijk dat het een goede basis heeft. Op dit moment doet veel jongerenwerkers er veel goed werk. Wat is er aan de hand? De gemeente is gek genoeg niet de directe subsidieverstrekker van de heer Bromet waarover het artikel ging. Het stadsdeel verstrekt de subsidie aan de organisatie, u noemde het al, PBAZO, degene die voor het beheer van de ruimtes zorgt en ook voor de programmering van vijf sociale accommodaties in Zuid-Oost. lets breder dus. PBAZO heeft een soort eigen verdienmodel opgezet om de afgelopen jaren 44 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen activiteiten voor NoLIMIT binnen het buurtcentrum Ganzenhoef door de heer Bromet vorm te geven. Zij heeft dat betaald. Men heeft in de eigen inkoop gezien dat de inkomsten uit het beheer van deze centra zijn teruggelopen en daarom heeft PBAZO zelf aangegeven de activiteiten van de heer Bromet niet meer te betalen. Vervolgens heeft PBAZO bij het stadsdeel gevraagd die financiering per direct over te nemen omdat het eigen verdienmodel niet langer voldoet. Het stadsdeel heeft dat niet gehonoreerd, niet omdat het heeft bezuinigd want er is helemaal niets veranderd aan de hoeveelheid middelen. Sterker nog, de middelen voor jongerenwerk groeien. Maar het stadsdeel heeft gezegd veel breder te willen kijken wat er nu in Zuid-Oost is. We hebben afgesproken dat het stadsdeel in gesprek gaat met de heer Bromet om te kijken hoe die activiteiten van betekenis kunnen zijn. Ik denk dat dat vooral heel belangrijk is voor Zuid-Oost en we komen daarover nog te spreken op het moment dat ik u een brief stuur die gaat over het positief perspectief voor jongeren waarin we uiteenzetten hoe we het jongerenwerk willen versterken op de lange termijn. En op de korte termijn vind ik het belangrijk dat het stadsdeel in Zuid-Oost kijkt hoe het een goede infrastructuur houdt en dus ook deze partij uitnodigt om te praten over of en hoe zij daarvan deel kan uitmaken. Ik zal u daarover terugrapporteren op het moment dat we daar een stap verder zetten. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Ceder voor een aanvullende vraag. De heer CEDER: In aanvulling op mijn collega. Er zijn natuurlijk heel veel mensen geschrokken van het nieuws omdat het beëindigen van dat werk een feitelijke verschraling betekent van het aanbod van jongerenwerk in Zuid-Oost en het staat haaks op de algemene concensus binnen en buiten de gemeenteraad dat jongerenwerk van essentieel belang in Zuid-Oost maar ook in andere stadsdelen voor het behoud van de leefbaarheid van de wijken. Tegelijkertijd laat dit specifieke dossier ook onze kwetsbaarheid zien namelijk dat het in het huidige stelsel mogelijk is dat andere partijen dan de gemeenteraad eigenlijk kunnen bepalen hoeveel jongerenwerk er wel of niet is in een wijk en dat wij als gemeenteraad en als college eigenlijk achter de feiten aanlopen. Daarom heb ik de volgende vragen. U heeft aangegeven dat er met het stadsdeel contact is geweest over de financiering maar klopt het dat de Centrale stad of ambtenaren van de Centrale stad uiteindelijk erbij betrokken zijn geweest en dat ook die hebben aangegeven dat er geen extra financiering mogelijk zou zijn? En bent u het met mij eens dat dit eigenlijk een hele onwenselijke situatie is namelijk dat de gemeenteraad en ook u geen grip heeft op hoeveel jongerenwerk zich in een wijk bevindt en dat andere partijen dus afwegingen kunnen maken die haaks staan op de wensen en het beleid van de gemeenteraad? Hoe gaat u voorkomen dat dit ook niet in andere gevallen plaatsvindt? Misschien zijn er andere stichtingen en organisaties in andere wijken waar ook dergelijke afwegingen kunnen worden gemaakt. Is dat dan gewoon zo en moeten wij dat accepteren? Of kunt u ervoor zorgen dat wij overgaan naar een ander stelsel waarin jongerenwerk blijft gewaarborgd en waarbij de gemeenteraad en het college bepalen wanneer en hoeveel en waar? U heeft aangegeven dat u met de stakeholders in gesprek gaat op zoek naar alternatieven in de wijk. Dat vinden wij positief. Kunt u toezeggen voor afloop van de subsidietermijn, even uit mijn hoofd maart of april 2020, terug te komen bij de raad met de update over deze kwestie? Wethouder KUKENHEIM: U heeft een paar vragen gesteld die in feite gaan over mijn oordeel over hoe dit soort dingen nu gaan. Je ziet hoe belangrijk het is dat er toch 45 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen een sterke sturing zit op dit soort activiteiten. Dat is niet zo op het moment dat je een beheerorganisatie laat kiezen die het jongerenwerk uitvoert, dus de gedachte dat het stadsdeel zegt, dat willen wij zelf doen in plaats van dat we ons afhankelijk maken van een beheerorganisatie vind ik niet zo gek. Daarom heb ik net tegen mevrouw Nadif gezegd dat ik het belangrijk vind dat het stadsdeel in gesprek gaat, in kaart brengt wat we hebben, wat er komt, wat we nodig vinden en daarvoor deze partij uitnodigt en daarop een plan maakt. Dus die sturing moet echt worden verbeterd. De rol van het stadsdeel vind ik wel echt belangrijk. Dit is juist waarop stadsdelen heel veel zicht hebben. Zij weten wat er in elke wijk, in elke straat speelt. Zij weten hoe buurthuizen in elkaar zitten, wie wel wordt bereikt en wie niet wordt bereikt en hoe de kwaliteit van het jongerenwerk is. In Zuid-Oost zijn er meerdere kleine organisaties die jongerenwerk leveren en allemaal een eigen groep jongeren bedienen. Je hebt grote organisaties die goed werk leveren. Het is belangrijk dat het stadsdeel daarin een belangrijke rol heeft maar die moet wel een sturende rol hebben. Dat is ook de opdracht die wij zullen geven en wij zullen daarvoor de kaders vaststellen. Sterker nog, dat gaat u doen op het moment dat u spreekt over de brief Positief perspectief. Kortom, ik ben het eigenlijk met u eens dat die sturing moet worden verbeterd en in navolging van wat ik net tegen mevrouw Nadif zei, ik ga u verder informeren over deze situatie in het bijzonder. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Mbarki voor een aanvullende vraag. De heer MBARKI: We hebben het al eerder gehad over het belang van goed jongerenwerk in onze stad en met name het belang van goed jongerenwerk en andere vormen van perspectief bieden in met name stadsdelen als Zuid-Oost. NoLlMIT was natuurlijk een manier om bij te dragen aan het jongerenwerk. We hebben in dat stadsdeel wel heel veel andere jongerenwerkorganisaties en heel veel jongerenwerkers die heel veel doen. Kan de wethouder aangeven hoe het jongerenwerk op dit moment is geborgd in Zuid-Oost vooruitlopend op datgene wat nog extra nodig is? In de raadscommissie Algemene Zaken hebben we het daarover gehad. Er is iets extra's nodig. We hebben het ook al gehad over een jongerencentrum. Kan de wethouder iets vertellen over de plannen van zaken die in Zuid-Oost gaan komen en hoe het op dit moment zit met de borging van het jongerenwerk in Zuid-Oost? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Dat is best wel een hele brede vraag waarover ik ook heel uitgebreid zou kunnen spreken. Het heel technische antwoord is dat het stadsdeel vanuit de sociale basis subsidiemiddelen beschikbaar stelt aan jongerenwerk. Met name Swazoom is daarin heel groot. Maar er is ook altijd ruimte voor kleinere en andere, goede aanvullende initiatieven. Dat zie je overigens in meerdere stadsdelen. Mijn opvatting is dat het jongerenwerk überhaupt flink moet worden verstevigd en moet worden geprofessionaliseerd. Er moet veel meer samenwerking komen in buurten en dat geldt niet alleen in Zuid-Oost maar voor de hele stad ten aanzien van samenwerking tussen straathoekwerkers, sportbuurtwerk, jongerenwerk en de connectie met bijvoorbeeld de ouderkindteams. Daarover zal ik iets zeggen in de brief. Ik vind dat heel erg belangrijk omdat juist, en daarmee begon ik, dit de basis is waarmee je wilt voorkomen dat jongeren worden verleid om het verkeerde pad op te gaan of dat ze slachtoffer worden van mensen die niet het beste met ze voor hebben. Je wilt jongeren juist aanmoedigen hun talenten te ontdekken en zich op een positieve manier te ontwikkelen. Dat is een behoorlijke opgave 46 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen in deze stad ook binnen de financiële kaders die we hebben. Zoals u weet, heeft deze coalitie al in het begin veel meer uitgetrokken voor jongerenwerk en gedurende de rit ook veel meer uitgetrokken voor jeugd. En tegelijkertijd ziet u ook hoe mijn financiële kaders voor jeugd zich aan het ontwikkelen zijn en het gebrek aan steun vanuit het Rijk. Dus het is een pittige balans. Je wilt geen kinderen in de kou laten staan die er slecht aan toe zijn en zware specialistische hulp nodig hebben, maar ik wil ook vooral investeren aan de voorkant om te voorkomen dat kinderen niet goed terechtkomen. Die balans, daarover gaan wij het nog heel veel met elkaar hebben. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw De Grave-Verkerk voor een aanvullende vraag. Mevrouw DE GRAVE-VERKERK: Een korte vraag aan het college. Bent u het ermee eens dat het niet zo mag zijn dat er een gat gaat vallen in de activiteiten van het jongerencultuurhuis hangende de diverse door u aangekondigde overleggen? De VOORZITTER geeft het woord aan wethouder Kukenheim. Wethouder KUKENHEIM: Zeker, het ging over het jongerenwerk in Ganzenhoef en daar moet gewoon jongerenwerk blijven. In welke vorm dat dan is, daarvoor heb ik nu het stadsdeel gevraagd daarover in gesprek te gaan met alle partijen. Dus in die zin ben ik het natuurlijk met u eens. De VOORZITTER: Dan is hiermee een einde gekomen aan de mondelinge vragen. 17. Vaststellen van de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1810) Dit punt wordt gevoegd behandeld met de punten 18, 32, 35, 36, 37, 38, 39, 49 en 50. en 18. Wijzigen van de Verordening markt- en staanplaatsgelden (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1816) en 32. Vaststellen van de Legesverordening Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1803) en 35. Vaststellen van de Verordening op de Precariobelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1811) 47 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen en 36. Vaststellen van de Verordening op de vermakelijkhedenretributie op het land (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1812) en 37. Vaststellen van de Verordening reclamebelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1813) 38. Vaststellen van de Verordening op de toeristenbelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1814) en 39. Vaststellen van de Verordening op de Vermakelijkhedenretributie te water 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1815) en 49. Vaststellen van de Verordening Afvalstoffenheffing en Reinigingsrecht Bedrijfsafval Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1824) en 50. Vaststellen van de verordening op de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten 2020 begraafplaatsen en crematoria gemeente Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1825) De VOORZITTER: Dan is aan de orde de tweede termijn van de raad bij deze begrotingsbespreking. Het woord is aan de heer Torn. De heer TORN: De Amsterdamse VVD heeft soms een wat links imago zo in het land. Ik zie mevrouw Roosma al een beetje zuur kijken en denken, waar heeft hij het over? Ik kijk een beetje naar mevrouw Nanninga en die knikt instemmend. Ik moet eerlijk zeggen dat de waarheid wel ergens in het midden zal liggen. In de vorige periode toen wij nog meededen aan de coalitie, kregen wij ook wel eens dat verwijt en ik moet eerlijk zeggen dat mij dat wel eens een beetje pijn deed. Ik wil vandaag toch wel zeggen dat een heel positieve neveneffect van deze coalitie en van dit linkse college is, dat ik dat verwijt nooit meer krijg. Integendeel, er werd juist in de vorige periode vaak gezegd, waaraan werkt die VVD nu allemaal mee, maar nu wordt er gezegd, we begrijpen wat de VVD de afgelopen periode allemaal heeft tegengehouden. Voor mij is in ieder geval wel duidelijk geworden dat deelname van de VVD aan het stadsbestuur een heel erg groot verschil 48 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen maakt. We zien dat nu natuurlijk met dit college en dat vind ik toch wel pijnlijk en we kunnen nu eenmaal niet altijd vrolijke zijn, maar er moeten ook wel eens harde noten worden gekraakt nu we zien dat institutionele beleggers de stad de rug toekeren. Dat is buitengewoon slecht voor de stad. Dat gebeurt nu; dat gebeurde niet toen de VVD nog meedeed aan het stadsbestuur. Dus deelname van de VVD maakt echt een verschil. De lasten werden vorige periode substantieel verlaagd in plaats van nu verhoogd. Deelname van de VVD aan het stadsbestuur maakt echt een groot verschil. En financiën waren ook altijd op orde. De tering werd altijd naar de nering gezet. En ook dat is vandaag helaas niet meer het geval. Ik zou er eigenlijk een aantal opmerkingen over willen maken en ik denk dat mevrouw Roosma ook wel wil weten welke dat zijn. Misschien moet ik die eerst maar even opnoemen. Ik heb in de raadscommissie Financiën al wat gezegd over die reserves die nu allemaal zijn ingezet door deze coalitie, meer dan 100 miljoen euro. En we hadden natuurlijk die 30 miljoen euro, dat was gewoon een greep uit de Algemene Reserve. Het college heeft dat al die opgemaakt. En we hadden die boekhoudkundige truc met de rekenrente, een beetje een creatieve manier om wat meer begrotingsruimte te creëren. Maar misschien is het nog wel het ergste dat de dag na de raadscommissie Financiën afgelopen donderdag, op vrijdag de najaarsnota werd gepubliceerd. En of het allemaal nog niet erg genoeg is, we hadden natuurlijk vorig jaar een negatief rekeningresultaat en we stevenen nu weer af op een negatief rekeningresultaat. 8,7 miljoen euro negatief rekeningresultaat. Nu al een gat in een begroting die nog niet eens is aangenomen. Dat is zorgwekkend maar we zien wel dat deelname van de VVD aan het stadsbestuur echt een verschil maakt. Wat mij betreft wordt de VVD node gemist. (Mevrouw ROOSMA: Ik wil even terug naar een paar opmerkingen even geleden, want de heer Torn zegt dat het echt het verschil maakt, die VVD in het stadsbestuur. Daarmee ben ik het op zich eens, maar als het gaat om de financiën dan komt de heer Torn met een aantal conclusies dat niet klopt. De heer Torn is van mening dat dit college alle potjes heeft leeggemaakt en dat dit college dat allemaal aan het verbrassen is. Dat klopt natuurlijk niet. Die opdracht voor het opschonen van de reserves is gegeven in het vorige college, nietwaar, mijnheer Torn?) Het vorige college is natuurlijk heel druk bezig geweest om bijvoorbeeld de stadsschuld af te lossen. Een van de belangrijke punten van het vorige college was ook de inzet van D66, ere wie ere toekomt en dat maakt het ook wel weer des te pijnlijker dat D66 onderdeel is van dit stadsbestuur. Dat was een uitgangspunt dat in de vorige college nog heel belangrijk was voor D66. De heer Guldemond sprak hier altijd over, maar D66 heeft dit achter zich gelaten. Het idee van dat opschonen van de reserves was natuurlijk om te kijken of we het geld dat er was, konden gebruiken om de stadsschuld af te lossen. Laat ik één ding zeggen waarvan ik spijt heb en dat is dat wij als vorige coalitie dat gewoon allemaal! hebben uitgezocht. Ik had bijvoorbeeld het idee daarmee de stadsschuld af te lossen en deze coalitie zegt dan, yes, we gaan er met meer dan 100 miljoen euro vandoor. Ik hoop dat de VVD weer snel tot het stadsbestuur wordt geroepen maar ik vrees dat wij de puinhoop die er volgens mij aan zit te komen, weer moeten opruimen. En ik zeg puinhoop en dat meen ik serieus. Dat zal ik straks toelichten. Het ziet er financieel echt niet goed uit. (Mevrouw ROOSMA: Volgens mij zegt de heer Torn dat het opschonen van die reserves een prima opdracht was. Dat u er wat anders mee had willen doen dan dit college, dat is dan fair enough. U had het waarschijnlijk aan lastenverlichting uitgegeven, maar wij kennen de VVD in de vorige periode niet als een partij die nu stond te trappelen om de stadsschuld af te lossen maar die dat geld het liefst ook zou inzetten. Het 49 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen is niet helemaal eerlijk als u dit college dit punt verwijt. Ik was nog wel benieuwd naar het derde punt dat u noemde als een van de bezwaren. U noemde een lijstje met drie punten maar in alle retoriek ben ik even vergeten wat dat derde punt ook alweer was.) Ik heb een paar punten genoemd. Ik heb ook de 30 miljoen euro uit de Algemene Reserve genoemd. Was dat het misschien? De rekenrente misschien? Ja, de rekenrente. (Mevrouw ROOSMA: Ik was dus benieuwd naar dat punt over die rekenrente. Is het niet zo dat in de vorige periode ook die rekenrente een aantal keren is bijgesteld door het vorige college? Mijn punt zou zijn dat de heer Torn met mij in de vorige periode de wethouder der Financiën heeft bevraagd op het scherp aan de wind zeilen en om de raad meer sturing te geven zodat de raad kan bepalen waar die middelen heengaan. Dezelfde argumenten die u toen inbracht, gebruikt u nu tegen het college. Vindt u dat nu prudent?) Als u mij toestaat voorzitter, dan zou ik in de richting van mevrouw Roosma eigenlijk het volgende willen zeggen. We zijn weer bij de metafoor van het zeilschip en dat is een beetje een terugkerend thema als het om de financiën van de stad gaat. Mevrouw Roosma en ik hebben vaak een discussie over hoe scherp je nu aan die wind moet zeilen. Wat ik zou willen zeggen, is dat het schip natuurlijk geen bakzeil moeten halen. Je merkt dat we nu voor het tweede jaar op rij afsluiten met een negatief rekeningresultaat wat voor Amsterdam toch vrij uniek is - en we hebben het nu over de najaarsnota, 8,7 miljoen euro en in de vorige najaarsnota stond gewoon een negatief resultaat van 8,7 miljoen euro en daar stevenen we opaf. Zal het daarbij blijven? Dat is natuurlijk erg, maar misschien wordt het nog wel erger. We zullen dat uiteindelijk zien bij de jaarrekening. Waar het mij om gaat en dat is het punt dat ik wil maken, is dat je natuurlijk best een paar keer kunt zeggen, we hebben hier nog 30 miljoen euro. Het is een enorme begroting van 6 miljard euro. Dus als je een keer 30 miljoen euro ergens vandaan haalt, dan leidt dat nog niet direct tot problemen. Maar ik denk dat we vandaag op het kritieke punt zijn gekomen dat we op pijnlijke wijze heel erg gaan merken dat de keuzes die dit college heeft gemaakt, er nu toe hebben geleid dat het geld eigenlijk op is en we zien dat door de greep in het Stedelijk Mobiliteitsfonds. Dat brengt mij bij het volgende punt dat ik zou willen maken en dat betreft dat Stedelijk Mobiliteitsfonds. (De heer VAN DANTZIG: Ik wil natuurlijk even reflecteren op de onmisbaarheid van de VVD hoewel we het bij vlagen best gezellig hadden in de vorige coalitie. Ik heb wat moeite als het gaat over de financiële degelijkheid van de VVD en dan wil ik u meenemen naar een uitspraak van uw partijleider en ook wethouder Zorg in de vorige periode die zei, het geld in Amsterdam kan niet op. Hoe beoordeelt u die uitspraak nu en dan zeker in het licht van de tekorten in bijvoorbeeld de zorgportefeuille die oppopt en bij de kades en bruggen waar de VVD toch ook enige verantwoordelijkheid had?) Doordat wij altijd vrij streng begrootten, je kunt het op meerder manieren uitleggen en dat is eigenlijk de discussie die net door mij met mevrouw Roosma werd gevoerd, hielden we aan het eind van het jaar een vrij groot rekeningresultaat over. De vraag is of dat gewenst is of niet. Ik weet dat de heer Van der Burg een keer heeft gezegd, dat het geld in Amsterdam over het algemeen niet het grootste probleem was en dat was natuurlijk ook zo doordat we jaar in jaar uit een behoorlijk substantieel rekeningresultaat hadden. Die tijd lijkt nu definitief voorbij en ik denk dat iedereen in deze zaal het daarmee eens zal zijn. Althans, voor het tweede jaar op rij stevenen we af op een negatief rekeningresultaat. Dus dat het geld tegen de plinten aanklotst, dan kunnen we denk ik niet 50 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen meer zeggen. We hadden een andere begrotingssystematiek en ik prefereer dan toch dat je aan het eind van het jaar nog wat over hebt dan dat je aan het eind van het jaar tekort komt. Dat houd je uiteindelijk niet vol. (De heer VAN DANTZIG: Dat is gewoon een eerlijk antwoord van de heer Torn want hij zegt, als het aan de VVD ligt, dan houden we het liefst zo veel mogelijk geld over. Maar hoe kon het dan toch dat er bijvoorbeeld in de zorgbegroting enorm veel geld tekort was. Kunt u daarop nog een keer reflecteren?) De zorgbegroting is een zeer ingewikkelde begroting. Daar liggen natuurlijk opgaves ook door een gewijzigd beleid en vanwege de drie decentralisaties. Maar de wijze waarop je begroot en hoe scherp je begroot, dat is natuurlijk wel van belang. Je kunt iedere euro maar een keer uitgeven. Als je te scherp begroot zoals dit college echt wel doet, dan loop je uiteindelijk tegen problemen op en dan is er op een gegeven moment geen geld meer om die problemen op te lossen. Volgens mij zijn we nu op dat moment aangekomen. (De heer VAN DANTZIG: Voor de laatste keer. Ik ga proberen wat te concluderen, want ik liep naar de interruptiemicrofoon om te zeggen dat de VVD in veel gevallen onmisbaar was al was het maar omdat u een goed debater bent met veel kennis, maar niet om de gemeentebegroting in stand te houden. U legt dat net al moeilijk uit, maar precies wat u nu uitlegt, dat waren de spelregels van de begroting. En de enige begroting waar dat consequent misging, was de zorgbegroting en dat was nu toevallig de begroting waarover de VVD ging.) Ik kijk altijd gewoon naar de hele begroting en volgens mij is het ook echt één begroting. Daarin zitten inderdaad meerdere programma's en het punt dat de heer Van Dantzig probeert te maken is mij niet helemaal duidelijk, eerlijk gezegd. Ik zou het prettig vinden als hij het nog een keer zou toelichten, maar daarvoor is misschien nu het moment niet. Misschien wel later in het debat. We gaan het zien. Ik begrijp gewoon het punt van de heer Van Dantzig niet zo heel erg goed. Ik was gebleven bij het Stedelijk Mobiliteitsfonds want daar gebeurt dit jaar toch wel wat vreemds. We hebben met elkaar afgesproken en dat hebben we niet alleen afgesproken, maar daarvoor hebben we als gemeenteraad ook een verordening afgesproken, dat we maximaal 44.197.908 euro per jaar uit het Stedelijk Mobiliteitsfonds kunnen en mogen afdragen aan de Algemene middelen. Dat is gewoon een verordening en die verordening geldt hier in Amsterdam. Daaraan zal iedereen zich moeten houden, ook het college en wij als raad. Wat is nu het vreemde? Het college haalt dit jaar in de conceptbegroting die nu voorligt, maar liefst meer dan 100 miljoen euro uit het Stedelijk Mobiliteitsfonds voor de Algemene middelen. Dat is nogal een verschil. Ik heb de wethouder in de commissie gevraagd daarover duidelijkheid te geven. Daarover was een brief toegezegd. Ik heb die brief nog niet gezien en dat betreur ik eerlijk gezegd wel. Ik zou daarover echt graag duidelijkheid krijgen, want volgens mij is deze conceptbegroting zoals die nu voorligt, niet goed. Die deugt niet. Die is in strijd met de verordening en die zit dus technisch niet goed in elkaar. Ik vrees dat die terug zal moeten naar de tekentafel, maar daarover zullen we het staande het debat nog moeten hebben. Dat is het eerste punt als het gaat overhet Stedelijk Mobiliteitsfonds. Het tweede punt is natuurlijk dat wij daar een groot aantal bezuinigingen zien en daar wordt pijnlijk duidelijk dat de bezuinigingen echt moeten worden doorgevoerd. En die zijn fors. Mensen in de stad gaan dat merken. Heel veel projecten die in het Stedelijk Mobiliteitsfonds zijn geprogrammeerd, zullen of niet doorgaan of worden getemporiseerd zoals dat met een ambtelijke woord heet en wat gewoon betekent dat ze worden uitgesteld. En we weten allemaal dat van 51 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen uitstel afstel komt. Of projecten worden versoberd. Kortom, allemaal niet goed voor de stad en de VVD is daarvan dan ook geen voorstander. Concreet betekent het gewoon dat dit college ervoor kiest dat een herinrichting van ik noem maar een voorbeeld de Tsaar Peterstraat een stuk soberder moet. Er gaat gewoon 2,75 milljoen euro minder naartoe. Die Tsaar Peterstraat moet worden opgeknapt en daar gaat gewoon 2,75 miljoen euro minder naartoe! Dat vinden wij als VVD niet goed. En dat is nog maar één voorbeeld. Dat heeft allemaal te maken met het feit dat er een grotere uitname wordt gedaan uit het Stedelijk Mobiliteitsfonds namelijk 100 miljoen euro in plaats van die ruim 44 miljoen euro die we met elkaar hadden afgesproken en dat er enorm veel geld gaat naar de agenda Autoluw. Het zal geen verrassing zijn dat wij van die agenda niet zo'n groot voorstander zijn, dus wij hebben een motie. Het is erg ingewikkeld om dit technisch bij amendement allemaal te verwerken, dus wij hebben een motie aan het college om die begrotingswijziging nog voor 1 januari voor te bereiden om de agenda Autoluw terug te draaien en de bezuinigingen ook terug te draaien en dat nog voor 1 januari aan de raad voor te leggen. Het is een drama. (Mevrouw ROOSMA: Ik ben blij dat de heer Torn nu iets genuanceerder is dan in de raadscommissie Financiën en Economische Zaken want hij geeft aan dat sommige projecten inderdaad worden getemporiseerd en als er weer een jaarschijf bijkomt, dan blijven die projecten nog steeds op de rol staan. Maar dat terzijde. Ik vroeg me af of de heer Torn heeft opgemerkt dat een van de belangrijkste uitgaven uit het Stedelijk Mobiliteitsfonds de uitgave voor de kades en bruggen is. Ik vroeg me af of de heer Torn daarvoor niet iets meer waardering zou kunnen opbrengen dat dit door dit college wordt opgebracht na jarenlang achterstallig onderhoud. En ik vroeg me af of de heer Torn dat dan niet zou willen doen of dat hij daarvoor dan een andere dekking zou hebben.) Mevrouw Roosma maait me in die zin het gras voor de voeten weg, want ze heeft natuurlijk gelijk dat die kades en bruggen moeten worden aangepakt. Volgens mij sprak het college in een van de brieven over decennialange verwaarlozing en gebrek aan aandacht. Dat mogen we ons allemaal, stuk voor stuk, dus ook de VVD-fractie aantrekken. Ik denk dat alleen de fracties die vrij nieuw in deze raad zijn en die nog nooit hebben meegedaan in het college, daarvan verschoond blijven. De VVD neemt die verantwoordelijkheid ook en steunt de uitgaven die daarvoor zijn gedaan. Dus wat dat betreft dank aan mevrouw Roosma dat zij mij de kans geeft dat punt dat ik hier nog wilde maken, wat naar voren te halen. (Mevrouw ROOSMA: Dan stelt de heer Torn volgens mij voor om het programma Autoluw te schrappen. Dat verbaast me niets van autopartij VVD. Maar wat wilt u daar dan precies voor terug? Kunt u een rekensommetje geven van de projecten die u wel zou willen doorgaan en de projecten die u niet zou willen laten doorgaan? Daar ben ik dan wel nieuwsgierig naar.) We hebben van het college een brief gekregen. Ik pak die er even bij. Het zijn ontzettend veel getallen. Het is op zich niet zo ingewikkeld, maar het zijn wel heel veel data. En in die brief staan allerlei bedragen. Het is een brief van 25 september. U kent die ook. Daar staan inderdaad meerdere getallen in waaronder de besparing die wordt gerealiseerd op de openbare ruimte en dat is dan onder pagina 2. Daar gaat het maar liefst om 32,5 miljoen euro. De agenda Autoluw, dat staat iets verderop in het stuk, daar gaat het om 37,4 miljoen euro. Die bedragen komen redelijk bij elkaar in de buurt. Wat wij als VVD zeggen, is: zorg er nu voor dat je die agenda Autoluw even temporiseert om maar even in die terminologie te blijven. En wat ons betreft komt dan ook van uitstel wel 52 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen afstel. En laten we die projecten die de stad zo hard nodig heeft, gewoon gaan uitvoeren. Het woord temporiseren, uitstellen, betekent dat je uiteindelijk in een volgend jaar projecten die dan aan de orde zijn, niet kunt uitvoeren. Het lijkt wel heel mooi om het alleen maar te gaan uitstellen, maar dat is toch een beetje zand in de ogen strooien van degenen die niet aan het opletten zijn omdat je door uitstel andere projecten in de toekomst niet kunt uitvoeren. Daarover maken wij ons zorgen. (Mevrouw ROOSMA: Dus de VVD stelt voor bijna het hele programma Autoluw te schrappen ten faveure van alle projecten die in die tabellen staan genoemd, dus 1:1. Heeft de heer Torn ook opgemerkt dat het programma Autoluw ook in de context wordt gedaan van een bereikbare stad? Eigenlijk zegt u, we zetten die stad op slot en we gaan die projecten doen en we gaan niet meer werken aan het bereikbaar houden van Amsterdam. Het kan u niet zijn ontgaan dat de bereikbaarheid van de stad in het geding is. Dat is wat u volgens mij hier effectief voorstelt.) Ik denk dat we hier een politieke discussie raken en uiteindelijk is dat niet zo gek want we zijn hier natuurlijk in de gemeenteraad. Het is wel zo en dat is geen geheim, dat de VVD vindt dat de auto een plek verdient in de stad. We hebben als VVD gezegd dat wij het liefst willen dat die auto’s worden geparkeerd in ondergrondse parkeergarages. Geen nieuws. En ook in een stad als Amsterdam, de nieuwe wethouder sprak net nog van de hoofdstad, daar moet je wel met de auto kunnen komen. Het is hier geen Vlieland, geen Schiermonnikoog. Je moet hier met de auto kunnen komen en ja, daar ligt de focus van de VVD op. Maar dat is denk ik geen nieuws. En wat dat betreft kan ik het nog wel een keer herhalen, maar het maakt echt uit of de VVD wel of niet meedoet aan het stadsbestuur, want wat er nu allemaal in deze stad gebeurt, daarvoor houd ik mijn hart toch wel vast. (De heer N.T. BAKKER: U raakt een mooi punt. Het maakt inderdaad uit of de VVD deelneemt aan het college of niet. Ik wil U meenemen naar het beruchte jaar 2002 waarin uw wethouder Mark van der Horst een beginbesluit nam om de Noord/Zuidlijn te bouwen en toen diende de SP moties in voor onderhoud aan kades en bruggen. Wat was de argumentatie toen van de VVD-wethouder? Die zei, we hebben daarvoor nu geen geld. Die motie werd weggehoond. In die tijd werden onze moties weggehoond. Maar de motivatie van de heer Van der Horst was dus sorry, we hebben nu zo ontzettend veel geld nodig voor de Noord/Zuidlijn. Waar ligt nu eigenlijk uw prioriteit? U heeft het over het Stedelijk Mobiliteitsfonds dat zo'n ramp zou zijn, maar toentertijd bij uw deelname aan het college en ook in het vorige college werd er weinig geld besteed aan het onderhoud van kades en bruggen dankzij uw wethouders. Dus wat is nu uw ratio in dit verhaal?) De heer Bakker stipt hier een punt aan dat net ook aan de orde kwam en dat is dat dit college al heeft gezegd dat dit onderwerp decennialang bestuurlijk toch wel wat is verwaarloosd. Ik heb net zelf gezegd dat alle fracties die in de raad zitten en ooit deel hebben genomen aan het college waaronder de VVD, waaronder GroenLinks, waaronder de PvdA maar ook de SP, daarvoor verantwoordelijkheid dragen. Ik denk dat het nu belangrijk is die verantwoordelijkheid te nemen. Het laatste woord over dit onderwerp is ongetwijfeld nog niet gezegd. Dit had natuurlijk eerder aangepakt moeten worden en die verantwoordelijkheid die dragen we voor een groot deel met elkaar. De VVD steunt wat dat betreft het college volop. Dat heb ik volgens mij net ook al gezegd in reactie op de vraag van mevrouw Roosma. 53 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen (De heer N.T. BAKKER: Nu de heer Torn een stuk genuanceerder is dan in de raadscommissie, zou ik hem willen vragen wat hij ervan vindt dat bij wijze van spreken in de Plantage Middenbuurt gejuich omhoog is gestegen sinds wij hebben aangekondigd dat we het project daar, het infrastructurele project daar enigszins uitstellen. Wat vindt hij daarvan?) Allereerst wel aardig om te horen dat de heer Bakker mij hier in de raad een stuk genuanceerder vindt dan in de commissie. Volgens mij ben ik altijd een groot stuk nuance. Enerzijds zou ik tegen de heer Bakker willen zeggen dat het natuurlijk altijd goed is als het om dit soort projecten gaat om goed naar de bewoners te luisteren. Anderzijds zou ik ook wel tegen de heer Bakker willen zeggen als we dan toch zo genuanceerd bezig zijn, dat de insteek van deze hele operatie waarvan de brief op 25 september is verstuurd, niet was om nu eens een wens van de bewoners in te willigen, maar om een bezuiniging te realiseren. En dat vind ik een zorgelijke zaak. Ik vind het belangrijk altijd goed naar bewoners te luisteren, maar anderzijds moet de stad natuurlijk wel worden opgeknapt als dat nodig is. Dat is nodig in de Tsaar Peterstraat, de Don Boscostraat, noem maar op. Het is een hele lijst en die projecten worden nu allemaal getemporiseerd. Dat vindt de VVD een kwalijke zaak en wij willen dat graag terugdraaien. Ik zal daarvoor zo een motie indienen. De verordening op de reclamebelasting. Ooit schafte de VVD die reclamebelasting af, maar die komt nu weer driedubbel en dwars terug. De VVD is daarvan geen voorstander en zal daartegen stemmen. Het is toch wel erg om te zien dat die belasting zelfs steviger terugkomt. We hebben ook een aantal amendementen om de scherpe kantjes er vanaf te vijlen. We zullen zien hoe daarop wordt gepreadviseerd. We kunnen u die amendementen van harte aanbevelen. En dan hebben we het over de leges en die leges moeten wat betreft de VVD echt omlaag. Ik zou ook naar de fractie van D66 willen kijken, want het was D66-raadslid de heer Guldemond die nog niet zo lang geleden een motie indiende, de motie-Guldemond die het college opriep ervoor te zorgen dat die legeskosten omlaag zouden gaan zodat die leges daadwerkelijk omlaag zouden kunnen. Wat de VVD betreft is die motie onvoldoende opgevolgd. Ik begreep dat mijn fractiegenoot De Grave-Verkerk vorige week in de raadscommissie het hele college daarvoor een gele kaart heeft gegeven. Nu, als je een gele kaart van mevrouw De Grave-Verkerk krijgt, dan is er echt wel iets aan de hand kan ik u zeggen. Dus ja, wij maken ons daarover grote zorgen. Die leges zijn wat ons betreft echt te hoog. Trouwen in Amsterdam kent de hoogste leges van heel Nederland om over de bouwleges nog maar te zwijgen. Dus daarvoor hebben wij een aantal amendementen. Wij vinden dat die tarieven echt naar omlaag moeten en wij hopen dat die amendementen worden aangenomen. Ik ga nu een paar punten overslaan omwille van de tijd, maar dan heb ik nog een vraag als het gaat over het reinigingsrecht. Dat gaat maar liefst met 4,18% omhoog — dat is althans het voorstel van het college. Die 4,18% begrijp ik niet zo goed. Dat is veel hoger dan de inflatie. Kan het college die 4,18% toelichten? Hetzelfde geldt voor het percentage als het gaat om de verordening rond crematoria. Ook die tarieven gaan behoorlijk omhoog, hoger dan het inflatiepercentage en het is de VVD niet duidelijk waarom dat zo is. Tot slot zou ik nog een punt willen maken en dat betreft de nominale compensatie voor de kunstinstellingen. Het is geen geheim dat wij als VVD altijd heel kritisch zijn geweest op het verlenen van nominale compensatie, maar nu is het zo dat in de voorjaarsnota die nominale compensatie was aangekondigd en als we het dan hebben over bestuurlijke betrouwbaarheid die voor de VVD erg belangrijk is, dan zou je zaken die je in de voorjaarsnota aankondigt toch echt in de begroting moeten terugzien. Ik hoorde 54 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen het college bij monde van wethouder Groot Wassink zeggen dat deze begroting tamelijk saai is want het is in feite een technische vertaling van de voorjaarsnota maar dat is op het gebied van die nominale compensatie voor de kunstinstellingen dus niet het geval. Ik zou van het college willen horen hoe het college daarop reflecteert en dan vooral vanuit de toets der bestuurlijke betrouwbaarheid. Dus niet zo zeer inhoudelijk. Kunstinstellingen moeten ook hun begrotingen rond krijgen. Hoe kijkt het college daar nu specifiek tegenaan? Het bestuur van Amsterdam is toch wel een serieuze aangelegenheid en ik denk dat je dan wel op een betrouwbare manier de stad zou moeten besturen en heldere verwachtingen moet scheppen richting de stad en richting de kunstinstellingen. Kortom, er ligt een begroting, een begroting waarop wij buitengewoon kritisch zijn en waarover we een aantal hele kritische vragen hebben gesteld. Een begroting die zich steeds afhankelijker maakt van allerlei lasten. Ik denk dat dat mijn slotbeschouwing zou zijn. De toeristenbelasting gaat omhoog. Op zich is de VVD daarvan een voorstander zij het iets anders dan de verhoging die nu wordt voorgesteld. Wij hebben altijd gezegd: label dat. Je maakt je nu heel erg kwetsbaar en heel erg afhankelijk van dit soort inkomstenstromen. Ik houd mijn hart vast voor het moment dat het misschien economisch minder goed zou gaan en de stadsbegroting dan ook direct geraakt gaat worden door nog grotere tekorten dan er nu al zijn. Dus deze begroting zoals die er nu ligt, biedt heel veel kwetsbaarheden. Dat is echt niet goed en ik ben echt benieuwd naar de antwoorden op de vragen over het Stedelijk Mobiliteitsfonds. Wij houden als VVD ons hart vast voor de toekomst. (Mevrouw ROOSMA: Het is natuurlijk heel verleidelijk nu weer een slotbeschouwing te geven op het slot van het betoog van de heer Torn, maar ik had eigenlijk nog een vraag over een aspect daarvoor. U zei dat het bestuurlijk niet zo betrouwbaar was om nu nog die nominale compensatie aan te passen. Dat is natuurlijk omdat het Rijk ook op het laatste moment met allerlei wijzigingen komt. Dat even daargelaten kan ik me herinneren dat u twee jaar geleden op deze plek stond te betogen dat u de toeristenbelasting te elfder ure wilde verhogen. Is dat niet zo, mijnheer Torn?) Ja, maar dat lag toch even iets anders. Dat had te maken met inderdaad een verhoging van de toeristenbelasting en dat was wel een andere zaak dan nu. Nu is heel specifiek in de voorjaarsnota gezegd en die voorjaarsnota wordt heel breed en heel goed gelezen in de stad met name door instellingen die afhankelijk zijn van de gemeente en die hebben gerekend op die nominale compensatie. Die hebben misschien hun medewerkers al loonsverhogingen toegezegd. Dan reken je daar natuurlijk op. Met betrekking tot die toeristenbelasting is het zo dat die altijd aan het eind van het jaar pas wordt vastgesteld net zoals dat nu vandaag gebeurd en die kan vervolgens worden doorbelast. Ik snap ook wel dat de meeste hoteliers dat niet fijn vinden, maar die kunnen worden doorbelast aan de overnachter. Als je overnacht in een hotel moet je altijd nog een beetje extra betalen voor de toeristenbelasting. Dat is vaak een nabetaling. Daar zie ik die bestuurlijke betrouwbaarheid toch iets minder spelen dan hier bij de nominale compensatie van de kunstinstellingen omdat daar de lonen van medewerkers in het geding zijn. Dus ik hou mijn hart er wel een beetje bij vast. (Mevrouw ROOSMA: Ik constateer dat de heer Torn op het ene punt bestuurlijk betrouwbaar wil zijn, maar als het gaat om ondernemers vindt hij die bestuurlijke betrouwbaarheid dan weer wat minder belangrijk. Maar goed. U heeft altijd gezegd dat er pas een begroting is als die is vastgesteld en dan pas kunnen mensen erop rekenen wat het budget 55 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen voor het jaar daarop is. Dat was altijd uw argument en volgens mij geldt dat op dit moment ook.) Dit is toch echt wel iets anders gegaan. De toeristenbelasting wordt geheven op het moment dat het jaar is ingegaan. Die kan gewoon in rekening worden gebracht bij de desbetreffende klant. Dat is echt iets anders. Het gaat hier om nominale compensatie die is toegezegd waarmee kunstinstellingen rekening hebben gehouden. Ik ben zo dadelijk ook wel benieuwd naar wat mevrouw Roosma hiervan vindt. Ik zie haar bijdrage zo dadelijk op dat gebied graag tegemoet. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 73° Motie van de leden Torn, Boomsma, Kreuger en Yilmaz inzake de Begroting 2020 (Stedelijk Mobiliteitsfonds), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1741) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - af te zien van de geplande uitgave van 37,4 miljoen euro voor de uitvoering van de Agenda Autoluw en de hiermee bespaarde middelen in te zetten om de geplande besparingen op de projecten ter verbetering van de verblijfskwaliteit terug te draaien; -__ conform bovenstaande een wijziging van de begroting en alle bijbehorende tabellen voor te bereiden en uiterlijk 1 januari 2020 de raad ter besluitvorming voor te leggen. 74° Amendement van de raadsleden Torn en De Grave-Verkerk inzake het uitzonderen van gezondheidspraktijken in de Verordening Reclamebelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1860) Besluit: - op pagina 4 van de voorliggende verordening bij Artikel 8 (Vrijstellingen) bij punt d. achter het woord ‘zorginstellingen’ de volgende zinsnede toe te voegen: -_…, Waaronder praktijkruimten van beroepsbeoefenaren zoals die worden genoemd in artikel 3 van de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg, … 75° Amendement van de raadsleden Torn en de Grave-Verkerk inzake het uitzonderen van culturele instellingen in de Verordening Reclamebelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1861) Besluit: -_op pagina 4 van de voorliggende verordening bij Artikel 8 (Vrijstellingen) toe te voegen het punt |. ‘Openbare aankondigingen die tijdelijk en zonder commercieel oogmerk aanwezig zijn in het kader van en voor de duur van activiteiten van culturele, maatschappelijke of soortgelijke aard.” 56 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 76° Amendement van de leden Torn en De Grave-Verkerk inzake Legesverordening Amsterdam 2020 huwelijksvoltrekking (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1862) Besluit: - De legestabel 2020 behorende bij de legesverordening 2020 vallend onder het punt 211. HUWELIJKSVOLTREKKING/GEREGISTREERD PARTNERSCHAP: Bij product 2 (maandag t/m vrijdag tussen 08:00 en 18:00 uur - op een Stadsloket met een uitgebreide ceremonie (maximaal 1 uur)} het bedrag van 779 euro te wijzigen in 530,39 euro; - Bij product 4 (in een andere daartoe aangewezen locatie (huis der gemeente), maandag t/m vrijdag tussen 08:00 en 18:00 uur) het bedrag van 740 euro te wijzigen in 503,50 euro; - Bij product 5 (in een andere daartoe aangewezen locatie (huis der gemeente), maandag t/m vrijdag tussen 18:00 en 08:00 uur en zaterdag, zondag en officiële feestdagen) het bedrag van 959 euro te wijzigen in 653 euro. 77° Amendement van de leden Torn en Naoum Néhmé inzake Legesverordening Amsterdam 2020 omgevingsvergunning (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1863) Besluit: De legestabel 2020 behorende bij de legesverordening 2020 vallend onder het punt 3.1. OMGEVINGSVERGUNNING: - Bij product 1.1. (Het tarief bedraagt voor het beoordelen van een conceptaanvraag voor een omgevingsvergunning (schriftelijke reactie op verzoek over de haalbaarheid van een voorgenomen project). De kosten voor een conceptaanvraag worden in mindering gebracht op de leges indien binnen 26 weken na de datum van afhandeling van het verzoek voor de beoordeling van een conceptaanvraag een Wabo-aanvraag wordt ingediend) het tarief van 217 euro te wijzigen in 112 euro; - Bij product 2.1. (schijf 1 - bij bouwkosten van 0 euro tot en met 50.000 euro: 3,00% van de bouwkosten, met een minimumtarief van 250 euro) het gedeelte ‘3,00% van de bouwkosten, met een minimumtarief van 250 euro’ te vervangen door ‘1,61% van de bouwkosten, met een minimumtarief van 112 euro’. 78° Amendement van de leden Torn en Boomsma inzake vermakelijkhedenretributie voor stadstours (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1864) Besluit: - De onderstaande artikelen te schrappen uit de Verordening van de raad van de gemeente Amsterdam houdende regels over de vermakelijkhedenretributie op het land (Verordening op de vermakelijkhedenretributie op het land 2020): -_Artikel 1 Begripsomschrijving punt d. stadstour: (een wandeling of tocht per (al dan niet gemotoriseerd) vervoermiddel, niet zijnde een autobus, in georganiseerd verband, volgens een bepaalde of afgesproken route die in 57 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen hoofdzaak gericht is op het tonen of bezoeken van specifieke gemeentelijke karakteristieken, attracties, bezienswaardigheden of horeca gelegenheden, al dan niet gehouden onder leiding van een gids dan wel met gebruik van digitale of analoge (hulp-)middelen zoals tablets, routebeschrijvingen, geluidsdragers of -verspreiders.) -_ Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit punt 2. (Onder vermakelijkheid in de zin van deze Verordening worden in elk geval, doch niet uitsluitend, begrepen rondritten en stadstours zoals bedoeld in artikel 1 van deze Verordening.) -_ Artikel 3 Belastingplicht, punt 2. (Als belastingplichtige voor stadtours onder leiding van een gids wordt aangemerkt: -_ degene die de gids inhuurt of aan wie de gids afdraagt; - of b. indien deze niet kan worden achterhaald of wanneer de gids voor eigen rekening en risico werkt: de gids.) -_ Artikel 3 Belastingplicht, punt 3. (Als belastingplichtige voor stadtours zonder leiding van een gids wordt in ieder geval aangemerkt: -_ degene die (hulp-) middelen als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, aan de bezoekers, deelnemers of passagiers beschikbaar heeft gesteld; - degene die het vervoermiddel, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, aan de bezoekers, deelnemers of passagiers beschikbaar heeft gesteld.) 79° Amendement van de leden Torn en Boomsma inzake de Begroting 2020 (vermakelijkhedenretributie voor stadstours), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1865) Besluit: - in de passage over de vermakelijkhedenretributie op bladzijde 334 van de Begroting 2020: (‘Ook zal de vermakelijkhedenretributie worden uitgebreid voor deelnemers aan gidsrondleidingen vanaf 2020 en voor deelnemers aan betaalde evenementen en festivals in de openbare ruimte en het groen vanaf 2021”) de zinsnede ‘vanaf 2020 en' te schrappen; - De tekst op bladzijde 337 van de begroting 2020: (‘Om bezoekers eerlijk te laten bijdragen aan de stad wordt vanaf 2020 ook VMR ingevoerd voor gidsrondleidingen in de stad. Voor rondleidingen geldt eveneens het tarief van 1,50 euro per deelnemer. In 2021 wordt deze belasting ook ingevoerd voor betaalde evenementen en festivals die plaatsvinden in de openbare ruimte”) te vervangen door: ‘Om bezoekers eerlijk te laten bijdragen aan de stad wordt vanaf 2021 ook VMR ingevoerd voor gidsrondleidingen in de stad, betaalde evenementen en festivals die plaatsvinden in de openbare ruimte. Hiervoor geldt eveneens het tarief van € 1,50 per deelnemer’ De regel op bladzijde 405 van de begroting 2020 "OBA Next aan de Zuidas, 33.700.000 - 1.179.500" te schrappen. De tekst op bladzijde 405 van de begroting 2020: “OBA Next aan de Zuidas 58 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Naar aanleiding van de motie “OBA op de Zuidas" is verkennend onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van een vestiging van de OBA (openbare bibliotheek) aan de Zuidas. De resultaten van de verkenning zijn december 2018 gepresenteerd in het visiedocument ‘OBA Next maakt ruimte’. OBA Next biedt een nieuw bibliotheekconcept en is een publieke en culturele voorziening op de Zuidas gericht op alle Amsterdammers. In deze bibliotheek staat de kwaliteit van informatie, kennis delen en leren in de 21°°® eeuw centraal. OBA Next biedt een relevant activiteitenprogramma voor jong en oud en staat voor inclusiviteit en menselijke maat in een digitaliserende samenleving. Doelen van OBA Next zijn onder meer: het aanbieden van een uitgebreid en laagdrempelig cursusaanbod voor het wegwerken van (digitale) laaggeletterdheid en taalachterstand en het ontwikkelen van digitale vaardigheid nodig voor de toekomstige arbeidsmarkt. Daarbij sluit OBA Next aan bij de ontwikkeling van Amsterdam als toegankelijke, veilige en laagdrempelige Digitale Stad en zal een belangrijke rol spelen in het openbaar maken van het gebied Zuidas. In 2020 wordt een apart investeringsbesluit voorgelegd voor de geraamde investering van 43,7 miljoen euro (prijspeil 2019). Hiervan komt 10 miljoen euro ten laste van de grondexploitatie. De OBA neemt de eenmalige inrichting van OBA Next voor haar rekening. Vanaf 2025 wordt OBA Next in gebruik genomen en bedragen de programmakosten 3,5 miljoen euro per jaar (subsidie aan OBA) en de gebouwgebonden kosten 0,5 miljoen euro per jaar.’ te schrappen. De regel op bladzijde 405 van de begroting 2020: ‘Totaal 04 Kunst, cultuur en erfgoed 44.485.100 - 1.556.979’ te veranderen in ‘Totaal 04 Kunst, cultuur en erfgoed 10.785.100 - 377.479’ 80° Motie van het lid Martens inzake het betrekken van marktadviescommissies en marktondernemersverenigingen bij de gebiedsgerichte uitwerking van de Marktvisie (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1867) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - __marktadviescommissies vroegtijdig te betrekken bij de gebiedsgerichte uitwerking van de Marktvisie; - in deze uitwerking per markt puntsgewijs aan te geven hoe hun input is verwerkt; -___de raad hierover te informeren. De moties en amendementen maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Roosma. Mevrouw ROOSMA: Het is verleidelijk hier toch een uitgebreide financiële beschouwing te gaan geven, maar de woorden van de voormalige wethouder der Financiën galmen nog na: de begroting is geen verdeelmoment. Ik werd er altijd een klein beetje recalcitrant van want de raad is immers de baas en wij verdelen wanneer wij willen. Ik heb begrepen dat de huidige wethouder of de tijdelijke waarnemend wethouder der Financiën zich nog strenger opstelt dan de voormalig wethouder der Financiën dus ik zou daar niet tegenin durven gaan. Ik probeer het maar even kort te houden. Daarbij komt wel dat het goed is om bij de P&C-cyclus wat rust in te bouwen. Het is alleen jammer dat het 59 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Rijk daar niet zo over denkt en ons tussentijds wel blijft korten op het gemeentefonds. In deze begroting werd opnieuw een tekort verwerkt van 20 miljoen euro voor volgend jaar oplopend tot 50 miljoen euro structureel daar waar we bij de voorjaarsnota ook al met een tekort van 50 miljoen euro op het gemeentefonds werden geconfronteerd. Dat staat nog los van de uitdagingen die er zijn op het gebied van zorg en jeugdhulp waarin we bij de voorjaarsnota ook al 70 miljoen euro extra hebben gestoken en waarover nu naar buiten komt dat dat eigenlijk lastig haalbaar is. En dat allemaal omdat het Kabinet zijn geld niet uitgegeven krijgt. Het komt niet verder dan een paar douceurtjes. Een potje met geld voor veiligheid, een potje met geld voor onderwijs, maar niets structureels en niets fundamenteels terwijl de samenleving schreeuwt om investeringen. Hogere salarissen in het onderwijs en wat mij betreft ook in de zorg en voor onze agenten. De koopkracht van mensen met een uitkering neemt steeds meer af en Wajongers kunnen straks niet eens meer het minimumloon verdienen. De wachtlijsten in de jeugdzorg gaan weer verder oplopen. Ook Amsterdam kan de gaten niet meer vullen en dat doet pijn bij mijn fractie. Het gaat hier om kinderen en jongeren die belangrijke zorg nodig hebben en dan wil je eigenlijk niet spreken over beheersmaatregelen. Dan wil je de zorg bieden die nodig is. We komen hier verder bij de najaarsnota over te spreken maar vanuit de GroenLinks- fractie nogmaals aanmoedigingen en steun voor de wethouder Zorg. Blijf dit onder de aandacht brengen bij het Rijk, want het betreft een groep die zachtere stemmen heeft dan andere mensen in de samenleving. Het is belangrijk dat wij hier vanuit Amsterdam ook die zachte stemmen laten horen in Den Haag en dat wij hun stemmen versterken. Doordat het Rijk de hand op de knip houdt, betekent het ook dat we in deze begroting al maatregelen moeten nemen. Het college kiest ervoor de nominale compensatie beperkt toe te kennen voor het jaar 2020 met zowel een incidenteel als een structureel effect. Dat is een hard gelag en dat is ook iets waarbij mijn fractie niet staat te juichen. Dat treft de kunst- en cultuursector die zich al hebben laten horen maar het treft ook de instellingen in het domein van de zorg, het armoedebeleid en andere gesubsidieerde instellingen. Gegeven de al eerder ingeboekte bezuinigingen op de organisatie van 51 miljoen euro achten wij het niet toekennen van een prijscompensatie op dit moment minder wenselijk en is de keuze voor een nominale compensatie uiteindelijk de meest eerlijke kaasschaaf, maar het doet wel pijn. (De heer BOOMSMA: Mevrouw Roosma noemt het een hard gelag en dat zijn we natuurlijk met haar eens, maar met name ten aanzien van de kunstinstellingen hebben we natuurlijk een alternatief want daar moeten we wat mij betreft niet dat hapsnapbeleid doen van eerst iets beloven, het dan niet doen en dan weer wel extra geld regelen vanaf 2021. Kan GroenLinks ons amendement steunen om een deel van dat bedrag naar voren te halen zodat we niet al te veel hapsnapbeleid aan het uitvoeren zijn?) We hebben het amendement van de heer Boomsma met interesse bestudeerd maar wij zijn toch tot de conclusie gekomen dat dat uiteindelijk geen wenselijke oplossing is ook omdat de Amsterdamse kunstinstellingen aangeven dat zij dat ook niet fijn zouden vinden. Het is ook niet een volledige oplossing voor het probleem. Helaas kunnen wij uw amendement niet steunen. (De heer BOOMSMA: De kunstinstellingen hebben aangegeven zich ongelofelijke zorgen te maken over wat er is gebeurd, namelijk dat hen eerst iets wordt beloofd en dat ze hun begroting op basis daarvan hebben opgesteld maar wat vervolgens niet wordt geleverd en nu teniet wordt gedaan. Tegelijkertijd hebben ze aangegeven te hopen dat er op een 60 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen andere manier een oplossing komt en dat er meer geld komt. Dat is net wat anders dan te zeggen dat ze het niet willen. Bent u dat met mij eens?) Ik ben het met de heer Boomsma eens dat de kunstinstellingen inderdaad bezwaar hebben gemaakt en hebben gezegd, zoek dan een andere oplossing, maar dat wil niet zeggen dat het amendement dat u heeft ingediend, voor hen de oplossing is. Dat is wat op dit moment op tafel ligt. Dan zou er inderdaad een amendement moeten komen dat een oplossing biedt voor de reparatie vanaf dit moment. Alleen, daarvoor zie ik op dit moment geen dekking. (De heer BOOMSMA: Het is natuurlijk wel heel problematisch voor deze instellingen met name omdat het cumulatief wordt. Is GroenLinks dan wel van plan om bij de vaststelling van het volgende plan er zorg voor te dragen dat die structurele nominale compensatie wel wordt geboden?) Mijn volgende zin die ik had uitgesproken als u mij niet had geïnterrumpeerd, was wel dat ik het college zou willen oproepen mocht er in de toekomst een keer een meevaller zijn, je weet niet of het Kabinet een keer met een meevaller komt, om dan met voorrang deze nominale compensatie voor het jaar 2020 weer te compenseren in de begroting. (De heer TORN: Ik hoor mevrouw Roosma zeggen, als er een meevaller is. We hebben natuurlijk net de najaarsnota gekregen waarin een negatief rekeningresultaat van 8,9 miljoen euro is gepresenteerd. Dan is het toch een beetje een gratuit argument? Zou mevrouw Roosma dan toch niet vanwege die bestuurlijke duidelijkheid ook moeten zeggen, dat we het amendement van de heer Boomsma gaan steunen? lets is toch beter dan niets, zou ik denken.) Bij de najaarsnota hebben we het over de prognose van het rekeningresultaat. Ik zat zelf meer te denken en ik hoop dat het Rijk nog een keer wat meer geld gaat uitgeven zodat er in het gemeentefonds nog weer wat meer structurele middelen ter beschikking komen. Dat is wat we nodig hebben om die nominale compensatie er structureel weer in te zetten. Wat betreft het amendement van de heer Boomsma heb ik net al aangegeven dat dat wat ons betreft niet de oplossing is voor dit probleem en waarvan ook de Amsterdamse kunstinstellingen zeggen, liever niet. Wij hebben juist bij dat Kunstenplan ook weer prioriteiten. (De heer TORN: Volgens mij wordt er hier nu een taalspel gespeeld door mevrouw Roosma. Uiteindelijk gaat het erom waar GroenLinks staat als het gaat om die bestuurlijke betrouwbaarheid. Je zegt in de voorjaarsnota het een en je doet in de begroting het ander. Ik vind dat problematisch. We hebben hier te maken met de grootste partij van de stad en ik zou GroenLinks echt willen vragen en misschien moet mevrouw Roosma er dan even over nadenken en komt ze er later in de vergadering op terug, wat GroenLinks nu gaat doen om de verwachting, niet alleen de verwachting maar de toezegging die is gedaan bij de voorjaarsnota nu gestand te doen? Of is het woord van GroenLinks wat dat betreft zo weinig waard dat wat vlak voor de zomer is toegezegd, nu al niet meer wordt nagekomen?) Dan kaats ik de bal even terug naar de heer Torn, want die bestuurlijke betrouwbaarheid … Het is niet een keuze waarvan wij blij worden en ik geloof ook niet dat het een keuze is waarvan het college heel blij wordt, maar als het Rijk met de Meicirculaire, de Septembercirculaire en de Decembercirculaire ons elke keer heen en weer slingert met tegenvallers, dan zie ik ook niet hoe we daarop beter kunnen anticiperen. Het is het Rijk dat onduidelijkheid creëert en het is het college dat daarvoor 61 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen stante pede een oplossing moet zoeken. Ben ik blij met deze oplossing, nee. Maar er moet wel een gat van 20 miljoen euro oplopend tot 50 miljoen euro worden gedicht en dat gat komt uit Den Haag. (De heer TORN: Nu doet mevrouw Roosma weer wat ze vaker doet. ledere keer weer, altijd als er een probleem is in Amsterdam wijst ze naar het Rijk. Dat vind ik een beetje makkelijk. GroenLinks is hier de grootste partij in de stad met tien zetels in de gemeenteraad. Ze is de leider van de coalitie; ze is de leider van het college. Het is nu echt hoogtijd dat GroenLinks op al die punten haar verantwoordelijkheid gaat nemen en niet iedere keer wijst naar het Rijk want dat is echt te gemakkelijk. Amsterdam moet haar problemen zelf oplossen en Groenlinks is de eerste die daar aan zet is.) Volgens mij neemt GroenLinks haar verantwoordelijkheid, nemen de wethouders hun verantwoordelijkheid namelijk om een deugdelijke begroting af te leveren. Ik heb de VVD in het verleden nooit moeilijk horen doen over nominale compensatie. Sterker nog, ik heb mevrouw Poot en ook u vaker horen pleiten voor het niet toekennen van nominale compensatie dus dan bevreemdt het mij dat de heer Torn nu in een keer voorop loopt in de strijd om dat wel toe te kennen. Ik wil graag mijn betoog vervolgen. Ik was gebleven bij die nominale compensatie met de oproep aan het college om te kijken, mocht er nog eens een keer een structurele meevaller zijn, of we dat voor de jaarschijf 2020 toch in die begroting kunnen zetten. Dat structurele effect. En ik had nog een vraag met betrekking tot de stelpost nominaal, want die wordt nu gebruikt als buffer om de schommelingen in het gemeentefonds op te vangen. Op zich vind ik dat slim bedacht van het college, want dan halen we die schommelingen er een klein beetje uit, maar ik ben wel bang, als het elke keer een kant op schommelt, dat dan telkens als eerste naar die stelpost nominaal wordt gekeken als eerste dekkingsbron en dan zou iets zijn waarvan mijn fractie niet zo gelukkig zou worden. Dus prima dat die als bufferpotje wordt gebruikt, maar niet als eerste dekkingsbron voor een tekort. (De heer BOOMSMA: We hebben natuurlijk een bepaalde methodiek met elkaar afgesproken over hoe om te gaan met meevallers. Dus mijn vraag is nu of mevrouw Roosma of GroenLinks daarvan wil afwijken.) Als ik daarvan had willen afwijken, dan had ik daarvoor een motie aangekondigd of straks een amendement bij de najaarsnota. Dat wil ik niet. Het is alleen maar een oproep aan het college om te kijken op het moment dat er een structurele meevaller is, of wij dat structurele tekort van de jaarschijf 2020 daar kunnen compenseren. Daar zou de voorkeur van de GroenLinksfractie naar uitgaan. (Mevrouw SIMONS: Ik hoor mevrouw Roosma nu meerdere malen opperen dat in het geval van meevallers er structureel ruimte wordt gemaakt. Nu heb ik toevallig een motie met die letterlijke tekst klaar liggen. Ik vroeg me af of ik op uw steun kan rekenen?) Dat zou ik op de inhoud heel graag willen steunen want het is niet voor niets dat ik die oproep doe, maar dan kom ik tegelijkertijd ook wel in conflict met de financiële prudentie. We hebben met elkaar afgesproken dat er uiteindelijk een integrale afweging moet worden gemaakt — en ik weet dat dat allemaal heel technisch klinkt maar ik vind het wel belangrijk dat we uiteindelijk die integrale afweging maken — en dan kan het zomaar zijn dat er een andere hoognodige noodzaak is. Dus ik zou niet nu al dat willen vastleggen. Ik zal niet te veel herhalen over de financiële techniek, over budgetplafonds en schuldenquota's want daarover komen we allemaal nog met de nieuwe wethouder der 62 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Financiën over te spreken. Ik wil alleen nog een aantal opmerkingen maken met betrekking op de belastingen. De toeristenbelasting zal de komende tijd flink omhoog gaan en het is denk ik goed om daarbij stil te staan. Wat ons betreft is dat eerlijk omdat de bezoekers aan onze stad ook een bijdrage leveren of mogen leveren aan het aantrekkelijk houden van deze stad en volgens mij is er ook een breed draagvlak voor in de raad. Ik heb zelfs Forum voor Democratie daarvoor steun horen uitspreken. Dus dat is goed. Er is wel een ingewikkeldheid waarmee een deel van de raad, een groot deel van de raad worstelt en dat is het verhogen van de vermakelijkhedenretributie en het verhogen van leges voor evenementen. Dat raakt ook organisaties die we eigenlijk liever niet zouden willen raken, dus dan hebben we het over non-profitfestivals, over kleine evenementen als de Dierenambulance. Daarvoor is al eerder een motie ingediend. Bij een groot deel van de raad zit een ongemak over hoe we aan de ene kant wil kunnen zeggen dat bezoekers en grote evenementen een bijdrage leveren zonder dat we die organisaties die we juist willen steunen, daarmee te schaden. We zijn er nog niet uit hoe dat technisch moet, want blijkbaar zijn de regels behoorlijk ingewikkeld maar er is nog wel een wens van de meerderheid van de raad om nog eens een keer verder uit te zoeken of we dat verschil tussen profit en non-profit wel kunnen maken. Daarover komen nog schriftelijke vragen richting het college. Wat betreft de moties en amendementen wil ik niet heel veel zeggen. Ik had de burgemeester in de raadscommissie Algemene Zaken al bedankt voor het positieve preadvies op de motie van de heer Blom. Dus dat ga ik niet herhalen. Voor de administratie zou ik een drietal moties willen intrekken, de nummers 1625, 1637 en 1651. De motie-De Jong en Simons (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1625) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Grooten (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1637) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Rooderkerk en Nadif (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1651) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. (De heer TORN: Een vraag aan mevrouw Roosma. Vindt mevrouw Roosma dat de verordeningen zoals de verordeningen op het Stedelijk Mobiliteitsfonds moeten worden nagekomen?) In z'n algemeenheid ben ik ervoor dat verordeningen moeten worden nagekomen. Ik kan me wel voorstellen dat er op een gegeven moment noden zijn die zo hoog zijn dat er eens een keer wordt gezocht naar een oplossing bijvoorbeeld om te kijken of we kunnen voorkomen dat de kades en de bruggen in deze stad instorten. Dat vind ik eigenlijk belangrijker dan het nakomen van verordeningen. Ik hoop dat de heer Torn dat met mij eens is. (De heer TORN: Ik vraag het omdat in de verordening op het Stedelijk Mobiliteitsfonds een hele duidelijke regel staat over de afdracht aan de Algemene middelen waarbij een maximum is opgenomen en dat maximum wordt nu in de conceptbegroting overschreden. Vindt GroenLinks als grootste partij dan niet dat verordeningen die hier door de gemeenteraad zijn vastgesteld toch wel het kader zijn waaraan we ons met Z'n allen, dus de raad én het college, zich moeten houden? Hoe kijkt GroenLinks dan aan tegen dat punt van de begroting even los van die kades en bruggen? Vindt u dan ook niet dat dat eigenlijk niet helemaal voldoet? Of ziet u dat anders?) 63 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Als die verordening niet meer juist is, dan zouden we die moeten aanpassen. Ik constateer wel dat we ons er bij de voorjaarsnota dan al of zelfs eerder niet aan hebben gehouden. Toen hebben u en ik ook zitten slapen, zeg ik dan maar even. Als u mij nu vraagt, moeten we de begroting dan maar niet vaststellen, dan ben ik het helaas niet met u eens. (De heer TORN: Ik zie wel dat mevrouw Roosma volgens mij aan het denken is over dit onderwerp en dat vind ik belangrijk. Dat waardeer ik ook. Laat ik dat vooropstellen. Maar u zegt even in een bijzin dat dan de verordening misschien moet worden aangepast. Dat kan natuurlijk maar dan bent u het toch met mij eens dat we eerst de verordening moeten aanpassen en pas daarna met de begroting kunnen komen? Die twee kunnen niet van elkaar afwijken. Dat wilt u als GroenLinks toch niet mede op uw geweten hebben? Volgens mij is daar nog wel wat werk aan de winkel. Hoe staat GroenLinks daarin?) Ik constateer dat we bij de voorjaarsnota daarvan hebben afgeweken en de wereld draait nog steeds, dus ik zou nu niet willen voorstellen de begroting uit te stellen. Volgens mij moeten we die op een bepaald moment ook inleveren bij de Provincie. Als u het bedrag in de verordening wilt aanpassen, dan ben ik daar wel voor maar volgens mij hoeft dat niet voorafgaand aan het vaststellen van de begroting. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Lammeren. De heer VAN LAMMEREN: Eigenlijk kan ik mij deels aansluiten bij de woorden van de VVD, maar natuurlijk niet bij alles. Alle signalen, de economische signalen beginnen nu echt op oranje en zelfs naar rood te gaan. Als je kijkt naar de begroting en niet naar alle diverse programma’s want daarvoor is er toch echt die voorjaarsnota, dan zie je gewoon dat de economische en financiële situatie van de stad achteruit gaat, misschien holt, maar in ieder geval gaat. Kijk je naar de kerncijfers solvabiliteit, de schuldenpositie, de schuldenquota, dan gaat het over de afgelopen jaren achteruit. Dat is raar, want we zitten al een vrij lange tijd in een economisch voorspoedige tijd. Kijk je naar het buitenland, dan zie je dat Duitsland het steeds slechter gaat doen. Daarvan heeft de Nederlandse economie toch echt last. En dat betekent eigenlijk dat je het nu allemaal op orde moet hebben en dat hebben we niet. Nu is de begroting geen verdeelmoment en daaraan wil ik me ook houden. Ik heb echter niet het gevoel dat Amsterdam zich aan het voorbereiden is op een mogelijke economische terugslag en dat betekent dat wanneer die terugslag komt, bijvoorbeeld wanneer de rente omhoog gaat of dat we nog een tegenvaller krijgen, niet het AEB maar denk aan de nota Varen waarover later in deze raad meer, dat zou ook zo maar eens een paar honderd miljoen euro kunnen gaan kosten, dan gaat het wel heel erg slecht met onze schuldenpositie. Deels komt het natuurlijk door de aankoop van erfpachtgronden zodat die later in erfpacht kunnen, maar zelfs als je die eraf haalt, dan nog blijft de schuldenpositie groeien. Daarover maakt de Partij voor de Dieren zich zorgen maar dat gaan we vandaag niet oplossen. Ik denk wel dat we ons moeten gaan voorbereiden. Als de economie slechter gaat en wij daarvan last gaan krijgen binnen onze eigen begroting, dan komen we nog meer geld tekort. Dat kan dan maar door twee dingen worden opgelost: lastenverzwaring terwijl het economisch minder gaat. Dat lijkt me niet prettig voor de Amsterdammer. Of heel hard gaan bezuinigen waarmee we een aantal doelstellingen niet kunnen bereiken. Daarom heb ik een motie waarin ik het college het volgende vraag: om alvast in kaart te gaan brengen voor de voorjaarsnota volgend jaar per programma hoe wij 3% tot 6% kunnen gaan bezuinigen op die diverse programma's. Ik zeg niet dat we dat moeten gaan doen, maar ik 64 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen wil een helder beeld hebben zodat wij onze begroting robuuster kunnen gaan maken voor een ongetwijfeld naar beneden gaan van de economie. Dat is gewoon de cyclus waarin we zitten en als je het een beetje pan-Europees bekijkt of mondiaal, dan zie je dat dat eraan komt. Het zal niet een crisis zijn zoals we die kennen uit 2008 zo is op dit moment de verwachting, maar je weet het niet. lemand zei ooit, na het zuur komt het zoet en toen klapte de economie in elkaar. Dus daarvoor heb ik een motie. Dan heb ik nog een gewijzigde motie en ik wilde eigenlijk wethouder Moorman een compliment geven, want die is met onze partij in contact geweest om te kijken of we toch nog iets voor de minimaregeling op basis van dierenwelzijn kunnen regelen. We hadden daarvoor motie nr. 1639 en daarbij gaat het om de minimaregeling anders te financieren. Dat kon niet uit het programma van wethouder Ivens, maar wethouder Moorman gaf aan wellicht ergens ruimte te hebben. Wij zien graag tegemoet waar zij die ruimte zou kunnen vinden. Gezien de spreektijd en de 14 andere punten die we nog moeten doen, houd ik het hierbij. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 81° Motie van het lid Van Lammeren inzake de Begroting 2020 (Eerste seinen op rood, derhalve bezuinigingen in plaats van lastenverzwaring), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1742) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__ voor de komende voorjaarsnota in kaart te brengen waar er kan worden bezuinigd met als doelstreven tussen de 3% en 6% per programma. 82° Motie van het lid Bloemberg-lssa inzake de Begroting 2020 (Lint van schooltuinen), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1722) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__om bij nieuw te ontwikkelen gebieden zoals Strandeiland en Buiteneiland, mogelijkheden te schetsen om de schooltuinen te realiseren bij of in de buurt van de basisscholen. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Van Dantzig. De heer VAN DANTZIG: U moet het vandaag met mij doen omdat de heer Hammelburg met vaderschapsverlof is en dat is dan meteen mijn primeur voor de financiële beschouwingen. Ik hoop dat u mij niet spaart. Dat zou ik prettig vinden want dan hebben we er allemaal wat aan. De wethouder noemde deze begroting in de raadscommissie een technische exercitie, maar laat ik ermee beginnen dat het wat D66 betreft toch iets meer is dan dat. Dat we deze begroting sluitend hebben weten te maken is tegen het licht van een aantal forse tegenvallers een heel groot compliment waard en met dat compliment wil ik dan ook beginnen, niet alleen in de richting van het college maar ook zeker in de richting van de ambtenaren van wie ik weet dat ze daarvoor keihard werken. Het goede nieuws is dat de 65 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen ambities van dit college recht overeind staan. We investeren het komende jaar 450 miljoen euro in de stad, in de aanpak van het lerarentekort, in de aanpak van woonfraude en de veiligheid op straat. Ook zorgen we ervoor dat Amsterdammers in hun vrije tijd kunnen genieten van de beste sport- en cultuurvoorzieningen ongeacht de dikte van hun portemonnee. Dat is volgens mij allemaal iets om trots op te zijn. Maar er is ook slecht nieuws, want deze begroting is geen mooiweerbegroting. Er zijn namelijk flink wat urgente problemen en daarvan zullen we de komende jaren nog behoorlijk last hebben. Ik noem bijvoorbeeld de kosten voor het AEB die eraan zitten te komen en het is dan ook goed dat het college daarvoor nu al ruimte maakt in de begroting. Verder hebben we enorme tekorten in de jeugdzorg die we voorlopig niet zien teruglopen en we gaan de komende decennia enorme restauratieopgaven tegemoet van onze kades en bruggen. Dan hebben we ook nog eens te maken met de forse kortingen vanuit het Rijk. D66 vindt het daarom verstandig dat we de systematiek van nominale compensatie toch goed gaan invoeren. Ik hoorde in de raadscommissie grote eensgezindheid over het feit dat we grote schokken in de uitkeringen van het Rijk beter moeten kunnen opvangen. De grilligheid van die inkomsten blijft voor ons de grootste prioriteit op het gebied van financiën en we kijken dan ook uit naar de herziening van de gemeentefondsystematiek in 2021 en ik hoop vurig dat die herziening voor verbetering zal zorgen. Kortom, geen jubelbegroting maar wel een begroting waarbij dit stadsbestuur laat zien wat het inhoudt om een stad te besturen met alle tegenslagen die daarbij horen. Dan even de administratie, niet helemaal mijn sterkste punt. De volgende moties worden ingetrokken: nr. 1668 over politieke transparante cultuur; nr. 16/6 over recyclepunten; nr. 1651 ondanks dat dit gaat over prachtige bijenbushokjes omdat we het negatieve preadvies wel kunnen volgen maar we krijgen dan graag een toezegging van de wethouder dat die de wens van de raad om zoveel mogelijk bushokjes te vergroenen, nadrukkelijk kenbaar maakt bij de exploitant; nr. 1675 over duurzaam cremeren omdat we hiervoor een nieuw amendement hebben samen met GroenLinks; nr. 1649 over de weekendscholen en die laatste dienen we gewijzigd in. Tot slot nog iets nieuws. De heer Hammelburg maakt zich bijzonder zorgen over de vraag of reclame aan gevels nostalgisch dan wel historisch is. Daarover hebben we een goede inhoudelijke discussie gevoerd in de raadscommissie. Ik ben dan ook trots dat ik dit per amendement mag veranderen dus dat ga ik ook nog indienen. De motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1668), ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1676), ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Rooderkerk en Nadif (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1651), ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Vroege (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1675), ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Rooderkerk en Flentge (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1649) ingetrokken zijnde, maken geen deel meer uit van de beraadslaging. (De heer TORN: Vandaag is een van de belangrijkste zaken het vaststellen van een hele hoop tarieven, tarieven die Amsterdammers moeten betalen. Een daarvan is het reinigingsrecht en dat reinigingsrecht gaat op een nogal wonderbaarlijke wijze omhoog met maar liefst 4,8% omhoog, veel hoger dan de inflatie. Eerlijk gezegd begrijp ik dat niet zo. Mijn vraag aan D66 is of zij het met mij eens is dat dit soort tarieven 66 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen eigenlijk niet meer dan de inflatie zouden moeten stijgen tenzij er wel een hele goede reden voor is.) Dat kun je op een aantal manieren benaderen, maar ik kan me bijvoorbeeld voorstellen dat de standaardinflatie niet geheel de inflatie is voor de kosten van reiniging. Dat is namelijk een hele specifieke categorie. Ik ben dat als econoom niet met u eens. Je zou willen dat die kosten stijgen met kosten waar de kosten van reinigen toenemen en dat is niet per definitie de inflatie. (De heer TORN: Als we die redenering zouden doorvoeren, dan zegt u eigenlijk, dan zou bijvoorbeeld ook de afvalstoffenheffing en het reinigingsrecht voor bedrijven en ondernemers en de afvalstoffenheffing voor inwoners in uw redenering althans gelijke tred met elkaar moeten houden. U zegt immers, het moet worden doorbelast. Het kan misschien wat hoger zijn dan de inflatie, misschien een keer wat lager, maar dat moet dan gewoon worden doorbelast. Dan zou het bij de afvalstoffenheffing precies hetzelfde moeten zijn als bij het reinigingsrecht. Bent u dat met mij eens?) Nee, dat ben ik niet met de heer Torn eens en dat heeft ermee te maken dat er wel degelijk een verschil in kosten zit. Ik meen, maar u bent meer een expert op dit gebied dan ik, dat dit heffingen zijn die maximaal kostendekkend mogen zijn en dat betekent dat je de kosten doorbelast. Het lijkt me evident dat die kosten kunnen verschillen dan wel voor bedrijven dan wel voor thuis. Ik weet dat ik zelf ook nog wel eens wat in een bedrijf doe en het is echt verschillend wat voor afval er uit mijn café komt en wat ik thuis produceer. Dus dat er verschillen in die kosten zitten, dat lijkt mij evident. Dat je daarvoor verschillende tarieven moet betalen, lijkt mij eigenlijk wel goed. (De heer TORN: De lasten nemen onder dit college alleen maar toe en is de heer Van Dantzig het dan met mij eens dat wanneer zo’n lastenverhoging erin zit, het college dat goed moet toelichten en dat dat in het huidige stuk toch eigenlijk niet gebeurt? Gaat u dan met mij heel goed luisteren naar de toelichting van het college zo dadelijk zodat we er op een later moment nog op kunnen bijsturen? Ik maak me hierover wel hele grote zorgen en mijn vraag aan de heer Van Dantzig is of dat voor hem ook geldt.) Eerlijk gezegd verbaast me dit een beetje, want in de raadscommissie is dit niet aan de orde geweest en dat leek me dan toch de plek om daarop heel goed en secuur door te vragen. Ik denk dat dat de plek is waar je die technische vragen moet stellen. Bij de begroting kan ik het me ook voorstellen. Ik weet niet of u daarover destijds een vraag heeft gesteld. Maar als u nu daarover echt nog enorme vragen heeft, dan zou ik zeggen, stel die aan het college. De onderbouwingen die ik ervan heb gezien, hebben mij heel redelijk geleken. De VOORZITTER: U heeft een motie en een paar gewijzigde, zo begreep ik. Na de noeste arbeid van de heer Torn ga ik de amendementen niet meer voorlezen. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 83° Amendement van de leden Vroege en Groen inzake duurzaam cremeren (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1743) Besluit: 67 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen - op pagina 199 onder hoofdstuk 3.9.5 Begraafplaatsen en Crematoria het volgende toe te voegen: - In 2020 onderzoeken we de mogelijkheden onze twee gemeentelijke crematoria te verduurzamen; - op pagina 199 onder hoofdstuk 3.9.5 Begraafplaatsen en Crematoria het volgende te verwijderen: e Erzijn geen nieuwe ontwikkelingen; -_op pagina 199 in de tabel onder financiële toelichting in de jaarschijf 2020 de volgende wijzigingen door te voeren: 7.589 te vervangen door 7.619 e 619 te vervangen door 589; - op pagina 190 in de tabel met reservemutaties in de jaarschijf 2020 de volgende wijzigingen door te voeren: e 39129 te vervangen door 39.129 te vervangen door 39.159 e 21.925 te vervangen door -21.895 -_op pagina van de doelenraming onder 9.5.1 de volgende wijzigingen door te voeren: 7.589 te vervangen door 7.619 e 619 te vervangen door 589 84° Amendement van het lid Vroege inzake de Verordening reclamebelasting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1866) Besluit: -__in de verordening Reclamebelasting het artikel 8, vrijstellingen, onder h. openbare aankondigingen die kunnen worden aangemerkt als - nostalgische uiting aan de gevel en - die geen relatie hebben met de uitoefening van het bedrijf in de onroerende zaak waaraan, waarin of waarop zij zijn bevestigd en - die niet de aandacht vragen voor een product of dienst van een nog actieve organisatie en - waarvan het belastingplichtige niet vrijstaat deze te verwijderen. te vervangen door de volgende tekst: h. openbare aankondigingen die kunnen worden aangemerkt als - historisch belangwekkende uitingen aan de gevel en - die geen relatie hebben met de uitoefening van het bedrijf in de onroerende zaak waaraan, waarin of waarop zij zijn bevestigd. en bij artikel 1, begripsomschrijving, de volgende tekst toe te voegen: k. Historisch belangwekkende uiting. 85° Motie van de leden Van Dantzig en Flentge inzake een toezicht- of visitatiestructuur voor weekendscholen, (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1725) 68 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -_ bij het Rijk aan te dringen op een effectieve toezicht- en visitatiestructuur voor weekendscholen met het oogmerk expertise te bieden en daarnaast waar nodig te borgen dat het onderwijs op deze scholen niet strijdig is met de kerndoelen van het Nederlandse onderwijs. De motie en amendementen maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Kilig. Mevrouw KILIG: Ook ik neem vandaag waar voor mijn collega Taimounti. Om te beginnen dank aan de ambtenaren en de wethouder uiteraard voor de inspanningen bij deze begroting. Voordat ik inhoudelijk inga op de begroting, wil ik nog schetsen hoe wij als DENK de samenleving zien. Als je de kranten leest, gaat er geen dag voorbij dat er niet wordt gezegd dat het geld tegen de plinten aanklotst. Dan vraag ik me af in welke huiskamers deze plinten zijn geplaatst. Ik kan u verzekeren dat niet alle plinten in bijvoorbeeld Geuzenveld in de meest perfecte staat zijn. Dat komt niet doordat het geld tegen de plinten aanklotst, maar dat is vanwege het krappe budget van meer dan 100.000 Amsterdammers en de slecht onderhouden woningen. Het perspectief van DENK is vanuit deze groep Amsterdammers. De eerlijke en rechtvaardige samenleving is onze toetssteen bij de moties en de begroting 2020. Daarom redeneren wij bij de beoordeling van de begroting vanuit deze groep Amsterdammers. We vragen ons af wat de Amsterdammers zullen vinden van deze begroting. We hebben al eerder onze kritiek geuit over de onzinnige miljoeneninjectie voor een OBA Next op de Zuidas onder het mom van diversiteit en dit terwijl in het Kunstenplan de OBA wordt gekort in subsidies. Dit is bijzonder omdat in het coalitieakkoord wordt gesproken over investeringen in maatschappelijke en culturele instellingen via het kunstenplan. Ook de diversivisering van het cultureel aanbod buiten de ring komt daarmee onder druk te staan. Verder hebben we in de strijd tegen het drugsgeweld meer jongerenwerkers nodig die moeten voorkomen dat jongeren in handen van criminelen vallen. Hiervoor zijn tien keer zo veel jongerenwerkers nodig dan nu. Op dit moment zijn er 2.000 en dit moet dus naar 20.000 worden opgehoogd. Toch zien we dat een project als NoLIMIT dat juist perspectief biedt aan jongeren, wordt wegbezuinigd. Het gaat hier om een korting van slechts 100.000 euro op een begroting van miljoenen. Dat het college niet het beste voor heeft met de kleine ondernemers blijkt uit de invoering van de reclamebelasting. Wij hebben tal van berichten gekregen van kleine ondernemers die hard worden geraakt door deze maatregel. Wij denken dat hiermee de grote bedrijven zullen domineren als het gaat om reclame in de openbare ruimte. Daarom zouden wij graag zien dat kleine bedrijven van deze belasting worden vrijgesteld. Wij dienen hiervoor dan ook een motie in. Verder zien we ook dat wanneer de burgemeester — overigens terecht — prioriteit geeft aan de handhaving in de binnenstad, de buitengebieden als Zuid-Oost en Nieuw- West waar het meest wordt ingebroken van heel Noord-Holland, niet eens kunnen rekenen op extra inzet in veiligheid in deze begroting. Wat vindt het college hier nu eigenlijk van? Dit zijn niet de enige pijnpunten waarop minimagezinnen de consequenties van de begroting zullen voelen. Deze minimagezinnen die vooral buiten de ring wonen in Zuid-Oost, Noord en Nieuw-West moeten het voorlopig ook nog doen met onveilige kruispunten. Onveilige verkeerssituaties zouden worden opgelost, maar deze projecten worden uitgesteld tot god weet wanneer. Ondertussen komt dit college met innovatieve 69 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen maatregelen om een van de meest gevaarlijke kruispunten in de stad te verbeteren namelijk het kruispunt op de Burgemeester Roëllstaat. Daar waar de binnenstad binnenkort groen kleurt om het autoluwe prestigeproject voorrang en prioriteit te geven, heeft dit college alleen een blikje blauwe verf over voor dit horrorkruispunt in Nieuw-West. Dit college blijft daarentegen wel geld ophalen door betaald parkeren uit te breiden nu ook in Zuid-Oost. Dus wel geld ophalen via betaald parkeren maar deze middelen niet inzetten voor de verbetering van de verkeersveiligheid. Dit is niet meer te volgen. De fractie van DENK blijft erop hameren dat de verhoogde parkeertarieven de tweedeling in de mobiliteit van de Amsterdammers blijft vergroten. Vandaag bericht Het Parool dat de parkeertarieven van de Amsterdamse ziekenhuizen het hoogst zijn van heel Nederland. Burgers betalen zich kapot om hun geliefde te zien in het ziekenhuis of om zelf een bezoek te brengen. De fractie van DENK heeft deze problemen eerder aangekaart en gepleit voor een korting bij de ziekenhuizen. Helaas heeft het college daaraan geen gehoor gegeven. Wij willen daarom een andere motie indienen. Bij de meeste ziekenhuizen wordt er namelijk geen onderscheid gemaakt tussen bezoekers van de eerste hulp en het ziekenhuis zelf. Wij willen dat onderscheid wel maken, want het is een ding om bezoekers van het ziekenhuis te belasten met hoge parkeertarieven maar het is wat anders om dat ook voor bezoekers van de Eerste Hulp te doen. Een bezoek aan de Eerste Hulp kun je niet voorspellen. Hoge parkeertarieven zouden geen drempel moeten opwerpen voor bezoekers met een dunne portemonnee. Daarom verzoeken wij het college te onderzoeken of het mogelijk is Eerste Hulpbezoekers te vrijwaren van parkeerkosten. Nog even een administratief rondje, ook van mij. Ik wil de volgende moties intrekken: motie nr. 1626, nr. 1627, nr. 1646 en nr. 1689 wil ik gewijzigd indienen. De motie-Kilig en Simons (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1626) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Kilig en Simons (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1627) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Taimounti(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1646) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Yilmaz (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1689) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 86° Motie van de leden Yilmaz en Kreuger inzake de Begroting 2020 (Gratis parkeren bij Eerste Hulp), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1744) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken of ziekenhuizen met een eigen parkeerterrein gratis uitrijdkaarten kunnen bieden aan bezoekers van de spoedeisende hulp. 87° Motie van het lid Yilmaz inzake de Begroting 2020 (Behoud de draaiorgels), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1689) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 70 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen - te onderzoeken hoe het draaiorgel een onderdeel kan blijven van de Amsterdamse straatcultuur door * _gunstige voorwaarden te scheppen in de facilitering; * hen op te nemen binnen de bestaande beleidskaders ten behoeve van het behoud van het erfgoed; * met betrokken draaiorgeluitbaters in overleg te treden hoe zij het best ondersteund kunnen worden in het behoud van hun immaterieel erfgoed. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Biemond. De heer BIEMOND: De begroting 2020 is wederom een lijvig maar ook een heel leesbaar stuk en ik denk dat het goed is daarvoor de complimenten uit te delen en niet alleen aan de tijdelijke wethouder maar ook aan de wethouder daarvoor en misschien in het bijzonder aan alle ambtenaren die daaraan hebben gewerkt. De begroting geeft een wisselend beeld. De heer Van Dantzig zei het al, het is geen jubelbegroting. Aan de ene kant verwachten we in Amsterdam het komend jaar een mooie economische groei van 2,3% en wordt er 450 miljoen euro in de stad geïnvesteerd. Wij vinden het ook belangrijk dat er extra geld wordt vrijgemaakt voor de veiligheid in de stad en om mensen vanuit de uitkering aan een baan te helpen. Juist nu. Dat is allemaal heel goed nieuws. Maar aan de andere kant zagen we in de Meicirculaire wel aankomen dat de gemeentefondsuitkering vanuit het Rijk lager zou zijn en er dus ruimte nodig is in de begroting om de tegenvallers met het AEB op te vangen. Bovendien kampt het college en dat is ook al eerder besproken, met achterstallig onderhoud van onze bruggen en kades en dat hebben we met z'n allen generaties lang laten versloffen, maar dat moet nu echt wel worden aangepakt. Kortom, financieel gezien een wisselend beeld. Desalniettemin wordt in de Begroting 2020 een structureel evenwicht gepresenteerd en voldoet het ontwerp aan de vereiste van het besluit Begroting en Verantwoording en dat is toch even het stempeltje dat we als gemeenteraad wel moeten zetten. Tegen deze achtergrond heb ik wel wat vragen en opmerkingen en allereerst over de schuldenpositie van de gemeente. Ik begrijp van mevrouw Roosma dat het woord schuld taboe is en dat ik het zo niet mag noemen. Het zijn volgens haar externe financieringsmiddelen, maar ik noem het beestje toch maar even bij de naam. Onze schulden stijgen namelijk gewoon door en onze rentelasten stijgen vooralsnog niet. Dat is dan weer het goede nieuws. Dat komt omdat we leningen en herfinancieringen afsluiten tegen een lagere rente. Dat is in ieder geval de situatie van nu. Maar in de voorjaarsnota is de opdracht geformuleerd de houdbaarheid van de Amsterdamse schuld te onderzoeken. Dat lijkt mij verstandig en daar lijkt het mij ook wel tijd voor. Vandaar mijn vraag aan de wethouder wanneer we het eerste resultaat van dat onderzoek kunnen verwachten. Een aanpalend onderwerp is het planningsoptimisme ook al vaker besproken. Als gevolg daarvan dragen we steeds meer kapitaallasten dan nodig. Ik denk dat in dit verband illustratief is dat bij een eerste actualisatie van de investeringen in deze begroting een aantal investeringen is gewijzigd. De herberekening van de kapitaallasten als gevolg daarvan leveren een structurele meevaller op van 2,4 miljoen euro. Daar valt dus meer winst te behalen. Ik zou zeggen, ga daarmee door. In de begroting wordt aangekondigd niet alleen nieuwe investeringen van een plafond te voorzien, maar ook de mate van uitvoering van de bestaande investeringen te monitoren. Daarvan zijn wij voorstander en 71 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen misschien kan de wethouder aangeven wanneer daarvan de eerste resultaten zichtbaar worden want dat is eigenlijk easy money, om het zo maar uit te drukken. Een andere zorg die voortvloeit uit de voorliggende begroting is die over onze deelnemingen. Wat er is misgegaan bij het AEB zal nog worden onderzocht, maar dat het is misgegaan, dat is denk ik evident. En het roept de vraag op welke risico’s de gemeente Amsterdam loopt bij onze andere 21 deelnemingen. Ons deelnemingenbeleid is vastgelegd in het beleidsstuk Doelgericht op afstand. Dat klinkt ouderwets en dat komt misschien omdat het een stuk is uit 2013. Mijn vraag aan de wethouder is of dat stuk niet aan herziening toe is en het lijkt mij in ieder geval nuttig om daarnaar nog eens met Z'n allen te kijken. Tot slot vraag ik aandacht voor het inzicht in de verdeling van onze investeringen over de stadsdelen. Dat inzicht hebben we simpelweg nu niet. De stadsdelen hebben geen eigen begroting; ze vallen inmers onder programma’s, maar in de begroting nemen we wel op wat de prioriteiten per stadsdeel zijn. Daaraan worden geen investeringsbedragen gekoppeld. Daarop zouden wij graag zicht hebben niet om de keuzes in de stadsdelen te centraliseren — zeker niet — maar wel om het overzicht te behouden en daarvoor heb ik een motie. (De heer TORN: Over de stadsdelen gesproken, wij hebben natuurlijk ook het Stedelijk Mobiliteitsfonds en de bezuinigingen die daarin worden doorgevoerd. Mijn vraag is eigenlijk hoe de heer Biemond daartegenaan kijkt.) Ik begrijp nu even niet wat de heer Torn bedoelt en over welke bezuinigingen hij het heeft. We hebben denk ik een discussie gehad over het Stedelijk Mobiliteitsfonds waarvan hij vindt dat daar meer uitgehaald wordt dan volgens de verordening mogelijk is. Daarover is al wat gezegd. Ik zou daarover ook nog iets kunnen zeggen. Ik denk dat de fameuze lijst die in de raadscommissie is besproken, een mixed bag is. Daarvan kun je niet zeggen dat dat zo maar bezuinigingen zijn. Je ziet voor een deel dat er een andere financiering is, je ziet voor een ander deel dat bepaalde projecten worden getemporiseerd op verzoek van de bewoners. Dus ik denk dat het framen als bezuinigen hier niet terecht is, (De heer TORN: Volgens mij kwam het woord besparen gewoon uit de brief van de wethouder. Laten we er gewoon eens eentje uitpakken. De Hoek van Hollandstraat. Daar wordt de herinrichting gewoon geschrapt. Dat lijkt mij toch een bezuiniging. Is de heer Biemond dat met mij eens en zo ja, wat vindt u daar dan eigenlijk van? De bewoners van de Hoek van Hollandstraat, voor hen is het toch wel een beetje zuur dat die herinrichting niet doorgaat.) U ziet misschien dat mij iets wordt ingefluisterd maar dat komt omdat dit niet direct mijn portefeuille is en ik kan heel veel dingen fout doen in deze raad, maar wat ik echt nooit fout doe, is iets zeggen waarmee de heer Boutkan het niet eens is. Vandaar dit moment even. Het antwoord is ja, het groot onderhoud daar gaat wel gewoon door. Dat bedoel ik ook. Het framen dat dit een lijst van bezuinigingen is, dat is denk ik onterecht. Ik denk dat je ieder project steeds heel specifiek moet bekijken. Wat betekent het, wat wordt er wel gedaan, wat is er besproken met de bewoners? Die hele lijst is voor zover ik het heb begrepen, juist met de bestuurders uit de stadsdelen doorgenomen, zodat die ook hebben kunnen aangeven waar de mogelijkheden zitten om dit niet op dit moment uit te voeren maar op een later moment. Daar is denk ik een proces gaande geweest dat heel prudent is geweest. (De heer TORN: Ik wil de heer Biemond nog wel vergeven dat hij die lijst niet van A tot Z tot op de komma kent, maar waarmee ik wel grote 72 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen problemen heb, is dat een grote partij in deze stad, de PvdA, gewoon een bezuiniging die toch echt een bezuiniging is, en als het om de Hoek van Hollandstraat gaat, betreft het echt een herinrichting die wordt geschrapt, anders typeert. Noemt u dat nu ook gewoon een bezuiniging. Noemt u dat nu een besparing. Sta voor die keuze en loop daar niet voor weg. Zo ken ik normaal gesproken de PvdA maar nu lijkt u weg te lopen voor de bestuurlijke keuze en dat betreur ik.) Ik ben in ieder geval heel blij dat de heer Torn de PvdA nog steeds een grote partij noemt. Zo voel ik dat eerlijk gezegd ook. Ik loop helemaal nergens voor weg. Ik heb u een uitleg gegeven hoe je die lijst moet lezen. Ik heb dus nog een motie en ik heb in de administratie nog een gewijzigde motie die inhoudelijk niet is gewijzigd maar die wordt ingediend met andere partijen. De motie-Biemond en N.T. Bakker (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1715) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 88° Motie van het lid Biemond inzake de Begroting 2020 (Financieel zicht op de stadsdelen), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1745) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__ voortaan in de begroting visueel aan te geven waar investeringen via het MIP (Meerjaren Investeringsprograma) en Stedelijk Mobiliteitsfonds neerslaan in de stad en om wat voor bedrag het gaat; - naast de al in de begroting genoemde prioriteiten per stadsdeel ook de beschikbare financiële middelen daarvoor aan te geven. 89° Motie van de leden Biemond, De Heer, N.T. Bakker en Karaman inzake de Begroting 2020 (Klimaatrechtvaardigheid voor werknemers), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1740) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -___een actieve rol te nemen om werknemers die hun baan (dreigen) te verliezen door de klimaatmaatregelen die Amsterdam moet nemen te helpen richting een nieuwe baan; - hierbij de vakbonden, werkgevers en andere relevante partijen te betrekken bijvoorbeeld via het House of Skills; - ditte verwerken bij de plannen voor een Amsterdamse Green New Deal. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Nanninga. Mevrouw NANNINGA: Nogmaals dank vanuit Forum voor Democratie voor het voor elkaar boksen van deze zeer leesbare begroting. Ja, we zijn ongeveer anderhalf jaar met elkaar onderweg en bij de lancering van dit college en deze periode onder leiding van de marxistische voorhoedepartij GroenLinks gingen we het kapitalisme aanpakken, de 73 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen stad diverser maken, positief discrimineren, segregatie tegengaan. De stad ging eigenhandig het klimaat redden. Nu, meer dan een jaar later de realiteit. Want wat is er van de plannen van dit college overgebleven? Dat is een goede vraag en wij van Forum voor Democratie laten ons natuurlijk graag door allerlei media informeren om ons denken te scherpen. Dan denk je natuurlijk meteen aan Het Parool, de onvermoeibaar partijdige coalitiebode. En wat zegt die? Ik citeer: ‘De nieuwe lente die het linkse Amsterdamse stadsbestuur vorig jaar aankondigde, is inmiddels uitgemond in een gure herfst. De stad gaat gebukt onder een afvalcrisis, een wooncrisis, een handhavingscrisis, een bouwecrisis, een druktecrisis, een kades- en bruggencrisis en met het aftreden van wethouder Udo Kock is daar een bestuurscrisis bijgekomen.’ Die is vandaag redelijk opgelost, hopen wij. Als zelfs Het Parool er geen juichaapjesverhaal meer uit weet te persen, dan is er toch wel wat aan de hand. Ik maak even een sprongetje want de realiteit blijkt weerbarstig en het spraakmakende rapport van een VVD-mastodont over een volkomen uit de lucht gegrepen stikstofcrisis — weer zo’n crisis — draagt als titel Niet alles kan. Bij het mijmeren over de afgelopen anderhalf jaar schoot die zinsnede mij vaak te binnen. Niet alles kan. Je kunt niet zomaar allemaal lasten verhogen om je linkse hobby's zoals diversiteitsvideogames en whiteprivilegetrainingen te financieren. Het college verhoogt en ik som het maar even op de afvalstoffenheffing, de parkeertarieven, de vignetten voor boten, ook voor de woonbootbewoners precariorechten. Zij moeten binnen enkele jaren dubbel betalen. Niet alles kan. Er moet gekozen worden en dit college koos voor een heleboel zinloze hobby's en tegen lastenverlichting. (Mevrouw ROOSMA: Ik verbaas me erover dat mevrouw Nanninga hier een beetje loopt te somberen want u zou toch blij moeten zijn als de revolutie nog een aantal jaren wordt uitgesteld? Dan moet u hier toch staan te juichen?) Ik ben blij dat u het vraagt maar ik stel graag de toch een beetje teleurstellende resultaten hier aan de kaak die onder meer GroenLinks haar kiezers heeft beloofd. (Mevrouw ROOSMA: Het is toch een beetje van tweeën een. Op het ene moment loopt mevrouw Nanninga te klagen over het feit dat er geld wordt gespendeerd aan aardgasvrij, dat er een programma Autoluw is, dat wethouder Groot Wassink een programma heeft voor 24-uursopvang voor ongedocumenteerden en nu zegt u dat er allemaal niets van terecht komt. Wat is het nu? Komt er wel wat van terecht en heeft u geen reden om te klagen omdat u blij bent dat er niets van terecht komt of is het andersom?) Mevrouw Roosma begint mij te kennen. Zij noemt exact alle onderwerpen op die ik nog ga aansnijden. Natuurlijk ben ik blij als dan die gekkigheid mislukt, maar ik wil het wel even hebben aangestipt. We kijken hier naar de begroting. (Mevrouw ROOSMA: Dus het valt best wel mee dat het niet lukt, eigenijk? Dus u zegt net, het lukt allemaal niet wat dit linkse college wil en tegelijkertijd zegt u dat dit linkse college allemaal dingen doet waarvan ik niet blij word. Mijn vraag is dus, wat is het nu?) Ik begrijp de vraag van mevrouw Roosma maar ik vraag haar even naar mijn betoog te luisteren want die grote hemelbestormende plannen lukken allemaal niet, maar er wordt nog wel steeds heel veel geld aan besteed en daarmee zijn wij niet zo gelukkig. Ik vervolg mijn betoog. De erfpachters, daarover komen we morgenavond nog uitgebreid te spreken. Ik wil ze toch even noemen. Op 31 december dit jaar betalen sommige erfpachters 10.000 euro maar op 1 januari, een dag later, kan dit voor sommige erfpachters zomaar 80.000 euro zijn voor exact dezelfde overstap. Dit kan niet. Je kunt niet nadenken over het aankomende erfpachtdrama als het zal mijn tijd wel duren of terugwijzen naar het vorige college. Wethouder Van Doorninck van GroenLinks heeft 74 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen volkomen lak aan het financiële welzijn van 200.000 erfpachters. Ook de overstapvoorwaarden voor 2019 wil zij niet met een jaar verlengen omdat het ambtenarenapparaat dat niet aankan. Dat vind ik toch een onderschatting van onze geweldige ambtenaren. Toon nu eens durf en speel in op de realiteit, op de dynamiek zoals die er is in de stad. Toon daadkracht. Niet alles kan. Het is een bewuste keuze van dit college om de erfpachters versneld leeg te plukken om onder meer hun klimaatfabels mee te financieren. Dan de agenda Autoluw. Je kunt niet zomaar van de binnenstad een dorp maken voor grachtengordelbewoners door allemaal wegen te knippen en om te leiden zonder dat andere delen van de stad en de bewoners daar er last van Krijgen. Denk aan Nieuw-West, Noord, Zuid-Oost en nu heel recent prominent in het nieuws de Kattenburgerstraat. Niet alles kan. Je woont als stadsbewoner niet in dorpse rust. Dit college maakt bewust de keuze om mobiliteit en daarmee de economie te ondermijnen ten faveure van een mate van rust en reinheid die niet realistisch is in een stad. Het AEB is natuurlijk ook een enorm dossier, maar goed, daarvoor hebben we nu een puike nieuwe wethouder dus dat laat ik hier even buiten beschouwing. We gaan met gezwinde pas door met het aardgasvrijmaken van de stad. Je kunt niet zomaar hopen dat de stad aardgasvrij en uitstootneutraal wordt zonder dat je ook maar enig idee hebt wie die astronomische kosten gaat betalen. Wat we nu gaan doen, kost heel veel geld. Volgens de berekening van dit college moeten we 814 miljoen euro — en wij denken zelfs wel 1000 miljoen of een miljard euro — betalen in deze bestuursperiode. Niet alles kan. Wat doet het college? Dat reserveert 150 miljoen euro en geeft daar maar 75 miljoen euro van uit. Waar de rest vandaan komt, we zien het allemaal wel maar het is in ieder geval niet opgenomen in de begroting. Dat werkt niet. Dat kan niet. En ik ben blij hoor dat die gekke transitie er zo lang mogelijk niet komt en dat er zo min mogelijk geld aan uitgegeven wordt, maar het is geen fatsoenlijk bestuur. Gezien de termijn die er wordt gesteld, zit je op het laatste moment met een enorme opgave. Dan gaat de hele stad open tegen de tijd dat het wel allemaal moet worden doorgedrukt. Tot slot. Als we de ambtenaren via de Wobmailtjes mogen geloven, dan is de absolute topprioriteit van wethouder Groot Wassink de 24-uursopvang voor wat eufemistisch ongedocumenteerden heten. Je kunt niet zomaar in een stad waar studenten, starters, politieagenten, verpleegkundigen en leraren al bijna geen huis meer kunnen krijgen, gratis hotels creëren midden in een wooncrisis. (De heer VAN DANTZIG: Even op dat vorige punt aardgasvrij. Ik heb even heel snel geprobeerd mee te rekenen met mevrouw Nanninga, maar de bedragen die u noemt, gaan over bedragen die het de hele maatschappij kunnen gaan kosten. Is het nu uw voorstel dat de gemeente al die kosten draagt en niet ook aan maatschappelijke partners zoals woningcorporaties of huiseigenaren vraagt om bij te dragen?) Die bedragen staan in het plan van uw eigen college. Die heb ik daar uit een tabelletje geciteerd. Wij willen dat daar helemaal geen geld naartoe gaat. Daarvoor komt nog een motie trouwens. (De heer VAN DANTZIG: Maar dat is prettig want nu komen we ergens. Die bedragen, dat noemen ze de zogenaamde onrendabele top, het zou kunnen dat je die moet betalen op het moment dat je alles in een keer vangt. Maar dat is niet zo. Dat is wat je moet investeren met elkaar om dit rendabel te krijgen. De gemeente heeft daarvan gezegd daarvoor 150 miljoen euro beschikbaar te stellen en de rest moet door anderen worden gefinancierd. Mijn vraag aan mevrouw Nanninga is, is uw voorstel dat de gemeente het volledige bedrag gaat financieren?) 75 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Mijn voorstel is dat de gemeente daarvan geen cent gaat financieren, maar dat rare wensdenken waar de rest van die honderden miljoenen euro's vandaan moet komen, dat willen we aan de kaak stellen. Hoe ziet het college dat voor zich, die prachtige aardgasvrije droom? (De heer VAN DANTZIG: Dan moet ik concluderen dat uw voorstel is dat de gemeente er niets aan uitgeeft terwijl u weet dat het heel veel geld kost om het wel te doen. U bent er niet voor maar u maakt er nu wel een punt van dat de gemeente het wel gaat doen. Dan bent u het toch wel met mij eens dat de D66-fractie u dan helemaal kwijt is. Mijn vraag aan u: wat wilt u nu precies? En als u het niet wilt, maak er dan ook niet zo’n groot punt van.) Dat de D66-fractie en de fractie van Forum voor Democratie elkaar kwijt zijn en dat zij elkaar al nooit hadden gevonden, dat mag gevoeglijk als bekend worden verondersteld. Nee, wij willen helemaal niet dat er iets aan aardgasvrij gebeurt. Maar wij bespreken hier de begroting waarin deze cijfers staan en de gekke plannen. Dus ik ben wel gedwongen dat te adresseren. Alleen maar zeggen dat wij het niet willen, dat is duidelijk. Maar we hebben het hier over een begroting waarin deze cijfers staan en waarin heel raar wordt omgegaan met deze cijfers. Ik vervolg mijn betoog. De ongedocumenteerden. Zelfs al zijn de hotels voor illegalen wat karig, menig student zou er een moord voor doen, maar niet alles kan. Dit zijn 500 woonplekken waarbij bewust de keuze wordt gemaakt die te geven aan mensen die hier niet horen te zijn en niet de voorkeur te geven aan studentenhuisvesting. Het is een bewuste keuze van dit college om tegen de studenten te kiezen en voor de illegalen. Maar goed, Forum voor Democratie staat constructief in de wedstrijd en wil pragmatisch kijken naar wat goed is voor onze stad. We hebben dit jaar tot nu toe al tientallen moties ingediend, nog eens tientallen meegetekend en we blijven ons inzetten om onze stad te behoeden voor nog meer geldverspilling, klimaatwaanzin, identitair diversiteitsgedram, voor eerlijke erfpacht, voor minder criminaliteit, meer huizen en een stad waar je nog eens met de auto doorheen mag. Tot slot de administratie. Wij dienen een aantal moties. Het klimaatfonds. Het werkt allemaal evident niet en er is geen dekking voor het resterende benodigde bedrag dus dat heffen we op. We willen dat de geldverslindende en milieuvervuilende biomassacentrales een halt wordt toegeroepen. Dat is ook een motie. De stadsdelen mogen niet de dupe worden van de grachtengordel die graag tuintjes voor de deur willen, dus we dienen een motie in om de bezuinigingen in dit kader terug te draaien. Verder willen wij de politie steunen in de aanpak van drugscriminaliteit. Ik denk dat iedereen hier dat wil. En we willen het programma Ondermijning versterken. Daartoe dienen we ook een motie in. Tot slot komt er een aangepaste versie van amendement nr. 1662 en we trekken de moties nr. 1660 en nr. 1661 in. De motie-Van Schijndel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1660} ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Van Schijndel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1661} ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. Het amendement-Van Schijndel (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1662) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende motie is ingekomen: 76 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 R aadsnotulen 90° Amendement van het lid Van Schijndel inzake de Begroting 2020 (Post veruizing multinationals Haven-Stad), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1726) Besluit: - een reserve ‘bijdrage verhuiskosten convenantpartners Haven-Stad’ van 65 miljoen euro toe te voegen aan de reserves in de Begroting 2020 en hiertoe het hoofdstuk 74 aan te passen; - de dotatievan 65 miljoen euro aan deze reserve dekken uit de niet bestede middelen uit het Klimaatfonds; - onder de eerste alinea van H3.9 op pagina 195 de volgende zin toe te voegen: Wij willen vaart maken met het transformatieprogramma Haven-Stad. Om voorbereid te zijn op de mogelijke toekomstige kosten die de verhuizingen van de bedrijven in dit kader met zich meebrengen, reserveren we 65 miljoen euro.” 91° Motie van de leden Kreuger, Van Schijndel en Nanninga inzake de Begroting 2020 (Opheffen Klimaatfonds en alternatieve besteding van middelen), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1746) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - het aardgasvrij maken van Amsterdam te staken en het klimaatfonds ad 150 miljoen euro op te heffen; - van de daardoor bespaarde middelen 65 miljoen euro toe te voegen aan een in te stellen reserve bijdrage verhuiskosten convenantpartners Haven-Stad; - van de daardoor bespaarde middelen 10 miljoen euro toe te voegen aan het programma Ondermijning; - van de daardoor bespaarde middelen 75 miljoen euro terug te geven aan Amsterdammers in de vorm van verlaging van gemeentebelastingen. 92° Motie van het lid Nanninga inzake de Begroting 2020 (Versterk programma ondermijning), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1747) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - 10 miljoen euro incidenteel toe te voegen aan het budgetvoor de Amsterdamse aanpak Ondermijning en dit te dekken uit de niet uitgegeven middelen van het klimaatfonds. 93° Motie van het lid Kreuger inzake de Begroting 2020 (RES en Biomassa), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1748) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -_bij de uitwerking van de Regionale Energie Strategie (RES) te bepleiten geen verdere ruimte te bieden aan biomassacentrales zolang niet bewezen is dat deze daadwerkelijk op duurzame wijze energie opwekken en duurzamere alternatieven niet mogelijk zijn om de doelstellingen te halen. 77 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 94e Motie van de leden Kreuger en Yilmaz inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1749) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -_ de agenda autoluw (37,4 miljoen euro) te schrappen uit de begroting * daarvan 32 miljoen euro ten goede te laten komen aan de voorgenomen versoberde, getemporiseerde of geschrapte projecten die werden gedekt uit het stedelijk mobiliteitsfonds; e daarvan 5,4 miljoen euro te reserveren voor het in oude staat herstellen van de tramlijn 14 en bus 21 totdat structurele dekking is gevonden. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer N.T. Bakker. De heer N.T. BAKKER: Zoals u weet, is deze begroting de concrete uitwerking van de voorjaarsnota die we voor de zomer bespraken. Het is dan werkelijk geen schande dat er zo weinig moties zijn ingediend. 94 tegen bijna 300 bij de voorjaarsnota. Dat is fantastisch. Ik zal er snel doorheen gaan niet nadat ik heb gezegd dat het een schande is dat wij door het Rijk zo worden behandeld. We hebben gezien dat de decentralisaties een enorme wissel trekken op onze begroting. We hebben gezien dat de fusiekorting een ontzettende wissel trekt op onze begroting terwijl die fusies vaak niet eens doorgaan. Het is werkelijk een grote schande. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de onderuitputting dat er onderzeeërs worden gekoppeld aan de gemeenteuitgaven. In dat licht moeten we toch echt spreken over een grote schande die het Rijk ons hier aandoet. Maar desondanks staan er hele mooie zaken in deze begroting. Een stevige woningbouwambitie waar betaalbaarheid voorop staat. Geld om het lerarentekort aan te pakken. De toeristenbelasting gaat fors omhoog. We investeren flink om mensen aan het werk te helpen. De Werkbrigade blijft volop draaien. Er is extra geld voor handhaving, helaas genoodzaakt door het agententekort en falend Haags VVD-beleid op Veiligheid en Justitie. Maar hartstikke mooi dus. Dit college moet gaten dichten die dit rechtse Kabinet slaat. Dus complimenten aan dit college voor de inzet hierop. Het is eens te meer duidelijk dat we een strijd voeren in het belang van mensen boven het winstbejag van 1%. Een strijd die de leraren momenteel voeren. Wij steunen ze van harte en laat ze een lichtend voorbeeld zijn. Om hen te helpen willen we erop wijzen dat het superbelangrijk is om dit beleid door te zetten. Niet zozeer om de economie te financialiseren maar om de financiën te socialiseren. Dat is wat wij hier doen en ik hoop dat we dat met de kersverse wethouder ook kunnen gaan doen de komende tijd. Ik verwacht dat ook. Dus welkom. Wij vinden het belangrijk dat we met dit college samen kijken naar die onrechtvaardige beslissingen die het Rijk doet en dat we tot de juiste beslissingen kunnen komen. Daarom heb ik nog een klein boodschappenlijstje waarin wij de motie nr. 1647, het verhogen van een minimumloon bij de gemeente naar 14 euro per uur laten staan. Het college lijkt tot nu toe weinig happig dus laat de partijen in de raad maar kleur bekennen: sociaal of liberaal. Motie nr. 1648 over de taaleis voor expats dienen we gewijzigd in. Hiermee moet het bezwaar uit het preadvies zijn weggenomen waardoor deze motie met groot enthousiasme door de raad kan worden omarmd. Motie nr. 1670, dank dat het college deze motie van het CDA en de SP positief heeft gepreadviseerd. Het blijft het goede werk van oud-SP-raadslid Nelly Duijndam. Motie nr. 1671, Kunst en 78 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen cultuur voor iedereen blijft gehandhaafd. We willen hierover graag een uitspraak van de raad hebben. Motie nr. 1672, Geen fossiele investeringen met Amsterdams pensioengeld, blijft gehandhaafd. Het argument dat Amsterdam een kleine speler is, is natuurlijk volslagen onzin. We hebben bijna 15.000 ambtenaren in dienst die een pensioen opbouwen en een veelvoud daarvan dat dat al heeft gedaan, mag wel met wat meer groene ambitie worden getoond. Ik hoop dat de raad dit onderschrijft. Motie nr. 1677, het lijkt de Slag bij Nieuwpoort wel, de motie over zeggenschap over aardgasvrije buurten, handhaven wij. Bewonersmacht en draagvlak zijn immers onmiskenbaar bij de energietransitie van het gas af. Het preadvies was wat ons betreft te mager. Dan raad ik u allen de prachtige motie aan, nr. 1703, het Huis van het Recht. Die dienen we gewijzigd in samen met GroenLinks, D66 en de PvdA. Tot slot een motie om elke gemeentelijke samenwerking met Shell te stoppen. We staan als wereld voor een enorme opgave om te verduurzamen. Amsterdam niet uitgezonderd. Oplossingen moeten worden gevonden. Gek genoeg zit Shell hierbij regelmatig aan tafel. Shell is een van de smerigste kapitalisten op deze aarde en derhalve niet de oplossing voor het klimaatvraagstuk maar juist het probleem. Daarom deze motie waarin wij zeggen: Shell no. We moeten de financiën socialiseren en we moeten niet de economie financialiseren. Daarom dien ik deze motie in. (De heer BOOMSMA: De heer Bakker doet hier een verwoede aanval op een belangrijk Nederlands bedrijf, een bedrijf dat hier niet aanwezig is om zichzelf te kunnen verdedigen tegen zulke grote woorden. Kan hij dan op z'n minst even toelichten wat nu precies het bezwaar is tegen een bedrijf dat mensen van energie voorziet die ze daadwerkelijk nodig hebben?) Het laatste is natuurlijk zeker niet het geval. Op het moment dat we hier in het Economic Board een bedrijf hebben waarvan we niet verwachten dat we daarmee gaan verduurzamen, sterker nog, die de aarde op een manier vervuilt die we niet willen, dan hebben we daarvoor een motie. (De heer BOOMSMA: Er kunnen natuurlijk allerlei bedrijven zijn waarmee de heer Bakker het persoonlijk niet eens is of waarvan hij vindt dat ze te weinig doen aan bepaalde maatschappelijke doelstellingen. Het is toch een buitengewoon merkwaardige gang van zaken om een bedrijf uit te kiezen om geen zaken meer mee te doen. Waarom dan niet ook andere oliebedrijven als het om oliebedrijven gaat?) We hebben toch bij wijze van spreken bij bedrijven als Airbnb ook onze vraagtekens gesteld. Dus het is heel normaal om dat te doen. (De heer TORN: Als ik de motie goed heb beluisterd, dan heeft de heer Bakker net gezegd dat alle gemeentelijke samenwerking met het bedrijf Shell zou moeten worden beëindigd. Even heel concreet. Het gemeentelijke wagenpark is nog niet volledig van de brandstof af. Hoe ziet de heer Bakker dat concreet voor zich en is BP of ESSO dan wel goed? Ik begrijp het eerlijk gezegd niet zo goed.) Inderdaad, wij zullen zo snel mogelijk dit soort verduurzamingshandelingen moeten verrichten. Daarin worden we gesteund door deze motie. (De heer TORN: De motie is nog niet voorgelezen, maar dan is het misschien een idee dat de bode de motie nog even terugbrengt naar de heer Bakker zodat hij die een beetje kan aanpassen. U zegt, het moet per direct worden gestopt, maar dat kan dus helemaal niet. Het gemeentelijk wagenpark moet op benzine blijven rijden. Het is een motie voor de Bühne; het is een motie die nergens op slaat. Ik vind het eigenlijk niet passen bij een coalitiepartij. Nou ja, van de SP vind ik het dan eigenlijk 79 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen weer niet zo gek. Het laat wel weer zien waar de SP staat en ik vind het een beetje makkelijk en eerlijk gezegd ook een beetje goedkoop.) Ik hoor geen vraag. De motie-Flentge (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1648) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Temmink (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1703) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 95° Motie van het lid Flentge inzake de Begroting 2020 (Taaleis expats), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1724) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te overleggen met werkgevers en maatschappelijke organisaties over activiteiten en taalcursussen die bijdragen aan de integratie van arbeidsmigranten en expats en, waar mogelijk, hun gezinnen in de Nederlandse samenleving. 96° Motie van de leden Temmink, Van Dantzig, Roosma en Boutkan inzake de Begroting 2020 (Huis van het Recht), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1738) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken hoe Huizen van het Recht in Amsterdam het beste kunnen worden vormgegeven waarbij onder andere gedacht kan worden aan een spreekuurrechter voor professioneel advies over juridische vraagstukken, en voor geschillen waarvoor overheidsrechtspraak niet de meest voor de hand liggende of beste oplossing is, zoals psychische of financiële problemen; - te onderzoeken of in deze Huizen van het Recht ruimte beschikbaar gesteld kan worden voor het direct maken van een afspraak met de juiste professional voor een specifiek vraagstuk, zoals een mediator, advocaat, sociaal raadslid, schuldhulpverlener, GGZ, maatschappelijk werker, de sociale dienst en de gemeente, eventueel telefonisch of digitaal; -__in het onderzoek bij een eventuele realisatie van deze Huizen mee te nemen hoe uit kan worden gegaan van 1 voorziening per 60.000 inwoners en daarbij te denken aan het gebruik maken van makkelijk toegankelijke gebouwen zoals bibliotheken, stadsloketten en andere overheidsgebouwen:; - in gesprek te treden met het OM, de Rechtspraak, en andere relevante partners of en hoe gezamenlijk deze Huizen van het Recht gerealiseerd kunnen worden; - de Raad zo snel mogelijk over de uitkomsten van dit onderzoek te informeren. 97° Motie van het lid Bakker inzake de Begroting 2020 (Stop samenwerking met Shell), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1750) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 80 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen -__alle gemeentelijke samenwerkingen met Shell, van Economic Board tot AMS, per direct te beëindigen; - alle samenwerkingsverbanden van de gemeente Amsterdam met bedrijven door te lichten op de mate waarin deze bedrijven bijdragen aan klimaatverandering of maatregelen hiertegen verhinderen; -__de samenwerking met andere vervuilende bedrijven eveneens te beëindigen. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan de heer Boomsma. De heer BOOMSMA: De gemeente Amsterdam gaat volgend jaar weer meer dan 6.000 miljoen euro uitgeven, iets minder dan de budgetten van de regeringen van Armenië, Mongolië en Mauretanië samen. Heel veel geld dus waarvan elke cent moet worden opgebracht doo de belastingbetalers en aan ons de zware verantwoordelijkheid om daarbij de juiste prioriteiten te stellen. Amsterdam is nog steeds een stad met heel veel inkomsten en heel veel uitgaven maar het geld klotst inderdaad niet tegen de plinten zoals de afgelopen jaren wel werd rondgebazuind. Dat geklots was nep al was het maar omdat er natuurlijk wel sprake was van decennialange verwaarlozing van de bruggen en kademuren en het basale onderhoud van de openbare ruimte. Het is op zich al een raadsenquête waard om te onderzoeken hoe dat nu zo ver heeft kunnen komen. Ik vroeg me af hoe dat nu eigenlijk in Utrecht is. Is men in Utrecht wel zo verstandig geweest te sparen voor het onderhoud van die kademuren? Kunnen we daarvan misschien nog wat leren? Zo maar een vraag. Ik ben gewoon benieuwd. In ieder geval moet bij deze begroting niet onvermeld blijven dat het in deze periode en dit college is dat is begonnen met puinruimen en stappen heeft gezet om die trend van jarenlange verwaarlozing te keren. Ondanks grote tegenvallers reserveert het college zowel extra geld voor handhaving, bestrijding van criminele ondermijning maar ook voor investeringen in de openbare ruimte en het wegwerken van achterstallig onderhoud. Dat is zeker heel mooi, maar wat ons betreft is het niet goed genoeg want er gaan met deze begroting toch nieuwe gaten vallen. Volgens wethouder Dijksma heeft Amsterdam haar kademuren verwaarloosd omdat de openbare ruimte niet sexy is, maar nu stapt het college wat mij betreft in dezelfde val. Ondanks enorme verhogingen van de parkeerinkomsten en de belastingen en ondanks grepen uit de reserves van deze gemeente, gaat het college nu toch besluiten hele waslijsten aan investeringen in het Stedelijk Mobiliteitsfonds te schrappen. Dat zegt wel hoeveel geld er dus nodig is. Maar wij zijn het daarmee niet eens. De heer Torn had natuurlijk helemaal gelijk. Deze greep is in strijd met de verordening. Ik had ook een déjä vu want mijn voorganger de heer Van Drooge heeft een aantal jaren geleden hetzelfde punt moeten maken toen op dat moment een greep uit het Stedelijk Mobiliteitsfonds werd gedaan en toen is dat op stel en sprong nog even aangepast. Dat moet gewoon gebeuren want anders is het niet rechtmatig. Maar goed, het zijn bezuinigingen en dan kunnen de heren Ernsting, Boutkan, Bakker en anderen als een soort Praetoriaanse garde naar voren springen en zeggen dat het in het ene geval om een dubbeling gaat en in het andere geval om mensen die het eigenlijk niet willen, maar het zijn gewoon bezuinigingen. Dat is een keuze en die keuze zouden wij niet willen maken. Het college kiest er wel voor een sexy nieuwe bibliotheek op de Zuidas te realiseren maar dan voor ongeveer hetzelfde bedrag deze projecten te schrappen. Het geldt nog meer voor het besluit om dan ook maar grote delen van deze stad er verloederd bij te laten liggen. Ja, er wordt geïnvesteerd, maar zes jaar geleden besloot de gemeenteraad unaniem op voorstel van het CDA dat de openbare ruimte er overal 81 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen verzorgd en schoon bij moest liggen zowel buiten als binnen de ring, overal. Nu lijkt het college toch een beetje de handdoek in de ring te gooien en daarbij kunnen wij ons niet neerleggen. Het schoon en verzorgd houden van de openbare ruimte, van bruggen, kades, wegen en straten, van parken en perkjes, het netjes en schoonhouden van lantaarnpalen en afvalbakken, van verkeerslichten, dat is een van de belangrijkste kerntaken van de gemeentelijke overheid. Daarop hebben Amsterdammers wat ons betreft recht. Het college zegt nu eigenlijk dat het op sommige punten zo’n rotzooi is, dat we er maar even genoegen moeten nemen met het zogenaamde beheerniveau ‘sober.’ Is dat wat wij willen? Een sober Amsterdam? Het CDA vindt dat sober niet past bij Amsterdam. Wat is de consequentie: gaten, kuilen, en dat laten we liggen. Scheefstaande lantaarnpalen, meer graffiti. Nu zegt het college dat we dat niet kunnen betalen, maar tegelijkertijd is ondanks ons aandringen de afgelopen zes jaar niet duidelijk geworden hoeveel het kost om de openbare ruimte en onze assets op een goed en verzorgd niveau te onderhouden. Dat vinden wij natuurlijk heel jammer. De wethouder heeft dat in de raadscommissie ook al betreurd. Wij zouden in ieder geval willen vragen of de wethouder het met het CDA eens is dat je die ambitie niet moet loslaten en dat we in ieder geval bij de voorjaarsnota 2020 dan wel die gegevens hebben en dat we dan wel weten hoeveel het nu kost om het op het niveau verzorgd te krijgen en wat de tijdspanne is om daar te kunnen komen. Nogmaals, je moet eerst je kerntaken op orde zien te krijgen. Ik vind dat dat ook geldt voor wat betreft de kunsten. Voor de zomer is die nominale compensatie beloofd en wij vinden het niet netjes dat nu weer ongedaan te maken. Instellingen hebben al begrotingen opgesteld. Ze hebben te maken met stijgende kosten en dat moet je dit nu niet doen. Dat is hapsnapbeleid. Zeker als het erom gaat dat je wel extra geld hebt gereserveerd vanaf 2021, dan is het volgens mij het meest logisch om te zeggen, dan halen we een deel van dat bedrag naar voren en dan compenseren we zoals beloofd volgend jaar. En ja, dan hebben we geen 5 miljoen euro maar ietsje minder voor de komende Kunstenplanperiode. Uiteindelijk gaat het voor een groot deel om dezelfde instellingen. Dat is volgens mij financieel prudenter. Ik kan me heel goed voorstellen dat GroenLinks er enorm van baalt. Dat is natuurlijk ook aangegeven. Eerder heb ik aangegeven dat we gaan bezuinigien op de ambtelijke organisatie en toen zei GroenLinks ja, dat vinden wij ook heel vervelend. In de vorige periode liep Groenlinks daar nog tegen te hoop. Toen zeiden ze, dingen kosten nu eenmaal wat ze kosten en je kunt niet blijven bezuinigen op de ambtelijke organisatie. We doen het in ieder geval niet zo dat we met een botte bijl gewoon een soort nullijn instellen. Dat doen wij niet. Maar dan nu toch weer die nominale compensatie. Kortom, ik denk dat we dit niet moeten doen. Ik heb dan ook een aangepast amendement voor wat betreft die nominale compensatie omdat ik heb begrepen dat de reserve intertemporele compensatie niet voldoende is. Dan moeten we het op een andere manier oplossen. Ik zal de motie zo indienen. Dan is een van de grote punten natuurlijk de jeugdzorg en de overschrijding daarbij. Hoe gaan we dat nu opvangen? Niemand is er natuurlijk blij mee. We kijken ook allemaal naar wat er landelijk gebeurt, maar de vraag is wat wij nu gaan doen. Het is eigenlijk gek dat we nog steeds onvoldoende inzicht hebben in wat het nu veroorzaakt. We hebben daarover heel gedetailleerde vragen gesteld omdat dat nodig is om te weten hoe je kunt sturen. Je moet weten hoe je die politieke afweging maakt. Gaan we budgetplafonds instellen of gaan we er extra geld voor reserveren omdat we de politieke keuze maken omdat we niet willen dat wachtlijsten oplopen? We willen toch dat mensen de zorg krijgen die ze verdienen. Die informatie hebben we nog steeds niet omdat we geen zicht hebben op die zogenaamde SPICs. Die is nog steeds niet volledig; die wordt nog steeds niet volledig aangeleverd. Dus ik wil ook een motie indienen om het college te verzoeken daar bij de voorjaarsnota wel inzicht in te hebben danwel in ieder geval zicht te 82 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen hebben op een manier waarop we die informatie wel kunnen krijgen, want dan moeten we natuurlijk opnieuw de beslissingen gaan nemen. Dan de moties. Dank voor de positieve preadviezen. We gaan een aantal moties intrekken. Bij een aantal gaan we echt pleiten voor steunen. We willen heel graag dat het college wel gaat onderzoeken of het mogelijk is gezinnen voorrang te verlenen bij het aandragen van een parkeervergunning. Het college heeft gezegd die kant niet op te willen, maar wij willen dat het op Z'n minst wordt onderzocht. Je kunt natuurlijk allerlei bezwaren gaan bedenken. Er zijn ook andere groepen. Gezinnen met jonge kinderen hebben nu eenmaal die auto veel meer en veel vaker nodig dan de meeste anderen of dan alleenstaanden. We willen echt proberen dat die gezinnen met jonge kinderen in de stad kunnen blijven wonen. Dan nog ons voorstel voor van hoog naar laag om te onderzoeken of ouderen in een sociale huurwoning de mogelijkheid kunnen krijgen om te verhuizen naar een sociale huurwoning op de begane grond. De wethouder raadt die motie af, maar de toelichting is mij niet duidelijk. De wethouder verwijst naar een onderzoek maar dat kan ik nergens vinden. Er is wel een soort evaluatie van die regeling en daarin staat juist dat het heel begrijpelijk is te kijken of die ouderen misschien naar de begane grond kunnen verhuizen. Dat is precies waartoe de motie oproept. Dus misschien kan de wethouder mij nog een keer uitleggen waarom hij dat nu niet zou willen. Dan nog over het onderzoek Premetro, een variant van de Oost-Westlijn. Dat blijft een van de grote vervoersuitdagingen van de stad. Ik denk dat het veel kansen biedt voor zowel het vervoer als voor de openbare ruimte en die hebben we dan ook gewijzigd conform het preadvies en die dienen we samen met een aantal collega’s opnieuw in. We hebben nog een motie over het opspuiten van nieuwe eilanden in het IJ, IJburg 3. Die wil ik handhaven. Het preadvies wijst erop dat een uitgebreid onderzoek te veel capaciteit zou kosten, maar wij vragen juist een preliminair onderzoek en ik denk dat we dat gezien de grote woningnood nadrukkelijk moeten doen. Het is natuurlijk iets voor de langere termijn, maar dat geldt voor veel planruimte ook voor Haven-Stad. Ik denk ook dat het eigenlijk realistischer is en waarschijnlijk goedkoper om een nieuw eiland op te spuiten dan om die honderden miljoenen euro's aan haveninfrastructuur die daar is gerealiseerd te gaan verplaatsen. Bovendien zet je daarmee en passant de werkgelegenheid en economische waarde van de haven onder druk. Dus die motie handhaven we en ik hoop daarbij op steun. Tot zover voor nu. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1630) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1631} ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1632) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma en Naoum Néhmé (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1654) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. Het amendement-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1656) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1657} ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1679) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1682) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. 83 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen De motie-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1701) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. Het amendement-Boomsma (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1708) ingetrokken zijnde, maakt geen deel meer uit van de beraadslaging. De VOORZITTER deelt mee dat de volgende moties zijn ingekomen: 98° Motie van de leden Boomsma, Marttin en Ernsting inzake de Begroting 2020 (Versnelling Oost-Westverbinding), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1730) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -_bij de geplande verkenningen naar HOV Oost-Westverbindingen in te gaan op het voorstel zoals gedaan in de discussienota Premetro, besproken in de commissie MLD d.d. 3 oktober 2019; - de resultaten van de verkenningen in Q2 2020 voor te leggen aan de raad. 9ge Amendement van het lid Boomsma inzake de Begroting 2020 (Nominale compensatie voor kunstinstellingen), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1739) Besluit: - op pagina 20 onder het kopje ‘Maatregelen’ bij punt 7 toe te voegen: Bij subsidies aan kunstinstellingen in het kunstenplan, inclusief de OBA, passen we voor 2020 wel de 100% nominale compensatie toe. De hiervoor benodigde 1,4 miljoen euro dekken we door in 2020 dat bedrag te onttrekken aan de reserve intertemporele compensatie, voor zover deze reserve dan niet uitkomt op een negatief saldo, en de rest te dekken uit de Algemene Reserve. Deze worden vervolgens weer gevuld uit de extra middelen voor het Kunstenplan 2021-2024. Van de eerder gereserveerde 5 miljoen euro extra voor het Kunstenplan gaat gedurende deze periode dan 360.000 euro terug naar de reserve intertemporele compensatie en/of de Algemene Reserve. Voor het nieuwe kunstenplan is dan een extra bedrag beschikbaar van 4.640.000 euro. Bij de vaststelling van het kunstenplan 2021-2024 maken we afspraken over de toepassing van nominale compensatie voor die periode; - de rest van de begroting en bijbehorende tabellen conform het hier bovenstaande aan te passen. 100° Motie van de leden Boomsma en De Grave-Verkerk inzake de Begroting 2020 (Betere informatie diagnosecategorieën Specialistische Jeugdhulp), (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1751) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - bij de bespreking van de Jaarrekening 2019, en ieder geval bij de Voorjaarsnota 2020 betrouwbare gegevens over behandelde diagnosecategorieën aan de raad beschikbaar te stellen, dan wel de raad te 84 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen informeren over het traject dat gevolgd zal worden om deze gegevens alsnog op korte termijn ter beschikking te stellen. De moties en het amendement maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER geeft het woord aan mevrouw Van Soest. Mevrouw VAN SOEST: Ik wil beginnen met een mededeling. Wij gaan moties indienen, maar om u tegemoet te komen zal ik zelf de dictums voorlezen. Dat ontlast u weer. Alleen al dit jaar is er 80 miljoen euro Amsterdams belastinggeld door het AEB in rook opgegaan. De raad moest wel met het mes op de keel akkoord gaan met een nieuw krediet, maar wij waren daar op tegen. De coalitie stemt braaf voor ieder collegevoorstel terwijl het AEB over 2017 en 2018 niet eens een jaarverslag heeft aangeleverd en daarvoor zelfs is beboet. Dat maakt de coalitie kennelijk helemaal niets uit. Een leuke hobby mag wat kosten. Ik blijf het zeggen: al deze ellende zagen we in 2015 al aankomen. Toen we er dat jaar in de raad over spraken, was er ook al 89 miljoen euro verbrand. Eigenlijk moesten we dat kwijtschelden. Alle reden dus om er toen al een raadsenquête aan te wijden. Veel te tijdrovend zeiden de partijen. We zijn inmiddels vierenhalf jaar verder en de kosten zijn door het dak geschoten. Overigens heeft de verantwoordelijke ex-wethouder de heer Kock ontslag genomen omdat hij geen verantwoordelijkheid wenste te dragen voor de onverantwoordelijke keuzes van dit college. Geef de man eens ongelijk. Hij heeft eindelijk tijd voor zijn eigen hobby's die ongetwijfeld een stuk goedkoper zijn. Inmiddels lijkt er goed nieuws te komen vanuit de Provincie. Kennelijk werken alle verbrandingslijnen weer en ook de stroomturbines. Er wordt weer geld verdiend en dat is voor de raad fantastisch nieuws. Er is daarmee gelukkig extra geld beschikbaar gekomen voor het verbeteren van essentiële zaken voor deze stad zoals onderhoud aan de openbare ruimte, woningbouw, zorg, kunst en cultuur, onderwijs — zaken die zwaar onder druk zijn komen te staan. ledere euro die bij het AEB niet nodig is, kan worden uitgegeven aan verwaarloosde basisvoorzieningen in onze stad. Ik krijg telefoontjes en brieven van boze en verdrietige ouderen die 1,50 euro extra moeten betalen op hun jaarafrekening drinkwater. Ze moeten die 1,50 bijbetalen omdat ze de rekening per post ontvangen. Worden ouderen nu echt gestraft omdat ze ouder worden? Als ze bellen naar Waternet krijgen ze te horen dat een kind of een kleinkind maar moet helpen met de computer. Het is te gek voor woorden. Niet iedereen heeft internet of kan daarmee werken. Laten we daar alsjeblieft rekening mee houden. Wij willen niet dat ouderen worden gestraft voor het ouder worden door belachelijke toeslagen op papieren afrekeningen. De stad moet mensen informeren over het feit dat niemand verplicht is mee te doen aan de DigiD. Geen DigiD? Dan hoort de overheid haar boodschappen op papier te zetten. Daarom dien ik de volgende motie in met het dictum: roept het college op organisaties die namens de gemeente Amsterdam zorgdragen voor de basisvoorzieningen zoals de uitvoering van waterlevering, geen extra kosten meer in rekening te laten brengen voor het versturen van een (af)rekening per post. Grote koppen in de krant dat investeerders en projectontwikkelaars niet meer in Amsterdam gaan bouwen zolang dit college er zit. Gelukkig valt het mee. Vorige week heeft de VVD een uiterst leerzame bijeenkomst georganiseerd met grote bouwers en investeerders in onze stad. De bouwers hebben onder voorwaarde afstand genomen van deze uitspraak. Ouderenhuisvesting staat hoog op hun wensenlijst. Ze streven een langdurige relatie met de stad na. Fantastisch. Grondprijzen moeten volgens Grondzaken conform zijn volgens het college. Ik vraag de wethouder of dat juist is. Woningbouworganisaties geven aan niet meer te kunnen bouwen met de huidige 85 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen grondprijzen. Marktconform wil zeggen dat vraag en aanbod in evenwicht moeten zijn. Hier gaat er naar onze mening iets heel erg mis. U vraagt bouwers huizen te bouwen voor sociale en middenhuur maar u rekent tegelijk de grond af voor een veel te hoge prijs volgens de bouwers. Kortgezegd, bij gronduitgifte kunnen eisen worden gesteld, bijvoorbeeld ouderenhuisvesting met specifieke eisen voor bouw, huur etc. Als een ontwikkelaar meedenkt met de gemeente over de specifieke woonvormen, dan dient hij een korting te krijgen op de grond. Is de wethouder dat met mij eens? Ik dien daarom een motie in om te onderzoeken of de marktinvloeden van het gemeentelijk beleid en de gestelde restricties aan te ontwikkelen bouwgrond kunnen worden meegenomen in de bepaling van de grondprijs. Daarnaast stellen wij voor grond in gemeentelijke woningbouwcorporaties onder te brengen en zelf weer de regie in handen te nemen om op korte termijn iets te doen voor de agenten, onderwijzers en verplegend personeel die we keihard nodig hebben en die ook graag in onze stad willen wonen. Dan hebben we het nog niet eens over de starters en de studenten. Alle bouwers die wij hebben gesproken, zijn geïnteresseerd om zorgwoningen te bouwen, zorgwoningen die hard nodig zijn om in dit tijdgewricht van eenzaamheid en dementie. Zorg ervoor dat de prijs van de grond in deze stad op te brengen is. Wat ons betreft is het hoog tijd voor een nieuwe gemeentelijke woningbouwcorporatie. Dat moet dit linkse college als de Internationale in de oren klinken. De Partij van de Ouderen ziet dan ook veel mogelijkheden. Het is namelijk de motie van de heer Groot Wassink die hij twee jaar geleden heeft ingediend en die wij weer nieuw leven willen inblazen. We hopen dat GroenLinks onze motie dan ook steunt. De sociale huurwoningen die door de huidige corporaties moeten worden verkocht, moeten we gaan opkopen door de op te richten gemeentelijke woningcorporatie. Het zijn over het algemeen grote en mooie woningen die de gemeente de mogelijkheid geeft de regie in eigen handen te houden en te verhuren als sociale lage en middeldure huurwoningen voor onze doelgroep. En het derde punt. Het is voor de stad een fantastische investering als we tegen 0% lenen en daarmee de speculanten buiten de deur houden. Daarom dien ik de volgende motie in die oproept een verkenning te laten verrichten naar de oprichting van een gemeentelijke woningcorporatie en hoe een dergelijke corporatie zou kunnen bijdragen aan het behoud en de realisatie van zoveel mogelijk betaalbare woningen in Amsterdam; te onderzoeken of en zo ja welke meerwaarde een gemeentelijke corporatie kan hebben in het behoud van gemengde wijken, het huisvesten van kwetsbare groepen en toegankelijkheid van betaalbare woningen door interventies ten aanzien van de sociale huurvoorwaarden en de koopvoorraad; dit onderzoek mee te nemen in de opgave om te zorgen voor voldoende huisvesting. De Partij van de Ouderen wil dat de gemeente meer invloed krijgt op de woningmarkt en het heft weer in eigen handen neemt. De wachttijden voor een woning lopen op tot twintig jaar. De huurprijzen in de particuliere sector zijn niet meer op te brengen en het aantal urgente gevallen loopt op. Leerkrachten en verpleegkundigen zijn niet meer te vinden omdat ze niet in onze stad kunnen wonen. Deze spoedzoekers willen wij graag helpen door het bouwen van prefabhuurwoningen zoals dat ook in Purmerend gebeurt. Die tijdelijke woningen mogen door de stimulering van minister Ollongren vijftien jaar blijven staan in plaats van tien jaar. Ze zijn vrijgesteld van huurverheffing en kunnen snel worden gebouwd zonder langdurige procedures. Daarom dien ik de volgende motie in met het dictum roept het college op in contact te treden met de gemeente Purmerend die zelf prefabwoningen gebouwd heeft voor spoedzoekers; de mogelijkheden te onderzoeken voor het bouwen van prefabwoningen in Amsterdam naar Purmerends model en de raad binnen drie maanden over de uitkomsten daarvan te informeren. 86 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Er zijn nog altijd ouderen die buiten de boot vallen omdat ze particulier huren. De subsidieverhuisregeling van Groot naar Beter en van Hoog naar Laag is op hen niet van toepassing. De gemeente en de woningcorporaties in Amsterdam willen hiermee stimuleren dat huurders die te groot wonen, verhuizen naar een kleinere en meer comfortabele beter passende woning. Met deze regeling kunnen huurders voorrang krijgen. Maar waarom alleen sociale huurders en niet de mensen die van de corporatie een woning huren? Zouden die ook voor die aanvraag in aanmerking kunnen komen? Veel mensen zitten juist gevangen in een particuliere huurwoning en zouden enorm zijn geholpen met een kleinere, beter passende woning voor hun huidige situatie. Mensen die oud zijn, worden gestraft omdat ze van een particulier huren en dat wil de Partij van de Ouderen graag anders zien. Daarom dienen we een motie in die het college oproept te onderzoeken of, en zo ja welke, meerwaarde het voor de Amsterdamse woningmarkt kan hebben om ook de particuliere huursector te betrekken in de subsidie Verhuisregeling Van Groot naar Beter; dit onderzoek mee te nemen in de opgave om te zorgen voor voldoende passende huisvesting. Laagdrempelige voorzieningen die de bejaardentehuizen kwaliteit van leven bieden en onderling contact stimuleren verdienen ondersteuning uit zorgmidddlen. Inmiddels is gebleken dat muziek van vroeger voor veel ouderen die in meer of mindere mate dementeren, herkenbaar is en de steun en ontspanning biedt en zorgt voor een glimlach op het gezicht. Hiervoor dien ik de motie in die oproept om in de Begroting 2020 ruimte op te nemen voor de financiering van live muziek van vroeger binnen de zorgbegroting. Het gaat goed mis met de inspraak van de raadscommisies. Onlangs hadden we 63 insprekers in een raadscommissie. Er zijn maatregelen genomen om in twee commissies een pilot te starten om de inspraak te beperken tot een halfuur. Een halfuur voorbij — de inspraak voorbij. Zo hoort het niet te gaan. Wij dienen naar onze inwoners te luisteren ongeacht het aantal insprekers. Dat er veel insprekers zijn, laat juist zien dat een onderwerp leeft bij de mensen. Nu komt het voor dat er wordt gezegd, stuurt u de raadsleden maar een mailtje. ledere Amsterdammer en ook instellingen als de Ouderenadviesraad behoren in de gelegenheid te worden gesteld om drie minuten in te spreken. Tijdens de inspraak vertelde mevrouw Boerlage - 82 - laatst dat ze de stukken niet kon downloaden van internet en dat ze daarna naar het loket was gegaan om te kijken of de stukken daar lagen. Ook daar waren ze niet aanwezig. En dat voor een 82- jarige dame die zich nog steeds betrokken voelt bij onze stad. Wij vinden dat een schande. Zo werkt het natuurlijk niet. De inwoners moeten gewoon de kans krijgen hun zegje te doen. Daarom dien ik de volgende motie in die oproept iedere spreker drie minuten de tijd te geven om hun inspraak te doen. Dat is hun recht. Dit jaar kregen we ook te maken met een ordinaire kunstroof uit het Slotervaartziekenhuis. Uit de antwoorden op onze vragen bleek dat meer dan de helft, 24 van de geleende kunstwerken uit het failliete ziekenhuis zijn verdwenen. Dus 24 van de in totaal 38 geregistreerde kunstwerken waren weg. Deze gemeentelijke eigendommen zijn van alle Amsterdammers. De enige juiste weg leidt dan ook richting politie om aangifte te doen. Waarom is dat nog altijd niet gedaan? Daarom dien ik de volgende motie in die oproept aangifte te doen van diefstal van gemeentelijke eigendommen uit het MG Slotervaart en mogelijke faillissementsfraude. Ik ga afronden. Vorig jaar zei ik bij de begroting, de Partij van de Ouderen is een constructieve partij met een hart voor Amsterdam. Wij zullen iedere dag knokken voor de belangen van de gewone Amsterdammers en die woorden herhaal ik vandaag. Ik hoop dat het college zich wat constructiever wil opstellen. 87 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 101° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1752) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - organisaties die namens de gemeente Amsterdam zorgdragen voor de basisvoorzieningen zoals de uitvoering van waterlevering, geen extra kosten meer in rekening te laten brengen voor het versturen van een (af)rekening per post. 102° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1753) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken of de marktinvloeden van het gemeentelijk beleid en de gestelde restricties aan te ontwikkelen bouwgrond kunnen worden meegenomen in de bepaling van de grondprijs. 103° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1754) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__een verkenning te laten verrichten naar de oprichting van een gemeentelijke woningcorporatie en hoe een dergelijke coöperatie zou kunnen bijdragen aan het behoud en de realisatie van zoveel mogelijk betaalbare woningen in Amsterdam; - te onderzoeken of en zo ja welke meerwaarde een gemeentelijke corporatie kan hebben in het behoud van gemengde wijken, het huisvesten van kwetsbare groepen en toegankelijkheid van betaalbare woningen door interventies ten aanzien van de sociale huurvoorwaarden en de koopvoorraad; - dit onderzoek mee te nemen in de opgave om te zorgen voor voldoende huisvesting. 104° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1755) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__in contact te treden met de gemeente Purmerend die zelf prefabwoningen gebouwd heeft voor spoedzoekers; - de mogelijkheden te onderzoeken voor het bouwen van prefab-woningen in Amsterdam naar Purmerends model en de raad binnen 3 maanden over de uitkomsten daarvan te informeren. 105° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 17/56) 88 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - te onderzoeken of, en zo ja welke, meerwaarde het voor de Amsterdamse woningmarkt kan hebben om ook de particuliere huursector te betrekken in de subsidie Verhuisregeling Van Groot naar Beter; - dit onderzoek mee te nemen in de opgave om te zorgen voor voldoende passende huisvesting. 106° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1757) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__in de begroting van 2020 ruimte op te nemen voor de financiering van (live) muziek van vroeger binnen de zorgbegroting. 107° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1762) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: -__ iedere inspreker drie minuten de tijd te geven voor inspraak. Dat is hun recht! 108° Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1758) Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - aangifte te doen van diefstal van gemeentelijke eigendommen uit het MC Slotervaart en mogelijke faillissementsfraude. De moties maken deel uit van de beraadslaging. De VOORZITTER: Dan was dit de laatste spreker voor vanmiddag en dan schors ik de vergadering voor de dinerpauze tot 19.30 uur. 89 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen INDEX 1689 Motie van het lid Yilmaz inzake de Begroting 2020 (Behoud de draaiorgels) ……… 70 1703 Motie van de leden Temmink, Van Dantzig, Roosma en Boutkan inzake de Begroting 2020 (Huis van het Recht)... ennen enneneevenneneen erneer ennen ÖÛ 1722 Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake de Begroting 2020 (Lint van schooltuinen) 1724 Motie van het lid Flentge inzake de Begroting 2020 (Taaleis expats).… …… 80 1725 Motie van de leden Van Dantzig en Flentge inzake een toezicht- of visitatiestructuur voor weekendscholen … … ennn ennneeerennneeenenneeeenenneenevenneee er OB 1726 Amendement van het lid Van Schijndel inzake de Begroting 2020 (Post verhuizing multinationals Haven-Stad) … nnen onneenneerenneer eneen enereneer eneen ennernnerenveen ennen  1730 Motie van de leden Boomsma, Marttin en Ernsting inzake de Begroting 2020 (Versnelling Oost-Westverbinding), … … nnee nnee enerenneer eneen eeneenneer eneen eneen OÁ 1739 Amendement van het lid Boomsma inzake de Begroting 2020 (Nominale compensatie voor kunstinstellingen) … ennen enneeeenenneeeerenneeernenneeenvennnerr en Od 1740 Motie van de leden Biemond, De Heer, N.T. Bakker en Karaman inzake de Begroting 2020 (Klimaatrechtvaardigheid voor werknemers) nnee /3 1741 Motie van de leden Torn, Boomsma, Kreuger en Yilmaz inzake de Begroting 2020 (Stedelijk Mobiliteitsfonds) … nnn nnee enerenneer eneen eneeeneerenseer eneen eeen DÓ 1742 Motie van het lid Van Lammeren inzake de Begroting 2020 (Eerste seinen op rood, derhalve bezuinigingen in plaats van lastenverzwaring) … nennen eenen 6D 1743 Amendement van de leden Vroege en Groen inzake duurzaam cremeren … 67 1744 Motie van de leden Yilmaz en Kreuger inzake de Begroting 2020 (Gratis parkeren bij Eerste Hulp) … nnee ennen eren enneereneneerenenveerenenveevenennnve enen reenenve eenen PÔ 1745 Motie van het lid Biemond inzake de Begroting 2020 (Financieel zicht op de stadsdelen) …… nonnen ennen eerenneeeenenneerenennverenenneereneneerrvenneereevenverevenveerrvennee ne Ô 1746 Motie van de leden Kreuger, Van Schijndel en Nanninga inzake de Begroting 2020 (Opheffen Klimaatfonds en alternatieve besteding van middelen) … … nnn. 77 1747 Motie van het lid Nanninga inzake de Begroting 2020 (Versterk programma ondermijning) … … ennen ennen venneeeerennneeernennverenenneeernenneeernenneeeeneeenvernennvervennenennn  1748 Motie van het lid Kreuger inzake de Begroting 2020 (RES en Biomassa) … ……….77 1749 Motie van de leden Kreuger en Yilmaz inzake de Begroting 2020 … … 78 1750 Motie van het lid Bakker inzake de Begroting 2020 (Stop samenwerking met Shell) 1751 Motie van de leden Boomsma en De Grave-Verkerk inzake de Begroting 2020 (Betere informatie diagnosecategorieën Specialistische Jeugdhulp) … … … 84 1752 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnn ene 88 1753 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnee 88 1754 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnee 88 1755 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnn nnee ene 88 1756 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnee 88 1757 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nonnen 89 1758 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nnee 89 1762 Motie van het lid Van Soest inzake de Begroting 2020 … nne ene 89 1793 Kennisnemen van het onderzoek ‘Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding’ van de rekenkamer en het overnemen van de aanbevelin … … 14 1793 Kennisnemen van het onderzoek ‘Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding’ van de rekenkamer en het overnemen van de aanbevelingen … 14 90 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 1796 Beschikbaar stellen van een meerjarenkrediet voor de renovatie en vervanging van onderdelen van de drinkwaterproductiefaciliteiten … … ennen eneen eneen 1D 1797 Instemmen met een aanvullend krediet Renovatie riolering voor de uitvoering van de vervanging van de riolering … nnen enneerenenneereneneereneneereneeeneeevenneeernenn | D 1800 Vaststellen van de subsidieverordeningen Uitstootvrije Taxi's en Uitstootvrije Bedrijfsvoertuigen …… nnn ennen enneeneenenneeeenenneernenneneenennenervenneveevennnvevennnenenn 1 Ô 1801 Instemmen met het definitief ontwerp voor de Heemstedestraat en het beschikbaarstellen van een uitvoeringskrediet … nnen 16 1802 Instemmen met het uitvoerings- en kredietbesluit voor de aanleg van de IJboulevard met inbegrip van een fietsenstalling en een aanvaarbescherming……...…..16 1803 Vaststellen van de Legesverordening Amsterdam 2020 … nnee 47 1804 Instemmen met het gewijzigde initiatiefvoorstel Een actieplan in de strijd tegen antisemitisme in Amsterdam van de leden Poot, Ceder, Boomsma en Nanninga en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel … …..16 1805 Bekrachtigen van de geheimhouding … nnn ennen ennen enneerrennenee enne 1806 Instemmen met het gewijzigd initiatiefvoorstel ‘Ontwikkel effectief online wobarchief’ van het lid Van Dantzig en kennisnemen van de bestuurlijke reactie op het oorspronkelijke initiatiefvoorstel ennen ennen enneeeenenneeeenenneeereveneernennenennn |  1807 Verlenen van ontheffing van het vereiste van ingezetenschap … … 3D 1810 Vaststellen van de Begroting 2020 ……… nonnen enneneerennenernennnneenennene ref 1811 Vaststellen van de Verordening op de Precariobelasting 2020 … 47 1812 Vaststellen van de Verordening op de vermakelijkhedenretributie op het land … 48 1813 Vaststellen van de Verordening reclamebelasting 2020 … nne. 48 1814 Vaststellen van de Verordening op de toeristenbelasting 2020 … …… 48 1815 Vaststellen van de Verordening op de Vermakelijkhedenretributie te water 2020..48 1816 Wijzigen van de Verordening markt- en staanplaatsgelden …… … nnn. 47 1818 Instemmen met de opheffing van basisschool de 16e Montessori Gaasperdam …18 1820 Kennisnemen van het uitvoeringsplan Taaloffensief 2019-2022 en de reactie op vier MOti@S … nnen enen nenneeree eenen ennenneneneerenenensennne neer enenennnene neer eer nennen 1 Ö 1824 Vaststellen van de Verordening Afvalstoffenheffing en Reinigingsrecht Bedrijfsafval Amsterdam 2020... ennnnennere enen enennenneeeeenenenennennsernen enen ennenn nennen enenennenenenn en 1825 Vaststellen van de verordening op de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten 2020 begraafplaatsen en crematoria gemeente Amsterdam …...48 1826 Geheim nnn oneens onnneennennenerensnnnerenensverensnneeen ennen ensen ensen ensen nnee 1829 Vaststellen van het bestemmingsplan Brug Noordhollandsch Kanaal … … … ……….20 1833 Instemmen met de Investeringsnota Sloterdijk | Zuid en het beschikbaar stellen van een uitvoeringskrediet… nnn onneereneneerenenneereneneerenenveevenenve eee venverenenve eere 2 1834 Instemmen met de aankoop en uitgifte in erfpacht van een perceel, ten behoeve van de broedplaats Bajesdorp in Bajes Kwartier … nnen ennen ennen 1836 Benoemen van twee leden voor de Referendumcommissie … … enn. 33 1837 Benoemen van twee bestuursleden van de Amsterdamse Kunstraad … … 33 1838 Herbenoemen van een lid van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur … nnee en enennee eere enenenneneneenenenenennnenveereneeennenne Ö 1850 Benoemen van een lid van de Raad van Toezicht Stichting Spinoza Lyceum Amsterdam … nonnen eneen eenerseerenenensennne nennen enennennne nennen en ennennneneen ennen nennn Ok 1851 Herbenoemen van een lid van de Sportraad Amsterdam … annen 39 1859 Motie van het lid Van Lammeren … nnen enennennserren enen eenene nennen ÖD 1860 Amendement van de raadsleden Tor en De Grave-Verkerk inzake het uitzonderen van gezondheidspraktijken in de Verordening Reclamebelasting 2020 … …… … 56 91 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen 1861 Amendement van de raadsleden Torn en de Grave-Verkerk inzake het uitzonderen van culturele instellingen in de Verordening Reclamebelasting 2020 … … ……… 56 1862 Amendement van de leden Torn en De Grave-Verkerk inzake Legesverordening Amsterdam 2020 huwelijksvoltrekking.… … anneer onneeeerenneeeerenneeeene renner Of. 1864 Amendement van de leden Torn en Boomsma inzake vermakelijkhedenretributie voor stadstours …….…nnnnnnne ne ennnneneen eenen ennenene neee enenennennneeren eenen eenen DÍ 1865 Amendement van de leden Torn en Boomsma inzake de Begroting 2020 (vermakelijkhedenretributie voor stadstours) …… nnee eneeneeveneenerv ennen DÛ 1866 Amendement van het lid Vroege inzake de Verordening reclamebelasting 2020 „68 1867 Motie van het lid Martens inzake het betrekken van marktadviescommissies en marktondernemersverenigingen bij de gebiedsgerichte uitwerking van de Marktvisie …59 Afschrift van een brief van een burger, gericht aan de burgemeester, van 13 oktober 2019 inzake het verzoek om bescherming van Joodse centra tegen aanslagen …… … 5 Afschrift van een brief van een burger, gericht aan de burgemeester, van 25 oktober 2019 inzake het vestigen van de avondopleiding De Witte Lelie bij station Sloterdijk vanwege parkeergelegenheid … nn onnnnennenneneeerenneerenenneereveneerenenverenennverenveneerrvenneeerveneen Ö Afschrift van een brief van Meester Advocaten, namens 2 cliënten, gericht aan de raadscommissie Algemene Zaken van 17 oktober 2019, inzake een reactie op de scenario's voor toekomstige raamprostitutie in de binnenstad … … … nnn. 6 Afschrift van een raadsadres van een burger, gericht aan de burgemeester, van 24 oktober 2019 inzake verzoek om een schadeclaim tegen de gemeente vanwege BLOTE) ESTE LES EE Amendement van de leden Torn en Naoum Néhmé inzake Legesverordening Amsterdam 2020 omgevingsvergunning… … nnen enneeeerenneeerrenneeernenneeeenenneeernennnnvenenne en Of. Brief van burgemeester Halsema van 31 oktober 2019 inzake beantwoording van vragen van het lid Van Schijndel over de Samenwerkingsovereenkomst Deelgebied 3 Lutkemeer en MER naar aanleiding van de bespreking van het verzoek tot herziening van het bestemmingsplan Lutkemeerpolder in de raadsvergadering van 19 september Brief van burgemeester Halsema van 5 november 2019 inzake de aanbieding van de brief van de Commandant van Brandweer Amsterdam-Amstelland over de afronding van het onderzoek naar het maken en verspreiden van foto’s door brandweermedewerkers na het incident bij kazerne Anton op 18 september 2019 … nnn nennen ennen ennen Brief van de gemeente Westerkwartier inzake de aanbieding van de door de gemeenteraad van Westerkwartier aangenomen motie over het Gemeentefonds … ….12 Brief van de Rekenkamer Amsterdam van 10 oktober 2019 inzake de aanbieding van het rapport derde deelonderzoek Bruikbaarheid van indicatoren - plusnet voetganger ……..5 Brief van drs. K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie, van 28 oktober 2019 inzake kennisgeving over de aanbieding van de handreiking van de integriteitstoetsing van kandidaten voor decentrale politieke partijen … … … … 9 Brief van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2019 inzake het verlof van wethouder Dijksma. … aanne enneeeenenneeeerenneervenneeernevenveenennnee 1 Brief van het presidium van de gemeenteraad van 17 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1338.19 van de leden Ceder, Simons, Taimounti, Nanninga, Roosma, Van Dantzig en De Heer over hogere vergoedingen voor duoraadsleden ………… 3 Brief van R.H. van Dantzig, fractievoorzitter van D66, van 18 oktober 2019 inzake het voordragen van de heer V. Everhardt als wethouder … … nnee nennen ennen enen Brief van S. Spek, voorzitter van de fractie van DURF van de gemeenteraad van Katwijk, van 1 november 2019 inzake het definitieve Klimaatakkoord en de buitengewone algemene ledenvergadering van de VNG op 29 november 2019 hierover … … 11 92 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Brief van wethouder Dijksma van 1 oktober 2019 inzake afhandeling moties 1066.19, 1068.19, 1069.19 van het lid Boomsma, 1072.19 van het lid Timman, 1075.19 van de leden Boutkan, N.T. Bakker en Ernsting en 1079.19 van de leden Ernsting, Boutkan en N.T. Bakker over het Actieplan Schone Lucht … nnen ennen enneenneer eneen eneen eneen Ô Brief van wethouder Groot Wassink van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 855.18 van het lid Boomsma over focus op moeilijk vervulbare vacatures in het kader van re- integrati® …………. nnen enneeeerenneerenenneerrenenneerenennverrneneeeeveneeereeneeerenenevervenneerevenneernnn f. Brief van wethouder Groot Wassink van 30 oktober 2019 inzake afhandeling motie 467.19 van het lid De Grave-Verkerk over het verloten van speeddates voor bewoners met bestuurders in het kader van de beleidsbrief democratisering … … nnen. 9 Brief van wethouder Groot Wassink van 4 november 2019 inzake afhandeling motie 1098.19 van het lid Simons over GGZ en SGGZ voor statushouders … … nn 12 Brief van wethouder Groot Wassink van 5 november 2019 inzake beantwoording van vragen van het lid Kreuger, gesteld in de raadscommissie Werk, Inkomen en Onderwijs van 15 oktober 2019, over de indicator betreffende resultaten van handhaving in het kader van de behandeling van de Begroting 2020 … nnen eneen Brief van wethouder Ivens van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1250.19 van de leden Bloemberg-lssa, Boomsma en Ceder over het verbeteren van de speelgelegenheid in Amsterdam voor kinderen met een fysieke beperking … … 10 Brief van wethouder Ivens van 29 oktober 2019 inzake afhandeling motie 788.19 van de leden De Heer, Nadif, Rooderkerk, Flentge, Boomsma, Kilig, A.L. Bakker en Van Soest over meer ruimte voor kinderen om buiten te spelen … nnn nnee ennen eneen 1O Brief van wethouder Ivens van 4 november 2019 inzake de inzet van participatie in de komende fase voor de Voedselstrategie … nnn ennen enneeeeneneeren eneen | Á Brief van wethouder Kukenheim van 10 oktober 2019 inzake afhandeling moties 1029.19 van de leden Nadif, N.T. Bakker, Kat, Boutkan, Ceder, Van Soest, A.L. Bakker en Yilmaz, 1031.19 van de leden N.T. Bakker, Nadif, Boutkan en Kat, 1032.19 van de leden Kat, Nadif, Boutkan, N.T. Bakker en Ceder en 1033.19 van de leden Boutkan, Kat, N.T. Bakker, Nadif, Ceder, Simons, Yilmaz en Van Lammeren over het Advies luchtvaartbeleid van de Raad van Leefomgeving en Infrastructuur … nne 0 Brief van wethouder Kukenheim van 28 oktober 2019 inzake de voortgang van afhandeling moties 839.18 en 840.19 van de leden Van Dantzig, Roosma, Mbarki en Flentge en motie 609.19 van het lid Van Dantzig over het jongerenbeleid … … … 7 Brief van wethouder Kukenheim van 28 oktober 2019 inzake een toelichting op de uitvoering van het bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2019 aangenomen amendement 1292.19 van de leden Flentge, Grooten, Hammelburg en La Rose over AEL Ze Brief van wethouder Kukenheim van 30 oktober 2019 inzake afhandeling motie 400.19 van de leden Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-Issa, Simons, Flentge en Ceder inzake enorme tekorten voor specialistische jeugdhulp in 2018... eneen en eneeeenereneenenervenverenveenenveenvernenvennnvnnenvenr | Brief van wethouder Kukenheim van 31 oktober 2019 inzake afhandeling motie 932.19 van de leden De Jong, Flentge, Mbarki, el Ksaihi en Roosma over cliëntenondersteuning van dak- en thuislozen … … nnn ennen ennen enneeerenneeneennn | Î Brief van wethouder Moorman van 1 november 2019 inzake informatie over het Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen Amsterdam-Diemen 2020-2025 …….….nn nnn nnen 11 Brief van wethouder Moorman van 3 oktober 2019 inzake afhandeling motie 176.19 van de leden Hammelburg, Vroege, Ernsting en Mbarki over versterking van de begeleiding van docenten holocausteducati®e … … nonnen enenneneneneenenenneneneneeneneernnenn nennen f. 93 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Afdeling 2 Gemeenteraad R Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Brief van wethouder Moorman van 8 oktober 2019 inzake afhandeling motie 295.19 van de leden Simons, De Fockert, Bloemberg-lssa, La Rose, Ceder, Flentge en Kilig over een onderzoek naar de mogelijkheid voor een éénouder-punt in Amsterdam … … 3 Brief van wethouder Van Doorninek van 29 oktober 2019 inzake de voortgang van afhandeling motie 1046.19 van de leden Groen en Biemond over het ontwikkelen van een CO2-klok ter bestrijding van de klimaatcrisis … nnee eeeenenneen eneen f Brief van wethouder Van Doorninek van 4 november 2019 inzake de gevolgen van het niet honoreren van de aanvraag in het mobiliteitsfonds voor de afwaardering van de Sloterdijkerweg/Contactweg … nnn nanne eneen enneenneer eneen enneenneerenvee ennen | Î Brief van wethouders Groot Wassink en Moorman van 10 oktober 2019 inzake afhandeling motie 1135.18 van de leden Ceder, Simons en Taimounti over het toegankelijk maken van kwijtscheldingsverzoeken … … nnn ennen eneen eneen eenn Ó Brief van wethouders Kukenheim en Van Doorninck van 1 oktober 2019 inzake afhandeling motie 664.18 van de leden Taimounti en Ceder over het inperken van de aanwezigheid van grote ketens in het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum ….…3 Drie handhavingsverzoeken van de Vereniging Vrienden van het Diemerpark van 11 oktober 2019 inzake het parkeren rondom het Diemerpark … … ennen een. Geheim … nnen venenenenenennnenenenenenen enen en eneen en enen eneevennenenenenen enen enen eneen, D Raadsadres van 2 burgers van 24 oktober 2019 inzake een verzoek om bevestiging van de aanvraag voor de conversie van erfpachtrechten naar een eeuwigdurend erfpachtrecht … annen ennen veneeerevenneerenennvereneneerenenneerenenneervneneveervenveeervenne nerven Á Raadsadres van aantal Amsterdamse inwoners van Molukse afkomst van 22 oktober 2019 inzake het verzoek om noodhulp van de gemeente Amsterdam aan de slachtoffers van de aardbeving op de Molukken … … nnn ennen eneen ennen |Î Raadsadres van Broeren Adviezen en Publicaties over onroerend goed B.V. van 24 oktober 2019 inzake de herontwikkeling van Sloterdijk | Zuid en de reactie van het college van b&w op de inspraakreacties … nnn nonnen ennen enneneenennenereevenveerennen Raadsadres van de Amsterdamse Kunstraad van 1 november 2019 inzake het advies over de personele lasten van het kunstenplan … nnen onser eenverenenneerev eneen eren 1 O Raadsadres van de bewonersvereniging Hakfort en Huigenbos van 7 oktober 2019 inzake verkenning van de kansen voor de strook Karspeldreef in de H-buurt in stadsdeel Zuidoost … nnn nennen en eerenenneerneerenenensennne nennen enennennne nennen enen venne nennen enen Raadsadres van de BIZ Vereniging Van Woustraat Amsterdam van 31 oktober 2019 inzake het voornemen voor invoering van reclamebelasting en de gevolgen voor de positie van kleine ondernemers in de stad … … nnen ennneeenenneeeenenennenenneen Â. Raadsadres van de Commissie Bevoorrading Amsterdam van 23 september 2019 inzake een advies met betrekking tot het Actieplan Schone Lucht, Milieu- en Zero Emissie ZONE nnn anneer enennenene nennen eevenenn ene neerenenennennne nennen enennennnennen enen enenenerren nennen nennen eneen de Raadsadres van de Ondernemersvereniging Oudezijds Achterburgwal e.a. van 17 oktober 2019 inzake geen fietstaxi's in het Wallengebied … nonnen ennen enneenee enne: Ö Raadsadres van de Ondernemersvereniging Oudezijds Achterburgwal van 22 oktober 2019 inzake een aantal onbesproken feiten aangaande klachten over de drukte op de Wallen ….nnnnnnnnnnn enen enneneneenenenereenenneneneer en enensnene nennen enennnnne nennen enenennnne nennen nennen nennen Ó Raadsadres van de Stichting werkgroep Keurtuinen Binnenstad Amsterdam van 4 oktober 2019 inzake het gebouwde tuinhuis achter het perceel Kerkstraat 359 … 5 Raadsadres van de Vereniging Amsterdam Gity van 24 september 2019 inzake onbedoelde neveneffecten van maatregelen met betrekking tot rondleidingen in openbare ruimte en uitbreiding van het gebied waarin maatregelen van toepassing zijn 4 Raadsadres van de Vereniging Vrienden van het Diemerpark van 25 oktober 2019 inzake ingebrekestelling in verband met het uitblijven van een besluit over een verzoek om 94 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen smartengeld betreffende een onreglementaire vergunning van activiteiten in het Diemerpark in mei 2018... anneer enneneenennenern ennen rn ennenervennennveennnnee nennen Ô Raadsadres van een aantal burgers van 16 oktober 2019 inzake het verzoek voor een vergunning voor een ParkPlek zonder auto voor meer zuurstof in de stad…… …….………….6 Raadsadres van een burger van 14 oktober 2019 inzake aansprakelijkheid bij ongelukken met snorfietsers zonder helm... nen ennnneneerenenenneneneneerenenennennnerneernen ennen neren D Raadsadres van een burger van 17 oktober 2019 inzake een compliment voor de gemeente over de verbetering van handhaving in de stad en contacten met de afdeling Handhaving … neen eneerenennneenenneerveneneerenenvervenenvervenenvereenenve evene rennen eneen Ô Raadsadres van een burger van 18 oktober 2019 inzake het verzoek pro-actief de plannen van de gemeente Weesp te beoordelen over de bouw van een aantal maximaal aantal woningen in sociale sector … nnee enneereneeneeneneneee eeen Ô Raadsadres van een burger van 19 oktober 2019 inzake de afwijzing van het aanbod van de nieuwe erfpachtregeling … … … nnn onnnneerenneeeenenneeeenenneerenenneeernenenveerennneen ennen: Ô Raadsadres van een burger van 25 oktober 2019 inzake het planten van nieuwe bomen in de J.P. Heijestraat. … nennen eneen eneen nennen enennenene nennen enennennneeeen en enen neen Ó Raadsadres van een burger van 25 september 2019 inzake adviezen van de Commissie Joodse Erfpachttegoeden … nnn ennnneneneer enen ennenneeenenenenenneneneeneneene nanne nene nennen de Raadsadres van een burger van 26 september 2019 inzake het formuleren van een beleid voor de Joodse minderheid en hun toekomst … nnee enneeeenenneereneneeneneennneennnn Raadsadres van een burger van 29 oktober 2019 inzake het verzoek om aanpassing van vergunningen voor draaiorgels voor 2020 … nnee enneneeeenneneenenneere evene d Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake een reactie op de nieuwe regels voor B&B-houders in de nieuwe huisvestingsverordening … … nnen. 10 Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake regelgeving voor het gebruik van PFAS opnemen in de Nota Bodembeheer …… nnn nnen eenen eneen 1O Raadsadres van een burger van 3 november 2019 inzake verzoek om uitstel van de voorgestelde bestemmingswijziging voor het Gat van de Kinkerbuurt … … … … 10 Raadsadres van een burger van 3 oktober 2019 inzake de discussie over het gevonden wapen in de ambtswoning in de raadscommissie Algemene Zaken van 26 september Raadsadres van een burger van 7 oktober 2019 inzake (geluids}overlast door scheepvaart ter hoogte van de Scharrebiersluis … nonnen onneerenonneerenonneenennnnen D Raadsadres van een burger van 9 oktober 2019 inzake scenario's voor raamprostitutie in het Wallengebied … … nnn enneerenenneerenenereenenvereenenere evene ee enenve en enenvere en D Raadsadres van het Bewonerscollectief Waterbuurt West en Waterbuurt Oost van 9 oktober 2019 inzake een onredelijke buurtstraatquote voor het grondwaardebeleid voor Steigereiland Noord IJburg … nnen enneerenneen ennen eneeenneereneenennerenneneneen eneen enne Raadsadres van Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Amsterdam, van 29 oktober 2019 inzake de invoering van de Verordening toeristenbelasting vanaf 2020 …… 7 Raadsadres van Maastricht stralingsinfo en Straal-zelf groep Leeuwarden van 29 oktober 2019 inzake de huidige stand van zaken betreffende de elektro magnetische velden bij de invoering van BG … nnen eneen enerenneerenneenenneennnerenneen eneen enereneeneneen ennen ennen Ó Raadsadres van Rover, afdeling regio Amsterdam, van 29 oktober 2019 inzake het opstellen van een plan van aanpak aan de hand van het Manifest 'De stad van de toekomst is autOlUW'… … … nanne nnee eneen eneen eeens enennenene eeens enennenennnnen ennen eenen Ó Raadsadres van Wij-Amsterdam en anderen van 1 oktober 2019 inzake een reactie op de voortgangsbrief van de burgemeester over het nieuwe evenementenbeleid… 4 Raadsadressen van 3 burgers van 4 november 2019 inzake de verhoging van de precariobelasting voor woonboten in 2020 … nnen enenenneerenenervenenne eenen 1 Ô 95 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 2 Gemeenteraad Vergaderdatum 6 nov. 2019 Raadsnotulen Raadsadressen van burgers van 4 november 2019 inzake bezwaren tegen de verhoging van de precarioheffing voor woonboten in Amsterdam in 2020 … nnn 11 Raadsadressen van IVN Twiske en Stichting Hart voor het Twiske en Platform TwiskeGeenPretpark van 27 oktober 2019 inzake nieuwe ambities van Recreatieschap Twiske-Waterland … … … nennen eeen en enneneneer en enen nenene nennen enennennne nennen enennenne nennen Ó 96
Raadsnotulen
96
train
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 7 juni 2023 Ingekomen onder nummer 320 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Schmit en Belkasmi inzake MBO-Agenda 2023-2027 en het Economisch Arbeidsmaktbeleid 2023-2026 Onderwerp Tegengaan stagediscriminatie Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over 14, Vaststellen van de MBO-Agenda 2023-2027, het Economisch Ar- beidsmarktbeleid 2023-2026 en kennisnemen van de begeleidende raadsbrief VN2023-013447 Constaterende dat: e In hun zoektocht naar een stage, MBO studenten nog steeds worden gediscrimineerd op basis van afkomst, geloofsovertuiging, beperking etc; e _Stagediscriminatie ervoor kan zorgen dat studenten hun opleiding niet kunnen voltooien omdat het succesvol doorlopen van een stage een essentieel onderdeel van het curricu- lum is. Stagediscriminatie is daarmee van grote invloed is op de toekomstige loopbaan van MBO studenten; e En natuurlijk van invloed op de (mentale) gezondheid van gediscrimineerde mbo'ers. e _ Minister van OCW een stagepact MBO 2023-2027 is overeengekomen met verschillende partijen waarin stagediscriminatie moet worden uitgebannen. Overwegende dat: e _ Stagematching als kansrijk instrument is opgenomen in de aanpak stagediscriminatie. In het stagepact geadviseerd wordt nu aan de slag te gaan met stagematching. e _ Stagematching het sollicitatiegesprek, waar het risico tot stagediscriminatie erg hoog is, weghalen en studentenbegeleiders de mbo studenten koppelen aan organisaties die op- zoek zijn naar stagiairs. e Het plaatsen van studenten bij een stage kan voorkomen dat studenten hun opleiding niet kunnen voltooien. Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 2 e Stages ook voor het bedrijfsleven een grote kans bieden voor het vinden van nieuwe werknemers. Ook voor hen is het dus goed om de kans op vooroordelen te minimaliseren en stagematching te implementeren. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders . Alles op alles te zetten om stagediscriminatie te minimaliseren en daarom te verkennen of er animo is bij het mbo en bedrijven om te werken met stagematching. . Dit mee te nemen in de gesprekken met mbo's en werkgevers die gevoerd gaan worden rondom het opstellen van het Amsterdam stagepact, waar het bestrijden van stagediscri- minatie een onderdeel van is. Indiener(s), E.W Schmit M. Belkasmi
Motie
2
discard
x% Gemeente Amsterdam % Zuidoost Overlegvergadering stadsdeelcommissie Zuidoost Datum : dinsdag 12 december 2023 Aanvang - 19.00 UUr Locatie : raadzaal (2°** verdieping), Anton de Komplein 150 Voorzitter : Neumine Marshall Secretaris : Peter Vrieler Agenda 1. Opening en vaststellen agenda 19.00 2. Bewoners aan het woord 19.05 3. Mededelingen 19.15 4. Vaststellen (concept) besluitenlijst 28 november 2023 19.20 5. a. Mondelinge vragen 19.25 b. Moties 6. Ingekomen stukken 19.55 BESPREEKPUNTEN Gevraagde adviezen 7. _Gebiedsopgaven Zuidoost (vaststellen) 20.00 8. Vaststelling concept-ontwerpbesluit wijziging welstandkader centrum Reigersbos (vaststellen) 20.05 9. Rondvraag en sluiting 20.10 Ter kennisname: Toezeggingenlijst SDC december 2023
Agenda
1
discard