text
stringlengths
4
22.7k
label
class label
2 classes
Het is 1944, het einde van de oorlog. De 14-jarige Tin en zijn vader glippen het water in om een rivier over te steken. De kogels vliegen om hun hoofd als ze naar de overkant zwemmen. Daar komt de jongen uit het water, maar is de vader nergens te bekennen. In het bevrijde gebied zet de verwarde jongen alles op alles om zijn vader te vinden. Wat zou er zijn gebeurd? Het is zijn schuld. Waar is papa? De twijfel neemt de overhand. Papa wordt niet gevonden. Het is zijn schuld. Dertig jaar later, Tin is 44. Met zijn vrouw, Vic, is hij op vakantie in Afrika. Tin heeft zich laten overhalen door Vic. Hij wilde hun dochter niet alleen achterlaten, bang om haar te verliezen zoals hij zijn vader verloor al die jaren terug. Ze worden aangehouden door een stel ‘negers’ die de tassen controleren. De bagage krijgen ze niet terug. Het is een voorbode voor een reis waarop zijn emotionele bagage de overhand neemt, zo gevormd is hij door de traumatische gebeurtenis dertig jaar terug, en hij alles kwijt raakt wat hem lief is. Het is 2004, Tin is 74 jaar oud en ligt in het ziekenhuis in Cuba. Door een ongelukkige val is hij in het ziekenhuis beland waar hij in een voor die omgeving bijzonder duur leren tuigje hangt. Zijn enige dochter, de reden om niet op vakantie te willen dertig jaar terug uit angst haar te verliezen, heeft met hem gebroken. Ze wil hem niet meer spreken. Haar leven is doorgegaan. Ze kan hem niet vergeven wat er op de reis in Afrika is gebeurd. Na zijn vader is hij ook zijn dochter verloren. P.F. Thomése (1958) is een veelzijdig schrijver. Hij is romancier, essayist en polemist. Hij is auteur van de in 1991 met de AKO Literatuurprijs bekroonde verhalenbundel Zuidland dat in 1990 verscheen bij Atlas Contact. Verder verscheen bij dezelfde uitgeverij het aangrijpende egodocument Schaduwkind (2003) over het verlies van zijn dochter en het sprookje Izak (2005). In De onderwaterzwemmer vertelt Thomése het verhaal van Tin met een tijdsinterval van twee keer dertig jaar. Het bestaat dus uit drie delen: Nachtrivier: Wellseind, 1994; Iets rechtzetten: Charleville, 1974; Boven water: Havana, 2004. Thomése begint het verhaal met een even beeldende als bijzondere openingszin. Van een auteur die bekend staat om zijn filosofische uitingen is het niet verwonderlijk dat de beschreven nachtrivier symbolisch moet worden opgevat. Echter wordt het al gauw verwarrend doordat de gladde start overgaat in een stroeve, langdradige reis, waarbij het ritme in de tekst niet altijd even lekker loopt en te veel te vaak wordt herhaald. De filosofische leus “Het is niet te geloven en daarom gelooft de jongen het ook niet.” (p. 19) wordt gedurende de hele tekst gerecycled en steeds, in die iets andere vorm maar met dezelfde redenatie, geïntroduceerd als een al dan niet nieuwe gedachte. Hiermee miskent Thomése zijn publiek. De kracht van de tekst, die zich in het subtiele zou moeten vestigen, is zo openlijk en in het gezicht van de lezer geduwd dat de kracht is omgeslagen in een zwakte. Het gehele verhaal lijkt zich af te spelen in het hoofd van de getraumatiseerde Tin. Wezenlijke dialogen zijn schaars, reproducties van dialogen in het hoofd van de hoofdpersoon alomtegenwoordig. In het kader van het trauma en de angsten van de hoofdpersoon kan dit een sterk punt zijn, indien het een functie heeft en het verhaal versterkt. Echter ontneemt dit de lezer de kans uit dialogen meer over de hoofdpersoon te weten te komen, zodat dit constante volgen van zijn gedachten eerder de tekst verzwakt dan versterkt. “Iets wat ontbreekt kun je niet denken, je kunt er alleen iets omheen bedenken.” (p. 88) In De onderwaterzwemmer wisselt Thomése af tussen filosofische diepgang en literaire oppervlakkigheid.
0neg
Dit was het eerste boek van John Sandford dat ik heb gelezen, en het zal ook wel het laatste blijven. Mijn kennismaking met Lucas Davenport en consorten was niet bepaald daverend. Er zijn verschillende alleenstaande dames vermoord; gaat het om hun geld, of is het misschien hun kunstverzameling die aanleiding geeft tot moord? Dat is niet duidelijk, dus moet Davenport op zoek naar de grootste gemene deler. Ondertussen speelt ook de zaak van de lokale politicus die zijn handen niet thuis kan houden. Op zichzelf interessant om twee zaken te verweven, maar het verband ertussen wordt nauwelijks uitgewerkt. Het gegeven van de wandkleden ("quilts") is veelbelovend; waarom wordt daar verder niet zoveel mee gedaan? Maar wat me het meest bevreemdt, is het feit dat twee personages die gewoon hun rol spelen in het verhaal, plotsklaps de daders blijken te zijn. Vanaf dat punt wordt alles verteld vanuit twee perspectieven, dat van de daders en dat van de degenen die jacht maken op de moordenaars. Niks mis mee, die truc is vaker vertoond, maar mij ontgaat volledig waarom de daders precies op dat moment hun metamorfose doormaken. Tel daarbij op dat er nogal eens in het wilde weg wordt gemoord in dit boek (los van de alleenstaanden) en dat de pogingen tot humor tamelijk flauw overkomen, en mijn beoordeling zal duidelijk zijn.
0neg
Leuke dialogen en scherpe beschrijvingen met een voor ons Europeanen vreemde fixatie op het onderscheid zwart-blank (vind ik toch). De plot en de spanning blijven jammer genoeg wat achter. Een redelijk verhaal dus.
0neg
Het verhaal is in het begin wat langdradig, maar aan het einde komt de vaart erin en wordt het toch spannend. Helaas wordt het aan het einde een beetje afgeraffeld en had de spanning beter over het hele boek verdeeld kunnen worden. Het hoofdpersonage Maeve laat erg over zich heen lopen, waardoor in het begin van het boek de nadruk hier vooral op ligt. Dit komt het boek niet ten goede. Je zou verwachten dat ze een keer goed van zich afbijt en dat het verhaal dan verder kan gaan. Helaas is dit niet het geval en blijft het boek hier een beetje op ingaan. De verhaallijn is verder wel goed uitgewerkt, maar mist in het begin de spanning en aan het einde komt de spanning maar dan is het boek ook ineens uit. Het heeft het net niet. Helaas.
0neg
Ik vond dit zeker geen goed boek, en dat terwijl ik me net weer had overtuigd een Nederlands boek te gaan lezen. Het had nog wel een prijs gewonnen, beste spannende boek van 2007, maar dat merkte ik niet aan de kwaliteit van dit boek. Het niveau ligt naar mijn mening erg laag, typisch Hollands en de personages zijn allemaal heel bijzonder en speciaal en beter etc. dan de andere. Het boek wordt niet echt spannend, al probeert de schrijver het wel. Dit boek smaakte niet naar meer van deze schrijver. Jammer.
0neg
Niet veel beter dan een willekeurig Bouquetreeks- romanetje. Beter uitgewerkt, want meer bladzijden, maar verder weinig boeiend. Zonde van je tijd.
0neg
Met American Assassin, oorspronkelijk gepubliceerd in 2010, nam Vince Flynn (1966) de lezer mee naar het begin van de carrière van seriepersonage Mitch Rapp. Flynn beschreef hoe Rapp gerekruteerd en getraind wordt door de CIA en hoe zijn eerste missies verlopen. In verband met de gelijknamige film die nu in de bioscoop draait, is het boek opnieuw uitgebracht. American Assassin heeft een intrigerende opening. Hierna gaat het bergafwaarts. De eerste helft van het boek staat bol van de gesprekken over hoe bijzonder en fantastisch Rapp is. Er wordt meer gepraat dan gehandeld. Geen goed teken voor een thriller die het vooral moet hebben van de actie. De weinig enerverende conversaties worden afgewisseld met Rapp die niet bijster opzienbarende dingen doet (waarvoor hij daarna dan weer de hemel in geprezen wordt). Het is allemaal een stuk minder spectaculair dan de auteur het ongetwijfeld bedoeld heeft. De training die Rapp ondergaat overtuigt geen moment. Bij aanvang is hij – zonder militaire achtergrond – meteen geweldig op alle vlakken van de training. Alleen zijn schiettechniek kan wat hulp gebruiken. Voor de rest? Beter in alles dan iedereen. Er wordt nog een slappe poging gedaan om dit te verklaren (Rapp is goed in lacrosse!) maar die poging faalt jammerlijk. Als lezer blijf je achter met het onbevredigende gevoel dat Rapp wat schiettips krijgt en dan, hup, is het tijd voor zijn eerste missie. Des te wranger is het dat Flynn in het dankwoord aangaf dat hij met dit boek wilde vertellen hoe Mitch Rapp 'Mitch Rapp' geworden is. Dat is nou net de vraag die American Assassin níet beantwoordt. Van ontwikkeling is geen sprake. Het boek wekt de indruk dat Rapp als ‘Mitch Rapp: superspion’ uit de baarmoeder floepte. Met de spanning is het ook belabberd gesteld, want die is niet aanwezig. Elke keer als er per ongeluk toch iets spannends gebeurt, dan grijpt het verhaal terug naar hoe Rapp in deze situatie is beland. Het is net alsof je een film aan het kijken bent waar bij iedere boeiende scène de camera wegdraait en er ‘eerder die dag’ in beeld verschijnt. Dit is enorm frustrerend. Alle actie slaat onvermijdelijk dood op deze manier. Er is niet genoeg ruimte om hier elk mankement op te sommen. Daarom een korte samenvatting. De dialogen zijn tenenkrommend slecht. Alles wordt voor de lezer uitgespeld en voorgekauwd alsof die zelf niet kan nadenken. Rapp beleeft een korte romance, maar dat is duidelijk een verplicht nummertje. Geen idee waarom dat erin zit. Het voegt niets toe. Zoals gezegd is de opening veelbelovend, maar de ontknoping hiervan beslaat amper dertig pagina’s. De aanloop ernaartoe – meer dan 90% van het boek – is totaal niet interessant. Een zinderende finale zou veel goedgemaakt hebben, maar die blijft uit. American Assassin kampt met een aantal onoverkomelijke problemen. Het heeft een kleurloze hoofdpersoon en een veel-woorden-weinig-daden plot. Dit leidt tot een thriller gespeend van actie waarin elke vorm van spanning ontbreekt.
0neg
In het begin is het boek best spannend, maar naarmate het einde in zicht komt erg onoverzichtelijk en ongeloofwaardig. Niet te vergelijken met De Da Vinci code.
0neg
Met dit boek heb ik me op de bank genesteld om op een regenachtige dag lekker door te kunnen lezen. Maar dat viel vies tegen. Het boek vond ik zeer langdradig en pas tegen het einde begon het wat op gang te komen. Ik hoop dat het volgende boek van Liza Marklund weer een stuk beter is, want ze heeft zeer zeker betere boeken geschreven.
0neg
Reality tv, een survivalwedstrijd met twaalf deelnemers die soms dingen als team moeten uitvoeren, dan weer opdrachten in kleine groepjes of alleen. Het wordt al snel ieder voor zich. De deelnemers zijn een dwarsdoorsnede van de maatschappij, een mix van gezond verstand, ambitie, luiheid, meeloper, leider, ... De opdrachten en vooral de requisieten worden alsmaar vreemder en wreder. Wat er buiten gebeurt weten ze niet. Wat is echt en wat is vals. Hoe ver zou men gaan om goede reality tv te maken? Heel ver blijkt. Tot blijkt dat het niet meer bij het spel hoort, dan wordt het pas echt zwaar en hard. Ik was niet gecharmeerd door dit boek. Het leest niet lekker door de bijnamen die iedere deelnemer heeft gekregen. Het was ook helemaal niet spannend. Ik had uit reviews al vernomen dat het niet zo'n geweldig boek was, maar een collega vond het toch wel goed, dus heb ik het ook gelezen. Helaas, het was het niet. Misschien is dit boek meer geschikt als film?
0neg
Door de ogen van Zoe, de rebelse, stoere meid met blauwe haren en een klein hartje, neemt Vivian Vande Velde ons keer op keer mee naar het begin. Het begin van het eind. Zoe kan namelijk de tijd, drieëntwintig minuten terugdraaien. Toch is onze blauwe rebel hier iets voorzichtig mee. Zoe heeft slechts negen keer de mogelijkheid om de tijd terug te draaien en vaak verslechterd de situatie door de stap terug in de tijd. Op het moment dat we Zoe leren kennen loopt zij de bank in, niet wetende dat er een overval zal plaatsvinden. Zoe bevindt haarzelf in een akelige situatie, wanneer de knappe, behulpzame en vreemde jongeman wordt doodgeschoten. Is er wel een weg uit dit bloedbad? Kan Zoe iedereen redden? Een 'tussen de middag'boekje is de beste benaming voor 23 minuten van Vivian Vande Velde. Het boek springt naar mijn mening van de hak op de tak, waardoor het echt in het boek komen wat lastig kan zijn. Eenmaal in de drieëntwintig minuten sleurt het simpele taalgebruik je binnen enkele uurtjes mee naar de laatste woorden waar het boek mee afsluit. Omdat Zoe de enige is, die op de hoogte is van haar gave, komt het boek soms wat zielloos over. Naar mijn mening had Zoe als hoofdpersonage iets meer aandacht en diepte mogen ontvangen, zodat het boek wat meer pit en spanning zou hebben gehad. De geheimzinnige jongeman in het boek krijgt een naam, maar geen echte persoonlijkheid. We leren hem oppervlakkig kennen en wanneer hij zo snel in Zoe en haar gave gelooft, valt het boek voor mij in duigen. Zo zonde, hier laat Vivian toch echt een paar steken liggen. 23 minuten is volgens vele een ijzersterke YA-thriller, maar voor mij... is het een aardig 'tussen de middag'boek, maar meer ook niet.
0neg
Ik heb dit boek wel uitgelezen, maar ik kwam inderdaad ook lastig in het verhaal. Héél erg voorspelbaar, wist eigenlijk gelijk al hoe het verhaal zou gaan. Het was lekker leesvoer voor bij het zwembad maar ik heb lekkerder leesvoer gehad.
0neg
2,5/5 Nou dit was een deceptie zeg! Enorm traag, veel te uitgebreid beschreven. Hele stukken die je zo over kan slaan zonder dat je iets mist. Ik vond het begin nog aardig, waar de zussen vernemen dat hun vader is overleden. Maar de uitwerking van de karakters was er niet. Zodra het verhaal het verleden inging, werd mijn interesse steeds minder. Personages zijn vlak en niet goed uitgewerkt, oubollig taalgebruik en veel details en namen. Saai is het woord dat blijft hangen na het dichtslaan van het boek. Trucje van de auteur op het laatst zodat je wordt verleidt het volgende boek te kopen. Daar hou ik niet zo van. Niet dat ik de volgende boeken nog ga lezen overigens.
0neg
Ik heb dit boek voor de leesclub uitgelezen, maar vond het een crime. Er komen veel moeilijke woorden in voor, terwijl ik ontzettend veel lees. Ook wordt er heel veel gefilosofeerd in dit boek en dat vond ik oersaai, terwijl de achterflap anders deed vermoeden. Ik ken bijna het hele oeuvre van Aspe en had mij zelfs op dit boek verheugd.Het is geen boek om lekker een avondje ontspannen bij te zitten. Je moet heel erg goed opletten waar het over gaat.. Niks voor mij. Vandaar mijn ene ster.
0neg
Pfff, ben ik blij dat het uit is. Wat een waardeloos verhaal. Er gebeurt helemaal niks! Er zit helemaal geen verhaallijn in dit boek. Een hoop gezeur over allerlei horloges en héél veel details en opsommingen over van alles en nog wat. Ja zo krijg je de bladzijden wel vol. En was dan de hoofdpersoon nog maar een sympathiek figuur maar ook dat is niet het geval. Ik heb het idee dat de Rosnay zelf in een schrijfcrisis zat toen ze dit boek schreef. Net als het eindelijk interessant gaat worden is het boek uit. Een afrader!
0neg
Het gebeurt niet gauw dat ik een boek als ‘slecht’ ervaar. Natuurlijk zitten er wel eens mindere tussen, en dan denk ik “Ach, het gaat, maar het kon beter.” Dat het ook slechter kan, weet ik sinds ik dit boek heb gelezen. Om te beginnen vind ik het een grote bron van ergernis dat het verhaal rammelt van de taalfouten en slordigheden. Om wat voorbeelden te geven: Een dialoog als: “Meen je dat echt?” zei Carole. “Nou en of” zei Carole. Haar moeder spreekt ze in het begin aan met “je” en later met “u”. Een trui die op de ene pagina rood is en op de andere pagina roze. En verder nog vreemde woorden (“leugenbeest”), kromme zinnen en niet-kloppende uitdrukkingen. Het verhaal zelf begint met een moord die zo ongeloofwaardig is, dat je direct weet dat het niet kan kloppen. Het kost dan ook niet erg veel moeite om te bedenken wat de ware reden kan zijn. Hierna verloopt het verhaal alles behalve ‘thrillig’. Het meisje vlucht en wordt weer gevonden, en zo gaat het enkele keren door. Tussen de vluchtpogingen en de ontdekkingen gebeurd er weinig meer dan wat geneuzel over Carole’s leventje. Aan het einde wordt de moord nog even tussen neus en lippen door opgelost, op een manier die al even geloofwaardig is als de moord zelf. Om het geheel af te maken wordt je op het allerlaatst nog getrakteerd op een tenenkrommende moraal. Ook vond ik de personages niet echt overkomen. Bij bepaald gedrag of bepaalde gedachten kon ik me niet voorstellen dat een ‘normaal’ mens zo zou reageren. Bijvoorbeeld al vrij aan het begin de gedachte: “Zou de vrouw geen ziekte krijgen?” Ik kan wel honderd andere dingen bedenken om je op dat moment druk over te maken, maar dàt hoort er niet bij! Persoonlijk vind ik 1 ster nog teveel voor dit boek, maar helaas hoort 0 sterren niet bij de opties.
0neg
"Het labyrint blijkt voor de schrijver een doolhof. De schrijver is vastgelopen in alle wetenschappelijke feiten en verliest het verhaal uit het oog." Veel te erudiet.
0neg
Het is in het begin even wennen, een boek waarin alle personages knuffeldieren zijn. Na een tijdje ben je het min of meer vergeten, en blijft er niet veel meer over dan een soort “noir” verhaal met echo’s uit hardboiled thrillers en films. De elementen die te maken hebben met het knuffeldierenleven (Waar komen knuffelbaby’s vandaan? Hoe gaan knuffels dood?) zijn te zwak om het verhaal echt te dragen. De schrijver heeft een poging ondernomen om dit soort vragen onder te brengen bij het overkoepelende thema van goed en kwaad, maar slaagt daar niet helemaal in. Leuk geprobeerd, maar niet meer dan dat.
0neg
De achterflap van ‘De verloren familie’ omschrijft dit boek van Jenna Blum als volgt: Peter, van Duits-Joodse afkomst overleeft de Tweede Wereldoorlog, maar verloor er zijn hele familie. In Amerika probeert hij een nieuw leven op te bouwen met zijn vrouw June en dochter Elsbeth. Maar onder de oppervlakte van zijn geslaagde nieuwe leven sluimeren de herinneringen aan de familie die hij heeft moeten achterlaten. De snelle veranderingen en spanningen van de naoorlogse jaren in Amerika kunnen niet voorkomen dat het verleden zich steeds meer aan Peter opdringt. Als hij zijn dierbaren niet nog eens wil verliezen, kan hij de zwaarst wegende herinnering van allemaal niet langer wegstoppen; die aan zijn verloren familie. ‘De verloren familie’ van Jenna Blum is een verhaal dat over de Tweede Wereldoorlog gaat, maar niet zoals je misschien verwacht naar aanleiding van de achterflap. Deze laatste zin op de achterflap deed mij vermoeden dat dit boek van Jenna Blum een verhaal zou zijn over díe verloren familie, en veelal herinneringen zou ophalen en de invloed daarvan op Peters’ huidige leven. Echter, het boek vertelt in drie delen, waarin achtereenvolgens Peter, June en Elsbeth aan het woord komen over de nasleep van de oorlog en de genoemde verloren familie. De indeling in drie delen met ieder een andere hoofdpersoon zorgen ervoor dat het verhaal op geen enkel moment helemaal de diepte ingaat. Alle emoties en personen blijven aan de oppervlakte, zonder ergens echte emotie te raken. Dit laat aan de andere kant ook zien wat juist die nasleep van de oorlog bij één persoon bij andere gezinsleden en generaties kan veroorzaken, maar toch heeft Jenna Blum hier een kans gemist. ‘De verloren familie’ is een boek over een familie die wordt verloren in WO II, en een tweede familie, verloren omdat men niet in staat is over het verleden te praten. De prettige schrijfstijl zorgt ervoor dat je het boek niet meteen weglegt, maar het is ook geen boek dat je in één ruk uit leest. In het boek zitten slechts twee momenten waarop Jenna mij weet te raken; als verteld wordt over het moment dat Peter zijn eerste familie kwijtraakt en als het moment aanbreekt dat hij een begin maakt om zijn tweede familie te redden. Want uiteindelijk weet Peter pas op de laatste pagina’s de stilte te verbreken en een begin te maken met het verwerken van zijn verleden, maar dit is veel te laat om het boek nog iets mee te geven. Een mooie boodschap, maar deze had eerder en beter uitgewerkt moeten worden. Dit boek krijgt van mij dan ook maar 2 sterren.
0neg
Frank Westerman heeft met de Slag om Srebrenica een boek afgeleverd wat naar mijn mening niets toevoegt aan eerder verschenen werk op en om de zwarte bladzijde Enclave Sreberenica. Feitelijk is het een samenvoeging en ingekorte versie van zijn eerdere werken de brug over de Tara en het zwartste scenario, Deze in het tijdsbeeld van toen geschreven boeken waren zeer lezenswaardig, maar het samenbundelen van deze twee boeken (ingekort) met daarna een een zeer magere toevoeging het naspel levert een wel heel goedkoop verkregen boek op. Teleurstellend!
0neg
Schrijvende advocaten zijn geen uitzondering in het genre. In eigen land hebben we bijvoorbeeld de bekende advocaat Geert-Jan Knoops met drie thrillers op zijn naam. Maar de bekendste schrijvende meester in de rechten is wellicht Scott “Presumed Innocent” Turow. Bij onze oosterburen is het strafrechtadvocaat Ferdinand von Schirach die ook als schrijver furore maakt. De ‘celebrity advocaat’ debuteerde in 2009 met Misdaden (Verbrechen) en stond daarmee meer dan 50 weken onafgebroken in de Duitse bestsellerlijst. Zowel van Misdaden als van zijn tweede boek Schuld werden de filmrechten verkocht en gingen, alleen al in Duitsland, in totaal meer dan een miljoen exemplaren over de toonbank. Zijn boeken verschenen al in meer dan 30 landen. De zaak Collini is na de twee verhalenbundels zijn eerste roman. Het kleine formaat van het boekje en de nodige lege bladzijden zorgen ervoor dat het verhaal nog net meer dan 150 pagina's beslaat, en dat is wel vrij dunnetjes voor een rechtbankverhaal. In De zaak Collini krijgt de jonge zelfstandige advocaat Caspar Leinen de kans van zijn leven om een eerste moordzaak op zich te nemen: de moord op een bekende Duitse industrieel. De zaak lijkt zo klaar als een klontje. De dader, de 67-jarige Fabrizio Collini, geeft zichzelf aan, maar zwijgt vervolgens in alle talen over het motief. Als Caspar erachter komt dat het slachtoffer de grootvader is van zijn beste jeugdvriend én dat Collini er niet op zit te wachten om verdedigd te worden, verandert zijn grote carrièrekans in een nachtmerrie. De zaak Collini leest als een non-fictie boek en wordt ook eigenlijk niet meer dan een feitelijk relaas waarbij Von Schirach een gevoelig (nationaal) thema aansnijdt: het slappe optreden van de naoorlogse Duitse justitie inzake de vervolging van nazioorlogsmisdadigers. Hij vertelt het verhaal zonder opsmuk, zonder veel aandacht voor karakterontwikkeling, zelfs zonder plot en het blijft allemaal erg afstandelijk. In dat licht gezien hoort De zaak Collini niet thuis op Crimezone. Maar door de “legal thriller” zweem in de flaptekst en dito cover, wordt de lezer een klein beetje op het verkeerde been gezet. Zeker omdat zijn eerdere boeken stuk voor stuk de hemel in worden geprezen, ook op thrillersites als deze. Eerlijk is eerlijk, De zaak Collini leest als een trein en de gekozen thematiek maakt op een bijzondere manier inzichtelijk hoe Duitsland blijft worstelen met zijn verleden. Maar dat alleen is helaas niet voldoende voor een hoge score op Crimezone. Gelegd tegen de thrillerlat komt De zaak Collini erg veel te kort en dat is jammer, want het verhaal bevat in potentie namelijk alle ingrediënten voor een sterke legal thriller, zoals we die kennen van bijvoorbeeld John Grisham. Hardcore (legal) thrillerlezers laten deze Von Schirach beter voor wat hij is om teleurstellingen te voorkomen. Hoewel De zaak Collini fictief is zullen liefhebbers van narratieve non-fictie er waarschijnlijk meer plezier aan beleven.
0neg
Dit is het eerste boek van Karin Slaughter dat ik lees. Het begon goed maar werd daarna, voor mij toch, wat langdradig. De spanning die in het begin werd opgebouwd, verdween volledig. Voor mij een niet zo'n geslaagde kennismaking.
0neg
George en Charlie werken beiden in een foto-ontwikkelzaak. Zonder dat ze het van elkaar weten zijn ze ook nog eens spion en werken ze voor hetzelfde spionagebedrijf. Dat ze in dezelfde foto-ontwikkelzaak werken blijkt een foutje van het spionagebedrijf te zijn dat nog nooit door iemand is opgemerkt. Op een dag komen ze in een situatie terecht die ervoor zorgt dat ze elkaar moeten opbiechten dat ze spion zijn. En laat ze ieder juist op dat moment een opdracht van hogerhand krijgen om de ander te vermoorden! Het deed me erg aan de film Mr. & Mrs. Smith denken. Ik weet niet wat de auteur met dit boek wil. Het is niet serieus genoeg om te spreken van een spannende spionageroman, maar tegelijkertijd is het niet leuk genoeg om het over een geslaagde parodie op het genre te hebben. De auteur probeert het boek onderhoudend te maken door plotwendingen die je al ver van te voren ziet aankomen. De motieven van de personages om hun handelen te verklaren zijn niet overtuigend en het aantal toevalligheden is te groot. Al met al te weinig voor twee sterren, vandaar de ene ster.
0neg
noch spannend,Naar aanleiding van de televisieserie Missie Warmoesstraat, hebben de scenarioschrijvers Dick van de Heuvel & Simon de Waal een aantal boekjes geschreven over politiepastor Cas Wulffers. Van de serie zelf zag ik alleen de allereerste twee afleveringen die ooit gemaakt werden. Hoewel ze lang niet slecht waren, was ik er niet kapot van. Dit lijkt ook voor De dode hoek op te gaan. De plotidee is niet onaardig. Het gaat om de vraag hoe het komt dat een vrachtwagenchauffeur een omweg door de bergen maakte, terwijl hij kort tevoren zijn vrouw had gemaild dat hij zo spoedig mogelijk naar huis zou komen. Waarom na hij dan niet de snellere kustroute? Het lijkt erop dat de chauffeur in de Pyreneeën is verongelukt. Zijn truck is in een ravijn gevonden. Maar zijn echtgenote gelooft dat niet. Wulffers heeft ook zijn twijfels en gaat op onderzoek uit. Ook de setting is niet onaardig. In het boekje maakt de politiepastor met een bevriende patholoog-anatoom een reisje naar Frankrijk om het wrak met eigen ogen te zien. De auteurs beschrijven de afdaling in het ravijn. Al eerder was er een rondleiding door een Nederlandse pizzafabriek. Ik stel me zo voor dat Van de Heuvel & De Waal dat ook gedaan hebben bij hun voorbereidingen. Die beschrijvingen geven het boekje toch wat meer flair. Maar het wordt niet echt goed, noch spannend. In elke scène krijg je als lezer informatie over wat er door elk personages heen gaat. Hoewel dat niet altijd negatief uitpakt, biedt het verhaal daardoor minder verrassingen. Het blijft daarom een middelmatig werkje van auteurs die tot heel wat meer in staat zijn. Tot slot vraag ik me nog af wat de titel betekent. Deze doet mij denken aan de dode-hoekspiegels en aanvankelijk verwachtte ik dat deze politieroman daarover zou gaan.
0neg
Wie heeft niet tenminste wel eens gehoord van deze internationale bestseller? Mede hierom begon ik vol enthousiasme aan het boek, om naar gelang ik verder in het boek kwam steeds meer te verzanden. Ergens zag ik wel in waarom dit boek zo’n hoge ogen gooit, bijvoorbeeld om de bijzondere stijl en vaak sterke filosofische bespiegelingen. Op hetzelfde moment werd ik echter geen moment meegesleept in dit verhaal, over de driehoeksverhouding tussen Tomas, Tereza en Sabina. Mijn interesse in hun levenswandel, toch al niet erg bijzonder, begon me ook steeds minder te boeien. Dit komt vooral door de nogal afstandelijke stijl van Kundera, die van grote hoogte zijn hoofdpersonen observeert. En dat hij in het begin verklapt dat zijn hoofdpersonen toch niets meer zijn dan producten van zijn fantasie, helpt ook niet echt. Al met al blijft het boek hiermee nogal klinisch, kil aandoen. Vast interessant voor verheven intellectuelen, maar niet boeiend voor mensen die zich door een krachtig verhaal willen laten meeslepen..
0neg
Het huis aan de rivier gaat over een vrouw van middelbare leeftijd met een man en dochter die op een bepaald moment een achteloze tienerjongen dwingt om haar gezelschap te houden. Zij gijzelt hem en haar obsessief gedrag brengt haar in grote problemen. Ik vond het verhaal middelmatig maar ik kon mij ook moeilijk inleven omdat de personages zo bevreemdend waren: zowel Jez als Sonia reageren niet zoals ik het verwacht zou hebben maar waarschijnlijk maakt dat deel uit van de spanningsopbouw. Dit is een verhaal over traumatische ervaringen en rare wendingen in het leven. Het is zeker geen literaire thriller: niet literair en geen thriller.
0neg
Na de ijzersterke thrillers Het wraakgenootschap en De sekte leek het of de naam van Gregg Hurwitz in een klap in de top van de thrillerauteurs was gevestigd. Dat het moeilijk is een hoog kwaliteitsniveau te handhaven is inmiddels genoegzaam bekend. Zijn derde, in Nederland verschenen, boek De misdaadschrijver kreeg dan ook een lagere gemiddelde waardering van de lezer, terwijl het genomineerd is voor de CWA Ian Fleming Steel Dagger Award. Het maakt eens temeer duidelijk dat waarderingen altijd persoonlijk zijn en nooit voor iedereen gelden. Met zijn vierde boek, Vertrouw niemand, dat onlangs in Nederland is verschenen zal het niet anders zijn. Nick Horrigan, stiefzoon van agent Frank Durant, wordt met veel vertoon van macht van zijn bed gelicht. Een aantal jaren eerder is Durant, door een minder slimme actie van Nick, bij een laffe overval om het leven gekomen. Nick, wordt gesommeerd om in contact te treden met een terrorist die dreigt een kerncentrale op te blazen. Het blijkt echter dat de man een boodschap heeft voor Nick. Van Charlie, een voormalige kennis van zijn stiefvader, ontvangt hij een sleutel en een rugzak met bankbiljetten, maar vóór hij te weten komt waar de sleutel van is, overlijdt Charlie door een aanslag met explosieven. Wanneer ook Joseph Wydell, special agent en Hoofd van de inlichtingendienst, veel belangstelling begint te krijgen voor Nick, begrijpt hij dat hij niet voor een eenvoudig voorvalletje gezocht wordt. In een poging de waarheid te achterhalen blijft Nick eindeloos rondjes draaien, zonder ook maar enigszins wijzer te worden. Hij heeft geen idee waarom diverse mensen, onder wie President Bilton en Senator en presidentskandidaat Caruthers, zo overmatig in hem geïnteresseerd zijn. Niemand is te vertrouwen! Het wemelt van de verborgen agenda’s. Nick duikt in zijn verleden.om de oorzaak van de belangstelling te achterhalen. Maar op elke straathoek lijkt iemand te staan die iets van hen wil. Sommigen zijn zelfs op zijn leven uit. Het heeft er alle schijn van dat de oorzaak van het overlijden van Frank Durant, niet bekend mag worden. Gregg Hurwitz laat het verhaal midden in een bloedstollende actie starten. Die kunst is hem wel toevertrouwd. Maar wat moet je daarna, wanneer het lijkt dat het beste al in het begin is weggegeven? Dan zul je nog meer actiescènes moten geven. Op zich geen probleem, ware het niet dat Hurwitz kost wat het kost de titel van zijn boek Vertrouw niemand waar wil maken. Om die sfeer goed op de lezer over te brengen, scheept hij hem/haar met evenveel raadsels op als Nick Horrigan. Uiteindelijk werkt dat vermoeiend, al moet gezegd worden dat dit ook de nieuwsgierigheid opwekt. Maar steeds volgt de deceptie, niets wordt afgewerkt en kan achter gelaten worden. De spanning wordt ondergeschikt gemaakt aan de geheimzinnigheid en dat gaat ten koste van het verhaal. Het zal de lezer dan ook extra energie kosten om door te gaan. Je zou denken en verwachten dat dit alles uitgroeit tot een ontknoping die zijn weerga niet kent, maar niets is minder waar. Wanneer de mist rond de geheimzinnigheid is opgetrokken, blijft er maar één conclusie over, de start is spannender dan de finish.
0neg
Een spontaan kado van m'n vrouw. Erg goede recensies, dus een leuk kado. En ja, dan ga je aan het lezen en je wilt je vrouw natuurlijk niet teleurstellen, dat gegeven paard. Maar helaas. Heb het boek gelezen en geen moment gehad dat ik in het verhaal werd getrokken. Niet eenmaal echt nieuwsgierig geweest wat onze Thomas en Licia bond en scheidde. Gegeven de vele pluim recensies dacht ik dat het wel zal liggen aan het feit dat ik slechts af en toe een hoofdstukje tot mij kon nemen. Werk hè. Maar ook bij wat meer tijd en het tot mij nemen van meerdere hoofdstukken: het kon niet boeien.
0neg
Vol hoge verwachtingen ben ik aan dit boek begonnen. Voor mij was dit een tegenvaller. Ik kon moeilijk in het verhaal komen. De zinnen waren voor mij te lang, te geknutseld, teveel verwijzingen, enz.. Ik wilde wel weten hoe dit boek eindigde en heb me erdoor geworsteld. Het verhaal gaat over de familie Lambert. Een doodgewone familie met drie kinderen. De kinderen zijn al volwassen in het boek. De vader Alfred leidt aan Alzheimer en de moeder Enid is een verbitterde vrouw, die alleen Kerst belangrijk vindt. Garry, Chris en Denise hebben elk een eigen leven. Deze worden mee verwerkt in het boek. Voor Enid is het belangrijk om dit jaar nog eens iedereen thuis te krijgen voor Kerstmis. Gaat het lukken om er allemaal te zijn en hoe gezellig zal dat worden?
0neg
Ben het helemaal eens met Pieter (14/7) Paul (17/7) en Just (5/8). En waarschijnlijk met meerderen, die dit boek niks vinden. Het lijkt de laatste tijd dat bekende schrijfsters moeten schrijven van hun uitgever ofwel van henzelf maar ze hadden het beter kunnen laten. Naast Saskia Noort noem ik Karin Slaughter, Patricia Cornwell en die schrijfster van De ontsnapping (en De gelukkige huisvrouw). Het betreft allemaal hun laatste boeken. Daarvoor was ik vol lof.
0neg
na het lezen van de achterflap ben ik zeer enthousiast aan het boek begonnen. helaas is het boek zelf een heel ander verhaal dan de achterflap aangeeft en is de spanning ver te zoeken. Ik zou dit boek eerder een roman noemen.
0neg
Je hebt goede en slechte boeken, je hebt intrigerende en saaie boeken, je hebt ook boeken waarvan je je afvraagt of ze de draak steken met de lezer. De Noorse schrijver Johan Harstad maakte me vorig jaar met zijn Max, Mischa & het Tet-offensief erg gelukkig. De dikke pil die over een naar Amerika geëmigreerde Noorse schooljongen gaat, die toneelregisseur werd en al kris-krossend door het land zijn leven overdenkt, was net zo indrukwekkend als een Een klein leven van Hanya Yanagihara. Ik keek dus ook reikhalzend uit naar zijn volgende boek, dat hij bijna tegelijkertijd schreef met zijn opus dat de Europese prijs voor literatuur won (de twee voorgaande romans, Buzz Aldrin, waar ben je gebleven? en Hässelby, het demonteren is begonnen heb ik gemist). Heterdaad bevat de verzamelde verhalen rondom detective Heterdaad, van de fictieve schrijver Frode Brandeggen, die debuteerde met het epos Konglomeratische adem, met maar liefst 2322 bladzijden. Niemand wilde het echter lezen omdat het te avant-gardistisch was en er niet doorheen te komen was. De uitgeverij vernietigde de boeken. Brandeggen besloot het daarom over een andere boeg te gooien: hij schreef de ultra-korte avonturen van Heterdaad volgens het principe van het Franse Movement artistique de banalisme, een literaire beweging gericht op ‘het vermoorden van de spanning’. Wat er op neerkomt dat Heterdaad een misdaad ruikt, er heen gaat en de boosdoener op heterdaad betrapt: “Kip, ik heb je!”, waarna de crimineel zich onmiddellijk gewonnen geeft: “Heterdaad, je bent goed, te goed.” En dit in 15 verschillende varianten. Deze verhalen zijn echter slechts de top van de ijsberg. Het grotere, onderwater liggende deel van de roman bevindt zich in de voetnoten, geplaatst in het tweede deel van het boek, geschreven door ene (fictieve) voetnoot-specialist Bruno Aigner. Hij voorziet de verhaaltjes van commentaar en uitleg, waarin hij steeds meer vrijheid neemt en wegen inslaat die ons steeds verder weg drijven van Heterdaad, soms diep de film- en literaire wereld in, soms diep de lariekoek in, omdat Aigner zich niet altijd bij de feiten houdt en er soms op los fantaseert, zoals over zijn reis naar Australië. De lengte variëert van een eenvoudig “Hm”, tot pagina's lange verhandelingen. Voetnoten-romans, hoe intelligent of amusant ze ook kunnen zijn, zijn een nachtmerrie voor de serieuze lezer, vooral wanneer de voetnoten achterin het boek staan en je constant bezig bent van voor naar achteren te bladeren. De roman is dan ook absoluut niet geschikt als e-boek. In 2001 werd het boek Het kaartenhuis van Mark Z. Danielewski gepubliceerd, een boek waarin de helft van het verhaal in de voetnoten op betreffende pagina's te vinden is, maar ook in een ellenlange appendix achterin, en pagina's met voetnoten bevat waar de typograaf zich op heeft kunnen uitleven: schots en scheef, ondersteboven, doorgestreept, in spiegelbeeld of in een kolom zijwaarts bij het verhaal gedrukt. Andere pagina's bevatten slechts enkele zinnen of maar één woord, of teksten ondersteboven of op hun kant, of te lezen van beneden naar boven. Toch doen deze dolle typografie en de vele voetnoten niets af aan het verhaal: een ongebruikelijke leeservaring die zeker de moeite waard is. In 2009 kwam het aandoenlijk en onderhoudende De verzamelde werken van T.S. Spivet van Reif Larsen uit. Het is een verhaal over een 12-jarig jongetje dat flirt met de wetenschap. Zijn verhaal is rijkelijk versierd met getekende kantaantekeningen, die schema's of rijtjes bevatten die het verhaal illustreren en verdiepen. Een prachtig aanvulsel, dat totaal niet stoort bij het verhaal. De voetnoten bij het verzamelde werk van Heterdaad zijn andere koek, zeg maar gerust, wat taaiere koek. Het zijn losse op- en aanmerkingen op de verhaaltjes en de schrijver Brandeggen, die dan weer wel en dan weer niet leuk zijn. Soms zijn het forse uiteenzettingen over tal van verschillende onderwerpen, zoals de biografie van de voetnoten-schrijver, alles wat Brandeggen's vader haatte (bijna alles, dus een pagina's lange opsomming), of over de invloed van filmregisseurs en -schrijvers zoals de in 1998 overleden Leslie Stevens. Knipogen naar de literatuur- en filmwereld, maar wel 251 knipogen, waarvan sommigen een worsteling. Ik beschouw dit boek dan ook niet meer als een heerlijke literaire grap, een satirische uitlaatklep voor de schrijver tijdens het gezwoeg van het schrijven van zijn prachtige Max, Mischa & het Tet-offensief, en voor de lezers die zich eraan willen wagen. Een boek vol mooie kwinkslagen: “voor liefhebbers van misdaadromans, die niet van lezen houden”. Of juist andersom. Johan Harstad – Heterdaad (Ferskenen, vert. Paula Stevens), Podium 2018
0neg
Een drievoudige moord in Marrakech. Een telefoontje naar de Amerikaanse ambassade in Berlijn. Ludwig Licht, ex-stasi, nu verlopen restauranthouder en alcoholist krijgt een opdracht: haal de mysterieuze Faye op en bescherm haar. Zo begint het eerste deel van het vierluik opgebouwd rond Ludwig Licht. Het speelt zich voornamelijk in Berlijn af, we maken voortdurend kennis met de verandering die de val van de muur teweeggebracht heeft en vooral de verwarring die er heerst. Vooral bij figuren zoals Ludwig, eens overgelopen als spion naar het ‘Westen’, nu zich afvragend wat het verschil maakt. De gehoopte vrijheid bestaat ook hier uit hypocrisie, manipulatie en machtsgeilheid. De stad is in opbouw, maar hijzelf heeft de grootste moeite zich te beredderen. Hij ‘verhuurt’ zich aan de CIA, die in dit verhaal een dubbele, of zelfs triple agenda heeft, hij moet op de vlucht, ruimt wat ongure aanvallers op en speelt op het eind een heldenrol in een groots apotheotisch gevecht tussen de ‘goeden’ en ‘slechten’ . Onderwerp en oorzaak van alle ellende schijnt een machtswissel binnen de Amerikaanse inlichtingendienst te zijn, gekoppeld aan een link met de organisatie Hydraleaks, versta Wikileaks. Vindt u bovenstaande beschrijving verwarrend en onduidelijk: ziehier de samenvatting van het boek. Er zitten veel spionagethrillerelementen in, maar het verhaal sleept zich bijna geeuwend verder door gedetailleerde beschrijvingen van de stad Berlijn met hier en daar een introverte beschouwing van een gedesilusioneerde ex-stasi, eens believer. Thomas Engström is journalist, studeerde rechten, specialiseerde zich in internationaal recht en mensenrechten, kreeg een prijs als columnist en vertaalde oa werk van Obama. Voorwaar een man die weet waarover hij schrijft. Nu nog spannende thrillers schrijven, ook een job.
0neg
Neushoorn is weer een verhaal van Tweed, Paula, Newman en de andere companen. In Neushoorn wordt de wereld bedreigd. Er worden 4 hogen politici in verschillende landen vermoord. Tevens vinden er in een aantal landen vooropgezette rellen plaats. Tweed komt erachter dat er wederom een complot gesmeed wordt om de macht over te nemen. Behalve zijn naaste medewerkers Paula grey, Newman, Marler en Nield en Butler weet Tweed niet wie hij wel en niet kan vertrouwen. Zo wantrouwen ze de CIA agent Mark die wel erg veel op zichzelf bezig is, wantrouwen is er ook richting Lisa, hoewel ze zelf contact zocht met Tweed. Via Hamburg en Denemarken komt het verhaal tot een redelijk verrassende ontknoping. Neushoorn leest prettig weg. Het is een typisch Colin Forbes verhaal, veel vraagtekens een enkele verrassing (zo bv op het eind) en redelijk realistisch. Hier en daar zijn de overlevingen van Tweed en z'n team bij achtervolgingen ietwat overdreven, maar echt storen doet het niet. Het verhaal leest makkelijk en snel, kortom Neushoorn is een prettige thriller om te lezen met een redelijk verhaal.
0neg
Je bent een tiener en op school spreek je met eigenlijk niemand. Je bent een buitenstaander. Dan ontvang je een uitnodiging. Je mag de herfstvakantie doorbrengen met de populairste kinderen van de school. Zou jij de uitnodiging aannemen? Greer - de hoofdpersoon uit het boek – nam de uitnodiging aan, maar dat had ze beter niet kunnen doen. De herfstvakantie verloopt namelijk anders dan Greer in eerste instantie dacht. Sterker nog, er wordt meer bloed vergoten dan de bedoeling was. Greer vertelt jou als lezer hoe zij deze vakantie heeft ervaren. Je leest het boek dan ook als ware Greer die jou het verhaal in persoon vertelt. Het verhaal speelt zich af in het heden, maar het voelt alsof je in de middeleeuwen zit. Het boek opent met een uitleg over S.T.A.G.S. een dure privéschool waar zes studenten “heersen”. Iedereen wil het volgende schooljaar bij die zes studenten horen. De lessen worden gegeven door broeders en de populaire kinderen op school heten de middeleeuwers. Van de hedendaagse moderne/technische snufjes moet niemand wat weten. Mobieltjes zijn een doodzonde en lezen is het helemaal. Opeens ontvangen drie alles behalve populaire jongeren een uitnodiging. Samen met de middeleeuwers gaan ze de herfstvakantie doorbrengen terwijl ze jagen, schieten en vissen. De vakantie verloopt echter anders dan gedacht, er vallen namelijk niet alleen dierlijke slachtoffers… In het eerste hoofdstuk wordt de spanning helaas direct weggenomen. Schrijfster Bennett verklapt namelijk meteen wie het dodelijke slachtoffer zal zijn. Desondanks blijft het boek wel lekker weglezen: het “hoe” en “waarom” blijft namelijk onbeantwoord. Ondanks dat ik het boek ontzettend voorspelbaar vond, heb ik geen moment moeite gehad om verder te lezen. S.T.A.G.S. geeft een eye-opener voor wat betreft onze huidige mentaliteit. Altijd maar online zijn is namelijk niet altijd gezond. Ik vermoed dan ook dat de schrijfster de lezers wil meegeven dat het niet erg is om de telefoon ook eens weg te leggen en daar ben ik het volledig mee eens. Leg je de technologie eens aan de kant dan heb je immers ook meer tijd om te lezen. Bijvoorbeeld dit boek. Heb je zin in een voorspelbaar doch vermakelijk boek? Dan is dit jouw boek. Verwacht je een spannende thriller met veel onverwachtse wendingen? Zoek dan nog even verder.
0neg
Na alle goed recensies dit boek gaan lezen. Waarschijnlijk behoor ik niet tot de doelgroep daar ik meer thrillers lees. Ik vond dit boek saai en langdradig en het benam mijn leesplezier. Ik zag op tegen lezen terwijl ik het normaal heerlijk vind. De laatste pagina´s heb ik doorgescrold zodat ik het maar uit had. Vond het een langdradig verhaal. Zal deel 2 alleen lezen als er niets anders meer is. Op naar een nieuwe thriller. Nogmaals: het zal ongetwijfeld aan mij liggen omdat dit boek goed beoordeeld wordt maar het is niet besteed aan mij.
0neg
‘Perfect uitgevoerde psychologische thriller’, ‘boeit van de eerste tot de laatste bladzijde’, ‘verslavend’. De quotes op de cover zijn veelbelovend. Ik heb mijn best gedaan, maar niet terug kunnen vinden waar deze beloftes waargemaakt worden in ‘De lege kamer’. Het verhaal kabbelt maar wat door, ik zou het eerder een roman noemen dan een thriller. De verwachte spanning blijft uit, die heb ik nergens ervaren. Wel weet Hannah door de diverse perspectiefwisselingen de lezer nu en dan volledig op het verkeerde been te zetten, wat ook een vorm van spanning is, maar toch. ‘De lege kamer’ zit ongetwijfeld goed in elkaar, personages worden voldoende uitgediept en met de ontknoping is niets mis, maar mijn smaak is het niet. Mijn eerste en tevens laatste Sophie Hannah, daar ben ik vrij zeker van.
0neg
Dit boek is een jammerlijk mislukte poging om al grappend te shockeren. Wat een ellende, er kwam geen eind aan. Doordat het shockeren lukte (grappig is het namelijk geenszins) werd hij ermee bekend. Zonde van je tijd en je geld. Als je desalniettemin 'blauwe maandagen' wilt lezen, omdat je nu eenmaal het debuut van de Grote Grünberg gelezen wilt hebben, begin dan met 'Thirza'. Dan heeft Arnon al wat krediet bij je opgebouwd en vergeef je hem dit dramatische debuut.
0neg
Dit boek bevat 236 pagina's waarin het leven van twee vrienden wordt beschreven in twee opeenvolgende Duitse wereldoorlogen. Bruno waait met alle winden mee die hem goed uitkomen om zo op te klimmen in de nazi hiërarchie. De schrijver zelf is van een andere mening, maar af en toe komt hij zijn jeugdvriend nog tegen, nogal tegen zijn zin. Zijn eerste vriendin, Wera een barones leert hem de vrolijke kant van het leven zien. Zij moet tenslotte voor lange tijd naar Zwitserland voor haar gezondheid en is ze even een tijdje weg van hem. Wanneer hij vervolgens ook bevriend raakt met een Deense langbenige schone Kirsten met haar charmante accent ziet hij de wereld ook van een andere kant, dankzij haar. Het boek begint aangenaam met een ballonvlucht in 1913 over het Duitse landschap alwaar ze de Duitse keizer hopen te zien. Het lukt om hem te zien bij een monument over de herdenking van de Slag bij Leipzig. Spijtig genoeg kan mij verder het verhaal niet meer bekoren. Ligt het aan de dagboekstijl van schrijven of de vertaling ?
0neg
In Duitsland is Markus Heitz (1971) geen grote onbekende meer. Het is vooral dankzij de Dwergen-reeks,– een epos dat veel weg heeft van Tolkiens In de ban van de ring, –dat hij als meest succesvolle auteur van oorspronkelijke fantasyverhalen wordt beschouwd. Tot drie keer toe wist hij de Deutscher Phantastik Preis te winnen. Maar Heitz is niet alleen een man van fantasy. Ook misdaad kan hem bekoren. Zodoende heeft hij voor de gulden middenweg gekozen en Ritus, een fantasy-thriller, geschreven. Dit in 2006 in Duitsland gepubliceerde boek werd opnieuw goed ontvangen. 1764: In Gévaudan, een streek in het zuidoosten van Frankrijk, worden om de haverklap zwaar verminkte kinderlijkjes aangetroffen. De bevolking is in rep en roer en moedige mannen besluiten de jacht te openen op datgene wat ze ‘het Beest’ noemen. Onderlinge concurrentie maakt het er niet gemakkelijker op. De eer om het Beest eigenhandig te mogen doden is groot en zelfs het Vaticaan is er niet vies van zelf mensen op pad te sturen. Ook wildschut Jean Chastel struint samen met zijn twee zoons dagelijks door de bossen in een poging de anderen voor te zijn. Maar welk geheim dragen zij eigenlijk met zich mee? 2004: De Duitse kunstenaar Eric von Kastell heeft er zijn werk van gemaakt om gedaantewisselaars, de afstammelingen van het 18e eeuwse Beest, uit te roeien. Zijn pas overleden vader heeft hem precies geleerd hoe hij dit in zijn werk gaat. Eric zet zijn zoektocht naar de gedaantewisselaars voort in St. Petersburg, Rusland. Daar redt hij het vege lijf van ene Lena op wie hij meteen verliefd wordt. Lena blijkt artikelen te schrijven over het gedrag van wolven. Ze gelooft niet in weerwolven totdat ze zelf met hen wordt geconfronteerd. Vanaf dat moment gaan Eric en Lena samen de strijd aan tegen een vijand die geenszins van plan is voor hen te buigen. In Ritus (het eerste deel van een tweedelige roman) maakt Heitz gretig gebruik van de legende van het Beest van de Gévaudan. Veel van de locaties, tijdsaanduidingen en namen van slachtoffers werden ooit gedocumenteerd. Dit wil niet zeggen dat het in Ritus aan fantasie ontbreekt. Overdrijven is ongetwijfeld het handelsmerk van Heitz. Voorbeelden te over: “Florence kon nog net een kruis slaan voordat ze op het lijk moest overgeven, zo snel was de brij naar haar keel gestegen.” En wat te denken van: “Krakend barstte zijn schedel en het bloed spoot als fonteinen uit zijn oren en neus” of “haar bloed spoot eruit en sauste de omstanders rood”. Zou Heitz toch stiekem een Amerikaans paspoort hebben? Zelfs de protagonist uit de verhaallijn van 2004, is van top tot teen een groot cliché. Eric van Kastell is een man van tegen de dertig, groot en afgetraind, zwart haar tot op de schouders, draagt een zwart leren broek, een zwart hemd van fijne ribstof, een lange, witte, lakleren jas en witte rijglaarzen met metalen neuzen. Hij draagt een Bernadelli, een Glock en een P9. Hiermee schiet hij gaten in alles wat los of vast zit. Ingewanden spatten tegen de muren en stoere Eric scheurt zelfvoldaan weg in zijn vliegensvlugge Porsche Cayenne. Uiteraard heeft de vader van Eric hem alle mogelijke gevechtskunsten geleerd. Het lijkt wel alsof je naar de film ‘Blade’ met Wesley Snipes in de hoofdrol zit te kijken. Zou Heitz werkelijk niet beseffen dat veel van zijn lezers bioscoopgangers zijn die af en toe behoefte hebben aan wat anders? Het onderwerp ‘lykantropie’ (weerwolfsziekte) maakt sinds kort een comeback door. Steeds meer auteurs beconcurreren elkaar en dus is originaliteit het sleutelwoord. Heitz leek met Ritus deze concurrentieslag bijna te winnen. Hij laat je kennismaken met Erics halfzuster die zeer ontevreden is over haar deel van de erfenis. Met veel gevlei probeert ze een deel van haar broer afhandig te maken, maar die is daar ongevoelig voor. Kortom, een mooi strijdtoneel lijkt in de maak, maar eindigt net zo abrupt als het begonnen is. Met een fraaie onthulling op de laatste pagina wordt veel te laat gepoogd de lezer te verrassen. Toch is de grootste zwakte ongetwijfeld het verschil tussen de twee verhaallijnen. Dit verschil bestaat uitsluitend uit de tijd waarin ze zich afspelen. Het verloop is daarentegen vrijwel identiek: de harde jacht op weerwolven en de persoonlijke overwinning die de jagers daarbij nastreven. De twee verhaallijnen zullen altijd losse eindjes blijven. Heitz slaat de plank voortdurend mis maar in één ding kun je hem geen ongelijk geven. Het betreft de openingszin in het dankwoord: “"Eigenlijk wilde ik dit boek helemaal niet schrijven."” Soms is het verstandiger op je eerste gevoel af te gaan, beste auteur.
0neg
Robin en Bram zijn twee stoere broertjes. Maar wanneer op een dag hun ouders spoorloos zijn verdwenen hebben ze een groot probleem. Want hoe moeten ze nu aan eten komen? Hoe komen ze aan geld om voor zichzelf te zorgen... Robin bedenkt een plan: hij wordt een rover! En het eerste tasje van een mevrouw stelen gaat heel gemakkelijk. Robin vindt het leuk en stoer; hij wordt een echte rover en zo heet hij voortaan ook! Dan wil Bram ook een andere naam en dat wordt Broertje. Het gaat een tijdje goed en de broers hebben er plezier in. In ruil voor een ring kopen ze melk en brood en voor een ketting ook nog wat drop en snoepjes. Maar dan gaat het mis en Rover belandt zelfs in de gevangenis! En dan moet Broertje alleen op roverspad want tja, eten moet er komen! Wanneer Rover met behulp van een vriendelijk echtpaar vrijkomt, heeft hij best wel spijt van al dat roven... De broertjes besluiten dat ze hun ouders moeten gaan zoeken, want stiekem missen ze ze wel heel erg. Maar voor dat lukt beleven ze nog heel wat avonturen... Karine Jekel (1986) schreef met dit kinderboek haar debuut. Zij won de Karen Slaughter schrijfwedstrijd. Karine heeft Nederlands gestudeerd in Utrecht en werkt bij een educatieve uitgeverij. De illustraties zijn van Mark Janssen. Mooie, fantasievolle tekeningen die geheel passen in het verhaal. De tekeningen zijn in zwartwit, wat het boek, samen met de donkere kleuren van het omslag, wel een wat sobere en sombere uitstraling geeft, zeker voor een kinderboek. Het verhaal over dat voor jezelf zorgen zo makkelijk nog niet is en dat roven best heel stoer lijkt maar eigenlijk toch wel heel fout is, is origineel. Goed te lezen vanaf 8 jaar, voorlezen vanaf 6 jaar.
0neg
Dit boek leunt wel heel erg zwaar op de plot van de film Forrest Gump, met dit verschil dat de humor van de film een stuk aanstekelijker was dan die van schrijver Jonasson. Natuurlijk is het in beide gevallen niet geloofwaardig dat een en dezelfde persoon getuige is van gebeurtenissen van historische aard en die ook nog stuurt. Daar valt mee te leven als het een beetje leuk wordt gebracht. Daarin faalt Jonasson, die schrijft als een boekhouder (ik hoop dat ik niemand beledig). Van zo'n enorme bestseller had ik toch iets meer verwacht.
0neg
Met Status O.K. slaat Mariëtte de plank finaal mis, althans voor mij dan toch. Wat viel dit boek mij erg tegen! Het leest vlotjes zoals ik gewend ben van Mariëtte, maar ik had niet verwacht een boek te lezen over hoe het reilen en zeilen in een ziekenhuis gaat. Dan had ik beter haar informatieve boek Verhalen uit de ambulance kunnen gaan lezen. Tuurlijk wist ik wel na het lezen van de achterflap dat het verhaal zich af zou spelen in een ziekenhuis, maar ik zat toch echt niet te wachten op al die ziekenhuistermen en wat het zoal inhoud. Ik wilde en verwachtte een chicklit waarin ik lekker weg kon zwijmelen met een romance die zich af zou spelen in een ziekenhuis. In Status OK lees je in dagboekvorm hoe het Sanne vergaat in het ziekenhuis als co- assistent. De eerste helft zat ik me vreselijk te irriteren aan Sanne en wilde ik steeds het boek aan de kant gooien, omdat het ook nog eens ronduit saai was. Toch doorgelezen, omdat ik dacht dat het echte verhaal nog zou komen. Op de helft lijkt er dan ook eindelijk schot te komen, maar zakt al snel weer in. Jammer…
0neg
Dit boek is niet voor mij geschreven. Ik lees niet meer verder, ik kan me niet concentreren op het verhaal helaas. Had iets heel anders verwacht.
0neg
Een sentimentele Amerikaanse soap tearjerker. Gauw vergeten en hopen dat er ooit een goede schrijver dit verhaal vertelt.
0neg
Ik vond het een zeer zwak boek, ben beter gewoon van Michael Crichton. Het idee om mensen te verkleinen is op zich wel goed, maar ik vond dat ze gewoon ongeloofwaardig klein waren. Het was erover.
0neg
Het is het 2e boek dat ik lees van die auteur, hij is beter dan de eerste maar kan me toch niet bekoren. Veel teveel plotwendingen en niet spannend geschreven voor een thriller.
0neg
Af en toe komt het voor. Dan vind ik een boek in de brievenbus waar ik niet helemaal blij van word. Zo ook bij Groen is geweldig, van Rebecca Leffler. Zij maakte een kookboek voor de veganistische keuken. Haar motto is dat eten lekker moet zijn en er goed uit moet zien. Daar ben ik het helemaal mee eens, maar waar ligt het dan aan? Het boek ziet er mooi en verzorgd uit. De foto’s zijn kleurrijk en de gerechten zien er lekker uit. Het boek is begint met basisrecepten voor veganistische alternatieven voor room of kaas en een aantal sauzen. Daarna is er een deel gewijd aan het ontbijt met zelfgemaakte granola en veel smoothies en sappen. Tussendoor is er aandacht voor beautytips en yoga. Daarna volgt het koken, ingedeeld naar de 4 seizoenen. Hier merk je dat het van oorsprong een Amerikaans boek is; de boerenkool wordt bij de lente behandeld. Veel recepten zijn voor 1 persoon en hebben een flinke lijst aan ingrediënten. Die ingrediënten zijn allemaal redelijk goed verkrijgbaar, hoewel de natuurvoedingswinkel onmisbaar is. Qua hoeveelheden klopt het meestal wel, in 1 recept gaat het mis met de agar agar. Volg de aanwijzingen op de verpakking, anders kan je er mee stuiteren! De schrijfster gebruikt in het door mij gekookte recept 4 bijzondere soorten meel omdat alle gerechten glutenvrij zijn. Hierdoor ontstaan wel eens wonderlijke gerechten, spaghetti waarvan de “spaghetti” gemaakt is van courgette of de “wrap” die uit een blad sla blijkt te bestaan. Verder is ze dol op superfoods als citroen, goji bessen en chiazaad. Deze worden gepresenteerd als best friend food, miso is je best friend food uit Japan. De schrijfstijl is heel familiar, als beste vriendinnen onder elkaar. Regelmatig worden stopzinnetjes, bijvoorbeeld my friends en of course niet vertaald. In de tijd dat ik veganistisch kookte was lekkere taart een zeldzaamheid, daarom koos ik voor deze aardbei-hazelnootmuffins: Voor 16 muffins van 70 g 100 g quinoameel 100 g arrowrootmeel 60 g amandelmeel 65 g sorghummeel 50 g volkoren rijstmeel 2 theelepels bakpoeder 100 gram aardbeien (en een paar extra als topping) 120 g rijpe banaan (ca 1 ½ banaan) 60 g geroosterde en gekneusde hazelnoten 2 eetlepels gemalen lijnzaad 5 ml citroensap 125 ml olijfolie met een neutrale smaak 15 g verse gember 120 ml esdoornsiroop 120 ml amandelmelk (wordt uitgelegd bij de basisrecepten hoe je dit zelf maakt ) ½ theelepel vanille extract ½ thelepel kaneelpoeder ½ theelepel zout Verwarm de oven voor op 180°C. Week het lijnzaad ongeveer 3 minuten in 6 eetlepels water tot het mengsel lobbig wordt. Ontkroon de aardbeien en was ze. Snijd ze in vieren en zet opzij. Meng de 4 soorten meel met het bakpoeder, het zout en het kaneelpoeder. Schil de banaan en het stukje gember. Prak de banaan in een kommetje. Rasp de gember en roer door de banaan. Voeg de olijfolie, esdoornsiroop, het geweekte lijnzaad en het vanille-extract toe. Roer het banaanmengsel door het meelmengsel en doe de amandelmelk erbij. Roer de aardbeienpartjes en gekneusde hazelnoten erdoor waarbij je een beetje apart houdt voor de topping. Vet de muffinvormpjes in met kokosolie of een andere plantaardige olie. Vul ze voor ¾ met het muffinbeslag. Leg er als topping 2 tot 3 stukjes aardbei en een paar stukjes hazelnoot op. Bak de muffins 15 tot 17 minuten op 180°C (de baktijd verschilt per oven) tot een mes dat erin gestoken wordt er weer schoon uit komt. Haal de vormpjes uit de oven en laat ze iets afkoelen. Haal de muffins uit de vormpjes. In een bijschrift wordt aangegeven dat variëren natuurlijk kan en doet de schrijfster een aantal suggesties. Mijn muffins heb ik in de herfstvariant met appels en noten gemaakt. Ik heb meer fruit gebruikt, 200 gram appel. Mijn proefpanel bestond uit collega’s die deze traktatie best konden waarderen. Zelf heb ik niet veel met superfoods of glutenvrij eten als mode. Verder vind ik de schrijfstijl met het vriendinnen-onder-elkaar-toontje storend. Bovendien is ook de rawfoodtrend aanwezig. Pas op pagina 56 komt de eerste pan tevoorschijn, voor de doperwtjespuree. Daarvoor gaat alles in de blender of sapcentrifuge. Wel erg veel trends bij elkaar, in dit boek. Pas op het moment dat ik over al mijn ergernissen heen kon stappen, kon ik dit boek de pluim geven die het wel verdient: Er wordt creatief met 100% plantaardig koken om gegaan. Die ideeën zijn prima en geven mij weer inspiratie om mooie en lekker gerechten te maken. En daar gaat het tenslotte om!
0neg
Het Volk van de Wolf (deel 1) vertelt het verhaal van de mensen in de prehistorie in Siberië en Noord-Amerika. Het belangrijkste bezwaar vind ik de namen van de hoofdpersonen: Rent in het Licht, Hij Die Huilt, etc. Hierdoor komen voor mij de personen niet tot leven maar blijven het poppenkastfiguren. Het verhaal komt, mede daardoor niet verder dan een 'er was eens ...' Als je geïnteresseerd bent in de prehistorie kan dit een interessant boek zijn, maar als roman vind ik het boek onvoldoende.
0neg
Ik vond het op zich wel een spannend boek, maar het anagram was te duidelijk waardoor je het halve boek leest met de gedachte "jaja, ik weet het allang". Wel leuk dat 'ie een gecodeerde boodschap aan het eind laat : 16-39-44-16-39-101-84-20-5-60-16-16-117-117-85-60. Ik kijk er nog naar...
0neg
Blablablablablablablablablablxbbdjshxhdbsjxibhdbxj if bnejsixhbrbduxhcbf bd hjdbdnjjdjbdjdhdjdjdhjzjjzndndndjxdhdjxxbbfrjuxvhbdbsuxbdb
0neg
Een boek dat je om de haverklap wil dichtklappen om het vervolgens aan de kant te leggen. Maar om een of andere reden lees je toch verder. Misschien omwille van het intrigerende verhaal, want de noch de schrijfstijl, noch de personages weten te boeien. Renate Dorrestein schept een vrij bizarre wereld waar je je als lezer vrij moeilijk kunt in vinden. Het verhaal komt veel te traag op gang en de personages zijn een kluwen van vreemde creaturen met al even vreemde namen. Zo is het voor de lezer pas na enkele hoofdstukken duidelijk dat ene “Evertje Polder” eigenlijk een hond is, terwijl Dorrestein dit wezen voortdurend afschildert als een mens. Zo wordt het voor de lezer ook pas helemaal aan het einde van het verhaal duidelijk dat het eigenlijk om een verzameling gekken gaat. Verhelderend, dat wel. Maar helaas, te laat. Dit boek verdient beslist geen voorrang op de lectuurlijst...
0neg
Eva keert terug naar haar geboortedorp om een feestje bij te wonen. In haar kofferbak vervoert ze een blok ijs. Dat dient een doel, anders zou ze het niet meenemen. In de zomer van 2002, dertien jaar geleden, zijn er dingen gebeurd die niet in de haak zijn. Uit de hand gelopen puberspelletjes, waar Eva bij betrokken was, zij het omdat ze 'solidair' was met haar enige twee vrienden, Pim en Laurens. Verschillende verhaallijnen: de Eva van nu (2015), de gebeurtenissen in de zomer van 2002, Eva's thuissituatie toen ze nog in het ouderlijk huis woonde. Met name de laatstgenoemde lijn vertelt een schrijnend verhaal: Eva's ouders zijn niet bij machte een gezin te bestieren, zusje Tesje leeft in haar eigen wereld vol dwangneuroses. De akelige sfeer in het gezin wordt helder geschetst door Lize Spit. De zomer van 2002 is een aaneenschakeling van grensoverschrijdend gedrag van Pim en Laurens. En Eva doet mee. Hier valt het een en ander over te zeggen, maar dat kan niet zonder uit de school te klappen. O.a. een raadsel speelt een rol. Een raadsel waarop bij menig lezer het antwoord bekend zal zijn, want het is er eentje met een baard. Ken je het antwoord, dan weet je welke kant het op zal gaan in het boek - niet precies, maar wel is duidelijk dat de volwassen Eva niet voor de gezelligheid naar het feestje van Pim gaat. 'Het smelt' komt traag op gang. De taal'spit'svondigheden zijn aanvankelijk niet storend, maar door hun frequentie worden ze vervelend. Overdreven gekunsteld gedoe, terwijl het totaal-taalbeeld van het boek buitengewoon eenvoudig is. Spit kan shockeren als de beste, zou in de leer geweest kunnen zijn bij haar landgenoot Herman Brusselmans. Over de top, wat afstand creëert tussen lezer en personages in plaats van de beoogde ontzetting op te roepen. Het in de basis interessante verhaal is matig uitgewerkt. Zonder de lange aanloop, de woordkunstjes en de shockeffecten blijft er weinig over. Ik had me op 'Het smelt' verheugd, want goed voor de Hebban-debuutprijs, maar moet eerlijk zeggen dat ik het boek met tegenzin uitgelezen heb. Een tegenvaller tot en met, het raakt me alleen in die zin dat het mijn irritatie gewekt heeft. De diepere betekenis van deze deerniswekkende geschiedenis legt het af tegen de ongeloofwaardigheid ervan. Alsof alle meisjes dom zijn ...
0neg
Houd je van; - stream-of-concious; - onbetrouwbare verteller; - moeilijk lezend proza - modernistische auteur; - en meer problemen? Dan is dit wellicht een leuke vertaling voor je! Vertaling, want het boek werd geschreven in een "eigen' versie van het Duits in een "eigen" micro-schrift, terwijl de auteur leed aan steeds erger wordende psychische problemen. Het boek lijkt bijvoorbeeld geschreven door een ik-persoon, die regelmatig de lezer aanspreekt? Deze lezer dient zich te realiseren, dat de Rover en de ik-persoon vaak één en dezelfde zijn. Heb je de juiste Nederlandse vertaling in handen, dan staat op de voorkant een aquarel dat Robert Walser verkleed als rover toont. Gemaakt door z'n broer en ergens in het verhaal wordt dit kostuum ook beschreven. Walser was geobsedeerd door rovers. Enige (Duitse) literaire, culturele bagage is wenselijk. Er zitten namelijk verwijzingen in zijn verhaal naar andere "Rovers". Bijvoorbeeld het toneelstuk "De Rovers" van Schiller. Het verhaal wordt niet chronologisch verteld, waarbij de verteller allerlei zijpaden bewandelt. Wees beducht op "maar dat komt later wel" en soortgelijke zinnen. Houd er rekening mee, dat dat later wel eens helemaal nooit kan zijn. Het speelt zich voornamelijk af in Bern. Walser schreef dit verhaal microscopisch klein, op wat voor kleine papiertjes hij in handen kon krijgen, zonder duidelijke paragraaf en hoofdstuk-aanduiding. Het is geredigeerd; maar niet door Walser zelf. Hij werkte aan dit verhaal rond 1925 en het werd pas in de jaren '70 voor het eerst uitgegeven. Uitleg van het hoe en waarom, inclusief voorbeelden van het "manuscript" zitten achterin deze uitgave. Walser-fans die het Duits niet beheersen of niet geconcentreerd en oplettend lezen, zullen ongetwijfeld opgetogen zijn. Gold niet voor mij. Ik heb niet zo veel met existentialisme, angsten, modernisme. Als ik al boeken uit die richtingen lees, zijn dat Engelstalige. Sorry!
0neg
Inderdaad, Schaduw van de beul is leuk om tijdens de vakantie te lezen, meer niet. En ja, je denkt de hele tijd aan The Shining. De plot is zéér voorspelbaar. De spanning is omgekeerd evenredig met wat Thilliez wenst op te roepen met zijn woordkeuze en beelden. Ik vond het een flauwe opvolger van Het Gruwelhuis.
0neg
Mijn verwachtingen lagen zeer hoog. Dat viel behoorlijk tegen. Verhaal kwam niet op gang.
0neg
Een beetje simpel dus. Stereotype. Dat kan leuk zijn, maar het wekt irritatie op. Sommige stukken zie ik een theater van de lach voor me, waar spelers deuren in en uitlopen en teksten brallen alleen gericht op het effect, maar inhoudsloos, een beetje dom eigenlijk. Erg onwaarschijnlijke situaties en uitspraken. Er zijn veel boeken die dat hebben. Die blijven dan overeind. Deze vt door de mand. Twee sterren is te veel, maar éen net te weinig.
0neg
Melinda Salisbury is in de jaren tachtig van de vorige eeuw geboren (klinkt oud, niet?). Ze dacht als kind dat Roald Dahl’s Matilda, haar biografie was, wat nog verstrekt werd doordat haar opa haar consequent Matilda noemde. Helaas heeft dat nooit tot telekinetische krachten geleid, al probeert ze het nog wel regelmatig. Als je denkt dat je Matilda bent, dan ben je haast wel gedoemd om te gaan schrijven. Hoewel… gedoemd? Misschien is voorbestemd wel een betere term. Alleen mag je je afvragen of het schrijven dan werkelijk wel iets wordt. Toegegeven… je debuut wordt voor de YA Book Prize Best Young Adult genomineerd en nog een aantal andere prijzen meer, maar won er geen. En dat is volgens mij niet zo heel vreemd, want mij kon het verhaal ook maar bij tijd en wijle boeien. Het behoord Young Adult Fantasy te heten, maar het fantasy deel is vrij zwak. Alleen de landen, de plaats van handeling dus, de koninkrijken Lormere en Tregelië zijn eigenlijk de enige link naar een fantasyomgeving. Of je moet natuurlijk alchemisten en hun drankjes meerekenen. Maar goed… Twylla is uitverkoren omdat haar moeder een Zondeneter is. Als iemand sterft wordt op haar kist een maaltijd (Het Maal) geserveerd en worden de zonden van de overledene symbolisch opgegeten en kan die veilig en zondeloos naar een volgend leven. Twylla is de incarnatie van de godin Daunen en krijgt het vergif van de dageraadschade te drinken zodat ze zelf giftig is en niemand haar aan durft te raken. Als ze dat wel doen, dan sterven ze binnen enkele seconden nadat ze haar aangeraakt hebben. Alleen het Koninklijke gezin is immuun voor haar vergif. Twylla is de officiële executeur na het koninkrijk Lormere, wat een zware taak is voor een jong meisje. Ze zit er dan ook nogal mee om de executies uit te voeren. Door haar gave, de incarnatie van de Godin Daunen, is ze voorbestemd om met de kroonprins te trouwen en voor de voortzetting van de Koninklijke familie te zorgen. Maar Twylla is niet verliefd op de kroonprins, maar op haar wachter Lief die al haar wensen inwilligt en haar begeleid en bewaakt bij alles wat ze doet. Hij staat in met zijn leven voor haar en haar liefde voor hem wordt door haar beantwoord. Maar alles lijkt niet wat het is en de paleisintriges vliegen je om de oren. Later blijken nieuwe waarheden ook weer een leugens te zijn. Zo word Twylla, maar ook de lezer, steeds weer op een verkeerd been gezet. Zoals gezegd… bij tijd en wijle is het beste wel spannend en interessant, maar dan zakt het verhaal weer in en is het niets dan saaiheid wat de klok slaat. De 347 pagina’s zouden best een kwart korter kunnen zijn. Dat zou de leesbaarheid behoorlijk ten goede komen denk ik. Ook de steeds veranderende situatie is op den duur vermoeiend en ik was best wel blij dat ik aan het, niet bijster interessante, einde was. Een duidelijke open deur, zonder cliffhanger, naar een volgend deel. Op de omslag staat dat dit een Fantasy trilogie is. Inmiddels zijn er al drie delen in Engeland verschenen, inclusief een korte prequel, maar ook een vierde deel is al aangekondigd. Kwestie van uitmelken? Ik weet het niet. We zullen zien of Clavis de volgende delen ook zal vertalen. Of ik die zal lezen valt nog te bezien. Wel een mooie omslag overigens. Jos Lexmond
0neg
Soixante Neuf is een boek dat op geen enkele manier aan de verwachting voldoet. Het feit dat zelfs de titel fout is geschreven, geeft wat dat betreft al te denken. Vlakke karakters, een niet al te sterke verhaallijn en wat voor erotiek moet doorgaan is het verhaal in geforceerd en allesbehalve opwindend. Het ergst zijn de storende fouten - zowel in het verhaal als de (hopelijk) drukfouten. De thrillerliefhebber zal dit boek teleurgesteld wegleggen aan het einde - want eerlijk is eerlijk, je nieuwsgierigheid naar de dader laat het je wel uitlezen.
0neg
Het duurt lang voor het boek een beetje spannend wordt; je kunt het dan ook nauwelijks een thriller noemen.. Vergelijkingen met The Bridge en de Millennium-serie gaan in de verste verte niet op. Charlie Lager doet ook nauwelijks denken denken aan Lisbeth Salander of Saga Norén. Opvallend is dat de oorspronkelijke Zweedse titel Annabelle is: de Nederlandse uitgever en/of de vertaalster hebben goed begrepen dat het boek niet gaat over Annabelle maar over Charlie Lager, de vrouw die terug moest. Eigenlijk hangt Annabelle er maar een beetje bij. Ook de zoektocht naar haar komt niet echt uit de verf, telkens opnieuw wordt het verhaal daarover onderbroken door de andere zoektocht, namelijk die van de drankzuchtige, seksueel ietwat gemankeerde rechercheur Lager, van wie men zich kan afvragen of ze voor haar functie wel zo geschikt is. Aan de andere kant: wie er van uitgaat dat zij de hoofdpersoon is, zal haar belevenissen, hoewel soms wat al te onwaarschijnlijk, geïnteresseerd volgen. Storend is dat het raadsel rond de verdwijning van Annabelle door de schrijfster in één bladzijde wordt onthuld, en wat nog veel erger is: met een beschrijving van een gebeuren waar niemand bij was en waarvan niemand iets kan weten. Haar einde had een raadsel moeten blijven.
0neg
Zelden een boek uitgelezen waar geen touw aan vast te knopen was, maar dit keer is het me toch gelukt. Eleanor Catton is alom gewaardeerd en geprezen met een literaire prijs (Bookerprize 2013), maar dat dat geen garantie voor een goed te lezen boek is blijkt nu wel. Ik had gewaarschuwd moeten zijn, want haar tweede "Al wat schittert" heb ik na een aantal leespogingen van mijn reader afgegooid. Toch had dit verhaal alles in zich: Op een meisjesschool krijgt een leerlinge een relatie met een leraar. Ze worden geschorst. De situatie heeft enorme inpakt op de overige leerlingen. Toch zou het niet zo'n enorme toestand hoeven te zijn, als niet de eerstejaars van een naburige toneelschool besluiten om dit onderwerp te kiezen voor hun jaarafsluiting. Prima basis, maar het verhaal zit zo raar in elkaar. De verhaallijn van de meisjes op Abbey Grange worden verdeeld over verschillende dagen, ze zijn op school of bij een saxofoonlerares. De verhalen op school zijn dan nog net te volgen, maar de saxofoonlerares doet af en toe net of ze een toneelstuk voor zich heeft. Ze hoort alle meisjes die bij haar komen uit en fantaseert er dan kennelijk op los. En wat doet ze toch met die moeders van die meisjes, die komen bij haar langs om te praten over hun dochters. Is het nu wel of niet een meisje die alle moeders speelt? Niet te volgen. En wat is dat toch met Patsy? Het zusje '(Isolde) van het slachtoffer "Victoria", speelt een belangrijke rol in het boek. Ze komt bij de saxofoonlerares, zit midden in het verhaal, en krijgt een relatie met een jongen van de toneelschool. Tot zo ver nog te doen, maar waarom ze dan ook nog worstelt met lesbische gevoelens en gesprekken voert die zelfs Shakespeare ongeloofwaardig in de oren zou klinken, ontgaat mij totaal. Oja, dan gaat er ook nog een leerlinge dood, aangereden, zo even tussendoor. Dan Stanley, eerstejaars student toneelschool. De hoofdstukken worden verdeeld in maanden. Met voorjaar in September (schrijfster komt uit Nieuw Zeeland, duurde even voor ik dat doorhad). Worstelt met contact met zijn vader, is onzeker. Deze verhaallijn is te volgen, dit is ook het punt waarop ik dacht: o, het wordt toch nog interessant. Maar helaas, ook op de toneelschool is niets wat het lijkt. De meeste personen krijgen geen naam, maar zijn meisje, jongen, Stem, of hoofd acteren. Het maakt het niet makkelijk te volgen wie nou wie is en wie wat doet en waarom. De verhaallijnen komen op het einde steeds verder samen, De eindopvoering van de saxofoonlessen is vooral veel monoloog, de uitvoering van de toneelschool staat te beginnen en dan net als je denkt: Nu komt het, is ineens het boek afgelopen. Niets is duidelijk en niets is afgerond. Geen Grande Finale, gewoon punt, einde. Vreemd boek.
0neg
Wat een ophef over dit boek. Ik vind het nergens voor nodig. Doordat het verhaal zoveel beschrijft raak ik al vrij snel de draad kwijt. Ik vind de hoofdpersoon een verschrikkelijk mens. Erotisch kan ik het zeker niet noemen. Het is platte seks en de beestjes worden bij naam genoemd. Ik kan het dan eerder porno noemen en daar heb ik niets mee. Het verhaal is echt niet te volgen. Weinig dialogen, wat ik ook jammer vindt. Ik heb me er door heen moeten worstelen. Geen aanrader.
0neg
Gelezen omdat ik zoveel lovende recensies las... maar wat een kut boek... erbarmelijk geschreven (AVI3?)... fijn dat het op gerycleerd papier gedrukt is...
0neg
De "achterflap" van een boek dekt zelden de lading, en prijst een boek hoger dan de werkelijkheid. Dit boek is hierin een topper, alleen het woord "prins" doet een beetje de lading dekken. Het hele verhaal is een lichtzinnige aanloop om uiteindelijk de "coming out" van de schrijver te onthullen: hij zou een zoon van Prins Bernard zijn. Het boek is één grote gemiste kans om van de sluimerende ingrediënten iets te maken wat zou kunnen leiden tot een boek wat de definitie (historische)roman waard is. De ene ster die ik het waard vind, is voor de verhullende wijze van vertellen over incest, homofilie, vreemd gaan en platte sex. Leuk voor royalty watchers, dat wel!
0neg
Joy Fielding is een grote naam op het gebied van de psychologische thrillers. Met haar boek De huurster maakte ze dat predikaat meer dan waar. Het spoor bijster is haar nieuwste boek dat dit jaar verscheen in de Nederlandse vertaling bij uitgeverij Unieboek. Cindy Carver is een alleenstaande, gescheiden moeder. Ze redt zich aardig tot het moment dat haar oudste dochter Julia spoorloos verdwijnt. In eerste instantie neemt niemand haar zorgen serieus, Julia is immers een onberekenbaar type dat compleet haar eigen gang gaat. Als Julia dag na dag niet thuiskomt, breekt bij Cindy blinde paniek uit. Als niemand haar dochter kan vinden, zal ze het zelf wel doen. Grimmig begint ze te speuren en ontdekt meer dan haar lief is… Het spoor bijster is een matig boek dat alle elementen voor een goede thriller mist. Het ontbreekt aan spanning, verrassende wendingen en interessante motieven en karakters. Net als in andere boeken van Fielding is de hoofdpersoon een alleenstaande vrouw die hunkert naar aandacht en erkenning. Op het moment dat haar leven even flink wordt opgeschud, verandert ze in aantrekkelijke vrouw die haar eigen boontjes prima kan doppen. De behoefte om aandacht en erkenning speelt bij alle vrouwen in dit boek een centrale rol, die zij ieder op hun eigen manier uitdragen. Het maakt het er voor de lezer niet boeiender op. In Het spoor bijster regeren voorspelbaarheid en voortkabbelende verhaallijnen. De uiteindelijke ontknoping voel je als lezer al ver van te voren aankomen en brengt niets nieuws onder de zon. Het enige boek waar Fielding mij echt mee wist te overtuigen was De huurster. Ze is dus wel in staat om een spannend boek met een onverwachte climax te schrijven. Ik begin echter te geloven dat het een positieve uitschieter naar boven is geweest. Ander werk van Fielding dat ik ken, bereikt wat mij betreft de middellijn niet eens. Jammer.
0neg
De Monogram Moorden Sophie Hannah - Agatha Christie 320 bladzijden - zachte kaft Uitgever - The House of Books 8 juni 2014 Achterflap: 1929 - Poirots rustige avondmaal in een Londens koffiehuis wordt verstoord als een opgejaagde, jonge vrouw hem toevertrouwt dat iemand op het punt staat haar te vermoorden. Ze is doodsbang, maar zegt dat het recht zal zegevieren als ze dood is, en ze smeekt Poirot geen onderzoek te verrichten in het geval van haar dood. Later die nacht worden drie mensen dood aangetroffen in een chic, Londens hotel. De moordenaar heeft drie sinistere aanwijzingen achtergelaten: een manchetknoop met initialen in de mond van elk slachtoffer. Al snel is Hercule Poirot verwikkeld in de zaak en terwijl hij alles op alles zet om de bizarre stukjes van de puzzel in elkaar te zetten, maakt de moordenaar zich op om weer toe te slaan... Toen ik de achterflap las had ik geen idee waar het verhaal heen zou gaan, eigenlijk liggen alle mogelijkheden open en wordt er niet veel prijsgegeven. Het is een hele tijd geleden dat ik een AC las en ik weet me te herinneren dat ik in haar boeken op het verkeerde been gezet werd en dat de ontknoping altijd verrassend was. Dit verhaal groeit dan ook langzaam naar de plot, de ontknoping. Als lezer krijg je mondjesmaat alle puzzelstukjes in je schoot en toen ik dacht dat ik het wist, kwam er weer een ander stukje dat mij op het verkeerde been zette. Naarmate het verhaal verder kabbelde werden mijn grijze celletjes enigszins geprikkeld om verder te lezen. De boeken van AC zijn met meer vaart en humor geschreven, ze lezen als een trein. Bij dit boek heb ik mezelf meermaals moeten 'forceren' om verder te lezen. Te langdradig, te veel beschrijvingen en herhalingen die eigenlijk niet terzake deden en waardoor het verhaal onnodig ingewikkeld werd. Ik kende de auteur niet, ttz ik had nog geen boek van haar gelezen. Volgens verschillende recensies die ik gelezen had van enkele van haar boeken, lagen mijn verwachtingen hoog. Met dit boek heeft Sophie Hannah mij helaas niet kunnen overtuigen, jammer. Voor mij heeft het boek dan ook niets dat eruit springt, dat het de moeite waard maakt. Het ging soms mijn grijze celletjes iets te boven! Ik vind het wel een durven van de schrijfster om een Hercule Poirot (AC) op papier te zetten en daarom geef ik Sophie Hannah het voordeel van de twijfel en zal ik ooit nog een boek van haar lezen om haar eigenste schrijfstijl te ontdekken!!
0neg
Het boek is over het algemeen heel spannend, vooral in het begin. De maya's willen het groepje toeristen namelijk niet helpen, wat je voortdurend bezighoudt. Als de jongeren al een tijd op de heuvel zijn, wordt het verhaal helaas geleidelijk aan een beetje minder spannend. Het einde is heel erg frustrerend aangezien het niet alle vragen beantwoordt. Hoe en waarom dat ding op de heuvel gekomen is, kom je niet te weten. Ook naar de relatie tussen de Maya's en de heuvel kan je alleen maar gissen. Dat Scott Smith snel een vervolg mag schrijven waarin alles duidelijk wordt.
0neg
Momenteel verschijnen er aan de lopende band boeken met het etiket literaire thriller terwijl het spanningselement ver te zoeken is. Grappige uitzondering op deze rage is het boek Tinseltown van Judith Visser dat onder het etiket roman in de boekwinkels pronkt, daar waar het etiket thriller ook een optie was geweest. Tinseltown is, na het spraakmakende debuut Tegengif, het tweede boek van Visser waarin het wraakmotief opnieuw een grote rol speelt. Hoofdpersoon Kim, een ex prostituee, heeft een uitzichtloze maar passionele verhouding met een getrouwde man. Haar leven kent weinig rustpunten, temeer daar zij gruwelijke mails ontvangt waarin een anoniem personage haar met de meest vreselijke martelingen bedreigt. Kim besluit rust te zoeken bij haar vriendin Patricia die in Hollywood woont. Als zij in Amerika aankomt blijkt haar vriendin spoorloos verdwenen. De politie weigert naspeuringen te doen waardoor Kim zich genoodzaakt ziet zelf actie te ondernemen. Haar enige houvast lijkt een populaire zanger die het laatst met Patricia gesignaleerd is. Op haar zoektocht wordt Kim ondergedompeld in de wereld van glamour en schone schijn, waar drugs en drank gemeengoed zijn, seksuele contacten vluchtig en iedereen liegt en uitsluitend aan zichzelf denkt. Ook Kim’s bedreiger weet haar te vinden in Hollywood. Hoewel Judith Visser een aantal elementen heeft ontleend aan de thriller, is het eindresultaat geen thriller pur sang geworden. De bedreigingen die de hoofdpersoon per e-mail krijgt zijn ernstig: “Het wordt tijd dat je krijgt wat je verdient. Ik rits die hoerengleuf van je zover open dat het bloed klotsend uit je baarmoeder spoelt. Ik ruk je tepels eraf en geef ze aan mijn kat om mee te spelen. En uiteindelijk snijd ik je polsen door omdat ik niet langer kan wachten jou de hel in te schoppen…” Maar merkwaardig genoeg dragen deze mails niet bij tot een verhoogde spanning van het verhaal. Psychologisch gezien wordt er te weinig mee gedaan, waardoor de dreiging gereduceerd wordt tot een ongemakkelijke bijkomstigheid. Datzelfde gemis aan spanning verhogende psychologie komt tot uiting in het tweede deel van het boek, waarin hoofdpersoon Kim op zoek is naar de homofiele zanger die wellicht meer weet van Patricia. Haar focus is alleen gericht op het vinden van de zanger als informatiebron. Andere oplossingen ziet zij niet en probeert ze ook niet te bedenken. Het magere resultaat is een reeks bezoeken aan nachtclubs en Hollywoodvilla’s met steeds wisselende partners, uitsluitend bedoeld om in de buurt van de zanger te komen. Een reeks obligate avontuurtjes en clichématige Hollywoodverhalen bieden het nodige entertainment maar zijn niet sappig genoeg om in de buurt van de boeken van bijvoorbeeld Jackie Collins te komen en niet spannend genoeg om in de buurt van een redelijke thriller te komen. Alle gebeurtenissen zijn op een enkele uitzondering na rechttoe-rechtaan chronologisch verteld. Het karakter van Kim blijft plat als een dubbeltje. Het enige waar veel aandacht aan wordt besteed is haar labiele emotionele toestand veroorzaakt door haar wankele geloof in haar relatie met een getrouwde man. Dat Tinseltown een verrassend einde heeft, maakt de gelijkmatigheid van de rest van het boek niet goed. Tinseltown is leuk. Tinseltown is aardig. Maar meer ook niet. Tinseltown is een vingeroefening. Het ware schrijven moet nog beginnen. Judith Visser heeft het in zich. Driemaal is scheepsrecht.
0neg
De integratie van oud en nieuw is niet echt gelukt. Hoe oud is die tweeling? Volgens mij basisschool... lopen die ook al met mobiele telefoons? Maar zo'n veldwachter als Zwart is helemaal uit de tijd, net als een ambachtelijke smidse. Kinderen als brugwachter zijn ondenkbaar, vooral omdat brugwachters nauwelijks nog bestaan. Vader Evert lijkt een beetje seniel in dat moderne geweld, wat geen wonder is als hij met Gerben herinneringen ophaalt aan 1963. Los daarvan schijnt er vooral een positieve indruk van vluchtelingen gegeven te moeten worden. Waarom de dader deed wat hij heeft gedaan blijft aan het eind onduidelijk.
0neg
Duizend Hoog Een echt YA- boek voor de mensen die van Soaps houden en van ingewikkelde relaties met geheimen en verboden liefdes! Het boek is doorspekt met snufjes uit de toekomst en het verhaal speelt zich af in een wolkenkrabber van duizend hoog! Kun je je voorstellen dat je daar woont? Hoe zou je leven eruit zien? Wat zouden de waarden en de normen in die super hoge toren zijn? In Duizend Hoog krijg je de toekomst te zien vanuit vijf verschillende personen: vier jonge meiden en een jongen. We maken kennis met hun persoonlijke leven, hun werk, hun familie en vrienden maar ook met hun geheimen. Doordat je deze vijf personages volgt, wordt je beeld over deze mogelijke toekomst alleen maar completer. Wil je graag weten waarom bepaalde personen zo vreemd of typisch reageren en houd je niet zo van soaps, dan is dit boek niet zo’n aanrader. Maar wil je even lekker wegduiken in een andere wereld, een wereld vol geheimen en niet al te moeilijke situaties dan is Duizend Hoog vast iets voor jou!
0neg
Ik leg niet gauw een boek aan de kant maar dit boek kon ik echt niet uit lezen . De eerste 3 hoofdstukken heb ik nog gelezen maar bij hoofdstuk 4 ben ik afgehaakt. Sorry dat ik niet positief over dit boek ben maar kom er niet doorheen.
0neg
Dit boek van Suzanne Vermeer wist mij niet echt te boeien. Het gaat over Laura, Tim en Sander. Laura heeft een relatie met Tim. Zij gaan met z'n drietjes op wintersport. Er gebeuren vervolgens enkele onverklaarbare, toch wel angstaanjagende dingen. Laura is nieuwsgierig van aard en tracht te achterhalen wat hier de reden van is. Dat dit niet zonder gevaar is, blijkt al snel. Het verhaal is echter nergens echt spannend te noemen. Het roept bij mij vooral een gevoel van herhaling op, in die zin dat deze Vermeer erg lijkt op een van haar andere boeken. Welke weet ik niet meer. Ook het eind is niet verrassend en zie je van mijlenver aankomen...
0neg
Na het grappige en leesbare boek 'Een klein beetje geweldig' verwacht je natuurlijk al snel weer een hilarisch verhaal te lezen. Helaas valt dat wat tegen. 'Rosie zeg ja' is een verhaal wat sterk doet denken aan Mary Poppins gemixt met een vleugje '50 tinten grijs'. Het gaat echt alle grenzen over en verliest daarom al zijn kracht om nog prettig leesbaar te blijven. De personages worden neergezet als leeghoofden die alleen door de magie van Rosie weer terug in het leven gezet kunnen worden. Dat Rosie daarbij over iedereen zijn grens gaat wordt voor het gemak maar even vergeten want het moet vooral allemaal grappig zijn. De humor is flauw en doordat de schrijfstijl totaal geen emoties vertoont blijft het verhaal plat. Het verhaal bevat zware levensvragen zoals angst voor de dood, mislukking, faalangst eenzaamheid en minachting maar door het kinderlijke gedrag van Rosie is het niet te begrijpen dat ze deze zo op weet te lossen. Natuurlijk betreft het hier een roman en moet je het van de luchtige kant bekijken maar wanneer je zulke grote onderwerpen aanhaalt moet je ze ook met een wat groter respect behandelen en dat is wat er in dit hele boek ontbreekt. Wat wel goed gedaan is is dat de schrijfster het verhaal geschreven heeft zonder je een mening op te dringen wat de mogelijkheid geeft om je eigen mening te vormen. In mijn geval dus niet zo positief maar dat kan bij een ander natuurlijk zomaar anders zijn.
0neg
Dit is de eerste keer dat een boek heb weggelegd en zeker weet dat ik er nooit meer in begin. Na de eerste paar bladzijdes zat ik al met tegenzin te lezen. Het is meer een meiden boek en dat is niet mijn genre dat merkte ik al gelijk. Erg jammer. Als je van boeken houd als Vrees me, Deep Blue, Divergent enzovoort denk ik niet dat dit boek iets voor je is en raad ik het erg af om dit boek te lezen.
0neg
Morgen wordt vandaag vertegenwoordigt het schrijfdebuut van Ruth Knieper. Het boek is een dystopie dat ze zelfstandig uitgaf bij uitgeverij Schrijverspunt in maart 2015. Ze bewijst met dit boek een vlot leesbare schrijfstijl te hebben, maar ook dringend een redacteur nodig te hebben gehad. Sara groeit op in een internaat, zoals iedereen dat doet in haar land. Net voor haar achttiende verjaardag ontstaat er echter een brand in haar internaat, en kiest ze ervoor om al eerder dit thuis te verlaten. Ze vindt werk als dienstmeisje bij een medewerkster van de regering en komt zo meer te weten over het bestuur van het land. Twijfels over of ze het hier mee eens is vullen de rest van het boek. Dat Morgen wordt vandaag een zelfstandig gepubliceerd boek is, straalt van het boek af. De cover is niet erg aantrekkelijk en het verhaal bevat diverse spel-, stijl- en zinsconstructiefouten. Zo gebruikt Knieper diverse keren een dubbelop of is in elkaar volgende zinnen hetzelfde woord gebruikt waar een synoniem op zijn plek was geweest. Herhaling is een kernwoord in Morgen wordt vandaag. Het hoofdpersonage Sara denkt vaak hetzelfde op verschillende momenten in het boek en Knieper legt situaties vaak te uitgebreid uit. Het maakt het boek traag en daardoor saai. De spannende momenten, zoals het flirten tussen Luuk en Sara, worden minimaal uitgewerkt, waardoor er nooit een werkelijke spanningsboog in het boek ontstaat. Het verhaal is geschreven in de ik-vorm en bestaat voornamelijk uit de gedachten van Sara. Het boek is dan ook vertellend in plaats van beschrijvend geschreven. Het idee van show, don’t tell wordt weinig gebruikt door Knieper, waardoor het verhaal nogal monotoon van aard is. De situaties die spanning moeten veroorzaken lijken te komen aanwaaien en voelen dan ook erg gemaakt aan. Pas tegen het einde van het boek is er sprake van wat werkelijke spanning, maar ook deze situatie is clichématig, lichtelijk voorspelbaar en eigenlijk geen toevoeging voor het verhaal. Sara ontwikkelt zich daarnaast niet tot een diepgaand personage, ondanks alle gedachten die zij met de lezer deelt. Dit heeft voornamelijk met de eindeloze herhaling van dezelfde gedachten te maken, waardoor diepzinnigheid nooit kan worden bereikt. Er is daarnaast vrijwel geen uitwerking van details. Zo wordt in het ongewisse gelaten wat voor ‘straffen’ de jongeren in het internaat krijgen en wat voor ‘straffen’ de overheid geeft aan illegalen. Het maakt het idee van ‘straf krijgen’ niet indrukwekkend. In het verhaal worden misdaden nooit beschreven, waardoor het begrip ‘slecht’ geen definitie krijgt. Het boek roept veel vragen op over de maatschappij waarin Sara leeft, waarom Sara is gaan twijfelen over het regime, waar het verzet zich tegen afzet, waarom de politieke situatie is zoals hij is en waarom jongeren wel dansles krijgen maar nog nooit van een radio hebben gehoord. Op vrijwel geen enkele vraag wordt een antwoord gegeven. Waar de gedachten van Sara soepel lezen, valt het tegenovergestelde te zeggen over de dialogen. Zinnen als “Daar antwoord ik niet op. Hoe ging het vanochtend?”, “Eet maar lekker, je mag gelijk beginnen.” en “Gaat het goed met jou?” geven de lezer de kriebels, omdat ze onnatuurlijk zijn. Het woordgebruik in de dialogen is te officieel voor de leeftijd van de personages. Vaak zijn ze ook geen toevoeging aan het verhaal, een beschrijving van het gesprek had in veel gevallen ook volstaan. Morgen wordt vandaag wordt een fantasyboek genoemd en tot aan de laatste bladzijde heb ik zinloos zitten wachten op een fantasy-element. In feite is het boek namelijk een dystopie waar nodig een redacteur op gezet moet worden. De ideeën voor het boek zijn goed, het boek leest ontzettend makkelijk door Kniepers fijne schrijfstijl, maar het aantal verbeterpunten aan het boek is zo hoog, dat het boek meer een eindeloze gedachtestroom van het hoofdpersonage is dan een fijn antwoord op De Hongerspelen.
0neg
Onbegrijpelijk dat dit boek zoveel lof heeft gekregen. Het is totaal niet spannend. Bladzijde na bladzijde wordt er afgeluisterd zonder dat er ook maar iets interessants gebeurt. De hoordrolspelers hebben potsierlijke namen en boeien ook voor geen meter. Ik heb een aantal keer een herstart in het boek gemakt, maar moest vanwege de moeizame schrijfstijl (en natuurlijk het totaal niet spannende en oninteressante verhaal) steeds al gauw weer afhaken. Ik had me hier veel van voorgesteld, maar de Hollands Glorie van thrillerschrijvend Nederland heb ik hier (helaas) niet in kunnen ontdekken. Een afknapper.
0neg
(Let op; spoiler!!) Bij aanschaf van het boek was ik voornamelijk geïntrigeerd door de geschiedenis van de psychiatrie. Ik zag al helemaal voor mij hoe dit verhaal zich zou ontwikkelen. Helaas, niets is minder waar. Het begin is op zich veelbelovend, maar Buck laat voor mij veel vragen open. Het hele boek werkt toe naar één specifiek moment; daar waar de weddenschap zich ook op richt. Dit moment komt voor mijn gevoel helemaal niet, de beschreven ontknoping is een deceptie. Ook het laatste stuk gaat als een concorde; ineens zitten wij een aantal jaren later naar de hoofdpersonen te kijken. Het doel van Jori wordt niet uitgewerkt aan het einde. Zonde, echt een gemiste kans! Ik heb dit boek niet met plezier uitgelezen, en ik bleef met een ontevreden gevoel achter. Ik geef toch twee sterren omdat Buck de sfeer goed weet te vangen van een oud Parijs, en er best veel goede informatie inzit.
0neg
Dit boek is geschreven door een journaliste, misschien dat het daarom, voor mijn gevoel, allemaal een beetje afstandelijk blijft. Het is wel hartverscheurend om te lezen wat er tijdens de oorlog in Irak met gewone gezinnen is gebeurd; de doden, gewonden, verscheurde families, de onmacht van medici en hulpverleners etc. De schrijfstijl is niet de mijne, ze haalt er te veel bij waarvan ik denk, nu weet ik het wel, en zoals gezegd vrij afstandelijk daarom: 2 duimpjes.
0neg
Max Barry_s science fiction thriller _Lexicon_ heeft te wisselende spanningsboog Up and downs Lexicon is een boek met ups and downs. Het start aanvankelijk goed. De soms wat absurde gebeurtenissen trekken je als lezer het verhaal in. Je wil het kunnen plaatsen en weten hoe het verder gaat. Maar Barry weet de aandacht niet vast te houden. Halverwege het boek is er nog nauwelijks sprake van spanning. Naar het einde van het verhaal toe weet hij de spanning snel opnieuw op te bouwen, maar op zo_n manier dat het ten koste gaat van de plot. De ontknoping is een ware afraffeling van gebeurtenissen. Door het middengedeelte van het boek te comprimeren en het einde meer aandacht te geven, zou het een sterkere thriller geweest zijn. Daar moet dan meteen bij gezegd worden dat het eigenlijk geen thriller is. Het heeft er zeker elementen van, maar het is eerder een science fiction verhaal. Het verhaal bevat veel onrealistische elementen. Sterke gelijkenissen Het verhaal toont grote gelijkenissen met Libri di Luca van de Deense schrijver Mikkel Birkegaard. Daar gaat het over lezers, die door het lezen van teksten anderen (de ontvangers) kunnen be‹nvloeden. Bij Lexicon zijn het dichters die anderen met woorden kunnen 'breken'. In beide boeken wordt de macht gebruikt voor slechte bedoelingen, en bestreden door de hoofdpersonages. Oog voor detail en omgeving Na het lezen van het boek kennen we de hoofdpersonages Emily en Wil niet echt. Barry heeft er de voorkeur aan gegeven een actiethriller te schrijven, met oog voor detail van gebeurtenissen en de omgeving, niet om de karakters uit te diepen. Ontbreken tijdsaanduiding Lexicon kent geen complexe verhaallijnen, het verhaal wordt in hapklare brokken verteld, door verschillende personages. Wat het soms wel moeilijk te volgen maakt, is het ontbreken van een tijdsaanduiding. Dit hoeft niet expliciet vermeld te worden bij de gebeurtenissen, maar nu is het gissen wanneer iets plaatsvond. Vaak merk je pas gaandeweg een hoofdstuk dat je in een compleet andere periode beland bent. Conclusie Het boek een middenklasser noemen zou het te kort toen, maar een topthriller is te veel eer. Lexicon is een aanrader voor wie tussen drukke dagelijkse beslommeringen even wil vluchten in een andere wereld, zonder te veel te moeten nadenken bij een boek.
0neg
Ik heb dit boek voor de Young Adult leesclub gelezen maar eerlijk gezegd weet ik niet wat ik ervan moet vinden. Ik had zoveel hoge verwachtingen van dit boek, ik begon ook heel enthousiast met lezen. Maar helaas zijn er vele dingen die mij hebben teleurgesteld. Het boek gaat over Alicia die met haar ouders bij een soort sekte zit in Italie. Het gaat zo goed met de 'club' dat haar vader een vestiging in Amsterdam mag maken. Ze maakt hier de gekste dingen mee en Alicia vindt het allemaal heel erg leuk. Er zijn vele spanningen in Alicia haar familie omdat haar moeder zich niet op haar plek voelt in de sekte. Het loopt op een bepaald punt helemaal uit de hand waardoor haar familie niet meer welkom is in de sekte. Alicia schrijft naar aanleiding hiervan een brief naar Sofia, de leidster van de sekte, over hoe zij alles heeft ervaren. De brief is het boek zelf. Laat ik eerst maar beginnen bij de brief versie van het boek. Ik snapte de hele tijd niks van de zinsopbouw en ik dacht dat dit gewoon hoorde bij Alicia, die nog een kind is en niet goed Nederlands kan. Op het einde kwam ik er pas achter dat het een brief was, dit had wel eerder uitgelegd kunnen worden. Ik heb me hier namelijk mateloos aan geïrriteerd. Ik vind dit boek ook totaal geen Young Adult. Het wordt verteld door Alicia die nog een kind is. Er komt wel intimiteit in voor maar hoe Alicia het beschrijft lijkt ze net 9. De verhouding hiervan vind ik erg apart. Ik weet eerlijk gezegd niet meer te vertellen over dit boek. Ik ben onwijs teleurgesteld terwijl ik eerst zo enthousiast was over het boek. Ik geef dit boek daarom maar twee sterren omdat ik gewoon niet weet wat ik van dit boek moet vinden.
0neg
Saskia Noort (1967) is sinds de publicatie van haar thrillers 'Terug naar de kunst' en 'De eetclub' populair bij het grote publiek. Onder andere door haar televisieoptredens ter promotie van haar boeken en de verfilmingen hiervan is ze bekend met de mediawereld. Haar nieuwste boek 'Huidpijn' speelt zich af in deze wereld. In 'Huidpijn' raakt de populaire presentatrice Anne Koster de controle over haar zorgvuldig geregisseerde leven kwijt als haar televisieprogramma plotseling stopt en haar jongere vriend Sam er vlak voor hun laatste ivf-poging vandoor gaat met een vrouw die nog jonger is dan hij. De tweeënveertigjarige Anne vreest dat haar carrière voorbij is en dat ze haar droom om moeder te worden moet opgeven. Zowel het floppen van haar talkshow als het einde van haar relatie wordt breed uitgemeten in de pers. Terwijl het hele land meekijkt moet Anne leren omgaan met wat er gebeurd is. Dit blijkt lastig, zeker als er iemand uit haar omgeving verdwijnt. 'Huidpijn' is geen erg origineel boek. Anne concludeert zelf al dat het feit dat Sam haar verlaat voor een jonge vrouw ‘een godvergeten cliché’ is. Dit is echter niet het enige cliché. Anne groeide op met een gewelddadige vader die regelmatig vreemdging, haar zus is verslaafd en zelf heeft ze een minderwaardigheidscomplex. Als haar leven in elkaar stort begint ze veel te roken en te drinken. Door de vele problemen die Anne heeft is het moeilijk om je in alles te verplaatsen. Er is te veel drama. Alleen op de verbroken relatie van Sam en Anne wordt diep ingegaan. De andere onderwerpen worden niet genoeg uitgediept. Daarnaast is Anne door haar zelfmedelijden, haar wanhopige pogingen om Sam terug te winnen en haar vijandige houding tegenover vrienden die haar willen helpen even onsympathiek als haar ex die haar bedroog. Dit maakt het nog moeilijker om met haar mee te leven en om interesse op te brengen voor hoe het met hen afloopt. Het mysterie van de verdwijning brengt een beetje spanning in het verhaal. Het verhaal leunt hier sterk op en er zijn verschillende mogelijke verklaringen voor. De mogelijkheid dat Anne er zelf iets mee te maken heeft is sterk uitgewerkt door de beschrijving van haar karakter en door haar vage herinneringen aan de nacht van de verdwijning – wel wederom een cliché. Doordat het verhaal zo leunt op de ontknoping is het des te teleurstellender dat die vergezocht en ongeloofwaardig is. De basis ervoor is ook niet wat alle elementen betreft goed gelegd. Na de ontknoping volgt nog een overbodig laatste hoofdstuk waarin Noort lijkt te proberen de ellende uit de rest van het boek te compenseren. Dit zwakt het toch al niet krachtige einde extra af. Noort schetst een goed beeld van de mediawereld zoals die overkomt voor buitenstaanders: iedereen kent elkaar zogenaamd, roddels worden breed uitgemeten en iedereen is inwisselbaar. Ze laat zien dat het leven van BN’ers ook niet altijd fantastisch is. Het voorkomen van echte personen zoals Humberto Tan en Matthijs van Nieuwkerk en hun programma’s roept herkenning op en geeft het verhaal een extra dimensie, hoewel dit het tegelijkertijd moeilijker maakt om de fictieve personages zoals Anne als grootheden binnen deze wereld te accepteren. Noort heeft een vlotte schrijfstijl die volledig in dienst staat van het verhaal. Ze doet niet aan mooischrijverij. De vele Engelse woorden en uitdrukkingen (‘first things first’, ‘chill out’, ‘no worries’) en het populaire taalgebruik in de dialogen tussen met name Anne en andere mediafiguren (iedereen is een ‘lieverd’ en een ‘schat’) die kleur moeten geven aan de bizarre mediawereld hebben echter slechts deels dit effect en storen vooral. In de loop van het verhaal komen ze gelukkig steeds minder voor. 'Huidpijn' leest makkelijk weg, maar gaat vrijwel nergens echt de diepte in. Het boek is daardoor bijna net zo oppervlakkig als de mediawereld die erin beschreven wordt.
0neg
(Origineel van http://deracefietser.nl/peter-sagan-my-world-lezen/) 'Met honderd wielrenners aan de start zijn er honderd verhalen te vertellen aan op de finishlijn. Mijn verhaal gaat over het dragen van de regenboogtrui voor drie jaar op rij. Ik ben de enige met dit verhaal.' Deze zinnen zijn een vrije vertaling van waar het autobiografische boek van Peter Sagan over gaat. In bijna 300 pagina's vertelt de excentrieke Slowaak over het behalen van zijn drie opeenvolgende wereldtitels wielrennen. Met veel uitstapjes naar ludieke verhalen van hemzelf, zijn ploegmaten en zijn teammanagement doorloopt het boek de drie meest succesvolle jaren uit de carrière van Peter Sagan. Al met al onsamenhangend geschreven met daarbij veel herhalingen. De chaos waarmee het boek opgezet is, geeft een perfect beeld van hoe de meester zich in zijn privé leven en op de fiets gedraagt: onvoorspelbaar en toch enorm goed. De Slowaakse alleskunner won het WK in 2015 (Richmond), 2016 (Doha) en 2017 (Bergen). De drie wielerseizoenen zijn de perfecte manier om het boek op te delen in drie delen. De seizoenen worden tot op zekere hoogte chronologisch doorlopen, maar bevatten veel uitstapjes naar het verleden of het privé leven. Zo blikt Peter in het eerste deel (Richmond) terug op zijn jeugd in Slowakije. Hoe hij door zijn vader van hot naar her is gereden om maar zo veel mogelijk wedstrijden te kunnen winnen en hoe hij uiteindelijk bij de ploeg Liquigas terecht is gekomen. De andere twee delen vervolgen op dezelfde voet, ieder met andere uitstapjes naar belangrijke thema's in het leven van Peter Sagan. Tussen de regels door is goed te lezen dat Sagan enorm veel van zijn sport houdt. Je krijgt daarbij inzicht in het leven van de wielrenner en bijvoorbeeld zijn trainingen. Hij is gelukkig zodra hij op de fiets zit en nog meer zodra hij als eerste over de finish komt. Het boek is daarmee een van de vele boeken van helden in sport die in de afgelopen jaren zijn verschenen, zoals het boek van Zlatan Ibrahimović. De overeenkomsten tussen beide personen zijn natuurlijk ook sterk aanwezig; opvallende personages en ze blijven ieder keer weer verbazen. Al ben je (nog) niet helemaal thuis in de wielerwereld is het boek vermakelijke kost. Het is in gemakkelijke taal geschreven en leest daarom goed weg. De verhalen van wielerkoersen zijn los van elkaar te lezen omdat er weinig wordt teruggevallen op eerder beschreven, of zeer gecompliceerde, situaties. Voor iemand die nieuw is in de sport kan het gelezen worden als 'dertien in een dozijn' sportbiografie over een excentrieke sporter, maar verwacht geen hoogstaande literatuur. Over techniek van fietsen is weinig tot niks beschreven. 'Why so serious?'
0neg
Alweer Zen nummer 8 en na nummer 7 is dat al heel wat. Fans van Zen zoals ik vinden het dan allang best dat er weer een boek uit is maar dit is toch een misser. Het verhaal gaat nergens de diepte in en kabbelt maar steeds wat door. Zen gaat van de ene plek naar de andere maar meer omdat Dibdin denkt dat dit interessante plaatsen zijn dan dat ze iets toevoegen aan het verhaal. Het wordt nergens echt spannend maar ik vind het allang best dat Zen nog leeft na zijn bloedstollende avontuur op Sicilië. Dan komt een saaie aflevering misschien nog niet eens zo slecht van pas. Zen houdt zich anoniem schuil aan de kust in Noordwest Italie en wacht op vertrek naar de VS om te getuigen tegen Maffiosi. Vanwege zijn veiligheid wordt Zen van hot naar haar gesleept en komt zelfs op Ijsland terecht. Een onnodig en tenenkrommend uitstapje van de schrijver. Een nieuwe flirt (Gemma) komt in dit boek op Zen's pad; een verhaallijn die wel te pruimen valt. Het boekje (dunste Zen tot nu toe) is een goede opstap naar de 9e Zen; Medusa. Een wat uitgebreid eerste hoofdstuk zogezegd.
0neg
Er zit een storende fout in dit verhaal. De hoofdpersoon, John, heeft een vaste lijfwacht, Marco. Op een dag, als ze op het punt staan om van Londen naar Mexico City te vliegen, wordt Marco plotseling afgelost door een lijfwacht die hij niet kent en die hem zegt dat hij hem aflost omdat er iets ernstigs met Marco's vrouw aan de hand is. Marco gaat gelijk naar huis (in Londen) en ontdekt dat er niets met zijn vrouw aan de hand is. Hij vermoedt dat er iets vreemds aan de hand is, maar doet helemaal niets! Hij slaat helemaal geen alarm!! En daarmee geeft hij de valse lijfwacht de kans om mee te vliegen naar Mexico City en daar mee te helpen aan de ontvoering van John. Later in het boek komt Marco weer op de proppen en wordt er geen woord gerept over deze affaire. Een grote misser in verder een prima boek.
0neg
Gangster Anders en zijn vrienden met ondertitel (en een enkele vijand) is het derde boek van de Zweedse schrijver Jonas Jonasson. Hij verwierf wereldwijde bekendheid met zijn eerste boek . Gangster Anders woont in pension Meerzicht, waar Per Persson de receptionist is. Gangster Anders heeft al drie keer in de gevangenis gezeten voor geweldsdelicten. Per Persson werkt en woont in het pension en op een dag ontmoet hij in het park pastor Johanna Kjellander, die zojuist is ontslagen. Met z`n drieën besluiten zij de criminele activiteiten van Gangster Anders te commercialiseren. Er ontstaat een prijslijst met items zoals: linkerarm breken, neus breken, rechterbeen breken en nog andere combinaties van menselijke ledematen. Afspraak is dat er geen doden vallen. Wat volgt is een bizarre vlucht met als doel zo veel mogelijk geld te verdienen met het inzetten van Gangster Anders. De road trip/vlucht in de camper doet sterk denken aan boek . Ook mist het uitwerking, het is saai (misschien raar om te noemen in een boek vol rare gebeurtenissen) en weinig boeiend. Een probleem van dit boek was dat Jonas Jonasson het veel te veel in de details zocht en daardoor het spoor kwijtraakte in het boek. Een heel hoofdstuk over een onbelangrijke passant in het verhaal is totaal overbodig en voegde niets toe. Er zijn twee thema`s in het boek, het recht op je eigen geloof op welke manier dan ook en het feit hoe het verleden een grote impact kan hebben op het huidige gedrag van personen. De schrijfstijl van Jonas Jonasson is herkenbaar in het gebruik van humor, ironie en absurde gebeurtenissen. In Gangster Anders en zijn vrienden komt dit niet helemaal uit de verf. Absurd is het zeker, maar het mist diepgang en emotie, alles blijft erg vlak. Het perspectief in Gangster Anders en zijn vrienden is zowel in de derde persoon als vanuit het oogpunt van de receptionist Per Persson. Hij blijft het hele boek deze naam houden, ook al staat hij allang niet meer achter de receptie. Zijn personage is het minst absurd in het verhaal en bied nog een beetje rust en logica. Pastor Johanna is de drijvende kracht achter de plannen van de vrienden, maar als lezer kom je weinig meer over haar te weten. Gangster Anders en zijn vrienden is opgedeeld in drie delen waarin drie initiatieven ter bevordering van de financiële middelen ten uitvoer worden gebracht. Het is goed dat het boek uit drie delen bestaat, het geeft een duidelijk begin en einde aan de initiatieven. Het maakt het iets minder langdradig en prettiger om te lezen. Na de topper en een goede tweede (De zonderlinge avonturen van het geniale bommenmeisje, is Gangster Anders en zijn vrienden teleurstellend. Het lijkt of Jonas Jonasson een beetje over zijn top heen is.
0neg
'Het droste effect' is de zevende thriller met Stijn Goris en Stef Pauwels in de hoofdrol en blijkt een typische De Coninck thriller te zijn : bijzonder vlot geschreven, zonder uitgebreide uitweidingen. Keerzijde is dan wel een zeker tekort aan diepgang. Net als in de andere boeken van de reeks blijkt dat ook in 'Het droste effect' het toeval een te grote rol te spelen bij de uiteindelijke ontknoping.
0neg
Die Pascal Mercier kan wel een potje schrijven: Nachttrein naar Lissabon en Perlmanns zwijgen vond ik geweldig, en 'Handwerk van de vrijheid' (een filosofisch boek dat zijn romans mooi toelicht, maar zelf geen roman, geschreven onder zijn echte naam Peter Bieri) trouwens ook. Al die boeken gaan op meeslepende wijze over 'tegenwoordigheid', authenticiteit, zoeken naar vervulling, het verlangen een echt eigen vorm te geven aan het bestaan. Niet dat de personages slagen om die tegenwoordigheid en vervulling helemaal te vinden, want ze worden te veel door angsten, twijfels en invloeden van de buitenwereld gestuurd, maar hun geworstel is prachtig. De stijl van Mercier niet minder. Dat alles is ook zo in De Pianostemmer. Alleen deugt volgens mij de plot deze keer niet: de passages zijn op zichzelf allemaal weer uitstekend en in verslavende stijl opgeschreven, maar de verhaallijn rammelt aan alle kanten. Ontzettend jammer: Mercier zet een aantal prachtige personages neer, alleen is het verhaal over hun lotgevallen (en vooral de vervlechting van hun lotgevallen) te gezocht, te afhankelijk van idiote toevalligheden. Dus ik zou zeggen: lees Mercier en geniet, maar sla DIT boek over!
0neg
Dat zag ik dus niet aankomen: een echte policier van Robbert Welagen. Auteur van kleine, zorgvuldige vertellingen over ouwelijke, tobberige jongens die worstelen met levensangst en in het geheel niet of slechts ternauwernood waarneembaar aan de winnende hand zijn. Het spaarstandproza van Welagen spreekt mij persoonlijk niet zo aan, maar nogal wat critici lopen ermee weg en nemen een geweldige spanning waar onder, boven of naast de korte, registrerende zinnetjes (uitgebeend proza schijn je te moeten zeggen) die Welagen zo zorgvuldig neerpent. Ik was echter wel geporteerd van Porta Romana waarin Welagen zijn fascinatie voor onthechting en identiteit nu eens niet vorm gaf door over een landerige, tobbende jongeling te schrijven, maar over een man van middelbare leeftijd die als gevolg van een roofoverval aan geheugenverlies leed. Door slim te doseren en veel te suggereren wist Welagen hier met zijn korte, registrerende zinnen/uitgebeende proza inderdaad een onderstroom van gevaar en onzekerheid op te roepen die zeker effectief was. Eindelijk meende ik enigszins te begrijpen wat die critici in hem zagen. Zijn volgende boeken spraken mij minder aan. De tobberige jongens uit zijn eerstelingen werden ouder, en hun existentieel getob verwerd meer en meer tot modieus dertigersdilemma. Nu ben ik blij dat niet iedere auteur dat op Giphartiaanse wijze overschreeuwt, maar mijn tolerantie voor precieus proza dat in deze thematiek zwelgt door er zorgvuldig omheen te cirkelen, is ook beperkt. Een beetje vitalisme brengt je een heel eind. Wat ook niet hielp was dat Welagen naar mijn gevoel in ‘Het verdwijnen van Robbert’ tapte uit het vaatje van Paul Auster (de New York trilogie) en voor ‘In goede handen’ uit dat van Thomas Lieske (‘Alles kantelt’). En nu dan dus een politieroman. Er is veel veranderd sinds W.F. Hermans in het geniep onder pseudoniem (Fjodor Klondyke) pulpthrillers schreef. Daan en Thomas Heerma van Voss (het Heeresma Inc. van de eenentwintigste eeuw?) schreven met ‘Ultimatum’ bijvoorbeeld een aardige thriller waarmee ze zichzelf niet voor schut zetten en die ook in het geheel niets afdeed (maar ook niets toevoegde) aan hun literaire standing. De laatste roman van Peter Terrin was zowel genomineerd voor de Gouden Strop als voor literaire prijzen. Voor de collega’s en de critici hoef je het vandaag de dag dus niet meer te laten, maar kan een schrijver als Welagen, wiens overige werk zo sterk rust op sfeer en suggestie, ook een goede politieroman schrijven? Ik ben bang van niet. Een schrijver wordt na uitreiking van een literaire prijs dood dobberend in de Amstel aangetroffen en inspecteur Mudde (een bezonken zestiger die het allemaal al wel eens heeft gezien), ondervraagt de medegenomineerden. Wat hun motief zou moeten zijn blijft in het ongewisse. Bij een literaire prijs is er, anders dan bij Miss World immers geen nummer twee die het geld en de eer overneemt als de winnaar komt te overlijden. Gaandeweg krijg je het idee dat Welagen zijn kennis van politieprocedures heeft opgedaan van televisie, en hoewel Mudde, in navolging van Columbo(?) in een oude auto (Volvo Amazon) rijdt, mist de vertelling helaas de humor en de scherpzinnigheid van die klassieker. Het is eerder alsof je een transcriptie van een Derrick-aflevering, uit pak hem beet 1979 aan het lezen bent. De meeste slachtoffers worden gedood door hun eigen partner. Zouden rechercheurs dat anno nu echt met droge ogen tegen elkaar zeggen? In een politieroman van Robbert Welagen wel. Enfin, het is maar goed dat Mudde zich op de schrijvers concentreerde en het gemene volk (zoals hotelpersoneel enzo) links liet liggen, want de oplossing lijkt inderdaad te vinden in een nog ongepubliceerd manuscript. Tja, puzzeltje gelegd, boekje toe en snel vergeten dan maar. Valt ‘De nachtwandeling’ dan misschien te genieten als satire op het literaire bedrijf? Nou nee, afgezien van wat goedmoedige plaagstootjes over schrijvers die thrillerelementen (in plaats van ‘echte psychologie’) gebruiken om spanning in hun boekies te brengen, en nieuwe uitgeverijen die met crowdfunding en een paar laptops (hallo Das Mag) gevestigde bedrijfsmodellen omver blazen, is er in de verste verte niets te bekennen wat daarvoor door zou kunnen gaan. Wat mij betreft is dit een vreemde blindganger in het oeuvre van Welagen. Het is prima dat literaire schrijvers zich aan het thrillergenre wagen, maar als ze niet bij machte zijn om er iets nieuws aan toe te voegen, moeten ze in ieder geval het genre serieus nemen. Met alleen maar goedgeschreven redt je het vandaag de dag ook bij de spannende boeken niet meer en dit vlakke, futloze proza verdient eerlijk gezegd alleen de flauwe aanprijzing dat het tenminste het verhaal niet voor de voeten loopt. Misschien kan Welagen beter gevoelige romans over tobberige manjongens in midlifecrisis gaan schrijven. De literaire lezer is ondertussen beter af met ‘Dood van een criticus’ (Martin Walser), de thrillerliefhebber zal waarschijnlijk oneindig veel meer leesplezier halen uit ‘Kentucky Killer’ van Arne Dahl, waarin immers ook een literair criticus op onaangename wijze aan zijn einde komt.
0neg
Als je begint te lezen in dit boek, dan voel je meteen een bepaalde sfeer: mysterie. Er is verdorie wel iets heel mysterieus aan de hand hier, denk je. Maar wat dat precies is, dat blijft tot halverwege geheim. Misschien dat het een persoonlijke frustratie is, maar als iets zolang achter de hand wordt gehouden, dan verwacht ik ook iets heel goeds. Dat viel helaas een beetje tegen. Zodra het geheim achter de foto’s en het eiland onthuld werd, verloor het verhaal zijn grip op mij. Ik was blij dat ik het boek uit had zodat ik aan een volgende kon beginnen. Was het dan zo slecht? Nee, zeker niet. De schrijfstijl is beeldend, het begin is erg sterk, er zit een verrassend element in de plot. Maar toch… net niet. . Ik zal proberen uit te leggen waardoor dat komt. Ten eerste ben ik dol op goed neergezette slechteriken. Ze moeten iets menselijks hebben, een karakter, een doel. Ik heb niet zoveel met slechteriken die alleen maar monsters zijn omdat ze dat nou eenmaal zijn. Dan voel ik de dreiging niet. Er moet een mogelijkheid zijn, hoe klein ook, om tot ze door te dringen. De (hoofd)personages spraken me ten tweede niet aan. Uitzondering: Jacobs vader, die vond ik heel sympathiek. Hij gaf het verhaal echt iets extra’s. Het achtergrondverhaal van grootvader Abraham, waarmee het avontuur begint, vond ik ook leuk. Helaas krijg je verder weinig over de personages te horen, waardoor bijvoorbeeld alle ‘bijzondere kinderen’ een beetje wazig en karikatuurachtig blijven.
0neg
Pff, wat kan iets tegenvallen. Te hoge verwachtingen? Natuurlijk moeten we allemaal ontbijten, lunchen en weer avondeten. Maar ik vond wel dat deze bezigheden van 'onze' held erg veel beschreven werden. Een voorbeeld: borrelhapjes, simpele dingetjes in een wip klaar, heel eenvoudig, zegt de hoofdpersoon. Vervolgens lees je hoe hij met ongeveer vijftien ingredienten (8 zinnen lang) iets lekkers maakt. Zo duurde alles vaak veel te lang. En ik kreeg al gauw een hekel aan die volmaakte vriend van hem. Een ware zin: De tijd vliegt voorbij. Het verleden breidt zich uit en er is steeds minder toekomst over. Onze mogelijkheden verminderen en de spijt neemt toe.. Zette me aan het denken, zal ik dit boek wegleggen, maar ja, een Murakami niet uitlezen vond ik toch wel een beetje gek. Wat wanneer het een andere schrijver was geweest? Ed: Voor de toekomstige Murakami lezers: ik wil jullie niet afschrikken hoor, deze man heeft nog andere boeken geschreven die niet zo saai en helemaal oké zijn.
0neg
Dit gaat over de gevangenschap van Roebasjov met een leven in de communistische partij en een belangrijk man van de revolutie. Zijn leven lang heeft hij zich ingezet voor de partij. zijn idealisme schrok er niet voor terug om over lijken te gaan. Nu een machtswissel aan de top een nieuwe leider heeft voortgebracht valt hij ineens van zijn voetstuk. Hij belandt uiteindelijk in de cel en wordt specifiek ondervraagd met de meest uitgekiende psychische verhoortechnieken. Het overgrote deel van het boek handelt juist over deze flagrante verhoortechnieken waaraan Roebasjov wordt blootgesteld en is soms een beetje te veel van het goede. Weliswaar wonderbaarlijk beschreven maar kan soms voor frustraties zorgen.
0neg
Het kostte de Amerikaanse auteur John Langan moeite om zijn in 2009 verschenen debuut, House of windows, bij een uitgever onder te brengen. Voor de een lag het aan het horrorgenre, voor de ander was het literaire karakter een drempel. Misschien ten onrechte, want het genre heeft hem wel een nominatie opgeleverd voor de Bram Stoker Award en was hij tevens finalist voor de International Horror Guild Award. Voor dit debuut schreef hij vooral korte verhalen en essays. Daarbij heeft hij zich voornamelijk op het horror- en fantasygenre gericht. De visser is het eerste werk van hem dat in het Nederlands vertaald is. Na het overlijden van zijn vrouw Marie nam Abe op een ochtend het plotselinge besluit om te gaan vissen. Aanvankelijk alleen, maar later samen met zijn collega en latere vriend Dan, wiens gezin bij een ongeluk omgekomen is. Ze wisselen diverse visstekken af tot Dan voorstelt om een keer naar Dutchman's Creek te gaan. Een plek waarover verschillende bizarre en mysterieuze verhalen rondgaan. Op de dag dat ze daar naartoe willen gaan, vertelt Howard, de eigenaar van een restaurant, hen een van deze verhalen. Het duo, niet wetend wat hen daar te wachten staat, laat zich niet weerhouden en gaat naar Dutchman's Creek om er zelf op onderzoek te gaan. Maar hadden ze dat beter niet kunnen doen? Het eerste van de drie delen van het verhaal is een regelrechte lofzang op het vissen als bezigheid. Naast de kennismaking met de personages Abe en Dan gaat het dan vooral over enkele technische aspecten daarvan. Wellicht boeiend voor hen die van vissen houden, maar niet aansprekend en ronduit vervelend voor lezers die hier niets mee hebben. Aan het eind van dit deel lijkt zich een interessante ontwikkeling voor te doen, wordt het iets boeiender en is het zelfs mogelijk dat de lezer nieuwsgierig wordt naar het vervolg. Vergeefse hoop, want zodra deel twee begint, zakt het verhaal weer zienderogen in en verzandt het, op een enkele opleving na, in een traag en saai relaas. In het laatste deel van het verhaal, en dan vooral wanneer de ontknoping dichterbij komt, laat Langan zijn fantasie de vrije loop en wordt het steeds onwerkelijker en waanzinniger. Er zijn zelfs momenten dat er hoegenaamd geen touw meer aan vast te knopen is waardoor de auteur de lezer in verwarring achterlaat. Is er dan werkelijk niets positiefs over het boek te vertellen. Natuurlijk wel. Want de interactie die tussen Abe en Dan bestaat, is een van de boeiendste delen van het verhaal en ook de persoonlijke drama's van beide weduwnaars spreken meer aan dan het overgrote deel van het boek. De lezer kan zich van deze tragiek in ieder geval wel een voorstelling maken. Alleen al om het feit dat deze gebeurtenissen dichter bij de mensheid staan dan de fantasierijke vertellingen over allerlei monsters en wangedrochten. De schrijfstijl van Langan is in De visser, dat door Roelof Posthuma vertaald is, nogal wisselvallig. Het taalgebruik in het begin is moeizaam waardoor het vervelend en wollig overkomt. De auteur treedt te veel in details en corrigeert de ik-figuur, Abe, zichzelf regelmatig. Overbodigheden die voorkomen kunnen worden door minder uitgebreid en directer te zijn. Dat was de duidelijkheid zonder twijfel ten goede gekomen. Hoewel het door Howard vertelde verhaal vrij uitvoerig en traag is, is dit wél in heldere en begrijpelijke taal geschreven. Het ontbrekende tempo, de onsamenhangende frasen, de over het algemeen niet inspirerende schrijfstijl en de vele onrealistische situaties zijn er de oorzaak van dat het boek nergens spannend wordt. Langan heeft met een mix van bovennatuurlijke elementen, aanzienlijke hoeveelheden horror en fantasy geprobeerd om De visser de kenmerken van een thriller te geven. Dat is mislukt en mede daardoor gaat het verhaal als een nachtkaars uit.
0neg
Big Magic hoe moet je creatief leven van Elizabeth Gilbert ook auteur van de bestseller 'Eten, bidden, beminnen' . Het is boek dat ik wou al lang lezen. Het boek die van buiten kant was zeer uitnodigend met mooie, kleurrijke kaft. De samenvatting was ook zeer uitnodigend. Het boek gaat over de kunst van creatief leven, hoe moet je die vinden en houden. Hoe mooi is leven met creativiteit die kan met je mee bloeien. Het boek is een verhaal van de auteur, hoe zij haar creativiteit in schrijven heeft ontdekt. Maar ook hoe hard moet je voor werken. Een moed en hard werken zijn zeer belangrijk en zonder deze factoren ,iedereen die eigen creativiteit vindt zal bij eerste moeilijkheid mee stoppen. Het verhaal die is zeer persoonlijk geeft aan dat iedereen die wil mooi leven leiden heeft creativiteit in leven nodig en dat de creativiteit kan in iedereens leven komen als je maar open voor staat. Het is niet iets wat alleen voor kunstenaars of schrijvers is bestemd maar elke gewoon persoon heeft het nodig en kan koesteren op eigen manier. Het mooiste in het boek was, hoe de auteur vertelt dat de ideeën voor een boek kiezen het schrijver en niet andersom. Het vergelijking dat een inspiratie of idee voor een boek is vrije geest die zweeft en zoek de juiste persoon om geschreven te worden. Als het persoon niet klaar voor is of doet er niets ermee gaat die idee naar de volgende. Waardoor kan het gebeuren dat je ziet een boek in de winkel met een verhaal die klink best bekend. Het is idee die was bij jouw geweest maar je hebt niets mee gedaan. Dit vergelijking vond ik erg inspirerend en motiverend. Het begin van het boek vond ik erg mooi en kon ik niet stopen lezen. Echter met elke hoofstuk had ik het gevoel dat werd heel veel herhaald. Dat vond ik erg jammer. Ik heb het boek kunnen in 7 dagen uitlezen maar zou ik niet snel nog een keer doen. Ik heb wel veel mooie dingen uit kunnen leren maar het kon iets boeiender of korter.
0neg
Lof voor het gekozen thema ....maar het verhaal wist mij niet te pakken. Vertwijfeling van de hoofdpersoon wel mooi weergegeven maar ik vond het verhaal te weinig variatie bevatten. Ook krijg je al gauw door hoe de vork in de steel zit. Wel goed dat dit soort onderwerpen door middel van dit boek, onder aandacht van een groot publiek worden gebracht!
0neg
Recensie voor het blog in de boekenkast. Het verhaal over Lotte die tegen de wil van haar dominante vader op een dag gaat deelnemen aan een vredeskamp. Als de vrouwen hun kamp hebben opgezet en als protest bloemen in de hekken bevestigen, leidt dat de aanwezige militairen hevig af. Het verwart de militairen en ze hebben geen idee hoe om te gaan met dit protest. Lotte is een van de weinigen met gezond verstand en een kritische vraagstelling. Als ik het boek in handen krijg, valt op dat de cover een mooie afbeelding bevat. Op een ouderwets getekende manier geeft de voorkant een afbeelding weer waar het verhaal over gaat. Het boekje oogt iets ouderwets en ligt lekker in de hand voor wat betreft formaat. Zodra ik begin te lezen, valt direct op dat dit geen doorsnee boek is met een standaard verhaallijn. Zinnen zijn zorgvuldig samengesteld. Het zijn geen zinnen die kort van stof zijn. De schrijfwijze heeft wat weg van onze oude Hollandsche taal en hier en daar zijn ook complexe woorden gebruikt, waardoor je als lezer wel even stil moet staan bij wat er daadwerkelijk bedoeld wordt. Het is geen boek waar je zo doorheen leest. Hou je als lezer van een mooi verhaal met een schrijfwijze die bijna op kunst met woorden lijkt? Dan is dit een aanrader. Wel had ik af en toe door de ingewikkelde manier van zinsopbouw wat moeite het verhaal vast te houden. Maar dat ligt zeker niet aan het boek, want de vertelwijze is zeer mooi en uitgebreid aangepakt in dit verhaal. De manier van vertellen is een zeer kunstige vorm van schrijven. Kortom, heb je zin in een boek dat even de aandacht vereist en zoek je niet iets alledaags waar er al 13 in een dozijn van zijn, dan is dit boek voor jou! Ik geef dit boek drie sterren.
0neg
Dit boek hebben AngeLuna en ik samen gelezen voor oktober. Ik moet zeggen dat ik er niet echt goede woorden aan kan besteden. Ik vond de schrijfstijl echt niet prettig. Ik ging met tegenzin in het boek lezen. Het verhaal vond ik op zich wel wat hebben, maar het sprak me gewoon echt niet aan. Voor mij echt geen aanrader!
0neg
Literaire thriller staat er op de kaft, maar dit is niet literair en ook geen thriller. Vroeger zouden we dit een damesromannetje hebben genoemd. Goed, er vallen doden, maar dat maakt het nog geen thriller. De spanning ontbreekt in het boek, er zijn geen raadsels of mysteries, geen onverwachte ontwikkelingen. Er gebeurt iets ergs, maar omdat de hoofdpersoon weinig doortastend is en alleen maar “in shock” lijkt te zijn, biedt dat verder geen spanning via “wat als” scenario's of bijbehorende acties: het leven sukkelt verder zonder dat de hoofdpersoon er invloed op heeft. In de epiloog blijkt alles anders te zijn dan je dacht, maar nergens in de voorafgaande hoofdstukken werd daarop gezinspeeld, wat een gemiste kans is – en de epiloog had net zo goed weggelaten kunnen worden. Ik ken Tineke Beishuizen uit de Libelle “van vroeger”. Haar eigen column “Bij mij thuis” (sinds 1973) was toen nog wel te pruimen, maar Anne-Wil (wat ze aanvankelijk als een soort ghostwriter schreef) heb ik nooit gemogen. Helaas neigt dit boek erg naar Anne-Wil, met dezelfde huishoudelijke mededelingen als in "Bij mij thuis". Zo valt er ergens een vaas om, maar waarom dat in het verhaal moet blijft een raadsel, zoals heel veel details over het huishouden van de hoofdpersoon die worden gegeven.
0neg
Ik ben het op dit moment aan het lezen, maar het valt me een beetje tegen. Het boek sprak me aan, omdat ik verwachtte een heftig verhaal te lezen over een jong meisje wat afscheid neemt van het leven. Maar dit is niet het geval. Het is meer een verhalende roman, waardoor het bij mij een beetje onrealistisch over komt. Maar ik heb het nog niet uit, dus ik wacht het nog even af...
0neg
Time-Out is blijkbaar het 3e deel in een reeks, en de eerdere boeken heb ik (nog) niet gelezen. Maar dat stoort niet echt. Eerder las ik Zeemansbruid, wat ik een heel goed boek vond. Time-Out begon even veelbelovend, maar ik ging me al snel storen aan het extreme en ziekelijke gedrag van Martine. Voor mij was dit soms erover, en ik heb in die stukken dan ook een paar keer gedacht aan stoppen. Gelukkig was mijn nieuwsgierigheid naar Kim, en wanneer haar ogen zouden open gaan, te groot.
0neg
De vooral door zijn serie rond Bernie Günther bekend geworden Philip Kerr zegt in een interview "Ik hou van voetbal, en kwam eigenlijk tot de ontdekking dat er weinig fictieboeken zijn over voetbal en voetbalfans zijn een groep die nauwelijks lezen. Waarom zou ik niet een serie gaan schrijven over voetbal en proberen die hele grote groep potentiële kopers te bedienen". De enige overeenkomst met zijn manier van aanpak met de Günther boeken is het feit dat hij fictie verweeft in the real world, en teruggrijpt naar bekende, echte personages, gebeurtenissen en feiten. het zogenaamde Factie genre. het eerste voetbalboek van zijn hand, doet er alles aan om de gemiddelde voetbalsupporter tegemoet te komen, Alle clichés worden uit de kast getrokken. het is volgestopt met weetjes en feitjes(wie is de jongste debutant, wie maakte de snelste goal etc) en het is geschreven (of vertaald) in hele simpele zinnen. met als klap op de vuurpijl (spoiler) een heroïsche wedstrijd op het einde en de simpele manager die het gras voor de voeten van héél Londen PD wegmaait. Toch vraag ik me af of hij het doel, de voetbalsupporter bereiken haalt, want ik denk dat dat gewoon gemiddeld genomen geen lezers zijn. Voor de thriller fan is het denk im te mager. Echter je merkt gewoon aan iedere bladzijde dat Kerr het echt leuk vond om te schrijven over dit onderwerp, het plezier spat er van af.
0neg