text
stringlengths
181
1.69M
label
stringclasses
11 values
num_pages
float64
1
502
split
stringclasses
4 values
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 302 Publicatiedatum 29 mei 2013 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid mevrouw R. Alberts van 5 april 2013 inzake de gevolgen van het woonakkoord voor het aanbod van betaalbare huurwoningen in Amsterdam. ETET Aan de gemeenteraad inleiding van vragenstelster. Woensdag 3 april 2013 opende de Volkskrant met een groot artikel over de gevolgen van het woonakkoord voor het aanbod van betaalbare huurwoningen. Vanwege de corporatieheffing vanuit het rijk dreigen veel woningbouwcorporaties in financiële problemen te komen en zien zij zich genoodzaakt om waar zij kunnen, de inkomsten te verhogen. Voorheen vroegen corporaties meestal zo'n 70% van de maximale wettelijk toegestane huurprijs om ervoor te zorgen dat er een behoorlijk aanbod blijft van betaalbare huurwoningen. De Volkskrant signaleert een trend dat vanwege de corporatieheffing steeds vaker de maximale huurprijs wordt gevraagd. Deze trend komt bovenop de al forse afname van het aantal goedkope huurwoningen in Amsterdam. Onlangs publiceerde tijdschrift Nul20 hier een update over.” Het aantal huurwoningen tot 412 euro nam van 2006 tot 2011 af van 173.750 naar 130.300. Daar tegenover staat een forse toename van het aantal dure huurwoningen en dure koophuizen. De fractie van de SP vreest voor de gevolgen van de corporatieheffing voor Amsterdam. De corporatieheffing is gebaseerd op de waarde van het bezit van de corporaties, en vanwege de hoge woz-waardes van Amsterdamse woningen vanwege de populariteit van Amsterdam, is de heffing voor Amsterdamse corporaties relatief zwaar. De Volkskrant schrijft dan ook dat in Amsterdam de meeste verhuurders de prijs ophogen tot 100 procent. Het gevolg van deze ontwikkeling is dat de betaalbaarheid van sociale huurwoningen in het geding komt. 1 Woonakkoord pakt slecht uit voor laagste inkomens: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2686/Binnenland/article/detail/3419476/2013/04/03/Woonakkoord- pakt-slecht-uit-voor-laagste-inkomens.dhtml 3-4-2013 http://nul20.nl/dossiers/update-amsterdamse-woningvoorraad 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing Jop Gemeenteblad Datum 29 mei 2013 Schriftelijke vragen, vrijdag 5 april 2013 Gezien het vorenstaande heeft vragenstelster op 5 april 2013, namens de fractie van de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Is het college op de hoogte van het artikel uit de Volkskrant en de cijfers van Nul20? Wat is de mening van het college hierover? Kan het college de cijfers en de bevindingen van de Volkskrant onderschrijven? Antwoord: Het College is op de hoogte van het artikel in de Volkskrant en van de cijfers van Nul20. De cijfers uit Nul20 zijn afkomstig uit Wonen in Amsterdam (WIA 2011). De gegevens uit de Volkskrant zijn gebaseerd op voornemens van de corporaties. De mate waarin deze zullen worden gerealiseerd zal sterk afhangen van de definitieve uitwerking van het Woonakkoord. Het College heeft meermaals zorgen uitgesproken over de gevolgen van het Regeer- en Woonakkoord voor de Amsterdamse woningmarkt. Mede naar aanleiding daarvan heeft de minister te kennen gegeven een andere systematiek van woningwaardering dan welke in het Regeerakkoord is opgenomen, te willen onderzoeken. Het College zal binnenkort samen met de G4 en de krimpregio’s onze zorgen met betrekking tot de verhuurderheffing nog eens onderstrepen naar de minister en de Tweede Kamer, en daarbij een alternatieve uitwerking aandragen voor de verhuurderheffing, waardoor de financiële druk op de corporaties vermindert. 2. Heeft het college cijfers of signalen over de gevolgen van de huurprijzen van sociale huurwoningen sinds de corporatieheffing is aangekondigd? Wat betekent de corporatieheffing voor de prijzen van nieuwe huurcontracten? En hoe gaan de Amsterdamse corporaties om met de mogelijkheden de huur te verhogen bovenop de inflatie? Wat is het oordeel van het college hierover? Antwoord: De Amsterdamse corporaties hebben aangegeven dat zij als gevolg van de verhuurderheffing hogere huren in rekening zullen moeten brengen. De corporaties willen er daarbij echter voor waken dat het aanbod aan betaalbare woningen te klein wordt voor de doelgroepen van beleid. De corporaties willen in dat licht komen tot nieuwe afspraken met de gemeente. Deze afspraken moeten zowel recht doen aan de financiële claims waar ze nu mee worden geconfronteerd, als aan het streven naar een voldoende betaalbaar aanbod. 3. Wat betekent vorenstaande ontwikkelingen voor de afspraken die gemaakt zijn met de corporaties over het aanbod van goedkope en betaalbare huurwoningen? Worden deze afspraken nog steeds gehaald? Indien dat niet het geval is, wat gaat het college doen om hiervoor te zorgen? Antwoord: Mede door deze ontwikkelingen, maar ook door de afnemende doorstroming op de woningmarkt, staan de huidige aanbiedingsafspraken onder druk. Het College is op dit moment in overleg met de partijen van Bouwen aan de Stad over hoe hiermee om te gaan. Naar verwachting zal het College hierover voor de vergadering van de commissie BWK van 19 juni 2013 nadere informatie kunnen geven. 2 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neng Jop Gemeenteblad ummer = su … - Datum 29 mei 2013 Schriftelijke vragen, vrijdag 5 april 2013 4. Vanwege de populariteit van woningen binnen de ring en in de binnenstad, kan voor deze huizen makkelijker de maximale huurprijs worden gevraagd, of kunnen woningen in dat gebied sneller worden verkocht. Wat zijn de gevolgen van de corporatieheffing en de doorwerking daarvan in het corporatiebeleid voor het streven naar een ongedeelde stad? Wat gaat het college doen om ervoor te zorgen de het streven naar een ongedeelde stad niet verder in gevaar komt? Antwoord: Onderdeel van het hiervoor genoemde overleg tussen partijen van Bouwen aan de Stad is hoe partijen ervoor kunnen zorgen dat het streven naar een ongedeelde stad kan worden gehandhaafd. Ook daarover zal het College rapporteren voor eerder genoemde commissievergadering. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 384 Publicatiedatum 29 april 2016 Ingekomen onder w Ingekomen op woensdag 20 april 2016 Behandeld op woensdag 20 april 2016 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Van Soest inzake het bestemmingsplan Zuidasdok. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het bestemmingsplan Zuidasdok (Gemeenteblad afd. 1, nr. 332). Constaterende dat: — bij het aanbrengen van funderingsconstructies en damwanden gebruik gemaakt gaat worden van geluids- en trillingsarme technieken. Dat betekent dat traditioneel heien en/of trillen van damwanden en palen (heipalen en-of vibropalen) in beginsel niet toelaatbaar is; — bovengenoemde geluids- en trillingsarme technieken zijn onder voorbehoud van technische haalbaarheid. Indien dit aan de orde is moet de technische onhaalbaarheid zeer goed worden onderbouwd in het BLVC-plan; — nergens wordt er gesproken over wat de aanleiding of technische haalbaarheid zou kunnen zijn om te besluiten om eventueel over te gaan in traditioneel heien en/of trillen wat voor de kantoren, omwonende en bedrijven tot grote overlast zou kunnen lijden. Overwegende dat: — de kosten voor en mogelijk overlast van het aanbrengen van funderingsconstructies en damwanden goed in kaart moeten zijn gebracht. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken in hoeverre geluids- en trillingsarme technieken daadwerkelijk haalbaar zijn; — bij onhaalbaarheid, inzichtelijk te maken in hoeverre dit overlast voor de buurt zal geven en wat de invloed op de kosten van het project zullen zijn. Het lid van de gemeenteraad W. van Soest 1
Motie
1
discard
> < Gemeente Í Amsterdam € West | | | | Besluit Algemeen Bestuur Directie: Gebiedspool | Afdeling: Gebiedspool | Behandelende ambtenaar: _Ouvarda Farouk | Telefoon jer | Datum behandeling: 27 oktober 2015 | Besluitnummer: INT-15-01533 | Portefeuille: Vrij West | Onderwerp: | Conceptactieplan Roze Agenda West | Planning van de bespreking en besluitvorming e _Oordeelvorming dinsdag 27 oktober 2015 e Besluitvorming dinsdag 10 november 2015 EINER ERN ee x ECE Het Algemeen Bestuur besluit: In te stemmen met het conceptactieplan Roze Agenda West Ë EE Es EEK PCE RE KIEREN DREES en Korte samenvatting: (max. 10 regels) | In dit actieplan wordt het algemeen bestuur: | — geïnformeerd over de actualiteit en voortgang van de Roze Agenda West; — _een overzicht voorgelegd van de speerpunten van de agenda | gekoppeld aan concrete acties; | met het verzoek aanvullingen en suggesties mee te geven voor het definitieve | actieplan dat in december geagendeerd wordt. | Fz EDE EET ELT) f 7 Ee bs 2 Ee En 5 == D LEES E BEE Bestuurlijke achtergrond (aanleiding en context): | In de startnotitie ‘Meer ruimte voor West’ staat dat in West: | -__ “Je moet kunnen zijn wie je wilt zijn. | -_Discriminatoir geweld, in welke vorm dan ook, altijd hard wordt | aangepakt. | -_ledereenis gelijkwaardig, ongeacht afkomst, geloof of seksuele | geaardheid. | -_ Zonder veiligheid geen vrijheid.” Op 1 juli 2014 heeft het algemeen bestuur bij wijze van amendement het DB | gevraagd om een gerichte aanpak van discriminatie binnen het programma Vrij West. Hiervoor is een bedrag van €50.000 beschikbaar gesteld. Om ruim de aandacht te kunnen nemen voor een succesvolle uitvoering heeft het DB | | Stadsdeel West Pagina 2 van 3 Besluitnr: INT-15-01533 destijds besloten om het programma Vrij West te splitsen in twee aparte | programma’s, met elk een eigen focus: | -__ Vrij West Diversiteit, focus op dialoog en kennisuitwisseling en daarmee | de preventieve kant van thema’s als vrouwen- en mensenrechten, | slavernijgeschiedenis, LHBT en antidiscriminatie. -_ Vrij West Stay West, focus op bestrijden radicalisering en polarisatie vanuit afdeling Veiligheid Stedelijke context Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 hebben alle politieke | partijen zich gecommitteerd aan het toen vastgestelde Roze | Stembusakkoord. Met het ondertekenen van het Roze Stembusakkoord zijn | de belangrijkste pijlers van het LHBT-beleid van de gemeente Amsterdam | voor de komende jaren bekend gemaakt. Stedelijk is er veel aandacht voor de | Roze Agenda en in het bijzonder voor het thema LHBT. Met een aftrap begin | dit jaar in ‘De Rode Hoed! is er stedelijk input opgehaald voor een Roze Agenda voor geheel Amsterdam. | | De Roze Agenda (West) is in het leven geroepen om van Amsterdam (West) | een veilige, open en (internationaal) aantrekkelijke stad(sdeel) te maken. Het | ontwikkelen van een Roze Agenda voor West vindt dan ook plaats binnen de context van stedelijk beleid, maar met behoud van onze couleur locale. | Begin september is er vanuit de centrale stad een ambtelijk programmateam | samengesteld om ervoor te zorgen dat stad en stadsdelen in gezamenlijkheid | met elkaar optrekken. West sluit hierbij aan en zorgt voor een goede | aansluiting van de Roze Agenda West. Tussen september en december volgt | een concretisering van het stedelijke uitvoeringsplan. West trekt hierin op | met de centrale stad en kan met een eerste versie van een actieplan Roze | Agenda West als voorloper beschouwd worden. Reden van het besluit: | Portefeuillehouder wil met agendering van dit eerste concept van het | actieplan Roze Agenda West het algemeen bestuur in de gelegenheid stellen | suggesties en aanvullingen te doen. In december, als ook het stedelijk | uitvoeringsplan Roze Agenda bekend is, wordt dan het definitieve actieplan | met een bestedingsvoorstel ter vaststelling voorgelegd aan het algemeen bestuur. | Kosten, baten en dekking: | De activiteiten in 2015 zijn gefinancieerd uit bestaande budgetten. In december komt portefeuillehouder met een bestedingsvoorstel voor het amendement A14.02 voor 2016. Ln nn enne ESE) Voorbereiding en adviezen: | Dit actieplan is opgesteld met input van alle bij programma Roze Agenda West betrokken afdelingen als Jeugd, Veiligheid, Welzijn. Uitkomsten inspraak en/of maatschappelijk overleg: | De Roze Agenda West is opgesteld samen met diverse organisaties en | betrokkenen in het veld, zoals COC Amsterdam, COC West, Roze in Blauw, Veilige Haven en het jongerenwerk. | | Í | Stadsdeel West Pagina 3 van 3 Besluitnr: INT-15-01533 Meegezonden/ter inzage gelegde stukken: conceptactieplan Roze Agenda West Afhandeling: Afschrift aan: Ovarda Farouk, Wendelien Mijnheer Bekendmaking / publicatie: Via reguliere kanalen: nieuwsbrief, westsite Communicatie: Via internet Ter kennisname doorsturen aan: Gemeenteraad Besloten in de vergadering van: 10 november 2015 Het Algemeen Bestuur van de bestuurscommissie West, Wnd. Secretaris: Voorzitter: La H. Visser G.J. Bouwmeester Í | |
Besluit
4
test
> Gemeente Amsterdam DS Motie Datum raadsvergadering 9 en november 2022 Ingekomen onder nummer 321 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid Koyuncu inzake Begroting 2023 Onderwerp Onderzoek hoe voor kwetsbare mensen instrumenten voor het vinden van een woning eenvoudi- ger gemaakt kan worden. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: — De systematiek van reservering en toewijzing van sociale huurwoningen niet voor iedereen duidelijk is; — Niet voor iedereen duidelijk is hoe de systematiek werkt voor woningen die geoormerkt zijn voor bepaalde doelgroepen en/of gezinssamenstelling. Overwegende dat: — Met name Amsterdammers die de Nederlandse taal niet voldoende machtig zijn, vaak onvol- doende worden gezien als kwetsbare huishoudens; — Met name Amsterdammers die de Nederlandse taal niet voldoende machtig zijn, hierdoor problemen ondervinden bij het vinden van een geschikte sociale huurwoning; — Vooral ook Amsterdammers die niet digitaal vaardig genoeg zijn of geen digitale toegang hebben problemen ondervinden bij het vinden van een geschikte sociale huurwoning. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Te onderzoeken hoe Amsterdammers beter geïnformeerd kunnen worden over de regels voor het in aanmerking komen voor de verscheidene type woningen en hoe de instructies voor het reage- ren op de juiste woningen waarvoor men in aanmerking komt voor iedereen duidelijker en toegan- kelijker gemaakt kan worden en hierover terug te rapporteren aan de raad. Indiener S. Koyuncu
Motie
1
discard
Bezoekadres > Gemeente verge Amste rdam 1011 PN Amsterdam > < Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > < amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de commissie KDD Datum 22-9-2020 Behandeld door Monumenten en Archeologie Bijlage Inventarisatie wandkunst aandacht (PDF) Onderwerp Afhandeling motie 1670 wandkunst Geachte raadsleden, Bij de bespreking van de Begroting 2020 hebben de leden Boomsma en Temmink het college gevraagd om te onderzoeken op welke manier naoorlogse monumentale wandkunst behouden en mogelijk hersteld zou kunnen worden (motie 1670). Hierbij moet gekeken worden naar mogelijkheden voor wandkunstwerken in nood (bijvoorbeeld vanwege aanstaande sloopwerkzaamheden of vanwege de slechte conditie van een werk). Hieronder zal ik v schetsen hoe deze motie is opgepakt en wat de resultaten zijn. Ik zie hiermee de motie als afgehandeld. Samenvattend Ter afdoening van de motie is, aanvullend op de eerdere inventarisatie wandkunst*, een inventarisatie gemaakt van wandkunst ‘in nood!’ (zie bijlage). Uit de inventarisatie is gebleken dat er ongeveer 33 naoorlogse wandkunstwerken in Amsterdam zijn, waar bijzondere aandacht voor moet zijn vanwege mogelijke sloop, schade en langdurige opslag. De context van deze 33 wandkunstwerken is heel divers: ze bevinden zich in verschillende stadsdelen, vallen onder centraal-stedelijke projecten en stadsdeelprojecten, en bevinden zich infaan gebouwen in particulier bezit, bezit van corporaties en in gemeentelijk bezit. Er zijn zowel gebouwen bij mét en zonder monumentenstatus. Voor een aantal van de (33) casussen zal mogelijk alsnog blijken dat de noodzaak tot handelen niet urgent of zelfs afwezig is. Bijvoorbeeld als het betreffende gebouw geen deel vitmaakt van de te slopen volumes in het gebied. Er kan op dit moment daarom niet simpelweg één ‘formule’ opgesteld worden waarmee wandkunst beschermd en behouden kan worden. Er is advies op maat nodig. Voor het maatwerk wordt (de expertise van) het stadscuratorium gevraagd. “Bij de inventarisatie naoorlogse monumentale wandkunst, die gemaakt werd naar aanleiding van het Raadsinitiatief van de leden Duijndam, van den Berg en Van den Heuvel vit 2016, is alle kunst uit de periode 1945-1975 gewaardeerd aan de hand van 3 criteria: kunsthistorische, cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde. 1 Gemeente Amsterdam 22 september 2020 Pagina 2 van6 Ook wordt onderzocht welke mogelijkheden de Omgevingswet (voorziene ingangsdatum 1-1- 2022) biedt voor de bescherming van wandkunst. Bij het vitwerken van de bestuursopdracht Erfgoed (Erfgoed in een dynamische stad), wordt monumentale wandkunst als onderwerp meegenomen. Overzicht wandkunstwerken onder de aandacht In de onderstaande tabel, het verkorte overzicht van wandkunstwerken ‘onder de aandacht’, is onderscheid gemaakt tussen wandkunstwerken die in slechte conditie zijn en wandkunstwerken waar aandacht naar vit moet gaan vanwege ontwikkelingen/projecten. Ook is er een aparte categorie opgenomen voor wandkunst die opgeslagen is. Deze kunstwerken verdienen ook bijzondere aandacht, bijvoorbeeld omdat er geen budget voor opslag is en/of geen direct vooruitzicht op herplaatsing. In de tabel is ook opgenomen op welk adres (al dan niet met monumentenstatus) een wandkunstwerk zit, en hoe het wandkunstwerk gewaardeerd is: in de hoogste categorie (Top), in categorie 2 (Waardevol) of 3 (Behoudenswaard). In het overzicht is geen onderscheid gemaakt tussen bijvoorbeeld zware en lichte schade. Ook voor de ontwikkelgebieden en enkele projecten geldt dat er in het overzicht één lijn is getrokken. Hoewel bij veel ontwikkelgebieden (nog) niet duidelijk is of het gebouw met het wandkunstwerk en/of het wandkunstwerk zelf ‘geraakt’ wordt, is het betreffende kunstwerk kwetsbaar (omdat er een kans is dat bij de ontwikkeling gekozen wordt voor sloop/nieuwbouw). Bovendien kunnen projecten en budgetten aangepast worden en kan het altijd alsnog gebeuren dat gekozen wordt een gebouw met een kunstwerk erin, te slopen of te verbouwen. Adres Stads- Categorie Type ‘nood’ deel (a = hoogste = Top, (1= schade, 2= Waardevol, 2= mogelijke sloop, 3= Behoudenswaard } 3= opslag ) geen status /1) geen status loopt) geen status geen status loopt) /. Geelbuurt geen status Behoudenswaard loopt) geen status project Geuzenveld Slotermeerlaan (Ongenae) Geuzenveld geen status Jan Evertsenstr-West Honselersdijkstraat serie reliëfs Delflandpleinbuurt Gemeente Amsterdam 22 september 2020 Pagina 3 van 6 gers Ingelandenweg, NW Maes Behoudenswaard Mogelijke sloop Groezestraat De Punt Noord geen status opslag/ geen status opslag/ geen status geen status geen status monument geen status geen status geen status Eigenaar Liander opslag/ geen status opslag/ geen status monument monument monument opslag/ geen status opslag/ geen status geen status geen status loopt) Krelis Louwensstr / West o.a. Horn Top Mogelijke sloop Sara Burgerhartstraat Entree Gulden Winckel monumenten Jan Evertsenstraat West o.a. Tieman Waardevol Mogelijke sloop geen status Jan Evertsen — West Gemeente Amsterdam 22 september 2020 Pagina 4 van 6 geen status Overhoeks geen status Overhoeks opslag/ geen status geen status poort Tabel: naoorlogse wandkunstwerken ‘in nood’ Bescherming van wandkunst Monumenten Zoals de raadsleden in hun motie al aangaven bleek uit de eerdere inventarisatie dat er inderdaad nog ruim 200 naoorlogse wandkunstwerken aanwezig zijn in Amsterdam. Ongeveer de helft hiervan bevindt zich in monumentale panden. Als onderdeel van het gebouw zijn de wandkunstwerken, beschermd. De inventarisatie heeft geholpen om ook de beschermde wandkunstwerken die onderdeel zijn van een monument beter in beeld te krijgen. Eigenaren kunnen de wandkunstwerken in monumenten immers niet zomaar slopen of veranderen. Monumenten en Archeologie treedt op als adviseur binnen het vergunningtraject. De monumentale waarden, dus ook de wandkunst, wegen mee bij het al dan niet vergunnen van de ingreep/ingrepen. Niet-monumenten Een aanzienlijk aantal wandkunstwerken is verbonden aan niet-monumentale panden of bouwwerken. Eigenaren kunnen in vrijwel alle gevallen verbouwen of slopen zonder vergunning. Op dit moment hoeven ontwikkelaars binnen projecten geen rekening te houden met de aanwezigheid van een wandkunstwerk, en de praktijk heeft vitgewezen dat een wandkunstwerk eerder als een (ongewenste) kostenpost wordt gezien dan als een asset. In de huidige sitvatie zijn de wandkunstwerken in niet-monumenten, niet beschermd. Het Omgevingsplan, waar nu aan wordt gewerkt, biedt perspectief voor deze categorie waardevol erfgoed. Het college onderzoekt daarom hoe naoorlogse wandkunst goed beschermd kan worden in het Omgevingsplan. Bij de uitwerking van de bestuursopdracht Erfgoed wordt onder andere een voorstel gemaakt voor het borgen van de geconstateerde waarden (waarbij ook onderzocht wordt welke mogelijkheden het Omgevingsplan biedt). Hierbij wordt ook de monumentale wandkunst als onderwerp meegenomen. Beschermde stadsgezichten Monumentale wandkunst in beschermde gezichten is niet automatisch beschermd. Slopen in een beschermd stadsgezicht mag alleen met een vergunning, maar de vergunning voor sloop ziet er alleen op toe dat het ruimtelijke karakter niet verloren gaat. Oftewel: dat er geen leegtes ontstaan. Als er een zogenaamde cultuurhistorische dubbelbestemming in het bestemmingsplan is opgenomen, met regelgeving die toeziet op een sloopvergunning waarbij ook cultuurhistorische waarden worden betrokken, is de wandkunst in zekere zin beschermd omdat Monumenten en Archeologie dan als adviseur binnen het vergunningtraject optreedt. Gemeente Amsterdam 22 september 2020 Pagina 5 van 6 Ook hier geldt dat het college onderzoekt hoe het Omgevingsplan bescherming kan bieden voor de wandkunst. Wandkunst valt onder erfgoed, dat wordt opgenomen in het Omgevingsplan. Eerst wordt het vastgesteld beleid overgezet. Tussen 2022 en 2029 neemt de gemeente nieuwe beleidswensen op in het Omgevingsplan: dan krijgt dus ook het verwerken van de bescherming van wandkunst zijn beslag. Stadscuratorium In maart 2019 is heeft het college van B&W de leden van het stadscuratorium benoemd. Het stadscuratorium adviseert het college gevraagd en ongevraagd over kunst in de openbare ruimte? Het stadscuratorium speelt een belangrijke rol bij het behoud en herstel van de Amsterdamse naoorlogse wandkunstwerken. Omdat het Stadscuratorium door het college is aangesteld, onder andere om zich in te zetten voor wandkunst, zal zij gevraagd worden een advies op maat op te stellen voor de 33 wandkunstwerken in nood? Zij adviseert inhoudelijk en aanjagend. Dit belangrijke onafhankelijke adviesorgaan heeft, door haar benoeming, status. Het advies van het stadscuratorium wordt met de betreffende projecten gedeeld en de projectmanagers worden aangestuurd de wandkunstwerken te behouden. Ook wordt het advies gedeeld met de stadsdelen. Tot slot De inventarisatie van de (33) wandkunstwerken in nood geeft een goed overzicht van de werken waar bijzondere aandacht naar vit moet gaan. Voor deze werken zal op korte termijn een maatwerkadvies worden gevraagd aan het stadscuratorium. Verder zal het college onderzoek hoe de bescherming van wandkunst in het Omgevingsplan geregeld kan worden, waarover u nader wordt geïnformeerd, en is wandkunst onderdeel van de uitwerking van de bestuursopdracht Erfgoed. Met deze acties ziet het college de motie als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, Pe Touria Meliani Wethouder Monumenten * zie https://www.amsterdam.nl{kunst-cultuur/stadscuratorium/ 3 Voor het maatwerkadvies is de inventarisatie van de wandkunst in nood, de belangrijkste input. Bij het gevraagde advies zal een toelichting gegeven worden over de mate van nood en de waarde (top/waardevol/behoudenswaard) die aan elk afzonderlijk kunstwerk is toegekend - waarmee richting aan het advies wordt gegeven. Monumenten en Archeologie biedt ondersteuning bij het opstellen van het advies. Gemeente Amsterdam 22 september 2020 Pagina 6 van 6
Motie
6
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 486 Publicatiedatum 6 juni 2018 Ingekomen onder G Ingekomen op woensdag 30 mei 2018 Behandeld op woensdag 30 mei 2018 Status Verworpen Onderwerp Amendement van de leden Taimounti, Ceder en Simons inzake het coalitieakkoord 2018-2022 “Een nieuwe lente en een nieuw geluid”. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het coalitieakkoord 2018-2022, getiteld: “Een nieuwe lente en een nieuw geluid” (Gemeenteblad afd. 1, nr. 456). Overwegende dat: — In het coalitieakkoord op blz. 25 staat dat leraren getraind moeten worden in de ‘omgang met de diversiteit van Amsterdam’. — De fractie van DENK Amsterdam van mening is dat leraren niet alleen getraind moeten worden in de omgang met diversiteit, maar ook in het herkennen van racisme; — daarmee racisme effectiever bestreden kan worden. Besluit: In het coalitieakkoord 2018-2022: Onder de kop ‘Onderwijs en diversiteit’ (blz. 25) het volgende staat: — Erkomt een grootstedelijk programma om leraren en docenten te ondersteunen bij de omgang met de diversiteit van Amsterdam. Bijzondere aandacht gaat uit naar het voorkomen van onderadvisering. Dit moet gewijzigd worden in: — Erkomt een grootstedelijk programma om leraren en docenten te ondersteunen bij de omgang met de diversiteit van Amsterdam, het herkennen van racisme en de eigen vooroordelen. Daarnaast wordt er ook geïnvesteerd in de weerbaarheid van docenten. Bijzondere aandacht gaat uit naar het voorkomen van over- en onderadvisering. 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 486 Amendement Datum 6 juni 2018 De leden van de gemeenteraad, M. Taimounti D.G.M. Ceder S.H. Simons 2
Motie
2
discard
4 Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 8 november 2022 Portefeuille(s) Verkeer, vervoer en Luchtkwaliteit Portefeuillehouder(s): Melanie van der Horst Behandeld door V&OR, Gerke ten Have, [email protected] V&OR, Jan Willem Sluyters, j.sluyters@®amsterdam.nl Onderwerp Voortgang verl EDding openbare verlichting en afronding uitvoering motie 2017/493 ‘versnellen LED’ Geachte leden van de gemeenteraad, In de brief van 24, april 2020 (V&OR/UIT/2020006910) bent u geïnformeerd over de voortgang en aanpak van de ledtransitie, zoals toegezegd bij afdoening van motie 2017/493 (Motie van de leden Groen en Bosman inzake de Voorjaarsnota 2017 (versnellen LED). In deze brief informeer ik u over de stand van zaken van de ledtransitie, peildatum 1 juni 2022 een opgave die nog belangrijker is geworden door de stijgende energieprijzen en de wens tot snellere verduurzaming. 1. Versnelde vervanging openbare straatverlichting per 1 juni 2022: voor 79% klaar In navolging van de motie wordt de openbare straatverlichting versneld (in 5 jaar in plaats van in 20 jaar) vervangen door ledverlichting (verledden). Uitgangspunt daarbij is vervanging van alle lampen en armaturen waarvoor een geschikt led alternatief bestaat. Dat is het geval voor bijna alle openbare verlichting in Amsterdam. Het programma voor de ledtransitie bestaat vit de volgende deelprojecten: 1. Vervanging van ‘eenvoudige’ openbare verlichting in lichtmasten (131.200 lichtpunten); 2. Vervanging openbare verlichting in onderdoorgangen (tunnels en galerijen, 9.200 lichtpunten); 3. Vervanging openbare verlichting aan overspanningen (verlichting aan kabels), 9.600 lichtpunten); Het totale verlichtingsareaal bestaat daarmee uit ongeveer 150.000 verlichtingspunten. Ongeveer 140.000 lampen uit deelprojecten 1 en 2 kunnen in lijn met de motie versneld worden verled. Voor deelproject 3 is meer tijd nodig. Omstreeks 1 juni 2022 waren 118.000 (=79% van alle openbare verlichting) conventionele lichtbronnen vervangen door ledverlichting. 2. Daling gemeentelijk energieverbruik met 25% en op weg naar 40% Het gemeentelijk energieverbruik voor openbare verlichting is in 2021 gedaald met circa 25% ten opzichte van 2018, ondanks uitbreiding van de stad. Deze daling zal verder doorzetten tot naar verwachting circa 40% wanneer we klaar zijn met verledden. Ter indicatie, in 2018 was het Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 november 2022 Pagina 2 van 5 energieverbruik (groene stroom) circa 38.000.000 kWh en bedroegen de verbruikskosten circa €2 miljoen, in 202 was het energieverbruik teruggebracht tot 29.000.000 kWh. Hoewel energieprijzen zijn gestegen blijft de ledtransitie kostenbesparend voor Amsterdam en draagt het bij aan de energietransitie door verminderd energieverbruik. 3. Eenvoudige vervanging als eerste uitgevoerd In juli 2021 is de 100.oooste conventionele lamp vervangen door led. Gekozen is om te starten met de eenvoudige vervangingen. Deze vindt plaats verspreid over de stad per type lamp en op basis van aanlevering van materiaal door leveranciers. Ongeveer 90% van de lampen in deze categorie is inmiddels vervangen. Voor het verledden van o.a. de grachtlantaarns in het centrum is een specifieke led oplossing ontwikkeld voor Amsterdam. De vervanging van deze lampen is in 2021 gestart en was op 22 juni 2022 voor circa 75% gereed. Zie bijlage 1 voor een compleet overzicht per stadsdeel. Deze cijfers bevatten alle deelprojecten, dus incl. onderdoorgangen en overspanningen. Ondanks de coronacrisis is het gelukt om goede progressie te maken en op koers te zijn voor het vervangen van het grootste deel voor eind 2022. 4. Meldingen lichthinder opgelost Tot juni 2022 zijn er 195 meldingen van lichthinder geweest. De meldingen gingen voornamelijk over de felheid van het licht maar in circa een kwart van de meldingen ook over felheid in combinatie met de kleur van het licht. Wat betreft de meldingen omtrent de felheid van het licht bleek dat ruim een kwart van de meldingen het gevolg waren van het vervangen door een fel type lamp. Alle lampen van dit type zijn naar aanleiding daarvan gedimd. Alle meldingen zijn naar tevredenheid van de melders opgelost (8 meldingen zijn nog in behandeling). Prie melders bleven, ook na uitgebreide toelichting, ontevreden over de keuze van de kleur van de ledverlichting. 5. Verledding en verbetering verlichtingsniveau onderdoorgangen eind 2022 grotendeels voltooid Circa 9.200 lampen in alle onderdoorgangen (tunnels en galerijen) zijn geïnspecteerd, met name ook vanuit het oogpunt van sociale veiligheid. Bij deze inspecties is ook invulling gegeven aan de toezeggingen die gedaan zijn aan de Raad naar aanleiding van vragen van raadslid Ceder d.d. 10 juli 2020 over een gewelddadig incident op 6 juli 2020 in een onderdoorgang. Bij de beantwoording is aangegeven: “De komende jaren wordt alle verlichting ín viaducten vervangen door de energiezuinige led. Voordat er werkelijk wordt vervangen, worden alle viaducten eerst getoetst of er aanleiding is om de hoeveelheid verlichting te verhogen of om de verlichting 24 vur te laten branden. Wanneer er aanleiding is, dan zal dit leiden tot een aanpassing van de installatie.” Resultaat van de inspecties is dat circa 80% van de onderdoorgangen (392 onderdoorgangen) voldoen aan de gestelde eisen en geen verbeteracties behoeven. Hier worden lampen direct vervangen met een led lichtbron. Dit is in 2021 gestart en op 1 juni 2022 voor circa 75% gereed. Voor de overige 20 % van de onderdoorgangen (65 onderdoorgangen) zijn in totaal 10 verbeteracties opgesteld. Naast vervanging naar een led lichtbron worden voor deze onderdoorgangen aanvullende aanbevelingen opgevolgd, zoals het 24, vur per dag laten branden Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 november 2022 Pagina 3 van 5 van de verlichting, het verhogen van het verlichtingsniveau of er worden extra lichtmasten voor en na de onderdoorgang geplaatst. Het grootste deel van de werkzaamheden is naar verwachting eind 2022 voltooid. 6. Overspanningen (verlichting aan kabels) vergen meer tijd Circa 9.600 verlichtingsarmaturen hangen aan circa 7.300 overspanningen, waarvan 1.440 boven de trambaan. Omdat gewerkt wordt in een omgeving midden in de stad, met veel monumentale panden, veel verschillende eigenaren en in sommige gevallen een trambaan, is er voor deze complexe opgave meer tijd nodig. Omdat led armaturen die aan de overspanningen hangen zwaarder zijn dan conventionele armaturen, worden de overspanningsconstructies meer belast. Daar komt bij de opgave om inzicht te krijgen in de staat van onderhoud van de gehele installatie waar verlichting aan overspanningen hangt en onderhouds- en vervangingsmaatregelen te treffen waar dat nodig is. Deze gecombineerde opgave wordt als apart project uitgevoerd. Het project overspanningen bestaat vit drie opdrachten: e Het uitvoeren van inspecties aan alle overspanningen inclusief het uitvoeren van trekproeven op alle gevelbevestigingen. e Onderzoek naar nieuwe locaties voor gevelbevestigingen als een gevelbevestiging wordt afgekeurd. Hoewel er vanuit de APV een verplichting is dat eigenaren dit toestaan zal dit uiteraard zorgvuldig besproken worden met de eigenaren van de panden; e Naast het vervangen van alle armaturen door armaturen met ledverlichting het vitvoeren van de maatregelen die vit de inspecties naar voren zijn gekomen (vervangen voedingskabels, spandraadsystemen e.d.) De inspecties zijn gestart en de planning is dat in 2025 het groot onderhoud is afgerond en de ledtransitie ook hier gereed is. 7. Vervanging gerealiseerd binnen budget en afronding uitvoering motie De verwachting is dat eind 2022 het overgrote deel van de 140.000 lampen versneld is verled, binnen budget en conform de doelstelling van de motie. Vervanging van de overige bijna 10.000 lampen die aan overspanningen (verlichting aan kabels) hangen, is complexer en vraagt meer tijd. Daar is geen sprake van versnelde ledtransitie. Dit is in feite een groot onderhoudsopgave/ vervanging van de hele overspanningsconstructies, waarin meteen de overstap van conventionele naar ledverlichting wordt meegenomen. Een complexere opgave waarvan de verwachting is dat deze in 2025 gereed is. De kosten van dit deelproject zijn gedekt binnen de beschikbare budgetten, maar kennen een grote mate van onzekerheid. Wanneer uit onderzoeken blijkt dat de budgetten ontoereikend zijn, zal vw raad hierover worden geïnformeerd en zullen hiertoe voorstellen worden gedaan. 8. Extra verduurzamingslag door de gestegen energieprijzen Het college heeft besloten om nog sneller en meer te willen verduurzamen vanwege de toegenomen energieprijzen. Nu veel mensen, waaronder Amsterdammers, het financieel moeilijk hebben is het nog belangrijker om ook kritisch naar het energieverbruik in en van de stad te kijken. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 november 2022 Pagina 4 van 5 Daarom heeft het college besloten om naast de ledtransitie van de straatverlichting, ook in te zetten op extra energiebesparing door reductie van de aanlichting van bijzondere locaties. De illuminatie installaties voor deze aanlichting worden een vur eerder vitgezet: om 23:00 uur, behalve de 24:00-uurs locaties zoals Dam, Centraal Station, Rijksmuseum, Rembrandt- en Leidseplein. De illuminatie installaties die nog geen ledbron hebben, worden helemaal uitgezet en pas weer aangezet als deze in led zijn uitgevoerd. Daarnaast zetten we ook alle illuminatie installaties die geen economische meerwaarde hebben helemaal vit. Voor installaties bij organisaties die wel economische meerwaarde hebben wordt de vraag aan of vit voorgelegd aan de betreffende organisatie 9. Conclusie Vanaf de start van de ledtransitie tot en met 2021 is het totale energieverbruik per jaar voor de openbare verlichting al met 9.000.000 kWh gereduceerd. Deze besparing komt overeen met het gemiddelde energieverbruik van 3600 huishoudens. Indicatief leveren de maatregelen van het eerder uitzetten de aanlichting van bijzondere locaties een reductie op van 700.000 kWh, wat gelijk staat aan het energieverbruik van 280 huishoudens. Ik verwacht u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Ì e Melanie van der Horst Wethouder Verkeer en Vervoer, Openbare Ruimte, Groen, Water en Luchtkwaliteit Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 november 2022 Pagina 5 van 5 Bijlage 1 Aantal vervangen lampen per stadsdeel (groen reeds vervangen door LED; blauw nog te vervangen door LED) op 22 juni 2022. stand led transitie 22 juni 2022 30000 25000 = 20000 ne 15000 | | =lamp 10000 mn NM mied 5000 — n= û ò x & sé ” S c* ws £ Nd 8 S Sa Pd A A SS Stadsdeel 3748 Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
5
test
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 308 Ingekomen onder D Ingekomen op woensdag 11 maart 2020 Behandeld op woensdag 11 maart 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Groen inzake kansen voor het realiseren van meer megawatt Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het uiten van wensen en bedenkingen over de Amsterdamse bijdrage aan de Concept Regionale Energie Strategie Noord-Holland Zuid. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 265) Constaterend dat: — Het de ambitie van het college is om '50 megawatt (MW) windenergie in 2030 bovenop de 11 MW die voor 2022 in het havengebied wordt gerealiseerd en de reeds bestaande 66 MW op Amsterdams grondgebied!' te realiseren; — Het college tegelijkertijd stelt dat er een potentieel van circa 105 MW wind op Amsterdams grondgebied is, en het college dus een potentieel van 65 MW onbenut laat Overwegende dat: — Het college veel belang hecht aan draagvlak en daarom nu kiest voor een doelstelling die het totale potentieel voor zon en wind in de zoekgebieden niet ten volle benut; — Het draagvlak voor duurzame maatregelen hoog is; — De RES tweejaarlijks wordt geactualiseerd en dat als blijkt dat er draagvlak is de ambities kunnen worden bijgesteld; — Ook innovaties kunnen leiden tot bijstelling van de ambities. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De inzet voor 5OMW wind extra en 400MW zon extra als een ondergrens te beschouwen, en als het participatieproces in de RES duidelijk maakt dat daar draagvlak voor is een hoger resultaat te realiseren. Het lid van de gemeenteraad RJ. Groen 1
Motie
1
discard
4 Gemeente Raadsinformatiebrief | Amsterdam Afdoening toezegging Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 17 juli 2023 Portefeuille(s) Onderwijs, Schoolveiligheid Portefeuillehouder(s): Marjolein Moorman Behandeld door OJZD, [email protected] Onderwerp Afdoening toezegging budgetverdeling over de diverse onderdelen van de aanpak schoolveiligheid 2023-2026 uit de commissievergadering van 12 juli 2023 Geachte leden van de gemeenteraad, In vw vergadering van 12 juli 2023 heb ik op een vraag van raadslid Von Gerhardt (VVD) toegezegd veen overzicht te sturen met de verdeling van het budget over de diverse onderdelen van de aanpak schoolveiligheid 2023-2026. Middels deze brief zal ik de budgetverdeling nader toelichten en zo de toezegging afdoen. Het totaalbudget voor 2023-2026 bedraagt €4,45 miljoen, zoals beschreven in de beleidsplannen voor de doorontwikkeling (zie bijlage 1). Vanuit dit budget investeren we in de vier actielijnen van de schoolveiligheidsaanpak, te weten: 1. Sterke netwerken van jeugd- en veiligheidspartners (J&V) met en om scholen; 2. Operationeel Team Schoolveiligheid (OTSV) dat scholen helpt met de meest ernstige veiligheidsproblematiek; 3. Trainingen schoolveiligheid voor deskundige onderwijsprofessionals; 4. Jongerenwerkers op school die de leefwerelden van jongeren verbinden (thuis, straat, online en school). Wat betreft de verdeling van het totaalbudget, voorzien we de volgende verdeling over de actielijnen voor de periode 2023-2026: -__ Voor actielijn 1 is in totaal €1,85 miljoen euro gebudgetteerd voor de periode 2023-2026. Hiermee versterken we de capaciteit van de teams Jeugd en Veiligheid (J&V) van de stadsdelen om de lokale netwerken tussen scholen, mbo's en jeugd- en veiligheidspartners vit de wijk verder uit te bouwen. Hiernaast investeren we in de extra aanwezigheid van straatcoaches bij en rond scholen in samenwerking met de Stichting Aanpak Overlast Amsterdam. Deze inzet helpt in de samenwerking tussen school en de wijk en draagt bij aan het voorkomen dat problematiek via de straat de school inkomt of vice versa. -__ Voor actielijn 2 is in totaal €0,59 miljoen gebudgetteerd voor de periode 2023-2026. Hiermee dragen we ook vanuit de Onderwijsbegroting bij aan de voortzetting en Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 oktober 2020 Pagina 2 van 3 uitbreiding van het OTSV. Het OTSV wordt daarnaast gefinancierd vanuit de afdeling Jeugd. Deze uitbreiding geeft het OTSV de ruimte meer vragen van scholen en mbo’s op te pakken en langduriger betrokken te blijven waar nodig. De komende periode stellen we het OTSV ook open voor po-scholen. -__ Voor actielijn 3 is in totaal €1,18 miljoen gebudgetteerd voor de periode 2023-2026. Hiermee investeren we in de continvering en uitbreiding van de trainingen voor onderwijsprofessionals zodat zij gesterkt worden om tijdig signalen te herkennen van veiligheidsproblematiek, te begrenzen en te de-escaleren, en waar nodig passende hulp in te schakelen. Komende periode kunnen naast v(s)o-scholen ook po, so en mbo’s gebruik maken van dit aanbod. -__ Voor actielijn 4 is in totaal €0,65 miljoen gebudgetteerd voor de periode 2023-2026. Met dit bedrag dragen we ook vanuit afdeling Onderwijs bij aan de inzet van jongerenwerkers in school. Dit wordt primair gefinancierd vanuit de begroting van afdeling Jeugd. Deze inzet van het stedelijk jongerenwerk valt onder wethouder Mbarki. U wordt hier apart over geïnformeerd. Hiernaast voorzien we budget voor monitoring van de aanpak en het organiseren van focusgroepen met jongeren. In totaal gaat het om een bedrag van €0,17 miljoen voor de periode 2023-2026. Met bovenstaande investeringen in de Amsterdamse aanpak schoolveiligheid slaat de gemeente nog krachtiger de handen ineen vanuit onderwijs, jeugd en veiligheid. Vanuit een gezamenlijk streven om alle kinderen en jongeren in de stad optimale en gelijke kansen te bieden en te voorkomen dat ze in de criminaliteit belanden. Want alleen met een positieve en veilige leeromgeving in en om school kunnen deze kinderen en jongeren het onderwijs genieten dat nodig is voor een goed toekomstperspectief. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Marjolein Moorman Wethouder Onderwijs, Jeugd en Armoede Bijlage 1. Inzet Amsterdamse Schoolveiligheid 2023-2026 Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 oktober 2020 Pagina 3 van 3 Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
3
val
X Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Oost Commissie Algemene en Sociale Zaken Agenda datum 6 december 2012 aanvang 20.00 uur plaats stadsdeelkantoor Oranje-Vrijstaatplein 2, raadzaal voorzitter Thomas van Egmond griffier Rianne Bijl 1. Opening / vaststelling agenda 2. Insprekers (zonder geagendeerd onderwerp) 3. Commissieweergaves 31 oktober en 7 en 19 november 2012 4, Bestuurlijke jaar-termijnagenda 5. Actualiteiten [Ter advies 6. Verordening op het Bestuurlijk Overleg Migrantenorganisaties (BOMO) 7. Algemene Subsidieverordening Amsterdam stadsdeel Oost 8. Verordening voorzieningen lokaal onderwijsbeleid 9. Verordening kwaliteitseisen peuterspeelzalen en voorschoolse educatie Il Ter bespreking 10. Conceptbeantwoording Raadsadres Roots Open Air (nazending) 11. Voorstel D66 n.a.v. stand van zaken uitvoering motie 168, prestatieafspraken scholen en cultuureducatie 12. Sportaccommodatieplan en motie 119 Flevoparkbad (Discussienota Toekomst Flevoparkbad- nazending) 13. Verzelfstandiging tennisverenigingen (voorstel D66 - nazending) 14. Sluiting Commissie Algemene en Sociale Zaken
Agenda
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad x Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1681 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Kreuger, Marttin en Yilmaz inzake invoer betaald parkeren in Nieuw-West Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Verordening Parkeerbelastingen 2021 (de invoer betaald parkeren in Nieuw-West). Constaterende dat: — Het stadsbestuur ondanks de coronacrisis het betaald parkeren in sommige delen van Nieuw-West doorzet; — Het stadsdeel Zuidoost heeft besloten om de invoer van betaald parkeren voorlopig in de ijskast te zetten als gevolg van de coronacrisis; Overwegende dat: — het onverstandig is om in tijden van economische crisis de lasten via betaald parkeren te verhogen; — De coronacrisis impact heeft op het participatietraject. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De uitbreiding van betaald parkeren in Nieuw-West en alle voorbereidingen daartoe in ieder geval tot na de coronacrisis op te schorten. De leden van de gemeenteraad K.M. Kreuger A.A.M. Marttin N. Yilmaz 1
Motie
1
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 1174 Publicatiedatum 8 januari 2014 Ingekomen onder M Ingekomen op woensdag 18 december 2013 Behandeld op woensdag 18 december 2013 Status Aangenomen Onderwerp Amendement van het raadslid de heer De Goede inzake het aanwijzen van systeemreserves en evaluatie van overige bestemmingsreserves bij R2015. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2013 tot instemmen met het aanwijzen van systeemreserves en evaluatie van overige bestemmingsreserves bij R2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1103); Constaterende dat: — het college de raad voordraagt dat alle overige bestemmingsreserves uiterlijk in de jaarrekening over 2015 vrijvallen, tenzij de gemeenteraad dan of al eerder op basis van een voorstel van college van burgemeester en wethouders besluit tot voortzetting van de reserve; Overwegende dat: — _ het voor de raad en alle andere Amsterdammers duidelijk dient te zijn welke reserves vrijvallen, welk beleidsdoel hiermee kan komen te vervallen en wat de gevolgen zijn van het wel of niet aanhouden van een reserve, Besluit: in ontwerp-besluit nr. 1103 van 2013, een beslispunt 3 toe te voegen, luidende: “3. het college jaarlijks in de jaarrekening middels een rede gevende verklaring van alle reserves omschrijft waarom ze in stand dienen gehouden te worden of kunnen vrijvallen, en de financiële en beleidsmatige gevolgen hiervan.” Het lid van de gemeenteraad, M. de Goede 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1334 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 13 oktober 2016 Ingekomen in raadscommissie AZ/FIN Te behandelen op 9/10 november 2016 Onderwerp Motie van het lid Groen inzake de Begroting 2017 (toepassen toepassingsregel duurzame investeringen op vastgoed in DMOPs). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Constaterende dat — gemeentelijke vastgoed voor het gemeentelijk vastgoed duurzame meerjarige onderhoudsplannen (DMOPS) heeft laten opstellen; — bij het berekenen van de terugverdientijd van de maatregelen de regel gehanteerd wordt dat die maatregelen genomen worden die zich binnen 10 jaar terugverdienen; — bij die berekening nog niet de nieuwe 'toepassingsregel duurzame investeringen’ is gebruikt, waardoor mogelijk onterecht investeringen niet gedaan worden; Overwegende dat — _duurzaamheidsmaatregelen die eerder getroffen worden eerder energie en dus geld en CO2 besparen; — het dus voor bepaalde maatregelen de moeite loont die eerder te nemen dan wanneer er groot onderhoud gepleegd wordt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: opnieuw te bekijken welke duurzaamheidsmaatregelen in aanmerking komen voor DMOPS met gebruikmaking van de toepassingsregel duurzame investeringen. Het lid van de gemeenteraad RJ. Groen 4
Motie
1
discard
VN2023-025180 Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten Directie Middelen 26 Gemeente ’ es WV en Control N Amsterdam Voordracht voor de Commissie WV van 06 december 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Financiën Agendapunt 3 Datum besluit 21 november 2023 Onderwerp De Najaarsnota 2023 De commissie wordt gevraagd e De raadte adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht Najaarsnota 2023. Wettelijke grondslag De financiële verordening van de gemeente Amsterdam op grond van artikel 212 van de Gemeentewet met inbegrip van de daarop gebaseerde beleidsnota's. De gemeenteraad stelt de begroting en de wijzigingen daarin vast, besluit over instelling, handhaving en mutaties in reserves en besluit over de inhoud van de beleidsnota's. De najaarsnota zelf is geen wettelijk verplichte rapportage. Opstellen en aanbieding ervan is wel opgenomen in de Financiële verordening 2023 Gemeente Amsterdam. Bestuurlijke achtergrond Met voorliggende Najaarsnota 2023 informeert het college de gemeenteraad over de financiële stand van zaken van het lopende begrotingsjaar. Volgens de Financiële verordening 2023 Gemeente Amsterdam rapporteert het college in de najaarsnota over afwijkingen van de begroting en doet het college voorstellen aan de raad als de uitvoering van de begroting, de investeringsruimte van een portfolio of de investeringskredieten die de raad heeft vastgesteld in het gedrang komen. Reden bespreking Zie raadsvoordracht. Uitkomsten extern advies Niet van toepassing Geheimhouding Niet van toepassing Uitgenodigde andere raadscommissies De Najaarsnota 2023 wordt in alle raadscommissies behandeld. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.9 1 VN2023-025180 % Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten V Directie Middelen _ 9 Amsterdam nErfaoed en Control % en goe Voordracht voor de Commissie WV van 06 december 2023 Ter advisering aan de raad Niet van toepassing. Welke stukken treft v aan? AD2023-088588 Bijlage 1 - Najaarsnota 2023. pdf (pdf) AD2023-088589 Bijlage 2 - Paspoort reserve en paspoort voorziening.docx (msw22) AD2023-088582 Commissie WV Voordracht (pdf) AD2023-088601 Gemeenteraad Voordracht (2). pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Pernille Stomp, [email protected], 06 — 28 5o 41 29 Soufyan Akoudad, [email protected], 06 — 39 27 05 79 Gegenereerd: vl.9 2
Voordracht
2
discard
Xx Gemeente Amsterdam RO % Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) % Gewijzigde agenda, woensdag 4 februari 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) Tijd 13.30 uur tot 17.00 uur Locatie De Rooszaal, 0239, stadhuis Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie RO d.d. 14 januari 2015 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieRO@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren. Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam R O Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) Gewijzigde agenda, woensdag 4 februari 2015 6 _Tkn-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Ruimtelijke Ordening 11 Beantwoording raadsadres herontwikkeling Stadionplein Nr. BD2015-000807 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van de raadsleden de heer Van Raan (PvdD) en de heer Bakker (SP). e Was TKN 3 in de Commissievergadering RO van 14 januari 2015. , Een niet-geanonimiseerde versie van het raadsadres ligt ter inzage in de leeskamer raad. 12 Vaststellen van het bestemmingsplan woonwagenlocatie Ma Braunpad Nr. BD2014-011568 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 11 februari 2015). 13 Vaststellen bestemmingsplan ABC-gebouw Nieuwpoortstraat Nr. BD2014- 013155 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 11 februari 2015). 2 Gemeente Amsterdam R O Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) Gewijzigde agenda, woensdag 4 februari 2015 14 Vaststellen van het bestemmingsplan Cruquius deelgebied 1 Nr. BD2014-012714 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 11 februari 2015). 15 Initiatiefvoorstel dd 14-10-2014 getiteld: Amsterdam en de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam (IABR) van de raadsleden Vink (D66), Van der Ree (VVD), Bakker (SP) en Ernsting (GrLi). Nr. BD2014-014269 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van de raadsleden Vink (D66), Van der Ree (VVD), Bakker (SP) en Ernsting (GrLí). e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 21. e _Na afloop van de bespreking zullen indieners aangeven of behandeling in de raad gewenst is. Grondzaken 16 Rapportagesystematiek Grondprijzen en Marktontwikkelingen Nr. BD2015- 000502 e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen. 17 Voorstellen aan het Rijk inzake de financiële afwikkeling van meerjarige bodemsanering- en nazorgkosten voor het Volgermeerpolder- en gasfabriekenprogramma Nr. BD2015-000808 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van de raadsleden Abid (PvdA) en Van Raan (PvdD). e Was TKN 5 in de Commissievergadering RO van 14 januari 2015. 3 Gemeente Amsterdam R O Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) Gewijzigde agenda, woensdag 4 februari 2015 18 Instellen van cassatie tegen het arrest van Hof Amsterdam in de door Stichting Erfpachters Belang Amsterdam aangespannen rechtszaak en herbevestigen van het collegebesluit van 11 februari 2014 tot het voortzetten van de met de Stichting gemaakte afspraken Nr. BD2015-000809 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van het raadslid de heer Boomsma (CDA). e Was TKN 7 in de Commissievergadering RO van 14 januari 2015. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 19 en 20. TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN Grondzaken 19 Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid mevr. Shahsavari van 23 september 2014 inzake de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam in hoger beroep in de zaak van de Stichting Erfpachters Belang Amsterdam tegen de gemeente Amsterdam Nr. BD2015-001538 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 18 en 20. 20 Beantwoording nadere schriftelijke vragen van het raadslid mevr. Shahsavari van 14 januari 2015 inzake de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam in hoger beroep in de zaak van de Stichting Erfpachters Belang Amsterdam tegen de gemeente Amsterdam Nr. BD2015-001539 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 18 en 19. 4 Gemeente Amsterdam R O Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken (inclusief Erfpacht) Gewijzigde agenda, woensdag 4 februari 2015 Ruimtelijke Ordening 21 Bestuurlijke reactie op initiatiefvoorstel Amsterdam en de Internationale Architectuur Biennale Rotterdam Nr. BD2015-000126 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 15. BESLOTEN DEEL 5
Agenda
5
train
D Gemeente Amsterdam Z M % Raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare ruimte en Groen % Agenda, woensdag 30 januari 2008 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare ruimte en Groen Tijd 09.00 tot 12.30 uur Locatie 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Vragenhalfuur publiek 5 Conceptverslag e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieZM @raadsgriffie.amsterdam.nl 6 Actualiteiten 7 Openstaande toezeggingen 8 Termijnagenda 9 Rondvraag Milieu 10 Herziening beleidsnota handhaving milieuregelgeving Nr. BD2008-000191 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “vragenhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam Z M Raadscommissie voor Zorg, Milieu, Personeel en Organisatie, Openbare ruimte en Groen Agenda, woensdag 30 januari 2008 11 Milieuprogramma 2008 centrale stad Nr. BD2007-005982 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht Zorg 12 Preadvies op de notitie van de raadsleden de heer Sajet en mevr. Bos, getiteld: Senioren en Veiligheid - Een Tienpuntenplan (Gemeenteblad afd. 1, nr. 410) Nr. BD2007-007941 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht e De heer Sajet is hierbij uitgenodigd 13 rapportage ritanalyse AOV Nr. BD2008-000189 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 14 presentatieAOVCieZorg9januari2008 Nr. BD2008-000129 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Besloten deel 2
Agenda
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 703 Publicatiedatum 31 juli 2015 Ingekomen op 1 juli 2015 Ingekomen onder AS Behandeld op 2 juli 2015 Uitslag aangenomen Onderwerp Motie van het raadslid de heer Ernsting inzake de Voorjaarsnota 2015 (streefkwaliteit plusnet voetgangers). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 379); Overwegende dat: — _op pagina 174 nieuwe indicatoren worden geïntroduceerd voor de streefkwaliteiten plusnetten auto en fiets; — in de Mobiliteitsaanpak ook streefkwaliteiten worden genoemd voor de plusnetten voetganger en OV; — de streefkwaliteit voor OV wordt geborgd via de investeringsagenda OV van de Stadsregio; — voor plusnet voetgangers evenwel geen soortgelijke borging bestaat; — voetgangersgebieden gebaat zijn bij een integrale aanpak, zoals recent in Utrecht is gebeurd met de introductie van een actieplan voetgangers; — voetgangers zeker binnen de ring, ondanks de prioriteit van het plusnet, nog maar zeer beperkte ruimte hebben, terwijl het aantal voetgangers groeit. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: een methodiek te ontwikkelen om een streefkwaliteit voor het plusnet voetgangers verdere handen en voeten te geven en daar bij de Voorjaarsnota 2016 op terug te komen. Het lid van de gemeenteraad, Z.D. Ernsting 1
Motie
1
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 868 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 9 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie AZ/FIN Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Nuijens inzake de begroting voor 2015 (verdelen ecologische en sociale druk op Amsterdams groen). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — parken, groen en natuur in en om de stad onderdeel zijn van de kracht van Amsterdam; — de druk op parken binnen de ring toeneemt, en dit ecologische en sociale gevolgen heeft voor de stad; — Amsterdam ook buiten de ring en benoorden het IJ vele prachtige parken kent zoals de Sloterplas, het Amstelpark, het Gaasperpark, het Vliegenbos en het Bijlmerpark; — het zowel vanuit ecologisch oogpunt als vanuit oogpunt van leefbaarheid wenselijk is om de druk op het Amsterdamse groen verstandig te verdelen; — veel Amsterdammers bijvoorbeeld niet weten dat de Sloterplas welgeteld 15 minuten fietsen is van de Dam; — naast bekendheid, ook de ontwikkeling en ontsluiting van toevoerroutes naar en van Amsterdams groen een rol speelt; — de fietsroute bijvoorbeeld niet bijdraagt aan de laagdrempeligheid van de Sloterplas als plek om groen te beleven; Constaterende dat: — de raad eerder heeft ingestemd met het Initiatiefvoorstel Groene Lopers en de uitwerking daarvan nog volgt, Besluit: op pagina 100 van de begroting 2015 in tabel 6.3.5, Doelenboom en indicatoren: — onder doelen toe te voegen een punt 5: ‘Beter verdelen van de druk op Amsterdams groen en natuur’; — Onder activiteiten toe te voegen een punt IV: e beter bewegwijzeren fietsroutes; e uitrol groene lopers; e verlevendiging en kwaliteitsverbetering van fietsroutes 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 868 A d t Datum 15 oktober 2014 mendemen e vergroten van de bekendheid. Het lid van de gemeenteraad, J.W. Nuijens 2
Motie
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1392 Datum indiening 12 juni 2019 Datum akkoord 4 september 2019 Publicatiedatum 4 september 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Van Lammeren inzake de evenementenvergunning voor het festival Pleinvrees & De Zon op het NDSM-terrein. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Evenementen zorgen voor geluidsoverlast en bewoners willen een zienswijze of bezwaar indienen op de evenementenvergunning. Wij ontvangen signalen van bewoners dat het tijdig indienen van een zienswijze of bezwaar niet mogelijk is. Zo is bij fractie van de Partij voor de Dieren recent onder de aandacht gebracht de vergunningverlening omtrent festival Pleinvrees & De Zon voor 15.000 mensen op het NDSM-terrein. De vergunning is gepubliceerd op 28 mei 2019, de bezwaarperiode is 6 weken. Gezien het feit dat het evenement plaatsvond op 8 en 9 juni 2019 is het evenement al gaande voordat de bezwaarperiode is afgelopen. De fractie van de Partij voor de Dieren vindt dit een vreemde gang van zaken. Gezien het vorenstaande heeft het lid Van Lammeren, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Het besluit op de evenementenvergunning is gepubliceerd op 28 mei 2019). De bezwaarperiode is zes weken. a. Waarom is het besluit zo laat gepubliceerd? Antwoord: de organisator van de evenementen heeft een aantal keer het akoestisch onderzoek moeten aanpassen en hier is enige tijd over heen gegaan. Reden hiervoor was de invulling van de maatregelen op het gebied geluidbeheersing. b. Gebeurt het vaker dat evenementenvergunningen te laat worden gepubliceerd”? Zo ja, welke evenementen betreft het? 1 https://bekendmakingen.amsterdam.nl/bekendmakingen/stadsdeel-noord/201 9/week- 22/besluiten/vergunningen/besluit-ndsm-plein/ 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R weing lop Gemeenteblad Datum 4 september 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 12 juni 2019 Antwoord: het komt voor dat besluiten te laat worden gepubliceerd. Dit betreft meestal de grotere evenementen en kan diverse oorzaken hebben. In de voortgangsbrief Evenementen, d.d. 16 mei 2019 schrijft de burgemeester het volgende; ‘De uitvoering behoeft verdere versterking gelet op de toegenomen eisen en de complexiteit van het vergunningenproces, en gelet op de versnippering in de uitvoering. Om die reden is begin 2019 gestart met een stedelijk programma ‘Versterking uitvoering evenementenbeleid', met daarin als pijlers uniformering proces en rolverdeling, opleiding en training, IV-middelen en stedelijke inzet tijdens de uitvoering.’ Het college verwacht dat het programma tot gevolg heeft dat in de toekomst de vergunningverlening tijdiger zal plaatsvinden. Of dit ook zo is, is onderwerp van de evaluatie die dit najaar zal plaatsvinden. c. Wiens politieke verantwoordelijkheid is het tijdig publiceren van evenementen vergunningen? Antwoord: afhankelijk van het type evenement wordt de vergunning verleend door het dagelijks bestuur van de stadsdelen, dat namens de burgemeester gemandateerd is tot het verlenen van evenementenvergunning. Enkele grootstedelijke evenementen worden direct door de burgemeester verleend. De burgemeester is eindverantwoordelijk. d. Gaat het college maatregelen nemen zodat evenementenvergunningen tijdig worden verstrekt, zodat belanghebbenden tijdig bezwaar kunnen maken. Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Het college hecht waarde aan het tijdig verstrekken van vergunningen, zodat belanghebbenden de mogelijkheid hebben om bezwaar te maken hierop. Op basis van het beeld dat uit de evaluatie komt, zal het college aanvullende maatregelen overwegen. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 2
Schriftelijke Vraag
2
val
> Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 13 juni 2023 Portefeuille(s) Wethouder duurzaamheid en volkshuisvesting Portefeuillehouder(s): Zita Pels Behandeld door Directie Wonen, [email protected] Onderwerp Voortgang en uitgangspunten voor de sturing van het isolatieoffensief Bijlage: Bijlage 1: Resultaten en evaluatie Energiebespaarservice Bijlage 2: Memo over de isolatieopgave en sociaal-maatschappelijke opgaven Geachte leden van de gemeenteraad, Het isolatieoffensief is een belangrijk speerpunt van dit college en vw raad. Afgelopen periode bent v op verschillende momenten geïnformeerd over de start en opschaling van projecten die moeten zorgen voor energiebesparing op de korte termijn en het versnellen van het isolatietempo op de middellange termijn. Dit zie ik als stap één (korte termijn) en stap twee (middellange termijn) van het isolatieoffensief. In de brief van 14 maart 2023 heb ik u ook geïnformeerd over de eerste resultaten. In nu voorliggende brief ga ik in op de uitgangspunten voor een plan waarmee dit college de komende jaren invulling wil geven aan het isolatieoffensief. Ik deel de uitgangspunten voordat het plan er is om hierover met v nog voor de zomer in de commissie Duurzaamheid en Circulaire economie in gesprek te kunnen. Het plan zelf, stap drie van het isolatieoffensief, zal ik u na de zomer doen toekomen. Voor in te gaan op de uitgangspunten voor de verdere invulling van het isolatieoffensief, sta ik kort stil bij de voortgang op de korte termijn aanpak van het isolatieoffensief gericht op energiearmoede. De overige projecten en ondersteuningsaanbod van het isolatieoffensief worden niet in deze brief benoemd. Deze verlopen goed en worden zoals gepland voortgezet. Voortgang korte termijn aanpak gericht op energiearmoede De energiebespaarservice waarmee dit college meer dan 30.000 Amsterdamse huishoudens ondersteunt om energie te besparen loopt nog door tot september 2023. Eind april waren 25.000 huishoudens bereikt. Het college is verheugd dat er in crisistijd een groot aantal huishoudens is ondersteund. In de bijlage vindt v een samenvatting van de voorlopige resultaten. Tegelijkertijd is energiearmoede met de inzet van de Energiebespaarservice en de andere projecten en initiatieven van afgelopen winter, niet verholpen. Daarom zal het college in blijven zetten op het ondersteunen van meer huishoudens. Hiervoor kan het college naar verwachting gebruik maken van middelen die het kabinet op 17 maart 2023 heeft aangekondigd voor extra inzet op energiearmoede en energiefixers. Voor Amsterdam is in totaal € 17.157.533 aangekondigd, waarbij € 10.957.496 besteedbaar is voor de gehele stad en € 6.200.037 is gereserveerd voor de stadsdelen die deel vitmaken van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid. In Amsterdam zijn dit de stadsdelen Nieuw-West en Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 14 juni 2023 Pagina 2 van 5 Zuidoost. Deze bedragen komen bovenop de middelen die in 2021 en 2022 al beschikbaar zijn gesteld. De verwachting is dat de voorwaarden gelijk zullen blijven en de looptijd verlengd zal worden naar 31 december 2025. Er moet nog worden ingestemd met de voorgestelde verdeling van deze middelen door de Tweede Kamer. Na instemming zal de gemeente de middelen en de precieze voorwaarden ontvangen. De gemeente Amsterdam staat aan de lat om de ontvangen middelen op een rechtmatige wijze te besteden. Er wordt momenteel onder andere gewerkt aan een vernieuwde energiebespaarservice. De focus ligt daarbij op kwaliteitsverbetering, meer samenwerking met lokale partijen en woningeigenaren, en complexgerichte aanpak. Met voldoende ambtelijke capaciteit is deze kwaliteitsslag nog voor het einde van het jaar haalbaar. Tegelijkertijd starten in elk stadsdeel nu lokale projecten die worden gesteund door de subsidieregeling gebiedsgerichte bestrijding energiearmoede en is stichting WOON nog altijd actief met haar energiecoaches. Het college houdt v op de hoogte van de verdere besteding van de middelen, dit zal bij de verdere invulling van het isolatieoffensief worden betrokken. Uitgangspunt: focus op en ondersteuning in buurten waar dit het hardst nodig is Amsterdam staat voor de grote opgave om het leeuwendeel van de woningvoorraad beter te isoleren. Met het isolatieoffensief kiest het college er voor focus aan te brengen in buurten waar dit het hardst nodig is. Voor het college is dit tweeledig: e Daar waar er een grote isolatieopgave is; e Daar waar investeringen kunnen bijdragen aan een ongedeelde stad. Zoals benoemd in de Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting wil het wil het college ongelijk investeren voor gelijke kansen, voor ongedeelde wijken en om tweedeling in de stad te voorkomen. Deze aanpak zorgt voor meer klimaatrechtvaardigheid in de energietransitie. De projecten die het college afgelopen periode heeft opgezet en opgeschaald richten zich op basis van eerste inschattingen en algemeen onderzoek al zo goed mogelijk op inwoners, buurten en complexen die dit het hardst nodig hebben. Een volledig beeld van de stad ontbreekt tot op heden. Om beter in kaart te brengen waar deze opgaven zich bevinden en waar deze samenkomen is daarom onderzoek gedaan naar de isolatieopgave en in kaart gebracht waar dit combineert met de buurten waar sociaal-maatschappelijke opgaven spelen. Hiervoor is samenwerking gezocht met twee onderzoeksbureaus: Overmorgen en CE Delft. De isolatieopgave In Amsterdam staan in totaal circa 470 duizend woningen. Hiervan zijn 113 duizend woningen gebouwd na 2005 of hebben een afgemeld energielabel A of beter. Deze woningen beschouwen we als voldoende geïsoleerd. De inschatting is dat in de overige 356 duizend woningen in meer of mindere mate een isolatieopgave is. Om te bepalen welke woningen beter of minder goed geïsoleerd zijn is gekeken naar de jaarlijkse warmtevraag per vierkante meter die een woning heeft. Dit noemt men de relatieve warmtevraag en wordt uitgedrukt in kilowattuur per vierkante Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 14 juni 2023 Pagina 3 van 5 meter per jaar (hierna: kWh/m?/jaar). Van de woningen met een isolatieopgave in Amsterdam hebben er: -__52 duizend een grote isolatieopgave (meer dan 130 kWh/m?/jaar) -___146 duizend een middelgrote isolatieopgave (tussen 100 en 130 kWh/m?/jaar) - 158 duizend een matige isolatieopgave (tot 100 kWh/m?/jaar) In de bijlage is een beeld geschetst van de isolatieopgave in de stad. Er is gebruik gemaakt van de relatieve warmtevraag omdat dit het beste beeld geeft van de isolatieopgave van de stad. In de overweging is ook gekeken naar absolute warmtevraag en energielabels. De absolute warmtevraag kent een sterke correlatie met de grootte van de woning. Het energielabel is in principe een goede systematiek om naar de duurzaamheid van woningen te kijken. De beschikbare gegevens over energielabels zijn echter nog niet goed genoeg om voor de hele stad uitspraken te doen over de isolatieopgave. Zo heeft slechts 65% van de woningen in de stad een afgemeld energielabel en een groot deel hiervan is bepaald volgens een verouderde systematiek. De sociaal-maatschappelijke opgaven Er is niet één vaste manier om te kijken naar mensen en buurten die ondersteuning van de gemeente het hardste nodig hebben. Ongelijkheid zien we terug in gezondheid, onderwijs, inkomen, werk, in de buurten ook in de woningen. Verbetering van een woning zal het probleem van ongelijkheid niet oplossen, maar kan wel een bijdrage leveren aan een ongedeeld Amsterdam. Voor het bepalen van de buurten waar de ondersteuning van de gemeente het meest kan bijdragen aan een ongedeelde stad is gekeken naar sociaal-maatschappelijke opgaven. Dit zijn gegevens over de hierboven benoemde factoren. Om een volledig beeld te krijgen van de opgaven zijn verschillende onderzoeken gebruikt. Er is gekeken naar gemeentelijk onderzoek naar sociale opgaven, onderzoek dat door het Rijk wordt gebruikt voor het bepalen van leefbaarheidsproblematiek en gegevens over energiearmoede van TNO. Gezamenlijk geeft dit een goede indicatie waar de sociaal-maatschappelijke opgaven groot zijn. In Amsterdam zijn er 91 buurten waar zeer veel of grote sociaal-maatschappelijke opgaven zijn. Hiernaast zijn er 74 buurten waar veel of grote sociaal-maatschappelijk opgaven zijn. In de overige buurten spelen minder of geen sociaal-maatschappelijke opgaven. In de bijlage is te zien hoe de buurten met veel of grote sociaal-maatschappelijke opgaven verdeeld zijn over de stad. De buurten liggen verspreid over de hele stad, maar concentreren zich in Zuidoost, Nieuw-West, Noord en West. Combinatie van opgaven Het college wil in het aanbod van projecten en ondersteuning van het isolatieoffensief focussen op woningen en complexen met een grote isolatieopgave in buurten met een veel of grote sociaal-maatschappelijke opgaven. In tabel 1 is de isolatieopgave tegen de sociaal-maatschappelijke opgaven afgezet. In het bijbehorende figuur 2 zijn de uitkomsten schematisch weergegeven. In de bijlage wordt dit verder toegelicht en in beeld gebracht waar de twee opgaven in de stad samenvallen. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 14 juni 2023 Pagina 4 vans Tabel 1: Verdeling van woningen met een isolatieopgave en sociaal-maatschappelijke opgaven Zeer veel of grote sociaal- Veel of grote sociaal- Weinig of geen sociaal- maatschappelijke maatschappelijke maatschappelijke opgaven opgaven (91 buurten) opgaven (74 buurten) (333 buurten) En Middelgroot (1oo t/m 130 kWh {/m?) Matige isolatieopgave (tot 1200 kWh {/m?) Figuur 1: Schematische weergave van de combinatie van de isolatieopgave en sociaal-maatschappelijke opgaven 15.000 woningen in 91 buurten 77-000 woningen Interpretatie en verrijking onderzoeksresultaten Bij het gebruik van de onderzoeksresultaten moet rekening gehouden worden met de beperkingen van het onderzoek. De onderzoeksresultaten geven een redelijk betrouwbare inschatting van de isolatieopgave, maar kunnen in grensgevallen een vertekend beeld geven van de werkelijke situatie. Voordat we de gegevens gebruiken, verrijken we de geschetste beelden samen met experts uit de stadsdelen, partners en stakeholders met specifieke kennis van woningen in de buurten. Hier kan uitkomen dat de sociaal-maatschappelijke opgaven of isolatieopgave in (delen van) een buurt groter of kleiner blijkt te zijn. In het bijzonder gaan we gesprek met de corporaties over de relatie tussen deze beelden en de E‚ Fen G-labels. De aantallen woningen zoals in de piramide staan vermeld geven een indicatie van de opgaven. In werkelijkheid bevinden deze woningen zich vaak in complexen die als geheel moeten worden verbeterd. In het vervolg van het onderzoek worden de data verder verdiept met gegevens over de eigendomsverhouding. Tevens kijken we naar hoeveel besparing er behaald kan worden als alle woningen binnen de opgave energie gaan besparen, de baten en lasten van energiebesparing. Vervolg: vitvoeringsplan en betrekken stakeholders en bewoners Het onderzoek vormt de onderbouwing voor invulling van het isolatieoffensief voor de komende jaren. Het college zal zich hierbij volgens bovenstaande principes voornamelijk richten op complexen met een grote isolatieopgave in buurten met veel of grote sociaal-maatschappelijke Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 14 juni 2023 Pagina 5 van 5 opgaven. De gelaagdheid in het ondersteuningsaanbod dat binnen de huidige projecten al deels wordt toegepast zal hierdoor beter vorm kunnen krijgen. In de vitwerking van de inzet van het isolatieoffensief zal ik er wel rekening mee houden dat er ook huishoudens in buurten wonen zonder de indicatie van sociaal-maatschappelijke opgaven, die wel ondersteuning nodig hebben. Het onderzoek moet zorgen voor sturing, niet voor uitsluiting van een deel van de doelgroep. In de tweede helft van 2023 wil ik het uitvoeringsplan isolatieoffensief aan v doen toekomen. Bij dit vitvoeringsplan betrek ik ook de plannen en uitvoering van de warmtetransitie (aardgasvrij). De uitvoering van deze twee sporen wil ik zoveel als mogelijk op elkaar laten aansluiten. In het uitvoeringsplan zullen ook de input en adviezen van verschillende stakeholders en Amsterdammers, waarmee de afgelopen periode gesprekken hierover zijn gevoerd worden verwerkt. Onder andere is gesproken met: e Professionele stakeholders, zoals de woningcorporaties, adviesbureaus en bouwondernemingen. e _Bewonersorganisaties, die al betrokken zijn bij het verduurzamen van woningen. e _Bewonerspanel, een dwarsdoorsnede van individuele bewoners uit Amsterdam, met een diverse achtergrond en woonsituatie. Over de uitgangspunten van de verdere invulling van het isolatieoffensief ga ik graag met u in gesprek in de commissie Duurzaamheid en Circulaire economie. Over het isolatieoffensief en de verdere uitwerking hiervan, inclusief bijbehorend voorstel voor verdeling van de middelen van het isolatieoffensief, wil ik de raad in het najaar van 2023 informeren. Tot die tijd wordt er binnen de huidige projecten en het ondersteuningsaanbod hard doorgewerkt om energie te besparen en het isolatietempo te versnellen. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Zita Pels Wethouder Duurzaamheid en Volkshuisvesting Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
5
train
4 Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad % Motie Jaar 2021 Nummer 195 Behandeld op 31 maart/1 april 2021 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 6 april 2021 Onderwerp Motie van de leden Bloemberg-lssa, Veldhuyzen, Boomsma, Kuiper en Van Soest inzake de afsprakenbrief met de volkstuinen in De Nieuwe Kern (woningbouw om bestaande tuinparken heen) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de afsprakenbrief met de volkstuinen in De Nieuwe Kern. Constaterende dat: - het college als ‘harde kader’ voor het co-creatie traject stelt dat de bebouwingscontouren van De Nieuwe Kern (woongebied en stadspark) de grenzen van het nieuwe volkstuinpark aangeven; -— hiermee door het college geweigerd wordt om in de verdere planvorming een variant te onderzoeken waarbij er geen volkstuinen hoeven te verdwijnen. Overwegende dat: - het onwenselijk is dat volkstuinen verdwijnen voor woningbouwprogramma's omdat groen in de stad al schaars is; — de druk op de openbare ruimte met extra woningen nog verder toeneemt; - stadsbewoners in ttenemende mate te maken hebben met de negatieve gevolgen van de wereldwijde klimaat- en biodiversiteitscrisis; — _volkstuinparken groengebieden zijn met rijke biodiversiteit en met veel kennis en kunde liefdevol worden onderhouden; — het behoud van dit waardevolle groen prioriteit heeft om de stad leefbaar te houden. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: In de verdere planvorming een variant te ontwerpen waarbij woningbouw om de bestaande parken Nieuw Vredelust en Ons Lustoord heen wordt gerealiseerd. De leden van de gemeenteraad J.F. Bloemberg-lssa JA. Veldhuyzen D.T. Boomsma T. Kuiper W. van Soest 2
Motie
2
discard
kr 0050bt N% Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling RO Duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 22 maart 2023 Ter kennisneming Portefeuille Ruimtelijke Ordening Agendapunt 1 Datum besluit n.v.t. Onderwerp Afhandeling van de toezegging over de termijnen in het handhavingstraject van de darkstore aan het Van Limburg Stirumplein 1 De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief van wethouder van Dantzig ter afdoening van de toezegging in de gemeenteraadsvergadering van 25 januari 2023 over de fatale termijnen in het handhavingstraject van de darkstore aan het Van Limburg Stirumplein 2 Wettelijke grondslag Artikel 160, eerste lid, onder a Gemeentewet Het college is bevoegd om het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren. Art 169 Gemeentewet: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 1). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang (lid 3). Bestuurlijke achtergrond In de vergadering van de gemeenteraad van 25 januari 2023 heeft wethouder van Dantzig, op verzoek van raadslid van Renssen van GroenLinks, toegezegd de leden schriftelijk informeren over de fatale termijnen in het handhavingstraject van de darkstore van Flink aan het Van Limburg Stirumplein 1. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies nvt. Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Gegenereerd: vl.7 1 VN2023-005864 9 Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling Ruimte en % Amsterdam Duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie RO van 22 maart 2023 Ter kennisneming Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, een toezegging gedaan tijdens de raad 25/1. Geen TAO. Welke stukken treft v aan? AD2023-013622 Commissie RO Voordracht (pdf) RIB toezegging darkstore van Limburg Stirumplein definitief na AD2023-014839 ‚ screening. pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte en Duurzaamheid, Hanneke Ederveen, 06 38160398, [email protected] Gegenereerd: vl.7 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 247 Datum indiening 10 december 2019 Datum akkoord 14 februari 2020 Onderwerp Beantwoording aanvullende schriftelijke vragen van het lid Vroege inzake de gezondheidseffecten van verkeerslawaai in Amsterdam. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op het Zeeburgereiland hebben bewoners al ruim een half jaar last van verkeerslawaai. De geluidswal van de A10 is sinds april 2019 “zo lek als een mandje”. Op allerlei stukken van de geluidswal ontbreken de panelen. Het lid Van Renssen heeft hier op 4 december 2019 reeds schriftelijke vragen over gesteld. Dat geluidsoverlast van een snelweg vervelend is, staat buiten kijf en het is belangrijk dat hier snel een oplossing voor komt. Maar geluidshinder is een structureler probleem in de stad, wat schadelijke effecten heeft op de gezondheid. In september 2019 bracht De Monitor in een uitzending aan het licht dat een op de drie Nederlanders wordt blootgesteld aan geluidsniveaus die onverantwoord hoog zijn.” Geluidsoverlast veroorzaakt stress, slaapgebrek, verhoogde bloeddruk en kan op die manier leiden tot hart- en vaatziekten. Volgens wetenschappers is een jaargemiddelde van 53 decibel een verantwoord geluidsniveau. Echter, een korte meting op de Weesperstraat geeft al 70 decibel aan. Volgens Europese richtlijnen moet elke gemeente iedere vijf jaar een actieplan geluid maken. Echter, zijn hier geen normen voor. In het actieplan mag je ook zetten dat je als gemeente niks doet tegen geluidshinder, actieplan is slechts de term. Het laatste actieplan geluid van de gemeente Amsterdam stamt uit 2008.° Andere Europese steden hebben al eerder de ernst van geluidshinder gezien en zijn met creatieve ideeën gekomen. Zo is in Parijs een stilte revolutie uitgebarsten, waar op veel wegen in de bebouwde kom de snelheidslimiet is verlaagd naar 30 kilometer per uur. Ook zijn de Parijzenaren bezig met het ontwikkelen van een akoestische flitspaal en wordt er gewerkt met geluidsmeters die visueel in beeld brengt waar de geluidsoverlast vandaan komt. Deze gegevens zijn openbaar en online te bekijken, waardoor makkelijk te controleren en te handhaven is. ! https://www.parool.nl/amsterdam/geluidswal-a10-bij-zeeburgereiland-zo-lek-als-een- mandje-b65c4692/?fbclid=lWAR36VSPfuYi7cYrTgmKH4uUODgImrZN1y VEs69aezz5rDIBJQgdIIH Nm8Y 7 https://demonitor.kro-nerv.nl/uitzendingen/uitzending-jaarlijks-overlijden-duizenden-mensen-door- geluidshinder https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/41 90426/2/Actieplan Geluid - Bijlage 3 Actieplan Geluid Deel A Algemeen Beleidskader 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Neng Ir Gemeenteblad Datum 14 februari 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 10 december 2019 De schadelijke effecten van geluid op de gezondheid worden steeds nauwkeuriger door de wetenschap in beeld gebracht en blijken vaak groter te zijn dan lange tijd gedacht werd. Dit vraagt om maatregelen en om blijvende aandacht vanuit de politiek. De fractie van D66 heeft daarom in 2018 een motie ingediend die met algemene stemmen gesteund werd door de raad, waarin opgeroepen werd de overlast van geluid structureel mee te nemen in nieuw mobiliteits- en bereikbaarheidsbeleid.* Gezien het vorenstaande heeft het lid Vroege, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende aanvullende schriftelijke vragen — op de schriftelijke vragen van het lid Van Renssen, namens de fractie van GroenLinks van 4 december 2019 (nr.136.20 ) — aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Op welke manier laat het college zich informeren over de effecten van verkeerslawaai op de gezondheid? Is het college op de hoogte van de schadelijke gezondheidseffecten van verkeerslawaai? Antwoord Het college is goed op de hoogte van de nadelige effecten van te hoge geluidbelastingen op de gezondheid. Zo wordt in opdracht van het college elke vier jaar door de GGD Amsterdam een gezondheidsmonitor vastgesteld. In deze gezondheidsmonitor wordt onderzoek gedaan naar o.a. de effecten van de leefomgeving zoals de woonsituatie en geluidshinder op de gezondheid” 2. Welk beleid heeft het college op dit moment dat toeziet op het tegengaan van geluidshinder? Antwoord Het beleid van het college om geluidshinder tegen te gaan is opgenomen in de door het college vastgestelde Actieplannen Geluid. Deze plannen worden vijfjaarlijks opgesteld op basis van een verplichting op grond van de Europese richtlijn omgevingslawaai. Het laatste Actieplan Geluid Amsterdam 2015-2018 is in 2016 vastgesteld in het college®. Een ontwerp Actieplan Geluid voor de periode 2020-2023 zal in Q1 aan het college worden voorgelegd ter vrijgave voor de verplichte inspraak. Daarna volgt een 6 weken termijn waarin een ieder de mogelijkheid heeft om een zienswijze in te dienen. Ook de Raad zal in de gelegenheid worden gesteld eventuele wensen en bedenkingen kenbaar te maken. Na de inspraakperiode zal het Actieplan vastgesteld worden in het college, naar verwachting zal dit zijn in Q2 van 2020. Het actieplan geluid bevat een beschrijving van het te voeren beleid om de geluidbelasting te beperken, en de voorgenomen maatregelen met de te verwachten effecten van deze maatregelen. Hierbij wordt ook de college inzet vanuit het Actieplan Schone Lucht betrokken. Naar verwachting zal de inzet op schoon en uitstootvrij vervoer ook leiden tot een vermindering van de EZ °_https://www.ggd.amsterdam.nl/beleid-onderzoek/gezondheidsmonitors/amsterdamse-0/ ° Het actieplan is op deze pagina opgenomen: https://www.amsterdam.nl/bestuur- organisatie/volg-beleid/stad-in-balans/geluidsoverlast/ 2 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam Neng Ir Gemeenteblad R Datum 14 februari 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 10 december 2019 geluidshinder van het gemotoriseerd verkeer. Dat zal zeker gelden voor de brom- en snorfietsen, op dit moment de grootste bron van geluidshinder in Amsterdam. 3. Is Amsterdam in gesprek met andere grote steden zoals Parijs, om te leren over de impact van verkeerslawaai en te komen tot creatieve oplossingen? Antwoord Ja, Amsterdam is ambtelijk vertegenwoordigd in de working group noise van Eurocities en ín deze werkgroep worden de ontwikkelingen (en maatregelen) op geluidgebied binnen de aangesloten Europese steden besproken. Daarnaast houden de G4-gemeenten elkaar op de hoogte van de ontwikkelingen, waaronder de ontwikkelingen in Parijs. Amsterdam zoekt ook zelf naar creatieve oplossingen om geluidoverlast te beperken. Onder meer via projecten gericht op het meten van geluid van stedelijke bronnen. Bij een van deze projecten worden geluidsmeters ingezet die vergelijkbaar zijn met die van het meetsysteem uit Parijs, waar in de toelichting op de vragen naar wordt verwezen. De metingen zijn gericht op stedelijke (hinder)bronnen zoals horeca en terrassen. De inzet van dit project is om op basis van de geluidsmetingen gerichte feedback te geven aan de veroorzakers van overlast. In het geval van terrassen kan dit de uitbater van het terras zijn of de bezoekers. Hiermee wordt actief gestuurd op vermindering van geluidshinder. Het feedbacksysteem wordt dit jaar ontwikkeld en getest. Het zwaartepunt voor de in Amsterdam uitgevoerde geluidsmetingen ligt niet bij verkeersgeluid. Verkeersgeluid wordt in de regel berekend. 4. Is het college het met de fractie van D66 eens dat het onwenselijk is dat mensen aan onverantwoord hoge geluidsniveaus worden blootgesteld? Welke normen gelden er op dit moment ten aanzien van blootstelling aan verkeerslawaai? Op welke manier ziet het college erop toe dat deze toegestane normen niet overschreden worden? Antwoord Het college deelt de mening van D66 dat mensen tegen onverantwoord hoge geluidniveaus beschermd moeten worden. Bij alle nieuwe stedelijke ontwikkelingen moet dan ook voldaan worden aan de landelijke geluidswetgeving én het gemeentelijk geluidbeleid. De Wet geluidshinder gaat uit van een voorkeursgrenswaarde en een maximale grenswaarde. Een geluidsbelasting onder de voorkeursgrenswaarde wordt toelaatbaar geacht en een geluidsbelasting boven de maximale grenswaarde wordt níet toelaatbaar geacht (uitgezonderd zogenaamde ‘dove gevels’); in het gebied tussen de voorkeursgrenswaarde en de maximale grenswaarde is het alleen toelaatbaar na een afwegingsproces: de procedure ‘hogere waarden voor geluid”. In Amsterdam (en in andere grote steden) zal vanwege het aanwezige verkeer veelal een dergelijke hogere waarden procedure doorlopen moeten worden. Aan het verlenen van hogere waarden worden door het college wel voorwaarden verbonden. Deze zijn opgenomen in het Amsterdams hogere 3 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer A februar 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 10 december 2019 waarden beleid’. Volgens dit beleid is het belangrijk dat mensen met het raam open rustig kunnen slapen. Het college van B&W stelt daarom in beginsel alleen een hogere waarde vast als de woning ook een rustige (stille) kant heeft. Een stille gevel is een gevel met een geluidsbelasting van ten hoogste de voorkeursgrenswaarde. Hiermee wordt een aanvaardbaar woon- en leefklimaat geborgd 5. Op welke manier zorgt het college dat zij geïnformeerd blijft over de laatste innovaties op het gebied van lawaaipreventie, bijvoorbeeld ‘stille’ wegdekken, geluidsmeters, akoestische flitspalen en slim gebruik van geluidswallen? Antwoord Zie hiervoor het antwoord bij vraag 3. Aanvullend geldt dat het college ook geïnformeerd wordt vanuit de Omgevingsdienst NZKG, bijvoorbeeld ten aanzien van de toepassing van geluidschermen of stillere) wegdekken. Ook bij de directie Verkeer en vervoer wordt de ontwikkeling rond stille(re) wegdekken gevolgd en binnen de directie Wonen beziet een projectbureau de ontwikkelingen rond de gevelsaneringen voor geluid. De directie Ruimte en Duurzaamheid tenslotte adviseert het college ten aanzien van geluidwetgeving en geluidbeleid. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 7 Geluidbeleid - Hogere waarde Wet geluidshinder uit 2016 (gewijzigd vastgesteld in 2016). Dit beleid is hier te vinden: https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/volg- beleid/stad-in-balans/geluidsoverlast/ 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 184 Publicatiedatum 21 februari 2018 Ingekomen onder AF Ingekomen op woensdag 14 februari 2018 Behandeld op woensdag 14 februari 2018 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Nuijens en Groen inzake het geluidbeleid Evenementen en de locatieprofielen (maken van afspraken met en over particuliere locaties met een BEST-bijeenkomstfunctie zoals rond het Westerpark). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de beleidsregel “Geluid bij evenementen in Amsterdam”, de locatieprofielen voor evenementenlocaties en de richtlijn “Duurzaamheid Evenementen” in Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 130). Overwegende dat: — Alle goede intenties en al het harde werk ten spijt locatieprofielen die gelegen zijn nabij particuliere evenementenlocaties (locaties met een BEST-bijeenkomst functie) nu niet adequaat (kunnen) voorzien in het voorkomen van stapeling van evenementenoverlast; — Deze BEST-locaties (zoals rond het Westerpark bijvoorbeeld Thuishaven en Stadspodium) niet gelden als openbare ruimte en dus niet zijn meegewogen in het vaststellen van de draagkracht van locatie, omgeving en omwonenden; — Het college in de Nota van Beantwoording aangeeft manieren te zoeken om BEST-locaties toch onder de ‘Beleidsregel Geluid' te brengen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Zowel bestuurs- als privaatrechtelijke routes te benutten ten einde de invloed van gemeentelijk beleid op deze BEST-locaties te vergroten; 2. Tevens te pogen om minnelijke afspraken te maken met exploitanten; 3. In geval dat deze pogingen falen, een inventarisatie te maken van te verwachten geluidsbelastende evenementen van BEST-locaties en de locatieprofielen van de nabijgelegen locaties hierop aan te passen. De leden van de gemeenteraad J.W. Nuijens RJ. Groen 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 168 Publicatiedatum 21 februari 2018 Ingekomen onder Q Ingekomen op woensdag 14 februari 2018 Behandeld op woensdag 14 februari 2018 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Van Lammeren en Boutkan inzake het geluidbeleid Evenementen en de locatieprofielen (alleen hardcups). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de beleidsregel “Geluid bij evenementen in Amsterdam”, de locatieprofielen voor evenementenlocaties en de richtlijn “Duurzaamheid Evenementen” in Amsterdam (Gemeenteblad afd. 1, nr. 130). Overwegende dat: — Steeds meer festivals gebruik maken van statiegeldsystemen zodat er geen plastic wegwerpbekers meer gebruikt hoeven worden, en dus grote hoeveelheden plastic afval worden voorkomen; — De richtlijn duurzaamheid ook de optie open wil houden om wegwerpartikelen te gebruiken; — Het bij gebruik van recyclebare producten geen garantie is dat deze daadwerkelijk gerecycled worden. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Vanaf 2019 de eis te stellen dat ten minste voor bekers een statiegeldsysteem verplicht is. De leden van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren D.F. Boutkan 1
Motie
1
discard
N Gemeente Amsterdam Gemeenteraad x Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 581 Ingekomen op 19 mei 2020 Behandeld op 20 mei 2020 Status verworpen Onderwerp Motie van de leden Nanninga, Kreuger en Poot inzake de actualiteit corona (zoveel mogelijk ruimte invullen 1,5m-maatregelen voor ondernemers) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit corona, Overwegende dat: - allerlei sectoren vanwege de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus te voorkomen hun activiteiten tijdelijk hebben moeten staken dan wel hun zaken tijdelijk hebben moeten sluiten; - het kabinet heeft aangekondigd dat vanaf 1 juni o.a. terrassen, bioscopen en theaters onder voorwaarden weer open mogen; - veel branches vanwege de lockdown in zwaar weer verkeren, en het gemeentebestuur deze zoveel mogelijk moet helpen er weer bovenop te komen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Ondernemers zoveel mogelijk ruimte te geven en te helpen bij de invulling van de 1,5m-maatregelen. De leden van de gemeenteraad Nanninga Kreuger Poot 1
Motie
1
discard
setae Gemeente 3 Decentralisaties sociaal IBAN NL93 INGB 0004 5944 97 www.amsterdam.nl/dmo Retouradres postbus 1840, 1000 BV Amsterdam Leden DB stadsdelen Datum 2 juli 2014 Ons kenmerk 2014 bc Behandeld door A.Roda Doorkiesnummer 06 51135150 E-mail [email protected] Bijlagen Reactie college op adviezen verordeningen Wmo en Zorg voor de jeugd Inspraakversie verordening Wmo Inspraakversie verordening Zorg voor de Jeugd Onderwerp Verordeningen Wmo en Zorg voor de Jeugd Geachte leden van de dagelijks besturen stadsdelen, Op 10 juni verzocht wethouder van der Burg v om het college te adviseren over de verordeningen Wmo en Zorg voor de jeugd. Allereerst onze hartelijke dank voor uw flexibiliteit, snelle reactie en de prettige samenwerking in dit traject. Uw advies is noodgedwongen onder grote tijdsdruk tot stand gekomen. Op 1 juli heeft het college de inspraakversie van beide verordeningen vastgesteld. Deze vindt u bijgesloten. Tevens treft v de overzichten per verordening aan waarin uw adviezen en de wijze van verwerking zijn opgenomen. In de komende maanden liggen beide verordeningen ter inspraak. Afgesproken is dat, waar nodig, u tijdens de inspraak periode aanvullend advies kunt uitbrengen. Met vriendelijke groet, Rutger Krabbendam, programmamanager 3D
Besluit
1
train
VN2023-009050 Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkelin Grond en X Gemeente j 9 9 RO Ontwikkeling X Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 12 april 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Grond en Ontwikkeling Agendapunt 6 Datum besluit College van B&W d.d. 14 februari 2023 Onderwerp Instemmen met het toepassen van de Wet voorkeursrecht gemeenten op de locatie Hoogte Kadijk 401 te Amsterdam De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht, waarin wordt voorgesteld in te stemmen met het toepassen van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) op de locatie Hoogte Kadijk 4,01 te Amsterdam. Wettelijke grondslag Vestigingsgrondslag artikelen 2 en 5 Wvg (betreft het toepassen van de Wet voorkeursrecht gemeenten), alsmede de overige van toepassing zijnde bepalingen van de Wvg en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Bestuurlijke achtergrond Begin 2019 zijn verkenningen voor de beoogde herontwikkeling van het plangebied ‘Oosterbeer’ uitgevoerd. Op 15 oktober 2019 heeft het college besloten gevolg te geven aan deze verkenningen en nader onderzoek uit te voeren naar de mogelijkheden om de beoogde herontwikkeling te bewerkstelligen. Voor de onderhavige locatie wordt een gewijzigd gebruik ten behoeve van openbare nutsvoorziening, verkeer en cultuur voorzien. Het vigerende bestemmingsplan en de vigerende structuurvisie voorzien niet in de toegedachte bestemmingen c.q. de beoogde herontwikkeling en kunnen derhalve niet ten grondslag worden gelegd aan het te nemen raadsbesluit. Reden bespreking Advisering aan de raad. Uitkomsten extern advies nvt. Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.7 1 VN2023-009050 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling Grond en % Amsterdam Ontwikkeling % Voordracht voor de Commissie RO van 12 april 2023 Ter advisering aan de raad Nee. Welke stukken treft v aan? AD2023-028888 o. Gemeenteraad Voordracht Wvg HK.pdf (pdf) AD2023-027231 1. TE ONDERTEKENEN Perceelslijst Andreas2_.doc (msw) 2. TE ONDERTEKENEN Kadastrale tekening met nummer TK-30403074-02 AD2023-027232 Andreas2_.pdf (pdf) AD2023-027233 3. Concept-publicatie Gemeenteblad Andreas2_.doc (msw) AD2023-027234 4. Format brief aan belanghebbende Andreas2_.doc (msw) AD2023-027237 5. Bijlage bij format brief aan belanghebbenden Andreas2_.doc (msw) AD2023-027235 6. Eigendomsinformatie.pdf (pdf) AD2023-028551 Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. | Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Grond & Ontwikkeling, Patrick Spaans, 0651347679, P.Spaans@&amsterdam.nl Gegenereerd: vl.7 2
Voordracht
2
discard
x Gemeente Amsterdam Gemeenteraad x Gemeenteblad x Motie Jaar 2021 Afdeling 1 Nummer 066 Behandeld op 10 februari 2021 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 15 februari 2021 Onderwerp Motie van de leden Boutkan, Kat en Nadif inzake duurzaam snel internationaal treinvervoer voor Amsterdamse congresbezoekers Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over Meerjarenplan Amsterdam Congresstad 2021- 2024 Constaterende dat ® Amsterdam via het Amsterdam Convention Bureau inzet op de ontwikkeling van Amsterdam als congresstad; ® De stad daarbij weliswaar een aantrekkelijke propositie heeft als ‘treinstad’, maar het aanbod nog suboptimaal is; ® De connectiviteit van de regio excellent is, waarbij het spoor echter altijd concurrentie heeft van het vliegtuig; ® Snelle treinen en nachttreinen voor afstanden binnen 750 km ook voor zakelijke reizigers een reëel alternatief zijn; ® Amsterdam vanuit duurzaamheidsoogpunt gebaat is bij de substitutie van (ultrakorte) vluchten door snelle treinen en nachttreinen. Voorts overwegende dat; ® De toekomstige uitbreiding en opwaardering van Station Amsterdam Zuid tot internationaal HSL station een flinke impuls is voor Amsterdam als internationale treinstad. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Het Amsterdam Convention Bureau bij het aantrekken van meer congresbezoekers in te laten zetten op duurzaam vervoer naar en van Amsterdam via snelle treinen en nachttreinen voor afstanden tot 750 km. Hiervoor de mogelijkheden te verkennen met NS International, Eurostar, Thalys en Deutsche Bahn. De leden van de gemeenteraad D.F Boutkan H. Kat | Nadif 1
Motie
1
train
JAARRAPPORTAGE 2019 Ouder- en Kindteams VND NL INHOUD 1. Gezond en veilig opgroeien in Amsterdam 3 2. Onze prestaties 4 2.1 Wie bereiken we met de Jeugdgezondheidszorg? 4 Vaccinaties op de fiets 6 2.2 Wat doen we preventief’? 7 De kracht van de ontmoeting 9 2.3 Waar zitten we in de stad? 10 Zorg op maat & outreachend werken 12 2.4 Hoe veel jeugdhulp bieden we zelf’? 13 2.5 Hoe vaak is er meer nodig? 14 De kunst van het ritsen 15 2.6 Wat vinden anderen van ons? 16 2.7 Hoe doen we het achter de schermen? 17 3. Prioriteiten 2019 18 3.1 Prioriteiten Stichting Ouder- en Kindteams 19 Samen kijken wat je nodig hebt 21 Eerst doen dan praten 23 3.2 Prioriteiten Jeugdgezondheidszorg 24 Ouderschap in Nederland 25 De eerste duizend dagen in 27 Gaasperdam 2 Ouder- en Kindteams 1 WVAN AI Dl s / GEZOND EN VEILIG OPGROEIEN Ii sed leder kind in Amsterdam moet de kans krijgen om Streven naar gelijke kansen voor alle kinderen mT En EN Á kil 7 n veilig en gezond op te groeien, zijn of haar talent en jongeren betekent dat we ons extra inspannen Ma N grams, 8 te ontwikkelen en volwaardig mee te doen in de voor die wijken en gezinnen die ondersteuning, En NN ans hik samenleving. Dat is het maatschappelijk doel van jeugdhulp en/of jeugdgezondheidszorg het meest n E rg EE, het gehele jeugdstelsel in Amsterdam. De Ouder- nodig hebben. We versterken die wijken en en Kindteams zetten zich gezamenlijk vanuit drie gezinnen gezamenlijk vanuit multidisciplinaire organisaties, de SAG, GGD en Stichting Ouder- teams met jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, en Kindteams, dagelijks in om dit doel te jeugdpsychologen en ouder- en kindadviseurs, in realiseren. De teams zijn goed geworteld in de nauwe samenwerking met andere netwerk- wijk, bekend en laagdrempelig bereikbaar. partners. We zetten in afstemming met het gezin ip ú ondersteuning en (gespecialiseerde) hulp in, # We zijn er voor alle kinderen, jongeren en dichtbij, in de vertrouwde omgeving. ® nd gezinnen, ook voor die gezinnen die niet zelf naar on ons toekomen, die nog geen vragen hebben. We In deze rapportage leggen we verantwoording af Pil werken wijkgericht en kijken breder dan alleen over de activiteiten van de Ouder- en Kindteams f naar gezond opgroeien en opvoeden. Profes- in 2019. Omdat de focus tussen de jeugdgezond- ze zi sionals bepalen op basis van de behoeften in de heidszorg (GGD en SAG) en ondersteuning en Ee 8 pe wijk waar de meeste aandacht naar uit moet gaan. jeugdhulp (Stichting Ouder- en Kindteams) ei We sluiten zo goed mogelijk aan op andere verschilt, maken we af en toe onderscheid. organisaties, van Veilig Thuis tot huisartsen en WW buurtcentra. iS en Ouder- en Kindteams 2.1 eel WIE BEREIKEN WE MET DE JEUGDGEZONDHEIDSZORG? Bereik basispakket jeugdgezondheidszorg Aantal consulten licht gestegen De jeugdgezondheidszorg’ heeft in 2019 bijna alle O-jarigen In vergelijking met 2018 is het totaal aantal consulten van de in Amsterdam bereikt (99,1%) en 91,9% van de 3-jarigen jeugdgezondheidszorg licht gestegen. Het aantal contactmo- (norm is 95%). Het bereik van de 3-jarigen is gedaald, omdat menten 0-12 is iets toegenomen. Dit komt door de toename er in 2019 minder standaardconsulten en meer zorg op maat van het aantal chatgesprekken. Het aantal consulten 12 tot 18 is geleverd. jaar is gedaald. Voor O0 tot 18 jaar zien wij een verschuiving van standaardconsulten naar zorg-op-maatconsulten. Vergeleken met voorgaand schooljaar is het bereik van de 5- jarigen en 10-jarigen iets gestegen. Het bereik van de 14- Nagenoeg alle teams hebben meer weegconsulten uitgevoerd, jarigen (70,8%) en 16-jarigen (69,8%) is flink gedaald. en in wijken met een hoge sociaal-economische status zijn ook meer inloopconsulten in plaats van standaardconsulten Op het voortgezet onderwijs voerden we minder standaard- uitgevoerd. Deze resultaten zijn behaald ondanks personeels- consulten uit en leverden we meer zorg op maat. tekort, -wisselingen en extra inzet voor de verschillende vaccinatiecampagnes. 100 95% 7 u AANTAL CHATGESPREKKEN 50 7.001 B 2019 4 25 +36% ° Oe Oe ® 5.142 O-jarigen 3-jarigen 2018 1GGD Amsterdam en Stichting Amsterdamse Gezondheidscentra - Zorgontwikkeling (SAG) bieden beiden jeugdgezondheidszorg; GGD Amsterdam voor kinderen van -9 maanden tot 23 jaar, SAG voor kinderen van -9 maanden tot 4 jaar. 4 Ouder- en Kindteams BEREIK RIJKSVACCINATIEPROGRAMMA 2019 Vanwege een toenemend aantal ziektegevallen door besmetting met meningokokken W zijn landelijk en lokaal O grootschalige extra vaccinatiecampagnes tegen meningo- % DKTP basisimmuun 91.3% kokken typen A, C‚, W‚ Y georganiseerd. Meer dan 40.000 ’ o jeugdigen in de leeftijdscohorten 2001 tot en met 2005 zijn O @ ADLER Ap vanaf najaar 2018 tot en met 2019 opgeroepen. In september 2019 was minimaal 75% van de jongeren tussen de 14 en 18 SN ERS 8 0 1% jaar gevaccineerd voor meningokokken. 2018 81,4% ® Hoe bereiken we ouders? BN 3 6 % We bieden extra informatie over het Rijksvaccinatie- 2018: 35,1% programma, zowel digitaal als in de spreekkamers en op scholen. We benaderen ouders van niet-gevaccineerde Oe kinderen actief en organiseren extra inloop- en vaccinatie- DKTP: difterie, kinkhoest, tetanus en polio . ‚ _ BMR: bof, mazelen en rode hond spreekuren op Ouder- en Kindteamlocaties. Bij de SAG wordt HPV: Humaan Papillomavirus; kan baarmoederhals-, keel-, anus- en vulvakanker voortaan een SMS-service gebruikt waardoor het aantal keer veroorzaken dat een jeugdige niet kwam opdagen is gedaald naar 9,9% (2018: 12,5%). Landelijk is een einde gekomen aan de daling van de vaccinatiegraden. Helaas geldt dit, voor de meeste RVP- Daarnaast is de jeugdgezondheidszorg (SAG en GGD) in vaccinaties, niet voor Amsterdam. samenwerking binnen de GGD en met het RIVM gestart met voorbereidingen voor lokaal onderzoek naar vaccinatiegraad De 16- en 17-jarigen die nog geen enkele HPV-vaccinatie en vaccinatie-bereidheid. Daarbij willen wij de effectief hebben gehad, hebben een uitnodiging ontvangen om deze bevonden en door de WHO ontwikkelde Tailoring alsnog in het najaar van 2019 te halen. De gratis maternale Immunization Programmes (TIP) methodiek inzetten. Deze kinkhoestvaccinatie is vanaf december 2019 aangeboden op methodiek onderzoekt in samen-werking met stakeholders bijna alle Ouder- en Kindteamlocaties. Zwangere vrouwen onder welke doelgroepen een lagere vaccinatiegraad is, wat maakten direct goed gebruik van de inloopspreekuren. de prikkels en drempels zijn om te vaccineren en welke interventies op die prikkels en drempels inspelen. 5 deel | | RE ME E le A UIT D P RAKT! K | ik | En ! rn Rn { | ie | See et EE ai. | Ld | | 4 A de ad TZ kt es | | S ; LAG AA le \ be la 4 ij 8 == VACCINATIES OP DE FIETS Met een doos vaccins op de fiets naar een gezin? Als het Calixte en Marjan vaccineren alle kinderen en testen de nodig is, gebeurt het. Jeugdarts Calixte ziet dat de veer- ogen. Ondertussen staat het eten te pruttelen, de radio tienjarige Jamie geen vaccinaties heeft en het schoolbord zorgt voor een goede afleiding voor de prikken en de niet kan lezen. Ze blijkt nog acht broertjes en zusjes te ogentesten. Drie kinderen moeten een bril krijgen. Calixte hebben, tussen de twee en zeventien jaar, en ook zij zijn en Marjan zoeken samen met de moeder de dichtst- ondanks meerdere oproepen niet gevaccineerd. bijzijnde opticien en de route ernaartoe uit, en stappen na een uur weer op de fiets. Calixte belt Marjan, jeugdverpleegkundige op de basis- school van drie jongere kinderen uit het gezin, en samen Een half jaar later staan Calixte en Marjan opnieuw voor besluiten ze naar het gezin toe te gaan, met een doos de deur: nu met de vervolgvaccinaties. Drie kinderen vaccins en visuskaarten om de ogen te meten. De moeder zitten voor de televisie, met bril. Calixte: ‘Dit is public vertelt meteen dat ze de oproepen ontvangen heeft, maar health pur sang. Stap uit je eigen wereld, verplaats je hoe moest ze met haar drieling van tweeënhalf de bus in in de ander. naar het Ouder- en Kindteam? De naam Jamie is vanwege privacy gefingeerd. 6 Ouder- en Kindteams 2 e 2 WVR A0 Tijd besteed aan preventie neemt toe WA T D O E N W E P R E V E N T l E F ? Terwijl de druk op de Ouder- en Kindteams toeneemt ee doordat er wachttijden zijn in de specialistische jeugdhulp en er capaciteitsgebrek is bij jeugdbescherming, neemt de tijd besteed aan preventie in de wijk toe. PERCENTAGE TIJD BESTEED AAN PREVENTIE Alle professionals Ouder- en Kindteams Amsterdam LEEFTIJD VAN KINDEREN EN JONGEREN VOLGENS DAGBOEKJESONDERZOEK of 24+ jaar 2019 18-24 jaar 2% 0, 5% 2018 59% ’ 0-4 jaar 57% 26% Jeugdpsychologen en Ouder- en kindadviseurs 12-18 jaar 25% 2019 O0 36% De doelgroep van 18 jaar en ouder wordt met name door 2018 het MBO Jeugdteam gezien 29% 4-12 jaar (zie voor meer informatie de 42% MBO Jaarrapportage). Onder preventie vallen mm} alle activiteiten die door de jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen uitgevoerd worden; . . , ==} informatie, advies en trainingen/themabijeenkomsten voor Uit het Dagboekjesonderzoek weten we welke thema s jeugdigen en ouders; tijdens gesprekken met ouder- en kindadviseurs aan bod _ alle activiteiten van ouder- en kindadviseurs en jeugd- zijn gekomen. De top 3 onderwerpen zijn vragen over de psychologen die het pedagogisch klimaat en het . . . . bijbehorende netwerk versterken. sociale ontwikkeling (38%), opvoeding (35%) en school, zoals over prestaties, keuzes of verzuim (38%). 7 Ouder- en Kindteams 2 e 2 WVR A0 eel Aansluiting in de wijk versterkt In 2019 hebben we het wijkgericht werken versterkt. Dit betekent aansluiten bij die groepen die niet zelf naar ons BEREIK CURSUSSEN, toekomen, door in hun leefwereld te participeren en TRAININGEN EN THEMABIJEENKOMSTEN vertrouwen te winnen. Ook leveren we een bijdrage aan © 2018 2019 het versterken van sociale structuren en het pedagogisch rr klimaat in wijken en op scholen. M 7 635 4 883 Dit doen we onder meer door themabijeenkomsten te Kinderen/jongeren die trainingen 5005 organiseren, voor jonge ouders bijvoorbeeld over eten, hebben gevolgd slapen en gedrag. Thema's voor jongeren hun ouders zijn mediawijsheid en ‘grip op je puber’. Ook de training ® © ‘Het Begint Bij Mij vindt plaats vanuit de leefwereld van © ED IN 652 _Î 8850 ouders. Dit jaar is de training 8 keer gegeven. u ° Ouders die trainingen hebben gevolgd +30% Meer deelnemers trainingen HEP in 2018 was er een terugval in de uitvoering van train- 5 1.185 4 1.336 ingen. Dit jaar is de trend gekeerd: we bereiken meer 0): 30 . . . . +13% kinderen, jongeren en ouders. Er is een toename in het Themabijeenkomsten aantal oudertrainingen, omdat de oudercursussen Positief Opvoeden nu in de nele stad worden uitgevoerd, De trainingen Het Begint Bij Mij, Triple P Lifestyle,Triple P Transitions en voor ouders van tieners vaak in de avonduren. Mindfulness zijn in deze prestatiedialoog bij de trainingen voor kinderen/ jongeren en trainingen voor ouders opgeteld. In 2018 werden deze nog bij Daarnaast zijn we ook gestart met de nieuwe versie van overige trainingen opgeteld. Daardoor wijken de cijfers van 2018 in deze ‘Peuter in Zicht’, ‘Het Begint Bij Mij'. In enkele stadsdelen prestatiedialoog af van de cijfers in de prestatiedialoog van vorig jaar. geven we Mindfulness. Dit nieuwe aanbod is niet ten koste gegaan van het aantal trainingen Positief Opvoeden. 8 DE KRACHT VAN DE ONTMOETING We werken in de buurt zodat we aansluiten bij gezinnen In Amsterdam Zuidoost besloot het Ouder- en Kindteam die niet vanzelf de weg naar de hulpverlening vinden. de oudergroep Het Begint Bij Mij uit te voeren bij een Binnen dit wijkgerichte werken is ontmoeten een groep Afrikaanse mannen die lesgeeft in de moskee. In sleutelbegrip. Maar wat zijn de voorwaarden van een de oudergroep praten ouders met elkaar over hun betekenisvolle ontmoeting, waarmee je diverse leef- krachten en kwetsuren en hoe die de opvoeding van werelden verbindt en de ander écht bereikt? Dat hun kinderen beïnvloeden. Een kwetsbaar gespreks- onderzoeken we samen met wetenschappers van het onderwerp, waarin vertrouwen en verbinding essentieel onderzoeksproject Kracht van de Ontmoeting. zijn. Een voorbeeld: zetten we een training op onze website Aansluiten bij zo'n bestaande groep, in de omgeving en gaan we wijkbreed ouders werven, of benaderen we van de ander, en in situaties waarin de professional niet een bestaande groep waarin we investeren? We de leiding heeft, zorgde voor een meer gelijkwaardige onderzoeken welke gevolgen deze keuze op de en betekenisvollere ontmoeting. En dat had invloed op verbinding en op het effect van de training heeft. het succes van de bijeenkomst. WERKEN IN DE BUURT UIT DE PRAKTIJK Bn. mmm k =iij à Ouder- en Kindteams 2 e 3 WVAN eel NOORD W AA R Z Ü T T E N W E Ü N D E S T A D ? Aandeel Zorg-op-maatcontacten (0-4) 38% (+9% t.o.v. 2018) ne Deelnemers aan trainingen 258 (+31% t.o.v. 2018) . . . _ _ Aandeel jeugdigen met jeugdhulp (0-17) 7,1% Omdat de kansen voor de jeugd in Amsterdam niet gelijk verdeeld zijn, Aandeel jeugdigen doorverwezen 1,4% focussen we vanuit de Ouder-en Kindteams meer op Zuidoost, Noord en naar specialistische hulp Nieuw-West. Dit zien we terug in het bereik van jeugdgezondheidszorg op maat, trainingen, jeugdhulp en verwijzingen naar specialistische hulp. AMSTERDAM Aandeel Zorg-op-maatcontacten (0-4) 39% (+3% t.o.v. 2018) Deelnemers aan trainingen 1.733 (+35% t.o.v. 2018) Aandeel jeugdigen met jeugdhulp (0-17) 6,3% Aandeel jeugdigen doorverwezen naar 1,4% specialistische hulp rs | NIEUW-WEST _Ò ' BN Aandeel Zorg-op-maatcontacten (0-4) 41% (+2% t.o.v. 2018) Deelnemers aan trainingen 289 (+43% t.o.v. 2018) Aandeel jeugdigen met jeugdhulp (0-17) 6,4% Aandeel jeugdigen doorverwezen 1,7% naar specialistische hulp ® ZUIDOOST Aandeel Zorg-op-maatcontacten (0-4) 39% (+12% t.o.v. 2018) Deelnemers aan trainingen 310 (+82% t.o.v. 2018) Aandeel jeugdigen met jeugdhulp (0-17) 8,3% Aandeel jeugdigen doorverwezen 1,5% naar specialistische hulp 10 Ouder- en Kindteams 2 e 3 re) In de wijken Bijlmer Centrum, Bijlmer Oost, Gaasperdam, Bos en Lommer, Geuzenveld- Slotermeer, Slotervaart, Osdorp, Noord Oost en Oud-Noord wonen relatief veel kinderen en jongeren in een kwetsbare positie. Vooral in deze wijken bieden wij jeugdigen meer jeugdhulp en verwijzen wij relatief meer jeugdigen door naar specialistische hulp. Smdischetuw Osdorp N 1,0% Aen (ELT he FANTA - | Di, VERWIJZINGEN DOOR OUDER- EN KINDTEAMS AMSTERDAM PER GEBIED In de donkergekleurde gebieden verwijzen wij relatief meer jeugdigen (0-17) door naar specialistische jeugdhulp. == JEUGDHULP DOOR OUDER- er en EN KINDTEAMS AMSTERDAM PER GEBIED En is In de donkergekleurde gebieden ondersteunen wij relatief meer jeugdigen (0-17) met jeugdhulp. 11 UIT DE PRAKTIJK ZORG OP MAAT & OUTREACHEND WERKEN GEZOND ETEN VOOR €50,- PER WEEK De vijftienjarige Jimmy heeft ernstig overgewicht. krijgen met een bestedingspatroon van vijftig euro Op advies van de jeugdverpleegkundige gaat hij per week? Die vraag durfde ze de diëtiste niet te ‚ 1 Ee met zijn moeder naar een diëtiste, maar dat lijkt stellen. - - niets op te leveren. Ook tijdens de requliere OO consulten is er geen verbetering en school maakt Hoog tijd voor zorg op maat. Georgette maakt OD zich zorgen over zijn thuissituatie. samen met de moeder een weekplanning, ze bedenken gezonde en lekkere gerechten die Ö Jeugdverpleegkundige Georgette besluit niet af te weinig kosten, soms zelfs gerechten die de wachten, en op huisbezoek te gaan. Daar blijkt dat moeder nog uit haar eigen jeugd kende. En dat Es er weinig geld te besteden is. Het avondeten werkte. De moeder ging vaker en gezonder koken, bestaat vooral uit rijst of macaroni met ketchup en en kreeg steeds meer zelfvertrouwen. Haar zoon kaas. ‘Eten volgens de schijf van vijf, ‘minder ging gezonder eten, en bleef steeds beter op koolhydraten’, de adviezen kon de moeder gewicht. De naam Jimmy is vanwege zo oplepelen, maar hoe moest ze dit voor elkaar privacy gefingeerd. 12 Ouder- en Kindteams 2 e 4 WVAN) eel WE ZELF? AANTAL BEREIKTE KINDEREN MET JEUGDHULP \ -9% 12.318 Minder jeugdigen bereikt met 12.000 1631 jeugdhulp, hoe komt dat? We ondersteunen kinderen langer en hebben dan ook © 8.000 8 0 U, > vaker contact met ze. 0 Sinds schooljaar 2018-2019 zijn specialistische > jeugdhulpverleners in het speciaal onderwijs op school 4.000 direct toegankelijk voor kinderen en hun ouders. Hiervoor is geen verwijzing nodig. 0 80% van de bereikte jeugdigen In 2019 zijn meer kinderen en ouders bereikt met 2018 2019 bieden we zelf jeugdhulp —_}p trainingen. Dit kan van invloed zijn op de instroom van nieuwe jeugdigen voor jeugdhulp. 80% bieden we zelf jeugdhulp In 2019 hebben we 80% van de bereikte kinderen zelf jeugd- hulp geboden (2018: 79%), dit percentage blijft stabiel. 20% TERUGGEKEERD VOOR JEUGDHULP verwijzen we — naast dat we zelf ondersteuning bieden — door. D eS.m®e o Langer ondersteunen door wachtlijsten in specialistische fo t 1 7 Jo hulp? 1.388 kinderen en jongeren in 2019 uip Dit percentage stijgt sinds 2017 Er is in 2019 minder hulp beëindigd dan in 2018. Dat komt mogelijk doordat onze professionals langer zelf ondersteunen, eventueel in overleg met specialistische jeugdhulp. Het kan ook te maken hebben met wachtlijsten en opnamestops bij andere organisaties. 13 Ouder- en Kindteams 2 e 5 Amsterdam HOE VAAK IS ER MEER NODIG? ° ONS AANDEEL IN DE TOTALE VERWIJZINGEN 2019 Overig 22% . . En DOORVERWIJZINGEN & VOORZIENINGEN ’ Huisarts en medisch specialist +11% t.o.v. 2018 t 35% 2018 2019 J -2% tov. 2018 ee (@ Jeugdarts via arts-arts Ff verwijzingen 2.260 J 2.130 1% Aantal jeugdigen doorverwezen 1% tov. 2018 ! naar specialistische hulp daling van 6% tv 20% De . . } Gecertificeerde instellingen, 5% Lov. 2018 Samen Doen en Veilig Thuis se” 2880 J 2.582 22% Aantal voorzieningen ingezet daling van 10% \ -1% t.o.v. 2018 (PGB en ZIN) Naast de daling van het aantal verwijzingen van het Ouder- en Kindteam, daalt ook ons aandeel van de verwijzingen in het stelsel. Ondanks het dalende Afname verwijzingen door de Ouder- en Kindteams aandeel van de huisartsen en medisch specialisten in het totaal, zijn zij juist De Ouder- en Kindteams hebben minder kinderen en jongeren meer gaan verwijzen. Zij hebben in 2019 voor 3.738 jeugdigen (10% meer dan ‚ ‚ 2018) een beschikking afgegeven. Deze verwijzingen genereren een relatief verwezen naar de specialistische jeugdhulp. Door de groeiende klein deel van de kosten die worden gemaakt voor specialistische jeugdhulp. budgettekorten bij de gespecialiseerde hulp in Amsterdam is er in de Ouder- en Kindteams conform de opdracht van de gemeente gestuurd op steeds meer zelf hulp te verlenen, ook aan gezinnen die in eerdere NAAR WELKE SEGMENTEN HEBBEN jaren wellicht doorverwezen zouden worden, én om meer te verwijzen DE OUDER- EN KINDTEAMS VERWEZEN? naar goedkopere hulp (segment B in plaats van segment C). Segment B: enkelvoudige specialistische jeugdhulp, meestal Segment C door één aanbieder geleverd. Afname aandeel Persoonsgebonden budget (PGB) Segment B 45% Segment C: meervoudige De daling van het aantal persoonsgebonden budgetten in 2018 heeft 55% specialistische jeugdhulp (voor één . . . kind). Intensievere, complexe zich voortgezet in 2019. Dit komt grotendeels doordat de gemeente behandelingen, over het algemeen Amsterdam vanaf 2018 meer Zorg in Natura heeft ingekocht. Het van meerdere professionals tegelijk. PGB-budget per jeugdige was in 2019 hoger dan in 2018. 14 PR VERWIJ ee SPECIALISTIS JEUGDHULP DE KUNST VAN HET RITSEN k De juiste hulp bieden, volgens de wensen ‘Het is slechts één van de vele voorbeelden van het gezin, passend in het systeem. Dat dat het systeem onoverzichtelijk en was in 2019 nog niet zo makkelijk. Neem frustrerend is,’ aldus projectleider Primair Bram. Hij krijgt hulp van Marieke, jeugdhulp- proces Jos Smeijer. | verlener van een organisatie buiten het Ouder- en Kindteam. Hun relatie is goed, de Omdat er heel veel verschillende resultaten hulp slaat aan. Maar dan belanden Brams mogelijk zijn bij veel verschillende organi- p . _ j ouders in een vechtscheiding, en is er voor saties is het voor de ouder- kindadviseurs Es. et Ki pn { Bram dringend zwaardere jeugdhulp nodig. bijna onmogelijk om alle ‘in en outs’ van het E. nn aan pr Maar die hulp heeft de gemeente niet systeem te kennen. Daarom ontwikkelden de Ee fi f ingekocht bij de organisatie van Marieke. Ouder- en Kindteams in 2019 in no-time een k ari Ouder- en kindadviseur Yasmin zoekt een nieuwe manier van beschikken: het ‘ritsen’, Ki Ü andere aanbieder, past het perspectiefplan door medewerkers van ‘het Loket’. Zij : Î aan en regelt het administratieve proces. kennen de wensen, haken en ogen van alle sk EK: dans ik. | betrokken partijen en het systeem. Al â ES ms ka Dan blijkt dat de andere aanbieder niet wil ‘ritsend’ zorgen zij ervoor dat het samenspel En E on en werken met de organisatie van Marieke als tussen de ouder- en kindadviseurs en de - as id N onderaannemer. Maar Bram wil gewoon hulp aanbieders soepel verloopt, en dat ze ke } van Marieke. Hij vertrouwt haar. Wat te gezinnen snel een goed voorstel kunnen Wc doen? bieden. De namen Bram en Marieke zijn vanwege privacy gefingeerd. . / Ì 15 # Ouder- en Kindteams 2 e 6 WVAN) WAT VINDEN ANDEREN VAN ONS? ® AANTAL KLACHTEN EN INCIDENTEN Klanttevredenheid vaccinatiecampagnes Jeugdgezondheidszor Klachten Stichting Ouder- en Kindteams 36 9 9 Do. 9 . TT 4 In april en juni is er klanttevredenheidsonder- 2018: 24 . … . Klachten Jeugdgezondheidszorg 48 zoek uitgevoerd bij de meningokokkencam- 2018: 38 Î pagnes in de RAI in Amsterdam. Incidenten Jeugdgezondheidszorg 9 7 4 2018: 94 . . In april was er grote tevredenheid over de cie Oe locatie, wachttijd en het contact met de Klachten Ouder- en Kindteams nee vind ‚ dam; medewerkers. In juni was het belangrijkste De meeste klachten van de Stichting Ouder- en nnen 5 7 Sn en Andieams AMStGrdam Is aandachtspunt de lange wachtrij buiten de RAI. . _ . cliëntenparticipatie onderdeel van ons werk. Door . _ _ Kindteams zijn naar tevredenheid van de klager ‚ ‚ ‚ ‚ Tips zijn waar mogelijk meegenomen naar een . on de dialoog over innovatie en beleid met kinderen, opgelost in de teams. Er zijn vijf klachten 8 | | volgende campagne. behandeld door de directie. Geen enkele klacht is Jongeren en ouders structureel té voeren, spelen _ we in op hun wensen en behoeften en verbeteren aan de onafhankelijke klachtencommissie voor- de kwantei . gelegd. Lessen die we uit de klachten getrokken we de kwaliteit van ons werk. TEVREDENHEIDSONDERZOEK OUDERS . ANNAPOLI 2019 hebben zijn: zorgvuldiger documenteren, niet De dialoog voeren we op verschillende manieren : _ . , . Annapoli; de gezamenlijke nazorgpoli van Jeugdgezond- overhaast te werk gaan, de gezinnen beter mee en over verschillende thema's, zoals diversiteits- heidszorg en Kindergeneeskunde voor prematuur en nemen in het proces, urgente zaken en zorgen beleid, laagdrempelige bereikbaarheid en het dysmatuur (te laag gewicht voor zwangerschapsduur) geboren niet laten liggen en zorgen dat de regels rond vormgeven van participatie. Ook vragen we SER dossiervoering en privacy voor iedereen helder feedback over hoe het Ouder- en Kindteam © 9.4 zijn. functioneert, en over wensen en behoeften hierin. O / ’ oor de aandacht We hebben geen cliëntenraad. Voorbeelden van voor ouders en hun kind Klachten Jeugdgezondheidszorg (GGD&SAG) intiatieven zijn: Buurtlunch in Bijlmer centrum met 8.8 Zeventien klachten gingen over de inhoud van de ouders, Worldcafé met MBO-studenten, panel- Ty d de advi - - - - oor de aaviezen dienstverlening, waarvan zeven over vaccinaties. gesprek met leerlingen van het voortgezet en informatie Klachten en incidenten hebben waar mogelijk tot onderwijs, KiCKstart: met jongeren in gesprek verbeteracties geleid. over hun toekomstige leefwereld. 16 Ouder- en Kindteams 2 e 7 WVAN) eel DE S GC HERMEN 9D INZET PROFESSIONALS OUDER- EN KINDTEAMS ® 2019 (FTE'S) Naar een samenwerking van drie organisaties Ouder- en kindadviseurs ——— ® ——___ Jeugdverpleegkundigen . . Inzet: 288,3 fte $+12% Inzet: 115,2 fte $+1% Sinds 1 januari 2019 is het Ouder- en Kindteam Amsterdam Norm: 270,0 fte Norm: 117,3 fte niet langer een joint venture van 12 organisaties, maar een GR samenwerking tussen Jeugdgezondheidszorg GGD Amster- dam, Jeugdgezondheidszorg Stichting Amsterdamse Ten 5 Gezondheidscentra (SAG) en de Stichting Ouder- en Jeugdpsychologen—— . . _ . Inzet: 61,4 ft 18% —_______—_ d Kindteams. De samenwerking is bestuurlijk vastgesteld in Norm: 58,8 to tr1e% As een iN en een samenwerkingsovereenkomst en heeft gelei n Inclusie En Norm: 67,4 fte e gsovereenkomst e eeft geleid tot ee in opleiding A PN besparing in de overheadskosten. . . . . We bieden sinds 2019 zelf opleidingsplekken voor jeugdpsychologen, plus een Oprichting stichting accreditatieprogramma voor niet SKJ-geregistreerde professionals. De collega's die voorheen in dienst waren bij jeugdhulp- en Formatie jeugdverpleegkundigen en jeugdartsen is exclusief plusproducten, _ ‚ ‚ ‚ _ ‚ ‚ aanvullende inzet vaccinatiecampagnes. welzijnsorganisaties zijn in dienst gekomen bij de Stichting Ouder- en Kindteams. Het oprichten van deze stichting en het vormgeven van goed werkgeverschap en medezeggen- NAAMSBEKENDHEID EN WEBSITEBEZOEKERS schap van medewerkers en gezinnen is een noemens- waardige prestatie. Diverse systemen en processen rondom 4 79 . ee ee o financiën, juridische zaken, ICT, personeels- en leer- en mm | | loopbaanbeleid zijn ingericht en functioneren. Onze visie en ILA aneka ners van Amsterdam kent . . . zn . het Ouder- en Kindteam besturingsfilosofie Doen wat Nodig is was hierbij leidend: we organiseren vanuit het principe dat we doen wat nodig is = 470.282 voor gezinnen, professionals en wijken, zoveel mogelijk op WEBSITEBEZOEKERS maat. Andere belangrijke resultaten zijn: een eigen identiteit, En nen meer grip op de waarden achter ons werk, investeren in 470.282 bezoekers (stijging 14%) 374.032 uniek ijging 16% deskundigheid en kwaliteit. minamkan. °° oeven (Stijging 16%) 17 3 WVAN) eel P R | Ó R | T E | T E N 2 O 1 9 PRIORITEITEN STICHTING OUDER- EN KINDTEAMS In 2019 ging onze focus uit naar de prioriteiten die de gemeente Amsterdam in de jaarlijkse opdracht aan de Ouder- en Kindteams + Zorgvuldig verwijzen naar specialistische jeugdhulp beschreven heeft. Hier vindt u een impressie van een aantal i.v.m. terugdringen kosten jeugdstelsel activiteiten en resultaten uit deze prioriteiten. * Specialistische hulp nabij in de wijk e Samenwerking met Veilig Thuis e Werken aan diversiteit e Doorontwikkeling Buurtteams e Versterken preventie e Jongeren en risicojongeren 1 e Gebiedsgericht en outreachend werken 1 < ‚ PRIORITEITEN JEUGDGEZONDHEIDSZORG GGD EN SAG e Implementatie van wijzigingen in basispakket 2019 e Meer flexibel, op maat en outreachend werken — — e Aandacht voor een kansrijke start en samenwerking met verloskundigen e Aandacht voor gezond gewicht EE OO e Werken aan diversiteit e Bieden van zorgcontinuïteit: gezinnen zien zo veel ’ ‘ mogelijk dezelfde medewerkers e Doorontwikkeling van de functies jeugdarts en jeugdverpleegkundige e Vrijplaats jeugdgezondheidszorg (-9 maanden tot 4 jaar) creëren in Ouder- en Kindteam Gaasperdam Zuidoost 18 3 WVAN) eel PRIORITEITEN STICHTING OUDER- C CO starten met intensieve samenwerking met EN KINDTEAMS jeugdigen en hun ouders vanuit hun eigen een nn omgeving. Het motto is ‘geen kind de wijk uit’. Kostenbewust verwijzen 5 oon oor ie 358 k Deze ontwikkeling is een voorloper op de meuwe Door de kostenoverschrijding in het Amsterdamse bon oe 7 In bul 5 oe in II gemeentelijke inkoop van specialistische jeugd- jeugdstelsel heeft de gemeente maatregelen an J an Ze ° ne en de oe Le hulp vanaf 20e Onze visie op samenwerken 25 genomen om de kosten terug te dringen. Om bij te oen Dn on ae Dn oon oee neler vant de cerwereld van gezinnen Is terug dragen aan het verminderen van de kosten. br ee ere en oen - te vinden in ons inkoopadvies aan de gemeente overschrijding, hebben we nog scherper gekeken 49% ’ 8 Amsterdam eneen aantal notities van de De 6 van deze gevallen hebben de ambulant Associatie Wijkteams. naar de bijdrage van het eigen netwerk of andere begeleiders zelf specialistische hulp geboden. maatschappelijke partners, aan het welzijn van Voor deze gezinnen was in 51% van de gevallen gezinnen en aan de ondersteuning die we zelf een verwijzing naar specialistische hulp niet meer bieden. nodig. I Bij inzet van gespecialiseerde jeugdhulp werken Het contact met professionals uit de volwassen- Verbeterde samenwerking met Veilig Thuis we met een nieuw ontwikkelde centrale werkwijze. GGZ blijft moeizaam. Helaas is er niet in alle Samen met partners in het veiligheidsdomein Daarbij blijft ons uitgangspunt: de beste oplossing stadsdelen ondersteuning voor gezinnen en hebben de Stichting Ouder- en Kindteams en de voor het gezin, rekening houdend met de kosten. medewerkers vanuit de psychiatrie voor alle jeugdgezondheidszorg de samenwerkings- In 2019 hebben we minder vaak verwezen en Ouder- en Kindteams snel dichtbij beschikbaar. afspraken verbeterd. Hierin is de implementatie relatief vaker naar goedkopere jeugdhulp (segment van de vernieuwde meldcode Huiselijk geweld en B) en minder intensieve jeugdhulp. Ook hebben we Er is een aantal kleine pilots opgezet met sociaal- kindermishandeling meegenomen. jeugdigen en gezinnen langer begeleid. psychiatrische verpleegkundigen (spv'ers) van Arkin: een in Zuidoost en een in het Oostelijk Ook met andere wijkteams van de landelijke specialistische jeugdhulp binnen de Ouder- Havengebied/Indische Buurt. In Noord is er contact Associatie Wijkteams hebben we onze visie en en Kindteams met spv'ers van de GGD. Ook is er samen met het expertise versterkt. Ons streven is een vereen- Door de inzet van specialistische ambulant centrum voor relationele therapie van Arkin voudigd velligheidsdomein waarbij de vrijwillige begeleiders vanuit het Ouder- en Kindteam casuïstiekoverleg rondom ouders in complexe intensieve hulp nde wijken veschikbaar is, met bereiken we kwetsbare gezinnen waarbij een scheidingen. Samen met een groep specialistische voldoende expertise on ook gezinnen mer con verwijzing naar specialistische hulp nodig, maar jeugdhulp-aanbieders hebben we het initiatief plexe problematiek en onveiligheid te niet haalbaar is. genomen om in Amsterdam Noord in 2020 te ondersteunen. 19 Ouder- en Kindteams 3 WVAN) eel Er is een workshop Kindveiligheid ontwikkeld voor Meer diversiteit en inclusie Doorontwikkeling Sociaal Domein nieuwe medewerkers. Onze aandachtsfunctio- Om gezinnen en jeugdigen in Amsterdam goed te Vanaf 2021 werken we in Amsterdam vanuit 2 narissen zijn lid geworden van de Vereniging ondersteunen is het belangrijk dat wij als wijkteams — Buurtteams Amsterdam en de Ouder- LVAK, de beroepsorganisatie ter bevordering van organisatie de Amsterdamse samenleving en Kindteams — samen met Amsterdammers en deskundigheid aanpak van huiselijk geweld en representeren en dat onze werkwijze aansluit bij netwerkpartners aan passende ondersteuning op kindermishandeling. de diversiteit van de bewoners. Op die manier alle leefgebieden. In 2019 hebben we vanuit de beogen we de toegankelijkheid voor gezinnen met Ouder- en Kindteams op allerlei fronten oog een migratieachtergrond te vergroten. Daarom is er meegewerkt aan de doorontwikkeling van de se 08 n in 2019 een projectgroep Diversiteit en Inclusie Buurtteams Amsterdam. In elk Verbondsteam - de .. “1000 n gestart. proeftuinen van de Buurtteams - zijn 1 of 2 ouder- 88 Tj 1? en kindadviseurs actief. We dachten tevens mee Tegelijkertijd is de werving en selectie actief tijdens de co-creatie werksessies van de gemeente . . ericht op een diverse samenstelling van de teams Amsterdam en in de Klankbordgroep. Outreachend en gebiedsgerichter werken 9 p ‚ 9 _ groep . . qua achtergrond en competenties passend bij Omdat we weten dat sommige gezinnen en . . . _ Amsterdam. In Zuidoost, Nieuw-West en Noord zijn in de jongeren niet uit zichzelf naar ons toekomen zijn ‚ „ . . armoedeprojecten de banden aangehaald met we zoveel mogelijk aanwezig op verschillende . n ‚ . … Verschillende werkvormen voor cultuursensitief netwerkpartners op het gebied van plaatsen in de wijk. Zo bouwen we vertrouwen ee ‚ ‚ _ . . . werken, zoals ‘Waardenopvoeding in Diversiteit’ en bestaanszekerheid. Hierdoor zijn medewerkers en bekendheid op met die groepen die met ‚ OO ‚ . ‚ ‘Just Like You' zijn uitgeprobeerd in Nieuw-West, zich bewuster van onderwerpen uit het sociaal meerdere risicovolle factoren te maken En . ‚ en hebben succesvol gebleken en verspreid in de teams. domein en de veranderende rol die we hierin als Ook volgden verschillende medewerkers de Ouder- en Kindteam hebben. We leren partners in . . training 'Beschermjassen’, waarin bijvoorbeeld de het sociaal domein beter kennen en proberen voor Alle teams stelden op basis van de gebieds- . . : . . . . _ . . … . . invloed van migratie op ontwikkeling en opvoeding te sorteren op nieuwe werkwijzen die na de plannen en onze eigen cijfers prioriteiten die . . . … . . . _ behandeld wordt. doorontwikkeling gaan ontstaan. aansluiten bij de kwesties die spelen in de wijk. Ook zijn ouder- en kindadviseurs regelmatig en „ Tot slot namen we deel aan de Topklas aanwezig bij wijkdebatten, -bijeenkomsten en ‚ . . Eenvoudig Maatwerk, over het leveren van -evenementen. We experimenteren met nieuwe OO … _ maatwerk in complexe situaties. outreachende werkwijzen om ontmoeting in de wijk te stimuleren, zo sluiten we in Noord en Zuidoost bijvoorbeeld aan bij kerkgemeenschappen. 20 UIT DE PRAKTIJK k > N Oe ANN ain nl SA S mj imm N S | TE k N= | = md 1 A Mn A DOORONTWIKKELING — — fn, | SOCIAAL DOMEIN vin an ne mmm eN en — A AU Ah Nl be en SAMEN KIJKEN WAT JE NODIG HEBT Vanaf 2021 kan iedere Amsterdammer met Ouder- en kindadviseur Josien Breuker geeft Zelf heb ik iemand van schuldhulpverlening vragen over werk, inkomen, schuldhulp, een voorbeeld: ‘Een jonge moeder klopt bij gevraagd om aan te sluiten bij een moeder huisvesting en maatschappelijk werk terecht het Verbondsteam aan: ze woont met haar met verslavingsproblemen die bij ons bij zijn Buurtteam. In 2019 werd daarvoor al baby en nog zes familieleden in een te kleine aanklopte voor hulp. Het was zo fijn dat ik kon geoefend in vier Verbondsteams, teams die in flat. Het gesprek hielden we bij het Ouder- en zeggen: ‘we gaan sámen kijken wat je nodig de praktijk ervaren hoe het Buurtteam straks Kindteam: vertrouwd voor de moeder omdat hebt.’ Had ik haar voor haar schulden door het beste opgezet kan worden. Het Ouder- en ze de collega’s van de jeugdgezondheids- moeten sturen, dan was ze nooit bij een Kindteam blijft naast de Buurtteams bestaan, zorg goed kent. Mijn collega keek naar de andere organisatie aangekomen.’ samen vormen zij de wijkteams in Amsterdam huisvesting, en ik besprak met de moeder maar de kennis en kunde van de ouder- en hoe het opvoeden gaat. Gelukkig ging dat “In de toekomst weet de moeder kindadviseurs wordt nu al volop in de goed. In de toekomst weet de moeder mij te mij te vinden” Verbondsteams ingezet, met mooie vinden. resultaten. 21 3 Amsterdam Doorontwikkeling 12+ aanbod en risicogroepen Meer aandacht voor de preventieve activiteiten Het Ouder- en Kindteam wil meer jongeren bereiken die ons niet De preventieve activiteiten van voorzieningen in de sociale zelf vinden en hen op een passende en structurele manier basis, het Ouder- en Kindteam en Flexibel Preventief Aanbod ondersteunen. We kijken daarom mét jongeren naar wat daar- Jeugd zijn beter op elkaar afgestemd, zodat we beter kunnen voor nodig is en werken op plekken waar jongeren zijn, dus niet inspelen op de specifieke behoeftes in wijken. Aanbieders van alleen op school, maar ook daar waar ze hun vrije tijd door- specialistische trainingen voor kinderen, jongeren en ouders en brengen. We verstevigen daarom de samenwerking met wijkteams zorgden er via een slim systeem van vertegenwoor- partners in de wijken, zoals jongerenwerk Streetcornerwork. Bij diging samen voor dat we in alle stadsdelen de beschikbare de werving en selectie van collega's letten we op expertise in expertise en budgetten goed konden verdelen. Er wordt meer het werken met jongeren. en vaker gebruik gemaakt van elkaars deskundigheid. Een volgende stap is het verbeteren van de aansluiting op de basis- Ondanks de inspanningen is er (nog) geen verhoogd bereik voorzieningen, en met name op het jongerenwerk. jeugdhulp van jongeren tussen de 12 en 18 jaar. Er zijn wel meer trainingen aan ouders van jongeren gegeven dan in voorgaande jaren. VOORBEELDEN INITIATIEVEN 2019 Vrijplaats Jeugdgezondheidszorg en jongeren ® Uitrol van de pilot Gezamenlijke werkwijze in stadsdeel Zuid door het MBO jeugdteam en Streetcornerwork in Zuidoost Gezamenlijke training met Streetcornerwork — —________—__—_ Pubertipkrant met advies voor ouders en DOCK MBO Jeugdteam en Ouder- en Kindteam —_—______ Bijdrage aan ‘Positief Perspectief’; de Wildeman- werken wijkgericht met jongeren in Noord buurt, Wittenburg en het forensisch netwerk 22 nst Ee - : | ae UIT DE PRAKTIJK | pi 0 EERST DOEN DAN PRATEN E a ; Ë f k ee Puberjongens: veel meer dan ‘nee’, ja’, en En als Niko aangeeft zijn havo-diploma te 7 ‘boeit me niet’ komt er vaak niet uit. Hoe willen halen, maar de motivatie mist om ind in ci 3 B ‚ & bouw je als ouder- en kindadviseur dan toch huiswerk te maken, dan gaat Joeri gewoon Pe KR 4 bt een relatie op? Als het aan Joeri ligt in ieder naast hem in de schoolkantine zijn mail p NS î € EA geval niet op kantoor. Hij is vooral in het wegwerken, zodat Niko op zijn kont blijft DS B « park, de auto, de sportzaal of op school te zitten. Joeri: ‘Als hulpverlener is het NN N ë Ee vinden. ‘Ik zorg eerst voor aansluiting, en belangrijk om dat extra stapje te zetten.’ e / E h dat kan prima zonder gesprek.’ wd hi | f Daarnaast organiseert hij samen met twee E De N Zoals met Niko — gameverslaafd en collega’s De Sportbeweging: voetballen, Be ê depressief — die hij na vele kilometers krachtoefeningen en conditietraining in het û | ha Re 5 _ he samen autorijden zover kreeg dat hij in park. Jongens met sociale angsten zag hij EN NS behandeling gaat voor zijn depressie. Het hier uitgroeien tot teamspelers en pubers die EE: KS Ke Nn recept: gewoon instappen en rijden maar. geen zin hadden om te praten, kregen / a be S Ne he en, Praten over koetjes en kalfjes, of helemaal uiteindelijk toch vertrouwen in de hulp- El niet praten. Na dat ‘gezeur’ van zijn ouders, verleners. En samen sporten helpt op weg É docenten en de jeugdpsycholoog was Niko naar de volgende stap: meer structuur. Ge daar wel voor te porren. 7 IJ ke De naam Niko is vanwege privacy gefingeerd. _PR [TEI | DOORONTM CE G AANBOD 12+ EN eN RISICOGRO N EK OO 23 3 Amsterdam PRIORITEITEN JEUGDGEZONDHEIDSZORG Implementatie wijzigingen basispakket Zo versterken we eigen kracht en gaan we VERSCHUIVING STANDAARD CONTACT- Jeugdgezondheidszorg onnodige medicalisering tegen. MOMENTEN NAAR ZORG OP MAAT In het nieuwe basispakket Jeugdgezondheidszorg 2019 hebben we een differentiatie ten gunste van Ook werken we meer klantgericht en zorgen 0-4 jaar wijken met een lage sociaal-economische status in samenspraak met ouders voor verschillende RN (SES) doorgevoerd. Dit betekent dat de jeugd- mogelijkheden tot contact. Voorbeelden zijn: de 30% gezondheidszorg relatief meer personeel inzet in toename van inloop- en weegconsulten 0-4 jaar, wijken waar gezinnen met een groter gezond- de toename van het aantal chatgesprekken, een Î +3% eerd heidspotentieel wonen dan in wijken waar extra aanbod voor nieuwkomers, groepsbijeen- gezinnen met een laag gezondheidspotentieel komsten, gezins- consulten. Ook gebruiken we wonen. illustraties voor laaggeletterden. 4-12 jaar Meer zorg op maat De blijvende krapte op de arbeidsmarkt zorgt voor ea De jeugdgezondheidszorg bood in 2019, ondanks risico's in de uitvoering van het basispakket grote personeelstekorten en —-wisselingen meer Jeugdgezondheidszorg en het bieden van zorg op +0% zorg op maat dan in 2018. Zorg op maat betekent maat door de teams. Daarnaast zorgt het voor dat de professional de inhoud, vorm, duur en risico's in het extra inzetten in de teams op het zal) fp) tsk frequentie van de contactmomenten afstemt met verhogen van de vaccinatiegraad Rijksvaccinatie- 1 de ouder(s) en jongere(n) en daarbij wijkgericht programma en de implementatie van nieuwe werkt, met als doel het verhogen van het vaccinaties binnen het Rijksvaccinatieprogramma. 12-18 jaar gezondheidspotentieel. standaard We werken wijk- en populatiegericht en Î "15% S7% normaliserend: met uitleg en advies over gezonde ontwikkeling proberen we zorgen weg te nemen en Zorra de situatie waar mogelijk te normaliseren. 24 UIT DE PRAKTIJK | | OUDERSCHAP IN NEDERLAND $ IN OO ik, 4 & Wits EE Waar kan een jonge moeder haar verhaal Alle moeders vonden het fijn om samen te B 5 wi 7 kwijt over haar vlucht uit Eritrea, hoog- zijn met andere moeders en waren blij met he î ‘ E zwanger? Hoe leert zij in Nederland de weg de adviezen. (on kennen naar de huisarts of hulpverlening? ï A, € E En hoe zorgt ze dat haar kind niet Door de cursus kon er ook direct de juiste Ee Ke enn of blootgesteld wordt aan geweld? Voor hulp ingezet worden bij specifieke zorgen. 0 Re en d i Eritrese moeders, een kwetsbare groep in Een peuter met een spraak- en taal- B n a 4 Nederland, organiseerde jeugdverpleeg- achterstand werd doorverwezen naar de GS fs EI kundige Gemma samen met een Eritrese jeugdarts. Voor een aantal moeders werd kad s P/4 begeleider een ouderschapscursus, waar kinderopvang geregeld. Een jonge moeder ' k elf moeders aan deelnamen. kreeg van een ouder- en kindadviseur met KN al expertise over hechting intensieve hulp voor = a Behalve dat zij hun verhalen konden delen, haar traumatische bevalling tijdens haar ie k, kregen ze voorlichting over besnijdenis, vlucht uit Eritrea en een ander werd begeleid 4 e Es vrouwelijke genitale verminking en het bij de extreme huilbuien van haar kindje. EN, f verwijderen van de huig, ingrepen die in de Een derde moeder is verwezen naar de fs IE pe Eritrese cultuur vaak voorkomen. Ook spelinloop en is daar nu vaak te vinden met p Wi onderwerpen als kinderopvang, anti- haar kindje. dl | conceptie en financiën werden besproken. Hi, an k fi B | ) n Ouder- en Kindteams 3 Amsterdam eel Samenwerking verloskundigen Zorgcontinuïteit D; teitsbeleid Jeuad dheid In Noord en West zijn er Centering parenting- Jeugdgezondheidszorg biedt in meerdere teams en en Sn 8 el ee groepen voor Eritrese ouders. Verloskundigen continuïteit in zorg door vaste medewerkers te on e toegan ie van eug gezond” verwijzen zwangeren vanaf 22 weken zwanger- koppelen aan gezinnen en door gezinsconsulten te | ol Szorg 5 ver Oe ke meteen schap naar jeugdgezondheidszorg voor de bieden. Als onderdeel van de Amsterdamse age ene ee 20 nn ú maternale kinkhoestvaccinatie. De jeugdgezond- Aanpak Gezond Gewicht begeleiden we op deze NO tergrond he - en Hino Ig heidszorg en verloskundigen hebben op over- manier ook kinderen met (morbide) obesitas. Het en Ieven aangepast 7 aa Pod en ne stijgend (beleids)niveau samengewerkt aan doel van de begeleiding is om de kwaliteit van D e uitvoering van jeug Pe e Ae Je e verbetering van de folder “Prenataal huisbezoek leven voor Amsterdamse kinderen met (morbide) Wij meer 7 Den An 7 one 25 coneche JGZ” en aan de voorbereiding van ketenafspraken obesitas te verbeteren en hen te helpen om een en 7 aar mogen nn Wij rondom prenatale zorg (verloskundigen-kraam- gezonder gewicht te krijgen. Per november 2019 versiteit(s Se ) mee 7 ons aanDo . . . . . . deskundigheidsbevordering voor personeel, onder zorg-jeugdgezondheidszorg). Daarnaast is vanuit waren er 804 kinderen in zorg, waarvan 354 : hot in 2019 oct Verni ‚ het stedelijke kraamzorg-overleg gezamenlijk nieuwe kinderen. andere het n gestarte project Vernieuwing . ‚ „ Inwerken. ingezet op onder meer het thema ‘Rookvrij opgroeien’. . . Doorontwikkeling van de functie jeugdarts- De gemeente Amsterdam, en de GGD als onder- Samen met projectleider Kansrijke Start wil de jeugdverpleegkundige deel hiervan, wil een diverse en nelusieve” Jeugdgezondheidszorg in 2020 in elke wijk een In 2019 zijn we gestart met de voorbereiding van organisatie zijn. “Talent als basis, diversiteit . . een pilot taakherschikking van jeugdartsen en als kracht. We streven ernaar dat het personeels- structureel overleg opzetten met verloskundigen in kand | de oilot! 5 ' enienelina den de wijken en ziekenhuizen. Jeugdgezondheidszorg jeugdverpleeg undigen. Het doel van de pi ot is estan een afspiegeling is van de beroeps- | is nog niet structureel in elk Verloskundig ervaringen opdoen in het nog meer aansluiten op bevolking van Amsterdam met al haar aanwezige Samenwerkingsverband vertegenwoordigd. Dit is de vehoefte van klanten en op de competenties en verschillen. potenties van medewerkers. Dit doen we in een aandachtspunt voor 2020. _ ® samenhang met het wijkgericht en meer op maat © \/ @ werken. > & aso ® 26 ORITEIT: EERSTE 1000 DAGEN a DE EERSTE DUIZEND DAGEN Re VP IN GAASPERDAM | ek In het Geboorte-café hangt de geur van ‘Coachen in het jonge moederschap,’ noemt f ed ke - babyolie, en terwijl de meeste baby's lekker Rachel de ondersteuning die het Ouder- en & PN Y liggen te doezelen na de babymassage, Kindteam Gaasperdam biedt. Het wekelijkse Ee an S_ vliegen de vragen en ervaringen van de Geboortecafé, een initiatief van het , p , sr jonge ouders over tafel: doet de borst- Geboorte Collectief en SAG Jeugdgezond- ee, [a " RE an voeding bij jou ook zo'n pijn? Mijn baby bleef heidszorg, is een van de vele manieren waar k _ 1e maar huilen vannacht! Hoe word ik ooit weer dat gebeurt. Er is ook een wekelijkse inloop nnn dn fit na de bevalling? Ondertussen helpt voor moeders, een spelinloop voor peuters me * „ # vrijwilligster Ann een vader met het en een beweegcursus voor pas bevallen an al aankleden van zijn dochtertje en bekijkt moeders. Twijfels durven delen, elkaar se PA jeugdverpleegkundige Rachel nog even een advies geven, er snel bij zijn bij kleine f / 5 k vlekje op het hoofd van een van de baby's problemen, en meteen doorverwijzen bij 5 * a” en checkt ze samen met een moeder van grotere problemen. Het aanbod is divers, de E é Pe een tweeling de groeicurve. gezichten vertrouwd. Een succesvol recept 4 voor baby's en peuters om de eerste rn duizend dagen zo goed mogelijk door te | ha gea komen. UIT DE PRAKTI 27 3 Amsterdam eel Gezonde leefstijl: Kansrijke Start Gezonde leefstijl: Gezond gewicht De eerste 1000 dagen (-9 maanden tot 2 jaar) van een kind zijn In Amsterdam heeft een op de vijf kinderen en jongeren cruciaal voor een goede start. Het landelijke Actieprogramma overgewicht of obesitas. Dit heeft ernstige gevolgen voor hun Kansrijke Start richt zich op een gezonde, kansrijke en veilige start gezondheid op korte en lange termijn. Daarom zet het pro- voor alle (ongeboren) kinderen. gramma Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht in op het voorkomen en terugdringen van overgewicht bij kinderen. We nemen in Amsterdam deel aan een lokale coalitie Gezonde en Jeugdgezondheidszorg draagt hier samen met anderen aan bij. Kansrijke Start. Zie ook bij zorgcontinuïteit. ONDERSTEUNINGSPROGRAMMA VOORZORG & y + 7 K ® 100 md \ (aanstaande) moeders ‘ ‚ zijn begeleid < / O \ „ 34 moeders hebben tot nadat hun kind twee was begeleiding gekregen Er is intensiever samengewerkt met het kernteam Jonge Kind van het Ouder- en Kindteam In het kader van kansrijke start voerden we in 2019 een pilot ontwikkelingsstimulering uit met inzet van de interventie ‘Kortdurende Video Home Training’ tijdens huisbezoeken door een jeugdverpleegkundige en logopediste. 28 JAARRAPPORTAGE 2019 Ouder- en Kindteams WOI DAA
Onderzoeksrapport
29
train
x Gemeente Amsterdam BWK % Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, x Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 16 oktober 2013 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Tijd 13.30 uur tot 17.00 uur en zonodig vanaf 19.30 uur tot 22.30 uur Locatie Rooszaal 0239, Stadhuis Procedureel gedeelte van 13.30 uur tot 13.45 uur 1 __ Opening procedureel gedeelte e De spreektijd voor de middag is 3,5 uur. 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergaderingen van de Raadscommissie BWK d.d. 18 september 2013 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieBWK@raadsgriffie. amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 16 oktober 2013 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren. 6 _Tkn-lijst Inhoudelijk gedeelte van 13.45 uur 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Zeehaven en Westpoort 11 Oplossingsrichting BEVI (Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen)-sanering Oiltanking Amsterdam Nr. BD2013-010472 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissielid Van Raan (PvdD) e Was Tkn 1 in de raadscommissie BWK, d.d. 28 augustus 2013 e _ Stukken reeds in uw bezit e _ Uitgesteld in de commissievergadering, d.d. 18 september 2013 Openbare Ruimte en Groen 12 Schriftelijke reactie wethouder Ossel naar aanleiding van toezegging over de leefbaarheidsindex 2010-2012 d.d. 10 april 2013 Nr. BD2013-010137 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 16 oktober 2013 13 Activering Stadsparken Nr. BD2013-010468 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van commissieleden Combrink (GrLi), Capel (D66) en Van Raan (PvdD) e Was Tkn 4 in de raadscommissie BWK, d.d. 18 september 2013 Klimaat en Energie 14 Routekaart Gemeentelijke Organisatie CO2-neutraal Nr. BD2013-010467 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van commissieleden Combrink (GrlLi) e Was Tkn 3 in de raadscommissie BWK, d.d. 18 september 2013 Ruimtelijke Ordening 15 Vaststellen van het bestemmingsplan Oosterdok west Nr. BD2013-004344 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). 16 Vaststellen van het bestemmingsplan Herinrichting De Ruijterkade- Westertoegang Nr. BD2013-008358 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). 17 Vaststellen van het bestemmingsplan Speelboot Nr. BD2013-008115 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). 18 Instemmen met de afwijking van de geldende structuurvisie op het ontwerp bestemmingsplan Ouderkerkerdijk 174 (stadsdeel Oost) Nr. BD2013-008875 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). 3 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid Agenda, woensdag 16 oktober 2013 19 Varianten vervolgtraject watergang Wim Noordhoekkade Nr. BD2013-010182 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 20 Vaststellen vereenvoudigd welstandskader RI-Oost Zeeburgereiland Nr. BD2013- 005793 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). Grondzaken 21 Vaststellen specifieke criteria voor de pijler Stedelijke Ontwikkeling en Bereikbaarheid van het Amsterdams InvesteringsFonds Nr. BD2013-008249 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 6 november 2013). 22 Vaststellen rapportage gerealiseerde grondprijzen 2010 en bestuurlijke reactie op motie 763 inzake gerealiseerde grondprijzen ingediend bij begrotingsbehandeling 2013 Nr. BD2013-010471 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Stukken reeds in uw bezit e _ Uitgesteld in de raadscommissie BWK d.d. 28 augustus 2013 en 18 september 2013. 23 Initiatiefvoorstel van de PvdD getiteld: De bij- en vlindervriendelijke stad Nr. BD2013-010838 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van Lammeren (PvdD) Voorstel is om dit initiatiefvoorstel te behandelen na agendapunt 13 BESLOTEN DEEL 4
Agenda
4
train
2020 icn olKOL9 LLN wijkaao onse 1 Inleiding 3 2 Taken en werkwijze 5 3 Speerpunten 9 3.1 Speerpunt |. Publiek en privaat in het onderwijs 9 3.2 Speerpunt Il. Onderwijs en technologie 10 3.3 Speerpunt III. Differentiatie en selectie 10 3.4 Speerpunt IV. Artikel 23 Grondwet: onderwijs als aanhoudende overheidszorg 11 4 Werkprogramma 2020 13 41 Adviezen en een verkenning op aanvraag van de regering 13 4.2 Verkenning op aanvraag van de Tweede Kamer 15 4.3 Verkenningen uit eigen beweging 15 44 Wetsadviezen 16 Bijlage 1: 18 Overzicht raadsleden per 1 september 2019 Bijlage 2: 18 Overzicht medewerkers bureau per 1 september 2019 De Onderwijsraad adviseert over hoofdlijnen van beleid en wetgeving op het gebied van het onderwijs. Sinds zijn oprichting in 1919 is advisering over onderwerpen die gerelateerd zijn aan het grondwetsartikel over onderwijs (artikel 23) een kenmerkende activiteit van de raad. Hij neemt een onafhankelijke positie in zowel ten opzichte van het ministerie van OCW (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) als ten opzichte van het onderwijsveld. Dit werkprogramma geeft een overzicht van de adviezen die in 2020 te verwachten zijn. Als strategisch adviesorgaan streeft de Onderwijsraad ernaar de kwaliteit van de publieke besluitvorming over onderwijs te bevorderen. Daarbij richt hij zich op het beleid van de bewindslieden van het ministerie van OCW en van andere departementen en overheids- instanties, en ook op wat er in en rond onderwijsinstellingen gebeurt. Als onafhankelijk adviesorgaan met een wettelijk verankerde positie beoogt de raad een bijdrage te leveren aan de verbinding tussen overheid en samenleving. De raad wil een kritische gespreks- partner zijn van de Rijksoverheid én van het onderwijsveld. De raad initieert daartoe bijvoorbeeld dialogen en bijeenkomsten over belangrijke en actuele thema's. In 2019 is een nieuwe raadsperiode ingegaan. Van de huidige tien raadsleden zijn er zeven die in 2019 voor het eerst zitting hebben in de Onderwijsraad. Het Werkprogramma 2020 is het eerste werkprogramma van de nieuw samengestelde raad. Dit werkprogramma geeft eerst een nadere toelichting op de taken en werkwijze van de Onderwijsraad (hoofdstuk 2). Vervolgens beschrijft hoofdstuk 3 vier speerpunten die de komende jaren richting geven aan de advisering. In hoofdstuk 4 vindt u de voorziene adviesonderwerpen voor het jaar 2020. Het Werkprogramma 2020 is opgesteld mede op basis van gesprekken met de bewindslieden van OCW, de Tweede Kamer en een groot aantal betrokkenen in het onderwijsveld. Het werkprogramma omvat adviesvragen namens de regering, een vraag om een verkenning namens de Tweede Kamer en voornemens tot het schrijven van verkenningen uit eigen beweging. 3 Ko en “ REEN N Ne Ek Bh gi E de MONDEN FE LN Pd E ee en ii ih Ht jn WL pt en ' En Rt : | 4 at DSE NN Nige. kt N “ Ei Nl Ae A ad ON et k sb NIR ENEEE DA RD ts Aha Red it NEMA Ne B Ae 55 EN ENE AMRO OAD AE 10 & : À Tg VTA MARA gs 5 ii TE. A EE iN tl vak Hekel arg et Nerf ese € 2 ke ESRA ENSOR ed dd K é : Bini ad AG IN ER et vaer mn _ BE AR ANS Ni AE REE ' f KEE KA PRE clade Cos 0 ° ks DU PS NA ik Í nk LE Ke ld ká « : # / 4 Nd hl 1 ST, EL EK dn hank - he > u d B “ as: dj # Ek Ld 1 N d l A Î , Se, -_ U g mj k 1 r . Pe an HAA Ë mee | 3 ge | mil | Á al A k Ee P_ £ Pé Pl « PP D p Ed P pe d nen r De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviesorgaan van regering en parlement. De Kroon benoemt, op voordracht van de minister(s) verbonden aan het departement van OCW, de raadsleden voor een periode van vier jaar. Zij kunnen twee keer worden herbenoemd. De raadsleden worden voorgedragen op basis van een gezaghebbende positie in relevante wetenschappelijke disciplines, in sectoren van het onderwijs, in openbaar bestuur of in maatschappelijke organisaties. De raad bestaat uit tien leden (zie bijlage 1). Taken De raad adviseert gevraagd en ongevraagd de regering, in het bijzonder de bewindslieden van OCW. Ook de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal kunnen vragen om advies. Gemeenten kunnen in speciale gevallen van lokaal onderwijsbeleid (huisvesting van scholen in relatie tot de vrijheid van richting en de vrijheid van inrichting) een beroep doen op de raad. Indien er verschil van inzicht bestaat tussen de ministers van OCW en de Provinciale Staten van Friesland over de kerndoelen Fries, wordt de Onderwijsraad om advies gevraagd. Strategisch advies voor onderwijs De raad ontwikkelt zijn gedachtegoed op basis van wetenschappelijke inzichten en in directe interactie met leerlingen, studenten, ouders, leraren en andere onderwijsprofessionals, schoolleiders, onderwijsbestuurders en -toezichthouders en diverse andere betrokkenen bij onderwijs. De Onderwijsraad onderscheidt advisering op de korte en de langere termijn. , _Beleidsadvisering op de korte termijn. De raad adviseert over al ontwikkelde beleidsvoor- nemens die zijn neergelegd in beleidsnota’s en in ontwerpen van wet- en regelgeving. Afhankelijk van de vraag en de context kunnen de omvang en diepgang van deze reactieve adviezen variëren. Zowel een briefadvies als een uitgebreidere publicatie zijn mogelijk. Ook briefings of adviesgesprekken kunnen onderdeel van de advisering uitmaken. 5 e Beleidsadvisering op de (middel)lange termijn. De raad adviseert over complexe vraag- stukken waarover nog weinig of geen concrete beleidsvoornemens zijn. Beleidsontwik- kelende adviezen zijn gericht op het verkennen van nieuwe opties en bevatten aanbeve- lingen vanuit een meerjarenperspectief ten aanzien van onderwijsbeleid en -sturing, de werking van het onderwijsstelsel en/of de onderwijspraktijk. De verkenningen signaleren maatschappelijke ontwikkelingen en trends die van belang zijn voor de rol, de inrichting en het functioneren van het onderwijs. Ten behoeve van zijn beleidsadvisering op de (middel)lange termijn kan de raad opdracht geven voor studies (onderzoek, analyses of essays). Ook organiseert hij bijeenkomsten en overleggen met het onderwijsveld en belanghebbenden zoals panelgesprekken, consultatiebijeenkomsten, focusgroepen, dialogen en raadplegingen via internet. Verkenningen en studies worden, evenals adviezen, als publicatie uitgebracht en zijn via de website van de Onderwijsraad te raadplegen. Soms krijgen adviezen de vorm van een presentatie aan bijvoorbeeld de Tweede Kamer, waarna een brochure of verslag op de website wordt geplaatst. Voor- en doorwerking De Onderwijsraad ontwikkelt activiteiten ten behoeve van de voor- en doorwerking van zijn advisering. In het kader van voorwerking brengt de raad probleemafbakeningen en definities, denk- en analysekaders of eerste bevindingen over het voetlicht, om de discussie en verdere doordenking op gang te brengen voorafgaand aan zijn advies. Bij doorwerking gaat het de raad om het toelichten, verhelderen, concretiseren en verder (laten) uitwerken van raadsadviezen en -verkenningen. Met zijn doorwerkingsactiviteiten heeft de raad een aantal doelen, zoals: problemen verhelderen en verrijken; agenderen en conceptualiseren; aanjagen van het maatschappelijk debat over onderwijs; concrete vertaling in besluitvorming en beleid; bestendiging van staand beleid; en duurzame verankering in de onderwijspraktijk. Voorbeelden van voor- en doorwerkingsactiviteiten zijn: e organiseren van discussiebijeenkomsten, symposia, conferenties en studiebijeenkomsten en/of hieraan bijdragen met bijvoorbeeld interactieve lezingen of presentaties, en deelname aan panels en ronde tafels; en e publicaties en uitingen in (social) media en vakpers, en via eigen verspreiding en verzending. Afhankelijk van het domein van advisering, richt de raad zich bij de voor- en doorwerkingsactiviteiten op onderwijsprofessionals, onderzoekers, onderwijsbestuurders en -beleidsmakers, de onderwijspolitieke gemeenschap, en burgers (ouders) en maatschappelijke groeperingen. Werkwijze De advisering van de raad strekt zich uit over de volle breedte van het onderwijs: van voorschoolse voorzieningen en basisschool tot universiteit en permanente educatie. Het gaat erom te kijken welke bijdrage onderwijs, binnen of buiten onderwijsinstellingen, kan leveren aan de ontwikkeling van individu en samenleving. De raad neemt daarbij steeds de verdeling van verantwoordelijkheden in ogenschouw. Welke rol dient de overheid te spelen? Welke rol kunnen scholen en leraren vervullen? Waar zijn organisaties en professionals uit andere sectoren in beeld? Wat behoort tot het domein van ouders en leerlingen? Voorbereiding van adviezen De adviezen van de raad kenmerken zich door een stevige wetenschappelijke basis in combinatie met praktijkgerichtheid. Ook internationale ontwikkelingen en historische context worden meegenomen. De raad hecht aan een afgewogen oordeelsvorming op grond van eigen inzichten en praktijkervaring en op basis van empirisch onderzoek, gevalsstudies, beleidsbrieven, literatuuroverzichten en gesprekken met uiteenlopende deskundigen, belangstellenden en belanghebbenden. De voorbereidende werkzaamheden voor de adviezen vinden plaats in door de raad ingestelde commissies van raadsleden. Raadsleden zijn afkomstig uit alle sectoren van het onderwijs of hebben daarmee een bijzondere band. Verschillende 6 levensbeschouwingen en opvattingen zijn vertegenwoordigd, evenals verschillende wetenschappelijke disciplines, met name onderwijskunde, onderwijssociologie, psychologie, bestuurskunde en onderwijsrecht. De Onderwijsraad benut bij de voorbereiding van zijn adviezen de kennis en expertise van andere adviesorganen, planbureaus en de wetenschap. Waar dat mogelijk en zinvol is wordt samengewerkt, wat kan leiden tot adviezen die namens twee of meer raden worden uitgebracht. De raad brengt op verzoek van andere adviesraden expertise in ten behoeve van hun adviezen. Als “founding member” van EUNEG, het internationaal verband van onderwijsraden, wisselt de raad ook kennis en expertise uit met andere onderwijsraden in Europa en daarbuiten. 7 ra Al Te EE . E | S Ì B am JA | | | es … se 4 — ” t RE NK " WE be a Î S, lis À ed pn Í " "| ne per Gt BE n Ó rf \ & 5 “ | U % 4 d n les k | X s a pet | En Ln Sen 4 - WA ar” aj on M rz … | . : ek K; Ki Bier, pe e. Ed ee Ren (NMR RE \ __ ef Aa pn mm | ei if A O4 n De raad ziet voor de komende jaren de volgende zogenoemde speerpunten. Deze vier speerpunten zijn richtinggevend voor de programmering van de onderwerpen die in de jaarlijkse werkprogramma's worden uitgewerkt. 3.1 Speerpunt |. Publiek en privaat in het onderwijs Van oudsher zijn het publieke en het private in onderwijs nauw verweven. Zo mogen binnen het publiek gereguleerde en bekostigde bestel scholen worden opgericht vanuit particulier initiatief (vrijheid van stichting). Bijzondere scholen vallen daarbij onder private rechtspersonen met publieke bekostiging. Particulier onderwijs (niet-bekostigd onderwijs) is in Nederland altijd beperkt van omvang geweest, maar is de afgelopen decennia groeiende. Er komen steeds meer particuliere scholen voor primair en voortgezet onderwijs. Verder volgt een toenemend aantal volwassenen (inmiddels 19 procent van de Nederlandse bevolking tussen de 25 en 65 jaar) niet-bekostigd onderwijs. De groei hangt samen met de toegenomen aandacht voor permanente educatie. Daarnaast is het aantal particuliere instituten en bedrijven die extra onderwijstijd verzorgen in aanvulling op het reguliere onderwijsaanbod (ook wel schaduwonderwijs genoemd), exponentieel gegroeid. Het gaat hierbij om huiswerkbegeleiding, ondersteuning bij bepaalde vakken of speciale leer- en ontwikkelbehoeften, examentraining en begeleiding bij het schrijven van papers en scripties. En ook op andere manieren zijn publiek en privaat in het onderwijs met elkaar verbonden. Zo zijn bedrijven en internationale partijen actief met het ondersteunen van specifieke initiatieven. In het beroepsonderwijs zijn onderzoek en onderwijs verbonden binnen centra waarin bedrijven samenwerken met onderwijsaanbieders. Het doel van bedrijven kan zijn om praktijken te verbeteren en nieuwe producten te ontwikkelen, terwijl studenten nieuwe dingen willen leren die goed aansluiten op wat de arbeidsmarkt vraagt. 9 De verwevenheid tussen publiek en privaat roept ook vragen op. Wie is eigenaar van door studenten met privaat geld ontwikkelde producten? Wie bepaalt het curriculum? Hoe wordt er getoetst en wat is de waarde van een diploma? De particuliere initiatieven en de vele publiek-private verbindingen en mengvormen worden geregeld via arrangementen als bekostigen, privatiseren, contracteren en certificeren. Vaak hebben deze arrangementen als doel de kwaliteit, vernieuwing, pluriformiteit en doelmatigheid van onderwijs te vergroten. Vercommercialisering van het onderwijs kan een effect zijn. Dit speerpunt van de Onderwijsraad omvat publieke en private elementen bij onderwijsbeleid, bij bekostiging, bij besturen van onderwijs, bij de kennis- en ontwikkelinfrastructuur, en bij het onderwijsaanbod. De raad richt zich binnen dit speerpunt op de gevolgen van publiek- private verwevenheid voor de toegankelijkheid, de kwaliteit en de doelmatigheid van het onderwijs. Ook zal de raad bestuderen hoe publiek-private verwevenheid de pluriformiteit van het onderwijsbestel beïnvloedt en wat dit betekent voor de keuzevrijheid van leerlingen en studenten en hun ouders. Daarnaast zal er aandacht zijn voor de effecten van publiek-private verwevenheid op de sociale cohesie in onderwijs en samenleving. 3.2 Speerpunt Il. Onderwijs en technologie Onze samenleving kenmerkt zich door zeer snelle technologische veranderingen. Deze veranderingen raken samenleving, arbeidsmarkt en ook het onderwijs. Technologische innovaties, zeker op het gebied van artificiële intelligentie, bieden kansen om machines te gebruiken bij maatschappelijke uitdagingen als het klimaatprobleem, cybersecurity en de energietransitie. Nederlandse bedrijven maken op grote schaal gebruik van nieuwe technologie en Nederland is één van de meest gedigitaliseerde economieën van de wereld. Van het onderwijs wordt verwacht dat leerlingen, studenten en werk- nemers worden voorbereid op een arbeidsmarkt die steeds om nieuwe kennis en vaardigheden vraagt. Ook het onderwijs zelf verandert door de technologische ontwikkelingen. Er ontstaan steeds nieuwe manieren waarop mensen informatie bestuderen, presenteren en delen, met elkaar communiceren, oefenen, feedback ontvangen en hun leren reguleren. Recente studies laten zien dat ondanks alle beloftes de verwachte positieve effecten van technologie in het onderwijs tegenvallen. Dat komt bijvoorbeeld doordat ict nog onvoldoende doordacht is ingebed in de visie van scholen en onderwijsinstellingen, in het onderwijsconcept, in het curriculum en in de organisatie van de school of onderwijsinstelling. Er is naast meer onderzoek ook een antwoord nodig op de vraag hoe succesvol gebruik van technologie in het onderwijs gestimuleerd kan worden door landelijk beleid en een goede verantwoordingssystematiek. In de context van technologisering en onderwijs moet ook nagedacht worden over fundamentele vragen over de rol en aard van de school, de functie van onderwijs en de functie van de leraar. Ook is het van belang dat er aandacht komt voor de ethiek van technologie in het onderwijs. Want innoveren gaat niet alleen om technologische innovatie, maar ook om de vraag hoe we onze samenleving willen inrichten. Daar komen onder meer vraagstukken omtrent privacy en vrijheid bij kijken. Maar ook: hoe leer je leerlingen een onderscheid te maken tussen feitelijkheden, waarheid en ‘fake news’? Wat maakt mensen uniek in een technologische, digitale samenleving en wat vraagt dat van, bijvoorbeeld, burgerschapsonderwijs? Welke gevolgen brengt artificiële intelligentie met zich mee voor gelijke kansen in het onderwijs en de sociale samenhang in de maatschappij? 3.3. Speerpunt Ill. Differentiatie en selectie De differentiatie in het huidige stelsel is zo ver doorgeschoten dat van goede toegankelijkheid, gelijke kansen en een bijdrage van het onderwijs aan sociale cohesie onvoldoende sprake meer is. De raad wees hier al op in zijn publicatie Doorgeschoten differentiatie in het onderwijsstelsel (2019). De toegenomen differentiatie versterkt de tendens van sociale segmentering en verkleint de mogelijkheden van het onderwijs om bij te dragen aan sociale samenhang in de maatschappij. Bijvoorbeeld: hoewel bijna driekwart van alle leerlingen in het voortgezet onderwijs is ingeschreven aan 10 een brede scholengemeenschap waar alle schoolsoorten zijn vertegenwoordigd, blijkt het overgrote deel van die scholengemeenschappen de verschillende schoolsoorten aan te bieden op aparte locaties. Hierdoor komen kinderen van verschillende sociale achtergronden elkaar nauwelijks tegen op school. Nog geen kwart van de leerlingen op brede scholengemeenschappen zit op een locatie met alle schoolsoorten bij elkaar. Daarnaast zet de differentiatie de toegankelijkheid van en doorstroom binnen het onderwijs onder druk, waardoor sommige groepen leerlingen en studenten minder kansen krijgen in het onderwijs. Toegenomen differentiatie in combinatie met vroege selectie zorgt ervoor dat het opleidingsniveau van ouders meer bepalend wordt voor het niveau dat leerlingen in het onderwijs behalen en de maatschappelijke functies die zij later krijgen. Ook wordt het Nederlandse stelsel niet langer gekenmerkt door ruime doorstroom- en stapelmogelijkheden. De mogelijkheden om soepel door te stromen naar hogere schoolsoorten zijn afgenomen. Voor het goed functioneren van selectie en doorstroom in het onderwijsstelsel is het noodzakelijk dat er duidelijke ijkpunten zijn in de vorm van gestandaardiseerde toetsen en examens. Ook die ijkpunten — zoals bijvoorbeeld de eindtoets basisonderwijs — staan onder druk. De raad vindt de tijd rijp om het stelsel goed te doordenken en zo nodig aanpassingen door te voeren die het toekomstbestendig maken. Onderwerpen die binnen dit speerpunt aan de orde komen zijn: differentiatie en selectie (wanneer en hoe); kansengelijkheid; de houdbaarheid van verschillende schooltypen; op- en doorstroom; toetsen, examinering en diplomering; en permanente educatie. 3.4. Speerpunt IV. Artikel 23 Grondwet: onderwijs als aanhoudende overheidszorg Al ruim 100 jaar waarborgt artikel 23 van de Grondwet dat er in Nederland vrijheid van onderwijs is en dat de overheid zorg draagt voor het onderwijs. Maar wat betekent zorg dragen voor het onderwijs in deze tijd? Welke betekenis heeft artikel 23 in de huidige samenleving? Het artikel draagt de overheid aan de ene kant op om dingen te doen (zoals zorg dragen voor goed onderwijs) en aan de andere kant om dingen te laten (zoals te veel ingrijpen in het inhoudelijk reilen en zeilen van een school). De overheidsverantwoordelijkheid wordt inmiddels gezien als een stelselverantwoordelijkheid: een verantwoordelijkheid voor ‘het stelsel’, maar ook — in bredere zin — systeemverantwoordelijkheid, een verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van het onderwijs op systeemniveau. De formulering van het artikel is zodanig dat deze zorg zich uitstrekt over het hele stelsel van gereguleerde onderwijsvoorzieningen. Maar waar ligt de balans en hoe kan deze zorg worden bewaakt? Daarnaast speelt het aspect deugdelijkheid een rol. Het begrip basiskwaliteit is daarbij van belang. Maar wat betekent die (basis)kwaliteit precies? Hoe ver reikt de verantwoordelijkheid van de overheid en de inspectie wanneer het om meer gaat dan alleen basiskwaliteit? Wat betekent dit in het kader van het inspectietoezicht? Waarop moet worden toegezien vanuit de deugdelijkheidseisen? Hoever reiken de vrijheden van richting en inrichting? Dit speerpunt richt zich binnen de verhouding tussen overheidszorg en de vrijheid om onderwijs te (doen) geven, met name op de invulling van die overheidszorg. 1 il 5 P: | | ge) * nn | AR d | k AR | Jem , N An é En N é ; Se ’ __\ t k - ij me | | R je men mm hi | SS emmen le, eem 41. Adviezen en een verkenning op aanvraag van de regering Passend onderwijs Il Context: Meer maatwerk voor leerlingen met een ondersteuningsbehoetfte. De Wet passend onderwijs is op 1 augustus 2014 ingegaan. Een belangrijk doel van passend onderwijs is het leveren van meer maatwerk in de begeleiding van leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Andere doelen zijn grotere oudertevredenheid over de ondersteuning en de plaatsing van hun kind, daling van het aantal leerlingen dat gebruikmaakt van aparte onderwijsvoorzieningen, afname van bureaucratie en beheersbaarheid van het budget voor ondersteuningsmiddelen. Deze algemene doelen worden geëvalueerd in het evaluatieonderzoek passend onderwijs van het NRO (Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek). De betere slaagkans van leerlingen met een ondersteuningsbehoefte in het vervolgonderwijs, op de arbeidsmarkt en in de maatschappij is daar als doel aan toegevoegd. Het onderzoek loopt van 2015 tot 2020. Op verzoek van het ministerie van OCW adviseert de Onderwijsraad gedurende de looptijd van het evaluatieonderzoek over de implementatie van passend onderwijs. Het betreft een specifiek toegewezen adviestaak van de raad, naast de gebruikelijke gevraagde advise- ring. Daarbij maakt de raad gebruik van de uitkomsten van het NRO-onderzoek en van an- dere (onderzoeks)gegevens. De raad heeft zijn eerste advies binnen deze taak uitgebracht in 2016 (Passend onderwijs). Daarin heeft de raad aandachtspunten meegegeven voor de verdere ontwikkeling van passend onderwijs. Hij wees onder andere op de ontoereikende informatie op leerlingniveau, het ontbreken van een dekkend ondersteuningsaanbod en de beperkte betrokkenheid van de onderwijspraktijk bij de uitvoering van passend onderwijs. De raad bracht zijn advies in 2018 nogmaals onder de aandacht in een brief aan de minis- ter van OCW. In deze brief blikte de raad terug op de thema’s thuiszitters, kansenonge- lijkheid en governance van de samenwerkingsverbanden en legde daarbij een relatie met recente ontwikkelingen en nieuw onderzoek. 13 Ter afsluiting van de evaluatie passend onderwijs en als afronding van zijn taak hierbij, zal de raad in het voorjaar van 2020 een strategisch advies voor de lange termijn uitbrengen over hoe optimaal tegemoet kan worden gekomen aan leerlingen met speciale leer- en ontwikkelbehoeften. Daarbij zal hij in het bijzonder aandacht hebben voor speciaal en inclusief onderwijs vanuit historisch en internationaal perspectief. Onderwijs besturen: een gedeelde verantwoordelijkheid Context: De gedeelde verantwoordelijkheid voor onderwijs en de brede maatschappelijke opdracht van het onderwijs vragen om een doordenking van de besturing van onderwijs. Als publieke voorziening heeft het onderwijs een brede maatschappelijk opdracht. Onderwijs heeft een opdracht voor (gelijke) kansen voor individuen om zich te scholen en te ontwikkelen, voor adequate scholing van de beroepsbevolking en voor een algehele bijdrage aan de kwaliteit en de sociale cohesie van de samenleving en de democratische rechtsstaat. De centrale overheid draagt zorg voor kwaliteit en toegankelijkheid, onder andere door deugdelijkheidseisen te stellen en toezicht te houden. De overheid heeft ook veel verantwoordelijkheid voor onderwijsbeleid bij onderwijsinstellingen zelf belegd. Schoolbesturen dragen de verantwoordelijkheid voor goed onderwijs binnen hun eigen organisatie. Er wordt van hen ook gevraagd een aantal bredere maatschappelijke opgaven op te pakken, zoals de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt, het tegengaan van onderwijsachterstanden en de gevolgen van krimp. Voor deze opgaven is samenwerking met andere partijen op lokaal, regionaal én landelijk niveau noodzakelijk. De (be)sturing van onderwijs wordt daarmee een gezamenlijke activiteit van diverse partijen. Dit vraagt om bestuurlijk vermogen bij onderwijsinstellingen, binnen regionale netwerken en bij overheden. Ook zijn heldere afspraken over verdeling van taken en verantwoordelijkheden nodig. Een deel van de onderwijsinstellingen heeft moeite met het stellen van ambitieuze doelen en het systematisch verbeteren en ontwikkelen van hun school of scholen! De raad heeft er eerder in zijn advies Decentraal onderwijsbeleid bij de tijd (2017) op gewezen dat de samenwerking tussen schoolbesturen en overheden niet altijd goed verloopt en dat er grote regionale verschillen zijn. Schaalverschillen tussen scholen en overheden dragen hieraan bij. Overheden en onderwijsinstellingen verschillen in grootte en bestuurlijk vermogen. Bovendien bedienen zij verschillende gebieden. Dit kan samenwerking en afstemming in onderwijsbeleid in de weg staan. Dit alles roept een aantal vragen op rondom het (be)sturen van onderwijs. Wat betekent het om onderwijs te (be)sturen? Waar wordt onderwijs gestuurd en bestuurd? Welke taken en verantwoordelijkheden hebben de diverse actoren? Om een antwoord te kunnen geven op deze vragen, brengt de raad in 2020 een verkenning uit over onderwijs besturen en vertrekt daarbij vanuit de volgende vraag. Waar, door wie en hoe wordt onderwijs bestuurd, en op welke manier en in hoeverre draagt deze (be)sturing bij aan het realiseren van de maatschappelijke opdracht van onderwijs’? Er zal worden gekeken naar verschillen tussen scholen en onderwijssectoren, maar ook naar andere (semi)publieke sectoren, zoals de zorg. Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek Context: In 2020 brengt de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een nieuw Hoger onderwijs- en onderzoekplan uit. De minister van OCW werkt aan een nieuwe Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek. Het betreft het vierjaarlijkse Hoger onderwijs- en onderzoekplan als bedoeld in artikel 2.3 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. In de agenda worden de hoofdlijnen van beleid en beleidsprioriteiten op het gebied van hoger onderwijs voor de komende jaren uiteengezet. De minister besteedt aandacht aan trends zoals internationalisering, digitalisering en een veranderende arbeidsmarkt, het toenemende belang van stad en regio, demografische krimp en een grotere etnische, linguïstische en culturele diversiteit. In de strategische agenda gaat het zowel om inhoudelijke vraagstukken 14 1 Zie onder andere de jaarverslagen van de Inspectie van het Onderwijs: 2013, 2014, 2018. als om sturingsvraagstukken. Inhoudelijke vraagstukken en dilemma’s die in de strategische agenda aan bod kunnen komen, betreffen onderwijskwaliteit, brede toegankelijkheid en studiesucces, een vaststaand curriculum versus een flexibel onderwijsaanbod en de mate van differentiatie in het stelsel van hoger onderwijs. Ook is er oog voor de verhouding tussen internationale positionering, het nationale belang en verbinding met de regio. Bij sturingsvraagstukken gaat het om de balans tussen de autonomie van instellingen voor hoger onderwijs en de stelselverantwoordelijkheid van de overheid, met oog voor het publieke belang van hoger onderwijs. De Onderwijsraad zal de minister over de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek adviseren nadat het ontwerp openbaar is geworden. Het advies van de raad is reactief en dient als input voor het parlementaire debat over de strategische agenda. 4.2. Verkenning op aanvraag van de Tweede Kamer Verschillen tussen jongens en meisjes in het onderwijs Context: In het onderwijs presteren meisjes over de gehele linie beter dan jongens en de oorzaak hiervan is onduidelijk. Enkele decennia geleden bereikten meisjes structureel een lager opleidingsniveau dan jongens. Nu hebben meisjes die achterstand ingehaald en presteren zij zelfs beter. Zo behalen meisjes voor een groot deel van de vakken hogere cijfers, blijven ze minder vaak zitten en zijn ze in de meerderheid op hogescholen en universiteiten, waar zij bovendien minder vaak uitvallen en vaker onvertraagd hun studie doorlopen. Dit verschijnsel doet zich niet alleen voor in Nederland, maar ook in andere Europese landen. Het is onduidelijk welke oorzaken ten grondslag liggen aan de verschillen. Zijn er oorzaken aan te wijzen in het onderwijsstelsel, in de wijze waarop er met jongens en meisjes wordt omgegaan op school? Of strekken de verschillen tussen meisjes en jongens zich sowieso uit tot bijvoorbeeld hun cognitieve ontwikkeling of hun houding ten aanzien van onderwijs? De raad wil zich in een verkenning niet alleen buigen over de verschillen tussen meisjes en jongens in het funderend onderwijs, en welke factoren binnen het onderwijs de verschillen kunnen verklaren. De raad kijkt ook naar hoe deze verschillen doorwerken in hun verdere loopbaan in het vervolgonderwijs en op de arbeidsmarkt daarna. Welke verschillen zijn er in profielkeuzes, in de keuze voor een vervolgopleiding, in doorstroom naar de arbeidsmarkt? Vertalen de betere onderwijsprestaties van meisjes zich ook in keuzes voor banen en in de maatschappelijke positie die zij daarmee innemen? De vraag of de verschillen tussen jongens en meisjes — en later mannen en vrouwen — als problematisch moeten worden geduid, en vanuit welk perspectief, wordt geadresseerd in deze verkenning. De raad onderzoekt ook wat dit alles betekent voor de onderwijspraktijk en voor het onderwijsbeleid van scholen, besturen en overheid. 4.3. Verkenningen uit eigen beweging Vrijheid van onderwijs Context: Er bestaat spanning tussen de vrijheid van onderwijs en de overheidszorg voor het onderwijs. De Onderwijsraad werkt uit eigen beweging aan een verkenning over de vrijheid van onderwijs. De raad beziet wat de betekenis van de vrijheid van onderwijs is voor de huidige samenleving. Eind 2019 komt de raad met een notitie waarin hij de discussies over de vrijheid van onderwijs ordent en identificeert welke vraagstukken aandacht vragen. In 2020 volgt een verkenning. Daarin presenteert de raad zijn bevindingen inzake de geïdentificeerde vraagstukken en trekt hij conclusies. De raad kijkt daarbij naar de spanning tussen vrijheid van onderwijs en overheidszorg voor het onderwijs, in het bijzonder wat betreft de relatie tussen vrijheid en onderwijskwaliteit en de relatie tussen vrijheid en toegankelijkheid. 15 Onderwijs naast het publiek bekostigd aanbod Context: De deelname aan particulier onderwijs (niet-publiek bekostigd onderwijs) maakt de afgelopen jaren een aanzienlijke groei door. Wat betekent dit voor het onderwijsaanbod, voor de toegankelijkheid, en voor gelijke kansen op goed onderwijs? Het particulier onderwijs (niet-publiek bekostigd onderwijs) groeit. In twee jaar tijd is het aantal leerlingen op particuliere scholen met een vijfde toegenomen? Volgden in 2014 nog zo’n 3.200 leerlingen onderwijs op een particuliere school, in 2016 was dat opgelopen tot meer dan 3.800. De nadruk ligt hierbij op het middelbaar onderwijs, maar particuliere basisscholen lijken een inhaalslag te maken. Tussen 2015 en 2017 van 456 tot 641, een groei van 41 procent? Ook het aantal particuliere instituten en bedrijven die extra onderwijs verzorgen in aanvulling op het reguliere onderwijsaanbod (ook wel schaduwonderwijs genoemd), is toegenomen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om huiswerkbegeleiding, ondersteuning bij bepaalde vakken of speciale leer- en ontwikkelbehoeften, examentrainingen en begeleiding bij het schrijven van papers en scripties. Een peiling onder ouders laat zien dat een aanzienlijk deel van de ouders die betalen voor bijles (zo’n 60 procent), vindt dat de school tekortschiet.“ Van deze ouders zijn met name hbo-opgeleide ouders kritisch op de kwaliteit van het (reguliere bekostigde) onderwijs. Zij vinden ook vaker dat hun kind geen bijles nodig gehad zou hebben als de school zelf meer aandacht had besteed aan hun kind. Particulier onderwijs wordt niet bekostigd door de overheid. Ouders en studenten betalen er zelf voor. Dit onderwijs is daarmee vooral bereikbaar voor ouders en studenten die over voldoende financiële armslag beschikken. Ook zijn er particuliere initiatieven actief binnen het publiek bekostigde onderwijs. Zo betalen sommige scholen zelf huiswerkinstituten die binnen of buiten de muren van de onderwijsinstelling werkzaam zijn, om deze dienst ook toegankelijk te maken voor kinderen van minder draagkrachtige ouders. Het komt ook voor dat ouders zelf een extra leerkracht bekostigen, die dan niet alleen voor hun eigen kinderen maar ook voor klasgenoten beschikbaar is. In deze verkenning uit eigen beweging wil de Onderwijsraad zich buigen over het particuliere onderwijsaanbod dat naast (en eventueel binnen) het publiek bekostigde onderwijs bestaat. In welk ‘gat’ springt het particulier onderwijs, hoe voorziet het in zaken die het publiek bekostigde onderwijs laat liggen? Waarom kiezen ouders en studenten voor particulier onderwijs? Hoe groot is hun bereidheid om zelf te investeren in onderwijs en waarom? Welke (financiële) mogelijkheden hebben zij hiervoor? In zijn verkenning kijkt de raad naar wat de deelname aan particulier en publiek onderwijs betekent voor het onderwijsaanbod, voor de toegankelijkheid ervan, en voor gelijke kansen op goed onderwijs. 4.4. Wetsadviezen Jaarlijks zijn er verschillende wetsvoorstellen waarop de Onderwijsraad gevraagd wordt te reageren. De raad overlegt met het ministerie over welke voorstellen zich lenen voor een advies. Welke wetsvoorstellen in 2020 aan de orde zullen komen, is nog niet geheel te voorzien, maar het betreft vermoedelijk de volgende onderwerpen: e _thuisonderwijs; e _curriculumherziening; e herziening bekostiging primair onderwijs. Gedurende het jaar kunnen hier onderwerpen aan toegevoegd worden. 2 Dat blijkt uit cijfers van de Dienst Uitvoering Onderwijs DUO) en de Inspectie van het Onderwijs. 3 Zie onder andere https://demonitor.kro-nerv.nl/artikelen/forse-groei-particulier-onderwijs. 16 4 _ Zie De Geus & Bisschop, Licht op schaduwonderwijs. # Á / | MS 7 & = AE 4 ” 1 … { | V EE bk j REE EN A, rn Ek DF anr! U > De ee 5 / 1 & ER Et et En „2 8 di de A Ó f BE ans IPS E | \ ast ie Ë BE 5 & R | E ° ee fj IJD ind En. Sent 6 3 As 4 er | PANEL À | Ep \ On Gd E ' h / y LEDE En ib 4 EE „ 8E ES 5 & |R | RT Rd PRK) 3 ra > f ras he mad | 5. ahd EN …< Es Ennn _… ws Ort DE 8e : ORE de = Bijlage 1 Bijlage 2 Overzicht raadsleden per 1 Overzicht medewerkers september 2019 bureau per 1 september 2019 Voorzitter Secretaris-directeur Mevrouw prof. dr. E.H. (Edith) Hooge: hoogleraar Mevrouw drs. M.P. (Mirjam) van Leeuwen-Verhaar onderwijsbestuur bij TIAS, Universiteit van Tilburg. Coördinerend raadsadviseur/ Leden plaatsvervangend secretaris De heer |. (lliass) El Hadioui MSc: stadssocioloog Mevrouw dr. J.K. (Karin) Westerbeek en onderwijsdenker, wetenschappelijk docent aan het Department of Psychology, Education Raadsadviseurs (staf) and Child Studies van de Erasmus Universiteit Mevrouw dr. M.E.J. (Mirjam) Bakker in Rotterdam. Mevrouw B.J. (Bregje) Beerman MSc Mevrouw dr. M.A.H. (Martine) Braaksma Mevrouw J. (Jasmijn) Hamakers-Kester MEM: De heer dr. H. (Hein) Broekkamp rector van het Vathorst College in Amersfoort. De heer mr. E. (Ebubekir) Gürler De heer mr. drs. M.G.F. (Frans) Hoogendijk De heer prof. dr. mr. P.W.A. (Pieter) Huisman: De heer dr. IJ. (IJsbrand) Jepma bijzonder hoogleraar onderwijsrecht aan de De heer mr. dr. R.M.H. (Raymond) Kubben Erasmus School of Law te Rotterdam, senior De heer dr. M.H.G. (Tyas) Prevoo adviseur bij Hobéon en onderzoeker/lid kenniskring De heer H. (Henk) den Uijl MA lectoraat Public Governance Haagse Hogeschool De heer dr. S.R. (Stijn) Verbeek (thema's goed bestuur en juridisering). Mevrouw P.M. (Pauline) Zuidema (stagiaire) De heer R. (René) Kneyber: docent wiskunde, Communicatie-adviseurs trainer, uitgever en publicist; lid van de raad van Mevrouw drs. F. (Fanny) Bod toezicht van schoolstichting Fluenta. Mevrouw F. (Fenna) Knops MSc De heer dr. C.J. (Cor) van Montfort: onderzoeker Algemene Zaken goed bestuur, kwaliteitszorg en lerend vermogen Mevrouw drs. M.E. (Maria) Gresnigt-Bakx in het onderwijs aan de VU Amsterdam en (directiesecretaris) research fellow publiek-private samenwerking voor Mevrouw J.M. (Marion) Niessen-van Kampen leefbare steden aan de Universiteit van Tilburg. (administratief medewerkster) Mevrouw E.J. (Erna) van der Pauw Mevrouw prof. dr. S.F. (Susan) te Pas: hoogleraar _(directiesecretaresse) cognitieve psychologie aan de Faculteit Sociale De heer drs. M. (Meile) Tamminga Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. (editor/webmaster/office-assistant) Mevrouw S. (Susanne) van der Wilk De heer drs. R. (Rob) Schuur (vicevoorzitter): (facilitair en administratief medewerkster) voorzitter van het college van bestuur van het regionaal opleidingencentrum Noorderpoort te Financiële Zaken Groningen. Mevrouw M. van Wandelen (financieel medewerker) Mevrouw prof. dr. M. (Monique) Volman: hoogleraar onderwijskunde aan de Universiteit van Amsterdam. De heer prof. dr. H.G. (Herman) van de Werfhorst: hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Secretaris Mevrouw drs. M.P. (Mirjam) van Leeuwen-Verhaar 18 Colofon De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, opgericht in 1919. De raad adviseert, gevraagd en ongevraagd, over hoofdlijnen van het beleid en de wetge- ving op het gebied van het onderwijs. Hij adviseert de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal kunnen de raad ook om advies vragen. Gemeenten kunnen in speciale gevallen van lokaal onderwijsbeleid een beroep doen op de Onderwijsraad. De raad gebruikt in zijn advisering verschillende (bijvoorbeeld onderwijskundige, economische en juridische) disciplinaire aspecten en verbindt deze met ontwikkel ingen in de praktijk van het onderwijs. Ook de internationale dimensie van educatie in Nederland heeft steeds de aandacht. De raad adviseert over een breed terrein van het onderwijs, dat wil zeggen van voorschoolse educatie tot aan postuniversitair onderwijs en bedrijfsopleidingen. De producten van de raad worden gepubliceerd in de vorm van adviezen, studies en verkenningen. Daarnaast initieert de raad seminars en websitediscussies over onderwerpen die van belang zijn voor het onderwijsbeleid. Werkprogramma 2020, uitgebracht aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media. Nr. 20190130/1182, september 2019 Uitgave van de Onderwijsraad, Den Haag, 2019 ISBN 978-946121-069-2 Bestellingen van publicaties Onderwijsraad Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE Den Haag email: [email protected] telefoon: (070) 310 00 00 of via de website: www.onderwijsraad.nl Ontwerp thonik Fotografie Edwin Walvisch © Onderwijsraad, Den Haag. Alle rechten voorbehouden. All right reserved Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE Den Haag www.onderwijsraad.nl [email protected] tel: +31 70 310 00 00
Onderzoeksrapport
20
train
2x Gemeente Bezoekadres Amsterdam Amstel 1011 PN Amsterdam > Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 amsterdam.nl Retouradres: postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad van Amsterdam Amstel 1 1011 PN Amsterdam Datum 21 juli 2023 Behandeld in Collegevergadering van 4 juli 2023 Kenmerk Behandeld door Isabelle van den Bouwhuijsen — programmanmanager mobiliteitsplan Zuidflank Bijlage Onderwerp Vaststelling mobiliteitsplannen Zuidflank Geachte gemeenteraadsleden, Op 4 juli jongstleden heeft het college van B&W het Mobiliteitsplan Zuidflank vastgesteld. Met deze brief wil ik v informeren over de wenselijkheid van het plan, de status van de in de plannen genoemde maatregelen en het verdere proces. Het mobiliteitsplan Zuidflank is het laatst vast te stellen mobiliteitsplan gekoppeld aan de grote ontwikkellocaties in Amsterdam. Gebiedsontwikkeling en mobiliteit In het kader van de Verstedelijkingsstrategie MRA hebben Rijk en Regio afgesproken om tot 2040 minimaal 250.000 woningen te bouwen. Een groot deel van deze woningbouw en groei van de werkgelegenheid moet worden opgevangen in Amsterdam. Het voorliggend mobiliteitsplan brengt in beeld welke maatregelen op het gebied van mobiliteit noodzakelijk en wenselijk zijn om deze grootschalige stedelijke gebiedsontwikkeling in en om Zuidas mogelijk te maken. Met vaststelling van het mobiliteitsplan staan richting en ambitie vast, ook ten aanzien van de openbare ruimte. Het integraal werken aan gebiedsontwikkeling en mobiliteit (bereikbaar én leefbaar) krijgt hiermee vorm, en is nodig voor het doorlopen van planologisch-juridische procedures. Programmatische aanpak De voorliggende maatregelen uit de mobiliteitsplannen worden niet perse op exact de voorgestelde wijze uitgevoerd. Na vaststelling van de plannen volgt — vergelijkbaar met de andere mobiliteitsplannen - een programmatische aanpak. Dat betekent dat de maatregelen als afzonderlijke projecten worden opgestart, de ontwikkelingen op het gebied van bereikbaarheid en woningbouwtempo worden gemonitord en de samenhang tussen de maatregelen en de ontwikkelingen in de omgeving wordt bewaakt. Door deze aanpak kan worden omgegaan met de onzekerheden (o.a. financiën, tempo gebiedsontwikkeling, corona-effect, ontwikkeling van het verkeer, etc.) die de lange-termijnplannen met zich meebrengen. Maatregelpakketten zijn hierdoor adaptief en kunnen nog wijzigen op basis van de laatste inzichten. Gemeente Amsterdam Datum 21juli 2023 Kenmerk Pagina 2van2 Financiële consequenties Met het vaststellen van het mobiliteitsplan wordt nu geen financieel besluit genomen over de maatregelen. Omdat de afzonderlijke maatregelen ieder het reguliere plan- en besluitvormingsproces (PBI/Plaberum) volgen, vindt besluitvorming over de precieze uitwerking van de afzonderlijke maatregelen en de benodigde investeringen en dekking daarvan op een later moment plaats. Wel is duidelijk dat de maatregelen vit het mobiliteitsplan een beslag leggen op de gemeentelijke financiën en deze ruimte er momenteel onvoldoende is. Dit betreft zowel de investeringsaanvragen als de structurele meerkosten (exploitatie, handhaving, beheer en onderhoud). Voor een deel van de projecten ook medefinanciering van de VRA wordt verwacht. Net zoals bij de gemeente staan ook daar de beschikbare middelen onder druk. Vervolg Op respectievelijk 6 en 7 september 2023 staat het mobiliteitsplan Zuidflank ter kennisname geagendeerd voor de commissies RO en MOW. Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, Met vriendelijke groet, (1 AF mn NN Melanie van der Horst Wethouder Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare ruimte en Groen, Water en Aanpak Noord
Brief
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 95 Ingekomen onder AV Ingekomen op woensdag 22 januari 2020 Behandeld op donderdag 23 januari 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Van Lammeren inzake de Agenda Autoluw (financiële gevolgen van autoluw op parkeergarages) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Autoluw ‘Amsterdam maakt ruimte’ (Gemeenteblad afd. 1, nr. 31). Overwegende dat: — Het plan Amsterdam autoluw het aantal auto's in de stad terugdringt Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De gevolgen van Amsterdam autoluw in kaart te brengen voor de huidige en nog te bouwen parkeergarages op verwachte bezetting (bezoekers en abonneehouders) en de daarbij behorende financiële effecten op o.a. de exploitatie en eventuele gevolgen voor de financieringskosten in beeld te brengen. Het lid van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
train
N Gemeente Amsterdam Gemeenteraad “ Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1376 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Ingetrokken “Onderwerp Amendement van het lid Veldhuyzen inzake de Begroting 2021 (Vrijval Culturele Middelen - Reddingsplan Kunst & Cultuur). “Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021 (Vrijval Culturele Middelen - Reddingsplan Kunst & Cultuur). Constaterende dat: - De culturele sector zwaar wordt geraakt door de corona-crisis; -__ Het college een aantal bezuinigingen doorvoert die verschillende delen van de culturele sector hard raken; -__Eríin het afgelopen decennium al flink is bezuinigd op de culturele sector. Overwegende dat: -__ Alle mogelijke hulp nodig is om de culturele sector te ondersteunen en de culturele infrastructuur zoveel mogelijk te behouden. Besluit: ee -__In de Begroting 2021 vast te leggen dat middelen voor Kunst en Cultuur ook bij een eventuele vrijval van middelen bestemd blijven voor Kunst en Cultuur, bijvoorbeeld door vrijgekomen middelen in te zetten voor het aanvullen van het budget voor de nieuwe regeling Ontwikkeling en de projectsubsidies voor professionele kunst van het AFK; - Bovenstaande wijzigingen door te voeren in de Begroting 2021. Het lid van de gemeenteraad J.A. Veldhuyzen 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 86 Datum akkoord college van b&w van 31 januari 2017 Publicatiedatum 31 januari 2017 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Boutkan van 6 april 2016 inzake de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden voor medewerkers van riviercruiseschepen die in Amsterdam afmeren. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Op 5 april 2016 berichtte Het Parool over de vakbond voor varend personeel Nautilus en de organisatie van Europese transportbonden ETF hebben in Amsterdam afgelopen maandag 4 april actie gevoerd bij de pieren van riviercruiseschepen. Er is voor de actie voor Amsterdam gekozen vanwege het belang van de stad als uitvalsbasis voor riviercruises. De stad is inderdaad steeds populairder aan het worden als opstapplaats voor passagiers voor riviercruiseschepen. Volgens de vakbond staan de lonen de laatste jaren onder druk en is de werkdruk steeds hoger aan het worden. Lange werkdagen en lange aaneengesloten periodes van diensten zijn normaal. De rederijen zouden zich onttrekken aan regels rondom arbeidswetgeving doordat ze van land naar land trekken. Bovendien zijn op een en dezelfde boot vaak meerdere werkgevers actief. Dat maakt de situatie voor werknemers en toezichthoudende instanties complex en ondoorzichtig. Blijkbaar spelen de rederijen handig in op de gaten die vallen tussen EU-regelgeving en afspraken van de landen langs de Rijn. Als bodem voor een salaris stellen de bonden dat na inhoudingen (zorgverzekering, kost en inwoning, enz.) medewerkers minimaal € 800,00 per maand moeten overhouden. De fractie van de PvdA Amsterdam vindt het niet wenselijk dat Amsterdam als grote riviercruiseport onderdeel is van dergelijke vormen van uitbuiting op riviercruiseschepen. Wij zien dit als een van de schaduwkanten van het toenemende toerisme en vinden dit een zeer ongewenste ontwikkeling. De stad zou met het toenemend toerisme geen plek moeten zijn voor bedrijven die werknemers exploiteren. Gezien het vorenstaande heeft het lid Boutkan, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met het artikel in Het Parool? Antwoord: Ja het college kent het artikel. 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam Neng de Gemeenteblad R Datum 31 januari 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 6 april 2016 2. Op welke manier beoordeelt het college de geschetste ontwikkeling van arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden voor medewerkers van riviercruiseschepen? Antwoord: Het college heeft deze ontwikkelingen vernomen uit de media. Uit navraag bij de vakbond voor varend personeel Nautilus blijkt dat er melding is gemaakt van de misstanden bij de Inspectie SZW, de Inspectie voor de Leefomgeving en Transport en Aquapol (Europese waterpolitie en Water toezichthouders). De Inspectie SZW is de overheidsinstantie die bevoegd is om op dergelijk misstanden te controleren. In het geval er inderdaad sprake is van misstanden bij rederijen, is het college van mening dat hiertegen opgetreden moet worden. Inspectie SZW heeft aangegeven dat als er een melding wordt gedaan, er een controle zal worden uitgevoerd. 3. Vindt het college het wenselijk dat bedrijven die gebruikmaken van de mazen in EU-regelgeving dergelijke arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden gebruikmaken van Amsterdam als riviercruisehaven? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Het college vindt het niet wenselijk dat bedrijven gebruik maken van mazen in de EU-regelgeving. Rederijen dienen de regelgeving van de landen die ze passeren te volgen, ook als het gaat om werktijden, vakantiedagen en minimumloon. Het college heeft geen informatie ontvangen dat er sprake is van het gebruiken van de mazen in de EU-regelgeving dat dit tot onwenselijke nadelige gevolgen voor werknemers in de riviercruisebranche leidt. In het geval er dergelijke signalen worden ontvangen zal de Inspectie SZW controles uitvoeren bij de riviercruises waarvan melding wordt gedaan. 4. Welke mogelijkheden ziet het college om deze situatie aan te pakken en bijvoorbeeld in gesprek te gaan met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en de inspectie SZW? Antwoord: Gelet op het antwoord bij vraag 2 en 3 heeft het college op dit moment geen (directe) aanleiding om met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en de Inspectie SZW in gesprek te gaan. Bij de voorjaarsnota 2016 heeft uw raad de motie ‘Goed werkgeverschap in de Amsterdamse toeristenbranche’ aangenomen. Deze motie vraagt onder meer om criteria voor goed werkgeverschap op te stellen met de vertegenwoordigers van werknemers- en werkgeversorganisaties en brancheorganisaties. Binnenkort wordt de commissie WE geïnformeerd over de wijze waarop deze motie zal worden uitgevoerd. De voorgestelde aanpak is om de verantwoordelijke landelijke instanties en regionale en lokale stakeholders bijeen te brengen en op deze wijze een Amsterdamse aanpak te ontwikkelen om misstanden inzake arbeidsomstandigheden meer structureel aan te kaarten en te voorkomen. Het college is voornemens de Inspectie SZW, de riviercruise en de vakbond Nautilus hierbij te betrekken. 2 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R weing de Gemeenteblad ummer - =: : Datum 31 januari 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 6 april 2016 5. Indien het college geen mogelijkheden ziet hier tegenop te treden, wat wil het college dan doen om misstanden op boten die in Amsterdam zijn afgemeerd tegen te gaan? Antwoord: Zie het antwoord op vraag 4. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1362 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 2 november 2016 Ingekomen in brede commissie Begroting Te behandelen op 9/10 november 2016 Onderwerp Amendement van de leden Roosma en Blom inzake de Begroting 2017 (investeren in de jeugdzorg). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Overwegende dat: — Er wachtlijsten zijn voor jeugdzorg in Amsterdam en die wachtlijsten groeien. — Sommige instellingen voor jeugdzorg al een patiëntenstop hebben. — Instellingen aangeven dat zij nu al door hun budget voor 2016 heen zijn — De vraag naar jeugdzorg toeneemt. — De gemeente onlangs 4.5 miljoen euro extra heeft toegekend aan instellingen voor jeugdzorg vanwege de tekorten bij instellingen. — Deze 4.5 miljoen euro uit het Fonds Zorg en Werk is gedekt, dat volgend jaar niet meer bestaat. — De tekorten in de jeugdzorg structureel lijken te zijn. Het wenselijk is dat de gemeente structureel investeert in Jeugdzorg. — Erin het coalitieakkoord 40 miljoen euro structureel vrij is gemaakt voor onderwijs, maar geen middelen zijn vrij gemaakt voor jeugdzorg. Besluit: 2,5 miljoen euro structureel over te hevelen van het Programmaonderdeel ‘Onderwijs en voorschoolse educatie! (uit de extra inzet gefinancierd uit de oorspronkelijke coalitiemiddelen) naar het Programmaonderdeel ‘Jeugd en jeugdzorg’, ten bate van jeugdhulp door instellingen. De leden van de gemeenteraad F. Roosma S.R.H, Blom 4
Motie
1
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1021 Publicatiedatum 9 oktober 2015 Ingekomen op 7 oktober 2015 Ingekomen in raadscommissie WE Te behandelen op 4/5 november 2015 Onderwerp Motie van het lid Poot inzake de Begroting 2016 (onderzoek tevredenheid werkgevers Participatie-instrumentarium). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2016; Constaterende dat: — Amsterdam verscheidene instrumenten ten behoeve van werkgevers inzet om mensen zoveel mogelijk bij een werkgever aan het werk te krijgen; — de Participatiewet ruimte biedt voor instrumenten zoals onder meer loonkostensubsidie, jobcoaches, mobiliteitsbonus, no-risk polis en leerstages. Overwegende dat: — werkgevers een cruciale rol vervullen in de uitvoering van de Participatiewet om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te krijgen; — werkgevers daarbij gebruik kunnen maken van het instrumentarium van de gemeente; — de effectiviteit en tevredenheid van werkgevers over deze instrumenten van groot belang is bij het daadwerkelijk activeren van mensen voor de arbeidsmarkt; — de gemeente op dit moment geen systematisch onderzoek verricht naar de waardering en tevredenheid van werkgevers omtrent het gemeentelijk instrumentarium en beleid ten aanzien van het aan het werk helpen van mensen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — bijde eerstvolgende evaluatie van de Participatiewet een representatief onderzoek te verrichten onder Amsterdamse werkgevers over de bekendheid met en tevredenheid over het instrumentarium dat Amsterdam inzet om mensen aan het werk te helpen; — daarbij ook ruimte te bieden voor suggesties en aanvullingen op het bestaande beleid vanuit de werkgevers; — de uitkomsten van het onderzoek voor te leggen aan de gemeenteraad. Het lid van de gemeenteraad M.C.G. Poot 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam KS B % Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop % Agenda, donderdag 14 mei 2009 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Tijd 13.30 tot 17.30 uur en zonodig van 19.30 tot 22.30 Locatie 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 _Inspreekhalfuurpubliek 5 Actualiteiten 6 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSB d.d. 16 april 2009 e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieKSB @raadsgriffie. amsterdam.nl 7 Openstaande toezeggingen 8 Termijnagenda 9 Rondvraag -Tkn lijst Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Agenda, donderdag 14 mei 2009 Deelnemingen en Inkoop 10 Voorgenomen besluit over verkoop aandelen productie- en leveringsbedrijf Nuon aan Vattenfall AB Nr. BD2009-003034 e De gemeenteraad te adviseren het voorgenomen besluit van B&W in zijn vergadering te bespreken en zijn wensen en bedenkingen aan B&W ter kennis te brengen. e Aangehouden in de vergadering van 16.04.2009 voor een tweede termijn. 11 GVB als een ‘interne exploitant’: governancestructuur en aandeelhoudersschap Nr. BD2009-003035 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad van 22 april 2009). , De commissie VV is hierbij uitgenodigd. _Doorgeschoven inde vergadering van 16.04.2009. Bedrijven 12 Een goede zaak: sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemen - Vaststellen van het advies inzake het Raadsbesluit d.d. 4 juni 2008, nr 101-210 m.b.t. het initiatiefvoorstel Nr. BD2009-003033 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. onbekend). e De commissies FEZ en WIJ zijn hierbij uitgenodigd. Sport en Recreatie 13 Evaluatie sportcentrum nieuwe stijl Nr. BD2009-003266 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van de heer Roos (PvdA). e Was TKN 3 in de Commissievergadering KSB van 5 maart 2009. e _ Uitgesteld in de Commissievergaderingen van 26 maart en 16 april 2009. , Reactie stadsdelen tijdens verzending nog niet gereed, wordt nagezonden. 2 Gemeente Amsterdam K S B Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Lokale Media, Sport en Recreatie, Bedrijven, Deelnemingen en Inkoop Agenda, donderdag 14 mei 2009 Lokale Media 14 Toelichting op financiering FunX 2009-2012 Nr. BD2009-003030 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van de heer De Goede (GroenLinks). e Was TKN 5 in de vergadering van 16.04.2009. Kunst en Cultuur 15 Werkbezoek wethouder aan Suriname Nr. BD2009-003028 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van de heer Ivens (SP). e Was TKN2 in de vergadering van 16.04.2009. 16 Hang - en stagelden: vraag raadslid Graumans Nr. BD2009-003029 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van mevrouw Graumans (PvdA). e Was TKN 3 in de vergadering van 16.04.2009. 17 Herbenoeming bestuurleden Amsterdamse Kunstraad Nr. BD2009-003031 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van de heer Nederveen (VVD). e Was TKN 10 in de vergadering van 16.04.2009. 18 Kunst- en cultuurbeleid, eerste rapportage: doelbereik en controle Nr. BD2008- 006489 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van mevrouw Graumans (PvdA). , De heer Eiff, directeur van de rekenkamer Amsterdam, is hierbij uitgenodigd. e Gevoegd behandelen met agendapunt 19. 19 Kunst- en cultuurbeleid, tweede rapportage: verdeling subsidies en cultureel ondernemerschap Nr. BD2009-003227 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van mevrouw Graumans (PvdA). , De heer Eiff, directeur van de rekenkamer Amsterdam, is hierbij uitgenodigd. 3
Agenda
3
train
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 7juni 2023 Ingekomen onder nummer 317 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Van Pijpen, Roodekerk, Kabamba, Khan en Runderkamp inzake Informatiepunt Racisme en Discriminatie Onderwerp:Informatiepunt Racisme en Discriminatie Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Amsterdammerschap in het onderwijs - Het college zal met de Nationaal Coordinator Antisemitismebestrijding (NACB) het Amsterdamse onderwijsveld over de opzet van een informatiepunt voor scholen waar zij terecht kunnen met vragen over het bespreekbaar maken van Shoah en antisemi- tisme in de klas. Daarbij wordt gekeken hoe dit verbreed kan worden naar een steun- punt Discriminatie en Racisme ter ondersteuning van scholen. -_ Het ontzettend belangrijk is dat er een informatiepunt komt waarbij scholen met vragen de Shoah en antisemitisme terecht kunnen. -_Erandere vormen zijn van racisme en discriminatie waarbij het voor scholen goed zou zijn om daarvoor ook terecht te kunnen bij een informatiepunt. -_ Het informatiepunt zou verbreed kunnen worden, waarbij er ruimte is voor vragen over racisme en discriminatie breed, met onderwerpen als seksuele diversiteit en anti zwart racisme en thema’s als Paarse vrijdag. Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 2 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders -__ Inde gesprekken met het onderwijsveld over verbreding van het voorgestelde informatie- punt tijdig ook de Nationaal Coordinator Racisme en Discriminatie en organisaties zoals het COC te betrekken, zodat scholen uiteindelijk terecht kunnen voor vragen over allerlei verschillende vormen van Antisemitisme, Racisme en Discriminatie. Indiener(s), J.F. van Pijpen |. Rooderkerk C.K.E. Kabamba SY. Khan L.P. Runderkamp
Motie
2
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 802 Publicatiedatum 16 oktober 2013 Ingekomen onder X Ingekomen op woensdag 2 oktober 2013 Behandeld op woensdag 2 oktober 2013 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Van Doorninck, de heer Ivens, de heer Paternotte en mevrouw Moorman inzake de ontruiming van de vluchtflat (humane opvang met perspectief). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van de raadsleden mevrouw Van Doorninck, de heer Ivens en de heer Paternotte van 30 september 2013 inzake de ontruiming van de vluchtflat per 1 oktober 2013 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 772); Overwegende dat: — de bewoners van de vluchtlat de flat op maandag 30 september 2013, zoals afgesproken, hebben verlaten en maandag- en dinsdagnacht op locaties in de stad zijn opgevangen; — uit de analyse van Vluchtelingenwerk Amstel tot Zaan blijkt dat het grootste deel van de groep (93 personen) bezig is met het verzamelen van bewijsmateriaal om een procedure te starten of inmiddels in een procedure zit, een kleinere heeft geen uitzicht op mogelijkheden tot verblijf; — _ personen niet op het aanbod van de staatsecretaris Teeven in willen gaan, omdat zij vanuit de vrijheidsbeperkende locatie in Ter Apel niet kunnen werken aan het verzamelen van bewijs voor nieuwe procedures; Tevens overwegende dat: — _ Vluchtelingenwerk Amstel tot Zaan de gemeente Amsterdam heeft geadviseerd om de groep opvang met perspectief te bieden; dat perspectief kan juridisch perspectief op een legaal verblijf in Nederland, terugkeer naar het land van herkomst of doormigratie naar een ander land zijn; — de burgemeester de staatssecretaris heeft verzocht landelijk dit soort nieuwe opvangmogelijkheden in onder andere de randstad te realiseren, waar effectief aan (nieuwe) procedures of aan terugkeer kan worden gewerkt; — tot deze opvangmogelijkheden worden gerealiseerd, er een tussenoplossing moet worden gezocht van de groep die tot 30 september 2013 in de vluchtflat verbleef, 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 802 Moti Datum _ 16oktober2013 “ee Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — mede namens de gemeenteraad van Amsterdam bij de landelijk politiek aan te dringen op het realiseren van humaan terugkeerbeleid en humane opvang met perspectief; — toteen dergelijke oplossing is gevonden, particuliere initiatieven voor tijdelijke opvang van de vluchtflatbewoners toe te laten en waar nodig te ondersteunen op de wijze zoals ook is gehanteerd bij de vluchtkerk en de vluchtflat en waar ingezette trajecten met onder andere Vluchtelingenwerk kunnen worden voortgezet. De leden van de gemeenteraad, G.A.M. van Doorninck LGF. vens J.M. Paternotte M. Moorman 2
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam WI O l Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering en de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur KD D Monumenten en Erfgoed, Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop. Agenda, woensdag 8 april 2020 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare digitale vergadering van de Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering en de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur Monumenten en Erfgoed, Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop. Tijd 10:00 tot 13:00 uur Locatie Digitaal Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 _Conceptverslagen van de openbare vergadering van de Raadscommissie WIO d.d. 26 februari 2020 en van de openbare vergadering van de Raadscommissie KDD d.d. 26 februari 2020 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, [email protected] en [email protected] 5 Inspreekreacties 6 Rondvraag 1 Gemeente Amsterdam WI O l Raadscommissie voor Sociale Zaken, Armoede en Schuldhulpverlening, Onderwijs, Voorschool Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen, Volwasseneneducatie Laaggeletterdheid en Inburgering en de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur KD D Monumenten en Erfgoed, Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid, Democratisering, Gemeentelijk Vastgoed, ICT en Digitale Stad, Dienstverlening, Personeel en Organisatie, Coördinatie bedrijfsvoering, Inkoop. Agenda, woensdag 8 april 2020 Onderwijs 7 _ Intrekken van de Verordening huisvestingsvoorzieningen onderwijs 2018 en vaststellen van de nieuwe Verordening huisvestingsvoorzieningen onderwijs Amsterdam 2020 Nr. BD2020-001175 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. (Gemeenteraad d.d. 22 april 2020). Kunst en Cultuur, Monumenten en Erfgoed 8 Nadere toelichting op het voorkeursadvies van de gemeenteraad inzake aanwijzing lokale omroep 2019-2024 Nr. BD2020-000882 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22 april 2020). 9 Lutkemeer niet aanwijzen tot beschermd gezicht Nr. BD2020-001044 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22 april 2020). MOGELIJK TE HAMEREN STUKKEN Dienstverlening 10 Herbestemmen van het krediet routeringsfunctie (begroting 2019) in krediet aanschaf klachtenmanagementsysteem Nr. BD2020-000705 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22 april 2020). 2
Agenda
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1266 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 12 oktober 2016 Ingekomen in raadscommissie WE Te behandelen op 9/10 november 2016 Onderwerp Amendement van de leden Groen en Groot Wassink inzake de Begroting 2017 (Amsterdam hub duurzame bedrijvigheid). Aan de gemeenteraad Ondergetekende hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Constaterende dat: — de ontwikkeling van duurzame bedrijvigheid en werkgelegenheid bijdraagt aan de economische structuurversterking; — _ wanneer Amsterdam voorop loopt in de groene, innovatieve economie, onze stad dé vestigingslocatie voor duurzame ondernemers wordt, wat weer meer bedrijvigheid en werkgelegenheid oplevert; — de aanwezigheid in de stad van Waternet, AEB, Haven NV, Het Science Park en AMS Amsterdam een uitstekende uitgangspositie biedt om deze koploperspositie te verwerven; Overwegende dat: — _ ondernemers een belangrijke rol kunnen vervullen bij duurzame innovaties en de gemeente hier een faciliterende rol in kan nemen door er voor te zorgen dat er voldoende ruimte en mogelijkheden zijn om deze ideeën te ontwikkelen en uit te proberen; — _ ondernemers graag willen verduurzamen, bijvoorbeeld door de bevoorrading van efficiënter en duurzamer te organiseren. De gemeente kan daar in ondersteunen door regelgeving te vereenvoudigen of weg te nemen, en mee te denken over de uitvoering van duurzame maatregelen; Voorts overwegende dat; — als Amsterdam tot de top van de economische regio's wil behoren, de gemeente ook moet investeren in duurzame, innovatieve bedrijvigheid; — Amsterdam middelen voor economische structuurversterking nu veelal investeert in startups, waarvan maar een zeer beperkt deel succesvol is, en die daarnaast nauwelijks een bijdrage leveren aan de ambitie van Amsterdam een koploper op het gebied van duurzaamheid te worden 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1266 A d t Datum 18 november 2016 mendemen Besluit: — op pagina 241 bij doel 2 toevoegen: Amsterdam stimuleert juist ook innovatie op het gebied van duurzaamheid en circulaire economie; — op pagina 242 aan doel 3 toevoegen na ‘trekken buitenlandse bedrijven aan’: specifiek bedrijven op het gebied van duurzaamheid en circulaire economie; — ten minste 40% van de gelden voor economische structuurversterking in te zetten voor duurzame bedrijvigheid. De leden van de gemeenteraad R.J. Groen B.R. Groot Wassink 2
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x Gemeenteblad x Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 434 Ingekomen op woensdag 22 april 2020 Behandeld op woensdag 22 april 2020 Status Verworpen via schriftelijke stemming op 28 april 2020 Onderwerp Motie van de leden Marttin en Boomsma inzake de Centrale Loting & Matching 2020: ‘Betrek de raad bij een eventuele voortzetting huidige procedure’ Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit inzake de Centrale Loting & Matching 2020. Constaterende dat: -__De uitkomsten van een grootschalig evaluatieonderzoek naar de Centrale Loting & Matching naar verwachting volgende maand gepresenteerd zullen worden; -__OSVO naar verwachting tevens volgende maand beslist over een eventuele voortzetting van het huidige procedure voor de Centrale Loting & Matching. Overwegende dat: - Deze procedure jaarlijks een grote — en blijvende — impact heeft op duizenden leerlingen en hun ouders en het daarom wenselijk is dat de raad wordt betrokken bij een eventuele voorzetting van de huidige plaatsingsprocedure. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De raad nog voor de besluitvorming van OSVO te vragen zich uit te spreken over het functioneren van de huidige plaatsingsprocedure, zodat het oordeel van de raad kan worden betrokken bij een besluit over eventuele voorzetting van deze procedure. Het lid van de gemeenteraad A.A.M. Marttin D.T. Boomsma 1
Motie
1
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 16 en 17 februari 2022 Ingekomen onder nummer 108 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Groen, Vink en Heinhuis inzake duurzame energie door en voor Amsterdammers Onderwerp Duurzame Energie door en voor Amsterdammers; ondersteunen van energie-coöperaties om te bevorderen dat opwek van energie op Amsterdamse bodem gebeurt door Amsterdammers en ten goede komt aan Amsterdammers. Aan de gemeenteraad Ondergetekende hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Eerste resultaten van de Reflectiefase windenergie waaronder het “afwegingskader windturbines Amsterdam - signalen uit de stad” Constaterende dat: — _Destedelijke klankbordgroep adviseert dat de gemeente gemeente samen met lokale energiecoöperaties zelf ook het initiatief moet nemen bij het invullen van zoekgebieden, en “Wacht niet op commerciële ontwikkelaars. Investeer als gemeente samen met lokale energiecoöperaties als dat nodig is zelf in energieopwekking en zorg ervoor dat de bewoners van de zoekgebieden / de stad ook zelf profiteren van de opbrengsten.” — De gemeente, aan de gemeente verbonden partijen en corporaties op dit moment vaak de lokale energie-coöperaties passeren om voor grote marktpartijen te kiezen. Overwegende dat: — _Energiearmoede in Amsterdam toeneemt — Het draagvlak voor de energietransitie kan groeien als de opgewekte energie in Amsterdam gebruikt wordt en de baten ten goede komen aan Amsterdammers in de directe omgeving of met lage inkomens Gemeente Amsterdam Status Pagina 2 van 2 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Te onderzoeken welk instrumentarium kan worden ingezet om te bevorderen dat duurzame energie in Amsterdam zoveel mogelijk wordt opgewekt door coöperaties van burgers, en ten goede komt aan Amsterdammers en Amsterdamse bedrijven; Daarbij in ieder geval te onderzoeken hoe coöperaties gesteund kunnen worden door coöperaties vaker actief te betrekken bij projecten op Amsterdams vastgoed en grond, in samenwerkingsafspraken af te spreken dat de woningbouwcorporaties de energie-coöperaties ook vaker actief betrekken; actief te helpen zoeken naar locaties voor zonnepanelen, bijvoorbeeld langs snelwegen; te onderzoeken of een voorziening getroffen kan worden om planschadeclaims te verzekeren; leningen beschikbaar te stellen voor proceskosten naar voorbeeld van de lening voor de ontwikkeling wind NoorderlJplas; Daarbij voorts te onderzoeken hoe gestimuleerd kan worden dat de duurzame energie ten goed komt aan Amsterdammers door met de aldus gesteunde energie-coöperaties afspraken te maken om te zorgen dat een deel van de baten van de duurzame energie terecht komen bij directe omwonenden van windmolens, bijvoorbeeld via omwonendenoverenkomsten; en contractvormen te onderzoeken waarbij Amsterdammers, in de directe omgeving of met lage inkomens, voordelig lid kunnen worden van een coöperatie dan wel energiecontracten kunnen afsluiten waarbij langdurig een lage energieprijs gegarandeerd wordt. Indieners RJ. Groen B.L. Vink L.E. Heinhuis
Motie
2
discard
en Advis, Ö p Ö a > le. ò (B) 8 OOST AGENDA voor de vergadering op donderdag 12 mei 2016 van de Ouderen Advies Raad Oost in de Raadzaal, Stadsdeelhuis Aanvang 13.45 — 16.00 uur (Let op aanvangstijd!) 1. Opening en vaststelling van de agenda. 2. Korte mededelingen + berichten van verhindering. 3. Gast: Thijs Reuten, portefeuillehouder Bouwen en Wonen bestuurscommissie Oost geeft stand van zaken over woningtoewijzing incl. statushouders zie artikel in NUL20 4. Toelichting lijst bijeenkomsten in mei 2016 en wat u nog kwijt wilt om dat in een volgende vergadering te behandelen. 5. Vaststellen notulen van de vergadering op donderdag 14 april jl. 6. Laatste ontwikkelingen HbH zie brief Zorg 7. Voorbespreking symposium ‘Goed Wonen voor Ouderen’ op 8/06/2016 8. De 2 — minuten ronde : * Verslag bijeenkomst ‘Wijs met Grijs’ over medicijngebruik (20/04/2016) * Verslag POA-bijeenkomst AB in D'Oude Stadt (20/04/2016) * Verslag Bestuurscommissie Oost over subsidies 2017-2018 (20-04-2016) * Verslag Hartjesfestival Betondorp (24/04/2016) * Verslag ‘The right to challenge in de praktijk’in De Zwijger (26/04/2016) 9. Dwars door de Buurt #186 wordt vanaf 20-05-2016 in de buurt verspreid. De kopij is ter info bijgesloten. Zijn er nog tips voor onderwerpen voor het volgende nummer? Deadline 9/6 Vereniging Ouderen Advies Raad Oost (OAR-Oost) Voorzitter: Joke Krull, Weesperzijde 142-1, 1091 ET, Amsterdam, tel.: 020-665 18 89. Secretaris: Dick Oosterbaan, e-mail: [email protected] , tel.: 06-51 19 67 25. 1 10. Rondvraag en sluiting. Laat de gemeente mn nn nn 1 medicijnafval ophalen bij de apotheek Door Thomas de Man woensdag 4 mei 2016, 11:18 inShare5 EN BT BE Be 8 k E | E 5 LEVER î Foto: ANP Steeds meer apothekers nemen overtollige medicijnen niet terug door de hoge kosten van de verwerking. Mensen gooien de geneesmiddelen daardoor vaker weg, of spoelen ze door het toilet. TREFWOORDEN afval, apotheken, gezondheid,medicijnen, zorg MEER HIEROVER Vereniging Ouderen Advies Raad Oost (OAR-Oost) Voorzitter: Joke Krull, Weesperzijde 142-1, 1091 ET, Amsterdam, tel.: 020-665 18 89. Secretaris: Dick Oosterbaan, e-mail: [email protected] , tel.: 06-51 19 67 25. Sal TI TI en = mn B | ke ai Lj s ú 5 Las ee @ Ee ese e j in wet zl 1 e Eén op de vijf apothekers werkt meer dan 50 uur per week nen E me Ë e = ‘Extreme stijging in tekorten aan medicijnen’ Volgens Mariël Croon, van branchevereniging voor apothekers KNMP, nemen de meeste apothekers, op vrijwillige basis, medicijnen terug uit een gevoel van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het valt dan onder het bedrijfsafval, en daar krijgen apothekers een flinke rekening voor opgestuurd. “De kosten kunnen oplopen tot duizenden euro's per jaar en dat is veel te hoog’, zegt Croon. inRead invented by Teads Op kosten van de gemeente Gemeenten moeten hun verantwoordelijkheid nemen, stelt Croon. “Het lijkt me een beter plan dat de gemeente het afval komt ophalen bij de apotheek, en vervolgens ook de rekening op zich neemt. Het innemen van klein chemisch afval is een publieke taak en ligt eigenlijk bij hen”. Vereniging Ouderen Advies Raad Oost (OAR-Oost) Voorzitter: Joke Krull, Weesperzijde 142-1, 1091 ET, Amsterdam, tel.: 020-665 18 89. Secretaris: Dick Oosterbaan, e-mail: [email protected] , tel.: 06-51 19 67 25. Croon merkt op dat het niet alleen om geld gaat, maar ook om de milieu-implicaties. Chemisch afval hoort niet thuis in het riool. “Mensen moeten vooral oppassen met het doorspoelen van vloeibare medicijnen. Dit soort stoffen moeten op een speciale manier verwerkt worden.” Volgende vergadering op 2/06/2016 Vereniging Ouderen Advies Raad Oost (OAR-Oost) Voorzitter: Joke Krull, Weesperzijde 142-1, 1091 ET, Amsterdam, tel.: 020-665 18 89. Secretaris: Dick Oosterbaan, e-mail: [email protected] , tel.: 06-51 19 67 25.
Agenda
4
discard
> Gemeente Besluit van de vergadering van het Algemeen Bestuur van 7 ok r 2014 % Amsterdam 7 oktober 20 X Oost Jaar 2014 Registratienummer Z-14-07424 / INT-14-01541 Onderwerp Privaatrechtelijke Tarieventabel Sport september 2014 t/m augustus 2015 Stadsdeel Oost Onderwerp: Privaatrechtelijke Tarieventabel Sport september 2014 t/m augustus 2015 Stadsdeel Oost ek De raad van Stadsdeel Oost mmm N) en ! | faNl ze 0 Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d. 19 augustus 2014 mn mmm Nn 0 Gelet op artikel 160, eerste lid, onder e van de Gemeentewet en artikel 24 van de Verordening ==, op de bestuurscommisie 2013. eN nk Besluit: 1. Vastte stellen de privaatrechtelijke tarieventabel sport september 2014 t/m augustus 2015 Stadsdeel Oost. 2. Dat deze privaatrechtelijke tarieventabel sport september 2014 t/m augustus 2015 Stadsdeel Oost in werking treedt op 1 september 2014. 3. De ‘Privaatrechtelijke tarieventabel 2013 Stadsdeel Oost’ vastgesteld bij besluit van 29 oktober 2013, wordt voor rubriek 1 “tarieven sportaccommodaties({inclusief btw)” ingetrokken met ingang van 1 september 2014 met dien verstande dat zij van toepassing blijft op feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. Privaatrechtelijke tarieventabel sport september 2014 t/m augustus 2015 Stadsdeel Oost Rubrie het Tarief kar. Omschrijving Bedrag € 1 TARIEF SPORTACCOMADATIES (INCLUSIEF BTW) sept 2014 t/m aug 1.1 SPORTVELDEN 2015 Vergoeding voor terbeschikkingstelling op jaarbasis: 1.1.1 natuurgrasveld (voetbal, rugby en honk-/softbal) 2.492,80 1.1.2 kunstgrasveld 5.366,40 1.1.3 | kunstgrasveld nr.19 (Zeeburgia) 2.508,25 1.1.4 korfbalveld (AWDTV) 1.744,05 1.1.5 korfbalveld (training) 872,05 1.1.6 asfaltveld 822,55 Vergoeding voor terbeschikkingstelling voor een periode van twee uur of een gedeelte hiervan: 1.1.7 _|natuur-kunstgrasveld scholen 78,70 1.1.8 _| natuurgrasveld 70,00 1.1.9 kunstgrasveld 152,50 1.1.9.1 | kunstgrasveld naschoolse activiteit per kind ( minimaal 25 kinderen) 1,50 4 1.1.10 |gravelveld 69,40 1.1.11 fasfaltveld 35,05 1.14.12 [belijning natuurgrasveld per 250 mtr lijn 79,45 1.1.13 |set doelen ( aan- en afvoerkosten) 25,50 Oefenhoeken 1.114 | prijs: afhankelijk van veldtype, omvang (Ya, Va, % of 1/1-velddeel) en gebruik verlichting Tennisaccommodatie 1.14.15 |tennis(gravel)baan, permanent gebruik 7 maanden 8.248,80 1.14.16 |vergoeding voor het gebruik van een asfaltveld als tennisbaan 235,45 1.1.16. 1 all weather tennisbaan IJburg gebruik geheel jaar 10.496,00 (op basis van dagelijks onderhoud uitgevoerd door vereniging) Atletiekaccommodatie permanente huur 1.14.17 jatletiekbaan 13.422,05 1.1.18 |vergoeding voor het gebruik van lichtinstallaties (incl. stroomgebruik) 2.957,15 sportpark Voorland ( verschuldigd voor een periode van 1 uur) 1.1.19 [kunstgrasveld 30,15 1.1.20 |{zandsportveld (vervallen) 1.14.21 | beachvolleybalveld 8,20 sept 2014 t/m aug 2015 |_|1.2- ATLETIEKBAAN Sportverenigingen, onderwijs- en welzijnsinstellingen (tijdens daluren) daluren zijn de uren tussen 8.00 en 17.00 uur op werkdagen, m.u.v. woensdag van 14.00 tot 17.00 uur en m.u.v. schoolvakanties per uur, daluren, 1 - 75 gebruikers, inclusief gebruik 2 kleedkamers & 1.2.1 {standaardpakket sportmateriaal 30,20 per uur, daluren, 76 - 150 gebruikers, inclusief gebruik 2 kleedkamers 1.2.2 \&standaardpakket sportmateriaal 46,40 per uur, daluren, meer dan 150 gebruikers, inclusief gebruik 3 kleedkamers 1.2.3 |& standaardpakket sportmaterialen 58,15 1.24 |periode 4 weken, wekelijks één uur, 1 - 75 gebruikers (vervallen) 1.25 |periode 4 weken, wekelijks één uur, 76 - 150 gebruikers (vervallen) 1.2.6 |periode 4 weken, wekelijks één uur, meer dan 150 gebruikers (vervallen) Particuliere gebruikers per uur, 1 - 7/5 gebruikers, inclusief gebruik 2 kleedkamers & in overleg 1.2.7 [samenstelling pakket sportmaterialen 92,85 per uur, 76 - 150 gebruikers, inclusief gebruik 2 kleedkamers & in overleg 1.2.8 | samenstelling pakket sportmaterialen 143,30 per uur, meer dan 150 gebruikers, inclusief gebruik 3 kleedkamers & in 1.2.9 |overleg samenstelling pakket sportmaterialen 183,10 1.210 | lichtinstallatie (per uur inclusief energielevering) 13,65 Commerciële gebruikers 1.2.11 (300% van het tarief particuliere gebruikers Extra kleedaccommodatie (indien beschikbaar) 1.212 [per kleedkamer per uur (vervallen 2 sept 2014 t/m aug 2015 1.3 _ SPORTHALLEN | Sportverenigingen / competitie en trainingen zaalsportbonden en welzijnsinstellingen (per uur) 1.3.1 sportzaal (standaardhal) 31,45 1.3.2 {multifunctionele ruimte/dojo/kantine 9,45 1.3.3 [gymzaal / sportzaal cvt 1/3 zaal 9,55 1.3.4 sportzaal cvt gehele zaal 22,25 Sportgebruik door niet-sportverenigingen/ onderwijs (per uur) 1.3.5 {sportzaal (standaardhal) 51,85 1.3.6 {multifunctionele ruimte/dojo/kantine 15,80 1.3.7 _{\gymzaal/sportzaal cvt 1/3 zaal 17,00 1.3.8 {sportzaal cvt gehele zaal 44,50 Commerciële gebruikers (per uur) 1.3.09 | sportzaal (standaardhal) 257,60 1.3.10 | multifunctionele ruimte/dojo/kantine 78,70 1.38.11 | gymzaal 86,00 1.3.12 | sportzaal cvt 178,10 Onderwijsinstellingen/ huur sportzaal (standaardhal) 1.3.13 [voortgezet onderwijs: 1/3 van de sportzaal, per uur 32,30 Sportactiviteiten S&R 1.38.14 | strippenkaart klein 5,00 1.3.15 [strippenkaart groot 10,00 3 5 t/m aug 2015 1.4 _ZWEMBAD FLEVOPARK | toegangsprijzen zwembad: 1.4.1 kinderen t/m 2 jaar 0,00 1.4.2 kinderen van 3 t/m 15 jaar 3,20 (tevens pilot zwemles voorwaarde zelf opruimen) 3,20 1.4.3 idem met stadspas 2,25 1.4.4 kinderen van 3 t/m 15 jaar 12-badenkaart 31,80 (tarief 10 maal enkel bad) 1.4.5 volwassenen van 16 t/m 64 jaar 3,30 1.4.6 idem met stadspas 2,75 1.4.7 __ volwassenen van 16 t/m 64 jaar 12-badenkaart 32,80 (tarief 10 maal enkel bad) 1.4.8 senioren 65 jaar en ouder 2,55 1.4.9 idem met stadspas 2,05 1.4.10 senioren 65 jaar en ouder 12-badenkaart 25,65 (tarief 10 maal enkel bad) 1.411 groepstarief jeugd 2,25 (minimaal 10 personen) 1.412 idem volwassenen 2,75 1.5.13 daluren (1,5 uur voor sluitingstijd) 1,60 1.414 seizoenkaart jeugd 74,95 1.415 seizoenkaart jeugd met stadspas 55,45 1.4.16 seizoenkaart volwassenen 79,90 1.417 _seizoenkaart volwassenen met stadspas 65,15 1.418 seizoenkaart senioren 62,00 14.19 seizoenkaart senioren met stadspas 52,15 1.4.20 verenigingen en relaties seizoenhuur per uur 551,05 50 meter bad 1.421 verenigingen en relaties incidenteel per uur 55,15 activiteiten 1.4.25 sportdag onderwijs per leerling 1,70 Het algemeen bestuur van Stadsdeel Oost Liane Pielanen, Ivar Manuel, secretaris voorzitter Afschrift: 4
Besluit
4
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R Gemeenteblad % Amendement Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 166 Publicatiedatum 20 maart 2015 Ingekomen onder AS Ingekomen op 11 februari 2015 Behandeld op 11 maart 2015 Status Aangehouden in de raadsvergadering op 11 februari 2015 en verworpen op 11 maart 2015 Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Van Lammeren inzake de Agenda Duurzaamheid (streefwaarden energiebesparing). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Agenda Duurzaamheid (Gemeenteblad afd. 1, nr. 50); Overwegende dat: — het coalitieakkoord en de begroting spreken van een totale vermindering van het energieverbruik van 20%, een absolute besparing; — de Agenda Duurzaamheid een energiebesparing van 20% in 2020 voorstaat van 20% ten opzichte van 2013, omgerekend per inwoner, doordat de gemeente Amsterdam met 10.000 inwoners per jaar groeit; — de ambitie van de Agenda Duurzaamheid daarom slechts in 15% besparing van energieverbruik van Amsterdam voorziet; — de Partij voor de Dieren het college wil wijzen op deze inconsistentie en het college wil houden aan de begroting en aan de belofte van 20% energiebesparing; — derhalve de ambitie van de Agenda Duurzaamheid naar boven moet worden bijgesteld, om tot 20% energiebesparing in 2020 in Amsterdam te komen, Besluit: — op pagina 11 bij de tweede (rode) bullet de woorden ‘per inwoner’ te schrappen, zodat de zin komt te luiden als volgt: ‘/n 2020 wordt 20 procent minder energie verbruikt dan in 2013. — op pagina 59 bij de tabel ‘Besparen we in de stad meer energie”, in de regel ‘Jaarlijks energieverbruik per inwoner”: e de streefwaarde 91 bij 2016 te vervangen door: 89, e de streefwaarde 85 bij 2018 te vervangen door: 81, e de streefwaarde 80 bij 2020 te vervangen door: 75. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
| van Verzonden: zaterdag 31 mei 2014 15:25 Aan: Info gemeenteraad CC: Emile Roemer(SP); Rijkswterstaat Onderwerp: Geachte Gemeenteraad Amsterdam; Ik hoorde vanmorgen (Za. 31-5-2014) op radio Purmerend dat binnenkort de vernieuwde eerste Koen tunnel, na renovatie/verbouwing weer opengaat; der is een tijd geleden een tweede Koen tunnel gekomen, e/d eerste is toen voor renovatie/verbouwing dichtgegaan; die gaat binnenkort weer open, dus: er zijn dan twee koen tunnels om “t fileprobleem ‘t hoofd te(kunnen)bieden, das mooi; maar! als men dan zoiets heeft O er is een tweede tunnel meer asfalt, hup weer meer blik(auto’s)erop, dan is binnen de kortste keren weer ‘t hele boeltje dicht geslipt met als gevolg weer meer/meerdere files, dan kan je wel een derde, vierde, vijfde, zesde - enz. enz. enz. tunnels bouwen, alleen ‘t zal je niets helpen, men kan er ook voor kiezen om gecontroleerd auto’s toe te laten i/d 1e e/d 2e koen tunnel, anders is “t binnen de kortste keren weer een chaos en een puinhoop/janboel. Mvg. cc. de gemeenteraad Amsterdam Rijkswaterstaat : en de tweede kamer(SP) : 1
Raadsadres
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2021 Afdeling 1 Nummer 147 Behandeld op 10 maart 2021 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 15 maart 2021 Onderwerp Motie van de leden Yilmaz en Veldhuyzen inzake burgerparticipatie bevorderen middels het Decidim model van Barcelon Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het evaluatierapport bestuurlijk stelsel en de mogelijke scenario’s uit het rapport van Necker en Naem. Constaterende dat: — De voorkeur van ondergetekenden uitgaat van een verbetering van het Bestuurlijk Stelsel waarbij er meer ruimte is voor burgerparticipatie; -— Burgerparticipatie in het model Decidim dat wordt toegepast in Barcelona goed werkt; — Decidim kan worden gebruikt voor het doen van voorstellen en het verzamelen van steun daarvoor; - Decidim burgers toegang biedt tot alle mogelijke vormen van publieke data. Overwegende dat: - Deze vorm zoals toegepast in Barcelona past goed bij de ontwikkeling van digitale stad en Smart City om de democratie meer handen en voeten te geven; - Het digitale platform zich ook leent om burgers de mogelijkheid te geven om de ontwikkeling en uitvoering van beleid kritisch te kunnen volgen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Te onderzoeken of en hoe een digitale model zoals Decidim kan worden ingevoerd in Amsterdam. De leden van de gemeenteraad N. Yilmaz JA. Veldhuyzen 1
Motie
1
discard
Raadsvergadering van 13 juli Het presidium gaat vit van 2 dagdelen. U dient er rekening mee te houden dat er vanaf 19.30 vur gestemd kan worden. Indien nodig wordt er donderdagmiddag vanaf 13.00 vur verder vergaderd. Na afloop van de vergadering is er een borrel in de foyer. Agendanr Onderwerp op agenda intensiteit College woe. 13.00 1 ALGEMEEN DEEL a. Opening en mededelingen b. Vaststellen van de notulen van de raadsvergadering op 22 juni 2022 c. Vaststellen van de agenda d. Mededeling van de ingekomen stukken e. Installatie van fractievertegenwoordigers f. Installatie van een raadslid h. Mondelinge vragenuur -Vragen van het lid Belkasmi inzake een miljard euro voor de 20 meest kwetsbare wijken in Nederland Van der Horst -Vragen van het De Jager inzake de voorbereiding op het vaccinatieprogramma tegen apenpokken Rijxman -Vragen van het lid Khan inzake het uitkeren van de extra energietoeslag van 5oo euro Moorman -Vragen van het lid Hofland inzake het inzetten van gegevens over politiecontroles om etnisch profileren tegen te gaan Halsema - Vragen van het lid Nijssen inzake Nijssen inzake de spijtoptantenregeling Van Dantzig - Vragen van het lid Rooderkerk inzake meldingen van grensoverschrijdend gedrag op Amsterdamse scholen Moorman - Vragen van het lid Hoogtanders inzake het bijstellen van de doelstellingen ‘mensen aan werk helpen’ Groot Wassink - Vragen van het lid Aslami inzake uitsluiting van Amsterdamse jongeren met buitenlandervaring in de Pels voorrangsregeling voor Amsterdamse jongeren op jongerenwoningen in Amsterdam - Vragen van het lid Bobeldijk inzake de veerpont bij Nieuwe Meer Van der Horst - Vragen van het lid Boomsma inzake schijnzelfstandigheid, tekorten en snel stijgende kosten in de kinderopvang Moorman - Vragen van het lid Boomsma inzake de problemen op het IJburg College Moorman 2 INTERPELLATIES EN ACTUALITEITEN b Actualiteit van de leden Wijnants, Asruf, Moeskops en Kreuger inzake aanstaande verschraling Amsterdamse openbaar Van der Horst vervoer c Actualiteit van de leden Boomsma, Nijssen, Koyüncu en Nanninga inzake kopers in de knel door vitzondering in de Van Dantzig Spijtoptantenregeling AGENDAPUNTEN 3 Vaststellen van de verordening tot wijziging van de Verordening Leerlingenvervoer Gemeente Amsterdam hameren Moorman 4 Intrekken van de Bijzondere Subsidieverordening Stimulering Schone Rondvaart hameren Van der Horst 5 Kennisnemen van de rapportage eerste kwartaal 2022 programma Aanpak Wegtunnels Amsterdam en beschikbaar hameren Van der Horst 6 Uiten van wensen en bedenkingen op het Omgevingsprogramma Riolering 2022 — 2027 medium Van der Horst 7 Vaststellen van de zienswijze op de concept Meerjarenbegroting van de Metropoolregio Amsterdam kort Halsema 8 Vaststellen van het bestemmingsplan ge herziening Landelijk Noord hameren Van Dantzig g Vaststellen van het bestemmingsplan Buiksloterham 6e herziening hameren Van Dantzig 10 Vaststellen van het bestemmingsplan Draka Terrein Hamerkwartier kort Van Dantzig 11 Vaststellen van het bestemmingsplan Winkeldiversiteit Centrum 2 en gedeeltelijk intrekken van het kort Van Dantzig voorbereidingsbesluit Winkeldiversiteit Centrum 2 12 Vaststellen van het bestemmingsplan IJburg ze fase kavel 124 II hameren Van Dantzig 13 Gewijzigd vaststellen van het bestemmingsplan Slotermeer 2018 hameren Van Dantzig 14 Vaststellen van het bestemmingsplan Museumkwartier — Valeriusbuurt 2022 medium Van Dantzig 15 Vaststellen van het wijzigingsbesluit welstandsnota De Schoonheid van Amsterdam, Welstandskader hameren Van Dantzig Haarlemmermeerstation e.o. en het beeldkwaliteitsplan Havenstraatterrein 16 Gedeeltelijk opheffen van de geheimhouding op een overeenkomst voor stadswarmtelevering hameren Van Dantzig 17 Positief adviseren met betrekking tot de jaarrekening 2021 van de Ombudsman Metropool Amsterdam hameren Presidium 18 Positief adviseren met betrekking tot de begroting 2023 en de eerste begrotingswijziging 2022 van de Ombudsman hameren Metropool Amsterdam Presidium 19 Vaststellen van de subsidies voor de ondersteuning van de fracties in de stadsdeelcommissies voor 2020 hameren Presidium 20 Vaststellen van de financiële bijdragen betreffende de fractieondersteuning over 2021 hameren Presidium 21 Kennisnemen van financiële informatie hameren Van Dantzig 22 Kennisnemen van financiële informatie hameren Van Dantzig 23 Kennisnemen van de afdoening toezegging commissie RO transparantie buurtstraatquote kort Van Dantzig 24 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief inzake het ruimtelijke afwegingskader Flitsbezorging vanuit Darkstores kort Van Dantzig woe. 19:30 1q. Afscheid van de heer Van Lammeren 25 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief inzake kwaliteitskaart van corporatiebezit en klachtafhandeling bij kort Pels corporaties 26 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief handhaving woonfraude en incasso 2021 en de afhandeling van motie 638 gevoegd Pels van het lid Rooderkerk ; : 27 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief en rapportage toeristische verhuur van woonruimte 2021 vitgebreid Pels 28 Kennisnemen van de raadsinformatiebrief voortgang MBO-agenda en de vitvoeringsagenda’s JIKOP en Onderwijs kort Mbarki arbeidsmarkt schooljaar 2020-2021 29 Instemmen met het bekrachtigen van de geheimhouding op de stukken die worden genoemd in het hameren Halsema bekrachtigingsoverzicht van het college aan de raad 30 AFRONDING COMMISSIEACTUALITEIT(EN) Er zijn geen verzoeken ingediend BENOEMINGEN 31 Benoemen van de voorzitters en leden in de raadscommissies schr. stemmen Presidium 32 Benoemen van leden van de commissie Klankbordgesprekken burgemeester en raad schr. stemmen Presidium 33 Aanwijzen van een lid van de regioraad van de Vervoerregio Amsterdam schr. stemmen Presidium 33a Benoemen van een lid en plaatsvervangend lid in de bezwaarschriftencommissie schr. stemmen Presidium 34 Benoemen van twee leden in de Raad van Toezicht INNOORD schr. stemmen Moorman 35 Benoemen van een lid in de Raad van Toezicht STWT schr. stemmen Moorman 36 Benoemen van een lid in de raad van toezicht STAIJ schr. stemmen Moorman Stemmingen over de behandelende voordrachten en ingediende amendementen en moties STEMBLOK (mogelijk vanaf 19:30 vur)
Actualiteit
3
test
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 1 februari 2024 Portefeuille(s) Openbare orde en veiligheid Portefeuillehouder(s): Femke Halsema Behandeld door Vergunningverlening, toezicht en handhaving stadsdelen, Stedelijk Evenementenbureau Onderwerp Ontwikkelingen VTH-proces evenementen Geachte leden van de gemeenteraad, In mei 2023 vond bij het festival Solid Grooves een dodelijke steekpartij plaats. Naar aanleiding van dat tragische incident en onze bevindingen over leer- en verbeterpunten na afloop van het evenement, is de afgelopen maanden een stevige discussie gevoerd over veiligheid van- en toezicht op evenementen in Amsterdam. In de raadsvergadering van 20 september 2023 heb ik mijn zorgen daarover met vu gedeeld. Voor mij is en blijft het uitgangspunt dat de veiligheid van bezoekers van evenementen gewaarborgd moet zijn, en dat ik — indien daar twijfels over zijn — niet zal aarzelen om een vergunning te weigeren of in te trekken. Ik heb u in dat raadsdebat tevens toegezegd dat ik op korte termijn met een analyse zou komen van de situatie, en met maatregelen om de bestaande problemen aan te pakken. In deze brief krijgt v van mij een analyse van de belangrijkste problemen, gevolgd door een uiteenzetting van de maatregelen die ik zal treffen. Ik sluit deze brief dan af met een korte toelichting op de investeringen in tijd, geld en menskracht die noodzakelijk is. Solid Grooves Ik begin deze brief echter met de tragische aanleiding: de steekpartij op Solid Grooves, waarbij Jimmy Schepers om het leven is gebracht. We hebben de afgelopen maanden al gesproken over dat vreselijke incident, en met elkaar geconstateerd dat er op meerdere onderdelen dingen mis zijn gegaan: zoals v weet zijn er meerdere bezoekers zonder geldig toegangsbewijs geweest die de nooduitgangen hebben bestormd en die zich vervolgens toegang tot het terrein hebben verschaft. In elk geval één bezoeker had ook een mes bij zich op het terrein. Ook was de sfeer anders dan op andere vergelijkbare evenementen door de aanwezigheid van een heel andere doelgroep. En bij de analyse bleek bovendien dat er veel meer (betalende) bezoekers op het terrein aanwezig waren dan de vergunning toestond: 7.500 in plaats van de vergunde 5.000. Het heftige geweldsincident op Solid Grooves en de schokkende conclusies bij de analyse roept natuurlijk meteen de vraag op: was dit een incident, een afwijking, of komt hier een stelselmatig probleem aan het licht? Het is een vraag die lastig te beantwoorden is. Vooraleerst: geweldsincidenten en andere incidenten op evenementen in Amsterdam zijn gelukkig zeldzaam. En we moeten met elkaar vaststellen dat geweldsincidenten nooit helemaal uitgesloten kunnen worden. Met alle maatregelen en voorwaarden maken we de kans daarop wel veel kleiner. De meeste evenementen Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 2 van 7 in de stad worden goed georganiseerd door partijen die zeker hun verantwoordelijkheid nemen. Maar we weten ook veel niet. Uit het feitenrelaas van Solid Grooves, en de analyse die de afgelopen maanden is gemaakt, blijkt dat de gemeente bij alle evenementen slecht zicht heeft op het aantal bezoekers en op de naleving van de verplichte veiligheidsmaatregelen. Als directe reactie zijn in oktober 2023, bij de grote vergunningplichtige evenementen tijdens het Amsterdam Dance Event, door de burgemeester extra veiligheidsvoorschriften opgenomen in de vergunning. Die maatregelen zijn de afgelopen maanden geëvalveerd. Tegelijkertijd is er een proces gestart om te komen tot structurele maatregelen om de onderliggende uitdagingen te adresseren en aan te pakken. Probleemanalyse De probleemanalyse die de afgelopen maanden door het Stedelijk Evenementenbureau (SEB), directie Openbare Orde en Veiligheid (OOV) en Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) is uitgevoerd deel ik graag met u in deze brief. Omdat ik denk dat het goed is dat u enig begrip heeft van de complexiteit van de situatie en daarmee van de noodzaak van de verschillende maatregelen die ik zal treffen. Een eerste constatering is dat de zorgen vooral zitten bij de grotere zogenaamde B-evenementen. Dit zijn vooral (maar niet uitsluitend) muziekfestivals met minimaal 2.000 bezoekers, een afgehekt terrein en kaartverkoop. Bij middelgrote en kleinere evenementen zijn de risico’s omtrent het bezoekersaantal en de andere veiligheidsrisico’s veel kleiner en is er ook veel minder complexiteit in het vergunningverleningsproces. Bij de hele grote (C)-evenementen (Pride, Koningsdag) is de gemeente zeer nauw betrokken bij de voorbereiding en organisatie van het evenement, is er een veel beter beeld van de getroffen maatregelen en wordt er veel sneller ingegrepen of gestuurd. Voor de zorgen bij die grotere B-evenementen is dan weer niet één aanleiding aan te wijzen. Een veelheid aan factoren heeft bijgedragen aan de huidige situatie. Ze worden hieronder kort benoemd. 1. Allereerst is er sprake van spanning in de evenementensector. Deels heeft dat te maken met de nasleep van de coronacrisis die er bij sommige organisatoren aan heeft bijgedragen dat gekwalificeerd personeel is vertrokken en reserves zijn verdampt. De tekorten aan mensen en materiaal én de inflatie hebben geleid tot stijgende kosten en onzekere (en tegenvallende) opbrengsten, onder meer omdat de (duurdere) kaartjes minder makkelijk verkocht raken dan vroeger. Marges staan daardoor onder druk, en dat kan leiden tot risicovol gedrag, zoals het verkopen van (veel) meer kaarten dan er mensen binnen mogen zijn. Daarnaast geldt dat ook binnen de beveiligingsbranche sprake is van personeelstekorten, zeker tijdens het drukke zomerseizoen. Daardoor is het voor organisatoren lastig om voldoende, goed geschoolde en adequaat opererende beveiligers te krijgen, die ook in staat zijn om de plannen en afspraken die op papier staan in de praktijk vit te voeren. 2. De capaciteit bij VTH staat onder druk en het is moeilijk om gekwalificeerde mensen te vinden. Bovendien heeft de nadruk van toezicht door VTH de afgelopen jaren gelegen op aspecten van leefbaarheid, zoals het (muziek)geluid en het reageren op overlastmeldingen. Als gevolg hiervan heeft de gemeente onvoldoende zicht op de naleving van voorschriften op gebied van openbare orde en veiligheid. Naast de lage pakkans bij overtredingen, speelt ook mee dat er maar heel zelden sancties worden opgelegd door het eenmalige en kortdurende karakter van evenementen. Het ontbreken Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 3 van 7 van een gepubliceerde handhavingsstrategie en een uitgewerkt handelingskader hebben ook niet bijgedragen. 3. Ook bij de adviespartners (politie, brandweer en GHOR) zijn er capaciteitsproblemen, waardoor adviezen soms (te) laat worden afgegeven en termijnen niet worden gehaald. Dat organisatoren hun plannen soms tussentijds aanpassen (al dan niet op verzoek van de gemeente of de adviserende diensten en vaak ook om het evenement veiliger te maken), maakt wel dat het adviseren meer werk en tijd kost, en dat adviezen vaak ook later beschikbaar zijn. 4. Binnen de gemeente, en ook tussen de gemeente en de diensten, is er soms onduidelijkheid over de rolverdeling en verantwoordelijkheid. Rolonduidelijkheid kan ook zitten op de advisering door adviespartners, waarbij er niet altijd een concreet positief of negatief advies wordt afgegeven, waardoor hier door VTH een vertaalslag naar vergunningsvoorwaarden of een besluit moet worden gemaakt. 5. Eriseen hoge drempel ontstaan voor verstrekkende maatregelen, zoals het weigeren van een vergunning. Vanwege de bestuurlijke, politieke en/of maatschappelijke wens om bepaalde evenementen doorgang te laten vinden wordt, zeker als vlak voor de start van een evenement een besluit moet worden genomen, vaak vooral gezocht naar manieren evenementen door te laten gaan. Weigering van de vergunning wordt dan te weinig als reëel scenario beschouwd. 6. Eenlaatste factor die benoemd moet worden, is hoeveel capaciteit er nodig is bij VTH- evenementen om alle grote evenementen zorgvuldig te vergunnen en er toezicht op te houden, nv en in de toekomst. Zoals uv weet is wordt er op dit moment gewerkt aan het nieuwe evenementenbeleid. Startpunt daarbij is een visie op evenementen, die antwoord moet geven op de vraag hoeveel ruimte we moeten vrijmaken voor evenementen, voor een goed, gevarieerd aanbod dat aansluit op de behoefte van alle Amsterdammers en bijdraagt aan onze doelstellingen met evenementen — en wat we acceptabel vinden als het gaat om mogelijke hinder of overlast. De vitkomst daarvan kan gevolgen hebben op de benodigde capaciteit bij VTH evenementen. Aanscherpen van veiligheidsvoorschriften voor grote evenementen De huidige vergunningen voor (grote) evenementen bevatten een groot aantal voorschriften die onder meer de veiligheid op en rondom evenementen moeten borgen. De bevindingen na afloop van Solid Grooves hebben echter uitgewezen dat deze voorschriften onvoldoende toereikend zijn om met name het risico op ‘overcrowding’ te beteugelen. De huidige eis, die enkel het aantal bezoekers op het drukste moment begrenst, is in praktijk lastig handhaafbaar. Bovendien wordt in dit voorschrift niet gespecificeerd wie onder bezoeker wordt geschaard. Daarnaast is gebleken dat er onvoldoende uniformiteit is in de eisen die worden gesteld aan de beveiliging en visitatie bij risicovolle evenementen. In de vergunningen voor grote evenementen tijdens Amsterdam Dance Event zijn extra voorschriften opgenomen met als doel om meer zicht en grip te krijgen op bezoekersaantallen. Ook heeft er tijdens ADE extra toezicht plaatsgevonden op het aantal beveiligers, de accreditatie van beveiligers en de visitatie. In de evaluatie van deze voorschriften is vervolgens aandacht besteed aan de impact op de veiligheid, de doelmatigheid en handhaafbaarheid van het voorschrift. Ook hebben er gesprekken plaatsgevonden met (vertegenwoordigers van) organisatoren uit de evenementenbranche. Door de organisatoren wordt met name gewezen op de impact van de aangescherpte voorschriften op de bedrijfsvoering en het verdienmodel. Hoewel er begrip is voor Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 4 van 7 de (mogelijke) nadelige gevolgen voor organisatoren, wegen de belangen die met het stellen van deze voorschriften worden gediend zwaarder. Alle belangen afwegend heb ik daarom besloten een aantal voorschriften standaard aan vergunningen voor bepaalde evenementen te verbinden. Dit zijn vooralsnog de vergunningplichtige, afgehekte evenementen met meer dan 2.000 bezoekers. Het gaat hier onder meer om voorschriften die: 1) borgendat er niet meer kaarten worden verkocht dan het aantal vergunde bezoekers, waarbij op een gemotiveerd verzoek van de organisator daarbij eventueel rekening kan worden gehouden met een percentage ‘no show’. 2) definiëren wat onder een bezoeker wordt verstaan (dit zijn ook gasten, VIPS, artists en artist-quests) 3) gericht zijn op het uitsluiten van kaartverkoop aan de deur, tenzij een organisator kan onderbouwen dat kaartverkoop aan de deur niet leidt tot extra veiligheidsrisico’s. 4) gericht zijn op het geven van inzicht in het aantal verkochte kaarten en het (realtime) monitoren van het aantal bezoekers dat op een evenement aanwezig is. 5) borgen dat er voldoende beveiligers met de juiste accreditatie en op de juiste plekken worden ingezet. 6) borgen dat door een organisator tijdig melding wordt gemaakt van wijzigingen in de uitvoering van het evenement die van invloed zijn op het risicoprofiel van het evenement en de te nemen veiligheidsmaatregel. Bovenstaande maatregelen zijn een combinatie van een aanscherping van bestaande voorwaarden, het toevoegen van noodzakelijke nieuwe tools of voorwaarden, en een intensivering van het toezicht. Kortom: we gaan vaker en beter controleren op beter vitgewerkte criteria. Ik wil benadrukken dat ik geen onnodige eisen of voorwaarden wil stellen. Er is steeds gezocht naar effectieve manieren om ons doel te bereiken, en bij de vitwerking van de maatregelen is aandacht geweest voor de uitvoerbaarheid en de implicaties van de maatregelen op het verdienmodel van organisatoren. De inschatting is nu dat deze voorwaarden uitvoerbaar zijn. Als dat in de praktijk anders blijkt, dan ben ik uiteraard bereid om in gesprek te treden over hoe dezelfde doelstellingen op een andere manier bereikt zouden kunnen worden. In aanvulling op de standaard extra voorschriften zal het risicoprofiel van een evenement tijdens het vergunningsverleningsproces in kaart worden gebracht. Er zal daarom een extra stap worden toegevoegd om evenementen met een verhoogd profiel te bespreken en te bepalen of er, en zo ja welke, extra maatregelen er nodig zijn voor een veilig verloop van het evenement. Door strakker te sturen op termijnen en voorwaarden, hopen en verwachten we ook een verdere verbetering van organisatoren in het tijdig aanleveren van complete plannen met een goede onderbouwing. Actieve sturing op termijnen en escalatiemodel voor bestuurlijke opvolging op het vergunningverleningsproces In de raadsbrief van maart 2023 werd ingegaan op de problemen bij het behalen van termijnen en streefnormen in het vergunningenproces. Uit onderzoek door VTH bleek dat de vergunningen voor (met name grote) evenementen vaak te laat worden afgegeven. Daarvoor zijn meerdere aanleidingen te benoemen: soms hebben de organisatoren de zaken niet op tijd op orde, soms wordt door de gemeente niet goed gestuurd op de planning, soms worden adviezen van de diensten te laat aangeleverd, soms vragen actuele ontwikkelingen of omstandigheden om extra maatregelen en aanpassingen in de vergunning, en soms spelen meerdere problemen tegelijk. Dat is zorgelijk. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 5 van 7 Naast het feit dat er vaak te laat wordt voorgesorteerd op een bestuurlijk besluit over een vergunning, wordt ook geconstateerd dat het weigeren van een vergunning vaak onwenselijk is vanwege de bestuurlijke, politieke of maatschappelijke wens om bepaalde evenementen doorgang te laten vinden, of met het oog op het risico van claims. Dit heeft ertoe geleid dat er een cultuur is ontstaan waarin alles op alles wordt gezet om de vergunning voor evenementen te verlenen. Maar dat wordt onwenselijk als weigering niet als reëel scenario wordt beschouwd. Er worden samen met de stadsdelen stappen genomen om strakker te sturen op streefnormen en termijnen in het vergunningverleningsproces. Het mes snijdt hier aan twee kanten: we treden strenger op richting organisatoren, maar we worden ook strenger voor onszelf en richting ketenpartners door ons veel strakker aan ons proces te houden. Er wordt een escalatiemodel opgezet waarvan het doel is om de bestuurders tijdig te informeren over eventuele issues in het vergunningsverleningsproces en een bestuurlijk besluit te laten nemen over de volgende stappen. Daarnaast moet er, in lijn met de huidige tijdsgeest, een cultvurverandering in gang worden gezet waarbij er bestuurlijke en politieke dekking voor weigering van de vergunning gevoeld wordt wanneer de plannen niet tijdig op orde zijn. Aangescherpt toezicht bij grote en middelgrote evenementen De verantwoordelijkheid voor veiligheid van de bezoekers van evenementen ligt primair bij de organisator. Die moet de juiste maatregelen treffen om de veiligheid te waarborgen. Het is de taak van de gemeente (en de adviserende diensten) om in te schatten of die maatregelen adequaat en doelmatig zijn, en om te controleren of de plannen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd. Het toezicht dat momenteel door VTH gehouden wordt bij grote evenementen centreert zich rond de volgende momenten: = _ Advisering tijdens vergunningsproces (samen met ketenpartners) =__ Opbouw: toezicht op constructieve veiligheid bij de opbouw van grote constructies = Schouw na opbouw: toezicht op onder andere geluid; brandveiligheid; vluchtroutes en visvele communicatie. = _ Begin van het evenement: toezicht op de verbeterpunten uit de schouw = Tijdens het evenement: toezicht op geluidsnormen en naar aanleiding van klachten = _Evalvatie na evenement met ketenpartners De afgelopen jaren heeft de prioriteit van het toezicht dat door VTH gedurende het evenement werd gehouden op het leefklimaat gelegen. Dit was mede ingegeven vanuit het beleid dat ontwikkeld is op het gebied van geluid en duurzaamheid. Op deze aspecten zijn dan ook grote stappen gemaakt. Ten aanzien van de aspecten rondom openbare orde en veiligheid lag de focus op de toetsing van de plannen in het vergunningenproces en is vitgegaan van vertrouwen in opvolging door de organisator. Voor het bewaken van de openbare orde en veiligheid lag de verantwoordelijkheid voornamelijk bij THOR en politie. Bij grote C-evenementen is toezicht in samenspraak met politie, THOR en VTH georganiseerd. Als gevolg van de lage inzet van VTH toezicht op veiligheidsaspecten is er beperkt inzicht op de naleving van de veiligheidsvoorschriften door organisatoren van (middel)grote evenementen. Gezien de ontwikkelingen binnen evenementen zoals eerder toegelicht zullen er stappen worden gezet om aanvullend toezicht te organiseren dat primair gericht is op veiligheidsaspecten zoals het aantal bezoekers; visitatie en de beveiliging. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 6 van 7 Het toezicht is gericht op risico beheersing, en niet op risico uitsluiting. Het toezicht zal steekproefsgewijs en risico-gestuurd worden ingezet. De inzet van toezicht kan in afstemming met ketenpartners en in aanloop naar het evenement worden bepaald, o.b.v. risicofactoren zoals het publieksprofiel, de locatie, het bezoekersaantal en het trackrecord van de organisator. Toezicht op veiligheidsaspecten gedurende evenementen is arbeidsintensief en kostbaar (o.a. door niet-reguliere werktijden en het langdurige tijdsframe van een evenementen dag). Aanvullend op de financiële middelen die benodigd zullen zijn, brengt het organiseren van aanvullend toezicht op evenementen een stevige opgave met zich mee. Evenementen vinden hoofdzakelijk in de weekenden in de zomermaanden plaats. Dat is tevens de periode waarin er veel toezicht op terrassen benodigd is. Daarnaast zijn de huidige arbeidsvoorwaarden van VTH toezichthouders gericht op het dagvenster van maandag t/m vrijdag, is de omvang van de groep toezichthouders beperkt (42 FTE) en wordt er niet met een roostersystematiek gewerkt. Het is daarom momenteel niet mogelijk om inzet in de weekenden verplicht te stellen. Bovendien is een groot deel van de huidige groep van toezichthouders 55+, wat betekent dat deze groep niet buiten het dagvenster hoeft te werken volgens de CAO. Voor de organisatie van het toezicht kunnen daarom nog geen garanties worden gegeven. Alle mogelijkheden om dit te kunnen organiseren, waaronder inhuur en samenwerking met THOR, zullen worden verkend. Extra inzet vanuit handhaving De effectiviteit van toezicht is afhankelijk van de mate waarmee er gehandhaafd wordt. Bovendien gaat van handhaving een preventief effect uit. Een grotere kans om gecontroleerd te worden en de kans op sancties bij gebreken, zal hopelijk leiden tot een veel pro-actievere houding van organisatoren en een betere naleving van de regels en voorwaarden in de vergunning. In de huidige situatie blijkt echter dat het handhavingsproces lastig uit te voeren is. Dit heeft verschillende redenen: 1. Heteenmalige en kortdurende karakter van evenementen Er wordt toegewerkt naar een meer circulaire aanpak van evenementen, waarbij bevindingen van eerdere edities of andere evenementen gestructureerd worden meegenomen in het vergunningenproces van toekomstige edities of andere evenementen van de organisator. Dit sluit ook aan bij de ontwikkeling van het nieuwe evenementenbeleid waarin voor de toewijzing van evenementen op de evenementenkalender de prestaties van een organisator worden meegenomen. 2. Hetfeit dat de handhavingsstrategie en matrix niet gepubliceerd zijn Dit bemoeilijkt het opleggen van dwangsommen in geval van overtredingen. De handhavingsstrategie en matrix worden aangescherpt en zullen op korte termijn het bestuurlijk proces doorlopen zodat deze voor de start van het evenementenseizoen gepubliceerd kan worden. 3. Hetontbreken van een duidelijk handelingsplan voor toezicht Een handelingsplan biedt toezichthouders de handvatten om een passende maatregel op te leggen afhankelijk van de ernst en de omvang van de overtreding en of deze tot een acuut risico leidt. Handhaving tijdens het evenement, denk hierbij bijvoorbeeld aan het stilleggen van het evenement of het niet meer toelaten van nieuwe bezoekers, kan verstrekkende gevolgen hebben voor de veiligheid van bezoekers. De handelingsperspectieven zullen daarom in Q1 en Q2 2024 nauwkeurig worden uitgewerkt. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 1 februari 2024 Pagina 7 van 7 De inzet van het extra toezicht op aangescherpte veiligheidsvoorschriften heeft ook impact op de capaciteit van handhavingsjuristen vanwege een verwachte toename aan handhavingszaken. Op dit moment heeft VTH te maken met een krapte aan handhavingsjuristen, vanwege niet ingevulde vacatureruimte en een algemeen tekort binnen het VTH uitvoeringsprogramma. Vanwege krapte op de arbeidsmarkt en benodigde tijd voor werving en opleiding kan geen garantie worden gegeven dat bij de start van het nieuwe evenementenseizoen de benodigde capaciteit volledig ingeregeld is. Voor de uitbreiding van capaciteit en de uitwerking van de maatregelen zijn financiële middelen nodig. Dit wordt betrokken bij de gesprekken in aanloop naar de voorjaarsnota. Verdere uitwerking en overleg met organisatoren De maatregelen, en ook de aanleiding en de noodzaak daarvoor, zijn besproken met de Evenementenvereniging Amsterdam (EVA). EVA heeft in dat gesprek laten weten de veiligheid van bezoekers op evenementen ook het allerbelangrijkste te vinden en gaf aan te begrijpen waarom deze maatregelen worden getroffen. Ook heeft EVA laten weten op het eerste gezicht goed met de voorschriften en maatregelen te kunnen werken en de komende tijd graag met de gemeente in gesprek te gaan over de verdere uitwerking ervan. De komende tijd moeten de wijzigingen in de voorschriften en de werkwijze worden doorgevoerd. Ook willen we scherp volgen of de aanscherpingen het gewenste effect hebben, en zal op een aantal punten nog nader onderzoek moeten worden gedaan naar de beste manier om de veiligheidsdoelstellingen te bereiken. Ook daarover zal de gemeente met de EVA in gesprek gaan. Tot slot Evenementen bezorgen veel Amsterdammers veel plezier, of het nu gaat om het samen vieren van Koningsdag, de Pride of oud en nieuw, en of je nu geniet van muziek op een dance evenementen of van theater, food of cultuur op een festival — op evenementen komen we samen en vieren we dat we die vrijheid hebben in Amsterdam. Maar een absolute voorwaarde voor die mooie en feestelijke evenementen is de veiligheid van de bezoekers en de omgeving. En ons vertrouwen in die veiligheid is ernstig geschaad door het vreselijke incident op Solid Grooves. De komende tijd zal moeten uitwijzen of we met de maatregelen die we nu treffen, dat gevoel van veiligheid en vertrouwen weer hersteld kan worden. Ik heb er vertrouwen in dat dat mogelijk is, en dat we door deze stappen nu te zetten daar veel meer zicht en grip op zullen krijgen. Ik zal u te gelegener tijd informeren over de voortgang daarvan. Vertrouwen komt te voet en gaat te paard. Daarom mag u van mij verwachten dat ik de komende tijd — samen met de stadsdelen en de diensten — nog zeer zorgvuldig en scherp naar alle vergunningaanvragen zal kijken. En dat ik niet zal aarzelen om lastige beslissingen te nemen, indien naar mijn mening niet aan die basisvoorwaarde is voldaan. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Femke Halsema Burgemeester van Amsterdam Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
7
train
% Aen Agenda vergadering Stadsdeelcommissie X Nieuw-West Plein 40-45, nr. 1 X 19 november 2019 Start om 19.30 uur Vergadering Stadsdeelcommissie Locatie: Plein 40-45, nr. 1 Voorzitter SDC: Alexander Grassi Wnd Secretaris SDC: Caner Duman 1. Opening 2. Agendavaststelling 3. Mededelingen 4. Rondje gebieden 5. Vaststelling besluitenlijst SDC van 5 november 2019 6. Ingekomen stukkenlijst 7. Insprekers: aanmelden maandag voor 12.00 uur 8. Mondelinge vragen 9. Adviesaanvraag B&W Agenda Touringcar 2020-2025 10. Ongevraagd advies over de Veiligheid en herinrichting Heemstedestraat 11. Presentatie Veiligheidsplan Nieuw-West 2019-2022 12. Sluiting Inspreken* Mocht u willen inspreken dan kunt v zich aanmelden tot maandag 12.00 uur. U kunt hiervoor contact opnemen met de afdeling bestuursondersteuning op nummer 06-10253833 of via [email protected] Dit is een conceptagenda. De agenda kan wijzigen. De meest actuele versie kunt u vinden op: https://nieuw-west.notubiz.nl/
Agenda
1
val
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 8 maart 2022 Portefeuille(s) Duurzaamheid Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door Ruimte & Duurzaamheid ([email protected]) Onderwerp Analyse coalitieakkoord 2021-2025 Geachte leden van de gemeenteraad, Tijdens de commissie Financiën, Economische Zaken en Duurzaamheid van 16 december 2021 is er gevraagd naar een analyse van de impact van het landelijke coalitieakkoord 2021-2025 ‘op de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal. Met deze brief informeert het college u hierover. In het hoofdstuk ‘Duurzaam land’ van het coalitieakkoord zijn ambitieuze plannen opgenomen voor het thema klimaat en energie. Er komt onder andere een klimaat- en transitiefonds van in totaal 35 miljard euro tot 2030, in aanvulling op de huidige Subsidieregeling Duurzame Energie (SDE++). Dat Nederland koploper wil zijn bij het tegengaan van de opwarming van de aarde sluit goed aan op de geformuleerde ambities in de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal. In het algemeen zien we veel aanknopingspunten in het coalitieakkoord. We schetsen in deze brief ook enkele aandachtspunten. Veel plannen in het coalitieakkoord moeten nog verder worden uitgewerkt. Dit betekent dat er nog diverse onzekerheden zijn over de uiteindelijke impact op de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal. Reductie CO‚-uitstoot In de Klimaatwet gaat het doel voor de reductie van de CO-uitstoot in 2030 worden aangescherpt van 49% naar 55% (ten opzichte van 1990), wat aansluit op de doelstelling in de Routekaart. Om dit doel te kunnen halen, wordt het beleid zelfs gericht op een reductie van 60%. Hiermee grenst deze ambitie volgens het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) aan het praktisch maximaal realiseerbare?. In het coalitieakkoord zijn indicatieve inschattingen opgenomen waar de extra CO-reductie gerealiseerd zou kunnen worden. De grootste extra besparing wordt verwacht in de gebouwde omgeving (ca. 7 Mton CO), bij de industrie (ca. 5-6 Mton CO) en in de mobiliteitssector (3-4 Mton CO»). In de elektriciteitssector wordt uitgegaan van een extra reductie van o,5-2 Mton CO. * Coalitieakkoord 2021-2025 ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’: https://www.kabinetsformatie202a.nl/documenten/publicaties/2021/12/15/coalitieakkoord-omzien- naar-elkaar-vooruitkijken-naar-de-toekomst 2 https://www.pbl.nl/sites/default/files/downloads/pbl-2021-reflectie-leefomgevingsthemas- coalitieakkoord-4884-2.pdf Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 2 van7 Aangezien de ambities voor het verduurzamen van de landelijke productie van elektriciteit al enorm zijn, is de extra reductie die hier wordt verwacht kleiner dan voor de andere sectoren. Deze geraamde extra CO‚-reductie kan ook positief uitpakken voor Amsterdam. Dit zal zichtbaar worden in de jaarlijkse Klimaatrapportage van de gemeente. We delen bij deze alvast de meest recente en geactualiseerde CO‚-doorrekening (zie hiervoor de bijlage). Deze studie is begin dit jaar uitgevoerd door CE Delft. Waar mogelijk hebben ze hierbij al rekening gehouden met de kwantitatieve effecten van de plannen uit het nieuwe landelijke coalitieakkoord op de CO- uitstoot in Amsterdam, al zijn veel geformuleerde ambities op dit moment nog niet concreet genoeg voor deze doorrekening. De conclusie van de nieuwe studie van CE Delft is dat de CO‚- uitstoot in Amsterdam naar verwachting lager vit komt dan een jaar geleden was ingeschat in de Klimaatrapportage 2021. De inschatting is dat de CO,-uitstoot van Amsterdam uit komt op -2% in 2025 en op -42% in 2030 (beide ten opzichte van 1990). De bandbreedte voor 2025 is +8% tot -10% en voor 2030 -12% tot -58%. De landelijke verduurzaming van de elektriciteitsproductie gaat volgens PBL sneller dan een jaar geleden ingeschat. Ook is de vitgangssitvatie (de uitstoot in Amsterdam in 2019) gunstiger dan eerder was ingeschat. Meer uitgebreidere inzichten zullen worden opgenomen in de Klimaatrapportage 2022 die in april 2022 zal worden gepubliceerd. Hieronder wordt kwalitatief ingegaan op de implicaties van de plannen vit het coalitieakkoord op de vier transitiepaden uit de Routekaart. Gebouwde omgeving Middels een langjarig Nationaal Isolatieprogramma zullen woningen sneller, slimmer en socialer geïsoleerd gaan worden. Hiervoor is tot 2030 ca. 3,35 miljard euro opgenomen in het klimaat- en transitiefonds. In Amsterdam is op dit gebied momenteel de Renovatiemotor actief. Een nationaal isolatieprogramma kan de stad helpen om sneller dan nu huizen te isoleren en daarmee CO.- uitstoot te reduceren, de energierekening van bewoners te verlagen en meer wooncomfort te realiseren. Een goede samenwerking met het Rijk is nodig bij het benaderen en ondersteunen van bewoners. De beschikbaarheid van voldoende vakmensen is daarnaast een grote uitdaging. Een veel actievere en meer sturende houding van het Rijk is hierbij essentieel. Ondersteuning en stimuleringsmaatregelen op gebied van isolatie bij verhuurders, VVE's, woningeigenaren en het MKB helpt ook bij het verder reduceren van de uitstoot in de gebouwde omgeving in Amsterdam, net als de voorgenomen stimuleringsregeling voor hybride warmtepompen. Maatschappelijke gebouwen worden niet genoemd in het coalitieakkoord, al lijkt er tot 2030 2,75 miljard euro gereserveerd te zijn in het klimaat- en transitiefonds voor de verduurzaming hiervan. Het plan is verder dat de onrendabele top van collectieve warmteprojecten deels zal worden bekostigd uit een nationale subsidieregeling. Amsterdam is op dit gebied voortvarend aan de slag, maar merkt ook dat financiën een vitdaging kunnen zijn. Een nationale subsidieregeling kan helpen om de geplande verdere uitrol van het warmtenet in Amsterdam succesvol te laten verlopen, al is de kans heel groot dat hiervoor nog veel meer middelen nodig zijn. Daarnaast bestaan er ook nu al nationale subsidieregelingen 3. Alleen als de nieuwe subsidieregeling bovenop 3 Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) en Stimuleringsregeling aardgasvrije huurwoningen (SAH) Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 3 van 7 de bestaande regelingen komt, is dit voor Amsterdam een verbetering. De wijkaanpak lijkt in het coalitieakkoord aan aandacht te verliezen. Dit is reden tot zorg, aangezien een collectieve aanpak essentieel is voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving van Amsterdam. Het gebruik van houtige biomassa voor energiedoeleinden wordt zo snel mogelijk afgebouwd. In 2019 heeft de gemeente Amsterdam reeds een brief naar de minister gestuurd om te pleiten voor minder subsidie op biomassa. Deze wijziging maakt de behoefte aan alternatieve duurzame warmtebronnen groter. Het is niet waarschijnlijk dat het versneld afbouwen van het gebruik van houtige biomassa tot een warmtetekort in de stad leidt. Wij verwachten ook dat dit geen consequenties heeft voor bedrijven die hier reeds een SDE-beschikking voor hebben ontvangen, zoals de Bio Energie Centrale van AEB. Het coalitieakkoord zet in op aardwarmte en aquathermie. De gemeente Amsterdam is onder andere reeds actief met voorbereidingen op gebied van geothermie. De aandacht van het Rijk hiervoor kan behulpzaam zijn bij het verduurzamen van de Amsterdamse warmtenetten en het vergroten van het aanbod van duurzame warmtebronnen. De coalitie is voornemens om de verhuurderheffing voor de woningcorporaties af te schaffen. Er gaan bindende afspraken gemaakt worden over onder andere verduurzaming. Tot en met 2023 heeft de gemeente bestaande prestatieafspraken met de Amsterdamse woningcorporaties. Hoe de afschaffing van de verhuurderheffing uit pakt is nu nog onzeker. Het college ziet dit als een kans om corporatiewoningen met een nog hoger tempo te verduurzamen en is hierover al met corporaties en huurders in gesprek 4. Tot slot kan bij het transitiepad gebouwde omgeving een bijmengverplichting voor groen gas in het gasnetwerk leiden tot directe CO‚-reductie in Amsterdam. Dit zal door CE Delft worden meegenomen in de geactualiseerde CO‚-doorrekening. Volgens PBL is het nog niet helder waar(van) het groene gas gemaakt gaat worden. Mobiliteit Het meest in het oog springende voorstel voor deze sector in het coalitieakkoord is de aankondiging van Betalen naar Gebruik vanaf 2030. Verwacht wordt dat dit tot minder automobiliteit in heel Nederland leidt. In Amsterdam kan dit vanaf 2030 zorgen voor minder CO‚-uitstoot op de snelwegen en in de stad en een lagere indirecte CO‚-uitstoot door minder elektriciteitsverbruik van elektrische auto's. Tegelijk is de beoogde invoerdatum rijkelijk laat, te meer de invoering ons inziens al op veel kortere termijn mogelijk is. Ook is in het coalitieakkoord nadrukkelijk niet gekozen voor het mogelijk maken van een tijd-, plaats- en emissiegebonden variant. Juist in en rondom grote steden, zoals Amsterdam, kan een dergelijke variant een nog groter effect sorteren op vlak van duurzaamheid, maar ook op diverse andere verstedelijkingsopgaven. Samen met de G4, maar ook met bijvoorbeeld het IPO, blijft Amsterdam zich inzetten op het versnellen en verbreden van het beprijzingsinstrument. 4 Zie deze raadsbrief vit februari 2022 voor meer informatie: https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/11163060/1/20220208+BRIEF+traject+vermindering+ en+afschaffing+verhuurderheffing+Amsterdam Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 4 van 7 Elektrisch vervoer, inclusief de tweede hands markt, gaat gestimuleerd worden. Het verder uitrollen van oplaadinfrastructuur wordt versneld. Voor Amsterdam is het belangrijk dat deze uitrol niet alleen in Amsterdam maar ook in onze regio voortvarend wordt opgepakt. Verder gaat het kabinet vele miljarden investeren in de ontwikkeling van groene waterstof (zie ook de paragraaf ‘Haven en industrie’). Dat is voor Amsterdam een belangrijke voorwaarde om te komen tot duurzame stadslogistiek en duurzaam (internationaal) vrachtverkeer. Al deze stappen helpen bij het realiseren van de Amsterdamse ambities op gebied van uitstootvrije mobiliteit, al is meer nodig om deze doelen te kunnen halen, bijvoorbeeld op gebied van groene waterstof. Er zijn geen middelen voor de mobiliteitssector gereserveerd in het aanstaande klimaat- en transitiefonds, maar in het kader van dit fonds wordt het verduurzamen van de mobiliteit expliciet in de akkoordtekst genoemd. Ook de gelden die worden ingezet voor de aanpak van de stikstofproblematiek (vooral waar het gaat om het terugdringen van de uitstoot door mobiele werktuigen bij ruimtelijke projecten) kunnen Amsterdam helpen bij het reduceren van de aan mobiliteit gerelateerde uitstoot van CO. De extra geplande investeringen in openbaar vervoer, fiets, maar ook overstapvoorzieningen zoals hubs en deelmobiliteit kunnen eraan bijdragen dat de automobiliteit in Amsterdam niet toeneemt als de stad de komende jaren verder groeit. Tegelijk is nu al duidelijk dat de beschikbare gestelde middelen op dit vlak niet alleen te weinig zijn om de benodigde maatregelen, zoals een schaalsprong van het OV, te kunnen nemen. Ook zorgt de aangebrachte labeling en beoogde tijdshorizon bij een belangrijk deel van de opgevoerde middelen ervoor dat deze ons inziens niet optimaal benut gaan worden. De komende periode zal met het Rijk doorgesproken worden hoe hier mee omgegaan kan en mag worden. Daarnaast is het coalitieakkoord onduidelijk welk beleid en regelgeving het kabinet hieraan wil koppelen om de benodigde duurzame mobiliteitstransitie daadwerkelijk te laten slagen. Alleen geld zal onvoldoende zijn om de opgaven, vooral ook op kortere termijn, aan te kunnen. Mooi is dat het nieuwe kabinet het thuiswerken wil stimuleren, al is het daaraan gekoppelde budget relatief beperkt en is onduidelijk welk beleid hieraan gekoppeld gaat worden. Daarnaast wordt met het verhogen van de onbelaste reiskostenvergoeding deze inzet deels tenietgedaan. Tenslotte zijn we blij dat dit kabinet in wil zetten op duurzame treinverbindingen. Dit is een ambitie die aansluit op de inzet vanuit Amsterdam. Elektriciteit Het kabinet is voornemens om stappen te zetten voor de bouw van 2 nieuwe kerncentrales en reserveert hiervoor 5 miljard euro in het klimaat- en transitiefonds. Deze zullen niet voor 2030 gerealiseerd zijn en het is daarbij ook niet realistisch dat deze in het Noordzeekanaalgebied komen. Deze dragen daarmee niet bij aan de CO‚-doelstelling van Amsterdam voor 2030. PBL geeft in haar analyse aan dat nog veel onduidelijkheid is over de kosteneffectiviteit van kernenergie in Nederland binnen een (Europees) elektriciteitssysteem dat na 2030 wordt gedomineerd door zon- en windenergie. Het coalitieakkoord zet ook in op extra wind op zee en zon-op-dak om daarmee het aanbod van duurzame elektriciteitsbronnen te vergroten. Dit kan bijdragen aan de verdere landelijke reductie van CO‚-uitstoot bij de productie van elektriciteit. Aangezien bij het bepalen van de CO‚-uitstoot in Amsterdam door het verbruik van elektriciteit wordt gerekend met de landelijke uitstoot van de elektriciteitsproductie kan dit ook gunstig uitpakken voor de CO‚-reductie in Amsterdam. De Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 5 van7 gemeente levert een bijdrage aan het verduurzamen van de landelijke elektriciteitsproductie door meer duurzame elektriciteit op te wekken binnen de gemeentegrenzen, zoals is opgenomen in de Regionale Energiestrategie (RES). Het nieuwe kabinet wil zonnepanelen op land alleen toestaan als multifunctioneel gebruik van dat land mogelijk is en zet vooral in op grootschalige installatie van zonnepanelen op daken. In de RES-plannen van Amsterdam op gebied van zonne-energie wordt ingezet op zon op daken, dubbel ruimtegebruik en tijdelijk gebruik van braakliggend terrein. Amsterdam zou graag zien dat er voor eigenaren van grote daken verplichtende maatregelen komen om zonnepalen op daken te verwezenlijken of het dak hiervoor ter beschikking te stellen. Daarnaast zou het helpen als er in het bouwbesluit een verplichting komt dat alle gebouwen geschikt zouden moeten zijn voor de opwek van (zonne)energie. Er komen heldere afstandsnormen voor de bouw van windturbines op land. Dit kan gevolgen hebben voor de plaatsing van windturbines in een dichtbevolkt gebied als Amsterdam. Het is momenteel nog onduidelijk aan welke afstandsnormen wordt gedacht en wat de invloed hiervan op de plannen in de RES is. Afstandsnormen bieden mogelijk minder bescherming aan geluidsgevoelige objecten en omwonenden dan de huidige normering. Bij de toepassing van vaste afstandsnormen wordt geen rekening gehouden met omgevingsfactoren die mogelijk van invloed kunnen zijn op de ervaren hinder vanwege het geluid van windturbines. Ook werkt de hele milieunormering in Nederland ter bescherming van de omgeving met geluidsnormen en niet met afstandsnormen. De windturbinenorm zou hierop een ongewenste uitzondering zijn. Amsterdam werkt ondertussen verder aan de volgende stappen in het kader van het RES-traject, waaronder een Plan-MER voor de zoekgebieden voor windturbines in Amsterdam en daarna een project-MER per zoekgebied. Daarnaast heeft Amsterdam aan een onafhankelijke groep experts gevraagd om (vooruitlopend op nieuw beleid van het Rijk) aan te geven waarmee Amsterdam rekening moet houden om de gezondheid van haar inwoners te beschermen bij het plaatsen van windturbines. In het coalitieakkoord zijn geen specifieke maatregelen opgenomen op gebied van het tegengaan of voorkomen van congestie op het elektriciteitsnetwerk. Congestie op het elektriciteitsnetwerk heeft een grote impact op de ontwikkeling van de stad. Recent heeft de gemeente een brandbrief naar het Rijk gestuurd voor voldoende instrumentarium op dit gebied. We nemen aan dat er binnen de gereserveerde middelen in het klimaat- en transitiefonds voor de energie-infrastructuur (zie ook de paragraaf ‘Haven en industrie’) ruimte is voor benodigde investeringen in het elektriciteitsnetwerk. Haven en industrie Het nieuwe kabinet heeft grote ambities op gebied van de transitie naar een groene industrie. PBL is positief over de geplande maatregelen en constateert dat er geen sprake van vrijblijvendheid is. Door het maken van maatwerkafspraken met de 10-20 grootste uitstoters moet de CO‚-uitstoot sterk gereduceerd worden. De grootste uitstoters in Amsterdam (AEB en gascentrale Hemweg) vallen niet binnen de top 20 van grootste landelijke uitstoters. Dat de mogelijkheden voor carbon capture storage (CCS) worden verruimd, vergroot wel dat kans dat het AEB hier gebruik van kan Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 6 van 7 maken, wat bij realisatie een significant positieve impact heeft op de reductie van de CO,-uitstoot in Amsterdam. Het voornemen van het nieuwe kabinet is om de marginale heffing bovenop de CO‚-prijs in het Europese emissiehandelssysteem (ETS) te verhogen. Een reële CO‚-prijs is een belangrijk beleidsinstrument. Dit kan voor de industriële sector in Amsterdam een stimulans zijn om verder te verduurzamen en CO‚-uitstoot te besparen. Volgens PBL is het op tijd realiseren van de benodigde energie-infrastructuur en het beschikbaar zijn van emissiearme energiedragers het primaire aandachtspunt bij het verduurzamen van de industrie. In het geplande klimaat- en transitiefonds is tot 2030 in totaal 22 miljard euro gereserveerd voor het aanleggen van deze benodigde energie-infrastructuur, waaronder voor waterstof. Deze energiedrager is interessant voor het havengebied van Amsterdam. Dat het nieuwe kabinet de productie en import hiervan wil opschalen, is een kans voor Amsterdam. Hetzelfde geldt voor de voorgenomen ontwikkeling en productie van synthetische kerosine. De gemeente Amsterdam is daarnaast reeds betrokken bij plannen zoals het stoomnetwerk in de haven en de Cluster Energie Strategie (CES) en staat daarmee klaar om de geplande extra rijksmiddelen voor energie-infrastructuur een goede bestemming te geven. In het coalitieakkoord staat niets vermeld over de mogelijkheden om negatieve CO,-emissies te realiseren, ofwel CO, te onttrekken uit de atmosfeer, terwijl het IPCC5 hier expliciete aandacht voor vraagt om de doelstellingen van Parijs te kunnen halen. In Amsterdam zien we kansen om negatieve emissies te realiseren, maar dit lukt alleen als hier vanuit de EU en het Rijk het juiste beleidsinstrumentarium voor wordt ontwikkeld. Dat er voor de industriële sector een ambitieus klimaatdoel voor de circulaire economie komt met een bijbehorend uitvoeringsprogramma sluit goed aan op de ambities van Amsterdam. Hierbij vinden we het van belang dat niet alleen naar recycling wordt gekeken, maar naar de volledige breedte van de circulaire economie. We zijn daarnaast positief over de geplande extra investeringen in onderzoek en innovatie op gebied van klimaatneutrale technologieën. 5 In IPCC-rapport Climate Change 2021: The Physical Science Basis’ Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 8 maart 2022 Pagina 7 van7 Tot slot Volgens PBL is het opvallend dat in het coalitieakkoord geen specifieke doelen voor de opwekking van hernieuwbare energie of energiebesparing vermeld staan. Een ander aandachtspunt dat PBL schetst, is dat er in het coalitieakkoord bij het thema klimaat en energie relatief veel wordt ingezet op subsidies. Het risico hiervan is dat de werkelijke kosten niet worden verwerkt in prijzen, waardoor de vraag naar bepaalde niet-duurzame producten en materialen mogelijk niet vermindert. Volgens PBL bestaan er daarnaast in de vitwerking van de plannen van het coalitiekakkoord diverse verbanden tussen de aanpak van de energietransitie en andere vraagstukken (zoals het grondstoffengebruik en de biodiversiteit). De onderlinge samenhang tussen deze vraagstukken behoeft zowel in de planvorming, als bij de uitvoering aandacht. De gemeente Amsterdam kijkt vit naar de verdere samenwerking met het Rijk bij het realiseren van de ambitieuze klimaat- en energiedoelen. Waar mogelijk trekken we samen op en indien nodig zullen we cruciale aandachtspunten ook bespreken met het Rijk. Bij de verdere vitwerking van de plannen is het voor Amsterdam van belang dat er voldoende aandacht is voor het betrekken van bewoners, de betaalbaarheid voor huishoudens met een laag- en middeninkomen en het vergroten van het aanbod van technisch geschoold personeel. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, RS go En ol Po ee Ld ne Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid Bijlage: Raming Amsterdam Klimaatneutraal, effect van beleid op CO‚-uitstoot (update 2022), CE Delft Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
7
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 17 oktober 2023 Portefeuille(s) Grond en Ontwikkeling Portefeuillehouder(s): Reinier van Dantzig Behandeld door G&O, Bart Peters [email protected] , 0654363035 Onderwerp Kennis nemen van het collegebesluit tot vaststelling van de projectnota Holterbergdistrict Amstel III Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief informeert het college v over het besluit om de projectnota vast te stellen voor het deelgebied in de Bedrijvenstrook Amstel III, het Holterbergdistrict. In de Omgevingsvisie Amsterdam 2050 ‘Een menselijke metropool’ is dit gebied aangewezen als een gebied dat kansen biedt voor grootschalige intensivering met gestapelde bedrijfsgebouwen en het ontwikkelen van een deel van het gebied naar een gemengd stedelijk gebied, welke aansluit bij de kern Arenapoort. In de projectnota zijn de ambities, kernwaarden, haalbaarheid en risico’s in beeld gebracht. Voor het goed functioneren van de verdichtende stad is de Bedrijvenstrook in Zuidoost van essentieel belang. Door slim te schuiven en te verdichten, kan in het eerste deelgebied ter grootte van 36 ha, per saldo 1,5 keer meer vierkante meter bedrijfsruimte komen. Ook komt er ruimte vrij voor andere wenselijke functies. Op dit moment is een indicatief programma voorzien van ca 900.000 m2, waarvan 240.000 ma bedrijfsruimte, 295.000 m2 wonen (circa 4.000 woningen), 150.000 m2 laboratorium, 65.000 m2 kantoor, 50.000 m2 High Performance Computing (HPC) inclusief elektra inkoopstation, 35.000 m2 maatschappelijke voorzieningen en 65.000 m2 commerciële voorzieningen, waarbij het programma potentie heeft om door te groeien. Er bestaat het voornemen om ‘High Performance Compute’ (HPC) in het gebied te vestigen. Deze functie valt binnen de erfpachtcategorie datacenter. In het geactualiseerde datacenterbeleid (nog vast te stellen) wordt deze ontwikkeling als een bestaand initiatief benoemd. HPC is de belangrijkste aantrekker van laboratoria, kantoren en kennisinstellingen in het plangebied, en biedt kansen om een duurzaam ecosysteem voor Artificiële Intelligentie (AI) te creëren. Daarbij wordt ingezet op technologie die 80-90% van de energie hergebruikt als warmte voor de overige functies (zoals wonen) in het gebied. De donuteconomie wordt gebruikt als duurzaam kompas bij de transformatie van het gebied, waarbij wordt aangehaakt op het programma Amsterdam Circulair 2020-2025. Conform de donuteconomie wordt er bij de transformatie uitgegaan van een sociaal fundament en een ecologisch plafond. Er wordt uitgewerkt hoe sociale en fysieke verbindingen met de omgeving versterkt kunnen worden, waarbij aandacht uitgaat naar de kansen voor de bewoners van Zuidoost. Er wordt aangesloten bij het Masterplan Zuidoost. Daarnaast wordt een pakket aan Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 oktober 2023 Pagina 2 van 3 mobiliteitsmaatregelen voorgesteld, waarmee fiets-, voetganger- en ov-gebruik gestimuleerd en aantrekkelijk gemaakt wordt. Het is de bedoeling om samen met omliggende gebiedsontwikkelingen deze onderwerpen op grotere schaal integraal te bekijken, waarbij alle maatregelen verenigd zullen worden in het mobiliteitsplan Zuidoostflank. Op 14 december 2021 heeft het college het principebesluit Bedrijvenstrook Amstel III genomen, waarover u bent geïnformeerd middels een raadsinformatiebrief. Op 13 juni 2023 heeft het college de concept Projectnota Holterbergdistrict Amstel III vrijgegeven voor inzage voor een periode van 6 weken (14 juni 2023 tot en met 26 juli 2023). Middels een raadsinformatiebrief met eveneens datum 23 juni 2023 bent v over het besluit tot vrijgave geïnformeerd. Daarnaast is de concept projectnota ter kennisname geagendeerd op de raadscommissievergadering van 5 juli 2023. Er zijn in totaal 8 reacties binnengekomen. Tevens is in de Nota van Beantwoording een overzicht gemaakt van de informele reacties op social media (Facebook) en onder het nieuwsbericht op amsterdam.nl. Enkele reacties bevatten waardevolle suggesties (zoals het verzoek om ouderenwoningen te bouwen), die kunnen worden uitgewerkt in de volgende fase richting investeringsbesluit. De reacties geven geen aanleiding tot aanpassing van de projectnota. Voorafgaand aan de ter inzagelegging zijn, bij het opstellen van de projectnota, ondernemers en vastgoedeigenaren van het bedrijventerrein en (maatschappelijke) organisaties vit de omgeving betrokken. In totaal zijn er 350 stakeholders uitgenodigd en zijn er ruim 7o aanwezig geweest bij de verschillende bijeenkomsten, onder begeleiding van Zuidoost City. De reacties op de ambities waren overwegend positief, zoals het vergroenen en toevoegen van functies voor meer levendigheid. Daarbij zijn er ook zorgen geuit, zoals of het gebied wel net zo goed bereikbaar blijft als het nu is. In de verdere uitwerking naar een investeringsbesluit wordt in co-creatie met de markt verder gewerkt aan onder andere een stedenbouwkundig plan, een mobiliteitsplan en een sociaal convenant. De afspraak is dat er eerst een verdichting met bedrijfsruimte op het bedrijventerrein plaatsvindt, voordat er andere functies zoals wonen worden ontwikkeld, en de huidige bedrijven de gelegenheid wordt geboden om in het gebied te blijven. Stakeholders in het gebied zijn betrokken en zullen blijven worden uitgenodigd om hun wensen en aandachtspunten mee te geven bij de verdere uitwerking van de plannen. Gezien de intensivering van het ruimtegebruik enerzijds en het relatief beperkte metrage aan openbare ruimte anderzijds waarin geïnvesteerd moet worden, wordt een positief resultaat op de toekomstige grondexploitatie van circa € 40 min verwacht (op netto contante waarde per 01-01-2023). De verwachting is dat in 2025 de investeringsnota voorgelegd kan worden aan het college. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 17 oktober 2023 Pagina 3 van 3 Op basis van bijgaande stukken heeft het college besloten om de projectnota ongewijzigd vast te stellen. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Reinier van Dantzig Wethouder Woningbouw en Stedelijke Ontwikkeling Bijlagen 1. Projectnota Holterbergdistrict Amstel III 2. Concept MER beoordeling 3. Mobiliteitsconcept
Brief
3
train
VN2023-021031 G Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en irectie Mi emeente ' Directie Middelen % Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede en OZA en Control X Amsterdam Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 18 oktober 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Financiën Agendapunt 3 Datum besluit B&W van 19 september 2023 Onderwerp De Begroting 2024 De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht Begroting 2024. Wettelijke grondslag Gemeentewet, artikel 190, lid 1. Het college biedt jaarlijks aan de raad de begroting van de gemeente ter vaststelling aan. Gemeentewet, artikel 191, lid 1. De raad stelt de begroting vast in het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de begroting betrekking heeft. Gemeentewet, artikel 191, lid 2. Het college zendt de door de raad vastgestelde begroting voor 15 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de begroting dient aan gedeputeerde staten. Bestuurlijke achtergrond Op 28 september 2023 is de Begroting 2024 van de gemeente Amsterdam aangeboden. De Begroting 2024 wordt op 17, 18 en 19 oktober behandeld in de raadscommissies en op 9 november in de raad. Om te voldoen aan artikel 191 van de Gemeentewet, waarin is opgenomen dat de vastgestelde begroting vóór 15 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de begroting dient aan gedeputeerde staten moet worden gezonden, wordt een besluit tot vaststelling van de gemeentelijke begroting voorgelegd. Deze datum is medebepalend voor de beslissing van de gedeputeerde staten om repressief (en geen preventief) toezicht uit te oefenen. De Begroting 2024 bevat de voor de raad relevante financiële en beleidsinhoudelijke informatie. De vast te stellen begroting bestaat uit: e De bestuurlijke en financiële hoofdlijnen van de Begroting 2024. e De programmabegroting ingedeeld naar op de gemeente Amsterdam toegesneden programmaonderdelen met de daaraan verbonden baten en lasten. * De verplichte paragrafen volgend uit het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Conform de beleidsnota Reserves en voorzieningen 2022 worden besluiten met betrekking tot het instellen, opheffen en wijzigen van reserves aan de raad voorgelegd. Reden bespreking Zie raadsvoordracht. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.6 1 VN2023-021031 % Gemeente Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en ZA Directie Middelen _ 9 Amsterdam „ ‚ ‚ … Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede en en Control % Schuldhulpverlening Voordracht voor de Commissie OZA van 18 oktober 2023 Ter advisering aan de raad Niet van toepassing. Geheimhouding Niet van toepassing. Uitgenodigde andere raadscommissies De Begroting 2024 wordt in alle raadscommissies behandeld. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Motie TA2022-001035 en TA2022-001039. Zie raadsvoordracht Welke stukken treft v aan? AD2023-072137 Bijlage 1 Begroting 2024. pdf (pdf) AD2023-072138 Bijlage 2 Wijzgingen doelenboom.docx (msw12) AD2023-072139 Bijlage 3 Paspoorten reserves.docx (msw22) AD2023-072141 Commissie OZA Voordracht (pdf) Gemeenteraad Voordracht „pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) DMC, Arjan Langeveld, 06-14,824996, arjan. [email protected] DMC, Ella Krommendijk, 06-39268596, ella.krommendijk@&amsterdam.nl Gegenereerd: vl.6 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam EZ P % Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, x Dierenwelzijn, Waterbeheer Gewijzigde agenda, woensdag 10 november 2010 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, Dierenwelzijn, Waterbeheer Tijd 13.30 tot 17.00 uur en zonodig van 19.30 tot 22.30 Locatie 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 _Inspreekhalfuur publiek 5 Actualiteiten 6 Conceptverslag van de openbare vergadering van de commissie van 13 oktober 2010. e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieEZP@®raadsgriffie. amsterdam.nl 7 Openstaande toezeggingen « Wordt nagezonden op maandag 1 november 2010. 8 Termijnagenda « Wordt nagezonden op maandag 1 november 2010. Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam EZ P Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, Dierenwelzijn, Waterbeheer Gewijzigde agenda, woensdag 10 november 2010 9 Openstaande Schriftelijke vragen 10 Rondvraag - Tkn lijst Financiën 11 Begroting 2011 Gemeente Amsterdam Nr. BD2010-005304 Resultaatsgebiedsgewijze bespreking van de ontwerpbegroting 2011. Portefeuilles Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, Dierenwelzijn en Waterbeheer. e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. Het Begrotingsboek 2011 is separaat aan alle (duo) raadsleden gezonden. e Bespreking eerste termijn van de Begroting 2011 en indienen van moties/amendementen. Personeel en Organisatie 12 Kwartaalrapportage 1e en 2e kwartaal Nr. BD2010-006864 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Dienstverlening 13 Tarieven CCA en Kostenverdeling Digitaal Loket en Zoek een Collega voor 2011 Nr. BD2010-005489 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van duo-raadslid de heer Klatser (Red Amsterdam) Bedrijfsvoering en Inkoop 14 Initiatiefvoorstel “Maximering salaris van directies van dienstverlenende bedrijven” van het raadslid Ivens van de SP van 6 augustus 2010 Nr. BD2010- 006978 e _ Initiatiefvoorstel bespreken. 2 Gemeente Amsterdam EZ P Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, Dierenwelzijn, Waterbeheer Gewijzigde agenda, woensdag 10 november 2010 Waterbeheer 15 Wijzigen van de Verordening op de heffing en invordering rioolheffing 2008 Nr. BD2010-004760 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. 16 Wijzigen van de Verordening Huisrioleringen Amsterdam 2005 Nr. BD2010- 004757 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. 17 Intrekken van de Verordening Binnenhavengeld Beroepsvaart 2010 en vaststellen van de Verordening Binnenhavengeld Beroepsvaart 2011 Nr. BD2010-006923 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. 18 Intrekken van de Verordening Binnenhavengeld Pleziervaart 2010 en vaststellen van de Verordening Binnenhavengeld Pleziervaart 2011 Nr. BD2010-006922 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht. Economische Zaken 19 Beantwoording actualiteit ondernemershuizen Nr. BD2010-005486 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid de heer De Goede (GrLi). 20 Reactie op Initiatiefvoorstel inzake vermindering regeldruk voor burgers en ondernemers Nr. BD2010-006683 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Ruigrok (VVD). e Op voorstel van de voorzitter worden de stukken niet opnieuw meegezonden voor de behandeling van de commissie. 21 Dashboard Citymarketing Nr. BD2010-006943 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3 Gemeente Amsterdam EZ P Raadscommissie voor Economische Zaken, Bedrijfsvoering en Inkoop, Bedrijven en Deelnemingen, Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Luchthaven, ICT, Dierenwelzijn, Waterbeheer Gewijzigde agenda, woensdag 10 november 2010 22 Factsheet Economische Crisis augustus 2010 Nr. BD2010-007027 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Van der Heijden (PvdA). e _Op voorstel van de voorzitter worden de stukken niet opnieuw meegezonden voor de behandeling van de commissie. 23 Verslag Expertmeeting FEZ 14-01 Nr. BD2010-007034 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid de heer De Goede (GrLi). e _Op voorstel van de voorzitter worden de stukken niet opnieuw meegezonden voor de behandeling van de commissie. Bedrijven 24 Meerjarenvisie 2020 Afval Energie Bedrijf: Duurzaam Perspectief Nr. BD2010- 005384 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Bedrijven 25 Gevolgen voor het MKB van de nieuwe aanbestedingsregels van de gemeente Nr. BD2010-007421 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid de heer De Goede (GrLi). BESLOTEN DEEL 4
Agenda
4
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 435 Datum akkoord college van b&w van 10 mei 2016 Publicatiedatum 11 mei 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Poot (VVD) van 1 maart 2016 inzake kwijtschelding van afvalstoffenheffing. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Dezer dagen krijgen Amsterdammers van de gemeente hun aanslag voor de afvalstoffenheffing, waarmee de kosten voor het ophalen en verwerken van afval worden gedekt. Bovenop het bedrag wat elk huishouden moet betalen, afhankelijk van het aantal personen waaruit het huishouden bestaat, komt per huishouden voor dit jaar een bedrag van £ 56 aan ‘solidariteitsheffing’, waarmee de kwijtschelding van de afvalstoffenheffing voor lagere inkomens wordt gefinancierd. De fractie van de VVD ziet kwijtschelding van afvalstoffenheffing als een armoedemaatregel. Nu betalen sommige Amsterdammers voor het verwerken van het afval van anderen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Poot, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. In antwoord op eerdere schriftelijke vragen van de VVD schrijft het college ‘geen voorstander [te zijn] van de kosten van de solidariteitsbijdrage afzonderlijk te vermelden op de aanslag.” Op basis van welke overwegingen is het college van gedachten veranderd? Antwoord: Het college wil transparant zijn over belastingen en heffingen. Aangezien de solidariteitsheffing een substantieel onderdeel uitmaakt van de afvalstoffenheffing, heeft het college er voor gekozen om de solidariteitsheffing met ingang van 2016 expliciet te vermelden. ! http://zoeken.amsterdam.raadsinformatie.nl/cgi- bin/showdoc.cgi/action=view/id=1 457 15/type=pdf/21 1.12.schriftelijke_vragen_Toonk_ kwijtschelding afvalstoffen heffing.pdf#search="afvalstoffenheffing” 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing as Gemeenteblad Datum 11 mei 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 1 maart 2016 2. Kan het college aangeven hoe het bedrag dat huishoudens betalen ten behoeve van de kwijtschelding zich de afgelopen vijf jaar heeft ontwikkeld? Antwoord: Hieronder volgt een overzicht van de solidariteitsbijdragen in de jaren 2011 tot en met 2016, zoals verwerkt in het tarief. Jaar: 2016: € 56,01; 2015: € 57,70; 2014: € 54,15; 2013: € 54,09; 2012: € 42,64; 2011: € 41,57. 3. Is het college het met de fractie van de VVD eens dat het kwijtschelden van afvalstoffenheffing een armoedemaatregel is? Welk gedeelte van de kwijtscheldingen wordt uit de algemene middelen of armoedemiddelen betaald? Welke andere systematieken van het bekostigen van kwijtscheldingen zijn mogelijk met welke voor- en nadelen? Is het college bereid een inventarisatie te maken van deze mogelijkheden? Antwoord: De kwijtscheldingsregeling afvalstoffenheffing bestaat sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw en is een maatregel om minima te ontzien. De kwijtschelding wordt gedekt door een solidariteitsheffing als onderdeel van de afvalstoffenheffing. Bij de Voorjaarsnota 2015 is besloten dat een overschrijding op kwijtschelding in 2015 voor het laatst ten laste komt van het armoedebudget. Met ingang van de Begroting 2016 wordt de kwijtschelding meerjarig kostendekkend binnen de keten van de afvalstoffenheffing geraamd. Een eventuele overschrijding op de kwijtschelding in 2016 wordt gedekt uit de egalisatiereserve afval. Er zal een onderzoek plaatsvinden naar de systematiek en de reikwijdte van de kwijtscheldingen in vergelijking met andere steden. Dit onderzoek is eerder door het college bij de raadsvoordracht afvalstoffenheffing 2016 aangekondigd. De uitkomsten van dit onderzoek worden betrokken bij de Begroting 2017. 4. Hoe kijkt het college aan tegen andere systemen om de kosten voor verwerking van afval over Amsterdammers te verdelen, waaronder Diftar? Is het college het met de VVD eens dat in een model waar de vervuiler betaalt het logisch is dat iedereen, ongeacht zijn of haar inkomen, financieel bijdraagt? Dit met als achterliggende reden dat een financiële prikkel leidt tot minder afval. Antwoord: In het kader van het uitvoeringsplan afval zal onderzoek worden gedaan naar Diftar. Vooruitlopend hierop ziet het college op dit moment geen aanleiding om van de huidige systematiek af te wijken. Burgemeester en wethouders van Amsterdam 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neng as Gemeenteblad ummer seen: . Datum 411 mei 2016 Schriftelijke vragen, dinsdag 1 maart 2016 A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering gen 10 november 2022 Ingekomen onder nummer 473 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Schmit, Asruf en Ernsting inzake verder differentiëren reclamebelasting Onderwerp Verder differentiëren reclamebelasting Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 (het innen van reclamebelasting). Overwegende dat: — Veel MKB-ondernemers nog herstellende zijn van de coronacrisis en geconfronteerd worden met stijgende kosten; — _ Kleine reclame-uitingen zoals bijvoorbeeld naamaanduiding, openingstijden en menukaart noodzakelijk onderdeel zijn van de bedrijfsvoering; — De huidige tarieven de druk de openbare ruimte niet evenredig reflecteren; een ondernemer met een reclame-uiting van bijvoorbeeld ‚9 m2 betaalt 3,5 keer zoveel als een ondernemer met een reclame-uiting van 2 ma, terwijl het ruimtebeslag ongeveer 25 keer zo groot is. Constaterende dat: — _ Amsterdam na uitstel i.v.m. de coronacrisis de reclamebelasting gaat innen; — _Belastingtarieven bij wijzigingsverordeningen kunnen worden aangepast. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders De reclamebelasting verder te differentiëren bij de eerstvolgende mogelijkheid: de wijzigingsver- ordening voor de begroting van 2024. Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 2 Indieners E.W. Schmit M.F. Asruf Z.D. Ernsting
Motie
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2021 Afdeling 1 Nummer 015 Behandeld op 20 januari 2021 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 25 januari 2021 Onderwerp Motie van de leden Kilic en Veldhuyzen inzake aanpassingen van de evenemententerreinen op het Gaasperpark en het Martin Luther King Park Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over Krediet voor de herinrichting van het Noorderpark. Constaterende dat: - De tijdgeest, onder meer door Covid19, enorm is veranderd ten aanzien van grote evenementen in parken; - De biodiversiteit enorm te lijden heeft en evenementen daar niet aan bijdragen. Overwegende dat: -— Evenementen een extra grote druk op de parken en het groen veroorzaakt; -— Vorige evenementen laten zien dat ze een grote parkeerdruk veroorzaken in de directe omgeving en het plan niet voorziet in extra parkeerplaatsen; - De overlast van evenementen het woongenot van omwonenden kunnen wegnemen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De criteria voor de aanpassingen van de evenemententerreinen op het Gaasperpark en Martin Luther Kingpark zodanig te wijzigen dat deze primair gericht zijn op het minimaliseren van de overlast voor omwonenden en het herstellen van de biodiversiteit van de natuur. De leden van de gemeenteraad A. Kili JA. Veldhuyzen 1
Motie
1
discard
nz023023255 N% Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en AZ igitalisering, : ‘ ‘ bn: : Innovatie en % Amsterdam Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken, Informatie Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 23 november 2023 Ter kennisneming Portefeuille Juridische Zaken Agendapunt 7 Datum besluit 24 oktober 2023, burgemeester Onderwerp Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over openbaarheid en informatiehuishouding op orde De commissie wordt gevraagd 1. Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over openbaarheid en informatiehuishouding op orde. In de brief wordt de stand van zaken en aanpak met betrekking tot openbaarheid en informatiehuishouding beschreven. Wettelijke grondslag Artikel 169, eerste en tweede lid van de Gemeentewet, schrijft voor dat het college en elk van zijn leden afzonderlijk aan de raad verantwoording schuldig zijn over het door het college gevoerde bestuur en dat zij de raad alle inlichtingen geven die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond Sinds de inwerkingtreding van de Wet open overheid op 1 mei 2022 heeft de burgemeester heeft de raad schriftelijk geïnformeerd over de stand van zaken in brieven van 6 mei 2022, 26 juli 2022, 11 januari 2023 en 11 mei 2023. In de bijgevoegde brief van 24 oktober 2023 informeert de burgemeester v namens het college over: e de stand van zaken met betrekking tot de vitvoering van het programma Openbaarheid en informatiehuvishouding op orde; e de stand van zaken van de lopende Woo-verzoeken, actieve openbaarheid en de informatiehuvishouding. De brief is ook aangeboden via de dagmail van 26 oktober 2023. Reden bespreking Niet van toepassing Uitkomsten extern advies Niet van toepassing Geheimhouding Niet van toepassing Uitgenodigde andere raadscommissies Gegenereerd: vl.7 1 VN2023-023255 % Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Digitalisering, % Amsterdam ee oe on: i Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken, Innovatie en % Informatie Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 23 november 2023 Ter kennisneming Niet van toepassing Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Niet van toepassing Welke stukken treft v aan? AD2023-080054 Commissie AZ Voordracht (pdf) Raadsbrief openbaarheid en informatiehuvishouding op orde Oktober 2023 AD2023-080055 (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Digitale Strategie en Informatie, Sofie Bustraan (Informatiecommissaris): 06 2314 5164 / s.bustraan@®amsterdam.nl Gegenereerd: vl.7 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 655 Datum indiening 19 juni 2018 Datum akkoord 14 september 2018 Publicatiedatum 14 september 2018 Onderwerp Beantwoording nadere schriftelijke vragen van het lid A.L. Bakker inzake de betrokkenheid van de Amsterdamse Haven bij sojaroutes in de Amazone. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Op 25 april 2018 stelde de Partij voor de Dieren vragen over de betrokkenheid van de Amsterdamse Haven bij zogenaamde sojaroutes in de Amazone. Op 29 mei 2018 ontving de Partij voor de Dieren de door het college van b&w goedgekeurde beantwoording (nr. 479), waarin het college stelt dat die betrokkenheid er niet is: “In tegenstelling tot hetgeen in het artikel van de Groene Amsterdammer staat is noch het Havenbedrijf Amsterdam noch haar dochter Port of Amsterdam International betrokken bij het genoemde advies voor de Braziliaanse binnenvaart” en “Het Havenbedrijf is niet betrokken bij de advisering of realisatie van het ‘Corredor Norte’. Zie het antwoord op vraag 1.” Het Havenbedrijf zou volgens de beantwoording alleen zijdelings betrokken zijn bij het aanleggen van een haven in een zuidelijke staat buiten de Amazone. Uit diverse door de fractie geraadpleegde Braziliaanse bronnen lijkt er wel betrokkenheid te zijn. Zoals het artikel “Projeto da hidrovia do Río Tocantins comega a virar realidade depois de parceira com Porto de Amsterdâ”, dat vrij vertaald “Het watertraject van de Tocantins-rivier begint na de samenwerking met de Haven van Amsterdam werkelijkheid te worden” betekent. In dit artikel is onder meer te lezen dat de gouverneur van Tocantins op bezoek was in Amsterdam om met leidinggevenden van de Amsterdamse Haven in gesprek te gaan over het aanleggen van de waterweg. Het partnerschap tussen de Amsterdamse Haven en de deelstaat ZOU zijn begonnen in november 2017°, waarna de directeur van Haven Gert-Jan Nieuwenhuizen volgens het artikel aangaf enthousiast te zijn over de samenwerking met Tocantins. Het doel van het partnerschap zou zijn om gebruik te kunnen maken van de ervaring die de Amsterdamse Haven heeft en technische en operationele ondersteuning bij het project. In de tweede fase van het project wordt ondersteuning van de Amsterdamse Haven verwacht bij het aanleggen van sluizen in de rivier Tocantins. De directeur van het Havenbedrijf zou gemeld hebben dat een technisch team na ! https://amsterdam.raadsinformatie.nl/modules/4/schriftelijke%20vragen/449283 ? Portal Tocantins, 17 november 2018: Visita ao Porto de Amsterdä fecha agenda do governador na Europa. https://portal.to.gov.br/noticia/201 7/1 1/17/visita-ao-porto-de-amsterda-fecha-agenda-do- governador-na-europa/ 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Neng des Gemeenteblad Datum 14 september 201g Schriftelijke vragen, dinsdag 19 juni 2018 de eerste ontmoeting een onderzoek is begonnen naar de toestand van Tocantins, om te kijken of een samenwerking mogelijk was. Zijn oordeel was positief, omdat het een complex maar levensvatbaar project zou zijn om de goederenstroom (naar Nederland) te verbeteren.” Hierop is besloten een intentieverklaring te ondertekenen. Gezien het vorenstaande heeft het lid A.L. Bakker, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende nadere schriftelijke vragen op haar schriftelijke vragen van 25 april 2018 aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Hoe verhouden de antwoorden van het college dat het Havenbedrijf niet betrokken is bij de Corredor Norte zich tot de ontmoetingen tussen het Havenbedrijf en de gouverneur van Tocantins? Antwoord: Dit is niet gemeld omdat het ging over verkenning van mogelijke samenwerking tussen Port of Amsterdam International (PoÂAl, dochteronderneming Havenbedrijf Amsterdam) en de gouverneur van de deelstaat Tocantins. Het gaat uitdrukkelijk niet over een opdracht voor het adviseren of inzetten van expertise in een concreet project. Hierbij is een intentieverklaring getekend waarin partijen de intentie uitspreken een mogelijke samenwerking te willen onderzoeken (deze intentieverklaring is in te zien bij de griffie omdat die niet openbaar gemaakt kan worden zonder toestemming van de Braziliaanse zijde).Tot op heden is verder geen follow up gegeven aan de intentieverklaring, noch van de zijde van PoAl noch van de zijde van de deelstaat Tocantins en zijn er geen verdere stappen uit voortgekomen. 2. Waarom is er in de beantwoording op de vorige set vragen in het geheel niet ingegaan op de vermeende ontmoetingen met de gouverneur van deelstaat Tocantins en leidinggevenden van het Havenbedrijf Amsterdam, en de in het artikel genoemde intentieverklaring, terwijl wel een ander project in het zuiden van Brazilië werd aangehaald? Antwoord: Bij de beantwoording van de voorgaande vragen is het project in het zuiden van Brazilië genoemd omdat het Memorandum of Understanding’ in dit geval over een concreet project gaat en met een duidelijke vraag over advisering. Terwijl het in het geval van Tocantins gaat over een globale intentieverklaring waarbij niet gespecificeerd is om welke projecten het precies zou gaan. Waarbij ook, zoals onder vraag 1 is vermeld, tot op heden geen vervolg aan is gegeven, noch van de zijde van PoAl noch van de zijde van de deelstaat Tocantins. 3 Conexao Tocantins, 12 januari 2018: Projeto da hidrovia do Rio Tocantins comega a virar realidade depois de parceira com Porto de Amsterdâ. Geraadpleegd op 19 juni 2018, https://conexaoto.com.br/2018/01/12/projeto-da-hidrovia-do-rio-tocantins-comeca-a-virar- realidade-depois-de-parceira-com-porto-de-amsterda 2 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R weing des Gemeenteblad Datum 14 september 201g Schriftelijke vragen, dinsdag 19 juni 2018 3. Kan het college verder toelichten waar de beweringen en quotes van de directeur van Haven in de Braziliaanse artikelen op gebaseerd zijn? Antwoord: PoAl heeft de citaten en het artikel voorafgaand aan publicatie niet gezien. Ook was PoAl niet op de hoogte dat de delegatie met de media hierover contact had. De bij de griffie ter inzage liggende intentieverklaring geeft de inzet weer van PoAl. Elke afwijking ervan in de media is voor rekening van de geïnterviewde. 4. Klopt het dat er een intentieverklaring is ondertekend en kan het college die bijvoegen? Antwoord: Er is een intentieverklaring. Gezien de eerder genoemde vertrouwelijkheid van dit stuk ligt hij ter inzage bij de griffie. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Wil Rutten, waarnemend secretaris 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
x Gemeente Amsterdam WB % Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn % Agenda, woensdag 8 oktober 2014 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Tijd 19:30 tot 22:30 uur Locatie De Rooszaal, Stadhuis Algemeen 1 __ Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 _TKN-lijst 5 Opening inhoudelijk gedeelte 6 _Inspreekhalfuur Publiek 7 Actualiteiten en mededelingen 8 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Agenda, woensdag 8 oktober 2014 Financiën 9 Begroting 2015 Gemeente Amsterdam Nr. BD2014-007604 Resultaatgebiedsgewijze bespreking van de ontwerpbegroting 2015. Portefeuilles Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 5 en 6 november 2014). e Indienen van moties en amendementen. e Het begrotingsboek is separaat aan alle (duo)raadsleden gezonden 2
Agenda
2
train
> Gemeente Amsterdam Actualitert voor de raadsvergadering van 20 december 2023 Van Van Schijndel Datum 17 december 2023 Portefeuille Algemene Zaken Agendapunt 2Â Onderwerp Kennisgeven aan de formateur van prioriteiten en wensen van het Amsterdamse stadsbestuur in verband met een op te stellen regeerakkoord. Aan de gemeenteraad “Amsterdam verkeert niet in een isolement. [..] we hebben nauwe relaties nodig met Den Haag”, aldus burgemeester Halsema in Het Parool*. Uit perspublicaties blijkt dat na gesprekken over het thema Grondwet en grondrechten de onderhandelende partijen zullen spreken over inhoudelijke onderwerpen. Daarbij gaat het om het vinden van overeenstemming over onderwerpen zoals mi- gratie, bestaanszekerheid, goed bestuur, internationaal beleid, en klimaat. Bij bestaanszekerheid zijn ook woningbouw, zorg en veiligheid (politiesterkte) aan de orde. Het is evident dat (nieuw) landelijk beleid bij het merendeel van deze onderwerpen de belangen van de stad raakt. Het ligt in de rede dat het stadsbestuur, al dan niet in G4-verband, tijdig op een aantal concrete punten haar beleidsmatige prioriteiten en wensen aan de informateur kenbaar maakt. Reden van spoedeisendheid De eerstvolgende raadsvergadering in het nieuwe jaar zal plaats vinden op 24 januari 2024. Infor- mateur Plasterk heeft aangegeven te verwachten dat de gesprekken over inhoudelijke onderwer- pen voor een te schrijven regeerakkoord begin februari 2024 kunnen worden afgerond. Voor een tijdige inbreng ligt het in de rede dat coalitie- en oppositiepartijen alsmede, desgewenst, het col- lege van B & W zich thans uitlaten over op diverse terreinen te vormen nieuw landelijke beleid, in het bijzonder uiteraard daar waar de belangen van de stad direct in het geding zijn. * https://www.parool.nl/topverhalen/polarisatie-is-volgens-burgemeester-halsema-in-de-stad-een-groeiend-probleem-dat-amsterdam- links-progressief-stemt-is-niet-iets-om-prat-op-te-gaan-b6oodade/
Actualiteit
1
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 294 Publicatiedatum 20 maart 2019 Ingekomen onder L Ingekomen op woensdag 13 maart 2019 Behandeld op woensdag 13 maart 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid de Heer inzake meer werk en meer banen in de stadsdelen (buurtbanen) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de brief Meer werk, meer banen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 243). Constaterende dat: — het college veel mensen die nu geen werk hebben aan een baan willen helpen, en tevens arbeidsmarktdiscriminatie wil tegengaan, meer stageplaatsen wil creëren, en sociaal ondernemen wil stimuleren; — de stadsdeelbesturen dicht op de mensen zitten en goede contacten hebben met werkgevers; — _WPI de ambitie heeft gebiedsgericht te werken, maar dat de aansluiting op de stadsdelen nog beter kan; — het de stadsdeelbesturen op dit moment aan mensen en middelen ontbreekt om daadwerkelijk te kunnen bijdragen aan de ambities van het college. Overwegende dat wij alle mogelijke middelen in moeten zetten om die ambitie te halen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: De stadsdeelbesturen een positie te geven in de uitvoering om mensen die nu aan de kant staan aan het werk te helpen. Het lid van de gemeenteraad A.C. de Heer 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 907 Publicatiedatum 29 juli 2016 Ingekomen op 13 juli 2016 Ingekomen onder 589’ Behandeld op 14 juli 2016 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Van Dantzig en Van der Ree inzake de Voorjaarsnota 2016 (winkelruimte omzetten naar woningen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449). Constaterende dat: — erin Amsterdam een grote woningschaarste is en tegelijktijdig een overschot aan winkelruimte; — er binnen de gemeente verschillende ruimtelijke beperkingen zijn om een winkel om te zetten naar een woning; — erin Amsterdam los van winkels in winkelstraten nog verschillende bedrijfsruimten zijn die geen deel vormen van een aaneengesloten plint en dus prima zouden kunnen worden omgezet zonder schade aan de winkelstraat. Van mening zijnde dat: — het omzetten van winkelruimte naar woningen zo min mogelijk belemmerd moet worden mits het geen schade geeft aan de winkelstraat, om zo bij te dragen aan het creëren van extra woonruimte. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: het omzetten van winkelruimte naar woningen via de zogenaamde 'kruimelgevallen- regeling’ in beginsel toe te staan, tenzij de straat bestempeld kan worden als ‘winkelstraat’. De leden van de gemeenteraad R.H. van Dantzig D.A. van der Ree 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1349 Datum akkoord college van b&w van 1 december 2015 Publicatiedatum 2 december 2015 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer D.F. Boutkan van 13 oktober 2015 inzake de werkloosheid van statushouders. Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller. Op 12 oktober 2015 was in het nieuws dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer Lodewijk Asscher, extra banen wil voor statushouders. Hij schetst het probleem dat vluchtelingen met een verblijfstitel vaker werkzoekend zijn dan anderen. Enkele problemen die hierbij spelen is bijvoorbeeld de erkenning van diploma's en certificaten die in het buitenland zijn behaald en niet automatisch erkend worden in Nederland. Het probleem van de (jeugd) werkloosheid in de Amsterdamse arbeidsmarkt is natuurlijk niet simpel op te lossen. Economische groei helpt hierbij, maar het aantal werkzoekenden is nog steeds hoog en er is sprake van een aantal groepen met slechtere kansen op de arbeidsmarkt, zoals 45-plussers en Nederlanders met een allochtone achtergrond. In het rapport ‘ Welke beroepen bieden kansen? Overzicht van krapte- en overschot beroepen’ (februari 2015) van het UWV wordt een goede schets gegeven van deze beroepen. Tegelijkertijd zien we in Nederland dat er allerlei krapteberoepen zijn of beroepen waar sprake is van een verwacht tekort op middellange termijn. Voor deze krapteberoepen is de vraag groter dan het aantal beschikbare mensen, waardoor werkgevers problemen hebben met de vacaturevervulling. Het rapport stelt: “de krapte op de arbeidsmarkt concentreert zich in techniek, ICT en een aantal specifieke niches. Het gaat hoofdzakelijk om beroepen op middelbaar, hoger en wetenschappelijk niveau”. Er wordt gesproken over uitvoerende technische beroepen (diverse monteurs, enc-verspaners, lassers) en technisch ‘kader’ (tekenaars, constructeurs, calculators, technisch verkopers), hoveniers en enkele medisch-technische beroepen. Op hoger en wetenschappelijk niveau zijn er, naast veel technische beroepen, ook signalen van krapte in andere richtingen, bijvoorbeeld bepaalde ICT-beroepen (programmeurs), het onderwijs (exacte vakken en talen) en specifieke financiële beroepen (bijvoorbeeld registeraccountants). Maar ook in de zorg zijn signalen van krapte in hele specifieke beroepen op hoger en wetenschappelijk niveau. Áls voorbeeld wordt genoemd: de wijkverpleging, praktijkondersteuners huisartsen of specialisten ouderengeneeskunde. Het rapport concludeert dat er voor de middellange termijn (2017-2019) voor een belangrijk deel dezelfde beroepsgroepen te maken hebben met schaarste. De verwachting is zelfs dat voor ICT en technische sectoren de tekorten groter gaan worden. En ook voor proces-technische beroepen of productieplanners zijn prognoses van krapte. 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer De ember 2015 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 oktober 2015 De fractie van de PvdA is van mening dat dit interessante kansen kan bieden voor werkzoekende statushouders. De Pvd Amsterdam vindt het voor een goede integratie in Amsterdam enorm belangrijk dat ook statushouders snel aan het werk worden geholpen. Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 13 oktober 2015, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Hoeveel werkzoekende statushouders bevinden zich in Amsterdam? Antwoord: Als ‘werkzoekende statushouder’ beschouwen we bij de beantwoording van deze vraag ‘edere volwassen statushouder die een bijstandsuitkering ontvangt’. Sinds 2007 zijn circa 4.800 statushouders (inclusief pardonners) in Amsterdam komen wonen, waarvan momenteel nog ruim 4.000 personen in Amsterdam woonachtig zijn. Circa 2.500 statushouders en pardonners ontvangen op dit moment een bijstandsuitkering, van wie circa 20% daarnaast loon ontvangt uit een baan van minder dan 12 uur. 2. Wat zijn verdere kenmerken van deze groep, zoals leeftijd, opleidingsniveau en land van herkomst? Antwoord: Van de groep statushouders en pardonners die in de periode 2011 t/m 2014 (gegevens 2007-2010 zijn minder goed beschikbaar) in Amsterdam is komen wonen, is: — circa 1/3° vrouw, 2/3° man; — circa 40% jonger dan 30 jaar, 79% jonger dan 40 jaar (21% 40 jaar of ouder); — 15% hoogopgeleid, 40% middelbaar en 45% laag- of niet opgeleid. De top 8-landen van herkomst zijn in deze periode Somalië, lran, Eritrea, lrak, Afghanistan, China en Ethiopië. Door het stijgende aantal asielaanvragen sinds 2014 uit met name Syrië, zal dit beeld verschuiven. 3. Welke barrières ondervinden statushouders bij het op weg helpen naar werk? Antwoord: Statushouders zijn divers in leeftijd en achtergrond. Barriëres zijn derhalve per individu verschillend. Vluchtelingenwerk Nederland noemt een aantal algemene obstakels: — doordat deze vluchtelingen relatief kort in Nederland zijn, hebben zij een taalachterstand; — behaalde diploma's in het land van herkomst worden in Nederland vaak niet erkend; — _door hun vlucht en (lange) asielprocedure hebben vluchtelingen vaak een flink gat in hun cv; 2 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neeing aso Gemeenteblad Datum 2 december 2015 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 oktober 2015 — een deel van de vacatures in Nederland wordt via netwerk vervuld. De meeste vluchtelingen hebben (nog) geen netwerk opgebouwd dat hen hierbij kan helpen; — veel werkgevers zijn onbekend met de doelgroep vluchtelingen en daardoor soms huiverig hen aan te nemen. De gemeentelijke aanpak richting zelfstandigheid, waaronder re-integratie naar werk, zijn deels op bovengenoemde obstakels ingericht. De aanpak staat beschreven in het beleidskader Vluchtelingen in Amsterdam 2015-2018. 4. Wordt er bij re-integratietrajecten rekening gehouden met de kenmerken van statushouders’? Antwoord: Ja, de begeleiding is maatwerk. 5. Iser iets te zeggen over opleidingsniveau en problemen met erkenning van diploma's? Antwoord: Behaalde diploma’s in het land van herkomst worden in Nederland vaak niet op hetzelfde niveau gewaardeerd. Om te voorzien in passende bijscholing, heeft de gemeente sinds 2013 een contract met de stichting voor vluchtelingstudenten UAF. Het VAF ondersteunt kansrijke vluchtelingen bij het volgen van een taal/schakelprogramma en (bij)scholing richting hoger onderwijs. Statushouders kunnen het UAF-traject volgen met behoud van uitkering. Diplomawaardering maakt onderdeel uit van het UAF-traject. Voor middelbaar opgeleiden ontwikkelt de gemeente momenteel samen met het ROC van Amsterdam een geïntegreerd traject beroepsopleiding en inburgering op MBO niveau. Hierbij worden diploma's uit eigen land beoordeeld door een toelatingscommissie. Daarnaast voert Amsterdam op ambtelijk niveau gesprekken met het Rijk om, in samenwerking met het onderwijs, vroegtijdige diplomawaardering mogelijk te maken. In de Tweede Kamer is hierover recent de motie Pechtold/Roemer (Kamerstuk 34 300, nr. 15) over diploma-erkenning aangenomen. 6. Is het college bekend met bovengenoemd rapport? Indien ja, ziet het college kansen om statushouders te begeleiden naar werk, dan wel om te scholen voor werk binnen de sectoren en beroepen waar krapte bestaat. Indien nee, waarom niet? Antwoord: Ja, het college kent het rapport. Het toekomstperspectief van een vluchteling moet zijn op zo kort mogelijke termijn economisch zelfstandig te worden. Daarom is de inzet van het college begeleiding van statushouders naar werk, zo nodig via een arbeidsmarktrelevante opleiding die past bij de competenties en talenten van het individu. Het rapport helpt om bepaalde richtingen als meer of minder arbeidsmarktrelevant te identificeren. 3 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Neng aso Gemeenteblad ummer = su . Datum 2 december 2015 Schriftelijke vragen, dinsdag 13 oktober 2015 7. Is het college van plan extra maatregelen in te zetten om de achterstand van statushouders op de Amsterdamse arbeidsmarkt weg te nemen? Antwoord: Ja. De extra maatregelen staan beschreven in het beleidskader “Vluchtelingen in Amsterdam 2015 — 2018” en (aanvullend) in het actieplan “Ondernemerschap en Werk: kansen voor en door vluchtelingen”. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 502 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake de Begroting 2023 Onderwerp Bestemmingsplan Lutkemeer wijzigen voor komst Voedselpark Amsterdam Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: -_ het initiatief Voedselpark Amsterdam veel (financiële) steun krijgt van Amsterdammers en er al bijna een half miljoen euro is opgehaald; -_ coöperatie Land van Ons heeft toegezegd om dit initiatief met zeven miljoen te steunen; -__al ruim achtduizend mensen de oproep tekenden om de Lutkemeerpolder opnieuw te be- stemmen tot landbouwgrond. Overwegende dat: -_ het initiatief Voedselpark Amsterdam dé kans biedt om een groen stuk Amsterdam van maar liefst 43 hectare zeer vruchtbare kleigrond, te behouden voor de toekomstige gene- raties. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders te starten met voorbereidingen om het bestemmingsplan Lutkemeerpolder te herzien waarin de bestemming van deelgebied Lutkemeerpolder 3 wordt omgezet naar ‘agrarische doeleinden 1’ en ‘groenvoorziening en natuur’ zodat er de mogelijkheid komt voor het initiatief Voedselpark Am- sterdam. Indiener, J.F. Bloemberg-Issa
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 501 Publicatiedatum 26 juni 2013 Ingekomen onder AE Ingekomen op woensdag 12 juni 2013 Behandeld op woensdag 12 juni 2013 Status Verworpen Onderwerp Motie van het raadslid mevrouw Van der Pligt inzake de reactie van de gemeentelijke ombudsman van 28 maart 2013 op de brief van de wethouder Zorg van 11 december 2012 waarin deze aangeeft de aanbevelingen bij het rapport, getiteld: ‘Onbehoorlijk bezuinigd op verhuiskostenvergoeding’ niet te zullen overnemen. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het presidium van 27 mei 2013 inzake de reactie van de gemeentelijke ombudsman van 28 maart 2013 op de brief van de wethouder Zorg van 11 december 2012 waarin deze aangeeft de aanbevelingen bij het rapport, getiteld: ‘Onbehoorlijk bezuinigd op verhuiskostenvergoeding' niet te zullen overnemen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 413); Overwegende dat: — in 2012 de verhuiskostenvergoeding voor mensen vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is verlaagd; — Amsterdammers met een reeds voor die tijd afgegeven beschikking een half jaar uitstel kregen, voordat ook voor hen de vergoeding werd verlaagd; — de gemeentelijke Ombudsman heeft geconstateerd dat een en ander in strijd is met het vereiste van betrouwbaarheid en fair play, Draagt het college van burgemeester en wethouders op: alle vóór 1 januari 2012 toegezegde verhuiskostenvergoedingen waarvoor geldt dat zij zouden worden verlaagd na het verstrijken van de overgangsregeling, op het oude niveau te handhaven. Het lid van de gemeenteraad, M.M. van der Pligt 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam F E Z % Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven % Agenda, donderdag 5 februari 2009 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven Tijd 09.00 tot 12.00 uur Locatie 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 _Inspreekhalfuur Publiek BA Conceptverslag van de openbare vergadering van 15 januari 2009 e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieFEZ @raadsgriffie.amsterdam.nl 5B Conceptverslag van de besloten vergadering van 15 januari 2009 e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieFEZ @raadsgriffie.amsterdam.nl 6 Openstaande Toezeggingen 7 Actualiteiten Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven F EZ Agenda, donderdag 5 februari 2009 WETHOUDER ASSCHER-DEEL Economische Zaken 8 Kredietcrisis e _ Mondelinge toelichting door wethouder Asscher. * _ Geen stukken. 9 Visie evenementenbeleid Nr. BD2008-005663 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 10 Rapport Gemeentelijke Ombudsman RA0830783 Dappermarkt: plaatsverdeling en tegengaan verpachting Nr. BD2008-009007 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van raadslid mevrouw Hoogerwerf (D66). e De Ombudsman is hierbij uitgenodigd. WETHOUDER OSSEL-DEEL Lucht-en Zeehaven 11 Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen MIRT verkenning zeetoegang IJmond en second opinion Centraal Plan Bureau Nr. BD2009-000323 _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Hierbij wordt een presentatie gegeven. Algemeen 12 Rondvraag/TKN-lijst 2
Agenda
2
discard
Gemeente Amsterdam Bestuurscommissie Oost Voordracht en besluit D B = AB Registratienummer Z-18-39438 / IN-18-42457 Afdeling Marktbureau Onderwerp Marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 Portefeuille Economie DB lid Thijs Reuten Gebied Oostelijk Havengebied Datum DB 6 februari 2018 Datum AB voorbereidend 20 februari 2018 Datum AB besluitvormend 6 maart 2018 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Rob Blank 06 2127 3389 [email protected] *ZO0OO0O45235BFC8 * Pagina a vans Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: 1. het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost te adviseren om het marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 vast te stellen. Tekst van openbare Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost besluit: besluiten wordt gepubliceerd 1. het marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 vast te stellen. Ondertekening Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Oost, Sjoukje Alta, Ivar Manuel, secretaris voorzitter Pagina 2 van 5 Bevoegdheid Op grond van art 5.1 Marktverordening kan het college nadere regels stellen die worden vastgelegd in een Marktreglement. Deze bevoegdheden zijn gedelegeerd aan het AB. (zie bevoegdhedenregister onder G2). N.a.v. een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam adviseert het Juridisch Bureau om definitieve besluitvorming door het AB te laten nemen. Op grond van art 1en art 2 van de Algemene Inspraakverordening verleent het college inspraak mbt beleidsvoornemens. Onder Beleidsvoornemen wordt onder meer verstaan een Algemeen verbindend voorschrift en een Besluit van algemene strekking. Bestuurlijke achtergrond De Biologische markt Zeeburg op de Van Eesterenlaan is al vele jaren een begrip. Met de invoering van de nieuwe Marktverordening 2016 en gemeentelijke reorganisatie ontbreekt voor deze markt aan een actueel en geldig marktreglement, waarin de dagelijkse gang van zaken is geregeld. In de huidige Marktverordening staat in artikel 5.1 weergegeven waarvoor nadere regels gesteld kunnen en mogen worden. Het huidige reglement voldoet niet aan voorwaarden, zoals die vit artikel 5.1 van de Marktverordening voortvloeien. Zo zijn in het oude reglement voorwaarden opgenomen voor de marktplaatsvergunning, terwijl dit nu in de huidige verordening is geregeld. Het huidige reglement is hiermee in strijd met hogere regelgeving en derhalve niet actueel en geldig. Door het ontbreken van geldige reglement is toezicht en handhaving niet mogelijk en kan dit leiden tot hinderlijk gedrag op de markt en zelfs tot overlast. Het voorgaande reglement is hierop omgezet naar een nieuw reglement middels een technische wijziging. Hiermee zijn er geen inhoudelijke veranderingen doorgevoerd, maar de uitgangspunten van het huidige reglement in het nieuwe format verwerkt en is hierdoor in lijn is met artikel 5.1 van de Marktverordening. Onderbouwing besluit Beoogd effect Het marktreglement geeft invulling aan artikel 5.1 van de Marktverordening. In dit artikel staat limitatief opgenomen wat door middel van nadere regels geregeld kan en mag worden. Voor het marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 gaat het om de volgende onderdelen: 1. Hetgebruik, de inrichting en de vitvoering van kramen en verkoopwagens 2. De aanvoer, afvoer en opslag van materialen en waren 3. De energievoorziening op de markt 4. De orde en veiligheid op de markt 5. De wijze van afvalinzameling en het afvoeren van afval 6. De waren die op een thema markt worden verhandeld 7. Het vervangen van marktondernemers op marktplaatsen De invulling van de regels die betrekking hebben op de vijf bovenstaande onderdelen zijn in het nieuwe marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 één op één overgenomen uit het voorgaande reglement. Dit betreft een technische wijziging, waarbij op onderdelen de formulering is aangepast. Hiermee sluit dit aan bij de formuleringen die worden gebruikt in de andere marktreglementen voor de gemeentelijke markten in Amsterdam, zodat deze uniform zijn waar nodig. Dit geeft ondernemers duidelijkheid en maakt toezicht en handhaving eenvoudiger. In het oude reglement zijn voorwaarden opgenomen voor een marktadviescommissie (artikel 4 oude reglement), inschrijving register Ambulante Handel (artikel 5 oude reglement) en de vergunningverlening voor een vaste marktplaats (artikel 6 oude Pagina 3 van 5 reglement). Deze zaken zijn sinds 2016 in de Marktverordening 2016 geregeld. Het is juridisch niet mogelijk om in het marktreglement deze zaken te regelen en in het nieuwe marktreglement Biologische markt Zeeburg Van Eesterenlaan 2018 wordt dit dan ook niet geregeld. Argumenten Het nieuwe marktreglement sluit aan op de Marktverordening. Tevens zijn passages zodanig geformuleerd dat deze in lijn zijn met de andere marktreglementen in de stad, waardoor deze een uniform karakter hebben. Dit schept meer duidelijkheid voor ondernemers. Risico's / Neveneffecten Het nieuwe reglement betreft een technische wijziging en heeft derhalve geen effect. Uitkomsten ingewonnen adviezen Juridisch bureau Het nieuwe marktreglement betreft een technische wijziging ten opzichte van het voorgaande reglement. Dit is ook door het expertise team markten van het Juridisch Bureau vastgesteld. Hierdoor hoeft het besluit niet ter inzage worden gelegd, zoals dit voortvloeit uit artikel 4 lid c van de Algemene Inspraakverordening. Het marktreglement is opgesteld aan de hand van een door het Juridisch Bureau getoetst format. De gebruikte teksten zijn hiermee juridisch getoetst. Financiën Het marktreglement heeft geen financiële gevolgen. Communicatie N.v.t. Overige Nvt. Financiële paragraaf Financiële gevolgen? Nee Indien ja, dekking aanwezig? N.v.t. Indien ja, welke kostenplaats? Toelichting Voorlichting en communicatie Het reglement betreft een technische wijziging. De exacte uitgangspunten van het voorgaande reglement zijn overgenomen in het nieuwe reglement. Uitkomsten inspraak N.v.t. Uitkomsten maatschappelijk overleg (participatie) Het marktreglement is een technische wijziging ten opzichte van het voorgaande reglement, die niet meer actueel en geldig is. Het nieuwe reglement leidt niet tot een verandering van hetgeen nu in de praktijk nog door zowel de ondernemers als het marktbureau wordt gehanteerd. Pagina4 van 5 Geheimhouding N.v.t. Einde geheimhouding Stukken Meegestuurd Marktreglement Biologische markt Zeeburg op de Van Eesterenlaan. Ter inzage gelegd N.v.t. In afstemming met het expertise centrum markten van het Juridisch Bureau is inspraak voor het reglement niet nodig, voortvloeiend uit artikel 4 lid c van de Algemene Inspraakverordening aangeeft. Daarnaast heeft reeds inspraak plaatsgevonden op de Marktverordening. Parafen Manager Portefeuillehouder Justus Vermeulen Thijs Reuten Besluit dagelijks bestuur Conform. Pagina 5 van 5
Besluit
5
train
gn di in | Heleen Spigf - al enoverleg degfraadsadres SINE Mfuisven de Buurt 12jun09.doc _ Page 1 Reidt, DN a af Dennen | Î vl | | > Q | Bis SP fen Mel | | LS | ADRES AAN DE STADSDEELRAAD | | AMSTERDAM CENTRUM | | inzake SpvE Huis van de Buurt Oost | | | | 12 juni 2009 | | | | | Geachte Stadsdeelraad, | | Op 20 mei j.l. zijn de bewoners van de Oostelijke Eilanden geconfronteerd met een | plan voor een kolossaal gebouw op het Wittenburgerplein. Dat gebeurde tijdens een | informatie- en inspraakavond over het Stedenbouwkundig Programma van Eisen | voor het Huis van de Buurt Oost. Tijdens deze avond is het plan door de aanwezige | | bewoners massaal afgewezen, en wel om de volgende redenen: | 1. Het geplande gebouw strekt zich uit over het plein tot aan de Poolstraat. Het | | plein wordt hierdoor onaanvaardbaar verkleind. Deze open ruimte is voor de | | buurt erg belangrijk. Hij wordt dagelijks door vele bewoners en twee scholen | | gebruikt als speelplek en ontmoetingsplek. Er staan fraaie bomen die na | | dertig jaar tot volle wasdom zijn gekomen. De bewoners zijn erg tevreden over | | dit plein. Dit is het ‘Plein van de buurt’. | Het stadsdeel heeft in overleg met de bewoners in 2002 een Masterplan | ontwikkeld voor het Wittenburgerplein waarin uitgegaan is van de huidige | | omvang van het plein zie bijlage). De ambitie is om die ruimte nog te | | verbeteren. De uitvoering, betaald met Europees subsidiegeld, is in drie fasen | verdeeld. Twee derde daarvan is inmiddels uitgevoerd. Het laatste, nog niet | | uitgevoerde, gedeelte bevindt zich tussen het huidige buurthuis en de | | Poolstraat. Precies op de plaats van het nieuwbouwplan. Het SpvE Huis van | de Buurt is daarom volledig in strijd met het Masterplan voor het | | Wittenburgerplein. | | 2. Het geplande gebouw is niet alleen groot van oppervlakte, het is ook nog eens b erg hoog (vijf bouwlagen), hoger dan de doorsnee bebouwing aan het plein. | Dit leidt tot een verdere visuele verkleining van het plein en zet de | aangrenzende blokken in de schaduw. | | | 3. Het Huis van de Buurt is voor de buurtbewoners bedoeld, maar het is niet wat | | wij willen. | Wij krijgen van het stadsdeel te horen dat over dit plan al overeenstemming is | met de maatschappelijke instellingen. Laat het goed duidelijk zijn dat | | | | | | | mmm in EE EEE EEE ee eee Heleen Spigt - Eilandenoverleg deelraadsadres SPVE Huis van de Buurt 12jun09doe _____Page2) Oe eenn | 2 | | bewoners en maatschappelijke instellingen — inclusief het Wijkcentrum - niet | over één kam geschoren mogen worden. Met de bewoners is nog nooit | | overleg gevoerd over onderzoek of plannen om het Huis van de Buurt zo vorm | | te geven. | | Het concept ‘Huis van de Buurt’ houdt een intensieve samenwerking in tussen | | de maatschappelijke instellingen in de buurt, maar het hoeft niet | | noodzakelijkerwijs huisvesting in één gebouw te betekenen. Tijdens de | | inspraakavond is dit beeld door enkele van de aanwezige instellingen | | bevestigd. | | Het is heel goed mogelijk om de samenwerking gestalte te geven in meerdere | | gebouwen. Rond het ‘plein van de buurt’ zijn hiervoor mogelijkheden genoeg: | | naast de Witte Boei onder meer in de Oosterkerk, het voormalige postkantoor | en het gebouw van het Gezondheidscentrum ( dit gaat hoogstwaarschijnlijk | naar blok N44 in de Czaar Peterbuurt). Uw raad heeft uitdrukkelijk gevraagd | om het behoud van de buurtfunctie te betrekken bij onderzoek naar | wijzigingen in het gebruik van de Oosterkerk. Voor de Oosterkerk is nog | steeds geen plan. Aan de bewoners is toegezegd dat ze kunnen meedenken | over de bestemming van de Oosterkerk. | | Voor dit plan ontbreekt het draagvlak in de buurt volledig. | | Wij verzoeken u om niet te wachten met uw meningsvorming tot het Dagelijks | | Bestuur het SPvE aan u gaat presenteren, maar om zo spoedig mogelijk het | Dagelijks Bestuur te bewegen tot stopzetting van dit planproces. Het is zonde van | | de energie van bewoners, ambtenaren en politici. | | 8 | | | | | E | | | | | ‚ | | | | | | | | Î | | | Bijlage: Masterplan Wittenburgerplein | E | | Ì | | | mmm gn idni eem eni ‚Heleen Spigt - Eilandenoverleg deelraadsadres SPvE Huis van de Buurt 12jun09.doc Page 3, En | BIJLAGE bij deelraadsadres Eilandenoverieg over SpvE Huis van de Buurt d.d. 12 juni 2009 E | geen HE ek ee Oee de E sen Pel Eden Ne | : Cn BE hen ZR ke E | Í ZEE Wennen venne eer me he ven en Bee ij |: ; Sik en vane ene En E | í ge Ji dE hee Ee hk Sh Cn en Ee À Kate. en De: nr en an en ke en ie Be mien a Ee À f Rn : en He ee Oe ki | i 2E 25 He B di hen mens mied vane vr bnn En a n En De En B En | EE | | Ga eee ee | | ur Ï ne SN Een am ' ! zo ben Ì E EENS 4 Ma OSE m at . : in : En Ee En el MO en ä É k vanden vartenwaerante. B ee : : ' ee | | MASTERPLAN WITTENBURGERPLEIN | | Stadsdeel Amsterdam Centrum 2002 | | Uitvoering middendeel met subsidie van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van € 145.087 | in het kader van Doelstelling 2 Groot Oost. | Zie voor meer info www.doelstelling2.amsterdam.nl | | | | | Bezoekadres Gemeente Amsterdam Amstel 1 ES eN Amsterdam €9 _ Stadsdeel Centrum Postbus 202 Sector Bouwen en Wonen 1000 AE Amsterdam A Afdeling Regie en Beleid Telefoon 14 020 Fax 020 552 4433 8 waw cenitrum.amsterdam.nf C Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Datum 1 1 Jut! 2009 Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld door Nico Karsijns Rechtstreekse nummer 020 552 4736 Faxnummer 020 552 4595 Bijlage ö Onderwerp Notulen informatie en inspraakavond Huis van de Buurt Geachte {heer, mevrouw] Op 20 mei 2009 is er een inforrnatie- en inspraakavond gehouden over het Huis van de Buurt in de oostelijke binnenstad. U bent tijdens deze avond geïnformeerd over het Huis van de Buurt in de oostelijke binnenstad. Het tweede gedeelte van de avond bestond uit inspraak op de stedenbouwkundige uitgangspunten voor het Huis van de Buurt op de locatie van de Witte Boei. Van deze avond zijn notulen gemaakt, waarvan een concept op 30 juni naar u verstuurd is. De concept notulen zijn op basis van de schriftelijke reacties aangepast, het definitief exemplaar treft u aan in de bijlage. Tevens treft u in de bijlage een presentatie, inspreekreacties en een aanvulling met betrekking tot bodemvervuiling. Vanwege het groot aanta! reacties op de planvorming voor het huis van de buurt op de locatie van de Witte Boei, maar ook vanwege andere ontwikkelingen aan en rondom het Wittenburgerplein/ Marie Altenaarplein worden in september en oktober ronde tafel gesprekken georganiseerd. Voor deze avonden worden alle bewoners van de Oostelijke Eilanden en de Kadijken uitgenodigd door middel van een publicatie in de Eilander en een aparte bewonersbrief. : Stadsdeel Centrum is bereikbaar per tram lijnen 9 en 14 of metro lijnen 51, 53 en 54 halte Waterlooplein. Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Pagina 2 van 2 } ‚ 8 Mede op basis van deze gesprekken zal! het Dagelijks Bestuur zich beraden op de verdere ontwikkeling van het Huis van de Buurt op de locatie van de Witte Boei. Op dat m@ment zal ook uw inhoudelijke reactie op de planvorming meegenomen worden. Mat vriendelijke groeten, Lous Lousberg Profectmanager
Raadsadres
5
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1723 Ingekomen op 30 oktober 2019 Ingekomen in raadscommissie WIO Ingekomen onder 1646’ Behandeld op 7 november 2019 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Taimounti inzake de Begroting 2020 (Halal en koosjere voedselbank). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2020. Constaterende dat: — De voedselpakketten van de Voedselbank niet even toegankelijk zijn voor burgers die enkel halal eten; — Er vele halalsupermarkten en -winkels zijn die mogelijkerwijs halalproducten zouden kunnen doneren; — Grote supermarktketens steeds meer maatregelen nemen om voedselverspilling tegen te gaan; — Als gevolg hiervan supermarkten minder overhouden om door te geven aan de Voedselbank en er tekorten ontstaan bij laatstgenoemde. Overwegende dat: — Er vele burgers zijn die gebruik zouden willen maken van de Voedselbank, maar een halal of koosjer dieet volgen en dus momenteel geen gebruik (kunnen) maken van de Voedselbank; — Het toevoegen van halal en koosjer producten aan het voedselpakket kan leiden tot een inclusievere Voedselbank én vermindert de voedselverspilling. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Bij de initiatiefnemers van de Voedselbank evenals de aanbieders van halal en koosjere producten (supermarkten, kruideniers etc.) te onderzoeken of er behoefte is aan wederzijds contact en deze te faciliteren ter: — bestrijding van de voedselverspilling; — aanvulling van de tekorten bij de Voedselbank; — het inclusiever maken van de voedselpakketten voor burgers die zich houden aan een halal of koosjer dieet. 4 Het lid van de gemeenteraad M. Taimounti 2
Motie
2
discard
> < Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum x Publicaties Stadsdeelbestuur 2011 Stadsdeelraad Moties en amendementen 29 november 2011 - 2 Ingediend onder nummer AN Motie van De raadsleden Kramer, Meelker, Nuijens (GroenLinks), Icke, Duijndam (SP) en Lahaise (PvdA) Over De verkoop van panden Marnixstraat- Westerkade (actualiteit) Aan De stadsdeelraad Wij stellen voor dat de stadsdeelraad het volgende besluit neemt: De raad van stadsdeel Centrum, Constaterende dat: e eenraadsadres en een bezwaarschrift zijn ingediend met als doel het voorkomen van de veiling van de panden Marnixstraat 291, 293, 295 en Westerkade 24, 25, alle in eigendom van stadsdeel Centrum; e deze veiling gepland is op 12 december 2011; e het verkoopbeleid van woningen van het stadsdeel aan zittende bewoners er op gericht is dat deze in staat worden gesteld hun huurwoning te verwerven, met als effect een toename van het eigen woningbezit; overwegende dat: e een zorgvuldige behandeling van beide documenten alleen kan plaatsvinden als er ten principale van wordt uitgegaan dat de klachten gegrond kunnen blijken; e de klagers in voorkomend geval geen recht kan worden gedaan als de veiling al heeft plaatsgevonden; e de praktische en principiële aspecten van dit complexe dossier een bespreking rechtvaardigen in de commissie Bouwen, Wonen en Stedelijke Ontwikkeling, besluit het dagelijks bestuur te verzoeken om: 1. De veiling van genoemde panden van de rol te halen. 2. In overleg te treden met de commissie Bouwen, Wonen en Stedelijke Ontwikkeling over de praktische en principiële aspecten van dit dossier. Bovenstaande motie is ingetrokken Verschenen op 14 december 2011
Actualiteit
1
train
2 gemeente Raadsinformatiebrief | msterdam Afdoening motie Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 19 december 2022 Portefeuille(s) OOV Portefeuillehouder(s): Femke Halsema Behandeld door OOV Onderwerp Afdoening motie 308 van Khan, Bentoumya en Ahmadi van respectievelijk Denk, GroenLinks en Bijz Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 14 september 2022 heeft uw raad bij de behandeling van motie 308 het college verzocht om namens een meerderheid van de gemeenteraad een boodschap inzake gezichtsbedekkende kleding kenbaar te maken aan de Tweede Kamer. Dit vloeit voort vit een aangenomen motie van Denk, GroenLinks en Bijt waarin wordt gevraagd om de Tweede Kamer het standpunt van de raad over te brengen om het gedeeltelijk verbod op gezichtsbedekkende kleding af te schaffen. Tevens is het verzoek gedaan om de eindrapportage “actie-onderzoek moslimdiscriminatie” als bijlage aan te bieden. Namens een meerderheid van de gemeenteraad heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam op 28 oktober 2022 uitvoering gegeven aan de motie. De leden van de vaste Kamercommissie Binnenlandse Zaken van de Tweede Kamer zijn conform de motie geïnformeerd. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, W- nn En Femke Halsema burgemeester
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1724 Publicatiedatum 6 januari 2017 Ingekomen onder o Ingekomen op woensdag 21 december 2016 Behandeld op woensdag 21 december 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Nuijens inzake Experimenten Stad in Balans (opnieuw invoeren van de vergunningplicht voor ijs- en wafelverkoop en onderzoeken van het gebiedsgericht uitbreiden van de vergunningplicht voor oververtegenwoordigde functies). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de invulling van de tweede tranche van de prioriteit Experimenten Stad in Balans (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1659). Constaterende dat: — de fractie van de SP, het college in september 2015 om haar mening verzocht inzake de woekerende wildgroei aan ijs- en wafelsalons'; — de fractie van GroenLinks, eveneens in september 2015, uitdrukkelijk verzocht heeft om de vergunningplicht; — hetstilzwijgen van het college in antwoord op beide sets vragen vanuit de raad de noodzaak tot handelen door de raad bevestigt. Overwegende dat: — _hettoenemen van het aantal ijssalons, kaas- en wafelwinkels, en de recentelijke aanvragen van Dunkin Donuts opnieuw aannemelijk maken dat de in 2009 afgeschafte horecavergunning voor deze vorm van horeca toch de beste manier is om het woekeren van dit soort verschralende functies te voorkomen; — het (verder) uitbreiden van de vergunningplicht, al dan niet gebiedsgericht, bijvoorbeeld daar waar sprake is van oververtegenwoordiging kan bijdragen aan het herstel en behoud van functiemenging, functiebalans en de diversiteit van het winkelaanbod. ! https://amsterdam.notudoe.nlicgi-bin/showdoc.cgifaction=view/id=275766/de heer N.T. Bakker SP inzake de wildgroei aan ijssalons en wafelwinkels in het centrum (Gemeenteblad 2015, afd. 1, nr. 1344). 2 https://amsterdam.notudoe.nliegi-bin/showdoe.egi/action=view/id=276208/ Aanvullende schriftelijke vragen van het raadslid de heer Nuijens Groenlinks op de schriftelijke vragen van het raadslid N.T. Bakker van 16 september inzake ijssalons in Amsterdam (Gemeenteblad 2015, afd. 1, nr. 1346). 4 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1724 Motie Datum 6 januari 2017 o Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. in de bestuursopdracht diversiteit winkel- en voorzieningenaanbod in samenspraak met het stadsdeel nadrukkelijk de mogelijkheid tot het herinvoeren van de horecavergunning voor ijssalons, wafelwinkels en vergelijkbare functies te onderzoeken; 2. te inventariseren, waar en onder welke voorwaarden het (al dan niet gebiedsgericht) uitbreiden van de vergunningplicht voor bepaalde (al dan niet oververtegenwoordigde) functies bij kan dragen aan herstel en behoud van functiebalans en diversiteit van winkelaanbod; 3. hierbij ook keerklepregelingen, uitsterfbeleid en andere (deels planologische) instrumenten te inventariseren, welke gebiedsgericht samenspraak met stadsdelen ten behoeve van functiemenging en diversiteit kunnen worden ingezet; 4. hierover niet later dan bij de Voorjaarsnota 2017 terug te koppelen aan de raad. Het lid van de gemeenteraad J.W. Nuijens 2
Motie
2
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 15 februari 2023 Ingekomen onder nummer 79 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Rooderkerk, Schmit, Heinhuis, Yemane, Martens, Khan en Bons inzake gemeentelijk campagnemateriaal op scholen Onderwerp Gemeentelijk campagnemateriaal op scholen Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Kennisnemen van de raadsinformatiebrief opkomstbevordering verkie- zingen Constaterende dat -_De opkomst tijdens de afgelopen verkiezingen historisch laag was; -__ Jongeren als doelgroep niet vaak stemmen; -_ Het rapport ‘Lage lokale betrokkenheid en grote ongelijkheid’ stelt dat de stemintentie het laagst is onder personen met een praktische opleiding; Overwegende dat -__ Het vertrouwen in de politiek en overheid in Nederland daalt; -__ Een hoge opkomst bevorderlijk is voor de legitimiteit van het college en bevorderlijk is voor de democratische rechtstaat; -__De gemeente specifieke doelgroepen, zoals jongeren en praktisch opgeleiden, niet mak- kelijk bereikt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders -__Campagne- en lesmateriaal in eigendom van de gemeente beschikbaar te stellen aan mid- delbare en Mbo-scholen in Amsterdam; Gemeente Amsterdam Status Aangenomen Pagina 2 van 2 -_Het campagne-en lesmateriaal dat nog ontwikkeld wordt met oog op toekomstige verkie- zingen ook actief kenbaar maken en beschikbaar te stellen aan het middelbare en Mbo- scholen in Amsterdam; -_ Contact te zoeken met Mbo-instellingen om in het kader van burgerschapsonderwijs te stimuleren dat studenten kunnen tellen of lid zijn van het stembureau tijdens de verkie- zingsdag en te zorgen dat ze hierbij begeleid worden en onderwijs krijgen. Indiener(s), lì Rooderkerk E.W. Schmit L.E. Heinhuis M. Yemane C. Martens S.Y. Khan A.D.J. Bons
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1102 Datum indiening 27 maart 2019 Datum akkoord college van b&w van 25 juni 2019 Publicatiedatum 25 juni 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de leden Ceder, Boomsma, Taimounti en Nanninga inzake een tussenvoorziening voor uittredende sekswerkers. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: Uit meerdere onderzoeken is gebleken dat gebrek aan (tijdelijke) huisvesting een grote drempel is voor sekswerkers die uit de prostitutie willen stappen’. Tevens hebben verschillende instanties aangegeven dat een tussenvoorziening in Amsterdam nodig is om uitstappende sekswerkers een zorgvuldig begeleidingstraject te bieden. Deze vorm van tijdelijke opvang is nog niet beschikbaar voor alle uitstappende sekswerkers die aangeven in een kwetsbare positie te zitten, omdat er momenteel geen opvang beschikbaar is voor sekswerkers die niet via mensenhandel de prostitutie in zijn gestapt of waarbij het nog niet duidelijk is of er sprake is van mensenhandel. Onder andere tijdens de vergadering op 6 maart 2019 van de raadscommissie Wonen en Bouwen werd via een inspraak dit gebrek aan, en de noodzaak voor een oplossing toegelicht namens het Scharlaken Koord en het Leger des Heils. Voor de slachtoffers van mensenhandel zijn enkele satellietwoningen beschikbaar om te verblijven. Dat betreft dan een vorm van tijdelijke opvang en huisvesting. Tijdens dit traject kan, naast gedegen hulpverlening, ook bekeken worden of men uiteindelijk via het Programma Huisvesting Kwetsbare Groepen met een urgentieverklaring of voorrangsregeling een volgende stap naar zelfstandige woonruimte kan zetten of dat dit niet meer nodig is en men op een andere manier kan uitstromen. Voor veel sekswerkers in een uitstaptraject, die geen aangifte van mensenhandel hebben gedaan (soms juist vanwege hun kwetsbare positie), kan een tussenvoorziening een grote uitkomst zijn en een cruciale stap naar een weg uit de prostitutie. Momenteel zijn er echter geen opvangplekken beschikbaar voor vrouwen die tijdens hun uitstaptraject opvang en huisvesting nodig hebben, als er geen aangifte van mensenhandel is gedaan. Instanties geven echter aan dat een sekswerker met meervoudige problematiek te maken kan hebben. Zoals de Nationaal Rapporteur regelmatig heeft aangegeven is het in veel gevallen moeilijk om dwang in de prostitutiesector te bewijzen en strafrechtelijk te veroordelen, terwijl het wel vaak 1 https://www.regioplan.nl/project/stoppen-met-sekswerk-belemmerende-factoren-voor- een-duurzame-uitstap-2/ 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 voorkomt. Daarnaast is het lang niet altijd even duidelijk in hoeverre er sprake is van gedwongen prostitutie of mensenhandel, bijvoorbeeld omdat de dwang soms juist plaatsvindt in de directe omgeving. Soms ook is er sprake van langdurige bedreiging en chantage. Middels een tijdelijk huisvestings- en opvangtraject kan rust gecreëerd worden in een complexe situatie met meervoudige problematiek. Dit is allereerst nodig voor sekswerkers in een kwetsbare positie om te komen tot een duurzame uitstap met toekomstperspectief. In een dergelijk traject kan dan (net zoals bij de satellietwoningen) beter bepaald kan worden wat de vervolgstappen zijn. Inmiddels zijn ook Kamervragen over de noodzaak van een tussenvoorziening gesteld door Kamerlid van der Graaf (ChristenUnie). Gezien het vorenstaande zijn vragenstellers van mening dat een tussenvoorziening voor uitstappende sekswerkers in Amsterdam noodzakelijk is, en er momenteel een wezenlijke schakel ontbreekt in de uitstapketen, wat enkele sekswerkers die willen uitstappen verhindert om dat daadwerkelijk ook te kunnen doen. Gezien het vorenstaande hebben de leden Ceder, Boomsma, Taimounti en Nanninga, respectievelijk namens de fracties van de Christeninie, het CDA, DENK en Forum voor Democratie, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college het met vragenstellers eens dat er situaties denkbaar zijn waarbij sprake kan zijn van gedwongen prostitutie of een sekswerker die tegen zijn of haar zin in door blijft werken zonder dat er direct of later (kansrijk) aangifte van mensenhandel gedaan kan worden? Kan het college voorbeelden geven? Antwoord In uw toelichting van de beantwoording van uw vragen staat dat sekswerk een legaal beroep is waar voor kan worden gekozen. U noemt twee verschillende situaties, namelijk situaties waarin personen gedwongen worden om de prostitutie te werken en situaties waarin personen tegen hun zin in het werk doen. Dit onderscheid kan worden opgevat als een onderscheid tussen personen die seksueel worden uitgebuit en slachtoffer zijn van mensenhandel en personen die liever ander werk dan sekswerk zouden doen. In het eerste geval is het denkbaar dat er aangifte van mensenhandel wordt gedaan. In het tweede geval is er geen sprake van uitbuiting en is het doen van kansrijke aangifte onwaarschijnlijk. In dit geval zal de keuze voor ander werk zelf gemaakt moeten worden. Voor sommigen is de stap naar ander werk echter te groot, onder andere omdat dit een grote verandering in levensstijl betekent. De inkomsten lopen bijvoorbeeld veelal terug en de werkuren veranderen. Deze factoren kunnen er aan bijdragen dat iemand geen ander werk gaat doen, ook al zou de persoon dit misschien graag willen. Om uitleg te geven over de eerste situatie waarin iemand gedwongen wordt tot prostitutie is het van belang om een achtergrondschets van de Nederlandse wetgeving te geven. Hierin is vastgelegd dat slachtofferschap van mensenhandel 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 wordt vastgesteld op basis van bewijs van het slachtofferschap. Dit betekent dat als iemand aangifte doet op basis waarvan de politie (een) dader(s) kan opsporen en het OM kan overgaan tot vervolging het slachtofferschap vastgesteld wordt en aanspraak kan worden gemaakt op de bijkomende rechten en voorzieningen. Helaas komt er in de Amsterdamse prostitutiebranche — als ook in andere branches - mensenhandel voor. Er zijn gevallen uit het verleden bekend waarin een vermoedelijk slachtoffer aangaf seksueel uitgebuit te zijn maar geen aangifte te willen doen of de aangifte onvoldoende opsporingsindicaties opleverde om een dader te vervolgen. Zodoende kon het slachtofferschap niet worden vastgesteld. Dergelijke situaties kunnen door verschillende redenen ontstaan. Zo kan het vermoedelijke slachtoffer bijvoorbeeld bang zijn geweest voor represailles van de dader of blijvende loyaliteit hebben gevoeld richting de dader. Waardoor er geen of nihil informatie wordt gedeeld door het vermoedelijke slachtoffer. Wanneer er geen aangifte wordt gedaan of de aangifte onsuccesvol blijkt (niet leidt tot vervolging), zal het vermoedelijke slachtoffer geen status van slachtoffer mensenhandel krijgen en geen aanspraak kunnen maken op de voorzieningen voor deze doelgroep. In deze gevallen is echter wel andere hulp beschikbaar voor het vinden van ander werk als hier behoefte aan is. Vooral voor personen zonder verblijfsstatus is de vaststelling van het slachtofferschap mensenhandel belangrijk. Zij kunnen een verblijfsstatus krijgen op basis van hun slachtofferschap. Een slachtoffer kan aanspraak maken op huisvesting en bij vaststelling van slachtofferschap vervalt de Dublin-claim®. Wanneer iemand is aangetroffen in Amsterdam, dat wil zeggen bij de Amsterdamse politie of zorg bekend wordt, zal dit onder andere betekenen dat de gemeente Amsterdam in de ondersteuning en opvang moet voorzien. Daarnaast zal bij vervolging van een dader de asielprocedure van het slachtoffer in Nederland moeten worden afgehandeld in plaats van het land waar als eerste asiel werd aangevraagd. Deze vermoedelijke slachtoffers van mensenhandel worden eerst in de specialistische opvang voor mensenhandel geplaatst. Vervolgens kunnen ze met voorrang uitstromen naar een woning via het initiatief ‘doorstroomwoningen’ van de regio Amsterdam, het Amsterdams Coördinatiepunt Mensenhandel, HVO-Querido en de gemeente Amsterdam. Wanneer iemand geen verblijfstatus in Nederland heeft en het slachtofferschap mensenhandel niet is (of kan worden) vastgesteld kan het vermoedelijke slachtoffer niet op dezelfde voorzieningen aanspraak maken als iemand met een verblijfsstatus. Mensen zonder verblijfsstatus mogen daarbij niet werken in Nederland en hebben ook geen recht op een uitkering. Hierdoor is de situatie anders dan hiervoor geschetst. Zonder het doen van aangifte of na het doen van een onsuccesvolle aangifte is er hulp en ondersteuning bij het aanvragen van asiel op andere gronden dan mensenhandel of terugkeer naar het land van herkomst. Omdat iemand toch in het levensonderhoud moet voorzien is het ook in dit geval denkbaar dat iemand na een onsuccesvolle aangifte sekswerk blijft doen, waarschijnlijk in de onvergunde sector. ? Dit is een Europese afspraak die bepaalt dat migranten asiel moeten aanvragen in het land waar ze de EU zijn binnengekomen. 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 2. Is het college van mening dat een sekswerker die: — zelf een keus heeft gemaakt om de prostitutie in te gaan; — maar op een gegeven moment definitief besluit om geen sekswerk meer te willen doen (om welke reden dan ook); — maar aantoonbaar niet in staat is om zelfstandig (betaalbare) woonruimte te vinden en daar ook aantoonbaar het netwerk niet voor heeft; — op die manier geen andere optie ziet dan om te blijven op de plaats waar zij momenteel verblijft (en dus zeer waarschijnlijk tegen haar zin zal moeten continueren met sekswerk); — een kwetsbaar persoon is? Zo nee, waarom niet? Antwoord Zoals in het vorige antwoord aangegeven is sekswerk een legaal beroep waar voor kan worden gekozen. Een persoon die ander werk wil gaan doen dan sekswerk en moeite heeft met het vinden van een betaalbare woning bevind zich daarmee niet in een andere situatie dan elk ander persoon dat ander werk wil gaan doen maar aanloopt tegen een inkomstenterugloop en een tekort aan betaalbare woningen. Het doen of hebben gedaan van sekswerk alleen is dus geen reden om iemand kwetsbaar te noemen, Natuurlijk kunnen zich gevallen voordoen waarin een persoon die sekswerk doet of deed kwetsbaar is, bijvoorbeeld vanwege GGZ-problematiek of schulden. Amsterdammers die ander werk dan sekswerk gaan doen kunnen geen aanspraak maken op een aparte urgentieregeling, maar kunnen urgentie krijgen als zij voldoen aan de geldende urgentiecriteria voor sociaal/medische urgentie. 3. Het college schrijft in het coalitieakkoord: “Mensenhandel, gedwongen prostitutie en uitbuiting bestrijden we stevig. We zetten in op een intensieve aanpak door een betere samenwerking tussen sekswerkers, hulpverlening, gemeente, politie, woningcorporaties en Openbaar Ministerie. We gaan door met het programma om slachtoffers van mensenhandel en uitbuiting een nieuw en veilig bestaan op te laten bouwen.” Wat is volgens de gemeente het verschil tussen mensenhandel, gedwongen prostitutie en uitbuiting? En is het college het ermee eens dat een sekswerker die (nog) geen aangifte heeft gedaan van mensenhandel alsnog onder één van de drie categorieën kan vallen? Kan het college aangeven wat de intensieve aanpak van de gemeente inhoudt per categorie? Antwoord Mensenhandel is een breed begrip. In Nederland verstaat men hieronder het werven, vervoeren, overbrengen, opnemen of huisvesten van een persoon, met gebruik van dwang (in brede zin) en met het doel die persoon uit te buiten. Het omvat verschillende vormen van uitbuiting, namelijk arbeidsuitbuiting, seksuele uitbuiting, criminele uitbuiting en overige uitbuiting zoals gedwongen orgaanverwijdering. De begrippen uitbuiting en mensenhandel betekenen in die zin dus hetzelfde. Datzelfde geldt voor gedwongen prostitutie en seksuele uitbuiting. De aard, wijze of mate van uitbuiting kan daarbij verschillen. Het is denkbaar dat iemand die geen aangifte doet wel slachtoffer is van mensenhandel. Wanneer iemand geen aangifte van mensenhandel doet, kan, zoals 4 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng Lio Gemeenteblad Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 eerder aangegeven, het slachtofferschap echter niet vast worden gesteld en kunnen de bijbehorende voorzieningen niet worden aangesproken. Van oudsher is het (gemeentelijke) beleid vooral gericht op seksuele uitbuiting. In integrale samenwerking met de ketenpartners, waaronder de politie, worden zowel in de vergunde als onvergunde branche controles gehouden om mensenhandel op te sporen en slachtoffers uit hun situatie te halen. De raad wordt hierover jaarlijks geïnformeerd in de bestuurlijke monitor prostitutie. In de aanpak van mensenhandel — en dus ook seksuele uitbuiting — werkt de gemeente samen met de ketenpartners in RIEC-verband (o.a. politie, OM, Belastingdienst, Inspectie SZW). Signalen van seksuele uitbuiting worden gedeeld, veredeld en zo mogelijk worden interventies gepleegd, bijvoorbeeld door het starten van een opsporingsonderzoek of de inzet van fiscale of bestuurlijke maatregelen. In dat verband investeert de gemeente sinds 2015 in het trainen van de eigen medewerkers in het signaleren van mensenhandel en is een interne meldroute voor die signalen ingericht. Daarnaast werkt de gemeente nauw samen met diverse zorg verlenende instanties op het gebied van enerzijds zorg en hulpverlening en anderzijds preventie en voorlichting. Zo speelt het Amsterdams Coördinatiepunt mensenhandel een belangrijke rol in de opvang en begeleiding van (vermoedelijk) slachtoffers mensenhandel. De gemeente werkt lokaal daarnaast nauw samen met (NGO) organisaties als Fairwork. Er is verder structureel contact met onder andere de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en de gemeente Amsterdam participeert in de landelijke Taskforce Mensenhandel en de expertgroep criminele uitbuiting van kinderen. 4. Is het college het met vragenstellers eens dat dat sekswerk weliswaar een legaal beroep is, maar dat het toch van een andere orde is dan andere legale beroepen, in die zin dat het schrijnender en onwenselijker is als mensen zich om financiële of aanverwante redenen gedwongen voelen om door te gaan met het uitoefenen ervan terwijl ze eigenlijk willen uitstappen? Dat wil zeggen, dat er een grotere verantwoordelijkheid ligt ook bij de gemeente om mensen te helpen die willen stoppen met sekswerk, en dat mensen die willen uitstappen maar daar geen mogelijkheden toe zien, extra kwetsbaar zijn en onze steun verdienen? Antwoord Sekswerk is een beroep waarvoor iemand kan kiezen. Wel bestaat er een groot stigma op het beroep. Door dit stigma is de gemeente Amsterdam van mening dat sekswerkers specialistische hulp en ondersteuning moet worden geboden. Sekswerk is ondertussen wel een beroep dat aantrekkelijk is voor ondermijnende praktijken en waarbinnen ook kwetsbare personen werkzaam zijn. Gemeente heeft een verantwoordelijkheid om te zorgen voor veiligheid en hulp aan kwetsbare personen. 5. Op welke wijze worden bij de intensieve aanpak, genoemd in bij vraag 3, momenteel woningcorporaties betrokken per categorie (en dus ook sekswerkers die geen slachtoffer zijn van mensenhandel maar wel aangeven in een kwetsbare positie te zitten)? Is het college bereid om bij de verschillende woningcorporaties na te vragen of zij de behoefte naar een tussenvoorziening voor uittredende 5 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng Lio Gemeenteblad Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 sekswerkers (geen slachtoffers mensenhandel) herkennen en de raad op de hoogte te stellen van hun antwoord? Toelichting door vragenstellers: De wethouder Zorg zei tijdens de raadsvergadering van 14 maart 2019 dat als het gaat om opvang en/of huisvesting voor uittredende sekswerkers, we in Amsterdam verschillende dingen ‘in de aanbieding’ hebben. Daarbij noemde zij allereerst de maatschappelijke opvang. Ons bereiken signalen dat een maatschappelijke opvang zeker geen geschikte plek is om uittredende sekswerkers, die aangeven in een kwetsbare positie te verkeren, op te vangen. De tussenvoorziening die de vragenstellers graag gerealiseerd zien is erop gericht om te kunnen breken met de huidige situatie van vaak meervoudige problematiek, en zo rust te creëren met mogelijk specifieke begeleiding zodat uiteindelijk gewerkt kan gaan worden aan een volwaardig toekomstperspectief. Volgens de criteria op de site van de gemeente Amsterdam is maatschappelijke opvang bedoeld voor hen die voldoen aan de volgende voorwaarden: — “U hebt de Nederlandse nationaliteit of een geldige verblijfsstatus; — U bent dakloos, u hebt dus geen vaste woon- of verblijfplaats; — _U hebt binding met Amsterdam of een van de andere regiogemeenten (Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel of Uithoorn). U hebt bijvoorbeeld binding als u de afgelopen jaren in Amsterdam hebt gewoond, als u hier al hulpverlening krijgt of als u familie en vrienden in Amsterdam hebt. De gemeente toetst dit. — U bent niet voldoende zelfredzaam om zelfstandig te wonen door een ernstige psychosociale beperking of een psychiatrische beperking (waaronder ook verslaving). — U hebt geen andere mogelijkheden om iets aan uw dakloosheid te kunnen doen.” Antwoord In de huidige aanpak van mensenhandel en uitbuiting worden woningcorporaties betrokken wanneer er zich signalen van mensenhandel in een woning voordoen of wanneer er signalen zijn van onvergunde prostitutie in een woning van een corporatie. Door het delen van de informatie zijn corporaties op de hoogte van wat er speelt in de woningen die zij verhuren. Daarnaast heeft de gemeente afspraken met de corporaties gemaakt over het huisvesten van kwetsbare groepen. Uittredende sekswerkers worden ook als categorie genoemd in het Amsterdamse beleid voor de huisvesting van kwetsbare groepen. Dit betekent dat kwetsbare personen die sekswerk hebben gedaan, waarbij sprake is van een woonvraag in combinatie met problemen op andere levensdomeinen, in aanmerking kunnen komen voor het met voorrang uitstromen naar een woning. Het doen of hebben gedaan van sekswerk alleen is niet voldoende om in aanmerking te komen. Voor de huisvesting van deze woningzoekenden kan gebruik gemaakt worden van de, in deze beantwoording genoemde, routes via de Maatschappelijke Opvang (Housing First) en directe bemiddeling (met voorrang). U vraagt in gesprek te gaan met woningcorporaties over de behoefte naar een tussenvoorziening voor uittredende sekswerkers. Woningcorporaties hebben geen overzicht van de personen die sekswerk doen of hebben gedaan en registreren niet 6 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 als zodanig, net als informatie over de uitoefening van andere beroepen. Dergelijke gegevens kunnen niet worden geregistreerd door de corporaties, omdat de autoriteit persoonsgegevens heeft aangegeven dat het registreren van informatie met betrekking tot het uitoefenen van sekswerk een schending van privacywetgeving is. De beschikbare cijfers in de monitor van het Programma Huisvesting Kwetsbare Groepen betreffen het aantal personen dat via een voorziening van HVO-Querido, speciaal voor kwetsbare personen die sekswerk hebben gedaan, uitstromen naar een zelfstandige sociale huurwoning. HVO-Querido huurt drie sociale huurwoningen waarin maximaal zes uittredende sekswerkers (geen vermoedelijk slachtoffers van mensenhandel) worden begeleid door P&G292 (Prostitutie & Gezondheidscentrum 292). Dit is een voorziening waar iemand maximaal één jaar gebruik van kan maken en kan zodoende een ‘tussenvoorziening’ worden genoemd. Uitstroom naar een zelfstandige woning kan door middel van een eenmalige aanbieding of, als zelfstandig wonen nog niet aan de orde is, eerst via begeleid wonen in een woning die op naam van de begeleidende instelling staat. De bewoners kunnen het huurcontract op eigen naam krijgen als zij daarvoor voldoende zelfstandigheid hebben bereikt. Er is in Amsterdam ervaring opgedaan met het bieden van een tussenvoorziening in de stad. Vooral zorgaanbieders hebben kennis van de behoeften van de opvang en begeleiding van de groep waarnaar wordt gevraagd. Zoals de wethouder Zorg eveneens aangaf tijdens de raadsvergadering van 14 maart 2019, blijft de gemeente in gesprek met aanbieders en worden afwegingen gemaakt over de toereikendheid van voorzieningen voor kwetsbare personen die al dan niet sekswerk doen. In de afwegingen spelen financiële kaders mee. 6. Kan het college zich voorstellen dat, gezien de doelgroep die door bovenstaande criteria afgebakend wordt, een maatschappelijke opvang niet geschikt is of zou kunnen zijn voor de opvang van uittredende sekswerkers? Is het college bereid om bij de verschillende uitstaptrajecten aan de hulpverleners na te vragen of zij een maatschappelijke opvang als een optie zien voor de (tijdelijke) opvang van de groep uittredende sekswerkers in een kwetsbare positie (en zonder lopende aangifte van mensenhandel)? Antwoord Maatschappelijke opvang is de verzamelnaam voor een breed palet aan voorzieningen voor mensen met een hulpvraag op het gebied van zorg en/of huisvesting. Het aanbod maatschappelijke opvang varieert van opvang in een intramurale setting met intensieve zorg en begeleiding tot cliënten die individueel wonen in de wijk met ambulante begeleiding. Ook heeft Amsterdam passantenpensions waar zelfredzame daklozen tijdelijk een eigen kamer kunnen huren. Het uitgangspunt van de Amsterdamse aanpak is het creëren van perspectief door de inzet van aanbod dat op de specifieke situatie van betrokkene is toegesneden. De stad heeft hiervoor uiteenlopende voorzieningen die gericht zijn op uiteenlopende behoeften van verschillende groepen vragers. 7 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 De gemeente hanteert toegangscriteria om mensen een passend aanbod te kunnen doen. Ook wordt de vraag naar maatschappelijke opvang altijd bezien in de context van een bredere opdracht aan gemeenten om bij personen met een hulpvraag op het gebied van inkomen, werk en maatschappelijke ondersteuning, integraal naar de hulpvraag te kijken en op basis daarvan een passend ondersteuningsaanbod te doen. Maatschappelijke opvang kan hier onderdeel van zijn, maar is niet altijd de meest passende oplossing voor iemand wiens problemen voornamelijk bestaan uit een gebrek aan inkomen en huisvesting. Zoals gezegd blijft de gemeente in gesprek met aanbieders en worden afwegingen gemaakt over de toereikendheid van voorzieningen voor kwetsbare personen die al dan niet sekswerk doen. Zo ook met aanbieders van uitstaptrajecten. Hieruit blijkt dat de problematiek van de personen die zij helpen zeer divers is. Ook blijkt onder andere dat het stoppen met sekswerk vaak vraagt om een grote verandering in levensstijl. Daarbij hebben sommige sekswerkers moeite met de regel dat er geen sekswerk in de maatschappelijke opvang mag worden gedaan. Uitstappen gebeurt vaak niet van de een op de andere dag waardoor het lastig voor (ex) sekswerkers om zich aan deze regel te houden. Aanbieders van uitstaptrajecten geven bovendien aan dat een voorziening specifiek voor personen die sekswerk doen of hebben gedaan niet per se nodig is, maar dat de criteria voor het huidige aanbod soms te weinig flexibel zijn om te beantwoorden aan de behoeften van hun cliënten. Zoals gezegd zijn deze criteria het resultaat van weloverwogen afwegingen in de beschikbaarheid van voorzieningen voor kwetsbare personen die al dan niet sekswerk doen. Hierin spelen financiële kaders mee. 7. Mocht het college bij vraag 5 beoordelen dat een maatschappelijke opvang wel een geschikte plek is voor de groep uittredende sekswerkers die geen aangifte van mensenhandel hebben lopen, hoe ziet het college dan binnen de bestaande criteria voor de verschillende vormen van opvang een mogelijkheid om deze groep daadwerkelijk opvang te bieden? Graag een toelichting waarbij wordt ingegaan op de verschillende criteria. Antwoord Voor uittredende sekswerkers die geen aangifte doen van mensenhandel heeft Amsterdam uitstapprogramma’s. Het uitstapprogramma biedt op uiteenlopende manieren ondersteuning op het gebied van inkomen, maatschappelijk werk, arbeidsoriëntatie en ook op het terrein van huisvesting. In 2012 heeft de gemeente Amsterdam het uitstapprogramma voor sekswerkers verbeterd, onder meer wat betreft huisvesting. De directie Wonen heeft in samenwerking met de GGD en HVO-Querido (P&G292) een route naar huisvesting ingesteld voor uittredende sekswerkers waarbij sprake is van een woonvraag in combinatie met problemen op meerdere levensdomeinen. De toegang verloopt via P&G292. Huisvesting is een voorwaarde voor het bieden van zorg en begeleiding om de zelfstandigheid van de betrokkene te ondersteunen. De keuze voor een van de routes is afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte van de persoon, (Ex)sekswerkers 8 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lio Gemeenteblad R Datum 25 juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 kunnen door P&G292 worden aangemeld bij de Instroomtafel Volwassenen voor plaatsing in: , de Maatschappelijke Opvang: De betrokkene wordt hier geplaatst voor een hersteltraject gericht op het uiteindelijk weer zelfstandig kunnen wonen. e in Begeleid Wonen: De betrokkene krijgt eenmalige aanbieding van een woning via de Uitstroomtafel Volwassenen. Het huurcontract van de woning komt voor minimaal een jaar op naam van HVO-Querido en de betrokkene krijgt ambulante begeleiding vanuit P&G292 van HVO-Querido (Housing First). Wanneer de betrokkene voldoet aan alle uitstroomcriteria, dan kan de Uitstroomtafel Volwassenen besluiten om het huurcontract over te zetten op naam van de betrokkene. e Op een tussenvoorziening: betrokkene wordt geplaatst op één van de drie woningen die HVO-Querido permanent huurt voor de opvang van sekswerkers die gebruik maken van het uitstapprogramma. In deze woningen kan niet langer dan een jaar worden verbleven. Na een jaar draagt P&G292 de betrokkene voor bij het Team Indicaties van de afdeling Wonen voor de eenmalige aanbieding van een woning. Hiervoor moet de betrokkene, los van een inschrijving bij WoningNet, stabiel zijn op de leefgebieden woonvaardigheden, financiën, dagbesteding en zorg/begeleiding. Daarnaast moet er regulier inkomen zijn en de schulden moeten zijn geregeld. 8. Welke andere mogelijkheden ziet het college om opvang en of huisvesting te bieden aan de beschreven doelgroep? Kan het college toelichten waarom hij die eventuele mogelijkheden passend acht met inachtneming van de inspraak van betrokken organisaties? Kan het college tevens toelichten op welke manier daarin gekomen kan worden tot een duurzame uitstap? Antwoord Zoals bij vraag 5 is aangegeven, huurt HVO-Querido speciaal voor kwetsbare personen die sekswerk hebben gedaan woningen waar tijdelijk kan worden verbleven. Deze voorziening is bekend bij aanbieders die uitstaptrajecten aanbieden. Wanneer iemand in een dergelijke voorziening verblijft en blijvend ander werk wil blijven doen dan is hier ondersteuning voor beschikbaar. 9. Is het college bereid, te onderzoeken of en in hoeverre er inderdaad, zoals de vragenstellers en de inspreker tijdens de vergadering van de raadscommissie Wonen en Bouwen aangeven, behoefte is aan een tussenvoorziening die voorziet in opvang en huisvesting voor uittredende sekswerkers die geen aangifte van mensenhandel hebben lopen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer verwacht het college de raad hierover te kunnen informeren? Antwoord Voor alle Amsterdammers zijn ongeacht beroep opvang- en woonvoorzieningen beschikbaar. Bij de afwegingen omtrent dit aanbod worden de bestaande financiële kaders in acht genomen, de beschikbaarheid van ruimte voor opvangvoorzieningen en het aantal beschikbare woningen. De gemeente voorziet daarbij reeds in extra voorzieningen voor sekswerkers en blijft in gesprek met aanbieders over de toereikendheid van het aanbod. De door u voorgestelde tussenvoorziening bestaat reeds in de vorm van een aantal woningen van HVO-Querido. Voor deze voorziening bestaat geen wachtlijst. Wij zien dan ook geen reden om dit verder te onderzoeken. 9 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer de Juni 2019 Schriftelijke vragen, woensdag 27 maart 2019 10. Is het college bereid, contact op te nemen met het rijk om een sluitend antwoord te kunnen geven op de vragen, te informeren of het rijk nog financiële mogelijkheden ziet om bij te dragen (bijvoorbeeld via de RUPS-regeling) en er ook gezamenlijk gekeken kan worden hoe een tussenvoorziening integraal in de uitstapketen verwerkt kan worden? Antwoord De gemeente onderhoudt nauw contact met het Rijk omtrent de middelen voor opvang en ondersteuning. Zo ook met het ministerie van Justitie en Veiligheid, zij werken aan een nieuwe regeling voor uitstappende sekswerkers die naar verwachting eind april bekend gemaakt zal worden. Op dit moment worden verschillende uitstaptrajecten gefinancierd met RUPS middelen. Dit jaar zijn de beschikbare middelen voor Amsterdam reeds minder geworden en deze zullen het komende jaar naar verwachting nog eens drastisch afnemen. Het lijkt zodoende onwaarschijnlijk dat er binnen de RUPS-regeling ruimte zal zijn voor de financiering van een tussenvoorziening naast de voorzieningen die op dit moment door de gemeente worden bekostigd. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 10
Schriftelijke Vraag
10
discard
x Gemeente Amsterdam Gemeenteraad é Schriftelijke vragen Jaar 2020 Volgnummer 432 Datum indiening 11 december “Onderwerp Schriftelijke vragen van de leden Bloemberg-lssa en A.L. Bakker inzake de dreigende ontruiming van buurttuinen wegens opzegging van het huurcontract met Nemoland in Westerpark “Aan het college van burgemeester en wethouders Toelichting vragenstellers: Buurt- en groenorganisatie Nemoland organiseert groene buurtactiviteiten in het Westerpark. De wandel- en natuurorganisatie is al 32 jaar actief in de buurt waarvan 12 jaar op het terrein van de schooltuinen. Er is een buurttuinhuis, buurtmoestuin, een natuurpad en een sprookjestuin. Nemoland organiseert natuurwandelingen en in het oude schooltuingebouw worden culturele en natuuractiviteiten voor de buurt georganiseerd. Dankzij het maatwerkbeheer en aandacht voor natuurontwikkeling hebben vele vogelsoorten een vaste plek gevonden op het terrein. Zo heeft stichting Nemo twee ijsvogelwanden gebouwd, waardoor er jaarlijks ijsvogels broeden. Nu blijkt dat het college van Amsterdam heeft besloten de huur van het buurttuinhuis en het medegebruik van de buurtmoestuin (samen ‘Nemoland Westerpark!) op te zeggen op het terrein van Roos schooltuinen in het Westerpark. De huurovereenkomst vervalt per 1 maart 2021 en op 12 januari 2021 wordt het medegebruik van een deel van de schooltuinen door Nemo voor de buurtmoestuin al beëindigd. Volgens de organisatie is dit gebeurd zonder aanleiding of motivatie. De geplande ontruiming van Nemoland is een besluit van de centrale stad (Vastgoed en Schooltuinen). In de buurt is hierover beroering ontstaan en artikelen verschenen in de Staatskrant!t en Westkrant?. In juli 2016 is een motie van de fractie van de Partij voor de Dieren aangenomen waarin wordt verzocht om te onderzoeken op welke manier basisscholen, schooltuininitiatieven en volkstuinen nauwer kunnen samenwerken in het kader van natuur- en voedseleducatie voor kinderen. Juist dit soort samenwerking gebeurt bij Nemoland. Gezien het vorenstaande stellen ondergetekenden, namens de fractie van Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders: 1 1. Wat is de motivatie voor het opzeggen van het huurcontract met Nemoland? 2. Op welke wijze past het opzeggen van een groene buurtorganisatie bij het gemeentelijk beleid voor dit gebied op de punten: groenbeheer, schooltuinen en natuureducatie, stadslandbouw, buurtparticipatie en de uitgangspunten voor het project Groot Westerpark? 3. Is de buurt geconsulteerd over het opzeggen van het huurcontract? Zo ja, wat waren de reacties? Zo nee, waarom niet? 4. Hoe strookt het opzeggen van het huurcontract met de ambitie om Amsterdammers meer zeggenschap over hun buurt te geven? 5. Is het college bereid het huurcontract te verlengen? Zo nee, is het college bereid een creatieve (en ecologische) oplossing te vinden met Nemoland die recht doet aan de inzet van stichting Nemo en buurtbewoners? 6. Stichting Nemo vervult een actieve rol bij het onderhoud van de ijsvogelwanden waardoor er op het terrein jaarlijks ijsvogels broeden. Is het college op de hoogte van de aanwezigheid van ijsvogels op het terrein? Hoe wordt het voortbestaan van de ijsvogels, een beschermde inheemse diersoort, op dit terrein gegarandeerd zonder stichting Nemo? De leden van de gemeenteraad, J.F. Bloemberg-Issa A.L. Bakker 2 L‘Ontruimingsbevel voor Nemo’, De Staatskrant, december 2020. 2 https://www.dewestkrant.nl/ontruiming-dreigt-voor-nemoland-in-westerpark/
Schriftelijke Vraag
3
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1001 Datum indiening 16 mei 2019 Datum akkoord college van b&w van 11 juni 2019 Publicatiedatum 12 juni 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid De Grave-Verkerk inzake het inperken van de openingstijden van de stadsloketten. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Op 18 april 2019 werd de raad geïnformeerd over een wijziging van de openingstijden van de Stadsloketten per 1 september 2019. De stadsloketten zullen vanaf september niet meer van 08.00 tot 20.00 uur maar van 08.00 tot 18.00 geopend zijn, met uitzondering van donderdag, dan blijven de loketten wel geopend tot 20.00. De openingstijden kunnen volgens het college worden ingeperkt omdat het aantal bezoekers van de stadsloketten naar verwachting zal dalen van 70.000 naar 40.000, als gevolg van de langere geldigheidsduur van paspoorten en ID-kaarten. Het inperken van de openingstijden zorgt volgens het college voor een structurele besparing van 500.000 euro. Gezien het vorenstaande heeft het lid De Grave-Verkerk, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is de verwachting dat het rustiger wordt bij de stadsloketten alleen gebaseerd op de verlening van de geldigheidsduur van paspoorten en ID-kaarten? Antwoord: Ja, dat het rustiger wordt bij de Stadsloketten is vrijwel helemaal het gevolg van de afname van de bezoekers die hun paspoorten en ID-kaarten komen verlengen. Dienstverlening monitort de bezoekersaantallen voortdurend. Mede op basis van de data die zo worden vergaard, kan Dienstverlening nauwkeurig het aantal en soort bezoeken in de komende periode voorspellen. Daarop wordt de personele inzet bij de loketten gebaseerd. Bekend is ook hoeveel bezoekers er komen voor reisdocumenten. Daardoor weet Dienstverlening ook hoe veel minder bezoekers er komen als de geldigheid van de reisdocumenten verlengd wordt. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng loor Gemeenteblad Datum 12 juni 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 16 mei 2019 2. In hoeverre draagt nieuwe online dienstverlening bij aan een afname van het aantal bezoekers bij de stadsloketten? Antwoord: Nieuwe online dienstverlening draagt op dit moment nog beperkt bij aan een afname van bezoekers bij de Stadsloketten. De mogelijkheden om online diensten af te nemen bij de gemeente nemen toe, maar het is nog lang niet voor alle producten mogelijk. Bovendien gaat het ook niet altijd om grote aantallen bezoekers (denk aan online huwelijk aankondigen). Een voorbeeld van online dienstverlening die op termijn kan leiden tot een afname van bezoekers is de proef met het digitaal verlengen van rijbewijzen waar Amsterdam aan meedoet. Amsterdammers die online een verlenging van hun rijbewijs aanvragen, hoeven niet meer langs te komen om die verlenging aan te vragen maar alleen nog om hun rijbewijs af te halen. Het effect van de proef is nog beperkt, omdat het een proef is. Als een dergelijke oplossing wettelijk ook mogelijk zou worden voor reisdocumenten, dan zou het aantal bezoekers aan de loketten nog verder dalen. 3. Het college geeft aan dat het aantal bezoekers in de avonduren in 2019 nog verder zal afnemen. Is deze aanname louter gebaseerd op de verlening van de geldigheidsduur of ook op andere zaken? Antwoord: Dienstverlening kan op basis van ontwikkelingen en historische gegevens nauwkeurig voorspellen hoeveel bezoekers er in een bepaalde week komen en ook hoe de bezoeken over de dag en over de verschillende Stadsloketten verspreid zijn. Uit de data over de bezoeken aan de Stadsloketten kan Dienstverlening afleiden dat gemiddeld 9% van de bezoekers 's avonds tussen 18.00 en 20.00 uur naar de loketten komt. Het gaat om gemiddeld 41 bezoekers per Stadsloket per avond. Meer dan 90% van de bezoekers komt dus overdag; dat zijn gemiddeld meer dan 400 bezoekers. Omdat het aantal bezoekers zal teruglopen vanwege de invoering van de 10 jaar geldige reisdocumenten in 2014, zal ook het aantal bezoekers afnemen dat 's avonds naar de loketten komt. Als we de openingstijden niet zouden veranderen, dan komen er eind 2019 gemiddeld nog maar ongeveer 24 bezoekers naar de loketten in de avonduren. 4. Waarom kiest het college niet voor het dagelijks geopend houden van de stadsloketten tot 20.00 uur, maar dan met minder medewerkers? Antwoord: Het aantal medewerkers op de Stadsloketten wordt altijd al afgestemd op de verwachte aantallen bezoekers. Als de gemeente de loketten elke avond openhoudt tot 20.00 uur, dan worden inderdaad minder medewerkers ingezet, maar de overige kosten, bijvoorbeeld voor beveiliging en onregelmatigheidstoeslagen, zijn dan relatief hoog (gerekend per bezoeker). Dat is niet erg kostenefficiënt. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng loor Gemeenteblad R Datum 12 juni 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 16 mei 2019 5. Waarom kiest het college niet voor het dagelijks geopend houden van de stadsloketten tot 20.00 uur voor alleen de diensten/producten waar bewoners een afspraak voor moeten maken? Antwoord: Op dit moment zijn de afsprakenbalies in de avonduren gesloten. In de nieuwe situatie breiden we deze dienstverlening op donderdagavond juist uit. Voor het aanvragen/ophalen van reisdocumenten hoeft geen afspraak gemaakt te worden. Als de Stadsloketten tot 20:00 uur alleen open blijven voor diensten/producten waar een afspraak voor gemaakt moet worden, is de inloopbalie gesloten en kunnen Amsterdammers hier niet voor bijvoorbeeld reisdocumenten terecht. Het bemensen van de specialistenloketten leidt tot hogere kosten dan nu gemaakt worden met de 8-20 uur opening. Bovendien komen 4 van de 5 bezoekers zonder afspraak naar de Stadsloketten. Die zouden dan ’s avonds niet geholpen kunnen worden. De dienstverlening op afspraak wordt door specialisten uitgevoerd. Dat is relatief kostbaar. Bovendien is het zo dat bij afspraken een gedeelte van de bezoekers niet komt opdagen. Als de gemeente de loketten alleen nog voor afspraken 's avonds openhoudt, dan brengt dat erg hoge kosten met zich mee voor de inzet van experts die nodig zijn voor de verschillende soorten afspraken. Daarnaast brengt het openhouden van de Stadsloketten in de avonduren hoge kosten voor beveiliging en onregelmatigheidstoeslagen met zich mee. 6. Heeft het college overwogen een avondopenstelling van twee dagen in plaats van één dag aan te houden? Zo ja, op welke afweging heeft het college besloten te kiezen voor een avondopenstelling van één dag? En hoe klantvriendelijk beoordeelt het college de uitkomst van de afwegingen? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Ja, dat is overwogen. Het college heeft verschillende scenario’s naast elkaar gezet en de voor- en nadelen daarvan tegen elkaar afgewogen. Een belangrijk voorwaarde was dat de te maken keuze zou leiden tot de besparing die in het Coalitieakkoord is voorzien. Bij een avondopenstelling van twee dagen kan het college deze besparing niet realiseren. Het college heeft ook gekeken naar de mogelijkheid om één Stadsloket (bijvoorbeeld Centrum) elke dag tot 20.00 uur open te houden. De overige loketten zouden dan van 8 tot 18 uur geopend zijn. Nadeel van dit scenario is dat het voor veel Amsterdammers relatief ver reizen is. Ook zouden de inwoners van het stadsdeel in kwestie bevoordeeld worden ten opzichte van de overige Amsterdammers. Een ander scenario dat is onderzocht is een wisselende avondopenstelling per stadsdeel, zodat er elke werkdag in elk geval een Stads loket tot 20 uur geopend is. Nadeel van dit scenario is de onduidelijkheid voor de Amsterdammers; wie 's avonds een Stadsloket wil bezoeken, moet eerst zien uit te vinden waar hij of zij terecht kan. 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer uni 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 16 mei 2019 In de huidige inroostering draaien medewerkers 1 á 2 keer in de week een avonddienst. Deze inroostering is in goed overleg met de Ondernemingsraad tot stand gekomen, maar de OR heeft wel aangegeven dat een meerderheid van de medewerkers het lastig vindt om avonddiensten te combineren met het privéleven. Uiteindelijk heeft het college besloten tot één avondopenstelling in alle Stadsloketten op donderdag, met als extra service de inzet van specialisten. In deze variant kunnen Amsterdammers voor wie het nu lastig is overdag een afspraak met specialisten te maken ook terecht voor diensten/producten op het gebied van burgerlijke stand en immigratie. Dit kan nu niet in de avonduren. Dit scenario biedt bovendien duidelijkheid over de openingstijden: iedereen kan in alle stadsdelen tijdens dezelfde openingsuren terecht bij de Stadsloketten. 7. Kan het college aangeven hoeveel bewoners er tussen 08.00 en 09.00 uur de stadsloketten bezoeken? Antwoord: Tussen 08.00 en 09.00 uur 's ochtends komen per loket gemiddeld 29 bezoekers. Tussen 08.00 en 10.00 uur gaat het om 63 bezoekers. Tussen 18.00 en 20.00 uur ontvangen een loket gemiddeld 41 bezoekers. De verwachting is dat de bezoekers die nu ’s avonds naar de Stadsloketten komen, in de nieuwe situatie voor een deel verspreid over de dag zullen komen, voor een deel tussen 08.00 en 09.00 uur en voor een deel rond lunchtijd. De Stadsloketten houden daar rekening mee bij de inroostering. Ter informatie hieronder een overzicht van het gemiddeld aantal bezoekers per Stadsloket, verdeeld over de dag: Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
x Gemeente Amsterdam % Actualiteit voor de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Marineterrein, Energietransitie Jaar 2019 Datum indiening Datum behandeling Onderwerp Actualiteit van de raadsleden Boomsma (CDA), Naoum Nehme (VVD) en Van Schijndel (FvD) inzake de versnellingsaanpak Haven-Stad Aan de commissie Inleiding In mei heeft het college een versnelllingsaanpak van Haven-Stad opgesteld om de mogelijkheden te verkennen om de bouw van 10.000 woningen daar 4 tot 7 jaar naar voren halen. De versnelling zou zich o.a. richten op de randen van het zogenaamde ‘pas-op-de- plaats’ gebied, zoals afgesproken in het Convenant Houthavens/NDSM-werf (2009). In februari heeft het Urban Land Institute (ULI), een internationaal netwerk van stedenbouwkundige experts, op verzoek van het college een workshop georganiseerd over de ontwikkeling van het gebied, waarna ook een rapport is verschenen met aanbevelingen. Reden bespreking Hoewel dit traject al maanden geleden in gang is gezet heeft de commissie er nog niet over kunnen spreken. De leden willen in gesprek over de inzet en de voortgang ervan. Reden spoedeisendheid Het is zaak snel opheldering te geven over het verloop van deze gesprekken, gezien het grote belang van enerzijds de bouw van 10.000 woningen en anderzijds het grote economische belang van de havenbedrijven. De aankondiging van pogingen tot versnelling in het coalitieakkoord, en verder in het aangaan van dit traject, veroorzaken voorts onzekerheid ook bij de bedrijven in het gebied. De leden van de commissie, D. T. Boomsma, H. Naoum Nehme, A. van Schijndel. ' Dit rapport is hier te lezen: https://europe.uli.org/wp-content/uploads/sites/127/ULI- Documents/Haven-Stad-Report Final.pdf 1
Actualiteit
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 460 Publicatiedatum 26 juni 2013 Ingekomen onder C Ingekomen op woensdag 12 juni 2013 Behandeld op woensdag 12 juni 2013 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw De Soete en de heer Paternotte inzake een nieuw bestuurlijk stelsel vanaf 2014 (dagelijks bestuur gelijkwaardig met de metropoolpartners). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordrachten van het college van burgemeester en wethouders van 7 mei 2013 inzake: — _ een nieuw bestuurlijk stelsel vanaf 2014 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 437); — intrekken van de Verordening op de stadsdelen en vaststellen van de Verordening op de bestuurscommissies 2013 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 438); Overwegende dat: — in de perspectieven inrichting bestuurlijk stelsel (8 december 2011) het college het belang van gelijkwaardigheid tussen het dagelijks bestuur van de bestuurscommissies en de metropoolpartners onderschrijft; — _ het college dit heeft verwoord in bestuur dat kan schakelen op verschillende schaalniveaus; — de bestuurscommissies een andere staatrechtelijke positie innemen ten opzichte van de regiogemeenten, maar materiële samenwerking zeer wenselijk is; — regionale samenwerking van groot belang is voor Amsterdam, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — de gelijkwaardigheid van het dagelijks bestuur van de bestuurscommissies ten opzichte van de metropoolpartners opnieuw uit te dragen; — dit duidelijk op te nemen in het nieuw bestuurlijk stelsel vanaf 2014. De leden van de gemeenteraad, M. de Soete J.M. Paternotte 1
Motie
1
train
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 9 november 2022 Ingekomen onder nummer 391 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Rooderkerk en Kabamba inzake de Begroting 2023 Onderwerp Rijke schooldag-coördinator Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2023 Constaterende dat: -_ In het coalitieakkoord is opgenomen dat we ons inzetten voor een rijke schooldag, waar kinderen naast het leren van basisvaardigheden ook hun talenten kunnen ontwikkelen op het gebied van o.a. sport, cultuur, muziek, burgerschap en natuur; -__ Scholen voldoende middelen ontvangen om maatschappelijke organisaties/externe professionals in te zetten om deze rijke schooldag te verzorgen maar (o.a. door het lerarentekort) onvoldoende tijd hebben om een doorlopend leerplan op te stellen, de juiste maatschappelijke organisaties te selecteren en hen te benaderen; -__Ereen breed aanbod van aanbieders te vinden is op het platform andersom.amsterdam maar de breedte van het aanbod (alleen al binnen het onderwerp kunst en cultuur zijn er 100 aanbieders) er ook voor zorgt dat het veel tijd en inspanning kost om een passende selectie te maken; -_Maatschappelijke organisaties moeite hebben om in contact te komen met scholen door de vele aanbieders die zich bij scholen melden; Overwegende dat: -_ Het inzetten van maatschappelijke organisaties/externe professionals in een tijd van een nijpend lerarentekort kan voorkomen dat klassen naar huis moeten worden gestuurd. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Te onderzoeken of (per stadsdeel) een rijke schooldag-coördinator kan worden aangesteld die schoolbesturen ondersteunt in het ontwikkelen van doorlopende leerlijnen en hen verbindt aan de juiste maatschappelijke organisaties, ook op scholen waar daar nu nog geen aandacht voor is. Gemeente Amsterdam Status Ingetrokken Pagina 2 van 2 Indieners |. Rooderkerk C.K.E. Kabamba
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 808 Publicatiedatum 16 oktober 2013 Ingekomen onder AC Ingekomen op woensdag 2 oktober 2013 Behandeld op woensdag 2 oktober 2013 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Van Roemburg en de heer Jager inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (uitbreiding in 2014). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 3 september 2013 inzake de nota Varen in Amsterdam 2.0 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 745); Overwegende dat: — _ het college voorstelt in de nota Varen in Amsterdam 2.0 om in 2014 voor het vergunningsgebied 1 (de ‘Centrum-zone’) nieuwe exploitatievergunningen uit te geven; — _ het voorstel is om voor de bemande gesloten vaartuigen 10 exploitatie- vergunningen uit te geven, voor de bemande open vaartuigen (‘open sloepen’) 30 exploitatievergunningen uit te geven, en voor de onbemande vaartuigen (huurboten’) 60 exploitatievergunningen uit te geven in sets van 6; — het goed is als een aantal nu illegaal varende ondernemers een kans te geven zich naar het legale circuit te verplaatsen; — tegelijk een uitbreiding van met name de 30 exploitatievergunningen voor de open sloepen in het Centrumgebied voor een toename van de overlast zal zorgen, vooral nu de handhaving nog niet op het meest effectieve niveau is, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: niet 30 maar 15 exploitatievergunningen voor het segment bemande open vaartuigen (open sloepen) in 2014 uit te geven. De leden van de gemeenteraad, E.T.W. van Roemburg G. Jager 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1943 Datum indiening 18 juli 2019 Datum akkoord 15 november 2019 Publicatiedatum 18 november 2019 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Martens inzake het personeelstekort in de horeca. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstelster: Op 18 juli 2019 berichtten diverse media dat verschillende Amsterdamse horecazaken noodgedwongen moeten sluiten als gevolg van het personeelstekort in deze sector. Het gaat om sluitingen op een (extra) vaste dag in de week, maar ook permanente sluitingen komen voor. Dit heeft als gevolg dat zelfs goedlopende cafés of restaurants ermee op moeten houden, soms met nadelige financiële gevolgen voor de ondernemer. Tegelijkertijd ligt de werkloosheid in Amsterdam nog altijd hoger dan het landelijk gemiddelde. De fractie van de VVD denkt dat een deel van de (langdurig) werklozen aan het werk kan in de horeca en zou willen dat de gemeente zich inspant om de vraag in deze sector beter te laten aansluiten op het aanbod in de arbeidsmarkt. Gezien het vorenstaande heeft het lid Martens, namens de fractie van de VVD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college zicht op de totale omvang van het personeelstekort in de horeca? En welk deel van de vacatures staat naar schatting niet online? Antwoord: Nee, het college heeft geen volledig zicht over de totale omvang van het personeelstekort in de horeca. Wel kent het college de gegevens van het UWV en de analyses vanuit de sector zelf. Op basis van de beschikbare gegevens is de inschatting dat er in het eerste kwartaal van 2019 zo’n 3500 horecavacatures open stonden in de arbeidsmarktregio Groot Amsterdam. De verwachting is dat deze vraag tussen 2019 en 2025 met ruim 2% per jaar blijft stijgen. In de horecasector worden vele vacatures niet online gezet, maar bijvoorbeeld via briefjes op de deur kenbaar gemaakt. Welk deel van de vacatures niet online staat is niet vast te stellen. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng loss Gemeenteblad R Datum 18 november 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 juli 2019 2. Welk deel van het aantal Amsterdammers met een bijstandsuitkering heeft volgens het college de capaciteiten en skills om in de horeca te werken? Antwoord: Het is moeilijk deze inschatting te maken. In het registratiesysteem dat de gemeente en het UWV gebruiken worden op dit moment vooral ‘harde kenmerken’ van uitkeringsgerechtigden vastgelegd, zoals opleiding, werkervaring, etc. Op basis hiervan kan wel worden bepaald hoeveel uitkeringsgerechtigden een horeca-achtergrond hebben. Maar dit zegt niet alles. Ook al heeft iemand een achtergrond in de horeca dan is het nog niet gezegd dat deze persoon ook geschikt is. En ook als iemand niet die achtergrond heeft, kan deze persoon wel over de juiste vaardigheden en motivatie beschikken om in de horeca te werken. Daarom wordt met verschillende initiatieven (zoals bijvoorbeeld House of Skills) ingezet op het beter inzichtelijk maken van de capaciteiten en skills van de beroepsbevolking. 3. Heeft de gemeente contact met vertegenwoordigers van de Amsterdamse horeca over de personeelstekorten? Zo ja, zijn er initiatieven genomen of afspraken gemaakt om werkzoekenden in aanraking te laten komen met de horeca? Antwoord: Ja, er is structureel contact met Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Amsterdam. Zij vertegenwoordigen ongeveer 1700 grote en kleine horecabedrijven in Amsterdam. Met hen bespreken we onder andere de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Verder is de gemeente partner van House of Hospitality. Dit is een publiek-private samenwerking waarin bedrijven, opleiders en de gemeente samenwerken om meer studenten en zij-instromers te motiveren voor een carrière in de gastvrijheidsindustrie. Bij deze samenwerking zijn 36 partners aangesloten waaronder Amsterdam Rai, Eden Hotels, NH Hotels, de Vermaat Groep, Johan Cruijff Arena en Corendon. KHN Amsterdam is ook partner van het House of Hospitality Naast deze samenwerking en de reguliere bemiddeling door het WSP op vacatureniveau, worden regelmatig bijeenkomsten specifiek voor de horecasector georganiseerd, zoals: — Horeca werkt; dit wordt twee keer per jaar door het UWV, het WSP, Amsterdamwerkt! en Koninklijke Horeca Nederland georganiseerd. Per bijeenkomst gaan gemiddeld 150 werkzoekenden in gesprek met diverse werkgevers. — Speeddate-sessie: per kwartaal worden kleinere bijeenkomsten georganiseerd waarin werkzoekenden en werkgevers met elkaar kunnen kennismaken. — WSP Meet en Greet sessies: specifiek voor arbeidsbeperkten. Tijdens deze kleinschalige bijeenkomsten is meer tijd en aandacht voor een kennismaking tussen werkzoekenden en werkgevers. — _Amsterdamwerkt! organiseert regelmatig werkgeversdiners waar kandidaten een diner voor werkgevers voorbereiden. Tijdens deze diners kunnen de 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng loss Gemeenteblad Datum 18 november 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 juli 2019 kandidaten hun kwaliteiten laten zien en (op een meer laagdrempelige manier dan tijdens een sollicitatiegesprek) in gesprek gaan met werkgevers. Tevens heeft Amsterdamwerkt! drie leerwerktrajecten opgezet om werkzoekenden op te leiden voor de functies die veel worden gevraagd: 1. Voorschakeltraject voor de technische dienst binnen de hotelbranche. 2. Opleidingstraject tot basiskok, waaronder het behalen van het certificaat Sociale Hygiëne. Dit traject kent een baangarantie. 3. Training bartender: traject van zes weken dat leidt tot het certificaat Sociale Hygiëne en Bartender. Door de Amsterdamse Aanpak Statushouders en het House of Hospitality zijn twee opleidingstrajecten voor statushouders opgezet; WoW en Podium Mozaïek. Binnen een hybride leeromgeving volgen de statushouders een brede horeca- opleiding op entreeniveau (mbo niveau 1) of niveau 2 waarna ze direct aan de slag gaan bij één van de partners van House of Hospitality. Het doel van bovengenoemde reguliere en specifieke bijeenkomsten is dat het moet gaan om perspectiefrijke banen en trajecten. 4. Zijn er volgens het college obstakels waar werkzoekenden tegenaanlopen bij het vinden dan wel uitoefenen van een horecabaan? Zo ja, welke zijn dit? Antwoord: Ja. Werkzoekenden lopen aan tegen zaken als passende kennis/ervaring, onregelmatige werktijden, fysieke fitheid en de oproep- of uitzendcontracten die niet altijd werkzekerheid en uitkeringsonafhankelijkheid bieden. We maken dit bespreekbaar zowel binnen de sector als op individueel matchingsniveau (werkgever/werknemer). Om zo voor iedereen een zo duurzaam mogelijk perspectief te creëren. Binnen de samenwerkingen en activiteiten die de gemeente heeft ontwikkeld (zie beantwoording vraag 3), wordt geprobeerd deze obstakels te verminderen en een goed en duurzaam arbeidsperspectief te bieden. Waardoor de kansen die de horeca wel degelijk biedt, ook benut kunnen worden. 5. Het college heeft aangegeven 40.000 werklozen op gesprek te willen laten komen. Wil het college tijdens deze gesprekkenreeks deze groep oproepen en informeren over de mogelijkheden die een baan in de horeca biedt? Antwoord: Ja, het college heeft met de inzet op bestandsreductie (40.000 wwb-ers) als doel om verhoogde uitstroom van klanten uit de bijstand te realiseren. Met de gebiedsgerichte cohortaanpak zet het college in op het bereiken van 1500 klanten per jaar in de 7 Amsterdamse gebieden. Dit gebeurt cohortsgewijs, voor klantgroepen als: 27-32 jaar, parttimers, stille bijstand, en langdurige bijstand. Met deze cohortaanpak zetten we in op kansen die zich voordoen op individueel niveau. Voorop staat dat er wordt gekeken naar het perspectief op werk (duurzame uitstroom), met inbegrip van eerlijke beloning en scholingsmogelijkheden. Tijdens de individuele gesprekken worden alle passende mogelijkheden verkend, zo ook concrete kansen zoals die zich in de horeca voordoen (zie ook antwoord op vraag 3). 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Neng loss Gemeenteblad Datum 18 november 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 18 juli 2019 6. Zijn er horecatalenten, die voorheen werkloos waren, aan te wijzen als rolmodel voor werkzoekenden? Zou het college in samenwerking met het UWV en (vertegenwoordigers) van Amsterdamse horecabedrijven op zoek willen gaan naar deze personen, met als doel om een microcampagne op te zetten gericht op werkzoekenden? Antwoord: Het college ziet op dit moment weinig toegevoegde waarde in het actief aanwijzen van rolmodellen en/of een microcampagne voor werken in de horecasector. Daarnaast zijn hiervoor in het kader van privacy van persoonsgegevens ook slechts beperkte mogelijkheden. Zoals ook diverse andere tekortsectoren doen, is de horecasector momenteel actief om de kansen op werken in hun sector via diverse kanalen bij het publiek onder de aandacht te brengen. Daarbij worden in de publiekscampagnes vanuit de horecasector regelmatig (positieve) ervaringen van horecawerknemers ingezet. In de contacten van de gemeente met klanten worden de kansen op werken in de horeca - zodra dit passend is bij de dienstverlening aan de klant - actief onder de aandacht gebracht en de mogelijkheden voor instroom besproken (zie o.a. ook de beantwoording bij 3 en 4). 7. Zijn er bepaalde diploma’s of certificaten, zoals Sociale Hygiëne, waarvan het ontbreken een tekortkoming vormt bij het vinden van werk in de horeca? Zo ja, ziet het college mogelijkheden om werkzoekenden te ondersteunen bij het behalen van deze papieren? Antwoord: Ja. zie de beantwoording van vraag 3. Door het grote personeelstekort ziet het college wel een verandering in de eisen die worden gesteld aan werken in de horeca. “Harde” eisen met betrekking tot diploma’s en certificaten worden voor sommige functies binnen de horeca minder belangrijk gevonden dan voorheen. “Zachtere” criteria zoals fysieke fitheid, flexibiliteit en motivatie om te werken worden steeds belangrijker voor de werkgevers. Ondanks de ontwikkeling naar een meer skills georiënteerde arbeidsmarkt, blijft het van belang dat kennis en vaardigheden wel worden vastgelegd en erkend middels bijv. certificaat, diploma of skillspaspoort. Omdat blijkt dat in economische mindere tijden werkenden zonder (actuele) diploma’s vaak erg kwetsbaar zijn. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
Groen gearceerd is nieuw toegevoegd op de termijnagenda Overzicht agendapunten per vergadering: Jaar ___|Datum _|Onderwerp ___________________Jrrekker ME WM 28-nov|- Gebiedsagenda Ineke Bakker Maarten -Presentatie NDSM Dellebeke - Stedenbouwkundig kader NDSM, blokken en de Remco Bakker Beleidsregel hoogteaccenten 2de) de 2019} 16jan) _30jan} 2 Bt UM pf BP Smi Ome ME GU LM SSP ME ME 6 Oe 20 4de) Bd Nog niet ingeplande onderwerpen: Jaar ___|Datum _|Onderwerp _________________Jrrekker n.n.b. n.n.b. Ongevraagd advies evaluatie invoering nieuw Gebiedsvertegen- ad n.n.b. n.n.b. Ongevraagd advies evaluatie invoering nieuwe Dennis Overweg/ Peter EEE n.n.b. n.n.b. Groenvoorziening Wijbe Langeveld, Fatin n.n.b. n.n.b. Bereikbaarheid Frans Rein Jurrema, Canan Uyar, Nicoline van der Torre _2018|04 _ |Presentatie Omgevingswet_ [BO EE informatieavonden Werkbezoeken: Jaar [Datum Onderwerp [Trekker stadsdeelcommissie Oost nnb [nnb |OyFiends fj nnb. [nnb |sbhaven A | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | | Na bespreking monitor, najaar 2018; de heer Theo van Gestel ([email protected]) wordt graag op de hoogte gehouden over de planning. | Bewoner die hierbij betrokken wil Rebecca Kloosterman [email protected] Verzoek gedaan op eerste technische sessie Javabrug Bijzonderheden Verzoek gedaan op technische informatiesessie
Agenda
10
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 299 Publicatiedatum 29 mei 2013 Ingekomen onder AZ Ingekomen op donderdag 16 mei 2013 Behandeld op donderdag 16 mei 2013 Status Verworpen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Shahsavari-Jansen en de heer Van der Ree inzake de rapportage EindejaarsResultaat Actieve Grondexploitatiegebieden (RAG) 2012 (onderzoek naar alternatieve financieringswijzen voor stedelijke ontwikkeling door alternatieven voor erfpacht). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 9 april 2013 inzake de rapportage EindejaarsResultaat Actieve Grondexploitatiegebieden (RAG) 2012 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 224); Overwegende dat: — _ het huidige verdienmodel van de grondexploitatie en daarmee de verevening zoals het was, niet duurzaam is omdat de kosten voor nieuwe grondexploitaties hoger zullen zijn (de ‘weilanden’ zijn niet meer voorhanden) en de baten lager (de ‘kantorenbubble’ is voorbij); — er een significant toekomstig woningtekort wordt voorzien in Amsterdam (zie de ‘Structuurvisie”); — de gemeente dus alternatieve financieringswijzen voor stedelijke ontwikkeling zou moeten onderzoeken; — het toestaan van wonen op eigen grond in nieuw te ontwikkelen gebieden een eigen marktsegment (zoals bijvoorbeeld bij zelfbouw en investeringen van pensioenfondsen in middenhuur) aanboort, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — te onderzoeken op welke wijze verkoop van grond aan bewoners, dan wel toestaan dat erfpacht eeuwigdurend wordt afgekocht, kan leiden tot extra inkomsten die ten goede kunnen komen aan stedelijke ontwikkeling en hierbij zowel te betrekken de verkoop van grond vallende onder bestaande erfpachtrechten, als de meeropbrengsten door het aanboren van een nieuw marktsegment bij nieuwe uitgiftes; 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 299 Moti Datum _ 29 mei 2013 otie — hierover te rapporteren te raad. De leden van de gemeenteraad, M.D. Shahsavari-Jansen D.A. van der Ree 2
Motie
2
discard
> Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Zuid Z Agenda van de openbare Commissie Leefomgeving van 15 mei 2012 Vergaderdatum dinsdag 15 mei 2012 Tijd 20:00 -23.00 uur Locatie Raadzaal te President Kennedylaan 923 Voorzitter Mw. R. van Dolder Griffier Mw. F. Alkan Vanaf 19.30 is er de mogelijkheid om technische vragen te stellen m.b.t. Jaarrekening 2011. De tijden die zijn genoemd bij de agendapunten zijn slechts richtlijnen, hier kunnen geen rechten aan ontleend worden. De raadscommissie kan ter plekke de concept-agenda aanpassen. 1. Opening en vaststellen agenda (20.00 uur) 2. Mededelingen en vragen over actualiteiten aan het DB 3. Vaststellen verslag van de vergadering van 13 en 20 maart 2012 4. Toezeggingen en termijnagenda 5. Jaarrekening 2011 (20.30 uur) Ter advisering aan de deelraad 6. Definitief Ontwerp Openbare Ruimte Rijksmuseum (21.30 uur) Ter bespreking 7. Sluiting (23.00 uur) Ter kennisname stukken - Evaluatie hondenactieweek januari 2012 - Stand van zaken Museumkwartier april 2012 - Evaluatie parkeren Pijp Rivierenbuurt - Schoon, Heel en Juist gebruik van de Openbare Ruimte 1 Commissie Leefomgeving - dinsdag 15 mei 2012 - Meerjaren Onderhoudsprogramma Verhardingen 2012 - 2014 - Rode Loper stand van zaken mei 2012 - Herinrichting Heemstedestraat - Parkeerbalans vaststellen uitgangspunten 2
Agenda
2
discard
© same ) Gehandicapte pee Kind r ond CD, JANTJE £°% BETON wi Gemeente zonder SamenSpeelPlek bee | 8 T.a.v. de griffie NOOIT 3 MET SPELEN! Arthur van Schendelstraat 550 3511 MH Utrecht T (030) 244 70 00 IBAN: NL 58 RABO 0160 8979 55 [email protected] www, jantjebeton.nl Beschermvrouwe Prinses Beatrix betreft plaats datum Brief SamenSpeelFonds Utrecht/Amsterdam 4 juli 2023 Geachte griffie, Niet mee kunnen doen, geen vriendjes hebben en er niet bij horen. Het is verdrietig dat veel van de kinderen met een beperking dit moeten ervaren. Ervaringen die zij de rest van hun leven meedragen, waardoor ze al aan het begin van hun jonge leven 2-0 achter komen te staan op hun leeftijdsgenoten zonder beperking. Spelen is van levensbelang voor de fysieke en sociale ontwikkeling van kinderen, daarom is het noodzakelijk dat er een toegankelijke speelplek komt in elke gemeente in Nederland. In Nederland wonen ongeveer 100.000 kinderen met een beperking die enkel vanwege hun beperking eenzaam zijn en in isolement leven omdat ze van jongs af aan niet mee kunnen spelen. Jantje Beton en Stichting het Gehandicapte Kind willen hier een einde aan maken. Met het SamenSpeelFonds willen wij ervoor zorgen dat in elke gemeente minimaal één samenspeelplek is waar af//e kinderen welkom zijn en kunnen meespelen. De speelplekken zijn toegankelijk en bieden speelactiviteiten die uitdagend, leuk en geschikt zijn; óók voor kinderen met een beperking. Met een bijdrage uit het SamenSpeelFonds, kunnen speeltuinbeheerders hun speelplek toegankelijk maken en hoeft geen enkel kind met een beperking meer alleen te spelen! Helaas blijkt uit onze informatie dat in uw gemeente nog géén SamenSpeelPlek is. Graag willen wij als bestuurders van het SamenSpeelFonds uw gemeente en vooral de kinderen in uw gemeente, helpen daar verandering in te brengen! We stellen graag onze kennis en financiële middelen beschikbaar om tot een SamenSpeelPlek in uw gemeente te komen. Uw gemeenteraad kan echter zelf de eerste stap zetten, bijvoorbeeld door onze bijgevoegde concept motie op maat van uw gemeente te formuleren en te behandelen in een gemeenteraadsvergadering. We willen dolgraag samen met uw gemeente zorgen dat élk kind in Nederland erbij hoort en kan meedoen. Uw gemeenteraad toch ook? Mocht er in uw gemeente tóch al een SamenSpeelPlek aanwezig zijn, vernemen wij dat graag. V ED Henk-Willem Laan Dave Ensberg-Kleijkers Directeur-bestuurder Stichting het Gehandicapte Kind Directeur-bestuurder Jantje Beton [email protected] [email protected] ë CBF 8 GOED DOEL
Raadsadres
1
train
x Gemeente Amsterdam KSZ % Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media % Gewijzigde agenda, donderdag 1 november 2012 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Tijd 09.00 tot 12.30 uur en vanaf 15.15 uur tot 17.00 uur Locatie Boekmanzaal, stadhuis (ochtend); De Rooszaal, 0239 (middag) Algemeen Procedureel gedeelte van 9.00 uur tot 9.15 uur 1 __ Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4A - Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSZ d.d. 3 oktober 2012 - Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSZ Inspraak Kunstenplan 2013-2016 d.d. 2 oktober 2012 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieKSZ@raadsgriffie. amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Agenda, donderdag 1 november 2012 4B Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie KSZ d.d. 10 oktober 2012 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieKSZ@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille e Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren. 6 _Tkn-lijst Inhoudelijk gedeelte vanaf 9.15 uur 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Sport en Recreatie 11 Vaststellen Sportplan 2013-2016 Nr. BD2012-009403 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 7 november 2012). e _ Uitgesteld in Commissievergaderingen van 6 juni en 4 juli 2012, e _Deleden van de Raadscommissie voor Jeugdzaken, ICT en Financiën zijn hierbij uitgenodigd. e De Sportraad is hierbij uitgenodigd. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunt 12 en 13. 2 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Agenda, donderdag 1 november 2012 12 Resultaten onderzoek wachtlijsten sportverenigingen Nr. BD2012-009410 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van Roemburg (GrLi). e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 11en 13. 13 Zwemwater voor verenigingen Nr. BD2012-009404 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. Geagendeerd op verzoek van raadslid Van der Pligt (SP). e Was TKN 3 in de Commissievergadering van 16 mei 2012, e _ Uitgesteld in Commissievergaderingen van 6 juni en 4 juli 2012, e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 11 en 12. 14 Amsterdam naamgever van Olympische Spelen 2028 Nr. BD2012-009408 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. , Geagendeerd op verzoek van raadslid Kwint (SP). e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 15 en 16. 15 Olympische Spelen, studiereis Londen en Barcelona Nr. BD2012-009406 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de Commissievergadering KSZ van 4 juli 2012. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 14 en 16. 16 Olympische ambitie Amsterdam, reactie van de Sportraad Nr. BD2012-010269 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De Sportraad is hierbij uitgenodigd. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met de agendapunten 14 en 15. 3 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Agenda, donderdag 1 november 2012 17 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van raadslid Van Roemburg: “Het Sportschakelpunt, de centrale plek voor vraag en aanbod van sportruimtes” Nr. BD2012-010376 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met het initiatiefvoorstel (gemeenteraad d.d. nog niet bekend). Zorg en Welzijn 18 Instellen van een bestemmingsreserve in 2012 voor een nieuwe opvangvoorziening slachtoffers huiselijk geweld Nr. BD2012-007920 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 7 november 2012). Kunst en Cultuur 19 Vaststellen Kunstenplan 2013-2016 Nr. BD2012-010066 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad d.d. 7 november 2012). e Aangehouden in de commissievergadering KSZ van 3 oktober 2012. e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 20. e Zie ook TKN 1. 20 Kunstenplan, quickscan door Kunstraad Amsterdam Nr. BD2012-010065 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Was TKN 7 in de Commissievergadering KSZ van 3 oktober 2012, e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 19. 4 Gemeente Amsterdam K SZ Raadscommissie voor Kunst en Cultuur, Sport en Recreatie, Zorg en Welzijn, Monumenten en Lokale Media Agenda, donderdag 1 november 2012 TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Kunst en Cultuur 21 Commissie Deetman, kennismaking. Nr. BD2012-011027 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De voorzitter van de commissie Deetman, de heer Deetman is hierbij uitgenodigd. 5
Agenda
5
train
Bezoekersaantallen aan Amsterdam 2018- 2020 Samenvatting bezoekersaantallen in Amsterdam 2019-2020 In 2019 heeft OIS in opdracht van Economische Zaken een prognose voor het aantal bezoekers in Amsterdam opgesteld voor de periode 2018-2030. Omdat de situatie in het begin van 2020 wereldwijd en in Amsterdam abrupt is veranderd door COVID-19 heeft de prognose voor het jaar 2020 en mogelijk voor een aantal jaar daarna aan actualiteit ingeboet. OIS presenteert hier een nieuwe berekening voor 2020 waarin het lockdowneffect en de mogelijke reactie van verschillende bezoekersmarkten op COVID-19- scenario's tot het eind van 2020 zijn verwerkt. De werkelijke bezoekersaantallen in 2019 zijn inmiddels beschikbaar en worden hier ook gepresenteerd. Aantal verblijfs- en dagbezoekers aan Amsterdam in 2018-2019 en bezoekersprognose 2020 12.000.000 10.000.000 ER _____— —— 8.000.000 — 6.000.000 —— 4.000.000 m 2018 2.000.000 2019 0 m2020* © © © DO Ò ® ® ® Ò & On 2 & & & & & & & ss 5 5 5 > 5 0 0 0 0 0 Se Ne Ne Ne Ne Nn Ne er er & @ @ © o © o o 9 o & & & & & & re & ò &° à OD NN ND SN de de de 0 0 & Ni Nd Ne Bron: OIS (op basis van CBS, Visitordata, NBTC) Aangepaste prognose van het aantal bezoekers in Amsterdam tot eind 2020 In de prognose 2018-2030 is OIS (met de kennis van 2019) uitgegaan van de drie meest waarschijnlijke ontwikkelingsscenario’s tot 2030. Er is toen geen rekening gehouden met de wereldwijde pandemie, de lockdowns en de reisbeperkingen in 2020. De situatie waarin de wereld zich vanaf het begin van 2020 bevindt is niet eenduidig. Het invoeren en daarna het loslaten van de lockdowns en het sluiten en het open stellen van de grenzen in verschillende landen zijn bepalend voor de aantallen bezoekers. De situatie is echter onzeker door de vrees voor een tweede coronagolf. Het halen van de bezoekersaantallen van voor COVID-19 zal meer dan één jaar in beslag nemen, maar de verwachtingen lopen uiteen. OIS heeft de recente verwachtingen van UNWTO, IATA, NBTC en CPB geanalyseerd en in 3 scenario’s tot het eind van 2020 verwerkt. Deze prognose kan worden herzien naarmate er nieuwe inzichten beschikbaar zijn. Bij het interpreteren van deze prognose dient er rekening te worden gehouden met een aantal onzekerheden en verwachtingen op basis van verschillende bronnen. EO Verwachtingen voor 2020 Onzekerheden in 2020 Hoe snel zal de bezoekerseconomie Het halen van het niveau van voor COVID-19 zal We hebben te maken met onzekerheden zich herstellen? meer dan 1 jaar in beslag nemen. Dit geldt zowel waarmee we nog geen ervaring hebben en die op voor de economie als mobiliteit en toerisme lange of korte termijn nog grotendeels wereldwijd. onvoorspelbaar zijn: de ontwikkeling van het virus, de overheidsmaatregelen die hierop afgestemd zijn en met spoed worden genomen, de ontwikkeling van het vaccin en het menselijke bestemmingsgedrag. Welkelbezoekersmarkten zijn het Zakelijk toerisme zal minder snel herstellen, omdat | Reisbeleid van internationale bedrijven wordt meest getroffen door COVID-19 crisis? | congressen en zakelijke reizen kunnen worden voortdurend aangepast. Het is nog niet bekend uitgesteld of vervangen door online opties. wanneer de reizigers van buiten de Buitenlandse en lange afstandsreizen zullen op Schengenlanden naar Nederland mogen komen. langere termijn herstellen, dan binnenlandse en Bijvoorbeeld het aantal bezoekers uit de VS hangt binnenregionale toerisme. hiervan af. In tijden van economische crisis en hoge De marktwerking en het aanpassingsvermogen werkloosheid zullen de uitgaven aan toerisme en van de toeristische sector hebben een grote rol recreatie dalen, mensen zijn geneigd om minder gespeeld tijdens de financiële crisis van 2009. Hoe vaak op vakantie te gaan en blijven in eigen regio. reageert de Amsterdamse toeristische sector op de COVID-19 situatie? Hoe ver gaat de overheidssteun aan elke sector? Is Amsterdam populair als bestemming | Op basis van de lopende bezoekersonderzoeken in | Toeristische reizen zijn onderdeel van onze în tijden van COVID-19? verschillende landen wordt er verwacht dat leefstijl. Het is nog niet duidelijk in hoeverre we toeristen in de zomer van 2020 eerder voor onze leefstijl en bestemmingsgedrag bereid zijn te landelijke bestemmingen kiezen dan voor stedelijke | veranderen. en drukke omgeving (NBTC). Tegelijkertijd is Amsterdam als toerismebestemming in de afgelopen jaren sneller gegroeid dan Nederland. Cijfers en Scenario's wereldwijd en Nederland The World Tourism Organization verwacht dat het buitenlandse toerisme in 2020 met 58%-78% daalt ten opzichte van 2019. Naar verwachting zal het binnenlandse toerisme eerder aantrekken. NBTC verwacht dat het buitenlandse toerisme in Nederland met 58%-73% in 2020 zal dalen en het binnenlandse toerisme met 45%-56% zal dalen. Toerisme uit Duitsland en andere buurlanden die van Nederland liggen op autoreisafstand zal minder sterk dalen dan intercontinentale toerisme. Het totale verblijfstoerisme zal in 2020 met 54%-64% dalen. Bezoekersaantallen 2019-2020 Amsterdam Vergelijkbare aannames gelden ook voor Amsterdam: het binnenlandse toerisme en het toerisme vit Duitsland zal minder dalen in 2020 dan uit andere landen. Voor de prognose van het aantal hotelgasten in Amsterdam gebruikt OIS de cijfers die bekend zijn tot en met juni 2020 (CBS en Visitordata). Voor de periode juli-december zijn de scenario's van NBTC per toeristenmarkt doorgerekend in de Amsterdamse situatie. Voor het aantal dagbezoekers wordt uitgegaan van de bevolkingsomvang en verschillend bezoekgedrag in tijden van Corona. Voor het aantal buitenlandse dagbezoekers worden de scenario’s van NBTC doorgerekend. De daling in Amsterdam lijkt sterker dan landelijk in lijn met de verwachting van NBTC. Aantal verblijfs- en dagbezoekers aan Amsterdam in 2018-2019 en bezoekersprognose 2020 ME MM ENE EE Totaal verblijfsbezoekers, waaronder 9.687.000 10.355.000 3.329.000 3.924.000 2.668.000 +7 -68 -62 -74 in hotels 8.5//.000 9.336.000 3.001.000 3.544.000 2.393.000 +9 -68 -62 -74 dagbezoekers, waaronder 11.172.000 11.297.000 6.117.000 6.325.000 5.151.000 +1 -46 -44 -54 dagbezoekers nationaal (exclusief Amsterdam) 4.147.000 4.182.000 3.335.000 3.169.000 2.650.000 +1 -20 -24 -37 Bron: OIS (op basis van CBS, Visitordata, NBTC) Uitwerking prognosescenario’s A 0 O0 OE O7 NN Totaal verblijfsbezoekers, waaronder 9.687.000 10.354.871 3.328.930 3.923.655 2.668.102 in hotels 8.577.000 9.336.000 3.001.461 3.543.637 2.393.181 in woningen via Airbnb (vakantieverhuur + B&B) 785.000 700.653 224.209 266.248 182.170 in woningen via overige platforms (vakantieverhuur + B&B) 196.000 175.163 56.052 66.562 45.542 op kampeer- en huisjesterreinen 129.000 143.056 47.208 47.208 47.208 overnachtingen 20.475.000 21.831.773 7.005.701 8.247.032 5.634.806 in hotels 16.670.000 18.339.000 5.882.864 6.945.529 4.690.635 in woningen via Airbnb (vakantieverhuur + B&B) 2.668.000 2.382.219 762.310 905.243 619.377 in woningen via overige platforms (vakantieverhuur + B&B) 667.000 595.555 190.577 226.311 154.844 op kampeer- en huisjesterreinen 470.000 515.000 169.950 169.950 169.950 dagbezoekers, waaronder 11.172.000 11.297.222 6.117.142 6.325.456 5.150.506 dagbezoekers nationaal (exclusief Amsterdam) 4.147.000 4182170 3.334.659 3.169.231 2.649.684 dagbezoekers internationaal, verblijf hotels buiten Amsterdam (NBTC) 4.200.000 4.284.000 1.390.071 1.751.473 1.116.270 dagbezoekers internationaal, verblijf Airbnb buiten Amsterdam 134.000 134.670 44.220 56.561 36.361 dagbezoekers internationaal, rechtstreeks 2.691.000 2.696.382 1.348.191 1.348.191 1.348.191 Bron: OIS (op basis van CBS, Visitordata, NBTC) Scenario 1: Restricties maken langzaam plaats voor een 1,5 m samenleving. Wie op zomervakantie gaat, blijft met name in eigen land. Vliegen blijft beperkt. Na de zomer enigszins herstel van de binnenlandse zakenmarkt (Langzaam herstel). Scenario 2: Tijdens de zomer wordt er op grotere schaal binnen Europa gereisd. Vliegverkeer komt op gang. Zakenmarkt herstelt sneller dan verwacht (Sneller herstel). Scenario 3: De zomer verloopt vergelijkbaar met scenario 1, maar in het najaar is er een tweede Corona-golf en een nieuwe periode van verscherpte restricties (Tweede golf). NBTC heeft voor 2020 diverse doorrekeningen gedaan, rekening houdend met zaken als: de geldende RIVM-richtlijnen, fysieke reisbeperkingen als gesloten grenzen en gouvernementele reisadviezen (het kunnen reizen), reisintentie (de wil om te reizen), indicatoren als consumentenvertrouwen en werkloosheid, mogelijkheden om te reizen (per trein of vliegtuig), beschikbare capaciteit van slaapplaatsen en verwachtingen van relevante derden. Bij het opstellen van de drie scenario’s heeft NBTC de volgende uitgangspunten: e Verschillende fasen in herstel: eerst binnenlands, dan buurlanden (auto), rest Europa (vlieg) en als laatste intercontinentaal. e Door de 1,5m samenleving is er minder capaciteit. e Vakanties krijgen een andere invulling, bepaalde bestemmingen, zoals een natuurlijke / rustige omgeving, winnen aan populariteit. ® Gezondheid & veiligheid(sprotocollen) zullen (extra) belangrijk worden. Mensen willen het risico mijden in quarantaine te moeten (op bestemming of na terugkomst thuis). e Veelbedrijven verwachten hun werknemers op het najaar op het werk -> weinig mogelijkheden tot uitstel van zomervakantie / (verre) reis. e Zakelijk herstel zal langer op zich laten wachten (meer online / nog geen congressen etc). Dit betekent dat landen met een relatief groot aandeel zakelijk harder geraakt worden.
Onderzoeksrapport
4
train
Aan het DB Stadsdeel Centrum (Leden van) De deelraad. Postbus 202 \ 1000 EA Amsterdam | Deelraadsadres | datum „6 februari 2011 onderwerp uitvoering beleid . kenmerk ‚LBIE1102-SD uw kenmerk Î Geachte DB en Deelraadsleden, E Niet iedereen is niet altijd even gelukkig met interpretatie en uitvoering van door u aangenomen beleid. Geschillen over de interpretatie van beleid worden standaard via de weg ° van de Algemene Wet Bestuursrecht uitgevochten. Soms is echter de sop de kool niet waard en SOMS is het te behartigen gemeentelijk belang niet geheel begrijpelijk, zoals enige tijd gelden het geval leek bij een dwangsom van E. 5.000,= om de rietstengels in een plastic kinder bootje in het Westerdok verwij derd te krijgen, omdat nn. deze stengels het bootje tot ongewenst object hadden gemaakt. In het kader van het toepassen van het gezonde verstand met betrekking tot het doel uwer vastgesteld beleid stuur ik u een zienswijze brief over een misdadig vlot met onduidelijke schuldigen. Voor de daarin geëiste E. 15.000,= kan je op de wal met een kluis van een middelgrote bank over de horizon verdwijnen en als bestuurder met de hele bank, cynisch gesteld. Blijkens het gedrag van de door u ingehuurde uitvoerende facilitaire dienst voorheen BBA en nu Waternet laat uw regelgeving geen gezond verstand toe en wordt er veel energie en bestuursgeld gestoken in kruimelgevallen. Het inwilligen van het, hierbij gedane verzoek om hieraan een eind te maken, via het opportuniteits beginsel ZOU OP termijn een extra buslijn op het water kunnen financieren. Dus ter uwer kennisname bijgaande zienswijze . Meerdere droefgeestige voorbeelden kunnen geleverd worden. Ee | Aan Water net v/h BBA Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam datum :6 februari 2011 onderwerp ‘zienswijze vlot kenmerk :LABIE1101-VLOTziens uw kenmerk 2011/11 4 januari 2011 T.a.v : Mw. D. Busman Geachte mevrouw Ik kreeg telefonisch van Mw Weijenberg de tijd tot 7/02/2011 om de zienswijze namens van Biemen over het bij hem drijvende vlot in te dienen. Mijn verzoek om uitstel hield direct verband met een ziekenhuisopname toen van van Biemen. Ik had ook enige tijd nodig om de status van het Vlot te kunnen achterhalen. Mij is gebleken dat het om een watergebonden Weeskind gaat. Het vlot is op enig moment in het Westerdok verschenen van elders en werd 4 daarna door o.a de dienst BBA en enige bewoners gebruikt bij gebrek aan het wel toegestane werkvlotje volgens de verordeningsregelgeving van dacht ik 2 x 1,5 mt. Op enig moment , naar ik hoorde, vonden enige bewoners van het Westerdok, ook verenigd in de Westerdok Vereniging het een goed idee om het als collectief vergund vlot in het dok te behouden in plaats van allerlei kleine individuele vlotjes. De maatvoering daarvan wordt over het algemeen als gevaarlijk klein ervaren ( dat komt omdat de toenmalige wethouder F. de Grave ooit deze bepaald leek te hebben door enige stappen in zijn werkkamer en hij was geen lange man) en dit vlot van 12.25 x 2,03 m zou aanmerkelijk minder ruimte innemen dan wel toegestane optelsom van te kleine gevaarlijke individuele vlotjes. Er is mij niet gebleken dat de dienst dit verzoek tot adoptie met enige welwillendheid in overweging heeft genomen. Dat is jammer want nu is er nog immer sprake van een weeskind. In uw brief meldt u dat het vlot in oktober 2009 ook al achter de vodden is gezeten en dat u er toen melding van kreeg dat de eigenaar woonbotenvereniging Westerdok was. Door het niet honoreren van het klaarblijkelijk gedane legalisatie verzoek is daarvan echter geen sprake. Er is ook geen sprake van dat het vlot eigendom is van de heer van Biemen. Hij kreeg het tijdelijk ter beschikking om een noodzakelijke buitenreparatie uit te voeren. Vanwege zijn geboortedatum van 15/09/1931 zou het gebruik van een wel toegestane maat vlot onverantwoord gevaarlijk zijn geweest en strijdig met verordeningsbelang van de volks (en dus ook zijn ) gezondheid. Deze is echter nu, los van het vlot, zodanig dat hij op geen enkel wijze kan bijdragen aan de verwijdering van het vlot. Hij werd in het oude jaar opgenomen in het ziekenhuis en verblijft daar, met een onderbreking, tot op heden weer en nog. Ook wanneer hij weer terug zou zijn denk ik niet dat hij in staat zal zijn deze zaak weer vlot te trekken. Niet oninteressant, maar wellicht overbodig als uw vm dienst BBA zich zelf ontfermt over dit weeskind, (zoals uit eerder gebruik lijkt te kunnen) moge ik melden dat, voor zover het klopt (ik heb het nog niet geverifieerd) het vlot ooit is achtergelaten in het dok door een prijzig sloepje met daarin een bekende Nederlander die het handig leek het als een vakantiehondje aan een Westerdok paal te binden. Toen hij door een bewoner op zijn gedrag werd gewezen ontstond er een ordinaire scheldpartij. Ik zal de nagalm en datum daarvan alsnog proberen te achterhalen Conclusie De heer van Biemen is geen eigenaar van het vlot en het lag en ligt in verband met zijn gezondheid en daarmee samenhangende afwezigheid ook niet in zijn macht het daardoor te lang achtergebleven vlot te (laten) verwijderen. Het porren van de brengers van dit onheil om het weeskind weer aan de oorspronkelijke paal terug te binden was en is ook niet mogelijk omdat onderhand dit te adopteren kind door u is gekenmerkt als te verwijderen illegaal en hulp daaraan inmiddels tot een hoge straf en boete kan leiden. Van Biemen verzoekt u dan ook het slachtoffer vlot zelf te adopteren en hem niet tot een nieuw slachtoffer te maken. Hij kan het, en u, echt niet helpen. IL LC A PS. Als woonbootbewoner van het Westerdok lijkt het mij alsnog een goed idee om het vlot te eventueel te gedogen of te legaliseren als Collectief Westerdok Vlot. Dit zou zeer ruimte besparend werken en daarmee passen in het blijkbaar lichtelijk paranoia anti vlotten beleid . van het Stadsdeel bestuur, bijdragen aan de veiligheid van de onderhoudende bewoners besparen op administratie kosten en dit zienswijze/ bezwaar gedoe. Kort gezegd Doe met wat vierkante meters meer aanmerkelijk minder. Aangezien vlotten op de wal niet voorkomen maar op het water een al eeuwenlange nuttige functie hebben is het raadzaam dat u zich eens inleeft in het waterleven. Zonder vlot kan je daar niet overheen lopen. Bezoekadres ) Gemeente Amsterdam Amstel 1 en en #$ __ Stadsdeel Centrum Pastbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 D Fax 020 552 4433 WEA € Retouradres: DIV Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Datum 28 APR. 2011 Ons kenmerk Uw kenmerk Rechtstreekse nummer 020 552 4033 Bijlage Onderwerp Raadsadres over een vlot in het Westerdok Geachte heer Op 14 februari 2011 ontvingen wij uw raadsadres met een zienswijze ter kennisname over een voornemen tot aanschrijven van een vlot in het Westerdok. De raad heeft in de vergadering van 1 maart 2011 besloten om dit raadsadres in handen te stellen van het dagelijks bestuur ter beantwoording met verzending van een afschrift van dit antwoord aan de Commissie Openbare Ruimte. De uitvoerende dienst Waternet heeft een voornemen doen uitgaan tot aanschrijving ter verwijdering van het vlot. U heeft inmiddels bericht ontvangen dat het besluit op uw zienswijze wordt aangehouden totdat dit raadsadres is beantwoord. Over uw zienswijze over het vlot van 12,25 x 2,03 meter merken wij op dat het beleid bepaalt dat er uitsluitend werkvlotten zonder ontheffing toegestaan zijn van maximaal 1,5 meter bij 2 meter ten behoeve van degenen die beschikken over een ligplaatsvergunning voor een woonboot of een bedrijfsvaartuig, mits hiervoor voldoende ruimte is en er tussen de woonboten of bedrijfsvaartuigen onderling minimaal 2 meter tussenruimte is. In de overige gevallen dient een verzoek tot ontheffing te worden gedaan. Het beleid is echter bijzonder terughoudend in het toestaan van vlotten of andere objecten. U stelt dat dit vlot eigenlijk van niemand is. Aangezien de hele eigendomssituatie van dit vlot in de loop der tijd onduidelijk is geweest is dat voor ons aanleiding om het voornemen tot aanschrijving in te trekken en een algemeen voornemen bekend te maken en aan te plakken tot verwijdering. Als het vlot niet wordt verwijderd zal het stadsdeel dit vlot zelf verwijderen. Dit voornemen zal één dezer dagen bekend worden gemaakt. Stadsdeel Centrum ís bereikbaar per tram lijnen 8 en 14 of metro lijnen 51, 53 en 54 halte Waterlooplein. Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Pagina 2 van 2 U geeft verder nog aan dat de woonbootbewoners gezamenlijk een groot vlot kunnen hebben liggen dan ieder één kleine vlot. Dit is voor ons geen goede optie vanwege de precedentwerking. In het Westerdok is het inderdaad fysiek mogelijk om een groter vlot neer te leggen zonder dat hier direct hinder van wordt ondervonden. In een andere gracht waar veel woonboten liggen zal zo'n vlot wel hinderlijk in de weg kunnen liggen of visuele hìnder kunnen veroorzaken. Als wij in het Westerdok een dergelijk vlot zouden toestaan zullen andere groepen van bootbewoners in andere grachten hetzelfde kunnen eisen, hetgeen wij niet wenselijk achten. Een groep walbewoners krijgt immers ook geen toestemming orn voortdurend een rolsteiger op straat neer te zetten om onderhoud te plegen aan de huizen. Met vriendelijke groeten, het dagelijks bestuur Da uut Jeanine van Pinxteren secretaris voorzitter |
Raadsadres
5
val
L a Stadsdeel Centrum t.a.v. de Raadsgriffie Stadhuis, Postbus 202 1000 AE Amsterdam BETREFT: Raadsadres UB-terrein Amsterdam, 30 mei 201 1 Geachte Raadsleden, In de raadsvergadering van dinsdag komen de bouwplannen van de Universiteit van Amsterdam aan de orde. Graag vraag ik u om in de afwegingen de volgende zaken ook mee te nemen. Ik woon in Amsterdam. Zoals u weet is Amsterdam een stad waar altijd en overal wel wat te doen is. En dat geldt zelfs voor mijn eigen kamer! Heel veel afleiding. Een plek waar ik rustig kan studeren is de UB. Bovendien kom ik daar vrienden tegen, vind ik er informatie en ik wil er ook wel eens, tussen het studeren door, koffie drinken. Wat jammer is, is dat de faciliteiten aan de oude kant zijn (voorzichtig uitgedrukt). Het zal u niet verbazen, ik ben vóór een nieuwe UB. Ik ben voor omdat wij — studenten — een goede centrale plek nodig hebben om info te kunnen opzoeken. Een plek met moderne faciliteiten, en een plek waar rust te vinden is. Peperdure boeken die ik niet zomaar kan aanschaffen, of boeken die niet meer beschikbaar zijn, wil ik er ook kunnen inzien, vaak digitaal om de relevante tekst meteen te kunnen opzoeken en verwerken. Beste raad, begrijp ik nu goed dat u niet voor zo’n multifunctionele stadscampus bent? Dat u vasthoudt aan een oud totaal niet duurzaam gebouw dat niet meer te exploiteren is? Dat u het belang van de Amsterdamse studenten (UVA/VU/HVA enzovoort) minder belangrijk vindt dan een oud gebouw aan het eind van zijn levensspan? Een gebouw dat vanaf de straat niet eens te zien is? Een gebouw dat Unesco ook niet zal missen? (De werelderfgoedstatus staat niet op het spel, want de Unesco wist al van deze plannen en heeft het behoud van dat oude gebouw niet als voorwaarde gesteld). Ik vind dat - als u het standpunt inneemt dat er geen sloop mag plaatsvinden - u de belangen van studenten volledig uit het oog verliest. Daarom roep ik u allemaal op om nog eens goed na te denken over het belang van de aanwezigheid van een goed studiecentrum in de binnenstad. De binnenstad is geen museum, maar een levendige plek waar mensen wonen, werken en studeren! Hoogachtend,
Raadsadres
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 657 Publicatiedatum 25 juli 2018 Ingekomen onder B Ingekomen op woensdag 18 juli 2018 Behandeld op woensdag 18 juli 2018 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Timman, Mbarki, Boomsma, Simons, Marttin, Blom en Ceder inzake het lerarentekort voor het schooljaar 2018-2019 (aanspreken van de stille reserve aan bevoegde leraren). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit van het lid Timman inzake het lerarentekort voor schooljaar 2018-2019 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 629). Constaterende dat: — Basisscholen in Amsterdam voor komend schooljaar nog 315 openstaande vacatures hebben; — Dit leidt tot 7900 kinderen die nog niet weten wie hun leerkracht is in september; — De stille reserve van personen met een lerarenopleidingen alleen al in de regio Noord-Holland ruim 4000 mensen betreft. Overwegende dat: — Het college een terugkeerbeurs van € 5.000,- ter beschikking stelt voor bevoegde leraren die op dit moment niet (meer) in het onderwijs werken; — Het college in de brief betreffende het lerarentekort van 16 juli 2018 niet aangeeft hoe zij deze terugkeerbeurs onder de aandacht van leraren wil gaan brengen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. De taskforce lerarentekort te vragen om specifiek in te zetten op het activeren van de stille reserve aan bevoegde leraren. 2. Daarbij een plan van aanpak op te stellen om de terugkeerbeurs onder de aandacht te brengen van deze stille reserve in de metropoolregio Amsterdam. De leden van de gemeenteraad D. Timman S. Mbarki D.T. Boomsma S.H. Simons A.A.M. Marttin S.R.H. Blom D.G.M. Ceder 1 2
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 824 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 9 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie RO Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Ernsting inzake de begroting voor 2015 (transformatie leegstaande kantoren). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat:: — er in de begroting wel een indicator is ogenomen over aantal vierkante meters getransformeerd vastgoed en dat een goede zaak is; — transformatie een belangrijke ambitie is om de leegstand van 1,2 miljoen m2 kantoren tegen te gaan; — de streefwaarden transformatie voor elk jaar zijn vastgesteld op 50.000 m2 per jaar; — dit in totaal dezelfde hoeveelheid is als de vorige collegeperiode; — de economische omstandigheden echter zijn verbeterd, waardoor een hogere ambitie nu beter mogelijk lijkt, Besluit: de streefwaarden Aantal m2 getransformeerd vastgoed (p. 220) bij te stellen naar: 2016: 60.000; 2017: 70.000; 2018: 80.000. Het lid van de gemeenteraad, Z.D. Ernsting 1
Motie
1
discard
> < GGD Bezoekadres Nieuwe Achtergracht 100 Amsterdam 1018 WT Amsterdam > Postbus 2200 1000 CE Amsterdam Telefoon o20 555 5911 Faxo20 555 ###H ggd.amsterdam.nl Retouradres: Postbus 2200, 1000 CE Amsterdam Aan directie scholen voortgezet onderwijs Amsterdam en regio Amstelland Datum 14 AUGUSTUS 2020 Ons kenmerk Uw kenmerk Behandeld Afdeling infectieziekten door Kopie aan Bijlage Onderwerp Informatie Coronavirus bij de start van het nieuwe schooljaar VO Geachte mevrouw, mijnheer, Nu de scholen weer starten informeren we u over actuele ontwikkelingen die belangrijk zijn voor u, en de ouders en leerlingen op vw school. Wij gaan er dan ook vanuit dat u zelf ouders en leerlingen informeert over de situatie op vw school. In de zomervakantie zijn de cijfers met het aantal positieve besmettingen gestegen. Het blijft belangrijk om samen alert te blijven en actief te handelen om corona op tijd in te dammen. Zowel voor de gezondheid van de schoolmedewerkers als die van de leerlingen en hun families. In deze brief vatten we graag voor u samen wat de regels zijn voor scholen in het voortgezet onderwijs. Graag zien we zo veel mogelijk leerlingen weer terug op school. Maar er zijn ook redenen om thuis te blijven. Hieronder vindt v de regels wanneer een leerling of medewerker niet naar school mag: Als leerlingen of medewerkers klachten hebben Vanaf 1 juni moet iedereen in Nederland met één of meer van de volgende klachten thuisblijven:: e _verkoudheidsklachten zoals neusverkoudheid, loopneus, niezen, keelpijn; e hoesten; e benauwdheid; e verhoging of koorts; e plotseling verlies van reuk en/of smaak (zonder neusverstopping). De Geneeskundige en Gezondheidsdienst Amsterdam is een onderdeel van de Gemeente Amsterdam De GGD richt zich op alle inwoners van Amsterdam, Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn GGD Amsterdam Datum Kenmerk Pagina 2 van 3 Leerlingen en medewerkers mogen ook niet naar school in de volgende situaties ® als iemand in hetzelfde huishouden positief is getest voor het coronavirus © als iemand in hetzelfde huishouden naast verkoudheidsklachten, hoesten of plotseling verlies van reuk en/of smaak, ook koorts en/of benauwdheid heeft. Dan moeten alle huisgenoten thuisblijven e als iemand nauw contact heeft gehad buiten het huishouden met iemand die positief is getest voor het coronavirus Als leerlingen of medewerkers in een oranje of rood gebied of land zijn geweest Landen met een verhoogd risico op corona kunnen een oranje of rood reisadvies krijgen. Dat betekent dat vakantie naar deze landen wordt afgeraden. Ouders en kinderen vanaf 13 jaar die in deze landen geweest zijn, moeten na terugkomst in Nederland 14 dagen thuisblijven. Een overzicht van de oranje en rode landen is te vinden op https://www.nederlandwereldwijd.nl/reizen/reisadviezen Verzuim en leerplicht De richtlijnen voor leerplicht zijn aangepast. Verzuim als gevolg van quarantaine na een vakantie hoeft u niet te melden als ongeoorloofd verzuim. U wordt komende week nader hierover geïnformeerd door de afdeling Leerplicht. Corona test Voor iedereen in Nederland geldt: bij klachten, blijf thuis en laat je testen! Er zijn diverse testlocaties in Amsterdam (Zuid, Noord, Nieuw-West en Zuidoost) en u kunt vaak dezelfde dag terecht. Aanmelden voor de test kan telefonisch op 0800-1202 of via het portaal op coronatest.nl. Ook voor kinderen kan via het landelijk nummer en de website een testafspraak gemaakt worden. Is er een leerling of medewerker besmet met het coronavirus? Als een kind of medewerker in de besmettelijke periode op vw school was, neemt de GGD contact met v op. De GGD adviseert over eventuele maatregelen en het informeren van de medewerkers en ouders. Ventilatie op school Erzijn tot op heden geen aanwijzingen dat ventilatie een belangrijke rol speelt bij verspreiding van het coronavirus, zeker niet als wordt voldaan aan het bouwbesluit. Het RIVM heeft de inzichten hierover samengevat, zie: https://lci.rivm.nl/ventilatie-en-covid-19 Ter voorkoming van verspreiding van het coronavirus via de lucht gelden twee specifieke (landelijke) adviezen: e Vermijd recirculatie binnen één gemeenschappelijke ruimte waar meerdere personen gedurende langere tijd bij elkaar zijn. e Vermijd het ontstaan van sterke luchtstromen door (zwenk)ventilatoren en mobiele airco's in gemeenschappelijke ruimtes, zoals klaslokalen en kantines. Indien er geen andere mogelijkheid is tot verkoeling, zorg er dan voor dat er geen luchtstroom van persoon naar persoon gaat. GGD'en adviseren al lang over het belang van een goede ventilatie in scholen, los van het coronavirus. Ook op scholen die voldoen aan het bouwbesluit kan de ventilatie vaak verder worden De Geneeskundige en Gezondheidsdienst Amsterdam is een onderdeel van de Gemeente Amsterdam De GGD richt zich op alle inwoners van Amsterdam, Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn GGD Amsterdam Datum Kenmerk Pagina 3 van 3 verbeterd, zie voor adviezen: https://www.ggdghorkennisnet.nl/2file=30672&mM=1477475435&action=file.download Voor advies over verbetering van de ventilatie in relatie tot gezondheid (los van het coronavirus) kunnen scholen terecht bij de GGD, afdeling leefomgeving: 020-5555405, [email protected]. Webinars en Vraag & Antwoordsessies met ouders Deze sessies zijn in voorbereiding. We berichten v spoedig over de data. Contact met de GGD U kunt de GGD bereiken via het telefoonnummer o2o - 555 5202, van maandag t/m vrijdag og.00 - 18.00 uur, zaterdag en zondag 10.00 -17.00 uur. Alle informatie rond corona vindt v ook op ggd.amsterdam.nl{coronavirus. Met vriendelijke groet, Dr. Yvonne van Duijnhoven Hoofd Afdeling Infectieziekten GGD Amsterdam De Geneeskundige en Gezondheidsdienst Amsterdam is een onderdeel van de Gemeente Amsterdam De GGD richt zich op alle inwoners van Amsterdam, Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn
Schriftelijke Vraag
3
train
Xx Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad x Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 596 Ingekomen onder 19 mei 2020 Ingekomen op 20 mei 2020 Status verworpen Onderwerp Motie van de leden Poot en Martens, Boomsma en Ceder inzake coulance en convenanten inzake huurbetalingen Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit inzake de aanpak van de Coronacrisis. Constaterende dat: - Veel ondernemingen op dit moment problemen ondervinden om alle vaste kosten te kunnen voldoen; - De huurbetalingen, zeker in Amsterdam, hierbij een grote rol spelen. Overwegende dat: -__Coulance in huurbetalingen of het kwijtschelden van huur ondernemers kan helpen om te overleven; - De gemeente vastgoedeigenaren hier al toe heeft opgeroepen; - De gemeente zelf het goede voorbeeld kan geven voor de panden waar zij zelf eigenaar van is en huur voor ontvangt. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - Op korte termijn te onderzoeken of het afsluiten van convenanten voor specifieke sectoren waarbij leveranciers, afnemers, huurders en verhuurders afspraken maken om lasten te delen, waarbij de convenanten die de gemeente Breda hierover heeft gesloten als voorbeeld kunnen dienen; - Zelf het goede voorbeeld te geven als verhuurder en huren op te schorten daar waar dit verlichting geeft aan ondernemers; - Het klemmende beroep wat het college op vastgoedeigenaren heeft gedaan om coulant en schappelijk te zijn bij huurproblemen zelf ook ter harte te nemen en hetzelfde te doen; - __ Maatwerk toe te passen daar waar kwijtschelding een mogelijkheid is om huurders niet failliet te laten gaan; - __ De bereikbaarheid en communicatie richting huurders van gemeentelijk vastgoed te verbeteren, namelijk door één aanspreekpunt binnen de organisatie aan te wijzen waar zij terechtkunnen met vragen. 1 De leden van de gemeenteraad M.C.G. Poot C. Martens D.T. Boomsma D. Ceder 2
Motie
2
train
% Aen Agenda vergadering Stadsdeelcommissie X Nieuw-West Plein 40-45, nr. 1 X 25 februari 2020 Start om 19.30 uur Vergadering Stadsdeelcommissie Locatie: Plein 40-45, nr. 1 Voorzitter SDC: Anissa Bouhassani Secretaris SDC: Ilse Plasmeijer 1. Opening 2. Agendavaststelling 3. Mededelingen 4. Rondje gebieden 5. Vaststelling besluitenlijst SDC van 11 februari 2019 6. Ingekomen stukkenlijst 7. Insprekers: aanmelden maandag voor 12.00 uur 8. Mondelinge vragen g. Stem van Nieuw-West: Spelen met een handicap 10. Ongevraagd advies huurprijzen broedplaats De Vlugt 11. Ongevraagd advies over de 4 mei herdenkingen in Nieuw-West 12. Wijziging Reglement van Orde stadsdeelcommissie Nieuw-West 13. Ongevraagd advies verkeersveiligheid basisscholen 14. Ongevraagd advies over het actief informeren van startende ondernemers 15. Ongevraagd advies Leges kleine evenementen 16. Voorstel voor een brief Advisering stadsdeelcommissies naar aanleiding van de stukken van het Presidium van de gemeenteraad Amsterdam 17. Sluiting Inspreken* Mocht u willen inspreken dan kunt u zich aanmelden tot maandag 12.00 vur. U kunt hiervoor contact opnemen met de afdeling bestuursondersteuning op nummer 06-10253833 of via [email protected] Dit is een conceptagenda. De agenda kan wijzigen. De meest actuele versie kunt u vinden op: https://nieuw-west.notubiz.nl/
Agenda
1
train
X Gemeente Gemeenteraad RAAD % Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 27 mei 2021 Ingekomen onder nummer 397 Status Verworpen Onderwerp Motie van het lid Kreuger (JA21) inzake het vaststellen van de Regionale Energiestrategie (Groei aantal datacenters aan banden) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, gehoord de discussie over het vaststellen van de Regionale Energiestrategie constaterende dat: -__het college voornemens is nog meer datacenters naar Amsterdam te halen; -_ deze datacenters zeer grote hoeveelheden (groene) stroom nodig hebben; -_Indien deze datacenters niet naar Amsterdam worden gehaald er minder (groene) stroom nodig is; -__er dan dus ook minder (groene) stroom hoeft te worden opgewekt; -__er dan dus ook minder windturbines hoeven te worden geplaatst, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de groei van het aantal datacenters aan banden te leggen zodat er minder (groene) stroom opgewekt hoeft te worden en dus minder windturbines hoeven te worden geplaatst. Indiener, K.M. Kreuger
Motie
1
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering _1juni 2022 Ingekomen onder nummer 236 Status Status Onderwerp Motie van het lid Koyuncu inzake het coalitieakkoord 2022-2024 Onderwerp Geen invoering van 24 uur betaald parkeren in de buitenwijken Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over het coalitieakkoord 2022-2026 “Amsterdams Akkoord” Constaterende dat -___De huidige parkeerkosten nu al relatief hoog zijn; -___ Betaald parkeren buiten het centrum wordt uitgebreid; Verder constaterende dat -_Het college betaald parkeren buiten de ring heeft vitgebreid vooral vanwege het water- bed-effect; -_De historie leert dat het voornemen om 24-uur betaald parkeren in te voeren in het cen- trum uiteindelijk zal leiden tot 24 vur betaald parkeren in heel Amsterdam. Overwegende dat - De reeds bestaande mobiliteitsarmoede in de buitenwijken toeneemt bij 24-uvur betaald parkeren; -_ Veel ondernemers met name in de buitenwijken bij 24-uur betaald parkeren in de knel ko- men omdat hun werkauto als tweede auto gezien zal worden waarvoor geen vergunning zal worden afgegeven. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Te garanderen dat 24-uur betaald parkeren niet zal worden ingevoerd buiten het centrum. Gemeente Amsterdam Status Pagina 2 van 2 Indiener(s), S. Koyuncu (DENK) (…)
Motie
2
discard