text
stringlengths
181
1.69M
label
stringclasses
11 values
num_pages
float64
1
502
split
stringclasses
4 values
> Gemeente % Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 8 juni 2023 Ingekomen onder nummer 368 accent Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake de voortgangsbrief Markten en het Rapport Marktwaarde van de Ombudsman Metropool Amsterdam (Voorstel Toekomst Marktbeheer) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de voortgangsbrief Markten en het Rapport Marktwaarde van de ombudsman, overwegende dat, -___Het document Marktvisie 2018-2026 door de gemeenteraad is vastgesteld op sept. 2018; -_ Hierineen aantal onderwerpen niet wordt behandeld, zoals de verantwoordelijkheden en rol van het gemeente als beheerder van de circa 30 gemeentelijke markten en de historisch gegroeide, geografische ligging van de Amsterdamse markten; -_De ombudsman in zijn rapport Marktwaarde (zoals gemeld op p. 5) aangeeft dat er twijfels zijn over de representativiteit en integriteit van de gegevens waar de Marktvisie op leunt (i.v.m. informatieverstrekking en transparantie over bronnen, over de totstandkoming van de gegevens en analyseaanpak); -_ Het inmiddels 2023 is en, met namen ook door de Covid-pandemie, de Amsterdamse markten onvoorziene ontwikkelingen hebben doorgemaakt en over de positie en het belang van de Amsterdamse markten nu (ook) andere inzichten bestaan, waardoor de Marktvisie 2018-2026 een minder voor de hand liggend beleids- en beoordelingskader vormt voor de Amsterdamse markten; -__ De in 2019 gepresenteerde gebiedsgerichte uitwerkingen van de Marktvisie en de ‘Analyse non-food themamarkten’, vergelijkbaar met de Marktvisie door de ontwikkelingen in de tijd aan actualiteitswaarde hebben verloren; -__Het uitvoeren van — bestaand en nieuw - beleid inzake de Amsterdamse markten enkel en alleen kan als het administratieve beheer van de markten op orde is; -__De ombudsman concludeert dat het beheer van de Amsterdamse markten over de volle breedte (van mandaatregelingen tot inrichtingsbesluiten, facturering, communicatie en bereikbaarheid etc.) tekort schiet; -__Als basis voor het formuleren van beleid o.a. actuele, deugdelijke, navolgbare en controleerbare gegevens beschikbaar dienen te zijn; - Ook de gegevens zoals deze zijn gepresenteerd in de Monitor Warenmarkten 2022 te weinig houvast bieden voor het ontwikkelen van beleid; -_het marktbeheer op orde moet zijn voor het opstellen of uitvoeren van nieuw beleid, Verzoekt het College, Gemeente Amsterdam Status - Pagina 2 van 2 -__prioriteit te geven aan het ontwikkelen van relevante sturingsinformatie specifiek voor en over de Amsterdamse markten, in overleg met de bestuurscommissie en vertegenwoordigers van marktondernemers; -_in het najaar terug te rapporteren aan de raad over de gedane herindelingen en daarbij -__een voorstel te doen om het marktbeheer te optimaliseren, waarin ook wordt verhelderd welke beheertaken specifiek bij de bestuurscommissies liggen, en welke bij het gemeentebestuur; -_ Dit Voorstel Marktbeheer uiterlijk 1 november aan de Commissie SED te presenteren. Indiener(s), D. T. Boomsma
Motie
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2018 Vergaderdatum 6 en 7 juni 2018 Afdeling 1 Agendapunt 9B Nummer 514 Publicatiedatum 4 juni 2018 Onderwerp Actualiteit van de leden Flentge, Mbarki, Ernsting, van Dantzig, Ceder, Poot, Taimounti, Simons, Boomsma, Nanninga, Van Soest en Van Lammeren inzake de zorgen van de gemeentelijke ombudsman m.b.t. zijn constateringen dat misdaad in Amsterdam makkelijk loont door o.a. ‘een ongeorganiseerde overheid tegenover georganiseerde criminaliteit’. * Aan de gemeenteraad In het Parool van zaterdag 2 juni 2018 lezen we dat volgens de gemeentelijke Ombudsman Arre Zuurmond het te gemakkelijk wordt gemaakt om met criminaliteit je geld te verdienen. De overheid is volgens hem onduldbaar afwezig, waardoor het criminele carriêrepad te aantrekkelijk is geworden voor jonge mensen. De honderden miljoenen per jaar die in Amsterdam worden verdiend en rondgaan in de onderwereld, werken ontwrichtend voor de maatschappij. Dit komt volgens de Ombudsman onder andere ook doordat, naast dat de overheid afwezig is, ook burgers het niet melden als criminaliteit zich nestelt in de samenleving. Hij noemt dat “ beschaafd wegkijken voor wat er gebeurt.” Deze harde conclusie van de ombudsman volgt kort op een tweetal rapporten? waarin de politie ook al waarschuwde voor de enorme illegale geldstromen in Amsterdam. Internationale criminele netwerken die op grote schaal handelen in drugs, zijn in Amsterdam neergestreken, met alle ondermijnende gevolgen van dien. Reden van spoedeisendheid De gemeenteraad van Amsterdam maakt zich al langer zorgen om de groeiende invloed van criminaliteit op de Amsterdamse maatschappij en de gevolgen van ondermijning op de stad en haar inwoners. De ombudsman geeft met zijn constateringen wederom weer hoe urgent de situatie nu werkelijk is. De gemeenteraad wil daarom op zeer korte termijn haar zorgen uitten in de raad en met het college van gedachten wisselen over een georganiseerde aanpak op korte en lange termijn. De leden van de gemeenteraad L https://www.parool.nl/amsterdam/ombudsman-misdaad-loont-veel-te-makkelijk-in-amsterdamva4599257/ ? https://www.parool.nl/rest/content/assets/c99faGab-ae57-4d57-9a94-70F8A99b5586 1 Jaar 2018 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 514 . Raadsactualiteit Datum 4 juni 2018 dhr. E.A. Flentge dhr. S. Mbarki dhr. Z.D. Ernsting dhr. R.H. van Dantzig dhr. D.G.M. Ceder mevr. M.C.G. Poot dhr. M. Taimounti mevr. S.H. Simons dhr. D.T. Boomsma mevr. A. Nanninga mevr. W. van Soest dhr. J.F.W. van Lammeren 2
Actualiteit
2
train
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 16 maart 2023 Ingekomen onder nummer 93 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Burgers, Boomsma en Garmy inzake ook grondexploitaties en reserves onder de loep bij bestuursopdracht Onderwerp Ook grondexploitaties en reserves onder de loep bij bestuursopdracht. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de voortgang bestuursopdracht inzicht in beleid, geld en keuzes. Overwegende dat: -_ Erin het vervolg van de bestuursopdracht “inzicht in beleid, geld en keuzes” geen onder- zoek wordt gedaan naar de inkomsten en uitgaven uit reserves en grondexploitaties en er daardoor ruim 1,3 miljard euro van de gemeentebegroting buiten beschouwing wordt ge- laten; -_ Aan de inkomsten en uitgaven uit reserves en grondexploitaties politieke keuzes ten grondslag liggen, welke niet alleen incidenteel, maar ook structureel begrotingsruimte kunnen opleveren; -_ Het college weliswaar aangeeft trajecten te straten of reeds trajecten te hebben gestart voor beter inzicht in de reserves en grondexploitaties, maar informatieverschaffing naar de raad over deze posten een andere timing kent dan de resultaten van de bestuursop- dracht, waardoor er op basis van de bestuursopdracht nog steeds geen integrale besluit- vorming kan worden gemaakt zoals van te voren als doel was gesteld als de reserves en grondexploitaties ontbreken; -_ De bestuursopdracht onderschrijft dat het in het vervolg interessant kan zijn om de keu- zes achter de reserves onder de loep te nemen (p. 10) en verdere aandacht te besteden aan grondexploitaties (p. 11). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders In het vervolg van de bestuursopdracht “inzicht in beleid, geld en keuzes” ook de inkomsten, uitga- ven en gemaakte keuzes ten aanzien van reserves en grondexploitaties mee te nemen. Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 Indieners, H.C. Burgers D.T. Boomsma |. Garmy
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1169 Datum indiening 4 september 2020 Datum akkoord 8 oktober 2020 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Kilig inzake overbelaste GGD's en coronatesten Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Er wordt momenteel een discussie over de GGD's die overbelast zouden zijn en een tekort aan materialen voor de diagnostiek van de coronatesten. In onder meer Nieuwsuur* en het FD? wordt een analyse gemaakt dat er vanwege concurrentie, (onderlinge) afspraken en financiële belangen onvoldoende materialen beschikbaar zouden zijn met vertragingen als gevolg. Deze vertragingen zijn vooral funest voor de werkgevers van zorghulpverleners, leraren, docenten, handhavers (waaronder BOA's en politie) en werknemers van andere vitale beroepen. Daarnaast begint het te lijken op een kartel die de bulkverwerkers buiten de deur probeert te houden. Gezien het vorenstaande heeft het lid Kilig, namens de fractie van DENK, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: Inleiding college Het college begrijpt de zorgen mbt maatregelen rond covid en het voldoende testen van Amsterdammers vanuit de gemeenteraad en heeft deze zorgen zelf ook. Op het moment van publicatie van de beantwoording van schriftelijke vragen over covid en de GGD kan deze informatie alweer achterhaald zijn. Het college hoopt hiermee op uw begrip. 1. Kampt de GGD Amsterdam met overbelasting? Zo ja, welke maatregelen zijn er nodig om deze op te lossen? Antwoord Zoals ook al eerder in de raadscommissie ZJS door de wethouder Zorg aangegeven wordt er voortdurend gewerkt aan de testcapaciteit door vele manieren van innovatie en continu proberen te beschikken over meer testvoorraden. Het landelijk Coördinatieteam Diagnostische Keten (LCDK) bepaalt de verdeling van de capaciteit t httos://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2346643-testlabs-kunnen-wel-meer-aan-maar-deze- concurrentiestrijd-zit-in-de-weg.htm! 2 https://fd.nl/economie-politiek/1356092/alweer-een-tekort-aan-testmaterialen-hoe-kan- dat 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer ober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 4 september 2020 over de verschillende regio's. Er is landelijke schaarste waardoor het iedere keer opnieuw zoeken is naar een goede verdeling van de capaciteit over de verschillende regio’s. De minister heeft in een Kamerbrief de laboratoria opgeroepen hun capaciteit maximaal beschikbaar te stellen voor de GGD teststraten. De capaciteit van de teststraten wordt in de loop van week 41 verhoogd naar 4200 testen per dag, afhankelijk van de beschikbare testcapaciteit. 2. Kan de GGD Amsterdam garanderen dat werknemers die in Amsterdam in de vitale beroepen, en met name ook in het onderwijs, werken waarbij de testresultaten gegarandeerd binnen twee dagen bekend zijn? Zo nee, waarom niet? Antwoord Zorgmedewerkers en onderwijspersoneel kunnen zich vanaf maandag 21 september 2020 met voorrang laten testen. In Amsterdam vinden de testen met voorrang plaats in de teststraat in de RAI. Zorgverleners en onderwijzend personeel met corona- gerelateerde klachten kunnen zich dagelijks tussen 09.00 -12.00 uur laten testen. Hiervoor is wel een afspraak nodig. De testuitslag kan dezelfde avond vanaf 19.00 uur via coronatest.nl worden ingezien. Positieve testuitslagen worden doorgebeld door de GGD. Alleen medewerkers met een essentiële rol in de continuïteit van de zorg of het onderwijs komen in aanmerking voor de voorrangsregeling. Op de website van de Rijksoverheid staan de criteria vermeld waaraan voldaan moet worden. 3. Indien de GGD Amsterdam werknemers van vitale beroepen en onderwijspersoneel geen garantie kan geven zoals in vraag 2, is het college bereid om met behulp van het Rijk zelf een testlab zoals bijvoorbeeld Sanquin in te schakelen die de logistiek van de diagnostiek op zich neemt en de testen uit de groepen zoals hierboven benoemd uit te voeren en deze mensen binnen twee dagen te informeren? Zo nee, waarom niet? Antwoord Zie antwoord bij vraag 1 en 2. 4. Is het college bereid om bij grote testlaboratoria te informeren of zij zelf een teststraat in Amsterdam kunnen inrichten speciaal gericht op de hierboven genoemde groepen? Zo ja, kan dit in samenwerking met het Rijk worden gerealiseerd? Zo nee, waarom niet? Antwoord Zie antwoord bij vraag 1 en 2. 5. Als de vragen 3 en 4 met “nee” zijn beantwoord en de GGD Amsterdam kan geen garantie geven dat de resultaten binnen 2 dagen bekend zijn en/of overbelast zijn, hoe gaat het college dan de urgentie van de coronatesten en de resultaten aanpakken en de zorgen van de werkgevers, zoals scholen, verzorgingshuizen en andere werkgevers in de vitale beroepen, wegnemen? Antwoord 2 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Ndeing 1169 Gemeenteblad ummer - =. … Datum 8 oktober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 4 september 2020 Zie antwoord bij vraag 2. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 3
Schriftelijke Vraag
3
val
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 551 Ingekomen op 19 mei 2020 Behandeld op 20 mei 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid N.T. Bakker inzake de Nota Varen Deel 2 (historisch botenbeleid) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Nota Varen Deel 2 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 516). Overwegende dat: = De aanwezigheid van varend en drijvend erfgoed in Amsterdam reeds jaren door de gemeente in diverse nota's als belangrijk wordt bestempeld; - De aanwezigheid van dat varend en drijvend erfgoed van wezenlijk belang is voor de presentatie van de wordingsgeschiedenis van de stad alsmede van de transportgeschiedenis van de Amsterdamse haven. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Zich actief te bemoeien met regelgeving die nadelig uit kan pakken voor het behoud van al het mobiele, en met name het varende en drijvende, erfgoed en oplossingen te zoeken in de sfeer van uitzonderingen en ontheffingen. Het lid van de gemeenteraad N.T. Bakker 1
Motie
1
discard
XX Gemeente Amsterdam Zuidoost Overlegvergadering stadsdeelcommissie Zuidoost Datum : donderdag 11 juni 2020 Aanvang : 19.00 UUr Locatie : video vergaderen Voorzitter : Wim van der Kamp Secretaris : Rinze van Opstal Agenda 1. Opening en vaststellen agenda 19.00 2. Mededelingen 19.05 3. Vaststellen (concept) Besluitenlijst 28 mei 2020 19.10 4. Ingekomen stukken 19.15 5. Bewoners aan het woord 19.20 Bespreekpunten 6. Buurtbudgetten (bespreken) - mw. Wehkamp 19.30 Adviezen (gevraagd) 7. a. Concept Groenvisie gemeente Amsterdam 2050 (vaststellen) 19.50 b. Strategisch HuisvestingsPlan (SHP) Bovenwijks Groen (bespreken) 20.00 c. Concept Uitvoeringsstrategie Volkstuinenbeleid (bespreken) 20.20 d. Aanpak Nulmeting Woonboten inclusief de Handhavingsstrategie 20.40 Woonboten (bespreken) e. Wijzigingsvoorstellen in de Huisvestingsverordening en 21.00 Doelgroepenverordening per 1 januari 2021 (bespreken) 8. Rondvraag en Sluiting 21.20 Stukken ter kennisname e Actielijst
Agenda
1
train
Adv, „ess _ Ò À Agenda voor de bijeenkomst op donderdag Kan Ö Ö| 11-01 - 2018 De Ouderen Advies Raad Oost in de OOST Raadzaal, Stadsdeelhuis Aanvang 14.00 — 16.00 uur 1. Welkom en berichten van verhindering. 2. Korte mededelingen 3. Concept notulen bijeenkomst 07 — 12 - ’17, nieuwe stijl (10 minuten) 4. Thema’s: Bewegen voor Ouderen in Oost, Marleen v.d. Heuvel en informatie over de cursus “valpreventie” , door Yvonne Visser 5. Pauze (10 minuten) 6. Speerpunten 2018: = Voorstel uitwerken thema ‘Levenstestament” = Stand van zaken voorbereiding “2e Symposium wonen” 7. Laatste informatie, ontwikkelingen en terugkoppeling: (10 min.) - Wijktafel bijeenkomsten - De Zwijger 12/12: eenzaamheid onder Turkse migranten - Gesprek met Kees Huber, manager ZGAO over de huidige en toekomstige rol van het Flevohuis i.k.v. de transmurale zorgbrug vanuit het OLVG. 8. Overige onderwerpen: - (AVI)-lijst (5 minuten) - 18/01/18: 12.00 uur, bijeenkomst “Pak je kans”, Stay Okay 9. Dwars door de Buurt: deadline 18 januari 2018 10. Rondvraag en sluiten. Vereniging Ouderen Advies Raad Oost www.oar-oost.nl voor meer informatie Technisch voorzitter: Frank Robert Stork 020 6651063 [email protected] Secretariaat: [email protected]
Agenda
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R x Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1344 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 18 december 2020 “Onderwerp Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake de Begroting 2021 (Zet Zuidoost op de kaart). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2021. Constaterende dat: — _hetcollege op p. 5 Amsterdam Zuidoost omschrijft als een economische toplocatie en de inwoner van Amsterdam Zuidoost ziet als volwaardig, geaccepteerd en gerespecteerd inwoner van Amsterdam; — met name de wijken gelegen in Gaasperdam regelmatig op plattegronden in beleidsstukken op de kaart ontbreken, terwijl het beleid inhoudelijk ook betrekking heeft op dit gebied van de gemeente. Overwegende dat: — het onwenselijk is dat een deel van Amsterdam bij sommige beleidsstukken niet op de kaart staat. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Voortaan heel Amsterdam Zuidoost volledig te vermelden op plattegronden in beleidsstukken die van toepassing zijn op dit stadsdeel en op de gemeente Amsterdam als geheel. Het lid van de gemeenteraad J. F. Bloemberg-lssa 1
Motie
1
discard
D Gemeente Amsterdam R OW % Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT % Agenda, woensdag 5 september 2007 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT Tijd 13.30 uur tot 17.00 uur Locatie Rooszaal 0239 Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Vragenhalfuur publiek 5 Actualiteiten 6 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie ROW d.d. 20 juni 2007 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven (CommissieROW @raadsgriffie.amsterdam.nl} 7 _ Openstaande toezeggingen 8 Termijnagenda 9 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de Raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten zijn te ontlenen. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “vragenhalfuur”geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden via internet: www.amsterdam.nl/gemeenteraad. Voor algemene informatie: info @raadsgriffie.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT R OW Agenda, woensdag 5 september 2007 Ruimtelijke Ordening 10 Reservering tramlijn in Overamstel Nr. BD2007-004174 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Op verzoek van de heer Olij geagendeerd e Was Tkn3 in de raadscommissie van 20 juni 2007 11 Voorbereidingsbesluit Beethoven (partiële herziening bestemmingsplan RAI en omgeving en uitbreidingsplan Zuider-Amstelkanaal) Nr. BD2007-003487 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 12 Voorbereidingsbesluit Parkrand (partiële herziening bestemmingsplan Buitenveldert) Nr. BD2007-003490 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 13 Vaststelling voorbereidingsbesluit Minervahaven Noord Nr. BD2007-003843 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 14 Vaststelling van hogere grenswaarden dan gesteld in de Wet geluidhinder vanwege wegverkeerslawaai in samenhang met de partiële herziening van bestemmingsplan IJburg eerste fase Nr. BD2007-003901 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 15 vaststelling voorbereidingsbesluit en partiële herziening Amsterdams Uitbreidingsplan (AUP) en partiële herziening bestemmingsplan Riekerpolder, kavel Bk1 Nr. BD2007-004241 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 16 Vaststelling voorbereidingsbesluit partiële herziening van het bestemmingsplan Amstel IIl (Paasheuvelweg 10 en 16) Nr. BD2007-004063 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 17 Kredietaanvraag voor de aanleg van een mosselbank voorafgaand aan het land maken voor de 2e fase van IJburg Nr. BD2007-002841 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht 2 Gemeente Amsterdam R OW Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Waterbeheer en ICT Agenda, woensdag 5 september 2007 Waterbeheer 18 Stand van zaken ‘wonen op water’ bij de stadsdelen Nr. BD2007-004180 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Op verzoek van de heer Van “t Wout geagendeerd e Was Tkn3 in de raadscommissie van 30 mei 2007 3
Agenda
3
train
Vereniging Openbare Ö Bibliotheken datum ons kenmerk contactpersoon 21 mei 2016 7410-00/16-00542/CW/FvB/ss Francien van Bohemen Uw kenmerk onderwerp doorkiesnummer e-mail KinderManifest 070-3090540 [email protected] Geachte leden van het college van B&W en geachte leden van de gemeenteraad, Politici moeten meer rekening houden met de wensen, rechten en meningen van kinderen. Dat blijkt uit onderzoek van de Vereniging van Openbare Bibliotheken in samenwerking met onderzoeksinstituut Qrius en de Kindercorrespondent. KinderManifest De resultaten van het onderzoek zijn in de vorm van een KinderManifest aangeboden aan minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Twee kinderen van de Nederlandse Kinderjury, Amira en Benjamin, hebben het KinderManifest aangeboden tijdens een interview dat zij met de minister hadden. Hij beloofde de bevindingen van de kinderen mee te nemen naar de ondertekening, samen met zijn Europese collega’s van het ‘Pact of Amsterdam’ welke op 30 mei jl. heeft plaatsgevonden. Het KinderManifest is die dag tevens aangeboden aan alle Europese ministers die het Pact of Amsterdam hebben ondertekend en aan de directeur van Openbare Bibliotheek Amsterdam. Pact van Amsterdam De EU Urban Agenda is de gezamenlijke inspanning van de Europese Unie, de lidstaten en Europese Netwerken van Steden om het belang van de stedelijke dimensie bij Europese en nationale beleidsmakers scherper op het netvlies te krijgen. Doel: de kwaliteit van leven in Europese steden te verbeteren en te borgen. De focus is gericht op steden, niet omdat het platteland er niet toe doet, integendeel, maar omdat de economische kracht zich voornamelijk in de steden ophoudt, en verwacht wordt dat in heel Europa de trek naar steden steeds verder zal toenemen. Op 30 mei ondertekenen de Europese landen het Pact van Amsterdam waarin deze ambities zijn samengebracht. Onderwerpen die aan de orde komen in de Urban Agenda zijn ondermeer 0 Werk en skills in de lokale economie 0 Huisvesting 0 Armoede 0 _Inclusie van vluchtelingen en migranten 0 Circulaire economie 0 Duurzame ontwikkeling en ‘groene’ oplossingen 0 _Energietransitie 0 Luchtkwaliteit en klimaatbeleid 0 Stedelijke mobiliteit 0 Digitale transitie en toegang tot informatie 12 Muzentoren, Wijnhaven 6 e 2511 GA Den Haag e Postbus 16146 e 2500 BC Den Haag e T 070 309 05 00e [email protected] © www.debibliotheken.nl e Deutsche Bank NL51DEUTO519009223 e BIC DEUTNL2N e KVK Den Haag 40407381 1 Vereniging Openbare Ö Bibliotheken Iedere gemeente heeft vanuit uiteenlopende invalshoeken te maken met (een aantal van) deze thema’s. Bibliotheken en andere maatschappelijke en culturele instellingen zijn eveneens actief betrokken bij meerdere onderwerpen. Veelal trekken we daarin ook samen op. Deze opvatting vinden we ook terug in het Pact of Amsterdam waarin het belang van maatschappelijke en culturele partners, waaronder bibliotheken, specifiek wordt benoemd.In het Pact wordt het opgenomen o.a. voor gelijke toegang tot informatie, een zaak waar bibliotheken zich hard voor maken. Wat vinden kinderen belangrijk? De bibliotheken hebben, om een vertaalslag te maken naar de praktijk van vandaag, vervolgens ingezet op het ontwikkelen van een KinderManifest. Zij hebben dat mogelijk gemaakt omdat kinderen de grootste gebruikersgroep zijn van de openbare bibliotheek. Uit het onderzoek dat als onderlegger dienst voor het KinderManifest, blijkt dat kinderen zich zorgen maken over wat er in de wereld gebeurt en dat ze het belangrijk vinden om daarover mee te denken en mee te praten. Ruim 85% van de kinderen vindt dat volwassenen meer rekening met kinderen moeten houden ‘Gezond en gelukkig zijn’, ‘vrienden! en ‘familie! zijn voor kinderen het belangrijkst. Geld verdienen scoort heel erg laag. Kinderen vinden het belangrijk dat iedereen gelijke kansen heeft. Ongeacht afkomst, huidskleur of geloof. En ze vinden het belangrijk dat mensen goed voor elkaar maar ook voor het milieu en de aarde zorgen. Kinderen willen heel erg graag zichzelf kunnen zijn. Ze willen wonen in een fijne buurt. En ze willen heel erg graag dat kinderen in alle landen veilig kunnen leven. Scholen, ouders en politici zouden daar meer aandacht aan moeten besteden. Ze geven zichzelf het cijfer 8,1 als antwoord op de vraag hoe gelukkig ze zijn! Wat bieden wij u aan! U ontvangt hierbij van ons een digitale versie van het KinderManifest evenals een korte film rond de lancering daarvan. Wij vragen u om samen met de kinderen in uw gemeente, de bibliotheek en andere relevante instellingen in gesprek te gaan over hoe er nog beter geluisterd kan worden naar de mening van onze kinderen. Wij vragen u ook om dit KinderManifest in de gemeentelijke democratie mee te laten wegen. Op de site van de Vereniging Openbare Bibliotheken kunt u meer gedetailleerde informatie vinden over de uitkomsten van het onderzoek dat Qrius in onze opdracht heeft uitgevoerd www.debibliotheken.nl Wij hopen en wensen dat dit een bijdrage levert aan de gemeentelijke afwegingen en besluitvorming. Bibliotheken spannen zich in voor een goed geïnformeerde samenleving met grote mensen en kinderen die mee kunnen doen. Mocht u vragen hebben over het KinderManifest dan kunt u een bericht sturen naar Francien van Bohemen [email protected] Met vriendelijke groet, Cor Wijn Directeur ai. 12 Muzentoren, Wijnhaven 6 e 2511 GA Den Haag e Postbus 16146 e 2500 BC Den Haag e T 070 309 05 00e [email protected] © www.debibliotheken.nl e Deutsche Bank NL51DEUTO519009223 e BIC DEUTNL2N e KVK Den Haag 40407381 2
Raadsadres
2
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 1266 Publicatiedatum 9 januari 2015 Ingekomen onder Ss Ingekomen op woensdag 17 december 2014 Behandeld op woensdag 17 december 2014 Status Verworpen Onderwerp Motie van het raadslid de heer Van Lammeren inzake de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2015. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 tot vaststellen van de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1189); Constaterende dat: — Amsterdam te maken heeft met knelpunten op het gebied van luchtkwaliteit die het rechtstreekse gevolg zijn van veel en vuil verkeer; — de bestuurder van een vervuilende auto nu hetzelfde betaalt voor een parkeerkaartje als de bestuurder van een schone auto; — parkeertarieven nu nog volledig los staan van het principe ‘de vervuiler betaalt” — Amsterdam in de Energiestrategie 2040 differentiatie van parkeertarieven noemt als een van de plannen die voor 2015 worden uitgevoerd; Overwegende dat: — er al steden zijn in Europa waar een gedifferentieerd parkeergeldsysteem op basis van de milieuvriendelijkheid van het voertuig van kracht is, te weten Graz (2004), Stockholm (2005); — in de voorgestelde herindeling van het bestuurlijk stelsel in Amsterdam de parkeergelden onder de centrale stad zullen vallen; — differentiatie van parkeertarieven naar verwachting binnen enkele jaren praktisch haalbaar en mogelijk zal worden wanneer op alle parkeerautomaten het kenteken moet worden ingegeven en een koppeling kan worden gemaakt naar het energielabel van de auto, 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 1266 Moti Datum _ 9 januari 2015 otie Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: zodra het technisch en juridisch mogelijk is parkeertarieven in te voeren die zijn gedifferentieerd op basis van de milieuvriendelijkheid van het voertuig, waarbij een hoger tarief gehanteerd wordt voor het parkeren van vervuilende auto's dan voor het parkeren van schone auto's. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 2
Motie
2
discard
| | | Kerk _ m r t e | InActie | || Retouradres: Postbus 456, 3500 AL Utrecht Kerk in Actie | _Beslvursdienst Amsterdam Postbus 405, 3800 AL Utrecht | Aan de leden van de gemeenteraad Directie Ge, GF ï Telefoon (030) 880 1456 van de Gemeente Amsterdam Datum in zn 7 info @kerkinactie.nl 7 | Postbus 2902 Reg.nr £ APR, 201 waken | 1000 AE Amsterdam Class. or: ING-banknr. 456 | ah ambi WS IBAN: NL62 INGB 0000 0004 56 Beh ambt: HPE BIC: INGENL2A | | van Blwenn. en | | a ter kennisname | Datum a ier verders bef: | 4 april 2014 a om advies | | Do | | | e | Í EE | | datum verz. | naar DIV dd: TT | | Geache leden van de gemeenteraad, | | Op diverse momenten bemerk ik dat de strekking van de Immediate Measure uitgesproken | | door het comité van het Sociaal Charter van de Raad van Europa in Amsterdam niet echt helder | | is. | | | | Ter helderheid doe ik u hierbij een brief toekomen van het College voor de Rechten van de Mens, | gericht aan de Tweede Kamer. Ik hoop u hiermee enige helderheid omtrent de reikwijdte | Immediate Measure te verschaffen. En uiteraard hoop ik dat u in uw stad recht zult doen aan deze | | gezaghebbende uitspraak van het Europees Comité voor de Sociale Rechten. | | | Met haaaachting en vriendelijke groet, | | Bijlage: || -Brief College mbt AO 2 april 2014 opvang uitgeprocedeerde asielzoekers | || | £ Mm, Protestantse | « v Kerk ' Kerk In Actie is het diaconale- en zendingswerk van de Protestantse Kerk en tien andere oecumenisch georiënteerde geloofsgemeenschappen, | COLLEGE VOOR | DE RECHTEN | VAN DE MENS | | Tweede Kamer der Staten-Generaal | Vaste commissie voor Veiligheid en Justitie T.a.v. de Voorzitter nn | Per mail: [email protected] | | | || Onderwerp Datum | AO 2 april 2014 m.b.t.opvang 27 maart 2014 | uitgeprocedeerde asielzoekers Ons kenmerk | | 2014/0099/LK/LvdH/IS | Geachte Op 2 april 2014 staat een Algemeen Overleg opvang uitgeprocedeerde asielzoekers gepland. De brief van de staatssecretaris voor Veiligheid en Justitie van 19 december F| 2013 (TK 2013-2014, 29 270, nr. 183) naar aanleiding van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over de zogenoemde “immediate measure”, van het Europees Comité voor Sociale Rechten (hierna: het Comité) wordt tijdens dit overleg behandeld. | Het Comité heeft naar aanleiding van klachten, ingediend door de Conference of | European Churches (CEC) over de situatie dat vreemdelingen zonder verblijfstitel uitgesloten zijn van basisvoorzieningen zoals onderdak, kleding en voedsel, | Nederland uitgenodigd tot deze ‘immediate measure’, Deze maatregel is te zien als | een voorlopige voorziening hangende de definitieve beslissing van het Comité op de | klachten tegen Nederland. Het Comité vraagt Nederland om onmiddellijke | maatregelen te treffen om te voorkomen dat er onherstelbare schade wordt toegebracht aan de integriteit van personen die zich in onmiddellijk gevaar van nood | bevinden. Het Comité verzoekt Nederland expliciet om een gecoördineerde aanpak op zowel nationaal als lokaal niveau in te voeren, om te voorzien in de basale behoeften van vreemdelingen zonder verblijfsstatus, zoals onderdak, kleding en voedsel. | Het Comité ziet toe op de naleving van het Europees Sociaal Handvest (ESH) waarin het recht op onderdak, kleding en voedsel is neergelegd en beoordeelt of partijen | bij het Handvest hun verplichtingen nakomen. | Onmiddellijke maatregelen zijn blijkens de tekst van regel 36 van het Reglement van | het Comité maatregelen die ertoe dienen het risico van ernstige en onherstelbare m Postbus 16001 Kleinesingel 1-3 T 030-888 38 88 [email protected] 3500 DA Utrecht 3572 CG Utrecht F 030-888 38 83 Wwww.mensenrechten.nl | Í | | OO | COLLEGE VOOR | DE RECHTEN | VAN DE MENS || | schade te vermijden en de eerbiediging van de rechten van het ESH op effectieve wijze te beschermen. In de brief van 19 december jl. vat de staatssecretaris het advies van de Raad van State over de onmiddellijke maatregel van het Comité als volgt samen: De conclusie van de Afdeling advisering is dat nu definitieve bevindingen van het ECSR geen bindend karakter hebben ten opzichte van de verdragspartijen, het niet voor de hand ligt om aan onmiddellijke maatregelen van het ECSR een bindend karakter toe te kennen. Definitieve bevindingen van het ECSR zijn wel gezaghebbend. Onmiddellijke maatregelen hebben volgens de Afdeling advisering geen onmiddellijk gevolg voor individuele personen en zij kunnen daaraan dan ook geen rechtstreekse aanspraak ontlenen. Een en ander laat onverlet dat het aan de nationale rechter is, zoals de Afdeling advisering opmerkt, om in een concreet geval tot oordeelsvorming te komen, Het College onderstreept het belang van deze onmiddellijke maatregel om mensenrechten te waarborgen en vraagt u erop aan te dringen dat Nederland de maatregelen treft waar het Comité om verzoekt. Naleving uitspraken van toezichthoudende comités bij mensenrechtenverdragen Voor het College, als nationaal mensenrechteninstituut, is het stimuleren van de naleving van aanbevelingen van toezichthoudende comités bij regionale en internationale mensenrechtenverdragen een kerntaak. Immers, een constructieve | houding ten aanzien van aanbevelingen van voornoemde toezichthoudende instanties, zoals het Comité, bevordert de naleving van de normen uit die verdragen waaraan Nederland zich heeft gecommitteerd. In dit verband is tevens te verwijzen | naar artikel 26 van het Weens Verdragenverdrag waarin is neergelegd dat | ‘every treaty in force is binding upon the parties to it and must be performed in good faith”. Artikel 31 van dít Verdrag bepaalt dat lidstaten een verdrag te goeder trouw moeten uitleggen en wel zo dat de bepalingen van dat verdrag effectief worden. In de uitspraak geeft het Comité aan dat vreemdelingen zonder verdragsstatus het risico lopen op serieuze en onherstelbare schade aan hun integriteit wanneer zij uitgesloten worden van het mensenrecht op onderdak, kleding en voedsel. Naleving van het verzoek om onmiddellijke maatregelen van het Comité is dus van belang om de naleving van mensenrechten volledig te verzekeren. Het is immers denkbaar dat het Comité in de definitieve beslissing tot het oordeel komt dat Nederland in strijd handelt met het ESH. In het verleden heeft de Hoge Raad onder verwijzing naar een beslissing van het Comité geoordeeld dat Nederland de opvang aan kinderen zonder rechtmatig verblijf niet kan weigeren. De beslissing van het Comité kan dus ook in nationale procedures een belangrijke rol spelen. Mensenrechtelijk kader Een ieder die zich binnen Nederland bevindt, ook vreemdelingen zonder verblijfsstatus, heeft het recht op bescherming van de menselijke waardigheid. Elementaire behoeften, zoals onderdak, kleding en voedsel raken aan de menselijke waardigheid. Het voorzien in deze elementaire behoeftes is ook van cruciaal belang | | | | | COLLEGE VOOR | DE RECHTEN | VAN DE MENS [| | voor de verwezenlijking van andere economische, sociale en culturele rechten. Niet | alleen in het ESH, maar ook in artikel 25 van de Universele Verklaring voor de | Rechten van de Mens, artikel 25 van het Internationaal Verdrag inzake Economische EL Sociale en Culturele Rechten als ook het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind zijn deze basisrechten neergelegd. Daarbij verdienen kwetsbare groepen bijzondere bescherming . Kwetsbare groepen zijn onder andere kinderen, | zieken, (zwangere) vrouwen, mensen met een beperking en slachtoffers van | martelingen en (seksueel) geweld in het land van herkomst. | Het is niet mogelijk een algemene uitspraak te doen over de vraag of de | omstandigheden waaronder vreemdelingen zonder verblijfsstatus leven te | kwalificeren is als een situatie die in strijd is met de rechten van de mens. Of dit het | geval is, hangt af van de individuele omstandigheden. Er is wel een aantal | aanwijzingen die erop kunnen duiden dat de algemene situatie van vreemdelingen | zonder verblijfsstatus kan leiden tot schending van mensenrechten. | Signalen | De uitspraak van het Comité is een signaal dat de omstandigheden waaronder | vreemdelingen zonder verblijfsstatus leven, op gespannen voet staat met de | rechten op voedsel, onderdak en kleding, welke in het Europees Sociaal Handvest | zijn gegarandeerd. Ook de ACVZ heeft in het rapport * Recht op een menswaardig bestaan’ het risico gesignaleerd dat het ontbreken van voorzieningen voor | vreemdelingen zonder verblijfstitel mogelijk in strijd is met het recht om niet aan onmenselijke behandeling te worden onderworpen.” De ACVZ wijst specifiek op de positie van kwetsbare groepen onder de vreemdelingen zonder verblijfsstatus en de || vreemdelingen die mogelijk in aanmerking komen voor een buitenschuldvergunning. | | Strafbaarstelling illegaal verblijf Tenslotte wil het College verwijzen naar zijn advies over het wetsvoorstel Strafbaarstelling illegaal verblijf van 14 maart 2013°. In zijn advies wijst het College op het risico dat invoering van de wet nadelige gevolgen zal hebben op het recht op | medische zorg, het recht op onderwijs en de mogelijkheid om aangifte te doen bij de politie wanneer een vreemdeling slachtoffer is van mensenhandel of een ander misdrijf, Te verwachten is dat invoering van de wet derhalve de leefomstandigheden verder (negatief) zal beinvloeden. Conclusie Het College acht het van groot belang dat de waardigheid en de daarmee verbonden elementaire basisbehoeften van vreemdelingen zonder verblijfsstatus die zich in Nederland bevinden, zo goed mogelijk wordt gewaarborgd. Risico's op inbeuken op deze waardigheid moeten worden geminimaliseerd. In dit licht is het voldoen aan het verzoek van het Comité van wezenlijk belang. \ Zie voor definitie kwetsbare groepen, artikel 15 Terugkeerrichtlijn, Richtlijn 2008/115/EG van 16 | december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de Lidstaten voor de terugkeer van | onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven, PB EUL 348/98. 2 http://www.rij ksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/03/23/bijlage-recht- op-een-menswaardig-bestaan/l1p-v-j-0000002887.pdf | ® Zie website van het College voor de Rechten van de Mens, www.mensenrechten.nl COLLEGE VOOR | DE RECHTEN | VAN DE MENS Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geinformeerd. Met vragen kunt u terecht bij Laura van den Heuvel, beleidsadviseur, via 030-8883838 of | [email protected]. | a Deze brief is met gelijke post verzonden aan de staatssecretaris van Veiligheid en | Justitie, Hoogachtend, | . || || | Voorzitter — | Cc | Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, mr. F. Teeven | | |
Raadsadres
5
test
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie PJaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1056 Publicatiedatum 28 juni 2019 Ingekomen onder AH Ingekomen op donderdag 20 juni 2019 Behandeld op donderdag 20 juni 2019 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Timman en Boutkan inzake de beleidsnota Deelmobiliteit Kansen voor de Stad (E-bakfiets) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de beleidsnota Deelmobiliteit Kansen voor de Stad (Gemeenteblad afd. 1, nr. 578). Constaterende dat er momenteel zeer minimale ruimte is voor experimenten in de Nota Deelmobiliteit. Overwegende dat: — E-bakfietsen voor sporadisch gebruik een toegevoegde waarde hebben voor veel Amsterdammers en autokilometers voorkomen; — Amsterdam een roemruchte historie heeft wat betreft bakfietsen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Minimaal 3 wijken te selecteren waar voor (kleinschalige) experimenten deel e-bakfietsen worden toegelaten; 2. Actief te zoeken naar (verschillende) aanbieders voor deze experimenten. De leden van de gemeenteraad D. Timman D.F. Boutkan 1
Motie
1
train
> ee Raadsinformatiebrief msterdam : : | a Afdoening motie Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 6 juli 2021 Portefeuille(s) Armoede en schuldhulpverlening Portefeuillehouder(s): Wethouder Moorman Behandeld door Directie Werk, Participatie en inkomen, [email protected] Onderwerp Afdoening motie 14,25 accent van het lid Taimounti (Denk) Geachte leden van de gemeenteraad, In de raadsvergadering van 16 en 17 december 2020 heeft uw raad bij de behandeling van de begroting 2021 motie 14,25 accent van het raadslid Taimounti (Denk) aangenomen, waarin het college wordt gevraagd om jaarlijkse streefwaarden op te nemen in de Armoedemonitor om kinderarmoede tegen te gaan en deze te spiegelen aan de landelijke doelstellingen om kinderarmoede te verminderen tegen 2030. Het college informeert u in deze brief over de uitvoering van de motie. Aanpak kinderarmoede leder kind verdient de kans om zich — los van zijn of haar achtergrond —te ontwikkelen tot wie zij of hij kan of wil zijn. Het college vindt het belangrijk dat alle kinderen kunnen meedoen, ook kinderen die opgroeien in een gezin met een laag inkomen. Elk kind dat opgroeit in armoede is er één te veel. We streven ernaar dat geen enkel kind in Amsterdam in armoede opgroeit. Het verminderen van de effecten van armoede op kinderen en het bevorderen van kansengelijkheid heeft topprioriteit in Amsterdam. Om kansen voor alle Amsterdamse kinderen te vergroten en financiële problemen zoveel mogelijk te voorkomen heeft de Gemeente Amsterdam een divers aanbod aan regelingen voor kinderen die opgroeien in minimahuishoudens, zoals bijvoorbeeld de scholierenvergoeding, Pc-regeling, reiskostenvergoeding voor scholieren, stadspas etc. We ondersteunen gezinnen met armoedevoorzieningen, waardoor er wordt voorzien in basisbehoeften en er ruimte is voor sociale participatie. De coronacrisis heeft de armoedeproblematiek echter niet alleen zichtbaarder gemaakt, maar voor veel gezinnen ook vergroot. De tweedeling in de maatschappij en de kansenongelijkheid nemen toe. Daarom investeert het college in 2021 en 2022 extra in kinderen.* Het structureel oplossen van kinderarmoede ligt met name in het verbeteren van de financiële situatie van de ouders en het beter borgen van bestaanszekerheid. Het is voor een belangrijk deel aan het Rijk om hier stappen in te zetten. Zo dringen we in G4 en VNG verband al langer aan op bijvoorbeeld het verhogen van het wettelijk minimumloon en het sociaal minimum en het vereenvoudigen van het toeslagenstelstel. Uitvoering motie 1_Raadsinformatiebrief - Corona-offensief aanpak armoede en schulden: investeringsagenda 2021-2022, 16 februari 2021. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 6 juli 2021 Pagina 2 van 2 We zien dat het bestrijden van kinderarmoede de afgelopen periode hoog op de maatschappelijke en politieke agenda is komen te staan. Het demissionaire kabinet heeft de ambitie uitgesproken om het percentage kinderarmoede terug te brengen van 9,2% in 2015 naar 4,6% in 2030. In de motie 1425 accent wordt het college gevraagd om jaarlijkse streefwaarden op te nemen in de Armoedemonitor om kinderarmoede tegen te gaan en deze te spiegelen aan de landelijke doelstellingen om kinderarmoede te verminderen tegen 2030. Om uitvoering te geven aan deze motie zullen we jaarlijks in de Armoedemonitor aangeven hoe de ontwikkeling in Amsterdam zich verhoudt tot de landelijke doelstellingen, te beginnen met de Armoedemonitor over 2020. Vertaald naar het percentage kinderen in huishoudens met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum in Amsterdam zou het gaan om een daling van 21,7% in 2015 naar 10,9% in 2030. De directie Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) van de gemeente Amsterdam monitort jaarlijks de ontwikkeling van armoede in Amsterdam. De monitor maakt gebruik van inkomensstatistieken van het CBS gebaseerd op informatie van onder andere de Rijksbelastingdienst en kijkt daarom altijd terug. De Armoedemonitor over 2019 is in september 2020 met u gedeeld en laat de positie van Amsterdammers zien vóór de coronacrisis. De Armoedemonitor dient twee doelen: (a) het in kaart brengen van de minimapopulatie en ontwikkelingen daarin en (2) het berekenen van het bereik van gemeentelijke minimaregelingen. De komende Armoedemonitor is gebaseerd op de meest recente gegevens van het CBS en hebben betrekking op de periode 2011-2018 en voorlopige gegevens over 2019. De effecten van corona zullen in de Armoedemonitor van 2020 nog niet te zien zijn. Daarom wordt de Armoedemonitor 2020 aangevuld met een prognose van de ontwikkeling van armoede in Amsterdam in tijden van corona.? Uw raad zal de Armoedemonitor 2020 in het laatste kwartaal van 2021 ontvangen. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, gok eN Marjolein Moorman Wethouder Armoede en schuldhulpverlening Bijlagen 1. Motie 1425 accent 2 OIS Ontwikkeling armoede in coronatijd, februari 2021, https://data.amsterdam.nl/artikelen/artikel/gevolgen-corona-voor- armoede-in-amsterdam/g1gb3oaf-65a8-4,547-b467-e2804c48fe6c/.
Motie
2
discard
2 Gemeente Gemeenteraad RAAD % Amsterdam Motie Datum raadsvergadering 23 december 2021 Ingekomen onder nummer 884 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Bloemberg-Issa inzake dieren niet storen met licht en geluid Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over het vaststellen van de gezamenlijke vitgangspunten voor de verdere ontwikkeling van volkstuinparken in de gemeente Amsterdam en de notitie Aanpak voor ontwikkeling van Amsterdamse volkstuinparken; Constaterende dat: — het voorgestelde beleid tot doel heeft volkstuinparken zodanig te ontwikkelen dat deze meer bezoekers zullen aantrekken en ontvangen; — daarbij de ruimst mogelijke openingstijden gehanteerd worden; — _ tevens zaalverhuur en experimenteren met commerciële exploitatie (ten behoeve van de maatschappelijke functie en beleidsdoelstelling) binnen de aanpak mogelijk worden gemaakt. Overwegende dat: — _hetinde lijn der verwachting ligt dat, door bovengenoemde doelstellingen, de hoeveelheid licht en geluid toeneemt op de tuinparken; — dieren erg gevoelig zijn voor licht- en geluidsoverlast; — de Amsterdamse tuinparken een rijke biodiversiteit kennen en momenteel rustige leef-, schuil- en nestgebieden vormen voor verschillende dieren. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — _pertuinpark door een stadsecoloog te laten beoordelen of nieuwe ontwikkelingen die (meer) geluid en licht veroorzaken (zoals ruimere openingstijden, zaalverhuur en commerciële exploitatie) verantwoord zijn met het oog op het behouden van de biodiversiteit; — _ ontwikkelingen niet toe te staan indien de inschatting is dat dieren hierdoor verstoord kunnen worden in hun natuurlijke gedrag. Indiener J.F. Bloemberg-Issa
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam AZ % Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en x Raadsaangelegenheden Gewijzigde Agenda, donderdag 12 november 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Tijd 13.30 tot 17.00 uur en zo nodig vanaf 19.30 uur Locatie De Boekmanzaal, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ d.d. 15 oktober 2015 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieAZ@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, openstaande toezeggingen, schriftelijke vragen e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam A Z Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Gewijzigde Agenda, donderdag 12 november 2015 6 _Tkn-lijst 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten Burgemeester 10 Rondvraag Bestuurlijk Stelsel 11 Instellen van en opdrachtformulering voor de onafhankelijke evaluatie- en adviescommissie bestuurlijk stelsel Nr. BD2015-014903 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 25 november 2015). e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunten 12 en 13. e _Hierbijte betrekken Tkn 15 van de Ter kennisnamelijst 12 Vaststellen verordening tot wijziging van de Verordening geldelijke voorzieningen externe commissieleden Nr. BD2015-014907 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 25 november 2015). e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunten 11 en 13. 13 Wijzigen van de Verordening op de bestuurscommissies en intrekken van een aantal stadsdeelregelingen Nr. BD2015-014079 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 25 november 2015). e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunten 11 en 12, 2 Gemeente Amsterdam A Z Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Gewijzigde Agenda, donderdag 12 november 2015 Dienstverlening 14 Onderzoek van de rekenkamer naar deregulering Nr. BD2015-013508 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 25 november 2015). e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 17 september 2015. Raadsaangelegenheden 15 Initiatiefvoorstel Peters: Afscheid in bescheidenheid. Nr. BD2015-014387 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 16. 16 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel van het lid Peters (SP), getiteld: Afscheid in bescheidenheid. Nr. BD2015-015321 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Voorgesteld wordt dit gevoegd te behandelen met agendapunt 15. TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Financiën 17 Najaarsnota 2015 Nr. BD2015-016157 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 25 november 2015). BESLOTEN DEEL 3
Agenda
3
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 912 Publicatiedatum 29 juli 2016 Ingekomen op 13 juli 2016 Ingekomen onder 614’ (l) Behandeld op 14 juli 2016 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Boutkan inzake de Voorjaarsnota 2016 (gebruik financiering voor personeel niet voor externe inhuur en betrek de (on)wenselijkheid hiervan bij nieuw flexbeleid). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 449). Constaterende: — de gemeente budgettaire ruimte voor personeel niet geheel inzet voor het aannemen van personeel; — dit gebruikt wordt voor de financiering van externe inhuur: — de verhouding tussen flexibel en vast personeel met een 1:5 verhouding behoorlijk scheef is gegroeid. Overwegende dat: — de omvang van de externe inhuur in 2015 explosief is gestegen; — de PvdA de kosten en omvang van externe inhuur te groot vindt en wil terugdringen; — de Amsterdamse ambtenaren gebaat zijn bij duidelijkheid over hun werksituatie. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: het gebruik van de inzet van vacatureruimte voor de tijdelijke inzet van personeel en de wenselijkheid hiervan, te betrekken bij het nieuwe beleid voor flexibele inzet van personeel. Het lid van de gemeenteraad D.F. Boutkan 1
Motie
1
discard
> Gemeente Amsterdam Motie Datum raadsvergadering _1juni 2022 Ingekomen onder nummer 241 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Burgers, Khan, Boomsma en Nanninga inzake verhogen toeristenbelasting Onderwerp Verhogen toeristenbelasting Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over Vaststellen van het coalitieakkoord Amsterdams Akkoord 2022-2026 voor de bestuursperiode 2022-2026 Constaterende dat, -__ Dit coalitieakkoord voorziet in stijgende lasten van Amsterdammers in de vorm van het verhogen van de OZB en parkeertarieven -__De toeristenbelasting ongemoeid blijft in het coalitieakkoord -_ Het toerisme in Amsterdam flink aantrekt en de bijbehorende druk op de openbare ruimte, openbare orde en veiligheid toeneemt -_ Eronvoldoende geld wordt vrijgemaakt in het coalitieakkoord op deze thema’s om de problemen in de stad adequaat aan te pakken Overwegende dat, -__ De stad kampt met tal van problemen waarvan het toenemende toerisme één van de oor- zaken is, zoals het afvalprobleem en overlast voor bewoners van de stad -_De lasten voor Amsterdammers wel stijgen en de lasten voor toeristen niet, terwijl deze zorgen voor oplopende kosten in de bovenstaande terreinen -_ Het rechtvaardiger is om toeristen meer mee te laten betalen aan de kosten die zij voor de stad veroorzaken Gemeente Amsterdam Status Verworpen Pagina 2 van 2 Verzoekt het college van burgemeester en wethouders -_De vaste voet van de toeristenbelasting te verhogen tot 10 euro en de flexibele voet terug te brengen naar 0% -_ De middelen die hierdoor vrijkomen te storten in een bruisfonds waarmee geïnvesteerd dient te worden in handhaving, afvalophaal en reiniging, om zo de kosten van toerisme te dekken Indiener(s), H.C. Burgers S.Y. Khan D.T. Boomsma A. Nanninga
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 931 Publicatiedatum 28 juli 2017 Ingekomen op 19 juli 2017 Ingekomen onder P Behandeld op 20 juli 2017 Uitslag Ingetrokken en vervangen door P’ Onderwerp Motie van de leden Van Soest en Boomsma inzake de Voorjaarsnota 2017 (woonvormen à la Ben Oude NijHuis). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Voorjaarsnota 2017 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 446). Constaterende dat: — Omroep MAX-baas Jan Slagter in Rotterdam Overschie werkt aan een kleinschalige woonvorm voor ouderen met dementie, waarbij studenten onderdeel worden van de woongroep; — veel studenten op zoek zijn naar ‘betaalbaar wonen’ in Amsterdam. Van mening zijnde dat: — gecombineerde woonvormen met (licht)dementerenden en studenten voor beide groepen voordelen hebben: zo wonen de studenten betaalbaar en doen zij 7,5 uur per week dingen met en voor ouderen zoals boodschapjes en een kop koffie drinken, — leegstaande (kantoor)gebouwen zich prima lenen voor gecombineerde woonvormen met (licht) dementerenden en studenten, Voorts van mening zijnde dat Ben Oude NijHuis een held is die op latere leeftijd streed voor een betere zorg in verpleeghuizen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — mee te werken aan en (markt)partijen te zoeken voor het realiseren van gecombineerde woonvormen voor (licht)dementerenden en studenten; — leegstaande (kantoor)gebouwen daarvoor aan te wijzen; — de eerste woongroep te vernoemen naar Ben Oude NijHuis. — de raad over nadere uitkomsten te informeren. De leden van de gemeenteraad W. van Soest D.T. Boomsma 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam Oost Agenda Besluitvormende Bestuurscommissie datum 26 mei 2015, 19:30 Ur plaats stadsdeelkantoor Oranje-Vrijstaatplein 2, Raadzaal voorzitter \var Manvel secretaris Liane Pielanen 1. Opening 2. Vaststellen agenda 19:30 - 19:35 3. KABINET 19:35 - 20:00 4. Mededelingen 20:05 5. _ Vaststellen concept besluitenlijst besluitvormend AB 12 mei 2015 6. Vaststellen concept besluitenlijst voorbereidend AB 12 mei 2015 7. Adviesaanvraag Uitvoeringsagenda Mobiliteit 8. Risicoanalyse 2016 & Prioriteiten voor toezicht Handhaving g. Initiatief Zeeburgerpad 28 - 29 10. Sluiting
Agenda
1
val
> < Gemeente Amsterdam Monitor bed and breakfast (B&B) 2020 Monitor 1 januari — 20 oktober 2020 B&W 17 november 2020 > < Gemeente Amsterdam Inhoud Samenvatting. …… ss snsnssnnsn onver ennersenennenenrenrenvenennnnsnenvsnensennnnnenreneenvevvnennnnenvenvervenenn Ì Inleiding … ……….snssssn en orsrnnersnennnenen rennen eenenenneneneeenennsennnnenensneneenvnennnnenvensennennnnnnnenrenn eren D 1 De quota inzichtelijk gemaakt … ns snnssnnonsrneeneenennnneneneensersenenenrenenrensenvenenen 3 1.1 Het aanpassen van de quota … annees enen envenense enen veneeneneneneenvenenseevenveneenvenvenenenens 3 1.2 Verleende vergunningen in relatie tot de vastgestelde quota … nonnen eneen. 3 1.3 Beoordeling van de aanvragen … nnn ennen vennen ennvenneenensvenenenvennvenvenvenvensvenvenvensvenveenenene B 2 Vergunningenproces en handhaving ……………...nunsunnen on rnneennsnnneneneeereneessnennenenrene ennn Ó 2.1 Verschil aanmeldingen ten opzichte van de vergunningen … nnn nnen vennen ennvenee eneen. 6 2.2 De invloed van COVID-19 op het toetsen van de aanvragen … unne eneen 7 2.3 Verloop van de aanvragen ……....nnnnnennneneneenn nn envenvenveeneeneenenenenenenenenveneensvenveeneenvenvenveneennee 3 Bijlage … oss anannnnnnnerrneneneesenennsnenrenrerersenenenvenrenersennnsnenreneenvennnenvenenrene erven Q > < Gemeente Amsterdam Samenvatting Op 1 januari 2020 is er een vergunningsplicht ingesteld voor het exploiteren van B&B in Amsterdam. Om te kunnen sturen op de aantallen B&B's is er gekozen om quota in te stellen op wijkniveau. Tevens wordt op deze manier getracht een betere spreiding van B&B's in de stad te bewerkstelligen. Door middel van een motie heeft de gemeenteraad aangeven de behoefte te hebben aan een halfjaarlijkse monitor met daarin een monitoring van het capaciteitsbeleid. De belangrijkste conclusies uit deze monitor zijn: 1. Aantal aanvragen: In alle wijken zijn er minder vergunningen aangevraagd dan het aantal aanmeldingen in de wijken. In totaal zijn er ruim 695 minder aanvragen ingediend dan het aantal aanmeldingen. Het totaal aantal aanmeldingen was op 16 februari 2719. Tot 20 oktober 2020 zijn er 2142 aanvragen beoordeeld. Hiervan zijn er 2024 vergund, 69 geweigerd, 23 aanvragen zijn buiten behandeling gelaten en 26 aanvragen zijn ingetrokken door de aanvrager. 2. Quota stadsbreed: In geen van de wijken is het guotum volledig gevuld. Voor de gehele stad zijn de quota voor de B&B's op 3212 vastgesteld. In totaal zijn nog 1188 plekken binnen deze quota vrij. 3. Quota stadsdeel Centrum:In stadsdeel Centrum is er nog in alle wijken nog veel ruimte in de quota. In totaal zijn er nog 218 vergunningen te verstrekken in de tien wijken in stadsdeel Centrum. 4. Verloop aantal aanvragen: Het aantal aanvragen is na 1 juli 2020 erg teruggelopen, waardoor een tweede monitor overbodig Ijkt.. De raad zal op een andere wijze worden geïnformeerd over de stand van zaken. Pagina1 van 14 > < Gemeente Amsterdam Inleiding Op 1 janvari 2020 is de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 in werking getreden. Voor het exploiteren vaneen bed & breakfast (B&B) is per 1 januari 2020 een vergunningsplicht ingevoerd. Voor 2020 gold reeds een meldingsplicht, waarbij ook moest worden voldaan aan een aantal voorwaarden. De belangrijkste en grootste wijziging vanaf 1 januari 2020 is het invoeren van een vergunningstelsel voor het exploiteren van een B&B met daaraan gekoppeld een capaciteitsbeleid. Om een plafond te kunnen stellen aan het maximaal aantal B&B's in een wijk zijn wijkquota vastgesteld in de nadere regels hoofdstuk 6 behorende bij de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020. Tijdens de behandeling van de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 in de gemeenteraad is de volgende motie ingediend: Motie 2121, van de leden A.L. Bakker (PvdD) en De Jong (GroenLinks) (Eerste helft 2020 monitoren B&B quota bij bestaande B&B's en raad uiterlijk 31 okt 2020 informeren) 1. Het eerste half jaar na invoering van het capaciteitsbeleid te monitoren of het gestelde quotum aansluit bij het aantal reeds bestaande bed & breakfasts in een wijk, en: 2. De Raad hier uiterlijk 31 oktober 2020 over te informeren opdat bekeken kan worden of een aanpassing noodzakelijk en wenselijk is in wijken waar dat kan mits het past bij de leefbaarheid van de wijk. De motie wordt uitgevoerd door middel van de voorliggende monitor. In de motie werd verzocht om een halfjaarlijkse monitor die uiterlijk eind oktober 2020 aan de leden van de gemeenteraad zou worden aangeboden. Door de tussenkomst van de COVD-19 pandemie is het vergunningenproces een aantal maanden uitgelopen. Eris voor gekozen om de monitor iets naar achteren te plaatsen zodat er een vollediger beeld gegeven kon worden. Deze monitor is ingedeeld in drie hoofdstukken. In Hoofdstuk 1 worden de cijfers met betrekking tot de invulling van de quota tot 20 oktober 2020 op stadsdeel niveau gepresenteerd. Hoofdstuk twee beschrijft het vergunningenproces en de handhaving op de vergunningen. Hoofdstuk drie bevat de bijlage met de cijfers op wijkniveau. Pagina 2 van 14 > < Gemeente Amsterdam 1 De quota inzichtelijk gemaakt 1.1 Het aanpassen van de quota Vanaf 1 januari 2020 tot en met 15 februari 2020 konden burgers zich aanmelden als gegadigde voor een B&B vergunning. Na afloop van deze periode bleek dat het gestelde quotum in stadsdeel Centrum veel hoger was dan het aantal aanmeldingen. Ook bleek dat in 27 wijken in de overige stadsdelen geloot moest worden doordat de quota daar overschreden werden. In totaal zouden 194 B&B's buiten het quotum vallen, terwijl in stadsdeel Centrum nog ruimte zou zijn voor bijna 300 extra B&B's. In maart 2020 heeft het College besloten om de wijkguota zodanig aan te passen zodat er geen loting meer nodig was. 1.2 Verleende vergunningen in relatie tot de vastgestelde quota De monitor geeft een overzicht van het aantal verleende B&B vergunningen per 20 oktober 2020. In totaal zijn in de periode van 4, maart 2020 tot en met 20 oktober 2020 2.024 vergunningen verleend. Dit betekent dat er op 20 oktober 2020 in heel Amsterdam nog ruimte was voor 1.188 extra B&B vergunningen (zie tabel 1). Uit tabel 2 blijkt daarnaast dat in elk stadsdeel nog ruimte is voor groei van het aantal B&B's. Een uitsplitsing van de nog beschikbare quota op wijkniveau is te vinden in bijlage a.In een aantal wijken is het quotum bijna gevuld. De wijken met minder dan vijf plekken in de quota zijn weergegeven in tabel 2. Tabel 1 Ruimte B&B op stadsdeelniveau Vastgesteld fvergunningen op [Ruimte in quotum Stadsdeel quotum 20-10-2020 20-10-2020 1.071 Pagina 3 van 14 > < Gemeente Amsterdam 2x Tabel 2 wijken met minder dan vijf plekken in quota F8: Middelveldsche Akerpolder K46: Willemspark N66: Oostzanenwerf Opvallend is dat de quota in de wijken van stadsdeel Centrum, ondanks dat deze in februari 2020 naar beneden zijn bijgesteld, bij lange na niet vol zitten. Daar is in totaal nog ruimte voor 218 B&B's. Per 1 juli 2020 is in Amsterdam een vergunningplicht ingevoerd voor vakantieverhuur, hierbij zijn drie wijken in Stadsdeel Centrum aangewezen als verbodswijken. In deze wijken worden geen vergunningen voor vakantieverhuur verstrekt. De drie verbodswijken voor vakantieverhuur zijn de Oude en Nieuwe Burgwallen en Grachtengordel Zuid. Dit heeft echter niet geleid tot een extreme toeloop op B&B vergunningen in deze wijken. In de zogenaamde verbodswijken is op dit moment nog ruimte voor 69 nieuwe B&B's (zie tabel 3). Tabel 3 wijkquota Stadsdeel Centrum 69} 20} 17 Pagina 4 van 14 > < Gemeente Amsterdam ‘ 1.3 Beoordeling van de aanvragen Het overgrote deel van de vergunningsaanvragen voor een B&B was op 28 oktober 2020 beoordeeld. In tabel 4, staan de resultaten weergegeven in percentages van het totaal aantal ingediende aanvragen en in absolute cijfers. Het overgrote deel van de aanvragen (94,6%) heeft geresulteerd in een vergunning. Bijna 60 % van de vergunningen betrof B&B houders die aanmerking zouden kunnen maken op het overgangsrecht. Dit wil zeggen dat bijna 60% van de vergunningen in handen is van B&B houders die zich reeds voor 1 januari 2019 hadden gemeld, als B&B houder, bij de gemeente. Op grond van het overgangsrecht kunnen zij nog zes jaar exploiteren onder de oude voorwaarden voor B&B, zoals die tot 1 januari 2020 waren opgenomen in de Huisvestingsverordening. Van alle aanvragen heeft 5,4 % uiteindelijk niet tot een vergunning geleid, omdat de aanvraag is geweigerd, buiten behandeling is gesteld, of ingetrokken is. Een aanvraag wordt buiten behandeling gesteld, indien een aanvrager een onvolledige aanvraag indient en het nalaat om, na verzoek bevoegd gezag, de aanvullingen aan te leveren. De aanvraag bevat dan te weinig informatie om te beoordelen en wordt dan buiten behandeling gesteld. De cijfers vit tabel 4, wijken enigszins af van de overige tabellen omdat er hier een ander peilmoment is genomen. Tabel 4 Resultaten aanvragen B&B tot 28-10-2020 Resultaten aanvragen tot 28 oktober 2020 vergund met overgangsrecht 1285 vergund zonder overgangsrecht geweigerd 69 32 buiten behandeling gelaten ingetrokken Pagina 5 van 14 > < Gemeente Amsterdam 2 Vergunningenproces en handhaving Om de aanvragen binnen de termijn af te kunnen handelen is ervoor gekozen de aanvragen in drie verschillende groepen binnen te laten komen. Vanaf 2 maart 2020 tot en met 1 juli 2020 hebben alle personen die zich hebben aangemeld (gefaseerd in drie groepen) de kans gekregen om een aanvraag voor een B&B in te dienen. Vanaf a juli 2020 kunnen ook degenen die zich niet hadden aangemeld tussen januari 2020 en 15 februari 2020 een B&B vergunning aanvragen. 2.1 Verschil aanmeldingen ten opzichte van de vergunningen In de periode tussen 1 janvari 2020 en 16 februari 2020 kon een ieder zich aanmelden als gegadigde voor een B&B vergunning. Vervolgens konden deze mensen vanaf maart 2020 een vergunningaanvraag indienen. Als het aantal aanmeldingen wordt vergeleken met het aantal aangevraagde vergunningen, valt op dat het aantal aanvragen aanzienlijk lager ligt dan het aantal aanmeldingen. Het aantal aanmeldingen bedroeg 2.719, terwijl het per 28 oktober 2020 2155 aanvragen zijn ingediend (zie tabel 4). Uit tabel 5 valt op te maken dat het verschil tussen het aantal aanmeldingen en vergunningen uiteindelijk 695 bedraagt. De invloed van de COVID-19 pandemie is niet geheel vast te stellen. Omdat een B&B vergunning gedurende acht jaar geldig is lijkt het onaannemelijk dat COVID-19 een grote invloed heeft op het aantal aanvragen. Uit de informatie vit tabel 6 valt bovendien op te maken dat tijdens de eerste lockdown in maart 2020 een groot aantal aanvragen is ingediend. Tabel 5 aantal aanmeldingen versus vergunningen ele lele EE Pagina 6 van 14 > < Gemeente Amsterdam ‘ 2.2 De invloed van COVID-19 op het toetsen van de aanvragen Vanaf 4 maart 2020 konden de vergunningaanvragen worden ingediend door de eerste groep aanvragers. De eerste groep bestond vit de tien wijken van Stadsdeel Centrum. Het verlenen van de vergunningen is een taak die ondergebracht is bij de stadsdelen. Voor het toetsen van de B&B aanvragen is echter een tijdelijk stedelijk team gevormd, het zogenaamde centrale B&B-team, met als doel een efficiënte en uniforme verlening van deze nieuwe vergunning. Dit team bestond uit vergunningtoetsers, administratieve medewerkers en handhavers. Onderdeel van het toetsen van de aanvragen was aanvankelijk het uitvoeren van huisbezoeken. De toezichthouders behorende bij het centrale B&B team zouden bij ongeveer 25 % van de aanvragen, gedurende het vergunningenproces, op locatie de aangeleverde tekeningen gaan toetsen. Echter de COVID-19 pandemie heeft de toetsing op locatie voorafgaand aan de vergunningverlening onmogelijk gemaakt. De handhaving op de B&B vergunningen na vergunningverlening is ondergebracht bij de Directie Wonen. Handhaving Wonen onderzoekt, onder andere door middel van huisbezoeken, selectief of de B&B-vergunning terecht verleend is. Indien dit niet het geval is en er geen kans op legalisatie is, dan zal de vergunning worden ingetrokken. 2.3 Verloop van de aanvragen Vanaf 4, maart 2020 konden gefaseerd tot 2 juli 2020 aanvragen voor een B&B vergunning worden ingediend door diegenen die zich in de periode van 1 janvari 2020 tot en met 15 februari 2020 hadden aangemeld. Onderstaande tabel 6 laat het verloop van de aanvragen zien. De tabel bevat blauwe en groene kolommen. De blauwe kolommen geven de binnengekomen aanvragen aan (in de bijbehorende periode). De groene kolommen geven de afgehandelde aanvragen weer (in de bijbehorende periode). Tabel 6 verloop van de B&B vergunning aanvragen 1000 869 800 566 200 499 42 400 405 6 398 91 200 Ì 92 5 69 13 952 952 , £ 7 57 74 L Ô SW ee ’, % % 2 5 os, % es % % 2 v % % & % B Gestart B Afgehandeld Pagina 7 van 14 > < Gemeente Amsterdam In bovenstaande tabel 6 zijn duidelijk de drie piekmomenten te zien waarin aanvragen zijn ingediend (staafjes gestart). In maart 2020 kon de eerste groep zijn aanvragen indienen. In mei en juni 2020 de tweede en derde groep. De gemaakte fasering heeft tot gevolg gehad dat met een relatief klein team een grote bulk aan aanvragen behandeld kon worden. Vanaf juli 2020 is de link voor het indienen van een B&B vergunningaanvraag op de gemeentelijke website gezet. Vanaf die datum kon eenieder een aanvraag voor een B&B vergunning indienen. tabel 7 laat het verloop van de aanvragen gedurende de periode vanaf 1 juli tot en met 20 oktober zien. Er is een duidelijk dalende lijn zichtbaar in het aantal nieuwe aanvragen, dat nog binnenkomt. Tevens kan worden geconcludeerd dat het verreweg het gros van de aanvragen is gedaan in de periode tot 1 juli 2020. Dit zijn de aanvragers die zich tevens hadden aangemeld in janvarijfebruari 2020. Tabel 7 B&B aanvragen vanaf 1 juli 2020 400 300 200 100 92 69 52 45 18 9 7 0 4 % %, % se Cn i Q, % kh. % % > %, NZ G. > To 5 % B Gestart B Afgehandeld Pagina 8 van 14 > < Gemeente Amsterdam 3 Bijlage Bijlage 1 Overzicht quota op 20 oktober 2020 aot:Nieuwmarklastage | 124} os) 20 Aor-DeWeterngscrens | ts} col 28 AoB:WeesperbuurtjPlantage | 69} 82} 17 EmHouhaers | vul 6 Exs:Centrale Markt 45 6 9 Kinker | gl ul 8 E38:Ersmuspark 48 se Ezo:Dekolenkt 578 [Eso:Geveerbuut | vol vol 9 Paginag van 14 > < Gemeente Amsterdam E42: Hoofdwege.o | 49 of 10 E43: Westindische Buurt | 45 8| 7 Faa: Bedrijventerrein Sloterdijk | 45| of 15 |F76: Slotermeer-Noordoost | 45 _ 7| 8 [F78: Gevzerveld | 45 el 9 [F85: Slotervaart Noord | 45) of 6 |F86: Overtoomse veld | 20 «2| 8 F8: Westlandgracht | 45) el 9 |F8g: Slotervaart Zuid | 45) el 9 |K26: ZuidPijp_ | al 13 8 Kus: Schinkelbuurt | 45) sf 9 Pagina 10 van 14 > < Gemeente Amsterdam Mag: Dapperbwrt | 45 sl 7 [M3o: Transvaalbuurt | 20 _1al 6 |[M32: Indische Buurt Oost | 45 __6| 9 Mss: Frankendael_________ | 45 7| 8 Pagina 41 van 14 > < Gemeente Amsterdam [N64 Nieuwendemmerdikuisloterdijk | __ 33} zl © [nge Waterlandplemburt | ús) ol el N72: Noordelijke |J-oevers Oost | 15} O0} 415) nzicEleenhagen | ssl el sl Toz:Amstel Bullewijk | 15} 0} 415) A * Tabel 1 geeft het aantal vergunde aanvragen weer op 20 oktober 2020, het vastgestelde quotum en de ruimte in de wijken De aanvragen die op dat moment nog in behandeling zijn worden al wel van de overgebleven ruimte in het quotum afgehaald, waardoor het lijkt dat de tabel in sommige wijken niet klopt. Pagina 12 van 14
Onderzoeksrapport
14
train
x Gemeente Amsterdam Gemeenteraad % Gemeenteblad % Actualiteit voor de raadscommissie AZ Jaar 2017 Afdeling * Nummer * Publicatiedatum 13 november 2017 Onderwerp Actualiteit van het raadslid Poot (VVD) inzake relschoppers op het Mercatorplein Aan de Gemeenteraad Inleiding Na de plaatsing van Marokko voor het WK Voetbal ging in de omgeving van het Mercatorplein in Amsterdam-West een groot aantal ‘supporters’ van het Marokkaanse elftal de straat op. Daarbij werd met vuurwerk gegooid, onder andere naar politievoertuigen, en ontstond een dreigende sfeer die buurtbewoners als intimiderend hebben omschreven. Dit is onacceptabel. Reden bespreking en spoedeisendheid Wat de VVD betreft zijn de straten van Amsterdam geen vrijplaats voor relschoppers die zo nodig de overwinning van het Marokkaanse voetbalelftal willen vieren. Voorkomen moet worden dat bij komende wedstrijden dergelijk wangedrag opnieuw kan plaatsvinden. Indiener wil met de (loco-)burgemeester bespreken op welke manier politie en justitie deze figuren kan vervolgen en bij komende wedstrijden stevig kan optreden. Het lid van de Gemeenteraad, M. C. G. Poot 1
Actualiteit
1
test
Raadsadres van de Stichting de Rede van Bantam te Amsterdam inzake de bespreking van het Concept Hotelbeleid Binnenstad 2012-2015 door de raad van het stadsdeel Centrum op 27 maart 2012 De Stichting heeft op 30 november j.l. een zienswijze op het Concept Hotelbeleid 2012-2015 (verder het Concept) ingediend en op 14 februari 2012 een inspraaknotitie t.g.v. de bijeenkomst van de commissie algemene zaken. Beide stukken worden volledigheidshalve bijgevoegd. In aanvulling daarop wil de Stichting nog enkele aanvullende opmerkingen maken en een en ander benadrukken. De Stichting is allereerst van mening dat de opstellers van het Concept niet nu reeds concrete uitzonderingen op het voorgestelde beleid ter beslissing kunnen voor leggen aan de Stadsdeelraad. En met name niet als een uitzondering in strijd is met het vigerende bestemmingsplan. Blijkens Voorwoord en Inleiding is het doel van het Concept het beschrijven van het kader waarbinnen hotelontwikkeling kan plaatsvinden. Het beschrijft voorts de regels van het uitvoeringsbeleid en stelt een transparant en concreet toetsingskader vast voor ruimtelijk planologische afwegingen. Het beleidskader wordt vastgesteld door de Stadsdeelraad. Om nu al concrete, ingrijpende wijzigingen op het beleid voor te leggen lijkt de stichting derhalve prematuur. Ten tweede wil de Stichting wijzen op enkele ‘mankementen’ in het Concept. Misinformatie over de hotelpositie van Amsterdam in 2009 op de Europese hotelmarkt. Tabel 1.2, blz. 9, laat zien dat Amsterdam in 2009 met 45.000 bedden twaalfde staat op een lijst van 15 Europese steden, Londen staat op nummer 1 met 212.500 bedden. Hieruit zou men kunnen afleiden dat het wel mee valt met onze hoteldichtheid. Gemeten naar het aantal inwoners van die 15 steden blijkt dat Amsterdam op de vierde plaats komt met 59.8 bedden per 1000 inwoners en dat het plaatsen als Rome met 37, Londen met 28 en Madrid met 24 bedden per 1000 bewoners ver achter zich laat. En dan toont tabel 1, blz. 10., aan dat Amsterdam in 2010 nr. 1 staat op een lijst van 24 Europese steden, en daar met kop en schouders boven uitsteekt, wat betreft het aantal overnachtingen per aantal inwoners. Het ziet er dus naar uit dat Amsterdam één van de drukstbezochte toeristensteden is. Overigens is ook de lijst met geplande hotels niet volledig, er komt ook een hotel op Prins Hendrikkade 123 en een groot hotel op de Geldersekade. Onbesuisde voorstellen. Het Concept heeft voor veel nodeloze onrust gezorgd voor bewoners n het Centrum. Tijdens de inspraak avond op 10 november j.l. werden veel bezwaren geuit tegen de tweede uitzondering op de uitgangspunten van het beleid, de hotelpannen op het Haarlemmerplein en tegen het plan om een ‘top/5+ sterrenhotel te doen verrijzen in het Drooggebouw op de hoek Staalstraat/Groenburgwal. Naderhand bleek dat de opstellers niet hadden onderzocht of de panden/appartementen op het Haarlemmerplein wel onttrokken konden worden, quod non. En de eigenaar van het Drooggebouw bleek al andere plannen te hebben ontwikkeld voor zijn perceel. Ook in de zaak die de Stichting direct aangaat, de uitzondering op de uitgangspunten van het hotelbeleid om toestemming te verlenen voor uitbreiding van het Amrath Hotel, bleek tijdens de eerste inspraakavond in november j.l. dat men niet op de hoogte was van de voorgeschiedenis, van het bestemmingsplan Nieuwmarkt 2004 dienaangaande en van de beslissing van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 22 november 2006 inzake bebouwing van het binnenterrein van het Scheepvaarthuis. Uitbreiding van het Amrath Hotel. De voorgestelde uitbreiding druist niet alleen in tegen alle uitgangspunten van het nieuwe hotelbeleid, spreiding van hotels i.p.v. concentratie, functiemenging i.pv. van monocultuur en bescherming van de belangen van bewoners, maar druist ook in tegen het Bestemmingsplan Nieuwmarkt 2004, dat uitging van dezelfde uitgangspunten, en de beslissing van de Raad van State. Waar als onderbouwing van de uitzondering eerst de prima bevonden wens van het Amrath hotel om uit te breiden werd genoemd, in het Parool van 10 oktober 2011, wordt in het ( tweede) Concept gesteld dat de uitbreiding noodzakelijk is om de krapte op de hotelmarkt te verlichten en het economisch belang voor de stad te dienen. Anderzijds wordt echter ook opgemerkt dat het, gezien de functiemenging, wenselijk zou zijn woningen te ontwikkelen, maar dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat dat zal gebeuren, nu de eigenaar van het Amrath Hotel hiertoe geen initiatieven heeft ontplooid. Men zou dit volgens de Stichting kunnen zien als een onttrekking van woonruimte in een buurt waar een grote behoefte is aan woningen. De Stichting merkt over het voorgaande op dat er gezien de grote toename aan hotels in de directe omgeving van het Scheepvaarthuis, meer dan 1000 kamers, niet gesproken kan worden over krapte, noch van een economische noodzaak voor de stad. Slechts het economisch belang van de eigenaar van het Amrath Hotel lijkt te worden gediend. Het zou hem en de binnenstad hebben gesierd als hij wel de in de Nieuwmarktbuurt hoognodige woningen en andere voorzieningen als b.v. een drukkerij, ateliers en akoestische ruimtes voor conservatorium studenten zou hebben gebouwd. Wat dies meer zij. Door één van de fracties werd de stichting medegedeeld dat men het eens was met de hotel- uitbreiding “temeer omdat het op nette wijze de historische rooilijnen van dit blok herstelt en daarmee een stedenbouwkundig uitgangspunt in vult zoals wij dit graag zien in de binnenstad’. Het is echter de vraag wat de historische rooilijn is. Die lag waarschijnlijk op 11 meter afstand i.pv. de feitelijke 7.5 meter en de in het bestemmingsplan vastgestelde 8 meter, gemeten vanaf de woningen in de Buiten Bantammerstraat. Bestemmingsplannen uit de jaren vijftig van de vorige eeuw behelsden dat er helemaal niet mocht worden gebouwd of dat maar één verdieping mocht worden gebouwd, dit i.v.m. het toelaten van zon, licht en lucht voor de panden in de straat. Voorts zij opgemerkt dat de Buiten Bantammerstraat, het hele Waalseiland, altijd een woonfunctie heeft gehad. Hoe dan ook, de Stichting is niet in beroep gegaan bij de Raad van State tegen de beslissing van het Stadsdeel om bebouwing met gemengde bestemming toe te staan op het binnenterrein, in het Bestemmingsplan Nieuwmarkt 2004. Zowel de Stichting als de eigenaar van het Amrath Hotel zijn echter wel in beroep gegaan van het toegestane bouwvolume, de Stichting wilde een kleiner en de eigenaar een groter volume. Geen van beide heeft zijn pleit gewonnen. Samenvattend is de Stichting van oordeel dat -uitbreiding van het Amrath Hotel volstrekt in strijd is met de telkenmale in het concept benadrukte uitgangspunten de belangen van bewoners te beschermen en het streven naar spreiding van hotels over de stad, -de ambitie van het Amrath Hotel om het hotel uit te breiden, anders gezegd de absolute onwil om nieuwbouw met een gemengde bestemming neer te zetten, toch niet een te rechtvaardigen rede kan zijn om af te wijken van zojuist genoemde uitgangspunten, -=het economisch belang van de stad al in voldoende mate wordt gewaarborgd door de uitbundige hotelontwikkeling in de directe omgeving en elders in de binnenstad en door het grote aantal vragen daartoe en -dat het gehele Waalseiland wordt omringd door hotels en dat de balans tussen woningen en hotel in de Buiten Bantammerstraat onaanvaardbaar onevenwichtig is. Tenslotte, en gelet op al het voorgaande, nu het voorstel om het Amrath Hotel uit te breiden, de facto de nieuwbouw een hotel bestemming te geven, in flagrante strijd is met de beslissing van de Raad van State van 23 november 2006 en derhalve met het Bestemmingsplan Nieuwmarkt 2004 dat dezelfde uitgangspunten hanteerde als het onderhavige Concept Hotel Beleid en gezien de aanzienlijke belangen voor alle betrokkenen, is de Stichting van mening dat dit voorstel zich niet leent voor een beslissing in het kader van het hotelbeleid. Een zo ingrijpend voorstel leent zich bij uitstek voor behandeling en zorgvuldige afweging in het volgende, bijna op handen zijnde hbestemmingsplan Nieuwmarkt. Amsterdam 19 maart 2012
Raadsadres
3
train
Profilering van burgers tijdens wapencontroles in Amsterdam: een observationele analyse van praktijken en mogelijke biases B | | S Ì Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving RE ‚ an bd Là ee on ge 5 ee en Profilering van burgerstijdens “ A le ch heli wapencontroles in Amsterdam: 5% Z6 PZ TSN ee Je CAR IJ Ed WOE 1077 hl Sn RCS Ne N ES een observationele analyse van praktijken en mogelijke biases DECEMBER 2022 Marie Rosenkrantz Lindegaard * ° Peter Ejbye-Ernst * Mara van Dalen * Hans Myhre Sunde *° Carlijn van Baak * ° Melissa Sexton ! Virginia Pallante * Fabienne Thijs * Lea Echelmeyer * Steve van de Weijer * Laura Pighini * Gabriele Chlevickaite * Jo Thomas * Lasse Suonperä Liebst * > 1NSCR: Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving 2 Afdeling Sociologie, Universiteit van Amsterdam 3 Afdeling Sociologie, Universiteit van Kopenhagen Contactgegevens Prof. Dr. Marie Rosenkrantz Lindegaard, [email protected] Acknowledgements Met dank aan de projectcoördinatoren bij de gemeente Amsterdam en bij de politie. Wij danken ook Wim Bernasco voor zijn bijdragen aan het lanceren van de studie. Bijdragende auteurs Conceptualisatie: MRL, LSL, PEE. Dataconservering: MD. Formele analyse: LSL, PEE, VP, MD. Ac- quisitie van fondsen: MRL. Meetinstrument: MRL, CB, MR, PEE, MS. Veldobservaties: MRL, PEE, HMS, VP, MS, CB, FT, LE, SW, LP, GC, JT. Methodologie: MRL, LSL, PEE. Projectadministratie: MRL. Bronnen: MRL. Supervisie: MRL. Validering: LSL. Visualisatie: PEE. Schrijven — Opstellen originele conceptversie: MRL, PEE, LSL, VP, MR. Schrijven — Review en Editing: MRL, PEE, HMS, VP, MS, CB, FT, LE, SW, LP, GC, JT, LSL 2 Belangrijkste bevindingen e Jongere mensen, vooral jongeren van ongeveer 25 tot 30 jaar, werden volgens onze be- vindingen onevenredig vaak geselecteerd voor een wapencontrole, in vergelijking tot de personen die op dezelfde locatie aanwezig waren en niet geselecteerd werden. e Wij hebben niet gevonden dat niet-witte mensen en mannen onevenredig vaak werden geselecteerd voor een wapencontrole, in vergelijking tot de personen die op dezelfde locatie aanwezig waren en niet geselecteerd werden. Samenvatting Voor de legitimiteit van politiewerk is het van essentieel belang dat zoekacties onbevooroordeeld worden uitgevoerd. Bestaande aanwijzingen, gebaseerd op meldingen en vragenlijsten, over zoekpraktijken van de politie in Nederland en elders wijzen erop dat agenten in de ogen van burgers bevooroordeeld zijn bij het selecteren van hun doelwitten tijdens zoekacties. In dit pro- ject hebben we een pilotonderzoek uitgevoerd waarin we hebben onderzocht of er bij wapen- controles in Amsterdam sprake is van eventuele vooroordelen op basis van gender, etnische af- komst en/of leeftijd. Hierbij gebruikten we een observationele, objectieve maat voor het selec- teren van burgers. De pilot werd beëindigd na niet-geautoriseerde praktijken van de politie. Daarom werd ook dit onderzoek tijdens het verzamelen van de data stopgezet. We zijn er echter wel in geslaagd om een redelijke hoeveelheid kwantitatieve data en veldwaarnemingsdata te verzamelen, zodat we enkele voorlopige conclusies kunnen trekken. Uit onze statistische analyse blijkt dat jongeren van midden tot eind 20 jaar een onevenredig grote kans hadden om te worden uitgekozen voor een wapencontrole. Voor niet-witte mensen en voor mannen werden dergelijke tendensen niet gevonden. We willen hierbij aantekenen dat het niet duidelijk is of het feit dat geen profilering op basis van etnische afkomst of gender werd gevonden, komt doordat deze bias niet bestaat, of doordat de verzamelde dataset eenvoudig te klein en te vertroebeld is om deze mogelijke bias vast te stellen. 3 INLEIDING Voor de legitimiteit van politiewerk is het van essentieel belang dat zoekacties a-selectief worden uitgevoerd (Bradford & Loader, 2016). Uit onderzoeken die in verschillende landen werden uit- gevoerd, ook in Nederland (Hesseling & Wilde, 2022), blijkt echter dat burgers het gevoel hebben dat agenten tijdens zoekacties bevooroordeeld zijn bij het selecteren van hun doelwitten. Daarbij gaat het vooral om een onevenredig grote focus op jonge mannen van kleur (voorbeeld: Den- nison & Finkeldey, 2021). Een probleem van deze onderzoeken — en van onderzoeken naar dis- criminatie in het algemeen — is dat die vaak afhankelijk zijn van de subjectieve ervaringen van de betrokkenen, en dat die ervaringen voor meerdere interpretaties vatbaar kunnen zijn. Hierdoor is er behoefte aan objectievere maten voor profilering van overtreders ontstaan, maar het is niet eenvoudig om een nauwkeurige methode te vinden om dit probleem te evalueren (Farrell & MecDevitt, 2010). Er is wel een veelbelovende manier om dit te doen, maar die wordt helaas wei- nig gebruikt: het direct ter plaatse observeren van de zoekacties. Een van de zeldzame keren dat deze methode wel werd toegepast, was in Parijs. De resultaten van dat onderzoek in termen van gedrag bevestigden de subjectieve ervaringen: tijdens de zoekacties selecteerden agenten on- evenredig vaak jonge mannen van kleur — ondanks de gegeven instructies om neutrale profile- ringsstrategieën te gebruiken (Jobard & Lévy, 2011). In dit rapport hebben we deze veelbelo- vende gedragsbenadering gevolgd door preventieve wapencontroles in Amsterdam te observe- ren. Vanwege de stijging in wapengerelateerde misdrijven in de gemeente Amsterdam heeft de burgemeester van de stad besloten om een pilot naar wapencontroles te laten uitvoeren. De gemeenteraad heeft jarenlang wapencontroles vermeden, omdat de impact geïnterpreteerd werd als disproportioneel — waarbij het potentiële probleem van bias door etnische profilering in de selectieprocedures ook een rol speelde. Hierdoor bestaat er een spanning tussen de poten- tiële negatieve impact van controles op mensen die worden onderzocht aan de ene kant, en aan de andere kant de potentiële voordelen van het vinden van wapens en het voorkomen van wa- pengerelateerde misdrijven. Als onderdeel van de pilot liet de burgemeester de negatieve impact onderzoeken door burgers te vragen om zich op te geven als externe ‘waarnemers’ van de politie tijdens controles. In totaal gaven 37 burgers zich op om tijdens controles met de politie samen te werken. Zij hebben hun indruk van de procedures vastgelegd in een rapport (Hesseling & Wilde, 2022). Slechts zes procent van de waarnemers merkte dat de politie etnische profilering toepaste in hun selectieprocedures. Er werd slechts één officiële klacht ingediend. Aan de andere kant bleek uit een enquête waarin burgers werd gevraagd naar hun algemene mening over de controles, dat ongeveer 25 procent van de respondenten verwachtte dat etnische profilering plaatsvond. In het rapport van de eerste pilot wordt bij de vraag of er sprake is van etnische profilering alleen aandacht besteed aan deze subjectieve beoordelingen van externe waarne- mers en burgers. Aangezien de vraag of er sprake is van etnische profilering in de eerste pilot alleen geba- seerd was op meldingen en vragenlijsten, blijft het dus onduidelijk of de politie onevenredig vaak mensen van kleur had geselecteerd voor een controle. Daarnaast liet de evaluatie van de eerste 4 pilot zien dat er meer mannen dan vrouwen werden geselecteerd voor een controle. Dit kan wijzen op een bias naar het selecteren van mannen. Bovendien liet het onderzoek ook zien dat er meer jongeren tot 30 jaar werden geselecteerd dan mensen ouder dan 30 jaar. Dit kan wijzen op een bias naar het selecteren van jongeren. Dit resultaat hoeft echter geen aanwijzing te zijn voor een bias naar mannen of jongeren in de selectiepraktijk. Het kan ook eenvoudig worden toegeschreven aan het feit dat er op de gecontroleerde openbare plaatsen meer mannen dan vrouwen aanwezig waren, en meer jongeren dan ouderen. Uit de evaluatie van de eerste pilot is het ook niet duidelijk wat de etniciteit was van de geselecteerde mensen, aangezien de politie deze categorie niet registreert. Na de evaluatie van de eerste pilot concludeerde de gemeente Amsterdam dat de pilot kon worden voortgezet. De gemeente besloot dat in de tweede pilot geen burgers als waarnemers moesten worden benoemd, maar onafhankelijke onderzoekers de rol van waarnemer op zich moesten nemen — deze taak hebben wij in het huidige project uitgevoerd. Onze rol was specifiek het onderzoeken of de selectieprocedures van de politie onbevooroordeeld plaatsvonden — dat wil zeggen dat iedereen die op de locatie waar de controles werden gehouden aanwezig was, een gelijke kans moest hebben om te worden geselecteerd voor een controle. Dit onderzoek richt zich op de tweede pilot naar wapencontroles in Amsterdam, waarbij 25 controles gepland werden tussen oktober 2022 en januari 2023. De pilot werd echter al na dat wij zes controles konden observeren beëindigd vanwege niet-geautoriseerde praktijken van de politie. Daarom zijn er in dit project alleen data beschikbaar van deze zes uitgevoerde contro- les. Voordat de controles werden uitgevoerd had de politie vijf stadsdelen aangewezen waar — volgens hun misdaadcijfers — de kans op wapengerelateerde misdrijven extra groot was. Deze zogeheten ‘veiligheidsrisicogebieden’ waren: Noord, Zuid, Zuid-Oost, Noord-Nieuw-West en Zuid-Nieuw-West. In elk van deze gebieden had de politie een aantal ‘hotspots’ aangewezen waar zij verwachtte meer wapens aan te treffen. Aan het publiek werd bekendgemaakt dat de politie soms gebruik zou maken van handscanners (om wapens te detecteren), een detectiepoort, en een random-selectiepaal (een slimme paal waarbij de burgers op een knop moeten drukken om te mogen passeren, waarbij een deel van de passanten automatisch, geheel willekeurig, worden geselecteerd voor een controle). Het huidige onderzoek richt zich specifiek op het statistisch onderzoeken of er bij de po- litie sprake was van bias naar het selecteren op basis van etniciteit, gender of leeftijdscategorieën tijdens wapencontroles. Om deze vraag te onderzoeken moesten we eerst begrijpen hoe de se- lectieprocedure van de politie in de praktijk werkt. We werden vooraf geïnformeerd dat er twee manieren werden gebruikt om mensen te selecteren: afzonderlijke burgers werden ofwel gese- lecteerd door de agenten, of door de random-selectiepaal — wij spreken hier verder van respec- tievelijk ‘gewone selectie’ en ‘paal-selectie’. Bij het observeren van hun werkprocedures bleek echter dat er ook een derde selectiemethode werd gebruikt. Bij deze methode werd een bepaald gebied afgesloten, waarbij niemand dat gebied mocht verlaten voordat ze waren onderzocht. Deze methode zullen wij ‘gebied-selectie’ noemen. In onze analyse van mogelijke bias in de se- lectieprocedures onderscheiden we deze drie methoden. 5 METHODE We besloten om de politiecontroles ter plaatse te observeren, omdat we hiermee ecologisch zeer valide en kwantitatief fijnmazige data konden verkrijgen over hoe de controles in werkelijkheid plaatsvonden. Aan de andere kant kennen observaties ter plekke een mogelijk nadeel, namelijk het probleem van ‘reactiviteit’: agenten zouden hun praktijken kunnen aanpassen omdat zij zich bewust zijn van het feit dat ze worden geobserveerd. We hebben hierover gesproken met de politie en met de gemeente en daarnaast ethisch advies over wetenschappelijk onderzoek inge- wonnen. Daarop hebben we besloten om de observaties ter plaatse uit te voeren vanuit een verdekte positie. De ethische code van de American Sociological Association (1999) en vergelijk- bare verenigingen benadrukken dat onderzoekers op openbare plaatsen natuurlijke observaties mogen doen, zoals in dit geval gebeurt. Hiervoor is geen toestemming nodig. Omdat de observa- ties vanuit een verdekt positie werden gedaan, wisten de agenten die de controles uitvoerden niet of ze wel of niet direct geobserveerd werden. Dat betekent, in onze ervaring, dat we ons gewoon tussen de mensen konden begeven zonder enige aanwijzing dat we ontdekt waren. Het moet echter gezegd worden dat agenten in de praktijk wel enig idee van onze mogelijke aanwezigheid konden hebben. Het was immers aangekondigd — zowel intern in de politieorgani- satie als in de openbare media — dat een onderzoeksgroep de politiepraktijken zou evalueren. Bovendien zijn we ook tweemaal ontdekt tijdens het observeren en werd ons verteld dat de agenten in een paar andere gevallen hadden vermoed dat ze werden geobserveerd (terwijl we in die gevallen juist niet aanwezig waren geweest). Onze opzet heeft het risico van reactiviteit dus niet helemaal uitgesloten, maar we hebben deze potentiële bias waarschijnlijk geminimali- seerd door onzekerheid te creëren over de vraag of de uitgevoerde controle wel of niet werd geobserveerd. Onze voorkeur zou zijn geweest dat de agenten volledig geblindeerd zouden zijn voor het project, en geobserveerd zouden zijn met veiligheidsgegevens van video-opnamen, zon- der enige mogelijkheid van reactiviteit. Om praktische redenen was dit echter niet haalbaar (de politie vond bijvoorbeeld dat video-waarnemingen te veel inbreuk maakten in vergelijking tot observaties ter plaatse). In totaal hebben we ter plaatse geobserveerd tijdens zes uitgevoerde controles: drie in Zuid, één in Noord, één in Zuid-Oost en één in Nieuw-West. We werkten in een team van 12 on- derzoekers die instructie hadden gehad over het gebruik van het meetinstrument en we obser- veerden de controles per toerbeurt. Doorgaans werkten er vier onderzoekers tijdens één politie- dienst. Zij observeerden gedurende ongeveer vier uur. Bij elke controle kregen we op de dag zelf van de verantwoordelijke politiecoördinator te horen waar de controle zou plaatsvinden. Wij vertelden deze politiecoördinator niet of we daadwerkelijk aanwezig zouden zijn. Verder had de politie van ons de instructie gekregen om de agenten van dienst niets te zeggen over onze mo- gelijke aanwezigheid. Nadat de onderzoekers waren aangekomen op de plaats van de controle observeerden zij eerst het normale gedrag op die plaats, om uit te vinden hoe zij zich tijdens hun observaties onopvallend tussen de mensen konden begeven. Omdat mensen in de publieke ruimte zelden lang hetzelfde doen, hadden de onderzoekers de instructie om hun activiteiten 6 regelmatig te veranderen om niet op te vallen. Typische activiteiten om niet op te vallen waren eten, koffiedrinken, telefoneren, wachten op openbaar vervoer, wachten met een koffertje en kletsen met een andere waarnemer. Verder moesten de waarnemers de observaties beëindigen op het moment dat de politie hen leek te herkennen. Steekproeven Tijdens de controles zou de politie moeten afwisselen tussen het controleren van voetgangers, fietsers en automobilisten. Vanwege de haalbaarheid, en om onze resultaten vergelijkbaar te maken met eerder onderzoek naar profilering (Jobard & Lévy, 2011), hebben we alleen controles van voetgangers geregistreerd. Daarnaast hebben de waarnemers resultaten vastgelegd met een mobiele telefoon, met gebruik van een online enquête-tool. De selectie van personen voor co- dering hing af van de controlemethoden die de politie gebruikte. Ten eerste, wanneer afzonder- lijke burgers geselecteerd werden door een agent of door de random-selectiepaal, selecteerden wij willekeurig ongeveer elke derde persoon die een denkbeeldige lijn passeerde terwijl hij/zij naar het controlegebied liep. In situaties waar het niet zo druk was en dit praktisch haalbaar was, benaderden we alle aanwezigen. Ten tweede veranderde deze procedure voor steekproefselectie in de loop van het onder- zoek, omdat we merkten dat de politie soms alle aanwezigen in een bepaald gebied selecteerde voor controle — in plaats van afzonderlijke personen te controleren, zoals bij de gewone selecties en paal-selecties. Voor deze gebied-selecties pasten wij een casus-controle-benadering voor de steekproefselectie toe, waarbij we eerst zoveel mogelijk mensen registreerden binnen het gebied waar de politie iedereen onderzocht (de casussen). Vervolgens verzamelden wij een vergelij- kingsgroep van mensen uit niet-onderzochte gebieden die direct rond het doorzochte gebied la- gen (de controles). Deze procedure voor steekproefselectie volgde de aanbeveling dat vergelijk- bare controlepersonen in dezelfde periode en ruimte als de casussen kunnen worden geselec- teerd (Grimes & Schulz, 2005). In de praktijk lukte het echter niet om een voldoende grote subset van controles te verza- melen — vaak wordt een verhouding van controles tot casussen van 4:1 aanbevolen. Om deze verhouding tussen controles en casussen toch te benaderen, hebben we besloten om één week nadat de politiecontrole had plaatsgevonden, controles te verzamelen uit het niet-onderzochte gebied. We moeten toegeven dat deze controles (dat wil zeggen de meeste daarvan) mogelijk minder goed vergelijkbaar zijn dan wanneer ze in dezelfde periode en ruimte als de politiecon- troles waren verzameld (zo was bijvoorbeeld het weer in de week erop aanmerkelijk slechter en was het kouder). We hebben echter aangenomen dat deze controlepersonen niet verschillen van de personen die een week eerder werden geselecteerd, in termen van leeftijd, gender en etnici- teit, en op die basis hebben we besloten om deze controlepersonen in de analyse te gebruiken. We hebben deze beslissing ook genomen omdat we zo een dataset konden bouwen met een betere statistische power, zelfs nadat de burgemeester had besloten om de pilot naar politiecon- troles te beëindigen. Op deze manier konden wij met een gevoeligheidsanalyse van de dataset 7 van gebied-selecties van in totaal 393 observaties, zelfs een klein effect (f? = 0,02) vaststellen met een power van 80%. Ter vergelijking hadden de datasets van de gewone selecties en vooral die van de waarne- mingen bij paal-selecties een substantieel lagere power. We konden met name met de dataset van 185 gewone controles een klein-tot-medium effect (f? = 0,04) vaststellen, en met de dataset van paal-selecties van slechts 30 gevallen een medium-tot-groot effect (f? = 0,28). Bij het analy- seren van de resultaten dient men in gedachte te houden dat de lagere power van de datasets het risico van fout-negatieven, en door ruis verstoorde schattingen in het algemeen, verhoogt. Codering en maatstaven Voor de systematische codering van bijvoorbeeld gender en etniciteit moeten duidelijke afbake- ningen van deze sociale groepen worden geformuleerd. Waar mogelijk zijn wij uitgegaan van eerder onderzoek waarin vergelijkbare maatstaven in de praktijk werden getoetst. Dit konden we doen bij de definiëring van etniciteit, die vergelijkbaar was met de definiëring die werd ge- bruikt in het hierboven genoemde Parijse onderzoek (Jobard & Lévy, 2011). Daarnaast is uit eer- der onderzoek gebleken dat in de praktijk leeftijd, gender en relatieverbanden nauwkeurig kun- nen worden gecodeerd in openbare settings (bijv. Liebst et al., 2022). Om deze maatstaven ech- ter te kunnen generaliseren naar de context van dit onderzoek hebben we een intercoder-be- trouwbaarheidstest voor de gebruikte maatstaven uitgevoerd. Dit deden we door de overeen- stemming te beoordelen tussen twee onafhankelijke beoordelingen van dezelfde, willekeurig ge- selecteerde personen op een openbare plaats. De scores van de betrouwbaarheidstest tussen beoordelaars staan hieronder vermeld. We onderkennen dat onze betrouwbaarheidstests tussen beoordelaars geen garantie geven dat onze maatstaven geldig zijn vanuit het perspectief van de beoordeelde personen. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat we systematisch verkeerde beoordelin- gen geven (de beoordelaars kunnen bijvoorbeeld de werkelijke leeftijd van oudere mensen sys- tematisch te laag schatten). Ook kunnen onze beoordelingen afwijken van de identiteit die de personen zelf voelen. Alle maatstaven waren gebaseerd op alle in die situatie beschikbare zichtbare factoren (bijvoorbeeld kleding, haardracht of huidskleur): Etniciteit werd vastgelegd in vijf categorieën: Wit, Arabisch, Zwart, Indo-Pakistaans en Aziatisch. Deze maatstaf had een ‘redelijke’ intercoder- betrouwbaarheid (Krippendorff's alfa = 0,68) bij beoordeling met standaard grenswaarden voor betrouwbaarheid tussen beoordelaars (Fleiss, 1981). Wanneer echter opnieuw werd gecodeerd in een dichotoom systeem van wit of niet-wit, was de betrouwbaarheidsscore ‘goed’ (0,80). Gen- der werd geregistreerd als man of vrouw en had een ‘bijna perfecte’ score tussen beoordelaars (1,0). Leeftijd werd gemeten op een continue schaal en bereikte een ‘bijna perfecte’ score tussen beoordelaars (0,94). Familierelaties legde vast of de personen in gezelschap waren van jonge kinderen (0-12 jaar) en daarom naar verwachting niet gecontroleerd zouden worden. Deze maat- staf had een ‘goede’ score tussen beoordelaars (0,80). 8 RESULTATEN In dit gedeelte beschrijven we onze kwantitatieve resultaten. In tabel 1 staat beschreven hoe de data werden verzameld bij de drie verschillende selectieprocedures: paal-selectie, gewone selec- tie en gebied-selectie. We verzamelden gegevens van 30 personen bij controles waarbij de politie gebruikmaakte van paal-selectie. Van deze personen werden er drie gecontroleerd op wapens. We verzamelden gegevens van 185 personen bij controles waarbij de politie een gewone selec- tieprocedure gebruikte. Van deze personen werden er 58 gecontroleerd. We verzamelden gege- vens van 393 personen voor het analyseren van gebied-selectie, onder wie 81 personen die wer- den gecontroleerd! Tijdens het gebruik van de random-selectiepaal was ongeveer een op de drie geobser- veerde personen niet-wit, net iets minder dan de helft was man, en de gemiddelde leeftijd was 35 jaar. Van de personen die tijdens gewone selecties werden geobserveerd was iets meer dan 40% niet-wit, ongeveer de helft was man en de gemiddelde leeftijd was 30 jaar. Van de personen die tijdens gebied-selecties werden geobserveerd was ongeveer een kwart niet-wit, net iets meer dan de helft was man en de gemiddelde leeftijd was ongeveer 35 jaar. Daardoor varieerde de genderverdeling en de gemiddelde leeftijd slechts weinig over de drie selectiemethoden. Het grootste verschil tussen de drie steekproeven zat in de proportie niet-witte mensen die werden geobserveerd. Dit verschil is mogelijk toe te schrijven aan de variatie in de etnische samenstelling van de buurten waar de verschillende soorten zoekacties werden geobserveerd. De verschillende selectiemethoden werden in verschillende delen van de stad geobserveerd: de random-selectie- paal werd alleen in Amsterdam-Zuid geobserveerd. De gewone selectie werd in Amsterdam- Noord en Zuid-Oost geobserveerd. De gebied-selectie werd in Amsterdam-Nieuw-West en -Zuid geobserveerd. Hieruit volgt dat niet-witte personen nooit een even grote kans hadden om wille- keurig geselecteerd te worden voor onze gegevensverzameling over de verschillende methoden, als de gebieden een andere etnische samenstelling hebben. ! Voor de hieronder weergegeven analyse werden families met kinderen jonger dan 12 jaar en personen van wie de leeftijd werd geschat op ouder dan 65 jaar uitgesloten. Beide groepen werden uitgesloten omdat de politie ze ook niet controleert op wapens. 9 Tabel 1. Beschrijvende statistiek van de mensen in de steekproeven tijdens de verschillende selectieprocedures | Paalselectie |Gewoneselectie| Gebied-selectie Aantal personen in de steekproef die Helaas konden we maar een klein aantal personen observeren bij de wapencontroles waarbij de politie de random-selectiepaal gebruikte (n = 30), daarom hebben we deze specifieke selectiemethode niet verder geanalyseerd. Voor de andere twee selectiemethoden hebben we onderzocht hoe de demografische kenmerken van etniciteit, gender en leeftijd geassocieerd wa- ren met de waarschijnlijkheid om te worden geselecteerd voor een wapencontrole. Gewone selectie In figuur 1 staat de leeftijdsverdeling van de geselecteerde personen en van degenen die niet werden geselecteerd toen de politie de gewone selectieprocedure gebruikte. De figuur laat zien dat mensen van ongeveer 25 tot 30 jaar, in vergelijking met andere leeftijdsgroepen, een on- evenredig grote kans hadden om te worden geselecteerd. De figuur laat ook zien dat personen ouder dan 35 jaar in de groep niet-gecontroleerde personen een grotere proportie vormen dan in de groep wel-gecontroleerde personen. Een regressiemodel gaf aan dat dit verband tussen leeftijd en waarschijnlijkheid van selectie statistisch duidelijk was, hoewel slechts marginaal (OR = 0,96; p = 0,033). Met dit voorbehoud in gedachte wijst de oddsratio (OR) erop dat iemand voor elk jaar dat hij of zij jonger is, een 1/0,96 = 1,04 keer grotere kans heeft om te worden ge- selecteerd. Het verband wordt zichtbaar gemaakt in figuur 2, waarbij een lagere leeftijd een sub- stantiële stijging voorspelt in de kans om geselecteerd te worden — personen rond de 20 jaar hadden een kans van ongeveer 40% om geselecteerd te worden, terwijl die kans terugvalt naar ongeveer 20% voor personen rond de 50 jaar. We willen benadrukken dat de resultaten van deze regressieanalyse geïnterpreteerd kunnen worden als statistisch niet duidelijk, als op de drempel van de p-waarde een Bonferroni-correctie naar 1% (ten opzichte van een traditionele grens- waarde van 5%) was toegepast vanwege een meervoudig vergelijkingsprobleem (omdat we de- zelfde hypothese testen met meerdere tests). Opmerking: tenzij anders vermeld, werden alle gerapporteerde regressieanalyses gespecificeerd als bivariate Logit-modellen met robuuste stan- daardfouten. 10 Figuur 1. Leeftijdsverdeling van mensen die wel en niet werden geselecteerd via gewone selectie Ë Á — Geselecteerd 20 30 Leettie 50 60 70 Figuur 2. Het geschatte verband tussen leeftijd en de voorspelde waarschijnlijkheid om geselecteerd te wor-den tijdens gewone zoekacties, waarbij het grijze ge-bied het 95%-betrouwbaarheidsinterval aangeeft 0.5 » 04 Ë 03 Ê 02 0.1 0.0 20 30 40 50 60 Leeftijd Figuur 3 laat de verdeling zien tussen mannen en vrouwen die geselecteerd werden en tus- sen witte en niet-witte personen die geselecteerd werden voor een wapencontrole. In het linker- paneel van figuur 3 wordt het percentage mensen weergegeven die tijdens de controles werden geselecteerd tijdens gewone zoekacties. Deze grafiek laat zien dat mannen in de geselecteerde groep een grotere proportie uitmaken dan in de niet-geselecteerde groep. Dit patroon was ech- ter statistisch niet duidelijk (OR = 0,59; p = 0,110). In het rechterpaneel van figuur 3 is te zien dat de proportie witte mensen die tijdens de gewone selectie werden geselecteerd, onevenredig groot lijkt. Dit patroon was echter ook niet statistisch duidelijk (OR = 0,61; p = 0,130). 11 Figuur 3. Het linker- en rechterpaneel geven respectievelijk gender en etniciteit weer van mensen die wel en niet geselecteerd werden via gewone selectie Vervolgens voerden we een multivariate analyse uit om te zien of de bovenstaande be- vindingen hetzelfde bleven wanneer we alle drie de demografische voorspellers (leeftijd, gender en etniciteit) tegelijkertijd in één model gebruikten. Alleen de leeftijd liet enig verband zien met de waarschijnlijkheid om te worden geselecteerd voor een wapencontrole (OR = 0,96; p = 0,020), hoewel het verband wederom alleen statistisch duidelijk was op 5%-niveau en niet op 1%- niveau. Gebied-selectie Figuur 4 laat de leeftijdsverdeling zien van de personen die werden gecontroleerd op wapens en van degenen die niet werden geselecteerd tijdens de gebied-selectieprocedure. In deze figuur is te zien dat een onevenredig grote proportie personen van rond de 20 jaar werd geselecteerd. Daarnaast was een grotere proportie van de personen die niet werden gecontroleerd ouder dan 35 jaar, ten opzichte van degenen die wel werden gecontroleerd. Dit verband tussen leeftijd en waarschijnlijkheid van selectie was statistisch zeer duidelijk (OR = 0,91; p < 0,001). Deze oddsra-tio wijst erop dat iemand voor elk jaar dat hij of zij jonger is, een 1/0,91 = 1,10 keer grotere kans heeft om te worden geselecteerd. Dit patroon was vergelijkbaar, maar duidelijker, bij vergelijking met het leeftijdspatroon dat werd waargenomen tijdens de gewone selectieprocedure. 12 Figuur 4. Leeftijdsverdeling van mensen die wel en niet werden geselecteerd via gebied-selectie 8 Die — Geselecteerd 20 Leed BD Figuur 5 laat de verdeling zien van gender en etniciteit van de personen die werden ge- controleerd en van degenen die niet werden gecontroleerd tijdens gebied-selectie. In het linker- paneel van figuur 5 worden de proporties mannen en vrouwen weergegeven in de groep die werd gecontroleerd en in de groep die niet werd gecontroleerd. Het blijkt dat meer mannen dan vrouwen werden geselecteerd voor wapencontroles, maar dit verschil was niet statistisch duide- lijk (OR = 0,72; p = 0,204). In het rechterpaneel van figuur 5 worden de proporties witte en niet- witte personen weergegeven die wel en niet werden gecontroleerd. Er was geen visueel of sta- tistisch duidelijk (OR = 1,03; p = 0,920) verschil tussen de proporties geselecteerde personen in deze twee groepen. Figuur 5. Het linker- en rechterpaneel geven respectievelijk gender en etniciteit weer van mensen die wel en niet geselecteerd werden via gebied-selectie En nn 7 8 e Om de robuustheid van bovenstaande bevindingen te controleren, hebben we een mul- tivariate logistische regressieanalyse uitgevoerd met zowel leeftijd, gender als etniciteit. Ook hier werd gevonden dat de leeftijd een statistisch zeer duidelijk verband had met de 13 waarschijnlijkheid van selectie (OR = 0,91; p < 0,001). Bovendien gaf deze analyse van robuust- heid aan dat mannen een grotere waarschijnlijkheid hadden om te worden geselecteerd dan vrouwen (OR = 0,55; p = 0,036), hoewel deze schatting slechts marginaal statistisch duidelijk was bij een 5%-drempel voor de p-waarde, en niet duidelijk was als op de drempel van de p-waarde een Bonferroni-correctie werd toegepast. Merk op dat dit laatste resultaat verschilde van de bi- variate analyse en van de bovenstaande visualisatie van de data. Ten slotte stellen we vast dat de bovenstaande casus-controle-resultaten hetzelfde bleven als de niet-geautoriseerde contro- les werden uitgesloten van de steekproef. CONCLUSIE In deze analyse hebben we onderzocht of en waarom er tekenen zijn die wijzen op een selectie- bias op basis van etniciteit, leeftijd of gender tijdens de wapencontroles. De data gaven geen robuuste aanwijzingen dat gender of etniciteit van burgers geassocieerd was met een onevenre- dig grote kans om geselecteerd te worden voor een wapencontrole. In vergelijking daarmee bo- den de data meer aanwijzingen dat jongere personen, met name jongeren van ongeveer 25 tot 30 jaar, een onevenredig grote kans hadden om geselecteerd te worden. Dit resultaat is overtuigend, omdat het in twee afzonderlijke steekproeven werd gerepliceerd: tijdens gewone selecties en tijdens gebied-selecties. Deze replicatie verzacht het niet-definitieve resultaat in de data-analyse voor de gewone selectie: een net wel of net niet statistisch duidelijke (data van gewone selectie) en een statistisch zeer duidelijke (data van gebied-selectie) schatting die in de- zelfde richting wijzen, zouden over het algemeen eerder moeten worden geïnterpreteerd als convergerende dan als conflicterende aanwijzingen. Het verschil in statistische duidelijkheid tus- sen de twee datasets zou tot op zekere hoogte kunnen worden veroorzaakt door het relatief kleine aantal mensen dat werd geobserveerd in de controles met gewone selectie, vergeleken met gebied-selectie (minder observaties betekent een lagere statistische power om werkelijke effecten vast te stellen). Er moet echter worden opgemerkt dat de data het risico niet uitsluiten dat etnische pro- filering zou kunnen plaatsvinden op het niveau van de te controleren buurten, wanneer de politie bepaalt waar de wapencontroles zullen worden uitgevoerd. Hiervan kan sprake zijn als de politie zich richt op buurten met relatief veel niet-witte mensen op straat. Dit zou op zijn beurt de telling van niet-witte personen die worden geselecteerd kunstmatig verhogen, zelfs als niet-witte en witte mensen dezelfde waarschijnlijkheid hebben om geselecteerd te worden. We willen ook be- nadrukken dat het, hoewel de analyse van de data bepaalde trends liet zien, niet zeker is dat deze patronen gegeneraliseerd kunnen worden naar andere contexten. Wij konden in totaal slechts zes wapencontroles observeren voordat de controles werden stopgezet. Daarom zijn alle drie de selectiemethoden gebaseerd op observaties gedurende slechts een paar dagen. Het is dus niet duidelijk of de bevindingen iets zeggen over de specifieke dagen dat we hebben geobserveerd, of over de algemene praktijken van de politie. Ten slotte willen we benadrukken dat het feit dat er geen aanwijzingen werden gevonden voor profilering op basis van etnische afkomst of gender, kan zijn veroorzaakt door te weinig en te vertroebelde data om een dergelijke mogelijke bias vast te stellen. 14 LITERATUUR American Sociological Association. (1999). American Sociological Association code of ethics. https://www.asanet.org/sites/default/files/savvy/images/asa/docs/pdf/CodeofEth- ics.pdf Bradford, B., & Loader, |. (2016). Police, Crime and Order: The Case of Stop and Search. In B. Bradford, B. Jauregui, |. Loader, & J. Steinberg (Eds), The SAGE Handbook of Global Polic- ing (pp. 241-260). Dennison, C. R., & Finkeldey, J. G. (2021). Self-reported experiences and consequences of unfair treatment by police. Criminology, 59(2), 254-290. https://doi.org/10.1111/1745- 9125.12269 Farrell, A., & McDevitt, J. (2010). Identifying and Measuring Racial Profiling by the Police. Sociol- ogy Compass, 4(1), 77-88. Fleiss, J. L. (1981). Statistical methods for rates and proportions. Wiley. Grimes, D. A., & Schulz, K. F. (2005). Compared to what? Finding controls for case-control studies. The Lancet, 365(9468), 1429-1433. Hesseling, N., & Wilde, S. de. (2022). Directie Openbare Orde en Veiligheid. https://openresearch.amsterdam/nl/page/79166/onderzoek-pilot-wapencontroles Holmberg, L. (2003). Policing stereotypes: A qualitative study of police work in Denmark. Galda + Wilch. Jobard, F., & Lévy, R. (2011). Racial profiling: The Parisian police experience. Canadian Journal of Criminology and Criminal Justice, 53(1), 87-93. Liebst, L. S., Baggesen, L., Dausel, K. L., & Lindegaard, M. R. (2022). Human observers have a high accuracy in age estimating strangers in public settings. PsyArXiv. https://doi.org/10.31234/osf.io/zbpkw 15 Pe A Het NSCR is 3 onderdeel van de @) institutenorganisatie van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk hhaÁ®©, onderzoek (Nwo) Bezoekadres: De Boelelaan 1077 1081 HV Amsterdam Postadres: Postbus 71304 1008 BH Amsterdam UPE EVEL) E [email protected] W www.nscr.nl | | S | Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving
Onderzoeksrapport
16
train
> Gemeente Amsterdam Commissieactualiteit voor de Commissie OZA van 21 november 2022 Portefeuille Onderwijs Agendapunt Onderwerp Lange wachtlijsten voor nieuwkomersonderwijs. Aan de commissie GroenLinks gaat graag in gesprek met de commissie en de wethouder over de wachtlijsten voor asielkinderen in het onderwijs. In het Algemeen Dagblad en NOS is op 9 november een artikel ge- publiceerd over de lange wachtlijsten voor asielkinderen, Den Haag uitte een noodkreet en Am- sterdam deelde deze. Graag bespreek ik mogelijkheden om toch een vorm van onderwijs te kun- nen geven aan asielkinderen die op de wachtlijsten staan. Hierbij kunnen we ook kijken naar de tijdelijke wetgeving die het mogelijk maakt voor Oekraïense kinderen onderwijs te volgen, te ver- ruimen naar alle kinderen van nieuwkomers. Reden van spoedeisendheid Elke week dat een kind geen onderwijs is een week te veel. Deze kinderen bevinden zich in kwets- bare posities en hebben daarnaast vaak al een tijd lang geen onderwijs genoten. Daarom is het be- langrijk om in ieder geval dagbesteding te organiseren voor deze kinderen. Het lid van de commissie M. Yemane
Actualiteit
1
train
Be EPEN EE EO A AN Ze en Ben, 3 en k E Ee re 5 a Balve kca ta ki lk. A ZR Pi ä 5 Ser sn KE en al 5 à ke En sn Ea pe ar fr es: $ B 5 f PE p i s g a En E NN RD E À k ON % ie. ae Î Ed ei i ee ER F id Ene 4 í é P Sn b ok NR En ki Zn " Z js Ke È df 8 . À Re 5 EN mies. À 8 Zn an Rn Te ae EEE AREN Rn RR En he Ee An Ve En a an É Ee ” & en ze ke an B Pe STAR ” En n 8 Eon nn Be eN À B zn $ Ee d an k a : } Á É a eN En En ad Ee Zn Je gs Zen oa 5 ef weten an Pe sn 2 B ® : Ee CN A 5 Ed ' Es sn B 5 pn Ja pn je / Vg d ZL Ee s ze We Jl i Gn Ef ; 3 , B ee hk Zn pane 3 $ e r 4 Nad gn LA La ad d Ll ml Lp JA TO O/ PZ À Ae DS / Z / K / # EE. rme gn SP. , Ds LD 7 min rde VEE … Ard B ú od Ù j D= Ar 3 P nr 2 0 2 O0 ‚- , FE _ nd a F kh Ee 8 Nm manet: Re EE TTT! - . | A ER 5 5, mn & Re & De, „ b Be: ER à en En kod EE : en SEN | ed ee R | A 4 EEE Re FE | je d Ce E PA | | _. d ’ ‘ MA = | Ss BEO JM " ir == | = B ee ei | 5 am re == = Op ©: r li Kd ee TN bp B en ë =D | EEP | = \ ä een dg jj } 3 As een pede | Men e el ' ALLEEN VOOR VOEDSEL 4 Ih | q RN 5 à p f EN ze en a Î À ï er | D ad En) hd per 8 8 ne U NS her Î b IE, : { 8 Br 3 ; A Dn | : | REP SN Ke REE, p Ë | À $ ; NE l je B Ë ie Kd nt GN DN E me â á ze # Ì 3 - 1 é ” (asses ; EE ’ 6 8 à Kee AE vp AEG FE] EN OO” rank | | pe, s , ke Ee a | te Th en a „% Set Er ARE Fe NE * £n ar Seker Uk At \ pe ' ee de ied } Er 5 rh | End Pe : “4 4 ï ed rt Gan , zn \ ak Ake : «ten Ka , E be E eknnke de Jer ST Le ra weren pe [ Dn pn b E n à 4 Ed N À " R k ma Bat Rn | p 4 kn a ns e Ge & vs eer ie: , nn Ee Pars Inhoud Inleiding Schuldhulpverlening in Amsterdam 5 Grafiek resultaten 2020 6 Trends 7 Hoofdstuk 1 Schulden voorkomen en klein houden 9 Hoofdstuk 2 Schulden oplossen 15 Hoofdstuk 3 Blik vooruit 19 Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 3 dn Î ei \ | 4 EE wr PV Z | 4 VA en NT | — EN en | “ij ER / € 4 % Í | BED tr Tx Ii 1 om Î ET DER AE | dl ZEN if BAE | | In ERNI A4 \ 7 il \ EA AN 8 | ie oe ME onse | \ ü ke Es 4 7 Z NIE No D Ee 0 A VAE Ee Lm \ | Een LZ Tet zy Me HA 1 __E fi E Be H He BS ’ | | ei Î Ee —R EA RE et SA E me VE Ti Ier Hi ‚N | Sg En Ll hem CE JZ Ef Rr FJ, haulin } ESE PAN jd Pp l ven gep ke ON NIE Wrs | Ein zie PE „ | IR Ae) Ek ie | el je a Etn l Lr Ts ms a Wi I | Boa á A | k | IE ennen nnn zi u V& EE mp INNS Wie RNN E WAS + eld Did ) | e. \ Ik Fe is el. df EEn Eneenen M N EE L AE Wi EE S 8 en en en Ke en mn 8 > Dj en en en Á ei 7 : et En / € | \ “ he agr } 4 _ e > mt Ei ng Kaas Áa De df - ; IN - | ml Inleiding Schuldhulpverlening in Amsterdam Het jaar 2020 was ingrijpender dan we hadden kunnen Concrete activiteiten die we als onderdeel van het voorzien. Veel Amsterdammers werden hard geraakt programma Schuldenrust ontwikkelden waren een door de coronacrisis. Naast de impact van het virus op de intensivering van de Amsterdamse aanpak Vroegsignalering, gezondheid waren ook de economische gevolgen van de het invoeren van een zogeheten pauzeknop om oplopende crisis groot. Met name huishoudens die al kwetsbaar waren (incasso)kosten te voorkomen en een uitbreiding van zijn extra onder druk komen te staan. Hoewel we in 2020 schuldhulpverlening voor ondernemers. Deze inzet leverde nog geen grote toename van schuldenproblematiek zagen, meteen resultaten op: het aantal Amsterdammers dat we is extra ondersteuning waarschijnlijk snel nodig als de bereikten na een melding over een betalingsachterstand landelijke steunpakketten wegvallen. Daar bereiden we steeg, we slaagden om de doorlooptijd richting ons sinds de start van de crisis zo goed mogelijk op voor. saneringstrajecten verder te verkorten en we startten een nieuwe samenwerking met een gespecialiseerd Belangrijke activiteiten in onze gemeente waren schuldhulpverleningsbureau voor ondernemers. in 2020 gericht op de preventie van (oplopende) schuldenproblematiek. We zetten daarvoor extra in op het In de Amsterdamse schuldhulpverlening stond net zo vroeg mogelijk in beeld krijgen en in contact komen met als voorgaande jaren centraal dat iedereen met Amsterdammers met geldproblemen. In oktober lanceerden geldproblemen ondersteuning kan krijgen bij het vinden we het programma Schuldenrust. Schuldenrust is een van een oplossing. In 2020 gingen we hiervoor, mede gezamenlijke aanpak van de gemeente met schuldeisers en door de coronacrisis, nog proactiever te werk. Het sneller andere partners, zoals de maatschappelijk dienstverleners in beeld krijgen van Amsterdammers met geldproblemen (MaDi's). Er staan drie pijlers centraal: het zoveel mogelijk en ze tegelijkertijd meer perspectief te bieden op een voorkomen van schulden, het klein houden van kleine schuldenvrije toekomst blijven grote uitdagingen. problemen en het zo snel mogelijk oplossen van bestaande Maar de opbrengst van verschillende interventies is schulden. In dit jaarverslag zijn deze pijlers terug te zien. onmiskenbaar. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 5 nl Sleutelindicatoren schuldhulpverlening Amsterdam Schulden gesaneerd via Kredietbank Amsterdam O Aantal beslagleggingen op Pwet-uitkeringen (peildatum 31-12) Gemiddeld schuldbedrag gesaneerd via Kredietbank Aantal minnelijke schuldregelingen Kredietbank gg ) geling OQ Aantal meldingen Vroegsignalering Amsterdam Aantal Amsterdammers in boeteregime CAK Aantal woningontruimingen woningcorporaties (t/m g g g georp (peildatum 31-12) 2017 cijfers incl. andere oorzaken naast financiële per O Amsterdammers bereikt via Vroegsignalering 2018 énkel woonruimtes om financiële redenen) €60.000.000 30.000 626.755 | EKZ 25.000 r ( €50.000.000 () €45.482.781 Ey 0 20.000 CO €40.000.000 J KE 15.000 —_ Mai 5 Ó €30.000.000 LJ Q ” 0 O 8 13.711 KEA O J O LJ 10.000 €20.000.000 €16.812.248 J ZH J O LJ OJ 0 5.000 B224 €10.000.000 LJ ) o 0 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 ml Trends Op basis van een meerjarige analyse van cijfers en signalen uit de uitvoering zien we dat veel belangrijke trends binnen de Amsterdamse schuldhulpverlening in 2020 in lijn waren met voorgaande jaren. Met een paar trends is gebroken, waarbij de coronacrisis vaak de directe aanleiding was. Daarnaast waren er buiten ons werkveld ontwikkelingen, in Amsterdam en landelijk, die van invloed waren op onze werkwijze en resultaten. Trends Amsterdamse schuldhulpverlening hebben minder rechten en zekerheden en hebben meer 1. Het aantal mensen met Participatiewet-uitkering moeite met hun financiële huishouding. Door de gevolgen en schulden blijft op jaarbasis dalen. Dat geldt ook van de coronacrisis lopen ze extra risico's. voor het aantal beslagleggingen. In de laatste 7. Studerende jongeren krijgen geen basisbeurs meer en maanden van 2020 is op beide onderdelen wel worden gedwongen tot lenen. Ook hebben ze vaak te een stijging waarneembaar. maken met hoge huurprijzen. 2. Steeds meer Amsterdammers met betalingsproblemen 8. Net als vorig jaar zien we een maatschappelijke zijn eerder in beeld door de aanpak Vroegsignalering. verschuiving in de opstelling van partijen in de 3. Het bereik van onze preventieve hulpverlening blijft schuldhulpketen. Het draagvlak om bij te dragen toenemen en het aantal mensen dat een curatief aan de oplossing van schulden neemt zeker ook sinds de schuldhulpverleningstraject (Wgs) start nam, in coronacrisis toe. tegenstelling tot voorgaande jaren, toe. 4. Het aantal woningontruimingen om financiële redenen Impact coronacrisis blijft dalen en was in 2020 historisch laag, deels vanwege 1. De ongelijkheid in de stad is gegroeid: een coulanter beleid door de coronacrisis. Amsterdammers in een kwetsbare positie, zoals 5. Het aantal aanvragen voor een minnelijke flexwerkers, jongeren en huishoudens met een wankele schuldregeling neemt af. Het aantal succesvol afgesloten bestaanszekerheid, zijn het meest door de crisis schuldhulpverleningsdossiers daalt getroffen. doordat de complexere gevallen overblijven. 2. Het aantal huishoudens dat gebruik maakt van 6. Dankzij onze inzet wordt de doorlooptijd om tot een de Voedselbank stijgt: begin maart 2020 ging het om succesvol schuldhulpverleningstraject te komen steeds 1.329 huishoudens (3.179 personen) en eind 2020 korter. om 1.981 huishoudens (4.732 personen). Dat is 7. Eris een lichte afname van het totale bedrag aan een stijging van 49%. gesaneerde schuld. 3. Het aantal economisch daklozen stijgt: sinds het uitbreken 8. Schuldenproblematiek neemt toe aan de randen van de coronacrisis kwamen er 800 van de stad, vooral in Nieuw-West. economisch daklozen bij in Amsterdam, waarmee het totale aantal tussen de 2.200 en 3.000 mensen bedraagt. Amsterdamse en landelijke ontwikkelingen 4. Het aantal Amsterdammers in de bijstand stijgt: bij 1. Eris krapte op de woningmarkt, met als gevolg aanvang van de coronacrisis (medio maart) waren er een hoge huren. kleine 39.000 Amsterdammers met een bijstandsuitkering, 2. Meer dan de helft van het inkomen van minima gaat wat opliep naar 40.452 Amsterdammers eind december. gemiddeld op aan vaste lasten. 5. Veel ondernemers worden direct getroffen door 3. Het toeslagensysteem van de Belastingdienst is nog de coronacrisis: de eerste Tijdelijke overbruggings- onveranderd. Toeslagen landen niet altijd op de regeling zelfstandig ondernemers (Tozo 1) is aan plekken waarvoor ze bestemd zijn en bij onverwachte 41.380 Amsterdammers toegekend en 22.340 terugvordering kunnen de gevolgen groot zijn en Amsterdammers kregen Tozo 2. zijn mensen de dupe van een falend systeem. 6. Het aantal jongeren (18 t/m 26 jaar) dat werkt in 4. 1opde 5 Nederlanders van 16 jaar en ouder is loondienst daalt: tussen februari en juni 2020 nam dit laaggeletterd: zij hebben moeite met lezen, schrijven en/ aantal met 5.790 af (van 76.260 naar 70.470) en daardoor of rekenen. Vaak hebben zij ook moeite met steeg het aantal jongeren in de WW en de bijstand. Het digitale vaardigheden. aantal jongeren in de WW nam sinds 5. Aanvraagsystemen van regelingen om inkomen aan maart met 3.230 toe (eind 2020 in totaal 4.280). te vullen zijn vaak ingewikkeld voor Amsterdammers In dezelfde periode groeide het aantal jongeren die laaggeletterd, anderstalig, LVB'er of minder in de bijstand met 670 (eind 2020 in totaal 3.170). digitaal vaardig zijn. 7. Het aantal bezoekers bij de financiële inloopspreekuren is 6. (Gedwongen) zzp'ers en Amsterdammers met flexbanen in tegenstelling tot voorgaande jaren gedaald. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 7 Cijfers Bezoekers financiële BEPA Budgetlessen: op 28 inloopspreekuren: Grip op je Geld: VO-scholen aan bijna 51.000 2.120 3.000 scholieren Budgetcoaches: Beslagleggingen Woningontruimingen om op 23 onderwijslocaties P-wet uitkeringen: financiële redenen: voor 1.938 hulpvragen - begin 2020: 4.582 - 2018: 151 - eind 2020: 4.224 - 2019: 78 00e) Vroegsignalering: Aantal Aantal Amsterdammers 24.924 meldingen samenwerkingspartners in boeteregime CAK: 15.000 bereikt vroegsignalering: 27 - 2018: 16.522 - 2019: 14.104 VOZ KENAN Ln Hoofdstuk 1 Schulden voorkomen en klein houden In Amsterdam doen we er alles aan om (oplopende) schulden te voorkomen 1.1 Preventie Campagnes Veel Amsterdammers hadden voor de coronacrisis al Financiële inloopspreekuren geldzorgen. Door de crisis namen die zorgen alleen maar toe. Alle Amsterdammers kunnen op zo’n 60 locaties in de Uit ervaring weten we dat mensen vaak (te) lang wachten met stad binnenlopen met een financiële vraag. Ze kunnen hulp zoeken. Het risico is dat problemen en kosten daardoor terecht bij diverse financiële cafés, financiële salons, oplopen. Om dit te voorkomen blijven we campagne voeren formulierencafés, financiële werkplaatsen, Grip op je om Amsterdammers te informeren en activeren. Geld spreekuren en inloopspreekuren van sociaal raadslieden en maatschappelijke ondersteuning. Het In 2020 voerden we drie onlinecampagnes. In mei was de aantal Amsterdammers dat gebruik maakt van deze boodschap: ‘Geldproblemen, we gaan samen aan de slag’. financiële inlopen is in 2020, hoofdzakelijk door de In november en december adverteerden we met: ‘Geld- coronamaatregelen, gedaald. In 2020 waren er in totaal problemen? We helpen graag en onze hulp is gratis’. ongeveer 51.000 bezoeken, tegenover 68.000 bezoeken De campagnes waren co-creaties, waarin we nauw in 2019. De Grip op je Geld spreekuren, een vorm van samenwerkten met de MaDi's voor een groter bereik. Onder laagdrempelige hulp specifiek voor mensen met een meer deze inzet leidde ertoe dat de MaDi’s in 2020 2.135 verslaving of verstandelijke beperking, telden in 2020 online aanvraagformulieren voor hulp bij geldproblemen in totaal 2.120 bezoeken tegenover 3.660 in 2019. registreerden. In 2019 betrof het 1.294 aanvraagformulieren. Sociaal raadslieden werden juist meer bezocht. Op hun Daarnaast sloten we in september aan op de landelijke ondersteuning werd 20.174 keer een beroep gedaan, campagne ‘Kom jij eruit’ van het Ministerie van SZW. Dat terwijl dit in 2019 18.304 keer gebeurde. deden we via onze kanalen op Facebook en Instagram. % Gemeente Amsterdam Rn ® Gemeente Amsterdam Dn x Geschreven door Maikel Ligthart Gisteren om 08:49 - © Gesponsord . @ Of je nog maar één rekening hebt die je niet kunt betalen of dat je helemaal Baan kwijt en geen inkomen meer? Als je hierdoor niet meer je vaste geen post meer durft open te maken. Fatima en haar collega's staan klaar lasten kunt betalen, neem dan contact met ons op. Wacht niet te lang! om je te helpen! 5 Kom direct in actie want geldproblemen worden erger als je niets doet d € a, | Ei 4 re Pe Eed ed ee 4 4 : | 5 EN N 8 l cd Á De je Ds 5 LA — gen ' EE B AAT KEN EN EE geldproblemen? eh AMSTERDAM.NL n ; Wij helpen graag en onze hulp is gratis Ke SEON AMSTERDAM.NL Wij helpen graag en onze hulp is gratis! REE O2 1 keer gedeeld In totaal zijn er gedurende 2020 bijna 37.500 unieke bezoekers geweest op amsterdam.nl/geldproblemen. Dat was ruim drie keer zoveel als in 2019 (toen: 11.354 unieke bezoekers). De meeste bezoekers kwamen tijdens de campagneperiodes op onze webpagina. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 9 Ln Visits Page views Unique visitors Returning visitors Bounce rate hh.716 90.363 37.464 6,077 54,25% No trend data @ No trend data @ No trend data @ No trend data @ No trend data @ 10.000 8000 6000 4000 2000 0 z À januari 2020 maart 2020 mei 2020 juli 2020 september 2020 november 2020 De piekmomenten op onze webpagina vallen samen met de online campagnes. Financiële educatie en 18-/18+ huishouding en DUO of andere inkomensvoorzieningen. Voor jongeren is het belangrijk om goed voorbereid te zijn Vooral bij de start van het schooljaar was een grote op het bereiken van de volwassen leeftijd en de financiële toename in het aantal hulpvragen zichtbaar, met name verantwoordelijkheden die daarmee gepaard gaan. over het aanvragen van leermiddelen. Tot september Financiële educatie is daarom een aandachtspunt. In het 2020 werden specifiek voor dit onderdeel 853 aanvragen voortgezet onderwijs organiseerden we in schooljaar 2019- ingediend, terwijl dat in 2019 592 keer gebeurde. 2020 twee programma's: ‘Hoe word je rijk’ en ‘Cash, money, budget’. Deze programma's zijn verzorgd voor leerlingen Pauzeknop van 15 tot 18 jaar. Er zijn 637 lessen 'Hoe word je rijk’ in In 2020 heeft de gemeente haar rol als schuldeiser tegen de klas gegeven en 197 online. Daarmee zijn 2317 VO- het licht gehouden. Het doel was om sociale incasso als leerlingen bereikt op 28 scholen. Van ‘Cash, money, budget’ uitgangspunt te laten zijn voor Amsterdammers die een zijn 102 lessen gegeven, waarmee 587 leerlingen zijn schuld aan de gemeente moeten terugbetalen. Het zo bereikt. Ongeveer 100 lessen moesten door de coronacrisis snel mogelijk invorderen van de schuld staat niet voorop, worden geannuleerd. In totaal zijn er in 2020 bijna 3.000 maar dit doen met oog voor de omstandigheden van leerlingen met de educatieve programma's bereikt. de schuldenaar. Om tot een coulanter incassobeleid te komen is in december 2020 de pilot pauzeknop Daarnaast ondersteunen budgetcoaches mbo-studenten van start gegaan. In eerste instantie doen hier vijftig met diverse financiële vragen via het programma Amsterdammers aan mee. Voor hen drukt de gemeente ‘School en Schuld’. Ook verzorgen mbo-scholen zelf de pauzeknop in door met alle schuldeisers afspraken burgerschapslessen waarin tevens aandacht is voor te maken over een incassostop. Direct nadat een financiële educatie. In het schooljaar 2019-2020 zijn deze Amsterdammer de stap naar schuldhulp heeft gezet, lessen aan ongeveer 14.000 scholieren gegeven. De gaat de pauzeknop aan. De verwachting is dat mensen budgetcoaches van ‘School en Schuld’ sloten aan hierdoor eerder hulp zullen zoeken, want dit loont direct. op 23 onderwijslocaties: 13 vestigingen van het ROCvA, De pilot heeft als doel om de eerste ervaringen op te 8 vestigingen van ROC TOP plus, het Hout- halen en te onderzoeken wat de meerwaarde is van deze en meubileringscollege en het Mediacollege. In 2020 pauzeknop voor klanten, schuldeisers en hulpverleners. kregen de budgetcoaches in totaal 1.938 hulpvragen. De NVWVK houdt de pilot Pauzeknop nauwlettend in de De vragen gingen vooral over het aanschaffen van gaten om de constructie mogelijk als landelijke maatregel leermiddelen, ondersteuning bij de algemene financiële in te voeren. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 10 ml Digitale dienstverlening 1. Schuldhulpverlening voor Digitale dienstverlening is voor sommige Amsterdammers Participatiewetgerechtigden een zeer geschikte en laagdrempelige stap naar hulp. Ongeveer 40.000 Amsterdammers ontvangen een Door de corona-loekdowns is het aanbod aan digitale bijstandsuitkering vanuit de Participatiewet. In 2014 is dienstverlening in 2020 in een stroomversnelling gekomen. geconstateerd dat er bij minimaal een kwart van hen sprake Ons uitgangspunt is nog steeds dat digitale hulp niet in was van schulden. Daarop zijn we gestart met het oproepen plaats van persoonlijke ondersteuning komt, maar een van deze Amsterdammers voor een budgetadviesgesprek aanvulling is op bestaand hulpaanbod voor wie het kan met een klantmanager en een schuldhulpverlener. In 2020 en wil. In 2020 stelden we een gemeentelijke werkgroep spraken we met 3.029 klanten en zorgen we zoveel mogelijk samen, onder de naam FinDig. Hiermee zorgden we voor voor oplossingen voor hun schulden. meer structurering van het aanbod en een goede stedelijke monitoring van resultaten. Ook zorgden we voor nauwe Deze werkwijze leidde de afgelopen jaren tot een gestage afstemming met andere G4-gemeenten en aansluiting afname van het aantal klanten met beslaglegging(en) op bij Moedige Dialoog, een platform dat de opbouw van hun Participatiewet-uitkering. In 2014 hadden ongeveer netwerken stimuleert. 9.000 klanten te maken met een beslaglegging en dit aantal daalde naar een laagterecord in september 2020: 3.277 Belangrijke digitale innovaties waren: klanten. Vanaf oktober 2020 is een toename zichtbaar. m Ping Ping: een preventieve app die jongeren helpt Het aantal klanten met een beslaglegging bedroeg om op een toegankelijke manier (financiële) zaken eind 2020 3.621 klanten. Dit betekent nog steeds een te regelen en de stap naar hulp laagdrempelig te afname ten opzichte van eind 2019, toen 3.750 klanten maken. Via de app krijgen jongeren tips om zich voor met beslaglegging te maken hadden. De recente stijging te bereiden op financiële verantwoordelijkheden die lijkt een direct gevolg van de coronacrisis. Die leidt tot ze krijgen als ze volwassen zijn. Op basis van hun een grotere instroom in de Participatiewet en tussen de persoonlijke situatie kunnen ze een route volgen nieuwe instromers zitten ook Amsterdammers die al een waarmee ze stapsgewijs hun doelen bereiken. beslaglegging op hun inkomen hebben. m Geldfit: een platform waar we op aangesloten zijn via de Nederlandse Schuldhulproute. Geldfit helpt De afgelopen jaren zagen we dat voor een steeds grotere geldzaken goed op orde te krijgen. Na het invullen groep klanten een budgetadviesgesprek, eventueel gevolgd van een korte online vragenlijst krijgen gebruikers door een inkomensreparatie, voldoende bleek om tot snelle adviezen op maat. Dat kan een verwijzing naar een oplossing te komen. Het aantal curatieve schuldhulp- de schuldhulpverlening zijn, maar ook concrete tips verleningstrajecten liep zodoende geleidelijk terug. Met en tools. In 2020 zijn via Geldfit 475 Amsterdammers name de stijging van het aantal klanten met beslag op hun aangemeld voor een schuldhulpverleningstraject. Participatiewet-uitkering zorgt nu echter voor een toename m Krefia: een app en webportaal voor klanten van van het aantal schuldhulpverleningstrajecten. Die toename de Kredietbank en Financieel Budgetbeheer (FIBU). was vooral in het vierde kwartaal van 2020 zichtbaar. Het Met deze app en/of via het portaal kunnen mensen een aantal gestarte curatieve schuldhulpverleningstrajecten lening afsluiten, hun geldzaken inzien en de voortgang was toen 35% hoger dan in het eerste kwartaal van 2020. van hun eventuele schuldregeling volgen. 2. Geregelde Betaling Geregelde betaling is een gemeentelijke aanpak die sinds 1.2 Vroegsignalering 2016 bestaat. In nauwe samenwerking met de Amsterdamse woningcorporaties en de MaDi's is het doel om zoveel Mensen met betalingsproblemen wachten gemiddeld mogelijk woningontruimingen om financiële redenen te vijf jaar voordat zij aankloppen bij schuldhulpverlening. voorkomen. Huurders met een betalingsachterstand van Het gevolg is dat het aantal schuldeisers en de twee maanden en een Participatiewet-uitkering worden gemiddelde schuld dan tot grote proporties stijgt. Op opgeroepen voor een budgetadviesgesprek en de lopende landelijke schaal is de gemiddelde schuld ongeveer huur wordt per direct op de uitkering ingehouden om €39.000,-. Vroegsignalering heeft tot doel om escalatie te voorkomen. Ook treffen we een duurzame Amsterdammers al bij beginnende geldproblemen betalingsregeling met de verhuurder. Tijdens het in beeld te krijgen. Als problemen nog klein zijn kan budgetadviesgesprek wordt gekeken naar de oorzaak van een advies of lichte interventie al voldoende zijn om de betalingsachterstand en wordt de klant een passend problemen te voorkomen. In Amsterdam zorgen we via traject aangeboden. vijf gerichte programma's dat we specifieke groepen met betalingsachterstanden tijdig in beeld te krijgen. Dit levert In 2020 zijn we in het kader van de aanpak gestart resultaat op: het gemiddelde gesaneerde schuldbedrag met het voeren van verkennende gesprekken met was in 2020 €26.755,-. Onze belangrijkste werkwijzen om particuliere verhuurders in het kader van een mogelijke diverse Amsterdammers met betalingsproblemen tijdig te samenwerking. Met een aantal corporaties kijken we of we signaleren zijn: een gezamenlijke aanpak met betrekking tot langlopende Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 11 Ì 1 k be) | et en ee _ oan k ed Ee Cmmi pn ed É i d Ei md Ä d 4 k | EEN 2 he d Pe N | 5 / 2 : U : } ' | NA ' 1 /À KS K+ ko raars | ZN mm À l ö ‚A : \ é ) a Od y ij 8 , 4 | _— Ae f SN Naf (te ; il jl en - Al Ke el ln k B a WMerr Aus \ Er wl À tg 4 Je _ N Wij KE h es A b | “ ee De) pr é ke, std Í | l u 4 At 7 ; ij lg A | N ve RE En KN : nn ” ‘ f KE b Ie @ En sd en sel | NA an Í | N DE ee f p : = d VSA GS TS) ea TA „ jp ln | B Ni es en IS N À Dj le EN ols Ee ke | MEAN NO ONLIGANN UE | É 8 S ; te EL IGS N | RNA AN 8 MO eN N Ek ARN je e 1 jn OS, ) ANT R NN ee ì Mn mmm — lil 4 Wi ln à\ GA En eN EN \ lij A Dn Ss En RE VE ee : - RE jb Elon. 5 A TE et, AFS \ er | | ES | Ke KST en, Kell An A wl, ten pe 4 Bert Sen 5 eN Ke, 0 PE: N L 5 > AS BN dl En ] à d Aen Ld - Nn On N Vanin 7 UE pr N > Dan IE: . | 7 ’ NE ie TN de LE 4 = pn r GG re í pe il se 5 ES AN” AN | El 5 Ve k- wr, Ó i del Oe er E . ' ij, B 4 | Us ‚En _ ed IN OA eli Et | Te ES Ee Nek ME Oe y , NS, WW. actien.com 6m aan 4 el is ée LN ppm al! ER, \ Ee ee Be ad î M | ed | e mn 5 N 4 he M_ Kors 7 E Si nnn _—Â en KE … Tin | ee In gk npe ne elf > an Em me Rn ge en ee nn ete ei ss pe ne B 5 Á FE vig A en ar Ea eN rn BETE En DAP ei EE EE er a elen Eg vin ENE erin A ete nl EN mr neee BENNE AE OT OE A. „7 Ee zi tn Zie Gn TR A : EE EE ee EN en 4 Ee ESBL SE SCE EE ae ek Ee AE zp 5 LE LE Le EN EE VR en , É RN 5 NTS el Ee Nn GEE 5 ge WEL aa id nd ge wanen 5 vl, 7 drs > E 7 rd B ern red Lan en KE in Ee Gr En Gee ne Oe E Td : en EE Ee îÛ Ni E Re EE RE ml deurwaardersdossiers kunnen ontwikkelen. Daarnaast zijn Cijfers woningontruimingen we in gesprek hoe we in het kader van preventie meer TO maatwerk kunnen ontwikkelen voor huurders met één 2018: 106 maand huurachterstand. 2019: 78 2020: 35 Er vonden in 2020 638 budgetadviesgesprekken plaats. We zien daarnaast dat de corporaties als gevolg van de 5. Aanpak wanbetalers (CAK-bestand) coronacrisis zelf meer zijn gaan investeren in het contact Sinds 2019 benaderen we proactief alle Amsterdammers leggen met huurders en een coulanter beleid voeren ten in de wanbetalersregeling van het CAK (voorheen aanzien van de incasso van achterstallige huur. Door extra Centraal Administratie Kantoor). Mensen die zes maanden terughoudendheid van de corporaties met betrekking tot of langer hun zorgpremie niet betalen komen in deze woningontruimingen was het aantal in 2020 historisch laag regeling terecht. De afgelopen jaren daalt het aantal (zie cijfers onder 'Eropaf’). Amsterdammers in het CAK-bestand. Eind 2019 zaten 14.104 Amsterdammers in het boeteregime en eind 2020 3. Vroeg Eropaf ging het om 13.711 personen. Het aantal meldingen voor Als onderdeel van de intensivering van de aanpak huisbezoeken dat we voor deze doelgroep kregen bleef Vroegsignalering (medio 2020) breidden we de aanpak ongeveer gelijk. In 2019 betrof het 4.998 meldingen Vroeg Eropaf uit. We zorgden dat er meer focus kwam en in 2020 werden 4.924 meldingen voor een op meldingen in relatie tot vaste lasten. We stimuleerden huisbezoek gedaan. dat samenwerkingspartners eerder meldingen deden en spraken met de belangrijkste schuldeisers af dat er Het aantal Amsterdammers met een Participatiewet- meer coulance kwam op het moment dat er sprake is van uitkering dat bij het CAK staat aangemeld als wanbetaler overmachtssituaties. In 2020 zijn er in totaal 20.453 Vroeg is vrij stabiel (ongeveer 4.000). Van deze groep zaten Eropaf meldingen gedaan. Dat is een stijging van 6% ten eind 2020 2.670 klanten in het boeteregime. Eind 2019 opzichte van 2019. Tegelijkertijd steeg het bereik in 2020 bedroeg dit aantal 2.100 Amsterdammers. Daarmee is met ruim 10%. Dat komt deels doordat we extra pogingen het boeteregime-bestand van Amsterdammers met een tot het leggen van contact deden en deels doordat Participatiewet-uitkering in 2020 met 27% gegroeid. schuldeisers voortaan contactgegevens meesturen met hun We spelen proactief in op deze klantenstroom door meldingen. We slaagden erin om met ongeveer 11.500 direct budgetadviesgesprekken met ze te plannen en Amsterdammers over wie een Vroeg Eropaf melding werd eventuele noodzakelijke interventies in het kader van gedaan in contact te komen (ruim 65%). schuldhulpverlening te doen. 4. Eropaf Aanvullende projecten De aanpak Eropaf heeft als doel om het aantal Een aantal initiatieven dat net in 2019 was gestart, zoals de woningontruimingen te verlagen. Deurwaarders zijn werkgroep Bereik Budgetbeheer, zijn door de coronacrisis verplicht om aanzeggingen voor woningontruimingen in 2020 tijdelijk stil komen te liggen. Het is onze intentie om te melden aan de gemeente. Gespecialiseerde alle activiteiten zodra dat mogelijk is snel weer crisismedewerkers komen bij dergelijke meldingen snel te continueren. in actie en proberen contact te krijgen met huurders, zodat woningontruimingen kunnen worden voorkomen. In de meeste gevallen lukt dit doordat er nog een betalingsregeling wordt getroffen. In 2020 hebben we samen met de woningcorporaties een sluitende aanpak doorontwikkeld om huurachterstanden en huisuitzettingen om financiële redenen zoveel mogelijk te voorkomen. Dat levert steeds meer effect op: van 800 uitzettingen in 2009 zijn er in 2020 nog 35 ontruimingen om financiële redenen geweest. Dit lage aantal komt mede door een stop op ontruimingen tijdens de corona- loekdowns. Het uitgangspunt tijdens de lockdowns was om in principe helemaal niet te ontruimen. In totaal zijn er in 2020 888 unieke Eropaf meldingen gedaan. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 13 Cijfers Kredietbank Kredietbank Doorlooptijd aanvraag Minnelijke regelingen: 1.739 (80% van alle aanvragen) minnelijke regeling: Lopende aanvragen: bestand van 759 (begin 2020) - 2018: 161 dagen naar 629 (eind 2020) - 2019: 133 dagen Totale gesaneerde schuld: €45 miljoen - 2020: 124 dagen Wgs-trajecten: - 4.387 afgerond - 61% succesvol Amsterdammers Gestarte SHV-trajecten in SHV-traject: in 2020: 5.577 6.600 - regulier: 4.611 - jongeren: 966 Toelatingen Wsnp: 203 Ondernemers: Gemiddelde Gemiddeld 498 gestarte dossiers gesaneerde schuld: €26./55 aantal schuldeisers: 14 le | Sociaal raadslieden: 20.383 kortdurende dienstverleningen (2019: 18.304) ml In Amsterdam doen we er alles aan om voor alle schulden een oplossing te vinden De verplichting om inwoners met schulden te helpen, is vastgelegd in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs). De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van deze wet. In de Amsterdamse schuldhulpverlening is het uitgangspunt dat er voor elke schuld een oplossing is. De klant staat zoveel mogelijk centraal in het hulpverleningstraject, dat bestaat uit vier fases: intake, stabilisatie, schuldregeling en nazorg. Aan het eind van 2020 hadden ongeveer 6.600 Amsterdammers een lopend schuldhulpverleningstraject in fase 1, 2 of 3. Binnen de reguliere schuldhulpverlening begonnen in 2020 4.611 Amsterdammers aan een intake (fase 1), wat voor 3.222 Amsterdammers tot een plan van aanpak en een toelatingsbesluit Wgs leidde. Dit betekent dat zij startten met een zogeheten curatief schuldhulpverleningstraject. 2.1 Brede en toegankelijke interventies nodig zijn. Dit nemen ze op in een plan schuldhulpverlening van aanpak. Vervolgens wordt een toegangsbesluit Wgs afgegeven. Dit betekent dat de klant geholpen gaat In 2018 startten we een vernieuwende Amsterdamse worden om de problematische schulden op te lossen. aanpak in de schuldhulpverlening genaamd Route 020. Als er problemen zijn op andere gebieden, zoals in de Het voornaamste doel van Route 020 is dat we de situatie leefomgeving of in de (geestelijke) gezondheid, gaat de van de klant centraal stellen en van daaruit samen met schuldhulpverlener op zoek naar de juiste flankerende hulp. de klant bezien wat de beste interventies zijn om de problemen het hoofd te kunnen bieden. In elke fase van het schuldhulptraject is het aan de Amsterdammer om samen Fase 2: Stabilisatie met de hulpverlener te kijken welke stappen hij of zij kan en Na de intake wordt de klant geholpen om zijn inkomsten wil zetten. De aanpak is verankerd: alle schuldhulpverleners en uitgaven in balans te brengen. Schulden en schuldeisers ontvangen tegenwoordig training in motiverende worden in kaart gebracht en de klant wordt gestimuleerd gespreksvoering, er is een gemeenschappelijk handboek om gezond financieel gedrag te ontwikkelen via speciale en plan van aanpak beschikbaar, en de MaDi's wisselen modules uit de aanpak Route 020. Zodra er een beeld is onderling ervaringen uit. In 2020 startte de HvA met een van de totale schuld en bijbehorende schuldeisers wordt onderzoek om na te gaan hoe de inbedding en effectiviteit een passende schuldregeling voorgesteld zoals een van Route 020 in de praktijk uitpakt. aanvraag bij de Kredietbank Amsterdam voor sanering. Een effectieve aanpak van schuldenproblematiek is een integrale aanpak. Schulden komen zelden alleen en gaan Fase 3: Schuldregeling vaak samen met bijvoorbeeld laaggeletterdheid, een Een structurele oplossing voor schulden betekent een slechtere gezondheid en langdurige werkloosheid. Om de regeling treffen met alle schuldeisers, meestal door samenwerking te versterken, kunnen professionals in het schuldsanering. Dat kan minnelijk via de Kredietbank sociaal domein basiskennis opdoen over de Amsterdamse Amsterdam, maar ook wettelijk via de Wsnp (Wet sanering aanpak schuldhulpverlening via de training ‘Wegwijs in de natuurlijke personen). Er zijn verschillen tussen een minnelijke Schuldhulp’. Ook leren zij hier signalen van problematische of een wettelijke sanering, maar in beide gevallen is iemand schulden eerder te herkennen. In 2020 volgden 238 na drie jaar schuldenvrij en heeft de klant de schulden naar professionals de training. vermogen afgelost. In 2020 hebben we net als voorgaande jaren geïnvesteerd in het verkorten van de doorlooptijd tussen aanvraag en toekenning van schuldsanering. Fase 1: Intake In de eerste fase van een schuldhulpverleningstraject Onze inzet op collectief schuldregelen is hierbij van groot voert een klant een gesprek met een schuldhulpverlener. belang. Collectief schuldregelen betekent dat we met Samen bespreken ze welke problematiek speelt en welke zoveel mogelijk schuldeisers afspreken dat zij bij voorbaat Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 15 ml akkoord gaan met een minnelijke schuldregeling van 2020 het convenant ‘Kwaliteit Beschermingsbewind’ met de Kredietbank Amsterdam. De afgelopen jaren is het bewindvoerders en de maatschappelijke dienstverleners. aantal schuldeisers dat zich hierbij heeft aangesloten Hiermee zorgen we voor een integrale samenwerking flink gegroeid: in 2018 hadden we met 20 schuldeisers tussen de gemeente, bewindvoerders en de MaDi's, afspraken, inmiddels zijn dat er meer dan 40. In 2020 waarmee de kwaliteit van de dienstverlening verbetert. In hebben we o.a. met de Rijksbelastingdienst en DUO ook het convenant staan onder andere resultaatafspraken met deze afspraak kunnen maken. De doorlooptijd om tot een bewindvoerders over de termijn waarbinnen ze klanten bij de succesvol schuldhulpverleningstraject te komen is daardoor Kredietbank aanmelden en welke ondersteuning de MaDi's in 2020 verkort tot gemiddeld 439 dagen. op verschillende leefgebieden verzorgen. In 2020 zijn 4 bewindvoerders definitief aangesloten en 30 bewindvoerders Gemiddelde doorlooptijd voor de totstandkoming zitten in een proefperiode. van een succesvol SHV-traject 2017: 617 dagen Ter aanvulling op het convenant lanceerden we in juni 2018: 528 dagen het Signalerings- en Adviespunt Beschermingsbewind 2019: 500 dagen Amsterdam. Hiermee zorgen we voor meer toezicht op de 2020: 439 dagen kwaliteit van het beschermingsbewind. Via het Signalerings- en Adviespunt verzamelen we signalen en zorgen zodat die bij de juiste partijen belanden, zoals de rechtbank, Fase 4: Nazorg bewindvoerders of (schuld)hulpverleners. Zodra de situatie van de klant is gestabiliseerd en/of een regeling tot stand is gekomen, is er aandacht voor nazorg. Gratis bellen voor klanten van schuldhulpverlening Daarbij wordt ingezet op het voorkomen van terugval en In 2019 startten we bij een MaDi met een pilot om gratis het bestendigen van financiële zelfredzaamheid. Dit gebeurt bellen voor klanten van schuldhulpverlening mogelijk te in afstemming met ander ondersteuningsaanbod. maken. Via een portaal konden deelnemers gratis bellen met schuldeisers en hulpverlenende instanties. Vanwege positieve Cijfers signalen schaalden we de pilot in 2020 op tot een stadsbrede Van alle 4.387 schuldhulpverleningstrajecten die in 2020 zijn voorziening bij alle MaDi's, FIBU, de Jongerenpunten en afgerond hebben 2.676 Amsterdammers de doelen uit het de teams Werk en Veiligheid. Sinds het najaar zien we een plan van aanpak behaald (61%). In 2019 was dit percentage stijging van het aantal aansluitingen en het gebruik van de 69%. De daling in 2020 lijkt te maken te hebben met de belportaal. In juni waren er 92 mensen die hier gebruik van coronamaatregelen. Het bereiken van hulpverlening was maakten, in december ging het om 198 gebruikers. voor veel klanten met name aan het begin van de eerste loekdown lastig. De beperkte mogelijkheden voor fysiek persoonlijk contact belemmerde de dienstverlening en 2.2 Schuldhulpverlening voor specifieke maakte uitvalrisico’s groter. doelgroepen Wsnp-toelatingen Bijzondere doelgroepen De rechtbanken waren door de coronamaatregelen Voor een aantal doelgroepen heeft de gemeente gekozen gedwongen om te sluiten, waardoor gedurende die voor een specialistische aanpak bij schulden. Vaak is het periode geen procedures voor dwangakkoorden en Wsnp- vanwege persoonlijke omstandigheden en specifieke toelatingen werden behandeld. De Kredietbank hield kenmerken relevant om maatwerk aan te bieden. Een deze zaken aan totdat de rechtbanken weer openden. aantal doelgroepen waarvoor deze specialistische Het aanhouden van deze aanvragen leidde vooral in schuldhulpverlening wordt ingezet zijn jongeren, de maanden juni tot en met september tot een hogere bijstandsgerechtigden, statushouders en ondernemers. werkdruk bij de Kredietbank. De werkvoorraden groeiden en er was meer overleg nodig met schuldeisers om te In 2020 zijn er in totaal 3.732 nieuwe schuldhulptrajecten voorkomen dat zij in de tussentijd toch rechtsmaatregelen gestart voor bijzondere doelgroepen, waarvan 966 voor namen. In juli werden de eerste zittingen door de rechtbank jongeren in de intensieve jongeren schuldhulpverlening. weer ingepland en eind september waren de opgelopen Voor Amsterdammers met een Participatiewet-uitkering achterstanden weggewerkt. In 2020 zijn er in totaal 203 leveren we maatwerk door nauwe interne samenwerking Wsnp-toelatingen gedaan. met andere gemeentelijke afdelingen en programma’s, zoals de Werkbrigade. Aanpak beschermingsbewind Het aantal Amsterdammers in beschermingsbewind Voor bijzondere doelgroepen die geholpen zijn met budget- neemt de laatste jaren toe: van 12.399 in 2018, naar beheer, in het bijzonder (ex-) gedetineerden of mensen met 13.440 in 2019, tot 14.842 Amsterdammers in 2020. In een verslaving, verzorgt FIBU de dienstverlening. In 2020 het domein van schuldenbewind zetten we in 2020 in is een start gemaakt met een doorontwikkeling van deze op een kwaliteitsimpuls. Daarvoor sloten we in februari hulpverlening door zowel intensieve begeleiding met veel Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 16 ml klantcontact als dienstverlening met meer ruimte voor projectgroep adviseert gemeenten over hoe zij zich eigen verantwoordelijkheid aan te bieden. Sinds 2018 was kunnen voorbereiden op de wijziging in de Wgs, waarmee het project Budgetbeheer Statushouders onderdeel van de het uitwisselen van persoonsgegevens bij vaste lasten hulpverlening van FIBU. In 2020 hebben we ertoe besloten organisaties wordt geregeld. Een mijlpaal in 2020 was om dit project te beëindigen, omdat het aantal deelnames de lancering van de website Vroegsignaleringshv.nl. beperkt bleef tot ongeveer dertig per jaar en de gerichte Alle informatie, handreikingen en best practices die aanpak ten opzichte van het reguliere aanbod van FIBU de projectgroep de afgelopen jaren verzamelde zijn onvoldoende meerwaarde had. Statushouders kunnen vanaf hierop gebundeld. Zodoende is een digitaal handboek 2021 worden aangemeld voor het reguliere aanbod. beschikbaar voor gemeenten om adeguaat met vroegsignalering aan de slag te gaan. Ondernemers Schuldhulpverlening voor ondernemers vraagt om Schulden op de Werkvloer specifieke kennis en expertise. Op basis van een klantreis In 2016 is binnen de gemeente op kleine schaal gestart met voerden we in 2020 een aantal veranderingen door in onze de aanpak Schulden op de Werkvloer. Hiermee helpen we werkprocessen en dienstverlening voor deze groep. Een onze eigen medewerkers met financiële problemen. In juni betere verbinding tussen de MaDi's, twee gespecialiseerde 2020 rolden we de aanpak over de hele gemeente uit. Het schuldhulpverleningsbureaus en de afdeling Ondersteuning aantal aanmeldingen voor hulp steeg van 13 medewerkers Ondernemers stonden daarbij centraal. in 2019 naar 40 medewerkers in 2020. In het najaar zijn we als onderdeel van de aanpak tevens gestart met een Waar we in 2021 een forse toename van hulpvragen van maandelijkse workshop over schuldenproblematiek voor ondernemers verwachten, was hier in 2020 ondanks de leidinggevenden. Deze workshops geven inzicht in het coronacrisis nog geen sprake van. In 2020 zijn in totaal hulpaanbod en behandelen de rol die een leidinggevende 498 schuldhulpdossiers voor ondernemers gestart. De gedurende een schuldhulpverleningstraject kan spelen. ervaring leert dat er vaak enige tijd zit tussen het ontstaan Daarnaast wordt stilgestaan bij het bespreekbaar maken van financiële problemen en het zoeken van hulp. Daarbij van het onderwerp. zorgden de maatregelen vanuit het Rijk, zoals de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers (Tozo), Weesp en het coulancebeleid van veel schuldeisers ervoor dat In 2020 hebben we in Weesp, vooruitlopend op de de financiële klappen voorlopig werden verzacht dan wel fusie, gezamenlijk een plan van aanpak opgesteld om uitgesteld. Toch anticipeerden we in 2020 al op een toename de harmonisatie van de schuldhulpverlening naar het aan hulpvragen van ondernemers door de capaciteit bij de Amsterdamse model te organiseren. Hierbij houden we afdeling Ondersteuning Ondernemers uit te breiden, meer oog voor het uitgebreide lokale netwerk dat er in Weesp al specialistische kennis bij MaDi's te beleggen en een extra in is. Daarnaast begonnen we met een nieuw laagdrempelig ondernemers gespecialiseerd schuldhulpverleningsbureau bij inloopspreekuur voor financiële vragen: de Weesper Mop. onze aanpak te betrekken. Het bezoekersaantal liep meteen na de lancering op, maar de coronacrisis zorgde ervoor dat het spreekuur tijdelijk Gezonde financiële start jongeren moest worden geannuleerd. De individuele betrokken In 2020 hebben we de nieuwe aanpak Jongeren Schulden- organisaties zijn gedurende de hele crisis wel bereikbaar vrije Start ontwikkeld en direct geïmplementeerd. Binnen gebleven voor vragen omtrent financiën. deze aanpak werken de Jongerenpunten, schuldhulp- verleners van de MaDi's en de Kredietbank Amsterdam Doorbraakfonds samen aan het oplossen van schulden en het creëren van Een schuldhulpverleningsproces verloopt niet altijd perspectief voor jongeren. Bij jongeren die aan het pro- gestroomlijnd. Op het moment dat (schuld)hulpverleners gramma meedoen neemt de gemeente een deel van vastlopen kunnen zij sinds 2015 een aanvraag doen de schulden over, waartegenover staat dat de jongeren bij het Doorbraakfonds. Met advies en/of financiële meewerken aan een begeleidingsplan met daarin afspraken ondersteuning creëert het fonds een snelle(re) doorbraak. over werk, opleiding en het aflossen van de schuld. Vanaf de In 2020 hebben we stappen gezet om het Doorbraakfonds start tot en met eind december zijn 611 jongeren gesproken, te laten aansluiten bij het Doorbraakteam, dat bredere waarvan er 166 instroomden in de aanpak. Er zijn tot dus- casuïstiek uit het sociaal domein behandelt. Op deze ver in totaal 14 dossiers aangemeld voor sanering bij de manier wordt het eenvoudiger om schulden in samenhang Kredietbank en bij 4 jongeren zijn de schulden gesaneerd. met problemen op andere leefgebieden aan te pakken. Het Doorbraakfonds blijft de snelste doorbraakroute bij enkelvoudige schuldproblemen, maar bij meervoudige 2.3 Samenwerking en verbinding problematiek, waar schulden een onderdeel van zijn, is het Doorbraakteam een uitkomst. Landelijke projectgroep Vroegsignalering Vanuit Amsterdam nemen we deel aan de projectgroep Vroegsignalering Schulden landt in Nederland’. Deze Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 17 Cijfers Coronaprognose SchuldenlabNL: Aantal huishoudens met schulden in 2021 tussen de 1,5 en 2,6 miljoen, waarvan 41% met problematische schulden. Toeslagenaffaire: Meer dan 2,000 Amsterdamse gedupeerden Buurtteams Amsterdam: 33 buurtteams in 7 stadsdelen actief per 1 april 2021 Ln Hoofdstuk 3 Blik vooruit In Amsterdam anticiperen we zoveel mogelijk op een onzekere toekomst Impact corona Wet gemeentelijke schuldhulpverlening Naar alle waarschijnlijkheid zullen de gevolgen van de Per 1 januari 2021 is de Wet gemeentelijke coronacrisis ook in 2021 ingrijpend zijn. Alle scenario’s schuldhulpverlening gewijzigd. De wet biedt vanaf dat voor de economische impact van de crisis gaan uit van moment meer ruimte voor samenwerking met diverse krimp van de economie en daarmee een stijging van de partners op het gebied van vroegsignalering. In 2021 blijven werkloosheid en de bijstand. Op het gebied van schulden we als gemeente stevig inzetten op het voorkomen en wordt een groei voorzien van het aantal huishoudens dat klein houden van geldproblemen. Naar verwachting blijft hiermee te maken heeft, ook al is de onzekerheid op dit deze extra inzet de komende jaren hard nodig. In de zomer moment groot. De gemeente houdt de ontwikkelingen van 2020 intensiveerden we de aanpak Vroegsignalering in samenwerking met partners nauwkeurig in de gaten. vanwege de coronacrisis en die intensivering zetten we Onze uitgangspunten blijven dat we de perspectieven van in 2021 door. We blijven eerder op meldingen afgaan en kwetsbare Amsterdammers zoveel mogelijk vergroten en langer proberen om in contact te komen met schuldenaren. zoveel mogelijk voorkomen dat problemen oplopen en In 2021 leggen we extra nadruk op het betrekken van meer escaleren. schuldeisers bij de aanpak. We focussen daarbij op banken en particuliere verhuurders. Toeslagenaffaire In 2021 zal de hersteloperatie van de toeslagenaffaire een Schuldenrustlening kernactiviteit zijn. De VNG en Rijksbelastingdienst hebben Eind 2020 kondigden we de introductie van de zogeheten afgesproken dat gemeenten aanvullende ondersteuning schuldenrustlening aan. Dit is een renteloze sociale lening bieden bij de brede hulpvraag van gedupeerde die door de Kredietbank Amsterdam wordt verstrekt ouders. Gemeenten ondersteunen op de leefdomeinen voor beginnende schulden (kleiner dan €5.000,-). Het schuldhulpverlening, wonen, zorg, gezin en werk. Eind voordeel van deze lening voor Amsterdammers is dat ze 2020 waren bij de Rijksbelastingdienst ruim 2.000 niet eerst een volledig schuldhulpverleningstraject hoeven Amsterdamse gedupeerde ouders bekend. We verwachten te doorlopen voordat ze een concrete oplossing wordt dat dit aantal in 2021 nog oploopt. In samenwerking geboden. Hierdoor is een traject minder belastend en met de MaDi's benaderen we de gehele groep met het tijdrovend en ontstaat een prikkel om snel hulp te zoeken ondersteuningsaanbod. bij beginnende schulden. De leningen worden vanaf begin 2021 voor het eerst verstrekt in de vorm van een Buurtteams Amsterdam kleinschalige pilot. Met de komst van de Buurtteams Amsterdam organiseert het college samenhangende zorg en ondersteuning in Jongeren de buurt; eenvoudig en herkenbaar. Op maat, passend Vanaf januari 2021 informeren we jongeren actief over de bij de situatie van de Amsterdammer en in samenhang overgang naar 18 jaar. Vanaf die leeftijd krijgen ze nieuwe met de bestaanszekerheden wonen, inkomen, schulden verantwoordelijkheden die grote (financiële) veranderingen en veiligheid. De dienstverlening van de integrale met zich meebrengen. We sturen jongeren als ze 18 schuldhulpverlening en sociaal raadslieden maakt per 1 april worden voortaan een verjaardagskaart met relevante 2021 onderdeel uit van de Buurtteams. In 2020 zijn hierop informatie. De kaart wijst hen op meer informatie en voorbereidingen getroffen. In elk stadsdeel is inmiddels een ondersteuning bij het regelen van zaken naar de webpagina buurtteamcoalitie geselecteerd. Na een transitieperiode amsterdam.nl/ikword18 en de app Ping Ping. gaan vanaf 1 april 2021 verspreid over de stad 33 teams definitief van start. Alle inspanningen zijn erop gericht om Sociaal Werkgeverschap de dienstverlening van de integrale schuldhulpverlening en In 2020 hebben we verkend in hoeverre verdere sociaal raadslieden optimaal te continueren. Het brede scala samenwerking met werkgevers in relatie tot schulden- aan dienstverlening van de buurtteams biedt kansen om problematiek relevant is. We weten inmiddels dat ook veel goed en snel te handelen bij meervoudige hulpvragen, werkende Amsterdammers in armoede leven, schulden waar schulden vaak een onderdeel van zijn. hebben en/of laaggeletterd zijn. Uit onderzoek van het 1SchuldenlabNL/Deloitte: ‘COVID-19 en schuldenproblematiek in Nederland’, 2020. ?SEO: ‘De economische impact van het coronavirus in de MRA en Groot Amsterdam’, 2020. 3 OIS: ‘Ontwikkeling bijstand in tijden van corona’, 2020. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 19 _ ' … E En n he Ri Bede ie B Ka t Ed „es Be , ed N en ak | din ee bs WA | Li kh {NS AN 5 ä P " akin EK ö X{ AIT TN | B f Pz \ EN 5 \ B ge Zl GR Wees AA BEE 5 : a EE zaan dz p | LD) kr % ú 4 PN Ea |. nne it EN CE hen es | Jil MOES Noe Pr B Nt Mr afsl 2 p AN | | À Wht EE tende NAI 1 : hd ORN dnf ee IJ GP ars me eN Bn len de dd Bi e ie “E ad Ea, | it 1e " zd ‚k Da à a ie inn ee > ke ie S We ha e la eN ern En Sn a hi zeik Ee ee ee A Á neh) ri a DSE ei af nk , A EE omt ER) Peres ERG y 5 Ki IE) AN A vh Nee NT en bn BAN Pe IN neden (ree. WL A Í Mar WL is Er Dn A RADE DAM Deane È dd ar k % Ve et jo | 1e re di 4 Ak ae ) Sh A EWE ES PE Drs ae Ka CANE Dr | tE lo dd Bd Td \ B Nen rt 4 € a ed, PW 4 , dea \ VE é, e ais Ae ar ke - TA È í , ì ee Ig l | 1, | ke 9 NK oN NN » ie 3 ha: DS NES A / ine k J js Vn ls dvn ae lS e\ dia Kh B nd Ge „A PGN ES rd A w d eeb” 6 koe | ke Uk ) pr ei Á Aa Ne 6, Fn tl aë | : } en p 8 w, Î RES, Lr, Ke : EN O4 Ä Ak EN sl TN ie B IS es Ne] neen | DE CVE AN on (RN mnd ! ne ern AN De 5 ran En en a zt 5 _N 1 4 er kW eN Eine 5 es WO | OPA ae / Pen! Er 4E F den (GR pp A Ne Eek hee A) Ji Ee = Pe Li EN {8 n f 8 DE Ì a ek in en held ve L GEN E iN af ” al SS en | MD A ART Ef BN ILES 4 $ reveil 5 en en A V 4 Ì | , e / Vel fe eeN 1 2 Be 4e [LY PP < pra 4 he ENNE RR VAE INDA AW / Re TAS ENEN pW AND A TTM | \ | Wi Na hj 5 f \ E 1) \ 5 en ML & R 8 4 ) SS h R/ ND he Ait 4 ú # ij nj Pe 4 \ PJ P É Wi | Î ig 5 | 4 | le Pl, ' ve j / $ ‘ 4 Ë vi Ent rd DA Ee MT P NN , P) A 4 7 BA EE are TA Be iN df. Def En / 4 pr : El OM ME J Ear EEN N pe De 8 d zi ® ke i EN < wrr sn LN VEN d Ve NKO : è ij 5 LN Dn % / ) pin Wear GE MEA TM N IP LT NL NE Ne ze ANS a | Di bà N DS \ IS Mit ee Ki K A NT A jaN ND, : ON B J ,/ Ni , ih sr WS, E ND. Kk P Î 63 hZ af \ A K Pa RA iN Pe mss ade. | A N\ 4, 8 0 4 È : n= eN A ee ’ <W 4 \ Hd ETEN Á de Pff Pan \ je en Z Ln Nibud blijkt dat 62% van de werkgevers te maken heeft Schuldenknooppunt met personeel met schulden. Deze werknemers ervaren Medio 2021 sluit de Kredietbank Amsterdam aan op vaker stress, zijn vaker ziek en zijn doorgaans minder het Schuldenknooppunt van de NVVK. Het Schulden- productief. Een derde van de werkgevers geeft aan dat knooppunt is een digitaal portaal voor schuldeisers schulden een reden zijn om een contract niet te verlengen en schuldhulpverleners waarbij op een uniforme wijze en bijna een vijfde ziet het als reden voor ontslag. gegevens met elkaar worden uitgewisseld in het Tegelijkertijd is 80% bereid om werknemers met financiële kader van schuldregelingen. Het gaat hierbij om saldi problemen te ondersteunen. Daarvoor zijn concrete uitvraag, saldi opgave, afkoopvoorstellen en reacties op handvatten nodig. Met de aanpak Sociaal Werkgeverschap afkoopvoorstellen. Deelnemende partijen zijn gehouden willen we dit in 2021 vormgeven. We zijn voornemens aan korte reactietermijnen en maken afspraken die zoveel om communicatiematerialen te ontwikkelen (een flyer mogelijk zijn gericht op het principe van ‘bij voorbaat en informatieve website) en gesprekken te voeren met akkoord’. De Kredietbank Amsterdam zal zich inspannen werkgevers die veel Amsterdammers in dienst hebben met om zoveel mogelijk schuldeisers te bewegen om gebruik financiële problemen. Dat pakken we onder andere op via te maken van het Schuldenknooppunt, waardoor het Amsterdamse Taalakkoord en Moedige Dialoog, dat doorlooptijden in de toekomst nog verder kunnen een netwerk van maatschappelijk betrokken werkgevers worden ingekort. in Amsterdam Noord heeft georganiseerd. Budgetbeheer+ Budgetbeheer+ is een pilot die we reeds in 2020 startten en waarin we een intensieve vorm van budgetbeheer koppelen aan een uitgebreid coachingstraject aan huis. Deelnemende klanten worden actief betrokken bij hun schuldensituatie. De eerste bevindingen uit de pilot wijzen op een meerwaarde van de werkwijze: deelnemers blijven meer betrokken bij hun financiën en ze ervaren meer regie. Doordat ze een vertrouwensband opbouwen met hun hulpverlener staan ze daarnaast open om uiteenlopende passende hulp te aanvaarden. Ook de korte lijntjes tussen de professionals levert resultaten op: de samenwerking wordt als beter ervaren en zaken worden sneller geregeld. In 2021 krijgt de pilot een vervolg en zorgen we voor een doorontwikkeling van de werkwijze. * Nibud, ‘Personeel met schulden’, mei 2017. Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020 21 edi laan? Eee kT Pd ARD 5 en EN en Ks htt ht ADEME ROEL, dinar Aakn lân: a nan ORR: hk ih. ec Rd nn RE ken Rnd MEREN SEE ik ANG Tian CE ENDE Bd AT Re NEE RENEE js LE B ORDE KE \ Rn ied EN DE en nn EN RE 4 BA sed ER NE ee B VSR eK me: f Het ie et eh at A DC TE LE AEN Er REE ee BOA Fi ET EO OTO Nn ES eN en En Ed, EL a 1 2 är en re en DE Cl D 24 EE E A DS AS | = EDI O0 RE = En mn = | DDO Er ER RENE it EE RR bar bile Ul ey in ( a) EE DDG ae] U. ER MN DE Sj eG GOLD En kij et ä DD De 8 ent Er GD se Dn FT Rt NN EL SSL Kd me B EE EE | U ej ae rg Ae En MET E A TEE RAN | rn vant EN ht tE Ed Re Een Ni ED [1 ll $ ke E, EE OS ren Ui oe A E Ee Rais | fj es N mr 3 3 ne er EEDE LN PN Jd Ea d / ed LN Ben d ne A ARR nd arden B en) fe ENE Z EN it, hr df Kr PEAR URE NE ad te EIN 7, emee RE DN | de ee EN EA Es Kerr ENE RE Sn ie Ei on : EEN + REEL At DE 5 Ne Aes A ad £ Ei PD De | Er — er en EA ‚ zn je Ee 4 ON a Ee ms EE, : PR en 1 be à NE: on ed E | a BE ze RE en À al) EN Re 5 Rss en 5 B ee _@ 3 n 5 =N Ee DE zr 5 Gd geen NE PP) he Ome e ERE A « ES eN _R ed ’ a EE OA tE 8 5 ep a md Ee D 7 nn We EN -d Len í ad SE ARS P. oe SED, < Í a RE vR N En È ns nerd en Disclaimer Deze rapportage is een uitgave van de gemeente Amsterdam. Aan deze rapportage kunnen geen rechten worden ontleend. Niets uit deze rapportage mag worden overgenomen zonder bronvermelding: Jaarverslag Schuldhulpverlening 2020. Vormgeving: Vorm de Stad
Onderzoeksrapport
22
train
Bezoekadres x Gemeente Baele Amsterdam 1011 PN Amsterdam x Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 2 amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Datum 27 oktober 2016 Onderwerp Demonstraties vanuit de Koerdische gemeenschap Geachte heer, mevrouw, Op 13 en 27 augustus en 7 september jl. hebben Koerdische Amsterdammers gedemonstreerd in de Amsterdamse binnenstad. Verschillende mensen, waaronder u, hebben naar aanleiding van een soortgelijke eerdere demonstratie in Rotterdam mij verzocht deze demonstraties niet toe te | staan. In uw ogen worden tijdens deze demonstraties strafbare uitingen gedaan, in de vorm van steunbetuigingen aan de Partiya Karkerên Kurdistanê (PKK) en haar leider Abdullah Öcalan. Het Openbaar Ministerie dat over de opsporing en vervolging van strafbare uitingen gaat, heeft op mijn verzoek, voorafgaand aan de demonstraties, aangegeven dat, binnen de context van deze demonstraties, het tonen van een PKK vlag niet als strafbaar beoordeeld kan worden, tenzij er expliciet mee wordt opgeroepen tot geweld. Ook het enkel voeren van het portret van Abdullah Öcalan wordt binnen de context van deze demonstraties, niet als strafwaardig aangeduid. Spanningen tussen Turkse Amsterdammers en Koerdische Amsterdammers zijn niet nieuw. De motivering van de toename van demonstraties maar ook de stijgende onvrede bij anderen over deze demonstraties is te herleiden uit het verder geëscaleerde gewapende conflict tussen de staat Turkije en de PKK, Het geweld en terreur in Turkije raakt iedere ingezetene van Turkije, ongeacht haar achtergrond. Geen enkel ideologisch doel — dus ook niet dat van de PKK - kan gericht geweld tegen onschuldigen legitimeren. Het verdriet en de boosheid die dit bij Turken en Koerden buiten Turkije oproept, is begrijpelijk en verdient alle ruimte zolang dit niet leidt tot haat zaaien, discriminatie, bedreiging of geweld, zeker niet in ons Amsterdam. Onverdraagzaamheid in onze stad tussen Turkse Amsterdammers onderling en Turkse en Koerdische Amsterdammers kan uiteindelijk ook leiden tot onbegrip en afkeer bij andere | Amsterdammers, die niet partij willen zijn maar wel ongewild getuige zijn van deze onverdraagzaamheid tussen groepen Amsterdammers van verschillende afkomst in hun stad. Dat | zet de algehele tolerantie onder druk, werkt de reeds groeiende polariserende bewegingen in de hand en kan zich uiteindelijk ook tegen u keren. Voor mij blijft een Amsterdammer ongeacht zijn mening, afkomst of geloof in de eerste plaats | Amsterdammer. Als burgemeester van Amsterdam heb ik daarbij als taak om ieders grondrecht te beschermen. Daarbij is de vrijheid van meningsuiting en het grondrecht om te betogen bijkans heilig, ongeacht wat ik of een ander van de boodschap vindt. Zolang deze binnen de kaders van de wet blijft, bescherm ik deze in plaats van deze te verbieden. Vreedzaam demonstreren vormt | namelijk een cruciaal onderdeel van een vrije pluriforme samenleving en is een essentiële | voorwaarde voor publiek debat. | Gemeente Amsterdam Datum 27 oktober 2016 Kenmerk Pagina 2 van 2 Dit grondrecht mag niet misbruikt worden om strafbare gedragingen te plegen en/of de openbare orde te verstoren. Dergelijke gedragingen zullen in Amsterdam niet worden toegestaan. Hier zal direct en zichtbaar tegen worden opgetreden. Dat geldt onverkort voor degene, die een ander het grondrecht poogt te ontnemen. Als de vrijheid van meningsuiting botst met het recht om vrij te zijn van vrees voor discriminatie, haat zaaien of geweld, dan geeft die laatste vrijheid in Amsterdam altijd de doorslag. Hoogachtend, De burgemeester van Amsterdam Lis / E.E, van der Laan Í | | | | | |
Raadsadres
2
train
VN2023-025078 N% Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D Zo Jeugd en Amsterdam en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), % Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, j g g g % Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 Portefeuille Treslko gisnerditis:riminatiebeleid Agendapunt 8 Datum besluit dinsdag 21 november 2023 Onderwerp eindevalvatie alliantieregeling 21-23 en beantwoording motie 693.21 De commissie wordt gevraagd 1. kennis te nemen van het evaluatierapport van de subsidieregeling diversiteit en inclusiviteit voor allianties Amsterdam 2021-2023. 2. kennis te nemen van de raadsbrief over de eindevaluatie van de subsidieregeling, waarin ook de beantwoording van motie 693.21 is opgenomen. Wettelijke grondslag e Art. 160, eerste lid onder a, Gemeentewet * Art. 169, eerste en tweede lid, Gemeentewet Bestuurlijke achtergrond In oktober 2020 heeft het Amsterdamse college het nieuwe subsidie instrumentarium van de afdeling Diversiteit vastgesteld, en specifiek de Subsidieregeling Diversiteit en Inclusiviteit voor allianties Amsterdam 2021-2023 (hierna alliantieregeling). Op 24 januari 2023 bent u in de commissie FKD middels raadsbrief geïnformeerd over de vitkomsten van de procesevaluatie van deze regeling, en heeft u het evaluatierapport ontvangen. In die brief werd ook aangegeven dat er een eindevaluatie zal plaatsvinden, evenals ook per brief op 14 september jl medegedeeld. U ontvangt hierbij het rapport van de eindevaluatie, alsook een bestuurlijke reactie waarin ook motie 693.21 van lid Vroege wordt beantwoordt. Reden bespreking nvt. Uitkomsten extern advies nvt. Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Ja, middels deze brief wordt v geïnformeerd over de evalvatie van de alliantieregeling 2021-2023, en de beantwoording van motie 693.21 van lid Vroege, die daar gedeeltelijk mee samenhangt. In deze Gegenereerd: vl.12 1 VN2023-025078 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Kunst en cultuur, Diversiteit F K D ij msterdam Zo Jeugd en % en antidiscriminatiebeleid, Lucht-en zeehaven (incl. Schiphol), Bedrijfsvoering, Inkoop, Personeel en organisatie, Dienstverlening, Deelnemingen (excl. AEB en Schiphol), Deelnemingen (incl. AEB), Lokale media, ICT en digitale stad, Evenementen Voordracht voor de Commissie FKD van 14 december 2023 hesdkenaisBekting vroege om een zorgvuldige evaluatie van bijeenkomsten van de allianties met het oog op overlap en inclusieve toegankelijkheid. Welke stukken treft v aan? AD2023-088315 | 1. Eindrapport evaluatie alliantieregeling. pdf (pdf) AD2023-088316 2. Raadsbrief evaluatie en motie alliantieregeling 2021.pdf (pdf) AD2023-088082 Commissie FKD Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) OJZD, Khadija Bentaher, k.bentaher@®amsterdam.nl, 0639268649. Gegenereerd: vl.12 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1650 Publicatiedatum 29 december 2017 Ingekomen onder s Ingekomen op donderdag 21 december 2017 Behandeld op woensdag 20 december 2017 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de leden Van Lammeren, Van Soest en Boomsma inzake de beantwoording van het raadsadres "Behoud Van der Kunbuurt' (schrappen van een verwarrende tekst over politieke besluitvorming). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de beantwoording van het raadsadres "Behoud Van der Kunbuurt”. (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1586). Constaterende dat: - in de brief de volgende stellingen zijn verwerkt: “In principe wil het college zich niet binden aan het eerdere besluit genomen door het voormalig Stadsdeel Oost / Watergraafsmeer. Het college moet nieuwe besluiten kunnen nemen als ontwikkelingen in de stad daar om vragen". Overwegende dat: - het college zich, vanuit het vertrouwensbeginsel van behoorlijk bestuur, juist wél zou moeten binden aan eerder genomen besluiten; - dit niet afdoet aan het feit dat het college met goede onderbouwing nieuwe besluiten kan nemen als ontwikkelingen in de stad daar om vragen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: - In de beantwoording van het raadsadres de zinnen: “In principe wil het college zich niet binden aan het eerdere besluit genomen door het voormalig Stadsdeel Oost / Watergraafsmeer. Het college moet nieuwe besluiten kunnen nemen als ontwikkelingen in de stad daar om vragen" te schrappen alvorens de brief naar de bewonerscommissie te zenden. De leden van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren W. van Soest D.T. Boomsma 1
Motie
1
discard
. . . TB = Ter Bespreking raadscomissie Leefomgeving TK = Ter Kennisgeving TV = Ter Vaststelling Agenda Onderwerp Portefe Data Uitgestelde Soort Cie Data Raad Opmerkingen/motivering uilleho | Commissie datum behandeling Cie De Lairessestraat: VO/PvE JB/MK | _12-mrt-13 | ntb. datum TK LO nvt Verkeersonderzoek en financiele onderbouwing zijn nog niet gereed. Deelraad |Zuidas: ontwikkelmodel Ravel PS/Ede) 11-jun-13 | ntb. datum TA LO 25-sep-13 [Reden van uitstel: Dit ‘product’ Vv is zodanig vertraagd dat het voor de deelraad Zuid niet meer mogelijk is in deze bestuursperiode een advies te leveren. Afhankelijk van de a V Cie n.a.v. besluitvorming betr. Rode Loper: Nota van JB/MK 11-feb-14 LO nvt N.a.v. behandeling van dit Uitgangspunten onderwerp in november 2013 is een aantal toezeggingen gedaan voor de agenda van de commissie in februari 2014 Cie Van Woustraat: concept Nota van Uitgangspunten JB/MK 11-jun-13 10-dec-13 TK LO nvt Project kan in oorspronkelijke vorm niet doorgaan en wordt aangepast: scenario's en kosten. PEES KD KD 2014 (overig 1 Agenda Onderwerp Portefe Data Uitgestelde Soort Cie Data Raad Opmerkingen/motivering uilleho | Commissie datum behandeling Cie Impulsproject (flankerende maatregelen schoon JB 14-jan-14 11-feb-14 TK LO Reden van uitstel: meer tijd houden omgeving ondergrondse containers) nodig om gedegen de betrokken afd. managers te informeren over eindresultaten + adviezen en daarmee mogelijke aanvullingen en goedkeuring voor te krijgen voordat het naar het DTZ gaat. aanbesteding Stadionplein. Cie Ring Oud Zuid 5: VO en PvE (Dusartstraat- JB/MK | 21-mei-13 | 2e kw 2014 TK LO nvt Reden voor uitstel: NvU en A dd Deelraad |Zuidas: toekomstvisie RAI / motie over bebouwing PS/Edel 11-jun-13 3e kw 2014 TA LO 4e kw. 2013 [Goedkeuring harmonisering langs Wielingenstraat en parkrand Vv i.v.m. erfpachtelijke uitgifte centraal bestuurlijk daarna behandeling eind 2013. Deelraad |Zuidas: uitvoeringsbesluit RAI PS/Edel| 11-jun-13 | 3e kw. 2014 TA LO Volgt na goedkeuring Zuidas V toekomstvisie RAI/ motie over bebouwing langs Wielingenstr. OPS 3
Agenda
4
discard
x Gemeente Amsterdam % Stadsdeel Oost X COMMISSIE 3 Termijnagenda 2010-2014 (0) commissie Algemene en Sociale Zaken Soort: (Algemene Zaken, Interne organisatie en fusie, Participatie, Dienstverlening, Welzijn en zorg, Jeugd en onderwijs, 4, _ . . . Sport, Kunst en cultuur, Wijkaanpak) 1 = Advies raadscie tbv raadsbesluit 2 = Beantwoording raadsadres 28-11-2012 3 = Bespreekpunt 4 = Ter Kennisname L_____L_____| | Januari 2013 A Commissie \Raad datum Aanlevering | Onderwerp Soort | Pfh. Ambt Opmerkingen Geagen- datum griffie deerd door DB / Raad 3-01-2013 05-02-2013 10-12-2012 | Sportplan 2013-2016: 1 Elatik Heesen/ Verschoven van november 2012 naar januari - visie op sport en Hilgers/ 2013 nav akkoord presidium mei 2012. sportstimulering in Oost Met - sport-accommodatieplan voor Oost 3-01-2013 (05-02-2013 [10-12-2012 | Toekomst CBK 1 Van Spijk Drimmele | Nav toezegging Gie 18 april 2012. Commissie n heeft op 4 oktober aangegeven het stuk niet besluitrijp te vinden. 3-01-2013 05-02-2013 [10-12-2012 | Raadsinitiatief over 1 Op verzoek van de VVD, nav Gie 31 oktober RAAD ‘Dienstverlening’ 3-01-2013 10-12-2012 | Gevolgen VSD voor de 3 Tiers Op verzoek van de SP, nav Cie 31 oktober en na telefonisch | RAAD verenigingen in stadsdeel Bakker overleg op 12 november. Oost 3-01-2013 10-12-2012 | Voortgangsrapportage IHP 4 Thesingh Van Dijk/ Nav brief LT dd 5 juli 2012 Reinds 3-01-2013 10-12-2012 | Beschikking offerte Civic en 4 Thesingh Vermeule Dynamo n 3-01-2013 10-12-2012 | Exploitatiecontract 4 Elatik Koole sportfondsenbad Oost 3-01-2013 10-12-2012 | Buurtuitvoeringsprogramma 4 Ozutuk Koehein Bespreekpunt in csie Wonen en grote Indische buurt projecten. Ter informatie in csie ASZ L_____L_____|___| Februari 2013 1 n__n verplaatst naar februari 7-02-2013 28-01-2013 | Plaatsingbeleid 3 Frans Op verzoek van de VVD, nav Cie 31 oktober RAAD van Vliet 7-02-2013 28-01-2013 | Rapportage uitvoering Kracht 3 Van Spijk Siegmann | Op verzoek van de csie ivm volle agenda, van Oost verplaatst naar februari. n.a.v. toezegging cie jan 2012. De eerste evaluatie wordt besproken. De daarop volgende evaluatie ter kennisname (n.a.v. oogst van Oost discussie). 7-02-2013 28-01-2013 | Rapportage 3 Van Spijk Siegmann participatie 27-02-2013 |____28-01-2013 | Meerjarenplan Voorscholen ____ {4} Thesingh __|Dijk |___DE | 7-02-2013 | _____28-01-2013 | Verdeelvoorstel OKC [4 [Thesingh | Kroon _|__________DB | 7-02-2013 28-01-2013 | Voortgangsrapportage 4 Thesingh Van Medio januari 2013 ontvangt het sd de laatste Hoekstra- Baars 7-03-2013 04-03-2013 | Herdefiniëring WMO 3 Thesingh Met de brief van 10 september verzoekt de pfh RAAD basispakket: wijkrestaurants en het punt te verplaatsen naar maart 2013. eettafels /maaltijden/ (eerder verzoek te verplaatsen van september klussenhulp/vrijwillige inzet naar december afhankelijk van bezuinigingen {netwerken/ mantelzorg stad op WMO basispakket). 27-03-2013 |_____04-03-2013 | WMO aanbodinstadsdelen {3 | Thesingh _|Bole |___DE | 7-03-2013 04-03-2013 | Huisvesting OKC'’s in Oost Stand | 4 Thesingh Everts B DE ASZ van 31 oktober 2012 Commissie |Raad datum |Aanlevering | Onderwerp Soort | Pfh. Ambt Opmerkingen Geagen- en De OS DB / Raad Juni 2013 (1) reguliere Cie 05-06-2013 25-06-2013 06-05-2013 | Toekomst Jeugdland {1 | Thesingh _|Poland |___DE | A Dd A speelruimteplan en) Pee | ER evaluatie/bijstelling nav. Okt 2012: In brief LT wordt voorgesteld om de 2 uitvoeringsprogramma incl. Joost monitor JOOST samen te laten vallen met het uitvoeringsprogramma VSD, en bespreking daarmee naar mei 2013 te verschuiven. 05-06-2013 poos Svz Dienstencentrum Flevo Thesingh In juli is het dienstencentrum klaar voor Pe | oplevering. 05-06-2013 06-05-2013 | Voortgangsrapportage 4 Thesingh Leeuwenk uitvoeringsplan sociale amp accommodaties Juni 2013 (2) alleen perspectievennota 12-06-2013 [25-06-2013 06-05-2013 | Perspectievennota A | ____ | __\September2013 | | ____\ | 04-09-2013 17-06-2013 | decentraliseren van 3 Thesingh Bolle/Gaal | Vraagpunt mate van beleidsvrijheid begeleidingstaken AWBZ naar Centrale Stad en naStadsdelen 04-09-2013 |_|17-06-2013 | Uitvoeringsplan Joost Onderwijs Thesingh_| Kamp __ |___DE | 04-09-2013 |_____|17-06-2013 | OKC Monitor Thesingh_|_______ | | ____|_\ Oktober 2013 09-10-2013 09-09-2013 | Herontwikkeling gebouw en 4 Elatik Koole kunstgrasvelden Zeeburgia | ____|__\December 203 | |____ | 11-12-2013 | _______ 8-11-2013 | Evaluatie Jongerenplatform Thesingh __} vEgmond |___DE | ___|____|__| Januari 2014 A 2-01-2014 21-12-2013 | VSD jaarlijkse 3 Thesingh (let op = evaluatie/bijstelling vrijdag!) uitvoeringsprogramma 2-01-2014 21-12-2013 | Uitvoeringsplannen (DO) diverse | 3 Thesingh Reinds Meerdere projecten (let op = brede scholen vrijdag!) ___|__|__\ Februari 2014 19-02-2014 27-01-2014 | Rapportage 3 Van Spijk Siegmann uitvoeringsprogramma 2013 gebiedsgericht werken 19-02-2014 27-01-2014 | Rapportage 3 Van Spijk Siegmann uitvoeringsprogramma 2013 3 LL Feertepete || 19-02-2014 |______ [27-01-2014 | Verdeelvoorstel voorscholen Thesingh _|Dijk____ |___DE | 19-02-2014 |______|P7-01-2014 | Verdeelvoorstel OKC Thesingh __| Kroon __ |___DE | 19-02-2014 27-01-2014 | Voortgangsrapportage 4 Thesingh Leeuwenk uitvoeringsplan sociale amp accommodaties Commissie \Raad datum Aanlevering | Onderwerp Soort | Pfh. Ambt Opmerkingen Geagen- datum griffie deerd door DB / Raad LL} VSD monttor, incl Joost Thesingh_}________ |___DE | Exploitatiecontract Elatik Leeuwenk Sportfondsenbad Oost 2015 e.v. amp LL {September2014 _|__\____| LL} Uitvoeringsplan Joost Onderwijs Thesingh_|_______ |___DE | [OKC Monitor Thesingh __| Kroon |___DE | | ____\December204 | _|__ | Monitoring Uitvoering Subsidies: Thesingh Blisen Nav toezegging Lieke Thesingh in csie ASZ van visitatie 31 oktober 2012 voor vistiatiecsie en vierhjaarlijkse visitatie OPM | Om hetKind _____\ Thesingh __|Bisen | ____ amp LL L_______LSamenDoen _________| [Thesingh |Bilsn | _____ 4
Agenda
4
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 711 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 7 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie ID Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Motie van het raadslid de heer Van Lammeren inzake de begroting voor 2015 (natuurwaardekaart). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Constaterende dat: — de Flora- en faunawet de gemeente Amsterdam verplicht zorg te dragen voor het bewaken van de natuurwaarden op haar grondgebied; Overwegende dat: — de laatste natuurwaardenkaart uit 2007 stamt; — de natuurwaardenkaart de totale natuurwaarde weergeeft voor het Amsterdamse Bos en de grote groengebieden binnen de gemeentegrenzen van Amsterdam; — de natuurwaarden zijn bepaald op basis van biodiversiteit, natuurlijkheid, vervangbaarheid en bijdrage in de ecologische structuur, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — meteen overzicht te komen waarin de jaarlijkse trends in natuurwaarden worden uitgelegd en inzichtelijk maakt; — de eerste versie daarvan in maart 2015 te presenteren en voortaan dit jaarlijks te doen. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
Raadsgriffie Centrum DE . . . Versie: 23-10-2013 Termijnagenda van de raadscommissie Openbare Ruimte (OR) Biz. 4 van 2 Datum Onderwerp Porte- Behandel-wijze Stand van zaken commissie feuille- houder 05-nov-13 Preadvies raadsvoorstel SP veiligheidsmaatregelen grachten PNX 2. Adviseren Ingekomen in raad 26/2/2013 (i) tegen verdrinking 05-nov-13 Concept-antw op raadsadres over vroegtijdige bomenkap PNX 3. Bespreken Ingekomen in raad 25/6/2013 (i) 05-nov-13 Brief over niet doorgaan herinrichting Museumbrug PNX 4. Bespreken Per zomer 2013 inspraak in. 05-nov-13 Antw RA varen door de grachten PNX 5. Bespreken Ingekomen per 24/9/2013 (g) 05-nov-13 Concept-antw RA ondergrondse vuilcontainers Rode Loper PNX 6. bespreken Ingekomen per 24/9/2013 (a) 05-nov-13 Beantw vragen halfverharding speelveld Appeltjesmarkt PNX 7. Bespreken N.a.v. behandeling 11/6/2013 05-nov-13 Brief over ENERE Marnix DE EE == 24/9/2013 = 05-nov-13 Aanbesteding parkeerdienstverlening PNX TK 05-nov-13 Rapport Rekenkamer ‘Parkeren in Amsterdam’ PNX TK 05-nov-13 Brief stand van zaken project Rode Loper PNX TK 05-nov-13 Voorstellen opheffen knelpunten handhaving foutparkeren PNX Veegbrief (uitvoering motie 7, Parkeernota, april-2013) 05-nov-13 Energielening historische en monumentale woningen (uitvoering __PNX Veegbrief motie 1137, Duurzame Binnenstad, mei 2013) 05-nov-13 Quick scan mogelijkheden Dijksgracht Oost als locatie voor PNX Veegbrief rondvaartboten (uitvoering motie Bestemmingsplan Water, juni 2012 05-nov-13 Toezegging (1035) overzicht opgeheven parkeerplaatsen, Veegbrief ontwikkeling wachtlijsten, discussie over compensatie arkeerplaatsen Aanleveren bespreekstukken: uiterlijk vrijdag VOOR het agenda-overleg, digitaal in Word, op papier met getekende flap (TK-stukken hebben geen flap nodig) Vere DETO Termijnagenda van de raadscommissie Openbare Ruimte (OR) Biz. 2 van 2 Datum Onderwerp Porte- Behandel-wijze Stand van zaken commissie feuille- houder 03-dec-13 Preadvies op raadsvoorstel GL/D66 over NEMO-route PNX Adviseren Raadsvoorstel ingediend in raad juni-2013. 03-dec-13 Preadvies raadsvoorstel GL Oost-Westlijn Haarlemmerplein-Funen PNX Adviseren Raadsvoorstel ingediend in raad jan-2013. 03-dec-13 Aangepaste nota Welstand te Water + Bootrichtlijnen 2013 PNX Adviseren N.a.v. evaluatie, mei-2012 03-dec-13 Startnotitie uitvoeringsbeleid hotelboten PNX Bespreken 03-dec-13 herinrichting Plantage Middenlaan, tussen Hortusbrug en Plantage PNX Bespreken Aangekondigd per april-2011 Parklaan (bij Wertheimpark) 03-dec-13 Voorstellen tot inzet verleidingsinstrumenten opzeggen PNX Bespreken parkeervergunning (uitvoering motie 12, Parkeernota, april-2013) 03-dec-13 Onderzoek fietsroute Leidsegracht/Leliegracht (uitvoering motie _PNX TK? 7, Bereikbare Binnenstad, maart-2013) 03-dec-13 ldentificatie bewonersfietsen PNX TK 03-dec-13 2e vervolg Parkeerbalans PNX TK Het 1e vervolg is besproken op 8-3-2011 03-dec-13 Identificeren fietsen PNX TK | 07-jan-14 Masterplan Eilandenboulevard PNX Adviseren In sept-2013 vrijgegeven voor inspraak 07-jan-14 Voorlopig Ontwerp Leidseplein (Masterplan Leidsebuurt, fase 3+4) En Bespreken inhoudelijke herinrichtingsplannen, per 27/2/2013 informatiebijeenkomst over dit punt 07-jan-14 Profielwijziging en vernieuwing walmuur Singel (oneven zijde) PNX Bespreken In sept-2013 vrijgegeven voor inspraak tussen Lijnbaanssteeg en Stromarkt 07-jan-14 DO Rode Loper Rokin PNX Bespreken Per eind september 2013 inspraak in 07-jan-14 Herinrichting Amstel, tussen korte Amstelstraat en Sarphatistraat PNX Bespreken + groot onderhoud Nieuwe Achtergracht, tussen Amstel en Weesperstraat 07-jan-14 Structurele oplossingen afvalinzameling Damrak PNX Bespreken N.a.v. actualiteit raad 24/92/2013 O4-feb-14 PvE + kredietbesluit Vi zehrastngerans en PM Antw RA stewardproject Prins Hendrikkade PNX ntb, Ingekomen in raad okt-2013. PM Geen fietsnietjes Damrak (uitvoering motie Ga (915) bij vaststelling PNX Rode Loper, feb-2012. PM Interactieve ‘energiekansenkaart’ (uitvoering motie 1135, PNX Veegbrief Duurzame Binnenstad, mei 2013) PM aanvullende ideeen gedragsverandering parkeren (motie 4, PNX Veegbrief Parkeernota, april 2013) Aanleveren bespreekstukken: uiterlijk vrijdag VOOR het agenda-overleg, digitaal in Word, op papier met getekende flap (TK-stukken hebben geen flap nodig)
Actualiteit
2
train
‘ van: Verzonden: zondag 16 november 2014 10:23 7 ” : _ Aan: Info gemeenteraad Onderwerp: Skatepark Hallo De Met GR ik vind het echt jammer dat skatepark amsterdam gesloten is. Kunnen jullie _ niet gewoon cen nieuwe locatie vinden, want ik weet zeker dat jullie nu in de winter veel last gaan hebben van skateboarders. Omdat ze in garages enzo gaan skateboarden.En het trekt veel toeristen aan dus het is heel dom om geen nieuw binnen skatepark te bouwen. | 7 |
Raadsadres
1
train
VN2023-017213 Raadscommissie voor Stadsontwikkeling, Masterplan Nieuw-West, Stadsdeel Noord % Gemeente Masterplan Zuidoost, Aanpak Binnenstad Aanpak Noord S O % Amsterdam ' ' Voordracht voor de Commissie SO van 27 september 2023 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Aanpak Noord Agendapunt 6 Datum besluit 20-6-2023, college van B&W Onderwerp Raadsinformatiebrief Aanpak Noord met inhoudelijke update en voortgang De commissie wordt gevraagd 1. Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief “inhoudelijke update en voortgang Aanpak Noord”. Wettelijke grondslag Gemeentewet, 160 lid 2 onder a Bestuurlijke achtergrond In de raadscommissievergadering van 22 februari zijn de contouren van de aanpak noord en het bestedingsvoorstel coalitiemiddelen 2023-2026 besproken. In het bestuurlijk overleg Aanpak Noord van 19 april heeft de wethouder verzocht om voor de zomer een raadsinformatiebrief over de Aanpak Noord aan de raadscommissie stadsontwikkeling te sturen. Reden bespreking o.v.v. het lid Belkasmi (PvdA) De fractie van de PvdA wil met name in gesprek over het perspectief voor jongeren. Uitkomsten extern advies n.v.t voor deze raadsinformatiebrief Geheimhouding nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies mogelijk vitnodigen van de stadsdeelcommissie Noord (zoals op 22-2-2023, bij de bespreking van de contouren van het Plan van Aanpak) Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? nee Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.4 1 VN2023-017213 % Gemeente Raadscommissie voor Stadsontwikkeling, Masterplan Nieuw-West, Stadsdeel Noord % Amsterdam ‚ . % Masterplan Zuidoost, Aanpak Binnenstad, Aanpak Noord Voordracht voor de Commissie SO van 27 september 2023 Ter bespreking en ter kennisneming AD2023-056829 20230621-Raadsinformatiebrief Aanpak Noord def.pdf (pdf) AD2023-056830 Commissie SO (1) Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) SDN-Team Aanpak Noord, |. Bakker, 06-50241201, i.bakker@®amsterdam.nl Gegenereerd: vl.4 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam FI N % Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie % Agenda, donderdag 16 juni 2016 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie Tijd 13:30 tot 17:00 uur en van 19:30 tot 22:30 uur Locatie De Rooszaal MIDDAGDEEL 13:30 tot 17:00 UUR Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslagen van de openbare vergadering van de commissie Financiën (FIN) van 14.04.2016 en van de brede commissie Financiën van 25.05.2016. e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieFIN @raadsgriffie.amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam FI N Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie Agenda, donderdag 16 juni 2016 Financiën 11 De Voorjaarsnota 2016 Nr. BD2016-007030 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 13/14 juli 2016). e _ Gevoegd behandelen met agendapunt 12, Bestuurlijk Stelsel 12 Vaststellen actualisatie gebiedsagenda's Nr. BD2016-007466 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 13/14 juli 2016). e _ Gevoegd behandelen met agendapunt 11, Gemeentelijk Vastgoed 13 Brief aan commissie FIN over DMOPs Nr. BD2016-007731 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Groen (GL). e Was TKN 9 in de vergadering van 19.05.2016. 14 Beantwoorden schriftelijke vragen van het raadslid Shahsavari over de Marching Band Nr. BD2016-007669 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Shahsavari (CDA). Personeel en Organisatie 15 Brief aan de raad inzake ondernomen acties naar aanleiding van het Medewerkers Waarderingsonderzoek 2015 Nr. BD2016-007728 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Boutkan (PvdA). e Was TKN 8 in de vergadering van 19.05.2016. Raadsaangelegenheden 16 Instemmen met het verslag en de aanbevelingen van de Rekeningencommissie over de jaarrekening 2015 Nr. BD2016-008489 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22.06.2016). e _ Gevoegd behandelen met agendapunt 17. 2 Gemeente Amsterdam FI N Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie Agenda, donderdag 16 juni 2016 Financiën 17 Instemmen met de bestuurlijke reactie op de aanbevelingen van de rekeningencommissie 2015 Nr. BD2016-007888 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22.06.2016). e _ Gevoegd behandelen met agendapunt 16, 18 Voortgangsrapportage ‘uitvoeringsplan versterkt control’ maart '16 Nr. BD2016- 008145 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 19 Verwerking WOZ bezwaren Nr. BD2016-007725 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e Was TKN 1 in de vergadering van 19.05.2016. 20 Termijnagendapunt tijdigheid betalen januari en februari 2016 Nr. BD2016- 007727 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Shahsavari (CDA). e Was TKN 3 in de vergadering van 19.05.2016. AVONDDEEL 19:30 tot 22:30 UUR Waterbeheer 21 Verdeling exploitatievergunningen passagiersvaart 2020-2030 in het segment Bemand Groot (rondvaart) Nr. BD2016-006882 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 22.06.2016). 22 Beheer damherten Amsterdamse Waterleidingduinen, rapportage 2015-2016 Nr. BD2016-006512 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 23 Voornemen versnelling beleids-en verordeningsaanpassingen als gevolg van rechtelijke uitspraak inzake vergund passagiersvervoer en technische aanpassing Regeling passagiersvervoer te water Amsterdam Nr. BD2016- 0055/75 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3 Gemeente Amsterdam FI N Raadscommissie voor Financiën, Coördinatie 3d, Coördinatie Aanpak Subsidies, Aanpak Belastingen, Waterbeheer, Vastgoed, Inkoop en Personeel en Organisatie Agenda, donderdag 16 juni 2016 24 Kosten aanleg nieuwe riolering; uitvoering motie 1449 (Poot c.s.) d.d. 17 december 2015 Nr. BD2016-007860 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De commissies WB en RO zijn hierbij uitgenodigd. 4
Agenda
4
train
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 850 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 9 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie AZ/FIN Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Amendement van het raadslid mevrouw Moorman inzake de begroting voor 2015 (ruimtelijke ordening en bouwtoezicht). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Overwegende dat: — op grond van artikel 3 van de ‘Verordening op grond van artikel 212 van de Gemeentewet de gemeenteraad met de voorliggende begroting de relevante indicatoren voor het meten van en het afleggen van verantwoording over de gemeentelijke prestaties, de activiteiten en de maatschappelijke effecten van gemeentelijk beleid vaststelt; — het eveneens wenselijk is de gemeentelijke prestaties te meten bij vergunningverlening, handhaving en toezicht bij bouwen en wonen; — het eveneens wenselijk is de kwaliteit van besluitvorming te meten; — hettoezicht op de bouw weliswaar is verlegd naar Omgevingsdienst NoordZeeKanaalGebied (OD NZKG) maar dat een inzicht in de mate van toezicht wenselijk is, Besluit: als indicatoren bij het programmaonderdeel 6.9.2 Ruimtelijke ordening en bouwtoezicht op te nemen: — het percentage vergunningverlening dat binnen de wettelijke termijn plaatsvindt; — het percentage besluiten dat in rechte in stand blijft bij een beroepsprocedure; — het percentage uitgevoerde bouwinspecties op bouwwerken in de gemeente Amsterdam. Het lid van de gemeenteraad, M. Moorman 1
Motie
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1629 Datum indiening 14 juni 2017 Datum akkoord college van b&w van 12 december 2017 m.i.v. wijzigingen; wijzigingen 19 december 2017 akkoord Publicatiedatum 20 december 2017 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de leden Flentge en Bijleveld inzake stagiairs als gratis personeel. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: Op Twitter brandde op 12 juni 2017 een hevige discussie los over #stageleed. De discussie begon met een bericht van Esther Crabbendam van FNV Jong, die voorstelde om een blog te starten over stageleed. Haar idee kwam voort uit frustratie over een zoveelste vacature voor een ‘stageplek’ die verdacht veel lijkt op een volwaardige baan maar dan zonder beloning, vergoedingen en arbeidsovereenkomst. Dit keer betrof het een onbetaalde stagevacature bij Pakhuis de Zwijger in Amsterdam.’ Dagblad Metro opende daarop een online gesprek waar stagiairs hun onvrede kunnen spuien over uitbuiting, slechte tot geen betaling, gebrek aan begeleiding en het moeten uitvoeren van ‘rotklusjes’ die niets te maken hebben met de opleiding.” De indruk bestaat dat stagiairs door sommige werkgevers worden ingezet als gratis personeel. Terwijl stages toch vooral zijn bedoeld als leerplekken voor jongeren in opleiding die waardevolle praktijkervaring willen opdoen. Gezien het vorenstaande hebben de leden Flentge en Bijleveld, beiden namens de fractie van de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Wat vindt het college van de discussie #stageleed? Herkent het college het probleem? Antwoord: Stages zijn belangrijk om jongeren voor te bereiden op hun toekomst op de arbeidsmarkt. Het leeraspect moet daarbij centraal staan. Het is het college bekend dat dit helaas niet altijd het geval is. Er is een onderscheid tussen stages als onderdeel van een opleiding en stages buiten of na de opleiding. In het laatste ! http://vacatures.dezwijger.nl/stage-programmamaker-maatschappij-van-de-toekomst/nl ?https://www.metronieuws.nl/in-het-nieuws/het-gesprek/2017/06/stage-lopen-leerzaam-of-goedkope- werkslaaf https://m.metronieuws.nl/in-het-nieuws/het-gesprek/201 7/06/stage-lopen-leerzaam-of-goedkope- werkslaaf 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Neng Jez0 Gemeenteblad Datum 20 december 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 14 juni 2017 geval kan het gauw onduidelijk worden of het daadwerkelijk om leren gaat of dat regulier werk wordt gedaan zonder dat daarvoor het bijpassende loon wordt betaald. De signalen van stagemisbruik onder afgestudeerden van het beroepsonderwijs zijn in 2016 voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) aanleiding geweest voor het opstellen van een plan van aanpak om bewustwording te bevorderen, de informatiepositie ten behoeve van handhaving te versterken en risicogericht te handhaven door de Inspectie SZW . Aanvullend is in december 2016 door het ministerie SZW aangekondigd dat er een sectoranalyse wordt uitgevoerd om in beeld te brengen in welke sectoren op de arbeidsmarkt het probleem van stagemisbruik met name opduikt. Het streven is dat het onderzoek voor de begrotingsbehandeling van het ministerie van SZW wordt afgerond. De resultaten zullen — indien zij daartoe aanleiding geven — worden gebruikt voor een sectorspecifieke aanpak. De begrotingsbehandeling vindt in de week van 18 december 2017 plaats. Indien de uitkomsten van dit onderzoek daartoe aanleiding geven, dan zal het college u hierover informeren. 2. Krijgt het college signalen van stagiairs, jongeren in opleiding, opleidingsorganen, adviesorganisaties en/of inspecties over ‘stageleed’ in Amsterdam waarbij stagiairs door werkgevers worden ingezet voor werkzaamheden die gelden als een volwaardige baan, of worden uitgebuit als gratis personeel? Zo ja, om welke klachten gaat het? Worden bepaalde werkgevers vaker genoemd dan andere? Graag een toelichting. Antwoord: Nee, het college ontvangt geen directe signalen van stagiairs, jongeren in opleiding of opleidingen over problemen bij leerstages in Amsterdam. Dit omdat er andere instanties zijn waar dergelijke meldingen kunnen worden gemaakt. de onderwijsinstellingen zelf, de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB), de Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB), of de Inspectie SZW. De gemeente heeft geen directe verantwoordelijkheid bij deze procedures. Bij stages die onderdeel uitmaken van een mbo-opleiding zorgt SBB voor de erkenning en borging van kwalitatief goede stageplekken. Bij stages in het hbo bepaalt de desbetreffende beroepsopleiding of het bedrijf en de stage passend zijn binnen de opleiding. De onderwijsinspectie ziet toe op de kwaliteit van stages. De beschikbare informatie over klachten ten aanzien van stages is afkomstig van diverse instanties en geeft een beeld van de landelijke cijfers . Onderwijsinstellingen rapporteren in het geïntegreerd jaarverslag over hun klachtenafhandeling. Uit de rapportage over 2015-2016 van de mbo ombudsman blijkt dat er 14 klachten met betrekking tot stage in het mbo zijn ingediend en uit de klachtenrapportage van de Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB) over 2016 blijkt dat er 159 vragen en klachten over stages waren. Ook bij SBB komen regelmatig klachten binnen over de werkzaamheden en/of begeleiding in leerbedrijven. Van alle meldingen over stages na opleiding die sinds december 2014 bij de Inspectie SZW zijn binnengekomen, zijn er 15 onderzocht waarbij in 5 gevallen stagemisbruik is vastgesteld. In het voorjaar van 2017 zijn 6 nieuwe meldingen over stages na opleiding in behandeling genomen. Daarnaast heeft de 2 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Neng Jez0 Gemeenteblad Datum 20 december 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 14 juni 2017 Inspectie SZW in 2016 circa 10 meldingen ontvangen over stage tijdens een opleiding. Onduidelijk is of de signalen en meldingen een correct en volledig beeld geven. Om de omvang van stagemisbruik na afstuderen in probleemsectoren beter in beeld te brengen laat de Minister van SZW een onderzoek uitvoeren. 3. Pakhuis de Zwijger ontvangt subsidie van de gemeente. Wat kan het college vertellen over de status van Pakhuis de Zwijger als leerbedrijf? Op welke praktijkgebieden staat Pakhuis de Zwijger geregistreerd als leerbedrijf bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB)? Hoeveel stagiairs begeleidt Pakhuis de Zwijger per jaar? Hoe verhoudt dit aantal zich tot het gemiddelde in vergelijking met andere leerbedrijven? Graag een toelichting. Antwoord: Het Pakhuis de Zwijger bestaat uit verschillende disciplines en entiteiten en daarom worden er ook verschillende soorten stages geboden: 1. De programmastichting Pakhuis de Zwijger biedt per half jaar (sept- jan / jan- juni) gemiddeld 10-14 hbo/wo stagiaires een stage aan gekoppeld aan één van de programmamakers van Pakhuis de Zwijger. In totaal 20-28 per jaar. Dit betreft stages als onderdeel van een opleiding. De stagiaires doen ervaring op het gebied van research, programmamaker, communicatie, productionele vertaling etc. Dit is onder begeleiding en onder de eindverantwoordelijkheid van een begeleider-programmamaker. Daarnaast worden zij als groep aangestuurd om in een veilige leeromgeving van elkaar te leren. 2. Pakhuis de Zwijger Horeca Exploitatie BV is een officieel erkend leerbedrijf en biedt per jaar 1 à 2 mbo stagiaires een leerwerkplek, die volgens de Horeca CAO wordt vergoed. De horeca-coördinator is bevoegd en gecertifieerd voor de begeleiding van deze stagiaires. 3. Pakhuis de Zwijger Zalen BV biedt geen stageplaatsen aan. Bij dit onderdeel werkt in het kader van een participatietraject 1 dag in de week een wwb-er met een onoverbrugbare afstand tot de arbeidsmarkt. Deze persoon draait op vrijwillige basis mee met de huismeester. 4. Deze aantallen wijken voor zover ons bekend niet af van andere leerbedrijven in de creatieve sector. 4. Hoe beoordeelt het college de betreffende vacature van Pakhuis de Zwijger, waarin de stagiair wordt aangeboden 32 uur per week volwaardig mee te draaien in het team van programmamakers en daarbij een groot takenpakket met eigen verantwoordelijkheden onder de hoede te krijgen, zonder dat daarvoor enige vergoeding tegenover staat (maar wél kansen biedt om bij te verdienen op andere afdelingen in het pand)? Graag een toelichting. Antwoord: Voor stages als onderdeel van een opleiding geldt geen wettelijke verplichting tot het betalen van een vergoeding. Het stagebedrijf is wel verplicht om begeleiding te bieden. Dit wordt - in het geval van het hbo-stage - getoetst door de desbetreffende opleiding. In sommige sectoren waaronder de creatieve en culturele sector, is het niet ongebruikelijk dat een stagiair volwaardig meedraait zonder daarvoor een financiële vergoeding te ontvangen. Dit vaak als gevolg van budget technische 3 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam Neng Jez0 Gemeenteblad R Datum 20 december 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 14 juni 2017 overwegingen. Het college zou dit graag anders zien en is dan ook positief over de Fair Practice Code, opgesteld door partijen in de creatieve en culturele sector, waarvan onlangs een eerste versie is gepresenteerd. Zie ook: https://www.kunsten92.nl/wp-content/uploads/2017/10/Fair-Practice-Code-versie- 1.0.pdf Eén van de uitgangspunten daarin is: ‘Een vrijwilligers- of stageplaats aanbieden vereist dan ook een heldere definitie van de functie, de arbeidsvoorwaarden en een passende vergoeding’. Streven is dat de hele sector deze code gaat toepassen. Vraagstellers verwijzen naar mogelijkheden om bij Pakhuis de Zwijger bij te verdienen op andere afdelingen in het pand. Die mogelijkheden betreffen reguliere werkzaamheden; een bijbaan in de horeca zoals veel hbo- en wo studenten hebben. Deze werkzaamheden maken geen onderdeel uit van een hbo-stage Uit navraag blijkt dat Pakhuis de Zwijger een persoonlijk gesprek met Esther Crabbendam van FNV Jong heeft gehad om de manier van werken van Pakhuis de Zwijger toe te lichten. Op basis van deze gesprekken heeft het Pakhuis de ‘tone of voice! van de vacatureteksten voor stages aangepast. Zodat het in die gevallen duidelijk is dat het om een onbetaalde leerstage gaat. 5. Zijn er meer bedrijven en organisaties die subsidie van de gemeente krijgen die zich aanbieden als leerbedrijf voor stagiairs? Welke zijn dit? Om hoeveel stageplekken gaat het? Hoeveel van deze stagiairs krijgen wél een vergoeding? Graag een toelichting. Is er naar het oordeel van het college sprake van werkverdringing? Zo ja, deelt het college de mening van de SP dat dit onwenselijk is? Antwoord: De gemeente geeft subsidie aan vele honderden bedrijven en organisaties, waarvan veel ook een leerbedrijf zijn. De gevraagde informatie wordt niet in het subsidiesysteem bijgehouden. Het is daarom niet mogelijk om hiervan een overzicht te bieden. Zie verder beantwoording onder vraag 8. 6. In hoeverre worden stageklachten die mbo-scholen of hbo-scholen binnenkrijgen doorgestuurd naar SBB, zodat deze kunnen nagaan of deze aanleiding geven om de erkenning als leerbedrijf te heroverwegen of in te trekken? Is naar aanleiding van een stageklacht de erkenning van een Amsterdams leerbedrijf ooit ingetrokken door SBB? Graag een toelichting. Antwoord: SBB verricht voor het mbo en het bedrijfsleven wettelijke taken, waaronder het erkennen en begeleiden van leerbedrijven . Klachten over stages in het hoger beroepsonderwijs worden door het SBB niet in behandeling genomen. Er is geen directe relatie tussen SBB en instellingen in het hoger onderwijs. Ook de inspectie hoger onderwijs heeft geen stageklachten doorgestuurd naar SBB. Van de klachten die SBB heeft ontvangen over de werkzaamheden en/of begeleiding in leerbedrijven voor het mbo, komen de meeste van studenten of ouders van studenten. Klachten worden altijd behandeld volgens het principe van hoor en wederhoor, en worden eerst besproken met de onderwijsinstelling. De onderwijsinstelling maakt namelijk de concrete afspraken voor de stage via de 4 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam Neng Jez0 Gemeenteblad R Datum 20 december 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 14 juni 2017 praktijkovereenkomst. Vervolgens neemt SBB in alle gevallen contact op met het leerbedrijf en wordt bekeken of het leerbedrijf nog erkend kan blijven. Zo nodig en mogelijk, maakt de adviseur verbeterafspraken (die ook gemonitord worden). Als blijkt dat het bedrijf niet meer aan de voorwaarden kan of wil voldoen, wordt de erkenning ingetrokken. In het schooljaar 2016-2017 ging het in de periode van 1 september 2016 tot 1 april 2017 om: — 10 meldingen van een onderwijsinstelling waarvan 9 na onderzoek gegrond bleken; — 79 meldingen van student/ouder waarvan er na onderzoek 30 gegrond bleken. Dit betreffen landelijke cijfers. 7. Is het college het eens met de SP dat een stage bovenal een leerplek is waar stagiairs mogen vertrouwen op goede begeleiding voor werkzaamheden die hun ontwikkeling bevorderen, dat zij hiervoor een reguliere stagevergoeding moeten ontvangen (volgens de cao van de bedrijfstak) en indien nodig behoorlijk verzekerd moeten zijn voor aansprakelijkheid? Antwoord: Zie de beantwoording van vraag 8. 8. Is het college het eens met de SP dat stagiairs nooit en te nimmer mogen worden ingezet als spotgoedkoop of gratis personeel voor werkzaamheden die door een betaalde werknemer zouden moeten worden uitgevoerd, niet alleen omdat dit onrechtvaardig is voor stagiairs maar ook omdat dit slecht is voor de arbeidsmarkt vanwege een verdringende werking? Antwoord vragen 5, 7 en 8: Voor stages als onderdeel van het volgen van een opleiding (mbo, hbo of wo), geldt dat er geen wettelijke verplichting bestaat om een vergoeding te betalen. Een stage dient als voorbereiding op de arbeidsmarkt waarbij het leren en het ervaren centraal staat en niet het produceren. De werkzaamheden van de stagiair zijn dus niet gericht zijn op het verrichten van productieve arbeid of het behalen van omzet of winst. Dat betekent ook dat er geen sprake kan zijn van verdringing, omdat het geen regulier werk is. Dit geldt zowel voor het initieel als post-initieel scholing/stageaanbod. In een aantal sectoren of bedrijven is afspraken gemaakt over een minimale stagevergoeding. Cao-partijen zijn zelf verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van cao-bepalingen. Als zij vermoeden dat een werkgever bepalingen uit een algemeen verbindend verklaarde cao niet naleeft, kunnen zij bij de Inspectie SZW een verzoek indienen om een onderzoek in te stellen op grond van artikel 10 Wet Avv. De Inspectie SZW heeft vorig jaar twee verzoeken (op landelijk niveau) ontvangen, behandeld en afgerond waarin de naleving van cao- bepalingen omtrent stage tijdens de opleiding aan de orde was. 5 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer cember 2017 Schriftelijke vragen, woensdag 14 juni 2017 9. Is het college bereid, te onderzoeken of en hoe vaak stagiairs in Amsterdam worden ingezet als on(der)betaald personeel, ook bij door de gemeente gesubsidieerde bedrijven en organisaties? Wil het college daarbij achterhalen of stagiairs voldoende begeleiding krijgen vanuit de school of instelling? Antwoord: Zie de beantwoording van vraag 11. 10. Wil het college op basis van mogelijk zorgelijke bevindingen van een dergelijk onderzoek bij de door gemeente gesubsidieerde bedrijven en organisaties afdwingen dat zij alleen passende en regulier betaalde stageplekken aanbieden? Graag een toelichting. Antwoord: Zie de beantwoording van vraag 11. 11. Is het college bereid om de subsidierelatie met bedrijven en organisaties die stagiairs inzetten als volwaardig maar on(der)betaald personeel te heroverwegen? Graag een toelichting. Antwoord vragen 9, 10 en 11: De Minister van SZW heeft, op grond van de eerder genoemde landelijke cijfers, geconcludeerd dat aanvullend onderzoek naar de kwaliteit van stages tijdens de opleiding, niet nodig is. Het college ziet geen aanleiding hiervan af te wijken. Zoals in de beantwoording van vraag 1 aangegeven zal het college u nader informeren indien het aanvullend onderzoek van het ministerie van SZW naar stagemisbruik ná de opleiding, daar aanleiding toe geeft. Ten aanzien van de afdwingbaarheid van stagevergoedingen verwijzen wij naar het antwoord op vraag 7 en 8. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris J.J. van Aartsen, waarnemend burgemeester 6
Schriftelijke Vraag
6
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 386 Publicatiedatum 10 april 2019 Ingekomen onder o Ingekomen op woensdag 3 april 2019 Behandeld op woensdag 3 april 2019 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van het lid |. Rooderkerk (D66 Amsterdam) inzake het aantrekken van onderwijsassistenten en stimuleren van doorstroom. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Lerarenagenda 2019 - 2023 Constaterende dat — Onderwijsassistenten een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het aanpakken van het lerarentekort en verlagen van de werkdruk in de klas. — Onderzoek naar onderwijsassistenten in opdracht het ministerie van OCW uitwijst dat er een stille reserve is van afgestudeerden van de opleiding onderwijsassistent die niet werkzaam is in het onderwijs (ongeveer 25.000 personen). Overwegende dat — Het ministerie van OCW vanaf 1 januari 2019 een subsidieregeling beschikbaar stelt voor onderwijsassistenten in het primair onderwijs die starten met de lerarenopleiding basisonderwijs (pabo). Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — De aanpak lerarentekort en de campagne Liever voor de Klas voor het aantrekken van nieuwe leraren, eveneens te richten op het aantrekken van onderwijsassistenten. — Te komen met een uitgewerkt plan in samenwerking met onderwijsassistenten, scholen en lerarenopleidingen om het aantrekken en de doorstroom van onderwijsassistenten naar leraarschap te stimuleren. De leden van de gemeenteraad |. Rooderkerk E.A. Flentge A.A.M. Marttin 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 386 Motie Datum 10 april 2019 2
Motie
2
discard
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 28 juni 2023 Ingekomen onder nummer 389 Status Verworpen Onderwerp Motie van de leden Boomsma, Burgers en Garmy inzake het Jaarverslag 2022 (geen tussentijdse mutatie op algemene reserve) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over het Jaarverslag 2022, Overwegende dat, -__In paragraaf 2.2.3 van het jaarverslag in tabel 1 het verloop van de begrotingsmutaties is opgenomen, waarin staat dat bij de begroting 2023 het destijds verwachte resultaat van € 112,5 miljoen aan de algemene reserve is toegevoegd, maar dit gedurende het jaar is gebeurd en dit deel van het resultaat zo niet meer zichtbaar is in het eindsaldo; -__ De Voordracht in punt 2. Voorstelt om in te stemmen met het toevoegen van het positieve rekeningresultaat van € 196,5 miljoen aan de algemene reserve, maar het jaarresultaat in werkelijkheid, inclusief de rechtstreekse toevoeging, € 309 bedraagt; -_ Media en Amsterdammers het bericht overnemen dat Amsterdam vorig jaar 196,5 miljoen meer heeft binnengekregen dan het heeft uitgegeven, maar dit bedrag dus anders is; -__De ACAM adviseert om het resultaat gedurende het jaar niet rechtstreeks op de algemene reserve te muteren, omdat het transparanter is en voor iedereen duidelijker; -_ De ACAM dat al eerder heeft aanbevolen en de indruk was gewekt dat deze aanbeveling zou worden opgevolgd; Verzoekt het college van burgemeester en wethouders Geen tussentijdse mutaties op de algemene reserve toe te passen Indiener(s), D. T. Boomsma H.C. Burgers |. Garmy
Motie
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1625 Publicatiedatum 9 december 2016 Ingekomen onder J Ingekomen op woensdag 30 november 2016 Behandeld op woensdag 30 november 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden N.T. Bakker en Groot Wassink inzake het vooronderzoek “Alliander” (publiek belang |). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het vooronderzoek “Alliander” als onderdeel van de opvolging herijking Deelnemingen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1581). Overwegende dat: — de Amsterdamse aandelen Alliander niet aan private derden mogen worden verkocht; — deze optie echter wel is opgenomen in het vooronderzoek omdat 'Uit gesprekken naar voren is gekomen dat er argumenten denkbaar zijn die aantonen dat onvoldoende rechtvaardiging bestaat voor een absoluut privatiseringsverbod!'. Spreekt uit dat: nutsvoorzieningen en het netbeheer daarvan in beginsel een publiek belang dienen zijn, en daarmee een taak van de overheid moeten zijn. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: de Amsterdamse aandelen Alliander niet te verkopen aan private derden. De leden van de gemeenteraad N.T. Bakker B.R. Groot Wassink 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1509 Status Verworpen bij schriftelijke stemming op 30 november 2020 Onderwerp Motie van de leden Marttin, Boomsma en Van Soest inzake de pilot knip Weesperstraat (Voer eerst gedegen onderzoek uit) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het plan van aanpak voor de pilot knip Weesperstraat (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1463). Constaterende dat: — De coronacrisis ervoor zorgt dat er geen representatief verkeersexperiment uitgevoerd kan worden, omdat verkeersstromen er nu anders uitzien; — Er onvoldoende onderzoek vooraf gedaan is naar de verkeersituatie in en rondom de Weesperstraat; — Er onvoldoende bekend is over het verkeer dat door de Weesperstraat rijdt en wat dit experiment voor effecten zou kunnen hebben. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. De geplande pilot met knips op en bij de Weesperstraat uit te stellen totdat er gedegen onderzoek is gedaan, vergelijkbaar met het vooronderzoek voor de knip bij de Munt; 2. In dit onderzoek duidelijk toe te spitsen wat er aan soorten verkeer door de Weespersraat rijdt en wat de bijbehorende definities zijn van dat verkeer (denk aan bestemmingsverkeer, doorgaand verkeer). De leden van de gemeenteraad AAM. Marttin D.T. Boomsma W. van Soest 1
Motie
1
discard
x% Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad x Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 566 Ingekomen op 19 mei 2020 Behandeld op 20 mei 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden De Jager, Blom en Mbarki inzake het Plan van Scholen basisonderwijs 2021-2024 (samenwerking van nieuwe scholen met de kinderopvang) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Plan van Scholen basisonderwijs 2021-2024. Overwegende dat: -_ Een goede samenwerking tussen voorschool en basisschool zorgt voor meer zicht en grip op problemen in de directe (leer)omgeving van het (doelgroep)kind en daarmee zijn/haar ontwikkelkansen vergroot; - De Amsterdamse PIEK-aanpak subsidie biedt voor de intensivering van de samenwerking tussen kinderopvang en basisschool. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Nieuwe basisscholen te vragen om aan te geven op welke manier ze willen gaan samenwerken met de kinderopvang; 2. Bij de stichting van nieuwe scholen met een hoog percentage doelgroepleerlingen deze scholen direct te wijzen op de mogelijkheden van de PIEK-aanpak voor de intensivering van de samenwerking tussen kinderopvang en basisschool. Het lid van de gemeenteraad D.O.C. de Jager S.R.H. Blom S. Mbarki 1
Motie
1
discard
X Gemeente Amsterdam W B % Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn % Agenda, woensdag 2 november 2016 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn Tijd 09.00 uur tot 12.30 uur Locatie De Rooszaal 0239, Stadhuis Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslagen van de openbare vergaderingen van de Raadscommissie WB d.d. 28 september en 11 oktober 2016 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWB @raadsgriffie.amsterdam.nl 4a Conceptverslagen van de besloten vergadering van de Raadscommissie WB d.d. 28 september 2016 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWB @raadsgriffie.amsterdam.nl Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Agenda, woensdag 2 november 2016 5 Termijnagenda, per portefeuille Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar 6 _TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Bouwen en Wonen 11 Vaststelling leegstandverordening Amsterdam 2016 Nr. BD2016-012684 e De gemeenteraad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht (Gemeenteraad d.d. 9 november 2016) 12 Regiovorming woningcorporaties Nr. BD2016-015119 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van het lid Abid (PvdA) e Was Tkn 4 in de raadscommissie WB, d.d. 28 september 2016 13 Procedure inschrijving en loting en verkoop regulerend beding bij zelfbouw Nr. BD2016-015118 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van het lid Poorter (PvdA) e Was Tkn2 in de raadscommissie WB, d.d. 28 september 2016 Dierenwelzijn 14 Initiatiefvoorstel van het raadslid Van Lammeren (PvdD) d.d. 8 juni 2016 getiteld ‘Welzijnseisen voor koetspaarden’ Nr. BD2016-015087 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 15 2 Gemeente Amsterdam Raadscommissie voor Bouwen, Wonen, Wijkaanpak en Dierenwelzijn W B Agenda, woensdag 2 november 2016 15 Bestuurlijke reactie op het initiatiefvoorstel “Welzijnseisen voor koetspaarden” van raadslid Van Lammeren (PvdD) Nr. BD2016-014756 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Voorgesteld wordt gevoegd te behandelen met agendapunt 14 16 Rapport over "De publieke opinie over het doden van krabben, kreeften en vissen voor consumptie” van de Stichting Vissenbescherming en de Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren Nr. BD2016-015117 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD) e Was Tkn 1 in de raadscommissie WB, d.d. 28 september 2016 17 Afhandeling toezegging Invloed op Nationale Regiegroep Vogels Nr. BD2016- 015252 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van het lid Bakker (PvdD) 3
Agenda
3
train
VN2022-009020 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Onderwijs, Jeugd en x Gemeente Jee 9 TAR Zorg % Amsterdam Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van og juni 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Diversiteit en Antidiscriminatiebeleid Agendapunt 39 Datum besluit Onderwerp Kennis nemen van de raadsbrief Eindrapportage actie-onderzoek moslimdiscriminatie met als bijlage het eindrapport van het actie-onderzoek moslimdiscriminatie De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsbrief Eindrapportage actie-onderzoek moslimdiscriminatie met als bijlage het eindrapport van het actie-onderzoek moslimdiscriminatie Wettelijke grondslag Artikel 160, eerste lid onder a Gemeentewet, het college is bevoegd het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren. Gemeentewet, artikel 169: * Het college en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. e Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Artikel 160, eerste lid onder a Gemeentewet, het college is bevoegd het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren. Gemeentewet, artikel 169: * Het college en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de raad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur. e Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Bestuurlijke achtergrond December 2018 - Het beleid voor antidiscriminatie valt binnen het kader van de beleidsbrief DiversiteitDecember 2018 - Het beleid voor antidiscriminatie valt binnen het kader van de beleidsbrief Diversiteit Reden bespreking Op verzoek van wethouder Groot Wassink ontvangt u hierbij de raadsbrief Eindrapportage actie-onderzoek moslimdiscriminatie met als bijlage het eindrapport van het actie-onderzoek moslimdiscriminatie. De stukken worden TKN aangeleverd voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 19 mei 2022. Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.8 1 VN2022-009020 % Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie TAR Onderwijs, Jeugden 9 Amsterdam Zorg % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van og juni 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Geheimhouding Uitgenodigde andere raadscommissies Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Welke stukken treft v aan? AD2022-035090 Bijlage 1 Raadsbrief onderzoek moslimdiscriminatie.pdf (pdf) Bijlage 2 Eindrapportage Weerbaar tegen moslimdsicriminatie en AD2022-035091 ‚ hatecrime 220211 def.pdf (pdf) AD2022-053038 Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Diversiteit, Chevaly Main - Riebeek, 0639874808, [email protected] Gegenereerd: vl.8 2
Voordracht
2
test
Termijnagenda stadsdeelcommissie Noord 2 mrt-2022 | Afscheidsdiner Krijtmolen, vanaf 18:00 uur 9 mrt-2022 - Vaststellen ongevraagd advies Modestraat en DAT - Presentatie proces en participatieplan Ecologische Kaart Nog toe te delen adviesaanvragen: - Vaststellen advies Purmerplein (stukken volgen na 28 februari) - Vaststellen advies bodemdaling - Vaststellen advies Voorontwerp bestemmingsplan Draka Terrein Hamerkwartier - Vaststellen advies Voorontwerp BP Adelaarsweg/Meeuwenlaan Al toebedeelde adviesaanvragen: - Vaststellen advies Compensatie en herplant bomen & richtlijnen beheerplan jaarvergunning (Canan Uyar en Roderik Koenders schrijven conceptadvies) Nog niet ingeplande onderwerpen: Jaar Datum Onderwerp EEKE n.n.b. Nieuwe Toegankelijkheid van Noord voor mensen met een | Fatin Bouali, Dennis bestuursperiode beperking/ toegankelijkheid van stoepen Overweg, Paul Scheerder 2022 Adviesaanvraag uitbreiding sportpark Kadoelen. OO 2022 Nieuwe Handboek Samen Sterker in Huiselijk Geweld en bestuursperiode Kindermishandeling 2022 Q1 Voorstel jongerencommissie Noord N.a.v. Esther Lagendijk ongevraagd advies van de commissie 8 september 2021 2022 02/03 Strategisch Huisvestingsplan Kunst en Cultuur Louis Pirenne N.a.v. toezegging 105 (vergadering 22-12-21
Agenda
1
train
Gemeente Bezoekadres A d Jodenbreestraat 25 mster am 1011 NH Amsterdam x Postbus 58010 1040 HA Amsterdam Telefoon 14 020 2x amsterdam.nl Retouradres: Postbus 58010, 104,0 HA Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad Datum 8 mei 2018 Behandeld door Carina Knol Onderwerp Uitvoering motie (1090.17) van de leden Boutkan cs. inzake de eis voor maximale transparantie over de bezoldiging van bestuurders bij door Amsterdam gesubsidieerde instellingen, Zeer geachte raadsleden, Op 27 september 2017 heeft de gemeenteraad ingestemd met motie 1090.17 van de leden Boutkan cs. inzake de eis voor maximale transparantie over de bezoldiging van bestuurders bij door Amsterdam gesubsidieerde instellingen. De motie verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Bijde subsidieregels als verplichting in de Algemene Subsidie Verordening (ASA) op te nemen dat organisaties die van de gemeente Amsterdam subsidie ontvangen, verplicht zijn jaarlijks accurate informatie over de bezoldiging (salaris, secundaire arbeidsvoorwaarden, pensioen, etc.) van bestuurders te verstrekken aan de gemeente. 2. Teonderzoeken of de gemeente deze gegevens jaarlijks kan vastleggen in een register en kan publiceren op de eigen website en de gemeente dan zorg draagt voor goede ontsluiting van deze informatie. Ten aanzien van de verplichting om bij een subsidieaanvraag informatie over de bezoldiging van bestuurders in te dienen, geldt het volgende. De ASA kent al de verplichting voor topfunctionarissen in de zin van de Wet normering topinkomens (WNT) om informatie over hun bezoldiging in te dienen. Dit geldt voor topfunctionarissen in de publieke of semipublieke sector en is geregeld in artikel 5 lid 2 onder f van de ASA. Op basis van deze bepaling kan het college bij de beslissing over het verlenen van subsidie de afweging maken of de bezoldigingskosten van de organisatie in verhouding staan tot de activiteit en de daarvoor gevraagde subsidie. Als dat niet het geval is, kan het college de subsidie geheel of gedeeltelijk weigeren. Daarnaast geldt dat ondernemingen verplicht zijn op grond van het Burgerlijk Wetboek in hun jaarrekening de bezoldiging van de gezamenlijke bestuurders en commissarissen te vermelden. Een routebeschrijving vindt uv op www.amsterdam.nl Gemeente Amsterdam Datum 8 mei 2018 Kenmerk Pagina 2 van 2 Naar aanleiding van de motie is onderzocht of er mogelijkheden zijn voor de gemeente om de bezoldiging van bestuurders bij door Amsterdamse gesubsidieerde instellingen jaarlijks vast te leggen in een register en te publiceren op de eigen website. Het publiceren van persoonsgegevens is, nu daar geen grondslag voor is, alleen mogelijk met instemming van de betrokkene. Salarisgegevens zijn gegevens die herleidbaar zijn tot personen, en zijn aan te merken als persoonsgegevens in de zin van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Wij beschouwen motie 1090.17 met deze brief als afgehandeld. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd, Met de meeste hoogachting, H ‚Het college va emeester en wethouders van Amsterdam, dl he Í | / / 4/1 | US | | J.J. van Aartsen AFP. van Gils waarnemend burgemeester gemeent i | es | | / TT Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 79 Publicatiedatum 31 januari 2014 Ingekomen onder Ss Ingekomen op woensdag 22 januari 2014 Behandeld op woensdag 22 januari 2014 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Combrink en de heer Van Lammeren inzake de Routekaart Gemeentelijke organisatie COs-neutraal (LED-verlichting). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2013 tot kennisnemen van de door het college van burgemeester en wethouders op 5 november 2013 vastgestelde Routekaart Gemeentelijke organisatie COs-neutraal, van het besluit van het college tot inrichting van het werkproces voor een COz-neutrale organisatie en van de aanbiedingsbrief bij de Routekaart Gemeentelijke organisatie COz-neutraal, waarin de gekozen aanpak nader wordt toegelicht (Gemeenteblad afd. 1, nr. 20); Overwegende dat: — verlichting verreweg het grootste aandeel heeft in de gemeentelijk CO2-uitstoot; — vervanging door LED-verlichting hierom zeer veel CO7-uitstoot kan besparen; Constaterende dat: - de Routekaart CO» neutrale gemeente een aantal berekeningen geeft voor mogelijke tempi van de vervanging van verlichting; — het financiële optimum heeft berekend dat dit 11 jaar is en voorstelt dat te doen; — de raad niet wordt voorgerekend wat een vervanging van 6, 7, 8, 9 of 10 jaar kost in euro's investering en wat het in CO» en euro's besparing oplevert; Voorts overwegende dat: - wij als gemeente niet slechts geïnteresseerd zijn in financiële optima maar zeker ook in (versnellling van de) reductie van CO2-uitstoot, - het interessant is om te weten voor welke extra investering er meer CO» kan worden bespaard; -__het voor het voorkomen van een al te ernstig broeikaseffect niet alleen van belang is de jaarlijkse CO7-uitstoot uiteindelijk terug te brengen, maar ook reeds gisteren daarmee te beginnen om zodoende de totale CO-uitstoot over de jaren heen (en de daarmee samenhangede concentratie CO» in de atmosfeer) te verminderen; Tevens erop wijzende dat het midden tussen heel duur en onrealistisch snel en slechts doen wat financieel gewoon gunstig is wel degelijk bestaat, 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 79 Moti Datum _ 31 januari 2014 otie Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — de raad voor te rekenen voor welke investeringsbedragen wij de vervanging van de verlichting door LED-lampen sneller kunnen doen (namelijk in 6,7,8,9 of 10 jaar), hoeveel COz-uitstoot dat scheelt (in totaal en per jaar) en wat het financieel opbrengt/hoe het zich terugverdient; — dit nog vóór de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart 2014 voor alle partijen in de raad beschikbaar te hebben. De leden van de gemeenteraad, T.J. Combrink J.F.W. van Lammeren 2
Motie
2
train
> < Gemeente Raadsinformatiebrief | Amsterdam Afdoening toezegging Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 27 oktober 2022 Portefeuille(s) Volkshuisvesting Portefeuillehouder(s): Zita Pels Behandeld door Directie Wonen ([email protected]) Onderwerp Afdoening toezegging TA-2022-00823 van het lid Mangal (DENK) inzake juridische grondslag bij beheerovername van een woning Geachte leden van de gemeenteraad, Tijdens de commissievergadering Woningbouw en Volkshuisvesting van 21 september 2022 heeft raadslid Mangal (DENK) gevraagd of het college bereid is om als uiterst middel de overheveling van beheer in te zetten om isolatie van woningen voor elkaar te krijgen en of de wethouder in een brief kan aangeven welke wettelijke grondslagen er zijn voor het overhevelen van het beheer. Ik heb toegezegd de commissie schriftelijk te informeren over de vraag in welke gevallen het juridisch mogelijk is om het beheer van woningen over te hevelen. Met deze brief informeer ik u hierover. Juridisch kader De bevoegdheid voor een beheerovername is vastgelegd in artikel 13b van de Woningwet. De beheermaatregel kan in de volgende gevallen worden opgelegd; a. Eriseen overtreding van voorschriften uit het Bouwbesluit én er is sprake van gevaar voor de veiligheid, gezondheid en/of een bedreiging voor de leefbaarheid. Daarnaast moet ook een dwangsom zijn opgelegd die niet heeft geleid tot het ongedaan maken van die overtreding; b. Een pand is op last van de gemeente gesloten. Hiervan kan sprake zijn als er gevaar dreigt voor de gezondheid, veiligheid of leefbaarheid, de openbare orde en veiligheid in het geding is of er drugs zijn aangetroffen in een pand. Overname van het beheer ziet erop toe dat de overtreding ongedaan wordt gemaakt en noodzakelijke voorzieningen worden getroffen zodat de woning of het bouwwerk weer bewoond en/of in gebruik genomen kan worden. Beheerovername wordt enkel in het uiterste geval toegepast omdat het een zeer ingrijpend, intensief en kostbaar instrument is. De beheerovername is een van de zwaarste handhavingsinstrumenten die de gemeente kan inzetten. Hierbij is het van belang dat er een redelijk evenwicht is tussen het middel (de beheerovername}) en het doel (wegnemen van het gevaar en/of onleefbare situatie). Inzet beheerovername bij het isoleren van woningen Voor woningen gelden geen landelijke minimumeisen voor bestaande gebouwen omtrent energiebesparing op grond van het Bouwbesluit. Ook leidt onvoldoende of geen isolatie niet tot Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 27 oktober 2020 Pagina 2 van 2 een gevaar voor de veiligheid, gezondheid of een bedreiging voor de leefbaarheid. Bij een slecht geïsoleerde woning is geen sprake van een hiervoor genoemde overtreding van de Woningwet. Ook betreft het geen panden of woningen die gesloten zijn op last van de gemeente. De beheerovername kan niet als middel ingezet worden om isolatie bij woningeigenaren af te dwingen, omdat niet voldaan kan worden aan de voorwaarden die de wet stelt voor het overnemen van het beheer. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, ADN / Á /) OOCK Zita Pels Wethouder Volkshuisvesting Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 215 Publicatiedatum 16 maart 2016 Ingekomen onder R Ingekomen op 9 maart 2016 Behandeld op 9 maart 2016 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Nuijens, Vink, N.T. Bakker en De Heer inzake “Ruimte voor de Stad-Koers 2025” (maximaal nastreven van verdichting buiten de Hoofdgroen- structuur en het (verder) onderzoeken van verdichtingskansen binnen bestaand stedelijk gebied). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over “Ruimte voor de Stad-Koers 2025” (Gemeenteblad afd. 1, nr. 179). Overwegende dat: — de gemeenteraad op 16 februari 2011 de Structuurvisie Amsterdam 2040 heeft aangenomen; — de Structuurvisie voorziet in het ruimtelijk kader voor de ontwikkeling en groei van Amsterdam tot 2040 met 70.000 woningen, op zo'n manier, dat de stad ook dan economisch sterk en duurzaam zal zijn; — de Amsterdamse parken en scheggen, en de beschikbaarheid van hoogwaardig groen in hoge mate bijdragen aan de (economische) kracht en duurzaamheid van Amsterdam; — een groot deel van dat essentiële Amsterdamse groen in de Structuurvisie is verankerd als de Hoofdgroenstructuur:; — de Structuurvisie, voornamelijk door verdichting, ombouw en transformatie uitgaat van de bouw van 70.000 woningen zonder dat het ontwikkelen en bebouwen van de Hoofdgroenstructuur nodig is; — het college overlegt met luchtvaartsector, rijk en provincie, om ruimtelijke beperkingen die realisatie van (minimaal) de verstedelijkingsambities uit de Structuurvisie bemoeilijken, uit de weg te ruimen. Constaterende dat: — hetcollege met de ontwikkelstrategie ‘Koers 2025' inzet op het versneld realiseren van 50.000 van de 70.000 woningen waarvoor reeds kaders zijn gesteld in de Structuurvisie; — het college zich daarbij niet op het standpunt stelt dat het versneld realiseren van 50.000 woningen voor 2025 inbreuk maken op de Hoofdgroenstructuur noodzakelijk maakt; — het college evenwel toch delen van de Hoofdgroenstructuur aanmerkt als zoeklocatie en mogelijke toekomstige ontwikkellocatie. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 215 Motie Datum 16 maart 2016 Voorts constaterende dat: — er, naast de ruimte voor groei waar de Structuurvisie reeds in voorziet, nog verdere verdichtingskansen zijn; — er naar verwachting op korte termijn helderheid komt over de ruimte voor het realiseren van woningen binnen bestaand bebouwd gebied in relatie tot de luchtvaart; — er recent met het rijk afspraken zijn gemaakt over afwaardering van de Haarlemmerweg en een lagere rijsnelheid die meer ruimte geven voor woningbouw; — er op langere termijn extra ruimte komt om te gaan verdichten nabij de (huidige) Ringzone A10 door schoner verkeer en betere afzuiging. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — conform de Structuurvisie 2040 in te zetten op het (verder) verdichten van bestaand stedelijk gebied en het ontzien van de Hoofdgroenstructuur:; — zich actief te blijven inzetten om ruimtelijke beperkingen die het rijk stelt, weg te nemen om daarmee de verstedelijkingsambities van Amsterdam mogelijk te maken; — nader onderzoek te doen naar het verder verhogen van de verdichtings- mogelijkheden binnen bestaand stedelijk gebied, inclusief de mogelijkheid van verdichting nabij de Ring A10 en hoogbouwopties én rekening houdend met de nog te maken afspraken met rijk en provincie over verstedelijking nabij Schiphol en de bijbehorende vliegroutes. De leden van de gemeenteraad J.W. Nuijens B.L. Vink N.T. Bakker A.C. de Heer 2
Motie
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 649 Datum akkoord college van b&w van 7 juni 2016 Publicatiedatum 8 juni 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van de leden Shahsavari-Jansen en N.T. Bakker van 12 mei 2016 inzake onrust in de top van het Gemeentevervoerbedrijf en de consequenties voor de Noord/Zuidlijn. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragenstellers: Op 11 mei 2016 verscheen het artikel “Onrust in de top van het GVB” in het Parool. Daarin staat dat de directeur Techniek van het Gmeentevervoerbedrijf (GVB) vertrekt. Volgens de GVB website behoorden tot zijn portefeuille “railinfrastructuur, railmaterieel, ICT, ingenieursbureau, facilitair bedrijf, programma implementatie Noord/Zuidlijn, en de aanschaf van nieuw railmaterieel.” Daarnaast zou de directeur Operatie (met als aandachtsgebieden de exploitatie van het openbaar vervoer bus, tram, metro en veren, verkeersleiding en sociale veiligheid) al langere tijd thuis zitten. In beide gevallen zou dit te maken hebben met spanningen binnen de directie. Volgens het Parool “gold [de vertrokken directeur Techniek] onder het personeel van het gemeentelijk vervoersbedrijf als de enige praktijkman in de directie. Hij hield alle gevoelige dossiers onder zich, zoals de Noord/Zuidlijn en de Amstelveenlijn.” Het Parool heeft eerder bericht dat het GVB niet langer wilde meewerken met de gemeente aan het schrijven van de gezamenlijke rapportages over de aanleg van de Noord/Zuidlijn, waarna een GVB-woordvoerder wees op het risico van een te ‘snelle oplevering van de metro’. De dag erna verscheen ook een artikel in het NRC getiteld: “Weer crisis in de top van Adam's vervoersbedrijf.” Daar staat: “Drie directeuren die eind 2015 het vertrouwen op wilden zeggen in algemeen directeur” (…) verdwijnen nu zelf, één voor één, van het toneel. Dat bevestigen diverse ingewijden aan NRC. De problemen bij het GVB zouden zijn begonnen kort na de aanstelling van de nieuwe algemeen directeur. Vervolgens zou de raad van commissarissen een verbeterplan hebben opgesteld. Het NRC stelt zelfs: * onbestuurbaarheid dreigt.” Gezien het vorenstaande hebben de leden Shahsavari-Jansen en N.T. Bakker, respectievelijk namens de fracties van het CDA en de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Watis hier aan de hand? Is het college bekend met eventuele spanningen dan wel verstoorde verhoudingen binnen de directie van het GVB? Antwoord: De directeur Techniek is recent vertrokken en de directeur Operatie is sinds enige tijd afwezig vanwege ziekte. Zowel de wethouder Deelnemingen als de wethouder Verkeer&Vervoer zijn — ieder vanuit hun eigen portefeuille en 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neeing Zo Gemeenteblad Datum 8 juni 2016 Schriftelijke vragen, donderdag 12 mei 2016 verantwoordelijkheden — hier bekend mee, waarna ook het college in januari geïnformeerd is. 2. Zoja, sinds wanneer? Gezien het grote belang voor Amsterdam van een optimaal functionerend gemeentevervoerbedrijf, welke acties heeft het college inmiddels ondernomen om tot een oplossing te komen? Antwoord: De wethouders Deelnemingen en Verkeer&Vervoer hebben beide, ieder vanuit hun eigen portefeuille en verantwoordelijkheden, hierover een aantal keren contact gehad met de RvC en directie van GVB. De wethouder Verkeer & Vervoer heeft hierover ook contact gehad met de voorzitter van het Projectcommissariaat van de RvE Metro en Tram om zijn zorgen te uiten over de gevolgen van het vertrek van de directeur Techniek vanwege zijn specifieke expertise met het oog op het in dienst nemen van de NoordZuidlijn. Ook heeft hierover contact plaatsgevonden tussen het Projectcommissariaat van de RvE Metro en Tram en de RvC van GVB. Voor de volledigheid worden hieronder de structuur en bevoegdheidsverdeling toegelicht. — Het GVB wordt bestuurd door de statutaire directie, die benoemd wordt door de aandeelhouder. De statutaire directie bestaat uit de algemeen directeur en de financieel directeur. De statutaire directie maakt deel uit van het directieteam van GVB. Op dit moment zijn de overige directieposities de directeur Techniek, directeur Operatie, manager Commercie, manager HR en de concernsecretaris. — De RvC is verantwoordelijk voor het toezicht op het functioneren van de directie. Tot de bevoegdheid van de statutaire directie behoort de benoeming en het functioneren van de overige directieleden / organisatie. — De RvC van GVB heeft recent aangekondigd de topstructuur van GVB te willen wijzigen. De wijziging omvat de toevoeging van een derde statutair directeur (een directeur Techniek & Operatie). Dit besluit wordt de aandeelhouder op korte termijn voorgelegd. De kwestie ten aanzien van het directieteam van GVB heeft de nadrukkelijke aandacht van de RvC. De RvC heeft daartoe een verbetertraject ingezet. De RvC heeft zeer regelmatig onderling en met de directie van GVB contact over de ontstane situatie. De aandeelhouder is actief en op hoofdlijnen door de RvC geïnformeerd. De directie en RvC van GVB hebben aangegeven hoe op korte en lange termijn het vertrek van de directeur Techniek kan worden opgevangen. Op korte termijn — naar verachting medio juni - start een interim-directeur Techniek. Daarnaast heeft de RvC van GVB verzocht de topstructuur van GVB Holding N.V. te wijzigen waarbij de statutaire directie wordt uitgebreid met een directeur Techniek & Operatie. Het college heeft op 7 juni besloten tot vaststelling van drie statutaire directeuren van GVB en dit besluit - conform de inhouse constructie — voorgelegd aan Stadsregio Amsterdam, waarna het aandeelhoudersbesluit wordt genomen. Daarmee kan de werving- en selectieprocedure voor de directeur Techniek & Operatie voor het zomerreces worden opgestart. 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer 6 fori 2018 Schriftelijke vragen, donderdag 12 mei 2016 3. Mede in het licht van de eerdere berichtgeving over en vanuit het GVB inzake de Noord/Zuidlijn, in hoeverre brengt het vertrek van de directeur Techniek, risico's met zich mee ten aanzien van de nakende ingebruikname en exploitatie van deze nieuwe metrolijn? Graag een toelichting. Antwoord: Binnen GVB is een programmateam Implementatie Noord/Zuidlijn opgericht. Dit programmateam wordt geleid door een ervaren projectleider. Door het wegvallen van de directeur Techniek rapporteert deze projectleider rechtstreeks aan het directieteam van GVB. Het programmateam van GVB zet zijn werkzaamheden op dezelfde voet voort. Op alle lagen in de implementatieorganisatie Noord/Zuidlijn van GVB wordt goed samengewerkt met de RvE Metro en Tram. Om de implementatie vorm te geven is een meerpartijengovernance ingericht, die de samenwerking tussen partijen (Gemeente, SRA en GVB) op alle managementlagen organiseert. 4. In hoeverre ‘dreigt onbestuurbaarheid’ van het GVB? Graag een toelichting. Antwoord: Naar het oordeel van de RvC van GVB is en blijft GVB goed bestuurbaar. De statutaire directie, bestaande uit een algemeen- en een financieel directeur, is ongewijzigd en blijft verantwoordelijk voor de gehele organisatie. Zie verder het antwoord op vraag 2. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 3
Schriftelijke Vraag
3
discard
DO X Gemeente Raadscommissie voor Zorg, Jeugd, Mbo-agenda Beroepsonderwijs en ZJ S en control % Amsterdam Toeleiding Arbeidsmarkt, Sport en Recreatie, Ouderen % Voordracht voor de Commissie ZJS van 03 juni 2021 Ter advisering aan de raad Portefeuille Financiën Agendapunt 4 Datum besluit 11 mei 2021 Raadsvergadering van 6 en 7 juli 2021 Onderwerp Vaststellen van de Voorjaarsnota 2021 en de daarin voorgestelde begrotingswijzigingen van de Begroting 2021. ‘De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht ‘Vaststellen van de Voorjaarsnota 2021 en de daarin voorgestelde begrotingswijzigingen van de Begroting 2021.' ‘Wettelijke grondslag zie raadsvoordracht Bestuurlijke achtergrond zie raadsvoordracht Reden bespreking zie raadsvoordracht Uitkomsten extern advies nvt Geheimhouding nvt De voordracht wordt in alle commissies geagendeerd nvt Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: v1.3 1 VN2021-013570 % Gemeente Raadscommissie voor Zorg, Jeugd, Mbo-agenda Beroepsonderwijs en Z Directie middelen _ 9 Amsterdam jn ‚ ‚ Toeleiding Arbeidsmarkt, Sport en Recreatie, Ouderen en control % Voordracht voor de Commissie ZJS van 03 juni 2021 Ter advisering aan de raad AD2021-04,9259 Bijlage 1. Voorjaarsnota 2021. pdf (pdf) AD2021-049260 Bijlage za. Internetbijlage wijzigingen doelenboom.pdf (pdf) AD2021-049261 Bijlage 2. 12563 Egalisatiereserve XaaS.pdf (pdf) AD2021-049262 Bijlage 3. Actualisatie bestedingsvoorstel SMF.pdf (pdf) AD2021-049264 Commissie ZJS Voordracht (pdf) AD2021-049263 Raadsvoordracht Voorjaarsnota 2021.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Agnes Borst, [email protected], 06 — 5351 9772 Arjan Langeveld, arjan.langeveld@&amsterdam.nl, 06 — 1482 4996 Gegenereerd: vl.3 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 329 Publicatiedatum 8 mei 2015 Ingekomen onder Q Ingekomen op 22 april 2015 Behandeld op 22 april 2015 Status Ingetrokken Onderwerp Motie van de raadsleden de heer Toonk en mevrouw Shahsavari-Jansen inzake de Verordening Parkeerbelastingen 2015-Il (parkeertarieven op basis van gemeten parkeerdruk). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Verordening Parkeerbelastingen 2015-1I (Gemeenteblad afd. 1, nr. 293); Overwegende dat: — parkeerbelasting bedoeld is om parkeerdruk te reguleren waarbij hogere tarieven over het algemeen leiden tot een lagere parkeerdruk; — het zoeken naar een optimale afstemming van de parkeertarieven en de parkeerdruk maatwerk is waarbij gegevens over de parkeerdruk niet mogen ontbreken; — te lage tarieven Kunnen leiden tot een te hoge parkeerdruk en te hoge tarieven een onnodig grote belastingaanslag zijn op de portemonnee van Amsterdammers en hun bezoekers; — het meten van parkeerdruk per straat met de huidige wijze van handhaving mogelijk is als bij product van de reguliere controle zonder daarvoor noemenswaardige extra kosten te maken, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: voortaan bij het aanpassen van parkeer(belasting)verordeningen, alsmede bij uitwerkingen daarvan, op straatniveau gemeten cijfers over de parkeerdruk mee te nemen. De leden van de gemeenteraad, W.L. Toonk M.D. Shahsavari-Jansen 1
Motie
1
discard
Gemeente tari x% Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 6 december 2023 Portefeuille(s) Ruimtelijke ordening (RO) Portefeuillehouder(s): Reinier van Dantzig Behandeld door R&D ([email protected]) Onderwerp Overzicht vrijgegeven ontwerpbestemmingsplannen aug 2023 — dec 2023 Geachte leden van de gemeenteraad, Met deze brief informeert het college u over het volgende. Ontwerpbestemmingsplannen en daarmee samenhangende en vergelijkbare RO-producten worden vrijgegeven voor terinzagelegging met de mogelijkheid om zienswijzen in te dienen. Bij grootstedelijke plannen gebeurt dit met een collegebesluit en bij lokale plannen — van stadsdelen — met een collegebesluit dat de wethouder RO in mandaat neemt. Om u over recent vrijgegeven ontwerpbestemmingsplannen te informeren volgt hieronder een overzicht. U ontvangt dit regelmatig. De ontwerpbestemmingsplannen zijn op plannaam te vinden op www.ruimtelijkeplannen.nl. Achtergrond is het voornemen van het college om openbare collegedossiers volledig toegankelijk te maken en de wens van de raad om bij reguliere uitvoering door het college geen aparte terkennisnamedossiers meer te ontvangen. Overzicht -_ Vrijgeven voor terinzagelegging van de vormvrije m.e.r.-beoordeling Dijksgracht Oost en het ontwerpbestemmingsplan Dijksgracht Oost -__ Instemmen met vrijgave voor terinzagelegging van het ontwerpuitwerkingsplan Food Center Amsterdam- ze uitwerking -_ Ontwerpbestemmingsplan Simon Stevinstraat - zelfbouw kavel o1 -_ Vrijgeven voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan IJburg ze fase, kavel 124 Il reparatieplan -_ Vrijgeven voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan Zuidas-Verdi Noordzijde IJsbaanpad en het ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder voor het ontwerpbestemmingsplan Zuidas-Verdi Noordzijde IJsbaanpad -_ Vrijgeven voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan ‘Aardgasleiding Seineweg — Hornweg Westpoort’ Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 6 december 2023 Pagina 2 van 2 -__ Vrijgeven voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan ‘Mercatorpark’, het bijbehorende ontwerpbesluit ‘Hogere waarden Wet geluidhinder Mercatorpark’ en het ontwerp 'Wijzigingsbesluit welstandskader Mercatorpark’ -_ Vrijgeven voor terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan Pampuslaan 1 Weesp en het ontwerpbesluit hogere waarden Wet geluidhinder voor het ontwerpbestemmingsplan Pampuslaan 1 Weesp. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Reinier van Dantzig Wethouder Woningbouw en Stedelijke Ontwikkeling Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
val
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 446 Datum akkoord 16 juni 2014 Publicatiedatum 18 juni 2014 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer D.W.S. Peters van 2 mei inzake de dubbele vergoeding voor bestuurscommissieleden. Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller: Sinds de verkiezingen van 19 maart 2014 heeft Amsterdam te maken met een nieuw bestuurlijk stelsel. De deelraden zijn verdwenen, in plaats daarvan zijn bestuurscommissies geïnstalleerd. Vanwege juridische overwegingen is ook het vergoedingensysteem veranderd. In plaats van de vaste vergoedingen die deelraadsleden kregen, is er nu een systeem met variabele vergoedingen per vergadering. Voor een voorbereidende bestuurscommissievergadering staat een vergoeding van 250 euro, voor een besluitvormende bestuurscommissievergadering staat een vergoeding van 500 euro. In de gemeenteraadsvergaderingen voorafgaand aan de wijzigingen van het bestuurlijk stelsel van Amsterdam, heeft de fractie van de SP meermaals gewezen op de risico's van het betalen per vergadering. Enerzijds kan het zo zijn dat bestuurscommissieleden te terughoudend zijn met het bijeenroepen van de bestuurscommissie, omdat dat meteen een hoop gemeenschapsgeld aan vergadervergoedingen kost. Anderzijds kan van het vergoedingssysteem een verkeerde prikkel uitgaan door juist meerdere vergaderingen op een avond te plannen en zodoende een hoge vergoeding op te strijken. In antwoord op deze door de fractie van de SP geuite zorgen stelde wethouder Van Es in de vergadering van de raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Bestuurlijk Stelsel, Project 1012, Regelgeving en Handhaving, Raadsaangelegenheden en Communicatie op 23 januari 2014 ervan uit te gaan dat vergaderingen die echt op één dagdeel plaatsvinden, maar één vergoeding opleveren. “Een dubbele vergoeding lijkt mij heel onwaarschijnlijk. Redelijkheid en billijkheid staan voorop.” Uit een inventarisatie blijkt dat verscheidene stadsdelen een voorbereidend en een besluitvormend vergaderdeel achter elkaar plannen op dezelfde avond, en per vergaderdeel een vergoeding uitbetalen. Het betreft de stadsdelen Centrum, Oost, West en Zuidoost. Dat betekent dat voor één vergaderavond 750 euro wordt uitgekeerd aan elk van de aanwezige bestuurscommissieleden. Zo'n avond vindt vooralsnog tweemaal per maand plaats. In de stadsdelen Nieuw-West, Noord en Zuid vindt eenmaal per maand een besluitvormende vergadering plaats en wordt in de daaraan voorafgaande weken één of meerdere voorbereidende vergaderingen gepland. 1 Jaar 2014 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer 18 un 2014 Schriftelijke vragen, vrijdag 2 mei 2014 Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 2 mei 2014, namens de fractie van SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Is het college bekend met de vergaderorde zoals die er op dit moment uitziet in de verschillende stadsdelen? Antwoord vraag 1: Ja, het college is bekend met de vergaderorde op dit moment van de bestuurscommissies. 2. Eerder gaf het college bij monde van wethouder Van Es te kennen dat een dubbele vergoeding voor één avond vergaderen onwaarschijnlijk is. Nu gebeurt dit toch in vier stadsdelen. Wat is het oordeel van het college hierover? Vindt het college dit redelijk en billijk? 3. Wat vindt het college ervan dat bestuurscommissieleden voor één avond vergaderen 750 euro krijgen uitgekeerd? Kan u uw antwoord toelichten”? 4. Is het college het met de fractie van de SP eens dat wanneer een voorbereidend en een besluitvormend vergaderdeel op één avond wordt gepland, dit gewoon als één vergadering kan worden gezien en derhalve een dubbele betaling niet wenselijk is? Indien nee, kan het college het antwoord toelichten? 5. Indien het college het in voorgaande vraag met de fractie van de SP eens is, is het college bereid de bestuurscommissies aan te spreken op de gang van zaken en erop aan te dringen dat één vergadering bestaande uit twee onderdelen gewoon als één vergadering dient te worden vergoed? Indien de bestuurscommissies hier geen gehoor aan geven, is het college bereid de verordening op de voorzieningen voor bestuurscommissies zo te wijzigen dat maximaal één vergadering per avond kan worden vergoed”? Antwoord vragen 2 t/m 5: Hierover is het college nog in gesprek met de bestuurscommissies. Uw raad zal worden geïnformeerd over de uitkomsten. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
VN2023-025215 N% Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en AZ Directie Middelen Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken, en Control X Amsterdam Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 14 december 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Financiën Agendapunt 3 Datum besluit 21 november 2023 Onderwerp De Najaarsnota 2023 De commissie wordt gevraagd e De raadte adviseren in te stemmen met de raadsvoordracht Najaarsnota 2023. Wettelijke grondslag De financiële verordening van de gemeente Amsterdam op grond van artikel 212 van de Gemeentewet met inbegrip van de daarop gebaseerde beleidsnota's. De gemeenteraad stelt de begroting en de wijzigingen daarin vast, besluit over instelling, handhaving en mutaties in reserves en besluit over de inhoud van de beleidsnota's. De najaarsnota zelf is geen wettelijk verplichte rapportage. Opstellen en aanbieding ervan is wel opgenomen in de Gewijzigde Financiële verordening 2023 Gemeente Amsterdam. Bestuurlijke achtergrond Met voorliggende Najaarsnota 2023 informeert het college de gemeenteraad over de financiële stand van zaken van het lopende begrotingsjaar. Volgens de Financiële verordening 2023 Gemeente Amsterdam rapporteert het college in de najaarsnota over afwijkingen van de begroting en doet het college voorstellen aan de raad als de uitvoering van de begroting, de investeringsruimte van een portfolio of de investeringskredieten die de raad heeft vastgesteld in het gedrang komen. Reden bespreking Zie raadsvoordracht. Uitkomsten extern advies Niet van toepassing. Geheimhouding Niet van toepassing. Uitgenodigde andere raadscommissies De Najaarsnota 2023 wordt in alle raadscommissies behandeld. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Gegenereerd: vl.10 1 VN2023-025215 % Gemeente Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en AZ Directie Middelen _ 9 Amsterdam Oe ‚ ‚ In Veiligheid, Handhaving en Toezicht, Communicatie, Juridische Zaken, en Control % Raadsaangelegenheden Voordracht voor de Commissie AZ van 14 december 2023 Ter advisering aan de raad Niet van toepassing. Welke stukken treft v aan? AD2023-088694 Bijlage 1 - Najaarsnota 2023. pdf (pdf) AD2023-088695 Bijlage 2 - Paspoort reserve en paspoort voorziening.docx (msw22) AD2023-088696 Commissie AZ Voordracht (pdf) AD2023-088883 Gemeenteraad Voordracht.pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Pernille Stomp, [email protected], 06 — 28 5o 41 29 Soufyan Akoudad, [email protected], 06 — 39 27 05 79 Gegenereerd: vl.10 2
Voordracht
2
val
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 1678 Ingekomen op 17 oktober 2019 Ingekomen in raadscommissie MLD Te behandelen op 6/7 november 2019 Onderwerp Motie van het lid Marttin inzake de Begroting 2020 (Inzet van scale-ups via een publiek-privaat investeringsfonds voor verduurzaming) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2020. Constaterende dat: — Amsterdam voor grote uitdagingen en opgaven staat op het gebied van duurzaamheid, die niet door de gemeente alleen gerealiseerd kunnen worden; — In het coalitieakkoord de ambitie wordt geuit om als gemeente actief spelers in de stad te vragen een bijdrage te leveren, waaronder startups en scale-ups; — De gemeente al succesvol samenwerkt met startups, namelijk door hen uit te dagen duurzame oplossingen te bieden voor grootstedelijke uitdagingen en door als launching customer op te treden voor deze duurzame startups; Overwegende dat: — Het voor het realiseren van de doelstellingen van Parijs het noodzakelijk is om op grotere schaal samen te werken met duurzame partners in de stad; — Samenwerking met scale-ups kan bijdragen aan deze schaalvergroting; — De gemeente innovatie het beste vorm kan geven in samenwerking met inwoners en bedrijfsleven; — _Scale-ups beschikken over innovatieve en duurzame concepten, die na een investering vaak direct geïmplementeerd kunnen worden in de stad; — Het stimuleren van (lokaal) ondernemerschap en het werken aan de verduurzamingsambities in de stad samen kunnen gaan. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Te onderzoeken hoe een publiek-privaat investeringsfonds kan bijdragen aan het behalen van de verduurzamingsambities:; 2. In dit onderzoek mee te nemen hoe dit fonds zich kan verhouden tot het reeds bestaande Klimaatfonds:; 3. Hierbij in het bijzonder de deelname van potentiële scale-ups te betrekken. Het lid van de gemeenteraad A.A.M. Marttin 4
Motie
1
discard
X Gemeente De raadscommissie voor Publieke Gezondheid OZA % Amsterdam en Preventie, Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), Onderwijs en Armoede XX en Schuldhulpverlening Gewijzigde agenda, 7 september 2022 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie Onderwijs, Zorg en Armoedebestrijding Tijd: og:oo tot 12:30 vur Locatie: Willem Kraanzaal 1 Algemeen deel a Opening procedureel gedeelte b Mededelingen C Vaststellen agenda d Conceptverslagen van de e Dit verslag wordt in de commissie AZ openbare en besloten vergadering van 8 september 2022 vastgesteld. van de Tijdelijke Algemene e Tekstuele wijzigingen kunt u voor de Raadscommissie d.d. 29 en 30 juni vergadering van 8 september aan 2022. de commissiegriffier doorgeven via secretariaat [email protected]. e Termijnagenda, per portefeuille f___TKN-lijst g Ingekomen stukken stadsdeelcommissies 2 Inhoudelijk deel a Opening inhoudelijk gedeelte b Inspreekmoment Publiek C Actualiteiten d Rondvraag 2022-09-0115:32:55 1 Gemeente Amsterdam De raadscommissie voor Publieke Gezondheid en Preventie, Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling, Jeugd(zorg), O VAN Onderwijs en Armoede en Schuldhulpverlening Gewijzigde agenda, 7 september 2022 Bespreekpunten Jeugd(zorg) 3 Kinderrechtenscan; vervolgonderzoek * Terbespreking en voor kennisgeving (On)beperkt opgroeien in Amsterdam? aannemen. Nr. VN2022-022572 e Geagendeerd op verzoek van het voormalige lid El Ksaihi (D66). e Uitgesteld in de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 7 april 2022. e Dekinderombudsman, mevrouw Van der Does, ís hierbij vitgenodigd. Zorg en Maatschappelijke Ontwikkeling 4 Kennisnemen van de e Terbespreking en voor kennisgeving bestuursrapportage 2021 aannemen. Maatschappelijke ondersteuning * Geagendeerd op verzoek van het lid Amsterdam van Pijpen (GL). Nr. VN2022-022645 e Was TKN 47 inde Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 29 en 30 juni 2022. 5 Terugblik Thrive Amsterdam Mentaal * Terbespreking en voor kennisgeving Gezond aannemen. Nr. VN2022-024411 * Geagendeerd op verzoek van het lid Van Pijpen (GL). e Was TKN 112 in de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 7 april 2022. e Uitgesteld in de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van 19 mei 2022. Onderwijs 6 Kennisnemen en bespreken van e Terbespreking en voor kennisgeving raadsinformatiebrief besluit minister aannemen. voor Primair en Voortgezet Onderwijs * Geagendeerd op verzoek van het lid over onderwijsvoorzieningen 2021 Kabamba (Bz). (MRvNS) en afdoening motie 153 (TA e Was TKN 46 in de Tijdelijke 2022-000153) van raadslid Yilmaz (Denk) Algemene Raadscommissie van 29 Nr. VN2022-024482 en 30 juni 2022. 7 Wachtlijsten overstap Amsterdamse * Terbespreking en voor kennisgeving middelbare scholen aannemen. Nr. VN2022-028229 * Geagendeerd op verzoek van het lid Von Gerhardt (VVD). TOEGEVOEGD AGENDAPUNT: Publieke Gezondheid en Preventie 8 Ontwikkelingen * Terbespreking en voor kennisgeving Rijksvaccinatieprogramma (RVP) aannemen. Amsterdam * Geagendeerd op verzoek van het lid Nr. VN2022-024412 Hoogtanders (VVD). e Was TKN 10 van deze vergadering. 2022-09-01 15:32:55 2
Agenda
2
train
> Gemeente Amsterdam D Motie Datum raadsvergadering 12 oktober 2023 Ingekomen onder nummer 580 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Ernsting, Asruf en Moeskops inzake raadsbrief voort- gang agenda touringcar Onderwerp Verder weren touringcarvervoer in nabije toekomst Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De Raad, Gehoord de discussie over de raadsbrief voortgang agenda touringcar. Overwegende dat: -__ Het goed is dat het aantal touringcarbewegingen omlaag wordt gebracht in de stad om- dat deze voertuigen te groot, zwaar en onveilig zijn voor ons kleinschalige stratenpatroon en er voldoende alternatieven zijn in de vorm van vervoer over water of kleinere voertui- gen -_ Ondanks deze beweging naar minder touringcars er nog vitzonderingen blijven bestaan in het voorstel met een kostbaar ontheffingenstelsel en een al zwaar belaste kattenburger- straat als onderdeel van de ‘corridor’. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders 1. het ontheffingenstelsel voor doelgroepen en bijzondere situaties eind van het volgende jaar te evalueren op kosten, nut en noodzaak en daarbij met scenario’s te komen voor een vervolg of alternatieve vervoersmethoden; 2. komend jaar te monitoren hoeveel touringcars er door de Kattenburgerstraat gaan en met die gegevens te onderzoeken hoe de Kattenburgerstraat uitgesloten kan worden voor touringcarverkeer. Indieners, Z.D. Ernsting J.F. Asruf E.D.M. Moeskops
Motie
1
discard
N Gemeente Amsterdam Gemeenteraad x Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 594 Ingekomen op 19 mei 2020 Behandeld op 20 mei 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Marttin en Nanninga inzake de actualiteit inzake aanpak Coronacrisis (uitbreiding deelmobiliteit bij P+R) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de actualiteit inzake aanpak Coronacrisis. Constaterende dat: -_ Amsterdam te maken heeft met een coronacrisis; - Het handhaven van de 1,5 meter norm in het OV lastig is. Overwegende dat: - Reizen per auto, fiets of scooter zodoende veiligere alternatieven zijn. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: Deelmobiliteit meer de ruimte te geven bij P+R-locaties zodat mensen niet noodzakelijk met het OV hoeven door te reizen. De leden van de gemeenteraad A.A.M. Marttin A. Nanninga 1
Motie
1
train
> < gemeente Raadsinformatiebrief | msterdam Afdoening motie Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 20 december 2021 Portefeuille(s) Grondzaken Portefeuillehouder(s): Marieke van Doorninck Behandeld door GRO, [email protected] Bijlage Geen Onderwerp Afdoening motie 736 “Behouden van de tijdelijke initiatieven op de NDSM- werf Oost” van de leden Naoum Néhmé (VVD) en Boutkan (PvdA) Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 11 november 2021 heeft uw raad bij de behandeling van de Haalbaarheidsstudie Vergroening en Sport NDSM-werf Oost, motie 736 van de leden Naoum Néhmé (VVD) en Boutkan (PvdA) aangenomen, waarin het college wordt gevraagd om: 1. Te borgen dat in de volgende fase van de ontwikkeling van NDSM-werf Oost de (nu tijdelijke) beeld- en cultvurbepalende initiatieven gesprekspartner over de invulling van het gebied blijven in het vervolgproces; 2. Over de voortgang regelmatig te rapporteren aan de raad. Het College geeft als volgt uitvoering aan de motie: 1. In de aanloop naar de besluitvorming over hierboven genoemde Haalbaarheidsstudie is aan de leden van de Commissie RO zowel mondeling ter vergadering en schriftelijk in raadsinformatiebrieven kenbaar gemaakt dat na vaststelling van de Haalbaarheidsstudie een participatietraject start. Voor deze volgorde is gekozen omdat uit de Haalbaarheidsstudie eerst moest blijken of toevoeging van groen- en sportvoorzieningen op de NDSM-werf Oost überhaupt mogelijk was. Zoals in de vastgestelde Haalbaarheidsstudie Vergroening en Sport NDSM-werf Oost aangegeven, is het welslagen van de vergroening en het toevoegen van sport op NDSM-werf Oost afhankelijk van een betrokken omgeving. Het ligt daarom niet alleen voor de hand, maar het is ook essentieel, om samen met de aldaar gevestigde ondernemers, kunstenaars en (culturele) organisaties de uitwerking tot een concreet inrichtingsplan ter hand te nemen. Hiertoe wordt een participatietraject vitgewerkt gebaseerd op gezamenlijk opdracht- geverschap. Daarmee zijn gemeente en participanten gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitwerking van de Goede Basis vit de Haalbaarheidsstudie tot een inrichtingsplan. De inzet is om alle gebruikers van NDSM Oost te betrekken bij de opzet van het participatieproces, zodat hun wensen en ideeën daarover meegenomen kunnen worden. Zij worden hiervoor bij voorkeur in het eerste kwartaal van 2022 of zo snel als mogelijk uitgenodigd voor een bijeenkomst (voor zo ver dan geldende coronamaatregelen dit toestaan). Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 20 december 2021 Pagina 2 van 2 Toegezegd wordt dat ook de tijdelijke beeld- en cultuurbepalende initiatieven en onder- nemingen hierbij op volwaardige wijze worden betrokken. Het betekent echter niet dat tijdelijke initiatieven/ondernemingen aan deelname aan het participatietraject zondermeer rechten kunnen ontlenen voor een permanente vestiging op NDSM-werf Oost. Naast alle gebruikers van de NDSM-werf Oost worden vanzelfsprekend ook de bewoners en ondernemers op het westelijk deel van de NDSM-werf en omliggende buurten betrokken bij het participatietraject. En omdat de NDSM-werf Oost een bijzondere openbare, publieke ruimte met betekenis voor heel Noord en de rest van Amsterdam, zal het participatietraject open staan voor alle Amsterdammers. De brede opzet van het participatietraject vergen een andere aanpak, een andere organisatie en meer voorbereidingstijd dan gebruikelijk. Dit betekent dat de daadwerkelijke start van het participatietraject niet begin 2022, maar vermoedelijk na de zomer van 2022 plaats vindt. Ter zijde benadrukt het college dat het eventueel verdwijnen van tijdelijke ondernemingen niet het gevolg is van het streven om op de NDSM-werf alsnog zo veel als mogelijk te voldoen aan de referentienormen voor groen en sport. De tijdelijkheid van de huurcontracten is immers steeds gebaseerd geweest op de mogelijkheid van toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen op de NDSM-werf Oost. Zo is dat ook opgenomen in de huurcontracten. Behoudens een parkeervoorziening op een daartoe al eerder aangewezen lege kavel bestaan die ontwikkelingen nu uit groen en sport in plaats van gebouwen. Het college handelt hiermee in lijn met de vaststelling van de Actualisatie van het Investeringsbesluit NDSM-werf 2020 waarbij ook is ingestemd met de noodzaak voor toevoeging van groen en sport op de NDSM-werf en realisatie daarvan mogelijk te maken op het oostelijke deel ervan. 2. Zodra de opzet van het participatietraject voor de uitwerking van de Vergroeningsopgave gereed is, wordt de commissie RO hierover geïnformeerd. Als het participatietraject eenmaal is gestart, overlegt het college of de verantwoordelijk wethouder namens het college, tweemaal per jaar een voortgangsrapportage aan de commissie RO. Ook wordt de commissie RO tussentijds geïnformeerd als daar aanleiding voor bestaat. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, EIA IIIND AU Cn Í k INL 2 OO OO Marieke van Doorninck Wethouder Ruimtelijke ontwikkeling en Duurzaamheid Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Motie
2
discard
X Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 876 Publicatiedatum 15 oktober 2014 Ingekomen op 9 oktober 2014 Ingekomen in raadscommissie AZ/FIN Te behandelen op 5/6 november 2014 Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw De Heer, mevrouw Roosma en de heer Van Lammeren inzake de begroting voor 2015 (inzicht in financiën). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de begroting voor 2015; Constaterende dat: — het college streeft naar een solide, transparante en goed te begrijpen gemeentebegroting; Overwegende dat: — op grond van artikel 189 Gemeentewet de gemeenteraad in een begroting de middelen beschikbaar stelt voor alle taken en activiteiten van de gemeente en hiermee zijn budgetrecht uitoefent, — bij veel van de geplande activiteiten de begroting geen informatie geeft over de daarvoor beschikbare middelen; — de productenraming slechts informatie op geaggregeerd niveau biedt; — de productenraming slechts een beeld geeft van het jaar 2015 en geen vergelijking biedt met voorgaande jaren. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in de volgende p&c-producten te beginnen bij de 4-maandsrapportage nadere informatie te geven over: — begrote lasten en baten per voorgenomen activiteit per programmaonderdeel en dit op te nemen in een meerjarenraming; — welke activiteiten worden gecontinueerd en welke gediscontinueerd, waarbij ook de bestedingen worden aangegeven uit de begroting 2014 en de jaarrekening 2013. De leden van de gemeenteraad, A.C. de Heer F. Roosma J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
> < Gemeente Amsterdam Bestuursopdracht Inclusie en Diversiteit 23 juni 2020 1. Inleiding Amsterdam heeft een superdiverse bevolking. Dat wil zeggen dat geen enkele bevolkingsgroep nog een meerderheid vormt. Die diversiteit zien we onvoldoende terug in het personeelsbestand van de gemeente. Het college zet daarom de komende drie jaar een sprint in. Het personeelsbestand moet een betere afspiegeling worden van de Amsterdamse beroepsbevolking. Hoewel de diversiteit van de gemeente Amsterdam toeneemt, blijft vooral het aandeel medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond in managementfuncties en medewerkers onder de 35 jaar achter. Medewerkers met een (niet) zichtbare handicap en/of chronische ziekte of met mantelzorgtaken voelen zich vaak ondergewaardeerd in de organisatie”. Ook blijkt dat LHBTIO+-personen voorwerp zijn van ongewenste grappen en pesterijen en zich soms onveilig voelen.” We zien ook dat medewerkers vit minderheidsgroepen vaker snel weer vertrekken. * Het college wil daarom bouwen aan een cultuur waarin iedereen zich gekend en gewaardeerd voelt, een cultuur waarin alle medewerkers volop mogelijkheden krijgen om zich te ontwikkelen en door te groeien, waarin verschillen worden gehoord en gewaardeerd, en waarin niemand op basis van zijn of haar “onderscheid” impliciet of expliciet wordt buitengesloten. Door de Corona-periode blijkt weer hoe belangrijk het is om in nauwe verbinding te staan met de stad, om snel te schakelen en een inschatting te maken van wat er nodig is. Hoe meer verscheidenheid in de organisatie, hoe beter het contact met de bewoners van de stad en hoe scherper het oog voor wat er nodig is. Alleen met een inclusieve cultuur kan de gemeente Amsterdam haar werk goed uitvoeren én een betere werkgever worden. Het veranderen van een cultuur vraagt een lange adem. Dit zal zeker langer duren dan één programma van een paar jaar. Daar komt in het geval van thema’s als inclusie en diversiteit bij: het is nooit ‘perfect’ en je bent feitelijk nooit ‘klaar’. Tegelijkertijd is er behoefte aan actie, concrete resultaten op korte termijn en aan zichtbaarheid. Met het programma Inclusie en Diversiteit * werkt het college de komende drie jaar daarom aan een sprint én een marathon tegelijk. We zetten acties op voor de korte termijn en nemen maatregelen om het effect van die acties op de “Infographic Uitkomsten Inclusievragenlijst 2019 door de Universiteit Utrecht (Nederlandse Inclusiviteits Monitor) * Uit de bewustwordingsactie ‘Uit de kast’, van zowel 2017 als 2018 3 Dashboard Diversiteit Personeel Gemeente Amsterdam 2020 door OIS * Deze ambitie is vastgelegd in het coalitieakkoord ‘Een nieuwe lente, een nieuw geluid’ (2018) en in 2019 aangekondigd in de hoofdlijnen brief Arbeidsmarktdiscriminatie (januari 2019) Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 2 van7 langere termijn te waarborgen. Het programma steunt op twee pijlers: het vergroten van de inclusieve werkcultuur en het vergroten van de diversiteit van het personeelsbestand. Bij dit laatste ligt voor de korte termijn de focus op het vergroten van het aandeel medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond in hogere management- en directiefuncties. Het programma bouwt voort op de bestaande inzet voor inclusie en diversiteit. 2. Inclusie en diversiteit Diversiteit en inclusie zijn lastige termen. Ze hebben de neiging om, als een kameleon, van betekenis te veranderen. Of steeds meer te gaan betekenen. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. Een diverse organisatie is een organisatie die een goede afspiegeling is van de Amsterdamse beroepsbevolking, in alle lagen van die organisatie. Van uitvoering tot beleid en van management tot bestuur. Een inclusieve organisatie is een organisatie die op een juiste manier met diversiteit omgaat. De gemeente Amsterdam streeft naar diversiteit in leeftijd, geaardheid, gender, etniciteit, en wil een toegankelijke werkgever zijn voor mensen met een (niet) zichtbare handicap en/of chronische ziekte. Diversiteit kun je in eerste instantie voor een belangrijk deel regelen. Bij de werving van personeel staat het streven naar diversiteit voorop. Langzaam maar zeker kruipen we naar de in 2015 vastgestelde streefcijfers toe.” Het opbouwen van een representatief personeelsbestand eindigt niet bij de werving van medewerkers. Nieuwe en bestaande medewerkers zullen zich in de organisatie ook senang moeten gaan voelen, op waarde geschat worden, zich kunnen ontwikkelen, niet onder hun niveau werken en kunnen doorstromen naar hogere management- en directiefuncties. Dat is voor een deel in afspraken en protocollen vast te leggen, maar niet helemaal. En daar komt inclusie weer om de hoek kijken. Inclusiviteit is de manier waarop je met diversiteit omgaat. Inclusie gaat over de manier waarop je verschillen tussen mensen beter kunt laten werken. In een inclusieve werkcultuur worden verschillen gewaardeerd en benut. Tegenstellingen zijn een gegeven en worden niet uit de weg gegaan.” Inclusie is dus niet het gelijktrekken of gladstrijken van verschillen, of een zo divers mogelijke groep mensen met elkaar laten samenwerken. Het is ook niet het streven naar gelijkheid. Inclusie is juist het productief gebruik maken van de verschillen tussen mensen. Het is een houding, het is gedrag, en het is cultuur. Dat verander je niet zomaar. De eerste stap is het creëren van bewustzijn. Hierin speelt intersectionaliteit een belangrijke rol. Intersectionaliteit gaat over verschillende identiteitsfactoren, zoals culturele achtergrond, gender, geaardheid, beperking en leeftijd, die op elkaar inwerken en kunnen leiden tot een opeenstapeling van voordeel of achterstand. We weten dat collega's met een niet-westerse migratieachtergrond in Nederland vaker moeten solliciteren en dat zij ervaren dat ze zich op de werkvloer moeten aanpassen en dat zij vaker uit een lagere sociaal economische omgeving komen. We weten ook dat mensen met een ° In de aanpak van het programma Amsterdam Inclusieve Organisatie (2015 - 2019) zijn streefcijfers vastgesteld voor vrouwen, medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond, jongeren tot 35 jaar en medewerkers met een (niet) zichtbare beperking. De evaluatie van het programma AlO is in 2019 uitgevoerd. ° Er zijn veel vergelijkbare omschrijvingen, deze is afkomstig van de Stichting Dutch Government Pride. Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 3 van 7 zichtbare of niet zichtbare handicap en/of chronische ziekte meer moeite hebben met het vinden van een baan en vaker bij hun werkgever aankloppen om hulp en faciliteiten. Het is vervolgens niet moeilijk om je voor te stellen dat iemand met een niet-westerse migratieachtergrond én een (niet) zichtbare handicap meer vitdaging zal ervaren dan iemand zonder deze persoonskenmerken. Intersectionaliteit gaat tenslotte niet over het opsluiten van mensen in een kenmerk, maar over het benutten van de talloze andere mogelijkheden tot (h)erkenning. Het herkennen en erkennen van de impact van deze voordelen, achterstanden en mogelijkheden is een fundamenteel onderdeel van inclusie. Tenslotte is het belangrijk om te zien dat inclusie niet iets is wat vooral de ondervertegenwoordigde groepen aangaat. Of, tegenovergesteld, iets van de dominante groepen. De Universiteit Utrecht (Nederlandse Inclusiviteits Monitor) deed in het voorjaar van 2019 onderzoek naar het beleid voor en de beleving van inclusiviteit van de gemeente Amsterdam. Zij doen een belangrijke aanbeveling: “Richt het diversiteitsbeleid op alle medewerkers, niet alleen op specifieke doelgroepen.” Inclusie is niet mensen in de kring trekken, maar de kring groter maken. Het raakt elke ambtenaar in onze organisatie. Dit is een belangrijk element voor een effectief inclusie- en diversiteitsbeleid omdat het voorkomt dat medewerkers zich buitengesloten voelen. 3. De stad en de gemeentelijke organisatie in cijfers Uit onderzoek naar de samenstelling van de gemeente Amsterdam door Onderzoek, Informatie en Statistiek (2019) blijkt dat de helft van ruim 15.000 werknemers van de gemeente Amsterdam vrouw is en dat 4,5% van de topfuncties wordt bekleed door vrouwen. Er werken relatief weinig jongeren bij de gemeente, 16% is jonger dan 35 jaar. In Amsterdam wordt in 2019 2,35% van de functies ingevuld door werknemers met een (niet) zichtbare handicap. OIS heeft becijferd dat in de lagere functies het aandeel medewerkers met een migratieachtergrond de afgelopen jaren is gestegen. Ondanks de getroffen maatregelen vanuit het programma inclusieve organisatie (2015- 2019) blijft hun aandeel in de hogere functieschalen en onder het management achter. 37% van de ambtenaren heeft een migratieachtergrond, tegenover 51% van de Amsterdamse beroepsbevolking. Van de ambtenaren met een migratieachtergrond heeft 10% een westerse migratieachtergrond, bij de Amsterdamse beroepsbevolking is dit 20%. Bovendien geldt: hoe hoger de schaal, des te lager het aandeel medewerkers met een migratieachtergrond. In schaal 1 tot 3 heeft 71% van de medewerkers een migratieachtergrond. In schaal 17 tot ag is dit 15%. Uit dit onderzoek blijkt ook dat medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond vaker onder hun niveau werken en dat de doorstroming naar hogere salarisschalen achterblijft bij het gemiddelde. Ook het aandeel jongeren (onder de 35 jaar) blijft achter. Het in 2015 vastgestelde streefcijfer voor vrouwen aan de top is inmiddels wel behaald, evenals het streefcijfer voor medewerkers met een (niet) zichtbare beperking. 7 Infographic Uitkomsten Inclusievragenlijst 2019 door de Universiteit Utrecht (Nederlandse Inclusiviteits Monitor) Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 4 van 7 Misschien nog belangrijker dan de cijfers zijn de bevindingen uit de Nederlandse Inclusiviteitsmonitor of het NIM (2019, Universiteit Utrecht). Hieruit blijkt dat onder andere ambtenaren met een migratieachtergrond, ambtenaren met een (niet) zichtbare beperking, mantelzorgers en LHBTIQ+-collega’s zich niet gewaardeerd voelen op het werk. Ze missen (herkenning en waardering en hebben niet het gevoel dat ze gelijke kansen hebben. De NIM doet daarom een oproep aan de organisatie: “Kijk bij het ontwikkelen, implementeren en evalueren van uw diversiteitsbeleid niet alleen naar aantallen, maar stel het organisatieklimaat centraal. U profiteert alleen van de meerwaarde van diversiteit als er sprake is van een inclusief werkklimaat.” 4. Het programma Inclusie en Diversiteit De cijfers van OIS, de bevindingen uit de NIM, de evaluatie van het programma Amsterdam Inclusieve Organisatie, maar ook diverse gesprekken met medewerkers in de organisatie vormen de basis van het programma Inclusie en Diversiteit. In de bestuursopdracht stelt het college twee ambities vast: 1. Het vergroten van representativiteit en herkenning: een voorbeeld zijn voor de stad én voor de medewerkers van de gemeente. 2. Betere resultaten door het werken in inclusieve en diverse teams: een inclusieve en diverse organisatie leidt tot beter en uitvoerbaar beleid, beter contact met de netwerken in de stad en met Amsterdammers en tot meer waardering voor verschil voor een grotere groep medewerkers. Om deze ambities te bereiken bouwen we op twee pijlers’: het vergroten van de inclusieve werkcultuur en het vergroten van de diversiteit van het medewerkersbestand. Bij de laatste pijler is specifieke aandacht voor medewerkers met een niet- westerse migratieachtergrond en medewerkers onder de 35 jaar. De twee pijlers worden gelijktijdig ingericht, want het creëren van een inclusieve werkcultuur is een absolute voorwaarde voor de duurzame werving en selectie en doorstroom van minderheidsgroepen. Als de organisatie er niet voor zorgt dat nieuwe of bestaande medewerkers zich opgenomen, gewaardeerd en gestimuleerd voelen, dan zal een deel van hen spoedig weer uitstromen, en zal er onvoldoende doorstroming zijn naar hogere functies. Pijler 1: Het versterken van een inclusieve werkcultuur. Tijdens de coronaperiode blijkt eens te meer hoe belangrijk het is om snel te kunnen signaleren wat nodig is om de stad draaiende te houden. Daarvoor is diverse organisatie nodig, maar moeten verschillen tussen medewerkers vooral ook gekoesterd en gebruikt worden. Er zijn in de ambtelijke organisatie netwerken van medewerkers opgericht, die zich op verschillende manieren inzetten voor een betere verbinding tussen culturen en netwerken. Maar, een structureel ingebedde aanpak ontbreekt. Daarbij mist vaak nog het inzicht in de mechanismen: waarom vertrekken sommige collega’s eigenlijk en waarom zijn anderen er nog wel? Hoe voer je het gesprek over een kwetsende grap? Waarom worden er nauwelijks meldingen over uitsluiting en ? De inspanningen sluiten aan op de ambitie om arbeidsmarktdiscriminatie te voorkomen en bestrijden (programma Arbeidsmarktdiscriminatie). Volgens dit programma streven wij naar deze ambitie met de gemeente Amsterdam als normsteller en inclusieve werkgever. Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 5 van7 pesten gedaan bij Bureau Integriteit terwijl vit het onderzoek blijkt dat dit wel degelijk voorkomt? Tot slot geldt dat de gemeente voor medewerkers met een (niet) zichtbare handicap en/of chronische ziekte soms fysiek niet toegankelijk is. Voor de pijler inclusie worden daarom onder anderen deze interventies ingericht: = Het vergroten van het bewustzijn in de organisatie over inclusie en diversiteit door bijv. het in beeld brengen van verhalen van collega’s. = Het opstellen van een intern antidiscriminatiebeleid, het vergroten van de meldingsbereidheid en het verbeteren van het handelingsperspectief bij meldingen op het gebied van pesten, discriminatie en uitsluiting. Hierbij hoort ook de verkenning van de mogelijkheid om een veilig, onafhankelijk en laagdrempelig intern adviespunt in te richten. Het verbeterde handelingsperspectief moet zorgen voor een nieuwe norm op de werkvloer, bijvoorbeeld voor ongewenste grappen en pesterij. "Om bewustzijn over diversiteit, en inclusie te stimuleren en gedragsverandering te bewerkstelligen ontwikkelen we trainingen, instrumentarium voor het begeleiden van gesprekken en een leergang voor medewerkers. "Inclusief werken moet de nieuwe norm worden, door zowel bij bestaand als nieuw te ontwikkelen aanbod van de Amsterdamse School meer aandacht te geven aan bijvoorbeeld cultuursensitief werken en inclusieve samenwerking. = De in-uvit- en doorstroom zal beter gemonitord worden. Het systematiseren van bijvoorbeeld exitgesprekken moet beter zicht geven op wat nodig is om medewerkers aan de organisatie te binden. Hiernaast worden er onderzoeken uitgevoerd naar de arbeidsmarktpositie en het werkgeversimago van de gemeente Amsterdam. "Het ontwikkelen en uitvoeren van een toegankelijkheidsagenda specifiek gericht op de fysieke toegankelijkheid en werkomstandigheden voor medewerkers met een zichtbare en onzichtbare beperking en/of chronische ziekte om de belemmeringen weg te nemen die zij binnen de organisatie ervaren. Pijler 2: De diversiteit van het medewerkersbestand Het creëren van een afspiegeling van de Amsterdamse beroepsbevolking begint met de werving en selectie- en doorstroom van divers personeel. De komende jaren is extra aandacht voor het vergroten van het aantal medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond in topfuncties en de doorstroom van jonge medewerkers. Dit leidt tot de volgende acties: = De gemeente werkt toe naar een personeelsbestand waarbij 30% van de functies vanaf schaal 15 is ingevuld door een collega met een niet-westerse migratieachtergrond. Om deze ambitie te realiseren wordt voorkeursbeleid ingevoerd voor medewerkers met een niet-westerse migratieachtergrond in directiefuncties en in het topmanagement. Het tempo waarop deze ambitie kan worden bereikt is mede afhankelijk van de in- en uitstroom in de organisatie. De impact van Corona op de ontwikkeling van vacatures is nu nog niet goed te overzien. De cijfermatige ontwikkelingen worden jaarlijks gemonitord. Als blijkt dat de gekozen aanpak niet bijdraagt aan de beoogde resultaten, kan het college de aanpak heroverwegen en overgaan tot het onderzoeken van andere mogelijkheden, zoals het instellen van quota. " Voorde overige functies wordt op basis van nader op te stellen streefcijfers per directie of stadsdeel een actieplan opgesteld om te komen tot een meer divers en representatief Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 6 van 7 personeelsbestand. Dit is afhankelijk van het startniveau van de personele samenstelling en de heersende cultuur van de directie en de wensen van de directeur en medewerkers. Deze uitwerking wordt opgenomen in het uitvoeringsplan. =De uitrol van de werkwijze om inclusief te werven en selecteren. Circa goo medewerkers die betrokken zijn bij het werving- en selectieproces worden getraind op inclusieve werving en selectie. De werkwijze wordt ook uitgebreid, met aandacht voor bijvoorbeeld de training van directeuren en bestuurders. " __ Startersfuncties creëren en een imago en wervingscampagne ontwikkelen om medewerkers met een migratieachtergrond en medewerkers jonger dan 35 jaar te werven. = Realisatie van een of meer High Potential Programma's specifiek gericht op de bevordering van jonge medewerkers uit minderheidsgroepen in de eigen organisatie. = Doorstroom en talentontwikkeling onder medewerkers met een migratieachtergrond door het vergroten en de ontwikkeling van specifieke interventies op dit gebied. Deze interventies worden ontwikkeld met TNO. Op basis van deze bestuursopdracht en deze pijlers ontwikkelen we in de komende maanden een uitvoeringsplan, waarin we een breed scala aan uitgewerkte maatregelen en interventies zullen presenteren. Het maken van een duurzame aanpak staat of valt bij het draagvlak van medewerkers bij dit proces en bij het vermogen om maatwerkte leveren: elk organisatieonderdeel vraagt een andere benadering en zal andere inzet nodig hebben om de gestelde doelen te bereiken. Dat betekent dat het uitvoeringsplan voor deze bestuursopdracht met collega's uit de gemeentelijke organisatie wordt opgesteld. Medewerkersnetwerken, directies, stadsdelen en individuele collega’s worden gevraagd om op maat invulling en uitvoering te geven aan het programma. Monitoring, onderzoek en kwaliteit De intensivering van het inclusie- en diversiteitsbeleid valt of staat bij een goede monitoring van de resultaten en door het bewaken van de kwaliteit. Bij deze monitoring volgen we de ontwikkelingen van diverse groepen binnen de gemeentelijke organisatie, zoals LHBTIO+ medewerkers, vrouwen en medewerkers met een (niet) zichtbare handicap en/of chronische ziekte. Het college moet een goed en tijdig beeld hebben van de ontwikkelingen, om bij te kunnen sturen als dat nodig blijkt. Daarvoor zijn in elk geval de volgende acties noodzakelijk: = We vragen OIS om een voorstel te doen voor het twee jaarlijks onderzoeken van de personele samenstelling. Ook gaat de gemeente Amsterdam deelnemen aan de jaarlijkse Barometer Culturele Diversiteit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. = __ We zullen de Inclusiviteitsmonitor tweejaarlijks herhalen om zo van de medewerkers zelf te horen hoe zij diversiteit en inclusie in de organisatie ervaren. = We ontwikkelen een instrument om beter zicht te krijgen op de stand van zaken op het gebied van inclusie en diversiteit in de verschillende organisatie onderdelen, zoals bijvoorbeeld een audit. = We zoeken actief de samenwerking met andere gemeenten, het Rijk, universiteiten en hogescholen en organisaties uit het bedrijfsleven en benutten kennis en ervaring van buiten onze eigen organisatie. Er wordt bijvoorbeeld samengewerkt met het lectoraat Diversiteitsvraagstukken van Hogeschool InHolland bij de ontwikkeling van het Gemeente Amsterdam Datum 12 juni 2020 Pagina 7 van7 trainingsaanbod en zullen we driemaandelijks een expeditie doen naar een andere organisatie. = We organiseren in het najaar van 2020 een dwarskijksessie, waarin we onze plannen laten toetsen door peers en externe experts, maar vormen hiernaast ook een klankbordgroep met collega's vit de eigen organisatie. = Erwordt per directie een plan opgesteld. Deze plannen worden opgenomen in het nader op te stellen uitvoeringsplan Inclusie en Diversiteit. Over de voortgang van het uitvoeringsplan wordt het college twee keer per jaar geïnformeerd. 5. Organisatie en uitvoering De wethouder Personeel & Organisatie is de verantwoordelijke wethouder van deze bestuursopdracht; zij informeert de raad twee keer per jaar over de voortgang. Dit gebeurt via het jaarverslag en middels een voortgangsbrief in het najaar. De gemeentesecretaris is ambtelijk opdrachtgever. Hij trekt hierin nauw op met de directeur Personeel & Organisatie. Onder zijn leiding fungeert een stuurgroep samengesteld uit directeuren van de verschillende clusters (inclusief de stadsdelen). Inclusie en Diversiteit krijgt vorm als een programma met een eigen programmamanager, voor de duur van tenminste drie jaar. Hiermee is de looptijd van dit gemeentelijke programma gelijk aan het programma arbeidsmarktdiscriminatie, dat zich richt op arbeidsmarktdiscriminatie bij werkgevers. De kosten voor de bestuursopdracht worden geraamd op € 1.180.000 voor 2020, € 1.360.000 voor 2021, € 1.083.000 voor 2022 en € 1.083.000 voor 2023. Hierbij zijn de personele lasten voor een klein kernteam inbegrepen. De overige kosten zijn vooral bestemd voor het vergroten van kennis, kunde en het opbouwen van expertise. Het uitvoeringsplan inclusie en diversiteit zal in het vierde kwartaal van 2020 aan het college aangeboden worden.
Onderzoeksrapport
7
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1164 Datum indiening 3 juli 2020 Datum akkoord 7 oktober 2020 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Yilmaz inzake de geplande annexatie van Palestina en de Amsterdamse samenwerking met Tel Aviv en Ramallah Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: De Israëlische regering heeft aangekondigd om vanaf 1 juli 2020 de Westelijke Jordaanoever te annexeren. De Verenigde Naties veroordeelt deze geplande annexatie als “een zeer ernstige schending van het internationaal recht”*. Ook de Tweede Kamer is zeer kritisch over de mogelijke annexatie van Palestijns grondgebied. Een meerderheid heeft een motie aangenomen waarin zij het kabinet verzoeken om met gelijkgestemde landen opties in kaart te brengen om maatregelen te nemen indien Israël daadwerkelijk overgaat tot annexatie®. De Palestijnen die onder de directe macht van Israël komen, zullen officieel tweederangsburger worden’. Het college onderhoudt een samenwerkingsverband met Tel Aviv en Ramallah. Het college zou zich ook moeten buigen over vervolgstappen indien Israël delen van Palestina annexeert. Gezien het vorenstaande heeft het lid Yilmaz, namens de fractie van DENK, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Is het college bekend met het voorgenomen besluit van Israël om de Westelijke Jordaanoever te annexeren? Wat is het standpunt van het college in deze? Antwoord: Het college is bekend met het voorgenomen besluit van de regering van Israël om de Westelijke Jordaanoever te annexeren. Het college opereert binnen de kaders van het internationale recht en stelt zich op het standpunt dat annexatie in strijd is met dat internationale recht. t https://nos.nl/artikel/2339099-spanning-rond-westelijke-jordaanoever-gaat-israel- palestijns-gebied-annexeren.html 2 httos://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/moties/detail? id=2020Z11860&did=2020D25453 3 https://www.trouw.nl/buitenland/wat-betekent-annexatie-en-vier-andere-vragen-over-de- plannen-van-netanyahu-met-de-westelijke-jordaanoever—b32a0152/ 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer Tober 2020 Schriftelijke vragen, vrijdag 3 juli 2020 2. Het college heeft een samenwerkingsverband met Tel Aviv. Is het college bereid om haar zorgen te uiten over de geplande annexering van de Westoever en is zij bereid om het samenwerkingsverband op te zeggen als de annexatie van Palestijns grondgebied daadwerkelijk heeft plaatsgevonden? Antwoord: Het college is van mening dat Amsterdam met het aangaan van een samenwerking met Tel Aviv niet een relatie is aangegaan met het land Israël. De stad Tel Aviv kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor de besluiten van de regering van Israël en het college zal dus ook niet op grond van eventuele annexatie van de Westelijke Jordaanoever door de regering van Israël de banden met Tel Aviv verbreken. Amsterdam zet juist in op samenwerking met steden die in een moeilijke nationale situatie moeten opereren. 3. Het college werkt ook samen met Ramallah en zal onder directe controle komen van Tel Aviv, indien Israël overgaat tot annexatie. In hoeverre is het vanuit het internationaal recht geoorloofd om samen te werken met een stad onder bezetting van een buitenlandse macht? 4. Indien Israël overgaat tot annexatie, is het college in dat geval dan bereid om in gesprek te treden hoe Amsterdam Ramallah op welk domein dan ook kan ondersteunen? Antwoord vragen 3 en 4: Het college opereert altijd binnen de kaders van het internationale en nationale recht. Mocht het internationale recht samenwerking met Ramallah verbieden in het geval het tot annexatie komt, dan zal de samenwerking worden opgeschort. Het college is echter ook van mening dat je vrienden in moeilijke omstandigheden niet in de steek laat. Relaties met niet-gouvernementele organisaties kunnen mogelijk in een dergelijk geval wel doorlopen. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
G emeente Bezoekadres Plein'40'45 1 Amsterdam z064 SW Amsterdam Nieuw-West Postbus 2003 1000 CA Amsterdam Telefoon 14020 2x Nieuwwest.amsterdam.nl Vergadering Bestuurscommissie Datum 26 oktober 2016 Decos nummer 2016/INT/oog61 Onderwerp Ruimtelijke randvoorwaarden Watersporteiland Sloterplas Het algemeen bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Nieuw-West Gezien de voordracht van het dagelijks bestuur van 4 oktober 2016 Besluit 1) kennis te nemen van het advies van de Technische adviescommissie d.d. 29 september 2016; 2) inte stemmen met de “ruimtelijke randvoorwaarden Watersporteiland Sloterplas” d.d. 27 september 2016, betekenende dat: a) het binnen de ruimtelijke vitgangspunten mogelijk wordt geacht een nieuw volume toe te voegen aan het watersporteiland, welke indien gerealiseerd, kan leiden tot een toename van verhard oppervlak van maximaal 237m? (+14%); b) de eventuele toevoeging van een nieuw volume moet aansluiten bij de bestaande ruimtelijke kwaliteiten van het watersporteiland en deze waar mogelijk versterken, passend in de hoofdgroenstructuur en de Sloterplas als geheel; c) een eventvele toevoeging van een volume, met inachtneming van de ruimtelijke uitgangspunten, het ruimtelijk reorganiseren van de bestaande volumes en openbare ruimte noodzakelijk maakt. De hieruit voortkomende ruimtelijke situatie komt deels overeen en wijkt deels af van de huidige bebouwing op het eiland. de heer H.J.M. Wink de heer A. Baâdoud stadsdeelsecretaris voorzitter
Besluit
1
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2014 Afdeling 1 Nummer 1255 Publicatiedatum 9 januari 2015 Ingekomen onder I Ingekomen op donderdag 18 december 2014 Behandeld op donderdag 18 december 2014 Status Vervallen Onderwerp Amendement van het raadslid de heer Van Lammeren inzake het bestemmingsplan Amsterdam RAI. Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de voordracht van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014 tot vaststellen van het bestemmingsplan Amsterdam RAI (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1182); Overwegende dat: — het bestemmingsplan Amsterdam RAI voorziet in de ontwikkeling van een hotel met 650 kamers ten zuiden van het huidige RAl-terrein; — op basis van een eerste sondering onder beleggers in de Amsterdamse hotelmarkt er sprake blijkt te zijn van voldoende interesse in deze unieke propositie, maar meer ook niet; — deze ‘unieke propositie’ concreet betekent dat de waardevolle groenstrook tussen de RAI en A10 grotendeels verloren gaat, waaronder een deel van de Zuidelijke Wandelweg en een relatief omvangrijke bosschage; — de Hotelvisie aangeeft dat op diverse plaatsen — waaronder in de buurt van de RAI — in Amsterdam het aantal hotels kan worden uitgebreid op plaatsen buiten een groene bestemming; — het beter is dat deze groene locatie bewaard blijft voor de huidige en toekomstige generaties, Besluit: de ruimte ten zuiden van de RAI de bestemming Groen te geven en niet Horeca-1 en het document ‘1182A.14. Bijlage1. Verbeelding bp Amsterdam RÀI NL.IMRO.0363.K1005BPGST-VGOT' overeenkomstig aan te passen. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
Kr o148 N% Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling RO Duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 31 oktober 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Ruimtelijke Ordening Agendapunt 9 Datum besluit 10 oktober 2023, college van B&W Onderwerp Vaststellen herstelbesluit bestemmingsplan Museumkwartier — Valeriusbuurt 2022 De commissie wordt gevraagd De raad te adviseren om het bestemmingsplan Museumkwartier-Valeriusbuurt 2022 vastte stellen en daarmee de volgende besluiten te nemen. 1. _Kenniste nemen van het verweer op de 41 ingediende beroepen tegen de vaststelling van bestemmingsplan Museumkwartier — Valeriusbuurt 2022. 2. Kennis te nemen van het gegeven dat de beroepen die zijn ingediend tegen het vastgestelde plan van 13 juli 2022 op grond van artikel 6:19 Awb ook gezien worden als beroep tegen het nu te nemen besluit. 3. Kennis te nemen van de Nota van wijzigingen behorende bij de vaststelling van dit bestemmingsplan; 4. Het bestemmingsplan Museumkwartier — Valeriusbuurt 2022, bestaande vit de verbeelding, regels en vergezeld van een toelichting, met identificatienummer NL.IMRO.0363.K1908BPSTD-VGo2 in elektronische en analoge vorm gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het plan zoals dat op 13 juli 2022 was vastgesteld door de gemeenteraad, waarbij voor de locatie van de geometrische planobjecten gebruik is gemaakt van een ondergrond welke ontleend is aan de Basisregistratie Grootschalige Topografie, versie 18 december 2019; 5. Geen exploitatieplan vast te stellen. 6. Het besluit onverwijld ter beschikking te stellen aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Wettelijke grondslag Wet ruimtelijke ordening (Wro), artikel 3.6, jo artikel 3.9a, eerste lid. De gemeenteraad stelt het bestemmingsplan vast. Gemeentewet, artikel 169 Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Algemene wet bestuursrecht, artikel 6:19 Uit dit artikel volgt dat alle beroepen die tegen het vastgestelde bestemmingsplan van 13 juli 2022 zijn ingediend, worden ook gezien als beroep tegen dit nieuw vast te stellen bestemmingsplan. Bestuurlijke achtergrond Eerdere besluitvorming Alvorens het bestemmingsplan is opgesteld heeft het Dagelijks Bestuur van stadsdeel Zuid op 17 maart 2020 en 5 oktober 2020 de Nota van Uitgangspunten en Aanvullende Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Museumkwartier — Valeriusbuurt vastgesteld. Gegenereerd: vl.10 1 VN2023-019848 9 Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling Ruimte en % Amsterdam RO Duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie RO van 31 oktober 2023 Ter advisering aan de raad Het voornemen een bestemmingsplan op te stellen voor dit gebied is op 27 maart 2020 bekend gemaakt op grond van 1.3.1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Op 30 november 2021 heeft het Dagelijks bestuur van stadsdeel Zuid ingestemd met het conceptontwerpbestemmingsplan en vrijgegeven voor het vooroverleg als bedoeld in artikel 3.1.1. Bro. Op 15 januari 2022 heeft de stadsdeelcommissie haar positieve advies op het concept ontwerpbestemmingsplan aan het Dagelijks Bestuur gegeven. Op 9 maart 2022 is het bestemmingsplan vrijgegeven voor ter inzagelegging. Het OBP heeft van 17 maart 2022 tot en met 27 april 2022 ter inzage gelegen. Op 13 juli 2022 is het bestemmingsplan Museumkwartier-Valeriusbuurt 2022 vastgesteld door de gemeenteraad. Tegen het vaststellingsbesluit is beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Beslispunten Voor de onderbouwing van de beslispunten wordt verwezen naar de raadsvoordracht. Reden bespreking Nvt. Uitkomsten extern advies In het kader van het te nemen herstelbesluit is geen apart participatietraject doorlopen. Wettelijk gezien zijn hier geen regels voor. Echter, voor het bevorderen van een soepele procesgang zijn enkele voorgestelde wijzigingen afgestemd met appellanten. In het kader van de oorspronkelijke vaststelling heeft wel participatie plaatsgevonden. Zie hieronder de wijze waarop participatie heeft plaatsgevonden voorafgaand aan de vaststelling in 2022. Participatie Het bestemmingsplan is voorbereid met conform afdeling 3.4 van de Awb. Dit betekent dat het bestemmingsplan zes weken als ontwerp ter inzage heeft gelegen. Aanvullend hierop is gedurende de terinzagelegging een bewonersavond georganiseerd. ledere bewoner/gebruiker van het plangebied is middels een bewonersbrief vitgenodigd door deze avond. Ook is de ter visielegging en bewonersavond aangekondigd op de projectenwebsite www.amsterdam.nl/{museumkwartier. Gedurende deze avond zijn ca. 75 bewoners het bestemmingsplan komen bekijken en zijn hun vragen door een tiental ambtenaren beantwoord. Veel bewoners hebben aangegeven dat de avond hun goed geholpen heeft bij het doorgronden van dit bestemmingsplan, dan wel bij het beantwoorden van hun vragen. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Gegenereerd: vl.10 2 VN2023-019848 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling Ruimte en % Amsterdam Duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie RO van 31 oktober 2023 Ter advisering aan de raad N.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee. Welke stukken treft v aan? AD2023-076343 1. NL.IMRO.0363.K1908BPSTD-VGo2-Plot 1. pdf (pdf) AD2023-076344 2. NL.IMRO.0363.K1908BPSTD-VGo2-Plot 2.pdf (pdf) AD2023-076345 3. NL.IMRO.0363.K1908BPSTD-VGo2-Plot 3.pdf (pdf) AD2023-076346 4. Nota van wijzigingen BP MKVB_herstelbesluit_nacollege.pdf (pdf) AD2023-076347 5. 20230831 Verweerschrift_anoniem_bestbeslv.pdf (pdf) AD2023-076348 6. 13092023 Museumkwartier - Valeriusbuurt 2022_Toelichting.pdf (pdf) 6a. 13092023_ Museumkwartier - Valeriusbuurt 2022_Bijlagen bij de AD2023-076349 oe: ‚ toelichtingklein.pdf (pdf) AD2023-076350 7. 13092023_ Museumkwartier - Valeriusbuurt 2022_Regels.pdf (pdf) AD2023-076351 7a. Museumkwartier - Valeriusbuurt 2022_Bijlagen bij de regels. pdf (pdf) AD2023-067402 Commissie RO Voordracht (pdf) AD2023-076352 Gemeenteraad Voordracht.pdf (pdf) Ter Inzage agar [en Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte en Duurzaamheid, Mireille Tiekstra, 06-10826086, [email protected] Gegenereerd: vl.10 3
Voordracht
3
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 398 Publicatiedatum 12 juli 2013 Ingekomen op 3 juli 2013 Ingekomen onder H Behandeld op 4 juli 2013 Status Aangenomen Onderwerp Motie het raadslid de heer Van Lammeren inzake de Kadernota 2014 (Dierenambulance). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Kadernota 2014 (Gemeenteblad 2013, afd. 1, nr. 300); Overwegende dat: — de Dierenambulance in de komende twee jaar wordt gekort van € 470.000 naar € 272.665; — de Dierenambulance hiermee de enige dierenwelzijnsorganisatie is in Amsterdam die gekort wordt; de Dierenambulance bezwaar heeft aangetekend tegen de beslissing; — dit bezwaar niet gehonoreerd is en dat de Dierenambulance in beroep is gegaan tegen de uitspraak van het bezwaar; Constaterende dat: — de Dierenambulance laat weten niet in staat te zijn om dezelfde diensten te leveren met bovenstaande korting; — de wethouder in antwoord op schriftelijke vragen stelt dat de Dierenambulance dan maar de bedrijfskosten per rit omlaag moet brengen; — onduidelijk is wat de gevolgen zijn van de korting of het omlaag brengen van de kosten per rit; — uitde jaarcijfers van 2012 blijkt dat de Dierenambulance een tekort heeft van € 250.000; — de korting van de gemeente hiermee een gevaar vormt voor het voortbestaan van de Dierenambulance in de huidige vorm, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: in gesprek te gaan met de Dierenambulance en de Dierenadviesraad om te kijken naar andere financieringsmogelijkheden voor dierenwelzijnsorganisaties en in het bijzonder de Dierenambulance. Het lid van de gemeenteraad, J.F.W. van Lammeren 1
Motie
1
discard
€ Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum Registratienummer Onderwerp Besluit alcoholverboden stadsdeel Centrum 1 maart 2015 tot 1 maart 2016 De voorzitter van de bestuurscommissie neemt in mandaat namens de burgemeester het volgende besluit: 1 Verlenging van eerder genomen besluiten voor de gebieden waar het is verboden “op de door de burgemeester aangewezen wegen of weggedeelten alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flessen, blikjes en dergelijke” met de duur van een jaar vanaf 1 maart 2015 tot 1 maart 2016. Het betreft de volgende besluiten (datum oorspronkelijk besluit/ datum laatste verlenging): a. d.d. 23 april 1999/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Leidseplein en omgeving, omvattende het Leidseplein, Kleine-Gartmanplantsoen en Max Euweplein. b. d.d. 29 juni 2010/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Zuidelijke Nieuwmarkt, omvattende het Siebbeleshof, Zuiderkerkhof, Pentagon, de steiger aan de Zwanenburgwal t/o huisnummer 8-50. d.d. 1 februari 2013 aangevuld met aanwijzing gebied Snoekjessteeg, Snoekjesgracht (even zijde), Sint Antoniesbreestraat (tussen Nieuwe Hoogstraat en Jodenbreestraat), Sint Antoniesluis en het gedeelte Zwanenburgwal tot aan de Raamgracht en de Raamgracht vanaf de hoek met de Zwanenburgwal tot en met huisnummer 43. c. d.d. 1 februari 2013/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Waterlooplein en omgeving, begrensd door Zwanenburgwal (midden water), water Houtkopersburgwal, Jodenbreestraat, trottoir Mr. Visserplein tussen Jodenbreestraat en Waterlooplein, Waterlooplein, weggedeelte Amstel (oneven zijde) tussen water Zwanenburgwal en Blauwbrug met inbegrip van de openbare, voor publiek toegankelijke plaatsen van het Stadhuis- Muziektheatercomplex, weggedeelte Amstel (oneven zijde) tussen Waterlooplein en Nieuwe Herengracht. d. d.d. 15 juni 2012/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Westermarkt en omgeving, omvattende de Westermarkt, de brug tussen de Westermarkt tot aan de Rozengracht, Prinsengracht even zijde ter hoogte van huisnummer 184 tot en met het weggedeelte ter hoogte van Bloemgracht 4; Prinsengracht oneven zijde ter hoogte van huisnummer 281, met inbegrip van de bankjes aan het water schuin tegenover nummer 247, tot aan de brug Prinsengracht/Leliegracht, de brug tussen de Westermarkt tot aan de Raadhuisstraat, de Keizersgracht ter hoogte van huisnummer 200 tot en met huisnummer 174. e. d.d. 1 november 2013/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Wittenburgerplein en omgeving, omvattende de Kleine Wittenburgerstraat en Grote Wittenburgerstraat en het daartussen gelegen plein vanaf de Wittenburgergracht tot aan de Tweede Wittenburgerdwarsstraat. 2 Verlenging met wijziging van de eerder genomen besluiten voor de gebieden waar het is verboden “op de door de burgemeester aangewezen wegen of weggedeelten alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flessen, blikjes en dergelijke” met de duur van een jaar vanaf 1 maart 2015 1 Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum tot 1 maart 2016. Het betreft de volgende besluiten (datum oorspronkelijk besluit/ datum laatste verlenging): a. d.d. 18 maart 1997/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Wallen-Noord, Nieuwmarkt, Stationsplein en Dam(rak) en omgeving, begrensd door het Stationsplein (tussen het water van de Oostertoegang en de Westertoegang/de Ruijterkade inclusief fietsbrug 387 tussen Stationseiland en Prins Hendrikkade, water van het Open Havenfront/ Singel tot en met de Koggestraat, Kattengat, Stromarkt, de Jeroenensteeg, Ossenspooksteeg, Smaksteeg, Engelsesteeg en Gouwenaarssteeg, de Nieuwendijk tussen Martelaarsgracht en water van het Singel (inclusief Haarlemmersluis tot midden water Singel), de Prins Hendrikkade vanaf de Stromarkt tot aan het Damrak, Damrak, Dam, Damstraat, Oude Doelenstraat, Oude Hoogstraat, Nieuwe Hoogstraat, Sint Antoniesbreestraat, Nieuwmarkt, Geldersekade (deze wegen zelf daaronder begrepen) en Prins Hendrikkade vanaf de Geldersekade onevenzijde tot aan het Stationsplein. De wijzigingen per 1 maart 2015 betreffen: - een nieuwe grensverdeling tussen de aanwijzingen van het gebied Wallen-Noord, Nieuwmarkt, Stationsplein en Dam(rak) en omgeving en het gebied Haarlemmerbuurt (voorheen Korte Prinsengracht e.o. genoemd) waarbij het water van het Singel als grens geldt. - de uitbreiding per 1 maart 2015 in het Koepelkwartier met de Nieuwendijk tussen Singel en Martelaarsgracht, Kattengat, Koggestraat, Ossenspooksteeg, Smaksteeg, Engelsesteeg en Gouwenaarssteeg b. d.d. 30 juli 2010/ 1 maart 2014, aanwijzing van het gebied Haarlemmerbuurt, omvattende de Korte Prinsengracht (deze wegen zelf daaronder begrepen) inclusief de bankjes op de Brouwersgracht ter hoogte van huisnummer 166, de spoorwegonderdoorgang, de Haarlemmer Houttuinen tussen de Droogbak en de Korte Prinsengracht (inclusief de speeltuin), de Nieuwe Westerdokstraat, de Boomklokstraat, de Droogbak, de Herenmarkt (inclusief de steiger), het weggedeelte aan de Brouwersgracht ter hoogte van huisnummer 58 (inclusief beide bankjes), de Singel even zijde tussen de Brouwersgracht en de Droogbak (inclusief Haarlemmersluis tot midden water Singel). Het Haarlemmerplein, begrensd door de korte Marnixstraat (tot aan de trambaan), Tussen de Bogen (t/m huisnummer 547), Kleine Houtstraat en de hoek tussen Haarlemmerplein 11 en 13. d.d. 1 maart 2015, beëindiging van de aanwijzing van de Hollandse Tuin en de Ketelmakerstraat tot aan de noordelijke onderdoorgang van de spoorweg. De wijzigingen per 1 maart 2015 betreffen: - hernoeming van het gebied als Haarlemmerbuurt i.p.v. Korte Prinsengracht e.o. - een nieuwe grensverdeling tussen de aanwijzingen van het gebied Haarlemmerbuurt en het gebied Wallen-Noord, Nieuwmarkt, Stationsplein en Dam(rak) en omgeving waarbij het midden van het Singel als grens geldt. - beëindiging van de aanwijzing van de Hollandse Tuin en de Ketelmakerstraat. - aanwijzing van het Haarlemmerplein c. d.d. 1 november 2013/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Eerste Weteringplantsoen. d.d. 1 maart 2015, uitbreiding van het gebied door aanwijzing van het Tweede Weteringplantsoen, begrensd door de Weteringlaan, Weteringcircuit en de Nicolaas Witsenkade. De wijziging per 1 maart 2015 betreffen: - uitbreiding met het Tweede Weteringplantsoen 2 Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum d. d.d. 1 november 2013/ 1 maart 2014, aanwijzing gebied Koningsplein en omgeving, omvattende het weggedeelte aan de Singel vanaf huisnummer 439 tot en met huisnummer 425, het Koningsplein tot aan het water van de Herengracht, de Singel even zijde vanaf de Wijde Heisteeg tot aan huisnummer 480. d.d. 1 maart 2015, beëindiging van de aanwijzing van het Spui en de Singel vanaf huisnummer 403 tot aan huisnummer 425. De wijzigingen per 1 maart 2015 betreft: - verkleining van het gebied met het Spui 3. Beëindiging van de eerder genomen besluiten voor de gebieden waar het is verboden “op de door de burgemeester aangewezen wegen of weggedeelten alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flessen, blikjes en dergelijke” per 1 maart 2015. Het betreft de volgende besluiten (datum oorspronkelijk besluit/ datum laatste verlenging): a. d.d. 1 februari 2013/ 1 maart 2014, gehele Frederiksplein (de weggedeelten daaronder inbegrepen) en de Falckstraat. 4. Aanwijziging van (nieuwe) gebieden waar het is verboden “op de door de burgemeester aangewezen wegen of weggedeelten alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flessen, blikjes en dergelijke” met de duur van een jaar vanaf 1 maart 2015 tot 1 maart 2016. Het betreft de volgende besluiten: a. d.d. 1 maart 2015, aanwijzing gebied Rembrandtplein en omgeving, omvattende het Rembrandtplein, Thorbeckeplein, Amstelstraat, Reguliersbreestraat, Schapensteeg, Korte Regulierdwarsstraat en Regulierdwarsstraat tot aan de Vijzelstraat. 5. Te bepalen dat dit besluit in werking treedt op 1 maart 2015 In zijn oordeel heeft de voorzitter van de bestuurscommissie Centrum betrokken: Wettelijke bepalingen Het besluit betreft aanwijzing van gebieden en wegen waar het is verboden om “alcoholhoudende drank te nuttigen of bij zich te hebben in aangebroken flessen, blikjes en dergelijke” op grond van artikel 2.17, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening. Op grond van artikel 2.17, derde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening geldt het verbod niet op een terras. Overwegingen Het alcoholverbod is een tijdelijk en uiterst instrument om ernstige alcoholoverlast in de openbare ruimte te bestrijden. In de Evaluatie Alcoholverboden Amsterdam-Centrum 2014 (uitgevoerd door Adviesbureau Regioplan) zijn de gebieden geëvalueerd waar een alcoholverbod gold en/of waar sprake is van ernstige alcoholoverlast in de openbare ruimte. Op basis van het afwegingsinstrument alcoholverboden heeft Regioplan geadviseerd aanwijzingen te verlengen, stop te zetten, te wijzigen of nieuwe gebieden aan te wijzen. Voor bijna alle genoemde gebieden is in het besluit het advies van Regioplan door de voorzitter van het dagelijks bestuur, in overleg met de Subdriehoek Centrum, overgenomen. Uitzonderingen hierop zijn: 3 Gemeente Amsterdam Stadsdeel Centrum - het besluit 2b Haarlemmerbuurt. Regioplan heeft geadviseerd bij de Hollandse Tuin en Ketelmakerstraat het alcoholverbod te verlengen omdat de overlast zou kunnen terugkeren bij beëindiging van het alcoholverbod. Dit advies wordt niet gevolgd door het bestuur omdat hier al enige tijd geen sprake is van overlast en een verbod dus niet proportioneel is. - het besluit 1a Leidseplein en omgeving. Besloten is om het huidige verbod te continueren en niet uit te breiden met de Leidsedwarsstraten. De alcoholconsumptie op straat blijkt voornamelijk in het al aangewezen gebied Leidseplein en omgeving plaats te vinden. - het besluit 1e Wittenburgerplein en omgeving. De voorzitter van de bestuurscommissie Centrum heeft besloten om de aanwijzing Wittenburgerplein en omgeving voorlopig te verlengen en een mogelijke beëindiging eerst met de buurt te bespreken. De redenen hiervoor zijn de rol van de buurt bij de totstandkoming van het alcoholverbod, de zorg in de buurt voor terugkerende overlast en de spanningen tussen jongeren en alcoholverslaafden in de buurt. De gebieden Westermarkt (1d) en Frederiksplein / Falckstraat (3a) zijn niet in de evaluatie betrokken omdat deze gebieden in een eerder stadium door stadsdeel Centrum apart zijn geëvalueerd. Dit is gedaan omdat het advies uit de evaluatie alcoholverboden stadsdeel Centrum 2013, om beide gebieden te beëindigen, niet één op één over is genomen door de stadsdeelvoorzitter. In de Subdriehoek Centrum is afgesproken om eerst procedure afspraken te maken t.b.v een snelle heraanwijzing van gebieden in het geval dat de overlast terugkeert nadat het alcoholverbod is beëindigd. De procedure voor versnelde heraanwijzing is inmiddels vastgelegd. Daarna zijn beide gebieden door stadsdeel Centrum opnieuw middels het afwegingsinstrument alcoholverboden geëvalueerd. Op het Frederiksplein/ Falckstraat is nog incidenteel sprake van overlast door alcoholverslaafden. Het alcoholverbod wordt niet meer nodig geacht. Incidentele overlast kan naar verwachting goed worden aangepakt met reguliere middelen. Geadviseerd is om het alcoholverbod op het Frederiksplein/ Falckstraat te beëindigen. Op de Westermarkt en omgeving is nog incidenteel sprake van overlast door alcoholverslaafden. De meer dan een miljoen toeristen die jaarlijks de Westermarkt (Anne Frankhuis) bezoeken, de speciale betekenis van het Homo Monument en het Anne Frankhuis en de aanwezigheid van een groep alcoholverslaafden aan de overkant van de Keizersgracht worden als zwaarwegende argumenten gezien om het alcoholverbod op de Westermarkt en omgeving te verlengen per 1 maart 2015. Een afschrift van dit besluit ontvangt Afdeling Bestuur en Organisatie (team Veiligheid), stadsdeel Centrum Directie Openbare Orde en Veiligheid en directie Juridische Zaken, Bestuursdienst Amsterdam Boudewijn Oranje Amsterdam, 17 februari 2015 4
Besluit
4
train
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2013 Afdeling 1 Nummer 673 Publicatiedatum 28 augustus 2013 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer J.H. Weevers van 1 augustus 2013 inzake het rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau, getiteld: ‘Werk aan de wijk’. Amsterdam, 23 augustus 2013 Aan de gemeenteraad inleiding door vragensteller: Op 30 juli 2013 publiceerde het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) het rapport Werk aan de wijk’. Hierin beoordeelt het SCP de effectiviteit van het Krachtwijkenbeleid tussen mei 2008 en december 2011. Over de publicatie is de laatste dagen veel geschreven, veelal over de conclusies die het SCP trekt over een van de indicatoren (participatie) en over de conclusie van het SCP dat het krachtwijkenbeleid geen meetbare onderscheidende gunstig effecten heeft gehad op de leefbaarheid. Jammerlijk hebben politiek en media veel andere conclusies en voorbehouden uit het SCP onderzoek niet genoemd, zoals: de effecten op inkomensverdeling in de wijken, de verloedering, het voortijdig beëindigen van het beleid, de effecten van de woningcisis en de correlatie met het eerdere Grote Steden Beleid (GSB) en andere vormen van ‘Wijkaanpak’ buiten de 40 aangewezen ‘Krachtwijken’. Vraag het de Amsterdammer in de Kolenkit of de Indische buurt. Vraag hen of hun buurt erop vooruit is gegaan en zij zullen dit bevestigen. Net als de metingen naar leefbaarheid en veiligheid in deze wijken. De Pvd is dan ook van mening dat ‘wijkaanpak’, het gericht investeren van middelen en integraal beleid in achterstandswijken, wel werkt. Het SCP doet een algemene uitspraak over de meetbaarheid van beleidseffecten in de 40 ‘krachtwijken’, waarbij overigens ook erkend wordt dat het beleid zes en half jaar voortijdig is beëindigd en ondanks de crisis een achteruitgang van deze wijken heeft voorkomen. De gemeente Amsterdam, het rijk en de corporaties hebben veel geïnvesteerd in de Amsterdamse wijkaanpak. Een volwaardige beoordeling van nut en effect van de wijkaanpak is dan ook nodig. In tegenstelling tot selectief shoppen in de conclusies uit enkel het SCP-rapport. 1 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing da Gemeenteblad Datum 28 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 1 augustus 2013, namens de fractie van de PvdA, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht: 1. Heeft het college kennisgenomen van het SCP-rapport Werk aan de wijk’? Hoe beoordeelt het college de verschillende conclusies in het rapport? Hoe verhoudt dit rapport zich tot eerdere onderzoeken naar de effecten van wijkaanpak in Amsterdam? Antwoord: Het College heeft kennis genomen van het rapport. Op basis van een groot aantal rapportage en onderzoeken rondom wijk-en buurtontwikkeling staat het College op het standpunt dat zij op de goede weg is met haar gekozen aanpak. Het College beschouwt het SCP-rapport als een waarschuwingssignaal om scherp te blijven op de gebiedsgerichte aanpak in de stad. De uitkomsten tonen immers de hardnekkigheid aan van de problematiek waar het Krachtwijkenbeleid het hoofd aan moet bieden, als nieuwe loot aan de stam in een lange traditie van wijk en stadsvernieuwing. Het stemt het College hoopvol dat ondanks deze taaie problematiek en ondanks de economische tegenwind er in een aantal jaar op een aantal terreinen juist winst is geboekt in absolute zin, dat de aandachtswijken in Nederland op die punten niet achterop zijn geraakt. Het rapport doet geen uitspraken over Amsterdam afzonderlijk, maar agendeert een criterium dat het college ter harte gaat: de effectiviteit van gedane interventies. Doordat het onderzoek een aantal methodologische en thematische beperkingen kent die grotendeels ook door de onderzoekers zelf beschreven worden in het rapport, is een één-op-één-vertaling van de hoofdconclusie naar de Amsterdamse beleidspraktijk niet aan de orde. 2. Op welke wijze meet Amsterdam de effecten van de wijkaanpak? Welke indicatoren worden hiervoor gebruikt en waarin verschillen deze van die uit het SCP-rapport? Antwoord: De Amsterdamse Wijkaanpak heeft voor de aanpak in Amsterdam in 2008 een eigen set aan ambities, doelstellingen en monitorinstrumenten vastgesteld. Over de stand van zaken is regelmatig gerapporteerd aan de gemeenteraad. Het gaat om: a. de Staat van de Aandachtswijken, b. de Uitvoeringsmonitor buurtuitvoeringsprogramma’s en bewonersinitiatieven (output), c. rapportages bewonersparticipatie (output, jaarlijks), d. onderzoek bewonersinitiatieven (UvA, 2011) en e. hetonderzoek Samenwerken aan de buurt (HvA, 2012). Andere relevante documenten die in dit kader met de gemeenteraad zijn gedeeld is het onderzoek ‘Wonen in Amsterdam’ en de stukken in het kader van het programma Vertrouwen in de Stad en de Hervorming Stedelijke Vernieuwing. Verder bieden de Outcomemonitor Wijkenaanpak en de Leefbaarometer van het Rijk beleidsinformatie op het niveau van Amsterdam. 2 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing da Gemeenteblad Datum 28 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 De ‘Staat van de Aandachtswijken’ is het monitoringsinstrument van de Wijkaanpak dat de ontwikkeling van de aandachtswijken volgt in Amsterdam ten opzichte van het stedelijk gemiddelde (de zogenaamde ‘outcome’). Het streven van de Amsterdamse wijkaanpak is dat de verschillen tussen de Amsterdamse wijken niet te groot mogen worden. Het Normaal Amsterdams Peil was hierbij het ijkpunt. Door de doorontwikkeling van de Wijkaanpak in de Hervorming Stedelijke Vernieuwing en door de verdere gebiedsgerichte indeling van de Staat van de stad (O+S) is (nog) geen 3-meting voor de aandachtwijken verricht. Bij de doorontwikkeling van de Wijkaanpak in de focusaanpak van de Hervorming Stedelijke Vernieuwing zal op de meest kwetsbare wijken volgens een vergelijkbare indicatorenset gericht gemonitord blijven worden. De indicatorenset die in de Staat van de Aandachtswijken wordt gebruikt is een andere, beperktere indicatorenset dan die van het SCP. Zie voor een vergelijking daarvan de tabel hieronder. Een precieze vergelijking van de uitkomsten tussen beide onderzoeken is daarmee lastig. Gebruikte indicatoren in vergelijking met SCP Tabel 1: Aandachtswijken (O+S) Woningvoorraad | Aandeel huurwoningen | | Aandeel sociale huurwoningen | Aandeel meergezinswoningen | | voor 1945 EET de periode 1945-1970 WOZ-waarde || (bevolking en migratie) | Aandeelminimajongeren en (bevolking en migratie) Aandeel bewoners naar in loondienst, WW-uitkering, bijstandsuitkering M= n werkzoekenden EE gestandaardiseerd fiscaal huishoudensinkomen a sociaal-economische categorie (werk, uitkering) | Aandeel met startkwalicatie LL CTOsoe A migranten 3 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing da Gemeenteblad Datum 28 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 Veiligheid | Objectievevelighed | Gerapporteerd slachtofferschap (geweld, diefstal, woninginbraak, vernieling) Perceptie van criminaliteit en verloedering in de buurt (geweld, diefstal, fysieke overlast/verloedering, jeugdoverlast) Aanwezigheid polie | | | Oordeel functioneren politie | ____ | Sociale cohesie Negen stellingen mbt hechting, | Rapportcijfer sociale cohesie thuisvoelen, contact, verantwoordelijkheid, omgang, bevolkingssamenstelling woonomgeving | Leefbaarometerscore | | Algemeen | Als mogelijk uit buurt verhuizen |___——— vooruitgegaan a vooruit wonen _Buurinzet | EE inwoners 3. Het SCP rapporteert over de beleidseffecten van 3,5 jaar Krachtwijkenbeleid en niet over de al langer bestaande en bredere Wijkaanpak’ in Amsterdam. Kan het college een overzicht geven van de verschillende fasen, investeringen in Amsterdam, die als wijkaanpak gekwalificeerd kunnen worden? Antwoord: Het Krachtwijkenbeleid en de Amsterdamse vertaalslag staat in een lange traditie van overheidshandelen ten behoeve van stad- en wijkvernieuwing. De uitkomsten van het SCP-onderzoek lijken op het eerste gezicht teleurstellend voor het krachtwijkenbeleid in Nederland. Hiermee wordt echter juist de hardnekkigheid van de aard van de problematiek aangetoond. Niet voor niets was de Wijkaanpak als overheidsinspanning daarom oorspronkelijk tot 2018 in het leven is geroepen. Sociale en fysieke vernieuwing van aandachtswijken kent immers lange ‘doorlooptijden’. Het gaat om onder andere onderwijsachterstanden, geïnstitutionaliseerde armoede, arbeidstoeleiding, integratie-vraagstukken, gezondheidsvraagstukken, sociale netwerkvorming, bewonersactivering, onveiligheidsgevoelens en leefbaarheidsproblemen. 4 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing da Gemeenteblad Datum 28 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 In de aandachtsbuurten van Amsterdam met een stapeling van dit type hardnekkige opgaven gaat het dus om beleid en inzet met een lange adem. Na de stadsvernieuwing uit de jaren tachtig, het GSB-beleid uit de jaren negentig met de Stedelijke Vernieuwing als fysieke pijler van dit beleid, is de Wijkaanpak het vervolg op de naoorlogse visie van sociale en fysieke stedelijke ontwikkeling. Omdat er in de jaren daarvoor al veel vernieuwingsprogramma's liepen is de Amsterdamse Wijkaanpak ook als ‘de kop’ boven op de al lopende inspanningen ontwikkeld. Bestaande programma's waren bijvoorbeeld: — _Parkstaddeal en Koers Nieuw West; — de vernieuwing Bijlmermeer; — Samen Indische Buurt. In de voortgang en evaluatie van deze programma's blijkt de gestage positieve ontwikkeling in leefbaarheid, veiligheid en sociale cohesie, maar ook dat hardnekkig problemen rond onderwijsachterstanden of arbeidsmarkt toeleiding taai zijn. De Bijlmermonitor uit 2010 laat bijvoorbeeld zien dat het gemiddelde rapportcijfer dat de bewoners hun woonbuurt geven blijft stijgen. De leefbaarheid is ook toegenomen doordat de Bijlmermeer veel veiliger is geworden. Op de vraag of ze zich veilig voelen, geven de bewoners nu een voldoende aan de Bijlmermeer. Vanuit de verschillenden monitoren over de wijken en buurten die ons als stad in de loop der jaren ter beschikking staan ontstaat een beeld van wijken en buurten die gestaag verbeteren. Op basis van dit overall ontwikkelingsbeeld van de buurten en met het besef dat de extra middelen (rijk en gemeentelijk) opraakten is met het inzetten van de College-prioriteit Wijkaanpak in 2010, begonnen met het focussen van de restant beschikbare middelen op die buurten met de ergste problematiek ten opzichte van het Amsterdams gemiddelde. Niet meer ‘als kop erbovenop’ maar als geïntensiveerde inzet in de meest kwetsbare buurten. In 2011 heeft de commissie €7,5 miljoen verdeeld tussen de wijkaanpakbuurten onderling, naar ernst van de problematiek op de verschillende indicatoren zoals uit de Staat van de Aandachtswijken en in goed overleg met alle betrokken stadsdeelbesturen. Deze focus en budgettaire prioritering is in 2012 binnen de Hervorming Stedelijke Vernieuwing verder doorgevoerd. De resterende middelen Stedelijke Vernieuwing en Wijkaanpak zijn in een grotere begrotingspost ondergebracht om zo voor de meest kwetsbare gebieden nog budget beschikbaar te stellen voor de resterende inspanningen voor het verbeteren van de leefkwaliteit en sociaaleconomische positie van bewoners van deze buurten (de focusaanpak). De monitoring van de indicatoren op de verschillende domeinen (leren en opgroeien, veiligheid, etc.) blijft op hoofdlijnen hetzelfde als bij de aanvang van de wijkaanpak monitoring. De raad is in juli 2012 met de Hervorming Stedelijke Vernieuwing akkoord gegaan. Voor de periode na 2014 is er vooralsnog geen extra geld meer voor de inspanningen in de buurten en zal in het kader van de Hervorming Stedelijke Vernieuwing / Vertrouwen in de stad met de coalitiegenoten zoals scholen, corporaties, wijkondernemingen en bewoners zelf, de wijkvernieuwing verder vormgegeven moeten worden. 5 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Neeing da Gemeenteblad Datum 28 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 4. Is het college bereid een rapportage op te stellen van de doelen van de Amsterdamse wijkaanpak en de effecten van de gedane investeringen? Antwoord: Het college acht dit niet nodig. Gedurende de looptijd van het programma Wijkaanpak zijn er jaarlijks rapporten, publicaties en monitors gepubliceerd. En ook binnen de Hervorming Stedelijke Vernieuwing zal daarmee doorgegaan worden (zie de beantwoording van vraag 2). Doelen en effecten stonden en staan in deze rapportages centraal. In het najaar zal de raad verder geïnformeerd worden over deze monitoring en werkwijze Hervorming Stedelijke Vernieuwing. 5. Een van de doelstellingen van de wijkaanpak was ook om betere informatiestroom te krijgen tussen overheid en wijk zodat radicalisering en etnische spanningen tijdig konden worden tegengegaan. In hoeverre heeft de wijkaanpak bijgedragen aan een completer beeld van de wijk, het tegengaan van radicalisering en het verminderen van etnische spanning in de achterstandswijken? Antwoord: De wijkaanpak heeft niet tot als programma het doel gehad om specifiek de informatie-voorziening — het genereren van data — rondom radicalisering en etnische spanningen te verbeteren. Wel heeft de wijkaanpak met haar omvangrijke inzet op bewonersparticipatie in kwetsbare buurten ertoe bijgedragen dat nieuwe (niet-westerse Amsterdamse) bewoners in wijken actief zijn geworden. Daarnaast is de ervaren leefbaarheid en sociale cohesie in veel kwetsbare buurten gestegen, het ‘kennen en gekend’ worden. Ook uit het onderzoek “Samenleven met verschillen” (Verwey Jonker instituut, maart 2012) bleek al dat de spanningen eerder zijn afgenomen dan toegenomen. 6. Het rapport concludeert dat grootschalige langdurige herstructurering van een wijk positieve effecten heeft op de veiligheid en leefbaarheid. Dit in tegenstelling tot verkoop van sociale huurwoningen, dat geen enkel gunstig effect had. Hoe beoordeelt het college dit voor de Amsterdamse situatie? Antwoord: De afspraken met betrekking tot verkoop van sociale huurwoningen hebben in Amsterdam een bredere doelstelling dan het bevorderen van veiligheid en leefbaarheid. Doel van de verkoop is tweeledig: — het voorkomen van ongedeelde wijken: verkoop is één van de instrumenten om gemengde wijken te bevorderen; — het genereren van investeringsruimte voor de corporaties, waardoor deze kunnen investeren in nieuwe sociale huurwoningen. Deze verkoopafspraken hebben ook niet exclusief betrekking op de aandachtswijken. Een groot deel (ca. de helft) van de verkopen kan buiten de Ring plaats vinden en dus ook in de aandachtswijken. Een verkoopbeleid dat zich exclusief richt op de aandachtswijken kent Amsterdam niet. 6 Jaar 2013 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Demmer 26 augustus 2013 Schriftelijke vragen, donderdag 1 augustus 2013 Het SCP-rapport concludeert dat de inkomensverdeling in de aandachtswijken diverser is geworden en dat minder selectieve verhuizing van midden en hogere inkomens plaatsvindt. Uit Amsterdamse cijfers blijkt daarnaast dat de gebieden binnen de Ring ook toegankelijk blijven voor de lagere inkomens. Uit de gegevens van de corporaties blijkt verder dat de verkoopopbrengsten de afgelopen jaren een belangrijke motor voor de investeringen zijn geweest. De doelstellingen van de Amsterdamse verkoopafspraken worden daarmee gerealiseerd. Hoewel het verkoopbeleid dus geen expliciete leefbaarheidsdoelstelling kent is het effect van het samenspel van maatregelen (waaronder verkoop) op de leefbaarheid naar het oordeel van ons college in weerwil van wat het SCP stelt dus positief. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 7
Schriftelijke Vraag
7
train
Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden dan gesteld in de Wet geluidhinder bestemmingsplan ‘Groenmarkt’, kadastrale ASDo3 E 10834, E 10832, E 06959, gemeente Amsterdam Januari 2016 Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden dan gesteld in de Wet geluidhinder bestemmingsplan ‘Groenmarkt’, kadastrale ASDo3 E 10834, E 10832, E 06959, gemeente Amsterdam Toelichting bij het besluit Bevoegdheid Volgens de Wet geluidhinder is het vaststellen van hogere grenswaarden een bevoegdheid van burgemeester en wethouders als uit akoestisch onderzoek blijkt dat de voorkeursgrenswaarden zoals vermeld in de Wet geluidhinder worden overschreden. Wettelijke bepalingen In de Wet geluidhinder zijn normen voor toelaatbare geluidsniveaus opgenomen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in buitennormen (geluidsbelasting op de gevel) en binnennormen (binnenwaarde). De geluidhindernormen gelden voor woningen en andere geluidsge voelige bestemmingen gelegen binnen de geluidszone van een (spoor)weg of gezoneerd industrieterrein. Onder een geluidszone wordt een aandachtsgebied verstaan aan weerszijden van een (spoor)weg en rondom een industrieterrein waar de geluidhindernormen van de Wet geluidhinder van toepassing zijn. Omdat voor trams wettelijk geen snelheidsbeperking geldt, hebben ook de autovrije wegen van tram een geluidszone. Wegen met een snelheidsbeperking van 30 km/uur (zonder tramverkeer) kennen daarentegen volgens de Wet geluidhinder geen zone. Het plangebied van de ‘Groenmarkt!’ ligt binnen de geluidszones van de volgende wegen: — Marnixstraat; — Nassaukade; — _Rozengracht/De Clercgstraat. Als een bestemmingsplan nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen zoals wonen in een geluidszone mogelijk maakt, is toetsing aan de geluidsnormen van de Wet geluidhinder noodzakelijk. De normstelling in de Wet geluidhinder bestaat uit een voorkeursgrenswaarde en een maximale toelaatbare geluidsbelasting of maximale ontheffingswaarde. Voor wegverkeerslawaai zijn dit 48dB, respectievelijk 63 dB in een binnenstedelijk gebied en 48 dB, respectievelijk 53 dB in een buitenstedelijk gebied. Voor railverkeerslawaai zijn deze waarden 53/55dB, respectievelijk 68 dB. Voor industrielawaai 5o dB, respectievelijk 55 dB. In het Bouwbesluit is opgenomen dat nieuwe woningen geïsoleerd moeten worden tot een binnenwaarde van 33 dB. Geluidbeleid Amsterdam In november 2007 heeft het college van B&W van Amsterdam de nota ‘Vaststelling hogere grenswaarden, Wet geluidhinder, Amsterdam beleid’ vastgesteld. Op grond hiervan worden hogere waarden beoordeeld en vastgesteld. Aanleiding De Groenmarkt ligt aan de zuidwestkant in de Singelgrachtzone. De plangrenzen worden aan de noordoostzijde deels gevormd door de Marnixstraat en deels door de achterkanten van de woningen Marnixstraat 200-210, aan de noordwestkant door de Groenmarktkade, aan de zuidwestkant door de Singelgracht en aan de zuidoostkant door het transformatorstation. Op het terrein aan de Singelgracht zal de nieuwbouw worden ontwikkeld in de vorm van een alzijdig bouwblok. Onder de nieuwbouw aan de Singelgracht is er ruimte voor een parkeerlaag. Het blok aan de Marnixstraat voegt zich in de rij bestaande woonblokken. Tussen het Marnixstraatblok en het Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden dan gesteld in de Wet geluidhinder bestemmingsplan ‘Groenmarkt’, kadastrale ASDo3 E 10834, E 10832, E 06959, gemeente Amsterdam Singelgrachtblok is een groen binnenplein gepland. In het bouwplan wordt ingezet op een hoog duurzaamheidsniveau. Het bestemmingsplan heeft tot doel om het bouwinitiatief voor de Groenmarkt mogelijk te maken. Het bestemmingsplan Groenmarkt vervangt voor een deel het bestemmingsplan Westelijke binnenstad. Voor de nieuwe bebouwing in het plangebied zijn diverse bestemmingen in het nieuwe bestemmingsplan opgenomen die het mogelijk maken nieuwe geluidgevoelige functies, zoals 39 woningen, te realiseren. Ten behoeve hiervan is akoestisch onderzoek verricht (Bestemmingsplan Groenmarkt in Amsterdam Onderzoek Wet Geluidhinder DPA Cauberg- Huygen, rapport d.d. 26 oktober 2015, nummer 20151044-03). Voor het akoestisch onderzoek is gebruik gemaakt van tekeningen afkomstig van Team Groenmarkt, versie 16 september 2015. Tevens is gebruik gemaakt van de situatietekening. Voor een aantal woningen in de bouwblokken die het betreffen, dienen hogere grenswaarden te worden vastgesteld. Een overzicht van de betreffende geprojecteerde woningen is als bijlage bij dit ontwerpbesluit opgenomen. Wegverkeer Het akoestisch onderzoek toont aan dat ten gevolge van wegverkeer op de Marnixstraat en de Nassaukade de voorkeursgrenswaarde van 48 dB voor het Marnixstraatblok wordt overschreden, maar de maximale ontheffingswaarde van 63 dB wordt niet overschreden. Voor alle te realiseren woningen behoort een stille zijde tot de mogelijkheden. Het akoestisch onderzoek toont aan dat ten gevolge van wegverkeer op de Marnixstraat, de Nassaukade en Rozengracht/De Clergcstraat de voorkeursgrenswaarde van 48 dB voor het Singelgrachtblok wordt overschreden, maar de maximale ontheffingswaarde van 63 dB wordt niet overschreden. Voor alle te realiseren woningen behoort een stille zijde tot de mogelijkheden. Om in de betrokken bouwblokken nieuwe woningen/geluidsgevoelige functies te kunnen realiseren, moeten burgemeester en wethouders hogere waarden dan de voorkeurswaarde inde Wet geluidhinder vaststellen. In de gegeven situaties zijn verdere geluidsreducerende voorzieningen voor het wegverkeerslawaai slechts beperkt mogelijk. Plaatsing van schermen langs wegen is in deze stedelijke situatie niet gewenst en niet haalbaar. Voor het wegverkeerslawaai is het vaststellen van hogere waarden (daar waar de voorkeursgrenswaarde wordt overschreden) daarom noodzakelijk. Spoorwegverkeer Het plangebied bevindt zich niet binnen de geluidszone van een spoortraject. Industrie De geluidszone van het onderstation van Liander overlapt een deel van het plangebied. De geluidbelasting vanwege het industrieterrein mag buiten deze zone niet meer dan 5o dB(A) bedragen. PM Gecumuleerde geluvidbelastingen Omdat delen van het plangebied binnen de zone van meer dan één geluidsbron liggen, is onderzoek gedaan naar de effecten van de samenloop van de verschillende geluidbronnen. Volgens het Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden dan gesteld in de Wet geluidhinder bestemmingsplan ‘Groenmarkt’, kadastrale ASDo3 E 10834, E 10832, E 06959, gemeente Amsterdam gemeentelijk geluidbeleid is sprake van een onaanvaardbare geluidbelasting als de gecumuleerde geluidbelasting meer dan 3 dB hoger is dan de hoogste van de maximaal toelaatbare ontheffingswaarden. De gecumuleerde geluidbelastingen bedragen maximaal 63dB en 58 dB voor respectievelijk het Marnixblok en de Singelgrachtblok. Er wordt voldaan aan de in het Amsterdams gelvidbeleid gestelde grenswaarde. Er zijn ten aanzien van de gecumuleerde geluidbelasting geen aanvullende maatregelen in de vorm van dove gevels of vliesgevels nodig. Overwegingen e De realisatie van nieuwe woningen binnen het plangebied van het bestemmingsplan ‘Groenmarkt’ past in het Amsterdams beleid van de stedelijke verdichting; _ Om de haalbaarheid van de realisering van geluidgevoelige bestemmingen te toetsen is voor dit bestemmingsplan akoestisch onderzoek verricht. De resultaten van het onderzoek hebben geleid tot dit ontwerpbesluit hogere grenswaarden. e _ Binnen het plangebied worden de voorkeursgrenswaarden overschreden, maar liggen de gemeten waarden onder de maximale ontheffingswaarden. Voor deze locaties kunnen ontheffingen worden verleend tot de gemeten hogere waarden. e _Gelvidreducerende maatregelen, zoals plaatsing van schermen, zijn in deze stedelijke situatie niet gewenst en onhaalbaar. e Het beleid van de gemeente Amsterdam is gericht op het realiseren van woningen met een optimaal leefklimaat. Daarom is bepaald, dat woningen waarvoor hogere grenswaarden worden vastgesteld, in beginsel moeten beschikken over een stille zijde. Realisatie van een stille zijde is binnen het plan mogelijk. e Het voornemen om hogere waarden vast te stellen is op 4 november 2015 om advies voorgelegd aan het Technisch Ambtelijk Vooroverleg Geluidhinder Amsterdam (TAVGA). De hieruitvolgende aanbevelingen van het TAVGA zijn door middel van twee aanvullende onderzoeken verwerkt. BESLUIT Burgemeester en wethouders hebben op PM besloten in te stemmen met het voorliggende besluit tot de vaststelling van de hogere waarden voor weg- en industrielawaai zoals bedoeld in de Wet geluidhinder. Het college van burgemeester en wethouders besluit: vast te stellen op grond van artikel 110a van de Wet geluidhinder hogere grenswaarden dan de voorkeursgrenswaarden als gesteld in de Wet geluidhinder voor het bestemmingsplan ‘Groenmarkt’: voor 39 woningen, opgenomen in de bijlage bij dit besluit; HI te bepalen, dat dit besluit direct in werking treedt; 1 te bepalen, dat zodra het besluit onherroepelijk wordt, overeenkomstig het bepaalde in artikel 110i van de Wet geluidhinder, de vastgestelde hogere waarden zo spoedig mogelijk worden ingeschreven in de openbare registers. Ontwerpbesluit vaststelling hogere waarden dan gesteld in de Wet geluidhinder bestemmingsplan ‘Groenmarkt’, kadastrale ASDo3 E 10834, E 10832, E 06959, gemeente Amsterdam BIJLAGE BIJ HET BESLUIT inzake vaststelling hogere waarden dan de voorkeursgrenswaarden als gesteld in de Wet geluidhinder voor het bestemmingsplan ‘Groenmarkt’ voor de kadastrale gemeente Amsterdam sectie ASDo3E 10834, E 10832, E 06959 Marnixstraatblok 4 woningen _________[2°bouwlaag [3°bouwlaag [ú°bouwlaag |5° bouwlaag Noord-oost 63 dB 63 dB 62 dB 62 dB gevel Noord-west 5g dB 5g dB 58 dB 58 dB gevel Zuid-oost 5g dB 5g dB 58 dB 58 dB gevel Zuid-west 5o dB 49 dB gevel Singelgrachtblok 35 woningen [Souterrain _ _|a“bouwlaag |2“bouwlaag |3°bouwlaag |4bouwlaag Noord-oost 5o dB 5o dB 5o dB gevel Noord-west 53 dB 54 dB 55 dB 56 dB 56 dB gevel Zuid-west 56 dB 56 dB 58 dB 58 dB 58 dB gevel
Besluit
5
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Raadsactualiteit Jaar 2017 Vergaderdatum 15 maart 2017 Afdeling 1 Agendapunt 7D Nummer 188 Publicatiedatum 13 maart 2017 Onderwerp Actualiteit van de leden Paternotte, Duijndam en Groot Wassink inzake medicinale cannabis. Aan de gemeenteraad Het gebruik van medicinale cannabis heeft een bewezen pijn bestrijdende werking. Amsterdammers die vanwege ziekten zijn aangewezen op medicinale cannabis lopen echter tegen veel drempels op de benodigde medicinale cannabis te verkrijgen. De huidige volgens de wet toegestane mogelijkheid om medicinale cannabis te verkrijgen is kostbaar en veel zorgverzekeraars vergoeden de kosten van het gebruik van medicinale cannabis niet. Dit levert voor Amsterdammers die medicinale cannabis vanwege hun gezondheid nodig hebben ongewenste situaties op waarvoor een oplossing gevonden moet worden. Het reguleren dan wel gedogen van thuisteelt van medicinale cannabis zou een oplossing kunnen zijn. Dit dient landelijk te worden geregeld. Een meerderheid in de Tweede Kamer is voor meer ruimte voor thuisteelt ten behoeve van medicinale cannabis’. De indieners willen graag de wenselijkheid om meer ruimte te geven aan thuisteelt van medicinale cannabis bespreken en, net zoals gemeente Hof van Twente’, hierover een signaal afgeven aan het Kabinet en de leden van de Eerste Kamer. Reden van spoedeisendheid Amsterdammers die vanwege ziekten zijn aangewezen op medicinale cannabis lopen tegen veel drempels op waardoor zeer ongewenste situaties bestaan en onnodig wordt geleden. Medicinale cannabis zou voor mensen die dat medisch gezien nodig hebben toegankelijk en laagdrempelig te verkrijgen moeten zijn. Dit dient landelijk te worden geregeld. De indieners willen een signaal afgeven aan het Kabinet en de leden van de Eerste Kamer om meer ruimte te geven aan thuisteelt voor medicinale cannabis. De leden van de gemeenteraad J.M. Paternotte P.J.M. Duijndam B.R. Groot Wassink L https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=af44911c-33cc-4edc-97a9- 925797458d93&title-Gewijzigd% 20amendement%20van%20het% 20lid% 20 Van%2OTongeren% 2Oter% 2Overvanging %20Ovan%2Onr.%2011%20over% 2Othuiskweek% 20van% 2Omedicinale% 2Ocannabis.pdf ? https://gemeenteraad.hofvantwente.nl/Vergaderingen/Gemeenteraad/2017/14-februari/19:30/08-motie-oproep-legalisering- thuisteelt-medicinale-cannabis.pdf 1
Actualiteit
1
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Amendement Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 1450 Publicatiedatum 24 december 2015 Ingekomen onder AF Ingekomen op donderdag 17 december 2015 Behandeld op donderdag 17 december 2015 Status Ingetrokken Onderwerp Amendement van het lid Van Lammeren inzake het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam 2016-2021 (lineaire tariefstijging). Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Gemeentelijk Rioleringsplan Amsterdam 2016-2021 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1397). Constaterende dat de voorgestelde ontwikkeling van de Rioolheffing een onevenredige verhoging van 3% in 2017 voorziet, gevolgd door een verhoging van 2% in 2018 en daarna een jaarlijkse verhoging van 1,75% (exclusief eventuele inflatiecorrecties). Overwegende dat de Rioolheffing wordt gebruikt om te investeren in langetermijnvoorzieningen en het daarom onlogisch is om Amsterdammers in 2017 een grotere stijging van de Rioolheffing voor te spiegelen dan in de jaren daarna. Besluit: in het Rioleringsplan vanaf 2017 een lineaire tariefstijging voor te stellen en daartoe Tabel G: Ontwikkeling rioolheffing (tot 2015 realisatie, 2016 - 2021 voorstel) op pagina 37 als volgt te wijzigen: 2016 |€ 150,90 1,00% (= €1,49) 2017 _|€ 154,36 2,29% (= €3,46) 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 1450 A d é Datum 24 december 2015 mendemen en daarmee Tabel H: Prognose voorziening rioolrecht bij voorgestelde rioolheffing 2016 — 2021 (prijspeil 2015.2016 inclusief inflatie; 2017 — 2021 exclusief inflatie), als volgt te wijzigen: bocragen x€ 1 mmtenzjandersvermelj | [ 2016 | 27 | 20e | 2e | 20 | za | aanjagen Tal me ne | ne ne | | A Dekking algemene middelen (1%) |B] 07 | 07 | o7 | o7 | o8 | 08 | | eriefsijging | 1% | 22% | 224% | 219% | 215% | 210% | Voorgesteldtarief_______________|D| €15090 | €15436 | €15782 | €16128 | €16474 | €10820 | |OpbrengstRioolhefing(CxD) |E] 669 | ess | 705 | 723 | 741 | 759 | A Totaalinkomsten(B+E) ___ |F{ 676 | eos | 712 | 730 | 749 | 767 | Saldoinkomstenminuitgaven(F-A) |G] 28 | 23 | 20 | 45 | 09 | 02 | A Voorziening rioorechtper if |M} na | 85 | et | az | ar | u | Voorzieningrioolrechtper31/12(H+G) |IJ 85 | 61 | 42 | 27 | 17 | 15 | Het lid van de gemeenteraad J.F.W. van Lammeren 2
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Motie Jaar 2015 Afdeling 1 Nummer 727 Publicatiedatum 7 augustus 2015 Ingekomen onder AR Ingekomen op donderdag 2 juli 2015 Behandeld op donderdag 2 juli 2015 Status aangenomen Onderwerp Motie van de raadsleden mevrouw Moorman, mevrouw Timman, de heer Toonk, mevrouw Shahsavari-Jansen, de heer Blom en de heer Flentge inzake matching bij de overstap van primair onderwijs naar voortgezet onderwijs (communicatie naar ouders). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de brief van de wethouder Onderwijs van 9 juni 2015 inzake de overstap van primair onderwijs naar voortgezet onderwijs en matching (Gemeenteblad afd. 1, nr. 656) en de aanvullende brieven van 22 juni en 1 juli 2015; Constaterende dat: — de raad en wethouder gezamenlijk hebben geconcludeerd dat de communicatie naar de ouders van kinderen gedurende het matchingsproces tekortschoot en niet consistent was, hetgeen veel onduidelijkheid en onzekerheid bij kinderen en ouders heeft veroorzaakt; — de wethouder na deze constatering de communicatie met de ouders van willekeurig geplaatste kinderen zelf ter hand heeft genomen; Van mening zijnde dat de problemen bij matching zeker niet alleen zijn veroorzaakt door de communicatie, maar dat een betere communicatie wel veel onduidelijkheid en onzekerheid kan voorkomen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: bij de uitvoering van de kernprocedure in de toekomst meer aandacht te besteden aan conforme en heldere communicatie richting ouders en leerlingen en daarvoor heldere afspraken te maken met het OSVO en indien nodig exta ambtelijke tijd en capaciteit hiervoor te reserveren. 1 Jaar 2015 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 727 Moti Datum 7 augustus 2015 ome De leden van de gemeenteraad M. Moorman D. Timman W.L. Toonk M.D. Shahsavari-Jansen S.R.H. Blom E.A. Flentge 2
Motie
2
discard
kor 5-022052 X Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling RO Duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie RO van 06 december 2023 Ter advisering aan de raad Portefeuille Ruimtelijke Ordening Agendapunt 12 Datum besluit College van B&W, d.d. 31 oktober 2023 Onderwerp Vaststellen van het wijzigingsbesluit Welstandsnota De Schoonheid van Amsterdam 2016, inhoudende de criteria voor gevelreclame die gelden op de Oudezijds Achterburgwal en Oudezijds Voorburgwal De commissie wordt gevraagd In te stemmen met de raadsvoordracht waarin de raad wordt gevraagd: 1. Kennis te nemen van en te betrekken bij de voorliggende besluitvorming: a. het positieve advies van het dagelijks bestuur van het stadsdeel Centrum met de uitvoering van maatregel 12 van het Uitvoeringsprogramma Aanpak Binnenstad, uitgebracht op 23 janvari 2023; b. de drie inspraakreacties op het ontwerp Wijzigingsbesluit en de Nota van beantwoording. 2. Inte stemmen met de beantwoording van de inspraakreacties als bedoeld onder beslispunt 1.b. overeenkomstig de bijgevoegde ‘Nota van beantwoording inspraakreacties wijziging welstandsnota’ welke onderdeel vitmaakt van dit besluit; 3. Vast te stellen het Wijzigingsbesluit Welstandsnota De Schoonheid van Amsterdam 2016, bijlage 5 (Reclame in gebieden met een bijzonder karakter”), inhoudende de criteria voor gevelreclame die gelden op de Oudezijds Achterburgwal en Oudezijds Voorburgwal, waarbij de criteria voor gevelreclame op de Oudezijds Achterburgwal en Oudezijds Voorburgwal ongewijzigd worden vastgesteld ten opzichte van het ontwerp wijzigingsbesluit waarvan de belangrijkste punten zijn: a. daar waar het gaat om het gebied: ‘Grachten, openbaar water, ruimten met een cultuurhistorische functie! komt onder F en na ‘de Oudezijds Achterburgwal en de Oudezijds Voorburgwal’ de aansluitende tekst ‘vanaf de Grimburgwal tot de Oude Doelenstraat’, te vervallen. b. met deze wijziging worden de delen van de straten die in bijlage bij het wijzigingsbesluit op de kaart zijn gemarkeerd, toegevoegd aan het regime dat geldt voor het gebied: Grachten, openbaar water, ruimten met een cultuurhistorische functie. c. het wijzigingsbesluit welstandsnota De Schoonheid van Amsterdam 2016 treedt de dag na bekendmaking in werking. Wettelijke grondslag Woningwet, artikel 12a, eerste en tweede lid van de Woningwet De gemeenteraad stelt een welstandsnota vast met beleidsregels waarin in ieder geval beoordelingsregels zijn opgenomen die het bevoegd gezag toepast bij haar beoordeling. De gemeenteraad betrekt belanghebbenden bij de voorbereiding van het wijzigen van de welstandsnota. Gemeentewet, artikel 160 Gegenereerd: vl.10 1 VN2023-022052 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling RO Ruimte en % Amsterdam Duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie RO van o6 december 2023 Ter advisering aan de raad Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd het dagelijks bestuur van de gemeente te voeren (lid 1) en beslissingen van de raad voor te bereiden (lid 2) Gemeentewet, Artikel 169 Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Verordening op de stadsdelen en het stadsgebied Amsterdam 2022, artikel 12 Het stedelijk bestuur betrekt het dagelijks bestuur bij het opstellen van stedelijke kaders. Dit vertaalt zich in het vragen van advies. Bestuurlijke achtergrond De Schoonheid van Amsterdam, Welstandsnota 2016 (hierna: welstandsnota) Welstandszorg vindt zijn basis in de Woningwet, waarin artikel 12 voorschrijft dat bouwwerken zowel wat betreft de situering als het uiterlijk niet strijdig mogen zijn met redelijke eisen van welstand. Wat die redelijke eisen van welstand zijn, is vastgesteld door de gemeenteraad en vastgelegd in de welstandsnota. Alle bouw- of verbouwplannen in Amsterdam, met uitzondering van een klein aantal welstandsvrije zones, moeten voldoen aan de hierin beschreven criteria. De invloed van gevelreclame op het stadsbeeld is groot. Reclame past lang niet altijd bij de architectuur van de gebouwen. De criteria die zijn opgenomen in de welstandsnota, beogen ontsierende reclame tegen te gaan. Zij gelden als welstandscriteria in de zin van de Woningwet én als nadere regels voor de toelaatbaarheid van reclame op onroerende zaken als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening. Is een pand aangewezen als monument, dan oordeelt de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) hoe de reclame zich verhoudt tot de cultuurhistorische waarde van het monument. Aanpak binnenstad en Uitvoeringsprogramma Aanpak binnenstad (2022) Vanaf december 2020 is de Aanpak binnenstad van start gegaan. Deze aanpak combineert maatregelen en een visie voor zowel de korte als langere termijn. Uitgangspunt is zorgen voor een betere balans in de binnenstad en versterking van de culturele verscheidenheid en bvurtidentiteit. Een binnenstad waar een gezonde bezoekerseconomie hand in hand gaat met een prettig woon- en leefklimaat. Waar ruimte is voor experiment en de cultuurhistorische waarde van de stad geborgd is voor de toekomst. Deze ambities vit de Aanpak binnenstad zijn vertaald naar 6 prioriteiten. Hieruit komen tientallen projecten, acties en maatregelen voort. Alle maatregelen die onder de 6 prioriteiten vallen, worden samengevat in het Uitvoeringsprogramma. Elk jaar wordt er een nieuw Uitvoeringsprogramma opgesteld. Hierin worden alle lopende en nieuwe maatregelen beschreven. Op 3 december 2021 is het Uitvoeringsprogramma Aanpak Binnenstad 2022 vastgesteld. In het hoofdstuk ‘Schoonheid beter beschermen en benadrukken’ (paragraaf 3.4) van het Uitvoeringsprogramma 2022, is als maatregel: het aanpassen van de welstandsnota voor de noordelijke Burgwallen genoemd (maatregel nr. 11), de maatregel die het hier betreft. Reden bespreking Gegenereerd: vl.10 2 VN2023-022052 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening en Grond en Ontwikkeling Ruimte en % Amsterdam Duurzaamheid % Voordracht voor de Commissie RO van 06 december 2023 Ter advisering aan de raad Ter advisering aan de gemeenteraad d.d. 20 december 2023 Uitkomsten extern advies Het ontwerp wijzigingsbesluit heeft gedurende zes weken ter inzage gelegen voor inspraak. Tijdens de inspraakperiode zijn drie inspraakreacties ingebracht. Deze reacties hebben niet geleid tot aanpassing van het besluit. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? hee Welke stukken treft v aan? AD2023-086807 Bijlage 1 Advies stadsdeel Centrum.docx (msw22) Bijlage 2 Nota van beantwoording inspraakreacties geanonimiseerd .docx AD2023-086806 (msw12) AD2023-086808 Bijlage 3 geanonimiseerde inspraakreacties.pdf (pdf) AD2023-086809 | Bijlage 4 Wijzigingsbesluit Welstandsnota.docx (mswz22) AD2023-086810 Bijlage 4a bij wijzigingsbesluit Kaart met gebiedscontour. pdf (pdf) AD2023-086811 Bijlage 5 Gemeenteraad Voordracht (16).pdf (pdf) AD2023-075747 | Commissie RO Voordracht (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte & Duurzaamheid: Eva Mulder, 0612136822, [email protected] Anita Barada, 06 3417 9861, [email protected] Gegenereerd: vl.10 3
Voordracht
3
train
> Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 21 november 2023 Portefeuille(s) Personeel en Organisatie Portefeuillehouder(s): Hester van Buren Behandeld door Directie Personeel & Organisatie, [email protected] Onderwerp Maatregelen in het kader van personeelstekorten gemeentelijke organisatie Geachte leden van de gemeenteraad, In de raadscommissie FKD van 22 juni 2023 heb ik, bij de bespreking van het jaarverslag 2022, toegezegd in het najaar een overzicht te sturen van de maatregelen om personeel aan te trekken en de voortgang op deze maatregelen. Met deze brief komt het college tegemoet aan de toezegging aan het lid Schmit (D66) om de raad hierover te informeren (TA2023-000704). Met deze brief beschouwt het college ook een toezegging vit 2020 van wethouder Everhardt aan lid Ernsting (GL) als afgehandeld (TA2020-000615). De arbeidsmarktkrapte problematiek De arbeidsmarktkrapte zorgt voor historische personeelstekorten. Sinds de jaren zeventig hebben werkgevers niet meer te maken gehad met zulke tekorten aan personeel en nog nooit waren zoveel mensen aan het werk. De tekorten zijn intussen structureel en komen niet alleen bij enkele sectoren voor maar in alle sectoren in onze arbeidsmarktregio. Ook groeit de beroepsbevolking de komende jaren niet of nauwelijks en de vergrijzing leidt tot meer pensioenuitstroom. Bij overheden is de aankomende pensioenuitstroom nog groter omdat wij relatief veel oudere medewerkers in dienst hebben. Ondertussen zorgen digitalisering en technologische ontwikkelingen voor veranderingen in werk. Nieuwe of andere vaardigheden en competenties zijn nodig. Het aanbod van werk en de vraag naar werk sluiten daardoor niet goed op elkaar aan. Deze kloof tussen vraag en aanbod kan niet helemaal of maar voor een deel overbrugd worden. De verwachting is dan ook dat de krapte de komende jaren verder toeneemt. Het is een vraagstuk waar alle spelers op de arbeidsmarkt voor nodig zijn: werkgevers, sociale partners, publiek en privaat onderwijs, branche- en werkgeversorganisaties, gemeenten, UWV, provincie en het Rijk. Het college geeft in het coalitieakkoord 2022-2026 al aan dat de tekorten op de arbeidsmarkt een bedreiging vormen. Het mes snijdt daarbij aan twee kanten. Aan de ene kant worden wij als organisatie geraakt bij de vitoefening van onze eigen taken. Aan de andere kant worden wij als gemeente geraakt op belangrijke kerntaken en grote ambities. De personeelstekorten leiden namelijk tot knelpunten of wachtlijsten op het gebied van (jeugd)zorg, onderwijs, woningbouw, de energietransitie, (aanvullend) openbaar vervoer en logistiek. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 2 van 7 Hiernaast zien we dat Amsterdam een diverse bevolking heeft en toonbeeld is van een diverse samenleving, maar dat deze diversiteit nog onvoldoende tot viting komt in het personeelsbestand van de gemeentelijke organisatie. Daarnaast speelt dat de gemeentelijke organisatie nog niet alle medewerkers een veilige en inclusieve werkomgeving biedt en niet iedereen gelijke kansen en mogelijkheden krijgt. De twee onderzoeken naar discriminatie en racisme binnen de gemeente Amsterdam die recentelijk zijn gepubliceerd geven een duidelijk beeld! Ze laten zien dat we nog veel moeten doen om discriminatie en racisme tegen te gaan. Alleen met een inclusieve en diverse organisatie kan de gemeente Amsterdam haar werk voor de stad beter doen en een betere werkgever zijn voor alle medewerkers. Conclusie is dat het arbeidsmarktkrapte vraagstuk van lange duur is, complex is, veel spelers en variabelen kent en vraagt om actie. Met de brief integrale aanpak personeelstekorten? bent u geïnformeerd over hoe het college richting de regionale arbeidsmarkt werkt aan de personeelstekorten door middel van het Regionaal Werkcentrum. Met deze brief informeer ik u over de effecten van de personeelstekorten op de gemeentelijke organisatie en de aanpak daarop. Een kanttekening hierbij is dat de arbeidsmarktkrapte een landelijk probleem is en op sommige aspecten zelfs een internationaal probleem vormt dat beperkt beïnvloedbaar is, zeker op de korte termijn. Onder andere de SER onderschrijft dat de arbeidsmarkt maar beperkt maakbaar is en dat er geen snelle oplossingen zijn?. Dit neemt niet weg dat het college de negatieve effecten probeert te beperken tot een minimum, maar dat ook realisme nodig is over de mate waarin arbeidsmarktkrapte aangepakt kan worden. Het college blijft daarom continve aandacht geven aan dit vraagstuk en zoeken naar vernieuwende of aanvullende maatregelen. Zo wordt momenteel onderzocht wat andere internationale steden hebben ingezet aan succesvolle interventies of programma’s. Arbeidsmarktkrapte in perspectief van de gemeentelijke werkzaamheden en taken Bij alle onderdelen van de gemeentelijke organisatie zijn er functies waar we moeite hebben om voldoende personeel aan te trekken of te behouden. In het ruimtelijke werkveld hebben we tekort aan technisch specialisten/managers, contractmanagers, werkvoorbereiders, projectleiders en assetmanagers. In het sociale werkveld is er een tekort aan medewerkers veilig thuis, psychiaters, huisartsen, verslavingsartsen, jeugdartsen, verpleegkundigen en forensische artsen. Bij bedrijfsvoering hebben we een tekort aan verschillende juridische en financiële functies. Ook in het informatie en ICT- vakgebied ervaren we tekorten, onder andere aan programmeurs, data specialisten, informatie beveiliging en -architecten. En op een aantal gemeente specifieke functies zoals handhaving, afvalinzameling, bouw- en gebruik inspecteurs, bouwplantoetsers, is de krapte misschien wel het meest zichtbaar en voelbaar. Het wordt steeds moeilijker om mensen aan te trekken voor deze functies. Maar ook op andere, minder specialistische functies, moet meer moeite gedaan worden om personeel aan te trekken. Andere overheden kampen ook met personeelstekorten, vaak op dezelfde beroepsgroepen, we vissen allemaal in dezelfde steeds legere vijver. In veel gevallen hebben werknemers de werkgevers voor het uitkiezen. Dit leidt tot concurrentie tussen werkgevers, 1 Microsoft Word - 20231030 DEF raadsbrief vs. 2.5.docx (raadsinformatie.nl) 2Raadsinformatiebrief tintegrale+aanpak+personeelstekorten 3Waardevol werk: publieke dienstverlening onder druk - Oplossingsrichtingen voor de arbeidsmarktkrapte (ser.nl) Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 3 van 7 Een ander probleem is dat flexwerk onder deze omstandigheden financieel aantrekkelijk is voor werknemers. Landelijke wetgeving maakt het ook makkelijk om zelfstandig ondernemer te worden. Veel mensen kiezen er bewust voor om als zelfstandige te werken. Sommige functies kunnen we alleen voldoende bemensen als we ook zzp'er aantrekken. En zelfs dan hebben we vaak moeite om op arbeidsvoorwaarden, met name tarief, te concurreren. De arbeidsmarktkrapte leidt ook tot toenemende werkdruk. Deze toenemende werkdruk kan leiden tot verzuim of vertrek van collega’s. Dat maakt de werkdruk voor het personeel dat overblijft nog groter. De SER waarschuwt ook voor de risico’s van deze uitval als gevolg van de toenemende werkdruk in de (semi)publieke sector?. De landelijke arbeidsmarktproblematiek heeft dus direct effect op de gemeentelijke organisatie en de gemeentelijke dienstverlening. Het college zet daarom in op een ontwikkelgerichte, meerjarige aanpak. Geprobeerd wordt om de negatieve effecten van de arbeidsmarktkrapte zo goed mogelijk op te vangen. De aanpak is gericht op het aantrekken, benutten en behouden van medewerkers en gaat ervan uit dat de arbeidsmarktkrapte beïnvloed kan worden door: e de vraag naar arbeid te verminderen; e het aanbod van arbeid te vergroten; e de kloof tussen werkaanbod en vraag naar werk te verkleinen; e anticiperen en beperken van de gevolgen van arbeidsmarktkrapte. De aanpak kent korte- en lange termijn doelstellingen en richt zich op zes perspectieven: 1. investeren in andere manieren van werven; 2. verbeteren van het matchen van vraag en aanbod; 3. binden, boeien en behouden o.a. door goede arbeidsvoorwaarden / aantrekkelijk werkgeverschap; 4. blijven inzetten op prioritering en arbeidsbesparende technologie; 5. versterken van de weerbaarheid van vitale functies; 6. bouwen aan duurzame samenwerking met partners in de regio. Op korte termijn wordt vooral via doen en leren - experimenteren en innoveren - gezocht naar maatregelen die relatief snel ingezet kunnen worden. Soms voor de gehele gemeente, soms alleen gericht op een specifiek onderdeel of beroepsgroep. Er is namelijk niet één oplossing voor alle situaties, Dat is ook niet per se wenselijk. Daarvoor is de diversiteit aan taken en verantwoordelijkheden en de complexiteit van de gemeentelijke organisatie, simpelweg te groot. Beroepstekorten in sommige sectoren of vakgebieden vragen mogelijk om andere oplossingen. Op de lange termijn werken we aan betere data, meer inzicht en algemene verbeteringen voor de hele gemeente. We bouwen een structuur van samenwerking en zorgen voor goede data en P&O instrumenten om structureel te werken aan de arbeidsmarkkrapte. Doel is om nu en in de toekomst de opgave van de stad zo goed mogelijk te bemensen. 3Waardevol werk: publieke dienstverlening onder druk - Oplossingsrichtingen voor de arbeidsmarktkrapte (ser.nl) Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 4 van7 Resultaten per perspectief Hieronder staan de doelen per perspectief, de eerste resultaten en lopende initiatieven. De initiatieven richten zich op het aantrekken, benutten en behouden van medewerkers. Bij het ontwikkelen en implementeren van maatregelen bewaken we de samenhang. Ook houden we rekening met de kaders vanuit landelijke ontwikkelingen, wetgeving en inclusie en diversiteitdoelstellingen. Dit vraagt ook een verandering van het leiderschap van onze managers en medewerkers. Om inclusief leiderschap te ontwikkelen investeren we in training en opleiding. In de aanpak arbeidsmarktkrapte werken we uit wat in de bestuursopdracht Inclusie en Diversiteit is opgenomen aan P&O maatregelen en instrumenten. De aanpak arbeidsmarktkrapte en aanpak Inclusie en Diversiteit zijn daarmee met elkaar verbonden. We verbeteren onder andere de instroom door een andere manier van werven die een bredere doelgroep moet aanspreken en aantrekken. We richten ons ook op behoud, betere doorstroom en doorgroei van alle medewerkers maar richten ons ook op divers talent, vooral in hogere functies en het hogere management. 1. Investeren in andere manieren van werven Door bij het vervullen van vacatures breder te kijken dan alleen naar opleiding en ervaring kunnen we meer kandidaten aantrekken. Dit vraagt om een (door)ontwikkeling van onze werving- en selectiefunctie en onze communicatiekanalen. Hiernaast blijven wij investeren in succesvolle P&O instrumenten zoals vaktraineeships, stages en om- en bijscholingstrajecten. Eerste resultaten en lopende initiatieven: -__de werving- en selectiecapaciteit wordt stapsgewijs uitgebreid en per gemeentelijk onderdeel wordt een werving- en selectieteam ingericht; -__inzet op het versterken werkgeversmerk gemeente Amsterdam. Dit heeft al geleid tot een Linkedin prijs; -___meer doelgerichte wervingscampagnes georganiseerd, zoals een inloop dag voor technische studenten; -__nieuwe vorm(en) van werven. Bij de werving voor het MBO-traineeship is gewerkt met op spel gebaseerde selectiemethodes; -__meer experimenten met werven op vaardigheden worden voorbereid. Dat betekent bij de werving minder focus op of iemand nu al alles kan of diploma's bezit. De focus ligt op de vraag of een kandidaat op basis van motivatie en aantoonbare vaardigheden door opleiding en begeleiding binnen redelijke termijn het werk kan leren; -_ inzet op via via werving (gebruik netwerk medewerkers bij werving). Streven is om medewerkers meer in te zetten als ambassadeurs van de organisatie bij het aantrekken van personeel. Het werken met een aanbrengbonus wordt ook onderzocht; -__bewust inclusief werven en selecteren wordt nog dit jaar als werkwijze voor alle functies geïmplementeerd. Een andere manier van werven die een bredere doelgroep moet aanspreken en aantrekken. Een werving en selectiemethode waarbij we kritisch kijken naar de hoeveelheid gestelde eisen, alle kandidaten op gelijke wijze bevragen, op dezelfde competenties vergelijken, tot objectieveftransparante scores komen en de best scorende kandidaat selecteren. Ook zorgen we dat sollicitatiecommissies divers worden samengesteld en getraind zijn in inclusief werven en selecteren. Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 5 van 7 2. Vraag en aanbod van arbeid beter op elkaar aansluiten Het blijkt in de praktijk niet eenvoudig om intern of nieuw personeel te vinden voor nieuwe werkzaamheden of opgaven. We werken nog niet flexibel genoeg en onderliggende systemen of financiële regels werken soms belemmerend. We gaan daarom per organisatieonderdeel inzichtelijk maken waar werk ontstaat, verandert of verdwijnt. Hierop kan vervolgens tijdig worden ingespeeld door bijvoorbeeld maatwerk omscholings- en wervingstrajecten gericht aan te bieden. Eerste resultaten en lopende initiatieven: -_ verbeteren inzicht in grote verandering van werk en het effect daarvan op de vaardigheden van het personeel; -__ implementatie Mijn Amsterdams Gesprek (MAG), een vernieuwende gesprekssystematiek waarin de ontwikkeling van de medewerker en de opgave centraal staan; -__meer inzet op tijdige om- en bijscholing waardoor medewerker meegroeien naar de toekomstige functie(s) en meer ingespeeld kan worden op verdwijn- en verschijnwerk; -_start met zes pilots Wendbare Organisatie. Door de structuur van de organisatie flexibel te maken en te werken met brede generieke functies kan de inzet van medewerkers geprioriteerd worden en meebewegen met veranderende opgaven in de stad; -__diverser en onvoldoende benut arbeidspotentieel vinden door onder andere: e _ uitvoering van de wet Banenafspraak. Jaarlijks bieden we 30 tot 40 mensen met een (on)zichtbare arbeidsbeperking een baan aan binnen de gemeente Amsterdam; e _hetstatushouders traineeship. In 2017 als eerste in Nederland gestart, nu al bezig met de 3e lichting. 3. Binden, boeien en behouden van talent door onder andere goede arbeidsvoorwaarden Structurele aandacht voor het versterken van de positie van de gemeente op de arbeidsmarkt is nodig om medewerkers te binden en te behouden. Dat geldt niet alleen voor nieuwe medewerkers maar ook voor medewerkers die al in dienst zijn. Het betekent dat we alle randvoorwaarden op orde moeten hebben en onderhouden. De arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en werkfaciliteiten moeten goed zijn en competitief zijn in vergelijking met andere partijen. Het vraagt ook aandacht voor de vitaliteit en mentale gezondheid van onze medewerkers. En zoals eerder aangegeven moeten we alle medewerkers een sociaal veilige werkomgeving en een inclusieve (werk)cultuur bieden. Eerste resultaten en lopen de initiatieven: -__ leergang hoger management potentieel ontwikkeld om doorstroom van interne medewerkers naar hogere managementfuncties te bevorderen. Het aanspreken en vinden van diverse kandidaten is bij de werving meegenomen. Start van het programma is begin 2024; -__andere opleiding-{talentprogramma’s waar medewerkers zichzelf voor kunnen aanmelden: e _Eenleerprogramma gericht op medewerkers die leidinggevende ambitie en talent hebben. Zeventig procent van de deelnemers uit de eerste vier leergangen zit nu op een leidinggevende positie binnen de gemeente Amsterdam. e “Uitdagen van Talent”. Dit leerprogramma draait om verantwoordelijkheid en regie nemen over het eigen talent. Door bij een ander onderdeel een tijdelijke opdracht te vinden ontwikkelt de medewerker zich en het helpt om de horizon, het netwerk en mobiliteit te verbeteren. -_ verbeteren inzicht in vertrekredenen bij uitstroom; Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 6 van 7 -__ maximum uurtarief en de bezoldigingsmaxima voor de inzet van extern personeel zijn in lijn met de bezoldigingsmaxima vit de Wet Normering Topinkomens (WNT -norm) tijdelijk verhoogd*. Dit helpt onze concurrentiepositie ten opzichte van andere (overheids)partijen gelijk te trekken. Dit is besproken in de raadscommissie FKD van 5 oktober en in de raad van 8 november; - (intern) leeraanbod waar medewerkers vaak kosteloos aan deel kunnen nemen; -__ mogelijkheden tot flexibel- en thuiswerken; -__ verbeterd indienstredingsproces en verstrekking van werkfaciliteiten; =___inzicht in behoefte aan arbeidsvoorwaarden onder jong talent; -__proef met vrijwilligerswerk binnen werktijd is gestart. Medewerkers kunnen per jaar maximaal 4 dagen (32 vur) vrijwilligerswerk in Amsterdam doen. -__We maken inclusie onderdeel van bestaande en nieuwe trainingen zodat we inclusief leiderschap ontwikkelen. Eerst richten we ons op manager en daarna bieden we de trainingen breder in de organisatie aan. 4- Blijven inzetten op prioritering en arbeidsbesparende technologie Om de vraag naar arbeid terug te brengen is het nodig dat we blijven inzetten op arbeidsbesparende maatregelen. Ook moet beter geprioriteerd worden en strakker gestuurd worden op capaciteit. Wat heeft de hoogste prioriteit en welke ambities kan de ambtelijke organisatie waarmaken? Daarnaast zullen de snelle technologische ontwikkelingen impact hebben op het werk: functies kunnen sterk veranderen of zelfs verdwijnen. Maar technologie kan werk ook uit handen nemen door bijvoorbeeld digitalisering van werkprocessen. Deze ontwikkelingen gaan snel en we moeten daar tijdig op inspelen. Eerste resultaten en lopende initiatieven: -__continu optimalisaties ten behoeve van digitalisering werkprocessen; - inzetten op kansen/bedreigingen voor de toekomst van werk door gebruik van technologie (zoals kunstmatige intelligentie, robotisering en digitalisering. 5. Versterken van vitale functies Vitale functies vormen de ruggengraat van de organisatie. Het is noodzaak om continu zicht te hebben op deze functies. Zijn ze kwetsbaar vanwege de lage bezetting? Dreigt er veel vitvalte ontstaan? Zijn er te lange wachtlijsten? Op basis van deze inzichten moeten er tijdig maatregelen genomen worden. Ook de risico van het werk moeten we tot een minimum beperken door de juiste arbeidsomstandigheden te creëren. Eerste resultaten en lopende initiatieven: -_maatwerk workshops voor specifieke beroepsgroepen die eigen risico's of aandachtspunten hebben voor wat betreft veilig en gezond werken; -_gerichte themaweken zoals de week van vitaliteit met verschillende trainingen en digitale bijeenkomsten voor alle medewerkers; -_op belangrijke functies van de gemeente gaan we de minimale bezetting monitoren. Dan kan tijdig bijgestuurd als deze onder de norm dreigt te komen. 4 Microsoft Word - 190723 concept raadsbrief aanpassing maximale bedragen protocol externe inzet 1.5.docx (raadsinformatie.nl) Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 21 november 2023 Pagina 7 van 7 6. Bouwen aan duurzame samenwerking met partners in de regio In plaats van te concurreren kunnen we nu en in de toekomst meer met elkaar optrekken. Alleen samen met andere partijen kan een duurzame oplossing voor arbeidsmarktkrapte tot stand komen en kansrijk zijn. Eerste resultaten en lopende initiatieven: -__ verbinding met interne en externe partners waaronder de VNG en het A&O fonds op het thema arbeidsmarktkrapte. Amsterdam gaat deel vitmaken van een begeleidingscommissie rondom dit thema vanuit de VNG; -__ werkbijeenkomst met G4 gemeenten en provincies Noord- & Zuid- Holland en Utrecht begin 2024, met het oog op een intentieverklaring tot meer samenwerking op het thema arbeidsmarktkrapte. Met deze brief hoopt het college de raad een beeld te geven van de brede inclusieve en diverse aanpak en het scala aan initiatieven die zijn ingezet om de effecten van de arbeidsmarktkrapte te beperken voor zover het de gemeentelijke organisatie betreft. De mondelinge toezegging aan het lid Schmit (D66) en het lid Ernsting (D66) wordt met deze brief als afgehandeld beschouwd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Hester van Buren Wethouder Personeel & Organisatie Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
7
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 1368 Datum indiening 17 oktober 2017 Datum akkoord 6 november 2017 Publicatiedatum 7 november 2017 Onderwerp Beantwoording nadere schriftelijke vragen van het lid Vink inzake de Hyperloop. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Begin oktober 2017 bood de minister van Infrastructuur en Milieu het rapport “Hyperloop in The Netherlands” aan de Kamer aan. Hierin staat een verkenning van een aantal opties voor testsites in Nederland. Ook de eerder door raadslid Vink van D66 naar voren gebrachte Hyperloop-optie (Schiphol-Amsterdam-Lelystad) komt in het rapport voor als mogelijke uitbreiding van een in eerste instantie kleine testsite. Opties in Flevoland c.q. het oosten van de Metropoolregio Amsterdam komen als meest kansrijk naar voren, en zijn op termijn mogelijk uit te breiden richting de luchthavens Lelystad en Schiphol. De testsite brengt niet alleen veel nieuwe (met name technische) arbeidsplaatsen met zich mee, maar draagt ook bij aan het innovatieve karakter van onze regio en de uitstraling daarvan. Gezien het vorenstaande en in aanvulling op de eerdere mondelinge vragen van het lid Ruigrok (namens de fractie van de VVD), de schriftelijke vragen van het lid Groen van 8 juni 2017 (namens de fractie van GroenLinks, nr.878 van het gemeenteblad) en de aanvullende schriftelijke vragen van het lid Vink van 9 juni 2017 (namens de fractie van D66, nr. 879 van het gemeenteblad), heeft het lid Vink, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende nadere schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Heeft het college kennisgenomen van het genoemde rapport “Hyperloop in The Netherlands”? Antwoord: Ja. 2. Herkent het college zich in de “meest kansrijke opties” zoals verwoord in het rapport? Antwoord: Het rapport beveelt als locatie de Vogelweg in Flevoland aan. Deze aanbeveling is het resultaat van een multicriteria analyse van 18 mogelijke locaties. In een eerder antwoord heeft het college al aangegeven dat gezien de hoeveelheid infrastructurele werken bij Schiphol en Amsterdam Zuid een testlocatie in dat gebied niet te verkiezen is en lijkt de nu aanbevolen locatie een goede optie. 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer 108 ember 2017 Schriftelijke vragen, dinsdag 17 oktober 2017 Verder wordt aanbevolen om in eerste instantie in te zetten op een testtraject van 3 kilometer lengte. De afwegingen die aan deze keuze ten grondslag liggen vinden we plausibel. 3. Ziet het college deze opties, net als de fractie van D66, als een aantrekkelijke, interessante optie die past bij de twee luchthavens in onze regio (Schiphol en Lelystad) en het innovatieve karakter van (de metropoolregio) Amsterdam? Antwoord: De keuze voor deze locatie is onder meer ingegeven door de mogelijkheden tot uitbreiding naar een grotere testlocatie en met het oog op de verbinding Schiphol- Lelystad. In die zin is het een aantrekkelijke locatie en kan het kansen bieden voor het innovatieve karakter van deze regio. 4. Welke inzet pleegt het college om de testsite daadwerkelijk in onze regio te vestigen, daarmee de bijbehorende werkgelegenheid aan te trekken en het innovatieve karakter van onze regio te versterken? Antwoord: Het initiatief ligt op dit moment bij het Ministerie van lenW. De minister heeft aangegeven dat in de komende periode wordt uitgezocht hoe de testsite eruit zou kunnen zien en gefinancierd kunnen worden. Het college zal dit met belangstelling volgen. Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E. van der Burg, locoburgemeester 2
Schriftelijke Vraag
2
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1511 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 30 november 2020 Onderwerp Amendement van de leden Roosma, Veldhuyzen, Taimounti, Boutkan en Ceder inzake het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies (Algemeen inspreken) Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1466). Overwegende dat: -— Erin de nieuwe voordacht is gezocht naar betere en effectievere vormen van inspreken dan het inspreekhalfuur publiek, zoals het organiseren van een inspraakavond; — Hierdoor het niet langer mogelijk is om “algemeen” in te spreken bij raadscommissies; — Hierdoor Amsterdammers niet langer de gelegenheid hebben om nieuwe punten op de agenda van de gemeenteraad te krijgen via het inspreken en mogelijk belangrijke nieuwe signalen van Amsterdammers gemist worden; — _Heter toe zou kunnen leiden dat andere agendapunten wordt gebruikt voor algemeen inspreken in plaats van inspreken over het specifieke punt zelf; — Het daarom wenselijk is om toch de mogelijkheid te bieden om “algemeen in te spreken” voorafgaand aan de actualiteiten en rondvraag = Aan deze mogelijkheid wel dezelfde beperkingen op te leggen als aan het inspreken bij een agendapunt, zoals benoemd in Artikel 37, lid 5 (d.w.z, maximaal drie insprekers die nog niet eerder hebben ingesproken in de commissies voorafgaand aan dezelfde raadsvergadering en die niet van dezelfde organisatie zijn); — Raadsleden niet het woord krijgen bij het agendapunt algemeen inspreken. Zij kunnen bij de rondvraag een vraag aan het college stellen. Besluit: [aanpassing in bold] De tekst onder Artikel 26, lid 7 te vervangen door: - “Na de vaststelling van de agenda, worden de notulen vastgesteld, komt de termijnagenda, de terkennisnamelijst en de lijst met stukken van de stadsdeelcommissies aan de orde, kunnen insprekers het woord te voeren over een onderwerp dat niet is geagendeerd en worden de actualiteiten en de rondvraag behandeld. Tot slot wordt beraadslaagd over de onderwerpen.” 1 Onder vernummering van het tweede tot en met negende lid tot het derde tot en met tiende lid wordt aan artikel 37 een lid toegevoegd luidende: “2. Aan het begin van de vergadering kunnen insprekers het woord voeren over een onderwerp dat niet is geagendeerd maar wel tot het beleidsterrein van de desbetreffende commissie hoort. Bij dit agendapunt is er geen termijn voor de raad.” Het vierde en het zesde lid van artikel 37 komen te luiden: 4. Een verzoek om tijdens de vergadering in te spreken wordt alleen in behandeling genomen als het is ingediend in de periode die twee weken vóór de vergadering van de desbetreffende commissie start en die 48 uur voor de vergadering eindigt. 6. De commissievoorzitter beslist of de inspreker het woord kan voeren. Het verzoek wordt in elk geval afgewezen als: a. er zich voor dat agendapunt of voor het inspreken over een onderwerp dat niet is geagendeerd al drie insprekers of organisaties hebben aangemeld; b. de inspreker of de organisatie in de vergaderingen van de commissies voorafgaand aan dezelfde raadsvergadering al in de vergadering van een andere commissie het woord gaat voeren of heeft gevoerd; c. er voor dezelfde organisatie al een andere inspreker het woord gaat voeren of heeft gevoerd. De leden van de gemeenteraad F. Roosma J.A. Veldhuyzen M. Taimounti D.F. Boutkan D.G.M. Ceder 2
Motie
2
discard
Xx Gemeente Amsterdam AZ % Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en x Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 19 maart 2015 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Tijd 13.30 uur tot 17.00 uur en zo nodig vanaf 19.30 uur tot 22.30 uur Locatie De Raadzaal, Stadhuis Algemeen 1 Opening 2 Mededelingen 3 Vaststelling agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie AZ d.d. 19 februari 2015 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieAZ@raadsgriffie. amsterdam.nl 5 Termijnagenda, openstaande toezeggingen, schriftelijke vragen e Termijnagenda niet bijgevoegd. U ontvangt op de vrijdag voorafgaande aan de vergadering per mail een bijgewerkt exemplaar 6 _Tkn-lijst Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: [email protected] 1 Gemeente Amsterdam A Z Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 19 maart 2015 7 Opening inhoudelijke gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten Burgemeester 10 Rondvraag Openbare Orde en Veiligheid 11 Werkwijze terugkeer zware gewelds- en zedendelinguenten Nr. BD2015-003351 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 19 februari 2015 12 Kwartaalmonitor Top600 - eerste kwartaal 2015 Nr. BD2015-003352 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e _Deleden van de raadscommissies JC en ZS zijn hierbij uitgenodigd. e _ Uitgesteld in de raadscommissie AZ, d.d. 19 februari 2015 13 Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid mevrouw Shahsavari-Jansen van 14 oktober 2014 inzake overlast van een coffeeshop in de Utrechtsestraat Nr. BD2015-003345 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 14 beantwoording rondvragen Paternotte 8 januari 2015 Nr. BD2015-003353 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Geagendeerd op verzoek van commissielid Paternotte (D66) e Was Tkn 13 in de raadscommissie AZ, d.d. 19 februari 2015t 15 Treiteraanpak - Jaarrapportage 2014 en Jaarplan 2015 Nr. BD2015-002561 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 2 Gemeente Amsterdam AZ Raadscommissie voor Algemene Zaken, Openbare Orde en Veiligheid, Juridische Zaken, Communicatie, Project 1012, Dienstverlening, Bestuurlijk Stelsel en Raadsaangelegenheden Agenda, donderdag 19 maart 2015 16 brief burgemeester over huisvesting politie Nr. BD2015-003497 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen Algemene Zaken 17 Vaststellen nota Beleidsregels bestuurlijke boete Wet basisregistratie personen (BRP) Nr. BD2015-003022 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 18 Invoer nachtelijke wegsleep in combinatie met 24-uurs opening van het kaskantoor bij de RvE handhaving & Toezicht Nr. BD2015-002644 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen e Deleden van de raadscommissie ID zijn hierbij uitgenodigd. Juridische Zaken 19 Initiatiefvoorstel van het lid Poot (VVD): Geen drempels voor barmhartigheid. Nr. BD2015-002680 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 20 Reactie van het college op het initiatiefvoorstel van het raadslid Poot (VVD) inzake de collectevergunning getiteld ‘geen drempels voor barmhartigheid’. Nr. BD2015-002609 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen 3
Agenda
3
discard
> < gemeente Raadsinformatiebrief | msterdam Afdoening motie Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 22 juni 2021 Portefeuille(s) Verkeer en Vervoer Portefeuillehouder(s): Egbert J. de Vries Behandeld door Verkeer & Openbare Ruimte, Bestuurlijke. Zaken. [email protected] Onderwerp Afdoening motie 1138 van leden Boutkan (PvdA), Bakker (SP), Ernsting (Groenlinks) en Van Lammeren (Partij voor de Dieren) Geachte leden van de gemeenteraad, In de vergadering van de gemeenteraad van 30 september 2020 heeft uw raad bij de behandeling van de vaststelling van de Agenda Touringcar motie 1138 van raadsleden Boutkan (PvdA), Bakker (SP), Ernsting (Groenlinks) en Van Lammeren (Partij voor de Dieren) aangenomen. In de motie vraagt u het college onderzoek te doen naar de juridische en/of andere mogelijkheden om Hop On/Hop Off verkeer in Amsterdam te beperken en de raad hierover in het tweede kwartaal 2021 te informeren. Uit ingewonnen advies bij het advocatenkantoor Pels Rijcken is gebleken dat er vanuit juridisch oogpunt geen mogelijkheden zijn voor de gemeente Amsterdam om de hop on hop off bussen verder in te perken. Striktere regels hop on hop off bus niet mogelijk Pels Rijcken heeft de mogelijkheden onderzocht op basis van: e de Wet personenvervoer 2000; e _eenverkeersbesluit gebaseerd op de Wegenverkeerswet 1994; e een regeling op basis van de autonome verordenende bevoegdheid van de gemeente in de APV of een andere gemeentelijke verordening. Alleen als (het verkeer van) hop on hop off bussen een ernstige (negatieve) impact hebben op Amsterdam (anders dan van “gewone” touringcars), is een verkeersbesluit of een regeling in de APV mogelijk om hop on hop off bussen verder in te perken. Echter is er alleen sprake van een ernstige impact als: e Amsterdam overspoeld zou worden door hop on hop off bussen. e De verwachting is dat zonder verdere maatregelen het aantal hop on hop off bussen verder toeneemt tot een onacceptabel niveau. e Verder zouden de bussen een sterk negatieve impact op het karakter van de stad/leefbaarheid moeten hebben. Hier is geen sprake van. Vooralsnog ontbreken ook concrete aanwijzingen dat hop on hop off bussen aanzienlijk meer overlast veroorzaken dan overige touringcars en/of een ernstiger impact hebben op Amsterdam. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 22 juni 2021 Pagina 2 van 2 Er is dan ook onvoldoende grond, en ontbreekt dus de juridische basis, om in het touringcarbeleid onderscheid te maken tussen hop on hop off bussen en overige touringcars. Aanbod gehalveerd Tot begin 2020 waren twee aanbieders van hop on op off diensten werkzaam in Amsterdam. Op dit moment is er nog één hop on hop off aanbieder actief, te weten Amsterdam Sightseeing B.V./ Tourism Group International. Het aanbod is daarmee al ongeveer gehalveerd. Deze aanbieder rijdt onder een ontheffing van de concessieplicht op grond van artikel 29 van de Wet Personenvervoer 2000. De Vervoerregio is verantwoordelijk voor het verstrekken van de ontheffing. Deze ontheffing is onlangs verlengd tot en met 31 maart 2022. Voor het in- en uitstappen van passagiers van hop on hop off bussen wordt op dit moment gebruik gemaakt van touringcarhaltelocaties, twee GVB haltes en private voorzieningen zoals het parkeerterrein van Gassan Diamonds. Agenda Touringcar 2020-2025 heeft effect op hop on hop off-bussen Bij het vaststellen van de agenda Touringcar 2020-2025 zijn diverse maatregelen vastgesteld die bijdragen aan de doelstelling de overlast van touringcars te bestrijden, waaronder het inperken van de touringcarroutes binnen de S10o in de loop van 2022. Tevens zijn we bezig met een onderzoek naar een reserverings- en beprijzingssysteem van de touringcarhaltes. Beide maatregelen zullen effect hebben op de routes van alsmede het haltegebruik door touringcars en dus ook de hop on hop off bussen. De hop on hop off aanbieder zal zich moeten houden aan de voorwaarden en regels die worden gesteld door de wegbeheerder. Het college beschouwt de motie hiermee als afgehandeld. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Egbert J. de Vries Wethouder Verkeer en Vervoer, Water en Luchtkwaliteit Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Motie
2
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 123 Ingekomen onder BX Ingekomen op donderdag 23 januari 2020 Behandeld op donderdag 23 januari 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Hammelburg, Kilig, De jong, Mbarki, Flentge inzake tijdpad en communicatie bij loden leidingen. Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over loden leidingen in Amsterdam Constaterende dat — Op verschillende plekken in de stad een te hoge concentratie lood in het drinkwater is aangetroffen; — Niet alle Amsterdammers hier van op de hoogte zijn en hun rechten kennen Overwegende dat — Amsterdammers hiervan op de hoogte moeten zijn en hun rechten moeten kennen — Verhuurders die loden leidingen niet willen vervangen hier krachtig op moeten worden aangespreken door de Gemeente — Het College hier het goede voorbeeld al heeft gegeven en een duidelijk tijdpad voor vervanging van loden leidingen moet aangeven Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. Ook het gesprek aan te gaan met grote particuliere verhuurders met als doel tot overeenstemming te komen dat binnen één jaar alle loden leidingen in particuliere panden vervangen zijn; 2. Amsterdammers woonachtig in woningen die gebouwd zijn vóór 1960 per brief te informeren over de mogelijke aanwezigheid van lood, hen te wijzen op hun rechten en te verwijzen naar de Q&A van de GGD; 3. Ervoorte zorgen dat alle loden leidingen die nog aanwezig zijn in gemeentelijk vastgoed binnen één jaar zijn vervangen. 1 De leden van de gemeenteraad A.R. Hammelburg A. Kilic D.S. de Jong S. Mbarki E.A. Flentge 2
Motie
2
test
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2018 Afdeling 1 Nummer 442 Publicatiedatum 18 mei 2018 Ingekomen onder E Ingekomen op woensdag 16 mei 2018 Behandeld op woensdag 16 mei 2018 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Bloemberg-lssa, Grooten, De Heer, Boomsma, Ceder, Van Soest en Taimounti inzake de reactie op het ongevraagd advies Cliëntenbelang over gebruikelijke hulp kinderen (aandacht voor de behoefte van het kind bij zorgvoorzieningen en -regelingen). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de reactie op het ongevraagd advies Cliëntenbelang over gebruikelijke hulp kinderen (Gemeenteblad afd. 1, nr. 378). Overwegende dat: — in het Jaarverslag 2017 van de Kinderombudsman wordt aangegeven dat de belangen van kinderen niet of onvoldoende worden meegewogen in beleid of wetgeving; — bij het in beeld brengen van de hulpvraag op dit moment niet altijd — specifieke aandacht is voor kinderen; — kinderen die onrust ervaren hier (later) problemen mee kunnen krijgen. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — Te onderzoeken hoe op dit moment in de gesprekken voor verschillende zorgvoorzieningen en -regelingen ook specifieke aandacht is voor alle gezinsleden en of kinderen zelf gezien en gehoord worden over wat zij nodig hebben; — De gemeenteraad hierover voor de Begroting 2019 te informeren. De leden van de gemeenteraad J.F. Bloemberg-lssa L. Grooten A.C. de Heer D.T. Boomsma D.G.M. Ceder W. van Soest M. Taimounti 1
Motie
1
discard
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Motie Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1385 Publicatiedatum 18 november 2016 Ingekomen op 2 november 2016 Ingekomen in brede commissie Begroting Behandeld op 10 november 2016 Uitslag Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Alberts en Vroege inzake de Begroting 2017 (meer P+R-ambitie). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Begroting 2017. Overwegende dat: — de binnenstad voller en voller raakt; — meer auto's in de stad leidt tot een toename aan fijnstof en CO2; — dit haaks staat op de gemeentelijke ambities voor schone lucht; — de plannen voor nieuwe parkeergarages bijna zonder uitzondering uitgaan van exploitatietekorten; — eraan de ring en aan de randen van de stad parkeergarages staan met lage bezettingsgraden. Spreek uit dat: — bezoekers aan Amsterdam hun auto zoveel mogelijk aan de rand van stad moeten parkeren. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: met een plan van aanpak te komen om het totaal aantal gerealiseerde P+R-plekken in Amsterdam op termijn nog verder te verhogen. De leden van de gemeenteraad R. Alberts J.S.A. Vroege 1
Motie
1
discard
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Motie Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 978 Behandeld op 10 september 2020 Status Aangenomen Onderwerp Motie van het lid Boomsma inzake de Regioaanpak Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 2020-2024 (Jeugdbescherming op de juiste plek) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de beraadslaging over de Regioaanpak Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 2020-2024 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 943). Constaterende dat: — Het rapport “Kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd” van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd uit november 2019! vermeldt dat er landelijk een structureel personeelstekort is bij de Jeugdbescherming en Jeugdreclassering van 20% met een ziekteverzuim tussen de 7% en de 27%; — Hetzelfde rapport vermeldt dat ervaren personeelsleden actief banen aangeboden krijgen bij onder andere Veilig Thuis; - Inde “Bestuursrapportage 2019 Maatschappelijke ondersteuning Amsterdam”? gesignaleerd wordt dat de Ouder Kind Teams (OKT) in Amsterdam een toename zagen van gezinnen met relatief zware (veiligheids-)problemen door wachtlijsten en personeelstekorten bij Jeugdbescherming en Raad voor de Kinderbescherming waardoor jongeren mogelijk op de verkeerde plaats begeleiding krijgen; — De gemeente Amsterdam recent het aantal medewerkers bij Veilig Thuis heeft uitgebreid naar 130 fte, Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: — De raad te informeren over de personeelsproblematiek in de keten Veilig Thuis, Jeugdbescherming en Jeugdreclassering met cijfers over vacatures in fte, verloop en ziekteverzuim; =— In gesprek te gaan met de Jeugdbescherming en Jeugdreclassering wat de gemeente kan bijdragen in het terugdringen van personeelstekorten; -— De raad te informeren over het aantal jongeren op de wachtlijst bij Jeugdbescherming en Jeugdreclassering en de wachttijd voor begeleiding start in maanden. 1 https://www.igj.nl/documenten/rapporten/2019/11/08/kwetsbare-kinderen-onvoldoende-beschermd 2 https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/9047817/1/02 %20Bestuursrapportage %202019%2Omaatschappelijke%2Oondersteuning%20Amsterdam 1 Het lid van de gemeenteraad D.T. Boomsma 2
Motie
2
discard
> < Gemeente Raadsinformatiebrief Amsterdam Aan: De leden van de gemeenteraad van Amsterdam Datum 7 juni 2022 Portefeuille(s) Armoede en schuldhulpverlening Portefeuillehouder(s): Marjolein Moorman Behandeld door Werk, Participatie en Inkomen ([email protected]) Onderwerp Beantwoording vragen van het lid Khan (DENK) inzake de reactie op de motie over behoud van de middenklasse in Amsterdam Geachte leden van de gemeenteraad, Op 6 april 2022 heeft het college vragen ontvangen van het lid Khan (DENK) over de reactie op de motie over behoud van de middenklasse in Amsterdam die was geagendeerd voor de Tijdelijke algemene raadscommissie van 7 april jl. De leden van DENK hebben, in de aanloop naar de bespreking van het nieuwe coalitieakkoord, gevraagd wat de kosten zijn van uitbreiding van de doelgroep van de armoederegelingen naar het lage segment middeninkomens (250% van het sociaal minimum of circa € 38.000 bruto per jaar). Daarbij is gevraagd de kosten aan te geven voor de armoederegelingen en de witgoedregeling en deze te specificeren voor een verhoging tot 150, 200 en 250% van het sociaal minimum. Het college kan de gestelde vragen als volgt beantwoorden. Het college herkent de zorgen over de positie van middengroepen in Amsterdam. Het college heeft zich in de afgelopen bestuursperiode ingezet om de middengroepen van Amsterdam op verschillende manieren te helpen en ondersteunen. Het college is echter van mening dat een uitbreiding van de inkomensnorm voor de armoederegelingen tot 150, 200 of 250% geen antwoord is op deze problematiek. De problematiek van de middengroepen bestrijkt meerdere beleidsterreinen (wonen, economie en werk, mobiliteit, gemeentelijke lasten en energietransitie). Daarnaast komen de problemen die middengroepen raken voort vit ontwikkelingen op internationaal, nationaal en lokaal niveau tezamen. Hierdoor kan dit vraagstuk niet alleen op gemeentelijk niveau worden opgelost. Een groot deel van de armoedevoorzieningen zou terecht komen bij een groep die dat niet echt nodig heeft. Zoals we nu ook zien bij een groot deel van de landelijke maatregelen ter compensatie van de gestegen energieprijzen. Om deze reden wil het college de focus leggen op het zoveel mogelijk blijven ondersteunen van de kwetsbaarste Amsterdammers om bij deze groep de armoede- en schuldenproblematiek zo klein mogelijk te houden. Tabel 1 geeft een indicatie van de extra kosten voor het verhogen van de armoederegelingen naar 150, 200 en 250% ten opzichte van de huidige kosten van de armoederegelingen (120%). Het gaat daarbij sec om de meerkosten van de armoederegelingen, die nu bij een inkomensgrens van 120% circa € 47 miljoen per jaar bedragen. Dat is exclusief bijkomende kosten als communicatie, ICT en ook exclusief bijzondere bijstand, subsidies en projecten (veelal met partners in de stad). Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 7 juni2022 Pagina 2 van 2 Tabel 1 kosten verhoging inkomensnorm naar 150, 200 en 250% Huidige kosten | Extra kosten bij | Extra kosten bij | Extra kosten bij inkomensnorm | verhoging naar | verhoging naar | verhoging naar 120% 150% 200% 250% Geheel aan €47 miljoen € 15 miljoen € 35 miljoen €52 miljoen armoederegelingen* Witgoedregeling** “Uitgaande van de huidige bereik percentages van de armoederegelingen. ** De bedragen van de witgoedregelingen zijn laag, omdat van deze regeling alleen gebruik kan worden gemaakt als er sprake is van een financiële noodsituatie en andere voorzieningen en regelingen geen oplossing bieden. Deze kosten van de armoederegelingen zijn inclusief vitvoeringskosten en de kosten om de verschillende doelgroepen te bereiken. De mogelijke neveneffecten van de verhoging tot 150, 200 en 250% zijn in deze berekening niet meegenomen. Zo zou de verhoging van de inkomensnorm tot 150,200 of 250% gevolgen hebben voor de samenwerking met onze partners in de stad: het draagvlak voor de uitvoering van de armoederegelingen (zoals de stadspas) zal mogelijk afnemen als de doelgroep aanzienlijk groter wordt. Daarnaast worden verschillende armoederegelingen deels gefinancierd (cofinanciering) door verschillende afdelingen binnen de gemeente zoals onderwijs, sport en cultuur. Deze cofinanciering komt mogelijk onder druk te staan. Tot slot merken wij op dat voor 2023 voor de portefeuille Armoede en Schuldhulpverlening minder middelen beschikbaar zijn dan in 2022, het gaat om een bedrag van € 6,5 miljoen aan aflopende incidentele middelen. Vanaf 2024 is het financiële kader nog € 5 miljoen lager omdat voor 2023 incidentele middelen zijn gereserveerd om de bezuinigingen te dempen. Naast de kosten in de bovengenoemde tabel moet bij een verhoging van de inkomensnorm van de armoederegelingen en de witgoedregeling naar 150, 200 of 250% van het sociaal minimum rekening worden gehouden met het volledig terugdraaien van deze besparing om het armoedebeleid voor de minima op het huidige niveau te behouden. Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, Marjolein Moorman Wethouder Armoede en schuldhulpverlening Een routebeschrijving vindt v op amsterdam.nl
Brief
2
train
VN2021-001334 N% Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, F EF D ve ruimte en Lucht- en Zeehaven, Duurzaamheid en Circulaire Economie duurzaamheid N Amsterdam Voordracht voor de Commissie FED van o4 februari 2021 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Duurzaamheid en Circulaire Economie Agendapunt 9 Datum besluit 17 november 2020 Onderwerp Kennisnemen van de reactie op motie 4,67 van het lid Torn inzake de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050 (Quickscan voor Begroting 2021) De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de schriftelijke reactie van het college met betrekking tot motie 467 van het raadslid Torn (VVD) inzake de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050 (Quickscan voor Begroting 2021) met als belangrijkste punten: a. In de afgelopen maanden is onderzoek gedaan naar de kosten en baten van het beleid uit de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal 2050. b. In de Begroting 2021 zijn aanpassingen doorgevoerd in de prioritering en financiering van het klimaatbeleid. Wettelijke grondslag Reglement van Orde voor de raad van Amsterdam, artikel 4,2. Gemeentewet, artikel 169: Het college van burgemeester en wethouders en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan de Gemeenteraad verantwoording schuldig over het door het college gevoerde bestuur (lid 2). Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft (lid 2). Zij geven de raad mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang (lid 3). Bestuurlijke achtergrond In de vergadering van 22 april 2020 heeft de gemeenteraad bij de bespreking van de Routekaart Klimaatneutraal 2050 motie 467 van het lid Torn (VVD) aangenomen waarin het college wordt gevraagd om: 1. Nog voor de Begroting 2021 een quick scan vit te voeren waarin op pijlerniveau uit de Routekaart in kaart wordt gebracht wat de investeringen en kosten zijn en wat dit oplevert aan baten en gereduceerde kosten; 2. Op basis hiervan bij de Begroting 2021 een voorstel te doen welke onderdelen wenselijk (en financieel haalbaar) zijn om nu uit te voeren en welke, gelet op de coronacrisis, beter uitgesteld kunnen worden. Een nadere reactie op de motie is opgenomen in bijgevoegde brief. Gegenereerd: vl.l 1 VN2021-001334 % Gemeente Raadscommissie voor Financiën, Economische Zaken, Deelnemingen, rve ruimte en % Amsterdam Lucht Zeeh D heid en Circulaire E ‚ duurzaamheid % ucht- en Zeehaven, Duurzaamheid en Circulaire Economie Voordracht voor de Commissie FED van 04 februari 2021 Ter bespreking en ter kennisneming Reden bespreking Geagendeerd op verzoek van het lid Nijssen (VVD) Uitkomsten extern advies n.v.t. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Welke stukken treft v aan? AD2021-004766 1. Motie 467. pdf (pdf) AD2021-004767 2. BRIEF gemeenteraad afdoening motie quickscan_va.pdf (pdf) 3. SEO en CE Delft Duurzaamheid en economisch herstel Amsterdam.pdf AD2021-004768 (pdf) 4. Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal_Def_Toegankelijke PDF.pdf AD2021-004769 (pdf) 5. AD2021-004770 Bestedingsperspectief_klimaatfonds_2020_vastgesteld_b_w_op_25 februaifi_2020.pdf (pdf) AD2021-004772 Commissie FED (4) Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Ruimte en Duurzaamheid, Jeroen Grooten, 06-10224392, j. grooten@®amsterdam.nl Gegenereerd: vl.l 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2016 Afdeling 1 Nummer 1692 Datum akkoord college van b&w van 13 december 2016 Publicatiedatum 14 december 2016 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Kwint van 3 november 2016 inzake terugbetaling van het verplicht eigen risico van de Zorgverzekeringswet aan de deelnemers van de collectieve zorgverzekering voor minima. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: Blijkens meldingen die bij de Bijstandsbond binnenkomen zou Zilveren Kruis Achmea de via de premie in 2015 vooruitbetaalde eigen risicobedragen die hun klanten in 2015 niet hebben opgemaakt, nog steeds niet hebben terugbetaald. Klanten die hierover contact hebben opgenomen met de zorgverzekeraar, zouden te horen hebben gekregen dat zij de door hen teveel betaalde bedragen op zijn vroegst eind 2016 teruggestort zouden krijgen. Gezien het vorenstaande heeft het lid Kwint, namens de fractie van de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Klopt het vorenstaande? Antwoord: Nee, het klopt niet (meer) dat er nog niet is terugbetaald. Inmiddels heeft Zilveren Kruis in de week van 7 tot 13 november de niet gebruikte reservering voor het verplicht eigen risico terugbetaald. Het klopt wel dat de terugbetaling telkens aan het eind van het jaar wordt terugbetaald. Dit is conform de afspraken die zijn gemaakt met Zilveren Kruis. 2. Geldt dit voor alle klanten die hun eigen risico vooruit betalen? Kan het college het antwoord toelichten? Antwoord: Ja, dit geldt voor alle klanten die meedoen aan de gespreide betaling van het verplicht eigen risico. 3. Hoeveel (Amsterdamse) klanten maken gebruik van de regeling het eigen risico vooruit te betalen? Antwoord: Er maken 54.087 premiebetalende verzekerden gebruik van de mogelijkheid om het verplicht eigen risico vooraf gespreid te betalen. 1 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Neng oop Gemeenteblad Datum 14 december 2016 Schriftelijke vragen, donderdag 3 november 2016 4. Kan het college toelichten waar het aan ligt dat de zorgverzekeraar voor het terugbetalen een jaar nodig heeft? Antwoord: Ja. De reden voor de late uitbetaling is dat zorgverleners hun zorgkosten dienen te declareren door middel van zogeheten “diagnose behandelcombinaties” (dbc's). De dbc's kunnen een behandelperiode van maximaal 120 dagen beslaan. Daardoor komt het voor dat behandelingen die in december zijn gestart voortduren tot in april van het volgend jaar. Declaraties worden pas na sluiting van de dbc administratief verwerkt door de zorgverleners. Zorgverzekeraars ontvangen nog maanden na de maand april zorgdeclaraties. Zilveren Kruis wacht tot het 4de kwartaal met het terugbetalen van niet gebruikt eigen risico omdat dan met redelijke zekerheid het merendeel van de Zorgdeclaraties is ontvangen. Bij eerdere terugbetaling bestaat de kans dat er toch nog Zorgnota's worden ontvangen en er alsnog eigen risico verschuldigd is. Dat zou leiden tot correcties en facturering achteraf van het eigen risico. Dat is onwenselijk omdat dit op onbegrip zou stuiten bij de deelnemers en zou kunnen leiden tot betalingsproblemen. 5. Volgens de Bijstandsbond kiezen klanten voor de mogelijkheid het eigen risico vooruit te betalen omdat zij — om in aanmerking te komen voor minimaregelingen — niet te veel spaargeld op hun bankrekening mogen hebben, spaargeld dat zij anders zo nodig voor noodzakelijke medische ingrepen zouden kunnen inzetten. Klopt dit, kan het college het antwoord toelichten? Antwoord: Nee dit klopt niet als het gaat om uitkeringsgerechtigden die een minimaregeling ontvangen of aanvragen. Voor de minimaregelingen geldt de vermogensgrens die in de participatiewet is vastgelegd. Die bedraagt € 5.920 voor een alleenstaande en € 11.840 voor een alleenstaande ouder en een gezin. Voor alle uitkeringsgerechtigden geldt dat vermogen wordt getoetst bij aanvang van de bijstandsuitkering. Het merendeel van de huidige bijstandsgerechtigden, 83%, had geen of een negatief vermogen bij aanvang van de uitkering. 17% van hen had een bescheiden vermogen tussen de € 0 en de grenzen die hierboven zijn genoemd. Het is regel dat vermogen dat is opgebouwd of gegroeid van de uitkering, tijdens de uitkeringsperiode, buiten beschouwing dient te blijven. Voor uitkeringsgerechtigden die een minimaregeling aanvragen wordt geen nieuwe vermogenstoets gedaan. Uitkeringsgerechtigden kunnen dus desgewenst zelf sparen voor hun eigen risico, zonder dat dit gevolgen heeft voor het recht op bijstand of de overige minimavoorzieningen. D Intern onderzoek WPI maart 2016 2 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam Neng oop Gemeenteblad R Datum 14 december 2016 Schriftelijke vragen, donderdag 3 november 2016 Er is één uitzondering. De Dienst Belastingen is gehouden bij verzoeken tot kwijtschelding van gemeentelijke belastingen een lagere vermogensgrens te hanteren. Die grens wordt bepaald door de Invorderingswet en bedraagt € 2.269 euro voor een inboedel of auto. Daarnaast mag er op de rekening het bedrag van één maanduitkering staan en de bedragen die verschuldigd zijn voor de maandelijkse huur en de premie voor de zorgverzekering, omdat die vooruitbetaald moeten worden. Het kan voorkomen dat een deel van de 17% uitkeringsgerechtigden met enig vermogen, al dan niet vanwege een reservering voor het eigen risico, niet in aanmerking komt voor kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Het college beschikt niet over informatie over de aantallen uitkeringsgerechtigden die dit betreft. Voor niet-uitkeringsgerechtigden die een aanvraag indienen voor een minimaregeling geldt dat hun vermogen wordt getoetst op een peildatum, 31 december van het voorgaande jaar. Er wordt zelden afgewezen op grond van vermogen. Het is zeer onwaarschijnlijk dat een afwijzing dan het gevolg zou zijn van een reservering voor het eigen risico. Toch wil het college voorkomen dat dit zou kunnen gebeuren. Daarom zal de uitvoering geïnstrueerd worden om in situaties waarin het vermogen met maximaal € 385 wordt overschreden, extra uitvraag te doen naar de reservering voor het eigen risico en die dan zo nodig buiten beschouwing te laten. Voor niet-uitkeringsgerechtigden zal in de meeste gevallen geen kwijtschelding van gemeentelijke belastingen mogelijk zijn. Niet vanwege vermogens- overschrijding, maar omdat zij meestal een inkomen hebben dat hoger is dan bijstandsniveau. Zij voldoen dan op grond van hun inkomen niet aan de voorwaarden van kwijtschelding. 6. Is het college het vragensteller eens dat een jaar moeten wachten op geld dat teveel is betaald, te lang is? Kan het college het antwoord toelichten? Antwoord: Ja, daar is het college het mee eens. Maar uit het antwoord op vraag 4 blijkt dat deze situatie wordt veroorzaakt door de landelijk geldende declaratiesystematiek van de Zorgverzekeringswet. De doelstelling van het college, maar ook van Zilveren Kruis, is en blijft dat de periode bekort wordt zodra dat redelijkerwijs mogelijk is. 7. Als blijkt dat zorgverzekeraars als gevolg van het systeem nooit eerder dan een jaar na dato het teveel aan eigen risico betaalde kunnen terugstorten, zouden klanten hierover dan voortaan niet geïnformeerd moeten worden voordat zij de keuze maken vooruit betalen dan wel niet vooruit betalen? Kan het college het antwoord toelichten? Antwoord: Deelnemers worden hierover elk jaar standaard vooraf schriftelijk geïnformeerd. De letterlijke tekst in de brochure die alle (potentiële) verzekerden in november 2015 hebben ontvangen luidt: “Wat gebeurt er als u in 2016 geen of weinig zorgkosten maakt? Als u in 2016 het verplichte eigen risico van € 385,- niet of maar gedeeltelijk gebruikt, dan ontvangt u het niet gebruikte deel eind 2017 van 3 Jaar 2016 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer Le cember 2016 Schriftelijke vragen, donderdag 3 november 2016 Zilveren Kruis terug”. Een vergelijkbare tekst stond in de brochure over 2015 die verzekerden eind november 2014 hebben ontvangen. Tot 2015 was deelname aan de gespreide betaling vooraf van het eigen risico een verplicht onderdeel van de collectieve zorgverzekering. Vanaf 2015 is die verplichting, mede op verzoek van de DWI Cliëntenraad (nu: Participatieraad), vervallen. Deelnemers kunnen er dus voor kiezen een collectieve zorgverzekering af te sluiten zonder gebruik te maken van de gespreide betaling van het eigen risico. 8. Kan het college aangeven welke maatregelen zij gaat nemen om dit probleem: klanten kunnen niet sparen, kiezen voor vooruitbetalen en moeten dan vervolgens ruim een jaar wachten op het door hen teveel betaalde geld, op te lossen? Antwoord: Uit de beantwoording van bovenstaande vragen en met name vraag 5, blijkt dat er voor het grootste deel van de uitkeringsgerechtigden, behoudens het lage inkomen, geen belemmeringen zijn om te sparen voor het eigen risico. Waar dat incidenteel voor niet-uitkeringsgerechtigden zou kunnen optreden neemt het college maatregelen. Voor wat betreft de vermogensproblematiek bij kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is reeds in 2011 een wetsvoorstel aanvaard, dat het college de mogelijkheid biedt ruimere vermogensgrenzen te hanteren.” Omdat de inwerkingtreding daarvan is uitgesteld, ook door de huidige regering, is het college gehouden de invorderingsrichtlijnen te volgen. ® Wet van 12 mei 2011 tot wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet en de Waterschapswet in verband met de verruiming van de bevoegdheid van de raad provinciale staten en het algemeen bestuur om kwijtschelding van belastingen te verlenen (Nr. 32.315). Burgemeester en wethouders van Amsterdam A.H.P. van Gils, secretaris E.E. van der Laan, burgemeester 4
Schriftelijke Vraag
4
train
Stadsdeelcommissie - gebied Oud-Oost Agenda Datum 20-04-2021 Aanvang 19:30 Locatie Virtueel Klik hier om deel te nemen aan de vergadering Algemeen Rondvraag 1 Opening en vaststelling agenda 2 Mededelingen 3 Vaststellen van het conceptverslag van de vergadering van 23 maart 2021 4 Mededelingen van de ingekomen stukken 5 Het woord aan bewoners, ondernemers en instellingen Inhoudelijk 6 Masterplan en Plan van aanpak 2021 Knowledge Mile Park (van 19.45 tot 20.45 uur, gezamenlijk met SDC Centrum) 19/4: Op verzoek van het lid Van der Weide is de nota van beantwoording iz. het terrassenplan KMP toegevoegd. 13/4: Klik hier om deel te nemen aan de gezamenlijke sessie met stadsdeelcommissie Centrum. Algemeen 7 Vooruitblik Doel bespreking: voorbespreken agenda komende vergaderingen en of agenda nog actueel is 20/4: Termijnagenda toegevoegd (inloggen vereist) 13/4: Termijnagenda volgt dinsdag 20 april 8 Rondvraag en sluiting Ingekomen stukken Insprekerslijst De definitieve lijst met insprekers wordt gepubliceerd op de dag van de vergadering. Verslag Informatie Locatie en opnamen Dit overleg met de 4 stadsdeelcommissieleden en het dagelijks bestuur vindt vanwege covid-19 virtueel plaats. Van deze vergadering worden beeld- en geluidsopnamen gemaakt. De vergadering is achteraf terug te bekijken via deze pagina. Inspreken en daarvoor aanmelden Vanwege covid-19 is deze stadsdeelcommissievergadering niet fysiek en daarom zonder publiek. Inspreken kan live tijdens de virtuele vergadering, of schriftelijk. Aanmelden om in te spreken - live of schriftelijk - kan tot uiterlijk 24 uur vóór de vergadering via het online aanmeldformulier: hütps://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/stadsdelen/stadsdeeloost/inspreken-commissievergaderingen/.
Agenda
2
train
2005407 N% Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie TAR % Amsterdam % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Openbare Ruimte en Groen Agendapunt 27 Datum besluit n.v.t. - ‘Onderwerp Raadsadres Directe maatregelen tegen loodverontreiniging van het Oosterpark ‘De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van het raadsadres Directe maatregelen tegen loodverontreiniging van het Oosterpark. ‘Wettelijke grondslag Artikel 26 lid 3 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam ‘Bestuurlijke achtergrond Dit raadsadres stond op de ingekomen stukkenlijst voor de raad van 16/17 februari 2022. Reden bespreking Op verzoek van het lid van Soest (PvdO) ‘Uitkomsten extern advies nvt. ‘Geheimhouding nvt. nvt. nvt. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.13 1 VN2022-005402 9 Gemeente Tijdelijke Algemene Raadscommissie Griffie % Amsterdam % Voordracht voor de Tijdelijke Algemene Raadscommissie van o7 april 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Raadsadres directe maatregelen tegen loodverontreiniging van het AD2022-018766 Oosterpark. pdf (pdf) AD2022-018759 Tijdelijke Algemene Raadscommissie Voordracht (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) het lid van Soest (PvdD) Gegenereerd: vl.13 2
Voordracht
2
train
xX Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad x% Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2019 Afdeling 1 Nummer 2153 Datum indiening 28 november 2019 Datum akkoord 20 december 2019 Publicatiedatum 20 december 2019 Onderwerp Beantwoording nadere schriftelijke vragen van het lid Hammelburg inzake aangekondigde maatregelen tegen lood in drinkwater. Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: De gemeente kondigde in de week van 25-29 november 2019 aan maatregelen te willen nemen tegen loden leidingen in de stad. Zo geeft het college aan ervoor te willen zorgen dat alle aanwezige loden leidingen in de stad worden vervangen. Hoewel daadkracht en urgentie spreekt uit de brief van de gemeente zijn er nog veel zorgen, met name voor particuliere woningeigenaren en huurders in de particuliere sector. Gezien het vorenstaande heeft het lid Hammelburg, namens de fractie van D66, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende nadere schriftelijke vragen op zijn schriftelijke vragen van 23 oktober 2019 (nr. 1999. 19) aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: Toelichting door vragensteller: De gemeente geeft aan oplossingen voor particuliere huurders en eigenaren het meest ingewikkeld te vinden. Zij hoopt deze groep binnenkort een meting aan te kunnen bieden. 1. Binnen welke termijn verwacht de gemeente te hebben onderzocht of dit mogelijk is? Welke belemmeringen ziet het college? Antwoord: Op dit moment kunnen huurders met zorgen over loden leidingen voor ondersteuning terecht bij WOON, de door de gemeente gesubsidieerde huurdersondersteuning. In principe is het aan de verhuurder om een test van het water aan te bieden en de loden leidingen te vervangen, maar er zijn verhuurders die dat weigeren. In zo’n 35 concrete gevallen is WOON in overleg met de gemeente reeds gestart voor deze huishoudens die zich dit jaar bij hen gemeld hebben een waterkeuring aan te bieden met financiële ondersteuning van de gemeente. Met de uitkomsten van de waterkeuring kan, in het geval van een geconstateerde te hoge loodwaarde, een huurcommissiezaak worden opgestart. 1 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer de cember 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 28 november 2019 Toelichting door vragensteller: Het college gaat met de minister van Binnenlandse Zaken (BZK) in gesprek om het melden van loden leidingen bij verkoop te verplichten en het buiten gebruik stellen van alle loden leidingen te verplichten op grond van het Bouwbesluit. 2. Kan het college de raad informeren zodra er een uitkomst van deze gesprekken is? Antwoord: Ja, het college informeert de raad hierover. 3. Welke andere stappen kan het college nemen om huurders in de particuliere sector, die nu compleet overgeleverd zijn aan de welwillendheid van de verhuurders, te helpen? Is het college bereid hierover in gesprek te gaan met de huurcommissie. Antwoord: WOON biedt bewoners ondersteuning bij het herkennen van loden leidingen en om tot vervanging te komen. Het college wil eraan bijdragen dat alle loden leidingen in Amsterdam zo snel mogelijk vervangen zullen worden. De huidige drinkwaternorm die in het Drinkwaterbesluit is opgenomen is een loodconcentratie van 10 microgram per liter. Deze waarde geldt voor een monster van voor menselijke consumptie bestemd water dat via een passende steekproefmethode aan de kraan verkregen is en dat representatief mag worden geacht voor de gemiddelde waarde die de verbruiker wekelijks binnen krijgt. Helaas is het op basis van de gestelde normen in het Bouwbesluit niet mogelijk om eigenaren te dwingen loden leidingen te vervangen. Ook niet als de normwaarde van 10 microgram lood per liter is overschreden. Dit kan ook niet als een eigenaar een woning verhuurt. Het college onderzoekt binnen de context van het programma Woningkwaliteit of handhaving op grond van de zorgplicht in de woningwet bij een overschrijding van de drinkwaternorm tot de mogelijkheden behoort. Het college heeft er bij de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties op aangedrongen dat de landelijke regels worden aangepast. De huurcommissie beoordeelt drinkwater dat boven de wettelijke norm van 10 microgram lood per liter zit als gebrek en kan daarvoor huurverlaging opleggen. Omdat de huurcommissie alleen regels toetst en niet per se huurders ondersteunt, ligt het niet voor de hand om met de huurcommissie het gesprek aan te gaan. De gemeente is wel voortdurend in gesprek met WOON dat huurders ondersteunt bij hun gang naar de huurcommissie. 4. Hoeveel gevallen van verhuurders die niet bereid waren de leidingen te vervangen zijn er bij het college bekend? Antwoord: Zie het antwoord onder vraag 1. 2 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam Neng Lisa Gemeenteblad R Datum 20 december 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 28 november 2019 5. !WOON kan bewoners ondersteuning bieden om loden leidingen te herkennen en tot vervanging te komen. Hoe ziet het college erop toe dat de kennis en capaciteit bij WOON afdoende is om vragen af te handelen? Antwoord: WOON ziet als onderdeel van hun kerntakenpakket om te ondersteunen bij het bereiken van goede kwaliteit woningen c.q. woningverbeteringen en het aanspannen van huurcommissiezaken. Dat deze taken wordt uitgevoerd blijkt ook uit informatie op de website en uit de terugkoppeling van WOON. Vooralsnog zijn er geen signalen van WOON dat de ondersteuning beter kan, of dat er onvoldoende capaciteit is. Het college blijft ook hierover in gesprek met WOON. 6. Is het college het met de fractie van D66 eens dat een communicatiecampagne — al dan niet samen met corporaties, de GGD en Waternet — noodzakelijk is zodat mensen weten dat lood in sommige leidingen nog steeds aanwezig kan zijn en dat ze met zorgen terecht kunnen bij de GGD, WOON of anderszins”? Antwoord: Op de website van de GGD staat een uitgebreide vragen- en antwoordenlijst. Hierin kunnen bewoners adviezen vinden en antwoorden op de meest gestelde vragen. Daarin is ook aandacht voor wat huurders en eigenaren zelf kunnen doen om erachter te komen of er loden leidingen zijn en als dat het geval is, wat ze kunnen doen om ze te (laten) vervangen. WOON kan bewoners ondersteuning bieden om loden leidingen te herkennen en tot vervanging te komen. De huisartsenkring is in oktober op de hoogte gebracht van het aangescherpte advies van de Gezondheidsraad en heeft informatie hierover de gezondheidsrisico’s van loden leidingen verspreid onder haar leden. Ook de Jeugdgezondheidszorg neemt dit al mee in haar consulten. Ook is de informatie in de GroeiGids aangepast. Op 2 januari 2020 sturen we een brief naar alle intermediairs in de eerste lijn gezondheidszorg, te weten: verloskundigen, huisartsen (nogmaals), ziekenhuizen en kraamzorg. In deze brief wordt informatie gegeven over de gezondheidsrisico’s van loden leidingen en worden de intermediairs dringend verzocht dit onderwerp mee te nemen, voor zover ze dat al niet doen, in al hun contacten met zwangere vrouwen en ouders van jonge kinderen. Met focus op buurten waar veel woningen voor 1960 zijn. In januari zal een overleg plaatsvinden met het rijk en andere gemeenten over een landelijke communicatiecampagne. Naast onze eigen inzet sluiten wij ons ook hierbij aan. Lood in drinkwater is niet nieuw. In 1997 heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over lood in drinkwater. Op basis van dit advies is er een landelijke subsidieregeling voor de vervanging van loden leidingen geweest van 1999 tot 2005. In Amsterdam is hieraan een vervolg gegeven in een gemeentelijke subsidieregeling die, vanwege gebrek aan belangstelling, is gestopt in 2014. Het toenmalige ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft ongeveer gelijk met de start van de landelijke subsidieregeling een voorlichtingscampagne gevoerd waarin ook alle intermediairs actief zijn benaderd. Sindsdien hebben drinkwaterbedrijven, installateurs, GGD'en en RIVM en veel intermediairs diverse voorlichtingsactiviteiten ontwikkeld, in het bijzonder door informatie te plaatsen op hun websites. 3 Jaar 2019 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Nummer de cember 2019 Schriftelijke vragen, donderdag 28 november 2019 Toelichting door vragensteller: De gemeente gaat samen met corporaties de toevoerleidingen in de stad inventariseren. 7. Wanneer verwacht de gemeente hier meer over te kunnen vertellen en hoe ziet de verdere communicatie tussen corporaties en huurders eruit? Antwoord: Op 10 december 2019 is een overleg geweest met vertegenwoordigers van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties en van alle corporaties. In dit overleg hebben Waternet en de GGD de nieuwste inzichten over lood toegelicht. In dit overleg is duidelijk naar voren gekomen dat de corporaties collectief inzetten op algehele sanering van nog aanwezige loden leidingen in en naar woningen waar nog drinkwater door stroomt. De corporaties geven aan dat het grootste deel van alle corporatiewoningen van voor 1960 ten minste één keer intensief is gerenoveerd. Standaard gebruik bij een renovatie is dat de corporatie de loden binnenleidingen buiten gebruik stelt. De kans dat er daarom nog loden binnenleiding in een corporatiewoning aanwezig is, is klein. Afgesproken is dat door AFWC en corporaties de volgende zaken gezamenlijk worden opgepakt: e eenduidige bewonerscommunicatie; e _om duidelijk te zijn, wordt toegewerkt naar eenzelfde meetaanbod voor alle huurders. Bij gemeenschappelijk gebruikte toevoerleidingen wordt een specifieke bemonsteringsmethode gebruikt. Die methode is geaccrediteerd door de raad van Accreditatie en wordt geaudit door KiWa. _om een overzicht van risicogebieden in de stad te krijgen delen corporaties uitslagen van watertesten met elkaar. e een manier bepalen om de grootste risico’s in en aan woningen sneller te kunnen vaststellen, om zo een beter beeld te krijgen van de aanwezigheid van loden leidingen. Toelichting door vragensteller: De Amsterdamse subsidie voor het vervangen van loden leidingen is in 2014 stopgezet omdat er te weinig gebruik van werd gemaakt. 8. Zou het, in het licht van de hernieuwde aandacht voor dit risico, wenselijk zijn opnieuw te kijken naar een vorm van subsidie om loden leidingen te vervangen? Antwoord: Het college ziet een gemeentelijke subsidie niet direct leiden tot het gewenste resultaat om zo snel als mogelijk alle loden leidingen te vervangen. In het verleden is weinig gebruik gemaakt van subsidieregelingen en hebben deze nauwelijks geleid tot sanering. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
train
x Gemeente Amsterdam R Gemeenteraad % Gemeenteblad % Schriftelijke vragen Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 922 Datum indiening 6 mei 2020 Datum akkoord 25 augustus 2020 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het lid Flentge inzake klachten over evenementenorganisatie Thuishaven Aan de gemeenteraad Toelichting door vragensteller: De fractie van de SP ontvangt klachten over evenementenorganisator Thuishaven. Naar het schijnt heeft Thuishaven wel steun aangevraagd bij de Rijksoverheid om haar werknemers door te betalen, maar worden niet alle werknemers doorbetaald. Het zou gaan om de zogenaamde NOW-regeling (Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid) die werkgevers tegemoetkomt in de loonkosten. Een regeling die nadrukkelijk bedoeld is om ook personeel met een flexibel contract, een oproep contract of een andere constructie waarbij de werkgever geen loon doorbetalingsplicht heeft, door te betalen. De fractie van de SP is van mening dat bedrijven die terecht financiële steun krijgen van de overheid zich netjes aan de voorwaarden moeten houden. Wanneer er NOW- steun is aangevraagd moeten ook werknemers met een flexcontract of een ander tijdelijk contract worden doorbetaald. Gezien het vorenstaande heeft het lid Flentge, namens de fractie van de SP, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld: 1. Ontvangt het college signalen dat evenementenorganisator Thuishaven niet al haar werknemers doorbetaalt? Antwoord: Inde Tweede Kamer zijn ook schriftelijke vragen gesteld over evenementenorganisator Thuishaven. Uit de schriftelijke vragen en de verwijzing in die schriftelijke vragen naar een artikel over Thuishaven en de NOW-regeling*, blijkt dat Thuishaven zelf erkent dat ze niet aan al hun werknemers loon doorbetaald. Minister Koolmees heeft op 11 augustus deze schriftelijke vragen beantwoord?. Î 3 voor 12 VPRO, 11 mei 2020 «Thuishaven en het doolhof van de NOW-regeling: Hoe oproep-krachten uiteindelijk toch met lege handen staan» (https://3voor12.vpro.nl/artikelen/overzicht/2020/mei/Thuishaven-en- het-doolhof-van-de-NOW-regeling. html) 2 https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2020D31336&did=2020D31336 1 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer 25 augustus 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 23 april 2019 2. Kan het college nagaan of er door Thuishaven inderdaad gebruik gemaakt wordt van de NOW-regeling? Graag een toelichting. Antwoord: De NOW-regeling wordt door UWV uitgevoerd. UWV heeft op 10 juli 2020op verzoek van het ministerie SZW een openbaar register gepubliceerd* waarin alle werkgevers staan die NOW toegekend hebben gekregen (op voorschotbasis). Uit het register blijkt dat Thuishaven ook subsidie ontvangt vanuit de NOW 1- regeling. 3. Deelt het college de mening van de fractie van de SP dat alle werknemers die onder de NOW-regeling vallen — dus ook flexwerkers en oproepkrachten — moeten worden doorbetaald? Antwoord: Het college deelt deze mening. En dit is ook een voorwaarde om de NOW- regeling te ontvangen. UWV voert deze regeling uit en controleert ook of een werkgever voldoet aan de voorwaarden. Maar niet alle werknemers vallen onder de NOW-regeling. Werknemers in dienst van de werkgever met een vaste arbeidsomvang hebben wettelijk recht op loon zolang het dienstverband voortduurt. Voor werknemers met een flexibele arbeidsomvang kan dat mogelijk anders zijn. Zij hebben op grond van de wet (voor zover zij geen succesvol beroep kunnen doen op het rechtsvermoeden van arbeidsomvang), alleen recht op loon voor het minimaal aantal uren dat vast is overeengekomen en voor zover de loondoorbetalingsplicht niet is uitgesloten. Een werkgever die NOW aanvraagt, krijgt op voorschotbasis een tegemoetkoming voor zijn totale loonsom. Voor het voorschot gaat UWV uit van de loonsom van januari 2020. De werkgever ontvangt de tegemoetkoming dus over de loonsom van alle werknemers die in januari hebben gewerkt. Als een werknemer niet in januari heeft gewerkt en geen loon heeft gehad, ontvangt de werkgever ook geen tegemoetkoming hiervoor. Voor de definitieve berekening van de tegemoetkoming kijkt UWV ook naar de loonsom van maart, april en mei 2020. De NOW voorziet echter ook in tegemoetkoming in de loonkosten van werkgevers wanneer zij meer loon betalen aan de werknemers met een flexibele arbeidsomvang dan waar zij wettelijk toe verplicht zijn. De NOW stimuleert de werkgever daarmee om toch coulance-halve het loon door te betalen ter hoogte van het gemiddelde loon in de drie voorafgaande maanden. In de loonsom die wordt gebruikt voor de vaststelling van de NOW worden namelijk ook de lonen van werknemers met een flexibele urenomvang meegenomen. Werkgevers zijn dus niet verplicht om dit te doen. Voor veel werkgevers in de evenementenbranche ligt het zwaartepunt van de activiteiten in de zomerperiode. Veel flexwerkers die in dit soort seizoensgebonden branches werken, ontvangen dus in de toetsperiode voor de NOW (januari voor het voorschot en maart, april en mei voor de definitieve 3 httos://wwrw.uwv.nl/overuwv/pers/documenten/2020/gegevens-ontvangers-now-1-0- regeling.aspx 2 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer 25 augustus 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 23 april 2019 berekening) weinig inkomsten, waardoor het kan voorkomen dat ze niet worden meegenomen in de NOW tegemoetkoming aan werkgevers. Om ook dit soort flexwerkers (bijv. mensen met een O-urencontract, uitzendkrachten, studenten met een bijbaan) tegemoet te komen, heeft Minister Koolmees de TOFA-regeling (Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Flexibele Krachten) ingevoerd’. Deze regeling wordt door UWV uitgevoerd en sinds 22 juni kunnen flexwerkers hier een aanvraag voor indienen. Het kan ook zijn dat Thuishaven een deel van zijn flexwerkers inhuurt via een uitzendorganisatie. Dan is niet Thuishaven verantwoordelijk voor de aanvraag van de NOW-regeling, maar de uitzendorganisatie. Maar het college heeft geen zicht op de typen dienstverbanden, contractvormen of inleenconstructies van Thuishaven en kan dus ook niet beoordelen of Thuishaven of haar werknemers voldoen aan de voorwaarden van de verschillende ondersteuningsmaatregelen vanuit het Rijk. 4. Onderhoudt de gemeente enige subsidierelatie met Thuishaven? Antwoord: De gemeente verstrekt momenteel geen subsidies aan Thuishaven. 5. Is het college bereid het gesprek aan te gaan met Thuishaven om te achterhalen of en waarom Thuishaven niet al haar werknemers zoals bedoeld in de NOW-regeling doorbetaalt? Antwoord: De uitvoering en dus ook de controle op de rechtmatige toekenning van de NOW- regeling ligt bij UWV. Het college gaat niet met UWV in gesprek over individuele werkgevers. Het college heeft bovendien geen zicht op de typen dienstverbanden, contractvormen of inleenconstructies van Thuishaven en kan dus niet beoordelen of Thuishaven onterecht werknemers niet doorbetaald. 6. Mocht Thuishaven verwijtbaar gedrag vertonen, is het college dan ook bereid om Thuishaven hierop aan te spreken? Graag een toelichting. Antwoord: Als er concrete aanwijzingen zijn dat Thuishaven onterecht haar werknemers niet doorbetaald zal het college Thuishaven hierop aanspreken. 7. Van welke regelingen naast de NOW-regeling kan Thuishaven nog meer gebruikmaken om deze coronacrisis zo goed mogelijk door te komen? Graag een toelichting. Antwoord: In het antwoord op vraag 3 wordt al verwezen naar de TOFA-regeling. Een eventuele aanvraag voor de TOFA-regeling loopt niet via de werkgever (Thuishaven in dit geval), maar moet door de werknemers zelf worden ingediend via uwv.nl. * Zie voor de kamerbrief over de invoering van TOFA-regeling https://www.rijksoverheid.nl/ documenten/kamerstukken/2020/06/03/kamerbrief-flexwerkers. En voor de informatie op de site van UWV https://www.uwv.nl/particulieren/overige-onderwerpen/tofa/index.aspx 3 Jaar 2020 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteblad Amer 25 augustus 2020 Schriftelijke vragen, dinsdag 23 april 2019 Daarnaast kan Thuishaven zich melden bij het Regionaal Werkcentrum, waarover het college u op 22 juni in een brief over geïnformeerd heeft. Als Thuishaven (tijdelijk) onvoldoende werk kan bieden aan al haar werknemers, kan het Regionaal Werkcentrum de verbinding maken met werkgevers die dringend behoefte hebben aan personeel. Het Regionaal Werkcentrum kan Thuishaven ondersteunen bij inzichtelijk maken van de baanmogelijkheden van haar werknemers, adviseren over arbeidsrechtelijke vraagstukken en de ondersteunen in de matching op beschikbaar werk bij andere werkgevers. Hiervoor schakelt het Regionaal Werkcentrum de netwerkpartners in, die deze ondersteuning kunnen bieden. 8. Bereiken het college signalen van Amsterdamse bedrijven die ondanks dat ze gebruikmaken van de NOW-regeling of andere steun vanuit het rijk, niet al hun personeel doorbetalen? Graag een toelichting. Antwoord: Navraag bij UWV leert dat er geen concrete signalen zijn ontvangen. 9, Indien het antwoord op vraag 8 bevestigend is, welke stappen is het college van plan te ondernemen, om te zorgen dat de steun terecht komt bij werknemers die de steun zo hard nodig hebben? Graag een toelichting. Antwoord: Het college heeft weinig mogelijkheden om invloed uit te oefenen op de rechtmatige toepassing van de landelijke noodmaatregelen. Zeker niet bij individuele werkgevers. De controle op de naleving van de voorwaarden aan de NOW-regeling en de TOFA-regeling ligt bij UWV. Zij kunnen eventueel besluiten tot een terugvordering. Burgemeester en wethouders van Amsterdam Femke Halsema, burgemeester Peter Teesink, secretaris 4
Schriftelijke Vraag
4
discard
Beschrijvende analyse matching en loting voortgezet onderwijs Amsterdam 2022 Bas van der Klaauw Hessel Oosterbeek “Deze versie: September 2022. Van der Klaauw is verbonden aan de VU Amsterdam, Oosterbeek aan de Universiteit van Amsterdam. Ì 1 Inleiding Op 5 april 2022 is de loting verricht voor de plaatsing van basisschoolleer- lingen uit groep 8 die in Amsterdam naar een school in het voorgezet on- derwijs willen. Sinds 2015 wordt daarbij gebruik gemaakt van het zoge- noemde student-proposing Deferred Acceptance (DA) systeem. Evenals de voorgaande vier jaar was er dit jaar een plaatsingsgarantie voor leerlingen die een voorkeurslijst hebben ingeleverd waarop minstens vier (vmbo-b, vmbo- b/k en vmbo-k), zes (vmbo-t en vmbo-t/havo) of 12 (havo, havo/vwo en vwo) scholen staan. Om aan de plaatsingsgarantie te kunnen voldoen, stel- len scholen 4% extra capaciteit beschikbaar. Vorig jaar is aan de procedure de zogenoemde staartverbetering toegevoegd. Hierbij wordt ongebruikte extra capaciteit van de plaatsingsgarantie gebruikt om leerlingen die aanvankelijk geplaatst zijn op een school die laag (posities 9 t/m 12 voor havo en vwo, 5 & 6 voor vmbo-t en 3 & 4 voor vmbo-b en vmbo-k) op hun voorkeurs- lijst staan, op een school te plaatsen die hoger op hun voorkeurslijst staat. Daarbij is eerst geprobeerd de plaatsing van leerlingen die op positie 12 (6, 4) geplaatst zijn te verbeteren, daarna de leerlingen die op positie 11 (5, 3) geplaatst zijn, en zo verder. Voor het maken van de reservelijsten is dezelfde procedure gevolgd als in 2020 en 2021. De reservelijsten worden pas aange- sproken wanneer bij een school meer leerlingen geen gebruik maken van de aangeboden plek dan er extra zijn geplaatst vanwege de plaatsingsgarantie en de staartverbetering. In dit rapport bespreken we eerst het aantal leerlingen per advies, de capaciteit van de scholen en de opbouw van de voorkeurslijsten (sectie 2). Vervolgens bespreken we de allocatie van 2022 en vergelijken deze met de allocaties van voorgaande jaren (sectie 3). We eindigen met afsluitende op- merkingen (sectie 4). 2 2 Scholen en leerlingen 2.1 Aantal leerlingen per advies Tabel 1 geeft een overzicht van de aantallen leerlingen die dit jaar en de voorgaande jaren meegedaan hebben aan de loting en matching voor VO scholen in Amsterdam, uitgesplitst naar basisschooladvies. In 2022 hebben 7943 leerlingen meegedaan aan de matching. Dat zijn er iets (35) minder dan in 2021 maar nog steeds ruim meer dan in de andere jaren. Er is een toename van 101 leerlingen met een vwo advies. Dat zijn er dit jaar 2391, wat ruim 30% van het totale cohort is. Daar staan afnamen van 98 en 138 leerlingen met respectievelijk een havo/vwo advies en een havo advies tegenover. Voorts zijn er lichte stijgingen van het aantal leerlingen bij alle andere adviezen met uitzondering van vmbo-t waar het aantal leerlingen (vrijwel) gelijk bleef. 2.2 Capaciteit per school Elke school bepaalt voorafgaand aan de plaatsing van leerlingen de maxi- male capaciteit per onderwijssoort of profielklas die door de school wordt aangeboden. De eerste vijf kolommen van Tabel 2 laten voor elke onderwijs- soort in elke school de capaciteiten zien voor de jaren 2018 tot en met 2022. Dit zijn de capaciteiten exclusief de mogelijke ophoging met 4% vanwege de plaatsingsgarantie (en staartverbetering). De scholen zijn alfabetisch gerang- schikt. Ten opzichte van vorig jaar zijn er geen grote veranderingen in de capaciteit. Cygnus en Het Amsterdams Lyceum hebben hun capaciteit met respectievelijke 32 en 18 plekken uitgebreid. Tegenover deze uitbereidingen bij categoraal vwo staat een afname bij het Vossius met 22 leerlingen. 2.3 Voorkeuren van leerlingen Kolommen 6 tot en met 9 in Tabel 2 geven aan door hoeveel leerlingen elke school (onderwijssoort) op de eerste, tweede, derde en lager dan derde plaats van hun voorkeurslijst is gezet. Zo laat de eerste regel in de tabel zien dat 101 leerlingen de havo afdeling van Alasca op hun eerste voorkeur hebben gezet, 79 op de tweede, 68 op de derde en 853 leerlingen op de vierde plaats 3 ol SEEESLE 8 sisi e nn HC A SI — > 00 SREEREERSE 5 285885 SSZ + O2 je n= | 0 EEEN NID _ 7 5 ON & , 2 Sie 2 | ERE R 3 ERE > 5 SSESE8S 5 SEZ nn DD - ES 2 oo S |= Ws OS RSEEES 2 SE IS ZI 7 ie Hos © SIA ZO 2 . 5 zE & SC ESESRER : SERSO © ik à - 5 1D PO De S BS foo o5 ° 5 SL EERE Sl zen 28 o sa OI Tee SIN SI2 2 > 7 SELS > © SRESËSES 3 > 5 7 à : 8 SESERE B 3 is - 5 ee) 8 et NN JN EESTE ile DSL SS ie, + to 2 eD EREZEERS : = SEGERS S > 5 AEL 2 , 5 — SES BL st - asl ee) 5 je a a 3 ie DON 4 EL ERE Nt De El 5 Á ;S SIA SI , EREEES EESEZEE a SIN S= 2 Sans 5 5 — DS D- 5 : 5 > ms @ 2e : 4 ee) 2 Se 10 2 5 SERA EN 7 n Á tT 0d „88 EI SIS 5 Tk FS 19 „LE zi ES 5 : EBEZEBAEEN î 3 > SEARS en) ik 8 "E ep 5 D . 5 | E 5 2E ET 5 8 2 Pt MÁ ET Se EEEEEL hee „Eg8AEEs En EEE EEEN >> EEE >> 38 SAS = 4 Kn] Sl g[8 Ê 2e e 2 md n al 2 Se 8 " Eed 7 | a De ‘ = | | IJ o © EIS ij | EIS S 3 | gare © _ ‘ à 7 | | o @ jen a Í | o © ze © | o | | Ee | | oo n Í | Els 8 n ‘ o | A © | o | | Kn] J | | an o © | 88 8/5 8 ‘ Ss 8 | | 2 8 5 | co RS | ‘ le B o © Bred B Ì n : Ë Ë 3 | Ì Fe [8 ae ne | me 2 Ì 8 o ag S £ n … | EN 3 | | | | 2 5 n | | jen ZS 5 IJ ‘ | am 2 È | | | " ò ù en 2 8 D- | | | n 5 qd ® B : > oo 8 8 ER 5 se N 2 ia 8 mn : | | | ij e 8 = 8 4 8 ij © © 2 SN A e 2 à > — @ SO a BR an e N 3 5 | : ne jen © : st - ol 8 8 Ra 8 a a 8 nn Ì ne so 8 SA % 8 a 3 8 a S 2 sE EE m | ik 9 8 5 a & — | : 8 À & 53 E n 5 3 8 3 5 | Än 5 8 Kb me Ee 8 8 — 8 5 al” 2E 2 8 8 ne | | E 8 n , | | 3 eo 8 9 Ì 5 NR o 2 A 3 8 | Ì | ee BR ED Ss 8 : ” NR 3 a jen 8 & RH m : | ; … Ye 5 | jn a @ E a | | Ì " a + ES OE 88 5 8 @ nn ‘ 5 j es ee — Nol 8E 8 et 3 n - | UV | De, Q ä - 8 EF an ij ‘ | ’ n & 5 : Ee 2 8 en 55 EE: n E / 58 Eek 2 9 & - n 8 = IJ ; j ii " A 5 10 ù less: 8 8 & 5 2 ® 0 ee : | | | | 3 ‚ a 8 @ à ; Ì | : nn à en 3 8 | : 5 E 28 : | o 58 8 3 B Le | 05 o 2 2e En … FE) ‘ | ; n 8 83 8 8 S & ä 8 8 | | m ® KH 8 5 8 a | , n Ss 8 ee nn a 8 8 2 3 ò | Í ij 2 @ ï 3 | | É n 2 5 ò 5 8 ° en a 8 8 on SS 9 & dl ESI © 9 8 8 " | | V 3 8 | | n S 8 & EN 2 8 n : & _ | nl 8 8 2 & | E 8 £ n | 5 Ë ‚ | , 3 5 _ rr : Ì 8 8 | 5 © sk 8 | | EE : à 2 @ ö =d , ERE oo EK: ED > © : ae ‚ 4 : î … 8 8 id jj 2% a 2 X 8 n R 8 5 2 0 1 " | 8 5 E EERE À Kan iEhgEEe, Ss EE Á, it 28 ° ziÊ ss 3 | RR Zedd á SS oid 3 E 8 8 © Ì Î 3e EE: à a 2 [ n | ° _ se 8 5 8 ò ‚ _ EE: Ss 8 _ 8 @ 5 0 A î | Ì EE 5 beses £ zat: 5 | _ EEn SE 5 a = : baadtiidd : Ì baadt dj EE EREN ar ss 8 $ 8 8 RENE EE EEE | it RENE EE: E & EE: SALE ae 3 ii 8 8 2 0 î 3 ijt HE 2 8 bid 8E 4 A. biddijdn = did A: E Ee EERE EE ibis ER biij 5 8 iid EN 8 bit EEE} 8 8 EERE v 8 E HEt BEE EEE HEERE iis A idd 5 BREEREN EEE 8 Sd8jäô Ö sE öë ö 8 Ö E 8 2 2 8 © wu 8 o a Wm wm 5 2 8 a ee eo eo @ a De erf se oe se @ ee ese dS ese se 8 ee AE Ae AH kj @ N 5 Q 2 2 8 8 E es 5 Hd e © o © © 2 u 3 8 ES: o oo @ a @ o 3 2 oe eo ne ® 5 8 ò Ä ee B 5 5 3 N … Kez Es 8 2 ug EE ENE: 8 5 3 8 io o o EE e ee © 8 e@ e 2 5 e eo Ae 8 dS ee B & 2 A 5 Ea gi Û 7 re o A © ao 5 A 2 a 00 © © © ea se e = @ o o & oo eo © oe 6 6 8 SN se ee 8 2 e 5 8 da N & a RR 5 2 8 Sa a © © © o e sle o © o o o 8 o o oo eo o 8 eo 8 2 Ä 9 10 N a o a m- S 2 AD Db © 0 8 Eb 8 se 8 «e Se 8 & oi 2 OH OH B 0 O+ 5 & 2 2 Ed a Î 8 Sa 4 Ee 8 3 TES ee & @ B A RW 0 @ WW B WHW A 3 5 NN ° @ © N 8 bel ED @% 0 A E 2 2 B a 2 8 a S a 8 & 3 3 2 ë 8 8 8 & 8 A Ì 5 0 0 B B Hm ® a a & EH 8e DD A @ 3 a o0 3 a SA OE 1 60 GB WH 9 5 N 3 A A He @ 0 0 0 IS 0 FW E kend © 2 Dd OQ MD — 8 3 3 @ © © 5 @ 2 @ ® 8 & 8 & X AN OP A Lm a 5 SE AIS a WP @ SN KE X a 8 Ab 0 DO LH 5 =t © fn a 2 2 2 0 A He A k @ mt a 2 j ee 8 2 2 58 3 $ 0 A 5 S 5 8 8 8 8 dB EAS PF F a da da 4 5 ae 5 st — — NN N N | 5 3 a 0 Q dn Ad A B @ Ht @ e A e A a 5 U 9 @ + _ PE: a 2 Ee 2 % 5 sl 8 8 8 5 a 00 3 a ON 4 0 A @ © WW OW A 7 7 ö 5 N O0 SO de ae dt B @ @ @ 8 2 8 B @ 2 EEE a 8 5 2 2 8 À a & 5 8 NN & @ 4 © B 0 8E @ 3 D 2 8 0 B 0 A A OO Ô HH 3 3 8 Ì iin 5 28 EES aë2geEegREeE dE EBg da @ 2 ò A @ 8 q 8 Se @ e [Se 2 0 a 0 a EE 2 en a > a 5 3 oo NW 0 Mm H @ 2 e © e+ 8 8 RQ Ee B Sjeold s 2 8 4 8 a SZ e 8 A88 ESSE 8 a8 :: SS @ 5 3 Û Es # Z B o @ @ EA Aa 0 a | À 3 2 @ e@ @ @ @ A 8 5 de a 9 9 8 2 2 5 2 5 y 3 5 a & D A A 06 AD [Sje H ao a FE IJ a Le A OS 8 a A a A a 1 8 B @ 5 eo e RH b- 0 1 3 If 3 9 A a a 2 @ + 4 4 a Le 3 9 o a a a A a © 8 A 8 8 a ee 8 © 3 AS 52e ss 55e 8 58 SATEe ES REB Ä 8 0 NO A @ 8 Z 3 NS © 2 8 4 4 a 0 O0 Ot B Ha 0 e ZE @ FI 3 8 5 8 8 8 2 8 EO 5 2 ES N N 0 SI8 A 8 8 8 8 5 2 2 9 Em 8 H 3 Od A 0 OH 0 A 5 Á N 1 NN @ 8 N 3 8 3 Lt 0 ° © @ A 2 @ o 3 «@ 3 3 EF o o ka hen) @ Nd st N | 8 Sg &@ & X KE} S EE: 3 5 4 5 218 Sa @ 3 a 3 X a OD 0 b 3 0 0 W+ … 8 o AN @ @ A ZI & 2 8 0 2 8 4 Ht ed OO oe Lb a @ @ a 3 «® 3 s 2 = 2 © 2 2 5 ù- Nl a 8 ä & 8 Á A S 00 HA 0 A B A A 5 SE 888 9 Aa @ 3 A 2 X a A Ò HH 3 4 a ä ea 3 8 SS 8 e @ 2 k @ @ a Ze Ie 3 L 3 A ZX 8 2 8 S a 8 NES 2 8 ® 0 B B A B Aa a & & sla AA O5 È 2 3 > Je & Á A & © B B 5 5 N Nl ke} A TN 2 S A 2 8 A SO Ne @ 00 © S @ À EN ° oe 5 ° 5 © @ © a % 5 ä 5 7 DA 0 OP 0 B A 00 a 0 5 5 25 Sa 8 hal 5 X A es, 5 — … 2aÎi 3 : ; 5 , ì ä ä 5 ä ä o © ° o © o © oe 8 ZEE Eed BE BE es BEE BE BE BE BÀ 8 EEn Ê & & EE: EE: SA 8 ERS ERE: ERE: ERS 5 3 Ak ROO OO 00 0 EE: Er ZEE EE EE EE EEE ERP be 2 8 B 8 2 8 8 8 © 5 8 8 EE E z CR v Vv U 4 T 8 EE 5 Ë a A 3 B 8 a 8 8 o 5 2 © 8 8 B 5 5 E 5 B O8 8 8 E 8 EN: sa 2 gn Ì 8888 8 , 8 5 3 DDO er ee _W <7 NEEN: 3 B 8 oo Ì î EEE EEE 5 3 8 8 & Vv 8 8 8 8 9 9 8 B 8 8 0 0 VO 5 a u 8 sE 9 8 8 8 39 2 8 EE EE LN) 8 5 5 EB 5 B 8 ES EE 5 EE Ë EE REE AAE EE 5 5 5 8 9 8E EE A A TP o Oo © Z 5 © 8 8 88 ë EE: 8 Gn: 0 5 0 0 3 8 8 3 3 8 RR BR TE 3 4 EES Ó 6 Ó EE Eg 5 8 5 En: 3 à hb HB 8 8 3 dd EEE EE Lee EEE & EE: 2 0 0 0 OE U U Vv Vv Vv Z < A a a 5 5 EE EE QE EE EN NN 5E E88 8 EE OE 5 8 5 e 6 6 4 E £ 8 8 8 8 8 8 8 8 8 4444 EE 58888 SEESSEEAAAËEEEESSSESS EERE Ë 0 0 0 0 0 00000 0 aA a a Kl 00 md N eo oe o ee ö oo 8 eo ee oe 38 Eese er sie oe ee ee 0e eo Ht ae 8 N oo — ES A :) LK eo eo kk @ Slee ee eo ee % Fo oe Ì 3 KR ee ee e Ì Ê ee ee ee ee ee @ a & N … À Ze = I= a 1 A o © @ m1 a ES eo o eo Ss eo 8 eo e ° 8 S eo eo ° oe 8 & — o eo eo o o eo oe eo a & 0 Wi 5 a og hal ler 0 to ka 3 o e Se A a @ de 2 ee ee @ a Ì 3e es es es es es oo eo eo 3 e og o 5 o e Re E e e e a B o o eo ee ee eo ee ee ee ee oo 0 rm NN © © a NN @ a © © @ EQ a et 1 a © + a 2 A a 2 @ A @ a A 0 Ì a FO A dd Bua Ae 5 a ad B dE NA a @ A HON WW md @ a a De @ Sla à Hm Re Nw o L 2 a 4 ee 2 & om oo g|= & a a À ò 8 Na 0 Ì EE RA © Dd Á a OS A FS 9 B A a WW W … Mi 2e = sl a Ï eo ON Et @ © 8 8 a 8 @ a 3 en a be © Ht s| 8 dn 0 Á 0 WH 00 Áo LE a a B DA Aa ® a FA PW a) \ Ed a on - @ — oo 5 @ WW a Ee @ @ oo + DA SN Oo a @ 2 3 IA @ @ a Kk B © A A B à B a aA a a ON A 5 AN og a 4 ee oo a 7 2 * st @ A A @ Do @ @ ot tn 2 7 SS À 8 a q @ © @ X a a © & aA A OS a an @ A a a @ a © BORON ON oo A Ee a dt B ä BS oe 9 © 4 8 a LOA A EE ee 8 8 ETE a sjed A ò A 8 & Ho & 2 — a 0 5 NSNAP Ae DO N Nl Ee Eel o > & 0 + Nt Ee : 9 0 @ a a a ON @ @ sjel3 8 À 8 a 8 gie ee ee a Ss ee dE ese 858 ee 3 ete ë 3 Û ae 0 oo o oo N es am og © Se a ° + ° 4 oe ea @ gala + a A8 eds A AES TB de Ft d & B 5 kj a st DN NO Am Ee — RD: © © st a 0 tn oJ @ @ Ta @ A bb 8 zz B 0 PT @ TH A 0 A AN OC FH Ä 3 B Na OG H OH HN & 8 2 St a o o © a Re © @ e@ @ wW 0 DO @ © A A © LW a oJ @ @ a 8 8 à E28 aSa ES Ea 88 rs E 8e LE A8 8 N86 8 Slee 3 ee È& 8 2 8 e © @ 8 B 8 © a 9 3 ° e ae @ u a Ht tt VS a tas MA HN ADN … Û 2 0 Oo 2 oo e e 0 a © | N Nl a OHM OO Oo © © ED OON OO AO DQ WM O AO 88 de 8 Á @ @ Hd 5 0 0 Á 9 Ba en ES ES, El 0 a ° e e @ ° WWW og 5 Re @ a 0 Do ROA 2e A A B 5 Ht 9 Hm 1 @ rd NN be 1 2 5 a 3 dr a Hb Á IJ 5 a LE 0 B 8 WB A Lb Ha A A A Hm og ° 2 @ vt o 9 a a e 7 st 2 a ot 0 a 9 3 2 ee ee 8 ar te a @ 2 3 8 5d a Ha Se A F A a 5 A a A A B OQ ada 0 A B A Si  : 7 7 2% 7 Std Ee A8 eb Bek BBE Hed gE Bj Es ô A 8 & 2 2 “B 8 HB EE: 8 8 8 8 5 8 dà 8 EEE: 8 5 BE bbb Eb PA PPE Ê A Ee B 8 Ê Od od od 8 od Od Od 8 Od dd Bd od od 5d dd 8d od od od 8 Od od dd 8 BE BB be EEE BBB EEE EEE 5 8 ER: V © 9 OQ EES o SS a E Es 888 = 3 ® vj 7 4 À :: 8 5 5 B OE OM £ 8 £ 8 £ 8 ë à & 0 O0 5 © ee vv Vv Vv V Ee : 7 à 8E B bd à à b hb A 8 B B 5 Vv OV V ä EO OQ VOV OV OV OV OH OH a A d 8 8 8 8 B & Sn Sa à Eee | B 5 8 8 8 8 2 £ © 2 8 8 3 3 3 3 3 2 u eg 8 8 EE Ss EE: 0 0 000 ELLE E 3 8 3 u 8 Ô 0 0 0 4 8 5 En: EE EEE EEE S 2 8 EE & 8 EEN 8 8 a ga 8 8 8 8 8 8 8 8 2 = 2 È B & 'E 80 B v0 LO ZO O7 8 0 0 8 8 8 8 8 B & Vv O9 ® 0 Ì à HH 8 OQ OQ OQ B 8 ® & E00 00 DEET a 3 5 5 8 S A AH EEE EE 2 2 22e SSSE ES 0 O A > a EN 8 © © ZE Eee RR 5E 5 bb sE 8 68 di 8E SSS SSS 8 8 EEE Te 2822444 0 AES 44 aa aa aa aaa as Nl 2 4 9 a o © [Se a 38 8 oe A teg áâ se es es se se se 5e Ne es se s se o Ale @ en SI A + e 2 j ee ee eo ee es oo eo o e ee ee t @ al dd ham! Se à nr 2 a a ms Ee oo Sje & Ss 8 3 e o oo eo eo © o oe eo eo oo eo Y = Île @ oo + oa ham NN hal 38 & eo 23 8 o oo ee eo eo dd ee & o oo oo oo U = oo Ze = Ì ee a o oo oo oo oo eo oo o o oo oo ZZ o NN N Seo 2 2 B 2 AH He 4 ZE a @ aa ES e aa es e@ SS a Za A HA Nd AOM A AA De a se 5 en 3 ea 0 Ì a 0 0 e= 8 a AA Ak 2 io 3 ba NN B A A 9 Hd SD @ 6 © A Á A e Y 2 © a Ala a A a Nt LW ee Nd Sd a a a a ZIS 9 @ 3 Ka a Ì a A 0 A a k 3 A AR Ha Á A a NE: El Ot @ EE @ a 8 2 8 e a oo a a 8 a Za AW me DD OW MA © 0 5 L db HN oo 2e @ 8 Pe 8 A a a a DS a ge © ab O1 ONO be En ie ee eertse EEE EE eESE 8 F4 kt A 0 A0 à Aa A LA A ZA AAO OO 5 A zE B d 8 a a aa e a ee 0 A a aA LC a © Ho A Ha @ LW @ o ALAS Ek A 5 a a 0de A A A A a A HN Ad HM AN u 5 S BSlale @e @ 0 0 == 3 5 8 @ 9 OQ LE 0 LC He 8 HO DO HE MW ö a A A Nd Aa QA AMO ed Dd > Nl Nd 4 ON @ oo a @ @ NA A dd O ONE 0 db 5 A 5 a © SO 1 6 ® @ A A A Ek ® B A NL 0 DO OF A Nl NI 0 HH OQ Ee de ette tee ee RS a 3 «@ ga AM AN ON OOM AA A Ì d A 0 @ A EE 4e 8e 32 0 4 Tete Ì @ ZK a d @ SA A @ a HB A B ta Ha kP a 8 9 8 Á @ e Alb EH A @ Aa 2 Ze HL ee Re 8 a S[a a © Oka 0 Pata ALEA A AA a Á A a og ° Y ° od @ a 2e @ @ to © to e o + oo oo 2e 8 @ 8 & CS A 8 9 A Td a oo 0 AN o 2 st de a sle @ © to e o + a oo 2e @ Se 0 qd Okt Sa 8 E a &% 3 A dd 7 7 Sf 7 Std 2 Ê o o 0 ò © © 0 & © 0 & © 2 2 8 2 8 2 A A 8 8 2 8 A B ô 8 8 2 S s 8 s 8 8 8 8 BE 8 8 EE B 8 8 8 8 5 0 A5 A5 ZEE AE EEE 5 Ebb Pb PEEP BBP W ä & EN En: 8 EE 8 8 5 ä 8 8 a & 8 ô A 8 B u ú A EE 5 é 3 8 a & & 9 © E 8 1 8 & a, : ee ER: : Vv U 7 8 8 9 OV Vv Vv PV 8 8 8 Ea ME: Eb OEE 8 23 3 3 s 5 A: en B Oe 8 8 8 EE Ó ó ó ö ö 8 8 8 B B | 5 5 > Oo 9 9 @ 8 8 8 8 8 OO 0 4 5 85 A dà 2 a a a EA EE A A EL AZ ZZ AZ vk Ak dk 8 8 EERE ER EA 8 KHK AW 1 EE 0 a Aad aA ad dad 0 0 Ei ER A a 0 A pb 5 8 LV VV 2e 2 00 0 00 0 0 a EEE N B OA oo a a oa SQ ua 6 0 5 0 oo 8 aa 0 4 No 3 oo a Ï eo oo eo oo oo 35 AA a Á ma a A A - Ela el 2E te SitE ES es 8 es a 8 ae 8 o oo eo oe 8 Nd @ A 8 RR 8 5 5 5 à 2 ze VIANA A 2 @ © pm B O4 t ZI) a 5 5 ese iede Ero 4e 9 @ eo eo eo @ Q Mi Û A 5 Do @ @ @ A z 1 e @ a Ne a 2e aas se agar Ee se eo eo eo @ kl — a o 8IA A a 8 Ne eg ägeEsee es See o oo eo eo © fail el © 0 Se z ee 2 A a a @ 5 0 0 @ 8 LQ Ce ee 1 Le 2e ee © © B ge AH MM a PNM OA WOO OAN AN © A md Ale z ee @ 2 8 a a @ B A A 8 Ea Lb a 0 EE : Ze A AA PA B 0 B HO ZA © 00 Ie … Mi 8 e Sale 0 A 0 9 | LE 0 0 @ PW 4 0 B A @ B mv F - @ - 8 Sen NN 6 0 a 8 Wm A A A A pn B Ì A a 5 a 7 a 8 a & kok 60 Île r ee © 8e 8 5 a 0 4 0 A4 8 a Oo a © 2 0 > © oo a ge A 5 6 ò A FN 6 & 0 6 5 Ä Sa A > A oo Se a 2 0 a Ì ae 0e H Oe a 5 Le A OD a 0D OR 0 a Ve AS HA AAB AO A TG dt oe ot a © tE EO „ © nn dE 8 2E 5 SE 8 SEE 2d 2E 2e EEZ ee B So a A a 3 5 4e 4 a dt AS a 0 zm a & 8 B WN 5 N Nl 2 — A 9 0 CQ a ee LL ee 9 Ä EE La a MA 0 on AAS @ Hb Ya Rt wa B NS 0 EA Lb 0 ae NN @ @ 6 NS & u 5 Û Er, es Ee 0 @ A + A) st oe 0 0 @ @ Ee © SSS o A8E SAS eSATA AAa 8 ae Aen» Ne 8 a oa a og a = © @ B Oe BON OH 0 a @ © © @ @ @ de E95 9 A 5 a 4d AAI 0 ev A Sd A 5 PN A sa PA 5 N Ale ee 5E © a 8 ee 0e 4e Re 8 8 LW 8 AO eee 3 H a 8 [0 A OO WM A A A HM MO MF B HAN AAN N md ale eo 5 0 a 3 1 ee He te 8 ae 2e rn 8 @ 2 4 a 8 2 AO 1D A LE Nd @ AAD & N hf 5 Û sle Sale 8 ee 0 a 2 ee Ds 4e B a 0 EE LE a 8 + a 8 8) Q|E A OO WM ON Ob AA OA OA OZON Ad FAA al N 8 0 5 zie r 2e © a 282 eo ee + e 8 4 3 ae a 8 oe 3 ee a % 2e Aa 8 8 A A A A A 0 MO A4 FA a Aa A a 3 a a 9 oo sle a 2 ee ae 2e ee ee 4e | ee 8 8 aL 4 ee 3 ee a 3 ge AO MN SO AN GE > se EE 2» > 2 î » a @ ò ò & ò & ò & ö ò 8 ò 6 ò 2e 8 8 A 2 2 a 8 2 8 & EE: û 4 A 4 8 & 8 8 8 8 8 8 8 8 8 s 8 8 BE B 8 A A 5 EE E- 0 ES SEE Ar > sb 5 B PP BB B B BB BB B BB B B PE bp PB PE 2 a 2 a 8 8 oe @ EK: E £ T E 7 n Ln Vv OV ® 8 5 E 8 8 8 a 8 sE É B EEE: £ En 5 a: 3 8 ú 8 8 8 8 8 3 > OP OP A 28 ä ù ER BR 5 a ä EE :: A 8 £ ë Ea di 4808 Ê a a 88 B 8 8 2 8 Se DES 8 8 8 5 8 0 á 4 á ô OEE sd 88888 ee 2 0 3 8 Û gg 8 8 8 8E ov oi 8EsEE 9 0 9 0 Q 8 8 ZZ ZZ ZZ ZZ 8 ARR EDDgDÚUDÛDÚe EE OR A EE & 8 Ba kk EE 8E 8 8E ZE a A a à a a a B 5 4 HES SS 8 S 8 A A AZ E ZE 8 a AAA AAA AAA NN of lager (maar wel op de lijst). Vergelijking van de kolommen "capaciteit in 2022" en "eerste voorkeuren 2022" maakt duidelijk dat er in totaal 1627 plekken te weinig zijn om alle leerlingen een plek te geven op hun school van de eerste voorkeur. Het tekort is groter dan in de voorgaande jaren: 1526 in 2021, 1178 in 2020, 1042 in 2019, 845 in 2018, 907 in 2017, 966 in 2016 en 998 in 2015. Door de verruiming van de capaciteit met 4% vanwege de plaatsingsgarantie en de staartverbetering is het uiteindelijke tekort teruggebracht tot 1532 plaatsen, ten opzichte van 1443 in 2021. Het betekent dat in 2022 ruim 19% van de leerlingen niet op de school van de eerste voorkeur kunnen worden geplaatst, zelfs niet als de echte voorkeuren bekend zijn en het aantal plaatsingen op de school van eerste voorkeur wordt gemaximaliseerd. In de voorgaande jaren lag dat percentage tussen de 11% en 18%. Afdelingen die dit jaar het meest zijn overschreven, zijn Fons Vitae havo met 197 en vwo met 144, Barlaeus met 86 en de vmbo-t afdeling van Lumion met 86. Dit zijn de aantallen na ophoging van de capaciteiten met 4%. Sinds de invoering van de staartverbetering in 2021 vullen vrijwel alle leerlingen de vereiste twaalf, zes of vier scholen in. Slechts vier van de 2391 leerlingen met een vwo advies geven minder dan 12 scholen op. Alle vier geven slechts één school op. Eén van deze leerlingen wordt via de hardheids- clausule op MLA geplaatst, de andere drie worden zonder voorrang geplaatst op Cornelius Haga. Eén leerling met havo/vwo advies geeft elf in plaats van twaalf scholen op. De overige 1140 geven 12 scholen op. Vijf van de 1068 leerlingen met een havo advies geven minder dan 12 scholen op. Alle vijf geven slechts één school op. Geen van de vijf wordt via de hardheidsclausule of met voorrang geplaatst. Drie hebben alleen Cornelius Haga opgegeven, één CSB en één Gerrit van der Veen. Alle vijf worden geplaatst op de op- gegeven school. Twee leerlingen met vmbo-t /havo advies geven minder dan zes scholen op. Beiden melden zich aan bij Cornelius Haga en worden daar geplaatst. Tien leerlingen met vmbo-t advies geven minder dan zes scholen op. Allen worden op hun nummer 1 geplaatst waar geen reservelijst ontstaat (drie maal Cornelius Haga, drie maal OSB, Hubertus, Huygens, IJburg en Yuverta, allen één). Elf van de 663 leerlingen met vmbo-k advies, elf van de 330 leerlingen met vmbo b/k advies en 15 van de 417 leerlingen met vmbo- 10 b advies hebben minder dan vier scholen ingevuld. Met één uitzondering worden al deze leerlingen op hun eerste (soms enige) voorkeur geplaatst. De enige uitzondering is een vmbo-b leerling die drie scholen heeft ingevuld en op zijn nummer twee wordt geplaatst. Aan de loting deden 6893 leerlingen mee die woonachtig zijn in Amster- dam, dit waren er 6917 in 2021.* Van 55 leerlingen is de woonplaats onbekend ten opzichte van 169 in 2020. De overige 995 leerlingen wonen (zeker) buiten Amsterdam, in 2020 was dit aantal 892. Het aantal deelnemers dat (zeker) uit Amsterdam komt, is dus vrijwel hetzelfde als vorig jaar. Of er daadwer- kelijk een toename is van het aantal deelnemers van buiten Amsterdam is niet met zekerheid te zeggen vanwege de afname van het aantal leerlingen waarvan de postcode niet in het bestand van ELKK is geregistreerd. Na de loting van dit jaar waren er berichten van leerlingen die op één van de vijf gymnasia geplaatst waren, maar eigenlijk niet naar een gymnasium zouden willen. We hebben gekeken hoeveel leerlingen geen van de gymnasia in hun top 3 hebben opgenomen maar wel op een gymnasium zijn geplaatst. Dat zijn er 47, 11 daarvan hadden zelfs geen gymnasium in hun top 5 op- genomen. Wel staat bij elk van deze leerlingen minstens één gymnasium in hun voorkeurslijst van 12 scholen. Om vroege selectie tegen te gaan heeft het college van B&W van de ge- meente Amsterdam in 2019 de Brede Brugklas Bonus ingevoerd. Scholen die al brede brugklassen hebben worden hierdoor ondersteund. Scholen die nog geen brede brugklas hebben, kunnen de bonus gebruiken voor het invoeren van een brede brugklas. Alleen scholen die al minimaal drie niveaus (vmbo, havo en vwo) aanbieden, komen voor de bonus in aanmerking (Beleidskader PIEK-aanpak 2019-2023). Volgens opgave van de gemeente ontvangen zeven scholen in de huidige tranche de brede brugklas bonus. Dit zijn: OSB, VOX- college, Spinoza? lfirst, SpringHigh, Lumion, Maimonides en de Vinse school. Tabel 3 laat per basisschooladvies zien hoeveel leerlingen één van deze scholen bovenaan hun voorkeurslijst hebben gezet (kolom 1) en hoeveel leerlingen op deze scholen zijn geplaatst (kolom 2). Tussen haakjes wordt in elke cel aan- gegeven welk percentage van de leerlingen van elk advies het betreft. Deze l Amsterdam is hier gedefinieerd als postcode 1000-1109, dus dat is Amsterdam inclu- sief Driemond. 11 Tabel 3: Aantal leerlingen met eerste voorkeur en plaatsingen op scholen met brede brugklas naar advies (tussen haakjes als percentage van het aantal leerlingen per advies) Bonus Brede brugklas voorkeur geplaatst voorkeur geplaatst 1) 2) (3) 4) vwo 120 (5,0%) 155 (6,5%) 93 (3,9%) 121 (5,1%) havo/vwo 138 (12,1%) 173 (15,2%) 92 (8,1%) 139 (12,2%) havo 171 (16,0%) 193 (18,1%) 114 (10,7%) 141 (13,2%) vmbo-t/havo 207 (25,6%) 191 (23,6%) 146 (18,0%)) 168 (20,7%) vmbo-t 254 (22,6%) 222 (19,8%) 169 (15,1%) 176 (15,7%) vmbo-k 116 (17,5%) _ 86 (13,0%) 116 (17,5%) 86 (13,0%) vmbo-b/k 44 (13,3%) 24 (7,3%) 44 (13,3%) 24 (7,3%) vmbo-b 40 (9,6%) 15 (3,6%) 40 (9,6%) 15 (3,6%) totaal 1090 (13,7%) 1059 (13,3%) 814 (10,3%) 870 (11,0%) kolommen laten zien dat minder leerlingen met een vwo, havo/vwo of havo advies één van deze scholen als eerste voorkeur opgeven dan er uiteindelijk worden geplaatst. Bij leerlingen met andere adviezen is juist sprake van het tegengestelde. Raadpleging van de websites van OCO (https: //www.onderwijsconsument.nl)) en van de scholen suggereert dat Lumion (nog) geen brede brugklas aanbiedt terwijl drie scholen (Xplore, DENISE en MLA#2) die geen bonus ontvangen wel een brede brugklas aanbieden. Kolommen 3 en 4 van Tabel 3 geven weer hoeveel leerlingen een school met brede brugklas bovenaan hun voorkeurslijst hebben gezet en hoeveel leerlingen op zo’n school zijn geplaatst. Doordat Lu- mion groter is dan Xplore, DENISE en MLA#2 tezamen zijn de aantallen in kolommen 3 en 4 wat lager dan die in kolommen 1 en 2. 3 De allocatie Kolommen 10 tot en met 14 van Tabel 2 laten per school/type het aantal leerlingen zien dat in 2018-2022 is geplaatst. Vanwege de plaatsingsgarantie en de staartverbetering hebben veel afdelingen meer leerlingen geplaatst dan er capaciteit is. 12 Door de plaatsingsgarantie zijn 106 leerlingen die eerder niet geplaatst waren alsnog geplaatst. Van deze leerlingen werden 76 op eerste voorkeur geplaatst, 14 op tweede voorkeur, 9 op hun derde voorkeur, 3 op de vierde voorkeur en 4 op de vijfde voorkeur. Daarna werden door de staartverbe- tering 70 leerlingen hoger op hun voorkeurslijst geplaatst. In totaal zijn door de plaatsingsgarantie en de staartverbetering op 61 afdelingen 161 ex- tra plaatsen gecreëerd (vorig jaar waren dat er 147 op 60 afdelingen). Van deze 161 extra plekken zijn 98 bij scholen die meer eerste voorkeuren hebben dan plekken (vorig jaar 93). De plaatsingsgarantie en de staartverbetering zorgen ervoor dat het gun- stiger kan zijn om niet geplaatst te worden dan laag op de voorkeurslijst of juist heel laag in plaats van laag. In die gevallen kan een leerling hoger op de lijst terecht komen omdat er extra plaatsen gecreëerd worden. Sommige leerlingen spelen hier op in door hun voorkeurslijst op te vullen met popu- laire scholen. Een voorbeeld hiervan is dat dit jaar meer leerlingen Barlaeus op de 10de, 11de of 12de plek op hun voorkeurslijst hebben staan dan op de eerste plek. Dit strategisch opvullen van de voorkeurslijst is niet zonder risico. Met name de staartverbetering zorgt ervoor dat het lotingsalgoritme complexer wordt en plaatsingskansen minder voorspelbaar zijn. Er worden 46 vwo leerlingen geplaatst op een gymnasium terwijl hun eerste drie voor- keuren allemaal scholen met een reguliere vwo afdeling zijn. De laatste vijf kolommen in de tabel laten het aantal leerlingen zien dat bij elke school in 2018-2022 op de reservelijst staat. Op de reservelijst staan alle leerlingen die deze school hoger op hun voorkeurslijst hadden staan dan de school waar ze geplaatst zijn. Een leerling die op de school van zijn derde voorkeur is geplaatst staat dan bij twee scholen op de reservelijst. Een school heeft alleen een reservelijst als op deze school leerlingen uitgeloot zijn. Dit jaar zijn er 64 (afdelingen van) scholen met een reservelijst, vorig jaar waren dat er 70. Tabel 4 laat per basisschooladvies zien welk deel van de leerlingen met dat advies op welke positie op hun voorkeurslijst terecht is gekomen. Voor alle schoolniveaus gezamenlijk is 75,05% van de leerlingen op de school van de eerste voorkeur geplaatst, 91,1% in de top-3 en 95,8% in de top-5. De laagste percentages geplaatsten op de school van eerste voorkeur zien we bij 13 havo/vwo (65,8%), havo (67,1%) en vwo (71,3%). Bij vmbo-t/havo en vmbo- t zijn de percentages geplaatsten op school van eerste voorkeur respectievelijk 76,1% en 80,1%. 4 Afsluitende opmerkingen De matching van 2022 laat een vergelijkbaar resultaat zien als vorig jaar. Eén op de vier leerlingen wordt niet op de school van hun eerste voorkeur geplaatst, en één op de 25 niet op een school in hun top-5. Een knop waaraan gedraaid kan worden om het resultaat van de matching te verbeteren, is aanpassing van de capaciteit van populaire scholen. Dit klinkt echter eenvoudiger dan het is. Uitbreiding van de capaciteit vergt een forse investering in infrastructuur en uitbreiding van het personeelsbestand. Natuurlijk komen er ook middelen vrij bij scholen die leerlingen verliezen aan populaire scholen. Bedacht moet echter worden dat de populariteit van scholen aan flinke veranderingen onderhevig is. In 2017 (vijf jaar geleden nog maar) gaven 112 leerlingen Barlaeus op als eerste voorkeur, in 2022 zijn dat er 232. In 2017 was Fons Vitae (havo en vwo) de eerste voorkeur van 174 leerlingen, dit jaar van 515. In 2017 waren de technasium afdelingen (havo en vwo) van Metis de favoriet van 28 leerlingen, dit jaar van 163. Bewegingen in de tegengestelde richting zien we ook. In 2017 was Hyperion de favoriet van 255 leerlingen, dit jaar van 188. In 2017 wilden 193 leerlingen bij voorkeur naar Cygnus, dit jaar zijn dat er nog 104. En in 2017 was Het 4e gymnasium de eerste voorkeur van 252 leerlingen, in 2022 van 140. 14 Tabel 4: Plaatsing naar voorkeur naar initieel advies, procenten Advies jaar 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 >10 niet totaal geplaatst aantal vwo 2022 71,31 11,13 6,15 4,06 2,30 1,63 1,42 0,67 0,50 0,38 0,46 0,00 2391 2021 71,27 12,01 6,11 4450 2,58 1,35 1,35 0366 0,13 0,04 0400 0,00 2290 2020 _ 81,55 6,50 3,03 1,83 1,59 1,25 1,30 0,63 1,25 0,39 0,67 0,00 2076 2019 78,04 9,35 4,77 1,94 1,81 0479 0,69 0,42 0,32 0,19 0,56 0,23 2160 havo/vwo 2022 65,82 10,34 6,92 3986 2,72 2,80 2,72 2,10 0479 0496 _ 0,97 0,00 1141 2021 63,20 12,19 7,34 5,08 3,71 2,58 1,69 2,18 0,81 0,97 0,24 0,00 1239 2020 65,53 11,61 6,89 4,53 4,15 1,61 1,61 _ 1,04 1,13 0,47 1,14 0,28 1059 2019 73,30 9,06 6,60 2,96 2,07 1,97 0,69 0,89 0,89 0,79 0,59 0,20 1015 havo 2022 67,13 12,08 6,37 4,12 3,18 1,87 1,03 1,69 0,66 1,03 0,85 0,00 1068 2021 69,90 11,77 5,14 4,48 3,23 1,33 1,00 1,24 0,00 0,00 04,00 0,13 1206 2020 72,68 10,60 5,22 3,39 2,65 1,41 1,66 0,83 0,33 0,33 0,83 0,08 1208 2019 80,75 8,68 5,01 2,33 1,16 0445 0,54 0,63 0,09 0,09 0,09 0,18 1117 vmbo-t/havo 2022 76,05 12,47 5,93 2,10 2,22 1,23 0,00 810 2021 82,18 9,91 4,27 2,01 1,38 0,13 0,00 797 2020 _ 81,34 10,84 3,16 2,19 1,10 1,37 0,00 729 2019 85,79 9,07 _ 3,52 0,81 0,54 _ 0,27 0,00 739 vmbo-t 2022 80,14 11,84 4,27 1,96 1,07 0,71 0,00 1123 2021 87,92 7,87 2,75 1,24 0,62 0,09 0,00 1126 2020 82,79 10,12 2,34 1,73 2,16 0,43 0,43 1156 2019 _ 90,38 5,81 2,29 0,76 0,48 0,10 0,19 1050 vmbo-k 2022 _ 90,95 7,99 1,06 0,00 0,00 663 2021 94,34 5,02 0,65 _ 0,00 0,00 618 2020 _ 94,31 5,12 0,57 _ 0,00 0,00 703 2019 _ 90,28 7,61 _ 1,83 _ 0,14 0,14 710 vmbo-b/k 2022 89,70 8,48 1,82 0,00 330 2021 89,10 9,29 1,60 0,00 0,00 312 2020 _ 96,73 3,27 0,00 04,00 0,00 336 2019 _ 90,48 8,25 0,95 0,32 0,00 315 vmbo-b 2022 89,45 8,15 2,40 0,00 417 2021 _ 93,33 5,90 0951 _ 04,00 0,00 390 2020 _ 100,00 0,00 _ 0,00 _ 0,00 0,26 405 2019 _ 91,98 7,59 0,21 0,21 0,00 474 Totaal Aantal 2022 5961 862 413 224 150 109 76 58 28 31 31 0 7943 2021 6128 813 369 250 162 81 64 57 27 20 5 2 7978 2020 6208 629 253 163 142 75 64 34 42 17 36 9 7672 2019 6296 635 293 115 82 45 28 25 17 13 19 12 7580 procenten 2022 75,05 10,85 5,20 2,82 1,89 1,37 0,96 0,73 0,35 0,39 0,39 0,00 100 2021 76,81 10,19 4,63 3,15 2,03 1,02 0,80 0,71 0334 0,25 0,06 0,03 100 2020 _ 80,92 8,20 3,30 2,12 1,85 0,98 0,83 0,44 0,55 0,22 0,47 0,12 100 2019 83,06 8,38 3,87 1,52 1,08 0459 0,37 0,33 0422 017 0,25 0,16 100
Onderzoeksrapport
15
val
Gemeente Amsterdam % Gemeenteraad R % Gemeenteblad % Amendement Jaar 2020 Afdeling 1 Nummer 1671 Behandeld op 16 en 17 december 2020 Status Aangenomen bij schriftelijke stemming op 21 december 2020 Onderwerp Amendement van het lid Hammelburg inzake het wijzigen van de Wijzigingsverordening Wonen 2021 (Onnodige aanscherping regel B&B's) Aan de gemeenteraad Ondergetekende heeft de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over de Wijzigingsverordening Wonen 2021 met o.a. de wijziging van de Huisvestingsverordening 2020. Overwegende dat: — De regels omtrent het houden van een Bed & Breakfast in 2020 zijn aangepast met de introductie van een vergunningensysteem ten behoeve van volumebeleid; — De voorgestelde aanscherping in de Wijzigingsverordening Wonen 2021 niet verder bijdraagt aan die doelstelling; — _B&B-houders rust verdienen zonder jaarlijks de regels aan te passen. Besluit: In artikel | Wijzigingsverordening Wonen 2021, betreffende wijzigingen in de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020: 1. In onderdeel A, subonderdeel 1, “In onderdeel c wordt “onzelfstandige woonruimte binnen” vervangen door “deel van”.” te wijzigen in “In onderdeel c wordt “onzelfstandige woonruimte binnen” vervangen door “ruimte binnen”’.”. 2. In onderdeel Il in artikel 3.9.6 eerst lid, onderdeel d, de zinsnede “de ruimte waar de toeristen slapen is een deel van een zelfstandige woonruimte, inhoudende dat de verhuurde ruimte bouwkundig is verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen zit,” te wijzigen in “de ruimte die aan toeristen wordt verhuurd is een deel van een zelfstandige woonruimte;”. 3. In onderdeel Il in artikel 3.9.6 tweede lid, onderdeel d, de zinsnede “de toeristen slapen in het deel van de zelfstandige woonruimte zoals in de vergunning vermeld, inhoudende dat de verhuurde ruimte bouwkundig is verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen 1 zit; en” te wijzigen in “de toeristen slapen in het deel van de zelfstandige woonruimte zoals in de vergunning vermeld; en‚” 4, In Il, Artikelsgewijze toelichting, onder Huisvestingsverordening 2020, in onderdeel A, de passage: “Allereerst wordt de definitie van Bed & Breakfast (B&B) enigszins verduidelijkt. Een B&B is een deel van een zelfstandige woning. In de oude definitie stond: ‘een onzelfstandige woonruimte binnen de zelfstandige woonruimte’. Hoewel dit niet zozeer fout was, riep dit verwarring op met kamerverhuur waarbij sprake is van omzetting van een zelfstandige woonruimte naar meerdere onzelfstandige woonruimten. Om deze verwarring weg te nemen wordt thans gesproken van ‘een deel van de zelfstandige woonruimte’.” te wijzigen in: “Allereerst wordt de definitie van Bed & Breakfast (B&B) enigszins verduidelijkt. Een B&B is binnen een zelfstandige woning. In de oude definitie stond: ‘een onzelfstandige woonruimte binnen de zelfstandige woonruimte’. Hoewel dit niet zozeer fout was, riep dit verwarring op met kamerverhuur waarbij sprake is van omzetting van een zelfstandige woonruimte naar meerdere onzelfstandige woonruimten. Om deze verwarring weg te nemen wordt thans gesproken van ‘een ruimte binnen een zelfstandige woonruimte.” 4 In IL Artikelsgewijze toelichting, onder Huisvestingsverordening 2020, in onderdeel Il „artikel 3.9.6, eerste lid, de passage: ‘d. de ruimte waar de toeristen slapen is een deel van een zelfstandige woonruimte, inhoudende dat de verhuurde ruimte bouwkundig is verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen zit; Een B&B mag alleen worden gehouden in een deel van een zelfstandige woonruimte. De ruimte waar de toeristen slapen mag zodoende niet op zichzelf een zelfstandige woonruimte zijn en de ruimte dient direct bouwkundig verbonden te zijn met de woonruimte. Een woonruimte is zelfstandig als deze beschikt over (cumulatief) een eigen keuken, toilet, wasgelegenheid en opgang. Deze voorwaarde beschermt de samenstelling van de woonruimtevoorraad omdat anders een zelfstandige woonruimte die bewoond kan worden door een huishouden permanent verhuurd kan worden aan toeristen. Bergingen of zolders die alleen via een gemeenschappelijke ruimte bereikt kunnen worden mogen op grond van deze voorwaarde ook niet gebruikt worden als slaapverblijf voor de toeristen. Dit beschermt de leefbaarheid van de woningvoorraad. Het is niet wenselijk dat de toeristen op afstand slapen van de exploitant van de B&B die het toezicht moet kunnen houden en om te voorkomen dat buren overlast ervaren van toeristen in de gemeenschappelijke ruimtes. De verhuurde ruimte is dus bouwkundig verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen zit.’ te wijzigen in: ‘d. de ruimte die aan toeristen wordt verhuurd is een deel van een zelfstandige woonruimte; Een B&B mag alleen worden gehouden in een deel van de zelfstandige woning. Anders gezegd: een B&B mag niet op zichzelf een zelfstandige woonruimte zijn. Een woonruimte is zelfstandig als deze beschikt over (cumulatief) een eigen keuken, en een toilet, en een wasgelegenheid en een eigen opgang. Deze voorwaarde beschermt de samenstelling van de woonruimtevoorraad. Dit is zowel een voorwaarde die voor vergunningverlening wordt getoetst alsmede een gedraging 2 (voorschrift) die gedurende de vergunningstermijn getoetst wordt.’ 5. In Il. Artikelsgewijze toelichting, onder Huisvestingsverordening 2020, in onderdeel Il, artikel 3.9.6, tweede lid, de passage: ‘d. de toeristen slapen in het deel van de zelfstandige woonruimte zoals in de vergunning vermeld, inhoudende dat de verhuurde ruimte bouwkundig is verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen zit; en, Een B&B mag alleen worden gehouden in een deel van de zelfstandige woning. De ruimte waar de toeristen slapen mag zodoende niet op zichzelf een zelfstandige woonruimte zijn en de ruimte dient direct verbonden te zijn met de woonruimte. Een woonruimte is zelfstandig als deze beschikt over (cumulatief) een eigen keuken, toilet, wasgelegenheid en opgang. Dit voorschrift beschermt de samenstelling van de woonruimtevoorraad. Bergingen of zolders die alleen via een gemeenschappelijke ruimte bereikt kunnen worden mogen op grond van deze voorwaarde ook niet gebruikt worden als slaapverblijf voor de toeristen. Dit voorschrift beschermt de leefbaarheid van de woningvoorraad. De verhuurde ruimte is dus bouwkundig verbonden met de rest van de woonruimte zonder dat hier een verdieping, buitenplaats of andersoortige ruimte tussen. Dit onderdeel is zowel een voorwaarde die voor vergunningverlening wordt getoetst alsmede een gedraging (voorschrift) die gedurende de vergunningstermijn getoetst wordt.’ te wijzigen in: ‘d. de toeristen slapen in het deel van de zelfstandige woonruimte zoals in de vergunning vermeld; Een B&B mag alleen worden gehouden in een deel van de zelfstandige woning. Anders gezegd: een B&B mag niet op zichzelf een zelfstandige woonruimte zijn. Een woonruimte is zelfstandig als deze beschikt over (cumulatief) een eigen keuken, en een toilet, en een wasgelegenheid en een eigen opgang. Dit voorschrift beschermt de samenstelling van de woonruimtevoorraad. Dit is zowel een voorwaarde die voor vergunningverlening wordt getoetst alsmede een gedraging (voorschrift) die gedurende de vergunningstermijn getoetst wordt.’ Het lid van de gemeenteraad A.R. Hammelburg 3
Motie
3
discard
Bezoekadres > < Gemeente hes Amste rdam 1011 PN Amsterdam Postbus 202 1000 AE Amsterdam Telefoon 14 020 > < amsterdam.nl Retouradres: Postbus 202, 1000 AE Amsterdam Aan de leden van de gemeenteraad Datum 30 oktober 2019 Behandeld door Frank de Graaff en Cengiz Gelik Bijlage 1. Motie 400.19.Z Grooten c.s 2. Open brief VNG over jeugdzorg en GGZ 3. Open brief 276 wethouders aan partijgenoten in het kabinet en de coalitie in de Tweede Kamer Onderwerp Afhandeling motie 400.19.z Grooten c.s. - enorme tekorten inzake tekorten specialistische jeugdhulp 2018 Geachte raadsleden, Tijdens de raadsvergadering van 3 april 2019 is een motie ingediend door de leden Grooten, El Ksaihi, Boomsma, De Grave-Verkerk, La Rose, Kilig, Bloemberg-Issa, Simons, Flentge en Ceder. In deze motie (zie bijlage 1) wordt het college verzocht de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport met klem op te roepen de financiële middelen voor de groei van het aantal kinderen en jongeren in de jeugdhulp aan Amsterdam te doen toekomen. Hierbij wordt verwezen naar de groei van het aantal kinderen en jongeren in de jeugdhulp en het feit dat de hervormingen in de jeugdhulp tijd vraagt. Deze motie is door de raad unaniem aangenomen en inmiddels ook uitgevoerd al blijft de strekking van de motie van belang. Samen met onder andere de wethouder Financiën heb ik de VNG aangezet tot het opstellen van een landelijk breed gedragen open brief richting alle inwoners van Nederland. Deze brief is gepubliceerd in het Algemeen Dagblad van 8 mei jl. In deze brief (zie bijlage 2) geeft de VNG, namens alle Nederlandse gemeenten, aan dat er landelijk gezien een toename is van ruim 12% van jongeren die jeugdzorg nodig hebben terwijl er ook meer zorg nodig is voor mensen met psychische problemen en verward gedrag. De problemen in het sociaal domein en waar de motie zich op richt, worden door gemeenten in het gehele land gevoeld. Dit geldt zowel voor grote als voor kleine gemeenten. Er is een dringend beroep gedaan op het Rijk om gemeenten hierin in voldoende mate tegemoet te komen. Een routebeschrijving vindt v op www.amsterdam.nl. Gemeente Amsterdam Datum 30 oktober 2019 Kenmerk Pagina 2 van 2 Aanvullend op deze VNG brief heb ik samen met 275 andere wethouders Jeugd een open brief verstuurd aan onze partijgenoten in het kabinet (zie bijlage 3). Dit heeft er ertoe geleid dat het aanvankelijke bod van het Rijk is opgehoogd. Het Rijk heeft uiteindelijk voor de jaren 2019 tot en met 2021 € 1 miljard extra beschikbaar gesteld. Niet voldoende om de jeugdzorg zonder financiële knelpunten uit te kunnen voeren, maar niettemin een aanzienlijk bedrag waarmee de grootste knelpunten van dit moment kunnen worden opgepakt. Daarnaast wil ik v ook melden dat het Rijk nadrukkelijk geen extra middelen bekend heeft gemaakt voor de jaren 2022 en verder. Die laat zij over aan een nieuw kabinet. In het najaar van 2020 wordt er een nieuw onderzoek afgerond naar de volume- en vitgavenontwikkeling binnen jeugdhulp. De resultaten van dit onderzoek zullen naar verwachting dienen als inbreng voor de komende kabinetsformatie. Ik verzoek v om motie 400.19.z als afgehandeld te beschouwen. Hierbij wil ik echter wel benadrukken dat de strekking van de motie blijft gelden aangezien de extra incidentele financiële middelen naar verwachting niet genoeg zullen zijn. In mijn gesprekken met het Rijk zal ik aan de kaak blijven stellen dat er een structurele oplossing moet komen voor het tekort in de budgetten voor de jeugdhulp. Namens het college van burgemeester en wethouders, Simone Kukenheim Wethouder Jeugd Open brief aan onze partijgenoten in het kabinet en de coalitie in de Tweede Kamer 15 mei 2019 Geachte leden van het kabinet en Tweede Kamer, De rek is eruit. Hoewel we ons tot het uiterste willen inzetten voor de kinderen en jongeren in onze steden en dorpen naderen wij de grens van het mogelijke. En u heeft daar een beslissende rol in. Als het budget voor jeugdzorg niet voldoende en structureel wordt aangevuld vanuit het Rijk, plaatst u ons voor het onmogelijke. Wij scharen ons daarom volledig achter de open brief van de VNG over de jeugdzorg en de GGZ die vorige week in de media verscheen. Een ongekend signaal vanuit bittere noodzaak. Wij maken ons als wethouders van grote en kleine gemeenten uit heel Nederland enorme zorgen over de financiële tekorten. De afgelopen vier jaar hebben we het maximale gedaan om ondanks de bezuiniging van 450 miljoen euro de toegenomen vraag naar jeugdzorg op te vangen. Daarbij kwam dat het aantal jongeren dat wij met zorg bereiken met 12% is gestegen, in geld omgerekend 490 miljoen euro. Maar we kregen er geen cent bij. Zo doorgaan is onverantwoord. We zijn nog steeds heel gemotiveerd om alle kinderen en jongeren die hulp nodig hebben in onze gemeenten te helpen en ook willen we doorgaan met investeringen in preventieve zorg maar daar hebben we wel voldoende en structurele middelen voor nodig. Het water staat ons aan de lippen. Wij worden momenteel als wethouders gedwongen te bezuinigen. Ook op zaken die we juist hard nodig hebben om in de toekomst zorg te voorkomen. Armoedebestrijding, sportvoorzieningen, bibliotheken, onderwijsachterstandenbeleid, brandweer, veiligheidsbeleid en OZB verhoging, niets blijft ongemoeid. Dit heeft een tegenovergesteld effect van wat we als gemeenten en wethouders voor onze inwoners willen bereiken. En het leidt ook tot veel onbegrip in de samenleving. De brief van de VNG is ons dan ook uit het hart gegrepen. We zien dat de inhoud ervan gelukkig ook door zorginstellingen, ouders en cliënten wordt onderschreven. We sluiten ons aan bij de oproep van de VNG ‘om een gezamenlijke aanpak van één overheid’. Wij willen niet dat de mensen die wat extra hulp nodig hebben in de kou gezet worden. Samen met het Rijk willen wij flinke stappen zetten in het verbeteren van ons jeugdzorgstelsel. Wij vragen u, onze partijgenoten in het kabinet en de coalitie de handschoen op te pakken en ons voldoende, structurele middelen te geven om onze inwoners te helpen. Met vriendelijke groet, 276 Wethouders VVD, CDA, D'66 en ChristenUnie, Rijn Ambacht Lagemaat Voorburg De heer E. Drenth Gemeente Midden- CDA ED eme ® Michielsgestel Heuvelrug Nootdorp MSc Soeten De heer J. Boersma gemeente Midden- Christenunie A Giessendam | Deheerdrs.F.P. Berkhout | GemeenteAmstelveen _|D66 | | Mevrouw S. Kukenheim _ | Gemeente Amsterdam _|D66 | | Deheer H.E.deVroome _______|GemeenteArnhem _|D66 | | DeheerA.Trip ____________|GemeenteBorger-Odoorn _|D66 | | Mevrouw M.lestrade _______ | GemeenteBoxtel____|D66 | | MevrouwMA.E.deBie | GemeenteBreda _____|D66 | | DeheerJ.D.W. Klaasse | GemeenteDiemen _|D66 | | DeheerEJ. Huizinga | Gemeente Doetinchem _|D66 | | DeheerE.Eerenberg | GemeenteEnschede ___|D66 | |DeheerP.S.deRook | GemeenteGroningen __\D66 | De heer drs.J. Botter MPA __|GemeenteHaarlem _|D66 | | DeheerC.F.M.Bruggink | GemeenteHengelo ____|D66 | Ve IJssel | Mevrouw M.Elfferich _ | Gemeentelandsmeer _|D66 | | Mevrouw H.Tjeerdema___|Gemeenteleeuwarden _|D66 | | De heer mr. R.MJ. Martens | Gemeenteleudal ____|D66 | | Mevrouw GJ.M. Mijnen __ | Gemeente Montferland _|D66 | | DeheerP.CG. Koolen | GemeenteNederweert _|D66 | | Mevrouw M.C. vander Weele _| Gemeente Ouder-Amstel __|D66 | | De heer P.L van Meekeren ____| GemeentePurmerend _|D66 | | Deheer MR. Bregman __|GemeenteSchiedam _|D66 | | Mevrouw M. Hendrickx __ | Gemeente Tilburg __|D66 | | DeheerP.Vemer | GemeenteTynaarlo ___|D66 | | De heer mr. drs. V. Everhardt__| Gemeente Utrecht ___|D66 | | MevrouwA.Kleve | GemeenteVeendam __|D66 | | Deheer M.PJ.vanderPutten _ | GemeenteVenray _____|D66 | | De heer W.lJ.M.Vrijhoef | GemeenteVoorst ___|D66 | | Mevrouw. de Witte | Gemeente Zwijndrecht _|D66 | \RobinPaalvast | GemeenteZoetermeer __|D66 | | MikevanderGeld | GemeenteDenBosch __|D66 | JorikHuizinga ____________| Gemeente Doetinchem _|D66 | | DorusKlomberg ____________|GemeenteRheden _____|D66 | |A.H.vandeBurgwal_ | GemeenteBamneveld __|D66 | se Nootdorp | DeheerW.laeger | GemeenteHilversum _|D66 | | DeheerD.Smolenaers _______|gemeentedeBit _____|D66 | [W.J.Stegeman ________\gemeenteAmersfoort _|D66 | GJM. Mijnen \gemeente Montferland __\D66 \PdeBeer _________________\gemeenteBreda _____|D66 | Verstand | gemeenteRenkum _|D66 | \M.Sandmann | GemeenteApeldoorn ___|D66 | Mevr.K.Hagen | GemeenteRondevenen __|D66 | IJssel Nootdorp De heer B. Wijbenga-van Gemeente Rotterdam VVD evenaar jerre Michielsgestel Heuvelrug J. Borg Gemeente Midden VVD A
Motie
10
discard
ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille |DB-lid |Behandel- vergadering wijze AB 6 mei (V) Gebied centraal: 1011 EP In 6 mei (V) PvE en VO Munt Rode Loper [ORA [Informeren / Bespreken 6 mei (B) Mandaat fractieondersteuning aan SDS [Bestuur ORA [Besluiten (hamerpunt) 6 mei (TK) Raadsadres bekendmakingen over Communi- ORA [TK woonboten (okt-2013) catie 6 mei (TK) Raadsadres bewonersvertegenwoordiging [Verkeer PNX [TK bij touringcaroverleg 6 mei (TK) Raadsadres huurachterstand Akantes tE Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz, 1 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille [DB-lid |Behandel- vergadering wijze AB 20 mei (V) _ [Gebied centraal: West Ne Bespreken 20 mei (V) Meerjarenplan projecten (MJP) OR-inrichting 6 mei (V) Aanvraag vergunning tuinhuis Bouwen & PNX [Bespreken Herengracht 572 Wonen 20 mei (V/B) [Holocaustnamen-monument Wertheimpark 20 mei (V/B) [Gemeentelijke monumentaanwijzing van [Monumenten [PNX Amstel 135-141 (Amstelzicht) 20 mei (V) Raadadres over BG-terrein | Pesten 20 mei (TK) _ [Raadsadres SOHO House __ A Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz. 2 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille [DB-lid |[Behandel- vergadering wijze AB 3 juni (V) Gebied centraal: 1012 PRA Bespreken Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz. 3 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille |DB-lid |Behandel- vergadering wijze AB 17 juni (V) _ [Gebied centraal: Zuid PX Bespreken 17 juni (B) Vaststellen definitief Reglement van Orde 17 juni (B) Meerjarenplan projecten (MJP) OR-inrichting Besluiten / Adviseren 17 juni (V) Petitie over (pilot) buurtparkeren ES 17 juni (V) Brief aan AB overdracht pand Westerstraat RNG [Bespreken 106 aan Stichting Nederlands Piano(la) Museum 17 juni (V) Brief aan AB van Clientbelang over PNX [Bespreken vergunningsvrije plantenbakken op smalle troittoirs 17 juni (V) Brieven aan AB omgevingsvergunning Gebied Oost [PNX [Bespreken supermarkt aan de Plantage Middenlaan 19-21 (5 stuks 17 juni (V) Brief aan AB inhoud zelfbeheercontract PNX [Bespreken watertuinen 17 juni (V) Brief aan AB verzoek om wijziging PNX [Bespreken bestemming Oudezijds Voorburgwal 143 A A Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz, 4 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille [DB-lid [Behandel- vergadering wijze AB 1 juli (V) Gebied centraal: Oost Ne Bespreken LM Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz. 5 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls Datum AB- Portefeuille [DB-lid |[Behandel- vergadering wijze AB ZOMERRECES (7 juli - 17 aug) 15 juli (V) Gebied centraal: 1011 OO A A | 5 aug (V) Gebied centraal: West A A A | Gebied centraal: 1012 A A A A Gebied centraal: Zuid ___________[PNX Bespreken | 2 sept (V) Tussentijdse evaluatie HUP 2014 Handhaving ORA LO 2 dec (V/B) PvE + Kredietbesluit Vijzelgrachtgarage [Parkeer- PNX garages Versie: 30-4-2014, 18:24 Blz. 6 van 6 R:\Bestuur\Raadsgriffie\Bestuursdoc\2014\AB - Termijnagenda\ABST20140506-V-TK-Termijnagenda(WEB).xls
Agenda
6
discard
VN2021-014130 Gemeenteraad Gri % Gemeente RAAD % Amsterdam Voordracht voor de raadsvergadering van 16 juni 2021 Portefeuille Raadsaangelegenheden Agendapunt 0 Datum besluit 10 mei 2021 Onderwerp Vaststellen van de financiële bijdragen betreffende de fractieondersteuning over 2020 De gemeenteraad van Amsterdam besluit voor het jaar 2020 op basis van de accountantsverklaringen en overeenkomstig de Verordening op de fractieondersteuning 2009 de financiële bijdragen betreffende de fractieondersteuning van de hierna te noemen stichtingen als volgt vast te stellen: JAARLIJKS VOORSCHOT 2020 FVD (voorheen LCF) € 15.439 Wettelijke grondslag Gemeentewet, art. 33 Bestuurlijke achtergrond Aan de orde is het vaststellen van de financiële bijdragen betreffende de fractieondersteuning over het jaar 2020 op grond van de daartoe ingediende financiële verantwoordingen door de betreffende stichtingen. Ingevolge de verordening op de fractieondersteuning 2009 dienen de bijdragen tegelijk met de vaststelling van de gemeentelijke jaarrekening te worden vastgesteld. Onderbouwing besluit Gegenereerd: vl.9 1 VN2021-014130 % Gemeente Gemeenteraad arie X Amsterdam RAAD % Voordracht voor de raadsvergadering van 16 juni 2021 In april 2020 heeft een splitsing van de fractie Forum voor Democratie (thans JA21) plaatsgevonden en is de Liberaal-conservatieve Fractie (thans Forum voor Democratie) met één zetel gevormd. Ingevolge de verordening op de fractieondersteuning heeft met ingang van de maand volgend op de afsplitsing de nieuw gevormde fractie uitsluitend aanspraak op het variabele bedrag en wordt deze aanspraak in mindering gebracht op de financiële bijdrage van de fractie in oude samenstelling. Dit heeft tot gevolg dat de financiële bijdrage voor JA21 (voorheen Forum voor Democratie) in 2020 is verminderd met € 15.439 (8/12 x € 23.159) ten gunste van de nieuwe fractie Forum voor Democratie (voorheen Liberaal-conservatieve fractie). In het voorstel tot vaststelling van de financiële bijdragen is met het vorenstaande rekening gehouden. Voor het overige geven de financiële verantwoordingen en de accountantsverslagen het presidium geen aanleiding af te wijken van de bij raadsbesluit van 18 december 2019 vastgestelde hoogte van de in 2020 per kwartaal te ontvangen voorschotten. Financiële onderbouwing Conclusie De genoemde beslispunten in de voordracht hebben geen financiële consequenties. Geheimhouding n.v.t. Welke stukken treft v aan AD2021-051466 Fractieverantwoording Bla. pdf (pdf) AD2021-051467 Fractieverantwoording CDA.pdf (pdf) AD2021-051468 Fractieverantwoording CU.pdf (pdf) AD2021-051469 Fractieverantwoording D66. pdf (pdf) AD2021-051470 Fractieverantwoording DENK.pdf (pdf) AD2021-051471 Fractieverantwoording FVD.pdf (pdf) AD2021-051472 Fractieverantwoording GroenLinks.pdf (pdf) AD2021-051473 Fractieverantwoording JA21. pdf (pdf) AD2021-051474 Fractieverantwoording PvdA.pdf (pdf) AD2021-051854 Fractieverantwoording PvdD.pdf (pdf) AD2021-051475 Fractieverantwoording PvdO.pdf (pdf) AD2021-051476 Fractieverantwoording SP.pdf (pdf) AD2021-051477 Fractieverantwoording VVD. pdf (pdf) AD2021-051456 Gemeenteraad Voordracht (pdf) Ter Inzage | Registratienr. | Naam Gegenereerd: vl.9 2 VN2021-014130 % Gemeente Gemeenteraad Griffie % Amsterdam RAAD % Voordracht voor de raadsvergadering van 16 juni 2021 Behandelend ambtenaar (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Raadsgriffie, George Dikhout, o2o 5522213, [email protected] Gegenereerd: vl.9 3
Voordracht
3
train
x Gemeente Amsterdam R % Gemeenteraad Gemeenteblad % Motie Jaar 2017 Afdeling 1 Nummer 391 Publicatiedatum 19 mei 2017 Ingekomen onder Al Ingekomen op donderdag 11 mei 2017 Behandeld op donderdag 11 mei 2017 Status Aangenomen Onderwerp Motie van de leden Kaya, Ruigrok en N.T. Bakker inzake het rapport “Sturen op een divers winkelgebied” (steun en voorlichting aan kleine winkeliers op het gebied van huurrecht). Aan de gemeenteraad Ondergetekenden hebben de eer voor te stellen: De raad, Gehoord de discussie over het rapport “Sturen op een divers winkelgebied” (Gemeenteblad afd. 1, nr. 315). Overwegende dat: — het Amsterdamse college werkt aan de diversiteit van het winkelaanbod c.q. zich inspant om afname van diversiteit van het winkelaanbod te beperken en te voorkomen; — in sommige delen van Amsterdam toeristische functies dominant dreigen te worden ten opzichte van andere functies; — grotere passantenstromen van toeristen en dagjesmensen in combinatie met de mogelijkheid van hogere winstmarges dankzij de verkoop van op toeristen gerichte producten de huurprijzen van winkels opdrijft; — mede hierdoor buurtwinkels, voorzieningen voor bewoners en speciaalzaken verder onder druk komen te staan en (dreigen te) verdwijnen uit sommige winkelgebieden; — kleine ondernemers de worden geconfronteerd met forse huurstijgingen niet altijd de kennis hebben van het huurrecht, noch de middelen voor juridisch advies en bijstand, zeker in vergelijking tot grote vastgoedpartijen waar zij van huren; — het college op dit moment voor ondernemers langs het tracé van de Noord/Zuidlijn een aanpak ontwikkelt waarbij kleine ondernemers een beroep kunnen doen op juridische advisering en ondersteuning; — het wenselijk is dat ook kleine ondernemers in andere delen van Gentrum die onder druk staan worden voorgelicht over het huurrecht en/of ondersteuning kunnen krijgen; — vanzelfsprekend ondernemers een eigen verantwoordelijkheid hebben voor hun bedrijfsvoering; — Amsterdammers voor al hun vragen en klachten over wonen al terecht kunnen bij WOON, dat subsidie krijgt van de gemeente. 1 Jaar 2017 Gemeente Amsterdam R Afdeling 1 Gemeenteraad Nummer 391 Moti Datum _ 19 mei 2017 one Verzoekt het college van burgemeester en wethouders: 1. de mogelijkheden te onderzoeken om in specifieke gevallen en in specifieke gebieden waar de diversiteit van het winkelaanbod onder druk staat ondersteuning en/of (onafhankelijke) advisering kan bieden op het gebied van het huurrecht aan kleine ondernemers; 2. samen met relevante partners zoals MKB Amsterdam een voorlichtings- en bewustwordingscampagne over huurrecht voor kleine ondernemers op te zetten; 3. hierover vóór het zomerreces 2017 te rapporteren aan de raad. De leden van de gemeenteraad M. Kaya M.H. Ruigrok N.T. Bakker 2
Motie
2
discard
VN2023-023454 X Gemeente Raadscommissie voor Stadsontwikkeling, Masterplan Nieuw-West, S O Bestuurs- en : ‘ managementadviseri hg Amsterdam Masterplan Zuidoost, Aanpak Binnenstad, Aanpak Noord Voordracht voor de Commissie SO van 15 november 2023 Ter kennisneming Portefeuille Masterplan Nieuw-West Agendapunt 1 Datum besluit Onderwerp Advies rechtspositie voor de Alliantie van het Nationaal Programma Samen Nieuw-West De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van de raadsinformatiebrief over het advies rechtspositie van de alliantie Nationaal Programma Samen Nieuw-West en in de bijlage het advies van het programmabureau. Wettelijke grondslag Artikel 169 van de Gemeentewet Bestuurlijke achtergrond Bij de bespreking van het convenant Wij zijn Samen Nieuw-West in de raadscommissie van 5 juli jl is de rechtspersoon van de alliantie ter sprake geweest. Reden bespreking Uitkomsten extern advies Het advies van het programmabureau van het Nationaal Programma Samen Nieuw-West luidt om - voorlopig- geen verdere actie te ondernemen op het onderzoeken, laat staan initiëren van het formaliseren van de alliantie in een autonome rechtspersoon. Het alliantiebestuur heeft dit advies op 28 september jl. overgenomen. Geheimhouding Nvt. Uitgenodigde andere raadscommissies Nvt. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? Nee. Welke stukken treft v aan? Gegenereerd: vl.13 1 VN2023-023454 % Gemeente Raadscommissie voor Stadsontwikkeling, Masterplan Nieuw-West, Bestuurs en % Amsterdam Masterplan Zuidoost, Aanpak Bi d, Aanpak Noord managementadviseri% asterplan Zuidoost, Aanpak Binnenstad, Aanpak Noor Voordracht voor de Commissie SO van 15 november 2023 Ter kennisneming AD2023-080801 Advies rechtspersoon Programmateam.pdf (pdf) AD2023-080789 Commissie SO Voordracht (pdf) Raadsinformatiebrief advies rechtspositie alliantie NPSNW AD2023-080799 ondertekend.pdf (pdf) Ter Inzage Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) S. Alta, [email protected], tel. 06 8363 2195 Gegenereerd: vl.13 2
Voordracht
2
train
x Gemeente Amsterdam W E % Raadscommissie voor Werk, Participatie en Inkomen, Armoede, Coördinatie 3d , Economie, Zeehaven en Luchthaven en Gemeentelijke Deelnemingen % Gewijzigde agenda, woensdag 17 mei 2017 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Raadscommissie voor Werk, Participatie en Inkomen, Armoede, Coördinatie 3d , Economie, Zeehaven en Luchthaven en Gemeentelijke Deelnemingen Tijd 13:30 tot 17:00 uur Locatie De Rooszaal Algemeen 1 Opening procedureel gedeelte 2 Mededelingen 3 Vaststellen agenda 4 Conceptverslag van de openbare vergadering van de Raadscommissie WE d.d. 12.04.2017 e Tekstuele wijzigingen worden voor de vergadering aan de commissiegriffier doorgegeven, commissieWE @raadsgriffie.amsterdam.nl 5 Termijnagenda, per portefeuille 6 _TKN-lijst 7 _ Opening inhoudelijk gedeelte 8 _Inspreekhalfuur Publiek 9 Actualiteiten en mededelingen 10 Rondvraag Degenen die bij één van de agendapunten wensen in te spreken, kunnen tot 24 uur voor de aanvang van de vergadering spreektijd aanvragen bij de raadsgriffie telefoon 020-5522062. De vermelde aanvangstijden zijn slechts richtlijnen waaraan geen rechten kunnen worden ontleend. Men dient derhalve tijdig aanwezig te zijn. Voor degenen die gebruik willen maken van het “inspreekhalfuur” geldt het bovenstaande ook, met dien verstande dat men het onderwerp dient aan te geven en dat het onderwerp niet als agendapunt op de agenda staat. De vergaderingen en de verslaglegging daarvan zijn openbaar. Van deze vergaderingen worden geluids- en beeldregistraties gemaakt. De agenda van de raadscommissie is ook te vinden op internet: www.gemeenteraad.amsterdam.nl. Voor algemene informatie: info @gemeenteraad.amsterdam.nl 1 Gemeente Amsterdam W E Raadscommissie voor Werk, Participatie en Inkomen, Armoede, Coördinatie 3d , Economie, Zeehaven en Luchthaven en Gemeentelijke Deelnemingen Gewijzigde agenda, woensdag 17 mei 2017 Werk, Participatie en Inkomen 11 Brief ontruimingscijfers 2016 en beëindiging uitvoerende rol gemeente bij ophalen en opslaan inboedels ontruimde woningen. Nr. BD2017-005111 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Roosma (GL). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12.04.2017. 12 Aanpak Armoede Taal en Laaggeletterdheid Nr. BD2017-005479 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Roosma (GL). e Was TKN 6 in de vergadering van 22.03.2017. e De commissie JC is hierbij uitgenodigd, 13 Uitwerking stedelijke kaders handhaving binnen Werk en Inkomen Nr. BD201 7- 005109 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e Was TKN 2 in de vergadering van 22.03.2017. e _ Uitgesteld in de vergadering van 12.04.2017. 14 Nadere schriftelijke vragen van het lid Poot op haar schriftelijke vragen van 22 januari 2016 inzake het opstellen van een zwarte lijst voor bijstandsfraudeurs binnen de G4 Nr. BD2017-005110 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e Was TKN 1 in de vergadering van 22.03.2017. e _ Uitgesteld in de vergadering van 12.04.2017. 15 Brede integrale afweging instrumenten armoedebeleid Nr. BD2017-004142 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 16 Scholierenvergoedinggodsdienstlessen Nr. BD2017-005206 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 17 Beantwoording toezeggingen bij de behandeling van de evaluatie WPI onkostenvergoedingsregeling (TA2017-000310) Nr. BD2017-003685 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 2 Gemeente Amsterdam W E Raadscommissie voor Werk, Participatie en Inkomen, Armoede, Coördinatie 3d , Economie, Zeehaven en Luchthaven en Gemeentelijke Deelnemingen Gewijzigde agenda, woensdag 17 mei 2017 18 Jaarrapportage Aanpak Jeugdwerkloosheid 2016 Nr. BD2017-005351 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e De commissie JC is hierbij uitgenodigd, 19 Evaluatie Perspectiefbanen Nr. BD2017-005176 , _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 20 Pilot participatievouchers in stadsdeel Oost Nr. BD2017-005112 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. e Geagendeerd op verzoek van het lid Poot (VVD). e _ Uitgesteld in de vergadering van 12.04.2017. TOEGEVOEGD AGENDAPUNT Werk, Participatie en Inkomen 21 Vaststellen Visie op Sociaal Werk Amsterdam Nr. BD2017-004988 e _Terbespreking en voor kennisgeving aannemen. 3
Agenda
3
train
VN2021-035784 Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Griffie % Gemeente Marineterrein Energietransitie RO % Amsterdam ' Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter bespreking en ter kennisneming Portefeuille Ruimtelijke Ordening Agendapunt 16 Datum besluit n.v.t. n.v.t. Onderwerp Bespreken raadsadres van Amstel uitvaarten inzake de zoektocht naar een fysieke 24-uurs af- scheidslocatie voorafgaand aan de uitvaart De commissie wordt gevraagd Kennis te nemen van raadsadres van Amstel uitvaarten inzake de zoektocht naar een fysieke 24,- uurs afscheidslocatie voorafgaand aan de uitvaart VN2021-029214. Dit is raadsadres 24 van de raadsvergadering van 10-11-2021. Wettelijke grondslag Artikel 26 Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam: Lid 3. Elk lid van de commissie kan voorstellen doen tot behandeling van onderwerpen die niet op de agenda staan met uitzondering van initiatiefvoorstellen. Het lid van de commissie dient het voorstel daartoe minstens vijf werkdagen voor de vergadering schriftelijk bij de commissiegriffier in. Bestuurlijke achtergrond Mensen die afscheid willen nemen van hun dierbare kiezen in veel gevallen voor een opbaring thuis. Helaas heeft niet iedereen daar ruimte voor, zeker niet in Amsterdam. In dat geval bezoekt men in veel gevallen een vitvaartcentra met zogenaamde 24-uurs kamers. Dat zijn afscheidsruimtes met huiselijke inrichting waar mensen middels een eigen sleutel op elke gewenst moment bij hun dierbare kunnen zijn. Een vitkomst voor mensen die daar thuis geen gelegenheid voor hebben. In Amsterdam leven meer dan 820.000 mensen en overlijden er rond 6.000 mensen per jaar. En juist in de stad waar mensen het krapst behuisd zijn en geen ruimte hebben om een overleden dierbare thuis op te baren, zijn er amper 24-uurs kamers. Eris welgeteld 2 plek met 24-uurs kamers binnen de ring van Amsterdam: begraafplaats Buitenveldert op de Zuid-as en de enige andere bevindt zich op herdenkingspark Westgaarde in Amsterdam-Osdorp. Hier ligt een sociaal-maatschappelijke behoefte voor Amsterdammers aangezien er veel gezinnen zijn die te weinig ruimte hebben voor een thuisopbaring. Voor deze mensen is het alleen mogelijk om afscheid te nemen in centrale koelingen met bezoek op afspraak. Dus zelfs na hun dood hebben Amsterdamse doden moeite met het vinden van een geschikte huiselijke omgeving. Bovendien kost zo een bezoek al snel honderden euro's. Daarom wil D66 met de commissie RO het gesprek aangaan om te kijken naar de mogelijkheden voor een groter aanbod aan 24-uurs kamers in Amsterdam. Reden bespreking o.v.v. het lid Warmerdam Uitkomsten extern advies Gegenereerd: vl.3 1 VN2021-035784 % Gemeente Raadscommissie voor Ruimtelijke Ordening, Grondzaken, Zuidas en Griffie % Amsterdam > % Marineterrein, Energietransitie Voordracht voor de Commissie RO van 19 januari 2022 Ter bespreking en ter kennisneming n.v.t. Geheimhouding n.v.t. Uitgenodigde andere raadscommissies n.v.t. Wordt hiermee een toezegging of motie afgedaan? hee Welke stukken treft v aan? AD2021-136826 Commissie RO (a) Voordracht (pdf) Raadsadres zoektocht naar fysieke 24-uurs afscheidslocatie voorafgaand AD2021-136825 ‚ aan de uitvaart. pdf (pdf) Ter Inzage Registratienr. Naam Behandelend ambtenaar of indienend raadslid (naam, telefoonnummer en e-mailadres) Het lid Warmerdam (D66) Gegenereerd: vl.3 2
Voordracht
2
discard