text
stringlengths 181
1.69M
| label
stringclasses 11
values | num_pages
float64 1
502
| split
stringclasses 4
values |
---|---|---|---|
{
Áo
_
û
Een | ADEN HD cidl Sef
EILANDENOVERLEG RD
Kleine Wittenburgerstraat 201
1018 LT Amsterdam
Tel. 020-6223879
E-mail: [email protected]
Aan de deelraad van stadsdeel Centrum
[email protected]
Amsterdam, 20 juni 2013
Raadsadres inzake vroegtijdige bomenkap
Geachte raadsleden,
Graag vragen wij uw aandacht voor het volgende:
Onlangs zijn er kapvergunningen verleend voor de bomen aan de Kruithuisstraat en
de bomen op het Wienerterrein aan de Oostenburgervoorstraat. Tegen deze
kapvergunning hebben bewoners van Oostenburg, Wittenburg en de vereniging de
Nieuwe Vaart bezwaar gemaakt.
Hierover hebben recentelijk hoorzittingen plaatsgevonden.
Op grond van jurisprudentie moet je uitzicht hebben op de bomen, anders word je niet-
ontvankelijk verklaard. Dit terwijl bomen “om de hoek” ook belangrijk zijn voor het
leefklimaat en beleving van de buurt, afgezien van alle milieu implicaties.
Wij maken vooral bezwaar tegen de verleende kapvergunningen omdat het prematuur
is. De vergunning voor de Kruithuisstraat is afgegeven i.v.m. de verlegging van een
boot voor de bouw van de Artisgarage. Het is nog maar de vraag of die bouw
doorgaat. Ook de bomen langs het huidige Artis parkeerterrein zijn daardoor
prematuur gekapt.
Vorig jaar zijn de laatste 2 van in totaal 63 bomen gekapt ten behoeve van de bouw
van N43, het nieuwbouwproject op de hoek van de Czaar Peterstraat en
Cruquiuskade. Maar er wordt daar nog steeds niet gebouwd.
Het is de vraag of Heijmans, de projectontwikkelaar voor het Wienerterrein, wel
volgens planning gaat bouwen. Tegenwoordig komt het steeds vaker voor dat plannen
die zeker lijken toch op de lange baan worden geschoven of helemaal niet doorgaan.
Maar onze bomen zijn dan al gekapt.
2
Wij vragen u in de omgevingsvergunning met betrekking tot het kappen van bomen
een voorschrift op te nemen, waarmee het de projectontwikkelaar wordt verboden
bomen te kappen als de bouw nog geen aanvang heeft genomen.
Tenslotte is die kap meestal in één dag gebeurd. Tot die tijd kunnen bewoners en
passanten nog hun hart ophalen aan het groen. Ook werkt dit kostenbesparend; wij
hoeven dan geen bezwaar meer aan te tekenen.
Sinds oktober 2010 valt de kapvergunning onder de omgevingsvergunning, het is dus
mogelijk om aan de kapvergunning voorschriften en beperkingen te verbinden.
Overigens willen wij hier nogmaals pleiten voor het betrekken van bewoners bij
dergelijke besluitvorming.
Kopie van dit schrijven gaat naar de Bomenstichting.
Met vriendelijke groeten,
namens het Eilandenoverleg,
| Raadsadres | 2 | train |
> < Gemeente Raadsinformatiebrief
Amsterdam
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 21 april 2023
Portefeuilles) Verkeer, vervoer en Luchtkwaliteit
Portefeuillehouder(s): Melanie van der Horst
Behandeld door VROR, bestuurlijke. [email protected]
Onderwerp Geluidsschermen langs Azo Noord
Geachte leden van de gemeenteraad,
In de commissievergaderingen Mobiliteit, Openbare ruimte en Water van 23 februari 2023 en 23
maart 2023 heb ik toegezegd u informatie te geven over diverse onderwerpen aangaande de
geluidsschermen langs de A10 Noord.
Context
Sinds 2022 ben ik in contact met Rijkswaterstaat (RWS) over de verlaagde geluidsschermen langs
de Azo. Ik heb in dat contact steeds de ernstige zorgen gedeeld die bestaan bij het stadsdeel,
college en raad over het brede welzijn van de Amsterdammers die langs dit deel van de Azo wonen
en werken. Het betreft niet alleen de gevolgen van de toegenomen geluidsoverlast, maar ook de
gezondheidsrisico’s door de toegenomen luchtvervuiling. Ik heb daarbij benadrukt dat de
geluidschermen eerder dan initieel gepland vervangen moeten worden en ik heb gevraagd om
maatregelen die in de tussentijd getroffen konden worden om de overlast tot een minimum te
beperken, waaronder het invoeren van 80 km/uur.
Planning vervangen geluidsschermen
RWS start de vervangingsoperatie van de geluidsschermen met het vervangen van de verlaagde
schermen. In september 2024 start de vervanging van alle verlaagde schermen en RWS streeft
ernaar die in 2024 vervangen te hebben. Dit betekent dat de extra geluidsoverlast en de overlast
van een verhoogde concentratie fijnstof eind 2024 voorbij zal zijn.
Nadat alle verlaagde schermen zijn vervangen, zullen de overige schermen vervangen worden.
RWS start hier begin 2025 mee. De hele vervangingsoperatie zal volgens RWS 10-18 maanden
duren. Dit betekent dat uiterlijk 1e kwartaal 2026 alle schermen zijn vervangen.
De communicatie vanuit Rijkswaterstaat over de planning van de vervanging van de
geluidsschermen langs de A10 Noord verloopt tot onze spijt moeizaam. Rijkswaterstaat verandert
de planning regelmatig en via diverse media worden steeds andere jaartallen genoemd als start-
en einddatum van de vervanging. Dit wekt helaas veel verwarring en onrust bij de bewoners van
Amsterdam Noord. Het college vindt dit erg vervelend. Wij hopen dan ook oprecht dat de planning
die nu door Rijkswaterstaat is gegeven en in deze brief met v wordt gedeeld, de definitieve
planning is. Wij zullen hen daar in ieder geval aan houden.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 april 2023
Pagina 2 van 3
Planning aanleg stil asfalt
Om de geluidsoverlast voor bewoners de komende periode, tot de vervanging van de
geluidsschermen, te verminderen gaat RWS deze zomer stil asfalt aanleggen. De geluidsoverlast
van het wegverkeer op de Azo zal na het aanbrengen van het stille asfalt met 2 tot 3 dB verlaagd
zijn (een afname van 3 dB betekent de helft minder geluidswaarneming). Wij hopen dat dit een
grote verbetering voor de bewoners zal gaan opleveren.
Het asfalt wordt op de binnen- en buitenring aangebracht tussen het Twiske (hectometer 32,7) en
Friendship Sport Center (hectometer 5,7) over een lengte van 5,1 kilometer. Dit is het stuk snelweg
waar de geluidsschermen verlaagd zijn, dus de geluidsoverlast het grootst. Uitvoering staat
gepland in 2 weekenden: van 23 tot 25 juni 2023 de binnenring, in het weekend van 30 juni tot 2 juli
2023 de buitenring. De omwonenden en weggebruikers zullen over de werkzaamheden, planning
en de hinder door RWS worden geïnformeerd (extra reistijd vanwege omrijden, geluid afkomstig
van het materieel rond freeswerkzaamheden en het asfalteren zelf).
RWS gaat geen snelheidsbeperking van 8okm/u op de Azo Noord invoeren
Een andere (additionele) maatregel tot vermindering van geluidsoverlast en fijnstof uitstoot is het
instellen van een snelheidsbeperking van 80 km/uur op de Azo Noord. RWS heeft echter laten
weten deze maatregel niet in te voeren. Zij geven hiervoor twee redenen:
1. Invoering van een snelheid beperkende maatregel kost tijd. Deze maatregel zal niet
eerder ingevoerd kunnen worden dan het aanleggen van het stille asfalt;
2. Aanleg van stil asfalt geeft de meeste geluidsreductie.
RWS heeft de keuze gemaakt voor aanleg van stil asfalt. Door ingenieursbureau TAUW is
berekend dat in de huidige situatie met verlaagde schermen geen overschrijding is van de norm
voor fijnstof. Voor RWS is er daarom geen aanleiding om naast de aanleg van stil asfalt ook een
snelheidsbeperking in te voeren.
Het college betreurt deze beslissing van RWS. Wij vinden het belangrijk dat er zoveel mogelijk
maatregelen worden doorgevoerd om de overlast van verkeerslawaai van de Azo als gevolg van
de verlaagde schermen, te verminderen. Ook wil het college gezondheidsproblemen door
eventuele verhoogde concentraties fijn stof in de woonwijken langs de Azo voorkomen. Een
snelheidsbeperking van maximaal 8okm/uur kan daar aan bijdragen. Wij zullen ons daarom blijven
inzetten om deze maatregel alsnog ingevoerd te krijgen.
Bezwaar indienen tegen de ontheffing die aan Rijkswaterstaat is verleend
Op 21 maart 2023 is door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat een ontheffing van
de naleving van de gelvidsproductieplafonds aan RWS verleend. Deze ontheffing geldt voor de
jaren 2023 en 2024. Belanghebbenden kunnen t/m 3 mei 2023 bezwaar maken tegen deze
ontheffing. Het college heeft besloten geen bezwaar in te dienen, maar om bewoners die bezwaar
willen indienen daarin te ondersteunen. Belangrijkste reden hiervoor is dat wij als gemeente geen
belanghebbende zijn. Maar een tweede, belangrijkere reden is dat als het bezwaar toegekend zou
worden, dit niet inhoudt dat er een maatregel zoals het instellen van een 80 km/uur zone kan
worden gevraagd.
Het college gaat in plaats van het indienen van bezwaar, een brief schrijven aan de Minister van
Infrastructuur en Waterstaat waarin wij maximale druk zullen vitoefenen om alsnog aanvullende
maatregelen te treffen voor de gezondheid en leefbaarheid van de bewoners van Noord zoals het
instellen van 80 km/uur. Wij denken met dit middel meer resultaat te kunnen behalen dan met het
indienen van bezwaar als niet-belanghebbende.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 april 2023
Pagina 3 van 3
Bewoners van Amsterdam Noord zijn wel direct belanghebbende en kunnen als zodanig wel
bezwaar indienen. Wij zullen de bewoners daarbij ondersteunen met informatie over het proces en
hen voorzien van een voorbeeldbrief voor het maken van bezwaar. Tevens kunnen zij verwijzen
naar de brief (en de inhoudelijke argumenten hierin) die wij naar de Minister sturen.
Kan Rijkswaterstaat aansprakelijk gesteld worden voor de geleden schade als gevolg van de
verlaagde geluidsschermen?
De gemeente zou RWS aansprakelijk kunnen stellen maar de kans om de daarop volgende (civiele)
procedure te winnen wordt zeer klein geacht. Dit komt omdat de gemeente zelf geen directe
schade van de verlaagde geluidsschermen ondervindt. Voor de direct omwonenden van de
geluidsschermen kan dit anders liggen. Een civiele procedure kan wel één of meerdere jaren
duren. Als gemeente hebben wij geen rol hierin.
Hoe staat het met de veiligheid van de andere geluidsschermen van RWS binnen de
gemeente?
RWS heeft aangegeven een aantal schermen langs de A1o West (Zuidasdok-trace) extra in de
gaten te houden, dit betekent echter niet dat hier sprake is van een verhoogd veiligheidsrisico.
Vervanging van deze schermen vindt plaats in 2028 deel vitmakend van het project Zuidasdok. De
overige geluidsschermen langs de Azo hebben op dit moment geen extra aandacht nodig.
Zonnepanelen op de geluidsschermen langs de Azo Noord
Het is mogelijk om zonnepanelen op de nieuwe geluidsschermen te plaatsen. Dit kan echter nog
niet plaatsvinden op het moment dat de schermen worden geplaatst. Uit een quickscan die RWS
op verzoek van de Gemeente Amsterdam heeft uitgevoerd bleek dat de locatie van de schermen
niet heel gunstig is voor zonopwekking. Een onrendabele locatie is moeilijk in de markt te zetten,
tenzij de onrendabele locatie te combineren is met rendabele locaties. Een mogelijkheid hiertoe is
de geluidsschermen Azo Noord op te nemen in het OER (Opwekking Energie Rijksgronden)
programma. De Gemeente Amsterdam heeft in december 2022 een aanvraag ingediend bij het
Ministerie van Economische Zaken om de Azo in zijn geheel onderdeel uit te laten maken van een
nieuw OER-programma. De verwachting is dat het Ministerie hierover in het najaar 2023 uitsluitsel
geeft. De plaatsing van zonnepanelen op de nieuwe geluidsschermen langs de A1o Noord kan dan
binnen het nieuwe OER-traject worden opgenomen in een bredere scope, waarbij ook taluds,
knooppunten en aangrenzende gronden langs de gehele A1o worden onderzocht op geschiktheid
voor duurzame opwekking. Hiermee heeft het college uitvoering gegeven aan de motie van
IJmker, Garmy en Moeskops inzake Geluidsschermen met zonnepanelen in Noord en beschouwt
de motie daarmee als afgedaan.
Wij hopen u met deze informatie voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
nn GES |
Melanie van der Horst
Wethouder Verkeer, vervoer en Luchtkwaliteit
Een routebeschrijving vindt uv op amsterdam.nl
| Brief | 3 | train |
ie ad ar Pe MNN el Eel SEW Aj Ts k der ike dn rf ien NE vn Eb EE mn MIE TA NPA
A HS) BSN 8 fel Ne VEEN Ee et On ee EDEN
K NNS VENEN eos Dee Ee
NNS B el IA, ONE NE
AN EEE LUCCA ENA LATEN AGE NRE
mn ZA ZA MAT £ eene AND Eb bea EERE: IS Ah Ne,
2 \ ER IE. van J oe 8 var sl Á 0 AN Pa di NEDA ZUS zi ET Ae ael) A nn
| 3 B en erat en / CHE Nart rr) \ er ilfales hs 1 ST 2e Ì
an DN NE REZ PAREN Ke IN Amit NAAN TEE ERE
IE DE NE oe Rt De ej held A NOESTE AEN
Ô a p … mn oF Kan VE en am VO Mie En AE te A SIVO eN Vieren ron
A FYIS ge gePeie a PAN, Ef 6
REE a NN Fe A A ne ES L © MM | TRS Ae me ne, er DL EN
ENE Eft deter seeden hed < ken EE Pf tefra a NAT
BNA NAOR We Rek el De ANA HN
ï ar | Vd RIN TN Ek ee N07 TE 12 en ’ fd ij N WE f EAN F
S ES 8 | LANE KRENG ge Ne Mp ee ARN NA Di Le
ES AN] Nee El Ee A Nt TE ed Ce OA NS
EE Ne ANN MS
AS en | Ee EN j ES de ENA AESNS 27 Rs SN \/ a NE re: GEN He rik
N Med Z 4 En 5 E VENTE GA EPEN MOE Aj ende ANA EL SEN Er
NEN
IN SNT ed AS ATA SEEN NEN MATE : Ed Bg er ij Ee en
| RC NN AAN Sl EN LATS NA Pe he PAS ? & 5E
| EN C) ASR En À Ì See MES PEEN EEE NNG (54 A on LN id k E PN
eeN - } ATS Neen led An DE ND AE EEEN ATD ir AN NN
REEN IN Ee LE INE EE Ee AD AIT HS B”
VES IN en PS Nee ie ANNA PEERERI
STN SN Ô Te Er 40 A 7 WP
Ki 8 KS ANS Ken KI ei k| Fe TN xn, Ee Dn Sl rh en k Ki ( Nee ke bil 4 AN Lj
LN IES We RS IT SC Ôn Ns A Ge UT am AAE A
B Nen ; Pl RNN Ard 1 : Ees es Ie EV
Sk en LN TENEN ENE EAA
5 VA N, EENS ASS ID À Di si HIT 0 HU ee Be nn 7 Ma, A ek en EA é
Ee CNN NB en A AA PT TE le 5 En}
DA EN SEE Oh : Ö FS r u Nn te AA tf, F5 % dend EA PA Ae
AN EL EENH EN ON EN Pd de NEI ai R
Dn ed Le RO Ae AN ct ke
et De ee TEN $ Ri Nt En En DT ee NES ZA IE manie tin en!
NE NE Nn RTR Er
INE ee TOS SAN, MS EN 5 Ee A ON | DA
REEL KET NS SEEN ON DAE NE
LA Ne IN EN VR IT GA BE? SAE ne TE
NE ANR @ DN OAD ERE IEN LLL
ON Nede INEKE en
RER Een B AARS Á EN EL, À Ee Pk EZ wk Sn
en el Zl NE NN le een EEN ade AR Sieg
TE DONNE) TN
Ne AS NEN WT 4 en ne ns NED B & de
SS ON PNT DN ns Das IN
SENS Sj Na En EN EEN EN OE RD 7 OPEN ri 0D
Bn Ne Re ; 5 DA ke: ENNE IN de mi k ge A
Nn DE AN RE 8 Ed BN IDEE ENAIT IES 0 ED
NN IE NEE TE) AARLE DN
ORT ne Oe > DR OE) AOR od  ó Re
NRN Le TT NEN STONE EE OE.
ANN Ee IE ER 8 AGS B ER MRE NI EE W 4 We
Ne OS eN EDE AR ORO eend FA
Be JS el: SN Ii Ne Rl DE Ex Vi 4 ee Á iid DT VARA ) ) 10
SEN 5: | EE RL ; TETE
SE a a B AM Ad jd 4 wl
ee Rl ET ben nn ONE 7 8, ie
in <Gi l ä Ee ee À 2 5 Ë : la N \ AET ‚
CN BT NON PE on
De 5 ET EEn " SN Ks
eN E en En 5 en h en, y an er
3 r | iel Eet Es > wm ‚ in E 8 l, rs Ag
d % B LO 8 En ’ - Sers EEE
k Eten mn: \ AN ME TE NE
5 Pp ’ | eN Di Je Ô Ai EA N REP
af Nr 1 ie be EE Eel JE :
de _ k B AS VR LES \M Ka EET
M/L [ E ij il Ene \ ' 8 5 BT an AES Se A A j 4 5 a,
ST 0 ES nn a ER: hi! ee EE RE B
WS Sje “ ns; | ee … en ETR RN Pf
ANA == Tare EERE A
BK 4
gE F3 hd Ki e | mn !
„Af Verkenning van kansen in Molenwij
iet zen BT { 3
5 __Principenota
R ° 23 september 2020
> 7 9 Ze Se „6 2 « B Ene pe 8 Ene ì Ere É ä en ò € 6
Ee mi Teer Wez ie en Den ze = 7 ETE 5 ere
2
1 Inleiding 4
1.1 Aanleiding en urgentie 4
1.2 Doel van de principenota 4
1.3 Integrale opgave 5
1.4 Totstandkoming 5
2 Bestaande situatie 6
2.1 Gebiedsbeschrijving 6
2.2 Ontwikkelingen in de omgeving; ongedeelde wijk 11
3 Opgave voor het plangebied 12
3.1 Ruimtelijke opgave 12
3.2 Openbare Ruimte 12
3.3 Verkeer 13
3.4 Gebouwen 15
3.5 Woonprogramma 17
3.6 Economisch programma 19
3.7 Maatschappelijke voorzieningen 20
3.8 Duurzaamheid 22
4 Wet- en regelgeving 25
5 Krachtenveldanalyse en risicoverkenning 26
6 Ontwikkelstrategie 27
7 Planning en proces 29
8 Consultatie, participatie en communicatie 30
9 Organisatie 33
10 Financiën 33
11 Principebesluit 33
Bijlagen 34
3
| e d e woonomgeving en gebouwde voorzieningen;
1 e | n e Kel n e 2. Verbetering van de leefbaarheid;
3 Verbetering van de sociaaleconomische
positie van de buurt en haar bewoners;
hb. Koppeling van stedelijke ontwikkelgebieden
aan strategische buurtontwikkeling;
5. Verbetering van de energetische kwaliteit
(duurzaamheid) van de woningen; waaronder aard-
1.1 Aanleiding en urgentie. gasvrij maken van de wijk.
“Amsterdam groeit en bloeit: het gaat goed met vanuit het Algemeen Bestuur Noord (nov 2017) zijn
de stad. Er komen meer wijken, meer mensen, voor Molenwijk de volgende speerpunten toege-
meer werkgelegenheid en meer welvaart. Stads- voegd:
deel Noord draagt hier een aardig steentje aan bij. m Het gebied rainproof maken, met extra aan-
Maar niet iedereen profiteert van deze groei. Erzijn dacht voor de verzakking van Molenwijk als gevolg
wijsken in de stad waar je op straat of achter de van de veengronden;
voordeur niet ziet dat het beter gaat. Molenwijk is wm Creëren van meer (spontane) ontmoetings-
zo een wijk en is daarom in het kader van de stra- mogelijkheden;
tegische buurt=ontwikkeling in november 2017 door mm Toegankelijkheid en kwaliteit van het win-
het (toenmanlige) college van B&W benoemd als kelcentrumgebied verbeteren.
ontwikkelbuurt. Molenwijk is kwetsbaar geworden,
zowel in fysiek als in sociaal opzicht en na 5o jaar Daarnaast is het thema ‘ongedeelde wijk’ van be-
is de wijk sleetser met een verrommelde paden en lang: investeringen die gedaan worden, dienen
groenstructuur. De sociaaleconomische positie ligt zoveel mogelijk ook door omliggende buurten ge-
onder het Amsterdams gemiddelde en de wijk kent bruikt te kunnen worden. Daarvoor zijn goede ver-
maatschappelijke problemen. bindingen tussen de buurten van belang.
De betrokken woningcorporaties -de Alliantie en
Eigen Haard- en de gemeente hebben de handen Het huidige college heeft in maart 2018 een actuali-
ineengeslagen om gezamenlijk, met bewoners, satie van de bestuursopdracht
maatschappelijke organisaties en ondernemers ontwikkelwijken opgesteld; hierin zijn zes ambities
een inclusieve wijkontwikkeling vorm te geven. Het opgenomen:
is zaak nu te investeren zodat de basis van de wijk m Kansengelijkheid;
weer vitaal is en klaar voor de komende 50 jaar.” u Open en tolerante stad;
m Fijne buurten, leefbare stad;
Bovenstaande tekst was het startpunt van het pro- mm Vrijheid en veiligheid;
ces. Door de coronacrisis is de tekst inmiddels wm Gezonde en duurzame stad;
gedeeltelijk achterhaald. De groei en bloei van de wm Participatief en digitaal.
stad is minder geworden en Amsterdam zal de con-
sequenties van de coronacrisis moeten opvangen. Amsterdam wil met de bestuursopdracht een nieu-
Deze gevolgen zullen naar verwachting in de ont- we stimulans geven aan de ontwikkeling van woon-
wikkelbuurten harder aankomen terwijl deze buur- buurten met een sociaaleconomische- en fysieke
ten minder profiteerden van de voorspoed van Am- achterstand. Uitgangspunten hierbij zijn dat de
sterdam van de periode voor de coronacrisis. Reden aanpak samen met de buurt wordt bepaald, dat be-
om extra aandacht te blijven schenken aan de ont- staande afspraken over de ontwikkeling van de wo-
wikkelbuurten. ningvoorraad nagekomen worden en dat de lijn uit
Koers 2025 wordt gevolgd.
Met het coalitieakkoord “Een nieuwe lente en een
nieuw geluid” benadrukt het college van B&W de <4 5 Doel van de principenota
noodzaak tot een aanpak van de ontwikkelbuurten
In Amsterdam. In 2017 zijn de volgende doelstel- Het uiteindelijke doel is Molenwijk door middel van
lingen van de bestuursopdracht Ontwikkelbuurten cen inclusieve wijkontwikkeling tot een fantastisch
vastgesteld: Molenpark te maken waarin de bewoners prettig
1 Verbetering van de kwaliteit van woningen, _ et elkaar samenleven, de sociaal economische po-
4
sitie is verbeterd en de woon-en leefomgeving op-
geknapt is.
Om dit doel te bereiken zijn veel tussenstappen no-
dig.
De vaststelling van de bestuursopdracht Ontwikkel-
buurten en de aanwijzing van Molenwijk als ontwik-
kelbuurt is de aanleiding tot het opstellen van deze
Verkenning van kansen, de principenota. Vooraf-
gaand aan de principenota is gewerkt aan een Ge-
biedsuitwerking, een voorstudie.
De principenota is het eerste product van het Pla-
berum en is een globale verkenning van de opgaven
c.q. kansen, belemmeringen en risico’s voor ontwik-
keling en richting van de opgave voor Molenwijk.
Doel van de principenota is ook te komen tot een
bestuurlijk akkoord op de proces- en onderzoeks-
kosten voor het vervolg. De financiële middelen zijn
een voorwaarde voor de uitvoering van de voorge-
stelde fysieke en sociale maatregelen.
1.3 Integrale opgave
Om de doelstellingen in de Ontwikkelbuurten te rea-
liseren is een integrale opgave noodzakelijk, die niet
alleen de infrastructuur, openbare ruimte, de woon-
en leefomgeving, de woningen en het voorzienin-
genniveau verbetert, maar ook de sociaaleconomi-
sche situatie van Molenwijk en de bewoners. Met
alleen nieuwe stenen en nieuw groen wordt geen
inclusieve wijkontwikkeling bereikt. Daarom wordt,
naast het vervolg op deze ruimtelijk fysieke nota,
ook een nadere vitwerking c.g. plan van aanpak ge-
maakt worden voor het sociaal- en maatschappelijk
domein (besluit 5).
1.4 Totstandkoming
Deze nota is tot stand gekomen middels intensieve
samenwerking met partners, zoals de corporaties,
andere stakeholders, maar zeker ook met bewoners
van Molenwijk. Zij hebben geholpen met de analy-
se en de knelpunten maar hebben ook aangegeven
waar de kansen liggen in hun wijk. Deze kansen zijn
in de nota opgenomen als de ‘opgave’ voor het plan-
gebied.
5
2 B t d wonen-, het deelgebied Scholen,- met maatschap-
e es ad n e pelijke functies-, en het deelgebied Centrum,- met
e e commerciële en maatschappelijke functies (zie afb.
situatie a)
Ontstaansgeschiedenis en cultuurhistorische
waardering
Door de woningnood die aan het einde van de 19e
2.1 Gebiedsbeschrijving eeuw is ontstaan, is de Gemeente Amsterdam vanaf
1921 begonnen met het aankopen van omliggend
Ligging agrarisch gebied waar de stad kon bouwen. In 1966
Molenwijk ligt in het gebied Noord-West binnen iseen gedeelte van de Gemeente Oostzaan aange-
stadsdeel Noord van Amsterdam. De wijk heeft de kocht om ruimte te maken voor het Molenwieken-
Molenaarsweg en de Stellingweg als herkenbare plan, dat is ontworpen door architect Klaas Geerts.
grens. Dit zijn voor een groot gedeelte verhoogde Dit plan was in verschillende opzichten revolutionair.
wegen die volgens een modernistisch principe zijn Het plan is geïnspireerd door de functionele stad-
gebouwd, dat betekent scheiding van verkeersstro- ideeën van de CIAM en de Zwitserse architect Le
men. Het resultaat is een wijk met een autoluw en_ Corbusier. De flatgebouwen behoren tot één van de
parkachtig maaiveld waarop galerijflats in de vorm eerste voorbeelden van grootschalige prefabbouw.
van molenwieken zijn geplaatst. Het gebied staat Het was een voor die tijd vooruitstrevend concept
in sterk contrast met de omliggende wijken dieeen dat een strikte scheiding tussen wonen, werken,
landelijk en suburbaan karakter hebben. Het mo- recreëren en verkeer kende. Deze scheiding tus-
dernisme ging tevens uit van het scheiden van func- sen functies en de ruime parkachtige opzet maakt
ties. Hierdoor kent Molenwijk drie verschillende Molenwijk tot een schoolvoorbeeld van het ‘nieuwe
gebieden: het deelgebied Molens, -met de functie bouwen’. De moderne mens had volgens Le Cor-
T U EE IRENE LENS ND ACNE |
1 Ine |
L | il ee dr ge AT van ee ih, Te WT \ MAK We tg KEEN lek | he
Sl UNI ane er NCT En) À NDA On
En l | {TE en, rd We jj) LLS Kn | EE \ Í ee ens 7 Vi Pr En _ If
| U Sd igpn Na W= NE Lr ESES (Ii
Kn Be ek g Te hae aad Basisschool De Bonkelaar Se
ng en A Rn kW hr pe TEE Ser 0 ||
II NN la meme Miel © | IAR] Kinderdagverblijf Gi |
eN 2 ZN pn ER A _— De Draafmelen ti |
SSN AND P. See Bent D/ IS | IS Nd: im Basisschool De Krijtmolen IË
Ee er” AEN eN RK he rid ik mn RR PE Ra ne eerde JIE
de EN A U | ne en OTN ee ane ti a AUT Ad
NDA Neten ARIE (SEMIL VON TE
ANA ee zj Ne og RD leak ete: Er
er he, k tn KA ks. en en His ï ï ar 1 ge, ek heet LE En Kd mt ek
ZA Melenwiekflat meer a En ï nk | ZEN EN aa en
7 KN te ke » EN Li wp En Ed ke en Ke pi 4 Te AE Eer We el hm
AA OR OMS ere / le ms . Le = je mr, u RN Okra Ër
EN arage EEN WE le NN ES ENNE
{Noten ENEN OUR ER ne
BA IEN ie, eht O6 UA Sel elf ri Cd Bibliotheek 5, || KE
El en AN A EEN a ed | ú es NARE
PDN EN DRO NEN a a Wham ef T UN ij SS TN vod (bar
EK AANANN IN NN Ne |__| AN L RT L$ d AN ke hl EE
EENS ND De ee | MENSEN Stellingwegflat / nEiJ
SA Sn NN z Ei IE Nr ÉT en [FL
Er Ee A | NS. OM de Ls ef A ded f HE
DE GL PS SETS ENE NES he | eN) GE ie, GAP ee ien
/ Ù EA EEN de ed zr He h 5 kad 4 £ i he tl le 5 | _d | Wee Er \ el d
HEE Di i CS ME B Rn eer el Zele
#5 & t B Dieraneiland ek oe Ta, r, en nl Fes® ee a NS. Ws À un DVS
CFL BIEN N En rt WOE ES 5e
tt PE Zn 8 NS Bn eN B 4 hi rn | bn K kn
LE Dodd el AN: an en Mr Ee de LAT Dn Winkelcentrum Nn
PO LENEN en er Ieri 5 je
Sf EE A NN EE Ne Ae
rr ze Fr e br hk WEES ee TE Gn es Er des “re 5 Er 7
EREN AE INNEN NN dS lm &
AE SEREN DAN EE PRE CPE AT en nk, ER Ken
AAE NEEN EER ODD INNEN. 2
Afb. 2.1: De huidige situatie met de plangrens in kleur aangegeven
6
\ } \ WN huik eN pr Se ne ) (5 Ä
\e | | | \ Ik 5 it A I Gen Ag Aah Zh KS gee Sn SS e
NN S= EE 2 Se MM Vá Ï | NI Nm ici AN Ur Ct en
DON NON ee ZN FP nn SS 5 IN in à Ee ee en Dae
ENNE ES NN DEE ene ANN PE,
s ze p Ag A E S, bd Se eN & Jd AN ee RN vn j Ee k 0 Ii De DEN ff Ee Ke her LR gat 5
AAN NE mr VO ZIN RE
eN Za gm ES ie AN
Ordekaart AUP- en Post AUP-gebieden EN N IN | OER nn ne SS N Ze % NG hj Ì rr e
1945-1970 RR NE a WT Yn AS NBE nd
Amsterdam - Stadsdeel Noord de De EN hd Ee | eg jj dE LN EN An Hi wist
Ordes gebouwen Pe EN PS ee em Q $ DE ON EEEN CEN
B Orde 1 Oee Te NEEN Dn Kol 78 zes IN Ne ene |
MM orde 2 Sl 15 \ NR OD Tels NNS
B ore SENS mem if Ee
einen NS NEA rr LES EN
n hit tot AUP/Post AUP behorend SEN EN SA J BE Mn Ie PR Rn en
ijksmonument Pr / eN Ne nml
SENNNNG BN, et eN
o se aan SEZENNN S AS 5 ee er Ti ette ee mik gr k Ee ‚N U
5 Es RO NN Âj 1 \ s pe Te nd á en =S S SS /á ES N ‘ -
OD Basisorde ENE ee DSN A eel
« Gemeentelijk monument A EN 5 3 zn. RN = zen RE BRS Bf Sd g. ) ee SS
Afb. 2.2: Ordekaart AUP- en Post AUP-gebieden 1945-1970 met een uitsnede van Molenwijk. Opgesteld door
Monumenten & Archeologie in 2010.
busier recht op een rustige groene woonomgeving als buurt, nagenoeg een gehele orde 1 waardering.
zonder verkeer. Dit idee is vertaald naar de Molen- In andere wijken en buurten gaat het voornamelijk
wijk. om enkele gebouwen of verkavelingen die een hoge
waarde hebben. Dit maakt deze twee buurten bij-
In 2010 voltooide Bureau Monumenten & zonder.
Archeolo=gie (BMA) de waarderingskaarten voor
de AUP (Algemeen Uitbreidingsplan)- en Post-AUP In deze tijden is echter ook kritiek op de moder-
gebieden (zie afb. 2.2). De waardering is opgesteld nistische plannen, vooral omdat de leefbaarheid in
op basis van vier criteria: de bouwtypologie, archi- dergelijke wijken relatief lager scoort en omdat we
tectonische vormgeving, verkaveling en het tuin- decennia later de gevolgen goed merkbaar zijn.
stadkarakter. De flats en de garages in de vorm van Jane Jacobs heeft met haar boek The Death and Life
een molenwiek zijn beoordeeld met een orde a. Dit of Great American Cities veel invloed gehad op de
houdt in dat het monumentwaardige bebouwing be- wijze waarop we vanuit een sociologisch oogpunt
treft. In de waardering is ook te zien dat de scholen naar deze gebieden kijken. Zo zou de scheiding van
De Bonkelaar en De Krijtmolen, maar ook het win- functies de leefbaarheid van wijken niet ten goede
kelcentrum, de bi-bliotheek en het gezondheidscen- komen. Een gemengd gebruik en een diversiteit aan
trum niet gewaar=deerd zijn. Dit komt omdat deze functies zorgen voor synergie en maken een lokale
gebouwen niet gelijktijdig met de gehele wijk zijn en stedelijke economie mogelijk.
ontworpen, maar later zijn gerealiseerd. De functies Overigens is de scheiding tussen wonen en overige
waren wel gereserveerd in het vlekkenplan. functies in de wijk uiteraard niet de enige oorzaak
van de problematiek. Het gebrek aan werkgelegen-
De laatste wijken met een karakteristiek AUP-idi- heid en ruimte voor zelfontplooiing dragen bijvoor-
oom werden in Noord gerealiseerd, dat formeel niet beeld ook bij aan de problematiek in een ontwikkel-
tot het AUP-gebied hoorde. Het Plan van Gool en de buurt.
Molenwijk zijn hier onderdeel van en hebben beiden
7
Bewoners minimahuishoudens. 58% van de peuters heeft een
Molenwijk heeft ruim 3.100 inwoners, waarbij het VVE indicatie (vroeg en voorschoolse educatie), ou-
aantal bewoners jaarlijks met circa 3% toeneemt. Dit ders zijn relatief vaak laag opgeleid en er is sprake
wordt met name veroorzaakt doordat Molenwijk re- van een relatief grote groep laag opgeleide school-
latief veel oudere bewoners kent en de flats relatief verlaters. Ook overgewicht komt vaker voor dan ge-
groot zijn. Bij het vrijkomen worden deze flats veelal middeld, net als psychosomatische problematiek.
toegewezen aan gezinnen. De samenstelling van
de bevolking is tevens aan verandering onderhevig. Woningvoorraad
Momenteel heeft circa de helft van de bewoners in Molenwijk telt in totaal 1417 woningen waarvan
Molenwijk een niet-westerse migratieachtergrond. 82,1% bestaat uit sociale huurwoningen. Momen-
Het percentage nieuwe stedelingen, personen met teel kent de wijk een beperkt aandeel middenseg-
een Nederlandse of westerse migratieachtergrond ment huur (4%) en ruim 15% aan koopwoningen. De
in de leeftijd 18 tot 54 die na hun 18e levensjaar ge- wieken van de noord oostelijke flatgebouwen zijn in
registreerd zijn in de gemeente Amsterdam ligt met het bezit van Eigen Haard en de Alliantie. De overige
9.5% een stuk lager dan gemiddeld. Daartegenover flatgebouwen zitten tussen de 25%-75% corpora-
staat dat Molenwijk relatief veel jongeren heeft (o-_tiebezit. Een aantal van deze woningen is verkocht
17jaar ) ten opzichte van de rest van Amsterdam. Dit en maakt onderdeel vit van een VVE. De woningen
komt omdat Molenwijk relatief grote woningen kent zijn over het algemeen ruim; 60% van de woningen
waardoor veel gezinnen hier terecht komen. heeft een gebruiksoppervlakte tussen de 80 — 100
m2 en 25% van de woningen is tussen de 60-80 m2.
Sociaal-economische situatie De bewoners geven met een 7.0) aan tevreden te
De wijk kent sociaal-economische en maatschap- zijn over hun woning. In Molenwijk zijn geen wonin-
pelijke problematiek. Zo is de geregistreerde werk- gen kleiner dan 4o m2. Hierdoor is het voor ouderen
loosheid hoog, net als het percentage langdurige enjongeren een opgave omeen passende woning te
E HORECA VESTIGINGEN MA TEVREDENHEID BUURT
2.0 Molenwijk 7,0 Molenwijk
PE 7.0 Amsterdam AA 7,5 Amsterdam
WINKELRUIMTES BUURTONTWIKKELING
ann - 3,5 Molenwijk _ 6,6 Molenwijk
Bedrijvigneid 6,1 Amsterdam gen buurt 7,1 Amsterdam
BETROKKENHEID BEWONERS CULTUURVOORZIENINGEN
CY 5.8 Molenwijk S \__ 1,9 Molenwijk
6,3 Amsterdam 7,2 Amsterdam
OMGANG GROEPEN
6,6 Molenwijk
Participatie 7,0 Amsterdam Cultuur
(CHPER 1-10) (1.000 INWONERS)
W WERKLOOSHEID BESTEEDBAAR INKOMEN
18,0 Molenwijk 28.400 Molenwijk
10,0 Amsterdam 39.000 Amsterdam
BIJSTAND
Werk en 12,4 Molenwijk
inkomen 6,0W Amsterdam
PERCENTAGE
Afb. 2.3: Deze cijfers vit 2019 zijn afkomstig vit het Basisbestand Gebieden Amsterdam van OIS (http://www.ois.amster-
dam.nl/visvalisatie/dashboard_kerncijfers.html). Op deze site staan ook de definities en bronnen vermeld.
8
Dn \ \ AAN AN Stee ZN (EFA & EEE MEAT |
In e in T A ss … EN TA \ al À EE ÂT
NIN MN ee; Ee |
| RA 4 NLS ep RN ED REN
MN IN eN ET 7 ENE Ve SS ve |
Eee el L CONS Le Basisschool De Bonkelaar 5 OE U
… ZZ / _ le WW Be Ni £ Kinderdagverblijf B
EN B e Je mn ee | ee PK NEA _—” De Draaimolen er Cil
SE Molenwijk: NONA {ke ne DEN nd Ed
SE kamer NON ore eN an- Ln Te EEA 5 rr Red er EA | _
SE re NCN Sel Be ESA | ee Basisschool De Krijtmolen ||
: EA MR BSA \ ES jl APL LAN NS DSE 5 A é ==
IS ES NK ZE ne Nd RD Lr
SSN A ete NS EN
EN NE SC ADEN On 2 IS Ie A Be Fc
AR ESE. ND il Bt DAN EE Ne A if
î SES \ GN he 6, Ber S { NW En „Gezondheidscentrum 5
NS KN RN, ED \ DS » 8 DT — je JN 5 EN, is EN et 0 id
NUE Re an Ke |
qe DN SAN DE Els pes N04 Narie IS Bibliotheek > ll
ERE ANAN ER PD 5 ie Ü | , = | ON SCN ENM d. bal
PETS SANS TTN D dr 2AKN \ | Te SN Ontmoetingsrui te /
RN LP En GW == It If FS CA eungsruim Y
EEN Kinderboerderij. EN INS EA ie A OR ZA Jel KE EN AES get
LOE Itui CdSSSEAN IN NER NEE \ er AS
SOA speertuin À IT NN NN WSA ie RL IN B ú ee did A
OS Diereneiland.…_\ NS SNN NE ns TL ODE D A
3 EC MERE ELENA OR NE et gls ET SE 5 NE
Â5 LE DIN er EE ee Ee LDS gn mn PD AN Ve
CRE EI NIE LTN Lan AAD ) Ie Cp
Afb. 2.4: De huidige maatschappelijke voorzieningen in Molenwijk met in donkergoen de sport- en speelplekken
vinden in de buurt. De Stellingwegflat is eigendom ciaal toezicht etc. Deze nadelen zie je ook in Molen-
van Eigen Haard en kent alleen seniorenwoningen. _ wijken worden door bewoners genoemd. Bewoners
De kwaliteit van de woonflats is wisselend en de uit- merken ook op dat er weinig tot geen horeca in de
straling is aan verbetering toe. Op kleine schaal zijn wijk isen men mist een groot buurthuis die een cen-
er bij een aantal flats aanpassingen gedaan ter ver- trale plek heeft in de wijk. Ook wordt de omgeving
betering. Een aantal complexen staan op de lijst om van het winkelcentrum en het scholengebied als niet
gerevitaliseerd of gerenoveerd te worden, waarbij veilig ervaren.
de energietransitie meegenomen wordt in de plan-
vorming. Maatschappelijke voorzieningen
In het noordoostelijke deel van de wijk liggen twee
Voorzieningen basisscholen, de Krijtmolen en de Bonkelaar. De
Het winkelaanbod is geconcentreerd in een klein Bonkelaar heeft een hoogbegaafdenklas en kent
wijkwinkelcentrum (4,862 m2), dat in het zuidoos- daarmee een regionale functie. De school staat on-
telijke deel van de wijk ligt. Het winkelaanbod is dertussen 40 jaar en heeft behoefte aan nieuw vast-
gericht op de dagelijkse boodschappen. Het win- goed. Beide scholen maken gezamenlijk gebruik van
kelcentrum loopt goed en trekt ook bezoekers vit een (vrijstaand) gymnastieklokaal. In dit deel ligt
omliggende wijken. Naast het winkelcentrum zit ook een kinderdagverblijf/ bso, de Tinteltuin.
een filiaal van de Openbare Bibliotheek Amsterdam. Naast de bibliotheek ligt het Gezondheidscentrum
Deze voorzieningen zijn bereikbaar met buslijnen Molenwijk. In dit pand hebben onder andere een
35 en 36 en er is ruime parkeergelegenheid (blauwe huisarts, apotheek, tandarts en een fysiotherapeut
zone). Winkelcentrum, bibliotheek en gezondheids- hun praktijk.
centrum zijn losgekoppeld van de woonbestemmin-
gen. Dit komt voort uit de modernistische gedachte Molenwijk kent daarnaast de volgende andere
om functies te scheiden, zodat de woningen in een maatschappelijke voorzieningen :
rustige omgeving staan. Functie scheiding kentech- HE Diereneiland: een natuurspeeltuin en een
ter ook nadelen: het veroorzaakt meer autoverkeer, kinderboerderij ; medewerkers van St. Spin zijn da-
leidt tot minder levendige buurten, er is weinig so- gelijks aanwezig; 9
u Molenwijkkamer: een buurtkamer en ont- de centrale parkeergarages leiden. Deze ontsluiting
moetingsplek van en voor Molenwijk; voelt vaak als een barrière. Door het gebrek aan
u Een Werkplaats: een plek voor kunst en cul- _enstrees voor voetgangers en fietsers resulteert dit
tuur waarbij ruimte is voor samenwerking en ont- in een ruimtelijk isolement. Molenwijk ligt tevens in
moeting. Framer Framed beheert de werkplaats en een uithoek van Amsterdam, waardoor de OV be-
organiseert activiteiten, o.a. met kunstenaars uit reikbaarheid lager is.
Noord;
u Een ontmoetingsruimte verbonden met de Structuur fiets- en wandelpaden
Stellingwegflat; een ontmoetingsplaats in eerste in- Veel voetgangers maken gebruik van de fietspaden
stantie voor de bewoners van de flat, maar wordt omdat deze een vlakke geasfalteerde toplaag heb-
o.a. ook gebruikt voor spreekuur van het maat- ben, omdat je met de fietspaden vaak sneller op je
schappelijk werk; bestemming bent en omdat de voetpaden veelal in
u Een Cruijffcourt, dicht bij Diereneiland; slechte conditie zijn. Daarnaast zijn ze met een grof
u Er zijn zeven sport- en speelplekken in de mengsel van grind bedekt, dit is niet pret=tig voor
Molenwijk. Recent is een nieuwe speelplek tussen rollators etc. Soms leidt het gebruik van de fietspa-
beide basisscholen ingericht, speciaal voor de jeugd den door anderen tot onpraktische situaties die voor
tot 12 jaar. ergernis bij bewoners kan zorgen.
Daarnaast liggen Huis van de Wijk de Evenaar en Parkeren
de Sportparken Tuindorp Oostzaan, Oostzaner- Het parkeren vindt plaats in de assen van de molen-
werf en Melkweg vlakbij Molenwijk. flats, in de modernistische parkeergarages. Deze
worden door verscheidene redenen niet optimaal
De openbare ruimte benut. De Alliantie is eigenaar van drie parkeerga-
Groen is een kernkwaliteit van de Molenwijk. Er rages; de al gerenoveerde parkeergarage kent een
is veel openbaar groen. In het algemeen is een VVE constructie. In de deelgebieden scholen en cen-
groot gedeelte van de flats ingesloten met grote trum wordt geparkeerd op het maaiveld en aan de
bomen en beplanting. Het groene parklandschap randen. Dit zijn tevens entrees van de deelgebieden
wordt gewaardeerd door de bewoners maar de die hierdoor het gezicht hebben van parkeervelden
woonomgeving scoort lager dan gemiddeld. De engeen recht doen aan het parkkarakter van Molen-
vele anonieme plekken met achterstallig onderhoud wijk. Rondom de scholen is er te weinig parkeerplek.
hebben als resultaat dat de openbare ruimte op
sommige plekken als sociaal onveilig wordt ervaren. Veiligheid
Deze anonimiteit wordt versterkt door de vele dode Sociale veiligheid
plinten en hoge struiken langs de paden. De waar- De veiligheidsindex 2018 laat zien dat in Molenwijk
dering voor het onderhoud is laag. (6.8 t.0. 7.5) Be- (en inde andere ontwikkelbuurten) een discrepantie
houd van het groene karakter wordt veel genoemd, is tussen de subjectieve en de objectieve veiligheid.
maar veel bewoners zouden het huidige gebruik Bewoners voelen zich (veel) onveiliger dan op basis
door honden meer willen structureren. De heem- van de objectieve cijfers verwacht zou worden. De
tuin, Diereneiland en veel speelplekken zijn toe aan onveiligheidsbelevingsindex is hoog ten opzichte
een opknapbeurt. van de indexen van stadsdeel Noord en van geheel
Amsterdam. Vooral vermijding blijkt hierin een
Molenwijk is gebouwd op veengrond. Veengron- grote rol te spelen. Vermijding wordt gescoord op
den klinken in de loop der jaren echter in. Dit leidt de volgende items: ’s avonds deur niet meer open
tot verzakkingen van het grondoppervlak, wat weer doen; omlopen in eigen buurt om onveilige plekken
leidt tot waterproblemen. Het vinden van de juiste te vermijden, ‘s avonds de deur niet meer uitgaan,
oplossingen zal dan ook een onderdeel vormen van niet alleen de deur uitgaan. Over het algemeen
de volgende fase, waarbij kan worden gedacht aan kan gesteld worden dat psychologische kenmerken
meer waterberging, etc. (bijv. of criminaliteit of overlast daadwerkelijk en
persoonlijk een probleem is of is geweest voor de
Verkeerssituatie ondervraagde), veel anonimiteit en jeugdoverlast
Verkeersontsluiting samenhangen met een discrepantie tussen de sub-
Molenwijk is ontsloten door de Stellingweg en jectieve en objectieve veiligheid in ontwikkelbuur-
Moalenaarsweg, vanwaar een viertal zijwegen naar ten. (zie bijlagen Cijfers Veiligheid 2017-2028; Veilig-
10
EE IK EN EE ZE
Si Lp ACHTERSLUIS oh RS U
So (e POLDER Î bh en En ee | E Fendi od nn
mm P re mn : el le 5 en
we oc CEN d JN PE EN ed Ted f Ben |
AE AU an PSA BNN EEN En
Bune KEN POD Tap W oe Nee er rf
ke ’ if Dn % ZE is Weele ed (ae Es En,
ne EN ELD eN Sn PN
Zn ads LOREND a C BN me Â/ en
Bie Sn ATS he en 0 pe == mt KN se al in En
stie hie EE PZ Sj ns nn, ZON as « > Ee nn
ONRI EN OT LELION Á be) NES
es ; di ® di z ag es bn Ee if at ke INL. ds Ja ir in
BONDS DS IAN SOLE AIN
…, ee hd A OP eh er NN el Fr Kat MAN
Aver Pr en Dy B (73 RS nde: NS op Ss SP
hen NEN NES bl) MRE En TS De Pr # rs
en Eer el Oj 5 e a P/ NE de ej Ee EE ir, 8 ef A N° ì lin ant ip 5 ver
ú Ì 4 5 = pe Ne ie, A ES, wia l; mf En Ee, el Ep ii S Eng
rd EL rn SMALLE
P , 7 rr MA g 6 nt CM en of NS mrs p Alen Ane / Ker
\ # Er 4 9 zt a oe EL An 7 B DT ves NG ;
0 ama eN s be OM Ns EEE SE 19 ES 15 Eren
er NE 4 AS rs EN 7 GE ade
Ee De oe | N \ Oe), Ed ae eet ed Tg rl)
k an Se NE 2 u he ' 5 Ki SSA a 540, 9 = E SV ONS
DN EA LEO ee)
E Sd li / es e jee \ d En & EN £, Been, en Ae We NI
Da S AEN N en AEON ENTER
Afb. 2.5: De kansen om Molenwijk beter te verbinden met de omliggende buurten en aankomende ontwikkelingen van
Haven-Stad om gebruik te maken van elkaars kwaliteiten. De gele lijnen zijn fietsverbindingen
heid ontwikkelbuurten Noord, OIS, febr. 2019). Een sterk contrast met deze buurten. In het kader van de
vervolgonderzoek is in voorbereiding. ongedeelde wijk zal onderzocht worden hoe Molen-
wijk met de bestaande omliggende buurten en de
Verkeersveiligheid nieuw te ontwikkelen gebieden, zoals Haven-Stad
Dit onderwerp heeft met name betrekking op de beter kan worden verbonden, zodat ze van elkaars
siatuatie 's avonds, wanneer het stil en donker is. De ontwikkelingen kunnen profiteren. In het volgende
paden zijn niet overal voldoende belicht. Daar=naast hoofdstuk wordt een voorzet gedaan.
gebruiken voetgangers regelmatig de fiets-paden,
omdat deze geasfalteerd zijn en vaak een kortere Ook biedt de Regio deal ZaanlJ kansen voor Molen-
route bieden. wijk in dit kader. Met deze deal werken de gemeent-
en Zaanstad, Amsterdam, Oostzaan, de provincie
2.2 Ontwikkelingen in de omgeving; Noord-Holland en het Rijk samen in de wijken Po-
ongedeelde wijk elenburg, Peldersveld, Tuindorp Oostzaan en Mo-
lenwijk aan het verbeteren van groen, gezondheid,
In de directe omgeving, binnen een straal van 1 sociale cohesie en veiligheid. De Regio Deal richt
km, zijn voornamelijk kleinschalige ontwikkelingen zich op het verbeteren van de leefkwaliteit en het
gaande, waarbij de nadruk ligt op het verbeteren bevorderen van de groene leefomgevingen. Dat kan
van de openbare ruimte, het toevoegen van wonin- door het toevoegen van groene voorzieningen in de
gen en het verbeteren van de verbindingen. Gebie- Molenwijk en het realiseren van groene verbindin-
den waar o.a. nog woningen zullen worden toege- gen met omliggende wijken en de Noorder IJ-plas.
voegd zijn de Appelweg, Twiske Zuid, fase 4 en het Samen met provincie Noord-Holland en gemeente
Bernhardterrein aan de Oostzanerdijk. Het totaal is Zaanstad zetten we een programma ‘Groen en ge-
echter gering, ca 7o woningen. De directe omgeving Zend op, waarin initiatieven voor gezond eten,
wordt getypeerd door grondgebonden woningen, bewegen en groen worden gebundeld. Daarnaast
met veelal een eigen tuin. Molenwijk vormt een Wordt binnen de Regio Deal gewerkt aan het ver-
groten van de kansen voor kinderen en jongeren.
11
kelijke en bruikbare openbare ruimte:
3 e O ee ave \'Áele, r u Inrichten op huidio en toekomstig gebruik;
. n het ondersteunt de dynamiek van de stad;
het plangebied n wordt duurzaam ingericht en beheerd;
u de openbare ruimte wordt overal op ver-
zorgd niveau onderhouden;
u het inrichten en beheren van de openbare
ruimte is een gezamenlijke opgave.
3.1 Ruimtelijke opgave | faciliterend
In het kader van de Agenda Groen (2015) en de
De uitdaging binnen dit project is het verbinden van Groenvisie 2050 spelen de verbindingen en toe-
de ruimtelijke opgave met de sociaal economische _gankelijkheid van het groen en het buurtgroen een
vraagstukken. Het doel is om nieuwe ontwikkelin- belangrijke rol. Ook wordt Molenwijk als opgave in
gen mogelijk te maken die een kwaliteitsimpuls de Integrale Landschapskaart Amsterdam-Noord
geven aan de voorzieningen in de wijk en werkgele- (2020) genoemd. Deze visie gaat uit van het verho-
genheid kunnen creëren. De ruimte wordt hierin als gen van de ruimtelijke kwaliteit van het al aanwe-
faciliterend element gezien. zige groen.
Om te kunnen faciliteren is een aantrekkelijke open- Om de gestelde ambities te realiseren is het nood-
bare ruimte nodig, een infrastructuur die zorgt voor zakelijk de bestaande openbare ruimte een aanzien-
bereikbaarheid, een gedifferentieerde woningvoor- lijke kwaliteitsimpuls te geven. De noodzaak hier-
raad voor een meer diverse bevolking en die ruimte van wordt door bewoners bevestigd. Het openbaar
biedt voor nieuwe voorzieningen. De opgave is dan groen nodigt niet vit tot prettig verblijven en ont-
ook voortgekomen vit een analyse van drie lagen: moeten. Vooral jonge bewoners geven aan dat er
de openbare ruimte, de gebouwde omgeving en de onvoldoende ruimte is voor sport en beweging (ook
infrastructuur. Binnen deze drie lagen dient ruimte weinig mogelijk voor binnensport). Ook is er sprake
te worden gereserveerd voor een sociaalecono- van achterstallig onderhoud.
misch programma en waarbij rekening gehouden
dient te worden met de cultuurhistorische waarden De structuur van het openbaar groen zal op hoofdlij-
van de locatie. nen hetzelfde blijven. Bij de nieuwe inrichting van de
openbare ruimte is aandacht voor de verblijfsfunctie
3.2 Openbare Ruimte | Een park waar van groen van belang. Het buurtgroen moet een be-
ontmoeten centraal staat langrijke ontmoetingsplek worden voor bewoners
en uitnodigen tot meer bewegen. Voetgangers en
In de Visie Openbare Ruimte 2025 ( 2017) zijn vijf fietsers moeten beter gefaciliteerd worden.
ambities opgesteld die bijdragen aan een aantrek-
Infrastructuur Bebouwing Landschap
L en De m nn,
Zj 1 \ LB mas
| \ me. Garanin
nn EN rek
re Moe Vr IN
AE) PB Wk
DE E he HS ie,
Afb. 3.1: De drie planlagen die in de volgende fase worden onderzocht en samen een integraal plan vormen
12
n TEA ER Bed \ Ge Arn Peet en ADL Of T
en EN NA a |
TN AN ee |
IN HA A B Nieuw scholengebied ER OEI, NN nne EEEN Id
| IEN Pe Ee en woningen He ER A sk GIN EN es DE) |
El NEN TEN CN a ee
mn Hi IES Í Ee ee De Us Gr Sok Dn EN PEEL AOS NN |
\ NN HNG L ZINNEN Seren 1% EE Nieuwe bushalte Oer ee EE 25 |
\ IN \ INBC Cf SE BEELEN GK Vo ee SCN A |
| NNS ES WEN EEE IE ENEN ||
EEN I NCP ED AD RM) ee J /
Sg | Nt ONE EE Kr ET |
SD EL Ee | 5 ENA EED) | ()
TE EN EE eee se ( KES ne EN el / if
dl Nes hi gele NEE re)
ESS AN DI E Ee VR Es NT a ik Te Nl \ ij
& Nieuwe garages met %% À \ R Jie Á É KS ies Ue EE IJE
\S voorzieningen en ne — es d ne SN eN
AAN ä Nn, EER A WO)
\N woningen eenn, f ) OA SEN ee ee | ks
EE SS NT IIS 3 fe) NS ee Nen
ANG Nad rele AIS Ak AN
DANE EERE B el EEE NRS ON ENEN |
AECAANNN A SN SN kek AN gm nn De KONE =
SES SP NES Ee ON ek | se M= | ER 2 Langshalte in plaats, Sl,
ANNEN WE 6 Ok EEE Von eindhalte HO |e
| Nieuwe fietspaden met A PA í E Â © En On AE IE
„— een strook voor voetgangers “5% as hof © a | / aIeCe W Ne Ae LEE
REN SNG MAL | e OMO Werd HE
ON AN NINA NPF Or © | TE Ce “<5 Nieuw centrum met EE
4 ANN Ne AERO OE AS [ IR A PE
NN NN EIS | Be em el | Sar \\ meer voorzieningenen |
LE SNN nl Tt Ne € ke iN | | + TE
BDE NN SEEN EP A\ ER Fee | Ml Ë 1 woningen IS
ESD INES IK GEND en \al dg ee ne AE
LS / Nieuw diereneiland zen A ® © en | Te Jed A \ oe
nd Le se EN OE ON, \ eN Er Te TE 0
/ / HSE NS Ne ORD Oe Er NN me A je
& EEL Ne EO EN en B Bf WEST NM ET
SD 0 ESS IEEN N\ DS, Nin CD IE Los MD EE TPE
ZD A RSL NN Ne SE 5 7 5 ea pre | a! pdemrd ET \ Se ll GS,
EEEN INET AT in ob AA $
Wp Mh EED IN AN LL | ee Nd B Zj
b GE NN no TSN C
RA IL SS De. tr en Tr Je au B ar , if Be £ DN Sen rn 8
AEL RIN EL DOLD IINSEEEN.
Afb. 3.2: De proefverkaveling waarin wordt voorgesteld om het vastgoed voornamelijk bij de scholen, in het centrum en
de parkeergarages te vernieuwen
De wijk gaat van versnipperde en betekenisloze rusten stilte;
ruimten naar meer centraal gelegen plekken dieeen ME Onderzoek naar mogelijkheden het bestaan-
eigen identiteit hebben en inspelen op een diverse de water meer te betrekken bij het park door het
bevolking met verschillende achtergronden en leef- zichtbaarder te maken en meer verblijfskwaliteit
tijden waarbij rekening is gehouden met de ambities toe te voegen, waarbij het Diereneiland;
uit de Visie. n Onderzoek naar mogelijkheden de ruimte-
lijke relatie tussen de deelgebieden scholen en cen-
Om de bestaande situatie te verbeteren zijn in de trum en het park te vergroten door onder andere
afgelopen periode op beperkte schaal wel verbete- sterk te vergroenen;
ringen aangebracht, soms in samenwerking metde HE Het rainproof maken van de wijk, waarbij
corporaties. verschillende toepassingsmogelijkheden worden
Ook is gestart met de voorbereidingen voor het onderzocht;
opknappen van Diereneiland. In 2021 kan worden HE Onderzoek naar meest adequate aanpak om
gestart met de uitvoering. Er komt een nieuw mul- de nadelige gevolgen van verzakking van Molenwijk
tifunctioneel pand en de buitenruimte wordt aange- tegen te gaan.
pakt.
3.3 Verkeer | De autoluwe wijk blijft
Wat gaan we doen: en verbindingen voor voetgangers en
n Onderzoek naar verbetering van de ruimte-
ij ae . fietsers worden verbeterd
lijke kwaliteit met als doel het creëren van een park
met diverse sferen waar verschillende doelgroepen
groep Er wordt uitgegaan van het behoud van de autoluwe
elkaar kunnen ontmoeten, waar meer plek is voor _ … ee n
wijk. Wat betreft mobiliteit zijn er drie belangrijke
beweging en sport maar waar ook ruimte is voor
13
En Deelgebieden
EE 1. Scholen
IN teef Ne \ 2. Busbaan ì
n p 3. Centrum
Ln te Ne Nt 4, Molenwieken
Pe AD 4 5. Diereneiland
Pra NN Le he
Sl Of \ i 4 \ Ë
nn ee Ld
ë } _l ! 1 2 7
| | JK= BA |
INT 2 ATAG |
: es f | * x
_ u __À & ie f
ij
| Re
| 4. NA CES ‘
r à gj ar Kn | 1 mt ee EN %
4 WM T l g 1 |
Ë5 KE RETE Nm
: Aten Ï Ne :
je Se 5.4 Se s id
| NNT zb ‘
: # Ì ; En ie Ln
Afb. 3.3: De verschillende deelgebieden met elk hun eigen dynamiek en fasering
opgaven in de wijk: parkeren, fiets- en voetpaden- gers is onoverzichtelijk. Het doel is om de warrige
structuur en bereikbaarheid van het OV. fiets- en voetgangersstructuur ‘leesbaarder’ en vei-
liger te maken, met als doel wandelen en fietsen te
Veel bewoners klagen over de parkeersitu- stimuleren. Dit is ook passend binnen het beleid van
atie op de bezoekersparkeerterreinen. Er wordt The Age Friendly City. Bijkomend voordeel is dat er
foutgepar=keerd en er staan auto's van bewoners meer sociaal toezicht ontstaat op de nu nog vele
en bezoekers van omliggende wijken. Veel bezoe- anonieme plekken. Door de kwaliteit van het hui-
kers kunnen daarom moeilijk een plek vinden. De dige padennetwerkte verbeteren, veilige oversteek-
parkeerproblematiek wordt door de Alliantie aan- plaatsen te creëren en ( nieuwe) fietsverbindingen
gepakt. De Alliantie voert momenteel betaald be- aan te haken op het Groen- en Plusnet fiets zal fiet-
zoekers parkeren in op het maaiveldparkeerterrein. sen en wandelen in de wijk veiliger aan aantrekkelij-
Dit is een tijdelijke maatregel. Het betekent ook kerworden.
dat bewoners voor een parkeerplaats aangewezen
zijn op een parkeerplek in een garage; deze parkeer- Het busstation nabij het winkelcentrum Molenwijk
plaatsen worden door de Alliantie verhuurd. De fungeert als eindhalte. Dit is nadelig voor de bereik-
planvorming voor de definitieve verbetering van de baarheid van Molenwijk. Dit concept past bovendien
garages is verder nog gaande. niet in een verbonden netwerkstad.
Het parkeerterrein bij de Tinteltuin staat meestal vol
omdat het hier gratis is. Ook hier zal naar gekeken Wat gaan we doen:
worden. u Onderzoeken hoe de fietsinfrastructuur ge-
optimaliseerd kan worden met veilige routes naar
De huidige infrastructuur voor fietsers en voetgan- de scholen;
14
Ì ï
iT n A
ATD ADN S
AD ITT
ret \ ie \
re \F/ ba
EE | | Win
Afb. 3.4: De huidige infrastructuur en wellicht de toekomstige situatie waarin de structuur meer leesbaar is en de fietser,
het OV en de voetganger meer ruimte krijgen
VOOR NA
B A AL B A ON
did a PE ER Oe eten WG Rn
EEN RE RE Koman, E) ä
ef ba BN Hiken
| NR PN OL en | 1 ef ä N° [ Ì Ì /
ek k An k (tm a iN rn A men Ti RR 5 5 de DRE 5 NRR rn
En 8 In: ge ie mm 5 et AC Ee Me | ee =
Ee Ene En
ee En
er mm 5
Afb. 3.5: De herinrichting van de infrastructuur om het wandelen in de wijk aan te moedigen waarbij de fietspaden zijn
omgetoverd tot lange en leesbare lijnen gecombineerd met een verharde voetgangersstrook
n Onderzoeken of voet- en fietsroutes gecom- plan kent echter risico's. De Mobiliteitsstudie Noord
bineerd kunnen worden; (2020) is een belangrijke leidraad bij het onderzoek.
u Onderzoeken en monitoren van de parkeer- Inde volgende fase zal in scenario's gewerkt worden
druk in Molenwijk en directe omgeving; omdat het wel of niet verbinden van groot belang is
u Onderzoeken in hoeverre een verbinding voor het verdere ontwerp van de aangesloten ge-
tussen de Molenaarsweg en de Stellingweg meer- bieden.
waarde heeft voor het OV, - bereikbaarheid van
Molenwijk, - en een extra bushalte bij de scholen Bij bovengenoemde onderzoek kan ook gekeken
mogelijk wordt. Een verbinding lost de onoverzich- worden naar Molenaarsweg en Stellingweg: beide
telijke verkeerssituatie op het Zuideinde op maar wegen zijn 5o km wegen; één van beide wegen zou
mag geen stimulerende werking hebben op het au- wellicht afgeschaald kunnen worden naar een 30 km
toverkeer. weg.
Het laatst genoemde punt zal in de vervolgfase zorg- 3.4 Gebouwen | Nieuwe entrees voor
vuldig moeten worden onderzocht. Het GVB en de de wijk
Vervoersregio zien voordelen van deze verbinding
voor het openbaar vervoer en daarmee voor de ver-_ vooral het centrum van de wijk, het scholengebied
betering van de bereikbaarheid van Molenwijk. Het
15
SA Eel \ AGN WEES
r WD ON B
nt Oe
SN en (EN bete _Woonprogramma
HN EN Dell Aer SE
\ Hi \ IN dt ZN Ee HA ar \ EEN Pl ZN Es ar : St
\| | Ik Oe ae CES IM Sociaal segment
LN NN ND en EN
IN SNN NN ENEN Ien ;
In ek N EN | Midden segment
se ge Ze ID NAAN NL
NN kh \\ Ae CT
DEE Se \ Da LEET PT NE
En SJ \ N Ee ZLD E Is MM our segment
CEN RR 7 Bals \ X DN ZZ Eg
ZEN EN me Nen ee
ZS AN NE | mma | EENS Ere
ES | NEEN
DSA T/M ) ZI Nd
ESD VA SES A Eed
À EA ggn ==’ ff Î N RN AA
ARN m4 Í AN \ A eh We
EN NN Sn | KNO AE jd
Nee
BLA gp n\t
SL ON, \ / ne (SD No AN
GEL NN UI ef TNS
NEA En EN \ } \ NR Cee
NZA | | BCA
NGS ANONDA LIES GEEN
SE EN pe) EN
DE MENSE DN EER | \\ ese en
TEN SSSR \ | RE
ZN CAN ESE
En \ NS ES ONE =d ee La it KAR
SEN GN
OE LAN NNT il LK JINN
RE E NS na 4 DD
ELL NN Er rin DE Os EPEN
SEON EEN LOE
Afb. 3.6 Het voorstel om het woonprogramma te verdelen waarin vooral wordt ingezet op meer diversiteit in woningen
en de drie parkeergarages zijn toe aan vernieuwing
van vastgoed. Deze plekken worden niet volledig be- In ontwikkelbuurten is het toevoegen van meer be-
nut en voelen onveilig. Het centrum en het scholen- bouwing mogelijk als het fysiek en sociaal een bij-
gebied vormen tevens een entree van de wijk. Het drage levert aan de buurt én hiervoor voldoende
plaatsen van nieuwe bebouwing biedt de kans om draagvlak is onder de bewoners. Daarnaast voldoet
de entrees van de wijk te verbeteren. Door de mo- dit aan het beleid van de gemeente waarin de ambi-
nofunctionele opzet van de wijk zijn er weinig bewo- tie gesteld is om tot 2025 50.000 woningen te bou-
ners in deze gebieden. Hierdoor ogen de gebieden wen.
- buiten de spitstijden van school en winkels- vaak
verlaten en door het gebrek aan functies vinden er Wat gaan we doen:
weinig ontmoetingen plaats. Dit wordt deels veroor- HE Een planmatige verkenning, in samenwer-
zaakt door de vele gesloten plinten in deze gebieden king met de Alliantie, naar de transformatie van
die er voor zorgen dat het gebied als onveilig wordt (drie) parkeergarages waarbij de begane grond een
ervaren. open en actieve plint krijgt die in contact staat met
Het doel is om deze gebieden te transformeren tot het park.
meer functionele gebieden, waar ook plek is voor HE Onderzoek naar de kansen voor de transfor-
nieuwe bebouwing met open plinten. Naast het matie van de bebouwing in de deelgebieden scho-
scholengebied en het centrum bieden ook de par- len en centrum naar uitnodigende gebouwen die
keergarages een kans om het vastgoed te vernieu- rondom een open plint hebben en voldoen aan de
wen. principes van de inclusieve stad.
n Meenemen en afstemmen met het onder-
In het centrumgebied kan de huidige gesloten ach- zoek naar mogelijkheden tot herstel van de Oostza-
terkant van het winkelcentrum een vriendelijke en _nersluis, waarbij wordt onderzocht hoe Molenwijk
vitnodigende voorkant met open plinten aan het mee kan profiteren van deze mogelijke nieuwe vaar-
water worden. Met herstel van de Oostzanersluis route.
ontstaat een vaarverbinding met Zijkanaal len Wa- HE Onderzoek naar de kansen om de verblijfs-
terland. kwaliteit en de levendigheid in de deelgebieden
16
ui PRE A ke BEA a eet En ga Ee en pien Re en etl eel mA Krt
Ï nefe et de rt Aen RE re 9 Le ie ee en Aer 7 he r
Ni pta Ae En iens ser: ee ek eN SLED AE eni Ak sn EEEN P|_
Ut ND 1 en (BE NE
5 | U Dl gn dr RT eN ei har ae rv Sm RA Zl
va fi U Een de een! À ee EE WT ‘ Tm AES Ie
len Tal jd EE er ELL Taart 5 KEE, E } ke Ee = =
UN re | eer Net Pl
| BNL In re ge à NS
ed ir eN Aide nn en le 5 KN zE E EA E Ae il = ee opne ; EN
EAR ge AA AN NER lee Aes
5 EN # L Sn in, ler e =E [Fa mn Ge .
Ì Î d | af ie E Pl es 5 F ú ‚ Hi Sne ee zf Ee d
en en \ ME We ij ; EET (KN RE
aA \ | Li | l EN EE
EE A IN | FE RG Om | EN EI
EE zeen E _E Ï EK en ET VA ehh EN J
EE EEN | 5 de EC ON CE en 1
Ee ED | à ef a” 3 EA eN ad AE A J
NE NW an If IE \ Ja IFT WR
ue x En En en Men ar ” pe : Ie 3 LS ; Le 5 en 1 ze iks Ee se rn E
NEEN AN In il EA ed
À Ve Ì A en, | en, Tk Be EA Te L
ZN ke EO Se eN ee nen, ee) ng ä, gei A A !
GEN E NN % DE 5 de de Een k ze 1 | 8 Ee \ ZN ul Ga ed È
ENNE mn mg er in hema Gek Nen IE
er SWM TA e TR. id NE Re rn:
de TL. "r RE Ze > Ke \ \ k, r de |, 1 Î AT Ee EN Kerl
EN N NÀ En ie x 1 in ke mn \ \ \ 7 H en ie SN, Jar zl IE
rl 4 sd „er J ve „ NA B A \ © ii 5 5 en, 8 Ee . ni 0 in e ENT er En Ì Tik
DAS) LN A NR el ie ee ee NG ET AA
EEEN IN Ei er A A
wt 4 Dr EE 5 nej gE ne eN 5 B ee kT gef [ rn Fi { titel CLE Een À LG PO
BEEZ NN NN r pp es UL IFS EE eN il We en
ree, en de see SE een E ne nt Ag Ae EA ,
(est PA RN NNT 1 he, Se, En
CAVE DN NI ene Ni? U De
Ks) SK Nn En EC Mr EN An AL DES ol, Lr
PN, "1 HEE AE in te fe ee ln Mn A
GEENEN AES ar er RI ANN Ps A EAN
Afb. 3.7: De zoekgebieden waarin maatschappelijke voorzieningen kunnen worden gehuisvest en de drie centrale pleinen
waar ontmoeten, onder andere in de vorm sport en spelen, en voorzieningen zullen worden geclusterd
scholen en centrum te verbeteren, middels stape- structuur waar de mogelijkheid tot extra woningen
ling van functies gericht op het versterken van de onderzocht dient te worden, zonder dat het ten
buurteconomie. koste gaat van deze structuur. Zowel in het scho-
u Verkennen van de herhuisvesting van PO De lengebied, het centrumgebied als het molengebied
Bonkelaar, kinderdagverblijf en sportzaal in de vorm (aanpak parkeergarages) zijn hiervoor kansen. Het
van een alles in één school in een multifunctioneel voorgestelde woonprogramma (zie afb. 3.6) op basis
gebouw, waarbij gemengd gebruik vitgangspunt is. van de proefverkaveling laat zien dat er voldoende
Zie ook paragraaf 3.7. mogelijkheden zijn om de woningen te differentië-
ren. Vooralsnog gaan we uit van een complemen-
Er is reeds gestart met eerste gesprekken met de tair woningaanbod wat betreft formaat, doelgroep,
betrokken partijen in Molenwijk, zoals schoolbe- huurvorm en wellicht zelfs koop. Met extra wonin-
sturen en vastgoedeigenaren. Uit deze gesprekken gen kunnen nieuwe inwoners welkom worden ge-
komt naar voren dat er bereidheid is tot verdere ver- heten en huidige bewoners kunnen een stap in hun
kenningen die bijdragen aan de beoogde ambities in _wooncarrière maken.
Molenwijk.
(Uit bijlage : Molenwijk- advies woningbouwpro-
3.5 Woonprogramma | Een gevarieer- _grammering, 2018, directie Wonen)
der aanbod in woningen en voorzie-
ningen In totaal is in Molenwijk circa 49.000 m2 bvo aan
9 extra woningbouw mogelijk. Uitgaande van een
. emiddelde woning van 100 bvo, komt dit tot een
Molenwijk heeft een unieke stedenbouwkundige gem 9 '
woningaantal van 490 woningen.
17
Gezien het enorme lerarentekort in Amsterdam, en
Molens met name in gebied NoordWest, biedt deze locatie
De huidige parkeergarages in het midden van de een aantrekkelijke kans om woningen toe te voegen
wieken zijn technisch gezien in slechte staat en zijn speciaal voor basisschoolleerkrachten. De mogelijk-
toe aan vernieuwing. De Alliantie heeft de mogelijk- heden hiervoor dienen afgestemd te worden met de
heden onderzocht en aanpak is noodzakelijk. Hier desbetreffende stakeholders.
kan een combinatie van parkeergarage, woningen
en wellicht bedrijfsruimtes worden gerealiseerd. Centrum
Bij het wijkwinkelcentrum liggen kansen om sloop-
De garages zullen niet gelijktijdig vernieuwd worden nieuwbouw te realiseren waarbij ook het toevoegen
maar na elkaar. Dit biedt tijd en ruimte om een ver- van nieuwe woningen mogelijk is. Door verschil-
schillende aanpak en invulling per garage te ontwik- lende woontorens op een nieuw winkelcentrum te
kelen. plaatsen ontstaat er een diversiteit aan woningen op
deze locatie. Hierdoor zal ook de sociale veiligheid
Aandachtspunten zijn: toenemen. In de vervolgfase dient met de diverse
u Haalbaarheidsonderzoek woningen gericht betrokken stakeholders onderzocht te worden hoe
op doelgroepen zoals jongeren waarbij sprake isvan dittraject verder vorm kan worden gegeven.
studio's met een bvo van 35m2 of koopwoningen in
het middensegment met een bvo van 60-100m2; Gezien de voorzieningen en de aanwezigheid van de
u Onderzoeken of de gesloten boxen in de naastgelegen Stellingwegflat is het winkelcentrum
plint gedeeltelijk omgezet kunnen worden naar wo- een aantrekkelijke locatie om ouderenwoningen te
ningen zodat meer ogen op straat gericht zijnen de clusteren. In de ‘oksels’ van de Stellingwegflat wor-
sociale veiligheid verbeterd. Hierover bestaan bij de den door Eigen Haard 60 seniorenappartementen
diverse betrokken partijen verschillende inzichten gerealiseerd. Hierdoor wordt ouderen de mogelijk-
en invalshoeken, die in een vervolgfase verder ver- heid geboden om door te stromen naar een betere
kend moeten worden; woning. Daarnaast worden de bestaande apparte-
n Haalbaarheidsonderzoek bedrijfsruimtes. menten van de Stellingwegflat in 2021 gerenoveerd
en daarbij tevens voorbereid op aardgasvrij zodat in
later stadium relatief gemakkelijk kan worden over-
Scholengebied gestapt op een andere energievoorziening.
De nieuw te bouwen alles-in-één-school biedt kan-
sen om woningen toe te voegen om zo de sociale Aan het Zuideinde zouden 2 kavels beschikbaar kun-
veiligheid in het gebied te versterken. Hierbij kan nen komen als de Stellingweg wordt doorgetrokken.
gedacht worden aan grondgebonden woningen en/ Deze komen dan vrij op het verwijderde gedeelte
of appartementen in het midden- en dure segment. van de Stellingweg. Hiermee kan de historische
VOOR NA
A Ih 4 A
Eet i Y En
eK HN rn
| Ne IN Nele | nt \ ev
ú RE dl De | u L | x f
e Aad nd hl BREN
een 8 ke Bt
en
Afb. 3.8: De vele gesloten plinten in de wijk zorgen voor een onveilig gevoel. Het nieuwe vastgoed dient dan ook een
directe relatie aan te gaan met het openbare gebied
18
rooilijn van dit veenlint worden geheeld. . lijks te sturen door de gemeente.
Zoals eerder vermeld kent Molenwijk 82.1% sociale Wat gaan we doen:
huurwoningen. Gezien dit hoge percentage lijkt het Het centrumgebied biedt een aantal kansen om een
wenselijk om meer differentiatie in de woningvoor- passend detailhandel aanbod te bieden, welke on-
raad aan te brengen. De buurt heeft een hoge con- _derzocht dienen te worden in de vervolgfase.
centratie aan inwoners met een relatief lage sociaal- HE Het kwalitatief verbeteren van het winkel-
economische positie. Ook in de actielijn Aanpak aanbod, met als doel in de behoefte van bewoners
Segregatie binnen de bestuursopdracht Tegengaan ende omliggende omgeving te voorzien;
Kansenongelijkheid, worden aanpassingen binnen HE Onderzoek naar de mogelijkheden om de so-
de ontwikkelbuurten voorgesteld om tot een veelzij- litaire Lidl te verplaatsen naar het winkelcentrum;
diger woningvoorraad te komen. Naast de bouw van HE Het verbeteren van de verblijfskwaliteit en
extra woningen dient ook gekeken te worden naar levendigheid van het centrale plein, middels herin-
meer differentiatie in de bestaande woningvoor- richting en toevoeging van functies zoals bijv. staan-
raad. Bij mutatie van de woningen liggen de groot- plaatsen voor kramen.
ste kansen. Daarnaast moet de wijk ook ruimte bie-
den voor instroom. Horeca
Bij de bouw van nieuwe woningen is een aandacht- Wat betreft horeca is het aanbod in Molenwijk be-
punt om zoveel als mogelijk een ‘aangename zijde’ perkt. De wijk biedt een aantal kansen welke onder-
te realiseren, een zijde die stil en groen is. zocht dienen te worden in de vervolgfase. Met name
het centrumgebied biedt kansen voor toevoeging
3.6 Economisch programma | Buurt- van (buurtoverstijgende) horeca. Aanvullend op
economie en werkgelegenheid ver- detailhandel draagt daghoreca in het entreegebied
van het winkelcentrum bij aan versterking van het
sterken
winkelcentrum. Daar wordt deels al op ingespeeld
. door de realisatie van daghoreca in een nog te ont-
Detailhandel 9 9
, wikkelen aanbouw in en aan de OBA. Ook het park-
Eind 2018 is de conceptrapportage Programmering
AN gedeelte achter de entree van het winkelcentrum
voorzieningen Amsterdam-Noord verschenen, een ;. .
ir biedt mogelijkheden, bijvoorbeeld in de vorm van
Distributie Planologisch Onderzoek (DPO) voor heel … . .
een horecapaviljoen- of kiosk. Het streven is om te
Amsterdam Noord, als nadere invulling van het De- kiezen voor horeca met een gezond voedselaanbod
tailhandelsbeleid 2018-2022 Sterke winkelgebieden in 9 '
een groeiende stad (2017) en een bouwsteen voor het
3 (2017) … Re … Daarnaast leent een staanplaats (een vaste kraam)
programmeren van commerciële voorzieningen in
zich ook uitstekend als aanvulling op het huidige
Noord.
winkelaanbod. Met staanplaatsen wordt ruimte ge-
boden aan initiatieven waarvoor nu geen ruimte be-
Voor het aanbod van dagelijkse boodschappen ge
schikbaar is in het winkelcentrum, gezien de vrijwel
wordt ervoor gekozen de structuur van kansrijke
> structurele bezettingsgraad (100%) en het zeer be-
wijkcentra te versterken en of te vernieuwen door
: perkte verloop. Het toevoegen van een klein terras
bijvoorbeeld het productaanbod, de inrichting en N
(zowel bij de OBA, als bij de staanplaatsen) en het
uitstraling van het winkelcentrum en de aantrekke- f
ee: …_ … plaatsen van zitbankjes creëert meer reuring, een
lijkheid van de openbare ruimte. Ter versterking is Or:
plek voor ontmoeting en levendigheid.
aanvulling met een tweede supermarkt aan te beve- en :
Ook in andere delen van Molenwijk zijn kansen voor
len, maar wel een bestaande winkel uit Noord. De n
. . an . . . . (commerciële) horeca. Een grote kans wordt gezien
nabij gevestigde solitaire Lidl (Zuideinde) ligt hier-
in het opwaarderen van het zeer kleinschalige hore-
voor het meest voor de hand. In het DPO wordt ge-
ca-aanbod op Diereneiland naar een volwaardige,
adviseerd om dit gebied te herontwikkelen en aan te
kleinschalige daghoreca. Diereneiland is een ideale
vullen met extra woningen.
ontmoetingsplek voor onder andere jonge gezin-
jn nen.
Naast de huidige functies wordt gebrek aan bran- …
…____… … _ Ook Molenwijkkamer kan zich prima lenen voor het
chering ervaren in het winkelcentrum. Diversiteit ed bt
toevoegen van horeca, al dan niet tijdelijk, bijvoor-
in voedselaanbod (meer mediterrane), (kinder-) kle- . ,
… beeld via een pop-up constructie of huiskamerres-
ding- en schoenenwinkels zijn een gemis door win-
Nn taurant.
kelend publiek. Branchering is echter niet of nauwe-
19
met een sociaal economische en maatschappelijke
Tenslotte wordt een kans gezien voor horeca bij de achterstand. Met de bestuursopdracht ‘Ontwik-
speelplek tussen de basisscholen Bonkelaar en Krijt- kelbuurten’ wil de gemeente Amsterdam de soci-
molen. Een klein horecapaviljoentje op de speelplek aal- economische en maatschappelijke situatie in
zelf, of het integreren van een horecavoorziening ontwikkelbuurten verbeteren. Maatschappelijke
in de plint van de nieuwbouw-plannen mogelijk in voorzieningen spelen hierbij een belangrijke rol en
combinatie met een maatschappelijk voorziening, kunnen bijdragen aan de verbetering van de buurt
biedt mogelijkheden. door plaats te bieden aan een specifiek, op de wijk
afgestemd maatschappelijk programma. Daarnaast
Bedrijven en Kantoren is een beperkte uitbreiding of verbetering van Maat-
Molenwijk kent weinig ontmoetings-flexwerkruim- schappelijke Voorzieningen nodig in verband met de
tes. Het aanbod voor betaalbare units waar zzp'ers realisatie van circa 490 woningen.
kunnen werken, is er nauwelijks. Toch zijn volgens
de Kamer van Koophandel 230 zzp'ers actief in deze Onderwijs en kinderopvang
buurt. Betaalbare en geschikte ruimtes voor starters In Molenwijk zijn twee scholen voor primair onder-
c.q. zelfstandigen worden idealiter ondersteund met wijs gevestigd, de Bonkelaar en de Krijtmolen. De
ruimtes voor onderlinge ontmoeting en mogelijkhe- Huisvesting van de Bonkelaar is verouderd en komt
den tot netwerken, studiervimte/flexwerkplekken in de komende jaren in aanmerking voor vervan-
en het organiseren van workshops om te kunnen gende nieuwbouw. De nieuwe Alles-in-één school
groeien in ondernemerschap. Ondergeschikte hore- met vervangende huisvesting voor de Bonkelaar,
ca binnen zo'n bedrijfsverzamelgebouw is eveneens gymzaal en kinderdagverblijf, wordt gerealiseerd
denkbaar. op of nabij de huidige locatie van de school. Voor de
Krijtmolen is in de komende jaren geen vervangen-
Mogelijkheden voor flexwerkruimtes kan gevonden de nieuwbouw nodig. Echter in verband met plan-
worden in de deelgebieden centrum en school maar nen voor een busbaan over de huidige locatie van de
ook wellicht onder de diverse flatgebouwen of bijde Krijtmolen worden wel de kansen verkend voor het
te verwachte aanpak van de parkeergarages. op termijn verplaatsen van de Krijtmolen naar een
andere locatie, mogelijk in één van de nieuw te ont-
Wat is nodig ten aanzien van bedrijven en kantoren: wikkelen wijken langs de IJ-oevers.
n De daadwerkelijke behoefte onderzoeken
aan flexwerkruimtes en betaalbare units voor star- Voor het onderwijs is in de Molenwijk één gymzaal
ters en zzp'ers. nodig. In relatie met de maatschappelijke opgave in
u In samenwerking met de corporaties kan Molenwijk (fysieke gezondheid, sociale cohesie, ou-
onderzocht worden of en welke mogelijkheden er _derbetrokkenheid) wil het stadsdeel graag een dub-
zijn tot het transformeren van (garage)boxen tot bele gymzaal die ook buiten schooltijden gebruikt
bedrijfsruimten/ verzamelgebouw voor allerhande kan worden. Noord kent een behoorlijk tekort aan
invullingen binnensportaccommodaties. De Sportnorm is één
u De kansen voor het toevoegen van bedrijfs- sporthal per 24.000 inwoners ( Sportvisie 2025). Ge-
ruimten in de plinten van nieuwbouwprojecten en in bied NoordWest heeft geen enkele sporthal/sport-
de huidige plinten. zaal. De mogelijkheden hiervoor dienen nader te
u Bij herinrichting van het centrumgebied kan worden afgestemd met Onderwijshuisvesting en
de wenselijkheid van het toevoegen van kantoor- Sport & Bos.
ruimtes onderzocht worden.
Jeugd, zorg en basisvoorzieningen
(Uit bijlage notitie Economische ontwikkelpotentie Erzijn in Molenwijk in principe voldoende basis-
Molenwijk, 2019) voorzieningen. De kwaliteit, toegankelijkheid en
vindbaarheid van enkele voorzieningen dient echter
3.7 Maatschappelijke voorzieningen te worden verbeterd. De huidige buurtkamer/
. : . . activiteitenruimten op Diereneiland wordt in de
en sociale basis [Ruimte bieden aan k
. omende jaren vervangen en vernieuwd. De Molen-
buurtvoorzieningen wijkkamer is gehuisvest bij één van de garages en is
slecht vindbaar. Daarnaast verdwijnt deze voorzie-
Molenwijk is een ontwikkelbuurt, een woonbuurt ning mogelijk bij de herontwikkeling van de par-
20
keergarages. In dat geval dient, centraal in de wijk, hoefte aan jongerenvoorzieningen in andere delen
vervangende huisvesting gerealiseerd te worden. van stadsdeel Noord. Mede door de coronacrisis
Huis van de Wijk ‘De Evenaar’ ligt vlakbij Molenwijk _ is duidelijk geworden dat een jeugdvoorziening
maar wordt op dit moment beperkt gebruikt door gemist wordt in Molenwijk. Gedacht wordt dan
bewoners van de Molenwijk. aan een voorziening die gericht is op ontwikkeling(
studie, stage, werk ) en gekoppeld aan de Regiodeal
Met realisatie van een volwaardige buurtkamerop eneen economisch programma.
Diereneiland ontstaat meer ruimte voor jeugdacti-
viteiten voor kinderen tot 12 jaar. Laagdrempelige Molenwijk beschikt over een gezondheidscentrum
naschoolse talentontwikkeling kan hier plaatsvin- waarin o.a. huisartsen, fysiotherapeuten en een
den, naast de talentontwikkeling in de scholen. apotheek gevestigd zijn. Uit de wijkscan huisart-
Mogelijkheden voor realisatie van een jongeren- sen blijkt dat er voor de komende jaren voldoende
voorziening (12 jaar en ouder) in Molenwijk dient aanbod is. Het Gezondheidscentrum heeft echter
nader te worden onderzocht in relatie tot de be- aangegeven te willen uitbreiden.
helers gd Aantal z=m2BVO p.st. zm Buitenruimte behouden, vervangen, aanvullen
Alles-in-êên school 22) | 3.oootot3.5oo | 3m perkind Behouden twee scholen of vervangenèen school
* _PO-schoal * 2255 * 1200 door alles-in-&én school en verplaatsenêén school
* Voorschool * p.m. * _p.m. naar locatie buiten molenwijk.
* Kinderopvang/B50 * 7oo * 300 * De Bonkelaar komt obv. levensduur in
aanmerking voor vervangende nieuwbouw
* Voorde Krijtmolenis voorde komende jaren
geen nieuwbouw gepland.
* Vervanging vande huidige gymzaal
* m2 BVO van de Kinderdagopvangn.t.b. samen
met Kinderopvang- organisatie
* Bouwvlakalles-in-êén school minimaal 1.700 mz,
met minimaal 3.500 m2 BVO
Sportzaal 1 1100 * Inplaats van de Gymzaal (1 zaaldeel)
* Mogelijkheden Sportzaal naderonderzoeken
Buurtkamer 1 120 Vervangen
diereneiland * Vervanginggewensto.bv kwaliteiten
üncl. ondersteunde functionaliteit huidige voorziening.
Molenwijkkamer 1 120 * Eennieuwe Molenwijkkamer centrale locatie
geven zodat hetzichtbaarderentoegankelijker
wordt.
* Mogelijkheden voor hetcombinerenvan de
Maolenwijkkamer metde Werkplaats 'Framer
Framed’ verder onderzoeken.
* Mogelijkheden voorhetverder vergrotenvan de
Buurtkamer naar maximaal 300 mz nader
onderzoeken ommeerdere buurtfunctieste
kunnen huisvesten
Ontmoetingsruimte 1 Behoudenof herontwikkeling door
FE
Gezondheidscentrum 1 Behouden of vervangen
LE
EC
afb. 3.9: De geschatte hoeveelheid te reserveren maatschappelijke voorzieningen
21
blieke functie van de OBA kan versterken. Inhoude-
Sport & Spelen lijk liggen hier kansen voor een koppeling met de
Amsterdam zet in op een gezonde leefomgeving Molenwijkkamer en bijvoorbeeld met Maakplekken
voor alle Amsterdammers. Sporten, spelen en be- voor jongeren. . Ook onderzoekt de OBA de samen-
wegen spelen hierbij een belangrijke rol. Sport- en _werkingsmogelijkheden met de Muziekschool Am-
speelvoorzieningen in de openbare ruimte dragen sterdam Noord en Framer Framed.
bij aan ontspanning, plezier en gezondheid en kun-
nen bijdragen aan ontmoeting en participatie. Daar- Framer Framed heeft bij één van de garages van
naast wordt met sport- speel en verblijfsvoorzienin- de Molenwijk een Wijklocatie ‘Werkplaats Molen-
gen de openbare ruimte geactiveerd en de sociale wijk’ voor buurtbewoners die geïnteresseerd zijn in
veiligheid verbeterd. De parkstructuur in Molenwijk kunst, cultuur, erfgoed en maatschappij. Mogelijk-
biedt veel mogelijkheden voor inpassing van sport- heden voor het herhuisvesten van deze voorziening
en speelvoorzieningen en een beweegvriendelijke op een centrale locatie in de Molenwijk dient nader
inrichting. Sport, spel en gebruiksgroen zijn goed te worden onderzocht.
te combineren, zodat spelen en sporten voor meer-
dere leeftijdsgroepen op dezelfde plek plaats kan Watgaan we doen:
vinden en de ontmoetingsfunctie van de plek ver- HE Na de zomer 2020 wordt gestart met werk-
sterkt wordt. Mogelijkheden voor het verbeteren sessies met de maatschappelijke organisaties om
en aanvullen van sport- en speelvoorzieningen in, gezamenlijk te komen tot een programma of plan
en het beweegvriendelijker maken van, de openba- van aanpak om de maatschappelijk — sociale proble-
re ruimte dienen verder te worden onderzocht. De matiek te verbeteren.
speeltuin op Diereneiland is rookvrij; de ambitie iser EB Er wordt een voorstel gemaakt voor een
om de speel en sportplekken elders in de wijk ook jeugdvoorziening voor het Meerjareninvestering-
rookvrij te maken. Plan
Uiteraard dient bij uitbreiding van voorzieningen 3.8 Duurzaamheid | Een duurzaam
van binnen en buitensport in Noord, in het kader van park met groene gebouwen
de groei van de stad, rekening te worden gehouden
met de toegankelijkheid en bereikbaarheid voor be- Aardgasvrij
woners uit andere wijken en buurten om de sport- pe gemeente Amsterdam heeft de ambitie om in
deelname van bewoners te stimuleren. _ 2040 een aardgasvrije stad te zijn. Dit houdt in dat
Andersom dient bewaakt te worden dat bij groei „\ieuwbouwbuurten niet meer worden aangesloten
van het aantal Noorderlingen de bestaande voor- op het gasnet en bestaande gebouwen op grote
zieningen, zoals bijvoorbeeld voor veldsport, ook schaal het gebruik van aardgas moeten verminde-
voldoende beschikbaar blijven voor bewoners van (en. Het verminderen kan bijvoorbeeld door de be-
Molenwijk. staande gebouwen beter te isoleren of door min-
der warmte te gebruiken door bijvoorbeeld slimme
Kunst & Cultuur …_ thermostaten en op termijn het aardgas vervangen
De openbare bibliotheek vervult een belangrijke goor duurzame(re) energiebronnen. Hierdoor ont-
functie in de buurt. Er worden veel activiteiten ge- taat geleidelijk een overgang tot een aardgasvrij
organiseerd die bijdragen aan de taal- en talent- Amsterdam.
ontwikkeling (voorlezen, spelinloop, cultuur voor Molenwijk is één van de twintig bestaande wijken
de kleintjes) van kinderen en de taalontwikkeling, gie is uitgekozen door de Amsterdam City Deal om
participatie en zelfredzaamheid van volwassenen van het aardgas af te gaan in samenwerking met het
en ouderen (Nederlands leren, formulierencafé, programma Amsterdam Klimaat Neutraal. Dit is in
computervaardigheden). In samenwerking met de [ijn met de concept Transitievisie Warmte. In de City
OBA wordt gekeken in hoeverre het programma _peal Aardgasvrij hebben partijen in het voorjaar van
kan worden uitgebreid en beter kan worden afge- „017 - waaronder de Alliantie en Eigen Haard-, afge-
stemd op de behoeften van de buurt. De bibliotheek roken dat ze gebiedsgericht willen werken. In april
wil verbouwen waardoor de ruimte lets groter wordt 2019 is afgesproken volgens het WAM (Wijken Aard-
en daardoor meer mogelijkheden biedt; ook wordt _gasvrij Maken) proces te werken. De nieuwe subsi-
een daghoreca toegevoegd. Daarnaast is de OBA gieregeling (oktober 2019) beloont deze manier van
op zoek naar een samenwerkingspartner die de pu- verken met maximaal € 5.000,- per woning (t.b.v.
22
EPEN ek ee Pa Ket Pf Te NE NRE 5 Ne ' Tal EAS
en An Een Re en EE Ee A ae Si AN |
En OS be Bi Dr En ek Et rtl n oade tee Es ba Ed KN ON INN Ë5
PE kN Mme han KUS
RE Se ee re Ee 0 EDE Ee dd f
Et Ns Re a rd Pen en
RR IE EE B Et EL ar Loe ere a L ë
BE te PE INL LD ai EN ode hek , EA
NES CE Pe ER REN
Re En A ee pe ee AM Le Oe CE Aak GE
ed GR Pel EU NRE al DEN A | tE
teh Ane Mann WE EE, ED 4 vj Edd en af f Ld a A Pe
neten tia % Ee | ke A EN ee zak: Je rn enn 8 £
Ea de En Nn AM EE EE NAE AE) EE A EN U:
ET ee en CMA ZE he a AA MR
Gete ER bk PN AN Lt Rn nt Pi: Ei É Ee NE Pi
SN A Pagie Ne Ti WE Me Re en SN
De ek eN RN ’ KE OL RN A GERE ks Ween PEN OR ks: kN h E
SI JEE EE EE VE RDS iel Tt en CART, ck :
EE ee sn RT ORD k ee
EE de Er OE Te ik ak A ANR
er ee
eN EET PE Tere en
ENE DA fm hie En OET heel tn
Ae En A ET | ne Gees
A ee e 5, ee il me PN hen ER Ei Ne
ee Erge : Ee et EEn en ee egen kes NK: Wk bs à er Ee o
A te 5 5 a k A id At B Bik lo } sit:
de - 5 k „ ele . ERE, Ae. ant f rn js Ì
u r i5, ad en 4 nn f e A Ae 7 % ï k
Afb. 3.8: Het parklandschap van Molenwijk wat bijdraagt aan duurzaamheidseisen als rainrpoof, hittestress en schone
lucht
de meerkosten voor aardgasvrij maken). Omdat of omwonenden.
Molenwijk een ontwikkelbuurt is en de plannen voor
de verbetering van de wijk (waaronder de openbare Met de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal
ruimte) projectmatig worden aangestuurd door de heeft Amsterdam doelstellingen vastgelegd, o.a.
gemeente is Aardgasvrij een onderdeel van deze op- ten aanzien van CO2 reductie en energieprestatie,
gave. Op het moment van schrijven van deze nota die in de volgende fase uitgangspunt en kader vor-
heeft de regiegroep Aardgasvrij het besluit genomen men voor de planvorming.
toe te willen werken naar een alternatief voor aard-
gas op basis van een 7o graden aanvoer. De exacte Schone lucht
keuze voor een voorkeursalternatief volgt naar ver- De ambities van Amsterdam zijn vastgelegd in het
wachting in de tweede helft van 2020. Hierna wordt Actieplan Schone Lucht (ASL, okt. 2019); dit Actie-
dit te kiezen voorkeursalternatief verder (technisch plan is van belang voor de uitwerking in de volgende
en financieel) vitgewerkt in de ontwerpfase WAM. fase. Voor Molenwijk geldt dat verkeer het grootste
Het betrekken van de particuliere eigenaren bijde effect heeft op de luchtkwaliteit in de wijk,; duurza-
besluitvorming over aardgas is een belangrijke stap me mobiliteit is daarom van belang. De wijk is gro-
in het proces. Het maatschappelijke initiatief Buur- tendeels al autoluw, een kwaliteit waar veel bewo-
kracht is hiervoor aangetrokken. Buurkracht stelt in ners over te spreken zijn. Wel moet gekeken worden
het tweede en derde kwartaal van 2020 samen met naar een vitnodigende infrastructuur om te wande-
bewoners een Buurtplan op. Dit gebeurt via sessies lenen te fietsen want deze ontbreekt nu. Daarnaast
in het Meedenkteam Aardgasvrij. moet ingespeeld worden op technologische voor-
Van belang is dat mogelijke alternatieven voor aard- uitgang zoals het gebruik van elektrische auto's. Bij
gas geen (geluids) hinder veroorzaken voor bewoner _nieuwbouwwoningen is het streven dat 15% van de
parkeerplekken voorzien wordt van een oplaadpunt. uitdaging is om mogelijke rainproofoplossingen te
Bij herontwikkeling of renovatie moet 10% van de combineren met andere functies, zoals bijv. spelen.
parkeerplekken voorzien worden van een oplaad-
punt voor auto’s en moet voor nog eens bij 10% van Hittestress
de parkeerplekken voorbereidende werkzaamhe- Tijdens hitte wordt stedelijk gebied zwaarder ge-
den worden getroffen. troffen ten opzichte van landelijke gebieden. Hoe-
wel Molenwijk een groen karakter heeft, wordt door
Circulair de hoogbouw veel warmte vast gehouden. Hierdoor
Amsterdam wil meer grondstoffen en materialen in is het een van de weinige plekken in Amsterdam
de kringloop houden. Dit gebeurt onder andere door Noord waar hittestress zich manifesteert. Rondom
goede afvalinzameling. Afvalinzameling voor fijn de gebouwde omgeving is het stedelijke hitte eiland
huishoudelijk afval gebeurt in ondergrondse afval- effect circa 1,5 graden Celsius.
containers, dicht bij de woning. Recente cijfers laten De hoge temperatuur kan kwetsbare groepen als
echter zien dat minder dan de helft van het huishou- mensen met een longaandoening, ouderen en kin-
delijk afval in Amsterdam gescheiden wordt. De ver- deren extra in gevaar brengen. Nieuwe woningen
wachting is dat dit percentage in ontwikkelbuurten kunnen zodanig gebouwd worden dat wind warmte
nog lager zal zijn. beter kan meevoeren. Groene daken en gevels kun-
nen tevens voor verkoeling zorgen. In de deelgebie-
Ook materialen en grondstoffen die vrijkomen bij den scholen en centrum zal worden onderzocht op
sloop of herinrichting van de openbare ruimte die- welke wijze groene daken en wellicht gevels kunnen
nen zoveel mogelijk te worden (her)gebruikt in de worden afgedwongen.
bouw. Een flexibele indeling van de gebouwplint
en demontabele gebouwen dragen bij aan een cir-
culaire economie. In volgende fasen zal blijken hoe
in de praktijk invulling gegeven wordt aan circulaire
ontwikkeling, daar dit afhankelijk is van specifieke
kenmerken (kavel, gebouw, functie, gebruikers) van
een ontwikkeling.
Naast goede afvalinzameling en grondstof- en ma-
teriaalgebruik bij bouw en verbouw valt onder de
circulariteit ook de deeleconomie en deelmobiliteit.
De mogelijkheden van Molenwijk bieden kansen
voor deze onderwerpen die nader onderzocht moe-
ten worden.
Rainproof
Voordelen van een regenbestendige wijk is de ver-
minderde druk op het regionale watersysteem,
verbeterde kwaliteit van het oppervlaktewater en
minder zuiveringskosten. Het uitgangspunt is om
minimaal een bui van 6omm in één vur te verwer-
ken, middels het principe vasthouden, bergen en
afvoeren. Momenteel wordt aan deze norm vol-
daan, al blijven er een aantal grote plassen staan in
de openbare ruimte. Bij eventueel toevoegen van
extra woningen kan sprake zijn van minder infltra-
tiemogelijkheden. Dit zou er toe kunnen leiden dat
het regenwater dat nu in het groen blijft liggen zich
gaat verplaatsen richting de bestaande gebouwen,
waardoor waterschade kan ontstaan. Hierdoor is
in het eerste verkenningsplan gekozen om bij de
nieuwe bebouwing de hoogte in te gaan om zo het
bestaande groen zoveel mogelijk te handhaven. Een
24
lende momenten worden uitgewerkt en uitgevoerd.
Á e Wet- e n reg e | = Daarom zullen per deelproject een of meerdere om-
e gevingsvergunningen worden aangevraagd. Dat
Q evVl n g geldt uiteraard alleen als voor een project (deel) en
lof een onderwerp een omgevingsvergunning no-
dig is. Voor de ontwikkeling van de deelprojecten
zal dus voorlopig geen nieuw bestemmingsplan en
Voor Molenwijk geldt nu het bestemmingsplan Ka- ook geen wijziging van omgevingsplan worden op-
doelen-Oostzanerwerf III (20213), in combinatie met gesteld.
de 2e partiële herziening Kadoelen-Oostzanerwerf Al deelproi . in het b .
III (2016). Op hoofdlijnen is hiermee de bestaande > Een dEE project niet past In et bestemmings-
sitvatie vastgelegd. Met bestemmingen worden plan of, na 2020 IN het omgevingsplan, zal daarvoor
de verschillende (hoofd)functies aangegeven en de een omgevIngsvergvnning nodig zijn. Een dergelijke
contouren voor de bebouwing worden bepaald. vergunning moet uiteraard goed onderbouwd zijn.
De volgende aspecten zullen dan in ieder geval in
Naar verwachting treedt op 1 januari 2021 de Om- geld Ze genracht
gevingswet in werking. Kort samengevat betekent = Bedr Hi
dit dat alle bestaande bestemmingsplannen van = vo enim ed
Amsterdam dan gebundeld worden tot één omge- erkeer en parkeren
u Bodemkwaliteit
vingsplan, ook de bestemmingsplannen voor Mo- = sb
lenwijk. Het veranderen van bouw- en gebruiks- = El est £
mogelijkheden kan dan niet meer door een nieuw = Besdhar en bied ikstof
bestemmingsplan te maken. In plaats daarvan moet = och euvaf e natuurge leden (stikstof)
het omgevingsplan worden gewijzigd. De mogelijk- = Ger t ie jn | .
heid om omgevingsvergunningen te verlenen voor = ten e oe oonomgeving
nieuwe projecten blijft bestaan. xterne verignel
(door de coronacrisis wordt de inwerkingtreding van de Archeologie
Omgevingswet waarschijnlijk uitgesteld) m Kabels en leidingen
n Duurzaamheid
De deelprojecten voor Molenwijk zullen op verschil- HE Cultuurhistorische waarden
Ù rd GS AA et N
_ Va CSS et Oa | tE
| \ f zei RE ern on Se ES
E IN CN .
KS ee SD ged Bestemmingen
Kk Noe in OH De |, roen /
Sh, k, 7 ie» … \
NN NEN 7 venen:
BER DN NES ff MU meatschapelik 2
ENE mj ee ee
wi ba A } Me ee erkeer
EA LL RNA
ANN
d ge 5 er Ee kr ET rr IK
d NE ge EE be SN SG Tl 5 Tuin-1
3 Nn nere Ht + Ô
, Ae Pe m Cultuur en ontspanning ;
, A Water Î
ik U WET LEK TOER Er er IJ
Afb. 4.1: De huidige verbeelding in het bestemmingsplan met de plangrens in het rood
25
5 K ht fe in samenwerking met en met medewerking van de
e ra C e nve = belangrijkste bezitters van het vastgoed zoals Eigen
. © Haard, De Alliantie, de Hoge Dennen (winkelcen-
da na lyse en rISI- trum) , Openbare Bibliotheek Amsterdam, Gezond-
heidscentrum, Tinteltuin en schoolbesturen.
k . u Een onzekerheid voor de planvorming en
cover en n l ng planning is het draagvlak bij bewoners. Voor alle
ontwikkelbuurten in Noord is een participatie- en
communicatietraject zodat bewoners vroeg in het
traject actief worden betrokken.
In onderstaand figuur zijn de stakeholders weerge- ml Ruimtelijke procedures:
geven en gerangschikt naar hun bijdrage in het pro- Een of meerdere omgevingsvergunningen per deel-
ces. Zoals wordt uitgelegd in Hoofdstuk acht zijnde gebied betekent ook dat elke vergunning zijn eigen
inhoudelijke stakeholders benaderd voor oriënte- procedure krijgt. Tegen elke vergunning kunnen
rende en informerende gesprekken. Vooral voor het belanghebbenden zienswijzen of bezwaarschriften
deelgebied centrum is een constructieve medewer- indienen en in beroep gaan. Als dat gebeurt kan
king van de betrokken partijen nodig om een trans- dit het proces vertragen. Door het tijdig opstarten
formatie mogelijk te kunnen maken. De gesprekken de procedure en het zorgvuldig inzetten van parti-
zullen in de volgende fase worden voortgezet waar- cipatie met bewoners, omwonenden en andere sta-
bij gestreefd wordt naar een gezamenlijk ontwikkel- keholders in het gebied kan dit gedeeltelijk worden
perspectief. ondervangen.
n Kabels, leidingen en civiele werken. Het is
Risicoverkenning nog onduidelijk wat de kosten zijn voor het omleg-
Naast de krachtenveldanalyse zijn ook de risico's in gen van kabels en leidingen en eventuele aanpas-
beeld gebracht. Het plan kent de volgende globale sing civiele werken. Hiervoor is een p.m.-post op-
risico’s: genomen in de begroting waarbij het uitgangspunt
u De (her)ontwikkeling van een wijk kan alleen is dat deze kosten uit de post Onvoorzien worden
Scholengebied Centrumgebied Eet} Woongebied/garages Openbare Ruimte
Meeweten mn Bewoners gebied Noord | B Bewoners gebied u Bewoners gebied u Bewoners gebied Noord u Bewoners gebied
West Noord West Noord West West Noord West
u Bewoners overig Noord u Bewoners overig u Bewoners overig En Stadsregie En Stadsregie
u Stadsregie Noord Noord
u Stadsregie u Stadsregie
Meedenken u Stadsdeelcommissie n Stadsdeelcommissie n Stadsdeelcommissie En Stadsdeelcommissie En Stadsdeelcommissie
n Meedenknetwerk MW / u MeedenknetwerkMW/ | B Meedenknetwerk MW / En Meedenknetwerk MW / En Meedenknetwerk MW]
bewoners MW bewoners MW bewoners MW bewoners MW bewoners MW
n Gebiedsteam Noord u Gebiedsteam u Schoolbestuur / En Gebiedsteam En Bewoners MW
West u Vervoersregio schooldirectie En GEO en Woonteam En Gebiedsteam
u Schoolbestuur AMOS / u G&O en Woonteam u G&O en Woonteam E MEA E GRO
schooldirectie /leerlingen/ouders |M EZ u OJZ/OHV En EZ En V&OR
Kdv/bso Tinteltuin mn Gebiedsteam u GGD u GGD
mn GEO & Woonteam mn Maatschappelijke u Maatschappelijke u Afval&Grondst.
mn GGD organisaties in MW organisaties in MW u Waternet
mn Maatschappelijke u Winkeliersvereniging/ u Bewonerscommissie u Maatschappelijke
organisaties in MW ondernemers u Garagecommissie organisaties in MW
mn Tinteltuin u City Deal/nutsbedrijven
En Sport&Bos E V&OR
En M&A
Meedoen /mee |= College van B&W n College van B&W n College van B&W En College vanB&W En College van B&W
beslissen ÍGemeenteraad ÍGemeenteraad [Gemeenteraad Gemeenteraad IGemeenteraad
u DagelijksbestuurNoord | B Dagelijksbestuur u Dagelijksbestuur En Dagelijksbestuur Noord En Dagelijksbestuur
u G&O Noord Noord En De Alliantie Noord
n R&D mn Hoge mn Vervoersregio A'dam u Eigen Haard u G&O
n OJZ/OHV Dennen/winkelcentrum n Belanghebbende En GEO En V&OR
u Schoolbesturen n OBA bewoners En R&D En R&D
mn Overige betrokken u Gezondheids-centrum | B Schoolbestuur u Nutsbedrijven u Overige betrokken
beleidsdirecties u GVB u G&O u Overige betrokken beleidsdirecties
u G&O u GVB beleidsdirecties
En R&D En VROR
u Overige betrokken u Overige betrokken
beleidsdirecties beleidsdirecties
Afb. 5.1: De krachtenveldanalyse met de betrokken partijen en hun bijdrage in het proces
26
betaald. Voor het gebied is een eerste proefverkaveling ge-
u De opgave om in het gebied zowel de nieuw- maakt om inzicht te krijgen in het huidige en moge-
bouw als de bestaande bouw aardgasvrij te maken lijk toekomstige grondgebruik. Dit zal in de vervolg-
is logistiek en technisch complex en kan voor vertra- fase verder worden vitgewerkt.
ging zorgen in de planning.
u Fasering: Tijdens de volgende planfase worden de fasering,
De bedragen in de raming zijn nominaalenerisniet kosten en financieringsmogelijkheden onderzocht
gerekend met fasering van kasstromen. van een uitbreiding en/of vernieuwing van maat-
u Het doortrekken van de Stellingweg voor schappelijke voorzieningen.
het realiseren van de busbaan zoals het in de eer-
ste proefverkaveling staat getekend is afhankelijk Voor nieuw uitgeefbare grond geldt, in relatie tot
van de verplaatsing van BS De Krijtmolen en de het woningbouwprogramma, het gemeentelijk se-
mogelijkheid om in bezit te komen van gronden die lectie- en grondprijsbeleid.
in erfpacht zijn bij verschillende bewoners aan het
Zuideinde. Het werken in scenario's en de resultaten Afhankelijk van een nieuwe verkaveling is op som-
van de Mobiliteitsstudie Noord zijn in de volgende mige plekken mogelijk grondruil of verwerving no-
fase van belang. dig. Openbare ruimte zal in dat geval worden over-
u Het transformeren van het deelgebied scho- gedragen aan de betreffende eigenaar en elders zal
len en het toevoegen van woningbouw is afhankelijk de eigenaar in erfpacht uitgegeven grond aan de
van de betrokken partijen. De huidige proefverka- gemeente over dragen om een nieuwe verkavelings-
veling gaat vit van het plaatsen van woningen bo- opzet mogelijk te maken.
ven de scholen. Dit vergt echter extra inspanning
van alle betrokken partijen en kent voordelen —bijv. Financiële dekking door middel van grondex-
meer toezicht en daardoor meer veiligheid-, - maar _ploitatie
ook nadelen — bijv. een complexere aanbesteding. Het plangebied omvat de gehele Molenwijk. Het
u Het transformeren van de parkeergarages grondexploitatie-gebied (grex-gebied) omvat de
is afhankelijk van de bereidheid van de Alliantie om hele wijk met uitzondering van het Diereneiland.
te investeren. Ook hebben de garages een orde 1 Om meer inzicht te krijgen van de saldi van de ver-
waardering in de ordekaarten van het AUP. Dit heeft schillende ontwikkelingen, is binnen de grondex-
gevolgen voor nieuwbouwmogelijkheden en moet ploitatie een verdeling gemaakt in deelgebieden.
nader worden onderzocht. Het saldo kan (mede) bepalen of ontwikkelingen in
u Molenwijk is gebouwd op veenweidegrond. een bepaald deelgebied worden doorgezet of niet.
Bodemdaling is gaande. Het is nog onbekend watde De deelgebieden zijn benoemd in eerdere hoofd-
gevolgen zijn op langere termijn en welke aanpak stukken van deze nota.
het meest adequaat is. Dit dient nader te worden De aanpak van de openbare ruimte binnen deze
onderzocht. deelgebieden wordt, -conform de afspraken uit het
n Gevolgen van de coronacrisis bestuurlijk besluit ontwikkelbuurten- , gefinancierd
uit het Vereveningsfonds. Uitgangspunt is dat de
e openbare ruimte van de gehele Molenwijk wordt
6 . OO ntwl kkel- verbeterd. Vanuit het principe van de ongedeelde
wijk, worden de verbindingen binnen Molenwijk én
° met de omliggende wijken verbeterd.
st rateg Le Ook bij de deelgebieden zal gefaseerd en in scena-
rio's gewerkt worden.
Juridisch-planologisch kader
De gemeente is bereid mee te werken aan een pu-
Uitgangspunten bij de opgaven in Molenwijk _bliekrechtelijke wijziging van het bestemmingsplan
Ontwikkelkansen zijn er voor verschillende eigena- dan wel omgevingsplan, mits voldaan wordt aan de
ren in het (centrum)gebied. Bij elk initiatief wordt uitgangspunten van een goede ruimtelijke ordening.
de afweging gemaakt of de gemeente inzet op ver- Daarnaast kan de gemeente maatwerkvoorschrif-
werving van het eigendom of het faciliteren van de ten voorschrijven die specifiek betrekking hebben
ontwikkeling. op Molenwijk.
27
Deelgebied scholen Deelgebied centrum
en ie Sl ij mr
BLS, EE SEE
en a LEEN ND mn men
Se minn EN vl se TT
En EE NR me
Lee ke ( e rn
Se eN Ki
Ent aen ER en , k ER an: ASM A
Ee tn «LEEM nn |
ABI Û if tE ú | EE
D sar dee ME Ee fi
ee : 1 " WE pe U ; J
a pe ee ne ed lj en kn ie El
EL te -
EETL LG 5 En ,
Deelgebied scholen
de
RE gem
ene
Se ZN Sje
Eed en en
B kek NEEN A nd
EN DE NE dee
EEA Vs AE IN EL dd
— — el ee NE Ln nn NV en ad NE ED — :
= Sn > EE red Ë Van
== n B SEN eg ber AE
SS RT Ane AME io ice,
Afb. 6.1: De deelgebeiden scholen (links en onder) en centrum (rechts) liggen er momenteel achterstallig bij en hebben
veel braakliggende velden. Er zit meer potentie in deze deelgebieden, waarbij ze tot een vitnodigend entree kunnen
worden getransformeerd.
28
e eventueel toevoegen van voorzieningen (horeca/
7 e P | da n n l n e e n detailhandel, sport en spel, zorg/maatschappelijk)-
dient nadrukkelijk de afstemming met omliggende
P ro ces buurten en Noord als geheel plaats te vinden. Naar
aanleiding van deze nota kan het bestuur een keuze
maken uit scenario’s.
_ _ Voor de deelgebieden ‘Scholen’ en ‘Busbaan’ geldt
De ontwikkelstrategie heeft betrekking op de (mid- gat tijdens het maken van de projectnota scenario’s
del)lange termijn. Ook op korte termijn lopen ver- en belangrijke keuzen met betrekking tot de plan-
schillende projecten die meewerken aan het eind- nen in beeld worden gebracht. Bij de besluitvorming
doel: een Molenpark ontwikkelen waar bewoners van de projectnota zal een voorkeursscenario wor-
prettig samenleven, hun sociaal-economische posi- gen benoemd dat in vervolgfases van de planvor-
tie verbeterd is en de woon- en leefomgeving opge- ming verder uitgewerkt zal worden.
knapt is. Te denken valt aan de herontwikkeling van Bij de deelgebieden ‘Centrum’ en ‘Molens’ is de ge-
het Diereneiland en de plannen van de corporatie(s) meente meer afhankelijk van initiatieven vanuit an-
om de flats in de Molenwijk te revitaliseren. Deze gere stakeholders, zoals corporaties en eigenaren.
projecten vallen verder buiten de scope van de prin- Om die reden wordt bij die gebieden gekozen voor
cipenota en hierop volgende (plaberum)nota's, een meer faciliterende rol, om initiatieven waar mo-
maar worden beschouwd als raakvlakprojecten. gelijk te ondersteunen.
Enkele opgaven vallen duidelijk binnen de scope Val Stakeholders als corporaties, eigenaren, bedrijven
deze nota en volgende nota's. Zoals de herontwik- en diverse maatschappelijke voorzieningen zijn in
keling van het (winkel)centrum Molenwijk, (het mo- meer of mindere mate betrokken geweest bij het
gelijk maken van) de aanpak van de parkeergarages maken van de huidige plannen. Daarnaast zijn de
bij de flats, een nieuwe alles-in-één school en een bewoners betrokken via een participatietraject en
verandering in de infrastructuur in en rondom Mo- het ‘Meedenknetwerk”
lenwijk. Deze plannen hebben met elkaar gemeen jn de volgende fase van het planproces worden sta-
dat realisatie van deze voornemens vermoedelijk zal Leholders uitgebreid betrokken bij de verdere uit-
plaatsvinden op de (middel)lange termijn. werking van de plannen en bijbehorende uitwerking
van de ontwikkelstrategie. Uitwerking van de plan-
De haalbaarheid van en het draagvlak voor genoem- nen biedt meer zicht op de (herontwikkelmogelijk-
de plannen dient nader onderzocht te worden. Voor heden en financiële consequenties van de plannen.
deze opgaven zullen extra onderzoeken nodig zijn.
Deze onderzoeken zullen landen in een project-_\n onderstaand figuur is de globale planning weer-
nota (fase 2 Plaberum). Bij deze onderzoeken — en gegeven van het plaberum proces, waarin na de
met name de onderzoeken waar het gaat om het _projectnota zal worden begonnen met een steden-
mmm
jan '21 jan '22 jan '23 jan '24
3 ; ;
Q4 2020 Q4 2021
vaststelling door college vaststelling door college vaststelling door raad
Dd
Q2 2022
vaststelling door raad
Participatie Participatie Participatie verschillende momenten voor participatie
| Inspraak | Inspraak |
enkel bij infrastructurele projecten
Afb. 7.1: De globale planning en de mogelijkheden voor participatie en inspraak voor de belanghebbenden
29
Î mn H fp dn gm" 5 „— ze] En Î 8 E À |
ij pam En …M en Mn nn E. nm Ee Ni EE
e - r Ï “ i lan nn 8 _ L RE
nd mi É Nn wm we er
1 ven KE “an le he ee 3 Ti t d 1 tt nn
| & à d Ee Í n ef ee IS ik h :
el! , s En \ is 7 À el jn n ES d a
di ed RIK d q ee
ORS 8 | Ek ë
- ch > ern t Ë, Í If
GEAN, Odd |
& | a \ Î d p == is e: de
i K IS En | f
a bm An
NEN ì
Gr OGRL
d EF 1 is
_ er À nn em Al Î
de Aakn Pe
OE a U De EEn £ kr Pe
HOME
N Ve en en
mk SN bof.
Afb. 8.1: Bewoners en geïnteresseerden tijdens de buurt kick-off waarin informatie werd gegeven en opgehaald
en: j
bouwkundig plan en participatie een belangrijk on- patietraject wordt door Woon verzorgd. Bij de start
van het traject principe nota zijn vier buurtgesprek-
derdeel zal vormen.
ken geweest met ca 35 bewoners waarin themage-
richt is gesproken over de wijk. Daarna heeft een
Buurtkick off plaatsgevonden voor alle bewoners:
een informatiebreng- en ophaalmarkt. Bewoners
werden ook uitgenodigd in de elektrische bus van
team Aardgasvrij om meer te horen hoe Molenwijk
aardgasvrij kan worden. In maart 2020 vindt weer
een Buurtinformatiemarkt plaats.
(vanwege de coronacrisis moest deze helaas geannuleerd
worden)
De bijeenkomsten hebben geleid tot een 'Meedenk-
. netwerk’ van ca veertig bewoners. Woon onder-
In het afgelopen decennium zijn bewoners — zowel
steunt het Meedenknetwerk. Dit Meedenknetwerk
door de gemeente als door de corporaties- vaak be- -
5 wordt bevraagd en geconsulteerd bij voorstellen en
vraagd over de wijk en de woning maar dit heeft Ken
N deelprojecten. De Gebiedsuitwerking is gepresen-
helaas niet of nauwelijks tot vitvoering geleid. Veel
‚ 7 … teerd aan dit netwerk. De concepttekst van deze
bewoners geven dan ook aan ‘planmoe! te zijn. Op Ren
. - . Verkenning van kansen / principenota is met het
basis van dit gegeven is de Gebiedsuitwerking aan
Meedenknetwerk besproken. Het verslag van de be-
de hand van reeds opgehaalde meningen en feed- R
spreking wordt als bijlage toegevoegd. De inbreng
back geschreven. -
van bewoners is verwerkt en verweven in de teksten
van de Verkenning/ Principenota. De nota is vertaald
De Gebiedsuitwerking heeft de input gevormd voor gl IP
: SNN in een publieksvriendelijke krant die huis-aan-huis
de verdere participatie. De participatie en commu- 0: :
verspreid is en die de bewoners ook de mogelijkheid
nicatie wordt getrokken vanuit het planteam Molen-
- … _ biedtte reageren op de onderwerpen.
wijk. De ondersteuning van bewoners in het partici-
Het Meedenknetwerk blijft de komende jaren van om — samen met Woon en de gemeente — de VvE’s
groot belang voor de kleine en grote projecten in in negen maanden stap voor stap te ondersteunen in
de wijk. Het netwerk zal daarin niet alleen kunnen het maken van een plan om op een gebiedsgerichte
‘meedenken’ maar ook mede richting kunnen geven manier aardgasvrij te worden. Uiteraard wordt dit
en mede mee kunnen beslissen. plan bedacht en afgestemd met alle bewoners van
het complex, zowel kopers als huurders. Ook de
Het jubileumjaar ‘so jaar Molenwijk’ was een mooie corporaties de Alliantie en Eigen Haard zijn in 2019
aanleiding om veel activiteiten met en voor bewo- met een deel van hun huurders in gesprek gegaan
ners te organiseren en veel contacten te leggen met over de revitalisatie of renovatie en het aardgasvrij
bewoners. Ondertussen zijn een aantal bekende er- maken van de 100% huurcomplexen. Uiterlijk in het
gernissen in de openbare ruimte opgelost en kleine voorjaar van 2021 wordt met de verschillende ge-
elementen toegevoegd om de wijk op te fleuren. bouweigenaren een voorkeursalternatief voor aard-
De communicatie heeft een impuls gekregen: een gas gekozen en een voorlopige fasering.
nieuwsbrief; deze wordt in samenwerking met de
twee corporaties gemaakt. Inmiddels zijn er vijf Belangrijkste input bewoners
Nieuwsbrieven verschenen. Ook is een projectpa- Bij de vier buurtgesprekken, de buurtkickoff en op
gina aangemaakt op de website van Amsterdam en talloze andere momenten hebben bewoners van de
worden de sociale mediakanalen actief ingezet. In Molenwijk hun mening kunnen geven over de wijk.
februari 2020 is gestart met een maandelijks A4 bul- Veel input staat verwerkt in en is verweven met
letin. De corporaties kunnen hiervoor kopij aandra- voorgaande hoofdstukken omdat het onderdeel uit-
gen maar ook bewoners wordt gevraagd om input maakt van ruimtelijk fysieke ingrepen op langere
/ nieuws voor het bulletin. In maart 2020 wordt een termijn. Een aantal punten die relatief eenvoudig
informatiemarkt georganiseerd. (geannuleerd i.v.m. zijn worden of zijn al in vitvoering. Een aantal pun-
corona crisis) ten wordt meegenomen in de uitwerking van het
programma voor het sociaal maatschappelijk do-
“Molenwijk Kiest!” mein.
In de zomer van 2019 is een pilot met een digitale
participatietool gedaan. Dit was op verzoek van en Bijgaand de opsomming van de belangrijkste input:
in samenwerking met Chief Technology Office (van 1. Te weinig horeca in de wijk
Amsterdam) in het kader van participatieve demo- 2. Wens voor een (groot) buurthuis
cratie. Molenwijkers ( v.a. twaalf jaar) konden tot 3. De omgeving van het winkelcentrum en het
een bedrag van € 25.000 kiezen uit vijftien ideeën scholengebied wordt als niet veilig ervaren
voor de buurt. Naast online-stemmen kon men ook 4. Behoud van het groene karakter van de wijk
offline stemmen. De response is 17.4% geweest; 5. Te weinig mogelijkheden voor binnen-en
dat is relatief hoog. Waarschijnlijk komt dit doordat buitensport
men ook met een papieren stembiljet konstemmen. 6. Problemen met parkeren
Er is gekozen voor seniorenbankjes, picknicktafels, 7. Waardering voor het autoluwe karakter van
fitnesstoestellen in de openbare ruimte en een bij- de wijk
enkast. 8. Onjuiste gebruik van de fiets — en wandel
paden
Proces Aardgasvrij 9, Relatief slechte bereikbaarheid met het
In het kader van Molenwijk aardgasvrij is in 2019 openbaar vervoer
met de VvE besturen in de buurt, de beheerders van 10. Gevoel van onveiligheid 's avonds en op
de VvE's en de corporaties geïnventariseerd wat de stille plekken
technische staat van de gebouwen is en aan wat 11. Meerstructureren van het gebruik van de
voor ondersteuning er behoefte is. Ook is in samen- openbare ruimte door honden
werking met het Chief Technology Office in het ka- 12. Opknappen van Diereneiland en Heemtuin
der van de VvE aanpak , een coachingstraject aan- 13. Hoe kunnen nieuwkomers integreren?
geboden aan de VvE Wipmolen en Standerdmolen, 14. Flexibele voorzieningen in de garages
om hen te helpen bij het aardgasvrij maken van hun 15. _ Trim-en fitnessparcour door de wijk
complex en om daarvan te leren. In het voorjaar 16. Meer persoonlijke benadering van m.n. ou
2020 wordt het resultaat daarvan verwacht. In het deren
voorjaar van 2020 start ook Buurkracht in de buurt 17. ledereen aan tafel: samen beleid maken
31
18. _Schevestoeptegels, onderhoud bankjes, worden betaald. De stadsdeelsecretaris Amsterdam
fietspaden verbreden, bewegwijzering Noord belegt het aansturen van de sociale opgave
19. _Molenmeester bij de gebiedsmanager Noord West. De manager ge-
20. Tevreden, misschien wat meer dieren op biedsontwikkeling en de gebiedsmanager trekken in
Diereneiland de planvorming gezamenlijk op. Periodiek komen
de stadsdeelsecretaris, directeur Grond en Ontwik-
Participatie bij de corporaties keling en de directeur Wonen bijeen in de Stuur-
Eigen Haard past het reguliere participatieproces groep Ontwikkelbuurten om voortgang en proces te
toe bij de planontwikkeling voor aanvullende nieuw- bewaken.
bouw en renovatie van de Stellingwegflat.
De Alliantie heeft gekozen voor twee commissies Bestuurlijk opdrachtgever :
met bewoners en professionals. Eén commissie be-
spreekt de aanpak ( waaronder de energietransitie) Laurens Ivens namens het college van B&W en Erna
van de woonflats; de andere commissie bespreekt Berends namens het stadsdeelbestuur Noord
de aanpak van de parkeergarages. De Alliantie heeft Ambtelijk opdrachtgever:
daarbij vooraf bepaald wat de vaste vitgangspunten
zijn en punten waarover de commissieleden kunnen Max van Engen .
meedenken en meebeslissen. Procesmanager en planteamvoorzitter:
Betty Bijl
Niet alleen bewoners hebben meegedacht en mee Ass, procesmanager/ projectleider:
besloten over hoe de buurt kan worden verbeterd, .
: Anne Marie Merckx / Charlotte Vagevuur
maar ook met de stakeholders is hierover gespro-
ken. Er zijn gesprekken geweest om kennis te
maken, ze te informeren over de planontwikkeling Gebiedsmanager NoordWest: Miranda
Molenwijk en te informeren naar hun plannen en Zwiers
mogelijke ontwikkelingen. Ook heeft het Algemeen Gebiedscoördinator: Sanne Peek
Bestuur van Noord uiteraard haar inbreng gehad .
door extra speerpunten aan te dragen voor Molen- Gebiedsmakelaar: Gerrit Stegehuis
wijk. De Gebiedsuitwerking is tevens besproken met
de Bestuurscommissie. Intern is er overleg geweest Ruimte en Duurzaamheid
met de verschillende afdelingen van V&OR zodat bij Oe
VROR bekend is dat Molenwijk een ontwikkolbuur Kristian Vukadinovic, Lisa Klaver, Teus van Essen
is en er afstemming kan plaatsvinden over regulier Project Management Bureau
planmatig onderhoud in relatie tot toekomstige in- Tjerk Hoving
grepen. Grond en Ontwikkeling
Diederick van Zeelenberg, Rens Nijenhuis, Marc de
. . Gelder
9. Organisatie Veiligheid
Annemieke Breure, Karim Abed-Merain
_ … _ Communicatie
Het bestuurlijk opdrachtgeverschap voor de ontwik-
kelbuurten ligt bij de coördinerend wethouder Wo- Mireille Capiau, Dinesh Kanhai
nen en Ontwikkelbuurten en het coördinerend amb- Wonen
telijk opdrachtgeverschap bij de directeur Wonen. Michiel Mulder
In de volgende projectfase ligt het ambtelijk op- Economie
drachtgeverschap voor het fysiek deel bij directeur _
Grond en Ontwikkeling en het ambtelijk opdracht- Raoul Sakhel, Gijs Foeken
geverschap voor het sociale deel bij de stadsdeel- Onderwijs, jeugd en zorg; Maatschap-
secretaris Amsterdam Noord. De directeur Grond pelijk Vastgoed
en Ontwikkeling belegt deze taak vervolgens bij de Marjolijn van Egmond, Percy Jimenez
manager gebiedsontwikkeling Noord die de grond- . :
exploitatie beheert en van waaruit de proceskosten Team Sociale Basis Noord
32
Hosper Mulder, Gerda van Dijk 4 4 P e e
Team Aardgasvrij ° FINCI pe-
Suzanne Roos, Daphne de Vree besl u it
Partners: de Alliantie, Eigen Haard, Woon.
Meedenknetwerk van de Molenwijk Het college van burgemeesters en wethouders be-
sluit:
Tezamen is gewerkt in een planteam met maande- 4, Kennis te nemen van de Verkenning van
lijkse bijeenkomsten en tijdelijke projectgroepen kansen in Molenwijk, -de principenota-, waarin de
voor deelonderwerpen en thema's. ambities voor het gebied worden beschreven;
2. Kennis te nemen van de Financiële Verken-
ning van principenota Molenwijk (kabinet);
Stakeholders 3. In te stemmen met het beoogde planproces
Openbare Bibliotheek Amsterdam, De Hoge Den- waarbij aansluitend op dit principebesluit wordt
nen ( eigenaar winkelcentrum), Maatschap Frijns/ gestart met de haalbaarheidsfase,- de projectnota
- voor onderstaande deelgebieden.
Gezondheidscentrum, Tinteltuin, Basisscholen De
a. In te stemmen met nader onderzoek en
Bonkelaar en Krijtmolen uitwerking van het scholengebied waaronder valt
. Nieuwbouw van een Alles in één school
. Kinderopvanglocatie (incl bso)
e eee . Een sportzaal
1 0. Fi nancren . Gecombineerd met extra woningen
b. In te stemmen met een onderzoek naar de
Op basis van de vijf verschillende deelgebieden is mogelijkheid van realisatie van de verbinding Stel-
een voorlopige globale inschatting gemaakt van lingweg—Molenaarsweg en mogelijke tracés in het
het verwachte financiële resultaat. Op basis van Busbaan-gebied met inachtneming van:
deze inschatting komt naar voren dat er met weinig de resultaten van het Mobiliteitsonderzoek
zekerheid gezegd kan worden of het plan negatief Noord
dan wel positief zal uitpakken. Het financiële resul- de doelstelling van verbetering van het open-
taat leunt op de vitkomsten per deelgebied. Hierbij baar vervoer
genereert het Centrumgebied de meeste opbreng- de positie van PO de Krijtmolen
sten terwijl de ontwikkeling van dit deelgebied zeer © de mogelijkheid van extra woningen
afhankelijk is van medewerking van derden. De
complexiteit, risico's en kansen zijn per deelgebied
verschillend en daardoor zal ook de voortgang van c. In te stemmen met een onderzoek naar de
de ontwikkeling van de verschillende deelgebieden mogelijkheden voor transformatie van het cen-
een ander tempo kennen. Het is te overwegen om trumgebied tot een levendig, prettig en toeganke-
aan het einde van de Projectfase de deelontwikke- lijk gebied; hieronder valt:
lingen in aparte investeringsbesluiten op te nemen Een onderzoekstraject naar een mogelijke
zodat de onderlinge afhankelijkheid sterk vermin- herinrichting van dit gebied, samen met de stake-
dert en de ontwikkeling in het ene deelgebied geen holders
vertraging veroorzaakt in een ander deelgebied. De Gecombineerd met extra woningen
geraamde kosten en opbrengsten worden in de vol-
gende fase zo mogelijk gekwantificeerd en onder- d. In te stemmen met een onderzoek naar
zocht op optimalisatie. Het resultaat hiervan wordt de stedenbouwkundige kaders ten behoeve van
meegenomen in het te nemen projectbesluit of in- de ontwikkeling van de drie parkeergarages, met
vesteringsbesluit. De proceskosten zijn vastgesteld inachtneming van de orde 1 status; hieronder valt:
in het principebesluit. Voor alle navolgende plannen « Onderzoek en monitoring van parkeerdruk
is de plankostenscan van toepassing. . Onderzoek naar combinatie met extra wo-
Zie bijlage: Financiële verkenning (kabinet) ningen en mogelijke bedrijfsruimtes
33
4. In te stemmen met het vitwerken van een B IJ LAG E N
openbare ruimte plan op hoofdlijnen als kader en
onderlegger voor de hele Molenwijk en de verschil-
lende deelgebieden met inachtneming van:
. Veenweideproblematiek: onderzoek naarde Bijgesloten adviezen:
meest adequate aanpak
. Verbetering van verbindingen binnen de m Stedelijk Adviesteam Plaberum (SAP)
wijk en met omliggende wijken u Advies Ruimte voor de Stad
n Financieel Adviesteam
5. Inte stemmen met het opstellen van een m Directieadvies Grond en Ontwikkeling
plan van aanpak c.q programma voor de sociale
opgave, mede t.b.v. verbetering v an de sociaal- Bijgesloten:
economische positie van bewoners mn Verkenning van het gemeentelijke belei
6. De wethouder Wonen aan te wijzen als
bestuurlijk opdrachtgever, de directeur Grond& Opvraagbare vitgevoerde studies, notities en derge-
Ontwikkeling aan te wijzen als ambtelijk opdracht- lijke:
gever voor het fysieke programma, de stadsdeel- mn Economische ontwikkelpotentie Molenwijk
secretaris Amsterdam Noord aan te wijzen als 2019 (Sakhel/Foeken)
ambtelijk opdrachtgever voor de sociale opgave mn Ontwikkelbuurten Noord, Sociale Opgave,
en de directeur Wonen als coördinerend ambtelijk 2019 (Stadsdeel Noord, Werner)
opdrachtgever. nm Concept advies Maatschappelijke Voorzie-
ningen, 2019 (van Egmond)
n Cijfers Veiligheid Noord 2017-2018
(interne notitie, Hagendoorn/Breure)
u Veiligheid Ontwikkelbuurten Noord 2019
(OIS)
n GGD, Reactie op concept principenota Ver-
kenning van kansen Molenwijk, febr. 2020
n Wonen, Molenwijk- Advies woningbouwpro
grammering 2018 (directie Wonen, Mulder/
Baeten)
u Mobiliteitsstudie Noord : verwacht in mei ’20
u Notitie Aardgasvrij
34
| Onderzoeksrapport | 34 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 1507
Publicatiedatum 6 december 2017
Ingekomen onder F
Ingekomen op woensdag 29 november 2017
Behandeld op woensdag 29 november 2017
Status Aangenomen
Onderwerp
Motie van het lid Van Lammeren inzake het Jaarverslag Technische
Adviescommissie Hoofdgroenstructuur 2016 en de aanbevolen acties
(adviezen TAC over locatieprofielen vrijgeven).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het Jaarverslag Technische Adviescommissie
Hoofdgroenstructuur 2016 en de aanbevolen acties (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1466).
Overwegende dat:
— erlocatieprofielen zijn opgesteld voor evenementen in parken;
— de TAC het belang van randvoorwaarden benoemt waaronder het stedelijk groen
voor evenementen gebruikt kan worden, zoals het voorkomen van schade aan
flora, fauna en bodem;
— het wenselijk is als gemeenteraad een goede afweging te maken over
de inpasbaarheid van evenementen in parken.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
De adviezen van de TAC met betrekking tot evenementen in parken mee te sturen
wanneer het stedelijk evenementenbeleid en bijbehorende stukken in december 2017
naar de gemeenteraad komen.
Het lid van de gemeenteraad
J.F.W. van Lammeren
1
| Motie | 1 | discard |
> 4 Gemeente
Amsterdam
Motie
Datum raadsvergadering gen 10 november 2022
Ingekomen onder nummer 472
Status Ingetrokken
Onderwerp Motie van het lid Van Schijndel inzake de instandhouding van de
democratische rechtsstaat (Herstel de parlementaire democratie)
Onderwerp
De door de stopzetting van de Russische gasleveranties aangewakkerde stijging van de kosten van
levensonderhoud verdraagt zich niet met het door de Staat uitvoeren van het Urgenda-arrest — dit
gehele rechterlijke klimaatproces moet over — het stadsbestuur van Amsterdam kan hiertoe de
weg bereiden middels het instellen van een Burgerberaad.
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de concept Begroting 2023;
Vaststellende dat:
— de scheiding der machten behoort tot de kern van de democratische rechtsstaat, zoals
vastgelegd in de Grondwet;
— de Hoge Raad in 2019 het Urgenda-arrest heeft gewezen, waarin de Staat werd
veroordeeld de CO2-uitstoot ten opzichte van 1990 per ultimo 2020 met 25% terug te
brengen;
— _hetoordeel van de Hoge Raad was gebaseerd op bepalingen van het Europees Verdrag voor
de Rechten van de Mens, in het bijzonder artikel 2 (recht op leven) en artikel 8 (recht op
privéleven);
— naar redelijke verwachting zullen de uitgaven voor ‘de energietransitie' tot 2050 in orde van
grootte van 7oo miljard euro (de Volkskrant®) tot ten minste 1.000 miljard euro (FVD?) belopen;
— de astronomische bedragen die met de energietransitie gemoeid zijn, niet zullen kunnen
worden besteed ter leniging van maatschappelijke noden van een dwingend karakter, zoals
EyK - https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/{gaat-het-klimaatbeleid-nederland-echt-1-00o-miljard-euro-kosten-bd4fez1a/
2 www.fvd.nl - https:/ffvd.nl/standpunten/klimaat
reparatie van de koopkracht en reguliere staatstaken zoals onderwijs, politie en zorg;
— de Hoge Raad met zijn uitspraak het begrotingsrecht van het parlement effectief heeft
uitgeschakeld, nu, voor zover het betreft klimaat en energietransitie, het maken van politieke
afwegingen over de inzet van schaarse overheidsmiddelen, niet langer mogelijk is;
— de inhet arrest van de Hoge Raad gestelde juridische wijsheid uit 2019 door de oorlog in
Oekraïne is achterhaald — voor 2023 en daaropvolgende jaren moet rekening worden gehouden
met een verlies aan koopkracht van ten minste een kwart ten opzichte van het precorona-jaar
2019 in acht nemende dat van september 2021 tot september 2022 de inflatie 17% was en deze
in 2023 verder stijgt door het doorsijpelen van hogere energielasten in de prijzen van vrijwel alle
goederen en diensten ;
— dit economische bloedbad vooral de Amsterdamse bevolking zwaar zal treffen, nu de
minima en de mindervermogende middenklasse een relatief groot deel van de bevolking
uitmaken;
— het Urgenda-arrest in strijd is met het Nederlands staatsrecht en deswege onrechtmatige
rechtspraak oplevert, waarvoor de Staat der Nederlanden aansprakelijk is;
— _de onrechtmatigheid van rechtspraak geadresseerd (teruggedraaid) kan worden in een
nieuw klimaatproces, nu het beginsel ‘ne bis in idem! (niemand kan tweemaal voor
hetzelfde feit vervolgd worden) niet geldt in het privaatrecht;
— lagere rechters niet gebonden zijn aan rechtsoordelen van de hoogste rechter, de Hoge
Raad (geen stare decisis?).
Overwegende dat:
— de rechterlijke macht geëquipeerd noch gelegitimeerd is de Staat der Nederlanden CO2-
reductiedoelen op te leggen, nu deze onvermijdelijk een politieke keuze inzake de inzet van
schaarse financiële overheidsmiddelen behelzen;
— inde Urgenda-procedures (gevoerd van 2015 tot en met 2019) de belangen van brede lagen
van de bevolking, zoals mensen die bezorgd zijn over steeds duurdere energierekeningen, niet
konden worden meegewogen; de rechterlijke instanties waren immers gebonden aan de door
procespartijen, zijnde Urgenda c.s. en de Staat, aangevoerde gronden —de Staat kon
belangrijke verweren niet aanvoeren doordat deze in strijd zouden komen met eerder door de
Staat gepubliceerde klimaatdoelstellingen;
— de wetgevende macht principieel en te allen tijde beleidsvrijheid moet toekomen bij de
grootschalige toedeling van schaarse overheidsmiddelen;
— Amsterdam door de reeds nu voorzienbare verdieping van de economische crisis in 2023
extreem zwaar zal worden getroffen, hetgeen gepaard kan gaan met grote
maatschappelijke onrust, zodat het op de weg ligt van de ‘verantwoordelijke hoofdstad’ van
Nederland onorthodoxe wegen te bewandelen om deze beleidsvrijheid, en daarmee de
parlementaire democratie, te herstellen;
— het rechtsoordeel van de Hoge Raad immers neerkomt op een ontoelaatbare uitleg van
bepalingen van het EVRM, nu in de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van
de Mens is vitgemaakt dat het moet gaan om een directe en actuele bedreiging van de
veiligheid van mensen door overheidsfalen (klassieke voorbeelden uit de EVRM-
jurisprudentie zijn: een stuwdamdoorbraak als gevolg van achterstallig onderhoud, of
ontploffingen op een vuilstort door methaanvorming in de bodem).
Spreekt uit dat
de door de Hoge Raad veroorzaakte budgettaire starheid c.q. het gebrek aan bestuurlijke
wendbaarheid het onmogelijk maakt thans de gevolgen van de oorlog in Oekraïne voor de
koopkracht van brede lagen van de bevolking adequaat te adresseren.
3 Het beginsel van stare decisis behelst een juridische verplichting van lagere rechters om hogere rechters te volgen. Anders dan in
bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, kent het Nederlandse recht dit beginsel niet.
Roept het college op:
A. de dienst Onderzoek Informatie en Statistiek opdracht te geven een representatieve
steekproef te doen (mét deugdelijke informatievoorziening inzake de Staatsinrichting
resp. weerspiegeling van de pluraliteit van klimaatopvattingen) over de geschiktheid voor
een Burgerberaad inzake het inperken van het begrotingsrecht van de wetgevende macht
(parlement en regering) door de Hoge Raad, waardoor de uitgaven voor de
energietransitie goeddeels zijn uitgesloten van politieke besluitvorming, en eventuele
nieuwe prioriteiten, zoals koopkrachtbehoud bij de in 2023 fors stijgende armoede,
niet aan die (hoogste) prioriteit voor de energietransitie kunnen afdoen;
B. bij constatering van geschiktheid van dit participatiemiddel blijkend vit het OIS-
onderzoek, een Burgerberaad op te starten over de vraag of terzake van
‘energietransitie-uitgaven’ herstel van de politieke democratie geboden is,
conform het gestelde onder A.
Indiener
A.H.J.W. van Schijndel
| Motie | 3 | discard |
> Gemeente
Amsterdam
Motie
Datum raadsvergadering 5 april 2023
Ingekomen onder nummer 152
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van de leden Hoogtanders, Runderkamp, Nanninga, Wehkamp en
Van Pijpen inzake uitvoeren van een impactanalyse sociale basis.
Onderwerp
Uitvoeren van een impactanalyse voorafgaand aan het vaststellen van beleidskader sociale basis
en bijbehorende subsidieregeling door het college en de gemeenteraad.
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over Vaststellen Hoofdlijnenbesluit Sociale Basis (/N2023-004543)
Constaterende dat,
-_Er na het vaststellen van het hoofdlijnenbesluit sociale basis een concept beleidskader
wordt uitgewerkt waarmee in elk geval gestuurd wordt op meerjarige subsidieverstrek-
king, alliantievorming en strategisch partnerschap;
-__ Deze uitgangspunten effect zullen hebben op het aantal organisaties dat in aanmerking
komt voor subsidie vanuit de sociale partners, het aanbod dat er voor Amsterdammers
beschikbaar is en de ambtelijke organisatie die minder subsidies gaat verstrekken en zich
anders gaat verhouden tot de subsidiepartners;
-__De omvang en impact van deze effecten op basis van het hoofdlijnen besluit nog niet in-
zichtelijk is.
Overwegende dat,
-___Het voor de gemeenteraad van belang is om bij het vaststellen van het subsidiekader in-
zichtelijk te hebben wat de impact is van beleidskader sociale basis voor Amsterdammers
die gebruik maken van de sociale basis, (ambtelijk) medewerkers die werkzaam zijn in de
sociale basis en organisaties.
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
Om een (onafhankelijke) impactanalyse uit te laten voeren voordat het college en de raad het be-
leidskader en subsidieregeling moeten vaststellen, met daarin specifieke aandacht voor de moge-
lijke maatschappelijke, economische en personele consequenties.
Indiener(s),
Y.F.W. Hoogtanders
L.P. Runderkamp
A. Nanninga
J. Wehkamp
J.F. van Pijpen
| Motie | 2 | val |
Bezoekadres XX Gemeente Amsterdam
Pieter Calandlaan 1 .
Amsterdam Stadsdeel Nieuw-West
Postbus 90460 2x
1006 BL Amsterdam
Telefoon 14 020
www.nieuwwest.amsterdam.nl NV
Korte Afsprakenlijst (KAL)
Soort vergadering Vergadering commissie A
Datum 4 april 2012
Tijd 19.30 — 23.20 uur
locatie Raadzaal
voorzitter mw. L. C. Ramsahai
Commissiegriffier Dhr. L. Winnips
Aanwezig raadsleden Dhr. J. Engel (TVA), dhr. M. J. Fraanje (CDA), dhr. P. L.G. van Grol (VVD), dhr. G. C.
Molewijk (BNW81), dhr. N. Nti (PvdA), dhr. C. Schaeffer (SP), dhr. T. Sevincer (D66), dhr.
E. Spijker (PvdA), mw. M. Spork (Fractie Spork), dhr. M. Tromp (VVD).
Aanwezige buitengewoon Dhr. J. W. Dunselman (CDA), dhr. W. van Ham (D66), dhr. J. H. Mirck (D66), dhr. B.
commissieleden Stamkot (GroenLinks), dhr. H. Staphorsius (GroenLinks), mw. T. Verboom (BNW81).
Aanwezig leden DB Mw. E. Verdonk (PvdA), dhr. P. De Wilt (GroenLinks).
1. Opening/agendavaststelling
De voorzitter opent de vergadering.
2. Mededelingen
Geen bijzonderheden.
3. Commissiegebonden Actualiteiten
De VVD heeft een actualiteit ingediend over afvalbakken op de Burgemeester de
Vlugtlaan. D66 heeft een actualiteit ingediend over problemen met stationsgebied
Lelylaan. Portefeuillehouder Verdonk zegt toe schriftelijk terug te komen op de vragen
van de VVD. Portefeuillehouder De Wilt beantwoordt de vragen van D66.
4. Presentatie Woningbouw Edenterrein
De heren Ruud Huiberts (ambtenaar) en Rob Beerkens (Mas-architectuur) verzorgen
een presentatie.
5. Startnotitie Bestemmingsplan Nieuwe Meer e.o. + presentatie
Dit punt wordt als laatste behandeld, na agendapunt 7 en 6. De heer Roland
Haffmans spreekt in. Mevrouw Karin van Breenen (ambtenaar) verzorgt een
presentatie.
De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is behandeld om door te
kunnen naar de meningsvorming op 11 april aanstaande.
6. Raadsadres Plein Allebeja
4 april 2012 Gemeente Amsterdam
Stadsdeel Nieuw-West
Pagina 2 van 2
Dit punt wordt behandeld na agendapunt 7 en voor agendapunt 5. De heer Martijn
Rutte spreekt mee tijdens de behandeling van dit onderwerp.
De voorzitter concludeert dat dit onderwerp voldoende is behandeld.
7. Onttrekking reserve “Interventie Sloterplas”
Dit punt wordt behandeld na agendapunt 4 en voor agendapunt 6. De voorzitter
concludeert dat het onderwerp voldoende is behandeld om door te kunnen naar de
meningsvorming op 11 april aanstaande.
8. Sluiting
De voorzitter sluit om 23.20 uur de vergadering.
Deze vergadering is integraal na te zien en te beluisteren op
http:/www.raadsinformatienieuwwest.nl/Vergaderingen/Raadscommissie-A/2012/4-
april/19:00
2
| Actualiteit | 2 | test |
Deloitte.
22 ven ee B: aaa mn Ee 8 mi ee
Actualisatie Benchmark " gt os Pe Een
Precario gemeente ij In Dn
Amsterdam |
Eindrapportage
2 Actualisatie Benchmark Precario
9 Gemeente Amsterdam heeft Deloitte gevraagd om de in 2020-2021 uitgevoerde benchmark voor
precario passagiersvaart te actualiseren.
| | |
SITUATIE COMPLICATIE VRAAG
* Amsterdam is al eeuwenlang een waterstad * Door omstandigheden, waaronder de * De gemeente Amsterdam heeft Deloitte
met de Amstel, de grachten, de vaarten en coronacrisis en de eindigende gevraagd om de eerdere benchmarkanalyse
de plassen. bestuursperiode, is besloten om de eerder openbaar water in Amsterdam te
* Ten aanzien van het beleid omtrent varen en aangekondigde tariefsverhoging precario actualiseren middels een stevige steekproef.
de passagiersvaart is een gemeentelijk per 2022 niet door te voeren.
* Deze actualisatie is samengebracht in deze
Programmateam ingericht. * Inmiddels is de gemeente Amsterdam op
e In 2020-2021 is door Deloitte een het punt gekomen de tariefsaanpassing te beknopte rapportage en deze dient ter
onderbouwing van het te nemen besluit
benchmark uitgevoerd ter ondersteuning willen doorvoeren.
van de ambitie om een reëel tarief te vragen * De uitgevoerde benchmark, waarop de voor verhoging van de precario vanaf 2024
. (dan wel later).
voor het gebruik van de openbare ruimte. tariefsaanpassing mede is gebaseerd, is
echter al bijna twee jaar oud.
| |
2% Conclusie & Advies
% pe actualisatie van de benchmark toont aan dat de uitkomsten van de eerdere benchmark en het bredere onderzoek
uit 2020 nog steeds actueel zijn en er ruimte is voor verhoging van precario tarieven. Het advies is derhalve
ongewijzigd: stel één tariefzone in en harmoniseer de precario tarieven met jachthavens. Op basis van de stijging van
de Amsterdamse jachthaventarieven is een verdere verhoging te beargumenteren.
| | el
De 2022 tarieven van de referentiegroepen zijn De tarieven van jachthavens zijn nog Het advies uit het onderzoek van 2020 is daarmee
in lijn met de tarieven uit de initiële steeds aanzienlijk hoger en bieden nog steeds van toepassing:
benchmark. De tarieven van jachthavens in ruimte voor verhoging van precario één tariefzone en harmonisatie met jachthavens
Amsterdam zijn gestegen * Uitgaande van het Amsterdamse precario Advies uit het onderzoek van 2020:
* De data actualisatie en de steekproeven tonen aan tarief van 2023 zien we dat de tarieven e Stapsgewijs verhogen van tarief naar €60 per m2
dat de 2022 tarieven in de referentiegroepen in lijn van (Amsterdamse) jachthavens hoger * _Hanteren van één zone met één tarief
zijn met de tarieven in de benchmark van 2020 of liggen. Deze tarieven worden
zijn gestegen. hoofdzakelijk bepaald door enerzijds het Conclusies en advies uit actualisatie:
* Bij de Amsterdamse Jachthavens zijn de tarieven voorzieningenniveau en anderzijds de * Op basis van de significante gemiddelde tariefstijging van
gemiddeld aanzienlijk gestegen ten opzichte van de locatie. de Amsterdamse jachthavens t.o.v. 2020 zou een verdere
data uit 2020 (+30%). * Ook de tarieven voor de internationale verhoging beargumenteerd kunnen worden.
* Bij Jachthavens buiten Amsterdam is een lichte steden en pleziervaart liggen aanzienlijk * Een precario tarief van €65 tot €74 per m2 wordt als een
kostenstijging waar te nemen die in lijn is met hoger. reëel tarief voor het openbaar water gezien, Deze tarieven
jaarlijkse indexering. Er zijn enkele uitzonderingen * Andere gemeenten hanteren daarentegen komen overeen met respectievelijk het laagste tarief voor
met significante tariefsverhoging. lagere tarieven. Echter, deze kennen een lange vaartuigen en het toepassen van de gemiddelde
+ Bij de binnenhavengelden pleziervaart is ook een andere context dan Amsterdam. tariefstijging in Amsterdamse jachthavens (+24%!) op het
lichte kostenstijging waar te nemen in lijn met eerder geadviseerde precario tarief van €60.
indexering. * Wij adviseren om de tarieven en de mate waarin deze reëel
* Eenzelfde beeld is te zien bij andere gemeenten. zijn periodiek te herijken.
* De internationale steden hebben hun tarieven ook
verhoogd in lijn met indexatie. Door de conversies | Hierbij is rekening gehouden met de relatieve verhouding van de precario plichtige
… an vaartuigen in de categorieën kort, middel, lang (i.e. een gewogen gemiddelde).
naar euro en Nederlands prijspeil zien we een per
saldo een lichte daling.
Context: huidige macro economische omstandigheden
| | De huidige economie kent een ongekend hoge inflatie (CPI van 14,3% in oktober; bron CBS). Dit heeft
mogelijk ook gevolgen voor de marktprijs van ligplaatsen passagiersvaart. Dit is een factor die gemeente
Amsterdam kan meenemen in de toekomstige tariefstelling, bijvoorbeeld via jaarlijkse indexatie.
9e Inhoudsopgave
1. Management Samenvatting 2
2. Introductie 5
3. Aanpak en Methodiek 7
4, Actualisatie Benchmark 11
1. Jachthaven Tarieven 14
2. BHG pleziervaart 20
3. Landelijke Benchmark 22
4, Internationale Benchmark 24
5. Conclusie 27
Bijlage 29
n= Definities
= Initiële onderzoek 2020/2021
| |
x
x
%
1. Introductie
2 Actualisatie Benchmark Precario
9 Gemeente Amsterdam heeft Deloitte gevraagd om de in 2020-2021 uitgevoerde benchmark voor
precario passagiersvaart te actualiseren.
| | |
SITUATIE COMPLICATIE VRAAG
* Amsterdam is al eeuwenlang een waterstad * Door omstandigheden, waaronder de * De gemeente Amsterdam heeft Deloitte
met de Amstel, de grachten, de vaarten en coronacrisis en de eindigende gevraagd om de eerdere benchmarkanalyse
de plassen. bestuursperiode, is besloten om de eerder openbaar water in Amsterdam te
* Ten aanzien van het beleid omtrent varen en aangekondigde tariefsverhoging precario actualiseren middels een stevige steekproef.
de passagiersvaart is een gemeentelijk per 2022 niet door te voeren.
* Deze actualisatie is samengebracht in deze
Programmateam ingericht. * Inmiddels is de gemeente Amsterdam op
e In 2020-2021 is door Deloitte een het punt gekomen de tariefsaanpassing te beknopte rapportage en deze dient ter
onderbouwing van het te nemen besluit
benchmark uitgevoerd ter ondersteuning willen doorvoeren.
van de ambitie om een reëel tarief te vragen * De uitgevoerde benchmark, waarop de voor verhoging van de precario vanaf 2024
. (dan wel later).
voor het gebruik van de openbare ruimte. tariefsaanpassing mede is gebaseerd, is
echter al bijna twee jaar oud.
| |
%
%
%
2. Aanpak & Methodiek
2 Aansluiting op methodiek initiële onderzoek
9 In deze actualisatie sluiten we aan bij de in het initiële onderzoek gehanteerde methodiek
Methodiek & Actualisatie Benchmark METHODIEK IN INITIELE ONDERZOEK
* In de actualisatie van de benchmark precario voor
passagiersvaart en beroepsvaart sluiten we aan bij de in . . . .
en Methodologie begrotingsmodel en advisering
het initiële onderzoek gehanteerde methodiek (e.g. de
Een solide kostenberekening is essentieel voor het maken van goed onderbouwde besluiten en creëert daarmee Waarde voor de gemeente Amsterdam.
ve rgelijkingsmethode uit de initiële benchmark, waa rbij De geïntegreerde aanpak bevat alle factoren die het succes van een kostenberekening traject beïmdoeden, De nadruk van deze opdracht ligt op de
’ kwalitatieve en kwantitatieve analyse, ee ee
een kort, middel en lang vaartuig worden onderscheiden). N S > © I > &
+ Hierbij actualiseren we de kwantitatieve analyse. Dit doen
, : . , Project initiatief Kwalitatieve Kwantitatieve Besluitvorming
we door middel van een ‘stevige steekproef’ (nader analyse analyse I
. I
beschreven op de volgende pagina). Aanleiding voor de opdracht Kwalitatieve analyse van Grendige en feitelijke I Besluitvorming ap basis van
, vn , bepalen: passagiersvaart &n kwantitatieve analyse: de inzichten over de
* De centrale vraag luidt: ‘zijn de inzichten uit de benchmark - Dynamisch en beroepsvaart: «Scenario's apstellen en I verschillende scenario's
marktcenform beprijzen ' Benchmark oe andere doorrekenen I uitgewerkt in een rapportage,
uit 2020-2021 op dit moment nog actueel? van Precarie in open water ‚ Benchmark met «Analyse baten o.a. voor de De rapportage dient te
in het jaar 2023 en verder vergelijkbare steden versen zoneringen I onderbouwing, on
. : . se: … as ergelijkbare stede «Analyse kosten voor de sverming ove en
* Indien de inzichten uit de actualisatie afwijken van de “_ Scope vaststellen bijvoorbeeld Sock, verschillende gebieden I erna
ambung én Brugge
inzichten uit de initiële benchmark, dan wordt het advies i
herzien. nnn nn nn nn nn nn nn an
@D Stakeholder management Identificeer en betrek relevante stakeholders. Zorg voor Inzet bij belangrijke beslesingen, en deelname van diverse
Resu taat belanghebbenden.
Risicomanagement Controleer belangrijke afhankelijkheden en risico's die zijn geldentificeerd tijdens de kwalitstieve analyse en de financieel impact en
* Een beknopt rapport toont de uitkomst van de benchmark OO kostenposten die uit de kwantitatieve analyse komen, Gezien de deadline in januari meet hierop scherp geacteerd worden
Hierbij hanteren we de ‘look & feel’ uit het initiële rapport.
EI Scope Actualisatie
| |
% Stevige steekproef op initiële onderzoek
9 We voeren een stevige steekproef uit op de in 2020 uitgevoerde benchmark
Stevige Steekproef Benchmark Steekproef
We hanteren de volgende uitgangspunten voor de actualisatie: Landelijke : Amersfoort
* Actualiseren data uit vorige benchmark. Indien er geen data beschikbaar was in * Den Haag
Loren . ben * Haarlem
het initiële onderzoek, wordt de data in de actualisatie niet verzameld. . Leeuwarden
* Een stevige steekproef op de datapunten van de landelijke en internationale Jachthavens . Amersfoort
benchmark uit de initiële studie (ca. 50%). * Amsterdam
* Volledige actualisatie voor benchmark Jachthavens, zowel binnen als buiten : Ni
Amsterdam. Tevens is hieraan een Weesper jachthaven toegevoegd. * Leeuwarden
* Weesp
De tabel rechts toont de steekproef. Internationaal * Brugge
* Stockholm
BHG * Amsterdam (elektrisch en fossiel)
Precario Tarieven Amsterdam pleziervaart
Gemeente Amsterdam heeft in 2022 ervoor gekozen om geen precario belasting te
innen voor passagiersvaartuigen vanwege corona. Derhalve is ervoor gekozen om
voor Amsterdam het tarief van 2023 te hanteren.
| |
2% Vergelijkingsmethode Benchmark en Leeswijzer Visualisatie
9 De kosten van ligplaatsen per vierkante meter (m2) voor drie vaartuiggroottes is het vergelijkingsmiddel
in deze benchmark. Omdat tariefopbouw per aanbieder verschilt, zijn tarieven waar nodig omgerekend.
Totstandkoming vierkante meter prijs
Niet alle gemeenten berekenen de heffingen per vierkante meter. Een aantal over de totale lengte of de capaciteit van het vaartuig. Om de tarieven van de
andere gemeenten goed te kunnen vergelijken met die van Amsterdam zijn deze tarieven omgerekend naar de m2 prijs. Dit is gedaan om voor alle te
berekenen wat het tarief is voor een kort, middel en lang vaartuig en vervolgens weer terug te brengen naar de m2 prijs, zoals onderstaand is toegelicht.
* In het onderzoek uit 2020 werden de vaartuigen klein, middel en groot genoemd. De rekenwijze is echter ongewijzigd.
Kort vaartuig Lengte (m1) 8,29
<10 meter Oppervlakte (m2) 22,91 m Tarief kort vaartuig _ 22,91 (m2) Em Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 24,23
* Tarief per m1 Middel vaartuig Lengte (m1) 13,32
« Tarief per m2 > 10 en <16 meter Oppervlakte (m2) 43,5 mmm Tarief middel vaartuig mlm 43,50(M2) Em Tarief per m2
* Tarief per PAX Capaciteit (Pax) 40,66
Lang vaartuig Lengte (m1) 19,34
> 16 meter Oppervlakte (m2) 79,13 Em Tarief lang vaartuig _ 79,13 (m2) Eem Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 81,49
Leeswijzer benchmark
Afmeting van Gemeente met Precario per m2 in Gemiddelde van Precario per m2 in Gemeente met
vaartuig laagste tarief per m2 zone 2 zone 1 en zone 2 zone 1 hoogste tarief per m2
AR Amsterdam Amsterdam Amsterdam
Ne (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ij 5 E/m2 €20,4 €/m2 €30,6 E/m2 _ €408 €/m2 E/m2
Re
ai Gemeente X ® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
* Tarief per m2 in overige gemeenten
| |
%
%
%
3. Actualisatie Benchmark
2% Uitkomsten en Conclusies Benchmark
9 Pe benchmark geeft een gefundeerde onderbouwing om de precario voor ligplaatsen voor
passagiersvaart en beroepsvaart te verhogen. Dit is in lijn met de benchmark van 2020.
In de benchmark zijn de tarieven van de Gemeente Amsterdam vergeleken met vier verschillende referentiegroepen. Dit zijn allemaal
afzonderlijke stukjes van de puzzel. Gezamenlijk genomen kan op basis van de benchmark worden geconcludeerd dat er ruimte is om de precario
te verhogen. Dit is in lijn met de benchmark uit 2020.
Uitkomsten
nn
Jachthaven tarieven BHG pleziervaart Landelijke benchmark Internationale benchmark
In Amsterdam zijn jachthavens Voor de pleziervaart in Amsterdam De tarieven van gemeente De tarieven van gemeente
waar ook passagiersvaartuigen een worden binnenhavengelden (BHG) Amsterdam zijn vergeleken met vijf Amsterdam zijn vergeleken met
ligplaats kunnen huren. De geheven. Het uitgangspunt van dit 100.000+ gemeenten om een (Noord-) Europese watersteden
gemeente Amsterdam wil rapport is dat bedrijfsmatige inschatting te maken of de precario meteen vergelijkbare toeristen-
stimuleren dat meer passagiers- activiteiten met commerciële landelijk gezien redelijk zijn. sector (rondvaarten) om een
vaartuigen hiervan gebruikmaken. doeleinden hoger beprijsd worden inschatting te maken of de precario
dan voor particulieren. De Amsterdamse tarieven zijn internationaal gezien aannemelijk
De jachthaven tarieven zijn hoger dan de tarieven van andere is.
aanzienlijk hoger dan de precario De vergelijking met de BHG voor gemeenten. Dit is in lijn met de
tarieven. Dit is in lijn met de pleziervaart geeft ruimte voor benchmark uit 2020. De steekproef is in lijn met de
benchmark uit 2020. verhoging van de precario in benchmark uit 2020. De
Amsterdam. De landelijke benchmark geeft geen internationale tarieven zijn
De tarieven Amsterdamse duidelijke onderbouwing voor gemiddeld gezien aanzienlijk hoger.
jachthavens zijn significant hoger verhoging van de precario in
dan in de initiële benchmark. De internationale benchmark laat
zien dat Amsterdam relatief lage
De benchmark met de jachthavens precario heft en dat er ruimte is
biedt ruimte voor verhoging van de voor verhoging van de precario.
precario in Amsterdam.
| |
2 Overzicht soorten tarieven
9& Gemeenten heffen precario en/of havengeld voor de passagiersvaart. Deze tarieven zijn doorgaans lager
dan commerciële tarieven van jachthavens welke meer faciliteiten bieden.
In de benchmark zitten verschillen in de maatstaven en soorten heffingen die gemeenten en commerciële partijen vragen. Het onderstaande overzicht laat
de belangrijkste kenmerken zien van de verschillende varianten.
PRECARIOBELASTING HAVENGELD JACHTHAVENS
+ Aanslag voor het hebben van
+ Aanslag voor gebruik met vaartuigen
voorwerpen onder, op, of boven
eet R van voor de openbare dienst * Tarief voor het gebruik maken van een
Toelichting gemeentegrond waarbij de .
bestemde in de gemeente gelegen private ligplaats
gemeentegrond voor de openbare
. openbare vaarwaters, kaden en oevers
dienst is bestemd
* Per vierkante meter Per vierk
Maatstaf van » Per vierkante meter - Per strekkende meter . Dr akdande eter
ET dd * Per strekkende meter * Per vaartuig . Per lieplaat
* Per persoon capaciteit er lgp'aats
* Verschillende faciliteiten (steigers,
« Beperkte faciliteiten « Beperkte faciliteiten bewaking, bevoorrading, parkeren)
* Eventuele zonering * Eventuele zonering * Mogelijkheid om boot te verzekeren
tegen diefstal, vandalisme etc.
| |
A
% Jachthaven tarieven BHG pleziervaart Landelijke benchmark Internationale benchmark
3.1 Benchmark - Jachthaven tarieven
2 Benchmark passagiersvaart in jachthavens Amsterdam
9 Pe benchmark met private jachthavens laat zien dat het commerciële prijsniveau van Amsterdamse
jachthavens significant hoger is dan het precario tarief in Amsterdam. De tarieven zijn daarnaast
aanzienlijk gestegen (gemiddeld circa 30%) ten opzichte van de benchmark uit 2020. (1/2)
* _ De benchmark in 2022 is gebaseerd op dezelfde jachthavens als de initiële benchmark!. Onderstaande visualisatie toont de 2022 tarieven (laagste, gemiddeld,
hoogste).
* In lijn met onze bevindingen in 2020 blijkt dat ook in 2022 de tarieven fors boven de gemeentelijke tarieven liggen. De jachthaventarieven zijn aanzienlijk
gestegen met gemiddeld 30%.
1 Twee jachthavens waren in 2022 niet bereid om mee te werken. Derhalve zijn de twee jachthavens voor vergelijkbaarheidsdoeleinden ook uit de vergelijking met de initiële benchmarkt gehaald. De totale dataset in deze
benchmark bestaat daarmee uit vier havens. De exclusie van deze jachthavens kan voor een onderschatting zorgen van het gemiddelde en hoogste tarief. Een van deze havens hanteerde in 2020 namelijk de hoogste tarieven.
AAE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
E E) En (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER: €20,4 €30,6 €40,8 €81,4 €163,6 €261,9
Sa
oe Laagste Gemiddelde Hoogste
N z Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EES (zone2) (gemiddeld) (zone1)
ei RT €20,4 €30,6 €40,8 €68,6 €114,3 €183,9
a's!
Ee]
me Laagste Gemiddelde Hoogste
NIN) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
s BR (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
Ä 5 5 €20,4 €30,6 €408 £65,7 £70,6 €75,4
de È DN
ES Laagste Hoogste
Gemiddelde
Ks Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | Kn Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
2% Benchmark passagiersvaart in jachthavens Amsterdam
9 In aanvulling op de bestaande benchmark zijn twee andere jachthavens toegevoegd aan de analyse. Deze
datapunten geven eenzelfde beeld. In onderstaande visualisatie zijn alle jachthavens met data uit 2022
opgenomen. (2/2)
* __In onderstaande visualisatie is onderscheid gemaakt tussen jachthavens die ook in de initiële benchmark zijn opgenomen (donkerblauw) en
Amsterdamse jachthavens die ten behoeve van de benchmark van 2022 zijn toegevoegd (lichtblauw).
* _ De blauwe datapunten zijn gebruikt voor de berekening van de laagste, gemiddelde en hoogste tarieven op de vorige pagina.
AAE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
E E) En (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
5e = €20,4 €30,6 €40,8 €61,8 €81,4 €108 €127,7 €183,3 €261,9
se #5 #1 #6 #2 #3 #4
N z Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EES (zone2) (gemiddeld) (zone1)
EE e= €20,4 €30,6 €408 €45,1 €686 €93 €96,6 €108 €183,9
Sie 0
E- #5 #1 #6 #2 #3 #4
NIN) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
s BR (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
En €20,4 €30,6 €40,8 €65,7 €66,4 €75,4 €76,6
ca
kk #3 #5 #1 #6
® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | © Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam niet in initiële benchmark
®% Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam uit initiële benchmark
2% Landelijke benchmark met pleziervaart in jachthavens
9 De vergelijking van de private jachthavens laat zien dat het prijsniveau in Amsterdam significant hoger is
dan in de referentiegroep. Desondanks liggen de gemiddelde tarieven van jachthavens boven de
precario tarieven van Amsterdam. Dit is in lijn met de benchmark van 2020.
* _Er zijn vier gemeenten in de referentiegroep die jachthavens in de stad hebben. Daarnaast is een Weesper jachthaven toegevoegd aan de dataset.
* _Hettarief voor een ligplaats in een jachthaven is over het algemeen aanzienlijk hoger in de gemeente Amsterdam dan in de andere gemeenten (zie
vorige pagina). Weesp -— sinds 2022 onderdeel van gemeente Amsterdam -— is hiermee in lijn.
* _ Desondanks liggen de gemiddelde tarieven van de vier jachthavens (circa €36) boven het gemiddelde precario tarief van Amsterdam.
NE Amsterdam Amsterdam Amsterdam Gemiddeld
= E) & (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) Amsterdam
8 = €19,5 €20,4 €20,8 €30,6 €40,8 €43,5 €64,1 €84,1 €108,1
ie Ke Haarlem Amersfoort Den Haag Weesp
Leeuwarden
la z Amsterdam Amsterdam Amsterdam Gemiddeld
je ERS (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) Amsterdam
geE €15,8€19,5 €20,4 €30,6 €40,8 €43,5 €594 €641 €93,1
FE Haarlem Amersfoort Den Haag Weesp
Leeuwarden
D=") Amsterdam Amsterdam Amsterdam Gemiddeld
5 EEN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) Amsterdam
EE €135 €195 €204 €30,6 €40,8 €43,5 €64,1 €709 €766
ch
5 Leeuwarden Haarlem Amersfoort Den Haag Weesp
Kn Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | % Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
% Tarief per m2 in jachthavens overige gemeenten
2 Methode relatieve vergelijking
9 Poor de gemeentelijke tarieven af te zetten tegen de tarieven van de jachthavens in die gemeente,
wordt de verhouding tussen die twee tarieven inzichtelijk gemaakt
Totstandkoming ratio
Door het tarief van de gemeente te delen door het tarief van de jachthavens in diezelfde gemeente wordt inzicht gecreëerd in de verhouding, de ratio,
tussen deze twee tarieven. Dit vergroot de vergelijkbaarheid van de tarieven. Immers als de gemeentelijke tarieven gelijk zijn aan die in Amsterdam, maar
hun jachthaven tarieven veel lager liggen, zal de ratio hoger uitvallen, wat suggereert dat de gemeentelijke tarieven in Amsterdam relatief laag zijn.
Kort vaartuig: Tarief per m2 gemeente jn Tarief per m2 jachthavens in gemeente Em Ratio tarief
Middel vaartuig: Tarief per m2 gemeente jn Tarief per m2 jachthavens in gemeente Em Ratio tarief
Lang vaartuig: Tarief per m2 gemeente jn Tarief per m2 jachthavens in gemeente mmm Ratio tarief
Leeswijzer benchmark
. emeente met Iaagste . . emiaadeide precario In ZONe .
Afmeting van LO - Precario per m2 in zone 2 / er ; Gemeente met hoogste heffing
vaartuig velfing verhouding tot tarief jachthavens in Amsterdam 182/ tarief jachthavens n in verhouding tot jachthaven
N 50 Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ES (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
Pi E p= eN £ gemeente /£ jachthaven € gemeente /£€ jachthaven € gemeente / € jachthaven eN
ke)
se” Gemeente X
® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in Amsterdam
| | ® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in overige gemeenten
% Vergelijking tussen gemeentelijke en jachthaven tarieven
9 Pe verhouding van precario tarief ten opzichte van de jachthaven tarieven voor pleziervaart is in
Amsterdam laag in vergelijking met andere steden. Dit is in lijn met de benchmark uit 2020.
* _De gemeente Amsterdam heft in zone 1 50% tot 70% van de tarieven die jachthavens aan pleziervaartuigen vragen voor een ligplaats. In
zone 2 wordt er maximaal een derde van de tarieven van jachthavens in Amsterdam geheven (24% tot 34%).
* De gemiddelde verhouding tussen precario en jachthavens bij andere steden is 60% à 70%. Dit komt voornamelijk door de lage verhouding
in Den Haag. De Amsterdamse ratio Precario/Jachthavens is dus relatief laag ten opzichte van andere gemeenten.
Gemeente goedkoper don /fachthaven <p Gemeente duurder dan Jachthaven
nn Amsterdam Amsterdam Amsterdam
E E) NN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
nk 0,09 0,23 0,34 045 0,51 0,73 114 1,19
ra Ee
EREN
PS Den Haag Amersfoort Gemiddelde Leeuwarden
Haarlem
EN) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EE (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER 0,09 0,31 046 0,51 0,61 0,65 0,88 1,12
a}
EL
PE Den Haag Amersfoort Gemiddelde Haarlem Leeuwarden
Nl oo Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EE (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
jj: E 0,09 0,27 0,41 0,51 0,54 0,58 0,76 0,95
En Den Haag EEEN Haarlem Leeuwarden
® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in Amsterdam
| | ®% Verhouding tussen jachthavens en gemeente in overige gemeenten
©” Gemiddelde verhouding tussen jachthavens en gemeente in overige gemeenten
Ln
% Jachthaven tarieven BHG pleziervaart Landelijke benchmark Internationale benchmark
3.2 Benchmark - BHG pleziervaart
LM
2% Vergelijking Precario en BHG
9 De BHG tarieven voor vaartuigen aangedreven door een fossiel gebaseerde aandrijving zijn aanzienlijk
hoger dan de precario tarieven. De korting voor niet-fossiel aangedreven vaartuigen brengt het tarief
voor deze vaartuigen beneden het zone 2 tarief. Dit is in lijn met de benchmark uit 2020.
* _In de BHG tarieven voor pleziervaart wordt onderscheid gemaakt tussen elektrische en fossiele aandrijving
* _ Voor fossiel aangedreven vaartuigen ligt dit tarief €12 tot €16 hoger dan precario in zone 1.
* _ Pleziervaarders met een uitstootvrij pleziervaartuig kunnen 70% korting krijgen op het tarief van het reguliere vignet. Daarmee is de BHG voor
elektrische pleziervaart, afhankelijk van de vaartuiggrootte, €3,20 tot €4,50 lager dan precario in zone 2.
* _ Uitgaande van het volledige tarief is een particulier fors duurder uit dan een bedrijfsmatige gebruiker van een m2 openbaar water.
las" Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 EEN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER €168 _ €204 €30,6 €40,8 €56,3
LK)
cn BHG BHG
(elektrisch) (fossiel)
N z Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 jn (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
88 Ë €16 €20,4 €30,6 €40,8 €53,8
Se BHG BHG
= (elektrisch) (fossiel)
ha” Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 EEN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
En €15,5 €20,4 €30,6 €40,8 €52,5
Le BHG BHG
(elektrisch) (fossiel)
® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | > Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met fossiele aandrijving
® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met elektrische aandrijving
A
% Jachthaven tarieven BHG pleziervaart Landelijke benchmark Internationale benchmark
3.3 Benchmark — landelijke benchmark
ee)
Landelijke benchmark tarieven passagiersvaart
9% Hetgemiddelde Amsterdamse precario tarief ligt hoger dan het gemiddelde tarief van andere waterrijke
gemeenten. Dit is in lijn met de benchmark van 2020.
* Het Zone 2 tarief van gemeente Amsterdam ligt in de buurt van het gemiddelde tarief van de andere gemeenten, doch iets lager.
* Het Zone 1 tarief is aanzienlijk hoger dan het gemiddelde van de andere gemeenten. Alleen Delft hanteert een hoger tarief.
* In vergelijking met 2020 zijn de Amsterdamse tarieven meer gestegen (circa 5,2% per jaar) ten opzichte van de tarieven van andere gemeenten
(circa 1,5% per jaar).
Amsterdam Amsterdam Amsterdam
p= Eon (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER €5,8 €20,4€22 €22,3€24,8 €30,6 €40,8 €54,1
|
Rd ie N
RR Den H Amersfoort
on ne Haarlem Leeuwarden Delft
r Amsterdam Amsterdam Amsterdam
E E _ (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ERS €5,8 €17,1€17,7 €20,4 €22,32 €30,6 €40,8 €54,1
EI
mn mn ES
[TANT |
eik IA
kad Den Haag Haarlem Amersfoort Delft
ae Leeuwarden
Amsterdam Amsterdam Amsterdam
p= on (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
LES €5,8 €12,7€14,7 €20,4 €22,32 €30,6 €40,8 €541
RSS
CE -a Den Haag Haarlem Amersfoort Delft
ae Leeuwarden
Note: omdat gemeente Amsterdam in 2022 geen precario belasting heft voor ligplaatsen — als tijdelijke compensatie voor de omzetderving gerelateerd aan  4 Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
corona — zijn de Amsterdamse tarieven van 2023 in bovenstaande benchmark opgenomen. % Tarief per m2 in overige gemeenten
| |
A
% Jachthaven tarieven BHG pleziervaart Landelijke benchmark Internationale benchmark
3.4 Benchmark — Internationale benchmark
LM
2% Overzicht soorten tarieven voor ligplaats
9 De internationale steden hanteren verschillende grondslagen en maatstaven voor de tarieven voor
ligplaatsen
AMSTERDAM BRUGGE STOCKHOLM
a * Gemeentelijk tarief * Gemeentelijk tarief ’ Gemeentelijk tarief
Kerel ad . lieplaats lieplaats ligplaats
sp sp + Havengeld
* Ligplaats: per strekkende
f + Per vierkante metêr
wb hdi * Per vaartuig * Havengeld: 2 tarieven
dd meter
voor kleine en grote
vaartuigen
Kenmerken ° Beperkte faciliteiten EN: * Faciliteiten beschikbaar
* Zonering tegen extra kosten
| |
2 Internationale benchmark tarieven passagiersvaart
9 Pe internationale benchmark laat zien dat Amsterdam relatief lage precario heft. Dit is in lijn met de
benchmark van 2020.
* De steekproef - bestaande uit Brugge en Stockholm -— toont dat de tarieven van 2022 in lijn zijn met de benchmark uit 2020.
* _ Waar Brugge vergelijkbare (korte boten) dan wel lagere tarieven (middel en grote vaartuigen) hanteert, vraagt Stockholm fors hogere
tarieven (factor 2,5 tot 7,5).
* _ Op basis van deze steekproef is het aannemelijk dat de inzichten uit de benchmark uit 2020 nog steeds relevant zijn. Dat betekent:
* _ De referentiegroep - met uitzondering van Brugge — hanteert (fors) hogere tarieven dan gemeente Amsterdam.
Amsterdam Amsterdam Amsterdam
p= A (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ak; sl €20,4 €30,6€31,4 €408 €150,8
EREN
cn Brugge Stockholm
60 Amsterdam Amsterdam Amsterdam
Ez (zone2) (gemiddeld) (zone 1)
EN €16,5 €20,4 €30,6 €40,8 €133,9
IN is
EE
ae Brugge
E Stockholm
Amsterdam Amsterdam Amsterdam
p= on (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
EAS €9,1 €20,4 €30,6 €40,8 €98,9
5
| Kam ©
8 os
A E 7 Brugge Stockholm
Tarieven zijn gecorrigeerd voor verschil in prijsniveau tussen landen (Bron: Price Level Index van Eurostat) % Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
® Tarief per m2 in internationale steden
| |
%
%
%
2% Conclusie & Advies
% pe actualisatie van de benchmark toont aan dat de uitkomsten van de eerdere benchmark en het bredere onderzoek
uit 2020 nog steeds actueel zijn en er ruimte is voor verhoging van precario tarieven. Het advies is derhalve
ongewijzigd: stel één tariefzone in en harmoniseer de precario tarieven met jachthavens. Op basis van de stijging van
de Amsterdamse jachthaventarieven is een verdere verhoging te beargumenteren.
| | el
De 2022 tarieven van de referentiegroepen zijn De tarieven van jachthavens zijn nog Het advies uit het onderzoek van 2020 is daarmee
in lijn met de tarieven uit de initiële steeds aanzienlijk hoger en bieden nog steeds van toepassing:
benchmark. De tarieven van jachthavens in ruimte voor verhoging van precario één tariefzone en harmonisatie met jachthavens
Amsterdam zijn gestegen * Uitgaande van het Amsterdamse precario Advies uit het onderzoek van 2020:
* De data actualisatie en de steekproeven tonen aan tarief van 2023 zien we dat de tarieven e Stapsgewijs verhogen van tarief naar €60 per m2
dat de 2022 tarieven in de referentiegroepen in lijn van (Amsterdamse) jachthavens hoger * _Hanteren van één zone met één tarief
zijn met de tarieven in de benchmark van 2020 of liggen. Deze tarieven worden
zijn gestegen. hoofdzakelijk bepaald door enerzijds het Conclusies en advies uit actualisatie:
* Bij de Amsterdamse jachthavens zijn de tarieven voorzieningenniveau en anderzijds de * Op basis van de significante gemiddelde tariefstijging van
gemiddeld aanzienlijk gestegen ten opzichte van de locatie. de Amsterdamse jachthavens t.o.v. 2020 zou een verdere
data uit 2020 (+30%). * Ook de tarieven voor de internationale verhoging beargumenteerd kunnen worden.
* Bij jachthavens buiten Amsterdam is een lichte steden en pleziervaart liggen aanzienlijk * Een precario tarief van €65 tot €74 per m2 wordt als een
kostenstijging waar te nemen die in lijn is met hoger. reëel tarief voor het openbaar water gezien, Deze tarieven
jaarlijkse indexering. Er zijn enkele uitzonderingen * Andere gemeenten hanteren daarentegen komen overeen met respectievelijk het laagste tarief voor
met significante tariefsverhoging. lagere tarieven. Echter, deze kennen een lange vaartuigen en het toepassen van de gemiddelde
+ Bij de binnenhavengelden pleziervaart is ook een andere context dan Amsterdam. tariefstijging in Amsterdamse jachthavens (+24%*) op het
lichte kostenstijging waar te nemen in lijn met eerder geadviseerde precario tarief van €60.
indexering. * Wij adviseren om de tarieven en de mate waarin deze reëel
* Eenzelfde beeld is te zien bij andere gemeenten. zijn periodiek te herijken.
* De internationale steden hebben hun tarieven ook
verhoogd in lijn met indexatie. Door de conversies * Hierbij is rekening gehouden met de relatieve verhouding van de precario plichtige
… an vaartuigen in de categorieën kort, middel, lang
naar euro en Nederlands prijspeil zien we een per
saldo een lichte daling.
Context: huidige macro economische omstandigheden
| | De huidige economie kent een ongekend hoge inflatie (CPI van 14,3% in oktober; bron CBS). Dit heeft
mogelijk ook gevolgen voor de marktprijs van ligplaatsen passagiersvaart. Dit is een factor die gemeente
Amsterdam kan meenemen in de toekomstige tariefstelling, bijvoorbeeld via jaarlijkse indexatie.
%
%
%
2% Definities
9 DPeinhet onderzoek gehanteerde begrippen en definities
Begrip Definitie
Precario ligplaats Heffing als vergoeding voor het gebruik van gemeente water voor vaartuigen.
Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, niet zijnde een zeeschip, binnenvaartschip of
Beroepsvaartuig dienstvaartuig, hoofdzakelijk gebruikt voor de uitoefening van een reëel bedrijf of beroep met dat vaartuig dan
wel voor de uitoefening van sociaal culturele activiteiten.
Passagiersvaartuig Een bedrijfsvaartuig, hoofdzakelijk gebruikt voor of bestemd tot: 1) vervoer van personen, of 2) om beschikbaar
te worden gesteld aan één of meer personen tbv varende recreatie.
Een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd, dan wel bestemd of geschikt is, voor het
Vaartuig dragen of vervoer te water van personen of voor het dragen of vervoer van al dan niet met het drijvend lichaam
een geheel uitmakende voorwerpen.
Stationerend vaartuig Een vaartuig dat duurzaam op een bepaalde locatie te water is afgemeerd.
aan de noordzijde: het IJ;
aan de oostzijde: Oosterdok, Nieuwe Herengracht, Amstel vanaf de Blauwbrug tot Amstelkanaal;
Gebied 1 aan de zuidzijde: het Amstelkanaal, Noorder Amstelkanaal, Stadiongracht;
aan de westzijde: Schinkel, Kostverlorenvaart, Kattensloot, Singelgracht vanaf Kattensloot en Elandsgracht, een
en ander zoals weergegeven in de kaart behorende bij de tabel.
Gebied 2 Grondgebied gemeente Amsterdam met uitzondering gebied 1
| |
eioliLe. |
Á
4 Pi pn
en Re
E n me, ul 1 ng EINE vreet
aman 3 — ca
tenemen eene te B pb Ù _ En
[Se hhh ETT. an je hs uli
12 FEBRUARI 2021 ” 8 mennen rr LTE OO
a ain agp Ewe e
er El
am ú En _ An Kl
Eindrapportage E | |
Precario voor nachtligplaatsen
voor passagiersvaart en beroepsvaart
Gemeente Amsterdam
e -
ze Managementsamenvatting Deloitte.
9% Wijadviseren het precario tarief stapsgewijs te verhogen naar €60 in 2026 in alle zones.
e ee e pp pp e
Daarnaast adviseren wij om in 2026 een zone met een tarief te hanteren.
Bevindingen Uitkomst
Het tarief en model van de precario welke de gemeente Amsterdam
heft voor nachtligplaatsen in de passagiersvaart is in dit rapport De gemeente heeft de vrijheid om binnen de grenzen van de art.
nader onderzocht en toegelicht. Het onderzoek toont dat het tarief 216 en 228 Gemeentewet een precariobelasting te heffen, die niet
in de gemeente Amsterdam fors lager is dan de tarieven in andere onredelijk en willekeurig is. Op basis van de benchmark is het advies
internationale steden en jachthavens. Daarnaast is Amsterdam de om het tarief stapsgewijs te verhogen naar €60,- per vierkante
enige gemeente die een zonering met verschillende tarieven meter in 2026 om te harmoniseren met jachthavens en
hanteert. vergelijkbare internationale steden. In zone 1 wordt dit tarief in
*_Uit de landelijke benchmark blijkt dat het precario tarief van de 2025 al bereikt. Daarnaast adviseren wij om in 2026 één zone met
gemeente Amsterdam aan de hoge kant zit in vergelijking met de één tarief te hanteren net zoals de vergelijkbare gemeenten en
referentiegroep met tien 100.000+ gemeenten. steden.
* De benchmark met jachthaven tarieven toont aan dat het * _Harmoniseren met jachthaven tarieven
gemeentelijke tarief een stuk lager ligt dan de jachthaven .
tarieven. De precario in zone 1 is ongeveer de helft van het tarief Tarief van €60,- per ' Harmoniseren met internationale
van de goedkoopste jachthaven (in Amsterdam Noord). De m2 in 2026 tarieven
tarieven van jachthavens met een centrale ligging lopen op tot * Hogeretarieven voor passagiersvaart dan
€2/4,- per vierkante meter voor kleine vaartuigen (sloepen). voor pleziervaart
* Uit de internationale benchmark blijkt dat de precario in
Amsterdam vergelijkbaar is met de gemeentelijke tarieven voor * Vergelijkbaar model als andere
passagiersvaart in Brugge, maar fors lager is dan de tarieven in Ten gemeenten en steden
vier andere (Noord-) Europese watersteden met vergelijkbare Reen » Efficiënte uitvoering
omvang en toeristensector. _ On
* De vergelijking met de hoogte van de BHG voor pleziervaart laat Gelijkwaardige ligplaatsen
zien dat het bedrijfsmatig gebruik van ligplaatsen erg laat is in
vergelijking met particulier gebruik, terwijl in jachthavens juist
commercieel gebruik prijziger is dan particulier gebruik.
| |
-
€ Deloitte.
% Inhoudsopgave
1. Introductie 4
2. Model precario Amsterdam 7
3. Kwalitatieve benchmark 11
1. Landelijke benchmark 14
2. Jachthaven tarieven 19
3. Internationale benchmark 25
4, BHG pleziervaart 31
4, Kostenonderbouwing 34
5. Scenario analyse 36
6. Bijlage 45
| |
€ Deloitte.
p *
>
L. Introductie
ie; Doelstellingen van dit onderzoek Deloitte.
98 Op basis van een gefundeerde onderbouwing kan de Gemeente Amsterdam een besluit
nemen over de verhoging van de precario vanaf 2022.
4 Inzicht in landelijke en internationale tarieven voor nachtligplaatsen voor passagiers- en beroepsvaart
2 Inzicht in prijzen voor jachthavens in Amsterdam en andere grote steden
3 Vormen van scenario’s voor precario voor ligplaatsen in openbaar water in Amsterdam
| |
e el
ie; Project scope Deloitte.
9% Meteen duidelijke scope is de juiste informatie meegenomen in de analyse en het model.
Landelijke benchmark —_ Internationale benchmark — Kostenonderbouwing
+ __ Vijf tot tien gemeenten * _ Vijf steden * _ Kostenposten
* __Passagiers- en beroepsvaart * __Passagiers- en beroepsvaart * __ Precario
* _Zonering * __ Zonering * _ Passagiers- en beroepsvaart
* _ Precario ligplaats * __ Tarieven ligplaats (precario,
* __ BHG BHG en overige)
* _ Jachthaven tarieven
+ __ Zeeschip, binnenvaartschip of + __ Zeeschip, binnenvaartschip of . _BHG
dienstvaartuig dienstvaartuig . Zeeschip, binnenvaartschip of
* __ Woonboten *__ Woonboten dienstvaartuig
* __Op- en afstap beprijzing * __Op- en afstap beprijzing . _ Woonboten
* Pleziervaart
* __Op- en afstap beprijzing
| |
> < Deloitte.
2. Model precario Amsterdam
ie; Beprijzingsstelsel passagiersvaart Amsterdam Deloitte.
9 Op 20 mei 2014 heeft het College van B&W de contouren van de beprijzingsvoorstellen
vastgesteld op basis van de uitgangspunten uit de nota Varen in Amsterdam.
“Het beprijzingsstelsel voor de Amsterdamse passagiersvaart is redelijk, samenhangend en transparant en geeft
sturingsinstrumenten ten behoeve van een ordelijk verloop van het vaarverkeer, een optimale marktwerking, betere indeling van
de openbare ruimte, en spreiding van het vaarverkeer.”
Uitgangspunten Beprijzing
Beter benutten: schaarse ruimte eerlijk verdelen @, Vermakelijkhedenretributie
i i Q Q) Tarief op- en afstaplocaties*
Duurzaam beheer: minder overlast en meer vergroening 9 bp p p
Reëel beprijzen: naar waarde en met gelijke kansen Precario nachtligplaatsen
* Beprijzing voor gebruik van op- en afstaplocaties moet nog worden ingevoerd
| | Bron: Voordracht voor de collegevergadering van 22 maart 2016 (agendapunt 15)
ie; Huidig beleid Precario nachtligplaatsen Deloitte.
9 Met ingang van 2017 heft de gemeente Amsterdam precario voor nachtligplaatsen in het
openbaar water, verdeeld over twee tariefgebieden (zone’s).
In dit rapport zal verder worden ingezoomd op de precario voor de nachtligplaatsen. Precario is een aanslagheffing.
Uitgangspunten
- Met de precario belasting voor passagiersvaartuigen worden nachtligplaatsen voor openbaar water in de gemeente Amsterdam
naar waarde beprijsd.
-_In het huidige beleid is zonering toegepast om de drukte in de binnenstad te helpen verminderen.
Precario is geen kostendekkende belasting.
- De tarieven zijn in 2021 voor het laatst verhoogd. In zone 1 bedroeg de jaarlijkse verhoging €5,- en in zone 2 was dit €2,50. Als er
geen wijziging volgt blijft dit het tarief tot in de lengte van dagen.
-_In het rapport wordt uitgegaan van de situatie dat de precario per 2022 wordt verhoogd. De gemeente Amsterdam kan ook een
ander startjaar hiervoor hanteren.
Tarieven precario 2021
Zone 1 Zone 2
€40,- €20,-
per m2 ex BTW per m2 ex BTW
| | Bron: Voordracht voor de collegevergadering van 22 maart 2016 (agendapunt 15)
ie; Toekomstige precario nachtligplaatsen Deloitte.
% Hettarief voor precario vanaf 2022 wordt gebaseerd op een benchmark met landelijke en
internationale steden en jachthavens.
Input ——__——— Output —__———
© Kwalitatieve benchmark
* _BHG Amsterdam
* _ Landelijke benchmark
* _ Jachthaven tarieven
Internationale benchmark © Gevalideerde baseline:
* _ Huidige baten per ligplaats
gemeente
alle Vergelijking van scenario’s:
« Tarieven ligplaatsen gemeente * _Rondom zonering
* Huidige vloot met afmetingen * _Rondom tarief
* _ Huidige inkomsten precario
* _ Assumpties
| |
€ Deloitte.
>
>
5. Kwalitatieve benchmark
|
% Benchmark Deloitte.
9 De benchmark maakt inzichtelijk dat de Amsterdamse precario tarieven gemiddeld tot laag
zijn vergeleken met de referentiegroepen en argumenten biedt voor verhoging van precario.
In de benchmark zijn de tarieven van de Gemeente Amsterdam in 2020 vergeleken met vier referentiegroepen. Dit zijn allemaal afzonderlijke
stukjes van de puzzel. Gezamenlijk genomen kan op basis van de benchmark worden geconcludeerd dat er ruimte is om de precario te verhogen.
De uitkomsten van de vergelijking met de jachthaven tarieven en de BHG tarieven kan gepercipieerd worden als staatsteun.
Uitkomsten
A
Landelijke benchmark Jachthaven tarieven Internationale benchmark BHG pleziervaart
p14-18 p19-23 p24-29 p30-32
De tarieven van gemeente In Amsterdam zijn De tarieven van gemeente Voor de pleziervaart in
Amsterdam zijn vergeleken jachthavens waar ook Amsterdam zijn vergeleken Amsterdam worden
met tien 100.000+ passagiersvaartuigen een met vijf (Noord-) Europese binnenhavengelden (BHG)
gemeenten om een ligplaats kunnen huren. De watersteden met een geheven. Het uitgangspunt
inschatting te maken of de gemeente wil passagiers- vergelijkbare toeristensector van dit rapport is dat
precario landelijk gezien vaartuigen stimuleren om (rondvaarten) om een bedrijfsmatige activiteiten
redelijk zijn. meer gebruik maken van inschatting te maken of de met commerciële
deze jachthavens. precario internationaal doeleinden hoger beprijsd
In de landelijke benchmark gezien aannemelijk is. worden dan voor
is te zien dat de precario in Het prijsniveau van de particulieren.
Amsterdam gemiddeld tot private jachthavens is in De internationale
hoog is. Amsterdam hoger is dan in benchmark laat zien dat De vergelijking met de BHG
de referentiegroep. Amsterdam relatief lage voor pleziervaart laat zien
Daarnaast is in vergelijking precario heft in beide zones. dat particulieren hogere
met de jachthavens is de tarieven betalen dan
precario in Amsterdam laag. commerciële vaart.
| |
e e e n
ie; Overzicht soorten tarieven voor nachtligplaats Deloitte.
9 Gemeenten heffen precario en/of havengeld voor de passagiersvaart. Deze tarieven zijn
doorgaans lager dan commerciële tarieven van jachthavens welke meer faciliteiten bieden.
In de benchmark zitten verschillen in de maatstaven en soorten heffingen die gemeenten en commerciële partijen vragen. Onderstaand overzicht laat de
belangrijkste kenmerken zien van de verschillende varianten.
PRECARIOBELASTING HAVENGELD JACHTHAVENS
+ Aanslag voor het hebben van * Aanslag voor gebruik met
voorwerpen onder, op, of boven vaartuigen van voor de openbare
nn … * Tarief voor het gebruik maken van
Toelichting gemeentegrond waarbij de dienst bestemde in de gemeente
een private ligplaats
gemeentegrond voor de openbare gelegen openbare vaarwaters,
dienst is bestemd kaden en oevers
* Per vierkante meter Per vierkant
Maatstaf van e Per vierkante meter * Per strekkende meter . Der strekkende meter
VET « Per strekkende meter * Per vaartuig . Per lieplaat
* Per persoon capaciteit er IEp'aats
* Verschillende faciliteiten (steigers,
* Beperkte faciliteiten * Beperkte faciliteiten bewaking, bevoorrading, parkeren)
* Eventuele zonering * Eventuele zonering * Mogelijkheid om boot te verzekeren
tegen diefstal, vandalisme etc.
| |
nn en en Deloitte.
% Landelijke benchmark Jachthaventarieven Internationale benchmark BHG pleziervaart
5.1 Kwalitatieve benchmark — landelijke
benchmark
ie; Selectie gemeenten Deloitte.
%% Dereferentiegemeenten zijn geselecteerd op basis van aantal inwoners en de aanwezigheid
van passagiersvaart.
In onderstaande tabel vindt u de selectie van 100.000+ gemeenten waar passagiersvaart in de stad gebruikelijk is en een bepaalde vorm van
gemeentelijke tarieven wordt geheven. De tarieven van deze steden worden vergeleken met die van de Gemeente Amsterdam. Hierbij is het
belangrijk om op te merken dat geen enkele stad helemaal vergelijkbaar is met Amsterdam vanwege de omvang van het toerisme in Amsterdam
en haar grachten. Toch geeft deze referentiegroep een relatief beeld van wat redelijke tarieven zijn voor passagiersvaart in Nederland.
Precario Havengeld
Gemeente Inwoners passagiersvaart (tarief) Maatstaf (per) passagiersvaart (tarief) Maatstaf (per)
Alkmaar 109.751 20,40 m1
Amersfoort 157.521 6,48 m2 15,60 m2
Amsterdam 869.709 26,25* m2
Breda 183.790 6,15 m2
Delft 103.037 52,37 m2
Den Haag 545.863 5,95 m2
Groningen 231.112 810,24 Vaartuig
Haarlem 162.962 1130,00 25m1**
Leeuwarden 123.625 38,72 m1 222,82 100m2
Leiden 123.655 747,19 Box (25m2)
Utrecht 357.667 28,81 Persoon capaciteit
| |
ie; Overeenkomsten en verschillen Deloitte.
% Amsterdam is de enige gemeente die gebruik maakt van zonering, daarnaast maakt
Amsterdam in het tarief geen onderscheid tussen fossiel en elektrische aandrijving.
ee Gemeente Amsterdam —————— a Referentiegroep __
, De gemeente Amsterdam maakt gebruik van * In de referentiegroep maakt alleen Alkmaar gebruik
zoneringen omdat het huidige vergunningstelsel van zoneringen, waarbij het passagiersschepen alleen
gebaseerd is op 2 zones. De zonering in dit is toegestaan om in Gebied Il een nachtligplaats in te
vergunningstelsel komt te vervallen nemen
* De gemeente Amsterdam maakt geen onderscheid in * In de referentiegroep maakt alleen de gemeente
tarieven tussen vaartuigen met een aandrijving op Utrecht onderscheid tussen vaartuigen met een
fossiele brandstof en vaartuigen met een elektrische elektrische aandrijving en vaartuigen met een
aandrijving aandrijving op fossiele brandstof, waarbij elektrische
vaartuigen 28% van het havengeld betalen
* De gemeente Amsterdam heft evenredig Precario op
basis van de vierkante meters van het vaartuig * In de referentiegroep maakt alleen Haarlem gebruik
van verschillende tarieven waarin vaartuigen met een
kleinere omvang in verhouding een hogere heffing per
vierkante meter krijgen dan vaartuigen met een
grotere omvang
| |
ee e a
% Vergelijkingsmethode Deloitte.
9 Doorde verschillende maatstaven van de heffingen, is de vierkante meter prijs per gemeente
berekend op basis van 3 formaten van vaartuigen.
Totstandkoming vierkante meter prijs
Niet alle gemeenten berekenen de heffingen per vierkante meter. Een aantal over de totale lengte of de capaciteit van het vaartuig. Om de tarieven van de
andere gemeenten goed te kunnen vergelijken met die van Amsterdam hebben we al deze tarieven omgerekend naar de m2 prijs. Dit is gedaan om voor alle te
berekenen wat het tarief is voor een klein, middel en groot vaartuig en vervolgens weer terug te brengen naar de m2 prijs, zoals onderstaand is toegelicht. Een
aantal gemeenten werkt met een start bedrag of een vast bedrag per vaartuig, een groot vaartuig heeft dan relatief een lagere m2 tarief dan een klein vaartuig.
Klein vaartuig Lengte (m1) 8,29
Oppervlakte (m2) 22,91 mmm Tarief klein vaartuig jn 2291 (m2) Em Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 24,23
* Tarief per m1 Middel vaartuig Lengte (m1) 13,32
+ Tarief per m2 > 4 Oppervlakte (m2) 43,5 Em Tarief middel vaartuig jn 43,50 (m2) Em Tarief per m2
* Tarief per PAX Capaciteit (Pax) 40,66
Groot vaartuig Lengte (m1) 19,34
Oppervlakte (m2) 79,13 Em Tarief groot vaartuig mlm 79,13(M2) Em Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 81,49
Leeswijzer benchmark
Afmeting van Gemeente met Precario per m2 in Gemiddelde van Precario per m2 in Gemeente met
vaartuig laagste tarief per m2 zone 2 zone 1 en zone 2 zone 1 hoogste tarief per m2
N-' Amsterdam Amsterdam Amsterdam
Nn (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
rk €/m2 €17,5 €/m2 €26,3 €/m2 €35 €/m2 €/m2
a. 3 pn
RAS] Î ’ ©
8
FX Gemeente X * Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
* Tarief per m2 in overige gemeenten
| |
ee e ® a
% Landelijke benchmark tarieven passagiersvaart Deloitte.
© © © ® © . ® ©
9% De precario in Amsterdam is gemiddeld tot hoog in vergelijking met de referentiegroep.
* Als we het gemiddelde tarief van de gemeente Amsterdam vergelijken met de referentiegroep heft zij in verhouding tot andere gemeenten
relatief weinig belasting voor kleine vaartuigen.
* Voor middelgrote en grote vaartuigen heft de gemeente Amsterdam een lager tarief dan Utrecht en Delft.
* Wanneer we het tarief per zone vergelijken met de referentiegroep, zien we dat precario in zone 2 overwegend vergelijkbaar is met de
referentiegroep en de precario in zone 1 hoger is dan in de andere steden, met uitzondering van Delft.
” Amsterdam Amsterdam Amsterdam
p= 5 (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ERS €5,6€6,2 €7,4 €17,5 €21,3€22,1€23,7 ° €263 €30,5 €32,6 €35 €35,4 €52,4
ERN
Ai el af Breda Haarlem Leeuwarden Utrecht Groningen Delft
Den Haag Alkmaar Amersfoort Leiden
E Amsterdam Amsterdam Amsterdam
el (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ak gl €5,6 €6,2 €16,6 €17 €17,2 €17,5 €18,6 €221 €26,3 €26,9 €35 €52,4
28e Alkmaar
hk Breda Haarlem Leiden Amersfoort Utrecht Delft
a = Den Haag Leeuwarden Groningen
50 Amsterdam Amsterdam Amsterdam
El (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
aeRSN €5€5,6€62 €10,2€12,3€14,3€14,9 €17,5 €22,1 €26,3 €29,7 €35 €52,4
RR
en °° © °° _ % ° %©
2eR
5 eind Alkmaar Breda Groningen Haarlem Amersfoort Utrecht Delft
Ee Den Haag Leeuwarden Leiden . .
® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
® Tarief per m2 in overige gemeenten
| |
LK Deloitte.
% Landelijke benchmark Jachthaventarieven Internationale benchmark BHG pleziervaart
3.2 Kwalitatieve benchmark - Jachthaven
tarieven
ee e a
% Vergelijkingsmethode Deloitte.
9 Doorde verschillende maatstaven van de heffingen, is de vierkante meter prijs per
jachthaven berekend op basis van 3 formaten van vaartuigen.
Totstandkoming vierkante meter prijs
Niet alle jachthavens berekenen de heffingen per vierkante meter, maar een aantal over de totale lengte of de capaciteit van het vaartuig. Om de tarieven van
de jachthavens in andere gemeenten goed te kunnen vergelijken met die in Amsterdam hebben we al deze tarieven omgerekend naar de m2 prijs. Dezelfde
methode is gehanteerd als voor de landelijke benchmark.
Klein vaartuig Lengte (m1) 8,29
Oppervlakte (m2) 22,91 mmm Tarief klein vaartuig jn 2291 (m2) Em Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 24,23
* Tarief per m1 Middel vaartuig Lengte (m1) 13,32
* Tarief per m2 > 4 Oppervlakte (m2) _ 43,5 mmm Tarief middel vaartuig jn 43,50 (m2) Emm Tarief per m2
* Tarief per PAX Capaciteit (Pax) 40,66
Groot vaartuig Lengte (m1) 19,34
Oppervlakte (m2) 79,13 Em Tarief groot vaartuig mlm 79,13(M2) Em Tarief per m2
Capaciteit (Pax) 81,49
Leeswijzer benchmark
Afmeting van Gemeente met laagste Precario per m2 in Gemiddelde van Precario per m2 in Gemiddelde jachthaven
vaartuig jachthaven tarief per m2 zone 2 zone 1 en zone 2 zone 1 tarief in Amsterdam per m2
an Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ES (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
AS €/m2 €17,5 _€/m2 €26,3 €/m2 €35 €/m2 €/m2
a. 3 EN
Ted .
hike: emeente X. ® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
© Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
® Tarief per m2 in overige gemeenten
ee e e e n
% Landelijke benchmark met pleziervaart in jachthavens Deloitte.
9% Devergelijking van de jachthavens laat zien dat het prijsniveau in Amsterdam flink hoger is
dan in de referentiegroep.
* Erzijn vier gemeenten in de referentiegroep die ook jachthavens in de stad hebben, maar geen van de jachthavens in andere gemeente
heeft passagiersvaart. Het tarief voor een ligplaats in een jachthaven is hoger in de gemeente Amsterdam dan in de andere gemeenten.
* _ De tarieven voor jachthavens in Amersfoort en Den Haag zijn ook hoger dan de precariobelasting in zone 1 van de gemeente Amsterdam.
* _ Voor de kleine en middelgrote vaartuigen zijn de tarieven voor jachthavens in de 5 gemeenten hoger dan de precariobelasting in zone 2 van
de gemeente Amsterdam.
DN"! Amsterdam Amsterdam Amsterdam
IFS (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
a €17,5 €18,5 €26,3€26,5 €35 €42,7 €50,4 €64,7
a. 5 En
Td
dj; Haarlem Leeuwarden Amersfoort Den Haag Amsterdam
E) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EB (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
R- €17,5 €18,5 €20,7 €26,3 €35 €42,7 €50,4 €67,1
tes
ej naad
e E Haarlem Leeuwarden Amersfoort Den Haag Amsterdam
NE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
iN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
EN
ERR C124 €175 €185 €26,3 €35 €42,7 €50,4 €62,2
5 TN Leeuwarden Haarlem Amersfoort Den Haag Amsterdam
Ks Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
% Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
| | % Tarief per m2 in jachthavens overige gemeenten
e e e a
% Benchmark met passagiersvaart in jachthavens Amsterdam Deloitte.
9% De vergelijking van de private jachthavens laat zien dat het prijsniveau in de jachthavens
flink hoger is dan het tarief in openbaar gemeentelijk water.
* In de benchmark zijn de tarieven voor passagiersvaart van 1/3° van de jachthavens in Amsterdam meegenomen. Een deel van de
jachthavens hebben geen ligplaatsen voor passagiersvaart en een aantal zijn niet bereid om mee te werken aan het onderzoek.
* De tarieven in jachthavens voor de passagiersvaart zijn, met name voor kleine vaartuigen, fors hoger dan de tarieven voor de pleziervaart.
* _ Het laagste tarief voor jachthavens is ongeveer 2 keer zo hoog als de precariobelasting in zone 1 van de gemeente Amsterdam.
* _ De tarieven voor jachthavens zijn het laagste in Amsterdam Noord en lopen sterk af naarmate de omvang van het vaartuig toeneemt.
NEEN Amsterdam Amsterdam Amsterdam
FN (zone2) (gemiddeld) (zone 1)
ERA €175 €26,3 €35 €75,7 €150,6 €274,7
a. 5 En
mu
ak: Laagste tarief Gemiddelde Hoogste
tarief
EM Amsterdam Amsterdam Amsterdam
FE-BN (zone2) (gemiddeld) (zone 1)
ERA €175 €26,3 €35 €61,7 €114,9 €192,9
tes
ik =ned
ai Laagste tarief Gemiddelde Hoogste tarief
NE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
= 3 EN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ERR €175 €26,3 €35 €61,2 €82,7 €121,3
ie ar Laagstetarief Gemiddelde Hoogste tarief
® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | ® Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
e ee e a
% Methode relatieve vergelijking Deloitte.
9 Door de gemeentelijke tarieven af te zetten tegen de tarieven van de jachthavens in die
gemeente, wordt de verhouding tussen die twee tarieven inzichtelijk gemaakt.
Totstandkoming ratio
Door het tarief van de gemeente te delen door het tarief van de jachthavens in diezelfde gemeente is inzicht gecreëerd in de verhouding, de ratio, tussen deze
twee tarieven. Dit vergroot de vergelijkbaarheid van de tarieven. Immers als de gemeentelijke tarieven gelijk zijn aan die in Amsterdam, maar de jachthaven
tarieven veel lager dan die in Amsterdam, zal de ratio hoger uitvallen, wat suggereert dat de gemeentelijke tarieven in Amsterdam relatief laag zijn.
Klein vaartuig: Tarief per m2 gemeente jn Tarief per m2 jachthavens in gemeente Em _ Ratio tarief
Middel vaartuig: Tarief per m2 gemeente in Tarief per m2 jachthavens in gemeente mmm Ratio tarief
Groot vaartuig: Tarief per m2 gemeente in Tarief per m2 jachthavens in gemeente mmm Ratio tarief
Leeswijzer benchmark
Afmeting van emeente met 'aagste Precario per m2 in zone 2 / emioce ce precarlo In ZONE Gemeente met hoogste heffing
vaartuig vering verhouding tot tarief jachthavens in Amsterdam 182 / tarief Jachthavens in in verhouding tot jachthaven
Re Amsterdam Amsterdam Amsterdam
Se (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
3 E van £ gemeente / € jachthaven € gemeente/£€ jachthaven € gemeente / € jachthaven en
B ’ ® ® * © *
un KCT Aa
ai Gemeente X ® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in Amsterdam
® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in overige gemeenten
| |
ee e ee e e a
% Vergelijking tussen gemeentelijke en jachthaven tarieven Deloitte.
9% In vergelijking met de jachthaven tarieven voor de pleziervaart is de precario in Amsterdam
laag.
* __In deze vergelijking zijn de gemeentelijke tarieven voor de passagiersvaart afgezet tegen de jachthaven tarieven voor de pleziervaart omdat
jachthavens in andere gemeenten geen passagiersvaartuigen hebben.
* _ De gemeente Amsterdam heft in zone 1 ongeveer de helft van de tarieven die jachthavens de pleziervaart vragen voor een nachtligplaats.
* _ Bij twee steden, Haarlem en Leeuwarden, zijn de tarieven van de jachthavens vergelijkbaar met de gemeentelijke tarieven.
* _ Amersfoort heeft ongeveer dezelfde verhouding tussen gemeentelijke en jachthavens tarieven als Amsterdam in zone 1.
NE" Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 PS (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
a 0,11 0,27 0,41 0,52 _ 0,54 0,90 1,15
a. id pn
Le Ki kn
ÊX Den Haag Amersfoort Leeuwarden Haarlem
E) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EB (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
R- 0,11 0,26 0,39 0,52 0,52 0,82 0,90
[=d eN
kas
ai Den Haag Amersfoort Leeuwarden Haarlem
NE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
= 3 eN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
n= 0,11 0,28 0,42 0,52 0,56 0,77 0,99
ie
Ik hn
E50 Den Haag Amersfoort Haarlem Leeuwarden
®& Verhouding tussen jachthavens en gemeente in Amsterdam
| | ® Verhouding tussen jachthavens en gemeente in overige gemeenten
LK Deloitte.
% Landelijke benchmark Jachthaventarieven Internationale benchmark BHG pleziervaart
3.3 Kwalitatieve benchmark — Internationale
benchmark
ie; Selectie steden Deloitte.
9 Desteden zijn geselecteerd op basis van inwoners en de aanwezigheid van toerisme omtrent
passagiersvaart.
In onderstaande tabel vindt u de selectie van internationale steden op basis van omvang, toerisme en passagiersvaart. In
deze steden is passagiersvaart gebruikelijk en een bepaalde vorm van gemeentelijke tarieven wordt geheven. De tarieven
van deze steden worden vergeleken met die van de Gemeente Amsterdam.
Toeristen (min
Gemeente Inwoners overnachtingen) Passagiersvaart Havengeld/Precario
Amsterdam 872.757 16,7 Ja Ja
Bergen 271.949 Onbekend Ja Ja
Birmingham 1.139.249 1,1 Ja Ja
Brugge 118.569 2,5 Ja Ja
Göteborg 610.521 5,5 Ja Ja
Stockholm 949.761 14,5 Ja Ja
| |
e e e n
% Overzicht soorten tarieven voor nachtligplaats Deloitte.
9 Deinternationale steden hanteren verschillende grondslagen en maatstaven voor de
tarieven voor nachtligplaatsen.
AMSTERDAM BERGEN BIRMINGHAM BRUGGE GÖTEBORG STOCKHOLM
Ten * Gemeentelijk tarief ' Commerciële * Gemeentelijk tarief * Gemeentelijk tarief ' Gemeentelijk tarief
Toelichting lieplaats * Havengeld verhuur ligplaats lieplaats lieplaats ligplaats
sp * Havengeld sp sp * Havengeld
* Ligplaats: * Ligplaats: per
. commercieel tarief strekkende meter
EET |, Per vierkante meter " Havengeld: per er ligplaats * Per vaartui * Per vaartui * Havengeld: 2
dd bruto ton gewicht Per IEP 8 8 venserd: .
* Havengeld: per tarieven voor kleine
persoon capaciteit en grote vaartuigen
* Beperkte faciliteiten
. Beperkte faciliteiten ||” Faciliteiten > Havengeld als En En > Faciliteiten > Faciliteiten
|. Zonering beschikbaar tegen bijdrage aan stichting| |“ Beperkte faciliteiten beschikbaar tegen beschikbaar tegen
extra kosten voor onderhoud extra kosten extra kosten
waterwegen
| |
ee e a
% Vergelijkingsmethode Deloitte.
9 Doorde verschillende maatstaven van de heffingen, is de vierkante meter prijs per stad
berekend op basis van 3 formaten van vaartuigen.
Totstandkoming vierkante meter prijs
Niet alle steden berekenen de heffingen per vierkante meter, maar een aantal over de totale lengte of de capaciteit van het vaartuig. Om de tarieven van de andere steden
goed te kunnen vergelijken met die van Amsterdam hebben we al deze tarieven omgerekend naar de m2 prijs. Omdat de landen verschillende valuta en prijsniveaus
hebben, zijn de tarieven hiervoor gecorrigeerd.
Klein vaartuig Lengte (m1) 8,29 . . .
ma Tarief klein Wisselkoers mmm:
Oppervlakte (m2) 22,91 Em (aartuie mee 220) ee eur) "A PU“ mmTarief per m2
Capaciteit (Pax) 24,23
* Tarief per m1 Middel Lengte (m1) 13,32 Tarief .
Wisselkoers
* Tarief per m2 % vaartuig Oppervlakte (m2) 43,5 mam middel jn 43,50 (m2) mjn OY/Eur) mjn PLI Smlarief per m2
* Tarief per PAX Capaciteit (Pax) 40,66 vaartuig
Groot vaartuig Lengte (m1) 19,34 ar Wisselk
mas Tarief groot 79.13 (m2 isselkoers PL| Tarief 2
Oppervlakte (m2) 79,13 vaartuig min ‚13 (m2) min X/Eur) min mmm arief per m
Capaciteit (Pax) 81,49
Leeswijzer benchmark
Afmeting van Stad met laagste Precario per m2 in Gemiddelde van Precario per m2 in Stad met hoogste
vaartuig tarief per m2 zone 2 zone 1 en zone 2 zone 1 tarief per m2
N-' Amsterdam Amsterdam Amsterdam
Nn (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
rk = €/m2 €17,5 €/m2 €26,3 €/m2 €35 €/m2 €/m2
a. 3 pn
RAS] Î ’ ©
su
EX Stad X * Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
* Tarief per m2 in internationale steden
| |
* Tarieven zijn gecorrigeerd voor verschil in prijsniveau tussen landen (Bron: Price Level Index van Eurostat)
ie; Overeenkomsten en verschillen Deloitte.
9% Wanneer mende resultaten van de benchmark interpreteert, moet in het achterhoofd
worden gehouden dat er verschil zit in het gebruik van zonering en heffingsmaatstaven.
ee Gemeente Amsterdam —————— a Referentiegroep __
, De gemeente Amsterdam maakt gebruik van * In de referentiegroep maken geen steden gebruik van
zoneringen om drukte in de binnenstad te zonering voor verschillende tarieven
verminderen
* In de referentiegroep heft alleen Stockholm het tarief
* Precario wordt geheven op basis van de oppervlakte voor ligplaatsen op basis van de oppervlakte van het
van een vaartuig (vierkante meter) schip (vierkante meter)
| |
e e ® a
2 Internationale benchmark tarieven passagiersvaart Deloitte.
© © ® © © ® ®
9% Deinternationale benchmark laat zien dat Amsterdam relatief lage precario heft in beide
zones.
* De referentiegroep vraagt, met uitzondering van Brugge, (fors) hogere tarieven dan gemeente Amsterdam
* __Ditloopt op tot een tarief dat bijna zevenmaal hoger is voor kleine vaartuigen in Birmingham en vijfmaal hoger in de steden Bergen en
Stockholm
* _ Detarieven in de steden, Birmingham, Bergen en Stockholm nemen af naarmate de vaartuigen grotere afmetingen hebben, omdat er een
basistarief per ligplaats (ongeacht de afmetingen) gehanteerd wordt
” Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ES (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
RR €17,5 €26,3 €31 €35 €88,1 €159,9 €172,8 €242,2
a 5 Fe) | ee
Ed
ZEN
5 Laet Brugge Göteborg Stockholm Birmingham
xXx Bergen
E Amsterdam Amsterdam Amsterdam
el (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ak Al €16,3 €17,5 €26,3 €35 €464 €91,0 €135,1 €141,9
5 nf Brugge Göteborg Bergen Birmingham
5 Stockholm
50 Amsterdam Amsterdam Amsterdam
El (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ae <90 617,5 €25,5626,3 €35 €50,0 €82,5 €104,9
RR
en % ®% 9
2eR
Rad B Göteb B Birmingh Stockhol
EE TEER Bs han ARNE EDEN ®% Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
% Tarief per m2 in internationale steden
Tarieven zijn gecorrigeerd voor verschil in prijsniveau tussen landen (Bron: Price Level Index van Eurostat)
| |
mmm nn en en K)eloitte.
% Landelijke benchmark Jachthaventarieven Internationale benchmark BHG pleziervaart
3.4 Kwalitatieve benchmark - BHG pleziervaart
ee e a
% Vergelijkingsmethode Deloitte.
9 Omdatde BHG werkt met een staffel en de precario geheven wordt per vierkante meter, is
de vierkante meter prijs berekend op basis van 3 formaten van vaartuigen.
Totstandkoming vierkante meter prijs
De BHG wordt geheven met een staffel en de precario per vierkante meter. Om de tarieven goed te kunnen vergelijken hebben zijn ze omgerekend naar de
m2 prijs. Dit is gedaan om te berekenen wat het tarief is voor een klein, middel en groot vaartuig en vervolgens weer terug te brengen naar de m2 prijs, zoals
onderstaand is toegelicht.
Klein vaartuig Oppervlakte (m2)* 22,01 mm Tarief klein vaartuig min 22,91 (m2) Em Tarief per m2
* Tarief per m2
uit staffel > 4 Middel vaartuig Oppervlakte (m2)* 43,5 mmm Tarief middel vaartuig min 43,50 (m2) mm Tarief per m2
BHG
Groot vaartuig Oppervlakte (m2)* 79,13 Em Tarief groot vaartuig jn 79,13 (m2) Em Tarief per m2
* Aantal m2 wordt naar boven afgerond per halve m2
Leeswijzer benchmark
Afmeting van BHG tarief per m2 Precario per m2 in Gemiddelde van Precario per m2 in BHG tarief per m2
vaartuig (elektrisch) zone 2 zone 1 en zone 2 zone 1 (fossiel)
N-' Amsterdam Amsterdam Amsterdam
| ES (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER = E/m2 €17,5 €26,3 €35 €/m2
a. 3 pn
RT c N 0
ES LE ® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
© BHG tarief per m2 fossiele aandrijving
| | ® BHG tarief per m2 elektrische aandrijving
ee e e n
% Vergelijking Precario en BIG Deloitte.
%% De vergelijking met de BHG voor pleziervaart laat zien dat particulieren hogere tarieven
betalen dan commerciële vaart.
* In de BHG tarieven voor pleziervaart wordt een onderscheid gemaakt tussen elektrische en fossiele aandrijving
* _ Voor fossiel aangedreven vaartuigen ligt dit tarief ruim 15,00-20,00€ hoger dan precario in zone 1
* _ Pleziervaarders met een uitstootvrij pleziervaartuig kunnen 70% korting krijgen op het tarief van het reguliere vignet. Daarmee is de BHG voor
pleziervaart elektrisch is afhankelijk van de vaartuiggrootte 0,70-2,00€ lager dan precario in zone 2
* _ Uitgaande van het volledige tarief is een particulier fors duurder uit dan een bedrijfsmatige gebruiker van een ligplaats, terwijl in jachthavens
particulieren juist lagere tarieven betalen dan bedrijven
DN"! Amsterdam Amsterdam Amsterdam
IFS (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
rk €16,7 _ €17,5 €26,3 €35 €55,7
a 5 En
RT c IN] OO
se BHG BHG
(elektrisch) (fossiel)
E) Amsterdam Amsterdam Amsterdam
EB (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ERA €150 €175 €26,3 €35 €52,9
tes
ENE Bua BHG
= (elektrisch) (fossiel)
NE Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ij EN (zone 2) (gemiddeld) (zone 1)
ER €155 €17,5 €26,3 €35 €51,8
rn
SS BHG BHG
elektrisch) (fossiel)
® Tarief per m2 in gemeente Amsterdam
| | © Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met fossiele aandrijving
®& Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met elektrische aandrijving
> < Deloitte.
%
%
4. Kostenonderbouwing
|
e el
ze Kostenonderbouwing Deloitte.
% Detariefstelling van precario dient redelijk te zijn, maar is niet verbonden aan de kostprijs,
om deze reden zijn de hoogtes en toebedeling van de kostenposten niet opgenomen.
Voorwaarden tariefstelling Kostprijs
De precariobelasting is geen bestemmingsbelasting In dit onderzoek is getracht om in beeld te brengen welke kosten gedekt
(belasting/heffing met een bepaald doel), zoals bijvoorbeeld de dienen te worden vanuit de precario voor passagiersvaart. Onderstaande
rioolheffing dat wel is. Het is niet nodig dat er een onderzoek opsomming geeft hier een overzicht van de diverse kostenposten.
wordt gedaan naar de kostprijs van de geheven belasting. De Operationele kosten
gemeente heeft de vrijheid om binnen de grenzen van de art.
216 en 228 Gemeentewet een precariobelasting te heffen, die -_ Deel FTE van programma varen (geen beleid, maar uitvoering)
niet onredelijk en willekeurig is. _FTE van belastingen
De gemeente mag het tarief verhogen, mits niet afhankelijk van -_ Deel van de kosten van het ICT systeem (digitale gracht)
inkomen, winst en/of vermogen en mits dit niet leidt tot een Afschrivi derhoudskosten infrastruct
willekeurige en onredelijke belastingheffing die de wetgever bij ° SCMIJVINES- EN ONGEFNOUOSKOSTEN INAS TUEEU
het toekennen van de heffingsbevoegdheid niet op het oog kan … Kades
hebben gehad. Er is dan ook geen limiet aan de hoogte van de Steigers
precario belasting dat is een politiek besluit waarbij natuurlijk On
wel rekening moet worden gehouden met de algemene -_ Andersoortige ligplaatsen
beginselen van behoorlijk bestuur. -__ Vermogenskosten (Waarde ligplaatsen water’ X ‘rente’ of marktanalyse)
Een differentiatie van tarief naar bijvoorbeeld locatie is op grond Taxatie gemeentelijk water
van bovenstaande toegestaan, mits onderbouwd. De rechter
toetst dit overigens marginaal. De rechtvaardiging van de het Uitgezonderd van de kostprijs zijn beleidsvoorbereiding en inspraak, toezicht
gebiedsonderscheid moet echter wel blijken uit de toelichting in en handhaving, bezwaar en beroep
de Raad van het gemeentelijk beleid en de praktijk van de Bij het in beeld brengen van de kostprijs is het van belang dat inzichtelijk wordt
belastingheffing. gemaakt welk deel van bepaalde kosten deel uit maken van de kostprijs.
In de bijlage is jurisprudentie te vinden omtrent bovenstaande. Dezelfde uitgaven kan je niet dekken door meerdere heffingen. De genoemde
kostenposten zullen dus niet voor 100% landen in de kostprijs.
| |
€ Deloitte.
%
%
5. Scenario analyse
|
ie; Advies tarief precario Deloitte.
%% Omhettarief voor precario te harmoniseren met de referentiegroepen is het advies om
stapsgewijs naar een tarief van €60,- toe te werken in zone 1.
ADVIES TARIEF ZONE 1 ADVIES TARIEF ZONE 2
Op basis van de benchmark kan worden geconcludeerd dat er ruimte is om de precario te Betreffende de tarieven
verhogen. Wij raden aan de stapsgewijze verhoging in stand te houden tot in 2025 een tarief in zone 2 zijn diverse
van €60 is bereikt in zone 1. Hiermee wordt het tarief meer in verhouding gebracht met de keuzes nog te maken in
referentiegroepen: de scenario's.
* Verhogen tot het
* Landelijk heeft Amsterdam het hoogste tarief van de referentiegroep, dit is in lijn met het tarief in zone 1
feit dat het prijsniveau voor ligplaatsen in Amsterdam hoger ligt dan elders in het land * Dezelfde stappen
* Het gemeentelijk tarief in Amsterdam komt zo dichter te liggen bij het commerciële tarief (€5,00 per jaar)
van particuliere jachthavens, zodat er een betere balans komt tussen gebruik van hanteren als in zone 1
openbaar water en voorzieningen in jachthavens tot een tarief van €40
* Internationaal schuift Amsterdam iets op in de vergelijking, maar hanteert zij nog steeds in 2025
een relatief laag tot gemiddeld tarief * _De huidige stappen
* Ligplaatsen van de gemeente voor commercieel gebruik zijn met deze verhoging meer in (€2,50 per jaar) blijven
balans met ligplaatsen voor particuliere gebruikers hanteren tot een
tarief van €30 in 2025
In de bijlage wordt het tarief van zone 1 nogmaals afgezet tegen de referentiegroepen uit de
benchmark.
| |
% Zonering Deloitte.
9 _Indescenario’s wordt voorgesteld om van twee zones naar één te gaan, of om zone l indien
mogelijk uit te breiden naar Amsterdam Oost.
TPE Sd EN | | De precario voor nachtligplaatsen wordt geheven over
e| , twee zones.
OB | NB * De eerste zone staat gelijk aan zone 1a (lichtblauw)
SA En op de kaart
© Ks RE * De tweede zone staat gelijk aan zone 1b en zone 2
5 4 bn | es |___In de scenario’s wordt voorgesteld om zone 1b onder
he s ND : 7 te brengen in zone 1, wegens de centrale ligging van
Je en Pe En Ne de ligplaatsen in dit gebied (Amsterdam Oost t/m de
ee 6 el oh EE ed 6, Mauritskade).
BONES), „e EN
® >
ass |__Zoneib | 1b
4 ® N
| |
ze Berekeningsmethode Deloitte.
9 De additionele inkomsten in de 3 scenario’s zijn berekend op basis van de ligplaatsen en
oppervlakte per zone, en de stijging in het tarief per zone.
Input Variabelen Uitkomsten
1. Ligplaatsen per zone
« Tarief zone 1 voor Jaarlijkse additionele inkomsten door
- 2021 t/m 2026 verhoging precario
* Tarief zone 1b voor * Scenario 1
: : 2021 t/m 202
2. Vierkante meter ligplaatsen 021t 026 . Scenario 2
1. Vierkante meter zone 1 6.952 .
2021 t/m 2026 scenario 3
| |
“ 9 n
X Scenario’ Deloitte.
Dri io’ t hillend Ì ij tariefsverhogi d
26 rie scenarios met versc enac zonering en wijze van tarieisver ogmg woraen
kwantitatief en kwalitatief vergeleken.
* Tarief blijft gelijk op €40,- in * Tarief voorzone 1 en 2 * Tarief wordt stapsgewijs * Tarief wordt stapsgewijs
zone 1 en €20,- in zone 2 wordt stapsgewijs verhoogt verhoogt tot €60,- (zone 1) en verhoogt tot €60,- (zone 1)
(CD) * Eris geen aanpassing in de tot €60,- in 2026 €40,- (zone 2) in 2026 en €30,- (zone 2) in 2026
zonering * Geen zonering vanaf 2026 * Ligplaatsen in Amsterdam * Zone 1 wordt aangepast
Toelichting Oost (t/m Mauritskade)
behoren tot zone 1 vanaf 2026
* Harmonisering met * Harmonisering van zone 1 * Harmonisering van zone 1
tarieven in jachthavens met tarieven jachthavens met tarieven jachthavens
(de) * Zonder zonering is de * Kleiner verschil in tarieven
heffing en inning van tussen zone 1 en zone 2
Belangrijkste precario makkelijker uit te
voordelen voeren door Belastingen
* Mogelijke weerstand bij de * Met zonering is de heffing en * Met zonering is de heffing
rederijen inning van precario en inning van precario
* Mogelijke discussie over de arbeidsintensiever voor arbeidsintensiever voor
… gelijkwaardigheid van Belastingen Belastingen
Belangrijkste ligplaatsen * Met zonering is de heffing en * Tot 2026 bestaan er drie
nadelen * Mogelijke hogere vraag inning van precario moeilijker zones
naar ligplaatsen in de uit te voeren door Belastingen _« Groot verschil in tarief
binnenstad * Tot 2026 bestaan er drie tussen zone 1 en zone 2
zones
| |
e -
% Scenario l Deloitte.
e ee . pp ee
9 In scenario l wordt stapsgewijs toegewerkt naar het tarief van €60,- en een zone, waarbij
zone 2 vanaf 2026 hetzelfde precariotarief kent als zone 1.
© Kwantitatieve details*
Tarief zone 1 40 45 50 55 60 60
Tarief zone 1b 20 27,5 35 42,5 50 60
Tarief zone 2 20 27,5 35 42,5 50 60
Grafiek: stijging van de baten voor de Gemeente Amsterdam 285
k 86 OO Bedragen in
62 ennen) k EUR
2021 2022 2023 2024 2025 2026 Totaal
Kwalitatieve details
) Voordelen Nadelen ©
* De precario voor de passagiersvaart wordt verder geharmoniseerd met de * Een hoger tarief voor precario kan weerstand veroorzaken bij de rederijen
tarieven in jachthavens * Mogelijke discussie over de gelijkwaardigheid van ligplaatsen
* De precario voor de passagiersvaart komt dichterbij de tarieven die andere * Mogelijke hogere vraag naar ligplaatsen in de binnenstad
internationale steden hanteren voor nachtligplaatsen voor de passagiersvaart
* Amsterdam krijgt, net als andere binnenlandse en internationale steden, één
tarief zonder zonering
* Zonder zonering is de heffing en inning van precario makkelijker uit te voeren
door Belastingen
*In de berekening is uitgegaan van een stabiel aantal ligplaatsen. Vanwege de prijsstijging
| | verwachten we een afname in de vraag die niet is meegenomen in de berekening omdat de
prijsverhoging in de afgelopen jaren niet tot significante verschillen heeft geleid.
e -
% Scenario 2 Deloitte.
9 In scenario 2 wordt stapsgewijs toegewerkt naar het tarief van €60,- in zone len €40,- in zone
2, waarbij de ligplaatsen in Amsterdam Oost (t/m Mauritskade) in 2026 tot zone 1 behoren.
© Kwantitatieve details*
Tarief zone 1 40 45 50 55 60 60
Tarief zone 1b 20 27,5 35 42,5 50 60
Tarief zone 2 20 25 30 35 40 40
Grafiek: stijging van de baten voor de Gemeente Amsterdam 225
_____ AE 770
164
109 Bedragen in
55 EIJR
2021 2022 2023 2024 2025 2026 Totaal
Kwalitatieve details
) Voordelen Nadelen ©
* De precario voor de passagiersvaart wordt in zone 1 verder geharmoniseerd * Een hoger tarief voor precario kan weerstand veroorzaken bij de rederijen,
met de tarieven in jachthavens maar rederijen kunnen hun lasten drukken door gebruik te maken van een
* De precario voor de passagiersvaart komt dichterbij de tarieven die andere ligplaats buiten de binnenstad
internationale steden hanteren voor nachtligplaatsen voor de passagiersvaart * Met zonering is de heffing en inning van precario moeilijker uit te voeren door
+ Het verschil in tarieven tussen zone 1 en zone 2 neemt naar verhouding af Belastingen
* De ligplaatsen in Amsterdam Oost (t/m de Mauritskade) behoren in 2026 tot * Mogelijke hogere vraag naar ligplaatsen in de binnenstad
zone 1 * Tot 2026 bestaan er drie zones
* Meerdere zones komt niet voor in de referentiegroep
*In de berekening is uitgegaan van een stabiel aantal ligplaatsen. Vanwege de prijsstijging
| | verwachten we een afname in de vraag die niet is meegenomen in de berekening omdat de
prijsverhoging in de afgelopen jaren niet tot significante verschillen heeft geleid.
D -
% Scenario3 Deloitte.
9 In scenario 3 wordt stapsgewijs toegewerkt naar het tarief van €60,- in zone len €30,- in zone
2, waarbij de ligplaatsen in Amsterdam Oost (t/m Mauritskade) in 2026 tot zone 1 behoren.
© Kwantitatieve details*
Tarief zone 1 40 45 50 55 60 60
Tarief zone 1b 20 27,5 35 42,5 50 60
Tarief zone 2 20 22,5 25 27,5 30 30
Grafiek: stijging van de baten voor de Gemeente Amsterdam 194
EK 665
141
O4 Bedragen in
Ak EUR
2021 2022 2023 2024 2025 2026 Totaal
Kwalitatieve details
) Voordelen Nadelen ©
* De precario voor de passagiersvaart wordt in zone 1 verder geharmoniseerd + Met zonering is de heffing en inning van precario moeilijker uit te voeren door
met de tarieven in jachthavens Belastingen
* De precario voor de passagiersvaart komt dichterbij de tarieven die andere * Groot verschil in tarief tussen zone 1 en zone 2
internationale steden hanteren voor nachtligplaatsen voor de passagiersvaart * Een hoger tarief voor precario kan weerstand veroorzaken bij de rederijen,
* De ligplaatsen in Amsterdam Oost (t/m de Mauritskade) behoren in 2026 tot echter dezelfde verhoging als voorgaande jaren wordt aangehouden
zone 1 * Tot 2026 bestaan er drie zones
* Meerdere zones komt niet voor in de referentiegroep
*In de berekening is uitgegaan van een stabiel aantal ligplaatsen. Vanwege de prijsstijging
| | verwachten we een afname in de vraag die niet is meegenomen in de berekening omdat de
prijsverhoging in de afgelopen jaren niet tot significante verschillen heeft geleid.
. pp =
ze Voorkeursscenario: één zone Deloitte.
9 Scenario lis het voorkeursscenario omdat één zone met één tarief consistent is met de
vergunningen en referentiegroep, en de operationele activiteiten vereenvoudigd.
Toelichting
* _ Omdat de exploitatievergunningen niet meer voor verschillende zones worden
verstrekt, is er geen directe aanleiding om meerdere zones te hanteren voor
Precario
* _ Bovendien zijn alle ligplaatsen in de basis gelijkwaardig, waardoor een zonering
met verschillende tarieven niet redelijk zou zijn
* Eén zone met één tarief vergemakkelijkt de inning van Precario voor
Belastingen
* _ Ook de gemeenten en internationale steden uit de referentiegroepen hanteren
geen verschillende zones met verschillende tarieven
| |
€ Deloitte.
DS
2x
7. Bijlage
LPE E
% Definities Deloitte.
9 Hetis van belang dat iedereen dezelfde definities hanteert bij het lezen van dit rapport.
Begrip Definitie
Precario nachtligplaats Heffing als vergoeding voor het gebruik van gemeente water voor vaartuigen.
Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, niet zijnde een zeeschip, binnenvaartschip of dienstvaartuig,
Beroepsvaartuig hoofdzakelijk gebruikt voor de uitoefening van een reëel bedrijf of beroep met dat vaartuig dan wel voor de uitoefening van
sociaal culturele activiteiten.
Passagiersvaartuig Een bedrijfsvaartuig, hoofdzakelijk gebruikt voor of bestemd tot: 1) vervoer van personen, of 2) om beschikbaar te worden
gesteld aan één of meer personen tbv varende recreatie.
Een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd, dan wel bestemd of geschikt is, voor het dragen of
Vaartuig vervoer te water van personen of voor het dragen of vervoer van al dan niet met het drijvend lichaam een geheel
uitmakende voorwerpen.
Stationerend vaartuig Een vaartuig dat duurzaam op een bepaalde locatie te water is afgemeerd.
aan de noordzijde: het IJ;
aan de oostzijde: Oosterdok, Nieuwe Herengracht, Amstel vanaf de Blauwbrug tot Amstelkanaal;
Gebied 1 aan de zuidzijde: het Amstelkanaal, Noorder Amstelkanaal, Stadiongracht;
aan de westzijde: Schinkel, Kostverlorenvaart, Kattensloot, Singelgracht vanaf Kattensloot en Elandsgracht, een en ander
zoals weergegeven in de kaart behorende bij de tabel.
Gebied 2 Grondgebied gemeente Amsterdam met uitzondering gebied 1
| |
e e e n
ze Jurisprudentie omtrent kostendekkendheid Deloitte.
9 Onafhankelijk van de kosten is het van belang dat de heffing van de belasting niet onredelijk
en willekeurig waren.
Hof ‘s-Gravenhage 12 juli 1996, nr. 95/0488, Belastingblad1997, p. 347.2014 HR7 november 2014, nr. 14/03076 (V-N 2014/61.1.10; ECLI:NL:HR:2014:3137
— HR Amsterdam (gemeente Amsterdam)
Aan belanghebbende is een aanslag precariorecht opgelegd van f 1892,10, ter Het Hof (Hof Amsterdam 24 april 2014, nr. 12/00457, Belastingblad 20141265,
zake van het innemen van een ligplaats (102 m2) met zijn woonschip. Het ECLI:NL:GHAMS:2014:1486) oordeelt dat de tarieven voor de precariobelasting
voorafgaande jaar betaalde belanghebbende f 804 en het jaar daarvoor f 553. nietin verhouding hoeven te staan tot de waarde van de grond waar het voorwerp
Belanghebbende stelt dat de tariefsverhoging onredelijk is, omdat de onder, op of boven staat. Het feit dat de gemeente Amsterdam de grond
gemeente ter zake tegenwoordig helemaal geen kosten meer maakt (het waarboven de woonboot van X zich bevindt in 2005 heeft gekocht voor een bedrag
uitbaggeren in de omgeving van de ligplaats dient belanghebbende zelf uit te van (slechts) € 1 per m2, beperkt de gemeente niet bij het bepalen van de hoogte
voeren) en omdat hij het liggeld niet meer kan opbrengen. Ook had van het tarief precariobelasting. Het hof acht het tarief van € 5,65 per jaar per m?
belanghebbende van te voren moeten worden ingelicht. De gemeente heeft voor woonboten niet onredelijk of willekeurig. De Hoge Raad verklaart het beroep
daarentegen gesteld dat de tariefsverhoging politiek is verdedigd door het in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in
liggeld te vergelijken met grondprijzen in de sociale huursector. Verder werd cassatie rechtvaardigen (artikel 80a van de RO).
kostendekkendheid van de precarioheffing nagestreefd. Het Hof overweegt
dat gelet op ( Bew.: het huidige) artikel 216 Gemeentewet de gemeenteraad
bevoegd was tot het wijzigen van een gemeentelijke belastingverordening.
Het stond de raad derhalve vrij het tarief van het liggeld woonschepen te
verhogen. Niet gebleken is dat strijd bestaat met de wet of met enige
ongeschreven rechtsregel, of dat sprake is van een tariefstelling welke heeft
geleid tot onredelijke en willekeurige belastingheffing. De gemeente is niet
verplicht de tariefsverhogingen van te voren mee te delen aan individuele
belastingplichtigen.
| |
e e e n
ze Jurisprudentie omtrent kostendekkendheid Deloitte.
9% Gemeente mag jachthavens niet benadelen in hun concurrentiepositie door te lage tarieven
te hanteren.
Rechtbank Rotterdam 14 december 2017, nr. 17/3215 (ECLI:NL:RBROT:2017:
9785) - Gemeente Hellevoetsluis
Eiser (gemeente Hellevoetsluis) exploiteert zogenoemde “ligplaatsen in boxen" De vaststelling van ACM dat eiser artikel 25i, eerste lid, van de Mw in
in de havens Groote Dok, Veerhaven en Kanaalhaven in Hellevoetsluis. In de kalenderjaar 2015 heeft overtreden bij de exploitatie van ligplaatsen in boxen in
havens in Hellevoetsluis worden ook ligplaatsen geëxploiteerd door havens van de gemeente Hellevoetsluis blijft in stand. Eiser heeft in dat jaar niet
commerciële partijen. Op 18 december 2014 heeft de gemeenteraad van de integrale kosten van deze dienst doorberekend. De kosten van de
Hellevoetsluis ingestemd met het raadsvoorstel om de exploitatie van haveninfrastructuur heeft ACM terecht (deels) meegerekend, omdat er sprake is
gemeentelijke havens, inclusief de verhuur van water aan museumschepenen _ van enig verband tussen de kosten van de infrastructuur en de exploitatie van de
de verhuur van passantenplaatsen, aan te wijzen als economische activiteit die ligplaatsen in boxen. Bij de berekening van de vermogenskosten van het
plaatsvindt in het algemeen belang. De exploitatie van ligplaatsen in boxen is __ jachthavenwater heeft ACM kunnen uitgaan van het ingebrachte taxatierapport
niet als zodanig aangemerkt. en het daaruit volgende vermogenskostenpercentage.
Op 1 juli 2014 heeft ACM in het kader van de Wet markt en overheid een signaal
van commerciële partijen ontvangen over de exploitatie van een jachthaven in
Hellevoetsluis door eiser. In het signaal is aangegeven dat eiser te lage tarieven
hanteert voor de ligplaatsen die hij exploiteert. Er zou sprake zijn van een
ongelijk speelveld, waarbij concurrerende jachthavens worden benadeeld in hun
concurrentiepositie. Bij besluit van 6 juli 2016 (het primaire besluit) heeft ACM
medegedeeld dat eiser sinds 2 juli 2014 artikel 25i van de Mededingingswet (Mw)
heeft overtreden bij de exploitatie van ligplaatsen in boxen, doordat niet de
integrale kosten van deze dienst worden doorberekend.
| |
e Ko) e Ko) Ko) m
% Benchmark advies precario tarief - Kleine vaartuigen Deloitte.
® ® ® ® ® ®
9% Hetadviestarief voor Amsterdam is gemiddeld tot hoog in verhouding tot de
® ® ® ee ® ee Ad ® ®
referentiegroepen, dit is redelijk aangezien het commerciële prijsniveau ook hoger ligt.
Om tot een advies tarief te komen voor de precario wordt het advies tarief nogmaals afgezet tegen de referentiegroepen. In onderstaande
afbeelding is dit inzichtelijk gemaakt afgezet voor de kleine vaartuigen (22,9 m2). Let wel, hier worden verschillende schalen gehanteerd.
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ne (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
mA 8 £€5,6€62 €74 €175 €21,3€221€25,7 £€26,3 €30,5 €32,6 £35 €35,4 £52,4 €60
ER -
= 8 Breda Haarlem Leeuwarden Utrecht Groningen Delft
Den Haag Alkmaar Amersfoort Leiden
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5x (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
2 E €17,5 €26,3 €35 £60 €75,7 €150,6 £€274,7
)
85
mie Laagste tarief Gemiddelde Hoogste
tarief
w Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
E (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
E E €17,5 €26,3 €31 €35 €60 €88,1 €159,9 €172,8 €242,2
ze Brugge Göteborg Stockholm Birmingham
5 Bergen
Amsterdam Amsterdam Amsterdam BHG Amsterdam
x (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) (fossiel) advies
El E £€16,7 £€17,5 £€26,3 €35 €55,7 €60
53
E) BHG
(elektrisch) ® Advies tarief per m2 in gemeente Amsterdam <> Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
® Huidig tarief per m2 in gemeente Amsterdam _® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met fossiele aandrijving
| | % Tarief per m2 in overige gemeenten/steden __® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met elektrische aandrijving
e e e e e n
% Benchmark advies precario tarief - Middelgrote vaartuigen Deloitte.
© ® © ® © ©
9% Hetadviestarief voor Amsterdam is gemiddeld tot hoog in verhouding tot de
© © © @ ® ee . ® ©
referentiegroepen, dit is redelijk aangezien het commerciële prijsniveau ook hoger ligt.
Om tot een advies tarief te komen voor de precario wordt het advies tarief nogmaals afgezet tegen de referentiegroepen. In onderstaande
afbeelding is dit inzichtelijk gemaakt afgezet voor de middelgrote vaartuigen (43,5 m2). Let wel, hier worden verschillende schalen gehanteerd.
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
a &7 (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
ek £€5,6 £€6,2 £16,6 €17 €£17,2£17,5 €£18,6 £22,1 £26,3 £€26,9 €35 €52,4 €60
cl Alkmaar
a Breda Haarlem Leiden Amersfoort Utrecht Delft
Den Haag Leeuwarden Groningen
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
rk (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
B E €17,5 €26,3 €35 €60 €61,7 €114,9 €192,9
[%
Laagste tarief Gemiddelde Hoogste tarief
w Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
ra (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
5 ed £16,3 €17,5 €26,3 €35 €46,4 €60 €91,0 £€135,1 £141,9
EN O9
ai
Ei E, Brugge Göteborg Bergen Birmingham
E Stockholm
x Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) (fossiel) advies
UR = €15,9 €17,5 €26,3 €35 €52,9 €60
ek
[ES
c EK,
kJ
ce BHG - - - . En
(elektrisch) $ Advies tarief per m2 in gemeente Amsterdam ® Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
® Huidig tarief per m2 in gemeente Amsterdam _® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met fossiele aandrijving
| | % Tarief per m2 in overige gemeenten/steden __® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met elektrische aandrijving
e e e e n
% Benchmark advies precario tarief - Grote vaartuigen Deloitte.
© ® © ® © ©
9% Hetadviestarief voor Amsterdam is gemiddeld tot hoog in verhouding tot de
© © © @ ® ee . ® ©
referentiegroepen, dit is redelijk aangezien het commerciële prijsniveau ook hoger ligt.
Om tot een advies tarief te komen voor de precario wordt het advies tarief nogmaals afgezet tegen de referentiegroepen. In onderstaande
afbeelding is dit inzichtelijk gemaakt afgezet voor de grote vaartuigen (79,1 m2). Let wel, hier worden verschillende schalen gehanteerd.
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
vx (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
AN €5 €5,6 £10,2612,3614,3€14,9 €17,5 €22,1 €26,3 €29,7 €35 £52,4 €60
e=
5
kj ES Breda Groningen Haarlem Amersfoort Utrecht Delft
Den Haag Leeuwarden Leiden
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
5 x (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
EE E €17,5 €26,3 €35 €60 €61,2 €82,7 €121,3
[%
Laagste tarief Gemiddelde Hoogste tarief
w Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
rn (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) advies
5 bl €9,0 €17,5 £€25,5626,3 €35 £50,0 £60 €825 €104,9
Pd E % O9 DD
ai
Ei E, Brugge Göteborg Bergen Birmingham Stockholm
Amsterdam Amsterdam Amsterdam BHG Amsterdam
Xx (zone 2) (gemiddeld) (zone 1) (fossiel) advies
U) E €15,5 €17,5 €26,3 €35 €51,8 €60
ek 0 $ $ $ s ê
[ES
5
kJ
e BHG - - - . En
(elektrisch) $ Advies tarief per m2 in gemeente Amsterdam ® Tarief per m2 in jachthavens Amsterdam
® Huidig tarief per m2 in gemeente Amsterdam _® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met fossiele aandrijving
| | % Tarief per m2 in overige gemeenten/steden __® Tarief per m2 voor BHG pleziervaart met elektrische aandrijving
| Onderzoeksrapport | 81 | train |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2013
Afdeling 1
Nummer 319
Publicatiedatum 5 juni 2013
Ingekomen op 29 mei 2013
Ingekomen onder N
Te behandelen op 3/4 juli 2013
Onderwerp
Motie van het raadslid de heer Ivens inzake de Kadernota 2014 (vuist tegen
kinderarmoede).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Kadernota 2014 (Gemeenteblad 2013, afd. 1, nr. 300);
Overwegende dat:
— _in Amsterdam ruim 35.000 jongeren wonen die in armoede opgroeien;
— in 2008 een gezin op bijstandsniveau zo’n 120 euro per maand over voor sociale
participatie zoals sport, familiebezoek en uitstapjes en dit, volgens het Nibud, nu
nog maar 5 euro is;
— _een impuls van 10 miljoen euro er toe kan leiden dat er voor elk arm kind
ongeveer 250 euro extra beschikbaar komt om te zorgen voor verlichting;
Tevens overwegende dat:
— vorig jaar de scholierenvergoeding, een bedrag voor schoolgaande kinderen van
ouders met een laag inkomen, verlaagd is met € 50 voor het middelbaar
onderwijs, terwijl deze gezinnen dit geld heel erg goed kunnen gebruiken voor
schoolspullen;
— __ minima nu leenbijstand (een lening) krijgen als witgoed, zoals een wasmachine of
een koelkast, stuk gaat en vervangen moet worden maar een gezin niet zonder
dergelijke apparaten kan en het geld dat daar aan moet worden besteed niet
meer kan gebruiken voor bijvoorbeeld fatsoenlijk passende kleding of een
gezonde maaltijd;
— rustig huiswerk maken voor kinderen in arme gezinnen vaak lastig is en ze nog
altijd niet allemaal gratis huiswerkbegeleiding kunnen krijgen;
— _ voor veel ‘stadspasactiviteiten’ een eigen bijdrage nodig is waardoor de financiële
drempel voor arme gezinnen te hoog is;
— langdurige armoede schrijnender en grotere consequenties heeft voor (kinderen
in) gezinnen en de langdurigheidstoeslag dus een belangrijke voorziening is;
Voorts overwegende dat:
— ernog 81 miljoen euro in het Amsterdams Investeringsfonds (AIF) zit;
— er nog 18 miljoen euro in de reserve Aankopen Van Traa-team zit,
1
Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 319 Moti
Datum _ 5 juni 2013 otie
Besluit:
— prioriteit te geven aan het aanpakken van de armoede onder kinderen;
— _ hiervoor 10 miljoen euro beschikbaar te stellen uit minder urgente reserves zoals
het Amsterdams Investeringsfonds of de reserve Aankopen Van Traa-team;
— het college van burgemeester en wethouders op te dragen vóór de begroting
voor 2014 te komen met een uitgewerkt plan om het leed van kinderen in
armoede te verzachten en gezinnen te ondersteunen.
Het lid van de gemeenteraad,
LGF. vens
2
| Motie | 2 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 1658
Publicatiedatum 29 december 2017
Ingekomen onder AE
Ingekomen op donderdag 21 december 2017
Behandeld op woensdag 20 december 2017
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van de leden Torn, Dijk, De Bruijn, Poot, Ruigrok en Bouchibti inzake het niet
invoeren van betaald parkeren op zondag in Oud-West en Westerpark .
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het wijzigen van de Parkeerverordening 2013
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1595).
Constaterende dat:
Het college voornemens is om in Oud-West en Westerpark betaald parkeren in te
voeren op zondag, omdat de vraag naar parkeerplekken groter is dan het aanbod.
Overwegende dat:
Het stadsdeel de afgelopen jaren veelvuldig parkeerplekken heeft opgeheven in Oud-
West en Westerpark, waardoor de schaarste van het aantal parkeerplekken
kunstmatig veroorzaakt is.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Het betaald parkeren op zondag in Oud-West en het Westerpark niet in te voeren.
De leden van de gemeenteraad
R.K. Torn
T.W. Dijk
S.J.W. De Bruijn
M.C.G. Poot
M.H. Ruigrok
S Bouchibti
1
| Motie | 1 | discard |
Bezoekadres
> Gemeente Bezoeka
Amste rdam 1011 PN Amsterdam
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Telefoon 14 020
> < amsterdam.nl
Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam
Aan de leden van de gemeenteraad
Datum 20 april 2020
Ons kenmerk
Uw kenmerk
Behandeld door K. Boutachekourt
Kopie aan
Bijlage Motie “Conference on Tolerance” (TA 2018-000506)
Onderwerp Bestuurlijke reactie op de motie “Conference on Tolerance” (TA2018-000506)
Geachte leden van de gemeenteraad,
Met deze brief reageert het college van Burgemeester en Wethouders op de motie getiteld:
“Conference on Tolerance” (TA2018-000506). In de door uw raad aangenomen motie verzoekt u
het college om:
Zich inte zetten om een conference on tolerance te organiseren waarbij andere Nederlandse
steden samen met internationale steden in gezamenlijkheid een strijdplan ontwikkelen om
intolerantie de wereld uit te helpen.
Het college omarmt de motie van harte. In overleg met initiatiefnemer en oud-raadslid Tjakko
Dijk is besloten om de conferentie een Nederlandse titel mee te geven. Als werktitel kiezen
wij voor Verbonden Stad. Het begrip Verbonden Stad gaat verder dan een situatie waarin
burgers elkaar enkel tolereren. Het staat voor een inclusieve stad waar iedereen in vrijheid
zichzelf kan zijn. Tijdens de internationale conferentie zullen inclusiviteit, antidiscriminatie en
verbondenheid centrale thema’s zijn.
Om de impact te optimaliseren en zo doelmatig mogelijk om te gaan met de inzet van
mensen en middelen, wordt de conferentie niet stand alone georganiseerd, maar ingezet als
instrument ter realisering van de beleidsprioriteiten die door het college zijn gesteld.
Zo zal bij de opzet van de conferentie rekening gehouden worden met de doelen,
uitgangspunten en actielijnen uit de beleidsbrief Diversiteit en Inclusiviteit (dd. 18 december
2019) op het gebied van anti-discriminatie, emancipatie en burgerschap.
Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl.
Gemeente Amsterdam Datum 20 april 2020
Kenmerk
Pagina 2 van 4
Bedoeling is om in 2021 een internationale conferentie te organiseren. Om te komen tot een
brede, internationale conferentie in 2021 zal in 2020 informatie worden vergaard via de
buurtdialogen en stadsgesprekken die al enige tijd op verschillende locaties in de stad in
uitvoering zijn. Hierbij betrekken wij de stad (stadsdelen en Amsterdammers).
De output van deze buurtdialogen en stadsgesprekken vormen de basis voor een:
1. stedelijke conferentie in november 2020. De resultaten van de stedelijke conferentie
zijn bouwstenen voor een:
2. internationale conferentie in 2021. Hiervoor nodigen we actief internationale
partners vit die met eigen initiatieven bezig zijn om tolerantie te versterken en
vitsluiting/racisme tegen te gaan. Ook betrekken we wetenschappers om te bezien
welke aanpakken effectief zijn en welke niet.
Doel
Doel van de stedelijke conferentie en internationale conferentie, is een herbezinning op wat
het karakter van vrijzinnigheid en tolerantie in Amsterdam na bijna 750 jaar inhoudt en wat de
stad in deze tijd nodig heeft om dit waar te maken. Vragen zijn:
-__Hoe meer verbinding en inclusie in de stad te bevorderen
-_Tot in welke mate we normstellend willen zijn
- Hoe tweedeling en segregatie tegen te gaan en
-_Hoe het sociale weefsel in de stad te versterken.
Verankering en borging
De stedelijke en internationale conferentie dienen de doelen vit de beleidsbrief Diversiteit en
Inclusie te versterken. De doelen in de beleidsbrief zijn vertaald naar meerdere programma's:
Verbonden Stad, Anti-discriminatie, Emancipatie en Gedeelde Geschiedenis. De inzichten uit
deze programma’s vormen bouwstenen voor de stedelijke en internationale conferentie
Tolerance + in 2021. Overige activiteiten die goed bij de doelen van de conferenties aansluiten
zijn:
-___Buurtdialogen: via stadsdelen ontvangen maatschappelijke organisaties van de
afdeling Diversiteit sinds 2019 middelen om dialogen in buurten over schurende
thema’s aan te gaan.
- Ambassadeurs van Amsterdam: jongeren worden door de gemeente gefaciliteerd om
actief te participeren tijdens de buurtdialogen en in organisaties en daarmee hun stem
te laten horen over hetgeen zij belangrijk vinden. Een grote groep jongeren zal ook
een leiderschapstraining krijgen, waarin persoonlijk leiderschap een plek krijgt.
-__ Amsterdam Migratiestad
-__ Organisatie van activiteiten in het kader van 75 jaar bevrijding
-__ Activiteiten in het kader van 750 jaar Amsterdam
-__ Organisatie van activiteiten op 21 maart: dag tegen racisme en discriminatie
-_ Organiseren van activiteiten in het kader van ‘Verjaardag van de stad’.
-_ Programma Positieve Sportcultuur: doel is sportcultuur in de stad te versterken en
klaar te maken voor het bereiken van kwetsbare groepen. Kernbegrippen zijn ‘sociaal
veilig’, inclusief en pedagogisch.
-_Programma Gescheiden Werelden, Gedeelde Dromen (de Balie/ Argan)
Gemeente Amsterdam Datum 20 april 2020
Kenmerk
Pagina 3 van 4
De bijeenkomsten dienen bij te dragen aan:
- Verspreiding en beschikbaar maken van (wetenschappelijke en praktijk-) kennis en
informatie over beleids- en burgerinterventies die bijdragen aan een open,
verbonden, vrije, rechtvaardige en tolerantere stad (best practices lokaal, nationaal en
internationaal).
- Versterken van netwerken lokaal, nationaal en internationaal
Organisatie
-_ Uitgangspunt is dat we dit traject zoveel mogelijk vormgeven in samenwerking met
de stad, stadsdelen, buurten en (actieve) bewoners en organisaties.
- Erwordt een werkgroep ingericht die is samengesteld vit medewerkers van meerdere
stedelijke afdelingen en stadsdelen, aangevuld met maatschappelijke organisaties.
-__ Voor de organisatie van het traject wordt een bureau ingeschakeld, met expertise en
ideeën over:
o het organiseren van een stedelijke en internationale conferentie met
innovatieve werkvormen voor een divers publiek,
o hetcreëren van beweging en het laten ontstaan van vonken, ontmoeting en
ideeën tussen mensen stadsbreed
-_ Als ambtelijk opdrachtgever wordt binnen de afdeling Diversiteit (vanuit de
programmalijn Verbonden Stad) een projectleider benoemd, die met het kabinet van
de burgemeester afstemt over opzet en uitvoering.
Financiën
In de Uitvoeringsagenda van het coalitieakkoord zijn de kosten geraamd op:
Stedelijke conferentie 2020 €50.000,- (begroting Diversiteit,
Verbonden Stad)
Internationale conferentie 2021 max. €200.000,- (begroting Diversiteit,
Verbonden Stad)
Het budget voor de internationale conferentie is een indicatief budget, waar in ieder geval
niet overheen gekomen mag worden.
Gemeente Amsterdam Datum 20 april 2020
Kenmerk
Pagina 4 van 4
Planning
-__ november 2020: Stedelijke conferentie
-__ november 2021: Internationale conferentie Verbonden Stad.
Door de situatie rond het corona virus is nog niet duidelijk of deze planning viteindelijk
haalbaar zal blijken.
Wetende dat het echte werk nog moet beginnen beschouwt het college de motie als
afgehandeld.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,
ET
\ 7 / Oe ET zo
EL RK TT e
Rutger Groot Wassink
Wethouder Diversiteit
| Motie | 4 | discard |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2014
Afdeling 1
Nummer 812
Publicatiedatum 15 oktober 2014
Ingekomen op 9 oktober 2014
Ingekomen in raadscommissie ZS
Te behandelen op 5/6 november 2014
Onderwerp
Motie van de raadsleden de heer Blom en de heer Kayar inzake de begroting voor
2015 (duurzame sport).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de begroting voor 2015;
Overwegende dat:
— de gemeente Amsterdam de doelstelling heeft de CO2 uitstoot in de stad in 2025
te hebben teruggedrongen naar 2050 kTon per jaar en in 2040 tot 855 kTon;
— om deze doelstelling te halen ook in Amsterdam alle zeilen moeten worden
bijgezet;
— dat alle Amsterdammers daar een bijdrage aan kunnen leveren, en dat voor
instellingen en het bedrijfsleven met name een belangrijke taak is weggelegd;
— deze doelstelling alleen behaald kan worden als het college er gezamenlijk de
schouders onder zet, en een luid en duidelijk signaal afgeeft dat het werk maakt
van duurzaamheid op alle terreinen;
— dat dat vereist dat duurzaamheid integraal en in elke portefeuille wordt opgepakt,
en niet uitsluitend belegd wordt bij de wethouder Duurzaamheid;
— dat dat dus ook geld voor de portefeuille ‘Sport’;
— de raad in 2013 raadsbreed het initiatiefvoorstel ‘Duurzame Sportparken heeft
aangenomen en dat het dictum van dat voorstel het volgende was;
— een Green Deal voor de Verduurzaming van Sportclubs aan te gaan tussen
gemeente en sportclubs, met als te behalen resultaat een halvering van het
energieverbruik van sportclubs van 50 procent in 2018 ten opzichte van 2012;
— alle relevante informatie (zoals contacten, te treffen maatregelen,
financieringsmogelijkheden, goede voorbeelden, en Energie Service
Compagnieën (ESCO's)) via een website toegankelijk te (laten) maken;
— in overleg met energiebedrijven, ESCO's of anderen een energiescan aan alle
sportclubs in Amsterdam aan te bieden;
— de energieprestaties van sportclubs te publiceren en een jaarlijkse prijs uit te
loven voor de meest duurzame club & de club die de grootste daling in
energievebruik laat zien;
— het college van b&w te verzoeken een aanpak te ontwikkelen waarbij sportclubs,
hun leden & vrijwilligers, lokale ondernemers, en andere organisaties en bedrijven
op de beste manier samen de energiebesparingsdoelen op een sportclub kunnen
bereiken;
1
Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 812 Moti
Datum 15 oktober 2014 olie
— het college van b&w te verzoeken om de gemeenteraad een voorstel te doen op
welke wijze binnen de huidige PMI-middelen, het AIF of huidige subsidiëring voor
sportclubs, energiebesparende maatregelen voor sportclubs kunnen worden
voorgefinancierd;
Constaterende dat:
— het college een sportaccommodatiefonds van 20M&€ opricht,
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
het sportaccomodattiefonds zo vorm te geven dat het gebruikt kan worden voor de
energiebesparingsdoelen van sportclubs.
De leden van de gemeenteraad,
S.R.H. Blom
O. Kayar
2
| Motie | 2 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 1396
Publicatiedatum 15 november 2017
Ingekomen onder AN
Ingekomen op woensdag 8 november 2017
Behandeld op woensdag 8 november 2017
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van het lid Boomsma inzake gereguleerde wietteelt (extra maatregelen om
drempel om cannabis te gebruiken te verhogen).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de actualiteit van de leden Van Dantzig, Moorman, Peters,
Ruigrok en Groot Wassink inzake gereguleerde wietteelt (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 1361).
Overwegende dat:
het regeerakkoord het voornemen bevat om op korte termijn te komen met “wet- en
regelgeving ten behoeve van uniforme experimenten met het gedoogd telen van
wiet";
- cannabisgebruik zeer schadelijke gevolgen kan hebben voor de mentale en
lichamelijke gezondheid, vooral bij gebruik al op jonge leeftijd;
- het gereguleerd, door de overheid telen van wiet het signaal kan geven dat
cannabisgebruik minder problematisch is, en de drempel om het te gebruiken en/of
ermee te beginnen kan verlagen;
die drempel in Amsterdam toch al lager is, door het grote aantal coffeeshops;
- het drugsgebruik in Amsterdam hoger is dan gemiddeld in Nederland; Amsterdamse
jongeren nog altijd aangeven op grote schaal via coffeeshops aan wiet te komen,
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Mocht het besluit worden genomen om Amsterdam aan te wijzen als één van de zes
á tien (middel)grote gemeenten waar een experiment wordt uitgevoerd met
gereguleerde wietteelt, dan tegelijkertijd met voorstellen te komen om te voorkomen
dat daar een drempelverlagend signaal van uitgaat, o.a. door in te zetten op extra
preventie en voorlichting over de gevaren en effecten vanuit de positie dat
cannabisgebruik door jongeren voor de gemeente onacceptabel is.
Het lid van de gemeenteraad
D.T. Boomsma
1
| Motie | 1 | discard |
% Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
x Gemeenteblad
x Schriftelijke vragen
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 1159
Datum indiening 14 augustus 2020
Datum akkoord 6 oktober 2020
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Poot inzake de waarschuwing dat foute
investeerders wankele bedrijven dreigen over te nemen.
Aan de gemeenteraad
Inleiding door vragensteller
De Koninklijke Horeca waarschuwde op 14 augustus 2020 over de signalen die de
organisatie ontvangt dat verdachte investeerders met zwarte betalingen zaken
proberen over te nemen die als gevolgd van de coronacrisis op omvallen staan. De
branchevereniging merkt op dat bedrijven voor opvallend lage prijzen te koop staan,
hetgeen erop kan duiden dat er ook onderhands geld wordt geboden door
investeerders uit het criminele circuit.
De Amsterdamse VVD-fractie heeft op 7 juli 2020 in het actieplan ‘Samen
veerkrachtig door de crisis’ al gewaarschuwd voor de komst van foute investeerders
en witwasserij.® Op 28 juli 2020 heeft de VVD-fractie in het initiatiefvoorstel ‘Tien
maatregelen om de balans op de Wallen te herstellen’ een aantal voorstellen gedaan
om deze vorm van ondermijning te voorkomen en te bestrijden. ®
Wat de VVD-fractie betreft moet de gemeente extra alert zijn op overname- en
vergunningsaanvragen en moet daarom de capaciteit van het gemeentelijke bibob-
bureau worden uitgebreid. Ook wil de VVD-fractie dat de gemeente ondernemers die
mogelijk kwetsbaar zijn voor criminele overnames proactief benadert en hen
informeert welke stappen zij kunnen zetten als zij in deze situatie terecht komen.
De VVD-fractie verneemt graag hoe het college reageert op bovenstaande
waarschuwing en of de gemeente dergelijke signalen ook ontvangt. Ook wil de VVD-
fractie weten welke maatregelen het college voor ogen heeft om deze ondermijning
tegen te gaan.
1 https://www.parool.nl/amsterdamvhorecabond-waarschuwt-foute-investeerders-nemen-w ankelende-bedrijven-
over-b77e5c79/
? https://storage.googleapis convcaramel-binder-
207612 appspot.convuploaded/w ww.vvdamsterdam.nl/files/Sf04b944c6da0/actieplan-vvd-amsterdam- samen-
veerkrachtig-door-de-orisis-juli 2020 pdf
3
https ://amsterdam.raadsinf ormatie.nl/document/9025342/1/Initiatiefv oorstel%20d.d. %2028%20juli% 202020% 20v
an%20het%20lid%20Poot%20(VV D)%20getiteld%20%E2%80%98Tien %20maatregelen%20om%20de%20bala
ns%20op%20de%20Wallen%20te%2Oherstellen%E2%80%99
1
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Neng Lis Gemeenteblad
Datum 6 oktober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 14 augustus 2020
Gezien het vorenstaande heeft het lid Poot, namens de fractie van de VVD, op grond
van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende
schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld:
1. Heeft het college kennisgenomen van bovengenoemde waarschuwing van de
Koninklijke Horeca? Zo ja, hoe reageert het op deze waarschuwing?
Antwoord: Ja, Koninklijke Horeca Nederland afdeling Amsterdam heeft het college
geïnformeerd over de berichtgeving. Het college vindt het een onwenselijke
ontwikkeling dat bedrijven in handen komen van “foute helpers”. Dit gevaar is al snel
onderkend, zoals wij in de brief Corona en ondermijning van april 2020 aan u hebben
gemeld, inclusief een aantal acties.
2. Heeft het college met de Koninklijke Horeca gesproken over deze vorm van
ondermijning? Zo ja, wat is hieruit voortgekomen? Zo nee, wil het college dit
doen?
Antwoord: Ja, in eerdere gesprekken met de Koninklijke Horeca Nederland is deze
vorm van ondermijning besproken. Eris daarbij onder andere gesproken hoe
ondernemers melding kunnen doen over deze vorm van ondermijning, waarbij ook
aandacht is gevraagd voor de anonimiteit en veiligheid van de melder.
3. Heeft het college soortgelijke signalen over criminele overnames ontvangen?
Zo ja, wat voor signalen precies, sinds wanneer en in welke mate ?
Antwoord: De gemeente heeft inderdaad signalen ontvangen dat er momenteel
overnames op handen zijn en dat er een relatie zou zijn met de coronacrisis en dat
ondernemers benaderd zouden worden door mogelijke private financiers.
De resultaten van een social media campagne onder ondernemers lijken dit te
bevestigen. Zie voor nadere informatie over de campagne het antwoord op vraag 8.
In de monitor Corona en Ondermijning maart-juli 2020 die namens de burgemeester
op 14 september aan uw Raad is gezonden treft u meer informatie aan over de
signalen die zijn ontvangen in relatie tot bedrijfsovernames in coronatijd en de eerste
voorzichtige analyses en bevindingen.
4. Kan het college schetsen hoe het ge meentelijke beleid om deze vorm van
ondermijning tegen te gaan er momenteel uitziet?
Antwoord: Het programma De Weerbare Stad is onder meer ingericht om het
investeren van fout geld in vastgoed en ondernemingen tegen te gaan. Het
gemeentelijk beleid tegen ondermijning kent drie doelen: zicht krijgen, mentaliteit
veranderen en grenzen stellen.
Om zicht te krijgen op foute overnames is monitoring nodig. In het centrumen de 19°
eeuwse ring rond het centrumis een start gemaakt om pand voor pand eigendom en
exploitatie/gebruik in kaartte brengen. Gecombineerd met de gegevens in onze eigen
gemeentelijke systemen krijgen we zicht op wat er speelt. We ontwikkelen een
methodiek om deze straten weerbaarder te maken tegen ondermijning en
ondermijningsvrijte houden. Dat doen we onder meer door
voorlichtingsbijeenkomsten over de risico’s van ondermijning te organiseren. Onze
aanpak is er ook op gericht om bewustwording tot stand te brengen en waar nodig
een mentaliteitsverandering, opdat ondernemers medeverantwoordelijkheid nemen
2
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Neng Lis Gemeenteblad
Datum 6 oktober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 14 augustus 2020
voor de toekomst van hun straat, en helpen voorkomen dat die afglijdt. De overheid
kan dit niet alleen.
Wanneer we als gemeente in de straatgerichte aanpak concrete ongewenste
overnames van foute helpers detecteren passen we daar waar mogelijk in eerste
instantie bestuurlijke instrumenten toe. Screening kan op het betreffende pand of
onderneming worden toegepast wanneer de gemeente betrokken is als
vergunningverlener, of als de eigenaar/ondernemer met de gemeente een
overeenkomst of transactie wil aangaan of een subsidie aanvraagt. Op dat moment
vindt onderzoek plaats naar financiers, het zakelijk samenwerkingsverband, de
ondernemingsstructuur van het pand of het bedrijf en kunnen leidinggevenden in de
onderneming worden getoetst op levensgedrag en de bedrijfsvoering.
Complexe casuïstiek waarbij gemeentelijke informatie en het bestuurlijk
instrumentarium (alleen) onvoldoende soelaas biedt, brengen we als gemeente in bij
het RIEC, waarna gezamenlijk wordt besloten of een integrale aanpak mogelijk is. We
richten ons namelijk ook binnen het RIEC AA samenwerkingsverband op complexe
casuïstiek rond misbruik van ondernemingen en vastgoed. Er zijn binnen RIEC-
verband al enkele gebieden of straten als prioriteit aangewezen omdat er meerdere
ernstige signalen zijn van ondermijning. Deze gebieden worden - veelal pand voor
pand - doorgelicht door alle RIEC-partners waarna een gezamenlijke aanpak volgt.
Verder worden de mutaties in het Handelsregister en het Kadaster gevolgd, zodat ook
via die lijn mogelijk verdachte situaties kunnen worden gedetecteerd.
5. Vindt het college dat aanvullende maatregelen nodig zijn? Graag een
toelichting.
Antwoord: Naast het zo adaptief en scherp mogelijk toepassen van ons bestaande
bestuurlijk instrumentarium onderzoeken we ook of er uitbreiding van bestuurlijk
instrumentarium nodig is om ongewenste overnames tegen te gaan, zoals het
uitbreiden van de vergunningplicht en het onderzoek naar het Franse model zoals
genoemd in het rapport De achterkant van Amsterdam van Tops en Tromp.
Overigens ligt het interveniëren bij dubieuze overnames in veel gevallen buiten de
mogelijkheden van de gemeente. In samenwerking met de RIEC-partners ligt de
slagkracht hoger. Vastgoedfraude en witwassen, vooral in relatie tot
drugscriminaliteit, is binnen het RIEC een prioriteit. En ook private partijen, zoals het
notariaat en banken hebben hier een duidelijke taak als poortwachter tegen
witwassen. De burgemeester heeft namens de G4 gemeenten in een
consultatiereactie op het voorstel tot wijziging van de Wwft in januari 2020 aan de
verantwoordelijk ministers van Justitie en Veiligheid en van Financiën laten weten, dat
gemeenten beter zouden moeten worden toegerust op de ‘poortwachtersfunctie’ die
zij eveneens hebben in het voorkomen van investeringen met fout geld in de stad. Dat
banken belangrijke aanvullende informatie hebben die noodzakelijk kan zijn voor een
scherpe toetsing door een gemeente. Het omgekeerde geldt ook: in bepaalde
gevallen sluiten gemeenten panden of trekken vergunningen in van personen en
bedrijven die zich bijvoorbeeld hebben bezig gehouden met ondergronds bankieren.
In die gevallen kan een bank onze informatie gebruiken bij een besluit om niet verder
met deze cliënt in zee te gaan. Voorts dat de G4 in dat verband graag betrokken zou
worden bij het overleg met de bankensector dat door de bewindspersonen wordt
georganiseerd over de poortwachtersrol. De bewindspersonen hebben hier richting
de G4 nog niet op gereageerd.
3
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Neng Lis Gemeenteblad
Datum 6 oktober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 14 augustus 2020
6: Hoe oordeelt het college over de ambtelijke capaciteit op dit dossier? Is het
ge meentelijke Bibob-bureau naar de mening van het college voldoende bemand
om het hogere aantal overnames voldoende te controleren?
Antwoord: De Bibob-toets is een belangrijk bestuurlijk instrument om overnames van
vergunningplichtige bedrijven te toetsen. Bij overnames van horecaondernemingen is
een nieuwe exploitatievergunning en eventueel drank- en horecavergunning nodig en
bij elke nieuwe vergunningaanvraag vindt — conform al bestaand beleid - een Bibob-
toets plaats in de stadsdelen. Indien er uit de Bibob-toets indicaties blijken van
mogelijk Bibob-gevaar kan worden opgeschaald naar de directie OOV (waar het
‘gemeentelijke Bibob-bureau’ zich bevindt) om bijvoorbeeld extra
onderzoekshandelingen te verrichten. Graag verwijzen we u naar onze bestuurlijke
reactie op het initiatiefvoorstel van Poot cs getiteld ‘Tien maatregelen om de balans
op de Wallen te herstellen’. Daarin geeft het college aan te onderschrijven dat verder
moet worden geïnvesteerd in (de uitvoering van) het Bibob-instrument in de stad. Om
deze reden wordt sinds maart 2020 intensief gewerkt aan zowel verbeterplannen ten
aanzien van het Bibob-proces als aan een vernieuwing van het Bibob-beleid. Naar
verwachting zullen zowel dit nieuwe proces als beleid in het voorjaar van 2021
worden geïmplementeerd.
7. Wat gebeurt er momenteel als ondernemers bij de politie of gemeente
aangeven dat zij worden benaderd door verdachte investeerders? Welke
stappen wordener dan ondernomen? Wat gebeurter met hun melding?
Antwoord: Als een ondernemer bij de politie aangeeft dat hij/zij is benaderd door een
‘verdachte investeerder’ dan registreert de politie de relevante gegevens en zal zo
mogelijk nader onderzoek doen, soms in samenwerking met de gemeente
(stadsdeel). De politie maakt - indien de gegevens daartoe aanleiding geven -
vervolgens melding bij het RIEC ten behoeve van een integrale aanpak. Als de
gemeente hierover wordt benaderd, wordt bekeken of de gemeente bestuurlijke
interventiemogelijkheden (lees: de Bibobtoets bij vergunningplichtige bedrijven) heeft.
Overnames (privaat - privaat) waar dit niet het geval is, kunnen bij voldoende
vermoeden van ondermijnende activiteiten in het RIEC worden ingebracht.
8. Wil het college proactief ondernemers stimuleren om signalen die wijzen op
deze vorm van ondermijning te melden? Zo ja, hoe krijgt deze communicatie
gestalte”?
Antwoord: Ja, het college vindt het van belang ondernemers te stimuleren om
signalen te melden. Al eerder berichtten wij u over de informatie die vanuit de
gemeente/het Platform Veilig Ondernemen (PVO) aan organisaties als MKB-
Amsterdam, Koninklijke Horeca Nederland - Amsterdam en de BlZen is verstrekt.
Ook berichtten wij u over de uitkomsten van een op initiatief van het RIEC AA
ontwikkelde social media campagne over foute investeerders voor ondernemers in de
Amstellandgemeenten (Amsterdam, Amstelveen, Aalsmeer, Diemen, Uithoorn en
Ouder-Amstel). Deze campagne heeft gelopen van half mei 2020 tot half juni 2020.
Door deze campagne zijn ondernemers bewust gemaakt van de mogelijke gevaren
van ‘foute investeerders’. Daarmee is bevorderd dat ondernemers bij zo’n aanbod
stilstaan bij de vraag: “ga ik wel of niet op dit aanbod in?” In de campagne zijn de
ondernemers eveneens gewezen op mogelijkheden om melding te maken bij de
Politie en/of Meld Misdaad Anoniem.
4
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Neng 1 9 Gemeenteblad
Datum 6 eer 2020 _ Schriftelijkevragen, vrijdag 14 augustus 2020
Het is een optie om de campagne door te ontwikkelen en te herhalen en
ondernemers daarmee wederom bewust te maken van de gevaren van foute
investeerders en te voorzien van handelingsperspectief. Hierover is de gemeente met
het RIEC AA en PVO in gesprek.
Het RIEC heeft onder andere een infographic voor horeca ondernemers ontwikkeld
die is gedeeld met Koninklijke Horeca Nederland.
Het RIEC, DWS en PVO ontwikkelen op dit moment een aanpak om ondernemers
weerbaarder te maken tegen ondermijnende criminaliteit. In de week van de
veiligheid, begin oktober, was de verwachting dat we op de eerste locatie een
weerbaarheidssessie konden starten. Door de recente coronamaatregelen kan deze
bijeenkomst helaas geen doorgang vinden. Er staan/stonden voor dit najaar nog drie
locaties voor een dergelijke bijeenkomst gepand. Zoals al is aangegeven in het
antwoord op bij vraag 4 is het doel om met maatwerk op elke locatie de ondernemers
te informeren over signalen van ondermijning en vanuit lokale problematiek in
gesprek te gaan over handelingsperspectieven.
Burgemeesteren wethouders van Amsterdam
Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris
5
| Schriftelijke Vraag | 5 | train |
> < Gemeente Raadsinformatiebrief
Amsterdam
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 20 april 2022
Portefeuille(s) Grondzaken, Monumenten
Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck, wethouder Grondzaken
Behandeld door G&O, Arwen Schram, projectmanager, [email protected]
Onderwerp Entreegebied Gulden Winckel: bouwenvelop Stadgenoot
Geachte leden van de gemeenteraad,
Met deze brief informeert het college v over het volgende.
Op 9 december 2020 heeft het College van B&W ingestemd met het projectbesluit voor het
Entreegebied Gulden Winckel (EGW). Het projectbesluit is ook aangeboden aan de commissie RO
en op 3 februari 2021 besproken en voor kennisgeving aangenomen. Bij de behandeling destijds is
onder andere gesproken over het advies van de Subcommissie Integrale Ruimtelijke Kwaliteit
(SIRK) op de stedenbouwkundige visie, de uitkomsten van de participatie en het minimale volume
dat benodigd is om het project haalbaar te maken.
Met het projectbesluit heeft het College ingestemd met het vitwerken van de verdichtingsopgave
waarbij langs de zone ring A1o 400-500 woningen kunnen worden toegevoegd, waaronder
minimaal „0% sociale huur en „0% middeldure huur. Deze woningen willen we bouwen op de
huidige plots van de corporaties Stadgenoot, Rochdale en Eigen Haard. Daarnaast is er ruimte
voor voorzieningen waaronder een parkeergarage op de plot van Eigen Haard en gaan we de
kwaliteit van de openbare ruimte verbeteren. Het bestuurlijke opdrachtgeverschap voor dit
project ligt bij het stadsdeel. Definitieve besluitvorming vindt plaats in de volgende fase, het
Investeringsbesluit. Bij het projectbesluit is door Monumenten en Archeologie (M&A) aangegeven
dat het behoud van de cultuurhistorische waarden en de verdichtingsopgave op gespannen voet
met elkaar staan en dat niet op voorhand kan worden aangegeven of hier overeenstemming kan
worden bereikt en dat de spanning het grootste is bij de plot van Stadgenoot. Deze zorg is ook
uitgesproken door de SIRK, waarbij is aangegeven dat op plotniveau nader onderzocht dient te
worden hoe hier vit te komen.
Na het nemen van het projectbesluit is in overleg met corporaties, architecten en
monumentenzorg onderzocht of en hoe de verdichting op plotniveau haalbaar kan worden
gemaakt en tegelijkertijd recht kan worden gedaan aan de cultuurhistorische waarden van het
gebied en de gebouwen. Op de plots van Rochdale en Eigen Haard loopt dit goed. Voor de plot
van Stadgenoot heeft het College van B&W hier een aanvullend besluit over genomen.
Stadgenoot heeft na intensief overleg een plan voorgelegd waarbij het Hendrick de Keijsergebouw
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 april 2022
Pagina 2 van 5
wordt gerestaureerd en verduurzaamd en waarbij het gebouw grotendeels wordt ingevuld met
bedrijvigheid en voorzieningen die aansluiten op het karakter van het gebouw. De concrete
invulling hiervan zal onderwerp van overleg met de omgeving zijn. Alleen de vleugel langs de
Wiltzanghlaan zal worden getransformeerd naar woningbouw. Aan de zijde van de Azo wordt
woningbouw toegevoegd voor 160-170 huishoudens, allemaal in de sociale huur of de
middensegment huur. Stadgenoot programmeert hier woningen voor verschillende doelgroepen,
waaronder starters en jonge gezinnen. Deze herontwikkeling maakt ook mogelijk dat het
maaiveld op en rond de Hendrick de Keijserschool wordt opgeknapt en toegankelijk gemaakt voor
publiek. Bovendien wordt het maaiveld verbonden met de openbare ruimte rond de andere
ontwikkelplots van Rochdale en Eigen Haard en de scholendriehoek. Het doorlopende maaiveld
en de doorzichten versterken de kwaliteiten van de openbare ruimte. Om de ontwikkeling
mogelijk te maken heeft het College van B&W besloten om een klein onderdeel aan de achterkant
van het Hendrick de Keysergebouw, te weten de gymzaal, plaats te laten maken voor de bouw van
woningen. Het belang van het project, het toevoegen van nieuwe woningen aan de stad, het
behoud en opknappen van de rest van het gebouw en het gebied, heeft voor het College de
doorslag gegeven. Door deze ontwikkeling ontstaat er bij Stadgenoot de ruimte om de woningen
te bouwen die de stad zo hard nodig heeft én tegelijkertijd alle overige gebouwdelen van de school
te renoveren, te verduurzamen en een nieuwe functie te geven.
Het College wijkt hiermee af van het recente advies van de SIRK over deze kwestie. De SIRK
spreekt zijn waardering uit voor de zorgvuldigheid waarmee Stadgenoot en de architect de
plannen hebben voorbereid. Toch vindt de SIRK sloop van een gedeelte van het monument
onwenselijk. De SIRK adviseert om het plan opnieuw te bezien en een ander, kleiner programma
toe te voegen waarbij het minimale volume wordt losgelaten. Het College staat hierbij voor een
dilemma. Het loslaten van het beoogde bouwvolume voor Stadgenoot is vanuit financiële
haalbaarheid geen begaanbare weg. Het volgen van het advies van de SIRK betekent het einde
van de herontwikkeling van het Hendrick de Keijsergebouw door Stadgenoot. Ook voor de rest
van het project Entreegebied Gulden Winckel komt de haalbaarheid en noodzaak in het geding als
een van de drie corporaties afhaakt in een project met een verdichtingsopgave en planvorming die
in gezamenlijkheid en in integraliteit tot stand is gekomen.
Het College heeft veel waardering voor het advies van de SIRK, maar heeft toch anders besloten.
Na een uitgebreide onderzoeksfase concludeert het College dat er geen reëel alternatief is om te
komen tot een andere, betere haalbare bouwenvelop. Dat hierop binnen de gemeente en met de
samenwerkingspartners bijna 2 jaar is gestudeerd geeft aan hoe serieus hier naar gekeken is. Een
besluit over het voornemen tot sloop van een deel van een monument zal het College nimmer licht
opvatten en gebeurt bij hoge uitzondering.
Van stedenbouwkundig model naar bouwenvelop
In de concept-bouwenvelop is het stedenbouwkundige model uit het projectbesluit voor de drie
ontwikkelclusters van het Entreegebied Gulden Winckel uitgewerkt en in samenspraak met M&A,
architecten en de ontwerpers voor de openbare ruimte verder aangescherpt. Er zijn in het proces
van het inrichten van de bouwenvelop voor Stadgenoot een aantal aanpassingen gedaan om tot
een passende bouwenvelop te komen.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 april 2022
Pagina 3 van 5
f a bl
Ad EA NE
Ean | Mie
SS |
ni ep Jh ui
B! En ed Pf bh \
| ss AN
le |
EE
Tk
||
Fig 1: Model stedenbouwkundige visie uit projectbesluit
De belangrijkste aanpassingen die in dit proces zijn doorgevoerd op de plot van Stadgenoot ten
opzichte van de stedenbouwkundige visie zijn:
e Het volume ís naar beneden bijgesteld
Het volume dat Stadgenoot mag toevoegen is naar beneden bijgesteld van 11.500 naar 9.000
m2, zijnde maximaal een verdubbeling van het huidige volume van het Hendrick de
Keysergebouw - tevens het minimum om de verdichtingsopgave haalbaar te maken.
e Afstand tot de praktijkruimtes
Er wordt afgezien van het overbouwen van de noordvleugel. De praktijkruimtes zullen niet
worden overkluisd middels een zijvleugel, om te voorkomen dat dit gebouwdeel niet
‘aangetast’ hoeft te worden.
e _Positioneer het toe te voegen volume zoveel mogelijk naar de achtergrond van de plot
Het toe te voegen volume is zoveel mogelijk naar de achterzijde van de plot geplaatst, parallel
aan de ring waardoor de volumetoevoeging vanaf de straat veel minder in het zicht ligt en het
gebouw als geheel daardoor niet overschaduwd wordt. Het dominante perspectief op voor
voorzijde van het gebouw — waaronder het zicht op de kunstwerken aan de voorzijde van de
gevel - komt vanuit de scholendriehoek en blijft daardoor ongewijzigd.
e _Probeerde praktijkruimtes ín tact te houden, wonen is hier te ingrijpend
Het woonprogramma in de school wordt beperkt ten gunste van de monumentwaarde.
Stadgenoot zal de ateliers en praktijkruimtes niet transformeren naar wonen, maar deze
gebouwdelen restaureren en invullen met functies die minder ingrijpend zijn voor het gebouw
- waaronder maatschappelijke en commerciële bedrijvigheid en het inpassen van ruimte voor
de buurtkamer - om hiermee deze (prominente) gebouwdelen van de school ook van binnen
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 april 2022
Pagina 4 van 5
zo min mogelijk te hoeven verbouwen. Deze delen zullen worden gerestaureerd en in ere
worden hersteld, passend bij deze functies.
e _Houhet maaiveld zo open en groen mogelijk, in lijn met het AUP
De binnentuinen van de Hendrick de Keyserschool en het Elseviergebouw zullen met elkaar
worden verbonden. De plots worden publiek toegankelijk en gaan beter corresponderen met
de rest van de openbare ruimte. Het maaiveld rondom wordt de drager van het gebied waarin
de monumenten staan en wordt zoveel mogelijk doorgetrokken naar de scholendriehoek (met
de Krelis Louwenstraat daar tussen).
In de vitwerking van de bouwenvelop wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de
principes van het AUP (licht, lucht, ruimte, ensembles die uit orthogonale gebouwdelen
ontstaan) en waarbij op plotniveau is onderzocht hoe dit zo goed mogelijk kan worden vorm
gegeven.
Hier is de volgende bouwenvelop uit naar voren gekomen:
NNC 6 MS CIE ESE We
| Ae RTE Ss
SJ NS GS ij ERS SRE
PF OKE IN EEEN
S SF 5 E NY 5, 2 EN LUT et DAE EE N K 8 d,
‚ Pp MP ENGS 5 EM Mi Hr ul GES
pr S 5 PAN ; Po HI bi — DL ED SN
PP Oan AP Ma MT ESR
Fig 2: Model bouwenvelop (concept) t.b.v. investeringsbesluit
Ook met deze bouwenvelop liggen er nog altijd belangrijke opgaven. Zo is voor de sociale
veiligheid van het pad langs de Azo het ei van Columbus zeker nog niet gevonden en adviseert de
SIRK om meer samenhang aan te brengen tussen de binnentuin en de groenzone langs het talud.
Hier zal in de komende periode nog hard aan worden gewerkt bij de uitwerking naar de
schetsontwerpen voor zowel de gebouwen als de openbare ruimte.
Tot slot
Met de genoemde invulling en vaststelling van de bouwenvelop voor deze kavel kan de rest van
het Hendrick de Keysergebouw worden hersteld en kunnen er 160-170 woningen worden
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 april 2022
Pagina 5 van 5
gebouwd en kunnen de corporaties en de gemeente verder samenwerken aan de ontwikkeling van
het Entreegebied Gulden Winckel. Ook overig niet-woonprogramma en het maken van een
kwaliteitsslag in de openbare ruimte maken hier onderdeel van uit. De verschillende
schetsontwerpen voor de kavels inclusief de bouwenvelop zullen bij de uitwerking voor advies
worden voorgelegd aan de CRK in de aanloop naar het investeringsbesluit. Het weghalen van de
gymzaal zal hierbij wat betreft het college niet meer ter discussie staan. De planning is om het
investeringsbesluit in 2023 aan de gemeenteraad voor te leggen.
Parallel aan het opstellen van deze brief bereikte ons een brief van de bewonersgroep Geen Beton
en Lommer over de parkeerdruk in het gebied, welke ook naar de raadscommissie is gestuurd. De
reactie op deze brief sturen wij v daarom ook mee.
Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
CV
f f WO da U en
k kn 8
Marieke van Doorninck
Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid
Touria Meliani
Wethouder Monumenten
Bijlage:
Advies SIRK, d.d. 1 december 2021
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
| Brief | 5 | train |
> Gemeente
Amsterdam
D Amendement
Datum raadsvergadering gen 10 november 2022
Ingekomen onder nummer 487
Status Aangenomen
Onderwerp Amendement van de leden Van Pijpen, Alberts, Runderkamp en Wehkamp
inzake Begroting 2023
Onderwerp
Wachtlijsten Hulp bij het Huishouden terugdringen
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende(n) hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de Begroting 2023
Constaterende dat:
-__De wachtlijsten voor de voorziening Hulp bij het Huishouden, ondanks de toevoeging van-
uit de WMO reserve, lang blijven en het soms maanden kan duren voordat huishoudelijke
zorg beschikbaar komt.
-_Deze WMO voorziening een belangrijke preventieve werking heeft op het gebruik van
duurdere zorg én van belang is voor de gezondheid en het welzijn van vele Amsterdam-
mers.
-__ We alles op alles moeten zetten om de wachtlijsten zo snel mogelijk te verkleinen en bij
voorkeur op te lossen.
-_In 2025 is voorzien in andere regelgeving, met o.a. een aangepaste systematiek voor ei-
gen bijdragen, en zijn extra middelen vanuit het Rijk beschikbaar voor vermindering druk
op de WMO (€110 mln voor alle gemeenten gezamenlijk) ;
-__ Amsterdam nu al een probleem heeft met de druk op de WMO en niet pas in 2025;
-_De VNG als partner bij het Integraal Zorgakkoord zich nog moet uitspreken over het ge-
boekte resultaat voor gemeenten
-_Naast de financiële tekorten om deze WMO voorziening volwaardig te kunnen leveren als
Amsterdam ook personeelstekort een rol kan spelen.
Besluit:
-_Het college te verzoeken binnen de VNG, bij de minister van VWS en de Tweede Kamer
aan te dringen op het naar voren halen van in het IZA voorziene middelen voor de ‘vermin-
dering druk op de WMO, in ieder geval naar 2024;
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
-__In afwachting van de mogelijkheden die dat biedt voor verkleining van de wachtlijsten
vanaf 2024 alvast in 2023 een bedrag van 5oo.ooo beschikbaar te stellen voor verminde-
ring van de wachtlijsten HBH en hiertoe de lasten voor de HBH zoals vermeld op pagina
143 met dit bedrag te verhogen, te dekken uit de reserve de reserve bodemsanering (id nr
83105)
-_Het college te verzoeken, indien blijkt dat deze middelen niet ten goede kunnen komen
aan de vermindering van de wachtlijst vanwege personeelstekort, deze middelen dan, in
overleg met de uitvoerende organisaties, te besteden aan verbetering van arbeidsvoor-
waarden en/of — omstandigheden voor personeel werkzaam in de HBH om op die manier
het werken in de Huishoudelijke Zorg aantrekkelijker te maken.
-_ En hierover de Raad te informeren.
Indiener(s),
J.F. van Pijpen
R. Alberts
L.P. Runderkamp
J. Wehkamp
| Motie | 2 | discard |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2013
Afdeling 1
Nummer 918
Publicatiedatum 11 oktober 2013
Ingekomen op 10 oktober 2013
Ingekomen in raadscommissie EZP
Te behandelen op 6/7 november 2013
Onderwerp
Motie van het raadslid de heer Capel inzake de begroting voor 2014 (inkomsten
toeristenbelasting naar promotie toerisme).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de begroting voor 2014;
Overwegende dat:
— de landelijke buitenlandpromotie voor Amsterdam als grootste trekpleister voor
toeristen van essentieel belang is;
— _ het rendement van investeringen in toeristische marketing bijzonder hoog is;
— toerisme een belangrijke economische pijler is voor Amsterdam met jaarlijks
5,5 miljard euro aan bestedingen en 50.000 banen, vooral voor lager opgeleiden;
— meteen goede marketing van de toerismesector de inkomsten aan
toeristenbelasting zullen toenemen,
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
— een directe koppeling te maken tussen de jaarlijks ontvangen toerismebelasting
en de bestedingen voor de promotie van Amsterdam en de toerismesector;
— vanaf 2015 uitgaande van minimaal 15% van de jaarlijks ontvangen
toeristenbelasting voor het inzetten voor de promotie van Amsterdam en
de toerismesector.
Het lid van de gemeenteraad,
S.T. Capel
1
| Motie | 1 | discard |
VN2021-019368 Raadscommissie voor Verkeer Vervoer en Luchtkwaliteit en Water
Verkeer en or x Gemeente M LW
% Amsterdam
Voordracht voor de Commissie MLW van og september 2021
Ter bespreking en ter kennisneming
Portefeuille Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit
Agendapunt 11
Datum besluit 8 juni 2021
Onderwerp
Rapportage van het Social Charter tussen de gemeente Amsterdam en Uber
De commissie wordt gevraagd
1. Kennis te nemen van de raadsbrief inzake de rapportage van Social Charter, met als belangrijkste
conclusies:
1.1. Uber is de actiepunten in het Social Charter goed nagekomen. Een aantal actiepunten zijn
vanwege de coronapandemie vertraagd.
1.2. De gemeente en Uber zetten de gesprekken voort over de actiepunten die nog niet zijn
afgerond of mogelijke impact hebben op de verkeersveiligheid en leefbaarheid van de stad.
1.3. Vanwege de vrijwilligheid van de afspraken is het lastig om tot vereisten te komen. Uber stelt
dat andere taxiorganisaties de informatie ook niet hoeven te delen en dat bepaalde informatie
vertrouwelijk en commercieel gevoelig is.
Wettelijke grondslag
Art. 169, lid 1 en 2 Gemeentewet: Het college en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de
raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. Zij geven de raad alle
inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft.
Bestuurlijke achtergrond
Het aandeel besteld taxivervoer in Amsterdam de afgelopen jaren enorm gegroeid, onder andere
door het toenemende gebruik van taxi-apps zoals Uber. De maatschappelijke effecten van deze
groei en de fatale verkeersongevallen van eind 2018 vormden aanleiding om met Uber afspraken te
maken over de activiteiten van Uber op de Amsterdamse taximarkt.
Met het Social Charter is op vrijwillige wijze gestreefd naar verbetering van de besteld vervoermarkt.
Het is nu niet mogelijk lokale regels op te leggen aan het besteld taxivervoer in de stad. De Agenda
Taxi 2020-2025 heeft tot doel om één set normen op te leggen aan alle taxichauffeurs en alle
taxibemiddelaars met een gebiedsgerichte aanpak. Het nieuwe taxistelsel is op dit moment in
voorbereiding.
Reden bespreking
O.v.v. het lid IJmker (GL).
Voorgesteld wordt dit agendapunt gevoegd te behandelen met het agendapunt over de voortgang
van het nieuwe taxistelsel.
Uitkomsten extern advies
Gegenereerd: vl.6 1
VN2021-019368 % Gemeente Raadscommissie voor Verkeer Vervoer en Luchtkwaliteit en Water LW
Verkeer en or % Amsterdam
%
Voordracht voor de Commissie MLW van og september 2021
Ter bespreking en ter kennisneming
n.v.t.
Geheimhouding
n.v.t.
Uitgenodigde andere raadscommissies
n.v.t.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
n.v.t.
Welke stukken treft v aan?
AD2021-071628 o2. Raadsbrief Rapportage Social Charter.pdf (pdf)
AD2021-071629 03. Bijlage 1 Voortgang actiepunten uit het Social Charter Uber. pdf (pdf)
AD2021-071630 04. Bijlage 2 Social Charter Qa 2021 Overzicht.pdf (pdf)
AD2021-071631 o5. Bijlage 3 Overzicht verlengde afspraken Uber.pdf (pdf)
AD2021-071632 Commissie MLW (a) Voordracht (pdf)
Ter Inzage
Registratienr. Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Aimane Toutouh 06 341 820 03 [email protected]
Gegenereerd: vl.6 2
| Voordracht | 2 | train |
VN2021-011913 N% Gemeente Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, W B
Wonen % Amsterdam Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging
Voordracht voor de Commissie WB van 19 mei 2021
Ter kennisneming
Portefeuille Bouwen en Wonen
Agendapunt 11
Datum besluit Nvt.
Onderwerp
Reactie college op het raadsadres van het Huurdersnetwerk Amsterdam (HNA) inzake het
Woonlastenakkoord
De commissie wordt gevraagd
Kennis te nemen van de reactie van het college op het raadsadres van HNA inzake het
Woonlastenakkoord.
De belangrijkste punten uit de reactie van het college zijn:
* Dat in het Bestuurlijk Overleg Samenwerkingsafspraken 2020-2023 van 20 oktober 2020 de
Federatie Amsterdamse Huurderskoepels (FAH) het voorstel heeft gedaan tot het instellen
van een denktank over betaalbaarheid en de gevolgen van de coronacrisis voor huurders;
* Dater onderzoek is gedaan door het Nibud in relatie tot het Woonlastenakkoord met als een
van de belangrijkste resultaten dat de hoogte van het inkomen een beduidend grotere rol
speelt dan de hoogte van de huur;
e De regeling TONK (Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten) voor de tegemoetkoming
in de woonlasten voor bewoners in een vrije sector huurwoning of koopwoning die een daling
in inkomen hebben meegemaakt door de coronacrisis
e De wetsvoorstellen die in de afgelopen maanden zijn aangenomen:
e De eenmalige huurverlaging in 2021
e Bevriezing huurverhoging van sociale huurwoningen
e Maximale huurverhoging in de vrije sector
e Tijdelijke huurkorting en huurgewenning
* Totslot wordt aangegeven dat het college samen met de partners van de
Samenwerkingsafspraken en met input van HNA, de betaalbaarheid van het Wonen onder de
aandacht blijft brengen bij het Rijk
Wettelijke grondslag
Gemeentewet, artikel 169:
1. Hetcollege en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over
het door het college gevoerde bestuur.
2. Zijgeven de raad alle inlichtingen die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft.
Bestuurlijke achtergrond
Nvt.
Reden bespreking
Nvt.
Uitkomsten extern advies
Gegenereerd: vl.l 1
VN2021-011913 % Gemeente Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten,
Wonen % Amsterdam ‚ _ ‚ Oe
% Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en Groen, Reiniging
Voordracht voor de Commissie WB van 19 mei 2021
Ter kennisneming
Nvt.
Geheimhouding
Nvt.
Uitgenodigde andere raadscommissies
Nvt.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
Welke stukken treft v aan?
Meegestuurd Registratienr. Naam
Brief (raadsadres) van HNA over Woonlastenakkoord 11 september
AD2021-045104
2020.pdf (pdf)
AD2021-042826 Commissie WB Voordracht (pdf)
Reactie college op raadsadres HNA Woonlastenakkoord, 12 april 2021.pdf
AD2021-042870
(pdf)
Ter Inzage
Registratienr. Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Directie Wonen, Elly van Sluijs, 06 83 62 oo 03, e.van.sluijs®amsterdam.nl
Gegenereerd: vl.l 2
| Voordracht | 2 | discard |
VN2023-015023 X Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten WV
Grond en en Erfgoed
Ontwikkeling X Amsterdam
Voordracht voor de Commissie WV van o5 juli 2023
Ter kennisneming
Portefeuille Woningbouw
Agendapunt 2
Datum besluit n.v.t.
Onderwerp
Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over afdoening van de toezegging aan de commissie WV
inzake gesprekken met o.a. investeerders en corporaties en over grondprijzen
De commissie wordt gevraagd
Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief van wethouder van Dantzig ter afdoening van de
toezegging in de commissie WV van 12 april 2023 over gesprekken investeerders, corporaties en
grondprijzen (TA2023-000389).
Wettelijke grondslag
Art 169 Gemeentewet: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden
afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde
bestuur (lid 1). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak
nodig heeft (lid 2). Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde
inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang (lid 3).
Bestuurlijke achtergrond
In de vergadering van de commissie WV van 12 april 2023 heeft wethouder Van Dantzig bij de
bespreking van het Woningbouwplan 2022-2028 toegezegd na te vragen of de commissieleden
uitgenodigd kunnen worden voor de informele gesprekken die hij heeft met o.a. investeerders en
corporaties en een rondetafelgesprek te organiseren over grondprijzen.
Reden bespreking
nvt.
Uitkomsten extern advies
nvt.
Geheimhouding
nvt.
Uitgenodigde andere raadscommissies
De raadsinformatiebrief wordt tevens ter kennisneming aangeleverd voor de commissie RO van 5
juli 2023.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
Gegenereerd: vl.14 1
VN2023-015023 % Gemeente Raadscommissie vaor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten
Grond en % Amsterdam Erf d
Ontwikkeling % en Erfgoe
Voordracht voor de Commissie WV van o5 juli 2023
Ter kennisneming
Ja, toezegging TA2023-000389 Gesprekken investeerders, corporaties en grondprijzen.
Welke stukken treft v aan?
AD2023-047894 Commissie WV Voordracht (pdf)
Raadsinformatiebrief afdoening toezegging gesprekken investeerders
AD2023-047896
230612.pdf (pdf)
Ter Inzage
Registratienr. Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Grond en Ontwikkeling, M.Rouw, m.rouw@&amsterdam.nl; 06-34,509428
Gegenereerd: vl.14 2
| Voordracht | 2 | val |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 202
Ingekomen onder H
Ingekomen op woensdag 12 februari 2020
Behandeld op woensdag 13 februari 2020
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van lid Van Lammeren inzake principebesluit tot verkoop AEB (inzichtelijk
maken kosten van ontmantelen biomassa centrale)
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Constaterende dat:
- De biomassacentrale van het AEB nog niet is voltooid
- Het niet te garanderen valt dat de 150km toeleveringsgrens van hout ook na de
verkoop wordt gehandhaafd
- Biomassa centrales meer co2 per kw/h uitstoten dan gas
- Amerikaanse natuurorganisaties oproepen met het stoppen van Europese
biomassacentrales vanwege de verwoestende werking op de Amerikaanse
natuurgebieden
-__ Biomassa in theorie co2 neutraal kan zijn, echter door achterblijven herbeplanten
en de tijdsperiode tussen verbranden en het hergroeien dit in de praktijk niet zo is.
- Er dus in het beste geval een koolstofschuld wordt opgebouwd. En dat de
mogelijke compensatie ver na de tijdslijnen zijn van het Parijse klimaat akkoord
Overwegende dat:
- Amsterdam nu nog 100% eigenaar is van het AEB en dus nu kan besluiten om de
bouw en in gebruik name van deze biomassacentrale kan stoppen
-__Ereen overcapaciteit is aan biomassacentrales ten opzichte van snoeihout. En
dus elke centrale er voor zorgt voor meer ontbossing
- _ Dat juist het planten van bomen als een van de grote oplossingen wordt gezien
om de klimaatverandering tegen te gaan.
=__ Investeringen in biomassa, investeringen ontwikkeling van echte duurzame
energie (zoals zonne-energie) in de weg staan.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
De biomassacentrale uit te sluiten van het verkoopproces totdat het door het college
inzichtelijk is gemaakt wat de financiële effecten zijn van het niet verkopen van de
biomassacentrale en deze voor te leggen aan de gemeenteraad.
Verworpen
Het lid van de gemeenteraad
J.F.W. van Lammeren
1
| Motie | 1 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Raadsagenda supplement 3,
woensdag 5 april 2017
Datum en tijd woensdag 5 april 13.00 en 19.30 uur
En zo nodig donderdag 6 april 2017 om 13.00 uur
Locatie Raadzaal
TOEGEVOEGD:
Financiën / Openbare Ruimte en Groen
8A Interpellatie van het lid Van Lammeren inzake een financieel onderwerp in het
kader van het budgetrecht van de gemeenteraad. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 260)
De brieven van wethouder Choho van 3 en 4 april 2017 met nadere informatie
over Artis naar aanleiding van voormelde interpellatie en de spoedvoordracht van
het college van b&w van 24 januari 2017 over een eenmalige vergoeding van
frictiekosten voor Artis zijn toegevoegd aan de vergaderstukken.
Openbare Ruimte en Groen
14A Actualiteit van de leden Groen, Alberts, Van den Berg en Van Lammeren inzake
de besluitvorming over de paden rond de Gaasperplas en de rol van Amsterdam
Open Air. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 262)
De brief van wethouder Choho van 4 april 2017 met de beantwoording
van vragen van het lid Groen, gesteld in de raadscommissie Verkeer en
Openbare Ruimte van 22 maart 2017, is toegevoegd aan de vergaderstukken.
Zorg en Welzijn
15 Vaststellen van de aanpassing op het beleid Hulp bij het huishouden.
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 224)
De brief van wethouder Van der Burg van 3 april 2017 met de beantwoording van
vragen van het lid Kaya, gesteld in de raadscommissie Zorg van 30 maart 2017,
is toegevoegd aan de vergaderstukken.
Waterbeheer
36 Kennisnemen van de voortgang “Brug- en sluisbediening op afstand” en
het beschikbaar stellen van een krediet voor de uitvoering van het resterende
deel van het project. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 248)
De brief van wethouders Kock en Litjens van 4 april 2017 naar aanleiding van
de in de raadscommissie Financiën van 30 maart 2017 gedane toezegging over
het project “Brug- en sluisbediening op afstand” is toegevoegd aan
de vergaderstukken.
1
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Raadsagenda supplement 3, woensdag 5 april 2017
TOEGEVOEGDE INGEKOMEN STUKKEN:
Ingekomen stukken
38 Raadsadres van een burger van 4 april 2017 inzake een reactie op
het Stedenbouwkundig Plan Amstelkwartier 2e fase.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres desgewenst te betrekken bij de behandeling
van agendapunt 23, Vaststellen stedenbouwkundig plan Amstelkwartier 2e fase
Weststrook en kennisnemen van de herziene grondexploitatie.
39 Raadsadres van de besturen van bewonersorganisaties Elzenhagen-zuid
Overleg (ELZO) van 4 april 2017 inzake de tijdelijke huisvesting van
statushouders en jongeren in Elzenhagen-zuid.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen teneinde het te betrekken bij de door hen in te dienen
voorstellen ter zake.
40 Brief van burgemeester E.E. van der Laan van 3 april 2017 inzake medicinale
cannabis naar aanleiding van de in de raadsvergadering van 15 maart 2017 aan
het lid Duijndam gedane toezegging.
Voorgesteld wordt, deze brief door te geleiden naar de raadscommissie
Algemene Zaken van 18 mei 2017 ter kennisneming.
2
| Actualiteit | 2 | train |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Schriftelijke vragen
Jaar 2020
Volgnummer 428
Datum indiening 9 december
Onderwerp
Schriftelijke vragen van het lid Van Lammeren inzake de deelname van de gemeente
Amsterdam aan het ‘KLM Corporate Biofuel Programma’
Aan het college van burgemeester en wethouders
Toelichting vragensteller:
KLM Corporate Biofuel Programme
Op 19 juni 2012 kondigde de KLM trots het ‘KLM Corporate Biofuel Programma’
(verder: KCBP) aan. Het KCBP stelt bedrijven en overheden met een corporate
contract in staat om een deel van hun vliegreizen te laten uitvoeren op ‘duurzame
biokerosine’. Partners in het KCBP betalen een toeslag die het verschil in prijs tussen
biokerosine en traditionele kerosine overbrugt. Deze investering wordt gebruikt voor
de aanschaf van biobrandstof dat vervolgens op de luchthaven Schiphol wordt
toegevoegd aan het brandstofsysteem van het vliegtuig. '
Via dit programma hoopt KLM de CO2-uitstoot per passagier in 2020 met 20% te
verminderen (ten opzichte van 2011) door vliegtuigen te vernieuwen, ‘duurzame
biokerosine’ te gebruiken en de vlucht efficiëntie te verhogen?
Greenwashing
Sinds 2010 experimenteert KLM met biokerosine-vluchten. Doordat KLM de ‘groene
brandstof’ importeerde uit Californië, en daarmee de CO2-winst teniet werd gedaan,
kwam er veel kritiek op de biokerosine-vluchten.3 Om deze kritiek te tackelen heeft
KLM in 2019, in samenwerking met SkyNRG de eerste “duurzame kerosinefabriek”
van Europa in Delfzijl gebouwd.* Toch is het maar de vraag of deze centrale de
luchtvaartmaatschappij veel zal verduurzamen. De biokerosine die van de fabriek in
Delfzijl zal komen is goed voor duizend vluchten per jaar van Amsterdam naar Rio de
Janeiro. Ter vergelijking: KLM voert jaarlijks zo'n 130 duizend vluchten uit. Het effect
is dus marginaal, zeker vergeleken met de bombarie waarmee het project werd
aangekondigd.”
Dit soort greenwashingpraktijken komen we helaas vaak tegen bij (fossiele) bedrijven.
Bedrijven pronken met een ‘groene maatregel’, maar tegelijkertijd wordt het marginale
effect op de totale uitstoot doelbewust verzwegen. Als KLM werkelijk voor een
duurzame toekomst staat, zou zij niet alleen biokerosinefabrieken bouwen, maar
1 https://www.klmtakescare.com/nl/content/welkom-nieuwe-biofuel-partners-
2
https://www.klm.com/travel/nl_nl/prepare for travel/fly co2 neutral/all about sustainable
travel/biofuel.htm
3 https://www.oneworld.nl/lezen/opinie/hoe-blauwe-trots-kIm-haar-imago-schoonpoetst/
4 https://nieuws.klm.com/klm-skynrg-en-shv-energy-lanceren-project-voor-eerste-
europese-fabriek-voor-duurzame-kerosine/
5 https://www.oneworld.nl/lezen/opinie/hoe-blauwe-trots-klm-haar-imago-schoonpoetst/
1
vooral kerosinebelasting eisen, haar vloot afschalen, en zich uitspreken tegen de
nodeloze uitbreiding van Schiphol. Doordat KLM dit nalaat valt het KCBP simpelweg
te classificeren als een greenwashing-project.
Deelname gemeente Amsterdam
De gemeente Amsterdam besloot in november 2012 als eerste overheidsinstelling
aan het KCBP deel te nemen, omdat het zou bijdragen aan ‘de doelstelling duurzaam
inkopen’£ De gemeente is acht jaar partner geweest van het KCBP. In 2020 heeft
het college, vrij geruisloos, een einde gemaakt aan het partnerschap met de KLM.
Via een WOB-verzoek van derden heeft vragensteller het contract tussen de
gemeente Amsterdam en KLM ingezien. Naar aanleiding van deze informatie heeft
vragensteller behoefte aan een aantal verhelderende antwoorden.
Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van de Partij voor
de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en
raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van
burgemeester en wethouders:
1. Hoeveel geld heeft het KCBP de gemeente Amsterdam in totaal gekost?
2. Wat heeft deelname aan het programma (van 2012-2020) de gemeente concreet
opgeleverd aan CO2-reductie? Graag uitgebreide toelichting.
3. Waarom is de gemeente in 2020 gestopt met deelname aan dit programma?
Heeft het college na acht jaar ingezien dat het medeplichtig is aan greenwashing
van de KLM? Zo nee, welke andere reden(en) zijn er gegeven voor het stoppen
van de deelname?
4. Is ereen persbericht vanuit het college geweest over de beëindiging van de
deelname aan het KCBP? Zo nee, waarom is dit zo geruisloos stopgezet?
5. Het contract tussen KLM en de gemeente Amsterdam bevat ook afspraken over
‘gezamenlijk optrekken in de communicatie’. In andere woorden: de gemeente
betaalt en verplicht zichzelf om het KCBP aan te prijzen met behulp van content
dat door KLM wordt aangeleverd.
6. Kan het college een lijst geven met alle communicatie-uitingen die door de
gemeente Amsterdam over KCBP zijn gedaan? Zo ja, hoeveel van deze
communicatie-uitingen zijn letterlijk of grotendeels overgenomen van de KLM?
7. Deelt het college de zorgen over deze zeer nauwe samenwerking tussen een
gemeente en een fossiel bedrijf? Zijn er andere contracten met (fossiele)
bedrijven gesloten waar er ‘gezamenlijk wordt opgetrokken in de communicatie”?
Zo ja, welke (fossiele) bedrijven zijn dit?
Het lid van de gemeenteraad,
J.F.W. van Lammeren
6
https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/4217347/1#search=%22KLM%20corporat
e%20biofuel%2Oprogramme%20%22 (p.13)
2
| Schriftelijke Vraag | 2 | train |
x% Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
x% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 464
Ingekomen op woensdag 22 april 2020
Behandeld op woensdag 22 april 2020
Status Aangenomen via schriftelijke stemming op 28 april 2020
Onderwerp
Motie van het lid Groen inzake Nieuw Amsterdams Klimaat, Routekaart Amsterdam.
(Risicoparagraaf Routekaart)
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het Nieuw Amsterdams Klimaat, Routekaart Amsterdam
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 383).
Constaterende dat:
- De routekaart klimaatneutraal geen risicoparagraaf bevat, en dus evenmin
risicobeheersmaatregelen.
Overwegende dat:
- Risico's voor de transitie zich wel voor kunnen doen en tijdig reageren belangrijk is
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Bij de jaarlijkse rapportage een risicoparagraaf toe te voegen.
Het lid van de gemeenteraad
R.J. Groen
1
| Motie | 1 | test |
> Gemeente
Amsterdam
x Motie
Datum raadsvergadering 7 juni 2023
Ingekomen onder 360
nummer
Status Ingetrokken
Onderwerp Motie van het lid Nanninga inzake het behouden van de anciënniteit op
Amsterdamse markten
Onderwerp
Behoud anciënniteit van Amsterdamse markten
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de beraadslaging,
Constaterende dat:
-_ herindelingen van Amsterdamse markten gedaan worden aan de hand van vooral
anciënniteit;
-_ het Amsterdamse vergunningenstelsel voor de markten gaat veranderen vanwege de
Europese Dienstenrichtlijn;
-__de marktvisie negatief spreekt over anciënniteit door te beweren dat ‘het gebrek aan
productontwikkeling en innovatie wordt versterkt door het huidige systeem van
marktrechten op basis van anciënniteit’.
Overwegende dat:
-_ vele marktondernemers hun bestaanszekerheid bedreigd zien ;
-__de Ombudsman in zijn rapport ‘Marktwaarde' deze observatie deelt.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
te garanderen dat anciënniteit leidend blijft voor de herindeling en vergunningverlening van
Amsterdamse markten.
Indiener(s),
A. Nanninga
| Motie | 1 | train |
> Gemeente
Amsterdam
Motie
> raadsvergadering 19 juli 2023
Ingekomen onder nummer 483
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van de leden Hofland, Nadif, Krom en Garmy inzake negatieve
klimaatgevolgen rapporteren.
Onderwerp
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over 60% CO2-reductie
Constaterende dat:
- Amsterdam het doel heeft om in 2030 60% CO2-reductie te hebben behaald;
-__ Onderzoek uit CE Delft laat zien dat deze doelen momenteel niet worden behaald;
-_Inde bijlage ‘Reactie college op adviezen van CE Delft’ gehoord op dit onderwerp de nadelen
van maatregelen staan vitgelegd maar de voordelen zich sec beperkten tot minder CO2-uitstoot
zonder de betekenis daarvan voor de wereld, Nederland en Amsterdam te duiden;
Overwegende dat:
-_Ersprake is van een klimaatcrisis;
-__De mensheid alles op alles moet zetten om de klimaatcrisis te voorkomen;
-_Amsterdam een belangrijke taak heeft om CO2-uitstoot terug te dringen;
-__De raad voor belangrijke klimaatkeuzes staat om de Amsterdamse doelen wél te halen;
-__De voor en nadelen van beleid daarom goed inzichtelijk gemaakt moeten worden;
- De directe nadelige gevolgen van maatregelen tegen klimaatverandering urgent in de stukken
en door middel van zorgen door directbetrokkenen naar voren komen, maar de nadelige
gevolgen van niets of te weinig doen aan klimaatverandering niet standaard aan de raad
wordt voorgelegd.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
-_Om in toekomstige voorgelegde besluiten en beleidsdocumenten duurzaamheid daar waar dat
relevant is ook de nadelige kosten van niets of te weinig doen tegen klimaatverandering duidelijk
weer te geven en duidelijk inzichtelijk te maken;
-_ Bij toekomstige voorgelegde besluiten en beleidsdocumenten op het gebied van duurzaamheid
en de kosten daarvan weer te geven welke afwegingen zijn gemaakt om tot een keuze te komen
en daarbij inzichtelijk te maken hoe de nadelen van te weinig doen tegen klimaatverandering
zijn meegewogen in de uiteindelijke beslissing;
-__De positieve gevolgen van CO2-reductie scherp te duiden wanneer het college gemaakte keuzes
over CO2-beleid uitlegt of de raad voor keuzes omtrent CO2-reductie vraagt.
Indieners,
R.P Hofland
|. Nadif
J.M. Krom
|. Garmy
| Motie | 2 | discard |
> Gemeente
Amsterdam
Motie
Datum raadsvergadering 15 februari 2023
Ingekomen onder nummer 63
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van de leden Von Gerhardt, Rooderkerk, Broersen en Boomsma
inzake inzicht over onderbesteding
Onderwerp
Inzicht over onderbesteding
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over vaststellen van de wijziging van de Verordening op Lokaal Onderwijs
Beleid Amsterdam 2019
Overwegende dat,
-_ Scholen middels de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid vierentwintig verschillende
subsidies kunnen aanvragen;
-_Scholen per subsidie een bedrag krijgen toegekend en hierbij niet naar de totaliteit van de
aanvragen over de verschillende subsidies wordt gekeken;
-__ De hoeveelheid subsidie die een school krijgt enorm kan verschillen tussen de scholen;
-__Subsidiegeld effectief besteedt dient te worden om zo het maximale uit het vrijgemaakte
geld te halen
-_ Inzicht verkrijgen over de hoogte en de redenen van de onderbesteding van bepaalde sub-
sidies kan bijdragen aan het verbeteren van de bekendheid of inhoud van dergelijke subsi-
dies
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
-__Een waarderingsonderzoek naar de VloA subsidies vit te voeren en daarbij ook te onder-
zoeken wat de redenen van onderbesteding zijn;
-_De uitkomsten van het onderzoek op stadsdeelniveau te presenteren.
Indiener(s),
M.S. von Gerhardt
lì Rooderkerk
J. Broersen
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
D.T. Boomsma
| Motie | 2 | test |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Gemeenteblad
% Amendement
Jaar 2014
Afdeling 1
Nummer 1036
Publicatiedatum 19 november 2014
Ingekomen op 5 november 2014
Ingekomen onder B
Behandeld op 6 november 2014
Status Verworpen
Onderwerp
Amendement van het raadslid de heer Groen inzake de begroting voor 2015
(schoon water voor alle Amsterdammers).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de begroting voor 2015;
Overwegende dat:
— de gemeente Amsterdam van ondernemers in de stad die vervoer op het water
verzorgen verlangt dat zij voldoen aan ambitieuze eisen ten aanzien van de
uitstoot van CO2, NOx en fijnstof,
— de vloot van Waternet en die van het GVB zelf nog grotendeels met sterk
verouderde en vervuilende dieselvoertuigen rondvaren;
Voorts overwegende dat:
— Amsterdam een waterrijke stad is;
— Amsterdammers graag zouden kunnen zwemmen in het water in de stad, zonder
zich zorgen te maken over hun gezondheid;
— de huidige schoonheidsgraad in de grachten (2013) 7,8 is;
— de streefwaarde die het college opneemt 7 is, wat lijkt te suggereren dat
het college streeft naar een lagere waarde dan de huidige,
Besluit:
op pagina 199 van de begroting 2015 toe te voegen:
— de doelstelling ‘De vloten van Waternet en GVB varen in 2020 zo schoon mogelijk,
en binnen de stadsboezem emissievrij.”
— aan de doelstelling ‘Het openbare water is begaanbaar, aantrekkelijk en veilig’ als
verduidelijking de zin: ‘Het college spant zich er voor in dat Amsterdammers
zonder zorgen kunnen zwemmen op zoveel mogelijk zwemlocaties in de stad’.
Het lid van de gemeenteraad,
RJ. Groen
1
| Motie | 1 | discard |
Xx Gemeente Amsterdam F l N
% Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies,
Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie
% Agenda, donderdag 26 maart 2015
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen,
Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie
Tijd 13:30 tot 17:00 uur en eventueel van 19:30 tot 22:30 uur
Locatie De Rooszaal
Algemeen
1 __ Opening procedureel gedeelte
2 Mededelingen
3 Vaststellen agenda
4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de commissie Financiën (FIN)
van 05.03.2015
e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier
doorgegeven, commissieFIN@raadsgriffie. amsterdam.nl
5 Termijnagenda, per portefeuille
6 TKN-lijst
7 _ Opening inhoudelijk gedeelte
8 _Inspreekhalfuur Publiek
9 Actualiteiten en mededelingen
10 Rondvraag
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids-
en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op
internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: [email protected]
1
Gemeente Amsterdam F l N
Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak
Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie
Agenda, donderdag 26 maart 2015
Gemeentelijk Vastgoed
11 Presentatie Vastgoed Nr. BD2015-002940
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
Inkoop
12 Vergroenen van het stroomcontract Nr. BD2015-003757
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
Geagendeerd op verzoek van het lid Groen (GrlLi).
e Was TKN 6 in de vergadering van 05.03.2015.
3 Decentralisaties
13 Vaststellen Meerjarenbeleidsplan Sociaal Domein 2015-2018 Nr. BD2015-
003026
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(Gemeenteraad d.d. 01.04.2015).
Financiën
14 Begrotingswijziging 3 decentralisaties Zorg en Jeugdzorg Nr. BD2015-003657
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(Gemeenteraad d.d. 01.04.2015).
15 Wijziging begroting 2015 in verband met bestuurlijk stelsel Nr. BD2015-002810
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(Gemeenteraad d.d. 01.04.2015).
16 Gemeentefonds effecten september- en decembercirculaire voor 2015 Nr.
BD2015-003525
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(Gemeenteraad d.d. 01.04.2015).
17 Tweede voortgangsrapportage Belastingen: Verbeterprogramma Belastingen -
Bewust beheersen en Programma WOZ - De Basis op orde Nr. BD2015-002428
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
2
| Agenda | 2 | train |
X Gemeente Gemeente Amsterdam
% A t d Bestuurscommissie Oost AB
msterdam gestuit van het algemeen bestuur van
X Oost 27 september 2016
Jaar 2016
Registratienummer Z-16-28936 / INT-16-09353
Onderwerp: Instellen en benoemen leden cultuurcommissie stadsdeel Oost
Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost,
gezien het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 30 augustus 2016,
overwegende dat:
e heteen goed uitgangspunt binnen de overheid is om bij besluitvorming over
subsidies en kunstprojecten externe deskundigen om advies te vragen;
e _hetstadsdeel jaarlijks vaak moet beslissen over de toekenning van subsidies aan
zowel culturele instellingen als aan festivals en andere eenmalige culturele
activiteiten;
e het wenselijk is voor deze categorie subsidieaanvragen advies te krijgen van een
commissie, bestaande uit mensen die kennis hebben van het culturele veld in Oost;
e het bestuur van stadsdeel Oost zich al vanaf december 2010 (instellingsbesluit d.d. 14
december 2010) door een externe adviescommissie laat adviseren inzake de subsidies
voor culturele activiteiten;
e van twee van de huidige leden van de cultuurcommissie is de maximale termijn van 4
jaar bijna verstreken. Vanwege de transitie waarin de subsidieprocedures rondom
kunst en cultuur activiteiten zich nu bevinden verdient het de voorkeur om de huidige
leden van de cultuurcommissie nog een extra termijn zitting te laten hebben in de
commissie, zodat de continuïteit gewaarborgd blijft;
gelet op:
e _hetbesluit van het college van B&W d.d. 5 juli 2016 om de subsidieregeling
“Gebiedsgebonden Kunst en Cultuuractiviteiten” en het bijbehorende format
Uitwerkingsbesluit vast te stellen;
e het Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur van het Algemeen Bestuur d.d. 27 september
2016 waarin is bepaald dat het bestuur zich laat bijstaan door een adviescommissie;
besluit:
1. tothet instellen van de cultuurcommissie Oost als adviescommissie van het Dagelijks
Bestuur op het gebied van kunst en cultuur in stadsdeel Oost;
2. tot het vaststellen van het reglement voor de cultuurcommissie Oost;
3. de volgende leden van de cultuurcommissie Oost te benoemen:
-__ Daniëlle Wagenaar (voor een periode van 2 jaar)
-__Hans Schamlé (voor een periode van 2 jaar)
xZOO2B81 5373 % 1
-__ Telka Dodewaard (voor een periode van 2 jaar)
-__Edo Dijksterhuis (voor een periode van 2 jaar)
-__Elif Uzun (voor een periode van 2 jaar).
Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie Oost
Sjoukje Alta, Ivar Manuel,
secretaris voorzitter
Afschrift:
2
| Besluit | 2 | train |
2041639 N% Gemeente Raadscommissie voor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten WV
Griffie
en Erfgoed
% Amsterdam
Voordracht voor de Commissie WV van 07 december 2022
Ter bespreking en ter kennisneming
Portefeuille Volkshuisvesting
Agendapunt 5
Datum besluit n.v.t.
Onderwerp
Initiatiefvoorstel “versoepel regels woningdelen voor woningcorporaties” van het lid Von Gerhardt
(VVD)
De commissie wordt gevraagd
Kennis te nemen van bijgevoegd initiatiefvoorstel en de bestuurlijke reactie
Wettelijke grondslag
Artikel 76 reglement van orde gemeenteraad en raadscommissie Amsterdam
Bestuurlijke achtergrond
n.v.t.
Reden bespreking
op verzoek van indiener
Uitkomsten extern advies
n.v.t.
Geheimhouding
n.v.t.
Uitgenodigde andere raadscommissies
n.v.t.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
n.v.t.
Welke stukken treft v aan?
Gegenereerd: vl.14 1
VN2022-041639 9 Gemeente Raadscommissie vaor Woningbouw, Volkshuisvesting en Monumenten
Griffie % Amsterdam
% en Erfgoed
Voordracht voor de Commissie WV van 07 december 2022
Ter bespreking en ter kennisneming
B - 13 Volkshuisvesting (43) Raadsinformatiebrief Initiatiefvoorstel VVD
AD2022-114565 ° ‚
Versoepel regels woningdelen corporaties. pdf (pdf)
AD2022-114562 Commissie WV Voordracht (pdf)
Initiatiefvoorstel VVD Versoepel regels woningdelen
AD2022-114566 ‚ De
corporaties_2ojuli2022. pdf (pdf)
Ter Inzage
Registratienr. Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Meer informatie bij het lid Von Gerhardt (VVD)
Gegenereerd: vl.14 2
| Voordracht | 2 | discard |
Bezoekadres 2x Gemeente Amsterdam
Stadhuis, Amstel 1
1011 PN Amsterdam > <
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Telefoon 020 552 2000
Fax 020 552 3100
hio@amsterdamnl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam |
www.amsterdam.nl
Leden bestuurscommissies stadsdelen
Datum 4 november 2014
Ons kenmerk
Behandeld door S.H. le Fevre
Telefoonnummer 020 255 1661
E-Mail [email protected]
Onderwerp Adviesvragen Agenda Duurzaamheid
Geachte leden van de bestuurscommissies,
Zoals u weet, wil het College van B&W een inhaalslag maken op het gebied van
duurzaamheid. Wij werken aan een Agenda Duurzaamheid voor de stad. Daarmee willen
we richting geven aan de uitvoering.
__ Tijdens het bestuurlijk overleg Duurzaamheid op 9 oktober 2014 is met de
portefeuillehouders Duurzaamheid afgesproken dat de bestuurscommissies advies
kunnen geven ten behoeve van deze agenda. Ik heb u eerder aangegeven dat te willen
vormgeven door een aantal adviesvragen aan de bestuurscommissie voor te leggen ten
aanzien van de uitvoering van de agenda, en de duurzaamheidsopgaven in uw stadsdeel
Tegelijkertijd is het aanbod gedaan om een ambtelijke presentatie te organiseren, ter
ondersteuning van het gesprek in uw bestuurscommissie. In deze presentatie kunnen de
ambtenaren de adviesvragen toelichten. Ik zal uw input gebruiken om de agenda aan te
vullen, ten behoeve van de bespreking in het College van B&W.
We starten immers niet bij nul. Er zijn veel initiatieven in de stad, er is al veel werk verzet
door Amsterdammers, bedrijven en de gemeente. Ik zie nu dat een schaalsprong nodig is
om verder te komen. Dat kan door succesvolle projecten elders te kopiëren,
gebiedsgericht te werken en koplopers de ruimte en een podium te geven. Daarnaast wil
ik kritisch kijken naar onze eigen rol. Volgens mij is er meer nodig dan verleiden en
faciliteren. De overheid moet ook investeren daar waar de markt dat nog niet aandurft. Dat
wordt gemakkelijker wanneer we duurzaamheid consequent een factor laten zijn bij al
onze beslissingen op al onze beleidsterreinen.
Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen 8 en 14), halte Waterlooplein.
A november 2014 Gemeente Amsterdam
Pagina 2 van 4
A. Inhoud Agenda
De Agenda Duurzaamheid bevat vier hoofdlijnen, met doelen, thema's en
uitwerkingsrichtingen. De hoofdlijnen zijn: circulaire economie, energietransitie, schone
\ucht en schone mobiliteit, en klimaatadaptatie. Hieronder de kernpunten per hoofdlijn:
1. Circulaire economie
Grondstoffen worden schaarser en duurder, hergebruik wordt daarom aantrekkelijker. Om
onze productie, consumptie en distributieprocessen daarop te kunnen aanpassen, moeten
we:
e ons inzicht op de grondstoffenstromen in de stad vergroten en kennis en
innovatie stimuleren,
e meer afval gescheiden inzamelen om dat nuttig te kunnen hergebruiken,
e en duurzaam ondernemerschap en de vorming van circulaire economische
clusters stimuleren.
2. Energietransitie
We pakken door op de transitie naar een duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar
energiehuishouding voor Amsterdammers en Amsterdamse bedrijven. We willen 20 %
meer duurzame energie opwek tov 2013 en 20% energie besparing tov 2013 in 2020
bereiken, door:
e meer duurzame energieproductie uit windenergie, zonne-energie en
stadswarmte en WKO,
e energiebesparing in de bestaande woningvoorraad,
e energiebesparing bij bedrijven,
e duurzame gebiedsontwikkeling.
3. Schone lucht en mobiliteit
De lucht in Amsterdam moet schoner en gezonder, met zo min mogelijk stikstofdioxide
(NO2), fijn stof en roet, door:
e schonere en slimmere mobiliteit en distributie,
e naast generieke maatregelen aandacht voor zwaarbelaste locaties,
e koploper te zijn op elektrisch vervoer,
e een pakket stimuleringsmaatregelen waarbij de vraag is of meer nodig is.
4. Klimaatadaptatie
Amsterdam staat aan het begin om zich aan te passen aan het veranderende klimaat en
de bewustwording of acceptatie van mogelijke maatschappelijke gevolgen van
klimaatverandering. Dit betekent onderzoek naar hoe de stad zich kan aanpassen aan de
verandering in het klimaat en waar mogelijk de eerste inzichten te verwerken in de diverse
2
A november 2014 Gemeente Amsterdam
Pagina 3 van 4
beleids- en uitvoeringsvelden. Het kan bijvoorbeeld gaan om water overlast en langdurige
periodes van droogte en hitte. Denk aan:
e _Hetgroener maken van de openbare ruimte,
e Zorgen voor wateropvang op en vergroening van daken en de openbare
ruimte,
e Bewust zijn van de impact van bouwen op ondergrondse waterstromen
5. Werkwijze gemeente
De gemeente heeft diverse rollen en werkwijzen om aan initiatieven en projecten in de
stad bij te dragen. Naast de vier bovengenoemde inhoudelijke thema's, wil het College in
de Agenda op vijf punten het verschil maken:
1. Investeren daar waar de markt het niet aandurft, onder andere via een
aangekondigd energiefonds
2. Slim omgaan met regels en wegnemen regeldruk waar mogelijk, bijvoorbeeld
door het instellen van een vrijzone
3. Gebiedsgericht werken, o.a. via de gebiedsplannen en agenda's en daardoor
projecten op kunnen schalen naar gebieden
4. Koplopers een podium bieden, achterblijvers aansporen, o.a. via de Wet
Milieubeheer
5, Het goede voorbeeld geven: de eigen organisatie voldoet zelf aan de
duurzaamheidsdoelen op circulair, energietransitie en schone mobiliteit
B. Advies
De bestuurscommissies zijn de oren en ogen en uitvoerders van de stad. Ik wil daarom
uw adviezen gebruiken om de agenda verder vorm te geven, voorafgaand aan bespreking
in het College van B&W. Ambtelijk is al sprake van intensieve samenwerking tussen
collega's van diensten en stadsdelen. Ik heb bij inhoud en werkwijze de volgende
adviesvragen:
Inhoud:
1. Onderschrijft de bestuurscommissie deze hoofdlijnen en thema’s? Welke
thema’s mist u?
2. Welke aandachtspunten wil de bestuurscommissie vanuit haar eigen stadsdeel
op deze hoofdlijnen en thema’s meegeven aan het College van B&W?
Werkwijze:
1. Welke aandachtspunten wil de bestuurscommissie vanuit haar eigen stadsdeel
op de volgende punten meegeven?
a. Welke mogelijkheden ziet u om versnelling en schaal te realiseren op
het gebied van de vier bovengenoemde duurzaamheidsthema’s in
uw stadsdeel
b. Welke focus moet het, in het Coalitieakkoord aangekondigde,
energiefonds krijgen?
3
A november 2014 Gemeente Amsterdam
Pagina 4 van 4
c. Welke regels of procedures komen stadsdelen tegen die
vereenvoudigd kunnen worden, of die belemmerend werken?
d. Welke wijze van samenwerken tussen bestuurscommissie en het
College van B&W ziet u bij de uitvoering van deze agenda?
e. Welke kansen voor duurzame inkoop ziet u in uw
stadsdeelorganisatie de komende periode?
C. Vervolgproces
Ik wil u vragen om op uiterlijk 21 november aan de hand van deze punten mij schriftelijk
van advies te voorzien. Op 20 november van 15.00-16.30 uur is er een aanvullend
bestuurlijk overleg met verantwoordelijke portefeuillehouders Duurzaamheid om in te gaan
op uw adviezen.
Dit traject is niet het enige moment van samenwerking op de Agenda Duurzaamheid. In
de agenda zullen nieuwe beleidsrichtingen worden aangekondigd, met eigen
besluitvormingstrajecten en momenten van samenwerking. De agenda is daarbij het
startpunt.
Met vriendelijke or eten 5)
d
3 EC
. Abdeluheb Choho
Wethouder Duurzaamheid
A
| Agenda | 4 | discard |
x Gemeente Amsterdam AZ
% Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische
Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012,Regelgeving en Handhaving,
x Raadsaangelegenheden en Communicatie
Agenda, woensdag 17 oktober 2012
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk
Stelsel, Project 1012,Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden en
Communicatie
Tijd 09.00 tot 11.00 uur
Locatie Boekmanzaal, stadhuis
Algemeen
Procedureel gedeelte van 9.00 uur tot 9.15 uur
1 __ Opening procedureel gedeelte
2 Mededelingen
3 Vaststelling agenda
4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ
d.d. 27 september en 4 oktober 2012
e Wordt meegestuurd voor een volgende vergadering van de raadscommissie AZ.
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids-
en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op
internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: [email protected]
1
Gemeente Amsterdam A Z
Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken,
Bestuurlijk Stelsel, Project 1012,Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden en
Communicatie
Agenda, woensdag 17 oktober 2012
5 Termijnagenda, per portefeuille
e Wordt meegestuurd voor een volgende vergadering van de raadscommissie AZ.
6 _Tkn-lijst
Inhoudelijk gedeelte vanaf 9.15 uur
7 Opening inhoudelijke gedeelte
8 _Inspreekhalfuur Publiek
9 Rondvraag
Bestuurlijk Stelsel
10 Vaststellen Hoofdlijnen nieuw bestuurlijk stelsel Nr. BD2012-008909
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 november 2012).
11 Discussienotitie Mokum 3.0 Nr. BD2012-009871
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van het raadslid Flos (VVD).
2
Gemeente Amsterdam A Z
Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken,
Bestuurlijk Stelsel, Project 1012,Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden en
Communicatie
Agenda, woensdag 17 oktober 2012
12 Initiatiefvoorstel van het raadslid mevrouw Van Doorninck; het stadsparlement Nr.
BD2012-009869
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met het initiatiefvoorstel
(gemeenteraad d.d. 7 november 2012).
Geagendeerd op verzoek van het raadslid Van Doorninck (GrlLi).
13 Bestuurlijke reactie initiatiefvoorstel Groenlinks (“Het Stadsparlement”) Nr.
BD2012-009881
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
3
| Agenda | 3 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 521
Publicatiedatum 28 juli 2017
Ingekomen op 15 juni 2017
Ingekomen in raadscommissie JC
Behandeld op 20 juli 2017
Uitslag Aangenomen
Onderwerp
Motie van de leden Bouchibti en Duijndam inzake de Voorjaarsnota 2017 (cultureel
erfgoed in de buurt).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 446).
Constaterende dat:
— Amsterdamse stadsdelen en wijken beschikken over unieke culturele identiteiten;
— De culturele identiteit van Amsterdam als geheel zich met name focust op het
centrum;
— Er verschillende initiatieven zijn en worden genomen om de culturele eigenheid
van stadsdelen en wijken te bewaren en te bevorderen.
Overwegende dat:
— Het college culturele en buurt-eigenheid en de spreiding van cultuur(beleving) kan
stimuleren door culturele partijen in het centrum te laten samenwerken met
culturele spelers in andere stadsdelen.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Te bevorderen dat:
— erfgoed-interesses uit en in de buurten thematisch en op eigen initiatief aan bod
komen:
— de presentaties en collecties die zo ontstaan, vanuit de ene buurt worden gedeeld
met mensen in andere buurten;
— (centraal-)stedelijke musea en archieven deze vanuit lokaal perspectief
ontwikkelde presentaties versterken met bruiklenen uit hun eigen collecties;
— musea en archieven in het centrum meedoen aan bottom-up agenda's van buiten
het centrum.
De leden van de gemeenteraad
S. Bouchibti
P.J.M. Duijndam
1
| Motie | 1 | discard |
> < Gemeente Raadsinformatiebrief
Amsterdam
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 4 oktober
Portefeuille(s) Sport, Economische zaken, Maatschappelijke voorzieningen, Kunst & cultuur,
Gemeentelijk vastgoed
Portefeuillehouder(s): _Sofyan Mbarki, Rutger Groot Wassink, Touria Meliani
Behandeld door Karla Buiskool Toxopeus, [email protected]
Onderwerp Stand van zaken steunpakket energiekosten
Geachte leden van de gemeenteraad,
Met deze brief informeert het college v over de voorgenomen inzet van de middelen uit het
steunpakket energiekosten. Zoals toegezegd bij de presentatie van de begroting ontvangt u
hierbij de stand van zaken met daarin ook criteria op basis waarvan wij deze middelen willen
inzetten, en de verdeling die wij daarbij voor ogen hebben. Op dit moment wordt gewerkt aan het
uitwerken van deze criteria in een of meerdere subsidieregelingen. Het college koerst daarbij op zo
snel mogelijke publicatie van de regeling(en). We kiezen daarnaast voor het per direct extra
inzetten van de fix{coach teams voor ondernemers in de meest kwetsbare wijken, om zo snel
mogelijk meters te maken.
Sinds midden 2021 zijn de energieprijzen sterk toegenomen. Dit leidt tot (financiële) problemen bij
huishoudens, maar ook bij (kleine) ondernemers en maatschappelijke instellingen zoals kunst- en
cultuurinstellingen en sportverenigingen. Daarbij zijn energierekeningen die vier keer zo hoog zijn,
helaas geen uitzondering. Voor de bakker op de hoek, een klein museum of de voetbalvereniging
met veldverlichting is dat vaak simpelweg niet op te brengen.
Het college ziet deze ontwikkeling met veel zorg aan. Deze instellingen en kleine bedrijven zijn
cruciaal voor het welzijn en welbevinden in onze stad, en het college wil voorkomen dat zij
omvallen door hoge energiekosten. Of dat zij deze kosten zo moeten doorberekenen aan hun
gebruikers, dat voorzieningen zoals sportclubs of het theater in onze stad niet meer voor iedereen
toegankelijk zijn. Juist in deze tijden van schaarste moeten alle Amsterdammers zoveel mogelijk
mee kunnen blijven doen. Het college komt daarom nog deze winter met een steunpakket
energiekosten van € 20 miljoen voor kleine ondernemers en maatschappelijke organisaties.
Op het moment dat het college besloot deze middelen vrij te maken, was nog niet bekend dat er
ook steun vanuit de Rijksoverheid zou komen. Pas in november wordt bekend welke
inkomenssteun het Rijk zal bieden. Maar we willen geen tijd verliezen door af te wachten. We zijn
bezig de problematiek nader in kaart te brengen en concept-subsidieregelingen te ontwerpen.
Daarbij benutten we ook de kennis en ervaring die we opgedaan hebben met de
steunmaatregelen vanwege corona. Op die manier kunnen we de middelen toch snel laten landen
waar ze nodig zijn.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 2 van7
Algemene uitgangspunten
De steun moet komen waar die het hardst nodig is, maar moet ook snel vitvoerbaar zijn. Dat
betekent bij voorkeur eenvoudige en geautomatiseerde processen en voortborduren of aansluiten
op bestaande systemen en regelingen. Dat betekent tegelijkertijd ook minder precisie in het
bereiken van doelgroepen.
We werken zoveel mogelijk vanuit vertrouwen, net als bij de coronasteun gedaan is. Daarmee
verminderen we de controlelast bij gedupeerden en vergroten we de uitvoeringscapaciteit.
De steun is beschikbaar waar geen steun vanuit het Rijk of andere partijen voor de
tegemoetkoming in energiekosten gegeven wordt, of waar deze niet toereikend is.
De steun moet alleen beschikbaar zijn waar ook verduurzaming en energiebesparende
maatregelen genomen zijn of worden, en die verduurzaming ook zoveel mogelijk versterken. Het
uiteindelijke doel is immers niet alleen een betaalbare energierekening, maar ook het structureel
dalen en verduurzamen van het energieverbruik. Deze steun komt bovenop de maatregelen die de
gemeente al neemt om te verduurzamen en energiearmoede tegen te gaan.
Op basis van de bovenstaande uitgangspunten vullen we de besteding de komende periode
stapsgewijs verder in. Daarbij zullen we u regelmatig informeren over de voortgang en de
gemaakte keuzes.
Hieronder schetsen we hoe we op basis van bovenstaande voorwaarden de steunmaatregelen
willen vormgeven. Daarbij maken we een onderscheid tussen maatschappelijke organisaties en
het MKB.
Steun voor maatschappelijke voorzieningen
Maatschappelijke voorzieningen, zoals sport, cultuur en welzijnsvoorzieningen, kunnen direct of
indirect worden geraakt door de hoge energiekosten. Dat is extra het geval als de energiekosten
een heel groot onderdeel zijn van de totale kosten, zoals dat bijvoorbeeld het geval is bij het
zwembad en bij sportlocaties met buitenverlichting.
Sommigen hebben een eigen energiecontract, en zijn daarom direct verantwoordelijk voor de
hogere kosten. Dit kan ook gelden voor verhuurders van bijvoorbeeld sportaccommodaties, voor
wie het onwenselijk is dat zij de hogere energielasten niet of slechts gedeeltelijk doorberekenen
aan hun huurders. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij de verhuur van sportaccommodaties door de
gemeente. Voor veel andere partijen in dit veld geldt echter, dat zij hiermee te maken krijgen
wanneer de hogere kosten worden doorberekend in de servicekosten.
In beide gevallen kan tegemoetkoming nodig zijn om te zorgen dat de instelling, partij of
vereniging niet omvalt. Daarbij is het ook belangrijk dat zij de kosten niet in dusdanige mate
hoeven door te berekenen aan hun leden of gebruikers, dat voorzieningen toegankelijk en
betaalbaar blijft voor alle Amsterdammers. Dit geldt met name als de voorziening een belangrijke
bijdrage levert aan de sport- en culturele infrastructuur van Amsterdam, en dus een groot bereik
heeft of een specifieke kwetsbare doelgroep bedient. De tegemoetkoming is daarnaast specifiek
bedoeld voor kleine, Amsterdamse maatschappelijke instellingen, en niet voor grote landelijk
actieve partijen.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 3 van 7
Het is nog onduidelijk bij welke maatschappelijke organisaties de schade het hoogste is als gevolg
van de hoge energielasten. Wel is duidelijk, dat algemene steunmaatregelen niet wenselijk zijn. De
situatie verschilt daarvoor te sterk. Sommigen instellingen zijn zwaar geraakt door
contractveranderingen, anderen hebben een bestaand contract. De mate van energie-intensiteit
verschilt ook. Zwembaden zijn bijvoorbeeld grootverbruikers van energie. Ook de mate waarin
een hogere energielast een probleem is, verschilt. Het aandeel van deze kosten in de
bedrijfskosten verschilt sterk, en daarnaast hebben sommige instellingen nog een fors eigen
vermogen. In dat geval hoeft ook een forse stijging van de energiekosten niet te leiden tot extra
gemeentelijke steun. Er zijn daarnaast soms andere oplossingen te bedenken, die doelmatiger zijn
dan gemeentelijke steun. Voor de Kunst- en cultuursector geldt bijvoorbeeld specifiek, dat een
aantal instellingen nog middelen over heeft uit eerdere Rijkssteunmaatregelen. Hoewel deze
middelen nog tot en met 2024 ingezet mogen worden om de gevolgen van de coronacrisis te
dekken, kan het effectiever zijn deze middelen nu voor de hogere energiekosten in te zetten, dan
dat die worden teruggevorderd waarna gemeentelijke steun wordt gegeven. We gaan hierover in
gesprek met het Rijk.
Voor maatschappelijke vastgoed is op dit moment ook al ondersteuning beschikbaar bij
verduurzaming. Om snel inzicht te krijgen in besparingsmogelijkheden kunnen maatschappelijke
organisaties in Amsterdam, waaronder sportverenigingen, een gratis energieadvies en —
begeleiding aanvragen. Daarnaast worden eigenaren van maatschappelijke gebouwen
ondersteund via de Rijksdienst voor ondernemend Nederland (RVO). De nieuwe Subsidieregeling
duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA) komt eigenaren van bestaand maatschappelijk
vastgoed tegemoet in de investering in bovenwettelijke verduurzamingsmaatregelen.
Sportverenigingen die eigenaar zijn van een accommodatie, kunnen aanspraak maken op
overheidssubsidie (BOSA-regeling) bij verbouwing. Voor duurzame maatregelen is het
subsidiebedrag hoger. Daarnaast heeft gemeente Amsterdam een eigen subsidieregeling voor
sportverenigingen met eigen accommodatie, die gecombineerd kan worden met de rijkssubsidie.
Verdeling van de middelen
In alle sectoren zijn instellingen zwaar geraakt door de gestegen kosten. Daarom wil het college de
steun ook evenwichtig verdelen over de getroffen instellingen. Om te voorkomen dat de middelen
ongelijk terechtkomen doordat sommige sectoren sneller inzichtelijk kunnen maken wat de
gevolgen zijn dan andere, worden de middelen vooraf op de volgende wijze verdeeld:
- Cultuur € 3 miljoen
- Sport € 3 miljoen
- Overige maatschappelijke voorzieningen (waaronder welzijnsinstellingen) € 3 miljoen
Flexibel inzetbaar, te alloceren op basis van de opgave: € 12 miljoen
Op deze manier kan wel tempo gemaakt worden en wordt duidelijkheid gegeven aan de sectoren
die het betreft, en blijft tevens ruimte om specifieke sectoren of instellingen nog extra steun toe te
kennen als de problematiek beter inzichtelijk is.
Voor de steun aan (verhuurders aan) maatschappelijke voorzieningen wordt op dit moment
gedacht aan de volgende criteria:
e Middelen worden alleen toegekend als compenserende maatregelen vanuit het Rijk ontbreken
of niet toereikend zijn
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 4 van 7
e Middelen worden alleen toegekend aan organisaties met een aantoonbare
contractveranderingen van energie in de afgelopen 3 maanden (vanaf 1 juli 2022) en/of
komend half jaar (gerekend vanaf 1 oktober 2022).
e Middelen zijn voor (excessieve) energiekosten waarbij het weerstandsvermogen ontoereikend
is en de continuïteit van de organisatie in gevaar komt
e Middelen worden ter beschikking gesteld, in combinatie met afspraken over een pakket
energiebesparende maatregelen
e Middelen zijn zowel voor gesubsidieerde als niet- gesubsidieerde organisaties beschikbaar,
maar alleen voor organisaties waarvan de activiteiten geheel of merendeels in Amsterdam
plaatsvinden
e Middelen zijn zowel beschikbaar voor tegemoetkoming in hogere energiekosten, als voor
compensatie van de hogere energiekosten die onderdeel vormen van servicekosten die naast
de huurprijs in rekening worden gebracht die aantoonbaar het gevolg zijn daarvan.
Op dit moment wordt gewerkt aan het uitwerken van deze criteria in een of meerdere
subsidieregelingen. Doel is dat deze regelingen snel nadat bekend is welke Rijkstegemoetkoming
er komt definitief gemaakt kunnen worden. Het college koerst daarbij op zo snel mogelijke
publicatie van de regeling(en). Voor het uitvoeren van de regeling(en) zal waarschijnlijk capaciteit
ingehuurd moeten worden, of andere prioritering nodig zijn. De krappe arbeidsmarkt maakt
externe inhuur lastiger. Dit maakt het extra belangrijk dat de regeling zo uniform en eenvoudig
mogelijk is.
Steun voor kleine ondernemers
Op basis van CBS-informatie over verschillende bedrijfstakken is een eerste analyse gemaakt van
de groep ondernemers die het meest in de knel komt door de stijgende energiekosten. Daarbij is
de volgende veronderstelling gemaakt:
e Bedrijven: Hoe lager de marge (van een sector) en hoe hoger de energiekosten ten opzichte
van die marge des te gevoeliger is de betreffende bedrijfstak voor stijgende energieprijzen.
e Bedrijfspand: Oudere panden zijn (over het algemeen) minder energiezuinig waardoor deze
gebruikers gevoeliger zijn voor stijgende energieprijzen.
Op basis hiervan is de eerste, zeer indicatieve, schatting dat circa 3.000-4.000 ondernemers het
hardst geraakt worden door de huidige energiecrisis en stijgende prijzen.
Voor kleine ondernemers is een bedrag van € 10 miljoen beschikbaar in het steunfonds. Het
verdelen van deze middelen kent een aantal specifieke problemen, en er wordt dan ook een
andere aanpak gekozen dan voor de maatschappelijke instellingen.
De doelgroep is minder goed in beeld bij de gemeente dan maatschappelijke instellingen.
Ondernemers zijn bovendien minder geneigd gebruik te maken van steunregelingen, omdat zij
geen inzage willen geven in de financiële gegevens van hun onderneming. Daarnaast is
inkomenssteun aan ondernemers juridisch lastiger vorm te geven. Een deel van hen zal in
aanmerking komen voor het prijsplafond dat door de Rijksoverheid is ingesteld, wat mogelijk
verlichting zal bieden. Tegelijk weten we dat de nood bij kleine ondernemers hoog is, en dat ook
zij een belangrijke rol spelen in de leefbaarheid en de economische welvaart van de stad. Daarom
is het belangrijk ook hen zo snel mogelijk te helpen de hoge energiekosten het hoofd te bieden.
Daarbij wordt gekeken naar tegemoetkoming van de kosten, maar ook naar de mogelijkheden
voor het ondersteunen van ondernemers bij het direct verlagen het energieverbruik én hen te
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 5 van7
begeleiden bij verdergaande energiebesparing. Een bijkomend voordeel is dat deze maatregel
snel en direct uitvoerbaar is.
Het college zet ook op andere manieren al in op preventie en energiereductie bij bedrijven. In het
kader van de MKB motor (onderdeel van Duurzame stad, duurzame banen) is € 1,25 miljoen voor
onder andere energieadviezen voor MKB-bedrijven, het opzetten en ondersteunen van collectieve
acties waaronder de “Licht vit” campagnes op kantorenterreinen en het opzetten van
samenwerking op bedrijventerreinen. Ook de energie-intensieve organisaties worden
ondersteund bij hun verduurzaming. Daarbij wordt extra ingezet op de tien meest energie
intensieve organisaties in Amsterdam. Zo ondersteunen we samen met Port of Amsterdam
ondersteunen we de Amsterdamse havenindustrie bij het in kaart brengen hoe zij de
energietransitie gezamenlijk effectiever op kunnen pakken.
Het college kiest voor de inzet van de middelen uit het fonds een aanpak op twee sporen:
1. Energiebesparing: Extra inzet van de fix/coach teams voor ondernemers in de wijken die
het hardst geraakt worden door de energiecrisis en stijgende energieprijzen
In augustus is, in het kader van de actie 15% gas terug MRA, een pilot met fix/coach teams
uitgevoerd in de Dapperstraat/Dapperplein. De resultaten zijn erg positief, 80% van het
klein MKB heeft deelgenomen, ofwel 4,4 MKB'ers. Bij hen is direct 5% elektriciteit en 5%
gas bespaard door het plaatsen van onder andere tochtstrips, radiator ventilatoren en LED
verlichting.
Door middelen vit het steunpakket te besteden aan de fix/coach teams, maken we een
inhaalslag bij het verduurzamen in het MKB met middelen vit het steunfonds. Deze
figfcoach teams installeren direct energiebesparende maatregelen (tochtstrips, LED
verlichting e.d.) waardoor de ondernemer direct energie bespaart. Daarnaast adviseert het
team de ondernemer bij verdergaande energiebesparing én begeleidt hen bij de realisatie
ervan, denk aan offertes opvragen, subsidies aanvragen.
De fix/coach teams zijn voor zowel bedrijven als bewoners een bewezen effectief
instrument. Door energiebesparende maatregelen (met structurele impact) worden
ondernemers snel, laagdrempelig en concreet geholpen. Ook MKB Amsterdam geeft aan
dit een zinvolle maatregel te vinden om door te ontwikkelen. De fix/coach teams worden
daarom met voorrang extra ingezet voor hulp aan ondernemers in die buurten die op basis
van een analyse het hardst geraakt worden door de energiecrisis en stijgende
energieprijzen. Tegelijk wordt op die manier zoveel mogelijk ingezet op het behoud van
ondernemers in deze buurten. Wanneer in de betreffende wijken ook maatschappelijke
instellingen gevestigd zijn (utiliteitspanden), zullen deze worden meegenomen in de
aanpak.
We zijn bezig de fix/coach teams per direct extra in te zetten in bovengenoemde wijken.
Naar verwachting kunnen op die manier nog dit jaar 5oo extra ondernemers geholpen
worden. Dit kan in 2023 verder worden uitgebreid. We richten ons hierbij op de volgende
gebieden: Noord Oost, De Pijp/Rivierenbuurt, Gaasperdam , Oud Zuid, Oud West/De
Baarsjes, Centrum West, Geuzenveld/Slotermeer, Osdorp, Oud Oost en Bijlmer Centrum.
In deze gebieden is het aandeel van bedrijven die het hardst geraakt worden
bovengemiddeld.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 6 van 7
Het aanbod van energiecoaches en —fixers is momenteel overigens kleiner dan de vraag,
niet alleen in onze regio. Onderdeel van de 15% gas terug activiteiten is daarom het
opschalen van de capaciteit. Hiervoor werken we via het regionaal actienetwerk nauw
samen met onder meer BZK. Onder aanvoering van de Green Business Club zet het
actienetwerk ook in op energiebesparing in kantorengebieden waar de focus ligt op Doe
het licht vit, optimaliseren van klimaatsystemen en uitwerken van breed toepasbare
Routekaarten Energieneutraal voor kantoorgebouwen. Ook voor bedrijventerreinen zijn er
mogelijkheden om Energiescans & energiecoaches in te zetten. Daarnaast zet het
actienetwerk extra in op Koelen en vriezen minder koel en Pilots klimaatbeheersing die
met geleerde lessen daarna schaalbaar zijn naar andere bedrijventerreinen.
2. Directe steunmaatregelen: Uitwerken van mogelijkheden voor tegemoetkoming van hoge
energiekosten.
Op dit moment wordt vitgezocht wat de juridische (on)mogelijkheden zijn ten aanzien van
het geven van tegemoetkoming. Daarnaast moet een keuze gemaakt worden tot welke
grens kleine MKB-bedrijven worden ondersteund.
Inhoudelijk zijn grotendeels dezelfde criteria van toepassing als voor maatschappelijke
organisaties:
. Middelen worden alleen toegekend bij het ontbreken van compenserende
maatregelen vanuit het Rijk of provincie
. Middelen worden alleen toegekend bij een aantoonbare contractveranderingen
van energie in de afgelopen 3 maanden (vanaf 1 juli 2022) en/of komend half jaar
(gerekend vanaf 1 oktober 2022).
. Middelen zijn er voor (excessieve) energiekosten waarbij het eigen vermogen
ontoereikend is en de continuiteit van de onderneming in gevaar komt
. Middelen worden ter beschikking gesteld, in combinatie met afspraken over een
pakket energiebesparende maatregelen
Voor de uitvoering wordt gezocht naar een manier om deze eenvoudig te houden, door aan te
sluiten op de bestaande infrastructuur vanuit de BBZ-regeling. Sinds corona is doelgroep van deze
regeling verbreed. Er zijn echter naar verwachting ook veel kleine ondernemers die op dit moment
niet onder de regeling vallen, maar wel behoefte hebben aan steun.
Tot slot
Met de bovenstaande criteria biedt het college meer duidelijkheid over onze doelstellingen en
inzet bij de besteding van het steunfonds. Deze raadsbrief geeft echter nog niet de duidelijkheid
over wie steun krijgt waar veel organisaties in de stad op hopen. Daarvoor zijn er simpelweg nog
teveel onzekerheden, en is teveel onbekend over wie geraakt wordt. Het college legt met deze
criteria wel de basis voor het oplossen van die onzekerheden.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 4 oktober 2020
Pagina 7 van7
De komende maanden gaan we daarmee hard aan de slag, ook samen met het Rijk en overige
partners. Om op die manier Amsterdamse organisaties en ondernemers de steun te bieden die ze
nodig hebben, onze stad leefbaar en onze voorzieningen toegankelijk te houden. Wij informeren u
daarbij regelmatig over de voortgang.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
2 En
Se
nq gy S,
Bt |
Sofyan Mbarki
Wethouder Sport en Economische zaken
Hester van Buren
Wethouder Financiën
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
| Brief | 7 | train |
Beschrijvende analyse matching en
loting voortgezet onderwijs
Amsterdam 2020°*
Bas van der Klaauw Hessel Oosterbeek
“Deze versie: Mei 2020. Van der Klaauw is verbonden aan de VU Amsterdam, Ooster-
beek aan de Universiteit van Amsterdam.
Ì
1 Inleiding
Op 30 maart 2020 is de loting verricht voor de plaatsing van basisschool-
leerlingen uit groep 8 die in Amsterdam naar een school in het voorgezet
onderwijs willen. Sinds 2015 wordt daarbij gebruik gemaakt van het zoge-
noemde student-proposing Deferred Acceptance (DA) systeem. Evenals de
voorgaande twee jaar was er dit jaar een plaatsingsgarantie voor leerlingen
die een voorkeurslijst hebben ingeleverd waar minstens vier (vmbo-b, vmbo-
b/k en vmbo-k), zes (vmbo-t en vmbo-t/havo) of 12 (havo, havo/vwo en
vwo) scholen staan. De implementatie van de plaatsingsgarantie is wel ver-
anderd. Vorig jaar werd gedurende loting de capaciteit opgehoogd om alle
leerlingen met een plaatsingsgarantie op een school te krijgen. Dit jaar werd
dat niet gedaan en werden leerlingen met een plaatsingsgarantie handmatig
nageplaatst. Voor het maken van de reservelijsten is dezelfde procedure ge-
volgd als in 2019. Een wijziging ten opzichte van de afgelopen jaren is dat
er vanwege de maatregelen tegen het coronavirus dit jaar geen eindtoetsen
zijn afgenomen. Ophoging van het basisschooladvies naar aanleiding van de
score op deze toets, heeft daardoor niet plaatsgevonden.
In dit rapport bespreken we eerst het aantal leerlingen per advies, de
capaciteit van de scholen en de opbouw van de voorkeurslijsten (sectie 2).
Vervolgens bespreken we de allocatie van 2020 en vergelijken deze met de
allocaties van voorgaande jaren (sectie 3). Daarna rapporteren we de resul-
taten van een analyse die we hebben uitgevoerd inzake de effecten van het
geven van voorrang op basis van woonplaats (sectie 4). We eindigen met
afsluitende opmerkingen (sectie 5).
2 Scholen en leerlingen
2.1 Aantal leerlingen per advies
Tabel 1 geeft een overzicht van de aantallen leerlingen die dit jaar en de
voorgaande jaren meegedaan hebben aan de matching voor VO scholen in
Amsterdam, uitgesplitst naar basisschooladvies. In 2020 hebben 7672 leer-
lingen meegedaan aan de matching. Dit aantal is hoger dan in elk van de
2
voorgaande vier jaar. Enkele verschuivingen zijn opmerkelijk. Het aantal
vwo-leerlingen is afgenomen met 84 en het aandeel van vwo leerlingen is
daardoor met 1,4%-punt gedaald tot 27,1%. Het aantal leerlingen met een
havo advies is met 91 (1,1%-punt) gestegen en het aantal leerlingen met een
vmbo-t advies zelfs met 108 (1,3%-punt). Bij de andere adviezen zijn de
veranderingen kleiner.
2.2 Capaciteit per school
Elke school bepaalt voorafgaand aan de plaatsing van leerlingen de maximale
capaciteit per onderwijssoort of profielklas die door de school wordt aange-
boden. De eerste zes kolommen van Tabel 2 laten voor elke onderwijssoort
in elke school de maximale capaciteiten zien voor de jaren 2015 tot en met
2020. De scholen zijn alfabetisch gerangschikt. Ten opzichte van voorgaande
jaren zijn er geen grote veranderingen in de capaciteit. Wat wel op valt is dat
een paar scholen die vorig jaar vanwege de plaatsingsgarantie extra leerlingen
kregen, dit jaar een iets lagere capciteit hadden. Omdat Cygnus dit jaar ook
een klas minder had, was de totale capaciteit van de Gymnasia dit jaar 40
leerlingen kleiner dan vorig jaar. Verder had Fons Vitae dit jaar 36 plekken
minder voor Havo leerlingen.
2.3 Voorkeuren van leerlingen
Kolommen 7 tot en met 10 in Tabel 2 geven aan door hoeveel leerlingen
elke school (onderwijssoort) op de eerste, tweede, derde en lager dan derde
plaats van hun voorkeurslijst is gezet. Zo laat de eerste regel in de tabel zien
dat 91 leerlingen het Amsterdams Beroepscollege Noorderlicht op hun eerste
voorkeur hebben gezet, 71 op de tweede, 47 op de derde en 44 leerlingen op
de vierde plaats of lager (maar wel op de lijst).
Vergelijking van de kolommen "capaciteit in 2020" en "eerste voorkeuren
2020" maakt duidelijk dat er in totaal 1178 plekken te weinig zijn om alle
leerlingen een plek te geven op hun school van de eerste voorkeur. Het tekort
‘Het tekort aan plaatsen valt iets lager uit (1150) als niet wordt uitgegaan van de
opgegeven capaciteit maar van het aantal geplaatste leerlingen.
3
DD
EN
D
Si rd
ee)
ò el RE
zie 25 Sf 5
al ne 7
DD T7 7e
Es) SES
2 zE 5 ne
80 SESSAS …
D RESERSE
5 AAS
4 OESERSE
zE
| SOD
Ë el 5 Ì
> EEE
ld 7 ak
ie SSA Z
sl Oo eN
SSeE n
5 SSS Ë e
N = 5
Tm SREEESSE
5 SEE
5 ee
Ik SEE
Ö BST OL _
em SE
| ZEE
52 5 GS 0 ES
SIR 20 5
Es: EN
EEE 4
5 SEEEE8S
Se88 mn a
5 Sers
B A S
5 7
5 k
: zie aa
sl 233880
sn 5 HF oÓ 05 nn
Ss ace LES
EE Oo ES
RERESE ns
2 SEEE8SS 38
dé SSE8SSE
j RRERRZES
| 238
EN
<< _
5 ea
> AD SH
em 53
_ 22557
sl. F0 5 110
ER IN a
Een SHASS
5 SSEESES a
s SEESEES
5 533
2 Re 5
SZEBE
=| ke
als |
ED
iK |
zE j
= lo
ze
32 |
5 2 5 id
EE ä 2838 >
- - 4 ELS ap
zl Eri EELS 2
2 Eri
Eed bie e)
EE Zia En
à 535 8e
ke 2 ee 8
EEE EEE
5 5 9E
ERS
we
o
=
4
@
oa
a 2 @ a a
où 2 oo eo eo eo ee oo © oo © ee ee oo e ee @
2 EW 10 en
a 1
sje @ 5 8 ec eo oo o eo oe eo eo oe es es oe ee & e eo 3 ee ee
N
…
Wi
Ee
a °
se E ee ee ee eo eo eo es ee oo 0 © oo 0 ee ee ee ese ese 5 JL es ee
55 =
Wi
Û
A
5 3 a o 0 No
ze 3e se es ese e so eo o e eo 8 ee ee @ Ss 3 a 5 ee e
3 5 0 ° @ o 1 3
2 @ … 8 ee eo es ee ee ee ee @ o R 8 o 8 eo 8 oe & © @ @
le 82 A a © e 2 a @& a a a a 5 8 © ° 4 @ oo 8
ela Ì Hb 0 Ì 2 a A A AN a 4 de A DW A Ht EE %P
N
Ie 8 8 a @ © 3 2 a eo 2 1 A Aa RR == 3 a © 5 @ 1 3
28 AEG Se a AAA ES Aa 4 Ä = A B 8 do om @ T
og
a @ a o e
7 © @ e ee B 4 HE 4 e@ eo e © @ WN
ZI2S ae rs AS Sera N ANNE Ee A 0 Pa u ua 6 Ht X
d
5
BIE u e oo a
a a © A OO @Q 5 0 5 @ a @ + © © oo © @
Para 8E 8 A SDA a HA 5D A A A B @ 00 EE & 9
8 2 8 wm a 5 a © tv 4 NRE a a © Ht oo a xv À
@ A ES | + Hd Ì a W 0 A 0 WO OH DN
»D & md an md ham!
EN
> 2 a 4 NN @ 0 a
CN JJ A be Dd DO 00 LO OO a
ï 2 AE a Tt a @ | & a ne bt ww an 8
rd
& iz 3 REB 8REEEEeEsE SES BE 2 Ze 5
ko
YE a Ja A A A A OO MW 5 A ES 5 @ a 1 à P
le
ora a In 2
ie © & 4 a a @ «a ee Ao St a a @ a e@
GjSjelS Z 8 5 8 0 Ì 8 5 8 3 eoa 8 8 A8 4 0 A LR 5
Ol 4u
3
a
Bl D- al 0
oi o e Na AW _ ie @ NO Ot Ot ie 0
PD ALE Ke 8 B A AE EN SE OS AN 9 B & = 8 LA B A & ù
Ol 7
5 ale B 2 dee LAW B a A He B 4 À 0 A OP OM A LD
‚Z DA ONO N NO OON ANNM 0 mn NOD
3 @
nad 2 MA > ED D ED 2 ©
A a © @ @ eK: o © © oa @ © tst
FOM 5D A + Kel Se &
5 SI 8EE ene Sedes a 8 dag 0 0 & & © a
DV a
o O oo ED 0 o 2 ©
rg a a © @ @ og e @ © © oa oe © H @
En 00 0 0 8 &
5
og
2 @ e © e a ee ©
7 a Q @ @ og DD 9 © W “ e@ @ eo © © +
A
8
| 5
| 8
Ll Ales … © o © oe o © © ©
= A © 0 oo © © © oa © © o ©
IE 0 A B Aa 3 S 0 0 EE EE 9 5
> o
…_ 2 Do 8 0 tea ea RL e LL + © A 2 @ & — © © 0 e 2 8@
2 2 EE A Aa a SS 5 5 8 a 0 Td DA @ WW 0 0 0 0 SD 5
eN a
zi aa o © Pe) 0 @ o e
rt 2 EO OA OH a a B E © a F0 OH A Lt 0 8 &
(as)
E £ 7 re 2% 7 Ek EE
ö o o ò ò © ò 8 o 8 ò 8 ° o ò ©
& 2 & 2 A 8 8 A & 2 A 2 8 … 8 2 ô &
8 s 8 s 8 8 8 … 8 8 s 8 8 8 a & s 8 8
> ZS & ZE EE Sp a: Zo
; ss Bs so ss ä ; so
d 82 dd 8 8 8 8 dE dè 8 5 8 dd 2 8 8d B 8 8 8 B dd
s SS SS 8 8 SS SS 8 Bs SE 8 8
EEE BBB Bb Ee Br Ep
V ©
80 a0 8 8
s 8 ER: Ee
5 - 5
o © B 'À 7
Ko}
o eo eo Ù O0 5 EE: s
8 8 2 8 er © 9 5 8 >
3 Ò 5 B 2 2 u B @ O PV a
5 B B B 8 2 © © ra
e- a 8 & 8 8
2 8 Z à
Ze 8 8 8 8 8 B A Tt VV WV 2 8 8
J ® ON v
ZE 8 8 8 5 5 0 8 8 2 BE 8E 8 BE B 8 8 P 8 88 Bd
HR 0 8 0 ® © a 8 8 Pd 5d a Aas Vv
0 55E RS a 8 8 8 8 8 8 2 2 B A A A AE ZE
EE ada ö @ 2 2 2 2 2 20 00 2 a a a Le
9 5 vv eve ev TT 8 oe ee oe 5 5 8 5 Û Z
6 5 % 5 & 5 A Za aad TTT TT EAA EB BE B 8
ZO 8 EE 8 8 U U 0 8 8 B B 8 8E RE 8 8 8 8 B
EE EE EE TEtTTEE EEE EEE EEE EEE dE
AQ 8 8 8 8 8 8 EE EEE Ee EEE 88E Ea A
< 0 0 A AAR 00 a 0000000 0000 0 0 0
Sl oo ee @ + 3 8 ww @ Sr a e 3 5
& e oe oe Ì ee se 5 A eo ee es ee de 3 di 8 ee 8 5e ee es e 2 a 8 5
NN
2 = DN o 5 A 2 @ @ se nr 8 B
ze © o o oo & o © oe 8 8 8 5 eo eo 8 3 eo eo oe eo n 8 de
…
a
2
5 2 © fail lon) a Qb
Ie eo ee @ o oo 8 oo oo o o oo 8 eo Nea ae 2 0 eo oo eo oo A == oo A W o
SS Ns
Û
ä
5 2 ZR 0 a a @ © a 0 © rr 8 3
zje 9 oe o 5 ee ee © e ee @ 5 8 Se eo 8 3 eo oo eo 2 8 8 NN Ì e
3 e 5 8 A3 8 e= 8 © o 8 8 3 8
zje 5 e © o de ee @ e ee 8 5 3 & e © o o 8 & 48
o
e e © @ a a
a 0 0 a 2 © @ 4 8E dte DO A Ee 0 A HO WW @ o oo
ols a 0 6 9 A A Á a a A a a bb EE ò @ A HH ON ON A ON ka A A A Ha A 5
al — ham! dd Td md
5
+ a e + © a a
=| 0 oe © a A a Hd OQ 9 ke dk a @ a a o
ze 5 > 0 NE OH WW a Lb 0 J A 6 A H A A a 4 Sada da EE =
oo
sel 2 1 8 2 4 8 HE @ no 0 Ì He AE A LE 24e ee Je Ja kk La
ZS à + A @ Á A NN Sn A @ @ WW LW A % A HD a 0 da Ta dE a
8
8
8
a,
Zale 2 st + 2 0 Mt Eb a 8 + ee ee 0 2 5e a et bh a JS e 8 A a
2e a 2 & = GE 04 0 6 AAA 0 A 6 0 A Ja da LS EY ©
o
e + + oa oo 9 a a
al © a o a oa ete o @ Td A QQ He 9 H a oo
ze A © & 5 ee a 0 Ì OE B WM OH A A A OE ES ö 5
1
aa L- E + e 4 o ©
sl ww a © oa oo a Oo Ne te © oo
aje A 5 8 A B @ La 8 EE ww WW A @ A | B 8 a A Á 8
E- Oo A 0 WVW a a a 4 B @ WW ww Se a a ba es 5 4 wm £
El2 8 5 4e RTS ea A EERE ae à 88 0e 5 se tre Pr 2 a rt 5
si = nl A&M A sd 0 à Ì & A 3 0 A a Ô nd B A HO LL 3
e
N
2 a A a & 0 =d == B @@ a @ oo 4 Ot 0 SQ a At © @ Ht @& B 9 od ee A Ì
ALAS 8 A A 4 SAN A a Aa PHA RTE edt a 8 Ao A Td B
u
5
Û
Er,
B = 8 a 3 © = 8 ec & a a a 8 Ì a @ A 3 @ © a Od Oa DE
8 a S 5 © © a a 0 o 8 oo a
8 © © © © a Aa 8 Aa a = a ò NN B HN 5 2 @ B a Aa ú 4 @
e SEEN @ a © a
og Ee @ A © Wm A a @ A 0 HE 0 A & A Q Oo nt
=| 8 Pe) a @ In No ©
A O0 DNA dd MON a NN 3 Aa
Ie 8 re 8 ee 8 3e Rr a od 84 4e 8e de rag ee a 8e Ie 3 EL
g[e 3 A 2 3 A 8 5 9 A 8 A A EE 3 0d A kb 4 4 A a Na AL Sa da SE
en)
o © 2 oo © © kl NN OA
5 4 e oo o a a oe a ee ee 2 Le @ @ a oo oo
aA S © A FA a = 4 Hb 8
2e A a ® EE 8 4 4 9 © Lb 32e LA 0 5 5 ak Ga da YE Ss
oo
eo © + eo @ a 0e a 5 a da ©
„lel8 2 2 3 a 2 8 a 3 © @ B ZR ee ga ee se 2e © 5e Je dg EL 8
SI à à 8 oo A a A @ Sd 2 Jo 0 HL 0 A ev A 3 A 0 Ja Za i E 8
8
9
8
al
3e) 2 8 zt Z a 3 8 Q e@ a 8 8 4 0 oo 0 eo re st eo 5 a 9 @ 8 AN B
TN ken) 1 hal td st rd Ob
SI2a A A 5 Le) Ae 5 5 A0 © B OH A 0 B A HH SA DAN Zo 8
o
o © Pe) + o PE: a 9 eo a
7 + e a © ° o @ 5 NN @ @ © a oo
a & oò D 5 te ca + FH
25 à A 8 5 EN OÀ ww 5 Á Ì EE 6 B 4 A @ B A a Da X X 5
1
| MD [ia L- 1 Ost 2 st © @
ols AN 4 oo 5 Fm F0 Oo 0 5 MW HH @ 2 B @ + t 8
AL dd ED ed 90 LOD Od Nd ES,
a 8 » > > > > > > >
5 8 & À ö ò ò ò ö ö ö
EE: EE: s & eg MEN: 9 8
8 OE 8 5 8 8 8 & s 8 8 8 & s 8 Ss 8 s 8 8 8 5 8
> > 88 > ed A8 AP AS A8 À >
PEBE Be 5E EE EBB EB BB B 5E Bb B BE Pb B 5 5 55
8 8 8
CE: 2
8 EE 5
Vv OV V <t 8
z à Hà u ° a 5
8 8 8 8 8 5 se B 3
Ë SO 4 8E 5 EE: 8 2
8e 5 8 8 & 8 8 8 8 Ö Ov ® où a
<t 8 8 8 à 2 8 8 8 8 8 © Ee ee AZ] En
En a Ss B 8 8 8 B oo Vv Vv LP LE Pr Pr 5 ‘7
VOE OV Vv Vv Vv 8 & 9 9 He HW 0 8 zz 9 9 O O 8 8 &
0 8 9 9 8 9 0 8 28de EE > 5 ® ov ov 8 ö È E 8 8
28 8 nh a 8 8 5m TA a 8 EE 5 8 U 9 8 EF
= a a a TE 5 A A A A A PH o © Oo © > a B
Ö 2 8 a ae a a Ö ov ev ve U PL È 8 0 0 0 8 8 8 EL 3 5 à 8
nn: a VTT REL SA REE 8 8 © È 5 a 8
2 Vv Vv EEE aa 8 8 8 8 ® 5 Te IJ U TV 5 a Ë %
EE ' ' 8 EE @
EA 8 ER EE à 4 8 8 B 8 8 4 A a u B 5 5 EB E E 8 EE EN NN be 8
SS 2 2 0 0 0 0 > A 8 ö 8 8 Ee Vv 8 9 8 0 9 Ì 8 © 8 A AA A A A Vv VU V
0 0 0 0 000 aaa Aaa AQeE «9 00e 0 Ere EE EE
@ Ee an
A o © @ E 5E a
Sje oe oe 3 0 â oe es âge ese 8 sees es es es se 5 &
2 $ jen Oo ae @ a f @ © © KE:
ze oe td oe & a 8 oo oo oo 3 oe eo ee @ o oe eo 8 8
2
sl 2 © oo 1D
el5| oe o so % eo ee eo n 8 o oo eo oo oo oo oo 0 oo eo oo oo oo a =
sl a Kn]
0
Wi
Û
A
5 Den 22
sle oa 5 gj eo eo eo eo # o oo eo oo oo oo oo 0 0 no oo oo oo
A a —
eo ko In 1
se o ò o 5 oo oo oo o 8 o o oo a © o © Lo oo o
& an an
@
=t zl 0 o 0
a aa EE : : om = 0 oa Am a © Et
rd st t © 1 rd Kn] 00 1
Ia @ @ Ae AH A0 0 Ae Ae Aar 6 A a A
a
oa Ee @ = oo
5 : a @ Ee @ 2 mm + En ON et 0 @
el A a A FE 0 5 Lb B Oo A A B a LA A aA A a SA B 5 WW B
N
og
a 4 ee oo 9
7 ee + Nt 2 A a @ a © oo ot ©
— ot 90 dt — ind 00
28 = a: © 0 Z A OM OO A md an on on DK
d
ä
a,
Selle 8 @ a 8 + a 8 B Lb 2 0 DH 5 LQ ko 8 9 LO A
25 5 Ì S a © À 0 OO Da 8 A AN ON
o
00 ED EOD Kn En len) 1
2 E a @ @ oo oke @
A a 0 © S a o
za Td ® 8 A @ © A 4 © 8 SS … A 0 A
1
o 00 o a —
2 E a @ 2 @ A en a @ A
5 So LA a + t- oa
25 2 © q a B 5 A OH © OH Dn EE
@ OW A © 2 og e o a a a + 0 @
og a a a e a W fe)
sjen S 288 3 8 3e $ 8 4 8 54 88 A88 ERA SH
> 0 aa
Lt a @ St a o Sa E a
Zele 8 HA e 8 @ HP A LH A A A KH A NA Ted Ae ee 0 NI 5 @
Û
X
Ad
8
2 Ien A: ED: a © kb © a © @ ©
SLA 4 Ades a À a a Á a A A A EE A A TN A SO a Nw Wm
oa o Ee a o ©
o © © — oa a a @ — am eo « at
sd 2 2 @ > B u A 5 2e B 4E at SL a 9 aa LO FA EE Ek
@
oo e e 0 0 2 @
a a a Ht 0 @ @ @ © a A 9 @ AO WW ad @ Eh
han Ot PN ED Dd 00
25 2 86% 4 5 6 0 AAE Add Ed Ea HA NN
a
° e @ © a RN: oo
5 2 © @& 0 0 9 a ON ee A 0 PW dd H OO @ @
1 HDC hal PN be 1
28 a À 8 A Ata EES LE a KR 0 B 0 WM A Ld A A AW OW
og
° eo @ & o 9 a a o
„le 8 2 8 Et La a st 8 2 Aa A 3e ee 8 2 a Eg te 2 a
SIR À 0 TE a Ea B 0 À A a Jd Ae 2 2 2 B 5 à A B ú
8
9
ä
al
Sla 8 2 8 3 2 ee a W 8 eo © 4 | oo ee ee Re ee 0 a © WW WW
7 CE 5 ca &
SL2l a EA HN Ot OO A 4 0 A FA A A LZ A A A A ad NA
o
al 2 2 @ 2 a @ oo 8 ot 8 3 8 Ba dk DO
2 À 5 8 a 5 A 2 a FE E Ss Aa A 5 & A 0 5
1
EES ee oa 9 4
ela BD @ a WW Oo 9 À DO @& @« Fo a «a
Nd dd 0 AO A AN OH OO E10 0d md 00 dM
Lr  ek: 7 re: 7 A: Sk Or
ò 6 ° EE: o ô 0 & EE: o 8 8 © ô ò &
2 2 8 Ss 2 2 5 2 8 2 5 @ Ss 2 2 2 8 8 8 82
8 8 8 s 8 8 5 8 8 8 8 > & #8 s 8 8 8 8 8 8 &
PPP AP ns AP BA
se se ss Ön ss
dd od 8 dd od B Od od OE Od od od Hd od B Od od od 8 B Od od od od 8
EE BBB BB BBB EBB EDE B 5 B OBB B 5 BE Br 5
5 3 5 8
EE: dd
9 OQ EO
a A 8 88
EK: 2 8 8 8 8 8
B È A a 8 8 8 OQ
0
d TT OT OT © ©
Ee & 3 z 5 5 bk EB
2 8 8 â ERO
CC: 2 © Es VOV OV U U B EH 8 BE
de 8 a 5 d B EZ & 0 ad ad 50 50 5 8
A 9 9 9 Vv ® PV 8 8 8 2 9 U VV A 4 4 B B
DO OQ SZ 0 60 &0 ao ao 8 Oo 5 5 5 EE 0 of 8
D Av UV U U d u oe 0 0 8 8 U U EL &8 ®
ee B » 0 0 000 PL 0 A 8
an 8 8 8 8 B & 2 8 EE
Wi BB
ë Bd 8 8 > > 6 Ê 8 8 8 B B B B B 8 8 8
2 B © "B BO B 50 0 A 7 © 8 0 0 8 8 8 Od 8 8 & &
Vv 9 0 VU B HH HE OQ OO B d 8 AA CE O9 B 8 89 9 a aes B B
O 0 > a 2d dE YX ea 8 8 8 a a 8 äa ä Td 7 TH B B
EE:
2E 282 2444 AAS a aa aas aa 2 2 5
| tE >
83 â er 8 8 3 oe 0 eo eo eo oee roe es oe | + e
a
23 es ee ® 8 8 e eo eo ee ee Ì HK o eo eo 8 — @
N
…
Kez
ED
| @
EE Ë eo a o oo oo oo eo os os o o oo oo Ì ee
2
vj N
gi
Û
Lel
zie © KR eo KH e ee ee eo eo @ 8 oo oe eo eo Ì a 3
N
2 5 8
° AN 0 e@
ze e 3 eo 3 oe ee eo es ee SN 8 & e eo ee 8 @
Sl + + a je a 4d 2 4 @ oe a 8 = 2 a a 8 a @
old ò 9 FE 0 aA B H A B a 8 ES NE HA a
NN
5 1 © @
zie a @ B st EE @ a 2 2 ee 8 a @ a LC a a
ela A a 5 dà wW om N 2 a FE 2 a RK 6 HA =
N
Zlt B mr B 2 st @& a @ … 5 de a A a a
slet = OE a B 0 A Áo A wm P dk 0 Dd @ A
2 &
d
5
8e oo > @
2e tt a NN @ e ee © - @ @ og
Olo OO @ È @ a 7 @ A EE SD 0 B Ì A A
NN
sle EN :: 2 @ a ee ee 8 NE a Ag a
elo © SS ò a 4 Pe 0 A FE B A 4 TD NW
N
5 © be A
sla © EE :: @ a 0 9 2e F e ee À EE @ @
2 & SS A @ dd a A B Ì a & 3 5 A A
on
Ie 6 8 2 8 0 8 Ì 2ÊEE e RER AS 8
te + 5 FJ 8 © Aa Aa B MN mn AM AOS 9 Oo A A
B SS e a B Á 8 u 8 a ee RE 9 AH LE @
a} © Gs: © on 0
El SA ES ÁreS4 5 NA © a FE EA A
X
a
8
o @ ©
ao mm © @ ee DW ee: ee EE:
2jals B 8 6 4 3 9 9 8 Se 8 AE Se a A A
1 ie
ee NN De: a 0 a @ @ © 2 be a a @
A8 4 A B A B @ DN A B B FH B a LA An HA ® od A
& > 2 Y 2 @ @
Alt ta ee A 0 Re HL te de 2 8 RS a a
EN
3e © © 8 + @ Ss © 4 @ ee ee 8 Lt ER 8 3 @ @
2gja a @ 5 @ @ Ed 0DEDÀ a 5 5 5 A a
Et 5 OE aa Be de 88e EEE Aes
BRS 7 Se sb as NA A ON
2
9
ä
Nr @ @ og © st DW @
sle @ st @ Ht @ 2 e 0 0
orale a SS E @ Rb 44 A8 EE 5 Er
Sla e LOR rt 2 A 4e te es 2 eo RR 9 @ @
[ee = 8 B a StSt Áe EE B s 9 A Hd A w
1
ale e @ 0 2 st e 2 e
ela e : à A @ S 2 ee & 2e A B 4 a @
NN Jd md 00 de dd OND
7 SR Sd 2 Ê
o ò ò 6 © ò ò © ô ò &
2 2 8 A A A 8 2 8 B 8 8 8 A 2
5 s & se 8 8 BE 8 & EE B 8 8 8 8 &
& ES SE EEE EEE EEE
Pb B PE DB OB OP OB B OB OE OB OP OB B OB B B Sb
B Û
B 9
8 8 ä
8 8 3 8
En: 2 & z 3
ER: 2 8 ï EN
8 8 ak
V © o 0 a E
9 OQ
5 à & s
a a 8 8 a \
en ER: : U U 7
8 8 8 8 & & B zg 8 8 8
8 & a 0 0 U v 0 AAA
8 © ad 5 BZ ZA A:
enn |
Nn: zE O0 0 0 8 8 8 8e EL 2 2
Ss 5 & 3 8 a a u E EE B À se 2 2 2
1 8 9 EERE RE Me HRH
AW Et
BE 44e g AA AAA 5 5 EE 8 8
vo 0 a dd ad 0 0 EER AAR A A > 5 8 8 © U
2e 2 0 0 0 000 0e EEE
e
An em A 2 @ u O re 5 8 ot t
SIA a EK 5 8 Ss eo D&B de ee Eede ss eee e
Ele 2 EE 82 a o8a Ne 8e gee Se es es se es es ©
N 1 N
8 a D@ md NN td +
…
2
PIENS eo Ka = SS a 2 © a 10
ELDIN S A B He e 8 A RÈ 8 og ee 8e ee es es se e
v | A
Mi
g
Sla a 2 an s EN o
ele @ & a Ä a @ > > & © ©
NN
o
A 5
aa > a Pe) ©
ZIN A 8 a ® A © Sa eo ee ee
kel Kl 1 1D
Se @ A @ 9 U LE 0 0 B BW A 0 Ht 8 B H @ DO mk @ L 2
ge AO LM A A NAA A A de O AT Kn] tt A
5 o o
sie rk ee 8e 8 a @ LA H 0 B © A AS 0 OO A B ® 8 a 2 B
ge AS 6 2 A FN 0 & PH mn B 5 Á N > A
oo en oo
2e A 2 ee a B A LQ OH OH Br 8 a A 2 a LB 9 ® 0 @
gj A © B A 5 4 A A A B 6 WA AA A © as.
8
8
8
Aln
v o
Dlelae a @ © @ OH Ata DD 3 4 8 a ee @
gE AM BN DO OAD GDA Odd 00
3 o
aa a @ @ A OH @ a 3 2 OH Ox @ 0
gE AM BN ED MN DA AN DG Jd
0 oo
sl ee @ © @ © a , 8 © @ « © ©
2 A WW 0 N 5 © a ak
D- De EN tea te RO do Hz @ = en
ile 8 & 8 are 0 2E 2 RD Ss E42 8e Re B
A Ee tba 4 0 A A HH B OD A — sl
zi 9 a Ì 8 eo 8 ee & &@ IN HH 4 Aa 0 8 ee 8 A ee @
@ Dt rd NN rd Kn] A OO A
5 te 2 Ae a 6 0 ZA 0 A a B a sh 5
Er,
Ad
9
9 Oo © 00 oo © De
0e st a @ N 0 AW © @ 1 ta +
Pals 5 8 2 5 8 A 8 8 B A LE B 6 HAR aad RL ee à
© @ a aA o
tt [en @ a @ EE : A © a -
A A 5 8 4 3 a © 6 VIa aA Ed A a Ta A Sa &
8 ° o 19 e a
Ale pk 2 0e a | a LQ A HH LH 0 8 Ce B A @ KL a 8 ta LE
2e A OG WA Ake DOON NN
N
9 ee © o 9 o oo
2e k 2e ee a 8 8 ee te tee dee ee Ae ee 3 ee a Z
ge AO MN Sa EAN AA
8 @ e og e oa
slele Aa 0 © 9 3 @ A 0 Ho Ht 8 ee 8 La 44e 3 ee a 8
EO AO HAN NOAA MAN
vra
8
9
â,
e
Slee 2 @ @ @ e 4 0 4 8 ae 8 o 3 a a SN
gE AM BN DONS MAN
eo © @ ° +
sia a @ @ A © st S a 8 2e 2 ea ä
EAM MA ED MN AN © ZA A
1
a E og e 0
2 a @ @ @ © & o Ss ee © @
Kn ! DN | ON
2 2 2 2e 27 sô 2 a 8
o 0 © 0 © 0 © ö ò & ©
2 28 8 2 8 @ 2 2 2 £ 2 8 8 5 û 5 A &
8 & 8 8 8 & 5 ä 8 8 s 8 & 8 5 8 8 8
A 8 > sb d 5 0 sp SEE 5 P sb
5 B B PBP BE Bb BB BB B BB BE Dr Pr BE
8 8 3
B È 7
5 LO 8 8 8 8 D
8 2 ® Ss 8 ©
za 8 8 8 8 8 v 7 EE 2 0 =
CE, 8 3 3 B 3 8 2 Es £ 8
8% 6E 8 8 Ee 4 AE
5 5 5 % EEE 3 sf 8 8 8
á a A P@ À :
Ef 2 8 & 3 3 8 3 0 3 Ea a 8 8 8 8E 8e
Ô, — 2 SS 8 8 “8 0 8 3 8 a B B B A 8
Ee: 8 on A 4 BE 8 8 SS
NN ON ON NN BR = DEBED ee
ò ò ò ò ò 0 PE EEE oei 8 8 8 Ù Ù
a 4 4 a a 8 VA OBE eee 7
4 A A B A A B sc a 2 a 5 5 EE 88 SSS
EE} Kal
KA SS
Tabel 3: Gemiddeld aantal scholen op voorkeurslijsten, per advies
Basisschooladvies 2015 2016 2017 2018 2019 2020
Alle 5,3 7,7 82 83 84 7,7
vwo 67 12 15 13 14 115
havo/vwo 5,8 9,3 9,8 10,9 10,9 11,2
havo 5,3 9,0 9,1 10,4 10,7 10,8
vmbo-t /havo 46 64 6,7 55 57 5,6
vmbo-t 46 5,5 59 55 55 54
vmbo-k 38 3,8 44 37 38 3,8
vmbo-b/k 3,7 3,9 43 37 38 3,9
vmbo-b 3,7 3,8 3,7 38 40 3,8
vmbo-t+lwoo 3,6 Al 47 52 45 3,8
vmbo-k+lwoo 4l 38 43 39 39 3,7
vmbo-b/k+lwoo 3,7 4,2 38 38 39 3,8
vmbo-b+lwoo 3,7 3,8 39 38 38 3,8
is groter dan in de voorgaande jaren: 2019 (1042), 2018 (845), 2017 (907),
2016 (966) en 2015 (998). Het betekent dat ruim 15% van de leerlingen
niet op de school van de eerste voorkeur kan worden geplaatst, zelfs niet
als de echte voorkeuren bekend zijn en het aantal plaatsingen op de school
van eerste voorkeur wordt gemaximaliseerd. In de voorgaande jaren lag dat
percentage tussen de 11% en 14%.
Afdelingen die dit jaar het meest overschreven waren, zijn St. Nicolaas
havo (147), Fons Vitae havo (144), Barlaeus (80), Spinoza vmbo-t (110) en
havo (96). Deze afdelingen waren in voorgaande jaren ook ruim overschreven.
Tabel 3 geeft informatie over het aantal scholen dat leerlingen op hun
voorkeurslijst hebben gezet, uitgesplitst naar basisschooladvies. Gemiddeld
over alle leerlingen staan er dit jaar 7,7 scholen op de voorkeurslijsten tegen-
over 8,4 in 2019. 1193 leerlingen plaatsen minder scholen op hun voorkeurs-
lijst dan nodig voor de plaatsingsgarantie. Dat betekent dat ruim 84% van
de leerlingen aanspraak kan maken op de plaatsingsgarantie.
Aan de loting deden 6721 leerlingen mee die woonachtig zijn in Amster-
dam.® Van 34 leerlingen is de woonplaats onbekend. De overige 917 leerlin-
gen wonen buiten Amsterdam. Van de leerlingen die in Amsterdam wonen
2 Amsterdam is hier gedefinieerd als postcode 1000-1109, dus dat is Amsterdam inclu-
sief Driemond.
10
heeft 87% een voorkeurslijst ingeleverd die voldoet aan de plaatsingsgarantie,
terwijl dat voor 69% van de leerlingen van buiten Amsterdam het geval is.
Van de 901 leerlingen uit Amsterdam die geen plaatsingsgaranatie hebben,
hebben 85 voorrang op school van hun eerste voorkeur. Van de leerlingen
buiten Amsterdam die geen plaatsingsgarantie hebben, hebben 35 leerlingen
voorrang op de school van hun eerste voorkeur. In totaal hebben 721 leer-
lingen voorrang op de school van hun eerste voorkeur en zijn 107 leerlingen
geplaatst op basis van een hardheidsclausule.
3 De allocatie
Kolommen 11 tot en met 16 van Tabel 2 laten per school/type het aantal
leerlingen zien dat in 2015-2020 is geplaatst. Op sommige scholen zijn meer
leerlingen geplaatst dan er capaciteit is. Bij Barlaeus zijn bijvoorbeeld 139
leerlingen geplaatst, terwijl de oorspronkelijke capaciteit 135 leerlingen was.
Dit is het gevolg van de plaatsingsgarantie. Als tijdens matching leerlingen
niet geplaatst worden, wordt de capaciteit op scholen met maximaal 4%
verhoogd om nog niet geplaatste leerlingen alsnog te plaatsten. In totaal zijn
28 extra plaatsen gecreëerd op populaire scholen.
De laatste vijf kolommen in de tabel laten het aantal leerlingen zien dat
bij elke school in 2016-2020 op de reservelijst staat. Op de reservelijst staan
alle leerlingen die deze school hoger op hun voorkeurslijst hadden staan dan
de school waar ze geplaatst zijn. Een leerling die op de school van zijn derde
voorkeur is geplaatst staat dan bij twee scholen op de reservelijst. Een school
heeft alleen een reservelijst als op deze school leerlingen uitgeloot zijn. Dit
jaar zijn er 58 (afdelingen van) scholen met een reservelijst, vorig jaar waren
dat er 57.
Tabel 4 laat per basisschooladvies zien welk deel van de leerlingen met
dat advies op welke positie op hun voorkeurslijst terecht is gekomen. Voor
alle schoolniveaus gezamenlijk is 80,9% van de leerlingen op de school van
de eerste voorkeur geplaatst, 92,4% in de top-3 en 96,4% in de top-5. De
laagste percentages geplaatsten op de school van eerste voorkeur zien we
bij havo/vwo (65,5%) en havo (72.7%). Daar zijn deze percentages ook
beduidend lager dan in 2019. Bij vwo, vmbo-t/havo en vmbo-t liggen de
11
percentages geplaatsten op school van eerste voorkeur rond de 81%. Voor
vmbo-k, vmbo-b/k en vmbo-b wordt 94% of meer van de leerlingen geplaatst
op de school van eerste voorkeur. De relatief slechte uitkomst voor havo en
havo/vwo hangt samen het grotere aantal leerlingen dat één van deze advie-
zen heeft gekregen en met de vrijwel ongewijzigde capaciteiten van de scholen
die deze niveaus aanbieden.
Eenenveertig leerlingen konden niet direct in de eerste ronde worden ge-
plaatst. Van 32 daarvan voldeed de lengte van de voorkeurslijst aan de eisen
van de plaatsingsgarantie. Deze leerlingen zijn handmatig geplaatst.
Voor alle scholen waar leerlingen zijn uitgeloot, laat Tabel 5 zien wat het
hoogste lotingsnummer is van de leerlingen die op deze school geplaatst zijn.
Dit is informatief over de individuele plaatsingskans bij een school omdat alle
lotingsnummers tussen 0 en 7672 verdeeld zijn. Er is in 2020 alleen geloot
onder leerlingen die geen voorrang hebben. De lotingsnummers kunnen om-
gerekend worden naar toelatingskansen. Bij, als voorbeeld, Barlaeus was het
hoogste lotingsnummer van een geplaatste leerling dit jaar 4637. Omdat er
7672 leerlingen mee deden aan de loting was de kans voor een leerling om
ingeloot te worden bij Barlaeus ongeveer 61%. Vorig jaar was dit 57%.
4 Effecten van voorrang op basis van woon-
plaats
Een terugkerende discussie is of Amsterdam voorrang zou moeten geven aan
leerlingen die in Amsterdam wonen. Een argument daarvoor is dat gemeenten
waar sommige van deze leerlingen uit afkomstig zijn ook voorrang geven aan
leerlingen uit de gemeente. Om een eerste idee te krijgen wat de gevolgen
kunnen zijn van het geven van voorrang op basis van woonplaats, hebben
we de matching met de gegevens van dit jaar gesimuleerd voor verschillende
aanpassingen van de voorrangsregels.
Als voorrang wordt gegeven op basis van woonplaats, moeten twee keuzes
worden gemaakt. Ten eerste moet worden bepaald welke woonplaatsen in de
voorrangsgroep zitten. Ten tweede moet worden bepaald op welke scholen de
leerlingen in de voorrangsgroep voorrang hebben. Voor de simulaties in dit
12
mt _
S SIOD ARW On D ooo Noe
sel Son ARSeDATeERSLHARELN LAOARZZES
SES ASSSErAESNANESSSIeS NAA LE 0 DHS
2 SANNAAS Aanb Onaahtie ib 0 0 0 Ht HH ENEN Td
mn)
ua
>
2 IOM too oom dg NO 00
LS SONINNIOOSSSH ICES SN Noi
cocooooocooooooooooocooocsocoocsecos ooo
D
80
> Ot +oOomMmNooooocooooocoCcoEoEoceceoeseEo D= 10 De
A ONIN Oos Sm ANO
A ooomcoocoocoooocoooococoscocoocsocooS ooo
o RnQhannoeomnooooooooocoooococeoEcseces ND NN
as DH AOS DM Nt
® oooococoocoocoooocooooocoosoccoocsecoos ooo
5
8 ONM MN ooo 1D N D-
sin NM tOM NS wi NO
5 -oomrcoocoocoooocooooocoocsoccoocsecsoos ooo
8 DNO LAOoMmMmoEoocEoooocCcococCcsCceEecseEeo LOD
‚Eloo otmoveHvooosoSosoososcecseceseseses SR ot
Z ooomrrcooocoocoooocooooocoocococoocsecoos ooo
5
— Caba Adoeostmooooooocooooceceoecseceg ei ae)
2 DOL OON SANO
Ee -oorcorroooocooooocoosocsocoocsecsoos ooo
a
2
= WANEN dd ONNoOomooEoosececseEcseeso OD 4
so NE OA tHAAOMNOL OOS PEA
5 Ooo coovrooooocoocccosocsecsooSs ooo
z
eo RO WOLNstoeooOoTtoe ono Nl 1D MO NN
2 ho 1D O0 OO LOW HOSSSeSeSeSeSSS HN TGS
& Ad NAAN done — AO
FS
o
5 DNO NMO OMEN ADO NN MD
5 OA ARDNOOOnNOSIeSeEMmMeSeENeS GAD Ai st
5 A HINA NNNOO oes ososeseos A Nt
5
5 OD OQ RONNIR ONE HARRIDMOeOENO TO ono D
Ge O0 OON ONANNID ONSEN HANNA OD
5 DSH 1D O OM WW0 HAMNONNOO OCC NON ON a a 5
a
u
>
e 2mandeNnEeErrtrAAnNOriroNOE Do HOO
Sla 19 MD O0 ZOALS NN ODS NO NANDO
a, cosa SHdodSnFD AWNrEAONOD NE + OO HF 0 0 ©
u
— DOPO OW st HDI ND 0 0 0 NE 000 NO 0
E| PNR HONNARnrAkNMNORHDLAeN SES
© ZONEN NTIEHANOrNrHLeErEGeS ESB dd NANON O
af oo de OD 6 Ì- 0 0 OOAD NARRTRND © GO VO 50 00 00
e oane voeonNnvoonRnvonNeEn oen oo NRO 2 0D DP 0
5 ON A A ON a EN a AN Ard ON ra Nr A ON a ON A rd ON A A ON A rd
ES oooooooooooooooooeooocecseocesesesS ooo
S NNNNNINAIANSINANNNNNNINNNSANN NN NNNNNS
vi
Dv
> o
z 5
9 ° S 4 5
5 z a on U
z > 7 7 4 À À zE 8
2 5 o © © © © © x 8 T
de OE OE B B BE B B BE 8
ES
mA > = = > > > > > <5 2,
13
Tabel 5: Hoogste lotingsnummer geplaatste leerlingen in 2017 tot 2020, per
school /niveau/profielklas waar loting plaatsvond
school 2017 2018 2019 2020
Barlaeus Gymnasium vwo 6623 4913 4354 4637
Berlage Lyceum - tweetalig onderwijs havo 7405 GL 6749 6816
Berlage Lyceum - tweetalig onderwijs vmbo 7014 GL 4128 5137
Berlage Lyceum - tweetalig onderwijs vwo 7418 7l47 7505 7454
Cartesius 2 havo, havo/vwo 5071 6289 GL 4822
Cartesius 2 vwo 5689 6248 GL 7132
Cartesius Lyceum v.a. havo 3649 5240 6095 6823
Clusius College - v.a. vmbo-b 7392
Comenius Lyceum - v.a. vmbo-t 6797
Cygnus Gymnasium vwo 5305 5908 7284 6906
DENISE v.a. vmbo-t GL GL 6613 4842
De Amsterdamse MAVO v.a. vmbo-t GL GL 7250 5957
Fons Vitae Lyceum v.a. havo 4742 4943 4602 2257
Fons Vitae Lyceum vwo 7134 GL 6679 4922
Geert Groote College v.a. havo 9414 5565 6364 6220
Geert Groote College v.a. vmbo-t 7089 6395 5997 4593
Gerrit van der Veen College v.a. havo 5058 5780 5964 4279
Gerrit van der Veen College vwo 7013 7015 6772 6335
Hervormd Lyceum Zuid - universalis vwo 5844 6618 7324 7283
Hervormd Lyceum Zuid v.a. havo 7210 7335 6862 5940
Hervormd Lyceum Zuid vwo 7555 GL 7501 7554
Het 4E Gymnasium vwo 4640 4294 SSll 5379
Het Amsterdams Lyceum vwo 4474 5510 5879 6203
Hyperion Lyceum vwo 4504 3798 4664 5370
IJburg College 1 v.a. vmbo-b MAX 3917 3339 3240
Ignatiusgymnasium vwo 6246 6673 6775 6165
IVKO v.a. havo GL GL 7356 6912
IVKO v.a. vmbo-t GL 6989 7515 3197
14
school 2017 2018 2019 2020
Lumion v.a. havo GL GL 6895 6843
Lumion v.a. vmbo-t GL GL 6761 4757
Metis Montessori Coderlcass v.a. havo GL GL 4547 2115
Metis Montessori Codeclass vwo GL 7328 5279 4093
Metis Montessori havo GL 7056 5690 2443
Metis Montessori vwo GL 6023 GL 6615
Montessori Lyceum Amsterdam - gymnasium 7364
Montessori Lyceum Amsterdam v.a. havo 6819 6846 5672 1667
Montessori Lyceum Amsterdam v.a. vmbo-t GL GL 4166 4649
Montessori Lyceum Amsterdam vwo 7039 7575 3045 5941
Open Schoolgemeenschap Bijlmer vmbo-k 5531 GL 5189 7197
Pieter Nieuwland College v.a. havo 7265 6369 7089 7216
Pieter Nieuwland College vwo 7337 GL 7542 7602
Spinoza Lyceum - (kunstklas) v.a. vmbo-t 2056 1815 1744 548
Spinoza Lyceum - muziekplus v.a. havo 5259 5725 5516 4316
Spinoza Lyceum vwo MAX 5732 4049 1994
Spinoza Lyceum gymnasium vwo 6918 6720 7502 7030
Spinoza Lyceum v.a. havo MAX 2185 2452 354
Spinoza20first v.a. vmbo-t GL GL 7243 6772
St. Nicolaaslyceum - tweetalig onderwijs havo 1985 1987 2827
St. Nicolaaslyceum - tweetalig onderwijs vwo 6813 5997 6086 5333
St. Nicolaaslyceum v.a. havo 2453 2529 2678 2553
St. Nicolaaslyceum vwo 5100 4157 3630 4831
SvPO Amsterdam v.a. vwo 6858
Vinse school v.a. vmbo-t 5284
Vossius Gymnasium vwo 6705 6917 6840 6556
VOX klassen vmbo-b 2363 2105 1370
Noot: De tabel vermeldt het lotingsnummer van de leerling zonder voorrang met het hoog-
ste lotingsnummer van de leerlingen die op een school/niveau/profielklas zijn geplaatst.
Het hoogste lotingsnummer was in 2017 gelijk aan 76837, in 2018 7419 in 2019 7579 en
in 2020 7671. GL betekent Geen Loting, MAX betekent dat niemand zonder voorrang is
geplaatst.
15
rapport wordt alleen onderscheid gemaakt tussen leerlingen die in Amster-
dam wonen ten opzichte van leerlingen die niet in Amsterdam wonen. Dit
kan verder verfijnd worden. Daarbij is van belang hoe groot de regiofunctie
van de Amsterdamse VO-scholen is. Is het een taak van Amsterdam om
ervoor te zorgen dat ook de leerlingen in de randgemeenten een gevarieerd
onderwijsaanbod hebben?
De tweede keuze die gemaakt moet worden is op welke scholen de voorrang
geldt die de leerlingen in de voorrangsgroep hebben. De uitgangssituatie is
dat leerlingen in de voorrangsgroep op geen enkele school voorrang hebben.
Dat is de huidige situatie die als vergelijking met de andere situaties wordt
gepresenteerd. We onderscheiden vijf mogelijkheden:
1. Leerlingen in de voorrangsgroep hebben nergens voorrang;
2. Leerlingen in voorrangsgroep hebben voorrang op alle scholen behalve
de profielklassen, Dalton, Montessori en Vrije School en de Gymnasia;®
3. Leerlingen in voorrangsgroep hebben voorrang op alle scholen behalve
Dalton, Montessori en Vrije School en de Gymnasia;
4, Leerlingen in voorrangsgroep hebben voorrang op alle scholen behalve
de Gymnasia;
5. Leerlingen in voorrangsgroep hebben voorrang op alle scholen.
Tabel 6 geeft voor elk van de voorrangregels (1, 2, 3, 4 of 5) aan welke per-
centages leerlingen op hun eerste keuze, top 3 en top 5 komen of ongeplaatst
blijven. De simulatieresultaten laat zien dat in de huidige stituatie 80,3%
van de leerlingen die in Amsterdam wonen op hun school van eerste voorkeur
wordt geplaatst en 4,4% niet op een school in de top 5 terecht komt. Als
leerlingen uit Amsterdam overal voorrang krijgen, dan stijgt het percentage
Amsterdamse leerlingen op de eerste voorkeur met 5,2%-punt tot 85,5%. Er
wordt dan nog maar 1,3% van de Amsterdamse leerlingen niet geplaatst op
SDalton: Spinoza en Spinoza20first, Montessori: MLA, Metis en Montessori College
Oostpoort, Vrije School: Geert Groote; Gymnasia: Barlaeus, Vossius, Ignatius, Cygnus
en 4e Gymnasium; profielklassen: kook, dans, voetbal, technologie, sport, technasium,
muziek, expressie, art /science, cultuur.
16
Tabel 6: Percentages leerlingen naar plaatsing op voorkeurslijst
Categorie scholen waarop voorrang geldt
1) 2) 3) 4) 65)
Amsterdam
Iste keuze 80,3% 818% 818% 839% 85,5%
top 3 914% 927% 92,7% 41% 95,5%
top 5 95,6% 96,5% 96,5% 977% 98,7%
ongeplaatst 0,6% 03% 03% 0,1% 0,05%
Buiten Amsterdam
Iste keuze 81,0% 594% 59,4% 49,1% 42,7%
top 3 90,6% 763% 76,5% 674% 60,3%
top 5 95,0% 85,5% 85,6% 78,2% 72,6%
ongeplaatst 1,2% 37% 38% 60% 63%
een school in de top 5. De grootste deel van de toename wordt gerealiseerd
als leerlingen uit Amsterdam voorrang krijgen op Dalton, Montessori, Vrije
School en de Gymnasia (vergelijk kolommen (3) en (5)). Tegenover de be-
tere plaatsingspercentages voor de leerlingen uit Amsterdam staan slechtere
plaatsingspercentages voor leerlingen van buiten Amsterdam. Als leerlingen
in Amsterdam op alle scholen voorrang hebben, komt nog maar 42,7% van
de leerlingen van buiten Amsterdam nog op de eerste keuze terecht en 6,3%
blijft ongeplaatst.
De berekeningen laten duidelijke voordelen zien voor leerlingen uit Am-
sterdam. Het aantal leerlingen dat niet op een school in de top 5 terechtkomt,
neemt drastisch af. Er zijn echter ook risico’s. Ten eerste, hoe wordt bepaald
of een leerling tot de voorrangsgroep behoort? Dit moet op basis van post-
code gebeuren, maar wat is dan de peildatum en hoe wordt omgegaan met
leerlingen die naar Amsterdam verhuizen? Fen alternatief is om voorrang
niet te baseren op de postcode waar een leerling woont maar op de post-
code van de basisschool waarvan de leerling afkomstig is. Ten tweede, als de
plaatsingskansen voor de leerlingen van buiten Amsterdam laag worden, dan
zullen zij zich misschien niet meer aanmelden voor een school in Amsterdam.
Dat kan betekenen dat het totaal aantal leerlingen dat in Amsterdam op een
VO-school geplaatst wordt lager is. Er zijn dan VO-scholen in Amsterdam
met minder leerlingen.
17
Bovenstaande berekeningen gaan steeds uit van één groep leerlingen die
voorrang heeft en één groep die dat niet heeft. Het is ook mogelijk om meer-
dere voorrangsgroepen te maken, waarbij bijvoorbeeld leerlingen uit Amster-
dam voorrang hebben op alle andere leerlingen en leerlingen uit Diemen en
Duivendrecht voorrang hebben op alle andere leerlingen van buiten Amster-
dam. Daarnaast is het mogelijk om per school te bepalen welke leerlingen
op die school voorrang hebben. Scholen die aan de randen van Amsterdam
liggen zouden dan andere voorrangsregels kunnen hebben dan scholen die in
het centrum liggen.
5 Afsluitende opmerkingen
De matching van 2020 laat een minder goed resultaat zien dan in voorgaande
jaren. Een lager percentage van de leerlingen is op z’n eerste voorkeur ge-
plaatst of op een school in de top-3 van de voorkeurslijst en een hoger percen-
tage is niet of erg laag op de voorkeurslijst geplaatst. In 2020 waren er 1178
plekken te weinig op de populaire scholen om alle leerlingen op hun eerste
voorkeur te kunnen plaatsen. Dit is meer dan in voorgaande jaren.
Het percentage leerlingen dat op de school van eerste voorkeur wordt
geplaatst, wordt soms tussen steden vergeleken. Zulke vergelijkingen zijn
enigszins misleidend. Dit percentage hangt af van het aantal scholen in ver-
houding tot het aantal leerlingen en van de mate waarin voorkeuren van
leerlingen op elkaar lijken. Bovendien maken andere steden dan Amsterdam
gebruik van plaatsingsmechanismen waarbij strategisch aanmelden voordelig
kan zijn. In deze steden is daardoor niet bekend hoeveel leerlingen op hun
echte eerste voorkeur worden geplaatst. Er is alleen bekend hoeveel leerlin-
gen worden geplaatst op de school van eerste aanmelding. Verder speelt mee
dat sommige gemeenten voorrang geven aan leerlingen uit de gemeente en
dat soms meerdere "tweede" keuzes moeten worden opgegeven. Zonder deze
factoren in de beschouwing te betrekken, zeggen vergelijkingen tussen steden
niets.
18
| Onderzoeksrapport | 18 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2019
Afdeling 1
Nummer 479
Publicatiedatum 17 mei 2019
Ingekomen onder M
Ingekomen op woensdag 8 mei 2019
Behandeld op woensdag 8 mei 2019
Status Aangenomen
Onderwerp
Motie van de leden De Jong, Grooten, Hammelburg en Mbarki inzake het plan
jongeren- en studentenhuisvesting 2019-2022 en het convenant Studenten-
huisvesting Amsterdam 2019-2022 (een Woontop voor jongeren en studenten)
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het plan jongeren- en studentenhuisvesting 2019-2022 en
het convenant Studentenhuisvesting Amsterdam 2019-2022 (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 438).
Constaterende dat:
— Slechts enkele jongerenorganisaties betrokken zijn geweest bij het vormen van
het plan jongeren- en studentenhuisvesting;
— De doelgroep jongeren tot op heden onvoldoende is vertegenwoordigd;
— _MBO-instellingen, in tegenstelling tot HBO- en WO-instellingen, geen partner zijn
bij het convenant studentenhuisvesting en MBO-studenten nog minder
vertegenwoordigd zijn dan andere studenten;
— Ereen grote hoeveelheid diverse jongerenorganisaties actief is in de stad;
Overwegende dat:
— Het betrekken van diverse groepen jongeren en studenten vanwege hun
belangen en vernieuwende inzichten een positieve bijdrage levert aan het maken
van huisvestingsbeleid.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
1. Een Woontop voor jongeren en studenten te organiseren om de behoeften en
ideeën rondom huisvesting te inventariseren en samen met hen de
beleidsvoornemens uit te werken;
2. Hierbij actief vertegenwoordigers van diverse jongerenorganisaties te betrekken
alsmede individuele jongeren uit de doelgroepen die in eerdere vormen van
participatie ondervertegenwoordigd waren, waaronder mbo-ers en werkende
jongeren;
3. De uitkomsten van deze top mee te nemen in de uitwerking van het Plan
jongeren- en studentenhuisvesting en leerpunten over het betrekken van jongeren
mee te nemen in het beleid inzake jongerenparticipatie.
1
Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteraad
Nummer 479 Motie
Datum 17 mei 2019
De leden van de gemeenteraad
D.S. de Jong
L. Grooten
A.R. Hammelburg
S. Mbarki
2
| Motie | 2 | discard |
> < Gemeente Raadsinformatiebrief
| Amsterdam Afdoening motie
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 14 januari 2022
Portefeuille(s) Zorg
Portefeuillehouder(s): _ Simone Kukenheim
Behandeld door GGD Amsterdam, Marianne van der Velde,
marianne.van.der.velde @&amsterdam.nl
Onderwerp Afdoening motie 823.21 van het lid De Grave-Verkerk van de VVD, Van Pijpen
(Groen Links), La Rose (PvdA, Warmerdam (D66) inzake vaccinatie
voorlichting aan zwangere vrouwen en vrouwen met een kinderwens
Geachte leden,
In de vergadering van de gemeenteraad van 2 december 2021 heeft uw raad bij de behandeling
van agendapunt 35 motie 823 van het lid De Grave-Verkerk van de VVD, Van Pijpen (Groen Links),
La Rose (PvdA) en Warmerdam (D66) inzake vaccinatie voorlichting aan zwangere vrouwen en
vrouwen met een kinderwens aangenomen waarin het college gevraagd wordt om
1. Vrouwen met (potentiële) kinderwens en zwangere vrouwen als specifieke doelgroep op te
nemen in de vaccinatie communicatiestrategie en hierbij nadrukkelijk in te gaan op de
gevaren van een COVID-infectie voor de zwangere vrouw en het (ongeboren) kind;
2. Hiervoor samenwerking te zoeken met (huis)artsen, gynaecologen, verloskundigen;
3. Hierbij ook de mogelijkheden te onderzoeken om samen met werkgevers in sectoren waar
veel vrouwen werken zoals de zorg, het onderwijs, de detailhandel en de kinderopvang op te
trekken om het gesprek over belang van vaccineren te faciliteren.
Het College geeft als volgt uitvoering aan de motie.
1. Zoals al eerder met u gedeeld, wordt ingezet op een fijnmazige aanpak die aansluit bij de
urgentie en de behoeften van burgers die de meeste ondersteuning nodig hebben. Vrouwen
met een (potentiële) kinderwens en zwangere vrouwen zijn daarbij aangemerkt als specifieke
doelgroep. Deze doelgroep omvat diverse subdoelgroepen, gegeven de achtergrond en het
levensstadium waarin de individuen zich bevinden.
Diverse sporen zetten hierop in, waaronder het gesprek dat in de wijken wordt gevoerd.
Hierbij wordt ingezet op wijken waar de vaccinatieopkomst het laagst is. Een standaard
element in die gesprekken is het adresseren van de ideeën, noties, vragen en onzekerheden
over het thema vruchtbaarheid in relatie tot vaccinatie, voor zowel vrouwen als mannen. Dit
geldt voor de inzet op de wijkgerichte voorlichting als via zogenoemde corona colleges op
voortgezet onderwijs (VO) en middelbaar beroepsonderwijs (mbo) scholen.
2. De inzet op zwangere vrouwen en vrouwen met een kinderwens bouwt voort op de al
bestaande samenwerking met verloskundigen, huisartsen en gynaecologen. Hierbij wordt
vanuit het Corona Preventie Team nauw samengewerkt met het programma Kansrijke en
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 14 janvari 2022
Pagina 2 van 2
Gezonde start, dat vanuit de eigen inzet op een gezonde start voor alle kinderen al contacten
heeft met de betrokken professionals. Deze samenwerking bestaat niet alleen uit het delen
van contacten, maar omvat ook kennisuitwisseling en het gezamenlijk optrekken om te
komen tot inzet en producten voor de doelgroep. Voorbeelden hiervan zijn een film met
informatie over vruchtbaarheid in relatie tot vaccineren in samenwerking met AT5 en een
promotie onderdeel in de boostercampagne aangaande vruchtbaarheid waarbij een zwangere
huisarts optreedt als expert en spokesperson. Een volgende ronde voorlichting wordt
momenteel voorbereid met de inzet van een gynaecoloog en zal medio janvari worden
ingezet.
Om de samenwerking verder te verdiepen, wordt een uitvraag voorbereid onder
verloskundigen om te achterhalen waar nog ondersteuning wenselijk is, waar ze tegenaan
lopen bij de begeleiding van zwangere vrouwen in relatie tot corona vaccinatie en welke
ervaringen er tot op heden zijn. Het belang om het gesprek over vaccineren te faciliteren staat
voorop.
3. De strategie die wordt ingezet om de subdoelgroepen te vinden is gebaseerd op de vindplaats.
Hiermee wordt verzekerd dat de doelgroep op de juiste manier wordt aangesproken. Bij het
aanspreken wordt uitgegaan van de diverse motivaties en barrières die spelen bij die
specifieke doelgroep. Om deze match te vergroten is de gekozen vindplaats van essentieel
belang. Wanneer wordt vitgegaan van sectoren om subdoelgroepen te vinden, zoals de zorg,
onderwijs, detailhandel, kan deze match tussen motivaties en barrières en doelgroep
onvoldoende worden gemaakt om te resulteren in een effectieve uitkomst. We werken ook
hier samen met sleutelfiguren om subgroepen te bereiken. Bij de sleutelfiguren zit ook een
vertegenwoordiging van werkgevers. Bij het bereiken van de zwangere vrouwen en vrouwen
met een kinderwens, wordt dus primair ingezet op het bereiken via verloskundigen, huisartsen
en gynaecologen. Daarnaast wordt dit onderwerp standaard geadresseerd tijdens de
wijkgerichte inzet (tijdens zowel groepsvoorlichtingen als gesprekken op straat en op
scholen).
Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
Simone Kukenheim
Wethouder portefeuille zorg
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
| Motie | 2 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
x% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 1696
Datum indiening 8 mei 2020
Datum akkoord 18 december 2020
Onderwerp
Beantwoording aanvullende schriftelijke vragen van de leden Ceder, Poot,
Van Dantzig en Boomsma inzake een geweldsincident bij Joods restaurant HaCarmel
Aan de gemeenteraad
Toelichting door vragenstellers:
Het Joodse restaurant HaCarmel is opnieuw het doelwit geworden van een vernieling.
Het raam van de pui is ingeslagen en er zou zijn geprobeerd om een vlag in brand te
steken. Nieuwsmedia melden dat de politie al snel een verdachte heeft kunnen
aanhouden.
De fracties van de ChristenUnie, VVD, D66 en CDA zijn zeer geschokt door dit
nieuws. Antisemitisch geweld mag nooit onbesproken blijven en dient altijd
veroordeeld en bestreden te worden. Hoewel dit restaurant vaker doelwit is geweest
van geweldsincidenten mogen we dit nooit normaal gaan vinden. Door dit soort
aanvallen op de Joodse gemeenschap voelen Joodse Amsterdammers zich niet veilig
op straat en in de stad.
Gezien het vorenstaande hebben de leden Ceder, Poot, Van Dantzig en Boomsma,
respectievelijk namens de fracties van de ChristenUnie, VVD, D66 en CDA, op grond
van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de
volgende aanvullende schriftelijke vragen — op de schriftelijke vragen van het lid
Nanninga — aan het college van burgemeester en wethouders gesteld:
1. Klopt het dat er gelijk voor het restaurant een verdachte is aangehouden?
Ja.
2. Was de verdachte in beeld bij de gemeente of de veiligheidsdiensten?
De verdachte is een bekende van politie en gemeente.
3. Beoordeelt het college deze aanslag als antisemitisch geweld? Graag een
toelichting.
Het is aan het Openbaar Ministerie om een tenlastelegging te formuleren en
uiteindelijk aan de rechter om zich hierover uit te spreken. Het college acht het
niet gepast vooruit te lopen op een uitspraak van de rechter. Wel hecht het
college eraan te benadrukken dat iedere vorm van discriminatie, vernieling,
bedreiging of geweld onacceptabel is.
1
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Amer De cember 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 8 mei 2020
4. Waren er signalen dat HaCarmel opnieuw doelwit zou zijn van
geweldsincidenten?
Er waren geen signalen bekend.
B. Zijn er nog extra veiligheidsmaatregelen mogelijk bij dit restaurant naast
cameratoezicht en extra politiesurveillance? Zo ja, is het college bereid deze in te
voeren bij het getroffen restaurant? Is het college hierover in gesprek met de
eigenaars en wat is hun wens hierover?
In beginsel is het aan ondernemers om zorg te dragen voor adequate beveiliging,
maar in dit specifieke geval is de gemeente met de eigenaren in gesprek om te
bezien op welke manier de gemeente hierbij kan ondersteunen. Het is belangrijk
te realiseren dat het onmogelijk is om agressie vanuit individuen te allen tijde te
voorkomen. Wel kunnen er maatregelen worden genomen om bijvoorbeeld
vernieling en brandstichting tegen te gaan.
6. Leidt dit incident tot aanscherping van veiligheidsmaatregelen voor andere
Joodse restaurants/ instellingen in de stad?
Nee. Veiligheidsmaatregelen worden getroffen op grond van een
dreigingsinschatting. De dreigingsinschatting blijft onveranderd.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris
2
| Schriftelijke Vraag | 2 | discard |
x Gemeente Raadscommissie voor Publieke Gezondheid O ZÄ
% Amsterdam en Preventie, Zorg en Maatschappelijke
Ontwikkeling, Jeugd{(zorg), Onderwijs en Armoede
x en Schuldhulpverlening
Agenda, 31 mei 2023
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie Onderwijs,
Zorg en Armoedebestrijding
Tijd: 09:00 tot 12:30 uur
Locatie: Willem Kraanzaal
1 __ Algemeen deel
a Opening procedureel gedeelte
b Mededelingen
Cc Vaststellen agenda
d Conceptverslag van de openbare * Tekstuele wijzigingen kunt u
vergadering van de raadscommissie voor de vergadering aan de
OZA d.d. 19 april 2023 commissiegriffier doorgeven via
secretariaat [email protected].
e Termijnagenda, per portefeuille
f TKN-lijst
d Ingekomen stukken
stadsdeelcommissies
2 Inhoudelijk deel
a Opening inhoudelijk gedeelte
b Inspreekmoment Publiek
c Actualiteiten
d Rondvraag
2023-05-17 16:12:23 1
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd{zorg), Onderwijs O ZÄ
en Armoede en Schuldhulpverlening
Agenda (concept), 31 mei 2023
Bespreekpunten
Onderwijs
3 Vaststellen Beleidsbrief voortzetting * _Degemeenteraad te adviseren in te
Brede Brugklas Bonus 2023-2027 stemmen met de raadsvoordracht
en vaststellen de wijziging van de (Gemeenteraad d.d. 7 juni 2023).
Verordening op Lokaal Onderwijs Beleid
Amsterdam 2019: Voorziening Brede
Brugklas Bonus 2023-2027
Nr. VN2023-013088
4 Vaststellen Beleidsbrief Amsterdamse * _Degemeenteraad te adviseren in te
Familie School 2023-2027 en vaststellen stemmen met de raadsvoordracht
wijziging van de Verordening op Lokaal (Gemeenteraad d.d. 7 juni 2023).
Onderwijs Beleid Amsterdam 2019:
Voorziening Amsterdamse Familie
School 2023-2027
Nr. VN2023-013003
5 Vaststellen van de beleidsbrief * _Degemeenteraad te adviseren in te
Amsterdammerschap in het Onderwijs stemmen met de raadsvoordracht
2023-2027 (Gemeenteraad d.d. 7 juni 2023).
Nr. VN2023-013053
6 Uitslag Centrale Loting en Matching * _Terbespreking en voor kennisgeving
2023 aannemen.
Nr. VN2023-011765 * Geagendeerd op verzoek van het lid
Wijmenga (CDA).
* Was TKN 4 in de vergadering van 19
april 2023.
1 Lerarentekort voortgezet onderwijs * _Terbespreking en voor kennisgeving
Nr. VN2023-011763 aannemen.
* Geagendeerd op verzoek van de
leden Wehkamp (Dó66) en Wijmenga
(CDA).
* Was TKN 5 in de vergadering van 19
april 2023.
Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling
8 Kennisnemen van het Initiatiefvoorstel * _Terbespreking en voor kennisgeving
Een mentaal gezondere) generatie aannemen.
begint in het onderwijs en de bestuurlijke * Geagendeerd op verzoek van het lid
reactie Von Gerhardt (VVD).
Nr. VN2023-011300
9 Instemmen met het initiatiefvoorstel * _Terbespreking en voor kennisgeving
‘Pak Gokverslaving aan - zorg voor aannemen.
betere preventie en behandeling van * Geagendeerd op verzoek van de
gokverslaving in Amsterdam’ van de leden Van Pijpen (GL) en Yemane
leden Van Pijpen en Yemane. (GL).
Nr. VN2023-010588
2023-05-17 16:12:23 2
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd{zorg), Onderwijs O ZÄ
en Armoede en Schuldhulpverlening
Agenda (concept), 31 mei 2023
Publieke Gezondheid en Preventie
10 Corona Gezondheidsmonitor * _Terbespreking en voor kennisgeving
Jongvolwassenen 2022, aannemen.
Nr. VN2023-011764 * Geagendeerd op verzoek van de
leden Van Pijpen (GL) en Wehkamp
(D66).
* Was TKN 1 in de vergadering van 19
april 2023.
2023-05-17 16:12:23 3
| Agenda | 3 | val |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2019
Afdeling 1
Nummer 2115
Ingekomen onder AN
Ingekomen op woensdag 18 december 2019
Behandeld op donderdag 19 december 2019
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van het lid Boomsma inzake de Huisvestingsverordening 2020 (Schrappen
absolute aantallen)
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer u voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het Beleidskader Huisvestingsverordening Amsterdam
2020 en de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 1930).
Overwegende dat:
— de Huisvestingsverordening 2020 een percentage bed and breakfasts voorziet in
stadsdeel Centrum en in andere stadsdelen met absolute aantallen werkt;
— het wenselijk is om in heel Amsterdam met één systematiek te werken, dit maakt
het eenduidiger en beter uitvoerbaar en voorkomt dat aantallen bijgesteld moeten
worden bij bijvoorbeeld bouw of sloop in een postcodegebied.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
de wijkquota voor bed and breakfasts in hoofdstuk 6 van de Nadere regels bij de
Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 zodanig vast te stellen dat in alle wijken
van Amsterdam een procentueel quotum geldt (ten opzichte van de woningvoorraad),
waarbij verder geen materiële wijziging van de hoogte van de quota is beoogd.
Het lid van de gemeenteraad,
D.T. Boomsma
1
| Motie | 1 | discard |
> Gemeente
Amsterdam
Motie
Datum raadsvergadering 2 december 2021
Ingekomen onder nummer 8213
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van het lid Vroege inzake onderzoek naar ontvlechting
metrodienstregeling als korte termijn oplossing
Onderwerp
Onderzoek naar ontvlechting metrodienstregeling
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over agendapunt 39 Afronding commissieactualiteit a. Actualiteit van het lid
Vroege inzake de metrostoring van 20 november 2021 (raadscommissie MLW).
Constaterende dat:
— Het metrobeveiligingssysteem op de Oost- en Ringlijn op zijn laatste benen loopt;
— Een nieuw systeem noodzakelijk is;
— Eral jaren aan implementatie van het daarvoor aangeschafte nieuwe beveiligingssysteem
(SCMA) wordt gewerkt;
— Dit aantoonbaar nog lang niet goed gaat;
— _ Problemen niet zo zeer door het nieuwe systeem zelf komen, maar in belangrijke mate wor-
den veroorzaakt door metro-infrastructuur, metromaterieel en lijnvoering;
— Dereiziger met grote regelmaat (bijna elke dag), soms vrenlang de dupe is van deze proble-
men;
Overwegende dat:
— _Ernog geen zicht is op structurele oplossingen voor deze problemen;
— Een “ontvlochten” lijnvoering eenvoudiger te beveiligen is en minder storingsgevoelig is;
— Een “ontvlochten” netwerk bijdraagt aan een succesvolle invoering van de nieuwe metrobevei-
liging.
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
In samenwerking met Vervoerregio Amsterdam en de huidige concessiehouder / exploitant (GVB)
de mogelijkheden te onderzoeken om, al dan niet tijdelijk, de metrodienstregeling te “ontvlech-
ten”.
Indiener
J.S.A. Vroege
| Motie | 2 | discard |
X Gemeente Amsterdam W B
% Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn,
Openbare Ruimte en Groen, Reiniging
% Agenda, woensdag 2 oktober 2019
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare Ruimte en
Groen, Reiniging
Tijd 09:00 tot 12:30 uur
Locatie De Commissiezaal
Algemeen
1 Opening procedureel gedeelte
2 Mededelingen
3 Vaststellen agenda
4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie WB d.d.
11 september 2019
e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier
doorgegeven, commissieWB@raadsgriffie. amsterdam.nl
5 Termijnagenda, per portefeuille
6 _TKN-lijst
7 _ Opening inhoudelijk gedeelte
8 _Inspreekhalfuur Publiek
9 Actualiteiten en mededelingen
10 Rondvraag
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids-
en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op
internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl
1
Gemeente Amsterdam W B
Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare
Ruimte en Groen, Reiniging
Agenda, woensdag 2 oktober 2019
Bouwen en Wonen
11 Brief aan de raad over de stand van zaken Geclusterd zelfstandig wonen voor
ouderen Nr. BD2019-006555
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid De Jong (GL).
e _ Was TKN5 in de vergadering van 11.09.2019,
12 Rapport Evaluatie verhuisregelingen Amsterdam Nr. BD2019-006553
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid De Jong (GL).
e _ Was TKN7 inde vergadering van 11.09.2019,
13 Kennisnemen van de brief van de wethouder Bouwen en Wonen inzake de
voortgang van particuliere transformatie 2019 Nr. BD2019-006550
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid Naoum Néhmé (VVD).
e _ Was TKN 1 in de vergadering van 11.09.2019.
14 Kennisnemen van de rapportage van de Metropoolregio Amsterdam inzake de
versnellingsopgave woningbouw in de Metropoolregio Nr. BD2019-006552
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid Havelaar (CDA).
e _ Was TKN4 in de vergadering van 11.09.2019.
15 Monitor Samenwerkingsafspraken 2018 Nr. BD2019-006511
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
Dierenwelzijn
16 Kennisnemen van de reactie op motie nr. 359 d.d. 10 mei 2017 van raadslid Van
Lammeren inzake Stedelijk Handhavingsprogramma 2017 — 2018 (opvolging
meldingen dierenmishandeling) Nr. BD2019-006313
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(Gemeenteraad d.d. 09-10-2019).
17 Kennisnemen van het vastgestelde Bijtprotocol Amsterdam Nr. BD2019-006560
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD).
e _ Was TKN 14 in de vergadering van 11.09.2019.
2
Gemeente Amsterdam W B
Raadscommissie voor Bouwen en Wonen, Ontwikkelbuurten, Dierenwelzijn, Openbare
Ruimte en Groen, Reiniging
Agenda, woensdag 2 oktober 2019
Reiniging
18 Het bespreken van de beantwoording van de schriftelijke vragen van het lid
Naoum Néhmé inzake de inzameling van grofvuil Nr. BD2019-006582
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid Wijnants (VVD).
Openbare Ruimte en Groen
19 Discussienota Een Rechtvaardig Voedselsysteem Nr. BD2019-006324
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid De Graaf (Bij).
20 Kennisnemen van de stand van zaken Voedselstrategie Nr. BD2019-006563
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van de leden Rooderkerk (Dóó), Bakker (PvdD) en De Graaf (Bij1).
e _ Was TKN 20 in de vergadering van 11.09.2019.
21 Beantwoording raadsadres; werkgroep De Schone Pijp Nr. BD2019-006562
e _ Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD).
e _ Was TKN 18 in de vergadering van 11.09.2019.
3
| Agenda | 3 | train |
> Gemeente
Amsterdam
2x Motie
Datum raadsvergadering 12 oktober 2023
Ingekomen onder nummer 573
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van de leden Bakker, Veldhuyzen en Van Renssen inzake weerhaken
niet langer toestaan
Onderwerp
Weerhaken niet langer toestaan
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over de conceptovereenkomst voor verhuur van het visrecht 2024-2030
Constaterende dat:
-_ Alin 2017 er door de Partij voor de Dieren een motie is ingediend waarin verzocht werd
om het hengelen met weerhaken te verbieden;
-__Deze motie uit 2017 is aangenomen met de stemmen voor van PvdD, GroenLinks, PvdA
en D66;
-__ Weerhaken onnodig dierenleed veroorzaken en niet noodzakelijk zijn bij hengelen;
-__De gemeente Amersfoort onlangs samen met de hengelvereniging aldaar een verbod
heeft ingesteld op het gebruik van weerhaken;
Overwegende dat:
-__Een weerhaak verwijderen uit de mond van een vis moeilijker is dan een reguliere haak,
waardoor vissen voor een langere periode boven water zijn en geen zuurstof binnenkrij-
gen, wat op zijn beurt lijdt tot meer stress en angst bij vissen;
-__ Deze haken ook de kans vergroten dat de haken te sterk vast blijven zitten in de vis waar-
door de haak moet worden verwijderd met een kniptang, of dat de vis zelfs inclusief haak
wordt teruggegooid.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
-_In overleg met de AHV te treden met als doel het gebruik van weerhaken te beëindigen;
-__De AHV opte roepen een eigen verbod in te voeren;
-_Dit streven op te nemen in de definitieve pachtovereenkomst met de Amsterdamse Hen-
gelsportvereniging;
-__ De AHV te verzoeken haar leden proactief te informeren over het niet langer gebruiken
van weerhaken middels alle commvunicatiekanalen die zij tot haar beschikking heeft;
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
Indieners,
A.L. Bakker
J.A. Veldhuyzen
N.A. Van Renssen
| Motie | 2 | discard |
Bezoekadres Gemeente Amsterdam
Stadhuis, Amstel 1 Best di t
1011 PN Amsterdam estuursdiens
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Telefoon 14 020
www.amsterdam.nl Retouradres: BDA, Postbus 202, 1000 AE Amsterdam
Stichting Gay Business Amsterdam
S. de Haan, P.F. Kramer en E. Verhoeven
Piet Heinkade 159
1019 GM AMSTERDAM
Datum 30 oktober 2012
Ons kenmerk 2012/5223
Behandeld door Akkelien Zuiderhof, Evenementenbureau
Doorkiesnummer
E-mail [email protected]
Bijlage
Onderwerp Raadsadres inzake beveiliging Amsterdam Gay Pride
Geachte heren De Haan, Kramer en Verhoeven,
In de Telegraaf van 1 augustus 2012 is een artikel verschenen over de beveiliging van de
Amsterdam Gay Pride 2011. Naar aanleiding hiervan heeft u de raad aanvullende
informatie verstrekt en heeft u vragen gesteld. Hierbij ontvangt u een reactie op uw vragen.
Uw vragen aan de raad:
a. Vindt u het acceptabel dat de burgemeester de in 2004 vastgestelde
subsidieverordening niet naleeft wanneer het ProGay betreft en dan ook nog
drie jaar achter elkaar? Vindt u het acceptabel dat de burgemeester dit niet wil
corrigeren nadat de Rekenkamer in drie achtereenvolgende onderzoeken
tekortkomingen constateerde?
Antwoord: De Rekenkamer Amsterdam heeft in 2009 en 2010 onderzoek gedaan naar de
subsidie voor de Gay Pride in de jaren 2007 t/m 2009. Naar aanleiding daarvan heeft het
College in de bestuurlijke reactie van 5 oktober 2010 laten weten dat de
subsidieverstrekking in 2007 en 2008 niet in overeenstemming met de regels uit de Awb
en de ASA 2004 is uitgevoerd en er voorts belang aan hecht op te merken dat, ondanks
deze constatering, de bijdragen door de subsidieontvangers wel zijn besteed
overeenkomstig het doel waarvoor ze beschikbaar zijn gesteld.
In 2009 heeft de Rekenkamer al geconstateerd dat het subsidieproces op veel punten is
verbeterd. In november 2010 schrijft de Rekenkamer aan de Raad: ‘Zo hier en daar wordt
de suggestie gewekt dat wij de gang van zaken bij de Stichting ProGay hebben onderzocht
en concluderen dat deze organisatie in de fout is gegaan. Die suggestie is ten onrechte’
Voor de subsidie aan Stichting ProGay in 2011 geldt dat Stichting ProGay heeft
aangetoond dat de subsidie is besteed aan datgene waarvoor het was bedoeld. Uw
Het stadhuis is bereikbaar per metro en tram (lijnen 9 en 14), halte Waterlooplein
30 oktober 2012 Gemeente Amsterdam
Kenmerk Bestuursdienst
Pagina 2 van 3
stelling dat de burgemeester (moet zijn: het College) de subsidieverordening niet naleeft is
derhalve niet juist.
b. Vindt u het acceptabel dat de burgemeester de in 2010 vastgestelde
beleidsregels inzake vergunningverlening Amsterdam Gay Pride niet toepast?
Slechts 10% van de (veiligheids-)afspraken was ProGay nagekomen en toch
weigert de burgemeester anderen een kans te geven, terwijl hij dit volgens zijn
eigen beleidsregels bij een slechte evaluatie wel had moeten doen?
Bovendien hebben wij allemaal, en dus ook de raad, een taak om rampen
zoals bij de Love Parade in Duisburg zo veel mogelijk te voorkomen.
Antwoord: Evenementen worden na afloop geëvalueerd, zo ook de Amsterdam Gay Pride.
Bij een dergelijk groot en complex evenement gebeurt dit extra zorgvuldig. Dit heeft ertoe
geleid dat in de afgelopen jaren steeds scherpere eisen zijn gesteld wat betreft de
voorbereiding en uitvoering van de Amsterdam Gay Pride, mede in het licht van de
discussie die wij hebben gevoerd over evenementen en veiligheid.
In de gespreksverslagen, die samen de evaluatie van 2011 vormen, kunt u lezen dat de
beveiligingsorganisatie niet geheel uitvoering heeft gegeven aan de plannen zoals die
waren voorbereid en goedgekeurd. Ook de EHBO-organisatie heeft steken laten vallen.
Dat betekent dat de organisatie van het evenement op een aantal punten voor verbetering
vatbaar is. Er was echter op geen enkel moment sprake van onaanvaardbare risico's. De
evaluatie bevat kritische kanttekeningen, maar de grondtoon is een andere. De
verbeterpunten zijn aan de orde gesteld vanuit het vertrouwen dat ProGay in staat is dit
evenement naar behoren te organiseren. ProGay heeft haar verantwoordelijkheid
genomen; zij heeft naar aanleiding van de editie van 2011 haar eigen organisatie
geprofessionaliseerd en daarmee grote vooruitgang geboekt. Zij heeft besloten in 2012
een ander beveiligingsbedrijf en een andere EHBO-organisatie in te schakelen.
C. Waarom staat u toe dat er in deze tijd van bezuinigingen herhaaldelijk vele
tienduizenden euro's aan subsidie aan ProGay verstrekt worden t.b.v. het
zogenaamde professionaliseren zonder dat er aantoonbaar resultaat is, met
uitzondering dat bestuursleden opeens betaalde functies krijgen? Terwijl er
andere organisaties, die naar mening van politie en gemeente wel
professioneel zijn, volgens het college zonder extra subsidie de Pride hadden
moeten kunnen organiseren?
Antwoord: De Gemeente Amsterdam vindt de Amsterdam Gay Pride een belangrijk
evenement en is daarom bereid een financiële bijdrage te leveren aan het evenement om
een ordelijk en veilig evenement te waarborgen. De subsidie is verleend aan de
organisator van dat jaar; als GBA dat jaar organisator was geweest dan had zij ook een
aanvraag om subsidie kunnen doen.
d. ín 2009 heeft de Raad van State geoordeeld dat de burgemeester
vooringenomen is in het verstrekken van vergunningen aan ProGay. Dat is in
strijd met art 2:4 uit het Awb. In de Telegraaf van 3 augustus 2012 lezen we
dat de organisatoren van andere evenementen zoals WK Amsterdam en het
Jordaanfestival inmiddels vraagtekens zetten bij het vrij spel dat ProGay krijgt.
2
30 oktober 2012 Gemeente Amsterdam
Kenmerk Bestuursdienst
Pagina 3 van 3
De bestuurders van het Kwakoefestival schijnen persoonlijk aansprakelijk te
worden gesteld om onterecht verkregen subsidies terug te betalen. Vindt u
deze voortrekkerij eerlijk? En zo nee: wilt u hiertegen optreden?
Antwoord: De burgemeester heeft de uitspraak van de Raad van State uitgevoerd om
opnieuw een beslissing op bezwaar te nemen. Dit is gebeurd bij besluit van 9 april 2010.
Daarbij is opnieuw afwijzend beslist op uw aanvraag voor het jaar 2007. Er is geen sprake
van schijn van vooringenomenheid bij het nemen van dit besluit. U bent tegen dit besluit in
beroep gegaan.
Sinds 2011 hanteert de Gemeente Amsterdam een nieuw beleid als er sprake is van
concurrerende aanvragen. Er wordt een principekeuze gemaakt voor drie jaar tussen de
concurrerende aanvragen. Zowel uw organisatie als ProGay hebben een aanvraag
gedaan; daarbij is uw aanvraag niet als de beste naar voren gekomen. Er is dus geen
sprake van voortrekkerij, maar van een keuze op basis van kwaliteit voor een periode van
drie jaar.
e. Wanneer u dit als raad allemaal op een rijtje zet, bent u dan van mening dat
ProGay structureel bevooroordeeld schijnt te worden door de burgemeester?
En zo ja, moet er niet een raadsonderzoek komen of dit zo is en hoe dit kan
ontstaan? De Raad van State heeft in 2009 geoordeeld dat zelfs een schijn
van vooringenomenheid en bevoordeling moet worden voorkomen.
Antwoord: zie antwoord bij vraag d.
Hoogachtend,
Mr. A.H.P. van Gils Mr. E. van der Laan
secretaris burgemeester
3
| Raadsadres | 3 | train |
> < ee Raadsinformatiebrief
| | Amsterdam Opvolging toezegging
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 5 juli 2023
Portefeuilles) ICT en Digitale Stad
Portefeuillehouder(s): Alexander Scholtes
Behandeld door Directie Digitale Strategie en Informatie ([email protected])
Onderwerp Opvolging toezegging TA2023-000253 inzake Chinese camera’s vit de
commissievergadering van 9 maart 2023
Geachte leden van de gemeenteraad,
In vw vergadering van 9 maart 2023 heeft waarnemend wethouder Meliani op verzoek van de
commissie toegezegd te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor het uitfaseren van Chinese
camera's en te onderzoeken of bij een volgende vergelijkbare aanbesteding meer rekening kan
worden gehouden met onder andere mensenrechten (toezegging TA2023-000253).
Ik zal de afdoening van deze toezegging betrekken bij de afdoening van motie 172.23 van de leden
Aslami, Belkasmi, Garmy, Koyuncu en IJmker getiteld Stop met Chinese surveillance apparatuur.
Deze motie is op 10 mei 2023 door de raad aangenomen en roept het college op:
e _omte onderzoeken op welke wijze surveillance apparatuur van Chinese makelij,
waaronder het merk Hikvision en Dahua, niet meer in gebruik wordt genomen;
e _ bij inkoop rekening te houden met de OESO-richtlijnen en de UNGPs totdat er nieuwe
IMVO-wetgeving is vastgesteld;
e deraadte informeren over de mogelijkheden om surveillance apparatuur van Chinese
makelij, waaronder het merk Hikvision en Dahua, in gebruik bij de organisatieonderdelen
van de gemeente Amsterdam, te vervangen.
Inhoudelijk sluiten de toezegging en het gevraagde in de motie nauw op elkaar aan. Zij zullen
daarom gezamenlijk worden afgedaan. Daartoe onderzoeken we of het juridisch mogelijk is om bij
nieuwe aanschaf apparatuur van Chinese makelij te weren en wat de mogelijkheden en impact zijn
van het uitfaseren van de bestaande apparatuur. U kunt de afdoening van zowel de motie als de
toezegging tegemoet zien in het eerste kwartaal van 2024.
Ik hoop v hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
Alexander Scholtes
Wethouder ICT en Digitale Stad
| Motie | 1 | discard |
„ - R. % f — B
> < ADR Ee d Ci
Waal: 4 Ren 4
= ei zj
N EN OCE RT el RN
we | TESO ANKE TEE
Pr) re 6 OOR bn NNW NE
MK N= Alde me
LL mi Ne NE
‚ Nl en ASN ES SEEN
VEA NDRRATLIEEAEAI TIA Tver Ieren ht - CS Se EE
VS \IIPTITITTELTITI IA III EE nen
NE IATA nen j ke
LT) ELLEN TAA rn eenn keldeal PO ar,
EN:
ie REN Ns mmm ggn 5
Me et ma nn
8 PT ziet A é BN Ù PS
rd KA a Re zion es
Ie: 4 ú Ke RN hed mie A
Ì ee \ BAN NERDS 5 n B n m KE A nt
Ee Be ELEN tn nn Wia
rme Agee IEA Sm menen ld mn
E ‘ k 5E A a OE R1 | DN \ 7
E 4 Nen Ait rn at A rl a ES
| E, nt / ES avi: $ NA ord Ks Ec NN Ri | = TE. } EE
| \ Rn ARE Kon AN de UN AT ET zrnnbe 5 re Res]
ij REE lans AA AN Rn bal NZ Rh ke Et ï
ed EEE nn EOD a OEP mmm 2 : =
Dil id Bra ON, ’ NAi De gr oe ie). | _ PET nl nl En
E Te ie KE A iel ER Ds lela Ee En
ot Be NE ddie U AARD LANE en Dj . En
ETEN HAN EN Shad Se ee 5
EN en AN NRE NDE Nita | SP Kij E
8 A eN NAE nt ok BEAN Pe J
KA es ei. CDA ante BEEN POR IEN, AO DE ON es el í KLE
NEEN IS Ri ne MC de EN Pe MDL Vea bi el Î )
SN ed EN Br BL Kk t DS rd NS . RN lt vl 8 t
BRU En APV dS zn UMS
NEMEND de AO OD en | ==
NR NG, Epe A vk Pose | TT =
RORE ne Oh le LA | | S
se Es RAR, EN PRE Dl E Í Nt == -
KS Nn EE St ER SI eN PT AS
4 ï kiki 2. RN ie on, R re Ô | a jee fem jeje ij
a k CN ï Nt NS Ne: A : LAN Band id o | dl ease wie ens
min OENE OS peins lend
/ EEN, DET | 4 me —
E dl EE U Ee Ì EE
rie RAA Dr jaaa | | EE
Ee cr AN AGN MS De diemen ibn |P |
Bi ES n \ À 0 Ga er ER if Î :
Hek END mar ken PE LE |
& | A PERRE" A AEN N Ì rk mn ed Í
' ME - nn Ï
VE 005 ln IE | ei ll — ==
| / ES 5 [ | I |
EL Nv | mmm ï e
if _% KE Í \ 4d |
| NN é | like: | | Te
| EDI GI REE Sh 8
| | he | | | J de 3 rs Ed al 4 il
| AN BE een | wa
Lbs! Ld nen Ps br PRL Deed Û
— rat fi hr Mik Wap eN @ Î = Rn | en
d ge OMO LLL |
5 [ SE ES |
E ef der h fe
€ EIT AE Et fe
Ee ee Ee en
EE SE re 3 8 ee Ee ze Ee ze : En me
Ed EE 5 EEn ee %
In opdracht van: Gemeentelijk Vastgoed
Projectnummer: 21346
Auteur: Nina Vos, Samira Mohabbatdar, Willem Bosveld
E-mailadres: [email protected]
Met medewerking van Faye Kornbluh
Bezoekadres: Weesperstraat 113-117
Telefoon: 020 251 0333
Postbus 658, 1000 AR Amsterdam
onderzoek.amsterdam.nl
Amsterdam, april 2022
Foto voorzijde: Keizersgracht, fotograaf Alphons Nieuwenhuis (2020)
Inhoud
Samenvatting en conclusie 4
Inleiding 7
1 Financiële positie huurders 9
1.1 Impact van de coronacrisis 9
1.1.1 Omzet 9
1.1.2 Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) 9
1.2 Schulden 10
1.2.1 Huurschuld 10
2 Aangepast ondernemen 11
2.1 Beperkingen en problemen 11
2.2 Creatieve maatregelen 12
3 Maatwerkregeling 14
3.1 Gebruik van het aanbod 14
3.2 Redenen om geen Maatwerkregeling aan te vragen 15
3.3 Beoordeling van de aanvraag 16
4 Toekomstverwachting en veerkracht 17
4.1 Toekomstverwachting 17
4.1.1 Afhankelijkheid van maatregelingen in de coronacrisis 17
4.1.2 Afhankelijkheid van toerisme 18
4.1.3 Afhankelijkheid van Maatwerkregelingen 18
4-2 Het aflossen van de huurschuld 19
5 Informatievoorziening 21
5.1 Beoordeling van informatievoorziening 21
5.2 Verbeterpunten voor de informatievoorziening 21
5.3 Voorkeuren voor informatievoorziening 22
Bijlage 1 Vragenlijst 23
Samenvatting en conclusie
Gedurende de coronacrisis heeft de gemeente Amsterdam huurders van de directie
Gemeentelijk Vastgoed financieel bijgestaan door hen een Maatwerkregeling te bieden,
bestaande uit uitstel van betaling, een aflossingsvrije betalingsregeling van 6 jaar, huurkorting
en/of kwijtschelding van huur bij dreigend faillissement. Sinds 1 april 2022 int de gemeente weer
actief huur bij haar huurders. Om de impact hiervan in te schatten en de overgang naar deze
volgende fase in goede banen te leiden, voerde O&S in februari 2022 enquêteonderzoek uit
onder huurders van Gemeentelijk Vastgoed. De vragenlijst werd ingevuld door 201 huurders, een
respons van 16%.
Financiële positie huurders
Ruim driekwart van de huurders die deelnamen aan het onderzoek ervoer ten tijde van de
coronacrisis een omzetdaling. Voor een groot deel van hen geldt een daling van meer dan 70%.
Toch heeft slechts een vijfde momenteel een huurschuld. Wel is deze in de meeste gevallen
hoger dan €10.000. Ook geeft een vijfde aan andere schulden te hebben ten gevolge van de
coronacrisis. Verder blijkt dat de meerderheid niet in aanmerking kwam voor een
Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). De meest genoemde reden hiervoor is dat de
onderneming niet binnen de regeling valt. Zo maakt de onderneming geen deel vit van de
betrokken beroepsgroepen, is de omzetdaling te klein of zijn de vaste lasten te laag.
Samengenomen benadrukken deze inzichten dat de coronacrisis op veel huurders een
omvangrijke impact heeft gehad.
Aangepast ondernemen
Zo was de impact van de coronacrisis ook merkbaar in broedplaatsen en ateliers. Toch heeft de
meerderheid van deelnemende huurders uit deze sector geen huurkorting aangevraagd. Een
groot deel licht toe naar vermoeden niet in aanmerking te komen, omdat zij gedurende de crisis
gebruik konden blijven maken van de werkruimte.
Ondanks beperkende maatregelen heeft twee derde van alle bevraagde huurders toch de huur
kunnen betalen. De meesten betaalden dit vit eigen zak of zijn zuiniger gaan leven. Verder legt
een deel uit de reserves van de onderneming te hebben aangesproken. Anderen hebben de
periode overbrugd dankzij subsidiëring of financiële regelingen, zoals de Maatwerkregeling, of
door zichzelf niet vit te betalen.
Maatwerkregeling
Ruim twee op de vijf (4,2%) bevraagde huurders heeft gebruik gemaakt van een
Maatwerkregeling. De meesten vroegen huurkorting (32%) en/of uitstel van betaling (18%) aan.
Respondenten in de horecaen detailhandel deden het vaakst een aanvraag en zij met een
kantoor of bedrijfsruimte, in de zorg en in de voorzieningensector het minst. Huurders die een
regeling aanvroegen ervoeren dit veelal als een eenvoudige procedure.
De meest genoemde reden om geen aanvraag te doen is dat dit niet nodig was. Een andere
reden was dat men de relatie met de gemeente goed wil houden. Verder noemt een deel dat zij
niet in aanmerking kwamen voor huurkorting of kwijtschelding. Dit gaat om respondenten
werkzaam in de atelier- en broedplaatsensector en in de zorg. Uitstel van betaling was voor hen
geen geschikt alternatief, waardoor zij ervoor kozen geen regeling aan te vragen.
Toekomstverwachting en veerkracht
De meeste huurders in het onderzoek kijken noch pessimistisch, noch optimistisch naar de
toekomst van hun onderneming. Zo uit een kwart afhankelijkheid van toerisme. In het geval van
terugkerende maatregelen denken bovendien de meesten alleen te kunnen blijven ondernemen
met behulp van aanvullende inkomsten. Een tiende van de huurders geeft aan dat de
onderneming toekomstige maatregelen niet zal overleven. Dit gaat met name om huurders met
een huurschuld.
De meeste huurders met een Maatwerkregeling gaven in februari aan te twijfelen of zij in staat
zouden zijn om vanaf 1 april de maandelijkse huur (weer) te voldoen. Veel van hen geven aan dat
de (mogelijk toekomstige) coronamaatregelen inkomsten beperken. Bovendien leggen zij vit dat
ondanks recente versoepelingen, de markt nog lang niet terug is op het niveau van voor de crisis.
Anderen lichten toe dat de financiële buffer op is. Mochten zich onvoorziene omstandigheden
voordoen, dan worden de maandelijkse huurbetalingen opnieuw lastig. Wel is de meerderheid
van bevraagde huurders met een huurschuld optimistisch over de mogelijkheid om te starten
met aflossen. Vooral zij die huurkorting kregen hebben hier vertrouwen in. Drie op de tien voelt
zich hiertoe niet (geheel) in staat. Zij viten behoefte aan variabele maandbedragen, in ieder
geval zolang de markt zich nog herstelt. Een ander deel geeft aan dat het herstel van de
onderneming volledige financiële inzet eist en hoopt op tijdelijke aanvullende subsidies en/of
regelingen, een langere aflossingsperiode en kleinere maandelijkse terugbetalingen.
Informatie en communicatie
Over het algemeen hebben de huurders het gevoel voldoende geïnformeerd te zijn over de
financiële regelingen tijdens de coronacrisis. Desgevraagd zijn mogelijke verbeterpunten een
meer persoonlijke benadering, een meer proactieve manier van informeren en snellere
communicatie. Verder geven bijna alle huurders in dit onderzoek aan in de toekomst graag per e-
mail geïnformeerd te willen (blijven) worden over de financiële regelingen voor Gemeentelijk
Vastgoed.
Conclusies en implicaties
Nu de gemeente de huur weer actief incasseert, houdt zij rekening met de financiële situatie van
haar huurders. Voor veel van hen ging de coronacrisis gepaard met een grote financiële
tegenslag, met voor een aanzienlijk deel een nasleep van schulden en onzekerheid.
De minderheid maakte gebruik van de Maatwerkregeling. Het deel wat hier wel behoefte aan
had, maar er geen gebruik van maakte lijkt behoefte te hebben aan duidelijkere communicatie
over de criteria voor de regelingen en meer aandacht voor individuele omstandigheden in de
toekenning ervan. Hoewel ateliers en broedplaatsen (mede) dankzij de Maatwerkregelingen de
huur konden blijven voldoen tijdens de coronacrisis, betreuren zij toch het mislopen van
huurkorting. Een van de voorwaarden voor huurkorting was het niet kunnen gebruiken van de
werkruimte. Om deze reden kwamen veel huurders met ateliers of broedplaatsen hier niet voor
in aanmerking. Deze keuze is gemaakt zodat steun aan huurders waarvan de werkzaamheden
geheel stil kwamen te liggen, zoals zij in de horeca, geprioriteerd kon worden. Meer
communicatie over deze afweging had hier mogelijk meer duidelijkheid in kunnen verschaffen.
Voor de (af)betalingsperiode hopen huurders met name op aanvullend begrip en
tegemoetkoming gedurende de eerste herstelperiode. De belangrijkste zorg voor hen is om de
onderneming opnieuw op te bouwen. Met deze opgedane kennis kan de gemeente haar
huurders geïnformeerd begeleiden in de overgang naar een open wereld.
Inleiding
Voor veel Amsterdammers is de coronacrisis een onzekere tijd geweest. Zo ook voor huurders
van de directie Gemeentelijk Vastgoed. Sommige huurders kampen met een flinke
huurachterstand. Sinds maart 2020 biedt de gemeente Amsterdam financiële regelingen voor
huurders van Gemeentelijk Vastgoed die moeite hebben de huurte betalen door de maatregelen
die de Rijksoverheid neemt in de coronacrisis. Sinds 1 april 2022 incasseert de gemeente weer
actief huur. Dit zal voor een deel van de huurders een grote verandering betekenen.
Doel
Nu de gemeente overgegaan is in deze nieuwe fase, wil het inzicht verkrijgen in het effect wat dit
kan hebben op de bedrijfsvoering van haar huurders. Wat is de huidige financiële situatie van de
huurders? Hebben zij gebruik gemaakt van de aangeboden financiële regelingen? Hoe is de
aanvraag hiervan ervaren? En wat is de financiële veerkracht van huurders? Om hierachter te
komen is Onderzoek en Statistiek (O&S) gevraagd om hier namens Gemeentelijk Vastgoed
onderzoek naarte doen. In deze rapportage wordt op deze vragen antwoord gegeven. Aan de
hand van de inzichten kan de gemeente inschatten in hoeverre haar huurders in staat zijn de
huur en eventuele betalingsregelingen (weer) actief te voldoen. Hiermee kan het in deze fase
geïnformeerd reageren op de behoeften en knelpunten onder huurders.
Opzet
In samenwerking met Gemeentelijk Vastgoed is een online vragenlijst opgesteld, in te zien in
bijlage 1. Hierin is gekozen voor een combinatie van gesloten vragen en ruimte voor
toelichtingen. Een open link naar de digitale vragenlijst is in februari 2022 digitaal en via
briefpost verspreid onder 1.211 huurders van Gemeentelijk Vastgoed.
Respons
De online enquête resulteerde in een uiteindelijke respons van 254 respondenten. Aan het begin
van de vragenlijst is gefilterd op een aantal kenmerken. Zo vielen respondenten af wanneer ze
aangaven geen contractuele relatie te hebben met de gemeente Amsterdam als verhuurder, of
dit niet zeker te weten. Dit ging om 11 respondenten. Ook wanneer respondenten aangaven dat
de huur geheel gesubsidieerd wordt door de gemeente, of dat zij dit niet zeker weten, vielen af.
Dit ging om 42 respondenten. De gehele vragenlijst is ingevuld en afgerond door in totaal 201
huurders. In de regel kent vergelijkbaar enquêteonderzoek een verwachte respons van 10%. Op
basis van het uiteindelijke responspercentage van 16% kan daarom met voldoende
representativiteit uitspraken gedaan worden over de benaderde groep huurders.
Een overzicht van de totale respons, evenals een uitsplitsing naar stadsdeel en sector is
weergegeven in tabellen 1en 2. Hierin valt op dat het grootste deel van de bevraagde huurders
gevestigd is in stadsdeel Centrum. Ook zijn veel respondenten gevestigd in West en Zuid. De
respons vertegenwoordigt aanzienlijk minder huurders in stadsdelen Nieuw-West en Zuidoost.
Verder zien we dat de meeste huurders vallen onder de sector ateliers en broedplaatsen. Dit
komt overeen met de gegevens bekend bij Gemeentelijk Vastgoed. Bij een vergelijking met de
registraties van Vastgoed, blijkt wel dat kantoren/bedrijfsruimten en de detailhandel
ondervertegenwoordigd worden in dit onderzoek. De kunst- en cultuursector wordt in dit
onderzoek vertegenwoordigd door een groter aandeel dan in de werkelijkheid het geval is. In de
interpretatie van de resultaten dient met deze afwijkingen rekening gehouden te worden. Waar
mogelijk en relevant, worden verschillen in de resultaten tussen sectoren beschreven in de tekst.
Tabel 1 Respons naar stadsdeel, februari 2022
el
Centrum 57 28
West 39 19
Zuid 38 19
Oost 31 15
Noord 23 11
Nieuw-West 5 3
Zuidoost 3 2
verschillende stadsdelen 3 2
weet niet, geen antwoord 2 1
totaal 201 100
Tabel 2 Respons naar sector, februari 2022
ed
ateliers en broedplaatsen 81 40
kunst en cultuur 27 13
horeca 17 9
kantoor/bedrijfsruimte 17 9
sport (commercieel en maatschappelijk) 15 8
recreatie en toerisme 10 5
basisvoorzieningen, welzijn en jeugd 9 5
detailhandel en commercieel - overig 6 3
zorg (commercieel) 6 3
religie 1 1
weet niet, geen antwoord 12 6
totaal 201 100
1 Financiële positie huurders
Om de impact van het opnieuw actief incasseren van huur in te schatten, maken we eerst de
huidige financiële positie van huurders inzichtelijk. In dit hoofdstuk wordt uiteengezet hoe de
huidige omzet van huurders zich verhoudt tot de omzet voor de coronacrisis en met welke
schulden zij momenteel kampen.
1.1 Impact van de coronacrisis
1.1.1 Omzet
In de enquête gaven huurders aan in hoeverre de huidige omzet afwijkt van de gemiddelde
omzet voor de coronacrisis. Voor ruim driekwart (77%) geldt een daling in omzet. Voor de
meesten van hen zien we een daling in huur tot 30% (figuur 1.1). Voor een nagenoeg even grote
groep geldt echter dat de omzet een daling van meer dan 70% heeft doorgemaakt of dat er
momenteel helemaal geen omzet wordt gegenereerd.
Figuur 1.1 Hoeveel omzet heeft u de afgelopen maanden globaal behaald ten opzichte van dezelfde
maanden vóór de coronacrisis?, februari 2022 (n = 201, procenten)
7% 3%
13%
21% m meer omzet
dezelfde omzet
= tot 30% gedaald
= 30% tot 50% gedaald
22%
m5o%tot 70% gedaald
B meer dan 70% gedaald of geen omzet
16% weet niet, geen antwoord
18%
1.1.2 Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)
Drie op de tien (29%) bevraagde huurders kwam voor een bepaalde periode tussen de start van
de coronacrisis en februari 2022 in aanmerking voor een Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL).
Voor ruim drie op de vijf (62%) was dit niet het geval. Nagenoeg een tiende (9%) weet de vraag
niet te beantwoorden. Zij die aangeven niet voor TVL in aanmerking te komen is gevraagd wat
hier de voornaamste reden voor is. Een groot deel geeft als reden op dat de omzet niet is
n , gedaald of gedaald is met minder dan 30%. Ruim de helft van
“Mijn omzet is pas echt OO ‚
vanaf juli 2021 gaan dalen. bevraagde huurders die niet in aanmerking komen voor TVL geeft
Verder is het inkomen van hiervoor een reden op die niet in de antwoordopties naar voren
mijn partner weggevallen kwam. De meesten geven in hun toelichting aan dat ze niet in
door de coronamaatregelen, . . . .
, aanmerking komen omdat ze niet binnen de regeling vallen. Ze
maar daar wordt niet naar . TO 5 7
gevraagd.” geven aante huren voor recreatieve activiteiten of bijverdiensten,
een stichting te zijn (dus zonder commerciële doeleinden), binnen
@ een beroepsgroep te vallen die niet betrokken is in de regeling, ten gevolge
van de crisis geen verminderde bedrijfsvoering te ervaren of te lage vaste lasten te
| dragen. Een andere groep licht toe dat ze geen aanvraag gedaan hebben en/of geen
behoefte hadden aan steun. Een kleinere groep geeft aan dat de selectiecriteria geen goede
inschatting maken van hun financiële situatie. Het is bijvoorbeeld lastig om een verminderde
bedrijfsvoering aan te tonen, de omzet is pas later in de crisis gedaald of de omzet schommelt.
Verder kwamen enkele huurders in aanmerking voor andere, sectorspecifieke regelingen.
1.2 Schulden
1.2.1 Huurschuld
Desgevraagd geeft een op de vijf (20%) bevraagde huurders aan momenteel een huurschuld te
hebben (figuur 1.2). De groep huurders met een huurschuld hoger dan €10.000 is iets groter dan
de groep met een huurschuld van minder dan €10.000. Vier van de 201 bevraagde huurders
geven aan een huurschuld te hebben die hoger ligt dan €150.000. Het grootste deel, vier op de
vijf (79%), heeft momenteel geen huurschuld.
Een op de vijf (19%) huurders geeft desgevraagd aan ook andere schulden te hebben ten gevolge
van de coronacrisis. Voor vier op de vijf (79%) geldt dit niet.
Figuur 1.2 Heeft v momenteel een huurschuld en wat is de hoogte daarvan?, februari 2022 (n = 201,
procenten)
2%
9%
9% m geen huurschuld
& huurschuld van minder dan €10.000
= huurschuld tussen €10.000 en €150.000
EB huurschuld van hoger dan €150.000
weet niet, geen antwoord
79%
2 Aangepast ondernemen
Veel ondernemingen zijn de afgelopen jaren beperkt open of geheel gesloten geweest. In de
enquête is huurders gevraagd op welke manier zij de coronacrisis hebben doorgemaakt. Dit
hoofdstuk behandelt de beperkingen en problemen die huurders ondergaan hebben ten gevolge
van de coronamaatregelen en de manieren waarop zij de bedrijfsvoering hebben aangepast om
deze tegenslagen op te vangen.
2.1 Beperkingen en problemen
Veel ondernemingen hebben problemen ondervonden ten gevolge van de coronacrisis en de
bijkomende maatregelen vanuit de Rijksoverheid. Zo is ook de cultuursector hard geraakt.
Van huurders met een kunst- of cultuurinstelling geeft 4,4% aan onvoldoende budget te hebben
voor het nodige onderhoud. Van huurders werkzaam in een broedplaats of atelier geeft 3% aan
dat huurders van de ruimten de huur niet betalen, 1% geeft leegstand op als probleem en 13%
noemt andere problemen. Zo noemen zij omzetvermindering en verhoogde of te hoge vaste
lasten (huur, energie en onderhoud), met voor enkelen opzegging van de huur als gevolg.
Van de 81 bevraagden werkzaam in broedplaatsen of ateliers, geven 56 huurders aan geen
huurkorting te hebben aangevraagd. In de enquête is hen gevraagd naar de reden(en) hiervoor.
Een op de vijf geeft aan de relatie met de gemeente goed te willen houden door de huurte
betalen zonder korting (figuur 2.1). Een even grote groep geeft als reden op nooit eerder
afhankelijk te zijn geweest van de overheid en dat zo te willen houden. Een op de tien vindt het
ingewikkeld om een aanvraag voor huurkorting te doen. Het grootste deel, ruim twee op de vijf,
geeft alternatieve redenen op. De meesten lichten in hun
“Volgens mij kwam ik er niet voor in antwoorden toe dat zij (vermoedelijk) niet in aanmerking kwamen
aanmerking, alleen bij dreigend voor huurkorting. Veel van hen zijn kunstenaar en konden
faillissement. Maar wanneer is dat? gedurende de crisis nog gebruik maken van hun bedrijfsruimte.
Ik had voldoende privéspaargeld om
op terug te vallen. Geld dat hier niet Anderen noemen in hun open antwoorden een te kleine
voor bedoeld was, maar ík was omzetdaling of voldoende spaargeld als reden, hoewel zij daarbij
hierdoor wel in staat om de huur te noemen dat dit spaargeld hier uiteraard niet voor bestemd was.
betalen.” Een andere genoemde reden is dat huurders huurkorting niet
nodig achtten. Een ander deel geeft aan geen schulden bij de
2 gemeente te willen. De rest noemt andere inkomstenbronnen te hebben
gevonden door anders te ondernemen, huur te betalen uit privégelden of leningen
rm af te sluiten bij naasten.
Figuur 2.1 U geeft aan dat u geen huurkorting heeft aangevraagd voor uw broedplaats of atelier. Waarom
niet?*, februari 2022 (n = 56, procenten)
ik wil de relatie met de gemeente Amsterdam goed houden en netjes mijn
huur betalen zonder korting | 20
ik ben nooit afhankelijk geweest van de overheid, dat wil ik zo houden EN 20
ik vind het ingewikkeld om een aanvraag te doen | 9
ikheb subsidie ontvangen die niet gekoppeld is aan de coronacrisis mn 7
ik ben er onvoldoende over geïnformeerd mn 5
ik ben bang dat, als ik mijn huur niet volledig betaal, mijn huurcontract wordt
opgezegd [| 5
ik heb een lening kunnen afsluiten bij vrienden/familie H 4
weet niet, geen antwoord En 11 %
o 10 20 30 40 50
* Respondenten hadden de mogelijkheid om meerdere antwoordopties te kiezen.
2.2 Creatieve maatregelen
Van veel huurders is de onderneming beperkt open of gesloten geweest. Een deel van hen heeft
toch de huur betaald. Dit geldt voor twee derde deel (67%) van de bevraagde huurders. Hen is
vervolgens gevraagd wat zij hebben gedaan om de huur toch te kunnen betalen. De meesten
hebben de huur betaald vanuit privégelden (figuur 2.2). Een ander groot deel heeft in aspecten
buiten de werksfeer bezuinigd. Bovendien noemt nagenoeg een kwart alternatieve manieren
waarop zij de onderneming hebben kunnen voortzetten. De meesten van hen geven aan dat ze
de reserves van de onderneming aangesproken hebben. Anderen hebben de periode overbrugd
door subsidiëring of financiële regelingen, zoals de Maatwerkregeling vanuit de gemeente, Tozo,
Bbz, TVL of NOW. Zij die noemen dat ze de huur hebben kunnen voldoen met dank aan de
Maatwerkregeling zijn werkzaam in de atelier- en broedplaatsensector. Verder noemen enkelen
zichzelf niet te hebben uitbetaald om kosten te besparen.
Figuur 2.2 Van veel huurders is de onderneming beperkt open of gesloten (geweest). Wat heeft u gedaan om
de huur toch te kunnen betalen?*, februari 2022 (n = 201, procenten)
betaald vanuit privégelden | 27
in andere aspecten van mijn leven bezuinigd | 19
leningen afgesloten bij familie{vrienden mn 6
inkomstenbronnen buiten mijn bedrijf gevonden mn 6
op een andere manier gaan ondernemen mn 6
personeel ontslagen Ï 2
niet op mij van toepassing | 32
weet niet, geen antwoord 1 %
o 10 20 30 40
* Respondenten hadden de mogelijkheid om meerdere antwoordopties te kiezen.
Van de bevraagde huurders is 6% op andere manieren gaan ondernemen om de coronacrisis te
doorstaan. Van de 15 bevraagde huurders werkzaam in de sportsector geldt voor 11 (73%) dat zij
hun leden ten tijde van binnen-beperkingen buiten konden laten sporten. Voor de sporthoreca
was dat minder het geval: 7 van de 15 huurders in de sportsector geven aan dat zij tijdens de
sluiting van sportkantines geen mogelijkheid hadden om bijvoorbeeld via een loket wel buiten te
verkopen. Voor drie van hen lukte dit wel.
3 Maatwerkregeling
Om huurders van Gemeentelijk Vastgoed een helpende hand te reiken heeft de gemeente
Amsterdam een viertal financiële regelingen opgezet: Maatwerkregelingen. Dit gaat om uitstel
van betaling, een aflossingsvrije betalingsregeling van 6 jaar, huurkorting en kwijtschelding van
huur bij dreigend faillissement. Dit hoofdstuk maakt inzichtelijk in hoeverre huurders van de
Maatwerkregelingen gebruik gemaakt hebben, waarom enkelen ervoor kozen om dit niet te
doen en hoe anderen de aanvraag van de regelingen hebben ervaren.
3-1 Gebruik van het aanbod
Sinds de start van de coronacrisis heeft ruim twee op de vijf (42%) van de bevraagde huurders
gebruik gemaakt van de Maatwerkregeling. Zij die dat deden vroegen vooral huurkorting aan
(figuur 3.1). Ook uitstel van huurbetaling werd door een relatief groot deel aangevraagd. Minder
werd gekozen voor het aanvragen van kwijtschelding of een betalingsregeling.
Figuur 3.1 Heeft u sinds de start van de coronacrisis een financiële regeling aangevraagd?*, februari 2022 (n
= 201, procenten)
uitstel van betaling | 18
kwijtschelding van huur En 9
een betalingsregeling van de opgebouwde huurschuld | 8
weet niet, geen antwoord 2 %
0 10 20 30 40 50 60
* Respondenten hadden de mogelijkheid om meerdere antwoordopties te kiezen.
Er bestaan verschillen tussen de sectoren in de mate waarin huurders een Maatwerkregeling
hebben aangevraagd. Zo deden vooral in de horeca en detailhandel veel huurders een aanvraag
(figuur 3.2). Ook deed de enkele bevraagde huurder uit de religiesector een aanvraag voor een
Maatwerkregeling. In dit onderzoek blijkt het aandeel huurders wat een Maatwerkregeling
aanvroeg het laagst onder huurders met een kantoor of bedrijfsruimte, in de zorg en in de
voorzieningensector.
Figuur 3.2 Aandeel huurders wat een financiële regeling heeftaangevraagd, naar sector, februari 2022 (n =
201, procenten)
aantallen (%)
120
1 (100%)
100
80
12 (71%) 4 (67%)
9 (60%)
60 14 (52%)
4 (40%) 9
so 31 (38%)
4 (24%)
20 1 (17%)
In.
o
“ar Á % DA % % ©, % & ó
%, ie % , e os oe, is % %, KON % be
“a, % % Ds % % Se Vg %, So.
“u es BW eg % % b %
vj e, On Be D, ZA Ss O8
%, a % B OW Ge,
2%, D B Ds Dy Zp 2
> 2 5 5, % s %
Ee N e, Gs 6) .
GS “o, Da BA A
7 Sn 5 &,
5 D “a,
5/ Ooy
De
he
3-2 Redenen om geen Maatwerkregeling aan te vragen
Aan de huurders die geen gebruik hebben gemaakt van de financiële regelingen, is gevraagd naar
de motivaties achter deze keuze. De meesten van hen geven aan geen regeling nodig te hebben
(figuur 3.3). Ook geeft een groot deel aan de relatie met de gemeente goed te willen houden
door de huur door te blijven betalen zonder regeling. Ruim een tiende van deze groep huurders
draagt alternatieve redenen aan om geen Maatwerkregeling aan te vragen. Zij zeggen met name
niet in aanmerking te komen voor huurkorting en bang te zijn
voor de stressvolle gevolgen van een schuld na een aanvraag “jk kwam alleen in aanmerking
voor uitstel. Deze respondenten zijn werkzaam in de atelier- en voor uitgesteld betalen, maar
broedplaatsensector en in de zorg. Enkelen noemen verder een daar schiet ik niets mee op. Ik wil
gebrek aan vertrouwen in de gemeente als motivatie. Een ander geen schuld opbouwen, dat geeft
deel noemt eerst andere inkomstenbronnen te hebben meer stress.”
aangesproken, zoals spaargeld, vóór het willen doen van een
aanvraag voor een regeling. Anderen hebben de periode kunnen ne
overbruggen met behulp van subsidiëring of financiële regelingen buiten de
gemeente. [A
Figuur 3.3 Waarom heeft u geen financiële regeling aangevraagd?*, februari 2022 (n = 113, procenten)
wilde relatie met de gemeente goed houden door huur te EN
betalen zonder regeling 22
nooit afhankelijk geweest van de overheid en wil dat zo houden En 8
voelt zich er onvoldoende over geïnformeerd B 5
vindt het ingewikkeld om een aanvraag te doen nm 5
heeft een lening kunnen afsluiten bij vrienden/familie H 3
bang een huurachterstand nooit meer terug te kunnen betalen mn 8
bang voor beëindiging contract bij onvolledige huurbetaling Ï 2
weet niet, geen antwoord _ 4
%
o 10 20 30 40 50 60 7o
* Respondenten hadden de mogelijkheid om meerdere antwoordopties te kiezen.
Gemeentelijk Vastgoed heeft geregistreerd dat van alle huurders die tijdens de coronacrisis een
huurachterstand hebben opgebouwd, een grote meerderheid (82%) geen financiële regeling
heeft aangevraagd. Twee respondenten in dit onderzoek verkeren in deze situatie. Zij geven aan
geen aanvraag gedaan te hebben omdat ze de relatie met de gemeente goed willen houden en
omdat ze het gevoel hebben er onvoldoende over te zijn geïnformeerd.
3-3 Beoordeling van de aanvraag
Aan huurders die wel gebruik maakten van de Maatwerkregeling is gevraagd hoe zij de aanvraag
beoordelen. De meerderheid (52%) ervoer de aanvraag van de Maatwerkregeling als een (zeer)
eenvoudig proces (figuur 3.4). Nagenoeg twee op de vijf vond het niet eenvoudig, maar ook niet
ingewikkeld. Slechts 8% vond het (zeer) ingewikkeld om de aanvraag te volbrengen.
Figuur 3.4 Hoe heeft v het aanvragen van de Maatwerkregeling ervaren?, februari 2022 (n = 84, procenten)
°
%
0 20 40 60 80 100
m zeer eenvoudig B eenvoudig
niet eenvoudig, niet ingewikkeld = ingewikkeld
B zeer ingewikkeld weet niet, geen antwoord
4 Toekomstverwachting en veerkracht
Door de verwachtingen van huurders over hun toekomstige bedrijfsvoering te peilen, kan de
afhankelijkheid van de financiële regelingen worden ingeschat. Dit kan de gemeente helpen om
rekening te houden met eventuele behoeften of knelpunten nu de huur weer actief geïncasseerd
wordt. In dit hoofdstuk komt daarom de toekomstverwachting van huurders aan bod.
4.1 Toekomstverwachting
In de enquête is huurders gevraagd hoe zij tegen de toekomst van hun bedrijf aankijken. Ruim
twee op de vijf (41%) is (zeer) optimistisch (figuur 4.1). Een groot deel is verdeeld. Ook heeft 12%
een (zeer) pessimistische blik op de toekomst.
Logischerwijs blijken huurders zonder huurschuld vaker (zeer) optimistisch over de toekomst van
hun bedrijf dan zij met huurschuld (respectievelijk 44% en 36%).
Figuur 4.1 Hoe kijkt u naar de toekomst van uw bedrijf?, februari 2022 (n = 201, procenten)
7% 5%
3%
9%
B zeer optimistisch
® optimistisch
36% niet optimistisch, niet pessimistisch
B pessimistisch
ml zeer pessimistisch
weet niet, geen antwoord
40%
4.1.1 Afhankelijkheid van maatregelingen in de coronacrisis
Indien lockdowns en bijbehorende beperkende maatregelen de komende maanden (weer) nodig
zijn, dan kan van slechts een kwart van de huurders de onderneming succesvol blijven
voortbestaan (figuur 4.2). Voor nagenoeg twee op de vijf zijn aanvullende inkomsten nodig om
te kunnen blijven ondernemen en voor een tiende geldt zelfs dat de onderneming in die vorm
geen toekomst heeft. Een groot deel van de bevraagde huurders kan geen inschatting maken
van de weerbaarheid van de onderneming tegen aanhoudende coronamaatregelen en weet de
vraag niet te beantwoorden.
Figuur 4.2 Mochten lockdowns en beperkende maatregelen de komende maanden regelmatig nodig zijn,
wat betekent dat dan voor u?, februari 2022 (n = 201, procenten)
25% 27%
EB dan kan mijn onderneming succesvol voortbestaan
dan kan ik mijn onderneming behouden, maar wel met aanvullende inkomsten buiten mijn onderneming
Pr dan heeft mijn onderneming geen toekomst en zal ik alternatieve mogelijkheden moeten verkennen
10%
’ weet niet, geen antwoord
38%
De twee sceptische antwoordopties worden met name gekozen door respondenten met een
huurschuld en respondenten die een Maatwerkregeling hebben aangevraagd. Met name zij die
om kwijtschelding vroegen geven aan dat hun onderneming (zonder aanvullende inkomsten)
geen toekomst zal hebben in het geval van terugkerende coronamaatregelen.
4.1.2 Afhankelijkheid van toerisme
De veerkracht van ondernemingen hangt niet enkel af van de coronamaatregelen vanuit de
Nederlandse overheid. Voor veel ondernemingen in de stad geldt een mate van afhankelijkheid
van andere factoren, zoals toerisme. Onder bevraagde huurders van Gemeentelijk Vastgoed is
een kwart (25%) enigszins tot geheel afhankelijk van het binnen-en buitenlands toerisme (figuur
4-3). Nagenoeg een op de vijf is nauwelijks afhankelijk. Voor de meerderheid van bevraagde
huurders geldt echter dat het inkomen geheel onafhankelijk is van het binnen- en buitenlands
toerisme.
Figuur 4.3 In hoeverre zijn de inkomsten van uw bedrijf afhankelijk van toerisme?, februari 2022 (n = 201,
procenten)
Ì Ì
%
0 20 40 60 80 100
B geheel afhankelijk B sterk afhankelijk
= enigszins afhankelijk nauwelijks afhankelijk
geheel onafhankelijk weet niet, geen antwoord
4.1.3 Afhankelijkheid van Maatwerkregelingen
Aan de respondenten die een Maatwerkregeling hebben aangevraagd, is gevraagd of zij denken
in staat te zijn om vanaf 1 april 2022 de maandelijkse huur (weer) te voldoen. Voor ruim een
derde vormt dit geen probleem (figuur 4.4). Het grootste deel, namelijk ruim twee op de vijf,
denkt de huur misschien (weer) te kunnen voldoen. Voor 9% geldt dat zij zichzelf niet in staat
achten om de huur vanaf april maandelijks te betalen. Verder kan 12% hier geen inschatting van
maken.
Figuur 4.4, Mochten de regelingen vanuit de gemeente Amsterdam aflopen, bent u dan in staat elke maand
de huur (weer) te betalen?, februari 2022 (n = 84, procenten)
12%
9% 35% n ja
misschien
B nee
weet niet, geen antwoord
44%
Huurders die aangeven dat zij (misschien) niet in staat zijn om de huur vanaf april (weer) te
betalen, is gevraagd wat hier de reden van is. Ruim de helft (53%) van hen geeft aan dat de
toenmalige en mogelijk toekomstige coronamaatregelen de inkomsten van de onderneming
beperken. Een kwart (24%) geeft aan dat de huidige financiële problemen te groot zijn om de
huur (weer) te kunnen betalen. Verder draagt 45% van deze groep
huurders alternatieve belemmeringen aan in het betalen van de “We denken dat het wel lukt,
huur. De meesten leggen vit dat ondanks de recente maar de toekomst blijft onzeker
versoepelingen, de markt, en daarmee de omzet, nog lang niet en niet alle bedrijven voor wie wij
volledig terug is op het niveau van voor de coronacrisis. Anderen werken zijn weer vp-and-
lichten toe dat de financiële buffer op is. Mochten zich running.”
onvoorziene omstandigheden voordoen, dan worden de
maandelijkse huurbetalingen opnieuw lastig. Een enkeling geeft aan dat het Ee
opnieuw voldoen van de maandelijkse huur mogelijk lastig wordt vanwege
communicatieproblemen met de gemeente. A
4-2 Het aflossen van de huurschuld
Aan huurders met een huurschuld is gevraagd of zij de mogelijkheid zien om vanaf 1 juli 2022 de
schuld over een periode van zes jaar maandelijks af te lossen. Voor ruim de helft van hen lukt dit
(figuur 4.5). We zien dat vooral huurders die huurkorting hebben aangevraagd zichzelf in staat
achten om vanaf 1 juli de huurschuld af te lossen (64%). Een op de vijf denkt dat zij onder deze
voorwaarden de betalingsachterstand gedeeltelijk kunnen voldoen. Voor 12% geldt dat dit naar
verwachting niet mogelijk zal zijn. Daarnaast kan een zesde van de groep met een huurschuld
hier geen inschatting van maken.
Figuur 4.5 Bent vin staat om vanaf 1 juli 2022 uw betalingsachterstand maandelijks over een periode van 6
jaar af te lossen?, februari 2022 (n = 42, procenten)
17%
nm ja
gedeeltelijk
2% m nee
52% weet niet, geen antwoord
19%
De groep huurders die aangeeft de betalingsachterstand niet of slechts gedeeltelijk te kunnen
gaan aflossen is gevraagd wat zij nodig hebben om dit wel (geheel) mogelijk te maken. De
meesten van hen uiten in hun open antwoord dat de ruimte voor schuldaflossing voor hen
afhankelijk is van hoe lang het de onderneming duurt om weer te herstellen naar pre-
coronaniveau. Ondanks de versoepelingen is de omzet niet direct terug naar wat het was
voorafgaand aan de crisis. Een deel van hen stelt voor om de maandelijkse aflossing hierop af te
stellen door middel van oplopende of variabele bedragen. Anderen geven aan opgelucht te zijn
wanneer het voldoen van de maandelijkse vaste lasten weer lukt en dat een eventuele
schuldaflossing daar bovenop voor nu een brug te ver is. Zij stellen
“Het is afhankelijk van hoe snel voor om gedurende de zesjarige aflossingsperiode huurkorting of
de we weer personeel kunnen aanvullende subsidies aan te bieden. Anderen stellen een langere
werven en terug zijn op het oude aflossingsperiode en/of kleinere maandelijkse terugbetalingen voor.
niveau. Dus misschien is het Een enkeling benoemt dat een succesvolle aflossing goede
beter om een oplopend bedrag te communicatie met de gemeente vereist.
hebben.”
5 Informatievoorziening
Om het verlenen van financiële regelingen en de terugbetaling van schulden goed te laten
verlopen is goede informatievoorziening en communicatie cruciaal. Dit hoofdstuk beschrijft
daarom de beoordeling van de informatievoorziening en de communicatie over de financiële
regelingen voor huurders van Gemeentelijk Vastgoed ten tijde van de coronacrisis.
5.1 Beoordeling van informatievoorziening
Het is belangrijk dat de gemeente Amsterdam zorgt voor goede communicatie met haar
huurders. Figuur 5.1 geeft weer in welke mate huurders van Gemeentelijk Vastgoed zich goed
geïnformeerd voelen over de financiële regelingen die de gemeente hen bood tijdens de
coronacrisis. Nagenoeg driekwart van bevraagde huurders heeft het gevoel (ruim) voldoende te
zijn geïnformeerd door de gemeente (73%). Een klein deel van huurders (B%) voelt zich (zeer)
onvoldoende geïnformeerd. De huurders zijn dus overwegend tevreden over de
informatievoorziening.
Figuur 5.1 In hoeverre heeft v het gevoel voldoende geïnformeerd te zijn over de financiële regelingen
tijdens de coronacrisis voor huurders van Gemeentelijk Vastgoed?, februari 2022 (n = 201, procenten)
%
o 20 40 60 80 100
B ruim voldoende m voldoende
niet voldoende, niet onvoldoende B onvoldoende
B zeer onvoldoende weet niet, geen antwoord
5.2 Verbeterpunten voor de informatievoorziening
In de enquête is gevraagd naar punten die de gemeente verder zou kunnen verbeteren aan de
informatievoorziening over de financiële regelingen. Drie op de tien van bevraagde huurders
droeg desgevraagd verbeterpunten aan. In hun open antwoorden uiten zij een behoefte aan een
meer persoonlijke benadering. Zo ontvangen ze bijvoorbeeld liever persoonlijk geadresseerde
berichten dan aankondigingen via grotere kanalen. Ook ontvangen ze graag informatie en
toelichting die voor hen van toepassing zijn en hopen ze op één duidelijk aanspreekpunt voor
vragen of contact. Daarnaast noemen huurders dat zij graag proactief benaderd zouden willen
worden met informatie over Gemeentelijk Vastgoed, de financiële regelingen en de
bijbehorende richtlijnen en criteria. Ook de mening dat contactpersonen (sneller) zouden kunnen
reageren op bijvoorbeeld e-mails wordt breed gedeeld. Verder noemen de huurders dat zij graag
een duidelijke planning zouden ontvangen met belangrijke data voor huurders van Gemeentelijk
Vastgoed. Ook lijkt het hen prettig om een financieel overzicht te ontvangen met daarin een
uiteenzetting van de verleende steun en van eventuele schulden.
5.3 Voorkeuren voor informatievoorziening
In de enquête is respondenten gevraagd aante geven via welke kanalen zij door de gemeente
geïnformeerd willen worden over de financiële regelingen. Negen op de tien van de huurders
geeft aan via e-mail geïnformeerd te willen worden (zie figuur 5.2). Een kleiner deel zegt
informatie te willen krijgen via een medewerker van de gemeente. Een vergelijkbaar deel wil
geïnformeerd worden per post. Weinig respondenten willen geïnformeerd worden via de
website. Enkele huurders willen informatie verkrijgen via alternatieve wegen. In hun antwoorden
noemen zij informatie via de pers of aan de hand van online video's.
Figuur 5.2 Op welke manier wilt u in de toekomst geïnformeerd worden over financiële regelingen voor
Gemeentelijk Vastgoed?*, februari 2022 (n = 201, procenten)
el DA 5
contactpersoon van de gemeente T 20
7 en T ge
via de website H 6
anders | 2
weet niet, geen antwoord | 1
%
o 20 40 60 80 100
* Respondenten hadden de mogelijkheid om meerdere antwoordopties te kiezen.
Bijlage 2 Vragenlijst
Inleiding
Dank voor uw interesse in het onderzoek naar huurders van Gemeentelijk Vastgoed. Aan de
hand van uw deelname aan deze enquête kan de gemeente Amsterdam de financiële situatie en
veerkracht van huurders in kaart brengen. Wanneer de gemeente besluit de huur weer actief te
incasseren, als de omstandigheden dat toelaten, kan hierbij rekening gehouden worden met de
behoeften en knelpunten van haar huurders. Deelname is anoniem: uw antwoorden zijn niet naar
uterug te leiden en hebben geen invloed op uw relatie met de gemeente Amsterdam. Het
invullen van de vragenlijst duurt 10 minuten.
Wij danken u namens de directie Gemeentelijk Vastgoed voor uw deelname.
Algemeen
1. _Huurtu van de gemeente Amsterdam?
Het gaat om de huur van een gebouw of ruimte in een gebouw (geen woning), terrein of
waterperceel. U heeft een contractuele relatie met de gemeente Amsterdam als uw verhuurder.
. ja
e _nee>buitende doelgroep, alternatief einde
e weetniet, geen antwoord > buiten de doelgroep, alternatief einde
2. Wordt uw huur voor 100% gesubsidieerd door de gemeente?
e _ja>buitende doelgroep, alternatief einde
e nee
e weetniet, geen antwoord > buiten de doelgroep, alternatief einde
3. Binnen welke categorie valt uw bedrijf?
Kies de categorie die het beste aansluit bij uw bedrijf
e _ateliersen broedplaatsen
e detailhandel en commercieel - overig
e horeca
e _kantoorfbedrijfsruimte
e kunsten cultuur
e evenementen
e religie
e recreatie en toerisme
e sport (commercieel en maatschappelijk)
e _ zorg (commercieel)
e _ basisvoorzieningen, welzijn en jeugd
e weetniet, geen antwoord
4. _Inwelkstadsdeel bevindt uw bedrijf zich?
e Centrum
e Zuid
e Oost
e West
e Nieuw-West
e Zuidoost
e Noord
e _ verschillende stadsdelen
e weetniet, geen antwoord
Financieel
We willen u nu een aantal vragen stellen om een beeld te krijgen van de financiële sitvatie van
huurders van Gemeentelijk Vastgoed.
5. Kwam u vooreen bepaalde periode tussen de start van de coronacrisis en nu in aanmerking
voor een Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)? Indien nee, waarom niet?
Indien nee, kies de voornaamste reden
. ja
e nee, mijn omzet is gedaald met minder dan 30% of niet gedaald
e nee, ikbeneenstartende ondernemer
e nee, vanwege een andere reden, namelijk
e weetniet, geen antwoord
6. Hoeveel omzet heeft u de afgelopen maanden globaal behaald ten opzichte van dezelfde
maanden vóór de coronacrisis (vóór maart 2020)?
e _meeromgzet dan de gemiddelde omzet vóór de coronacrisis
e dezelfde omzet
e tot 30% minder dan de gemiddelde omzet vóór de coronacrisis
e _30%tot 50% minder dan de gemiddelde omzet vóór de coronacrisis
e _5o%tot 70% minder dan de gemiddelde omzet vóór de coronacrisis
e _minderdan 30% van de gemiddelde omzet vóór de coronacrisis
e geen omzet
e weetniet, geen antwoord
7. Van veel huurders is de onderneming beperkt open of gesloten (geweest). Een deel van hen
heeft toch de huur betaald. Geldt dit ook voor u? Zo ja, wat heeft v gedaan om de huur toch
te kunnen betalen?
Meerdere antwoorden mogelijk
e nee, niet op mij van toepassing
= ja, op een andere manier gaan ondernemen, zoals bezorgen, online werken, een
loket gemaakt, etc.
m__ ja, inkomstenbronnen buiten mijn bedrijf gevonden
mja, personeel ontslagen
m ja, leningen afgesloten bij familie/vrienden
= ja, dat heb ik betaald vanuit privégelden
= ja, ikheb in andere aspecten van mijn leven bezuinigd
= ja, anders, namelijk
e weetniet, geen antwoord
8. Heeft u momenteel een huurschuld en wat is de hoogte daarvan?
e nee, ikheb geen huurschuld
e ja, mijn huurschuld is minder dan €10.000
e ja, mijn huurschuld ligt tussen €10.000 en €150.000
e ja, mijn huurschuld is hoger dan €150.000
e weetniet, geen antwoord
g. Heeft u andere schulden dan een huurschuld als gevolg van de coronacrisis?
e ja
e nee
e weetniet, geen antwoord
Maatwerkregeling
De gemeente Amsterdam biedt financiële regelingen voor huurders van Gemeentelijk Vastgoed:
de Maatwerkregeling. Deze regeling is bedoeld voor huurders die moeite hebben de huurte
betalen vanwege de maatregelen van de rijksoverheid tijdens de coronacrisis. Het gaat om
uitstel van huurbetaling, een aflossingsvrije betalingsregeling van 6 jaar, huurkorting en
kwijtschelding van huur bij dreigend faillissement.
10. Heeft u sinds de start van de coronacrisis via www.amsterdam.nl/maatwerkregeling een
financiële regeling aangevraagd?
Meerdere antwoorden mogelijk
e nee
mja, vitstel van betaling > vraag 12
mja, een betalingsregeling van de opgebouwde huurschuld > vraag 12
= ja, kwijtschelding van huur > vraag 22
= ja, huurkorting > vraag 22
e weetniet, geen antwoord > vraag 13
Alleen als 8 = 'ík heb geen huurschuld’
11. a. U geeft aan dat v geen financiële regeling heeft aangevraagd. Waarom niet?
Meerdere antwoorden mogelijk
= onder mijn huidige financiële omstandigheden heb ik geen Maatwerkregeling nodig
= __ikbenbangeen huurachterstand nooit meer terug te kunnen betalen
mn _ikwilderelatie met de gemeente Amsterdam goed houden en netjes mijn huur
betalen zonder regeling
mik vind het ingewikkeld om een aanvraag te doen
= ik beneronvoldoende over geïnformeerd
= ik ben bang dat als ik mijn huur niet volledig betaal, mijn huurcontract wordt
opgezegd
= ikben nooit afhankelijk geweest van de overheid, dat wil ik zo houden
= ikheb een lening kunnen afsluiten bij vrienden/familie
e anders, namelijk __
e weetniet, geen antwoord
Alleen als 8 = 'ja, mijn huurschuld is minder dan €5.000' of ‘ja, mijn huurschuld ligt tussen
€5.000 en €150.000' of ‘ja, mijn huurschuld is hoger dan €150.000’
b. Ugeeft aan dat v een huurschuld heeft, maar geen financiële regeling heeft
aangevraagd. Waarom niet?
Meerdere antwoorden mogelijk
=__ikbenbangeen huurachterstand nooit meer terug te kunnen betalen
m _ikwilderelatie met de gemeente Amsterdam goed houden en netjes mijn huur
betalen zonder regeling
mik vind het ingewikkeld om een aanvraag te doen
= ik beneronvoldoende over geïnformeerd
mik ben bang dat als ik mijn hvur niet volledig betaal, mijn huurcontract wordt
opgezegd
= ikben nooit afhankelijk geweest van de overheid, dat wil ik zo houden
= ikheb een lening kunnen afsluiten bij vrienden/familie
= ik wil alsnog gebruik maken van een regeling
= anders, namelijk __
e weetniet, geen antwoord
> vraag 13
12. Hoe heeft u het aanvragen van de Maatwerkregeling ervaren?
e _zeereenvoudig
e eenvoudig
e niet eenvoudig, niet ingewikkeld
e ingewikkeld
e _zeeringewikkeld
e weetniet, geen antwoord
13. Mochten de regelingen vanuit de gemeente Amsterdam voor huurkorting en uitstel van
betaling aflopen, bent v dan in staat elke maand de huur (weer) te betalen?
e ja>vraag15
e misschien
e nee
e weetniet, geen antwoord > vraag 15
14. U geeft aan de volledige maandelijkse huur (misschien) niet te kunnen betalen. Wat is daar
de reden van?
Meerdere antwoorden mogelijk
=__mijn financiële problemen zijn groot
= huidige en mogelijk nieuwe maatregelen vanuit de Rijksoverheid beperken mijn
inkomsten
= anders, namelijk __
e weetniet, geen antwoord
Als 8= ‘geen huurschuld’, ga naar vraag 17
15. Bent uin staat om vanaf 1 juli 2022 uw betalingsachterstand maandelijks over een periode
van 6 jaar af te lossen?
e ja>vraag17
e gedeeltelijk
e nee
e weetniet, geen antwoord > vraag 17
16. U geeft aan niet (geheel) in staat te zijn uw betalingsachterstand maandelijks af te gaan
lossen. Wat heeft v nodig om dit wel te kunnen?
<open tekstvak>
e weetniet, geen antwoord
17. Mochten lockdowns en beperkende maatregelen de komende maanden regelmatig nodig
blijven, wat betekent dat dan voor u?
e _dan kan mijn onderneming succesvol voortbestaan
e _dan kan ik mijn onderneming behouden, maar wel met aanvullende inkomsten
buiten mijn onderneming
e _dan heeft mijn onderneming geen toekomst en zal ik alternatieve mogelijkheden
moeten verkennen
e weetniet, geen antwoord
18. In hoeverre zijn de inkomsten van uw bedrijf afhankelijk van het binnen-en buitenlands
toerisme?
e geheel afhankelijk
e sterk afhankelijk
e enigszins afhankelijk
e nauwelijks afhankelijk
e geheel onafhankelijk
e weetniet, geen antwoord
19. Kuntu omschrijven hoe v naar de toekomst van uw bedrijf kijkt?
e zeer optimistisch
e _ optimistisch
e _nietoptimistisch, niet pessimistisch
e pessimistisch
e zeer pessimistisch
e weetniet, geen antwoord
Informatie en communicatie
Nu volgt een aantal vragen over de manier waarop de gemeente Amsterdam huurders van
Gemeentelijk Vastgoed informeert over de financiële regelingen tijdens de coronacrisis.
20. a. Inhoeverre heeft u het gevoel voldoende geïnformeerd te zijn over de financiële
regelingen tijdens de coronacrisis voor huurders van Gemeentelijk Vastgoed?
e ruim voldoende
e voldoende
e niet voldoende, niet onvoldoende
e onvoldoende
e zeer onvoldoende
e weetniet, geen antwoord
b. Wat zou de gemeente kunnen verbeteren aan de informatievoorziening over deze
financiële regelingen?
<open tekstvak>
e weetniet, geen verbeterpunten
21. Op welke manier wilt u in de toekomst geïnformeerd worden over financiële regelingen voor
Gemeentelijk Vastgoed?
Meerdere antwoorden mogelijk
= __permail
= __perpost
= _viade website
= meteen persoonlijke toelichting van vw assetmanager (contactpersoon)
= anders, namelijk __
e weetniet, geen antwoord
Sectorspecifieke vragen
Alleen als 3 = ‘sport (commercieel en maatschappelijk)’
Tot slot willen we v een aantal vragen stellen met betrekking tot uw bedrijfsvoering ten tijde van
de coronacrisis.
22_a. Toen er binnen-beperkingen waren, kon v uw leden buiten laten sporten?
. ja
e nee
e _nietvantoepassing
23_a. Toen v uw sportkantine binnen moest sluiten, kon u toen via bijvoorbeeld een loket wel
buiten verkopen?
e ja
e nee
e niet vantoepassing
Alleen als 3 = ‘ateliers en broedplaatsen’
Tot slot willen we u vragen naar het effect van de coronacrisis op uw bedrijfsvoering en
inkomsten.
22 _b. Zijner in coronatijd onderstaande problemen ontstaan voor uw broedplaats of atelier?
Meerdere antwoorden mogelijk
= ja, opzegging van contracten met als gevolg leegstand
mja, mijn huurders betalen hun huur niet
mja, anders, namelijk___
e nee, mijn broedplaats heeft geen problemen ondervonden
e weetniet, geen antwoord
Als 10 = 'ja, huurkorting’ > vraag overslaan
23. b. U geeft aan dat v geen huurkorting heeft aangevraagd voor uw broedplaats
of atelier. Waarom niet?
Meerdere antwoorden mogelijk
= ikheb subsidie ontvangen die niet gekoppeld is aan de coronacrisis
= __ikwilderelatie met de gemeente Amsterdam goed houden en netjes
mijn huur betalen zonder korting
mik vind het ingewikkeld omeen aanvraag te doen
= ik beneronvoldoende over geïnformeerd
= __ikbenbang dat, als ik mijn huur niet volledig betaal, mijn huurcontract wordt opgezegd
= ikben nooit afhankelijk geweest van de overheid, dat wil ik zo houden
= __ikhebeen lening kunnen afsluiten bij vrienden/familie
e anders, namelijk __
e weetniet, geen antwoord
Alleen als 3 = ‘kunst en cultuur’
Tot slot willen we u vragen naar het effect van de coronacrisis op uw bedrijfsvoering.
22 _C. Heeft v nog genoeg budget om het nodige onderhoud aan uw kunst-en
cultuurinstelling uit te voeren?
e ja
e nee
e weet niet, geen antwoord
ledereen
24. ZOU U willen dat vw assetmanager (contactpersoon) contact met v opneemt om uw situatie te
bespreken, voor nadere informatie over de regelingen en/of hulp bij de aanvraag? Laat dan uw
telefoonnummer of e-mailadres achter.
Uw antwoorden worden losgekoppeld van uw contactgegevens. Uw anonimiteit blijft gewaarborgd.
e nee
e ja, mijn naam: ___
e ja, telefoonnummer: ___
e ja, e-mail:
In deze vragenlijst zijn verschillende onderwerpen aan bod gekomen. Wellicht zijn er
onderwerpen met betrekking tot uw persoonlijke situatie (in relatie tot het huren van
Gemeentelijk Vastgoed) die niet in deze vragenlijst aan de orde zijn geweest, maar waarover u
wel graag iets kwijt zou willen. Ook suggesties voor verbetering zijn welkom. Deze kunt u
hieronder beschrijven.
<open tekstvak>
e geen opmerkingen
Alternatief einde
Deze enquête is specifiek gericht op huurders van Gemeentelijk Vastgoed waarvan de huur
niet (geheel) wordt gesubsidieerd door de gemeente. U valt buiten deze doelgroep. We
willen vu toch hartelijk danken voor uw interesse in het onderzoek.
%
2
Xx
| Onderzoeksrapport | 30 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Amendement
Jaar 2018
Afdeling 1
Nummer 72
Publicatiedatum 31 januari 2018
Ingekomen onder u
Ingekomen op donderdag 25 januari 2018
Behandeld op donderdag 25 januari 2018
Status Verworpen
Onderwerp
Amendement van het lid Van Soest inzake het bestemmingsplan Oude Houthaven.
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het bestemmingsplan Oude Houthaven
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 12).
Constaterende dat:
— in de betreffende commissievergadering door meerdere commissieleden is
uitgesproken dat de inspraak en participatie veel te wensen heeft over gelaten;
— politieke betrouwbaarheid in besluitvormingsprocessen een absolute voorwaarde
is;
— genoemde argumenten om te komen tot het vaststellen van een nieuw
bestemmingsplan voor een belangrijk deel niet van toepassing zijn;
— de bouw van een nieuw hotel in de houthaven als argument niet is genoemd maar
kennelijk belangrijk genoeg is om een nieuw bestemmingsplan aan de raad voor
te leggen.
Overwegende dat:
— de rechtszekerheid van alle woonbootbewoners is gewaarborgd;
— aansluiting op alle nutsvoorzieningen al sinds langere tijd geregeld is;
— eerder aan belanghebbenden middels het vigerende bestemmingsplan voor in
ieder geval 10 jaar rechtszekerheid meenden te hebben.
Besluit:
De 34 in de voordracht genoemde, te bestemmen ligplaatsen om te zetten in:
het bestemmen van maximaal 7 woonschepen en een passagiersschip en
de 26 tijdelijke ligplaatsen niet in het bestemmingsplan op te nemen.
Het lid van de gemeenteraad
W. van Soest
1
| Motie | 1 | discard |
D Gemeente Amsterdam W l J
% Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie,
Jeugdzaken, Diversiteit en Grotestedenbeleid
% Agenda, donderdag 31 mei 2007
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken, Diversiteit en
Grotestedenbeleid
Tijd 19.30 tot 22.30 uur
Locatie 0239
Algemeen
1 Opening
2 Mededelingen
3 Vaststelling agenda
4 Vragenhalfuur publiek
5 Conceptverslag openbare vergadering van de commissie WIJ d.d. 10 mei 2007.
. Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven
(CommissieWIJ @raadsgriffie. amsterdam.nl)
. Het verslag wordt u nagezonden.
6 Openstaande toezeggingen
e De openstaande toezeggingenlijst wordt u nagezonden.
7 Termijnagenda
e De termijnagenda wordt u nagezonden.
8 Actualiteiten
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de Raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “vragenhalfuur”geldt het bovenstaande ook, met dien verstande
dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat.
De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.amsterdam.nl/gemeenteraad.
Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl
1
Gemeente Amsterdam W l J
Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken,
Diversiteit en Grotestedenbeleid
Agenda, donderdag 31 mei 2007
9 ACAM Rapporten
e Bijgevoegd rapporten inzake de controle van de jaarrekening 2006 van diensten en
bedrijven (voor zover aangeleverd bij de griffie).
-__ Dienst Werk en Inkomen.
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Rapport gevoegd behandelen met het agendapunt 12.
10 Rondvraag
Werk en Inkomen
11 Rapporten Gemeentelijke Ombudsman DWI eerste kwartaal 2007 Nr. BD2007-
003219
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
12 Jaarverslag en jaarrekening 2006 Nr. BD2007-002886
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht.
e _Jaarverslag/-rekening 2006 is u reeds separaat toegezonden
e Bij behandeling de ACAM rapporten inzake de controle van de jaarrekening 2006 van
Dienst Werk en Inkomen betrekken, zie agendapunt 9.
e De jaarverslagen van de diensten/bedrijven liggen (voor zover deze zijn aangeleverd)
ter inzage bij de Raadsgriffie.
Diversiteit
13 Evaluatie Subsidieverordening Integratie en Participatie Nr. BD2007-002527
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
2
Gemeente Amsterdam W l J
Raadscommissie voor Werk en Inkomen, Sociale Infrastructuur, Educatie, Jeugdzaken,
Diversiteit en Grotestedenbeleid
Agenda, donderdag 31 mei 2007
Werk en Inkomen
14 Brief aan de commissie WIJ over huisbezoeken en consequenties van de
uitpsraak van de Centrale Raad van Beroep Nr. BD2007-003178
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
15 Evaluatie Daklozen in Beeld Nr. BD2007-003243
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Uitgesteld in de vergadering van 10 mei 2007.
16 Onderzoeksplan 2007 rechtmatigheid DWI-uitkeringen Nr. BD2007-003244
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Uitgesteld in de vergadering van 10 mei 2007.
17 Vervolgstappen reïntegratie Nr. BD2007-003159
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
18 Brief Levensonderhoud Minderjarige Asielzoekers Nr. BD2007-003242
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd in de vergadering in de vergadering van 10 mei 2007 door mevr.
Sargentini(GroenLinks).
Educatie
19 SIBA scholen Nr. BD2007-003240
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd in de vergadering in de vergadering van 10 mei 2007 door mevr. Netjes
(CDA).
20 Leerlingenvervoer in Amsterdam Nr. BD2007-003246
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van mevr. Alberts (SP).
21 Wijziging verordening op de stadsdelen i.v.m. openbaar (V)SO Nr. BD2007-
003017
e De Gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht.
3
| Agenda | 3 | discard |
VN2023-016645 issi i ii i i i
Grond en > 4 Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling RO
Ontwikkeling X Amsterdam
Voordracht voor de Commissie RO van o6 september 2023
Ter kennisneming
Portefeuille Grond en Ontwikkeling
Agendapunt 12
Datum besluit n.v.t.
Onderwerp
Kennisnemen van de raadsinformatiebrief over de briefrapportage van de Kinderombudsman
betreffende loodverontreiniging Oosterpark
De commissie wordt gevraagd
Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over de briefrapportage van de Kinderombudsman
betreffende loodverontreiniging Oosterpark.
Wettelijke grondslag
Gemeentewet Artikel 169 van de Gemeentewet: Het college van burgemeester en wethouders en
elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het
college gevoerde bestuur (lid 1). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening
van zijn taak nodig heeft (lid 2).
Bestuurlijke achtergrond
De Kinderombudsman heeft op 27 juni 2023 een briefrapportage gestuurd naar het college
betreffende loodverontreiniging in het Oosterpark. Het college heeft hierop op 27 juli een reactie
gegeven.
Reden bespreking
nvt.
Uitkomsten extern advies
nvt.
Geheimhouding
nvt.
Uitgenodigde andere raadscommissies
nvt.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
nee
Welke stukken treft v aan?
Gegenereerd: vl.l1 1
VN2023-016645 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling
Grond en % Amsterdam
Ontwikkeling %
Voordracht voor de Commissie RO van o6 september 2023
Ter kennisneming
AD2023-054877 Commissie RO Voordracht (pdf)
AD2023-060274 Raadsinformatiebrief Kinderombudsman lood Oosterpark.pdf (pdf)
bijlage 1 2023 06_27_rapportbrief_loodverontreiniging Oosterpark. pdf
AD2023-060276 jag 3_06_27_rapp — ging park.p
(pdf)
AD2023-060275 bijlage 2 Retourbrief Kinderombudsman lood Oosterpark.pdf (pdf)
Ter Inzage
Registratienr. | Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Stadsdeel Oost, Jasper John, 0638170285, [email protected]
Gegenereerd: vl.l1 2
| Voordracht | 2 | discard |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
DS Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2016
Afdeling 1
Nummer 1013
Publicatiedatum 5 augustus 2016
Ingekomen op 14 juli 2016
Ingekomen onder CS
Behandeld op 14 juli 2016
Uitslag Verworpen
Onderwerp
Motie van het lid Van Lammeren inzake de uitgangspunten voor een nieuw
evenementenbeleid (geen subsidies naar commerciële festivals).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de uitgangspunten voor een nieuw evenementenbeleid
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 842).
Overwegende dat:
— festivals met een entreeprijs van soms tientallen euro's en een omzet van een
paar ton geen aparte subsidie behoeven.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
in de Begroting 2017 geen subsidies toe te kennen aan festivals met een
commercieel karakter.
Het lid van de gemeenteraad
J.F.W. van Lammeren
1
| Motie | 1 | discard |
2 Gemeente
Gemeenteraad RAAD
% Amsterdam
Motie
Datum raadsvergadering 11 november 2021
Ingekomen onder nummer 777
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van het lid Nanninga inzake de Begroting 2022 (Kosten Aardgasvrij)
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
gehoord de beraadslaging over de Begroting 2022,
overwegend dat:
-__het college tijdens de gecombineerde commissievergadering van de commissies
AZ en FED aan heeft gegeven geen duidelijk beeld te hebben van de kosten om
Amsterdam aardgasvrij te maken;
-__ het college daarbij ook aangaf geen beeld te hebben van de extra kosten om
Amsterdam al in 2040 aardgasvrij te maken, ten opzichte van het scenario 2050,
wat de ambitie van het Rijk is, en niet meer uit te gaan van het hiervoor tijdens
coalitieonderhandelingen gebruikte bedrag van 9 miljard euro;
-_Amsterdammers moeten weten welke financiële consequenties de
energietransitie heeft, zowel voor hen persoonlijk als voor de samenleving als
geheel;
-_ hiervoor een duidelijk kostenoverzicht vereist is;
-_ hetook voor de gemeente van essentieel belang is om een duidelijk beeld te
hebben van de kosten, om gericht te kunnen onderhandelen met het Rijk;
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
-__een hernieuwde berekening te maken van de kosten om Amsterdam aardgasvrij
te maken;
-_ hierbij net als bij de coalitieonderhandelingen in 2018 vit te gaan van een o-
scenario (blijven verwarmen met aardgas), een scenario aardgasvrij in 2040, en
een scenario aardgasvrij in 2050.
Indiener
A. Nanninga
| Motie | 1 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
x% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2015
Afdeling 1
Nummer 732
Publicatiedatum 7 augustus 2015
Ingekomen onder AX
Ingekomen op donderdag 2 juli 2015
Behandeld op donderdag 2 juli 2015
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van de raadsleden de heer Groen, de heer Van Lammeren en mevrouw
Van den Berg inzake de uitspraak van de rechter in de zaak van Urgenda tegen
de Staat (het goede voorbeeld — CO2-doelstelling gemeentelijke organisatie).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de actualiteit van het lid Groen inzake de uitspraak van
de rechter in de zaak van Urgenda tegen de Staat (Gemeenteblad afd. 1, nr. 657);
Overwegende dat:
— ereen rechterlijke uitspraak ligt in de zaak van Urgenda dat de uitstoot van CO2
in Nederland met 25% moet zijn teruggedrongen in 2020. De rechter deze norm
van 25% daarbij ook nog als ‘terughoudend’ kenschetste;
— de gemeente Amsterdam een evenredige of zelfs grotere inspanning zou moeten
leveren om aan deze doelstelling bij te dragen;
— dan ten minste de uitstoot in de gemeentelijke organisatie met 25% gereduceerd
zou moeten zijn in 2020.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
— de routekaart gemeentelijke organisatie CO2 neutraal te updaten;
— daarbij als uitgangspunt te hanteren dat de gemeentelijke organisatie een
reductie van tenminste 25% in 2020 moet realiseren;
— in kaartte brengen welke maatregelen de gemeentelijke organisatie moet nemen
om dat doel te halen, met kosten, zodat de raad kan besluiten welke maatregelen
genomen worden.
De leden van de gemeenteraad
RJ. Groen
J.F.W. van Lammeren
P.J.M. van den Berg
1
| Motie | 1 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2018
Afdeling 1
Nummer 948
Publicatiedatum 17 oktober 2018
Ingekomen onder AU
Ingekomen op donderdag 11 oktober 2018
Behandeld op donderdag 11 oktober 2018
Status Ingetrokken
Onderwerp
Motie van het lid Ceder inzake de deelname van Amsterdam aan het experiment
gesloten cannabisketen
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de actualiteit van de leden Van Dantzig, Roosma, Poot,
Mbarki, Temmink, Van Lammeren, Taimounti, Nanninga, Van Soest en Simons
inzake het experiment gesloten cannabisketen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 826).
Overwegende dat:
— De burgemeester in haar brief (datum 27 september) aan de minister van Justitie
en Veiligheid en de minister van Medische Zorg en Sport aangeeft dat deelname
van Amsterdam aan het experiment gesloten cannabisketen slechts kan wanneer
de voorwaarden van het experiment worden aangepast;
— De burgemeester in haar brief (datum 27 september) aan de minister van Justitie
en Veiligheid en de minister van Medische Zorg en Sport het volgende aangeeft:
“Deelname door Amsterdam, als grootste coffeeshopgemeente, is onder deze
voorwaarden praktisch niet uitvoerbaar en is bovendien risicovol voor de
openbare orde"
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
In ieder geval af te zien van deelname aan het experiment gesloten cannabisketen
wanneer de voorwaarden van de huidige opzet van het experiment niet aangepast
kunnen worden.
Het lid van de gemeenteraad
D.G.M. Ceder
1
| Motie | 1 | discard |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2016
Afdeling 1
Nummer 977
Publicatiedatum 5 augustus 2016
Ingekomen op 14 juli 2016
Ingekomen onder BE
Behandeld op 14 juli 2016
Uitslag Aangenomen
Onderwerp
Motie van het lid Ernsting inzake het investeringsbesluit Centrumeiland (echte groene
stroom voor het WKO-systeem).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het investeringsbesluit Centrumeiland (eerste eiland van
IJburg 2e fase) (Gemeenteblad afd. 1, nr. 843).
Constaterende dat:
— de stroom benodigd voor het WKO-systeem (Warmte Koude Opslag) vergroend
wordt en de elektriciteit van de warmtepompen te compenseren door
‘gecertificeerd duurzame elektriciteit’.
Overwegende dat:
— stroom die als ‘groen’ wordt aangeboden in voorkomende gevallen vergroend
wordt met zogenaamde 'sjoemelstroom’.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
de stroom voor de WKO op Centrumeiland uitsluitend te vergoenen met écht groene
stroom: een groene leverancier met de juiste groencertificaten.
Het lid van de gemeenteraad
Z.D. Ernsting
1
| Motie | 1 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
x% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 885
Datum indiening 22 mei 2020
Datum akkoord 30 juni 2020
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Hammelburg inzake toepassing van de
woningdeelregels op basis van de eisen voor de gemeenschappelijke ruimte.
Aan de gemeenteraad
Toelichting door vragensteller:
De fractie van D66 ontvangt zorgelijke signalen van Amsterdamse woningdelers die
hun aanvraag van een woningdeelvergunning geweigerd zien worden vanwege de
eisen rondom de gemeenschappelijke ruimte. De fractie van D66 wil graag
opheldering over de manier waarop de nieuwe woningdeelregels worden toegepast in
de praktijk.
Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van D66, op grond
van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de
volgende
schriftelijke vragen:
1. Hoeveel van de aangevraagde woningdeelvergunningen in de afgelopen 12
maanden zijn geweigerd op basis van de eis dat gemeenschappelijke ruimte
minimaal 11 m2 is?
Antwoord
Dit is niet bekend. Er worden niet apart gegevens bijgehouden van individuele
weigeringen en over de grond en argumentatie voor deze weigeringen.
2. Hoeveel van de aangevraagde woningdeelvergunningen in de afgelopen 12
maanden zijn geweigerd op basis van de eis dat gemeenschappelijke ruimte
minimaal 3 meter breed is?
Antwoord
Zie antwoord 1.
3. Hoe past het college de ‘3 meter breed’-eis in de praktijk toe, kan het college de
beleidsuitvoeringsinstructie waarmee handhavers op pad worden gestuurd met de
raad delen?
Antwoord
Van de eis in de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 dat de om te zetten
zelfstandige woonruimte een gezamenlijke verblijfsruimte van minimaal elf vierkante
meter met een minimale breedte van drie meter moet hebben, kan alleen worden
afgeweken door middel van de hardheidsclausule. Bij toepassing van de
1
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam
Neng Ees Gemeenteblad R
Datum 30 juni 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 22 mei 2020
hardheidsclausule moet worden onderbouwd waarom wordt afgeweken van de
Huisvestingsverordening, door te motiveren waarom naleving van de regels leidt tot
onredelijke hardheid of onbillijkheid. Bij de uitvoering van de door de gemeenteraad
vastgestelde regels heeft de gemeentelijke organisatie namens het college de
bevoegdheid om de hardheidsclausule toe te passen. Het opstellen van regels
wanneer de ‘3 meter breed-eis' in de praktijk wel of niet moet worden toegepast is
strijdig met de Huisvestingsverordening en staat haaks op het principe van de
hardheidsclausule. De hardheidsclausule is bedoeld voor uitzonderingsgevallen,
waarbij voor individuele gevallen maatwerk kan worden geleverd. Handhavers en
vergunningverleners houden zich aan de door de raad vastgestelde regels.
4. Hanteert het college enige marge bij de toepassing van de 11 m2 en ‘3 meter
breedte-eis' bij gemeenschappelijke ruimtes? Zo ja, welke marge is dat, zo nee,
betekent dit dat er in theorie woningdeelvergunningen geweigerd kunnen worden
omdat een woonkamer op een bepaald punt 2,9 meter breed is?
Antwoord
Het uitgangspunt van het college is dat er geen marge is bij de toepassing van de
oppervlakte-eisen uit de Huisvestingsverordening. Indien toepassing van de regels uit
de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 leidt tot onredelijke hardheid of
onbillijkheid kan de hardheidsclausule worden toegepast (zie ook antwoord 3). Op het
moment dat het college wel standaard een marge zou hanteren, zou zij in strijd
handelen met de door de raad vastgestelde regels in de Huisvestingsverordening
Amsterdam 2020. Dit betekent dat aanvragen voor omzettingsvergunningen kunnen
worden geweigerd omdat een woonkamer op een bepaald punt 2,9 meter breed is.
De oppervlakte-eisen zijn niet gewijzigd ten opzichte van de Huisvestingsverordening
Amsterdam 2016. De raad heeft de Huisvestingsverordening 2020 vastgesteld.
5. Hoe gaat het college om met situaties waarbij de gemeenschappelijke ruimte op
verschillende punten in de ruimte veel breder is dan de genoemde drie meter, maar
niet overal?
Antwoord
Zie antwoord 3 en 4.
6. Klopt het dat het college uitgaat van de eis dat de gemeenschappelijke ruimte op
elk punt in de gemeenschappelijke ruimte 3 meter breed moet zijn? Zo ja, op basis
waarvan wordt deze eis zo toegepast?
Antwoord
Ja, het college gaat uit van de eis, zoals deze is opgenomen in de
Huisvestingsverordening Amsterdam 2020. De eis in de huisvestingsverordening is
gebaseerd op het Bouwbesluit.
7. Kan het college aangeven hoe zij omgaat met woningdeelsituaties waarbij de
gedeelde ruimte een andere vorm heeft dan een vierkant of rechthoek, bijvoorbeeld
een L-vorm? Klopt het dat L vormige gemeenschappelijke ruimtes in de praktijk
zelden tot nooit aan de eisen (kunnen) voldoen?
Antwoord
2
Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Amer 0 juri 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 22 mei 2020
Ook voor L-vormige gemeenschappelijke ruimtes gelden de door de raad
vastgestelde regels dat deze minimaal elf vierkante meter groot moeten zijn met een
minimale breedte van drie meter. Ook in geval van L-vormige gemeenschappelijke
ruimtes kan de hardheidsclausule worden toegepast, wanneer naleving van de regels
tot onredelijke hardheid zou leiden.
8. Hoe vaak is de hardheidsclausule van art 4.3.2 van de Huisvestingsverordening
toegepast bij woningdeelvergunningaanvragen? (De hardheidsclausule stelt: ”
Burgermeester en wethouders zijn bevoegd in gevallen waarin de toepassing van
deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt ten gunste van
de aanvrager af te wijken van deze verordening”)
Antwoord
Dit is niet bekend. Hoe vaak de hardheidsclausule wordt toegepast bij het toekennen
van omzettingsvergunningen voor verkamering wordt niet apart bijgehouden.
9, Hoe vaak is de oppervlakte en breedte van de gemeenschappelijke ruimte
aanleiding geweest om de hardheidsclausule toe te passen?
Antwoord
Zie antwoord 8. De reden voor het toepassen van de hardheidsclausule wordt niet
apart geregistreerd.
10. Welke scenario's ten aanzien van de oppervlakte en de breedte van de
gemeenschappelijke ruimte zijn er denkbaar om in aanmerking te kunnen komen voor
de hardheidsclausule, wat het college betreft?
Antwoord
Zie antwoord 3 en 4.
11. Is het mogelijk om vergunningaanvragen met gemeenschappelijke ruimtes die op
sommige punten breder dan 3 meter zijn en op andere punten minder breed, met
coulance te bejegenen?
Antwoord
Zie antwoord 3 en 4.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris
3
| Schriftelijke Vraag | 3 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Amendement
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 547
Publicatiedatum 23 juni 2017
Ingekomen op 21 juni 2017
Ingekomen in raadscommissie RO
Te behandelen op 19/20 juli 2017
Onderwerp
Amendement van het lid Nuijens inzake de Voorjaarsnota 2017 (investeren in
de Brettenzone en Groot-Westerpark, bijvoorbeeld door een fonds in te stellen).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 446).
Overwegende dat:
— De raad bij de Begroting vorig jaar een amendement van GroenLinks aannam,
wat verzocht om een actie en investeringsplan voor de Brettenzone:;
— De raad bij de begroting van Koers 2025 in meerdere moties verzocht om
uitbreidingsmogelijkheden, de noodzaak voor meer groen en nieuw locaties voor
Amsterdams groen en Amsterdamse parken in beeld te brengen;
— Onder de noemer 'Groot Westerpark’ inmiddels wordt geparticipeerd door
bewoners inzake groei en opwaarderingsmogelijkheden voor het Westerpark;
— De Brettenzone op meerdere plekken small en kwetsbaar is algemeen erkend
wordt als essentiële ecologische verbinding tussen Westerpark en Spaarnwoude,
waardoor Amsterdam ecologisch wordt verbonden aan de duinen en de
Noordzee:
— De Brettenzone op meerdere plekken smal, en daardoor kwetsbaar is.
Voorts constaterende:
— Aan en rond het Westerpark en de Brettenzone meerdere bouwprojecten met
breed draagvlak zijn; zoals de transformatie van de ING panden en de
woningbouw rond Sloterdijk-Centrum:;
— Er dus rond het Westerpark en de Brettenzone enorme grondopbrengsten zullen
worden gegenereerd;
— Dit het geval is ook als de raad — terecht — zeer onwenselijke plannen als het
bebouwen van Kavel X, aan de Brettenzone, en Molenwerf — middenin
de Brettenzone — af zou wijzen.
— Het gebied Westerpark/Brettenzone hoe dan ook, door de algemene groei van
de stad en de vele bouwactiviteiten in de buurt, sowieso erg onder druk zal
komen te staan.
Besluit:
— Het college te verzoeken bij het ‘actie- en investeringsplan’ voor de ecologische
versterking van de Brettenzone een voorstel te doen voor een 'Fonds
Bretten/Groot-Westerpark.
1
— Ditfonds te dekken met een percentage van de grondopbrengsten van Sloterdijk
en andere breed gedragen ontwikkelingen die in de buurt van het Westerpark en
de Brettenzone worden gegenereerd.
Het lid van de gemeenteraad
J.W. Nuijens
2
| Motie | 2 | train |
> < Gemeente
Amsterdam
Verslag marktconsultatie ontwikkeling
Erotisch Centrum Amsterdam
Augustus 2021
Gemeente Amsterdam
Openbare Orde en Veiligheid
Gemeente Amsterdam
Verslag marktconsultatie ontwikkeling Erotisch Centrum Amsterdam
Inhoud
o Samenvatting … sons snnrsnnnnnn ens renreneesenennenenreenenenennereneerseneessnnnnsnenreneenvennnnnnenene: 3
1 Inleiding …………...snnssnnnson eneen rereennnnnnenenseenersenennnnenenversenennnnenenreenensennnnnnenvvnnen vennen J
1.1 Aanleiding marktconsultatie … nennen en veneenenenvenvenneeneeeneeneenenenvenvenneenvenvensenene ene f
1.2 Opzet consultatie en verslag … nnen ennen en eeneenenenveneenenenerenennvenveeneeneeneeenvenvennvenvenen Ö
2 Uitkomsten markconsultatie … …… nons oneen eenn enenenenenenenen eeen eeenee eneen rennen }
2.1 Algemeen … nanne ernenn ereen envenvenenenvenvenneeenvenveneeenvenvenvenvenvenneneneenvenveneenvenvennvenveeveenee G
2.2 Kernuitgangspunten ontwikkeling Erotisch Centrum … nennen en eneeneenneenveeneenee O
2.3 Programma van gisen … …....nnnnnnneneneenenseerenenseenenensenenenenseerenenseeeeneneerenenseerenenvervenenveerenene ÂÌ
2.4 Locaties en Locatiecriteria … nonnen eenen enne neereeenenenennenverenevenenennenvereervenenennenveevenvenenne 13
2.5 Toekomstige selectieproceduvre en randvoorwaarden … nennen eneen eneenvenneenvenverseenee 17
2.6 Financiën nanne nennen nnen venne neer venrenennnneneenvenvenneennneneenvervenennnneneenvenenevennneneenvervenennnneneen eneen 17
2.7 Kansen en risicO'S nanne ennen neen venvenennnneneenvenvennnneneeeveneeevenennnenvenvenvenennnneneeneeevenennnneneen vereen 1Ö
2.8 Overige adviezen … nnen eenen envenvennveneeenvenneenvenvenvenvennennveneeenvenenenvenvenvennvenveeveen 1)
o Samenvatting
Op 29 april 2021 is de Marktconsultatie Erotisch Centrum Amsterdam gepubliceerd op TenderNed
(sluitingsdatum 11 juni 2021). De markconsultatie bestond vit een vragenlijst van 21 vragen (per
thema geclusterd) en een uitnodiging voor een individveel gesprek. De gemeente heeft zeven
ingevulde vragenlijsten ontvangen en met alle zeven deelnemers individuele onlinegesprekken
gevoerd in de periode van 8 tot en met 21 juni 2021.
Uitkomsten marktconsultatie op hoofdlijnen per thema (zoals aangegeven door de deelnemers):
e Algemeen - Achtergrond/bedrijfsactiviteit deelnemers marktconsultatie
o Deelnemers zijn actief in het sociaal maatschappelijk domein, prostitutiebranche,
architectenbranche, hotelbranche, projectontwikkeling en conceptontwikkeling.
e Kernuitgangspunten - Organisatie zelfstandigheid/positie en veiligheid sekswerkers
o Realiseer transparant EC in dynamische omgeving met goede faciliteiten en sociale
controle.
o Aanwezigheid van hulpdiensten en zorg en maatschappelijke ondersteuning belangrijk
voor de veiligheid van sekswerkers.
o Veiligheid is mede afhankelijk van het gekozen exploitatiemodel. Eén (onafhankelijke)
exploitant maakt het makkelijker de bedrijfsvoering goed te coördineren en toezicht te
houden. Dit komt ook ten goede aan de sekswerkers. Model met meerdere exploitanten
(minimaal 3) betekent meer keuzevrijheid voor sekswerkers.
e _Kernuitgangspunten - Organisatie veiligheid bezoekers
-__ Bevordering veiligheid door: aanwezigheid van politie, cameratoezicht, alcoholverbod
(op straat), externe beveiliging, een maximaal aantal bezoekers per vierkante meter en
een goede routing in het gebouw (eenrichtingsverkeer in het gebouw, aparte in-en
uitgangen van de sekswerkplekken), het aanstellen van een floormanager.
e _Kernuitgangspunten - Reguleren bezoekersstromen
o Werk met flexibele incheck- en uitchecktijden en smart technology, toegangspoorten.
o Zorg voor alleen inpandige bezoekersstromen.
o Maak een scheiding tussen sekswerkplekken, erotisch entertainment en horeca.
e Programma van eisen
o Geen eenduidig beeld vanuit de deelnemers naar voren gekomen
o Bedenkingen over het inpassen van verschillende functies in één gebouw, trekt ook niet-
doelgerichte klanten trekken (toeristen). Monotoon gebouw voor doelgerichte bezoekers
geeft invulling aan de behoefte die er is: EC zuiver gericht op sekswerk,
seksentertainment en een klein beetje horeca (ondergeschikt en niet de boventoon).
3
o Locatie waar doelgerichte klanten naartoe gaan of doorgaans al in de buurt moeten zijn
(bijvoorbeeld kantoren, congrescentra, uitgaansgebieden).
o Anderzijds inpassen brede functionaliteiten/functiemenging in EC juist goed, draagt bij
aan de veiligheid van sekswerkers en aantrekkelijkheid van het centrum. Het EC moet op
een positieve manier onderdeel zijn van de buurt, in plaats van een overlastgevende
functie. EC voor betaalde seks, maar ook niet-betaalde seks kan aantrekkelijk voor
bezoekers en ontwikkelaars zijn. Maak een brede visie voor de ontwikkeling van het EC
voordat deze door de gemeente op de markt wordt gezet. Maak een tussenstap voor
conceptontwikkeling, concept kan bepalend zijn voor de geschiktheid van de locatie.
e _ Shortlist voorlopige locaties - Belangrijkste criteria
o _Multimodale bereikbaarheid en bereikbaarheid nood- en hulpdiensten van groot
belang.
o Maak het EC onderdeel van de stad/onderdeel van een gebiedsontwikkeling en stop
sekswerk niet weg op een afgelegen plek.
o Functiemenging (nabijheid van andere functies) in het beoogde gebied kan ervoor
zorgen dat het EC minder de overhand heeft.
e Shortlist voorlopige locaties — Voorkeurslocaties
o _RAl/Zuid aantal keren genoemd vanwege de goede multimodale bereikbaarheid en niet
direct gelegen in een woonwijk. Het EC kan in dit gebied aanvulling op bestaand
programma worden zonder dat het gaat overheersen.
o _Arenapoort genoemd vanwege de goede bereikbaarheid, de aanwezigheid van veel
andere functies die een groot (uitgaans-)publiek trekken (gebied kan grote
bezoekersstromen aan).
o Ondanks dat dit een woongebied is, zien deelnemers het Eenhoorngebied als een
mogelijke ontwikkelgebied vanwege de goede bereikbaarheid en inbedding in het
stedelijk weefsel.
o _Hamerkwartier genoemd omdat dit dicht bij het centrum ligt door de Noord-Zuidlijn en
vanwege het feit dat het gebied nog in ontwikkeling is.
= Sloterdijk 2 Zuid genoemd vanwege de multimodale bereikbaarheid en (toekomstige) mix
van functies.
= _ Haven-Stad genoemd vanwege het feit dat het gebied in ontwikkeling is (nog geen
bestaande bewoners).
e Shortlist voorlopige locaties - Ongeschikte/andere locaties
o Genoemde redenen waarom een gebied ongeschikt zou zijn:
o _Rai/Zuidas: niet aantrekkelijk voor toeristen (toeristen van Wallen naar nieuwe locatie
trekken).
o _Arenapoort: te ver van het centrum.
o _Eenhoorngebied: impact op karakter van de bestaande omgeving.
o _Hamerkwartier: gebied moet nog eigen dynamiek vormen, aansluiten bij wat al
aanwezig is op de locatie.
o Sloterdijk 2 Zuid: te afgelegen locatie.
4
= __ Haven-Stad: nog in ontwikkeling, (nu nog) te afgelegen, nog geen onderdeel van het
stedelijk weefsel. Geen zicht op goede bereikbaarheid op afzienbare termijn.
o Genoemde alternatieve locaties en gebieden (zoals Nieuw-West vanwege de beschikbare
ruimte): deze zijn vooral in privaat eigendom en kunnen daarom niet met naam en
toenaam worden opgenomen in verslag.
e Transformatie bestaand vastgoed — Mogelijkheden
o Geen eenduidig beeld over transformatie bestaand vastgoed. Genoemd dat transformatie
van hotels niet erg kansrijk is. Hoteleigenaren zouden zich niet in de prostitutiesector
willen mengen. Daarentegen wordt het relatief makkelijk geacht om een bestaand hotel
te transformeren, waarbij de bestaande hotelkamers gebruikt kunnen worden door
sekswerkers en reguliere gasten (gewone hotelkamers).
e Selectie marktpartij — Rol/mogelijkheden/samenstelling/randvoorwaarden
o Transparante en zorgvuldige selectieprocedure juiste weg voor de realisatie van een EC in
Amsterdam. Deelnemers zien mogelijke rol in selectieprocedure als adviseur en
ontwikkelaar Selectie zou niet alleen gericht moeten zijn op het oplossen van een
‘probleem’ voor de stad, maar ook op het omarmen van de functie door de stad. Als de
ramen op de Wallen behouden blijven, wordt zou het minder interessant om in te
schrijven. Bestuurlijk commitment is randvoorwaarde voor het realiseren van een
gevoelige functie als het EC.
ie)
e Financiën - Wijze van financiering/belemmeringen
o Ideeën lopen viteen van financiering vit privévermogen tot aan financiering door een
bank. Onderscheid tussen de financiering van het vastgoed en van de exploitatie.
Mogelijke belemmering is het ontbreken van mogelijkheden tot financiering door een
bank.
o _Risicovol project, investeerders willen hoog rendement. Een te hoge grondwaarde kan
leiden tot hoge huurprijzen van de sekswerkplekken. Kans dat de huurprijzen hoger
worden ten opzichte van de huurprijzen op de Wallen.
e Kansen en risico’s
o Kansen:
-_Amsterdam kan als stad statement maken door te laten zien hoe Amsterdam omgaat
met een functie/programma dat echt bij Amsterdam hoort. Sekswerk en erotisch
entertainment niet benaderen als probleem, maar als onderdeel van de maatschappij
dat een plek moet krijgen in de stad. Betrek de huidige sekswerkers en exploitanten
van de Wallen actief bij het proces.
o Risico's:
-__ Weerstand uit de buurten en de negatieve publiciteit
-_ Gemeente legt teveel van tevoren vast, weinig ruimte voor de eigen inbreng van de
beoogde marktcombinatie.
-_ Ontwikkelingen binnen de prostitutiebranche: afname van de populariteit van
raamsekswerk doordat sekswerkers vaker vanuit huis werken en/of vanuit
hotelkamers. De huidige werkplekken voor raamsekswerk zijn verouderd en sluiten
5
niet altijd aan op de behoefte van sekswerkers (bv. internetwerving). Het Erotisch
Centrum moet daarom een vernieuwende/innovatieve omgeving zijn waar
sekswerkplekken worden aangeboden voor verschillende type sekswerkers.
e Adviezen
o Vermindering aantal sekswerkplekken op de Wallen tijdens de overgang naar een
EC kan negatief effect hebben op positie sekswerkers. Sluit pas de ramen op de
Wallen nadat het EC is gerealiseerd.
o Weeg ervaringen van de bestaande exploitanten mee in de besluitvorming. De
bestaande exploitanten kunnen invloed hebben op het succes van het verplaatsen
van de werkplekken naar het EC.
o _Benadruk de historische relatie van Amsterdam met sekswerk/ erotisch
entertainment in de ontwikkeling en de vormgeving van het EC.
6
1 Inleiding
In dit document vindt u het verslag van de marktconsultatie Ontwikkeling Erotisch Centrum
Amsterdam. Met dit verslag wordt inzichtelijk gemaakt wat de belangrijkste vitkomsten vanuit de
marktconsultatie zijn.
De gemeente Amsterdam heeft de marktconsultatie gehouden met als doel:
e _Hettoetsen van het voorlopige programma van eisen.
e Hettoetsen van de negen voorlopige gebieden? (en mogelijke transformaties van
bestaand vastgoed). Te weten (niet volgordelijk):
1. Amstellll (Zuidoost)
2. Arenapoort (Zuidoost)
3. Sloterdijk 2 Zuid (Nieuw-West)
4. Sloterdijk 2 Noord (Nieuw-West)
5. Zuid/Rai (Zuid)
6. Hamerkwartier (Noord)
7. Waterlocatie (locatie nog onbekend)
8. Eenhoorngebied (Oost)
g. Haven-Stad (Nieuw-West/Noord)
© Inzicht verschaffen in de voorwaarden en condities waaronder marktpartijen willen
ontwikkelen, kansen en risico's die marktpartijen zien.
e _ Inzicht krijgen in geïnteresseerde marktpartijen.
e _Hettoetsen en aanscherpen van de criteria voor het selecteren van een locatie.
1.1 Aanleiding marktconsultatie
De gemeente Amsterdam verkent de mogelijkheden om een Erotisch Centrum buiten de Wallen
te ontwikkelen. Dit onderzoek is onderdeel van het project Scenario's raamprostitutie, dat als
uitgangspunten heeft:
1. Verbetering positie sekswerkers.
2. Tegengaan ondermijning.
3. Verminderen overlast door drukte op de Wallen.
* Op de voorlopige shortlist wordt er gesproken over negen locaties. De term ‘locatie’ wekt de indruk
dat het gaat om kavels{plekken voor de ontwikkeling van een Erotisch Centrum. Er zijn echter nog geen
definitieve kavels in beeld. De term gebieden doet meer recht aan het schaalniveau waarop het
locatieonderzoek is ingestoken.
7
De gemeente heeft voor de ontwikkeling van het Erotisch Centrum een voorlopig programma van
eisen opgesteld en negen voorlopige gebieden op een shortlist geplaatst. De gemeente wil de
markt consulteren over deze voorlopige locaties en over het voorlopige programma van eisen voor
het Erotisch Centrum.
Naast de resultaten van de marktconsultatie via Tenderned wordt ook de input van de
geconsulteerde sekswerkers en exploitanten meegenomen in het vervolgproces.
Meer informatie over de ontwikkelingen omtrent de scenario’s raamprostitutie en het
locatieonderzoek voor het Erotisch Centrum is te vinden op www.amsterdam.nl/erotischcentrum.
1.2 Opzet consultatie en verslag
Op 29 april 2021 is de marktconsultatie Erotisch Centrum Amsterdam gepubliceerd op TenderNed
(sluitingsdatum 11 juni 2021). De marktconsultatie heeft plaatsgevonden in twee stappen; een
algemeen schriftelijke consultatie aan de hand van een vragenlijst (zie bijlage 1) en individuele
gesprekken met deelnemers voor een mondelinge toelichting op de schriftelijke deelname.
De gemeente heeft zeven ingevulde vragenlijsten ontvangen en met alle deelnemers individuele
onlinegesprekken gevoerd.
De gesprekken met deelnemers zijn gevoerd via MS Teams in de periode 8 juni tot en met 21 juni
2021 in aanwezigheid van de projectleider vitwerking scenario’s raamprostitutie, de overall
projectleider Locatieonderzoek en marktconsultatie Erotisch Centrum en leden van het
projectteam van de gemeente Amsterdam.
8
2 Uitkomsten markconsultatie
De schriftelijke en mondelinge consultatie heeft informatie opgeleverd over de verschillende
thema’s (uitgangspunten, voorlopig programma van eisen, voorlopige gebieden en locatiecriteria,
procedure selectie marktpartij en financiën). Een deel van de vooraf opgestelde uitgangspunten,
het voorlopige programma van eisen en de voorlopige negen gebieden zijn onderschreven of
aangevuld door de deelnemers. Daarnaast zijn er aspecten waar de deelnemers een andere kijk op
hebben. Dit verslag gaat per thema in op de vragen vit de vragenlijst. Om anonimiteit van de
deelnemers te garanderen is er geen informatie opgenomen die herleidbaar is tot de deelnemers.
Daarnaast is ook geen commercieel gevoelige informatie in het verslag opgenomen. De informatie
wordt op hoofdlijnen weergegeven.
2.1 Algemeen
1. Wat is uw achtergrond/bedrijfsactiviteit?
De deelnemers aan de marktconsultatie hebben allemaal een verschillende achtergrond qua
bedrijfsvoering. De deelnemers die zich hebben ingeschreven voor de marktconsultatie zijn actief
in het sociaal maatschappelijk domein, prostitutiebranche, architectenbranche, hotelbranche,
projectontwikkeling en conceptontwikkeling.
2.2 Kernuitgangspunten ontwikkeling Erotisch Centrum
2. Welke ideeën heeft u over hoe de zelfstandigheid/positie en veiligheid van sekswerkers in het
Erotisch Centrum goed georganiseerd kan worden?
3. Hoekande veiligheid van de bezoekers van sekswerkers in het Erotisch Centrum goed
worden georganiseerd (denk aan borgen van anonimiteit van klanten, scheiden van
bezoekersstromen) door slim ontwerp en beheer?
4. Hoedenkt u de bezoekersstromen, zowel inpandig als vitpandig te reguleren om overlast te
beperken?
Zelfstandigheid/positie en veiligheid sekswerkers
Meerdere deelnemers geven aan dat de veiligheid van sekswerkers georganiseerd kan worden
door het realiseren van een transparant Erotisch Centrum in een dynamische omgeving met goede
faciliteiten en sociale controle.
De aanwezigheid van hulpdiensten en maatschappelijk werkers is volgens twee deelnemers ook
belangrijk voor de veiligheid van sekswerkers (bv. handhaving, politie, huisarts, GGD, P&G292). In
9
het Erotisch Centrum moeten sekswerkers de mogelijkheid hebben (anoniem) hulp te zoeken
indien nodig.
Drie deelnemers geven aan dat de veiligheid van sekswerkers mede afhankelijk is van het gekozen
exploitatiemodel. Deze deelnemers vinden het niet wenselijk om meerdere exploitanten te
betrekken bij de ontwikkeling een Erotisch Centrum. Indien er te veel exploitanten betrokken zijn
ontstaat er ruis vanwege verschillende belangen. Hoe meer exploitanten, hoe moeilijker het wordt
om de controle te houden. Wanneer er één (onafhankelijke) exploitant is, is het makkelijker de
bedrijfsvoering goed te coördineren en toezicht te houden. Dit komt ook ten goede aan de
sekswerkers. Hiernaast is er één deelnemer die aangeeft dat het wenselijk is om één exploitant te
hebben, om concurrentiestrijd binnen het gebouw te voorkomen. De deelnemer begrijpt echter
wel dat de gemeente Amsterdam in het voorlopige programma van eisen heeft aangegeven met
drie exploitanten in zee te willen gaan (vanwege het hoge afbreukrisico). Als randvoorwaarde zou
de gemeente wel regels en richtprijzen moeten opstellen voor de verhuur van kamers.
Een andere deelnemer vindt het niet wenselijk om één exploitant te hebben vanwege het
negatieve effect op de zelfbeschikking van sekswerkers. Sekswerkers moeten keuzes hebben en
zo min mogelijk afhankelijk zijn van de exploitant. In een model met meerdere exploitanten
(minimaal drie) hebben sekswerkers meer keuzevrijheid. Op deze manier kunnen sekswerkers
altijd kiezen om naar een andere exploitant te gaan indien de relatie met een exploitant slecht is.
Een andere deelnemer geeft aan dat het hebben van een eenduidig bedrijfsplan noodzakelijk is
wanneer er wordt gekozen om met meerdere exploitanten te werken. Dit voorkomt
onduidelijkheden tussen exploitanten en sekswerkers.
Twee deelnemers geven aan dat de zelfstandigheid van sekswerkers te waarborgen is door middel
van een businessmodel waarbij sekswerkers als zzp-ers de sekswerkplekken kunnen huren zonder
tussenpersonen. De desbetreffende exploitant verhuurt dan de kamers direct aan de sekswerkers
(hotelmodel). Op deze manier wordt de veiligheid gewaarborgd en worden mogelijke
tussenpersonen buiten gesloten.
Naast de veiligheid van de sekswerkers is er één deelnemer die aangeeft dat de algehele positie
van de sekswerkers mogelijk verbeterd kan worden indien de gemaakte winsten ingezet kunnen
worden ter verbetering van de positie van de sekswerkers.
Eén deelnemer draagt verschillende oplossingen aan voor het waarborgen van de veiligheid van
sekswerkers:
-__Het organiseren van een intensief samenwerkingsverband met diverse partijen zoals
afdelingen van de gemeente, vastgoedeigenaren, zedenpolitie en de exploitanten.
-___Het organiseren van meer onderlinge sociale saamhorigheid tussen sekswerkers met een
actieve relatie met de bovenstaande partijen.
-__ Het installeren van detectiepoorten bij de ingang.
Veiligheid bezoekers
De veiligheid van de bezoekers kan volgens de deelnemers op verschillende manieren worden
georganiseerd:
10
-__Een deelnemer is van mening dat de aanwezigheid van een floormanager de veiligheid
van bezoekers waarborgt. Deze persoon moet de gang van zaken in de gaten houden.
-__ Daarnaast geven twee deelnemers aan dat de aanwezigheid van politie, cameratoezicht
en een alcoholverbod (op straat) voor veiligheid kan zorgen. Volgens één deelnemer zou
ook de aanwezigheid van externe beveiliging door professionele beveiligers en een
alarmsysteem met doormeldingen naar exploitanten, beveiliging en politie bijdragen aan
de veiligheid voor de bezoekers.
-_ Het hanteren van een maximaal aantal bezoekers per vierkante meter draagt volgens een
deelnemer bij aan het waarborgen van de veiligheid voor bezoekers.
-__ Twee deelnemers geven aan dat de routing belangrijk is voor de veiligheid van bezoekers.
Er moet eenrichtingsverkeer zijn in het gebouw en er moet sprake zijn van aparte in-en
uitgangen van de sekswerkplekken.
Reguleren bezoekersstromen
Ten aanzien van het reguleren van de bezoekersstromen zijn er verschillende opvattingen:
e Eris één deelnemer die aangeeft dat de bezoekersstromen het beste gereguleerd kunnen
worden door te werken met flexibele incheck- en vitchecktijden en smart technology.
e Eéndeelnemer geeft aan de bezoekersstromen inpandig moeten zijn. Op deze manier
ervaart de buurt minder overlast. Daarnaast is het belangrijk dat de bezoekersstromen
ook in de openbare ruimte goed gereguleerd worden. Er moet voldoende aandacht zijn
voor de stedenbouwkundige inpassing van het Erotisch Centrum.
e Twee deelnemers zijn van mening dat in het ontwerpproces al goed moet worden
nagedacht over de bezoekersstromen. Er kunnen bijvoorbeeld toegangspoorten
gerealiseerd worden ten behoeve van het regulieren van de bezoekersstromen (minimaal
2 i.v.m. toegankelijkheid van hulpdiensten).
e Volgens één van de deelnemers kunnen de bezoekersstromen beter gereguleerd worden
wanneer de horecagelegenheden, de sekswerkplekken en het erotisch entertainment van
elkaar gescheiden zijn.
e Eén vande deelnemers geeft aan dat de horecagelegenheden dusdanig gesitueerd
moeten zijn dat de bezoekers daarvan geen overlast veroorzaken voor de omgeving en de
overige bezoekers.
2.3 Programma van eisen
waarom?
Met betrekking tot het voorlopige Programma van Eisen is er geen eenduidig beeld vanuit de
deelnemers naar voren gekomen:
Enkele deelnemers hebben bedenkingen over het inpassen van verschillende functies in één
gebouw. Het toevoegen van extra functies naast de werkplekken voor sekswerkers zorgt ervoor
dat het Erotisch Centrum niet alleen doelgerichte klanten trekt, maar ook andere bezoekers zoals
toeristen. Dit wordt door twee deelnemers als niet wenselijk gezien. Sekswerkers en exploitanten
11
zouden vooral gebaat zijn bij doelgerichte klanten. Een monotoon gebouw voor doelgerichte
bezoekers geeft invulling aan de behoefte die er is.
Eén deelnemer geeft aan dat er niet te veel aanvullende functies moeten zijn die feesttoerisme
aantrekken in plaats van doelgerichte klanten die inkomsten opleveren voor de sekswerkers. Deze
deelnemer adviseert om hiermee rekening te houden bij het kiezen van een locatie voor de
ontwikkeling van een Erotisch Centrum. Het moet een locatie zijn waar doelgerichte klanten
naartoe gaan of doorgaans al in de buurt moeten zijn. Denk hierbij aan kantoren, congrescentra of
uitgaansgebieden. Volgens een andere deelnemer moet het nieuwe centrum ter vervanging van
de Wallen worden gerealiseerd. Mogelijk kan het entertainment van het Wallengebied op de
huidige locatie blijven en alle raamprostitutie van het Wallengebied verplaatst worden naar het
nieuwe centrum.
Aanvullend hierop heeft een van de deelnemers aangegeven dat het Erotisch Centrum zuiver
gericht moet zijn op sekswerk, seksentertainment en een klein beetje horeca. Horeca moet
ondergeschikt zijn en niet de boventoon voeren. Dergelijke aanvullende functies zijn misschien
wel interessant voor ontwikkelaars, maar is voor de sekswerkers niet van belang. De aanvullende
functies zorgen er ook voor dat overlast gevende bezoekers worden aangetrokken.
Anderzijds zijn er twee deelnemers die aangeven zorgen te hebben over de ontwikkeling van een
monotoon gebouw. Het inpassen van brede functionaliteiten in het Erotisch Centrum zou juist
goed zijn. Dit draagt bij aan de veiligheid van sekswerkers en aantrekkelijkheid van het centrum.
Sekswerk, seksentertainment en horecagelegenheden moeten dan wel gescheiden worden via
aparte toegangspoorten. Het Erotisch Centrum moet op een positieve manier onderdeel zijn van
de buurt in plaats van een overlast gevende functie. Dit kan vaak alleen worden bereikt door
functiemenging. Door het toevoegen van andere functies krijgt de buurt iets terug.
Eén deelnemer geeft aan dat de aanvullende functies ten dienste moeten staan van de
sekswerkers. Het moet niet ten koste gaan van de veiligheid. Er moeten geen functies worden
toegevoegd die niets met prostitutie te maken hebben (bv. biosscoop). De gemeente moet goed
nadenken over welke functies zij erbij wil hebben en daarbij oog hebben voor het voorkomen van
criminele activiteiten. Volgens één deelnemer moeten er ook voldoende mogelijkheden zijn voor
sekswerkers om goed contact te hebben met exploitant, beveiliging en hulpdiensten.
Enkele deelnemers geven het advies om een breed publiek aan te trekken; niet alleen een Erotisch
Centrum voor betaalde seks, maar ook niet-betaalde seks. Daarmee wordt het Erotisch Centrum
aantrekkelijker voor bezoekers en ontwikkelaars. Eén deelnemer geeft aan dat het waardevol is
om een hotel met reguliere hotelkamers te combineren met kamers die per uur/ per dag/ met of
zonder escort te boeken zijn. Tevens ziet één van de deelnemers het Erotisch Centrum als een
kans om een vernieuwend centrum te ontwikkelen met innovatieve ontmoetingsmogelijkheden
gecombineerd met aantrekkelijke horeca en theatervoorzieningen. Met de ontwikkeling van zo'n
innovatief, gastvrij, open en veilig Erotisch Centrum met de meest moderne voorzieningen en
functionaliteiten zou Amsterdam zicht juist kunnen onderscheiden.
Een deelnemer geeft aan dat het belangrijk is bij het opstellen van het programma van eisen niet
af te wijken van richtlijnen voor de omvang van ruimtes voor sekswerk (RIVM-richtlijnen) en de
12
werkplekken dusdanig in te richten dat deze multi-inzetbaar zijn. Ook geeft een deelnemer aan
dat het Erotisch centrum goed geïsoleerd moet zijn om overlast te voorkomen.
Ten aanzien van het Programma van Eisen geeft een van de deelnemers het advies om (eerst) een
brede visie te maken op de ontwikkeling van het Erotisch Centrum voordat de gemeente deze op
de markt zet. Het concept kan bepalend zijn voor de geschiktheid van de locatie. Het advies om
een tussenstap voor conceptontwikkeling in te lassen.
2.4 Locaties en Locatiecriteria
6. Aan welke criteria moet een locatie volgens u minimaal voldoen en waarom?
Locatiecriteria
De deelnemers hebben verschillende locatiecriteria genoemd die zij belangrijk achten in de
locatiekeuze van het Erotisch Centrum:
1. Multimodale bereikbaarheid: wordt door alle deelnemers gezien als het belangrijkste
locatiecriterium. Aanvullend hierop moet de locatie gemakkelijk bereikbaar zijn voor
beveiliging en hulpdiensten.
2. Onderdeel van de stad: in bijna alle gesprekken met de deelnemers komt naar voren dat
bij het kiezen van de locatie (gebied) voor het Erotisch Centrum voorkomen moet worden
dat de sekswerker wordt “weggestopt”. Het Erotisch Centrum moet niet op een afgelegen
plek gerealiseerd worden. De deelnemers zijn van mening dat de toekomstige locatie van
het Erotisch Centrum onderdeel moet zijn van de stad, ruimtelijk en gevoelsmatig. Vanuit
het standpunt van de bewoners in het Wallengebied is het volgens deelnemers
waarschijnlijk ‘hoe verder weg hoe beter’. Een deelnemer geeft aan, dat wanneer vanuit
het belang van sekswerkers wordt gekeken, sekswerkers liever in het centrum van de stad
willen blijven. Een van de deelnemers heeft aangegeven dat het Erotisch Centrum
geïntegreerd moet zijn in de gebiedsontwikkeling en niet “los” moet staan van de
omgeving.
3. Nabijheid andere functies: de dynamiek en levendigheid in een gebied kan ook zorgen
voor een veiligere omgeving (met meer borging van anonimiteit) voor de sekswerkers en
bezoekers. Functiemenging in het beoogde gebied zorgt ervoor dat het Erotisch Centrum
minder de overhand heeft in het gebied met betrekking tot het aantrekken van
bezoekers.
4. Relatie Wallen: één deelnemer heeft aangegeven dat het mooi zou zijn als het Erotisch
Centrum op loopafstand van de Wallen wordt gerealiseerd. Een locatie rondom het
centraal station is daarom goede plek; echter is daar gebrek aan ruimte.
5. Gebied in ontwikkeling: Er is één deelnemer die van mening is dat het Erotisch Centrum
makkelijker kan worden ingepast in een gebied dat nog in ontwikkeling is vanwege de
(toekomstige) acceptatie van de bewoners en ondernemers. Men weet dan immers dat er
in de omgeving een Erotisch Centrum aanwezig is. Een andere deelnemer geeft aan dat
het belangrijk is dat het Erotisch Centrum onderdeel is van een grotere
gebiedsontwikkeling zodat het geen “standalone” gebouw wordt.
13
9. Naar welke locatie(s) gaat vw voorkeur vit en waarom? (maximaal drie locaties)
10. Zijn er binnen deze locaties plekken die uw voorkeur hebben voor ontwikkeling van het
Erotisch Centrum?
Voorlopige shortlist met locaties
Op de vraag wat de voorkeurslocaties zijn vit de voorlopige shortlist van negen locaties zijn de
volgende locaties naar voren gekomen
= Locatie RAl/Zuidas is door zes deelnemers genoemd als een van de voorkeurslocaties.
Deelnemers geven de voorkeur aan deze locatie vanwege de goede multimodale
bereikbaarheid. Tevens is dit gebied niet direct gelegen in een woonwijk. Het realiseren
van een Erotisch Centrum in het gebied van RAl/Zuidas sluit aan bij het grootstedelijke
allure van Amsterdam. Volgens een deelnemer wordt het Erotisch Centrum in dit gebied
een aanvulling op het bestaande programma zonder dat het gaat overheersen. Hierbij
werd opgemerkt dat er met bezoekers van congressen veel potentiele klanten in het
gebied aanwezig zijn.
= Het Eenhoorngebied is door drie deelnemers genoemd als een van de voorkeurslocaties.
Ondanks dat dit een woongebied is, zien de deelnemers dit als een mogelijke
ontwikkellocatie vanwege de goede bereikbaarheid en inbedding in het stedelijk weefsel.
Daarbij is het geen afgelegen locatie. Een van de deelnemers geeft aan dat er rondom het
Eenhoorngebied veel verschillende functies aanwezig zijn, waardoor er meer anonimiteit
is voor de bezoekers en meer sociale ‘controle’ vanwege de levendigheid. Dit komt de
veiligheid van de sekswerkers ook ten goede. Wel verwacht men dat er weerstand zal zijn
vanuit de buurt.
= Twee deelnemers hebben Arenapoort genoemd als een van de voorkeurslocaties,
vanwege de goede bereikbaarheid en de aanwezigheid van veel andere functies die een
groot (uitgaans)publiek trekken. Het gebied kan grote bezoekersstromen aan. Het
programma van een Erotisch Centrum kan daardoor beter ingepast worden (ook
stedenbouwkundig). Eén deelnemer vindt Arenapoort een goede plek omdat er
voldoende andere functies aanwezig waardoor er in het Erotisch geen extra functies
gerealiseerd hoeven te worden. Naast de twee deelnemers die Arenapoort hebben
benoemd als voorkeurslocatie is er ook een deelnemer die deze locatie als redelijke optie
ziet.
= _ Hamerkwartier is door twee deelnemers genoemd als een van de voorkeurslocaties
omdat dit dicht bij het centrum ligt door de Noord-Zuidlijn die in de buurt een station
heeft. Tevens vinden de deelnemers het een goede optie vanwege het feit dat het gebied
nog in ontwikkeling is, er is nog veel ruimte.
= Sloterdijk 2 Zuid is door één deelnemer benoemd als een van de voorkeurslocaties
vanwege de multimodale bereikbaarheid en (toekomstige) mix van functies.
14
=___Haven-Stad is door één deelnemer genoemd als een van de voorkeurslocaties vanwege
het feit dat het gebied in ontwikkeling is.
12. Zijn er locaties buiten deze negen locaties die volgens v meer geschikt zijn en zo ja, waarom?
Naast het benoemen van (maximaal drie) voorkeurslocaties hebben enkele deelnemers ook
aangegeven welke locaties ongeschikt zijn en wat de minpunten zijn van de locaties op de
voorlopige shortlist.
e Eriséén deelnemer die Rai/Zuidas geen geschikte locatie vindt omdat dit geen
aantrekkelijke locatie is voor toeristen. Als men de overlast op de Wallen wil verminderen
dan moet de nieuwe locatie wel aantrekkelijk zijn voor toeristen.
=_ _Arenapoort is volgens twee deelnemers een ongeschikte locatie omdat het te ver van het
centrum ligt. Indien het Erotisch Centrum in Arenapoort wordt gerealiseerd worden
bezoekers niet weg getrokken van de Wallen is de verwachting. Zuidoost heeft daarnaast
ook maatschappelijke problemen waardoor het niet wenselijk is om een dergelijke
functies daar te realiseren.
= Het Eenhoorngebied wordt door één deelnemer gezien als een ongunstige locatie. De
komst van het Erotisch Centrum zou het karakter van de bestaande omgeving drastisch
veranderen. Een Erotisch Centrum zou beter op een locatie als Arenpoort of Rai/Zuidas
passen omdat het programma van een Erotisch Centrum dan goed kan aansluiten op het
bestaande (entertainment) programma.
= Twee deelnemers geven aan dat Hamerkwartier niet wenselijk is voor de ontwikkeling
van het Erotisch Centrum. Dit gebied moet nog zijn eigen dynamiek vormen. Het is
belangrijk om aan te sluiten bij hetgeen wat al aanwezig is op de locatie. Bij het
Hamerkwartier is dit lastig. Soms zorgt een fysieke barrière (zoals het IJ) ervoor dat een
locatie niet meer voelt als onderdeel van de stad ondanks de goede bereikbaarheid.
=_ Vijf deelnemers vinden Sloterdijk 2 Zuid een afgelegen locatie. Het is ook een locatie
waar veel ontwikkeling gaan plaatsvinden waardoor het programma al erg vol is.
= De Waterkavel op de voorlopige shortlist is niet gekoppeld aan een exacte locatie
waardoor het voor de deelnemers niet duidelijk is wat de voor en nadelen zijn. Er is één
deelnemer die de waterlocatie als voorkeurslocatie aanwijst indien het een attractie an
sich (drijvend, boot) kan worden en/of in de vorm van een iconische pier. Andere
deelnemers zien de bereikbaarheid van een waterlocatie als risico en een ander risico is
dat het tijdelijk aanwijzen van een dergelijke locatie. Het is namelijk belangrijk dat het
Erotisch Centrum op een vaste locatie wordt gerealiseerd. Voorspelbaarheid voor klanten
en sekswerkers wordt door één deelnemer als noodzakelijk geacht (dus boot mag niet
varen).
Een andere deelnemer ziet belemmeringen in de projectontwikkeling van een Erotisch
Centrum op het water, bijvoorbeeld het ombouwen van een bestaand cruiseschip. Het is
over het algemeen lastig om van banken financiering te krijgen voor ontwikkelingen in de
seksbranche én voor boten. De combinatie van deze twee zorgt voor een zeer slechte
businesscase. Volgens de deelnemer zou de bereidheid van banken echter hoger zijn
15
indien de gemeente garant staat. Zonder een dergelijke betrokkenheid van de gemeente
wordt een waterlocatie niet haalbaar geacht.
"Vijf deelnemers vinden Haven-Stad een ongeschikte locatie omdat het gebied nog in
ontwikkeling is. Haven-Stad ligt (nu nog) te afgelegen. Tevens is er ook geen zicht op de
toekomstige bereikbaarheid (op afzienbare termijn). Het gebied is op dit moment geen
onderdeel van het stedelijk weefsel.
Drie deelnemers hebben alternatieve locaties en gebieden (zoals Nieuw-West vanwege de
beschikbare ruimte) genoemd die zij geschikt achten voor de ontwikkeling van een Erotisch
Centrum in Amsterdam. De genoemde locaties, kavels en hotels zijn vooral in privaat eigendom en
kunnen daarom niet met naam en toenaam worden opgenomen in dit verslag.
heeft v daar voorbeelden van?
Transformatie bestaand vastgoed
Er is geen eenduidige mening met betrekking tot de kansen voor de transformatie van bestaand
vastgoed. Er is één deelnemer die aangeeft dat transformatie van hotels niet erg kansrijk is. De
verwachting is namelijk dat de hotelbranche snel herstelt na corona. Daarnaast zouden
hoteleigenaren zich niet in de prostitutiesector willen mengen. Twee deelnemers geven wél het
advies om te kijken naar het transformeren van hotels. Het is relatief makkelijk om een bestaand
hotel te transformeren, waarbij de bestaande hotelkamers gebruikt kunnen worden door
sekswerkers en reguliere gasten (gewone hotelkamers). In dat geval is het mogelijk de bestaande
horecavoorzieningen te behouden en extra functies toe te voegen. De operationele kant van
hotels kan overeenkomen met de operationele organisatie van een Erotisch Centrum.
16
2.5 Toekomstige selectieprocedure en randvoorwaarden
14. Zou veen rol willen spelen in de realisatie van een Erotisch Centrum? En zou vu dan
inschrijven op een selectieprocedure voor een gronduitgifte voor het beoogde programma?
15. Wat zijn volgens v andere mogelijkheden dan het houden van een selectieprocedure om tot
een Erotisch Centrum te komen?
16. In welke samenstelling van partijen zou u kunnen inschrijven? Op dit moment heeft de
gemeente het idee dat vanwege het belang van de exploitatie van het sekswerk een
combinatie van partijen (in ieder geval ontwikkelaar en exploitant) gewenst is.
17. Welke minimale randvoorwaarden zijn voor v onontbeerlijk om een Erotisch Centrum te
kunnen realiseren?
Deelnemers geven aan dat een transparante selectieprocedure de juiste weg is voor de realisatie
van een Erotisch Centrum in Amsterdam. Er wordt geadviseerd om zorgvuldig te zijn in het
selectieproces. Zes deelnemers zien voor zichzelf een rol bij een toekomstige selectieprocedure
voor de ontwikkeling van een Erotisch Centrum in Amsterdam (als ontwikkelaar maar ook als
adviseur). Een deelnemer geeft hierbij aan zich alleen in te schrijven indien het project niet enkel
gericht is op het oplossen van een ‘probleem’ voor de stad, maar ook op het omarmen van de
functie door de stad. Een andere deelnemer geeft aan dat het inschrijven op de selectieprocedure
mede afhankelijk is van in hoeverre de huidige ramen op de Wallen behouden blijven. Indien de
ramen op de Wallen behouden blijven is het minder interessant om in te schrijven op de
selectieprocedure.
Eris één deelnemer die een rol wil spelen in de ontwikkeling van het Erotisch Centrum maar
belemmeringen ziet in het vormen van een consortium zoals de gemeente Amsterdam als
uitgangspunt heeft. De deelnemer heeft geen contacten of relaties met marktpartijen uit de
prostitutiebranche. Het gebrek aan deze relaties en contacten zorgt ervoor dat het inschrijven op
een selectieprocedure lastig is.
Eén van de deelnemers benadrukt het belang van bestuurlijke commitment als randvoorwaarde
voor het realiseren van een gevoelige functie als het Erotisch Centrum. De geselecteerde partijen
(in ieder geval ontwikkelaar en exploitant) moeten zich gesteund voelen door het bestuur.
2.6 Financiën
belemmeringen ziet u hierbij?
Op de vraag hoe de deelnemers denken de ontwikkeling van een Erotisch Centrum te financieren,
is geen eenduidig beeld naar voren gekomen. Ideeën lopen uiteen van financiering vit
privévermogen tot aan financiering door een bank. Er wordt door één deelnemer een
onderscheid/knip gemaakt tussen de financiering van het vastgoed en de financiering van de
exploitatie. Twee deelnemers zien het ontbreken van mogelijkheden tot financiering door een
bank als belemmering, anderen zien dat niet zo.
17
Eris één deelnemer die aangeeft dat de grondprijs veel invloed heeft. Het is een risicovol project
en investeerders willen een hoog rendement. Samen met een hoge grondwaarde wordt het erg
duur. Dit vertaalt zich door in de huurprijzen van de sekswerkplekken. Er is kans dat de huurprijzen
dan hoger worden ten opzichte van de huurprijzen op de Wallen.
2.7 Kansen en risico’s
Erotisch Centrum?
Kansen
De deelnemers van de marktconsultatie zien verschillende kansen voor de ontwikkeling van het
Erotisch Centrum:
e De gemeente Amsterdam kan als stad een statement maken door te laten zien hoe
Amsterdam omgaat met een functie/programma dat echt bij Amsterdam hoort. Dit kan
door sekswerk en erotisch entertainment niet benaderen als probleem, maar als
onderdeel van de maatschappij dat een plek moet krijgen in de stad.
e Het merendeel van de deelnemers benadrukt dat het belangrijk is om de huidige
sekswerkers en exploitanten van de Wallen actief te betrekken bij het proces. De kans van
slagen wordt tevens groter als sekswerkers in de toekomstige situatie betrokken blijven
bij de exploitatie. Er is één deelnemer die aangeeft dat sekswerkers betrokken moeten
worden middels een soortgelijke constructie als een bewonerscommissie (sekswerkers
vooral betrekken voor advies over kamerfaciliteiten). Het betrekken van sekswerkers in de
bedrijfsvoering is volgens deze deelnemer niet wenselijk.
Risico's
Een groot risico dat wordt benoemd door enkele deelnemers is de weerstand uit de buurten en de
negatieve publiciteit. Eén deelnemer vindt dat een sterk concept en goede communicatie hierom
onontbeerlijk zijn. Een andere deelnemer geeft aan dat het risicovol is wanneer de gemeente alles
vit handen geeft. De gemeente zou naast de inhoudelijke kwaliteit, ook de ruimtelijke kwaliteit
moeten bewaken. Er is echter ook een deelnemer die juist kritisch is over te veel bemoeienis van
de gemeente. Deze deelnemer ziet juist een risico wanneer de gemeente zich teveel bemoeit met
de inhoudelijke ontwikkeling van een Erotisch Centrum. Als de gemeente te veel van tevoren
vastlegt is er weinig ruimte voor de eigen inbreng van de beoogde marktcombinatie.
Een ander risico dat door één deelnemer is benoemd zijn de ontwikkelingen binnen de
prostitutiebranche. Volgens de deelnemer neemt de populariteit van de traditionele
raamsekswerkers af (30% ramen van de ramen staat volgens deze deelnemer leeg). Dit komt
mede doordat sekswerkers vaker vanuit huis werken en/of vanuit hotelkamers. De huidige
werkplekken voor raamsekswerk zijn verouderd en sluiten niet altijd aan op de behoefte van
sekswerkers (bv. internetwerving). Het Erotisch Centrum moet daarom een
18
vernieuwende/innovatieve omgeving zijn waar sekswerkplekken worden aangeboden voor
verschillende type sekswerkers.
2.8 Overige adviezen
20. Wilt v ons nog iets meegeven in het kader van deze marktconsultatie over de ontwikkeling
Vanuit de deelnemers zijn er aandachtspunten en adviezen meegegeven aan de gemeente
Amsterdam voor de ontwikkeling van het Erotisch Centrum:
-_2 deelnemer adviseert: in het vervolgtraject goed kijken naar de toegankelijkheid en
stedenbouwkundige inrichting van de exacte locatie. De omgeving en
stedenbouwkundige inrichting zijn erg belangrijk voor de beheersbaarheid. In de nieuwe
situatie moet voorkomen worden dat de omgeving “dicht slibt” en de leefbaarheid van de
omgeving aangetast wordt door een onjuiste ontsluiting zoals nu het geval is op de
Wallen.
-_ deelnemer adviseert: een vermindering van het aantal sekswerkplekken op de Wallen
tijdens de overgang naar een Erotisch Centrum zal een negatief effect hebben op de
positie van de sekswerkers; dus sluit pas Wallen-ramen nadat het Erotisch Centrum is
gerealiseerd.
-__Een andere deelnemer geeft het advies om de ervaringen van de bestaande exploitanten
mee te wegen in de besluitvorming. De deelnemer is van mening dat de bestaande
exploitanten invloed hebben op het succes van het verplaatsen van de werkplekken naar
het Erotisch Centrum.
-__ Volgens één deelnemer is het belangrijk de historische relatie van Amsterdam met
sekswerk/ erotisch entertainment te benadrukken in de ontwikkeling en de vormgeving
van het Erotisch Centrum.
19
Bijlage 1 — Vragenlijst marktconsultatie
Algemeen
1. Watis uw achtergrond/bedrijfsactiviteit?
Kernuitgangspunten voor realisatie van Erotisch Centrum
2. Welke ideeën heeft v over hoe de zelfstandigheid/positie en veiligheid van sekswerkers in
het Erotisch Centrum goed georganiseerd kan worden?
3. Hoe kan de veiligheid van de bezoekers van sekswerkers in het Erotisch Centrum goed
worden georganiseerd (denk aan borgen van anonimiteit van klanten, scheiden van
bezoekersstromen) door slim ontwerp en beheer?
4. Hoe denkt u de bezoekersstromen, zowel inpandig als vitpandig te reguleren om overlast
te beperken?
Programma van eisen
5. Wat vindt u van het voorlopige Programma van Eisen? Zijn er onderdelen die v mist en zo
ja, waarom?
Shortlist voorlopige locaties
6. Aan welke criteria moet een locatie volgens v minimaal voldoen en waarom?
7. Welke drie criteria zijn volgens u het meest belangrijk?
8. Wat vindt u van de negen locaties die op de voorlopige shortlist staan (zie bijlage 3)?
g. Naar welke locatie(s) gaat uw voorkeur uit en waarom? (Maximaal drie locaties)
10. Zijn er binnen deze locaties plekken die vw voorkeur hebben voor ontwikkeling van het
Erotisch Centrum?
11. Welke locaties zijn volgens v ongeschikt en waarom?
12. Zijn er locaties buiten deze negen locaties die volgens u meer geschikt zijn en zo ja,
waarom?
Mogelijke transformatie bestaand vastgoed
13. Ziet u mogelijkheden om bestaand vastgoed te transformeren tot Erotisch Centrum? En
heeft u daar voorbeelden van?
Selectie marktpartij
14. Zou u een rol willen spelen in de realisatie van een Erotisch Centrum? En zou v dan
inschrijven op een selectieprocedure voor een gronduitgifte voor het beoogde
programma?
15. Wat zijn volgens v andere mogelijkheden dan het houden van een selectieprocedure om
tot een Erotisch Centrum te komen?
16. In welke samenstelling van partijen zou u kunnen inschrijven? Op dit moment heeft de
gemeente het idee dat vanwege het belang van de exploitatie van het sekswerk een
combinatie van partijen (in ieder geval ontwikkelaar en exploitant) gewenst is.
Randvoorwaarden
17. Welke minimale randvoorwaarden zijn voor v onontbeerlijk om een Erotisch Centrum te
kunnen realiseren?
20
Financiën
18. Hoe denkt u de ontwikkeling van een Erotisch Centrum te financieren? Welke
belemmeringen ziet u hierbij?
Kansen en risico’s
19. Wat zijn volgens u de grootste kansen en risico’s voor het ontwikkelen/realiseren van een
Erotisch Centrum?
Afsluiting
20. Wilt uv ons nog iets meegeven in het kader van deze marktconsultatie over de
ontwikkeling van het Erotisch Centrum? Zo ja, dan kunt u dat aangeven.
21. Indien de gemeente nadere vragen heeft naar aanleiding van de schriftelijke reacties, bent
u bereid om tussen 7 juni en 25 juni 2021 een mondelinge toelichting te geven? Wilt v deze
toelichting alleen doen of gecombineerd met andere partijen? In geval van een
combinatie, graag aangeven welke andere partijen.
Met het oog op de geldende maatregelen in het kader van de aanpak van Covid-19 zullen
gesprekken digitaal plaatsvinden.
21
| Onderzoeksrapport | 21 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2018
Afdeling 1
Nummer 590
Datum indiening 17 mei 2018
Datum akkoord 5 juli 2018
Publicatiedatum 6 juli 2018
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Simons inzake het bericht: “VVD'er Ron
Eisenmann twittert onder nepaccount over misbruikzaak joodse school Cheider”.
Aan de gemeenteraad
Toelichting door vragenstelster:
Op 29 april 2018 meldde AT5' het volgende bericht: “VVD'er Ron Eisenmann twittert
onder nepaccount over misbruikzaak joodse school Cheider”.
Hieruit blijkt dat het stadsdeelcommissielid van de VVD in Zuid, de heer
Ron Eisenmann, een dag voorafgaand aan een rechtszaak met betrekking tot
de misbruikzaak op de joodse school Cheider onder een nepaccount op Twitter
berichten verspreid heeft, teneinde de berichtgeving hieromtrent te beïnvloeden.
Gezien het vorenstaande heeft het lid Simons, namens de fractie van BIJ1, op grond
van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende
schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld:
1. Is het college bekend met bovenstaand nieuwsbericht?
Antwoord:
Het college is bekend met het nieuwsbericht.
2. Is de het college bekend met de in het artikel genoemde rechtszaak? In een
verklaring, gedateerd 30 april 2018, zegt het CIDI: “CIDI is op geen enkele manier
betrokken geweest bij genoemd Twitteraccount en betreurt de ontstane
commotie. Te meer daar deze afleidt van de waarheidsvinding en
rechtvaardigheid, waar het bij deze zaak, die thans onder de rechter is, werkelijk
om draait” Deelt u de mening van het CIDI en onze fractie dat het Twitteraccount
afleidt van de waarheidsvinding en rechtvaardigheid? Zo nee, waarom niet?
Is het college het met vragenstelster eens dat dergelijk gedrag niet past bij de
verantwoordelijkheid van een stadsdeelcommissielied? Zo nee, waarom niet?
Antwoord:
Het is niet aan het college om een oordeel te geven over deze zaak.
1 http://www.at5.nl/artikelen/181462/vvder-ron-eisenmann-twittert-onder-nepaccount-over-
misbruikzaak-joodse-basisschool-cheider
1
Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 6 ui 2018 Schriftelijke vragen, donderdag 17 mei 2018
3. Volgens de stadsdeelcommissielid en zijn partij, de VVD, betreft het hier een
‘privékwestie’. Echter de aard en maatschappelijke impact van deze rechtszaak,
het feit dat de heer Eisenmann de functie van zowel CIDI- als stadsdeel-
commissielid bekleedt, maakt het tot een publieke zaak. Is het college
het daarmee eens?
Antwoord:
Het is niet aan het college om een oordeel te geven over deze zaak.
De stadsdeelcommissies zijn commissies die door de raad zijn ingesteld.
Bovendien zijn de leden van de stadsdeelcommissies gekozen. Het is dus eerder
aan de raad, eventueel de betrokken politieke partij en uiteindelijk de kiezer.
4. Gaat het college de heer Eisenmann hierop aanspreken? Zo ja, welke vragen
gaat het college stellen?
Antwoord:
Het is niet aan het college om de heer Eisenmann hierop aan te spreken.
5. Is het college van mening dat het gedrag van het betrokken stadsdeelcommissie-
lid onder de Gedragscode Algemeen bestuur bestuurscommissies Amsterdam
valt? Zo ja, deelt het college de mening dat deze code is overtreden? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord:
In de gedragscode algemeen bestuur zijn geen specifieke bepalingen opgenomen
waar de gebeurtenissen zoals genoemd in vorenstaand nieuwsbericht onder
vallen.
6. Hoe denkt het college (in de toekomst) met dergelijk gedrag om te gaan”?
Antwoord:
Het is niet aan het college om een oordeel te geven over dergelijk gedrag. Dat
geldt ook voor soortgelijke situaties in de toekomst.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
W.G.H.M. Rutten, wnd. secretaris J.J. van Aartsen, wnd. burgemeester
2
| Schriftelijke Vraag | 2 | train |
Dé Gemeente Amsterdam RR
Gemeenteraad
DS Gemeenteblad
% Amendement
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 1511
Publicatiedatum 6 december 2017
Ingekomen onder l
Ingekomen op woensdag 29 november 2017
Behandeld op woensdag 29 november 2017
Status Aangenomen
nn
Onderwerp
Amendement van de leden Nuijens, Van Lammeren, N.T. Bakker, Geenen, Boomsma
en Van Soest inzake het bestemmingsplan Westerpark (niet toestaan van bebouwing
van Kavel X wegens vergroeningskansen voor het Westerpark en de Brettenzone).
A
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het bestemmingsplan Westerpark West (Gemeenteblad
afd. 1, nr. 1469).
Constaterende dat:
— het voorliggende bestemmingsplan Westerpark West een
ontwikkeling/transformatie naar wonen toestaat ter plaatse van Kavel X zoals rood
omkaderd zoals hieronder nader verbeeld:
KAVEL X
1
Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 1511
Datum 29 november Amendement
2017
— dat de bouwregels ten aanzien van de bestemming Wonen in het door het college
ter besluitvorming voorgedragen bestemmingsplan Westerpark West geen
specifieke regels voor kavel X bevatten,
— dat het bestaande juridisch planologische kader zoals vastgelegd in het
bestemmingsplan Bos en Lommer Noord ter plaatse kavel X vanuit oogpunt van
goede ruimtelijke ordening een passende regeling biedt voor kavel X;
Overwegende dat:
— de druk op het Westerpark en de Brettenzone stijgt en zal blijven stijgen, ook als
gevolg van de plannen omtrent Haven-Stad;
— de recreatieve waarde van het park en de ecologische waarde van de
Brettenzone moeten worden afgewogen tegen de woningbouwopgave;
— bebouwing van Kavel X een gering aantal woningen oplevert en vergroening van
dit Kavel voorgoed onmogelijk wordt gemaakt door het toestaan van bebouwing;
— niets de eigenaar in de weg staat
en nn nn
Besluit:
1. De voordracht als volgt aan te passen:
e _Beslispunt 4, luidende
het bestemmingsplan Westerpark West bestaande uit de verbeelding en regels
en vergezeld van een toelichting, met identificatienummer
NL.IMRO.0363.E1502BPSTD-VGO1 in elektronische en analoge vorm, in
vergelijking met het bestemmingsplan zoals dit in ontwerp ter inzage heeft
gelegen, ongewijzigd vast te stellen waarbij voor de locatie van de geometrische
planobjecten gebruik gemaakt is van een ondergrond welke ontleend is aan de
Grootschalige Basiskaart Amsterdam, versie 4 juni 2012;
te wijzigen in:
Aa het bestemmingsplan Westerpark West bestaande uit de verbeelding en
regels en vergezeld van een toelichting, met identificatienummer
NL.IMRO.0363.E1502BPSTD-VGO1 in elektronische en analoge vorm, in
vergelijking met het bestemmingsplan zoals dit in ontwerp ter inzage heeft
gelegen, gewijzigd vast te stellen waarbij voor de locatie van de
geometrische planobjecten gebruik gemaakt is van een ondergrond welke
ontleend is aan de Grootschalige Basiskaart Amsterdam, versie 4 juni
2012;
4b. dat de wijziging als bedoeld in beslispunt 4a) ziet op het wijzigen van:
i.__de verbeelding met dien verstande dat de enkelbestemming voor
kavel X wordt gewijzigd van Wonen naar Gemengd — 4 en dat de
dubbelbestemming Waterstaat — Waterkering welke deels over kavel
X loopt ongewijzigd blijft conform bijgevoegde (gewijzigde) .
2
Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 1511 Amendement
Datum 29 november
2017
verbeelding met identificatienummer NL.IMRO.0363.E1502BPSTD-
VGO01;
ii. _in de regels de volgende begripsbepaling aan artikel 1 op alfabetische
volgorde toe te voegen onder vernummering van de leden van artike!
1:
maatschappelijke voorzieningen
Voorzieningen ten behoeve van het verlenen van publieksgerichte
diensten op het gebied van overheids-, educatieve, welzijns- (para-
)medische, sociaal-medische, levensbeschouwelijke, sociaal-
culturele, sport-, religieuze en vergelijkbare voorzieningen waaronder
mede begrepen kinderopvangvoorzieningen, met inbegrip van
bijbehorende ondergeschikte horeca.
ü. _In de regels het volgende de bestemming Gemengd — 4 toe te voegen
als artikel 3 onder vernummering van alle navolgende artikelen:
Artikel 3 Gemengd — 4
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Gemengd - 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. kantoren;
b. maatschappelijke dienstverlening, met uitzondering van
geluidgevoelige functies;
c. bedrijven die in de van deze planregels deel uitmakende 'Staat
van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging’ vallen onder de
categorieën A en B;
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
d. voet- en fietspaden;
e. groenvoorzieningen;
f. tuinen en erven;
g. overige buitenruimte;
h. ongebouwde parkeervoorzieningen;
i. ondergrondse parkeergarage;
j. bergingen en andere nevenruimten;
k. nutsvoorzieningen;
|. __ondergrondse infrastructuur.
3.2 Specifieke gebruiksregels
Tot gebruik strijdig met de bestemming zoals bedoeld in artikel 2.1,
lid 1 onder c van de Wabo wordt in ieder geval gerekend het gebruik
en het laten gebruiken van gronden en bebouwing ten dienste van
detailhandel.
iv. _ Als bijlage 4 bij de bijlagen van de regels toe te voegen de
bijgevoegde 'Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging’.
3
Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 1511 A d é
Datum 29 november mendemen
2017
v. Inde toelichting een appendix op te nemen luidende dat kavel X als
onderdeel van de ontwikkeling/transformatie naar wonen, geen
onderdeel is van het vastgestelde bestemmingsplan Westerpark
West.
en
De leden van de gemeenteraad,
J.W. Nuijens
J.F.W. van Lammeren
N.T. Bakker
T.A.J. Geenen
D.T. Boomsma
W. van Soest
4
N/
Á ° NN GD . \
Ò SDN v
7 Î W DD KM |L
, 9 $ D |
SN |
CD 2 C
|
ACL Eet 5 |
En
TUA ACO Er |
LE LAN SLE % |
wd en LO Ae en |
da A NONE En
ALS OO | rz
B Bnn )| |
U NEE
Z an SE Je ne.
} D p EE
/ 5 sie ee A An
Á : 4 Á p ( Ga) B
EE | Je | | near eo
A (ad) “w Á m (aalw F3 TL Wire JOE
A z , # Zn FAES TAN en Ten
d Mn Ze Á | ® © Z 5 hod B Se | DO ea
EE U Á ESE J On 7 EE) EP a
B AN 4 [ed mt O0 00 f Genpeenenen A FAD Ch ee
AO Oi 0 De Fei 7 ai LFP # 1 Ee Ze (-m) EI) (CD te dl B o a oe ee al É
mintini EA mn a
Or rte Ze ON re |
dd PIT Kn 5 B B Ô
Dn Ge EL eeN
WA WA |
5 | 0 dl en ne en a En a Haarlemmervaart a a a 5 a a a On on on A a
al Ee 5 ze Ù ii é Dn ed Ry f 5 dn mnd DO Ne en Set On En 5 en en de í
di Ì Ih es Á nn Gn A é
DE nnn A ZZ mn ZD / \ CL
EO Ol NS
Re Ed
2 CJ CJ) ES
me Haarlemmerweg dele) Haarlemme
u | SD "
OEE Orte eee |
A CX CD an E\ C\ CD CX CT zp 7
OND eee Sen je" 7 î j EE / ;
NEN
(A er => B 2 G) re
563 ssol 557 o 16 sao | 547 C) sao | 537 533 Fah / Gj 6 || O4 G) Z == rn D n
CO) 2 oe EN 8 8 5 2 4) (” L > 495A-K 493A-K ASHA-L 489
| | C ch D | 7 AO
DD EC edt AO Ie AL dt id ° | /
4) a | B, dd KN Ld Ch | , Ch IL |
$ a IN ij ee
De UIB ed ble Ale kt HE YIAÁN
el le el I 0 OO
8 si 2D LL |. sh Lel NO Oer | C) \ LO
Vele ES edp Rr: En
D 4D IN ENE lere —
as - Re ® 2 — “ & @ (>) | è
Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging Bestemmingsplan Bos en Lommer Noord
ereen geget
HL
WAAN ENDIRBUIEVANWATER
BE
a
sor, 502, 504 |andelin auto's en motorfietsen, reparafie- en senvioebedrjven
|
|
|
|
|
|
2 |
B |
|
|
a |
|
|
|
|
B
|
|
56507 |
MO
|
MZ
ERR VAN TEANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN |
Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging Bestemmingsplan Bos en Lommer Noord
En
Ee |
€ |
en
|
B |
Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging Bestemmingsplan Bos en Lommer Noord
Zi fesrenmwehubelhen LZ
712_____Vernuurbedrjven voor vansporimiddelen (ox parsonenaulos)
BZ
72 COPPUTERSERVCE EN NFORMATETECHNOLOGE LL
72 Cempvtersemee en nfomaliefechnologie-buroaus ed
2e ZZ
A
7e2 _____[Weekscheppl- en geesteswelenschappeljkonderzoek
A
B
75 [OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE VERZEKERNGN
76____{Ppenbearbestuur kantoren ed) ZÀ
CC
eo [NWE |
CC
|
A |
|
|
|
|
9251, 9252 _PBibliotheken, musea, ateliers, e.d.
Schietinrichtingen:
B
| Motie | 8 | discard |
G emee nte Bezoekadres
Plein ‘40 '45 1
Amsterdam 1064 SW Amsterdam
Nieuw-West Postbus 2003
1000 CA Amsterdam
Telefoon 14020
> < Nieuwwest.amsterdam.nl
Vergadering Bestuurscommissie
Datum 29 oktober 2014
Decos nummer
Onderwerp Adviesaanvraag inzake Meerjarenbeleidsplan (MJBP) Sociaal 2015-
2018
Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West
Gezien de voordracht van het dagelijks bestuur van 30 september 2014
Besluit
Het College van B&W schriftelijk te adviseren over het Meerjarenbeleidsplan Sociaal 2015-2018
de heer H. Wink de heer A. Baâdoud
stadsdeelsecretaris voorzitter
| Besluit | 1 | test |
x Gemeente Amsterdam BWK
% Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken,
Klimaat en energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort,
x Volkshuisvesting, Wijkaanpak en Stedenbeleid
Agenda, woensdag 10 oktober 2012
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en energie,
Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak
en Stedenbeleid
Tijd 13.30 tot 17.00 uur
Locatie Rooszaal 0239, Stadhuis
Procedureel gedeelte van 13.30 uur tot 13.15 uur
1 Opening
2 Mededelingen
3 Vaststellen agenda
4 _Tkn-lijst
Inhoudelijk gedeelte vanaf 13.15 uur
5 Opening inhoudelijke gedeelte
6 _Inspreekhalfuur Publiek
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids-
en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op
internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: [email protected]
1
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en BWK
energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting, Wijkaanpak
en Stedenbeleid
Agenda, woensdag 10 oktober 2012
7 Actualiteiten en mededelingen
8 Rondvraag
Financiën
9 Begroting 2013 Nr. BD2012-009543
Resultaatgebiedswijze bespreking van de ontwerpbegroting 2013
Portefeuilles: Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Wonen, Grondzaken, Klimaat en
Energie, Openbare Ruimte en Groen, Zeehaven en Westpoort, Volkshuisvesting,
Wijkaanpak en Stedenbeleid
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (gemeenteraad
d.d. 7/8 november 2012).
e Indienen van moties en amendementen.
e Het Begrotingsboek 2013 is separaat aan alle (duo)raadsleden gezonden.
Grondzaken
10 Voortgangsrapportage Vereveningsfonds, Spelregels Kasstroomsturing en
bestuurlijke reactie op motie 1262 uit 2011 inzake het Verdelingsvoorstel
Vereveningsfonds Nr. BD2012-009274
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
11 Bestuurlijke reactie op moties 353 en 427 inzake de Kadernota 2013 (fysieke
pijler AIF) Nr. BD2012-008970
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _Deleden van de Raadscommissie voor Kunsten Cultuur, Zorg en Welzijn, Sport en
Recreatie, Monumenten en Lokale Media en de leden van de Raadscommissie voor
Verkeer, Vervoer en Infrastructuur zijn hierbij uitgenodigd
Klimaat en Energie
12 Beantwoording motie 493 klimaatneutraal bouwen Nr. BD2012-008965
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
2
| Agenda | 2 | train |
VN2022-030002 Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare
Sport en Bos X Gemeente | MOW
Ruimte en Groen, Water
% Amsterdam
Voordracht voor de Commissie MOW van 12 oktober 2022
Ter kennisneming
Portefeuille Openbare Ruimte en Groen
Agendapunt 8
Datum besluit n.v.t.
Onderwerp
raadsbrief Boomstammen, snoei- en kaphout Amsterdamse Bos
De commissie wordt gevraagd
Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over boomstammen, snoei- en kaphout Amsterdamse
Bos.
Wettelijke grondslag
Artikel 169 van de Gemeentewet
Bestuurlijke achtergrond
Aanleiding van de brief zijn de toezeggingen van de wethouder in antwoord op vragen van het lid
Bakker (PvdD) in de commissie van 19 januari 2022 en g februari 2022 over boomstammen, snoei en
kaphout in het Amsterdamse Bos.
Reden bespreking
n.v.t.
Uitkomsten extern advies
n.v.t.
Geheimhouding
n.v.t.
Uitgenodigde andere raadscommissies
n.v.t.
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
Met de brief kunnen toezeggingen TA2022-000141 en TA2022-000162 als afgehandeld worden
beschouwd.
Welke stukken treft v aan?
Gegenereerd: vl.6 1
VN2022-030002 % Gemeente Raadscommissie voor Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit, Openbare
Sport en Bos % Amsterdam ‚
% Ruimte en Groen, Water
Voordracht voor de Commissie MOW van 12 oktober 2022
Ter kennisneming
AD2022-086637 20220908RaadsinformatiebriefAfdoeningToezegging._2.0. pdf (pdf)
AD2022-086614 Commissie MOW Voordracht (pdf)
Ter Inzage
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Jan Heeren, [email protected], Directie Sport en Bos
Gegenereerd: vl.6 2
| Voordracht | 2 | train |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2016
Afdeling 1
Nummer 785
Publicatiedatum 8 juli 2016
Ingekomen op 6 juli 2016
Ingekomen in raadscommissie WB
Te behandelen op 13/14 juli 2016
Onderwerp
Motie van de leden Van der Ree en Vink inzake de Voorjaarsnota 2016
(leegstaande etages boven winkels).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449).
Constaterende dat:
— erin Amsterdam veel nieuwe woningen nodig zijn en er gezocht wordt naar
nieuwe bouwlocaties en mogelijkheden om ontwikkelingen te versnellen;
— _erechter in diverse winkelstraten veel woningen boven winkels leegstaan;
— de subsidieregeling Wonen boven Bedrijven! per 2017 is gestopt;
— het college gaat inventariseren hoe het is gesteld met leegstand boven winkels in
gebieden buiten stadsdeel Centrum en daarover in het eerste kwartaal van 2017
de gemeenteraad zal rapporteren.
Overwegende dat:
— het ook na beëindiging van de subsidieregeling mogelijk moet zijn om gebruik van
leegstaande etages boven winkels/bedrijven te bevorderen, door bijvoorbeeld het
vereenvoudigen van regelgeving of stimulering op andere wijze;
— het bewoonbaar/bruikbaar maken van leegstaande woningen boven winkels duur
en omslachtig is omdat in veel gevallen entrees zijn verwijderd;
— daartegenover staat dat de eigenaar van een pand de kosten kan dekken uit
toekomstige huur- dan wel verkoopinkomsten:;
— leegstaande etages boven winkels ongewenst zijn;
— door de stijging van woningprijzen en huurniveaus meer mogelijkheden kunnen
ontstaan om nu leegstaande etages weer in gebruik te nemen.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
— _een overzicht op te stellen van het aantal leegstaande etages boven winkels dat
de afgelopen jaren weer in gebruik genomen is en een overzicht van concrete,
bevorderende maatregelen die getroffen zijn dan wel getroffen gaan worden;
— in het verlengde van de inventarisatie door het college en in overleg met
bestuurscommissies een aantal specifieke leegstaande etages te selecteren en
daarvoor een prijsvraag uit te schrijven met als doel deze weer in gebruik te
kunnen nemen;
1
— de gemeenteraad hierover tezamen met de inventarisatie van leegstaande etages
door het college en de resultaten van de projecten van stadsdeel Centrum op dit
gebied te informeren.
De leden van de gemeenteraad
D.A. van der Ree
B.L. Vink
2
| Motie | 2 | train |
AGENDA (concept)
Raadscommissie RUIMTELIJKE ONTWIKKELING
Datum: woensdag 9 november 2011
Aanvang: 20.00 uur
Zaal: Raadzaal, Stadsdeelhuis, Buikslotermeerplein 2000
Blok A Procedureel
‚Nr. |Onderwerp __________________|Nadereinfo |
Opening/Mededelingen
Vaststellen agenda Ter vaststelling
Verslag 12 oktober 2011 Ter vaststelling
Openstaande toezeggingen
Mededelingen portefeuillehouder(s)
Blok B Bespreking beleidsonderwerpen
‚Nr. |Onderwerp ________________________|Nadereinfo _|Regnr. |
Programmabegroting 2012 Ter advisering
Te behandelen onderwerpen:
programma 7 Sport en Recreatie;
programma 8 onderdeel monumenten;
programma 10 Milieu en Water;
programma 11 Stedelijke Ontwikkeling.
De begroting is gepubliceerd op
www.noord.amsterdam.nl
7. Het oprichten van een clubgebouw voor de Scouting | Ter advisering 4656
Wartburg.- Meeuwenlaan 138 b (Het Vliegenbos)
Vaststellen bestemmingsplan Werengouw Ter advisering 4703
(bestemmingsplan ligt ter inzage bij de raadsgriffie in
kamer 009, voor zover digitaal beschikbaar is e.e.a.
ook te raadplegen via
www.noord.amsterdam.nl/deelraad en dan klikt u op
de bestuurskalender op 9 november 2011)
Instemmen met nieuwe gemeenschappelijke regeling | Ter advisering 4462
Recreatieschap Twiske-Waterland
10. [Najaarsrapportage (wordt betrokken bij de Ter bespreking
begrotingsbehandeling
Blok C Algemeen
‚Nr. |Onderwerp |
De volgende vergadering is gepland op woensdag 14 december 2011
Belanghebbenden die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur vóór de vergadering
zich aanmelden bij de Raadsgriffie, tel. 020-6349924.
| Agenda | 1 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2017
Afdeling 1
Nummer 1664
Publicatiedatum 29 december 2017
Ingekomen onder Z
Ingekomen op donderdag 21 december 2017
Behandeld op donderdag 21 december 2017
Status Aangenomen
Onderwerp
Motie van de leden Vroege, Ernsting, Alberts en Boldewijn inzake de Verordening
Parkeerbelastingen 2018 (parkeren op zondag in Oud-West en Westerpark).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over het intrekken van de Verordening Parkeerbelastingen
2017 en het vaststellen van de Verordening Parkeerbelastingen 2018
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1598).
Overwegende dat:
— Het college voorstelt om betaald parkeren op zondag in te voeren in delen van
stadsdeel West;
— Ereen brief is van het stadsdeel West waarin zij aangeeft dat de voorgestelde
tijdsspanne niet voldoende zal zijn om de geconstateerde overlast tegen te gaan.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Het betaald parkeren-regime op zondag in Oud-West en Westerpark in te voeren van
12.00 tot 24.00 uur.
De leden van de gemeenteraad
J.S.A. Vroege
Z.D. Ernsting
R. Alberts
H.B. Boldewijn
1
| Motie | 1 | discard |
Gemeente Amsterdam
8 Gemeenteraad R
% Definitieve raadsagenda,
woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
De burgemeester van Amsterdam nodigt de leden van de gemeenteraad uit voor de
raadsvergadering.
Datum en tijd woensdag 16 december 2015 13.00 uur en 19.30 uur
donderdag 17 december 2015 13.00 uur en 19.30 uur
Locatie Raadzaal
Algemeen
1 Mededelingen.
2 Vaststellen van de notulen van de raadsvergadering op 25 en 26 november 2015.
3 Vaststellen van de agenda.
4 Mededeling van de ingekomen stukken.
5 _Mondelingevragenuur.
Zorg en Welzijn
6 Vaststellen van het plan van aanpak bevordering door- en uitstroom
Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen 2016 — 2018
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1350).
7 Kennisnemen van de gewijzigde agenda informele zorg en vrijwillige inzet 2015-
2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1352).
8 Instemmen met de verlenging van de regeling Tijdelijk Urgente Zorg
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1351).
Ruimtelijke Ordening
9 Wijzigen van de Verordening op de Raadscommissies 2009 in verband met de
harmonisatie en versnelling van de procedure tot het vaststellen van lokale
bestemmingsplannen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1354).
10 Vaststellen van het Uitvoeringsbesluit De Boelelaan Oost Zuidas
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1356).
1
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
11 Intrekken van de subsidieverordening Kleine Welstand 2008
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1357).
Grondzaken
12 Vaststellen van het investeringsbesluit Jan van Schaffelaarplantsoen en
omgeving in Amsterdam West (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1358).
13 Vaststellen van de niet-structurele herziening 2015 van het exploitatieplan
Buiksloterham (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1359).
14 Instemmen met het verlengen van de Grondprijzenbrief 2015 tot dat de
Grondprijzenbrief 2016 door de gemeenteraad wordt vastgesteld en vaststellen
van actualisering vaste grondprijzen en Grondprijslijst woningen bestaande
erfpacht 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1360).
15 Vaststellen van het investeringsbesluit deelproject Noorderkwartier in
Amsterdam-Noord (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1361).
Verkeer en Vervoer
16 Vaststellen van de Verordening parkeerbelastingen 2016
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1261).
17 Vaststellen van het Definitief Ontwerp en Uitvoeringsbesluit Beursgebied
(deelproject Rode Loper) en voorbereiding aanbesteding ondergrondse
fietsenstalling (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1362).
18 Instemmen met de wijziging van de bebouwde komgrens A10-Zuiderzeeweg
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1363).
19 Kennisnemen van de bestuurlijke reactie op motie Ernsting voorjaarsnota 2015
inzake borging verkeerskundige advisering Fietsersbond
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1364).
Bouwen en Wonen
20 Vaststellen van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2016
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1369).
21 Uiten van wensen en bedenkingen over het continueren Achtervang
Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) Gemeente Amsterdam met twee
jaar (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1365).
22 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Studenten maken het mogelijk’ van het lid
Van Dantzig (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1366).
2
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
23 Vaststellen van het Programma Huisvesting Kwetsbare Groepen
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1368).
Werk, Inkomen en Participatie
24 Vaststellen van de Verordening op de Participatieraad en wijzigen van de
Verordening op de Wet sociale werkvoorziening en intrekken van de
Verordening op de cliëntenparticipatie Dienst Werk en Inkomen
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1370).
25 Kennisnemen van het advies Concerncontroller voortgangsrapportage Cluster
Sociaal (RVE's Werk, Participatie en Inkomen) Programma borging verbetering
Financiële functie, Najaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1367).
26 Instemmen met het initiatiefvoorstel "Steun in de rug voor ZZP-ers" van de leden
Poot en Verheul (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1371).
Openbare Orde en Veiligheid
26A Actualiteit inzake de aparte opvang van LHBT asielzoekers in Amsterdam van het
lid Yesilgöz-Zegerius. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1407).
27 Instemmen met het initiatiefvoorstel ‘Zicht op moslimdiscriminatie’ van de leden
Paternotte, Torn en Timman (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1375).
28 Instemmen met het herzien van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio
Amsterdam-Amstelland (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1376).
29 Kennisnemen van het haalbaarheidsonderzoek Eigen Raam
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1377).
30 Kennisnemen van de Herijking van het Project 1012
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1408).
Economie
31 Kennisnemen van de Eindrapportage verkenningsfase Bestuursopdracht
belastingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1383).
32 Intrekken van de Verordening op de heffing en invordering hondenbelasting 2004
en wijzigen van de Algemene Plaatselijke verordening 2008
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1381).
33 Intrekken van de Verordeningen op de heffing en invordering van de
precariobelasting en vaststellen van de Verordening op de heffing en invordering
van de precariobelasting 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1379).
3
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
34 Intrekking van de Verordening op de heffing en de invordering van de
reclamebelasting Amsterdam 2005 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1382).
35 Vaststellen van het Amsterdams Ondernemers Programma ‘Ruimte voor
ondernemers!’ 2015-2018 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1380).
36 Vaststellen van de verordeningen voor 10 nieuw in te stellen
bedrijveninvesteringszones (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1387).
3/7 Aanwijzen van de pilotgebieden freezone winkelstraten en horeca
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1384).
38 Instemmen met plan pilot Freezone Haven (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1385).
39 Uiten van wensen en bedenkingen ten aanzien van voorgenomen oprichting
Stichting Science & Business Amsterdam Science Park
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1386).
Monumenten
40 Vaststellen van de Erfgoedverordening Amsterdam en het intrekken van de
Erfgoedverordening Amsterdam 2013 met inbegrip van de verordeningen van de
stadsdelen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1388).
Deelnemingen
41 Instemmen met de aanbevelingen van het ‘onderzoek naar verzelfstandiging en
privatisering van parkeerbeheer’ van de rekenkamer
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1389).
Financiën
42 Kennisnemen van het ‘opvolgingsonderzoek naar leningen en garanties’ van de
rekenkamer (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1390).
43 Wijzigen van de Verordening op de heffing en inning van
onroerendezaakbelasting 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1391).
44 Wijzigen van de Verordening op de heffing en de invordering van belasting op
roerende woon- en bedrijfsruimten 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1392).
45 Wijzigen van de Verordening op de bestuurscommissies
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1393).
46 Instemmen met het samenvoegen en opheffen reserves en voorzieningen in de
Jaarrekening 2015 (Bestuursopdracht ‘opschonen reserves!)
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1394).
4
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
47 Wijzigen van de Begroting 2015 en Begroting 2016-2019 als gevolg van de
organisatieverandering (deel_3)
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1396).
48 Wijzigen van de Begroting 2015 en Begroting 2016-2019 naar aanleiding van de
Najaarsnota 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1395).
Waterbeheer
49 Vaststellen van het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam 2016 — 2021
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1397).
Onderwijs
50 Beschikbaar stellen van kredieten voor het programma onderwijshuisvesting
Primair Onderwijs 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1398).
51 Vaststellen onderwijshuisvestingsprogramma’s voortgezet en (voortgezet)
speciaal onderwijs (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1399).
52 Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente
Amsterdam 2014 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1400).
53 Vaststellen van het Vluchtelingenbeleid 2015-2018
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1402).
54 Vaststellen van de beleidsbrief ‘Burgerschap in het onderwijs’
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1401).
Jeugd
55 Wijzigen van de verordening op de zorg voor de jeugd Amsterdam
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1403).
Diversiteit
56 Vaststellen van het beleidskader antidiscriminatie 2015-2019
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1404).
57 Vaststellen van de Uitvoering Roze Agenda (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1405).
58 Vaststellen van de nota vrouwenemancipatie 2015-2018
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1406).
59 Vaststellen van de Verordening Meldpunt Discriminatie Regio Amsterdam
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1276).
5
Gemeente Amsterdam
Gemeenteraad R
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
Raadsaangelegenheden
60 Vaststellen van het voorschot op de fractieondersteuning 2016 en vaststellen van
de Verordening tot wijziging van de Verordening op de fractieondersteuning 2009
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1372).
61 Vaststellen van het programma van eisen voor de accountantscontrole 2016
inclusief de rechtmatigheidsmatrix 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1373).
62 Instemmen met tijdelijke extra capaciteit en trainees voor de ACAM
(Gemeenteblad afd. 1, nr. 1374).
VERGADERING ACHTER GESLOTEN DEUREN
Sport en Recreatie
63 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1353).
Ruimtelijke Ordening
64 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1355).
Openbare Orde en Veiligheid
65 GEHEIM (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1378).
6
Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
Ingekomen stukken
1 Brief van het college van burgemeester en wethouders van 24 november 2015
inzake de beantwoording van motie nr. 701 van 2 juli 2015 van de leden
Shahsavari-Jansen, Vink en Van der Ree over de aanleg van IJburg Il.
Voorgesteld wordt, de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken
(inclusief Erfpacht) kennis te laten nemen van de uitvoering van deze motie en na
goedkeuring de motie als uitgevoerd te beschouwen.
2 _Raadsadres van een burger van 23 november 2015 inzake het belastingplichtig
maken van smartengeld.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen
naar de leden van de raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d,
Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed,
Inkoop en Personeel en Organisatie.
3 Raadsadres van de Stichting Burgertop Amsterdam van 25 november 2015
inzake het eindverslag van de Burgertop Amsterdam over de toekomst van
de democratie in Amsterdam.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen
naar de leden van de raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en
Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening,
Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden.
4 Brieven van een burger van 27 en 30 november 2015 inzake de zaak rond
de bouw van de Amsterdam ArenA.
Voorgesteld wordt, deze brieven voor kennisgeving aan te nemen onder
verwijzing naar de brief van het college van burgemeester en wethouders van
8 augustus 2011, kenmerk nr. 2011/5273.
5 _Raadsadres van de Vakgroep Groen van Regiokantoor FNV Noord-West van
18 november 2015 inzake de zorgen over de uitbesteding van het groenwerk aan
een particuliere aannemer.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen
naar de leden van de raadscommissie voor Verkeer en Vervoer, Openbare
Ruimte en Groen, Duurzaamheid en ICT.
7
Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
Definitieve raadsagenda, woensdag 16 en donderdag 17 december 2015
6 Raadsadres van een burger van 24 november en een aanvulling hierop van
29 november 2015 van 2015 inzake de ongelijke arbeidsverdeling in Amsterdam.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen
naar de leden van de raadscommissie voor Werk en Inkomen, Participatie,
Armoede, Economie, Zeehaven en Luchthaven en Gemeentelijke Deelnemingen.
7 Afschrift van de kwartaalbrief, gericht aan het college van burgemeester en
wethouders, van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van
1 december 2015 inzake de uitvoering van de Wmo 2015.
Voorgesteld wordt, deze brief voor kennisgeving aan te nemen.
8 Circulaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van
24 november 2015 inzake de per 1 januari 2016 geïndexeerde bedragen voor
politieke ambtsdragers van gemeenten.
Voorgesteld wordt, deze circulaire in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling.
9 Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 30 november 2015 inzake
de toepassing van de begrotingsvoorschriften in het Besluit begroting en
verantwoording provincies en gemeenten.
Voorgesteld wordt, deze brief in handen van het college van burgemeester en
wethouders te stellen ter afhandeling.
10 Brief van het Ministerie van Economische Zaken van 16 november 2015 inzake
de beantwoording van de brief van de SP-fractie Amsterdam van vragen over
de biodiversiteit in het N2000-gebied van de Amsterdamse Waterleidingduinen.
Voorgesteld wordt, de afhandeling van deze brief over te laten aan de leden van
de gemeenteraad.
11 Raadsadres van een burger van 3 december 2015 inzake de sluiting van
het skatepark in Amsterdam Noord.
Voorgesteld wordt, dit raadsadres in handen van het college van burgemeester
en wethouders te stellen ter afhandeling en een kopie van het antwoord te sturen
naar de leden van de raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grondzaken
(inclusief Erfpacht).
8
| Agenda | 8 | train |
®
Amsterdam Global Cultural Footprint EN
er
Ss D
2 a
ee TD
An EN <0
ZR T ©
ed Dv Ik
ET en NGE ef u s
Ik B: :
EN en Pe IA 2 Ld °
a En an 3 . grise . o e
e Lr De m 4
== be . . * 8 \
A Ö B, es . % % O e
B Pe oM, pee 2 . .
* ee U m ° Dy . . ' hd °
a” Oo C zE we, Je) ee . e ee
s ss 2® 2 > m Se Ce . ° $ ’
. . . Oo * ee ë \ teren 2 e . ° , . e °, . .
Ä 22 EE AGN ot ge ° . .
> 2 . a zm * RD nr A Dm. . *. . ° . . . . % ‚
RC Os 2 msg AN ENC 5
5 : ARE: ENA ELD. EO ___E ‘A
Oo 5: e . P 3 A > 5 en eee 3 Gé e* 2 GC . mf
za … 8” 9, Zeng 5 . 5 “©
.° . . 4 Me 52 ee @ Ki . . CC â e
uw Pes Ae ent WE 2e Ó 55 he <p AE: Bn. … 2 . . A s
un 2m. ee @ DN e Si e e os ike. ° Ce . e GQ
e @) & @ “ « id e « s, 5 re 0 opte «<03 Pnt: {) e : p <.
OQ sm > . ® . 8: . .. % . ® ° eo}
. m «A % © Es: Re . pr „ * ° ° * 7 F .
° * . . weer © % ® ee ee ° id ee
e © e e ee eo % B el, RS ® . . zi de > (19
5 © . Eed . 3 e 2 e vr. NE e . . * af ene, ak 5
.. e . . _ . m & e . fre .
… . . se eet 5 si > 8. ° «
. 'e . e . . 3 ° Ö . * . ° e e Ye
. , rme ë _ e * 2 . 2 . * . 2 . * 3
© " > ° ° : e d
LE) Kd .
. e v rp hd . « © *
. . , ° . . Gr? 4
e °e ° £ * d
. ® . e se . . k .
Kd . .
’ . k ® °
ij ® * ee . * ° 4 ° e
ON e e e HH | 8 e
en % À Ii À k p °
= Di s ® a ; R _ 4 De
hd Tl r == { "
NN “U 5 . Á d | (Kid 6
Be . Ms AU Ben ®
De CN er, o n. ip A ak ho rn aa
nn o : MAD ERR REET, k °
ar s Á | d EM ë bu: | ! De) Ei 3 \ *e & »
ze / RP EA We Pi k
nee . te KEE LA KAD MENE AN AD)
1 : Oo 5 Ae: KEA KE
L Ar J ®. © Oo m . EV
" . . rm „ . . . rn ke ==
pn. „o 0. all m
A Í Ld & A
€ € ® *
2 . « . . «
% ee od e “
KL © . Ld
. Ee,
2015 2014 2013
s
* PRIORITY CITY 2015 "4
0 O O O OO)
1-25 25-50 50-100 100-150 150-200 200-250 < 250
ze 15
…ATINTVTANTENTELAANDTEENTTENNNNN …
„ANUTVAATWITATATIAWATATTAAATTAAAR …
CITY OF AMSTERDAM ABOUT DUTCHCULTURE DUTCHCULTURE | BUITENGAATS
Amsterdam is a world city for arts and culture. Over the past a key element of the Plan. This publication is part of the se SS 48 EAP 8 NE 8 5 B Ne a Rb Np 2 8 5 2 5 „> & Na DutchCulture stimulates and supports international cooperation Buitengaats is a unique database with which DutchCulture
= Ä 5 U . . .
decades, the collective support by the City, the Dutch national implementation of the Plan for the Arts 2017-2020, the City's 8 ® $ À 2 8 5 S $ 5 5 n ö s 5 ES 5 2 5 5 m Q 5 5 5 5 5 5 9 a in rt, culture and heritage. DutchCulture offers advice to cultural collects information on Dutch cultural activities abroad in all
. . z > o Z 2 a Z a EE & . . . oe
government and private partners has contributed to a broad main cultural strategy, policy and funding plan. The strengthening d z 5 z 28 3 3 > 2 > 5 2 8 z 5 > ë m 5 dS ó 8m 5 2 e ë 8 S and diplomatic professionals operating in, or aspiring to operate disciplines of the arts. In Buitengaats, DutchCulture registers
a Zo te m m Ls) 2 . : : n
range of cultural activities in Amsterdam. This variety in arts of Amsterdam's position as a world city for arts and culture is a key 2 " Z E & 5 Ss 5 0 8 B > 5 0 x co 9 B $ 3 < _ 7 5 S 2 " 5 in the international arena. We work with numerous partners the performances, tours, productions, exhibitions, publications,
han ij — — o > T kad len — on - Co Pp ra = EN S z .
and culture is of importance for the city, its residents, visitors focus of the Plan. Aimed at both promoting Amsterdam cultural Xe 8 & g 2 3 Én A 5 8 58E 9 Se 8 Es È 3 D= E 5 Ss 3 to organise cross-border cultural programmes. We are the workshops, residencies and events of both subsidised and
In — Z © — — Np — 7 oo — = Kf Ie, — No . . . . .
and businesses. The City's Department of Arts and Culture sets activities abroad and enabling world class cultural programming 9 8 0 U a u 7 8 2 8 5 2 ® 2 7 Ì 5 2 5 8 8 = 2 2 DB & Te 3 5 government’s partner in the implementation of international non-subsidised makers and organisations in the professional
— vo oo wo u — — — = me u _ => — mn — En on l _ ,
the main features of Amsterdam's arts and cultural policies. and activities for Amsterdammers and (inter)national visitors in the Nr NS 2 5 NN 5 Nn 8 EES @ 2 = 5 3 5 3 2 8 cultural policy. circuit. DutchCulture gathers information obtained through its
O0 De] © 5) - on N
It is responsible for developing policies and facilitating its city and the Amsterdam Metropolitan Area. The Amsterdam Global = 2 8 7 7 7 3 2 3 own research, from a large network of individual informants,
development in the city boroughs. The strengthening of Cultural Footprint publication is a key element of the international NS © 2 IT the worldwide Dutch network of diplomatic posts, artists,
N
Amsterdam's position as a world city for arts and culture is cultural policy strategy of the City. > foundations, sectoral institutes and cultural organisations.
mn, n
1. Absolute growth | In 2015, makers and cultural organizations
EFOREWORD from Amsterdam worked extensively abroad. Amsterdam's
share of the total Dutch cultural export was 53 percent.
The arts and culture of Amsterdam and the 0 2015 2014 2013
Netherlands rank among the international top. A significant growth from 46 percent in 2013 and 43 percent
Our artists, professionals and art and cultural in 2014. In comparison with 2014, the total share of ARCHITECTURE HERITAGE PHOTOGRAPHY
PNR Amsterdam based makers and cultural organizations grew ARCHITECTURE 71 INS8Z5
. sent : |__a4 NNP
TE NODEN with around 2000 activities to a total of 7614. This increase in OO n ‚
world. These unique achievements make art and Amsterdam's cultural export shows similarities to the increase
culture one of Amsterdam's and the Netherlands’ of international activities of the Dutch cultural sector. DANCE EEN NL / 1.451 DANCE LITERATURE THEATRE
most important export products. Our arts and EN 57
2
culture introduce the whole world to the best of SO A
. B BfR , A
what we have to offer in all disciplines in terms of Ten 786
creativity, innovation and entrepreneurship. They 2. Globally active | Many of the Netherlands!’ cultural mmm NJ DESIGN MUSIC VISUAL ARTS
encourage international trade, strengthen the organisations are based in Amsterdam. The most important EN °°: 4
willingness of foreign companies to invest in our export destinations for arts and culture from Amsterdam
economy, and contribute to the quality of life in largely coincides with the destinations of the national sector, FILM RAN NL / 3155 4 :
our city. as identified with the general DutchCulture | Buitengaats nn
data. The number of Amsterdam activities in ‘countries of
FILM
Kajsa Ollongren origin’ -related to Amsterdam's migrant population and with TAP N dd 527 INNAREN GG
Deputy Mayor for Arts and Culture which the City actively supports exchange of knowledge as NL/218
City of Amsterdam part of its international policy strategy - still remains relatively mn
limited and moreover shows no great differences with 2013 pepe DE a NN 4
and 2014, NK es Ca
EN +: nn
Nn 3
MUSIC 3.406 INMARRA =
EXPANDING GLOBAL HORIZONS 3. A broad and diverse sector | A rise in the number of had
: : : : 1
Amsterdam continues to be a national and international hub international activities can be seen throughout the
for arts and culture. Many artists and cultural organisations Amsterdam cultural sector. In almost all if the arts disciplines, A k
based in Amsterdam are active throughout the world. artists and organisations are operating internationally. Music, PHOTOGRAPHY Ag N67
They are connected in various places, are part of broad film and the visual arts are most strongly represented, which EE >: € A
i ï i i TE) °°° Er a BA IK 5
international networks, and present their work in well-known correlates with the general picture of the Netherlands. What ' £ p }
creative hubs like New York City, London and Berlin, and in is uniquely specific for Amsterdam's cultural export is its THEATRE RENE NL / 3.074 Ii, € 7 er be B,
. . . P Cn / Ó Ee .
rapidly up-and-coming cultural hotspots like Seoul, San share of film, theatre, dance and photography. The type of + Ë 4 ni PZ |
. _ m A TR
Francisco and Säo Paulo. activities differ for each discipline, with the greatest share of EN: hk P ' # í TE
activities consisting of concerts, (film) screenings, stage h [ SN f /
: : VISUAL ARTS EEY NL / 2.452 À /
As part of its Plan for the Arts for 2017-2020, the City of performances and exhibitions. In particular, organisations such 2 Dd n s
: : iviti : tE 8
Amsterdam mapped out the international activities of artists as FOAM, the Rijksmuseum, the Anne Frank Foundation, Eye k
and cultural organisations based in Amsterdam in 2013 and Film, Toneelgroep Amsterdam and ICK Amsterdam contribute A .
2014. The information for this map, the first of its kind for the significantly to the total volume of longer-term activities. .
City, was derived from Buitengaats, the database with which . J
DutchCulture has for the past 15 years registered the .
international activities of professional artists and cultural .
instituti bsidised and non-subsidised) from th 1/4 SN .
institutions (subsidised and non-subsidised) from the 4. Popular destinations | London, New York, Paris and „ SN e
Netherlands.This map uses Buitengaats data from 2015 and ‚ , En é eb — d
Berlin still remain popular and important cities for Ann V LEN ,
highlights growth, decline, change and stabilisation in . . 2e N NA
Amsterdam makers and organisations. Other cities - given AIA, ND e. .
comparison with 2013 and 2014. In 2015, the database listed . . , , , Ja AEN AN
a priority status within the international policy strategy of (jp EL E\ N .
over 15,000 international activities originating from all of the MNN . "
9 9 the City of Amsterdam - such as Säo Paolo, San Francisco Ie Ee EN .
Netherlands, of which over 7500 originated from Amsterdam De. ‚ sj NN ze 7
and Tokyo, do not show any big shifts in in comparison to ES Ln
ither b the artist lived or the cultural isati tm
(either because the artist lived or the cultural organisation 2013 and 2014. Interestingly, the top four most popular LPS ig . . .
is based here). Ei ere : De mam tE , 6
cities show a striking similarity with the countries of origin pr EE De © . .
DN PE te
of foreign visitors to Amsterdam, namely the United OE … IE i d h : . ® *
States, the United Kingdom, Germany and France.* et °
* As reported in the 2016 edition of the Amsterdam A EE & 5 1e
Metropolitan Area Visitor Survey. E e e
a Po . .
COLOPHON 7 ap . *
% . . R,
Commission: Department for Arts and Culture, A Ven. ed 4 e e
City of Amsterdam p Fe à . EN ° NK Od - IJ
Editor & Buitengaats editor: DutchCulture 5. National initiatives have municipal effects | Between 2013 4 hs : ‘ CN Uk . °
Coordination: DutchCulture and 2015, there have been several bilateral events initiated p ° . pe dt x ‚ . . .
Design: IJsfontein on a national level in which many Amsterdam makers han Pf 5, 5 &f O. > 7 ee € . S . .
5 2. RE EK
and cultural organisations took part. These include the eN y 2 . sg ij et ee . ©
IJSFONTEIN . p . „9 er Ù er Serien, © 2 dn. .
6 d d devel lavful (d DI Netherlands-Russia Year (2013) and the Netherlands- e . … Se & telen st" gj e e
IJsfontein designs and develops playful (digital) learnin . " &he RIN ete ee D e .
9 . ps play 9 . 9 Flanders Year (2015, BesteBuren). Moreover, a national ° . ë as) ak af tete e °, e ° . *
out of the conviction that people are naturally curious and ‚ . ‚ A « tat AE Na. e se 5 PIN ° .
intrinsically motivated to develop themselves. Think for push for more cultural exchange with China and Brazil also 4 AT va 4 , „5 “ ee © . ‚2 . .
eee « > Ne . ° 5 ° e b * . .
instance of a serious game, a gaming trajectory for the training lead to a greater number of Amsterdam activities with 5 RE 9 g : ve ° 2 ters me « 2 .
. Td C . : . . v .
of personnel, interactive experiences for museums or a cross- these countries. As a result, Amsterdam makers and cultural el f 5 EE: „…®: . : z. ,
platform digital method for primary schools. Each project is organisations were more active in cities like Sáo Paolo, . “, … dt oe De N Le) . . 7 :
different, but the common denominator is Playful Learning. Moscow, Brussels and Antwerp. mee ee * set | J 7 e .
2015 2014 2013 en. ete Ce): . “ on
: 7 ° ° ., … e, Stes: ' . . e . : EE
e eN . ° . e e * . . “ "tee e 4 °, e * . u
N " . en .”, .* se * 4 28 end 2 . “ee, es ee . . ° >
A . Ed °, . . ed e . . e . . . 2
* € 5 . . . . . . d vw
e … e 3 . . e
. ® % . ‚ e .. …. e . N ee .
1-25 25-50 ° 4 Do e En ", .
50-100 … . d . ‚ .
100-150 2 te NS, ‚ " te °
150-200 ". . ° > ve 9e
. . ° « N % „
200-250 et 2. > s °
< 250 . Â £
* PRIORITY CITY 2015
| Onderzoeksrapport | 2 | train |
Termijnagenda stadsdeelcommissie Noord
Datum Invulling Onderwerpen
6-jan-2021 - Presentatie Aanpak bijplaatsingen
- Agenderingsvoorstel ‘gekapte bomen terug in Noord’ (uitgesteld in SDC
2 december 2020)
- Adviesaanvraag Buiteneiland (tkn gepubliceerd op 16 december
2020)
- Bespreking behandeling adviesvraag omgevingsvisie
- Onder voorbehoud: bespreken meegeven wensen/suggesties n.a.v.
evaluatierapport bestuurlijk stelsel
2021 \ vergadering
20-jan- = Adviesaanvraag Regels voor het aanbrengen van
2021 feestverlichting (tkn gepubliceerd op 16 december 2020)
- Presentatie Mobiliteitsplan
= Adviesaanvraag Bijstelling 2020 van het handhavingsgebied
WABO 2° helft 2017-2018 (tkn gepubliceerd op 2 december 2020)
2021 \ vergadering
3-feb-2021 Adviesaanvraag Mebiliteitsplan-(wordt uitgesteld)
- Adviesaanvraag kader hondenlosloopgebieden (tkn gepubliceerd
op 16 december 2020)
- Adviesaanvraag verkeersbesluit en beleidsregels 7,5t-zone (tkn
gepubliceerd op 16 december 2020)
En en
2021 \ vergadering
eN
2021
2021 \ vergadering
EE
2021
2021 \ vergadering
Me
2021
2021 \ vergadering
A
2021
2021 | vergadering
21-apr- - Onder voorbehoud: adviseren over concept-hoofdlijnenbesluit bestuurlijk
EN enn
En
2021
2021 \ vergadering
il
2021
vergadering
EN
2021 \ vergadering
2021 \ vergadering
a
B
2021
Sen |
2021 | vergadering
BE
2021
as
2021 \ vergadering
El]
en
2021t | vergadering
Sel
ae |
2021 \ vergadering
EE
2021
Pa |
2021 \ vergadering
EL
2021
a
2021 \ vergadering
EL
2021
EE
9 feb-2022 | Geen
vergadering
16 feb-
2022
2 mrt- Geen
2022 | vergadering
9 mrt-
2022
16 mrt- | Verkiezingen
2022
Nog niet ingeplande onderwerpen:
Jaar Datum Onderwerp EEKE Bijzonderheden
16-okt | Verloedering straatbeeld Canan Uyar, Dennis
Overweg
n.n.b. |n.n.b. Participatie Nicoline van der Voorgesteld in
Torre, Canan Uyar SDC 14 nov
2018
n.n.b. |n.n.b. Gevaarlijke kruispunten in NoordWest Régine Anmuth,
Dennis Overweg
n.n.b. |n.n.b. Meer sportmogelijkheden in Noord Canan Uyar, Dennis |In
Overweg, Fatin samenwerking
Bouali & Peter met Robert
Willing Klinkenberg
(Stem van
Noord).
n.n.b. [n.n.b. Culturele locatie Hamerstraatgebied Canan Uyar, Dennis
Overweg
n.n.b. |n.n.b. Toegankelijkheid van Noord voor Fatin Bouali, Dennis
mensen met een beperking/ Overweg, Paul
toegankelijkheid van stoepen Scheerder & Niels
Ras
n.n.b. |n.n.b. Evaluatie bestuurlijk stelstel Esther Lagendijk
Werkbezoeken:
Jaar Datum Onderwerp EEK CT Bijzonderhed
en
Only Friends nn
12-jul |n.n.b. Bezoek opvanglocatie
Dwergvinvisstraat 69-75
n.n.b. [n.n.b. Sixhaven Canan Uyar & Wijbe
Langeveld
|
| Agenda | 3 | test |
4 Gemeente Raadsinformatiebrief
Amsterdam
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 10 oktober 2023
Portefeuille(s) Woningbouw en Opvang
Portefeuillehouder(s) Reinier van Dantzig en Rutger Groot Wassink
Behandeld door Allyson Mannsur, Grond & Ontwikkeling ([email protected])
Onderwerp Stand van zaken flexwoningen en middellange termijn opvang van vluchtelingen
uit Oekraïne
Geachte leden van de gemeenteraad,
Inleiding
In Amsterdam is een integrale aanpak opgezet voor het huisvestingsvraagstuk voor kwetsbare
groepen. Flexwoningen en middellange termijn opvang van vluchtelingen uit Oekraïne maakt hier
onderdeel van vit. In deze brief wordt u geïnformeerd over de voortgang van de planvorming van
flexwoningen voor urgent & regulier woningzoekenden en statushouders. Daarnaast wordt een
overzicht gegeven over de panden die zijn getransformeerd/gerealiseerd voor de middellange
termijn Oekraïne opvang. Vanuit het programma Migratie, Asiel en Ongedocumenteerden
(MA&O) wordt tevens een raadsinformatiebrief verzonden die breder ingaat op de opvang van
vluchtelingen vit o.a. Oekraïne, zoals de beheersituaties, afstemming met zorgorganisaties e.d.
Voor de planuitwerking en het realiseren van de flexwoningen en middellange termijn Oekraïne
opvang zijn het Zoekteam (Ruimte en Duurzaamheid en Vastgoed, die een zoekopgave hebben
voor ook andere doelgroepen en functies) en het Ontwikkel en Bouwteam (Grond en
Ontwikkeling) opgericht. Het Zoekteam richt zich op het zoeken van locaties en panden en dient
als centrale ingang voor de zoekopdrachten van huisvesting en opvang voor kwetsbare
doelgroepen. Het Ontwikkel en Bouwteam is een projectorganisatie, die de aangewezen locaties
nader uitwerkt op haalbaarheid en het realiseren van flexwoningen of opvangplekken voor de
middellange termijn voor vluchtelingen vit Oekraïne. Dit realiseert het team samen met een
corporatie/ontwikkelende partij of pandeigenaar. Zie in bijlage 1, meer uitleg over de opgave van
het Ontwikkel en Bouwteam, overkoepelende opgaven en aanpak.
Stand van zaken van de bouw van eerste 1.000 flexwoningen (eerste tranche)
Flexwoningen algemeen
Er wordt gewerkt aan de urgente stadsbrede opgave van het toevoegen van woningen in de stad.
Naast de reguliere bouw van huur- en koophuizen is het de ambitie van het bestuur om de
komende drie (vier) jaar 2.500 tot 3.000 flexwoningen te realiseren. Deze projecten staan door de
hele stad voor een periode van circa 10 tot 15 jaar per locatie.
De planvorming van de eerste 1.000 flexwoningen is momenteel in volle gang. Dit betreft vier
locaties; Appelweg, Riekerpark, Makerskade (IJburg Strandeiland) en Gaasperdamzone (zijde H-
buurt/Brasapark). Met een intensieve en integrale procesaanpak, samen met alle betrokken
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 2 van 14
partijen, is het streven om binnen circa 7-9 maanden te
komen tot een vergunningsaanvraag voor de woningen. ®
Vervolgens wordt gestart met het bouwrijp maken van
de locatie zodat daarna de modulaire flexwoningen
geplaatst kunnen worden.
Planning
De eerste 1.000 flexwoningen worden volgens planning ®
uiterlijk eind 2024 in gebruik genomen. De planning lijkt ®
vooralsnog haalbaar, echter bestaat er een risico dat
door diverse bezwaar- en beroepsprocedures voor
vergunningen, waardoor de voorbereidende ©
werkzaamheden om het terrein bouwrijp te maken ez
vertraagd. Voor het behouden van de subsidie is de Figuur 1 Locaties 1ste tranche flexwoningen 1)
voorwaarde om de 1.000 woningen voor het einde van Appelweg, 2) Makerskade, 3) Gaasperdammerzone, 4)
2024 op te leveren. Bij de beschrijving van de projecten Riekerpark
wordt een nadere toelichting gegeven over de planning.
Ondersteuning van het Rijk
Het Rijk biedt op 3 manieren financiële ondersteuning bij de eerste 1.000 woningen. Het betreft
een subsidie voor de eerste 1000 woningen van €12.000 incl. btw per woning. Daarnaast is er een
herplaatsingsgarantie en de crises en herstelwet is van toepassing voor de flexwoningen in
Amsterdam. Meer informatie over de regelingen vanuit het Rijk vindt u in bijlage 2.
Voortgang vier flexprojecten van de eerste tranche
Appelweg, stadsdeel Noord (63 woningen)
Op 6 juli 2021 heeft het college van B&W de locatie Appelweg aangewezen als tijdelijke
huisvestingslocatie voor maximaal 15 jaar. In samenwerking met de gemeente heeft
woningcorporatie Ymere een plan uitgewerkt voor de bouw van ca. 63 flexwoningen, waarvan
33% statushouders, 25% reguliere contracten en 42% jongeren/studenten en waarbij de
kwalitatieve uitstraling van de woningen een belangrijk vitgangspunt is. De afsprakenbrief is begin
dit jaar getekend met Ymere. Er wordt ook nog gekeken om een aantal woningen te reserveren
voor jongeren uit de buurt en voor maatschappelijke doelgroepen (onderwijs, zorg, politie).
De gemeenteraad heeft op 22 maart 2023 een krediet beschikbaar gesteld voor de realisatie van
het project. Op de diverse vergunningen en beschikkingen van zowel de gemeente als de
corporatie is bezwaar en/of beroep aangetekend. Er heeft een hoorzitting plaatsgevonden in
relatie tot de bezwaren op de benodigde watervergunningen van zowel de gemeente als Ymere.
Deze bezwaren zijn inmiddels ongegrond verklaard. Het beroep en bezwaar op de kapvergunning
is eveneens ongegrond verklaard. De kap van de bomen is in augustus uitgevoerd, zodat
vervolgens de werkzaamheden aan de kade en de sanering van de grond kunnen worden
opgestart die noodzakelijk zijn voorafgaand aan de bouw van de flexwoningen. Op de
saneringsbeschikking van de Omgevingsdienst is geen zienswijze ingediend, maar er is wel beroep
aangetekend. De ontvankelijkheid daarvan dient nog te worden beoordeeld. In september zijn de
saneringswerkzaamheden gestart.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 3 van 14
Op 25 mei 2023 is de omgevingsvergunning verleend voor de bouw van het project. Een aantal
direct omwonenden hebben bezwaar ingediend, met als voornaamste reden de vrees voor
(geluids) overlast. De bezwarencommissie voor de omgevingsvergunning heeft op 28 september
2023 plaatsgevonden. In de tussentijd wordt er Pe B. ee.
opnieuw een buurtbijeenkomst georganiseerd Sn a en Ee
met als belangrijkste thema’s het sociaal Beet EE ER za | He
beheer en het toekomstig gebruik en de weil e en nn PEER W tE
inrichting van de openbare ruimte op deze Ee wi es: Bela ì ie is ef
locatie. Ymere heeft de woonunits op voorhand Sn ee ta
reeds besteld, nog voordat de omgevings- (8 B id rr ao ERN Ee
vergunning onherroepelijk is, zodat ze straks 5 Fr | ne ki | fi ti
direct geplaatst kunnen worden, zodra de DE - te ie eer, ff El
fundering gereed is. Figuur 2 Impressie definitief ontwerp december 2022.
Door de genoemde bezwaren en beroep op de diverse vergunningen is enige vertraging
opgelopen. Doel blijft vooralsnog nog wel om voor eind 2023 de grond bouwrijp op te leveren aan
Ymere. De verwachte oplevering van de 63 woningen is in dat geval medio 2024.
IJburg 2% fase, Strandeiland deelgebied Makerskade, stadsdeel Oost (358 woningen)
De Makerskade is een deelgebied van _ R
Strandeiland (IJburg) waar in de toekomst o.a. Ee ver
bedrijfsruimtes, nuts- en gemeentelijke pn re Eri :
voorzieningen komen met daarboven A Ni | |
woningen. Momenteel vindt de uitwerking wa re: | ss In
plaats voor een periode van 10 jaar om op deze er NL TL r mm 4 oe En
locatie 358 flexwoningen te realiseren. In „ii = ie D E Nel | e Ai 4
eerdere schetsplannen ging men nog uit van Ee, ME, er een Rt
380 woningen. Het aantal is teruggebracht allee LE bladel of | Bu bien
vanwege de stedebouwkundige configuratie Figuur 3 Impressie architectuur, robuust en natuurlijk
van de blokken en het type woningen in de
bouwblokken. De drie woningbouwcorporaties (Ymere, Stadgenoot en De Alliantie) die nu op
Strandeiland ontwikkelen werken gezamenlijk het plan voor flexwoningen vit, waarbij de Alliantie
de coördinerende corporatie is. Ondertekening van de afsprakenbrief tussen de drie corporaties en
gemeente is in oktober 2023 voorzien. Voor het flexwoning project wordt een investeringsbesluit
opgesteld en voorgelegd aan de Gemeenteraad.
Het volgende woningbouwprogramma is het vertrekpunt:
® Circa 15% studio’s (jongeren en statushouders <22 jaar)
e Circa 70-75% 2-kamerappartementen (jongeren, statushouders, maatschappelijke
beroepsgroepen, overige woningzoekenden)
e Circa 10-15% 3-kamerappartementen (jongeren, statushouders, maatschappelijke
beroepsgroepen, overige woningzoekenden)
De planning is dat Q3 2024 kan worden gestart met de bouw van de eerste flexwoningen en deze
eind 2024 in gebruik worden genomen. Aangezien het gebied nu bouwterrein is, is extra aandacht
bij de planuitwerking voor de ruimtelijke kwaliteit van de flexwoningen, bereikbaarheid en
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 4 van 14
inrichting van de openbare ruimte, zodat een veilige en prettige woon- en leefomgeving kan
worden gecreëerd. Dit vindt in afstemming met het stadsdeel plaats.
Gaasperdammerzone | H-buurt/Brasapark, stadsdeel Zuid-Oost (520 woningen)
Deze locatie is gelegen tussen het Brasapark en de H-buurt en ligt direct langs de
Gaasperdammertunnel, waar 15 jaar tijdelijke flexwoningen kunnen worden geëxploiteerd, totdat
de toekomstige definitieve bebouwing wordt gerealiseerd. In samenwerking met Noord-Holland
Bouwstroom (NHB bestaande uit Rochdale, Ymere en Eigen Haard) is in eerste instantie een
schetsplan met 680 flexwoningen tot stand gekomen. Begin dit jaar is samen met de corporaties
en toekomstige unitleveranciers gewerkt aan de stedenbouwkundige opzet op basis van het
gewenste woningbouwprogramma. Aan de hand van deze studies is het woningaantal van 680
teruggebracht naar 520 woningen. Dit vanwege de beperkingen van de locatie en meer te variëren
in bebouwingshoogtes om zodoende meer “lucht” tussen de bebouwing te krijgen.
Het plan is op 20 april 2023 tijdens een inloopbijeenkomst aan de buurt gepresenteerd. Circa 50
omwonenden zijn langs geweest. Diverse vragen zijn gesteld waaronder of starters zich konden
inschrijven en wat het effect was op het uitzicht vanuit de bestaande woningen. De vragen die niet
direct beantwoord werden, zijn reeds beantwoord en gedeeld met de omwonenden. Het volgende
filmpje dat tijdens de inloopbijeenkomst getoond is geeft een goed beeld van het plan:
https://www.amsterdam.nl{projecten/h-buurt-zuid
In oktober 2023 wordt de afsprakenbrief ondertekend door gemeente en corporaties. De
samenwerking met de corporaties en de afstemming met de omgeving is bij de planvorming van
de Gaasperdammerzone zeer voortvarend verlopen. Ondanks de omvang van het project was het
mogelijk om binnen 7 maanden na de start van het project overeenstemming met elkaar te
bereiken, zodat 4 augustus 2023 de vergunningen zijn aangevraagd. De woningen hebben ook hier
een permanente kwaliteit waardoor zij een technische levensduur hebben van > 50 jaar. In
november 2023 wordt een investeringsbesluit aan de Raad voorgelegd voor deze locatie en wordt
gestart met het bouwrijp maken van het terrein.
Het plan omvat het volgende woningbouwprogramma:
e Ca. 3% studio's (28-2om?)
e Ca. 57% 2-kamerappartementen (31-41 m? gbo)
e Ca. 40 % 3-kamerwoningen (47-55 m2 gbo)
Het aantal statushouders is 30%. De woningen worden gefaseerd opgeleverd in de loop van 2024.
Riekerpark, stadsdeel Nieuw-West (circa 120-160 woningen)
De ontwikkeling van deze locatie is in 2022 opgestart door woningstichting Lieven de Key. De
planvorming moest een doorstart maken doordat Lieven de Key in maart jl. de opgave heeft
teruggegeven aan de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC). De corporatie
kwam er financieel niet uit. De Alliantie heeft de businesscase vervolgens uitgewerkt, maar kwam
in juli jl. helaas tot de conclusie ook niet verder te willen met deze locatie. Flexwoningen hebben
een negatieve businesscase, vanwege de hoge aanschafprijs. Door de omvang van de
flexprojecten die nu tegelijk worden ontwikkeld, is de locatie Riekerpark voor de corporaties
momenteel een project te veel om te investeren.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 5 van 14
Om toch op korte termijn de locatie Riekerpark te benutten voor flexwoningen wordt gewerkt aan
een pilot van het COA waarbij de gemeente flexwoningen vanuit het Rijk afneemt, de
zogenaamde RVB-flexwoningen. Deze RVB-flexwoningen heeft die minister Hugo de Jonge begin
2023 heeft besteld, maar waar nog geen afnemers voor zijn. Bij deze pilot is het vitgangspunt dat
50% van de woningen voor statushouders is en 50% voor urgent-en regulier woningzoekende in de
sociale huursector. Oktober a.s. wordt een bestuursovereenkomst met het COA gesloten.
20 september 2023 is het investeringsbesluit Riekerpark door de Raad vastgesteld, zodat gestart
kan worden met het bouwrijp maken van de locatie en de oplevering van de RVB flexwoningen
uiterlijk eind december 2024 mogelijk is.
Tweede tranche flexwoningen
Naast de 1.000 flexwoningen (eerste tranche) die momenteel in ontwikkeling zijn is de ambitie om
nog eens 1.500-2.000 flexwoningen te realiseren. De tweede tranche wordt momenteel
voorbereid. Er worden diverse locaties onderzocht. Dit zijn locaties die voor de eerste tranche
reeds in beeld waren, nieuwe locaties die zijn aangedragen door o.a. diverse particuliere
grondeigenaren (toekomstige transformatiegebieden) en locaties vanuit een studie van de
corporaties; Stad van Intussen. Het college zal naar verwachting in de eerste helft van 2024 een
Locatiebesluit nemen over de locaties van de tweede tranche, daarna wordt de raad
geïnformeerd. De gemeente merkt echter dat de bereidheid van corporaties om te investeren in
flexprojecten voor een volgende tranche aan projecten steeds lastiger wordt vanwege de
haalbaarheid van de businesscase. De gezamenlijke ambitie van gemeenten en het Rijk lijkt
daardoor moeilijker haalbaar met de corporaties onder de huidige randvoorwaarden
(subsidievoorwaarden en herplaatsingsregeling). Gesprekken worden hierover gevoerd met de
corporaties en het Rijk. Daarnaast is de gemeente voornemens om een marktconsultatie uit te
voeren om de haalbaarheid van flexprojecten te toetsen bij corporaties en marktpartijen.
Stand van zaken van de middellange termijn opvang van vluchtelingen uit
Oekraïne
Amsterdam streeft ernaar dat vluchtelingen vit Oekraïne zo snel mogelijk vanuit een noodopvang
kunnen doorstromen naar een middellange termijn opvanglocaties waar ze zelfstandiger kunnen
leven. Het Rijk vergoedt de eenmalige transitiekosten en daarnaast exploitatiekosten middels een
normbedrag per persoon per nacht. Transitiekosten zijn voor de verbouwing van een pand of de
kosten voor het bouw- en woonrijp maken en t.b.v. woonunits per project. De bekostigings-
regeling is een specifieke uitkering (SPUK) van het Rijk die toeziet op de exploitatiekosten van de
locatie en overige kosten. Deze regeling loopt tot 4 maart 2025 met de verlengingsmogelijkheid
van een jaar.
De locaties waarvoor een GO-besluit is genomen door het college
Middels een GO-besluit stemt het college van B&W in om te starten met de realisatie van
huisvesting voor Oekraïne opvang op een locatie en het aangaan van financiële verplichtingen met
betrekking tot de verbouwing en exploitatie. Ter onderbouwing van het GO-besluit heeft het
projectteam de locatie uitgebreid onderzocht op haalbaarheid en geschiktheid, waarbij onder
andere wordt gekeken naar ruimtelijk-fysieke kenmerken van het gebouw en/of de locatie
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 6 van 14
(onderhoudsstaat, verbouwingsmogelijkheden, sociale veiligheid omgeving, bereikbaarheid en
ov-ontsluiting etc.). Ook wordt gekeken naar voorzieningen in de omgeving (scholen, zorg,
commerciële voorzieningen, sport en ontspanning) en adviezen worden ingewonnen bij het
stadsdeel, gebiedsontwikkeling en een veiligheidsadvies van de politie. Ook is er reeds vóór een
GO-besluit een zorgorganisatie aangehaakt die de locatie na de realisatie gaat beheren.
Opgeleverde middellange termijn Oekraïne opvang locaties
Johan Jongkindstraat 3-5, Riekerhof; 5 april 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor
de transformatie van het voormalige woonzorgcentrum de Riekerhof voor de opvang van ca. 400
vluchtelingen. De opvanglocatie is geopend in juli 2022. Op 25 mei 2023 is er besloten om Riekerhof
uit te breiden met ca. 117 opvangplekken. De uitbreiding van de opvanglocatie wordt gefaseerd
opgeleverd vanaf begin oktober 2023.
Van Houten Industriepark 25, Weesp; 17 mei 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor
de transformatie van het voormalige kantoorgebouw aan het Van Houten Industriepark 25 te
Weesp voor de opvang van ca. 210 vluchtelingen. De opvanglocatie is geopend op 4 juli 2022.
Kinkerstraat 44; Op 9 augustus 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor de
transformatie van het woon-zorgcomplex aan de Kinkerstraat 44 voor de opvang van 30
vluchtelingen. De opvanglocatie is geopend in december 2022.
Plantage Muidergracht 14; Op 17 mei 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor de
transformatie van het voormalig universiteitsgebouw aan de Plantage Muidergracht 14 voor de
opvang van ca. 77 vluchtelingen. In het naastgelegen pand wonen sinds mei 2020 reeds 80
ongedocumenteerden. De opvanglocatie voor 77 vluchtelingen is sinds eind februari 2023
geopend.
Sportpark Melkweg, unitbouwlocatie; 17 mei 2022 heeft Ee TRE ge Ps 5 OR
het college een GO-besluit genomen voor de realisatie 5 here Ee AN 6e Di Dn |
van een unitbouwlocatie op de parkeerplaats van St 5 8 Es T nn PE
Sportpark Melkweg voor de opvang van 240 ii IJ | | ME ET wl mm | 5 e ä
vluchtelingen. De opvanglocatie is gefaseerd opgeleverd mr Em mm EE Ee U Tmc IJ,
vanaf eind februari 2023. Dit is tot nu toe de enige RE
opvanglocatie waar de huisvesting is gerealiseerd alde
middels modulaire, verplaatsbare woonunits.
Johan Huijsenstraat 11, 13, 15, IJburg; 9 augustus 2022 Figuur 4 Impressie opvanglocatie Sportpark Melkweg
heeft het college een GO-besluit genomen voor de
transformatie van het voormalig kantoorpand aan de Johan Huijsenstraat 12, 13, 15 (IJburg) voor
de opvang van ca. 75 vluchtelingen. De opvanglocatie is geopend in maart 2023.
Entrada zoo, Ouder-Amstel; 21 juni 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor de
transformatie van het voormalige kantoorgebouw Entrada 7oo (Ouder-Amstel) voor de opvang
van vluchtelingen. De opvanglocatie is geopend op 1 augustus 2023. In totaal verblijven er op
Entrada 7oo circa 220 vluchtelingen, waarvan 60 uit Amsterdam en de andere uit Ouder-Amstel.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 7 van 14
Van Houten Industriepark 21, Weesp; Op 18 april 2023 heeft het college een GO-besluit genomen
voor de transformatie van het voormalige kantoorgebouw aan het Van Houten Industriepark 21 te
Weesp (gelegen naast de eerder geopende locatie Van Houten Industriepark 25) voor de opvang
van ca. 150 vluchtelingen. De opvanglocatie is opgeleverd op 1 september 2023.
GO-besluit genomen, nog niet opgeleverd
Prinses Irenestraat 19; Op 28 maart 2023 heeft het college een GO-besluit genomen voor de
transformatie van Kapel & Convict aan de Prinses Irenestraat 19 (Beatrixpark) voor de opvang van
ca. 100 vluchtelingen. De gemeenteraad heeft op 20 september 2023 besloten om ten behoeve
van de opvang tijdelijk af te wijken van de Hoofdgroenstructuur, waarna de
omgevingsvergunningprocedure is gestart. De opvanglocatie wordt naar verwachting in het eerste
kwartaal van 2024 opgeleverd.
Bijlmerdreef 101; Op 18 juli 2023 heeft het college een GO-besluit genomen voor de transformatie
van het voormalige kantoorgebouw aan de Bijlmerdreef 101 voor de opvang van ca. 220
vluchtelingen. De opvanglocatie opent naar verwachting in het eerste kwartaal van 2024.
Wel GO-besluit, maar on hold
Generaal Vetterstraat; 27 september 2022 heeft het college een GO-besluit genomen voor de
realisatie van de realisatie van een unitbouwlocatie op een parkeerterrein op het bedrijventerrein
aan de Generaal Vetterstraat voor de opvang van ca. 300 vluchtelingen. Deze staat echter on hold
gezien de businesscase momenteel niet sluitend is. Naar verwachting zal in de loop van 2024 het
college van B&W een vervolg besluit nemen over deze locatie.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 8 van 14
Totaal zijn er momenteel (d.d. september 2023) 1.362 middellange termijn opvangplekken voor
vluchtelingen vit Oekraïne gerealiseerd binnen anderhalf jaar. Naar verwachting is eind dit jaar de
totale taakstelling van 2.870 opvangplekken in Amsterdam gerealiseerd (nood- en middellange
termijn opvang).
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
Reinier van Dantzig
Wethouder Woningbouw en Stedelijke Ontwikkeling
a,
hel a
Dd paas. A A En ns
Sl # 4
\ A WE Pi
Rutger Groot Wassink
Wethouder Opvang Vluchtelingen
Bijlagen:
1. Opgave, werkwijze Ontwikkel en Bouwteam ten behoeve van Flexwoningen en
Oekraïneopvang
2. Ondersteuning van het Rijk voor flexwoningen
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 9 van 14
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 10 van 14
Bijlage 1:
Opgave, werkwijze Ontwikkel en Bouwteam ten behoeve van Flexwoningen en
Oekraïneopvang
Bestuurlijke opgave
De bestuurlijke ambities voor de bijzondere doelgroepen zijn onderverdeeld in drie opgaves die elk
op zichzelf staande projecten zijn met een eigen financieringsstroom en complexiteit. Deze drie
opgaves zijn opvang van vluchtelingen uit Oekraïne, Flexwonen en Asiel. De opgave voor de
noodopvang voor Oekraïense vluchtelingen en Asiel huisvesting wordt vanuit het programma
MA&O (Migratie, Asiel & Ongedocumenteerden) opgepakt. De opgave voor middellange termijn
opvang (gericht op langer verblijf en zelfredzaamheid) voor Oekraïense vluchtelingen en
Flexwonen pakt het Ontwikkel en Bouwteam van Grond en Ontwikkeling op.
Overkoepelende programma’s
Het Ontwikkel en Bouwteam speelt een rol binnen twee programma's. Het eerste is Programma
Migratie, Asiel en Ongedocumenteerden. Dit programma bepaalt het beleid en de doelstellingen
ten aanzien van met name de opgaves Oekraïne opvang en is daarom een belangrijke
samenwerkingspartner. Het tweede programma waar het Ontwikkel en Bouwteam direct mee te
maken heeft, is het Programma Integrale Aanpak Huisvesting Kwetsbare Groepen. Dit programma
is opgezet om de meest kwetsbare Amsterdammers met een urgent woonprobleem te helpen bij
het vinden van een passende woning.
Opdracht Ontwikkel en Bouwteam
De opdracht van het Ontwikkel en Bouwteam is om het haalbaarheidsonderzoek, de ontwikkeling
en de transformatie van de flexwoningen en middellange termijn opvang voor Oekraïense
vluchtelingen te organiseren, ontwikkelen en te realiseren:
Middellange termijn opgave Oekraïne:
De gemeente Amsterdam heeft een taakstelling om voor 2.870 personen opvanglocaties voor
vluchtelingen vit Oekraïne te realiseren. Naar verwachting wordt de taakstelling per 1 januari 2024
verhoogd, de aantallen zijn momenteel nog niet bekend.
Bij het begin van de oorlog zijn de vluchtelingen vit Oekraïne voornamelijk opgevangen in hotels,
cruiseschepen en andere tijdelijke locaties voor korte perioden. De insteek vanuit de gemeente
Amsterdam is om voor de middellange termijn opvanglocaties te realiseren, waarin de Oekraïners
zelfstandiger kunnen wonen en langer kunnen verblijven. De opvangduur op middellange termijn
opvanglocaties is ca. 1 tot 3 jaar op basis van de richtlijn vanuit het Rijk “Tijdelijke bescherming”
tot 4 maart 2025.
Een verschil met de noodopvang en de middellange termijn locaties voor de Oekraïners is het
uitgangspunt zelfredzaamheid. Bewoners houden hun eigen ruimten schoon, doen boodschappen
en koken en wassen zelf. De opvanglocaties zijn op loopafstand van voorzieningen. In de
opvanglocaties wordt overdag begeleiding geboden. Op enkele locaties is 's nachts een portier of
beveiliger aanwezig.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 11 van 14
De opvanglocaties moeten — net zoals elk ander object in de gebouwde omgeving in Nederland —
voldoen aan geldende wet- en regelgeving. Afhankelijk van welke functie wordt toegekend aan de
opvanglocatie, wordt het bouwbesluit 2012 voor “Kamergewijze verhuur” of “Tijdelijke bouw”
gehanteerd.
Amsterdam streeft ernaar om circa 70% van de 2.870 opvanglocaties voor de middellange termijn
te realiseren. In de zoektocht naar deze opvanglocaties wordt enerzijds gekeken naar beschikbare
panden om te verbouwen, en anderzijds naar lege kavels voor het plaatsen van tijdelijke
woonunits. Het tijdspad voor de transformatie van panden en plaatsing van tijdelijke units
verschilt van elkaar. Het ontwikkelproces voor tijdelijke vnits vergt aanzienlijk meer tijd, circa g-12
maanden, dan de verbouwing van een bestaand pand duurt tussen de 3-6 maanden.
Opgave Flexwoningen:
Amsterdam heeft de ambitie om 2500-3000 flexwoningen komende drie tot vier jaar te realiseren.
Voor de eerste 1.000 woningen is een rijkssubsidie ontvangen met als voorwaarden dat deze
woningen in exploitatie moeten worden genomen voor 31 december 2024,
Doelgroepen zijn jongeren, studenten, cruciale beroepen, urgente- en regulierwoningzoekenden.
Daarbij geldt dat minimaal 30% statushouders worden gehuisvest in de eerste 1.000 woningen. Bij
de overige 1.500-2.000 flexwoningen is het streven om uit te gaan van minimaal 30-40%
statushouders. De bovengenoemde doelgroepen worden per flexwoning project door de directie
Wonen bepaald en geprioriteerd. Ook is een pilot gestart met 2-5% economische daklozen in bij
de flexwoning projecten.
Werkwijze Ontwikkel en Bouwteam
Locaties en panden worden onder andere vanuit externe partijen en/of gebiedsteams
aangedragen. Ruimte en Duurzaamheid en Vastgoed screenen deze locaties en panden op
geschiktheid voor de betreffende functie. Nadat Ruimte en Duurzaamheid en/of Vastgoed een
advies uitbrengt wordt er een voorlopige bestuurlijke keuze gemaakt voor welke opgave de locatie
geschikt is. Het Ontwikkel en Bouwteam werkt de locatie of pand verder uit naar een locatiebesluit
bij flexwoning locaties of een GO-besluit bij Oekraïne opvang locaties.
Na het locatiebesluit dat wordt genomen door het college van B&W voor een potentiele flex
woningbouwlocaties wordt het project verder vitgewerkt in nauwe samenhang met de corporaties
of commerciële projectontwikkelaars op basis van o.a. adviezen vanuit stadsdelen, gebiedsteams,
politie, ed. Bij de vitwerking wordt er o.a. een schetsontwerp gemaakt waarin de
stedenbouwkundige inpassing, omvang van het project en woningaantallen inzichtelijk worden
gemaakt. Na het bestuurlijk locatiebesluit wordt het plan verder uitgewerkt ten behoeve van de
vergunningsaanvraag en een schetsontwerp openbare ruimte die de basis is voor een bestuurlijk
investeringsbesluit. Dit besluit wordt genomen door de gemeenteraad, zodat vervolgens kan
worden gestart met het bouw- en woonrijp maken van de locatie door de gemeente.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 12 van 14
Zoekteamlocaties(R&Den Ontwikkeling door Realisatie door Ontwikkel & Nazorg - beheer
Vastgoed) Ontwikkel & Bouwteam Bouwteam (G&O)
(G&O)
Locatiescan voorspecifieke Uitwerken businesscase Bouwproces en Overdracht nazorg en beheer
doelgroep locatie-/ pand — transformatieproces in aan corporaties en zorgpartijen
haalbaarheidsonderzoek samenwerking met
Bestuurlijk besluit locatie en investeerders zoals
doelgroep Bestuurlijk besluit corporaties
(investeringsbesluit)
Voor de Oekraïne opvang wordt er gewerkt met een bestuurlijk GO-besluit die door het college
van B&W wordt genomen. In dit besluit is de planuitwerking voor de opvang verwoord op basis
van diverse adviezen ten behoeve van de benodigde verbouwing van het pand, stadsdelen,
gebiedsteams, politie e.a. Daarnaast is er een voorlopig financieel akkoord vanuit het Rijk over de
transitiekosten die nodig zijn om de opvanglocatie te realiseren. Na bestuurlijk akkoord en
financieel akkoord van het stadsdeel kan gestart worden met de realisatie.
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum zo oktober 2023
Pagina 13 van 14
Bijlage 2:
Ondersteuning van het Rijk voor flexwoningen
Het Rijk biedt op 3 manieren (financiële) ondersteuning bij de flexwoning bouwopgave. Dit betreft:
1) Subsidie:
Het Rijk heeft op 17 maart 2023 de subsidiebeschikking verstrekt voor 1.000 flexwoningen a
€ 12.000 incl. btw{/woning. De gemeente is vrij in haar locatiekeuze, zolang er tenminste 1.000
woningen worden gerealiseerd en gedurende tenminste 10 jaar worden verhuurd aan de beoogde
doelgroepen. Het Rijk laat open hoe de subsidie wordt besteed, investeringen mogen worden
opgevoerd voor zowel het geschikt maken van locaties als voor het afdekken van tekorten op de
vastgoedexploitatie. Met de corporaties heeft de gemeente de afspraak gemaakt dat voor de
eerste 1.000 flexwoningen zij € 4.000 incl. btw ontvangen van de verkregen Rijksubsidie van
€12 miljoen incl. btw, vanwege de exploitatietekorten op het vastgoed, mits zij voldoen aan de
voorwaarden die het Rijks stelt aan deze subsidie, onder andere dat de woningen voor
31 december 2024 in exploitatie moeten zijn genomen. Een financiële tegemoetkoming aan de
corporaties is een stimulans voor hun om te voldoen aan de subsidievoorwaarden van het Rijk, en
daarmee op te leveren voor eind 2024. Een deel van de Rijkssubsidie beschikbaar stellen aan de
corporaties betekent voor de gemeente een groter tekort in de kosten voor het bouw- en woonrijp
maken van de locaties. Hoe het gemeentelijk financieel tekort wordt gedekt wordt bij het
investeringsbesluit per locatie toegelicht.
Op 28 april heeft het Rijk aangekondigd dat er een half miljard beschikbaar is voor nieuwbouw- en
flexwoningen. Aan de exacte specificaties en voorwaarden werkt het Rijk momenteel. Indien
mogelijk maakt Amsterdam hier te zijner tijd wederom gebruik van voor de tweede tranche
flexwoningen in de stad. Naar verwachting zal deze Rijkssubsidie een lager bedrag zijn dan bij de
eerste tranche flexwoningen (€ 7.800,- i.p.v. € 12.000 per woning incl. btw). Daarnaast wordt ook
gezocht naar andere subsidie- en financieringsmogelijkheden.
2) Herplaatsingsgarantie:
Begin mei jl. heeft het Rijk het loket opengesteld om gebruik te maken van de
Herplaatsingsgarantie. Net als bij de subsidie stelt het Rijk ook strikte eisen zoals dat na
aanmelding de woningen 18 maanden binnen 18 maanden moeten worden gerealiseerd.
Deelname aan de regeling levert voor de corporaties als voordeel dat het Rijk en gemeente
meedelen in het financiële risico van de corporaties in de restwaarde van hun vastgoed, mochten
zij na een eerste exploitatie termijn geen nieuwe locatie vinden{/aangeboden krijgen om de
woningen te exploiteren en/of de woningen niet verkocht kunnen worden aan een derden. De
inschatting is dat er minimaal{geen gebruikt zal worden gemaakt van de herplaatsingsregeling
daar er altijd een woningbouw vraagstuk aan de orde is. De corporaties op de vier huidige
flexwoning locaties hebben zich tot nu toe niet ingeschreven voor de herplaatsingsgarantie. Dit
volgt mogelijk in de loop van het jaar.
3). Crisis en herstelwet:
Op 7 februari van dit jaar heeft het college van B&W ingestemd om tijdelijke
woningbouwprojecten (flexwoningen) aan te melden voor de Crisis- en herstelwet. Hiermee
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 10 oktober 2023
Pagina 14 van 14
worden ruimtelijke procedures versneld doordat de Crisis- en herstelwet mogelijkheden biedt om
bij wijze van experiment af te wijken van de bepalingen vit de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht (Wabo) om voor een langere periode dan 10 jaar af te wijken van
bestemmingsplannen voor alle flexprojecten binnen de gemeente Amsterdam aan te melden voor
de Crisis- en herstelwet. Vanaf 10 mei jl. is de Crisis- en herstelwet van kracht voor de huidige en
toekomstige flexprojecten in Amsterdam. Dit heeft het ministerie gepubliceerd in de
Staatscourant (Stcrt. 2023, 12590).
| Brief | 14 | train |
> Gemeente
Amsterdam
Motie
> raadsvergadering 21 december 2022
Ingekomen onder nummer 535
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van de leden Rooderkerk, Heinhuis, Wijnants, Boomsma en
Nanninga inzake Wijzigen van de Algemene Plaatselijke Verordening
(APV) i.v.m. vaststellen van beperkte openingstijden voor horeca- en
prostitutiebedrijven
Onderwerp
Naar sekswerk met gesloten gordijnen
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over Wijzigen van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) i.v.m. vaststellen
van beperkte openingstijden voor horeca- en prostitutiebedrijven
Constaterende dat:
-_Amsterdam een nieuwe visie bezoekerseconomie 2035 heeft ontwikkeld waarin het college een
respectvolle bezoeker wil aantrekken;
- De stad daarom start met een gerichte ontmoedigingscampagne op bral- en blowtoeristen om
te zorgen voor toerisme in balans.
-__ Het college een voorstel doet om de openingstijden van bedrijven op de Wallen te beperken,
met als doel het terugbrengen van rust voor bewoners in de late nacht;
Overwegende dat:
-_ De drukte op de Wallen haar grenzen heeft bereikt en voor grote overlast zorgt bij bewoners van
het Wallengebied;
-__ Bezoekers welkom blijven in onze stad maar dit niet meer ten koste mag gaan van de
leefbaarheid;
-_ Sekswerk als volwaardig werk moet worden gezien;
-_ Raamprostitutie zich grotendeels bevindt in een gebied met massatoerisme en sekswerkers
negatief worden bejegend door toeristen in Amsterdam.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
-__ Te onderzoeken hoe sekswerk met gesloten gordijnen juridisch kan worden vormgegeven en
daarbij scenario’s op te nemen om dit op bepaalde tijden mogelijk te maken.
-__In nauwe samenspraak met sekswerkers en belangenorganisaties uit te werken hoe dit kan
worden vormgegeven door het gebruik van bijvoorbeeld qr-codes en online werving, waarbij de
veiligheid van sekswerkers voorop staat.
Indiener(s)
lì Rooderkerk
L. Heinhuis
D. Wijnants
D. Boomsma
A. Nanninga
| Motie | 2 | discard |
df k/ Ì w, En
5 je ES Dn
Ln y pi Ep
5 4 ) ye #
5 GEZ
S Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting
5
<
3
00
€ Datum
o
bf 29-3-2017
3 Kenmerk
a Klik hier als u tekst wilt invoeren.
9 Onderwerp
2 Onderzoeksvoorstel Minima-
z effectrapportage gemeente Amsterdam
z 2017
<
an
5
©
5
2
5
z
z on:
2 Inleiding
en
5 In 2014 heeft het Nibud onderzocht in hoeverre het minimabeleid van de gemeente
ö Amsterdam in combinatie met landelijk beleid zorgt voor armoedevallen voor huishoudens
Cc
® die uitstromen uit een bijstandsuitkering naar betaald werk. Sinds 2014 is het nodige
E veranderd in zowel het landelijk beleid als het gemeentelijk minimabeleid. De gemeente wil
Lul :
= daarom een update van het toenmalige onderzoek.
3
5 Doel van het onderzoek en onderzoeksvraag
2 Het doel van het onderzoek is om in kaart te brengen of lokaal minimabeleid in combinatie
7 met landelijke inkomensondersteunende maatregelen zorgen voor een armoedeval voor
5 huishoudens met een laag inkomen in de gemeente Amsterdam. De veronderstelling is dat
LOD
® naarmate een armoedeval groter is, dit een grotere drempel vormt tot het aanvaarden van
eo betaald werk of om meer te gaan werken.
Le)
8
= De onderzoeksvraag van dit onderzoek luidt:
5
5 Leiden landelijke en lokale inkomensondersteunende regelingen tot een armoedeval
e voor huishoudens met een laag inkomen ín de gemeente Amsterdam en vormen
® deze maatregelen daarmee een drempel tot het aanvaarden van (beter) betaald
®
® werk?
0
TL
a
5 Onderzoeksmethode
hd
5 Om tot een antwoord te komen op de onderzoeksvraag, worden voor een aantal veel
3 voorkomende voorbeeldsituaties alle inkomsten en uitgaven geïnventariseerd. Hierbij wordt
2 rekening gehouden met alle landelijke en gemeentelijke inkomensondersteunende
2 maatregelen. Dit inkomen zal in een begroting worden afgezet tegen de minimale uitgaven
[en
S waarmee huishoudens met een laag inkomen worden geconfronteerd. De minimale uitgaven
% zijn gebaseerd op de Nibud methode van budgetteren, aangevuld met lokale tarieven en
5
2
8 tegemoetkomingen.
a
iEile7
Datum
29-3-2017
Door verschillende huishoudens met elkaar te vergelijken wordt inzichtelijk welke
huishoudens wel of niet profiteren van bepaalde regelingen.
Door verschillende inkomensniveaus met elkaar te vergelijken wordt inzichtelijk welke
huishoudens wel of niet geconfronteerd worden met een armoedeval. Hierbij onderscheiden
we twee soorten armoedevallen, namelijk een armoedeval bij uitstroom uit een uitkering naar
betaald werk (werkloosheidsval/uitstroomval) en een armoedeval bij het meer gaan
verdienen (doorstroomval).
De begrotingen zullen worden opgesteld voor de volgende voorbeeldhuishoudens. Er is in
tegenstelling tot vorige keer niet gekozen voor alleen huishoudens met jonge kinderen, maar
ook voor huishoudens met oudere kinderen. Dit om de effecten van het minimabeleid
specifiek voor oudere kinderen inzichtelijk te kunnen maken.
1. Alleenstaande, jonger dan de AOW -leeftijd;
2. Echtpaar, jonger dan de AOW-leeftijd;
3. Eenoudergezin met 2 jonge kinderen van 3 en 5 jaar;
4. Eenoudergezin met 2 oudere kinderen van 14 en 16 jaar;
5. Echtpaar met 2 jonge kinderen van 3 en 5 jaar;
6. Echtpaar met 2 oudere kinderen van 14 en 16 jaar;
7. Alleenstaande oudere zonder zorgvraag;
8. Alleenstaande oudere met zorgvraag.
De inkomensniveaus zijn de bijstandsnorm en meerdere inkomensniveaus daarboven. Er zal
waarschijnlijk worden gekozen voor 120 en 130 procent van het minimum. Voordat die keuze
zal worden gemaakt, zal er eerst een verkennende analyse plaatsvinden waarin voor
meerdere inkomensniveaus het netto besteedbare inkomen zal worden berekend.
Waarschijnlijk zal hierbij worden gekeken naar 100, 110, 120, 121, 124, 127 en 130 procent.
Eventueel zal voor het voorbeeldhuishouden met een zorgvraag rekening worden gehouden
met hogere inkomensniveaus dan voor de voorbeeldhuishoudens zonder zorgvraag om aan
te sluiten bij het inkomensondersteunend beleid voor deze doelgroep.
In het onderzoek berekenen we voor elk voorbeeldhuishouden en inkomensniveau het netto
besteedbaar inkomen op basis van het bruto inkomen uit werk boven bijstandsniveau. Hierbij
houden we rekening met belastingen, heffingskortingen en toeslagen. Voor
voorbeeldhuishouden nummer 3 zal deze berekening uitgebreid worden gepresenteerd voor
een inkomen van 110, 120 en 130 procent van het minimum. Het uitgangspunt van de
reguliere berekeningen is een situatie waarin één partner werkt. Bij de uitwerking van de
uitgebreide bruto-netto berekening, zal daarnaast ook een berekening worden gemaakt voor
de situatie dat beide partners werken.
eN En el
B VN
NiEAtle4
Datum
29-3-2017
Resultaat
De resultaten zullen worden beschreven in een rapport. Het rapport zal zoveel mogelijk
aansluiten bij de minima-effectrapportage uit 2014 en de aanvullende analyses die het Nibud
de afgelopen jaren voor de gemeente heeft uitgevoerd.
In het rapport worden eventuele armoedevallen inzichtelijk gemaakt. In bijlage 1 staat een
voorbeeld van een overzicht hoe we de armoedevallen zullen presenteren. Aanvullend zal
per regeling inzichtelijk gemaakt worden welke bedragen wegvallen bij een hoger inkomen.
De manier waarop de verschillende resultaten gepresenteerd worden zal in een vroeg
stadium worden afgestemd met de gemeente.
Planning
Er kan worden gestart met het onderzoek op 10 april. Uiterlijk 5 weken later zal een
conceptrapport worden opgeleverd. Daarna heeft de gemeente 2 weken de tijd om hierop te
reageren. Het definitieve rapport zal vervolgens uiterlijk 2 weken later gereed zijn.
Kosten
De kosten van dit onderzoek zullen separaat worden geoffreerd.
5 Pl D éd
(An Ar
pr
Datum
29-3-2017
Bijlage 1. Voorbeeld overzicht conclusies armoedevallen
Overzicht saldo inkomsten en uitgaven”
RESETTEN
verschil met verschil met
toename toename voorgaande voorgaande
netto netto Lov. inkomens- verschil inkomens- verschil
K4 inkomen inkomen 100% saldo categorie _ met 100% [mesaldo categorie ___ met 100%
‚paar, 2 kinderen 3 & 5 jaar
100% € 2.126 € 179 € -93
120% € 2267 € 140 € 140 € 270 € 90 € 90 E€ -69 € 25 € 25
130% € 2337 € 70 € 70 € 340 € 70 € 161 € 2 € 70 € 95
* fictieve bedragen
| Onderzoeksrapport | 4 | train |
x Gemeente Amsterdam AZ F
% Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën
% Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Algemene Zaken en Financiën
Tijd 13.30 tot 17.00 uur en zonodig vanaf 19.30 uur tot 22.30 uur
Locatie De Boekmanzaal, Stadhuis
Algemeen
1 Opening
2 Mededelingen
3 Vaststelling agenda
4 _Inspreekhalfuur Publiek
5 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ
d.d. 28 januari 2010
e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier
doorgegeven, commissieAZF@raadsgriffie. amsterdam.nl
6 Openstaande Toezeggingen
7 Termijnagenda
8 Openstaande schriftelijke vragen
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt.
De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: [email protected]
1
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën AZ F
Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
9 ACAM Rapporten inzake de controle van de jaarrekening 2009 van diensten en
bedrijven
Bijgevoegd (voor zover aangeleverd bij de raadsgriffie) Stadsdelen: Oud-West, Osdorp,
Slotervaart, Geuzenveld-Slotermeer, de Baarsjes, Westerpark, ZuiderAmstel, Oost-
Watergraafsmeer, Zuidoost, Amsterdam-Noord, Zeeburg, Oud-Zuid , Bos en Lommer en
Centrum en van de Raadsgriffie Amsterdam, de Gemeentelijke Ombudsman, de
Bestuursdienst, het Stadsarchief, de Stadsbank van Lening, de Dienst Belastingen Gemeente
Amsterdam, de Dienst Persoons- en Geo-informatie en directie ConcernFinanciën.
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ACAM-rapporten gevoegd behandelen met agendapunt 23 Jaarrekening 2009.
10 Actualiteiten Burgemeester
11 Rondvraag
Bestuurlijk Stelsel
12 2e en 3e voortgangsrapportage implementatie verbeteringen bestuurlijk stelsel
Nr. BD2010-003445
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
Algemene Zaken
13 Beschikbaar stellen krediet voor verbetering kwaliteit Basisregistratie Adressen
en Gebouwen Nr. BD2010-002123
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
2
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën AZ F
Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
Openbare Orde en Veiligheid
14 Cameratoezicht winkelcentrum Holendrecht uitvoering motie M30 Nr. BD2010-
001696
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van Doorninck (GrlLií).
e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 15, 16 en 17.
15 Cameraproject Stationseiland verlenging en convenant CTOV Nr. BD2010-
001695
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van Doorninck (GrlLi).
e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 14, 16 en 17.
16 Cameraprojecten: toestemming Bos en Lommer en Slotervaart en verlenging
Zuidoost Nr. BD2010-001673
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van raadslid Van Doorninck (GrlLi).
e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 14, 15 en 17.
17 Stand van zaken cameratoezicht Uitgaanspleinen Nr. BD2010-003739
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunten 14, 15 en 16.
18 Rekening 2009 en Begroting 2011 Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland Nr.
BD2010-002815
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
19 Voorlopige bestuurlijke reactie uitwerking motie Van der Garde en Van Doorninck
d.d. 17 februari 2010 inzake terrassenbeleid Nr. BD2010-002645
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
3
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën AZ F
Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
20 Kennis nemen van Rapportage tijdelijk huisverbod 1 maart 2009 tot 1 maart 2010
en Onderzoek GGD tijdelijk huisverbod Nr. BD2010-002934
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Deleden van de Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd en Welzijn, Zorg, Sport,
Kunst en Cultuur, Monumenten en Lokale Media zijn hierbij uitgenodigd.
Financiën
21 Wijzigen van de Verordening op de stadsdelen Nr. BD2010-002312
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
22 vaststelling 1e wijziging begroting 2010 Nr. BD2010-000151
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. onbekend).
23 Jaarrekening 2009 Gemeente Amsterdam Nr. BD2010-002203
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
e _ Jaarrekening gevoegd behandelen met agendapunt 9 ACAM-rapporten.
e Jaarrekening 2009 is u reeds separaat toegezonden.
© Jaarverslagen van de diensten/bedrijven liggen ter inzage (voorzover deze zijn
aangeleverd bij de Raadsgriffie).
Raadsaangelegenheden
24 Vaststelling van de jaarrekening 2009 van de raadsgriffie van de gemeente
Amsterdam Nr. BD2010-003300
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
4
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën AZ F
Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
25 begroting 2011 raadsgriffie Nr. BD2010-003641
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
26 Jaarverslag Rekenkamer 2009 Nr. BD2010-003453
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
27 Begroting 2010 en 2011 Rekenkamer Amsterdam en Ontwerpbegroting 2010 en
2011 Gemeenschappelijke Rekenkamer Metropool Amsterdam Nr. BD2010-
003601
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
28 Jaarrekening Gemeentelijke Ombudsman 2009 Nr. BD2010-003198
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
29 Jaarplan en Begroting Gemeentelijke Ombudsman 2011 Nr. BD2010-003654
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
5
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Algemene Zaken en Financiën AZ F
Gewijzigde agenda, donderdag 24 juni 2010
TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN
Raadsaangelegenheden
30 vaststellen van de financiële bijdragen betreffende de fractieondersteuning over
2009 en terugvordering of verrekening van teveel betaalde voorschotten Nr.
BD2010-003882
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 7 juli 2010).
Openbare Orde en Veiligheid
31 Plan van aanpak overvallen. (BD2010-001822)
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Was TKN 9 voor deze Commissievergadering.
e Geagendeerd op verzoek van raadslid Ornstein (VVD).
e _ Stukken reeds in bezit, zie TKN 9.
BESLOTEN DEEL
6
| Agenda | 6 | train |
x% Gemeente Amsterdam
% Actualiteit voor de raadscommissie Ruimtelijke
Ordening, Grondzaken, Zuidas en Marineterrein,
Energietransitie
Jaar 2018
Datum indiening 13 november 2018
Datum behandeling 21 november 2018
Onderwerp
Actualiteit van het raadslid N.T. Bakker (SP) inzake actuele bouwdruk dorp Sloten
Aan de commissie
Inleiding
Momenteel spelen in Sloten drie projecten, waarbij — naar wij begrijpen — op heel korte termijn
moeilijk of niet meer terug te draaien stappen worden gezet.
Het betreft:
Twee projectontwikkelaars, die op het punt staan vastgoed aan te schaffen met als
(toegezegde?) doel om 1. een pand te slopen en hier een hotel te bouwen (aan de Akersluis
naast de Molen van Sloten) en 2. een pand (Sloterweg 1345) te kopen en gedeeltelijk te
slopen t.b.v. shortstay. Een derde projectontwikkelaar is al geruime tijd bezig met de
voorbereidingen voor de bouw van negen eengezinswoningen van boven de 400.000 euro in
het hart van het dorp.
Reden bespreking
Bewoners van Sloten zijn uitermate kritisch over de plannen in hun dorp. Een door henzelf
georganiseerde draagvlakmeting (opkomst 54%) over deze drie projecten gehouden wees uit
dat er slechts zeer beperkt draagvlak is voor deze drie projecten in het dorp (onder de 10%).
Bewoners zijn desondanks bang dat hun bezwaren niet serieus genomen worden en dat de
plannen alsnog worden doorgevoerd.
Reden spoedeisendheid
Enkele projecten zijn reeds in gang gezet. Wil de gemeente nog willen bijsturen is bespreking
op korte termijn geboden.
Het lid van de commissie,
N.T. Bakker (SP)
1
| Actualiteit | 1 | train |
Stadsdeelcommissie
Agenda
Datum 12-09-2023
Aanvang 19:30
1. Opening
2. Mededelingen
3. Insprekers
Inspreker Ait Mouhou inzake Verkeerssituatie Wolbrantskerkweg
4. Mondelinge vragen
5. Adviesaanvraag Actualisatie Beleidskader Puccinimethode
6. Adviesvraag Strategische Huisvestingsplannen Jeugd, Zorg en Basisvoorzieningen, Sporten & Bewegen en Kunst
& Cultuur
7. Adviesaanvraag Hoofdlijnen kunst en cultuur 2025-2028 (onderdelen)
8. Ingekomen stukkenlijst
1. Adviesaanvraag Beleidskader Inclusie en Antidiseriminatiebeleid
2. Adviesaanvraag Goncept Uitvoeringsprogramma VTH Bouw & Gebruik 2023
3. Adviesaanvraag Aanscherping milieuzone personenauto en invoering nul-emissiezone bedrijfs- en
vrachtauto’s en brom- en snorfietsen
9. Afsprakenlijst SDC 18 juli 2023
10. Informatieverzoeken aan het DB
11. Rondvraag
12. Sluiting
| Agenda | 2 | train |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Gemeenteblad
% Amendement
Jaar 2013
Afdeling 1
Nummer 888
Publicatiedatum 11 oktober 2013
Ingekomen op 10 oktober 2013
Ingekomen in raadscommissie WPA
Te behandelen op 6/7 november 2013
Onderwerp
Amendement van het raadslid mevrouw Poot inzake de begroting voor 2014
(beveiliging Joodse instellingen).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de begroting voor 2014;
Constaterende dat:
— bepaalde groepen in de maatschappij vaker slachtoffer worden van discriminatie,
intimidatie, bedreigingen en (gewelds)delicten;
— bij de behandeling van de begroting van 2011 een incidenteel bedrag van
200.000 euro beschikbaar is gesteld voor het beveiligen van religieuze
instellingen;
— dit bedrag in 2011 is aangewend voor het meebetalen aan de beveiligingskosten
van Joodse instellingen;
— stadsdeel Zuid structureel 135.000 euro ter beschikking stelt als tegemoetkoming
voor de beveiligingskosten die de Joodse gemeenschap zelf maakt (800.000
euro structureel) om in haar eigen veiligheid te kunnen voorzien in Joodse
gebouwen als scholen en synagogen;
Overwegende dat:
— de redenen voor de incidentele subsidie niet zijn weggevallen;
— _in het Programakkoord 2010-2014 de bestrijding van discriminatie als essentieel
wordt aangemerkt;
— het niet redelijk is om de rekening voor veiligheidsmaatregelen voor het overgrote
deel bij Joodse instellingen, ouders etc. neer te leggen, aangezien veiligheid een
kerntaak van de overheid is;
— _ momenteel vooral Joodse instellingen met deze problematiek te kampen hebben,
maar niet uitgesloten kan worden dat ook andere instellingen hier in de toekomst
mee te maken krijgen, waardoor ook deze in beginsel in aanmerking zouden
moeten komen voor een bijdrage,
1
Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 888
Datum _ 11 oktober 2013 Amendement
Besluit:
— vanaf 2014 structureel een bedrag van € 200.000 ter beschikking te stellen voor
een bijdrage aan de kosten voor de beveiliging van religieuze instellingen;
— dit bedrag te dekken uit de nieuwe subsidieregeling burgerschap en diversiteit
(die de Subsidieregeling Integratie en Participatie (SIP) vervangt) waarvan het
tegengaan van radicalisering en polarisatie een kernpunt is en de dekking te
realiseren door ombuigingen in de organisatiekosten (€ 1,7 min), en/of in het
budget voor diverse activiteiten (€ 2,2 min).
Het lid van de gemeenteraad,
M.C.G. Poot
2
| Motie | 2 | discard |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2016
Afdeling 1
Nummer 986
Publicatiedatum 5 augustus 2016
Ingekomen op 14 juli 2016
Ingekomen onder BN
Behandeld op 14 juli 2016
Uitslag Aangenomen
Onderwerp
Motie van het lid Vroege inzake de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek
“Zoekgebieden Parkeervoorzieningen” (Sint Willibrordusgarage - Van Woustraat).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek
“Zoekgebieden Parkeervoorzieningen” en de voorbereiding van de parkeer-
voorziening in het Zoekgebied Archiefterrein Sint Willibrordus (Gemeenteblad afd. 1,
nr. 849).
Overwegende dat:
— de herinrichting van de Van Woustraat en de mogelijke bouw van parkeergarage
in Willibrordusstraat met elkaar verbonden zijn;
— het op dit moment niet zeker is of en wanneer de parkeergarage gerealiseerd
gaat worden;
— de herinrichting om van de Van Woustraat een verkeersveilige en leefbare
stadsstraat te maken zeer hard en snel nodig is;
— hierbij alle parkeerplaatsen in de Van Woustraat zullen worden opgeheven.
Spreekt uit:
dat de koppeling tussen beide projecten onwenselijk is voor de voortgang van de
herinrichting van de Van Woustraat tot verkeersveilige, leefbare stadsstraat zonder
parkeerplaatsen.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
in samenwerking met stadsdeel Zuid te zoeken naar een innovatieve, creatieve en
tijdelijke parkeeroplossing om de periode tot een mogelijke realisatie van
de parkeergarage te overbruggen.
Het lid van de gemeenteraad
J.S.A. Vroege
1
| Motie | 1 | discard |
> Gemeente
Amsterdam
D Motie
Datum raadsvergadering 19 en 20 juli 2023
Ingekomen onder nummer 264
Status Aangenomen
Onderwerp Motie van het lid Krom inzake Amsterdam Cleanup Day
Onderwerp
Amsterdam Cleanup Day
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De Raad,
Gehoord de discussie over Voorjaarsnota 2023
Constaterende dat; Amsterdam Cleanup Day
-_ leder jaar op World Cleanup Day mensen over de hele wereld de straat op gaan om zwerf-
vuil aan te pakken;
-_ Zwerfafval ook in Amsterdam een probleem is;
-_Erreeds een initiatief is rond World Cleanup Day maar deze zich voornamelijk richt op
scholen en bedrijven.
Overwegende dat:
-__ De zwerfafvalproblematiek in Amsterdam een veelkoppig monster is dat verschillende op-
lossingen vraagt;
-_Het vieren van World Cleanup Day in Amsterdam een oplossing is die kan bijdragen aan
minder zwerfafval op straat;
-_ World Cleanup Day in Amsterdam het bewustzijn over zwerfafval kan vergroten;
-__ Het goed zou zijn als ook straten en buurten zich aansluiten bij dit schoonmaakinitiatief en
zo de bewustwording rondom zwerfafval te vergroten.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders
Jaarlijks World Cleanup Day te vieren in Amsterdam door:
-__ Viade stadsdelen contact te leggen met lokale vrijwilligersgroepen in alle buurten, zoals
SchoonWest en Vuilnisoproer, en in gezamenlijkheid opruimactiviteiten op te zetten voor
World Cleanup Day;
-_ Via gemeentelijke communicatiemiddelen World Clean Up Day (en mogelijkheden om
deel te nemen) zoveel mogelijk onder de aandacht te brengen bij Amsterdammers.
Gemeente Amsterdam Status Aangenomen
Pagina 2 van 2
Indiener,
J.M. Krom
| Motie | 2 | discard |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
x% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2015
Afdeling 1
Nummer 1287
Datum akkoord 11 december 2015
Publicatiedatum 16 december 2015
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van de raadsleden mevrouw D. Timman en
mevrouw M. ten Bruggencate van 21 september 2015 inzake de hoge kosten voor
studenten met een mbo-opleiding.
Aan de gemeenteraad
inleiding door vragenstelsters.
Steeds vaker zitten jongeren thuis omdat zij de kosten voor een opleiding van het
middelbaar beroepsonderwijs (mbo) niet kunnen betalen. Dit berichtte de VNG op
18 september 2015. De kosten voor een mbo-opleiding variëren van € 500 tot
€ 1500 euro per jaar. Van dit bedrag moet bijvoorbeeld een laptop, boeken, software
of gereedschap worden gekocht. De jongeren in de leeftijdscategorie 15 tot en met
17 jaar krijgen geen studiefinanciering of OV-studentenkaart. Ouders krijgen alleen
via de Dienst Belastingen een maandelijkse tegemoetkoming van € 67. Voor
bijvoorbeeld een koksopleiding moet echter aan het begin van een opleiding al
materiaal worden gekocht, wat in de honderden euro's kan lopen.
Voor de fractie van D66 is het onacceptabel wanneer jongeren hun mbo-studie
moeten stopzetten vanwege te hoge kosten. Door afschaffing van de Wet
tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (Wtos) lopen jongeren en hun
ouders tegen onmogelijke financiële obstakels aan. Tevens wordt vaak laat bekend
wat de daadwerkelijke kosten zijn die de ouders moeten gaan betalen, wanneer dit
bijvoorbeeld pas in de eerste les wordt gecommuniceerd. Lang niet alle ouders
kunnen deze hoge kosten in één keer betalen, waardoor de maandelijkse
tegemoetkoming in studiekosten niet voldoet.
Gezien het vorenstaande hebben vragenstelsters op 21 september 2015, beiden
namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor
de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van
burgemeester en wethouders gericht:
1 https://vng.nl/onderwerpenindex/werk-en-inkomen/armoedebeleid-en-
schuldhulpverlening/nieuws/kosten-mbo-voor-veel-jongeren-te-hoog
1
Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R
Neeing oer Gemeenteblad
Datum 16 december 2015 Schriftelijke vragen, maandag 21 september 2015
1. Herkent het college de signalen die de VNG heeft afgegeven over de hoge kosten
voor het mbo-onderwijs?
Antwoord:
Het college is bekend met het feit dat er schoolkosten zijn in het mbo en dat deze
kosten kunnen variëren in hoogte. De schoolkosten in het mbo verschillen per
opleiding. De kosten voor een mediaopleiding kunnen dus verschillen van die
voor een kappersopleiding of een opleiding in de zorg. Tot nu toe heeft het
college geen signalen ontvangen dat sinds de overgang van de WTOS naar het
kindgebonden budget meer ouders een beroep doen op de mogelijkheid voor
bijzondere bijstand voor het voldoen van schoolkosten in het mbo.
Ook navraag bij de in Amsterdam gevestigde mbo-instellingen leert dat er dit jaar
niet meer ouders en leerlingen zijn die zich melden vanwege het niet kunnen
betalen van de schoolkosten. Op dit moment heeft de afschaffing van de WTOS
in die zin nog niet geleid tot de problemen die door de VNG worden benoemd.
2. In hoeverre kan de scholierenvergoeding kosten dekken voor jongeren die mbo-
onderwijs volgen? Is deze vergoeding toereikend voor opleidingen waarbij veel
materialen moeten worden aangeschaft?
Antwoord:
De scholierenvergoeding is er voor schoolgaande kinderen tot 18 jaar en
bedraagt € 499 per kind voor onderwijs in het voortgezet onderwijs en mbo-bol
opleidingen. Aan jongeren die een mbo-opleiding volgen via de beroeps-
begeleidende leerweg (bbl) wordt deze vergoeding alleen verstrekt als ze een
onbetaalde leerwerkplek hebben. Indien de schoolgaande jongeren drie of meer
zones met het openbaar vervoer moeten reizen om de school te bereiken komen
zij ook in aanmerking voor een tegemoetkoming van £ 250 in de reiskosten.
Vanaf 18 jaar hebben jongeren die een mbo-opleiding volgen recht op
studiefinanciering.
De scholierenvergoeding is bestemd voor de kosten van sport, school en cultuur
en wordt op declaratiebasis verstrekt. Ouders kunnen de vergoeding naar eigen
inzicht besteden. De scholierenvergoeding zal niet in alle gevallen volledig
dekkend zijn voor de te maken kosten. Om die reden worden ouders in
voorkomende gevallen in staat gesteld om individuele bijzondere bijstand aan te
vragen. Dit blijft van kracht zolang de minister van OCW dit nog niet afdoende
heeft geregeld en ouders zich gesteld zien voor hoge uitgaven voor de mbo-
opleiding.
3. Kan het college een inschatting geven van het aantal jongeren dat naar het mbo
in Amsterdam gaat en die niet hun schoolspullen kunnen betalen?
Antwoord:
Op dit moment heeft het college daar geen zicht op. De in Amsterdam gevestigde
onderwijsinstellingen hebben geen signalen dat de schoolkosten een
belemmering zijn om niet aan een opleiding te beginnen. Ouders en leerlingen
worden tijdens open dagen en intakes geïnformeerd over de schoolkosten.
2
Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Demmer he ecomber 2015 Schriftelijke vragen, maandag 21 september 2015
Dit betekent dat ouders voordat een leerling aan de opleiding begint weten welke
kosten aan de opleiding zijn verbonden. Als het betalen van de schoolkosten een
probleem is, hebben de in Amsterdams gevestigde mbo-instellingen hiervoor
verschillende regelingen. Dit kunnen betalingsregelingen zijn, maar voor sommige
opleidingen kan ook materiaal worden geleend of gehuurd waardoor de kosten
lager zijn. De ouders en / of leerling moet echter wel actief melden bij de school
dat zij de kosten niet voor hun rekening kunnen nemen.
De scholierenvergoeding wordt jaarlijks ten behoeve van 13.000 kinderen van
minimahuishoudens verstrekt. Die huishoudens worden door de gemeente
proactief benaderd.
4. Welke oplossing kan het college bieden wanneer ondanks een scholieren-
vergoeding jongeren de kosten voor het volgen van mbo-onderwijs niet kunnen
betalen of wanneer zij niet in aanmerking komen voor een scholierenvergoeding?
Antwoord:
Zoals ook in het antwoord op vraag 2 al aangegeven, kan het zo zijn dat de
scholierenvergoeding niet in alle gevallen volledig dekkend is voor de te maken
kosten. Om die reden worden ouders in voorkomende gevallen in staat gesteld
om individuele bijzondere bijstand aan te vragen. Dit blijft van kracht zolang de
minister van OCW dit nog niet afdoende heeft geregeld en ouders zich gesteld
zien voor hoge uitgaven voor de mbo-opleiding.
5. Is het college bereid, te onderzoeken of een studievoorschot of andere oplossing
deze jongeren kan helpen bij de hoge kosten die met name aan het begin van
een studie betaald moeten worden?
Antwoord:
Vooralsnog lijkt het erop dat huidige regelingen van de gemeente en het beleid
van de Amsterdamse mbo-instellingen voldoende zijn voor studenten om te
kunnen starten met een mbo-opleiding. Wel vinden wij het signaal van de VNG
zorgwekkend. Daarom zal het college een vinger aan de pols houden, zowel door
dit met regelmaat te toetsen bij de Amsterdamse mbo-instellingen als door het
aantal aanvragen dat wordt gedaan voor bijzondere bijstand. Ook zal dit
onderwerp in de gesprekken die de G4 met de minister voert op de agenda
worden gezet.
Wij willen voorkomen dat jongeren die op basis van hoge kosten in het mbo en
een laag inkomen van hun ouders niet aan een opleiding in het mbo kunnen
beginnen.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester
3
| Schriftelijke Vraag | 3 | discard |
Resultaten kentekenonderzoek
Oudezijde
Technische Sessie Commissie ID 24-01-2017
Camera's zo geplaatst dat in- en uitrijdend verkeer van vijf
deelgebieden in de Oudezijde nagenoeg volledig wordt gemonitord
% »
es De
pn s SZ On en
$ ° Dn © Ps En ee
% - S Be " En 1 ANA NS
7
8 « Se mS SA
$ : 2 à S « Pe, e AL)” Ee
Le U 4
TEE , [
Fy | Achterburg- markt À SC
jj wallen Zp 4
1 DA Ln Uilenburg
SE Q) 7 Pa
burgwal CN
Sn ) SA LS 2e
© reenonderzoek Dn 5
® Vaste kenteken- Le
In alle deelgebieden behalve Uilenburg is de verkeersintensiteit in
weekendnachten ongeveer even hoog als overdag
Intensiteit in- en uitrijdingen per deelgebied
Gemiddeld aantal per uur
—_ Achterburgwallen
800 _ Kloveniersburgwal
— Nieuwmarkt
700 \ —— Uilenburg ZN
600 hz |
500
400 | /
300
200 NY
Ke
100
0 Overdag Weekend nacht Overdag
012345 6 7 8 91011121314151617181920212223 O1 23 4 5 6 7 8 9 1011121314151617181920212223
TT MÚWeekdag HO Weekenddag —__——_———————>
‘s-nachts en ‘s-avonds vooral verkeer van taxi's en personenauto's;
doordeweeks overdag ook veel bedrijfsvoertuigen
Intensiteit in- en uitrijdingen per voertuigtype
Gemiddeld aantal per uur
800
Personenvoertuigen
700 Taxi
Bedrijfsvoertuigen
600 ——Vergunninghouders
500
400
300
200 IS
100
0
0123 45 6 7 8 9 1011121314151617181920212223 0123 4 5 6 7 8 9 1011121314151617181920212223
Weekdag 4 Weekenddag >
Aan west- en zuidkant van gebied is verkeer geconcentreerd op beperkt
aantal routes, in Lastage en Uilenburg is het meer gespreid, zowel overdag…
Verkeersintensiteit Oudezijde overdag
ee per uur LN
Sn
GPS ND an
SIS nn
® Á Ee.
SJ LSI i 5 in Ö 9 5 Vr
| io 2 Re Sn < ER
Klk Pee
7 Se mn. Ss
RLS
… als op weekendnachten
Verkeersintensiteit Oudezijde weekendnacht
ERE
Zi / nn
8
0 ASS
„20 CE
| aen 5 rd °
Vooral op de oostzijde van de Kloveniersburgwal en in de
Lastage ‘s-nachts veel verkeer langs woningen
Verkeersintensiteit Oudezijde weekendnacht en woningen begane grond (als indicator voor problematiek bewoners)
Hvoertuigen per uur
SG SKSEUAND Min
- Ze y/ Mt > SS
Le = #5 8 d 1 #_ ‚ So <
AT SD
… 4 be GF
Oren A) eG
Ì REE Nr, s
5 Af SEL
ve Se SZ ES
hf IJ ED LD
7 ú 2 eG LSA Ss
: Nb See
| rr a <
5 Ee
4 “
a 4 4 LI en 2
E A BA TS ON) 7
Gemiddelde tijd tussen voertuigpassages tussen 0 en 5 op weekendnachten op woonlocaties
1. Rusland 4. Kloveniersburgwal 7. Koningsstraat
5 Ns VETZAEK en AAT HA HENS NNT
ï SIS An RAA PE Ai A ( SBEENDAK: 740
AN iN’ \ „JA We h eN ed Ed Di Ö Ái | ik 45 sn Ei ì he AK & ERIN | À Hi
NE ; MNS ale - 14
Ee l Oe ol A bi UE 4 EN ME | = Í mi Ì | nn U jk aipdtnt Ln
el rn frei Ad En ER NE RR 1 es
zl ke Eet lis, kon : 4 ej ‚en: iN sl D im
ns a Re ! ee 7 jk E wa Er N T je el | | n N
== SN amer BN Nin Ns NE N
A4 | sE 4 e EE id | Nt „Rn
18s 26s
2. Sint Antoniesbreestraat 5, Oude Schans 8. Recht Boomssloot
NT ) WRS EL ee AU b af ij ef IN EN
AE A cf MINS} EE, EI U NN B ee EES
oe MOER Se ME 0 OO he TT mn INL Ht at ts:
: | led ze | KE € h 5 Î \ mees an NN 3 tn LEN pe je se ME ri
pî RD Ì k 1 Re Oman k „ine 4 | ES gem
Á GG UE > EE | les ND
EL aak Cy OER ‘ PEW ‘
SSZARRKENE F7 q VE ea
3. Geldersekade 6. Kromme Waal 9. Korte Koningsstraat
Oe ML OS { ' È bh LO
hete A Sk ie cd if eN En DE Giet AEN Ee nin SN Ei ik k
TES ra ls IE et f u | | En Re Kd k. Iq A ; | dj î _ Ik f UE PT 184
eed EN ori ENS Ni A Jt 1 E ll
80s
« . . . é{ .
Dit betreft veel niet-bestemmingsverkeer: ‘s-nachts veel rondjes,
overdag vooral doorgaand verkeer
Aandeel en samenstelling niet-bestemmingsverkeer per voertuigcategorie en dagdeel
%in- en uitrijdingen Oudezijde
Overdag Weekendnacht
Verkeers- 100% 23% 48% 23% 7% 100% 61% 37% 2% 1%
aandeel
Bestemmings-
verkeer
Ontsluiting
omliggende
gebieden
Doorgaand
verkeer
Rondjes
Totaal Taxi Personen- Bedrijfs- Vergunning- Totaal Taxi Personen- Bedrijfs- Vergunning-
voertuigen voertuigen houders voertuigen voertuigen houders
Ke)
Voorbeelden van ‘s-nachts veel gereden rondjes door de
Oudezijde
ZZE EE
EI ok 8
OSE
Sef OE SZ Pd 10
Rondjes in weekendnachten worden grotendeels gereden door taxi's,
maar ook onverwacht veel door personenauto's
Kenmerken van voertuigen die op weekendnachten rondjes rijden in de Oudezijde
Hverschillende voertuigen dat op Gemiddeld aantal rondjes Totaal aantal rondjes
een gemiddelde weekendnacht per voertuig per nacht per uur
rondjes rijdt door de Oudezijde
Personenvoertuigen En 144 2,2 En 62
Overig | 12 En 1,3 | 3
bedrijfsvoertuigen | 8 | 1,4 | 2
11
. {
Veel verkeer van personenvoertuigen ‘s-nachts vertoont
kenmerken van taxi's
Nachtverkeer Oudezijde Hoeveel ritten maken de overige Welk aandeel daarvan wordt in de
naar voertuigtype* personenauto’s gemiddeld in Amsterdam? avond/nacht gereden**?
. O, g,
Overige <8 ritten 10% mm 1%
personen- >6 ritten 30 per week 20% mm 3%
auto’s per dag 7 30% mmm 6%
10% en 11%
17%
N Del
Bedrijfs- 60% 13%
©,
voertuigen Taxi's nn 15%
Verg. houders 3-6 ritten per <3 ritten 0 16%
Buitenlands dag p per dag On 11%
100% nn 7%
Hoe vaak worden ze gemiddeld per weekend Hoe belangrijk is de Nieuwmarkt als Wat is het aandeel publieke voertuigen***?
gescand in de Oudezijde**? bestemming in de Oudezijde**?
nn
<2 13% 0% 51 et
Politie | 2,0%
en M280 : :
25 28% 20% EE 5% In de Nieuwmarkt ligt
0 0 0
510 EN 16% Wear 24 TED de Gemeente-
straatparkeerplekken tui | 0,1%
10-20 EN 11% 420% EE 9% van de Oudezijde voertuigen
20-30 mmm 70
7 80% WN 12% Brandweer 0%
30-50 mn 9%
50 EN 169, 100% Wmm 23%
“Aandeel in/uitrijdingen deelgebieden *** Op basis van kentekenonderzoek juni 2015 in de Damstraat, 12
“Exclusief verkeer dan minder dan 8 ritten per week maakt Nieuwe Doelenstraat en Grimburgwal
Aantal doorgaande ritten per uur
Weekendnacht Overdag
Halvemaansbrug-Damstraat VO 37 _Jodenbreestraat-Geldersekade VO 32
Halvermaansbrug-Nieuwe Halvemaansbrug-Nieuwe
ma DM ::
Doelenstraat Doelenstraat
Jodenbreestraat-Geldersekade DO 34 Halvemaansbrug-Damstraat Vo 25
Jodenbreestraat-Damstraat | 21 Jodenbreestraat-Peperbrug | 17
b traat-Ni
Jodenbreestraat-Nieuwe | 16 Geldersekade-Damstraat | 12
Doelenstraat
Geldersekade-Nieuwe Doelenstraat | 14 Halvemaansbrug-Gelderskade | 12
Halvemaansbrug-Gelderskade | 13 Jodenbreestraat-Damstraat | 11
Geldersekade-Damstraat | 13 Geldersekade-Nieuwe Doelenstraat | 10
Kalkmarkt-Damstraat [| 5 Kalkmarkt-Jodenbreestraat | 6
Jodenbreestraat-Nieuwe
K Waal-D t
rommeWaal-Damstraa | 5 Doelenstraat || 6
. De knip Muntplein leidt daarnaast
Kalkmarkt-Nieuwe Doelenstraat mn 4 tot een toename van het verkeer op alkmarkt-Damstraat mn 4
de route Nieuwmarkt-Keizersbrug-
Uilenburg-Jodenbreestraat, omdat
de route het gebied uit via Amstel
Aire LA Ta ef AISN oen 13
*Zie voor meer details sheet 19-22 EEE
Met name ‘s-nachts in het weekend is standplaats vol en rijden er in de
Oudezijde (daarom) bijna net zoveel taxi’s rond als er stilstaan
Aantal taxi’s in de Oudezijde naar tijdstip
60 vrrrennrvenenerenrenenenenennneenenernnneneneneennnneeneneenenneenenenennnnennnenennenennnenenennenneneennenennnenenen ennen ennen ennen
5O vreennerenenneennnnenenneenenneneneeenennenenneennnnenenneennnnenennneennnnenenendieenenennennnnnenennennennenenneennnnenennennnnn enen
AO meeer eeenenneennnneneneenenenenenneneneeennneennennn eel eeeneeneneneeenennenennnennnneneneneneneeendeeenenn
m Rijdend
30 orrenfeenrenrenenennenennenennenenennenennenennenenennenen ennen oeneenenennenenennennenenennenenn eener
20 eeenenennneneneneeeneeeneneeneneneenn eenen eeeneeeneeenen ---
10 N > u pn KN USL Kee}
standplaatsen in
het gebied
0
0123 45 6 7 8 9 101112131415161/181920212223 O1 23 45 6 7 8 9 101112131415161/181920212223
Weekdag te Weekenddag >
14
Vervolgplanni
Presentatie commissie ID 24 januari 2017
Presentatie toesturen aan bewonersraad Nieuwmarkt 24 januari 2017
Ambtelijk overleg met bewonersraad Nieuwmarkt begin februari 2017
Overleg wethouder — bewonersraad over uitkomsten kentekenonderzoek en vervolgaanpak Begin februari 2017
(korte en lange termijn aanpak)
Presentatie kentekenonderzoek aan CABA Begin februari 2017
Presentatie aan overige stadsbrede stakeholders Medio februari 2017
Presentatie / overleg met lokale bewoners en ondernemers Medio februari 2017
Inventariseren wensen korte termijn maatregelen met lokale bewoners en ondernemers Eind feb/ begin maart 2017
Technische uitwerking en doorrekening korte termijn maatregelen in overleg met lokale Maart /april 2017
bewoners en ondernemers
Stuk voor AB gereedmaken m.b.t. korte termijn maatregelen (onder voorbehoud dat breed Mei 2017
gedragen oplossing gevonden wordt)
Informeren commissie ID over korte termijn maatregelen Juni 2017
Uitwerken lange termijn maatregelen 2017/2018
Lie NOL VVIJGIS GI
| Onderzoeksrapport | 15 | train |
VN2022-021244 G Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering
emeente ! ! '
Dienstverlening % Amsterdam Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media, F KD
% ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en
% Antidiscriminatiebeleid
Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022
Ter advisering aan de raad
Portefeuille Dienstverlening
Financiën
Evenementen
Woningbouw (20)
Financiën (36)
Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit (32)
Openbare Orde en Veiligheid (2)
Ruimtelijke Ordening (22)
Agendapunt 4
Datum besluit College van B&W 13 september 2022
Onderwerp
Vaststellen Legesverordening Amsterdam 2023
De commissie wordt gevraagd
De raad te adviseren:
|, de Verordening op de heffing en invordering van leges 2023 (Legesverordening Amsterdam
2023) vast te stellen zoals opgenomen in de bijlage en kennis te nemen van de toelichting zoals
opgenomen in de raadsvoordracht.
IL In te stemmen met de toewijzing van de bevoegdheid aan het college van B&W om redactionele
wijzigingen en veranderende Rijkstarieven door te kunnen voeren.
IL In geval de Omgevingswet niet per 1 janvari 2023 wordt ingevoerd, het vervangende voorstel met
een aangepast hoofdstuk 3 ‘Fysieke leefomgeving’ vast te stellen. In dit aangepaste hoofdstuk 3 zijn
de percentages van de bouwvergunning verlaagd om rekening te houden met de hoge bouwinflatie
en is het tarief voor duurzaam verbouwen eveneens aangepast.
Wettelijke grondslag
e Artikel 216 van de Gemeentewet bevat de bevoegdheid van de gemeenteraad om
belastingverordeningen vast te stellen.
e Artikel 229 van de Gemeentewet is de wettelijke basis voor Verordening op de heffing en
invordering van leges. Op grond van dit artikel kan een gemeente onder andere rechten
heffen voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten. Onder
rechten worden mede verstaan de leges.
e De artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet bepalen dat een burgemeester of
gezaghebber rechten kan heffen voor het verrichten van handelingen ten behoeve van de
aanvraag van een reisdocument.
e Artikel 156 van de Gemeentewet maakt mogelijk dat de raad de bevoegdheid tot aanpassing
van de legesverordening onder strikte voorwaarden kan overdragen.
Bestuurlijke achtergrond
De bevoegdheid tot het vaststellen of wijzigen van de legesverordening en -tabel ligt bij de
gemeenteraad.
Het wettelijke vitgangspunt (Gemeentewet) is dat de leges niet meer dan 100% kostendekkend
mogen zijn. Een overzicht van de kostendekkendheid van de leges is opgenomen in de begroting,
paragraaf Lokale heffingen.
Gegenereerd: vl.28 1
VN2022-021244 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering, F K D
i i msterdam
Dienstverlening % Personeel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media,
ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en
Antidiscriminatiebeleid
Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022
Ter advisering aan de raad
In de commissie Kunst, Democratisering en Diversiteit van 2 juni 2021 is het beleidskader Leges
gedeeld met daarin de vitgangspunten en uitleg van de legesverordening en de tarieventabel.
Reden bespreking
De Legesverordening wordt tegelijkertijd met de Begroting behandeld in de raad en voorafgaand
besproken in alle betrokken commissies. De behandeling vindt plaats in verschillende commissies
omdat de tarieven van de verschillende onderdelen vit de Legestabel onder diverse portefeuilles &
begrotingsprogramma’s vallen.
De Eerste Kamer heeft aangegeven in oktober in te zullen stemmen met de invoering van de
Omgevingswet per 1 januari 2023. Er is echter een kleine kans dat er begin november toch weer
uitstel volgt. In geval de Omgevingswet niet per 1 januari 2023 wordt ingevoerd is de opgestelde
legestabel niet meer correct. Met de griffie is afgestemd dat er met die mogelijkheid in het
raadsvoorstel rekening wordt gehouden en er is daarom een alternatieve tabel toegevoegd aan
het raadsvoorstel. Hierin wordt voor H3 Fysieke Leefomgeving weer teruggegrepen op de oude
legestabel zonder Omgevingswet, met een paar aanpassingen om het hoofdstuk te actualiseren en
te verbeteren.
Op moment van besluitvorming in de raad (9-10 november) is hoogstwaarschijnlijk bekend welke
versie van de legestabel 2023 moet worden vastgesteld.
Uitkomsten extern advies
Niet van toepassing
Geheimhouding
Niet van toepassing
Uitgenodigde andere raadscommissies
* Commissie Financiën, Kunst en Diversiteit (FKD)
Leges Ha Informatie, H2 Burgerzaken, 6.5 Evenementen en Ha1 Algemene bepalingen
Portefeuilles ‘Dienstverlening’, ‘Evenementen’
* Commissies Ruimtelijke Ordening (RO) en Woningbouw en Volkshuisvesting (WV),
Duurzaamheid en Circulaire economie
Leges H3 Omgevingsvergunningen, Fysieke Leefomgeving
Portefeuilles ‘Ruimtelijke Ordening’, Woningbouw’, ‘Volkshuisvesting’ en ‘Duurzaamheid’
* Commissie Algemene Zaken (AZ)
Leges H6 (m.u.v. 6.4 & 6.5) Horeca, Kansspelen, Prostitutie, Activiteiten op de Openbare Weg,
Milieu
Portefeuille ‘Openbare Orde en Veiligheid’
* Commissie Sociaal, Economische Zaken en Democratisering (SED)
Gegenereerd: vl.28 2
VN2022-021244 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Lucht en Zeehaven, Bedrijfsvoering,
Dienstverlening % Amsterdam P On: leni . Lokale Medi
% ersoneel en Organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen, Lokale Media,
ICT en Digitale Stad, Kunst en Cultuur, Evenementen, Diversiteit en
Antidiscriminatiebeleid
Voordracht voor de Commissie FKD van 13 oktober 2022
Ter advisering aan de raad
Leges H6.4 Winkeltijdenwet en H7.4 Ambulante Handel
Portefeuille ‘Economische Zaken’
* Commissie Mobiliteit, Openbare ruimte en Water (MOW)
Leges H7.1-7.3 Vergunningen Openbare Ruimte, H8 Verkeer en Vervoer en Hg Binnenwater
Portefeuilles ‘Openbare Ruimte en Groen’, Verkeer, Vervoer en Luchtkwaliteit’ en ‘Water’
e Commissie Onderwijs, Zorg en Armoedebestrijding (OZA)
Leges H1o Kinderopvang
Portefeuille Voorschool, Kinderopvang en Naschoolse Voorzieningen’
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
Nee
Welke stukken treft v aan?
Meegestuurd Registratienr. Naam
AD2022-087899 | 1. Gemeenteraad Voordracht Legesverordening 2023 op gnov2022.pdf (pdf)
AD2022-084147 2. Legestabel 2023 vs. 2022 MET Omgevingswet (pdf)
3. BEKENDMAKING legesverordening Amsterdam 2023 met
AD2022-084145 ‚
Omgevingswet (msw)
AD2022-084148 | 4. Alternatieve Legestabel 2023 vs 2022 ZONDER Omgevingswet (pdf)
5. BEKENDMAKING_Alternatief- legesverordening Amsterdam2023
AD2022-084146 ‚
ZONDER Omgevingswet (msw12)
AD2022-066103 Commissie FKD Voordracht (pdf)
Ter Inzage
Registratienr. | Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
Directie dienstverlening, Sarie Muijs, s.muijs@®amsterdam.nl
Gegenereerd: vl.28 3
| Voordracht | 3 | train |
2 Geldermalsen
Raadscommissie Bestuur en Middelen
Hierbij nodig ik u uit voor de vergadering van de commissie Bestuur en Middelen op dinsdag 12 april
2016 om 20.00 uur in de Raadzaal van het gemeentehuis van Geldermalsen.
Registratienummer: 16.005211
De volgende agenda wordt voorgesteld:
AGENDA
Onderwerp Uitgenodigd
1. Opening en mededelingen
2. Spreekrecht burgers
3. Vaststellen agenda 12-04-2016
4. Vaststellen verslag en actielijst 15-03-2016
5. Gesprek met directeur ODR Dhr. A. Schipper
Raadsvoorstel
6. Onderzoeksrapport Dienstverlening van de rekenkamercommissie Portefeuillehouder
Geldermalsen M. de Vries
Informatienotitie
7. Consultatie Regionaal Beleidsplan en Regionaal Risicoprofiel Portefeuillehouder
Veiligheidsregio Gelderland-Zuid M. de Vries
Overige agendapunten
8. Breedband Wethouder
T. van Maanen
9, Stand van zaken Verbonden Partijen commissie Bestuur en Middelen Portefeuillehouders
M. de Vries en
T. van Maanen
10. Stand van zaken Werkgroep Vernieuwen Begroting Wethouder
R. van Meygaarden
Ter kennisname gelegde stukken en informatie
11. Informatie over begroting 2017-2020 Provincie Gelderland Wethouder
R. van Meygaarden
12. Lange Termijn Agenda
13. Rondvraag
14. Sluiting
Voorzitter
E. Goossens
2 Geldermalsen
Toelichting:
5. Gesprek met directeur ODR
Op verzoek van de leden van de commissie Bestuur en Middelen is de heer Anne Schipper, directeur van
de Omgevingsdienst Rivierenland aanwezig met als doel in gesprek te gaan over de wederzijdse
ervaringen met de ODR uit te wisselen en vragen (liefst van te voren te aanleveren) te beantwoorden.
Ook de leden van de commissie Grondgebied zijn hierbij uitgenodigd.
6. Onderzoeksrapport Dienstverlening van de rekenkamercommissie Geldermalsen
U wordt gevraagd uw raad te adviseren de conclusies en aanbevelingen uit het onderzoeksrapport van
de rekenkamercommissie over te nemen. Tevens kunt u afhankelijk van de discussie in deze
commissievergadering nog andere beslispunten laten opnemen in dit raadsvoorstel.
7. Consultatie Regionaal Beleidsplan en Regionaal Risicoprofiel Veiligheidsregio Gelderland-Zuid
Conform de Wet Veiligheidsregio's wordt het concept Regionaal Beleidsplan 2016-2019 en het concept
Regionaal Risicoprofiel 2016-2019 ter consultatie aan alle gemeenteraden binnen de Veiligheidsregio
Gelderland-Zuid voorgelegd. Doel van de consultatie is tweeledig: enerzijds om na te gaan of de
gemeenteraad zich herkent in de voor hen geschetste risico’s binnen de eigen gemeente en anderzijds of
zij zich kunnen vinden in het beleid van de veiligheidsregio of dat aanvullingen of wijzigingen gewenst
zijn. De bijgevoegde gespreksnotitie biedt hiervoor een handvat. Op 22 maart heeft er een
Beeldvormende Bijeenkomst over dit onderwerp plaatsgevonden, de presentatie is terug te vinden op de
website.
8. Breedband
Regio Rivierenland informeert u middels bijgevoegd stuk over de recente ontwikkelingen van het
glasvezelproject.
9. Stand van zaken Verbonden Partijen commissie Bestuur en Middelen
Om meer grip te krijgen op de verbonden partijen met toezicht arrangement 2 of 3 worden deze ieder
kwartaal geagendeerd in de betreffende raadscommissie. Voor Bestuur en Middelen zijn dit de
verbonden partijen;
Regio Rivierenland (3)
Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (2)
Logistieke Hotspot (3)
Bedrijfsvoeringsorganisatie West Betuwe (3)
Het lid van het college die deel uitmaakt van het AB c.q. DB van deze verbonden partij zal de stand van
zaken en de ontwikkelingen met jullie delen. Er zijn geen stukken bij dit agendapunt.
10. Stand van zaken Werkgroep Vernieuwen Begroting
De Werkgroep Vernieuwen Begroting is enkele malen bij elkaar geweest en Wethouder van Meygaarden
brengt u op de hoogte van de stand van zaken. Er zijn geen stukken bij dit agendapunt.
11. Informatie over begroting 2017-2020 Provincie Gelderland
De Provincie Gelderland vraagt middels bijgevoegde brief aandacht voor een aantal thema's, waarmee u
de komende periode te maken krijgt. Zo nodig is ook aangegeven hoe de Provincie daarmee omgaat. U
kunt deze informatie gebruiken als u uw raad adviseert over de vast te stellen kaders voor de begroting
2017-2020. U wordt gevraagd deze informatie voor kennisgeving aan te nemen.
12. Lange Termijn Agenda
U wordt gevraagd de LTA voor kennisgeving aan te nemen.
| Agenda | 2 | train |
x Gemeente Amsterdam F E Z
% Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven
% Agenda, donderdag 16 april 2009
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven
Tijd 09.00 tot 12.00 uur
Locatie 0239
Algemeen
1 Opening
2 Mededelingen
3 Vaststelling agenda
4 _Inspreekhalfuur Publiek
5 Conceptverslag van de openbare vergadering van 26 maart 2009.
e _ Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier
doorgegeven, commissieFEZ @raadsgriffie.amsterdam.nl
6 Openstaande Toezeggingen
7 Actualiteiten
WETHOUDER ASSCHER-DEEL
Economische Zaken
8 Kredietcrisis
e _ Mondelinge toelichting door wethouder Asscher.
e Geen stukken.
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen zijn openbaar en hiervan worden geluids- en beeldregistraties gemaakt.
De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl
1
Gemeente Amsterdam
Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Luchthaven en Zeehaven F EZ
Agenda, donderdag 16 april 2009
Algemeen
9 _Rondvraag/T KN-lijst wethouder Asscher
WETHOUDER OSSEL-DEEL
Lucht-en Zeehaven
10 Stand van zaken ADM-terrein in Westpoort Nr. BD2009-002458
_Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
, Geagendeerd op verzoek van mevrouw Hoogerwerf (D66).
Algemeen
11 Rondvraag/TKN-lijst wethouder Ossel
BESLOTEN DEEL
2
| Agenda | 2 | train |
2x Gemeente
Amsterdam
> < West
as
A 4 Agenda Stadsdeelcommissie West
Vergaderdatum Dinsdag 10 maart 2020 19.45-23.05UUr
Locatie Raadszaal 1° etage
Stadsdeelkantoor Bos en Lommerplein 250, 1055 EK Amsterdam
Telefoonnummer Bestuursondersteuning 0o6-51250957
E-mail stadsdeelcommissie.sdw@ amsterdam.nl
Internet www.amsterdam.nl/west voor actuele informatie (agenda kan gewijzigd worden). Daar staan de bij deze
onderwerpen behorende stukken, evenals op het raadsinformatiesysteem: https://west.notudoc.nl
Voorzitter Charles Vaneker
Onderwerp BIJEENKOMST STADSDEELCOMMISSIE 10 maart 2020
Bij de agendapunten wordt vermeld door wie het onderwerp is voorgedragen
1. 19.45-20.00U
Opening, agenda vaststellen, mededelingen, actualiteiten
Ruimte voor inbreng van actualiteiten’.
2. 20.00-20.30U
Bewoners aan het woord
Ruimte voor inspraak van bewoners over niet geagendeerde onderwerpen’.
BESLUITVORMEND
3. 20.30-21.30U
Dagelijks Bestuur: Bos en Lommermarkt
Portefeuillehouder: Melanie van der Horst
OORDEELVORMEND
bh. 21.30-21.50U
Stadsdeelcommissie: Nieuw besluit op aanvraag bouwplan Jan Pieter
Heijestraat-Borgerstraat
Portefeuillehouder: Melanie van der Horst
OORDEELVORMEND
5. 21.50-22.20U
Dagelijks Bestuur: Stedelijke Adviesaanvraag Beleidskader Ruimte voor de
Voetganger
Portefeuillehouder: Jeroen van Berkel
OORDEELVORMEND
6. 22.20-22.50U
Dagelijks Bestuur: Stedelijke Adviesaanvraag Regionale Energie Strategie —
deel Amsterdam
Portefeuillehouder: Melanie van der Horst
BESLUITVORMEND
7. 22.50-23.00U
Dagelijks Bestuur: Stedelijke Adviesaanvraag Kader Buitenreclame
Portefeuillehouder: Jeroen van Berkel
Rondvraag
' De agendacommissie beslist voorafgaand aan de bijeenkomst of iets een actualiteit is.
2 Wilt u langskomen? Graag ontvangen wij uiterlijk 24 uur voor aanvang van de bijeenkomst uw aanmelding via
[email protected].
Pagina 2 van 2 Gemeente
Amsterdam
West
2
| Agenda | 2 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2020
Afdeling 1
Nummer 1156
Behandeld op 30 september 2020
Status Aangenomen
Onderwerp
Motie van de leden Boomsma, Naoum Néhmé en Ceder inzake het behoud van de
Scheepsreparatiewerf voor Amsterdam.
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de voortgang van versnelling Haven-Stad.
Overwegende dat:
— _pag. 87 van de Ontwikkelstrategie Haven stelt: “De mogelijkheid van woningbouw
in Cornelis Douwes 2-3 is afhankelijk van de toekomst van Damen Shipdock
(milieucategorie 5 bedrijf). Vooruitlopend op visie- en planvorming worden twee
scenario’s voor de scheepswerf onderzocht. Eén scenario waarbij de werf in zijn
geheel wordt uitgeplaatst of een tweede waarin met bronmaatregelen een
compacte werf blijft gehandhaafd en wordt ingepakt en ingepast in de omgeving.”
— de gemeente te kennen gegeven de Shipdock terreinen te willen bestemmen voor
woningbouw en een voorkeursrecht van koop op ‘t terrein had gevestigd;
— het bedrijf een huurcontract heeft tot 2028 en de huidige eigenaren van het
erfpachtrecht een groot financieel belang hebben bij een mogelijke sluiting van de
werf om ruimte te maken voor woningbouw;
— dat een wijziging van het huidige bestemmingsplan zou vereisen door de
gemeente en de gemeente daardoor een belangrijke rol speelt;
— het bedrijf door deze, mede door de gemeente gecreëerde situatie in grote
onzekerheid verkeert over de toekomst, en het risico bestaat dat de werf en de
daaraan gekoppelde banen voor de stad verloren gaan;
— het bestaan van een grote scheepsreparatiewerf van groot en strategisch belang
is voor de haven en voor de economie en zorgt voor een zeer groot aantal directe
en indirecte banen, waaronder veel voor praktisch opgeleide Amsterdammers;
Spreekt uit:
Dat het behouden van een grote scheepsreparatiewerf in van groot belang is voor de
Amsterdamse Haven, voor de Amsterdamse economie, en voor de werkgelegenheid.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
Zich in te spannen voor het behoud van een Scheepsreparatiewerf in het
Noordzeekanaalgebied (NZKG)
De leden van de gemeenteraad
D.T. Boomsma
H. Naoum Néhmé
D.G.M. Ceder
2
| Motie | 2 | discard |
BIJLAGE 1: Dossiers die handmatig werden/worden afgehandeld en de
aanpassingen die doorgevoerd zijn in de release van juni 2018
a. Erfpachters die met hun woning en aanhorigheid (garage, berging,
parkeerplaats) gelijktijdig willen Overstappen naar eeuwigdurende
erfpacht.
Dit is alleen het geval als er sprake is van twee (of meer) verschillende
erfpachtrechten. Als de woning met bijvoorbeeld parkeerplaats in hetzelfde
erfpachtrecht zit, kon dit al via het Overstapportaal. Het Overstapportaal
kon (nog) niet meerdere dossiers van één erfpachter gezamenlijk
behandelen. Met de nieuwe release kunnen deze erfpachters wel een
aanvraag indienen in het Overstapportaal.
b. Erfpachtrechten waarbij geen WOZ-waarde bekend is, kunnen niet
overstappen via het Overstapportaal.
Hiervoor wordt maatwerk geleverd. Er wordt een zogeheten onbezwaarde
waarde berekend. Deze waarde wordt gebaseerd op vergelijkbare
woningen in de buurt die wel over een WOZ-waarde beschikken. Er
kunnen (nog) geen waardes aan het Overstapportaal toegevoegd worden
en daarom worden deze aanvragen handmatig afgehandeld. Met de
nieuwe release kunnen voor deze erfpachtrechten aanvragen worden
ingediend in het Overstapportaal.
c. Erfpachtrechten waarbij geen BSQ bekend is, kunnen niet
overstappen via het Overstapportaal.
Dit gaat vaak samen met een ontbrekende WOZ-waarde. De BSQ moet in
deze gevallen nog berekend worden. Ook voor de BSQ geldt dat deze
(nog) niet in het Overstapportaal toegevoegd kunnen worden. Met de
nieuwe release kunnen voor deze erfpachtrechten aanvragen worden
ingediend in het Overstapportaal.
d. Het komt ook voor dat een WOZ-waarde over meerdere verschillende
objecten gaat.
Dit is geen probleem als de objecten in één erfpachtrecht zitten. Deze
erfpachtrechten kunnen via het Overstapportaal overstappen naar
eeuwigdurende erfpacht. Als de verschillende objecten tot verschillende
erfpachtrechten behoren, moet de WOZ-waarde gesplitst worden over de
verschillende objecten. In dat geval worden de onbezwaarde waardes
berekend en deze kunnen niet worden toegevoegd in het Overstapportaal.
Met de nieuwe release kunnen voor deze erfpachtrechten aanvragen
worden ingediend in het Overstapportaal.
e. Een erfpachtrecht kan uit één adres of meerdere adressen bestaan.
Als het erfpachtrecht uit slechts één adres bestaat, dus ook uit één
huisnummer, kan het erfpachtrecht via het Overstapportaal overstappen
naar eeuwigdurende erfpacht. Op het moment dat er sprake is van
meerdere adressen/meerdere huisnummers was dit niet mogelijk via het
Overstapportaal. Met de nieuwe release kunnen voor deze
erfpachtrechten aanvragen worden ingediend in het Overstapportaal.
1
f. Hetzelfde geldt voor een erfpachtrecht die meerdere kadastrale
objecten heeft.
Voor erfpachtrechten die meerdere kadastrale objecten bevatten is het
niet mogelijk om via het Overstapportaal een aanvraag te doen voor het
overstappen naar eeuwigdurende erfpacht. Met de nieuwe release in kan
voor deze erfpachtrechten een aanvraag worden ingediend in het
Overstapportaal.
g. Er zit een fout in de automatische aanbieding.
De automatische aanbiedingen worden gecheckt op juistheid voordat deze
worden verstuurd naar de erfpachter. Indien er een fout in de aanbieding
zit, die niet via de systemen kan worden aangepast, wordt deze
aanbieding handmatig verzonden.
h. Het erfpachtrecht staat op naam van ‘Erven van’.
Voor nabestaanden van een overleden erfpachter staat het erfpachtrecht
op naam van ‘Erven van’. Het is daardoor niet mogelijk dat de erfgenamen
via hun eigen DigiD overstappen via het Overstapportaal.
i. Meer dan 4 erfpachters
Als een erfpachtrecht meer dan 4 erfpachters heeft is het niet mogelijk om
via het Overstapportaal een aanvraag te doen.
j. Losse aanhorigheden
Het kan ook voorkomen dan een erfpachter een woning op eigen grond
heeft maar een aanhorigheid (garage, berging, parkeerplaats) op erfpacht.
Deze aanhorigheid kan dan overstappen naar eeuwigdurende erfpacht,
maar dit kan niet via het Overstapportaal.
k. Vicarierechten
Het is voor vicarierechten (oude, tijdelijk erfpachtrechten ooit uitgegeven
door kerkelijke organisaties) ook niet mogelijk om over te stappen via het
Overstapportaal. Dit zijn tijdelijke erfpachtrechten en deze kunnen worden
geconverteerd naar AB2016 (eeuwigdurende erfpacht). Het is voor deze
erfpachtrechten alleen mogelijk om een handmatige aanbieding aan te
vragen.
|. Voor het overstappen naar eeuwigdurende erfpacht is DigiD of E-
herkenning (voor bedrijven) verplicht.
Het kan zijn dat erfpachters (natuurlijke personen) die buiten Nederland
wonen geen DigiD hebben en deze ook niet kunnen aanvragen. Doordat
voor het inloggen in het Overstapportaal DigiD of E-herkenning verplicht
is, kunnen deze erfpachters geen aanvraag voor de overstap naar
eeuwigdurende erfpacht via het Overstapportaal doen. Deze erfpachters
kunnen een handmatige aanbieding ontvangen als zij willen overstappen.
Met de nieuwe release in kan voor deze erfpachtrechten een aanvraag
worden ingediend in het Overstapportaal.
m. Het kan ook zijn dat erfpachters zelf niet via het Overstapportaal
willen of kunnen overstappen.
Het kan zijn dat erfpachters geen computer hebben en daardoor geen
aanvraag via het Overstapportaal kunnen doen. Als deze erfpachters
2
willen Overstappen naar eeuwigdurende erfpacht faciliteert de gemeente
hierin door deze erfpachters een handmatige aanbieding te sturen.
n. Algemene Bepalingen 1994 en verlengd afkopen
Erfpachters met Algemene Bepalingen 1994 die een mogelijkheid hebben
tot verlengde afkoop kunnen nu nog geen aanvraag tot overstap indienen
via het Overstapportaal. Deze aanvraag zal handmatig worden behandeld.
De erfpachters zullen hierdoor één aanbieding ontvangen met zowel
opties tot verlengde afkoop als tot overstap.
3
BIJLAGE 2: Een op buurtniveau uitgesplitst overzicht van de 1140
verzonden aanbiedingen
Nieuw West_|Middelveldsche Akerpolder | 8}
[Nieuw West {Overtoomse Veld | 6
Nieuw West {Slotermeer Zuidwest | ____ 8
[Nieuw West {Slotervaart Zuid | 8
“In deze gevallen is er sprake van samenloop met de Canon herziening einde tijdvak (CHET).
Deze erfpachters hebben gelijk met de CHET aanbieding een overstapaanbieding gekregen.
4
Oost Weesperzijde 5
West __[Geuzenbuurt_ | 6
West __ [Overtoomse Sluis | 8
West __|Spaarndammer- en Zeeheldenbuurt |_9)
West |Van Galenbuurt | 6
5
BIJLAGE 3: Een op bouwjaar uitgesplitst overzicht van de 1140
verzonden aanbiedingen
EE
erfpacht aantal
01 6
1905 4
10 4
u 4
13 6
4 6
5 8
929 6
31 6
1937 6
938 8
6
ge
erfpacht aantal
4048) Al
4954) 9
4955) 6
4957) 4
4960) 9
4962) 8
4965) 6)
4966) _ 8
4967) 9
4970) al
A 6
495) 8
41976) 48)
4978) Al
7
ge
erfpacht aantal
41) Al
4996) 4
4999) 6)
2002} 6
2003) 4
2004) 6)
8
| Schriftelijke Vraag | 8 | discard |
x% Gemeente Gemeenteraad RAAD
% Amsterdam
Raadsagenda supplement 2 raadsvergadering 10 februari 2021
TIJD: 13:00 en 19:30 vur
LOCATIE: Digitaal
In verband met de huidige maatregelen is het voor het publiek niet mogelijk om in de raadzaal
aanwezig te zijn. Zoals gebruikelijk kunnen geïnteresseerden de vergaderingen volgen via de
website van de gemeenteraad.
TOEGEVOEGD
af. Installatie van een raadslid De heer Khan is door de voorzitter van het
stembureau benoemd tot tijdelijk raadslid
ter vervanging van de heer Taimounti.
GEWIJZIGD
2a. Actualiteit van het lid Mbarki inzake De leden Hammelburg en Kili zijn
rechtszaken en onduidelijkheden met toegevoegd als mede-indieners.
betrekking tot loden leidingen.
3. Uiten van wensen en bedenkingen De geheime bijlage “Beantwoording
inzake de verkoop AEB-holding en technische vraag” is toegevoegd aan de
beschikbaar stellen van krediet voor het vergaderstukken.
werven van een 50% belang in Westpoort
Warmte.
Nr. VN2021-000883
32. Bekrachtigen van de geheimhouding De bijlage “Beantwoording technische
vraag” is toegevoegd aan de stukken waar
de geheimhouding van bekrachtigd
worden.
GEWIJZIGD INGEKOMEN STUK Nr. 12:
12. Raadsadressen van Amsterdam City, Voorgesteld wordt deze raadsadressen in
namens het bedrijfsleven in de handen van het college van burgemeester
binnenstad, en het Oude Stadshart, en wethouders te stellen ter afhandeling.
inzake een reactie op de Aanpak
Binnenstad.
TOEGEVOEGDE INGEKOMEN STUKKEN
33. Brief van wethouder Van Doorninck van 8 februari Voorgesteld wordt deze brief te betrekken
2021 inzake nieuwe windturbines in Amsterdamen _ bij de behandeling van agendapunt 25,
een quickscan over windzoekgebieden naar Kennisnemen van de reactienota Regionale
aanleiding van de toezegging in de raadscommissie _Energiestrategie Noord-Holland Zuid (RES
FED van 14 januari 2021. NHZ) en de verwerking van de reactienota in
de RES 1.0 en de toezegging met betrekking
tot Participatietrajecten inzake de RES.
34. Raadsadres van een groep ondernemers op de Voorgesteld wordt dit raadsadres en de
NDSM-werf inzake zorgen over de vergroening in _ brief van het college te betrekken bij de
het proces voor ruimtelijke ontwikkeling van behandeling van agendapunt 28,
NDSM-werf Oost en de brief van het college met Kennisnemen van de afhandeling van
de beantwoording van het raadsadres. motie 1100 van 2020 van de leden Kat c.s.
inzake het Investeringsbesluit NDSM-werf
2020 (Amsterdams succesvolle Pllek moet
blijven).
35. Brief van de heer S. Mbarki, fractievoorzittervan Voorgesteld wordt deze brief voor
de PvdA, van 29 januari 2021 met de mededeling kennisgeving aan te nemen.
dat de heer D.F. Boutkan met ingang van
29 janvari 2021 is teruggetreden als lid van de
Regioraad van de Vervoerregio Amsterdam.
36. Brief van wethouder Everhardt van g februari Voorgesteld wordt deze brief te betrekken
2021 met een nadere toelichting over non- bij de behandeling van agendapunt 3,
embarassment bij verkoopvoorwaarden van het Uiten van wensen en bedenkingen inzake de
AEB. verkoop AEB-holding en beschikbaar stellen
van krediet voor het werven van een 50%
belang in Westpoort Warmte.
37. Brief van wethouder De Vries van 8 februari 2021 Voorgesteld wordt deze brief te betrekken
met een nadere onderbouwing van de aanvraag bij de behandeling van agendapunt 17,
van een rendabel krediet van € 29,9 min voor Beschikbaar stellen van een krediet voor de
uitvoering van het project Implementatie uitvoering van het project Implementatie
Scenario Analyse. Scenario Analyse.
38. Raadsadres van een burger van g februari 2021 Voorgesteld wordt dit raadsadres
inzake de Subsidieverordening Joodse desgewenst te betrekken bij de
Erfpachttegoeden m.b.t. de stichtingen Yeshive behandeling van agendapunt 6,
en Leerhuis Ets Chaim. Beslissingen op de bezwaarschriften
inzake de besluiten van de gemeenteraad
op de aanvragen op grond van de
Subsidieverordening Joodse
erfpachttegoeden.
39. Brandbrief vang februari 2021 van het Comité Voorgesteld wordt deze brief in handen
Dierennoodhulp e.a. in verband met de van het college van burgemeester en
noodklok voor buitendieren door sneeuw en wethouders te stellen ter afhandeling.
strenge vorst.
| Actualiteit | 3 | train |
X Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2013
Afdeling 1
Nummer 613
Publicatiedatum 12 juli 2013
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer M. de Goede van 6 maart
2013 inzake gemeentelijke belastinginkomsten afkomstig van trustkantoren in
Amsterdam.
Amsterdam, college van b&w van 2 juli 2013
Aan de gemeenteraad
inleiding van vragensteller.
Op 1 maart 2013 verscheen het boek, getiteld: ‘Het belastingparadijs. waarom hier
niemand belasting betaalt — behalve u’', van Martin van Geest, Joost van Kleef &
Henk Willem Smits. Hierin beschrijven de auteurs hoe de fiscale geldstromen door
onder andere Amsterdam lopen. In dit boek wordt beschreven hoe
‘brievenbusmaatschappijen'’ excessief profiteren van het gunstige Nederlandse
belastingklimaat. De schrijvers schatten de omzet van deze in Amsterdam gevestigde
vennootschappen op zo’n € 4.000.000.000.000 (vierduzend miljard), ongeveer 8%
van de totale wereldeconomie.
Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 6 maart 2013, namens de fractie van
GroenLinks, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van
Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en
wethouders gericht:
1. Is het college bekend met het boek * Het belastingparadijs, waarom niemand
belasting betaalt — behalve u’, dat afgelopen 1 maart 2013 is verschenen en is het
college even verbaasd over de conclusies in het boek als GroenLinks?
Antwoord:
Het college kent het genoemde boek. Het college is van mening dat Nederland
het aan haar stand verplicht is om internationale verdragen na te leven,
misstanden aan te pakken en maatregelen te nemen om ongewenste
belastingontwijking tegen te gaan. Tegelijkertijd moeten we oog hebben voor wat
er in de ons omringende landen gebeurt en wat dat betekent voor de
concurrentiepositie van onze stad. Overleg over harmonisatie van maatregelen en
verdragen op Europees en wereldwijd is nodig.
1. http://www.belastingparadijsnederland.nl
1
Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Demmer do ui 2013 Schriftelijke vragen, woensdag 6 maart 2013
Op dit moment vindt er zowel nationaal (Eerste en Tweede kamer) als
internationaal (Europese Commissie, Europees Parlement, OESO, G20 en G8)
een discussie plaats hoe misstanden aan te pakken en ongewenste
belastingontwijking aan te pakken. Het college volgt deze discussie op de voet.
De verantwoordelijkheid in deze ligt echter bij de staatssecretaris van Financiën.
2. Kan het college aangeven hoeveel trustkantoren er in Amsterdam zijn gevestigd
en hoeveel vennootschappen er bij deze trustkantoren zijn ondergebracht?
Antwoord:
Volgens informatie van de Nederlandsche Bank zijn er ongeveer 185
vergunninghoudende trustkantoren actief in Nederland. Volgens de
brancheorganisatie van de trustsector (Holland Quaestor) is 80-90% van de
sector in de Amsterdamse regio werkzaam. Volgens het recent gepubliceerde
SEO onderzoek (Uit de schaduw van het bankwezen, feiten en cijfers over
bijzondere financiele instellingen en het schaduwbankwezen, juni 2013) zijn er
ongeveer 9.000 internationaal opererende bijzondere financiele instellingen (bfi's)
actief in Nederland.
Het nieuwe onderzoek van SEO geeft inzicht in de aard en de omvang van de
bfi's. Er zijn er veel minder dan eerder gepubliceerd, 9.000 in plaats van de
eerder geschatte 20.000. Andere effecten zijn groter dan gedacht: er vloeit
jaarlijks €3,0-3,3 mrd in de schatkist in de vorm van belastingen, loonkosten en
diensten die zij inkopen bij zakelijke dienstverleners. Hierbij zijn ongeveer 8.800
tot 13000 fte gemoeid, waarvan 3800-5500 direct werkzaam zijn bij bfi's en 5000-
7500 in de zakelijke dienstverlening.
Tabel Indicatie economisch belang bfí's op basis van in Nederland gemaakte
kosten (o.b.v. grootste bff's, 2011, bedragen x € 1 min.)
Effect In mlin.euro In fte
Betaalde belasting bfi's* 2.303
Loonkosten 266-306 3.796-5.570
Omzet zakelijke dienstverlening t.b.v. bfi’s 400-700 5.000-7.500
Omzet zakelijke dienstverlening opstartkosten** _ 25-60
Totaal economisch belang 2.994-3.369 8.796-13.070
Bron: SEO Economisch Onderzoek.
3. Kan het college aangeven wat de totale omzet van deze, bij in Amsterdamse
gevestigde trustkantoren ondergebrachte, vennootschappen bedraagt?
Antwoord:
Dit wordt niet door de gemeente specifiek voor Amsterdam bijgehouden. Het
overzicht bij de beantwoording van vraag 2 geeft cijfers van de de bfi's.
2
Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Demmer do ui 2013 Schriftelijke vragen, woensdag 6 maart 2013
4. Hoeveel gemeentebelasting betalen deze vennootschappen gezamenlijk en welk
percentage van hun omzet is dat?
Antwoord:
Zie de beantwoording van vraag 8.
5. Kan het college ook aangeven hoeveel de gezamenlijke winst van deze
vennootschappen bedraagt en welk percentage daarvan aan gemeentelijke
belasting wordt afgedragen?
Antwoord:
Zie de beantwoording van vraag 8.
6. Kan het college, om het even in een perspectief te plaatsen, aangeven hoeveel
geld er jaarlijks ongeveer omgaat in de Amsterdamse economie”?
Antwoord:
Uit de Economische Verkenningen van de Metropoolregio Amsterdam 2012 blijkt
dat het bruto regionaal product naar schatting 88 miljard euro bedraagt. De regio
is daarmee goed voor 16,5 procent van het Nederlandse totaal. Financiële en
specialistische zakelijke dienstverlening levert met 18,9 procent (ongeveer
16,6 miljard euro) een substantiële bijdrage aan het bruto regionaal product.
7. Is het college het met GroenLinks eens dat de bijdrage van deze
vennootschappen aan gemeentelijke belasting niet eens bij benadering in
vergelijking staat met de hoeveelheid geld dat bij deze bedrijven omgaat?
Antwoord:
Zie de beantwoording van vraag 8.
8. Kan het college aangeven of het nu mogelijk is om deze bedrijven
gemeentebelasting te laten betalen in verhouding met het geld wat er bij deze
bedrijven omgaat?
Antwoord:
De winst van deze vennootschappen is voor de gemeente en voor de heffing van
gemeentelijke belastingen niet relevant. Uitgangspunt van gemeentelijke
belastingen is namelijk dat deze niet afhankelijk is van het inkomen of de winst
van een belastingplichtige (artikel 219, lid 2, Gemeentewet). Het is dan ook niet
mogelijk bedrijven gemeentelijke omzet- of winstbelastingen te laten betalen.
9. Is het college bereid om te onderzoeken op wat voor een wijze landelijke
wetgeving gewijzigd dient te worden zodat deze bedrijven, meer dan nu het geval
is, een bijdrage aan gemeentebelasting betalen die in verhouding is met het geld
wat er bij deze bedrijven omgaat”?
Antwoord:
Fiscaal beleid valt onder de verantwoordelijkheid van de staatssecretaris van
Financiën. Het Rijk heft inkomsten- en loonbelasting, vennootschapsbelasting en
omzetbelasting. Het college is van mening dat het debat over fiscaal beleid en af
te dragen belastingen door trustkantoren in het parlement gevoerd moet worden.
3
Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Demmer do ui 2013 Schriftelijke vragen, woensdag 6 maart 2013
Wel zet het college nadrukkelijk in op het aantrekken van buitenlandse
investeringen en bedrijven die nieuwe arbeidsplaatsen in de regio creëren en
economische vernieuwing en groei brengen. Zeven van de in totaal 126 nieuwe
bedrijven (1344 directe arbeidsplaatsen) in 2012 zijn gestart als financiële holding
(bfi). Het is de inzet van de gemeente om aan deze financiële holding ‘substance’
toe te voegen; eigen kantoren in de regio en arbeidplaatsen.
Deze inzet heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat Tommy Hilfiger (665 FTE) haar
wereldwijde hoofdkantoor en Cisco Systems (600 FTE) haar Europees
hoofdkantoor in Amsterdam gevestigd hebben.
De zeven financiële holdings hebben inmiddels een ‘confirmation letter’ — een
ondertekende schriftelijke verklaring opgesteld door het Ministerie van
Economische Zaken — aangegeven binnen drie jaar mensen in loondienst te
hebben.
10. Is het college het met GroenLinks eens dat het slecht voor Amsterdam is dat het
bekend staat als belastingparadijs?
Antwoord:
Het college is met GroenLinks van mening dat misstanden moeten worden
aangepakt en dat er maatregelen moeten worden genomen om ongewenste
belastingontwijking tegen te gaan.
11. Is het college bereid de antwoorden op deze vragen zo spoedig mogelijk ter
bespreking te agenderen voor de raadscommissie voor Jeugdzaken, ICT,
Educatie en Financiën?
Antwoord:
Op verzoek van de heer De Goede worden de antwoorden gevoegd behandeld
met andere punten over dit onderwerp in de raadscommissie EZP.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester
4
| Schriftelijke Vraag | 4 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Schriftelijke vragen
Jaar 2019
Afdeling 1
Nummer 1853
Datum indiening 7 oktober 2019
Datum akkoord college b&w van 5 november 2019
Publicatiedatum 6 november 2019
Onderwerp
Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Taimounti inzake het opdoeken van het
meldpunt voor bijstandsfraude.
Aan de gemeenteraad
Toelichting door vragensteller:
De Volkskrant bericht dat ‘Nederlanders elkaar steeds meer verklikken bij de
overheid’! De meeste tips betreffen een vermoeden dat een buurtgenoot of andere
bekende samenwoont of zwart werkt naast de uitkering. De gemeente Amsterdam
heeft een dergelijk meldpunt.
De fractie van DENK acht een meldpunt bijstandsfraude onwenselijk. Het faciliteert en
bevordert wantrouwen tussen burgers en ondergraaft daarmee de verbonden en
gezonde samenleving die wij voor ogen hebben.
Daarnaast is de fractie van DENK van mening dat de opsporing van bijstandsfraude
een taak is die belegd is bij de gemeente. Juist omdat het hier gaat om
bijstandsgerechtigden is voorzichtigheid geboden. Zoals bestuurskundige
Paul Frissen het in het artikel in de Volkskrant verwoordt: het gaat hier om kwetsbare
burgers. “Een melding is zo gedaan en je bezorgt degene over wie het gaat veel last”,
aldus Frissen.
Gezien het vorenstaande heeft het lid Taimounti, namens de fractie van DENK,
op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam,
de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders
gesteld:
1. In het coalitieakkoord is het volgende streven vastgelegd: “wij blijven vertrouwen
in mensen centraal stellen in plaats van uit te gaan van wantrouwen en
controledwang”. De fractie van DENK is van mening dat een meldpunt om één
van de meest kwetsbare groepen in onze stad te verklikken haaks staat op dit
streven. Hoe rijmt het college het meldpunt bijstandsfraude met
het coalitieakkoord?
1 https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/nederlanders-verklikken-elkaar-vaker-bij-
de-overheid-aantal-meldpunten-bijstandsfraude-verdrievoudigd-b910f378/
1
Jaar 2019 Gemeente Amsterdam
Neng Jesa Gemeenteblad R
Datum 6 november 2019 Schriftelijke vragen, maandag 7 oktober 2019
2. Ook hebben wij afgesproken een ‘verbonden stad’ te creëren. Een meldpunt
versterkt juist gevoelens van wantrouwen en achterdocht van burgers naar elkaar
toe. Hoe rijmt het college het in stand houden van een meldpunt bijstandsfraude
met het creëren van een verbonden stad? Deelt het college niet de mening dat dit
meldpunt de verbonden stad ondermijnt?
Antwoord vragen 1 en 2:
De door het college in het in het collegeakkoord neergelegde uitgangspunten
dat het vertrouwen in de mensen centraal staat in plaats van uit te gaan van
wantrouwen en controledwang, zijn belangrijke uitgangspunten. Het college sluit
er de ogen echter niet voor dat er een kleine groep Amsterdammers is dat
misbruikt maakt van voorzieningen in de stad.
Het college vindt het belangrijk dat iedereen die in het dagelijks leven behoefte
heeft aan ondersteuning, passende hulp krijgt. Het vergroten van
de zelfredzaamheid en het bieden van bestaanszekerheid zijn daarbij belangrijke
aspecten. Misbruik van voorzieningen ondermijnt het draagvlak in
de maatschappij voor sociale en maatschappelijke voorzieningen.
Om de solidariteit in de samenleving te behouden, is het nodig dat de verdeling
van voorzieningen, zoals uitkeringen in het kader van de Participatiewet,
rechtmatig en rechtvaardig gebeurt. Het behoud van deze solidariteit draagt bij
aan de verbondenheid in de stad.
3. Wat is de noodzaak voor een meldpunt bijstandsfraude? Is het college van
mening dat de Participatiewet niet voldoende mogelijkheden biedt om
bijstandsfraude aan te pakken? Is het college niet van mening dat meldingen van
bijstandsfraude opgevangen kunnen worden door 14020? Is een speciaal
meldpunt überhaupt nodig?
Antwoord vraag 3:
Het voorkomen van onrechtmatige bijstandsverlening en de opsporing van fraude
gebeurt in Amsterdam signaal gestuurd. Dat wil zeggen dat alleen signalen van
burgers, andere organisaties en professionals in de keten van Werk, Inkomen en
Participatie de gemeente in de gelegenheid stellen om wanneer nodig te
handhaven. Al deze signalen samen geven de gemeente een beeld van de
rechtmatigheid van de bijstandsverlening en het soort regelovertredingen in de
stad. Op basis hiervan kunnen preventieve maatregelen worden ontwikkeld zodat
naleving wordt bevorderd en handhaving kan worden voorkomen.
Voor een adequate behandeling van een signaal en het waarborgen van de
privacy van de betrokkenen, is het van belang dat zo min mogelijk mensen weet
hebben van het signaal of het feit dat iemand een uitkering heeft. Daarom is er
voor gekozen de signalen rechtstreeks bij de afdeling Handhaving Werk en
Inkomen te ontvangen. De gemeente wil voorkomen dat het meldpunt
laagdrempelig de gelegenheid biedt om bijvoorbeeld buren of familieleden te
belasteren en lastig te vallen. Daarom wordt niet actief over het meldpunt
gecommuniceerd. Bij organisaties als de belastingdienst of de politie, is het
meldpunt bekend.
2
Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R
Afdeling 1 Gemeenteblad
Nummer 4 ember 2019 Schriftelijke vragen, maandag 7 oktober 2019
Een via het meldpunt ontvangen signaal over een uitkering die onrechtmatig
wordt verstrekt, is op zichzelf geen reden om een onderzoek in te stellen. ledere
melding wordt eerst door professionals gescreend op geloof- en
onderzoekswaardigheid. Wanneer uit bestanden zoals de uitkeringsadministratie
blijkt dat er aan de rechtmatigheid van de bijstandsuitkering getwijfeld kan
worden, wordt het signaal in onderzoek genomen.
Bij het onderzoeken van de rechtmatigheid hanteert de gemeente het
uitgangspunt dat proportionaliteit voorop staat. Dit houdt in dat de gemeente altijd
kiest voor een voor de Amsterdammers minst belastende handhavingsmethode,
tenzij uit concrete feiten of omstandigheden blijkt dat registraties niet in
overeenstemming zijn met de in de uitkeringsadministratie bekende gegevens
(bijvoorbeeld een niet gemelde wijziging in de Basisregistratie Personen).
Een signaal op zichzelf leidt niet tot een zware repressieve interventie.
4. Watis de (in)effectiviteit van het meldpunt? Met andere woorden, hoeveel
meldingen komen binnen die leiden tot concrete fraude en hoeveel niet?
Antwoord vraag 4:
In 2018 zijn er door het meldpunt 597 signalen over bijstandsgerechtigden
ontvangen waarvan er 315 in onderzoek zijn genomen. In 124 gevallen (39%)
heeft dit geleid tot geconstateerde onrechtmatigheid, 72 uitkeringen (22%) zijn
beëindigd.
5. De fractie van DENK acht een meldpunt bijstandsfraude niet nodig en vindt het
niet passen in onze stad. Is het college bereid om het meldpunt op te doeken?
Graag een gemotiveerd antwoord van het college.
Antwoord vraag 5:
Nee zie het antwoord op vraag 3.
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris
3
| Schriftelijke Vraag | 3 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2018
Afdeling 1
Nummer 941
Publicatiedatum 17 oktober 2018
Ingekomen onder AN
Ingekomen op woensdag 10 oktober 2018
Behandeld op woensdag 10 oktober 2018
Status Aangenomen
Onderwerp
Motie van de leden N.T. Bakker, Boutkan, Van Lammeren, Van Soest, Nadif, Simons,
Taimounti en Ceder inzake de lijst met hotelinitiatieven.
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de brief met beantwoording van de aanvullende vragen
over de lijst met hotelinitiatieven (Gemeenteblad afd. 1, nr. 798).
Overwegende dat:
— delijst van hotels die recht op een vergunning hebben niet meer past in het
restrictieve overnachtingsbeleid;
— de rechten die ontwikkelaars ontlenen aan deze lijst veel te ruim zijn en dat het
college zelf stelt dat vermelding op de lijst geen economisch-juridisch recht geeft;
— er momenteel veel te veel hotelkamers bijgebouwd worden.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
De lijst met hotelinitiatieven door te lopen en, indien geen voortgang is geboekt in de
ontwikkeling, projecten van de lijst af te halen.
De leden van de gemeenteraad
N.T. Bakker
D.F. Boutkan
J.F.W. van Lammeren
W. van Soest
|. Nadif
S.H. Simons
M. Taimounti
D.G.M. Ceder
1
| Motie | 1 | train |
Bezoekadres
> Gemeente Bezoek
Amste rdam 1011 PN Amsterdam
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Telefoon 14 020
> < amsterdam.nl
Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam
Aan de leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 12 januari 2021
Behandeld door Economische Zaken
Onderwerp Reactie op motie 220 van de raadsleden Nadif, Biemond, N.T. Bakker, Kat en
Simmons, motie 221 van de raadsleden Biemond, Kat, Nadif en N.T.Bakker inzake
Kennisnemen van de Economische Verkenningen MRA 2019 en op motie 452 van de
raadsleden Ernsting en Flentge inzake belastingmaatregelen (effectieve
instrumenten voor rechtvaardig en duurzaam herstel)
Geachte raadsleden,
In de vergadering van de gemeenteraad van 13-2-2020 heeft uw raad bij de behandeling van de
van de Economische Verkenningen MRA 2019 motie 220 van de raadsleden Nadif, Biemond, NT.
Bakker, Kat en Simons inzake Kennisnemen van de Economische Verkenningen MRA 2019
aangenomen waarin het college gevraagd wordt om:
e In MRA verband de behoeftes van de verschillende gemeentes en provincies te
inventariseren over de effecten van de verstedelijking van economische activiteit in de
regio.
In de vergadering van 13-2-2020 heeft uw raad tevens motie 221 van de raadsleden Biemond, Kat,
Nadif en N.T.Bakker inzake Kennisnemen van de Economische Verkenningen MRA 2019
aangenomen waarin het college gevraagd wordt om:
e Een visie te ontwikkelen om een diverse economie te behouden waarin iedereen in gelijke
mate blijft mee profiteren ongeacht de opleiding.
In de vergadering van 22-04-2020- heeft uw raad de motie 452 van de raadsleden Ernsting en
Flentge inzake belastingmaatregelen (effectieve instrumenten voor rechtvaardig en duurzaam
herstel) aangenomen waarin het college gevraagd wordt om:
1. Voorfase 2 en 3 van de crisis en het economisch herstel waar nodig, in samenwerking met
het rijk zo mogelijk voorstellen te doen en instrumenten te ontwikkelen en aan de raad
voor te leggen om gerichter die sectoren en bedrijven of organisaties te ondersteunen die
ondersteunend zijn aan een rechtvaardig en duurzaam herstel en het ook het hardst nodig
hebben.
Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl.
Gemeente Amsterdam Datum 12 januari 2021
Pagina 2 van 3
In deze brief informeert het college v over de wijze waarop deze moties deels zijn vitgevoerd of
deels vitgevoerd kunnen gaan worden.
Motie 220 vraagt het in MRA verband inventariseren van de behoeftes van de verschillende
gemeentes en provincies over de effecten van de verstedelijking van economische activiteit in
de regio.
Het college geeft op de volgende manier vitvoering aan de motie:
Rijk en metropoolregio Amsterdam werken in de periode 2020 en 2021 gezamenlijk aan een
Verstedelijkingsstrategie MRA 2020 — 2050. Hierbij zoeken de betrokken overheden naar
integrale samenhang tussen woningbouw, werken, mobiliteit, landschap, duurzaamheid
(energietransitie, klimaatadaptie, circulaire economie). Deze Verstedelijkingsstrategie leidt tot
gemeenschappelijke langetermijnafspraken tussen Rijk en regio over verstedelijking in de
metropoolregio Amsterdam.
Onder de titel ‘De Economische Schaalsprong van de MRA' zal in het voorjaar 2021 de
economische pijler van de verstedelijkingsstrategie MRA ook zijn uitgewerkt.
Deze ruimtelijk-economische strategie maakt onderdeel vit van het Economisch Ontwikkelproces
waartoe het BO Platform Economie van de MRA op 14 juni 2019 opdracht heeft gegeven. De
gemeente Amsterdam faciliteert dit proces.
In samenwerking met de deelregio’s in de MRA zal per deelregio een kwalitatief economisch
profiel worden uitgewerkt. Hierbij wordt per deelprofiel aangegeven waar de kansen liggen om dit
deze versterken. Op basis van deze verzamelde profielen kunnen we medio 2021 ook een integrale
afweging op MRA niveau maken over de wenselijkheid van het accommoderen van ruimtelijke
ontwikkelingen.
De Economische Schaalsprong zal in het voorjaar 2021 ter kennisgeving naar de commissie
Financiën en Economische Zaken worden gestuurd. Medio 2021 volgt dan het kwalitatieve deel
van de strategie. Tenslotte is eind 2021 het eindproduct gereed. Dit zal worden voorgedragen aan
het BO MIRT van november 2021.
Motie 221 waarin wordt gevraagd een visie te ontwikkelen om een diverse economie te
behouden waarin iedereen in gelijke mate blijft mee profiteren ongeacht de opleiding
Aan deze motie wordt opvolging gegeven in het economisch herstel- en investeringsplan dat aan
uw commissievergadering van de raadscommissie FEZ op 10 december 2020 ter kennisname is
voorgelegd.
In dit herstel- en investeringsplan wordt duurzaam economisch herstel en versterking van
economische veerkracht gekoppeld aan arbeidsmarktbeleid en werkgelegenheidscreatie. Het
college kiest ervoor om ondanks de crisis te investeren in duurzame werkgelegenheid en het
herstel van de economie.
Op 22 oktober jl berichtte het college vw raad welke maatregelen het college wil nemen gericht op
behoud en versterking van de werkgelegenheid en investeringen in de stad. Bijvoorbeeld dat
Gemeente Amsterdam Datum 12 januari 2021
Pagina 3 van 3
Amsterdam zich inspant in om de initiatieven die bijdragen aan het opleiden van potentiële
arbeidskrachten en toeleiding naar de technische en maatschappelijke sectoren te versterken en
verbreden. Dat we aandacht blijven besteden aan de meest kwetsbare groepen, die juist nu nog
minder kans maken op een baan. En dat Amsterdam de bestaande aanpak om mensen aan het
werkte helpen doorzet en op een aantal punten uitbreidt.
Motie 452 waarin het college wordt verzocht voor fase 2 en 3 van de crisis en het economisch
herstel waar nodig, in samenwerking met het rijk zo mogelijk voorstellen te doen en
instrumenten te ontwikkelen en aan de raad voor te leggen om gerichter die sectoren en
bedrijven of organisaties te ondersteunen die ondersteunend zijn aan een rechtvaardig en
duurzaam herstel en het ook het hardst nodig hebben.
Het college heeft in de raadsbrief die bij het economisch herstel- en investeringsplan ter
kennisneming aan de raadscommissie FEZ van 10 december 2020 is verzonden, aangegeven in te
zetten op het vergroten van de Amsterdamse investeringskracht, economisch herstel en behoud
en groei van werkgelegenheid door aanspraak te maken op diverse aanvullende landelijke en
Europese budgetten die in reactie op de COVID-1g-crisis zijn vrijgemaakt (Nationaal Groeifonds en
Europese fondsen).
Samen met publieke en private partners in de MRA werken we daarnaast aan de oprichting van
een Regionale Ontwikkelmaatschappij (zie de brief in de dagmail van 15 december jl) waarvoor we
€ 40 miljoen ter beschikking hebben gesteld om te investeren in de energietransitie en circulaire
economie. Ook hierbij is het doel om als regio private en publieke investeringskracht te bundelen
(door aansluiting op Invest-NL)
Het college zal vw raad vanzelfsprekend blijven informeren over de voortgang van deze en
komende ontwikkelingen.
Het college beschouwt de moties hiermee als afgehandeld.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,
EE
Victor Everhardt
Wethouder Economische Zaken
| Motie | 3 | discard |
Gemeente Amsterdam
% Gemeenteraad R
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2014
Afdeling 1
Nummer 132
Publicatiedatum 28 februari 2014
Ingekomen onder B
Ingekomen op woensdag 12 februari 2014
Behandeld op woensdag 12 februari 2014
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van het raadslid mevrouw Ruigrok inzake het faillissement van Felix Meritis en
de gevolgen voor het Kunstenplan (gemeentelijke garantstellingen bij vastgoed).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de actualiteit van het raadslid mevrouw Van Roemburg
van 10 februari 2014 inzake het faillissement van Felix Meritis en de gevolgen voor
het Kunstenplan (Gemeenteblad afd. 1, nr. 124);
Constaterende dat:
— de Felix Meritis Foundation onlangs failliet is verklaard;
— de gemeente Amsterdam een garantie van € 2,8 miljoen heeft verstrekt aan
de financiers van Felix Meritis Beheer voor de financiering van het pand;
Overwegende dat:
— mede vanwege deze garantstelling Gemeente Amsterdam het noodzakelijk acht
het pand van Felix Meritis te kopen om vervolgens door te verkopen;
— de gemeente Amsterdam momenteel bij benadering 2300 vastgoedeenheden
bezit;
— de fractie van de VVD Amsterdam van mening is dat de gemeente te veel aan
vastgoed in bezit heeft en naar vermindering moet streven;
— er mogelijk verlies wordt geleden bij doorverkoop van het pand;
— de gemeente Amsterdam in 2014 bij benadering € 11.420 miljoen aan garanties
verstrekt;
— _ terughoudendheid het uitgangspunt is van het in 2013 vastgestelde
Amsterdamse lening- en garantiebeleid,
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
voortaan vanuit de gemeente Amsterdam geen garanties meer op vastgoed te
verstrekken.
Het lid van de gemeenteraad,
M.H. Ruigrok
1
| Motie | 1 | discard |
x Gemeente Amsterdam J C
% Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur,
Lokale Media en Monumenten
% Gewijzigde agenda, donderdag 17 maart 2016
Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie
voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale Media en
Monumenten
Tijd 9.00 uur tot 12.30 uur
Locatie De Rooszaal, 0239, stadhuis
NB: de agendapunten 12 en 13 zijn uitgesteld naar de volgende
Commissievergadering
Algemeen
1 Opening
2 Mededelingen
3 Vaststellen agenda
4A Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie JC
d.d. 18 februari 2016
e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier
doorgegeven, commissieJC @raadsgriffie.amsterdam.nl
4B Verslag Expertmeeting informeel onderwijs van 9 februari 2016
e Ter kennisname.
Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de
vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn
slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn.
Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien
verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda
staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids-
en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op
internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl.
Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl
1
Gemeente Amsterdam J C
Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale
Media en Monumenten
Gewijzigde agenda, donderdag 17 maart 2016
5 Termijnagenda, per portefeuille
, Termijnagenda per portefeuille niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag
voorafgaande aan de vergadering per mail bijgewerkte exemplaren.
6 _Tkn-lijst
7 _ Opening inhoudelijk gedeelte
8 _Inspreekhalfuur publiek
9 Actualiteiten en mededelingen
10 Rondvraag
Diversiteit
11 Onderzoek van de rekenkamer naar subsidies diversiteit Nr. BD2016-002434
e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht
(gemeenteraad d.d. 30 maart 2016).
e De directeur van de Rekenkamer Metropool Amsterdam, de heer De Ridder, is hierbij
uitgenodigd.
Kunst en Cultuur
12 Initiatiefvoorstel van het raadslid Groot Wassink (GL), van 20 augustus 2015
getiteld Een kunstenaarsvisum voor Amsterdam Nr. BD2016-003398
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e Geagendeerd op verzoek van het lid Groot Wassink (GrLi).
e _ Indiener zal in de commissie aangeven of behandeling in de raad gewenst is.
e _ Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 13.
e _ Uitgesteld naar de Commissievergadering van 7 april 2016 i.v.m. afwezigheid van
wethouder Ollongren.
2
Gemeente Amsterdam J C
Raadscommissie voor Onderwijs, Jeugd, Diversiteit en Integratie, Kunst en Cultuur, Lokale
Media en Monumenten
Gewijzigde agenda, donderdag 17 maart 2016
13 Bestuurlijke reactie op raadsinitiatiefvoorstel 'Een kunstenaarsvisum voor
Amsterdam’ Nr. BD2016-003070
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _ Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 12.
e _ Uitgesteld naar de Commissievergadering van 7 april 2016 i.v.m. afwezigheid van
wethouder Ollongren.
Jeugd
14 Uitwerking Plan van aanpak initiatiefvoorstel 'Geef zwerfjongeren een kans in
Amsterdam’! Nr. BD2016-003065
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
e _Deleden van de raadscommissies voor Werk en Economie, voor Zorg en Sport en
voor Wonen en Bouwen zijn hierbij uitgenodigd.
15 Kennisnemen van de Inkoopstrategie Specialistische Jeugdhulp 2017 Nr.
BD2016-003044
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
16 Voortgangsrapportage Samen DOEN 2015 Nr. BD2016-001217
e Ter bespreking en voor kennisgeving aannemen.”
e _Deleden van de raadscommissies voor Werk en Economie en voor Zorg en Sport
zijn hierbij uitgenodigd.
Onderwijs
17 Evaluatie stedelijk toelatingsbeleid basisonderwijs eerste kwartaal 2016 Nr.
BD2016-003197
e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen.
3
| Agenda | 3 | discard |
> < Gemeente Amsterdam
Stadsdeel Centrum
x Publicaties Stadsdeelbestuur 2014
Algemeen bestuur van de bestuurscommissie
2x Besluiten
6 mei 2014-5
Besluit over Bekrachtiging besluit instellen Wmo Platform als adviescommissie ex artikel 84
Gemeentewet
Toelichting te vinden in Publicaties Stadsdeelbestuur 2014, Bestuurskalender, Besluitvormende AB-
vergadering 6 mei 2014, bij agendapunt 5
De bestuurscommissie heeft op 6 mei 2014 het volgende besluit genomen:
De bestuurscommissie,
Besluit:
Te bekrachtigen het besluit van het Dagelijks Bestuur van stadsdeel Centrum van 12 mei 2009 (reg.nr.
2009/221) tot instelling van het Wmo platform als adviescommissie ex artikel 84 Gemeentewet, tot vaststelling
van het reglement en de benoeming van de leden van het Wmo platform.
Suze Duinkerke
Secretaris
Boudewijn Oranje
Voorzitter
Verschenen op 7 mei 2014 1
| Besluit | 1 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
x% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2016
Afdeling 1
Nummer 394
Publicatiedatum 29 april 2016
Ingekomen onder AF
Ingekomen op donderdag 21 april 2016
Behandeld op donderdag 21 april 2016
Status Verworpen
Onderwerp
Motie van de leden Moorman en Nuijens inzake Wonen in Amsterdam 2015 en
monitor Samenwerkingsafspraken sociale huurwoningen corporaties en particuliere
verhuurders (bouwen voor doorstromers).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Factsheet eerste resultaten woningmarkt op basis van
Wonen in Amsterdam 2015 en monitor Samenwerkingsafspraken sociale
huurwoningen corporaties en particuliere verhuurders (Gemeenteblad afd. 1, nr. 343).
Constaterende dat:
— volgens WiA 2015 het deel middeldure huurwoningen slechts 5,6% van de totale
voorraad bedraagt;
— hetcollege de ambitie heeft om tot 3700 middeldure huurwoningen te bouwen tot
2020 (planvoorraad 3283);
— anders dan woningcorporaties, commerciële ontwikkelaars voornamelijk
ontwikkelen voor huren in de top van het segment middelduur of daarboven;
— op deze wijze de doorstroming van huishoudens met een inkomen boven de
€ 38.950 volkomen illusoir wordt;
— het wenselijk is een deel van het segment te bouwen middeldure huurwoningen
bereikbaar te maken voor doorstromers uit de sociale huur.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
te onderzoeken op welke wijze een deel van de te bouwen woningen voor middeldure
huur, gereserveerd kan worden voor doorstromers uit de sociale voorraad.
De leden van de gemeenteraad
M. Moorman
J.W. Nuijens
Notitie “sturen op middeldure huurwoningen in de nieuwbouw”
1
| Motie | 1 | discard |
Bezoekadres
> < Gemeente 5
mstel 1
Amste rdam 1011 PN Amsterdam
Postbus 202
1000 AE Amsterdam
Telefoon 14 020
> amsterdam.nl
Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam
Datum 30 augustus 2022
Behandeld door
Bijlage(n) -Relevante wetsartikelen uit Wet open overheid
-Inventarislijst
Onderwerp Beslissing op vw Woo-verzoeken van 13 juni 2022 en 20 juni 2022
Geachte Ô
In vw e-mailbericht van 13 juni 2022, ontvangen op 13 juni 2022, heeft u met een beroep op de Wet
open overheid (hierna: Woo) verzocht om - kort samengevat - openbaarmaking van documenten
over de mogelijke schending van de NPO integriteitscode door wethouder Rijxman tijdens haar
vorige functie als voorzitter van de Raad van Bestuur van de NPO.
Ik citeer vit vw verzoek van 13 juni 2022:
“Graag ontvang ik van v met een beroep op de WOO:
-alle communicatie, via mail, apps, sms etc… in de meest ruime zin des woord tussen leden van het
College van B&W over de mogelijke schending van de integriteitscode NPO in de meest ruime zin
van het woord (‘de kwestie’ rondom de vriendschap met de SG van OCW) onderling en met derden,
- tussen leden van het College en de ambtenaren in de meest ruime zin van het woord,
- communicatie tussen leden van het College en de NPO in de meest ruime zin van het woord (bv
tussen Shula Rijxman en medewerkers van de NPO),
- alle notulen van het College of interne gespreksverslagen waarin deze kwestie aan de orde is
gekomen.”
Bij e-mailbericht van 20 juni 2022 heeft u een tweede aanvullend Woo-verzoek ingediend. In dit
verzoek vraagt v om openbaarmaking van alle documenten over de inhuur van een persoonlijk
woordvoerder van wethouder Rijxman.
Een routebeschrijving vindt uv op www.amsterdam.nl.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina 2 vang
U verzoekt om de opdrachtbevestiging, communicatie van de wethouder over de inhuur van de
persoonlijk woordvoerder, financiële afspraken, communicatie over de rolverdeling van de
woordvoering, en communicatie tussen de persoonlijk woordvoerder en de gemeente Amsterdam.
De ontvangst van uw verzoeken is schriftelijk bevestigd bij mail van 22 juni 2022.
Op a1 juli jl. is aan u bericht dat de beslistermijn met twee weken is verdaagd tot 26 juli 2022.
Wettelijk kader
Ik behandel uw verzoek als een verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo). De relevante
artikelen vit de Woo kunt u vinden in bijlage 1 bij deze brief.
Inventarisatie documenten
Op basis van uw verzoek zijn in totaal 14 documenten aangetroffen. Deze documenten zijn
opgenomen in een inventarislijst, die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd. In dit besluit wordt
verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is
wat is besloten.
Zienswijze
Bij de openbaarmaking van de documenten met de nummers g, 10, 11, 12 en 14 zijn derde-
belanghebbenden betrokken. Deze derde-belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld hierover
hun zienswijze te geven. Met uitzondering van één bedenking, is bij openbaarmaking hieraan
tegemoetgekomen.
Besluit
Ik heb besloten de geïnventariseerde documenten gedeeltelijk openbaar te maken. Voor de
motivering verwijs ik naar onderdeel ‘Overwegingen’ van dit besluit.
Buiten reikwijdte van de Wet open overheid
In vw Woo-verzoek van 20 juni 2022 verzoekt uv om openbaarmaking van informatie over de inhuur
van een persoonlijk woordvoerder door wethouder Rijxman. Mevrouw Rijxman huurt een externe
woordvoerder in voor de woordvoering over de periode van voor haar wethouderschap. De inhuur
van de externe woordvoerder is op persoonlijke titel en een privéaangelegenheid. Documenten als
een opdrachtbevestiging, declaraties en financiële afspraken die zijn gewisseld tussen mevrouw
Rijxman en de externe woordvoerder vallen daarom buiten de reikwijdte van de Woo en zijn daarom
niet geïnventariseerd. Documenten daarentegen die onder het bestuursorgaan berusten,
bijvoorbeeld bij een ambtenaar of de gemeentesecretaris, en die gaan over de inhuur en taken van
de externe woordvoerder vallen wel onder de reikwijdte van de Woo en heb ik geïnventariseerd. Ik
verwijs naar document met nummer 8 als voorbeeld.
In document 12 valt een passage buiten reikwijdte van de Woo en is daarom onleesbaar gemaakt.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina 3 vang
Het betreft een persoonlijke steunbetuiging. Hoewel de steunbetuiging gerelateerd is aan de
publieke taak waar uw Woo-verzoek op ziet, gaat het hier om een privé bericht dat geen betrekking
heeft op de bestuursvoering. Dergelijke informatie valt buiten de reikwijdte van de Woo.*
Daarnaast is in document 12 de openbaarmaking van het berichtenverkeer tussen wethouder Van
Dantzig en een raadslid geweigerd. De reden hiervoor is dat de berichten interne partijpolitieke
informatie omvatten, die buiten de reikwijdte van de Woo valt.”
Buiten reikwijdte van uw Woo-verzoek
In documenten met nummers 1, 5, 6, 10, 11, 12 en 14 staan passages die buiten de reikwijdte van uw
verzoek vallen, omdat deze passages niet gaan over de publieke taak en aangelegenheid waar vom
heeft verzocht. Ik heb daarom deze passages onleesbaar gemaakt, met de vermelding ‘buiten
reikwijdte’. Deze vermelding is ook op de inventarislijst opgenomen.
Overwegingen
Algemene overweging: openbaarheid t.a.v. een ieder
In de Woo is bepaald dat iedereen het recht heeft om overheidsinformatie op te kunnen vragen
zonder daarbij een reden te hoeven aangeven (artikel 1.1 van de Woo). Daarbij is het vitgangspunt
dat overheidsinformatie openbaar is, tenzij er vitzonderingsgronden zijn die dit beperken. De
vitzonderingsgronden staan in hoofdstuk 5 van de Woo. Ik moet hierbij het algemeen belang van
openbaarheid afwegen tegen de belangen die de vitzonderingsgronden beschermen. In het
algemeen geldt hierbij de regel dat wanneer ik informatie aan u verstrek, het openbaar is voor een
ieder.
1. De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (artikel 5.1, tweede lid, onder e‚ van de Woo)
Op grond van artikel 5.1, tweede lid, aanhef en ondere, van de Woo blijft verstrekking van informatie
achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen het belang dat de persoonlijke
levenssfeer wordt geëerbiedigd.
In alle documenten staan persoonsgegevens en staat informatie die raakt aan de persoonlijke
levenssfeer. Het gaat om namen en contactgegevens van derden en ambtenaren die niet vanuit hun
functie in de openbaarheid treden. Ik ben van oordeel dat bij deze gegevens het belang dat de
persoonlijke levenssfeer wordt geëerbiedigd, zwaarder moet wegen dan het belang van
openbaarheid. Daarom heb ik de persoonsgegevens verwijderd vit deze documenten, tenzij de
betrokkene heeft aangegeven geen bedenkingen het hebben tegen het openbaar maken van zijn
naam.
Voor zover het de namen en overige persoonsgegevens van ambtenaren betreft is hierbij het
1 Zie uitspraak rechtbank Amsterdam, 2 mei 2022, AMS 21/2648.
? Zie memorie van toelichting zoals gewijzigd naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State,
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013/2014, 33 328, nr. 9, p. 23 en Beantwoording Kamervragen, Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijkrelaties, 13 september 2019, https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-4004.html.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina4 vang
volgende van belang. Weliswaar kan, waar het gaat om beroepshalve functioneren van ambtenaren,
slechts in beperkte mate een beroep worden gedaan op het belang van eerbiediging van hun
persoonlijke levenssfeer. Dit ligt anders indien het betreft het openbaar maken van namen van de
ambtenaren. Namen zijn immers persoonsgegevens en het belang van eerbiediging van de
persoonlijke levenssfeer kan zich tegen het openbaar maken daarvan verzetten. Daarbij is van
belang dat het hier niet gaat om het opgeven van een naam aan een individuele burger die met een
ambtenaar in contact treedt, maar om openbaarmaking van de naam in de zin van de Woo. Van
openbaarmaking van deze informatie wordt in beginsel afgezien, tenzij de betrokken ambtenaar een
directeur betreft.
2. Persoonlijke beleidsopvattingen in een document bestemd voor intern beraad (artikel 5.2, lid 2, van de
Woo) en het functioneren van een bestuursorgaan (artikel 5.1, tweede lid, onder i, van de Woo)
Uitgangspunt van de Woo is dat overheidsinformatie openbaar is. Dit geldt in principe ook voor
documenten opgesteld voor intern beraad. Intern beraad is het overleg tussen ambtenaren binnen
een bestuursorgaan, of binnen een kring van bestuursorganen die gezamenlijk verantwoordelijk zijn
voor een bestuurlijke aangelegenheid. Documenten die bestemd zijn voor intern beraad kunnen
persoonlijke beleidsopvattingen bevatten. Dat is hier ook het geval.
Ten aanzien van de openbaarmaking van deze persoonlijke beleidsopvattingen geldt het volgende.
Op grond van artikel 5.2, eerste lid, van de Woo worden persoonlijke beleidsopvattingen in
documenten die bestemd zijn voor intern beraad niet openbaar gemaakt. Persoonlijke
beleidsopvattingen zijn ambtelijke adviezen, meningen, visies, standpunten en overwegingen ten
behoeve van intern beraad. Persoonlijke beleidsopvattingen zijn niet: feiten, prognoses,
beleidsalternatieven, de gevolgen van een bepaald beleidsalternatief of andere onderdelen met een
overwegend objectief karakter.
Documenten 5 en 14 bevatten persoonlijke beleidsopvattingen bestemd voor intern beraad. Ik heb
deze onleesbaar gemaakt en in de documenten aangeduid met ‘5.2’. Deze passages zijn meningen
en standpunten en ik versterk daarover geen informatie. Ik acht het in dit geval ook niet in het belang
van een goede en democratische bestuursvoering om met toepassing van artikel
5.2, tweede lid, deze persoonlijke beleidsopvattingen in deze documenten toch openbaar te maken.
Het is bovendien niet mogelijk om deze te verstrekken in niet tot personen herleidbare vorm.
Bovendien geldt voor deze passages dat openbaarmaking het functioneren van een bestuursorgaan
schaden. Op grond van artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder i, van de Woo kan ik geen informatie
openbaar maken wanneer dit het goed functioneren van een bestuursorgaan schaadt en dit belang
zwaarder weegt dan het belang van openbaarheid.
Documenten 14 bevat communicatie tussen wethouder Rijkman en een interne adviseur. Deze
advisering, onder meer over het geven van advies over de presentatie van standpunten in de
gemeenteraad, is vertrouwelijk en openbaarmaking hiervan kan het goed functioneren van een
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina 5 vang
wethouder en dus het college van burgemeester en wethouders in gevaar komen. Ik vind dat dit
belang zwaarder moet wegen dan het belang van openbaarheid, en maak deze informatie niet
openbaar. De beoordeling van het WhatsApp gesprek heeft plaatsgevonden per onderdeel;
informatie die feitelijk was is leesbaar gelaten.
Wijze van openbaarmaking en publicatie op het Stadsarchief
De documenten mail ik u in kopie. Deze documenten worden samen met het besluit en uw verzoek
(geanonimiseerd) gepubliceerd op de website van het Stadsarchief van de gemeente Amsterdam
https://archief.amsterdam/
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders,
L.J.M. Ling Ket On
Directeur Juridische Zaken
Bezwaarclausule
Tegen dit besluit kan ingevolge de Algemene wet bestuursrecht een bezwaarschrift worden ingediend bij
het college van burgemeester en wethouders, t.a.v. de Directie Juridische Zaken, Postbus 202, 1000 AE,
Amsterdam. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De termijn vangt
aan met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze bekendis gemaakt.
Belanghebbenden kunnen in afwachting van de behandeling van het bezwaarschrift een verzoek tot het
treffen van een voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter van de rechtbank te
Amsterdam (Rechtbank Amsterdam, sector Bestuursrecht, afdeling voorlopige voorzieningen, Postbus
75850, 1070AW, Amsterdam).
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina 6 vang
Bijlage 1 —- Relevante artikelen uit de Woo
Artikel 1.1 Recht op toegang
Eenieder heeft recht op toegang tot publieke informatie zonder daartoe een belang te hoeven
stellen, behoudens bij deze wet gestelde beperkingen.
Artikel 2.1 Begripsbepalingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
document:
een door een orgaan, persoon of college als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, opgemaakt of
ontvangen schriftelijk stuk of ander geheel van vastgelegde gegevens dat naar zijn aard verband
houdt met de publieke taak van dat orgaan, die persoon of dat college;
milieu-informatie:
hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 19.1a van de Wet milieubeheer;
Onze Minister:
Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,;
publieke informatie:
informatie neergelegd in documenten die berusten bij een orgaan, persoon of college als bedoeld
in artikel 2.2, eerste lid, of informatie die krachtens artikel 2.3 door een bestuursorgaan kan
worden gevorderd.
Artikel 4.1 Verzoek
1. Eenieder kan een verzoek om publieke informatie richten tot een bestuursorgaan of een onder
verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan werkzame instelling, dienst of bedrijf. In het laatste
geval beslist het verantwoordelijke bestuursorgaan op het verzoek.
2. Een verzoek kan mondeling of schriftelijk worden ingediend en kan elektronisch worden
verzonden op de door het bestuursorgaan aangegeven wijze.
3. De verzoeker behoeft bij zijn verzoek geen belang te stellen.
4. De verzoeker vermeldt bij zijn verzoek de aangelegenheid of het daarop betrekking hebbende
document, waarover hij informatie wenst te ontvangen.
5. Indien een verzoek te algemeen geformuleerd is, verzoekt het bestuursorgaan binnen twee
weken na ontvangst van het verzoek de verzoeker om het verzoek te preciseren en is het de
verzoeker daarbij behulpzaam.
6. Het bestuursorgaan kan besluiten een verzoek niet te behandelen, indien de verzoeker niet
meewerkt aan een verzoek tot precisering als bedoeld het vijfde lid. In afwijking van artikel 4:5,
vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt het besluit om het verzoek niet te
behandelen aan de verzoeker bekendgemaakt binnen twee weken nadat het verzoek is
gepreciseerd of nadat de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken.
7. Een verzoek om informatie wordt ingewilligd met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk
5.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina7 vang
5.1 Uitzonderingen
1. Het openbaar maken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit:
a. de eenheid van de Kroon in gevaar zou kunnen brengen;
b. de veiligheid van de Staat zou kunnen schaden;
c. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft die door natuurlijke personen of rechtspersonen
vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld;
d. persoonsgegevens betreft als bedoeld in paragraaf 3.1 onderscheidenlijk paragraaf 3.2 van de
Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming, tenzij de betrokkene uitdrukkelijk
toestemming heeft gegeven voor de openbaarmaking van deze persoonsgegevens of deze
persoonsgegevens kennelijk door de betrokkene openbaar zijn gemaakt;
e. nummers betreft die dienen ter identificatie van personen die bij wet of algemene maatregel
van bestuur zijn voorgeschreven als bedoeld in artikel 46 van de Uitvoeringswet Algemene
verordening gegevensbescherming, tenzij de verstrekking kennelijk geen inbreuk op de
levenssfeer maakt.
2. Het openbaar maken van informatie blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan
niet opweegt tegen de volgende belangen:
a. de betrekkingen van Nederland met andere landen en staten en met internationale
organisaties;
b. de economische of financiële belangen van de Staat, andere publiekrechtelijke lichamen of
bestuursorganen, in geval van milieu-informatie slechts voor zover de informatie betrekking heeft
op handelingen met een vertrouwelijk karakter;
c. de opsporing en vervolging van strafbare feiten;
d. de inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen;
e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer;
f. de bescherming van andere dan in het eerste lid, onderdeel c‚ genoemde concurrentiegevoelige
bedrijfs- en fabricagegegevens;
g. de bescherming van het milieu waarop deze informatie betrekking heeft;
h. de beveiliging van personen en bedrijven en het voorkomen van sabotage;
i het goed functioneren van de Staat, andere publiekrechtelijke lichamen of bestuursorganen.
3. Indien een verzoek tot openbaarmaking op een van de in het tweede lid genoemde gronden
wordt afgewezen, bevat het besluit hiervoor een uitdrukkelijke motivering.
4. Openbaarmaking kan tijdelijk achterwege blijven, indien het belang van de geadresseerde van
de informatie om als eerste kennis te nemen van de informatie dit kennelijk vereist. Het
bestuursorgaan doet mededeling aan de verzoeker van de termijn waarbinnen de
openbaarmaking alsnog zal geschieden.
5. In vitzonderlijke gevallen kan openbaarmaking van andere informatie dan milieu-informatie
voorts achterwege blijven indien openbaarmaking onevenredige benadeling toebrengt aan een
ander belang dan genoemd in het eerste of tweede lid en het algemeen belang van openbaarheid
niet tegen deze benadeling opweegt. Het bestuursorgaan baseert een beslissing tot achterwege
laten van de openbaarmaking van enige informatie op deze grond ten aanzien van dezelfde
informatie niet tevens op een van de in het eerste of tweede lid genoemde gronden.
6. Het openbaar maken van informatie blijft in afwijking van het eerste lid, onderdeel c, in geval
van milieu-informatie eveneens achterwege voor zover daardoor het in het eerste lid, onderdeel c,
genoemde belang ernstig geschaad wordt en het algemeen belang van openbaarheid van
informatie niet opweegt tegen deze schade.
7. Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op milieu-informatie die betrekking heeft op
emissies in het milieu.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Pagina 8 vang
Artikel 5.2 Persoonlijke beleidsopvattingen
1. In geval van een verzoek om informatie vit documenten, opgesteld ten behoeve van intern
beraad, wordt geen informatie verstrekt over daarin opgenomen persoonlijke beleidsopvattingen.
Onder persoonlijke beleidsopvattingen worden verstaan ambtelijke adviezen, visies, standpunten
en overwegingen ten behoeve van intern beraad, niet zijnde feiten, prognoses,
beleidsalternatieven, de gevolgen van een bepaald beleidsalternatief of andere onderdelen met
een overwegend objectief karakter.
2. Het bestuursorgaan kan over persoonlijke beleidsopvattingen met het oog op een goede en
democratische bestuursvoering informatie verstrekken in niet tot personen herleidbare vorm.
Indien degene die deze opvattingen heeft geuit of zich erachter heeft gesteld, daarmee heeft
ingestemd, kan de informatie in tot personen herleidbare vorm worden verstrekt.
3. Onverminderd het eerste en tweede lid wordt vit documenten opgesteld ten behoeve van
formele bestuurlijke besluitvorming door een minister, een commissaris van de Koning,
Gedeputeerde Staten, een gedeputeerde, het college van burgemeester en wethouders, een
burgemeester en een wethouder, informatie verstrekt over persoonlijke beleidsopvattingen in niet
tot personen herleidbare vorm, tenzij het kunnen voeren van intern beraad onevenredig wordt
geschaad.
4. In afwijking van het eerste lid wordt bij milieu-informatie het belang van de bescherming van de
persoonlijke beleidsopvattingen afgewogen tegen het belang van openbaarmaking. Informatie
over persoonlijke beleidsopvattingen kan worden verstrekt in niet tot personen herleidbare vorm.
Indien degene die deze opvattingen heeft geuit of zich erachter heeft gesteld, daarmee heeft
ingestemd, kan de informatie in tot personen herleidbare vorm worden verstrekt.
Gemeente Amsterdam Datum 30 augustus 2022
Paginag vang
Bijlage 2 — Inventarislijst
Nr. [Datum Naam Publicatie Uitzonderingsgrond(en) Opmerkingen
1
2 _|_z62ozafberichten ondersteuner whrijkmanberichtaanderde ___[peelsopenbaar __Jsaze |
3 _| _23-S-2ozafberichten ondersteuner wh Rijsman bericht aan Rob Hofland [Deelsopenbaar [oase TT
4 | _zpezozafberichten ondersteuner whRijmanenwhRijman ______[Deelsopenbaar _Jsaze jj
5
5
z_| _86-20z2berichtenambtenaarenwheijman ______________[Deelsopenbaer Joue
g__| zo6-2oaafberichtenambtenaarenambtenaar______________Joeelsopenbaar [see |
g | zo6zozafberichtenambtenaarenRobHofand ____ |Deelsopendar Jaze jp
10
“
12
3 | _s66-2022fberichtentussenambtenaren __________________[peelsopenbaar Josee
4
| Besluit | 9 | train |
> < Gemeente Raadsinformatiebrief
Amsterdam
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 14 maart 2023
Portefeuille(s) Democratisering
Portefeuillehouder(s). Rutger Groot Wassink
Behandeld door Nathalie.Loon@®Amsterdam.nl
TO Onderwerp Actieprogramma AmsterDOEN
Geachte leden van de gemeenteraad,
Amsterdam wil een veerkrachtige en duurzame stad zijn met een sterke lokale buurteconomie.
Samenwerkingen met de buurt - in publiek-civiele samenwerkingen? - zijn daar een belangrijk
onderdeel van. Op 29 juni en 14 september 2022 bespraken wij in dit kader de Verkenning
AmsterDOEN met elkaar. Met veel voorbeelden van Amsterdammers die de stad en buurt maken:
mensen die ‘iets’ organiseren als een buurtfeest of schoonmaakactie, en weer anderen die
langduriger buurtinitiatieven, burgerinitiatieven en collectieve acties opzetten. Samen vormen zij
een maatschappelijke beweging die groeit, internationaal, in Nederland en ook in Amsterdam.
AmsterDOENers zijn het, die, verenigd in burgercollectieven (commons), bijdragen aan het
democratische, economische en sociale kapitaal van Amsterdam.
Als stad willen we deze DOENers faciliteren en een partner zijn. Door samen te werken maken we
een maatschappelijke route mogelijk in diverse domeinen. Bijvoorbeeld in de energie- en
voedseltransitie, als alternatief voor de platformeconomie en als deelgenoot in het werken aan
brede welvaart.
Bij de bespreking vroeg uv om een Actieprogramma AmsterDOEN en dit samen met u verder te
ontwikkelen. Graag deel ik hierbij een vitwerking hiervan, met de acties die we als gemeente de
komende periode kunnen inzetten en initiëren. Dit langs drie met elkaar samenhangende
actielijnen:
1. helpende juridische en financiële instrumenten inzetten en ontwikkelen;
2. versterken van het ecosysteem; en
3. het narratief: elkaar de goede voorbeelden laten zien, en deze verder brengen.
Ook heeft uw raad de motie 299 van de leden Nadif (GroenLinks), Broersen (Volt), Schmit (D66)
en Ahmadi (BlJ1) aangenomen. Daarin wordt het college gevraagd om:
1. Samen met organisaties in de stad uit te werken hoe publieke-civiele samenwerking
structureel kan bijdragen aan een sterke coöperatieve en democratische economie;
2. Een uitvoeringsplan op te stellen voor een Amsterdamse coöperatieve incubator met
daarbij een aantal concrete pilots gericht op lokale uitdagingen.
* Ook wel: public-commons partnerships
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 9 maart 2022
Pagina 2 van 2
AmsterDOENers dragen bij aan het dichten van de kloof tussen overheden en burger. Zij geven
invulling aan het principe van subsidiariteit door maatschappelijke opgaven op te pakken met en in
de buurt. Dit Actieprogramma is met hen, diverse wetenschappers, onderzoekers en ambtenaren
vormgegeven en verder uitgewerkt in 19 met elkaar samenhangende acties.
Met dit Actieprogramma wordt uitvoering gegeven aan de motie. In het uitvoeringsplan voor de
incubator (actie 13) werken we aan een traject voor zonnedaken, afval, stadslandbouw,
deelmobiliteit, bezorgcoöperaties, en coöperatieve tech.
Als college hebben we een hoog ambitieniveau. Hoe maken we economische waarde creatie in
buurten beter dienstbaar aan maatschappelijke en ecologische waarde creatie, hoe geven we deze
transitie in Amsterdam mede vorm en ook: hoe spelen we de middelen daarvoor vrij? Voor 2023
is vanuit het programma Democratisering 250.000 euro beschikbaar voor AmsterDOEN. Dat is
niet voldoende om het hele Actieprogramma uit te voeren. Hiermee kunnen we het register (actie
1-3), een helpdesk (actie 4), en een eenmalig incubatorprogramma (actie 12 en deels ook 13)
organiseren vanuit een bescheiden kernteam (actie 19). Zo kunnen we - mét de stad en mogelijk
ook een aantal betrokken financiers - beginnen met DOEN. Op uw verzoek is een compleet
Actieprogramma uitgewerkt. Na het eerste jaar maken we de balans op en bepalen we óf en hoe
we voor het vervolg van het Actieprogramma binnen Democratisering en binnen andere
beleidsvelden ruimte kunnen maken. Indien u daar behoefte aan heeft, ga ik graag met u in
gesprek over het Actieprogramma en de prioritering in de vitvoering ervan.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
Ze Pe
TAN A L nm ne: N
\ # Be oa Pi
Rutger Groot Wassink
Wethouder Democratisering
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
| Brief | 2 | train |
VN2023-025250 G Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit
irectie Mi emeente ' !
Directie Middelen % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), F K D
en Control % Amsterdam ee en
Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening,
% Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale
media, ICT en digitale stad, Evenementen
Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023
Portefeuille Decbespieking(excteAkSnniStriping))
Agendapunt 10
Datum besluit 31 oktober 2023
Onderwerp
Kennis nemen van het Jaarverslag Deelnemingen 2022
De commissie wordt gevraagd
1. Kennis te nemen van het Jaarverslag Deelnemingen 2022 en de bijbehorende
raadsinformatiebrief.
2. Kennis te nemen van de geheime bijlage beloningsgegevens deelnemingen 2022.
3. Kennis te nemen van de geheimhouding die op grond van artikel 87 van de Gemeentewet
is opgelegd op bijlage “Geheime beloningsgegevens Deelnemingen 2022”. Dit in verband
met de belangen genoemd in artikel 5.1 lid 1 sub c, lid 2 sub ben lid 2 onder f van de Wet open
overheid (Woo). Openbaarmaking kan achterwege blijven vanwege de eerbiediging van de
persoonlijke levenssfeer en het voorkomen van een onevenredige benadeling. De bijlage
bevat persoonsgegevens, als bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Wet bescherming
persoonsgegevens. De geheimhouding wordt opgelegd voor 25 jaar tot 31 oktober 2048 of tot het
moment waarop de raad besluit deze op te heffen
Wettelijke grondslag
e Op grond van artikel 169 van de Gemeentewet verschaft het college de raad alle inlichtingen
die de raad voor de vitoefening van zijn taak nodig heeft.
* Op grond van artikel 79 en 80 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies
Amsterdam stelt het college voor om motie 04.23 af te doen.
Bestuurlijke achtergrond
Het jaarverslag deelnemingen wordt gemaakt om de raad van informatie te voorzien over de
ontwikkelingen bij de deelnemingen in het desbetreffende jaar. De meeste informatie komt
voort uit de jaarverslagen van de afzonderlijke deelnemingen. Op AEB na hebben de overige
23 deelnemingen een vastgesteld jaarverslag ten tijde van het opstellen van het jaarverslag
deelnemingen. Het jaarverslag van AEB is nog niet beschikbaar als gevolg van het lopende
verkooptraject van AEB. Om deze reden is er geen informatie van AEB over 2022 opgenomen in het
jaarverslag Deelnemingen. Het Jaarverslag AEB zal op een later moment ter goedkeuring worden
voorgelegd.
Inhoud en bijzonderheden jaarverslag
Voor het Jaarverslag Deelnemingen 2022 is gekozen voor een andere structuur dan voorgaande
jaren. De focus ligt nu nog meer op maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarnaast is ervoor
gekozen de financiële gegevens niet meer per deelneming te presenteren maar een hoofdstuk toe te
voegen met het financiële overzicht op portefeuilleniveau. Deze veranderingen zijn gedaan om het
jaarverslag Deelnemingen leesbaarder te maken en de prioriteit te leggen bij onderwerpen die de
gemeenteraad in het verleden als het belangrijkst heeft bestempeld.
Hoofdstuk 1 bevat een inleiding. Hoofdstuk 2 “MVO-rapportage” is uitgebreid ten opzichte van
vorig jaar, conform de wensen van college als raad om meer uniforme informatie over de prestaties
Gegenereerd: vl.5 1
VN2023-025250 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit
Directie Middelen 9 Amsterdam On ‚ ‚ ‚ FKD
en Control % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol),
Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening,
Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale
media, ICT en digitale stad, Evenementen
Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023
Jen Beapsekingjen tenkesnismendag zijn vier nieuwe indicatoren op het gebied van diversiteit
en inclusie en duurzaamheid opgenomen. In totaal wordt nu gerapporteerd over negen MVO-
indicatoren. Dit zijn:
* Man/vrouw verhouding directie/RvC
e Aanwezigheid van beleid inzake diversiteit en inclusie
e Percentage inclusieve werving
* Aantal vaste en tijdelijke contracten (nieuw)
* Aantalstageplekken
* Aantal werknemers met afstand tot de arbeidsmarkt
* Cijfer medewerkerstevredenheidonderzoek (nieuw)
* Aanwezigheid CO2-reducerende plannen (nieuw)
e Coz-uitstoot, scope 1 en scope 2 (nieuw)
Van alle indicatoren zijn de cijfers van 2021 en 2022 beschikbaar. De meeste indicatoren in de
MVO-rapportage vertonen een stabiel of licht positief beeld. Zo is in 2022 het aantal meerkoppige
besturen en raden van commissarissen die voldeden aan een evenwichtige man-vrouwverhouding
gestegen van respectievelijk vijf naar zes en veertien naar zestien. Ook de gezamenlijke CO2-
uitstoot van de acht deelnemingen die hierover rapporteerden in 2022 vertoont een dalende lijn.
Hoofdstuk 3 “Financieel Overzicht portefeuille” is nieuw en gewijd aan de financiële positie van
de Amsterdamse Deelnemingen. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd welke financiële parameters
gemonitord worden (vermogenspositie en rendement). Daarnaast worden de financiële kerncijfers
van elke deelnemingen gepresenteerd (Eigen vermogen, vreemd vermogen, winst en dividend).
Deze cijfers zijn gekozen omdat ze ook in andere gemeentelijke producten worden weergegeven
zoals de begroting en de jaarrekening van de gemeente. Op deze manier bestaat er uniformiteit
tussen de gemeentelijke producten waarin elk product een ander element van deze cijfers uitlicht.
Hoofdstuk 4 ‘overzicht per deelneming’ bestaat vit de factsheets van de afzonderlijke
deelnemingen. ledere factsheet bestaat vit een algemene omschrijving van de deelneming, een
toelichting op de invulling van de corporate governance en een overzicht van de beloningen.
Afdoen motie 004.23 ‘rapporteren over CO2 uitstoot’
Bij de behandeling van het jaarverslag 2021 hebben raadsleden leden Schmit, Hofland, Asruf,
Ernsting, Krom en Broersen een motie ingediend inzake het transparant rapporteren over CO2-
emissies van de Amsterdamse deelnemingen. In deze motie riepen zij het college op om uit te
vragen bij de gemeentelijke deelnemingen met meer dan 5oo ton uitstoot om of zij reductieplannen
hebben. Daarnaast vroegen zij om vit te vragen wat de CO2-emissies zijn van de deelnemingen. Dit
is vitgevraagd aan alle deelnemingen en de resultaten hiervan zijn terug te vinden in hoofdstuk 2
‘MVO-rapportage’. Het college beschouwt hiermee de motie als afgedaan. De uitvraag naar CO2-
emissies zal uiteraard de komende jaren ook worden gedaan aan de deelnemingen Toezegging
wethouder
Deelnemingen inzake medewerkerstevredenheid
De wethouder Deelnemingen heeft bij de behandeling van het jaarverslag Deelnemingen
2021 toegezegd dat medewerkerstevredenheid als nieuwe indicator wordt toegevoegd. Dit is
meegenomen in de uitvraag aan alle deelnemingen en vitkomst hiervan is opgenomen in hoofdstuk
2 MVO-rapportage’. Hiermee beschouwt het college deze toezegging als vitgevoerd.
Toezegging wethouder Deelnemingen inzake het opnemen van uitdagingen van deelnemingen
Gegenereerd: vl.5 2
VN2023-025250 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D
i i i msterdam
Directie Middelen % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol),
Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening,
Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale
media, ICT en digitale stad, Evenementen
Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023
Ter bespreking en ter kennisneming. . .
De VERE Eer ereen Bi de behandeling van het jaarverslag Deelnemingen 2021
toegezegd dat er meer informatie komt over de vitdagingen waar de deelnemingen voor staan. In
de inleiding is hier een passage over opgenomen waarin onder de energietransitie en de krapte op
de arbeidsmarkt als vitdagingen worden benoemd. Met het opnemen van deze passage beschouwd
het college deze toezegging als vitgevoerd.
Geheime bijlage
Alle deelnemingen rapporteren openbaar over de beloningen, op de Johan Cruijff Arena na. De
beloningen van de directie van deze deelneming zijn terug te vinden in de Geheime bijlage (zie
bijlage 2.)
Reden bespreking
O.v.v. het lid Lochtenberg (CDA)
Beurs van Berlage
Over de Beurs van Berlage staat in het Jaarverslag deelnemingen:
‘Publiek belang- De Beurs heeft naast een economische functie ook culturele, creatieve, publieke en
maatschappelijke functies, waaronder ook behoud van cultureel erfgoed in de stad. Deze functies van
de Beurs zijn het met de Beurs verbonden publieke belang. Daarnaast waren de private aandeelhouders
van de Beurs niet bereid in te stappen als de gemeente niet meedeed.
Is de laatste reden nog steeds actueel?
Palazzo Pubblico Amsterdam B.V. (onderdeel Beurs van Berlage) heeft al meerdere jaren een
negatief eigen vermogen. Hoe kan dit worden gekeerd?
AEB N.V.
In het jaarverslag deelnemingen 2022 was AEB wél opgenomen en nu niet. Het jaarverslag 2022 van
AEB N.V. zelf is nog niet gepubliceerd bij de KvK of op de website van AEB.
Wat is de financiële situatie van AEB?
Uitkomsten extern advies
Niet van toepassing.
Geheimhouding
De gegevens in “Geheime beloningsgegevens Deelnemingen 2022” zijn kabinet, artikel 87 van
de Gemeentewet is opgelegd op bijlage “Geheime beloningsgegevens Deelnemingen 2022”. Dit
in verband met de belangen genoemd in artikel 5.1 lid 2 sub c, lid 2 sub ben lid 2 onder f van de
Wet open overheid (Woo). Openbaarmaking kan achterwege blijven vanwege de eerbiediging
van de persoonlijke levenssfeer en het voorkomen van een onevenredige benadeling. De bijlage
bevat persoonsgegevens, als bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Wet bescherming
persoonsgegevens. De geheimhouding wordt opgelegd voor 25 jaar tot 31 oktober 2048 of tot het
moment waarop de raad besluit deze op te heffen
Uitgenodigde andere raadscommissies
Gegenereerd: vl.5 3
VN2023-025250 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D
i i i msterdam
Directie Middelen 2 en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol),
en Control %
Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening,
Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale
media, ICT en digitale stad, Evenementen
Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023
Nesbesprekingander kennisneming
Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan?
* Hiermee wordt motie 004.23 ‘Amsterdamse deelnemingen moeten transparant rapporten
over CO2-emissie’ die in de raad van 25 januari 2023 is ingediend, afgedaan.
e Hiermee wordt de toezegging van wethouder deelnemingen over het toevoegen van
een indicator ‘medewerkerstevredenheid’ die in de commissie van 15 december 2022
uitgesproken is, afgedaan.
e Hiermee wordt de toezegging van wethouder deelnemingen over het toevoegen van een
passage over de uitdagingen waar de deelnemingen voor staan, afgedaan
Welke stukken treft v aan?
AD2023-088864 B Raadsinformatiebrief Jaarverslag Deelnemingen 2022. pdf (pdf)
AD2023-088865 2. Jaarverslag Deelnemingen 2022 .pdf (pdf)
AD2023-088867 Commissie FKD (1) Voordracht (pdf)
AD2023-088866 | GEHEIM - 3. Geheime bijlage beloningsgegevens 2022.pdf (pdf)
Ter Inzage
| Registratienr. Naam
Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres)
DMC-Deelnemingen, Tim Horsmeier, 06 8207 2665, [email protected]
Gegenereerd: vl.5 4
| Voordracht | 4 | train |
x Gemeente Amsterdam R
Gemeenteraad
% Gemeenteblad
% Motie
Jaar 2019
Afdeling 1
Nummer 1631
Ingekomen op 15 oktober 2019
Ingekomen in raadscommissie ZJS
Te behandelen op 6/7 november 2019
Onderwerp
Motie van het lid Boomsma inzake de Begroting 2020 (Inzet van doventolken).
Aan de gemeenteraad
Ondergetekende heeft de eer voor te stellen:
De raad,
Gehoord de discussie over de Begroting 2020.
Constaterende dat:
— Amsterdam circa 500-1000 mensen met een gehoorbeperking kent;
— De informatievoorziening bij calamiteiten door de Rijksoverheid verbeterd wordt
voor doven en slechthorenden;
— In gemeenten zoals Beverwijk er reeds voorstellen zijn aangenomen om lokale
informatievoorziening bij calamiteiten te verbeteren.
Overwegende dat:
— Dovenwelzijnsorganisatie SWDA en Cliëntenbelang al zeker sinds 2010 pleiten
voor één stadsloket in Amsterdam waar altijd een doventolk aanwezig is;
— Zo veel mogelijk Amsterdammers terecht zouden moeten kunnen bij het
stadsloket voor informatie en dienstverlening;
— Zo veel mogelijk Amsterdammers bij calamiteiten zo snel en volledig mogelijk
geïnformeerd zouden moeten worden.
Verzoekt het college van burgemeester en wethouders:
1. De informatievoorziening en ondersteuning bij het stadsloket te verbeteren voor
Amsterdammers met een gehoorbeperking, door, conform het verzoek van
SWDA en Cliëntenbelang, bij ten minste één stadsloket op vaste momenten een
doventolk aanwezig te hebben;
2. Bij communicatie met betrekking tot calamiteiten doventolken in te zetten.
Het lid van de gemeenteraad
D.T. Boomsma
4
| Motie | 1 | discard |
> < Gemeente
Amsterdam Raadsinformatiebrief
Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam
Datum 25 januari 2023
Portefeuille(s) Opvang (MO/BW, Ongedocumenteerden en vluchtelingen)
Portefeuillehouder(s): Rutger Groot Wassink
Behandeld door Martine Reukers
Onderwerp Winterkoudeopvang en Coronanoodopvang 2021-2022,
Voortgangsrapportage 2021 Beleidsprogramma Aanpak
Dakloosheid,
Afrondingsdocument inzet Blokhuismiddelen in
Amsterdam,
Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis.
Geachte leden,
Het jaar 2022 ligt inmiddels achter ons. Het jaar 2023 is begonnen. Een goed moment om u te
informeren over een aantal onderwerpen in mijn portefeuille Opvang MO/BW, te weten:
1. de rapportage van de GGD over de winterkoudeopvang en coronanoodopvang 2021-2022,
2. de eerste rapportage (2021) van het Beleidsprogramma Aanpak Dakloosheid 2021-2025
‘Een nieuwe start, samen op weg naar perspectief’,
3. het afrondingsdocument van de inzet in Amsterdam op de middelen die we in 2020 hebben
gekregen in het kader van het landelijk plan van aanpak dakloosheid,
4. het Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis.
De roep om ondersteuning van Amsterdammers bij (dreigende) dak- en thuisloosheid is groot. Ik
vind dit zorgelijk. Door de huidige inflatiecrisis zal het dakloosheidsprobleem alleen maar
verergeren. Daarnaast hebben we ook te maken met een wooncrisis waardoor de doorstroom in
de maatschappelijke opvang en beschermd wonen voorzieningen vastloopt. Omdat er geen
vervolgplek is, blijven kwetsbare Amsterdammers te lang in een specialistische voorziening.
Zorgaanbieders gaven medio september bovendien aan dat het aantal economisch daklozen dat
zich tot dat moment bij hen gemeld had voor ondersteuning al net zo groot was als in het hele
vorige jaar. Als we economisch daklozen niet snel kunnen helpen met een woning, zien we dat ook
zij snel meer zorgvragen krijgen. Voor hen is een dak boven het hoofd essentieel om stappen
verder te kunnen zetten richting financiële stabiliteit en werk. Voor kwetsbare daklozen die zorg
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2023
Pagina 2 van 5
met verblijf nodig hebben bestaan er nog steeds wachtlijsten. Meer dan een jaar wachttijd is
eerder regel dan vitzondering.
De focus ligt wat mij betreft daarom nu niet op terugblikken, maar op vooruitkijken. Wat hebben
we geleerd en wat nemen we mee in de aanpak van dakloosheid in het komende jaar en de jaren
daarna?
1. Winterkoudeopvang en coronanoodopvang 2021-2022
De GGD heeft onderzoek gedaan naar de gebruikers van de winterkouderegeling en de
coronanoodopvang die heeft plaatsgevonden tussen maart 2020 en april 2022. De nadruk ligt in de
rapportage op de laatste winterperiode van november 2021 tot april 2022. Er heeft ook een
evaluatie plaatsgevonden van de praktijk van de winterkoudeopvang en coronanoodopvang
met verschillende stakeholders waaronder de zorgaanbieders, GGD, Straatalliantie en
belangenbehartigers. De aanbevelingen die uit deze evaluatie kwamen zijn terug te lezen in de
rapportage en zijn, waar mogelijk, meegenomen in de winteropvang die vanaf 1 december 2022
van start is gegaan.
De coronanoodopvang in de winter 2020/2021 kende met een maximum van 560 personen op 1
nacht een absoluut recordaantal bezoekers. Dit recordaantal vond plaats in een periode waarbij de
avondklok en een langere periode van vrieskou samenvielen. De daaropvolgende winter 2021/2022
was aanzienlijk zachter en er was geen avondklok. Wel was er een periode ook coronanoodopvang.
De extreem hoge bezoekersaantallen bleven deze winterperiode uit en het maximumaantal
bezoekers op 1 nacht lag op 344. Gemiddeld werden er 254 mensen per nacht opgevangen. In
totaal ging het om 1226 unieke personen. Zo'n groot aantal unieke bezoekers is kenmerkend voor
een winterkoudeopvang.
Deze bezoekersaantallen en de huidige signalen van belangenvertegenwoordigers en
zorgaanbieders laten zien dat de noodzaak voor winter(koude}opvang nog steeds bestaat en de
vraag niet minder wordt. Dit baart het college zorgen. Daarom is in het coalitieakkoord
opgenomen dat er in de winter in principe niemand op straat slaapt. Het college heeft besloten om
vanaf 1 december 2022 weer te starten met de winteropvang voor de duur van 4 maanden (tot 1
april 2023) waarbij gewerkt wordt aan perspectief. Hierbij valt te denken aan verwijzing naar
hulpverlening, andere opvangmogelijkheden of repatriëring. Het perspectief is passend bij de
persoon en zijn/haar mogelijkheden. Kwetsbaarheid en bepaald gedrag en ziektebeelden worden
hierin meegenomen. U bent hierover per brief geïnformeerd op 1 november 2022.
Graag deel ik de eerste beelden over de winteropvang. De winteropvang is tot nu toe rustig en
zonder noemenswaardige incidenten verlopen. Het werken met een duidelijk aanbod voor
verschillende doelgroepen waar cliënten in de winteropvang mee aan de slag gaan wordt zowel
door cliënten als aanbieders positief ervaren. Tot nu toe hebben er gemiddeld 325 mensen per dag
gebruik gemaakt van de winteropvang. Wanneer er ook sprake is van een winterkouderegeling
stijgt het aantal per dag naar gemiddeld 423 personen.
In april 2023 zal er een evaluatie plaatsvinden door de GGD betreffende de gehele winteropvang,
hierbij worden ook de bewonersgesprekken meegenomen die door de Straatalliantie worden
gevoerd. Kort na het zomerreces zal de evaluatie van de winteropvang ook met de Raad worden
gedeeld.
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2023
Pagina 3 van 5
2. Eerste rapportage Beleidsprogramma Aanpak Dakloosheid 2021-2025 ‘Een nieuwe start,
samen op weg naar perspectief’
In juli 2021 heeft de Gemeenteraad van Amsterdam het Beleidsprogramma Aanpak Dakloosheid
2021-2025 ‘Een nieuwe start, samen op weg naar perspectief’ vastgesteld. Vernieuwend hieraan is
dat het een integrale aanpak is, waarbij verschillende facetten van de daklozenproblematiek in
relatie met elkaar worden opgepakt. Het is de ambitie van dit beleidsprogramma om met iedereen
die in de regio Amsterdam-Amstelland dakloos wordt of dreigt te worden samen aan een nieuwe
start en daarmee aan maatschappelijk en economisch herstel te werken. Hiervoor wordt gewerkt
aan de hand van 4 speerpunten: 1. Vroegsignalering en vroeginterventie; 2. Vergroten aanbod
woonoplossingen; 3. Goede ondersteuning op maat; en 4. Duurzaam maatschappelijk herstel.
Voor elk speerpunt zijn resultaten en acties benoemd.
De voortgang van het Beleidsprogramma wordt integraal gemonitord. De rapportage die nu
voorligt, is de eerste rapportage. Het bleek vitdagend om de goede data te verzamelen en
vanwege de grote reikwijdte van het beleidsprogramma, kreeg de opzet van de monitor een zeer
uitgebreide vorm. Het is belangrijk om te benadrukken dat de cijfers met name over 2021 gaan en
dat sommige cijfers voor het eerst zijn verzameld. Deze eerste resultaten over 2021 dienen als
basis om de voortgang van het beleidsprogramma te kunnen monitoren.
Deze rapportage gaan we nu doorontwikkelen. We willen komen tot een handzamer document,
waarbij we zoeken naar wat de komende voortgangsrapportages kunnen bieden om goede keuzes
te kunnen maken in de aanpak van dakloosheid c.q. om beleid tijdig bij te kunnen stellen wanneer
dat nodig is.
Op basis van deze rapportage komen verschillende inzichten naar voren. Al is de aanpak pas een
jaar geleden gestart, er zijn al mooie resultaten geboekt. Het daklozenkantoor, waarin
belangenbehartigers verenigd zijn, is gerealiseerd en op vaste dagen open voor publiek. Het
aanbod voor woonvormen voor economisch daklozen is toegenomen en toegang tot
ondersteuning is vitgebreid. Ook zijn er verschillende interventies ontwikkeld en geïntensiveerd
om de financiële en integrale hulpverlening aan mensen met een uitkering en briefadres te
verbeteren. Maar tegelijkertijd wordt ook duidelijk dat er nog veel te doen is. De integrale aanpak
laat nu zien, dat ook gezamenlijk doelen stellen en resultaten volgen belangrijk is. We willen
bijvoorbeeld beter zicht krijgen op de inzet van de buurtteams en het effect van interventies beter
in kaart brengen. Op basis van kwalitatief onderzoek willen we ook meer zicht krijgen op hoe de
ondersteuning door de doelgroep wordt ervaren en welke elementen zij daarin waarderen of juist
missen.
3. Inzet vanuit Amsterdam op de middelen landelijk plan van aanpak dakloosheid (2020)
Amsterdam heeft in 2020 incidenteel € 47 miljoen beschikbaar gekregen van het Rijk in het kader
van het landelijk plan van aanpak dakloosheid. De looptijd van deze ‘Blokhuis‘middelen was
gekoppeld aan de looptijd van het landelijk plan en daarmee kort: aanvankelijk tot ultimo 2021.
Amsterdam heeft zich hard gemaakt voor een langere looptijd en gepleit voor structureel extra
middelen. De aanpak van dakloosheid is immers een lange termijn opgave. Het Rijk heeft de
mogelijkheid gegeven de incidentele middelen langer in te zetten (sommige maatregelen hebben
een uitloop tot en met 2023). En bovendien heeft het Rijk landelijk 65 mio beschikbaar gesteld voor
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2023
Pagina 4 van 5
de aanpak van dakloosheid, gekoppeld aan het Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis
(zie punt 4).
De Blokhuismiddelen zijn aangegrepen als kans om in Amsterdam meer dak- en thuislozen te
ondersteunen en om te innoveren. Aanbieders hebben zich enorm ingespannen om onder verre
van ideale omstandigheden (Corona, krapte op de arbeidsmarkt en een overspannen
woningmarkt) projecten uit te voeren. Na 2 jaar kunnen we de balans opmaken:
® _voor ruim 1900 dak- en thuislozen is extra ondersteuning geboden;
e de aansluiting tussen jeugdhulp (met verblijf) en MOBW wordt wezenlijk verbeterd;
e voor wachtenden op MOBW is begeleiding ontwikkeld en vitgevoerd waarin herstelgerichte
methodieken worden toegepast waaronder gerichte inzet op toeleiding naar werk en
netwerkondersteuning;
® _vooreconomisch daklozen zijn extra tijdelijke plekken gerealiseerd (onder andere met door
woningcorporaties beschikbaar gestelde sloopwoningen en in de uitbreiding van Onder de
Pannen: kamerhuur bij particulieren).
In bijgevoegde folder die samen met de betreffende aanbieders is gemaakt vindt v een
beschrijving van de projecten en komen ook cliënten en medewerkers aan het woord.
Hiermee ronden we de Blokhuismiddelen af. De innovaties in de begeleiding, herstelgerichte
methodieken en aansluiting Jeugdhulp worden nog verder uitgerold en geborgd binnen bestaande
financiering. De wachtlijstbegeleiding wordt de komende twee jaar met incidentele middelen
voortgezet.
4. Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis.
Op 5 december 2022 heeft het Rijk het Nationaal Actieplan Dakloosheid vastgesteld, waarin de
ambitie is gesteld om dakloosheid in 2030 te beëindigen en daarvoor in alle gemeenten vol in te
zetten op preventie en wonen eerst. Het Rijk heeft hiervoor 65 mio uitgetrokken. Dit is echter voor
heel Nederland en daarmee minder dan destijds het bedrag van de 'Blokhuis'middelen. Bovendien
komen de middelen voor het plan ‘Aanpak kwetsbare dakloze EU-burgers’ naar alle
waarschijnlijkheid ook uit deze 65 mio. Ik heb hier zorgen om en daarom heb ik in oktober, samen
met de Wethouder Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen in Utrecht, een brief hierover
gestuurd naar de Tweede Kamer.
De inzet van het Nationaal Actieplan Dakloosheid op preventie en wonen eerst past bij de aanpak,
zoals Amsterdam die heeft vastgesteld in het Beleidsprogramma Aanpak Dakloosheid. Belangrijk
om te noemen is dat op Rijksniveau nu ook gekozen is voor een integrale insteek van de aanpak
van dakloosheid en dat gemeenten die nog niet voortvarend te werk gaan met de aanpak van
dakloosheid nu opgeroepen worden om dit wel te gaan doen.
Hoe nu verder?
Zoals u kunt lezen, gebeurt er dus al veel in de aanpak van dakloosheid. Tegelijkertijd zien we dat
door de groeiende bestaansonzekerheid en het tekort aan betaalbare woningen het risico op
(langdurige) dakloosheid alleen maar is toegenomen. Wat we nu doen, is dus nog niet voldoende.
Deze problematiek vraagt om meer: een aanscherping van de huidige aanpak dakloosheid.
Het heeft voor het College de hoogste prioriteit om de zorg voor dak -en thuislozen te (blijven)
verbeteren, naast de preventieve inzet om dak- en thuisloosheid in eerste instantie te voorkomen.
Om die reden zijn we al gestart met de winteropvang en met het bieden van wachtlijstbegeleiding
aan iedereen die op de wachtlijst MO/BW staat. We zijn ook bezig met het ontwikkelen van de
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 25 januari 2023
Pagina 5 van 5
Amsterdamse Aanpak Volkshuisvesting. Met deze aanpak richten we ons op de mensen die het
het meest nodig hebben en nemen we zelf het heft in handen om de wooncrisis te bestrijden. In
januari wordt de aanpak vrijgegeven voor inspraak.
In het voorjaar informeer ik vw raad over de vernieuwde aanpak dakloosheid.
Met vriendelijke groet,
Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,
Rutger Groot Wassink
Opvang (MO/BW, Ongedocumenteerden en vluchtelingen)
Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
| Brief | 5 | train |
Subsets and Splits
No community queries yet
The top public SQL queries from the community will appear here once available.