text
stringlengths 4
22.7k
| label
class label 2
classes |
---|---|
Het verhaal
Abby Wilson woont in het Australische Wilson en heeft daar een kleine boekenwinkel die ze van haar oma heeft geërfd. Haar broer Paul woont naast haar en zij hebben een heel goede band. Op een dag vraagt Laura, de beste vriendin van Abby, of ze mee wil naar een bijeenkomst voor mensen zoals zij. Abby en Laura hebben een gave die maar heel weinig mensen op Aarde hebben. Zij zijn in staat om de vorige levens van andere mensen te zien. Na enige aarzeling gaat Abby met Laura mee en op deze bijeenkomsten ontmoeten zij Lars, Neill, Ingrid en Mayra. Na de eerste bijeenkomst gebeuren er opeens allemaal rare en onverklaarbare zaken in het leven van Abby. Uiteindelijk leiden deze gebeurtenissen ertoe dat de groep met elkaar op de vlucht slaat voor soldaten van het geheimzinnige Atria Project.
Conclusie
Het Atria Project is een science fiction verhaal dat zich afspeelt op Aarde en op Atria. De opzet van het verhaal klinkt veelbelovend, maar de uitwerking van het verhaal laat helaas veel te wensen over. Het begint er mee dat het verhaal langzaam op gang komt. In het begin worden bijna elke handeling en gedachte die Abby heeft op papier gezet. Als de schrijfster hiermee probeerde om diepgang en sfeer te creëren dan is het niet goed gelukt. De voortgang wordt enorm vertraagd met pietluttigheden als vragen aan haar broer waar hij op zijn werk mee bezig is, terwijl er direct bij wordt verteld dat hij in al die jaren dat hij bij de politie werkt nog nooit iets heeft losgelaten over zijn werk bij de speciale eenheid waarvoor hij werkt. De karakters hebben er ook geen diepgang meegekregen. Zij blijven voornamelijk een normaal persoon die toevallig een speciale gave heeft. De zinnen zijn vaak kort, wat de snelheid zou kunnen bevorderen, maar hier eerder storend werkt, omdat de zinnen vaak oppervlakkig en triviaal overkomen en daarnaast zitten er redelijk wat spelfouten in. Ondanks de korte zinnen. Als het verhaal dan uiteindelijk een beetje op gang begint te komen, wordt het verhaal helaas ook warriger. Er zijn vrij veel personages met onderlinge verbanden en deze verbanden worden vaag uitgewerkt. De plot is absoluut fantasievol, maar de tijdlijnen lijken niet altijd te kloppen, en de verhaallijnen worden te weinig uitgediept om het een samenhangend geheel te maken. Ursula Visser probeert de spanning wel op te bouwen, maar de opbouw verzandt in een overkill aan informatie en situaties die nogal geforceerd aanvoelen. Naast het science-fiction-aspect heeft de schrijfster er ook een romantisch element aan toegevoegd. Alleen is ook hier de uitwerking ook oppervlakkig en pakt de romance mij niet. Het einde van het boek is heel verwarrend. Opeens gebeurt er zoveel dat de lezer de weg nog verder kwijtraakt. Toch zitten er ook stukken in het verhaal die wel vlot lezen, wat beter te volgen zijn en best spannend zijn. Alleen zijn deze momenten nog in ondertal.
Beoordeling
Het Atria Project krijgt van mij daarom 1.5* | 0neg
|
dat schrijvers heel goede thrillers kunnen maken ,
en dat met dit boek komen .
is toch heel jammer, veel te lang 200 bladzijde minder
je mag voor de spaning best ver gaan.
maar de toevaligheden ziin op sommige ogenblikken,
zo erg onwaarschijnlijk, jammer.
heb het voor mijn verjaardig gekregen,anders had ik het zonde
van mijn geld gevonden. het volgnde hopelijk beter. | 0neg
|
Hangman lezen vòòr de voorganger Ragdoll is geen aanrader. Kennis van de samenhang tussen de personages en de karakters is onontbeerlijk. Als deze kennis ontbreekt is het alsof halverwege in een gesprek wordt ingevallen.
De proloog voegt toe aan deze verwarring. Wat wordt precies bedoeld en wie zijn de personages waarover wordt gesproken. Het eerste hoofdstuk belooft veel gruwelijks. Op een filmische manier wordt een plaats delict beschreven. Duidelijk is dat het niet bij dit ene slachtoffer zal blijven. Er wacht meer onheil.
Cole heeft een beeldende manier van schrijven. Dit zorgt ervoor dat de lezer zich makkelijk deel van het verhaal zou kunnen voelen. En in dit zou kunnen ligt de gemiste kans. Door de vaak absurdistische, ongeloofwaardige voorstellingen gaat inleven elke fantasie te boven. Wat het ook lastig maakt is de vele wisselingen van locatie. Het ene moment speelt het verhaal zich af in Londen, terwijl net zo makkelijk wordt overgegaan naar een minstens zo absurdistische scène in New York. Omdat dit van de hak op de tak gebeurt is het voor de lezer lastig in te schatten waar de personages zich nu precies bevinden.
Door deze absurditeiten heen prikkend blijft een gruwelijk, spannend verhaal over met een eind dat mogelijkheden biedt voor Daniel Cole voor een nieuw boek waarin een aantal van de hoofdpersonages opnieuw hun opwachting mogen maken. | 0neg
|
De 28-jarige Kay Lansing heeft de stoute schoenen aangetrokken, en heeft de plaatselijke multimiljonair Peter Carrington gevraagd of ze in zijn huis een cocktailparty voor het goede doel mag organiseren. Hoewel ze het eigenlijk niet verwacht, stemt de charmante Carrington toe. Tijdens het feest ontmoeten de twee elkaar opnieuw, en vijf weken later zijn ze getrouwd. En dan blijkt dat het leven voor Kay toch een stuk ingewikkelder wordt dan ze gedacht had. De veertien jaar oudere Peter wordt namelijk genoemd als mogelijke betrokkene bij de verdwijning van een 19-jarig meisje, 22 jaar geleden. Daarnaast is zijn eerste echtgenote ook onder verdachte omstandigheden om het leven gekomen.
Omdat de moeder van het verdwenen meisje een privé-detective inschakelt, wordt het hele circus opnieuw opgerakeld. Er zijn aanwijzingen die toentertijd nooit nageplozen zijn, er zijn getuigen die plotseling iets anders beweren, het openbaar ministerie stort zich weer op de zaak. Al met al gaat het er steeds meer op lijken dat Peter Carrington echt iets met beide zaken te maken moet hebben. Kay blijft echter rotsvast in haar man geloven, en gaat zelf op onderzoek uit.
Op zich allemaal heel aardige gegevens, die met elkaar ook een heel aardige thriller maken. Maar helaas blijft het daarbij. Nergens wordt het meer dan aardig. En dat is jammer, want Higgins Clark heeft toch heel wat goede thrillers geschreven.
Het zwakste punt van deze thriller zijn de personages. Die blijven namelijk van bordkarton, waardoor je je nergens echt met hen kan identificeren. Kay trouwt na slechts vijf weken met Peter; prima, maar het hele huwelijk komt zo uit de lucht vallen dat je als lezer niet begrijpt waarom ze in vredesnaam zo hard van stapel loopt. Ook de andere personages blijven ver weg; hun beweegredenen zijn vaak vaag en alles wat ze overkomt (en dat is heel wat) lijkt een beetje op een opeenstapeling zoals we de uit die soaps kennen.
Wat ook direct uit de soap lijkt te komen, is de omgeving waarin dit alles zich afspeelt. Het chique landhuis van Peter Carrington, het zwembad, de parkachtige tuinen, de appartementen in Manhattan, de zakenrelaties, de bediendes: het is allemaal enorm The Bold & the Beautiful. Ook de dialogen doen gescript aan, slechts heel af en toe zegt een personage iets dat echt natuurlijk overkomt.
Het soapachtige is ergens echter ook weer de sterke kant van het verhaal. Want het maakt wel dat je wilt blijven lezen; er is goed gebruik gemaakt van cliffhangers op de juiste momenten, en je wilt toch wel erg graag weten hoe al die verwikkelingen nou precies uitpakken.
Uiteindelijk heb ik zeker een paar aangename uurtjes doorgebracht met De spookmelodie (overigens een niet erg sterk gekozen titel), maar eigenlijk ben je de ontknoping al bijna weer vergeten op het moment dat je het boek dichtslaat. | 0neg
|
Mijn eerste Cross. Ook mijn laatste? Dat weet ik nog niet. Ik heb zoveel lovende reacties over de serie gelezen; dit boek zal wel de uitzondering zijn, hoop ik dan maar.
Absoluut veel actie, goed en snel geschreven. Daar houd ik van. Ook de hoofdpersoon kan me bekoren. Waarom dan 2 sterren? Omdat ik zelden zo'n stompzinnig verhaal gelezen heb. Ik wil hier verder niets verklappen, maar dit verhaal slaat echt nergens op. Jammer. | 0neg
|
Toen ik de achterkant van dit boek had gelezen dacht ik dit is vast een mooi boek. Maar helaas het duurde vrij lang voordat ik in het verhaal zat. De verhaal lijn was erg onduidelijk. Ik heb het boek uit gelezen maar het vervolg hoef ik niet echt te lezen. Wat dat betreft kan ik de mede rececenten gelijk geven. Zo bijzonder was het niet. Jammer. | 0neg
|
Gelezen voor de leesclub maart 2013 | 0neg
|
Dit boek is een enorme tegenvaller. Ik had er zoveel meer van verwacht, na alle andere boeken gelezen te hebben van deze schrijfster.
Er zijn nogal wat losse eindjes in dit verhaal…o.a : Als Sicco bericht krijgt dat zijn exvrouw en zijn zoontje een auto ongeluk hebben gehad en in het ziekenhuis zijn opgenomen, stopt het daar ook gelijk over het wel en wee van deze twee mensen.
Heel vreemd dat je daar vervolgens niets meer over hoort.
Bea is een irritant persoon, die altijd slaap heeft, moe is en de helft niet meekrijgt vanwege haar slaap te kort. De spanning in dit verhaal is ver te zoeken en zelfs het plot was niet verrassend. Bovendien was het allemaal erg voorspelbaar en ik vind dit boek een absolute tegenvaller. Ik heb er moeite mee gehad om toch door te zetten, maar heb dit wel gedaan omdat ik steeds hoopte dat het verhaal een andere wending zou krijgen.
Jammer, maar voor mij is deze niet meer waard dan 2* | 0neg
|
Het is maandag vandaag is het debuut van Sytske Van Koeveringe. Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van Julia, een dertiger die een literair debuut over haar relatie met haar ex heeft geschreven. Het debuut is geflopt en ze is nu aan het werk als poetsvrouw. Uit de korte inhoud maakte ik op dat ze vanuit deze positie een inkijk zou geven in het leven van de mensen bij wie ze aan de slag gaat. Het leek een interessant opzet, maar de uitwerking ervan is langdradig en wist me uiteindelijk totaal niet te boeien.
In korte hoofdstukken gaat Julia van huis tot huis en beschrijft ze de mensen en de manier waarop ze wonen. Deze stukjes worden afgewisseld met bedenkingen over haar eigen leven, en de manier waarop ze samenwoont met een aantal studenten met wie ze niets heeft. Die laatste gedachten komen vooral ’s avonds wanneer ze in bed ligt, maar onmogelijk de slaap kan vatten. Ze schrijft eindeloos veel onverstuurde e-mails naar een vriendin die ze uit het oog verloren heeft, maar waar ze duidelijk nog een band mee heeft.
Het boek begint met de eerste ontmoetingen van Julia met haar klanten. De eerste twintig pagina’s vond ik interessant en vernieuwend, maar na verloop van tijd ging de onsamenhangende opbouw vervelen. Er zit te weinig evolutie in de manier waarop Julia naar haar omgeving kijkt, alles is even vlak en negatief. De hoofdstukken zijn erg kort en vertonen slechts hier en daar een verband, wat zorgt voor een wankelend ritme. Er wordt wel wat mysterie gecreëerd rond haar vader en vriendin, maar opnieuw wordt daar te weinig actief mee aan de slag gegaan.
Ik las door tot ongeveer pagina 80, maar ben dan afgehaakt. Las iemand van jullie het boek wel uit? Heb ik iets gemist door niet verder te lezen? | 0neg
|
Een diabolisch dominospel! Overspel! Intrige! Seks! Politiek! De ware aard van vier Curaçaose mannen komt naar boven als ze niet alleen dominosteentjes tegen elkaar schuiven, maar boven alles psychologische oorlog voeren om hun mannelijkheid te bewijzen. Komrij vond het zelfs 'een roman geschreven in een haast ongelooflijke stijl.' Tsja, ik ben minder enthousiast, want Frank Martinus Arion laat bitter weinig aan de verbeelding over: het is dichtgetimmerd proza. Elk personage wordt keurig geïntroduceerd binnen zijn of haar sociale milieu, met een bijpassend psychologisch profiel om hun handelen mee te verklaren. De spelregels en het bijhouden van de scores worden uitvoerig uitgelegd, zodat ook een niet-Antilliaanse lezer het verband snapt tussen het dominospel en de sociale/politieke context eromheen. Het plot grijpt netjes in elkaar en Arion weet de broeierige sfeer over te brengen van dorpsgemeenschap Wakota, maar verwacht daarbij geen mooie zinnen of diepere zielenroerselen. | 0neg
|
Hugo Luijten (1969, Nieuwstadt, Limburg) is historicus en schrijver. Eerder publiceerde hij de verhalenbundel Baby C en schreef hij columns voor onder meer De Limburger. Zijn debuutroman Offer voor een verloren zaak speelt tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het is een kloeke pil van ruim 400 bladzijden met een in de basis interessant verhaal. Maar ai, dat taalgebruik...
Offer voor een verloren zaak speelt in zomer en herfst van het oorlogsjaar 1914. WO I is net losgebarsten en Duitsland valt via België Frankrijk binnen. In de enorme verwarring die dat met zich meebrengt, vlucht soldaat Heinrich Ohlenforst uit zijn dorp Havert en vertrekt hij richting de oorlog. Hij heeft zich als militair aangemeld omdat hij thuis zijn leven niet zeker is. De roman schakelt tussen de ervaringen van Ohlenforst aan het front en gebeurtenissen die zich gelijktijdig in Havert afspelen.
Door de uitgever wordt het boek aangeprezen als 'Een epische oorlogsroman' en het moet gezegd: Luijten is een prima verhalenverteller. Hij heeft oorlog, liefdesgeschiedenis en suspense verweven tot een onderhoudend verhaal. De aanprijzing gaat verder: 'met levensechte en markante personages wier lot je hoe langer hoe meer aan het hart gaat.' Maar daar is de uitgever te positief. De hoofdpersoon zelf wordt wel geloofwaardig neergezet, maar de andere personages komen veel minder uit de verf. Vooral wanneer de schrijver je wil meenemen in de gedachtewereld van zijn personages, wordt het verhaal bij vlagen ongeloofwaardig, om niet te zeggen kinderlijk.
Daar komt nog bij dat Luijten door zijn uitgever kritischer begeleid had moeten worden wat betreft zijn taalgebruik. De overmatige hoeveelheid bijvoeglijk naamwoorden (“speciale stenen bierkruik”) is te veel van het goede en de zinsbouw is regelmatig niet in orde. “Hij had een pafferig gezicht en zijn ogen leken verpakt in driehoekige zakjes, die daardoor een triestige uitstraling kregen.” De schrijver zal niet bedoelen dat de ‘zakjes’ een triestige uitstraling kregen, maar schrijft dat wel.
Het was beter geweest als het boek een kwart dunner was geweest, want regelmatig blijkt dat Luijten wel degelijk kan schrijven; met name waar het situatiebeschrijvingen betreft. Zo maakt de passage waarin de hoofdpersoon een verbandpost bezoekt een authentieke indruk, met alle gruwelijke details van dien.
Twee sterren, kun je het boek dan beter laten liggen? Dat gaat te ver, want ondanks de kritiek leest het lekker weg. En daar komt bij dat er in het Nederlands taalgebied maar weinig WO I romans zijn die vanuit het Duitse perspectief handelen. Dat maakt het boek interessant. Liefhebbers van onderhoudende en vlot lezende verhalen (denk aan de 'Citadel'-serie van Kate Mosse) zullen met Offer voor een verloren zaak genoeglijke uren kunnen doorbrengen. | 0neg
|
Door de resenties had ik meer verwacht van dit boek. Half weg het boek had ik al door wie het gedaan had. Het eind vond ik tegen vallen. Heb betere thrillers gelezen. | 0neg
|
Verbazingwekkend hoe weinig de samenkomst van het rijke maar simpele taalgebruik (Stefan Brijs) matcht met de schitterende esthetische lelijkheid van Vlaamse volksheid (Koenraad Tinel). Het is een statische graphic novel zonder schwung of ritme, maar waar de afzonderlijke kwaliteiten van de twee talenten het materiaal niet naar een hoger plan krijgen. Het leest zelfs een beetje irritant: lege bladzijdes met één of enkele zinnetjes, om dan daarna pagina's vol te hebben met levensgrote prenten. Tekst en tekeningen voegen zodoende te weinig toe aan elkaar om samen beklijvende sfeerschetsen te kunnen zijn van de mistroostigheid van het Vlaamse plattelandslijden. | 0neg
|
Ik begin wel gelijk wel te zeggen dat het geen vervelend verhaal was om te lezen. Maar een thriller... nee. Er zat totaal geen spanning in. Het verhaal gaat meer over het wel en wee van een aantal appartementen bewoners uit een straat.Nogal apparte bewoners. Het verhaal start gelijk met allemaal kleine stukjes over de bewoners,dat schept gelijk al verwarring. Ik had nog niet eerder iets van Ruth gelezen en zal naar dit boek ooit nog wel eens een boek van haar gaan lezen, maar een favo plekje krijg zij niet van mij. | 0neg
|
Na het lezen van de preview op Hebban kon ik niet wachten om deel te nemen aan de leesclub van het nieuwe boek van Yrsa Sigurðardóttir genaamd DNA. In het proloog en het eerste hoofdstuk zat zoveel mysterie en spanning dat dat veel belovend was voor de rest van het boek.
Helaas bleek ik te grote verwachtingen te hebben van het boek, want de rest van het boek was voor mij een grote teleurstelling. Het verhaal kabbelde zich rustig voort als een rustig bergstroompje. Pas in het laatste hoofdstuk kwam er wat vaart in het verhaal. Dit komt het verhaal ten goede want met veel pijn en moeite lees je het boek uit.
De enige hoogtepunten voor mij waren “de moorden”. De manier waarop die gepleegde werden en hoe dat beschreven werd was een hoogtepunt! Daarnaast had ik vooraf niet kunnen bedenken wie de moorden gepleegd zouden hebben dus dat is een punt waarin Yrsa wel heel erg geslaagd is.
Gezien dit boek onderdeel is van de serie “Huldar & Freyja” ben ik niet overtuigd of ik het volgende deel ook zal lezen.
Dit boek krijgt van mij twee sterren **. "Het boek kabbelt zich voort als een rustig bergstroompje" | 0neg
|
Het boek is vooral politiek gericht en gaat over Trump en hoe hij de handelsakkoorden met het midden oosten en azie bewerkt ... hoe de handel nu is tussel al deze landen alsook hoe het in de toekomst zal zijn ook hoe men bang is hoe de brexit zal aflopen en hoe het dan met de handel zal gaan | 0neg
|
Ik ben tot bladzijde 175 gekomen. Spannend? Nee. Pageturner? Nee. Makkelijk te lezen? Ja dat weer wel. Nee ik vond het totaal niet spannend. Snap ook niet dat dit een literaire thriller wordt genoemd. Hopelijk zijn andere boeken van Nicci French spannender. | 0neg
|
Het nieuwste boek van bestseller auteur Homer Hickam heet ‘Albert moet naar huis’ en wordt in de media regelmatig vergeleken met ‘De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween’ van Jonas Jonasson. Dit schept hoge verwachtingen, maar maakt Hickam deze verwachtingen waar?
Alligator Albert woont in de badkamer van het huis van Homer en zijn vrouw Elsie. Hij was een cadeautje van een oude geliefde van Elsie en zij beschouwt hem als haar eigen ‘zoon’. Albert krijgt veel aandacht van Elsie, misschien zelfs te veel. Homer is er klaar mee en stelt Elsie voor een ultimatum: ‘Die alligator eruit, of ik!’, roept de jaloerse Homer. Uiteindelijk beslist Elsie dat het tijd wordt dat Albert weer terug naar huis moet…
Helaas heb ik niet erg genoten van het verhaal over Albert, Elsie en Homer. De roman is lang en soms te ongeloofwaardig. Dit zorgt soms voor een vervelende leeservaring. Daarnaast mist de roman diepgang en ik kon mij moeilijk inleven in de karakters. Het verhaal was wellicht beter geweest als Hickam zich tijdens het schrijven meer had gericht op de ontwikkeling van zijn karakters, met name Elsie maakt weinig ontwikkeling door. | 0neg
|
Lege plek leest erg lekker weg, maar het wil maar niet vlotten. Het is zoals alle boeken van J. Kellerman een goed verhaal, met redelijk echte mensen erin, maar ik bleef maar wachten op wat echte spanning, die dus niet komt. Da's erg jammer, want deze schrijver kan je wel degelijk op het puntje van je stoel laten zitten. De personages vond ik een beetje saai, vooral hoofdpersoon Jeremy Carrier. Wat is die man braaf. Hopelijk volgende keer weer beter. | 0neg
|
Mijn eerste boek wat ik lees van haar. Zoveel gehoord over Heleen. “Moet je gelezen hebben”. Nope... zonde van mijn tijd. | 0neg
|
maar geen spannend boek,Kate Mosse is een literair dier. Ze stond aan de wieg van een boekenfestival, is de sterkhouder van een literaire prijs, zetelt in verschillende literaire jurys, geeft schrijfcursussen, presenteerde programmas over boeken op televisie en doet dat nog steeds op de radio. En daarnaast vindt ze nog de tijd om met haar gezin te pendelen tussen haar twee woonplaatsen Chichester, in het zuiden Engeland en Carcassonne in Zuid-Frankrijk. Kortom ze is een grote madam in de Engelse wereld van het boek.
En dan publiceert ze zelf ook nog. Geen tussendoortjes, maar lijvige historische verhalen waar enorm veel research aan vooraf gaat, zoals daar zijn Het verloren labyrint en De vergeten tombe. Om de tijdspanne tot het verschijnen van het derde deel in de Languedoc trilogie te breken is nu haar novelle De wintergeest verschenen als zoethoudertje voor de fans.
Hierin maken we kennis met Frederick Freddie Watson die tien jaar na het einde van de Eerste Wereldoorlog, waarin zijn oudere broer George sneuvelde, nog altijd grote problemen heeft om zelf verder te gaan met zijn leven. Na ontelbare doktersbezoeken, kilos medicijnen en zelfs een internering verlaat Freddie Engeland en begint hij aan een reis door Frankrijk. Als hij in de streek ten zuiden van Toulouse in een winterse sneeuwstorm van de weg raakt zoekt hij hulp en tijdelijk onderdak in het dichtsbijzijnde dorpje, waar net de voorbereidingen volop aan de gang zijn voor het jaarlijkse dorpsfeest, die avond. Daar maakt hij kennis met een mooie jonge vrouw en voor het eerst in twaalf jaar voelt Freddie zich zorgenloos en levenslustig. Maar s anderendaags is deze mysterieuze vrouw van de aardbol verdwenen en blijkt niemand van de mensen in het dorp haar opgemerkt te hebben. Voortgaand op wat ze elkaar de avond ervoor vertelden, probeert Freddie de liefde van zijn leven terug te vinden en gaat hij op pad in de onherbergzame en soms zelfs vijandige Pyreneeën.
Dat De wintergeest geen gewoon spannend boek is valt meteen op door de aanwezigheid van illustraties van de hand van Brian Gallagher: donkere pentekeningen die de sfeer van het vertelde accentueren. Dat het zelfs geen spannend boek is, wordt pas duidelijk als er halfweg nog geen signalen in die richting de kop opgestoken hebben. De wintergeest is dus een gewone roman; een kerstverhaal over liefde, verdriet en dood waarin de schrijfster haar liefde voor de Katharen en hun ruige streek, le Pays dOc, nog maar eens duidelijk maakt. Een mooi mystiek verhaal waarin de mythe van Lombrives en de Battle of the boars head met elkaar verbonden worden.
In haar vertrouwde realistische schrijfstijl en met een zekere traagheid die eigen is aan de late jaren twintig van vorige eeuw, laat Kate Mosse haar protagonist in contact komen met markante nevenpersonages in dorpjes waar het bijgeloof nog de bovenhand heeft op de ratio. Dit zorgt voor een mysterieus sfeertje en maakt dat de lezer al snel lekker in het verhaal zit.
Wel is het jammerlijk te moeten vaststellen dat de redactie hier en daar wat te wensen over laat. Zo heeft Freddie op de achterflap niet alleen aan andere familienaam dan in het verhaal, maar staat hij op een gegeven moment sigaretten uit te delen waarvan hij even tevoren nog vaststelde dat hij ze verloren was.
Al met al is De wintergeest best een aardig boekje om tijdens deze koude dagen knus bij de open haard ter hand te nemen, maar de fans van Kate Mosses vorige boeken blijven wellicht op hun honger zitten en zullen deze novelle meer dan waarschijnlijk als een ontgoocheling ervaren, want de auteur heeft hiermee even de wereld van het spannende boek verlaten. | 0neg
|
Marc-Uwe Kling is geboren in Stuttgart in 1982. Woont nu in Berlijn, waar het boek ook gesitueerd is.
Hij studeerde o.a. Filosofie en theaterwetenschappen in Berlijn. Hij is cabaretier , kleinkunstenaar,liedjesschrijver en auteur en treedt regelmatig op met zijn band.
De kangoeroekronieken schreef hij als radiofeuilleton in 2009. Vanwege het succes daarvan is het als boek uitgebracht. In 2011 verscheen het vervolg Das Känguru-Manifest en in 2014 Die Känguru- Offenbarung en in oktober van 2018 zal het vierde deel Die Känguru-Apokryphen verschijnen. Ook zal het boek verfilmd worden.
Marc-Uwe Kling woont nog niet zo lang in een appartement in Berlijn als hij een nieuwe overbuurman krijgt, de kangoeroe. In het complex lijken de medebewoners dat heel normaal te vinden. De eerste dag belt de kangoeroe aan bij Marc-Uwe en vraagt eieren, omdat hij pannenkoeken wil bakken, daarna komt hij terug voor zout, melk, meel, olie, pan en komt tot de conclusie ik heb geen fornuis. Hij dringt ahw bij Marc-Uwe binnen en er worden pannenkoeken gebakken. De volgende dagen eten ze steeds vaker bij Marc-Uwe en dringt de kangoeroe zich zijn huis binnen tot hij besluit in te trekken, zgn kostenbesparing.
Tussen de kangoeroe en Marc-Uwe ontspint zich een vreemde ongelijkwaardige verhouding. De kangoeroe is een dominante, communistische figuur die extreem linkse gedachten er op na houdt ( tenzij het hem dat niet uitkomt) , discrimineert, dieren mishandelt , agressief is ( rode bokshandschoenen in de buidel) , verbaal onbeschoft is, steelt enz. en Marc-Uwe inzet om zijn doel te bereiken.
Het boek bestaat uit 79 korte hoofdstukjes met dialogen en beschrijvingen van gebeurtenissen. Er zijn terugkerende elementen zoals geloof, kapitalisme, het verzonnen Vietcong verleden van de kangoeroe ( Gott und die Welt).
Ik vond het boek erg gedateerd, en zelfs als je je verplaatst naar 2009 ontbreken er actuele onderwerpen ( was toch het begin van de bankencrisis en daar wordt niet over gesproken ( een te ingewikkeld onderwerp voor de auteur.).
Voor mij is het een boek waarin de auteur maar één doel heeft en dat is het schoppen tegen de dingen waar hij het niet mee eens is en dat zonder enige grenzen van betamelijkheid en respect in acht te nemen. Het boek is geschreven in simpele bewoordingen met als opsmuk af en toe een filosofisch stukje er doorheen.
Al met al vond ik het een saai en gedateerd boek, af en toe zelfs onfatsoenlijk. En eigenlijk zonde van het papier. Al moet ik zeggen dat ik de Duitse versie, dat ik ook voor een groot deel gelezen heb, toch iets beter te behappen vond ( mn de woordgrapjes e.a.subtiele verschillen).
Ik hoop dat de uitgever nog eens goed nadenkt voor hij de andere delen laat vertalen, aangezien er in Nederland volgens mij minimale interesse zal zijn.
Ik geef het boek 1/2 ster ( Duiste versie 1 1/2) | 0neg
|
Van Franzen heb ik eerder zijn geweldige boek ‘De correcties’ gelezen. Dit is het boek dat hij hiervoor schreef. In het boek herken je zonder meer de brille van Franzen in de haarscherpte wijze waarop hij personages en hun onderlinge verhoudingen neerzet. Tegelijkertijd moet ik zeggen dat dit boek me toch niet echt wist te boeien. Franzen schrijft sowieso niet over grootse gebeurtenissen (zijn ‘De correcties’ was een portret van een eigenlijk best wel alledaags gezin) en dat nekt hem in dit boek toch wel een beetje. Hiernaast blijft nota bene de hoofdpersoon Louis een beetje een onduidelijk personage. Het maakt allemaal dat het op zich interessant lijkend plot (Louis’ grootmoeder komt om bij een kleine aardbeving in Boston, waar het bedrijf Sweeting-Aldren iets mee te maken lijkt te hebben, het bedrijf waarvan Louis’ moeder een fortuin van 22 miljoen dollar in aandelen erft) toch onvoldoende is om de interesse vast te houden. Ik heb het boek half uitgelezen weggelegd.
Laten we het er maar op houden dat dit een hortend en stotend debuutboek is van een toch erg goede schrijver; een soort literair equivalent van ‘Pablo Honey’ dus, zeg maar. Als je niet bekend met Franzen, lees daarom beter 'De correcties' of 'Vrijheid'. | 0neg
|
Net als met Maestra was ik zwaar, zwaar, maar dan ook zwaar teleurgesteld. Ik heb het geprobeerd, maar verder dan de helft van het boek ben ik niet gekomen. Ik doe het niet vaak, een boek aan de kant leggen, maar dit boek pakte ik telkens met tegenzin op. Ik lees voor mijn plezier, en als ik mezelf moet dwingen om te lezen, dan is het geen plezier meer. Jammer..... | 0neg
|
Ik vond dit echt heel erg saai, de eerste hoofdstukken gebeurd er echt helemaal niets. En de hele tijd word hetzelfde verhaal over wat er met Yara is gebeurd verteld en steeds herhaald, en verder gebeurd er helemaal niets spannends. Pas zo’n beetje aan het eind komt er wat vaart en meer spanning in het verhaal, de ontknoping zag ik daarna ook al snel aankomen.
Geen aanrader van mijn kant, langdradig en saai. Ik vind haar andere boeken een stuk beter. | 0neg
|
Ik heb net het boek All Inclusive dichtgeslagen en ik ben blij dat het uit is. Het is vlot geschreven maar vreselijk flauw en saai. Steeds als je denkt, nu gaat er iets gebeuren ben je weer terug bij af. Hoezo literaire thriller? Oke, over dit onderwerp zou best een mooi verhaal geschreven kunnen worden maar ik vond dit echt vreselijk simpel. Ook aan het eind had het veel spannender gekund, het was m.i. ronduit kinderachtig, een soort afraffelen van het verhaal. Het spijt me wanneer ik al te negatief overkom maar dit vond ik nu echt zonde van mijn 17,50! | 0neg
|
Ik mocht dit boek lezen via het Selfpub-café en was benieuwd naar deze Nederlandse schrijver die zijn boeken in eigen beheer uitgeeft.
Het boek gaat over een Nederlandse professor die een anonieme vraag krijgt om naar Israël af te reizen om daar op zoek te gaan naar, nog niet gevonden, Dode-Zeerollen.
Dit is het begin van een verhaal vol ontvoeringen, ontsnappingen en mislukte moordpogingen met rollen voor de drie grote godsdiensten van de wereld.
Het verhaal klonk aardig, ik hou wel van een goede speurtocht naar teksten die het gezicht op de wereld zullen veranderen. Helaas was de uitwerking niet zo goed.
Ten eerste viel op dat er in het boek nog erg veel redigeer fouten staan. Woorden op de verkeerde plaats, een te veel of juist een gebrek aan komma's of andere leestekens.
Daarnaast leek het wel alsof de schrijver af en toe zelf vergeten was wat hij al verteld had. Zo is een pakje dat eerst al uitgepakt is opeens weer ingepakt of worden de hoofdpersonen opeens door iemand anders op pad gestuurd.
Het kostte me erg veel moeite om hierdoorheen nog het verhaal te zien.
Zoals hierboven al gezegd hou ik wel van een lekker spannend verhaal met achtervolgingen en ontvoeringen, maar het moet wel geloofwaardig opgeschreven zijn. Ook hieraan schortte het af en toe. Een van de tegenstanders had wel een heel dom arsenaal aan werknemers onder zich. Wel fijn voor de hoofdpersonen, want daardoor konden ze steeds erg gemakkelijk ontsnappen.
En dan het einde.... Ik vraag me af of de mededeling in de geschriften nou echt zo wereldschokkend is dat alle religies op hun grondvesten zullen schudden.
Al met al een leuk idee, maar aan de uitwerking moet nog veel geschaafd worden. | 0neg
|
Ik kom niet verder in dit boek, misschien moet ik er meer tijd voor uittrekken, maar ik ben er maar even mee gestopt. Normaal zeg ik het boek is beter dan de film, maar nu zeg ik dat (nog) niet. Ik hoop dat in de toekomst ik het boek opnieuw ga lezen en dat het dan wel goed is, en het verhaal ook uitlees. | 0neg
|
Jeetje wat matig zeg, ik had een stuk of 5 Scarpetta's gelezen en was hier met goede moed aan begonnen. Na een paar blz's had ik al door dat je het Eindstation gelezen had moeten hebben, maar ik besloot toch door te gaan. En dat werd dus een teleurstelling; spannend en vol aanwijzingen zoals haar eerste boeken is het zeker niet. Alles hangt van toeval aan elkaar en is echt totaal onrealistisch, dat laatste mag natuurlijk af en toe maar slaat hier totaal door. Jammer, jammer, jammer. Ik ga het Eindstation nog even lezen, maar ik verwacht er niet al te veel van eigenlijk. | 0neg
|
Hoge verwachtingen maar deze zijn niet ingelost. Verspringingen in de verhaallijn die het vasthouden van de rode draad bemoeilijkten. Het gevoel tijdens het lezen dat de schrijver zeer veel ideeën had maar deze niet
allemaal kon uitwerken en
ze weer losgelaten heeft. Dit geeft een rommelig en losse eindjes resultaat. Het einde van het boek ook teleurstellend. Toch 2 sterren omwille van het taalgebruik en de beschrijvingen die de moeite waard zijn. Jammer echt jammer. | 0neg
|
Inleiding
Hans Rosling is een rasoptimist, die zijn lezers graag een beeld wil voorschotelen dat het goed gaat met de wereld. Om dat aan te tonen maakt hij gebruik van statistische gegevens van instituten als de Verenigde Naties en de Wereldbank. Hij onderscheidt een aantal indicatoren, die iets zeggen over het bestaansniveau van (groepen) mensen.
Aanleiding
Ik heb dit boek gelezen omdat zelf neig naar pessimisme - ik geef het toe. Ik sta er echter open voor om dit beeld te onderzoeken en bij te stellen aan de hand van aantoonbare feiten. Toen ik een recensie las over dit boek, heb ik het meteen geleend. Bij de bibliotheek.
Over mezelf
Zelf beschik ik over enige basiskennis over statistiek. Ik heb er mee kennisgemaakt op het VWO, waar ik wiskunde in mijn eindpakket had, later heb ik een vak statistiek gevolgd tijdens mijn propedeuse Sociale Geografie, vervolgens heb ik enkele vakken statistiek gevolgd tijdens mijn opleiding aan de Universiteit van Wisconsin (statistiek en sociologische onderzoeksmethoden). Statistiek kent twee domeinen: beschrijvende (Eng. "descriptive”) statistiek en voorspellende (Eng: "inferential") statistiek. In de tweede, analytische vorm, worden uitspraken gedaan over de gehele populatie op basis van steekproeven. Zelf ben ik, zeg ik eerlijk, niet veel verder dan hypothese testen en ANOVA-testen. Daarvoor gebruikte ik het programma SPSS. Het biedt me enige basiskennis om te weten hoe je statistieken kunt gebruiken als je iets wilt aantonen.
Het boek
Rosling betoogt dat ons wereldbeeld negatiever is dan er werkelijk aanleiding toe is. Veelal baseren zijn toehoorders, beweert hij, - studenten aan de universiteit, wereldleiders en leiders van multinationals - hun wereldbeeld op dat van de jaren 1960, toen er nog een grote tweedeling bestond in welzijnsniveaus tussen landen in de wereld. Ongetwijfeld zal daarin sindsdien veel verbeterd zijn, maar nog steeds bevinden veel mensen zich op een bestaansniveau dat voor de meeste aardbewoners onacceptabel is. Rosling beweert dat onze opvatting over arm en rijk zijn verouderd en deelt kwaliteit van leven in op vier bestaanslevels, waarbij level 1 de onderkant is en level 4 het niveau van inwoners van de meeste geïndustrialiseerde landen. Daarmee creëert hij terloops een nieuwe wijze van indeling van de wereldbevolking. Het bestaan in level 1 en 2 is ronduit zwaar. Niettemin leven 1 miljard mensen op de wereld volgens Rosling nog steeds op level 1 en 3 miljard op level 2 - meer dan de helt van de wereldbevolking.
Volgens een andere grafiek, op pagina 63, zou 50% van de wereldbevolking in 1966 hebben geleefd op bestaanslevel 1 en nu, in 2017, nog maar 9%. Daarmee wordt een afname gesuggereerd van 41%, oftewel (50 ÷ 9) ruim 5 keer zo weinig als toen. Deze verandering is in werkelijkheid minder groot als je weet dat er in 1966 3.408.121.405 mensen op de wereld leefden, waarvan dus de helft (1.704.060.703) op level 1. In 2017 leven (9% van 7.550.262.101) 679.523.589 mensen op level 1. Uitgaande van de absolute waarden is de afname (1.704.060.703 - 679.523.589) 1.024.537.113, oftewel een afname met een factor 2,4 - anders gezegd: het aantal mensen levend op level 1 in 2017 is 41% van het aantal in 1965. Dat klinkt toch anders en in elk geval minder vertekend. (bevolkingsaantallen van http://www.worldometers.info).
Opvallend is dat Rosling op pagina 64 zelf aangeeft dat “alle schattingen van extreme armoede [..] zeer onzeker [zijn]…”. Dat lijkt me in dit verband een belangrijk voorbehoud. Statistici hebben altijd moeite om armoede te meten. Dat komt alleen al voort uit het gegeven dat zij als hoog opgeleide observeerders uit totaal andere milieus komen dan degenen die in armoede leven. Niettemin weerhoudt dat Rosling er niet van om harde conclusies te verbinden aan deze gegevens: “… maar wanneer de verandering [in bestaansniveaus] er zo uitziet, moet er wel iets groots aan de hand zijn."
Rosling haalt in zijn betoog diverse indicatoren voor welzijn (of bestaansniveaus) door elkaar. Sterftecijfers onder kinderen jonger dan 5 jaar vormen de basis voor vergelijking van welzijnsniveaus in 1965 en 2017. Vervolgens gebruikt hij inkomensniveaus, dan weer scholingsstatistieken. Zelden past hij deze indicatoren toe over gehele periodes. Dat is enigszins manipulatief.
Een helder voorbeeld van statistische manipulatie is (in de Nederlandse versie) te vinden op pagina 51, waarin hij inkomensgegevens van de VS en Mexico tussen ongeveer 1965 en 2017 (exacte jaartallen ontbreken) vergelijkt aan de hand van twee grafieken. Volgens de statistiek leven Mexicanen in 2017 van $11 per dag en inwoners van VS van $67 per dag. Het verschil is bijna een factor 7. Vervolgens presenteert Rosling de inkomenscijfers in een grafiek met een (vermoedelijk) logaritmische schaal, waarin het lijkt alsof het Mexicaanse inkomensniveau vlak onder dat van de VS ligt. Dit doet hij zonder enige toelichting! Het motief is duidelijk: hij wil dat we hem geloven, en doet dat door gegevens te presenteren op een manier die hem uitkomt. Logaritmische schalen zijn geweldige instrumenten om presentaties visueel te vervormen - ongeveer zoals lachspiegels. Echter, 11 dollar blijft nu eenmaal (bijna) 7 keer zo weinig als 67 dollar, hoe je die gegevens nu ook presenteert.
Aan gegevens als koopkracht, gezondheid en levensrisico gaat Rosling in de vergelijking helemaal voorbij.
Met een andere grafiek over dezelfde inkomensgegevens probeert Rosling aan te tonen dat er niet eens sprake is van een inkomenskloof tussen de twee landen. Inderdaad: er is een klein gebied van extremen (pakweg tussen $8 en $64), waarin daadwerkelijk een overlap is te zien. Dat gebruikt Rosling als argument om te beweren dat er geen sprake is van een kloof. Ook hier bedient Rosling zich van een logaritmische schaal, waardoor niet eens goed is vast te stellen hoe groot de overlap is (m.a.w. hoeveel Mexicanen een vergelijkbaar inkomensniveau hebben als inwoners van de VS). Echter, de grootste grafische gebieden bevinden zich buiten het overlappingsdeel, met Mexico aan de onderkant, en de VS er duidelijk boven.
Rosling doet in hoofdstuk 2, Het Negativiteitsinstinct, een willekeurige greep uit een aantal zaken die volgens hem indicatoren zijn voor vooruitgang, aan de hand van 32 grafieken. In de eerste plaats valt op dat de perioden van deze grafieken niet gelijk lopen. Beginjaren variëren van 1800 tot 1995 (met meer dan 20 tussenliggende variaties) en einddata liggen op 2010, 2015, 2016, 2017. Een gedegen vergelijking van indicatoren zou m.i. over dezelfde periode moeten gaan.
Een paar voorbeelden: Rosling neemt de afname van uitstoot van rookdeeltjes (SO2) per persoon van 1970 tot 2010 als indicator, van 38 kg naar 14 kg. Dat klinkt als een afname van 63% (oftewel een afname van bijna tweederde). Ook hier geldt: in 1970 leefden er 3.700.577.650 mensen op aarde, in 2010 waren dat er 6.958.169.159; dus de totale uitstoot is afgenomen met (3.700.577.650 x 38 - 6.958.169.159 x 14) 43.207.582.474 kg, oftewel slechts 30% (nog niet eenderde).
Het aantal nieuwe films dat verschijnt is wel een van de meest bizarre indicatoren voor vooruitgang. Zeker als je bedenkt dat meer films niet per se betekent dat die ook beter zijn dan vroeger, en ook niet dat ze door iedereen te zien zijn (maar waarschijnlijk alleen voor de mensen in bestaansniveau 4). Dit nog afgezien van de keuzestress die een overaanbod bij consumenten creëert. Vergezocht. De einddatum (1216) in de grafiek 'Nieuwe Films' is trouwens foutief, uitgever!
Een vergelijkbare argumentatie kan worden gevoerd voor het verschijnen van nieuwe muziek, die Rosling er ook bijsleept als indicator voor verbetering.
Ook voor wetenschappelijke artikelen kan worden beargumenteerd dat hoeveelheid niet altijd beter is dan kwaliteit - integendeel zelfs: slechte artikelen maken het vinden van de goede juist tijdrovender.
Het aantal gemonitorde bedreigde diersoorten (van 34 in 1960 naar 87,967 in 3017) als teken van vooruitgang is nogal bespottelijk. Het tegenovergestelde is eerder het geval en het is daarom niet duidelijk waarom dit hier is opgenomen. Nog los van de vraag of deze diersoorten een kans van overleven hebben, met de toenemende wereldbevolking.
Hetzelfde geldt voor het oppervlak van de aarde dat nationaal park of beschermd natuurreservaat is (toegenomen van 0,03 in 1900 naar 14,7% in 2016). Vroeger waren er geen beschermde gebieden, omdat er geen mensen waren tegen wie de natuur beschermd moest worden. Er is echter al veel natuurgebied verdwenen, voordat men besloot om het restant te beschermen. Gaat het hier overigens om land- of zeeoppervlak? Dit staat nog los van de handhaving van de beschermde status, waaraan beheerders hun handen vol hebben en die vaak ook schromelijk tekort schiet.
De opbrengst van graan per hectare voert Rosling ook aan als indicator voor vooruitgang. Het is inmiddels algemeen bekend dat dit heeft kunnen plaatsvinden ten koste van de uitputting van onze natuurlijke (eindige) hulpbronnen, met name aardgas en fosfor, voor de productie van kunstmest. Dat de energiehuishouding van moderne landbouw scheef loopt om dat er meer (fossiele) energie wordt ingestopt dan er uit komt is overigens aangetoond door David Pimentel… in 1980 (in Handbook of energy utilization in agriculture). Hogere opbrengsten, derhalve, zijn niet per se een verbetering, of slechts op de korte termijn - zolang de voorraad delfstoffen strekt.
Ongetwijfeld heeft Rosling gelijk met zijn stelling dat mensen een neiging hebben om slecht-nieuws makkelijker tot zich te nemen en beter te onthouden. Een vliegtuig dat op bestemming aankomt is geen nieuws, een toestel dat neerstort wel. Dergelijke berichten bepalen de manier waarop wij denken. Echter, die denkwijze valt niet om te buigen door het aanvoeren van een aantal ogenschijnlijk lukraak bijeengeraapte statistieken. De aangevoerde indicatoren wekken in de eerste plaats de indruk dat ze er met de haren bijgesleept zijn. Waren er geen betere te vinden?
In hoofdstuk 3 kondigt Rosling met grafieken aan dat de bevolkingsaanwas minder snel zal stijgen - hij spreekt zelfs van “niet meer toenemen” (p.96). In de begeleidende grafiek is echter een toename naar 11 miljard in 2075 te zien. Het is niet zeker of dat werkelijk gaat gebeuren, maar feit is wel dat de mensheid met 7 miljard al inteert op zijn reserves. Dat wordt ook wel ‘overshoot' genoemd (https://www.independent.co.uk/news/science/earth-overshoot-day-humans-fossil-fuels-natural-resources-date-year-a8471121.html). Het is maar zeer de vraag welk bestaansniveau we kunnen handhaven als we met z’n 11 miljarden zijn - en voor hoelang. Helemaal, als de mensen die erbij komen op dezelfde voet leven als mensen op bestaanslevel 4, met de grootste voetafdruk per persoon.
Het is nauwelijks voor te stellen dat Rosling beweert dat de mens met de huidige bevolkingsaantallen een nieuw evenwicht bereikt met de natuur. Toch staat dat er: “…dit evenwicht is totaal iets anders dan het oude evenwicht [tot 1800, toen 4 van de 6 geboren kinderen stierven voor ze zelf ouders werden]. Het nieuwe evenwicht is prettig: de meeste ouders hebben twee kinderen en geen daarvan gaat dood. Voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid, leven we in evenwicht." Welk evenwicht bedoelt hij? Tussen welke twee massa’s? De mensheid enerzijds en de natuurlijke hulpbronnen anderzijds?
En wat gebeurde er trouwens in 1800? “Iets”, schrijft Rosling op pagina 91: “Bijna 10.000 jaar lang nam dat aantal maar langzaam toe, en in het jaar 1800 was het gestegen tot 1 miljard. Toen gebeurde er iets. De volgende miljard kwam er in slechts 130 jaar bij.” Weinig overtuigend.
In hoofdstuk 4 richt Rosling zich op het angstinstinct, dat bepaalt hoe mensen de wereld om zich heen interpreteren. Informatie met een zeker drama zou ons angstfilter beter passeren dan informatie zonder. Zoals gezegd; een vliegtuig dat neerstort is interessanter dan honderdduizend vliegtuigen die probleemloos op hun bestemming aankomen. Daar staat tegenover dat mensen prima in staat zijn zichzelf te sussen en hun ogen te sluiten voor rampspoed. Dat betekent niet zonder meer dat mensen optimisten zijn, maar ze slagen er telkens prima in om oog in oog met het gevaar te doen alsof er niets aan de hand is. Daar schrijft Rosling dan weer niet over.
Ook in dit hoofdstuk is Rosling weer in staat tot verbluffende retoriek. Zo beweert hij bijvoorbeeld dat er ten gevolge van de tsunami die de Japanse kust trof op 11 maart 2011 niet één persoon het slachtoffer is geworden van radioactieve straling die ontstond door de ramp met de kerncentrale in Fukushima. Dat er 18.000 mensen omkwamen door de vloedgolf wordt er terloops bij vermeld. Hiervan overleden er 1.614 in district Fukushima zelf en zijn er 196 vermist geraakt. Dat die 1.810 aardbevingsslachtoffers misschien een wegkwijnend bestaan ten gevolge van radio-actieve besmetting bespaard is gebleven, ziet Rosling gemakshalve over het hoofd - de vloedgolf voorkwam eigenlijk een besmettingsepidemie. Dat er na de ramp nog eens 100.000 mensen definitief zijn geëvacueerd uit de omgeving van de reactor wegens stralingsrisico’s laat hij onvermeld. De reactoren 1, 2 en 3 nog steeds niet ontmanteld en dat zal voorlopig nog niet gebeuren, omdat er nog steeds stralingsgevaar is en er geen technische hulpmiddelen voorhanden zijn om dit te doen. Ook is de doorontwikkeling van de kerncentrale stopgezet. Staat allemaal op wikipedia. Niet in het boek van Rosling.
Overigens zijn ziektes ten gevolge van radioactieve straling (afhankelijk van de dosis, uiteraard) langzaam progressieve ziektes. Rosling kraait in 2017 dus veel te vroeg victorie. Het is niet duidelijk wat Rosling hiermee probeert aan te tonen. Breekt hij een lans voor de bouw van nóg meer kerncentrales?
Zoveel halve redeneringen vormen een belemmering om het boek in zijn geheel uit te lezen. Het paradoxale is dat Rosling zijn lezers voortdurend maant om verder te kijken dan wat we door media krijgen voorgeschoteld. We moeten zaken in proporties zien, we moeten niet generaliseren, niet laten meeslepen door korte-termijn zaken, geen zondebokken aanwijzen - allemaal akkoord, maar waarom houdt hij zich niet aan zijn eigen vuistregels?
De grootste denkfout in het boek is ten slotte dat menselijk welzijn het enige of op zijn minst het voornaamste uitgangspunt moet zijn om de toestand in de wereld aan te beoordelen. De zelf-test vragen in de inleiding zetten wat dat betreft de toon van het boek: in 13 vragen worden er slechts twee (!) gesteld die een leefbare planeet betreffen. Alle andere hebben het belang van de mens als uitgangspunt. Alsof het met meer mensen leuker wordt. De toestand van de mensheid is natuurlijk niet de enige indicator. Ik zou zelfs willen beweren dat hoe beter het met de mensheid gaat, hoe slechter het met de planeet aarde gaat. Er is maar één levensvorm die leeft ten koste van andere levensvormen, en dat is de mens.
Het geeft te denken dat zo veel wereldleiders naar deze man luisteren en dat hij grote invloed heeft op hun gedachtegoed. Het is bijna alsof hij wil zeggen: "Goed bezig met z'n allen, ga vooral zo door!" Mark Twain zei ooit: er zijn leugens, grove leugens en statistieken. Rosling heeft liegen met statistiek tot kunst verheven. Ik blijf nog even pessimist.
Nog een slotopmerking over de vertaling. Die heeft nogal te lijden onder Anglicismen. Dat uit zich in Amerikaanse vertelwijze, die hier en daar schuurt. Voorbeeld: “zo kan het aantal E.colibacteriën in een lichaam binnen een paar dagen exploderen…” = zo kan het aantal E.colibacteriën in een lichaam binnen een paar dagen explosief toenemen…
Voor de rest: veel onvoltooid verleden tijd waar voltooid verleden tijd passender was geweest. | 0neg
|
deze schrijver moet duidelijk nog veel leren, vond het hele verhaal slecht geschreven en zeer onprofessioneel | 0neg
|
Inspecteur Mike Mulcahy werkt bij Narcotica. Omdat hij geruime tijd in Spanje heeft gewerkt en Spaans heeft leren praten, wordt zijn hulp ingeroepen als op een avond een Spaanstalig meisje aangerand en verminkt wordt. Het meisje is een dochter van een Spaanse minister en daardoor ligt een diplomatieke rel op de loer. Om de gemoederen te sussen wordt besloten om Mulcahy tegen zijn zin tijdelijk toe te voegen aan de afdeling Zeden die deze zaak onder haar hoede heeft. Hij is niet de enige met onvrede over zijn detachering. Ook het personeel van de afdeling Zeden ziet hem liever gaan dan komen. Daarnaast krijgt Mulcahy nog te maken met een vasthoudende journaliste die vermoedt dat er iets aan de hand is en alles uit de kast haalt om uit te vinden wat.
Kruisiging is het debuut van Gerard ODonovan. Het verhaal concentreert zich voornamelijk op het werk en het privéleven van de politiemensen. Voor een boek met toegetakelde slachtoffers zoals het Spaanse meisje is er opvallend weinig aandacht voor hoe zij het een en ander doorstaan. Dit komt slechts spaarzaam aan de orde als het nodig is voor het politiewerk. Daar zou nog wat voor te zeggen zijn, als het politiewerk iets voorstelde. Dat doet het dus niet. De verdachte wordt uit onverwachte hoek aangereikt, waarna het een kwestie is van bewijzen bij elkaar zoeken.
Richting het einde van het boek heeft ODonovan meer kunstgrepen nodig om het verhaal rond te krijgen, zoals een inspecteur die een collega de mond snoert die alarm slaat. De climax van het boek komt niet vanzelfsprekend uit de voorgaande gebeurtenissen voort en lijkt daardoor effectbejag. Niet alle verhaallijnen worden afgerond.
ODonovan laat met zijn eersteling zien dat hij de personages waar hij aandacht aan besteedt van vlees en bloed kan voorzien. Het verhaal vertellen gaat hem ook goed af, alleen schort er verhaaltechnisch het een en ander aan. Kruisiging is een aardig debuut met ruimte voor verbetering.
Het boek doet wel vermoeden dat ODonovan beter kan. | 0neg
|
Jane Hill is een betrekkelijke nieuwkomer in de misdaadliteratuur. Ze debuteerde in 2005 met de psychologische thriller Grievous angel, dat in Nederland door De Boekerij werd uitgegeven onder de titel Sluimerend verleden. Veel indruk maakte het boek bij ons niet, hoewel het bij mijn weten nog steeds verkrijgbaar is. De lezers die toch ook haar tweede thriller, The Murder Ballad (2007), wilden lezen, waren daarvoor aangewezen op de oorspronkelijke, Engelstalige versie. Desondanks heeft uitgeverij De Kern een nieuwe poging gewaagd de Britse schrijver-standup comedian-radiomaker een plekje aan het Nederlandse crime-firmament te bezorgen door haar derde boek in vertaling op de markt te brengen. De titel: Laat niets los.
Het verhaal is gebaseerd op een origineel gegeven: de 35-jarige Beth Stephens heeft ooit als achttienjarige in San Francisco een man gedood en niemand die haar tot nu toe heeft ontmaskerd. Of beter gezegd: die ontdekt heeft welke rol zij in die dramatische gebeurtenis heeft gespeeld. Want over de ware toedracht blijft de lezer lang in het ongewisse. Het was zomer en Beth, die toen nog Lizzie heette, logeerde bij haar tante Joanna, een merkwaardige dame die er een nogal losse manier van leven op nahield. Op het gebied van de liefde bijvoorbeeld. Hoe het zit wordt Lizzie niet helemaal duidelijk, maar de man die zij bij Joanna thuis ontmoet, Rivers Carillo, lijkt toch wel haar liefdespartner te zijn. Dat weerhoudt hem er echter niet van ook werk te maken van Joannas achttienjarige nichtje, dat, op de drempel van de volwassenheid, zoveel volwassen mannelijke aandacht geweldig vindt. Maar voor Rivers Carillo is de vrijage met Lizzie niet meer dan een avontuurtje en dat valt zwaar tegen. Met de onverwachte dood van Rivers Carillo tot gevolg. Als Lizzie weer thuis komt, is zij een ander mens geworden. Ze heeft als het ware haar jeugd in San Francisco achterlaten, haar naam veranderd en als het verhaal begint, is zij een doorsnee, ietwat saaie lerares die van de achterliggende jaren een gesloten boek wil maken.
Dat dat niet helemaal gelukt is, wordt al snel duidelijk. Rivers Carillo is een spook geworden dat haar op de meest onverwachte momenten kwelt. Zit zij in een Burger King te eten, denkt zij hem ineens aan een tafeltje vlakbij te zien. Dat overkomt haar in principe overal en altijd reageert zij op dezelfde manier: zij vlucht. Zoals zij ook vlucht zodra iemand, volstrekt argeloos, vragen stelt over haar jeugd of over Amerika begint. Dan heeft zij plotseling migraine of moet ze hoognodig achterstallig correctiewerk doen. Aan betekenisvolle relaties begint zij uit principe niet. Vluchten is een levenshouding geworden.
De ontmoeting met de Amerikaanse standup comedian Zoey blijkt echter de spreekwoordelijke steen in de vijver. Beth loopt haar tegen het lijf in een café waar Zoey moet optreden en het klikt meteen. Na een eerste, vluchtige ontmoeting zoeken de vrouwen elkaar steeds vaker op en langzaam maar zeker begint Beth weer van het leven te genieten. Ze durft zelfs voorzichtig toe te geven aan de avances van Danny Fairburn, die al geruime tijd een goede buurman en dito vriend is, maar onmiskenbaar gevoelens koestert die verder gaan. Maar dan krijgt Beth op diverse plaatsen briefjes met de dreigende tekst: Vergeet niet dat ik je in de gaten hou,' met toevoegingen als 'Weet je nieuwe vlam wel hoe slecht je bent? Een vierde briefje vindt ze in de slaapkamer van een Edinburghs appartement: Vuile moordenares. Nu weet je hoe het voelt. Het briefje zit vastgeplakt in het bloed op Zoeys borst, die op gruwelijke wijze is vermoord.
Wie heeft die briefjes geschreven, wie heeft Zoey vermoord? Beth piekert zich suf, maar kan geen passend antwoord bedenken. Dat hoeft ook niet, want kort nadat zij het lichaam van Zoey heeft gevonden, meldt de moordenaar zich bij haar. En dan krijgt het verhaal een bijzonder verrassende wending.
Is Laat niets los daardoor ook een goed verhaal? Helaas niet. Hill is er niet in geslaagd van het op zich boeiende gegeven een spannende geschiedenis te maken; daarvoor is er te weinig ontwikkeling. Als het goed is, voegt ieder hoofdstuk iets aan het verhaal toe, zodat het mysterie ofwel steeds groter wordt of steeds verder wordt ontrafeld. In Laat niets los is daarvan geen sprake. Eigenlijk kun je, achteraf bekeken, best van halverwege het boek meteen door naar de ontknoping in hoofdstuk 43; dan heb je amper iets gemist. Laat niets los had een novelle kunnen zijn, een kort verhaal, maar voor een omvangrijker roman heb je vaardigheden nodig die Hill niet lijkt te bezitten. Maar misschien heb ik het mis en toont een volgend boek mijn ongelijk aan. Want dat komt er in ieder geval aan. | 0neg
|
Gaming and living in the virtual reality. Het verhaal - de zoektocht, een alles overheersende opdracht - is volledig in de ik-vorm geschreven. In een chronologisch logische volgorde. Niet erg spannend qua stijl, en opbouw. Een good guys bad guys plot, met een klassiek happy end dat je al vanaf de eerste hoofdstukken voelt aankomen.
Voorop gesteld. Het is niet mijn genre. Niet mijn wereld. Dat betekent niet dat ik dingen niet herken. Mijn zoon is ook zo’n geek (?) als de tiener Wade. Als je er voor pleit, zoals op het eind van het verhaal, naast het gamen vooral ook een echt leven te leiden met echte vrienden, had je er beter aan gedaan een verhaal over avonturen met vrienden te schrijven, in tegenstelling tot deze solistische vertelling in de eerste persoonsvorm. | 0neg
|
Ik had me weer enorm verheugd bij het kopen van deze pil van rond de 600 bladzijden. Helaas geeft Tomas deze keer een veel te gedetailleerd overzicht van allerlei gebeurtenissen rond wereldoorlog I.
Als documentaire zou het ongetwijfeld een hoge waardering krijgen, maar als "spannende boekenpil" verdrinkt het in allerlei details en wordt de vaart er dus telkens uitgehaald.
De kunst van het schrijven in onder andere dit genre is toch ook kunnen schrappen in de enorme hoeveelheid feiten?
Verder is het weergeven van de authentieke Duitse gesprekjes weer totaal mislukt. Meestal is het weer nep-Duits, net zoals bij de eerder verschenen trilogie Voor Koningin En Vaderland. (zie mijn recensie van King Kong).
Dat Ross de Duitse taal niet echt beheerst, valt hem waarschijnlijk niet kwalijk te nemen, maar hoe kan de uitgeverij dit opnieuw laten gebeuren? Worden de teksten bij Cargo/De Bezige Bij niet meer gecontroleerd door echt geschoolde medewerkers? Zorgen de vele verkochte exemplaren voor mentale vadsigheid en zelfgenoegzaamheid?
Conclusie: Geen slecht geschreven boek, maar helaas deze keer geen top-prestatie. | 0neg
|
Ik vond dit boek erg teleurstellend,het leest heel makkelijk weg maar de kinderlijke taal die de auteur gebruikt is echt ergernis nr 1 Ook is het verhaal zo voorspellend dat ik tot op het einde verwachtte dat er nog een plotwending kwam maar ook die kwam niet. Nee sorry maar dit is niet mijn boek. | 0neg
|
Een zevenjarig jongetje kijkt voortdurend naar zijn moeder. Naar haar schoonheid, haar zwarte haar en haar blauwachtige huid. Hun leven, dat zich afspeelt tijdens de dictatuur van de Argentijnse junta, bestaat vooral uit een aantal vaste gewoonten. Naar de theesalon, een bezoek aan de botanische tuin of het samen bereiden van een maaltijd.
De moeder van het jongetje is een jonge alleenstaande vrouw een heeft haar geheimen. Want regelmatig verlaat ze de woning zonder aan te geven waar ze naartoe gaat of wat ze gaat doen. Ook als ze terug is, spreekt ze er niet over. Het jongetje brengt daarom veel tijd door bij hun buurvrouw, Elvira. Tot het moment dat hij hun overhoop gehaalde woning aantreft.
Een heel mooi meisje begint met de zin 'mijn moeder was een heel mooi meisje'. Uit het woordje 'was' valt al op te maken dat het verhaal zich niet in het heden afspeelt. Dat blijkt aan het einde van het boek ook wel. Want het jongetje van toen is de man van nu. En in zijn herinneringen gaat hij terug naar de jaren zeventig.
Deze herinneringen zijn vooral die aan zijn moeder. Die hij leek te adoreren. Was hij gewoon een moederskindje of leed hij aan een oedipuscomplex? Dat laatste lijkt het meest voor de hand te liggen.
Het boek is niet overal even gemakkelijk leesbaar. Het ene moment is het boeiend, maar een ander moment is het oer- en oersaai. Dat komt het eventuele leesgenot zeker niet ten goede. Ook de als prozaïsch bedoelde zinnen zijn niet overal even begrijpelijk. Er zitten zeker mooie zinnen of beschrijvingen bij, maar veel daarvan is niet direct even duidelijk.
De herinneringen zijn van een man, maar het verhaal wordt in feite verteld door een zevenjarig jongetje. Het taalgebruik is daar niet altijd op afgestemd. Want voor een jongen van die leeftijd is dat regelmatig te complex en te veel vanuit de gedachte van een volwassene.
Aan het eind van het boek kan de lezer het idee krijgen dat de verteller met een onverwerkt trauma te kampen heeft. En dat hij daardoor niet meer weet wat wel of geen herinnering is. Dit trauma kan dan het gevolg zijn van de dictatuur van de junta. Dat wordt niet meer duidelijk en kan de lezer met vraagtekens achterlaten.
Hoewel Een heel mooi meisje in tot het beste Argentijnse boek van 2015 is verkozen, maakt het dat niet waar. Het is bij vlagen een wat vervelend boek om te lezen. En is het jammer dat de betere delen van het boek ondergeschikt zijn geraakt aan de mindere delen. | 0neg
|
Peter Straub is een Amerikaan van ver in de zeventig met een kleine waslijst met boeken. Na wat dichtbundels verscheen in 1973 zijn eerste horrorroman: Marriages. Julia werd in 1975 uitgegeven. Maar het is pas met Ghost Story (1979) dat Straub naam maakte. In zoverre zelfs dat Stephen King hem in het oog kreeg en hem de hemel in prees. Geen toeval dus dat beide heren sporadisch samenwerken. (The Talisman, Black House). Een derde boek wordt in het vooruitzicht gesteld. Peter Straub mag dan geen grote naam zijn, het wereldje kent hem wel. Wellicht daarom dat een van zijn eerste werken, Julia, opnieuw wordt uitgebracht.
Slechts vier hoofdpersonages dragen Julia, dat speelt in het Kensington van 1974. Dat was nog de tijd dat telefoons rinkelden, informatie opzoeken een exclusiviteit voor bibliotheken was, en Londen niet verzoop in een verkeersinfarct.
Julia Lofting, een Amerikaanse van goede komaf, woont al tien jaar in Londen, maar loopt net nu weg van haar dominante man Magnus. In een impuls koopt ze een riant huis vlak bij Holland Park. Nog met de makelaar aan de voordeur merkt ze in een flits een jong meisje met lang blond haar, dat sprekend op haar overleden dochtertje Kate lijkt. De volgende dag ontmoet ze het meisje opnieuw, verwikkeld met andere kinderen in een spelletje dierenverminking.
Het nieuwe huis speelt dadelijk zijn sinistere rol en wordt haast een levend wezen. De temperatuur in alle kamers is onregelbaar hoog, uit alle waterkranen druipt bruine smurrie en overal klinken kreunende geluidjes. Julia bezwijkt niet en ontvangt het meditatiegroepje van haar schoonzus Lily, met wie ze nog contact onderhoudt. Hier peddelt de heerlijke Ms Fludd door het verhaal. In het belang van haar geestelijke contacten, commandeert ze Julia met een vanzelfsprekend dedain, en doet haar in eigen huis van hot naar her rennen. Ik zou zo iemand meteen weer door het raam knikkeren, maar Julia schenkt dus een glaasje sherry. Als de seance eindelijk doorgaat, krijgt Ms Fludd dadelijk een teken dat Julia in doodsgevaar is. In niet mis te verstane bewoordingen bezweert ze Julia onmiddellijk te vertrekken. Maar Julia blijft en wordt stilaan bezeten door een groeiende sfeer van krankzinnigheid, al dan niet gestuurd door tal van magisch-realistische incidenten.
Peter Straub slaagt er in om de factor geloofwaardigheid stevig in handen te houden. Hij laat het magisch realisme aan de rand van het gebeuren en biedt de lezer de tweespalt aan tussen realiteit en fantasie. In combinatie met zijn goede schrijfstijl ben je geneigd het boek pakkend te noemen. Je zit voortdurend in het hoofd van Julia en in de tweede helft ook in dat van de drie andere protagonisten. Doch het onophoudelijk dolen van Julia, die van het ene ongelukje in het andere sukkelt, voortdurend wordt opgejaagd en aldoor onredelijke beslissingen neemt, maken dit verhaal tot een opeenstapeling van treurnis en doem. Ik zag met plezier de laatste bladzijde naderen. En dat is geen compliment. | 0neg
|
Dit boek heeft wat mij betreft twee verschillende kanten.
Het eerste deel van het boek zou wat mij betreft vier sterren mogen krijgen. Op zeer een rustige en geleidelijke manier wordt de sfeer in het Boek steeds grimmiger. En wordt er mooi beschreven hoe de figuur Theo op zeer sluwe en subtiele wijze onder pien haar huid gaat zitten. Ik zat met een knoop in mijn maag te lezen.
Totdat er een aantal verwikkelingen zijn in het boek en dan belanden we aan bij deel twee en dat vind ik wel zo abominabel slecht. Idiote ontwikkelingen, rare plotwendingen. Enorm clichématige dingen. Lege mobieltjes op het hoogtepunt, etc. Het hoofdpersonage pien dat zich ineens erg ongeloofwaardig gaat gedragen, kortom het lijkt bijna alsof dat laatste stuk door iemand anders is geschreven. En dan is het verhaal plotsklaps afgelopen en komt er nog een soort van epiloog waarin er nog wat verhaallijntjes afgeraffeld worden. En ook heel veel niet. En dan een werkelijk idiote eindzin waarin dan zogenaamd nog spanning mee opgeroepen moet worden. Mijn advies is stop na ongeveer 220 pagina's met lezen. | 0neg
|
Na een paar hoofdstukken heb ik dit boek weggelegd. Zelfs als luchtig tussendoortje kan ik er niet van genieten. Geen sterren dus. (Ik moest er wel eentje aanklikken om deze recensie te kunnen posten) | 0neg
|
Nogal overvolle historische roman over een boekbindster die door omstandigheden in het etnografische/pornografische wereldje van de 19e eeuw terecht komt. Ze verkent de grenzen van haar maatschappelijke en geestelijke positie als vrouw, waarbij ze ook nog eens kennismaakt met de dilemma's van relaties tussen blank en zwart. Doordat de schrijfster zoveel aspecten tegelijk wil belichten, gaat het nergens echt de diepte in en dat is jammer, want de stijl en het onderwerp spraken me wel aan. | 0neg
|
In het literaire (sub)genre 'faction' worden feiten ('facts') en verzinsels ('fiction') door elkaar gemengd tot één verhaal. Bij de lezer kunnen verwondering, verrassing en spanning echter alleen door de 'fiction' opgewekt worden: de 'facts' - of ze nu over bestaande of historische figuren gaan, of over actuele of historische gebeurtenissen - zijn immers al min of meer bekend, en creëren een herkenbaar kader waarbinnen het verzonnen verhaal zich kan ontplooien. In de factionthriller Cuba libre van de Nederlandse auteur Michel van Rijn wordt de fictie echter grotendeels verstikt door de overvloed aan feiten en personen. Het vraagt veel aandacht en doorzettingsvermogen om het verhaal te ontdekken dat zich als een donker draadje doorheen een duister bos van gebeurtenissen en personages slingert.
Op een congres in Frankfurt onthult Dr. Frank Hubner zijn nieuwste uitvinding, het Automated Lip Reading System (ALR) dat vanuit alle mogelijke hoeken kan liplezen. Dat wekt de aandacht van neonazi Günther Sievers, de ultrarechtse leider van Blood & Honour. Van zijn tante, kleindochter van nazi-kopstuk Wolfram Sievers, erfde hij namelijk een stomme film waarop Adolf Hitler te zien is in gesprek met Prescott Bush, vader en grootvader van George W. senior en junior. Günther ontvoert Dr. Hubner en laat hem met de hulp van het ALR de gesprekken ontcijferen. De inhoud is explosief genoeg om het hele Amerikaanse politieke bestel te kunnen ontregelen. Sievers wil het materiaal aan Raúl Castro aanbieden in ruil voor meer aanzien voor Blood & Honour. In Cuba doorkruist ene Axel de Saint Cyr - rokkenjager en kunstsmokkelaar - echter het pad van Sievers en Castro. Axel duikt voor de kust van Cuba naar de schatten van een oud galjoen, om ze illegaal uit het land te smokkelen, en dat is niet naar de zin van de Cubaanse autoriteiten. En er zijn nog anderen die de filmrol willen bemachtigen: de familie Bush natuurlijk, maar ook de Israëlische Mossad...
Geen zoet binnenlopende cocktail, deze Cuba Libre. Het boek opent met een triest record: na goed anderhalve bladzijde moest meteen naar enkele alinea's teruggekeerd worden omdat de draad van het verhaal zich dan al aan de lezer had weten te onttrekken. Kan ook aan de lezer liggen, zou je kunnen denken, maar de rest van het boek bewijst het tegendeel. Het dient gezegd: Michel van Rijn, ooit zelf een kunstsmokkelaar met internationale renommee, weet heel veel over heel veel. Hij stort het allemaal over de lezer uit in een onophoudelijke stroom van gedetailleerde informatie, soms geschreven in zo'n technisch koeterwaals dat hele passages gewoon onbegrijpelijk zijn. In Cuba libre zit wel degelijk een verhaal, maar het wordt de nek omgedraaid door het bizarre en onnodige verlangen van de auteur om de lezer voortdurend te willen imponeren met al zijn kennis.
En dan de personages... Die blijven maar komen, er komt werkelijk geen einde aan de reeks nieuwe personages die tot ver in het boek wordt opgevoerd. Aan hun psychologische karakterisering werd geen tijd verspild, die werd bijzonder eenvoudig gehouden: de mannen lopen allemaal achter hun pik aan - vaak ook het enige instrument waarmee ze 'denken' - en de vrouwen zijn rondborstige blonde apparaten (citaat) met lange benen waar ze van alles mee kunnen doen. De seksuele geladenheid is trouwens doorheen heel het verhaal permanent voelbaar en uitdrukkelijk aanwezig, en alles wordt plastisch beschreven. Het levert stukjes verheffende literatuur op als dit: "Ja, heerlijk, ik voel hem, fluisterde Karidad terwijl ze zich tegen hem aandrukte en zijn verbrande mond openbrak met een wild kronkelende, zoet smakende tong, die niet alleen zijn lippen maar zijn hele lichaam, inclusief de krioelende volière, in vuur en vlam zette." Je gaat er op den duur naar verlangen dat ergens in het verhaal eens een brave huisvader met twee bloedjes van kindjes en een wolkje als vrouw opduikt, maar helaas: voor 'normale' personages is geen plaats in dit verhaal, iedereen is 'over the top'.
Een gemiste kans is het wel, want met de grondgedachte van dit verhaal had een vlijmscherpe thriller kunnen gemaakt worden die zich moeiteloos naast Geheim dossier Odessa van Frederick Forsyth had kunnen scharen. Kennis en inzicht in de schaduwwereld van de maatschappij heeft Van Rijn meer dan genoeg, en hoe hij ook zijn best doet, hij kan niet verbergen dat hij intelligent is, maar de opbouw van dit verhaal is te verwarrend, het tabloidgehalte veel te hoog, en de personages zijn te kitscherig. | 0neg
|
Titel: Siren
Auteur: Kiera Cass
Uitgeverij: Van Goor
Jaar van uitgave: 2016
Aantal bladzijdes: 256
Zij is Kahlen. Hij is Akinli. Zij is een dienares van de Oceaan, hij heeft geen idee wat hij als hoofdvak op de universiteit moet kiezen. Hij heeft een bijbaantje in de bibliotheek en haar stem is dodelijk. De wegen (of wateren) van de twee kruisen elkaar en ongeacht wat de stemmetjes in haar achterhoofd zeggen, gaat Kahlen met Akinli mee. Ze bakken taarten en hebben een fijne tijd samen, tot Kahlen de benen neemt. Als ze maanden later Akinli opnieuw tegenkomt, kan het niet anders dan dat ze voor elkaar gemaakt zijn. Maar een fout zit in een klein hoekje en als ze per ongeluk ‘wauw’ tegen Akinli zegt, brengt dit meer gevolgen met zich mee dan alleen het in gevaar komen van het geheim van de sirenen.
Siren is, zoals het dankwoord mag geloven, het eerste boek dat Kass geschreven heeft. Ze was zeventien toen ze het verhaal van Kahlen en Akinli neerpende. De originele namen zorgen natuurlijk voor dat sprookjesachtige zeemeerminnentintje, maar maken het voor de lezer extra moeilijk om te onthouden. Toch, als je eenmaal aan het lezen bent, valt deze moeilijkheidsgraad mee. Hoewel het verhaal in de eerste persoon verteld wordt, wordt de naam van Kahlen vaak genoemd door haar medesirenen of door Akinli. Bovendien denkt Kahlen vaak aan deze jongen en draaien haar vriendinnen telkens om haar heen. Hoe meer er met namen gegooid wordt, hoe sneller de namen in het vocabulaire van de lezer komt!
Kass neemt risico met het schrijven van een verhaal over sirenen. Hoewel een sirene niet hetzelfde is als een zeemeermin, wordt de sfeer van 'De kleine zeemeermin' gauw gecreëerd. Zwemmen en ademen onder het water; een leven dat draait om de oceaan. Hoewel Ariël haar stem omruilde voor een stel benen en daardoor niet met Erik kon praten, komt Kahlens situatie overeen met dat van het bekende sprookje. Ze praat niet met Akinli, omdat hij anders gehypnotiseerd wordt en niet anders kan dan de zee in lopen. De verhalen over Ariël de zeemeermin en Kahlen de sirene kunnen goed uit elkaar gehouden worden, tot Akinli ’s avonds bij Kahlen kijkt. Kahlen ligt in bed en doet als ze slaapt, als Akinli zijn hand op haar voorhoofd legt en fluistert: ‘’ Jammer van deze zin, want prins Erik zou precies hetzelfde hebben gezegd. Met dank aan dit cliché wordt Siren een stuk kinderachtiger.
Over Kahlen gesproken: het is moeilijk om hoogte van haar te krijgen. Het is makkelijk te begrijpen wat ze wel en niet wil, maar haar stemmingswisselingen zijn frappant. Het lijkt op een gevalletje borderline, want op het ene moment staat Kahlen positief in de wereld en op het andere moment kan ze alleen maar huilen. Ze heeft ruzie met de Oceaan, maar heeft even later weer zo veel liefde voor haar dat ze het liefst zo dicht bij mogelijk bij haar wil zijn. Zo wordt je als lezer meegesleurd met de kanten die Kahlen opgaat.
Het drama-level volgt een stijgende lijn langs de plot. En eigenlijk is er te veel drama. Het ene probleem is nog niet over of het andere probleem springt in beeld. Na een tijdje ben je het als lezer een beetje beu. Wanneer gaat de zon nou eindelijk schijnen? Helaas is het too much… En hoewel er steeds meer drama ten tonele komt, hoe meer vragen er komen. Zo doen de sirenen er op een gegeven moment allen aan om geen contact met de Oceaan te hebben. Ze mogen bijvoorbeeld niet in plassen water staan of natgeregend worden, want dit water komt uiteindelijk in de zee uit en staat dus in contact met de Oceaan. Toch staat Kahlen uitgebreid te douchen. Hoe zit het met dit water, dat via het riool ook uitmond in de zee?
Een fijn detail om nog te noemen heeft te maken met het levensdoel van Kahlen. In de eerste hoofdstukken wordt het feit dat Kahlen liefde wil vinden en wil trouwen meermaals genoemd. Daarna verdwijnt dit doel een beetje uit beeld – althans, het wordt niet meer expliciet genoemd. Als Kahlen en de andere sirenen moeten zingen, zorgen ze ervoor dat een cruise schipbreuk lijdt. Op het schip bevindt zich een kersvers bruidspaar dat, gehypnotiseerd door de sirenenstemmen, in het water springt. Dit doet Kahlen heel veel pijn, maar hier wordt haar doel om te trouwen niet genoemd. Pas veel later komt het besef waarom dit Kahlen zo veel pijn doet en valt het kwartje. | 0neg
|
Elena Poniatowska is 50 jaar lang een goede vriendin geweest van kunstenares Leonora Carrington. Als eerbetoon aan haar in 2011 overleden vriendin schreef zij een roman over haar turbulente leven. De schrijfster hoopt met het boek vele mensen (in Mexico en ver daarbuiten) bekend te maken met het leven én werk van Leonora.
Leonora is de dochter van een rijke textielfabrikant uit Engeland. Van jongs af aan zet Leonora zich overal tegen af en zorgt steeds voor moeilijkheden. Keer op keer wordt ze van school gestuurd en haar ouders doen er alles aan om haar in het gareel te laten lopen. Wanneer haar ouders haar vrij laten vertrekt ze naar Parijs om een kunstopleiding te gaan volgen. Hier ontmoet zij de kunstenaar Max Ernst met wie zij jaren lang een wild leven leidt. Wanneer de tweede wereld oorlog uitbreekt wordt Max naar een concentratiekamp gestuurd. Leonora wordt gek van verdriet en moet zelfs worden opgenomen in een inrichting. Jaren later, wanneer zij getrouwd is met de Mexicaanse diplomaat Renato Leduc, ontmoet zij Max weer. Hoewel de twee elkaar niet kunnen vergeten vertrekt Leonora met Renato naar New York. Er volgt nog een tweede huwelijk, met Imre Weisz, met wie ze 2 zoons krijgt. Maar ook dit huwelijk strandt.
‘Leonora’ is een prachtige roman voor de fans van Leonora Carrington. Maar voor wie haar niet kent is het boek een erg interessante kennismaking. Ik ben helemaal geen kunstkenner en had eerlijk gezegd nog nooit van Leonora Carrington gehoord. Al lezende raakte ik wel nieuwsgierig naar haar werk en voordat ik het boek goed en wel uit had had ik al veel van haar werk op internet opgezocht. Het boek is een mooi compleet geheel. Achter in het boek zit een kort overzicht van het leven van Leonora, informatie over de schrijfster en leesclubvragen. Het enige wat ik miste in het 400 bladzijde tellende boek waren wat foto’s van haar werk. Want in en boek wat over het leven van kunstenares gaat mogen foto’s eigenlijk niet ontbreken. De schrijfster liet de wereld een grote erfenis aan kleurrijke, grappige, fantasievolle en waanzinnige schilderijen na die voor een groot deel te zien zijn op allerlei youtube-filmpjes http://www.youtube.com/watch?v=NDDc650j-zM. | 0neg
|
Erik Scherder, hoogleraar neuropsychologie is bij menigeen bekend door zijn optreden in De Wereld Draait Door en in DWDD University. Hier sprak hij bevlogen over het functioneren van het brein. In 2014 verscheen zijn boek Laat je hersenen niet zitten dat de invloed van beweging op de hersenen beschrijft.
Scherder begint zijn Singing in the Brain met het opnoemen van andere boeken over muziek en de hersenen. Wat is dan de reden voor nóg een boek? Hij geeft daar zelf antwoord op. In de eerste plaats vindt hij het onderwerp zelf fascinerend (is dit niet een belangrijke voorwaarde om aan een boek te beginnen?) en in de tweede plaats vindt hij het ‘boeiend om met de kennis van de verschillende neurale netwerken studies te bespreken waarin het effect van muziek bij mensen met aandoeningen van het centrale zenuwstelsel is onderzocht’. Dat laatste maakt hij meer dan waar. Het boek hangt van studies aan elkaar.
De meeste hoofdstukken, het zijn er vijftien, begint hij met een aantal quotes van artiesten of anderszins bekenden. Dan volgen de studies voorzien van zijn commentaar en gecomplementeerd met duidelijke kleurenfoto’s van, niet verwonderlijk, voornamelijk hersenen. Vervolgens wordt er afgesloten met een persoonlijk verhaal in een blauw/grijs kader. De noten plaatst hij onderaan de betreffende bladzijde. Dit zijn summiere en veelal onduidelijke verwijzingen, maar deze kun je weer opzoeken achterin het boek bij de literatuurlijst. Heel fijn is het register, maar helaas niet compleet. Het woord 'neurotransmitter', om maar een belangrijke te noemen, ontbreekt hierin.
Om het geheel amusant te houden worden er anekdotes verteld. Het is niet altijd even helder wat de toegevoegde waarde hiervan is. Zoals een kort verhaal over de dood van componist en organist Louis Vierne. Hij overleed tijdens zijn orgelspel. De auteurs van de studie waarin dit geval beschreven staat, twijfelen aan de doodsoorzaak. Zou de conclusie hier zijn dat muziek niet altijd geluk brengt?
Muziek en cognitieve functies, muziek en emoties, pijnbestrijding en muziek, zomaar een aantal onderwerpen uit het boek. Veelal langdradig en eentonig beschreven, maar wellicht komt dat omdat Scherder zo’n goede spreker is en dan verwacht je (wellicht ten onrechte) dat je hem hóórt terwijl je leest. Verderop wordt het interessanter. Daar gaat het over wat muziek doet bij mensen met dementie, ziekte van Parkinson, autisme en andere aandoeningen. Maar ook hier mist wat, het is zo hetzelfde allemaal.
Dit werk is geschikt voor lezers die niet terugdeinzen voor de vele hersentermen zoals: inferior frontale gyrus, somato sensorische gebieden en posterior Genu. En die niet schrikken van de hoeveelheid wetenschappelijke studies die aangehaald worden. | 0neg
|
Niet dat ik het slecht vond, maar genieten is niet echt het woord voor dit boek! De spanning is ver te zoeken in het begin. Het einde daarentegen is goed gevonden, maar je moet het in 1 stuk uitlezen want het is redelijk chaotisch. | 0neg
|
Toen ik het boek in handen kreeg moest ik gelijk denken aan De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween. Een boek dat ik niet heb uitgelezen. Ook het boek van Hendrik Groen pakte mij niet. Het is grappig dat hij (zou het werkelijk zo zijn?) een dagboek heeft geschreven over een jaar van zijn leven in een bejaardentehuis. Hij leeft en gedraagt zich daar als een kwajongen en probeert het dagelijkse leven zeker leuk te maken.
Het zijn leuke coloms voor in de krant of op een website, maar voor een boek vind ik het net niet boeiend genoeg. Waarschijnlijk heb ik ook het gevoel van humor niet echt. Het is wel boek dat makkelijk leest, het zijn overzichtelijke stukjes.
Maar helaas is het niet helemaal mijn genre. En gelukkig maar, verschil moet er zijn toch? | 0neg
|
ik heb m uitgelezen maar vond er werkelijk geen fluit aan. moet dan ook nog soort van humor bevatten, maar dit kon ik nergens terug vinden.
zal wel iets freuderiaans of jungeriaans zijn ofzo;) | 0neg
|
Elke is biologiestudente en worstelt met haar leven. Ze worstelt met haar genderidentiteit. Ze is blijven hangen tussen kind en volwassenen, tussen man en vrouw.
’s Zomers gaat ze naar haar oudtante Ko, die één is met de natuur. Ze helpt haar in de moestuin en ze constateert dat de vorm van het leven niet vanzelfsprekend is.
Eigenlijk voelt Elke zich als mens nergens thuis. Dan ontdekt ze ‘de wateraap’. Dit wezen voelt zich wél overal thuis, leefde soms op het land, soms onder water.
Dan gaat ze voor haar studie naar Wenen om te onderzoeken wat wat de missing link zou kunnen zijn tussen mens en aap: de ‘wateraap’
Het verhaal komt zeer traag op gang en kenmerkt zich door lange en moeilijk te begrijpen zinnen. Ik had de grootste moeite om te kunnen verplaatsen in de persoon Elke. Ik begreep haar gedachtegang niet en de geformuleerde zinnen kwamen onwerkelijk en vreemd op mij over.
Later in het boek, nadat ik mij echt door de eerste bladzijden heen heb geworsteld, liep het verhaal wat vlotter. Maar echt gemakkelijk te lezen is dit boek niet.
De boodschap, die de schrijver de lezer wil brengen is naar mijn idee ‘de worsteling met de identiteit’. Maar echt goed uit de verf kwam deze boodschap niet, vond ik. | 0neg
|
Ik heb dit boek gelezen en het was echt niks voor mij. Het verhaal vond ik niet leuk en ik ergerde me aan de schrijfstijl met veel woordgrappen en zelf verzonnen vergelijkingen. Bovendien vond ik het op de één of andere manier een beetje ordinair. Ik ben wel benieuwd of iemand het hier ook gelezen heeft en wat die ervan vindt. De reacties die ik over het algemeen tegenkom zijn lovend en dat verbaast me een beetje. | 0neg
|
Soms lees je een boek en ben je achteraf teleurgesteld dat je het hebt gelezen. Dit boek is er 1.
Het is geen thriller. Als romans (die ik nooit lees) zo geschreven worden begin ik daar ook niet aan. Onnodig veel personages, langdradig geblaat, het einde stelde weinig voor. | 0neg
|
Een boek met heel veel fouten, slechte zinsopbouw en niet zo'n geweldige plot. Ik had er stukken meer van verwacht als je de recensies zo mag lezen. Het lokt mij er in ieder geval niet toe om meer werk van deze schrijver te lezen. | 0neg
|
Net gelezen in mijn vakantie op Tenerife. Lekker boekje om op een vakantie te lezen, maar daar blijft het ook wel bij, het is niet bijzonder spannend maar het leest lekker weg. Vond haar andere 2 boeken beter. | 0neg
|
Met tegenzin uitgelezen: rommelig verhaal, met in de hoofdlijn ene Ronnie Wilson, die de aanslag op de Twin Towers op 9 september 2001 aangrijpt om zijn eigen dood te ensceneren. Slimme jongen. Of niet slim genoeg? Daarnaast gaat het vooral over postzegels, misschien leuk voor verzamelaars. Roy Grace' privéleven heeft nog steeds te lijden onder de inmiddels tien jaar geleden verdwijning van zijn geliefde Sandy.
Het hele boek is oninteressant, alsof Peter James helemaal geen zin had in het schrijven van Op sterven na dood. Breed uitgemeten dun verhaal met zeer veel uitleg, bijvoeglijke naamwoorden en overbodige frasen, ontaardend in een dikke pil. De teksten zijn hier en daar tenenkrommend slecht, met zinnen die - althans in vertaling - niet lopen of onjuist zijn. Mooiste voorbeeld hiervan, zoek de fout: "Zijn hele loopbaan was zijn werkplek één grote puinhoop geweest. Overal dossiers, onbeantwoorde post, zoekgeraakte pennen, bonnetjes en een bakje voor de uitgaande post ...".
Mijn gemiddelde beoordeling over de eerste vier delen is nu 2½. Eigenlijk ben ik wel klaar met Peter James, maar omdat ik graag zou willen begrijpen wat het is dat hem zo veel fans oplevert, ga ik sowieso ook nog voor deel 5.
[spanning 1, plot 2, leesplezier 2, schrijfstijl 2, originaliteit 2, psychologie 2] | 0neg
|
Eindelijk uit. Als was het helemaal op het eind toch nog een beetje spannend. In het begin ging het enkel over een meisje dat s’morgens en s’avond in een trein zat en buiten keek. Echt saai. Dacht is dit het boek waar zoveel over word verteld? Is dit als waar is de spanning? Dit is zo saai. Op het eind begon er een beetje meer spanning in te komen. Maar ik had al veel te vlug door wie de dader was. Al probeerde ze die te omzeilen. Zeker niet meer is zelf nog te weel 2 sterren maar 1 moet het al echt heeeel slecht zijn.
http://infoboeken.blogspot.be/2016/01/paula-hawkins.html | 0neg
|
I thought I had to read this book because it was so hyped, but I’m sorry I did. What happend and why? I think there must be people thinking they have to give up their live over such things, but write a book about suicide over such futility’s!! This can not help
Anyone . | 0neg
|
deze ress gerritsen is uitgegeven in pocket formaat
het is ook niet echt een thriller
het leest eigenlijk,als een spannende roman
het verhaal op zich,daar is niks mis mee,maar het blijft niet echt boeiend,
vind ik...
het is wel een goed kloppend verhaal en prettig te lezen | 0neg
|
Bij het lezen van dit soort boeken voel je je meestal een beetje een ramptoerist maar het verhaal van Jansons op t.v. maakte zo veel indruk dat ik dit boek wel wilde lezen.
Wat me vooral is bijgebleven hoe treurig het is, dat ook ouders in dit soort situaties als verdachte moeten worden gezien door de politie (hoe begrijpelijk dit vanuit het oogpunt van forensisch onderzoek misschien dan wel kan zijn).
En wat mooi was om te lezen, was de steun die de familie van het geloof ondervond. Kerkgenoten die zich als een cocon om de familie heen schaarden.
Aanrader: het interview dat Martin Simec met Arjen Jansons voerde voor de EO. Op deze pagina kun je doorklikken naar het betreffende interview:
link | 0neg
|
Primeur is geen product van een schrijver maar van een beginnende marketeer. Het verhaal is teruggebracht tot een verzameling overzichtelijke clichés. De misdaad tot een spelletje ganzenbord. De journalistiek tot een lachwekkende bordkartonnen wereld met platte poppetjes die je meestal in een pak hagelslag vindt. Om maar eens een cliché op te poetsen: een goede eindredacteur is goud waard, als de uitgever tenminste doorgaat met deze 'auteur'. Als je het verhaal eindelijk uit hebt, weet je wat de echte plot is. Weet je weer hoe marketing werkt en weet je wie werkelijk de dader is: de schrijver die ervoor zorgt dat je veel geld betaalt voor gebakken lucht met een bloedgeurtje. | 0neg
|
Bijzonder boek over een jongen die op zijn eigen school een aantal mensen vermoordt. Het verhaal bestaat uit brieven van zijn moeder waarin ze zich afvraagt waar het mis is gegaan, of zij misschien schuldig is aan zijn gedrag enz.
Wel een beetje langdradig maar een verrassend einde maakt het toch de moeite waard. | 0neg
|
Wat een bagger! De titel is verkeerd vertaald, want het gaat over Michelangelo´s NOTITIEBOEKJE, en niet om een mysterie. Verhalen lopen door elkaar, alhoewel Fiona´s verhaal op zich wel aardig is, maar alleen al de opening is zo ongeloofwaardig (hoe kan ze ineens van de ene in een andere situatie zitten), en andere verhaallijnen zijn zo dwars van het origineel dat het voor mij nog altijd een mysterie is wat de bedoeling van de schrijver met dit verhaal is geweest. Wat doet de misdaad in Miami en een moord in een zwembad ineens in het verhaal (en daar dan nog op doorgaan ook!)? Het zal wel een mysterie blijven, maar wel een waar ik in ieder geval niet de oplossing van weten wil! | 0neg
|
Ik kan niet zeggen dat dit boek mij erg heeft kunnen bekoren. Het is wel goed als luchtig tussendoortje, maar ik had meer verwacht toen ik las dat het om de ervaringen - op vlak van vrouwen en liefde - van een autistische geleerde ging. Don vond ik meer een karikatuur van een savant dan een echte autist.
De eerste hoofdstukken vond ik nog veelbelovend en grappig, maar later begon het steeds meer op een chicklit te lijken; je weet ook al heel snel hoe het uiteindelijk zal aflopen.
Ik heb er geen spijt van, dat ik Het Rosie project gelezen heb, maar Het Rosie Effect verdwijnt toch maar naar helemaal onderaan de stapel boeken die ik ooit nog eens wil lezen.
Uit dit boek heb ik geen geweldige citaten bewaard.
twee ** | 0neg
|
Eenmaal in het boek en over de helft leest het snel weg. De plot zit goed in elkaar en verrast je als lezer. Het einde is verrassend en zowel de plot als het einde had ik niet aan zien komen. Goed gedaan! Goede psychologische thriller met een origineel onderwerp! | 0neg
|
!In deze review komen spoilers en mijn ongezouten meningen in voor!
Review 12#
Paar dagen geleden was m'n moeder wezen shoppen en ze had ook iets voor mij gevonden. Ze vond van dit boek het bookazine. Ik was meteen verkocht, want tweede wereldoorlog verhalen interesseren mij.
Het verhaal:
Leon Leyson is pas tien jaar oud als de nazi's Polen binnenvallen en hij en zijn familie naar het getto van Krakau worden gedeporteerd. Leon komt in concentratiekamp Plaszow terecht, waar hij de dodelijke grilligheid van kampcommandant Amon Goeth moet zien te overleven. Tot hij door Oskar Schindler wordt opgemerkt en in diens fabriek aan het werk kan, ook al is hij zo klein dat hij op een kist moet staan om de machines te kunnen bedienen. Met een ongelooflijke hoeveelheid moed en doorzettingsvermogen weten Leon en een deel van zijn familie te overleven, maar uiteindelijk zal het lef van één man het leven van de Leysons redden: Oskar Schindler, en zijn inmiddels wereldberoemde lijst.
!Spoiler alert!
Zoals altijd lees ik dit soort verhalen een beetje sceptisch. Wat is waar, wat niet, wat is mooier gemaakt, is er door trauma iets verdraait enz. We weten het niet en zullen er nooit achter komen. Ik accepteer het verhaal zoals hij is.
Voor de tweede wereldoorlog sliep de hele familie op 1 bed. Vader, moeder, 4 zonen en 1 dochter. Hoe dan? Tegenwoordig is dit voor de meeste mensen onvoorstelbaar, maar vroeger moesten mensen met weinig geld dit wel doen. Je moet roeien met de riemen die je hebt.
Leon overleefde de getto van Krakow, concentratiekamp Plaszow en concentratiekamp Grob-Rosen. Doordat zijn vader voor Oskar Schindler werkte, kon een groot deel van zijn familie ’’veiligheid’’ geboden en laten werken voor Schindler. Schindler's lijst heeft hun en vele anderen het leven gered.
Na de oorlog zijn vader, moeder, Pesza, David en Leon over. Ze krijgen later te horen dat de oudste zoon Hershel is overleden (waarschijnlijk doodgeschoten.) Ze hopen dat de opeen na oudste zoon Tsalig nog leeft, al hebben ze al jaren het vermoeden dat hij in de gaskamers terecht is gekomen, naarmate de jaren verstrijken hebben ze de hoop opgegeven.
Pesza en David gaan het grote geluk zoeken in Tjecho-Slowakije en Leon wil mee. Maar moeder doet egoïstisch en wil tenminste 1 kind bij zich hebben. Helaas valt die zelfopoffering op de schouders van Leon. Maar zijn ouders zouden nooit geprobeerd hebben hun andere kinderen te weerhouden om het geluk te zoeken. Hoe bedoel je ongelijke behandeling. Had Leon ook lekker zelf laten kiezen.
Leon gaat samen met zijn ouders naar Amerika verhuizen voor een beter leven. Hij wordt handvaardigheid leraar, trouwt en krijgt kinderen.
Leon is 39 als hij Schindler weer ziet, en Schindler herkent hem meteen.
Verhaal was soms een beetje saai en gebeurtenissen werden snel afgehandeld, geen diepgang. Vooral in het laatste gedeelte van het boek gebeurde dat. Er gebeurde dit, er gebeurde dat. Er is een probleem, 2 seconden later is er een oplossing enz.
Achterin het bookazine waren foto's die je hielpen met het verhaal en het leven van Leon na de oorlog.
Conclusie:
Ook al was dit oorlogsverhaal een beetje saai en soms afgekapt, ik heb me redelijk vermaakt (misschien komt dat wel, omdat het onderwerp mij interesseert.)
Mooie foto's.
Krijgt een plek in m'n magazinebak.
Cheen | 0neg
|
Een mysterie: zes kinderen worden ontvoerd. Elf jaar later komen maar vijf kinderen terug. Verdwenen van Tara Altebrando is een van de vier boeken van de nieuwe YA-uitgeverij Young & Awesome. Waarom is dit een van de eerste vier uitgaven? De verwachtingen waren hooggespannen, maar maakt dit boek het ook waar?
Elf jaar geleden zijn zes kinderen verdwenen, ze werden nooit gevonden. Nu komen ze terug, maar ze hebben geen van allen een herinnering aan de afgelopen elf jaar. Avery is vijftien jaar als de kinderen terugkeren, maar haar broer Max komt niet terug. Geen van de vijf kinderen weet wat er is gebeurd, wie hen heeft meegenomen of waar ze al die tijd zijn geweest. Avery en Lucas, een van de teruggekeerde kinderen, zetten alles op alles om achter de waarheid te komen.
Het verhaal wordt verteld uit drie verschillende perspectieven: Avery, Lucas en Scarlett, ook een van de teruggekeerde kinderen. Hierdoor wordt het snel duidelijk wat het effect van de gebeurtenis is op de achterblijvers, én op de teruggekeerde kinderen. De opmaak van de hoofdstukken van Scarlett is wel bijzonder: in plaats van gewoon platte tekst zijn er inspringingen, tekentjes en lopen de woorden rondom door de pagina. Deze speelse opmaak maakt het lezen speciaal en is verrassend.
De proloog is sterk geschreven; door de ogen van Avery zie je de impact van de verdwijning op de eerste dag. Toch speelt het meer in op de emotie dan dat het spanning opbouwt. De wanhoop van de verdwijning en het verdriet is voelbaar. Deze wanhoop blijft de rode draad in de hoofdstukken van Avery.
De terugkomst van de jongeren is één groot mysterie. Waarom zijn ze terug? Waar zijn ze geweest? En waarom is Max niet terug? Toch weet Verdwenen niet de aandacht vast te houden: de spanningsboog is niet sterk genoeg om de lezer in zijn greep te houden. Het voelt meer aan als een whodunnit dan een thriller, je bent wel nieuwsgierig wat er gebeurd is, maar het is niet zo spannend dat je hart in je keel zit.
De love triangle – een veel voorkomend thema in YA-romans – passeert ook de revue. Helaas wordt er niet dieper in gegaan op de gevoelens van de hoofdpersonen, Lucas en Scarlett hebben het gevoel dat ze ooit samen waren, maar de achtergrond van hun gevoelens wordt niet echt toegelicht. Dit is jammer, hierdoor lijkt het een toevoeging zonder dat het veel impact heeft op de plot.
Tijdens het lezen blijft de verwachte plottwist uit, waardoor het verhaal een beetje doormoddert. Dit is vrij teleurstellend. Ook het einde voelt alsof alles toch nog even goed moest komen, het voelt afgeraffeld aan, met overhaaste beslissingen van de auteur om de laatste verhaallijnen aan elkaar te knopen. Al met al heeft Verdwenen niet zijn verwachtingen waargemaakt. | 0neg
|
De vroegere behandeling van vooral vrouwelijke psychiatrische patienten is echt heel schokkend om te lezen.
Ook nadat het boek is uitgelezen is er nog veel om over na te denken... | 0neg
|
De Don, een boek over Don Schothorst, een gevierd reclameman wiens leven aan elkaar hangt van verslavingen: in iets meer dan 200 pagina’s wordt zijn levensverhaal door Renée Kelder opgetekend. Haar schrijfstijl is eenvoudig met korte heldere en soms rauwe zinnen, die op zich prettig weglezen. Het probleem is alleen wát ze verwoordt.
Het boek is een pocherige lofzang op de reclame- en marketing capaciteiten van Don Schothorst, maar de nadruk ligt vooral bij het uitgebreid, tot in elk ranzig detail, beschrijven van met name zijn seksverslaving. Daarnaast wordt hij neergezet als een man die ervoor zorgt dat hij alles krijgt wat hij hebben wil, zowel zakelijk als privé.
De titel van het boek dekt de lading dan ook prima, zeker met de ondertitel: seks, drank & coke, de sensationele opkomst en ondergang van een reclameman. Don Schothorst ziet zichzelf niet als Don, maar als de enige, de beste, de belangrijkste. Om hem draait de wereld, en door maffia-achtige praktijken zorgt hij er voor dat hij alles krijgt wat hij hebben wil, en dat zonder enige scrupules en compassie voor de mensen om hem heen. Citaat uit het boek: “het was duidelijk wie de winnaar was.” Dé Don dus. Overigens heel kwalijk om tijdens het lezen te moeten ontdekken dat de reclamesuccessen die hij claimt, niet van hem zouden zijn.
Een boek met teveel gedetailleerde aandacht voor zijn drank, coke- en seksverslaving en veel te weinig aandacht voor de gevolgen hiervan voor zijn familie en kinderen, zijn pogingen tot afkicken en het opzetten van zijn eigen kliniek SolutionS. Een gemiste kans om lezers te laten inzien waar verslavingen vandaan komen en wat voor gevecht het moet zijn om een verslaving te boven te komen. | 0neg
|
De cover van Litteken (Sara Mesa) toont een foto van een vrouwenonderhemdje : lichte stof, afgewerkt met wat kant, diep uitgesneden decolleté en met de zogenaamde spaghettibandjes netjes opgehangen aan een kleerhanger. Op de keeper beschouwd is Litteken niet veel meer dan wat de kaft toont: de stijl is licht verteerbaar en het verhaal heeft niet veel om het lijf.
“De twintiger Sonia leert op een online platform een man kennen die zich Knut Hamsun noemt. Dat leidt tot een intensief contact en een langdurige internet-verhouding. Hij plaatst haar op een voetstuk en wil van haar de ideale vrouw maken. Zij raakt verslaafd aan zijn aandacht maar voelt zich ongemakkelijk bij zijn dwingende toon. Uiteindelijk besluiten ze elkaar in levenden lijve te ontmoeten. De gevolgen overzien ze geen van beiden.”
Deze flaptekst vat de inhoud van Littekengoed samen tot en met de voorlaatste zin. Wat mij betreft strookt de slotzin echter niet met het verdere verloop van het verhaal. Nadat Sonia en Knut elkaar hebben ontmoet, gaat hun hele geschiedenis … gewoon verder om zelfs met een anti-climax te eindigen.
De binnenkaft gewaagt verder van een 'subliem psychologisch portret'. Het bovenhalen van een dergelijk epitheton gaat er wat mij betreft los over. Er zijn heus subliemere psychologische portretten neergepend dan Litteken. Het verhaal is immers niet gelaagd en de psychologische uitwerking van de personages niet echt uigewerkt. De stijl is vlakjes en al zeker niet literair. Litteken is een wysiwygroman die enkel uit de hunkering naar het slot wat spanning puurt. Wanneer de ontknoping echter niet veel om het lijf blijkt te hebben, voel je je als lezer, nou ja, in je hemd gezet. | 0neg
|
Ik schrijf ook niet vaak een recensie, maar wat was het einde slecht! In het begin wordt je helemaal in het boek mee gezogen, maar naarmate je het einde nadert, blijkt het boek opeens een rasechte domper te zijn. | 0neg
|
Op zich wel een grappig boek, maar met een aantal feitelijke onjuistheden over de locatie waar het verhaal zich afspeelt (Amsterdam Noord). Als je met de bus bijv naar het CS gaat, ga je niet door de Coentunnel, maar door de IJtunnel; als je de Nieuwendammerdijk afloopt, kom je niet in het Twiske, etc. Aangezien ik zelf ben opgegroeid, begon ik mij zo te storen aan deze onjuistheden, dat ik het boek verder niet meer goed op waarde kon schatten. Jammer, want gaf mij het gevoel dat schrijfster weinig research had gedaan en zelf nog nooit in Noord was geweest. | 0neg
|
Jammer! Het is een mooi verhaal, de eerste helft van het boek is boeiend, mede ook door de afwisseling van het heden met de brieven uit het verleden. Dacht in eerste instantie een topper in handen te hebben.
Helaas is de tweede helft van het boek, verteld vanuit een ander perspectief, alleen maar langdradig om op het eind weer ietsjes op te leven. Vandaar maar 2 duimpjes, ik had er meer van verwacht. | 0neg
|
Van de oorspronkelijke sprankelende serie Q is met dit zevende deel weinig meer over en ik vraag me sterk af of de houdbaarheidsdatum niet is overschreden.
De verwikkelingen rond Carl,Assad en Rose worden vervolgd op een welhaast plichtmatige wijze. Adler-Olsen grabbelt allerlei al eerder opgevoerde dialogen bij elkaar en verwerkt dit in het verhaal. nergens verrassend, clichés te over. Natuurlijk ligt de lat hoog. de eerste 4 delen waren van hoog niveau, maar daarna wordt het ieder deel minder. Dit deel zakt ruim door de ondergrens.
Wat te doen. Als je het mij vraagt. stoppen (of althans enkele jaren) met deze serie. Ga weer de uitdaging aan van iets creëren. stand alone of een nieuwe serie. Tot die tijd mijmer ik over bijvoorbeeld alfabethuis, een stand alone van de buitencategorie of over de eerste delen van Q. Het zou een gedurfd besluit zijn, en de druk van de uitgever groot. De verkoopaantallen zijn immers onverminderd hoog.. | 0neg
|
'Vergeet de meisjes' is de derde roman van journaliste en schrijfster Alma Mathijsen (1984).
In Vergeet de meisjes krijgt de Amerikaanse journalist Fields de opdracht om de schrijfster Iris Kouwenaar van ) 'Antidote' te interviewen.Hij reist hiervoor naar Nederland en stuit daar op een muur genaamd Kay. Zij blijkt de vriendin/geliefde van Iris en het kost Fields grote moeite om deze muur, die Kay rond Iris heeft opgetrokken, te slechten. Het verhaal zit vol absurde situaties; zo sluit Fields zich urenlang op in een kast in de kamer waar de zieke Iris in bed ligt, laten bouwvakkers een boom door het slaapkamerraam van Iris vallen waardoor zowel zij als Kay gewond raken.
Omdat Iris, buiten Kay om, meewerkt aan het interview, rijst de vraag of de opsluiting in het huis van Kay vrijwillig is.
In feite draait het bizarre verhaal niet om een al dan niet succesvol interview, maar om de relatie tussen geit (Iris) en paard (Kay).
Dat het boek zich vlot laat lezen, komt door de kinderlijke/eenvoudige schrijfstijl; zeker niet door een boeiend verhaal. Hier en daar een wat gezochte filosofische uitspraak zoals: "Als er niets misgaat, valt er niets te vertellen".
Het volgende fragment uit het boek zegt veel over de auteur: " Een schrijver moet ontleed worden tot we haar begrijpen. En als dat niet lukt, hangen we het op aan talent".
Jammer, een gemiste kans. | 0neg
|
Deze recensie is, in tegenstelling tot wat je van een 1 sterrenrecensie verwacht, niet negatief. Het boek is op zich wel leuk, en de schrijfstijl is zeker goed. Alleen is dit boek leuker voor de jeugd dan voor de iets oudere Young Adult laser zoals ik. Ik ben sowieso al geen fan van sprookjes, maar in het kader van de #MafiReadalong van Blossom Books heb ik besloten dit boek toch een kans te geven. Ik vind de Touching Juliette serie superleuk, maar hier kom ik niet doorheen. Het verhaal krijgt mij totaal niet in zijn greep. Ik hoopte het zo snel mogelijk uit te hebben, maar bij 40% ben ik gestopt. Het ging gewoon niet. Ik zal het boek zeker wel aanraden voor de wat jongere lezers en voor mensen die van sprookjes houden. Het heeft veel weg van Alice in Wonderland en dat sprookje vind ik sowieso al niet leuk. Sprookjes en ik zijn gewoon geen goede combinatie en dat heeft Verdermeer maar weer eens bewezen. | 0neg
|
In de 8 hoofdstukken die het boek telt vertellen verschillende overlevenden van Mattias over hoe hun leven na zijn wegvallen verderging. Zijn vriendin Amber, gamevriend, vrienden uit de muziek, ouders en grootouders, ieder heeft zo zijn of haar eigen herinneringen en manier van het verwerken van zijn abrupte dood.
Het duurt lang voordat duidelijk wordt wat tot Mattias’ dood heeft geleid. Naar mijn mening duurde dit te lang waardoor het verder lezen meer een ‘moeten’ dan een ‘willen’ werd. Ik houd van dikke boeken met veel pagina’s maar was blij dit boek maar 120 pagina’s telde. Een niet pakkend of interessant verhaal. | 0neg
|
Hoewel de materie van het ontginnen van de kolenmijnen interessant is,, zijn de misstanden in deze branche na enkele tientallen pagina's wel duidelijk. Grisham bouwt om deze materie een flut verhaaltje wat kop noch kont heeft.
Het verhaal wordt slecht opgebouwd en kabbelt maar voort en wordt vervolgens in de laatste 25 pagina's afgeraffeld naar een eind waar geen enkele lezer tevreden mee kan zijn.
Andere boeken van deze schrijver zijn vele malen beter geschreven en passen ook in het genre thriller.
Als dit boek was geschreven door een onbekende auteur was het waarschijnlijk niet eens uitgegeven. | 0neg
|
Jaren geleden toen het boek uitkwam (en een hype was), heb ik De verborgen geschiedenis gekocht en gelezen. Ik kwam de titel tegen op Hebban en besloot het boek te herlezen, want er was me bijgebleven dat ik het een goed boek vond, maar het was ook niet echt blijven hangen als "geweldig". Soms kun je, door je leeservaring in de loop der jaren, een andere kijk op een boek krijgen, maar dat was niet het geval.
Ook deze keer werd ik gegrepen door het boek toen ik begon te lezen. In de proloog kom je meteen te weten dat er iemand vermoord is: Bunny. De ik-verteller, Richard Papen, vertelt jaren later hoe het tot deze moord is gekomen. Dat gebeurt in deel 1. Het tweede deel handelt over de tijd na de moord. Hoe vergaat het de vijf andere leden van de studiegroep Grieks na hun gezamenlijke moord op Bunny?
Ik bleef doorlezen in de verwachting een verklaring in de karakters te krijgen, een verdieping. Ook wilde ik graag antwoord op de vraag: hoe komt iemand als Bunny in de lesgroep voor Grieks terecht, want hij past totaal niet bij de andere leden van de groep en ook niet bij de zeer elitaire docent Julian. De rol van Julian is ook onbevredigend uitgewerkt. In het begin denk je dat hij de aanzet heeft gegeven tot de uit de hand gelopen gebeurtenissen.
Maar mijn irritatie groeide toen dat niet gebeurde. Eigenlijk waren het allemaal maar zwakke, banale, elitaire persoonlijkheden die zich, ten onrechte, zo veel beter voelden dan de rest van de wereld. Ik heb uiteindelijk moeite moeten doen om het boek uit te lezen. Ik heb het niet meer teruggezet in mijn boekenkast. Het ligt nu op de stapel voor de kringloopwinkel. | 0neg
|
Het boek heeft heel veel positieve recensies en het onderwerp spreekt mij erg aan. Vier verhalen over vier levens van mensen die zijn opgegroeid in het sociaal wonen project Caldwell in Londen. Als je daar kwam te wonen had je nog maar één doel: zo snel mogelijk weer weg. De schrijfster experimenteert nogal met de vorm. Zo doelloos als het leven soms kan zijn, zo probeert ze soms ook haar verhaal neer te zetten. Soms chaotisch, soms in de staat van alledag, soms wanhopig en vaak zoekend naar een identiteit. Ik vond het daardoor niet fijn leesbaar. Ik had moeite om de verbanden te blijven zien, die er soms ook gewoon niet waren omdat er alleen maar een pretentieloos nu is. Het lukte mij niet om een beeld te vormen van de woon- en leefomgeving en met de hoofdpersonen van het boek had ik geen enkele binding. Ik heb het boek uitgelezen omdat ik toch uitkeek naar een slot, maar ook dat ontbreekt. | 0neg
|
Op basis van de achterkant van het boek leek het verhaal me echt heel leuk. Ondanks de 'bouquet reeks' titel. Want ik schaamde me bijna als mensen konden zien welk boek ik aan het lezen was.
Het boek komt heel erg langzaam op gang. Pas rond pagina 200, dus al over de helft, begint het eigenlijk een beetje leuk te worden. Het verhaal wisselt ook in tijd. Omdat het boek zo langdradig is, is het soms moeilijk te volgen in welke periode je nu zit.. De eerste dagen las ik er maar weinig in, omdat het verhaal me dus niet echt pakte, en dan ben je al weer vergeten wat je de dag daarvoor had gelezen.
Ik vond de hoofdpersoon ook helemaal niet interessant. Ze is heel onnozel en naïef, terwijl ze 30 is. Dat stond me het hele boek echt wel erg tegen. Eigenlijk gebeurt er ook heel weinig in het boek. Terwijl de schrijfster er wel 365 pagina's voor nodig heeft.
Dus eigenlijk is er weinig positiefs te melden over dit boek. Eigenlijk vond ik alleen de kaft echt heel erg mooi. | 0neg
|
“Turbulent. Explosief. Dodelijk.” De woorden op de voorkant van Crash beloven veel goeds. De thriller van Jack Bowman lijkt een lust voor menig lezer. Echter, wie de eerste bladzijden gelezen heeft, valt in het grote gat der teleurstellingen. Bowman verwerkt in zijn verhaal zoveel geweld én zet protagonist Tom bij vlagen zó asociaal neer, dat Crash moeilijk te waarderen is. Een boeiende verhaallijn, vol actie, mag de thriller nog een beetje redden, maar een turbulent, explosief of zelfs een dodelijk boek? Nee, daar voldoet Crash in de verste verte niet aan.
Bowman vertelt het verhaal van Tom. Wanneer er een vliegtuig neerstort, gaat Tom met zijn collega’s onderzoek doen. Binnen de kortste keren wordt het dossier gesloten: een sigaret zou ‘de boosdoener’ geweest zijn. Dader gepakt, berecht, einde zaak. Maar dan blijkt deze conclusie onjuist te zijn. Halo neemt contact met Tom op en vraagt hem om een second opinion. Tegen de wil van Toms baas in, gaat Tom op onderzoek uit. Wanneer hij ontdekt dat er meer aan de hand is, brengt hij langzamerhand zichzelf en zijn omgeving in gevaar.
Bowman start zijn verhaal uiterst onaantrekkelijk. In slechts 21 pagina’s wordt het dossier rondom de vliegtuigcrash volledig gesloten, introduceert Bowman handenvol personages en gaat hij veel te beschrijvend te werk. Daarbij wekt hij met protagonist Tom eerder antipathie dan sympathie. Tom hanteert zeer grof taalgebruik, ‘gebruikt’ vrouwen, is licht ontvlambaar en toont weinig emoties: een man zonder hart, vol geweld. Naar mate het verhaal vordert, lijkt Tom meer begrip voor zijn omgeving te tonen en wordt hij menselijker. Echter, Bowman ontneemt je de kans Tom echt te begrijpen. Elke keer wanneer je Tom dreigt te begrijpen, onderbreekt Bowman Toms verhaal, om een hoofdstuk vanuit een ander personage te beschrijven: hoofdstukken die er niet toe doen, die het verhaal eerder ontkrachten dan verrijken.
Waar het concept van Crash voldoende kansen biedt om een spannend en aantrekkelijk verhaal te worden, maakt Bowman, door te grossieren in maffiaelementen, van het aantrekkelijke concept een wanproduct. Overvallen, moorden, crashes, ontvoeringen in een achterbak van een auto, te veel loos geweld: Bowman gebruikt simpelweg té veel elementen in zijn boek om het verhaal écht realistisch te maken. Wel vormen de verhaalwendingen een aantrekkelijk gegeven. Vanaf het moment dat Bowman Tom de kans biedt professioneel pokeraar te worden, bij een “maffiavereniging”, creëert hij een extra spanningselement dat de lezer in zijn greep houdt tot het einde van het verhaal. Daarbij weet hij de verschillende verhaallijnen perfect bij elkaar te brengen: de twee Toms worden langzaam één.
Het begin van Crash is turbulent en moeilijk te volgen door de te beschrijvende aard van het verhaal. Wanneer Tom naar Afrika trekt, en Bowman zich meer focust op deze verhaallijn (en daarbij andere personages meer laat varen), komt er meer rust in het verhaal. Mooie, levensechte dialogen sieren vanaf dat moment het verhaal en Crash wordt interessanter. Echter, het blijft een wankel evenwicht. Bowman laveert tussen het gebruiken van stilistisch geslaagde verhaalelementen en over-de-top-uitspraken of -gebeurtenissen. Waar Toms grove taalgebruik soms past binnen het verhaal, is het op andere moment volledig misplaatst: “‘Voordat je weet wat er gebeurt pleur ik je zó, huppekee, in een kooi vol geperverteerde lullebijters! Zo snel, dat je niet eens weet of je een strafkorting op je salaris of op je godvergeten taas hebt gekregen!’”
Ook het hoge verhaaltempo in Crash toont de twee zijden van een medaille. Bowman creëert een zekere mate van spanning door gebeurtenissen snel op elkaar te laten volgen en het verhaal te vullen met onverwachte en verwachte wendingen, maar verzaakt bij het aanbrengen van diepgang. De rol van de bloedmooie Ness lijkt vooraf al duidelijk en van Toms psyche krijg je niet écht veel mee; hij blijft bij vlagen de gewelddadige ‘lul’, terwijl hij op andere momenten zowaar een mens lijkt. Zoals gebruikelijk in een thriller loopt de spanning aan het einde van het verhaal hoog op. Bowman laat hiermee zien het een en ander in huis te hebben: Crash eindigt inderdaad turbulent, explosief, en in zekere zin dodelijk. Echter, menig lezer zal zich door de eerste tweehonderd bladzijden heen moeten worstelen alvorens hij écht mag genieten van de turbulente, explosieve en dodelijke elementen. | 0neg
|
Philippe Gautier woont in Parijs, waar hij muziekles geeft. Op een goede dag ontvangt hij een ansichtkaart van zijn ex-vrouw. Het is precies dezelfde kaart die hij ooit op die plaats voor zichzelf kocht. Dat zij precies die kaart kocht, maakt een en ander bij hem los en hij gaat overdenken hoe zij samen zijn gekomen, en hoe het daarna fout is gelopen.
Twee decennia eerder, nadat Philippe een aanstelling kreeg als docent aan het Conservatorium van Amsterdam, botste hij al op zijn eerste dag op de cellostudente Davide. Hun ontmoeting komt net op een ogenblik dat Philippe de sleur heel erg voelt binnensijpelen in zijn huwelijk, en van het een komt al snel het ander: Philippe begint iets met Davide. Zijn vrouw heeft het snel door, maar ondergaat lijdzaam. Het is echter slechts een kwestie van tijd voor Philippe tot een keuze gedwongen zal worden door de beide vrouwen in zijn leven.
Van elk waarheen bevrijd is een romantische, melancholische en bedrukte roman waarin een man van middelbare leeftijd gaat terugdenken aan een tijd toen hij nog jonger was en er nog keuzes gemaakt dienden te worden. Het leven heeft hem ondertussen ingehaald en de te maken keuzes worden steeds schaarser. De vraag rest of zijn keuzes wel altijd de juiste waren, meer bepaald als het op de liefde aankomt. Het is een soort roman waarvan er de laatste tijd heel veel verschijnen. Is het de maatschappij die meer dan ooit reflecteert en zich overgeeft aan nostalgische gedachten, of zijn het enkel de schrijvers die er last van hebben?
De schrijver heeft heel veel muziek in het boek verwerkt. Het hoofdpersonage is muzikant en geeft niet alleen les aan conservatoria, maar speelt zelf ook concerten. De lezer moet zich bijgevolg geregeld door een zeker jargon heen worstelen. Zelfs de bel kan in dit boek niet gewoon gaan:
Voor de kenner biedt deze aparte beeldspraak een meerwaarde, maar voor de muzikale leek staan er slechts woorden die niet met de plot te verbinden zijn. En de plot zelf, tja, veel heeft die niet om het lijf. Het is een zoveelste verhaal over een man die op een gegeven moment zijn vrouw bedriegt met een jonger iemand. Meer gebeurt er werkelijk niet, er zit geen bijzondere wending in het verhaal, de aanleiding tot het gegeven is ook niet anders dan wat we meestal lezen. Het verhaal kan maar matig boeien en wordt slechts opgerekt en uitgesponnen tot een volledig boek dankzij de verwijzingen naar de muziek, en voor een stuk ook door de breedsprakerige maar desondanks niet onaangename wijze waarop de schrijver het hoofdpersonage zijn verhaal laat vertellen.
Thierry Baudet (1983) is een Nederlands politicus en schrijver met Waals-Belgische roots. Zijn eerste publicaties bestonden uit politiek geïnspireerde non-fictie. Pas na een zestal van dit soort boeken, waagde hij zich in 2014 aan fictie met Voorwaardelijke liefde. Dit boek kreeg zowel lovende als afbrekende kritieken maar er was in ieder geval genoeg belangstelling voor opdat een tweede druk nodig was. Het is lang niet zeker of Van elk waarheen bevrijd dat ook kan waarmaken. Baudet heeft schrijftalent maar dat is voor dit boek niet voldoende. | 0neg
|
Charles Latimer komt in Turkije in contact met kolonel Haki. Haki is een fervent lezer en is fan van het werk van Latimer. Haki heeft een idee voor een boek en hij wilt dat Latimer er een boek van maakt. Tijdens dit gesprek komen ze op Dimitrios en Latimer raakt zeer geïnteresseerd in het leven van die man. Het blijft in zijn hoofd rondspoken en besluit dan op onderzoek te gaan. Latimer stuit op veel eigenaardigheden en raakt betrokken met een ander persoon die ook zeer geïnteresseerd is in Dimitrios . Een zoektocht die continu vragen op blijft roepen.....
Het masker van Dimitrios is oorspronkelijk geschreven in 1939 en aan de schrijfstijl van dit boek merk je dit ook. De onderwerpen die in het verhaal zitten verwerkt zijn hedendaags nog steeds aan de orde maar dan met andere hulpmiddelen en werkmethodes . Het verhaal komt heel langzaam op gang en hierdoor kon het mijn aandacht niet vasthouden. Op een gegeven moment vond ik het geheel wel langdradig worden . Spanning is er niet echt en je weet al vrij snel hoe het verhaal zich zal gaan ontwikkelen. Veel franse woorden/termen worden er in de zinnen gebruikt en dit zal veel lezers niet kunnen bekoren waardoor je wordt afgeleid. Ik vind het meer een politie/misdaadroman dan een thriller. Ben je fan van de boeken van Agatha Christie dan zal dit boek je zeker bevallen. | 0neg
|
Het onderwerp ( bipolaire stoornis )boeit mij heel erg maar de beschrijvingen m.b.t de tornado's vind ik totaal niet interessant en gaan te ver in mijn beleving. Na 100 blz wist ik nog steeds niet waar het boek om draaide . | 0neg
|
Dode lijken is het tweede boek in een nieuwe reeks bloedstollende en filmische thrillers." Zo wordt reclame gemaakt voor Lauryssens' nieuwste. En ze hebben gelijk. Dode lijken - moest ie ooit verfilmd worden - zou niet misstaan in Jan Verheyens Nacht van de Wansmaak. Met dat verschil dat in de Nacht nog wat kan afgelachen worden. Dode lijken is gewoon huilen met de pet op. Alle grenzen van het goede fatsoen vervagen. Zonder twijfel zal er in elk korps wel een zot rondlopen die niet anders doet dan flauwe, vettige, vulgaire grappen maken, maar te veel is te veel. En jammer genoeg valt er verder weinig te vertellen. Het verhaal houdt niet veel in: een man is van de Boerentoren geduwd, en een aantal missen wordt slachtoffer van aanslagen. Verder is er nog een zijsprongetje naar een Spaanse gevangenis, maar hoe dat relevant genoemd kan worden, is me een raadsel. Laat ons hopen dat dit voor Lauryssens maar een accident de parcours is. | 0neg
|
---OPGELET SPOILERS---
De Belg Hannes Wielant (1996-...) uit Vilvoorde, zette met Arkhaii een eerste stap in het sf genre en schrijverswereld. Hij schreef het boek op internaat in het leger alwaar zijn interesses hem brachten na studies burgerlijk ingenieur polytechniek.
Het verhaal: Arkhaii, de naam van het boek, zegt niets en toch alles. De mens heeft op een bepaald moment in de geschiedenis het eeuwigheidsserum gekregen. Dat dat niet over een leien dakje ging kan je je wel inbeelden en wordt gaandeweg ook duidelijk. Vladis en Kaïn, de twee hoofdpersonages, zijn Arkhaii, wat zoveel wil zeggen als een mens die de aarde nog bewoond heeft. Die tijd zijn we al lang, heel lang voorbij en drukt, als een drukpers dat doet op papier, al eeuwenlang op Vladis zijn hele doen en laten. De mensheid nu leeft in het heelal en bemannen Kolonisators, ruimteschepen soms groter dan een planeet, die andere planeten koloniseren en vernietigen puur voor de kracht er van. Heel dat proces is voor Vladis, die de mens geheel anders gekend heeft, meer dan een doorn in het oog. Kaïn daarentegen bekleed een heel andere positie in het verhaal en ziet, door z'n levensverhaal en wie hij is, de dingen anders. Het moment dat de vijand in het verhaal de eerste keer toeslaat verschijnt ook Kaïn op het toneel en worden de broers enige tijd later herenigd in een laatste rechte lijn richting dood of de gladiolen.
Tot daar het goede nieuws. Lege karakters, ongeloofwaardige gebeurtenissen, gevoelens die er niet zijn door het verkeerd weergeven ervan, en dan de invalshoek. Verteld uit de eerste persoon in de tegenwoordige tijd, door twee karakters. Het zet een rem op de inleving en voelt raar aan van in het begin en betert nooit. Integendeel, sommige stukken zijn (vooral als hetzelfde moment op hetzelfde moment wordt verteld vanuit het andere standpunt) hemeltergend. Je hebt langs de ene kant, intellectuele, ........... depressieve Vladis en aan de andere Kaïn, zijn broer, te stereotiep, het tegenovergestelde. Daardoor voelde ik me nooit één met hen, integendeel ze worden vervelender naarmate het verhaal vordert tot je geen voeling meer hebt met hen en dan rest enkel nog het verhaal. Dat verhaal is een aanklacht tegen de maatschappij en het leven dat we lei(ij)den. Al zit het vol gaten en gaat het van zeuren naar zagen toch is dat wat me deed verder lezen, mij het meeste aantrok in dit boek. Niet dat het overeind blijft maar hier zaten echt wel goede ideeën in om meer mee te doen. Zowel op sf als menselijk en maatschappelijk vlak worden de juiste vragen gesteld maar verkeerd beantwoord.
Waarom ik het las: Omdat ik hou van het genre en te veel over de kleine en grote wateren kijk om mijn ding te vinden doe ik af en toe de oogkleppen af en kies ik een Belgische/Nederlandse schrijver met een goed idee.
Plus: Ideeën. Net zoals het grondidee zitten er wat goede ideeën en vondsten doorheen het verhaal verweven. Maar zoals alles bij dit boek is het niet goed uitgewerkt, ongeloofwaardig en/of te weinig aandacht aan besteed.
Min: Het merendeel. De manier waarop het verhaal in de ik vorm verteld wordt en dat enkel door twee personages is volgens mij in deze een totaal verkeerde keuze en voelt raar aan vanaf het eerste moment. Irritante en ongeloofwaardige personages in een veel te bekrompen en kleine wereld die een verhaal als deze net nodig heeft om te dragen. | 0neg
|
Dit was echt een kat in de zak, 43% gelezen, wat mij betreft teveel.
Slappe schrijfstijl, platte karakters. Ik kon me niet onttrekken aan het gevoel in een "en toen... en toen... en toen ...."-relaas van een zure wannabee-auteur te zijn beland.
Voor wie wil zwelgen in medelijden, boosheid en angst zonder diepgang of inspiratie. | 0neg
|
Wat een vreselijk warrig boek. Als je naar het verhaal luistert, is er haast geen touw meer aan vast te knopen. Je leest niet zo gemakkelijk even terug hè...dus ik heb het maar even opgegeven en het boek van mijn mp3 speler verwijderd. | 0neg
|
Helaas vond ik dit boek wat tegen vallen.
De overgave van Floor was spannender en leuker om te lezen.
In dit deel, het spel van Floor, lag de focus van het verhaal naar mijn idee te veel op de nieuwe baan van Floor. Het verhaal werd hierdoor wat langdradig en saai.
Gelukkig heb ik nog hoop voor het derde deel. Het boek werd afgesloten met een preview van het volgende deel, wat mij wel erg spannend leek. | 0neg
|
Waarschijnlijk ben ik een van de weinigen die niet dolenthousiast is over dit boek. Af en toe had ik het gevoel dat ik wat stijl betreft een jeugdboek zat te lezen. Niks mis mee, maar het is volgens mij niet als jeugdboek bedoeld. Het staat vol met oorlogfeitjes, wat waarschijnlijk goed is voor degenen die niet veel van WW II afweten en dat zullen er steeds minder zijn maar voor mij was dat niet nodig. Ik vraag me zowieso af of de mensen zelf wel zoveel informatie hadden in die tijd. In dit boek wordt echter beweerd dat de Amerikanen meteen grote successen in Azië behaalden maar dat klopt niet. Ze kregen vooral het eerste jaar flink op hun donder en werden overal teruggedreven. Pas in Juni 1942, na de slag om Midway kwam het keerpunt. Dat was dus een jaar later en toen ging het nog een hele tijd erg moeizaam.
Maar goed, terug naar het verhaal. Ik had graag wat meer uitdieping van de karakters gezien. Het blijft allemaal te feitelijk. Pas aan het eind komen er wat meer spanningen en komt er emotioneel wat meer los maar voor de rest vind ik het, ondanks en misschien juist mede door het zware onderwerp, een vrij vlak boek. Daar had veel meer ingezeten. | 0neg
|
Opbouw verhaal erg spannend, climax en de plot vallen tegen..
Doet afbreuk aan de inhoud van t boek. | 0neg
|
Deze melancholische mijmeringen over de laatste stuiptrekkingen van het Ottomaanse Rijk verzandt in sentimenteel en oppervlakkig proza. Bordkartonnen personages die terechtkomen in overdreven soaptoestanden. Misschien dat er taalkundig iets verloren is gegaan in de vertaling, maar de Nederlandse versie voelt op de verkeerde manier gedateerd aan: als een ruggengraatloze jeugdroman uit de jaren zestig. De geschiedenis waarin dit epos geplaatst is - de overgang van het sultanaat naar de seculiere Turkse samenleving van nu - levert een interessant uitgangspunt op voor een beklijvende historische roman. Helaas laat Ayse Kulin nostalgie en nationalisme de boventoon voeren, terwijl zij pijnlijke episodes, zoals de Armeense genocide, achterwege laat. Turkije wordt in het verhaal simpelweg uiteen gereten door boosaardige westerse inmenging en gewelddadige buurlanden die oorlogen aangaan. Het einde van een tijdperk wordt erg eenzijdig ingevuld vanuit een vals soort nationalisme dat geen recht doet aan de complexe werkelijkheid. | 0neg
|
een rommelig verhaal,
zeker in het begin. ik vind het jammer,want andere titels van deze schrijfster zijn beter. | 0neg
|
Jessica Knoll groeide op in de voorsteden van Philadelphia en verhuisde naar New York in de hoop fulltime schrijfster te kunnen worden. Ze werkt als redacteur bij Cosmopolitan en SELF.
Ze woont samen met haar echtgenoot in New York City.
De cover vind ik niet boeiend. Een donkere roos. Het gelukkigste meisje zal waarschijnlijk niet de gelukkigste meisje ter wereld zijn.
De achterflap laat aan mij zien dat het een goed boek moet zijn en dat me heel wat te verwachten staat.
Het boek begint over Ani Fanelli die samen met haar verloofde Luke bezig is met de cadeautjeslijst voor hun huwelijk dat over vijf maanden is.
Luke heeft een goede baan en er staat een overplaatsing voor Londen te wachten wat ook nog een aanzienlijke verhoging geeft boven zijn Royale bonus.
Ani is redacteur bij The Women’s Magazine en schrijft vooral over seksonderwerpen.
De hoofdstukken wisselen elkaar af in het heden en verleden.
Ani heet eigenlijk Tifani. Dat heeft ze veranderd toen ze ouder werd. Het verleden speelt zich af in de tijd dat Tifani 14 jaar is.
Ze was in een zomervakantie samen met een vriendin gaan experimenteren met wiet. Tifani kreeg hier de schuld van en is van de katholieke school St. Theresa’s naar The Bradley School gegaan.
Daar ging de wereld voor haar open. De verschillen van de stoere groepen en de buitenbeentjes en waar je bij wilt horen. Tifani wilde maar al te graag bij de stoere groep horen. Hierdoor gebeurt er ontzettend veel waaronder een groepsverkrachting. Tifani worstelt enorm met wat wel kan en wat niet. Wat het juiste is en wat niet. Hier blijft het niet bij en uiteindelijk gebeurt er iets verschrikkelijks waarvan ze ook nog van beschuldigd wordt.
Als we in het heden zijn gaat het erover dat Ani mee gaat doen met de documentaire over die tijd op de Bradley en over de voorbereidingen van haar huwelijk.
Mijn mening over het boek is niet zo positief. De hoofdstukken waren lang en langdradig geschreven. Ik kon moeilijk in het verhaal blijven en moest het af en toe een stukje teruglezen. De spanning wat ik van het boek had verwacht was zeer ver te zoeken. Ik geloof dat er maar een paar hoofdstukken wat spanning had. Verder leek het op een tragische roman.
Door dit kon ik absoluut niet in de personages inleven en kreeg zelfs geen beeld van de personages. | 0neg
|
De blauwe kamer is geschreven door Georges Simenon. Simenon heeft het boek geschreven in 1964. Nu 25 jaar na zijn overlijden worden zijn boeken opnieuw uitgebracht. De blauwe kamer is als één van de eerste opnieuw uitgebracht.
Het boek gaat over Tony en zijn voegere schoolvriendin Andrée.
Als Tony terugkeert als getrouwd man en vader, krijgt hij een passionele affaire met Andrée. Ook Andrée is inmiddels getrouwd. Het feit dat ze getrouwd zijn weerhoud hun er niet van een affaire te beginnen. Ze ontmoeten elkaar 8 keer in de Blauwe Kamer van Hôtel des Voyageurs.
Het verhaal begint met de laatste ontmoeting in de Blauwe Kamer. Tony is bang dat hun relatie wordt onthuld en besluit deze te beëindigen. Andrée ontpopt zich tot een femme fatale en laat niet alleen Tony maar ook hun echtgenoten boeten.
Wat gebeurt is wordt je duidelijk tijdens het proces/rechtzaak. Het komt niet als een verrassing dat Tony gestraft gaat worden voor zijn verhouding met Andrée
Georges Simenon schrijft beeldend, maar het verhaal is traag en op sommige situaties wordt oneindig vaak op terug gegrepen, zoals de laatste ontmoeting. De verschroeiende passie, zoals beschreven op de flaptekst, wordt niet als zodanig ervaren. Van spanning is geen moment sprake.
De korte zinnen, maakt het lezen van het boek wel prettiger. | 0neg
|
De geboren en getogen Antwerpenaar Stan Lauryssens zag vijfenzestig jaar geleden het levenslicht. Na een levensloop die een thriller waardig is, publiceerde deze markante figuur met Dromen zijn bedrog dit jaar zijn tiende spannende verhaal rond de speurders van de moordbrigade van de gerechtelijke politie in zijn geboortestad.
Dromen zijn bedrog begint met de moord op een imam in de Antwerpse moslimgemeenschap. Het onderzoek van commissaris Sofie Simoens en haar jongens naar de motieven van deze op het eerste zicht onbegrijpelijke daad, legt verbanden bloot met extremistische moslimgroeperingen wier acties België in staat van beleg brengen. Maar Sofie heeft problemen om haar volle aandacht bij het onderzoek te houden, want nu ze als hoofd van de afdeling fungeert, beginnen de duivels in haar hoofd zich ook weer te roeren. Zal ze erin slagen schoon schip te maken op beide fronten?
Moslimterrorisme is een dankbaar onderwerp voor het enfant terrible van de Vlaamse misdaadauteurs. Rond dit onderwerp kan Stan Lauryssens, in zijn typische directe en plastische stijl, al zijn duivels ontbinden en alle populistische vooroordelen tegenover allochtonen ongebreideld spuien. Het siert de man dat hij de verloedering van de stad aan de stroom onder de aandacht wil brengen, maar of de manier waarop hij dit doet ook de beste is, mag zeker in twijfel getrokken worden. Het lijkt wel alsof het amper uitgewerkte spanningsveld in Dromen zijn bedrog enkel een excuus is om racisme en seksisme af te wisselen met belegen grappen van bedenkelijk allooi. Er zal wellicht wel een publiek bestaan voor dit soort lectuur, want anders lijkt het mij onmogelijk om tien boeken te kunnen publiceren bij eenzelfde uitgeverij. Misschien is het koren op de molen van een bepaald deel van de bevolking dat niets liever heeft dan dat al zijn vooroordelen nog maar eens zwart op wit bevestigd worden.
Achter de overigens zeer stijlvolle cover schuilt dus slechts een flinterdun politieverhaal, dat door een overvloed aan 'faits divers' en weinig ter zake doende bladvulling een zeer ongestructureerde indruk geeft. Feit is dat, kwalitatief gezien, Dromen zijn bedrog onder de maat blijft. | 0neg
|
Ik heb zelf gekozen voor dit boek en had er dus echt veel zin in.
Maar eenmaal begonnen viel het me heel erg tegen. Eerst dan maar een ander boek, daarna weer opnieuw gepakt en dit herhaalde zich een paar keer.
En nu heb ik heerlijk een beslissing genomen: ik stop ermee.
Misschien niet eerlijk omdat ik het niet helemaal heb uitgelezen, maar ik geef dit boek 1 duimpje, omdat ik er gewoon niet doorheen kwam. | 0neg
|
Vlot geschreven stijl, maar door de ongeloofwaardigheid van de hoofdpersonage vond ik het niet meer de moeite waard om het uit te lezen. Ik begrijp dat het boek onder de noemer chiklit valt en dus makkelijk leesbaar is maar ik zag geen verhaallijn, springt van de hak op de tak, en niet genoeg diepgang in stukken waardoor ik de essentie mis van het verhaal. Maar het meeste heb ik me aan Anne geërgerd, en aan haar vriendinnen waardoor ik het niet meer voor elkaar kreeg om het helemaal uit te lezen. | 0neg
|
Van een goed boek verwacht ik na een stukje lezen (bvb 's avonds voor het slapen gaan, of op de trein) wanneer ik het boek effen opzij leg, ik verder blijf denken aan- , en genieten van het verhaal (noem het een soort betrokkenheid met de personages). In dit verhaal heb ik deze belevenis nooit gevoeld. Ik vind het een oppervlakkig en goedkoop (slecht) verhaal. Wat mij zorgen baart is dat de uitgeverij Hebban refereert met 5 sterren. Dit vind ik ongepast, Ik deel deze mening alvast niet. | 0neg
|
Absoluut overroepen egotripperij van een hoogstwaarschijnlijk encyclopedische vrouw die haar kennis niet alleen overvloedig tentoonspreidt maar dit bovendien a rato van gemiddeld vijf-zes woorden per pagina in cursief laat verschijnen. Kwestie van de lezer voldoende attent te blijven houden voor haar kennis (vermeend?) van het duits, de psychoanalyse, de stratenplannen van wenen, de geschiedenis van europa....
Dit is voorwaar het eerste boek dat ik mezelf oplegde tot het eind te lezen zoals een masochist, om op het eind met kennis van zaken mijn ontgoocheling te kunnen ventileren. Commerciele stunt die de jury van de Hercules Poirotprijs ongeloofwaardig maakt. Spijtig voor de toekomst (ik heb al eerder hun eerste prijzen, zij het weliswaar niet allemaal, miskleunen gevonden). | 0neg
|
Subsets and Splits
No community queries yet
The top public SQL queries from the community will appear here once available.