premise_en
stringlengths
7
402
premise_nl
stringlengths
8
417
hypothesis_en
stringlengths
0
295
hypothesis_nl
stringlengths
1
308
label
int32
0
2
explanation_1_en
stringlengths
0
917
explanation_1_nl
stringlengths
3
766
explanation_2_en
stringclasses
1 value
explanation_2_nl
stringclasses
1 value
explanation_3_en
stringclasses
1 value
explanation_3_nl
stringclasses
1 value
da_premise
stringlengths
3
6
mqm_premise
stringlengths
3
7
da_hypothesis
stringlengths
3
6
mqm_hypothesis
stringlengths
3
6
da_explanation_1
stringlengths
3
6
mqm_explanation_1
stringlengths
3
7
da_explanation_2
stringclasses
1 value
mqm_explanation_2
stringclasses
1 value
da_explanation_3
stringclasses
1 value
mqm_explanation_3
stringclasses
1 value
A man is sitting outside playing music.
Een man zit buiten muziek te spelen.
A guy is outdoors.
Er is een kerel buiten.
0
outdoor and outside is the same place
buiten en buiten is dezelfde plaats
0.4979
0.1352
0.2963
0.1282
0.0161
0.1152
A man is sitting outside playing music.
Een man zit buiten muziek te spelen.
A man is sleeping.
Een man slaapt.
2
The man cannot be both playing music and sleeping at the same time.
De man kan niet tegelijkertijd muziek spelen en slapen.
0.4961
0.1352
0.6992
0.1271
0.5305
0.1213
A man is sitting outside playing music.
Een man zit buiten muziek te spelen.
A man is playing music on his birthday.
Een man speelt muziek op zijn verjaardag.
1
playing and sitting are different actions
spelen en zitten zijn verschillende acties
0.4959
0.1353
0.8188
0.1131
0.0959
0.1142
A man is laying back while a man and woman look in his direction.
Een man ligt achterover terwijl een man en vrouw in zijn richting kijken.
The woman has no eye sight.
De vrouw heeft geen zicht.
2
A woman cannot be a man.
Een vrouw kan geen man zijn.
0.6465
0.1206
0.6796
0.1112
0.805
0.1287
A man is laying back while a man and woman look in his direction.
Een man ligt achterover terwijl een man en vrouw in zijn richting kijken.
The man is reclining to catch some sun and the woman's attention.
De man ligt te zonnen en de aandacht van de vrouw.
1
Laying back does not imply it is to catch some sun or the woman's attention.
Achteruit liggen betekent niet dat het is om wat zon of de aandacht van de vrouw te vangen.
0.6465
0.1206
0.0001
0.072
0.0
0.077
A man is laying back while a man and woman look in his direction.
Een man ligt achterover terwijl een man en vrouw in zijn richting kijken.
The woman looks at a man.
De vrouw kijkt naar een man.
0
This refers to woman looking at a man laying back.
Dit verwijst naar een vrouw die kijkt naar een man die zich teruglegt.
0.6465
0.1206
0.3116
0.1203
0.0004
0.0915
A group of people sit on a bench outside that looks like a tree trunk.
Een groep mensen zit op een bank buiten die eruit ziet als een boomstam.
A group of people sitting on a bench outdoors.
Een groep mensen die buiten op een bank zitten.
1
people atha sit on a bench, may not be sitting at present.
Mensen die op een bank zitten, zitten nu misschien niet.
0.6326
0.1168
0.3251
0.1321
0.1774
0.0916
A group of people sit on a bench outside that looks like a tree trunk.
Een groep mensen zit op een bank buiten die eruit ziet als een boomstam.
A group of people sitting on a bench.
Een groep mensen op een bank.
0
bench is outside
bank is buiten
0.6324
0.1168
0.3124
0.1254
0.0001
0.1034
A group of people sit on a bench outside that looks like a tree trunk.
Een groep mensen zit op een bank buiten die eruit ziet als een boomstam.
A group of people sleeping on wooden benches.
Een groep mensen die op houten banken slapen.
2
Either the group sit on a single bench or they are sleeping on multiple benches. One bench cannot accommodate one group in this instance.
Ofwel zit de groep op één bank of slapen ze op meerdere banken. Eén bank kan in dit geval niet één groep tegemoet komen.
0.6324
0.1168
0.5665
0.1253
0.1317
0.1127
Spanish dancers perform in the street.
Spaanse dansers treden op straat op.
A spanish couple watches a play
Een spaans stel kijkt naar een toneelstuk
2
Either the couple perform outside on the street or the couple sits inside and watches a play. They cannot occupy two spaces at once.
Of het echtpaar speelt buiten op straat of het echtpaar zit binnen en kijkt naar een toneelstuk. Ze kunnen geen twee ruimtes tegelijk innemen.
0.5486
0.1331
0.5093
0.1376
0.3524
0.1131
Spanish dancers perform in the street.
Spaanse dansers treden op straat op.
The performers are dancing outdoors
De performers dansen buiten.
0
street and outdoors is the same place
straat en buiten is dezelfde plek
0.5486
0.1331
0.2805
0.11
0.23
0.1176
Spanish dancers perform in the street.
Spaanse dansers treden op straat op.
There is a large crowd wating the performers
Er is een grote menigte met de performers
1
Just because dancers perform in the the street, does not mean a large crowd is there.
Gewoon omdat dansers optreden in de straat, betekent niet dat er een grote menigte is.
0.5491
0.1331
0.0929
0.1114
0.6878
0.1437
Three people, two seated on a large rolled up piece of artifcial turf and a female standing talking to one of the seated men.
Drie mensen, twee zittend op een groot opgerold stuk kunstgras en een vrouwtje staat te praten met een van de zittende mannen.
A woman was standing and talking to two men who were on artificial turf.
Een vrouw stond en sprak met twee mannen die op kunstgras waren.
0
men are seated
Mannen zitten.
0.2405
0.1029
0.4717
0.1268
0.0002
0.1102
Three people, two seated on a large rolled up piece of artifcial turf and a female standing talking to one of the seated men.
Drie mensen, twee zittend op een groot opgerold stuk kunstgras en een vrouwtje staat te praten met een van de zittende mannen.
Three people were sitting in the grass talking.
Drie mensen zaten in het gras te praten.
2
Either the people are sitting on artificial turf or on natural grass. They cannot sit on both simultaneously.
Ofwel de mensen zitten op kunstgras of op natuurgras. Ze kunnen niet zitten op beide tegelijk.
0.2405
0.1029
0.6745
0.1431
0.3926
0.1353
Three people, two seated on a large rolled up piece of artifcial turf and a female standing talking to one of the seated men.
Drie mensen, twee zittend op een groot opgerold stuk kunstgras en een vrouwtje staat te praten met een van de zittende mannen.
A female was talking to a man who was seated on artificial turf with another woman.
Een vrouwtje sprak met een man die met een andere vrouw op kunstgras zat.
1
Men were seated, not a woman.
Mannen zaten, geen vrouw.
0.2403
0.1029
0.2469
0.1133
0.2046
0.0999
Concert in what seems to be a very small venue with a fair amount of people.
Concert in wat lijkt op een zeer kleine locatie met een redelijk aantal mensen.
The concert filled the biggest arena in the world.
Het concert vulde de grootste arena ter wereld.
2
Either the concert fills a small venue or the biggest arena. One concert cannot both fill a small venue and a large one simultaneously.
Of het concert vult een kleine zaal of de grootste arena. Een concert kan niet beide een kleine zaal en een grote tegelijkertijd vullen.
0.3102
0.1204
0.9494
0.1588
0.3991
0.1029
Concert in what seems to be a very small venue with a fair amount of people.
Concert in wat lijkt op een zeer kleine locatie met een redelijk aantal mensen.
The concert was small which was appropriate given that it was a preschool choir.
Het concert was klein wat passend was gezien het feit dat het een kleuterkoor was.
1
A concert does not have given by a preschool choir
Een concert heeft niet gegeven door een kleuterkoor
0.3102
0.1204
0.6793
0.127
0.093
0.093
Concert in what seems to be a very small venue with a fair amount of people.
Concert in wat lijkt op een zeer kleine locatie met een redelijk aantal mensen.
The concert played to an intimate venue.
Het concert speelde op een intieme locatie.
0
small venue are intimate
kleine locatie zijn intiem
0.3119
0.1203
0.8403
0.1213
0.0
0.1004
A woman walking in front of concrete barricades
Een vrouw die voor betonnen barricades loopt
A woman is walking
Een vrouw loopt.
0
A woman walking is part of the description of her in front of concrete barricades.
Een vrouw die loopt maakt deel uit van de beschrijving van haar voor betonnen barricades.
0.2624
0.1259
0.5042
0.1301
0.0012
0.087
A woman walking in front of concrete barricades
Een vrouw die voor betonnen barricades loopt
A woman is sitting on a concrete pillar at a concert
Een vrouw zit op een betonnen pilaar bij een concert
2
A woman cannot be sitting and walking at the same time.
Een vrouw kan niet tegelijkertijd zitten en lopen.
0.2624
0.1259
0.916
0.139
0.7339
0.1415
A woman walking in front of concrete barricades
Een vrouw die voor betonnen barricades loopt
The woman is walking in front of some barricades at night
De vrouw loopt's nachts voor barricades.
1
Walking does not imply at night.
Lopen betekent niet's nachts.
0.2624
0.1258
0.186
0.1198
0.0002
0.0859
A man playing guitar performing to a crown inside of a bar.
Een man die gitaar speelt en opvoert naar een kroon in een bar.
A man is playing a piano at a bar.
Een man speelt piano in een bar.
2
A piano is not guitar.
Een piano is geen gitaar.
0.0
0.0669
0.9274
0.1342
0.9343
0.1304
A man playing guitar performing to a crown inside of a bar.
Een man die gitaar speelt en opvoert naar een kroon in een bar.
A man is performing for the last time.
Een man treedt voor de laatste keer op.
1
Playing a guitar does not imply it being the last time.
Het spelen van een gitaar betekent niet dat het de laatste keer is.
0.0
0.0669
0.4681
0.1197
0.7015
0.1139
A man playing guitar performing to a crown inside of a bar.
Een man die gitaar speelt en opvoert naar een kroon in een bar.
A guitarist is performing at a bar.
Een gitarist treedt op in een bar.
0
A man may be a guitarist.
Een man kan een gitarist zijn.
0.0
0.0669
0.7782
0.135
0.9572
0.1201
Child running on the beach.
Een kind rent op het strand.
The child is sitting alone at the computer desk.
Het kind zit alleen bij de computer.
2
Either the child is running on the beach or sitting at the desk. Child cannot occupy two spaces at once.
Of het kind rent op het strand of zit aan het bureau. Kind kan geen twee ruimtes tegelijk.
0.3471
0.1334
0.3923
0.1271
0.0001
0.1017
Child running on the beach.
Een kind rent op het strand.
The child is near the sand.
Het kind is vlakbij het zand.
0
a beach often has sand on it
een strand heeft vaak zand erop
0.349
0.1333
0.4787
0.1164
0.8448
0.1565
Child running on the beach.
Een kind rent op het strand.
The child is crying.
Het kind huilt.
1
A child can be any emotion, not just crying.
Een kind kan elke emotie zijn, niet alleen huilen.
0.3485
0.1334
0.9662
0.1371
0.2347
0.0918
people at the bar singing
mensen aan de bar zingen
Humans singing.
Mensen zingen.
0
people are humans
mensen zijn
0.3789
0.1111
0.0003
0.1182
0.0376
0.1076
people at the bar singing
mensen aan de bar zingen
People practicing their karaoke at a bar.
Mensen oefenen hun karaoke in een bar.
1
Singing does not mean karaoke, just because a location is a bar.
Zingen betekent niet karaoke, alleen omdat een locatie een bar is.
0.3804
0.1111
0.7332
0.1097
0.6433
0.1183
people at the bar singing
mensen aan de bar zingen
People fighting in a bar.
Mensen vechten in een bar.
2
Either the people are singing at the bar or are fighting in the bar. They cannot perform both actions at the same time.
Ofwel zingen de mensen in de bar ofwel vechten ze in de bar. Ze kunnen beide acties niet tegelijkertijd uitvoeren.
0.3804
0.1111
0.7449
0.1307
0.5218
0.1258
A little girl runs on the wet sand near the ocean.
Een klein meisje loopt op het natte zand bij de oceaan.
Her feet don't get wet.
Haar voeten worden niet nat.
2
One's feet cannot don't get wet if on wet sand.
Je voeten kunnen niet nat worden als op nat zand.
0.86
0.1497
0.4814
0.1225
0.0001
0.0826
A little girl runs on the wet sand near the ocean.
Een klein meisje loopt op het natte zand bij de oceaan.
She is playing tag with her older brother.
Ze speelt tag met haar oudere broer.
1
A girls runs on the sand for many reason, not just to be playing tag with older brother, the girl may be alone.
Een meisje loopt om vele redenen op het zand, niet alleen om tag te spelen met oudere broer, het meisje kan alleen zijn.
0.8588
0.1497
0.3412
0.0916
0.0001
0.0825
A little girl runs on the wet sand near the ocean.
Een klein meisje loopt op het natte zand bij de oceaan.
Her feet sink into the sand.
Haar voeten zinken in het zand.
0
her is a description of a girl
haar is een beschrijving van een meisje
0.8602
0.1496
0.708
0.1218
0.5583
0.1096
A little boy runs away from the approaching waves of the ocean.
Een jongetje rent weg van de naderende golven van de oceaan.
A little boy is sailing on a boat with his dad.
Een kleine jongen zeilt met zijn vader op een boot.
2
Once cannot be sailing and running away at the same time.
Eens kan niet tegelijkertijd varen en wegrennen.
0.3646
0.1291
0.9054
0.1432
0.0008
0.087
A little boy runs away from the approaching waves of the ocean.
Een jongetje rent weg van de naderende golven van de oceaan.
A little boy is playing by chasing the waves and running from them.
Een kleine jongen speelt door de golven te jagen en voor hen te vluchten.
1
Runs away does not imply chasing the waves.
Wegrent betekent niet dat je de golven achtervolgt.
0.3637
0.1291
0.0
0.0746
0.0
0.0802
A little boy runs away from the approaching waves of the ocean.
Een jongetje rent weg van de naderende golven van de oceaan.
A little boy runs away from the waves.
Een jongetje loopt weg van de golven.
0
approaching waves of the ocean is away from the waves
naderende golven van de oceaan is weg van de golven
0.364
0.1292
0.2527
0.1071
0.0
0.0676
A young girl runs across a wet beach with the ocean in the background.
Een jong meisje loopt over een nat strand met de oceaan op de achtergrond.
A girl runs across a beach.
Een meisje loopt over een strand.
0
runs across a wet beach is the same with more description as runs across a beach
loopt over een nat strand is hetzelfde met meer beschrijving als loopt over een strand
0.732
0.1467
0.6705
0.1456
0.0
0.0848
A young girl runs across a wet beach with the ocean in the background.
Een jong meisje loopt over een nat strand met de oceaan op de achtergrond.
A grown woman jogs across a beach.
Een volwassen vrouw joggt over een strand.
2
A young girl and a grown woman are at different stages in life.
Een jong meisje en een volwassen vrouw zijn in verschillende stadia van het leven.
0.732
0.1467
0.6128
0.137
0.7396
0.1329
A young girl runs across a wet beach with the ocean in the background.
Een jong meisje loopt over een nat strand met de oceaan op de achtergrond.
A girl races across a beach to meet friends.
Een meisje rent over een strand om vrienden te ontmoeten.
1
A girl can run for many reason besides to meet someone.
Een meisje kan om vele redenen rennen naast iemand te ontmoeten.
0.732
0.1467
0.5402
0.1269
0.0
0.0994
Three men and a woman celebrating on a basketball court.
Drie mannen en een vrouw vieren op een basketbalveld.
The people are on a tennis court.
De mensen zijn op een tennisbaan.
2
The people cannot simultaneously be on a basketball court and a tennis court
De mensen kunnen niet tegelijkertijd op een basketbalveld en een tennisbaan zijn
0.0679
0.1058
0.7001
0.1429
0.6783
0.1547
Three men and a woman celebrating on a basketball court.
Drie mannen en een vrouw vieren op een basketbalveld.
There are four people on the court.
Er zijn vier mensen op het veld.
0
Three men and one woman means there are hour people.
Drie mannen en één vrouw betekent dat er uren mensen zijn.
0.069
0.1058
0.7087
0.1285
0.0113
0.0873
Three men and a woman celebrating on a basketball court.
Drie mannen en een vrouw vieren op een basketbalveld.
The people are celebrating a team victory.
De mensen vieren een teamoverwinning.
1
We have no idea if they are celebrating a team victory or not, they could be celebrating anything.
We hebben geen idee of ze een teamoverwinning vieren of niet, ze kunnen alles vieren.
0.069
0.1058
0.692
0.1383
0.6061
0.1162
A tan-skinned woman with a braided ponytail stands beside a net in a pink, short-sleeved shirt.
Een bruine vrouw met een gevlochten paardenstaart staat naast een net in een roze shirt met korte mouwen.
The woman is going to play badminton.
De vrouw gaat badminton spelen.
1
Standing beside a net does not mean anyone is going to play badminton.
Naast een net staan betekent niet dat iemand badminton gaat spelen.
0.278
0.0721
0.968
0.1323
0.1334
0.1289
A tan-skinned woman with a braided ponytail stands beside a net in a pink, short-sleeved shirt.
Een bruine vrouw met een gevlochten paardenstaart staat naast een net in een roze shirt met korte mouwen.
The woman has a tan.
De vrouw heeft een kleurtje.
0
if she is tan-skinned then she must have a tan
Als ze bruin is, moet ze bruin zijn.
0.2788
0.0721
0.0
0.0655
0.0
0.0894
A tan-skinned woman with a braided ponytail stands beside a net in a pink, short-sleeved shirt.
Een bruine vrouw met een gevlochten paardenstaart staat naast een net in een roze shirt met korte mouwen.
The woman is as pale as a ghost.
De vrouw is zo bleek als een geest.
2
A tan skinned woman cannot be pale.
Een bruingevilde vrouw kan niet bleek zijn.
0.2789
0.0721
0.0401
0.0987
0.1834
0.1032
A group of people consisting of three members of the Argentine team standing on a basketball court, with the guy closest to the camera clapping while another player excitedly walks toward him.
Een groep mensen bestaande uit drie leden van het Argentijnse team staan op een basketbalveld, met de man die het dichtst bij de camera klappen terwijl een andere speler enthousiast loopt naar hem toe.
The people are sitting at a a table.
De mensen zitten aan een tafel.
2
One cannot be standing on a basketball court while sitting at a table
Men kan niet staan op een basketbalveld terwijl zitten aan een tafel
0.281
0.0709
0.7827
0.1288
0.0203
0.1042
A group of people consisting of three members of the Argentine team standing on a basketball court, with the guy closest to the camera clapping while another player excitedly walks toward him.
Een groep mensen bestaande uit drie leden van het Argentijnse team staan op een basketbalveld, met de man die het dichtst bij de camera klappen terwijl een andere speler enthousiast loopt naar hem toe.
Three men are standing.
Er staan drie mannen.
0
three guy members can be written as three men
drie mannen leden kunnen worden geschreven als drie mannen
0.281
0.0709
0.6258
0.1201
0.0002
0.0703
A group of people consisting of three members of the Argentine team standing on a basketball court, with the guy closest to the camera clapping while another player excitedly walks toward him.
Een groep mensen bestaande uit drie leden van het Argentijnse team staan op een basketbalveld, met de man die het dichtst bij de camera klappen terwijl een andere speler enthousiast loopt naar hem toe.
The Argentine team is winning the game.
Het Argentijnse team wint de wedstrijd.
1
SOmeone clapping does not mean the Argentine team is winning, or that the player that excitedly is part of the Argentine team.
Someone klappen betekent niet dat het Argentijnse team aan het winnen is, of dat de speler die enthousiast deel uitmaakt van het Argentijnse team.
0.281
0.0709
0.9614
0.1481
0.0
0.0644
Basketball athlete walking towards his teammates with a huge grin on his face.
Basketbalsporter loopt naar zijn teamgenoten met een enorme grijns op zijn gezicht.
This guy just out-dunked Michael Jordan.
Deze kerel heeft Michael Jordan in de steek gelaten.
1
Walking towards his teammates grinning does not imply that he just out-dunked Michael Jordan.
Lopen naar zijn teamgenoten grijnzen betekent niet dat hij net Michael Jordan overdunkte.
0.5535
0.1254
0.0
0.0994
0.0
0.0513
Basketball athlete walking towards his teammates with a huge grin on his face.
Basketbalsporter loopt naar zijn teamgenoten met een enorme grijns op zijn gezicht.
An athlete is pleased and is showing his team with a smile.
Een atleet is blij en toont zijn team met een glimlach.
0
An athlete walks towards his teammates with a smile
Een atleet loopt met een glimlach naar zijn teamgenoten
0.5528
0.1254
0.6111
0.1103
0.6469
0.1393
Basketball athlete walking towards his teammates with a huge grin on his face.
Basketbalsporter loopt naar zijn teamgenoten met een enorme grijns op zijn gezicht.
Governor Chris Christie shows the boys down at the Rec Center how it's done.
Gouverneur Chris Christie laat de jongens in het Rec Center zien hoe het moet.
2
Governor Chris Christie is not a basketball athlete.
Gouverneur Chris Christie is geen atleet.
0.5528
0.1254
0.2111
0.1125
0.7654
0.1257
One of the many volleyball players in the tournament.
Een van de vele volleyballers in het toernooi.
There are two teams left in the tournament.
Er zijn twee teams over in het toernooi.
1
all teams do not play volleyball.
Alle teams spelen geen volleybal.
0.5998
0.1251
0.5832
0.1333
0.7633
0.1361
One of the many volleyball players in the tournament.
Een van de vele volleyballers in het toernooi.
A basketball tournament is going on.
Er is een basketbaltoernooi gaande.
2
There can be either volleyball tournament or a basket ball tournament,
Er kan ofwel volleybal toernooi of een basketbal toernooi,
0.5993
0.1252
0.9351
0.1523
0.0001
0.0871
One of the many volleyball players in the tournament.
Een van de vele volleyballers in het toernooi.
There is a volleyball tournament.
Er is een volleybaltoernooi.
0
if the volleyball players are in the tournament then there must be a volleyball tournament happening
als de volleyballers zijn in het toernooi dan moet er een volleybal toernooi gebeuren
0.5994
0.1252
0.9721
0.1429
0.2152
0.1114
A man wearing a winter jacket is taking a picture.
Een man met een winterjas maakt een foto.
A man in a jacket takes a photograph.
Een man in een jas neemt een foto.
0
takes a photograph is another was of saying taking a picture
neemt een foto is een andere was van zeggen nemen van een foto
0.5035
0.1231
0.7743
0.1237
0.0
0.0592
A man wearing a winter jacket is taking a picture.
Een man met een winterjas maakt een foto.
A photographer snaps a prize image.
Een fotograaf maakt een prijsafbeelding.
1
Not all man wearing a winter jacket is a photographer.
Niet iedereen met een winterjas is een fotograaf.
0.5025
0.1231
0.0792
0.1059
0.717
0.1175
A man wearing a winter jacket is taking a picture.
Een man met een winterjas maakt een foto.
A sniper prepares his next shot.
Een sluipschutter bereidt zijn volgende schot voor.
2
A sniper doesn't take a picture.
Een sluipschutter neemt geen foto.
0.5034
0.1231
0.2737
0.1202
0.1655
0.1173
A little boy is hanging on to a shopping cart following behind a man.
Een kleine jongen hangt aan een winkelwagen achter een man aan.
The man is his father.
De man is zijn vader.
1
Not all man is the little boy's father.
Niet iedereen is de vader van het jongetje.
0.5032
0.0881
0.889
0.106
0.8674
0.1241
A little boy is hanging on to a shopping cart following behind a man.
Een kleine jongen hangt aan een winkelwagen achter een man aan.
The little boy is hitting the ball.
De kleine jongen slaat de bal.
2
HANGING IS NOT HITTING
HANGING IS NOT HATING
0.5028
0.0881
0.468
0.1149
0.0
0.0994
A little boy is hanging on to a shopping cart following behind a man.
Een kleine jongen hangt aan een winkelwagen achter een man aan.
The little boy is inside the store.
De kleine jongen is in de winkel.
1
A little boy hanging on to a shopping cart following behind a man is not necessarily inside the store.
Een jongetje dat een winkelwagentje achter een man aanhangt is niet noodzakelijk in de winkel.
0.5028
0.0881
0.6062
0.1114
0.1278
0.0922
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Four women are sitting on the sidewalk
Vier vrouwen zitten op de stoep.
1
Not all people are women.
Niet alle mensen zijn vrouwen.
0.7183
0.1366
0.8172
0.1334
0.9844
0.1257
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Four students are sitting to have a chat.
Vier studenten zitten te praten.
1
Not all people are students.
Niet alle mensen zijn studenten.
0.7183
0.1366
0.8415
0.1362
0.982
0.1413
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
There are at least three people shown.
Er zijn minstens drie mensen getoond.
0
at least three people means that there are three or more, therefore is covered by four people
ten minste drie mensen betekent dat er drie of meer, daarom is gedekt door vier mensen
0.7171
0.1366
0.4274
0.1169
0.0
0.0815
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
The people are racing.
De mensen racen.
2
Sitting and racing are not the same.
Zitten en racen zijn niet hetzelfde.
0.7171
0.1366
0.0739
0.1261
0.0007
0.1263
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Several people are sitting down.
Er zitten meerdere mensen.
1
Sitting down doesn't imply people are on a sidewalk.
Zitten betekent niet dat er mensen op de stoep zijn.
0.7171
0.1366
0.1456
0.1115
0.1782
0.1162
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
The people are being questioned by a police officer.
De mensen worden ondervraagd door een politieagent.
1
Just because four people are sitting down on a sidewalk does not mean that they are being questioned by a police officer.
Dat vier mensen op de stoep zitten betekent niet dat ze ondervraagd worden door een politieagent.
0.7174
0.1366
0.8138
0.1549
0.6138
0.1455
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Humans are seated outdoors.
Mensen zitten buiten.
0
you are seated if you are sitting down
U zit als u gaat zitten
0.7174
0.1366
0.6476
0.1409
0.0
0.0848
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Some dogs are playing in the field.
Sommige honden spelen in het veld.
2
people and dogs ,sitting and playing,sidewalk and field is of various in area
mensen en honden, zitten en spelen, zijwandel en het veld is van verschillende in de omgeving
0.7174
0.1366
0.7015
0.1254
0.0
0.0753
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Several people are standing in the bookstore
Verschillende mensen staan in de boekwinkel
2
People cannot be sitting and standing simultaneously.
Mensen kunnen niet tegelijkertijd zitten en staan.
0.7175
0.1366
0.4946
0.1421
0.7324
0.1407
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Nobody in the image is sitting.
Er zit niemand in het beeld.
2
There cannot be nobody if there are four people.
Er kan niemand zijn als er vier mensen zijn.
0.7177
0.1366
0.2958
0.1348
0.7122
0.1276
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
The people are having a cigarette.
De mensen hebben een sigaret.
1
Just because four people are sitting down on a sidewalk does not mean that they are having a cigarette.
Dat vier mensen op een stoep zitten betekent niet dat ze een sigaret hebben.
0.7177
0.1366
0.3445
0.1171
0.1719
0.1206
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
The guys are all standing indoors.
De jongens staan allemaal binnen.
2
People sitting on a sidewalk cannot also be standing indoors.
Mensen die op een stoep zitten kunnen ook niet binnen staan.
0.7169
0.1367
0.404
0.1282
0.2186
0.1251
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
The people are outside.
De mensen staan buiten.
0
In a both sentence people are sitting outside.
In beide zin zitten mensen buiten.
0.718
0.1366
0.6197
0.144
0.0001
0.1142
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
Several people are sitting outside
Verschillende mensen zitten buiten.
0
In a both sentence people are sitting outside.
In beide zin zitten mensen buiten.
0.7179
0.1366
0.692
0.1491
0.0001
0.1142
Four people are sitting down on a sidewalk.
Vier mensen zitten op een stoep.
A group of four are sitting on the sidewalk.
Een groep van vier zit op de stoep.
0
In a both sentence people are sitting on the sidewalk.
In beide zin zitten mensen op de stoep.
0.7173
0.1367
0.6002
0.1199
0.0002
0.1071
Two men with black pants and tank tops goofing around on a stage outside.
Twee mannen met een zwarte broek en een tank staan op een podium buiten.
Some men are playing guitar on stage.
Sommige mannen spelen gitaar op het podium.
2
Men goofing around are not playing guitar.
Mannen spelen geen gitaar.
0.1836
0.102
0.7918
0.1272
0.0014
0.1046
Two men with black pants and tank tops goofing around on a stage outside.
Twee mannen met een zwarte broek en een tank staan op een podium buiten.
Some men are performing an improv play.
Sommige mannen spelen improvisatie.
1
There is nothing to indicate that the men are performing an improv play.
Er is niets dat erop wijst dat de mannen een improvisatiespel uitvoeren.
0.1836
0.1019
0.2553
0.1057
0.6888
0.1279
Two men with black pants and tank tops goofing around on a stage outside.
Twee mannen met een zwarte broek en een tank staan op een podium buiten.
Some men are playing around on a stage.
Sommige mannen spelen op een podium.
0
In a both sentence men goofing around on a stage.
In een twee zin mannen gek op een podium.
0.183
0.1019
0.3311
0.1087
0.0
0.0568
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
A group of people are leaving a club.
Een groep mensen verlaat een club.
1
Posing does not imply leaving.
Poseren betekent niet dat je weggaat.
0.3967
0.1148
0.9061
0.1355
0.3147
0.1169
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
A group of people are outside.
Er staat een groep mensen buiten.
0
young adults refers to a group of people
jonge volwassenen verwijst naar een groep mensen
0.3967
0.1148
0.6214
0.1509
0.0001
0.0937
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
A group of people are having a sleepover.
Een groep mensen logeert.
2
Posing for a photo at night implies being outside, not having a sleepover.
Poseren voor een foto's nachts betekent buiten zijn, geen logeerpartijtje hebben.
0.3967
0.1148
0.0001
0.1238
0.0001
0.1
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
People are having their picture taken.
Mensen worden op de foto gezet.
0
In a both sentence people are outside.
In beide zin staan mensen buiten.
0.3967
0.1148
0.4945
0.1059
0.0001
0.1194
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
Elderly people pose for a photo.
Ouderen poseren voor een foto.
2
Young adults are not elderly adults.
Jonge volwassenen zijn geen ouderen.
0.3967
0.1148
0.7436
0.1119
0.8544
0.1177
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
Young adults in matching outfits pose.
Jonge volwassenen in bijpassende kleding poseren.
1
We don't know that there are matching outfits.
We weten niet of er dezelfde outfits zijn.
0.3966
0.1148
0.6468
0.1159
0.5688
0.1139
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
The beach is aflame with exploding missiles.
Het strand staat vol met exploderende raketten.
2
Adults posing doesn't suggest that a beach is aflame.
Volwassenen die poseren suggereren niet dat een strand brandt.
0.3967
0.1148
0.8918
0.1387
0.2659
0.1247
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
The young adult are cold
De jonge volwassene is koud.
0
In a both sentence adults posing at nit cold.
In een beide zin volwassenen poseren op nit koud.
0.3963
0.1148
0.0001
0.0871
0.0
0.0411
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
Young adults pose in the dark.
Jonge volwassenen poseren in het donker.
0
Night is dark
De nacht is donker.
0.3963
0.1148
0.6176
0.1176
0.9368
0.1337
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
They are warm
Ze zijn warm.
2
It is chilly so the adults are not likely warm.
Het is koud dus de volwassenen zijn waarschijnlijk niet warm.
0.3963
0.1148
0.8977
0.1211
0.2613
0.0877
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
People are taking a photo outside in the cold.
Mensen maken een foto in de kou.
0
In a both sentence adults posing a photo outside.
In een beide zin volwassenen die een foto buiten.
0.396
0.1147
0.2777
0.1187
0.0
0.043
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
People gather around for a photo, wearing sweaters and scarves.
Mensen verzamelen zich voor een foto, dragen truien en sjaals.
1
We don't know that the people are wearing sweaters.
We weten niet of de mensen truien dragen.
0.3961
0.1148
0.4318
0.1049
0.7624
0.1337
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
People are sweating near some palm trees during the day.
Mensen zweten in de buurt van sommige palmbomen overdag.
2
Sweating suggests hot rather than chilly and night cannot be during the day.
Zweten suggereert heet in plaats van koud en nacht kan niet overdag.
0.3961
0.1148
0.4276
0.1263
0.0
0.0648
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
People smile for the camera.
Mensen lachen voor de camera.
1
We don't know that people smile.
We weten niet of mensen lachen.
0.3961
0.1148
0.349
0.1077
0.7246
0.1324
young adults posing for a photo at night, somewhat chilly outside.
Jonge volwassenen poseren voor een foto's nachts, enigszins koud buiten.
The young adults are outside
De jonge volwassenen zijn buiten.
1
The young adults are posing for a photo and it is somewhat chilly outside but it cannot be inferred that they are actually outside.
De jonge volwassenen poseren voor een foto en het is wat koud buiten maar het kan niet worden afgeleid dat ze eigenlijk buiten zijn.
0.3961
0.1148
0.7261
0.1211
0.2283
0.1017
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
The friends are many different races.
De vrienden zijn veel verschillende rassen.
0
In a both sentence the friends sitting down in an outdoor.
In beide zin zitten de vrienden in een buitenlucht.
0.4657
0.0981
0.8076
0.1202
0.0
0.0949
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
A multicultural group of friends are outdoors talking to each other.
Een multiculturele groep vrienden zijn buiten die met elkaar praten.
1
We don't know that the people are talking.
We weten niet of de mensen praten.
0.4657
0.0981
0.2559
0.1161
0.7582
0.1469
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
Only one individual is sitting outside at night.
Er zit maar één persoon's nachts buiten.
2
A group is more than one individual.
Een groep is meer dan één individu.
0.4669
0.0981
0.3124
0.1197
0.9362
0.137
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
Some people are having a meeting.
Sommige mensen hebben een vergadering.
1
Sentence 1 is missing having a meeting
Verdachte 1 mist een vergadering.
0.4669
0.0981
0.3787
0.1229
0.0
0.0884
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
An African American, Hispanic and Caucasian American are talking.
Een Afro-Amerikaanse, Latijns-Amerikaanse en Kaukasische Amerikaan praten.
1
We don't know that the people are African American, Hispanic and Caucasian.
We weten niet of het volk Afro-Amerikaans, Spaans en Kaukasisch is.
0.4669
0.0981
0.4474
0.0974
0.65
0.1303
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
A multicultural group of friends are outdoors.
Een multiculturele groep vrienden zijn buiten.
0
In a both sentence friends sitting down are outside.
In een beide zin vrienden zittend buiten.
0.4669
0.0981
0.3818
0.107
0.0
0.0533
A multicultural group of friends sitting down in an outdoor floor and hanging out to together during a cold busy night.
Een multiculturele groep vrienden die in een buitenverdieping zitten en samen rondhangen tijdens een koude drukke nacht.
A multicultural group of friends are inside their apartment.
Een multiculturele groep vrienden zijn in hun appartement.
2
If people are outside they cannot be inside simultaneously.
Als mensen buiten zijn kunnen ze niet tegelijkertijd binnen zijn.
0.4671
0.0981
0.6201
0.1237
0.4485
0.1416